Stedelijke ontwikkeling in Nederland in de komende 20 jaar · Stedelijke ontwikkeling in Nederland...
Transcript of Stedelijke ontwikkeling in Nederland in de komende 20 jaar · Stedelijke ontwikkeling in Nederland...
Artikel verschenen in Vastgoedmarkt editie december 2017
Stedelijke ontwikkeling in Nederland in de komende 20 jaar Op weg naar een aantrekkelijke Groenblauwe Metropool
Dr. Pieter van der Heijde
Nederland heeft sterke internationale aantrekkingskracht. Welk effect heeft deze aantrekkelijke
uitgangspositie op de stedelijke ontwikkeling van ons land in de komende twintig jaar? Wordt de
Randstad het grootste dorp van Europa of gaan we richting een aantrekkelijke Groenblauwe
Metropool? Volgens Pieter van der Heijde, oprichter en algemeen directeur van Bureau Stedelijke
Planning is actief ingrijpen cruciaal. Het multifunctionele karakter van onze (nieuwe) centra moet
versterkt worden en er is behoefte aan de ontwikkeling van nieuwe (inter)nationale topmilieus.
Mondiaal doet zich een aantal ontwikkelingen voor die van grote invloed zijn op de stedelijke
ontwikkeling in Nederland. Allereerst is sprake van een sterke urbanisatie. Inmiddels woont meer
dan de helft van de wereldbevolking in steden. Dit gaat samen met een sterke migratie van arme en
onveilige landen naar welvarende en veilige oorden. Ook is sprake van snelle technologische
veranderingen, met name in de vorm van digitalisering en robotisering. De wereldeconomie groeit
gestaag en de internationalisering zet door. Inmiddels is in toenemende mate sprake van een ‘global
village’. Tot slot is er steeds meer aandacht voor duurzame en ecologische ontwikkelingen.
Nederland heeft sterke internationale aantrekkingskracht
In het perspectief van deze ontwikkelingen heeft Nederland een sterke aantrekkingskracht. Door het
welvarende en veilige karakter is sprake van een grote stroom van migranten uit het buitenland. Het
merendeel van de bevolkingsgroei komt hieruit voort. Daarnaast wordt ons land gekenmerkt door
een grote mate van verstedelijking. Dit sluit aan op de behoeften van een groot deel van de bevolking
om in de stad te willen wonen. Ook heeft Nederland een aantrekkelijk vestigingsklimaat voor
bedrijven. Het fiscale klimaat is vriendelijk, de internationale bereikbaarheid door de lucht is
uitstekend, er is sprake van aantrekkelijke werklocaties en het woon- en leefklimaat is hoogwaardig.
Bovendien beschikken we over een groot aantal historische binnensteden die in toenemende mate
buitenlandse toeristen aantrekken. In Amsterdam loopt dit inmiddels tegen de grenzen van het
aangename aan. Door deze aantrekkelijke uitgangspositie trekt ons land ook in toenemende mate
buitenlandse investeringen aan.
Naar verwachting zullen vooral de stedelijke gebieden in Nederland in de komende periode van deze
ontwikkelingen profiteren. Vooral de zuidwestcorridor van de MRA; Amsterdam-Amstelveen-
Haarlemmermeer. Uit onderzoek van Bureau Stedelijke Planning in opdracht van de gemeente
Amsterdam blijkt dat hier in de afgelopen tien jaar al sprake was van circa 25% groei van de
kantoorhoudende werkgelegenheid. Dit ondanks de economische crisis. In de komende periode zal
dit gebied als motor van de Nederlandse economie
blijven fungeren. Maar ook andere grootstedelijke
gebieden zoals Rotterdam, Den Haag, Utrecht en
Eindhoven zullen van deze ontwikkelingen profiteren.
