SAH4 klas5

74
Middellandse Zee Hoofdstuk 4 http:// aardrijkskundegymnasiumhilversumon.yu rls.net/nl/page/969997#topboxes

Transcript of SAH4 klas5

1. Middellandse Zee Hoofdstuk 4 http://aardrijkskundegymnasiumhilversumon.yurls.net /nl/page/969997#topboxes 2. Het grote geologische plaatje 120 miljoen jaar geleden begonnen Afrika en Zuid Amerika uit elkaar te drijven. De beweging is weergegeven in stappen van 20 miljoen jaar. Afrika dreef naar het noorden. De Thetysoceaan, ontstaan bij het uiteenbreken van Pangea, verdween . 3. Voorstelling van het ontstaan van de Alpen volgens de gevestigde wetenschap: Adria, een uitstekend stuk van de Afrikaanse continentale korst, boort zich in het Europese continent, waardoor de Alpen omhoog komen. Gebergtes rond de Middellandse zee. 4. Plaattecktoniek van de Middellandse Zee ingezoomd zie ook GB 126 Ingezoomd zien we dat er niet sprake is van een scherpe plaatgrens tussen Europa en Afrika. Door de druk die Afrika de laatste 100 miljoen jaar uitoefende braken verschillende delen van de Euraziatische en de Afrikaanse plaat. Deze kleinere platen spelen een eigen rol. 5. De rafelrand van breuken en meerdere subductiezones 6. Verplaatsende subductiezones 7. SUBDUCTIEZONES IN BEWEGING: leg uit in eigen woorden De Afrikaanse plaat beweegt met 1 cm per jaar naar het noorden. In de Egesche zee tussen Libi en Griekenland vindt ook subductie plaats volgens het roll back principe. De slab pull op de Afrikaanse plaat is zo groot, dat er niet sprake is van een onderschuiving, maar van een steeds eerder afzinken (een valbewegingvan de Afrikaanse plaat waarbij de ruimte die ontstaat wordt ingenomen door de Egesche plaat. Het knikpunt van de Afrikaanse plaat verschuift daarbij naar het zuiden. De Egesche plaat wordt daardoor uitgerekt en dunner en verdwijnt onder water, waardoor een zeebekken ontstaat. De rek kan ook meer midden op de plaat ontstaan. Daar kunnen zelfs breuken ontstaan. In dat geval ontstaat er een zgn. back arc bekken. Film (13.35-20.45-23 min.) 8. Back arc bekken 9. Oceanische aardkorst Continentale aardkorst De wegduikende plaat duwt Kreta omhoogOmdat de Afrikaanse plaat uit oude (=zware) oceaanbodem bestaat duikt deze steeds makkelijker en eerder weg; de Egesche plaat wordt hierdoor uitgerekt en daalt de eilanden zijn de toppen van een verdronken gebergte! De Egesche plaat 10. Dankzij subductie ontstaat er vulkanisme: de vulkanische boog ligt op enige afstand van de plaats waar de subductie begint. De Egesche plaat 11. 45 miljoen jaar geleden30150 12. Vulkanisme in Zuid-Italie kan worden verklaard vanuit subductie en zoals de afbeelding toont draagt nu het afscheuren van de subducerende plaat ook bij aan het proces. 13. pre-Himalaya-fase Als de Afrikaanse plaat afbreekt zal de resterende zeebodem in een plooiing naar boven gestuwd worden, en samen met continentale plooien zal een Middellandsezee gebergte ontstaan vergelijkbaar met de Himalaya. 14. Seismische activiteit: zie ook GB 126 15. Epicentrum en hypocentrum van een aardbeving 16. Aardbevingen Klik op bovenstaande link om in de IRIS Earthquakebrowser te komen. Belangrijk is om op te merken dat aardbevingen plaatsvinden op verschillende dieptes en magnitude als gevolg van de verschillende plaatbewegingen. De kracht wordt aangegeven op de schaal van Richter van kracht 0 t/m 10. Kracht 2 is 10x zo krachtig als kracht 1. Kracht 3 is 10x zo krachtig als kracht 2. Kracht 3 t.o.v. Kracht 1 is 10x10=100 keer zo krachtig! 