Zuiderkwelweg - RVO.nl · PW6 PW7 RW1 RW2 RW3 RW4 RW5 RW6 RW7 RW8 RW9 RW10 PW1 3,1m1 3,m1 3,m1...

35
Lange Middenmeertocht K 00356 K 00049 K 00059 K 00410 K 00410 K 00410 K 00410 K 00411 K 00052 VOETGANGERSBRUG BREED 1,0 M, LENGTE 20,0 M DOORVAARTHOOGTE 1,5 M X=132663.67 Y=536898.81 GE-3.2-130 CONTAINERS EN PARKEREN BREED 4 M, LENGTE 28 M KRAANPLATFORM BREED 20 M, LENGTE 50-60 M SLOOTKRUISING '09 '$0 0(7 '8,.(5 00 /(1*7( 0 4,00 R=10,00 R=65,00 5,00 5,00 2 2 BOUWWEG VAN RIJPLATEN ZIE PRINCIPEPROFIEL 2 - 2 4,00 4,00 LANDGEBRUIK PERCEEL 2: GRAS LANDGEBRUIK PERCEEL 1: MAIS 0$; '58. .10ð AFMETING FUNDERING INDICATIEF EN VOORZIEN VAN WILDROOSTER SLOOTKRUISING '09 '$0 0(7 '8,.(5 00 /(1*7( 0 EN VOORZIEN VAN WILDROOSTER AANLEG BETONPAD BREED 4,0 M ZIE PRINCIPEPROFIEL 2 - 2 BETONPAD AANSLUITEN OP BESTAANDE BETONVERHARDING VERBREDEN WATERGANG 0,5 M VERBREDEN WATERGANG 0,5 M LENGTE 80 M LENGTE 80 M PW7 VERBREDEN WATERGANG 0,5 M LENGTE 80 M VERBREDEN WATERGANG 0,5 M LENGTE 80 M Schaal 1:50 Principeprofiel 1 - 1 bouwweg 3,50 0,50 4,00 0,50 sloot platenbaan op 0,20 m zand en met worteldoek onder het zand 1,00 2,00 1,00 1,00 4,00 2,00 as-weg 4,00 verharding van beton, dik 240mm c28-35, milieuklasse xf4 afwerking: bezemtextuur bescherming: curing compound 0,20 kg/m2 PEIL+0.08 M.V. = PEIL <-1% Schaal 1:50 Principeprofiel 2 - 2 betonpad tijdelijke bouwweg van rijplaten grond ontgraven t.b.v. cunet vrijkomende grond aanvullen in de bermen, restant afvoeren 1,00 1,50 1,50 1,00 1,50 1,50 rijplaat rijplaat rijplaat rijplaat K 00307 K 00069 12,00 12,00 40,95 - VRIJKOMENDE GROND UITKILVEREN OVER HET LAND - AFMETINGEN FUNDERING INDICATIEF R=10,00 1 1 BOUWWEG VAN RIJPLATEN ZIE PRINCIPEPROFIEL 1 - 1 Meteomast MM6 LANDGEBRUIK TOT JULI: IJSBERGSLA VANAF JULI: GROENBEMESTER BOUWWEG VAN RIJPLATEN TOT AAN DE ERFVERHARDING 374,36 X=132384.419 Y=536649.474 202,63 WK-06 WK-07 WK-08 KT-03 KT-04 KT-05 KT-06 KT-07 KT-08 KT-09 KT-10 GT-01 GT-02 GT-03 GT-04 GT-05 GT-06 OT-03 OT-04 OT-05 OT-06 OT-08 OT-07 OK-02 OK-01 OT-02 2 KT-01 KT-02 PW2 PW3 PW4 PW5 PW6 PW7 RW1 RW2 RW3 RW4 RW5 RW6 RW7 RW8 RW9 RW10 PW1 WD-04 WD-03 WD-02 WD-01 NB-05 NB-06 NB-07 NB-08 NB-09 NB-03 NB-02 B-01 NB-04 WK-01 WK-02 WK-03 WK-04 WK-05 WT-01 OT-09 OT-10 OT-11 OT-12 OT-13 GT-07 OT-01 T-07 MT-01 MT-02 MT-03 MT-04 MT-05 KT-11 KT-12 KT-13 PM-01 OW-01 OT-00 WT-02 MM6 2015-037-D- EWTW-II-300.dwg 4-6-2015 Alle rechten voorbehouden Plotdatum : Projectnummer c Titel Onderdeel Bijlagenummer Tekeningnummer Rev. Dat. Filenaam Besteknummer Acc. Gez. Opdrachtgever Project Get. Schaal Datum Acc. Formaat PROTOTYPELOCATIE PW7 ECN TE WIERINGERMEER WINDTURBINE PW7 EN MEETMAST MM6 [GE-3.2-130] Tekening t.b.v. vergunningen DEFINITIEF J.Meijerink 04-06-2015 1:1000 A1 verl. 1050 N.V.T EWTW-II-300 Voor meetmast zie tekening S5 met-107m-315-wieringermeer d.d. 30-04-2015 9RRU NDEHOWUDFp ]LH WHNHQLQJ (:7:,, GG Coordinaten in NL-RD stelsel Maten in meters, tenzij anders aangegeven W:\PROJECTEN\2015-037 JEROEN VAN LEUSEN - ECN TURBINE PW7\6-TEKENINGEN\2-DEFINITIEF ONTWERP\2015-037-D- EWTW-II-300.DWG Schaal : 1:500 Formaat : 594x1050 PW7 MM6

Transcript of Zuiderkwelweg - RVO.nl · PW6 PW7 RW1 RW2 RW3 RW4 RW5 RW6 RW7 RW8 RW9 RW10 PW1 3,1m1 3,m1 3,m1...

