Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen...

52
jaargang 71 nummer 10 • oktober 2015 Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht voor de teelt van ons voedsel en het beheer van energie, water, landschap en grondstoffen. Geen zin meer in dweilen? Ontwerpen met soortendiversiteit als antwoord op ziekten en plagen. Eeuwenoude lanen met toekomst Oude lanen zijn imposante landschapsele- menten. Het is de individuele boom ten opzichte van de andere bomen die bepalend is voor het uiteindelijke beeld. Boomspecialisme

Transcript of Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen...

Page 1: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71

nummer 10 • oktober 2015

Vakblad voor ruimte in stad en landschapgroen

PermacultuurGeïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht voor de teelt van ons voedsel en het beheer van energie, water, landschap en grondstoffen.

Geen zin meer in dweilen?Ontwerpen met soortendiversiteit als antwoord op ziekten en plagen.

Eeuwenoude lanen met toekomst Oude lanen zijn imposante landschapsele-menten. Het is de individuele boom ten opzichte van de andere bomen die bepalend is voor het uiteindelijke beeld.

Boomspecialisme

Page 2: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen02

volle wasdom kunnen komen. De juiste boom op de juiste plek, daar gaat het om. Dan kan ieder-een optimaal genieten van de boom. Die uitdaging, daar weet de boomspecialist wel raad mee.

Ik hoop dat u na het lezen van dit magazine een goede indruk heeft gekregen van ons mooie vak en de laatste stand van de techniek in het boomspecialis-me. En dat u geïnspireerd bent geraakt voor uw eigen werk. Heeft u vragen of wilt u wel eens verder ‘bomen over bomen’, aarzel dan niet om contact op te nemen met VHG Vakgroep Boomspecialisten.

Olivier Copijnvoorzitter VHG Vakgroep Boomspecialisten(www.vhg.org)

leidraad voor aanbestedingen op basis van de EMVI-criteria die we in samenwerking met CROW hebben ontwikkeld. Dit instru-ment kan ondernemers helpen zich op kwaliteit te onderscheiden en niet alleen op prijs. De markt is zoekende naar de juiste manier van aanbesteden en daar leveren wij graag een bijdrage aan.

Boomspecialisme is een veelzij-dig vak met verrassende aspec-ten. Zoals de bomen niet zonder wortels kunnen, kan hun verzor-ging niet zonder liefde voor het vak. Ik ben blij dat we dat in dit nummer kunnen laten zien. Ik ben bovendien trots op alles wat we al hebben bereikt en vooral ook wat we nu en in de toekomst kunnen bieden. Dit themanum-mer van het vakblad Groen biedt een overzicht van alle facetten van het boomspecialisme en geeft inzicht in de vakkennis die als basis daarvoor dient. U leest over een aantal belangrijke ontwikkelingen, zoals de waar-debepaling van bomen en asset-management. Een ontwikkeling die wij toejuichen, omdat het de aandacht richt op bomenbeheer op de langere termijn. Een boom plant je immers niet voor één of enkele jaren, maar moet tot

Bomen spelen een belang-rijke rol in ons leven. Ze dragen niet alleen bij aan een betere luchtkwaliteit, maar ook aan het bufferen van water, het vermin-deren van hittestress en het be-vorderen van biodiversiteit. Een patiënt die vanaf het ziekenhuis-bed op bomen uitkijkt, herstelt aantoonbaar sneller. Bomen - en groen in het algemeen - hebben een toegevoegde waarde voor maatschappij én economie.

Bomen zijn ons vak, onze passie. De verzorging van bomen vraagt bijzondere kennis en vaardighe-den. VHG Vakgroep Boomspe-cialisten werkt aan erkenning van en waardering voor het boomspecialisme. De aange-sloten bedrijven zijn experts in de duurzame instandhouding van bomen, vooral in stedelijk gebied. Positief en constructief werken we samen met diverse partijen zoals KPB-ISA, NVTB, Stadswerk, onderwijsinstellin-gen en met collega’s op Europees en mondiaal niveau. We initië-ren en stimuleren onderzoek en innovatie, werken aan de profile-ring richting opdrachtgevers en bieden op tal van gebieden ondersteuning aan onze achter-ban. Een mooi voorbeeld is de

Boomspecialisme: een verrassend veelzijdig vak

Page 3: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10 03

InhoudsopgaveVakblad Groen #10 2015Vakblad Groen is een uitgave van Elba-Rec, de grootste Nederlandse uitgeverij van vakbladen, congressen, seminars en studiereizen op het gebied van ruimtelijke ordening en gebiedsontwikkeling. Dit vakblad biedt professionele en actuele artikelen over het groen voor mensen in de stad en in het landschap. De publicaties in Groen met hun vak-matige toelichtingen in combinatie met verklarend beeldmateriaal houden u alert.

UitgeverElba-Rec, Edgar van Eekelen

ContactgegevensElba-RecPaulus Borstraat 413812 TA Amersfoort033-8700 100

www.vakbladgroen.nl LinkedIn: bit.ly/VakbladGroenTwitter: @VakbladGroenRedactie: [email protected]: [email protected]: [email protected]

RedactieraadKarin van Essen, Martin Looije en David van Uden

RedactieNoortje Krikhaar (hoofdredacteur, 06 - 5372 0061),Jeroen Bruinenberg (vakredacteur), Rudi Engel(eindredacteur)

Art direction en vormgevingRobert Ellents

ProductieBDUprint, Barneveld

Dit themanummer kwam tot stand in nauwe samenwerking met Branchevereniging VHG voor ondernemers in het groen (www.vhg.org). Annemiek van Loon (www.bomenconsulent.nl) werkte als projectleider aan dit nummer mee.

p. 04 Groeiplaatsen, wat, waar en wanneer?

p. 06 Boomtechnisch onderzoek Er zijn veel redenen om bomen te onderzoeken. Elke situatie en elke aanleiding voor onderzoek vraagt om een specifieke aanpak.

p. 09 Urbanisatie en klimaatverandering vraagt om een optimale bodem

p. 13 i-Tree geeft output van bomen in € Bomen vormen een belangrijke en waardevolle component in de baten van een groene stad.

p. 20 Bomen en diversiteit Over functies en beheer.

p. 24 Permanauten vergroenen de stad Permacultuur is een integrale benadering van ons leven op aarde. Geïnspi-reerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht voor de teelt van ons voedsel en het beheer van energie, water, landschap en grondstoffen. Bomen hebben binnen de permacultuur een duidelijke plaats.

p. 29 Boomtaxatie Een must om bomen mee te laten tellen.

p. 36 Help, ik heb een boom in mijn project Bomenlijn biedt duidelijkheid in Amersfoortse projecten.

p. 38 Geen zin meer in dweilen? Zoek de kraan!Ontwerpen met soortendiversiteit als antwoord op ziekten en plagen.

p. 41 Lanen, eeuwenoude structuren met toekomst

En verderp. 12 Duurzame inzet van biomassa p. 16 Assetmanagement p. 18 Richtlijn boomveiligheidsregistratie p. 22 Wie doet wat in de boomverzorging? p. 27 Wetgeving en bomen p. 32 Boomverplantingen p. 44 Snoeien, meer dan een werkwoord

Page 4: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen04

Een goede groeiplaats in de stad is niet vanzelfsprekend Van een natuurlijke bodem is in de stad nauwelijks nog sprake. Grote stadsuitbreidingen worden gebouwd op een dik pakket opgespoten zand, groene tussenbermen hebben dezelfde puinfundering als de aangrenzende uitvalsweg, straatbomen staan in het zandbed van de trottoirs. Hemel-water en zuurstof kan op veel plaatsen de bodem niet in doordat deze is afgesloten door verharding.

Ondergronds ontwerpenWat de ondergrondse groeiplaats aangaat, kunnen stadsbo-men globaal over één kam worden geschoren; zij verlangen zuurstof, vocht en mineralen. En dat alles in dusdanige hoeveelheden dat de toekomstige, gewenste kroonomvang waargemaakt kan worden. Globaal komt het er op neer dat een boom een bepaald volume ondergrondse groeiruimte nodig heeft. Deze ruimte voor bomen hoort net zoals een parkeernorm thuis in het programma van eisen van een project. Dit vraagt om ordening van functies in de stads-bodem. Vooral kabels en leidingen vragen een duidelijke scheiding van de groeiplaatsen van bomen. Verhardingen en bomen gaan dankzij de groeiplaatsoplossingen heel goed samen.

GroeiplaatsmengselsBomenzand, bomengranulaat en boomsubstraat op basis van lava zijn de zogenaamde groeiplaatsmengsels. Indien ze op de juiste wijze worden aangebracht, wordt verzakking van de verharding voorkomen en blijft er voldoende ruimte voor wortelgroei, zuurstof en waterbuffering. Per mengsel en per leverancier kan de belastbaarheid verschillen.

tekst annemiek van loon

DE STADSBODEM VRAAGT OM AANPASSINGEN VOOR EEN GEZONDE BOOMGROEI

Groeiplaatsen, wat, waar en wanneer?

In Amsterdam is vanaf 2006 ervaring opgedaan met groeiplaatsen ge-baseerd op drukverdelende constructies in combinatie met bomenzand. Deze combinatie is uitvoerig onderzocht en heeft zich bewezen.foto Hans Kaljee

Groeiplaatsen en parkeerplaatsen zijn een goede combinatie. Voor de iepen op IJburg zijn de volledige parkeerstroken ingericht als groei-plaats. foto Henry Kuppen

Waar is de tijd gebleven dat bomen nog vanzelf groeiden? Veel landschapsarchitecten en civiel

technici vragen zich dit af wanneer ze een boomspecialist spreken. Aanplant van bomen in de stad

lijkt niet meer mogelijk zonder groeiplaatsconstructies, beluchtingssystemen, drainzand en schim-

meldominante humuscompost. Vroeger kon worden volstaan met het raadplegen van een tabel

achterin een kwekerscatalogus of het Stadsbomenvademecum. Daarin stond precies welke boom

onder welke omstandigheden het best wist te gedijen. Juist die omstandigheden zijn razendsnel

veranderd. Niet de boomsoort maar de ondergrondse groeiplaats is voortaan de variabele factor.

Page 5: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10 05

DE STADSBODEM VRAAGT OM AANPASSINGEN VOOR EEN GEZONDE BOOMGROEI

Groeiplaatsen, wat, waar en wanneer?

Een groeiplaatsconstructie met een inhoud van 40 m3 op basis van betonkruizen. De scheidingswand met platte kratten fungeert ook als beluchtingssysteem voor de groeiplaats. foto gemeente Apeldoorn

Een groeiplaats met kunststofkratten. De fundering bestaat uit een gravellaag die tevens een teveel aan vocht afvoert. De kratten worden gevuld met goede zwarte grond. Op de deksel komt een scheidings-doek en kan het zandbed voor de verharding worden aangebracht. foto gemeente Apeldoorn

Midden in het winkelcentrum in Apeldoorn is ruimte gecreëerd voor een Honingboom. Tussen de kabels en leidingen door is een groeiplaatscon-structie van ruim 40 m3 gerealiseerd. De ronde uitsparing in het beton op de voorgrond is de plaats waar de boom wordt geplant.

Wel kan algemeen gesteld worden dat bomenzand goed toepasbaar is onder trottoirs en dat boomsubstraten ook geschikt zijn voor toepassing onder parkeerplaatsen, plei-nen en zelfs wegen. Daarnaast is er ook bomengrond op de markt. Dit wordt vaak verward met bomenzand. Bomen-grond kan echter uitsluitend in open grond situaties of in groeiplaatsconstructies worden toegepast. Aanbrengen van verharding op bomengrond leidt tot verzakkingen door de geringe draagkracht en hoge organische stof gehalte.

GroeiplaatsconstructiesNaast de mengsels zijn er groeiplaatsconstructies van kunststof, staal of beton die een verharding met een bepaal-de verkeersdruk kunnen dragen. Deze constructies dragen de belasting van de verharding en het verkeer volledig en kan daarom gevuld worden met bomengrond of teelaarde die optimaal geschikt is voor boomgroei. De groeiplaatscon-structies overkluizen de ondergrondse groeiruimte waar-door deze wordt gevrijwaard van verdichting. Boomwortels worden duurzaam beschermd tegen graafwerkzaamheden. Tussen de bovenkant van de constructie en de bomengrond is altijd een luchtlaag aanwezig en wortelopdruk van ver-harding is hiermee uitgesloten. Ook is hierdoor de uitwisse-ling van zuurstof en bodemgassen optimaal. Bovendien kan na verloop van jaren extra voeding in de vorm van compost worden aangebracht.

CombinatiesIedere situatie is anders en vraagt om maatwerk. In het westen van het land is bijvoorbeeld vaak sprake van minder draagkrachtige bodems en een hoge grondwaterstand. De zware groeiplaatsconstructies zijn hiervoor niet geschikt en het bomenzand biedt te weinig draagkracht voor een toepassing onder parkeerstroken. Bovendien mogen groei-plaatsmengsels niet aangebracht worden onder de gemid-deld hoogste grondwaterstand. De ruimte is dus beperkt. Inmiddels wordt in Amsterdam en Den Haag veelvuldig een combinatie van bomenzand met daarbovenop een drukver-delende laag van boomkratten toegepast. Het bomenzand vangt nog steeds de druk van het bovengrondse gebruik op maar deze wordt verdeeld over een groot oppervlak door de krattenlaag. Ook wordt de functie van groeiplaatsen steeds vaker gecombineerd met hemelwaterinfiltratie.

Oude bomen in drukke stedenVeel oude bomen hebben de stad tot aan hun stamvoet zien oprukken. Decennia geleden nog in een grasberm aangeplant staat de boom nu vaak in de verharding of in een beperkt plantvak. Bestaande groeiplaatsen kunnen met veel van de bovengenoemde methoden worden ver-beterd of uitgebreid. De verdichte en gebrekkige bodem rondom de boom kan verwijderd worden met behulp van een zuigtechniek. Vervolgens kan een groeiplaatsmeng-sel worden aangebracht. Veel groeiplaatsconstructies zijn ook geschikt voor groeiplaatsverbetering. Indien de aanwezige bodem slechts verdicht is, kan soms worden volstaan met het weer losmaken van de bodem. Dit gebeurt met een pneumatische techniek waarbij onder hoge druk lucht in de bodem wordt geperst. Vaak wordt deze ingreep gecombineerd met het toedienen van orga-nisch materiaal om de bodem te voeden. Dit zogenaamde ploffen heeft uitsluitend zin wanneer de oorzaak van verdichting duurzaam is weggenomen.

Voor veel mensen vormen stadsbomen een directe link met de natuur. De bovengenoemde technische ingrepen roepen daarom instinctief vaak ook weerstand op. Wan-neer we echter willen dat bomen onze steden leefbaar houden dan moeten we echter aan hun basisvoorwaar-den voor groei voldoen. De techniek en de kennis hier-voor is ruimschoots voor handen.

Page 6: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

Boomtechnisch onderzoek

vakblad groen

Er zijn veel redenen om bomen te onderzoeken. Kan een boom binnen een project

gehandhaafd worden? Is de boom verplantbaar? Brengt behoud van de boom veilig-

heidsrisico’s met zich mee? Waarom veroorzaakt de boom wortelopdruk? Hoe lang

kan de boom nog leven? Elke situatie en elke aanleiding voor onderzoek vraagt om

een specifieke aanpak. Boomonderzoek kan worden onderverdeeld in visueel onder-

zoek en technische vormen waarbij de apparatuur of gereedschappen worden ingezet.

Met iedere methode kunnen andere gegevens worden verkregen. De belangrijkste

methoden worden hier op een rijtje gezet.

06

in de hiërarchie van de onder-zoeksmethoden. Hiermee kan een ervaren inspecteur onzicht-bare holten en (ondergrondse) rottingen opsporen. Deze me-thode, die arbeidsintensiever en niet meer uitsluitend visueel is, noemen we meestal VTA-plus.

Nader technisch onderzoekIndien er bij VTA of VTA-plus indicaties zijn voor een groter mankement kan doorgeschakeld worden naar het tweedelijns boomonderzoek, het nader onder-zoek (NO). Afhankelijk van het mankement wordt dan gekozen voor een specifieke aanpak die kan bestaan uit de inzet van appara-tuur al of niet in combinatie met andere methoden. Daarvoor zijn in de loop van tijd meerdere me-thoden bedacht en gehanteerd. We noemen hier enkele technieken die in de huidige tijd met name in Nederland worden ingezet. De lijst is dus zeker niet compleet.

Relatie boven- en ondergrondsMet afstand de meeste proble-men met de kwaliteit van bomen komen voort uit een gebrekkige ondergrondse groeiplaats. Onvol-doende verticale en horizontale ruimte voor de ontwikkeling van de wortels gaan ten koste van de conditie en kwaliteit van de boom. Dit vergroot de kans op gebreken. Een geoefende onder-zoeker kan aan de bovengrondse delen de ondergrondse gebreken aflezen. Uiteraard wordt ook de omgeving van de boom meegeno-men. Zo kunnen bijvoorbeeld de hoeveelheid verharding, gebruik van de ruimte rond de boom, evenals verkeersdruk of stagne-rend water indicatoren zijn voor gebrekkige groeiomstandigheden.

PrikstokHaal je vervolgens de handen uit de zakken en gebruik je een ha-mer en of een prikstok? Dan zet je een stevige stap voorwaarts

De broekzakkenIedere boomonderzoeker begint bij wijze van spreken met de handen in de zakken en benut zijn of haar beste uitrusting: de ogen! De boom en zijn groei-plaats worden bekeken. Gelet wordt op kenmerken die een relatie hebben met de kwaliteit, toekomstverwachting, veiligheid en relevante omgevingsfactoren. De boom wordt van boven naar beneden bekeken.Er wordt gelet op de groei, aan de hand van de jaarlijkse scheutlengte-toename en blad- of knopbezetting. Zijn er verder in de kroon nog opvallen-de zaken zoals scheuren, (spech-ten)gaten, holten, rottingen, aantastingen in de doorgaande spil of hoofdtakken en overige takken? Vervolgens worden de stam en vooral de stamvoet geïnspecteerd. Er zijn verschil-lende systematieken voor deze zogenaamde eerstelijns beoorde-ling. De meest bekende is VTA (Visual Tree Assessments).

tekst samengesteld op basis van informatie van bart stoffer en henk van scherpenzeel

Page 7: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10 07

De steekschopHet eenvoudigste maar zeer waardevol instrument is de steekschop of spade. Geeft de aanblik van de boom aanleiding om te twijfelen aan de onder-grondse stamvoet, dan is graven de eerste stap. Het onderzoek is gericht op het ontdekken van wortelsterfte, een onder-gronds inrottende stamvoet of verdichting van de bodem. Een onderzoeker zal ook altijd het reukvermogen benutten om zuurstofgebrek en de kwaliteit van de bodem te beoordelen.

