Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door...

45
Behavioural and Societal Sciences Van Mourik Broekmanweg 6 2628 XE Delft Postbus 49 2600 AA Delft www.tno.nl T +31 88 866 30 00 F +31 88 866 30 10 TNO-rapport TNO 2015 R11184 Speurwerkprogramma 2015-2018 Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 Datum 29 september 2015 Auteur(s) Jan Burgmeijer met medewerking van vele collega’s binnen TNO Exemplaarnummer 1 Oplage 1 Aantal pagina's 45 (incl. bijlagen) Aantal bijlagen 6 Opdrachtgever Ministerie van Infrastructuur en Milieu Projectnaam Vraagsturing en Management VP Mobiliteit en Logistiek Projectnummer 060.14196 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande toestemming van TNO. Indien dit rapport in opdracht werd uitgebracht, wordt voor de rechten en verplichtingen van opdrachtgever en opdrachtnemer verwezen naar de Algemene Voorwaarden voor opdrachten aan TNO, dan wel de betreffende terzake tussen de partijen gesloten overeenkomst. Het ter inzage geven van het TNO-rapport aan direct belanghebbenden is toegestaan. © 2015 TNO

Transcript of Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door...

Page 1: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

Behavioural and Societal

Sciences

Van Mourik Broekmanweg 6

2628 XE Delft

Postbus 49

2600 AA Delft

www.tno.nl

T +31 88 866 30 00

F +31 88 866 30 10

TNO-rapport

TNO 2015 R11184

Speurwerkprogramma 2015-2018 Meerjarenprogramma 2015-2018

Thema Logistiek en Mobiliteit

Bijstelling 2016

Datum 29 september 2015

Auteur(s) Jan Burgmeijer

met medewerking van vele collega’s binnen TNO

Exemplaarnummer 1

Oplage 1

Aantal pagina's 45 (incl. bijlagen)

Aantal bijlagen 6

Opdrachtgever Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Projectnaam Vraagsturing en Management VP Mobiliteit en Logistiek

Projectnummer 060.14196

Alle rechten voorbehouden.

Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel

van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande

toestemming van TNO.

Indien dit rapport in opdracht werd uitgebracht, wordt voor de rechten en verplichtingen van

opdrachtgever en opdrachtnemer verwezen naar de Algemene Voorwaarden voor

opdrachten aan TNO, dan wel de betreffende terzake tussen de partijen gesloten

overeenkomst.

Het ter inzage geven van het TNO-rapport aan direct belanghebbenden is toegestaan.

© 2015 TNO

Page 2: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 2 / 45

Management Samenvatting Dit is de bijstelling 2016 van het Meerjarenprogramma van de kennisopbouw bij

TNO op het gebied van Mobiliteit en Logistiek. Dit Vraaggestuurde Programma

heeft als stakeholders: Ministerie van IenM (met zwaartepunt bij DG

Bereikbaarheid) en de Topsector Logistiek. Dit programma ondervindt in 2016 de

gevolgen van de TNO brede bezuinigingen op de Rijksbijdrage. De bezuiniging van

12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging

van 45% bij logistiek wordt opgevangen door naar alternatieve financiering van de

kennisopbouw te zoeken vanuit Topsector logistiek en door cofinanciering van

bedrijven.

De belangrijkste inhoudelijke wijzigingen in de beide delen van het VP zijn:

1) Mobiliteit.

Deelprogramma Connective & Cooperative Mobility : De onderwerpen

“verkeersmodellen en data” en “impact en evaluatie van ITS” blijven belangrijk voor

IenM, maar in 2016 ligt de focus op één onderwerp voor kennisopbouw. In overleg

met IenM zal nog worden gekozen uit: real time data en modellering, strategische

modellen voor integrale multimodale netwerken of voor een verdieping van impact

en opschaling van nieuwe C-ITS diensten.

Deelprogramma Low Carbon HD Transport: Bij duurzame mobiliteit ligt de focus

volledig bij kennis die ondersteunend is aan beleid. Met name de verdere

ontwikkeling van de Policy Assessment toolbox (met een keuze voor een casus) en

de evaluatie van een grote EU-pilot met eco-driving.

Deelprogramma Automated Driving: Bij veiligheid en gedrag ligt de focus bij kennis

die ondersteunend is aan beleid om de veiligheid van fietsen te vergroten en bij

data-analyse methodes waarmee de veiligheid van bestuurders onder natuurlijke

test omstandigheden (natural driving) kan worden bepaald.

Deelprogramma Sustainable Urban Access & Mobility: Vernieuwing van het VP

vindt plaats op het gebied van duurzame stedelijke mobiliteit, als onderdeel van de

roadmap Smart Cities. Keuze voor de inzetbaarheid van een model voor gedrag

(het Fountain model) voor beleid, sustainable urban mobility plans en versnelling

van modellen voor stedelijke mobiliteit. Ook hier wordt onderzoek aan de hand van

casussen gedaan.

2) Logistiek

Het logistieke deel van het VP zal in 2016 nog verder gericht worden op de

Topsector Logistiek en de financiering verschuift meer richting TKI Logistiek en

cofinanciering door private partijen. Inhoudelijk wordt de lijn voortgezet van een

trekkende rol op de TKI-roadmaps Synchromodality en Trade Compliance & Border

Management. Op deze roadmaps combineert TNO een stevige Europese rol met

nationale projecten met en voor Nederlandse bedrijven. Binnen de 4C roadmap ligt

voor TNO de focus op City Logistics, Bouwlogistiek en nieuwe vormen van

samenwerking ondersteund met actuele informatie. Deze onderwerpen liggen dicht

tegen implementatie.

Over alle roadmaps heen ligt voor logistiek het zwaartepunt bij de inzet van slimme

ICT toepassingen. TNO introduceert hier de Next Milestone “Smart Data Factory for

Logistics” als een ecosysteem van samenwerkende partijen op het gebied van ICT

en Logistiek èn de beschikbaarstelling van een trusted platform voor datatoegang,

bouwblokken voor analyses en tooling . Samen werkt TNO met haar partners aan

high-value use cases die met gebruik van het smart data factory platform en via de

systematiek van living labs worden opgezet en getoetst in de praktijk.

Page 3: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 3 / 45

Inhoudsopgave

1 Inleiding .................................................................................................................... 4 1.1 Doel van dit programma. ........................................................................................... 4 1.2 Indeling van dit rapport .............................................................................................. 4

2 Proces en inhoud van de vraagsturing ................................................................. 6 2.1 Vraagsturing door het ministerie van Infrastructuur en Milieu ................................... 6 2.2 Vraagsturing door de Topsector Logistiek ................................................................. 8

3 P401a Logistics ...................................................................................................... 10 3.1 Trade Compliance & Border Management .............................................................. 10 3.2 Synchromodality ...................................................................................................... 11 3.3 4C & city logistics ..................................................................................................... 13 3.4 Logistieke bereikbaarheid en duurzaamheid ........................................................... 14 3.5 Smart ICT & NLIP .................................................................................................... 15

4 P401b Mobility ........................................................................................................ 17 4.1 Verkeersmodellen en data ....................................................................................... 17 4.2 Impact en opschaling van ITS ................................................................................. 18 4.3 Veiligheid en gedrag ................................................................................................ 20 4.4 Duurzame mobiliteit ................................................................................................. 22

5 P514 Sustainable Urban Access & Mobility ........................................................ 24 5.1 Gedrag beïnvloeden en meten ................................................................................ 24 5.2 Smart Cities ............................................................................................................. 24 5.3 Duurzame stedelijke mobiliteit (SUAM) ................................................................... 27

6 Bijlagen ................................................................................................................... 29 6.1 Bijlage 1: Kennisvragen voor Mobility...................................................................... 29 6.2 Bijlage 2: Next Milestone Smart Data Factory for Logistics .................................... 33 6.3 Bijlage 3: Next Milestone Fifty Streets of Grey ........................................................ 36 6.4 Bijlage 4: Projecten Logistics ................................................................................... 38 6.5 Bijlage 5: Projecten Mobility .................................................................................... 42 6.6 Bijlage 6: Projecten Sustainable Urban Access & Mobility...................................... 43

7 Ondertekening ....................................................................................................... 45

Page 4: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 4 / 45

1 Inleiding

1.1 Doel van dit programma.

Voor u ligt de Bijstelling 2016 van het MeerJarenProgramma (MJP) van het

Vraaggestuurde Programma Logistiek en Mobiliteit.

Het MeerJarenProgramma loopt gedurende de vierjarige strategische planperiode

van TNO van 2015 tot en met 2018. Het MJP is een nadere invulling van het

strategisch plan van TNO dat is ingediend bij het ministerie van Economische

Zaken en is behandeld en vastgesteld door de Tweede Kamer. Van dit plan zijn

Logistics & Mobility en Smart Cities deelonderwerpen met elk een eigen

strategische roadmap.

De hoeveelheid Rijksbijdrage (SMO) die in 2016 en 2017 is bestemd voor het

thema Logistiek en Mobiliteit wordt vastgesteld in het overleg tussen TNO en EZ.

Dit wordt niet in dit rapport besproken.

Het MeerJarenProgramma voor het thema Logistiek en Mobiliteit staat inhoudelijk

onder regie van het Ministerie van Infrastructuur & Milieu, DG Bereikbaarheid. Het

ministerie houdt voor het onderdeel Logistiek nauw contact met de Topsector

Logistiek, in het bijzonder met het Topteam Logistiek (SPL) en het Topconsortium

voor Kennis en Innovatie Logistiek (TKI Logistiek).

De afgelopen maanden is de inhoud van het De Bijstelling 2016 inhoudelijk

afgestemd met het ministerie van IenM en met de TKI Logistiek. De Bijstelling 2016

zal op 1 oktober 2015 worden ingediend bij het Ministerie van Economische Zaken

dat verder zorgdraagt voor de formele vaststelling.

1.2 Indeling van dit rapport

In hoofdstuk 2 wordt de vraagsturing voor zowel het ministerie van IenM als de

Topsector Logistiek procesmatig en inhoudelijk beschreven.

In hoofdstuk 3 wordt de inhoud van het deel Logistics beschreven. Voor TNO is dit

onderdeel van het VP:

P401 Roadmap Mobility & Logistics, onderdeel Smart data for logistics,

Roadmapdirecteur Paul van den Avoort.

Dit deel Logistics is nauw afgestemd met de kennisagenda / innovatieagenda van

het TKI Logistiek (Dinalog). De benaming van de roadmaps is zo veel mogelijk in

lijn met de benaming vanuit TKI Logistiek.

In hoofdstuk 4 en 5 wordt de inhoud van het deel Mobility beschreven. Voor TNO

intern is dit verdeeld over twee verschillende VP’s behorende onder verschillende

TNO roadmaps, met verschillende roadmapdirecteuren.

Hoofdstuk 4: P401 Roadmap Mobility & Logistics, onderdeel Mobility,

Roadmapdirecteur Paul van den Avoort

Hoofdstuk 5: P514 Roadmap Smart Cities, onderdeel Sustainable Urban

Access and Mobility. Roadmapdirecteur Kees d’Huy

Hiervoor is Mobility vanuit de vraagsturing van Min IenM opgedeeld en beschreven

in een vijftal VP-roadmaps. De titel en de inhoud van de vijfde VP-roadmap is voor

2016 aangepast ten opzichte van de Uitwerking 2015. De eerste 4 roadmaps

Page 5: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 5 / 45

worden in hoofdstuk 4 uitgewerkt en de aangepaste 5e VP-roadmap wordt in

hoofdstuk 5 nader uitgewerkt. Alle uitwerkingen in hoofdstuk 4 en 5 zijn in de vorm

van kennisproducten die in de tijd zijn geprogrammeerd.

Hoofdstuk 6 bevat de bijlagen, waaronder de thema’s en beleidsopgaven van de

vraagsturing van het Ministerie van IenM, een beschrijving van twee Next

Milestones, een overzicht van lopende projecten, een overzicht van de bij Horizon

2020 ingediende projectvoorstellen, waarvan de financiering nog niet is

goedgekeurd door de EC en een overzicht van project ideeën van interne TNO-

projecten en PPS-projecten.

Page 6: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 6 / 45

2 Proces en inhoud van de vraagsturing

2.1 Vraagsturing door het ministerie van Infrastructuur en Milieu

De vraagsturing vanuit het Ministerie van Infrastructuur en Milieu is gebaseerd op

beleidsopgaven en lopende programma’s binnen het ministerie, DG Bereikbaarheid

(DGB) en DG Milieu en Internationaal (DGMI). Vanuit DG Rijkswaterstaat is hierop

aangesloten vanuit de uitvoeringsagenda’s van RWS-Water, Verkeer en

Leefomgeving (WVL) in de persoon van André van Lammeren. De regievoerder

vanuit DGB is de Unit Strategie o.l.v. Emiel Reiding. Sieds Halbesma uit deze Unit

is de contactpersoon voor TNO.

