Literatuur en moderniteit, college 7

64
Literatuur en moderniteit (MNL 2) College 7 – Het avant-gardistische frame Thomas Vaessens

Transcript of Literatuur en moderniteit, college 7

Page 1: Literatuur en moderniteit, college 7

Literatuur en moderniteit (MNL 2)

College 7 – Het avant-gardistische frame

Thomas Vaessens

Page 2: Literatuur en moderniteit, college 7

Hoofdpunten college 5 (realistisch frame)

Het historisch realisme is als ‘positieve epistemologie’ onderdeel van de

(‘wetenschappelijke’) moderniteit, en het kan in dat opzicht in één lijn

worden gezien met ‘rationalisering’ en ‘mechanisering’

Maar het onderschrijft tegelijkertijd een aantal emancipatoire waarden van

de Verlichting, zoals rechtvaardigheid en menselijkheid. Het heeft een

idealistische dimensie.

‘Realisme in kunst en literatuur is een effect dat kunstenaars en schrijvers

nastreven, geen eigenschap van het kunstwerk of de tekst

Het realistische frame: Literaire denkstijl: tekst is representatie; lezen is reconstructie (norm: menselijkheid) Sociaal-culturele denkstijl: menselijk t.o. onmenselijk

Page 3: Literatuur en moderniteit, college 7

Vaessens, Geschiedenis van de moderne Nederlandse literatuur 3

Page 4: Literatuur en moderniteit, college 7

Dynamiek: Paul van Ostaijen

‘Men verwart dynamis, dat kracht betekent, met zijn uitsluitend kineties gevolg (kinema: beweging). Het zichtbaar kinetiese is slechts éen onder de gevolgen van de dynamis. Dinamies is de innerlike energie van elk organisme; of dit organisme schijnbaar beweegt of staat heeft niets met dinamies te doen’.

‘Een beeld van, een dokument voor onze tijd zal eerst de kunst zijn als zij zich met de tijd gelijkwaardig dynamies beweegt’.

Typ hier de footer 4

Page 5: Literatuur en moderniteit, college 7

Historische avant-garde:

Eerste Wereldoorlog 1914 - 1918

Typ hier de footer 5

Page 6: Literatuur en moderniteit, college 7

Van Osteijen: Berlijn 1918

Typ hier de footer 6

Page 7: Literatuur en moderniteit, college 7
Page 8: Literatuur en moderniteit, college 7

Café des Westens‘Café Groβenwahn’ / ‘De wachtkamer van de literatuur’

Page 9: Literatuur en moderniteit, college 7

Café des Westens‘Café Groβenwahn’ / ‘De wachtkamer van de literatuur’

Page 10: Literatuur en moderniteit, college 7

Kunstenaars in Café des Westens

Georg Muche

Arnold Topp

Samuel Friedlaender

Theodor Daubler

Fritz Stuckenberg

Herwart Walden

Walter Mehring

H. Marsman

Page 11: Literatuur en moderniteit, college 7

Kunstenaars in Café des Westens

Georg Muche

Arnold Topp

Samuel Friedlaender

Theodor Daubler

Fritz Stuckenberg

Herwart Walden

Walter Mehring

H. Marsman

Vertegenwoordigers ‘historische avant-garde’

Page 12: Literatuur en moderniteit, college 7

Literatuur van de historische avant-garde

•Radikale vormvernieuwing•Politiek georiënteerd

• Tabula rasa•Zich manifesterende schrijvers

• Publieke optredens (de straat op)

Page 13: Literatuur en moderniteit, college 7

George Grosz en John Heartfield demonstreren tegen de kunst (1920)

Literatuur van de historische avant-garde

•Radikale vormvernieuwing•Politiek georiënteerd

• Tabula rasa•Zich manifesterende schrijvers

• Publieke optredens (de straat op)

Page 14: Literatuur en moderniteit, college 7

Vladimir Tatlin, ‘Tower’

Page 15: Literatuur en moderniteit, college 7

Literatuur van de historische avant-garde

•Radikale vormvernieuwing•Politiek georiënteerd

• Tabula rasa•Zich manifesterende schrijvers

• Publieke optredens (de straat op)