Vooral als hier ook nog sprake is van topsectoren,
bijvoorbeeld de High tech in Eindhoven en Delft en
Lifescience in Leiden. Zo nam de werkgelegenheid van
de High tech in de regio Eindhoven, ondanks de
economische crisis, in de afgelopen tien jaar met 15%
toe. Ook de randgemeenten zoals Hoofddorp,
Zaanstad, Rijswijk en Lansingerland zullen naar
verwachting een positief effect ondervinden. Niet in
de laatste plaats omdat hier nog ruimte beschikbaar is
voor stedelijke ontwikkeling. De uitstraling van deze
economische ontwikkelingen zal ook elders in het
land merkbaar zijn. Zo bleek uit het onderzoek de
Kracht van Oost-Nederland dat de economische
ontwikkeling in het oosten van Nederland zelfs iets
hoger was dan het nationale gemiddelde. Sterke ontwikkeling high tech regio Eindhoven
De Randstad als grootste dorp van Europa?
Door deze ontwikkelingen zal Nederland naar verwachting in de komende decennia verder
verstedelijken. Zo is er momenteel een behoefte aan zo’n 1 miljoen nieuwe woningen. In een
onderzoek van Bureau Stedelijke Planning voor NVM Business werd bovendien aangetoond dat er
alleen al in de komende tien jaar behoefte is aan minimaal 3 miljoen m2 nieuwe kantoren. Door de
groei van de bevolking en de economie zal ook de behoefte aan nieuwe bedrijventerreinen
toenemen. Als gevolg van de welvaart en het internationale toerisme zal daarnaast meer behoefte
ontstaan aan de ontwikkeling van recreatiewoningen en vrijetijdsvoorzieningen. Een eventuele
zware economische crisis zal naar onze verwachting vooral invloed hebben op het tempo van deze
ontwikkelingen, maar niet op de richting hiervan.
Gezien de omvangrijke behoefte aan stedelijke functies is een cruciale vraag hoe we ons land
ruimtelijk willen ontwikkelen. Als we op dezelfde weg doorgaan als in de afgelopen vijftig jaar zal
met name in de Randstad het grootste dorp van Europa ontstaan. Maar we kunnen hier in de
komende decennia ook een aantrekkelijke metropolitaan gebied ontwikkelen zoals Londen of Parijs.
Als we dit willen is het wel noodzakelijk om actief in te grijpen. De huidige uitgangspositie van
Nederland is dermate gunstig dat zich nu een belangrijk momentum voordoet om een aantrekkelijke
Groenblauwe Metropool te ontwikkelen.
Of naar een aantrekkelijke Groenblauwe Metropool
De Groenblauwe Metropool zou zich uiteindelijk uit kunnen strekken over het gehele economische
kerngebied van Nederland. Van de Randstad tot en met de Brabantse stedenrij, Arnhem-Nijmegen,
Food Valley en de regio Zwolle. Met het Groene Hart en de rest van Nederland als aantrekkelijke
achtertuin. Deze afwisseling tussen (hoog)stedelijk gebied en een aantrekkelijke groene en waterrijke
omgeving met sfeervolle dorpen is in vergelijking met andere metropolitane regio’s een van de
belangrijkste unique sellingpoints.
Om het groene en blauwe karakter van Nederland ook op termijn veilig te stellen is het cruciaal om
waar mogelijk in het bestaande stedelijke gebied te verdichten, waarbij veel meer dan in de
afgelopen decennia sprake dient te zijn van (middel)hoogbouw. Vooral in aansluiting op de
binnensteden en in en rond nieuwe centra die na de Tweede Wereldoorlog zijn ontstaan zoals
stadsdeelcentra en wijkcentra. Ook verouderde haven- en industriegebieden zijn hier geschikt voor
zoals Stadshavens in Rotterdam (met 10.000 woningen en 13.000 arbeidsplaatsen) en Havenstad in
Amsterdam (met 40.000 tot 70.000 woningen).
Naast verdichting is ook uitbreiding van het stedelijke gebied nodig. Allereerst omdat de totale
behoefte aan woningen en andere functies te groot is om volledig in bestaand stedelijk gebied in te
passen. Daarnaast wil niet iedereen in (hoog)stedelijk gebied wonen of werken. Zo toonde het CBS
recent een sterke uitstroom aan van jonge gezinnen uit de grote steden. De uitbreidingen kunnen
bijvoorbeeld plaatsvinden in de vorm van nieuwe tuinsteden die op niet al te grote afstand van het
stedelijke gebied zijn gesitueerd, maar ook door uitbreiding van bestaande kernen. De keuze van
locaties dient zorgvuldig plaats te vinden. Zij zijn bij voorkeur in de nabijheid van knooppunten van
openbaar vervoer en er dient gestreefd te worden om de mooiste delen van het landelijke gebied te
sparen.
