renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de...

68
2017 | 4/ 5 GEZONDHEIDSZORG FACILITIES, (MEDISCHE) TECHNOLOGIE EN WETENSCHAP IN DE ZORG WWW.FMTGEZONDHEIDSZORG.NL Reversed design nieuwe beddenkamers AMC DOEKLE TERPSTRA: GELD IS NIET DE OPLOSSING renovatieslag bij mmc veldhoven Project Sensing Clinic maakt flinke stappen hoe big data de zorg verandert

Transcript of renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de...

Page 1: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

2017 |4/5GEZONDHEIDSZORG

f a c i l i t i e s , ( m e d i s c h e ) t e c h n o l o g i e e n w e t e n s c h a p i n d e z o r gw w w. f m t g e z o n d h e i d s z o r g . n l

Reversed designnieuwebeddenkamers AMC

Doekle TerpsTra:geld is niet de

oplossing

renovatieslag bij mmc veldhoven

Project Sensing Clinic maakt flinke stappen

hoe big datade zorg verandert

Page 2: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

thyssenkrupp specialist in huis- en trapliften

Ontworpen samen met ergotherapeuten

Meest ergonomische traplift

Trap blijft beloopbaar voor iedereen

Rolstoelvriendelijke huisliften

Ruim 60 jaar een begrip in Nederland

WORD NU PARTNER VAN ONS

Laat mensen langer zelfstandig thuis wonen in hun eigen huis

Maak kennis met ons partnerprogramma

0800-5003 (gratis)

tkencasa.nl/contact

170038_Adv_tk_FMT_1-1_225x285_2017_EDITIE4_DEF.indd 1 6/16/2017 1:27:11 PM

Page 3: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

E D I T O R I A L

Het Rathenau Instituut concludeerde recent dat onder andere zorginstellingen hun ICT-systemen onvol-doende hebben beveiligd. Mochten er naar aanleiding

van dat rapport professionals en bestuurders zijn geweest die meenden dat het allemaal wel zou meevallen, dan zullen zij inmiddels hun mening hebben bijgesteld. De ransomware die onlangs ziekenhuizen in Groot-Brittannië in de problemen bracht, heeft duidelijk gemaakt dat cybercriminelen ook de zorg niet ontzien.

Het uitvallen van een ICT-systeem is een doemscenario voor elk ziekenhuis. Zorginstellingen zijn tegenwoordig op tal van terreinen in hoge mate afhankelijk van hun ICT-voorzieningen. Het is daarom van het allergrootste belang dat de beveiliging van ICT in ziekenhuizen in het bijzonder, en de zorg in het al-gemeen, de komende periode de grootste aandacht krijgt. Als FMT zullen we hier een bijdrage aan leveren door regelmatig online en in print te publiceren over dit onderwerp. Een goed voorbeeld daarvan is het artikel: Herziening NEN 7510 ‘Infor-matiebeveiliging in de zorg’ kruipt dichter tegen ISO 27001 aan’, dat u in deze editie kunt lezen. Daarnaast zullen we binnen de FMT Academy workshops or-ganiseren over het beveiligen van ICT.

Zoals u merkt is deze uitgave van FMT lekker dik. Het is een combinatie-editie voor de zomermaanden. Het is een mooie editie geworden met veel interessante interviews en ach-tergrondverhalen. Bijvoorbeeld het interview met Doekle Terpstra, voorzitter Uneto-VNI en aanjager van het Zorgpact. Hij laat weten dat door de beschikbaarheid van geld niet alle problemen in de zorg zonder meer zijn opgelost. En over de vele nieuwe ontwikkelingen zegt Terpstra: “Overal zijn prach-tige initiatieven te vinden, maar ze komen nog niet in de eta-lage.” In deze editie van FMT hebben we uiteraard wèl diverse innovaties in de etalage staan. Daarnaast gaat redacteur Wilma Schreiber in op een aantal innovaties die het niet hebben gehaald. Niet elk goed idee of product leidt tot succes.

Ik wens u fijne zomermaanden en veel plezier met deze dubbeldikke FMT Gezondheidszorg.

Cor van Litsenburg,Hoofdredacteur.

de beveiliging van ict en nog veel meer

FMT GEZONDHEIDSZORG 3

Het uitvallen van een ICT-systeem is een doemscenario voor elk ziekenhuis. De beveiliging dient dus de grootst mogelijke aandacht te krijgen.

Page 4: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT Gezondheidszorg is een uitgave van:Van Litsenburg BVEendenven 145646 JN EindhovenT +31 (0) 06 53 310 657E [email protected] www.fmtgezondheidszorg.nl

Volg FMT Gezondheidszorg op Twitter: @FMTzorg

FMT Gezondheidszorg wordt gemaakt met medewerking van o.a. NEN, Nictiz, TU/e, Hogeschool Arnhem en Nijme-gen, Taskforce Healthcare, IHE en KIVI.

FMT Gezondheidszorg verschijnt 10x per jaar.

Uitgever: Cor van Litsenburg

Eindredactie:Wim van Gurp

FMT komt tot stand met redactionele medewerking van: Ir. René Drost NAMCO, W. (Wim) van Gurp, H. (Henk-Jan) Hoekjen, prof. dr. ir. J (Jos) Lichtenberg, Prof. dr. ir. M. (Masi) Mohammadi, drs. F (Floor) Scholten, W. (Wilma) Schreiber, G. (Gerrit) Tenkink, F. (Frank) van Wijck, B. (Betty) Rombout, H. (Herman) Jansen, A. (Alex) van Geldrop, R. (Regien) Wiggers (NICTIZ), L. (Laura) van Lith (Zorg Brand-veilig), M. (Martin) van Rooij, D. (Dietske) van der Brugge, ir M. (Maurice) Dominicus, Renee van Litsenburg.

Fotografie: Peter Bouritius. e.a.

Vormgeving: Peter Bouritius

Advertenties:T +31 (0)6 53 310 657E: [email protected]

Druk: Scholma Druk

ISSN 1873 - 8877

Abonnementen:Nederland: e 125,00België e 125,00Buiten Europese Unie: e 169,50Losse nummers e 15,95Tarieven zijn excl. BTWKijk op: fmtgezondheidszorg.nl

Een abonnement kan op elk gewenst moment ingaan. Een abonnement wordt automatisch verlengd, tenzij ten-minste een maand voor het einde van de abonnementsperi-ode schriftelijk wordt opgezegd.

Coverfoto: Doekle Terpstra.

Disclaimer:Van Litsenburg BV heeft deze uitgave op de meest zorgvuldige wijze samengesteld. Van Litsenburg BV en haar auteurs kunnen echter op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de gegevens. Uitgever en auteurs aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op de informatie in deze uitgave.

colofonin deze uitgave

08 FMT Academy wil bijdragen aan kennis ten behoeve van de zorgsector.

fmt academy

06 Doekle Terpstra:geld is niet de oplossing.

zorgpact

09 Heeft het huidige zorgstelsel zijn langste tijd gehad?

innovaties in de zorg

12 Belteams AMC: betere gegevens, tevreden patiënten.

patiëntenlogistiek

15 Huisvestingsontwikkeling in het Catharina Ziekenhuis 2010-2016.

zorghuisvesting

18 Computer Aided Diagnose:assistent van de specialist.

medische technology

20 Pontes Medical Expertmeeting in het AMC.

value based healthcare

12patiëntenlogistiek: belteams AMC

46ontwerp nieuwbouw:sint maartenskliniek

FMT GEZONDHEIDSZORG4 FMT GEZONDHEIDSZORG4

22 Project Sensing Clinic maakt flinke stappen.

sensortechnologie

24 Brandveiligheid in zorggebouwen.brandveiligheid

Page 5: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

TDVTDV

30 Groot, groter, grootst. Hoe Big Data de zorg verandert.

data driven healthcare

26 Thuisgevoel in verpleeghuizen: een verkenning naar de ingrediënten van het thuisgevoel.

wonen in de zorg

32 Miele Steam Technology Summit.stoomsterilisatie

33 Korte nieuwsberichten.kort nieuws

34 Reversed design als uitgangspunt voor ontwikkeling nieuwe beddenkamers AMC.

reversed design

55 dJGA wint European Healthcare Award.design innovation for quality improvement

37 Toekomst bestendig ziekenhuis.column FHI

56 Equipe kiest voor Flex-OK Interflow.

flexible ok-systeem

38

58

Toegangscontrole is meer dan een camera bij de hoofdingang.

Qualified Medical Engineer / Clinical Informatics: ontwerpersopleidingen in de zorg.

toegangscontrole

post-master opleidingen in de zorg

onze partners

60 Herziening NEN 7510 ‘Informatiebeveiliging in de zorg’ kruipt dichter tegen ISO 27001 aan.

informatiebeveiliging

63 Bedrijfsgegevens van bedrijven uit de branche.

bedrijvenindex

66 Advertentie-index en info over FMT Gezondheidszorg.

advertentie-index

FMT GEZONDHEIDSZORG 5

40 Sint Maartenskliniek: ‘Scherpte in het proces brengen.’

besluitvorming nieuwbouw

42 Sint Maartenskliniek: een sprong van 10 jaar vooruit.

ontwerpen operatieafdeling

44 Sint Maartenskliniek: Strategisch werkconcept vertrekpunt nieuwbouw.

strategisch werkconcept

46 Sint Maartenskliniek: medewerkers en werkproces centraal.

ontwerp nieuwbouw

48 Bedrijfsbrandweer UMC Utrecht:Het bouwbesluit is prima, maar wij hebben een hogere ambitie.

de zorg brandveilig

50 Renovatieslag bij MMC Veldhoven.renoveren ok’s

52 Naar concurrerend en toekomstgericht zorgvastgoed.

bouwen aan zorgvastgoed

Page 6: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

zorgpact

FMT GEZONDHEIDSZORG6

Door: Wilma Schreiber

Zorginstellingen zijn nog te weinig innovatief en veranderingen te weinig disruptief, aldus Doekle Terpstra, voorzitter Uneto-VNI en aanjager van het Zorgpact. Hij pleit voor meer regionale verantwoordelijkheid en verbondenheid. “Samenwerken is het nieuwe concurreren.”

doekle terpstra:geld iS niet de oPloSSing

Anderhalf jaar geleden werd het Zorgpact

geïntroduceerd door drie bewindslieden

- Jet Bussemaker, Martin van Rijn en

Edith Schippers. Aanleiding waren de ingrijpen-

de en snelle veranderingen in de zorg, onder

andere onder invloed van technologie, en de

vraag of zorg- en welzijnsinstellingen voldoende

adaptief waren om daar op in te spelen. “Neem

de bestuurder die zijn verpleeghuis in twee jaar

tijd ziet veranderen in een hospice, omdat de

zorg meer en meer naar de thuissituatie wordt

verplaatst”, aldus Doekle Terpstra, voorzitter

Uneto-VNI en aanjager van het Zorgpact.

Het Zorgpact benadert de ontwikkelingen vanuit

een regionale insteek: veranderingen die in

Appingedam plaatsvinden, hebben immers

alleen consequenties voor de regio aldaar. “We

willen energie losmaken in de gouden driehoek

van zorgaanbieders, onderwijs en lokaal bestuur.

Doekle Terpstra, voorzitter Uneto-VNI

Page 7: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 7

schakel zijn om doelstellingen op dit vlak binnen

zorgorganisaties te realiseren.”

INTrINsIeke moTIVaTIeOm voldoende snelheid te kunnen maken, moe-

ten zorginstellingen voldoende adaptief zijn.

“Momenteel wordt nog te veel uitgegaan van de

eigen winkel. Maar ‘ik en mijn ziekenhuis’ moet

veranderen in ‘wij en onze omgeving’. Zorgorga-

nisaties werken in het publieke domein, met

publiek geld en hebben een publieke opdracht

en die luidt: samenwerken”, aldus Terpstra. Het

bedrijfsleven kan hierbij als voorbeeld dienen.

“Daar zie je veel meer voorbeelden van innova-

tieve samenwerking en nieuwe businessmodel-

len, met een grotere opbrengst voor alle partijen.

Die manier van denken zit nog niet in de wereld

van zorg & welzijn. Die is te weinig innovatief en

te weinig disruptief. Je ziet weliswaar mooie

initiatieven, maar die hebben nog te weinig

massa, terwijl dat wel noodzakelijk is.”

Terpstra kijkt dan ook met enige zorg naar het

nieuwe regeerakkoord. “Ik ben bang dat als er

potten geld voor de ouderenzorg beschikbaar

komen, organisaties terugvallen op hun oude

reflex en de prille innovatie loslaten”, zegt hij.

“Vandaar dat ik ook probeer de Haagse omge-

ving mee te nemen in dit verhaal. Mijn advies:

bevestig de regionale aanpak met middelen voor

samenwerking en stap af van de lumpsumbena-

dering, want die geeft een perverse prikkel. Hoe-

wel de zorg een politiek gevoelig onderwerp is en

het vaak over geld gaat, is geld is niet de oplos-

sing. De politiek moet de regio’s faciliteren en

voortbouwen op de intrinsieke motivatie van be-

trokken partijen. En professionals moeten de

grenzen van de kaders opzoeken om hun maat-

schappelijke doelstellingen te verwezenlijken.

Die bottom-up benadering biedt kansen voor

inclusiviteit.” <

de Tweede Kamer wordt gewerkt met een ‘volg-

spot’: regionale partijen bewegen zelf, het Zorg-

pact bespreekt hun ambities op intervisieachtige

wijze.

Om regio’s de ruimte te geven om tot ontwikke-

ling te komen, zet het Zorgpact ook in op ‘Ruim-

te in de regels’. “Het is nu soms al zoeken wat

wet- en regelgeving betreft, partijen zitten niet te

wachten op nieuw beleid. Daarom hebben we

voor ruim 50 vermeende dilemma’s in de regio

gekeken in hoeverre zaken echt niet mogelijk

zijn. Mag onderwijs bijvoorbeeld geëxtramurali-

seerd worden naar de plek waar de zorg plaats-

vindt? Dan blijkt er meer te kunnen dan je

denkt. Het fysiek samengaan van onderwijs en

zorg blijkt goed mogelijk, zo worden in Alkmaar

jonge mbo’ers in ziekenhuizen opgeleid.”

TeCHNIsCHe DIeNsTVerleNINgNu technologie het zorgveld ingrijpend veran-

dert, worden er tevens heel andere eisen gesteld

aan de professional. “Een bestuurder zei ooit:

‘het ziekenhuis wordt meer en meer een werk-

plaats voor technische ingrepen, de zorg gaat het

ziekenhuis uit naar de wijk. Dat betekent dat er

minder zorgpersoneel en meer goed opgeleide

technici nodig zijn. Het onderwijs speelt al in op

die verandering in beroepen, onder meer met

een opleiding Zorgtechnologie”, aldus Terpstra.

Andere ontwikkelingen die een rol spelen in de

professionele zorg en de thuisomgeving, zijn

robotisering en Internet of Things (IoT, het

verbonden zijn van apparaten via internet).

Uneto-VNI haakt in op deze ontwikkeling met

het certificaat van comfortinstallateur. Inmiddels

zijn zo’n 40 bedrijven gespecialiseerd in domo-

tica en smart home-toepassingen waarmee

mensen langer in hun thuisomgeving kunnen

blijven. “We zijn in gesprek met bijvoorbeeld

Philadelphia om de mogelijkheden van derge-

lijke technische dienstverlening te onderzoeken.

Want ook de installateur ontwikkelt zich meer

en meer tot adviseur en kan een verbindende

En dus niet langer werken met een Haagse

blauwdruk, maar innoveren door partijen te

verbinden in de regionale omgeving, daar moet

het gaan gebeuren.”

learNINg CommUNITIesIn het veld ziet Terpstra handelingsverlegenheid:

“De vraag is hoe werk je samen, hoe breng je

partners tot samenwerking in regionale zorg-

pacts. Wij fungeren letterlijk als aanjager tot

samenwerken, verbinden en van elkaar leren. In

het hele land learning communities creëren en

zo tot nieuwe inzichten komen op basis van

ervaringen elders”, zegt hij. “Overal zijn prach-

tige initiatieven te vinden, maar ze komen nog

niet in de etalage.”

Een ranking van alle initiatieven ontbreekt, om

aan te geven dat dé beste aanpak niet bestaat.

“De insteek van het Zorgpact blijkt succesvol,

het besef van ketenafhankelijkheid is een stuk

groter dan een aantal jaar geleden. Inmiddels

zijn er 17 regionale zorgpacts en circa 65 zogehe-

ten koploperinitiatieven. Het is onze taak hier-

voor interesse te wekken bij andere partijen, dat

zij ervan leren en ontdekken wat past bij hun

eigen regionale context.” Tegen de verwachting

in ontstaan de meest interessante ideeën niet in

de Randstad, maar in het Randland: de rest van

Nederland.

Een belangrijk uitgangspunt bij de zorgpacts is

intrinsieke motivatie van betrokken partijen.

“Samenwerken is het nieuwe concurreren. Het

veld verandert, veel organisaties snappen dat.

Toch is het soms ingewikkeld om beweging te

creëren, lokale overheden kunnen dan optreden

als facilitator voor gesprekken”, zegt Terpstra.

“De invulling verschilt per regio, elke regio kent

ook andere uitdagingen. De ruggengraat is steeds

samenwerking, voor de uitvoering geldt: laat

duizend bloemen bloeien.”

regIoNale DyNamIekDat wat Den Haag bedenkt goed is voor het hele

land, is een verkeerde gedachte. “Dat doet geen

recht aan de regionale dynamiek en laat veel

talent onbenut. Kern van het Zorgpact is dan

ook: vertrouwen op de kracht van de regio zelf

en de regio verantwoordelijk maken voor de

inclusiviteit in het gebied, zij hebben daar het

beste inzicht in”, stelt Terpstra. “Regio is overi-

gens een fluïde begrip en kan uiteenlopen van de

stad Rotterdam tot de provincie Zeeland en alles

er tussenin. Wat partijen onder ‘regio’ verstaan,

bepalen ze zelf.” In de voortgangsrapporten aan

samenwerken is het nieuwe concurreren”

Page 8: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

fmt academy

FMT AcAdeMy wil bijdrAgen AAn kennis Ten behoeve vAn de zorgsecTor

zorginstellingen. De FMT Academy speelt met

haar aanbod ook in op de actualiteit.

FMT Academy richt zich op de volgende belang-

rijke thema’s in de zorgsector:

- Zorgvastgoed;

- Kwaliteit & Veiligheid;

- Gebouwtechnologie;

- Medische technologie;

- ICT.

FMT Academy organiseert haar activiteiten in de

vorm van:

- Cursussen;

- Workshops;

- Werkbezoeken;

- Masterclasses;

- Symposia;

- Congressen;

- Indoor trainingen;

- Individuele begeleiding.

Activiteiten 2017 in de planning:

- Werkbezoek aan het Empatisch Huis met

prof.dr.ir. Masi Mohammadi;

- Het realiseren van een thuisgevoel in een

verpleeghuis;

- Workshops noodstroomvoorziening;

- Vermindering administratiedruk in zorgin-

stellingen;

- Werkbezoeken aan zorginstellingen.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen

door te mailen naar info@fmtgezondheidszorg.

nl of bellen 06 53 310 657. Bezoek ook onze

website: www.fmtgezondheidszorg.nl <

De belangstelling voor het magazine, de

website en de nieuwsbrief van FMT

Gezondheidszorg leert dat de behoefte

aan dergelijke kennis groot is. Vanuit deze ge-

dachte is de FMT Academy opgericht; een orga-

nisatie met als doelstelling een bijdrage te leve-

ren aan kennis ten behoeve van de zorgsector.

Om tot de FMT Academy te komen, zijn veel

gesprekken gevoerd met een groot aantal zorgin-

stellingen, wetenschappelijke onderwijsinstellin-

gen, HBO’s alsmede branche- en beroepsorgani-

saties. Het enthousiasme bij alle betrokken

partijen zorgt voor een vliegende start. Cor van

Litsenburg, uitgever van FMT Gezondheidszorg

en initiatiefnemer van de Academy; “We zijn er

trots op dat we voor dit jaar al diverse activitei-

ten kunnen ondernemen. Ik noem de meerdaag-

se training en introductiecursus “Slimbouwen;

Naar concurrerend en toekomstgericht zorgvast-

goed” van prof. dr. ir. Jos Lichtenberg en ir. Mo-

nique Donker PDEng. Daarnaast zijn we ook

trots op het feit dat we werkbezoeken kunnen

organiseren samen met prof. dr. ir Masi Moham-

madi aan het “Empatisch Huis” in Arnhem. De

activiteiten van de FMT Academy zullen zich

veelal richten op praktijksituaties. Deelnemers

zullen ervaren dat ze door de activiteiten van de

FMT Academy doelgericht kennis vergaren.”

FmT aCaDemyDe FMT Academy staat voor hoogwaardige

cursussen, opleidingen, workshops etc. door

gekwalificeerde deskundigen. FMT Academy

werkt hiervoor samen met onder andere diverse

universiteiten, HBO’s, kennisorganisaties en

Door: de redactie

Al meer dAn 10 jAAr richt

Fmt GezondheidszorG zich

op huisvestinG en (medische)

technoloGie in de

zorGsector.

complexe onderwerpen die

voortdurend updAtes vAn

kennis vereisen.

FMT GEZONDHEIDSZORG8

Page 9: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 9

heeFT heT huidige zorgsTelsel zijn lAngsTe Tijd gehAd?

patiënten dezelfde behandeling. Sommigen

krijgen te veel behandeling, andere blijven on-

derbehandeld.”

De AGE Reader maakt zorg op maat voor de

individuele patiënt mogelijk en is ook preventief

in te zetten als hart- en vaatziekten in de familie

voorkomen, bij overgewicht of boven een be-

paalde leeftijd. “Inmiddels zijn er ruim 180

studies gedaan naar de AGE Reader, die uitwij-

zen dat de voorspellende waarde net zo goed is

als die van de huidige gebruikte parameters.

Voordeel van onze meting is dat deze niet inva-

sief, in 12 seconden uit te voeren en goedkoop

is.”

Ondanks deze plussen hebben slechts enkele

tientallen huisartsenpraktijken de AGE-Reader

aangeschaft. “Als kleine onderneming hebben we

niet het budget om de technologie te vermark-

ten. Maar een belangrijker drempel is dat de

AGE-Reader niet is opgenomen in de richtlijn

voor behandeling van patiënten. Dat heeft tot

gevolg huisartsen er geen vergoeding voor krij-

risico op het ontstaan van hart- en vaatproble-

men kan bepalen. De technologie werd in de

jaren 90 ontdekt in het UMCG. “Bepaalde ver-

suikerde eiwitten in het lichaam, de zogeheten

Advanced Glycation End-producten (AGE’s), die

hart- en vaatproblemen veroorzaken, bleken te

reageren op ultravioletlicht. De fluorescentie is

een maat voor de hoeveelheid AGE’s in vaat-

wand, hart of brein”, aldus Bart van den Berg,

CEO van Diagnoptics, het bedrijf dat de AGE

Reader ontwikkelde.

Een relevante innovatie, aangezien hart- en

vaatziekten een van de voornaamste doodsoor-

zaken is in ons land en elders in de wereld. Ook

een aandoening waar preventief en curatief veel

zorg naar toe gaat. “Op dit moment wordt het

risico bepaald door het meten van bloeddruk en

cholesterol. Dit terwijl 50 procent van de patiën-

ten met een hartinfarct een acceptabele bloed-

druk hebben en niet alle mensen met een hoge

bloeddruk een herseninfarct krijgen”, zegt Van

den Berg. “Omdat huisartsen en specialisten het

risico niet goed kunnen bepalen, geven ze alle

Door: Wilma Schreiber

de zorgkoSten blijven Stijgen - in

2016 met 1,8 ProCent tot ruim 96

miljard, alduS het CbS. hoewel

Sommige mediSChe innovatieS

koSteneffeCtiever zijn, halen ze

niet altijd de markt. SomS tereCht,

SomS eChter ook ontereCht,

waardoor de zorgConSument

baanbrekende en veelbelovende

teChnologieën onthouden wordt.

innovaties in de zorg

In mei dit jaar pleitte het CPB in een policy

brief voor een standaardtoetsing op de

(kosten)effectiviteit van nieuwe apparatuur

en behandelmethoden. Dit om de mate van

gezondheidswinst te verduidelijken en technolo-

gie die niet of minder kosteneffectief is uit het

verzekerde pakket te weren. Ook wees het CPB

op het feit dat zorgaanbieders, specialisten en

patiënten niet de (volledige) financiële gevolgen

van de invoering van de nieuwe technologie

dragen, maar wel voordeel hebben van een even-

tueel effectievere behandeling. Fabrikanten

worden daardoor geprikkeld om mogelijk niet-

kosteneffectieve technologie toch te ontwikkelen

en op de markt te brengen.

HarT- eN VaaTzIekTeN Kosteneffectiviteit is echter niet de enige reden

waarom nieuwe technologie de eindstreep - lees:

de markt - niet haalt. Neem de AGE Reader, een

apparaat dat door lichtmeting aan de huid het

Budgetbeperkingen staan het breder vermarkten van de age reader in de weg.

Page 10: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

werkt met thuiszorgorganisatie Cordaan uit

Amsterdam, in de VS was thuiszorgorganisatie

Right at Home de partner. Doel was om na het

testen en valideren medio 2017 commercieel te

gaan. “Helaas kwamen we tot de conclusie dat de

CareSensus-technologie niet toekomstbestendig

is, omdat deze niet voldoet aan de eisen die de

markt daar over een aantal jaar aan zal stellen”,

stelt woordvoerder Steve Klink. “CareSensus is

een specifieke technologische oplossing voor een

specifiek probleem. De markt vraagt echter om

een geïntegreerde oplossing in één product,

waarbij leefstijlmonitoring wordt gecombineerd

in een oplossing met bijvoorbeeld valdetectie of

medicijnafgifte. Met die trend voor ogen gaan

we terug naar de tekentafel.”

Philips wil onderzoeken welke technologie ge-

bruikt kan worden voor het meten van beweging

en ook of één technologie geschikt is voor meer-

dere toepassingen. Dat het niet in één keer raak

was met CareSensus, noemt Klink niet verwon-

derlijk. “Zorg op afstand is iets nieuws, waar nog

veel werk voor verricht moet worden. Of een

product succesvol is, is verder afhankelijk van de

markt en de infrastructuur. In de VS is sprake

van veel afnemers, dat is een grote markt. In

Europa heb je te maken met heel veel landen,

met steeds een ander vergoedingenstelsel. Vaak

gen van de verzekeraar, ook al verbeteren ze de

zorg voor de patiënt”, stelt Van den Berg. “Daar-

bij komt dat huisartsen terughoudend zijn ten

aanzien van innovaties en er een tekort aan geld

is in de zorgmarkt. Dat vraagt meer studies en

veel lobbywerk, iets waar wij als klein bedrijf niet

de middelen voor hebben.”

Wereldwijd staan inmiddels ruim 3.000 AGE-

Readers, waarvan eenderde in Japan. Ook op de

Duitse markt krijgt Diagnoptics makkelijker

voet aan de grond. “In die landen hebben artsen

meer ruimte in de keuzes rond besteding van

hun zorgbudget, waar in Nederland 100 procent

van wat huisartsen kunnen declareren bepaald

wordt door verzekeraars en overheid”, zegt Van

den Berg. “Ons pleidooi is dan ook om een paar

procent als innovatiegelden te oormerken, zodat

artsen op basis van eigen kennis en wetenschap-

pelijk bewijs innovaties kunnen uitproberen. Zo

bied je innovaties de kans langzaam de Neder-

landse zorg binnen te druppelen.”

THUIszorg kweTsBare oUDereNIn andere gevallen blijkt de businesscase het

struikelblok. Bijvoorbeeld bij het CareSensus-

platform voor thuiszorg van Philips. Vorig jaar

startte dit bedrijf een pilot met slimme sensoren

in woningen om kwetsbare ouderen langer thuis

te laten wonen. In Nederland werd samenge-

zijn ook klinische studies noodzakelijk. Allemaal

factoren die van invloed zijn op het verdienmo-

del.”

Ouderenzorg c.q. onafhankelijk leven dankzij

zorg op afstand blijft een speerpunt binnen

Philips. “Uit onderzoek dat we samen met Sche-

per Ziekenhuis in Emmen hebben uitgevoerd,

blijkt dat zorg op afstand leidt tot een verminde-

ring van ongeplande ziekenhuisopnames. Punt

was dat alleen de zorgverzekeraar profiteerde van

de besparing en de zorgverlener niet”, aldus

Klink. “Willen we de zorgkosten beheersbaar

houden, dan moet het verdienmodel veranderen

en moeten alle partijen - zorgverzekeraar, eerste

en tweede lijn en de industrie - beloond worden.

Dat kan alleen door samenwerking. Vandaar ook

dat we een studie hebben geïnitieerd naar zorg

op afstand, waarbij we met alle betrokken par-

tijen kijken naar een ander verdienmodel met

andere geldstromen.”

BorsTkaNkersCreeNINgEen derde voorwaarde voor een succesvolle

innovatie is aantoonbare meerwaarde ten op-

zichte van bestaande oplossingen, zo ondervond

Ton Kleeven van Mito Medical Products. Hij

werkt al jaren aan een non-invasieve en pijnloze

manier voor het screenen op borstkanker, die

innovaties in de zorg

FMT GEZONDHEIDSZORG10

De Caresensus van Philips gaat terug naar de tekentafel.