Page 16: Literatuur en moderniteit, college 7

Filippo Tomasso Marinetti (1876 – 1944)Woorden in vrijheid, manifest (1912)

Page 17: Literatuur en moderniteit, college 7

Literaire vernieuwing

Parole in Libertà: bevrijding van de woorden uit de klemmen van de syntaxis

Afrekenen met voorgangers (‘maanaanbidders’ als Poe, Baudelaire, Mallarmé)

Bezingen van de Nieuwe Tijd

Page 18: Literatuur en moderniteit, college 7

Futuristisch Manifest (Marinetti)

‘Moed, durf en opstand worden de hoofdelementen van onze poëzie’

‘wij willen de agressieve beweging verheerlijken, de koortsachtige slapeloosheid, de looppas, de salto, de oorveeg en de vuistslag’

‘een nieuwe schoonheid: de schoonheid van de snelheid’

Page 19: Literatuur en moderniteit, college 7

DE LITERATUUR

het organisme van onze hedendaagse literatuur teertnog geheel op de sentimenteele gevoelens eener verzwaktegeneratie

HET WOORD IS DOOD

de naturalistische cliché’s en de dramatische woordfilmsdie de boekenfabrikanten ons leverenper meter en per pond

bevatten niets van de nieuwe handgrepen van ons leven

HET WOORD IS MACHTELOOS

De asthmatische en sentimenteele ik- en zij-poesiedie overalen vooral in holland

nog gepleegd wordt onder de invloed van een ruimteschuwindividualisme

gegist overblijfsel van en verouderden tijdvervullen ons met weerzin

Manifest II van De stijl (1918)Theo van Doesburg, Piet Mondriaan, Anthony Kok

Page 20: Literatuur en moderniteit, college 7

K. Bonset (Theo van Doesburg)Tot een constructieve dichtkunst (1923)

Page 21: Literatuur en moderniteit, college 7

K. Bonset (Theo van Doesburg)Tot een constructieve dichtkunst (1923)

Page 22: Literatuur en moderniteit, college 7

Van Ostaijen, ‘Over dynamiek’ (1917)

“Wij hebben onze tijd in een woord gesyntetiseerd: dynamies, o.i. de

essentiële eigenschap.

Weergave is de aandacht vestigen op de essentiële eigenschap.

Een beeld van, een dokument voor onze tijd zal eerst de kunst zijn

als zij zich met de tijd gelijkwaardig dynamies beweegt.

Bloot objektivisme maakt de dynamiek in de kunst onmogelik, omdat

het de kunst bindt aan lichamen die van de kunst gescheiden moeten blijven.

Daarom moet het objektivisme van de kunst verwijderd”.

Page 23: Literatuur en moderniteit, college 7

Van Ostaijen, ‘Herfst’ (Music Hall, 1916)

Zij die vóór mij kwamen en dichters waren,Zij hebben hun droefenis, in de Herfst, uitgesprokenEn éénheid gevoeld tussen hun gebrokenLeven, met het vaarwel aan de drommen hunner dromen,En het sterven der zonneblaren aan de dorre bomen. Zij hebben gezegd: de Herfst was 't schoonste getij,Al was hij dan ook droefeniszwaar en de baar van de zomer blij,Zij wisten zich een groot geluk, toen hun leedMet 't getij één was en sterk kompleet. Maar zo kan ik de Herfst niet voelen, zo is hij niet in mij:Het gulden doodgaan in rijk-trillende getij.Zo was het misschien vroeger; nu mijn droefenis inniger is,Nu voel ik van de Herfst enkel d'onvolmaakte, vunzige treurenis.

[…]

Page 24: Literatuur en moderniteit, college 7

Uit het autobiografische verhaal ‘De jongen’

In de klas las men een boek uit de kleine Johannes voor. In de biografiese nota over de auteur stond een aanhaling van een kritikus ‘een van die goddelike dwazen’. De leeraar deed de nadruk leggen op ‘dwazen’. Cor: ‘gelukkig dat er nog zulke dwazen zijn.’ De leeraar zei: Cor wou de lof maken der dwazen. ‘Monsieur Hes tient pour les imbéciles. Il espère probablement gagner ses galons dans cette catégorie.’ Zelfs Cor's vrienden lachten mee. Cor sidderde. De haat groeide.