Lange Middenmeertocht

K 00356K 00049

K 00059

K 00410K 00410K 00410K 00410

K 00411K 00052

VOETGANGERSBRUG

BREED 1,0 M, LENGTE 20,0 M

DOORVAARTHOOGTE 1,5 M

X=132663.67

Y=536898.81

GE-3.2-130

CONTAINERS EN PARKEREN

BREED 4 M, LENGTE 28 M

KRAANPLATFORM

BREED 20 M, LENGTE 50-60 M

SLOOTKRUISING

D.M.V. DAM MET DUIKER Ø 600 MM, LENGTE 12,0 M

4,0

0

R

=

1

0

,

0

0

R

=

6

5

,

0

0

5,00

5,00

22

BOUWWEG VAN RIJPLATEN

ZIE PRINCIPEPROFIEL 2 - 2

4,0

0

4,0

0

LANDGEBRUIK

PERCEEL 2: GRAS

LANDGEBRUIK

PERCEEL 1: MAIS

MAX. DRUK 100 KN/M²

AFMETING FUNDERING INDICATIEF

EN VOORZIEN VAN WILDROOSTER

SLOOTKRUISING

D.M.V. DAM MET DUIKER Ø 600 MM, LENGTE 12 M

EN VOORZIEN VAN WILDROOSTER

AANLEG BETONPAD BREED 4,0 M

ZIE PRINCIPEPROFIEL 2 - 2

BETONPAD AANSLUITEN

OP BESTAANDE BETONVERHARDING

VERBREDEN WATERGANG 0,5 MVERBREDEN WATERGANG 0,5 M

LENGTE 80 M LENGTE 80 M

PW7

VERBREDEN WATERGANG 0,5 M

LENGTE 80 M

VERBREDEN WATERGANG 0,5 M

LENGTE 80 M

Schaal 1:50

Principeprofiel 1 - 1 bouwweg

3,50 0,50 4,00 0,50

sloot

platenbaan op 0,20 m zand

en met worteldoek onder het zand

1,00 2,00 1,00 1,00

4,00

2,00

as-w

eg

4,00

verharding van beton, dik 240mm

c28-35, milieuklasse xf4

afwerking: bezemtextuur

bescherming: curing compound

0,20 kg/m2

PEIL+0.08

M.V. = PEIL

<-1%

Schaal 1:50

Principeprofiel 2 - 2 betonpad

tijdelijke bouwweg van rijplaten

grond ontgraven t.b.v. cunet

vrijkomende grond aanvullen in de bermen, restant afvoeren

1,00 1,501,50

1,00 1,501,50

rijplaatrijplaat

rijplaat rijplaat

K 00307K 00069

12

,0

0

12,00

40,95

- VRIJKOMENDE GROND UITKILVEREN OVER HET LAND

- AFMETINGEN FUNDERING INDICATIEF

R

=

1

0

,

0

0

1 1

BOUWWEG VAN RIJPLATEN

ZIE PRINCIPEPROFIEL 1 - 1

Meteomast MM6

LANDGEBRUIK

TOT JULI: IJSBERGSLA

VANAF JULI: GROENBEMESTER

BOUWWEG VAN RIJPLATEN

TOT AAN DE ERFVERHARDING

3

7

4

,

3

6

X=132384.419

Y=536649.474

20

2,6

3

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

WK-06

WK-07

WK-08

KT-03

KT-04

KT-05

KT-06

KT-07

KT-08

KT-09

KT-10

GT-01

GT-02

GT-03

GT-04

GT-05

GT-06

OT-03

OT-04

OT-05

OT-06

OT-08

OT-07

OK-02

OK-01

0m1

OT-02

UT-12

KT-01

KT-02

PW2

PW3

PW4

PW5

PW6

PW7

RW1

RW2

RW3

RW4

RW5

RW6

RW7

RW8

RW9

RW10

PW1

3,1m1

3,m1

3,m1

WD-04

WD-03

WD-02

WD-01

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

NB-05

NB-06

NB-07

NB-08

NB-09

NB-03

NB-02

NB-01

1m1

1m1

NB-04

0m1

0.28m1

0.15m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

WK-01

WK-02

WK-03

WK-04

WK-05

WT-01

1m1

1m1

0m1

OT-09

OT-10

OT-11

OT-12

OT-13

0.36m1

GT-07

0.36m1

0.36m1

0.42m1

0.41m1

0.41m1

0.41m1

0.41m1

0.41m1

0.41m1

0.41m1

OT-01

0.40m1

0.15m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

WT-07

4,1m1

5,2m1

3,9m1

3,8m1

MT-01

MT-02

MT-03

MT-04

4,4m1

MT-05

0m1

0m1

0m1

KT-11

KT-12

KT-13

PM-01

OW-01

0.38m1

OT-00

WT-02

0m1

R=0.16m1

R=0.18m1

5m1

MM6

2015-037-D- EWTW-II-300.dwg

4-6-2015

Alle rechten voorbehouden

Plotdatum :

Projectnummer

c

Titel

Onderdeel

BijlagenummerTekeningnummer Rev. Dat.

Filenaam

BesteknummerAcc.

Gez.

Opdrachtgever

Project

Get. SchaalDatumAcc. Formaat

PROTOTYPELOCATIE PW7 ECN

TE WIERINGERMEER

WINDTURBINE PW7 EN MEETMAST MM6 [GE-3.2-130]

Tekening t.b.v. vergunningen

DEFINITIEF

J.Meijerink 04-06-2015 1:1000

A1 verl. 1050

N.V.T

EWTW-II-300

Voor meetmast zie tekening S5 met-107m-315-wieringermeer d.d. 30-04-2015

Voor kabeltracé zie tekening EWTW-II-301 d.d. 04-06-2015

Coordinaten in NL-RD stelsel

Maten in meters, tenzij anders aangegeven

W:\PROJECTEN\2015-037 JEROEN VAN LEUSEN - ECN TURBINE PW7\6-TEKENINGEN\2-DEFINITIEF ONTWERP\2015-037-D- EWTW-II-300.DWG Schaal : 1:500 Formaat : 594x1050

PW7

MM6

5,00

Lange Middenmeertocht

Zu

id

erkw

elw

eg

MM4

MM5

PW4

K 00356

K 00307

K 00049

K 00069

K 00059

K 00400

K 00399K 00399K 00399

K 00412K 00412K 00412K 00412K 00412K 00412

K 00414K 00414K 00414K 00414

K 00284

K 00410K 00410K 00410K 00410

K 00411

K 00074

K 00052

K 00073

M 00356

M 00369M 00369

M 00354M 00354M 00354

M 00355

M 00370

M 00371

M 00297

K 00268

PW6PW5

X=132663.67

Y=536898.81

GE-3.2-130

Meteomast MM6

LANDGEBRUIK

TOT JULI: IJSBERGSLA

VANAF JULI: GROENBEMESTER

LANDGEBRUIK

PERCEEL 2: GRAS

LANDGEBRUIK

PERCEEL 1: MAIS

X=132384.419

Y=536649.474

2

2

1

1

GESTUURDE BORING HDPE Ø 110, LENGTE CA. 65 M

t.b.v. 1xLS 4x50Cu + 1xGVK 7x5DB

TRACE T.B.V. LS EN GLASVEZEL

BREED 0,30 M, DIEP MV -1,20M

TRACE T.B.V. 10 KV-KABEL, LS EN GLASVEZEL

BREED 1,00 M, DIEP MV -1,20M

BESTAAND KABELTRACE [INDICATIEF INGETEKEND]

BESTAAND KABELTRACE [INDICATIEF INGETEKEND]

