VGMH-Regels - TMA LogisticsMEO BV VGMH-Regels Versie: 01-10-2017 6/34 VERKLARENDE WOORDENLIJST...
Transcript of VGMH-Regels - TMA LogisticsMEO BV VGMH-Regels Versie: 01-10-2017 6/34 VERKLARENDE WOORDENLIJST...
VGMH-Regels
Veiligheids-, Gedrags-, Milieu- en Hygiëneregels
Thor shipping en transport BV
MEO BV
ACS Logistics BV
HOV Harlingen BV
Versie 1 oktober 2017
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-01-2015 3/45
INHOUDSOPGAVE
VOORWOORD ............................................................................................................. 4
MISSIE ............................................................................................................. 4
INLEIDING ............................................................................................................. 5
SAMENVATTING VAN DE BELANGRIJKSTE WIJZIGINGEN ............................................... 5
VERKLARENDE WOORDENLIJST ...................................................................................... 6
HOOFDSTUK 1 BELEIDSVERKLARING - KWALITEIT- EN VEILIGHEIDSBELEID ........... 7
HOOFDSTUK 2 VEILIGHEIDSREGLEMENT ................................................................... 10 Artikel 2.1 Inleiding ........................................................................................................ 10 Artikel 2.2 Kritieke taken ................................................................................................. 10 Artikel 2.3 De werkgever ................................................................................................. 10 Artikel 2.4 Leidinggevenden op locatie of projecten ............................................................ 11 Artikel 2.5 Algemeen ...................................................................................................... 12 Artikel 2.6 Veiligheids- en gedragsregels bij onze opdrachtgevers ........................................ 13 Artikel 2.6.1 voedselveiligheidsbeleid .................................................................................. 13 Artikel 2.7 Orde en netheid ............................................................................................. 14 Artikel 2.8 Rokenbeleid ( zie medewerkers richtlijnen art 3.6) .............................................. 14 Artikel 2.9 Telefoon beleid ( zie medewerkers richtlijnen art 3.7) ......................................... 14 Artikel 2.10 Transportmiddelen .......................................................................................... 14 Artikel 2.11 Hijsen en heffen ............................................................................................. 15 Artikel 2.12 Gebruik alcohol, drugs en medicijnen ( zie medewerkersrichtlijnen art 3.6.1) ......... 16
HOOFDSTUK 3 WERKKLEDING EN PBM´S ................................................................... 17 Artikel 3.1 Inleiding ........................................................................................................ 17 Artikel 3.2 Werkkleding en PBM’s ..................................................................................... 17 Artikel 3.3 Persoonlijke beschermingsmiddelen .................................................................. 17
HOOFDSTUK 4 BEDRIJFSHULPVERLENING EN INCIDENTEN ......................................... 19 Artikel 4.1 Bedrijfshulpverlener (BHV’er) ........................................................................... 19 Artikel 4.2 Algemeen ...................................................................................................... 19 Artikel 4.3 Hoe te handelen bij ongevallen ......................................................................... 20 Artikel 4.4 Brandveiligheid ............................................................................................... 21
HOOFDSTUK 5 ORDE- EN DICIPLINAIRE MAATREGELEN .............................................. 23 Artikel 5.1 Maatregelen van orde ...................................................................................... 23 Artikel 5.2 Schorsing ...................................................................................................... 23 Artikel 5.3 Disciplinaire straffen (1-2-3 beleid) ................................................................... 23 Artikel 5.4 Tenuitvoerlegging ........................................................................................... 23
BIJLAGE 1 NAMEN EN ADRESSENLIJST ......................................................................... 24 Artikel 1 bedrijfsarts .................................................................................................... 24 Artikel 2 VVVGMH team ............................................................................................... 24 Artikel 3 Bedrijfshulpverleners (BHV’ers) ........................................................................ 24
BIJLAGE 3 ALGEMENE HYGIËNEREGELS ....................................................................... 26
BIJLAGE 4 PICTOGRAMMEN ......................................................................................... 27
BIJLAGE 5 MELDKAART ............................................................................................... 29
BIJLAGE 6 HAVENVEILIGHEID VOLGENS DE ISPS ........................................................ 30
BIJLAGE 7 VEILIG WERKEN MET ZEECONTAINERS ...................................................... 31
BIJLAGE 8 LAATSTE MINUUT RISICO ANALYSE (LMRA) ............................................... 33
BIJLAGE 9 OMGAAN MET EEN ONGEVAL ...................................................................... 34
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 4/34
VOORWOORD
TMA Logistics is een dienstverlenend bedrijf en biedt full-service oplossingen voor land-, zee- en
luchtvervoer, stuwadoors, goederenoverslag, projectlading, opslag, douaneafhandeling, value
added services en nog veel meer. 24/7 en wereldwijd. De meeste diensten worden geleverd door
de gezamenlijke inspanning van onze werkmaatschappijen: Thor Shipping & Transport (TST),
MEO, ACS Logistics en HOV. Het is de gecombineerde kracht van deze bedrijven die telt, want
door samen te werken is alles mogelijk en hoeven we nooit nee te zeggen.
MISSIE
Wij zijn toegewijd om met kwaliteit de meest efficiënte logistieke diensten te leveren tegen de
laagst mogelijke kosten. Dit bereiken wij door onze “Can do” mentaliteit en de transparante
samenwerking met onze opdrachtgevers
Naast en verweven met ons kwaliteitssysteem van de TMA Logistics en ons
veiligheidsbeheerssysteem, gebaseerd op o.a. de VCU- en VCA**- en ISO-eisen, bestaan de
veiligheids-, gedrags-, milieu- en hygiëneregels (VGMH-regels). Deze veiligheids-, gedrags-,
milieu- en hygiëneregels zijn van toepassing op iedereen die werkzaamheden verricht voor TMA
Logistics.
Wij hebben ons tot taak gesteld om actief deel te nemen aan een bewustwordingsproces voor
onze werknemers ten aanzien van veiligheid, gezondheid en milieu.
Het doel van de veiligheids-, gedrags-, milieu- en hygiëneregels is het beperken van de risico’s
die zich meebrengen voor onze werknemers en hun omgeving en voor de voedselveiligheid.
Iedere werknemer, onderaannemer met zijn personeel, klanten en bezoekers van TMA BV, dienen
zich aan deze veiligheids-, gedrags-, milieu- en hygiëneregels en ook aan eventuele
veiligheidsvoorschriften van de opdrachtgever te houden.
Managementteam TMA BV
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 5/34
INLEIDING
Deze veiligheids-, gedrags-, milieu- en hygiëneregels (VGMH-regels) zijn bestemd voor allen die
voor TMA Logistics of voor een van de werkmaatschappij binnen TMA Logistics werkzaamheden
verricht.
Bedenk dat iedereen die werkt, recht heeft op een veilig werkklimaat en veilige en gezonde
werkomstandigheden, zonder ongevallen. Ongevallen betekenen immers doorgaans menselijk
leed.
Die ongevallen kunnen worden voorkomen door het:
- kennen en herkennen van de risico’s;
- signaleren van onveiligheid/onhygiënische situaties/besmettingen;
- doorpraten van de veiligheid en hygiëne in de werkvoorbereiding en in het werkoverleg;
- vooraf treffen van maatregelen en voorzieningen;
- zich houden aan de veiligheidsvoorschriften, gedragsregels en aan de veiligheidsafspraken en
voorzieningen;
- opheffen c.q. beperken van onveilige situaties of onhygiënische situaties;
- rekening houden met elkaar.
Door het in acht nemen van deze punten, kan een ieder er toe bijdragen een zo veilig mogelijke
werkomgeving te scheppen. Deze bijdrage geldt ook voor levensmiddelen, die door TMA Logistics
of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics worden behandeld of opgeslagen, als die
op een hygiënisch verantwoorde manier worden afgeleverd aan de klant, zodanig dat er voor de
consument geen besmettingsrisico’s zijn.
De directie van TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics geeft de
hoogst mogelijke prioriteit aan de zorg voor veiligheid, gezondheid, milieu en hygiëne. Geen
enkele activiteit binnen TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics is
zo belangrijk of zo urgent dat deze niet met de hoogst mogelijke zorg voor veiligheid en
gezondheid van alle betrokkenen en met inachtneming van de noodzakelijke zorg voor het milieu
zal worden verricht.
SAMENVATTING VAN DE BELANGRIJKSTE WIJZIGINGEN
In vergelijking met de vorige editie van de VGMH-regels.
-MEO BV is gewijzigd in: TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics.
-Bijlage VGM voorschriften derde zijn verplaats naar debiteur map VGM/VCU
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 6/34
VERKLARENDE WOORDENLIJST
Arbo-wet Arbeidsomstandighedenwet die is opgesteld in 1994 en in 1998 is herzien.
Audit Check op de werking van een procedure of systeem. Dit kan intern dan wel extern
worden geregeld.
ATV Arbeidstijdverkorting (ATV voor overheidsgerelateerde bedrijven en instellingen).
BHV Bedrijfshulpverlening.
BHV’er Bedrijfshulpverlener; iemand die is opgeleid om bij ongevallen eerste hulp te
verlenen en weet hoe kleine brandblusmiddelen te gebruiken.
Code 95 verplichte nascholing voor behoud vrachtwagenrijnbewijs(code is vijf jaar geldig)
GMP Good Manufacturing Practices (goede wijze van produceren) of GMP is een
kwaliteitsborgingssysteem voor de humane en veterinaire farmaceutische
industrie
HACCP Hazard Analysis and Critical Control Point (systeem om er voor te zorgen dat de
hygiëne wordt gewaarborgd; afhankelijk van de sector zijn er diverse eisen).