Paul van Ostaijen en Frederik van Eeden (1)

Page 25: Literatuur en moderniteit, college 7

Paul van Ostaijen en Frederik van Eeden (2)

Van Ostaijen over zijn poetische formule (1918)

“Zij is breed genoeg in de zin dat zij, veelzijdig, elk oorspronkelik streven, zowel Archipenko, als Boccioni, Barlach, Wouters of Jespers binnen haar grenzen opneemt. Zij is breed genoeg, waar zij, binnen de grenzen van deze onvoorwaardelike ethiese drang, van dit levenskrachtig illuzionisme van de ‘blijde wereld’, de kunstenaar weer tot zijn plaats voert. Breed genoeg waar zij haar ethiek tot geen beperkte aanschouwing als b.v. de Romantiek brengt, waar zij haar esthetiek geen speciale visie impliceert, zoals b.v. de symboliek of de ‘Blätter-für-die-Kunst’-beweging dit deden”.

Page 26: Literatuur en moderniteit, college 7

Frederik van Eeden, ‘Artiest en socialist’ (1896)

De sociale evolutie als gestaag voortstromende rivier, op weg naar de zee, ‘het uiteindelijk evenwicht’

De kunstenaar kanaliseert de stroom ; wijst de mensheid de weg

Kunstenaar die zich aan die verantwordelijkheid onttrekt, is slechts “een schitterende droppel die afspat van den stroom om weg te drogen aan den oever”.

Page 27: Literatuur en moderniteit, college 7

Claude Henri de Saint Simon (1760-1825)

AVANT-GARDEToepassing van de metafoor op de kunsten wordt vaak (min of meer terecht) aan hem toegeschreven

Militaire metafoor• Stoottroepen, voorhoede• Strijdbaar• Desnoods gewelddadig

“L’artiste d’avant-garde à une rôle historique à jouer”

Page 28: Literatuur en moderniteit, college 7

De dichter zegt steeds de waarheid. Men weet dat hij dit doet een ietsje vroeger dan het de mensen aangenaam.Nog niet zolang geleden stoorden de mensen zich daaraan dat sommige industrielyriekers zo mij

niks jou niks spraken over: het hart van de masjine. Zo'n beeld trok naar niets, dat spreekt vanzelf. En men pasticheerde, wat niet moeilik is, ongeveer: de maag van de elevator, de longen der lokomotief. Met deze pastiches was de nieuwe lyriek bepaald buiten krediet gesteld.

De slimme autofabrikant of zijn reklamechef […], hoorden zij tot voor kort wellicht onder de lachers met de industrielyriek - de slimme autofabrikant dus heeft tans eindelik ingezien niet wat een motor is - dat wist hij lang reeds - maar wat hij de mensen zijn kan, hoe men hem ervaart, de voorstelling die de mens (het publiek, zegt hij) zich van een motor maakt. Hij heeft gezien hoe een motor wordt in de geest van de mens. Bijgevolg zet hij niet op zijn reklamebordje: dit is de motor van de Hermesauto, maar wel: ziehier het hart van de Hermesauto.

[…] Beste reklamechef! indien u nog eens lacht met moderne lyriek, bedenk dan dat een dichter niet dommer is dan een reklamechef. Gewoonlik is hij werkelik iets op de reklamechef vooruit, juist in het zien van de reële samenhang der dingen. De dichter heeft het oog van een businessman. Hij is een zakeman die geen zaken doet. […]

Paul van Ostaijen, ‘Self Defence’ (postuum gepubliceerd, 1928)

Page 29: Literatuur en moderniteit, college 7

Typ hier de footer 29

Kunstenaar en burger:

•Kunstenaar leidsman• Maar: épater le Bourgeois

• Kunst is verontrustend• Kunst schrikt af• Kunst is moeilijk

Page 30: Literatuur en moderniteit, college 7

Arnold Schönberg

Page 31: Literatuur en moderniteit, college 7

John Cage

http://www.youtube.com/watch?v=VYsx5Di3bso

Page 32: Literatuur en moderniteit, college 7

Kandinsky

Page 33: Literatuur en moderniteit, college 7

 