17. Artikel Kennislink Schokgolven door de aarde. Snelle P-golven (primair) verdichten en verdunnen in de lengterichting en overbruggen de afstand tussen aardbevingsgebied en meetstation het snelst. Daarna komen de secundaire S- golven aan, die loodrecht op de reisrichting trillen. 18. Relatie kracht en schade De kracht van de aardbeving zegt niet altijd iets over de schade die de aardbeving veroorzaakt. Verklaar dit vanuit een fysische, een economische en een demografische dimensie. Welke plaatbeweging geeft de heftigste aardbeving 19. Diepte van aardbevingen in het Middellandsezee gebied in 3D 20. Verklaar de aardbeving LAquila clip 21. Seismisch patroon 22. Verklaar de enorme schade van aardbevingen langs Anatolische breuk. clip 23. RELIEF ZEEBODEM, ZOUTHEID, ZEESTROMING EN KLIMAAT. Relaties tussen enkele geofactoren; lithosfeer, atmosfeer, hydrosfeer 24. Paul Meijer, Aardwetenschappen, UU Relif zeebodem; het Balearische bekken, het Tyrrheense bekken en het Egesche bekken; back arc basins 25. De zoute Middellandse zee Film Messiniaanse Zoutcrisis van 5.97 tot 5.33 miljoen jaar geleden Door afsluiting van de Straat van Gibraltar opdroging van de zee en afzetting van evaporieten, later gemetamorfiseerd tot steenzout. 26. Dedrempel van de Middellandse Zee 27. 60.000 m3/s = 0.06 Sv 0.7-1.4 Sv 1 Sverdrup = 106 m3/s Paul Meijer, Aardwetenschappen, UU instroom uitstroom Sverdrup is een eenheid om het debiet van zeestromen weer te geven. Water met relatief hoog zoutgehalte stroom uit. Atlantisch oceaanwater stroomt in. De invloed van zeebodem relif, temperatuur en zoutgehalte op stroming 28. Stromingbron:NASA visualisation studio KLIK KLIK 29. Temperatuurverdeling oppervlakte zeewateraugustus 2014 30. Temperatuurverdeling oppervlakte zeewaternovember 31. relatief zouter en warmerdan je zou verwachten op dezelfde breedte 32. Algemeen klimaatplaatje: Mediterraan klimaat, Cs De kenmerken van het Mediterrane klimaat 1. Temperatuur - Zomer: weinig wolken, hoge temperatuur - Winter: nauwelijks vorst, behalve in hooggelegen gebieden 2. Neerslag - In de zomer - Weinig neerslag - In de winter - Hoge variabiliteit - Hoge intensiteit 33. Klimaten in het Middellandse zeegebied beter bekeken? Voorkomende klimaten: 1. Cs (meest voorkomend) 2. EH 3. Ds (Oost-Turkije) 4. BS 5. BW Cs is nog verder onder te verdelen in een warm Cs- klimaat en een gematigs Cs-klimaat. (Csa = de gemiddelde temperatuur van de warmste maand ligt boven de 22C en Csb = gemiddelde temperatuur van de armste maand ligt onder de 22C ) 34. Klimaat en afbakening De olijfboomgrens. De temperatuur komt niet onder de 5C Palmgrens: de temperatuur is altijd hoger dan 10CVerschillende criteria voor afbakening van de regio 35. Verklaar! Benoem invloeden van de belangrijkste drukgebieden Neerslag en temperatuur in het Middellandse Zee gebied in 36. Invloed van het Azoren-hoog en het IJsland-laag ITCZanimatie Samen met het IJsland-laag komt in de winter een westcirculatie tot stand. Depressies bereiken het MZ- gebied; lage drukgebiedjes met frontale regens. julijanuari depressies koude lucht 37. Voorbeeld met weerkaarten Op de scheiding tussen warme lucht en koude lucht ontstaan altijd fronten. Het