GeluidstomografieIs er bij de VTA-plus met een hamer geklopt en wordt er een holte vermoed in de stam? Dan is de vraag hoeveel gezond en stevig hout (de restwand) hier tegenover staat om de breuk-vastheid te kunnen garanderen.

Om dat te bepalen kan een ap-paraat worden ingezet dat ‘in de boom kan kijken’. Net als bij ie-der onderzoek spelen soortspe-cifieke eigenschappen hier een belangrijke rol, niet ieder hout is even sterk en iedere soort groeit weer op een andere wijze.De meest gebruikte methode is de geluidstomograaf. Ter plaatse van de meest verdachte locatie in de boomstam worden geluids-signalen door de boom gestuurd. Door nauwkeurig te meten hoe-lang de signalen daar over doen, kan een relatie worden gelegd met de kwaliteit van het hout in de stam.

ResistograafEen andere methode om de kwaliteit van het stamhout te meten is de resistograaf. Een dunne naald wordt in de boom geboord waarbij de weerstand

die de naald ondervindt, wordt gemeten. Ook is hiermee de dik-te van de zogenaamde restwand van een boom goed te bepalen. Immers, waar geen hout meer is, wordt geen weerstand meer gemeten. Veel boomonderzoe-kers staan echter sceptisch tegenover deze methode, omdat het spinthout doorboort wordt en een open verbinding ontstaat met het kernhout. Deze on-derzoeksmethode veroorzaakt enige schade aan de boom. Daarom wordt de resistograaf met grote terughoudendheid toegepast en uitsluitend tot eenderde van de straal van de stam in het hout geboord. De Resistograaf wordt daarom uitsluitend ingezet wanneer er onvoldoende zekerheid wordt verkregen met andere onder-zoeksmethoden.

Sensor 1 zendt naar sensor 2 tot en met 12. Sensor 2 naar: 3 tot en met 1. Sensor 3 naar: 4 tot en met 2. en zo verder. Aan de hand van al deze geluidssnelheden worden banen, in kleurenpatronen, gevormd. Hierdoor wordt de kwaliteit van het inwendige van de boom benaderd. Bruin: goede houtkwaliteit. Rood: slechte hout-kwaliteit. Roze: verrotte massa of holte. Blauw: holte.afbeelding Bart Stoffer

Bij een geluidstomografisch onderzoek wordt een aantal sensoren geplaatst rondom de te onderzoeken locatie. Deze sensoren zenden én ontvangen geluid. Aan de hand van de geluidssnelheid wordt de kwaliteit van het hout bepaald. foto Bart Stoffer

Page 8: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen08

wordt zo laag mogelijk meetap-paratuur aangebracht. Vervol-gens wordt er met een lierkabel aan de boom getrokken. Deze trekkracht bedraagt maximaal 40% van de berekende krach-ten die het windvangende oppervlak van de kroon op de stam uit zou oefenen. Zeer nauwkeurig wordt de kanteling van de wortelkluit gemeten en geregistreerd. Mocht de kluit onvoldoende stabiel blijken dan kan, afhankelijk van de situatie, een boom behouden blijven door dat windvangende opper-vlak te verkleinen en de kroon te snoeien.

ElastometrieEen deel van dezelfde techniek is ook te gebruiken om de breuk-vastheid van de (bovengrondse) stam te beoordelen. In aanvul-

TrekproefWanneer wordt getwijfeld aan de stabiliteit van een boom kan een zogenaamde trekproef worden ingezet. Het gaat dan om een test van het verankerend vermogen van de beworteling. Deze methode komt in aanmer-king wanneer de voorgaande methoden geen antwoord geven op de kwaliteitsvraag. Bij een bovengronds zichtbare of bereikbare rotting wordt zeker geen trekproef uitgevoerd. Wel in het geval dat er wortelsterfte wordt vermoedt of na bijvoor-beeld toegebrachte wortelscha-de door graafwerkzaamheden of vermeende toename van scheefstand van de boom. Bij de trekproef wordt eerst het windvangende oppervlak van de boom (stam en kroon samen) berekend. Aan de stamvoet

ling wordt dan de (axiale) rek van het stamhout gemeten. Dit wordt gedaan door een aantal elastomeren die aan de stam worden bevestigd. Ook hier wordt er aan de boom getrok-ken, wat een zeer licht buiging veroorzaakt. De mate waarin het hout rekt wordt door de elastomeren geregistreerd en doorgerekend tot een maximale belastbaarheid van de stam. Uiteraard weer in relatie tot de omvang van de kroon en de windexpositie.

OnderzoeksresultatenData verkregen uit metingen zijn vaak een bevestiging van de inschatting die een ervaren on-derzoeker al heeft gemaakt met zijn handen in zijn/haar broek-zakken. Toch zijn deze data ook voor de onderzoekers van belang om zaken uit te sluiten of om on-derzoeksreeksen te kunnen ma-ken en een meerjarige tendens in beeld te brengen. Vaak ook worden dergelijke meetrappor-tages door een opdrachtgever gevraagd als ondersteuning van een advies. Belangrijk is dat bij projecten onderscheid gemaakt kan worden in kwaliteit en toe-komstverwachting van betrok-ken bomen. Extra inspanningen voor behoud van bomen kunnen zo beter worden afgewogen. On-derzoeksresultaten maken deze afweging meer inzichtelijk.

Met een zuurstofmeter kan de het zuurstofgehal-te op verschillende diepten in de bodem worden geregistreerd. Het bodemzuurstofgehalte moet minimaal 16% zijn voor een gezond bodemleven en daarmee een gezonde wortelgroei.foto Bart Stoffer

Page 9: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

09jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10

Populariteit van steden Volgens een rapport van de Verenigde Naties woont in 2050 naar verwachting 70 procent van de wereldbevolking in de steden. Tot die tijd groeit de wereldbevolking met maar liefst 2,5 miljard mensen. In ons land zien we met name dat de bevolking van steden met een historische binnenstad groeit. In Am-sterdam bijvoorbeeld komen er per maand 1.000 inwoners bij. De aantrekkingskracht van steden heeft grote gevolgen voor de wijze waarop de steden moeten worden ingericht. Compact bouwen en innovatieve oplossin-gen zijn nodig om de bevolkingsgroei bij te houden.

Tegelijk met deze urbanisatie zien we een veranderend klimaat. De gemiddelde tempe-ratuur zal volgens het KNMI in Nederland in 2050 lijken op die van Bordeaux. Ook extreem weer neemt toe, denk aan hittegol-ven, zware buien en onweer. Steden moeten inspelen op dit veranderende klimaat en maatregelen treffen om extreme regenbuien en toenemende hitte het hoofd te bieden. Het planten van bomen en ander groen is een simpele en doeltreffende manier om op korte

Bomen hebben het in een stedelijk milieu vaak niet gemakkelijk. Voldoende

ondergrondse groeiruimte en een goed grondmengsel ondersteunen de groei. De

gemeente Amsterdam start binnenkort een proef die vijf jaar duurt, waarbij verschil-

lende groeimengsels met elkaar worden vergeleken. Andere gemeenten worden

uitgenodigd mee te werken. Het onderzoek wordt uitgevoerd in samenwerking met

andere gemeenten en onderzoeksinstituten.

tekst hans kaljee hoofdstedelijk bomenconsulen, gemeente amsterdam

ruimte en duurzaamheid, team leefomgeving

Urbanisatie en klimaatverandering vraagt om een optimale bodem

Op daken worden steeds vaker groeiplaatsen ingericht met infiltratiekratten om het water in een gebied langer vast te houden en langzaam weer af te geven aan bomen

Page 10: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen10

termijn hieraan iets te doen. Eén boom heeft op een zonnige dag een koelvermogen van ongeveer tien airco’s. Bomen geven boven-dien schaduw waardoor het onder een boom op een hete dag zo’n 10 tot 15o C koeler is. Bomen vervullen daarmee zo een belangrijke functie in het dempen van zomerhitte. Daar-naast kan de groeiplek van een boom, mits goed ingericht, een functie vervullen voor tijdelijke berging van regenwater.

Een boom vraagt ondergronds ruimte Stedenbouwers en ontwerpers zouden vaker dan nu het geval is, bomen en ander groen moeten toevoegen aan de openbare ruimte om zo in te spelen op het klimaatvraagstuk. Dit is niet eenvoudig in een stad die steeds verder dichtslibt. . Om de functie van het groen optimaal te kunnen vervullen, moeten

bomen ondergronds over voldoende groei-ruimte beschikken. In de praktijk heeft een boom hiervoor al gauw tussen de 25 m3 en 50 m3 doorwortelbare ruimte nodig. De ondergrondse ruimte wordt door aanleg van meer infrastructuur onder de grond verder beperkt. Ook neemt de verkeersdruk verder toe. Dit dwingt ontwerpers ertoe om uit te wijken en te zoeken naar minder aan-trekkelijke groeiplaatsen voor bomen, zoals bijvoorbeeld onder (zwaar)belaste wegen. In Amsterdam is vanaf 2006 ervaring opgedaan met het inrichten van groeiplaatsen geba-seerd op druk verdelende constructies in combinatie met bomenzand. De drukverde-lende constructie is een geschakeld kratten-systeem van 8 tot 15 cm hoogte die geplaatst wordt op een groeimedium voor bomen, zoals bomenzand, om te voorkomen dat door verkeersdruk het groeimedium wordt

Bomen geven schaduw waardoor het onder een boom op een hete dag zo’n 10 tot 15o C koeler is

Page 11: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

11jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10

verdicht. De jarenlange positieve ervaringen met bomenzand met deze druk verdelende constructies blijkt in de praktijk voor de meeste situaties een uitstekende oplossing te zijn om bomen te laten groeien in een sterk verdichte omgeving. Het inrichten van groeiplaatsen met zoge-noemde infiltratiekratten om het water in een gebied langer vast te houden en lang-zaam af te geven aan bomen en ander groen, is al enkele keren in Amsterdam toegepast. Deze werkwijze speelt al in op een verande-rend weerbeeld en om steden zo klimaat-bestendig in te richten. Naast het gebruik van deze drukverdelende constructies en bomenzand worden ook steenachtige groei-mengsels (boomsubstraten) gebruikt. Deze mengsels zijn in staat zeer zware belastingen op te vangen. In Amsterdam worden deze mengsels slechts sporadisch toegepast. Voor een grootschalige toepassing van deze meng-sels is meer gefundeerd onderzoek nodig.

Vijfjarig onderzoek Dit najaar start de gemeente Amsterdam in samenwerking met andere gemeenten een wetenschappelijke proef die verschillende steenachtige (bomengranulaat en lava) groeimengsels met elkaar vergelijkt. In het Havengebied van Amsterdam zullen ruim honderd iepen worden geplant in minimaal zes verschillende mengsels. Naast deze proef

Globale opzet onderzoek bomengranulaten

Onderzoek naar bomengranulaten valt in twee delen uit-een. Het eerste deel omvat een wetenschappelijk onder-zoek naar de ontwikkeling van de bomen in de verschil-lende groeimengsels en het ‘gedrag’ van de mengsels. Het tweede deel van de proef bestaat uit een praktijkonderzoek bij gemeenten in Nederland. Het doel is om te kijken hoe bomen zich na enkele jaren ontwikkelen.

De wetenschappelijke proef wordt opgezet in het Haven-gebied van Amsterdam. Er worden ruim honderd hoog re-sistente iepen (Ulmus ‘Rebona’) geplant in verschillende groeimengsels. De bomen worden geplant in zes of zeven verschillende mengsels, bestaande uit boomsubstraten, in vijftien herhalingen. De iepen worden geplant in plantvak-ken van 1,5 bij 2 meter. De plantvakken worden begrensd met een wortelwerend materiaal, zodat de wortels alleen binnen het plantvak kunnen groeien. Van alle bomen wordt de stamomtrek en scheutlengte gemeten. Er worden

bladmonsters genomen en chemische bladanalyses uitge-voerd. Daarnaast wordt de zakking van het groeimengsel gemeten. In het laatste jaar worden de bomen gelicht en wordt de wortelontwikkeling beoordeeld.

Het tweede deel omvat een onderzoek naar bestaande lo-caties met steenachtige groeimengsels. Locaties die meer dan vijf jaar geleden zijn ingericht, kunnen onderdeel zijn van dit onderzoek. In samenspraak met de gemeenten worden locaties geselecteerd die in aanmerking komen. De ontwikkeling van de bomen wordt in kaart gebracht en de wortelontwikkeling wordt beoordeeld aan de hand van pro-fielkuilen. Op basis van interviews met deskundigen van de deelnemende gemeenten wordt een overzicht opgesteld van de praktijkervaringen met de verschillende mengsels.

Gemeenten die mee willen doen met deze praktijkproef, kunnen een mail sturen aan: [email protected].

worden gemeenten uitgenodigd om mee te doen aan een onderzoek naar locaties waar al meer dan vijf jaar steenachtige groeimeng-sels zijn toegepast. In samenspraak met de deelnemende gemeenten worden profiel-kuilen gegraven, zodat inzicht kan worden verkregen in de werking van de verschillende groeimengsels in relatie tot de groei van de bomen. Over vijf jaar moeten de resultaten bekend zijn en weten we meer over hoe groeiplaatsen kunnen worden ingericht in een urbane omgeving met een veranderend klimaat.

Gemeenten worden uitgenodigd om mee te doen aan een landelijk onderzoek naar de werking van steenachtige groeimengsels voor bomen.

Page 12: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen12

Het structureel en duurzaam toepassen van biomassa is

een langzaam groeiende industrie in Nederland. In de

boomverzorging zijn vrijkomende houtsnippers ideaal

voor het toepassen als biomassa. Het streven is een con-

stante stroom van materiaal te genereren.

De drie belangrijkste belemmeringen voor een constante stroom vanuit de boomverzorging zijn: 1. het regelmatig opnieuw aanbesteden van onderhouds-

contracten blokkeert de continuïteit;2. de restmaterialen zijn al in de budgetten meegenomen

als opbrengsten voor de aannemers; 3. de fluctuatie in de hoeveelheid restmateriaal is te groot

om structureel afspraken te maken met bedrijven die het duurzaam willen toepassen.

Het zorgen voor continuïteit in de aanvoer blijkt in de prak-tijk het meest moeilijke onderdeel. De eerste twee belem-meringen zijn relatief eenvoudig op te lossen door middel van het aanpassen van de duur van de contracten of door het verplicht leveren van de restmaterialen aan de opdracht-gever. Een andere mogelijkheid om een constante aanvoer van snippers te genereren, is het planten van wilgentenen op zogenaamde wilgenplantages. In Duitsland, Zweden en De-nemarken zijn wilgenakkers (Salix Energi) voor biobrand-stof algemeen goed. Honderden hectare grond staan vol met wilgentenen die om de paar jaar geoogst en versnipperd worden en daarna speciale ’houtsnipperkachels’ ingaan, waarmee woningen, kantoren, werkplaatsen, zwembaden en sporthallen worden verwarmd.

In ons land zijn we nog niet zo ver: verbouwing van wilgen-tenen vindt alleen op kleine schaal plaats. De gemeente Gro-ningen heeft hierin samen met Quercus Boomverzorging BV uit Eelde en Krinkels BV uit Zuidwolde de eerste stap gezet. Begin maart 2014 werden op 15 hectare braakliggend ter-rein 195.000 wilgen geplant. Dit voorjaar kwamen daar nog eens drie hectare bij.

De gemeente Groningen heeft veel braakliggend toekomstig bedrijventerrein in bezit. De economische crisis haalde een streep door eerdere prognoses van het uitgiftetempo van ter-reinen. In afwachting van betere tijden wil de gemeente in beperkte omvang onderdelen hiervan gaan gebruiken voor energieprojecten die de CO2-uitstoot reduceren. Zo is al ge-investeerd in een snipperkachel op Sportcentrum Kardinge, een tweede kachel komt er aan. Door de aanleg van de plan-tage kan een constante levering van brandstof, aanvullend op de restmaterialen vanuit het snoeibestek, worden gega-randeerd. De wilgenstokjes, bij aanplant 20 cm, zijn gekocht bij het Zweedse bedrijf SalixEnergi, dat is gespecialiseerd in het telen van cultivars als biobrandstof. Salix is daar buiten-gewoon geschikt voor. Wilgenhout heeft een hoge verbran-dingswaarde. In combinatie met de enorme groeikracht van Salix levert dit een hoog rendement op. Voor de Groningse wilgenplantage werden drie cultivars aangeschaft: Salix ’Tora’, Salix ’Klara’ en Salix ’Tordis’. Omdat het om een pi-lotproject gaat op grond die bestaat uit een mix van klei, veen en opgebracht zand, worden deze drie soorten toegepast. Zo wordt onderzocht welke soort op deze grond het beste gedijt. Na drie jaar worden de eerste vijf hectare wilgen geoogst. De volgende vijf hectare zijn een jaar later aan de beurt en in het jaar daarop volgen de laatste vijf hectare. Bij elke oogst wordt bekeken hoe dik en lang de uitlopers zijn en wat het opbrengst is. Zo weten we op termijn wat op deze locatie de beste omlooptijd is voor het hoogste rendement.De geoogste wilgen lopen in de jaren erna weer uit, waar-door de cyclus zich herhaalt. De verwachting is dat dit zo’n zeven tot acht keer kan gebeuren.

Hoofddoel van het pilotproject is om een regionale vraag te creëren voor de afzet van restmaterialen. Op dit moment worden de restmaterialen (houtsnippers) vanuit het snoei-onderhout veelal getransporteerd naar Duitsland en Scan-dinavië, wat de nodige CO2-uitstoot met zich meebrengt. Een regionale vraag is goed voor de branche (kostenbespa-rend) en goed voor het milieu. Met de investering in deze plantage en bijbehorende houtkachels komt de gemeente Groningen een stap dichterbij het doel om in 2035 klimaat-neutraal te zijn.

Duurzame inzet van biomassatekst rob gulmans, vestigingsleider quercus boomverzorging

Page 13: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71 • september 2015 • nummer 10

Groen zit Almere in de genen. In de jaren ’70 lieten de peetvaders van Almere zich inspireren door de Garden City van Ebenezer Howard, een utopische stad waar het menselijk leven in harmonie met de omringende natuur zou zijn. Deze keuze heeft Almere gevormd: van het begin af aan heeft het groen en het ontwikkelen van duurzame systemen centraal gestaan. Bij het ontwerp van de stad is er expliciet voor gekozen het groen te ver-heffen tot drager van de ruimtelijke structuur. Het maakt Almere tot een bijzondere stad. Een stad die bestaat uit meerdere kernen, verspreid over een royaal groenblauw raamwerk.