Page 11: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

onvoldoende of zelfs niet vergoed wordt. “De

zorgconsument is erbij gebaat uit het zorgproces

te worden gehouden, maar de oude manier van

werken is niet meer te betalen. Er komt een

nieuw tijdperk aan, met een groeiend aantal

nieuwe technologieën, dat gaat botsen. We kun-

nen steeds meer diagnosticeren, weten steeds

meer, steeds preciezer en steeds eerder. In de

nabije toekomst wordt het bijvoorbeeld mogelijk

om op basis van genpaspoort te voorspellen

welke chronische ziekten iemand gaat ontwikke-

len en welke specifieke therapie het meest effec-

tief is. Met dat soort ontwikkelingen voor de

deur wordt het heel moeilijk om vanuit het

huidige stelsel te blijven opereren en de steeds

beter geïnformeerde zorgconsument tevreden te

houden.” <

bieden op bestaande technologie. Dat is ook

waar zorgverzekeraars naar op zoek zijn.”

Dit keer zocht Kleeven vooraf contact met radio-

logen en onderzoekers voor draagvlak en om

hun een proof of principle te laten zien. De

eerste reacties waren positief. “Ze toonden inte-

resse en vonden het er veelbelovend uitzien.

Uiteraard vertrouwen ze op de bestaande gou-

den standaarden, voorzichtigheid en zorgvuldig-

heid staan voorop.” Momenteel werkt hij aan een

conceptmodel en dat zal gevolgd worden door

klinische studies. Kleeven wil zijn innovatie een

aanvulling laten zijn op de huidige mammogra-

fietechnologie. “Het heeft geen zin om je als

klein bedrijf af te zetten tegen grote spelers in de

markt, zoals Philips, Siemens en GE. Het werkt

beter om ze te laten meekijken, dan krijg je

ondersteuning in plaats van tegenwerking.”

BoTsINg VaN TIjDPerkeNHerman van Wierst, manager Business Develop-

ment bij het Mikrocentrum en organisator van

het kennis- & netwerkevenement ‘Technology

for Health’, kent als geen ander de hobbels voor

technologische innovatietrajecten in de verschil-

lende toepassingssectoren. “We zien hoe moeilijk

het is voor de maakindustrie om voet aan de

grond te krijgen in de zorgmarkt. Bedrijven zijn

teleurgesteld in de snelheid, starheid en transpa-

rantie. We leven in een eerstewereldland waar de

zorg erg geprocedureerd is en vrijwel op slot zit.

Voor een innovatie in procedures terechtkomt,

ben je zo 10 tot 15 jaar verder”, zegt hij. “Daar-

naast kopen grotere bedrijven soms nieuwe

technologieën op om investeringen in eigen,

minder goede technologieën te beschermen. Zo

wordt de zorgconsument baanbrekende en veel-

belovende technologieën onthouden.”

Elke innovatie grijpt in op de bestaande werk-

processen en geldstromen. Van Wierst consta-

teert dan ook dat diverse innovaties stuklopen

op het huidige zorgstelsel, waarbij vooral ver-

diend wordt aan zieken en waar preventie zwaar

tevens het aantal foutpositieven - dat bij mam-

mografie voor vrouwen boven de 50 tussen de 65

en 75 procent bedraagt - verlaagt. “Bovendien

zijn vrouwen onder de 50 met mammografie

niet te screenen vanwege de densiteit van het

borstweefsel. Je ziet dan alleen één grote vlek en

dat zou het aantal foutpositieven alleen maar

doen stijgen”, zegt hij. Zijn apparaat - de Tiseno,

inmiddels van de markt - bracht op basis van

thermografie de warmteontwikkeling in de borst

in kaart. Na jaren van onderzoek bleek deze

innovatie om verschillende redenen niet succes-

vol. “De specificiteit was slecht, er was een goed

getraind oog nodig om iets te ontdekken en dat

bleek uiteindelijk de doodsteek voor het pro-

duct. Daarnaast kreeg de Tiseno geen steun in de

reguliere medische wereld, omdat de methode

niet reproduceerbaar was. Bovendien kon het

beeld veranderen als een vrouw haar maande-

lijkse periode had of als het buiten koud was. De

afwijzing was dan ook terecht”, stelt hij.

In 2015 ontwikkelde Kleeven een nieuwe weder-

om pijnloze en non-invasieve methode, die de

energie (aantal joules) in de borst meet. Met

deze methode denkt hij het aantal foutpositieven

met de helft te reduceren en bovendien vrouwen

vanaf 20 jaar te kunnen screenen. “Het apparaat

stelt zelfstandig de diagnose, de eerste lijn kan

zien of er sprake is van een verdachte vlek en zo

ja, waar die zich bevindt. Daar is geen radioloog

meer voor nodig. Vergelijk het met een uitstrijkje

dat ook door de doktersassistent wordt gemaakt

en waar de patiënt alleen naar het ziekenhuis

gaat als het noodzakelijk is”, vertelt hij. “Daar

draait het om bij innovatie: toegevoegde waarde

FMT GEZONDHEIDSZORG 11

Herman van wierst (mikrocentrum) voorziet een botsing van tijdperken.

aantoonbare meerwaarde ten opzichte van bestaande oplossingen is voorwaarde voor een succesvolle innovatie, ondervond Ton kleeven van mito medical Products.

het heeft geen zin om je als klein bedrijf af te zetten tegen grote spelers in de markt, zoals Philips, Siemens en ge.

Page 12: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

patiëntenlogistiek

FMT GEZONDHEIDSZORG12

Door: Martin van Rooij

Hun gewicht en leeftijd. Of de aandoening vaker voorkwam in de familie. Hun adres. Medewerkers van het AMC vroegen patiënten op verschillende momenten het hemd van het lijf. Niet zelden werden dezelfde vragen meerdere keren gesteld. Nu gaat het een stuk efficiënter. De oplossing? Belteams, bemand door tweede- en derdejaars studenten geneeskunde. Iedereen blij.

belteams amc:betere gegevenS, tevreden Patiënten

Niemand werd blij van de oude werk-

wijze. Allereerst de patiënten niet. Ze

moesten vaak hetzelfde verhaal vertel-

len en vroegen zich af: waarom? Ook het zieken-

huis had het idee dat dit beter kon. Want de

spreekuren kunnen efficiënter. Zo zijn patiënten

niet altijd volledig voorbereid op de vragen die

ze kunnen krijgen, bijvoorbeeld of een aandoe-

ning vaker voorkomt in de familie. Ook zijn de

administratieve gegevens vaak incompleet als de

ron Peters en myrte Dikmans, amC; foto martin van rooij.

Page 13: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 13

Dit laatste is een vereiste om de kosten vergoed

te krijgen van de zorgverzekeraar; zie het dus als

een check. Verder verlaagt het voorbereidende

gesprek het aantal no-shows. Bovendien vragen

de belteams uit wie de patiënt naar ons heeft

verwezen: de huisarts of een collega-cardioloog

van een ander ziekenhuis? Enorm van belang,

omdat een second opinion – een vorm van

hoogcomplexe zorg – financiële consequenties

heeft voor het AMC.’

Personeel

Het AMC heeft aan zijn kant van de telefoonlijn

uitstekende krachten zitten, vertelt Myrte Dik-

mans, projectleider van het project Spreekuur-

verantwoordelijk voor alle poli’s van het AMC:

‘Sinds 2015 belt een lid van ons belteam de

patiënt een week voor de afspraak om de af-

spraak voor te bereiden. Het was meteen een

succes. De cardiologen vonden het prachtig. Niet

alleen omdat de patiënt voorbereid was, maar

ook omdat het dossier al voorbereid was. Dat

scheelt kostbare tijd. Ook de patiënten waren

heel tevreden. Ze vinden het een prettige belang-

stelling en ze ervaren het als goede en persoon-

lijk zorg. Omdat de patiënt via het telefoontje

ook de nodige informatie krijgt, blijkt dat men

minder vragen heeft. Ook weet het AMC nu

zeker dat patiënten die naar de poli in het AMC

komen een verwijsbrief in het dossier hebben.

patiënt bij de arts komt. Soms blijkt pas in het

ziekenhuis dat de betreffende patiënt een rolstoel

of een tolk nodig heeft. Het zijn zaken die vooraf

geregeld kunnen worden zodat de patiënt is

voorbereid op de afspraak en andersom, waar-

door het spreekuur efficiënter kan verlopen.

VIer aFNemers VaN INFormaTIeAan de ene kant is die veelvuldige uitvraag van

informatie best te begrijpen. Zo kent het AMC

vier – tamelijk verschillende – afnemers van de

demografische en medische patiënteninformatie:

de dokter, de beroepsvereniging en diverse in-

stanties die toezien op de kwaliteit, de inspectie

voor de volksgezondheid en tot slot de JCI, een

Amerikaanse accreditatieorganisatie waarbij het

AMC is aangesloten. Maar waarom niet alles in

één keer opvragen en centraal registeren? Dat

kan handiger, toch? Het AMC is daarom gestart

met Spreekuurvoorbereiding, een project dat

wegens succes wordt uitgebreid.

BeTere INFo, mINDer No-sHowHet Hartcentrum was de eerste poli binnen het

AMC die startte met de vervroegde uitvraag van

informatie. Ron Peters, cardioloog en tevens

belteams verhogen kwaliteit patiëntgegevens”

5 sterren voor iedere dag zorgeloos werkenSpreekwoordelijke kwaliteit voor uw bedrijfszekerheid

Perfecte reinigingsprestatiesBehoedzame reinigingsresultaten

Maximale energie-e� ciëntie Bijpassende service

Bekijk op www.miele-professional.nl/5sterrenwaarom uw collega-organisaties voor

Miele Professional kozen.

Miele Nederland B.V. | Miele Professional www.miele-professional.nl

GratisAnalyse

van uwtextielverzorging

Page 14: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

de patiënt persoonlijk op de hoogte te stellen.

Het gebruik van Mijn Dossier is nog relatief laag.

Wat wij willen, is dat iedere patiënt het dossier

gaat gebruiken en zelf zijn dossier vult met

basale gegevens. Wij schatten dat driekwart van

de bevolking daartoe in staat moet zijn. Als we

dat voor elkaar boksen, besparen we onszelf veel

werk en neemt de kwaliteit van onze de gegevens

– en daarmee van onze zorg – flink toe.’

NIeT oNTworPeN Voor De arTsPeters heeft wel een vermoeden waarom niet veel

zoveel patiënten hun dossier raadplegen. ‘Het

dossier is ontworpen om medewerkers van het

ziekenhuis van de benodigde informatie te voor-

zien. De informatie is behoorlijk technisch en

wordt bepaald niet publieksvriendelijk gepresen-

teerd. Oorspronkelijk is het ook niet gemaakt

voor de dokter, maar voor het management, de

accrediterende instanties, het lab, de apotheek,

de (financiële) administratie en de logistiek van

het ziekenhuis. Als ík het voor het zeggen had,

werd het een touchscreen systeem dat met me

meedenkt en me vraagt: ‘Deze patiënt is zojuist

ontslagen na een hartinfarct. Waarom heeft hij

geen aspirine gekregen?’ En dat ik dan denk: ‘dat

hoort er wel bij’, om vervolgens op ‘Aspirine

geven’ te tikken. Vandaar de weerstand die artsen

hebben tegen het EPD. Ze ervaren het eerder als

een administratieve last dan als ondersteuning.’

Terug naar de belteams. De voordelen daarvan

zijn evident, aldus Dikmans. ‘Vandaar dat onze

Raad van Bestuur het project met innovatiebud-

get ondersteunt. Hierdoor kunnen we ook bij

andere poli’s van het AMC met belteams gaan

experimenteren. We hopen uiteindelijk dat we

op termijn alle AMC-patiënten die op spreekuur

komen kunnen voorbereiden.’

VaCUümDe medische wereld snakt volgens Peters naar

een ondernemende partij die een vacuüm vult.

‘Bijvoorbeeld, een patiënt komt naar het AMC

voor een second opinion. De foto’s die in zijn

eigen ziekenhuis zijn gemaakt, kunnen wij vaak

niet lezen. Ofwel de patiënt heeft de beelden niet

voorbereiding. ‘We maken gebruik van studen-

ten geneeskunde die in hun laatste jaar zitten of

hun bachelor hebben behaald en wachten totdat

ze coschappen kunnen gaan lopen. Studenten

gebruiken deze wachttijd op deze manier om

geld te verdienen en doen relevante ervaring en

contacten op in het ziekenhuis. Zo zien ze met

eigen ogen hoe EPIC, ons elektronisch patiën-

tendossier, is opgebouwd en welke informatie

waar staat, hoe een poli in elkaar steekt en hoe

daar de rolverdeling is. Daarnaast hebben ze

contact met patiënten. Hierdoor oefenen ze hun

communicatieve vaardigheden, maar leren ze

ook wat de vragen en zorgen van patiënten zijn

rondom hun aandoening.’ Peters: ‘Ze zijn jong

en creatief. Ze voeren niet alleen maar uit, maar

denken na en dragen ideeën ter verbetering aan.’

Patiënten

Patiënten kunnen thuis hun eigen gegevens

bekijken in ‘Mijn dossier’, en voor een deel ook

zelf invullen of wijzigen. Daarnaast vertoont

Mijn dossier ook eventuele uitslagen, zij het met

enige vertraging. Peters: ‘We geven de dokter de

gelegenheid de uitslagen eerst zelf te bekijken en

bij zich, ofwel de beelden worden tegengehou-

den door onze firewall, ofwel de beelden staan

op een schijfje of in een bestandsformaat dat ons

systeem niet kan lezen. Een drama. Bouw ergens

een bunker waar die gegevens bewaard worden

en waar alle ziekenhuizen bij kunnen zonder ze

te kopiëren. Dat zou een enorme efficiencyslag

zijn. Maar niemand voelt zich daartoe geroepen.

De overheid kijkt naar de verzekeraars en die

zeggen op hun beurt: ‘Wij verzekeren individu-

en, wij bouwen geen infrastructuur.’ Door deze

impasse moeten we nu geregeld mensen onver-

richter zake naar huis sturen. Soms moeten ze

zelfs eerst een afspraak maken om bij ons nieuwe

foto’s te maken. Wie staat er op en lost dit op?’ <

patiëntenlogistiek

FMT GEZONDHEIDSZORG14

Registratie aan de bron en zorginforma-tiebouwstenen Registratie aan de bron is een landelijk plat-form waarbinnen de UMC’s en algemene ziekenhuizen, hun brancheorganisaties NFU en NVZ en Nictiz met alle zorgprofes-sionals streven naar eenmalig verkregen zorginformatie die op een eenduidige ma-nier wordt vastgelegd. Alleen dan is die in-formatie voor veel doeleinden te herge-bruiken.

NictizBij eenduidige registratie gaat het erom wat zorgverleners vastleggen en hoe ze vastleg-gen. Dat vastleggen gebeurt met zorginfor-matiebouwstenen die op basis van interna-tionale standaarden door Nictiz zijn ontwikkeld. Nictiz ondersteunt partijen bij de ontwikkeling van zorginformatiebouw-stenen en de toepassing ervan in specifieke zorgsituaties. Ook verzorgt Nictiz het be-heer van de bouwstenen. Nictiz en AMC onderzoeken momenteel de mogelijkheden om op afstand te kunnen in-loggen via Idensys, een soort DigiD maar dan nog beter beveiligd. Mogelijk starten ze samen een pilot.

patiënten ervaren betere zorg”

Page 15: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 15

Eind 2016 is het Catharina Hart- en vaatcentrum officieel geopend. Dit nieuwe centrum met 5 HCK’s, hartlounge, eerste hart hulp (EHH) en medium care (MC), is samen met de daaronder gelegen ver-nieuwde en uitgebreide centrale hal een van de vele huisvestingsprojecten die afgelopen jaren in het kader van het langetermijnhuisvestingsplan (LTHP) binnen het Catharina Ziekenhuis zijn gerealiseerd.

huisvestingsontwikkeling in hetCatharina ziekenhuiS 2010-2016

pieterse terwel grevink (ptg advies) heeft dit

LTHP in 2010 voor het ziekenhuis opgesteld en

is sindsdien nauw betrokken bij de uitwerking

en realisatie van de projecten. Het LTHP, dat

uitgaat van renovatie en uitbreiding op de be-

staande locatie, heeft in deze periode zowel voor-

zien in de benodigde heldere kaders als in vol-

doende flexibiliteit om steeds strategische keuzes

te maken, passend in een veranderende omge-

ving. Het recent geopende Catharina Hart- en

vaatcentrum is bijvoorbeeld een project dat in

deze vorm niet in het oorspronkelijke LTHP was

voorzien, maar toch binnen de planning en

kaders van het LTHP kon worden gerealiseerd.

TerUgBlIkBegin april 2017 blikken Piet Batenburg (voor-

zitter raad van bestuur) en Folkert Jans (partner

zorghuisvesting

Door: ir. Jolien de Jong, adviseur

en ing. Folkert Jans, partner

ptg advies te Amersfoort

’Flexibel omgaan met heldere kaders’

Page 16: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG16

zorghuisvesting

creëren, is ruimte vrijgemaakt om het bedden-

huis uit te dunnen. Per bouwlaag worden twee

24-bedsafdelingen gerealiseerd, volgens een

gestandaardiseerde opzet met 60% eenpersoons-

kamers en behoud van voldoende volume per

verdieping voor een gunstige verpleegkundige

bezetting. Vanwege de gunstige marktomstan-

digheden is met de aannemer een raamovereen-

komst gesloten voor het gehele eerste deel van de

renovatie. Dankzij het repeterende effect van de

standaardafdelingen en de ervaring die het team

tijdens de uitvoering opdoet, wordt zowel finan-

cieel als qua doorlooptijd veel winst behaald.

Inmiddels zijn 10 van de 19 verpleegafdelingen

gerenoveerd. Naar verwachting wordt medio

2019 de laatste afdeling opgeleverd.

geFaseerDe FINaNCIële PlaNNINg aFgesTemD oP BeDrIjFsresUlTaaT De uitbreidings- en verbouwplannen zijn gefa-

seerd in opdracht gegeven en uitgevoerd. Hier-

door zijn de financiële risico’s voor het zieken-

huis beperkt gebleven. Het bouwbudget is in vijf

grote aannemingscontracten opgedeeld die

verspreid over de periode 2010-2016 zijn opge-

dragen. Daarnaast zijn er nog vele kleine aanne-

mingscontracten opgedragen. Voor het zieken-

huis betreft dit een extra inspanning op het

gebied van contractmanagement, maar het geeft

de mogelijkheid de investeringen te temporise-

ren of aan te passen als de bedrijfseconomische

situatie daarom vraagt.

2017: oPTImalIsereN eN aNTICIPereN Dit artikel schetst een aantal voorbeelden van

hoe een ziekenhuisorganisatie keuzemomenten

tijdens het uitrollen van een huisvestingsplan

kan benutten. In dit specifieke geval is het zie-

kenhuis, dankzij de gefaseerde renovatie in plaats

van de keuze voor één integraal (nieuwbouw)

plan, steeds in de gelegenheid geweest de uit-

gangspunten te toetsen, kennis en kwaliteit toe te

budget gerealiseerd kan worden. De nieuwbouw

huisvest naast de poliklinieken en de twee inte-

rim-verpleegafdelingen, een nieuwe, in capaciteit

uitgebreide, dialyseafdeling.

CoNCeNTraTIe VaN VerloskUNDIge zorg: BeTer aNTICIPereN Door UITsTel De landelijke discussie over de concentratie van

verloskundige zorg maakt dat het in 2013 voor

het Catharina Ziekenhuis nog onduidelijk is

welke consequenties deze zal hebben voor het

zorgaanbod. Tegelijkertijd staat in deze periode

wel de programmering van de verlos-, kraam- en

kinderafdeling op de agenda. Deze afdelingen

zijn gesitueerd op de bovenste verdiepingen van

het beddenhuis, dat in zijn geheel van boven

naar beneden gerenoveerd zal worden. Om het

ziekenhuis meer bedenktijd te geven en de mo-

gelijkheid op een later moment alsnog op de

ontwikkelingen te kunnen anticiperen, wordt het

renovatieplan aangepast. In het nieuwe renova-

tieplan wordt begonnen met de renovatie van

een aantal algemene verpleegafdelingen, en

worden de verlos-, kraam- en kinderafdeling op

een later moment gerenoveerd.

In 2016 is reeds de geheel vernieuwde kraam-/

verlosafdeling geopend met 15 ruime bevalsuites

waar moeder, vader en kind zowel tijdens als na

de bevalling kunnen verblijven. Dit concept is in

nauwe samenwerking met de eerstelijnsverlos-

kundigen ontwikkeld en heeft de geboortezorg

in het Catharina Ziekenhuis, zowel qua patiënt-

beleving als in aantal bevallingen, een enorme

boost gegeven.

VeraNDereNDe VIsIe oP De Ver-PleegaFDelINg: VaN zes- Naar ééNPersooNskamers De oorspronkelijk in het ziekenhuis aanwezige

43-bedsverpleegafdelingen met zesbedskamers

stammen uit de jaren zeventig en voldoen niet

meer aan de eisen van deze tijd. Conform het

LTHP uit 2010 zouden de afdelingen worden

aangepast naar 32-bedsafdelingen met een mix

van een-, twee- en vierbedskamers. Met het

aanpassen van het beddenschuifplan in 2013

wordt ook de visie op de standaardverpleegafde-

lingen opnieuw tegen het licht gehouden. De

landelijke trend richting meer eenbedskamers

zet zich in deze periode versneld door, waardoor

heroverweging van het aantal eenbedskamers

voor het Catharina Ziekenhuis voor de hand ligt.

Door de dialyseafdeling en het hartcentrum uit

het beddenhuis te halen en hiervoor elders in het

ziekenhuis een hoogwaardig nieuw centrum te

bij ptg advies) terug op een succesvol opgezet en

uitgevoerd LTHP. Kwaliteitsdoelstellingen zijn

meer dan gehaald, binnen de kaders van geld en

tijd. De successen zijn te danken aan een heldere

visie vanuit de raad van bestuur, een gunstige

aanbestedingsmarkt maar ook een flexibel opge-

zet LTHP, waardoor ook tijdens de uitvoering

nog beleidskeuzes goed mogelijk waren. Piet

Batenburg en Folkert Jans zijn vanaf de start in

2010 tot op heden betrokken bij de begeleiding

van het LTHP voor het Catharina Ziekenhuis.

Dit artikel bespreekt de keuzes die gedurende de

huisvestingsontwikkeling van het Catharina

Ziekenhuis zijn gemaakt en welke voordelen dit

voor de ziekenhuisorganisatie heeft opgeleverd.

ProFITereN VaN gUNsTIge markT-CoNDITIes: ProDUCTIegroeI eN lage BoUwkosTeN Een van de eerste grotere projecten van het

LTHP is de nieuwbouw van circa 10.000 m2.

poliklinieken in een separaat gebouw. De reno-

vatie van het beddenhuis is een van de andere

grote projecten binnen het LTHP. Tijdens deze

renovatie zal de beddencapaciteit op het niveau

van 2010 gehandhaafd blijven, toewerkend naar

een uitbreiding met circa 60 bedden na uitvoe-

ring van het LTHP.

Groeiambities en een verandering in de bestuur-

lijke samenstelling geven begin 2011 aanleiding

om te onderzoeken of het mogelijk is versneld

meer beddencapaciteit te creëren. Dit resulteert

in een uitbreiding van het nieuwe polikliniekge-

bouw met twee bouwlagen ten behoeve van twee

tijdelijke verpleegafdelingen, onder voorwaarde

dat hier een sluitende business case tegenover

staat.

De algemene beddencapaciteit van het zieken-

huis wordt hiermee per direct met 64 bedden

uitgebreid. De marktcondities ten tijde van de

aanbesteding zijn echter dermate gunstig, dat de

nieuwbouw van het polikliniekgebouw inclusief

extra bouwlagen binnen het oorspronkelijke

Het grootste voordeel is dat wij als Ca-tharina Ziekenhuis een gebouwde omge-ving creëren die past bij de behoeftes en mogelijkheden van vandaag, maar ruimte creëert om te anticiperen op de ontwik-kelingen van morgen.

Piet Batenburg,voorzitter raad van bestuur

Investeringsprojecten vragen om continuï-teit in beleid van het bestuur. Zorg dat er een duidelijk beeld is van het einddoel. Dit samen met een strakke aansturing van het bouwproces legt de fundering onder de succesvolle realisatie van een ambiti-eus huisvestingsplan.

Piet Batenburg,voorzitter raad van bestuur

Page 17: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 17

voegen en waar nodig (deel)plannen aan te

passen.

Ook vandaag de dag blijven we onderzoeken hoe

en wanneer we de beste keuzes kunnen maken.

De gerealiseerde capaciteit wordt gemonitord in

relatie tot de bedrijfsvoering van het ziekenhuis

en de ontwikkelingen in de maatschappij, poli-

tiek en op het vlak van fusies en samenwerkin-

gen. Ziekenhuisfuncties van andere locaties

worden ingepast binnen de hoofdlocatie, zodat

vierkante meters optimaal worden benut en dure

huurlocaties kunnen worden afgestoten. De

fusiebesprekingen met het St. Anna Ziekenhuis

worden nauwlettend gevolgd, om de capaciteit

en het zorgprofiel van de nog te renoveren ver-

pleegafdelingen waar nodig op in te richten.

Een grootschalige en gefaseerde renovatie heeft

als nadeel dat je als medewerker en patiënt rela-

tief lang in een verbouwsituatie zit en dat som-

mige afdelingen voor hun gevoel pas laat aan de

beurt zijn. Tegelijkertijd duurt het niet jarenlang

tot de eerste nieuwe voorzieningen in gebruik

worden genomen en verbetert de ziekenhuisom-

geving stapsgewijs. Afdelingen worden immers

gefaseerd, en dus op onderdelen juist veel sneller,

in gebruik genomen. <

Het verdelen van de totale renovatie in meerdere kleine projecten vergt voor het ziekenhuis een extra inspanning op het gebied van contractmanagement, met als voordeel de investeringen te kunnen temporiseren of aan te passen als de bedrijfseconomische situatie daarom vraagt.

Piet Batenburg,voorzitter raad van bestuur

Eén systeem. Eén partner. Totaal leverancier voor de CSA.

Efficiënt.

Systeemoplossingen voor de onreine

en reine zijde

Minder kosten.

Lage total cost of ownership

Innovatief.

Gepatenteerd reinigingsproces voor

complexe en kritisch instrumentarium

Meer service.

Uitgebreide dienstverlening van de

hoogste Miele kwaliteit

Voor meer informatie: www.miele-professional.nlTelefoon: (0347) 37 88 84

Reinigen/DesinfecterenSteriliserenDocumenterenGaranderen

Page 18: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG18

medische technologie

coMpuTer Aided diAgnose:AssisTenT vAn de speciAlisT

Daarmee lever je het bewijs dat de software

onder alle omstandigheden werkt en dat er geen

risico’s aan zitten”, verklaart Scholte. Als voor-

beeld noemt hij de software voor hersenscans

- Quantib BrainTM – voor onderzoek naar de-

mentie. “Door analyse van de scans hopen we

Quantib is een spin-off van de Biomedi-

cal Imaging Group binnen het Eras-

mus Medisch Centrum in Rotterdam,

een onderzoeksgroep onder leiding van profes-

sor Wiro Niessen - tevens Chief Scientific Officer

bij Quantib - die streeft naar een betere en effici-

entere beeldverwerking met behulp van de com-

puter. De onderzoekers werken letterlijk naast de

arts en die combinatie van technisch denken en

klinische vraag leidt tot een vruchtbare samen-

werking. Vier van hen startten eind 2012 een

eigen bedrijf in geavanceerde technieken voor

het analyseren van MRI-scans: Quantib (quanti-

tative imaging biomarkers). “Dankzij GE Health-

care als launching customer, met distributieka-

nalen overal ter wereld, hadden we gelijk een

enorme impact”, zegt CEO Rudolf Scholte.

Tientallen universiteiten beheersen die ana-

lysetechniek op researchbasis; Quantib zette de

stap naar klinisch routinewerk met software die

snel, robuust, betrouwbaar en te certificeren is.

“De software wordt gezien als medisch product

en moet daarom tegenwoordig gecertificeerd

worden voor je het op de markt kunt brengen.

ziekten zichtbaar en meetbaar

maken, dat is het doel van de com-

puteranalyses van Mri-scans die

het rotterdamse bedrijf Quantib

uitvoert. en dat veel sneller,

preciezer en objectiever dan

radiologen. ‘Maar hun relevante

domeinkennis blijft onmisbaar.

die geeft de computer het benodig-

de zetje om bijvoorbeeld patronen

te herkennen.”

Door: Wilma Schreiber rudolf scholte, Ceo Quantib.

Quantib Brain geeft kwantitatieve informatie over de hersenschade, de omvang ervan en de snel-heid waarmee het proces voortschrijdt. Dit beeld toont de grootte van diverse hersenkwabben (foto: Quantib).

Page 19: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 19

beter deze te volgen zijn. En hoe preciezer ver-

banden tussen prognose en het verloop van

ziekten vast te stellen zullen zijn in een klinische

setting, waar sprake is van veel meer verschei-

denheid en een ongecontroleerde instroom van

patiënten”, zegt hij. “Onlangs bleek uit onder-

zoek dat bepaalde biomarkers in de hersenen een

belangrijke rol spelen bij de keuze om in de

eerste uren na een infarct al dan niet medicijnen

toe te dienen. In zo’n geval kan een snelle, objec-

tieve en gerichte computeranalyse van de scan

het verschil betekenen tussen leven en dood.” <

omvang ervan en de snelheid waarmee het pro-

ces voortschrijdt, kan van belang zijn voor de

diagnose.” Een ander voordeel van softwarema-

tige analyse is dat ook kleine verschillen te meten

zijn. “Zo is bijvoorbeeld een eventueel effect van

nieuwe medicijnen sneller vast te stellen, ook als

dat met het blote oog nog niet kan.”

