Seminar 26-11-10 - Vallen en fractuurrisico
-
Upload
stichting-interdisciplinaire-werkgroep-osteoporose -
Category
Documents
-
view
125 -
download
1
Transcript of Seminar 26-11-10 - Vallen en fractuurrisico
INTEGRATIE VAN VALRISICO IN DE DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING VAN PATIENTEN MET EEN VERHOOGD FRACTUURRISICO( HOOFDSTUK 3)
Harald Verhaar
Internist-geriater, UMC Utrecht
> 90 % van de fracturen wordt veroorzaakt door een val!
Een val kan ernstige gevolgen hebben…
Casus Een 66-jarige vrouw komt op uw spreekuur met lage rugpijnklachten
(acuut begonnen). Bij nader onderzoek wordt een fractuur van L1 (op X-LWK) gevonden. Er is geen valincident aan voorafgegaan
Bij navraag wel 3x gevallen in afgelopen 12 maanden en eenpolsfractuur op 54-jarige leeftijd
Er wordt ook een botdensitometrie aangevraagd middels een DEXA
BMD-meting
Fracture Calculation Tool (FRAX) http://www.shef.ac.uk/FRAX/
Fracture Risk Calculator van Garvan http://www.garvan.org.au/bone-fracture-risk/
Risicofactoren voor het optreden van een fractuur, met risicoscore:bij een totaal van 4 punten of meer wordt een DEXA geadviseerd
Risicofactor Risicoscore
Gewicht < 60 kg en/of BMI < 20 kg/m2 1
Leeftijd > 60 jaar 1
Leeftijd > 70 jaar (> 60 jaar niet extra meetellen) 2
Eerdere fractuur na het 50e levensjaar 1
Heupfractuur bij een ouder 1
Verminderde mobiliteit 1
Meer dan 1 keer vallen in de afgelopen 12 maanden 1
Reumatoïde artritis 1
Aandoening/medicatie met secundaire osteoporose 1
Gebruik van glucocorticoïden (> 3 maanden; ≥7,5 mg/dag) 4
Conceptrichtlijn CBO 2010
Zonder val geen fractuur?55-plus en vallen (Consument & Veiligheid)
88.000 vallers per jaar op SEH: 31.000 opnames per jaar; 44% op SEH heeft fractuur Ongeveer 10% van de valpartijen leidt tot serieuze letsels
Heupfracturen (1-2%): ± 16.000/jaarOverige fracturen (3-5%)Weke delen letsels en hoofdtrauma (5%)
Mortaliteit (jaarlijks) na een val in Nederland: 1.700
Risico op nieuwe fractuur op SEH binnen 2 jaar na eerste fractuurBij 15% geen valrisicofactoren aanwezig, 1 valrisicofactor bij 27%, 2 of meer valrisicofactoren bij 58%
Van Helden S, Geusens P. Osteoporosis Int. 2006; 17: 348-354
55-plus en vallen (Consument & Veiligheid)
Omstandigheden val:18% (16.000) is gestruikeld, bijv. over tegel,
drempel, steen9% (7.800) is van trap gevallen8% (7.000) van de slachtoffers valt van een
hoogte, bijv. uit bed of een zitmeubel8% glijdt uit (6.800)
- 30% had een eerdere val in het voorafgaande jaar
- Valgerelateerde risicofactoren 75% [95% BI: 71%-78%]
- Botgerelateerde risicofactoren 53% [95% BI: 49%-57%]
- Osteoporose 35% [95% BI: 31%-39%]
- Opvallend is dat slechts een beperkt aantal fractuurpatiënten konden worden geïdentificeerd m.b.v. de Nederlandse osteoporoserichtlijnen als zijnde “ at risk” voordat ze de huidige fractuur opliepen
Van Helden 2008
Belangrijkste valgerelateerde risicofactoren
OR/RR Niveau Mobiliteits- en balansproblemen 0.5-3.9 A gevallen afgelopen jaar 1,2-3,3 B Medicatie CZS 1,6-28,3 B moeite met ADL 1,5-3,8 C Lichamelijke activiteit 0,4-0,6 C Visusproblemen 1,2-2,3 C Artrose 2.0-2.7 C Urine incontinentie 1,6-1,7 C Depressieve symptomen 1,4-2,2 D Cognitieve stoornis 1,1-5,0 D
CBO Preventie van valincidenten bij ouderen 2004
Valrisico-inschatting (1) Meer dan 90% van de fracturen wordt veroorzaakt door een val
1. Hoe vaak bent u gevallen in de afgelopen 12 maanden?
één maal,
meer dan één maal?