ISO-22000 Een norm die ervoor zorgt dat de hygiëne wordt gewaarborgd.
ISO-9001 Een norm die eisen stelt aan het kwaliteitsmanagementsysteem van een
organisatie en de manier waarop de organisatie met het kwaliteitsbeleid omgaat.
ISPS Internationale Code voor de beveiliging van schepen en havenfaciliteiten
Meldkaart Formulier die ingevuld dient te worden bij (schade)ongevallen, incidenten of
verbeterpunten.
NEN4400 Certificaat voor bedrijven bij wie men beter beschermd is tegen fraude en
illegaliteit.
PMO Periodiek Medisch Onderzoek. MEO stelt medewerker in de gelegenheid een PMO
te ondergaan.
PBM Persoonlijke Beschermings Middelen.
RI&E Risico Inventarisatie & Evaluatie. (verplicht volgens de Arbo-wet voor elke bedrijf
waar een werkverhouding werkgever, werknemer is).
SKAL onafhankelijke organisatie voor het toezicht op de biologische productie in
Nederland
TBM Toolboxmeeting.
TCVT Toezicht Certificatie Verticaal Transport
VCA VeiligheidsChecklist Aannemers (Arbo-zorgsysteem wat zijn oorsprong heeft in de
Petrochemie) richt zich op de operationele medewerkers.
VCA-B Basisveiligheidscertificaat (voor elke medewerker van MEO verplicht).
VCA-VOL Veiligheidscertificaat voor Leidinggevenden.
VCU VeiligheidsChecklist Uitzend- en Detacheringsbureaus (Arbo-zorgsysteem wat zijn
oorsprong heeft in de Petrochemie) richt zich op de operationele medewerkers.
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-01-2015 7/45
HOOFDSTUK 1 BELEIDSVERKLARING - KWALITEIT- EN VEILIGHEIDSBELEID
Het kwaliteits- en veiligheidsbeheersysteem voor Kwaliteit - Veiligheid - Gezondheid - Milieu
wordt gezien als een instrument om de activiteiten zodanig te beheersen dat op een
verantwoorde manier invulling wordt gegeven aan de wensen en eisen van de stakeholders.
Op basis van dit kwaliteitssysteem is TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen
TMA Logistics in staat een verbeteringsproces op te zetten en in stand te houden. Het behalen
van de verschillende certificaten, zoals het ISO-9001-, ISO- 14001 ISO-22000-, VCA**-, VCU-,
GMP+FSA-, BRC en Skal-certificaat leveren grote (interne) voordelen op, onder andere het
verduidelijken van de organisatiestructuur, het inzichtelijk maken van de processen en het
initiëren en realiseren van verbeteringsprocessen.
Het veiligheidsbeheerssysteem is gericht op de veiligheid, gezondheid en welzijn van zowel
medewerkers als derden, als ook het beschermen van de omgeving (milieu).
Door het uitvoeren van regelmatige controles zowel intern als bij onze opdrachtgevers en
registratie hiervan, zullen minder gewenste situaties worden opgespoord, opgelost en zo mogelijk
worden voorkomen.
De volgende punten gelden als leidraad bij de uitvoering van het beleid:
Het behouden / behalen van het ISO-9001-, ISO-14001, ISO-22000-, GMP+FSA-, VCA**-,
VCU- , BRC-, SKAL- en het AEO certificaat;
Het kwaliteit- en veiligheidsbewust maken van alle medewerkers;
Het ten minste voldoen aan de wettelijke vereisten ten aanzien van kwaliteitszorg en de VCU- ,
VCA**-, ISO-, GMP+FSA-, BRC, SKAL en AEO eisen en verordening (EG) nr. 834/2007 en
verordening (EG) nr. 889/2008;
Het voorkomen en beperken van persoonlijk letsel, materiële en milieuschade en besmetting
van voedsel (voedselveiligheid) en veevoer (voederveiligheid);
Het streven om te werken met veilige bedrijfsmiddelen en het veilig houden van deze
middelen;
Beveiligen en beschermen van de organisatie, het milieu, de medewerkers, derden en voeder
/voedingsmiddelen tegen ongewenste invloeden, d.m.v. bescherming en beperking van
risico’s;
Het bieden van vervangend werk bij fysieke en/of psychische klachten;
Het vastleggen van de prioriteiten van veiligheid en hygiëne in de bedrijfsvoering;
Het streven naar verbetering op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu;
Het borgen van processen in de organisatie, ten einde de kwaliteit van de geleverde diensten
te bewaken en zo mogelijk te verbeteren;
Het voldoen aan de eisen die de opdrachtgevers stellen t.a.v. werkwijze, registratie en
verbeterprocessen.
De concrete doelstellingen en de invulling van deze punten zijn opgenomen
Verificatie/Directiebeoordelingen. TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA
Logistics wil de goede kwaliteit van haar producten en diensten vasthouden en waar mogelijk
verbeteren. In het kader van het ISO 22000-systeem, wil TMA Logistics of een van de
werkmaatschappijen binnen TMA Logistics zorgdragen voor verantwoorde voedsel- en
voederveilige producten en daarbij een zorgvuldige hygiëne met betrekking tot de producten in
acht nemen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van grondstoffen die veilig zijn voor de
volksgezondheid en in overeenstemming met de eisen van de klant en de wettelijke normen.
Met het aanstellen van een verzuimcoördinator en een VGM-coördinator (Preventiemedewerker)
en VVVGMH team (voerder, voedsel, veiligheid, gezondheid, milieu en hygiëne) streeft TMA
Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics naar een volledig ingepast
kwaliteits- en veiligheidsbeheerssysteem. De directeuren verbinden zich om de noodzakelijke
voorwaarden te scheppen en middelen ter beschikking te stellen. Voor de activiteiten die de
kwaliteit van de producten en de dienstverlening beïnvloeden, is de medewerking vereist van alle
medewerkers. Tevens is de medewerking van medewerkers vereist om samen een voedsel- en
voederveilige en gezonde werksituatie te creëren.
Alle medewerkers van TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics zijn
verantwoordelijk voor de uitvoering ervan, binnen het gebied van ieders verantwoordelijkheid. Zij
zijn tevens op de hoogte van hun verantwoordelijkheden en taken.
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 8/34
Dit is opgenomen in de Gezamenlijke afspraken op de werkvloer n.a.v. beleidsverklaring
Kwaliteit-Veiligheid-Gezondheid-Milieu-Hygiëne
Iedereen:
1. Neemt kennis van richtlijnen en voorschriften
2. Is verantwoordelijk voor eigen veiligheid en die van anderen
3. Neemt zorgvuldigheid tijdens het werk in acht
4. Gebruikt materiaal en PBM’s op voorgeschreven wijze
5. Respecteert het rook-, alcohol- en drugsverbod
6. Werkt aan orde en netheid
7. Voert regelmatig controles uit
8. Neemt deel aan werkoverleg
9. Meldt (bijna) ongevallen/incidenten
10. Leert van elkaar en spreekt elkaar aan!
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 9/34
Doelstellingen
De directie van TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics stelt
periodiek doelstellingen op voor de voedsel- en voeder-veiligheid en voor de kwaliteit, teneinde
het gehele kwaliteitssysteem verder te verbeteren. Deze doelstellingen worden SMART
geformuleerd (SMART = Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdsgebonden) en
worden jaarlijks geëvalueerd
(zie procedure 4A Verificatie, validatie, directiebeoordeling).
Namens de directie van TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics
Gerben Matroos
Gert van Bruinessen
John de Boer
Peter de Moel
Paul Rinsma
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 10/34
HOOFDSTUK 2 VEILIGHEIDSREGLEMENT
Artikel 2.1 Inleiding
a. Veiligheid op en rond de werkplek is het doel wat wordt nagestreefd.
b. Door voorlichting en ervaring van ons personeel de onveilige situaties tot een minimum
beperken.
c. Overal waar gewerkt wordt, hebben mensen te maken met de arbeidsomstandighedenwet,
kortweg “ARBOWET” genoemd.
d. De Arbowet regelt naast veiligheid en gezondheid ook het welzijn.
e. Volgens de Arbowet is op de eerste plaats de werkgever verantwoordelijk, maar ook de
werknemer krijgt verantwoordelijkheden die kunnen leiden tot strafrechtelijke
aansprakelijkheid.
f. De werknemer is actief betrokken bij het streven naar verbetering van de
arbeidsomstandigheden. Samenwerking en overleg staan centraal.
g. Alleen door het besef dat we met elkaar moeten werken en dat iedere collega naar beste
vermogen zijn/haar functie uitoefent, kunnen we zowel onze eigen veiligheid als die van onze
collega’s zeker stellen.