Met DGB en de Unit Strategie is afgesproken dat de vraagsturing in principe

topdown gericht is. Dat wil zeggen vanuit een door het management DGB

vastgesteld kader. Dit kader is de Strategische Kennis en Innovatie Agenda van

DGB (SKIA-DGB) vastgesteld voor de periode 2014-2016. Deze SKIA-DGB bevat 8

thema’s en per thema een aantal subthema’s. De VP-roadmaps in het

mobiliteitsdeel van het VP zijn zoveel mogelijk in lijn met deze thema’s ingedeeld.

Zie ook onderstaand schema.

Fig. 1 Schema waarin de relatie tussen de thema’s uit de SKIA van Min IenM en de

VP-roadmaps is aangegeven. De dikke pijlen geven de belangrijkste relatie weer.

De dunne pijlen geven minder dominante relaties aan.

Het Ministerie van IenM heeft in juni 2014 een dialoog gevoerd met de

kennisinstellingen, waarbij TNO duidelijk heeft aangegeven op welke thema’s en

subthema’s TNO actief kan en wil zijn. Dit is nader uitgeschreven in bijlage 1.

Naast de SKIA-DGB zijn er een aantal andere beleidskaders die een nadere

detaillering van de vraagsturing mogelijk maken; zie figuur 2.

Over deze beleidskaders is gesproken met de dossierhouders en contactpersonen.

De betreffende documenten zijn bestudeerd en geanalyseerd. Ook hiervan zijn de

meest relevante kennisvragen geformuleerd. Zie bijlage 1 voor de analyse die hier

een jaar geleden van is gemaakt.

Page 7: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 7 / 45

Fig.2 Koppeling van VP-roadmaps met relevante beleidskaders van het Min IenM

Het is de gezamenlijke wens dat TNO en het Ministerie van IenM regelmatig

contact hebben omtrent de vraagsturing, de resultaatmonitoring en de

kennisdisseminatie. Op managementniveau (Emiel Reiding, Sieds Halbesma,

André van Lammeren, Michiel Jak en Jan Burgmeijer) verloopt dat sinds 2014

eenmaal per kwartaal.

Op het niveau van inhoudelijke contactpersonen is er, minimaal twee keer per jaar

plus zo vaak als er aanleiding voor is, contact over de inhoudelijke planning en

monitoring. In onderstaand overzicht zijn de contactpersonen voor DGB, DGMI,

RWS-WVL, KIM en TNO per roadmap gegeven. Dit zijn de personen die in juni

2015 hebben deelgenomen aan de koppelgesprekken tussen TNO en Ministerie

van IenM (schuingedrukte namen waren verhinderd)

Fig. 3 Overzicht van de inhoudelijke contactpersonen per VP-roadmap (medio

2015)

Page 8: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 8 / 45

De belangrijkste veranderingen in het mobiliteitsdeel voor 2016 zijn:

De VP-roadmaps “verkeersmodellen en data” en “impact en opschaling van ITS”

worden sterker met elkaar verbonden. Dit komt omdat data en modellen steeds

belangrijker worden in C-ITS diensten die zowel in-car als roadside aan bestuurders

worden aangeboden. Beleidsuitgangspunten voor beide roadmaps komen uit Beter

Benutten Plan van Aanpak C-ITS. De focus hiervoor ligt bij real time data en

modellering. Vanuit de vraagsturing met IenM is op 25 september 2015 gewezen op

de noodzaak om de behoefte uit te werken van nieuwe strategische modellen van

multimodale netwerken voor maatregelen op het gebied van de 5i’s. Dit is belangrijk

voor Meer Bereiken en voor RWS-WVL. Verder wordt met IenM gekeken of de

kennis van TNO op het gebied van impact en opschaling van ITS nu al van

voldoende niveau is om de beleidsvragen op gebied van ITS te kunnen

beantwoorden.

In 2015 is door TNO de roadmap Smart Cities nader uitgewerkt. Het Smart Cities

deelprogramma Sustainable Urban Access & Mobility (SUAM) integreert de

bestaande VP-roadmap “Gedrag beïnvloeden en meten” en enkele nieuwe

onderwerpen op het gebied van stedelijke mobiliteit en verkeersmanagement. Dit

wordt toegelicht in hoofdstuk 5. Inhoudelijk is deze roadmap binnen IenM

besproken met: Gert-Jan van de Maagt, Karen de Ruiter (KIS) en met DG Ruimte

en Water (Hans Teijl, Nathalie Harrems, Kees de Jong, Willemieke Hornis).

Door IenM DGB en RWS-WVL zal op deze roadmap worden aangehaakt en zullen

nieuwe inhoudelijke contactpersonen worden aangewezen.

De huidige inhoudelijke contactpersonen (figuur 3) plus de nieuwe contactpersonen

voor Sustainable Urban Access & Mobility zullen in oktober 2015 in een overleg per

VP-roadmap de kennisvragen detailleren en de projectvoorstellen bespreken.

2.2 Vraagsturing door de Topsector Logistiek

De doelstelling van de Topsector Logistiek is te zorgen dat Nederland in 2020 een

internationale toppositie heeft (1) in de afwikkeling van goederenstromen, (2) als

ketenregisseur van (inter)nationale logistieke activiteiten, en (3) als land met een

aantrekkelijk innovatie- en vestigingsklimaat voor het verladende en logistieke

bedrijfsleven.

De inhoud van het logistieke deel van het voorliggende MeerJarenProgramma

wordt vraaggestuurd door de Topsector Logistiek. De Topsector Logistiek en TKI

Logistiek zijn parallel met het schrijven van deze Bijstelling 2016 bezig het

InnovatieContract voor 2016-2017 te formuleren. De Bijstelling 2016 van TNO is in

lijn met dit InnovatieContract opgesteld. In het IC wordt een actieprogramma met 9

actieve actielijnen van de Topsector Logistiek en een onderzoeksagenda met 6

roadmaps benoemd. Dit zijn:

1. Smart ICT / NLIP

2. Synchromodality

3. Trade compliance & border management

4. Cross Chain Control Centers (4C)

5. Service Logistiek

6. Supply Chain Finance

Page 9: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 9 / 45

TNO is actief onder de vetgedrukte 4 van de 6 roadmaps. Deelname aan de andere

roadmaps door TNO is hooguit faciliterend vanuit bestaande kennis of vanuit

dwarsdoorsnijdende kennis, bijvoorbeeld op het gebied van Smart ICT.

De focus van TNO in deze roadmaps ligt op de toepassingen van datagedreven

innovaties in de logistiek. Dit is neergezet als Next Milestone Smart Data Factory

for Logistics. De beknopte beschrijving hiervan is te vinden in bijlage 2.

Het Ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft aanvullend hierop haar

kennisvragen op het gebied van de maatschappelijke vraag naar Bereikbaarheid

en Duurzaamheid. Deze kennisvragen worden voor een deel ingevuld vanuit de 4

roadmaps (bijvoorbeeld rondom synchromodaliteit en 4C).De kennisvragen die

aanvullend zijn betreffen:

1. Stadslogistiek. Dit wordt gekoppeld door TNO aan roadmap 4C

2. MIRT Goederencorridor studies (Kernnetwerk). Dit wordt gekoppeld aan de

VP-roadmap Bereikbaarheid en Duurzaamheid van Logistiek.

Naast deze nationale afstemming is er Europees een goede alignment op het

gebied van logistiek met de roadmaps van het European Technology Platform

“Alliance for Logistics Innovation through Collaboration in Europe” (ETP-ALICE):

1. Sustainable and Secure Supply Chains

2. Corridors, Hubs and Synchromodality

3. Information Systems for Interconnected Logistics

4. Supply Network coordination and Collaboration

5. Urban Logistics

De ALICE roadmaps overlappen de TNO / Topsector roadmaps en gaan bovendien

verder, tot in 2030, waardoor ALICE een langere termijn perspectief biedt voor de

TNO / Topsector roadmaps. De missie van ALICE is: “to contribute to a 30%

improvement of end to end logistics performance by 2030”.

In hoofdstuk 3 zal per roadmap van TNO / TKI Logistiek worden aangegeven op

welke manier de geplande kennisproducten van TNO aansluiting vinden op de

vraagsturing vanuit de Topsector. De projecten van TNO zijn ook gekoppeld aan

deze roadmaps (bijlage 2).

Page 10: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 10 / 45

3 P401a Logistics

3.1 Trade Compliance & Border Management

De roadmap Douane wordt door de Topsector Logistiek vanaf 2013 aangeduid met:

Trade Compliance & Border Management (TC&BM).

Doelstelling van de Topsector Logistiek is dat Nederland zich in 2020 onderscheidt

met handelsfacilitatie, minimale regeldruk en lage toezichtslasten voor bedrijven.

Door hoge expertise bij Douane en bij bedrijven is systeem gericht toezicht ver

ingevoerd en zijn er enkele wereldwijde secure trade lanes ingesteld.

De vraagsturing op deze roadmap is vanuit exporterende bedrijven, waaronder

enkele multinationals (bijv. ASML, Philips) en vele internationaal opererende

bedrijven, vertegenwoordigd door de brancheorganisaties EVO, FENEX, Fenedex

en ACN. Verder is de Nederlandse Douane (o.a. via Frank Heijmann, Head of

Trade Relations) betrokken bij de vraagsturing.

Inhoudelijk zijn er de volgende 3 lijnen van onderzoek en innovatie:

1. System based control & risk based analysis

Volledige beheersing van de internationale handels- en logistieke keten, in

combinatie met een transparant beheersingskader vormen de basis voor een nieuw

toezichtsregime. Daarbij worden met minimale transactiekosten voor zowel

bedrijfsleven als overheid op een effectieve manier de maatschappelijke,

economische en commerciële risico’s van internationale handel geborgd.

2. Pushing controls away from the border

Het verleggen van douane- en inspectieactiviteiten naar plekken die minder

verstorend zijn voor het logistieke proces van bedrijven. Dit zijn plekken verder weg

van de zee- of luchthaven of grens. Optimaliseren van data uitwisseling met de

belangrijkste handelspartners.

3. Coordinated border management

Betere afstemming tussen verschillende inspectiediensten. De inspectielast wordt

verminderd door meer gebruik te maken van reeds beschikbare informatie in de

keten, zodat duplicaties in informatie worden voorkomen. Aansluitend op het Single

Window Handel en Transport en het NLIP.

De huidige kennis die TNO tot nu toe in het VP heeft opgebouwd is in 2015 op het

niveau dat er praktische kennis bijeen is gebracht over de situatie m.b.t. compliance

management bij verschillende bedrijven en van de “best practices” rondom AEO

(=Authorized Economic Operator) systeemgericht toezicht. Vanuit het EU-project

Page 11: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 11 / 45

CASSANDRA zijn de resultaten van een aantal Living Lab experimenten

opgeleverd: de system based approach, supply chain visibility, de interfaces tussen

private IT-domeinen en een serious game ( de “Chain Game”) voor de vergroting

van vertrouwen, ketentransparantie en samenwerking. Grondige kennis omtrent de

veiligheidseisen en risico-analyses. Kennis van standaarden voor de IT-architectuur

is ook ingezet ter ondersteuning van NLIP.

Vanuit TNO wordt het grootste deel van de SMO-middelen ingezet op matching van

twee EU-projecten (toelichting in bijlage 3):

1. Het EU-project CORE: “Consistently Optimised REsilient secure global supply

chain”.

2. Het EU-project e-Compliance. Hierin wordt gewerkt aan een vereenvoudigd

Europees maritiem regulatory compliance (wet en regelgeving)

samenwerkingsmodel.

Met TKI-middelen wil TNO zich in 2016 met andere NL partners richten op de

volgende onderwerpen (toelichting in bijlage 4):

1. Project: Smart Trade & Logistics. Toepassing van het UETP protocol op de

logistiek; binnen welke specifieke use cases heeft dit UETP protocol de hoogste

toegevoegde waarde?

2. Verkenning naar de relatie tussen Cyber Security en TC&BM . TNO heeft veel

kennis op het gebied van cyber security opgebouwd in andere domeinen. Deze

kennis wil TNO inzetten voor een diepgaande risico-analyse voor cyber security

binnen TC&BM.

Verder zal TNO nagaan in hoeverre zij de resultaten uit het NWO ISCOM-

programma verder toepasbaar kan maken voor het bedrijfsleven door

samenwerking met universiteiten.

3.2 Synchromodality

Synchromodaliteit is het optimaal benutten van de verschillende

transportmodaliteiten in een geïntegreerde vervoersoplossing. Dit kan op corridors

en in regio’s waar voldoende ladingaanbod is, zodat hoogfrequent vervoer via alle

modaliteiten kan plaatsvinden. Synchromodaliteit leidt aldus tot een betere

benutting van de bestaande vervoersinfrastructuren.

