Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

108
Jaarverslag 2013 Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.

Transcript of Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

Page 1: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

Jaarverslag 2013Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.

Page 2: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

ToelichtingIn dit jaarverslag 2013 treft u aan de geconsolideerde

jaarrekening van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.

De jaarrekening 2013 zal op 30 april 2014 ter vaststelling

worden voorgelegd aan de ledenraad van Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A.

Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. omvat:

• honderd procent dochteronderneming Koninklijke

FrieslandCampina N.V. waarin de

ondernemingsactiviteiten zijn ondergebracht;

• gedeeltelijke financiering van de

ondernemingsactiviteiten, voorzover niet ondergebracht

bij Koninklijke FrieslandCampina N.V.;

• directe belangen in enkele overige vennootschappen van

relatief beperkte financiële omvang.

De jaarrekening is opgemaakt per 31 december 2013. De

geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in

overeenstemming met International Financial Reporting

Standards (IFRS) zoals aanvaard binnen de Europese Unie

en met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende

Burgerlijk Wetboek (BW), voor zover van toepassing. Vanaf

1 januari 2013 past FrieslandCampina de gewijzigde IFRS

regels toe inzake personeelsbeloningen. De vergelijkende

cijfers 2012 zijn aangepast voor de effecten van de nieuwe

regels.

De melkprijs 2013, die de leden van Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A. ontvangen voor de door hen

geleverde melk, is vastgesteld op basis van de

FrieslandCampina melkprijssystematiek 2011 - 2013. Alle

bedragen in dit verslag zijn in euro’s, tenzij anders vermeld.

Dit jaarverslag bevat mededelingen over toekomst-

verwachtingen. Deze mededelingen zijn gebaseerd op

actuele verwachtingen, schattingen en projecties van het

management van Koninklijke FrieslandCampina N.V. en

informatie die op dit moment beschikbaar is. De

verwachtingen zijn onzeker en bevatten elementen van

risico’s die moeilijk te kwantificeren zijn. Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A. geeft dan ook geen zekerheid dat de

verwachtingen zullen worden gerealiseerd.

Het jaarverslag van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina

U.A. is tevens te vinden op de website www.

frieslandcampina.com en kan worden aangevraagd bij de

afdeling corporate communication van FrieslandCampina

([email protected]).

In dit jaarverslag worden onder meer de volgende begrippen gebruikt:Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. (de ‘coöperatie’)

Bestuur van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. (het

‘bestuur’)

Koninklijke FrieslandCampina N.V. (de ‘vennootschap’ of

‘FrieslandCampina’)

Executive board van de vennootschap (de ‘executive board’)

Page 3: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

Inhoud

4 Profiel 5 Kerncijfers 8 Structuur en organisatie 9 Melkprijssystematiek, winstreservering en

ledenfinanciering

11 Verslag bestuur 11 Resultaten 2013

13 Bestuurlijke aangelegenheden

19 Vooruitzichten

21 Belangrijkste ontwikkelingen Koninklijke FrieslandCampina N.V.

28 Corporate governance

30 Risicobeheersing

33 Jaarrekening 201336 Geconsolideerde jaarrekening

36 Geconsolideerde winst-en-verliesrekening

37 Geconsolideerd overzicht van het totaalresulaat

38 Geconsolideerde balans

39 Geconsolideerd kasstroomoverzicht

40 Geconsolideerd overzicht vermogensmutaties

42 Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

96 Belangrijkste dochterondernemingen, joint

ventures en geassocieerde deelnemingen

98 Enkelvoudige jaarrekening

98 Enkelvoudige balans

98 Enkelvoudige winst-en-verliesrekening

99 Toelichting op de enkelvoudige jaarrekening

102 Overige gegevens

102 Bestemming saldo

102 Voorstel bestemming saldo

102 Aansprakelijkheid

102 Gebeurtenissen na balansdatum

103 Controleverklaring van de onafhankelijke

accountant

104 Overzichten104 Meerjarenoverzicht

105 Melkprijsoverzicht

106 Samenstelling bestuur

Page 4: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

4 Profiel

Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. is een samen-

werkings verband van melkveehouders in Nederland,

Duitsland en België. De coöperatie stelt zich ten doel de

melk van haar leden tot waarde te brengen en daarmee

duurzaam waarde te creëren voor al haar leden-

melkveehouders. Dat uit zich in de melkprijs en in de

vergoeding op het kapitaal, dat leden aan Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A. ter beschikking stellen.

Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. is een coöperatie

met een grote verscheidenheid aan melkveebedrijven

en ontwikkelingswensen van de eigenaren. De

coöperatie behartigt de belangen van haar leden en

oefent het stemrecht uit op de aandelen in Koninklijke

FrieslandCampina N.V. De 19.244 leden (13.887 leden-

melkveebedrijven), verenigd in Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A. zijn via de coöperatie de eigenaren

van Koninklijke FrieslandCampina N.V. en ze zijn tevens de

leveranciers van melk aan Koninklijke FrieslandCampina N.V.

Elke dag voorziet FrieslandCampina miljoenen

consumenten verspreid over de wereld van voeding die

rijk is aan waardevolle voedingsstoffen. FrieslandCampina

levert consumentenproducten als zuiveldranken,

kindervoeding, kaas en desserts in een groot aantal

Europese landen, in Azië en in Afrika. Ook worden

producten geleverd aan professionele afnemers,

waaronder room- en boterproducten aan bakkerijen en

horecabedrijven. Daarnaast produceert FrieslandCampina

ingrediënten en halffabricaten voor producenten van

kindervoeding, de voedingsmiddelenindustrie en de

farmaceutische sector wereldwijd.

FrieslandCampina heeft vestigingen in 28 landen

met in totaal 21.186 medewerkers. De producten van

FrieslandCampina vinden hun weg naar meer dan

100 landen. Het centrale kantoor van de onderneming

is gevestigd in Amersfoort. De activiteiten van

FrieslandCampina zijn onderverdeeld in vier

marktgeoriënteerde business groups: Consumer Products

Europe, Middle East & Africa; Consumer Products Asia;

Cheese, Butter & Milkpowder en Ingredients.

Met een jaaromzet van 11,4 miljard euro behoort Koninklijke

FrieslandCampina N.V. tot de grootste zuivelondernemingen

en Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. tot de grootste

zuivelcoöperaties in de wereld.

Profiel

Page 5: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

5

Kerncijfers

Kerncijfers

1 Vanaf 1 januari 2013 past FrieslandCampina de gewijzigde IFRS regels toe inzake personeelsbeloningen. De vergelijkende cijfers 2012 zijn aangepast voor de effecten van de nieuwe regels.

2 Leden-melkveehouders die weidegang toepassen ontvangen een weidemelkpremie van 0,50 euro per 100 kilo melk. Gemiddeld over alle FrieslandCampina ledenmelk is dit 0,31 euro per 100 kilo melk.

3 Overige toeslagen betreffen het totaalbedrag van uitkeringen per 100 kilo melk van Campina melk van 0,90 euro, Landliebe melk van 1,00 euro en het verschil tussen de biologische garantieprijs en de garantieprijs. Gemiddeld over alle FrieslandCampina ledenmelk is dit 0,10 euro per 100 kilo melk.

in miljoenen euro’s, tenzij anders aangegeven

2013 2012 1 %

ResultatenNetto-omzet 11.418 10.309 10,8

Bedrijfsresultaat voor goodwill impairment 513 487 5,3

Bedrijfsresultaat 313 487 -35,7

Winst zonder goodwill impairment 327 278 17,6

Winst 157 278 -43,5

BalansBalanstotaal 7.100 6.792 4,5

Totaal eigen vermogen 2.341 2.258 3,7

Totaal eigen vermogen als percentage van balanstotaal 33,0% 33,2%

KasstroomNetto kasstroom uit operationele activiteiten 570 857 -33,5

Netto kasstroom uit investeringsactiviteiten -576 -702 -17,9

InvesteringenInvesteringen 559 423 32,2

Waardecreatie voor leden-melkveehouders in euro’s per 100 kilo (excl. btw, bij 4,41% vet en 3,47% eiwit)

Prestatietoeslag 1,81 1,42 27,5

Reservering ledenobligaties 1,23 0,95 29,5

Garantieprijs 39,45 33,87 16,5

Melkprijs 42,49 36,24 17,2

Weidemelkpremie 2 0,31 0,32

Overige toeslagen 3 0,10 0,12

Melkprijs + toeslagen 42,90 36,68 17,0

Page 6: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

6

2013 2012 %

Overige gegevensAantal leden-melkveebedrijven einde jaar 13.887 14.132 -1,7

waarvan in Nederland 12.872 13.062

waarvan in Duitsland 987 1.040

waarvan in België 28 30

Aantal leden einde jaar 19.244 19.487 -1,2

waarvan in Nederland 18.203 18.388

waarvan in Duitsland 1.012 1.066

waarvan in België 29 33

Totaal verwerkte melk (in miljoenen kg) 10.659 10.215 4,3

Melkaanvoer van leden (in miljoenen kg) 9.261 8.860 4,5

waarvan in Nederland 8.823 8.442

waarvan in Duitsland 413 395

waarvan in België 25 24

Gehaltes in procenten

eiwit 3,524 3,524

vet 4,397 4,400

Gemiddelde melkleverantie

per lidbedrijf (in kilo's) 666.886 626.970 6,4

Werknemers (gemiddeld aantal fte’s) 21.186 20.045 5,7

Aantal ongevallen met verzuim (per 200.000 gewerkte uren) 0,6 1,0

Page 7: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

7

4 Met ingang van 1 oktober 2013 is de samenstelling van de business groups gewijzigd. De activiteiten in het Midden-Oosten en Afrika zijn verplaatst van de business group Consumer Products International naar de business group Consumer Products Europe. De nieuwe business group namen zijn respectievelijk Consumer Products Europe, Middle East & Africa en Consumer Products Asia. De cijfers voor 2012 zijn aangepast aan de nieuwe samenstelling.

5 Bedrijfsresultaat voor goodwill impairment en herstructureringskosten in Nederland in 2013 en herstructureringskosten in Duitsland en Hongarije in 2012.

2013 4 2012 ▲▲ %

Consumer Products Europe, Middle East & AfricaNetto-omzet derden 3.829 3.779 1,3

Interne leveringen 240 275

Bedrijfsresultaat voor herstructureringen en goodwill impairment 5 237 262 -9,5

Bedrijfsresultaat 10 233 -95,7

Bedrijfsresultaat als % van de netto-omzet 0,3 6,2

Werknemers (gemiddeld aantal fte’s) 8.193 8.300 -1,3

Marktaandeel merken ▼ ▼­

Volume ▼­ ▼­

Consumer Products AsiaNetto-omzet derden 2.338 2.081 12,3

Interne leveringen 19 4

Bedrijfsresultaat 385 344 11,9

Bedrijfsresultaat als % van de netto-omzet 16,5 16,5

Werknemers (gemiddeld aantal fte’s) 6.430 5.818 10,5

Marktaandeel merken = ▲▲

Volume ▲ ▲▲

Cheese, Butter & MilkpowderNetto-omzet derden 3.012 2.451 22,9

Interne leveringen 466 276

Bedrijfsresultaat 54 -30

Bedrijfsresultaat als % van de netto-omzet 1,8 -1,2

Werknemers (gemiddeld aantal fte’s) 2.664 2.365 12,6

Marktaandeel merken ▼ ▲▼

Volume ▲ ▲▲

IngredientsNetto-omzet derden 1.801 1.698 6,1

Interne leveringen 505 429

Bedrijfsresultaat 275 226 21,7

Bedrijfsresultaat als % van de netto-omzet 15,3 13,3

Werknemers (gemiddeld aantal fte’s) 3.002 2.784 7,8

Volume ▲ ▲

Netto-omzet naar business groupin miljoenen euro’s

Consumer Products Europe, Middle East & Africa

4.069 33,3%*

Consumer Products Asia2.357 19,3%*

Cheese, Butter & Milkpowder3.478 28,5%*

Ingredients2.306 18,9%*

* voor Overige en Eliminatie van interne leveringen

Netto-omzet naar afzetgebiedin miljoenen euro’s

Nederland2.684 23,5%

Duitsland1.445 12,7%

Rest van Europa2.836 24,8%

Azië2.938 25,7%

Afrika en het Midden-Oosten1.165 10,2%

Noord- en Zuid-Amerika350 3,1%

Kerncijfers

Page 8: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

8 Structuur en organisatie

Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. is houder van alle

aandelen in het kapitaal van Koninklijke FrieslandCampina

N.V. De coöperatie wordt gevormd door 19.244 leden-

melkveehouders (13.887 melkveebedrijven) in Nederland,

Duitsland en België. Via de coöperatie zijn de leden-

melkveehouders de gezamenlijke eigenaren van de

vennootschap. Deze leden kiezen de besturen van de

21 districten, die gezamenlijk de uit 210 leden bestaande

ledenraad vormen. De ledenraad kiest de negen

bestuursleden van de coöperatie. Samen met vier externe

commissarissen vormen zij de raad van commissarissen

van Koninklijke FrieslandCampina N.V. De bestuursleden

van de coöperatie vormen tevens de algemene vergadering

van aandeelhouders van Koninklijke FrieslandCampina

N.V. De ledenraad van de coöperatie moet instemmen

met wijzigingen in de statuten, het melkgeldreglement

van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. en tevens

met de statuten en het reserveringsbeleid van Koninklijke

FrieslandCampina N.V.

Structuur en organisatie

Consumer ProductsEurope, Middle East & Africa

Corporate centre

Bestuur

Ledenraad

Districten

Leden

Raad van commissarissen

Executive board

Algemene vergadering van aandeelhouders

Consumer ProductsAsia

Cheese, Butter& Milkpowder Ingredients

ZuivelcoöperatieFrieslandCampina U.A.

100% eigenaar

KoninklijkeFrieslandCampina N.V.

Coöperatieraad

Page 9: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

99

Melkprijssystematiek, winstverdeling en ledenfinanciering

Melkprijssystematiek, winstverdeling en ledenfinanciering

Melkprijssystematiek en winstverdeling 2011 - 2013De melkprijs 2013 van FrieslandCampina bestaat uit

de garantieprijs, de prestatietoeslag en de uitkering in

ledenobligaties. Daar bovenop betaalt de onderneming

toeslagen voor weidegang, Campina melk, Landliebe

melk en het verschil tussen de biologische garantieprijs

en de garantieprijs. De garantieprijs is het gewogen

gemiddelde van de jaarmelkprijzen voor boerderijmelk van

de referentiebedrijven (twaalf Duitse zuivelbedrijven, Arla

Foods in Denemarken, Bel Leerdammer, Cono Kaasmakers

en DOC Kaas in Nederland en Milcobel in België) en is

inclusief weidegangtoeslag en andere toeslagen en een

eventuele nabetaling van de referentiebedrijven aan hun

melkveehouders en de eventuele vorming van vermogen

op naam van leden van deze referentiebedrijven. De

biologische melkprijs, die op jaarbasis aan de leden-

melkveehouders die biologische melk leveren wordt

betaald, bestaat uit de biologische garantieprijs, de

prestatietoeslag en de uitkering in ledenobligaties. De

hoogte van de prestatietoeslag en de uitkering van

de op naam bijgeschreven ledenobligaties-vast zijn

afhankelijk van de financiële prestatie van de onderneming

FrieslandCampina en het reserveringsbeleid.

Van de winst in 2013 van Koninklijke FrieslandCampina

N.V., na aftrek van de vergoeding op ledenobligaties, de

vergoeding voor de perpetuele obligaties en de winst toe

te rekenen aan minderheidsbelangen, wordt 50 procent

toegevoegd aan het eigen vermogen van de vennootschap,

onder aftrek van het volledige effect van de goodwill

impairment, 30 procent wordt contant uitgekeerd aan

de leden-melkveehouders voor de geleverde melk als

prestatietoeslag en 20 procent wordt uitgekeerd aan de

leden-melkveehouders in de vorm van ledenobligaties-vast.

In het melkgeldreglement is opgenomen dat de berekening

van de FrieslandCampina melkprijs kan worden aangepast

indien in enig jaar een goodwill impairment ter hoogte van

een bedrag van ten minste 100 miljoen euro noodzakelijk is.

Over het jaar 2013 is dit het geval.

De prestatietoeslag wordt jaarlijks na vaststelling van de

jaarrekening aan de leden van de coöperatie uitbetaald

naar rato van de waarde van de door ieder afzonderlijk lid in

het betreffende jaar geleverde hoeveelheid melk.

Aanpassingen in melkprijssystematiek en winstverdeling 2014 – 2016De melkprijs die FrieslandCampina met ingang van 2014 op

jaarbasis aan de leden-melkveehouders betaalt, bestaat uit

de garantieprijs, de prestatietoeslag, de weidegangtoeslag,

de toeslag bijzondere melkstromen (samen de contante

prijs) en de uitgifte van ledenobligaties. Met ingang van

2014 wordt de melk uitbetaald op basis van de waarde van

de geleverde kilogram eiwit, vet en lactose in de verhouding

10:5:1. De FrieslandCampina prestatieprijs bestaat uit de

melkprijs (zoals hiervoor beschreven), en daar bovenop

de rente op ledencertificaten en ledenobligaties en de

toevoeging aan de algemene reserve van de vennootschap.

Van de winst van Koninklijke FrieslandCampina N.V. in

de jaren 2014 - 2016, op basis van de garantieprijs en

na aftrek van de vergoeding op ledenobligaties en de

winst toe te rekenen aan minderheidsbelangen, wordt

45 procent toegevoegd aan het eigen vermogen van de

vennootschap. Van de winst wordt 35 procent aan de leden-

melkveehouders uitbetaald als prestatietoeslag en wordt

20 procent aan de leden-melkveehouders uitgekeerd in de

vorm van ledenobligaties-vast. De uitgifte ledenobligaties-

vast wordt berekend op basis van de waarde van de in het

boekjaar geleverde melk.

In september 2014 wordt (naar verwachting) voor de

eerste keer een interimbedrag uitbetaald op basis van de

resultaten over het eerste halfjaar van de onderneming

en de geleverde hoeveelheid melk. De interim uitkering

bedraagt 75 procent van de pro forma prestatietoeslag over

het eerste halfjaar. De finale afrekening vindt plaats in april

van het daarop volgende jaar, op basis van de jaarresultaten

van de onderneming en de totale hoeveelheid geleverde

melk.

Page 10: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

10

LedenfinancieringEind 2008 zijn Zuivelcoöperatie Friesland Foods U.A.

en Zuivelcoöperatie Campina U.A. gefuseerd tot

Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. Bij aanvang

van deze fusie heeft de nieuwe Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A. eenmalig, ledencertificaten

gevormd en uitgegeven aan alle melkveehouders die op

het moment van fusie lid waren van Friesland Foods en

Campina. Deze ledencertificaten zijn niet verhandelbaar.

Bezitters van ledencertificaten krijgen de mogelijkheid

om ledencertificaten geheel of gedeeltelijk om te zetten

in ledenobligaties-vast uitgegeven door Koninklijke

FrieslandCampina N.V. Het bestuur van Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A. heeft, na goedkeuring door

de ledenraad, ook de mogelijkheid om het initiatief

te nemen om de ledencertificaten om te zetten in

ledenobligaties-vast. Als een lid van Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A. zijn bedrijf, of zijn deelname in een

samenwerkingsverband, beëindigt of door of namens de

coöperatie het lidmaatschap beëindigd wordt, worden

de ledenobligaties-vast en ledencertificaten omgezet in

ledenobligaties die verhandelbaar zijn, de zogenoemde

ledenobligaties-vrij, uitgegeven door Koninklijke

FrieslandCampina N.V. De ledenobligaties-vrij kunnen

liquide worden gemaakt door hen aan te bieden op de

interne markt, die maximaal zes keer per jaar plaatsvindt.

De aan- en verkoop van de ledenobligaties-vrij vindt plaats

tegen de nominale waarde, verhoogd met de nog niet

uitbetaalde rente over deze ledenobligaties. De rente op

de ledencertificaten en de ledenobligaties is marktconform

en gebaseerd op de zesmaands Euribor per 1 juni en 1

december met een opslag van 3,0 procent en gelijk voor

beide financieringsinstrumenten. De rente wordt twee keer

per jaar vastgesteld. Voor de periode van 1 december 2012

tot en met 31 mei 2013 bedroeg de rente 3,345 procent,

voor de periode van 1 juni 2013 tot en met 30 november

2013 3,299 procent en voor de periode van 1 december 2013

tot en met 31 mei 2014 bedraagt de rente 3,327 procent.

Melkprijssystematiek, winstverdeling en ledenfinanciering

Page 11: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

11

De leden-melkveehouders van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. ontvangen over 2013 een melkprijs van 42,49 euro (exclusief btw) per 100 kilo melk (bij 4,41 procent vet en 3,47 procent eiwit) (2012: 36,24 euro). Dit is een toename ten opzichte van 2012 van 17,2 procent. De garantieprijs over 2013 is 39,45 euro exclusief btw per 100 kilo melk en is 16,5 procent hoger dan de garantieprijs van 2012 (33,87 euro per 100 kilo melk). De toename van de garantieprijs is het gevolg van de hogere melkprijzen van de referentiebedrijven voornamelijk door hogere opbrengstprijzen voor melkpoeder, kaas, boter en consumptiemelkproducten. De prestatietoeslag die Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A uitkeert bedraagt 1,81 euro per 100 kilo melk. Dit is 27,5 procent hoger dan de prestatietoeslag over 2012 (1,42 euro per 100 kilo melk). De uitgifte van ledenobligaties-vast bedroeg 1,23 euro per 100 kilo melk (2012: 0,95 euro per 100 kilo melk). De hoogte van de prestatietoeslag en uitgifte van ledenobligaties-vast zijn afhankelijk van de financiële prestatie van Koninklijke FrieslandCampina N.V.

Omzet, bedrijfsresultaat en winstDe netto-omzet bedroeg 11.418 miljoen euro. Dit is

ten opzichte van 2012 (10.309 miljoen euro) een

toename met 1.109 miljoen euro (10,8 procent). Het

bedrijfsresultaat voor goodwill impairment nam toe

met 26 miljoen euro (5,3 procent) tot 513 miljoen euro.

Over het boekjaar 2013 is er een goodwill impairment

(bijzondere waardevermindering) voor een bedrag van

200 miljoen euro. De reden voor de goodwill impairment

is de economische situatie in Europa. Als gevolg van de

aanhoudende crisis is de resultaatverwachting in Europa

naar beneden bijgesteld. Het bedrijfsresultaat daalde als

gevolg van de goodwill impairment van 487 miljoen euro

naar 313 miljoen euro. De winst zonder goodwill impairment

over 2013 steeg met 17,6 procent tot 327 miljoen euro

(2012: 278 miljoen euro) door een hoger bedrijfsresultaat

voor impairment. De winst nam als gevolg van de goodwill

impairment af van 278 miljoen euro naar 157 miljoen euro.

Zowel de netto-omzet als het bedrijfsresultaat zijn volledig

gerealiseerd door de 100 procent dochteronderneming

van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. in

Koninklijke FrieslandCampina N.V. Een nadere toelichting

op de belangrijkste ontwikkelingen in Koninklijke

FrieslandCampina N.V. wordt gegeven op pagina 21.

KasstroomDe kasstroom uit operationele activiteiten is afgenomen

naar 570 miljoen euro (2012: 857 miljoen euro), als gevolg

van de toename van het werkkapitaal door stijging van

de garantieprijs waardoor de waarde van voorraden

en vorderingen toenam. In 2013 bedroeg de uitgaande

kasstroom voor investeringen in met name uitbreiding van

productielocaties 521 miljoen euro (2012: 392 miljoen euro).

In contanten is 79 miljoen euro geïnvesteerd in de acquisitie

van Zijerveld en Den Hollander Food. Het merendeel

van de investeringen kon worden gefinancierd uit eigen

middelen. Daarnaast zijn de beursgenoteerde perpetuele

obligaties van 125 miljoen euro afgelost. De kasstroom uit

financieringsactiviteiten is uitgekomen op -156 miljoen euro

(2012: 184 miljoen euro).

Het saldo liquide middelen is afgenomen van 756 miljoen

euro (ultimo 2012) naar 560 miljoen euro.

Financiële positieHet totaal eigen vermogen van Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A. was per 31 december 2013

2.341 miljoen euro (ultimo 2012: 2.258 miljoen euro).

Het eigen vermogen is onder andere versterkt door een

eenmalige toename als gevolg van het vervallen van de

DFE put-optie. FrieslandCampina heeft in juni 2013 haar

7,125 procent perpetuele cumulatieve achtergestelde

obligaties van 125 miljoen euro uit 2003 afgelost. De

notering van de perpetuele obligaties aan Euronext

Amsterdam is hiermee beëindigd. Deze perpetuele

obligaties maakten deel uit van het eigen vermogen. In 2013

is een lening van 290 miljoen euro tussen de coöperatie

en Koninklijke FrieslandCampina N.V. omgezet, waarbij

de voorwaarden gelijk zijn gesteld aan de voorwaarden

van ledenobligaties. Dit heeft als gevolg dat de lening bij

Koninklijke FrieslandCampina N.V. onderdeel is geworden

van het eigen vermogen en dit verder versterkt. Voor het

vermogen van de coöperatie heeft dit geen gevolgen.

De solvabiliteit is per saldo gedaald naar 33,0 procent

(ultimo 2012: 33,2 procent) door bovenvermelde effecten

alsmede door de toename van het balanstotaal. Dit als

gevolg van de acquisitie van Zijerveld en Den Hollander

Food en investeringen in het kader van route2020.

FrieslandCampina blijft ruimschoots voldoen aan de

voorwaarden van de bankconvenanten. Het negatieve

saldo van financieringsbaten en -lasten is afgenomen met

2 miljoen euro, wat per saldo resulteert in een last van

55 miljoen euro. De netto rentelast bedroeg 31 miljoen euro

(2012: 33 miljoen euro).

Resultaten 2013

Verslag bestuur

Verslag bestuur

Page 12: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

12

De belastinglast bedroeg 109 miljoen euro (2012:

168 miljoen euro). De afname is enerzijds het gevolg van

de vrijval van de latente belastingverplichtingen in 2013

als gevolg van de goodwill impairment en anderzijds het

negatieve effect van het afboeken van belastinglatenties

in 2012.

Reservering Aan de algemene reserve van de coöperatie is 44 miljoen

euro toegevoegd (2012: 162 miljoen euro). Door Koninklijke

FrieslandCampina N.V. is op naam van de leden-

melkveehouders 114 miljoen euro gereserveerd in de vorm

van ledenobligaties-vast (1,23 euro per 100 kilo melk).

MelkaanvoerIn 2013 is 9,3 miljard kilo melk door de leden van de

coöperatie aangeboden. De melkaanvoer ligt daarmee

4,5 procent hoger dan in 2012 (8,9 miljard kilo). In de eerste

vier maanden van 2013 lag de melkaanvoer nog op een

lager niveau dan het voorgaande jaar door de koude en

lange winter. Vanaf het voorjaar 2013 steeg de melkaanvoer

door de gunstige weersomstandigheden.

Opgelegde maatregelen Europese Commissie in verband met fusieDe onafhankelijke stichting Dutch Milk Foundation

(DMF) geeft uitvoering aan de fusievoorwaarden die de

Europese Commissie in 2008 heeft gesteld aan de fusie

tussen Friesland Foods en Campina. FrieslandCampina

moet producenten van dagverse zuivelproducten en/of

natuurgerijpte kaas op jaarbasis maximaal 1,2 miljard kilo

Nederlandse boerderijmelk ter beschikking stellen tegen de

FrieslandCampina garantieprijs minus 1 procent. De korting

van 1 procent vervalt per 1 juli 2014.

De bedrijfsonderdelen die bij de fusie verkocht moesten

worden en nu onderdeel uitmaken van Arla Foods en

Deltamilk, maken gebruik van deze mogelijkheid. Van de

beschikbare 1,2 miljard kilo melk is 0,9 miljard door de DMF

voor deze marktpartijen gereserveerd. In december 2013

hebben FrieslandCampina en A-ware een contract met

een looptijd van tien jaar gesloten met betrekking tot de

levering van circa 0,3 miljard kilo melk (het beschikbare

restant van de 1,2 miljard kilo boerderijmelk). De start

van de levering van boerderijmelk aan A-ware is voorzien

tussen 1 december 2014 en 1 mei 2015.

De stichting zorgt eveneens voor de uitvoering van de

opgelegde vertrekregeling voor Nederlandse leden-

melkveehouders van FrieslandCampina. In de periode 1

januari – 31 december 2013 heeft de Dutch Milk Foundation

9 aanvragen (2012: 14) goedgekeurd van melkveehouders

die het lidmaatschap van FrieslandCampina willen

beëindigen met gebruikmaking van de vertrekregeling

van 5,00 euro per 100 kilo melk. In totaal ging het hierbij

om 6,6 miljoen kilo melk. De melk die beschikbaar is bij

de DMF, wordt verminderd met het volume aan melk van

Nederlandse leden-melkveehouders die FrieslandCampina

verlaten met gebruikmaking van de vertrekregeling.

Vanaf de inwerkingtreding van de vertrekregeling in

2009 hebben 84 leden-melkveehouders hiervan gebruik

gemaakt. In totaal gaat het hierbij om 62 miljoen kilo melk.

Page 13: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

13

Verslag bestuur Bestuurlijke aangelegenheden 2013

Bestuurlijke aangelegenheden 2013

Evaluatie reglementen Voor de bestuurlijke organen van FrieslandCampina

stond het jaar 2013 vooral in het teken van de evaluatie

van de reglementen. Dit is een zeer zorgvuldig proces,

waarmee in het najaar van 2012 van start is gegaan. Als

eerste stap in de evaluatie zijn de leden gevraagd om hun

suggesties en meningen over de huidige reglementen

te delen. Tijdens de najaarsledenbijeenkomsten van

2012 en via melkweb konden leden met suggesties

komen voor de evaluatie van de regelingen. Dat leverde

bijna 700 reacties op. Vervolgens is voor elk reglement

een werkgroep opgezet, waarvan medewerkers van

FrieslandCampina, bestuursleden en ledenraadsleden deel

uitmaakten. De werkgroepen hebben de suggesties van

de leden meegenomen en bij het bestuur een kijkrichting

gepresenteerd. Vervolgens hebben het bestuur en

de executive board dit op 11 juni 2013 voorgelegd aan

de centrale vergadering van districtsraden (CVD). De

reacties hierop zijn besproken door het bestuur (en

door de executive board voor het Melkgeldreglement,

het Praktijkreglement en het Reglement Commissie van

Bezwaar). Dit vormde de basis voor de voorstellen, die

gepresenteerd zijn op de CVD van 28 augustus 2013.

In het najaar van 2013 zijn alle voorstellen met de

leden besproken tijdens de ledenvergaderingen en zijn

de leden gehoord over het Praktijkreglement. Hierna

heeft de coöperatieraad een positief advies gegeven

over het Praktijkreglement en heeft de executive

board de voorstellen voor het Melkgeldreglement, het

Praktijkreglement en het Reglement Weidegang vastgesteld

en het Reglement Commissie van Bezwaar goedgekeurd.

Het bestuur heeft op 3 december 2013 alle zeven regle-

menten vastgesteld, waarna de raad van commissarissen

op 6 december 2013 de Melkgeldreglementen (gangbare en

biologische melk) heeft goedgekeurd. Op 17 december 2013

heeft de ledenraad de Melkgeldreglementen (gangbare en

biologische melk) en het Reglement Commissie van Beroep

goedgekeurd. De ingangsdatum van alle goedgekeurde

reglementen is 1 januari 2014.

Belangrijkste inhoudelijke wijzigingenVerhoging prestatietoeslag naar 35 procent van de winstDe prestatietoeslag die leden-melkveehouders ontvangen

bedraagt met ingang van 2014 35 procent van de

nettowinst van de onderneming. Dat was voorheen

30 procent. Dit betekent dat een kleiner deel wordt

toegevoegd aan het eigen vermogen van de onderneming

(van 50 procent naar 45 procent van de nettowinst).

De uitkering uit de winst in ledenobligaties-vast blijft

ongewijzigd (20 procent van de nettowinst). Daarnaast

wordt aan de leden een interim uitkering uitbetaald op basis

van de resultaten van de onderneming en de geleverde

melkhoeveelheid. De interim uitkering wordt in september

uitgekeerd en bedraagt 75 procent van de pro-forma

prestatietoeslag over de eerste helft van het jaar. De finale

afrekening vindt plaats in april van het daarop volgende

jaar, op basis van de jaarresultaten van de onderneming en

de totale hoeveelheid geleverde melk.

Uitbetaling van kilogram eiwit, vet én lactoseFrieslandCampina betaalt met ingang van 2014 de melk uit

op basis van het aantal kilogram eiwit, vet en lactose. De

eiwit-, vet- en lactoseprijs wordt vermeld in euro per 100 kilo

en in de verhouding 10:5:1. Dit betekent dat de eiwitprijs

twee keer zo hoog is als de vetprijs en de eiwitprijs tien keer

zo hoog als de lactoseprijs. Deze verhouding reflecteert

de verwachte margeverhouding tussen de componenten

zoals die op de boerderij én in de onderneming in totaal

wordt gerealiseerd. Daarbij wordt de negatieve grondprijs

afgeschaft. Jaarlijks stelt het bestuur de verhouding (10:5:1)

voor het derde jaar vooruit vast. Het systeem combineert

daarmee een langere termijn vooruitblik met flexibiliteit.

Een inzichtelijke opbouw van de melkprijsDe totale prestatie van FrieslandCampina wordt zichtbaar

gemaakt in een viertal prijsbegrippen: de garantieprijs, de

contante prijs, de melkprijs en de prestatieprijs.

De garantieprijs is het bedrag per 100 kilo melk dat

FrieslandCampina gegarandeerd maandelijks uitbetaald aan

de leden-melkveehouders. De garantieprijs komt overeen

met de gemiddelde jaarprijzen voor boerderijmelk, inclusief

nabetaling en eventuele reservering op naam van de

referentiebedrijven in Duitsland, Denemarken, Nederland

en België.

De contante prijs bestaat uit de garantieprijs +

prestatietoeslag + weidegangtoeslag + toeslag bijzondere

melkstromen.

In 2013 zijn de volgende reglementen geëvalueerd:

Melkgeldreglement (gangbare en biologische melk),

Praktijkreglement, Reglement Commissie van Beroep,

Reglement Commissie van Bezwaar, Reglement Weidegang,

Reglement Zelfzuivelen, Reglement Biologische en

Biologisch-Dynamische melk.

Page 14: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

14

De melkprijs wordt vanaf 2014 gebaseerd op de

volgende grondslagen: garantieprijs + prestatietoeslag

+ weidegangtoeslag + toeslag bijzondere melkstromen +

uitgifte ledenobligaties-vast.

De prestatieprijs omvat naast de bovengenoemde

grondslagen ook: de rente op ledencertificaten,

ledenobligaties-vast en ledenobligaties-vrij + toevoeging

aan de algemene reserve van de vennootschap.

Saldering seizoensregelingDe seizoensregeling blijft gehandhaafd, maar wordt

niet meer per maand afgerekend. Hierdoor wordt het

maandelijkse melkgeld niet meer door de seizoensregeling

beïnvloed en komt in het voorjaar de liquiditeit van het

melkveebedrijf minder onder druk te staan. In plaats

daarvan wordt gesaldeerd en wordt het jaarlijkse effect

van de seizoensregeling op het melkgeld voor het gehele

kalenderjaar met de melkgeldnota over de maand december

van het betreffende kalenderjaar afgerekend. Van maart

tot en met juni geldt de seizoensheffing van 2,30 euro per

100 kilo melk. In de maanden augustus tot en met november

geldt een seizoenstoeslag van 2,45 euro per 100 kilo melk.

In de maanden januari, februari, juli en december is er geen

seizoensheffing en ook geen seizoenstoeslag.

Coöperatief model in de veranderende maatschappijFrieslandCampina heeft de ambitie de meest succesvolle,

professionele en aantrekkelijke zuivelonderneming te

creëren voor haar leden-melkveehouders, medewerkers,

afnemers en consumenten en voor de samenleving

door mensen wereldwijd essentiële voedingsstoffen uit

zuivelproducten te bieden voor elke fase in hun leven.

De groeiende vraag op de wereldmarkt naar gezonde

voeding die op duurzame wijze is geproduceerd, biedt

FrieslandCampina kansen.

FrieslandCampina heeft met route2020 een duidelijke

strategie om dat te bereiken. Hierin is ook een duidelijke

relatie gelegd met de coöperatie. Daarom heeft het

bestuur eind 2012 de coöperatieve strategie ‘Ondernemend

Verbinden’ ontwikkeld. Deze coöperatieve strategie

speelt zich af op het snijvlak tussen de onderneming

en de coöperatie en is vooral gericht op het versterken

van de totale waarde in de keten. De voortgang van de

strategie kreeg dit jaar veel aandacht. Meer specifiek is in

2013 invulling gegeven aan het ‘Coöperatief model in de

veranderende maatschappij’; één van de onderdelen uit

Ondernemend Verbinden.

Een toekomstbestendig coöperatief modelHet bestuur van de coöperatie zette in 2013 concrete

stappen om leden van FrieslandCampina meer en

duidelijker te betrekken bij besluitvormingsprocessen. Dat is

nodig omdat veranderingen in de maatschappij zich in hoog

tempo voltrekken en omdat de diversiteit onder de leden-

melkveebedrijven toeneemt (omvang, nevenactiviteiten,

afzet). Het bestuur heeft zich daarbij de vraag gesteld

op welke wijze de coöperatie invulling wil geven aan

ledenbetrokkenheid en welke zeggenschapsstructuur daar

het beste bij past. Van het huidige governance-model is

geconcludeerd dat deze op hoofdpunten ongewijzigd kan

blijven. De statutaire bevoegdheden binnen de coöperatie

blijven dan ook nagenoeg gelijk. Wel is nagedacht over

een nieuwe, eigentijdse en toekomstbestendige invulling

van het model. Gedurende het verslagjaar is binnen de

coöperatieve organen hierover gesproken en is uiteindelijk

een aantal concrete besluiten genomen. Om het kader en

de leden meer te betrekken bij besluitvormingsprocessen,

worden bijvoorbeeld de rollen en taken van de coöperatieve

organen aangescherpt. De belangrijkste besluiten voor de

leden zijn:

• er zullen in toenemende mate thema- en

huiskamerbijeenkomsten voor leden worden

georganiseerd;

• door het uitvoeren van peilingen tijdens

ledenbijeenkomsten worden leden meer in de

gelegenheid gesteld hun mening te geven over

voorstellen van het bestuur;

• de leden zullen nader worden geïnformeerd over

besluitvormingsprocessen (planning, fasering, etc.);

• de coöperatie zal in toenemende mate het ‘waarom’

achter de genomen besluiten toelichten en uitdragen;

• de coöperatieraad zal nog meer als klankbord voor het

bestuur gaan functioneren;

• melkweb zal nog nadrukkelijker worden ingezet als

actueel communicatiemiddel (o.a. bij calamiteiten)

richting de leden.

In ‘Ondernemend Verbinden’ heeft het bestuur een vijftal

thema’s voor de coöperatieve agenda vastgesteld.

1. De groeistrategie van de coöperatie

2. Het coöperatief model in de veranderende maatschappij

3. De externe rol van de coöperatie

4. Communicatie

5. Materiële voordelen van de coöperatie

Page 15: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

15

Verslag bestuur Bestuurlijke aangelegenheden 2013

Daarnaast zijn er onderwerpen besproken die een

statutenwijziging vereisen. Het proces van statutenwijziging

start in 2014 en moet tijdens de ledenraad van december

2014 leiden tot besluitvorming. Met ingang van 2015

worden de wijzigingen in de statuten dan formeel van

kracht. Hierbij gaat het over:

• nieuw gekozen districtsraadsleden zullen in functie

treden na de ledenraad van december (momenteel treden

nieuw gekozen districtsraadsleden in functie na afloop

van de najaarsledenbijeenkomsten);

• de naam ‘coöperatieraad’ zal worden gewijzigd in

‘voorzittersoverleg’;

• de coöperatieraad zal geen adviesbevoegdheid meer

hebben over de jaarrekening van de coöperatie;

• de voorzitter van de districtsraad zal zich – in incidentele

situaties – door de vice-voorzitter van de districtsraad

kunnen laten vervangen tijdens het voorzittersoverleg;

• in 2014 zal worden beoordeeld of de grondslagen voor

het stemrecht voor leden aangepast wordt. Tijdens

de najaarsledenbijeenkomsten in 2014 kunnen leden

hierover hun mening geven.

Bestuursvergaderingen Tijdens de bestuursvergaderingen in 2013 is een groot

aantal onderwerpen aan de orde geweest, zoals:

• jaarrekening van de coöperatie 2012;

• coöperatieve strategie;

• toekomstvisie Nederlandse melkveehouderij;

• voorbereiding en evaluatie van ledenbijeenkomsten;

• ledencommunicatie;

• ledenbinding en ledenbetrokkenheid;

• voorbereiding diverse coöperatieve vergaderingen;

• lidmaatschapsaanvragen en lidmaatschapsopzeggingen

(inclusief vertrekregeling);

• ontwikkelingen Productschappen;

• reglementen 2014 Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A.;

• ledenonderzoek melkaanvoer;

• Campina-melk;

• biologische melk;

• Foqus planet;

• Salmonella programma;

• opleidingsplan voor de kaderleden (inclusief

jongerenwerk);

• kosten van de coöperatie.

WerkbezoekenIeder jaar brengt het bestuur aan verschillende districten

een werkbezoek, dat door de districtsraad zelf wordt

georganiseerd. Doel van deze werkbezoeken is een nadere

kennismaking met de districtsraadsleden en extra aandacht

voor regionale thema’s en vraagstukken. Daarvoor worden

ook leden en bedrijven in de regio bezocht. Het bestuur

ervaart deze bezoeken als zeer leerzaam en nuttig. De

opgedane kennis en ervaring zijn gebruikt in het verdere

besluitvormingsproces van het bestuur.

Het bestuur heeft in 2013 werkbezoeken gebracht aan:

• District 11, Arnhem

• District 6, Drenthe

• District 21, Westfalen/Hessen

• District 1, Groningen

• District 15, Zuid-Holland

Ledenraad en centrale vergadering van districtsraden In 2013 zijn de 210 districtsraadsleden meerdere keren

bijeen geweest. Er zijn ledenraden gehouden (waar

besluiten worden genomen) en centrale vergaderingen

van districtsraden (CVD) waar thema’s worden besproken

zonder dat er besluitvorming plaatsvindt.