Groen lijkt hier vanzelfsprekend. Toch heeft Almere dezelfde stadsbomenproblematiek als andere gemeen-ten. Veel oude woonwijken zijn ook hier aangelegd op een dikke laag wit bouwzand. De bomen zijn destijds niet voorzien van een gedegen groeiplaats en brengen nu hoge beheerkosten met zich mee, als gevolg van onder andere wortelopdruk. Daarnaast ligt Almere in een gebied met extreme bodemdaling. Ook dit is niet bevor-derlijk voor het bomenbestand. Grote aantallen komen in aanmerking voor vervanging. Telkens is het weer schipperen met het budget om het bomenbestand in kwalitatieve zin op peil te houden. De groene stad vraagt daarom een meer bedrijfsmatige benadering waarbij investeringen, afschrijvingen en opbrengsten in beeld moeten worden gebracht.De beleidsadviseur van de gemeente Almere, Wouter Baack, is aan de slag gegaan om een bedrijfsmatige bena-dering op te zetten en zo meer inzicht te kunnen bieden aan het management. De te hanteren taal moet dan wel voor iedereen te be-grijpen zijn. Op de Boominfodag raakte hij geïnspireerd door het verhaal van Mathew Wells, de boombeheerder

De baten van een groene stad zijn alom bekend. Bomen vormen

hierin een belangrijke en waardevolle component. Omdat deze

baten vaak niet in klinkende munt zijn uit te drukken staan bomen nog steeds als kostenpost

op de gemeentebalans. De gemeente Almere heeft nu concrete stappen gezet om bomen beter

op de kaart te krijgen. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van het i-Tree model.

tekst annemiek van loon

i-Tree geeft output van bomen in €

van New York. Wells heeft hard gemaakt dat iedere $ die in bomen wordt geïnves-teerd $5 oplevert. Deze vuistregel was duidelijke en eenvoudig en werd door de voormalige burgemeester Bloom-berg tot politiek mantra verheven. Wells kreeg de middelen die hij nodig had om te investeren en in het kielzog daarvan werd het one million trees programma uitgerold.

i-Tree i-Tree is een model om de ecosys-teemdiensten van bomen in geld uit te drukken. De methode is gebaseerd op wetenschappelijk onderbouwde berekeningen. In Amerika is al een aantal modules voor onder andere ont-werp, ecologie en stadsklimaat ontwik-keld. Almere zou dus zo op een rijdende trein kunnen springen, ware het niet dat de Amerikaanse situatie niet ongewijzigd is te projecteren op ons land. In de Amerikaanse steden is de verbetering die een boom brengt aan onder andere het klimaat, de leefbaar-heid en de waterkringloop al snel erg groot, aangezien de steden op een heel andere manier ontworpen zijn; hoe beroerder de uitgangssituatie hoe groter natuurlijk het effect. Daarnaast zijn de waarderingen voor bijvoorbeeld een ton gebonden CO2 anders.

i-Tree is een model, een vereenvoudiging van de werkelijkheid. Met het aanpassen en vervolmaken van een model kun je onein-

13

€€

€€

Page 14: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen14

dig doorgaan. Een concreet project maakt de toepassingsmogelijkheden veel sneller duidelijk en geeft zicht op de ontbrekende elementen. Samen met BTL Bomendienst zette Baack daarom een pilot op om te on-derzoeken hoe toepasbaar i-Tree is voor de Nederlandse situatie.

Output i-TreeBinnen de pilot in Almere worden voorlopig de ecosysteemdiensten op het gebied van afvang van fijnstof en de interceptie van he-melwater meegenomen. In de Amerikaanse toepassing wordt overigens een breder palet aan ecosysteemdiensten meegenomen. Zo kan aan elke boom in het pilotgebied een prijskaartje worden gehangen. Dit prijs-kaartje laat niet de kostprijs zien maar de maatschappelijke baten van de boom. Ook

wordt indirect duidelijk wat de relatie is tussen een duurzame en gezonde boom

en een boom met weinig toekomst. Een kwakkelende boom met een kleine kroon draagt weinig bij aan de eco-systeemdiensten. Zo levert i-Tree niet alleen (politieke) argumenten voor investeringen in het bomen-bestand, het is ook een manage-menttool. De boombeheerder kan met behulp van i-Tree beter gefundeerde keuzes maken. Er kan bijvoorbeeld inzichtelijk worden gemaakt of het de moeite waard is

om een bepaalde boom binnen een bouwproject te verplan-

ten of om die überhaupt te handhaven. Ook inves-teringen in groeiplaats-verbetering kunnen op deze manier gefundeerd

worden afgewogen. Hierin verschilt i-Tree duidelijk van

TEEB-stad. TEEB (The Econo-mics of Ecology and Biodiversity)

laat zien wat de algemene toegevoegd waarde van bomen is. i-Tree gaat verder en maakt on-derscheid in boomsoort, omvang, groeiplaats enzovoorts, waardoor het een zeer bruikbaar instrument is voor de beheerder.

Ook bij nood geeft de methode raad. Bij calamiteiten aan kabels en leidingen kan met behulp van i-Tree, als plus op de vervangingsinvestering (methode NVTB), snel de afweging worden gemaakt wat de ‘voordeligste’ oplos-sing is. Veel bomen zijn op tracés van kabels en leidingen geplant. Het duurdere ‘gestuurd boren’ spaart boom-wortels, maar is elke boom dit waard? Met deze output moet en kan dus meer dan uitsluitend het aanvragen van een ruimer bomenbudget. Het vraagt ook een grotere verantwoordelijkheid bij het nemen van beslissingen in het boombeheer, maar ook binnen ontwerpen en projecten. Wil je dat een boom zich terugbetaalt, dan zal de aanplant en de positionering aan een aantal eisen moeten voldoen.

Input bomenNet zoals bij alle systemen en modellen staat of valt de be-trouwbaarheid met de gegevens die erin worden gestopt. Aan deze input worden specifieke eisen gesteld. Het is mogelijk om prognoses te draaien waarin de kwaliteit en de output van het bomenbestand voor de nabije toekomst in beeld kan worden gebracht. Canopy of bedekkingsgraad van de boomkronen is daarin een belangrijk aspect. Duide-lijk is dat de hoeveelheid aangeplante bomen weinig zegt over de het positieve effect van het bomenbestand. Canopy geeft een veel beter beeld. Data zoals leeftijd, soort, kwa-liteit groeiplaats en functie van de boom, zijn eveneens vereist. Deze informatie is al in veel boombeheersystemen voorhanden en een koppeling met i-Tree is mogelijk. Waar veel gemeenten hun beheersysteem hoofdzakelijk bijhou-den ten behoeve van de veiligheidscontroles kan het met de denkwijze achter i-Tree uiteindelijk ook in belangrijke mate voeding geven aan duurzaam boombeleid. Niet uitsluitend ten behoeve van de bomen, maar uiteindelijk om bomen werkelijk functioneel in te zetten in de steeds compactere steden.

14

Page 15: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10 15

Wat kan i-Tree voor de gemeente Almere betekenen en welke ambities horen daarbij?

1. i-Tree = instrument om de toegevoegde waarde van bomen te berekenen

De waarde van bomen in hun volle omvang bestaat uit èn de vervangingswaarde èn de toegevoegde waarde. Beiden zijn te bepalen. - De vervangingswaarde is simpel te bepalen met

de methode van de Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen (NVTB).

- De toegevoegde waarde is het interessantst, omdat die de unieke eigenschappen van de boom bevatten.

Met i-Tree kan de toegevoegde waarde bepaald worden: op boomniveau of globaal voor de stad.

2. i-Tree = basis voor het boombeheer/boombeleid Het i-Tree programma is een krachtig hulp- en stu-

ringsmiddel voor de boombeheerder om bestuurders en beleidsmakers adequaat te kunnen informeren, zodat die de juiste keuzes kunnen maken. Daarnaast biedt het systeem informatie over vervangingsinves-teringen en is het een solide basis voor risicomanage-ment. Tot slot kan de tool erg waardevol zijn om aan de kernopgave uit de beheervisie te voldoen.

Uit de visie beheer openbare ruimte (kernopgave) Beheer richt zich op het duurzaam in stand houden en verbeteren

van de functionaliteit van de openbare ruimte en het verbeteren van de maatschappelijke waardering. Daarbij zetten we in op het behouden of versterken van de eigen identiteit en diversiteit van de openbare ruimte. Dit willen we samen doen met de burgers, bedrijven en overige instellingen en organisaties in de stad.

3. i-Tree = bindmiddel tussen maatschappelijke partners Om de i-Tree database van de benodigde data te voor-

zien moeten we een beroep doen op onze zakelijke – en op een breed spectrum aan maatschappelijke – partners. Bewoners, belangengroepen en onderwijs-instellingen uit Almere kunnen een belangrijke rol gaan vervullen bij het verzamelen van data. Een in-teressant neveneffect is meer binding en waardering voor het openbaar groen in het algemeen en bomen in het bijzonder.

4. i-Tree kan een prominente rol in de opmaat naar de Floriade vervullen

In 2022 zal de Floriade in Almere neerstrijken. ‘Growing Green Cities’ is als thema gekozen. Dit thema beperkt zich niet tot het Floriadeterrein, maar bestrijkt ook de rest van de stad. i-Tree is uitermate geschikt om het gekozen thema te ondersteunen door inzichtelijk te maken hoe het bomenbestand groeit.

15

€€

€€

Page 16: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

Assetmanagementtekst tony pipping

assetmanager groen en spelen gemeente rotterdam

Hoe kunnen we onze schaarse euro’s zo efficiënt mogelijk besteden met het beste

resultaat voor de stad? Deze vraag was voor de gemeente Rotterdam reden om over te

stappen op assetmanagement, ofwel risicogestuurd beheer. Onder assets verstaan we

hier het gehele spectrum aan buitenruimtevoorzieningen: groen, wegen, bruggen en

openbare verlichting enzovoorts.

Risico’sHet risicodenken is een groenbeheerder natuurlijk niet vreemd. In het groenbeheer ken-nen we tal van risico’s die we met onderhouds- en beheermaatre-gelen zoveel mogelijk proberen te ondervangen. Denk hierbij aan het beschadigen van bomen of schade door bomen of bescha-digingen aan siergroen. Maar staan we er voldoende bij stil wanneer en hoe vaak bepaalde risico’s voorkomen en wat de effecten of gevolgen dan zijn? En zijn de huidige maatregelen die we uitvoeren wel zo efficiënt en effectief?

de leefomgeving en imago (let op bomenkap) voor de hand liggende bedrijfswaarden. Bij de bedrijfs-waarde ‘economie’ is bijvoorbeeld de monetaire boomwaardebepa-ling van de Nederlandse Vereni-ging van Taxateurs van Bomen (NVTB) goed te gebruiken. Ook de bedrijfswaarde ‘beschikbaar-heid’ van het groen is duidelijk te kwantificeren.

Strategie Klimaatverandering zal een effect krijgen op het functio-neren van de asset groen. Door de temperatuurstijging zullen bomen langer in blad blijven, dit vergroot de kans op storm-schade aan bomen en bomen gaan onvoldoende afgehard de winterperiode in. Om risico’s te kunnen beoordelen moeten we dus ook nadenken over deze ver-anderingen die op ons afkomen. De functie en waardering van het groen neemt de laatste tijd enorm toe. Groengebieden in de stad zul-len voor bewoners niet alleen als ‘kijkgroen’ of ‘gebruikersgroen’ fungeren, maar ook gebruikt gaan worden als hulpmiddel voor wa-terberging, geluidsreductie en het reduceren van hittestress. Een

Slim beheer De methodiek assetmanage-ment is een nieuwe werkwijze in Rotterdam. Door de risico’s explicieter te maken kunnen de Rotterdamse voorzieningen in de buitenruimte op een slimme(re) manier worden beheerd en onderhouden. Door de oorza-ken en gevolgen van risico’s te analyseren wordt duidelijk waar de zwakke schakels zitten tijdens het beheerproces. We kijken dan wat de impact van een risico is op de belangen, oftewel: de bedrijfs-waarden van de stad.

Bedrijfswaarden Als je wilt sturen op risico’s, moet eerst duidelijk zijn welke waar-den je als stad nastreeft. In het stedelijk beheer van Rotterdam zijn de bedrijfswaarden: veilig-heid, beschikbaarheid, kwaliteit leefomgeving, milieu en gezond-heid, wet- en regelgeving, eco-nomie en imago. Deze bedrijfs-waarden zijn voor alle assets in de buitenruimte van belang. Per as-set bepalen we op een eenduidige manier het risiconiveau en kun-nen we deze op eenzelfde manier tegen elkaar afwegen. Voor het groenbeheer zijn de kwaliteit van

 

vakblad groen16

Page 17: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

17jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10

andere functie betekent ook een ander type beheer. Waterberging in parken heeft impact op vooral bestaande bomen. Het levert ech-ter ook minder water(overlast) op in de straat. Door voor beide assets, riolering en bomen, de voordelige en nadelige effecten in beeld te brengen, krijgen kunnen adviezen aan het gemeentebe-stuur beter worden onderbouwd en geobjectiveerd.

DataverzamelingHet kwantificeren van risico’s en deze relateren aan de effecten op de bedrijfswaarden is een belang-rijke bouwsteen in het bepalen van een beheerstrategie. Het no-digt ook uit om eens kritisch naar je beheersysteem te kijken. Welke info heb ik nodig, heb ik de juiste data, welke inspecties voer ik uit en met welke parameters? We inspecteren op diverse onderdelen van de buitenruimte en genere-ren enorme hoeveelheden data. De buitenruimte wordt door de gebruiker als één geheel gezien en door deze data op een slimme ma-nier te combineren levert dit een inzicht op in de risico’s. Een com-

binatie van bijvoorbeeld een zet-tingskaart (mate van inklinking), neerslagpatronen, boomsoorten met ophoogtolerantie en de tech-nische levensduur van riolering levert een interessant inzicht op om de gevolgen voor bomen in combinatie met geplande rioolver-vanging in te schatten. Vervolgens kunnen er diverse alternatieven worden onderzocht en afgewogen worden om uiteindelijk de meest effectieve maatregel te kunnen adviseren.

Verbetering In Rotterdam wordt assetma-nagement binnen het groenbe-heer momenteel geïmplemen-teerd, tezamen met die van de andere assets. Afgelopen jaar zijn er programma’s opgesteld om de risico’s van groeiplaats-

uitputting bij bomen, schade aan verharding als gevolg van wortelopdruk en schade aan groene evenemententerreinen te verminderen. Deze pro-gramma’s zijn geprioriteerd, zodat we ons budget effectiever kunnen inzetten. Komend jaar worden de inspecties tegen het licht gehouden en worden de bedrijfswaarden verder getoetst op bruikbaarheid. De risicopro-fielen worden verder ontwikkeld en geïnventariseerd, inclusief de impact van de risico beperkende maatregelen. Zo wordt assetma-nagement een steeds belangrij-ker instrument om het groenbe-heer in onze stad te verbeteren.

Risico Onvoldoende groeiplaats van bomen

Faalmechanisme

Door onvoldoende groeiplaats ontstaan er twee belangrijke lijnen:• Onveilige fietspad• Gewenste beeldkwaliteit van de omgeving wordt niet gehaald door de groeistagnatie

en het verdwijnen van bomen

Incidenten intern Jaarlijks valt er een boom om. Andere bomen halen het gewenste kwaliteitsniveau niet

Incidenten extern -

Aantal 114 bomen over een lengte van 2,2 kilometer

Locaties IJsselmondse Randweg

Risico groep• Fietspaden die onderdeel zijn van doorlopend netwerk• De IJsselmondse Randweg is bestempeld als parklane

Gevolgkans

• Door de maatregel “koppen frezen” is het fietspad eenmaal in de twee jaar een week niet beschikbaar Ook niet beschikbaarheid na kopfrezen

• Er is jaarlijks een kans op letsel met verzuim door windworp• De huidige groeiplaats resulteert over 20 jaar in een beeldkwaliteit D volgens de CROW methode

Extra kosten -

Huidige kosten

• € 2500 per jaar voor de maatregel “koppen frezen”• Extra maatregel na koppen frezen• € 1900 per jaar voor het snoeien van alle bomen

Bedrijfswaarde Effect Frequentie Risico

BeschikbaarheidAfsluiting voor de maatregel “koppen frezen”Nog in te vullen maatregel indien koppen frezen niet werkt

1 maal per 2 jaar Matig

Veiligheid Gewond met verzuim door omvallen van een boom 1 keer per jaar Matig

Milieu/gezondheid -

Kwaliteit leefomgeving Beeldkwaliteit D 1 keer per 20 jaar (over 20 jaar in deze situatie) Hoog

Economie Koppen frezen en bomen snoeienMisschien nog kosten voor weghalen omgevallen boom??

Jaarlijks L

Politiek -

Wet en regelgeving -

Factsheet Risicoanalyse onvoldoende groeiplaats

Page 18: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

kop

vakblad groen

kop

CHAPEAU

18

tekst jan-willem wesselink | beeld roelof pot

Eigenaren van bomen hebben de wettelijke plicht

om schade en letsel die bomen kunnen aanrichten

binnen redelijke grenzen te beperken. Een gede-

gen boomveiligheidsregistratie toont aan dat een

eigenaar serieus met risicomanagement bezig is.

Een werkgroep van stichting CROW, onder leiding

van Ceciel van Iperen, ontwikkelde de afgelopen

jaren hiervoor de Richtlijn Boomveiligheids-

registratie, de basis van waaruit je verdere

maatregelen neemt.

Veel gemeenten en groenaannemers hanteerden tot nu toe hun eigen manier van Visual Tree Assessment (VTA) of boomveiligheidscontrole. Met de Richtlijn Boomveiligheidsregistratie is deze veiligheidscontrole gestandaardiseerd.