Bij synchromodaliteit vindt de keuze voor een bepaalde modaliteit zo laat mogelijk

plaats, zodat de flexibiliteit maximaal is. Naast de innovatie in logistieke concepten

zijn ook goede ondersteunende IT-oplossingen en het delen van benuttings- en

capaciteitsinformatie nodig. Verder is er een “mental shift” nodig bij planners en

vervoerders die niet meer automatisch kiezen voor hun standaard

vervoeroplossing.

De vraagsturing is vanuit bedrijven met activiteiten op het gebied van container

terminals (bijv. ECT), binnenlandse terminals (bijv. Seacon Venlo, Combi Terminal

Twente) en met Infrastructuurbeheerders (Rijkswaterstaat, Havenbedrijven van

Rotterdam en Amsterdam, ProRail), bedrijven op Mainports Schiphol, Havens van

Rotterdam en Amsterdam, dienstverleners in de binnenvaartsector,

spoorvervoerders (bijv. NS, KeyRail) .

Page 12: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 12 / 45

Doelstelling van de Topsector Logistiek is dat in 2020 een Europees

synchromodaal transportsysteem waarin dienstverleners en

samenwerkingsverbanden duurzame synchromodale vervoersconcepten

aanbieden, waarmee verladers op basis van a-modale prestatiecriteria bediend

worden. Het vervoer van de Nederlandse mainports naar het Nederlandse en

Europese achterland is in 2020 waar mogelijk synchromodaal.

De huidige kennis die TNO tot nu toe in het VP heeft opgebouwd is:

Dynamische voorspelling van restcapaciteit op modaliteiten van een corridor ,

presentatie van sturingsinformatie in de vorm van dashboards (Seacon IDVV en

COMCIS);

Ondersteuning van de mental shift door gebruik van serious gaming (IDVV

game, Game “Synchro-Mania”);

In 2016 zal TNO met name bijdragen aan de volgende thema’s uit de

onderzoeksagenda voor synchromodaliteit van Topsector Logistiek:

Scope verbreding synchromodaal transport (spoor, niet-containers, continentaal

vervoer)

Mind shift ten aanzien van synchromodaliteit (met serious gaming)

Datadeling en informatievoorziening (link met Smart ICT)

Collaborative planning en control towers (link met 4C)

Betrokkenheid van verladers vergroten, wijze van samenwerking en

afsprakenkaders

Vanuit TNO worden in 2016 de SMO- en TKI-middelen ingezet op de volgende

projecten (toelichting in bijlage 4)

EU-project H2020 Smart-Rail.

TKI-project Synchro-Gaming. .

Nieuwe projecten op bovengenoemde onderwerpen

Verder heeft TNO een leerstoel (0,4 fte) op de TUDelft welke vanaf 2009 wordt

bezet door Prof. Lori Tavasszy. Het heeft als hoofddoel het doen van onderzoek op

het gebied van innovaties in logistiek en goederenvervoer, met nadruk op de

systeemkoppelingen tussen microniveau (bedrijf), mesoniveau (keten) en

macroniveau (maatschappij). In het onderzoek worden nieuwe rekenmodellen

ontwikkeld en worden met deze modellen evaluaties gedaan van innovaties op het

terrein van infrastructuurnetwerken, synchromodaliteit, samenwerking tussen

bedrijven, duurzame logistiek en stedelijke logistiek.

.

Page 13: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 13 / 45

3.3 4C & city logistics

Een Cross Chain Control Center (4C) is een regiecentrum van waaruit meerdere

supply chains gezamenlijk gecoördineerd en geregisseerd worden. Om deze regie

mogelijk te maken zijn informatie stromen uit diverse bronnen,

informatiemanagement, analyses op het gebied van financiën, logistiek en

voorspellingen nodig. Voor introductie van 4C in bredere context zijn ook nieuwe

samenwerkingsverbanden en allianties nodig. Verder zijn nieuwe businessmodellen

en gainsharing concepten noodzakelijk.

Doelstelling van de Topsector Logistiek. In 2020 zullen er meerdere goed werkende

4C’s zijn gerealiseerd bij verschillende sectoren, supply chains en stedelijke regio’s.

Er zullen nieuwe 4C dienstverleners zijn die een nieuwe kennisintensieve

bedrijfstak gaan vormen met activiteiten wereldwijd.

De huidige kennis van TNO die TNO in het VP heeft opgebouwd ligt op het gebied

van:

Samenwerkings- en alliantiemodellen (4C4More),

Businessevaluaties voor pilots van stedelijke distributie (STRAIGHTSOL),

Business analyses (bijv. Voor Schiphol Trade Park),

Bouwlogistieke planningsmodellen en 4C (4C in de Bouwlogistiek)

In 2016 zal TNO met name bijdragen aan de volgende thema’s uit de 4C

onderzoeksagenda van Topsector Logistiek:

Toepassing van 4C in de sectoren: Bouwlogistiek, Stadslogistiek en Truck-

platooning. Hier worden met name de samenwerkingsmodellen verder uitgediept en

tooling ontwikkeld.

Verder zullen we vanuit TNO en TKI Logistiek de volgende nieuwe onderwerpen

verkennen, samen met logistieke bedrijven:

E-commerce en retourlogistiek; crossborder e-commerce (link met TC&BM)

Transitievraagstukken naar 4C en sociale innovatie (link met Human Capital

agenda)

Samenwerkingsvraagstukken in combinatie met big data analyses naar

potentiele samenwerkingsmogelijkheden (link met Smart ICT)

Cross-over van 4C met andere Topsectoren, bijv high-tech, circulaire economie

en Agri&Food.

Vanuit TNO worden in 2016 de SMO- en TKI-middelen ingezet op (toelichting in

bijlage 4):

TKI: 4C in de Bouwlogistiek.

FP7: FREVUE; Stadslogistiek met gebruik van elektrische voertuigen.

Page 14: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 14 / 45

H2020: CITYLAB.

TKI: Collaborative planning in two-truck platooning

Nieuwe projecten op bovengenoemde onderwerpen, mits cofinanciering van

geïnteresseerde bedrijven beschikbaar komt.

3.4 Logistieke bereikbaarheid en duurzaamheid

De roadmap voor bereikbaarheid en duurzaamheid van logistiek wordt inhoudelijk

gestuurd vanuit de kennisvragen van het ministerie van IenM, zie ook de

procesbeschrijving in paragraaf 2.1.

Voor een belangrijk deel wordt deze kennisbehoefte van IenM al ingevuld uit de

gezamenlijke inspanning en innovaties van overheid en het logistieke bedrijfsleven

in de roadmaps van de Topsector Logistiek. In dat geval zijn deze onderwerpen en

projecten benoemd in de respectievelijke roadmaps van TS Logistiek. Op het

gebied van bereikbaarheid bijvoorbeeld kunnen innovaties op het gebied van

Synchromodaliteit en Neutraal Logistiek Informatie Platform de filedruk op de weg

in de spits verkleinen door een betere spreiding van het vrachtvervoer over de tijd

en over andere modaliteiten (spoor, binnenvaart). Door 4C kan bijvoorbeeld de

beladingsgraad van vrachtwagens worden vergroot met een direct effect op minder

vrachtwagens bij dezelfde hoeveelheid lading en daardoor minder voertuigemissies,

waardoor de CO2-doelstellingen eerder gehaald kunnen worden.

Aanvullende kennisopbouw is nodig voor nieuwe internationale en nationale

goederenmodellen ten behoeve van beleidsondersteuning zoals MIRT-studies

logistiek en onderzoek voor het internationale kernnetwerk.

De doelstelling van het Ministerie van IenM voor deze roadmap is de synergie

tussen de inspanningen van overheid en de logistieke sector te vergroten met

kennis over de kwantiteit en de kwaliteit van de ontwikkeling van het internationale

goederenvervoer, en over de effecten van logistieke innovaties op indicatoren voor

bereikbaarheid en duurzaamheid.

De huidige kennis van TNO op dit gebied ligt op het gebied van:

Gebruik van microdata van CBS voor het maken van big data analyses van

beladingsgraad over volume, gewicht en oppervlak. Deze kennis is behalve

voor beleidsonderzoek relevant voor business cases voor transporteurs en

verladers en zal daarom in de roadmap 4C verder worden ontwikkeld.

Het Synchromodaal Corridormodel met berekening van indicatoren voor

bereikbaarheid en duurzaamheid is beschikbaar en wordt verder in de roadmap

Synchromodality ontwikkeld.

Binnen de FP7-projecten High Tool en Complex zijn en worden Europese

goederenmodellen ontwikkeld voor het snel kunnen doorrekenen van

beleidsscenario’s.

Er zijn modellen ontwikkeld om de impact van vrachttransport op CO2-emissies

te bepalen (COFRET). Deze modellen worden verder toegepast in big data

analytics en smart ICT oplossingen in bijvoorbeeld het EU-projectvoorstel

PANEL (Smart ICT).

Concreet zal TNO in 2016, op basis van de vraagsturing, de volgende

kennisproducten opleveren (toelichting op deze projecten in bijlage 4):

Page 15: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 15 / 45

Prototypes van tools en modellen. Met name: Strategisch High Level Transport

Model (High Tool) en bijbehorende economische modellen (COMPLEX). Verder

wordt gewerkt aan specifieke kennisvragen voor de verdere ontwikkeling van

nationale modellen als Basgoed. De leerstoel van Prof. Lori Tavasszy is voor een

deel ook gericht op de verdere ontwikkeling van Europese en nationale modellen.

3.5 Smart ICT & NLIP

Vanaf medio 2015 werkt de TKI Logistiek met een nieuwe roadmap Smart ICT. Dit

is de onderzoeksroadmap die ondersteunend is aan de actielijn NLIP en

ondersteunend aan de andere onderzoeksroadmaps.

Doelstelling is om op generiek niveau, overkoepelend aan de actielijnen van de

Topsector Logistiek, ICT voorzieningen te ontwikkelen met en voor diverse partners

in TKI Logistiek, ter ondersteuning van de onderzoeksmaps en de actielijn NLIP.

De ontwikkeling van bovengenoemde ICT voorzieningen zal cyclisch en in nauwe

samenwerking met de actielijn NLIP plaatsvinden, volgens onderstaand model:

Figuur 4: De cyclus voor Smart ICT kennisontwikkeling (wat en hoe) en de

aanvullende operationalisering (hoe goed)

De taakverdeling tussen NLIP en de Smart ICT roadmap is dan: Wat en Hoe bij

Smart ICT roadmap van TKI Logistiek. Hoe Goed en Operationalisering bij de

actielijn van NLIP. Er kan overlap ontstaan met name in de praktijkproeven die

zowel vanuit het onderzoek opgezet kunnen worden als verbeterd en verdiept

kunnen worden vanuit NLIP.

De huidige kennis van TNO op dit gebied is tot nu toe opgebouwd binnen

verschillende roadmaps van Topsector Logistiek. Deze wordt in het vervolg

samengebracht onder de nieuwe Smart ICT roadmap.

Page 16: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 16 / 45

Proof of concepts voor het veilig en betrouwbaar delen van informatie

(Projecten: IntrePid, Logicon);

Presentatie en visualisatie van complexe informatie voor planners en traffic

managers (Project: Demanes);

In 2016 zal TNO werken aan de volgende onderwerpen:

1 veilige connectiviteit en snelle toegang tot vertrouwelijke business (logistieke)

data en real time toegang tot sensor (transport) data, plus standaarden voor

data governance en ICT architectuur;

2 support aan data analyse (analytics) en visualisatie;

3 applicaties ten behoeve van demo’s en living lab pilots op het gebied van

logistieke monitoring, planning en sturing;

4 ontwikkeling en toetsing van nieuwe use cases voor Smart ICT, gebaseerd op

logistieke concepten uit de verschillende kennis roadmaps van de TS

actielijnen, inclusief business modellen en transitievraagstukken.

Voor kennisdeling en kennisdisseminatie zal TNO een eco-systeem opzetten. Het

TNO-initiatief wordt breder dan dit VP neergezet onder de Next Milestone Smart

Data Factory for Logistics. Dit wordt nader toegelicht in de bijlage 2.

De hier genoemde onderwerpen (met name 1 en 2) hebben meerdere raakvlakken

in de roadmaps voor Mobility en Smart Cities in de hoofdstukken 4 en 5 van deze

Bijstelling. Verder zijn er raakvlakken met het Enabling Research Program (ERP)

van TNO: “Making Sense of Big Data”. In dit ERP wordt o.a. gewerkt aan een

logistieke use case. De kennis die dit ERP produceert zal zijn weg gaan vinden

naar het VP.

Met SMO- en TKI-middelen wil TNO zich in 2016 met andere NL partners richten op

de volgende projecten (toelichting op projecten in bijlage 4):

Lopend TKI-project Slim Datagebruik voor Logistieke Innovaties

In 2015 ingediende voorstel voor een H2020-project PANEL

Eind 2015 wordt een meerjarig projectvoorstel ingediend met als titel: TKI Smart

Data Factory for Logistics

In het TKI-project Smart Data Factory for Logistics worden in het eerste jaar (2016) de volgende resultaten gerealiseerd:

een ecosysteem waar partijen samenwerkingen opzetten rond data in de

logistiek. Hierin zullen logistieke en IT-bedrijven gaan deelnemen.

een open trusted platform waar data, bouwblokken en tooling aanwezig zijn van

verschillende partijen uit het ecosysteem

een aanpak om high-value use cases via living labs snel en systematisch

concreet op te zetten en te toetsen in de praktijk.