BESTAANDE GESTUURDE BORING

Hoe

kva

art

PW 7

TRACE T.B.V. 10 KV-KABEL, LS EN GLASVEZEL

BREED 1,00 M, DIEP MV -1,20M

TRACE T.B.V. 10 KV-KABEL, LS EN GLASVEZEL

BREED 1,00 M, DIEP MV -1,20M

GESTUURDE BORING HDPE Ø 160

LENGTE CA. 95 M, t.b.v. 1xMS 3x240AI

BESTAANDE GESTUURDE BORING

TRACE T.B.V. 400 V-KABEL EN GLASVEZEL

VOOR CONTAINEROPSTELPLEK

LANGE MIDDENMEERTOCHT1:100

-11.00

Hoogten mv

Hoogten water

Hoogten slib

Hoogten

0.00

-4.89

0.00

-4.89

3.20

-4.93

3.20

-4.93

5.02

-5.04

5.02

-5.04

7.47

-6.30

7.47

-6.30

8.83

-6.61

8.83

-6.61

8.83

-6.61

9.82

-7.40

9.82

-7.40

9.82

-7.40

10.87

-7.52

10.87

-7.52

10.89

-8.36

10.89

-8.36

12.67

-7.79

12.67

-7.79

12.70

-8.55

12.70

-8.55

14.01

-7.76

14.01

-7.76

14.04

-8.37

14.04

-8.37

16.60

-8.01

16.60

-8.01

16.62

-7.54

16.62

-7.54

18.07

-7.92

18.07

-7.92

18.12

-7.36

18.12

-7.36

19.31

-7.10

19.31

-7.10

19.31

-7.10

20.18

-6.72

20.18

-6.72

20.18

-6.72

21.24

-6.01

21.24

-6.01

22.53

-5.43

22.53

-5.43

23.27

-4.92

23.27

-4.92

26.09

-4.72

26.09

-4.72

30.11

-4.52

30.11

-4.52

HOEKVAART1:100

-12.00

Hoogten mv

Hoogten water

Hoogten slib

0.00

-5.16

5.01

-5.23

10.80

-5.58

12.12

-6.42

13.26

-6.78

13.26

-6.78

14.22

-7.34

14.22

-7.34

16.78

-7.64

16.96

-8.10

22.49

-7.97

23.43

-9.10

27.02

-9.26

27.21

-8.07

32.12

-7.98

32.18

-9.11

36.04

-8.35

36.18

-7.73

39.61

-7.65

39.61

-7.65

40.85

-6.75

40.85

-6.75

42.19

-6.32

44.53

-5.26

DWARSPROFIEL 1-1

DWARSPROFIEL 2-2

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

WK-06

WK-07

WK-08

KT-03

KT-04

KT-05

KT-06

KT-07

KT-08

KT-09

KT-10

GT-01

GT-02

GT-03

GT-04

GT-05

GT-06

OT-03

OT-04

OT-05

OT-06

OT-08

OT-07

OK-02

OK-01

0m1

OT-02

UT-12

KT-01

KT-02

PW2

PW3

PW4

PW5

PW6

PW7

RW1

RW2

RW3

RW4

RW5

RW6

RW7

RW8

RW9

RW10

PW1

3,1m1

3,m1

3,m1

WD-04

WD-03

WD-02

WD-01

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

NB-05

NB-06

NB-07

NB-08

NB-09

NB-03

NB-02

NB-01

1m1

1m1

NB-04

0m1

0.28m1

0.15m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

WK-01

WK-02

WK-03

WK-04

WK-05

WT-01

1m1

1m1

0m1

OT-09

OT-10

OT-11

OT-12

OT-13

0.36m1

GT-07

0.36m1

0.36m1

0.42m1

0.41m1

0.41m1

0.41m1

0.41m1

0.41m1

0.41m1

0.41m1

OT-01

0.40m1

0.15m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

0m1

WT-07

4,1m1

5,2m1

3,9m1

3,8m1

MT-01

MT-02

MT-03

MT-04

4,4m1

MT-05

0m1

0m1

0m1

KT-11

KT-12

KT-13

PM-01

OW-01

0.38m1

OT-00

WT-02

0m1

R=0.16m1

R=0.18m1

5m1

MM6

2015-037-D- EWTW-II-301.dwg

4-6-2015

Alle rechten voorbehouden

Plotdatum :

Projectnummer

c

Titel

Onderdeel

BijlagenummerTekeningnummer Rev. Dat.

Filenaam

BesteknummerAcc.

Gez.

Opdrachtgever

Project

Get. SchaalDatumAcc. Formaat

PROTOTYPELOCATIE PW7 ECN

TE WIERINGERMEER

SITUATIETEKEING KABELTRACEES EN PROFIELEN

Tekening t.b.v. vergunningen

DEFINITIEF

J.Meijerink 04-06-2015 1:2000

A1 verl. 1050

N.V.T

EWTW-II-301

Voor overige onderdelen zie tekening EWTW-II-300 d.d. 04-06-2015

Coordinaten in NL-RD stelsel

Maten in meters, tenzij anders aangegeven

W:\PROJECTEN\2015-037 JEROEN VAN LEUSEN - ECN TURBINE PW7\6-TEKENINGEN\2-DEFINITIEF ONTWERP\2015-037-D- EWTW-II-301.DWG Schaal : 1:500 Formaat : 594x1050

PW7

MM6

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 1

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 15042

Meetmast Wieringermeer Gemeente Hollands Kroon

Inventariserend Veldonderzoek (IVO-O); Bureauonderzoek, oppervlaktekartering en

karterend booronderzoek

Richard Exaltus

Joep Orbons

Mei 2015

ArcheoPro

Concept versie 13-05-2015 (Zonder opmerkingen zal deze versie na 3 maanden als definitief rapport worden opgeleverd)

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 2

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Colofon Opdrachtgever: ECN Status: Concept versie 13-05-2015 Projectcode : 15-086 Bestandsnaam : ArcheoPro, Meetmast Wieringermeer, 2015 05 13 Archis melding (OM nummer): 66817 Bevoegd gezag: Gemeente Hollands Kroon Opslagplaats documentatie: Provincie Noord-Holland ISSN: 1569-7363 Auteur: Richard Exaltus, Joep Orbons Projectleider: Richard Exaltus Projectmedewerkers: Richard Exaltus, Joep Orbons, Hon Rik Onderaannemers : nvt Autorisatie: Drs. R.P. Exaltus; senior-archeoloog

Uitgegeven door ArcheoPro © Copyright 2015 ArcheoPro, Eijsden ArcheoPro Sint Jozefstraat 45 Tel : 0(0 31) 43 3672586 Kamer van Koophandel Limburg: 14117581 NL 6245 LL Eijsden www.archeopro.nl e-mail: [email protected] Nederland