Pablo Picasso (1881-1973)

Page 34: Literatuur en moderniteit, college 7

Rietveld

Page 35: Literatuur en moderniteit, college 7

Leonard Diepeveen, The Difficulties of Modernism (2003)

Herbert Grabes, Making strange. Beauty, Sublimity, and the (post)modern Third Aesthetic (2008)

Page 36: Literatuur en moderniteit, college 7

Kurt Schwitters (1887-1948)

Dichter, beeldend kunstenaar, voordrachtkunstenaar

URSONATE (1926-1932)

https://www.youtube.com/watch?v=6X7E2i0KMqM

Page 37: Literatuur en moderniteit, college 7

Van Doesburg en Brugman

37

Page 38: Literatuur en moderniteit, college 7

John Heartfield

Page 39: Literatuur en moderniteit, college 7

Bezette stad

Page 40: Literatuur en moderniteit, college 7

ExpressionismeErnst Ludwig Kirchner, Georg Grosz

Page 41: Literatuur en moderniteit, college 7

Futurisme Giacoma Balla

Page 42: Literatuur en moderniteit, college 7

Dadaïsme Marchel Duchamp

Page 43: Literatuur en moderniteit, college 7

ConstructivismeMondriaan

Page 44: Literatuur en moderniteit, college 7

SurrealismeDali, Magritte

Page 45: Literatuur en moderniteit, college 7

Paul van Ostaijen

Page 46: Literatuur en moderniteit, college 7

‘Ritmiese typografie’

Page 47: Literatuur en moderniteit, college 7

Politiek

Page 48: Literatuur en moderniteit, college 7

Geometrische patronen in poëzie

Alles metaalen

scherpe hoekenHARDE GEOMETRIE

alles loodrechtenen waterpasrechten

snijden segmenten

Page 49: Literatuur en moderniteit, college 7

‘Asta Nielsen’

Page 50: Literatuur en moderniteit, college 7
Page 51: Literatuur en moderniteit, college 7
Page 52: Literatuur en moderniteit, college 7

Litanie voor Asta Nielsen

Page 53: Literatuur en moderniteit, college 7

Vers 6

Page 54: Literatuur en moderniteit, college 7

Ik kan geen postzegels verzamelenik kan geen vrouwefoto’s verzamelenik kan geen amourettes kollektionerenen geen wijsheidik kan niets meer Ik kan niets meer

Waarom doof ik de lamp nieten ga ik niet te bed

Ik wil beproevennaakt te zijnbloot wie weet wel gevroren purperen bleekheidIs zo niet het gans beginnende begin

Ik wil niets wetenik wil niet vragenwaaromik niet werd een postzegelkollektioneur

Ik zal beginnen mijn debâcle te gevenik zal beginnen mijn faljiet te gevenik zal mij geven een stuk gereten arme grondeen vertrapte grondeen heidegrondeen bezette stad

Ik wil bloot zijn en beginnen

Page 55: Literatuur en moderniteit, college 7

Dag ventje met de fiets op de vaas met de bloem ploem ploem dag stoel naast de tafel dag brood op de tafel dag visserke-vis met de pijp en dag visserke-vis met de pet pet en pijp van het visserke-vis goeiendag

Daa-ag vis dag lieve vis dag klein visselijn mijn

Marc groet ’s morgens de dingen

Page 56: Literatuur en moderniteit, college 7

Poëzie = woordkunst. Poëzie is

niet: gedachte, geest, fraaie

zinnen, is noch doctoraal, noch

dada. Zij is eenvoudig een in het

metafysiese geankerde spel met

woorden. […] Poëties erken ik

alleen Burssens als mijn

kameraad, omdat hij, als ik, met

woorden speelt als een jongleur

met vuurfakkels.