Page 17: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 17 / 45

4 P401b Mobility

De kennisvragen van IenM op het gebied van Mobility en de aansluiting op de

beleidsdossiers zijn besproken in de koppelgesprekken en staan systematisch per

VP-roadmap beschreven in Bijlage 1.

4.1 Verkeersmodellen en data

De doelstelling van deze VP-roadmap is het structureel verminderen van

reistijdverliezen door informatie en verkeersmanagement , gebaseerd op

verkeersmodellen en data, gericht op het tijdig bieden van alternatieven voor

verwachte en onverwachte reistijdverliezen.

De VP-roadmap “verkeersmodellen en data” wordt voor 2016 gefocuseerd op: Het

real time volgen en korte termijn voorspellen van reistijden en verkeersstromen om

verkeersmanagement vanaf de wegkant of vanuit het voertuig te ondersteunen.

Verkeersmanagement 2.0 zal zo een optimale combinatie worden van

wegkantsystemen en informatievoorziening direct gericht op connected reizigers

mobiel en bestuurders in-car. Hiermee past deze VP-roadmap volledig in het TNO

deelprogramma Connecting & Cooperative Mobility (CCM).

De huidige kennis van TNO op het gebied van verkeersmodellen en data is eind

2015 op het niveau:

Er is een methode ontwikkeld om op basis van gemeten intensiteiten en

gemodelleerde intensiteiten uit bijv. het LMS of NRM de robuustheid van het

wegennetwerk te bepalen, rekening houdend met wegkenmerken.

In de modellen kan rekening worden gehouden met de gevolgen van de

onzekerheid van verkeersvariabelen in de modellen (promotie Calvert) en er is

inzicht in de eisen ten aanzien van de kwaliteit van data (promotie Klunder)

Floating car data (FCD) uit veel verschillende bronnen kan gecombineerd

worden op één kaart en geanalyseerd. FCD kan op deze manier steeds meer

lusdata gaan aanvullen met data uit andere bronnen .

Toepassing van de opgebouwde kennis binnen het IenM programma Meer

Bereiken en voor Strategische Verkeersmodellen (RWS-WVL):

Uit de floating car data (big data) kunnen ook resultaten komen die als input

kunnen dienen voor de strategische verkeersmodellen (LMS-NRM). Bijvoorbeeld

Page 18: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 18 / 45

kunnen HB-matrices geschat worden op deze manier. Ook schattingen en

voorspelling van actuele reistijden is mogelijk (huidige MIRT).

Robuustheidsanalyses van het wegennet zijn methodisch klaar. TNO heeft dit

beschikbaar voor bijvoorbeeld MIRT. MIRT zal naar verwachting in een latere

fase (2016) robuustheidsanalyses gaan uitvoeren.

Methodes voor robuustheidsanalyses worden nu toegepast in diverse projecten

voor RWS-WVL bijvoorbeeld in robuust wegontwerp en tools voor NMCA.

Wat verandert er in 2016 in deze VP-roadmap:

De onderwerpen Dynamisch verkeersmanagement systemen, Smart Crossings

en Smart Routing worden binnen TNO opgepakt in het VP: P402 Automotive

Mobility Systems van het thema High Tech Systemen en Materialen (HTSM).

Wat betreft strategische modellen zal de behoefte aan verbeterde strategische

modellen van multimodale netwerken voor maatregelen op het gebied van de

5i’s worden onderzocht. Welke vernieuwing ten opzichte van de huidige

modellenset is hier voor nodig?

Stedelijk verkeersmanagement wordt onderdeel van Smart Cities. De

beschrijving van de activiteiten op dit gebied van het VP staat in hoofdstuk 5.

Concreet wil TNO op basis van de vraagsturing de volgende kennisproducten in

2016 opleveren:

Modellen en tools waarmee vanuit verschillende databronnen in real time deur-

tot-deur reistijden geschat kunnen worden en verkeersintensiteiten en HB-

matrices kunnen worden voorspeld. Hiervoor zullen resultaten uit de

Praktijkproef Amsterdam worden gegeneraliseerd en verbeterd.

Eisen aan data-kwaliteit voor Verkeersmodellen (promotie Klunder)

Traffic Quest. Prioriteiten worden in overleg met de partners van TQ (WVL,

TUD) bepaald. Voor TNO is maximale aansluiting op de roadmaps uit dit VP

gewenst.

4.2 Impact en opschaling van ITS

De doelstelling van deze VP-roadmap is de effectieve en grootschalige inzet van

ITS.

Intelligente Transport Systemen (ITS) worden op brede schaal ontwikkeld en

beproefd en de verwachting is dat deze ICT-toepassingen een positief effect gaan

hebben op de veiligheid, de doorstroming en de duurzaamheid van het wegverkeer.

Deze VP-roadmap past in het TNO Deelprogramma Connecting & Cooperative

Mobility (CCM).

De kennisvragen die in deze VP-roadmap worden gesteld door beleidsmakers zijn:

welke ITS applicaties hebben op internationale schaal de grootste impact,

zijn deze applicaties maatschappelijk eenvoudig te implementeren,

is er een positief economisch verdienmodel voor bedrijven of moet de overheid

eerst nog een bepaalde impuls geven.

Wat zijn de risico’s ten aanzien van cyber security en privacy?

Wat zijn de volgende stappen voor bedrijven en overheden ná een succesvolle

pilot?

Om deze vragen te kunnen beantwoorden werken publieke en private partijen in

toenemende mate samen. In Nederland bijvoorbeeld binnen Connecting Mobility

met de Routekaart Beter Geïnformeerd op Weg en in Beter Benutten. Europees

Page 19: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 19 / 45

bijvoorbeeld in het FP7-project MobiNet. TNO participeert in deze nationale en

Europese projecten.

De huidige status van de kennis van TNO is dat er veel kennis beschikbaar is en

gereed voor gebruik in diverse projecten en programma’s. Een beknopte

opsomming hiervan is:

Er is een internationaal erkend model (ITS Modeller) bij TNO ontwikkeld,

waarmee de ITS maatregelen op netwerken van regionale schaal doorgerekend

kunnen worden naar effecten op reistijdverliezen, vervuilende emissies en CO2.

Gedragseffecten kunnen in eenvoudige vorm meegenomen worden.

Ook is er een opschalingstool (SCENIC) ontwikkeld, waarmee de berekening

van de effecten naar landelijke en Europese schaal ondersteund kan worden.

TNO heeft samen met internationale partners een testmethodiek voor ITS

applicaties ontwikkeld bij Field Operational Tests (de FESTA-methodiek) die

ook internationaal wordt toegepast.

Verder is er goede kennis op het gebied van sociaal-economische en business

modellering aspecten van de implementatie van ITS. Er is een kosten-baten

tool (COBRA) en een implementatie evaluatie methode (STOF) die ook voor de

EC zijn ingezet.

Hieronder als voorbeeld de impact evaluaties zoals die in het afgesloten FP7-

project Drive zijn gemaakt (2014):

Twee voorbeelden van impact evaluatie uit het FP7-project DRIVE van verschillende ITS applicaties op brandstofbesparing (links) en verkeersongevallen (rechts) op EU-schaal

TNO heeft in 2015 de Evaluatie en Scaling-up Tool Suite Evaluation While Doing

(EWD) ontwikkeld. TNO zal bij de landelijke C-ITS tafel draagvlak voor deze

methode ontwikkelen.

Page 20: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 20 / 45

Al deze tools en methoden zijn ontwikkeld en zijn nu toepasbaar voor projecten uit

programma’s als Beter Benutten en Connecting Mobility.

TNO heeft ook technologische kennis voor de mede-ontwikkeling van ITS. Deze

kennis wordt verder ontwikkeld in de roadmaps van High Tech Automotive (VP:

P402 Automotive Mobility Systems). De kennis wordt bijvoorbeeld ingezet in het

PPS verband DITCM.

Concreet wil TNO in het komende jaar 2016 het project uit FP7 MobiNet afronden.

Dit project is gericht op opschaling van ITS-diensten, waarbij de business en

technische voorwaarden hiervoor worden uitgewerkt. Concreet: De Real Time

Traffing Information dienst, waarin zowel de Shockwave Damping dienst van de

A58 als een Roads Work Warning dienst als in de ITS corridor zitten, worden in

MobiNet geïntegreerd. Hierdoor kunnen de diensten eenvoudiger op allerlei andere

plaatsen dan op de A58 en de ITS corridor worden aangeboden. Hiermee worden

de MobiNet doelstellingen gevalideerd. Voor toelichting op de doelstellingen van

MobiNet, zie onderstaand kader.

The MOBiNET project envisages a new “Internet of Mobility” where transport users meet

providers of next-generation mobility services. The concept includes three key areas of

innovation.

A global multi-vendor business-to-business E-Marketplace and service directory

where providers of transport-related content and services can publish and

exchange their products, compose new services and reach a Europe-wide customer

base

A uniform middleware environment making each MOBiNET-enabled user device

accessible for any service provider while enabling transparent, intelligent

connectivity management and providing a “MOBiNET App Store” for discovering

user services.

An innovative service factory that develops a set of reference transport and

mobility services that can be deployed with Europe-wide interoperability, and

offering service providers a developers’ toolkit including MOBiNET core service

components

4.3 Veiligheid en gedrag

Het aantal verkeersdoden in Nederland is al jaren internationaal gezien op een laag

niveau. Door technologische innovaties in de auto daalt dit aantal verder. Hierdoor

wordt de aandacht van de overheid sterker gericht op het voorkomen van zwaar

gewonden onder fietsers en ouderen: de kwetsbare verkeersdeelnemers

(“vulnerable road user”). Deze doelgroepen hebben behoefte aan maatregelen

gericht op een combinatie van technologie, infrastructuur en gedrag. TNO heeft

kennis op deze 3 gebieden en op de combinatie hiervan.

Page 21: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 21 / 45

Ook het meten en analyseren van complexe en kritieke gebeurtenissen rondom

specifieke onveilige infrastructuur die kunnen leiden tot ongevallen en gewonden is

aandachtsgebied voor TNO.

Doelstelling van deze roadmap is structureel minder ongevallen bij de kwetsbare

verkeersdeelnemers, door een beter begrip van het gedrag van de kwetsbare

verkeersdeelnemers en de toepassing hiervan in technologie en infragerichte

maatregelen.

De huidige status van de kennis van TNO is: er is een diepgaande kennis van

menselijk gedrag in het verkeer. Deze kennis is behalve theoretisch ook

onderbouwd door experimentele data die zowel in rijsimulatoren, testopstellingen

als vanuit realistische en praktijk situaties op de weg is verkregen. Deze data wordt

nu nog offline verwerkt en geanalyseerd. Er is een groeiende kennis omtrent de

relatie van gemeten gedragsindicatoren en het effect op verkeersveiligheid zodat

online gemeten kan worden hoe veilig een bepaalde situatie is (promotie Roald van

Loon in 2015).

Op het gebied van kwetsbare verkeersdeelnemers zijn er applicaties ontwikkeld ter

vergroting van de veiligheid; bijvoorbeeld fietsairbag en ITS-applicaties voor

fietsers.

Fig. 9 Twee speerpunten van de roadmap Veiligheid en Gedrag: Meetmethode

voor realistisch en natuurlijk gedrag van bestuurders (links) en Veiliger maken van

mobiliteit voor kwetsbare verkeersdeelnemers, zoals fietsers (rechts)

Concreet wil TNO op basis van vraagsturing in de komende 2 jaar de volgende

kennisproducten opleveren:

2015-2016: Naturalistic Driving methode voor het onderzoek naar realistisch en

natuurlijk gedrag van bestuurders en VRU in kritische verkeerssituaties.

Analyses van: onoplettendheid, werklast, eco-driving en mens-machine

interacties (project UDRIVE).

2015-2016: Kennis, analyses en proof of concepts van oplossingen (ITS, Infra)

voor a) het veiliger maken van elektrisch fietsen, b) waarmee ouderen veiliger

mobiel kunnen zijn en c) waarmee decentrale infrastructuur veiliger kan worden.

Bijdragen aan een langere termijnbeleid voor veilige mobiliteit van ouderen.

2017-2018: Framework voor beoordeling van cognitieve belasting van

bestuurders en fietsers en systemen die in kunnen schatten of iemand nog “in

de loop” is. Beoordeling van de veiligheidseffecten bij de transitie van

rijtaakondersteuning naar automatisch rijden.

Page 22: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 22 / 45

Vraagsturing op concreet niveau vanuit: DGB Wegen en Verkeersveiligheid.

