Werktuigbouwkunde Stage 2 voor de voltijdstudie. · Projectmanagement, R. Grit Studiehandleiding...

23
31 mei 2016 Studiehandleiding Stage 2 VT. Studiehandleiding Werktuigbouwkunde Stage 2 voor de voltijdstudie. Hoofdfase niveau 2 2016/2017 Mei 2016 © Alle rechten voorbehouden. Niets in deze uitgave mag worden verveelvoudigd in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm, of op andere wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopie, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, opleiding Werktuigbouwkunde.

Transcript of Werktuigbouwkunde Stage 2 voor de voltijdstudie. · Projectmanagement, R. Grit Studiehandleiding...

31 mei 2016 Studiehandleiding Stage 2 VT.

Studiehandleiding

Werktuigbouwkunde

Stage 2 voor de voltijdstudie. Hoofdfase niveau 2

2016/2017

Mei 2016

© Alle rechten voorbehouden.

Niets in deze uitgave mag worden verveelvoudigd in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm, of

op andere wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopie, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande

schriftelijke toestemming van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, opleiding Werktuigbouwkunde.

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

INHOUDSOPGAVE

1 INLEIDING 2

2 STAGE 2 BINNEN HET OPLEIDINGSPROGRAMMA 3

3 INHOUD, ORGANISATIE EN PLANNING 4 3.1 BESCHRIJVING VAN DE OWE 4 3.2 STUDEERBAARHEIDSTABEL 8 3.3 TIJDSLIJN 12 3.4 BEGELEIDING 12

3.4.1 SPC’er/Stagebegeleider 12 3.4.2 Rol stagecoördinator opleiding werktuigbouwkunde 13 3.4.3 Rol bedrijfsbegeleider 13

4 BEOORDELING 14

5 VOORBEREIDING OP STAGE 17 5.1 INDIVIDUELE VOORBEREIDING 17 5.2 STAGEBEDRIJF ZOEKEN 17

5.2.1 Via stage en afstudeerportaal 18 5.2.2 Via netwerk of andere kanalen 18

5.3 GOEDKEURING SPC’ER 18 5.4 Contractuele vastlegging afspraken 18

6 OVERIGE INFORMATIE 20 6.1 GEGEVENS STAGECOÖRDINATOR EN Praktijkbureau 20

6.1.1 De stagecoördinator 20 6.1.2 Het Praktijkbureau 20

6.2 WERKTIJDEN, VERLOF, ZIEKMELDINGEN EN VERZUIM 21 6.2.1 Werktijden 21 6.2.2 Verlof 21 6.2.3 Ziekmelding 21 6.2.4 Verzuim 21

6.3 STAGEVERGOEDING, VERZEKERING EN OV-CHIPKAART 22 6.3.1 Vergoedingen en sociale verzekeringen 22 6.3.2 Verzekeringen 22 6.3.3 OV-chipkaart 22

Bijlage 1 TIPS VOOR BENADERING STAGEBEDRIJVEN 24 Bijlage 2 ADVIEZEN VOOR STAGIAIRS 25

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

1 INLEIDING

Beste student,

Inmiddels heb je een aardig beeld van het werktuigbouwkundige beroepenveld; je weet

met welke werkzaamheden een werktuigbouwkundig ingenieur zich bezighoudt. Tijdens

Stage 2 bouw je je kennis en kunde in dit werkveld verder uit en werk je onder

begeleiding aan een groter en complex project.

Hoe je deze OWE moet plaatsen binnen het opleidingsprogramma is te vinden in

hoofdstuk 2 van deze handleiding. In hoofdstuk 3 vind je een beschrijving van de OWE,

informatie over de studeerbaarheid, het te volgen tijdspad en de begeleiding. Hoofdstuk 4

gaat over de beoordeling. Hoe je een stagebedrijf vindt en welke procedure je moet

doorlopen voordat je aan de slag kunt, staat beschreven in hoofdstuk 5. In het laatste

hoofdstuk vind je praktische informatie over bijvoorbeeld werktijden, vergoedingen en

verzekeringen.

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

2 STAGE 2 BINNEN HET OPLEIDINGSPROGRAMMA

Het kenmerk van een competentiegerichte ingenieursopleiding is dat het beroep geleerd

wordt door gedurende de gehele opleiding aan beroepstaken te werken. Deze

beroepstaken kunnen zowel binnen als buiten de school, in de beroepspraktijk, worden

uitgevoerd.

De beroepstaken die je op school uitvoert, geven je al een aardig beeld van de

werkzaamheden van een werktuigbouwkundig ingenieur. Maar wil je het beroep echt

goed leren kennen, dan moet je voor een langere periode de beroepspraktijk in. Daarom

zijn in alle fasen van de opleiding activiteiten in het kader van het praktijkleren

opgenomen. In de propedeuse is dat in de vorm van excursies (oriënteren op de

beroepspraktijk). In de hoofdfase zijn dat de (inleidende en verdiepende) stage en het

afstuderen.

VOLTIJD Werktuigbouwkunde 2016-2017

Jaar Blok HAVO / VWO MBO-Wtb

2 1 Stage 1 Orientatie op H5 Mechanisch Ontwerpen 2

2 ontwerpen en produceren H6 Energetisch Ontwerpen 2

3 H5 Mechanisch Ontwerpen 2 Stage 2 Verdiepende stage

4 H6 Energetisch Ontwerpen 2

3 1 Stage 2 Verdiepende stage Minor

2

3 H7 Automatisering H7 Automatisering

4 H8 Productie-organisatie H8 Productie-organisatie

4 1 Minor Afstuderen

2

3 Afstuderen

4

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

3 INHOUD, ORGANISATIE EN PLANNING

In dit hoofdstuk staat een beschrijving van de OWE en informatie over de

studeerbaarheid, het te volgen tijdspad en de begeleiding.