Een VTA is een veel toegepaste methode die meestal wel voldeed. De gegevens zijn echter niet of moeilijk met andere methoden te vergelijken. Een handicap, niet alleen voor opdrachtgevers die met verschillende groenaannemers werken, maar ook voor aannemers die voor verschillende opdrachtgevers werken. Bovendien heeft elke partij in de loop der jaren de boomveiligheids-inspectie verder opgetuigd om ook andere doelen te die-nen. Hierdoor vervaagde wat minimaal moest gebeuren, om aan de zorgplicht te voldoen. Een uniforme en ook breed gedragen manier om boomveiligheidscontroles uit te voeren geeft opdrachtgevers de zekerheid dat alle noodzakelijke gegevens op eenzelfde wijze worden geregistreerd. Opdrachtnemers hoeven dan niet meer uit te leggen hoe ze aan hun conclusies gekomen zijn. Er is eenduidigheid en daarmee duidelijkheid.

Een werkgroep van de stichting CROW stelde de Richt-lijn Boomveiligheidscontrole samen. CROW is het ken-niscentrum van de overheid en het bedrijfsleven dat zich

tekst noortje krikhaar (op basis van informatie van ceciel van iperen, project

manager beheer openbare ruimte en infrastructuur crow)

Richtlijn Boom-veiligheidsregistratie

Page 19: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

19jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10

bezighoudt met vraagstukken op het gebied van infra-structuur, verkeer en vervoer en openbare ruimte. Dit centrum ontwikkelde onder andere de RAW systema-tiek voor het maken van bestekken. Het kenniscentrum werkt voor zowel opdrachtgevers als opdrachtnemers en is zo in staat onafhankelijke adviezen te geven.

De inhoudelijke kennis voor de richtlijn komt uit de sector zelf. In een werkgroep is vastgesteld wat er minimaal in een boomveiligheidscontrole moet worden geregistreerd om grip te krijgen op de veiligheidssitu-atie. In deze werkgroep zaten 22 deskundigen, onder wie vertegenwoordigers van gemeenten, het ministerie van Defensie, provincies, opleidingen en boomverzorgings-bedrijven. Ook werkten boomadviseurs, juristen en een vertegenwoordiger van een verzekeringsmaatschappij mee. De praktijkervaring van deze groep insiders en de juridische en verzekeringstechnische kennis werd gecombineerd met een grondige bestudering van veel jurisprudentie om te weten waaraan een controle op zijn minst moet voldoen.

In de standaardboomveiligheidscontrole moet in elk geval worden opgenomen: boomnummer, locatie, eigenaar, boomsoort, plantjaar, hoogte, omgevingsrisi-coklasse, controlefrequentie en boomveiligheidsklasse. Deze gegevens moeten op een uniforme wijze worden vastgesteld en geregistreerd. Van elke boom wordt een logboek met boomveiligheidscontroles bijgehouden. Per boom worden, per controleronde, in principe minimaal de zes kenmerken opgenomen. Te weten datumcontrole, naam controleur, boomgebrek(en) met plaatsaandui-ding, gevolg boomgebrek(en), boomveiligheidsklasse, boomveiligheidsmaatregel(en) en de urgentie daarvan. Uiteraard is er ruimte voor opmerkingen. Alle (boom)beheersystemen kunnen met de richtlijn uit de voeten. Een werkgroep met softwarespecialisten werkt bo-vendien aan een Standaard Uitwisseling Formaat voor boomveiligheidscontrole, de SUF-BVC. Leveranciers van software voor boombeheer en -inspecties kunnen het SUF-BVC gebruiken in hun softwareontwikkeling. Hiermee krijgt de datastructuur van het onderdeel ‘Boomveiligheidsregistratie’ een uniforme opbouw. Daardoor is gegevensuitwisseling mogelijk tussen ver-schillende beheer- en inspectiesoftwarepakketten.Het SUF-BVC is voorbereid op de invoering van de BGT | IMGeo-standaarden en IMBOR. Bomen worden hierin opgenomen als zogeheten plusobjecten. De boomeige-naar kan aan deze objecten relevante (beheer)gegevens koppelen, waaronder dus zijn boomveiligheidsinfor-matie.

Veel beheerders grijpen boomveiligheidscontrole aan om managementinformatie in te winnen over bijvoor-beeld achterstanden in snoei, de gezondheid van een boom en of er sprake is van wortelopdruk. Het staat hen vrij om buiten de standaard meer gegevens te registre-ren, maar de standaard is alleen gericht op de veiligheid

in het kader van de zorgplicht. De overige mogelijkhe-den lopen te ver uiteen om die er allemaal eenduidig in in te voeren. De ene gemeente wil bijvoorbeeld registreren welke bomen monumentaal zijn, de andere welke moeten worden gesnoeid of welke bomen door vleermuizen bewoond worden in het kader van flora en faunabeheer. Het voerde te ver om zo’n breed spectrum aan mogelijke gegevens allemaal te standaardiseren.

Alleen gestandaardiseerde gegevens kunnen met de SUF-BVC worden uitgewisseld, gegevens die naast de boomveiligheidsregistratie worden verzameld, niet.

CROW heeft ruim twee jaar gewerkt aan de richtlijn. Die tijd was nodig om zorgvuldig te blijven en onder andere de uiteenlopende meningen en visies in de boomwereld te registreren. Bekeken werd op welke fundamenten de verschillende visies waren gebaseerd om tot compromissen te komen.

IMBORHet IMBOR (Informatiemodel Beheer Openbare Ruimte) vormt een schakel tussen de BGT en de beheersystemen van terreinei-genaren. Het gaat om een set van afspraken waaronder afspra-ken over de benamingen en definities van de beheergegevens die aan de objecten in de openbare ruimte kunnen worden ge-koppeld. Ook de samenhang tussen die beheergegevens wordt in het IMBOR beschreven. De objecttypen uit de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT), die in 2016 verplicht wordt, en het Informatiemodel geografie (IMGeo) vormen de basis. Het IMBOR bestrijkt de gehele openbare ruimte: verhardingen, groen, kunstwerken, water, riolering, openbare verlichting en terreinmeubilair.

Abonnement De Richtlijn Boomveiligheidscontrole is onderdeel van de Ken-nismodule Bomen. Tot die module horen ook Combineren van onder- en bovengrondse infrastructuur met bomen en Beplan-ting en luchtkwaliteit. Een (digitaal) abonnement kost €35 per jaar. De Richtlijn Boomveiligheidscontrole is niet direct onder-deel van de RAW, hoewel daarin wel wordt verwezen naar de richtlijn.

RAWDe RAW-systematiek geeft opdrachtgevers en opdrachtnemers een kader om afspraken in bouwcontracten te maken en deze goed vast te leggen. CROW beheert de RAW-systematiek en houdt deze actueel. De afkorting RAW komt van Rationalisatie en Automatisering Grond-, Water- en Wegenbouw, een stichting die in 1987 in een fusie is opgegaan in de stichting CROW.

Page 20: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen20

… nestplaats voor vogelsEen grote verscheidenheid aan vogels maakt gebruik van bomen om in te broeden. De meeste vogels bouwen een nest in een boom, zoals de houtduif, de zwarte kraai of de ekster. Ande-ren maken weer gebruik van be-staande nesten, zoals de ransuil. Ook bij de holebroeders, zoals spechten, kan dit onderscheid worden gemaakt. De koolmees en boomklever die niet in staat zijn zelf holen te maken, profiteren hiervan. Ook allerlei andere diergroepen maken graag gebruik van verlaten spechten-gaten. Denk aan mieren, wespen en bijen, maar ook vleermuizen, de boommarter en de eekhoorn. Spechten spelen dan ook een belangrijke voortrekkersrol.

… verblijfplaats voor vleermuizenVan de achttien in Nederland voorkomende soorten vleer-muizen maken er elf in meer of mindere mate gebruik van bomen als verblijfplaats. De rosse vleermuis verblijft het gehele jaar in boomholtes, andere soorten als de water-vleermuis verblijven uitsluitend van de lente tot en met de herfst in boomholtes. Deze vleer-muizen zoeken voor de winter een ondergronds object op. De baardvleermuis maakt het liefst gebruik van loshangende schors om daar, zelfs met grote groe-pen, achter te verblijven. Een ruimte van nog geen centimeter diep is daarmee genoeg om een boom als verblijfplaats te kun-nen gebruiken.

… waardplant voor vlindersEen groot aantal soorten vlinders gebruikt (inheemse) bomen als waardplant, het gaat om zowel dag- als nachtvlinders. De bladeters leggen de eitjes vaak in de boomkroon. Die eitjes ontwikkelen zich vervolgens tot rupsen. De rupsen voeden zich met het blad en verpoppen uiteindelijk tot vlinder. Andere rupsen, zoals de wilgenhout-rups, leven van dood hout. Deze vlinders leggen hun eitjes onder loszittende schors. De rups eet zich daarna de boom in. Welke boom een vlinder verkiest, ver-schilt van soort tot soort.

Dat bomen belangrijk zijn voor biodiversiteit zal niemand vreemd in de oren klinken. Dat ze die

rol vervullen is ook niet verwonderlijk: als we de natuur haar gang zouden laten gaan zou er

vrijwel overal bos ontstaan. Welke functies bomen concreet vervullen voor welke soorten flora

en fauna is echter minder bekend. Als we weten welke functies bomen vervullen is het eenvou-

diger daar rekening mee te houden. Dit artikel wordt dan ook afgesloten met tips daarvoor.

Bomenrijen zijn zeker in een open landschap van essen-tieel belang als verbinding voor allerlei soorten fauna foto: JasjaVliegt.nl

Bomen vervullen een functie als…

tekst johannes regelink, regelink ecologie & landschap

Bomen en biodiversiteit: over functies en beheer

Diversiteit van boomsoorten zorgt voor diversiteit van fauna.foto: Henry Kuppen

Page 21: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10 21

… voeding voor insectenBomen zijn veruit de groot-ste bloemdragende planten. Daarmee zijn ze belangrijk als voedingsbron van nectar en stuifmeel voor insecten, waaronder solitair levende bijen. Vroegbloeiende soorten zoals een wilg en een kers zorgen al vroeg in het jaar voor voedsel.

… leefgebied voor keversDood hout doet leven. In bomen leven veel soorten kevers. De larven voeden zich met stukjes schors of met dood hout. Een be-kend voorbeeld is het vliegende hert, waarvan de larven onder de grond leven in eikenhout dat witrot bevat. De volwassen dieren drinken wondsap van le-vende eiken. Dood kernhout en afgestorven takken in een boom zorgen voor weer andere soorten insecten dan dood hout dat op de grond ligt.

… beschutting voor wind en lichtBomen leveren niet alleen voor ruimte op om in te leven, ze faciliteren ook andere func-ties. Zo beschutten bomen veel soorten tegen wind en kunst-licht. Een gebouw wordt eerder gebruikt als verblijfplaats door vleermuizen als er bomen naast staan. Een rij bomen in een open omgeving zorgt voor een wind-luwe zone waar insecten zich toe aangetrokken voelen. Dieren die insecten eten, zoals zwaluwen en vleermuizen, weten die plekken ook te vinden. Zo verbinden in zowel open als stedelijke gebie-den bomen vaak leefgebieden tussen diverse soorten dieren.

Zorg bij het beheer van bomen voor…

… diversiteit Een van de belangrijkste ele-menten voor een goed bomenbe-leid dat bijdraagt aan biodiversi-teit, is een divers bomenbestand. Het aanplanten van verschil-lende soorten bomen zorgt op verschillende tijdstippen voor bloei en voor een diversiteit aan waardplanten. Minstens net zo belangrijk is dat een diversiteit aan boomsoorten voorkomt dat plagen als de eikenprocessierups ontstaan. Ook wordt daarmee voorkomen dat een ziekte grote aantallen bomen in een keer velt, waardoor onder andere verbin-dende structuren verdwijnen.

… oude bomenHoe ouder een boom, des te meer de boom voor biodiversiteit zorgt. Beleid voor bomen zou er daarom altijd op gericht moeten zijn bepaalde bomen zo oud mogelijk te laten worden. De aanwezigheid van dood hout en holtes zijn van-uit veiligheidsoogpunt meestal niet wenselijk, maar vanuit het oogpunt van biodiversiteit juist wel. Deze problematiek vraagt om zorgvuldige keuzes en ook is het nodig om ver vooruit te kijken: waar vormen oude bomen een risico en waar niet? Waar zijn in de toekomst ruimtelijke ontwikkelingen te verwachten en waar niet? Het beleid van gemeenten, maar zeker ook van instanties die terreinen beheren, zou erop gericht moeten zijn oude bomen zoveel mogelijk in het beheergebied te laten blijven.

… en structurenBomen zorgen voor verbin-dingen. De structuren die door een rij of groep bomen worden gecreëerd, zijn essentieel voor tal van soorten insecten, vogels en zoogdieren. Een goed bo-menbeleid houdt daar rekening mee. Een rij nieuwe bomen kan zo worden gepland dat deze aansluit op bestaande structuren zodat groen gebieden met elkaar worden verbonden.

Bomen en biodiversiteit: over functies en beheer

Ook holtes in zijtakken kunnen voor diverse soorten vleermuizen en vogels een belang-rijke verblijfplaats zijn.foto: Regelink Ecologie & Landschap

ConclusiesDenk bij het beheer van bomen vanuit de functies die bomen vervullen. Dit zorgt voor meer biodiversiteit en daarmee voor een mooiere leefomgeving.

Page 22: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen22

Boomklimmen 1, 2 en 3Certificaten voor klim- en werktechnieken voor boomverzorgers zijn er in drie niveaus. De houder van het basiscertificaat heeft kennis van klimtechnieken, grondwerk-zaamheden, knopen, uitlopen, laddergebruik en handgereedschappen voor eenvoudige snoeiwerkzaamheden in de boomkroon. Ook is hij bekend met de Arbowet en het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen. Met ‘Boomklimmen 3’ beschikt de boomver-zorger over kennis en vaardigheid om bomen op een deskundige en veilige manier af te breken. Zo beheerst hij bijzondere klim- en zaagtechnieken en weet hoe de verschillende machines en gereedschappen bedrijfsklaar gemaakt moeten worden.

BoomveiligheidsinspectieDe boomveiligheidscontroleur (BVC of VTA-controleur) is verantwoordelijk voor de wettelijke controle op de zorgplicht rondom bomen. Hij is in staat situaties met bomen te herkennen die mogelijk een gevaar kunnen vormen voor schade of letsel en weet dit op systematische wijze te registreren. De gecertificeerde boomveiligheidscontroleur voldoet aan de eisen die Stichting Groenkeur stelt (zie ook het artikel over de Richtlijn Boomveiligheidscontrole).

European Tree Technician (ETT)De European Tree Technician is een all-round boomtechnisch adviseur met niet alleen kennis van boomverzorging, maar ook van beheer, beleid, onderzoek en projector-ganisatie. Hij fungeert vaak als intermediair tussen opdrachtgever en uitvoering bij bijvoorbeeld infrastructurele werken. Het certificaat ETT is een internationaal erkend certificaat dat voldoet aan de voorwaarden van de European Arbocultural Council (EAC).

European Tree Worker (ETW)De European Tree Worker is een allround uitvoerend boomverzorger met als doel-stelling de duurzame instandhouding van bomen. Hij heeft kennis van ondermeer na-tuurbehoud, ziekten en plagen, boomsoorten en kan veilig en verantwoord bomen planten, onderhouden, snoeien en vellen. Het certifi-caat ETW is een internationaal erkend certi-ficaat dat voldoet aan de voorwaarden van de European Arbocultural Council (EAC).

tekst noortje krikhaar en annemiek van loon

Het specialisme van de boomverzorging

Boomverzorging kent verschillende specialismen met vastgestelde kwalificaties. Op

basis van deze kwalificaties werkt branchevereniging VHG Vakgroep Boomspecia-

listen aan een verdere professionalisering van de branche. Dit doet zij samen met

verschillende partijen zoals KPB-ISA, NVTB, StichtingGroenkeur, onderwijsinstellin-

gen en met collega’s op Europees en mondiaal niveau. Wie is waar verantwoordelijk

voor en waar staan al die afkortingen voor? Een beknopt overzicht.

Page 23: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10 23

Groenkeur certificaat Het Groenkeur certificaat garandeert dat binnen het bedrijf aandacht is voor kennis-deling, veiligheid en technische eisen voor oplevering. Het Groenkeur gecertificeerde boomverzorgingsbedrijf werkt altijd met minimaal de helft European Tree Workers (ETW). Boomcontroles in het kader van de algemene zorgplicht worden uitgevoerd door gekwalificeerde BoomVeiligheidsCon-troleurs (BVC). Onderzoeken en ingewik-kelde boomtechnische problemen worden uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van gekwalificeerde European Tree Technicians (ETT).

European Chainsaw Certificate (ECC)Door het afleggen van een examen op basis van de Europese kettingzaagstandaarden kun je een certificaat krijgen: het European Chainsaw Certificate (ECC). Houders van dit certificaat beschikken over de kennis en vaardigheden met betrekking tot de werking, de bouw, het onderhoud en het veilig werken met motorzagen. Er zijn vier niveaus. Deze gaan van eenvoudige werkzaamheden, zoals het afzetten van struiken tot zaagtechnieken bij ‘hout onder spanning’.

BoomtaxateurDe boomtaxateur is bevoegd om de waarde van en de schade aan bomen te bepalen. Een geregistreerd boomtaxateur is aangesloten bij de Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen (NVTB) (zie ook het artikel Boomtaxatie).

VeiligheidOp het gebied van veiligheid wordt een aantal erkende cursussen aangeboden, waaronder:

- Veilig werken langs de weg voor uitvoerenden.

Zij moeten weten wat nodig is voor een veilige werkomgeving tijdens het werken langs de weg (onder andere CROW-richtlijnen en verkeersbegeleidende maatregelen).

- Bedrijfshulpverlening. Boomverzorgers met dit certificaat

(NIBHV) kunnen zowel op de grond als in een boom adequate hulp bieden in noodsituaties. Ze zijn in staat om doel-matig te handelen bij eerste hulp, zoals reanimeren, evacueren en het uitvoeren van reddingsacties in bomen.

- Veiligheidscertificaat hoogwerker. Boomverzorgers die werken met een

hoogwerker, moeten dat doen volgens de actuele veiligheidseisen (omschreven in de Arbowet). Wie in het bezit is van het certificaat, kent de eisen en werkvoor-schriften, noodprocedures etc. Ook is deze certificaathouder bekend met het veilig werken met een motorkettingzaag in een hoogwerker.

- Veiligheid voor Operationeel Lei-dinggevenden (VOL-VCA).

Operationeel leidinggevenden met dit certificaat zijn in staat om hun medewer-kers een veilige werkomgeving te bieden. Ze werken volgens de richtlijnen uit de Arbowet, Europese richtlijnen en VCA en kunnen goed inspelen op belastingsfac-toren en specifieke risico’s.