laag bij IJsland brengt koude lucht zuidelijker. De warme lucht bij het Azorenhoog zoekt zn weg (met de klok mee circulerend) naar het IJsland laag en vermengd zich met de (tegen de klok in circulerende) koude lucht. Een westelijke stroming met fronten ontstaat. zomersituatie 38. Lokale winden voor verdieping: http://www.vwkweb.nl/index.php?page=238 De sirocco ontstaat wanneer lagedrukgebieden in het Middellandse Zeegebied naar het oosten trekken en vanuit het zuiden hete en droge lucht aanvoeren. Deze wind komt in veel landen voor. Veel landen hebben de hete woestijnwind een eigen naam gegeven: chergui (Algerije), chili (Tunesi), ghibli (Libi) en khamsin (Egypte). De Spanjaarden spreken over de leveche, op de Canarische Eilanden waait de levanto, maar Italianen, Grieken en Fransen (Corsica) hebben het over de sirocco. De temperatuur komt door deze wind vaak 10 C boven het normale gemiddelde te liggen en vaak is het erg droog. De sirocco bevat vaak veel zand en stof dat in de landen rond de Middellandse Zee met de regen naar beneden komt. En soms komt het stof zelfs tot in Nederland. Aan de achterzijde van een depressie wordt koude continentale lucht aangetrokken, de mistral. De lucht wordt tussen de bergwanden in het nauwe dal van de Rhne geperst, waar een extra versnelling optreedt. De wind kan enkele dagen aanhouden en aantrekken tot volle storm met windstoten van meer dan 100 km/uur. De bora komt in de winterperiode voor bij de Kroatische kust (het noordoostelijke deel van de Adriatische Zee). Deze koude valwind ontstaat als op het plateau in het binnenland van voormalig Joegoslavi de lucht erg afkoelt onder invloed van een hogedrukgebied boven Centraal- en Oost-Europa. Boven zee en de kustvlakte is de afkoeling veel minder. Als er in de winter een lagedrukgebied boven de Middellandse Zee ligt, komt de koude lucht vanuit het plateau in beweging. De ijskoude valwind, de bora, is op de Adriatische Zee soms op 100 km uit de kust nog merkbaar. 39. Wonen en werken bevolkingsdynamiek Drie regios: 1. Zuid-Europa: Het aandeel van de bevolking van Zuid-Europa daalt van 60% naar 30% 2. Noord-Afrika: het aandeel stijgt van 22% naar 42% 3. Turkije en oostelijk deel: stijging van 16% naar 28%. 40. Toename bevolkingsdichtheid ongelijk Hoge bevolkingsdichtheden aan de kusten in Itali en Spanje en de Nijldelta en West-Turkije en langs de Jordaan. Dit zijn van oorsprong dichtbevolkte landbouwgebieden. Door migratie van het binnenland naar de kust is de dichtheid nog meer toegenomen. Door industrialisatie en toegenomen infrastructuur en pushfactoren van het platteland: groei van grote steden als Istanbul, Marseille, Barcelona, Izmir. Nieuwe verdichting door toename toerisme. Er ontstaat concurrentie om gebruik van grond, met gevolgen voor ecologie, arbeidsmark en handel. De landbouw delft vaak het onderspit. 41. Korte herhaling waterbegrippen Nuttige neerslag Nuttige neerslag: neerslag min verdamping Evaporatie= verdamping vanuit bodem en oppervaktewater Transpiratie= verdamping via gewassen Te hoge nuttige neerslag geeft uitspoeling en gevaar bodemerosie Te lage nuttige neerslag betekent verziltingsgevaar 42. Waterbalans: De som van de totale aanvoer en afvoer (incl. infiltratie, verbruik en verdamping) 43. Klimaat ingezoomd 44. Waterbalans onder druk Groei bevolkingscentra; toegenomen vraag Irrigatielandbouw; groeiende sector Toerisme; zwembaden klimaatverschuiving; minder neerslag/meer verdamping 45. BEVOLKING, GRONDGEBRUIK, LANDDEGRADATIE, De relatie tussen enkele geofactoren; lithosfeer, atmosfeer, hydrosfeer, biosfeer. 