Naar een Groenblauwe Metropool; Hollandpark Diemen. Bron: Snippe projecten
Versterking multifunctionele karakter van (nieuwe) centra
In de (nieuwe) centra dient bij voorkeur sprake te zijn van een optimale mix aan functies. Dit sluit
aan op de flexibilisering die zich momenteel in de maatschappij voordoet waarbij wonen, werken,
winkelen en vrije tijd steeds meer in elkaar overlopen. Naast woningen en diverse voorzieningen zijn
de (nieuwe) centra bij uitstek de plek voor kantoorhoudende bedrijven die zich in toenemende mate
willen vestigen in dynamische gebieden met veel voorzieningen en optimale verbindingen met het
openbaar vervoer.
Om aantrekkelijke centra te ontwikkelen met een complete mix aan voorzieningen is het van belang
om versnippering van centrumfuncties over het stedelijke gebied te voorkomen. Belangrijk is om
deze zoveel mogelijk in de centra te concentreren. Dit lijkt vanzelfsprekend, maar in de praktijk is
dit vaak niet het geval. Daarnaast kan overwogen worden een differentiatie aan te brengen tussen de
verschillende soorten centra waarbij bijvoorbeeld onderscheid gemaakt kan worden in centra met
een internationaal, nationaal, regionaal of lokaal bereik. De programmering van deze gebieden kan
hier vervolgens optimaal op aangepast worden waardoor de functionaliteit en aantrekkelijkheid van
deze gebieden voor de beoogde doelgroepen wordt versterkt. Een interessant voorbeeld van de
ontwikkeling van een compleet nieuw centrumgebied met een regionale reikwijdte is Leidsche Rijn
Centrum met een optimale mix aan woningen, winkels, kantoren en vrijetijdsvoorzieningen. Utrecht
creëert met deze locatie een ‘tweede binnenstad’. Ook in Amsterdam Sloterdijk waar voorheen
sprake was van een monofunctioneel kantorengebied komt een nieuw centrumgebied tot stand met
een mix van kantoren, woningen, winkels en vrijetijdsvoorzieningen.
Intensief ruimtegebruik en functiemenging in (nieuwe) centra; artist impression Leidsche Rijn
Centrum. Bron: ASR Vastgoed
De sterke toename van de bevolking en werkgelegenheid zal niet tot een evenredige behoefte leiden
aan winkelmeters. Met name omdat de digitalisering in de maatschappij heeft geleid tot een
verandering van het winkelgedrag. Hierdoor is sprake van een scherpe scheiding tussen winnaars en
verliezers. Zowel met betrekking tot winkelformules als tussen winkelgebieden. Winkels veranderen
ook in toenemende mate van karakter: van ruimte voor uitstalling en transactie naar ruimte voor
beleving en inspiratie. Het is goed mogelijk dat het winkelen van de toekomst vooral betrekking
heeft op het zien, voelen en uitproberen van producten, om tegelijkertijd of later met een druk op de
knop het betreffende artikel te bestellen. Winkelen zal ook steeds meer een recreatief karakter
krijgen waarbij een combinatie plaatsvindt met een bezoek aan horeca of vrijetijdsvoorzieningen.
Naar winkelgebied hebben vooral de binnensteden van de grote steden de toekomst. Daarnaast is er
ruimte voor enkele grote stadsdeelcentra zoals de ontwikkeling van de Mall of the Netherlands. Maar
dergelijke grootschalige winkelcentra zijn slechts in enkele gebieden mogelijk. De middelgrote
centra, PDV-clusters en een deel van de stadsdeelcentra en wijkcentra zijn kwetsbaar. In veel gevallen
is hier een afname van het winkelgebied noodzakelijk in de vorm van concentratie. Bovendien is het
onontkoombaar dat er afscheid genomen gaat worden van een aantal zwakke winkelcentra. Deze
kunnen mogelijk wel een functie blijven vervullen voor bijvoorbeeld startende bedrijven. Ook in de
voormalige winkelstrips is deze ontwikkeling zichtbaar.