3.1 BESCHRIJVING VAN DE OWE

Stage 2 is een verdiepende stage, waarbij één of meerdere beroepstaken centraal staan.

en het gaat om het ontwikkelen van een aantal competenties op niveau 2. Het is de

bedoeling dat je binnen een engineering- en/of productieomgeving aan de slag gaat met

het ontwerpen en/of realiseren van machines, apparaten, werktuigen of (energetische)

installaties. Dat doe je binnen één groot project en met een projectmatige aanpak. Sluit je

deze OWE met een voldoende af, dan krijg je hiervoor 30 studiepunten.

Stage 2 Verdiepende stage (Engels: Internship 2) Code Alluris WST2/1

Algemene informatie

Gewijzigd in 2015-2016

Algemene omschrijving

Verdieping in het werktuigbouwkundig beroepenveld. De hoofddoelstelling is om de werktuigbouwkundige kennis en kunde verder uit te breiden / te verdiepen in een zelf gekozen context (niveau 2). Je werkt aan grotere opdrachten/projecten, die een goede opmaat zijn voor het afstuderen (niveau 3).

Doelgroep

Voltijd VT Hoofdfase niveau 2

Onderwijsperiode

VT: derde leerjaar, periode 1 en 2 (eerste semester)

Ingangseisen Voor de verdiepende stage geldt dat de student in het bezit moet zijn van een propedeutisch getuigschrift (of een vrijstelling daarvan) en een afgeronde Stage 1.

Doelen en werkvormen

Beroepstaak / -taken

BT1 Ontwerpen van een werktuig BT2 Maken van een werk- en productie-voorbereiding voor een werktuigbouwkundig product. BT3 Realiseren en testen van een prototype van een werktuigbouwkundig concept BT4 het inrichten van werktuigbouwkundige processen

BT 5 Het ontwerpen van werktuigkundige productvarianten

Competentie(s)

Keuze: C2 Ontwerpen C3 Realiseren C4 Beheren Verplicht: C1 Analyseren C5 Managen C6 Adviseren

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

C7 Onderzoeken C8 Professionaliseren Integrale toets, niveau 2: alle competenties op niveau 2

Activiteit(en) Project uitvoeren in het werkveld.

Werkvorm(en) Medewerker in een werktuigbouwkundig bedrijf Hoorcollege, werkcollege, zelfwerkzaamheid

Samenhang met andere OWE’s

Stage 1 Onderwijseenheden H5 en H6 Onderwijseenheid Afstuderen

Studiepunten/ Studielast

Totaal: 30 stp / 840 SBU

Les- en contacturen

Aantal klokuren

VT

Geprogrammeerde contacttijd 11

Geprogrammeerde onderwijstijd voor (groeps)zelfwerkzaamheid, stage , e.a.

829

Totaal geprogrammeerde onderwijstijd 840

Tentaminering

Deeltentamen BP Plan van Aanpak

Code BP PVA

Competentie C5 Managen

DublinDescriptor Dd2

Toetsvorm Beroepsproduct, individuele beoordeling

Aantal examinatoren 1

Beoordeling Vink

Minimaal oordeel voldaan

Compensatiemogelijkheid Geen

Afname 1e kans 2e kans

Periode 1 Periode 1

Weging N.v.t.

Beoordelingsindicatoren Maakt een PvA dat op een gedetailleerde wijze het project beschrijft

Toegestane hulpmiddelen tijdens de toets

N.v.t.

Deeltentamen BP Persoonlijk Ontwikkelingsplan

Code BP POP

Competentie C8 Professionaliseren

DublinDescriptor Dd2

Toetsvorm Beroepsproduct, Individuele beoordeling

Aantal examinatoren 1

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

Beoordeling Vink

Minimaal oordeel Voldaan

Compensatiemogelijkheid Geen

Periode 1e kans 2e kans

Periode 1 Periode 1

Weging N.v.t.

Beoordelingsindicatoren Maakt een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP)

Toegestane hulpmiddelen tijdens de toets

N.v.t.

Deeltentamen BP Stagerapportage en Posterpresentatie

Code BP RAP

Competentie C1 Analyseren C6 Adviseren C8 Professionaliseren Keuze

DublinDescriptor Dd1, Dd2, Dd3, Dd4, Dd5

Toetsvorm Rapportage en posterpresentatie, individuele beoordeling

Aantal examinatoren 1

Beoordeling Cijfer op 1 decimaal nauwkeurig

Minimaal oordeel 5,5

Compensatiemogelijkheid Geen

Periode 1e kans 2e kans

Periode 2 Periode 3

Weging 75%

Beoordelingsindicatoren Rapporteert technisch inhoudelijke stageactiviteiten Past werktuigbouwkundige kennis en inzichten toe op een gekozen casus Verantwoordt keuzes in de projectuitvoering middels een gekwantificeerde methode Communiceert schriftelijk op een gestructureerde, kernachtige, passende en correcte wijze over het volledige stageverloop

Toegestane hulpmiddelen tijdens de toets

N.v.t.

Deeltentamen BP Product Data Management

Code BP PDM

Competentie C1 Analyseren

DublinDescriptor Dd1

Toetsvorm Beroepsproduct, individuele beoordeling

Aantal examinatoren 1

Beoordeling Vink

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

Minimaal oordeel voldaan

Compensatie Geen

Periode 1e kans 2e kans

VT Periode 2 Periode 2

Weging N.v.t.

Beoordelingsindicatoren Richt een Product Data Management systeem in voor een ontwerpproces en houdt daarbij rekening met modularisatie en standaardisatie Stelt regels op voor een juist ontwerpbeheer en kan dat in een workflowdiagram weergeven Kan productvarianten demonstreren met behulp van een Product Data Management systeem en geïntegreerde 3D CAD-applicatie

Toegestane hulpmiddelen tijdens de toets

N.v.t.