46. Oorspronkelijke vegetatie Mediterraan bos: naald- en loofbos Lage struiken (maquis) en bomen Steppe Oorspronkelijke vegetatie: Een vegetatie, die aangepast is aan het klimaat in het Middellandse Zeegebied. Deze planten kennen lange wortels om in de droge zomer nog bij het grondwater te kunnen komen. Ze kennen ook dikke leerachtige bladeren om een te grote verdamping tegen te gaan. 47. Mediterrane landbouw Oorspronkelijk Overwegend kleinschalige traditionele aan het klimaat aangepaste akkerbouw Nu Kleinschalige traditionele akkerbouw Moderne grootschalige akkerbouw (vnl. graan) Commercile tuinbouw (intensief; gecontroleerde omstandigheden; kassen) Gerrigeerde akkerbouw (intensief; soms 3 oogsten per jaar) Veeteelt speelt geen belangrijke rol 48. Mediterrane landbouw; wat en waar? 49. Veeteelt Transhumance Kuddes worden tijdelijk verplaatst naar koelere groenere gronden. Nomadisme Het traditionele nomadisme is in het MZ gebied verdwenen door concurrentie bij grondgebruik. De veetelers hebben nu een vaste verblijfsplaats en bedrijven ook akkerbouw met daarnaast vee (gemengd bedrijf). 50. Droge akkerbouw: dry farming 51. Dry farming met braakcycli binnen n areaal tweejarige cyclus Driejarige cyclus een jaar bebouwing een jaar braak een jaar beweiding van braakgrond een jaar beweiding van braakgrond een jaar bebouwing om het jaar ligt een ander perceel van het areaal braak. Dus slechts de helft van de grond wordt bebouwd. Bij een driejarige cyclus is slechts een derde van het areaal bebouwd 52. Boom- en struikencultuur Olijven (voor olie en losse verkoop) Druiven (voor wijn, rozijnen en directe consumptie) Dadels (gebieden binnen de palmgrens; ZO- Spanje, Maghreb) Fruit (appels, peren, kersen en pruimen in de hogere vochtigere gebieden) Amandelen, hazelnoten, walnoten, pistachenoten Neemt minder oppervlakte in beslag dan droge akkerbouw. De bomen- en struikencultuur is mogelijk waar het te droog is voor de eenjarige akkerbouwgewassen van de dry farming. Bovendien levert de boom- en struikencultuur meer winst op. 53. Gerrigeerde akkerbouw In dalen (bij rivieren) Aan de kust (ontzilt water) Bij oases (soms met niet vernieuwbaar water.fossiel water uit aquifers) 54. Mediterrane akkerbouw nuIrrigatie akkerbouw 55. Geulirrigatie Beregening Cirkelirrigatie Druppelirrigatie 56. LANDDEGRADATIE MIDDELLANDSEZEE- GEBIED: KENMERKEN, OORZAKEN, GEVOLGEN EN OPLOSSINGEN 57. Aantasting van het landschap. Met name door, niet aan de natuurlijke omstandigheden aangepaste menselijke activiteiten. Er is sprake van een afname van de kwaliteit van vegetatiedek en bodem. BODEMDEGRADATIE: Bodemdegradatie is kwaliteitsverlies van de toplaag van de bodem. De vruchtbaarheid van de grond neemt hierdoor af. Let op: verschil met landdegradatie: het gaat hierbij alleen om de bodem Bodemdegradatie vindt plaats door verschillende processen, namelijk: BODEMEROSIE, VERWOESTIJNING EN VERZILTING LANDDEGRADATIE vs. BODEMDEGRADATIE 58. Factoren die bijdragen aan landdegradatie door verwoestijning, bodemerosie en verzilting Klimaat: opwarming Toenemende droogte: Harde