ArcheoPro Archeologisch rapport Nr 15042

Meetmast Wieringermeer Gemeente Hollands Kroon

Inventariserend Veldonderzoek (IVO-O); Bureauonderzoek, oppervlaktekartering en

karterend booronderzoek

Concept versie 13-05-2015 (Zonder opmerkingen zal deze versie na 3 maanden als definitief

rapport worden opgeleverd)

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 3

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave .................................................................................................................................................................... 3 Samenvatting ....................................................................................................................................................................... 4 1. Inleiding ............................................................................................................................................................................ 5 1.1 Algemeen ....................................................................................................................................................................... 5 1.2 Locatiegegevens .......................................................................................................................................................... 5 1.3 Aard van de ingreep .................................................................................................................................................. 5 1.4 Onderzoek ..................................................................................................................................................................... 6 2 Bureauonderzoek ........................................................................................................................................................... 8 2.1 Methode en bronnen ................................................................................................................................................. 8 2.2 Geo(morfo)logie, aardkunde en bodem ......................................................................................................... 10 2.3 Archeologie ................................................................................................................................................................ 16 2.4 Historie ........................................................................................................................................................................ 19 2.5 Gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel .................................................................................... 20 2.6 Onderzoeksstrategie .............................................................................................................................................. 21 3 Veldonderzoek ............................................................................................................................................................. 22 3.1 Verrichte werkzaamheden .................................................................................................................................. 22 3.2 Resultaten oppervlaktekartering ...................................................................................................................... 22 3.3 Resultaten booronderzoek .................................................................................................................................. 23 4 Conclusies en aanbevelingen (beleidsadvies) ................................................................................................. 26 Verklarende woordenlijst ............................................................................................................................................ 27 Archeologische tijdschaal ............................................................................................................................................ 27 Bronnen .............................................................................................................................................................................. 28 Literatuur ........................................................................................................................................................................... 29 Bijlage 1: Boorbeschrijving ......................................................................................................................................... 30 Betekenis van de afkortingen: ................................................................................................................................... 30

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 4

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Samenvatting

Op 11 mei 2015 is door ArcheoPro een Inventariserend Veldonderzoek Overig (IVO-O) uitgevoerd op een terrein tussen de Lange Middenmeertocht en de Oostermiddenmeerweg in de gemeente Hollands Kroon. Het archeologisch onderzoek betrof een Inventariserend Veldonderzoek Overig (IVO-O) met bureaustudie. Bureauonderzoek heeft tot doel om op basis van beschikbare informatie te komen tot een gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel. Het Inventariserend Veldonderzoek heeft vervolgens tot doel om het gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel te toetsen door middel van veldwaarnemingen. Hiermee kan de vraagstelling beantwoord worden of binnen het plangebied archeologische waarden aanwezig (kunnen) zijn en of deze vervolgonderzoek en/of planaanpassing vereisen. Volgens het gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel geldt voor het plangebied een middelhoge archeologische verwachting voor archeologische resten daterend uit het neolithicum en de bronstijd. Tevens geldt een middelhoge verwachting voor resten uit de middeleeuwen en de nieuwe tijd. Om de kans op het aantreffen van archeologische indicatoren zo groot mogelijk te maken zijn binnen het plangebied zeven boringen gezet met behulp van een guts. Tevens is een vlakdekkende oppervlaktekartering uitgevoerd. Uit de resultaten van het booronderzoek blijkt dat de ondergrond van het plangebied vanaf ongeveer anderhalve meter diepte, uit matig grof waterverzadigd zand bestaat. Hier bovenop liggen gelaagde zand- en kleipakketten die zijn gevormd in een dynamisch afzettings (getijde-)milieu. In de drie meest zuidelijke boringen bestaan deze afzettingen uit zwak humeus, geoxideerd zand met slechts een enkel zandlaagje. Dit deel van het plangebied lijkt derhalve op het best ontwikkelde deel van de inversierug te liggen die het plangebied doorsnijdt. Ook op dit deel van het plangebied zijn echter geen houtskoolspikkels, vegetatiehorizonten of andere verschijnselen aangetroffen die met bewoning in de steentijd in verband zouden kunnen worden gebracht. Ook de uitvoering van een oppervlaktekartering heeft ondanks de goede vondstzichtbaarheid ten tijde va het veldonderzoek, geen archeologische indicatoren opgeleverd. De resultaten van het onderzoek geven geen derhalve aanleiding om archeologisch vervolgonderzoek te adviseren. Evenmin zijn tijdens het onderzoek archeologische resten aangetroffen waarmee tijdens de verdere planvorming of bij de uitvoering van de geplande werkzaamheden rekening zou moeten worden gehouden.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 5

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

1. Inleiding

1.1 Algemeen

Opdrachtgever: ECN Datum uitvoeringveldwerk: 11 mei 2015 Archis onderzoeksmelding: 66817 Bevoegd gezag: Gemeente Hollands Kroon Bewaarplaats vondsten: Provincie Noord-Holland Bewaarplaats documentatie: Provincie Noord-Holland

1.2 Locatiegegevens

Provincie: Noord-Holland Gemeente: Hollands Kroon Plaats: Wieringermeer Toponiem: Meetmast Globale ligging: Ten oosten van Middenmeer; tussen de Lange

Middenmeertocht en de Oostermiddenmeerweg Hoekcoördinaten plangebied: 132374 / 536566

132374 / 536646 132454 / 536646 132454 / 536566

Oppervlakte plangebied: 0,5 ha Grondgebruik: Akker Hoogteligging: ± 4 m -NAP Bepaling locaties: GPS Garmin, meetlinten

1.3 Aard van de ingreep

Aard ingreep: De bouw van een zendmast

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 6

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

1.4 Onderzoek

Op 11 mei 2015 is door ArcheoPro een Inventariserend Veldonderzoek Overig (IVO-O) uitgevoerd op een terrein tussen de Lange Middenmeertocht en de Oostermiddenmeerweg in de gemeente Hollands Kroon. Het archeologisch onderzoek betrof een Inventariserend Veldonderzoek Overig (IVO-O) met bureaustudie. Bureauonderzoek heeft tot doel om op basis van beschikbare informatie te komen tot een gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel. Het Inventariserend Veldonderzoek heeft vervolgens tot doel om het gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel te toetsen door middel van veldwaarnemingen. Hiermee kan de vraagstelling beantwoord worden of binnen het plangebied archeologische waarden aanwezig (kunnen) zijn en of deze vervolgonderzoek en/of planaanpassing vereisen. Het plangebied ligt in een gebied waar een gemeentelijk archeologisch beleid is vastgesteld. Op grond van dit beleid valt het plangebied in een zone waarbinnen archeologisch onderzoek vereist is bij bodemingrepen die groter zijn dan vijfhonderd vierkante meter en die dieper reiken dan veertig centimeter. Om in deze zone een omgevingsvergunning te kunnen verkrijgen, dient de initiatiefnemer een rapport te overleggen waarin naar oordeel van de bevoegde overheid de archeologische waarde van het plangebied voldoende is vastgesteld. In het kader van dit proces heeft het in dit rapport beschreven onderzoek plaatsgevonden. ArcheoPro voert haar onderzoeken uit conform de hiervoor vastgelegde normen en richtlijnen (KNA 3.3) en is door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) vergunning verleend tot het verrichten van bepaalde archeologische werkzaamheden in het kader van het doen van opgravingen, bestaande uit prospectie door middel van booronderzoek. Het onderzoek is uitgevoerd door drs. R.P. Exaltus (senior-archeoloog), ing. P.J. Orbons (senior vakspecialist) en H. Rik (veldtechnicus).

