Terra mama

7
Pauline van Wijk Veel plezier van 0 tot 4 MAMA MANUAL Ook voor papa!

description

mama manual

Transcript of Terra mama

Pauline van Wijk

Veel plezier van 0 tot 4

MAMA MANUAL Ook voor p

apa!

De Basics

Ontwikkeling

Elk kind ontwikkelt zich in zijn eigen tempo. Er zijn kinderen die met acht maanden al lopen en er zijn erbij die dat pas doen als ze drie zijn. En ja, ook al weet je donders goed dat je er niets aan kunt doen, het is gewoon gaaf als je kind al met een jaar mee kan zingen met Robbie Williams en je baalt als jouw kind langzamer is dan die kleine irritante Tatjana van de buren. Maar maak je niet te snel zorgen. Vaak zie je dat een kind zijn energie maar voor één ‘ontwik-kelingstaak’ tegelijk kan gebruiken. Leert hij snel praten? Dan is hij waarschijnlijk klunzig op het motorische vlak. Maakt hij veel mee dat hij verwer-ken moet (denk aan een verhuizing) dan is de kans groot dat zijn energie daar naartoe gaat en dat hij even niet bezig is met leren springen en zingen. Maak je je toch zorgen en helpen de tips in dit boek niet? Ga dan even naar de huisarts of het consulta-tiebureau.

Spelen/spelletjes

Spelen is heel belangrijk voor kinderen. Door te spelen leren ze motorisch heel veel, het stimuleert de creativiteit en ze kunnen hun energie erin kwijt. Buitenspelen, klimmen en kruipen bijvoorbeeld zijn goed voor de grove motoriek. Tekenen en knutselen helpen bij het ontwikkelen van de fijne motoriek. De motoriek, zowel grof als fijn, is belangrijk als basis voor de rest van de ontwikkeling. Daarnaast is spelen natuurlijk gewoon het leukste wat er is. Als we zelf een paar kilo lichter waren en de buren niet zo gek zouden kijken, zouden we ook maar wat

graag een boom in klimmen of fanatiek aan het knikkeren gaan.

Je leert met vallen en opstaan. Beetje ouderwets gezegde misschien, maar het werkt wel zo. Probeer niet als een soort waakhond blaffend achter je kind aan te lopen als het aan het spelen is: ‘Pas op! Woef’, ‘Kijk uit! Waf’. Geef je kind de ruimte om af en toe te vallen en om zelf weer op te staan. Laat hem, als hij dat leuk vindt, ook lekker door de modder rollen. Was het varkentje na afloop of zorg voor een goed regenpak.

Een kind heeft niet veel speelgoed nodig. Oude troep, denk aan potjes, kurken en dozen, doet het vaak erg goed. Buiten volstaat een speeltuin of een plek met aarde of zand en wat takken of boomstam-men. Speelgoed hebben is natuurlijk niet verkeerd, maar bedenk goed wat je ermee wilt bereiken. Speelgoed dat de fantasie stimuleert (denk aan duplo of blokken) is altijd leuk. Er worden bijvoorbeeld prachtige paleizen mee gemaakt. Sagrada Familia en Taj Mahal: eat your heart out! Een hipperdehip barbiepop in een auto laat juist weer minder over aan de fantasie. Hetzelfde geldt voor dvd’s en televisie. Een of twee vaste momenten op de dag waarop even televisie kan worden gekeken is geen gek idee. Heeft je kind geen interesse meer? Laat de tv dan niet op de achtergrond aanstaan, maar zet hem uit. Zo blijft het speciaal en word je zelf niet knettergek van het zich eeuwig herhalende gebrab-bel van Laa Laa of Dinky Winky.

9

Rust–Reinheid–Regelmaat

Een tijdlang was men de weg een beetje kwijt in opvoedland. Er waren en zijn veel verschillende theorieën in omloop met betrekking tot opvoeding. Volgens de ene stroming moet je je kind alles zelf laten ontdekken, ‘het kind is koning’ (en de ouders slaaf, maar dat staat er wijselijk niet bij), anderen zeggen juist dat een kind baat heeft bij structuur en duidelijkheid, het ‘Kapitein von Trapp’-principe. Het laatste is wat overdreven maar een bepaalde mate van structuur en regelmaat is wel nodig. Een kind blijkt namelijk, ook binnen een gegeven structuur, koning te zijn. Een beroemde oude theorie, die een tijdje in vergetelheid is geraakt maar nu weer volop terug is, is die van Rust–Reinheid–Regelmaat. Je oma gebruikte ze waarschijnlijk al maar ook nu werken de zogenaamde ‘drie R-en’ uitstekend.

10

Een kind heeft op een dag erg veel te verwerken: nieuwe woorden en nieuwe vaardigheden bijvoor-beeld. Om de hersenen de kans te geven dit gedurende de dag al een plaats te geven is het van belang om rustmomenten in te bouwen. Televisie uit, even geen muziek, niet rennen maar even rustig een boekje lezen of een wandelingetje maken.