droge bodem met ondiepe verweringslaag. (gevoelig voor wind) Uitputting waterdragende lagen. Afname nuttige neerslag, toename verdamping Verandering neerslag: toename intensiteit. Afname variabiliteit. Relif Erosiegevoelige hellingen: gevoelig voor regens. Vegetatiedek Gedegradeerde vegetatie: Minder water- en bodemvasthoudend vermogen; kale plekken. Toenemende bevolkingsdruk: Concurrentie in het ruimte- gebruik. Door minder ruimte zijn voor landbouw ongeschikte gronden ook in gebruik genomen. Deze worden te intensief gebruikt. Welvaart: Armoede, weinig middelen om grond te voeden, bodem- uitputting, braak. landbouwmethoden: Mismanagement; verkeerde irrigatie, braak laten liggen van grond, overbegrazing, mono- cultuur, platbranden van vegetatie. 59. Verwoestijning: vindt plaats onder invloed opwarming van de Aarde. Neerslag neemt af, verdamping neemt toe. Van belang is ook hoe mensen omgaan met de beschikbare watervoorraad. Door verstoring van de waterhuishouding, verdwijnt vegetatie. Verwoestijning is qua oppervlakte, mondiaal de belangrijkste oorzaak van bodemgradatie. Vraag: hoeveel neerslag maximaal per jaar bij woestijn? 250 mm 60. Bodemerosie: toplaag van de bodem wordt weggeschuurd/verdwijnt Op hellingen: hoofdoorzaak: heftige regens/Slecht wateropnemende/kwetsbare bodems, verkeerd bewerkte hellingen. Weinig plantenwortels (door uitputting, braak, brand), dunne humuslaag op harde ondergrond. Gevaar voor afspoeling, geulerosie, landslide/modderstromen Vlakke gebieden: hoofdoorzaak: Droogte/wind, blootliggende bodemlaag. Weinig/geen vasthoudende plantenwortels (door uitputting overbeweiding, braak of brand), droge losse toplaag van de bodem. Gevaar voor dust bowls/stofstormen 61. Watererosie Kenmerkende Mediterrane bodem 62. BODEMEROSIE: VERSCHIL TUSSEN CREEP EN MUDFLOW (MODDERSTROMEN) https://www.youtube.com/watch?v=8mKC3eID074 Landslide 63. Winderosie en verwoestijning in de Sahel Belangrijke factor winderosie Sahel: De waterhuishouding is verstoord. Zand waait op en duinen ontstaan. De woestijn breidt zich uit Alleen door intensieve irrigatie en voeding kan het proces worden omgekeerd en kan er weer vegetatie groeien. Dit is voor de lokale bevolking qua kosten echter niet op te brengen. 64. Verzilting: Als binnen de balans van de "nuttige neerslag" (= neerslag min verdamping) de verdamping gaat overheersen (zouten spoelen niet meer uit). Of bij verkeerde vormen van irrigatie. Voorbeeld: glastuinbouw in Almeria (leerboek) 65. Waar komt irrigatiewater vandaan? Aquaducten/dammen In dalen (bij rivieren) Bij oases (soms met niet vernieuwbaar water.fossiel water uit aquifers) 66. BEHOUD VAN AQUIFERS: ONTZILTING VAN ZEEWATER 67. LANDDEGRADATIE: OPLOSSINGEN Beplanten hellingen Tegengaan braaklegging Druppelirrigatie Kennis over aangepaste methodes passend bij de natuurlijke omstandigheden Speciale gewassen 68. Landdegradatie en vegetatie 69. Oorspronkelijke vegetatie Mediterraan bos: naald- en loofbos Lage struiken (maquis) en bomen Steppe Oorspronkelijke vegetatie: Een vegetatie, die aangepast is aan het klimaat in het Middellandse Zeegebied. Deze planten kennen lange wortels om in de droge zomer nog bij het grondwater te kunnen komen. Ze kennen ook dikke leerachtige bladeren om een te grote verdamping tegen te gaan. MaquisMediterraan bos (hele jaar groen)Steppegebied Spanje