Moeten radiologen binnenkort vrezen voor hun

baan? “Wij zijn slechts een assistent, maar het

automatiseren van dit hoger geschoold werk zal

zonder meer gevolgen hebben voor het benodig-

de aantal radiologen. Doordat een computer het

onderzoek altijd op dezelfde manier uitvoert,

zijn verschillen in de tijd goed te meten. En dat

kost slechts een paar minuten. Een radioloog is

zonder meer in staat handmatig een kwalitatief

even goede meting uit te voeren, alleen heeft hij

daar 40 uur voor nodig”, zegt Scholte.

Toch kan Quantib niet zonder de klinische prak-

tijk. “Wij beschikken weliswaar over de techni-

sche kennis van algoritmen, maar we hebben

ook relevante domeinkennis nodig om deze te

kunnen combineren met machine learning en

deep learning1. En uiteraard de data uit de scans

zelf, op basis waarvan de computer patronen

leert herkennen. De interactie met Erasmus

Medisch Centrum, de kennis van mri-beelden

bij radiologen en experts, geeft de computer het

benodigde zetje”, aldus Scholte.

serVICemoDelHet afgelopen jaar analyseerde het bedrijf meer

dan 10.000 scans voor partijen, waaronder zie-

kenhuizen, voor onderzoek naar onder meer de

samenhang van diabetes en hersenschade, en het

vetgehalte van de alvleesklier en de onderbuik.

“Omdat die software nog niet gecertificeerd is,

mogen we die alleen als servicemodel aanbieden.

Wij maken de analyse, de gebruiker is verant-

woordelijk voor de conclusies die hij eraan ver-

bindt.” Daarmee raakt Scholte aan een discussie-

punt rond computer-aided diagnose. “We

kunnen moeilijk de verantwoordelijkheid van de

arts overnemen. De arts wil dat ook niet, van-

daar de zeer hoge eisen aan de software.”

Binnen Quantib Brain wil Scholte het aantal

typen metingen in de hersenen sterk uitbreiden.

“Hoe meer informatie er is over ziekten, hoe

die aandoening zichtbaar, kwantificeerbaar en in

een vroeg stadium detecteerbaar te maken. Zo-

dat de behandelend arts niet langer een kwalita-

tieve beschrijving maar een feitelijk labrapport

krijgt van de radioloog over de eventuele schade

in de hersenen, vergelijkbaar met de uitkomsten

van bloedonderzoek naar het cholesterolgehalte.”

oBjeCTIeVe maaTDoor gedurende een langere termijn hersenscans

te maken bij mensen die dement zijn, wil Scholte

komen tot een objectieve maat over tijd. “Een

longitudinale vergelijking in plaats van een

subjectieve en kwalitatieve beoordeling. Want

onze software kan precies het percentage laesies

in de witte stof op het totale hersenvolume aan-

geven”, stelt hij. “Door de jaren heen nemen de

laesies toe en verslechtert meestal de toestand

van de patiënt. Informatie over de schade, de

wiro Niessen (erasmus medisch Centrum/Cso Quantib).

Kwantitatieve data steeds belangrijker voor medische praktijkProf. dr. Tim Leiner, radioloog en hoogle-raar cardiovasculaire beeldvorming in UMC Utrecht, beoordeelt elke dag MRI-scans van het hart. “Daarbij gaat het niet alleen om het verhaal achter de beelden, we verzamelen ook veel kwantitatieve data zoals het aantal milliliters bloed dat het hart naar buiten pompt, hoe de wandbewegingen zijn en hoeveel litte-kenweefsel zich in de hartspier bevindt. Die getallen worden steeds belangrijker voor de medische praktijk. Om de juiste therapie te kunnen kiezen en voor het volgen van mensen in de tijd, nu het aantal chronische patiënten stijgt.”

Zelf werkt Leiner aan technieken om kwantitatieve data te vergaren voor de automatische analyse van hart en bloed-vaten, voor Quantib nog onontgonnen gebied. Het concept van het Rotterdam-se bedrijf spreekt hem erg aan. “Het kwantificeren van dergelijke zaken is nog nieuw en iets waar radiologen geen tijd voor hebben. De software die Quantib ontwikkeld heeft voor het brein, zal straks ook voor andere gebieden belang-rijk worden”, aldus de Utrechtse hoogle-raar. “De software geeft ons de kans te leren waar de patiënt zich bevindt op het continuüm tussen normaal en abnor-maal is, die grens is nu nog onduidelijk. En het kunnen meten van kleine verschil-len in de tijd biedt inzicht in het effect van therapieën en nieuwe medicijnen. Dat is extreem belangrijk voor de prog-nose van de patiënt.”

Tim leiner (radioloog en hoogleraar UmC Utrecht).

1Beide technieken richten zich op het automatisch herkennen van nieuwe patronen en relaties in data om op basis daarvan beslis-singen te nemen. Deep learning, onderdeel van machine learning, beoogt daarbij zo veel mogelijk de menselijke manier van leren te benaderen.

Page 20: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG20

Value Based Health Care

ponTes MedicAl experTMeeTing in heT AMc

In samenwerking met Mikrocentrum organi-

seerde Pontes op 18 mei j.l. een van haar

expertmeetings, onder het thema ‘Value Based

Health Care’. Bedrijven. Zorgverleners en onder-

zoekers bespraken de nieuwste medical devices,

strategieën en uitdagingen.

Studenten geneeskunde, technische geneeskunde

en industrieel ontwerpen, rondden de tweedaag-

se MedTech Innovation Challenge 2017 af en

presenteerden hun vernieuwende ideeën over

fixatie van beademingstubes bij jonge kinderen.

De Pontes Medical Expertmeeting die het AMC

in mei organiseerde, toonde innoverende pro-

ducten die hun weg hebben gevonden van de

kliniek naar de markt. Het zijn devices en hulp-

middelen die werkende-weg ontwikkeld worden

door clinici en - vaak via een door Pontes onder-

steund traject - uiteindelijk in productie worden

genomen en op de markt komen.

elekTroNIsCH sTroTTeNHooFDHet elektronisch strottenhoofd stelt een patiënt

aan beademing in staat te praten

IC-patiënten die worden beademd, zijn geïntu-

beerd. Er is een plastic buis in de luchtpijp inge-

bracht, waardoor ademluchtlucht in de longen

wordt geblazen. De stembanden liggen buiten de

loop van de luchtstroom, waardoor kan de pati-

ent dus niet praten. Dat is een bron van frustra-

tie en stress.

Armand Girbes en Paul Elbers, beiden werkzaam

op de IC van het VUmc, hebben een nieuwe

toepassing ontwikkeld voor de electrolarynx, het

elektronisch strottenhoofd dat vroeger werd

gebruikt door patiënten bij wie de stemband was

weggenomen. Zij hebben het apparaatje voor het

eerst bij een patiënt gebruikt die voor een lange

periode aan de beademing ligt.

Artsen en onderzoekers ontwikkelen

vaak zorginnovaties in een klinische

setting. pontes Medical, gelieerd aan

AMc, vumc en uMc utrecht, brengt kans-

rijke producten van deze uMc’s ook

daadwerkelijk naar de markt.

Van kliniek naar markt… de zorg levert mooie productinnovaties; foto Dirk van egmond www.treffendbeeld.nl ©amC

Door: Dietske van der Brugge

Page 21: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 21

stevige borsten wordt bij een conventionele

mammografie eigenlijk onnodig veel kracht

uitgeoefend. Dat is met de Sigmascreening pad-

dle niet meer nodig.

oPTIgrIP grasPerDe Optigrip Grasper geeft chirurg feedback op

uitgeoefende knijpkracht. Met nieuwe technolo-

gie kan het. Het is mogelijk om medische instru-

menten te coaten met een glasfiberlaag waarin

sensoren zijn gevat. Met het uitlezen van de

signalen krijgt de zorgverlener feedback op zijn

handelen; een interessante stap in precisiebehan-

deling. De technologie is ontwikkeld door chi-

rurg Michel Vleugels samen met TNO, en wordt

toegepast op laparoscopen.

Thijs Roebers, CEO van EFI, die de instrumen-

ten maakt: “Dit is de eerste toepassing. De tech-

nologie is door het Radboudumc gevalideerd in

chirurgie op dieren. Technobis produceert de

apparatuur die de signalen van de sensoren

uitleest. We wachten op de CE. Daarna kan de

innovatie zijn weg naar de praktijk vinden.” <

men, die bovenop de problemen komen waar-

voor de patiënt is opgenomen.

AMC-fysiotherapeut dr. Marike van der Schaaf

heeft, met het Amsterdamse bedrijf Motekforce

Link, een prototype loopband ontwikkeld waar-

mee IC-patiënten mechanisch ondersteund

kunnen lopen. Het apparaat is mobiel, zodat het

tot bij het bed kan worden gereden. Het kan

gebruikt worden door patiënten met een zoda-

nig verlies aan spierkracht en – massa dat zij niet

zelf kunnen staan. Het is zelfs niet nodig om

slangen, beademing en bewakingsapparatuur af

te koppelen.

sIgmasCreeNINgSigmascreening is een paddle die mammografie

minder belastend maakt. Hier wachten vrouwen

al decennia op: een alternatief voor samenpersen

van de borst bij het maken van een mammogra-

fie, een borstfoto. De paddle van Sigmas-

creening, een spin off van het AMC, werkt met

druk, en niet met kracht, waardoor het samen-

drukken van de borst voor veel vrouwen minder

pijnlijk is.

De werking van het apparaat is vergelijkbaar met

het scherm van een smartphone of een tablet. In

het folie bevinden zich nanodraadjes, die een

signaal geven als er contact met de borst is, zoals

een smartphone voelt dat je met je vinger op het

scherm drukt. Zo ‘weet’ de paddle welk opper-

vlak contact heeft. Het apparaat kan de kracht

die het uitoefent om de borst samen te drukken

afstemmen op dat oppervlak. Dat betekent meer

‘maatwerk’. Letterlijk. Bij vrouwen met kleine of

Door op een knopje te drukken, produceert de

bovenkant van het apparaat trillingen, die wor-

den omgezet in geluid. Wanneer de electrolarynx

tegen de hals wordt gehouden kan de patiënt

door tong, lippen en tanden te bewegen - als het

ware ‘playbacken’ - de frequentie van de geluids-

trillingen aanpassen. Hierdoor ontstaat een

geluid waarmee de patiënt zich weer verstaan-

baar kan maken.

looPBaND Voor IC-PaTIëNTeNVerblijf op een IC leidt vaak tot dramatische

verslechtering van de spierconditie van de pati-

ent. Dat kan leiden tot een complex van sympto-

elektronisch strottenhoofd; foto: VUmc

IC-patiënt op de loopband; foto: amC. De sigmascreening paddle; foto: sigmascreening.

optigrip grasper; foto: eFI.

Page 22: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG22

sensortechnologie

Door: Betty Rombout

projecT sensing clinic maakt flinke StaPPen

in juli 2016 meldden wij op onze website over de start van

het innovatieproject sensortechnologie in het slingeland

ziekenhuis in doetinchem. Acht maanden later spreken we

met daniel winkeler, regionaal projectmanager Field lab

tweedelijns zorg, waar het project sensing clinic onder-

deel van is. wat zijn de vorderingen en zijn er al eerste

resultaten te vermelden?

Het Slingeland Ziekenhuis is initiatief-

nemer van het zogenaamde ‘Embed-

ded Field Lab tweedelijns zorg’, een

proefomgeving die door de Provincie Gelderland

wordt ondersteund. Daniel Winkeler: “Sinds

2015 werken in het Field Lab naast het Slinge-

land Ziekenhuis, het Streekziekenhuis Koningin

Beatrix (SKB) in Winterswijk, het Rijnstate

ziekenhuis in Arnhem en Sensire thuiszorgorga-

nisatie samen met het bedrijfsleven en kennisin-

stellingen als universiteit en hoger beroepson-

derwijs, om innovatieve technieken en

concepten die er al zijn in de zorg, te kunnen

testen in de praktijkomgeving van het zieken-

huis. We werken in het Field Lab zonder klant-

leverancier relatie en met het doel het concept

sneller de markt op te kunnen krijgen”

eVIDeNCe BaseDBinnen het Field Lab is onderscheid gemaakt in

een drietal projecten:

1. Projecten die gaan over hoe de patiënt binnen

het ziekenhuis beter te bedienen is door ge-

bruikmaking van nieuwe technologieën,

2. Projecten die gaan over het verbeteren van de

productlogistiek binnen de setting van zieken-

huizen en

3. Projecten die zich focussen op het bevorderen

van het zelfmanagement van de patiënt.

Voor elke categorie geldt, dat vanuit het Field

Lab gekeken wordt naar knelpunten, issues en

toekomstambities. Winkeler: “We hebben de

vragen vanuit de verschillende ziekenhuizen

verzameld. Vervolgens zijn we met zorgverleners,

specialisten, verpleegkundigen, managers en een

aantal bedrijven gaan praten. Wat naar boven

kwam, was onder meer de behoefte om meer

evidence based te kunnen werken bij patiënten

die in het ziekenhuis liggen. Kunnen we de status

van vitale functies als bloeddruk, hartslag, hart-

ritme, ecg, ademhaling, slaap- en bewegingspa-

tronen meer continu monitoren, zodat verslech-

terende trends sneller zichtbaar worden? Een

initiatief, dat het zorgproces in de toekomst zou

kunnen ondersteunen. Zodanig, dat het niet

meer noodzakelijk is om handmatig, een voor

een, de data te blijven verzamelen, maar juist

meer automatisch. Met behulp van sensoren in

wearables kunnen de gegevens bijeen gebracht

worden.”

seNsINg ClINICWe zijn ‘aanbeland’ bij het project Sensing Cli-

nic, onderdeel van de door Winkeler genoemde

eerste categorie projecten van het Field Lab. Het

project is een samenwerking tussen Fujitsu Next

Generation Healthcare Innovation Center, Fu-

jitsu Ierland en Nederland, Vitalinq en het Slin-

geland Ziekenhuis. Ook studenten van hoge-

scholen en universiteiten nemen deel om

Daniel winkeler.

“we werken in het Field lab zonder klant-leverancier relatie en met het doel het concept sneller de markt op te kunnen krijgen”

Page 23: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 23

praktijkervaring met de innovatieprojecten op te

doen. Het project is opgedeeld in een drietal

fases. Fase 1 van het project loopt van augustus

2016 tot en met april van dit jaar.

Fase 1

Fase 1 is op haar beurt weer onderverdeeld in

een viertal stappen.

- De eerste stap omvatte het testen van de wer-

king van de sensoren in de wearables voor de

verschillende vitale functies. Daniel Winkeler:

“Denk bijvoorbeeld aan een slimme pleister.

Werkt de wifi goed genoeg om data uit te

kunnen wisselen? Is de pleister niet oncom-

fortabel voor de patiënt?

- Bij de tweede stap hebben we met name geke-

ken of we vanuit de sensoren vergelijkbare

data kunnen halen als hetgeen we momenteel

met de huidige instrumenten verzamelen.

Zoals het meten van de bloeddruk. Als we dit

met een wireless band doen, krijgen we dan

dezelfde waarde?

De sensoren bleken voorlopig voldoende

betrouwbaar voor de specialisten om met de

pilot verder te gaan.

- De volgende stap was verschillende sensoren

in te gaan zetten, maar uiteraard nog naast de

reguliere patiëntenprocessen. Welke combina-

tie van data van de verschillende vitale func-

ties kunnen we bijvoorbeeld maken?

We hebben inmiddels een twintigtal CVA-pa-

tiënten (Cerebrum Vasculair Accident) geïn-

cludeerd en zijn op weg naar 50 patiënten in

deze fase. Bedoeling is de doelgroepen uit te

breiden. Conclusie tot nu toe is, dat ten op-

zichte van de reguliere aanpak we met senso-

ren in wearables de mogelijkheid hebben

pro-actiever op te treden. Nu geeft bijvoor-

beeld een thermometer bij reguliere handma-

tige metingen aan, dat de temperatuur van

een patiënt om acht uur in de morgen te hoog

is, terwijl we met de sensorkit al in staat zijn

om van tevoren de oplopende trend te signa-

leren vanuit verschillende vitale functies.

We hebben al voorbeelden waarbij we een uur

of zes eerder dan in de huidige situatie oplo-

pende waarden signaleren die we anders niet

zouden hebben gezien.

- De laatste stap in deze eerste fase is - we zitten

hier nu midden in – om verder te kijken naar

de user interface. Hoe gaan we het zorgproces

optimaal ondersteunen; wat voor dashboard

– op bijvoorbeeld een tablet of centraal – bie-

den we verpleegkundigen opdat het zorgpro-

ces goed wordt ondersteund inclusief trend-

signalering en alarmering?”

ToekomsTZou het mogelijk zijn om andere wearables,

zoals een die verschillende bewegingen meet, toe

te voegen aan het pallet? Daniel Winkeler: “Ze-

ker, daar willen we in de vervolgfases ook verder

mee aan de slag gaan. Het zou fantastisch zijn als

dergelijke waardes ook toe te voegen zijn aan het

dashboard, dat we nu aan het maken zijn.”

Winkeler: “Voor alle duidelijkheid, Fujitsu is bij

dit project niet de maker van de sensoren. Zij

zorgen voor de selectie en integratie van de

sensoren, inclusief de userinterface. De beste die

zij op de markt kunnen vinden, nemen zij mee

naar het project.”

Ook ziet Winkeler de koppeling met het EPD als

uitdaging en mogelijkheid. En is er het streven

om de sensortechniek niet alleen binnen zieken-

huizen te gebruiken, maar ook bij de patiënt

thuis.

UITDagINgeNOp de vraag wat de grootste uitdaging binnen

het project is, antwoordt Daniel Winkeler: “De

sociale innovatie. Kunnen wij in het dagelijks

werk- en zorgproces deze nieuwe technologieën

inbedden? We zijn momenteel in de ziekenhui-

zen afhankelijk van vaste protocollen en werk-

wijzen. Nieuwe technieken vragen om het her-

ontwerpen van onze zorgprocessen. Maar hoe?

En op basis waarvan nemen we dan besluiten?

Hierover zal met zowel patiënten, artsen en

verpleegkundigen gesproken moeten worden.”

Winkeler vervolgt: “Een andere uitdaging is: hoe

gaan we om met de kosten? Aan de ene kant

levert investering in dergelijke projecten gezond-

heidswinst en verbeterde kwaliteit van leven op

door proactiever te kunnen interveniëren. Maar

hoe zorgen we ervoor, dat dergelijke innovaties

ook helpen bij het beheersbaar maken van de

kosten? Het is niet per definitie zo, dat deze

voordelen in de kwaliteit en veiligheid van zorg

ook op korte termijn de kosten verlaagt bij de

partijen die hierin investeren. Dit is nog een

barrière, naast die op juridisch en ethisch vlak.

In de pilot hebben we die goed afgedicht. Maar

wil je dergelijke technologie grootschalig inzet-

ten, dan komt er meer bij kijken.”

Daniel Winkeler tot slot: “Omdat het Slingeland

Ziekenhuis in 2022 klaar wil zijn met de nieuw-

bouw, kan het snel gaan met het project. De

urgentie is er. Het Slingeland Ziekenhuis streeft

naar een state-of-the-art zorginfrastructuur voor

de patiënt”. <

Patiënt met sensor-pleister.

Pleister met sensor.

Page 24: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG24

brandveiligheid in de zorg

brAndveiligheid in zorggebouwengebaseerd. Zoals in veel gevallen blijkt het empa-

thisch vermogen van ontwerpers en ontwikke-

laars, meestal gezonde mensen, jegens mensen

met een handicap, beperkt te zijn. Men blijkt

nauwelijks in staat zich te verplaatsen in de

situatie van mensen met een beperking. Overi-

gens gelet op de vergrijzing en diverse soorten

van beperking, bepaald geen uitzonderlijke

groep mensen. We hebben de neiging alleen te

denken aan bedlegerigheid of rolstoelinvaliden,

maar er zijn vele vormen van beperkingen zoals

t.g.v. visuele of auditieve handicaps, motorische

beperkingen, verstijving, dementie, autisme, etc.

Een vluchttijd van 30 minuten, waarvan zoals nu

vaak vanuit wordt gegaan, lijkt hoe dan ook

ontoereikend en zelfs deze richtlijn wordt in de

praktijk, zelfs als de wettelijke eisen worden

gevolgd, niet overal bereikt. Een reden voor

discussie en afwegingen. Natuurlijk helpt verdere

aanscherping van de eisen, maar ik vind dat je

ook als ontwerper, adviseur en bouwer niet weg

zou mogen komen met ‘het voldeed aan de

regelgeving’. Het zijn immers professionals en

daarbij horen regelgeving overstijgende verant-

woordelijkheden. Je staat los van regels voor je

werk, toch? Ingewikkeld? Tsja dat klopt, maar als

de bouwpartners het niet weten, wie dan wel?

PersoNa’sIn het kader van levensbestendig wonen, zijn

inzichten te ordenen in persona’s en gezond-

heidsprofielen. Dat zijn indelingen van mensen

naar de aard en ernst van de fysieke en geestelij-

ke hindernissen die een normaal gebruik van

woningen in de weg kunnen staan. Het gaat dan

om een check op gewone activiteiten zoals het

zetten, halen en drinken van een kop koffie, het

oprapen van een gevallen voorwerp, etc. Daar-

van afgeleid is ook inzicht te verkrijgen in de

limiteringen in geval van een calamiteit. Een

voorbeeld: Het afdalen van een trap met een

traplift verloopt veel trager dan te voet voor

iemand die goed ter been is. Dit nog afgezien

van de afhankelijkheid dat een traplift daadwer-

kelijk blijft functioneren. Een stroomstoring is

immers in geval van een brand bepaald niet

ondenkbaar. De normale wereld wordt geadvi-

seerd niet met de lift te vluchten, maar wat als de

trap geen optie is?

reDDeNIn geval we huisgenoten hebben die niet zelfred-

zaam zijn, zoals een logerende oma dan wel een

baby of jonge kinderen tenderen we bij een

brand niet naar buiten te vluchten, maar gaan

we eerst op zoek naar onze geliefden.

Als we door overmacht niet in staat zijn hen zelf

te bevrijden geldt voor de later te arriveren hulp-

verleners dat zij, weliswaar beter geëquipeerd en

getraind na een risicoafweging, alsnog tegen de

vluchtstroom in het pand zullen betreden.

Een bijzondere situatie ontstaat als een groter

aantal mensen gered moet worden, zoals bij-

voorbeeld in een zorginstelling of ziekenhuis.

Daarbij moeten reddingwerkers niet alleen

meerdere malen het pand betreden, maar zal ook

het transporteren van mensen die bedlegerig

zijn, verward of zich moeizaam met een rollator

Door: Prof. Dr. Ir. Jos Lichtenberg

Aandacht voor brandveiligheid in

zorggebouwen zoals ouderencentra,

verpleeginrichtingen en ziekenhui-

zen. Aan de orde komen de specifieke

problematiek in gebouwen voor

mensen met een verminderde

zelfredzaamheid.

Over de auteurProf. Dr. Ir. Jos Lichtenberg, Emeritus hoogleraar productontwikkeling aan de TU/e,Via ‘Off Road Innovations’ actief bij organisaties met een innovatieambitie, Voorzitter stichting Slimbouwen.

Het zal duidelijk zijn dat het dichtzetten van de aansluiting van de wand op het stalen dak met schuim wellicht wel wat luchtdichting verzorgt, maar absoluut geen brandwerende afdichting vormt Foto: Corné Bastiaansen.

In dit eerste artikel van twee, ligt de nadruk

op bewustwording van de problematiek.

Wat betekent vluchten voor mensen met een

beperking? Tevens worden enkele knelpunten

benoemd die in een volgende editie nader wor-

den behandeld en uitgewerkt.

De dreiging van brand voor mensen met een

beperking ligt vooral in het niet tijdig kunnen

vluchten. Normaal zijn mensen zonder geeste-

lijke of lichamelijke beperking wel in staat om

redelijk snel uit een gebouw te ontsnappen.

Noodverlichting en heldere routes helpen daar-

bij. Het is daarbij logisch om van de brandhaard

weg te vluchten, maar ook dan nog wordt vluch-

ten met name door rookontwikkeling bemoei-

lijkt. Dat bleek maar weer eens heel recent bij de

fatale brand in Grenfell tower Londen.

VlUCHTTIjDIn geval mensen met een beperkte zelfredzaam-

heid gered moeten worden, ontstaat er een totaal

andere situatie dan die waarop de regelgeving is

Page 25: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 25

ook materialen in de kern van de wand tot ont-

branding kunnen komen (dit wordt in het vol-

gend artikel besproken red.). Dit zijn dus alle-

maal notoire brand- en rooklekken. En dan

hebben we het nog maar over nieuwbouw. Wat

als er achteraf een leidingdoorvoer moet worden

gemaakt? Wie weet dan nog dat het bijvoorbeeld

om een brandscheiding gaat en wie houdt daar-

op controle? Het zou een onderzoek waard zijn

om dit ad random te controleren in een serie

gebouwen. Mijn verwachting is dat daarbij veel

knelpunten zullen worden aangetroffen. Bij

nieuwbouw wordt tegenwoordig vanwege ener-

giebesparingsredenen wel veel aandacht besteed

aan de luchtdichtheid van doorvoeren door

omhullingsconstructies, maar voor doorvoeren

en openingen in scheidingswanden is dit niet het

geval. Ik wijs daarbij nogmaals op de overdruk

situatie die in geval van brand ontstaat.

VerVolgIn het volgend artikel wordt ingaan op de te

stellen eisen, maar vooral de afwijkingen die in

de uitvoering dan wel gedurende het gebruik

kunnen ontstaan. Uitvoerders en zeker ook

opdrachtgevers zijn zich vaak niet bewust van de

consequenties van bepaalde uitvoeringskeuzes

respectievelijk interventies. Dat geldt bijvoor-

beeld voor het realiseren van doorvoeren, waar-

mee veel fouten worden gemaakt. Daarbij ook

een pleidooi voor de toepassing van onbrandba-

re materialen, zodat de brandeigenschappen van

constructies minder gevoelig worden voor

bouwfouten en mutaties. <

daarom te vertrekken van het uitgangspunt dat

de inrichting op orde is en dat de gebouwen zelf

niet de snelheid van branduitbreiding en rook-

verspreiding en daarmee de risico’s bij een red-

dingoperatie mogen verhogen.

De invloed van inrichting geldt met name de

brandlast en de rookontwikkeling, niet primair

het uitbreiden van de brand naar andere ruim-

tes. Daarvoor zijn vooral het gebouwontwerp, de

constructies, aansluitingen en uitvoering verant-

woordelijk. De brandwerendheid tussen brand-

compartimenten en vooral die tussen ruimtes

binnen een brandcompartiment in zorggebou-

wen verdienen wel een kritische beschouwing.

De eisen gesteld aan scheidingsconstructies

binnen een compartiment zijn meestal beperkt.

Daaraan zouden zeker in zorggebouwen, oude-

rencentra, ziekenhuizen, verpleegtehuizen e.d.,

hogere eisen moeten worden gesteld.

De regelgeving zou m.i. moeten zijn aangepast

op een complexer en trager verlopend redding-

proces. Reddingwerkers, ook niet onmiddellijk

ter plaatse, zouden toch netto ten minste 30

minuten de tijd moeten krijgen om het gebouw

te ontruimen. Samen met het aanrijden betekent

dit een totaaltijd van tussen de 30-60 minuten.

60 minuten is daarmee voor veel gevallen een

verantwoorde grenswaarde.

VersCHIl TUsseN oNTwerP eN werkelIjkHeIDConstructies voldoen volgens de bouwaanvraag

vaak wel aan brandwerendheidseisen, maar in de

praktijk zijn uitvoeringsfouten of slordigheden

dan wel de realisatie van doorvoeren (leidingen)

en doorgangen zeer regelmatig beperkend voor

het feitelijke resultaat. De controle hierop is

verre van sluitend.

Vluchtwegen bestaan vaak uit gangen waarboven

zich in veel gevallen ook de hoofdleidingen

bevinden. Die worden bijvoorbeeld achter het

plafond van daaruit vertakt en doorgestoken

naar de zich ernaast liggende verblijfsruimtes,

alwaar zich lang niet altijd een brandwerend

plafond bevindt. En al worden brandwerende

plafonds toegepast, luchtdicht zijn deze aller-

minst, waardoor door overdruk hete gassen en

rook gemakkelijk door de scheidingsconstructie

zullen worden geperst. In veel gevallen zijn de

doorvoeren namelijk niet brandwerend afge-

werkt zoals bijvoorbeeld met firestops.

De gaten zijn groter dan de leidingen en vormen

daarmee een direct brandlek waarbij overigens

of zelfs helemaal niet kunnen verplaatsen, sterk

bemoeilijkt worden. Een dergelijk gegeven vraagt

derhalve om extra tijd om de reddingsoperatie

tot een goed einde te kunnen brengen.