Rust betekent verder je kind niet van hot naar her slepen. Slapen: zo veel mogelijk in het eigen bedje, en eten: aan tafel in de eigen kinderstoel. Er zullen uitzonderingen genoeg zijn maar probeer dit, als het even kan, als leidraad te houden. Je zult zien dat je kind een stuk rustiger zal zijn.

Kinderen worden al van jongs af aan blootgesteld aan veel prikkels, meer dan vroeger. Er zijn wipstoelen met muziek, geluid en bewegingen, bedjes die hobbelen en muziekdoosjes waar je haren van overeind gaan staan, zo snel en schel. Lsd is niet meer nodig, maar loop een willekeurige kinderwinkel in en je gaat vanzelf hallucineren. Sommige dvd’s en televisieprogramma’s zijn ook erg druk. Probeer een teveel aan prikkels te vermijden. Vooral als je kind voor je gevoel hyperactief is, is dit aan te raden.

Laat je kind één ding tegelijkertijd doen: of spelen met de duplo, of televisie kijken. Klaar met de duplo? Opruimen voordat je met iets nieuws begint. Dit geeft rust en niet alleen voor je kind.Berg het speelgoed op in dozen en zet sommige dozen weg om een overdaad aan keus te voorkomen.

Reinheid mag je overslaan. Vroeger was dit echt nog een issue maar tegenwoordig weet iedereen dat je je kind af en toe moet wassen en dat eventuele tandjes gepoetst moeten worden. Sterker nog, veel huishou-dens zijn té hygiënisch. Kinderen die nooit met viezigheid (modder, zand en huisdieren bijvoorbeeld) in aanraking komen, blijken meer kans te hebben op allergieën.

Rust

Reinheid

Regelmaat is heel belangrijk. Kinderen zijn vrolijker en zeuren aanzienlijk minder als een dag voorspelbaar verloopt. Ze weten globaal wat er komen gaat en hoeven dus niet bang te zijn vergeten te worden. Logisch eigenlijk. Als je weet dat je altijd op tijd te eten krijgt, dan hoef je er ook niet om te zeuren. Kinderen die, voor hun gevoel, plotseling horen dat ze naar bed moeten, zullen hier bijvoorbeeld meer moeite mee hebben dan kinderen die het naar bed gaan al een tijdje aan zien komen.

Sommige kinderen zijn erg fl exibel van aard. Zij hebben minder behoefte aan regelmaat. De een heeft dat wat meer, de ander minder. Hoe voorspelbaarder een dag verloopt, hoe veiliger een kind zich voelt. De structuur die ze gewend zijn, laat zien dat niet alles veranderd is. Dat kan zelfs helpen bij het omgaan met ingrijpende gebeurtenissen zoals de geboorte van een broertje of zusje, het overlijden van een familielid of een verhuizing. Als je het gevoel hebt dat je kind niet helemaal lekker in zijn vel zit, of als het veel zeurt en huilt, probeer dan eens om wat meer regelmaat aan te brengen.

Hang eventueel een rooster op waarop in plaatjes (of foto’s) te zien is wat er op welke dag gebeurt en hoe een dag er globaal uitziet. Je kunt een aantal keren per dag even stilstaan bij het bord en laten zien waar je in de dag staat. ‘We hebben net ontbeten, kijk maar op het bord, dus dan gaan we nu naar de crèche. Als we daarvan terugkomen, gaan we lunchen.’

Als je kind naar een kinderdagverblijf gaat, is het handig om de routine thuis aan te passen aan het ritme van het kinderdagverblijf. Zo blijft een dag, ongeacht waar je kind is, voorspelbaar en vertrouwd.

Regelmaat

Rust–Reinheid–Regelmaat

en zeuren aanzienlijk minder als een dag voorspelbaar

Sommige kinderen zijn erg fl exibel van aard. Zij hebben

die ze gewend zijn, laat zien dat niet alles veranderd is.

zusje, het overlijden van een familielid of een verhuizing.

je in de dag staat. ‘We hebben net ontbeten, kijk maar

11

Communiceren

PratenHet klinkt zo logisch en toch is het dat niet altijd. Als een kind zelf nog niet praat, kun je het idee hebben dat je tegen een muur praat. Hij begrijpt het immers toch niet. Kinderen begrijpen echter veel meer dan wij denken. Daarbij zullen ze veel aan taal blootge-steld moeten worden om het zelf te kunnen leren.