- Basisveiligheid Openbare Ruimte (BVO-KIWA-certificaat).

Uitvoerenden met dit certificaat kunnen veelvoorkomende risico’s in de praktijk van hun vak inschatten en er adequaat mee omgaan. Ze beschikken over de basiskennis als het gaat om veiligheid, gezondheid, preventie en bescherming.

Page 24: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen24

kopkop

CHAPEAUtekst jan-willem wesselink | beeld roelof pot

Permanauten vergroenen de stad Permacultuur is een integrale benadering van ons leven

op aarde. Geïnspireerd door natuurlijke processen worden

duurzame systemen ingericht voor de teelt van ons voedsel

en het beheer van energie, water, landschap en grondstoffen.

Bomen hebben binnen de permacultuur een duidelijke plaats.

In dit artikel wordt een aanzet gegeven om de inzichten van

de permacultuur breder toe te passen in de stad.

tekst annemiek van loon

Page 25: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

25jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10

Een belangrijk uitgangspunt van permacul-tuur is een gezonde bodem. Binnen natuur-lijke systemen bestaat er geen afval. Alles heeft namelijk een functie. Elk organisme, elke molecule en elk mineraal heeft een rol om de cirkel rond te houden. In de stad worden kringlopen flink onderbroken wan-neer je kijkt naar de hoeveelheden blad, snoei en ook stamhout die jaarlijks worden geruimd. Ook water, een fundamenteel element in veel processen, wordt in rap tempo afgevoerd en verontreinigd. Sommige gemeenten hanteren nog de gifspuit of pas-sen biologische bestrijdingsmiddelen toe. En intussen verarmt de bodem.Wanneer deze kink in de kringloop is gecon-stateerd, lijkt herstel ervan een peulenschil. Maar zo ligt het niet.

Marcel Wenker is senior groenbeheerder bij gemeente Deventer. Hij benadrukt dat permacultuur niet uitsluitend over natuur-lijke processen gaat. Zo moeten er op sociaal en cultureel vlak ook verbindingen tot stand worden gebracht. Wenker geeft aan dat het management van de stedelijke buitenruimte in de loop der jaren volledig uit elkaar is getrokken. “Alles is opgeknipt in deelexperti-ses. De straatveger is heel goed in het ruimen van blad. De grasmaaier in het netjes maaien en de boombeheerder kijkt uitsluitend naar de boom. Er worden geen relaties gelegd en alles houdt op bij het maaiveld. Maar juist daaronder, daar gebeurt het.”

Een gezonde bodem als basisEen bodem is een complex samenwerkings-verband tussen schimmels, bacteriën, tal van bodemorganismen en planten. Dit zoge-naamde bodemvoedselweb ‘eet’ organische stof en heeft zuurstof en water nodig. Het is moeilijk om deze onzichtbare structuren onder de aandacht te krijgen. Zeker omdat in onze cultuur het netheidsbeeld nog steeds op een voetstuk staat. Waarschijnlijk omdat het ‘in cultuur brengen’ in ons land toch sterk verbonden is met droogleggen en recht strijken.

Franjan de Waard geeft aan dat het elemen-taire belang en het zelfregulerende vermo-gen van de bodem van groot belang is. “Ooit was ons land grotendeels bedekt met bos. Boomwortels gaan een symbiose aan met schimmels en zodoende was de bodem per-manent doorspekt met mychorriza. Binnen de permacultuur spelen bomen een belang-rijke rol, onder andere door deze schimmel-

tekst annemiek van loon

draden. Op veel plaatsen op de wereld heeft het verdwijnen van de bomen een onom-keerbaar proces van verarming, verschraling en uiteindelijk erosie in gang gezet. Doordat ons land wordt voorzien van sediment uit grote rivieren en nauwelijks reliëf heeft, blijven gevolgen van erosie voor ons voorals-nog uit. Hierdoor zijn de gevolgen van ons deconstructieve bodemmanagement minder zichtbaar dan elders.”

“We gebruiken de bodem als een bouw-plek voor onze steden. Voor de intensieve landbouw is het een substraat waarbij bo-demvruchtbaarheid uit een zak met korrels komt. Grote hoeveelheden grondstoffen voor veevoer worden ingevoerd en de poep blijft achter.” De Amerikaanse agropionier Joel Salatin die in 2014 door De Waard naar Nederland werd gehaald, vatte het samen met: “You’re turning this place into a toilet!”. De bodem functioneert niet meer als een systeem, het is een doorgeefluik van nitraten naar het grond- en oppervlaktewater, dat we vervol-gens weer moeten zuiveren. We zijn ver van huis geraakt. Feitelijk vullen we continu het ene gat met het andere.

Bijzonder is ook dat milieuzaken binnen overheden zo technisch zijn geworden. Het ‘milieu’ wordt als iets statisch benaderd, waaruit de biologie volledig is verdwenen. Een gemiste kans, want het herkennen van natuurlijke systemen en erin meebewegen is efficiënt. De Waard werkt hier al jaren aan en noemt zich een permanaut. Hij mikt erop om de fysieke systemen te transformeren naar een beter evenwicht en daarvoor moet het ook bij mensen tussen de oren landen: “Eigenlijk ben ik gewoon een activist.” Ook geeft hij aan dat we sneller meters moeten zien te maken. “Er is zoveel te winnen! En nu is de tijd er rijp voor.” Zo benadrukt hij nog eens dat elke CO2-molecule er één is. “Or-ganische stof in de bodem betekent minder CO2 in de atmosfeer. Bomen leggen dus niet alleen koolstof vast in hun stam, een goede groeiplaats bevat zo’n acht procent organi-sche stof onder het maaiveld en heeft een strooisellaag die volledig uit organische stof bestaat in de vorm van blad of mulch.”Wenker gaat met deze gegevens aan de slag en legt de link met zijn bomen. Hij geeft aan niet uit te zijn op symptoombestrijding, maar graaft altijd net iets dieper voor een meer duurzame oplossing. Er zijn altijd meerdere relaties en verbanden te leggen.

Page 26: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen26

“Zo vraagt de opmars van de eikenproces-sierups een meer integrale benadering dan uitsluitend de bestrijding van het beestje. Door de eikenlanen stad en land met elkaar te laten verbinden is er voor deze rupsen een monocultuur-snelweg ontstaan en met zulke monoculturen werken we plagen in de hand. Met behulp van onderbegroeiing in de vorm van schermbloemigen kunnen we echter natuurlijke vijanden aantrekken. Maar ook het afwisselen van boomsoorten en geneti-sche variatie binnen de eikenlanen maakt al verschil.”

In het oudste Springerpark van ons land, het Rijsterborgherpark, laat Wenker een prach-tige verzameling bomen zien. Een park biedt ogenschijnlijk een ideale groeiplaats voor deze bomen. Maar ook hier wordt blad mas-saal verwijderd, want dit historische park moet voldoen aan een bepaalde beeldkwa-liteit. Wenker zoekt naar manieren om ook hier de bodem de basis te laten zijn van echte kwaliteit, want op onverklaarbare wijze legt een aantal monumentale bomen het loodje. Zo is de oudste boomhazelaar van ons land op zijn retour. Uiteraard heeft Wenker zo zijn vermoedens. Denk aan het intensieve maai- en gazonbeheer en het steeds zwaar-dere materieel dat zeer regelmatig binnen de kroonprojecties rijdt. Maar ook hier neemt hij geen genoegen met kortstondige oplossingen. Wenker experimenteert met mulchen binnen de kroonprojectie. Alles grijpt in elkaar, want de mulch beschermt

de bodem en voedt het bodemleven. Binnen een park markeert een mulch-zone onder de boom het ‘terrein’ van de boom. Hier wordt niet meer gemaaid. Waar het kan, wordt het maaibeleid aange-past. Dit om letterlijk de voorjaarsflora tot bloei te laten komen. Vogelmelk, sneeuw-roem en de zeldzame weidegeelster komen hier massaal voor. Deze flora is bovendien een prachtig excuus om het gazonbeheer te extensiveren ten behoeve van de bodem. En uiteraard om de biodiversiteit te verhogen.

Permacultuur en biodiversiteit? Biodiversi-teit is de uitvalsbasis voor de permanaut. Het is de kleurdoos waar we uit kunnen putten en successie maakt daar als vanzelfspre-kend deel van uit. Een permanaut gebruikt deze kennis weer anders dan veel ecologen. Wenker geeft aan soms met hen in de clinch te liggen. Ecologen gebruiken de laatste ijstijd als referentie voor de boomsoorten die je zou moeten aanplanten. Toen waren er echter nog geen steden, en een boom in de stad moet functioneel zijn, aangepast aan het stadsklimaat. Ook met betrekking tot biodiversiteit spelen exoten binnen de stad een belangrijke rol; denk maar eens aan de vele drachtbomen voor insecten.Hiermee wordt de permanaut geschetst als iemand die denkt in vooruitgang en die mee-beweegt met ontwikkelingen. Dit uiteraard met de natuur als uitgangspunt en de voeten stevig op een gezonde bodem.

Page 27: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10 27

BurenrechtDe wetgeving rond bomen bij de erfgrens is niet veranderd. Het aantal klachten en verzoeken tot kap of snoei daarentegen wel. Particulieren mogen op grond van het Burgerlijk Wetboek de gemeente verzoeken om over-hangende takken van openbare bomen boven hun tuin of huis te verwijderen. Het feit dat voor openbare bomen in beginsel een uitzondering is gemaakt wat betreft de ‘verboden zone’ voor bomen nabij de erfgrens, doet daar niets aan af. Sinds het zogeheten Gorsselse bomenar-rest is duidelijk dat de gemeente bomen dichter op de erfgrens mag plaatsen. Mits daar een reden voor is en de gemeente in

Het bomenrecht heeft vele aspecten en is voortdurend in beweging. Wet- en regelgeving wijzigen

en de actuele rechtspraak leidt tot nieuwe inzichten. Maatschappelijke behoeftes veranderen en

de rol van de overheid wijzigde van minder regelend naar meer faciliterend. Daar komen nog de

aanzienlijke bezuinigingen op boombeheer bij. Redenen genoeg om de gemeentelijke uitgangs-

punten voor bomen met enige regelmaat te herijken. Voldoet het gemeentelijk bomenbeleid nog

aan de eisen van deze tijd of verdient het bijstelling?

Wetgeving en bomen

vergelijkbare gevallen dezelfde lijn volgt. Voor overhangende takken en ook overhellende boomstammen geldt deze uitzonderingspositie niet. De zaag hoeft echter niet in elke overhangende tak of stam, als de burger daar om vraagt. Het snoeiverzoek moet wel redelijk zijn. Snoei dat de boom ernstig ontsiert of zijn voortbestaan in gevaar brengt, hoeft de gemeente niet in te willigen. Het is voor iedereen meteen duidelijk wan-neer rigoureuze snoei (meer dan 20 procent van het kroonvolume) is opgenomen als een kapver-gunningplichtige activiteit in de Algemene Plaatselijke Verorde-ning (APV) of bomenverorde-ning.

De gemeente kan bij een verzoek om enkele overhangende takken te verwijderen niet volstaan met de reactie dat het algemeen be-lang is gediend met het behoud van de bomen. De rechtspraak leert dat een goede onderbou-wing van de afwijzing noodzake-lijk is. Dat betekent een heldere toelichting waarom niet aan het snoeiverzoek kan worden voldaan en waarom de gemeente de burger niet toestaat om zelf te snoeien. Kan de gemeente daarbij verwijzen naar perio-dieke snoeirondes, beleidsregels of beeldkwaliteitsplannen, dan maakt dit de afwijzing begrij-pelijker. Is er geen sprake van dergelijke activiteiten of bieden deze onvoldoende aanknopings-

Boombeheer en bescherming van flora en fauna vergt maatwerk

tekst edwin koot, ekootree

Page 28: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen28

punten, dan is het verstandig hierover op hoofdlijnen iets vast te leggen. Bijvoorbeeld dat bomen in een bomenlaan of –rij in beginsel op dezelfde wijze worden gesnoeid. Bij de onder-bouwing kan ook meespelen of de bomen er al stonden toen de klager er kwam wonen. Is dat het geval, dan zal de klager eerder een zekere mate van hinder moe-ten dulden.Klachten van burgers over overlast door bomen of afval-lende rommel moet de gemeente uiteraard altijd serieus nemen. Dat begint met een zorgvuldige beoordeling van de situatie. Er zijn gemeenten die de overlast een bepaalde periode monitoren. Voordeel hiervan is dat de klager zich gehoord voelt en de resulta-ten van de monitoring bijdragen aan een gefundeerde reactie.

Wet NatuurbeschermingBinnenkort wordt de nieuwe Wet Natuurbescherming geïntrodu-ceerd. Deze nieuwe wet voegt de belangrijkste wetten die de na-tuur in Nederland beschermen, samen. De wet beoogt onder andere een goede bescherming van de biodiversiteit zonder stij-ging van lasten voor bedrijven en burgers. Vooruitlopend op de introductie is de Boswet per 1 januari 2015 aangepast. Voort-aan is voor solitaire bomen buiten de bebouwde kom, die niet op

een erf of in een tuin staan, geen kapvergunning meer nodig. De bescherming van de bijzondere solitaire eik in het buitengebied moet nu dus op een andere wijze plaatsvinden. Of de gemeente moet de bebouwde kom de Boswet opnieuw vaststellen en bijvoorbeeld samen laten vallen met de gemeentegrens.

De bescherming van flora en fauna kan in het geding komen bij sterke bezuiniging op groenbe-heer. Rigoureuze vereenvoudiging van groen, verwijdering van ge-varieerde bossages of kap van een fors deel van het bomenbestand kan grote gevolgen hebben voor de biodiversiteit ter plaatse. Daar komt nog bij dat een handeling in strijd kan zijn met de Flora- en faunawet. Vooraf ecologisch advies inwinnen of een gefaseerde doorvoering van de omvorming van groen is daarom sterk aan te bevelen. Bezuiniging op groen-beheer en versterking van de bio-diversiteit kunnen evenwel goed samengaan. Denk bijvoorbeeld aan een extensiever maaibeheer op plaatsen waar dat kan.

OmgevingswetDe nieuwe Omgevingswet laat wat langer op zich wachten, al werpt de wet zijn schaduw vooruit. De wet die alle regels over het beschermen en benut-ten van de fysieke leefomgeving

samenbrengt, zal tot grote veran-deringen leiden. Er komt één in-tegrale omgevingsvisie, -plan en -programma. Het moet eenvou-diger worden om te innoveren, te ontwikkelen en bouwprojecten te starten. Tegelijkertijd dient een goede omgevingskwaliteit gewaarborgd te worden. Dat wordt nog een hele uitdaging. Het betekent in elk geval dat de gemeente helder voor ogen moet hebben wat de (omgevings)kwa-liteit van haar bomenbestand is, waar de prioriteiten liggen voor behoud en bescherming, welke concrete compensatiebeginselen er zijn en welke functie bomen en groen voor de omgevingskwa-liteit vervullen. We hebben nog een aantal jaren voor het zover is. Toch is het van groot belang dat elke gemeente nu al nagaat welke leemtes in haar bomenbeleid nadere invulling vergen. Zodat het bomenbestand goed op de toekomst is voorbereid.

Laanbomen langs de hoofdgroenstructuur met een gelijkvormige kroon

Sommige variëteiten zijn minder geschikt voor het verwijderen van overhangende takken. Mooie grote groeiplaats, maar verkeerde soortkeuze.

Page 29: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

29jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10

In bomen wordt geïnvesteerd. Ze zijn geplant en worden jaren beheerd om tot wasdom

te komen. Wanneer die investering te niet wordt gedaan betekent dat economische

schade voor de boomeigenaar. Als gevolg van schade kan de waarde van een boom

afnemen en kan de eigenaar geconfronteerd worden met verhoogde beheerkosten.

Bij de realisatie van een groene ontsluitingsweg wordt veel kwaliteit te niet gedaan door het ondoordacht lossen van materialen. De schade als gevolg van bodemverdichting, stambeschadiging en takbreuk worden door de taxateur in beeld gebracht en verhaald op de aannemer.

tekst michel van ingen, geregistreerd nvtb boomtaxateur bij bomenwacht nederland bv

EEN MUST OM BOMEN MEE TE LATEN TELLENBoomtaxatie

De Nederlandse Vereniging van Taxateurs van Bomen (NVTB) streeft naar duidelijk-heid en eenheid over de wijze van het taxe-ren van bomen. De NVTB is een vereniging van gemotiveerde boomdeskundigen die op een professionele en onafhankelijke wijze de waarde van en schade aan bomen of boom-groepen in beeld brengen. Zij doen dat voor alle particuliere boomeigenaren, maar ook verzekeringsmaatschappijen en expertise-bureaus behoren tot hun klanten.

Sinds de oprichting van de NVTB in 1994 wordt voortdurend gewerkt aan de ontwik-keling en verbetering van de taxatiemetho-den voor het berekenen van de economische waarde van en schade aan bomen. Nog regelmatig wordt gesproken over ‘Methode Raad’. De waardebepaling van bomen met Raad was primair gestoeld op de omvang van de boom waardoor de waarde naarmate de boom ouder werd alleen maar toenam. Deze benadering sloot niet aan op de normen en standaarden binnen de expertise en verzekeringsbranche en er was behoefte aan vernieuwing. Methode Raad is in 2005 vervangen door het Rekenmodel Boom-waarde. De ontwikkeling en het onderhoud van taxatiemethoden is een continu proces dat wordt beïnvloed door nieuwe kennis en ervaring, jurisprudentie en maatschappe-lijke aspecten. Het kennisonderhoud van de NVTB-taxateurs houdt gelijke tred met de ontwikkeling en verbetering van taxatieme-thoden.

Page 30: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen30

Bij schade aan bomen wordt een NVTB-taxateur ingeschakeld om die te taxeren. Met het rapport van de taxateur heeft de boomei-genaar een objectief beeld van de schade en kan hij een eventueel schadeverhaaltraject in gang zetten. Naast de ondersteuning bij de afronding van schadezaken wordt de NVTB-taxateur steeds vaker ingezet bij ruimtelijke ontwik-kelingsplannen. Op voorhand wordt de waarde van de aanwezige bomen in beeld gebracht. Wanneer bomen later moeten worden gekapt, dient - naast een eventuele herplantverplichting - de financiële waarde van de bomen te worden gecompenseerd. Zo wordt het verloren gegane kapitaal geïnves-teerd in bijvoorbeeld de aanleg van duur-zame boomgroeiplaatsen. Dit biedt kansen om binnen het project of elders kwalitatief hoogwaardig groen te realiseren.