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 7

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Figuur 1: De ligging van het plangebied (rood omlijnd) met daaromheen de cirkel die de buitengrens van het onderzoeksgebied aangeeft.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 8

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

2 Bureauonderzoek

2.1 Methode en bronnen

Onderzoeksgebied bureauonderzoek: Cirkel met een straal van één kilometer rond het centrum van het plangebied Tijdens het bureauonderzoek wordt door de bestudering van beschikbare bronnen, kennis vergaard omtrent de bodem en geologie van het onderzoeksgebied en de hierin bekende en te verwachten archeologische waarden. Aan de hand van de resultaten van het bureauonderzoek kan de beste aanpak voor het veldonderzoek worden bepaald. Hierbij zijn de volgende bronnen geraadpleegd (voor bronvermelding; zie ook literatuurlijst, dit geldt ook voor de kaarten die in de tekst opgenomen zijn): Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN) Archeologische MonumentenKaart (AMK) ARCHeologisch Informatie Systeem (ARCHIS) Atlas van topografische kaarten Nederland 1955-1965, 1:50.000 Bodemkaart 1:50.000 Gemeente Hollands Kroon, Archeologische beleidskaart Geomorfologische kaart 1:50.000 Geologische kaart 1:50.000 Grote historische atlas van Nederland 1:50.000 1838-1857 (Deel West) Grote historische topografische atlas van Nederland, provincie Noord-Holland 1:25.000

1894-1926 Indicatieve Kaart Archeologische Waarden (IKAW) Kadastrale minuutplan met aanwijzende tafels, 1830

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 9

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Figuur 2: Luchtfoto met daarop rood omlijnd het plangebied.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 10

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

2.2 Geo(morfo)logie, aardkunde en bodem

In de Wieringermeerpolder ligt de top van het pleistocene afzettingen op een diepte van circa 10 tot 11 meter beneden NAP. Rond 5100 jaar voor heden is het plangebied door de voortgaande zeespiegelstijging binnen een getijdengebied komen te liggen. Hierbij zijn wad- en kwelderafzettingen gevormd die gerekend worden tot het Laagpakket van Wormer. Na verloop van tijd werd de invloed van de zee minder en werd het milieu zoeter. In het ondiepe water ging vegetatie groeien en ontstond veen. Hierdoor is het Wormer Laagpakket afgedekt door een pakket veen dat het Hollandveen Laagpakket genoemd wordt en dat onderdeel uitmaakt van de Formatie van Nieuwkoop. Rond 3800 jaar voor heden is de gehele Wieringermeer bedekt geraakt met veen. Vanaf ongeveer 800 na Chr. nam de invloed van de zee weer toe. Ditmaal niet vanuit het zuiden maar vanuit het noorden. Het Hollandveen raakte hierdoor afgedekt met mariene afzettingen of werd geërodeerd. De mariene afzettingen bestaan uit zandige kreekopvullingen, klei- en kwelderafzettingen en behoren tot het Laagpakket van Walcheren. Over het algemeen zijn de afzettingen direct langs de voormalige kreken zandig en neemt de kleiigheid toe naarmate de afstand tot de kreek groter wordt. Op grote afstand van voormalige kreken zal met name zware klei zijn afgezet. Daar waar het veen geërodeerd is door inbraken van de zee zullen de jonge afzettingen van het Laagpakket van Walcheren direct op de oudere afzettingen van het Laagpakket van Wormer liggen. Tot 1924 heeft de huidige Wieringermeerpolder in open verbinding gestaan met de zee. Rond 1924 is begonnen met de aanleg van een dijk en het droogpompen van de hierdoor ontstane Wieringermeerpolder. In 1934 was de inpoldering voltooid en is de polder in gebruik genomen. Op de geomorfologische kaart ligt het plangebied binnen een vlakte van getijdenafzettingen (Figuur 4; legenda-eenheid 2M35) die ter plaatse van het plangebied doorsneden wordt door een getij-inversierug (Figuur 4; legenda-eenheid 3K33). Op de uitsnede uit het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN; figuur 5) is deze getij-inversierug duidelijk herkenbaar. Het ontstaan van getij-inversieruggen is het gevolg van het na ontwatering, in mindere mate klinken van zandige afzettingen ten opzichte van sterk kleiige en venige afzettingen. Hierdoor komen oude kreeklopen vaak als ruggen in het landschap te liggen. De bodems bestaan binnen het plangebied volgens de bodemkaart uit Wieringermeergronden die zijn gevormd in zand en lichte zavel, kalkrijk (legenda-eenheid AZW1A op figuur 6), uit kalkrijke poldervaaggronden die zijn gevormd in lichte zavel (legenda-eenheid Mn12A op figuur 6), of uit kalkhoudende vlakvaaggronden die zijn gevormd in zeer fijn zand (legenda-eenheid Zn40A op figuur 6).