BenoemenMaar er is meer. Door te praten met je kind laat je merken dat je met hem bezig bent. Je geeft op een actieve manier aandacht en aandacht is datgene wat kinderen het allerhardst nodig hebben. Veel negatief gedrag van kinderen (zeuren en klieren bijvoorbeeld) komt voort uit een behoefte aan aandacht. Door veel met je kind te praten geef je het aandacht en voor kom je dat hij (op een negatieve manier) om aandacht gaat vragen: ‘Papahaaaa, ik poep op het kleed’ of iets van die strekking. Misschien vraag je je af wat je in godsnaam moet zeggen tegen een kind van acht maanden. Vertel gewoon hardop wat je kind doet ‘jij gooit de antieke Chinese vaas om’ en wat jij zelf doet ‘ik ruim de scherven op’. Dit heet ‘benoemen’.

ComplimentjesGeef daarnaast veel complimentjes. Probeer dat wat (nog) niet goed gaat te negeren en benadruk dat wat wel goed gaat. Je ziet een kind vaak groeien van trots als je zegt dat het iets goed doet. Positieve aandacht geef je nooit te veel.

EerlijkheidProbeer eerlijk te zijn als je communiceert met je kind. Zeggen dat je iets gaat doen en het vervolgens niet doen, werkt erg verwarrend. Mocht je kind je eens zien huilen leg dan uit, op zijn eigen niveau uiteraard, waarom je huilt. Hij zal zo minder snel denken dat het aan hem ligt en het zal hem een stuk minder beangstigen dan als je druk in de weer gaat met zakdoeken en je met roodomrande ogen beweert dat het helemaal geweldig met je gaat.

Geen negatieve aandachtNegatieve aandacht geef je soms ongemerkt. Je kind pakt bijvoorbeeld boeken uit de boekenkast en dat is niet de bedoeling. Grote kans dat je boos wordt, je kind bij de hand pakt en uitgebreid begint uit te leggen dat het niet mag en waarom het niet mag. Dit maakt het voor een kind alleen extra interessant. Je bereikt dus het tegenovergestelde want het zal vast nog een boek uit de kast pakken om te kijken of mama of papa dan weer komt ‘kletsen’. Het werkt beter als je je kind oppakt, kort zegt ‘nee dat mag niet’ en het dan meteen afl eidt door een ander speeltje aan te bieden.

Veel lichaamscontactProbeer verder te communiceren door veel lichaams-contact (knuffelen, aaien) en oogcontact. Meestal gaat dit vanzelf.

12

Eten & drinken

Kinderen zijn net spiegels. Vind jij eten lekker en kun je er echt van genieten? Grote kans dat je kind eten ook leuk vindt. Als je zelf met lange tanden eet, heb je de pech dat je kind het waarschijnlijk ook maar matig interessant vindt. Veel ouders klagen erover dat hun kind geen groente eet, maar heb je vegetari-sche ouders daar ooit wel eens over gehoord? Hoog tijd dus voor een cursus toneelspelen. Zet je clownsneus op en let op de volgende spelregels:• eten is lekker en leuk;• de drie vaste maaltijden (ontbijt, lunch en avond-

eten) vinden plaats op een vaste plek (aan tafel) en op een min of meer vast tijdstip (niet te laat, dan eten de meeste kinderen niet meer goed);

• geef maximaal twee gezonde tussendoortjes op een dag;

• je kind eet niet zieligjes alleen, maar er zit mini-maal één volwassene (liefst het hele gezin) bij voor de gezelligheid;

• leg geen nadruk op groente (‘Je moet je groente opeten.’);

• geef geen toetjes, toetjes zijn per defi nitie lekkerder dan de hoofdmaaltijd dus dat maakt de hoofdmaaltijd minder aantrekkelijk;

• juich als een bordje leeg is of een boterhammetje op, negeer niet-lege bordjes;

• maak je niet te snel zorgen dat je kind niet genoeg eet, de een heeft veel minder nodig dan de ander en een kind zal zichzelf nooit uithongeren.

Als je bang bent dat je kind echt te weinig binnen-krijgt, ga dan de volgende punten na:• Maakt je kind een levendige indruk, heeft het

genoeg energie?• Komt je kind gewoon aan in lengte en/of gewicht?Zo ja, dan hoef je je geen zorgen te maken.

Rosalie (39), moeder van Sophie Carmen (2,5):“Toen Sophie Carmen anderhalf jaar was at ze, naar mijn gevoel, niet veel meer dan een boterham op een dag. Hier en daar snackte ze er nog wel wat bij, maar veel was het niet. Het consultatiebureau bij ons in de buurt had een groepsbijeenkomst gepland waar ik toen met haar naartoe ging. Een vriendinnetje van Sophie Carmen, Emily, was er ook. Emily en Sophie schelen maar een dag. Emily eet alles wat los en vast zit, is echt zo’n vreetmonster. Ik natuur-lijk helemaal jaloers. Tot mijn stomme ver-bazing bleken ze bij het wegen en meten vrijwel compleet gelijk te lopen! Sophie Carmen eet bijna niets maar poept om de dag. Emily eet enorm veel maar heeft wel drie volle poepbroeken op een dag. Jaloers ben ik niet meer!”

13