Ontwikkeling van nieuwe internationale topmilieus; uitbreiding Zuidas
Ontwikkeling (inter)nationale topmilieus
Voor een gezonde economische ontwikkeling dient ons land ook in de toekomst te beschikken over
voldoende aantrekkelijke internationale topmilieus die tevens gericht zijn op de vestiging van
Nederlandse bedrijven. In de zuidwestcorridor van de MRA is voldoende ruimte nodig voor
uitbreiding van de Zuidas. Elders is behoefte aan campusachtige ontwikkelingen als vestigingsplaats
voor de topsectoren. Zo wordt bijvoorbeeld in Eindhoven een nieuwe campus gebouwd voor de ‘High
Tech systems en materials’. In de (inter)nationale topmilieus en campusontwikkelingen is het van
belang om te voorzien in een mix van wonen, werken, winkelen en vrije tijd en te streven naar
topkwaliteit van de bebouwing en de openbare ruimte. Cruciaal is ook dat deze gebieden aangesloten
worden op een netwerk van hoogwaardige openbaar vervoerverbindingen. Hiertoe is het van belang
om de regionale netwerken te versterken met metro- en sneltramverbindingen. In vergelijking met
buitenlandse metropolitane regio’s lopen we hierin achter. Ook is het voor de internationale
concurrentiepositie van Nederland noodzakelijk om de verbindingen van het hogesnelheidsnet uit te
breiden. Onder andere met een nieuwe Zuidoostverbinding tussen Amsterdam, Eindhoven en
Aken/Maastricht/Luik en een volwaardige HSL-Oost. Tot slot zal in aansluiting op de groei ook de
capaciteit van het snelwegennet verder uitgebreid dienen te worden. Zelfrijdende auto’s kunnen
hierbij leiden tot een betere benutting van de beschikbare capaciteit.
De Groenblauwe Metropool zal bij voorkeur ook beschikken over voldoende ruimte voor lokale
bedrijven. Dit is niet vanzelfsprekend omdat met name kleinschalige en goedkope bedrijfsruimte
nogal eens het slachtoffer zijn van de oprukkende woningbouw. Dit terwijl deze bedrijven een
belangrijke rol hebben in de verzorging van de bevolking. Bijvoorbeeld in de vorm van bouw- en
reparatiebedrijven. Maar deze bedrijven zijn ook cruciaal om te voorzien in voldoende
laaggeschoolde werkgelegenheid. In de stedelijke gebieden zal daarnaast een toenemende behoefte
ontstaan aan een fijnmazig netwerk van distributiecentra voor de ‘last mile delivery’.
Verbeteren internationale hogesnelheidsverbindingen; Rotterdam CS
Actief ingrijpen is cruciaal
Als we daadwerkelijk een aantrekkelijke Groenblauwe Metropool willen ontwikkelen is het
belangrijk om actief in te grijpen. Het Rijk kan hiertoe het voortouw nemen door op hoofdlijnen een
nieuw ruimtelijk-economisch beleid uit te zetten. Wellicht kan de Nationale Omgevingsvisie deze
functie vervullen. Op Provinciaal niveau kan deze dan verder uitgewerkt worden. De functionele
programmering zou bij voorkeur op regionaal niveau plaatsvinden. Door de Ladder voor Duurzame
Verstedelijking veel vroeger dan nu in het planproces in te zetten kan deze een betere rol spelen in
de behoeftebepaling van diverse functies. Bijvoorbeeld om de regionale woningbehoefte te bepalen,
uitgesplitst naar woningtype en woonmilieu. Maar ook om tot een afweging te komen tussen de
functie en programmering van de diverse centrumgebieden. De Ladder is tevens van belang om in de
hoogstedelijke gebieden voldoende schaarste te creëren om zo (middel)hoogbouw te stimuleren.