Daarbij spelen de snelheid waarmee branddoor-

slag vanuit een ander compartiment kan optre-

den, hoe brand zich binnen een brandcomparti-

ment kan voortplanten, alsmede de hoeveelheid

rook die daarmee is gemoeid, een essentiële rol.

oNTwIkkelINg BraNDEen brand zal zich na het ontstaan ervan binnen

de ruimte verspreiden, waarbij zich rook ontwik-

kelt. Veelal wordt er daarbij vanuit gegaan dat

vooral de inrichtingsdelen voor de brandlast en

rookontwikkeling zorgen, maar afhankelijk van

de gebruikte bouwmaterialen kan ook het ge-

bouw hieraan een zeer negatieve bijdrage leve-

ren. De regelgeving laat immers ruimte voor de

toepassing van brandbare materialen. Ook mate-

rialen in brandwerende constructies tussen

brandcompartimenten (bouwvolumes die on-

derling extra brandwerend van elkaar zijn ge-

scheiden) kunnen deels uit brandbare materia-

len bestaan en zeker scheidingswanden binnen

een brandcompartiment alsmede de buitenwan-

den/gevelpanelen grenzend aan een brandcom-

partiment bevatten vaak brandbare constructie-,

bekleding- of isolatiematerialen.

BraNDwereNDHeID IN zorggeBoUweNInrichtingsdelen zouden ook aan eisen moeten

voldoen, maar vallen buiten het bereik van de

bouwregelgeving. De bouwregelgeving dient

Voorbeelden van ondeugdelijke, niet brandveilige doorvoerenLocatie: Binnenhof, Den Haag. Kennelijk kunnen we zelfs in onze overheidsgebouwen het woekeren van leidingen niet ontlopen. Is het dan nog wel reëel van de markt wel te verwachten dat zij dat steeds wel met beleid en kennis van zaken doet en is het dan niet veiliger gewoon eisen te stellen aan de onbrandbaar-heid van de te gebruiken materialen? Foto: Corné Bastiaansen.

Voorbeelden van slechte, niet-brandveilige doorvoeren.

Page 26: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG26

wonen in de zorg

Door: J. van Hoof1), A. Eijkelenboom2),

H. Verbeek3), B.M. Janssen1), M.B. Vossen1)

thuiSgevoel in verPleeghuizen

verhuizen naar een verpleeghuis is vaak een ingrijpende gebeurtenis.

het vraagt veel van het aanpassingsvermogen van (toekomstige) ver-

pleeghuisbewoners en hun sociale omgeving. zorgorganisaties staan

voor de moeilijke taak om ervoor te zorgen dat verpleeghuisbewoners

zich bij hen ondanks alles thuis voelen.

Een verkenning naar de ingrediënten van het thuisgevoel

keuken en verlichting.

Om inzicht te krijgen in wat thuisgevoel

nu precies inhoudt en hoe dat in

verpleeghuizen gecreëerd kan worden,

heeft het Fontys Expertisecentrum Gezondheids-

zorg en Technologie de krachten gebundeld met

Maastricht University, EGM architecten en de

vier zorgorganisaties Archipel Zorggroep, Bra-

bantZorg, Savant Zorg en Vitalis WoonZorg

Groep.

Tegen de tijd dat mensen niet langer zelfstandig

kunnen wonen, komt het verpleeghuis als alter-

natief in beeld. Een nieuwe woonomgeving komt

echter met nieuwe gezichten van zorgprofessio-

nals en medebewoners, terwijl juist in deze

kwetsbare fase de behoefte aan een veilig thuis-

gevoel groot is.

Verpleeghuizen staan voor de vaak moeilijke

taak om dit voor hun bewoners te realiseren

De auteurs zijn verbonden aan:1)Fontys Hogescholen, Dominee Theodor Flied-nerstraat 2, 5631 BN Eindhoven 2)EGM architecten, Wilgenbos 20, 3311 JX Dordrecht3)Maastricht University, CAPHRI School for Public Health and Primary Care, Department of Health Ser-vices Research, Duboisdomein 30, 6229 GT Maas-tricht

Page 27: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 27

binnen een woonomgeving waar tevens de zorg-

professionals goed hun werk moeten kunnen

doen. Goede zorg en een echt thuisgevoel staan

dan soms op gespannen voet met elkaar. Bekend

is dat het thuisgevoel van verpleeghuisbewoners

afhangt van veel verschillende factoren. Zo is

thuis volgens socioloog Duyvendak zowel een

plek waar je je veilig, comfortabel en op je gemak

voelt (Engels: haven) als een plek waar je jezelf

kan zijn en tijd met gelijkgestemden door kan

brengen (Engels: heaven). Uit Leuvens onder-

zoek door Van Steenwinkel en collega’s blijkt dat

ook de gebouwde omgeving een belangrijke rol

speelt bij het creëren van het thuisgevoel.

Om inzicht te krijgen in uit welke factoren dit

thuisgevoel bestaat en hoe dat in verpleeghuizen

gecreëerd kan worden, is met diverse stakehol-

ders onderzoek gedaan. Het onderzoek bestaat

uit drie onderdelen:

- Een literatuurstudie,

- een veldstudie op basis van fotografie bij de

vier zorgpartners, en

- de bouw van een demonstratieappartement in

Eindhoven: ‘het verpleeghuis van de toe-

komst’.

thuiSgevoel in verPleeghuizenlITeraTUUrsTUDIe leVerT 15 releVaNTe FaCToreNVanuit de systematische (inter)nationale litera-

tuurstudie komt naar voren dat het thuisgevoel

van verpleeghuisbewoners door maar liefst 15

factoren wordt beïnvloed. Ze zijn onder te verde-

len in drie hoofdthema’s: psychologische, sociale

en gebouwgerelateerde factoren.

Relevante psychologische factoren zijn onder

andere een gevoel erkend te worden, het behou-

den van eigen gewoonten en waarden, autono-

mie en controle, en coping of te wel omgaan met

de situatie.

Relevante sociale factoren zijn interactie en

relaties met professionals, medebewoners, fami-

lie, vrienden en huisdieren en (het blijven doen

van) activiteiten.

Het derde thema betreft factoren die betrekking

hebben op de gebouwde omgeving. Binnen dit

thema vallen factoren als privéruimtes, semipu-

blieke ruimtes, persoonlijke spullen, technologie,

uitstraling van het gebouw en de buitenomge-

ving rondom het verpleeghuis.

VelDsTUDIe meT FoTograFIe sCHeTsT De PrakTIjkDe uitkomsten van de literatuurstudie zijn ge-

bruikt als input voor het tweede deel van het

onderzoek: de veldstudie met fotografie. Het

thuisgevoel is in de beroepspraktijk onderzocht

vanuit het perspectief van de bewoners, van

zorgprofessionals en van mantelzorgers in vier

verpleeghuizen. Een totaal van 78 deelnemers

(waarvan 34 bewoners, 18 mantelzorgers en 26

zorgprofessionals) heeft het volledige onderzoek

afgerond. Alle deelnemers hebben hierbij foto’s

gemaakt van de omgeving en leefsituatie in het

verpleeghuis die wat hen betreft iets zeggen over

het thuisgevoel. De foto’s zijn gebruikt als input

voor dialoog met de respondenten over de facto-

ren die wat hen betreft het thuisgevoel beïnvloe-

den. Hieruit blijkt dat factoren als het gebouw en

het interieur, eten en drinken, autonomie en

controle, betrokkenheid van familieleden, om-

gang met anderen en activiteiten, en de kwaliteit

van zorg door alle respondentengroepen ge-

noemd worden. Bewoners en mantelzorgers

leggen daarnaast de nadruk op het in contact

staan met de natuur en het buitenleven, en op

copingstrategieën. Mantelzorgers en zorgprofes-

sionals spreken tot slot over de organisatorische

randvoorwaarden bij de zorg, en het ertoe laten

doen van de bewoners. Er lijken dus subtiele

verschillen te bestaan in hoe de verschillende

groepen tegen het thuisgevoel in verpleeghuizen

aankijken en wat zij belangrijk achten. De ruim-

telijke factoren die in de literatuurstudie gevon-

den zijn, zijn ook in de veldstudie benoemd.

BoUw VaN THUIsgeVoelaPParTemeNT als lIVINglaBIn 2016 is bij Vitalis WoonZorg Groep, locatie

Vonderhof, te Eindhoven, een LivingLab ge-

bouwd. Hierin is het thuisgevoel vertaald in een

daadwerkelijk ontwerp voor een eigen apparte-

ment op basis van de hiervoor genoemde onder-

zoeksresultaten.

Situering

Het verpleeghuis ligt centraal in de stad, er wo-

nen zowel mensen uit de directe omgeving als

mensen van verder weg. Het is gebouwd rondom

een halfopen hof met een groen pleintje, de

appartementen hebben een weids uitzicht op de

De thuisgevoelfactoren afkomstig uit de literatuurstudie.

Page 28: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG28

Controle over privacy begint bij de entree, waar

aangebeld kan worden, in plaats van een onaan-

gekondigde binnenkomst door een zorgprofesio-

nal of familielid. Schone was kan bij de ingang in

een doorgeefkast worden ingeruimd, dit biedt de

bewoner de kans om zelf te bepalen of een ge-

sprek met de medewerker gewenst is. Er is tevens

een eigen wasvoorziening, zodat mantelzorgers

tijdens een bezoek zelf de was kunnen doen en

de kans dat kleren kwijtraken verkleind wordt.

Schuifdeuren vergroten de toegankelijkheid van

de woning, maar maken het ook mogelijk om

zelf de mate van privacy te bepalen, door een

zichtlijn open te maken of juist af te sluiten.

In de meterkast is voldoende ruimte om een

hulploopmiddel te stallen.

Het hebben van voldoende bergingsruimte voor

spullen is belangrijk, zodat deze niet hoeven

rond te slingeren in kamers en gangen.

Inrichting

De woonkamer is groot en heeft opvallende

kleuraccenten. De meubels zijn opnieuw gestof-

feerd met brandwerende en waterafstotende

bekleding. Schilderijen, kindertekeningen en

vaasjes hebben een emotionele waarden en zijn

daarom duidelijk aanwezig in de woonkamer.

Eigen spullen mee kunnen nemen naar het

verpleeghuis, blijkt voor de bewoners essentieel

voor het creëren van een thuisgevoel. Zij vormen

een verbinding met het vorige leven en het vo-

stad. Uit de literatuur en veldstudie blijkt dat de

omgeving van het verpleeghuis belangrijk is. Als

het kan, wonen mensen het liefst in de omgeving

van waar zij altijd hebben gewoond. Mensen

vinden het fijn als kinderen en naasten in de

buurt wonen. Het in de buurt hebben van win-

kels en diensten is voor een aantal bewoners

belangrijk. Het inrichten van een toegankelijke

tuin draagt bij aan de kwaliteit, en hierbij is het

belangrijk dat de tuin niet aan het zicht wordt

onttrokken door een stenen muur. Een mooie en

toegankelijke tuin met dieren wordt door velen

gewaardeerd. In een tuin kunnen ook activitei-

ten plaatsvinden, zoals het verbouwen van

groenten en fruit.

Het uitzicht vanuit de eigen kamer kan invloed

hebben op het thuisgevoel, maar is individueel

bepaald. Zo houdt de een meer van zicht op

groen, de ander van zicht op een druk plein.

Het demonstratie-appartement is voorzien van

tal van (nieuwe) technologieën en innovatieve

ideeën, die in de toekomst gedemonstreerd en

verder getoetst worden. Bij het ontwerp is uitge-

gaan van een fictieve bewoner: een ruim 80-ja-

rige vrouw die altijd een zelfstandig leven heeft

geleid. Het appartement (58 m2) is gebouwd als

een slakkenhuis, waarbij privacy en geborgen-

heid steeds belangrijker worden naarmate men

verder van de voordeur verwijderd is.

Privéruimte

Het hebben van een privéruimte blijkt belangrijk

voor het thuisgevoel. Bewoners geven aan niet

graag een slaapkamer te delen met een medebe-

woner. In een eigen kamer kan men zich terug-

trekken, zo geven respondenten aan, heeft men

meer privacy, en kan men de ruimte met eigen

spullen inrichten. Ook vindt men het fijn eigen

sanitair te hebben, een wens die ook door fami-

lieleden wordt gedeeld, en een apart slaapgedeel-

te. Er bestaat vaak behoefte aan meer ruimte,

zodat men meer eigen spullen kan meenemen.

Volgens respondenten bepaalt men graag zelf

wat men meeneemt en hoe men de kamer in kan

richten.

rige huis, en bieden herinnering en houvast.

Sommige meubelstukken kunnen worden mee-

genomen, afhankelijk van het oppervlak van de

eigen kamer, soms alleen om familieden en

gasten te ontvangen, zoals een stoel. Foto’s, schil-

derijen en kleinere meubelstukken vormen wat

de respondenten betreft de belangrijkste spullen

die meegenomen worden, hoewel juist ook

kleine zaken als brieven en knutselwerkjes van

kleinkinderen emotioneel belangrijk kunnen

zijn. Schilderijen geven extra huiselijkheid om-

dat ze decoratief zijn. Spullen die samen met een

overleden partner zijn gekocht hebben ook zo’n

emotionele lading.

Toegankelijkheid

Om iedereen te betrekken bij het dagelijks leven

zouden alle ruimtes en hoeken bereikbaar moe-

ten zijn vanuit een rolstoel. Er is voldoende

ruimte om met de familie te koken en te eten

rondom een tafel. De keuken is toegankelijk voor

mensen die slecht ter been zijn, met een onder-

rijdbaar aanrecht. Eventuele gevaarlijke appara-

tuur kan bij een bewoner met dementie worden

uitgezet, en verbranding door warm water is

uitgesloten. De bewoner of familie kan zelf koffie

zetten of wat kleins koken. Er is hoog en laag

voldoende kastruimte voor eigen spullen.

Gezamenlijke ruimten

Ook de gezamenlijke ruimten dragen wat de

respondenten betreft bij aan het thuisgevoel van

wonen in de zorg

slaapkamer en badkamer.

“ik heb mijn tafel vol SPullen, en ik vind het belangrijk dat ik dat daar ook zo mag laten liggen.” [bewoner]

Page 29: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 29

voor de combinatie van en wisselwerking tussen

psychologische, sociale en ruimtelijke factoren.

DaNkwoorDDit onderzoek werd mede mogelijk gemaakt

door Stichting Innovatie Alliantie (SIA project-

nummer 2014-01-05P, Project ‘Het verpleeghuis

van de toekomst is (een) thuis’). De bedrijven

Heijmans NV, CCG Holding BV – Rooms for

Care BV, Tarkett Nederland – Tarkett Holding

GmbH – Tarkett GDL SA, Waldmann BV, Wiss-

ner Bosserhoff Nederland BV, ErgoCare Vennik

BV, Lensen Projectinrichters BV, Mardoors BV,

Jaga Konvektco Nederland BV, Verkerk Service

Systemen BV, Actiaal, Miele Nederland BV, OWA

Benelux BV, MAT Afbouw BV, MCS Keuken &

Comfort, EGM Architecten BV, Viega Nederland

BV, Ideal Standard Nederland BV, Gira Giersie-

pen GmbH & Co. KG, Kvadrat BV, Van den Hoff

Installatiebedrijf BV, Samsung Electronics Bene-

lux BV, Indomo BV, Forest Group (Nederland)

BV, Sikkens Verkoop BV worden bedankt voor

hun steun bij de realisatie van het appartement.

Summa College wordt bedankt voor het uitvoe-

ren van de schilderwerken. <

met daaraan een wastafel. Zo kan men iemand

aan bed verzorgen. Een plafondgebonden tilsys-

teem helpt de zorgprofessioneel een bewoner

naar bed te brengen of naar het toilet te helpen.

Het toilet is in hoogte verstelbaar via een paneel,

de zitting is goed zichtbaar, in contrasterend

zwart. Diverse veiligheidsmaatregelen als toilet-

beugels, Legionella-voorzieningen en een ther-

mostatische kraan onder de wastafel tegen ver-

branding, zijn zoveel mogelijk aan het zicht

onttrokken voor een huiselijke uitstraling.

DeTaIls eN aCCeNTeNUitstraling van een gebouw heeft te maken met

de architectuur, de inrichting en de algehele staat

van onderhoud van een gebouw, aldus de res-

pondenten. Om als woonruimte en een thuis te

worden gezien moet een verpleeghuis een huise-

lijke uitstraling hebben. Tevens moet een ver-

pleeghuis uitnodigend zijn voor familieleden om

langs te komen. Hoe schoon een huis oogt en

ruikt is daarbij dan ook erg belangrijk. Schoon-

maakmiddelen op de kamer kunnen voor huise-

lijkheid zorgen, omdat ze herinneren aan huis-

houdelijke taken. Ook bloemen in de kamer

dragen daar aan bij. Dessins, prints, materiaal-

keuze, kleuren, verlichting, zelfgemaakte kunst

en een warme uitstraling dragen stuk voor stuk

bij aan aan het thuisgevoel, maar zijn individueel

te bepalen. Een plek om te kunnen bewegen of te

wandelen wordt ook gewaardeerd, het liefst in

gangen die niet doodlopen. Lange gangen met

allerlei hoekjes werden door deelnemers als

onveilig betiteld. Waar mogelijk zouden zorgpro-

fessionals zich niet moeten kunnen ‘opsluiten’ in

een kamer, zodat zij benaderbaar zijn voor be-

woners en familieleden. Zintuigelijke stimulatie

in de positieve zin van het woord kan helpen om

met bewoners met dementie een band te krijgen.

In het kort samengevat, dient een ‘ziekenhuis-

achtige’ omgeving dus te worden voorkomen. Bij

het ontwerp is het van belang oog te hebben

bewoners. Het is de plek waar men anderen

ontmoet en spreekt. Uit de resultaten blijkt

verder dat een gezamenlijke woonkamer zodanig

dient te worden ingericht dat deze voelt als een

woonruimte, en niet als een ongezellig wachtka-

mer. Dit kan op vele manieren. Men kan er

bijvoorbeeld spullen neerzetten van meerdere

bewoners voor de herkenbaarheid. De grenzen

tussen eigen ruimte en gedeelde ruimte zijn

soms vaag, en verschillen daar al in met betrek-

king tot het eigen huis. Mensen claimen toch

vaak een eigen plekje of stoel aan tafel. Hier kan

de ruimte op worden ontworpen en ingericht,

om ook kleinere hoekjes te maken waar mensen

zich toch enigszins kunnen afzonderen. Qua

inrichting kan volgens respondenten gekozen

worden voor mooie spullen, die niet per se ou-

derwets hoeven te zijn maar die wel een gevoel

van huiselijkheid bevorderen.

De ruimte is licht, en heeft aanvullend een ver-

lichtingssysteem dat dynamisch wordt aange-

stuurd. Gordijnen in de woonkamer dienen zelf

dichtgedaan te worden. Voor comfort zijn er

speciale radiatoren opgehangen die tevens venti-

leren. Een akoestisch plafond dempt geluiden en

verbetert de spraakverstaanbaarheid. De vloer

heeft een warme houten uitstraling, is makkelijk

schoon te houden en is licht overrijdbaar met

een rollator of rolstoel. Onder de vloer zijn

sensoren geplaatst die valincidenten detecteren.

Slaapruimte

De afzonderlijke slaapnis is toegankelijk via een

schuifdeur. Indien gewenst kan het bed naar de

woonkamer worden gereden. De kleurstelling

van de slaapkamer is anders, zodat er echt een

separate ruimte en beleving ontstaat. Het bed

zelf zit vol sensoren en kan in allerlei standen

worden gezet ten behoeve van het comfort en

voor de zorg. De badkamer is direct toegankelijk

vanuit de slaapnis. Er is een openklapbare deur

nu dat de kamer helemaal aangekleed en ingericht is, heeft mam rust. en ze is heel gelukkig.” [mantelzorger]

Meer lezen• J. van Hoof, H. Verbeek, B.M. Janssen, A. Eijkelenboom, S.L. Molony, E. Felix, K.A. Nieboer, E.L.M. Zwerts-Verhelst, J.J.W.M. Sijstermans, E.J.M. Wouters. A three perspective study of the sense of home of nursing home residents: the views of residents, care profes-sionals and relatives. BMC Geriatrics 16:169 doi: 10.1186/s12877-016-0344-9

• M.D. Rijnaard, J. van Hoof, B.M. Jans-sen, H. Verbeek, W. Pocornie, A. Eijke-lenboom, H.C. Beerens, S.L. Molony, E.J.M. Wouters. (2016) The factors influencing the sense of home in nur-sing homes: a systematic review from the perspective of residents. Journal of Aging Research 2016; Article ID 6143645

• van Hoof, J., Wouters, E.J.M. (eds.) (2014) Het verpleeghuis van de toe-komst is (een) thuis. Bohn Stafleu van Loghum, Houten, The Netherlands. ISBN 978-90-368-0692-3

Page 30: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG30

data driven healthcare

den zien en leggen én bovenal beslissingen ne-

men. Het Britse DeepMind (in 2014 overgeno-

men door Google) is wereldwijd marktleider dit

gebied en werkt (samen met IBM) aan AI-syste-

men voor medische diagnostiek en behandeling,

die gevoed worden met wetenschappelijke ken-

nis en patiëntengegevens.

Watson (van IBM) is al jaren een van de bekend-

ste voorbeelden van innovatieve AI-toepassingen

in de medische wereld, maar het aantal nieuwe

ondernemingen op AI-gebied groeit explosief.

Daarbij ligt een belangrijke focus op diagnostiek,

maar ook in farmaceutische hoek zit AI in lift.

Kunstmatige intelligentie kan helpen bij het

vinden van fouten in bijvoorbeeld CT-scans,

MRI’s en ander medisch beeldmateriaal, maar

kan ook objecten herkennen (barcodes lezen) en

reageren op vragen en verzoeken, zoals Siri dat

doet op ‘onze’ telefoons. De voorspelling is dat in

minder dan tien jaar tijd AI-systemen bij zo’n

beetje alles een rol spelen.

Door: Floor Scholten

Kansen die overigens al op diverse gebie-

den worden gegrepen; de ontwikkelin-

gen volgen elkaar in rap tempo op. De

gezondheidszorg wordt steeds meer data-driven.

Neem om te beginnen de razendsnelle ontwikke-

ling van kunstmatige intelligentie (AI) in en om

de zorgsector. Onder de motorkap is AI de be-

langrijkste reden achter het succes van bijvoor-

beeld zelfrijdende auto’s en persoonlijke virtuele

assistenten (zoals Siri), maar de impact ervan in

de gezondheidszorg gaat een tikkeltje verder dan

een beetje (gebruiks)gemak: de technologie - ge-

combineerd met het fenomeen big data - verbe-

tert en redt mensenlevens.

aI eN DeeP learNINgDaarbij speelt deep learning een belangrijke rol.

Deep learning is de tak van AI die draait om het

ontwikkelen van algoritmen en hardware die

zelflerend zijn en patronen kunnen herkennen

op basis van ongeordende data, evenals verban-

in de afgelopen tien jaar is de

hoeveelheid data die we met zijn

allen genereren en verzamelen

explosief toegenomen. dat geldt

ook voor ‘onze’ capaciteit om

technologie te gebruiken om die

data te analyseren en te begrij-

pen. het snijpunt van deze ont-

wikkelingen is wat we ‘big data’

noemen. en big data biedt kansen

voor de zorg, in de volle

breedte.

hoe big data de zorg verandert

groot, groter, grootSt

Page 31: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 31

Blockchain-technologie - bekend van Bitcoin

– creëert een soort permanente database van

online transacties of uitwisselingen. Met deze

technologie kunnen medische dossiers beter

en veiliger worden opgeslagen en gedeeld.

Momenteel is Blockchain nog niet volwassen

genoeg om grote ICT-problemen in de zorg op

te lossen, maar dat kan morgen anders zijn. De

toekomst is vaak zo ver weg nog niet.

BegINNeN meT BIg DaTa mag ook BesT kleINOmdat er zoveel informatie is over big data en

iedereen het erover heeft, bestaat de verleiding

om er ook meteen grote, groter, grootse dingen

mee te doen. Dat hoeft uiteraard niet per se. Om

te beginnen is een solide basis van cruciaal be-

lang voor betrouwbare en bruikbare data-analy-

ses. In elk nieuw gebied, dus ook hier, geldt dat

het beter is om eerst te experimenteren en klein

te starten om zo de unieke aspecten van de data

te leren kennen. Immers: de analyse is zo slecht

of goed als het fundament waarop wordt ge-

bouwd en vertrouwd. <

QUaNTIFIeD selF, INTerNeT oF THINgs & PoPUlaTIoN HealTH maNagemeNTHebben we het over patiëntgegevens dan is de

stap naar een belangrijke andere trend snel

gemaakt: quantified self. Meer en meer mensen

delen (bewust en onbewust) data via apps, wea-

rables en sociale media. En veel van die apps

focussen op aspecten van gezond leven: voeding,

beweging, slaap, omgaan met stress, enzovoort.

Denk bijvoorbeeld aan RunKeeper, Strava, Sleep

Cycle en Foodzy. Wanneer je deze data – van

wearables, social media en apps – combineert

met klinische data, kan dat onder andere leiden

tot gerichtere behandelingen en preventie van

ziektes. Met de informatie uit de verschillende

bronnen kunnen we meer te weten komen over

oorzaken van ziekten en aandoeningen en kun-

nen zorgverleners effectiever en doelmatiger

behandelen.

Een recent voorbeeld van het combineren van

data uit een diversiteit aan bronnen ten dienste

van toegespitste zorg is de samenwerking tussen

Radboudumc en Verily, een zusteronderneming

van Google. Samen onderzoeken ze gegevens van

650 Nederlandse Parkinsonpatiënten, waarbij de

benodigde medische gegevens worden verkregen

via een speciaal horloge dat de hartfunctie en het

activiteitsniveau van de hersenen meet, en wor-

den gecombineerd met informatie uit hersen-

scans, laboratoriumonderzoek en andere bron-

nen.

werelDse zakeN Big Data helpt ook in de strijd tegen verspreiding

van epidemieën. In Afrika bijvoorbeeld, blijken

locatiegegevens afkomstig van mobiele telefoons

zeer waardevol bij het voorspellen van de ver-

spreiding van het Ebola-virus. Ook het platform

HealthMap is een mooi werelds voorbeeld van

hoe verzamelde informatie uit nieuwsberichten,

sociale media en fora kan helpen bij het opspo-

ren, volgen en weergeven van epidemieën.

Dat ook het online zoekgedrag van mensen

ingezet kan worden voor de zorg bewijst een

recent onderzoek naar het voorspellen van al-

vleesklierkanker. Wetenschappers konden op

basis van online zoekgedrag via zoekmachine

Bing met 15% accuratesse bepalen of een per-

soon alvleesklierkanker had.

De oPkomsT VaN BloCkCHaINGeen data persoonlijker dan onze medische

gegevens. Daar moet dus uitermate veilig mee

worden omgegaan. Data-driven healthcare is

echter voor een groot deel afhankelijk van die

gegevens. Bij het veilig en vertrouwd uitwisselen

en delen van privacygevoelige informatie zou de

nieuwe technologie Blockchain– momenteel een

ware hype - weleens een belangrijke rol kunnen

gaan spelen. Sterker nog: blockchain zou het

informatiemanagement in de gezondheidszorg

weleens volledig kunnen transformeren. De

hoe big data de zorg verandert

groot, groter, grootStBronnen/literatuurBoss magazine, (februari 2017) 7 healthcare trends for 2017, opgehaald van https://thebossmagazine.com/7-healthcare-trends-2017/

Marr, B. (2015, 21 april) How big data is changing healthcare. Geraadpleegd van www.forbes.com/si-tes/bernardmarr/2015/04/21/how-big-data-is-changing-healthcare/#a3bbcab32d91

Smith, R. (2015, 5 augustus) 7 Myths Of Data Ana-lytics. Opgehaald van www.healthitoutcomes.com/doc/myths-of-data-analytics-0001?immediate=true

Ottes, L. (2016, 20 december) Big data in de zorg: kansen en gevaren. Opgehaald van: www.digitale-zorg.nl/digitale/big-data-in-de-zorg-kansen-en-ge-varen/

Jacobs, J. (2016, 15 september) AI: terug van nooit weggeweest. Opgehaald van hwww.smarthealth.nl/trendition/2016/09/15/kunstmatige-intelligentie-ai/

Libbenga, J. (2016, 4 oktober) eHealth Convention: Is blockchain klaar voor de zorg? Opgehaald van www.emerce.nl/interviews/ehealth-convention-blockchain-klaar-zorg

Page 32: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG32

stoomsterilisatie

Miele sTeAM Technology suMMiT

wordt in de Europese standaard EN 285 niet als

voorwaarde voor adequate sterilisatie opgegeven.

De deelnemers aan de Steam Technology Sum-

mit gaven na afloop aan het programma boeiend

en leerzaam te vinden. Miele Professional zal dan

ook zeker een vervolg geven aan deze summit.

De foto’s geven een indruk van de Steam Tech-

nology Summit en van de sprekers en deelne-

mers. Meer info: www.steamtechnology.nl <

vant is voor de stoompenetratie in relatie tot het

huidige assortiment geeft 98% van de deelne-

mers aan dat de genoemde test niet meer van

deze tijd is.

Adrie de Bruijn, onderzoeker bij RIVM, stelde

nog voor de Bowie & Dick-test te vervangen

door een elektronische versie in de deeltoelich-

ting D6103b.

mIele als INNoVaTorVanzelfsprekend werd tijdens de summit ook de

nieuwe Miele-sterilisator met een zeer innova-

tieve sensor (4D) voor het meten van verzadigde

stoom gepresenteerd. 4D staat voor de vierde

dimensie.

Bij steriliseren wordt op dit moment druk, tem-

peratuur en tijd gezien als belangrijke parame-

ters om gesteriliseerde materialen vrij te geven.