In de NVTB Richtlijnen (2013) wordt uitge-gaan van drie taxatiemethoden. Deze zijn in een notendop als volgt:- Het berekenen van de Handelswaarde;

deze methode is bedoeld voor bijvoor-beeld het taxeren van bomen met een primair economische gebruiksfunctie. Denk aan schade aan fruitbomen waar-door oogstopbrengst geheel of gedeelte-lijk verloren is gegaan.

- Het berekenen van de Vervangings-waarde; deze methode wordt toegepast wanneer de beschadigde boom door een vergelijkbare boom kan worden vervan-gen. Dit is veelal bij jongere bomen het geval.

- Het berekenen met het Rekenmodel Boomwaarde; met deze methode wordt de waardeontwikkeling van de betref-fende boom concreet gemaakt door de plant- en onderhoudskosten te bere-kenen, de eventuele afschrijving door leeftijd te berekenen en de waardever-mindering als gevolg van de schade te concretiseren.

De NVTB Richtlijnen 2013 vindt u op de website van de NVTB www.boomtaxateur.nl.

Taxeren is een expertise. De NVTB-taxateur moet naast een flinke dosis aan kennis en ervaring op het gebied van bomen beschikken over kennis van taxatietechniek. De vereni-ging stelt hoge eisen aan haar leden en borgt dit door een actief kwaliteitsbeleid. Zo moe-ten alle leden voldoen aan de eisen die door de NVTB worden gesteld aan vakbekwaamheid en kwaliteit. NVTB-taxateurs worden daarop permanent getoetst via een kwaliteitswaar-borgsysteem. Deze kwaliteit wordt steeds meer gewaardeerd en bij boomeigenaren stijgt het bewustzijn dat het taxeren van bo-men niet alleen rendeert, maar ook de dialoog met andere partijen bevordert.

Werkzaamheden aan kabels en leidingen vormen een dagelijkse bedreiging voor veel bomen. Steeds vaker worden deze schades door de boombeheerder verhaald.

Een uitslaande brand heeft aan een boom schade toegebracht. Deze schade maakt, net als de overige schade, deel uit van het verzekeringswerk.

Page 31: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10 31

Denk bijvoorbeeld aan een bouwlocatie met vijf volgroeide linden van veertig jaar oud. De bomen maken integraal onderdeel uit van het ontwerp. Voor handhaving en inpas-sing van de betreffende bomen zijn techni-sche en contractuele afspraken gemaakt. Desondanks gaat het tijdens de uitvoering van de werkzaamheden mis en wordt door een onderaannemer de beworteling van de lindebomen bij de aanleg van parkeerstro-ken, kabels en leiding ernstig beschadigd. Meerdere wortels zijn afgebroken waardoor er twijfels zijn ontstaan over de stabiliteit en hiermee het voortbestaan van de bomen. Een nader onderzoek wijst uit dat de bomen onherstelbaar zijn beschadigd. Het aan-vankelijk plan om de bomen onderdeel te laten zijn van de nieuwe situatie is hierdoor teniet gedaan. De betreffende gemeentelijke boombeheerder schakelt vervolgens een NVTB-taxateur in die de schade berekent en rapporteert. De aannemer wordt aan-sprakelijk gesteld voor een schade van € 40.000,-. Omdat er duidelijke afspraken zijn gemaakt over de betrokken bomen en er een overtuigend rapport ligt, wordt de schade aan de bomen vergoed. De bomen krijgt de beheerder weliswaar niet terug, maar hij

is wel in de gelegenheid ter compensatie nieuwe bomen met een forse omvang terug te planten.

Taxeren van bomen is een vak apart en bomen zijn het meer dan waard. Schade aan bomen is verhaalbaar. Net zo goed als schade aan een lantaarnpaal of een prullenbak. Als er schade is ontstaan aan bomen waardoor er sprake is van waardevermindering of ver-hoogde beheerkosten, dan moet deze worden vergoed. Boombeheerders waren vaak terughoudend om de schade te verhalen. Tegenwoordig wordt het schadeverhaaltra-ject bij de boombeheerder veelal uit handen genomen en in is de claimbereidheid toege-nomen. Door draagvlak voor de gehanteerde taxatiemethoden en gedegen rapportages kan het schadeverhaaltraject, inmiddels goed bekend bij de verzekeringsmaatschap-pijen, vlot worden afgehandeld. Daarnaast draagt het in beeld brengen van de financiële waarde van bomen - naast de maatschappelijke aspecten - bij aan bewustwording van planmakers en uitvoe-renden. De bomen tellen letterlijk mee. De NVTB-taxateur staat de boomeigenaar ook hierin bij.

De veertig jarige linden zijn ondanks duidelijke technische en contractuele afspraken zodanig be-schadigd dat inpassing niet meer mogelijk is. De getaxeerde schade van € 40.000 wordt verhaald op de verantwoordelijke.

Page 32: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

De verplanting van een grote boom blijft spectaculair, maar is al lang geen curiositeit meer. Binnen projecten wordt steeds vaker en in een steeds vroeger stadium rekening gehouden met de waarde en de betekenis van aanwezige (grote) bomen. Verplanten gaat verder dan alleen het verplaatsen van de boom. Een goede boomverplanting is voor de boom de start van een nieuw leven op een nieuwe plek. Het is een herinvestering van jarenlang opgebouwd groen kapitaal. De te verplanten bomen worden steeds groter en de omstandigheden zijn steeds complexer. Mede daardoor heeft verplanten zich de afgelopen jaren ontwikkeld tot een specialisme.

Vaak wordt gedacht dat de verplantbaarheid van een boom wordt bepaald door de soort. Het klopt dat bomen met een groot regene-ratievermogen beter verplantbaar zijn dan meer delicate soortgenoten. In principe is elke boom die in een goede conditie verkeert, verplantbaar. Planning, omgevingsfactoren, communicatie, de verplantmethode en de nazorg zijn de werkelijk bepalende factoren. Een goede start is goud waard. Het tijdig in beeld krijgen van te verplanten bomen en de waarde die ze vertegenwoordigen verhoogt de kwaliteit van het totale project. Binnen veel gemeenten wordt een bomencoördina-tor vroegtijdig op de hoogte gebracht om de waardevolle, goed verplantbare bomen te selecteren. Soms is een verplanting niet haal-baar. In de meeste gevallen geven de finan-ciën de doorslag. Denk bijvoorbeeld aan een transportroute die obstakelvrij moet worden gemaakt.

tekst annemiek van loon op basis van informatie van nationale bomenbank, btl boomadvies bv.,

bsi bomenservice en copijn boomspecialisten

Boomverplantingen

Met een goed ondersteunde kluit kan de boom naar zijn nieuwe plaats worden vervoerd. Hier wordt gebruik gemaakt van een drijvende bok. foto Nationale Bomenbank

vakblad groen32

Page 33: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10 33

VerplantprocesEen boomverplanting past niet binnen een dag. Zo’n verplanting vraagt een voorbereiding van soms enkele weken en soms zelfs enkele jaren. Vanaf stap 2 is de verplant-specialist aan zet:

1. Bomen in beeldBinnen een project wordt bepaald welke bomen niet op de huidige plek inpasbaar zijn.

2. Verplantbaarheidsbeoordeling Aan de hand van conditie, wortelopbouw, kroonopbouw, herstelvermogen, bodemopbouw, grondwaterstand en aanwezige ondergrondse infrastructuur bepalen of de verplanting haalbaar is. Hierbij wegen zowel de techni-sche mogelijkheden als de waarde van de boom mee.

3. Het zoeken van een nieuwe plantplaats Is er een plek waar de boom gewenst is en weer functio-neel kan zijn? Kan daar boven- en ondergronds voldoende ruimte worden gecreëerd? Houdt rekening met de grootte van de kroon en benodigde groeiplaats ondergronds, maar ook met afstand tot gevels, balkons en verkeersveiligheid.

4. Aanvragen kapvergunningOok voor een te verplanten boom is vaak een kapvergun-ning vereist.

5. Kiezen van de verplantmethode Dit is afhankelijk van de te overbruggen afstand, de te volgen route, de bereikbaarheid van beide plekken, het tijdstip in de groeiperiode van de boom en de grootte en vorm van de kluit.

6. Het voorbereiden van de boom De wortelkluit wordt, indien mogelijk, compact en vitaal gemaakt. De verplantkluit wordt rond gegraven, waar-door nieuwe haarwortels worden gevormd. Dit bevordert het aanslaan. Bij zeer grote bomen kan dit enkele jaren in beslag nemen. Deze voorbereiding spreidt en vermindert de zogenaamde verplantstress. Bij een aantal verplant-methoden is voorbereiding niet nodig. Vaak past voor-bereiding ook niet in de planning en hoeft het ontbreken ervan een succesvolle verplanting niet in de weg te staan. Bij specifieke boomsoorten of situaties is voorbereiden echter een must.

7. Inrichting van de nieuwe plantplaatsDe inrichting van de nieuwe plantplaats is met het juiste doorwortelbare volume en goede grond of groei-plaatsmedium. De verplantkluit is relatief beperkt in omvang. De kluit moet zich in de komende jaren onge-remd uit kunnen breiden tot de oorspronkelijke omvang om vervolgens verder door te kunnen groeien.

8. Het verplaatsen van de boomDe boom kan eventueel in depot worden gezet wanneer de nieuwe plantplaats nog niet beschikbaar is.

9. NazorgControleren van vocht- en zuurstofgehalte in de kluit, watergeven, controleren verankering en algehele condi-tie. In de regel wordt na verplanten hiervoor een minima-le periode van drie jaar aanbevolen. Bij echt grote bomen volstaat dit niet en is een langere periode (minimaal vijf jaar) gewenst.

Bij grote bomen wordt de kluit eerst gefixeerd. Deze Mammoetboom is met de vijzelmethode verplant.foto Copijn Boomspecialisten

Page 34: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen34

VerplantmethodenVerplanten is maatwerk. Voor elke boomsoort en grootte in combina-tie met zijn grondsoort, bereikbaarheid en overige omgevingsfacto-ren geldt een andere verplanttechniek. In de loop der jaren is er voor elke verplantbare boom een geschikte techniek ontwikkeld. Er kan onderscheid gemaakt worden in:- Hijsen aan de stam: gangbare methode waarbij de boom zonder

of met beperkte kluitverpakking ( jute en/of gaas) wordt verplant. Gehesen wordt aan een of meerdere stroppen of aan een pen door de stam. Kluitafmeting is flexibel; daarom is deze methode in de buurt van kabels en leidingen goed inzetbaar. Risico van stam-schade. Kluitafmeting tot circa 4,50 x 4,50 meter.

- Verplantmachines zijn er in diverse soorten en maten. Van een uitvoering met één schep (bijvoorbeeld Copijn Caterpillar Ver-plantmachine), met twee schoepen (bijvoorbeeld Optimal 3000) tot vier schoepen (Optimal 1900/2500). Afhankelijk van boom-grootte, kluitdiepte en bereikbaarheid kan een afweging in type worden gemaakt. Bij deze snelle verplantmethode wordt er niet aan de stam gehesen. Groot nadeel is het werken in de buurt van kabels en leidingen. Kluitafmetingen tot ca. 4,50 meter.

- Newman-frame: relatief ‘ouderwetse’ methode, waarbij met behulp van een stalen frame een stevige kluitverpakking wordt gemaakt. Er wordt niet aan de stam, maar aan het frame gehesen, waarbij er met een stalen pen een verbinding tussen boom en frame wordt gemaakt. Kluitafmeting tot ca. 3,75 meter.

Ondersteund: bij kluiten groter dan 4,50 meter doorsnede is meestal een ondersteunende constructie nodig. Deze houdt de kluit stabiel tijdens de verplaatsing. Afhankelijk van het verplant-gewicht wordt de constructie van de ondersteunende constructie vastgesteld: stalen buizen of H-profielen. De verplaatsing kan vervolgens worden uitgevoerd met:• een telekraan, eventueel in combinatie met een dieplader.• versleeptechniek; het verslepen met een lier over een niet

al te grote afstand. • vijzelmethode; omhoog vijzelen van de kluit en via een

rollenbaan transporteren.

Met de huidige expertise en methoden is verplanten bijna altijd mogelijk, ongeacht de boomsoort of het seizoen. Obstakels op de transportroute of een te krappe planning kunnen de kosten echter opdrijven tot een onacceptabel niveau. Een goede planning spaart dus geld en bomen. Natuurlijk kan ook worden gekozen voor het aan-kopen van een grote nieuwe boom. Verplanten is echter vaak goed-koper dan herplant met kwekerijbomen. Zo kost de verplanting van een boom met een stamomvang 90-100 centimeter grofweg evenveel als het leveren en planten van een boom met een stamomvang van 60-70 centimeter. En wat is er mooier dan gezonde bomen binnen een project een tweede leven te gunnen? Verplanten in plaats van ‘grote’ bomen kopen van een kwekerij vraagt een andere manier van ontwer-pen. Bestaande gezonde bomen vormen dan een leidend principe bij het ontwerp. Niet als dwarsboom maar als flexibel element voor een groen ontwerp.

Met een verplantmachine kan een boom vrij snel worden verplant. foto BTL Boomadvies

Page 35: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10 35

Binnen de gemeente Amersfoort geeft de bomenlijn duidelijkheid over bomen in pro-jecten. De bomenlijn brengt de bomen beter in beeld bij projectgroepen, het bestuur en betrokken bewoners.

Verbeteringen na onrust en gedoeDe directe aanleiding voor de totstandko-ming van de bomenlijn was de maatschap-pelijke en politieke onrust die bomenkap in projecten regelmatig met zich meebracht. Te

lang durende onduidelijkheid over de gevol-gen van projecten voor de bomen, wijzigin-gen in aantallen te kappen bomen tijdens het traject, verschillen tussen de daadwerkelijke kap en de afgegeven vergunningen en de vele kritische vragen uit de stad en de gemeente-raad daarover leidden tot een nieuwe aanpak in de vorm van de bomenlijn. Daarnaast zijn er verbeteringen doorgevoerd in de werkwij-zen en processen door deze door te lichten met de Lean Six Sigma methode*.

tekst angela wurth, arthur wopereisboomadviseurs gemeente Amersfoort

BOMENLIJN BRENGT DUIDELIJKHEID IN AMERSFOORTSE PROJECTENHelp,

ik heb een boom in mijn project!

Voor veel projectleiders vormen bomen binnen hun project een ongrijpbare materie.

Soms komen ze pas in de eindfase op de projecttafel en zijn ze niet op de uitgangste-

keningen opgenomen. Ook spelen tussentijdse wijzingen een grote rol in het proces.

Bomen liggen gevoelig bij bewoners in de stad: hoe maak je goede afwegingen

tussen behoud en kap en hoe betrek je bewoners daarbij? Hoe communiceer je over

de bomenkap met betrokkenen? Maar ook: welke boom is kapvergunningplichtig en

welke niet? Wat valt er onder de boswet? Hoe vraag je zorgvuldig een omgevings-

vergunning aan met de juiste onderbouwing?

Voorlopige ontwerp

Definitief ontwerp

College-besluit

Initiatief-fase

Boomgegevens overnemen uit boombeheer-systeem

Opstellen Boom Effectrapportage (BER) met algemene impact van planvorming op de bomen.

Opstellen Boom Effect Analyse (BEA) met specifieke maatregelen voor te behouden bomen en advies in te kappen bomen.

Planvormingsfase

Page 36: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen36

BomenlijnDe bomenlijn geeft per fase van een project aan welke acties moeten worden uitgevoerd en welke producten moeten worden opgele-verd (zie bovenstaand schema). We gaan daarbij uit van een planfase en een uitvoeringsfase. De planfase bestaat uit een initiatieffase, voorlopig ontwerp en definitief ontwerp en wordt afgerond met een college- of raadsbesluit. De uitvoeringsfase bestaat uit bestek, aanbesteding en uitvoering en wordt afgerond met de overdracht van het gebied aan beheer.

De belangrijkste producten zijn de boomef-fectrapportage, de boomeffectanalyse, de bomenparagraaf in bestuurlijke besluiten en specifieke maatregelen in het bestek. Belangrijke spelers zijn de boomadviseur en de boomtechnisch toezichthouder.

Met de producten van bomenlijn wordt in een vroege fase in projecten duidelijk wat de plannen betekenen voor de bomen en kan een betere afweging worden gemaakt, ook bestuurlijk. Ook ten aanzien van nieuwe bomen worden zorgvuldiger afwegingen gemaakt in benodigde groeiruimte en pas-sende soorten waardoor toekomstige hoge beheerkosten van ‘projectbomen’ worden voorkomen. Dit vroegtijdig inzicht en de mogelijkheid afwegingen te maken is ook van belang in de samenwerking met betrok-ken bewoners.

Een voordeel bij het invoeren van de bo-menlijn is dat we in Amersfoort een goed en actueel bijgewerkt beheersysteem hebben. Zo hoeven projectbomen niet opnieuw te worden ingemeten en is veel informatie en

geschiedenis al voorhanden. Na oplevering kunnen wijzigingen makkelijk worden ver-werkt in het beheersysteem.Zo levert de bomenlijn niet alleen betere bomen op maar brengt ook meer rust in de projecten, de stad en het stadhuis…

Boomadviseurs nemen voortouwDe afdeling Leefomgeving (wijken en be-heer) neemt binnen projecten het voortouw voor de bomen. Dit gebeurt in de persoon van drie boomadviseurs. Zij adviseren de projectleiders in het maken van boomtech-nische keuzes binnen projecten. Daarnaast voeren zij de regie over het uitzetten van de BER (Boom Effect Rapportage) en de BEA (Boom Effect Analyse) naar externe boomad-viseurs. Dit zorgt voor een eenduidigheid in de opdrachtformulering en in de advisering. Binnen de gemeente en binnen de projecten is duidelijk wanneer de boomadviseurs be-trokken moeten worden en welke producten zij opleveren. In de projectgroep worden de afwegingen gemaakt en de projectleider blijft eindverantwoordelijk.

Ontzorgen projectleiderDe boomadviseur van de gemeente ontzorgt de projectleider door de opdrachtverstrek-king van BER en BEA met externe boom-adviseurs te regelen. Ook beoordelen de wijkbeheerders en boomadviseurs geza-menlijk of het proces van de aanvraag van de omgevingsvergunning (kapaanvraag) goed is doorlopen. Daarnaast schrijft de boomad-viseur de tekst voor de bomenparagraaf en verzorgt de inhoudelijke beantwoording van Raadsvragen. Uiteraard alles in samenspraak met de projectleider, die immers eindverant-woordelijk blijft.