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 11

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Figuur 3: Uitsnede uit de paleogeografische kaart met daarin rood omlijnd het plangebied met daaromheen de cirkel die de buitengrens van het onderzoeksgebied aangeeft.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 12

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Figuur 4: Uitsnede uit de geomorfologische kaart met daarin rood omlijnd het plangebied met daaromheen de cirkel die de buitengrens van het onderzoeksgebied aangeeft.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 13

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Figuur 5: Uitsnede uit het Actueel Hoogtebestand Nederland met daarin rood omlijnd het plangebied met daaromheen de cirkel die de buitengrens van het onderzoeksgebied aangeeft.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 14

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Figuur 6: Uitsnede uit de bodemkaart met daarin rood omlijnd het plangebied met daaromheen de cirkel die de buitengrens van het onderzoeksgebied aangeeft. Voor uitleg van de codes, zie hoofdstuk 2.2

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 15

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Figuur 7: Uitsnede uit de grondwatertrappenkaart met daarin rood omlijnd het plangebied met daaromheen de cirkel die de buitengrens van het onderzoeksgebied aangeeft.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 16

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

2.3 Archeologie

Binnen de Wieringermeerpolder bestaan de bekende archeologische waarden uit vondsten uit de periode neolithicum tot bronstijd en de periode middeleeuwen tot en met de nieuwe tijd. De eerste categorie betreft met name nederzettingsresten op kreekruggen en oeverwallen en de twee categorie betreft overwegend scheepswrakken. Binnen het onderzoeksgebied ligt slechts één bekende archeologische vindplaats. Het betreft de waarneming 8059. Het gaat om de vondst van een stenen bijl uit het neolithicum die op ruim zeshonderd meter ten zuiden van het plangebied is aangetroffen. Pal ten zuiden van het onderzoeksgebied ligt de waarneming 408430 die de vondst betreft van een scheepswrak uit de periode middeleeuwen tot nieuwe tijd.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 17

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Figuur 8: Kaart met Archis-gegevens met daarop een cirkel met een straal van één kilometer rond het plangebied die de buitengrens van het onderzoeksgebied aangeeft.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 18

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Figuur 9: Uitsnede uit de gemeentelijke beleidskaart

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 19

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

2.4 Historie

Na begin van de werkzaamheden in 1924, viel de polder in 21 augustus 1930, uiteindelijk droog. De kaarten uit 1845 en 1934 (zie figuur 10), tonen de ligging van het plangebied voor en kort na de inpoldering. De kaarten uit 1960 en 2008 laten zien dat het plangebied sinds de inpoldering altijd in gebruik is gebleven als akkerland.

Figuur 10: Uitsneden uit de topografische kaarten uit achtereenvolgens: 1837, 1891, 1960 en 2008.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 20

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

2.5 Gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel

Specifieke ligging (locatie) Het plangebied ligt binnen de in 1930 drooggevallen Wieringermeerpolder binnen een getijdevlakte die ter plaatse van het plangebied doorsneden wordt door een inversierug. Het plangebied is sinds de inpoldering altijd in gebruik gebleven voor de akkerbouw. Verwachte perioden (datering) Op basis van de ligging op een inversierug moet worden geconcludeerd dat voor het plangebied minimaal een middelhoge archeologische verwachting geldt voor archeologische resten daterend uit het neolithicum en de bronstijd. Tevens geldt een middelhoge verwachting voor resten uit de middeleeuwen en de nieuwe tijd. Complextypen Eventuele nederzettingsresten uit het mesolithicum en het neolithicum kunnen zowel bestaan uit basisnederzettingen met een oppervlakte tussen 200 en 1.000 m² of uit kleine tijdelijke kampementjes met zeer geringe afmetingen die nauwelijks meer zijn dan de neerslag van een enkele (jacht)activiteit of een kortstondig kamp. De omvang hiervan kan beperkt zijn tot enkele (tientallen) vierkante meters. Tevens kunnen resten van begravingen, zowel in de vorm van crematiegraven als van inhumatiegraven, aanwezig zijn. Uiterlijke kenmerken Vindplaatsen uit het mesolithicum en het neolithcum zullen binnen het plangebied uit vondststrooiingen bestaan met eventuele ondiepe sporen in de ondergrond die afgedekt worden door de bouwvoor. Eventueel kan door verploeging ook vondstmateriaal uit de onderliggende bodem onderin de bouwvoor zijn terechtgekomen. Het kan hierbij gaan om vuursteen, aardewerk, houtskool en concentraties van schelpresten. Resten uit de middeleeuwen en de nieuwe tijd kunnen in en onder de bouwvoor voorkomen als concentraties van vondstmateriaal zoals metaal, aardewerk en hout. Ook kunnen eventueel concentraties van scheepsballast aanwezig zijn zoals baksteen. Mogelijke verstoringen Door het gebruik als akker is naar verwachting de bovenste veertig centimeter van de bodem verstoord.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 21

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

2.6 Onderzoeksstrategie

Tijdens het veldwerk moet allereerst worden vastgesteld hoe de bodem is opgebouwd, in hoeverre deze intact is en of hierin archeologische indicatoren aanwezig (kunnen) zijn. Om de bodemopbouw zo exact mogelijk te kunnen bestuderen kan het beste gebruik gemaakt worden van een guts. Indien blijkt dat de huidige grondbewerking tot in de natuurlijke bodem reikt en een goede vondstzichtbaarheid heerst, is een oppervlaktekartering het meest geschikt voor het opsporen van archeologische indicatoren. Op zeshonderd meter afstand van het plangebied is bijvoorbeeld een stenen bijl uit het neolithicum aangetroffen als oppervlaktevondst. Indien een oppervlaktekartering niet mogelijk is of in onvoldoende mate effectief zal zijn, wordt nageboord met een edelmanboor met een diameter van 15 cm. Het hiermee opgeboorde materiaal wordt gezeefd op een zeef met een maaswijdte van vier millimeter. Binnen het plangebied zijn zeven boorpunten verdeeld over een zo gelijkmatig mogelijk netwerk met telkens 25 meter afstand tussen de boringen en 20 meter afstand tussen de boorraaien. Hierdoor is binnen het plangebied een boordichtheid bereikt van ruim twintig boringen per hectare. Een dergelijke boordichtheid voldoet volgens de Leidraad inventariserend veldonderzoek; Deel: karterend booronderzoek (SIKB, 2006), als brede zoekoptie om vindplaatsen uit alle perioden, in zand op te sporen (zoekoptie E1) en voldoet tevens om door een archeologische laag gekenmerkte vindplaatsen van beperkte omvang uit de steentijd op te sporen (zoekoptie B1). Zelfs met de door ArcheoPro gehanteerde hoge boordichtheid is op basis van booronderzoek nooit te garanderen dat alle typen archeologische resten kunnen worden opgespoord. De kans op het aantreffen van grondsporen is bijvoorbeeld aanmerkelijk groter indien een proefsleuvenonderzoek wordt uitgevoerd. Een dergelijke aanpak zou echter in dit stadium van het onderzoek een te zwaar middel vormen Van alle boorpunten wordt de NAP-hoogte bepaald door middel van het AHN en de waterpas.