Deze theorie gaat er echter vanuit dat er verza-

digde stoom is. Als die er niet is, vindt er dus

géén sterilisatie plaats. En daarom dus de vierde

of misschien zelfs de eerste dimensie. Druk

Door: Miele

Op donderdag 11 mei 2017 vond de eerste editie van de Steam Technology Summit plaats. Een groot aantal des-kundigen op het gebied van steriliseren werd tijdens deze summit door toonaangevende en inspirerende sprekers op de hoogte gebracht van de laatste technologische ont-wikkelingen op het gebied van stoomsterilisatie voor het ver-beteren van de patiëntveilig-heid.

Stoomsteriliseren bevindt zich in een

stroomversnelling. Niet zo verwonderlijk,

aangezien hygiëne in de medische sector

naar een steeds hoger plan wordt gebracht. On-

der leiding van dagvoorzitter Joost Hoebink werd

dit thema tijdens de Steam Technology Summit

door experts over het voetlicht gebracht. Vanzelf-

sprekend kwamen daarbij de thema’s validatie,

stoomtechnologie, steriliseren en normontwikke-

ling ruimschoots aan de orde.

BowIe & DICk-TesT Nog releVaNT?Opvallend was dat vrijwel alle sprekers de Bowie

& Dick-test (stoompenetratietest) – ter controle

op het steriliseren van textiel of poreuze ladingen

– niet in lijn achten met het huidige en toekom-

stige aanbod met betrekking tot het steriliseren

van medische hulpmiddelen. Indirect zou dit

kunnen betekenen dat er een vraagteken gezet

kan worden bij meetmethoden die van deze test

zijn afgeleid.

Op de vraag of de Bowie & Dick-test nog rele-

Page 33: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 33

kwart werkbare tijd langdurige zorg naar adminiStratie

helft nederlanderS heeft geen weet van e-health-toePaSSingen huiSartSen

haal het bed uit het dna van het ziekenhuiS’

Zorgprofessionals in de langdurige zorg be-steden 25% van hun tijd aan administratieve taken. Zij ervaren dit als belastend, omdat het ten koste gaat van de directe zorg voor bewo-ners en cliënten. Dit blijkt uit onderzoek van Berenschot onder ruim 4.200 zorgprofessio-nals in deze sector.> lees verder op www.fmtgezondheidszorg.nl <

Meer dan de helft (55%) van de Nederlanders heeft geen idee wat de onlinemogelijkheden bij zijn of haar huisarts zijn. In het noorden is dat zelfs 63%. Het aantal Nederlanders dat gebruik-maakt van de onlinediensten van de zorgverlener is dan ook laag; 7% heeft weleens online een afspraak ingepland en 3% heeft weleens gebruikgemaakt van een e-consult. Dat blijkt uit onder-zoek van PharmaPartners, onder ruim 1.000 Nederlanders.

> het volledige artikel leest u op www.fmtgezondheidszorg.nl <

Patiënten herstellen sneller dankzij zorginno-vatie Beter uit bed, gericht op het beweegge-drag van patiënten in het Radboudumc.Het bed speelt nog altijd een centrale rol in een ziekenhuis. Uit wetenschappelijk onder-zoek blijkt dat patiënten in het ziekenhuis gemiddeld 80% van de tijd in bed liggen, vaak zonder dat hiervoor een medische noodzaak bestaat. Die inactiviteit heeft nadelige gevol-gen voor onder andere hersenen, spieren, uit-houdingsvermogen en daarmee het herstel.> lees verder op www.fmtgezondheidszorg.nl <

Het Tergooi Ziekenhuis en Siemens Healthineers gaan een technologisch partner-ship aan rondom een nieuw ziekenhuis in Hilversum.De twee partijen starten daarvoor een lange termijn MES-partnerschap (Ma-naged Equipment Service) dat voorziet in beschik-baarstelling, vervanging en onderhoud van medische apparatuur. Hierdoor zijn patiënten van het Tergooi de komende 15 jaar ver-zekerd van hoogwaardige beeldvormende apparatuur voor diagnostiek en behan-deling rondom cardiologie, radiologie en nucleaire geneeskunde. Daartoe be-horen onder andere CT- en MRI-scanners.> lees verder op

www.fmtgezondheidszorg.nl <

Samenwerking tergooi en SiemenS healthineerS

kort nieuwS

Page 34: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG34

reversed design

reversed design Als uiTgAngspunT voor onTwikkeling nieuwe beddenkAMers AMc

en dag de bouwkundige structuur van het ge-

bouw als vertrekpunt genomen. Reversed design

wil zeggen dat je dit omkeert en juist uitgaat van

de patiënt en het personeel.’

zorgVUlDIge VoorBereIDINgAT Osborne en het AMC gingen op zoek naar

een industrieel ontwerpbureau dat deze uitda-

ging aankon. ‘We legden vier bureaus de vraag

Het AMC werd 34 jaar geleden officieel

in gebruik genomen. Dat een update

van de beddentorens nodig is, is dus

begrijpelijk. ‘We hebben bij de H-toren tien jaar

geleden gezien dat een bouwkundige upgrade

nog steeds tot een verouderd resultaat kan lei-

den’, zegt Spek. ‘Sinds die tijd zijn we aan de slag

gegaan met lean, en dat gedachtegoed hebben we

voor de renovatie van de F- en G-torens doorge-

trokken: fundamenteel nadenken over de pro-

cessen in een beddenhuis om een ontwerp te

realiseren waarmee we tot voorbij 2050 kunnen

komen. Hierbij zagen we een belangrijke rol

voor industrieel ontwerpers.’

Kernelement hierbij is reversed design. Rutger

Kriek, managing consultant gezondheidszorg

van AT Osborne in de rol van programma ma-

nager huisvesting bij het AMC legt uit: ‘Bij het

ontwerp van patiëntenkamers wordt sinds jaar

Door: Frank van Wijck

emile SPek, direCteur huiSveSting

van het amC, noemt de herontwik-

keling van de f- en g-beddentorenS

‘zowel bouwkundig alS ConCeP-

tueel fundamenteel’. om beter

aan te Sluiten bij de beleving van

de Patiënten en zorgverlenerS iS

gekozen voor een reverSed deSign-

trajeCt bij het ontwerP van de

PatiëntenkamerS, met belangrijke

rollen voor ConSultanCybureau

at oSborne en induStrieel

ontwerPbureau mmek’.

eerste mock-up met halfhoge wanden.

Iedereen kon op- of aanmerkingen maken.

Page 35: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 35

bureaus een plan van aanpak te laten schrijven

waarin ze moesten meenemen hoe ze de gebrui-

kers erbij wilden betrekken en wat ze vanuit

industrieel ontwerp als risico’s en kansen zagen.

Op basis van die plannen van aanpak mochten

de bureaus een presentatie verzorgen en pas

daarna werd gekeken naar de prijs. ‘Bewust’, zegt

Spek, ‘we wegen kwaliteit veel zwaarder dan geld.

Als je al eerder in het proces de prijs van de

aanbieder meeweegt, is het risico dat je kiest

voor de aanbieder met de laagste prijs en een

“best wel” goede aanpak.’

MMEK’, waaraan het ontwerp werd gegund, kon

zich direct vinden in de gekozen aanpak. Direc-

teur Erik van Kuijk vertelt: ‘Veel opdrachtgevers

nodigen je gewoon uit om een ontwerp te maken

en dan krijg je een soort wapenwedloop tussen

aanbieders. We waren blij dat de opzet hier

zorgvuldiger was. Daarbij zagen we het gedach-

tegoed van reversed design als een enorme kans.

Als experienceontwerpers benaderen wij vraag-

stukken altijd vanuit de kant van gebruikers en

eindgebruikers. Wij stellen ons daarbij niet

alleen de vraag of mensen iets kunnen gebrui-

ken, maar vooral ook of ze het willen gebruiken.

Het is veel interessanter om de zorg centraal te

stellen dan: dit is het gebouw en zie maar hoe je

de zorg erin past. Een bedreiging kan zijn dat je

je door het sterk inzoomen op wat patiënten en

medewerkers nodig hebben in details verliest op

basis van tegenstrijdige eisen en wensen.’

moCk-UP eN VIrTUal realITyWat erg hielp om het proces in de goede richting

te sturen, was de beslissing om een mock-up te

maken. ‘Je moet letterlijk kunnen ervaren of je in

een ruimte wel een bedbeweging kunt maken’,

zegt Van Kuijk. ‘De eerste mock-up was met

halfhoge wanden waardoor het ruimtelijk effect

nog niet goed werd gevoeld, maar wel een goede

test om een ontwerpvariant te kiezen. Vervolgens

hebben we een volledige kamer gebouwd, ook

om mensen te laten ervaren of ze zich daarin

opgesloten voelen of er juist prettig in liggen.’

Vaak werken industrieel vormgevers met 3D-si-

mulatie. ‘Voor veel mensen geeft een 3D-beeld

op een beeldscherm een betere inschatting dan

een bouwtekening’, legt Van Kuijk uit. ‘Maar wij

belangen, die ze doorgaans niet van elkaar ken-

nen. Wij hebben ze in een conceptgroep bij

elkaar gezet om de ambities en eisen te bepalen

op basis van de vraag: “Wat wil je nu echt berei-

ken bij die herontwikkeling?”. De uitkomsten

hiervan vormden het uitgangspunt om tot een

programma van eisen te komen. Een belangrijk

punt van de verpleging daarin was dat zij vanuit

de gang zicht in de kamer wilden hebben op de

patiënt. Heb je dat zicht niet in één oogopslag

dan moet je de kamer binnenlopen en loop je

het risico de patiënt te storen.’

oP zoek Naar kwalITeIT De volgende stap was de keuzebepaling van het

industrieel ontwerpbureau. Besloten werd vier

voor wat we in dit kader van hen konden ver-

wachten’, zegt Kriek. ‘Bij alle vier kwam in het

projectvoorstel de experience-gedachte aan bod

en ook de patient journey, maar niet alle bureaus

slaagden er even goed in dit concreet te maken.

Voor ons was die patient journey wel belangrijk,

want een patiënt die wordt opgenomen komt in

een vreemde wereld waarin hij enige tijd ver-

blijft, en dan is het belangrijk stil te staan bij de

vraag wat hij dan ervaart.’

In de voorbereiding is ook nagedacht over de

vraag wie vanuit het AMC bij de herontwikke-

ling van de torens betrokken zou moeten wor-

den. Kriek: ‘Er werken mensen vanuit verschil-

lende disciplines en die hebben ieder hun eigen

reversed design Als uiTgAngspunT voor onTwikkeling nieuwe beddenkAMers AMc

In virtual reality door een patiëntenkamer lopen.

“je moet letterlijk kunnen ervaren of je in een ruimte wel een bedbeweging kunt maken”

Page 36: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG36

die zij eerder in het proces gegeven hadden. Het

is mooi dat, hoewel de kamers nog gebouwd

moeten worden, honderden AMC’ers er al in

rondgelopen hebben.’

ToekomsTgerICHT resUlTaaTHoewel nadrukkelijk in co-creatie is gewerkt met

de gebruikers, moeten op een gegeven moment

hebben besloten om gebruik te maken van vir-

tual reality, omdat je dan écht dicht op de werke-

lijkheid zit. Je kunt dan alles op de juiste plek

brengen. We hebben er medewerkers doorheen

laten lopen om alles aan te tekenen wat ze wel en

niet goed vonden. “Dat knopje zit daar niet

praktisch”, dat soort dingen.’ Tegelijk was het

voor velen een realistische feedback op de input

wel knopen worden doorgehakt. ‘Daarin kun je

dan nog steeds niet ieders wensen volledig hono-

reren’, zegt Van Kuijk, ‘maar mensen snappen wel

beter waarom bepaalde keuzes gemaakt worden

en accepteren die dan ook. En je komt tot oplos-

singen die echt praktische meerwaarde hebben.

Je ziet bijvoorbeeld vaak dat het rolkoffertje met

spullen dat mensen meebrengen nét niet in de

kast past. Of dat het kluisje te klein is voor de

iPad. Ook met dergelijke details hebben wij dus

wél rekening gehouden. Alle voorzieningen zijn

in een strakke wandkast weggewerkt.’

Spek voegt hieraan toe: ‘De gekozen aanpak leidt

tot een eindresultaat dat echt toekomstgericht is.

Gelet op het feit dat we het hier hebben over een

van de grootste investeringen sinds de opleve-

ring van het gebouw zeker relevant in de com-

municatie naar de raad van bestuur. We hebben

daarom inmiddels besloten voor alle grote pro-

jecten zo te gaan werken.’ <

reversed design

Integrale zorgomgevingen voor oa:

Prinses Máxima Centrum, AMC Amsterdam, UMC Utrecht, Cardio Control, HollandPTC

Meer weten?

Kijk op www.mmek.nl of bel voor een vrijblijvend gesprek met Martijn Meeske (06 -10030994) of Erik van Kuijk (06-14343630)

MMEK’ ontwerpt slimme zorgomgevingen.

Onze omgeving is van grote invloed op ons gevoel van welbevinden. Daarom ontwikkelt MMEK’ voor diverse opdrachtgevers integrale zorgomgevingen die naadloos aansluiten op behoeftes van zorgverleners én patiënten.

Met de functionaliteit van de ruimte als uitgangspunt betrekt MMEK’ gebruikers en eindgebruikers bij de ontwikkeling. Zo ontstaan omgevingen die het primaire zorgproces optimaal ondersteunen en waarin zorg beter tot zijn recht komt.

MEDIADESIGN

DESIGN FOR EXPERIENCE

INTERACTION

DESIGN INTERIOR

DESIGN

INDUSTRIAL

DESIGN GRAPHICDESIGN

USER CENTEREDDESIGN

ARCHITECTURAL

DESIGN

lay out van een één- en tweebedskamer, met sanitaire cel.

Page 37: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 37

toekomst­bestendig ziekenhuis

Bij de nieuwbouw van het Meander Medisch Centrum in Amersfoort werd rekening gehouden met een looptijd van veer-tig jaar. Om actueel te blijven in zo’n lange periode, is sterk de focus gelegd op de functionaliteit. Maar liefst 55 verschillende gebruikersgroepen werden geïnterviewd, om het ontwerp zo gedetailleerd, gespecialiseerd en gemoderniseerd te krijgen.

Een state of the art ziekenhuis zoals het Meander is tevens gebaseerd op een businessplan rond de automatisering. Vanaf het begin van het project is er grondig nagedacht over een efficiënte processtructuur. Het kernteam, onder voorzitterschap van de Raad van Bestuur, nam top-down alle besluiten. In dit team zaten ook artsen, het bouwbureau, het facilitair bedrijf en financiën. Dit bracht een belangrijke stabiliteit binnen het pro-ject, dat juist vanwege de ingewikkelde functionaliteit niet op bestek, maar op definitief ontwerp werd aanbesteed.

Het ziekenhuis is in 2013 geopend, won in 2014 de WAN Award Health Care en ontving in 2016 de NVTG BouwAward. De International Building Award ging net aan de neus voorbij. Het Meander Medisch Centrum is een ziekenhuis waar de pati-ent centraal staat en waarin moderne ontwikkelingen zoals robotisering van operaties automatisch zijn meegenomen.

De aanpak van dit ziekenhuis is al in een vroeg stadium gepubli-ceerd bij de business cases op de site van de branche Gebouw Automatisering. Op die site is ook een ander voorbeeld te vin-den, het UMCG.

Met de komst van onder andere het elektronisch patiëntendos-sier heeft het UMCG te kampen met een bijna exponentiële groei van data. Het ziekenhuis exploiteert hierdoor tevens een datacenter. Check de uitvoerige beschrijving op de site van de branche Gebouw Automatisering: http://gebouwautomatise-ring.fhi.nl/werkgroep-business-cases/

De voorbeelden tonen ook iets anders aan. Effectieve imple-mentatie van nieuwe technologie gaat samen met een intensie-ve samenwerking tussen de betrokkenen. Met die werkwijze blijven ziekenhuizen toekomstbestendig.

door: Paul Petersen,

fhi brancheorganisatie

gebouw automatisering

column

Page 38: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG38

toegangscontrole

ToegAngsconTrole is Meer dAn een cAMerA bij de hooFdingAng

In de volgende editie van FMT Gezondheids-

zorg gaan we uitgebreid in op het onder-

werp toegangscontrole. We besteden aan-

dacht aan onder andere de onderstaande

aspecten.

waT Is De INzeT VaN zorgINsTellINgeN?Zorginstellingen zijn grotendeels openbare

gebouwen, hetgeen de toegangscontrole niet

eenvoudiger maakt. Het beheren van toegangs-

rechten vraagt om het maken afspraken en de

juiste apparatuur en diensten. Hoe gaan zorgin-

stellingen hiermee om?

Steeds meer leveranciers bieden op maat ge-

maakte oplossingen voor de diverse entrees en

afdelingen zoals de hoofdingang, behandelka-

mers, OK’s, keukens, SEH’s, ruimtes voor mede-

werkers etc.

Maatwerk vereist

Elke entree en toegang stelt de eigen eisen. Zo is

de OK een afgeschermd gebied waar strikte

restrictie voor toegang gelden. De toegangscon-

trole voor een dergelijke afdeling is heel anders

dan die voor een afdeling in bijvoorbeeld een

verpleeghuis. We laten u kennis maken met een

aantal belangrijke producten.

Maar toegangscontrole gaat verder:

• Medicatieveiligheid is een belangrijk aan-

dachtspunt geworden van de Inspectie voor

de Gezondheidszorg (IGZ). Ook medicatie-

veiligheid vraagt om een effectieve toegangs-

controle. Een eis is dat alleen geregistreerde

medewerkers geschoold in het omgaan van

medicatie en die taken op het terrein van

medicatie hebben, toegang hebben tot de

opslag van medicatie en opiaten. Beveiligde

opslag en verantwoord en geregistreerd ge-

bruik van medicijnen en medische hulpmid-

delen in de praktijk is een belangrijk vereiste.

We gaan in op diverse mogelijkheden.

• Toegangscontrole is ook van groot belang

voor afdelingen voor infectieziekten en ruim-

tes met gevaarlijke biologische materialen. De

juiste producten kunnen helpen bij het isole-

ren van behandelkamers en afdelingen voor

infectieziekten waarmee de veiligheid wordt

verbeterd. Hoe gaan ziekenhuizen hiermee

om?

• Als laatste, maar zeker niet het minst belang-

rijk, is de toegangsbeveiliging ten aanzien van

ICT. Britse ziekenhuizen waren recent het

slachtoffer van het WannaCry-virus.

Het is zeker denkbeeldig dat ook Nederlandse

zorginstellingen met internetcriminaliteit te

maken krijgen. Zijn Nederlandse zorginstel-

lingen voldoende hierop voorbereid?

Hebt u een interessant project op het gebied van

toegangscontrole, neem dan contact op met de

redactie: [email protected] of

06 53 31 06 57. <Door: de redactie

toegangSControle SPeelt een

belangrijke rol met het oog oP de

veiligheid van Patiënten, bezoekerS

en medewerkerS in zorginStellingen.

maar toegangSControle heeft in

de zorg meerdere funCtieS. het kan

bijdragen aan het genezingSProCeS,

het oPtimaliSeren van hygiëniSChe

omStandigheden en aan het voorko-

men van fouten.

kortom: toegangSControle iS heel

wat meer dan een Camera bij de

hoofdingang.

een vooruitblik

Page 39: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten
Page 40: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG40

Door: Wilma Schreiber

‘scherpTe in heT proces brengen’

de betrokkenheid van de rvT van de sint Maartenskliniek

bij het besluitvormingsproces rond de nieuwbouw was

groot. vanuit diverse perspectieven beoordeelden zij de

plannen van de rvb op haalbaarheid en toekomstvast-

heid. “sturen op comfort”, zo omschrijft rvT-voorzitter

Mike leers deze insteek.

Om het project van begin tot eind te

monitoren, ontwikkelden RvB, RvT en

projectdirectie ‘D2 ontwikkeling’, een

governancekompas. Doel: binnen tijd en budget

een kliniek bouwen voor de komende 10 tot 15

jaar en daarin continu samen op te trekken. “Al

vanaf het prille begin hebben we de RvT meege-

nomen en daar gaan we mee door tot aan de

opening van de nieuwe kliniek in Q1 2019”,

aldus RvB-voorzitter Mark van Houdenhoven.

“De diverse samenstelling van de RvT zorgt

ervoor dat de raad op allerlei vlakken kan mee-

denken, conform de huidige opvatting van go-

vernance. Door dat samenspel kan ik mijn rol als

bestuurder goed invullen en zij hun toetsende

rol als RvT.”

Belangrijke voorwaarde was dat de toekomstvisie

van de Sint Maartenskliniek en het bouwconcept

samenhang vertoonden en dat de plannen aan-

sloten bij externe ontwikkelingen. In totaal telt

de RvT vijf leden, elk met zijn eigen expertise.

René Penning de Vries en Mike Leers vormen de

auditcommissie en beoordeelden de plannen

vanuit financieel en bedrijfsvoeringsperspectief.

Jan Cremer onderzocht of de plannen congruent

waren met ontwikkelingen in de medische we-

reld. Rieneke de Wit keek mee namens de pati-

entenadviesraden en Tijne Ritsema van Eck-van

Drempt bezag of een en ander in lijn was met

ontwikkelingen rond governance. “De optelsom

van al deze beoordelingen was dat het een goed

plan was”, aldus Van Houdenhoven.

zICHT eN grIPVertrouwen is een sleutelwoord. “Het gaat ten-

slotte om een investering van 50 miljoen euro.

De vraag is dan of de RvT voldoende fiducie

heeft in de manier waarop de RvB de organisatie

heeft ingericht om de plannen binnen budget en

de gestelde termijnen te realiseren”, stelt Van

Houdenhoven. Sturen op comfort, zo omschrijft

RvT-voorzitter Mike Leers de insteek van de

raad. “Als RvT dien je goed geëquipeerd en geïn-

formeerd te zijn om zo’n besluit te kunnen ne-

men. In de organisatie moet er dusdanig veel

draagvlak georganiseerd zijn dat je dit proces

met de schouders van velen eronder de komende

jaren kunt doorlopen”, verklaart hij. “Daarnaast

weet je dat dergelijke projecten financieel uit de

hand kunnen lopen en een enorme last kunnen

worden. Je wilt voorkomen dat mensen die over

enkele jaren hier werken meer lasten dan lusten

van het besluit ondervinden. Dus is het zaak

zicht en grip op het project te hebben.”

René Penning de Vries, voormalig directeur van

chipproducent NXP, trad vorig jaar toe tot de

RvT van de Sint Maartenskliniek en stapte lo-

pende het nieuwbouwtraject in. “Mei 2016 was

een belangrijk moment, toen ging de nieuw-

bouw een volgende fase in. We kregen een inte-

graal en gedetailleerd voorstel voorgelegd, com-

pleet met de extra investeringen die hiermee

gemoeid zouden zijn”, vertelt hij. De bouw was

een vast agendapunt bij RvT-vergaderingen, net

als in de financiële auditcommissie. Penning de

Vries: “Het was cruciaal de vinger aan de pols te

houden, want de implicaties voor de kliniek zijn

enorm. Het gaat niet alleen om de nieuwbouw

“het waS CruCiaal de vinger aan de

PolS te houden, want de imPliCatieS

voor de kliniek zijn enorm.”

besluitvorming nieuwbouw

rené Penning de Vries; foto: Do Visser.

Page 41: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 41

van een OK-complex, tevens vindt er een effici-

ency- en productiviteitsslag plaats om de finan-

ciële performance van de organisatie te verbete-

ren. Dat betekent dat de RvB de hele organisatie

moest zien mee te krijgen in dit verandertraject,

op weg naar een ander niveau kliniek waar de

nieuwbouw een mooi onderdeel van gaat zijn.”

INTeNsIeF CoNTaCTHet contact tussen RvT, projectdirecteuren, OR,

vereniging van de medische staf en managers

rond de RvB was dan ook intensief. “We peilden

voortdurend hoe iedereen in de wedstrijd zat, of

ze het project nog steunden en waar ze eventueel

beren op de weg zagen”, zegt Leers. “Toen over-

wogen werd om voor de OK’s een technologi-

sche innovatie uit het buitenland naar Nijmegen

te halen, hebben we bijvoorbeeld de vraag ge-

steld of dergelijk pionieren geen problemen met

de regelgever oplevert.”

Comfort betekent volgens Leers ook: een plan B

hebben in geval van tegenslag. “En ook: hoe ziet

dat plan B er dan uit? Hoe krijgen we dat op tafel

zonder al te grote consequenties voor de voort-

gang? Want naarmate het proces vordert, worden

de uitwegen steeds beperkter”, stelt hij.

“Door vragen te stellen hebben we scherpte in

het proces aangebracht. Hebben we echt zes

OK’s nodig, is bedrijfstijdverlenging of gebruik-

maken van de capaciteit van andere ziekenhui-

zen geen betere optie? En als je dan, zoals wij als

RvT, op al die vragen een gedegen antwoord

krijgt, dan groeit het comfort.” Voor het revali-

datiecentrum legde de RvT eenzelfde zorgvul-

digheid aan de dag. “Als CVA’s voortaan worden

behandeld in speciale verpleeghuizen, heeft dat

gevolgen voor onze capaciteit. Dit is opgelost

door eventuele overcapaciteit in te zetten als

overflowmogelijkheid voor orthopedie”, vertelt

Leers.

Qua financiën werd rekening gehouden met

slechtweerscenario’s en uitgegaan van een slechts

heel geringe productieverhoging. Gezien de

goede solvabiliteit van de Sint Maartenskliniek

werd ook overwogen de nieuwbouw zelf te beta-

len. “Uiteindelijk hebben we vanwege de lage

rente en de goede aanbieding van de bank er-

voor gekozen het hele bedrag te lenen. Verder

hebben we een aanvraag ingediend bij het Waar-

borgfond voor de zorgsector om de bedrijfslas-

ten verder te drukken”, aldus Leers. “Daarnaast

bewaken we als RvT de uitgangspunten met

betrekking tot de financiën, zodat we achteraf

niet duurder uitkomen.”

leIDersCHaPDe Sint Maartenskliniek wil vooroplopen in

beweging en houding en ook koploper zijn als

het gaat om de omgeving voor de patiënt. “We

willen een innovatief centrum zijn. Patiënten

verblijven hier langdurig, dus hebben we hen

betrokken bij het bouwproces en om input

gevraagd”, verklaart Leers. Inmiddels is het ont-

werp ondertekend door alle betrokkenen. Nu

breekt de aanbestedingsfase aan, waarbij de Sint

Maartenskliniek niet gaat voor de laagste prijs.

“Aannemers kunnen zich onderscheiden door

meer te doen dan wij vragen en zo veel mogelijk

overgebleven wensen binnen budget te realise-

ren. Andere criteria zijn: veilig bouwen, de plan-

ning halen en een goed bouwteam presenteren”,

aldus Van Houdenhoven.

Penning de Vries spreekt namens de RvT zijn

waardering uit voor de RvB. “Het bestuur heeft

leiderschap getoond door de verandering voor te

bereiden en de organisatie mee te nemen. Er ligt

nu een fantastisch mooi plan, waar de organisa-

tie enthousiast over is en waarmee de organisatie

ook met groot gemak aan de voorwaarden van

de bank heeft kunnen voldoen”, stelt hij. “De

nieuwbouw wordt groen en state-of-the-art, en

de beleving van patiënt en personeel zal goed

zijn. Al met al maakt de Sint Maartenskliniek

een grote stap in kwaliteit van zorg, snelheid en

klantgerichtheid.” <

mark van Houdenhoven.

we peilden voortdurend hoe iedereen in de wedstrijd zat. of ze

het project nog steunden en waar ze eventueel beren op de weg zagen.”

Page 42: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG42

ontwerpen operatieafdeling

Door: Wilma Schreiber

een SProng van 10 jaar vooruit

de titel van dit artikel geeft de

ambitie weer van de gebruikerSgroeP

van de Sint maartenSkliniek die het

ontwerP van het nieuwe ok-ComPlex

oP de voet heeft gevolgd. “de valkuil

iS koPiëren wat je nu doet naar de

nieuwe omgeving; want dan verbeter

je niet!”

Edgar Kaasschieter is sinds 2014 als anes-

thesioloog werkzaam in de Sint Maar-

tenskliniek, hij is een van de deelnemers

aan de gebruikersgroep.

Edgar werd gevraagd vanwege zijn interesse in

ICT en innovatie en als vertegenwoordiger van

de vakgroep Anesthesiologie, omdat de verande-

ring eenieders werk raakt. “Criterium is dat je

met een open mind erin stapt en out-of-the-box

kunt denken. Ik kwam van buiten en heb in

meerdere ziekenhuizen ervaring opgedaan”, zegt

hij. “De valkuil is kopiëren wat je nu doet naar

de nieuwe omgeving. Maar dan verbeter je niet.

Wij willen een innovatieve kliniek zijn en een

sprong van 10 jaar vooruit maken met appara-

tuur.” Die missie blijkt niet eenvoudig. “Fabri-

kanten houden zich bij wat veilig en bewezen is,

je hoort niet zo veel over het allernieuwste als je

daar naar vraagt.”

Met het oog op de snelle ontwikkelingen in de

zorg zijn flexibiliteit en schaalbaarheid belang-

rijke voorwaarden. “Als we klaar zijn met bou-

wen, zal de best practice van nu alweer verou-

derd zijn en de vraag wellicht gewijzigd. Daarom

bouwen we de zes geplande OK’s zodanig dat er

ruimte is voor acht”, vertelt Kaasschieter. “Met

het oog op veiligheid zijn de OK’s uniform, met

eenzelfde indeling en dezelfde techniek, zodat

het personeel alles maar één keer hoeft te leren

gebruiken. Verder staat infectiepreventie hier

hoog op de veiligheidslijst. Alles wat we aan

infectie kunnen voorkomen, vertaalt zich direct

in de kwaliteit van zorg.” Plezierig werken en de

patiënt meer centraal zijn twee andere doelen

van de nieuwbouw. “Nu is de organisatie met

alle disciplines nog erg verzuild. Je moet het

echter samen doen en kijken hoe je kunt komen

tot een veilig proces.”