Deeltentamen BP Verslag Ethiek

Code BP ETH

Competentie C1 Analyseren

DublinDescriptor Dd2

Toetsvorm Beroepsproduct, individuele beoordeling

Aantal examinatoren 1

Beoordeling Cijfer op 1 decimaal nauwkeurig

Minimaal oordeel 5,5

Compensatie Geen

Periode 1e kans 2e kans

VT Periode 2 Periode 2

Weging 25%

Beoordelingsindicatoren Past ethische kennis toe in een werktuigbouwkundige context

Toegestane hulpmiddelen tijdens de toets

N.v.t.

Deeltentamen P Integrale toets 2 Professionaliseringsverslag en Beschouwing

Code P IT2-PROF

Competentie C1 Analyseren C2 Ontwerpen C3 Realiseren C4 Beheren C5 Managen C6 Adviseren C7 Onderzoeken C8 Professionaliseren

DublinDescriptor Dd5

Toetsvorm Product, individuele beoordeling

Aantal examinatoren 1

Beoordeling Vink

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

Minimaal oordeel voldaan

Compensatie Geen

Periode 1e kans 2e kans

VT Periode 2 Periode 2

Weging 0%

Beoordelingsindicatoren Schrijft een beschouwing waarin de relatie van het individu met het beroepenveld duidelijk wordt Toont reflectief vermogen aan (professionaliseringsverslag) Kan buiten de grenzen van het vakgebied denken en handelen (professionaliseringsverslag)

Toegestane hulpmiddelen tijdens de toets

N.v.t.

Studiematerialen

Verplichte literatuur

Studiehandleiding Stage 2 Projectmanagement, R. Grit Rapportagetechniek, R. Elling Comptentiegericht afstuderen en stagelopen, P. Kempen Handout presentatie Poduct Data Management Documenten op Scholar

Software

Afhankelijk van de stage-opdracht en de gekozen competenties Beschikbare software op school: 3D CAD-software

Overige materialen

3.2 STUDEERBAARHEIDSTABEL

In totaal gaat het bij de stage om 840 studie-uren. Dit is inclusief voorbereiding en

afronding. In de praktijk betekent dit dat bij het stagebedrijf 800 uur gewerkt moeten

worden.

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

3.3 TIJDSLIJN

In totaal beslaat de periode waarin je stage loopt twee blokken of een semester. De stage

begint op maandag 5 september 2016 en eindigt in week 9 van het 2e blok van het 1e

semester (dus vrijdag 27 jan 2017 ). In de 1e week van de stage wordt op school een aftrap

bijeenkomst georganiseerd waar alles rondom de stage en de afronding aan de orde komt.

Bij je stagebedrijf ga je aan de slag met de stageopdracht en met het maken van de

verschillende beroepsproducten (zie ook Hoofdstuk 4 over de beoordeling). In week 3 van

blok 1 lever je het BP Plan van Aanpak en het BP POP in. De deadline voor het inleveren van

je stagerapportage inclusief poster is week 9 van blok 2 , waarna in week 10 de

gezamenlijke afronding plaats vindt. Tijdens die afronding presenteren de stagiaires aan de

hand van de poster hun stage aan elkaar.

Gebruikelijk is dat je aan het einde van je stage ook een presentatie houdt voor het bedrijf.

Je wordt tussentijds in ieder geval twee keer terug op school verwacht voor de

zogenaamde terugkomdag. Geprobeerd wordt de terugkomdagen, bedrijvenmarkt en

lessen over ethiek en pdm te combineren. Zie hiervoor ook het rooster onder WTB stage 2.

Voor studenten die in het 2e semester ( blok 3 en 4 ) stage 2 lopen ( doorgaans de

studenten met een mbo vooropleiding) geldt als start datum 6 februari 2017 en als

einddatum 29 juni 2017. De overige weeknummers blijven hetzelfde alleen dan in blok 3

en 4.

3.4 BEGELEIDING

Hoewel je zelf op zoek gaat naar een stageplek en ook zelf verantwoordelijk bent voor het

succesvol doorlopen van je stage, zijn er personen die je tijdens en voorafgaand aan deze

periode begeleiden: de student performance coach ( SPC voorheen SLB), de

stagebegeleider (in veel gevallen de SPC’er maar dat kan ook een andere docent zijn), de

stagecoördinator werktuigbouwkunde en de bedrijfsbegeleider. Belangrijke vragen

hierbij zijn: wat wil je tijdens deze verdiepende stage leren, welke ervaringen wil je

opdoen.

3.4.1 SPC’ER/STAGEBEGELEIDER

Samen met je SPC’er en medestudenten ga je tijdens studieloopbaanbegeleiding aan de

slag met de voorbereiding op de stage. Je gaat je oriënteren op het beroepenveld en

maakt een concept POP met onder andere een persoonlijke sterkte/zwakte-analyse.

Tijdens de stage is de stagebegeleider het eerste aanspreekpunt op school. De

belangrijkste taken van de stagebegeleider zijn:

procesbegeleiding (vinger aan de pols houden);

feedback geven op beroepsproducten.

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

in eerste instantie aanspreekpersoon bij vragen en/of problemen voor zowel stagiair als

het bedrijf.

De stagebegeleider bezoekt het stagebedrijf zo mogelijk twee keer: aan het begin en aan

het einde van de stage. Aan het einde van de stage wordt dat vaak gecombineerd met de

presentatie die je houdt voor het bedrijf.

3.4.2 ROL STAGECOÖRDINATOR OPLEIDING WERKTUIGBOUWKUNDE

De stagecoördinator begeleidt met name in de voorbereiding op de stage. Zijn

belangrijkste taken zijn:

beoordelen van stageplaatsen en -opdrachten;

(op verzoek) coachen bij het vinden van een geschikte stageplaats;

3.4.3 ROL BEDRIJFSBEGELEIDER

Tijdens de stage is de bedrijfsbegeleider de (inhoudelijk) begeleider op de werkplek.