Hierbij is een punt van aandacht om te voorzien in voldoende goedkope woningen en
bedrijfsruimten.
De omvangrijke opgave om in lijn met de internationale afspraken de energieproductie en uitstoot te
reduceren kan gecombineerd worden met een versnelde herontwikkeling of transformatie van
verouderde werklocaties. Hier ligt immers een enorme opgave die zonder actief ingrijpen alleen maar
groter wordt. Het mes snijdt zo aan twee kanten. Vanwege de onrendabele top is het dan wel van
belang dat de overheid de benodigde fondsen ter beschikking stelt om de herontwikkeling of
transformatie mogelijk te maken.
Daarnaast is ook een versnelling van locatie- en gebiedsontwikkeling nodig. Vooral de plancapaciteit
voor woningen is onvoldoende waardoor in bepaalde delen van het land oververhitting van de
woningmarkt dreigt. Om te versnellen kan gedacht worden aan Gebiedsontwikkeling nieuwe stijl.
Deze bouwt voort op de verworvenheden van het organisch ontwikkelen waarbij de diverse
stakeholders en eindgebruikers optimaal in het ontwikkelingsproces worden betrokken en
combineert deze met de positieve onderdelen van de gebiedsontwikkeling van voor de crisis.
Bijvoorbeeld in de vorm van een intensieve samenwerking tussen de lokale overheid en private
partijen met waar nodig actief grondbeleid. In de nieuwe situatie spelen beleggers echter een veel
belangrijkere rol dan voorheen. Daarnaast dient niet langer een blauwdruk centraal te staan maar
het proces in combinatie met duidelijke doelstellingen voor het te realiseren eindproduct.
Uiteindelijk zal dit leiden tot versnelling en kwaliteitsverbetering van de stedelijke ontwikkeling.
Tot slot
Met de ontwikkeling van een Groenblauwe Metropool kunnen we optimaal inspelen op de
aantrekkelijke uitgangspositie die zich momenteel in Nederland voordoet. Dit voorkomt dat in de
komende periode het stedelijke gebied ongecontroleerd uit zal blijven breiden tot het grootste dorp
van Europa. Door actief in te grijpen kunnen we samen met alle stakeholders een metropool
ontwikkelen die het verschil maakt. Een metropool waar sprake is van hoogstedelijke gebieden en
(tuin)dorpen in een groene en waterrijke omgeving. Met levendige centra bestaande uit een optimale
mix van woningen, kantoren, winkels en vrijetijdsvoorzieningen die optimaal aangesloten zijn op
hoogwaardig openbaar vervoer. Een Groenblauwe Metropool met aantrekkelijke (inter)nationale
toplocaties en een uitstekende internationale bereikbaarheid.
Bureau Stedelijke Planning 20 jaar
Bureau Stedelijke Planning viert dit jaar haar 20 jarige bestaan. De oprichter en algemeen
directeur van het bureau, Pieter van der Heijde, presenteert naar aanleiding hiervan zijn visie op
de stedelijke ontwikkeling in Nederland voor de komende 20 jaar.
Bureau Stedelijke Planning adviseert opdrachtgevers bij vraagstukken op het gebied van wonen,
winkels, kantoren, bedrijven en vrijetijdsvoorzieningen in stedelijke gebieden en regio’s. Zowel
nieuwbouw als herontwikkeling en transformatie. Dat doen ze door (markt)onderzoek,
strategisch advies en project- en procesbegeleiding. Met de integrale aanpak zijn ze bovendien
goed thuis in multifunctionele gebiedsontwikkeling en centrumgebieden.
Bureau Stedelijke Planning bestaat sinds 1997 en is gevestigd in Gouda, Amsterdam en
Eindhoven. Het bureau beschikt over een team van circa 35 hooggekwalificeerde en ervaren
medewerkers met een brede expertise. Bureau Stedelijke Planning is zowel actief voor de
gemeentelijke, provinciale en rijksoverheid als voor private partijen zoals projectontwikkelaars,
beleggers, woningcorporaties en winkelketens.