Duidelijke route van patiënt door de holding en verkoeverkamer, waarbij het personeel boven-dien goed zicht heeft op de patiënt; illustratie: egm architecten.

Page 43: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 43

een SProng van 10 jaar vooruit

ProCesVerBeTerINgeNCollega Koen Defoort werkt sinds 2006 als or-

thopedisch chirurg bij de Sint Maartenskliniek.

In de gebruikersgroep trekt hij de kar voor de

vakgroep Orthopedie vanwege zijn belangstel-

ling voor ICT en technologie. “Ons doel is een

OK-complex waar we nu het beste van het beste

hebben en waarin het over 30 jaar nog steeds

goed en veilig werken is.” Naast patiëntveiligheid

is ook het comfort van OK-personeel een aan-

dachtspunt. “In de nieuwe situatie zullen de

werkomstandigheden sterk verbeteren, met

overal daglicht in de holding, OK’s en verkoever-

kamer. Geluidoverlast van luchtbehandelings-

kasten behoort tot het verleden en ook de

temperatuur kan dankzij het nieuwe Opra gon-

lucht behandelingssysteem hoger zijn. Prettig

voor patiënt én medewerkers”, stelt Defoort.

Andere voordelen: het schone gebied is groter

waardoor instrumententafels niet langer direct

onder het plenum hoeven te staan en het perso-

neel meer bewegingsruimte heeft. Verder zal het

opdekken plaatsvinden in een ruimte buiten de

OK, zodat dat proces niet langer operaties ver-

traagt.

Dergelijke procesverbeteringen kwamen aan het

licht bij het opstellen van het programma van

eisen, een gezamenlijke inspanning van D2

ontwikkeling als projectdirectie, OKCN, EGM

architecten en de gebruikersgroep, die leidde tot

het huidige ontwerp. “In de gebruikersgroep

hebben we nagedacht over hoe de inrichting kan

bijdragen aan een efficiënter, veiliger, patiënt-

vriendelijker en voor het personeel ergonomi-

scher proces”, vertelt Kaasschieter. “Daarbij is het

proces vanuit verschillende invalshoeken belicht,

waaronder OK-assistent, verkoever- en OK-per-

soneel. Tijdens een proefopstelling hebben we de

grootste ingreep uitgetekend, alle benodigde

spullen om de patiënt heen gezet en vervolgens

daaromheen getekend hoe groot de OK moest

zijn. En uiteraard hebben we gekeken of het past

binnen het beschikbare aantal vierkante meters

en het budget.” Ook organiseerde de architect

meerdere malen 3D-sessies waarbij gebruikers

virtueel door de ontworpen ruimte konden

gaan. “Je ziet dan gelijk de omissies, een raam,

een wand die ontbreekt.”

PosITIeVe VIBeDe nieuwe OK’s worden groter - 55 in plaats van

25 vierkante meter. Een must, aldus Defoort.

“Orthopedie is nu eenmaal een zeer technisch

specialisme waarbij je steeds meer apparatuur en

instrumenten nodig hebt. Dat vergt fysiek meer

ruimte.” Op andere punten wordt ruimte be-

spaard. Kaasschieter: “De centrale opslag wordt

iets kleiner en de logistiek voor het aanmelden

van de patiënt van holding, verkoeverkamer tot

PACU wordt in één ruimte samengevoegd.

Verder hebben we het verbedproces ergonomi-

scher weten te maken zodat personeel minder

met tafels en spullen hoeft te slepen.” In het

nieuwe OK-complex gaat al het personeel meer

in één ruimte samenwerken. “Dat betekent dat je

flexibeler bent gedurende de dag. Als de och-

tendpiek van de voorbereiding achter de rug is,

kun je die ruimte ’s middags inzetten als verkoe-

verkamer. Daardoor heb je minder vierkante

meters nodig en kun je je personeel flexibeler

inzetten” aldus Defoort.

Hoewel geen van de gebruikers bezwaar had

tegen de nieuwbouw, waren er wel zorgen over

de financiering. “De vraag was of we dit konden

betalen en zo ja, hoe we dat gingen doen. De

RvB heeft ons vervolgens voorgerekend wat de

nieuwbouw betekent voor de financiële huishou-

ding”, zegt Defoort. “Nu heerst er een positieve

vibe, mede dankzij het feit dat de werkvloer

nauw bij het project is betrokken. We waren het

soms oneens, maar op een prettige manier waar-

mee je verder kunt. Dan steek je er ook graag tijd

in.” Kaasschieter was eveneens aangenaam ver-

rast. “RvB en bouwdirectie hebben erg goed

geluisterd naar onze wensen, net als de architect

die pas daarna ging ontwerpen. Er zijn stevige

discussies geweest, maar uiteindelijk zijn al onze

eisen ingewilligd”, zegt hij.

Beiden benadrukken dat het gebouw een gege-

ven is en dat de winst ligt in het optimaliseren

van de processen. “Wat doen we nu, wat moet er

veranderen. Maar ook: wat kan behouden blij-

ven omdat het al goed gaat.” De technische in-

richting van de OK loopt nog. “Ook daar willen

we elkaar versterken om die stap vooruit te

zetten en te blijven verbeteren. Digitalisering

maakt zo veel mogelijk: draadloos werken, met

een iPad merkonafhankelijk verlichting, tempe-

ratuur en tafel instellen. En qua hygiëne onder-

zoeken we toepassingen in de industrie om

ruimten steriel te maken. Dit om kolonievor-

mende eenheden te reduceren en de patiënt de

beste kans te geven.” <

edgar kaasschieter.

gang vanuit de holding naar de ok’s. alle ruimtes in het ok-complex hebben daglicht en uitzicht; illustratie: egm architecten.

koen Defoort.

Page 44: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG44

strategisch werkconcept

sTrATegisch werkconcepT verTrekpunT nieuwbouw

roaDmaPOm te komen tot een strategisch werkconcept,

zijn allerlei programma’s ontwikkeld om ant-

woord te krijgen op verschillende vragen. “Bij-

voorbeeld hoe gaan we plannen: op ruimte of op

patiënt? Hoe maak je efficiënt gebruik van je

ruimte? En hoe borgen we patiëntvriendelijk-

heid en patiëntveiligheid?” Deze aanpak resul-

teerde in allerlei keuzes, bijvoorbeeld ten aanzien

van het luchtbehandelingssysteem, waar het

Zweedse Opragon de voorkeur kreeg. Ook op

andere vlakken noemt Oude Luttikhuis het van

belang eerst na te denken over wat kliniek en

medewerkers belangrijk vinden en dat te verta-

len in de bouw. “Te denken valt aan het oproep-

systeem en de monitoring en dwaaldetectie van

Bouwdirecteur Martijn Oude Luttikhuis is

mede-eigenaar van D2 Ontwikkeling.

Samen met collega-directeur Ben Else-

naar treedt hij vaak op als gedelegeerd opdracht-

gever bij grote en complexe bouwprojecten in de

zorg en cultuur & welzijn. “We geven niet alleen

advies, we realiseren ook van a tot z en maken

dan deel uit van de organisatie. Daarbij nemen

wij de verantwoordelijkheid voor het plan van

aanpak en zorgen we ervoor dat dit succesvol

verloopt”, verklaart hij. In zijn ogen gaat het bij

nieuwbouw doorgaans om grote investeringen,

maar zijn gebouwen uiteindelijk niet meer dan

een faciliteit die de werkprocessen ondersteunt.

“Een gebouw moet naadloos passen bij het

primaire proces waarmee we de patiënt beter

willen maken en waarmee we ook ons geld moe-

ten verdienen.”

Een belangrijk startpunt bij elk bouwproject is

dan ook het vertalen van de missie en visie en de

bedrijfsmatige activiteiten van een ziekenhuis in

een strategisch werkconcept. “Dit vormt de basis

voor de bouw, de werkprocessen en ICT en stelt

de organisatie in staat integraliteit te bereiken.

Pas dan heb je een goed gebouw dat aansluit bij

je bedrijfsproces”, is de overtuiging van Oude

Luttikhuis.

Het strategisch werkconcept voor de Sint Maar-

tenskliniek omvat onder meer de concretisering

van de ambities van de kliniek, hoe er met pati-

enten wordt omgegaan, welke doelen de kliniek

stelt qua efficiëntie en kwaliteit, welke ICT-con-

cepten zij wil inbedden en hoe medewerkers in

dit verhaal worden meegenomen. “Je zet een stip

op de horizon, waarbij de bouw als vliegwiel kan

werken. Als medewerkers weten dat ze een aan-

trekkelijke werkomgeving krijgen, ontstaat focus.

Iedereen is nu bezig met de nieuwbouw en de

toekomst. Dat vergroot de kans om succesvol

veranderingen door te voeren.”Door: Wilma Schreiber

een integrale blik - met aandaCht

voor bouw, iCt en werkProCeSSen -

iS onontbeerlijk om de nieuwbouw

van de Sint maartenSkliniek te

laten aanSluiten bij het Primair

ProCeS. daarbij iS de inPut van

medewerkerS eSSentieel. “iedereen

iS nu bezig met de nieuwbouw en de

toekomSt.”

“Verandering moet uit de afdelingen komen”, aldus bouwdirecteur martijn oude luttikhuis.

Page 45: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 45

werker?) en cultuurverandering. Oude Luttik-

huis: “In het kader van de patiënt meer centraal

stellen, denken we aan activiteiten in het week-

end. Dat vraagt het nodige van de medewerkers

en betekent ook dat het gebouw dan toegankelijk

moet zijn. Het is goed om hier vantevoren over

na te denken, want het moet natuurlijk wel

beheersbaar blijven.”

Gaandeweg het traject naar de oplevering van de

nieuwbouw wordt intern gekeken hoe de huidige

processen efficiënter en beter kunnen, en liefst

ook innovatiever. “Wat kunnen we leren van de

markt om het anders te gaan doen. Zo onderzoe-

ken we onder andere of we een innovatievere,

onconventionele OK kunnen bouwen, die past

bij de toekomstige ambities van de Sint Maar-

tenskliniek”, zegt Oude Luttikhuis. “Om een

dergelijk project tot een succes te maken, heb je

een krachtige RvB nodig. Bestuurders die gelo-

ven in deze aanpak en die een stap extra durven

te zetten. Dat is hier zeker het geval.” <

THemaTIsCHe aaNPakOude Luttikhuis stuurt tevens de veranderpro-

gramma’s aan die nodig zijn om straks in de

nieuwbouw te werken. Hiervoor werden gebrui-

kersgroepen ingesteld. “Verandering moet uit de

afdelingen komen, zij moeten die initiëren en

adopteren”, verklaart Oude Luttikhuis. Nu het

definitief ontwerp gereed is, worden de gebrui-

kersgroepen omgezet in themagroepen waarin

de programma’s thematisch verder worden

uitgewerkt. “Eén van de thema’s is fysieke omge-

ving, waarbij gekeken wordt naar het gebruik

van het gebouw. Denk aan zaken als healing

environment en virtual reality om patiënten te

ondersteunen bij hun oefeningen”, vertelt hij.

“En omdat patiënten langere tijd in de Sint

Maartenskliniek verblijven, is een ander thema

de patiënt als partner. Daarbij gaat het onder

meer over inzage in patiëntgegevens, en revalida-

tieprogramma’s voor patiënten.”

Andere themagroepen houden zich bezig met

processen (protocollen in kliniek updaten of

upgraden omdat de werkprocessen veranderen),

planning (gericht op ruimte, patiënt of mede-

patiënten. In deze vakvormen gaan bouw en ICT

samen. Daarom nemen we ICT al mee in de

nieuwbouw, net als de gevolgen voor de manier

waarop medewerkers met het systeem omgaan.

Dat moet samenkomen.”

Het definitief ontwerp is nu gereed. De volgende

stap is de aanbesteding, die in Q3 moet zijn

afgerond. Dan start de bouw en in Q1 2019

wordt de nieuwbouw van de Sint Maartenskli-

niek opgeleverd. “Dat betekent dat we dan ook

de werkprocessen en ICT op orde moeten heb-

ben, zowel de generieke als de specifieke proces-

sen om anders te werken in de nieuwbouw”, zegt

Oude Luttikhuis. “Verder wordt ook het logistie-

ke systeem van de kliniek anders vormgegeven,

iets wat veel impact heeft op de nieuwbouw. Al

die systemen moeten op elkaar aansluiten zodat

mensen hier efficiënt en effectief mee kunnen

werken.” Voor het hele traject stelde Oude Lut-

tikhuis een roadmap op. “Daarin worden keuzes

gemaakt: wat kunnen we nu al aanpakken en

meteen toepassen zodra de nieuwbouw gereed

is? En wat voeren we pas in als de nieuwbouw

er is?”

Page 46: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG46

ontwerp nieuwbouw

Door: Wilma Schreiber

EGM architecten werkte voor het ontwerp van de nieuwbouw van de Sint Maartenskliniek nauw samen met de gebruikers van de revalidatieafdeling en het OK-complex. “Alle logistieke rader-tjes moeten op de juiste plek zitten om het geheel goed te laten functioneren.”

medewerkerS en werkProCeS Centraal

In 2014 kreeg Arnold Sikkel, partner-archi-

tect bij EGM architecten, het verzoek van

Mark van Houdenhoven, voorzitter RvB

van de Sint Maartenskliniek, mee te denken over

het ontwerp van een nieuw OK-complex dat in

2019 gerealiseerd dient te zijn. “De zorg is dus-

danig in beweging dat ik adviseerde een struc-

tuurplan voor het totale ziekenhuis te maken en

vervolgens te onderzoeken hoe de revalidatieaf-

deling en het OK-complex er in het licht van de

toekomstige ambities uit zouden moeten zien”,

aldus Sikkel. “Met gebouwen is het zaak jaren

vooruit te denken omdat de investeringen in de

verschillende zorgfuncties zo hoog zijn.”

Al snel bleken de kosten voor verbouw van de

kliniek dermate hoog dat nieuwbouw werd

overwogen. Een berekening van D2 Ontwikke-

“specialisten en verplegend personeel delen met ons wat belangrijk is voor hen, wij leren in detail hoe zo’n afdeling werkt”, aldus arnold sikkel.

Page 47: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 47

waar de Sint Maartenskliniek hoogcomplexe

operaties op het gebied van orthopedie uitvoert,

begon met gesprekken met gebruikers. OKCN

ondersteunde vanuit haar expertise het analyse-

ren van de werkprocessen rond de OK en de

logistieke stromen van mensen en goederen. Zo

werd gekomen tot een programma van eisen.

Sikkel: “In totaal hebben we voor het ontwerp

zes gesprekken met gebruikers gevoerd. Daarna

zijn in een workshop twee varianten besproken

met 20 tot 30 medewerkers van het OK-complex

om te kijken wat het beste past bij hun ideeën en

wensen, en te komen tot de meest efficiënte en

plezierige werkomgeving. Vergelijk het met het

binnenwerk van een Zwitsers horloge: alle logis-

tieke radertjes moeten op de juiste plek zitten

om het geheel goed te laten functioneren.”

Verder werden in samenspraak met de gebrui-

kers allerlei scenario’s bedacht en besproken hoe

deze zouden uitwerken in het voorliggende

ontwerp. “Hoe lopen zaken in geval van een

operatie of een calamiteit, welke maatregelen

zijn dan nodig, waar staan de benodigde instru-

menten? Hierbij konden we gebruikmaken van

de ervaring van OKCN. Zij hebben op basis van

het ontwerp dummy’s gemaakt en deze uitgetest

met gebruikers”, aldus Sikkel. “En je hebt te

maken met hoogopgeleide gebruikers die zelf

goede ideeën voor oplossingen aandragen.” De

ambitie van de Sint Maartenskliniek om bij het

OK-complex voorop te willen lopen qua nieuwe

technologische ontwikkelingen, noemt hij bij-

zonder. “Het is prachtig als een opdrachtgever

innovatieve oplossingen durft te omarmen. Zo is

een grote groep medewerkers naar Zweden

gegaan om kennis te nemen van het Opragon-

systeem en te zien of dit alternatieve plenumsys-

teem past bij de Sint Maartenskliniek.”

Net als bij de revalidatieafdeling wordt in het

nieuwe OK-complex gebruikgemaakt van dag-

licht. “Een enorme stap voorwaarts, want nu

wordt nog gewerkt in een kunstmatig verlichte

omgeving. Als dat straks allemaal binnen de

kaders van oppervlakte en financiën gerealiseerd

is, hebben we met zijn allen een prachtige pres-

tatie geleverd.” Het werken met gebruikers - de

standaard werkwijze bij EGM architecten - is en

blijft leerzaam. “Wat is er nu mooier dan met

specialisten en verplegend personeel na te den-

ken over oplossingen voor de afdeling. Zij delen

met ons wat belangrijk is voor hen, wij leren hoe

zo’n afdeling werkt. Dat tezamen leidt tot een

optimaal werkbaar ontwerp.” <

staan en dat er sprake is van een frisse omgeving,

zonder storende geuren. En voor de afdeling met

CVA-patiënten gaf het personeel bijvoorbeeld

aan dat de omgeving prikkelarm zou moeten

zijn.” De gebruikers speelden een belangrijke rol

in het ontwerp. “We hebben geluisterd naar hun

bedoelingen en zij hebben specifieke issues rond

hun werk en de patiënten aangedragen. Vervol-

gens hebben we ook het concept ontwerp in

gebruikersoverleggen besproken, van totale

afdeling tot op kamerniveau. Zit alles op de

juiste plek als het gaat om installaties en is de

materialisatie in orde?”

Wat dat betreft signaleert Sikkel een verschui-

ving in het ontwerp van ziekenhuizen. “Waar

eerder de patiënt het middelpunt vormde, staan

nu medewerkers en het werkproces centraal. En

een eenvoudige en prettige werkomgeving heeft

alsnog als resultante dat de patiënt op de voor-

grond staat.” De ontwerpen van EGM architec-

ten zijn zo veel mogelijk evidence-based. Zo

blijkt uit wetenschappelijk onderzoek dat aspec-

ten die van invloed zijn op de zintuigen een

positief effect hebben op de patiënt. “Denk aan

zaken als daglicht, geluidsniveau, veiligheid en

privacy. Als je dat goed invult, ontstaat een pret-

tig klimaat.” Ook patiënten laten genieten van de

natuur draagt bij aan een healing environment.

“Daarom heb ik in de patiëntenkamers glazen

puien tot aan de vloer geïntroduceerd en komen

er balkons bij de kamers. Het is bewezen prettig

voor mensen om te voelen dat het waait of te

zien wat voor weer het is.”

aNalyse werkProCesseNOok het ontwerp van het nieuwe OK-complex,

ling, dat optreedt als gedelegeerd opdrachtgever

namens de Sint Maartenskliniek, wees uit dat

nieuwbouw inderdaad gunstiger zou zijn qua

prijs. Voor EGM architecten, al vele jaren specia-

list in het ontwerpen voor zorg en welzijn, was

het ontwerp van een dergelijk specifieke ver-

blijfsomgeving voor patiënten een primeur. “De

verpleging van dwarslaesiepatiënten was een

volstrekt onbekend gebied voor ons. Dus zijn we

een dag op de afdeling geweest om te zien wat

het personeel en de patiënten zoal doen”, aldus

Sikkel. “Dat bleek afwijkend van alles waar we

tot nu voor gebouwd hebben. Patiënten zijn hier

voor langere tijd om te revalideren en het verple-

gend personeel is de hele dag met hen bezig.”

geBrUIkersoVerleggeNVoor het ontwerp van het nieuwe gebouw inven-

tariseerde Sikkel de handelingen van het verple-

gend personeel en streefde hij naar een zo aange-

naam mogelijke werkomgeving. “Bijvoorbeeld

dat rolstoelen en bedschermen niet in de weg

De centrale gang bij de verpleegafdelingen, met werkposten voor verpleging en lounges voor patiënten; illustratie: egm architecten.

exterieur van de nieuwbouw. De balkons bij de patiëntenkamers geven patiënten de mogelijkheid om naar buiten te gaan; illustratie: egm architecten.

Page 48: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG48

de zorg brandveilig

heT bouwbesluiT is priMA, MAAr wij hebben een hogere AMbiTie

minuten niet is opgelost, wordt de melding

alsnog doorgezet naar de gemeentebrandweer.

“De meeste brandjes die we hebben komt van

apparatuur die begint te smeulen”, zegt Ed.

“Doordat wij er bovenop zitten blijft het alle-

maal bij kleine incidenten. In de veertien jaar dat

ik hier werk is Utrecht maar drie of vier keer

echt naar ons toe uitgerukt. En dan hadden we

de brand al geblust voordat ze ter plaatse waren.”

Niet alleen de snelheid van handelen, maar ook

de specifieke kennis die de bedrijfsbrandweer

over het ziekenhuis heeft is een groot voordeel.

Ed: “Omdat er heel veel soorten brandveilig-

heidsrisico’s in het ziekenhuis zijn, verdiepen we

ons daarin. Wij weten hoe te handelen bij be-

paalde medicatie of apparaten waar de gemeen-

tebrandweer nog nooit van gehoord heeft. Zo

hebben we apparatuur waardoor je niet zomaar

“Ik weet gewoon dat het hier wel goed zit met de

brandveiligheid”, aldus Ed de Groot, plv. com-

mandant van de Brandweer UMC Utrecht.

De hoofdlocatie van UMC Utrecht is een ouder

gebouw en ligt iets buiten de stad. Die combina-

tie van bestaande bouw met gedateerde techniek

en een langere aanrijtijd voor de brandweer,

zorgde ervoor dat de Veiligheidsregio Utrecht

(VRU) bij de bouwvergunning in 2010 eiste dat

UMC Utrecht een eigen bedrijfsbrandweer zou

gaan exploiteren. “In die zin is het een gelijk-

waardigheidsmaatregel,” zegt Bonne van de Dijk,

clustermanager Veilig Werkomgeving, “maar wel

één waar we inmiddels echt trots op zijn.” Tegen-

woordig staat er dag en nacht een ploeg ‘eigen’

brandweermensen paraat om indien nodig

brand te bestrijden en afdelingen te helpen

ontruimen.

sNelHeID VaN HaNDeleNZodra het brandalarm afgaat komt eerst de eigen

bedrijfsbrandweer in actie. Als het binnen tien

Door: Jur Grandiek, De Zorg Brandveilig

umC utreCht heeft een eigen bedrijfS-

brandweer voor onder andere

brandbeStrijding, ontruimen en

trainen. hiermee vervangen ze hun

bhv-organiSatie en vangen ze zo’n

taChtig ProCent van de alarmmeldin-

gen af van brandweer utreCht.“ik weet gewoon dat het hier wel goed zit met de brandveiligheid”

Bonne van de Dijk, clustermanager Veilige werkomgeving bij UmC Utrecht.

Page 49: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 49

vastgesteld door de Raad van Bestuur, het is niet

meer een vrijblijvend document maar goed

geborgd in de organisatie.”

Bonne vervolgt: “In het plan leggen we ook

afspraken vast met een aantal partijen. Veel

zorginstellingen denken bijvoorbeeld dat de

brandweer altijd wat te zeuren heeft en dat je die

buiten de deur moet houden. Daar sta ik anders

in. We hebben allemaal een gezamenlijk belang,

dus ga ik liever in gesprek en maak ik afspraken.

Je hebt vaak veel meer gemeenschappelijks met

elkaar dan dat je tegenstellingen hebt.” Ed vult

aan: “Dat is ook het mooie, wij halen juist de

veiligheidsregio’s naar binnen toe om met elkaar

naar alle zaken te kijken. En zo’n IPB, zo’n inte-

graal plan, dwingt je om daar goed over na te

denken.”

amBITIeNIVeaUBonne: “Wij zijn echt bevoorrecht met een eigen

bedrijfsbrandweer. Met een BHV-organisatie is

het toch altijd een probleem om mensen te

mobiliseren. Een bedrijfsbrandweer is een dure

maatregel, maar het werkt heel goed en het geeft

ook ons ambitieniveau aan. In die zin zijn we

daar heel trots op.” <

Trainen op maat

Ed: “We trainen medewerkers op maat en ook

dat ontwikkelen we zelf. Zo krijgen verpleegaf-

delingen speciale aandacht voor de zelfredzaam-

heid van patiënten. Het heeft geen zin om labo-

ranten te leren hoe ze een patiënt moeten

evacueren. We zijn bijvoorbeeld ook heel speci-

fiek aan de slag gegaan met het OK-complex,

want risico’s wijken daar erg af van andere afde-

lingen. Als je in een OK-brand hebt, kun je

bijvoorbeeld prima een infuuszak als blusmiddel

gebruiken.” UMC Utrecht oefent ook met BHV-

organisaties die nog in buitenpanden zitten. Ed:

“Daar verzorgen we de opleidingen voor. Als er

een keer een grootschalige oefening is, dan zor-

gen we dat de brandweer daarin meedraait. Zo

kunnen wij zien hoe de BHV het geregeld heeft

en zien zij wat ze van ons kunnen en moeten

verwachten. Dan leer je echt van elkaar.”

VeIlIgHeIDsBewUsTzIjNTrainen leidt ook automatisch tot een hoger

veiligheidsbewustzijn van medewerkers. Daar-

naast loopt de bedrijfsbrandweer preventief

rond en spreken zij mensen aan op onveilig

gedrag. Ed: “Als we iets constateren, dan gaan we

daar met die afdeling over in gesprek. Dat is een

constant proces, we blijven mensen attenderen,

dat samenspel met afdelingen blijft belangrijk.”

INTegraal PlaN BraNDVeIlIgHeIDUMC Utrecht raadt elke zorgorganisatie aan om

na te denken over het integraal benaderen van

risicogestuurde brandveiligheid en het vast te

leggen in een document. Bonne licht toe:

“Brandveiligheid wordt vaak geïsoleerd bena-

derd. En alleen voldoen aan regelgeving wil nog

niet zeggen dat het veilig is. Daarom hebben wij

zelf als een van de eerste umc’s een IPB, Integraal

Plan Brandveiligheid, ontwikkeld en dat is voor

ons nu de leidraad. Daarin denken we na over

risico’s en op welke wijze we die gaan beheersen.

In het IPB zijn de hele brandweerorganisatie en

alle scenario’s beschreven. Daar kijken de VRU

en de gemeenten in mee. Het IPB is ook formeel

de afdeling op kunt lopen, anders word je er als

een magneet tegenaan gezogen. Daar worden we

bij ingebruikname direct van op de hoogte ge-

bracht, zodat we voor die afdeling een aparte

procedure maken voor als er brand uitbreekt.”

Dat is geen uitzondering in UMC Utrecht, er

zijn bijna 200 verschillende ontruimingsplan-

nen. Elke afdeling heeft zijn eigen ontruimings-

plan en doet in principe zijn eigen ontruiming

bij incidenten. Pas als het niet goed verloopt op

een afdeling, springt de bedrijfsbrandweer bij.

TraINeNDat vraagt wel dat de 13.000 medewerkers goed

getraind worden in BHV, blustraining en ontrui-

ming. Bonne: “We trainen ontzettend veel, van-

daag staan er ook weer vijf trainingen gepland.

Dat is echt onze grootste uitdaging. En we wer-

ken niet volgens kwaliteitssysteem NIAZ, maar

volgens JCI, een pittige Amerikaanse norm die

stelt dat al je medewerkers geïnstrueerd moeten

zijn. Daar hebben we een apart trainingsbeleid

op gemaakt, met e-learnings en fysieke trainin-

gen. We hebben zelfs een apart trainingscentrum

waar je echt met brandsituaties in een zieken-

huisomgeving kunt oefenen.” Zo breed trainen

terwijl de handen aan het bed onder druk staan,

kan alleen als er draagvlak is vanuit de top. “On-

ze Raad van Bestuur steunt ons, dat is heel be-

langrijk. Zij zijn safety en security minded. Zo’n

bouwbesluit is prima, maar wij hebben een

hogere ambitie en daar gaan we gewoon voor.”

Programma De Zorg BrandveiligDit praktijkverhaal is onderdeel van het programma De Zorg Brandveilig. Met dat programma stimuleren ActiZ, GGZ Ne-derland, NFU, NVZ en de VGN, verenigd in de Brancheorganisatie Zorg (BoZ), en Brandweer Nederland een omslag van regelgerichte naar risicogestuurde brand-veiligheid. Het programma wordt onder-steund door het ministerie van VWS. Kijk op www.dezorgbrandveilig.nl voor meer informatie en een kennisbank met de meest actuele inzichten en andere prak-tijkverhalen.

ed de groot, plv. commandant Brandweer UmC Utrecht.

ook de specifieke kennis van de bedrijfsbrandweer ten aanzien van het eigen ziekenhuis is een heel groot voordeel”

Page 50: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG50

renoveren ok’s

Door: Wilma Schreiber

renovatieSlag bij mmC veldhoven

momenteel worden alle afde-

lingen van het máxima mediSCh

Centrum (mmC) in veldhoven

onder handen genomen om het

ziekenhuiS te moderniSeren. voor

de ok’S en de dagbehandeling iS

dit voorjaar de nieuwbouw ge-

Start. “een enorme tranSitie.”