Hij ziet erop toe dat de student de afgesproken opdracht ( inclusief leerdoelen) kan

uitvoeren, begeleidt de stagiair bij de uitvoering en geeft feedback. Aan het eind van de

stage geeft de bedrijfsbegeleider feedback (zie document op de site van het

Praktijkbureau) op het functioneren van de student binnen het stagebedrijf. De stagiair

kan daarop terugkomen in zijn reflectie.

3.4.4 ROL PRAKTIJKBUREAU ENGINEERING

Het Praktijkbureau engineering verzorgt alle administratie ( registratie , contracten etc)

voor de stage en organiseert de voorlichting , terugkomdagen en afronding en

beoordeling. Bij operationele vragen wendt je ook in eerste instantie tot het

Praktijkbureau.

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

4 BEOORDELING

Stage 2 omvat in totaal zes deeltentamens. Indien alle deeltentamens met een voldoende

of vink worden afgesloten, heb je recht op 30 studiepunten.

De vier deeltentamens BP Plan van Aanpak, BP Persoonlijk Ontwikkelings Plan, BP Product

Data Management en BP Verslag Ethiek staan op zichzelf en worden beoordeeld door een

aangewezen examinator.

Het Beroepsproduct stagerapportage lever je samen met de poster in aan het einde van

week 9 blok 2 . In week 10 van het 2e blok in het semester moet je je poster presenteren .

Daarnaast moet je in diezelfde week ook het BP Integrale Toets 2 inleveren voor de

beoordeling.

Elk deeltentamen wordt beoordeeld op basis van één of meerdere indicatoren en

bijbehorende criteria. De opdrachtomschrijving worden separaat verstrekt, maar het gaat

er steeds om dat je de examinatoren in staat stelt, om op basis van je ingeleverde

producten, te beoordelen in welke mate je de indicatoren en criteria beheerst.

Plan van Aanpak Dd2 BP vink

POP Dd2 BP vink

Product Data Management Dd1 BP vink

Verslag Ethiek Dd2 BP cijfer

Stagerapportage en posterpresentatie Dd1, Dd2, Dd3, Dd4,

Dd5

BP cijfer

Integrale toets IT-2 Dd5 P vink

31 mei 2016 Studiehandleiding Stage 2 VT.

Beoordelingscriteria Stage 2

Stage 2 nive

au Indicatoren Beoordelingscriteria

BP Plan van Aanpak Dd2 Individueel

2 Maakt een PvA dat op een gedetailleerde wijze het project beschrijft

Beschrijft de achtergronden van het project Beschrijft het projectresultaat dat logisch volgt uit de geformuleerde doelstelling en projectopdracht Benoemt de uit te voeren activiteiten waaruit de projectaanpak, complexiteit en diepgang blijken Beschrijft de projectgrenzen Beschrijft de tussenresultaten (producten/mijlpalen) Beschrijft hoe de kwaliteit van tussenresultaten, werkwijze en eindresultaat wordt gewaarborgd Beschrijft de projectorganisatie Stelt een realistische en gedetailleerde planning op waarin de activiteiten, op te leveren producten/mijlpalen en taken/activiteiten per projectlid worden benoemd Geeft een overzicht van de kosten en baten Analyseert mogelijke risico’s

BP Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) Dd2 Individueel

2 Maakt een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP)

Maakt een persoonlijke SWOT-analyse Schrijft een helder geformuleerd POP vanuit de context van het beroepenveld Bespreekt zowel vakinhoudelijke als algemene HBO-competenties Formuleert duidelijke (SMART) vakinhoudelijke en algemene doelstellingen/ leerdoelen en geeft aan hoe deze te bereiken en te meten Koppelt activiteiten aan leerdoelen

BP Verslag Ethiek Dd2 individueel

2

Past ethische kennis toe in een werktuigbouwkundige context

Herkent en definieert een ethisch vraagstuk vanuit de persoonlijke situatie Gebruikt ethische kennis Analyseert de morele aspecten van een praktische casus Definieert handelingsmogelijkheden Beargumenteert moreel verantwoord handelen

BP Product Data Management Dd1 Individueel

2 Doet een voorstel voor optimalisatie van een Product Data Management-systeem (mag ook een ERP-systeem zijn) voor een bedrijfsproces

Onderbouwt waarom en welke aspecten van PDM (mag ook een ERP-systeem zijn) van belang zijn voor het bedrijfsproces Geeft aan hoe een PDM-systeem kan worden ingericht, rekening houdend met de volgende onderdelen: In te richten organisatie met aandacht voor groepen, gebruikers en rollen Item based structuur voor de casus dataset typen die kunnen worden onderscheiden Item en revisiebeheer Workflow voor ‘release’ Workflow voor een ‘change request’ stuklijstbeheer met relevante informatie

Stelt regels op voor een juist ontwerpbeheer en kan dat in een workflowdiagram weergeven

Geeft schematisch het ontwerpbeheer weer in de vorm van een workflowdiagram Benoemt de rollen en beschrijft de bevoegdheden Beschrijft de workflow voor een praktische situatie

Kan productvarianten definiëren rekening houdend met standaardisatie

Definieert productfamilies Geeft een beschrijving van een modulair opgebouwd product Definieert interfaces tussen de verschillende modules Geeft aan welke onderdelen gestandaardiseerd/parametrisch kunnen worden vormgegeven

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

BP Stagerapportage & Posterpresentatie Dd1 Dd2 Dd3 Dd4 Individueel

2

Rapporteert technisch inhoudelijke stageactiviteiten

Beschrijft de projectresultaten waaruit blijkt: Voor het vakgebied relevante vak- en productkennis Actuele inzichten in vakgebied Complexiteit en diepgang