LedenraadIn april 2013 heeft de ledenraad besluiten genomen

over de jaarrekening 2012 van Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A. De ledenraad heeft het besluit

van het bestuur tot vaststelling van de jaarrekening

van Koninklijke FrieslandCampina N.V goedgekeurd.

De ledenraad is geïnformeerd over de beloning van de

executive board en de raad van commissarissen. Ook

is de accountant voor 2013 herbenoemd. In juni heeft

besluitvorming plaatsgevonden over de herbenoeming

van bestuurslid Erwin Wunnekink. Hij is herbenoemd.

Om groei in de groeicategorieën te kunnen realiseren en de

verwachte toenemende melkhoeveelheid van de leden-

melkveehouders als gevolg van het wegvallen van de EU-

melkquota in 2015 te kunnen verwerken, heeft de ledenraad

haar goedkeuring gegeven aan de investeringen op de

productielocaties in Leeuwarden en Borculo.

In het kader van de evaluatie van de reglementen heeft

de ledenraad het Melkgeldreglement, het Biologisch

Melkgeldreglement en het Reglement Commissie van

Beroep goedgekeurd. De ledenraad heeft in december 2013

ingestemd met de voorgestelde wijzigingen in het kader van

het coöperatief model in de veranderende maatschappij.

Centrale vergadering van districtsradenTijdens centrale vergaderingen van districtsraden worden,

in tegenstelling tot ledenraadsvergaderingen, geen

Page 16: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

16

besluiten genomen. Begin 2013 zijn de themabijeenkomsten

over de waardering van de melkcomponenten voorbereid

en is gesproken over het plan van aanpak met betrekking

tot ledencommunicatie. Verder is gesproken over de

voorgenomen acquisitie van Zijerveld en Den Hollander

Food. In maart zijn de jaarcijfers van 2012 toegelicht en

besproken.

In juni heeft de CVD meningen gedeeld over het

‘Coöperatief model in de veranderende maatschappij’. Dit

in het kader van de invulling van Ondernemend Verbinden;

de strategie van de coöperatie. Ook zijn de voorgestelde

wijzigingen van de regelingen 2014 nader besproken.

In augustus heeft de executive board de halfjaarcijfers

van 2013 toegelicht. De resultaten zijn binnen de CVD

bediscussieerd. Wederom zijn de voorgestelde wijzigingen

van de regelingen 2014 nader besproken.

In het najaar zijn de concrete voorstellen in het kader van

het ‘Coöperatief model in de veranderende maatschappij’

aan de CVD voorgelegd. Ook zijn de contouren van de

toekomstvisie van de Nederlandse melkveehouderij

besproken.

Coöperatieraad De coöperatieraad heeft tot taak als klankbord voor het

bestuur te fungeren. Zowel relevante thema’s voor de

onderneming, haar verbintenis met de onderneming, als

coöperatieve aspecten zijn besproken. De coöperatieraad

heeft in 2013 onder andere de volgende onderwerpen

besproken:

• voorbereiding districtsraadsvergaderingen en

ledenbijeenkomsten;

• ledencommunicatie;

• Foqus planet;

• ledenonderzoek melkaanvoer;

• jaarplannen districten;

• benoeming van coöperatieraadsleden in diverse

commissies;

• verkiezingen van districtsraadsleden;

• jaarrekening 2012, ter advisering aan de ledenraad;

• herbenoeming 1 bestuurslid, ter bindende voordracht aan

de ledenraad;

• kadervorming en jongerenwerk;

• praktijkreglement 2014, ter advisering aan het bestuur.

Verder heeft de coöperatieraad in december een studiedag

georganiseerd. Tijdens deze dag is stilgestaan bij de taken,

rollen en bevoegdheden van de coöperatieraad. Ook is

besproken op welke wijze de coöperatieraadsleden invulling

willen geven aan deze taken, rollen en bevoegdheden.

Tijdens de studiedag heeft de coöperatieraad o.a.

onderstaande taken en rollen bevestigd.

De coöperatieraad:

• is een vergadering die uitvoering geeft aan statutaire

bevoegdheden en komt tot besluiten of adviezen die

daaruit voortvloeien;

• geeft mede invulling aan selectie en benoeming van

bestuursleden via het bindend advies aan de ledenraad;

• is een overlegplatform voor districtsraden. Via de

voorzitters worden actuele kwesties en ervaringen met

elkaar gedeeld;

• geeft ongevraagd advies aan het bestuur;

• is een klankbordgroep voor het bestuur;

• is een platform voor ontwikkeling van kennis en creatieve

ideeën;

• neemt procesverantwoordelijkheid in de ledenraad.

Eind 2013 zijn vijf coöperatieraadsleden (waaronder de

voorzitter van de coöperatieraad) afgetreden. Zij waren

regulier aftredend en niet herbenoembaar. Het bestuur

is hen bijzonder erkentelijk voor hun inzet gedurende de

afgelopen jaren.

DistrictsraadsvergaderingenIn 2013 hebben alle districten minimaal vier keer

afzonderlijk vergaderd. Omdat in 2013 de evaluatie van

de coöperatieve regelingen aan de orde was, stond dit

onderwerp bij elke districtsraadsvergadering op de agenda.

Ook het verzamelen, verwerken en communiceren van de

meningen en suggesties van de leden in het eigen district

hoorden daarbij. Hiervoor maakten de districtsraden onder

meer gebruik van de districtspagina op melkweb. Daarnaast

kwamen de coöperatieve strategie en de voorbereiding

en evaluatie van de ledenbijeenkomsten aan de orde.

Ook waren de districtsraadsvergaderingen platform voor

het uitwisselen van informatie met het bestuur en de

coöperatieraad.

In de meeste districten vonden in 2013 verkiezingen plaats.

Het proces rondom de verkiezingen en het invullen van

eventuele vacatures waren natuurlijk onderwerp van

gesprek tijdens de districtsraadsvergaderingen.

In zeven districten is een activiteit georganiseerd speciaal

voor de leden-melkveehouders van de bedrijven met de

Excellent-status.

Page 17: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

17

Verslag bestuur Bestuurlijke aangelegenheden 2013

Elk district maakte in 2013 een jaarplan met daarin de

activiteiten die dat jaar vanuit de districtsraad worden

georganiseerd voor de leden-melkveehouders in het

eigen district. In dit kader werden allerlei activiteiten

georganiseerd met uiteenlopende thema’s (kaas, marketing,

China). Veelal werden gastsprekers uitgenodigd en werd

het thema gecombineerd met een workshop. Veel districten

organiseerden daarnaast huiskamerbijeenkomsten en/of

stalavonden.

Jongerenwerk 2013Het jongerenwerk van FrieslandCampina richt zich op

de 4.000 jonge melkveehouders (leeftijd tot en met

35 jaar). Via een vertegenwoordiging vanuit elk district

bestaat de jongerenorganisatie uit de jongerenraad, de

jongerencommissie en het dagelijks bestuur. Doel van het

jongerenwerk is het vergroten van de betrokkenheid van

alle jongeren bij de coöperatie.

Het jongerenwerk heeft veel aandacht voor het delen van

kennis over FrieslandCampina en de uitdagingen in de

melkveehouderij. FrieslandCampina vindt het standpunt

van de jonge melkveehouders erg belangrijk en daarom

worden jongeren regelmatig naar hun mening gevraagd.

Door de jongeren bestuurlijk actief te laten zijn binnen hun

jongerenorganisatie hebben ze een platform waar ze zich

kunnen ontwikkelen en wordt een visvijver gecreëerd voor

toekomstig bestuurlijk kader.

In februari van het verslagjaar heeft de jongerencommissie

een studiereis gemaakt naar Ierland. De kennismaking met

jonge melkveehouders daar, het belang van weidegang

en de informatie over de onderneming Glambia heeft veel

gesprekstof en nieuwe inzichten gebracht.

De FrieslandCampina jongerenpagina op facebook was in

2013 actief en is gegroeid naar ruim 600 deelnemers. Ook

het op jongerengedeelte van melkweb werden regelmatig

berichten geplaatst.

Bouwen of cashen?Ieder jaar buigen de jongeren van FrieslandCampina zich

over een thema dat gedurende het jaar de rode draad vormt

in het jongerenwerk. In 2012 koos de jongerencommissie

voor het jaarthema ‘Bouwen of cashen’; blijven we

investeren in FrieslandCampina (bouwen) of komt het

moment dichterbij dat we de onderneming verkopen en

afscheid nemen van de coöperatie (cashen)?

In maart 2013 heeft de jongerencommissie een advies aan

het bestuur uitgebracht. Hierin werd genoemd dat het

belangrijk is om het ledengevoel te versterken, door de

visie van de coöperatie met de leden te delen en successen

te vieren. Ook werd aan het bestuur geadviseerd om te

investeren in activiteiten en hulpmiddelen die het 'wij'-

gevoel versterken (vlaggen, excursies, jongerendagen,

kleding met het FrieslandCampina-logo).

Daarnaast werd het belang van goede ledencommunicatie

benadrukt. Zo doen de jongeren in het verslagjaar de

aanbeveling om meer podia te creëren voor interactie en

discussie, zoals huiskamerbijeenkomsten en Lagerhuis-

discussies. Transparantie, terugkoppeling bij vragen en

vertaling van regelingen naar praktijksituaties zullen het

begrip voor bepaalde regels vergroten. De belangrijkste

aanbeveling van de jongeren aan het bestuur van

FrieslandCampina in 2013: blijf communiceren over het

oorspronkelijke doel van de coöperatie.

Beïnvloedbare factoren in de ketenIn de eerste bijeenkomst daarna is een nieuw jaarthema

gekozen. Het gekozen onderwerp zoekt antwoorden op

de volgende vraag: Welke beïnvloedbare factoren zijn

er in de zuivelketen die buiten de bedrijfsvoering op het

melkveebedrijf liggen en invloed hebben op het resultaat

van het melkveebedrijf? Het advies wordt in maart 2014

aan het bestuur voorgelegd.

Thema- en ledenbijeenkomsten In 2013 waren drie rondes ledenbijeenkomsten. Naast

de reguliere ledenrondes in het voorjaar (maart/april)

en het najaar (oktober/november) was er een ronde

themabijeenkomsten in februari.

In februari 2013 vonden themabijeenkomsten

plaats, die in het teken stonden van de waardering

van melkcomponenten. Met de leden werd een

uitbetalingssysteem voor boerderijmelk besproken,

dat naast eiwit en vet ook lactose financieel waardeert.

FrieslandCampina heeft in route2020 de keuze gemaakt

om de toenemende hoeveelheid ledenmelk te vermarkten

door te groeien en meerwaarde te creëren in vooral de

categorieën baby- en kindervoeding, zuiveldranken en

merkkaas. Om beter te kunnen inspelen op de marktvraag

naar producten en ingrediënten, en dus ook de behoefte

van FrieslandCampina, is de samenstelling van de te

ontvangen melk belangrijk. De themabijeenkomsten

trokken ongeveer 3.250 deelnemers.

Page 18: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

18

Tijdens de voorjaarsledenbijeenkomsten werden

de jaarcijfers van 2012 uitgebreid toegelicht. Ook

was er een terugkoppeling van de resultaten van

de themabijeenkomsten en van de ledenenquête

in het kader van de regelingen 2014. Ongeveer

7.200 leden-melkveehouders bezochten de

voorjaarsledenbijeenkomsten.

De najaarsledenbijeenkomsten in oktober en november

stonden in het teken van de voorgestelde regelingen 2014.

Meest spraakmakend hierin was het Melkgeldreglement,

met daarin voorstellen voor de melkprijssystematiek en

het reserveringsbeleid. Ander belangrijk agendapunt was

de jaarlijkse verkiezing van districtsraadsleden. Daarnaast

kwamen de cijfers van FrieslandCampina over het eerste

halfjaar van 2013 aan de orde, de stand van zaken met

betrekking tot het mest- en mineralenbeleid en actuele

onderwerpen binnen Foqus planet. Ongeveer 6.850 leden-

melkveehouders brachten een bezoek aan één van de

najaarsledenbijeenkomsten.

Commissie van Beroep In 2013 is bij de Commissie van Beroep geen beroep

ingediend. De leden van de Commissie van Beroep hebben

meegewerkt aan de evaluatie van het Reglement Commissie

van Beroep.

Toekomstschets Nederlandse melkveehouderij Het bestuur van FrieslandCampina is, in nauwe

samenwerking met LTO Nederland (vakgroep LTO

Melkveehouderij) en de Nederlandse Zuivelorganisatie

NZO, betrokken geweest bij de ontwikkeling van de

toekomstschets van de Nederlandse melkveehouderij.

Vastgesteld is dat de melkveehouderij in Nederland op een

belangrijk kruispunt staat. De sector is dynamisch en er is

sprake van ondernemerslust. De sector is zich er terdege

van bewust dat de toekomstige ontwikkeling binnen

maatschappelijk aanvaarde normen dient plaats te vinden.

In de Toekomstschets Nederlandse melkveehouderij is

aangegeven hoe de zuivelsector meent dat deze normen

verenigd kunnen worden tot een vitale activiteit van groot

economisch, landschappelijk en maatschappelijk belang.

Een belangrijk aspect is dat de zuivelsector kiest voor

grondgebonden melkveehouderij en behoud van weidegang

voor koeien. Voor bedrijven zonder grond is er in de visie

van LTO Nederland en de Nederlandse Zuivelorganisatie

geen plaats. Datzelfde geldt voor melkveehouderijbedrijven

met dichte stallen. Melkveebedrijven die een nieuwe

milieuvergunning nodig hebben en geen weidegang

toepassen wijzen beide partijen eveneens af, tenzij

deze bedrijven voldoende voedergewassen uit de nabije

omgeving betrekken.

Individuele zuivelondernemingen zullen geen melk afnemen

en verwerken van nieuwe bedrijven die niet passen in het

beoogde toekomstbeeld.

Om de melkveehouderij na het wegvallen van de

melkquotering in 2015 op verantwoorde wijze te laten

ontwikkelen worden de volgende maatregelen genomen:

• behoud van weidegang op het niveau van 2012 zoals

afgesproken in het Convenant Weidegang. De sector zal

passende maatregelen nemen als het beoogde niveau

niet wordt gerealiseerd;

• de instelling van een fosfaatplafond en het nemen

van maatregelen zodat de melkveehouderij binnen de

milieurandvoorwaarden van de Rijksoverheid blijft voor

fosfaat, ammoniak en broeikasgas;

• beroep op overheden om geen vergunning te verlenen

aan ongewenste typen nieuwe melkveebedrijven;

• de zuivelondernemingen weigeren melk van ongewenste

typen nieuwe melkveebedrijven.

LTO Nederland en de NZO willen de toekomstvisie

realiseren door samen met partners in de keten te

innoveren en zo verder te verduurzamen. De sector neemt

hiermee zelf haar verantwoordelijkheid om de gestelde

duurzaamheidsdoelen te behalen. Verder zorgt zij ervoor

dat de ontwikkeling van de melkveehouderij plaats vindt

binnen de gestelde milieurandvoorwaarden. Er zal jaarlijks

een onafhankelijke monitoring en rapportage plaatsvinden.

De sector neemt zo nodig niet-vrijblijvende maatregelen als

de ontwikkeling van de melkveehouderij tot meer uitstoot

van mest en mineralen leidt dan de milieurandvoorwaarden

van de overheid toestaan.

Met deze maatregelen geven LTO Nederland en de NZO

antwoord op de vragen die leven in de sector en de

maatschappij over de toekomst van de melkveehouderij

in Nederland.

Page 19: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

19

Verslag bestuur Vooruitzichten

Het jaar 2013 laat zien hoe moeilijk de zuivelmarkt te

voorspellen is. De snelle stijging van de noteringen van

commodities en het blijvende hoge prijsniveau gedurende

het gehele jaar, heeft producenten en afnemers over

de hele wereld verrast. FrieslandCampina blijft dan

ook terughoudend in haar vooruitzichten en doet geen

uitspraak over de resultaatverwachting voor 2014.

Op de langere termijn blijven de vooruitzichten voor de

zuivelmarkt positief. Door de groeiende wereldbevolking

en toenemende welvaart in vele regio’s zal de vraag

naar zuivelproducten blijven stijgen. Als gevolg

van de snel toenemende verstedelijking neemt de

zelfvoorzieningsgraad van mensen verder af en zal de

vraag naar voeding, waaronder zuivelproducten, toenemen.

Het is de verwachting dat in Azië de groei positief blijft.

Afrika is een continent met een groot potentieel. Echter

valuta-ontwikkelingen, weersomstandigheden, politieke

onrust en tegenstellingen tussen bevolkingsgroepen

kunnen de ontwikkelingen ongunstig beïnvloeden.

FrieslandCampina verwacht in 2014 verder te groeien met

kindervoeding en zuiveldranken in Azië en Afrika. Daarbij

wordt rekening gehouden met toenemende concurrentie

van lokale aanbieders van zuivelproducten. Dit vraagt

van FrieslandCampina snelle aanpassing aan lokale

marktomstandigheden. Een aantal nieuwe introducties is

voorzien. In Azië en Afrika spelen, met name in de steden,

de opkomende supermarkten een steeds grotere rol in de

distributie van voedingsmiddelen. Op het platteland blijft

de klassieke distributie via kleine traditionele winkels die

door tussenhandelaren bevoorraad worden belangrijk.

FrieslandCampina zal aan beide kanalen veel aandacht

blijven besteden. Met name in China en in kindervoeding

wordt e-commerce steeds belangrijker. Steeds meer ouders

gebruiken informatie afkomstig van websites en social

media en kopen kindervoeding vaker via internet.

De verdergaande globalisering heeft een effect op de

prijsontwikkeling van producten en leidt tot meer volatiele

markten. Dit kan leiden tot toenemende koersverschillen.

Overheden hanteren steeds strenger wordende criteria

op het gebied van voedselveiligheid en kwaliteit. Kleine

afwijkingen van protocollen of interpretatieverschillen

kunnen grote gevolgen hebben voor de export vanuit

Nederland. De toenemende regulering heeft een

prijsopdrijvend effect op de kosten.

Voor 2014 is het de verwachting dat Europa te maken

blijft houden met consumenten die hun uitgaven beperken

als gevolg van inkomens die onder druk staan door

lastenverhogingen en toenemende werkloosheid. Om

in deze tijd attractief en onderscheidend te blijven met

merken en productproposities ten opzichte van huismerken

en discounters, is het voor een merkenfabrikant

als FrieslandCampina noodzakelijk te sturen op

kostenverlaging en tegelijkertijd gerichte investeringen in

innovatie en marketing te doen.

Het is de verwachting dat in 2014 het aanbod van melk

wereldwijd licht zal groeien. Weersomstandigheden en

de beschikbaarheid van melkvee blijven de belangrijkste

factoren voor de melkproductie. Naar verwachting zal in

Nieuw-Zeeland wel meer melk worden geproduceerd maar

blijft in Noord- en Zuid-Amerika de productie achter. In de

Europese Unie zal naar verwachting de groei achterblijven

bij het beschikbare quotum in het laatste melkquotumjaar

2014 – 2015. In Nederland, Denemarken en Duitsland

zal de melkproductie waarschijnlijk verder toenemen,

vooruitlopend op de beëindiging van de melkquotering

in 2015.

FrieslandCampina verwacht een verdere volumegroei

van toegevoegde waardeproducten. In het bijzonder

in kindervoeding wordt een versnelling in de groei

voorzien door het ter beschikking komen van nieuwe

productiecapaciteit, zowel voor de consumenten- als

industriële markt. Ook met zuiveldranken wordt autonome

groei voorzien mede aan de hand van een aantal innovaties.

De groei van zuiveldranken zal vooral buiten Europa

plaatsvinden. Binnen Europa wordt een lichte volumedaling

van zuiveldranken verwacht. Ook voor merkkaas zal Europa

een lastige markt blijven. Noord-Afrika blijft een onzekere

markt als gevolg van de politieke instabiliteit van de regio.

De concurrentie van lokale spelers in de verschillende

landen neemt toe.

De vooruitzichten van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina

U.A. komen overeen met de vooruitzichten van de

dochteronderneming Koninklijke FrieslandCampina N.V.

Vooruitzichten

Page 20: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

20

De uitgaven voor reclame & promotie nemen toe ter

ondersteuning van de groei en versterking van de

merkposities en marktaandelen. De bedrijfslasten zullen,

in lijn met de groei en verdere professionalisering van de

onderneming, verder stijgen. Investeringen staan gepland

in uitbreiding van de productiecapaciteit, vervanging van

installaties, efficiencyverbeteringen en in innovatie. De

innovatieprogramma’s zijn gekoppeld aan de strategische

groeicategorieën en voorzien in een intensievere

samenwerking met afnemers. De uitgaven voor research &

development zullen toenemen. Ook wordt geïnvesteerd in

verdere verduurzaming, kwaliteitsverbetering en -controle.

Op het gebied van human resources blijft er behoefte aan

goed opgeleid talent en mobiliteit van medewerkers om de

gewenste personeelsbezetting kwalitatief op hoog niveau

te houden. Opleiding en training op diverse terreinen

krijgt veel aandacht evenals de verdere verbetering

van de veiligheid op de werkplek. Zowel de toename in

efficiency, aanpassingen in de organisatie als de uitbouw

van activiteiten en mogelijke acquisities zullen leiden tot

mutaties in het personeelsbestand.

Binnen geheel FrieslandCampina wordt gewerkt aan

aanpassingen in de aansturing van processen en werkwijzen

om beter en sneller in te spelen op de veranderingen in de

markt en schaalvoordelen beter te benutten.

De financiële basis van FrieslandCampina is solide en biedt

een goede basis voor de realisatie van haar plannen in

het kader van de strategie route2020. Verwacht wordt

dat FrieslandCampina in 2014 ruimschoots aan haar

financieringsbehoefte kan voldoen. De onderneming is

voornemens in 2014 de kern van haar bankfinanciering te

verlengen en de condities te verbeteren.

Verhoogde aandacht voor maatschappelijk verantwoord

ondernemen in de gehele productieketen van zuivel

zal bijdragen aan duurzame waardecreatie voor alle

belanghebbenden.

Door verdere stappen te zetten in de realisatie van de

strategie route2020 draagt FrieslandCampina ook in 2014

bij aan de positieverbetering van de leden-melkveehouders

van de coöperatie.

Bestuur Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.

Piet (P.) Boer

voorzitter

Jan (J.H.G.M.) Uijttewaal

vicevoorzitter

Sjoerd (S.H.) Galema

Angelique (A.A.M.) Huijben-Pijnenburg

Jan (J.P.C.) Keijsers

Frans (F.A.M.) Keurentjes

Simon (S.R.F.) Ruiter

Hans (H.) Stöcker

Erwin (W.M.) Wunnekink

Amersfoort, 8 april 2014

Page 21: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

21

Belangrijkste ontwikkelingen Koninklijke FrieslandCampina N.V.

Kerncijfers 2013 2012 ▲ %

in miljoenen euro’s

Netto-omzet 11.418 10.309 10,8

Bedrijfsresultaat voor goodwill impairment 513 487 5,3

Bedrijfsresultaat 313 487 -35,7

Winst zonder goodwill impairment 327 278 17,6

Winst 157 278 -43,5

Melkprijs (in euro per 100 kilo) 42,49 36,24 17,2

Volume ▲ ▲

FrieslandCampina heeft een goed jaar achter de rug. De leden-melkveehouders hebben een historisch hoge melkprijs ontvangen. De goede resultaten van de onderneming en de sterke stijging van de prijzen van zuivelproducten hebben hier aan bijgedragen. Bijna alle business groups hebben hun resultaat verbeterd. FrieslandCampina ligt voor op de realisatie van haar strategie route2020. Alle strategische groeicategorieën hebben hun prestaties verbeterd met uitzondering van zuiveldranken in Europa. De categorie kindervoeding realiseerde de sterkste volumegroei. De business group Cheese, Butter & Milkpowder bewerkstelligde de sterkste resultaatverbetering in 2013. Door de aanhoudende crisis in Europa is een goodwill impairment van 200 miljoen euro genomen ten laste van het resultaat.

Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. is houder

van alle aandelen van Koninklijke FrieslandCampina

N.V. hetgeen de enige in financiële zin materiële

dochteronderneming is die door de coöperatie

wordt gehouden. De belangrijkste ontwikkelingen

gedurende 2013 van deze dochteronderneming zijn

in dit hoofdstuk samengevat. Voor een volledige

beschrijving wordt verwezen naar het Jaarverslag

2013 van Koninklijke FrieslandCampina N.V.

Belangrijkste ontwikkelingen Koninklijke FrieslandCampina N.V.

• Goed jaar bij historisch hoge melkprijs

• Prestatie voor leden-melkveehouders stijgt met 28,3 procent naar 3,04 euro

per 100 kilo melk excl. btw, bij 4,41 procent vet en 3,47 procent eiwit

• Acceleratie strategie route2020

Verdere groei netto-omzetDe netto-omzet steeg in 2013 met 10,8 procent naar

11,4 miljard euro. De groei van de netto-omzet is

gerealiseerd door volumegroei en hogere prijzen. Positief

was de volumegroei van kindervoeding met 10,8 procent en

de volumegroei van de zuiveldranken in Azië en Afrika, ook

met 10,8 procent. De categorie merkkaas realiseerde een

volumegroei van 9,5 procent door toename van de export.

In Europa bleef er druk op het volume en de omzet door

teruglopende consumentenbestedingen als gevolg van de

economische crisis.

De helft van de omzetgroei is gerealiseerd door prijs-

stijgingen. Acquisities droegen voor 364 miljoen euro

(3,5 procent) bij aan de omzetgroei. Valuta-effecten hadden

per saldo een negatief effect op de omzet van 157 miljoen

euro (1,5 procent).

Verbetering bedrijfsresultaat voor goodwill impairmentHet bedrijfsresultaat voor goodwill impairment nam toe

met 5,3 procent tot 513 miljoen euro. De verbetering

van het resultaat is het gevolg van volumegroei, het

kunnen doorberekenen van de hogere garantieprijs en

verdergaande efficiencyverbeteringen in de productie en

kostenbeheersing bij de Europese werkmaatschappijen,

ondanks negatieve koerseffecten.

De bedrijfslasten voor goodwill impairment zijn in 2013 met

11,1 procent toegenomen naar 10.928 miljoen euro (2012:

9.837 miljoen euro) als gevolg van de hogere garantieprijs

voor boerderijmelk en de toename met 72 miljoen euro van

de hogere prestatietoeslag en uitkering ledenobligaties,

acquisities en de toegenomen personeelskosten door de

groei van de onderneming.

Page 22: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

22

Hogere winst zonder goodwill impairmentDe winst zonder goodwill impairment over 2013 steeg

met 17,6 procent tot 327 miljoen euro (2012: 278 miljoen

euro) door een hoger bedrijfsresultaat voor impairment.

Van de winst wordt 78 miljoen euro toegerekend aan

minderheidsbelangen.

Goodwill impairmentOver het boekjaar 2013 is er een goodwill impairment

(bijzondere waardevermindering) voor een bedrag van

200 miljoen euro. De impairment betreft een deel van de

goodwill die met name betrekking heeft op de acquisitie van

het voormalige Nutricia Dairy & Drinks in 2001 (met onder

meer de merken Chocomel, Fristi, Extran, Milli, Pöttyös

en vestigingen in Nederland, België, Duitsland, Hongarije

en Roemenië). De reden voor de goodwill impairment

is de economische situatie in Europa. Als gevolg van de

aanhoudende crisis is de resultaatverwachting in Europa

naar beneden bijgesteld.

WinstverdelingDe verlaging van de winst als gevolg van de goodwill

impairment in 2013 heeft geen gevolgen voor de hoogte

van de prestatietoeslag en de uitkering van ledenobligaties

aan de leden-melkveehouders. Het melkgeldreglement

biedt de executive board en het bestuur van de coöperatie,

in het geval van een goodwill impairment van meer dan

100 miljoen euro, de mogelijkheid om bij de winstverdeling

hiermee rekening te houden. Van de winst in 2013 van

157 miljoen euro wordt 78 miljoen euro toegerekend

aan de minderheidsbelangen. De executive board stelt

voor om bij de berekening van de prestatietoeslag en de

uitkering van ledenobligaties het effect van de goodwill

impairment buiten beschouwing te laten en 41 miljoen euro

toe te voegen aan de algemene reserve. De resterende

winst wordt als volgt bestemd: 34 miljoen euro wordt

gereserveerd als rentevergoeding aan houders van

ledenobligaties en 4 miljoen euro wordt gereserveerd als

rentevergoeding aan houders van perpetuele obligaties.

Business groupsDe netto-omzet derden van de business group Consumer

Products Europe, Middle East & Africa nam toe met

1,3 procent naar 3.829 miljoen euro (2012: 3.779 miljoen

euro) door hogere verkoopprijzen. Het bedrijfsresultaat

voor herstructureringen en goodwill impairment daalde

in 2013 naar 237 miljoen euro (2012: 262 miljoen euro)

doordat de stijgende garantieprijs voor boerderijmelk

onvoldoende snel in de markt kon worden doorberekend.

Het bedrijfsresultaat nam af naar 10 miljoen euro als gevolg

van de goodwill impairment van 200 miljoen euro en een

incidentele last van 27 miljoen euro voor de in oktober

2013 aangekondigde herstructureringsmaatregelen in

Nederland. Focus op kosten en efficiencyprogramma’s

hebben bijgedragen aan kostenbesparingen.

De business group Consumer Products Asia heeft in

2013 opnieuw goed gepresteerd. De netto-omzet derden

groeide met 12,3 procent naar 2.338 miljoen euro (2012:

2.081 miljoen euro) ondanks een negatief valuta-effect

van 13 miljoen euro. Het bedrijfsresultaat steeg met

11,9 procent tot 385 miljoen euro (2012: 344 miljoen euro).

Friso kindervoeding en zuiveldranken lieten een goede

groei zien. In de meeste landen zijn de marktaandelen voor

kindervoeding licht verbeterd ten opzichte van 2012. De

marktaandelen voor zuiveldranken herstelden in Indonesië

en Vietnam maar stonden in een aantal andere landen licht

onder druk.

De business group Cheese, Butter & Milkpowder heeft een

goed jaar achter de rug. De netto-omzet derden nam met

22,9 procent toe naar 3.012 miljoen euro. De omzet steeg

als gevolg van prijsstijgingen en door acquisities. Het

volume steeg, inclusief acquisities met 4,6 procent. Vooral

commodities als foliekaas, boter en melkpoeder hadden

een goed jaar. FrieslandCampina Export had het lastiger

als gevolg van de sterke stijging van de garantieprijs en

valuta-ontwikkelingen. Het bedrijfsresultaat nam toe

met 84 miljoen euro van 30 miljoen euro negatief naar

54 miljoen euro positief.

De business group Ingredients heeft opnieuw goed

gepresteerd in 2013. De netto-omzet derden groeide met

6,1 procent naar 1.801 miljoen euro (2012: 1.698 miljoen

euro) door een positieve mix van producten en hogere

verkoopprijzen als gevolg van de garantieprijsontwikkeling.

Vooral FrieslandCampina Domo, DMV en DFE Pharma

droegen hieraan bij. Het volume aan toegevoegdewaarde-

producten is toegenomen ten koste van commodities bij

volledige benutting van de capaciteit. Het bedrijfsresultaat

nam toe met 21,7 procent tot 275 miljoen euro (2012:

226 miljoen euro).

Operationele kasstroom afgenomenDe kasstroom uit operationele activiteiten is afgenomen

naar 596 miljoen euro (2012: 842 miljoen euro), als

gevolg van toename van het werkkapitaal door stijging

van de garantieprijs waardoor de waarde van voorraden

en vorderingen toenam. In 2013 bedroeg de uitgaande

kasstroom voor investeringen in met name uitbreiding van

Page 23: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

23

productielocaties 521 miljoen euro (2012: 392 miljoen euro).

In contanten is 79 miljoen euro geïnvesteerd in de acquisitie

van Zijerveld en Den Hollander Food. Het merendeel

van de investeringen kon worden gefinancierd uit eigen

middelen. Daarnaast zijn de beursgenoteerde perpetuele

obligaties van 125 miljoen euro afgelost. De kasstroom uit

financieringsactiviteiten is uitgekomen op -182 miljoen

euro (2012: 199 miljoen euro). Het saldo liquide middelen

is afgenomen van 756 miljoen euro (ultimo 2012) naar

560 miljoen euro.

Financiële positieDe nettoschuld bedroeg 696 miljoen euro per 31 december

2013. Ten opzichte van ultimo 2012 is dit een stijging van

11 miljoen euro voornamelijk als gevolg van de aflossing van

de perpetuele obligaties en afname van de operationele

kasstromen zoals toegelicht in de vorige paragraaf.

Het totaal eigen vermogen was per 31 december 2013

2.631 miljoen euro (ultimo 2012: 2.258 miljoen euro).

Het eigen vermogen is versterkt door een eenmalige

toename als gevolg van het vervallen van de DFE put-

optie. Daarnaast is het eigen vermogen verder versterkt

met 290 miljoen euro als gevolg van het omzetten van

een lening tussen de coöperatie en de onderneming. De

voorwaarden van deze lening zijn gelijkgesteld aan de

voorwaarden van ledenobligaties, waardoor deze lening nu

onderdeel is van het eigen vermogen. FrieslandCampina

heeft in juni 2013 haar 7,125 procent perpetuele

cumulatieve achtergestelde obligaties van 125 miljoen

euro uit 2003 afgelost. De notering van de perpetuele

obligaties aan Euronext Amsterdam is hiermee beëindigd.

Deze perpetuele obligaties maakten deel uit van het eigen

vermogen.

De solvabiliteit is per saldo gestegen naar 37,0 procent

(ultimo 2012: 33,1 procent) door bovenvermelde effecten.

FrieslandCampina blijft ruimschoots voldoen aan de

voorwaarden van de bankconvenanten.

Het negatieve saldo van financieringsbaten en -lasten is

afgenomen met 2 miljoen euro, wat per saldo resulteert in

een last van 55 miljoen euro. De netto rentelast bedroeg

31 miljoen euro (2012: 33 miljoen euro).

Het resultaat uit joint ventures en geassocieerde

deelnemingen is afgenomen van 16 miljoen euro naar

8 miljoen euro naar in 2013.

Belangrijkste ontwikkelingen Koninklijke FrieslandCampina N.V.

De belastinglast bedroeg 109 miljoen euro (2012:

168 miljoen euro). De afname is enerzijds het gevolg van

de vrijval van de latente belastingverplichtingen in 2013

als gevolg van de goodwill impairment en anderzijds het

negatieve effect van het afboeken van belastinglatenties in

2012.

FinancieringFrieslandCampina maakt gebruik van leningen van

meerdere groepen financiers (leden-melkveehouders,

banken en investeerders). Een groot deel van de

financiering met vreemd vermogen is ondergebracht bij

financiële instellingen binnen en buiten Nederland. Het

hoofdbestanddeel van de bankleningen wordt gevormd

door een gecommitteerde kredietfaciliteit met een omvang

van 1 miljard euro die loopt tot en met augustus 2015.

Het hoofdbestanddeel van de uitstaande institutionele

leningen bedraagt 0,7 miljard US dollar, na een gedeeltelijke

aflossing van 112 miljoen US dollar in december 2013. Om

het valutarisico af te dekken zijn de dollarleningen via

valuta-swaps omgezet in euroverplichtingen.

Pensioenlasten en dekkingsgraadDe pensioenlasten hebben voor het grootste deel

betrekking op de Nederlandse pensioenregelingen en zijn

in 2013 gedaald van 88 naar 82 miljoen euro als gevolg van

aanpassingen van de regelingen in verband met nieuwe

wettelijke vereisten. De belangrijkste pensioenaanspraken

van de medewerkers van FrieslandCampina in Nederland

zijn vastgelegd in de CAO inzake de pensioenen voor de

zuivelindustrie. Daarnaast zijn er binnen de onderneming

nog andere pensioenregelingen van kracht. De

pensioenregelingen worden uitgevoerd door verschillende

externe pensioenuitvoerders, waarvan de belangrijkste

zijn Avéro Achmea Pensioen en Stichting Pensioenfonds

Campina. De dekkingsgraad van het Pensioenfonds

Campina is gestegen van 99,7 procent eind 2012 naar

102,7 procent eind 2013. Dit was niet genoeg om te

voldoen aan de conform het herstelplan eind 2013 vereiste

dekkingsgraad van 104,0 procent. FrieslandCampina

heeft Stichting Pensioenfonds Campina voorstellen

aangedragen die kunnen bijdragen tot een meer toekomst-

bestendige oplossing voor het fonds. De dekkingsgraad

van het bij Avéro Achmea Pensioen ondergebrachte

gesepareerde depot bedroeg 114,8 procent eind 2013

(eind 2012: 116,3 procent). Deze dekkingsgraad wordt

bepaald op basis van de met de verzekeraar afgesproken

verzekeringsvoorwaarden en komt hoger uit dan wanneer

deze bepaald zou zijn op basis van de actuele marktwaarde.

Page 24: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

24

Eind 2013 is in Nederland op bedrijfstakniveau in de

zuivelindustrie met de sociale partners overeenstemming

bereikt over de opzet van een geheel nieuwe

basispensioenregeling vanaf 2015, die op de lange termijn

financierbaar en toekomstbestendig is.

Voor de medewerkers vallend onder de CAO voor de

Particuliere Kaas Pakhuizen is voor de bedrijfstakpensioen-

regeling een akkoord bereikt en is deze eveneens

aangepast aan de nieuwe wettelijke vereisten. De

uitvoeringsovereenkomst met Stichting Pensioenfonds

Campina is opgezegd en er zijn met Avéro Achmea

afspraken gemaakt over het eventueel premievrij maken

van het gesepareerde depot. De vele wijzigingen in het

pensioendossier zullen ook in 2014 de nodige aandacht

vragen.

Wijzigingen in financiële verslaggevingsregels hebben

onder meer tot gevolg gehad dat vanaf het boekjaar 2013

actuariële winsten en verliezen direct ten gunste/ten laste

van het eigen vermogen moeten worden verantwoord

(de vergelijkende cijfers 2012 zijn hiervoor aangepast).

Het negatieve effect op het eigen vermogen per 1 januari

2013 bedroeg netto 256 miljoen euro. De in 2013 ontstane

actuariële verliezen zijn dientengevolge als herwaardering

netto-pensioenverplichting ten laste van het eigen

vermogen gebracht (34 miljoen euro na belastingen).

Realisatie strategie route2020FrieslandCampina’s strategie route2020 is gericht op

duurzame groei én waardecreatie in geselecteerde markten

en productcategorieën.

GroeiHet volume steeg in totaal met 3,0 procent (2012:

2,4 procent). De volumegroei binnen de drie

groeicategorieën kindervoeding, zuiveldranken en

merkkaas bedroeg 5,4 procent (2012: 4,1 procent).

De autonome groei werd in het bijzonder gerealiseerd

in de categorie kindervoeding met in totaal 10,8 procent

volumegroei in de consumentenmarkt en in de business-

to-business markt (2012: 10,2 procent). Ook de categorie

zuiveldranken is gegroeid. Deze volumegroei werd vooral

gerealiseerd in Azië en Afrika met een volumetoename

van 10,8 procent (2012: 9,5 procent). In Europa bleef de

ontwikkeling in zuiveldranken achter als gevolg van de

economische crisis en daalde het volume met 3,4 procent.

Het volume van merkkaas steeg met 9,5 procent door de

toegenomen export buiten Europa (2012: 4,4 procent).

WaardecreatieOver het jaar 2013 wordt bovenop de garantieprijs in totaal

282 miljoen euro aan leden-melkveehouders uitgekeerd

(2012: 210 miljoen euro). Hiervan is de prestatietoeslag

168 miljoen euro (1,81 euro per 100 kilo melk exclusief

btw). De uitgifte van ledenobligaties over 2013 bedraagt

114 miljoen euro (1,23 euro per 100 kilo melk exclusief btw).

In totaal bedraagt de prestatie van de onderneming per

100 kilo melk 3,04 euro (2012: 2,37 euro), een stijging van

28,3 procent.

AcquisitiesDe Europese Commissie heeft op 12 april 2013 ingestemd

met de overname door FrieslandCampina van kaasspecialist

Zijerveld en haar verpakkingseenheid Den Hollander

Food. Beide bedrijven maken sinds 1 mei 2013 deel uit

van de business group Cheese, Butter & Milkpowder. Als

voorwaarde (remedie) voor de overname moet een deel

van het verkoopvolume van halfharde geitenkaas dat

FrieslandCampina afneemt van Amalthea (zelfstandige

geitenmelkcoöperatie) door Amalthea ter beschikking

worden gesteld aan een of meerdere externe partijen.

Ook moet FrieslandCampina gedurende de looptijd van de

voorwaarde in totaal 3,5 miljoen kilo geitenmelk leveren

aan een derde partij.

Zijerveld biedt haar klanten naast een uitgebreid

assortiment Hollandse en buitenlandse kazen op maat

gesneden concepten. De onderneming heeft circa 300

medewerkers in dienst en heeft eigen rijpingsopslaglocaties

en verpakkings- en distributievestigingen. Den Hollander

Food is de verpakkingseenheid van Zijerveld. Het accent

ligt op voorgesneden kaas in verschillende hersluitbare

verpakkingen. Het merendeel van de productie is bestemd

voor grote Europese retailers en andere kaasproducenten.

De verpakkingseenheid telt bijna 140 medewerkers.

FrieslandCampina heeft Zijerveld en Den Hollander Food

verworven door het betalen van een contant bedrag van

80 miljoen euro en een voorwaardelijke verplichting van

19 miljoen euro.

In juli 2013 heeft FrieslandCampina een belang van

7,5 procent verworven in Synlait Milk Ltd. in Nieuw-

Zeeland. FrieslandCampina was al een afnemer van

zuivelgrondstoffen van Synlait Milk. Met deze investering

wordt de grondstoffenaanvoer uit Oceanië voor toepassing

in producten voor Azië geborgd.

Page 25: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

25

In november 2013 heeft FrieslandCampina met Hero

overeenstemming bereikt over de terugkoop van

de merknaam Friso in de Benelux. Hero gaat haar

babyvoedingsproducten vanaf 1 april 2014 vermarkten

onder de naam Hero Baby. Hiermee komt er een einde aan

de soms verwarrende situatie dat zowel FrieslandCampina

als Hero dezelfde merknaam Friso hanteren.