4.4 Duurzame mobiliteit

De emissies van auto’s worden dankzij technologische ontwikkelingen steeds

schoner. De focus in het overheidsbeleid verschuift daarom van luchtkwaliteit naar

klimaat met als doel een afname van de emissie van broeikasgassen, waarbij het

verkeer een belangrijke bron is. De beleidsdoelstelling op basis van het EC

whitepaper is 60% reductie van CO2-emissies in het verkeer in 2050 t.o.v. 1990. Dit

is nogmaals bevestigd in het SER Energie-akkoord en de als uitvloeisel daarvan in

2014 onder regie van IenM ontwikkelde Brandstoffenvisie.

Het ministerie wil duurzaamheidsbeleid vooral in een integrale context zien als

onderdeel van beleid op het gebied van ruimte, mobiliteit, energie en economie (zie

bijvoorbeeld Meer Bereiken en MIRT onderzoeken). Ook in steden en regio’s is er

een integrale benadering, gericht op de “gezonde stad”, waarbij een brede definitie

van gezondheid een belangrijk thema is. In diverse steden is een “smart city”

aanpak op gang gezet waarbij meten en (be)sturen op gebied van mobiliteit,

energie, water en gezondheid worden geïntegreerd (zie verder hoofdstuk 5).

Doelstelling van deze roadmap is het vergroten van de haalbaarheid van

(toekomstige) doelstellingen m.b.t. CO2 en luchtkwaliteit. Daarbij gaat het om het

vinden van een effectieve mix van maatregelen, met begrip van kosten en baten in

brede zin en van de haalbaarheid in technologische en sociaal-economische

context. Focus ligt op beleid voor Groene Groei

De huidige status van de kennis van TNO is dat er gedetailleerde en internationaal

erkende technische kennis en modellen (bijv. VERSIT+ voor emissiefactoren)

beschikbaar zijn m.b.t. de emissies van luchtverontreinigende stoffen en CO2 en

van technieken die die emissies kunnen verminderen. Deze kennis wordt o.a.

ingezet ten behoeve van de definitie van emissie- en concentratienormen en

beleidsdoelen, en voor ontwikkeling van Europees, nationaal, regionaal en lokaal

beleid om deze doelen te halen. In toenemende mate wordt TNO ook betrokken bij

strategische advisering op het snijvlak van technologie en sociaal-economische

vraagstukken, bijvoorbeeld bij het SER Energie-akkoord, de Brandstoffenvisie en

vraagstukken m.b.t. Groene Groei. Naast een bredere benadering van kosten en

baten, gaat het daarbij ook om het managen van transities: Als een bepaald

aandeel emissievrije voertuigen nodig is om lange-termijndoelen te halen, hoe kan

beleid er dan effectief voor zorgen dat die voertuigen ook geproduceerd, gekocht

en gebruikt gaan worden? Ten slotte heeft TNO een aanzet gemaakt in de Smart

City benadering van meten, data-inwinning en modellering van vervuilende

concentraties in de lucht.

Concreet wil TNO op basis van vraagsturing in de komende 4 jaar de volgende

kennisproducten opleveren: • 2016: Afronding in lopende EU-projecten (met name: EcoDriver) van de

verfijning van rekenmodellen en tools t.b.v. een betere voorspelling van de

effecten van ITS maatregelen en EcoDriving-diensten op CO2- en andere

emissies.

Page 23: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 23 / 45

• 2015-2018: Een groeiende Policy Assessment Toolbox waarmee

duurzaamheidsbeleid ondersteund kan worden in: visievorming, kosten en baten

analyse (incl. innovatie en groene groei) en implementeerbaarheid (technologie

en sociaal).

o Deze toolbox wordt ontwikkeld aan de hand van kennisvragen die

voortkomen uit concrete beleidsopgaven met nationale, regionale en

lokale dimensies zoals de Brandstofvisie, de Green Deals en de meer

integrale vraagstelling uit de MIRT onderzoeken. Dit moet gebeuren in

nauwe samenwerking tussen verschillende betrokken disciplines

binnen en evt. buiten TNO (o.a. m.b.t. technologie, emissies, economie

en bedrijfskunde, ruimtelijke planning, gedrag, etc.).

• 2015-2018: Ter ondersteuning van de Policy Assessment Toolbox worden

analysetools ontwikkeld waarmee op basis van koppeling van uiteenlopende

databestanden (big data) verbeterd inzicht wordt verkregen in (trends in)

vlootsamenstellingen (o.a. type voertuigen, leeftijdsopbouw en techniek) en inzet

van voertuigen (rijpatronen, kilometers op verschillende wegtypen,

beladingsgraden, etc.) als verbeterde basis voor inschatting van effecten van

technische en beleidsmaatregelen op CO2-emissies en luchtkwaliteit.

Fig. 10 Visualisatie van verkeersemissies in Nederland

Vraagsturing op concreet projectniveau vanuit: DGMI, DGB en Meer Bereiken.

Page 24: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 24 / 45

5 P514 Sustainable Urban Access & Mobility

5.1 Gedrag beïnvloeden en meten

De VP-roadmap “gedrag meten en beïnvloeden” is gebaseerd op het feit dat veel

knelpunten in de beïnvloeding van mobiliteit te maken hebben met het gedrag van

mobilisten dat niet eenvoudigweg verandert als men nieuwe intelligente systemen

aanbiedt. Diepgaande kennis van het (gewoonte-)gedrag van mensen zowel

voorafgaand aan de reis (pre-trip) als tijdens de reis (on-trip) is nodig. Ook het

meten van het werkelijke gedrag en het bepalen van effectieve beïnvloeding-

strategieën en segmentering naar verschillende typen mensen en omstandigheden

is nodig.

Doelstelling van deze roadmap is dat bij de implementatie van maatregelen en

beleid, gericht op de beïnvloeding van gedrag voor duurzame en efficiëntere

mobiliteit, de effectiviteit sterk te verbeteren door gedragsinzicht uit de literatuur en

de praktijk.

De status van de kennis anno 2015 bij TNO is dat er een gedragsmodel Fountain

is ontwikkeld waarin bestaande gedragskennis uit de literatuur en uit

praktijkproeven is geïntegreerd in één Agent Based Model. Hiermee kunnen de

effecten van gedragsgerichte maatregelen vooraf in kaart worden gebracht en kan

men inzicht krijgen in de afhankelijkheden van verschillende factoren. Verder is er

een methode ontwikkeld (in Sensor City en Praktijkproef Amsterdam) waarmee het

werkelijke mobiliteitsgedrag van personen gemeten kan worden door middel

van een app op een smartphone (GoRight). Inmiddels is deze methodiek verder

uitgewerkt naar een meetplatform voor het gedrag van fietsen in de stad (Smart

Cycling Platform), dat in 2015 en 2016 zal worden toegepast in de stad Amsterdam.

Verder heeft TNO in Europees verband een track-record opgebouwd in het

evalueren van stedelijke mobiliteitsmaatregelen (Civitas POINTER en WIKI),

waaruit met behulp van indicatoren uitspraken zijn gedaan omtrent de effectiviteit

van stedelijke gedragsmaatregelen op gebied van duurzaamheid, doorstroming etc.

De VP roadmap Gedrag beïnvloedden en meten is in 2015 opgegaan in een breder

VP Sustainable Urban Access & Mobility (SUAM), of in het Nederlands: Duurzame

Stedelijke mobiliteit. Deze VP heeft in TNO het nummer P514 en is onderdeel van

de strategische roadmap Smart Cities. In de volgende paragraaf wordt eerst een

toelichting gegeven op Smart Cities en daarna volgt een paragraaf met een

beschrijving van de nieuwe VP-roadmap SUAM.

5.2 Smart Cities

In Smart Cities komen onderzoeksthema’s aan de orde, die gericht zijn op het

verbinden van technologische, sociale en systeeminnovaties in verschillende

domeinen van een stedelijk systeem. De innovaties betreffen het verbeteren én

onderling verbinden van “urban operations” “urban services” en “urban (re)design”

met behulp van moderne ict technologie.

Page 25: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 25 / 45

De drie componenten van een smart city

Bij “urban operations”, gaat het om het beter benutten van de fysieke

infrastructuren, zoals openbare ruimte, wegen, energiesystemen en het

watersysteem. Al deze structuren maken gebruik van ICT en vormen samen het

metabolisme van een stedelijk systeem. De afzonderlijke subsystemen kunnen

worden opgevat als onderdelen van één geïntegreerd stedelijk ict systeem: een

smart urban system. Met nieuwe ICT technologie kan dit beter, efficiënter en meer

in samenhang met verschillende stedelijke functies worden georganiseerd.

Een tweede component van een smart city betreft het geheel van stedelijke

diensten voor en door burgers en bedrijven (urban services): de verbinding tussen

het fysieke en sociale systeem. Diensten kunnen gericht zijn op een bereikbare

binnenstad, schone lucht in de stad, veilige schoolroutes, banen in de buurt,

sportmogelijkheden in de buurt, diensten gericht op lokale samenwerking, etc. Vaak

zijn ze gericht op een specifieke bevolkingsgroep: jonge schoolgaande kinderen,

werkenden of zelfstandig wonende hoogbejaarden. Deze diensten maken gebruik

van hetzelfde smart urban system. Via deze diensten worden gegevens verzameld

over het gebruik van de stad en stedelijke voorzieningen.

De derde component betreft de ruimtelijke structuur van de stad en de wijze waarop

de ruimtelijke inrichting en ruimtelijke ontwikkeling is georganiseerd (urban

(re)design). Steeds vaker vallen in het kader van stedelijke planning, onderzoek en

ontwerp samen. Nieuwe ict-technologie is voor het combineren van ontwerp en

onderzoek beschikbaar. Men spreekt over evidence-based design en geodesign.

Het verbinden van innovaties in deze drie domeinen kan bijdragen aan de kwaliteit

van leven in en de economische concurrentiekracht van steden.

Vanuit verschillende beleidsdossiers wordt in Nederland gewerkt aan een nationale

ICT architectuur, die de basis is voor innovaties op de drie deelgebieden. De

beleidscontext van dit Vraaggestuurd programma is:

1. de ambities van EC-DG Connekt om tegen 2020 jaarlijks 160 miljard euro

aan inkomsten (1% van het BNP van de EU) en 2,5 miljoen nieuwe banen

te genereren door ontwikkelingen op cloud gebied te stimuleren.

Standaardisatie, vergaande digitalisering van de overheid en een

Europese cloud zijn belangrijke pijlers voor dit beleid. Verschillende DG’s

Page 26: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 26 / 45

hebben een gemeenschappelijk programma Smart Cities ontwikkeld. Dit

EIP smart Cities richt zich op “a significant improvement of citizens’ quality

of life, an increased competiveness of Europe’s industry and innovative

SMEs together with a strong contribution to sustainability and EU’s energy

en climate targets”(SIP 2014).

2. EC European Expert Group on Urban Mobility. Vertegenwoordiger namens

IenM DGB: Arjen Kapteijns. Hierover is binnen TNO nog onvoldoende

bekend.

3. Nationale E-overheidsbeleid. Vanuit de missie “één service, meer gemak”

werkt de Nederlandse overheid in het verlengde van de EU agenda aan

een digitalisering van de werkprocessen binnen de overheid en de

communicatie met burgers en bedrijven. Voor Leefomgeving zijn naast de

programma’s die vallen onder E-overheid, de digitale stedenagenda en de

digitalisering van het omgevingsbeleid (GOAL: zie punt 4) belangrijk. 4. De nationale omgevingsvisie, die in 2018 zal worden vastgesteld.

Stedelijke visies in Nederland. Hierin worden onder meer de hoofdlijnen

van stedelijke ontwikkelingen vastgelegd. Deze zijn tot stand gekomen via

lokale, regionale en nationale discussies, in de samenleving, binnen de

overheid en in de politiek. TNO wil ict-innovaties ontwikkelen die dit

complexe besluitvormingsproces ondersteunen.

5. De digitalisering van de nieuwe omgevingswet als onderdeel van smart

communities en als onderdeel van de nationale kennisinfrastructuur.

6. De agenda De Stad en daarbinnen vooral de relatie met de volgende

thema’s (uiteraard in samenhang met de overige thema’s): 1. Data-

infrastructuren, 2. Stedelijke bereikbaarheid, 6. Energietransitie en 9.

Gezonde stad en leefkwaliteit.

7. Ruimte geven aan de participatie samenleving en lokale economische

initiatieven, dat een terugkerend thema is in lokale stedelijke vraagstukken.

De komende jaren wil TNO samen met bedrijven, kennisinstellingen en overheid

nieuwe stedelijke diensten en bijbehorende ict tools (smart city concepten)

ontwikkelen die direct of indirect1 bijdragen aan het versterken van de regionale

economie. Hierbij wordt gewerkt langs twee onderzoekslijnen. Een technische lijn

(smart urban systems) en een meer inhoudelijke lijn (de drie eerder genoemde

thema’s) .