2. Heeft u problemen met het bewaren van uw evenwicht?
3. Heeft u problemen met lopen?
4. Heeft u moeite met opstaan uit de stoel?
5. Heeft u problemen met aan- en uitkleden?
Valrisico-inschatting (2) Meer dan 90% van de fracturen wordt veroorzaakt door een val
6. Gebruikt u medicijnen voor slaapstoornissen, tegen somberheid (depressie) of andere rustgevende medicijnen?
7. Hoeveel verschillende soorten medicijnen slikt u per dag?
8. Heeft u gewrichtslijtage in knieën of heupen?
9. Verliest u wel eens ongewenst urine (incontinentie)?
10. Heeft u problemen met het lezen van de krant? (met of zonder bril).
Incidentie tweede heupfractuur
De cumulatieve incidentie van een tweede heupfractuur is: 5% in het eerste jaar na de eerste heupfractuur 8% in het tweede jaar na de eerste heupfractuur
Lonnroos et al. Osteoporos Int 2007
FYSIOLOGISCHE EXTRINSIEKE AANDOENINGEN
FACTOREN FACTOREN (INTRINSIEK)
- ↓spierkracht (obstakel, glad - parkinson(isme)
- ↓Reactievermogen oppervlak, etc) - cognitie↓
- ↓Flexibiliteit - duizeligheid
- ↓Balans - hartritmestoornis
Verminderde effectiviteit
homeostatische regelmechanismen
(bijv. minder goed uitstappen)
VALLEN
Veranderingen bij veroudering
Hoe meer risicofactoren hoe hoger de valkans (>2x/6mnd)
ImmobilityImmobility ImmobilityImmobilityPoor mentalPoor mentalstatestate
ImmobilityImmobilityPoor mentalPoor mentalstatestateOrthostaticOrthostatichypotensionhypotension
ImmobilityImmobilityPoor mentalPoor mentalstatestateOrthostaticOrthostatichypotensionhypotensionDizzinessDizziness
ImmobilityImmobilityPoor mentalPoor mentalstatestateOrthostaticOrthostatichypotensionhypotensionDizzinessDizzinessStrokeStroke
Estim
ated
pro
babi
lity
recu
rren
t fal
ls (%
)Es
timat
ed p
roba
bilit
y re
curr
ent f
alls
(%)
0
20
40
60
80
100(Graafmans, Am J Epidemiol 1996; 143: 1129)
Strategie bij verhoogd fractuurrisico
Graafmans WC. Risk factores for fractures in the elderly [thesis], 1997
Conclusies en aanbevelingen conceptversie CBO-richtlijn Osteoporose en fractuurpreventie 2010(hoofdstuk 3)
3.1. Valrisico: conclusies
- Mannen en vrouwen (> 50 jaar) met een recente klinische fractuur hebben bot- en valgerelateerde risicofactoren.B Van Helden 2008
- Mannen en vrouwen (> 60 jaar) met een heupfractuur hebben eenovereenkomende set van risicofactoren: een lage botmineraaldichtheid (BMD), balansstoornissen (postural sway), quadricepsspierzwakte, een valvoorgeschiedenis en een eerdere fractuur.B Nguyen 2005
3.2. Effectiviteit valinterventies bij een verhoogde valincidentie: kwaliteit van bewijs
Hoog
Kracht- en balanstraining, ook als onderdeel van een multifactoriële
interventie (bij valincidenten spelen vaak meerdere risicofactoren een
rol), zijn effectief in het reduceren van het aantal valincidenten bij
thuiswonende ouderen met een verhoogde valkans (> 70 jaar).
Cochrane-review,Gillepsie 2009
Hoog
Hoog gedoseerde (700-1000 IU) Vitamine D suppletie is effectief in het
reduceren van het valrisico bij ouderen, met name als er een vitamine Ddeficiëntie bestaat. Lage doseringen (200-600 IU) echter niet.
Bischoff-Ferrari, 2009
3.2. Effectiviteit valinterventies bij een verhoogde valincidentie: kwaliteit van bewijs
Laag
Ergotherapeutische aanpassingen bij mensen met een ernstige
visusstoornis, plaatsing van een pacemaker bij carotishypersensitiviteit,
een eerste cataractoperatie bij staar en het afbouwen van psychotrope
medicatie bij langwerkende benzodiazepines lijken te resulteren in het
minder frequent vallen. Gillepsie 2009
Hoog
De compliance van het gebruik van heupprotectoren, die effectief zijn in
het reduceren van het aantal heupfracturen in een verpleeghuissetting, is
laag. Parker 2006
Aanbevelingen
Aanbeveling 1
Het verdient aanbeveling om bij patiënten (> 50 jaar) met een fractuur, die zich melden met een val of een valletsel, een nadere evaluatie van het valrisico te verrichten. Dit kan door te vragen naar het aantal valincidenten in het afgelopen jaar (≥ 1x) en, indien dit het geval is, door na te gaan of er beperkingen zijn in de mobiliteit (problemen met evenwicht, balans en met het lopen of opstaan uit een stoel)
Aanbevelingen
Aanbeveling 2De werkgroep is van mening dat valinterventies bij vallers zich moeten richten op de factoren die uit de valrisico-evaluatie naar voren zijn gekomen. Dit zijn de specifieke maatregelen op maat voor de patiënt (bijvoorbeeld balans- en spierkrachttraining, visusverbetering, medicatie-aanpassingen, vitamine D suppletie).
Aanbevelingen Aanbeveling 3
De werkgroep wil benadrukken dat multifactoriële valinterventies valincidenten kunnen voorkomen. Het is echter (nog) niet aangetoond dat preventie van valincidenten ook fracturen kan voorkomen.
Aanbeveling 4
De werkgroep beveelt heupbeschermers buiten de verpleeghuissetting niet aan ter preventie van heupfracturen.
Hartelijk dank
Heeft u nog vragen?