Het betreft een midlife renovatie van

het inmiddels ruim 25 jaar oude

ziekenhuis. “Eerder al werd de locatie

Eindhoven gerevitaliseerd. In Veldhoven is geko-

zen voor volledige renovatie”, aldus Pierre Veen-

man, manager Vastgoed en Huisvesting. Renova-

tie bleek voor de OK’s geen optie. “Toen het

MMC in de jaren 80 gebouwd werd, was er

sprake van een zogeheten EVI, een exploitatie-

verlagend initiatief. We gingen van 600 naar 500

bedden, maar het ontwerp was nog te duur.

Uiteindelijk is overal minimaal 10 procent be-

knibbeld op de maten, ook in het OK-gebouw.

Daar zit dus geen enkele rek in, wat de toekomst-

waarde onder druk zette.”

Wil Speetjens, manager Zorggroep OK en Dag-

behandeling beaamt dit. “Op de plaats zelf kon-

den we de OK moeilijk renoveren, omdat er in

de breedte geen ruimte was. Toen uit de risico-

inventarisatie bleek dat veiligheid een issue zou

worden en er bovendien heel veel bouwfasen aan

te pas zouden komen, hebben we gekozen voor

nieuwbouw.” De acht nieuwe OK’s - één meer

dan in de huidige situatie - komen op de eerste

verdieping. Alle leveranties gaan voortaan direct

naar de tweede verdieping en niet langer via het

OK-complex. “Vanuit het oogpunt van kwaliteit

willen we hotfloor en secundaire processen uit

elkaar halen om een maximale scheiding tussen

schoon en vuil aan te brengen. Bovendien is het

veel overzichtelijker.”

geDrageN INrICHTINgMet de nieuwe OK’s is het MMC op de toekomst

voorbereid en geeft het tevens invulling aan het

streven het meest innovatieve ziekenhuis van

Nederland te willen zijn. “De zes klasse I presta-

tieniveau 1 OK’s krijgen alle een eigen steriele

opdekruimte. Daarnaast is er daglichttoetreding

in alle OK’s. Onderzoek wijst uit dat dit het

dag- en nachtritme van patiënten gunstig beïn-

vloed en ook delier tegengaat”, zegt Speetjens.

“Verder komt er een hybride-OK en bereiden we

tijdens de bouw de achtste OK voor op robotchi-

rurgie.”

Het programma van eisen (PvE) voor het ont-

werp van de nieuwe OK’s is opgesteld in nauwe

samenspraak met artsen en medewerkers. “In

mock-up sessies zijn operaties nagespeeld. Daar-

naast is het hele complex in een BIM-model

gezet en is op basis van de afmetingen gekeken

naar ruimtebeslag en is de optimale inrichting

bepaald. Ook dit hebben we met alle gebruikers

doorlopen, tot op stopcontactniveau toe”, vertelt

Het beeldbepalende atrium van het nieuwe ok-complex; foto egm architecten.

Page 51: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 51

renovatieSlag bij mmC veldhovenop de begane grond komt zowel de dagbehande-

ling als een preoperatieve opnameafdeling.

“Voorheen kwamen patiënten die geopereerd

werden ’s ochtends vroeg om 7.00 uur op een

afdeling aan, waar het dan vaak nog donker was.

Dat verstoort het proces op die afdeling. Het

betekent ook dat patiënten zich twee keer moe-

ten melden, één keer op de afdeling en één keer

bij de preoperatieve opnameafdeling”, aldus

Speetjens. “Om patiënten een gastvrijere ont-

vangst te bieden, is in de nieuwe situatie de

interactie geïntegreerd in één administratieve

intake op de preoperatieve opnameafdeling.

Daar kunnen ze tot het moment van de operatie

in een verblijfsruimte wachten en hoeft er niet

direct een bed gereserveerd te worden. De pati-

ent wordt pas patiënt als hij op het laatste mo-

ment in een bed wordt vervoerd. Een logische en

patiëntvriendelijke oplossing, waarbij de patiënt

sneller het proces kan doorlopen.”

kINDerDagBeHaNDelINgEen andere vernieuwing is de integratie van de

dagbehandeling met de kinderdagbehandeling.

Kinderzorg is een speerpunt van het MMC; het

ziekenhuis heeft een Vrouw Moeder Kind-cen-

trum en voldoet aan de standaarden van de

Golden Smiley voor kindgerichte zorg van de

landelijke vereniging Kind en Ziekenhuis. “In de

nieuwbouw komt er in de dagbehandeling naast

de afdeling voor volwassenen een aparte afdeling

voor kinderdagbehandeling. We willen het zo

organiseren dat kinderen niet hoeven te wach-

ten. Een ander streven is hen niet te confronte-

ren met zieke volwassenen”, verklaart Speetjens.

Voor de verkoeverkamer geldt hetzelfde princi-

pe: ook hier komt een aparte ruimte voor kinde-

ren. “Voor volwassenen komen er in de verkoe-

ver gescheiden compartimenten om patiënten

meer privacy te bieden. De zichtlijnen zijn zoda-

nig dat het verplegend personeel het overzicht

behoudt.” Tot slot realiseert het MMC in de

verkoeverruimte een family centred Care kamer,

waar vader, moeder en kind samen kunnen

verblijven na een keizersnede.

In het kader van gastvrijheid zijn in het ontwerp

ook een atrium en een binnentuin opgenomen.

“Die worden beeldbepalend voor het hele ge-

bouw en moeten zorgen voor een veel prettigere

omgeving voor patiënten, bezoekers en perso-

neel”, verklaart Veenman. Als alles volgens plan-

ning verloopt, vindt volgend jaar zomer de vali-

datie van de OK’s plaats en kan najaar 2018 het

nieuwe OK-complex in gebruik worden geno-

men. “We hebben nog een jaar de tijd om de

processen te tweaken, zodat ze in de nieuwe

situatie zo veel mogelijk gaan werken zoals wij

bedacht hebben. Het zal een enorme transitie

betekenen”, besluit Speetjens. <

Betrokken partijen nieuwbouw OK’s- Dagbehandeling:• EGM architecten ontwerp;• Deerns PvE installaties;• Strukton Care Builders ontwerp en bouw;• Roubos OK Expertise procesbegeleiding gebruikers.

overzicht van de ok-verdieping; foto egm architecten.

Pierre Veenman (links) en wil speetjens: “gastvrijheid is een belangrijke drijfveer bij de nieuwbouw.” Foto wilma schreiber.

Veenman. “Verder hebben we kwartiermakers

aangesteld die input voor het PvE ophaalden in

de organisatie en medewerkers meenamen in het

proces.” Een zinnige exercitie, stelt Speetjens:

“We hebben alles gesimuleerd, plaatsing van de

apparatuur, van de chirurg en het team. Uit-

gangspunt was zo min mogelijk bewegingen

voor de patiënt en voldoen aan de vigerende

normering. Het resulteerde bovendien in een

inrichting die gedragen wordt door de gebrui-

kers.”

geïNTegreerDe INTeraCTIeDe dagbehandeling kent een innovatief concept:

Page 52: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG52

bouwen aan zorgvastgoed

Door: Cor van Litsenburg

Interview met Monique Donker-Blacha en Jos Lichtenberg

naar ConCurrerend en toekomStgeriCht zorgvaStgoed

De komende jaren wordt er in de zorg

weer veel vastgoed aangepast dan wel

toegevoegd. Kunnen we gelet op

markt- en maatschappelijke ontwikkelingen

eigenlijk wel doorgaan met onze huidige wijze

van bouwen? Hoe zou het dan anders moeten en

hoe gaan we dat realiseren? Over dat soort vra-

gen gaat het onderstaande interview dat FMT

hield met Jos Lichtenberg en Monique Donker-

Blacha. Zij hebben hun sporen in bouwinnovatie

ruimschoots verdiend en een nieuwe formule

bedacht om partijen die open staan voor de

realisatie van concurrerend en toekomstgericht

vastgoed concreet op weg te helpen.

waT DoeN we er zelF aaN?“Er wordt meer en meer werk gemaakt van een

andere bouwbenadering. De overheid doet dat

jos lichtenberg.

Page 53: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 53

maar waT Is DaN HeT geHeIm?Monique: “Het start met het stellen van de juiste

vraag aan de markt. De visie van Slimbouwen

helpt bij het logisch organiseren van het proces

en biedt daarmee een houvast. Jos: “In beginsel

is Slimbouwen eenvoudig. Slimbouwen knipt het

bouw- of renovatieproces op in een aantal stap-

pen, te weten in beginsel Casco, Omhulling,

Installaties en Afbouw, met als doel dat deze ook

onafhankelijk van elkaar kunnen worden gepro-

duceerd en gemonteerd. Traditioneel komt de

van Slimbouwen en bij die projecten doen we

daadwerkelijk de positieve ervaringen op zoals

Monique die zojuist heeft toegelicht. Gebruikers

en eigenaren van het vastgoed onderschatten de

bewezen mogelijkheden die er zijn om daadwer-

kelijk te sturen op oplossingen die aansluiten bij

hun wensen. Het kan daadwerkelijk goedkoper,

economischer en beter. Dat de vastgoedwereld

dit nog moet ontdekken is niet raar, want het

aanbod is als een bos waardoor je de bomen niet

meer kunt zien. ”

vanwege de internationaal gemaakte klimaataf-

spraken en de dreigende materiaal tekorten,

maar er is veel meer aan de hand. De vraag is of

we de hand niet ook in eigen boezem kunnen

steken”. Aan het woord is Jos Lichtenberg, em.

hoogleraar bouwinnovatie aan de TU Eindhoven

en medeoprichter van SlimGebouwd: “We kla-

gen over de hinder en kosten bij verbouwingen,

de stijgende energie- en onderhoudslasten., de

traagheid van het proces van initiatief tot ople-

vering. We vragen ons ook steeds vaker en in-

dringender af of onze gebouwen wel gezond zijn.

Maar doen we er zelf ook echt wat aan?”

NIeUwe oPVaTTINgeN oVer FaCIlITe-reND VasTgoeDMonique Donker-Blacha is ooit afgestudeerd bij

Jos en heeft zich o.a. via een Professional Docto-

rate of Engineering (PDEng) en ervaringen

vanuit de Stichting Slimbouwen, gespecialiseerd

in het implementeren van innovaties in de

bouwsector: “Het wordt echt tijd om eens stil te

staan bij nieuwe opvattingen over faciliterend

vastgoed. Door vastgoed te zien als strategisch

instrument om eigen zorgprocessen optimaal te

faciliteren, wordt de bouwopgave gekoppeld aan

de exploitatie. In de praktijk zijn deze onderde-

len nog te veel gescheiden.

Dit vergt een andere manier van organiseren en

van het stellen van een andere vraag aan de

markt, een vraag die uitdaagt om buiten de

traditionele kaders te denken. Er zijn bouwvisies

die een dergelijk proces reeds ruimschoots heb-

ben bewezen zoals Slimbouwen, een visie die al

in 2003 door Jos werd ontwikkeld. Als bureau-

manager van de Stichting Slimbouwen heb ik bij

mogen dragen aan de opschaling. Hierdoor heb

ik de voordelen van deze andere manier van

bouwen zelf ondervonden en kan ik oprecht

zeggen dat Slimbouwen heel veel oplevert. In een

klap werk je daarmee tegelijkertijd aan een fun-

damentele en wezenlijke verduurzaming van de

vastgoedportefeuille terwijl je tevens aanmerke-

lijk kunt besparen op je investeringen en dat bij

gelijkblijvende of zelfs betere kwaliteit. Dat

voordeel is dus merkbaar voor eigenaar en ge-

bruiker. Daarnaast worden ook nog eens de

exploitatielasten van het vastgoed sterk verlaagd

en neemt de balanswaarde inclusief de restwaar-

de toe”.

DaT klINkT Te mooI om waar Te zIjN? Jos: “Het lijkt utopisch, maar dat is het niet. We

hebben inmiddels ruim 100 praktijkvoorbeelden

het wordt echt tijd om eens stil te staan bij nieuwe opvattingen over faciliterend vastgoed.”

monique Donker-Blacha.

Page 54: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG54

name aan het begin van het proces een aanzien-

lijke toegevoegde waarde hebben. Wij zijn geen

projectmanagementbureau, dus zodra het ma-

nagement is georganiseerd, doen wij als het ware

een stapje terug en verschuift de focus meer naar

het coachen van de partijen die het project sa-

men gaan realiseren. Daarmee ondersteunen we

de opdrachtgever en zorgen we ervoor dat zijn

belangen centraal blijven staan.”

installateur vele keren terug op een bouwwerk en

is daarmee afhankelijk van alles en iedereen op

de bouwplaats en omgekeerd. En dat proberen

we bij Slimbouwen te voorkomen, door proces-

ondersteunende bouwtechniek toe te passen.

Slimbouwen is daarbij geen bouwsysteem, maar

een manier van denken. In de praktijk hebben

we met de genoemde ruim 100 projecten inmid-

dels een scala van oplossingen ontwikkeld”.

eN Hoe krIjgT DUUrzaamHeID HIerIN DaN eeN Plek?Monique: “Naast de gebruikelijke maatregelen

leidt Slimbouwen tot een aanzienlijke materiaal-

besparing. Dat komt omdat de scheiding van

installaties leidt tot dubbelschalige constructies

die grofweg maar liefst de helft wegen t.o.v. de

gebruikelijke beton- en steenstructuren. Door de

installaties in die constructies bereikbaar te

houden worden gebouwen tevens gemakkelijk

aanpasbaar en ook dat is een duurzaamheids-

kwaliteit die ertoe doet. Het gebouw kan zo

steeds als een maatkostuum aan de veranderende

gebruiker worden aangepast en aan het eind is er

altijd een volgend leven. Slimbouwen gebouwen

scoren mede daarom steevast hoog op de diverse

duurzaamheidsladders zoals GPR Gebouw en

BREEAM.”

SlimGebouwd

Goedkoper, beter en duurzaam klinkt natuurlijk

interessant, maar ik kan me voorstellen dat

ontwikkelaars en opdrachtgevers daar wel enige

hulp bij kunnen gebruiken?

Jos: Zeker is dat zo. De boodschap is in essentie

eenvoudig, maar je moet er wel je organisatie op

inrichten, ontwerpers van richtlijnen voorzien

en zeer procesgericht blijven denken en hande-

len. Daarom hebben Monique en ik ook SlimGe-

bouwd opgericht. De praktijk leert dat wij met

HoUDeN jUllIe De keNNIs DaN Voor jezelF?Monique: “Integendeel. We willen heel graag

delen. De projectbegeleiding is doorgaans ook zo

ingericht dat we de deelnemers gaandeweg leren

om het na een paar keer zelf te doen. We willen

heel graag dat Slimbouwen wordt opgeschaald

en daarom bieden we ook opleidingstrajecten

aan zoals de oriëntatie class ‘Naar concurrerend

en Toekomstgericht Zorgvastgoed’. Innovatie

begint heel vaak met een verkenning c.q. kennis-

making. Als opdrachtgever ben je gelet op de

enorme investeringen vanzelfsprekend voorzich-

tig om het roer om te gooien. Dat vraagt om

bedenktijd en verdieping.” Jos vult aan: “Wij

durven wel te beweren dat je met een investering

van bijv. 1% van de bouwsom een bouwkosten-

voordeel kunt halen van 10-30% en bovendien

een enorm exploitatievoordeel zodat je meer

geld beschikbaar houdt voor de kernactiviteiten.

Echter als opdrachtgever ben je terecht voorzich-

tig en begint het met een oriëntatie. Daarnaast

bieden we ook uitgebreidere trainingen aan die

met name bedoeld zijn voor de betrokkenen bij

de uitvoering.” (zie kadertekst, red.). <

bouwen aan zorgvastgoed

Slimbouwen oriëntatie class en trainingDe bedenker en promotor van het Slim-bouwen, prof. dr. ir. Jos Lichtenberg, heeft samen met ir. Monique Donker-Blacha PDEng, jarenlang manager van de stichting Slimbouwen, een doelgericht opleiding en training programma ontwikkeld voor diverse lagen uit de zorg. Hieronder twee concrete producten.

Introductie Class Slimbouwen:Naar Concurrerend en Toekomstgericht Zorgvastgoed. De oriëntatie class laat u uitgebreid kennis maken met de principes, voordelen en praktijkervaringen (projectvoorbeelden) van Slimbouwen en stelt u in staat om te kunnen kiezen of Slimbouwen iets voor u kan betekenen.Naast organisatieaspecten krijgt u inzicht in de economische, kwaliteits- en duur-zaamheidsaspecten van Slimbouwen.Deze training is geschikt voor zowel bestuurders als vastgoedmanagers en medewerkers. Maandag 3 juli, 14.00-18.00 uur. Omge-ving Eindhoven.Kosten: e 350,- p.p. ex. BTW.

Training:Slimbouwen aan concurrerend en toe-komstgericht Zorgvastgoed. Deze intensieve training, is gericht op het concreet eigen maken van Slimbouwen principes en organisatieaspecten. Deze is vooral gericht op vastgoed georiënteerde medewerkers, maar is ook voor niet bouw-kundigen zeer goed toegankelijk.Groepsgrootte maximaal 20 deelnemers. Twee keer 1,5 dag, te weten steeds een avond vanaf 17.00 uur en de daaropvol-gende dag.Dinsdagavond vanaf 17.00 uur / Woens-dag hele dag, te weten 19/20 september resp. 3/4 oktober. Omgeving EindhovenKosten: e 2.300,- p.p. ex BTW (incl. maal-tijden en 2 overnachtingen).

In company trainingenIn company trainingen op maat en een training met kleinere groepen op aanvraag.Meer informatie: www.slimgebouwd.nl

Hoe aanmelden?U kunt zich aanmelden voor de training via de website: www.slimgebouwd.com of via de website www.fmt.nl/academy

naast de gebruikelijke maatregelen leidt slimbouwen tot een aanzienlijke mate riaal-besparing.”

Page 55: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 55

Design innovation for quality improvement

djgA winT inTernATionAle europeAn heAlThcAre AwArd voor onderzoek nAAr reAcTiverend ziekenhuis

hun oude niveau van gezondheid. En dat kan

natuurlijk nooit de bedoeling zijn van gezond-

heidszorg.

Het concept van het Reactiverend Ziekenhuis is

gebaseerd op onderzoek, maar ontwikkeld van-

uit de praktijk. Het pakt niet alleen de ruimte-

lijke structuur van een verpleegafdeling aan,

maar ook de organisatiestructuur van het zie-

kenhuis verandert. Patiënten worden gestimu-

leerd om een actieve houding aan te nemen om

zo te werken aan een sneller herstel. Binnen het

concept zijn binnen hetzelfde vloeroppervlak en

gelijk aantal bedden meer ruimte gecreëerd voor

andere activiteiten.

meer weTeN?We zijn met ziekenhuizen in gesprek om het

concept te kunnen uitvoeren. Door de internati-

onale erkenning zijn we er nog meer op gebrand

het reactiverende ziekenhuis daadwerkelijk in

praktijk te brengen. Graag gaan wij het gesprek

aan over de mogelijkheden, neemt u hiervoor

contact op met ‘de Jong Gortemaker Algra’;

www.djga.nl/. <

Door: de redactie

de jonG GortemAker AlGrA

Architecten heeFt tijdens de

europeAn heAlthcAre desiGn

AwArds 2017 in londen de

eerste prijs in ontvAnGst mo-

Gen nemen voor het onder-

zoek nAAr het reActiverende

ziekenhuis. de AwArd voor

het onderzoek wAs in de

cAteGorie desiGn innovAtion

For quAlity improvement.

artist impression reactiverend ziekenhuis.

Reactiverend ziekenhuisHet Reactiverend Ziekenhuis is ontwik-keld voor het Diakonessenhuis te Utrecht en uitgewerkt in samenwerking met Arpa Light, Bremen Bouwadviseurs, Erkamp projectservice en Gispen. Vier innovatieve bedrijven die, net als De Jong Gortemaker Algra, dagelijks bezig zijn met de praktijk van ontwerp, bouw en inrichting in de gezondheidszorg. TNO heeft het project gecoördineerd en kennis over wetenschap-pelijk gefundeerd ontwerp en prestatie-in-dicatoren ingebracht en helpen toepassen.

De jury prees dJGA om het vooruitstre-

vende karakter van het onderzoek die

echt opvalt op het internationale

podium. Roelof Gortemaker heeft de prijs vol

trots in ontvangst mogen nemen in Londen,

waar hij ook was uitgenodigd om een presenta-

tie te houden.

HeT CoNCePTHelemaal zonder bedden, dat zal niet lukken.

Maar het bed niet centraal, dat kan wel. Een

andere benadering van ziekenhuisverblijf is

nodig. Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat

gedwongen bedrust al op korte termijn leidt tot

forse gezondheidsschade. Zo staan 10 dagen in

bed gelijk aan 10 jaar veroudering. Al na een

week in bed is de spierkracht met 12% afgeno-

men. Bij oudere, kwetsbare patiënten is die

achteruitgang vaak onomkeerbaar. Mensen

komen slechter het ziekenhuis uit dan ze erin

gegaan zijn, en komen ook niet meer terug op

Page 56: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG56

flexibel ok-systeem

eQuipe kiesT voor Flex-ok inTerFlow

werp voor 80 procent prefab worden gebouwd in

de fabriek van Interflow in Wieringerwerf.

De indeling van OK’s ligt voor 60 procent vast

door wet- en regelgeving. Nog eens 20 procent

wordt bepaald in overleg met de klant over

pendelposities en de constructieve gevolgen

hiervan. “De laatste 20 procent betreft voorzie-

ningen in de wand, die bouwers normaal gespro-

ken ook al snel willen weten. Bij de flexwand zijn

vijf voor twaalf nog wijzigingen mogelijk”, stelt

Rob van Overbeek, adviseur Flex-OK bij Inter-

flow. Als ander onderscheidend kenmerk noemt

hij de integraliteit. “In een traditioneel bestek

krijgen zorginstellingen te maken met een aparte

leverancier voor elk onderdeel. Wij bieden een

integrale oplossing en garanderen de prestatie.

Dankzij de prefab-aanpak resulteert ons concept

in een kortere bouwtijd op locatie en dus minder

overlast.”

ok oP maaTOmdat het een design & build opdracht betrof,

bleven ontwerp en ruwbouw in één hand. “Daar-

breedte voldoende ruimte bood aan OK’s en

benodigde apparatuur. Wel had het dak onvol-

doende draagkracht, wat we hebben opgelost

met een nieuwe dakvloer”, aldus Menno de Boer,

projectleider bij Interflow. “De technische ruimte

konden we makkelijk kwijt op de tweede verdie-

ping.” De OK-afdeling op de eerste verdieping

telt vier Flex-OK’s klasse 1 - de specialiteit van

Interflow - compleet met holding, recovery,

behandelkamers en individuele bedkamers.

groeIeNDe VeraNDerBeHoeFTeMet de snel aan te passen inrichting van de

Flex-OK speelt Interflow in op de groeiende

veranderbehoefte binnen zorginstellingen. OK’s

worden gedurende de exploitatieperiode diverse

malen aangepast of verbouwd, zeker nu techno-

logische ontwikkelingen steeds sneller gaan. De

Flex-OK is modulair opgebouwd en bestaat uit

drie elementen: het wandsysteem, het plafond-

systeem en de luchtbehandeling. De flexibiliteit

is onder meer te danken aan de zogeheten flexla-

den die naar wens zijn in te richten en na ont-

equiPe zorgbedrijven ging voor haar

vijfde hoofdveStiging oPnieuw in zee

met interflow. “dankzij de flexwan-

den hebben wij eCht onze ok kunnen

uitzoeken en afStemmen oP artikelen

en aPParatuur die wij tijdenS de

oPeratie gebruiken.”

Door: Wilma Schreiber

overzichtsfoto van een van de vier nieuwe ok’s (foto Interflow).

Equipe Zorgbedrijven omvat drie zelfstan-

dige behandelcentra:

- Helder kliniek (spataderen en anale proble-

matiek),

- Xpert Clinic (hand-polschirurgie) en

- Velthuis kliniek (cosmetische chirurgie, injec-

tables en huidtherapie).

Onlangs werd in een voormalig kantoorpand

een vestiging geopend in Amsterdam Zuidoost.

Voor het ontwerp, de ruwbouw en afbouw deed

de organisatie een beroep op Interflow. “We

zetten in op zekerheid, op kwaliteit qua infra-

structuur en kennis. Interflow is een bekende en

gedegen naam in de OK-wereld, met BAM als

moederbedrijf een stevige partner. We hadden al

goede ervaringen met Interflow en besloten de

samenwerking voort te zetten”, stelt bouwmana-

ger Marieke van Egeraat.

Interflow voerde samen met projectmanage-

mentbureau Activ Vastgoed (gedelegeerd op-

drachtgever) een quick scan uit. “Dat haalbaar-

heidsonderzoek wees uit dat het pand qua

Page 57: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 57

groeiend aantal beeldschermen in de OK. De

panelen zijn simpel aan te passen op andere

apparatuur of video routing. Aan het eind van

de OK-dag plaatsen wij de aangepaste panelen,

zodat het personeel de volgende dag gelijk weer

aan het werk kan. Omdat de Flex-OK gebouwd

is als een box in een box, is opnieuw valideren

niet noodzakelijk. Je verliest dus geen productie-

tijd.”

Comfort is een ander pluspunt van de Flex-OK,

stelt Van Overbeek. “Qua geluidsniveau zitten we

met het luchtbehandelingssysteem ruim onder

de norm van 45 dBA. En ons systeem is zeer

robuust en stabiel qua temperatuur. Tot slot is

ook het beschermd gebied hier groter dan het

plenum. Waar doorgaans in de praktijk sprake is

van insnoering van het schoon gebied, hebben

wij de parameters zodanig onder controle dat

ons concept juist leidt tot uitsnoering.” Voor

Equipe Amsterdam betekent dit 9,3 vierkante

meter schoon gebied in plaats van de contractu-

eel afgesproken 7,3 vierkante meter. Belangrijke

punten, zo beaamt een tevreden Vissers. “Als je

ruim 9 vierkante meter schoon gebied krijgt,

betekent dat meer ruimte voor de instrumenten-

tafels en meer bewegingsruimte voor het perso-

neel. En als de temperatuur klopt, ontstaat een

veel prettiger werkomgeving. Bovendien zien de

OK’s er ook nog eens grandioos uit.” <

aldus Vissers. “Met het Gooi als referentiegebied

was Amsterdam een goede locatie. Het pand ligt

vlak aan de snelweg, de bereikbaarheid is dan

ook uitstekend en er is ruime parkeergelegen-

heid.” Equipe Zorgbedrijven heeft verder hoofd-

vestigingen in Eindhoven, Rotterdam, Enschede

en Velp voor de grotere operaties en elf satellie-

ten (voor lokale ingrepen) en buitenpoli´s.

Dankzij de flexibiliteit van de Flex-OK kon

Interflow bijvoorbeeld voldoen aan een verzoek

van de OK-coördinator van de Hilversumse

vestiging van Equipe. “Zij vroeg of het mogelijk

was om het hechtdradenkabinet te laten inbou-

wen. Dat hebben we inderdaad in de flexladen

kunnen integreren. Verder liggen ook de maskers

en disposable handschoenen grijpklaar in de

laden”, verklaart De Boer. De computers zijn

eveneens geïntegreerd in de wand, zodanig dat in

geval van een storing technici er makkelijk bij

kunnen. “Hiervoor is de afdeling ICT is in een

vroeg stadium betrokken. Dankzij de flexwan-

den hebben wij echt onze OK kunnen uitzoeken

en afstemmen op artikelen en apparatuur die wij

tijdens de operatie gebruiken”, aldus Vissers.

PreTTIger werkomgeVINg Van Egeraat benoemt nog een aantal voordelen

van de Flex-OK. “Omdat alles is weggewerkt in

de wand, is de OK beter schoon te maken. Dit

betekent minder infectiegevaar voor de patiënt”,

zegt ze. “Bovendien is het geen betonnen muur

voor het leven, dankzij de flexwanden is de OK

eenvoudig aan te passen. Belangrijk, want wat je

vandaag bouwt, is bij wijze van spreken morgen

verouderd.” De Boer onderschrijft dit. “Neem het

door hebben we alle wensen van OK-tafel tot en

met het laatste luchtrooster kunnen meenemen.

We ontwerpen van binnen naar buiten, van

OK-tafel naar schoon gebied, plenum en totale

OK”, aldus De Boer. Hierbij werkte het team van

Interflow nauw samen met het Amsterdamse

Equipeteam. “Hoe is de werkwijze in de OK,

waar moeten de pendels komen, waar de com-

puters? Zo ontstond een OK op maat die voldoet

aan de werklogistiek en die bijdraagt aan het

werkplezier van het personeel”, zegt Sonja Vis-

sers, regiomanager Amsterdam bij Equipe. “De

directie is altijd op zoek naar innovatie en de

Flex-OK heeft in onze ogen de toekomst.”

Aanleiding voor de Amsterdamse vestiging was

een toenemend aantal cliënten. “Het aantal

vierkante meters in de vestiging Hilversum was

onvoldoende om onze groei te accommoderen

en in de regio was geen geschikt pand te vinden”,

op verzoek van equipe werd het hechtdraden-kabinet in de wand weggewerkt (foto Interflow).

Het projectteam in de ok-gang van de amsterdamse vestiging van equipe: (v.l.n.r.) marieke van egeraat, menno de Boer, jos Duin (uitvoerder Interflow), sonja Vissers en rob van overbeek.

Computerschermen zijn eveneens geïntegreerd in de wand en makkelijk bereikbaar in geval van storingen (foto Interflow).