Artikel 2.2 Kritieke taken
Matrix van beroepen waarvoor een geldig certificaat wenselijk c.q. noodzakelijk is:
Functie/taak Certificaat/diploma
Kraanmachinist Kraanmachinist (TCVT)
Heftruckchauffeur Heftruckchauffeur
Vrachtwagenchauffeur Vrachtwagenrijbewijs (code 95)
Operationeel medewerker VCA Basis Veiligheid
Operationeel leidinggevende VCA VOL (leidinggevenden)
Reachstacker machinist Certificaat Reachstacker
(Haven) kraandrijver Intern aftoetsen
Artikel 2.3 De werkgever
a. De taken en verantwoordelijkheid van de directeur ten aanzien van veiligheid, gezondheid,
milieu en hygiëne, zullen hieronder worden besproken.
b. Hij zal het volgende in acht nemen en erop toezien dat de volgende maatregelen worden
genomen en richtlijnen worden nageleefd:
Het voeren van een planmatig beleid dat is gericht op het verbeteren van de
arbeidsomstandigheden en de voedselveiligheid, het verminderen van het ziekteverzuim en
verminderen van de invloed van de werkzaamheden op het milieu.
Uitvoeren van een deugdelijke risico-inventarisatie/evaluatie.
Opstellen van een (ARBO)jaarplan waarin concreet staat aangegeven welke maatregelen
getroffen worden, wanneer die gerealiseerd moeten zijn, wie daarvoor verantwoordelijk is
en hoeveel geld daarvoor gereserveerd wordt.
Jaarlijks toetsen van de uitvoering van de punten van het (ARBO)jaarplan en HACCP-plan.
Opstellen van een ARBO-jaarverslag waarin het gevoerde beleid geëvalueerd is.
Geven van voorlichting over de risico’s en de getroffen maatregelen aan de werknemers
waarbij jeugdigen extra aandacht behoeven.
Registreren van ongevallen, beroepsziekten en gerapporteerde ongevallen, bijna-ongevallen
en incidenten. Voedselveiligheid incidenten behoren te worden gemeld aan de klant en de
Keuringsdienst van Waren. Ernstige ongevallen, waarbij sprake is van blijvend letsel,
ziekenhuisopname of waarbij iemand overlijd en beroepsziekten moeten worden gemeld aan
de Inspectie SZW.
Voorkomen van gevaar voor derden door het treffen van maatregelen, waaronder een
product-recall.
Organiseren van overleg, op alle niveaus in zijn organisatie.
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 11/34
Bij ziekteverzuimbegeleiding worden we ondersteund door onze bedrijfsarts
dhr. J. Cillekens (SMA; Sociaal Medisch Adviesbureau) die tevens op aanvraag Periodiek
Medisch Onderzoek (PMO) verricht. Ook kan de medewerker gebruik maken van het open
spreekuur.
Het uitvoeren van de diverse risico-inventarisaties/evaluaties (RIE) gebeurt in eigen beheer
en wordt getoetst door een gediplomeerd HVK’er.
Treffen van voorzieningen om eerste hulp te kunnen bieden bij het optreden van
calamiteiten, waaronder het opzetten van een voor hun taak berekend
bedrijfshulpverleningsteam/calamiteitenteam.
Artikel 2.4 Leidinggevenden op locatie of projecten
a. De taken en verantwoordelijkheid van de terminalmanager, operationeel manager, planner en
leidinggevenden op locatie of project (bijvoorbeeld loodsbaas, voorman) ten aanzien van
veiligheid, gezondheid, milieu en hygiëne, zullen hieronder worden besproken.
b. Zij zullen het volgende in acht nemen en erop toezien dat de volgende maatregelen worden
genomen en richtlijnen worden nageleefd:
Het treffen van doelmatige maatregelen in verband met de veiligheid, gezondheid en het
welzijn van de medewerkers;
Het ter beschikking stellen van doelmatige en passende beschermingsmiddelen en zorgen
dat de gebruiker op de hoogte wordt gesteld van het doel, de werking en de wijze waarop
deze moeten worden gebruikt;
Het zoveel mogelijk voorkomen van schade aan de gezondheid van de medewerkers en de
consument;
Het uitsluiten en/of beperken van risico’s bij het gebruiken van machines, apparatuur en
overige hulpmiddelen c.q. grondstoffen;
Een ieder op de hoogte brengen (of laten brengen) van de aard van de werkzaamheden, de
voorschriften en de te nemen maatregelen m.b.t. het bevorderen van de veiligheid,
gezondheid, milieu en het welzijn binnen de onderneming en in de voedselketen;
Voor nieuwe werknemers zijn de veiligheids-, gedrags-, milieu- en hygiëneregels
beschikbaar op de website www.tmalogistics.nl Bij indiensttreding wordt dit besproken met
de medewerker. Door het ondertekenen van de arbeidsovereenkomst geeft de medewerker
aan dat de VGHM regels zijn begrepen;
De bedrijfsleiding en werknemers behoren zodanig samen te werken dat de zorg voor de
veiligheid, het milieu, de gezondheid en het welzijn binnen het bedrijf worden behartigd;
Regelmatige (min 1x per maand) controle op onze werkplekken en registratie van deze
controle op een hiervoor bestemt formulier “Werkplekinspecties”; hierdoor worden
ongewenste situaties opgespoord en kunnen vervolgens worden opgelost; de medewerking
van onze medewerkers en klanten is hierbij belangrijk om samen een veilige-, hygiënische
en gezonde werksituatie te creëren;
Organiseren van overleg met de medewerkers op de diverse projecten. Hieronder valt ook
het houden van toolboxmeetings (10x per jaar); een toolboxmeeting is een vorm van
werkoverleg waarin arbeidsveiligheid centraal staat;
Direct melden van een ongeval, bijna-ongeval of incident(en) aan de leidinggevende. Deze
melding dient ook schriftelijk te worden vastgelegd met behulp van de “Meldkaart”. De
meldkaart behoort volledig ingevuld, liefst met foto’s ter verduidelijking, te worden
ingeleverd bij de preventiemedewerker. Een kopie wordt op de locatie zelf bewaard;
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 12/34
Artikel 2.5 Algemeen
a. Iedereen dient op de hoogte te zijn van de richtlijnen en voorschriften m.b.t. veiligheid,
gedrag, milieu, hygiëne en gezondheid en deze ook op te volgen.
b. In de eerste plaats moet iedere medewerker bij de uitvoering van zijn/haar taak er zorg voor
dragen dat persoonlijk letsel, materiële schade, onhygiënische situaties en/of onnodige
verstoring van het milieu wordt voorkomen. Ieder is verantwoordelijk voor zijn/haar eigen
veiligheid en die van anderen. De werknemers zijn verplicht, in verband met de arbeid, de
nodige voorzichtigheid en zorgvuldigheid in acht te nemen ter vermijding van gevaren voor de
veiligheid en gezondheid van hem-/haarzelf en de consument.
Gebruik machines, toestellen, werktuigen, transport en andere hulpmiddelen op de
voorgeschreven wijze;
Gebruik de, op werktuigen en toestellen aangebrachte, beveiligingen op de juiste wijze;
Werk mee en neem deel aan instructies e.d. m.b.t. veiligheid, hygiëne, gezondheid, milieu
en welzijn i.v.m. de werkzaamheden;
Meld opgemerkte gevaren voor de veiligheid, het milieu, de gezondheid en incidenten
onmiddellijk aan de werkgever of degene die namens hem ter plaatse met de leiding is
belast (meldkaart);
Werk samen in het behartigen van de zorg voor veiligheid, milieu, gezondheid en welzijn
binnen het bedrijf met de werkgever, of degene die namens hem met de leiding is belast;
Houd de werkomgeving en de in gebruik gegeven apparatuur, gereedschap en dergelijke
ordelijk en netjes en lever deze ook weer in goede en nette staat in;
Het gebruik van een mobiele (smart)telefoon is tijdens de werktijd verboden, mits
dit werkgerelateerd is en hiervoor door een leidinggevende toestemming is gegeven;
Houd eerste hulpmiddelen, brandblusapparatuur, etcetera bereikbaar en in goede staat.
Zorg dat ze goed bereikbaar zijn en blijven. Blokkeer ze niet;
Werk mee om een gezond milieu in stand te houden;
Loop niet onder kraanlasten door, ga nooit onder een hijs staan;
Til altijd met gebogen knieën en een rechte rug;
Roken is verboden. Alleen op daarvoor ingerichte plaatsen mag worden gerookt;
Laat alle verwondingen, ook de kleinste, indien mogelijk, door een BHV’er / EHBO’er
behandelen. Zo nodig zal deze een arts inschakelen;
Het nuttigen van alcohol of stimulerende middelen is tijdens werktijd verboden; Beleid voor
buiten werktijden en aandacht voor verslaving en ziekte Zie art. 2.12.
Gebruik de ter beschikking gestelde persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s) op de
juiste en voorgeschreven wijze. Berg ze na gebruik op, eventueel op de daartoe bestemde
plaats of lever ze in. Het niet voorhanden hebben van PBM’s is geen excuus. Neem dan
meteen contact op met de leidinggevende of uitvoerder. Als deze geen PBM’s beschikbaar
kan stellen loopt u het risico naar huis gestuurd te worden. Deze dag is dan voor eigen
rekening;
Houd je aan de algemene verkeersregels zowel bij de
opdrachtgever als op de TMA Logistics locaties , mits anders wordt aangegeven op het
betreffende terminal;
Parkeer op de daarvoor bestemde plaatsen; nooit bij brandkranen of nooduitgangen.
Het blokkeren van brandblussers, brandslangen en andere veiligheidsapparaten of
hulpmiddelen, welke duidelijk zijn gemerkt, is verboden;
Het is verboden uitgangen, trappen en wegen te blokkeren.