Past werktuigbouwkundige kennis en inzichten toe op een gekozen casus

Toont met het projectresultaat aan: Toepassing van Werktuigbouwkundige kennis en inzicht op een complexe casus Creativiteit & innovativiteit in projectaanpak en -uitwerking Aandacht voor belanghebbenden Een gestructureerde projectaanpak

Verantwoordt keuzes in de projectuitvoering middels een gekwantificeerde methode

Heldere keuzeverantwoording op basis van gekwantificeerde keuzes Geeft aan hoe de keuzes hebben bijgedragen aan het projectresultaat Verifieert ontwerp met PvE Is in staat om de gerealiseerde kwaliteit juist te interpreteren en op waarde te schatten voor diverse belanghebbenden

Communiceert schriftelijk op een gestructureerde, kernachtige, passende en correcte wijze over het volledige stageverloop

Herkent de beroepscontext en geeft deze helder weer Geeft een overzicht van het doorlopen (stage)proces, inclusief gemaakte keuzes en resultaten Geeft een duidelijke beschrijving van de verrichte werkzaamheden Brengt heldere en logisch structuur aan Formuleert concreet en to-the-point Hanteert juiste schrijfstijl Past correcte spelling en grammatica toe

P Integrale Toets (IT-2) Dd5 Individueel

2

Schrijft een beschouwing waarin de relatie van het individu met het beroepenveld duidelijk wordt

Geeft een beeld van zichzelf Geeft een beeld van het beroepenveld Maakt de verbinding van zichzelf met het beroepenveld en geeft daarbij aan waar hij staat en in de toekomst wil staan

Toont reflectief vermogen aan (professionaliseringsverslag)

Geeft een goed beeld van eigen kennen & kunnen gerelateerd aan de persoonlijke ontwikkeling in de beroepsmatige omgeving Verbindt de resultaten met de voorgenomen persoonlijke leerdoelen (POP) Verbindt de resultaten met de voorgenomen planning, organisatie, acties, uitgangspunten en projectdoelen (PvA) Reflecteert op de eigen ontwikkeling van de opleidingscompetenties voor de hoofdfase Legt een relatie met onderliggend bewijsmateriaal Kan de inhoudelijke verbanden aangeven tussen de opleiding en het werktuigbouwkundig beroepenveld Stelt (leer)doelen op voor de afstudeerfase

Kan buiten de grenzen van het vakgebied denken en handelen (professionaliseringsverslag)

Toont out-of-the-box mentaliteit Is in staat transitie naar andere vakgebieden te plegen Is een adequaat gesprekspartner voor andere relevante vakgebieden

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

5 VOORBEREIDING OP STAGE

Voordat je daadwerkelijk op stage kunt, dien je een aantal stappen te nemen.

Met je SPC-er bespreek je je concept POP , dat je ten behoeve van de verdiepende stage

hebt opgesteld. Hij/zij gaat na of je aan de ingangseisen voor de stage voldoet en geeft je

een advies over de te maken keuzes betreffende de specialisatie richting en t.a.v. de

opdracht en het stagebedrijf. Dit alles wordt vastgelegd op de SPC-verklaring (zie

formulieren en documenten op de site van het Praktijkbureau engineering). Je levert deze

SPC-verklaring in bij het Praktijkbureau .

Met dit advies ga je verder met de verkenning van het beroepenveld. Uiteindelijk moet dit

resulteren in een sollicitatiegesprek bij een bedrijf. Tijdens dit gesprek ga je na wat het

bedrijf nu precies voor een opdracht voor je heeft en of je je eigen leerdoelen hier kunt

realiseren. Verloopt dit gesprek voor wat jou betreft bevredigend dan vul je het

aanvraagformulier in ( zie Aanvraagformulier op de site van het Praktijkbureau

engineering). Hierop vermeld je naast administratie gegevens de opdracht en je eigen

interpretatie van de opdracht. Bij die eigen interpretatie ga je in op de uitdagingen, de

onbekende kennisgebieden, mogelijke nieuwe ervaringen, het verwachte niveau van de

opdracht, het realiseren van de leerdoelen en al een eerste idee van de aanpak. Dit

ingevulde aanvraagformulier leg je voor aan de stagecoördinator werktuigbouwkunde.

Uiteindelijk moet dit resulteren in een door de stagecoördinator goedgekeurde opdracht

die je inlevert bij het Praktijkbureau.

Na de goedkeuring van de SPC-verklaring en de aanvraag met opdracht van de stage kun

je definitieve afspraken met het bedrijf maken. Dat moet resulteren in de ondertekening

van het HAN-contract door het bedrijf, door de stagiair en door de coördinator van het

Praktijkbureau.

Veelal gebeurt dit laatste in de eerste stageweek.

5.1 INDIVIDUELE VOORBEREIDING

Het werkveld van de afgestudeerde werktuigbouwkundige is zo breed dat het onmogelijk

is om je tijdens de opleiding in alle gebieden even goed te bekwamen. De stage biedt

mogelijkheden om je (studie)loopbaan zelf vorm te geven door stagebedrijven en

stagewerkzaamheden te zoeken die aansluiten bij je ambities en kwaliteiten. Om een

weloverwogen keuze aangaande je specialisatie te maken, moet jij je eigen ambities en

kwaliteiten wel kennen. Hoe beter je weet wat je wilt, des te beter ben je in staat om een

keuze te maken. De stagevoorbereiding begint met een oriëntatie op de stagebedrijven

en het opstellen van criteria waaraan jou ‘ideale’ stageplaats zou moeten voldoen.

5.2 STAGEBEDRIJF ZOEKEN

Je bent zelf verantwoordelijk voor het vinden van een stageplek, maar hoe vind je de

juiste plek en opdracht? Dat kan bijvoorbeeld via het stageportaal, jouw eigen netwerk

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

en andere kanalen. Ter ondersteuning is een overzicht gemaakt van bedrijven waar de

afgelopen jaren afstudeerders en stagiaires werktuigbouwkunde een opdracht hebben

uitgevoerd. Deze staat op de site van het Praktijkbureau. Zie voor algemene tips ook

bijlage 1.