1 Denk bijvoorbeeld aan: versterken van regionale productie-consumptieketens, versterken van

vestigingsmilieu of het bijdragen aan een veilige en gezonde leefomgeving

Page 27: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 27 / 45

De 3 thema’s van smart urban systems

De bijdrage aan de implementatie van smart urban systems valt uiteen in drie

thema’s: duurzame stedelijke mobiliteit, energieneutrale steden en een slimme en

gezonde leefomgeving (figuur).

In de volgende paragraaf bespreken we het thema duurzame stedelijke mobiliteit,

sustainable urban access & mobility (SUAM). De andere thema’s zijn onderdeel van

het (andere) VP Smart Cities

5.3 Duurzame stedelijke mobiliteit (SUAM)

Visie: Grote steden worstelen in toenemende mate met hun bereikbaarheid.

Tegelijkertijd streven ze naar een hoge kwaliteit van leven en economische vitaliteit.

Hoe creëren we een stad waarin de lucht schoon is, met parken en groene

gebieden, waar kinderen veilig kunnen spelen, waar we lopend naar winkels

kunnen én waar bedrijven kunnen bloeien? SUAM is een programma waarin we de

operationele monitoring gaan integreren met de tactische en strategische

besluitvorming. Het programma omvat daarmee zowel de ontwikkeling van

monitoringsinstrumenten als de ontwikkeling van modellen voor de korte en lange

termijn. Dit zal leiden tot meer integrale en effectievere besluitvorming over

mobiliteit, duurzaamheid en economische ontwikkeling van een stad en daarmee

ook de verkokering van deze besluitvorming aanpakken.

Doelstellingen van de VP roadmap:

1. Het bieden van oplossingen voor kwalitatief hoogwaardige en duurzame

mobiliteit van personen en goederen en het verbeteren van de toegankelijkheid

van de stedelijke gebieden.

2. Het bieden aan bestuurders van inzichten in de impact van maatregelen op

alles dat beweegt in de stad vanuit personen en logistiek en m.b.t.

doorstroming, veiligheid en milieu.

3. Een systeem waarmee op basis van real-time data en key performance

indicators een stad in kaart wordt gebracht met betrekking tot verkeersstromen,

Page 28: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 28 / 45

emissies, geluid en energieverbruik, zowel voor de auto, vracht, fietsen, lopen

als openbaar-vervoer.

Voor het VP zijn de volgende kennisvragen geformuleerd:

1. Hoe kan de relatie tussen gedrag en gedrag beïnvloedende

beleidsmaatregelen worden gemodelleerd en op welke wijze kan dit model

(Fountain) worden gevalideerd en gecalibreerd?

2. Wat is de informatiebehoefte voor beleid met betrekking tot het bevorderen

van fietsen en lopen in de stad, in de verschillende fasen van

besluitvorming (planvorming, planuitvoering en plan realisatie)?

3. Wat is de informatiebehoefte voor burgers die gezonde keuzes op het

gebied van wonen, werken en mobiliteit willen maken? En welke apps

passen daar het beste bij?

4. Welke ICT systeemcomponenten zijn nodig voor de inrichting van Smart

Urban Mobility toepassingen gericht op duurzame verkeersmanagement in

stedelijke gebieden ?

5. Welke ICT systeemtechnologie is nodig voor een aanzienlijke versnelling

van het maken van modelberekeningen in dit domein?

In 2016 wordt in het VP gewerkt aan de volgende kennisproducten:

1. Gekalibreerde toepassing van het gedragsmodel Fountain in cases gericht

op Beter Benutten projecten in stedelijke regio’s. En in het project: H2020

Empower.

2. Platform voor meten gedrag van mobilisten voor beoordeling

gedragsgerichte maatregelen voor veilige en duurzame bereikbaarheid van

de stad. In 2015-2016 gaat TNO in afstemming met en mede gefinancierd

door steden (bijv. Amsterdam, Utrecht) dit verder ontwikkelen richting

fietsen in stedelijk gebied.

3. Integraal dashboard voor smart urban mobility plans (inclusief infographics

en modelanalyses). Onderbrengen in nieuw H2020 project SUMA. Deze

SUMP methodiek laten aansluiten op MIRT analyses voor

personenmobiliteit en programma Meer Bereiken.

4. Stedelijk verkeersmanagement 2.0 gebaseerd op Urban Strategy met

strategische verkeersmodellen voor multimodale netwerken. Om Urban

Strategy te kunnen laten rekenen met verschillende scenario’s is

versnelling van deze modellen nodig. In 2016 zal een Proof of concept van

een vervanging van het Q-blokmodel (o.a. toegepast in LMS NRM) door

een veel snellere variant (factor 100) in parallelle software architecturen

worden opgeleverd (project ITEA-MACH).

Het TNO-initiatief wordt breder dan dit VP neergezet onder de Next Milestone Fifty

Streets of Grey. Dit wordt nader toegelicht in de bijlage 3.

De projecten binnen P514 Sustainable & Urban Mobility & Access (SUAM) staan

beschreven in bijlage 6.

Page 29: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 29 / 45

6 Bijlagen

6.1 Bijlage 1: Kennisvragen voor Mobility

In dit overzicht staan de voor Mobility meest relevante kennisvragen uit de SKIA-

DGB en andere beleidskaders van Min IenM. Dit overzicht is in 2014 opgesteld en

na de juni-2015 ronde van koppelgesprekken aangevuld.

De SKIA-DGB 2014-2016 is vastgesteld door het MT van DGB en in februari 2014

ter informatie aan TNO gegeven. De kennisvragen uit de andere beleidskaders zijn

ofwel concreet en schriftelijk door Min IenM geformuleerd (Meer Bereiken), ofwel

mondeling door de IenM dossierhouders met TNO besproken.

1. Verkeersmodellen en data

Kennisvragen vanuit SKIA-DGB

A1: Langere termijn effectiviteit van 5i-maatregelen (MIRT)

A4: Verhouding tussen betere benutting en betrouwbaarheid

A5: Impact van multimodaal netwerk op congestie en betrouwbaar

A7: Waar liggen kansen voor multimodale knooppunten en TOD?

E3: Koppeling langere termijn plan voor aanleg infra en veranderingen en

onzekerheden op korte termijn

Innovatieopgave:

AI: Introductie van nieuwe real-time informatiesystemen voor reizigers en

vervoerders

Kennisvragen vanuit Beter Benutten

Real time verkeersmodellen zijn primair zinvol voor dynamisch

verkeersmanagement. De vragen komen van steden en regio’s (zoals bijv in PPA)

en vanuit Beter Benutten.

Hoe doe je real time datamanagement vanuit verschillende databronnen voor

verkeersmanagement 2.0?

Strategische Kennisagenda RWS-WVL

Op welke manier kan onbetrouwbaarheid van reistijden worden meegenomen in

de komende NMCA knelpuntenanalyses?

Hoe kunnen robuuste meervoudige netwerken (van HWN, OWN en

multimodaal) worden ontworpen? Hoe kan netwerkmanagement hiermee

gekoppeld worden? Ook voor MIRT / Meer Bereiken

Hoe kan “big data” bijdragen aan de verbetering van verkeersmodellen (bijv.

door verrijking van de bestaande modellen) en hoe zorgen we er voor dat deze

verrijkte modellen dan nog steeds op robuuste wijze kunnen worden ingezet?

In hoeverre kunnen HB matrices geschat worden vanuit big data analyses?

Beter geïnformeerd op weg (routekaart 2013-2013)

De volgende transitiepaden zijn voor deze VP-roadmap belangrijk:

Van collectieve beïnvloeding naar een slimme mix van collectieve en individuele

dienstverlening

Een veranderende rol van wegkantsystemen

Van lokaal/regionaal naar landelijk dekkende resinformatie en

verkeersmanagement

Page 30: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 30 / 45

Van eigendom van data naar maximale openheid en beschikbaarheid van data

(publiek en privaat)

2. Impact en opschaling van ITS

Kennisvragen vanuit SKIA-DGB:

A9: impact ITS op bereikbaarheid en benutting

C4: impact van ITS op verbetering milieu en leefbaarheid

F7: Positie van NL overheid tav ontwikkelingen op ITS gebied

H4: Gedragseffecten bij transitie naar rijtaakondersteuning met ITS

Innovatieopgave:

AII: Grootschalig gebruik van nieuwe ITS voor een betere benutting

GI: Nieuwe financieringsvormen voor PPS en PPP op gebied van mobiliteit en

duurzaamheid

Kennisvragen vanuit Beter Bereiken

Wat zijn de ontwikkelingen op het gebied van ITS/voertuig-technologie?

Welke impact heeft het op bereikbaarheid en benutting van het

mobiliteitssysteem?

Strategische Kennisagenda RWS-WVL

Hoe kan je maatregelen voor benutting en ITS modelleren op netwerkniveau?

Hoe kan je in de ITS-impact-modellen (zoals ITS Modeller) omgaan met

onzekerheden?

Kennisvragen vanuit Beter Benutten

Hoe kunnen we vanuit kleine pilotimplementaties komen tot opschaling naar

nationaal en internationaal niveau? Wat voor soort vragen dienen er dan

beantwoord te worden, bijvoorbeeld rondom security, privacy, business modellen,

sociale en maatschappelijke acceptatie, rol van de overheid, business modellen,

medegebruik van nieuwe ICT infrastructuren? Hoe kunnen we de antwoorden op

die vragen leggen naast effectiviteit van de ITS toepassing. Hoe kunnen we in een

vroeg stadium nog lopende pilots evalueren en bijsturen? Wat zijn de

maatschappelijke “baten” van afgeronde BB pilots of van diensten zoals

navigeren? Welke KPI’s moet je daarvoor gebruiken?

TNO is gevraagd voor inbreng bij de landelijke ITS-ronde tafel haar kennis omtrent

evaluaties in te brengen.

Beter geïnformeerd op weg (routekaart 2013-2013)

De volgende transitiepaden zijn voor deze VP-roadmap belangrijk:

Van collectieve beïnvloeding naar een slimme mix van collectieve en individuele

dienstverlening

Van business to government (B2G) naar business to consumer (B2C) en

business to business (B2B)

Van overheidsregie naar publiek-private samenwerking en allianties.

3. Gedrag beïnvloeden en meten (en Duurzame Stedelijke Mobiliteit)

Kennisvragen vanuit SKIA DGB:

H1: Effectieve gedragsbeïnvloeding pre-trip en on-trip

H2: Welke gedragsverandering is gewenst (multimodaal)

H3: Beleving en waardering van duurzaamheidsmaatregelen

H4: Gedragseffecten bij transitie naar rijtaak-ondersteuning

Page 31: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 31 / 45

H5: Toekomstig gedrag van reizigers (multimodaal)

H6: Vaststelling van effecten op gedragsniveau van maatregelen

Innovatieopgave:

HI: Ontwikkelen en implementeren van maatregelen gericht op gedragsverandering

bij reizigers en transporteurs

Kennisagenda Meer Bereiken:

Wie is de weggebruiker/-vervoerder in de file?

Wat zijn de kwaliteitsbehoeften van de reiziger en vervoerder?

Behaviour Inside Team

Vanuit dit team (inclusief de leden van KIM en WVL) is er behoefte om het

gedragsmodel FOUNTAIN volledig te begrijpen en te beoordelen naar de

inzetbaarheid voor IenM.

Kennisbehoefte Beter Benutten:

Binnen Beter Benutten lopen er in BB1 al regionale projecten die data omtrent

gedrag verzamelen en analyseren. Binnen BB2 zal hier meer aandacht voor

komen. Met de data van evaluaties van projecten zou FOUNTAIN gekalibreerd

kunnen worden, waardoor het model wint aan toegevoegde waarde voor IenM.

Verder komen er in BB meer fietsprojecten. Het Smart Cycling platform van

TNO is ontwikkeld binnen het VP en is nu ook breder beschikbaar in de

fietsprojecten van BB.

Strategische Kennisagenda RWS-WVL:

Modellering van maatregelen Benutten en ITS op gedragsniveau (model

Fountain).

Innovatie in de strategische verkeers en vervoersmodellen op het gebied van

gedrag

4. Veiligheid en gedrag

Kennisvragen vanuit SKIA-DGB:

D2: Impact combinatie van gedrag + voertuig + infra op veiligheid

D4: Impact van ITS op veiligheid

D5: Mogelijkheden van nieuwe technologie op veiligheid

H4: effecten van transitie naar rijtaakondersteuning op veiligheid

Innovatie opgave:

DI: stimuleren van combi van gedrag + ITS + infra + voertuig die kan bijdragen tot

veiligheid

Kennisbehoefte bij IenM DGB Wegen en Verkeersveiligheid

Deze behoefte ligt in hoofdlijnen bij:

- Hoe kunnen we de veiligheid van electrisch fietsen vergroten?

- Zijn hierbij specifieke fietshelmen een oplossing? Zijn specifieke

infrastructuurmaatregelen nodig voor zeer snelle electrische fietsen?