Draag bij aan een schone en nette werkomgeving;
Welke werkzaamheden er ook moeten worden uitgevoerd pas bij alles voor aanvang de LMRA
toe. LMRA staat voor Laatste Minuut Risico Analyse (of start-werkanalyse)
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 13/34
Procedure:
Voordat u start met de uitvoering van uw werkzaamheden hou een LMRA
Artikel 2.6 Veiligheids- en gedragsregels bij onze opdrachtgevers
a. Naast deze “VGMH-regels” dien je je bij het betreden van terrein of gebouwen van onze
opdrachtgevers tevens te houden aan de daar geldende regels en veiligheidsinstructies, zoals
(indien van toepassing) het verplicht bijwonen van de veiligheidsinstructie voor aanvang van
de werkzaamheden bij de opdrachtgever, als ook het bijwonen van toolboxmeetings
(veiligheidsinstructies op de werkplek).
b. Deze kunnen zeer uitgebreid zijn, geef hieraan dan ook de nodige aandacht. Je wordt
bovendien geacht je netjes en correct te gedragen.
c. Volg de instructies van het leidinggevende en toezichthoudende personeel nauwkeurig op.
d. Neem geen risico’s, denk aan je eigen veiligheid en aan die van je collega’s. Vraag om uitleg
als je het niet begrijpt.
e. Medewerkers die worden gedetacheerd bij opdrachtgevers, ontvangen van de inlener de vgm
instructies. Zie procedure P.03O.02 Detachering-P&O- Personeel
Artikel 2.6.1 voedselveiligheidsbeleid
a. Het voeder/voedselveiligheidsbeleid binnen TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen
binnen TMA Logistics is erop gericht de kwaliteit, veiligheid en hygiëne van de in ons beheer
gegeven levensmiddelen of diervoeders en daarmee verband houdende goederen, zoals
verpakkingsmaterialen, fust en transportmiddelen, te waarborgen.
b. Voor de bedrijfsonderdelen die te maken hebben met de opslag, transport en handeling van
levensmiddelen en diervoeders is een voedselveiligheidssysteem opgezet dat werkt volgens de
principes van HACCP (Hazard Analysis Critical Control Points).
c. Als praktische uitvoering van het veiligheidsbeleid gelden de “veiligheids- gedrags- milieu en
hygiëneregels” die voor alle medewerkers en bezoekers bindend zijn.
d. Doel van het voedselveiligheidsbeleid:
- Voorkomen en beperken van besmetting van levensmiddelen of diervoeders en materialen
die in contact komen met levensmiddelen of diervoeders, zoals verpakkingsmaterialen,
fust en transportmiddelen;
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 14/34
- voorbereid zijn op eventuele incidenten of afwijkingen die de voedselveiligheid in gevaar
zouden kunnen brengen;
- traceerbaarheid van levensmiddelen en diervoeders waarborgen.
Artikel 2.7 Orde en netheid
a. Werkvloeren en de directe werkomgeving dienen opgeruimd en netjes te zijn.; Zorg ervoor dat
er geen obstakels in de looppaden, rijpaden of op trappen liggen. Dit om te voorkomen dat
men struikelt of, in geval van brand en calamiteiten, de doorgang wordt belemmerd;
b. Afval dient waar mogelijk is te worden gescheiden. En in de daarvoor bestemde bakken te
worden gedeponeerd;
c. Materieel dient na gebruik op een correcte manier te worden opgeborgen.
d. Voor het reinigen van voedselveilige werkplekken/ loodsen dient het materiaal van blauw
kunststof te zijn welke voldoen aan de HACCP voorwaarden.
Artikel 2.8 Rokenbeleid ( zie medewerkers richtlijnen art 3.6)
a. Op alle werkplekken van TMA BV geld een volledig rookverbod van tabak en E-Smoker/ e-
Sigaret met uitzondering van de daarvoor bestemde/ aangewezen rookplaatsen
b. Sinds 2004 is het recht op een rookvrije werkplek in werking getreden. Werkgevers zijn
verplicht om ervoor te zorgen dat werknemers kunnen werken zonder hinder of overlast te
ondervinden van tabaksrook. Het recht op een rookvrije werkplek beperkt zich niet tot een
kantoor, maar omvat alle werkplekken waar werknemers kunnen komen zoals; werkplaatsen,
hallen, gangen, toiletten, kantines, cabines van (mobiele)kranen, heftrucks, vrachtwagens, en
beschikbaar gestelde (bedrijfs)auto’s. TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen
TMA Logistics handhaaft deze wetgeving door middel van het rookbeleid.
c. Het roken is toegestaan in de pauze of in de daarvoor beschikbare gestelde tijd.
d. Bij overtreding van de tabakswet legt de overheid, bij het roken op de werkplek, boetes op.
Mocht er tijdens een controlebezoek door de overheidsinstantie medewerkers tabak rokend op
de werkplek worden gesignaleerd, dan wordt de boete bij die overtreder(s) ingehouden of
doorbelast.
e. TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics stimuleert en
ondersteund medewerkers om te stoppen met roken. Medewerkers die willen stoppen met
roken kunnen bij P&O hiervoor terecht.
Artikel 2.9 Telefoon beleid ( zie medewerkers richtlijnen art 3.7)
a. Het is voor medewerkers niet toegestaan tijdens werkzaamheden gebruik te maken van
mobiele telefoons, als dit de veiligheid van hem zelf en/of zijn collega’s en omgeving in gevaar
wordt gebracht.
b. Er mag alleen in opdracht van de klant, of wanneer het direct werk gerelateerd is, gebeld
worden. Dit dient op een veilige plaats te gebeuren.
c. Privé mag er alleen in de pauze of na werktijd gebeld worden.
d. Voor het gebruik van mobiele telefoons in voertuigen wordt er verwezen naar de
wegenverkeerswet: Verbied het niet handsfree mobiel bellen in een motorvoertuig; dit geld
dus ook voor mobiele kranen en terminaltrekkers. Het alleen al vasthouden van een mobiele
telefoon tijdens het rijden ( SMS-en/ Appen of een telefoonnummer opzoeken) is zelfs
strafbaar gesteld.
Artikel 2.10 Transportmiddelen
a. De transportmiddelen die voor de te verrichten werkzaamheden worden gebruikt zijn niet
geschikt voor personenvervoer. Het is dus niet toegestaan op de heftruck of een
transportwagen mee te rijden; ook niet om de last in evenwicht te houden;
b. De heftruck mag alleen door daartoe bevoegde personen worden bereden;
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 15/34
c. Bij het rijden met de heftruck dienen de lepels op de voorgeschreven hoogte te worden
gehouden (± 15-20 cm van de grond);
d. Kies bij schuine rijpaden een zodanige rijrichting, dat de last niet van de lepels af kan
schuiven;
e. Bij onvoldoende zicht naar voren, achteruit rijden;
f. Gebruik de claxon bij uit- en doorgangen, hoeken en onoverzichtelijke situaties;
g. Zet transportmiddelen, gereedschappen en dergelijke na gebruik op de daarvoor bestemde
plaats;
h. Neem na het wegzetten van de heftruck op de daarvoor bestemde plaats, steeds de
contactsleutel mee en berg deze aan het eind van de werkdag op in de sleutelkast;
i. Houd transportpaden vrij van obstakels zoals materialen en gereedschappen;
j. Laat het transportmiddel netjes achter. Laat, bij einde werkzaamheden, geen onnodige
dingen achter en ruim deze op (orde en netheid);
k. Men is wettelijk verplicht een veiligheidsgordel op open heftrucks te dragen (bij niet dragen is
een eventuele boete voor rekening van de heftruckchauffeur).
Artikel 2.11 Hijsen en heffen
a. Het bedienen van kranen en andere hefmiddelen dient met de nodige kennis en
voorzichtigheid te geschieden. Om deze te bedienen is een relevante instructie een vereiste;
b. Controleer geregeld de toestand van de hijsmiddelen en waarschuw bij beschadigingen of
onregelmatigheden onmiddellijk de leidinggevenden;
c. Gebruik alleen hijsogen met ingeslagen hijsgewicht en aanliggende borst;
d. Gebruik een sluiting met borging;
e. Gebruik voor elke last het juiste middel, te weten:
- Hijsbanden; als de last door een ketting of staalkabel wordt beschadigd;
- een ketting; als hijsbanden of staalkabel te kwetsbaar zijn;
- staalkabel; als niet per se hijsbanden of een ketting hoeven te worden gebruikt;
f. Kettingen moeten voorzien zijn van een label waarop de maximale werkbelasting is
aangegeven;
g. Gebruik alleen kettingen waarvan een certificaat aanwezig is;
h. Belast hefwerktuigen en hefmiddelen niet zwaarder dan erop staat aangegeven;
i. Bij gebruik van tweesprongen, twee-einden of dubbele lussen mag de last niet zwaarder zijn
dan die voor de enkele kabel. Bij drie- of viersprongen mag de last 1,5 maal deze waarde
hebben. De tophoek van een tweesprong mag niet groter zijn dan 120°;
j. Sla de last op de juiste manier aan; voorkom losschieten of schuiven van de last;
k. Plaats de kraan zodanig, dat de kat zich recht boven de last bevindt;
l. Voorkom slingeren van de last en houd de bedieningshandels tijdens de bediening steeds vast.
m. Zeker de last, bij eenzijdig heffen, tegen wegschuiven of wegrollen;
n. Verplaats voorwerpen nooit horizontaal door middel van de kraan; een kraan is hiervoor niet
gebouwd en dit kan tot levensgevaarlijke situaties leiden;
o. Loop nooit onder de last door en ga hier nooit onder staan;
p. Ga tijdens het hijsen niet op de last staan om deze in evenwicht te houden;
q. Bekleed, indien voor het hijsen kettingen of kabels om scherpe randen moeten worden
geslagen, de randen met rubber of hout ter voorkoming van beschadiging van de ketting of de
kabel;
r. Gooi niet met hijsmiddelen. Hang ze na het gebruik op de daarvoor bestemde plaats;
s. Vanaf windkracht 8 mag niet zondermeer gebruik worden gemaakt van de hijskraan. Er dient
te worden overlegd met de directie of de hijswerkzaamheden moeten worden stilgelegd;
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 16/34
t. Tijdens onweer dient het werk te worden stilgelegd. Om een veilige marge in te bouwen kan
men de tien seconden regeling aanhouden. Dit houdt in dat het werk wordt stilgelegd als er
tussen de lichtflits en de donder minder dan tien seconden zit.
u. Bij hijsen en heffen zijn verplicht:
- Veiligheidsschoenen;
- veiligheidshelm (waar nodig);
- veiligheidsbril (waar nodig);
- veiligheidshandschoenen (waar nodig);
- signaalkleding.
