Hoofdpunten vorige college
Het historisch modernisme zoekt naar artistieke antwoorden op een
cultuurpessimistische interpretatie van de modernisering (democratisering,
nivellering)
Het (normatieve) onderscheid tussen ‘hoge’ en ‘lage’ cultuur is een van de
basisaannames van net modernistische frame
Het modernistische frame: Literaire denkstijl: tekst is mechaniek; lezen is analyse (normen: autonomie, complexiteit,
samenhang) Sociaal-culturele denkstijl: autonoom t.o. heteronoom
Postmodernisme:
de clichés
Carlo Maria Mariani, La Mano Ubbidisce all’Intelletto (1983)
• Niets is werkelijk• Het einde van de grote verhalen• Het einde van de geschiedenis • Waarden-relativisme
• Eclecticisme • Anything goes
Negatieve bias:
‘Het P-woord’
Enkele kernwoorden:
Anti-teleologisch
Metanarrative
Intertextualiteit
Reflexiviteit
Metafysica van de presentie
(Sociaal) constructivisme en/of perspectivisme
Enkele kernwoorden:
Anti-teleologisch
Metanarrative
Intertextualiteit
Reflexiviteit
Metafysica van de presentie
(Sociaal) constructivisme en/of perspectivisme
Anti-teleologisch
Metanarrative
Intertextualiteit
Reflexiviteit
Metafysica van de presentie
Decentrering van het subject
Pluraliteit van discursieve formaties
Implosie van betekenis
Enkele kernwoorden:
Anti-teleologisch
Metanarrative
Intertextualiteit
Reflexiviteit
Metafysica van de presentie
(Sociaal) constructivisme en/of perspectivisme
‘Met een extreme simplificatie noemen we “post-modern”: het ongeloof aan de meta-vertellingen’
‘De grote vertellingen zijn weinig geloofwaardig geworden. Men komt dan in de verleiding de grote vertelling van de teloorgang van de grote vertellingen ingang te doen vinden’.
Jean Francois Lyotard
Het postmoderne moment:
We hielden ermee op de filosofische, religieuze en ideologische fundamenten van ons denken en handelen als universeel geldige legitimeringsprincipes te zien. We gingen ze ontmaskeren als menselijke constructies
Het postmoderne moment:
We hielden ermee op de filosofische, religieuze en ideologische fundamenten van ons denken en handelen als universeel geldige legitimeringsprincipes te zien. We gingen ze ontmaskeren als menselijke constructies
Voorbeeld: kolonialisme - postkolonialisme
‘Onder humanisme versta ik al die toonaarden waarin men tegen de westerse mens heeft gezegd: “Zelfs als u de macht niet uitoefent, kunt u toch soeverein zijn”. Of nog beter: “hoe meer u ervan af ziet de macht uit te oefenen en hoe beter u zich schikt in wat u wordt opgelegd, des te meer soeverein zult u zijn” […]. Kortom: het humanisme is alles waarmee men in het westen de wens om macht te verwerven heeft afgedamd − het aan de macht willen komen heeft verboden, de mogelijkheid om de macht te grijpen heeft uitgesloten. De kern van het humanisme is de theorie van onderwerp en onderworpenheid’ .
Michel Foucault in 1973
Enkele kernwoorden:
Anti-teleologisch
Metanarrative
Intertextualiteit
Reflexiviteit
Metafysica van de presentie
(Sociaal) constructivisme en/of perspectivisme
Jacques Derrida (1976)‘il n’y a pas de hors-texte’
('Er is niets buiten de tekst‘)
± Er is niet zoiets als een buiten de tekst liggende werkelijkheid
± Wij hebben geen onafhankelijke toegang tot een voor-talige werkelijkheid. Onze waarheden zijn sociale en culturele constructies, ze worden niet gevonden maar gemaakt.