- Hoe kunnen we ouderen veilig langer mobiel houden?

- Hoe kunnen we bij steeds meer verschillende verkeersstromen de

decentrale infrastructuur veilig houden?

- Kunnen we nieuwe kennis inzetten voor Euro-NCAP?

Page 32: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 32 / 45

- Wat zijn nieuwe criteria die een bredere risico-inschatting kunnen opleveren

voor verkeersveiligheid? Bijvoorbeeld in termen van % vermoeide

chauffeurs, gordelgebruik, minder alcohol in het verkeer etc.

5. Instrumentarium duurzame mobiliteit (en Duurzame stedelijke Mobiliteit)

Kennisvragen vanuit SKIA-DGB:

C1: Spanning tussen mobiliteitsbehoefte en duurzaamheidsdoelen

C2: Effecten en kosten voor het behalen van duurzaamheidsdoelen

C3: Kansen voor alternatieve brandstoffen (o.a. bio-)

E1: Potentie samenleving op realisatie van duurzaamheidsdoelen

E2: Mogelijkheden niet-infra maatregelen in MIRT-onderzoek

Innovatieopgave:

CI: Stimuleren van grootschalige uitrol duurzaam transport en zero-emission

EI: Opnemen acties mobiliteit & transport in Green Deals

Kennisvragen vanuit IenM-DGMI

Luchtkwaliteit blijft nog wel 10-15 jaar belangrijk. Focus vooral op roet en

minder op NO2

Groene Groei perspectief: Is er een verdienptotentiiel op luchtkwaliteit in

ontwikkelde landen?

Focus op: groene groei. business modellen, maatschappelijke kosten-baten,

revenu streams, rekenmodellen en criteria om op systeem niveau te kunnen

beoordelen, effectiviteit van stimuleringsbeleid

Beleid steeds meer van nationale overheid naar steden: Integrale benadering

van vraagstukken op het gebied van mobiliteit, ruimte en duurzaamheid.

Fietsen in steden ook beschouwen vanuit duurzaamheidsperspectief. Nu nog

vooral vanuit veiligheid.

Kennisvraag vanuit Meer Bereiken:

Hoe kunnen ruimtelijke en duurzaamheidsopgaven in samenhang met

bereikbaarheidsopgaven benaderd en afgewogen worden?

Hoe kunnen MIRT-onderzoeken en gebruikte verkeersmodellen omgaan met

onzekerheden op lange termijn?

Strategische Kennisagenda RWS-WVL

Hoe kan je de vragen vanuit de 5i’s, MIRT-onderzoeken en Meer Bereiken, met

name op het gebied van gebiedsgericht en integrale aanpak, koppelen aan de

mogelijkheden van “big data” en “smart city” projecten?

Vraagstukken rondom het nieuwe concept van “de gezonde stad”

RWS krijgt rol in fietsbeleid. Fietsen in steden ook beschouwen vanuit

duurzaamheidsperspectief

6. Bereikbaarheid en duurzaamheid bij logistiek

Kennisvragen vanuit SKIA-DGB:

B2: relatie internationale bereikbaarheid en concurrentie

B3: bereikbaarheid en langere termijn concurrentiepositie mainports

B4: internationale concurrentieverschillen en positie van NL

Innovatie opgave:

BI: stimuleren van synergie tussen internationale concurrentiekracht en

bereikbaarheid, duurzaamheid en veiligheid

Page 33: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 33 / 45

BII: aanpakken regionale mobiliteit met bedrijven en versterken bereikbaarheid en

duurzaamheid.

Beter Benutten:

De kennis van TNO op het gebied van stadslogistiek sluit aan op: Beter Benutten

en Topsector Logistiek actielijn stadslogistiek.

Idem voor: electrisch stedelijk vervoer, stadsdashboard, bouwlogistiek

Strategische kennisagenda RWS-WVL

Hoe kunnen we ontwikkelingen op gebied van modellering van internationale

handel, voorraadlogistiek en intermodaliteit / synchromodaliteit modelleren?

Voor WVL lijkt het synchro corridormodel interessant om de prioriteiten in het

Beheer en Onderhoudsplan van RWS (met name programmeren vervanging

kunstwerken einde levenscyclus) te kunnen onderzoeken.

Hoe kunnen we vanuit RWS beter aangesloten raken op de activiteiten van de

Topsector Logistiek? Bijvoorbeeld op het gebied van Synchromodaliteit en

Logistiek Informatie Platform? Hoe kunnen we dat inzetten bij besturing van

goederencorridors?

6.2 Bijlage 2: Next Milestone Smart Data Factory for Logistics

Pitch (slides en tekst) in het Nederlands:

Nederland heeft een internationale koppositie in de logistiek. Dat willen we graag

behouden en versterken. Hiervoor is groei nodig. Voor NL betekent dit betere aan-

en afvoer van goederen, meer duurzaamheid door een hogere beladingsgraad en

benutting van mobiliteiten als spoor en binnenvaart. Verder zijn nieuwe

economische activiteiten nodig op het gebied van de internationale ketenregie.

De focus ligt op de verhoging van de efficiency en toegevoegde waarde van

vervoerslogistieke systemen via Informatietechnologie (IT). Hiertoe hebben we

leidende rollen op meerdere onderwerpen zoals synchromodaliteit, kernnetwerk

met spoor en binnenvaart, smart trade, stedelijke en bouwlogistiek. De NM Smart

Page 34: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 34 / 45

Data Factory is een samenwerking met een groot aantal bedrijven die waardevolle

use cases ontwikkelen. Die logistieke data inwint, verrijkt en nieuwe technologie

ontwikkelt in de vorm van informatiesystemen, simulaties, slimme besturing en

serious gaming. De vorm waarin we werken is op gecontroleerde manier in de

echte logistieke praktijk: Living Labs.

TNO kan de rol van innovation catalyst in de logistieke sector claimen dankzij (1) de unieke combinatie van diepgaande kennis van logistiek i.c.m. IT architectuur, serious gaming en business model innovation, (2) het vermogen om complexe publiek private samenwerkingsprojecten systematisch op te zetten en te begeleiden tot en met de implementatie van nieuwe concepten en (3) de onafhankelijk en sterke naam. Dit uit zich o.a. in een internationaal leidende kennispositie in de logistiek (KPA = 8 van expertise STL) en een sterke track record in EU-programma’s TNO werkt niet in een “eigen PPS” maar in de open PPS: TKI Logistiek . Kennispartners in deze PPS zijn: NWO (de Nederlandse universiteiten) en de Dinalog (TTI die nu in transitie is naar besturing van TKI Logistiek). Leo Kusters zit namens TNO in het bestuur van TKI Logistiek. Bedrijven met logistieke activiteiten en logistieke dienstverleners, waaronder inmiddels ruim 50 MKB en een aantal grote partners (genoemd onder het kopje Business Case) participeren in de projecten van TNO en TKI Logistiek met cash bijdragen en private bijdragen. Kennispartners in de vorm van universiteiten en hogescholen willen met TNO samenwerken, omdat TNO met de Smart Data Factory ook voor hen een plaats bieden om hun innovaties te valoriseren.

Page 35: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 35 / 45

Klanten voor onze propositie van Smart Data Factory zijn: Infrabeheerders (ProRail, RWS), Havenbedrijven (Rt, Asd), Enkele steden, Regionale logistieke clusters van bedrijven (Amsterdam Logistics Board, Deltalinqs), Connekt, Bouwallianties, Internationaal opererende verladers. Dit gaat zich ook uiten in toenemende internationale opdrachten van Europese Commissie (tenders), Europese havensteden en van opkomende economieën (Brazilië, China, Indonesië). TNO werkt op 3 niveaus aan nieuwe concepten in de transport & logistiek: Hubs, corridors en netwerken. De NM Smart Data Factory is de belangrijkste aanjager achter deze groei. Deze Next Milestone is gereed voor eind 2016 en bevat dan:

• een ecosysteem waar partijen samenwerkingen opzetten rond data in de logistiek. Hierin zullen ook IT-bedrijven gaan deelnemen.

• een open trusted platform waar data, bouwblokken en tooling aanwezig zijn van alle partijen uit het ecosysteem

• een aanpak om high-value cases via living labs snel en systematisch concreet op te zetten en te toetsen in de praktijk. Minimaal drie concrete uitgewerkte cases.

Het product van deze NM is geen hardware en misschien wat unieke software componenten. De waardevolle IPR zit in de methodieken voor proces innovatie en de bijbehorende ervaring. Mogelijk levert dat een nieuwe spin off op of een verrijking van de bestaande spin off’s Prime Data of TASS. Inkomsten zullen met name lopen via grote concrete projecten. De Next Milestone Living Labs is een concrete en gestructureerde aanpak om de proces innovaties uit de Smart Data Factory verder in een real life pilot te ontwikkelen en implementeren. Gereed eind 2017.

Page 36: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 36 / 45

TNO is in Nederland de enige partij die grote innovatieve samenwerkingsprojecten kan leiden en realiseren. TNO maakt die rol en ambitie waar met betrekking tot de Betuwelijn, waar binnenkort door bouwactiviteiten in Duitsland in de komende 6 jaar de spoorcapaciteit regelmatig zal uitvallen, en waar TNO meewerkt aan het realiseren van synchromodale planning waarmee ook de transportcapaciteit over andere modaliteiten benut kan worden.

6.3 Bijlage 3: Next Milestone Fifty Streets of Grey

Next Milestone Fifty Streets of Grey

Elke 6 maanden wordt er een lijst gepubliceerd van de 50 meest vervuilde Nederlandse straten. Rotterdam & Den Haag bezetten daarbij ongeveer de gehele top-10, met de ‘s Gravendijkwal als meest vervuilde. Steden

Page 37: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 37 / 45

kondigen nu milieuzones af om delen van de stad af te sluiten voor specifiek verkeer (vaak vrachtauto’s). Soms helpt dat het milieu vaak ook niet. In ieder geval is het wel ingrijpend voor de mensen en bedrijven die de stad in willen (logistiek). Middel misschien wel erger dan de kwaal. Doelstelling: Gebaseerd op TNO’s City Sustainable Urban Accessibility platform (Stads Dashboard) willen we samen met onze partners (i.e gemeente Rotterdam, enkele bedrijven en anderen) de ‘s Gravendijkwal zonder draconische verkeersmaatregelen succesvol uit deze top-50 drijven. Hoe? Door meer te kijken dan naar het verkeer:

• wat is de samenstelling? Busjes, Vrachtauto’s, auto’s (elk veroorzaakt nl. een andere emissie!!!)

• Wie zitten er in die auto’s (doelgroep, belangrijk voor het kiezen van je interventies, hoe gevoelig zijn ze voor incentives)

• Waar komen ze vandaan, waar gaan ze naar toe?

• Etc

Door beter te kijken naar de actuele en zich ontwikkelende concentraties en die te relateren aan het actuele verkeer, het weer (windrichting, neerslag) en de achtergrond concentraties

Door op basis van inzicht in de verkeer en milieu stand van zaken tijdig de best passende maatregelen te adviseren die en de doorstroming en bereikbaarheid dienen en tegelijkertijd de blootstelling aan schadelijke emissies binnen de normen houdt

Page 38: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 38 / 45

6.4 Bijlage 4: Projecten Logistics

Doorlopende projecten:

1. Trade Compliance & Border Management

Projectnaam / duur Doel (beknopt) Funding & Partners

CORE

2014-2018

Optimaliseren van zowel

veiligheid als efficiency van

supply chains. Bouwt voort

op ontwikkelde concepten in

bijv Comcis en Cassandra.

Grootschalige demonstrators

o.a. in Rotterdam en op

Schiphol

FP7 cofunding

Met 70 partners, waaronder

uit NL: Flora Holland,

Seacon Venlo, Logistiek

Zonder Papier, Min. van Fin,

KLPD, Ned Voedsel en

Warenautoriteit, Douane en

TUe.

eCompliance

2013-2016

Een vereenvoudigd

Europees maritiem

regulatory compliance (wet

en regelgeving)

samenwerkingsmodel

FP7 cofunding

Partners: circa 10

internationale partners

2. Synchromodaliteit

Projectnaam / duur Doel (beknopt) Funding & Partners

TKI SYNCHRO-GAMING

2015-2018

Door gebruik van serious gaming en inzet van nieuwe planningsalgoritmes en simulaties betere en gedragen oplossingen vinden bij innovaties rondom synchromodaal vervoer en spoorgoederenvervoer.