5.2.1 VIA STAGE EN AFSTUDEERPORTAAL

Er is een stageportaal beschikbaar, waar je opdrachten kunt inzien die door bedrijven zijn

aangeleverd: https://praktijkaanbod.han.nl. Een handleiding voor het gebruik van dit

portaal is te vinden op de Scholar-site van het Praktijkbureau Engineering.

Heb je interesse in een stagebedrijf dat op het stageportaal staat, dan leg je contact met

dat bedrijf en solliciteer je naar de beschikbare functie/opdracht. Let op: het kan geen

kwaad om met meerdere bedrijven contact te leggen! De goedkeuring van de opdracht

verloopt via het aanvraagformulier door de stagecoördinator. Vermelding op het

stageportaal betekent niet dat de opdracht daarmee is goedgekeurd. Het gaat ook om de

eigen interpretatie van de opdracht ( zie ook de onderwerpen van het aanvraagformulier

5.2.2 VIA NETWERK OF ANDERE KANALEN

Het is ook mogelijk om een stageplaats te vinden via andere wegen dan het stageportaal,

bijvoorbeeld:

(Stage)terugkomdagen: er worden tijdens het schooljaar (stage)terugkomdagen

georganiseerd. Hierop presenteren stagiairs hun stagebedrijf en hun werkzaamheden en

bevindingen. Zij kunnen je natuurlijk veel vertellen over het bedrijf en de werkzaamheden

die je in dat bedrijf zou kunnen uitvoeren;

De bedrijvenmarkt die ieder jaar wordt georganiseerd bij HAN Techniek op de

Ruitenberglaan 26;

Uit het overzicht van bedrijven waar eerdere stagiaires en afstudeerders een opdracht

hebben uitgevoerd. Deze lijst staat op de site van het Praktijkbureau;

Netwerk/internet: je kunt ook een stageplek vinden via iemand uit je netwerk of via

internet. Websites zoals www.indeed.com, www.allevacaturesites.nl of

www.eerstewerkgever.nl kunnen je hierbij helpen.

Als je interesse hebt in een bedrijf dat niet op de stageportaal staat dan solliciteer je naar

een mogelijke stageopdracht. De goedkeuring van de opdracht verloopt via het

aanvraagformulier zoals eerder reeds besproken.

5.3 GOEDKEURING SPC’ER

Hij of zij kijkt samen met jou naar je concept POP, geeft je advies en checkt of je voldoet

aan de ingangseisen die gelden voor Stage 2 (zie ook H3.1 van deze handleiding).

Uiteindelijk geeft de SPC’er officieel goedkeuring en een advies door middel van de SPC-

verklaring. Deze verklaring moet ingeleverd worden bij het Praktijkbureau.

5.4 CONTRACTUELE VASTLEGGING AFSPRAKEN

Met een goedgekeurde SPC-verklaring en aanvraagformulier kunnen definitieve afspraken

gemaakt worden met het bedrijf . Gebruik hiervoor het HAN-contract (zie contract op de

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

site van het Praktijkbureau). Dit contract moet in drievoud ( een voor bedrijf, student en

HAN) opgemaakt en ondertekend worden door een rechtsgeldige vertegenwoordiger van

het bedrijf , de stagiair en de coördinator van het Praktijkbureau. Het contract bestemd

voor de HAN moet ingeleverd worden bij het Praktijkbureau. Zie voor adviezen op de

stageplek bijlage 2!

Het komt steeds vaker voor dat bedrijven het beheer over de rapporten zelf willen

regelen in verband met geheimhouding. Dat betekent bewaarplicht voor bedrijven zelf

hetgeen vastgelegd moet worden (zie document Bewaarplicht op de site van het

Praktijkbureau). Het bedrijf zal altijd moeten toestaan dat de rapporten op school ter

beschikking komen voor beoordeling. Via de HAN is geheimhouding door docenten en

externe toezichthouders geregeld.

5.5 VASTLEGGEN OPDRACHT OP HET STAGEPORTAAL

Als de opdracht definitief is, dus wanneer alle partijen akkoord zijn, dan registreer je je

opdracht op het stageportaal: https://praktijkaanbod.han.nl.

Heb je een opdracht gekozen uit het aanbod, dan kies je voor ‘Intekenen’ bij de

betreffende opdracht.

Wanneer je een opdracht hebt gevonden via een ander kanaal, dan kies je voor de knop

‘Een Stageplek Indienen’.

Het is soms niet duidelijk hoe alle velden op het invulformulier ingevuld moeten worden.

Hiervoor is er een handleiding voor het gebruik van het stageportaal beschikbaar op

Scholar Praktijkbureau Engineering.

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

6 OVERIGE INFORMATIE

In dit hoofdstuk vind je algemene informatie, bijvoorbeeld over waarvoor je terecht kunt

bij de stagecoördinator en het Praktijkbureau. Ook kom je meer te weten over onder

andere werktijden, verzekeringen en de eventuele stagevergoeding.