-
Artikel 2.12 Gebruik alcohol, drugs en medicijnen ( zie medewerkersrichtlijnen art 3.6.1)
a. tijdens de aanwezigheid op enige door TMA aangewezen arbeidsplaats, is het gebruik van
alcohol en drugs niet toegestaan. Behalve wanneer deze alcoholica door TMA verstrekt worden
en onder toezicht van de directie of bedrijfsleiding ter plaatse wordt genuttigd.
b. Bij constatering van overtreding van het verbod, genoemd in sub 1 van dit artikel, zal de
werknemer met onmiddellijke ingang kunnen worden ontslagen.
c. Het is eveneens verboden, op basis van genoemde sanctie, dat werknemers de TMA terreinen,
loodsen of andere tewerkstellingslocaties betreden, terwijl zij als gevolg van tevoren
genuttigde alcoholica en/of verdovende of stimulerende middelen op grond van de dan
geldende verkeerswetgeving geen motorvoertuig zouden mogen besturen.
d. Werknemers die medicijnen gebruiken, welke de rijvaardigheid kunnen beïnvloeden, ook als
deze door een arts zijn voorgeschreven, dienen dit direct na ontvangst van het recept te
melden aan de bedrijfsleiding van TMA. Eventueel kunnen zij dit ook melden aan de
bedrijfsarts, die dan kan beoordelen in welke mate deze werknemer nog in staat is zijn werk te
verrichten.
e. Indien bij TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics een meer dan
redelijk vermoeden bestaat, gebaseerd op feiten en omstandigheden, dat de werknemer door
het gebruik van genoemde middelen onbekwaam is tot het verrichten van arbeid, dan wel
onbevoegd is (op basis van de verkeerswetgeving) tot het besturen van motorvoertuigen, zal
TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics de werknemer in staat
stellen om op vrijwillige basis, voor rekening van TMA Logistics of een van de
werkmaatschappijen binnen TMA Logistics, door middel van een medisch, dan wel ander
onderzoek zijn onschuld te bewijzen. Het overtreden van het verbod onder sub 1, dan wel het
niet meewerken aan genoemd onderzoek kan leiden tot sancties op grond van het bestaande
sanctiebeleid.
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 17/34
HOOFDSTUK 3 WERKKLEDING EN PBM´S
Artikel 3.1 Inleiding
a. Niet altijd en overal zijn arbeidsrisico’s door technische en organisatorische maatregelen te
voorkomen. In alle gevallen waar dit niet mogelijk is, moet dit door het gebruik van
persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s) gebeuren.
b. TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics stelt de werknemers in
de gelegenheid PBM’s te bestellen. Het is van belang om het bestellen van schoenen of kleding
e.d. via de planning te regelen. De planning, projectmanager en/of direct leidinggevende dient
de werknemer van de werking, doel en wijze van gebruik op de hoogte te stellen.
c. De voorgeschreven persoonlijke beschermingsmiddelen dienen altijd gedragen te worden. Het
niet bij zich hebben van de voorgeschreven PBM is geen excuus. Als dit wel het geval is neem
dan meteen contact op met de leiding of uitvoerder. De werknemer heeft de plicht om de ter
beschikking gestelde PBM’s op de juiste manier te gebruiken en te onderhouden.
d. Dienen zorg te dragen voor het netje houden van de PBM’s en tijdig te vervangen bij slijtage.
Artikel 3.2 Werkkleding en PBM’s
a. TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics stelt voor zijn
medewerkers per functie bedrijfskleding beschikbaar. Bij indiensttreding ontvangt de
medewerker een basis pakker met bedrijfskleding. Per jaar heeft de medewerker een
persoonlijk budget om zijn werkkleding te vervangen of aan te vullen.
b. TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics, beperkt de risico’s door
middel van de arbeid hygiënische strategie (bron aanpak) Voor de overige rest risico’s stel TMA
Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics de volgende PBM’s ter
beschikking:
Veiligheidsschoenen;
Regelkleding;
Veiligheidshesje;
Helm;
Gehoor bescherming; (Otoplastieken)
Veiligheidsbril;
Handschoenen;
Doorwerkoveral.
Artikel 3.3 Persoonlijke beschermingsmiddelen
c. Op alle werkplekken is het verplicht veiligheidsschoenen (S3; stalen zool en neus) te dragen.
Deze moeten aan het volgende voldoen:
Pasvorm moet intact zijn;
Tussenzool in goede staat en nog veerkrachtig;
Antislipzool met voldoende profileringsdiepte;
Vetersluiting; alle haken en ogen in orde;
(Eventueel) stalen neus onbeschadigd.
d. Het is verplicht om op de terminals en op de aangegeven plekken reflecterende kleding te
dragen. Minimaal hesje.
e. Werkhand schoenen dienen zij regelmatig te worden vervangen.
Gebruik schone handschoenen als je in contact komt met voedselproducten.
f. Bij een geluidsniveau van max. 80 dB(A) (luid gespreksniveau) wordt gehoorbescherming
aanbevolen en verstrekt . Bij een geluidsniveau van 85 dB(A) of meer is gehoorbescherming
verplicht. MEO stelt werknemers in de gelegenheid otoplastieken aan te laten meten De
verantwoordelijkheid van het wel of niet aanschaffen en/of gebruiken van otoplastieken ligt bij
de werknemer. De otoplastieken dienen jaarlijks gecontroleerd te worden en de
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 18/34
verantwoording hiervoor ligt bij de werknemer zelf. Bij het niet naleven van de jaarlijkse
controle worden de kosten op de werknemer verhaald.
g. Bij werkzaamheden die gevaar opleveren voor hoofdletsel of als dit is aangegeven, is men
verplicht de veiligheidshelm te dragen. Volg de instructies van je leidinggevenden of de
daarvoor bestemde gebodsborden op.
Pasvorm moet intact zijn;
Jaarlijks zelf de helm controleren op vervorming en uiterste gebruiksdatum.
h. Voor werknemers die in koelcellen/-ruimtes werkzaam zijn, is het dragen van een
doorwerkoverall verplicht.
i. Voor ontvangst van de PBM’s moet worden getekend. De ontvanger verklaart daarmee de
persoonlijke beschermingsmiddelen te zullen dragen, in goede staat te houden en te beheren.
Bij verlies of schade door eigen toedoen zullen de kosten voor vervanging bij de werknemer in
rekening worden gebracht. Visuele controle moet regelmatig door de medewerker zelf worden
uitgevoerd. Indien ze niet meer of niet meer volledig aan de eisen voldoen worden ze
ingenomen en vervangen
j. TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics wil graag een
organisatie zijn die professionaliteit uitstraalt. Zorg dat je kleding (zo veel mogelijk) schoon,
niet kapot, niet versleten en niet verwassen is. Loop je niet in een overall, doe dan een
spijkerbroek of werkbroek aan. Een joggingbroek of housebroek zijn niet toegestaan.
k. Bij werkzaamheden met voedsel dient extra aandacht te worden besteed aan het dragen van
schone werkkleding.
l. Kleding, dat in contact is geweest met besmettelijke materialen of sterk vervuild is, mag niet
in contact komen met voedingsmiddelen of met schone bedrijfskleding.
m. Op heftrucks waar geen cabine of veiligheidsdeur aanwezig is, is het wettelijk verplicht de
gordel te dragen. Bij het niet dragen van een gordel kan een boete vanuit szw worden
opgelegd.
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 19/34
HOOFDSTUK 4 BEDRIJFSHULPVERLENING EN INCIDENTEN
Artikel 4.1 Bedrijfshulpverlener (BHV’er)
a. in de arbowet is opgenomen dat bedrijven verplicht zijn maatregelen te treffen op het gebied
van bedrijfshulpverlening.
b. De opleiding tot BHV’er bestaat uit de volgende onderdelen:
1. Levensreddende handelingen o.a.:
De vijf belangrijke punten bij calamiteiten:
- Op gevaar letten;
- Nagaan wat er is gebeurd/wat iemand mankeert;
- Slachtoffer geruststellen;
- Zorgen voor deskundige hulp;
- Iemand helpen op de plaats waar hij ligt of zit.
bewustzijns- en ademhalingsstoornissen;
reanimatie en gebruik AED;
verbandleer.