InvesteringenFrieslandCampina heeft in 2013 559 miljoen euro

geïnvesteerd om onder andere de groei in de groei-

categorieën te realiseren en de verwachte toenemende

melkhoeveelheid van de leden-melkveehouders als

gevolg van het wegvallen van de EU-melkquota in

2015 te kunnen verwerken. In 2013 zijn verschillende

investeringsprojecten afgerond. Bij FrieslandCampina

Cheese in Workum is de kaasproductiecapaciteit

verdubbeld naar 120.000 ton kaas per jaar. In Singapore

is het FrieslandCampina Development Centre in gebruik

genomen. Het FrieslandCampina Innovation Centre in

Wageningen is in juli 2013 gereedgekomen. Het Innovation

Centre met onderzoeksfaciliteiten, laboratoria, proeffabriek

en kantoren is op 16 oktober officieel geopend door

Koningin Máxima.

De begroting voor 2014 bevat 652 miljoen euro aan

investeringen. Aan twee investeringen van meer dan

100 miljoen euro in Leeuwarden en Borculo is toestemming

verleend door de ledenraad van de coöperatie. (De

vermelde bedragen betreffen totale investeringen over de

gehele looptijd.)

Aanpassingen in de organisatieIn het streven naar een slagvaardigere organisatie heeft

FrieslandCampina in 2013 diverse veranderingen in de

organisatie doorgevoerd:

• met ingang van januari 2013 zijn de verkoopactiviteiten

van merkkaas in Nederland geïntegreerd in de

werkmaatschappij FrieslandCampina Branded

Netherlands/Belgium waardoor alle verkoop- en

marketingactiviteiten van merkproducten voor de

consumentenmarkt centraal worden aangestuurd;

• eveneens zijn met ingang van 1 januari 2013 de

exportactiviteiten samengevoegd van FrieslandCampina

Cheese Specialties en FrieslandCampina Export in de

nieuwe FrieslandCampina Export organisatie in Wolvega.

Deze werkmaatschappij maakt deel uit van de business

group Cheese, Butter & Milkpowder;

• oprichting per 1 januari 2013 van de werkmaatschappij

FrieslandCampina Retail Brands Europe van waaruit alle

verkopen van huismerkproducten in Europa plaatsvinden;

• de start van de nieuwe afdeling Dairy Development Desk

China die zich richt op het onderhouden en verbeteren

van relaties in China zoals met overheden, universiteiten

en organisaties op het gebied van melkveehouderij en

zuivelproducten;

• in Duitsland is een investerings- en optimalisatie-

programma in uitvoering. De vestigingen in Keulen,

Gütersloh en Heilbronn worden gemoderniseerd en

productie- en administratieve processen verbeterd en

verder op elkaar afgestemd om kosten te verlagen.

Hierbij zijn 230 van de 1.500 banen komen te vervallen.

De regionale merken Mark Brandenburg en Milchreiter

zijn in september 2013 verkocht aan ODW Frischprodukte

die in 2010 ook al de productielocatie in Elsterwerda had

overgenomen;

• in Hongarije wordt de productie geconcentreerd in de

productielocatie in Mateszalka. De doelstelling is om

de productie in Debrecen te verkopen. De logistieke

en administratieve ondersteuning is gecentraliseerd in

Boedapest;

• in België heeft Limelco de afname van circa 125 miljoen

kilo melk van melkleveranciers die hun melk aan

FrieslandCampina in België leverden overgenomen.

Hiermee kunnen beide bedrijven hun behoefte aan melk

beter afstemmen op de marktvraag naar Belgische melk;

• het Franse kaassmeltbedrijf Société Industrielle

Fromagère SAS (8 medewerkers) is in september 2013

verkocht aan de Oostenrijkse smeltkaasproducent

Rupp AG;

• de consumentgerichte activiteiten zijn met ingang

van 1 oktober 2013 verdeeld over de business groups

Consumer Products Asia en Consumer Products Europe,

Middle East & Africa. Hiermee kan beter ingespeeld

worden op de snelle marktveranderingen in zowel Azië

als in Europa en het Midden-Oosten en Afrika. Naar de

twee laatstgenoemde regio’s wordt veel geëxporteerd

vanuit Nederland;

• met ingang van januari 2014 zijn FrieslandCampina

Professional en FrieslandCampina Out-of-Home

samengevoegd in de nieuwe werkmaatschappij

FrieslandCampina Foodservice. Klanten in de horeca,

groothandel, bakkerij en fastfoodketens in Nederland,

België, Duitsland, Frankrijk en Italië worden geïntegreerd

bediend vanuit de nieuwe werkmaatschappij;

• om de concurrentiepositie van FrieslandCampina

in Nederland te versterken zijn eind oktober 2013

maatregelen aangekondigd om de productie en

Belangrijkste ontwikkelingen Koninklijke FrieslandCampina N.V.

Page 26: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

26

distributie voor verse zuivelproducten, zoals melk,

yoghurts en desserts, in Nederland te herstructureren.

Het aantal producten en verpakkingssoorten

wordt gereduceerd en de bezettingsgraad van

productielocaties geoptimaliseerd door het concentreren

van productiecapaciteit in Maasdam en Rotterdam.

Als gevolg daarvan zullen de locaties in Eindhoven en

Woerden medio 2014 sluiten. Per saldo komen bij deze

herstructurering 174 arbeidsplaatsen te vervallen.

FrieslandCampina ondersteunt de betrokkenen bij het

zoeken van een passende functie binnen of buiten de

onderneming;

• FrieslandCampina is een transformatieproces

gestart naar een team-based organisatie waardoor

voordelen gerealiseerd worden op het gebied van

scope, schaalgrootte en snelheid (project 3S). Dit

brengt wijzigingen in de organisatie (onder andere

verdergaande standaardisatie van bedrijfsprocessen en

overheadreductie) met zich mee.

DuurzaamheidIn 2013 zijn verdere stappen gezet in de borging van

duurzaamheidsdoelstellingen in de onderneming en in de

coöperatie, waaronder:

• implementatie van het duurzaamheidsprogramma op

leden-melkveebedrijven (Foqus planet) en in LTO- en

NZO-verband nieuwe stappen in behoud van weidegang

van koeien en op het gebied van mineralenefficiency

(fosfaat en ammoniak) en broeikasgasemissies;

• inkoop duurzame grondstoffen RSPO palmolie, RTRS

soja, UTZ cacao, FSC-verpakkingsmaterialen;

• efficiëntie-maatregelen op het gebied van energie, water

en afval op 80 productielocaties hebben geleid tot een

reductie per 1.000 kilo geproduceerd zuivelproduct

van het energieverbruik met 3,3 procent en van het

waterverbruik met 2,3 procent;

• 60 procent van het stroomverbruik van FrieslandCampina

voor 35 vestigingen in Nederland bestaat uit groene

stroom afkomstig van leden-melkveebedrijven of andere

agrarische bedrijven in Nederland en van een eigen

FrieslandCampina windmolenpark;

• verdere ontwikkeling van het Dairy Development

Programme in Indonesië, Thailand en Maleisië;

• in het kader van de samenwerkingsovereenkomsten

met het Nederlandse Rode Kruis en met Agriterra

bijdragen aan hulpprogramma’s voor de Filippijnen en

het Midden-Oosten gericht op nutriëntrijk voedsel en het

steunprogramma Farmer2Farmer voor kleine boeren in

ontwikkelingslanden.

VeiligheidVeiligheid is voor FrieslandCampina een hoeksteen in haar

dagelijkse bedrijfsvoering.

Doel is het realiseren van een ongevalsvrije en incidentvrije

werkomgeving waaraan medewerkers en contractors zelf

actief bijdragen. In het veiligheidsprogramma wordt onder

meer aandacht besteed aan procesveiligheid, cultuur &

leiderschap en het herkennen van risico’s.

Het veiligheidsbewustzijn en de veiligheidsprestaties

zijn sterk verbeterd op de verschillende locaties van

FrieslandCampina. Het aantal ongevallen met verzuim per

200.000 gewerkte uren is afgenomen naar 0,6 in 2013,

een reductie van 40 procent ten opzichte van 2012 (1,0).

Hiermee is het in 2011 geformuleerde oorspronkelijke doel,

halvering van het aantal bedrijfsongevallen in vijf jaar,

gerealiseerd. Het verscherpte doel is een reductie van

80 procent van het aantal ongevallen met verzuim per

200.000 gewerkte uren in 2020 ten opzichte van 2011.

In 2013 is prioriteit gegeven aan het implementeren

van werkwijzen voor het veiligstellen van machines en

contractormanagement. In 2014 zullen leiderschap,

veiligheidsbewustzijn, risicoherkenning en de verdere

implementatie van zogenoemde ‘Life saving rules’ centraal

staan.

InnovatieMet het uitschenken van een kan melk opende

Koningin Máxima op 16 oktober 2013, op Wereldvoedseldag,

het nieuwe FrieslandCampina Innovation Centre, gevestigd

op de campus van Wageningen University & Research

centre in Wageningen. FrieslandCampina brengt in het

nieuwe Innovation Centre haar internationale kennis op het

gebied van onderzoek en ontwikkeling samen.

De FrieslandCampina innovatieprogramma's richten zich op

kindervoeding, zuiveldranken, desserts, kaas, ingrediënten

en melkvetspecialiteiten.

Wetenschappelijk interessant was de voltooiing en

publicatie van een studie naar voeding en gezondheid van

16.000 kinderen in Zuidoost-Azië in samenwerking met

lokale universiteiten en onderzoeksinstellingen. Deze studie

vormt de basis voor innovaties in kindervoeding, waarvan

de eerste (Dutch Lady Complete) in 2013 is geïntroduceerd.

Page 27: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

27

Het innovatieprogramma heeft in 2013 geresulteerd

in productintroducties binnen de groeicategorieën

kindervoeding (Frisomum Nigeria, voeding voor zwangere

vrouwen en Dutch Lady Complete), zuiveldranken (Campina

lactosevrije melk, Optimel Puur yoghurtdrank zonder

toegevoegde zoetstoffen) en merkkaas (Boer en Land

kaas, Milner Koe & Geit). Verpakkingsinnovatie heeft een

belangrijke bijdrage geleverd aan de besparingen binnen

het herstructureringsprogramma in Europa, de groei van

Friso in China (‘bag-in-box’ als vervanging voor blik) en van

merkkaas in kleinverpakking. Procesinnovaties hebben

geleid tot opbrengstverhogingen in kaas en ingredients.

In QA Fit, het kwaliteitsverbeteringsprogramma voor

kindervoeding, hebben analyses en aanbevelingen door

ontwikkelaars van kindervoeding bijgedragen aan het

voldoen aan de kwaliteitseisen van exportlanden.

De totale kosten van de research & development-

activiteiten bedroegen in het verslagjaar 77 miljoen euro

(2012: 70 miljoen euro).

KwaliteitFrieslandCampina hanteert een eigen integraal

kwaliteitssysteem genaamd Foqus om de veiligheid en

kwaliteit van haar producten in de gehele productieketen te

borgen. Met Foqus biedt FrieslandCampina consumenten,

klanten en overheden de garantie dat de producten

en productieprocessen voldoen aan hoge eisen op

het gebied van voedselveiligheid, kwaliteit, veiligheid,

arbeidsomstandigheden, brandveiligheid en milieu. Met

behulp van een uitgebreid programma van trainingen

en audits wordt de implementatie van Foqus in de

productielocaties, bij de leden-melkveehouders en bij de

grondstoffenleveranciers geborgd en continu gemonitord.

FrieslandCampina beheerst samen met de coöperatie

de gehele productieketen, van de boerderij tot aan het

eindproduct. Bij de bewaking van de kwaliteit vormen

de wettelijke eisen het uitgangspunt. Daarnaast worden

aanvullende eisen gesteld. In Foqus zijn de verschillende

internationale normen, zoals HACCP, ISO 9001, ISO 22000,

OSHAS 18000 en ISO 14000 geïntegreerd. Op deze wijze

kunnen zowel de afnemers van FrieslandCampina als de

consumenten er op vertrouwen dat de producten veilig zijn,

van hoge kwaliteit en verantwoord geproduceerd.

In 2013 is extra aandacht besteed aan het op een nog

hoger niveau brengen van de kwaliteit van de productie-

locaties die kindervoeding maken. Ook is de nieuwe

voedsel veiligheids wetgeving van China, een belangrijke

afzetmarkt voor FrieslandCampina, ingebed in de interne

kwaliteitsprogramma’s. Hiervoor is het eigen laboratorium

van FrieslandCampina in Leeuwarden uitgebreid.

Daarnaast zijn stappen gezet met het op kwaliteitsgebied

aanpassen van de werkwijze in de productielocatie van

Alaska Milk Corporation in de Filippijnen, die in 2012 door

FrieslandCampina is aangekocht.

Belangrijkste ontwikkelingen Koninklijke FrieslandCampina N.V.

Page 28: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

28

Vanuit het oogpunt van corporate governance zijn bij Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. de districten, de districtsraden, de ledenraad, de coöperatieraad en het bestuur relevant. De coöperatie is een vrijgestelde structuurcoöperatie. Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A is houder van alle aandelen in Koninklijke FrieslandCampina N.V. In de aandeelhoudersvergadering van Koninklijke FrieslandCampina N.V. wordt de aandeelhouder vertegenwoordigd door het bestuur van de coöperatie.

De districtenDe leden van de coöperatie zijn door het bestuur ingedeeld

in 21 geografisch begrensde districten, het geografisch

werkgebied. Het bestuur stelt de grenzen van de districten

vast. Wijziging van het aantal districten en/of de grenzen

van de districten geschiedt door het bestuur in overleg met

de betrokken districtsraden en dient door de ledenraad te

worden goedgekeurd. In elk boekjaar worden ten minste

twee districtsvergaderingen gehouden, één in het voorjaar

en één in het najaar. Aan ieder tot een district behorend

lid komt in de districtsvergadering ten minste een stem

toe. Aan dat lid komt voorts een stem toe voor elke

honderdduizend volle kilogram melk die door dat lid aan de

coöperatie is geleverd over het laatst verstreken boekjaar.

De districtsradenIeder district heeft een districtsraad, bestaande uit ten

minste tien leden. De leden die tot een district behoren,

kiezen uit de leden van het betreffende district het

bestuur van het district, de districtsraad. De voorzitter

van de districtsraad wordt door de districtsraad gekozen

uit de leden van de districtsraad. De districtsraad heeft

tot taak het behartigen van de belangen van de leden in

het district en kan inlichtingen en adviezen geven aan

het bestuur. In de vergaderingen van een districtsraad

heeft ieder lid van de coöperatie recht op het uitbrengen

van één stem. In elk boekjaar worden ten minste twee

districtsraadsvergaderingen gehouden.

De ledenraad van de coöperatieDe ledenraad van de coöperatie bestaat uit 210 leden

afkomstig uit de 21 districtsraden, met een maximum van

tien leden per district. Jaarlijks wordt ten minste één

ledenraadsvergadering gehouden, die binnen zes maanden

na afloop van het boekjaar moet worden gehouden. Op

schriftelijk verzoek van ten minste een zodanig aantal

ledenraadsleden als bevoegd is tot het uitbrengen van

10 procent van de stemmen is het bestuur verplicht tot het

bijeenroepen van een vergadering van de ledenraad op een

termijn van vier weken. Het verzoek tot het bijeenroepen

van een vergadering moet de te behandelen onderwerpen

vermelden.

Ieder ledenraadslid heeft in de ledenraadsvergadering

één stem. Aan de gezamenlijke tot één en dezelfde

districtsraad behorende leden, die deel uitmaken van de

ledenraad, komt in de ledenraad één stem toe voor elke tien

miljoen volle kilogram melk die over het laatst verstreken

boekjaar van de coöperatie door de tot dat district

behorende leden aan de coöperatie is geleverd. Bepaalde

belangrijke besluiten dienen door de ledenraad te worden

genomen. Voorbeelden hiervan zijn de vaststelling van

statutenwijzigingen en de vaststelling van de jaarrekening

van de coöperatie. Het bestuur van de coöperatie heeft

daarnaast goedkeuring nodig van de ledenraad voor een

aantal van de besluiten waarvoor hij stem uitbrengt namens

de coöperatie in de vergadering van aandeelhouders van de

vennootschap, besluiten op operationeel gebied, besluiten

op het gebied van de juridische en vermogensstructuur

van de vennootschap en besluiten tot het doen van grote

investeringen. Goedkeuring is voorts onder meer vereist

voor een besluit tot wijziging van de statuten van de

vennootschap en voor een besluit tot vaststelling van de

jaarrekening van de vennootschap.

De coöperatieraadDe coöperatieraad functioneert als klankbord voor het

bestuur. De coöperatieraad bestaat uit de voorzitters van

de districtsraden, die tevens lid zijn van de ledenraad. De

coöperatieraad brengt advies uit aan het bestuur over

praktijkreglement en over voorstellen van de directie van

de vennootschap over voorgenomen acquisities, fusies

en (des)investeringen, waarvoor de goedkeuring van

de ledenraad benodigd is. De coöperatieraad heeft de

bevoegdheid een bindende voordracht te doen bij vacatures

in het bestuur. De coöperatieraad vergadert ten minste

twee maal per jaar.

Corporate governance

Page 29: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

29

Corporate governance

Het bestuur van de coöperatieHet bestuur van de coöperatie bestuurt de coöperatie,

heeft de leiding van de coöperatie en draagt zorg voor de

uitvoering van besluiten van de ledenraad. Het bestuur

is daarmee verantwoordelijk voor de coöperatieve

aangelegenheden. Hieronder is voornamelijk begrepen

de behartiging van de belangen van de leden bij de

coöperatie en bij de door de vennootschap en haar

dochtervennootschappen gedreven onderneming. Het

bestuur bepaalt ook het geografisch werkgebied van

de coöperatie. Het bestuur is bevoegd de coöperatie

rechtsgeldig te vertegenwoordigen. Het bestuur van

de coöperatie bestaat uit ten minste zeven en ten

hoogste negen leden (natuurlijke personen). De leden

van het bestuur worden door de ledenraad benoemd

op bindende voordracht van de coöperatieraad. Een

bestuurslid kan te allen tijde door de ledenraad worden

geschorst of ontslagen. Het bestuur van de coöperatie

heeft goedkeuring nodig van de ledenraad voor bepaalde,

in de statuten omschreven, belangrijke besluiten op

operationeel gebied, belangrijke besluiten op het

gebied van de juridische en vermogensstructuur van

de vennootschap en besluiten tot het doen van grote

investeringen. De benoemingstermijn van een bestuurslid

bedraagt ten hoogste vier jaar. Een door het verstrijken

van zijn benoemingstermijn aftredend bestuurslid is twee

maal direct herbenoembaar; indien hij zijn derde termijn

als voorzitter vervult is hij nog één maal herkiesbaar.

Het bestuur van de coöperatie vormt tezamen met vier

externe commissarissen de raad van commissarissen van

Koninklijke FrieslandCampina N.V.

Page 30: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

30

Risicobeheersing

Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. houdt 100 procent van de aandelen van Koninklijke FrieslandCampina N.V. Er zijn geen operationele activiteiten ondergebracht in Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. Om die reden zijn voor de coöperatie geen wezenlijke risico's onderkend in aanvulling op de risico's die voor Koninklijke FrieslandCampina N.V. gelden. Deze risico's hebben met name betrekking op het realiseren van de ondernemingsdoelstellingen van Koninklijke FrieslandCampina N.V. en kunnen zich voordoen als gevolg van externe economische factoren, de onvoorspelbaarheid van marktontwikkelingen, calamiteiten en interne factoren.

Algemene maatregelenKoninklijke FrieslandCampina N.V. heeft algemene

maatregelen getroffen die zijn gericht op het beheersen

en reduceren van deze risico's.

De algemene maatregelen omvatten onder meer de

procedures voor strategische planning, budgettering,

interne maandelijkse management- en financiële

rapportages en financiële prognoses (per kwartaal).

In deze rapportages wordt ook aandacht besteed

aan de ondernemingsrisico’s en de daarop gerichte

beheersingsmaatregelen.

Strategische en operationele risico’s worden bij alle

werkmaatschappijen, business groups en de executive

board door middel van Enterprise Risk Assessments op

een systematische manier beoordeeld. Daarnaast worden

initiatieven gepland om de beheersing van deze risico’s te

verbeteren.

Financiële (rapportage)risico’s worden onder meer

beheerst door toepassing van het Internal Control

Framework (ICF), dat is gebaseerd op het internationaal

erkende COSO raamwerk.

Het management van de business groups en

werkmaatschappijen beoordeelt de werking van het

Internal Control Framework en legt daarover een interne

verklaring af.

De Code of Conduct vervult een belangrijke rol in

het beheersen van compliance risico’s. Hierin zijn

de uitgangspunten voor gedragsnormen voor alle

personeelsleden vastgelegd, inclusief het voldoen aan de

geldende wet- en regelgeving. De onderneming kent een

Klokkenluidersregeling, zodat medewerkers vermeende

afwijkingen van de Code of Conduct (anoniem) kunnen

melden.

De afdeling Corporate Internal Audit voerde in 2013 audits

uit om na te gaan in hoeverre de genomen maatregelen ter

beheersing van de risico’s effectief waren.

De conclusies en aanbevelingen die uit deze activiteiten

voortkomen zijn aan het management gerapporteerd en

gebruikt om verdere verbeteringen in de risicobeheersing

aan te brengen.

Voornaamste ondernemingsrisico’sNaast de hiervoor beschreven algemene beheersings-

maatregelen bestaan er specifieke maatregelen voor de

ondernemingsrisico’s. Hieronder zijn de vijf voornaamste

risico’s voor de onderneming (volgens de Enterprise

Risk Assessment 2013) beschreven, op basis van hun

waarschijnlijkheid én de impact op de realisatie van de

ondernemingsdoelstellingen.

Politieke en economische ontwikkelingenDe groei van omzet en resultaten die FrieslandCampina

realiseert, wordt voor een belangrijk deel gerealiseerd

in opkomende (zuivel)markten, waaronder landen in

Azië en Afrika. Dit betekent dat het risicoprofiel van

de onderneming wijzigt. Een eventuele daling van de

economische groei, devaluatie van lokale valuta en

het consumentenvertrouwen in opkomende markten

kunnen een aanzienlijke impact hebben op de omzet- en

resultaatontwikkeling. De aanhoudende ongunstige

economische situatie in veel Europese landen zorgt voor

druk op de posities van zuivelmerken. Naast economische

ontwikkelingen kunnen (plotselinge) veranderingen in

bijvoorbeeld importregelgeving grote gevolgen hebben

voor de bedrijfsvoering van FrieslandCampina.

In de belangrijke markten versterkt FrieslandCampina

kennis en capaciteit op het gebied van wet- en regelgeving

en overheidsrelaties. Daarnaast neemt de onderneming

een actieve rol in het ontwikkelen van de zuivelsector in

een aantal landen waar het actief is en in maatschappelijke

discussies over de toekomst van de zuivelsector.

In Europa en markten met een dalende economische

groei wordt door middel van scenario’s zo vroeg

mogelijk geanticipeerd door middel van aanpassingen

in het verkoopprijsbeleid, assortimentssamenstelling,

verkooppromoties en beleid met betrekking tot het

afdekken van vreemde valuta posities. Daarnaast worden

de inspanningen op het gebied van kostenreductie

verhoogd (onder andere het herstructureringsprogramma

in Europa).

Catastrofes in productielocaties en/of dierziektesHet risico van onverwachte catastrofes, bijvoorbeeld

Page 31: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

31

dierziektes, overstromingen of brand, blijft aanwezig

ondanks continue inspanningen van FrieslandCampina

om het risico of de impact daarvan te verkleinen,

door middel van bijvoorbeeld preventie in de

melkveehouderij, brandveiligheid in de (productie)

locaties en veiligheidsinspecties. Het wegvallen van de

grondstofaanvoer of van aanzienlijke productiecapaciteit

in geval van een dergelijke catastrofe kan onder andere

een aanzienlijke verstoring in de gehele keten veroorzaken.

Deze mogelijke impact wordt bestreden door het

verder versterken van maatregelen op het gebied van

uitwijkcapaciteit, business continuïteit en het testen en

verbeteren van calamiteitenplannen. Hierbij worden ook in

toenemende mate de leveranciers en verzekeraars van de

onderneming betrokken.

Productkwaliteit en voedselveiligheidGelet op de aard van de eindproducten (voeding en

ingrediënten voor onder andere de voedingsmiddelen-

en farmaceutische industrie) stelt FrieslandCampina

vanzelfsprekend hoge eisen aan productkwaliteit en

voedselveiligheid. Een kwaliteitsprobleem of zelfs de

wijziging van kwaliteitsperceptie van consumenten of

overheden kan enorme gevolgen hebben voor de reputatie

en de marktpositie van de onderneming.

Naast het blijvend voldoen aan externe kwaliteitseisen,

onder andere van externe (inter)nationale instanties,

besteedt FrieslandCampina continu aandacht aan

de verbetering van de kwaliteit, door middel van

kwaliteitsprogramma’s (onder andere Foqus in de

eigen productiebedrijven en in de melkveehouderij,

kwaliteitsborging bij leveranciers en audits),

verdere verhoging van het kwaliteitsbewustzijn in

de gehele organisatie, investeringen in de kwaliteit

van de productieprocessen en verbetering van het

crisismanagementproces.

Deze risico’s kunnen een belangrijke negatieve invloed

hebben op de reputatie van FrieslandCampina en haar

producten.

InnovatieDe aard, het resultaat en de snelheid van product- en

procesinnovaties zijn in toenemende mate van belang

om te groeien in opkomende markten en de toegevoegde

waarde voor de consument en afnemers in de meer

verzadigde zuivelmarkten te verbeteren en te behouden.

FrieslandCampina streeft naar concurrentievoordelen door

middel van betekenisvolle innovaties, waarbij optimaal

gebruik gemaakt kan worden van de schaalgrootte van

de onderneming, onder andere door bundeling van

kennis en expertise. De onderneming heeft daartoe extra

aandacht besteed aan de ontwikkeling van internationale

categorie- en innovatiestrategieën, verbetering van

de innovatieprocessen (onder andere project- en

portfoliomanagement), de bundeling van R&D-expertise

in de nieuwe R&D-centra (Wageningen en Singapore) en

intensivering van de samenwerking met externe partners.

Het proces van introductie en activatie van innovaties in de

markt wordt versterkt door een internationaal ‘customer

and shopping’ marketingprogramma en het gericht

verhogen van investeringen in reclame & promotie.

Interne organisatieDe markten waarin FrieslandCampina actief is ontwikkelen

zich in een steeds hoger tempo, de concurrentie is

intensiever en de prijssensitiviteit van consumenten en

afnemers neemt toe. De onderneming is daarom gestart

met een transformatieproces naar een team-based

organisatie waarin voordelen gerealiseerd worden op

het gebied van scope, schaalgrootte en snelheid (‘3S’).

Dit brengt wijzigingen in de organisatie (onder andere

verdergaande standaardisatie van bedrijfsprocessen en

overheadreductie) met zich mee. Het is daarom uitermate

belangrijk dat deze transformatie succesvol wordt

uitgevoerd. Hiertoe zal de interne capaciteit op het gebied

van verander- en projectmanagement worden versterkt. De

integrale beheersing van het projectportfolio krijgt meer

aandacht.

Risicobeheersing

Page 32: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013
Page 33: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

Jaarrekening 2013Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.

Page 34: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013
Page 35: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

35Inhoud

Jaarrekening36 Geconsolideerde jaarrekening36 Geconsolideerde winst-en-verliesrekening

37 Geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat

38 Geconsolideerde balans

39 Geconsolideerd kasstroomoverzicht

40 Geconsolideerd overzicht vermogensmutaties

42 Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

42 Algemeen

57 Segmentatie

60 Acquisities

61 Activa en passiva aangehouden voor verkoop

61 Netto-omzet

62 Overige bedrijfsopbrengsten

62 Kosten van grond- en hulpstoffen en

handelsgoederen

62 Personeelskosten

62 Overige bedrijfslasten

63 Financieringsbaten en –lasten

64 Belastingen

65 Grond, gebouwen en installaties

66 Immateriële activa

68 Joint ventures en geassocieerde deelnemingen

69 Derivaten

70 Overige financiële activa

71 Voorraden

71 Handelsdebiteuren en overige vorderingen

72 Liquide middelen

72 Eigen vermogen

74 Personeelsbeloningen

79 Latente belastingvorderingen en –verplichtingen

80 Voorzieningen

81 Rentedragende verplichtingen

82 Overige financiële verplichtingen

83 Verplichtingen aan financiers

83 Handelscrediteuren en overige verplichtingen

83 Niet in de balans opgenomen verplichtingen

84 Transacties met verbonden partijen

85 Bezoldiging bestuur van Zuivelcoöperatie U.A.

85 Financieel risicomanagement en financiële

instrumenten

95 Kasstroomoverzicht

95 Gebeurtenissen na balansdatum

96 Belangrijkste dochterondernemingen, joint ventures

en geassocieerde deelnemingen

98 Enkelvoudige jaarrekening98 Enkelvoudige balans

98 Enkelvoudige winst-en-verliesrekening

99 Toelichting op de enkelvoudige jaarrekening

99 Algemeen

99 Deelnemingen in dochterondernemingen

99 Ledenobligaties Koninklijke

FrieslandCampina N.V.

99 (Perpetuele) Lening aan dochteronderneming

100 Eigen vermogen toe te rekenen aan de leden van

de coöperatie

100 Rentedragende verplichtingen

100 Verplichtingen aan financiers

101 Kortlopende verplichtingen aan

dochterondernemingen

101 Niet in de balans opgenomen verplichtingen

101 Bezoldiging bestuur

102 Overige gegevens102 Bestemming saldo

102 Voorstel bestemming saldo

102 Aansprakelijkheid

102 Gebeurtenissen na balansdatum

103 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Page 36: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

36

Geconsolideerde winst-en-verliesrekening

1 De vergelijkende cijfers van 2012 zijn aangepast voor de effecten van de nieuwe standaard inzake personeelsbeloningen (IAS 19, herzien 2011). Zie toelichting 20 voor nadere toelichting.

In miljoenen euro's, tenzij anders aangegeven Toelichting 2013 2012 1

Netto-omzet (4) 11.418 10.309

Overige bedrijfsopbrengsten (5) 23 15

Bedrijfsopbrengsten 11.441 10.324

Kosten van grond- en hulpstoffen en handelsgoederen (6) -7.613 -6.715

Personeelskosten (7) -942 -896

Afschrijvingen op gebouwen en installaties en amortisatie immateriële activa (11) (12) -213 -194

Bijzondere waardevermindering goodwill (12) -200

Overige bedrijfslasten (8) -2.160 -2.032

Bedrijfslasten -11.128 -9.837

Bedrijfsresultaat 313 487

Financieringsbaten (9) 25 47

Financieringslasten (9) -80 -104

Financieringsbaten en -lasten -55 -57

Resultaat uit joint ventures en geassocieerde deelnemingen (13) 8 16

Winst voor belastingen 266 446

Belastingen (10) -109 -168

Winst boekjaar 157 278

Winst toe te rekenen aan:

- toevoeging algemene reserve 44 162

- ledencertificaten 8 11

- leden van de coöperatie 52 173

- minderheidsbelangen gehouden door leden 26 30

- minderheidsbelangen gehouden door derden 79 75

Winst boekjaar 157 278

Jaarrekening Geconsolideerde winst-en-verliesrekening

Page 37: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

37

Geconsolideerd overzicht van het totaalresultaatIn miljoenen euro's, tenzij anders aangegeven 2013 2012 1

Winst boekjaar 157 278

Posten van het totaalresultaat die in de winst- en-verliesrekening zijn of in de toekomst mogelijk worden opgenomen:Effectieve deel mutatie kasstroomafdekkingen, na aftrek van belastingen -6 -8

Valuta-omrekenverschillen, na aftrek van belastingen -81 6

Waardemutatie financiële instrumenten beschikbaar voor verkoop gewaardeerd op reële waarde, na aftrek van belastingen

15

Nettototaalresultaat dat in de winst-en-verliesrekening is of in de toekomst mogelijk wordt opgenomen -72 -2

Posten van het totaalresultaat die in de toekomst niet worden opgenomen in de winst-en-verliesrekening:Herwaardering van verplichtingen (activa) uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen, na aftrek van belastingen -34 -190

Nettototaalresultaat dat in de toekomst niet wordt opgenomen in de winst-en-verliesrekening -34 -190

Resultaten direct verwerkt in het eigen vermogen, na aftrek van belastingen -106 -192

Totaalresultaat voor de periode 51 86

Toe te rekenen aan:

- leden van de coöperatie -45 -19

- minderheidsbelangen gehouden door leden 26 30

- minderheidsbelangen gehouden door derden 70 75

Jaarrekening Geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat

Page 38: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

38 Per 31 december, in miljoenen euro's, tenzij anders aangegeven

Toelichting

2013

2012 1

1 januari 2012 1

ActivaGrond, gebouwen en installaties (11) 2.183 1.918 1.660

Immateriële activa (12) 1.182 1.290 945

Latente belastingvorderingen (21) 320 295 247

Joint ventures en geassocieerde deelnemingen (13) 116 118 111

Personeelsbeloningen (20) 6 4

Overige financiële activa (15) 76 60 73

Vaste activa 3.883 3.685 3.036

Voorraden (16) 1.303 1.139 1.085

Handelsdebiteuren en overige vorderingen (17) 1.323 1.182 1.104

Vorderingen inzake vennootschapsbelasting 18 20 12

Overige financiële activa (14) 4 3

Liquide middelen (18) 560 756 420

Activa aangehouden voor verkoop (3) 9 7 4

Vlottende activa 3.217 3.107 2.625

Totaal activa 7.100 6.792 5.661

Eigen vermogen (19)

Ledencertificaten 253 270 293

Reserve kasstroomafdekkingen -24 -18 -10

Reserve valuta-omrekenverschillen -114 -42 -48

Reële-waardereserve 15

Algemene reserve 1.093 1.007 1.026

Eigen vermogen toe te rekenen aan de leden van de coöperatie 1.223 1.217 1.261

Minderheidsbelangen gehouden door leden 942 814 710

Minderheidsbelangen gehouden door derden 176 227 223

Totaal eigen vermogen 2.341 2.258 2.194

VerplichtingenPersoneelsbeloningen (20) 630 602 319

Latente belastingverplichtingen (21) 98 128 63

Voorzieningen (22) 24 9 25

Rentedragende verplichtingen (23) 992 910 726

Overige financiële verplichtingen (24) 87 46 150

Langlopende verplichtingen 1.831 1.695 1.283

Verplichtingen aan financiers (25) 533 525 392

Handelscrediteuren en overige verplichtingen (26) 2.245 1.972 1.669

Verplichtingen inzake vennootschapsbelasting 118 109 69

Voorzieningen (22) 23 56 37

Overige financiële verplichtingen (14) 9 177 17

Kortlopende verplichtingen 2.928 2.839 2.184

Totaal verplichtingen 4.759 4.534 3.467

Totaal passiva 7.100 6.792 5.661

1 De vergelijkende cijfers van 2012 zijn aangepast voor de effecten van de nieuwe standaard inzake personeelsbeloningen (IAS 19, herzien 2011). Zie toelichting 20 voor nadere toelichting.

Jaarrekening Geconsolideerde balans

Geconsolideerde balans

Page 39: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

39In miljoenen euro's, tenzij anders aangegeven Toelichting 2013 2012 1

Operationele activiteiten Winst voor belastingen 266 446

Aanpassingen voor:

• rente (9) 31 33

• afschrijvingen op gebouwen en installaties en amortisatie immateriële activa 213 194

• bijzondere waardeverminderingen vaste activa 219 7

• terugname bijzondere waardeverminderingen vaste activa -1

• aandeel in resultaat joint ventures en geassocieerde deelnemingen (13) -8 -16

• lasten put-optie (9) 3 28

• resultaat herwaardering afdekkingsderivaten -2

• uitgifte ledenobligaties-vast 114 84

• boekwinst op desinvesteringen -12

Totaal aanpassingen 557 330

Mutaties:

• mutatie waardering effecten (15) -14 -4

• mutatie voorraden (31) -175 -16

• mutatie vorderingen (31) -101 -34

• mutatie verplichtingen (31) 235 228

• mutatie personeelsbeloningen -11 28

• mutatie voorzieningen (22) -18 3

Totaal mutaties -84 205

Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten 739 981

Ontvangen dividend (13) 7 8

Betaalde vennootschapsbelasting -134 -91

Betaalde rente -60 -73

Ontvangen rente 18 32

Nettokasstroom uit operationele activiteiten 570 857

Investeringsactiviteiten Investeringen in grond, gebouwen, installaties en immateriële activa -521 -392

Desinvesteringen van grond, gebouwen, installaties, immateriële activa en activa aangehouden voor verkoop 20 7

Betalingen uit hoofde van verstrekte leningen -15

Ontvangen aflossingen uit hoofde van verstrekte leningen (15) 4 7

Acquisities, inclusief liquide middelen (2) -79 -309

Nettokasstroom uit investeringsactiviteiten -576 -702

Financieringsactiviteiten Investeringen minderheidsbelangen gehouden door derden -4 -4

Uitbetaald dividend aan minderheidsbelangen gehouden door derden -87 -66

Uitbetaalde vergoeding aan houders van perpetuele obligaties -9 -9

Aflossing perpetuele obligaties -125

Uitbetaalde vergoeding aan houders van ledenobligaties en ledencertificaten -37 -44

Opgenomen rentedragende verplichtingen 588 455

Afgelost op rentedragende verplichtingen -461 -121

Uitbetaalde vergoeding put-optie -10 -20

Afwikkeling derivaten -11 -7 Nettokasstroom uit financieringsactiviteiten -156 184

Nettokasstroom -162 339

Liquide middelen begin boekjaar (18) 756 420

Nettokasstroom -162 339

Koersverschil liquide middelen -34 -3

Liquide middelen einde boekjaar (18) 560 756

Jaarrekening Geconsolideerd kasstroomoverzicht

Geconsolideerd kasstroomoverzicht

Page 40: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

40

1 Inclusief de winstbestemming van voorgaande boekjaren en het huidige boekjaar. 2 Eigen vermogen toe te rekenen aan leden van de coöperatie.3 Minderheidsbelangen gehouden door de leden betreft de door Koninklijke FrieslandCampina N.V. uitgegeven ledenobligaties aan leden-melkveehouders. 4 Minderheidsbelangen gehouden door derden betreft de perpetuele obligaties en de belangen van derden in dochterondernemingen.

In miljoenen euro's, tenzij anders aangegeven 2013

Leden-certificaten

Reële- waarde- reserve

Reserve kasstroo m-

afdekkingen

Reserve valuta-

omreken-verschillen

Algemene reserve 1

Eigen ver mogen 2

Minderheids-belangen

gehouden door leden 3

Minderheids-belangen

gehouden door derden 4 Totaal

Begin boekjaar 270 -18 -42 1.007 1.217 814 227 2.258 Overzicht totaalresultaat voor de periode:

• winst boekjaar 8 44 52 26 79 157 • resultaten direct verwerkt in het

eigen vermogen 15 -6 -72 -34 -97 -9 -106

Totaalresultaat voor de periode 8 15 -6 -72 10 -45 26 70 51

Transacties met leden van de coöperatie en minderheidsbelangen:

• uitbetaald dividend aan minderheidsbelangen -98 -98

• uitbetaalde vergoeding aan houders van perpetuele obligaties 1 1 -9 -8

• uitbetaalde vergoeding aan houders van ledencertificaten en ledenobligaties

-9 7 -2 -28 -30

• uitgifte ledenobligaties-vast 114 114 • aflossing van perpetuele obligaties -125 -125 • conversie ledencertificaten in ledenobligaties-vast -16 -16 16

• overig 1 1 1 Totaal transacties met leden van de coöperatie en minderheidsbelangen -25 9 -16 102 -232 -146

Transacties in eigendomsbelangen in dochterondernemingen:

• transacties met houders van minderheidsbelangen -5 -5

• vervallen DFE put-optie 67 67 116 183 Totaal transacties in eigendomsbelangen in dochterondernemingen

67 67 111 178

Einde boekjaar 253 15 -24 -114 1.093 1.223 942 176 2.341

Jaarrekening Geconsolideerd overzicht vermogensmutaties

Geconsolideerd overzicht vermogensmutaties

Page 41: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

41

5 De vergelijkende cijfers van 2012 zijn aangepast voor de effecten van de nieuwe standaard inzake personeelsbeloningen (IAS 19, herzien 2011). Zie toelichting 20 voor nadere toelichting.

In miljoenen euro's, tenzij anders aangegeven 2012 5

Leden-certificaten

Reserve kasstroom-

afdekkingen

Reserve valuta-

omreken-verschillen

Algemene reserve 1

Eigen vermogen 2

Minderheids-belangen

gehouden door leden 3

Minderheids-belangen

gehouden door derden 4 Totaal

Begin boekjaar 293 -10 -48 1.026 1.261 710 223 2.194

Overzicht totaalresultaat voor de periode:

• winst boekjaar 11 162 173 30 75 278

• resultaten direct verwerkt in het eigen vermogen -8 6 -190 -192 -192

Totaalresultaat voor de periode 11 -8 6 -28 -19 30 75 86

Transacties met leden van de coöperatie en minderheidsbelangen:

• uitbetaald dividend aan minderheidsbelangen -66 -66

• uitbetaalde vergoeding aan houders van perpetuele obligaties 2 2 -9 -7

• uitbetaalde vergoeding aan houders van ledencertificaten en ledenobligaties -13 8 -5 -31 -36

• uitgifte ledenobligaties-vast 84 84

• conversie ledencertificaten in ledenobligaties-vast -21 -21 21

• overig -1 -1 -1

Totaal transacties met leden van de coöperatie en minderheidsbelangen -34 9 -25 74 -75 -26

Transacties in eigendomsbelangen in dochterondernemingen:

• transacties met houders van minderheidsbelangen 4 4

Totaal transacties in eigendomsbelangen in dochterondernemingen 4 4

Einde boekjaar 270 -18 -42 1.007 1.217 814 227 2.258

Jaarrekening Geconsolideerd overzicht vermogensmutaties

Page 42: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

42

Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Algemeen

Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. is statutair

gevestigd in Amersfoort, Nederland. Het adres is:

Stationsplein 4, 3818 LE Amersfoort. In de geconsolideerde

jaarrekening voor het jaar geëindigd op 31 december 2013

zijn opgenomen Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.

(coöperatie) en haar dochterondernemingen (tezamen

FrieslandCampina genoemd).

De coöperatie wordt gevormd door 19.244 leden-

melkveehouders in Nederland, Duitsland en België. De

leden-melkveehouders zijn de gezamenlijke eigenaren van

de coöperatie.

Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A heeft het doel in

stoffelijke behoeften van haar leden te voorzien krachtens

overeenkomsten gesloten met hen in het bedrijf van

Koninklijke FrieslandCampina N.V. dat zij te dien einde te

hunnen behoeve uitoefent of doet uitoefenen.

FrieslandCampina verwerkt ruim 10,5 miljard kilogram

melk per jaar. De melk wordt verwerkt tot een rijk

gevarieerd assortiment zuivelproducten met waardevolle

voedingsstoffen voor consumenten. In de professionele

markt is FrieslandCampina een belangrijke producent

en leverancier van zuivelproducten aan bakkerijen,

horecabedrijven en fastfoodketens. Daarnaast is

FrieslandCampina producent en leverancier van

hoogwaardige ingrediënten aan producenten van

voedingsmiddelen en farmaceutica.

De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in

overeenstemming met het continuïteitsbeginsel.

Basis voor presentatie

Overeenstemmingsverklaring

De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in

overeenstemming met International Financial Reporting

Standards (IFRS) zoals aanvaard binnen de Europese

Unie en met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende

Burgerlijk Wetboek (BW), voor zover van toepassing.

Voor de presentatie van de enkelvoudige winst-en-

verliesrekening is gebruik gemaakt van artikel 402, Titel 9

Boek 2 BW.

De jaarrekening van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina

U.A. per 31 december 2013 wordt na ondertekening door

het bestuur op 8 april 2014 door het bestuur vrijgegeven

voor publicatie op 30 april 2014. Op 30 april 2014 zal de

jaarrekening ter vaststelling worden voorgelegd aan de

ledenraad van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.

Waarderingsbasis

De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld op basis van

historische kosten, met uitzondering van de volgende van

materieel belang zijnde balansposten:

• financiële instrumenten, anders dan derivaten,

gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van

waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening;

• derivaten gewaardeerd tegen reële waarde;

• de/het uit hoofde van de toegezegd-pensioenregeling

opgenomen nettopensioenverplichting (actief),

gewaardeerd tegen reële waarde van de

fondsbeleggingen, verminderd met de contante waarde

van de toegezegde pensioenrechten en beperkt conform

toelichting 20.

Functionele valuta en presentatievaluta

De geconsolideerde jaarrekening luidt in euro’s. Dit is

tevens de functionele valuta van FrieslandCampina. Alle

financiële informatie die in euro's wordt gepresenteerd

is afgerond op het meest nabije miljoen, tenzij anders

aangegeven.

Gebruik van schattingen en aannames

De opstelling van de geconsolideerde jaarrekening in

overeenstemming met IFRS vereist dat het bestuur

oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt

die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en

gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en

van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen

afwijken van deze schattingen.

De schattingen en onderliggende veronderstellingen

worden voortdurend beoordeeld. Bij het vormen van

deze beoordelingen en het maken van de genoemde

inschattingen is mede gebruikgemaakt van opinies en

adviezen van (externe) ter zake deskundigen. Herzieningen

van schattingen worden opgenomen in de periode waarin

de schattingen worden herzien en in toekomstige perioden

waarvoor de herziening gevolgen heeft. De schattingen en

aannames die als meest kritisch worden aangemerkt zijn:

• bijzondere waardeverminderingen (zie toelichting 11

en 12);

• gebruiksduur van grond, gebouwen en installaties en

immateriële activa (zie toelichting 3, 11 en 12);

• benutting van fiscale verliezen en onzekere fiscale

posities (zie toelichting 21);

• waardering van de verplichting uit hoofde van toegezegd-

pensioenregelingen (zie toelichting 20);

• belangrijke veronderstellingen gebruikt voor

kasstroomprognoses op contante waarde (zie toelichting

12, 23 en 30);

• voorzieningen en niet in de balans opgenomen

verplichtingen (zie toelichting 22 en 27).

Voor een nader inzicht in de verwerking van de daarbij

genoemde posten in de jaarrekening wordt verwezen naar

de toelichtingen in de jaarrekening.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

In miljoenen euro’s, tenzij anders aangegeven

Page 43: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

43Wijzigingen in grondslagen voor financiële verslaggeving

Nieuwe en herziene voorgeschreven standaarden zoals

toegepast door FrieslandCampina

De volgende nieuwe en herziene voorgeschreven

standaarden zijn, met ingang van 1 januari 2013, voor het

eerst verplicht:

• IAS 1 Toelichting van posten van het totaalresultaat –

Wijzigingen van IAS 1

• IAS 19 (herzien 2011) Personeelsbeloningen

• IFRS 13 Reële waarde waardering

Verschillende andere nieuwe standaarden en wijzigingen

zijn voor het eerst van toepassing in 2013. Ze hebben echter

geen effect op de geconsolideerde jaarrekening

van FrieslandCampina.

IAS 1 Toelichting van posten van het totaalresultaat –

Wijzigingen van IAS 1

De wijziging van IAS 1 heeft een nadere groepering

van posten in het geconsolideerd overzicht van het

totaalresultaat tot gevolg. Posten die in de toekomst

(opnieuw) kunnen worden toegerekend aan de winst-en-

verliesrekening (bijvoorbeeld valuta-omrekenverschillen

bij het omrekenen van buitenlandse bedrijfsactiviteiten en/

of mutaties in kasstroomafdekkingen) moeten nu apart

worden gepresenteerd ten opzichte van posten die nooit

zullen worden toegerekend (bijvoorbeeld herwaardering

van de nettopensioenverplichting (actief)). De wijziging

heeft alleen gevolgen voor de presentatie en niet voor de

financiële positie of prestaties van FrieslandCampina.

IAS 19 Personeelsbeloningen (herzien 2011)

IAS 19 bevat een aantal wijzigingen met betrekking tot

de verantwoording van toegezegd-pensioenregelingen,

inclusief actuariële winsten en verliezen die nu worden

opgenomen in het geconsolideerd overzicht van het

totaalresultaat en definitief worden uitgesloten van

de winst-en-verliesrekening; verwachte opbrengst

beleggingen wordt nu niet meer opgenomen in de winst-

en-verliesrekening, in plaats daarvan moet rente op de

nettoverplichting (actief) uit hoofde van toegezegde

pensioenaanspraken worden opgenomen in de winst-en-

verliesrekening, berekend op grond van de discontovoet

die wordt gebruikt om de verplichting uit hoofde van

toegezegde pensioenaanspraken te waarderen; nog niet in

aanmerking genomen kosten inzake verstreken dienstjaren

worden nu opgenomen in de winst-en-verliesrekening op

het moment dat de wijziging zich voordoet of wanneer

de bijbehorende kosten van reorganisatie of beëindiging

worden opgenomen. Andere wijzigingen betreffen

onder meer nieuwe toelichtingen zoals kwantitatieve

gevoeligheidsanalyses.

De vergelijkende cijfers van 2012 zijn aangepast voor de

effecten van deze nieuwe standaard. In toelichting 20 wordt

het effect van de wijzigingen uiteengezet.

IFRS 13 Reële waarde waardering

IFRS 13 geeft één enkele richtlijn in het kader van IFRS

voor alle reële waarde waarderingen. IFRS 13 wijzigt niet

wanneer een entiteit gebruik moet maken van reële waarde,

maar geeft een richtlijn over hoe reële waarde waardering

moet worden toegepast op de plaatsen waar het al vereist

of toegestaan is in andere standaarden. De toepassing

van IFRS 13 heeft geen inhoudelijke gevolgen gehad voor

reële waarde waarderingen die door FrieslandCampina zijn

uitgevoerd.

IFRS 13 geeft ook specifieke voorschriften voor de toelichting

van reële waarde in de jaarrekening; enkele daarvan

vervangen bestaande voorschriften voor toelichting

in andere standaarden, waaronder IFRS 7 Financiële

instrumenten: informatieverschaffing. Voor financiële

instrumenten schrijft IFRS 13 voor dat bepaalde specifieke

informatie moet worden verschaft, hetgeen gevolgen heeft

voor de jaarrekening. FrieslandCampina verstrekt deze

informatie in de paragraaf financiële instrumenten.

Nieuwe en herziene voorgeschreven standaarden,

wijzigingen en interpretaties die nog niet van kracht

zijn voor het financiële jaar vanaf 1 januari 2013 en niet

vroegtijdig zijn ingevoerd

De volgende nieuwe standaarden, wijzigingen op

standaarden en interpretaties, die van kracht worden voor

boekjaren beginnend na 1 januari 2013, zijn niet toegepast

op deze geconsolideerde jaarrekening:

IFRS 9 Financiële instrumenten

IFRS 9 zal op zijn vroegst vanaf 2015 van kracht

worden voor de geconsolideerde jaarrekening van

FrieslandCampina en kan aanleiding zijn tot het wijzigen

van de classificatie en waardering van financiële activa.

FrieslandCampina zal deze standaard niet vervroegd

toepassen en heeft de omvang van het te verwachten effect

nog niet bepaald. Deze standaard is nog niet door de EU

goedgekeurd.

IFRS 10 Geconsolideerde jaarrekening

IFRS 10 vervangt de consolidatie vereisten in SIC 12 en

IAS 27. IFRS 10 verandert de definitie van zeggenschap

zodat voor alle entiteiten dezelfde criteria gebruikt worden

om vast te stellen of er sprake is van zeggenschap. De

nieuwe definitie van zeggenschap focust op de eis om

zowel macht als variabele opbrengsten te hebben voordat

sprake is van zeggenschap. De nieuwe standaard bevat ook

richtlijnen om vast te stellen of sprake is van zeggenschap

in de situatie dat een onderneming minder dan de helft

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 44: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

44van de stemrechten in een andere onderneming heeft en

voor agent/principaal relaties. Deze nieuwe standaard is

goedgekeurd door de EU en zal van kracht worden vanaf 1

januari 2014. FrieslandCampina heeft de impact van deze

nieuwe standaard geëvalueerd en het is niet de verwachting

dat deze nieuwe standaard materieel effect zal hebben op

de geconsolideerde jaarrekening van FrieslandCampina.

IFRS 11 Gezamenlijke overeenkomsten

Onder deze nieuwe standaard ligt de focus meer op

de rechten en verplichtingen van de partijen van een

gezamenlijke overeenkomst dan op de juridische vorm.

Er zijn twee typen gezamenlijke overeenkomsten: joint

operations en joint ventures. Onder IFRS 11 worden

belangen in joint operations verantwoord op basis van

de belangen in de activa en passiva en belangen in joint

ventures op basis van de vermogensmutatiemethode.

Deze nieuwe standaard is goedgekeurd door de EU en

zal van kracht worden vanaf 1 januari 2014. Momenteel

wordt beoordeeld of de gezamenlijke overeenkomsten van

FrieslandCampina joint operations of joint ventures zijn

onder de nieuwe standaard. Afhankelijk van de uitkomsten

hiervan zijn mogelijk veranderingen in de verantwoording

van deze gezamenlijke overeenkomsten nodig, omdat op

dit moment alle gezamenlijke overeenkomsten op basis van

de vermogensmutatiemethode worden verantwoord. Het is

de verwachting dat deze nieuwe standaard geen materieel

effect zal hebben op de geconsolideerde jaarrekening van

FrieslandCampina.

IFRS 12 Toelichting op belangen in andere entiteiten

IFRS 12 wordt met ingang van 1 januari 2014 van kracht;

deze nieuwe standaard bevat alle toelichtingsvereisten die

eerder waren opgenomen in IAS 27, IAS 31 en IAS 28 en een

aantal nieuwe toelichtingsvereisten. Deze nieuwe standaard

zal alleen invloed hebben op de toelichting met betrekking

tot belangen in dochterondernemingen, joint ventures en

geassocieerde deelnemingen.

Het is de verwachting dat deze nieuwe standaard geen

materieel effect zal hebben op de geconsolideerde

jaarrekening van FrieslandCampina.

IFRS 10, IFRS 11 en IFRS 12 Overgangsregeling –

Wijzigingen van IFRS 10, 11 en 12

Deze wijziging geeft additionele richtlijnen voor de

wijzigingen in IFRS 10, IFRS 11 en IFRS 12, waardoor alleen

nog aangepaste vergelijkende informatie verschaft dient

te worden over de laatst voorafgaande periode. Daarnaast

mogen verschillen in boekwaarde als gevolg van de

invoering van IFRS 10 direct in het eigen vermogen worden

verwerkt. Deze overgangsregeling is van toepassing per

2014 en FrieslandCampina verwacht geen materiele impact

als gevolg van deze overgangsregeling.

IAS 39 Vernieuwing van derivaten en continuering van

hedge accounting (Aanpassing IAS 39)

Deze aanpassing aan IAS 39 staat bedrijven, in bepaalde

omstandigheden, toe een afdekkingsrelatie te continueren,

terwijl het onderliggende contract wordt vernieuwd. Dit

kan het geval zijn, wanneer een vernieuwing noodzakelijk

is om met een centrale tegenpartij te vereffenen als het

gevolg van wet- of regelgeving. De aanpassing van IAS 39

is het gevolg van veranderingen in wet- en regelgeving in

veel jurisdicties dat tot een groot aantal vernieuwingen

van afdekkingsinstrumenten zou leiden. Deze aanpassing is

effectief vanaf 2014 en zal naar verwachting geen materiele

impact hebben op de geconsolideerde jaarrekening van

FrieslandCampina.

FrieslandCampina evalueert momenteel de potentiële

impact van overige nieuwe standaarden, wijzigingen op

standaarden en interpretaties die op of na 1 januari 2014

effectief zullen zijn en die niet vervroegd worden toegepast

door FrieslandCampina. Geen van deze standaarden

heeft naar verwachting een materieel effect op de

geconsolideerde jaarrekening van FrieslandCampina.

Belangrijke grondslagen voor financiële verslaggevingDe hierna uiteengezette grondslagen voor financiële

verslaggeving zijn consistent toegepast voor alle

gepresenteerde perioden in deze geconsolideerde

jaarrekening en zijn tevens consistent toegepast door alle

entiteiten van FrieslandCampina.

ConsolidatiegrondslagenBedrijfscombinaties

Bedrijfscombinaties worden verwerkt op basis van de

overnamemethode per de overnamedatum, dat wil

zeggen de datum waarop de zeggenschap overgaat naar

FrieslandCampina. Er is sprake van zeggenschap als

FrieslandCampina de mogelijkheid heeft om het financiële

en operationele beleid van een entiteit te bepalen teneinde

voordelen te verkrijgen uit haar activiteiten. Bij beoordeling

van de zeggenschap houdt FrieslandCampina rekening met

potentiële stemrechten die op dat moment uitoefenbaar zijn.

FrieslandCampina waardeert de goodwill op de

overnamedatum als:

• de reële waarde van de overgedragen vergoeding;

vermeerderd met

• het opgenomen bedrag van eventuele

minderheidsbelangen in de overgenomen partij;

vermeerderd met

• indien de bedrijfscombinatie in fasen plaatsvindt, de reële

waarde van het voorafgaande belang in de overgenomen

partij; verminderd met

• het opgenomen nettobedrag (over het algemeen de reële

waarde) van de identificeerbare verworven activa en

aangegane verplichtingen.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 45: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

45Indien het verschil negatief is, wordt onmiddellijk

een boekwinst uit een voordelige koop in de winst-

en-verliesrekening opgenomen. In de overgedragen

vergoeding is geen bedrag begrepen voor de afwikkeling

van bestaande relaties. Een dergelijk bedrag wordt in het

algemeen in de winst-en-verliesrekening opgenomen.

Door FrieslandCampina gemaakte transactiekosten in

verband met een bedrijfscombinatie, niet zijnde kosten in

verband met de uitgifte van aandelen of obligaties, worden

opgenomen in de winst-en-verliesrekening wanneer zij

worden gemaakt.

De reële waarde van een voorwaardelijke verplichting

wordt op de overnamedatum opgenomen. Indien die

voorwaardelijke verplichting wordt geclassificeerd als eigen

vermogen, vindt geen latere herwaardering plaats en wordt

de afwikkeling verantwoord binnen het eigen vermogen. In

andere gevallen worden wijzigingen na eerste opname in de

winst-en-verliesrekening opgenomen.

Waarde-aanpassingen van verplichtingen inzake put-opties

die betrekking hebben op acquisities voor de invoering van

IFRS 3 in 2010, worden verwerkt in goodwill.

Bij iedere bedrijfscombinatie kiest FrieslandCampina een

methode om het minderheidsbelang te waarderen: ofwel op

basis van reële waarde of op basis van het evenredige deel

van de identificeerbare verworven activa en aangegane

verplichtingen van de overgenomen partij, die in het

algemeen zijn gewaardeerd tegen reële waarde.

Verwerving van minderheidsbelangen

Veranderingen in FrieslandCampina’s belang in een

minderheidsbelang die niet resulteren in een verlies

van zeggenschap, worden verantwoord als transacties

met eigenaars in hun hoedanigheid van eigenaars. De

aanpassingen van de minderheidsbelangen uit hoofde

van transacties waarbij geen sprake is van verlies van

zeggenschap zijn gebaseerd op een evenredig bedrag

van de netto-activa van de dochteronderneming. Er

worden geen aanpassingen gemaakt aan de goodwill en

er wordt geen winst of verlies verantwoord in de winst-en-

verliesrekening.

Dochterondernemingen

Dochterondernemingen zijn entiteiten waarover

FrieslandCampina zeggenschap heeft. De financiële

gegevens van dochterondernemingen zijn in de

geconsolideerde jaarrekening opgenomen vanaf de datum

waarop voor het eerst sprake is van zeggenschap tot aan

het moment waarop deze eindigt.

Verlies van zeggenschap

Bij verlies van zeggenschap worden de activa

en verplichtingen van de dochteronderneming,

eventuele minderheidsbelangen en overige

met de dochteronderneming samenhangende

vermogenscomponenten niet langer in de balans

verantwoord. Het eventuele overschot of tekort dat

ontstaat bij het verlies van de zeggenschap wordt

opgenomen in de winst-en-verliesrekening. Indien

FrieslandCampina een belang houdt in de voormalige

dochteronderneming, wordt dat belang verantwoord tegen

de reële waarde per de datum dat niet langer sprake was

van zeggenschap. Vervolgens wordt dit belang verantwoord

als een geassocieerde deelneming (verwerkt volgens de

vermogensmutatiemethode) of als een financieel actief

beschikbaar voor verkoop, afhankelijk van de mate van

behouden invloed.

Geassocieerde deelnemingen en joint ventures

Geassocieerde deelnemingen zijn die entiteiten waarin

FrieslandCampina invloed van betekenis heeft op het

financiële en operationele beleid, maar waarover zij

geen zeggenschap heeft. Invloed van betekenis wordt

verondersteld te bestaan wanneer FrieslandCampina

tussen 20% en 50% van de stemrechten van een

andere entiteit in bezit heeft. Bij entiteiten waarover

gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend is die

zeggenschap vastgelegd in een contractuele overeenkomst

en is unanieme instemming vereist voor strategische

beslissingen over het financiële en operationele beleid.

Geassocieerde deelnemingen en joint ventures worden

verantwoord op basis van de vermogensmutatiemethode en

worden bij de eerste opname gewaardeerd tegen kostprijs.

In die kostprijs van de investering zijn de transactiekosten

inbegrepen.

De geconsolideerde jaarrekening omvat het aandeel

van FrieslandCampina in de resultaten en in de niet-

gerealiseerde resultaten (verwerkt via het geconsolideerd

overzicht van het totaalresultaat), na correctie van de

grondslagen in overeenstemming met FrieslandCampina,

vanaf de datum waarop FrieslandCampina voor het eerst

invloed van betekenis heeft, tot aan de datum waarop voor

het laatst sprake is van invloed van betekenis.

Wanneer het aandeel van FrieslandCampina in de

verliezen groter is dan de waarde van het belang

in een geassocieerde deelneming of joint venture,

wordt de boekwaarde van het belang, inclusief

eventuele langetermijninvesteringen, in de balans van

FrieslandCampina afgeboekt tot nihil en worden verdere

verliezen niet meer in aanmerking genomen behalve voor

zover FrieslandCampina een verplichting is aangegaan

of betalingen heeft verricht namens een volgens de

vermogensmutatiemethode verwerkte investering.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 46: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

46Eliminatie intercompany-transacties

Intercompany-saldi en intercompany-transacties

binnen FrieslandCampina en niet-gerealiseerde winsten

en verliezen die voortkomen uit transacties binnen

FrieslandCampina, worden geëlimineerd bij de opstelling

van de geconsolideerde jaarrekening. Niet-gerealiseerde

winsten uit transacties met geassocieerde deelnemingen

en joint ventures worden geëlimineerd tot de mate van

FrieslandCampina's belang in de entiteit. Niet-gerealiseerde

verliezen worden op dezelfde manier geëlimineerd als de

niet-gerealiseerde winsten, maar alleen voor zover er geen

aanwijzing is voor een bijzondere waardevermindering.

Op pagina 96 is een lijst opgenomen met de belangrijkste

dochterondernemingen, joint ventures en geassocieerde

deelnemingen.

Vreemde valutaTransacties in vreemde valuta

Monetaire activa en passiva in vreemde valuta worden

omgerekend tegen de koers per balansdatum. Transacties

in vreemde valuta worden omgerekend tegen de koers per

transactiedatum.

Niet-monetaire posten die worden gewaardeerd tegen

historische kostprijs en die luiden in een vreemde valuta,

worden omgerekend tegen de koers geldend op de datum

van de oorspronkelijke transacties. Niet-monetaire posten

die worden gewaardeerd tegen de reële waarde en die luiden

in een vreemde valuta worden omgerekend tegen de koers

geldend op de datum waarop de reële waarde is bepaald.

De bij omrekening optredende valutakoersverschillen

worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen, met

uitzondering van de volgende verschillen als gevolg van de

omrekening van:

• voor verkoop beschikbare eigenvermogensinstrumenten

(behalve bij bijzondere waardevermindering, in welk

geval de in het geconsolideerd overzicht van het

totaalresultaat opgenomen valutakoersverschillen

worden overgeboekt naar de winst-en-verliesrekening);

• een financiële verplichting die wordt aangemerkt als een

netto-investering in een buitenlandse activiteit;

• kwalificerende kasstroomafdekkingen, voor zover de

afdekking effectief is.

Deze verschillen worden via het geconsolideerd overzicht

van het totaalresultaat verwerkt in het eigen vermogen.

Buitenlandse bedrijfsactiviteiten

De activa en verplichtingen van buitenlandse

dochterondernemingen worden in euro’s omgerekend

tegen de koers per balansdatum. De opbrengsten en

kosten worden in euro’s omgerekend tegen de wisselkoers

op de transactiedatum. Valuta-omrekenverschillen

worden opgenomen in het geconsolideerd overzicht van

het totaalresultaat en verwerkt in de reserve valuta-

omrekeningsverschillen in het eigen vermogen. Betreft de

activiteit echter een niet volledige dochtermaatschappij,

dan wordt het betreffende evenredige aandeel van

het valutaomrekenverschil toegerekend aan de

minderheidsbelangen.

Indien een buitenlandse activiteit wordt verkocht in die

zin dat FrieslandCampina de zeggenschap, invloed van

betekenis dan wel gezamenlijke zeggenschap verliest,

wordt het in verband met deze buitenlandse activiteit

cumulatief opgebouwde bedrag overgeboekt naar de

winst-en-verliesrekening als onderdeel van de winst of het

verlies bij de verkoop. Wanneer FrieslandCampina slechts

een deel van zijn belang in een dochteronderneming die

een buitenlandse activiteit omvat, verkoopt met behoud

van zeggenschap, wordt het evenredige aandeel van het

cumulatieve bedrag toegerekend aan minderheidsbelangen.

Wanneer FrieslandCampina slechts een deel van zijn

investering in een geassocieerde deelneming of joint

venture die een buitenlandse activiteit omvat, verkoopt en

invloed van betekenis of gezamenlijk zeggenschap behoudt,

wordt het evenredige aandeel van het cumulatieve bedrag

overgeboekt naar de winst-en-verliesrekening.

Wanneer de afwikkeling van een monetaire vordering op of

schuld aan een buitenlandse activiteit gepland noch in de

nabije toekomst waarschijnlijk is, worden winsten en verliezen

in vreemde valuta, die voortvloeien uit deze post, beschouwd

als onderdeel van een netto-investering in de buitenlandse

activiteiten en worden deze opgenomen in het geconsolideerd

overzicht van het totaalresultaat, en verwerkt in de reserve

valuta-omrekenverschillen in het eigen vermogen.

Afdekking van netto-investering in buitenlandse activiteiten

FrieslandCampina past hedge accounting toe op de valuta-

omrekenverschillen die ontstaan bij omrekening van de

functionele valuta van de buitenlandse activiteit naar de

functionele valuta van FrieslandCampina (de euro), ongeacht

of de netto-investering rechtstreeks wordt gehouden of via

een tussenholding.

Valutakoersverschillen die optreden bij de omrekening

van een financiële verplichting die wordt aangemerkt als

afdekking van een netto-investering in een buitenlandse

activiteit worden opgenomen in het geconsolideerd overzicht

van het totaalresultaat voor zover de afdekking effectief is

en het effectieve deel wordt verwerkt in de reserve valuta-

omrekenverschillen in het eigen vermogen. Het niet-effectieve

deel wordt als resultaat in de winst-en-verliesrekening

opgenomen. Wanneer de afgedekte netto-investering wordt

verkocht, wordt het op deze netto-investering betrekking

hebbende deel van de reserve valuta-omrekenverschillen

overgeboekt naar de winst-en-verliesrekening als onderdeel

van de winst of het verlies op de verkoop.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 47: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

47Bij de opstelling van de geconsolideerde jaarrekening zijn

de volgende wisselkoersen gehanteerd:

2013

Ultimo Gemiddeld

Amerikaanse dollar 1,37 1,33

Singapore dollar 1,74 1,66

Hong Kong dollar 10,67 10,30

Indonesische rupiah (per 10.000) 1,68 1,38

Maleisische ringgit 4,51 4,20

Nigeriaanse naira (per 100) 2,20 2,12

Vietnamese dong (per 10.000) 2,90 2,79

Chinese yuan 8,32 8,16

Filippijnse peso 61,02 56,44

Thaise baht 45,09 40,88

Russische roebel 45,22 42,41

2012

Ultimo Gemiddeld

Amerikaanse dollar 1,32 1,29

Singapore dollar 1,61 1,61

Hong Kong dollar 10,22 10,00

Indonesische rupiah (per 10.000) 1,29 1,21

Maleisische ringgit 4,04 3,97

Nigeriaanse naira (per 100) 2,06 2,05

Vietnamese dong (per 10.000) 2,75 2,69

Chinese yuan 8,22 8,13

Filippijnse peso 54,19 54,39

Thaise baht 40,36 40,04

Russische roebel 40,33 40,06

Financiële instrumentenFinanciële activa anders dan derivaten

Leningen, vorderingen en deposito’s worden door

FrieslandCampina bij eerste opname verwerkt op de datum

waarop deze ontstaan. Bij alle overige financiële activa

(inclusief activa aangemerkt als gewaardeerd tegen reële

waarde met verwerking van waardeveranderingen via de

winst-en-verliesrekening) vindt de eerste opname plaats

op transactiedatum. De transactiedatum is de datum

waarop FrieslandCampina zich verbindt aan de contractuele

bepalingen van het instrument.

FrieslandCampina neemt een financieel actief niet langer op

in de balans als de contractuele rechten op de kasstromen uit

het actief aflopen, of als FrieslandCampina de contractuele

rechten op de ontvangst van de kasstromen uit het financieel

actief overdraagt door middel van een transactie waarbij

nagenoeg alle aan het eigendom van dit actief verbonden

risico's en voordelen worden overgedragen.

Financiële activa en verplichtingen worden gesaldeerd en

het resulterende nettobedrag wordt uitsluitend in de balans

gepresenteerd indien FrieslandCampina een wettelijk

afdwingbaar recht op deze saldering heeft en indien zij

voornemens is om te salderen op nettobasis dan wel het

actief en de verplichting gelijktijdig te realiseren.

FrieslandCampina classificeert financiële activa, anders

dan derivaten, in de volgende categorieën: financiële activa

gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van

waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening, tot

einde looptijd aangehouden financiële activa, leningen en

vorderingen en voor verkoop beschikbare financiële activa.

Financiële activa gewaardeerd tegen reële waarde met

verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-

verliesrekening

Een financieel actief wordt geclassificeerd als

gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van

waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening indien

het als zodanig is aangemerkt bij de eerste opname of

indien het financieel actief geherclassificeerd wordt als een

voor handelsdoeleinden aangehouden financieel actief.

Toerekenbare transactiekosten worden als last opgenomen

in de winst-en-verliesrekening wanneer zij worden gemaakt.

Financiële activa gewaardeerd tegen reële waarde met

verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-

verliesrekening worden gewaardeerd tegen reële waarde

en eventuele wijzigingen in die reële waarde worden

opgenomen in de winst-en-verliesrekening.

Leningen en vorderingen

Leningen en vorderingen zijn financiële instrumenten met

vaste of bepaalbare betalingen, die niet op een actieve

markt zijn genoteerd. Dergelijke activa worden bij de eerste

opname gewaardeerd tegen reële waarde plus eventuele

direct toerekenbare transactiekosten. Na eerste opname,

worden de leningen en vorderingen gewaardeerd tegen

geamortiseerde kostprijs met behulp van de effectieve

rentemethode, verminderd met eventuele bijzondere

waardeverminderingen.

Leningen en vorderingen bestaan uit liquide middelen en

handels- en overige vorderingen.

Voor verkoop beschikbare financiële activa

Deze activa worden bij eerste opname gewaardeerd

tegen reële waarde plus eventuele direct toerekenbare

transactiekosten. Na eerste opname worden voor verkoop

beschikbare financiële activa gewaardeerd tegen reële

waarde; eventuele wijzigingen daarin, anders dan bijzondere

waardeverminderingsverliezen worden opgenomen in

het geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat en

geaccumuleerd in de reële-waardereserve. Eventuele

dividenden worden in de winst-en-verliesrekening

verwerkt als financieringsbate. Als deze activa niet langer

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 48: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

48worden opgenomen, worden de in het eigen vermogen

geaccumuleerde winsten en verliezen overgeboekt naar de

winst-en-verliesrekening.

Liquide middelen

De liquide middelen hebben betrekking op kasgeld,

banksaldi en kortlopende deposito’s met een

oorspronkelijke looptijd van drie maanden of minder vanaf

de verwervingsdatum.

Financiële verplichtingen anders dan derivaten

De eerste opname van uitgegeven obligaties en

achtergestelde leningen door FrieslandCampina vindt

plaats op de datum waarop deze verplichtingen ontstaan.

Bij alle overige financiële verplichtingen (inclusief

verplichtingen die zijn aangemerkt als gewaardeerd tegen

reële waarde met verwerking van waardeveranderingen

in de winst-en-verliesrekening) vindt de eerste opname

plaats op transactiedatum. De transactiedatum is de datum

waarop FrieslandCampina zich verbindt aan de contractuele

bepalingen van het instrument.

FrieslandCampina neemt een financiële verplichting niet

langer op in de balans zodra aan de prestatie ingevolge de

verplichting is voldaan, deze is opgeheven of is verlopen.

FrieslandCampina classificeert de financiële verplichtingen

anders dan derivaten onder de categorie overige financiële

verplichtingen. Dergelijke financiële verplichtingen worden

bij eerste opname gewaardeerd tegen reële waarde

minus eventuele direct toerekenbare transactiekosten.

Na eerste opname worden deze financiële verplichtingen

gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs volgens de

effectieve rentemethode. Overige financiële verplichtingen

bestaan uit leningen en overige financieringsverplichtingen,

rekening courant banken, handelscrediteuren en overige te

betalen posten.

Eigen vermogen

Ledencertificaten

Ledencertificaten zijn aangemerkt als eigen vermogen.

Kosten die direct zijn toe te rekenen aan de uitbreiding van

de ledencertificaten worden in mindering gebracht van het

eigen vermogen, na aftrek van belastingen.

Overige financiële instrumenten

Overige financiële instrumenten worden als eigen

vermogen geclassificeerd als de instrumenten

geen vervaldatum hebben en de rentebetaling door

FrieslandCampina kan worden uitgesteld.

Dividenden

Dividenden worden als verplichting verantwoord in de

periode waarin ze zijn gedeclareerd.

Derivaten (inclusief derivaten met toepassing van hedge

accounting)

FrieslandCampina maakt gebruik van derivaten om de

valutarisico's en renterisico’s af te dekken.

Derivaten worden bij de eerste opname gewaardeerd tegen

reële waarde; toerekenbare transactiekosten worden als

last in de winst-en-verliesrekening opgenomen wanneer zij

worden gemaakt. Na de eerste opname worden derivaten

tegen reële waarde gewaardeerd en eventuele wijzigingen

worden op de hierna beschreven manier verantwoord,

afhankelijk of hedge accounting wordt toegepast.

Derivaten met toepassing van hedge accounting

FrieslandCampina past kasstroom hedge accounting toe op

een gedeelte van haar valuta- en rentederivaten.

Bepalen van effectiviteit van de hedge

Op het moment dat het derivaat voor het eerst als

afdekkingsinstrument wordt aangewezen, documenteert

FrieslandCampina de relatie die bestaat tussen

afdekkingsinstrument(en) en afgedekte positie(s),

inclusief haar risicobeheerdoelstellingen en strategie

bij het aangaan van de afdekkingstransactie en het

afdekkingsrisico, alsmede de methoden die worden gebruikt

om de effectiviteit van de afdekkingsrelatie vast te stellen.

Bij het aangaan van de afdekkingsrelatie en daarna per

rapportagedatum beoordeelt FrieslandCampina of de

afdekkingsinstrumenten naar verwachting gedurende

de periode waarvoor de afdekking is aangewezen 'zeer

effectief' zullen zijn in het bereiken van compensatie van

aan de afgedekte positie(s) toe te rekenen veranderingen in

reële waarde of kasstromen en hiermee de daadwerkelijke

resultaten van iedere afdekking binnen een bereik van 80

tot 125 procent vallen. Een kasstroomafdekking van een

verwachte transactie vereist dat het zeer waarschijnlijk is

dat de transactie zal plaatsvinden en deze transactie een

blootstelling zou opleveren aan variabiliteit van kasstromen

die dusdanig is dat deze uiteindelijk van invloed zou kunnen

zijn op de gerapporteerde winst/het gerapporteerde

verlies.

Kasstroomafdekkingen

Wanneer een derivaat wordt aangewezen als afdekking

van de variabiliteit van kasstromen die voortvloeit uit een

bepaald risico dat is verbonden aan een opgenomen actief,

verplichting, of zeer waarschijnlijke, verwachte transactie

die de winst of het verlies zou kunnen beïnvloeden, dan

wordt het effectieve deel van de veranderingen in de reële

waarde van het derivaat opgenomen in het geconsolideerd

overzicht van het totaalresultaat en gepresenteerd in

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 49: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

49de reserve inzake kasstroomafdekkingen in het eigen

vermogen. Het eventuele niet-effectieve deel van de

veranderingen in de reële waarde van het derivaat wordt

rechtstreeks in de winst-en-verliesrekening opgenomen.

Wanneer de afgedekte positie een niet-financieel actief is,

wordt het in het eigen vermogen opgenomen bedrag in de

boekwaarde van de activa meegenomen wanneer de activa

worden verantwoord. In andere gevallen wordt het bedrag

dat is opgebouwd in het eigen vermogen overgeboekt naar

de winst-en-verliesrekening in dezelfde periode waarin de

afgedekte positie de winst-en-verliesrekening beïnvloedt.

Indien een afdekkinginstrument dat niet langer voldoet aan

de criteria voor 'hedge accounting' afloopt, wordt verkocht,

beëindigd of uitgeoefend, dan wordt hedge accounting

vanaf de laatste effectieve toetsingsdatum beëindigd. Als

de verwachte transactie niet langer waarschijnlijk is, wordt

het saldo in het eigen vermogen overgeboekt naar de winst-

en-verliesrekening.

Overige niet-handelsderivaten

Indien voor een derivaat geen hedge accounting wordt

toegepast, worden alle veranderingen in de reële waarde

rechtstreeks in de winst-en-verliesrekening opgenomen.

Grond, gebouwen en installaties Opname en waardering

Grond, gebouwen en installaties worden gewaardeerd tegen

kostprijs verminderd met cumulatieve afschrijvingen en

cumulatieve bijzondere waardeverminderingsverliezen. In

de kostprijs zijn de kosten begrepen die direct toerekenbaar

zijn aan de verwerving van het actief. De kostprijs van zelf

vervaardigde activa omvat:

• materiaalkosten en directe arbeidskosten;

• eventuele andere kosten die rechtstreeks toerekenbaar

zijn aan het gebruiksklaar maken van het actief;

• een schatting van de ontmantelingskosten en

verwijdering van activa wanneer FrieslandCampina een

verplichting heeft om zich van de activa te ontdoen;

• geactiveerde financieringskosten.

Onder de grond, gebouwen en installaties zijn mede

opgenomen activa waarvan op basis van financiële

leaseovereenkomsten het economische eigendom is

verworven. Geleasede activa worden vanaf het moment

van de aanvang van de lease gewaardeerd tegen de reële

waarde of indien lager tegen de contante waarde van

de minimale leaseverplichtingen. Na de eerste opname

geschiedt de verwerking in overeenstemming met de van

toepassing zijnde grondslagen.

Wanneer grond, gebouwen en installaties bestaan uit

onderdelen met een verschillende gebruiksduur, worden

deze als afzonderlijke posten (componenten) onder de

grond, gebouwen en installaties verantwoord. Winst of

verlies uit de verkoop van een materieel vast actief wordt

vastgesteld aan de hand van een vergelijking van de

verkoopopbrengsten met de boekwaarde van de grond,

gebouwen en installaties en wordt verantwoord in de winst-

en-verliesrekening.

Kosten na eerste opname

Latere uitgaven worden enkel geactiveerd als het

waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen

die aan de uitgaven verbonden zijn naar FrieslandCampina

zullen vloeien. De kosten van reparaties en onderhouden

worden opgenomen als zij worden gemaakt.

Afschrijvingen

Afschrijvingen op gebouwen en installaties worden ten

laste van de winst-en-verliesrekening gebracht volgens de

lineaire methode op basis van de geschatte gebruiksduur

van iedere component van een materieel vast actief. Tenzij

het redelijkerwijs zeker is dat FrieslandCampina geleasede

activa aan het einde van de leasetermijn in eigendom zal

nemen, worden deze afgeschreven over de termijn van

de leaseovereenkomst of de gebruiksduur, afhankelijk

van welke korter is. Gebouwen en installaties worden

afgeschreven vanaf de datum waarop ze geïnstalleerd en

klaar voor gebruik zijn.

De geschatte gebruiksduur voor de huidige periodes is als

volgt voor de belangrijkste grond, gebouwen en installaties:

Grond niet afgeschreven

Gebouwen 10-25 jaar

Machines en installaties 5-33 jaar

Overige operationele activa 3-20 jaar

Afschrijvingsmethoden, gebruiksduur en restwaarde

worden op het einde van ieder boekjaar opnieuw

geëvalueerd en, indien noodzakelijk aangepast.

Immateriële activa en goodwillGoodwill

Goodwill die ontstaat bij de acquisitie van

dochterondernemingen wordt verantwoord als

een immaterieel actief. Zie de grondslagen voor

consolidatie voor de waardering van goodwill tijdens

de eerste opname. Goodwill wordt gewaardeerd tegen

kostprijs verminderd met cumulatieve bijzondere

waardeverminderingsverliezen. Met betrekking tot niet-

geconsolideerde deelnemingen wordt de boekwaarde

van goodwill opgenomen in de boekwaarde van de joint

venture of geassocieerde deelneming en een eventueel

bijzonder waardeverminderingsverlies wordt toegerekend

aan de boekwaarde van de joint venture of geassocieerde

deelneming als geheel.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 50: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

50Onderzoek en ontwikkeling

Uitgaven voor onderzoeksactiviteiten die worden verricht

met het vooruitzicht nieuwe wetenschappelijke of

technische kennis en inzichten te verwerven, worden als

last in de winst-en-verliesrekening opgenomen wanneer

zij worden gedaan. Met ontwikkelingsactiviteiten is een

plan of ontwerp voor de productie van nieuwe of wezenlijk

verbeterde producten en processen gemoeid. Uitgaven

voor ontwikkelingsactiviteiten worden alleen geactiveerd

als de ontwikkelingskosten betrouwbaar kunnen worden

bepaald, het product of proces technisch en commercieel

haalbaar is, de toekomstige economische voordelen

waarschijnlijk zijn en FrieslandCampina van plan is en

over voldoende middelen beschikt om de ontwikkeling te

voltooien en het actief te gebruiken of te verkopen. De

geactiveerde uitgaven omvatten de materiaalkosten, de

directe arbeidskosten en de indirecte kosten die direct

toerekenbaar zijn aan het gebruiksklaar maken van het

actief, alsmede geactiveerde financieringskosten. De

overige ontwikkelingskosten worden als last in de winst-en-

verliesrekening opgenomen wanneer zij worden gemaakt.

De geactiveerde ontwikkelingskosten worden gewaardeerd

tegen kostprijs verminderd met cumulatieve amortisatie en

cumulatieve bijzondere waardeverminderingsverliezen.

Overige immateriële activa

Overige immateriële activa die worden verworven door

FrieslandCampina en die een beperkte gebruiksduur

hebben, worden gewaardeerd tegen kostprijs verminderd

met cumulatieve amortisatie en cumulatieve bijzondere

waardeverminderingsverliezen.

Kosten na eerste opname

Uitgaven na eerste opname worden uitsluitend geactiveerd

wanneer ze de toekomstige economische voordelen,

voortvloeiend uit het specifieke actief waarop zij betrekking

hebben, vergroten. Alle overige uitgaven, inclusief uitgaven

voor intern gegenereerde goodwill en handelsmerken,

worden als last in de winst-en-verliesrekening opgenomen

wanneer zij worden gedaan.

Amortisatie

Amortisatie geschiedt lineair ten laste van de winst-en-

verliesrekening op basis van de geschatte gebruiksduur van

de immateriële activa, behoudens goodwill, vanaf de datum

dat deze beschikbaar zijn voor gebruik.

De geschatte gebruiksduur voor de huidige en vergelijkende

periode is als volgt:

Handelsmerken en patenten 10-40 jaar

Klantrelaties 5-20 jaar

Software 5 jaar

Investeringen als gevolg

van interne ontwikkeling 5 jaar

Afschrijvingsmethoden, gebruiksduur en restwaarde

worden op elke balansdatum beoordeeld en, indien

noodzakelijk, aangepast.