Figuur 11: Het plangebied, gezien in oostelijke richting

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 22

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

3 Veldonderzoek

3.1 Verrichte werkzaamheden

Positie boringen: Regelmatige verdeling over het plangebied, zie figuur 15. Gebruikt boormateriaal: Guts met een diameter van 3 cm. Totaal aantal boringen: 7 Boorgrid: 20 x 25 m Boordichtheid: Ruim twintig boringen per hectare Geboorde diepte: 2 m –Mv Inmeten boorlocaties: GPS, meetlint en waterpas Boorbeschrijving: Archeologische Standaard Boorbeschrijving (ASB 5.2) Inspectie bodemontsluitingen en/of oppervlaktekartering: Ten tijde van het veldonderzoek vormde het plangebied een akker met beginnende plantengroei. Op deze akker heerste een goede vondstzichtbaarheid. Om deze reden is binnen het plangebied een vlakdekkende oppervlaktekartering uitgevoerd waarbij elke drie meter een baan is geïnspecteerd op de aanwezigheid van archeologische indicatoren.

3.2 Resultaten oppervlaktekartering

Ondanks de goede vondstzichtbaarheid (zie figuur 13) zijn tijdens de oppervlaktekartering geen vondsten gedaan die van voor de twintigste eeuw dateren. Verspreid over het plangebied zijn slechts enkele zeer moderne resten aangetroffen alsmede natuurlijke schelpresten.

Figuur 12: De vondstzichtbaarheid binnen het plangebied ten tijde van het veldonderzoek

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 23

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

3.3 Resultaten booronderzoek

De boringen zijn gezet in drie west – oost gerichte boorraaien met van noord naar zuid, 3, 2 en 3 boringen. Boring 4 staat precies in het midden van het plangebied op coördinaat: 132.408/536.611. De ligging van de boorpunten is weergegeven op de boorpuntenkaart. De resultaten van het booronderzoek zijn opgesomd in Bijlage 1. Tijdens het veldonderzoek is bovenin alle boringen een ongeveer zestig centimeter dikke bouwvoor aangetroffen. Deze bestaat uit sterk humeus, schelphoudend zand. Hieronder is in de boringen 3, 6 en 7, zwak humeus zand aangetroffen dat doorloopt tot een diepte van ongeveer 1,3 meter beneden het maaiveld. Dit zandpakket wordt onderbroken door enkele dunne kleilaagjes. In de boringen 1 en 4 is onder de bouwvoor een respectievelijk twintig centimeter tot een meter dik zandpakket aangetroffen dat wordt onderbroken door talrijke kleilaagjes. Dit zand is humusloos en ongeoxideerd. In boring 1 gaat dit pakket op tachtig centimeter beneden het maaiveld over in matig slappe klei met daarin talrijke zandlaagjes. Dergelijke klei is in de boringen 2 en 5 direct onder de bouwvoor aangetroffen en loopt in deze boringen door tot een diepte van ongeveer anderhalve meter beneden het maaiveld. Vanaf deze diepte is in alle boringen matig grof zand aangetroffen. Dit zand was ten tijde van het veldonderzoek dermate waterverzadigd dat het uit de guts bleef stromen. In de top van dit zandpakket zijn in de boringen 2, 5, 6 en 7, zandlaagjes aangetroffen.

Figuur 13: Foto van boring 5 met links door zandlaagjes onderbroken klei, in het midden zand met kleilaagjes en rechts, waterverzadigd zand. De meest bewoonbare afzettingen zijn aangetroffen in de boringen 3, 6 en 7 en bestaan uit het bovenin deze boringen aanwezige zwak humeuze, geoxideerde zand. In geen van deze boringen zijn in dit materiaal echter houtskoolspikkels, vegetatiehorizonten of anderszins met bewoning samenhangende verschijnselen aangetroffen. Dit geldt ook voor de overige boringen. In verband met het volledig ontbreken van archeologische indicatoren binnen het plangebied, is het KNA-onderdeelWaardestelling, in dit rapport niet nader uitgewerkt.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 24

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Figuur 14: Boorprofielen

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 25

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Figuur 15: Boorpunten met verstoringsdiepten.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 26

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

4 Conclusies en aanbevelingen (beleidsadvies)

Volgens het gespecificeerd archeologisch verwachtingsmodel geldt voor het plangebied een middelhoge archeologische verwachting voor archeologische resten daterend uit het neolithicum en de bronstijd. Tevens geldt een middelhoge verwachting voor resten uit de middeleeuwen en de nieuwe tijd. Om de kans op het aantreffen van archeologische indicatoren zo groot mogelijk te maken zijn binnen het plangebied zeven boringen gezet met behulp van een guts. Tevens is een vlakdekkende oppervlaktekartering uitgevoerd. Uit de resultaten van het booronderzoek blijkt dat de ondergrond van het plangebied vanaf ongeveer anderhalve meter diepte, uit matig grof waterverzadigd zand bestaat. Hier bovenop liggen gelaagde zand- en kleipakketten die zijn gevormd in een dynamisch afzettings (getijde-)milieu. In de drie meest zuidelijke boringen bestaan deze afzettingen uit zwak humeus, geoxideerd zand met slechts een enkel zandlaagje. Dit deel van het plangebied lijkt derhalve op het best ontwikkelde deel van de inversierug te liggen die het plangebied doorsnijdt. Ook op dit deel van het plangebied zijn echter geen houtskoolspikkels, vegetatiehorizonten of andere verschijnselen aangetroffen die met bewoning in de steentijd in verband zouden kunnen worden gebracht. Ook de uitvoering van een oppervlaktekartering heeft ondanks de goede vondstzichtbaarheid ten tijde va het veldonderzoek, geen archeologische indicatoren opgeleverd. De resultaten van het onderzoek geven geen derhalve aanleiding om archeologisch vervolgonderzoek te adviseren. Evenmin zijn tijdens het onderzoek archeologische resten aangetroffen waarmee tijdens de verdere planvorming of bij de uitvoering van de geplande werkzaamheden rekening zou moeten worden gehouden. In alle gevallen geldt dat indien archeologische materialen en/of sporen aangetroffen worden, deze gemeld dienen te worden bij de gemeente Hollands Krron, conform Monumentenwet 1988, laatste wijziging van 1 september 2007, paragraaf 7, artikel 53 en verder.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 27

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Verklarende woordenlijst

AHN Actueel Hoogtebestand Nederland. AMK Archeologische Monumentenkaart. ASB Archeologische Standaard Boorbeschrijving. Archis Archeologisch Informatie Systeem. BP: Before Present (present = 1950) GIS Geografische InformatieSystemen. GPS Global Positioning System. IKAW Indicatieve kaart van archeologische waarden IVO Inventariserend VeldOnderzoek. KNA Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie. -mv Onder maaiveld. NAP Normaal Amsterdams Peil PVA Plan van Aanpak. PVE Programma van Eisen. RCE Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. SBB Standaard Boor Beschrijvingsmethode. SCEZ Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland. SIKB: Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer

Archeologische tijdschaal

Periode Datering Midden- en Laat Paleolithicum (oude steentijd)