2. Communicatie o.a.:
het melden van incidenten binnen het bedrijf;
hulp van buiten het bedrijf;
het onderkennen van gevaren;
het gebruik van communicatiemiddelen.
3. Beperken en bestrijden van brand o.a.:
de diverse brandstadia;
branddriehoek;
blussen, het gebruik en de kennis van de diverse brandblusmiddelen.
4. Ontruimingen o.a.:
ontruimingsplan en de procedures;
oefenen en vluchtroutes;
noodverlichting en gevaren.
c. Elk jaar gaat de BHV op herhaling om de leerstof en trainingen steeds optimaal te kunnen
toepassen.
Artikel 4.2 Algemeen
a. Een BHV’er is een werknemer die een opleiding tot BHV-er heeft gevolgd en vervolgens
jaarlijks een herhalingscursus heeft gevolgd. In geval van een incident in het bedrijf wordt hij
geacht binnen enkele minuten aanwezig te zijn. Van de BHV’er wordt verwacht dat hij de
situatie kan overzien en de noodzakelijke acties kan ondernemen.
b. De BHV’er moet beschikken over een BHV-diploma. Hiermee beschikt hij over de nodige
basiskennis op het gebied van eerste hulp, het beperken en bestrijden van een beginnende
brand, alarmering en ontruimingsacties. Op basis van de resultaten van de
gevareninventarisatie en risicoanalyse met betrekking tot het bedrijf, kan de werkgever het
noodzakelijk vinden dat de BHV’er extra kennis en vaardigheden opdoet op het gebied van
bedrijfshulpvelening.
c. De werkgever blijft verantwoordelijk voor de organisatie, de middelen, de opleiding en
oefening van de BHV’er.
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 20/34
d. Relevante aspecten bij het organiseren van de bedrijfshulpverlening zijn de volgende:
Iedere werknemer in de organisatie moet bekend zijn met de BHV-organisatie als zodanig;
Er moeten duidelijke afspraken gemaakt worden ten aanzien van:
- wijze van alarmering van interne en externe hulpinstanties;
- taakverdeling bij incidenten waarbij ook andere diensten betrokken zijn;
- informatie ten aanzien van bijzondere omstandigheden.
e. De BHV’er weet wat er moet gebeuren als er brand is, of wat hij moet doen als iemand
flauwvalt. Hij weet ook wat hij moet doen als het gebouw ontruimd moet worden. In zo’n geval
is de BHV’er degene die er, samen met de andere BHV’ers, voor zorgt dat de mensen zo rustig
mogelijk, maar wel snel, het gebouw kunnen verlaten.
f. De opdrachten en/of instructies van de BHV’er dienen bij een incident in het bedrijf opgevolgd
te worden.
Artikel 4.3 Hoe te handelen bij ongevallen
Ongevallen met ernstig letsel
a. Bij ongevallen met ernstig letsel dient men het ongeval te melden bij 1 1 2 en zo spoedig
mogelijk de bedrijfshulpverlening (BHV’er) te waarschuwen;
Let op gevaar voor uzelf, het slachtoffer en omstanders;
Vraag wat er is gebeurd/wat de persoon mankeert;
Laat BHV’er(s) waarschuwen;
Waarschuw de hulpdienst(en) d.m.v. het bellen van 1 1 2 (zie punt b);
Ga terug naar de BHV’er(s) om te bevestigen dat hulpdiensten gealarmeerd zijn;
Blijf bij het slachtoffer en stel hem zoveel mogelijk gerust;
Help BHV’ers bij de te verrichten handelingen;
Ingeval de gewonde binnenboord ligt, slachtoffer als andere situatie behandelen, Laat
slachtoffer liggen en allermeer de hulpdiensten. Laat voorman gewonden bak gereed zetten
bij de kraan. Hulp dienst bepaalt of deze wordt ingezet.;
Zorg dat de hulpdiensten voldoende vrije ruimte hebben om bij het slachtoffer te komen;
Waarschuw de planning over de aard van het ongeval;
Het ongeval moet ook schriftelijk, door middel van de meldkaart, worden gemeld aan de
preventiemedewerker.
b. Het is wenselijk de volgende gegevens door te geven bij de hulpdienst(en):
Bedrijfsnaam en afdeling;
Plaats, adres en postcode van ongeval;
Het aantal slachtoffers;
Zo mogelijk de aard van de verwonding(en);
Waar de ambulance naar toe moet komen;
Verzeker u ervan dat er over de plaats geen misverstand kan bestaan, door de plaats en
postcode aanduiding te laten herhalen.
zie bijlage “Meldkaart voor ongevallen met en zonder verzuim, bijna-ongevallen, onveilige
situaties/handelingen en schadegevallen”.
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 21/34
Ongevallen met gering letsel
a. Bij minder ernstig letsel geldt het volgende:
Elk ongeval dient onmiddellijk te worden gemeld bij de leidinggevende op het project waar
het slachtoffer(s) zich bevindt;
Het slachtoffer gaat, al dan niet onder begeleiding, direct naar een BHV’er om zich te laten
behandelen. Dit geldt ook voor kleine verwondingen, hoe onbelangrijk deze mogen lijken.
b. Ook ongevallen met gering letsel moeten d.m.v. de meldkaart aan de preventiemedewerker
worden gemeld.
zie bijlage “Meldkaart voor ongevallen met en zonder verzuim, bijna-ongevallen, onveilige
situaties/handelingen en schadegevallen”.
Bijna-ongevallen en ongevallen met materiële schade
a. Ook bijna-ongevallen, incidenten en ongevallen met materiële schade moeten worden gemeld
aan de leidinggevende op het project. Deze zal samen met betrokkene het incident schriftelijk
met behulp van de meldkaart vastleggen en aan de preventiemedewerker toesturen.
zie bijlage “Meldkaart voor ongevallen met en zonder verzuim, bijna-ongevallen, onveilige
situaties/handelingen en schadegevallen”.
Artikel 4.4 Brandveiligheid
a. Nagenoeg elke brand is, als regel op één punt, klein begonnen. In vele gevallen zijn de
brandoorzaken terug te voeren tot onverschilligheid, onachtzaamheid en onwetendheid.
b. De meest voorkomende brandoorzaken zijn:
Kortsluiting;
onvoorzichtigheid met open vuur;
brandend rookgerei;
vuur in de nabijheid van brandbare (afval)stoffen.
c. Om het brandrisico binnen de perken te kunnen houden en de daaraan verbonden persoonlijke
veiligheid zo optimaal mogelijk te houden, moeten:
de getroffen brandveiligheidsvoorzieningen in stand worden gehouden;
de meest voorkomende brandoorzaken worden onderkend en voorkomen.
d. De brandveiligheidsvoorzieningen in standhouden, betekent:
Zet geen zelfsluitende brandwerende deuren vast in geopende stand;
Plaats geen obstakels in vluchtwegen, voor blusmiddelen en brandalarm;
Laat nooduitgangen vrij.
e. Voorkomen is beter dan blussen!
Laat geen ingeschakelde elektrische apparaten onbeheerd achter;
Trek na gebruik de stekker uit de contactdoos of schakel de hoofdschakelaar uit;
Schakel de verlichting uit in die ruimten waar geen licht meer nodig is;
Kijk bij gebruik van open vuur of er geen brandbare stoffen in de omgeving zijn die gevaar
kunnen opleveren. Neem ze weg of breng brandwerende bescherming aan;
Gebruik geen vluchtige brandbare stoffen in de nabijheid van open vuur;
Rook niet in ruimten waar een rookverbod geldt;
Werp geen brandend rookgerei of brandende lucifers achteloos weg;
Berg brandbare afvalstoffen direct op een brandveilige plaats op.
Wat te doen indien er toch brand ontstaat
a. Taken personeel:
U wordt gewaarschuwd door luid roepen “Brand, brand!”, op enkele werkplekken gebeurt dit
door een brandalarm.
Begeef u naar uw eigen afdeling; uw leidinggevende begeleidt u bij de ontruiming.
b. Bij brand op uw afdeling:
Bel de receptie, waarschuw uw leidinggevende;
Geef korte en duidelijke informatie omtrent plaats, aard en grootte van de brand;
Breng personeelsleden uit de bedreigde zones;
Volg instructies van bedrijfsleiding/technische dienst/bedrijfshulpverleners op.
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 22/34
c. Maatregelen bij constateren van brand:
Alarmeer de brandweer (of laat dit doen), via het algemeen alarmnummer 1 1 2;
Geef het volgende door:
- Waar de brand is (adres, postcode, afdeling);
- Wat er in brand staat;
- De omvang van de brand;
- Of er sprake is van slachtoffer(s).
Laat iemand de brandweer opwachten en informatie verstrekken;
Probeer of de brand met een brandblusser geblust kan worden;
Waarschuw iedereen die in de nabijheid aan het werk is;
Verwijder eventuele gevaarlijke en brandbare stoffen: gasflessen of brandstofvaten etc.
d. Let op, breng uzelf en anderen nooit onnodig in gevaar door bovenstaande acties.