VoorradenVoorraden worden gewaardeerd tegen de laagste van

kostprijs en de netto-opbrengstwaarde. De kostprijs van de

voorraden is gebaseerd op het first-in first-out principe en

omvat de uitgaven gedaan bij verwerving van de voorraden,

de productie- of conversiekosten en overige kosten die zijn

gemaakt om de voorraden naar de huidige locatie en staat te

brengen. De kostprijs van voorraden gereed product omvat

een redelijk deel van de indirecte kosten, gebaseerd op

normale productiecapaciteit. De netto-opbrengstwaarde is de

geschatte verkoopprijs bij normale gang van zaken verminderd

met de geschatte kosten voor voltooiing en de verkoopkosten.

Bijzondere waardeverminderingenFinanciële activa anders dan derivaten

Een financieel actief dat niet tegen de reële waarde wordt

gewaardeerd met verwerking van waardeveranderingen in

de winst-en-verliesrekening wordt op iedere balansdatum

beoordeeld om te bepalen of er objectieve aanwijzingen

zijn voor bijzondere waardeverminderingen. Een financieel

actief wordt geacht onderhevig te zijn aan een bijzondere

waardevermindering indien er objectieve aanwijzingen zijn

dat na de eerste opname van het actief zich een gebeurtenis

heeft voorgedaan die een negatief effect heeft gehad op

de verwachte toekomstige kasstromen van dat actief en

waarvan een betrouwbare schatting kan worden gemaakt. Een

objectieve aanwijzing voor een bijzondere waardevermindering

kan bestaan uit significante betalingsmoeilijkheden voor

een debiteur of groep van debiteuren, aanwijzingen dat een

debiteur mogelijk niet aan zijn betalingsverplichtingen kan

voldoen of mogelijk faillissement aanvraagt, het verdwijnen

van een actieve markt voor een effect of waarneembare data

dat er een meetbare daling is in de verwachte kasstromen van

een groep van financiële activa.

Tegen geamortiseerde kosten gewaardeerde

financiële activa

Aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen van

financiële activa die tegen geamortiseerde kostprijs worden

gewaardeerd worden door FrieslandCampina zowel op

het niveau van specifieke activa als op collectief niveau in

aanmerking genomen. Een bijzondere waardevermindering

met betrekking tot een financieel actief dat tegen

geamortiseerde kostprijs wordt gewaardeerd, wordt

berekend als het verschil tussen de boekwaarde en

de contante waarde van de verwachte toekomstige

kasstromen, gedisconteerd tegen de oorspronkelijke

effectieve rente van het actief. Wanneer een gebeurtenis

na balansdatum leidt tot een verlaging van de bijzondere

waardevermindering, wordt deze verlaging teruggenomen

via de winst-en-verliesrekening.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 51: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

51Niet-financiële activa

De boekwaarde van FrieslandCampina's niet-

financiële activa, anders dan voorraden en latente

belastingvorderingen, worden op elke balansdatum

beoordeeld om te bepalen of er aanwijzingen zijn voor

bijzondere waardeverminderingen. Indien dergelijke

aanwijzingen bestaan, wordt een schatting gemaakt

van de realiseerbare waarde van het actief. Van

goodwill en immateriële activa met een onbepaalde

gebruiksduur wordt ieder jaar op dezelfde datum een

schatting gemaakt van de realiseerbare waarde. Een

bijzonder waardeverminderingsverlies wordt opgenomen

indien de boekwaarde van een actief of van een

kasstroomgenererende eenheid (Cash-Generating Unit;

CGU) waartoe het actief behoort, hoger is dan de geschatte

realiseerbare waarde.

Voor een actief of een kasstroomgenererende eenheid is

de realiseerbare waarde de hoogste van de bedrijfswaarde

of de reële waarde minus verkoopkosten. Bij het bepalen

van de bedrijfswaarde wordt de contante waarde van de

geschatte toekomstige kasstromen berekend met behulp

van een discontovoet vóór belasting die een afspiegeling

is van zowel de actuele markttaxaties van de tijdswaarde

van geld als van de specifieke risico's met betrekking

tot het actief of de kasstroomgenererende eenheid. De

bedrijfswaarde wordt bepaald op basis van het budget, de

meerjarenplannen en vervolgens wordt de coöperatieve

toeslag van Cheese, Butter & Milkpowder toegevoegd.

Voor de toetsing op bijzondere waardeverminderingen

worden activa die niet individueel getoetst kunnen worden

samengevoegd in de kleinste te onderscheiden groep activa

die uit voortgaand gebruik kasstromen genereert die in

grote lijnen onafhankelijk zijn van de inkomende kasstromen

van andere activa of kasstroomgenererende eenheden.

Kasstroomgenererende eenheden waaraan goodwill is

toegerekend voor de toetsing van goodwill op bijzondere

waardevermindering worden dusdanig samengevoegd dat

het niveau waarop op bijzondere waardevermindering wordt

getoetst een afspiegeling is van het laagste niveau waarop

goodwill wordt bewaakt uit hoofde van interne verslaggeving.

De in een bedrijfscombinatie verworven goodwill wordt

toegerekend aan groepen kasstroomgenererende

eenheden die naar verwachting zullen profiteren van de

synergievoordelen van de combinatie.

Bijzondere waardeverminderingsverliezen worden

opgenomen in de winst-en-verliesrekening. Bijzondere

waardeverminderingsverliezen opgenomen met betrekking

tot kasstroomgenererende eenheden worden eerst in

mindering gebracht op de boekwaarde van eventueel aan

de eenheden toegerekende goodwill en vervolgens naar

rato in mindering gebracht op de boekwaarde van de

overige activa van de eenheid.

Een bijzondere waardevermindering op goodwill wordt niet

teruggenomen. Voor andere activa wordt een bijzonder

waardeverminderingsverlies uitsluitend teruggenomen

voor zover de boekwaarde van het actief niet hoger

is dan de boekwaarde, na aftrek van afschrijvingen of

amortisatie, die zou zijn vastgesteld als geen bijzonder

waardeverminderingsverlies was opgenomen.

Vaste activa aangehouden voor verkoop of distributieVaste activa (of groepen activa en verplichtingen die

worden afgestoten) waarvan de boekwaarde naar

verwachting hoofdzakelijk via een verkooptransactie

zal worden gerealiseerd en niet door het voortgezette

gebruik ervan, worden aangemerkt als ‘voor verkoop

of distributie aangehouden’. Direct voorafgaand aan

deze classificatie worden de activa (of de componenten

van een groep activa die wordt afgestoten) opnieuw

gewaardeerd in overeenstemming met de grondslagen

voor de financiële verslaggeving van FrieslandCampina.

Hierna worden de activa (of een groep af te stoten

activa) over het algemeen gewaardeerd op basis van de

boekwaarde, of, indien deze lager is, de reële waarde minus

verkoopkosten. Een bijzonder waardeverminderingsverlies

op een groep af te stoten activa wordt in eerste instantie

toegerekend aan goodwill en vervolgens naar rato

aan de resterende activa en verplichtingen, met dien

verstande dat geen bijzonder waardeverminderingsverlies

wordt toegerekend aan voorraden, financiële activa,

latente belastingvorderingen, personeelsgerelateerde

voorzieningen, die verder in overeenstemming met

de grondslagen van FrieslandCampina gewaardeerd

worden. Bijzondere waardeverminderingsverliezen

die voortvloeien uit de aanvankelijke classificatie als

aangehouden voor verkoop of distributie en winsten of

verliezen uit hernieuwde waardering na eerste opname

worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen. Indien

de betreffende boekwinst het geaccumuleerd bijzonder

waardeverminderingsverlies overstijgt, wordt dit verschil

niet opgenomen.

Eenmaal aangemerkt als voor verkoop of distributie

aangehouden, worden immateriële en materiële activa niet

geamortiseerd of afgeschreven.

Aanvullend houdt bij investeringen verwerkt volgens de

vermogensmutatiemethode de waardering volgens de

vermogensmutatiemethode op als deze investeringen

eenmaal zijn aangemerkt als voor verkoop of distributie

aangehouden.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 52: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

52PersoneelsbeloningenToegezegde-bijdrageregelingen

Een toegezegde-bijdrageregeling is een pensioenregeling

waarbij een entiteit vaste bijdragen afdraagt aan een aparte

entiteit en geen juridische of feitelijke verplichting heeft om

verdere bijdragen te betalen. Verplichtingen voor bijdragen

aan toegezegde-bijdrageregelingen worden opgenomen ten

laste van de winst-en-verliesrekening in de perioden waarin

verwante diensten worden verleend door medewerkers.

Vooruitbetaalde bijdragen worden verantwoord als een

actief in de mate dat een terugbetaling in contanten of een

verlaging van toekomstige betalingen beschikbaar is.

Het deel van de pensioenverplichtingen dat door

FrieslandCampina is ondergebracht bij een

bedrijfstakpensioenfonds in Nederland is te kwalificeren

als een toegezegde-bijdrageregeling.

Toegezegd-pensioenregelingen

Een toegezegd-pensioenregeling is een pensioenregeling

die afwijkt van een toegezegde-bijdrageregeling. De

nettopensioenverplichting (actief) met betrekking tot

toegezegd-pensioenregelingen wordt jaarlijks voor ieder

plan berekend op basis van de verwachte toekomstige

ontwikkelingen ten aanzien van onder meer discontovoet,

salaris- en levensverwachtingen, verminderd met de

reële waarde van de fondsbeleggingen behorend bij de

regeling. De contante waarde van de verplichtingen wordt

actuarieel berekend volgens de ‘projected unit credit’-

methode. De gebruikte discontovoet is het rendement op

de balansdatum van hoogwaardige bedrijfsobligaties met

minimaal een AA-credit rating en met vervaldata gelijk aan

de looptijd van de pensioenverplichtingen.

De netto contante waarde is opgenomen als

pensioenverplichting, dan wel als pensioenactief onder de

financiële vaste activa.

Herwaarderingen van de nettopensioenverplichting

(actief), bestaande uit actuariële winsten en verliezen die

ontstaan als gevolg van veranderingen in de aannames in

de berekeningswijze van de pensioenverplichtingen, het

rendement op fondsbeleggingen (exclusief interest) en het

effect van de maximale uitkering van het pensioenfonds

(indien van toepassing) wordt voor elke individuele regeling

bepaald en direct in het totaalresultaat opgenomen.

Wanneer de berekening van de nettopensioenverplichting

resulteert in een positief saldo, vindt opname van het actief

plaats voor maximaal de som van de contante waarde van

eventuele toekomstige terugstortingen door het fonds of

lagere toekomstige pensioenpremies.

FrieslandCampina bepaalt de netto-interestkosten (baten)

uit hoofde van de toegezegd-pensioenregeling door de

nettopensioenverplichting (actief) te vermenigvuldigen

met de discontovoet die wordt gebruikt om de toegezegd-

pensioenregeling aan het begin van het jaar te waarderen.

Hierbij wordt rekening gehouden met veranderingen in de

nettopensioenverplichting (actief) gedurende het jaar als

gevolg van betaalde uitkeringen. De netto-interestkosten en

overige kosten in relatie tot de toegezegd-pensioenregeling

worden opgenomen in de winst-en-verliesrekening. De

netto-interestkosten en overige kosten in relatie tot de

toegezegd-pensioenregeling worden opgenomen in de

winst-en-verliesrekening.

FrieslandCampina verantwoordt resultaten uit hoofde van

aanpassing of inperking (curtailment) van pensioenregelingen

in de winst-en-verliesrekening op het moment dat een

aanpassing of inperking plaatsvindt of op het moment dat een

reorganisatievoorziening wordt gevormd.

Een winst of verlies uit een afwikkeling (settlement) van

een toegezegd-pensioenregeling wordt in de winst-en-

verliesrekening genomen op het moment dat afwikkeling

plaatsvindt.

Andere lange termijn personeelsbeloningen

De nettoverplichting uit hoofde van andere lange termijn

personeelsbeloningen wordt gelijk aan de toegezegd-

pensioenregelingen verantwoord.

Korte termijn personeelsbeloningen

Korte termijn personeelsbeloningen worden zonder

contantmaking gewaardeerd en opgenomen wanneer

de daarmee verband houdende dienst wordt verricht.

Er wordt een verplichting verantwoord voor het bedrag

dat naar verwachting ten gevolge van de korte termijn

personeelsbeloning in contanten zal worden uitbetaald

indien FrieslandCampina een in rechte afdwingbare of

feitelijke verplichting heeft om dit bedrag te betalen als

gevolg van verstreken diensttijd van de werknemer en

wanneer de verplichting betrouwbaar kan worden ingeschat.

VoorzieningenEen voorziening wordt in de balans opgenomen wanneer

FrieslandCampina een in rechte afdwingbare of feitelijke

verplichting heeft als gevolg van een gebeurtenis in het

verleden en waarvan een betrouwbare schatting kan

worden gemaakt, en het waarschijnlijk is dat voor de

afwikkeling van die verplichting een uitstroom van middelen

nodig is. Indien het effect van de tijdswaarde van geld

materieel is, worden de voorzieningen contant gemaakt

tegen een discontovoet vóór belastingen die de huidige

marktbeoordeling van de tijdswaarde van geld en de risico's

die specifiek zijn voor de verplichting weerspiegelen. Het

contant maken van voorzieningen wordt verantwoord als

financieringslasten.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 53: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

53Voorzieningen in verband met reorganisatie worden

getroffen wanneer FrieslandCampina een gedetailleerd plan

voor reorganisatie heeft geformaliseerd en bij betrokkenen

de verwachting is gerechtvaardigd dat die reorganisatie

zal worden uitgevoerd door een aanvang te maken met de

uitvoering van de reorganisatie of het bekendmaken van de

belangrijkste aspecten.

Een voorziening voor verlieslatende contracten wordt

opgenomen wanneer de verwachte voordelen voor

FrieslandCampina uit een overeenkomst lager zijn dan

de onvermijdelijke kosten die nodig zijn om aan de

verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst te voldoen.

De voorziening wordt gewaardeerd tegen de contante

waarde van de laagste van de verwachte kosten voor

beëindiging van het contract en de verwachte nettokosten

van voortzetting van het contract. Voordat een voorziening

wordt opgenomen, neemt FrieslandCampina op de activa

die betrekking hebben op het contract een bijzonder

waardverminderingsverlies op.

Netto-omzetOpbrengsten uit de verkoop van goederen worden

opgenomen tegen de reële waarde van de ontvangen of te

ontvangen vergoeding, na aftrek van retouren, handels-

en volumekortingen. Opbrengsten uit de verkoop van

goederen worden in de winst-en-verliesrekening verwerkt

wanneer overtuigend is gebleken, veelal in de vorm van

een uitgevoerde verkoopovereenkomst, dat de wezenlijke

risico’s en voordelen van eigendom aan de klant zijn

overgedragen, de hiermee verband houdende kosten of

eventuele retouren van goederen betrouwbaar kunnen

worden ingeschat, er geen sprake is van aanhoudende

zeggenschap over of betrokkenheid bij de goederen, en

de omvang van de opbrengsten betrouwbaar kan worden

bepaald. Als het waarschijnlijk is dat er korting zal worden

verleend en deze op betrouwbare wijze kan worden

bepaald, wordt de korting opgenomen als een vermindering

van de opbrengsten bij de verwerking van de verkopen.

FrieslandCampina hanteert loyaliteitsprogramma’s, waarbij

klanten punten kunnen sparen wanneer zij bepaalde

producten van FrieslandCampina kopen. De punten

kunnen vervolgens voor korting op producten of diensten

van derden worden ingewisseld, waarbij een minimum

aantal spaarpunten geldt. De ontvangen opbrengst wordt

verdeeld over de verkochte producten en de toegekende

spaarpunten, waarbij de aan de spaarpunten toegerekende

waarde overeenkomt met hun reële waarde. De verwerking

van de reële waarde van de toegekende spaarpunten wordt

uitgesteld en bij inwisseling van de spaarpunten wordt de

reële waarde als opbrengst verantwoord.

OverheidssubsidiesOverheidssubsidies worden opgenomen tegen de reële

waarde als er redelijke zekerheid bestaat dat de subsidies

worden ontvangen en dat aan alle daaraan verbonden

voorwaarden is voldaan. Subsidies waarbij gemaakte kosten

worden vergoed, worden systematisch als baten in de

winst-en-verliesrekening opgenomen in dezelfde periode

als waarin de kosten worden gemaakt. Subsidies waarbij

kosten van een actief worden vergoed, worden in mindering

gebracht op de boekwaarde van het actief. Deze subsidie

wordt door verlaging van de afschrijvingslasten als bate in

de winst-en-verliesrekening verwerkt over de periode van

de verwachte gebruiksduur.

Kosten van grond- en hulpstoffen en handelsgoederenDit betreffen de kosten van grond- en hulpstoffen

van de verkochten producten, dan wel de kosten ter

verkrijging van de verkochte producten. De kosten van

grond- en hulpstoffen zijn berekend volgens het first-

in first-out principe. In de kosten zijn opgenomen de

valuta-omrekenverschillen op handelsdebiteuren en

handelscrediteuren alsmede op waarderingsverschillen van

derivaten die hierop betrekking hebben.

LeaseovereenkomstenBij aanvang van een overeenkomst bepaalt

FrieslandCampina of deze overeenkomst een

leaseovereenkomst is of bevat. Dat is het geval als aan

de volgende criteria wordt voldaan: de nakoming van

de overeenkomst is afhankelijk van het gebruik van dit

specifieke actief of de specifieke activa en de overeenkomst

verleent een gebruiksrecht op het actief/de activa. Bij

de aanvang of herbeoordeling van de overeenkomst

scheidt FrieslandCampina betalingen en overige door de

overeenkomst vereiste vergoedingen in betalingen voor

het lease-element van de overeenkomst en betalingen voor

de overige elementen, op basis van hun relatieve reële

waarden. Indien FrieslandCampina concludeert dat het

praktisch niet haalbaar is om de betalingen betrouwbaar

te scheiden, worden een actief en een verplichting

opgenomen voor een bedrag dat gelijk is aan de reële

waarde van het onderliggende actief. Daarna wordt de

verplichting verminderd naarmate betalingen worden

gedaan en worden impliciete financieringskosten met

betrekking tot de verplichting opgenomen, op basis van de

marginale rentevoet van FrieslandCampina.

Leasebetalingen uit hoofde van operationele leasing

worden lineair over de leaseperiode in de winst-en-

verliesrekening opgenomen. Vergoedingen ontvangen

als stimulering voor het sluiten van leaseovereenkomsten

worden als integraal deel van de totale leasekosten in de

winst-en-verliesrekening verwerkt over de leasetermijn.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 54: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

54De minimale leasebetalingen uit hoofde van een financiële

lease worden deels als financieringslasten opgenomen

en deels als aflossing van de uitstaande verplichting. De

financieringslasten worden zodanig aan iedere periode van

de totale leasetermijn toegerekend dat dit resulteert in een

constante periodieke rentevoet over het resterende saldo

van de verplichting.

Financieringsbaten en -lastenFinancieringsbaten bevatten rentebaten van

uitgegeven leningen en andere vorderingen op derden,

dividendopbrengsten, positieve veranderingen in de reële

waarde van financiële activa gewaardeerd op reële waarde

met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-

verliesrekening, opbrengsten op afdekkingsinstrumenten

die opgenomen worden in de winst-en-verliesrekening

en herclassificatie van bedragen die eerder via het

geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat

zijn opgenomen. Rentebaten worden in de winst-en-

verliesrekening opgenomen naarmate deze opbouwen, door

middel van de effectieve rentemethode.

Financieringslasten bestaan uit rentelasten van opgenomen

leningen en andere verplichtingen aan derden, oprenting

van voorzieningen, veranderingen in de reële waarde van

financiële activa gewaardeerd tegen reële waarde met

verwerking van de waardeveranderingen in de winst-en-

verliesrekening, bijzondere waardeverminderingenverliezen

op financiële activa, verliezen op afdekkingsinstrumenten

die opgenomen worden in de winst-en-verliesrekening

en herclassificatie van bedragen die eerder via het

geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat zijn

opgenomen.

Valuta-omrekenverschillen van handelsdebiteuren en

handelscrediteuren worden verantwoord als onderdeel

van het bedrijfsresultaat. Alle overige valutakoerswinsten

en -verliezen worden gerapporteerd op gesaldeerde basis

hetzij als financieringsbate hetzij als financieringslast, naar

gelang de valutakoersbewegingen per saldo een winst- of

verliespositie opleveren.

BelastingenDe belastinglast omvat acute en latente belastingen.

Acute en latente belastingen worden opgenomen in de

winst-en-verliesrekening behalve wanneer het gaat om

een bedrijfscombinatie of om posten die direct in het

eigen vermogen of in het geconsolideerd overzicht van het

totaalresultaat zijn geboekt.

De acute belasting is de verwachte te betalen of te

ontvangen belasting op het belastbare resultaat van het

boekjaar, op basis van belastingtarieven die van kracht

zijn op de balansdatum alsook eventuele aanpassingen

van verschuldigde belasting ter zake van voorgaande

jaren. Te betalen belastingen omvat ook eventuele fiscale

verplichtingen die voortvloeien uit de declaratie van

dividenden.

Latente belastingen worden opgenomen voor tijdelijke

verschillen tussen de boekwaarde van activa en

verplichtingen ten behoeve van de financiële verslaggeving

en de fiscale boekwaarde van die posten. Latente

belastingen worden niet opgenomen voor zover deze

voortvloeien uit:

• tijdelijke verschillen bij de eerste opname van een

actief of verplichting in een transactie die geen

bedrijfscombinatie is, en op het moment van de

transactie geen invloed heeft op het commerciële of

fiscale resultaat;

• tijdelijke verschillen die verband houden met

investeringen in dochterondernemingen, geassocieerde

deelnemingen en belangen in joint ventures, voor zover

het waarschijnlijk is dat deze niet in de nabije toekomst

zal worden afgewikkeld;

• belastbare tijdelijke verschillen bij de eerste opname

van goodwill.

Uitgestelde belastingverplichtingen worden gewaardeerd

met behulp van de belastingtarieven die naar verwachting

van toepassing zullen zijn bij terugname van de tijdelijke

verschillen, op basis van de wetten die per verslagdatum

zijn vastgesteld of materieel zijn vastgesteld.

Bij het vaststellen van de acute en latente belastingen

houdt FrieslandCampina rekening met de impact van

de onzekere fiscale posities en of extra belastingen en

rente verschuldigd kan zijn. FrieslandCampina opereert

in meerdere verschillende belastingjurisdicties wat leidt

tot complexe belastingvraagstukken. Het uiteindelijke

besluit inzake deze complexe belastingvraagstukken ligt

vaak buiten de beheersing van FrieslandCampina en is

afhankelijk van de efficiëntie van de juridische processen

in de relevante belastingjurisdictie. FrieslandCampina

is, op basis van de beoordeling van vele factoren,

waaronder interpretaties van het fiscaal recht en

eerdere ervaringen, van oordeel dat de voorzieningen

voor belastingverplichtingen toereikend zijn voor alle

open fiscale jaren. Deze beoordeling is gebaseerd op

schattingen en veronderstellingen en kan leiden tot een

reeks van inschattingen over toekomstige gebeurtenissen.

Er kan nieuwe informatie beschikbaar komen, waardoor

FrieslandCampina haar oordeel over de toereikendheid

van de bestaande fiscale verplichtingen moet wijzigen.

Dergelijke wijzigingen in de fiscale verplichtingen zullen van

invloed zijn op de belastinglast in de periode waarin een

dergelijke vaststelling wordt gemaakt.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 55: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

55Latente belastingvorderingen en -verplichtingen worden

gesaldeerd indien er een wettelijk afdwingbaar recht

bestaat om belastingverplichtingen en -vorderingen

te salderen en zij betrekking hebben op belastingen

die geheven zijn door dezelfde belastingautoriteit

op dezelfde belastbare entiteit of op verschillende

fiscale entiteiten, maar ze de intentie hebben om acute

belastingverplichtingen en -vorderingen gesaldeerd af te

wikkelen of hun belastingverplichtingen en -vorderingen

gelijktijdig zullen realiseren.

Een latente belastingvordering wordt erkend voor niet-

verrekende fiscale verliezen, onbenutte fiscale faciliteiten

en verrekenbare tijdelijke verschillen voor zover het

waarschijnlijk is dat toekomstige belastbare winsten

beschikbaar zullen zijn, waarvoor deze aangewend kunnen

worden. Latente belastingvorderingen worden op elke

balansdatum beoordeeld en verlaagd voor zover het niet

langer waarschijnlijk is dat het daarmee samenhangende

belastingvoordeel zal worden gerealiseerd. Niet-opgenomen

latente belastingvorderingen worden per balansdatum

herbeoordeeld en opgenomen voor zover het waarschijnlijk

is dat in de toekomst fiscale winst aanwezig zal zijn waarmee

deze uitgestelde vordering kan worden verrekend.

SegmentatieDe geïdentificeerde operationele segmenten betreffen

de afzonderlijke segmenten binnen FrieslandCampina

waarvoor financiële informatie beschikbaar is die frequent

wordt beoordeeld door het hoogst besluitvormende orgaan

teneinde beslissingen te nemen omtrent de toerekening

van de beschikbare middelen aan het segment en om de

prestaties van het segment vast te stellen. In 2013 is de

segmentatie gedeeltelijk gewijzigd, zoals toegelicht in

toelichting 1.

FrieslandCampina heeft de operationele segmenten

ingedeeld per business group: Consumer Products

Europe, Middle East & Africa; Consumer Products Asia;

Cheese, Butter & Milkpowder en Ingredients. Prijsbepaling

binnen een segment wordt bepaald op een zakelijke,

objectieve basis. De gesegmenteerde resultaten, activa

en verplichtingen omvatten posten die rechtstreeks toe te

rekenen zijn aan een segment, alsmede die kunnen worden

toegerekend op een redelijke basis. Niet toegewezen items

bestaan voornamelijk uit gezamenlijke activa en passiva,

gezamenlijke kosten, de prestatietoeslag en de uitgifte van

op naam bijgeschreven ledenobligaties-vast.

KasstromenHet kasstroomoverzicht is volgens de indirecte methode

opgesteld. Kasstromen in vreemde valuta worden

omgerekend naar euro’s tegen de wisselkoersen geldend op

de transactiedatum.

Bepaling reële waardeEen aantal grondslagen en informatievereisten van

FrieslandCampina vereisen de vaststelling van de reële

waarde van zowel financiële als niet-financiële activa en

passiva. Reële waarden zijn vastgesteld voor het waarderen

en/of toelichten op basis van de volgende methoden,

waarbij indien van toepassing nadere informatie over de

aannames bij het bepalen van reële waarden wordt vermeld

in de toelichting:

Grond, gebouwen en installaties

De reële waarde van grond, gebouwen en installaties

opgenomen als gevolg van een bedrijfscombinatie, is het

geschatte bedrag waarvoor een onroerende zaak op de

verwervingsdatum kan worden verhandeld tussen een

tot een transactie bereid zijnde koper en verkoper in een

zakelijke, objectieve transactie voorafgegaan door gedegen

onderhandeling waarbij de partijen goed geïnformeerd

waren. De reële waarde van materiële vaste activa en

inventaris is gebaseerd op marktprijzen en kostprijzen

en bepaald met behulp van de genoteerde marktprijzen

van vergelijkbare activa en artikelen voor zover deze

beschikbaar zijn en, waar van toepassing, met behulp van

vervangingskosten. In de schatting van de afschrijvingen

op vervangingskosten wordt rekening gehouden met

correcties voor zowel fysieke slijtage als functionele en

economische veroudering.

Immateriële activa

De reële waarde van octrooien en merknamen verworven

in een bedrijfscombinatie wordt bepaald aan de hand

van de gedisconteerde geschatte royalty’s die door

het eigendom van het octrooi of het handelsmerk zijn

vermeden. De reële waarde van verworven klantrelaties in

een bedrijfscombinatie wordt bepaald met behulp van de

‘multi-period excess earnings method’. De reële waarde van

overige immateriële activa is gebaseerd op de verwachte

contante waarde van de kasstroom uit het gebruik en de

uiteindelijke verkoop van de activa.

Voorraden

De reële waarde van in een bedrijfscombinatie verkregen

voorraden wordt bepaald op basis van de geschatte

verkoopprijs in het normale verloop van de bedrijfsvoering

minus de geschatte kosten van voltooiing en verkoop, en

een redelijke winstmarge op basis van de inspanning die

nodig is om de voorraden te voltooien en te verkopen.

Handelsvorderingen en overige vorderingen

De reële waarde van handelsvorderingen en overige

vorderingen, die langer open staan dan een jaar, wordt

bepaald op de contante waarde van toekomstige kasstromen,

gedisconteerd tegen marktrente op de balansdatum.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 56: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

56Geassocieerde deelnemingen

De reële waarde voor geassocieerde deelnemingen, waarbij

de deelneming beursgenoteerd is, wordt vastgesteld op

basis van de beurskoers.

Derivaten

De reële waarde van valutatermijncontracten wordt

over het algemeen bepaald door het verschil tussen de

contractuele termijnkoers en de actuele termijnkoers voor

de resterende looptijd van het contract met de actuele

rente en de actuele valutakoersen te disconteren.

De reële waarde van renteswaps en cross-currency

renteswaps wordt bepaald door discontering van

de kasstromen die voortvloeien uit de contractuele

rentevoeten van beide zijden van de transactie, rekening

houdend met de actuele rente, de actuele valutakoersen en

de actuele kredietwaardigheid van zowel de tegenpartijen

als FrieslandCampina zelf.

Financiële instrumenten anders dan derivaten

De reële waarde, die wordt bepaald ten behoeve van de

toelichtingen, wordt berekend op basis van de contante

waarde van toekomstige kasstromen van aflossingen

en rentebetalingen, gedisconteerd tegen de marktrente

op de balansdatum. Voor financiële leaseverplichtingen

wordt de marktrente bepaald aan de hand van

vergelijkbare leaseovereenkomsten. De reële waarde

van de optieverplichtingen is bepaald op basis van de

gedisconteerde kasstromen.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 57: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

571 Segmentatie

FrieslandCampina onderscheidt vier segmenten, bestaande uit de vier business groups, welke zijn opgenomen in

de segmentrapportage. Iedere business group heeft betrekking op een bepaalde productgroep, waarbij binnen de

productgroep Consumer Products een aanvullend onderscheid is gemaakt naar regio. FrieslandCampina onderscheidt

de volgende vier business groups:

• Consumer Products Europe, Middle East & Africa: melk, melkpoeder, gecondenseerde melk, kindervoeding,

zuiveldranken, yoghurts, desserts, koffieverrijkers, room, kaas en vruchtensappen en -dranken in Europa, het

Midden-Oosten en Afrika. Merknamen zijn onder meer Campina, Chocomel, Frico, Fruttis, Landliebe, Milli, Milner,

Mona, NoyNoy, Optimel, Peak en Rainbow;

• Consumer Products Asia: melk, melkpoeder, gecondenseerde melk, kindervoeding, zuiveldranken en yoghurts

in Azië. Merknamen zijn onder meer Alaska, Dutch Lady, Foremost en Frisian Flag;

• Cheese, Butter & Milkpowder: kaas, boter en melkpoeder wereldwijd. Merknamen zijn onder meer Botergoud en Frico;

• Ingredients: ingrediënten voor de voedings- en farmaceutische industrie, wereldwijd.

Als gevolg van de wijzigingen in de managementstructuur van FrieslandCampina en de rapportering aan de executive

board per 1 oktober 2013, is de segmentrapportage aangepast, evenals de vergelijkende cijfers per 31 december 2012.

Als gevolg van de wijzigingen in de managementstructuur zijn de werkmaatschappijen ‘Wamco’ gevestigd in Nigeria,

‘Middle East’ gevestigd in Saoedi-Arabië, ‘West Africa’ gevestigd in Ghana en ‘Supply Point Leeuwarden’ gevestigd

in Nederland, vanaf 1 oktober 2013 onderdeel van het voormalige segment ‘Consumer Products Europe’, waarvan de

naam is gewijzigd in ‘Consumer Products Europe, Middle East & Africa’. Voor de wijziging in managementstructuur

waren deze werkmaatschappijen onderdeel van het voormalige segment ‘Consumer Products International’ (CPI),

waarvan de naam is gewijzigd in ‘Consumer Products Asia’.

De goodwill van EUR 134 miljoen, als gevolg van de acquisitie van Alaska Milk Corporation (AMC) in de Filippijnen

in 2012, welke was gealloceerd aan voormalig segment CPI, heeft geen betrekking op de getransfereerde

werkmaatschappijen. De wijzigingen in de managementstructuur hebben geen implicaties voor de allocatie van goodwill.

De netto-omzet derden in de categorie ‘overige’ betreft onder andere leveringen van boerderijmelk aan derden,

voorvloeiend uit de door de Europese Commissie opgelegde verplichting ten tijde van de fusie in 2008, zie toelichting

27 voor nadere informatie.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 58: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

58Segmentatie naar business group 2013

Consumer Products

EMEA

Consumer Products

Asia

Cheese, Butter &

Milkpowder Ingredients Overige Eliminatie Totaal

Netto-omzet derden 3.829 2.338 3.012 1.801 438 11.418 Interne leveringen 1 240 19 466 505 -1.230

Totaal netto-omzet 4.069 2.357 3.478 2.306 438 -1.230 11.418 Overige opbrengsten 9 13 1 23 Totaal bedrijfsopbrengsten 4.078 2.370 3.478 2.306 439 -1.230 11.441 Bedrijfsresultaat voor bijzondere waardevermindering goodwill 210 385 54 275 -411 513

Bedrijfsresultaat 10 385 54 275 -411 313 Resultaat uit joint ventures en geassocieerde deelnemingen 7 1 1 -1 8

Financieringsbaten en -lasten -55

Belastingen -109

Winst 157 Bedrijfsresultaat als % netto-omzet derden 0,3 16,5 1,8 15,3 2,7

Boekwaarde activa operationele activiteiten 2 2.029 879 1.411 1.606 715 -636 6.004

Boekwaarde overige activa 1.096

7.100 Verplichtingen uit operationele activiteiten 3 907 460 539 400 1.321 -636 2.991

Overige verplichtingen 1.768

4.759 Investeringen in grond, gebouwen, installaties en immateriële activa 138 40 56 254 71 559

Afschrijvingen gebouwen en installaties en amortisatie immateriële activa

-75 -30 -46 -48 -14 -213

Bijzondere waardeverminderingen vaste activa -214 -1 -2 -1 -1 -219

Terugname bijzondere waardeverminderingen vaste activa 1 1

Geïnvesteerd vermogen in joint ventures en geassocieerde deelnemingen

2 67 25 17 5 116

Geografische informatie 2013

Netto-omzet derden 4

Boekwaarde operationele

vaste activa 5

Nederland 5.525 2.078

Duitsland 1.067 384

Rest van Europa 1.504 299

Azië en Oceanië 2.472 511

Afrika en het Midden-Oosten 717 78

Noord- en Zuid-Amerika 133 15

Totaal 11.418 3.365

1 Interne leveringen zijn gewaardeerd op vergelijkbare wijze als transacties met derden.2 Betreft boekwaarde activa exclusief latente belastingvorderingen, joint ventures en geassocieerde deelnemingen, verstrekte leningen, effecten, langlopende

vorderingen, vorderingen inzake vennootschapsbelasting, vorderingen op gelieerde ondernemingen, liquide middelen en activa aangehouden voor verkoop.3 Betreft personeelsbeloningen, voorzieningen, derivatenverplichtingen, handelscrediteuren en overige verplichtingen, exclusief optieverplichtingen en

verplichtingen aan gelieerde ondernemingen.4 Betreft de netto-omzet derden uitgesplitst naar vestigingsland van de werkmaatschappij. Zie toelichting 4 voor de splitsing van de netto-omzet naar

geografische locatie van de afnemers.5 Betreft grond, gebouwen en installaties en immateriële activa.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 59: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

59Segmentatie naar business group 2012 6

Consumer Products

EMEA

Consumer Products

Asia

Cheese, Butter &

Milkpowder Ingredients Overige Eliminatie Totaal

Netto-omzet derden 3.779 2.081 2.451 1.698 300 10.309

Interne leveringen 1 275 4 276 429 -984

Totaal netto-omzet 4.054 2.085 2.727 2.127 300 -984 10.309

Overige opbrengsten 10 4 1 15

Totaal bedrijfsopbrengsten 4.064 2.089 2.727 2.127 301 -984 10.324

Bedrijfsresultaat 233 344 -30 226 -286 487

Resultaat uit joint ventures en geassocieerde deelnemingen 9 4 2 1 16

Financieringsbaten en -lasten -57

Belastingen -168

Winst 278

Bedrijfsresultaat als % netto-omzet derden 6,2 16,5 -1,2 13,3 4,7

Boekwaarde activa operationele activiteiten 2 1.766 1.310 1.050 1.395 621 -593 5.549

Boekwaarde overige activa 1.243

6.792

Verplichtingen uit operationele activiteiten 3 600 692 416 428 1.157 -593 2.700

Overige verplichtingen 1.834

4.534

Investeringen in grond, gebouwen, installaties en immateriële activa 106 37 56 181 43 423

Afschrijvingen gebouwen en installaties en amortisatie immateriële activa

-76 -26 -38 -44 -10 -194

Bijzondere waardeverminderingen vaste activa -4 -1 -2 -7

Geïnvesteerd vermogen in joint ventures en geassocieerde deelnemingen

1 70 24 16 7 118

Geografische informatie 2012

Netto-omzet derden 4

Boekwaarde operationele

vaste activa 5

Nederland 4.990 1.737

Duitsland 985 357

Rest van Europa 1.350 462

Azië en Oceanië 2.226 572

Afrika en het Midden-Oosten 619 68

Noord- en Zuid-Amerika 139 12

Totaal 10.309 3.208

6 De vergelijkende cijfers van 2012 zijn aangepast voor de effecten van de in 2013 doorgevoerde wijziging in de managementstructuur.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 60: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

602 Acquisities

Zijerveld en Den Hollander FoodIn 2013 heeft FrieslandCampina de volledige zeggenschap verworven over Zijerveld en Veldhuyzen B.V. en G. den

Hollander B.V. (Zijerveld en Den Hollander Food). De overnamedatum is 1 mei 2013.

Zijerveld is een kaasspecialist en levert een breed assortiment aan Hollandse en boerenkazen en biedt klanten naast

‘knowhow’ ook op maat gesneden concepten en logistieke diensten. Den Hollander Food is een verpakkingsunit waarbij

het accent ligt op voorgesneden kaas in verschillende hersluitbare verpakkingen. Deze overname is in lijn met de

route2020-ambitie om uit te groeien tot ‘preferred supplier’ voor klanten in verschillende marktsegmenten. Zijerveld

sluit goed aan bij de bestaande activiteiten van FrieslandCampina in het voorverpakte segment en biedt toegevoegde

waarde voor onze klanten, in het bijzonder in het verssegment met speciaalkazen.

Vanaf de acquisitiedatum zijn Zijerveld en Den Hollander Food geconsolideerd als onderdeel van de business group

Cheese, Butter & Milkpowder. In de acht maanden tot en met 31 december 2013 bedroeg de bijdrage van Zijerveld

en Den Hollander Food aan de netto-omzet EUR 310 miljoen en de bijdrage aan de winst EUR 1 miljoen negatief,

inclusief eenmalige, acquisitiegerelateerde effecten. Het bestuur schat, dat als de overname op 1 januari 2013 had

plaatsgevonden, de geconsolideerde netto-omzet van FrieslandCampina EUR 11.558 miljoen zou hebben bedragen

en de geconsolideerde winst over 2013 op EUR 154 miljoen zou zijn uitgekomen. Bij het bepalen van deze bedragen

is het bestuur uitgegaan van dezelfde reële waarde correcties op overnamedatum als wanneer de acquisitie op 1 januari

2013 zou hebben plaatsgevonden.

FrieslandCampina heeft Zijerveld en Den Hollander Food verworven door het betalen van een bedrag van EUR 80

miljoen en een voorwaardelijke verplichting van EUR 19 miljoen.

De belangrijkste verworven activa en aangegane verplichtingen die op de overnamedatum zijn erkend, zijn:

Identificeerbare verworven activa en aangegane verplichtingenGrond, gebouw en installaties 21

Immateriële activa 48

Voorraden 28

Overige financiële activa 69

Liquide middelen 1

Latente belastingverplichtingen -12

Overige verplichtingen -81

Saldo identificeerbare activa en verplichtingen 74

De reële waarden van de verworven netto identificeerbare activa en aangegane verplichtingen zijn vastgesteld op

basis van de voorlopige allocatie van de koopprijs die door een derde partij is uitgevoerd. De Europese Unie heeft twee

voorwaarden aan de acquisitie gesteld. Enerzijds is vereist dat een deel van het verkoopvolume van halfharde geitenkaas

dat FrieslandCampina afneemt van Amalthea (zelfstandige geitenmelkcoöperatie) door Amalthea ter beschikking moet

worden gesteld aan een of meerdere externe partijen. Anderzijds dient FrieslandCampina gedurende de looptijd van

deze voorwaarde in totaal 3,5 miljoen kilogram geitenmelk te leveren aan een derde partij. Binnen de door IFRS gestelde

waarderingsperiode van één jaar zal FrieslandCampina de purchase price allocation definitief afronden.

De handels- en overige vorderingen bestaan uit bruto contractuele bedragen ter waarde van EUR 66 miljoen, waarvan

naar verwachting EUR 3 miljoen op overnamedatum oninbaar is.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 61: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

61GoodwillUit hoofde van de overname is de goodwill als volgt opgenomen:

Reële waarde van de overgedragen vergoeding 99

Reële waarde van identificeerbare activa en verplichtingen -74

Goodwill 25

De goodwill is voornamelijk toe te rekenen aan de synergievoordelen die naar verwachting zullen worden gerealiseerd

bij het integreren van Zijerveld en Den Hollander Food in de business group Cheese, Butter & Milkpowder. De

opgenomen goodwill is fiscaal niet aftrekbaar.

Acquisitie gerelateerde kosten ten bedrage van EUR 2 miljoen zijn verantwoord als bedrijfslasten in de winst-en-

verliesrekening voor 2013. De overnamekosten hebben onder andere betrekking op externe juridische kosten en due

diligence-kosten.