6.1 GEGEVENS STAGECOÖRDINATOR EN PRAKTIJKBUREAU

6.1.1 DE STAGECOÖRDINATOR

De stagecoördinator werktuigbouwkunde is vanuit de opleiding inhoudelijk

verantwoordelijk voor de stage. Dit betekent dat deze coördinator:

stageplaatsen beoordeelt op niveau, bedrijfsbegeleiding en samenhang met de opleiding;

geschikte stageplaatsen en -opdrachten goedkeurt en openstelt op het stageportaal;

Stagecoördinator Werktuigbouwkunde

Ir. J.A. (Johan) van Eijden

Kamer: B-vleugel, etage 2, docentruimte

T: 06-55208774

E-mail: [email protected]

6.1.2 HET PRAKTIJKBUREAU

Het Praktijkbureau voert de regie uit met betrekking tot de stage. Het gaat dan om zaken

als:

het controleren van de gegevens die door de student en/of het bedrijf worden ingevoerd

in het stageportaal;

het registreren van het aanvraagformulier en de SPC-verklaring;

het ondertekenen, innemen, controleren en archiveren van stagecontracten;

het organiseren van de voorlichting, terugkomdagen, afronding en beoordeling ;

het periodiek controleren van de geldigheid van het stageplaatsaanbod;

bedrijven uitnodigen voor het plaatsen van nieuw aanbod op het stageportaal;

benoemen van de stagebegeleider

registreren van de individuele voortgang

Het Praktijkbureau is het aanspreekpunt voor de student als het gaat om de

administratieve zaken. Inhoudelijk is dat de stagebegeleider. email: [email protected] Scholar: https://online.han.nl/sites/3-EG-PBE/default.aspx

Contact:

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Praktijkbureau Engineering , B-vleugel, etage 2

Ruitenberglaan 26, 6826 CC Arnhem

Postbus 2217, 6802 CE Arnhem

T 026 - 36 58 286

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

6.2 WERKTIJDEN, VERLOF, ZIEKMELDINGEN EN VERZUIM

6.2.1 WERKTIJDEN

Uitgangspunt is dat je tijdens je stage zoveel mogelijk als reguliere werknemer wordt

ingezet en je ook als zodanig opstelt. Dat betekent dat je gebonden bent aan de binnen

het bedrijf geldende regels.

Stage is niet alleen werken, maar ook leren. Het is daarom verstandig om wekelijks tijd te

reserveren voor het zichtbaar maken van je leerproces. Bespreek met het bedrijf hoeveel

tijd je gaat besteden aan bijvoorbeeld het samenstellen van beroepsproducten,

reflecteren, feedbackgesprekken met je stagebegeleider etcetera.

Verder moet duidelijk zijn:

hoeveel uren er per week gewerkt moet worden;

of er sprake is van flexibele werktijden.

In totaal moet je voor je stage 840 uur maken . Dit is inclusief voorbereiding en

beoordeling. Doorgaans betekent dit dat je een aantal producten voor de opleiding in je

eigen tijd moet maken

6.2.2 VERLOF

Van schoolvakanties is geen sprake, dus wat betreft de verlofregeling ben je afhankelijk

van de regels die in het bedrijf voor stagiairs gelden. Binnen deze regels kan verlof

opgenomen worden. Verplichte vrije dagen binnen het bedrijf gelden uiteraard ook voor

jou. Het kan voorkomen dat een bedrijf met Kerstmis twee weken sluit, maar het kan ook

zijn dat het bedrijf alleen tijdens de feestdagen dicht is.

Let op: deelname aan activiteiten op school, gaat ten koste van het op te nemen verlof.

Voor het maken van een toets moet je dus verlof opnemen. Uitzonderingen zijn de door

de school verplichte dagen, zoals de terugkomdag.

6.2.3 ZIEKMELDING

Informeer bij aanvang van je stage naar de geldende regels voor ziekmelding bij het

bedrijf. Als je niet naar je werk kunt wegens ziekte, dan moet dit zowel aan het

stagebedrijf als aan het Praktijkbureau worden doorgegeven.

6.2.4 VERZUIM

Verzuimdagen of uren, door ziekte of andere oorzaken, noteer je in jouw logboek. Ben je

langer dan één dag afwezig of voorzie je dat het langer gaat duren, meld dit dan direct

aan het Stagebureau met opgave van naam, studierichting en de verwachte duur van het

verzuim. Deze melding wordt dan geregistreerd en doorgegeven aan de stagebegeleider.

Bij het bezoek van de stagebegeleider aan het stagebedrijf dien je dit ook met hem/haar

te bespreken.

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

Verzuim kan gevolgen hebben voor de geldigheid van de stage. Bij minder dan vijf

werkdagen zijn er geen gevolgen. Bij zes tot en met tien werkdagen is er sprake van een

bespreekgeval, waarbij de reden van het verzuim en de behaalde resultaten aan de orde

zullen komen. Bij meer dan tien werkdagen geldt dat je de stage moet overdoen.

6.3 STAGEVERGOEDING, VERZEKERING EN OV-CHIPKAART

6.3.1 VERGOEDINGEN EN SOCIALE VERZEKERINGEN

Bedrijf en student kunnen met elkaar afspraken maken over een geldelijke beloning. Een

richtlijn voor deze beloning is € 350,- per maand (bij vijf werkdagen in de week). Indien je

een geldelijke beloning ontvangt, dan is het systeem van inkomsten(loon)belasting en

sociale wetten van toepassing. Zie de website van Voorlichtingscentrum Sociale

Verzekering en de Belasting.

6.3.2 VERZEKERINGEN

Het is belangrijk dat verzekeringen tijdens de stage goed zijn geregeld om financiële

problemen bij ongevallen te voorkomen. Zorg ervoor dat je via het bedrijf waar je de

stageopdracht gaat uitvoeren goed verzekerd bent voor schade die je het bedrijf of een

ander toe kunt brengen en regel dit voordat de stageopdracht van start gaat. Dit doe je

door met het bedrijf een contract aan te gaan. Van het ingevulde en getekende

stagecontract dien je één exemplaar af te geven bij het Stagebureau.

Actuele informatie over de verzekeringen die via de HAN zijn geregeld, kun je vinden op: Insite

HAN Service Bedrijf Service Units en afdelingen Financieel Economische Zaken

Producten en diensten Verzekeringen HAN

Het standaard stagecontract waarvan de hogeschool gebruik maakt, voorziet in een

artikel welke de verzekeringszaken afvangt. Het standaard HAN stagecontract vind je op

Scholar.