VEILIGHEID KOMT EERST – VEILIGHEID BOVEN ALLES
e. Bij een persoon in brand:
Laat de persoon liggen of leg deze neer;
Direct blussen met water;
Indien niet aanwezig. Wikkel het slachtoffer in een deken of rol het slachtoffer rond over de
grond;
Bij gebruik van een deken bij het hoofd beginnen en naar beneden toe wikkelen en goed om
de hals sluiten;
Daarna het slachtoffer koelen met water (minimaal 15 minuten, bij voorkeur totdat
professionele hulp arriveert).
f. Bij een gasfles in brand:
Een fles die in brand raakt, zal niet onmiddellijk uiteenspringen. Loop dus niet gelijk weg
maar tracht de vlam zo snel mogelijk te doven;
Is de vlam klein, draai de flesafsluiter dicht;
Is de vlam zo groot dat de afsluiter niet dicht gedraaid kan worden: gebruik een
brandblusser. Indien deze niet aanwezig is probeer de vlam dan met een natte deken of
doek te doven.
g. Gebruikte brandblussers direct laten controleren en afvullen.
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 23/34
HOOFDSTUK 5 ORDE- EN DICIPLINAIRE MAATREGELEN
Artikel 5.1 Maatregelen van orde
a. De medewerker is verplicht zich te gedragen naar de maatregelen van orde die ten aanzien
van het verblijf in dienstlokalen, dienstgebouwen of op het werk zijn vastgesteld.
b. Aan de medewerker kan de toegang tot de dienstlokalen, dienstgebouwen of het werk, evenals
het verblijf aldaar, worden ontzegd.
Artikel 5.2 Schorsing
a. Behoudens bij schorsing op grond van het eerste lid, onderdeel 4, kan tijdens de schorsing de
beloning geheel of gedeeltelijk worden ingehouden.
Artikel 5.3 Disciplinaire straffen (1-2-3 beleid)
a. Medewerkers die voorschriften e.d. niet naleven en waarvan de indruk bestaat dat dit onwil is,
zullen daarop worden aangesproken. Hiervoor moet men zich verantwoorden bij, de
terminalmanager, operationeel manager, planning en/of direct leidinggevende.
Het 1-2-3 beleid zal worden toegepast
1. Officiële waarschuwing, mondeling;
2. Schriftelijke waarschuwing personeelsdossier;
3. Disciplinaire maatregel.*
b. Bij het opleggen van de straf kan worden bepaald, dat zij niet ten uitvoer zal worden gelegd,
indien de medewerker zich gedurende een vastgestelde termijn niet schuldig maakt aan
soortgelijk plichtsverzuim, als waarvoor de bestraffing plaatsvindt, noch aan enig ander ernstig
plichtsverzuim en zich houdt aan de daarbij eventueel gestelde bijzondere voorwaarden.
* Disciplinaire maatregel welke opgelegd kunnen worden:
A. vermindering van het algemeen verlof met ten hoogste 1/3 van het aantal uren
waarop in het desbetreffende jaar aanspraak bestaat;
B. geldboete tot ten hoogste 10% van zijn jaarsalaris;
C. Loonbetaling beperken tot 70%, echter tenminste wettelijk minimumloon.
D. benoeming in een andere functie;
E. ontslag.(staande voet)
Artikel 5.4 Tenuitvoerlegging
Het besluit tot strafoplegging wordt onmiddellijk ten uitvoer gelegd, tenzij anders is bepaald.
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 24/34
BIJLAGE 1 NAMEN EN ADRESSENLIJST
Artikel 1 bedrijfsarts
a. SMA (Sociaal Medisch Adviesbureau)
De heer J. Cillekens
Binnenwijzend 54
1617 KW Westwoud
Tel: (0228) 56 10 24
Email: [email protected]
b. Preventiemedewerker/Veiligheidskundige
Coen Weijers
tel. werk: (0227) 54 99 22
Artikel 2 VVVGMH team
Naam Functie Bedrijf
Wilco van der Made KAM coördinator MEO
Coen Weijers VGM Coördinator Preventiemedewerker/MVK MEO
Edwin Raaphorst KAM coördinator ACS
Roos Bol KAM coördinator HOV
Michael Boer KAM coördinator Thor
Artikel 3 Bedrijfshulpverleners (BHV’ers)
TMA Logistics of een van de werkmaatschappijen binnen TMA Logistics streeft er naar op iedere
locatie minimaal 1 BHV te hebben. Door het dynamische karakter van de organisatie is het niet
mogelijk een vaste bezetting te organiseren. In de planlijst is de BHV-er aangeduid met BHV. Op
iedere locatie is een aanwezigheid bordje met de naam van de aanwezige BHV. De BHV is ook
duidelijk herkenbaar door de letters BHV op zijn/ haar jas/hesje.
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 25/34
BIJLAGE 2
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-01-2015 26/34
BIJLAGE 3 ALGEMENE HYGIËNEREGELS
Voor alle bedrijven die onderdeel uitmaken van TMA Logistics waar gewerkt
wordt volgens het geldende ISO 22000 en GMP+FSA -kwaliteitssysteem.
Deze hygiëneregels gelden voor iedereen (ook voor bezoekers indien van toepassing).
1. Correcte verzorging is verplicht (lang haar in staart dragen, niet los) en nagels moeten
kort geknipt zijn.
2. Het dragen van schone en passende (werk)kleding en geschikte (werk)schoenen is
verplicht. (Werk)kleding dient in ieder geval 1 keer per week gewassen te worden.
3. Handen worden regelmatig gewassen, in ieder geval bij de start van de werkzaamheden
en na elk toiletbezoek en het nuttigen van voedsel.
4. Open wonden moeten met een lekdichte (blauwe met metaal detectiestrip) pleister
worden afgedekt en regelmatig worden ververst.
5. Personen met buikloop, ontstekingen, open wonden of huidziekten aan hoofd, hals,
armen of handen houden zich niet bezig met selecteren of verpakken. Dit geldt ook voor
personen die lijden aan een besmettelijke ziekte of daarmee in contact zijn geweest.
Melding van bovengenoemde omstandigheden aan de bedrijfsleiding en/of de
Arboarts is verplicht alvorens de werkzaamheden met voedsel of verpakkingsmaterialen
voor voedsel worden aangevangen.
6. Eten en drinken zijn in de verwerkingsloods en op de werkplek verboden (met
uitzondering van afsluitbare plastic flessen met water voor consumptie).
7. Het gebruik van alcohol of stimulerende middelen is verboden.
8. Spuwen of een vorm daarvan is ten strengste verboden.
9. Roken en open vuur is verboden en is alleen toegestaan op de daarvoor bestemde
plaatsen.
10. Iedereen houdt zijn werkplek voldoende schoon.
11. Gevallen producten dienen opgeruimd te worden.
12. Deponeer afval in de daarvoor bestemde bak / container.
13. Gereedschap en materialen dienen na gebruik op de daarvoor bestemde plaats te
worden opgeborgen.
14. Deuren dienen zo veel mogelijk te worden gesloten.
15. Calamiteiten/incidenten dienen te worden gemeld bij de leidinggevende.
16. Bezoekers dienen het bezoekersregister te ondertekenen en geven daarmee aan de
hygiëneregels (en de ontvangen terminalregels) te hebben begrepen en na te leven.
17. Eenieder dient zich aan bovenstaande regels te houden.
versie 1 juli 2017
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 27/34
BIJLAGE 4 PICTOGRAMMEN
VERBODSPICTOGRAMMEN
roken verboden
vuur, open vlam en roken
verboden
verboden toegang voor
onbevoegden
GEBODSPICTOGRAMMEN
gehoorbescherming en
veiligheidshelm verplicht
gehoorbescherming verplicht
veiligheidsschoenen
verplicht
veiligheidshandsschoenen
verplicht
beschermende kleding
verplicht
veiligheidshelm verplicht
Handen wassen
verplicht
WAARSCHUWINGSPICTOGRAMMEN
hangende lasten
industriële voertuigen
slipgevaar
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 28/34
REDDINGSPICTOGRAMMEN
uitgang
eerste hulp
veiligheidsdouche
BRANDPREVENTIE
ladder
blusslang
blusapparaat
te volgen richting
brandmelder
verzamelpunt
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 29/34
BIJLAGE 5 MELDKAART
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 30/34
BIJLAGE 6 HAVENVEILIGHEID VOLGENS DE ISPS
(INTERNATIONAL SHIP AND PORT FACILITY SECURITY CODE)
Op deze port facility gelden enkele regels die u voor het betreden van het terrein door dient te
nemen en te volgen.
Geldende regels MEO-locatie Haven- en bedrijvenpark “De Grote Hout”, Velserkade en
HCT Amsterdam
1. Het betreden van de port facility geschiedt geheel op eigen risico.
2. Voordat u de port facility betreedt dient u zich te melden bij de bewaking. U vult daar u
naam in, aankomsttijd en reden van bezoek. Het kan zijn dat u een toegangspas wordt
overhandigd. U dient deze te allen tijde bij u te hebben en zichtbaar te dragen. Op verzoek
dient u de toegangspas te tonen.
3. U dient de aanwijzingen van de Port Facility Security Officer en de bewaking te allen tijde te
volgen.
4. Bij laden en lossen van schepen en vrachtwagens dient (indien nodig) een helm gedragen te
worden.
5. Bij het betreden van het kadeterrein zijn reflecterende kleding en veiligheidschoenen (S3,
stalen zool en neus) verplicht.
6. Het parkeren van de auto’s dient binnen de parkeervakken te geschieden. Als er buiten de
vakken wordt geparkeerd, wordt u verzocht deze te verwijderen. Het parkeren geschiet op
eigen risico.
7. Het is niet toegestaan zonder uitdrukkelijke toestemming van de bewaking spullen op de port
facility onbeheerd achter te laten.
8. Bij calamiteiten (brand, letsel e.d.) dient u te handelen volgens de calamiteiten poster op de
locatie.