Uitvoeringsfase

Boom-beschermings

plan

Specifieke maatregelen voor werkwijze, maatregelen en toezicht t.b.v. duurzaam boombehoud.

Bestek

Opstellen bestek met specifieke boombesteks-regels voor uitvraag

Uitvoering

Directievoering en controle op bescherming van bomen.

Oplevering

Boomgegevens aanleveren voor actualisatie boombeheer-systeem

Page 37: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10 37

Boomadvies aan de projecttafelNiet altijd was boomexpertise vertegen-woordigd aan de projecttafel. Ecologen en ook ontwerpers namen de bomen ‘mee’. Nu is boomadvies erkend als expertise en zijn de boomadviseurs expliciet aanwezig. Binnen de integrale planvorming is veerkracht van alle expertises gewenst. Ook bomen moeten zich vaak plooien naar een aanpassing van een ontwerp of een omgegooide planning. De rek die hier in zit, kan echter het beste door een boomadviseur worden bepaald.

BER: bomen beïnvloeden het ontwerpEen BER (Boom Effect Rapportage) wordt opgemaakt in de initiatieffase van het pro-ject, voorafgaand aan (concrete) plannen voor bouw of (her)inrichting. Alle bomen die binnen de invloedssfeer van het project vallen, worden in beeld gebracht. De boom-adviseur geeft aan waar kwaliteit aanwezig is en welke bomen minder de moeite waard om te behouden zijn of sowieso beter kunnen worden gekapt. Bomen kunnen dan richting-gevend zijn voor de verdere planontwikke-ling. Hierbij is ook de gebiedskennis van de boomadviseur van grote waarde. Naast ken-nis van de kwaliteit van het aanwezige groen weet de boomadviseur ook wat er onder de bewoners leeft. Waar leven veel klachten? Waar is een grote betrokkenheid? Welke projecten hebben er eerder gespeeld en wat was toen de impact op de bomen?

Bij de BEA (Boom Effect Analyse) wordt meer diepgravend onderzocht op welke wijze bomen behouden kunnen blijven. Uit de BEA kan een verdere aanpassing van het ontwerp volgen. Ook worden technische uitgangspunten benoemd voor de werkwijze en de werkuitvoering. Deze worden later vertaald naar het bestek.

Bomenparagraaf maakt afwegingen zichtbaarDe bomenparagraaf biedt het College inzicht in de hoeveelheid te kappen en te behouden bomen. Ook worden in de bomenparagraaf alle relevante keuzes over de bomen in het project toegelicht. Zo worden bij de besluit-vorming meteen de afwegingen rondom bestaande en nieuwe bomen zichtbaar. Dit is ook van belang in de communicatie en samenwerking met de betrokken inwoners in de stad.

Maatregelen in het bestek en controle op uitvoering zorgen voor betere bomen na opleveringIn de uitvoering worden plannen realiteit. De boombeschermende maatregelen uit de BEA worden vertaald naar specifieke boombesteksregels. Zo wordt bijvoorbeeld benoemd hoe groot en met welke materialen een groeiplaats moet worden uitgevoerd. Een boomtechnisch toezichthouder contro-leert of volgens het bestek wordt gewerkt. Deze persoon zal steekproefsgewijs op de bouwplaats controleren en is in elk geval aanwezig bij de voor bomen relevante bouw-vergaderingen.

De ervaring leert dat aanwezigheid bij het opstarten van het werk cruciaal is. De plaats van de bouwketen en de opslagplaatsen wor-den bepaald en de boombescherming wordt aangebracht. Hier kan niet alleen veel mis gaan, ook is het belangrijk dat de boomtech-nisch controleur zichtbaar aanwezig is zodat direct duidelijk is dat bomen ertoe doen. Maatregelen in het bestek en een goede controle hierop dragen bij aan duur-zame aanplant en behoud van bomen met toekomstwaarde en het voorkómen van kost-bare herstelmaatregelen. Investeren in goed toezicht betaalt zich altijd terug.

* Lean Six Sigma is een methode voor procesverbetering die zijn oorsprong heeft in de industrie. Sinds eind 2009 past de gemeente Amersfoort deze methodiek toe om processen effectief en efficiënt in te richten. Een standaard Lean Six Sigma-vijfstapsverbetercyclus in combinatie met een scala aan tools wordt gebruikt om verspilling en variatie in een proces in kaart te brengen en te analyseren, en vervolgens oplossingen voor de achterliggende oorzaken te bedenken en uit te voeren. Deze manier van verbeteren heeft bij de uitgevoerde trajecten tot aan-sprekende resultaten en enthousiaste medewerkers geleid. De ervaring van de afgelopen jaren met Lean Six Sigma heeft een goed inzicht gegeven in de toepasbaarheid van de methode, maar ook op welke onderdelen een aanpassing of aanscherping nodig is voor toepassing bij een gemeentelijke organisatie.

Page 38: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

Geen zin meer in dweilen? Zoek de kraan!

vakblad groen

ONTWERPEN MET SOORTENDIVERSITEIT ALS ANTWOORD OP ZIEKTEN EN PLAGEN

tekst thor hendriks, burobol en henry kuppen, terra nostra fotografie henry kuppen

We hebben de laatste jaren met zoveel boomziekten, plagen en aantastingen

te maken gekregen, dat er bijna geen boomsoort over lijkt te blijven zonder

ziekte. Iedere boombeheerder zal erkennen dat hier steeds meer energie,

tijd én geld in moet worden gestoken. Door aan de basis van het probleem

te werken zal in de loop van de jaren een meer toekomstbestendig bomen-

bestand ontstaan. Niet de apothekerskast, maar een weloverwogen aanplant

biedt een langdurige oplossing. De landschapsarchitect en de boomonder-

zoeker werkten samen om hier proactief mee aan de slag te kunnen.

38

Page 39: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

39jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10

Zieke iepen worden gekapt, van de bastaardsatijnrupsen knippen we de spinsels uit de bomen, eikenprocessierupsen worden bespoten, bladluis wil-len we eigenlijk ook niet en daar zetten we overmoedig zakjes met natuurlijke vijanden op uit. Maar moeten we eigenlijk wel iets met spinselmot? En wat doen we tegen berkenwantsen? Kortom: maatregelen en vragen waar u als beheerder van bomen in bepaalde periodes van het jaar bijna dagelijks mee wordt gecon-fronteerd. De website beterebo-men.nl geeft waarschuwingen bij ziektes, tips voor beheer en benoemt de risico’s. We zijn driftig in de weer met het beheer en van boombeheerders wordt veel kennis gevraagd van de aantasters van bomen. Beheer begint met de vraag of er über-haupt maatregelen genomen moeten worden. Het antwoord is ja als het gaat om aantasters die de volksgezondheid of veiligheid van mensen en dieren bedreigen. Maar als het dan noodzakelijk is om in te grijpen, is het nog de vraag hoe we moeten ingrijpen. Het ligt voor de hand om een aantaster uit te willen roeien, maar dat is meestal onmogelijk. Vaak is één middel of één me-thode niet afdoende of juist een veel te zwaar instrument om in te grijpen. Bij geïntegreerd beheer neem je op basis van risico en ef-fect gedoseerde maatregelen om zo belangrijke winst voor zowel het milieu als voor de portemon-nee te behalen.

Een ziekte of een aantaster slaagt als er een geschikt klimaat of het juiste voedsel voorhanden is. Het veranderende klimaat wordt steeds aantrekkelijker voor invasieve aantasters. De tweede component voor succes, voedsel, bestaat uit bomen en een aantal soorten is ruim-schoots aanwezig. De eik is in het

oosten van het land ruim verte-genwoordigd, in de steden zijn volop platanen aanwezig en in het westen van het land vinden we veel essen. Ook de Gledit-sia en Tilia tomentosa zijn in toenemende mate populair. Zo lang de voedselbron ruim voor-handen en netjes gegroepeerd

blijft, zullen er telkens nieuwe ziekten, plagen en aantasters opduiken die schade aanrichten. Kortom: de maatregelen die u neemt, hebben beperkt effect op de lange duur omdat aan de basis niets verandert. Met bomen in monocultures blijft u dweilen met de kraan open.

Een heterogene boombeplanting spreidt de risico’s van ziekten en aantastingen en levert ook prachtige seizoensbeelden op. (foto Henry Kuppen)

Page 40: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen40

De kansen van soorten-diversiteit in het ontwerpDat we bomen meestal in mono-culturen aanplanten is heel begrijpelijk. Lange tijd is land-schappelijke beplanting vanuit functioneel oogpunt aangeplant. Laanbeplanting tegen de lage zon en voor de houtopbrengst, houtwallen als vee- en wind-kering en geriefhout en bossen voor de houtproductie. Als een laan of bos moet resulteren in planken is uniformiteit natuur-lijk een voordeel. Alle bomen zijn ongeveer gelijktijdig kaprijp en het beheer is overzichtelijk. Ook wanneer laanbeplanting wordt ingezet voor landschap-pelijke ordening en oriëntatie, heeft een monocultuur zo haar voordelen. Men kiest één soort die past bij de schaal en hiërarchie van de weg. Lange tijd waren monoculturen een beperkt probleem, omdat de biodiversiteit in de omgeving veel opving. Tegenwoordig zijn lanen en stadsbomen vaak het enige schaarse groen in een gladgeschoren landschap en spelen klimaatverandering en mondiaal transport een steeds sterkere rol.

Steeds vaker lopen we bij een ontwerp tegen gevoeligheid voor boomziekten aan. Vrijwel

elke voorgestelde soort heeft wel een ziekte waar de soort vatbaar voor is. Geregeld duiken er nieuwe ziekten op. Als we ons al zouden willen beperken tot de paar soorten die nu veilig lijken, zouden we in de toekomst wel eens bedrogen uit kunnen komen. Klimaatverandering en mondiaal transport zorgen voor verspreiding van ziekten naar plekken waar deze eerder niet voorkwamen. Als bomen in een monocultuur zijn aangeplant, resulteert een ernstige ziekte soms in de kap van de hele laan.

Diversiteit staat dan ook centraal in de benadering van www.beterebomen.nl. Door de diversiteit in boomstructuren te vergroten, kunnen ontwerpers anticiperen op de mogelijkheid van ziekten en wordt een boom-structuur robuust. Doordat bo-men van de zelfde soort verder uit elkaar staan, wordt de kans op verspreiding van ziekten verkleind. Ook zijn de gevolgen van een boomziekte veel minder desastreus: slechts een deel van de bomen valt weg, waardoor de structuur blijft gehandhaafd.Bij de keuze voor een boom-soort spelen veel factoren een rol. Ruimtelijke eigenschappen als grootte, kroonvorm en mate van transparantie bepalen de

impact op het landschap of de plek. Esthetische aspecten, zoals bloeiwijze, herfstverkleuring, bast, groeiwijze en vruchtdracht dragen bij aan seizoensbeleving en attractiviteitattractiviteit van de boomstructuur.

Boomtechnische aspecten als verharding, strooizout (zee)wind en bodemsoort (stand-plaatsfactoren) zijn bepalend voor de vitaliteit van de bomen. Om diversiteit in boomsoorten binnen een structuur toe te passen, is het dus zaak om al deze aspecten te kunnen wegen. Beterebomen.nl biedt handvat-ten om de juiste soorten bij de gegeven situatie en het gewens-te beeld te kiezen.

Een uniform beeld wordt bereikt met een diversiteit aan boomsoorten; diversiteit biedt ook mooie kansen. Denk aan een uniforme, strakke laan die in de herfst transformeert naar een bont herfstpalet of een eendui-dige kronendak met diversiteit in textuur van de stammen. Het toepassen van soortendi-versiteit in een boomstructuur maakt niet alleen het landschap weerbaarder tegen ziekten en plagen, maar daagt ook uit tot nieuwe expressie van boom-structuren.

Page 41: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

41jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10

Oude lanen zijn imposante landschapselementen. Van verre al zichtbaar en dominant in de omgeving, van dicht-bij een schaduwrijke wandeling met een lang doorzicht. De laan als structuurelement bestaat uit een samenspel van bomen en het is daarbij vooral de individuele boom en zijn positie ten opzichte van de andere bomen die bepalend zijn voor het uiteindelijke beeld. Nu hebben bomen niet het eeuwige leven en zouden we dat van lanen wel graag willen. Dat betekent dat er een moment is of komt waarop we de bomen zullen moeten vervangen. Met de gedachte dat we over honderd jaar een laan met honderd jaar oude bomen willen zien, is dat moment nabij.

De keuze voor laanverjonging is geen gemakkelijke, want nogal rigoureus. Het verwijderen van alle laatste bomen, veelal met indrukwekkende stamomvang, en het creëren van voldoende lichttoetreding om de nieuwe aanplant groeikansen te geven is een forse ruimtelijke ingreep die zijn sporen nog vele jaren laat zien. In de huidige tijd wordt terughoudend en aarzelend omgegaan met laanver-jonging. De ingreep wordt nog jaren uitgesteld, mede om de ecologische waarden van oude bomen met nestholten en rottend hout een kans te geven. Maar ook staande dode stammen, al of niet gekandelaberd, kunnen nog lang bij-dragen aan de beleving van het kenmerkende laanritme.

In het verleden werd hier wel anders mee omgegaan. Fraaie opgaande laanbomen vertegenwoordigden in bijvoorbeeld de zeventiende of achttiende eeuw een belangrijke economische waarde als zaag- of bouwhout. Constructiebalken, molenstaken of scheepsmasten werden geselecteerd uit nog groeiende bomen die daar-voor speciaal werden geveld. De monetaire betekenis is terug te vinden in toenmalige taxaties van landgoede-ren en buitenplaatsen, waar opgaande laanbomen als aparte posten werden opgenomen en van forse bedragen voorzien. De toenmalige eigenaar zal zeker niet heb-ben gewacht tot de boom als rottend hout vanzelf naar beneden kwam, maar zijn laanbomen lang voordien heb-ben geoogst als rendabele investering. Tot dat moment kon hij genieten van een fraaie aanleg en aangename wandeldreven. Uit die tijd stammen ook de - in onze ogen bijzondere - bepalingen dat de grondeigenaar niet dezelfde is als de eigenaar van de daarop staande bomen of dat er sprake is van een apart plantrecht.

Lanen: eeuwenoude structuren met toekomst

tekst eric blok, sb4 fotografie laura fokkema, sb4

De verkoopadvertentie uit 1868 van zware bomen op Landgoed Rhederoord markeert een transformatie van het park naar landschaps-stijl. Herkomst: Algemeen Handelsblad, 18 januari 1868.

Het verjongen van eeuwenoude lanen heeft een grote impact op de ruimtelijke beleving (Landgoed Het Enzerinck).

Page 42: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen42

oprijlaan naar landhuis of kasteel straalde macht, gezag en rijkdom uit. Gasten werden geïmponeerd terwijl zij minutenlang over de laan onderweg waren naar het huis, waar de eigenaar hen al van verre zag aankomen. In omge-keerde richting kon de landeigenaar zijn bezoek uitleggen dat het terrein zo ver als ze konden kijken zijn eigendom was. Door de rijen laanbomen daarbij niet evenwijdig maar juist iets naar elkaar toelopend te planten, werd ongezien een perspectivisch effect bereikt; de laan leek langer of het huis groter. Door ook de afstand tussen de bomen te manipuleren werd dit effect nog extra versterkt. Waren het in de rechte lanen van de formele stijl vooral de eindpunten die werden benadrukt, in de gebogen en slin-gerende lanen van de landschapsstijl ging het om de afwis-selende zichten naar links en naar rechts. De plaatsing van de bomen speelt daarin een rol, met name wanneer sprake is van een dubbele (of driedubbele) rij aan weerszijden. Bij plaatsing in vierkantsverband wordt het uitzicht schuin vooruit gehinderd, terwijl een zicht haaks op de laan vrij wordt gelaten, bij aanplant in driehoeksverband is dit juist andersom.

Bovenstaande voorbeelden zijn slechts enkele aspecten waarmee men bij verjonging van historische lanen reke-ning is te houden. Het geeft aan dat het de moeite waard dient om vooraf goed cultuurhistorisch onderzoek te doen alvorens opdracht te geven tot heraanplant. Daarbij kan ook naar voren komen dat wat nu als laan oogt en wordt beheerd van oorsprong helemaal niet bedoeld is als laan. Randbomen van een volgens een regelmatig patroon ingeplant bosvak vertonen namelijk ook een ritme. Of een goedwillende beheerder heeft tussen boomclumps gele-gen open ruimten geïnterpreteerd als uitgevallen laande-len en hier alvast een verjongingsmethodiek toegepast.

Bij laanverjonging is men geneigd fasegewijs aan het werk te gaan en niet alle lanen van een landgoed tegelijk te verjongen. Daarmee wordt flora en fauna een kans gegeven zich aan te passen, wordt de investering gespreid en reageert de wandelaar hopelijk minder geschokt. In dat geval is aandacht te besteden aan de juiste plaatsing van bomen. Bij eenvoudigweg herplanten tussen de oude stobben verschuift de bomenrij een weinig, maar ontstaat op de hoekpunten met aansluitende lanen een probleem. Datzelfde geldt wanneer men een historische plantafstand gebaseerd op Rijnlandse roeden (3.767 meter) onbewust vervangt door het huidige metrische systeem (bijvoorbeeld 4.00 meter). En welke boomsoort te kiezen? Ten tijde van de eerste bosontginningen op de woeste gronden werd gekozen voor pionierssoorten, aangepast aan de bodem- en terreingesteldheid. Met het groeien van de bossen ontstonden andere condities geschikt voor andere soorten. Oorspronkelijke eikenla-nen maakten zo plaats voor beukenlanen, even imposant maar met een andere beleving.

In de jongste ontginningen van de vorige eeuw werd ge-experimenteerd met boomsoorten, ook in de lanen. Men

Opmerkelijk in de geschiedenis van veel landgoederen is dat een stijlverandering van de aanleg veelal gepaard gaat met een forse houtoogst en –verkoop. In historische kran-ten zijn de aankondigingen van dergelijke verkopen terug te vinden, waarmee de ontwikkelingsgeschiedenis van het terrein geduid kan worden. En wat is er gemakkelijker om na een dergelijk ingreep het terrein in een andere (mo-dernere) stijl weer in te richten. Rechte lanen maakten zo plaats voor de landschapsstijl. Toch wel een andere opvat-ting dan de hedendaagse, waarbij we na de laanverjonging het liefst geen verschil met voor die tijd willen ervaren.