Alaska Milk CorporationDe purchase price allocation met betrekking tot de acquisitie van Alaska Milk Corporation in 2012 is begin 2013 definitief

afgerond. Er hebben geen wijzigingen plaatsgevonden ten opzichte van de voorlopige purchase price allocation.

3 Activa en passiva aangehouden voor verkoopActiva aangehouden voor verkoop betreffen grond, gebouwen en installaties voor EUR 9 miljoen (2012: EUR 7 miljoen).

Ultimo 2013 en 2012 waren er geen passiva aangehouden voor verkoop betreffende langlopende en kortlopende

verplichtingen.

De activa aangehouden voor verkoop bestaat per eind 2013 met name uit de locatie Debrecen in Hongarije en twee

locaties in Nederland die buiten gebruik zijn gesteld als gevolg van de ingebruikname van het nieuwe Innovation Centre

in Wageningen.

2013 2012

Begin boekjaar 7 4

Overboeking van grond, gebouwen en installaties 2 5

Desinvesteringen -2

Bijzondere waardeverminderingen -1

Terugname bijzondere waardeverminderingen 1

Einde boekjaar 9 7

4 Netto-omzet

2013 2012

Netto-omzet naar afzetgebied% %

Nederland 2.684 23 2.323 23

Duitsland 1.445 13 1.269 12

Rest van Europa 2.836 25 2.535 24

Azië en Oceanië 2.938 26 2.650 26

Afrika en het Midden-Oosten 1.165 10 1.147 11

Noord- en Zuid-Amerika 350 3 385 4

11.418 100 10.309 100

Betreft netto-omzet naar geografische locatie van de afnemers. Zie toelichting 1 voor de splitsing van de netto-omzet

derden uitgesplitst naar vestigingsland van de werkmaatschappij.

De netto-omzet is inclusief EUR 4 miljoen (2012: EUR 2 miljoen) aan overheidssubsidies. De condities zijn vervuld en aan

de verplichtingen inzake deze subsidies is voldaan.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 62: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

625 Overige bedrijfsopbrengsten

Onder overige bedrijfsopbrengsten zijn begrepen opbrengsten uit hoofde van diensten voor derden, ontvangen huren

en verkoop van grond, gebouwen en installaties en immateriële activa. Deze post omvat het resultaat als gevolg van

de verkoop van een bedrijfsgebouw van EUR 10 miljoen en daarnaast ook de verkoop van merken van EUR 4 miljoen

gedurende 2013.

6 Kosten van grond- en hulpstoffen en handelsgoederen

2013 2012

% %

Melk leden-melkveehouders -3.990 52 -3.273 49

Overige kosten van grond- en hulpstoffen en handelsgoederen -3.623 48 -3.442 51

-7.613 100 -6.715 100

7 Personeelskosten

2013 2012

% %

Lonen en salarissen -743 79 -694 77

Sociale lasten -117 12 -114 13

Pensioenlasten -82 9 -88 10

-942 100 -896 100

Werknemers naar business group (gemiddeld aantal fte's)

2013 2012

% %

Consumer Products EMEA 8.193 39 8.300 41

Consumer Products Asia 6.430 30 5.818 29

Cheese, Butter & Milkpowder 2.664 13 2.365 12

Ingredients 3.002 14 2.784 14

Overige 897 4 778 4

21.186 100 20.045 100

Werknemers naar regio (gemiddeld aantal fte's)

2013 2012

% %

Nederland 7.112 34 6.580 33

Duitsland 1.692 8 1.786 9

Rest van Europa 4.343 20 4.331 21

Azië en Oceanië 6.846 32 6.188 31

Afrika en het Midden-Oosten 1.026 5 1.010 5

Noord- en Zuid-Amerika 167 1 150 1

21.186 100 20.045 100

8 Overige bedrijfslasten

2013 2012

Transportkosten -469 -432

Reclame- en promotiekosten -485 -456

Uitbesteed werk en uitzendkrachten -355 -307

Energie -219 -216

Onderhouds- en reparatiekosten -160 -159

Overige -472 -462

-2.160 -2.032

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 63: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

63In de post ‘Overige’ is opgenomen:

• kosten voor onderzoek en ontwikkeling van EUR 77 miljoen (2012: EUR 70 miljoen);

• operationele leasekosten van EUR 62 miljoen (2012: EUR 55 miljoen);

• diverse overheidssubsidies van EUR 2 miljoen (2012: EUR 3 miljoen). De condities zijn vervuld en aan de

verplichtingen inzake deze subsidies is voldaan;

• bijzondere waardeverminderingen van grond, gebouwen en installaties, immateriële activa (exclusief goodwill)

en activa aangehouden voor verkoop van EUR 19 miljoen (2012: EUR 6 miljoen) en terugname bijzondere

waardeverminderingen van activa aangehouden voor verkoop van EUR 1 miljoen (2012: EUR 0 miljoen);

• een dotatie aan de reorganisatievoorziening van EUR 17 miljoen (2012: EUR 33 miljoen);

• reinigingskosten van EUR 40 miljoen (2012: EUR 33 miljoen);

• accountants- en advieskosten van de externe accountant van EUR 4 miljoen (2012: EUR 4 miljoen).

Specificatie accountants- en advieskosten van de externe accountant

2013 2012

Totaal KPMG netwerk Totaal KPMG netwerk

Onderzoek van de jaarrekening -2,7 -2,5

Andere controleopdrachten -0,5 -0,5

Adviesdiensten op fiscaal terrein -0,3 -0,3

Andere niet-controlediensten -0,3 -0,2

-3,8 -3,5

9 Financieringsbaten en -lasten

2013 2012

Rentebaten 23 33

Rentelasten -54 -66

Winsten (verliezen) op vreemde valuta -14 11

Lasten put-optie -3 -28

Overige financieringsbaten 2 3

Overige financieringslasten -9 -10

-55 -57

De overige financieringslasten bestaan voornamelijk uit amortisatie van transactiekosten en betaalde vergoedingen

voor de syndicaat lening van EUR 5 miljoen (2012: EUR 7 miljoen) en de oprenting van de voorwaardelijke verplichting

van EUR 1 miljoen.

Resultaten van vreemde valuta als gevolg van kosten van grond- en hulpstoffen en overige bedrijfslasten zijn

opgenomen in de kostprijs van de omzet of in het desbetreffende element van de bedrijfskosten. In 2013 heeft

FrieslandCampina dit nettokoerseffect van EUR -15 miljoen verantwoord in het bedrijfsresultaat (2012: EUR -2 miljoen).

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 64: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

6410 Belastingen

2013 2012

Specificatie belastinglastenAcute belastingAcute belasting dit boekjaar -143 -121

-143 -121

Latente belastingLatente belasting dit boekjaar 34 -11

Afwaardering van latente belastingvorderingen -1 -39

Aanpassing voorgaande boekjaren 1 3

34 -47

Belastingdruk -109 -168

2013 2012

Voor belastingen

Belasting last/bate

Na belastingen

Voor belastingen

Belasting last/bate

Na belastingen

Belastingen direct verwerkt in het eigen vermogenMinderheidsbelangen gehouden door derden -4 1 -3 -9 2 -7

Minderheidsbelangen gehouden door leden -26 7 -19 -30 8 -22

-30 8 -22 -39 10 -29

Belastingen verwerkt in het totaalresultaatReserve valuta-omrekenverschillen -79 7 -72 5 5

Reserve kasstroomafdekkingen -9 3 -6 -12 4 -8

Waardemutatie financiële instrumenten beschikbaar voor verkoop gewaardeerd op reële waarde

16 -1 15

Herwaardering van verplichtingen (activa) uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen

-44 10 -34 -341 85 -256

-116 19 -97 -348 89 -259

2013 2012

Effectieve belastingdruk Bedrag % Bedrag %

Theoretisch belastingtarief Nederland -66 25,0 -111 25,0

Effect afwijkende belastingtarieven in andere landen -6 2,1 -6 1,3

Resultaat joint ventures en geassocieerde deelnemingen 2 -0,8 5 -1,1

Bronbelasting op dividend -8 3,0 -5 1,1

Niet aftrekbare kosten -43 16,2 -17 3,9

Onbelaste baten 12 -4,5 2 -0,5

Afwaardering van latente belastingvorderingen -1 0,4 -39 8,7

Aanpassingen op inschattingen voorgaande jaren 1 -0,4 3 -0,7

Effectieve belastingdruk -109 41,0 -168 37,7

Het theoretisch belastingtarief is berekend door de winst voor belastingen te vermenigvuldigen met het van toepassing

zijnde belastingtarief in Nederland van 25%.

Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. vormt samen met haar Nederlandse dochterondernemingen een fiscale

eenheid voor de vennootschapsbelasting (VpB) en omzetbelasting (BTW). Uit hoofde hiervan is iedere tot de fiscale

eenheid behorende rechtspersoon hoofdelijk aansprakelijk voor de VpB en BTW gerelateerde belastingschulden van de

rechtspersonen die deel uitmaken van de fiscale eenheid.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 65: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

6511 Grond, gebouwen en installaties

2013

Grond en gebouwen

Machines en

installaties

Andere vaste

bedrijfs-middelen

Activa in uitvoering Totaal

Boekwaarde begin boekjaar 505 1.017 76 320 1.918Verworven middels acquisitie 7 8 6 21Investeringen 24 81 16 386 507Desinvesteringen -4 -2 -6Valuta-omrekenverschillen -11 -32 -2 -1 -46Overboekingen 33 106 45 -187 -3Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop -2 -2Afschrijvingen -38 -127 -23 -188Bijzondere waardeverminderingen -2 -15 -1 -18

Boekwaarde einde boekjaar 516 1.034 115 518 2.183

Aanschafwaarde 1.126 2.960 352 518 4.956Cumulatieve afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen -610 -1.926 -237 -2.773

Boekwaarde einde boekjaar 516 1.034 115 518 2.183

2012

Grond en gebouwen

Machines en

installaties

Andere vaste

bedrijfs–middelen

Activa in uitvoering Totaal

Boekwaarde begin boekjaar 493 1.082 85 1.660

Aanpassing voor introductie categorie activa in uitvoering -45 -182 -10 237

Verworven middels acquisitie 23 27 50

Investeringen 29 112 43 219 403

Desinvesteringen -4 -1 -5

Valuta-omrekenverschillen -4 -4

Overboekingen 47 109 -20 -136

Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop -5 -5

Afschrijvingen -36 -118 -21 -175

Bijzondere waardeverminderingen -1 -5 -6

Boekwaarde einde boekjaar 505 1.017 76 320 1.918

Aanschafwaarde 1.084 2.868 300 320 4.572

Cumulatieve afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen -579 -1.851 -224 -2.654

Boekwaarde einde boekjaar 505 1.017 76 320 1.918

De mutatie uit hoofde van acquisities heeft betrekking op verkregen materiële vaste activa van Zijerveld en Den

Hollander Food van EUR 21 miljoen.

De bijzondere waardeverminderingen hebben voornamelijk betrekking op een afwaardering tot de getaxeerde

opbrengstwaarde van gebouwen en installaties, als gevolg van de voorgenomen sluiting van twee productielocaties in

Nederland als onderdeel van het reorganisatieprogramma Reshape. In de winst-en-verliesrekening zijn de bijzondere

waardeverminderingen begrepen in de overige bedrijfslasten.

De boekwaarde van gebouwen, machines en installaties waarop financiële leaseovereenkomsten van toepassing zijn,

bedraagt EUR 15 miljoen (2012: EUR 16 miljoen).

Per einde boekjaar zijn voor een bedrag van EUR 243 miljoen (2012: EUR 116 miljoen) verplichtingen aangegaan inzake

investeringen in grond, gebouwen en installaties.

De in de investeringen begrepen geactiveerde rente bedraagt EUR 7 miljoen (2012: EUR 5 miljoen). Het hiervoor

gehanteerde rentepercentage is 4,0% (2012: 4,3%).

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 66: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

6612 Immateriële activa

2013

Goodwill

Handels-merken,

klant relaties en patenten Software Overige Totaal

Boekwaarde begin boekjaar 1.046 158 32 54 1.290Verworven middels acquisitie 25 47 1 73Investeringen als gevolg van interne ontwikkeling 35 35

Investeringen 12 5 17Overboekingen 13 -10 3Valuta-omrekenverschillen -20 -16 -36Amortisatie -9 -13 -3 -25Bijzondere waardeverminderingen -200 -200Waardeaanpassing verplichting inzake put-optie 25 25

Boekwaarde einde boekjaar 876 180 44 82 1.182

Aanschafwaarde 1.080 199 160 94 1.533Cumulatieve amortisatie en bijzondere waardeverminderingen -204 -19 -116 -12 -351

Boekwaarde einde boekjaar 876 180 44 82 1.182

2012

Goodwill

Handels-merken,

klant relaties en patenten Software Overige Totaal

Boekwaarde begin boekjaar 855 8 36 46 945

Verworven middels acquisitie 146 150 296

Investeringen als gevolg van interne ontwikkeling 15 15

Investeringen 5 5

Overboekingen 1 3 -4

Valuta-omrekenverschillen 17 4 -1 20

Amortisatie -5 -12 -2 -19

Waardeaanpassing verplichting inzake put-optie 28 28

Boekwaarde einde boekjaar 1.046 158 32 54 1.290

Aanschafwaarde 1.050 190 134 64 1.438

Cumulatieve amortisatie en bijzondere waardeverminderingen -4 -32 -102 -10 -148

Boekwaarde einde boekjaar 1.046 158 32 54 1.290

De mutatie uit hoofde van ‘verworven middels acquisitie’ heeft betrekking op de verkregen immateriële vaste activa

van Zijerveld en Den Hollander Food van EUR 48 miljoen en de gerelateerde goodwill van EUR 25 miljoen voor deze

acquisitie, welke is gealloceerd aan de business group Cheese, Butter & Milkpowder. Het saldo van de overboekingen

bedraagt EUR 3 miljoen eind 2013. Dit betreft een overboeking van Grond, gebouwen en installaties naar Immateriële

activa, zie tevens toelichting 11.

FrieslandCampina is in 2010 een wereldwijd ICT-standaardisatie programma gestart. Gedurende 2013 is hiervoor

een bedrag van EUR 35 miljoen (2012: EUR 15 miljoen) geactiveerd, waarvan het gedeelte dat eind 2013 nog

in uitvoering is in de verloopstaat is verantwoord onder de categorie ‘Overige’. In 2012 is het systeem door de

eerste werkmaatschappijen in gebruik genomen en in 2013 is deze implementatie verder uitgerold naar andere

werkmaatschappijen. De uitrol naar overige werkmaatschappijen zal een aantal jaren in beslag nemen.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 67: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

67In juni 2013 is de DFE put-optie vervallen. Tot het vervallen van de DFE put-optie, was de verplichting inzake de DFE put-

optie in 2013 gestegen met EUR 25 miljoen. Deze waardevermeerdering is toegevoegd aan de goodwill. Het vervallen

van de put-optie heeft geen invloed op het verantwoorde bedrag aan goodwill. Voor nadere informatie omtrent de DFE

put-optie wordt verwezen naar toelichting 14 en toelichting 19.

Impairment test voor groepen van kasstroomgenererende eenheden die goodwill bevattenFrieslandCampina voert de goodwill impairment test jaarlijks in het tweede kwartaal uit, of op een ander moment

indien er sprake is van een aanwijzing voor een bijzondere waardevermindering. Goodwill wordt gevolgd en getest op

het niveau van de business group, bestaande uit een groep van kasstroomgenererende eenheden op het moment van

het uitvoeren van de goodwill impairment test. Bij de goodwill impairment test wordt de realiseerbare waarde, zijnde de

bedrijfswaarde, per business group berekend.

Uit de in het tweede kwartaal uitgevoerde goodwill impairment test voor de business group Consumer Products Europe

is gebleken dat de geschatte bedrijfswaarde van de business group Consumer Products Europe de boekwaarde met

EUR 279 miljoen overschrijdt. Echter, als gevolg van de gevoeligheid van de uitkomsten van de goodwill impairment

test van de business group Consumer Products Europe voor relatief geringe veranderingen in de veronderstellingen en

het in het tweede halfjaar achterblijven van de werkelijke resultaten 2013 ten opzichte van het budget 2013, is besloten

een bijgewerkte goodwill impairment test voor de business group Consumer Products Europe uit te voeren. Ondanks

de resultaatverbetering is het herstel achtergebleven bij de verwachtingen als gevolg van economisch moeilijkere

omstandigheden in Europa en de snel gestegen melkprijzen. De inschatting is dat deze marktomstandigheden en de

volatiliteit van de melkprijzen structureel van aard zullen zijn waardoor de verwachtingen zijn bijgesteld. Als gevolg

van de uitkomst van de bijgewerkte goodwill impairment test is er voor business group Consumer Products Europe een

bijzondere waardevermindering van de goodwill van EUR 200 miljoen verantwoord.

De belangrijkste aannames die zijn toegepast voor de berekening van de bedrijfswaarde per business group zijn

opgenomen in onderstaande tabel. De aannames voor de business group Consumer Products Europe betreffen de

aannames welke zijn gehanteerd voor de bijgewerkte goodwill impairment test.

% % %

Groeivoet restwaarde

Gebudgetteerde EBITDA ten opzichte

van netto-omzetDiscontovoet voor

belastingen

2013 2012 2013 2012 2013 2012

Consumer Products Europe 1,7 2,0 4-7 5-9 11 12

Consumer Products International 2,5 2,5 16-20 16-18 13 16

Cheese, Butter & Milkpowder 2,0 4-5 11

Ingredients 2,0 2,0 14-23 15-21 10 11

De gebudgetteerde EBITDA-marges zijn gebaseerd op ervaringen uit het verleden, specifieke verwachtingen voor de

nabije toekomst en marktconforme groeipercentages. De discontovoet voor iedere business group is gebaseerd op in

de markt waarneembare gegevens en is bepaald voor belasting.

De bedrijfswaarden van de business groups zijn bepaald op basis van het budget 2013 en de meerjarenplannen tot en

met 2017, rekening houdend met de hiervoor vermelde factoren die hebben geleid tot bijstelling van de verwachtingen

voor business group Consumer Products Europe. Tevens wordt rekening gehouden met een vergoeding voor de

coöperatieve rol die de business group Cheese, Butter & Milkpowder vervult bij het verwerken van ledenmelk en vet in

het bijzonder. Voor de periode na 2017 is een groeipercentage gehanteerd dat gelijk is aan de verwachte lange termijn

inflatiepercentages.

De uitkomst van de goodwill impairment test is dat de bedrijfswaarden de boekwaarden van de business groups

overschrijden met uitzondering van de bedrijfswaarde van de business group Consumer Products Europe. Als gevolg

hiervan is voor de business group Consumer Products Europe een bijzondere waardevermindering van de goodwill

van EUR 200 miljoen verantwoord, waarna de bedrijfswaarde gelijk is aan de verantwoorde boekwaarde van deze

business group.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 68: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

68Gevoeligheid voor veranderingen in veronderstellingenDe uitkomst van de goodwill impairment test van de business groups Consumer Products International, Cheese, Butter

& Milkpowder en Ingredients laat zien dat de bedrijfswaarden de boekwaarden van de business groups in ruime mate

overschrijden. Een redelijke aanpassing van de uitgangspunten leidt in deze gevallen niet tot lagere bedrijfswaarden

dan de boekwaarden van deze business groups.

Na de bijzondere waardevermindering in business group Consumer Products Europe is de bedrijfswaarde van EUR 1,1 miljard

gelijk aan de boekwaarde. Nadelige mutaties in de belangrijkste aannames zouden voor de business group Consumer

Products Europe daarom leiden tot een verdere bijzondere waardevermindering.

Invoering gewijzigde managementstructuurDe managementstructuur is gewijzigd per 1 oktober 2013. Voor nadere informatie hieromtrent wordt verwezen naar

toelichting 1.

In onderstaande tabel is de allocatie van de goodwill naar de business groups opgenomen. De bijzondere

waardevermindering van de goodwill van EUR 200 miljoen is gealloceerd aan business group Consumer Products

EMEA. Er heeft geen herallocatie van goodwill tussen de verschillende business groups plaatsgevonden als gevolg

van de invoering van de gewijzigde managementstructuur en derhalve heeft de invoering van de gewijzigde

managementstructuur geen invloed gehad op de vergelijkende cijfers in onderstaande tabel.

2013 2012

Consumer Products EMEA 554 758

Consumer Products Asia 134 150

Cheese, Butter & Milkpowder 25

Ingredients 163 138

876 1.046

Voor de per 1 oktober 2013 gedefinieerde business groups Consumer Products EMEA en Consumer Products Asia geldt

eveneens dat de bedrijfswaarden de boekwaarden van de business groups overschrijden. Een redelijke aanpassing van

de uitgangspunten leidt ook in deze gevallen niet tot lagere bedrijfswaarden dan de boekwaarden van deze business

groups. De belangrijkste aannames die zijn toegepast voor de berekening van de bedrijfswaarden van de business

groups Consumer Products EMEA respectievelijk Consumer Products Asia zijn vergelijkbaar met de belangrijkste

aannames die zijn toegepast voor de berekening van de bedrijfswaarden van de voormalige business groups Consumer

Products Europe respectievelijk Consumer Products International.

13 Joint ventures en geassocieerde deelnemingen

2013 2012

Boekwaarde begin boekjaar 118 111

Bijzondere waardeverminderingen -1

Valuta-omrekenverschillen -3

Resultaat 8 16

Ontvangen dividend -7 -8

Boekwaarde einde boekjaar 116 118

Financiële gegevens van de joint ventures en geassocieerde deelnemingen:

Aandeel in resultaat 8 16

Aandeel in omzet 174 156

Balansgegevens:

Vaste activa 164 184

Vlottende activa 86 102

Eigen vermogen 146 166

Langlopende verplichtingen 55 67

Kortlopende verplichtingen 49 53

Voor een opsomming van de belangrijkste joint ventures en geassocieerde deelnemingen wordt verwezen naar pagina 96.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 69: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

6914 Derivaten

De toelichting op de doelstelling, gedragslijnen en beleid met betrekking tot het gebruik van derivaten en andere

financiële instrumenten in de activiteiten van FrieslandCampina is opgenomen in toelichting 30.

AfdekkingsderivatenIn de balans zijn de afdekkingsderivaten opgenomen in de kortlopende en langlopende overige financiële activa en

overige financiële verplichtingen.

Afdekkingactiviteiten 2013

Aflossing Activa Passiva

Contract-volume ultimo

Cross currency swaps voor fixering van rente op langlopende verplichtingen (geactiveerd)

2017 en 2020 3 143

Cross currency swaps voor fixering van rente op langlopende verplichtingen (gepassiveerd) Na 2017 62 364

Interest rate swaps voor fixering van rente op rentedragende verplichtingen

2014 - 2015 6 200

Totaal kasstroomafdekkingen met toepassing van hedge accounting 3 68

Cross currency swaps voor fixering van langlopende lening 2014 1 17

Valuta derivaten geactiveerd 2014 3 129

Valuta derivaten gepassiveerd 2014 1 75

Derivaten waarop geen hedge accounting wordt toegepast 4 1

Totaal derivaten 7 69

Opgenomen onder kortlopend 4 2

Opgenomen onder langlopend 3 67

Afdekkingactiviteiten 2012

Aflossing Activa Passiva

Contract-volume ultimo

Cross currency swaps voor fixering van rente op langlopende verplichtingen (geactiveerd) na 2017 13 138

Cross currency swaps voor fixering van rente op langlopende verplichtingen (gepassiveerd)

2013 en na 2017 44 489

Interest rate swaps voor fixering van rente op rentedragende verplichtingen 2013-2015 16 400

Valuta derivaten gepassiveerd 5

Totaal kasstroomafdekkingen met toepassing van hedge accounting 13 60

Cross currency swaps voor fixering van langlopende lening 2014 1 18

Valuta derivaten geactiveerd 2013 3 121

Valuta derivaten gepassiveerd 2013 65

Derivaten waarop geen hedge accounting wordt toegepast 3 1

Totaal derivaten 16 61

Opgenomen onder kortlopend 3 15

Opgenomen onder langlopend 13 46

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 70: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

70KasstroomafdekkingenTen behoeve van opgenomen leningen van USD 696 miljoen, zijn cross currency swaps afgesloten, waardoor de USD

aflossings- en rentebetalingsverplichtingen aan institutionele beleggers zijn omgezet in EUR verplichtingen.

De interest rate swaps zijn afgesloten om de variabele renteverplichtingen op de rentedragende verplichtingen om te

zetten in vaste renteverplichtingen.

Voor genoemde afdekkingen, waarop hedge accounting wordt toegepast, wordt conform IAS 39 voldaan aan

de documentatievereisten van hedge accounting en vinden vooraf en per rapportagedatum effectiviteitstesten

plaats. Deze afdekkingen zijn zeer effectief gebleken, waardoor er ultimo 2013 EUR -24 miljoen aan reserve inzake

kasstroomafdekkingen in het eigen vermogen is opgenomen. Hiervan heeft EUR -20 miljoen betrekking op de

cross currency swaps en EUR -4 miljoen op de interest rate swaps. Gedurende 2013 is een hedge relatie verbroken

en is EUR 3 miljoen overgeboekt naar de winst-en-verliesrekening vanuit de reserve inzake kasstroomafdekkingen.

Dit betrof het effectieve gedeelte van de rentebetalingen gedurende het boekjaar. In 2013 is het onderliggende

hedged item eveneens beëindigd.

Derivaten waarop geen hedge accounting wordt toegepastDerivaten waarop geen hedge accounting wordt toegepast zijn afgesloten tegenover gecontracteerde verkopen,

respectievelijk inkopen, leningen, openstaande debiteuren en openstaande crediteuren. De mutaties in de waarde van

deze derivaten worden grotendeels gecompenseerd door tegenovergestelde waardemutaties op de debiteuren en

crediteuren. Het is, en was gedurende de verslagperiode, het beleid van FrieslandCampina om niet voor speculatieve

doeleinden in financiële instrumenten te handelen.

Put-optie verplichtingenIn de balans zijn de put-optie verplichtingen opgenomen onder de kortlopende overige financiële verplichtingen.

2013 2012

Verplichtingen inzake put-opties 7 162

Op basis van een overeenkomst tussen FrieslandCampina en Fonterra Co-operative Group Ltd. had FrieslandCampina

de verplichting het 50% belang, dat gehouden werd door Fonterra in DMV-Fonterra Excipients GmbH & Co KG, over te

nemen tegen tenminste de inbrengwaarde van Fonterra bij het aangaan van de joint venture in 2006. Fonterra heeft

geen gebruik gemaakt van het recht om deze put-optie uit te oefenen in juni 2013 en daarom is de put-optie komen te

vervallen en is de toepassing van de (anticipated) acquisition method beëindigd. FrieslandCampina behoudt zeggenschap

over DMV-Fonterra Excipients GmbH & Co KG na het vervallen van deze put-optie, en derhalve is de transactie verwerkt

als transactie tussen aandeelhouders. Als gevolg hiervan is de geherwaardeerde verplichting inzake de put-optie van

EUR 183 miljoen ten gunste gekomen van de reserves en de minderheidsbelangen in het eigen vermogen.

Deze optie was tot juni 2013 verwerkt met als uitgangspunt dat Fonterra de optie zou gaan uitoefenen waardoor een

verplichting ontstond welke bepaald was volgens de in de overeenkomst opgenomen voorwaarden. Deze verplichting

was vervolgens contant gemaakt per balansdatum. Veranderingen in de waarde van de verplichting werden direct

toegevoegd aan c.q. in mindering gebracht op de goodwill. De waardewijziging van de put-optie verplichting in 2013 tot

het moment van vervallen van de put-optie bedraagt EUR 28 miljoen (2012: EUR 33 miljoen).

15 Overige financiële activa

2013 2012

Verstrekte leningen 39 43

Effecten 30

Derivaten 3 13

Langlopende vorderingen 4 4

76 60

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 71: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

71Van de verstrekte leningen heeft EUR 19 miljoen betrekking op een lening aan de joint venture Great Ocean Ingredients

Pty. Ltd. (2012: EUR 20 miljoen). Het restant betreft leningen aan derde partijen. De gemiddelde rentevergoeding van

de leningen is ultimo 2013 2,8% (2012: 2,9%). Van de verstrekte leningen vervalt EUR 21 miljoen na 2018. De verstrekte

leningen zijn allemaal nog binnen de vervaltermijn.

Op 11 juli 2013 heeft FrieslandCampina tegen betaling van EUR 14 miljoen een belang van 7,5% verworven in

Synlait Milk Ltd. Dit betreft een zuivelbedrijf in Nieuw-Zeeland dat beursgenoteerd is aan de New Zealand stock exchange

(“NZX”). Op 31 december 2013 heeft dit belang een waarde van EUR 26 miljoen welke onder effecten zijn vermeld.

Voor derivaten zie toelichting 14.

16 Voorraden

2013 2012

Grond- en hulpstoffen 383 378

Gereed product en handelsgoederen 920 761

1.303 1.139

Van de voorraad gereed product en handelsgoederen is EUR 287 miljoen (2012: EUR 175 miljoen) gewaardeerd tegen

lagere marktwaarde.

In 2013 bedraagt de totale afwaardering van voorraad gereed product en handelsgoederen naar marktwaarde

EUR 30 miljoen (2012: EUR 17 miljoen). De afwaardering is opgenomen in de kosten van grond- en hulpstoffen en

handelsgoederen.

Er zijn geen voorraden verpand als zekerheid voor verplichtingen.

17 Handelsdebiteuren en overige vorderingen

2013 2012

Handelsdebiteuren 1.163 966

Overige vorderingen 63 98

Voorziening voor dubieuze handelsdebiteuren -14 -15

1.212 1.049

Vorderingen ter zake van belastingen (excl. vennootschapsbelasting) en premies sociale verzekeringen 67 99

Vooruitbetalingen 44 34

1.323 1.182

Voorziening voor dubieuze handelsdebiteuren

Begin boekjaar -15 -14

Overgenomen middels acquisitie -3 -2

Toevoegingen ten laste van de winst-en-verliesrekening -1 -3

Vrijgevallen ten gunste van de winst-en-verliesrekening 1 2

Afboeking handelsdebiteuren 4 2

Einde boekjaar -14 -15

Betalingstermijn handelsdebiteuren en overige vorderingen Bruto Afwaardering Netto

Binnen betalingstermijn 1.116 -3 1.113

Overschrijding minder dan 3 maanden 95 -1 94

Overschrijding tussen 3 en 6 maanden 5 5

Overschrijding meer dan 6 maanden 10 -10

1.226 -14 1.212

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 72: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

72De toevoegingen en vrijgevallen bedragen van de voorziening voor dubieuze handelsdebiteuren zijn opgenomen in de

overige bedrijfslasten (toelichting 8). Bedragen ten laste van de voorziening worden doorgaans afgeschreven, wanneer

niet wordt verwacht dat deze inbaar zijn.

De handelsdebiteuren en overige vorderingen zijn niet rentedragend en hebben over het algemeen een krediettermijn

van 10 tot 90 dagen.

FrieslandCampina heeft in verschillende landen een kredietverzekering afgesloten om het kredietrisico op klanten te

mitigeren. Ultimo 2013 bedraagt de verzekerde positie EUR 318 miljoen (2012: EUR 348 miljoen).

18 Liquide middelen

2013 2012

Deposito's 157 288

Liquide middelen 403 468

560 756

Liquide middelen tot een bedrag van EUR 21 miljoen (2012: EUR 6 miljoen) staan niet ter vrije beschikking van de

coöperatie, deze hebben geheel betrekking op bankgaranties.

19 Eigen vermogenLedencertificatenAan de leden-melkveehouders zijn ten tijde van de fusie ledencertificaten toegekend. De looptijd van de

ledencertificaten is onbeperkt. De ledencertificaten zijn achtergesteld ten opzichte van alle schuldeisers van

FrieslandCampina. Het rentetarief voor de ledencertificaten is de zesmaands Euribor plus 3,0%, per 1 juni en 1

december van het jaar. Ledencertificaten kunnen onder bepaalde voorwaarden worden omgezet in ledenobligaties van

Koninklijke FrieslandCampina N.V.

Vanuit de winst van het boekjaar 2013 is EUR 8 miljoen (2012: EUR 11 miljoen) toegerekend aan de reserve

ledencertificaten. Daarnaast is in 2013 voor een bedrag van EUR 16 miljoen (2012: EUR 21 miljoen) ledencertificaten

geconverteerd in ledenobligaties van Koninklijke FrieslandCampina N.V.

Reële-waardereserveDe reële-waardereserve bevat de reële waarde veranderingen van financiële instrumenten die zijn aangemerkt als

beschikbaar voor verkoop.

Reserve kasstroomafdekkingenDe reserve kasstroomafdekkingen bevat de wijzigingen in de reële waarde van interest rate swaps, cross currency

swaps en valutatermijncontracten voor zover deze classificeren als zeer effectieve kasstroomafdekkingen.

Reserve valuta-omrekenverschillenDe reserve valuta-omrekenverschillen heeft betrekking op de cumulatieve valutawaarderingsverschillen van

dochterondernemingen, alsmede valutawaarderingsverschillen van aan dochterondernemingen verstrekte leningen

met een permanent karakter.

Algemene reserveDe algemene reserve betreft het saldo van de in het verleden behaalde winsten die niet uitgekeerd zijn aan de

aandeelhouder. Krachtens statutaire bepalingen kan tot dividenduitkering worden besloten, indien en voor zover

het eigen vermogen groter is dan het bedrag van het geplaatste aandelenkapitaal vermeerderd met de reserves die

krachtens de wet moeten worden aangehouden.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 73: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

73Minderheidsbelangen gehouden door ledenDeze categorie van het eigen vermogen betreft de door Koninklijke FrieslandCampina N.V. uitgegeven ledenobligaties aan

leden van de coöperatie. Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. heeft geen beschikkingsmacht over de door Koninklijke

FrieslandCampina N.V. uitgegeven ledenobligaties aan leden van de coöperatie, en derhalve zijn de door Koninklijke

FrieslandCampina N.V. uitgegeven ledenobligaties aan leden van de coöperatie opgenomen in deze component van het eigen

vermogen.

Minderheidsbelangen gehouden door derdenDe post minderheidsbelangen heeft betrekking op het aandeel in het eigen vermogen wat niet aan FrieslandCampina toekomt.

De DFE put-optie is in juni 2013 komen te vervallen, zie toelichting 14. FrieslandCampina behoudt zeggenschap over

DMV-Fonterra Excipients GmbH & Co KG na het vervallen van deze put-optie en derhalve is de transactie verwerkt

als transactie tussen aandeelhouders. Als gevolg hiervan is de verplichting inzake de put-optie van EUR 183 miljoen

per vervaldatum ten gunste van de reserves en de minderheidsbelangen in het eigen vermogen gekomen. Door het

vervallen van de DFE put-optie, is het aandeel van Fonterra Co-operative Group Ltd. in DMV-Fonterra Excipients GmbH

& Co KG per vervaldatum als minderheidsbelang geclassificeerd.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 74: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

7420 Personeelsbeloningen

FrieslandCampina kent verschillende pensioenregelingen voor haar (voormalige) medewerkers. De toegezegd-

pensioenregelingen zijn voornamelijk geïndexeerde middelloonregelingen en hebben veelal betrekking op de

Nederlandse en Duitse onderdelen. Verder bestaat een aantal toegezegde-bijdrageregelingen voor zowel Nederlandse

als buitenlandse activiteiten. Een groot gedeelte van de pensioenverplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen,

per eind 2013 91%, houdt verband met twee pensioenregelingen voor Nederlandse medewerkers, die in de tabel

hieronder nader worden toegelicht.

Voormalig Campina medewerkers Voormalig Friesland Foods medewerkers

en nieuwe FrieslandCampina

medewerkers

Karakteristieken regeling De pensioenregeling is gebaseerd op de CAO voor de zuivelindustrie, biedt recht op een

ouderdoms- en nabestaandenpensioen en kent een pensioenleeftijd van 65 jaar (met

ingang van 1 januari 2014 67 jaar). De opgebouwde aanspraken van medewerkers worden

jaarlijks verhoogd met de algemene loonindex in de zuivelindustrie. De aanspraken

van inactieve deelnemers worden jaarlijks met maximaal de ‘consumentenprijsindex

alle huishoudens afgeleid’ verhoogd op basis van een besluit van het bestuur van het

ondernemingspensioenfonds (voormalig Campina medewerkers) en de directie van

FrieslandCampina (voormalig Friesland Foods medewerkers en nieuwe FrieslandCampina

medewerkers). Het betreft een voorwaardelijke toezegging. Voor de voormalig Friesland

Foods medewerkers geldt de pensioenopbouw over een niet gemaximeerd salaris.

Voor de overige deelnemers wordt voor het salaris boven EUR 59.434 (2013) pensioen

opgebouwd in een toegezegde-bijdrageregeling.

Pensioenuitvoerder Ondernemingspensioenfonds Verzekeraar, in een gesepareerd

beleggingsdepot, middels een

garantiecontract

Financieringsafspraken FrieslandCampina betaalt jaarlijks een

kostendekkende premie waarin o.a.

zijn opgenomen de actuariële kosten

voor pensioenopbouw en indexatie

voor actieve deelnemers. Daarnaast

zijn additionele financieringsafspraken

gemaakt (extra premie en aanvullende

betalingen bij onderdekking) van in totaal

EUR 77 miljoen tot 2014. Dit bedrag is

voldaan en er zijn geen aanvullende

betalingen meer verschuldigd. Eind 2013

is de uitvoeringsovereenkomst met het

pensioenfonds opgezegd , zodat deze

formeel eind 2014 afloopt. Eind 2013

bedroeg de dekkingsgraad 102,7%.

Naast de kosten voor actuariële opbouw

en indexatie, zijn ook betalingen voor

de verzwaring van sterftegrondslagen

verschuldigd. Zolang de dekkingsgraad

van het depot ultimo jaar op contracts-

voorwaarden hoger is dan 110% hoeven

geen premies te worden afgedragen.

Daartegenover staat de verplichting de

dekkingsgraad tot 110% aan te vullen, als

deze 1,5 jaar lang lager is dan 110%. Eind

2013 bedroeg de dekkingsgraad 114,8%.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 75: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

75Toezicht en governance De pensioenpremie en benodigde buffers

worden berekend op basis van de eisen in

de Pensioenwet. Op basis van deze regels is

de pensioenpremie kostendekkend en dient

de dekkingsgraad van het pensioenfonds

eind 2013 minimaal 104% te bedragen. De

Nederlandsche Bank (DNB) houdt hierop

toezicht. Aangezien de dekkingsgraad eind

2013 102,7% bedroeg, beraadt het bestuur

van het pensioenfonds zich over eventuele

kortingsmaatregelen.

Het bestuur van het pensioenfonds bestaat

uit vertegenwoordigers van de werkgever,

werknemers en gepensioneerden.

De verantwoordelijkheid om voldoende

middelen aan te houden om alle

uitkeringen te kunnen doen ligt bij de

verzekeraar. Het toezicht hierop vindt

plaats door DNB.

De pensioenpremie wordt vastgesteld

op basis van de grondslagen in het

verzekeringscontract.

Het beleggingsbeleid voor het

verzekeringscontract wordt vastgesteld

in overleg tussen FrieslandCampina en

verzekeraar.

Opbouw deelnemersbestand Het deelnemersbestand bestaat voor

ongeveer 15% uit actieve deelnemers,

voor 35% uit voormalig medewerkers

en voor 50% uit gepensioneerden.

De gemiddelde looptijd van de

pensioenverplichtingen bedraagt

ongeveer 15 jaar.

Het deelnemersbestand bestaat voor

ongeveer 65% uit actieve deelnemers,

voor 25% uit voormalig medewerkers

en voor 10% uit gepensioneerden.

De gemiddelde looptijd van de

pensioenverplichtingen bedraagt

ongeveer 20 jaar.

Belangrijkste risico’s Na de afgesproken herstelbetalingen

tot 2013 is FrieslandCampina geen

aanvullende betalingen meer

verschuldigd. Daarmee liggen de risico’s

in de regeling in grote mate bij het

pensioenfonds.

Het belangrijkste risico is dat de

dekkingsgraad ultimo enig jaar tot

onder de 110% zakt. In dat geval is

FrieslandCampina na 1,5 jaar verplicht

de dekkingsgraad tot 110% aan te vullen.

Aangezien de pensioenverplichtingen in

het contract op basis van een vaste rente

worden berekend, is de ontwikkeling van

de beleggingen van significante invloed

op de dekkingsgraad.

De hierna opgenomen tabellen geven de veronderstellingen weer welke gehanteerd zijn bij het uitvoeren van de

berekeningen voor de (mutaties in de) contante waarde van de pensioenaanspraken en de beleggingen en de betreffende

onderdelen van de pensioenlasten, zoals verwerkt in de geconsolideerde balans en winst-en-verliesrekening.

Veronderstellingen 1 2013 2012

% %

Discontovoet 3,2 / 3,5 3,3 / 3,9

Looninflatie 2,5 2,5

Prijsinflatie / stijging franchise 2,0 2,0

Indexatie

- actieven 2,5 2,5

- inactieven en gepensioneerden 0,0 - 1,8 0,0 - 1,7

Levensverwachting in jaren in jaren

- 65 jarige man / vrouw eind 2013 20,4 / 22,9 20,3 / 22,8

- 65 jarige man / vrouw over 20 jaar 22,4 / 24,0 22,3 / 24,0

1 De getoonde percentages betreffen de hiervoor genoemde Nederlandse pensioenregelingen en een in het verleden getroffen overgangsregeling, welke 94% (2012: 93%) van de contante waarde van de toegekende pensioenaanspraken vertegenwoordigen, respectievelijk 99% (2012: 99%) van de marktwaarde van de beleggingen.