9. Het is aan te raden om de vluchtwegplattegrond van de etage waar u zich bevindt te
bekijken. Mocht er zich een calamiteit voordoen, volg dan de instructies op van de
(bedrijfs)hulpverlener(s).
10. Het gebruik van reddingsvesten. In het BPR (binnenvaart politie regelement) geld voor de
beroepsvaart een verplichting van het gebruik van een reddingsvest. Bij het van of aan boord
gaan voor zover er gevaar voor in het watervallen bestaat, Bij het verblijft en
werkzaamheden aan dekken in het gangboord, indien verschansingen van ten minsten 90 cm
hoogte niet aanwezig zijn of relingen niet doorlopen zijn geplaatst.
Vertrek
Bij het verlaten van de port facility dient u zich uit te schrijven en de bezoekerspas, als deze is
verstrekt, bij de bewaking in te leveren.
Wij danken u voor uw medewerking.
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 31/34
BIJLAGE 7 VEILIG WERKEN MET ZEECONTAINERS
MEO BV ontvangt geregeld zeecontainers waarin diverse producten zijn geladen. Ook zijn er
medewerkers bij bedrijven gedetacheerd waar zeecontainers met producten worden ontvangen.
Bij het openen van zeecontainers bestaat het risico op blootstelling aan gevaarlijke stoffen. Deze
stoffen zijn afkomstig van bestrijdingsmiddelen en/of komen vrij tijdens het transport. Wanneer
deze situatie zich voordoet spreken we van gegaste containers.
Omdat er bij het openen van eventueel gegaste zeecontainers gevaar voor de gezondheid kan
optreden is er een procedure opgesteld. In het kort geven we hier een samenvatting.
Identificatie van zeecontainers
De containerstroom bij zelf ontvangen containers wordt in beeld gebracht;
De identificatie van zeecontainers worden in drie categorieën geclassificeerd:
A. Zeker gegast en het is bekend met welk gas;
B. Onduidelijk of de zeecontainer gegast is en of de zeecontainer veilig geopend kan worden;
C. Zeker niet gegast.
De containers die wij zelf ontvangen, in opdracht van Tate & Lyle, vallen onder de C categorie.
Wij hebben van Tate & Lyle een certificaat ontvangen waarin staat vermeld dat de containers
geen gassen of andere schadelijke bestrijdingsmiddelen bevatten;
Bij klanten worden de zeecontainers conform hun richtlijnen geïdentificeerd.
Uitladen van zeecontainers
Categorie A en B containers:
Het betreden en lossen van een container moet direct na afgeven van de verklaring “vrij om te
betreden” gebeuren;
Bij het uitladen van gegaste containers kunnen opnieuw gassen van bestrijdingsmiddelen
plaatsvinden. Het is daarom van belang dat de situatie wordt gemonitord en dat periodiek de
concentratie van gassen wordt gemeten. Indien verhoogde concentraties worden gemeten,
wordt er door middel van ventilatie voor gezorgd dat de waarden weer beneden de
grenswaarden zakken.
Categorie C containers:
Deze containers kunnen zonder gevaar voor blootstelling aan gevaarlijke stoffen worden
uitgeladen. De resultaten van de Ex-Ox-Tox-metingen (explosiegevaar, zuurstof tekort of
overmaat, aanwezigheid van toxische stoffen) behoren dan wel beneden de grenswaarden te
liggen.
Bij werkzaamheden in de cacao, waarbij zakken cacao uit zeecontainers worden gehaald, kan het
voor komen dat er nog (werkzame) fosfine in de containers aanwezig is. Wees altijd alert.
Daarom is hier beschreven wat fosfine is:
Fosfine zelf is een reukloos gas maar het bevat een toevoeging die een waarschuwingsgeur
afgeeft. Deze geur ruikt sterk naar knoflook. Fosforwaterstof wordt als gas gevormd uit
magnesiumfosfide en alumiliumfosfide. Onder invloed van vocht ontstaat uit deze stoffen
fosforwaterstof. Het is een zeer giftig gas dat vaak voor ongediertebestrijding wordt gebruikt. De
grenswaarde gedurende 8 uur wordt uitgedrukt in Tijd Gewogen Gemiddelde 8 uur. Deze mag
gemiddeld niet boven de 0.1 p(arts) p(er) m(illion)* uitkomen. Ook is er een zogenaamde
plafond(Ceiling) grenswaarde. Dit wordt uitgedrukt in TGG 15 min, waarbij de grenswaarde
gedurende 15 minuten niet boven de 0.2 ppm mag komen. Tot 2007 was de MAC-waarde** de
eenheid waarmee werd gewerkt.
* de gemeten hoeveelheid actieve stof. ** Onder MAC-waarde wordt verstaan de Maximale Aanvaarde Concentratie van een stof, waarin een mens gedurende 8
uur, 5 dagen in de week en 40 jaar, in een afgesloten ruimte zonder gevaar voor vergiftiging kan werken.
Om zeecontainers veilig te kunnen betreden is er schematisch een stappenplan opgesteld. Het
stappenplan ziet er als volgt uit:
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 32/34
STAP 1
VOORONDERZOEK
GEEN AANWIJZING
ONVEILIGE
CONTAINER
AANWIJZING
ONVEILIGE
CONTAINER
GASMETING
STEEKSPROEFS- GEWIJS
CATEGORIE B
(AANWEZIGHEID)
GAS ONBEKEND
STAP 2
GASMETING
CATEGORIE A
GASSEN
ZIJN BEKEND
STAP 3
VENTILEREN
EN OPNIEUW METEN
VEILIGE CONTAINER
STAP 4
GASVRIJ VERKLARING
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 33/34
BIJLAGE 8 LAATSTE MINUUT RISICO ANALYSE (LMRA)
Wat is het doel van een LMRA ? Het doel van de LMRA is het identificeren van gevaren op de eigen werkplek en het elimineren
van risico’s en gevaarlijke omstandigheden die tot een incident kunnen leiden.
WAT IS EEN LMRA?
De LMRA is een korte algemene risicobeoordeling die uitgevoerd wordt door degene die de taak
daadwerkelijk gaat verrichten. Een LMRA behoeft niet langer dan een minuut te duren en vereist
geen invulling van een formulier. Het is een mentaal proces en speelt zich af tussen de oren.
Stap 1. Risico beoordelen
Wat zijn de risico’s die de handeling, taak of activiteit met zich mee brengt? Werknemers dienen
gevaren te herkennen en zichzelf af te vragen wat het risico’s kunnen zijn. Vraag jezelf af wat je
zou kunnen overkomen? Stel jezelf een aantal (voorbeeld)vragen:
• is er struikelgevaar in het loop- en werkgebied?
• is de verlichting voldoende?
• dreigen er elektriciteitsgevaren op de werkvloer?
• brengt het werk explosiegevaren met zich mee of kunnen die ontstaan?
• begrijp ik wat er gedaan moet worden?
• heb ik het juiste gereedschap?
• zijn mijn gereedschappen in goede conditie?
• is er communicatie met mijn collega(s) noodzakelijk en is dat mogelijk.?
• is er brandbestrijdingsapparatuur noodzakelijk en beschikbaar, en kan ik ermee omgaan?
• heb ik de vereiste en noodzakelijke persoonlijke beschermingsmiddelen?
• is de ruimte goed geventileerd, zeker in geval van afgesloten (besloten) ruimten?
• zijn alle vereiste controles en gastesten uitgevoerd?
• is de apparatuur op de juiste wijze veiliggesteld?
• wordt er in de nabijheid van de werkplek door anderen gewerkt?
Stap 2. Maatregelen nemen om het risico te verminderen!
Alle geïdentificeerde risico’s worden geëvalueerd om er zeker van te zijn dat de juiste
voorzorgsmaatregelen worden genomen om gevaren onder controle te houden. Als er
bijvoorbeeld risico’s zijn door andere werkzaamheden in de nabijheid van de werkplek, dient er
overleg te zijn om dit vóóraf uit te sluiten. Ook wordt nagegaan of men over de juiste training,
kennis, hulpmiddelen en persoonlijke veiligheidsmiddelen beschikt om de werkzaamheden op een
veilige manier uit te kunnen voeren. Als alle benodigde voorzorgsmaatregelen zijn
geïdentificeerd, volgt stap drie.
Stap 3. Actie nemen voor een veilige uivoering!
De werknemer dient de benodigde acties te ondernemen om ervoor te zorgen dat hij of zij de
werkzaamheden veilig kan uitvoeren. Deze stap betekent bijvoorbeeld het plaatsen van
waarschuwingspionnen, het juist parkeren van rijdend materieel, een goede controle van de
voorschriften op de werkvergunning en het volgen van de juiste werkprocedures.
Wanneer moet een LMRA worden uitgevoerd ?
De LMRA is een pro-actieve maatregel, dus voor aanvang van activiteiten. Dit betekent niet alleen
voor aanvang van je werk of karwei, maar ook bij verandering van omstandigheden en na
onderbreking van het werk. Er kunnen mogelijk nieuwe risico’s aanwezig zijn. Een LMRA is ook
heel geschikt om het veiligheidsbewustzijn te verhogen bij routinematige werkzaamheden. Ook
als je iets al vaak hebt gedaan, kan het een keer misgaan, als je niet goed bij de les bent en blijft
MEO BV VGMH-Regels
Versie: 01-10-2017 34/34
BIJLAGE 9 OMGAAN MET EEN ONGEVAL