Paul van Ostaijen, ‘Self Defence’ (postuum gepubliceerd, 1928)

Page 57: Literatuur en moderniteit, college 7

Melopee

Onder de maan schuift de lange rivier

Over de lange rivier schuift moede de maan

Onder de maan op de lange rivier schuift de kano naar zee

Langs het hoogriet

langs de laagwei

schuift de kano naar zee

schuift met de schuivende maan de kano naar zee

Zo zijn ze gezellen naar zee de kano de maan en de man

Waarom schuiven de maan en de man

getweeën gedwee naar de zee

Page 58: Literatuur en moderniteit, college 7

58

Ik wil bloot zijn en beginnen

Page 59: Literatuur en moderniteit, college 7

59

Ik wil bloot zijn en beginnen

Tabula rasa

Dynamiek

Vernieuwing

Vruchtbaarheid

Vooruitgang

Breuk

Jeugd

Creativiteit

Mannelijk

….

Page 60: Literatuur en moderniteit, college 7

60

Ik wil bloot zijn en beginnen

Tabula rasa

Dynamiek

Vernieuwing

Vruchtbaarheid

Vooruitgang

Breuk

Jeugd

Creativiteit

Mannelijk

….

Kernwaarden van het sociaal-culturele referentiekader van het avant-gardistische frame

Page 61: Literatuur en moderniteit, college 7

Vaessens, Geschiedenis van de moderne Nederlandse literatuur 61

Page 62: Literatuur en moderniteit, college 7

Vaessens, Geschiedenis van de moderne Nederlandse literatuur 62

Poëtica (literaire denkstijl):o De literaire tekst wordt opgevat als een interventie: hij grijpt in in het leven van de lezer doordat hij die

lezer confronteert met vormen en uitdrukkingswijzen die zodanig nieuw en ongewoon zijn dat ze desoriënterend en activerend werken.

o Het lezen van een literaire tekst wordt opgevat als een confrontatie: de lezer moet zich zien te verstaan met iets dat hem (nog) niet eigen is, en hij is daarnaar ook op zoek. Lezen is een activiteit die op (zelf)onderzoek gericht is, niet op amusement, geruststelling of herkenning.

De avant-gardistische leeshouding gaat ervan uit dat een tekst iets in beweging wil zetten. De lezer die deze houding aanneemt is er dus op voorbereid dat de tekst hem/zijn wereldbeeld/zijn

verwachtingspatroon kan ontwrichten, dat de tekst een appel op hem doet.o De normatieve vooronderstelling die aan de avant-gardistische literaire denkstijl ten grondslag ligt is dat

waardevolle teksten ontregelend zijn: zij confronteren de schrijver en de lezer ervan met onaangename waarheden, met de ondeugdelijkheid van zijn eigen visie of met het tekortschieten van zijn instrumenten om de tekst of de wereld te begrijpen.

Referentiekader (sociaal-culturele denkstijl):

o Het avant-gardistische referentiekader wordt bepaald door een aantal metaforische opposities die samengenomen kunnen worden onder de overkoepelende tegenstelling dynamisch-statisch.

De term ‘dynamisch’ veronderstelt de subtekst van de vooruitgang en zij verwijst naar het geloof in de realiseerbaarheid van abstracte (politieke, maatschappelijke) idealen en in de mogelijkheid radicaal te breken met het verleden.

Connotaties: progressief, onderzoekend, nieuwsgierig… De term ‘statisch’ verwijst naar alles waardoor mensen (in deze visie) buitenspel komen te staan:

nostalgie, traagheid, gehechtheid aan traditie en zekerheden… Connotaties: conservatief, lui, tevreden…

 

Page 63: Literatuur en moderniteit, college 7

Arnold Schönberg

https://www.youtube.com/watch?v=LACCAF04wSs

Tot slot: avant-garde en ‘het grote publiek’

Page 64: Literatuur en moderniteit, college 7

Hoofdpunten college 7

De historische avant-garde is een conglomeraat van elkaar versterkende

én bestrijdende ‘richtingen’ (-ismen) in de kunst van rondom de Eerste

Wereldoorlog

De metafoor van de avant-garde heeft een militaire oorsprong.

Connotaties: geweld, oorlog, slachtoffers, mannelijkheid

Het avant-gardistische frame: Literaire denkstijl: tekst is interventie; lezen is confrontatie (norm: ontregeling) Sociaal-culturele denkstijl: dynamisch t.o. statisch