Accelerator call TKI Logistiek

TU Delft, ProRail, HB

Rotterdam, SmartPort, HB

Amsterdam, Rijkswaterstaat,

Min IenM, InThere, The Barn

H2020: SMART-RAIL

2015-2018

Verbeteren van de vracht

spoor diensten aan verladers

met focus op: betrouwbaar,

lead tijd, kosten, flexibiliteit

en zichtbaarheid. Onderdeel

is de Living Lab Betuwelijn

Derde spoor. Dit gaat over

Synchromodale oplossingen

voor capaciteitsproblemen

verbonden aan de

spoorwerkzaamheden in D

Horizon 2020

Partners: 22, waaronder NL:

ProRail, Havenbedrijf

Rotterdam, Seacon, Panteia,

Uniresearch

TUD Leerstoel Lori Tavasszy

(mede onder Duurzame en

Bereikbare Logistiek)

Het doen van onderzoek op

het gebied van innovaties in

logistiek en goederen

vervoer, met nadruk op de

systeemkoppelingen tussen

Geen cofunding

Samenwerking met

meerdere universiteiten

(TUD, EUR, TUE, RUG) ,

Page 39: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 39 / 45

microniveau (bedrijf),

mesoniveau (keten) en

macroniveau

(maatschappij)2i

RWS, HbR, Aio’s worden

volledig gefinancierd uit

andere bronnen (met name

van NWO)

3. 4C & City Logistics

Projectnaam / duur Doel (beknopt) Funding & Partners

4C in de Bouwlogistiek

2014-2017

Cross Chain Collaboration

op gebied van planning,

bundeling, coördinatie en

afstemming rondom grote

bouwprojecten. Meten van

performance indicatoren bij

een tweetal grote bouwpilots.

Voorbereiding 4C tooling.

TKI-toeslag van TKI

Logistiek + private cofunding

Partners: Hogeschool

Rotterdam, TU Delft,

Hogeschool Utrecht,

Bouwend NL, TLN, Connekt,

RWS, TBI, Volker Wessels

FREVUE

2013-2017

Business modellen en

logistieke concepten voor

stedelijke distributie met

gebruik van electrisch

vervoer. Pilots in Amsterdam

en Rotterdam met TNT en

Heineken

FP7 cofunding

Partners: Amsterdam,

Rotterdam, TNT, UPS,

Heineken en meer dan 10

buitenlandse partners

CITYLAB

2015-2018

Emission free city logistics in

urban areas. Assessment

and implementation (with big

data tooling) of measures by

City authorities & logistics

companies. Methodology of

living labs. Seven living labs

a.o. in Rotterdam

Horizon 2020 en Volvo

Center of Excellence

Partners: 23, waaronder

PostNL, Stad Rotterdam

2-Truck Platoon matching for

collaborative planning

2015-2017

Matching en planning van 2-

truck platoons. Proof of

Concept van Collaborative

planning. Business case

modellering. Business model

en governance structuur

Call Vitale Logistiek 2015

van TKI Logistiek

ORTEC, Havenbedrijf

Rotterdam, TLN, Smarport,

JGT Transport, BGD, DNL,

2 In het onderzoek worden nieuwe rekenmodellen ontwikkeld en worden met deze modellen evaluaties

gedaan van innovaties op het terrein van infrastructuurnetwerken, synchromodaliteit, samenwerking

tussen bedrijven, duurzame logistiek en stedelijke logistiek. De leerstoel verzorgt hiernaast ook

onderwijs (plm 20 afstudeerders per jaar, vakken voor plm. 200 eerstejaars en 60 hogerejaars). Recente

promovendi (<3 jaar) betreffen de onderwerpen: multi-actor perspectief op stedelijke logistiek, effect

circulaire economie op de logistiek, strategisch keuzemodel voor verschuiving distributiecentra,

optimalisatiemodel voor synchromodaal kernnetwerk, agent based model voor stedelijke distributie,

netwerkmodel voor wereldwijde maritieme corridors, effect van externe factoren op duurzame logistiek in

olie- en gassector. De leerstoel heeft in 2015 3 nieuwe projecten verworven in calls van de Topsector

Logistiek: PhD NWO Vitale Logistiek: ISOLA (Integraal Synchromodaal Netwerkontwerp), PhD NWO

Duurzame Logistiek: Effect Fysieke Internet op de mainport; Post-doc NWO Duurzame Logistiek:

Synchro-Gaming

Page 40: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 40 / 45

voor een platooning service

provider.

VDS, RSM / EUR, De Rijke

trucking

4. Logistieke bereikbaarheid en duurzaamheid

Projectnaam / duur Doel (beknopt) Funding & Partners

High Tool. Strategic High

Level Transport

2013-2015

High Level strategic

transport model op EU-

schaal. Inclusief Economic

modelling (Complex). Doel is

snelle berekeningen voor het

beantwoorden van

beleidsvragen.

FP7 cofunding

TUD Leerstoel Lori Tavasszy

(mede onder

Synchromodality)

Leerstoel op de TUD met als doel nieuwe strategische informatiemodellen voor de beleidsagenda op het gebied van goederenvervoer en logistiek

Geen cofunding

Samenwerking met HbR,

faculteit TBM op TUD. Aio’s

worden volledig gefinancierd

uit andere bronnen (met

name van NWO)

5. Smart ICT / NLIP

Projectnaam / duur Doel (beknopt) Funding & Partners

Slim datagebruik voor

logistieke innovaties

2014-2016

Vraagarticulatie en oplossingen voor 4 use cases op het gebied van slim datagebruik. Ontwikkeling van een proof of concept van een open informatie-infrastructuur voor real-time data voor de use cases, zodanig dat na succesvolle afronding de gevonden oplossingen en applicaties in grootschalige living labs beproefd kunnen gaan worden.

TKI Toeslag van TKI

Logistiek

Partners en cofunding:

Havenbedrijf Rotterdam,

Havenbedrijf Amsterdam,

Cargonaut, Greenport

Innovation Center Venlo,

ECT.

Ingediende Horizon 2020 projectvoorstellen en nieuwe TKI project voorstellen:

1. Douane of Trade Compliance & Border Management

Projectnaam / duur Doel (beknopt) Funding & Partners

TKI Smart Trade & Logistics

2015-2016

Toepassing van het Uniform

Economic Transaction

Protocol (UETP) in de

logistiek. Onderzoek naar

use cases en daaruit

Accelerator call TKI Logistiek

FOCAFET, MIC, CogNIAM,

HP, Uniq-ID, Oracle, ABN

AMRO, Philip Sydney, Air

Page 41: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 41 / 45

volgende requirements voor

het UETP

Cargo NL, Amsterdam

Economic Board

2. Cross Chain Control Centers (4C)

Projectnaam / duur Doel (beknopt) Funding & Partners

Eranet: City Logistics

voorstel met PostNL

2016-2017

Nieuwe innovatieve

concepten voor city logistics

uitwerken, beproeven en

evalueren.

EraNet

Met PostNL en enkele

buitenlandse partners

TKI Horizontale

Samenwerking

2015-2016

Gestructureerd verkennen

en ontwikkelen van de

mogelijkheden voor

samenwerking onder grotere

groepen bedrijven.

Ontwikkeling van speciale

(plug&play) tools

TKI toeslag

Met Connekt, Synple en CGI

en met verladers en

vervoerders - waaronder

Unilever, SCA, Jumbo

Supermarkten, Refresco en

Wim Bosman / Mainfreight

3. Smart ICT / NLIP

Projectnaam / duur Doel (beknopt) Funding & Partners

H2020 PANEL

2016-2019

Design, validate, promote and boost a logistics ICT and C-ITS infrastructure capable to build trust and to prove the value of sharing data for all the involved stakeholders. TNO coordinates and works on 2 concrete business cases.

H2020 call MG 6.3-2015

NL partners: CGI, ArgusI BV

TKI Smart Data Factory

2016-2020

1) een ecosysteem waar

partijen samenwerkingen

opzetten rond data in de

logistiek.

2) een open trusted platform

waar data, bouwblokken en

tooling aanwezig zijn van alle

partijen uit het ecosysteem

3) een aanpak om high-value

cases via living labs snel en

systematisch concreet op te

zetten en te toetsen in de

praktijk.

TKI toeslag van TKI

Logistiek

Hieraan zullen logistieke en

IT-bedrijven gaan

deelnemen.

Page 42: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 42 / 45

6.5 Bijlage 5: Projecten Mobility

Doorlopende projecten: 1. Verkeersmodellen en data

Projectnaam / duur Doel (beknopt) Funding & Partners

TrafficQuest

2014-2018

Expertise centrum voor

verkeersmanagement. State-

of-the-art overzichten,

projectadviezen, actuele

onderzoeken,

onderzoeksagenda

RWS-WVL

Partners: RWS-WVL, TUD-

CTIT

KIP Verkeersmodellen en

data

Nieuwe verkeersmodellen

voor robuustheidsanalyses

en voor data en modellering

die ingezet worden bij

cooperative en connected

mobiliteitsdiensten

Geen cofunding

2. Impact en opschaling van ITS

Projectnaam / duur Doel (beknopt) CoFunding & Partners

MobiNet

2013-2016

Ontwikkeling van een ICT-

architectuur en platform voor

coöperatieve applicaties.

Standaardisatie van de

communicatielaag en

testfaciliteit (Helmond).

EC: FP7

Partners: 29 waaronder uit

NL: NXP, ACS, IBM, CGI,

Peek Traffic

3. Veiligheid en gedrag

Projectnaam / duur Doel (beknopt) CoFunding & Partners

UDRIVE

2012-2016

Inzicht in menselijk gedrag in

het verkeer door

grootschalige experimenten

en dataverzameling onder

natuurlijke omstandigheden.

Voor vergroten

verkeersveiligheid en

verminderen emissies.

EC: FP7

Partners: SWOV (NL), Volvo

Trucks plus 8 andere EU-

partners

INDEV

2015-2018

To develop a user-oriented

tool for in-depth analysis of

accident causation for

Vulnerable Road Users

(VRU). TNO will update and

automate the DOCTOR

method (Dutch Objective

Conflict Technique for

Operation and Research).

Horizon 2020 Call MG.3.4-

2014

8 internationale partners,

geen uit NL

Hoogleraarschap Marieke

Martens

Leerstoel op het gebied van

“ICT en Human Factors”.

50% door U Twente en 50%

uit SMO

Page 43: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 43 / 45

2014-2018 Accent op veiligheid,

coöperatieve mobiliteit en

automatisch rijden.

4. Duurzame mobiliteit

Projectnaam / duur Doel (beknopt) Funding & Partners

EcoDriver

2011-2015

(tevens roadmap Impact en

opschaling van ITS)

Effectieve online feedback

geven naar bestuurders voor

ecodriving door het

optimaliseren van de

bestuurder-powertrain-

omgeving loop. Evaluatie

veldproef.

EC: FP7

Partners: 11 bedrijven en

kennisinstellingen,

waaronder uit NL: DAF,

TomTom, Navteq

Instrumentarium DM Instrumentarium (methodes

en tools) voor

beleidsondersteuning op het

gebied van duurzame

mobiliteit; met name op

raakvlak van technologie en

sociaal-economisch.

Geen cofunding

6.6 Bijlage 6: Projecten Sustainable Urban Access & Mobility

Doorlopende projecten:

Projectnaam / duur Doel (beknopt) CoFunding & Partners

CIVITAS WIKI

2012-2016

Evaluatie van CIVITAS

maatregelen op de langere

termijn. Doel: Sustainable

Urban Mobility

CSA project, cofunded door

KP7 (EC) DG MOVE

Partners: Uniresearch (NL),

Inova, Intrasoft, TRT

H2020: EMPOWER

2015-2018

Substantially reduce the use

of conventionally fueled

vehicles (CFV) in cities by

influencing the mobility

behaviour of drivers and

users towards fundamental

change. Tools for cost-

effective policy interventions.

TNO: Ontwikkeling van het

FOUNTAIN Gedragsmodel

in een internationale

omgeving.

Funding door Horizon 2020

Call MG 5.1-2014

NL partners zijn: Universiteit

Twente, Gemeente

Enschede, MobiDot

ITEA2: MACH

2014-2016

Technologisch project

gericht op het versnellen van

rekenmodellen door gebruik

van parallele architecture,

zoals gebruikt in Grafische

processoren. Hierdoor is

aanzienlijke versnelling

Funding door ITEA2

programma van de EU

Page 44: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 44 / 45

mogelijk. Binnen dit VP

wordt de use case van

verkeersmodellen

onderzocht.

Nieuwe projecten en ingediende Horizon 2020 projectvoorstellen:

1. Sustainable Urban Access & Mobility

Projectnaam / duur Doel (beknopt) Funding & Partners

KIP SUAM Nog te bepalen Geen cofunding

H2020: SUMA Ontwikkeling van een

strategisch gebieds

ontwikkeltool (Smart Urban

Mobility Plan)

Funding door H2020

Page 45: Thema Logistiek en Mobiliteit - Bijstelling 2016 (TNO ... · 12% bij mobiliteit is opgevangen door meer focus aan te brengen. De bezuiniging van 45% bij logistiek wordt opgevangen

TNO 2015 R11184 l Meerjarenprogramma 2015-2018 Thema Logistiek en Mobiliteit Bijstelling 2016 45 / 45

7 Ondertekening

Delft, 29 september 2015 TNO

Leo Kusters Jan Burgmeijer Managing Director Urbanisation Programmamanager

i