De toegepaste discontovoet methode geeft een juiste weerspiegeling van de markt voor hoogwaardige bedrijfsobligaties

en houdt op de juiste wijze rekening met de beweeglijkheid van de rente op leningen met een langere looptijd.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 76: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

76Verloop en specificatie van de post nettopensioenverplichting 2013 2012

Contante waarde

van de toe-gekende

pensioen-aanspraken

Marktwaarde van de

beleggingen

Netto-pensioen-

verplichting

Contante waarde

van de toe-gekende

pensioen-aanspraken

Marktwaarde van de

beleggingen

Netto-pensioen-

verplichting

Begin boekjaar 2.841 2.243 598 2.288 1.969 319

Overgenomen middels acquisitie 11 11

Herrubricering 2 2

Kosten voor opbouw 1 72 72 59 59

Aanpassing pensioenregeling -29 -29

Rentelast / -opbrengst 1 99 81 18 105 94 11

Administratie- en uitvoeringskosten -3 3 -2 2

Ontvangen premies 77 -77 44 -44

Betaalde uitkeringen -93 -93 -90 -90

Valuta-omrekenverschillen -8 -2 -6 -2 -2

Mutaties door beleggingsresultaten en aanpassing garantiewaarde

36 -36 217 -217

Mutaties door wijzigingen financiële aannames 81 81 467 467

Mutaties door wijzigingen demografische aannames -1 -1 2 2

Mutaties door bestandsontwikkeling -1 -1 1 1

Einde boekjaar 2.963 2.339 624 2.841 2.243 598

Rubricering

Vaste activa 6 4

Langlopende verplichtingen 630 602

1 Met ingang van 2013 zijn de rentelasten over de kosten voor opbouw niet meer onder rentelasten verantwoord, maar als kosten voor opbouw. De vergelijkende cijfers over 2012 zijn hiervoor aangepast.

Van de toegekende pensioenaanspraken eind 2013 van EUR 2.963 miljoen is EUR 236 miljoen nog niet gefinancierd

(2012: EUR 248 miljoen).

Pensioenlasten opgenomen in de winst-en-verliesrekening 2013 2012

Kosten voor opbouw 72 59

Aanpassing pensioenregeling -29

Rentelast 18 11

Administratie- en uitvoeringskosten 3 2

In de winst-en-verliesrekening opgenomen last uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen 64 72

Pensioenlasten uit hoofde van toegezegde-bijdrageregelingen 23 21

Aandeel werknemers in pensioenlasten -5 -5

Pensioenlasten opgenomen in de winst-en-verliesrekening 82 88

De aanpassing pensioenregeling betreft voornamelijk de verhoging van de pensioenleeftijd naar 67 jaar voor

Nederlandse regelingen.

De Nederlandse bedrijfstakpensioenregelingen zijn te kwalificeren als toegezegde-bijdrageregelingen. FrieslandCampina

verwacht in 2014 EUR 120 miljoen bij te dragen aan haar toegezegd-pensioenregelingen en EUR 23 miljoen aan de

toegezegde-bijdrageregelingen.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 77: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

77Belangrijkste beleggingscategorieën in percentage van de marktwaarde van de totale beleggingen: 2013 2012

% % % %

Ondernemings-pensioenfonds

Verzekerings-contract

Ondernemings-pensioenfonds

Verzekerings-contract

Aandelen

- Noord Amerika 8 5

- Europa 4 6

- Verre Oosten incl. Japan 2 2

- Opkomende markten 4 4

- Overige 3 2

Vastrentende waarden

- Investment grade 29 34

- Non-investment grade 1 1

Garantiewaarde verzekeringscontract 48 45

Totaal 51 48 54 45

De beleggingen in het ondernemingspensioenfonds en de garantiewaarde van het verzekeringscontract maken eind

2013 respectievelijk 51% en 48% uit van de totale beleggingen. De overige beleggingen (1% van de totale beleggingen)

hebben betrekking op buitenlandse pensioenregelingen en bestaan uit verzekeringscontracten en diverse beleggingen.

Van de beleggingen in het ondernemingspensioenfonds heeft een bedrag van EUR 6 miljoen (2012: EUR 5 miljoen)

geen directe of indirecte marktnotering. Daarnaast is ongeveer EUR 25 miljoen belegd in achtergestelde obligaties

van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. Voor het overige belegt het ondernemingspensioenfonds niet in eigen

vermogensinstrumenten van FrieslandCampina. In het ondernemingspensioenfonds wordt het renterisico van de

verplichtingen voor 51% afgedekt middels een liability matching portefeuille, voor het grootste deel bestaande uit

fysieke staatsobligaties. Voor het grootste gedeelte van de overige vastrentende waarden en de aandelen wordt het

valutarisico voor 70% tot 100% afgedekt. De waarde van de beleggingen in het verzekeringscontract is afgeleid van

de garantiewaarde van dit contract. De winstdeling in dit contract wordt echter bepaald door de beleggingen in het

gesepareerd beleggingsdepot. Deze beleggingen bestaan voor ongeveer 50% uit vastrentende waarden, 44% uit

aandelen en 6% uit overige beleggingen. Omdat de verzekeraar de pensioenverplichtingen vaststelt op een vaste

rente, is er beperkt sprake van rente-afdekking.

Onderstaande tabellen laten voor de Nederlandse regelingen de impact van een wijziging in de belangrijkste aannames

zien op de contante waarde van de toegekende pensioenaanspraken.

Effect op de contante waarde van de toegekende pensioenaanspraken ultimo jaar

2013

Stijging Daling

Wijziging rekenrente met 0,25% -116 125

Wijziging looninflatie en indexatie actieven met 0,25% 33 -31

Wijziging indexatie inactieven met 0,25% 89 -84

Wijziging levensverwachting met 1 jaar 91 -90

Een wijziging in meerdere aannames leidt mogelijk tot andere effecten dan de optelling van de afzonderlijke effecten

door het optreden van kruis-effecten. Bovendien zijn de gevolgen voor de nettopensioenverplichting veelal kleiner,

omdat bovengenoemde effecten deels worden gecompenseerd door een wijziging in de waarde van de beleggingen, of

de indexatie-aanname.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 78: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

78Impact IAS 19 (herzien 2011)IAS 19 (herzien 2011) wordt toegepast sinds 1 januari 2013. Als gevolg daarvan wordt de verwachte opbrengst

beleggingen van toegezegd-pensioenregelingen niet opgenomen in de winst-en-verliesrekening. In plaats daarvan

wordt de rente op de nettopensioenverplichting uit hoofde van toegezegde pensioenaanspraken opgenomen in

de winst-en-verliesrekening. Deze wordt berekend door de nettopensioenverplichting te vermenigvuldigen met de

discontovoet die wordt gebruikt om de pensioenaanspraken te waarderen.

Ook kunnen nog niet in aanmerking genomen kosten inzake verstreken dienstjaren niet langer worden uitgesteld en

verantwoord gedurende toekomstige dienstjaren. In plaats daarvan worden alle kosten inzake verstreken dienstjaren

opgenomen wanneer de wijziging van een pensioenregeling ingaat of wanneer FrieslandCampina bijbehorende kosten

van reorganisatie of beëindiging opneemt. Tot 2012 werden kosten inzake verstreken dienstjaren lineair opgenomen als

lasten in de gemiddelde periode tot de aanspraken onvoorwaardelijk werden toegezegd.

De impact van IAS 19 (herzien 2011) op de geconsolideerde balans per 31 december 2012:

Impact van IAS 19 (herzien 2011) op nettopensioenverplichting Nettopensioenverplichting voor invoering 257

Toename nettopensioenverplichting als gevolg van invoering 341

Nettopensioenverplichting na invoering 598

Gerubriceerd onder vaste activa 4

Gerubriceerd onder langlopende verplichtingen 602

Impact van IAS 19 (herzien 2011) op het eigen vermogenToename nettopensioenverplichting -341

Toename latente belastingvorderingen 85

Netto-effect op eigen vermogen -256

De netto negatieve impact op het eigen vermogen van EUR 256 miljoen bestaat voor EUR 260 miljoen negatief uit

nog niet verwerkte actuariële resultaten en nog niet in aanmerking genomen kosten inzake verstreken dienstjaren en

voor EUR 4 miljoen positief uit de netto impact op de winst-en-verliesrekening van 2012 (voornamelijk als gevolg van

het berekenen van de opbrengst van beleggingen op basis van de discontovoet die wordt gebruikt om de toegezegde

pensioenaanspraken te disconteren). Van de niet verwerkte actuariële resultaten en nog niet in aanmerking genomen

kosten inzake verstreken dienstjaren (EUR 260 miljoen) heeft EUR 190 miljoen betrekking op 2012 en EUR 70 miljoen op

de jaren daarvoor.

De impact van IAS 19 (herzien 2011) op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening per 31 december 2012:

Toename winst voor belastingen 5

Toename belastingeffect -1

Toename winst na belastingen 4

Herwaardering nettopensioenverplichting vóór 2012, na belastingen, opgenomen in saldo begin boekjaar -70

Herwaardering nettopensioenverplichting, na belastingen, opgenomen in het totaalresultaat -190

Totaal herwaardering nettopensioenverplichting -260

Netto-effect op eigen vermogen -256

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 79: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

7921 Latente belastingvorderingen en -verplichtingen

Activa en passiva per soort tijdelijk verschil 2013

Grond, gebouwen en

installatiesImmateriële

activaPersoneels-

vergoedingen

Voorraden, debiteuren,

derivaten, crediteuren en voorzieningen

Niet- gerealiseerde

verlies-compensaties en faciliteiten Totaal

Begin boekjaar -60 33 116 41 37 167Acquisities -12 -12Opgenomen in winst-en-verliesrekening 4 22 -8 16 34

Opgenomen in eigen vermogen 10 9 8 27Valuta-omrekenverschillen 3 6 -1 -3 5Overige 1 1

Einde boekjaar -53 49 117 64 45 222

Latente belastingvorderingen en -verplichtingen hebben betrekking op de volgende balansposten:

Vorderingen Verplichtingen Netto

Grond, gebouwen en installaties 3 56 -53

Immateriële activa 108 59 49

Personeelsvergoedingen 120 3 117

Voorraden, debiteuren, derivaten, crediteuren en voorzieningen 69 5 64

Niet-gerealiseerde verliescompensaties en faciliteiten 45 45

Saldering -25 -25

Nettovordering 320 98 222

Activa en passiva per soort tijdelijk verschil 2012

Grond, gebouwen en

installatiesImmateriële

activaPersoneels-

vergoedingen

Voorraden, debiteuren,

derivaten, crediteuren en voorzieningen

Niet- gerealiseerde

verlies-compensaties en faciliteiten Totaal

Begin boekjaar -43 90 17 27 70 161

Acquisities -5 -41 1 -45

Opgenomen in winst-en-verliesrekening -12 -14 14 9 -43 -46

Opgenomen in eigen vermogen 85 4 10 99

Valuta-omrekenverschillen -2 -2

Einde boekjaar -60 33 116 41 37 167

Latente belastingvorderingen en -verplichtingen hebben betrekking op de volgende balansposten:

Vorderingen Verplichtingen Netto

Grond, gebouwen en installaties 2 62 -60

Immateriële activa 114 81 33

Personeelsvergoedingen 116 116

Voorraden, debiteuren, derivaten, crediteuren en voorzieningen 52 11 41

Niet-gerealiseerde verliescompensaties en faciliteiten 37 37

Saldering -26 -26

Nettovordering 295 128 167

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 80: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

80De niet-gerealiseerde verliescompensaties en faciliteiten zullen naar verwachting met toekomstige winsten kunnen

worden gecompenseerd, deze verwachting is gebaseerd op lange termijn plannen.

Latente belastingvorderingen worden niet opgenomen als het niet waarschijnlijk is dat er toekomstige fiscale winsten

zullen zijn binnen de entiteiten, waartegen de verliezen kunnen worden benut.

Voor de volgende verliezen en faciliteiten zijn geen latente belastingvorderingen erkend:

2013 2012

Niet-gewaardeerde verliescompensaties 334 321

Niet-gewaardeerde faciliteiten 1 2

335 323

Van de niet-gewaardeerde verliezen verstrijkt EUR 4 miljoen tussen de 5 en 10 jaar. De resterende niet-gewaardeerde

verliezen en faciliteiten zullen niet verjaren onder de huidige fiscale regelgeving.

22 Voorzieningen

2013 2012

Reorganisatie-kosten

Overige voor zieningen Totaal

Reorganisatie-kosten

Overige voor zieningen Totaal

Begin boekjaar 41 24 65 26 36 62

Toevoegingen ten laste van de winst-en-verliesrekening 17 7 24 33 21 54

Vrijgevallen ten gunste van de winst-en-verliesrekening -5 -7 -12 -4 -18 -22

Onttrekkingen -20 -10 -30 -14 -15 -29

Einde boekjaar 33 14 47 41 24 65

Langlopende voorzieningen 17 7 24 3 6 9

Kortlopende voorzieningen 16 7 23 38 18 56

33 14 47 41 24 65

ReorganisatiekostenFrieslandCampina is in 2013 een nieuw meerjarig reorganisatieprogramma gestart, genaamd Reshape, in de business

group Consumer Products EMEA. De belangrijkste focus van Reshape is het verminderen van de complexiteit, het

verbeteren van de efficiëntie en de commerciële slagkracht en het vrijmaken van middelen om te investeren in

FrieslandCampina’s merken, technologie en innovatie. Aangezien fase 1 van Reshape in 2013 is aangekondigd is

hiervoor eind 2013 een reorganisatievoorziening gevormd. De voorziening omvat voornamelijk ontslagvergoedingen en

bijkomende kosten als gevolg van het sluiten en inkrimpen van productielocaties in Nederland.

Daarnaast heeft FrieslandCampina in voorgaande jaren diverse voorzieningen gevormd voor de herstructuring van

productie- en verpakkingslocaties. De onttrekkingen en vrijvallen in 2013 hebben voornamelijk betrekking op de

voorziening voor de locaties in Duitsland bij business group Consumer Products EMEA en de voorziening voor de

locatie Sénas bij business group Cheese, Butter & Milkpowder. Eind 2013 is de herstructurering van de productie-

en verpakkingslocaties in Elsterwerda afgerond. De resterende reorganisatievoorzieningen hebben voornamelijk

betrekking op de productiefaciliteiten in Duitsland en Hongarije, beide onderdeel van de business group Consumer

Products EMEA.

De voorzieningen reorganisatiekosten zullen resulteren in toekomstige uitgaande kasstromen. De voorzieningen

worden tegen de nominale waarde opgenomen, omdat de contante waarde niet materieel afwijkt.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 81: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

81Overige voorzieningen Deze voorzieningen zijn gevormd voor verplichtingen waarvan de omvang of de kans op daadwerkelijk voorkomen

op balansdatum onzeker is. Deze voorzieningen worden tegen de nominale waarde opgenomen, omdat de contante

waarde niet materieel afwijkt.

In de overige voorzieningen is een bedrag van EUR 2 miljoen (2012: EUR 11 miljoen) begrepen inzake verlieslatende

contracten. Het restant heeft voornamelijk betrekking op ontvangen claims en overige voorzieningen.

23 Rentedragende verplichtingen

2013 2012

Verplichtingen aan syndicaat kredietinstellingen 245 145

Verplichtingen aan institutionele beleggers 531 552

Achtergestelde obligaties 116 120

Leningen van leden-melkveehouders 41 33

Financiële leaseverplichtingen 11 14

Verplichtingen aan kredietinstellingen 12 12

Overige rentedragende verplichtingen 36 34

992 910

Onderstaand worden de voorwaarden en condities van de uitstaande langlopende verplichtingen weergegeven:

Lening Valuta

Nominale rente

percentageJaar van aflossing

Nominale waarde

2013Boekwaarde

2013

Nominale waarde

2012Boekwaarde

2012

Syndicaat (variabele rente) EUR 1,2 2015 250 245 150 145

Private Placement (vaste rente) USD/EUR 4,4 2017 107 107 110 110

Private Placement (vaste rente) USD 5,7 2020 96 96 100 100

Private Placement (vaste rente) USD 4,0 2022 58 58 61 61

Private Placement (vaste rente) USD 4,2 2024 106 106 111 111

Private Placement (vaste rente) USD 4,0 2027 164 164 171 170

Achtergestelde obligaties (variabele rente) EUR 1,9 2017-

2027 116 116 120 120

Leden-melkveehouders (variabele rente) EUR 1,8 2015 41 41 33 33

Fonterra (variabele rente) EUR/NZD 2,2 2018 29 29 29 29

Overige 30 30 31 31

997 992 916 910

Verplichtingen aan syndicaat kredietinstellingenIn 2011 is met een syndicaat van kredietinstellingen overeenstemming bereikt over de herfinanciering van de

kredietfaciliteit voor EUR 1 miljard met een looptijd tot augustus 2015. Op 31 december 2013 is er EUR 490 miljoen

getrokken op de kredietfaciliteit (2012: EUR 185 miljoen), waarvan EUR 240 miljoen (2012: EUR 35 miljoen) als

kortlopend is aangemerkt.

Verplichtingen aan institutionele beleggers (private placements)FrieslandCampina heeft in totaal bij institutionele beleggers in de Verenigde Staten van Amerika onderhandse

leningen geplaatst van USD 696 miljoen (2012: USD 808 miljoen) en EUR 25 miljoen (2012: EUR 25 miljoen) bij een

Europese investeerder.

FrieslandCampina heeft in juni 2012 onderhandse leningen geplaatst van USD 500 miljoen bij institutionele beleggers

in de Verenigde Staten, welke geëffectueerd zijn per augustus 2012. Deze onderhandse leningen van USD 500 miljoen

hebben een looptijd tussen 5 en 15 jaar met een vast rentepercentage in dollars van 3,1% tot 4,2%, afhankelijk van de

looptijd. Deze leningen zijn onder meer bestemd ter financiering van mogelijke acquisities.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 82: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

82Door middel van cross currency swaps zijn de USD aflossings- en rentebetalingsverplichtingen van deze verplichtingen

omgezet in EUR verplichtingen met een vaste rente. De cross currency swaps zijn afgesloten ter afdekking van de

kasstromen, hierop wordt kasstroomhedge accounting toegepast. De cross currency swaps worden gewaardeerd tegen

reële waarde. Het deel van de winst of het verlies behaald op deze hedge-instrumenten dat als een effectieve hedge

is aangemerkt, wordt rechtstreeks in het eigen vermogen verwerkt. De USD leningen van USD 696 miljoen (2012: USD

808 miljoen) zijn door middel van bovengenoemde swaps gefixeerd op EUR 532 miljoen (2012: EUR 627 miljoen).

Op 31 december 2013 is de gehele lening aan institutionele beleggers (Private placements) als langlopend aangemerkt

(2012: EUR 552 miljoen).

Achtergestelde obligatiesDe achtergestelde obligaties hebben betrekking op de in 1997 tot en met 2007 aan leden en overige partijen uitgegeven

achtergestelde obligaties. Van de uitgegeven achtergestelde obligaties is per ultimo 2013 EUR 25 miljoen in het bezit

van het Stichting Pensioensfonds Campina. Op 1 juni 2017 wordt EUR 32 miljoen afgelost, op 1 juni 2022 wordt EUR 70

miljoen afgelost en op 1 juni 2027 wordt EUR 14 miljoen afgelost. Vervroegde aflossing vindt plaats in het geval van

beëindiging van het bedrijf door leden-melkveehouders van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. De vorderingen

tot betaling van aflossing van deze obligaties zijn achtergesteld jegens alle vorderingen van andere schuldeisers van de

coöperatie. De achterstelling is beperkt tot faillissement, surseance van betaling en soortgelijke situaties.

Leningen van leden-melkveehoudersDeze leningen hebben betrekking op het langlopende gedeelte van driejarige depositoleningen gehouden door leden-

melkveehouders.

Financiële leaseverplichtingen

2013 2012

Toekomstige minimale

betalingen Rente

Contante waarde van

minimale betalingen

Toekomstige minimale

betalingen Rente

Contante waarde van

minimale betalingen

Minder dan 1 jaar 4 4 4 4

Tussen 1 en 5 jaar 11 9 12 10

Meer dan 5 jaar 3 2 6 4

18 7,2 15 22 6,6 18

In de verschuldigde leasetermijnen is een bedrag van EUR 11 miljoen (contante waarde EUR 9 miljoen) opgenomen voor

de samenwerkingsovereenkomst met een derde partij voor de veredeling, opslag en verpakking van kaas (2012: EUR 14

miljoen). Deze overeenkomst heeft een looptijd tot 2020.

Van de contante waarde van de minimale betalingen is EUR 4 miljoen (2012: EUR 4 miljoen) kortlopend en deze is

verantwoord onder verplichtingen aan financiers.

Er is geen zekerheid gesteld voor de kortlopende en langlopende leningen.

24 Overige financiële verplichtingen

2013 2012

Derivaten 67 46

Voorwaardelijke verplichting 20

87 46

Voor toelichting op de voorwaardelijke verplichting wordt verwezen naar toelichting 2 en toelichting 30 en voor

derivaten zie toelichting 14.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 83: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

8325 Verplichtingen aan financiers

2013 2012

Kortlopende deel van de langlopende rentedragende verplichtingen 255 150

Kortlopende rentedragende verplichtingen 66 187

Verplichtingen aan leden-melkveehouders 162 132

Rekening courant banken 50 56

533 525

Onder kortlopende rentedragende verplichtingen is ultimo 2013 een bedrag van EUR 66 miljoen (2012: EUR 72 miljoen)

opgenomen voor Commercial Papers. De bankfaciliteit is per jaareinde beëindigd (2012: EUR 115 miljoen).

De verplichtingen aan leden-melkveehouders betreft de vrije ledenrekening. Hierop worden alle betalingen van

FrieslandCampina aan de leden-melkveehouders gedaan, uitgezonderd de betalingen van de garantieprijs. Bedragen op

de vrije ledenrekening zijn vrij opneembaar. De gemiddelde rentevergoeding over deze verplichting bedroeg over 2013

1,6% (2012: 2,3%).

De gemiddelde rentevergoeding over de verplichtingen ultimo 2013 bedraagt 1,5% (2012: 2,4%).

26 Handelscrediteuren en overige verplichtingen

2013 2012

Verplichtingen aan leden-melkveehouders 586 472

Handelscrediteuren 1.176 1.062

Verplichtingen ter zake van belastingen (excl. vennootschapsbelasting) en premies sociale verzekeringen 32 37

Overige verplichtingen 451 401

2.245 1.972

27 Niet in de balans opgenomen verplichtingen

2013

2014 2015 - 2018 Na 2018 Totaal Garanties ten behoeve van derden 9 1 10 Operationele leaseverplichtingen 43 92 32 167 Aankoopverplichtingen vaste activa 210 33 243 Belastingverplichtingen 46 46 Overige verplichtingen 39 48 87

301 219 33 553

2012

2013 2014 - 2017 Na 2017 Totaal

Garanties ten behoeve van derden 4 4

Operationele leaseverplichtingen 37 69 7 113

Aankoopverplichtingen vaste activa 107 9 116

Belastingverplichtingen 18 18

Overige verplichtingen 46 72 1 119

194 168 8 370

FrieslandCampina heeft aan de tweede aandeelhouder van Frisian Flag Singapore (Holdings) Pte Ltd een call optie

verstrekt, waarmee de tweede aandeelhouder het recht heeft verkregen om onder bepaalde voorwaarden 4,3% van de

aandelen in Frisian Flag Singapore (Holdings) Pte Ltd van FrieslandCampina te kopen in de periode van 2012 tot en met

2015. Tot op heden is van deze call optie geen gebruik gemaakt door de tweede aandeelhouder.

In het kader van de fusie van Friesland Foods en Campina zijn in 2008 jegens de Europese Commissie twee

verplichtingen aangegaan.

De eerste verplichting houdt in dat aan leden-melkveehouders van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. die het

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 84: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

84lidmaatschap opzeggen een vertrekpremie moet worden betaald van EUR 5,00 per 100 kilogram melk, geleverd in het

jaar voorafgaande aan het jaar waarin het verzoek om in aanmerking te komen voor de vertrekpremie is gedaan. De

voorwaarde om voor de vertrekpremie in aanmerking te komen is dat de melkveehouder leverancier wordt bij enig

ander koper van boerderijmelk in Nederland.

De tweede verplichting houdt in dat maximaal 1,2 miljard kilogram boerderijmelk per jaar beschikbaar moet worden

gesteld aan kopers die beschikken over een zuivelfabriek en die verse zuivelproducten, Nederlandse natuurgerijpte

kaas of een van deze producten in combinatie met andere zuivelproducten produceren. Kopers kunnen deze melk

alleen verwerven voor uitbreiding van productie in bestaande fabrieken, productie in nieuwe fabrieken, alsmede ten

behoeve van de in het kader van de overeenkomst met de Europese Commissie door FrieslandCampina afgestoten

productiebedrijven te Nijkerk (verse zuivelproducten) en Bleskensgraaf (kaas).

De melk wordt beschikbaar gesteld via een onafhankelijke stichting. De prijs voor de melk is de garantieprijs (welke

FrieslandCampina betaalt voor melk geleverd door haar leden-melkveehouders) geldend in de maand van levering. Op

deze prijs is gedurende de eerste vijf jaren na het effectief worden van de verplichting een korting van toepassing van 1

procent. Deze periode van vijf jaar zal per 1 juli 2014 verstrijken, waarna deze korting niet meer wordt toegekend.

De verplichtingen blijven van toepassing totdat leden-melkveehouders met een melkvolume van in totaal 1,2 miljard

kilogram FrieslandCampina hebben verlaten of totdat de verplichtingen zijn ingetrokken door de Europese Commissie

op basis van haar overtuiging dat er voldoende Nederlandse boerderijmelk beschikbaar is voor voornoemde kopers.

De bedrijfsonderdelen die bij de fusie verkocht moesten worden en nu onderdeel uitmaken van Arla Foods en Deltamilk,

maken gebruik van deze mogelijkheid. Van de beschikbare 1,2 miljard kilogram melk is 0,9 miljard door de Dutch

Milk Foundation voor deze marktpartijen gereserveerd. In december 2013 hebben FrieslandCampina en A-ware een

contract met een looptijd van tien jaar gesloten met betrekking tot de levering van circa 0,3 miljard kilogram melk (het

beschikbare restant van de 1,2 miljard kilogram boerderijmelk). De start van de levering van boerderijmelk aan A-ware

is voorzien tussen 1 december 2014 en 1 mei 2015.

28 Transacties met verbonden partijenTussen de leden-melkveehouders en de Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. is overeengekomen dat

laatstgenoemde de door de leden-melkveehouders aangeboden ledenmelk afneemt. In 2013 was dit 9,3 miljard

kilogram (2012: 8,9 miljard kilogram). De voor deze melk te betalen prijs is gebaseerd op het gewogen gemiddelde

van de melkprijzen in Duitsland, Nederland, Denemarken en België, welke in totaal 48 miljard kilogram melk

vertegenwoordigt. De aldus berekende melkprijs wordt gegarandeerd en wordt derhalve de garantieprijs genoemd. Van

de winst van Koninklijke FrieslandCampina N.V., na aftrek van de vergoeding op ledenobligaties, de vergoeding voor

de perpetuele obligaties en de winst toe te rekenen aan minderheidsbelangen, wordt 50% toegevoegd aan het eigen

vermogen van de vennootschap, 30% wordt contant uitgekeerd aan de leden-melkveehouders als prestatietoeslag

voor de geleverde melk en 20% wordt uitgekeerd aan de leden-melkveehouders in de vorm van ledenobligaties-

vast. Het reserveringsbeleid wordt iedere drie jaar herzien. Op basis van de herziening van het reserveringsbeleid is

vastgesteld dat vanaf 2014 45% wordt toegevoegd aan het eigen vermogen van de vennootschap, 35% contant wordt

uitgekeerd aan de leden-melkveehouders als prestatietoeslag en 20% wordt uitgekeerd aan de leden-melkveehouders

in de vorm van ledenobligaties-vast. Onder zowel het huidige als het gewijzigde reserveringsbeleid kan de executive

board bij een eventuele bijzondere waardevermindering groter dan EUR 100 miljoen besluiten deze geheel ten laste van

de toevoeging aan het eigen vermogen van de vennootschap te brengen. Van deze optie is gebruik gemaakt voor de

verwerking van de bijzondere waardevermindering van de goodwill van EUR 200 miljoen.

Voor de bezoldiging van het bestuur zie toelichting 29.

Voor pensioenverplichtingen zie toelichting 20.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 85: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

85Joint ventures en geassocieerde deelnemingenFrieslandCampina koopt en verkoopt regelmatig goederen van en/of aan geassocieerde deelnemingen waarin

FrieslandCampina een belang heeft van 50% of minder en significante invloed kan uitoefenen. De condities waarop

deze transacties worden uitgevoerd zijn vergelijkbaar met transacties van derden. In onderstaande tabel zijn de

verhoudingen toegelicht:

2013 2012

Inkoop grond- en hulpstoffen en handelsgoederen 47 41

Verkoop grond- en hulpstoffen en handelsgoederen 74 64

Vorderingen op verbonden partijen 37 39

Verplichtingen aan verbonden partijen 5 4

Bestuur van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.De leden van het bestuur van de coöperatie gaan uit hoofde van hun beroep als melkveehouder transacties aan met

FrieslandCampina, waaronder het leveren van melk. Dit resulteert in een verplichting per 31 december voor vergoedingen

van melkleveringen. Tevens zijn de leden van het bestuur van de coöperatie in het bezit van ledenobligaties en -certificaten

en depositoleningen.

In onderstaande tabel zijn de verhoudingen toegelicht:

2013 2012

Inkoop grondstoffen 3 3

Ledenobligaties en -certificaten 2 1

29 Bezoldiging bestuur van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.

2013 2012

Bestuur

Korte termijn beloningen 0,5 0,3

0,5 0,3

30 Financieel risicomanagement en financiële instrumentenKapitaalmanagementFrieslandCampina streeft naar een evenwichtige balans tussen een prudent financierings- en reserveringsbeleid,

investeringen in de onderneming en uitkeringen aan de leden-melkveehouders. De verhouding tussen de reserveringen

en uitkeringen aan de leden-melkveehouders wordt iedere drie jaar herzien en vastgesteld door de ledenraad. Bij de

herziening van het beleid worden toekomstige omstandigheden in beschouwing genomen. Tevens wordt rekening

gehouden met onvoorziene omstandigheden en risico’s die buiten de beïnvloedingssfeer van FrieslandCampina liggen.

Het bestuur draagt de verantwoordelijkheid en stelt het beleid vast omtrent FrieslandCampina’s risicomanagement

en interne beheersingsmaatregelen. Dit beleid wordt regelmatig geëvalueerd om veranderingen in de

marktomstandigheden of activiteiten te reflecteren. Het interne beheersingsraamwerk binnen FrieslandCampina

ondersteunt het bestuur in haar overzichtstaak.

Financieel risicomanagementFrieslandCampina is een multinational met een groot aantal werkmaatschappijen in verschillende landen. Hierdoor is

FrieslandCampina gevoelig voor verschillende financiële risico’s, zoals kredietrisico, renterisico, liquiditeitsrisico en

valutarisico. Het algemene risico beleid is erop gericht om financiële risico’s te identificeren, analyseren en waar nodig

deze risico’s te mitigeren om zodoende mogelijke negatieve financiële resultaten te voorkomen. De afdeling Corporate

Treasury heeft het mandaat gekregen om deze mitigerende maatregelen uit te voeren. Deze maatregelen zijn vastgelegd

in duidelijk geformuleerd beleid. Corporate Treasury rapporteert de blootstelling aan financiële risico's, inclusief

liquiditeitsrisico, valutarisico, renterisico en kredietrisico op financiële dienstverleners aan het Treasury Committee.

De voornaamste financiële instrumenten van FrieslandCampina bestaan uit leningen van kredietinstellingen en

institutionele beleggers, ledenobligaties en liquide middelen. Het voornaamste doel van de mix van deze financiële

instrumenten is om op een gediversifieerde wijze fondsen van verschillende markten en investeerders aan te

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 86: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

86trekken ten behoeve van de financiering van FrieslandCampina activiteiten. FrieslandCampina heeft verscheidene

andere financiële instrumenten, zoals handelsdebiteuren en -crediteuren die rechtstreeks voortvloeien uit de

bedrijfsactiviteiten. FrieslandCampina volgt nauwgezet de marktrisico's, voornamelijk valutarisico en renterisico,

verband houdend met alle financiële instrumenten.

Derivatentransacties, voornamelijk valutatermijntransacties en renteswaps worden afgesloten ten behoeve van het

beheersen van de valuta- en renterisico’s voortvloeiend uit FrieslandCampina activiteiten en financiering daarvan.

Het is, en was gedurende de verslagperiode, het beleid van FrieslandCampina om niet voor speculatieve doeleinden

in financiële instrumenten te handelen. De voornaamste risico’s voortvloeiend uit de financiële instrumenten zijn

vreemde valuta-, rente-, liquiditeits- en kredietrisico’s.

Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. voert hetzelfde beleid als Koninklijke FrieslandCampina N.V. Dit beleid is

onderstaand omschreven en heeft als doel om de genoemde risico's te beheersen.

ValutarisicoAangezien FrieslandCampina bedrijfsactiviteiten ontplooit in verschillende landen in de wereld, is een aanzienlijk

deel van haar activa, passiva en resultaten gevoelig voor valutaschommelingen. Het geformuleerde beleid voor het

beheersen van transactierisico's heeft als doel de gevoeligheid van de resultaten voor wisselkoersschommelingen te

beperken. Transactierisico's worden in principe afgedekt. Vanwege specifieke product- en marktomstandigheden kan

hiervan worden afgeweken, zoals bijvoorbeeld voor de Nigeriaanse naira, Indonesische rupiah en de Vietnamese dong.

De koersrisico's, voortvloeiende uit investeringen in buitenlandse dochterondernemingen en deelnemingen worden

in principe niet afgedekt. Door dochterondernemingen in het buitenland zoveel mogelijk te financieren in valuta

van het betreffende land wordt het risico voortkomend uit de valutaire 'mismatch' tussen activa en passiva beperkt.

De solvabiliteitseis die FrieslandCampina aan buitenlandse dochterondernemingen stelt, brengt echter een zeker

translatierisico met zich mee.

Positie valutarisico'sDe samenvatting van kwantitatieve gegevens over de valutarisicopositie van FrieslandCampina verstrekt aan het

bestuur, op basis van haar risicomanagementbeleid, was als volgt (posities zijn weergegeven in EUR):

2013 2012

EUR/USD

NGN/USD

IDR/USD

SGD/HKD

EUR/CNY

EUR/USD

NGN/USD

IDR/USD

SGD/HKD

EUR/CNY

Vorderingen 80 3 46 42 40 2 31 57

Liquide middelen 3 5 1 2

Verplichtingen 16 59 33 14 5 38

Netto-overzicht van de financiële positie 67 -59 -30 46 42 31 -4 -34 31 57

Geprognosticeerde verkopen komend boekjaar 668 18 149 206 644 150 200

Geprognosticeerde inkopen komend boekjaar 29 364 349 30 318 246

Netto geprognosticeerde transacties 639 -364 -331 149 206 614 -318 -246 150 200

Valutatermijncontracten 91 42 108 25

Nettopositie 31 december EUR 615 -423 -361 153 248 537 -322 -280 156 257

GevoeligheidsanalyseFrieslandCampina is hoofdzakelijk gevoelig voor koersschommelingen van de Amerikaanse dollar als gevolg van

inkopen en verkopen in dollars. De valutaparen met de grootste omvang zijn EUR/USD, NGN/USD, IDR/USD, SGD/HKG

en EUR/CNY. Ten opzichte van de euro betreft het voornamelijk verkopen in Amerikaanse dollars en Chinese yuan.

Ten opzichte van de andere valuta betreft het vooral de inkoop van grondstoffen op de wereldmarkt. In onderstaande

opstelling is de invloed weergeven welke 5% mutatie van de genoemde koers ten opzichte van de lokale valuta heeft op

het resultaat. Een koersmutatie met 5% wordt als een reële mogelijkheid verondersteld.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 87: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

87Een positief getal houdt in een toename van de winst en van het bedrag van de eigen vermogenscomponent 'Reserve

kasstroomafdekkingen', terwijl een negatief getal een afname inhoudt. Echter op dit moment zijn er geen grote

kasstroomafdekkingen, daarom zijn deze niet vermeld.

Een versterking (verzwakking) van de genoemde koers, zoals hieronder aangegeven, ten opzichte van de EUR, NGN,

IDR en SGD op 31 december zou het eigen vermogen en de winst of het verlies met onderstaande bedragen hebben

verhoogd (verlaagd). Deze analyse is gebaseerd op de wisselkoerseffecten voor vreemde valuta, die FrieslandCampina

redelijkerwijs voor mogelijk hield op de balansdatum. De analyse gaat ervan uit dat alle andere variabelen, met name

de rentetarieven, constant blijven.

Versterking Verzwakking

(in EUR)Impact op winst voor

belastingImpact op winst voor

belasting

31 december 2013USD (5 % mutatie ten opzichte van EUR) 31 -31

USD (5 % mutatie ten opzichte van NGN) -21 21

USD (5 % mutatie ten opzichte van IDR) -18 18

HKD (5 % mutatie ten opzichte van SGD) 8 -8

CNY (5 % mutatie ten opzichte van EUR) 12 -12

31 december 2012

USD (5 % mutatie ten opzichte van EUR) 28 -28

USD (5% mutatie ten opzichte van NGN) -16 16

USD (5 % mutatie ten opzichte van IDR) -14 14

HKD (5 % mutatie ten opzichte van SGD) 8 -8

CNY (5 % mutatie ten opzichte van EUR) 13 -13

RenterisicoRenterisicobeheersing heeft tot doel het limiteren van de invloed van fluctuaties in de rentevoet op de resultaten

en het zoveel mogelijk beperken van de rentekosten. Rentederivaten worden gebruikt om het effectieve

interestpercentage van de leningenportefeuille aan te laten sluiten bij het beoogde renterisicoprofiel. Het gemiddelde

percentage van de rentedragende instrumenten van FrieslandCampina (met uitzondering van ledenobligaties en

ledencertificaten, de leningen aan leden-melkveehouders en achtergestelde obligaties), dat wordt gekenmerkt door

een vast rentepercentage of is gefixeerd door middel van een afdekking, is naar verwachting gemiddeld 81% voor de

komende 5 jaar. In onderstaand overzicht wordt de situatie weergegeven per jaareinde:

2013 2012

Renteopbouw van de financiële verplichtingenBoekwaarde

exclusief afdekking

Boekwaarde inclusief

afdekking

Boekwaarde exclusief

afdekking

Boekwaarde inclusief

afdekking

Vast percentage 550 750 656 956

Variabel percentage 975 775 779 479

1.525 1.525 1.435 1.435

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 88: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

88FrieslandCampina heeft een gevoeligheidsanalyse uitgevoerd gebaseerd op de invloed van rentetarieven op derivaten

en overige financiële instrumenten per jaareinde. Voor liquide middelen en verplichtingen met variabele rentetarieven

is de analyse uitgevoerd uitgaande van de veronderstelling dat het uitstaande bedrag per jaareinde het gehele jaar

heeft uitgestaan. Deze gevoeligheidsanalyse geeft aan dat, wanneer de rente was gestegen of gedaald met 0,5%, de

cumulatieve rentelasten voor het huidige jaar minder dan 1 miljoen euro hoger of lager geweest zouden zijn.

LiquiditeitsrisicoHet is het doel van FrieslandCampina om een balans te behouden tussen de continuïteit en de flexibiliteit van

haar financiering door het gebruik van verscheidene financiële instrumenten. De totale nettoschuld dient in

overwegende mate gefinancierd te zijn door lange termijn leningen en toegezegd gecommitteerde kredietfaciliteiten.

FrieslandCampina beheerst haar liquiditeiten vooral door een belangrijk bedrag beschikbaar te houden onder

gecommitteerde kredietfaciliteiten van in totaal EUR 1,531 miljoen (2012: EUR 1,637 miljoen). Van deze faciliteiten is

eind 2013 EUR 510 miljoen (2012: EUR 815 miljoen) niet benut. Dit is ruim boven de minimale voet van EUR 350 miljoen

die volgens het financiële beleid van FrieslandCampina moet worden aangehouden.

Onderstaande tabel is een overzicht van de vervaldata van de financiële verplichtingen van contractuele nominale

betalingen inclusief gerelateerde renteverplichtingen.

Kasstromen financiële verplichtingen

2013

BoekwaardeContractuele

kasstromen 2014 2015 - 2018 Na 2018

Financiële verplichtingen anders dan derivatenRentedragende verplichtingen 1.510 -1.731 -577 -602 -552

Financiële leaseverplichtingen 15 -18 -4 -11 -3

Handelscrediteuren en overige verplichtingen 2.245 -2.245 -2.245

Voorwaardelijke verplichting 20 -25 -25

Derivaten

Interest rate swaps 6 -7 -5 -2

Cross currency swaps 62 -77 -1 -11 -65

Valutatermijncontracten 1 -1 -1

3.859 -4.104 -2.833 -651 -620

2012

BoekwaardeContractuele

kasstromen 2013 2014 - 2017 Na 2017

Financiële verplichtingen anders dan derivaten

Rentedragende verplichtingen 1.417 -1.699 -556 -400 -743

Financiële leaseverplichtingen 18 -22 -4 -12 -6

Handelscrediteuren en overige verplichtingen 1.972 -1.972 -1.972

DerivatenInterest rate swaps 16 -19 -10 -9

Cross currency swaps 44 -68 -9 -5 -54

Valutatermijncontracten 1

3.468 -3.780 -2.551 -426 -803

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 89: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

89KredietrisicoFrieslandCampina is blootgesteld aan kredietrisico met betrekking tot haar handelsvorderingen, liquide middelen en

derivaten. Kredietrisico wordt beheerd door het systematisch monitoren van de kredietwaardigheid van afnemers op

decentraal niveau en financiële tegenpartijen op centraal niveau.

De afnemers van FrieslandCampina bestaan in het algemeen uit gerespecteerde partijen met wie een langdurige relatie

wordt onderhouden. In overeenstemming met het kredietmanagementbeleid van FrieslandCampina worden afnemers

gecategoriseerd en afhankelijk van hun kredietprofiel zijn de volgende risico mitigerende maatregelen genomen:

• vooruitbetaling, contante betaling bij ontvangst goederen of verstrekking van een onderpand;

• afdekking door middel van kredietbrieven of bankgaranties;

• kredietverzekering.

Als gevolg van de spreiding over geografische gebieden en productgroepen is er geen sprake van een significante

concentratie van kredietrisico in de handelsvorderingen van FrieslandCampina (geen enkele klant is verantwoordelijk

voor meer dan 4% van de omzet). Afschrijvingen op handelsvorderingen bedragen in totaal minder dan 0,1% van de

jaarlijkse omzet. Voor verdere informatie omtrent de handelsvorderingen wordt verwezen naar toelichting 17.

Liquide middelen worden zoveel mogelijk aangehouden bij eerste klas internationale banken, dat wil zeggen

banken met minstens een kredietclassificatie van 'single A'. Daar waar liquide middelen worden aangehouden door

dochterondernemingen in politiek minder stabiele landen, zijn deze activa onderhevig aan lokale landenrisico's. Om

deze risico's zoveel mogelijk te beperken, past FrieslandCampina een actief dividendbeleid toe met betrekking tot

die dochterondernemingen. FrieslandCampina heeft bijvoorbeeld ook uitstaande gelden in Nigeria en om dit risico te

mitigeren heeft FrieslandCampina naast een actief dividendbeleid ook een strikt bankenbeleid.