250.000 - 9000

Mesolithicum (midden steentijd) 9000 - 4500 Neolithicum (nieuwe steentijd) 4500 - 2000 Bronstijd 2000 - 800 IJzertijd 800 - 12 v. chr. Romeinse tijd 12 v chr. - 500 n. chr. Vroege middeleeuwen 500 - 1000 Volle middeleeuwen 1000 - 1250 Late middeleeuwen 1250 - 1500 Nieuwe tijd 1500 - heden

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 28

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Bronnen

Grote historische Provincie Atlas van Nederland; deel 1 West-Nederland 1838-1857 1:50.000. Topografische dienst Wolters Noordhoff Groningen 1990 Grote topografische atlas van Nederland 1:50.000 Deel 1 West-Nederland. Topografische dienst. Wolters Noordhoff Groningen 1997 Kadastrale minuut 1830 met aanwijzende tafels, (www.watwaswaar.nl) Kadaster Topografische Dienst, Top25Raster, Top10Vector, GBKN kaarten, Emmen 2008 Luchtfoto, http://maps.google.nl Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, IKAW 2 (Indicatieve kaart Archeologische Waarden), Amersfoort. Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, AMK (Archeologische monumentenkaart), Amersfoort. Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, ARCHIS II (Archeologisch Informatie Systeem), http://archis2.archis.nl/ Rijkswaterstaat, Servicedesk Data, AHN (Actueel Hoogtebestand Nederland), Delft. Stichting voor Bodemkartering, Bodemkaart van Nederland 1:50.000. Wageningen, 1968. Stichting voor Bodemkartering: Geomorfologische kaart van Nederland 1:50.000, Staring Centrum, Wageningen, 1989 Stichting voor Bodemkartering, Geologische kaart van Nederland 1:50.000. Wageningen, 1968. Twaalf provinciën 2007. Atlas van topografische kaarten. Nederland 1955-1965. Uitgeverij twaalf provinciën. Landsmeer.

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 29

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Literatuur

Cate, J. A. M. ten. A. F. van Holst, H. Kleijer en J. Stolp, 1995. Handleiding bodemgeografisch onderzoek; richtlijnen en voorschriften. Deel A: Bodem. Wageningen, DLO-Staring Centrum. Technisch Document 19A. Cohen, K.M. & E. Stouthamer, 2012. Beknopte toelichting bij het digitaal basisbestand paleogeografie van de Rijn-Maas Delta, Utrecht, 2012. Es. Van W.A., Sarfatij, H. & P.J. Woltering (red.) 1988. Archeologie in Nederland; De rijkdom van het bodemarchief. Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek. Amersfoort. Kuiper, M. 2006/2007. Atlas van topografische kaarten Nederland, 1955-1965. Uitgeverij 12 Provinciën, Landsmeer. Leidraad inventariserend veldonderzoek; Deel: karterend booronderzoek (SIKB, 2006)

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 30

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Bijlage 1: Boorbeschrijving

Boorbeschrijving volgens ASB 5.2 Boor Nr

LDO Lithologie Kleur Overige kenmerken AIS GD BK BS BZ BG BH HK TK IK VLK CO PLH VS SST BHN BI GI

1 57 Z 3 BR GR bov 80 Z GE KL Mar 147 K GR ZL Mar 200 Z GR Mar 2 55 Z 3 BR GR bov 158 K GR ZL Mar 186 Z GE KL Mar 200 Z GR Mar 3 58 Z 3 BR GR bov 135 Z GBR GR LI OR EKL Mar 200 Z GR Mar 4 60 Z 3 BR GR bov 140 Z GE KL Mar 200 Z GR Mar 5 55 Z 3 BR GR bov 145 K GR ZL Mar 160 Z GE KL Mar 200 Z GR Mar 6 57 Z 3 BR GR bov 132 Z GBR GR LI OR EKL Mar 150 Z GE KL Mar 200 Z GR Mar 7 60 Z 3 BR GR bov 138 Z GBR GR LI OR EKL Mar 157 Z GE KL Mar 200 Z GR Mar

Betekenis van de afkortingen:

LDO – Onderzijde boortraject Lithologie:

GD – Onverharde sedimenten: G = grind, K = klei, L = leem, V = veen en Z = zand

Algemene kopgegevens Soort boring BAR Projectnummer 15-086 Projectnaam Meetmast, Wieringermeer Deelgebied Nvt Organisatie ArcheoPro OM-nummer 66817 coördinaatsysteem RD2000 Coördinaatsysteemdatum ETRS89 Locatiebepaling GPS en meetlint Referentievlak NAP Bepaling maaiveldhoogte AHN – Waterpas Boormethode Guts en edelman Boordiameter 3 cm en 15 cm Opdrachtgever ECN

Posities van de boringen (boorlocaties) Boornummer XCO YCO MA, M´s tov NAP 1 132397.5 536632.2 -4.32 2 132422.4 536629.7 -4.31 3 132383.1 536613.5 -4.30 4 132408.0 536611.0 -4.27 5 132432.9 536608.6 -4.29 6 132393.6 536592.4 -4.20 7 132418.5 536589.9 -4.14

Archeologische onderzoek Meetmast Wieringermeer, Gemeente Hollands Kroon ArcheoPro Rapport, 15042, Pagina 31

Versie: 13-05-2015 www.ArcheoPro.nl

Bijmengsels: BK = bijmengsel klei, BS = bijmengsel silt, BZ =bijmengsel zand, BG= bijmengsel grind, BH = bijmengsel humus. Betekenis toegevoegde cijfers: 1 = zwak, 2 = matig, 3 = sterk en 4 = uiterst.

Kleur: HK = hoofdkleur, BL = blauw, BR = bruin, GE = geel, GN = groen, GR = grijs, OL = olijf, OR =oranje, PA = paars, RO = rood, RZ = roze, WI = wit, ZW = zwart. TK = Tweede kleur (kleurafkortingen als boven).

IK = Intensiteit kleur: LI = licht en DO = donker VLK = Vlekken (V): 2e en 3e letter is kleurafkorting als boven, 1 = weinig, 2 = matig , 3= veel Overige kenmerken: CO = Consistentie (C ): ZSL-zeer slap, SLA-slap, MSL-matig slap, MST-matig stevig, STV-stevig PLH = plantenresten (PL0 = geen, PL1 = spoor, PL2 = weinig, PL3 = veel)

VS = veensoorten SST = Sedimentaire structuren; KL = kleilagen, EKL = enkele kleilagen, ZL = zandlagen BHN = Bodemhorizont; BHC = C-horizont BI = Bodemkundige interpretaties; BOV = bouwvoor , ROG = rommelig, OPG = opgebracht GI = Geologische interpretaties; Mar = marien AIS = Archeologische indicatoren