6.3.3 OV-CHIPKAART

Je bent tijdens het stagetraject gewoon als student bij de hogeschool ingeschreven en

hebt daarom recht op een studentenreisproduct (OV-chipkaart). Er zijn situaties waarbij

het studentenreisproduct niet bruikbaar is, bijvoorbeeld:

• je kunt 's ochtends niet op tijd met het openbaar vervoer op je stageadres komen;

• je kunt na een stagedag niet meer met het openbaar vervoer naar huis.

In die gevallen kun je een maandelijkse vergoeding van circa € 95 ontvangen als de

problemen zich minstens twaalf dagen per maand voordoen én de stage een verplicht

onderdeel van je opleiding is. Je mag je studentenreisproduct in dit geval gewoon houden.

De vergoeding moet zo spoedig mogelijk worden aangevraagd met het formulier

‘Vergoeding extra reiskosten studentenreisproduct’.

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

Het formulier kun je vinden op website van DUO.nl. Het gedeelte ‘Verklaring van de

onderwijsinstelling over de stage’ laat je invullen door de stagecoördinator. De stempel

van de school kun je halen bij het Praktijkbureau.

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

BIJLAGE 1 TIPS VOOR BENADERING STAGEBEDRIJVEN

- Grote bedrijven hebben vaak tijd nodig om een beslissing te nemen. Zorg ervoor

dat je op tijd start met het benaderen van de bedrijven.

- Informeer per telefoon ( of e-mail ) of ze plaats hebben voor een stagiair. Je hoort

dan wel of je een brief moet schrijven of dat je direct een afspraak kunt maken.

- Bij kleine bedrijven kun je vaak een brede opdracht krijgen, waar je zelf wat van kan

maken. Je begeleider zal het waarschijnlijk druk hebben, dus je zult minder

begeleiding hebben. Daartegenover heb je meestal veel externe contacten (maar

dit is afhankelijk van de opdracht).

- Grote bedrijven bieden vaak specialistische opdrachten aan, waar je je in vast kan

bijten. Er zijn vaak collega’s die je van advies kunnen dienen ( aangezien ze zelf ook

minimaal HBO-opleiding hebben afgesloten). Je hebt over het algemeen minder

externe contacten.

- Beperk je nooit tot één bedrijf. Als dat niets wordt, heb je een probleem.

Bovendien, wat is er op tegen als je wat te kiezen hebt?

- Als je een brief naar een willekeurig bedrijf stuurt, heb je vijf tot 10 procent kans

dat je op gesprek mag komen. Je kunt de kans wel vergroten door er achteraan te

bellen.

- Als je op gesprek mag komen, bereid je dan goed voor! De kans is groot dat je ook

werkelijk op stage mag bij dat bedrijf.

- Vergeet niet om uit te zoeken naar wie de brief gestuurd moet worden in een

bedrijf. Als je daar niet achter kunt komen, stuur de brief dan naar het hoofd P&O,

tegenwoordig ook vaak HR genoemd. Meer kans maak je als je eerst het bedrijf

gebeld hebt om te vragen wie het hoofd P&O is (en of de afdeling wellicht

personeelszaken of HR heet). Een bedrijf ontvangt elke dag veel post zonder dat

duidelijk is voor wie die bestemd is. Deze post komt in 90 procent van de gevallen

niet verder dan een receptioniste of secretaresse. Dat is dus verloren moeite!

Werktuigbouwkunde

31-5-2016 Studiehandleiding Stage 2 VT, 2016-2017

BIJLAGE 2 ADVIEZEN VOOR STAGIAIRS

1. Reageer de eerste dagen niet te impulsief, als de zaken niet onmiddellijk lopen zoals je

had verwacht. Met het oog op de doelstelling van de stagetijd is het niet gewenst de gehele stageperiode routinewerk te doen, maar om na twee of drie dagen al te protesteren, is duidelijk te vroeg. Vooral het afwijzen van een aangeboden opdracht wegens - naar jouw idee - te weinig niveau is not done. Dit werk kan ter voorbereiding naar de daadwerkelijke opdracht van belang zijn voor de aanloop. Bij moeilijkheden neem je contact op met je stagebegeleider of de stagecoördinator.

2. Loopt de stage niet helemaal volgens de afspraken die tijdens de sollicitatie zijn gemaakt,

bespreek dit dan eerst met de bedrijfsbegeleider. Refererend aan het sollicitatiegesprek en de toen besproken mogelijkheden tot het realiseren van je leerdoelen kun je het gesprek aangaan om tot een meer passende invulling te komen.

3. Toon initiatief. Wees niet al te bescheiden en zoek gerust je begeleider op om eventuele

vragen te stellen. Laat niet na je vragen op te sparen of eerst bij anderen te rade te gaan. Het is algemeen bekend, dat een stagiair het bedrijf geld kost. Men verwacht geen rendement; je enthousiasme en ijver vormen de tegenprestatie. Het aantal studenten dat hun toekomstige betrekking (direct, of indirect) te danken heeft aan de stage, is groot.

4. Vanzelfsprekend houd je je aan de regels van het bedrijf. Dit houdt in: op de normale

werktijden aanwezig zijn. Zorg dat je op de voor medewerkers geldende aanvangstijd ook aanwezig bent op het stagebedrijf. Moet je noodzakelijk een dag weg, bijvoorbeeld voor de verplichte activiteiten op school (een Terugkomdag bijvoorbeeld), vraag dan tijdig verlof.

5. Aan een verzorgd uiterlijk wordt in de meeste bedrijven nog steeds grote waarde

gehecht, vooral bij die bedrijven waar je in rechtstreeks contact komt met het publiek (de afnemers, klanten). De indruk die jij achterlaat bij een bedrijf kan betekenen dat nieuwe plaatsingen van studenten in de volgende jaren mogelijk blijven.