In de omgang met oude lanen is het van belang te besef-fen welke functie zij vervulden. In de oude sterrenbossen zorgen de lanen voor een fraai patroon. Maar misschien nog wel veel belangrijker waren de lange rechte zichtlij-nen door de lanen heen. Staande in het centrum van de aanleg was er goed zicht op het opgedreven wild dat vanuit de tussengelegen bosvakken met hakhout de lanen werd overgejaagd en zo prachtig in het schootsveld kwam. Een geliefd tijdverdrijf van de adellijke heren. Een lange rechte

Kenmerkend voor lanen is de ritmiek en de gelijkvormigheid van de stammen veelal gericht op een specifiek eindpunt. (Landgoed Dorth)

Page 43: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10 43

had hoge verwachtingen van de Amerikaanse eik en nog geen ervaring met de verstikkende spontane opslag die deze veroorzaakt. Toch is het te overwegen om bij ver-jonging van lanen die in het begin van de twintigste eeuw voor het eerst zijn aangelegd opnieuw te kiezen voor Amerikaanse eik om daarmee het historische tijdsbeeld te behouden (en ook de door de recreant zo gewaardeer-de herfstschakeringen).

De beheerder die zich geconfronteerd ziet met zijn ouder wordende lanenbestand en toenemende beheerkosten of vervangingsinvesteringen, zal zich afvragen of alle lanen wel als laan te behouden zijn. Ook daarvoor is het van belang de oorspronkelijke bedoeling en con-text te doorgronden. Van losse laanfragmenten die hun samenhang hebben verloren of waarvan het specifieke begin- of eindpunt zijn verdwenen, kan mogelijk afscheid genomen worden. Dit hoeft niet direct met actieve kap, maar kan ook door de bomen te beheren als onderdeel van het naastgelegen bosvak en hen daar geleidelijk in te laten opgaan. Aan de andere kant zal onderzoek uitwijzen dat essentië-le laangedeelten zijn verdwenen waardoor de samenhang van een groter patroon is verdwenen of een historische ontsluitingsroute zijn betekenis heeft verloren. Hoewel het in wezen geen laanverjonging betreft, is heraanplant in die gevallen wel van waarde.

Kant en klare oplossingen zijn er niet. Elke laan is anders en altijd zullen er keuzes moeten worden gemaakt. Van belang is dat dit gebeurt op basis van een goede afweging waaraan een gedegen inventarisatie ten grondslag ligt. Boomtechnisch en ecologisch onderzoek zijn moment-opnamen. Wanneer het gaat om historische structuren is het zaak om ook in het verleden te duiken. En dergelijk onderzoek wijst soms uit dat versterken van cultuur-historische waarden juist vraagt om flinke ingrepen en dat een veel actievere houding ten aanzien van laanver-jonging is gewenst dan alleen behoud en beheer van de bestaande laanbomen, zoals vaak gedacht.

Het onregelmatige laanbeeld is veroorzaakt door de aanplant van laanbomen in de open tussenruimtes van een als landschappelijke weg met afwisselend losse clumps en uitzichten bedoelde toegangsweg. (Landgoed Het Enzerinck).

Door het terugzetten van de doorgeschoten struiklaag wordt het ritme van de laanbomen weer herkenbaar en daarmee de beleving van de laan versterkt. (Landgoed Het Enzerinck).

Ir. Eric M.J. Blok is landschapsarchitect en senior specialist groen erfgoed. Vanuit onderzoeks- en ontwerpbureau SB4 Bureau voor Historische Tuinen, Parken en Landschappen in Wageningen is hij al ruim 25 jaar betrokken bij beheer van landgoederen, bui-tenplaatsen en historische lanen. Naast versterkingsplannen voor afzonderlijke terreinen stelde hij onder meer integrale beleids-adviezen op voor het beheer van alle lanen in het buitengebied van Arnhem-Noord en voor landgoed Den Treek-Henschoten. In het begin achttiende-eeuwse lanenstelsel van Landgoed Eerde ontdekte hij betekenisvolle en harmonieuze maatverhoudingen gebaseerd op oude lengtematen.

Page 44: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen44

Snoeien: meer dan een werkwoordNiet alle kennis komt uit een boekje. Sterker nog, vakmanschap is niet in een boek te vatten. Snoeien in

de boomverzorging blijkt ook meer dimensies te hebben dan het vasthouden van een kettingzaag. Het is

complex, het gaat niet alleen over ‘kennen’ en zelfs niet alleen over ‘kunnen’. Het gaat over kijken, luisteren,

doen, het lezen van de boom, het luisteren naar collega’s en vooral ook met ze sparren en discussiëren.

Om een beter beeld te krijgen schui-ven we op vrijdag aan het eind van de middag aan bij Boomtotaalzorg in Schalkwijk. Janjelle, Gert, Frans en Wim geven graag inzage in hun dagelijkse werk.

Het blijkt dat er de afgelopen veertig jaar veel veranderd is. Neem de monumentale bomen, daar werd vroeger uitsluitend dood hout uit gesnoeid en vaak alleen de onderste takken afgehaald. Nu wordt meer en meer gekeken naar het doel van de snoei, de boomsoort en de opbouw van de kroon en bovenal in welke mate én of snoei überhaupt nodig is. Voor de boom zelf hoef je niet te snoeien. Wel voor de eisen die wij aan de boom en ten behoeve van de omgeving stellen.

Tijdelijke kroonHet opkronen van laanbomen is daar een vorm van. Van jongs af aan wordt toegewerkt naar de uitein-delijk gewenste takkenvrije zone om de verkeersfunctie te kunnen garanderen. Wanneer die zes meter is, betekent dit dat alle takken be-neden daarvan uiteindelijk moeten verdwijnen. Een tak groeit namelijk niet mee omhoog. Alles beneden die zes meter is immers tijdelijke kroon. De dikste en meest problemen veroorzakende takken worden hier telkens uitgesnoeid, maar er moet voor worden gewaakt dat de boom wel voldoende blad houdt. Blad is de energiebron voor het fabriekje ‘Boom’. Hier vindt de fotosynthese plaats en zonder deze zonnecol-lectoren (de bladeren) ontstaat

groeistagnatie. Bij deze jonge bomen moet de snoeifrequentie hoog zijn en de hoeveelheid snoeiafval per snoeibeurt laag. In de praktijk is het steeds vaker het omgekeerde verhaal. De norm van maximaal te verwijderen bladmassa van 20 pro-cent wordt dan ruimschoots over-schreden. Met als gevolg dat de groei eruit is en het eindbeeld mijlen ver weg. Bij bestekmatig snoeien wordt, daarentegen, vaak weer te weinig gedaan. Snoei doe je met het hoog op de toekomst. Je moet inzicht hebben in de ontwikkeling van de boom en hierin sturen waar nodig.

Mechanische snoei Een parkboom hoeft helemaal niet opgekroond te worden. Wanneer het doel is om deze boom oud te

tekst annemiek van loon fotografie boomtotaalzorg

Snoeien: meer dan een werkwoord

Page 45: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

jaargang 71 • oktober 2015 • nummer 10 45

Snoeien: meer dan een werkwoordlaten worden zijn juist de onderste takken de toekomsttakken. Maar wat moet er dan wel gesnoeid worden? Janjelle legt uit dat je eerst rustig naar de boom moet kijken, de boom moet lezen. Bij elke boomsoort is de natuurlijke habitus, de kroonvorm, weer anders. Afwijkingen kun-nen duiden op onbalans. Wanneer een tak te weinig licht krijgt of een enorme lengtegroei gaat maken om het licht zijwaarts te bereiken kan de tak buiten de kroon groeien. Met risico op uitbreken. Je ziet dan dat een kroondeel gaat wijken. Eenmaal in de boom heb je dit overzicht niet. Dan neem je weer andere zaken waar. Gert vult aan: “Soms voel je het pas wanneer je op de tak staat. Bij weinig veerkracht is de rek er uit. Voor takken die vol in blad en bloei staan kan regen dan soms letterlijk de druppel zijn.” Wim illustreert dit verhaal aan de hand van een monumentale beuk, in toevallig een ‘mastjaar’. Voor het snoeiwerk wordt veel geklommen. Hierbij zeker je jezelf, naast en centraal

ankerpunt, ook aan bovenliggende takken. Vervolgens moet je via een tak ‘uitlopen’ om de kroonrand te kunnen bereiken. Want daar moet gesnoeid worden. Tijdens het uitlopen, waarbij de belasting op de tak toeneemt, blijkt het gewicht van Wim teveel voor de 70 centimeter dikke tak. Deze laat een gigantische knal horen. Een flinke lengtescheur is te zien. Besloten wordt de tak te laten zitten. Het weghalen van de tak zou een te grote snoeiwond opleveren en bij een beuk ook het risico op zonnebrand. Via een andere weg wordt de tak uitgelicht en wat ingenomen om het grote gewicht van beukennootjes te verminderen. Ook bij de bovenliggende takken wordt dit gedaan om de bewuste tak meer licht en dus energie te geven. Nu, vijftien jaar later, staat de boom met tak nog steeds te pronken. Hij wordt nauwlettend in de gaten en vooral in balans gehouden. Het is telkens het evenwicht zoeken tussen voldoende bladmassa houden en de belasting verdelen.

Elke tak is een boomUit de verhalen blijkt dat de takken dus ook onderling concurreren. Van bomen in een bos weten we dat ze elkaar beconcurreren om het licht. Takken doen dat onderling ook. De vorming van dood hout is hiermee een logisch natuurlijk proces. Bij snoei is het daarom zaak dat de volle-dige boom in balans is maar ook elke individuele tak. Een tak die te weinig licht krijgt, levert te weinig energie voor de boom en sterft af.Bij een hoofd- of gesteltak kan dat proces langer duren. Dit gebeurt met name in de benedenkroon wan-neer langzaamaan het licht wordt ontnomen. We spreken van een onderstandige tak. Het voorspellen van het moment van uitbreken kent vele facetten. Zoals gezegd groeien de onderste takken vooral horizon-taal. De takken zijn relatief lang, het bladoppervlak relatief gering en de belasting van de takaanzet groot. Hier treedt een mechanisch proces in werking. De tak maakt bij de aan-zet zijwaarts extra hout aan.

Snoeien: meer dan een werkwoord

Page 46: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

vakblad groen46

gesnoeide takken blijven dan weer vaak achter andere takken hangen. Een goede boomverzorger kan echter overal bij. Goed snoeiwerk mag niet worden beperkt door de klimcapaciteiten. Het mooiste werk blijven de monumentale bomen. Waarom? Er wordt onderling vaak en veel gesproken over technieken,

De tak buigt langzaam uit naar be-neden waardoor houtaanmaak aan de onderzijde van de takaanzet maar in de weg zou zitten. Hierdoor ont-staat een waar okselkuiltje dat het afstoten van de tak aankondigt. Ook aan bastribbels kan een mechanisch proces worden afgelezen. Wanneer de tak niet langer van nut is voor de boom wordt het aanwezige zetmeel nog omgezet in suikers, door de ont-wikkeling van jonge loten, waarna de tak van buiten af naar de stam toe afsterft.

KaraktersnoeiUit alles blijkt dat Janjelle, Gert, Frans en Wim trots zijn op hun vak. Toch wordt de werkdag niet altijd fluitend afgesloten. Soms vraagt het veel energie en overtuigingskracht om hun werk goed te kunnen en mogen doen. Een particulier met een prachtige oude of monumentale boom belt vaak om meer licht in de tuin te krijgen. Voor de boom is snoei dan feitelijk niet nodig. Door dan met name in de buitenkroon te snoeien neemt de kroonomvang flink af zonder dat er duidelijke snoeiwonden zichtbaar zijn. Het ka-rakter van de boom blijft behouden. Wanneer het snoeihout is geruimd en de eigenaar zich afvraagt of er wel iets is gebeurd, maakt de trots voor het eigen vakwerk tijdelijk plaats voor frustratie. Met geduld en alweer de passie voor het vak wordt uitgelegd wat er is gedaan en uitein-delijk volgt toch de waardering en nog mooier, de trots van de eigenaar voor de eigen boom.

PassieWelke boom hun favoriet is? Hoewel alle ogen blinken bij de verhalen over hun werk wordt er opgebiecht dat ze aan sommige bomen de pest hebben. Frans noemt de hoeveel-heid ‘breinaalden’ in de binnen-kroon van vooral essen en linden. Dit zijn korte takjes die zich op de meest onverwachte momenten en plekken laten voelen. Ook maken ze het lastig om door de kroon te bewegen. Een plataan daarente-gen groeit heel mooi ‘open’. Hier is het prettig ‘wandelen’, maar de

boomsoorten en fouten van ‘ama-teurs’. Natuurlijk is het klimwerk ook spannend, maar het besef dat een boom leeft, zorgt ook voor een portie mystiek. Door te mogen werken aan zo’n boom waardoor ie weer velen ja-ren meekan, maak je jezelf een beetje onsterfelijk.

Page 47: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

T: 0321 - 385330 E: [email protected]

.nl

NATIONALE BOMENBANKB o o m v e r p l a n t i n g • V e r z o r g i n g • O n d e r z o e k

www.nationalebomenbank.nl - Tel.: 0184-69 89 89www.hoekhoveniers.nlwww.hoekhoveniers.nl

Hoek Hoveniers

Eén met de natuur!

Voorhout

Gro

enke

ur

Duurzaamheid Biodiversiteit

Boo

mve

rzor

gin

g

Landschapsontwikkeling HE

EM

Ontwerp

Aanleg

OnderhoudAdvies

Water

Natuurlijk SpelenDak & Gevel

WijkgroenWerk & Zorg

Beheer

Sport

Rec

reat

ie

Tennis

GO

LF

Spor

tvel

den

Tuin

VakmensenMVO Openbaar Groen

Groen

Ursem

Heem werkt aan BIODIVERSITEIT

www.heem.nl [email protected]

www. cursuscentrumcambium.nl - Tel.: 0184-69 89 88

A l s h e t o m b o m e n g a a t .scan of ga naar www.parklaan.nl/vrunten

VRUNTENscan of ga naar www.parklaan.nl/ruine

RUÏNE• Groeiplaatsverbetering• Opheffen bodemverdichting• Insecten- en plaagbestrijding• Vermindering wortelopdruk

www.tfi.nl

Page 48: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

HARDENBERGGORINCHEM

VENRAY

DUURZAAM GROEN KENNIS EN INSPIRATIE VOOR DE TUIN VAN DE TOEKOMST

MEER INFORMATIE? GA DAN NAAR: WWW.EVENEMENTENHAL.NL/DUURZAAMGROEN

9 en 10 december 2015Evenementenhal Venray

Een vakgericht kennis- en inspiratie-event dat zich richt op bewuste, groene ondernemers en dienstverleners.

meer informatie op www.elba-rec.nl

E L B A | R E CM E D I A & C O M M U N I C A T I E B E D R I J F-

PROFITEER NU VAN ONSvoordeelabonnement

E L B A | R E CM E D I A & C O M M U N I C A T I E B E D R I J F-

6 vakbladen, 29 edities per jaar

toegang tot 500 digitale edities

korting op álle congressen van Elba-Rec

korting op álle studiereizen!

vaste prijs: € 239,-

Page 49: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

NLData & Tools

www.fi ware-lab.nlKijk voor meer informatie en contact op

Veiligheid, naar EU-richtlijnen, hergebruik, maat-

schappelijke oplossingen, stimuleringsprogramma,

samenbrengen van vraag en aanbod tijdens evene-

menten, samen naar betere oplossingen – het FIWARE

Lab NL heeft voor gemeenten veel te bieden.

Het FIWARE Lab NL is een experimenteeromgeving

waar overheden en bedrijven apps en toepassingen

op basis van FIWARE kunnen laten ontwikkelen ter

verbetering van de lokale, regionale en landelijke

samenleving. Bouwt u ook mee aan de smart city?

DOOR DE JUISTE DIGITALE SAMENWERKING STAAN WE STERKER!

Samenwerken aan ongekende mogelijkheden

van de smart city

Een initiatief van:

Ondersteund door:

Page 50: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

www.vhg.org

Uw bomen, ons vak!

Bomen spelen een belangrijke rol in de leefomgeving. De verzorging van bomen vraagt bijzondere kennis en vaardigheden. De bij VHG Vakgroep Boomspecialisten aangesloten bedrijven zijn experts in de duurzame instandhouding van bomen, vooral in stedelijke gebied. Kijk voor meer informatie op www.vhg.org onder Vakgroepen > Boomspecialisten.

Delsasso

Boomverzorging

Bosbeheer

HORZELENBERG BOOMVERZORGING B.V.

boomverzorging & groenonderhoud

groenaanleg en beheer

boomspecialisten

tuin- enlandschapsarchitecten

Page 51: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

UW CONGRES OVER INTEGRALE OPLOSSINGEN VOOR DE OPENBARE RUIMTE

CO-CREATIE HET ARNHEMSE BARTOKPARK: PARK HOGE VELUWE EN BURGERS’ ZOO DEDEN DE INRICHTING.

SLIM + GEZOND HET GEBRUIK VAN GROEN EN OPEN DATA MAAKT DE OPENBARE RUIMTE GEZONDER.

WATER IN DE STAD HET AANTAL HOOSBUIEN NEEMT TOE, DAT VRAAGT OM SLIMME OPLOSSINGEN IN DE OPENBARE RUIMTE.

GRIP OP JE ORGANISATIE BURGERS NEMEN DE UITVOERING TER HAND, MAAR HOE HOUD JE DE KWALITEIT OP ORDE?

WWW.LCOR.NLHOOFDSPONSOR PARTNERS

Het Landelijk Congres Openbare Ruimte is een product van

DAG 1 19 NOVEMBER • SCHIEDAMDAG 2 09 DECEMBER • TILBURG

Page 52: Vakblad voor ruimte in stad en landschap€¦ · Vakblad voor ruimte in stad en landschap groen Permacultuur Geïnspireerd door natuurlijke processen worden duurzame systemen ingericht

www.btlbomendienst.nl

specialistische boomverzorging | boomziekten en -aantastingen | boomtechnisch advies

BTL Bomendienst_185 x30.indd 1 10-9-2015 12:06:25

[email protected] 030 6011880 Creatieve en objectieve boomspecialisten uit Schalkwijk

www.btladvies.nl

BTL_185 x 30_juni_2015.indd 1 25-6-2015 16:45:48

Symbiose tussen

natuur & techniek

Boomverzorging

Onderzoek en Advies

Producten voor groeiplaatsen

BSI Bomenservice, Wildenburglaan 4, 3744 MK Baarn, [email protected], www.bsi-bomenservice.nl