± Tekst – Textum (lat.) = weefsel: stel je een tekst voor als een oneindig vertakt weefsel van met elkaar verbonden draadjes: alles is onbenoembaar verweven met iets anders. Wie tekst gebruikt, kan niet buiten dat weefsel treden
Enkele kernwoorden:
Anti-teleologisch
Metanarrative
Intertextualiteit
Reflexiviteit
Metafysica van de presentie
(Sociaal) constructivisme en/of perspectivisme
Rorty spreekt van ‘the metaphysicians attempt to rise above the plurality of appearances in the hope that, seen from the heights, an unexpected unity will become evident – a unity which is a sign that something real has been glimpsed, something which stands behind the appearances and produces them’
Richard Rorty, 1989
Postmodernisme: constructivistisch uitgangspunt
En dus: neiging tot deconstructie
Derrida: deconstructie oorspr. Vertalining van ‘Abbau’
Enkele kernwoorden:
Anti-teleologisch
Metanarrative
Intertextualiteit
Reflexiviteit
Metafysica van de presentie
(Sociaal) constructivisme en/of perspectivisme
Typ hier de footer 21
Kennisleer (epistemologie)
Constructivisme = kennistheorie
Verschijnselen in de werkelijkheid zijn sociale constructies
een bepaald verschijnsel wordt slechts ervaren als iets dat werkelijk bestaat en van andere zaken onderscheidbaar is, omdat daarover in de samenleving een (vaak impliciete) afspraak is gemaakt
Zijnsleer (ontologie)
Objectivisme t.o. constructivisme
27
Poëtica (literaire denkstijl):o Er is geen fundamenteel verschil tussen de handelingen van het schrijven en
het lezen: zowel de tekst als de lectuur worden opgevat als (de)constructie. De literaire tekst wordt opgevat ofwel als een constructie
(aangebrachte eenheid) die (buiten de controle van de auteur om) verbonden is met ideologische vooronderstellingen ofwel juist als deconstructie van dergelijke vooronderstellingen.
Het lezen van een literaire tekst wordt niet opgevat als een (re-constructieve) poging te begrijpen welke inhoud (opvatting, gedachte, gevoel) er aan de handeling van het schrijven vooraf ging. In plaats daarvan is lezen ofwel een scheppingsdaad op zichzelf (de interpretatie als constructie), ofwel een poging de tegen de gerepresenteerde eenheid in te lezen (de-constructie).
o De belangrijkste poëticale norm die in het postmodernistische frame geldt, is de norm van de zelfreflexiviteit. Teksten en lecturen van teksten moeten zich bewust tonen van hun eigen voorlopigheid en hun ideologische en discursieve inbedding.
Referentiekader (sociaal-culturele denkstijl):
o De moderniteit wordt gerecipieerd als een conditie waarin metavertellingen (verhalen, samenhangen, systemen) onkritisch ingezet worden ter legitimatie van menselijk handelen en denken. Vanuit het postmodernistische frame worden deze metavertellingen gezien als ideologische constructen die allerlei (betwijfelbare) aannames naturaliseren en daarmee een vorm van geweld uitoefenen (buitensluiting, marginalisering). Deze houding ten opzichte van de moderniteit krijgt vorm in een obsessie met een aantal metaforische opposities die samengenomen kunnen worden onder de overkoepelende tegenstelling open-gesloten. Elke eenheid of orde wordt als een gesloten (en daardoor dictatoriaal) systeem gezien, dat dient te worden opengebroken.
Open veronderstelt onvoltooidheid, veranderbaarheid en voorlopigheid.
Connotaties: anarchie, on-orde, onbegrensd… Gesloten veronderstelt fixatie en beslotenheid.
Connotaties: hiërarchie, orde, grens…
Hoofdpunten college 9
Het historisch postmodernisme twijfelde radicaal aan alle filosofische,
religieuze en ideologische fundamenten van ons denken en handelen.
Het zouden geen universeel geldige legitimeringsprincipes zijn, maar
menselijke constructies
(Sociaal) constructivisme Perspectivisme
Het postmodernistische frame: Literaire denkstijl: tekst en lezen worden opgevat als (de)constructie. Norm: zelfreflexiviteit. Sociaal-culturele denkstijl: open vs. gesloten
Typ hier de footer 30
• W.J. van den Akker, ‘Een onduidelijk kletsverhaal’. (DBNL)• Dirk van Bastelaere, ‘Rifbouw (een klein abc)’. In: Wwwhhoooosshhh (Blackboard)• Th. De Boer, ‘Awater als plaatsvervanger’. (Blackboard)• Odile Heynders, ‘Reisgenoten; over correspondenties in poëzie’. (Blackboard)
Te lezen voor volgend hoorcollege (over ‘Awater’):
Top Related