Derivaten worden alleen verhandeld met financiële instituten met een hoge kredietbeoordeling, dat wil zeggen met een

kredietgradatie van minstens 'investment grade'. Het maximale kredietrisico van FrieslandCampina ten aanzien van de

financiële activa is gelijk aan de actuele balanswaarde.

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de kredietclassificaties van uitstaande liquide middelen en derivaten per

31 december:

2013 2012

Uitstaande liquide

middelen

Contract volume

derivaten

Uitstaande liquide

middelen

Contract volume

derivaten

Kredietclassificatie financiële instellingAA 139 147 207 187

A 266 772 401 1.049

BBB+ 35 9 5

< BBB 49 48

Geen classificatie 71 95

560 928 756 1.236

Actief risicobeheerProblemen als gevolg van de nasleep van de kredietcrisis kunnen op verschillende manieren een materieel effect

hebben op de toekomstige resultaten van FrieslandCampina. Waar het risico van een verdere verslechtering van de

Europese economie en verminderde beschikbaarheid van bankkrediet lijkt te zijn verminderd, is er wel sprake van

verhoogde volatiliteit van valutamarkten en risico’s voor de economische groei in opkomende markten.

FrieslandCampina voert een actief risicobeheer. Opgestelde scenarioplanning en maatregelen voor eventuele

problemen in de Eurozone blijven vooralsnog van kracht. Op basis van een continu bedrijfsproces worden, op grond van

monitoring en risicoanalyses in alle werkmaatschappijen van FrieslandCampina, business plannen waar nodig bijgesteld

en onderhouden met een gericht pakket van risico mitigerende maatregelen.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 90: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

90Convenantrichtlijnen Bestaande richtlijnen voor financiële ratio's:

Senior Nettoschuld / EBITDA < 3,0

Nettoschuld / EBITDA < 3,5

EBITDA / Netto-interest > 3,5

Aan de voorwaarden van de convenanten voor beide faciliteiten (syndicaat en private placements) is voldaan.

Indien niet aan de voorwaarden wordt voldaan, zijn de opgenomen bedragen onder de kredietfaciliteit en de private

placements opeisbaar.

De senior nettoschuld is berekend vanuit de jaarrekening van Koninklijke FrieslandCampina N.V. en kan derhalve niet

met de cijfers in deze jaarrekening aangesloten worden. In onderstaande tabel wordt de berekening van de (senior)

nettoschuld weergegeven.

2013 2012

Rentedragende verplichtingen 876 1.080

Verplichtingen aan financiers 371 393

Verplichting aan gelieerde ondernemingen 1

Vorderingen op gelieerde ondernemingen -12 -39

Liquide middelen -560 -756

Liquide middelen niet ter vrije beschikking 21 6

Nettoschuld 696 685

Lening van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. -290

Senior nettoschuld 696 395

Derivaten aangemerkt als kasstroomafdekkingDe onderstaande tabel duidt de periodes aan waarin de kasstroom, die gerelateerd is aan de kasstroomafdekkingen,

naar verwachting zal plaatsvinden en bevat tevens de reële waarde van de betrokken hedginginstrumenten.

2013

Reële waardeVerwachte

kasstromen 2014 2015 - 2018 Na 2018

Interest rate swapsPassiva 6 -7 -5 -2

Cross Currency swapsActiva 3 3 1 4 -2

Passiva 62 -77 -1 -11 -65

2012

Reële waardeVerwachte

kasstromen 2013 2014 - 2017 Na 2017

Interest rate swaps

Activa

Passiva 16 -19 -10 -9

Cross Currency swapsActiva 13 11 2 6 3

Passiva 44 -68 -9 -5 -54

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 91: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

91Accountingclassificaties en reële waardenDe reële waarde en boekwaarde van financiële activa en passiva zoals opgenomen in de geconsolideerde balans wordt

in onderstaande tabel weergegeven. Hierbij is de reële waarde het bedrag dat zou zijn ontvangen of betaald als de

vorderingen en of verplichtingen waren afgewikkeld op balansdatum, zonder verdere verplichtingen.

2013

Toelichting

Gewaardeerd tegen reële

waarde

Reële waarde - afdekkings-

instrumentenBeschikbaar

voor verkoopLeningen en vorderingen

Overige financiële

verplichtingen Boekwaarde Reële waarde

Financiële activa niet gewaardeerd tegen reële waarde

Verstrekte leningen (15) 39 39 41

Langlopende vorderingen (15) 4 4 4

Handelsdebiteuren en overige vorderingen (17) 1.323 1.323 1.323

Liquide middelen (18) 560 560 560

1.926 1.926 1.928

Financiële activa gewaardeerd tegen reële waarde

Afdekkingsderivaten (14) 7 7 7

Effecten (15) 30 30 30

7 30 37 37

Financiële passiva niet gewaardeerd tegen reële waarde

Langlopende rentedragende verplichtingen – vaste rente (23) 531 531 634

Langlopende rentedragende verplichtingen – variabele rente

(23) 461 461 461

Kortlopende deel van de langlopende rentedragende verplichtingen

(25) 255 255 255

Kortlopende rentedragende verplichtingen (25) 228 228 228

Rekening courant banken (25) 50 50 50

Handelscrediteuren en overige (financiële) verplichtingen (excl. verplichtingen inzake put-opties en voorwaardelijke verplichting)

(26) 2.245 2.245 2.245

3.770 3.770 3.873

Financiële passiva gewaardeerd tegen reële waarde

Afdekkingsderivaten (14) 69 69 69

Verplichtingen inzake put-opties (14) 7 7 7

Voorwaardelijke verplichting (24) 20 20 20

27 69 96 96

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 92: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

922012

Toelichting

Gewaardeerd tegen reële

waarde

Reële waarde - afdekkings-

instrumentenLeningen en vorderingen

Overige financiële

verplichtingen Boekwaarde Reële waarde

Financiële activa niet gewaardeerd tegen reële waarde

Verstrekte leningen (15) 43 43 43

Langlopende vorderingen (15) 4 4 4

Handelsdebiteuren en overige vorderingen (17) 1.182 1.182 1.182

Liquide middelen (18) 756 756 756

1.985 1.985 1.985

Financiële activa gewaardeerd tegen reële waarde

Afdekkingsderivaten (14) 16 16 16

16 16 16

Financiële passiva niet gewaardeerd tegen reële waarde

Langlopende rentedragende verplichtingen – vaste rente (23) 552 552 673

Langlopende rentedragende verplichtingen – variabele rente (23) 358 358 358

Kortlopende deel van de langlopende rentedragende verplichtingen (25) 150 150 153

Kortlopende rentedragende verplichtingen (25) 319 319 319

Rekening courant banken (25) 56 56 56

Handelscrediteuren en overige (financiële) verplichtingen (excl. verplichtingen inzake put-opties)

(26) 1.972 1.972 1.972

3.407 3.407 3.531

Financiële passiva gewaardeerd tegen reële waarde

Afdekkingsderivaten (14) 61 61 61

Verplichtingen inzake put-opties (14) 162 162 162

162 61 223 223

De reële waarde is gelijk gesteld aan de boekwaarde, met uitzondering voor de rentedragende verplichtingen met

een vast rentepercentage en de verstrekte lening met een vast rentepercentage. Voor de berekening van de reële

waarde van deze verplichtingen is een gemiddeld gewogen rentepercentage van 1,35% (2012: 1,49%) gebruikt en

betreft een waarderingsmethode zoals geclassificeerd onder niveau 2. De reële waarde van de verstrekte lening met

een vast rentepercentage is bepaald middels een gemiddeld rentepercentage van 1,23% en betreft eveneens een

waarderingsmethode zoals geclassificeerd onder niveau 2.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 93: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

93Hiërarchie reële waardenIn de onderstaande tabel worden de financiële instrumenten die tegen reële waarde zijn gewaardeerd, of

waarvan de boekwaarde afwijkt van de reële waarde, weergegeven per waarderingsmethode. De verschillende

waarderingsmethoden zijn als volgt gedefinieerd:

Niveau 1: reële waarde bepaald door gebruikmaking van marktnoteringen (niet aangepast) in actieve markten voor

gelijke activa en passiva;

Niveau 2: reële waarde bepaald door gebruikmaking van gegevens, anders dan in niveau 1, die direct (bijvoorbeeld als

prijzen) of indirect (bijvoorbeeld afgeleid van prijzen) waarneembaar zijn voor het actief of passief;

Niveau 3: reële waarde bepaald door gebruikmaking van gegevens die niet zijn gebaseerd op waarneembare

marktgegevens

2013

Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Reële waarde Boekwaarde

Financiële activa niet gewaardeerd tegen reële waardeVerstrekte leningen 41 41 39

41 41 39

Financiële activa gewaardeerd tegen reële waardeAfdekkingsderivaten 7 7 7

Effecten 26 4 30 30

26 11 37 37

Financiële passiva niet gewaardeerd tegen reële waarde

Langlopende rentedragende verplichtingen – vaste rente 634 634 531

634 634 531 Financiële passiva gewaardeerd tegen reële waarde

Afdekkingsderivaten 69 69 69

Verplichtingen inzake put-opties 7 7 7

Voorwaardelijke verplichting 20 20 20

76 20 96 96

2012

Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Reële waarde Boekwaarde

Financiële activa gewaardeerd tegen reële waarde

Afdekkingsderivaten 16 16 16

16 16 16

Financiële passiva niet gewaardeerd tegen reële waarde

Langlopende rentedragende verplichtingen – vaste rente 673 673 552

Kortlopende deel van de langlopende rentedragende verplichtingen 153 153 150

826 826 702

Financiële passiva gewaardeerd tegen reële waarde

Afdekkingsderivaten 61 61 61

Verplichtingen inzake put-opties 7 155 162 162

68 155 223 223

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 94: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

94Mutaties en transfers reële waarde hiërarchieFrieslandCampina verantwoordt transfers tussen niveaus binnen de hiërarchie van reële waarde aan het einde van de

rapportageperiode, waarin de transfer heeft plaatsgevonden.

Mutaties niveau 1 en 2

Het in 2013 verworven belang van 7,5% in Synlait Milk Ltd is geclassificeerd als overig financieel actief. Voor de

waardering wordt niveau 1 als waarderingsmethode gehanteerd en hierbij wordt de beursnotering gebruikt als

grondslag voor de waardering.

FrieslandCampina houdt een belang van < 1% in een derde partij dat is geclassificeerd onder de overige financiële

activa. De reële waarde van dit belang is afgeleid van de eigenvermogenswaarde van de derde partij. Deze

waarderingsmethode is geclassificeerd als niveau 2.

De afdekkingsderivaten zijn aangemerkt als niveau 2 waarderingsmethode. De reële waarde van de

valutatermijncontracten wordt berekend door vergelijking met de actuele termijnkoersen van contracten voor gelijke

resterende looptijden. De reële waarde van renteswapcontracten wordt bepaald aan de hand van de contante waarde

op basis van actuele marktgegevens.

Transfers tussen niveau 1 en 2

In 2013 en 2012 hebben geen transfers plaatsgevonden van niveau 1 naar niveau 2 of vice versa.

Mutaties niveau 3

De voorwaardelijke verplichting inzake de acquisitie van Zijerveld en Den Hollander Food is bepaald op basis van de

reële waarde per 31 december 2013 van de voorwaardelijke vergoeding van maximaal EUR 25 miljoen. Hierbij is een

inschatting gemaakt van de verwachte EBITDA-groei over de periode 2013-2015 en is de verwachte voorwaardelijke

verplichting contant gemaakt met een discontovoet van 11%. De voorwaardelijke vergoeding is aangemerkt als niveau 3.

De uitoefendatum van de DFE put-optie is verstreken per juni 2013 en de eindwaarde van de put-optie is bepaald

op basis van de contante waarde methode die gebruik maakt van de actuele marktgegevens en de toekomstige

kasstromen. De toekomstige kasstromen zijn gedisconteerd tegen de marktconforme discontovoeten. Per 2012 was de

waardering van de DFE put-optie opgenomen onder Niveau 3.

Gedurende 2013 hebben de volgende mutaties plaatsgevonden voor de financiële instrumenten aangemerkt als niveau 3:

2013

DFE put-optie Voorwaardelijke verplichting

Boekwaarde begin boekjaar 155

Verworven middels acquisitie 19

Financieringslast 3 1

Waardeaanpassing via goodwill 25

Transfer uit niveau 3 -183

Boekwaarde per 31 december 2013 20

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 95: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

9531 Kasstroomoverzicht

Het kasstroomoverzicht wordt opgesteld volgens de indirecte methode.

De volgende tabel laat voor 2013 de onderlinge relaties tussen de mutatie in de balanspost en het kasstroomoverzicht

zien voor de voorraden, vorderingen en verplichtingen.

Voorraden Vorderingen Verplichtingen

Per jaareinde 2012 1.139 1.182 1.972

Per jaareinde 2013 1.303 1.323 2.245

Kasstroom als gevolg van balansmutatie -164 -141 273

Aanpassingen:

Effect vreemde valuta -39 -33 75

Verworven middels acquisitie 28 69 -81

Interest balanspositie 4 -1

Mutatie verplichting inzake investeringen -31

Mutatie kasstromen -175 -101 235

32 Gebeurtenissen na balansdatumEind 2013 is in Nederland met de sociale partners in de zuivelindustrie overeenstemming bereikt over de opzet van een

geheel nieuwe basispensioenregeling vanaf 2015. Deze opzet bevat een voorstel om tot een zogenaamde collectieve

beschikbare premie regeling te komen, uitgevoerd door een bedrijfstak pensioenfonds. Het akkoord bevat nog een

aantal voorbehouden in verband met de verdere uitwerking in de loop van 2014. Op het moment dat het akkoord in

2014 definitief is zullen de effecten daarvan worden verwerkt in de balanspost ‘nettopensioenverplichting’.

Jaarrekening Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening

Page 96: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

96Belangrijkste dochterondernemingenNederlandDen Hollander Food B.V., Lochem

Friesland Brands B.V., Leeuwarden

FrieslandCampina Cheese & Butter B.V., Amersfoort

FrieslandCampina Consumer Products Europe B.V., Amersfoort

FrieslandCampina Consumer Products International B.V., Amersfoort

FrieslandCampina Creamy Creation B.V., Amersfoort

FrieslandCampina DMV B.V., Amersfoort

FrieslandCampina Domo B.V., Amersfoort

FrieslandCampina International Holding B.V., Amersfoort

FrieslandCampina Kievit B.V., Meppel

FrieslandCampina Nederland B.V., Amersfoort

FrieslandCampina Nederland Holding B.V., Amersfoort

FrieslandCampina Nutrifeed B.V., Amersfoort

FrieslandCampina Riedel B.V., Amersfoort

FrieslandCampina Werknemers B.V., Amersfoort

Kaashandel Culemborg B.V., Hardinxveld-Giessendam

Koninklijke FrieslandCampina N.V., Amersfoort

Zijerveld en Veldhuyzen B.V., Bodegraven

BelgiëFrieslandCampina Belgium N.V., Aalter

FrieslandCampina Belgium Cheese N.V., Aalter

FrieslandCampina Cheese N.V., Aalter

FrieslandCampina Professional N.V., Lummen

FrieslandCampina Finance N.V., Lummen

FrieslandCampina C.V.B.A., Weelde (99,84%)

Yoko Cheese N.V., Genk (99,89%)

DuitslandCMG Grundstücksverwaltungs- und Beteiligungs - GmbH, Heilbronn

DMV-Fonterra Excipients GmbH & Co. KG, Goch (50%) 2

FrieslandCampina Butter GmbH, Heilbronn

FrieslandCampina Germany GmbH, Heilbronn

FrieslandCampina Professional GmbH, Keulen

Milchverwaltung FrieslandCampina Germany GmbH, Keulen

Sahnemolkerei Hubert Wiesehoff GmbH, Schoppingen (49%) 2

Satro GmbH, Lippstadt

FrankrijkFrieslandCampina Cheese France S.A.S., Sénas

FrieslandCampina France S.A.S., Saint-Paul-en-Jarez

GriekenlandFrieslandCampina Hellas S.A., Athene

Groot-BrittanniëFrieslandCampina UK Ltd, Horsham

HongarijeFrieslandCampina Hungária zRt, Debrecen (99,99%)

Jaarrekening Belangrijkste dochterondernemingen

Belangrijkste dochterondernemingen, joint ventures en geassocieerde deelnemingen 1

Page 97: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

97ItaliëFrieslandCampina Italia Srl, Rome

OostenrijkFrieslandCampina Austria GmbH, Stainach

RoemeniëFrieslandCampina Romania S.A., Satu Mare (99,99%)

RuslandCampina LLC, Moskou

SpanjeFrieslandCampina Canarias S.A., Las Palmas

ChinaFrieslandCampina (Hong Kong) Ltd., Hong Kong

FrieslandCampina Trading (Shanghai) Co. Ltd., Shanghai

IndonesiëPT Frisian Flag Indonesia, Jakarta (95%)

PT Kievit Indonesia, Jakarta

FilippijnenAlaska Milk Corporation, Manilla (99,86%)

MaleisiëDutch Lady Milk Industries Berhad, Petaling Jaya (50,96%)

SingaporeFrieslandCampina (Singapore) Pte. Ltd., Singapore

ThailandFrieslandCampina Fresh (Thailand) Co Ltd, Bangkok

FrieslandCampina (Thailand) PCL, Bangkok (99,71%)

VietnamFrieslandCampina Ha Nam Co. Ltd., Phu Ly

FrieslandCampina Vietnam Co. Ltd., Binh Duong province (70%)

Saoedi-ArabiëFriesland Arabia Ltd., Jeddah

Verenigde Arabische EmiratenFrieslandCampina Middle East JLT, Dubai

GhanaFrieslandCampina West Africa Ltd, Accra

NigeriaFrieslandCampina WAMCO Nigeria Plc., Ikeja (54,58%)

USAFrieslandCampina Ingredients North America Inc, Wilmington, State: Delaware

Joint ventures en geassocieerde deelnemingen 3

Betagen Holding Ltd., Hongkong, China (50%)

Coöperatieve Zuivelinvesteerders U.A., Oudenhoorn, Nederland (49%)

Dutch Dairy Ingredients B.V., Leeuwarden, Nederland (82,33%)

Great Ocean Ingredients Pty. Ltd., Allansford, Victoria, Australië (50%)

Jaarrekening Belangrijkste dochterondernemingen

1 Voor zover niet anders vermeld bedraagt het belang 100%. Indien het percentage kleiner is dan 100% wordt het directe belang van de moeder in de desbetreffende dochteronderneming genoemd.

2 In deze vennootschappen heeft FrieslandCampina een beleidsbepalende invloed.3 In deze joint ventures en geassocieerde deelnemingen heeft FrieslandCampina geen beleidsbepalende invloed. Deze afweging is gemaakt op basis van een

analyse van zowel de gehouden aandelen als de stemrechten van FrieslandCampina binnen de joint venture of geassocieerde deelneming.

Page 98: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

98Per 31 december, na winstbestemming 1, In miljoenen euro's, tenzij anders aangegeven

Toelichting 2013 2012

Activa

Deelnemingen in dochterondernemingen (2) 970 947

Ledenobligaties Koninklijke FrieslandCampina N.V. (3) 253 270

(Perpetuele) Lening aan dochteronderneming (4) 290 290

Vaste activa 1.513 1.507

Overige vorderingen 1

Vlottende activa 1

Totaal activa 1.513 1.508

Eigen vermogen

Ledencertificaten 253 270

Reële-waardereserve 15

Reserve kasstroomafdekkingen -24 -18

Reserve valuta-omrekenverschillen -114 -42

Algemene reserve 1.093 1.007

Eigen vermogen toe te rekenen aan de leden van de coöperatie (5) 1.223 1.217

Verplichtingen

Rentedragende verplichtingen (6) 116 120

Langlopende verplichtingen 116 120

Verplichtingen aan financiers (7) 162 132

Kortlopende verplichtingen aan dochterondernemingen (8) 12 39

Kortlopende verplichtingen 174 171

Totaal verplichtingen 290 291

Totaal passiva 1.513 1.508

1 Na winstbestemming: op basis van het geldende reserveringsbeleid (conform Melkgeldreglement), zie tevens toelichting 28.

Enkelvoudige winst-en-verliesrekeningIn miljoenen euro's, tenzij anders aangegeven

2013 2012

Resultaat uit deelnemingen, na belastingen 44 162

Toegekende vergoeding ledenobligaties Koninklijke FrieslandCampina N.V. 8 11

Winst boekjaar 52 173

Jaarrekening Enkelvoudige balans - Enkelvoudige winst-en-verliesrekening

Enkelvoudige balans

Page 99: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

991 Algemeen

Grondslagen en toelichtingDeze jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. Daarbij is gebruik gemaakt van de faciliteit,

die artikel 362 lid 8, Titel 9 Boek 2 BW biedt, om in de enkelvoudige jaarrekening dezelfde grondslagen toe te passen als

in de geconsolideerde jaarrekening.

Voor de grondslagen ten aanzien van de waardering van activa en passiva en voor de opstelling van de winst-en-

verliesrekening wordt verwezen naar het op pagina 42 tot en met 56 opgenomen onderdeel van de toelichting op

de geconsolideerde jaarrekening. Voor zover de posten opgenomen in de enkelvoudige jaarrekening niet nader

worden toegelicht, wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde jaarrekening. De waardering van de

deelnemingen geschiedt tegen nettovermogenswaarde.

Voor ingehouden winsten van deelnemingen waar de uitkering aan restricties onderhevig is, wordt een wettelijke

reserve deelnemingen aangehouden.

Een lijst van kapitaalbelangen, opgesteld overeenkomstig wettelijke bepalingen, is op het kantoor van de coöperatie

beschikbaar en bij het Handelsregister te Almere gedeponeerd.

Voor de presentatie van de enkelvoudige winst-en-verliesrekening is gebruik gemaakt van artikel 402, Titel 9 Boek 2 BW.

2 Deelnemingen in dochterondernemingen

2013 2012

Begin boekjaar 947 968

Resultaat boekjaar 44 162

Resultaten direct verwerkt in het eigen vermogen -89 -182

Vervallen DFE put-optie 67

Overige 1 -1

Einde boekjaar 970 947

3 Ledenobligaties Koninklijke FrieslandCampina N.V.

2013 2012

Begin boekjaar 270 293

Toegekende vergoeding 8 11

Ontvangen vergoeding -9 -13

Conversie ledencertificaten in ledenobligaties-vast -16 -21

Einde boekjaar 253 270

De ledenobligaties zijn eeuwigdurend en kennen geen vervaldatum. Het rentetarief voor de ledenobligaties is de

zesmaands Euribor plus 3,0%, per 1 juni en 1 december van het jaar. De obligaties zijn achtergesteld bij de vorderingen

van alle andere bestaande en toekomstige schuldeisers, voor zover die niet zijn achtergesteld. Rentebetaling

kan worden uitgesteld indien Koninklijke FrieslandCampina N.V. in de 12 maanden voorafgaand aan de jaarlijkse

coupondatum geen prestatietoeslag heeft vastgesteld of uitgekeerd. Uitgestelde rente wordt betaalbaar op de datum

waarop weer prestatietoeslag wordt uitgekeerd.

4 (Perpetuele) Lening aan dochteronderneming

2013 2012

Begin boekjaar 290 290

Einde boekjaar 290 290

2013 2012

Aflossingsschema 2015 - 2018 Na 2018Totaal

aflossing 2014 - 2017 Na 2017Totaal

aflossing

Lening aan dochteronderneming 290 290

Jaarrekening Toelichting op de enkelvoudige jaarrekening

Toelichting op de enkelvoudige jaarrekeningIn miljoenen euro’s, tenzij anders aangegeven

Page 100: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

100De gemiddelde rentevergoeding over de lening aan Koninklijke FrieslandCampina N.V. bedraagt in 2013 1,7%

(2012: 2,3%). De verstrekte lening dient met name voor de financiering van dochterondernemingen.

Deze lening aan Koninklijke FrieslandCampina N.V. is per 30 december 2013 omgezet in een perpetueel achtergestelde

lening. De EUR 290 miljoen perpetueel achtergestelde lening is eeuwigdurend en kent geen vervaldatum. Het

rentetarief voor de perpetueel achtergestelde lening is de zesmaands Euribor plus 3,0%, per 1 juni en 1 december van

het jaar. De lening is achtergesteld bij de vorderingen van alle andere bestaande en toekomstige schuldeisers, voor

zover die niet zijn achtergesteld. Rentebetaling kan worden uitgesteld indien Koninklijke FrieslandCampina N.V. in de

12 maanden voorafgaand aan de jaarlijkse rentebetaaldatum geen prestatietoeslag heeft vastgesteld of uitgekeerd.

Uitgestelde rente wordt betaalbaar op de datum waarop weer prestatietoeslag wordt uitgekeerd.

5 Eigen vermogen toe te rekenen aan de leden van de coöperatieDe ledencertificaten zijn in 2008 eenmalig uitgekeerd aan alle melkveehouders die op het moment van de fusie

lid waren van FrieslandCampina. Deze ledencertificaten zijn alleen op het moment van de fusie uitgegeven

en de ledencertificaten zijn niet verhandelbaar. Leden van FrieslandCampina hebben de mogelijkheid om hun

ledencertificaten vrijwillig om te zetten in ledenobligaties-vast bij Koninklijke FrieslandCampina N.V. en bij beëindiging

van het lidmaatschap worden de ledencertificaten automatisch omgezet in ledenobligaties-vrij bij Koninklijke

FrieslandCampina N.V.

De reserve kasstroomafdekkingen en de reserve valuta-omrekenverschillen zijn wettelijke reserves en derhalve niet

uitkeerbaar. Daarnaast dient EUR 4 miljoen van de reële-waardereserve te worden aangemerkt als wettelijke reserve.

Dit deel heeft namelijk betrekking op een belegging waarvoor geen frequente marktnotering bestaat. Bovendien is

EUR 93 miljoen (2012: EUR 53 miljoen) van de algemene reserve als wettelijke reserve deelneming aangemerkt, deze

reserve kan als zodanig niet worden uitgekeerd.

Het eigen vermogen dat toerekenbaar is aan de leden van de coöperatie en dat is opgenomen in de enkelvoudige

jaarrekening, is gelijk aan het eigen vermogen toerekenbaar aan de leden van de coöperatie dat is opgenomen in de

geconsolideerde jaarrekening. Zie het mutatieoverzicht van het eigen vermogen op pagina 40 voor meer details over het

eigen vermogen.

6 Rentedragende verplichtingen

2013 2012

Achtergestelde obligaties 116 120

116 120

Onderstaand worden de voorwaarden en condities van de uitstaande langlopende verplichtingen weergegeven:

Lening Valuta

Nominale rente

percentageJaar van aflossing

Nominale waarde

2013Boekwaarde

2013

Nominale waarde

2012Boekwaarde

2012

Achtergestelde obligaties(variabele rente) EUR 1,9 2017-2027 116 116 120 120

116 116 120 120

Voor de toelichting op de verplichtingen inzake de achtergestelde obligaties wordt verwezen naar toelichting 23 van de

geconsolideerde jaarrekening.

7 Verplichtingen aan financiers

2013 2012

Verplichtingen aan leden-melkveehouders 162 132

162 132

Dit betreft de vrije ledenrekening van de leden-melkveehouders. Zie toelichting 25 in de geconsolideerde jaarrekening

voor nadere toelichting van de aard van deze verplichting.

Jaarrekening Toelichting op de enkelvoudige jaarrekening

Page 101: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

1018 Kortlopende verplichtingen aan dochterondernemingen

Over de kortlopende verplichtingen aan dochterondernemingen wordt geen rentevergoeding berekend.

9 Niet in de balans opgenomen verplichtingenZuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. vormt tezamen met het merendeel van de Nederlandse werkmaatschappijen

de fiscale eenheid Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. voor de vennootschaps- en omzetbelasting. Op grond

daarvan is de Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. hoofdelijk aansprakelijk voor de belastingschuld van de fiscale

eenheid als geheel.

De verrekening van belastingen tussen de coöperatie en de dochtermaatschappijen binnen de fiscale eenheid wordt

verricht op basis van het commerciële resultaat van de dochtermaatschappijen.

10 Bezoldiging bestuurZie toelichting 29 van de toelichting op de geconsolideerde jaarrekening voor de bezoldiging van het bestuur van

Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. Gedurende het verslagjaar waren er geen werknemers in dienst bij de

coöperatie.

Amersfoort, 8 april 2014

Bestuur Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.P. Boer, voorzitter

J.H.G.M. Uijttewaal, vicevoorzitter

S.H. Galema

A.A.M. Huijben-Pijnenburg

J.P.C. Keijsers

F.A.M. Keurentjes

S.R.F. Ruiter

H. Stöcker

W.M. Wunnekink

Jaarrekening Toelichting op de enkelvoudige jaarrekening

Page 102: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

102

Overige gegevens Bestemming saldoDe statutaire bepalingen met betrekking tot de bestemming van het saldo zijn opgenomen in artikel 39 van de statuten.

Artikel 39 bepaalt:

Lid 6 a. Omtrent bestemming van een eventueel positief blijkend saldo van de coöperatie besluit de ledenraad op voorstel

van het bestuur.

Lid 6 b. (i)

Indien de ledenraad tot uitkering van een deel van of het gehele positief saldo besluit wordt allereerst, zo mogelijk, op

ieder ledencertificaat een bedrag uitgekeerd gelijk aan het percentage in de volgende zin, vermenigvuldigd met hun

nominale bedrag. Het percentage bedoeld in de vorige zin is gelijk aan het gemiddelde van EURIBOR-percentages voor

kasgeldleningen met een looptijd van zes (6) maanden – gewogen naar het aantal dagen waarvoor deze percentages gelden

– gedurende het boekjaar waarover de uitkering geschiedt, verhoogd met een driejaarlijks door de directie van Koninklijke

FrieslandCampina N.V. vast te stellen aantal basispunten. Indien het in enig boekjaar behaalde positief saldo niet toereikend

is om deze uitkering te doen, zal in volgende jaren het in dit onderdeel (b) van dit lid 6 bepaalde eerste toepassing vinden

nadat het tekort is ingehaald. Op de ledencertificaten zal geen verdere uitkering geschieden. Het besluit van de directie

van Koninklijke FrieslandCampina N.V. behoeft de goedkeuring van de raad van commissarissen, van het bestuur (in zijn

hoedanigheid van aandeelhouder) en van de ledenraad.

Lid 6 b. (ii)

Het na toepassing van dit onderdeel b (i) resterend positief saldo wordt uitgekeerd aan de leden en de oud-leden waarvan

het lidmaatschap van de coöperatie is geëindigd in het boekjaar waarop de jaarrekening betrekking heeft, naar rato van

de waarde van de door hen per het einde van het boekjaar waarop de jaarrekening betrekking heeft in dat jaar als lid

geleverde melk, welke waarde wordt berekend alsof het betrof gangbare melk, ongeacht of het betreffende lid gangbare of

bijzondere melk heeft geleverd, tenzij met een lid anders is overeengekomen omtrent de waardevaststelling en/of waarde

van de door dat lid geleverde melk, waartoe uitsluitend het bestuur bevoegd is. Een dergelijke uitkering kan ook geschieden

anders dan in geld. De ledenraad kan op voorstel van het bestuur besluiten dat een dergelijke uitkering aan leden geschiedt

anders dan in geld en aan oud-leden in geld, en omgekeerd.

Voorstel bestemming saldoHet bestuur van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. stelt voor van de winst van EUR 52 miljoen het saldo van EUR 44

miljoen toe te voegen aan de algemene reserve en EUR 8 miljoen toe te voegen aan de reserve ledencertificaten.

AansprakelijkheidDe leden zijn niet aansprakelijk voor de verbintenissen van de coöperatie en iedere verplichting van leden of oud-leden om

bij de vereffening van de coöperatie in een tekort bij te dragen is uitgesloten.

Gebeurtenissen na balansdatumVoor de informatie betreffende gebeurtenissen na balansdatum wordt verwezen naar toelichting 32 van de

geconsolideerde jaarrekening 2013.

Page 103: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

103

Controleverklaring van de onafhankelijke accountantAan: de ledenraad van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. Verklaring betreffende de jaarrekeningWij hebben de in dit jaarverslag opgenomen jaarrekening over 2013 van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. te

Amersfoort gecontroleerd. De jaarrekening omvat de geconsolideerde en de enkelvoudige jaarrekening. De geconsolideerde

jaarrekening bestaat uit de geconsolideerde balans per 31 december 2013, de geconsolideerde winst-en-verliesrekening, het

geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat, het geconsolideerd overzicht vermogensmutaties en het geconsolideerd

kasstroomoverzicht over 2013 en de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de belangrijke grondslagen voor

financiële verslaggeving en overige toelichtingen. De enkelvoudige jaarrekening bestaat uit de enkelvoudige balans per

31 december 2013 en de enkelvoudige winst-en-verliesrekening over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een

overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.

Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de coöperatie is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat

getrouw dient weer te geven in overeenstemming met International Financial Reporting Standards zoals aanvaard binnen

de Europese Unie en met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW), alsmede voor het opstellen

van het jaarverslag in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige

interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van

materieel belang als gevolg van fraude of fouten.

Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze

controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist

dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat

een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.

Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de

toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste

oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang

bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne

beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht

op het inrichten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben

echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de coöperatie.

Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving

en van de redelijkheid van de door het bestuur van de coöperatie gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het

algehele beeld van de jaarrekening.

Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons

oordeel te bieden.

Oordeel betreffende de geconsolideerde jaarrekening Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen

van Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. per 31 december 2013 en van het resultaat en de kasstromen over 2013 in overeen-

stemming met International Financial Reporting Standards zoals aanvaard binnen de Europese Unie en met Titel 9 Boek 2 BW.

Oordeel betreffende de enkelvoudige jaarrekening Naar ons oordeel geeft de enkelvoudige jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen van

Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A. per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met Titel 9

Boek 2 BW.

Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van

het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld,

en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het

jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW.

Amstelveen, 8 april 2014

KPMG Accountants N.V.E.H.W. Weusten RA

Overige gegevens Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Page 104: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

104

in miljoenen euro's, tenzij anders aangegeven

2013 2012 2011 2010 2009

Kerngegevens

Winst-en-verliesrekening

Netto-omzet 11.418 10.309 9.626 8.972 8.160

Bedrijfsresultaat 2 513 407 428 347

Bedrijfsresultaat 313 487 403 434 258

Winst 157 278 216 285 182

Garantieprijs 39,45 33,87 36,94 32,39 26,40

Prestatietoeslag in euro's per 100 kg 1,81 1,42 1,10 1,23 0,59

Reservering ledenobligaties in euro's per 100 kg 1,23 0,95 0,73 0,73 0,35

Melkprijs in euro's per 100 kg (excl. btw 4,41% vet, 3,47% eiwit) 42,49 36,24 38,77 34,35 27,34

Weidemelkpremie in euro's per 100 kg 0,31 0,32 0,03 0,04 0,04

Bijzondere toeslagen in euro's per 100 kg 0,10 0,12 0,12 0,13 0,11

Melkprijs + toeslagen in euro's per 100 kg 42,90 36,68 38,92 34,52 27,49

Balans

Balanstotaal 7.100 6.792 5.661 5.238 4.807

Totaal eigen vermogen 2.341 2.258 2.194 2.007 1.523

Eigen vermogen toe te rekenen aan de aandeelhouder van de vennootschap en overige vermogensverschaffers

1.223 1.217 1.261 1.174 811

Kasstroom

Nettokasstroom uit operationele activiteiten 570 857 511 465 769

Nettokasstroom uit investeringsactiviteiten -576 -702 -340 -239 -206

Afschrijvingen op gebouwen en installaties en amortisatie immateriële activa 213 194 176 210 206

Overige gegevens

Totaal eigen vermogen als % balanstotaal 33,0 33,2 38,8 38,3 31,7

Werknemers (gemiddeld aantal fte's) 21.186 20.045 19.036 19.484 20.034

Totaal verwerkte melk (in miljoenen kg) 10.659 10.215 10.140 10.266 10.755

Melkaanvoer van leden (in miljoenen kg) 9.261 8.860 8.838 8.821 8.685

1 De vergelijkende cijfers zijn aangepast voor de effecten van de nieuwe standaard inzake personeelsbeloningen (IAS 19, herzien 2011). 2 Voor incidentele baten en lasten uit hoofde van fusie gerelateerde (reorganisatie) kosten en bijzondere waardevermindering van goodwill.

Meerjarenoverzicht 1

Overzichten

Page 105: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

105

in euro's per 100 kg melk bij 4,41% vet en 3,47% eiwit, exclusief btw

2013 2012

Vet 19,06 14,88

Eiwit 20,39 18,92

39,45 33,80

Verrekening garantieprijs 0,07

Garantieprijs 39,45 33,87

Prestatietoeslag 1,81 1,42

Reservering ledenobligaties 1,23 0,95

Melkprijs 42,49 36,24

Weidemelkpremie 1 0,31 0,32

Overige toeslagen 2 0,10 0,12

Melkprijs + toeslagen 42,90 36,68

1 Leden-melkveehouders die weidegang toepassen ontvangen een weidemelkpremie van 0,50 euro per 100 kilo melk. Gemiddeld over alle FrieslandCampina ledenmelk is dit 0,31 euro per 100 kilo melk.

2 Overige toeslagen betreffen het totaalbedrag van uitkeringen per 100 kilo melk van Campina melk van 0,90 euro, Landliebe melk van 1,00 euro en het verschil tussen de biologische garantieprijs en de garantieprijs. Gemiddeld over alle FrieslandCampina ledenmelk is dit 0,10 euro per 100 kilo melk.

Melkprijsoverzicht

Overzichten Meerjarenoverzicht - Melkprijsoverzicht

Page 106: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

106 Samenstelling bestuur

Piet (P.) Boer (1960)

Functie voorzitter raad van

commissarissen

Koninklijke FrieslandCampina N.V.,

voorzitter bestuur Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A.

Benoeming 31 december 2008

Nationaliteit Nederlands

Beroep melkveehouder

Overige functies lid raad van commissarissen Alfa

Top-Holding B.V., voorzitter Commissie Duurzame

Melkproductie van NZO

Jan (J.H.G.M.) Uijttewaal (1962)

Functie vicevoorzitter raad

van commissarissen Koninklijke

FrieslandCampina N.V., vicevoorzitter

bestuur Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A.

Benoeming 31 december 2008

Nationaliteit Nederlands

Beroep melkveehouder

Overige functies vicevoorzitter raad van commissarissen

Rabobank Maas en Waal

Sjoerd (S.H.) Galema (1962)

Functie lid raad van commissarissen

Koninklijke FrieslandCampina N.V.,

lid bestuur Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A.

Benoeming 14 december 2011

Nationaliteit Nederlands

Beroep melkveehouder

Overige functies voorzitter raad van commissarissen

Rabobank Sneek-Zuidwest Friesland, lid Raad van

Bezieling Millenniumnetwerk Fryslân, voorzitter van

VNO-NCW Friesland, lid Dagelijks Bestuur VNO-NCW Noord,

lid Algemeen Bestuur VNO-NCW

Angelique (A.A.M.) Huijben-Pijnenburg

(1968)

Functie lid raad van commissarissen

Koninklijke FrieslandCampina N.V.,

lid bestuur Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A.

Benoeming 15 december 2010

Nationaliteit Nederlands

Beroep melkveehoudster

Overige functies lid raad van commissarissen AB Brabant,

lid algemeen bestuur waterschap Brabantse Delta

Jan (J.P.C.) Keijsers (1955)

Functie lid raad van commissarissen

Koninklijke FrieslandCampina N.V.,

lid bestuur Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A.

Benoeming 31 december 2008

Nationaliteit Nederlands

Beroep melkveehouder

Overige functies geen

Frans (F.A.M.) Keurentjes (1957)

Functie

lid raad van commissarissen

Koninklijke FrieslandCampina N.V.,

lid bestuur Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.

Benoeming 31 december 2008

Nationaliteit Nederlands

Beroep melkveehouder

Overige functies lid Provinciale Staten van Groningen,

lid Grondkamer Noord

Page 107: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013

107

Overzichten Samenstelling bestuur

Rooster van benoeming en aftreden raad van commissarissen (per 17 december 2013)

2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025

P. Boer ‹ ‹› ‹›

J.H.G.M. Uijttewaal ‹ ‹› ‹›

S.H. Galema › › ‹

A.A.M. Huijben-Pijnenburg › › ‹

J.P.C. Keijsers ‹ ‹› ‹›

F.A.M. Keurentjes › ‹ ‹›

S.R.F. Ruiter ‹ ‹› ‹›

H. Stöcker › › ‹

W.M. Wunnekink › ‹ ‹›

› treedt af, herbenoembaar

‹ treedt af, niet herbenoembaar

‹› opvolger van huidig lid treedt af, herbenoembaar

Simon (S.R.F.) Ruiter (1958)

Functie lid raad van commissarissen

Koninklijke FrieslandCampina N.V.,

lid bestuur Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A.

Benoeming 31 december 2008

Nationaliteit Nederlands

Beroep melkveehouder

Overige functies provinciaal bestuurder LTO-Noord,

provincie Noord-Holland, lid gemeenteraad Schermer

Hans (H.) Stöcker (1964)

Functie lid raad van commissarissen

Koninklijke FrieslandCampina N.V.,

lid bestuur Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A.

Benoeming 14 december 2011

Nationaliteit Duits

Beroep melkveehouder

Overige functies voorzitter Landesvereinigung

Milch NRW, voorzitter raad van commissarissen

Milchverwertungsgesellschaft NRW, lid Kreisstelle

Oberberg der Landwirtschaftskammerr NRW, lid

Landschaftsbeirat Oberbergischer Kreis, lid Aufsichtsrat

Raiffeisenerzeugergenossenschaft Bergisch Land, voorzitter

vereniging ‘Milch und Kultur Rheinland und Westfalen’

Erwin (W.M.) Wunnekink (1970)

Functie lid raad van commissarissen

Koninklijke FrieslandCampina N.V.,

lid bestuur Zuivelcoöperatie

FrieslandCampina U.A.

Benoeming 16 december 2009

Nationaliteit Nederlands

Beroep melkveehouder

Overige functies geen

Page 108: Zuivelcoöperatie FrieslandCampina U.A.Jaarverslag 2013