“qua geluidsniveau zit ten we met het

luchtbehandelingssysteem ruim onder de norm van 45 dba.”

Page 58: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG58

Post-master opleidingen in de zorg

onTwerpersopleidingenin de zorg

stelling– start de trainee met het volgen van een

curriculair programma bij de TU/e én met een

ontwerpopdracht binnen de zorginstelling.

Vanaf dag één is de zorginstelling zijn/haar vaste

werkomgeving. Hierdoor kan de trainee de

opgedane kennis en vaardigheden uit de cursus-

sen, workshops en trainingen direct toepassen in

de praktijk.

oVer QmeTechnologie speelt een steeds belangrijkere rol in

de gezondheidszorg. Artsen, verpleegkundigen

en patiënten vertrouwen steeds meer op geavan-

ceerde diagnostiek en (computer)modellen om

beslissingen te nemen. Hoewel de meeste tech-

Een trainee (ontwerper in opleiding) is bij

u in dienst voor het projectwerk en krijgt

vanuit de universiteit een passende oplei-

ding en begeleiding, gefinancierd door de Neder-

landse overheid.

oNTwerPersoPleIDINgeN IN De zorgTrainees van ontwerpersopleidingen van de

Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) heb-

ben allen een universitaire opleiding voltooid

wanneer zij zich aanmelden voor één van de

tweejarige post-master opleidingen ‘Qualified

Medical Engineer’ (QME) of ‘Clinical Informa-

tics’ (CI, Klinische Informatica). Na een zorgvul-

dige selectie – samen met de betreffende zorgin-

Streeft uw zorginStelling naar de

beSt mogelijke zorg? bent u oP zoek

naar teChnologiSChe oPloSSingen die

u hierbij onderSteunen? onze traineeS

van de (PoSt-maSter) ontwerPerSoP-

leidingen qualified mediCal engineer

en kliniSChe informatiCa ontwerPen

en imPlementeren een PaSSende

oPloSSing voor u.

Door: Technische Universiteit Eindhoven

Qualified medical engineer (Qme) / Clinical Informatics (CI)

Joyce van Sluis, QME-trainee bij Kempenhaeghe:“Ik ontwerp een sensor voor Kempenhaeghe die alarmeert op risicovolle epileptische aanvallen”“Tonische epileptische aanvallen zijn erg risicovol voor een patiënt: alle spie-ren – inclusief de adem-halingsspieren - trekken

gedurende een bepaalde tijd samen. De aanvallen vinden vaak ’s nachts plaats, waardoor ze gemakke-lijk te missen zijn door degene die de patiënt moni-tort. Worst case? De patiënt overleeft de aanval niet. Met een betrouwbare sensor kan de juiste medische zorg worden verleend. Ik ontwerp daarom een draag-bare sensor voor epileptisch centrum Kempenhaeghe die de spierspanning, hartslag en houding van een patiënt meet. Ik heb de sensor-specificaties bedacht, het algoritme ontwikkeld en test de sensor nu op ech-te patiënten.”

Kirsten de Wilde, trainee Klinische Informatica:“Ik ontwerp een informa-tiemodel voor Ziekenhuis Bernhoven”“Bernhoven wil haar patiën ten graag meer grip geven op hun eigen zorg-traject. Hiervoor is het van belang dat patiënten in-zicht hebben in alle be-schikbare zorginformatie.

Bernhoven ontwikkelt daarom een regionaal platform waarop het ziekenhuis, andere zorginstanties en patiënten informatie kunnen delen. Ik ontwerp een in-formatiemodel om de kwaliteit en veiligheid van de informatie op dit platform te borgen. De belangrijkste vraag in dit project? ‘Wanneer vormen gegevens nu goede informatie?’ Het gebeurt bijvoorbeeld dat in-stanties verschillende gegevens aanleveren om bloeddrukmetingen weer te geven.”

Page 59: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 59

seleCTIeProCesIeder project en iedere zorginstelling is uniek.

Als opdrachtgever wordt u dan ook nauw be-

trokken bij het selectieproces van een trainee. De

eindbeslissing over het al dan niet aanbieden van

het project aan een kandidaat ligt bij u. Is er

intern een kandidaat die zich wil ontwikkelen tot

technologisch ontwerper en een QME- of CI-

opleiding wil volgen? Ook dat is mogelijk.

meer INFormaTIeVoor meer informatie m.b.t. QME:

www.tue.nl/qme

en m.b.t. CI: www.tue.nl/ci.

U vindt alle relevante informatie onder de but-

ton ‘informatie voor instellingen’. <

Zowel binnen een zorginstelling is dit een voor-

waarde voor een goede uitvoering van de klini-

sche processen, maar ook de informatie-uitwis-

seling tussen instellingen wordt steeds

belangrijker. Klinisch Informatici worden opge-

leid om deze systemen te ontwerpen en te imple-

menteren. Zij doen dit volop in interactie met de

zorgprofessionals en verliezen daarbij de harde

technische voorwaarden niet uit het oog. Uiter-

aard worden de bedrijfsmatige en juridische

randvoorwaarden ook in de oplossing meegeno-

men.

“HosPITal-BaseD, UNIVersITy-maNageD”De TU/e is nauw betrokken bij het project dat de

trainee uitvoert binnen de zorginstelling. Zo

zorgen we voor:

• een inhoudelijke verdieping en verbreding van

kennis bij de trainee via cursussen en work-

shops;

• coaching van de trainee in zijn/haar persoon-

lijke en professionele ontwikkeling;

• begeleiding van de trainee bij de planning en

uitvoering van het project binnen uw zorgin-

stelling.

De wisselwerking tussen de trainees onderling –

en hierdoor ook tussen de zorginstellingen –

zorgen voor een inspirerend opleidingsklimaat

en verrassende nieuwe inzichten.

oNTwerPProjeCTOnze trainees kunnen een groot project voor uw

zorginstelling uitvoeren met een belasting van

negen tot twaalf maanden: het ontwerpproject.

Het ontwerpproject wordt uitgevoerd binnen de

zorginstelling, waarbij de opdrachtgever afkom-

stig is uit de zorginstelling. Daarnaast voeren

onze trainees ook enkele kleine projecten uit.

Informeer gerust naar de mogelijkheden voor

uw zorginstelling.

nieken veelbelovend zijn, is het robuust en veilig

invoeren en toepassen ervan in de klinische

praktijk vaak niet eenvoudig. Een Qualified

Medical Engineer werkt aan dit probleem door

een systematische, ontwerpgerichte aanpak bij

het introduceren en gebruiken van medische

technologie. Hierbij is niet alleen een uitsteken-

de technologische kennis van belang, maar ook

kennis van werkprocessen binnen de gezond-

heidszorg.

oVer klINIsCHe INFormaTICaBetrouwbare informatie en informatiesystemen

spelen een belangrijke rol in de gezondheidszorg.

Voorbeelden van onderwerpen voor een QME ontwerpproject zijn:• model-gebaseerde beslissingsondersteunende

tool voor artsen;• ziekenhuisbrede integrale kwaliteitsborging

medische technologie;• nieuw obstetrisch telemonitoringsysteem;• indicator voor optimale instelling van de

hartlongmachine bij weaning;• track and trace systeem voor medische hulpmid-

delen.

Voorbeelden van onderwerpen voor een CI-ontwerpproject zijn:• herinrichting van het NICU-medicatieproces;• geheel digitaal ondersteund pre-operatief

plannings- en screeningsproces;• informatiemodel voor een kerndossier;• enterprise architectuur voor beeldopslag;• integratie van genomics en klinische data.

Wat levert het uw zorginstelling op?• Een oplossing voor uw vraag op het vlak van

(informatie/medische) technologie.• Een gemotiveerde trainee met een frisse blik en

vernieuwende ideeën.• U draagt bij aan het opleiden van een getalen-

teerde professional.

Wat levert het de trainee op?• De mogelijkheid om kennis én praktijkervaring op

te doen.• Een professioneel netwerk om ervaringen en

kennis mee te delen.• De mogelijkheid om een flinke stap in de eigen

ontwikkeling te maken.

CCTO CertificatieDe ontwerpersopleidingen QME en CI zijn gecertifi-ceerd door de CCTO, het Nederlandse certificatie in-stituut voor technologische ontwerpers programma´s. Succesvolle afronding leidt tot de graad ‘Professional Doctorate in Engineering’ (PDEng). De ontwerpersop-leidingen vallen onder de 4TU.School for Technologi-cal Design, Stan Ackermans Institute, een gezamen-lijk initiatief van de vier Nederlandse technische universiteiten. QME en CI zijn tevens onderdeel van de School of Medical Physics and Engineering Eind-hoven (www.smpee.nl). Het doel van dit opleidingsin-stituut is om jonge technologie professionals op te leiden voor een functie binnen de gezondheidszorg.

Page 60: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG60

informatiebeveiliging

Door: NEN

Momenteel wordt de norm NEN 7510 ‘Informatiebeveiliging in de zorg’ herzien. Drie commissie-leden leggen het belang uit van deze norm.

herziening nen 7510 ‘informatiebeveiliging in de zorg’,

kruiPt diChter tegen iSo 27001 aan

Carinke Buiting is een echte duizend-

poot. Ze is arts, IT’er en IT-auditor. Op

dit moment werkt zij aan twee belang-

rijke dossiers: elektronische berichtenuitwisse-

ling tussen huisartsen, en aan informatiebeveili-

ging. Ze werkt voor de tweede keer mee aan de

revisie van NEN 7510. Het is voor NHG (Neder-

lands Huisartsen Genootschap) belangrijk om

kennis te hebben van normen en wetten: ‘Voor

zover wij daaraan moeten voldoen natuurlijk.

Wij kunnen als koepel voor onze leden een hoop

werk besparen door het voorwerk te doen en een

hanteerbaar formaat door te geven. Dat is wat

we nu ook doen met NEN 7510. De norm is

voor ons belangrijk omdat wij als eerstelijnspar-

tij kijken hoe de norm landt bij de huisartsen-

Page 61: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 61

norm is dat wij in Nederland het burgerservice-

nummer (BSN) hebben; een vergelijkbare vorm

van persoonsidentificatie kennen ze in het bui-

tenland niet. Dit is de reden dat NEN 7510 zich

specifiek richt op de te nemen beveiligingsmaat-

regelen wat betreft de beschikbaarheid, integri-

teit en vertrouwelijkheid van patiëntgegevens in

de zorg.’

Ver-VaN-HUN-BeD-sHow‘Informatiebeveiliging is een vak op zich en niet

de kerntaak van een zorgorganisatie. De imple-

mentatie van NEN 7510 is daarom niet altijd

gemakkelijk: ‘Het is de grootste uitdaging om

iedereen op één lijn te krijgen. Het zijn niet

alleen de zorgverleners die de maatregelen, be-

horend bij de norm, moeten uitvoeren maar ook

de medewerkers die het zorgproces ondersteu-

nen. Denk hierbij aan afdelingen als de beveili-

ging en schoonmaak. Samen ‘maak’ je – binnen

de mogelijkheden in de organisatie – de norm!

Iedere medewerker moet begrijpen waarom de

beveiligingsmaatregelen zijn getroffen om er ver-

volgens bewust en correct mee om te kunnen

gaan’, aldus Verschuuren.

Buiting voegt daaraan toe: ‘Je moet je realiseren

dat de primaire taak van een zorgverlener de

patiëntenzorg is. Het bijhouden van het dossier

is een extra taak, Daarbij komt ook nog de bevei-

liging van de patiëntendossiers. Maar je kunt er

niet omheen, het is een belangrijke zaak om bij

te houden’. De materie staat ver van de huisart-

sen af. Het is belangrijk dat zij constant worden

gewezen op het grote belang van de dossiers. De

zorgbranche voelt het als een ‘ver-van-hun-bed-

show’ als een informatiebeveiligingsnorm wordt

toegepast. Daarom is er een norm voor informa-

tiebeveiliging, speciaal voor de zorg. Dat brengt

het wat dichterbij, maakt het herkenbaarder. Van

Vianen vult aan: ‘Voor ons zit de uitdaging ook

op bestuursniveau. Zij hebben meer dan alleen

privacy & security op de agenda staan. We pro-

beren daarom het negatieve gedeelte, het ‘moe-

ten’, weg te halen bij zorginstellingen door hen

de toegevoegde waarde van de norm in te laten

zien.’ <

maNagemeNTsysTeem eN BeHeersmaaTregeleNDe revisie leidt tot een opsplitsing van de norm:

in deel één wordt het managementsysteem be-

schreven en in deel twee de beheersmaatregelen.

‘Dat is een prima beschrijving om de norm

helder te maken voor huisartsen’, vertelt Buiting.

Daarnaast gaat NEN 7510 steeds meer aanleu-

nen tegen de internationale normenset ISO

27001 ‘Informatietechnologie - Beveiligingstech-

nieken - Managementsystemen voor informatie-

beveiliging – Eisen’. ‘Dat is ontzettend fijn want

dan kun je daar op de werkvloer gemakkelijk op

inspelen. Dan kunnen we zeggen: ‘Dit is de

kwaliteitsnorm voor elke branche’. De High

Level Structure (HLS) is nu in de norm opgeno-

men, waardoor de norm compatibel is met

andere managementsysteemnormen die de HLS

volgen. Van Vianen maakt duidelijk dat de rich-

ting van NEN 7510 niet verandert: ‘De grootste

verandering is de opbouw van de norm, die is nu

meer geclusterd. Het is eigenlijk een stukje opti-

malisatie. We zijn absoluut niet opeens een hele

andere richting in gegaan’.

rICHTINg HerzIeNINg NeN 7510Van Vianen maakt duidelijk dat de richting van

NEN 7510 niet verandert: ‘De grootste verande-

ring is de opbouw van de norm, die is nu meer

geclusterd. Het is eigenlijk een stukje optimalisa-

tie. We zijn absoluut niet opeens een hele andere

richting in gegaan’. Verschuuren licht het verschil

tussen NEN 7510 en de internationale norm ISO

27001 toe: ‘NEN 7510 is de sectorspecifieke

uitwerking – van de huidige Europese en mondi-

ale normen 27001, 27002 en 27799 – voor de

Nederlandse gezondheidszorg. Dat wil zeggen, in

de nieuwe wet ‘Clientrechten bij elektronische

verwerking van gegevens’ wordt verwezen naar

NEN 7510 voor de invulling van adequate infor-

matiebeveiliging. De ISO 27001 en NEN 7510

bieden beide kaders voor het opzetten van een

managementsysteem (ISMS) voor informatiebe-

veiliging. De normen beschrijven de vereiste

integratie van informatiebeveiliging in de werk-

processen van een zorgorganisatie. Grootste

verschil tussen de internationale en nationale

praktijken. We zijn in 2004 gestart met imple-

mentatiehulpmiddelen om deze praktijken te

helpen. Voor NEN 7510 is een ‘NHG Praktijk-

wijzer Informatiebeveiliging voor de Huisartsen-

praktijk’ gemaakt. Dit is eigenlijk een integrale

vertaling voor huisartsen in hapklare blokjes. We

hebben daarvoor drie scans gemaakt: een priva-

cy scan, een integriteitsscan en een beschikbaar-

heidsscan. Samen borgen deze scans het hele

informatiebeveiligingsgebied. Het is een snelle

tour door NEN 7510 waarmee je een praktijk

gemakkelijk kan toetsen op de norm.’

Dennis Verschuuren

Dennis Verschuuren, Operational Security Offi-

cer bij het Maasstad Ziekenhuis, werkte eerder

mee aan de revisie NEN 7512 en nu aan de

revisie van NEN 7510: ‘Belangrijkste voor ons is

dat deze norm de medewerkers van een zieken-

huis bewust maakt van het onderwerp informa-

tiebeveiliging en dat ze, ondersteund door werk-

processen en techniek, correct weten om te gaan

met vertrouwelijke gegevens. Met informatiebe-

veiliging wordt gewaakt over patiëntgegevens en

andere gevoelige bedrijfsinformatie, die voor de

buitenwereld heel waardevol kan zijn.’ Verschuu-

ren richt zich operationeel op drie letters met

betrekking tot informatiebeveiliging: ‘De B, de I

en de V. Die staan voor Beschikbaar, Integer en

Vertrouwelijk en sluiten aan op NEN 7510,

waarbij integraal risicomanagement, handelen

volgens de Deming cirkel (Plan-Do-Check-Act),

lifecycle-, change- en patchmanagement en

classificeren voorbeelden zijn van hoe je je orga-

nisatie ‘bewust bekwaam’ laat werken met priva-

cygevoelige informatie.

Robert van Vianen

Naast commissieleden die zich begeven in de

zorg, is er ook deelname vanuit Privacy & Cyber-

security adviesbureaus. Robert van Vianen,

partner cybersecurity & privacy van adviesbu-

reau BDO, licht zijn deelname in de normcom-

missie toe: ‘Wij ondersteunen zorginstellingen

bij NEN 7510 implementatietrajecten; van risi-

coanalyse en het inventariseren van beheers-

maatregelen en het daadwerkelijke integreren in

de organisatie. NEN 7510 helpt zorginstellingen

om deels aan de voorwaarden te voldoen van de

AVG (Algemene Verordening Gegevensbescher-

ming). De norm helpt bij de beschrijving van

processen, procedures en risico’s en geeft prakti-

sche handvatten. Onze rol in de normcommissie

is dat onze praktische ervaring in het werkveld

wordt vertaald in de normteksten.

‘informatiebeveiliging is een vak op zich en

niet de kerntaak van een zorgorganisatie”

Page 62: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

Het ontwerp en de inrichting van een operatie-

afdeling is een ingewikkelde aangelegenheid.

De eisen vanuit de diverse specialismen, diverse

logistieke processen en snelle technologische

veranderingen vragen om coördinatie door een

ervaren adviseur.

‘PROFESSIONALS FOR PROFESSIONALS’

Postbus 60030 | 9703 BA Groningen

Postbus 2101 | 5202 CC ‘s-Hertogenbosch

+31 (0) 73 62 34 381 | WWW.OKCN.NL | [email protected]

Wij zijn een betrouwbare, resultaatgerichte en professionele partner. Plannen? Neem contact op voor een vrijblijvend oriënterend gesprek.

Page 63: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

FMT GEZONDHEIDSZORG 63

ADVIESBUREAU

Sweegers en de Bruijn bvEuropalaan 12g, 5232 BC ’s-HertogenboschT: 088 030 7300E: [email protected]: www.swebru.nl______________________________________________________________

Valstar SimonisVeraartlaan 42288 GM RijswijkT: 070 307 22 22F: 070 307 22 07E: [email protected]: www.valstar-simonis.nl_______________________________

VAN LOOY GROUP NVNoordersingel 19, B – 2140 AntwerpenT: +32 3 235 35 08E: [email protected]: www.vanlooy.com_______________________________

EGM adviseursWilgenbos 20, 3311 JX DordrechtT: +31(0)78 633 06 60E: [email protected]: www.egmadviseurs.nlT: [email protected]_______________________________

OK Consultancy Nederland (OKCN)Postbus 2102, 5202 CC ’s-HertogenboschT: (0)73 62 34 381E: [email protected] / I: www.okcn.nl

AIRCONDITIONING

Carrier Airconditioning BeneluxPapendorpseweg 83, 3528 BJ UtrechtPostbus 2731, 3500 GS Utrecht+31 (0) 88 - 567 67 00 [email protected]

ARCHITECTEN

EGM architectenWilgenbos 20, 3311 JX DordrechtT: +31(0)78 633 06 60E: [email protected]: www.egm.nlT: [email protected]

BESCHERMINGS-TRANSFORMATOREN

Geveke BesturingstechniekKabelweg 21 - 1014 BA AmsterdamPostbus 820, 1000 AV AmsterdamT: 020-5829111 / F: 020-5822496E: [email protected]

BRANDWEREND GLAS

VETROTECH SAINT-GOBAIN BENELUXHulsenweg 21, 6031 SP NederweertPostbus 15, 6000 AA WeertT: +31 (0)495-57 44 35F: +31 (0)495-57 44 36I: www.vetrotech.nl

BUITENINRICHTING &INFRATECHNIEK

Kanters BVDoornhoek 3745, 5465 TA [email protected]

CLEANROOMS

Ropa Systems BVBelleweg 9, 5711 DH SomerenT: +31 (0)493 [email protected]_______________________________

Cadolto Benelux BVDorpsstraat 8a, 4181 BN WaardenburgT: +31 418 651 544M: +31 61066 4074E: [email protected]: www.cadolto.nl_______________________________

Brecon InternationalPostbus 5554870 AN Etten-LeurT: 31 (0)88 287 46 46E: [email protected]: www.breconinternational.com

InterflowDe Stek 15, 1771 SP WieringerwerfT. (0227) 60 28 44 F. (0227) 60 31 [email protected]

DEUREN

Metaflex Doors EuropePostbus 300 - 7120 AH Aalten Nederlandtel: +31 (0)543-477333fax: +31 (0)543-477222I: www.metaflex.nl_______________________________

Vestiging DoorwerthRecord Automatische Deuren B.V.Cardanuslaan 30Postbus 67, 6865 ZH DoorwerthT 026-3399777 F 026-3399770info@record-automatischedeuren.nlwww.record-automatischedeuren.nl

Vestiging OosterhoutRecord/Van Nelfen DeurtechniekHoutduifstraat 6Postbus 565, 4900 AN OosterhoutT 0162-447720 F 0162-447730_______________________________

Ropa Systems BVBelleweg 9, 5711 DH SomerenT: +31 (0)493 [email protected]

bedrijvenindex

Page 64: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

GEBOUWBEHEERSYSTEMEN

Sauter Building Control Nederland BVPostbus 20613, 1001 NP AmsterdamT: 020 - 587 67 00I: www.sauter.nl

GROOTHANDEL

Technische Unie B.V. Bovenkerkerweg 10-12 1185 XE Amstelveen Postbus 900 1180 AX Amstelveen T: 020 - 545 03 45 F: 020 - 545 02 50 E: [email protected] I: www.technischeunie.com

HUISVESTING

Bussman Medical & ResearchIJzerwerf 16641 TK BeuningenT +31 24 67 90 100F +31 24 67 90 101I:www.bussman-mr.come: [email protected]_______________________________

Cadolto Benelux BVDorpsstraat 8a, 4181 BN WaardenburgT: +31 418 651 544M: +31 61066 4074E: [email protected]: www.cadolto.nl

_______________________________

ALHO Systeembouw NederlandTurbinestraat 8 C1, 3903 LW VeenendaalContactpersoon Dhr. Martin van LithTel.: +31 (0)318-517181+31 (0)6 4664 8880E: [email protected]: www.alho.com/nl/

INSTALLATEUR

ULC Installatietechniek b.v.Labradordreef 18Postbus 24053500 GK UtrechtT. +31 30 26 50 500E. [email protected]. www.ulcgroep.nl

INSPECTIES & LOGBOEKBEHEER

DiiP BVInspecties en logboekbeheerVerrijn Stuartweg 22-N, 1112 AX DiemenPostbus 298, 1620AG Hoorn020 [email protected]

IT & SOFTWARE

Ultimo Software Solutions bvWaterweg 3 - 8071 RR NunspeetT: +31(0)341 – 423737F: +31(0)341 – 421172E: [email protected]: www.ultimo.com

LANDSCHAPSARCHITECTEN

MTD LandschapsarchitectenPostbus 5225, 5201 GE ’s-HertogenboschT: 073-6125033F: 073-6136665Contact: Han ThijssenE: [email protected]: www.mtdls.nl

LUCHTBEHANDELING

Altop International: exclusief vertegenwoor-diger van EuroclimaMatjeskolk 237037 DZ Beek T: 0314 67 51 10E: [email protected]: www.euroclima.nl

LUCHTFILTERS

IFB Filtertechniek bv.Van Leeuwenhoekweg 33225 LX HellevoetsluisI: www.ifb-filtertechniek.nlT: 0181-311187 e: [email protected]

MEDISCHE PERSLUCHT

Berko KompressorenHavenweg 14 - 6603 AS WijchenT: 024 - 641 11 11 - F: 024 -642 15 72E: [email protected]: www.berko.eu______________________________

Partner van DrägerBOGE KOMPRESSOREN B.V.Spaceshuttle 8B, 3824 ML AmersfoortT: +31 33 456 15 86 / F: +31 33 453 01 36E: [email protected]: www.boge.com/nl

MEDISCHE GASSEN

Linde Healthcare BeneluxDe keten 7Postbus 325, 5600 AH EindhovenT: +31 40 28 25 825 - F: +31 40 28 16 875I: www.linde-healthcare.nl

MEDISCHE GASSEN BEWAKING/MONITORING

TPS technology BENELUX B.V.Postbus 1962130 AD HOOFDDORPContactpersoon E. SchrijverT: +31 23 531 75 41I: www.tpstechnology.nlI: www.tpstechnology.deE: [email protected]

MEDISCHE GASSENDISTRIBUTIE SYSTEMEN

Dräger Nederland B.V. Huygensstraat 3-5, 2721 LT ZoetermeerNederlandT: 079 – 344 44 888I: www.draeger.com

bedrijvenindex

FMT GEZONDHEIDSZORG64

Page 65: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

MODULAIRE BOUW

ALHO Systeembouw NederlandTurbinestraat 8 C1, 3903 LW VeenendaalContactpersoon Dhr. Martin van LithTel.: +31 (0)318-517181+31 (0)6 4664 8880E: [email protected]: www.alho.com/nl/

NOODSTROOM

Geveke BesturingstechniekKabelweg 21 - 1014 BA AmsterdamPostbus 820, 1000 AV AmsterdamT: 020-5829111 / F: 020-5822496E: [email protected]

Elinex Power SolutionsWolweverstraat 152984 CE RidderkerkTel: +31 (0)180 72 13 59E-mail: [email protected]: www.elinex.com

OPLEIDINGEN

Hogeschool RotterdamG.J. de Jonghweg 4-63015 GG RotterdamT: 010 794 48 90I: http://gezondheidszorgtechnologie.nl

OPERATIEKAMERS

InterflowDe Stek 15, 1771 SP WieringerwerfT. (0227) 60 28 44 F. (0227) 60 31 [email protected]_______________________________

MANN+HUMMEL Vokes Air BVNijverheidsweg 153401 MC IJsselsteinPostbus 3093400 AH IJsselsteinT: 088-8653724- F : 088-8653400E: [email protected]______________________________

Vanguard HealthcareRob van LieflandBenelux & NordicE: [email protected]: +31 6 54 78 58 76W: www.vanguardhs.com

Cadolto Benelux BVDorpsstraat 8a, 4181 BN WaardenburgT: +31 418 651 544M: +31 61066 4074E: [email protected]: www.cadolto.nl

PERSOONSBEVEILIGING SYSTEMEN

OoperonMijkenbroek 254824 AA BredaT: + 31 76 57 230 30E: [email protected]: www.ooperon.nl

PROJECTINRICHTING

M-projectservice B.V. Steenoven 4C5626 DK EindhovenTel: +31 (0)40- 2927950Mail: [email protected]: www.m-projectservice.nl

STRALINGSWERING

Tinnemans Medical Design BVBelleweg 9, 5711 DH Someren T: +31 (0) 493 472399 F: +31 (0) 493 473299 I:www.4medicaldesign.comE:[email protected]

______________________________

Tinnemans Medical Design BVBAGildenstraat 41,B-2470 RetieT: +32 (0) 14 717919 I: www.4medicaldesign.comE:[email protected] Volg ons zusterbedrijf op twitter: @RopaSystems

VALIDATIE

Cleanroom Management InternationalThe Netherlands:Luchthavenweg 81, NL – 5657 EA EindhovenTel: +31 402 88 87 57Fax: +31 402 88 59 36E-mail: [email protected]

VLOEREN

Nora flooring systems B.V.Belgiëstraat 14 5171 PN KaatsheuvelT: 0416-286140I: www.nora.com/nl

WANDBEKLEDING

Vescom Nederland B.V.Sint Jozefstraat 20, 5753 AV DeurnePostbus 70, 5750 AB DeurneT: +31 493 350 767F: +31 493 350 779E: [email protected]: www.vescom.nl______________________________

M-Wall B.V.Steenoven 4C5626 DK EindhovenTel: +31 (0)40- 2927950Tel: +31 (0)40- 2927950Mail: [email protected]: www.mwall.nl

WASMACHINES

Miele ProfessionalPostbus 166, 4130 ED VianenT: 034-73 78 884F: 034-73 78 429www.miele-professional.nlE: [email protected]

WATERBEHANDELING

BWT nederlandCoenecoop 1 2741 PG WaddinxveenE: [email protected] T.: +31 88 750 90 00

FMT GEZONDHEIDSZORG 65

Page 66: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

ADVERTENTIE-INDEX

FMT Gezondheidszorg66

FMT Gezondheidszorg is een unieke combinatie van vakblad, website, elektronische nieuwsbrieven en social media. Dit maakt FMT Gezondheidszorg tot een autoriteit in de markt die garant staat voor een scherp, eigenzinnig en actueel aanbod van nieuws & achtergronden. FMT Gezondheidszorg informeert en analyseert.

reDaCTIoNele FormUleFMT Gezondheidszorg informeert over zorg- en gebouwtechnologie, wetenschap en innovatieve huisvesting.Voor bestuurders, beleidsmakers en professionals die in en voor de zorgsector actief zijn, is FMT Gezond-heidszorg één van de belangrijke informatiebronnen.

magazINeIn elke uitgave van het magazine wordt bericht over zorg- en gebouwtechnologie voor zowel de cure als de care. Ook is er in elke editie aandacht voor beheer en onderhoud van de infrastructuur en management-vraagstukken. Daarnaast besteed FMT Gezondheids-

zorg in het magazine aandacht aan wetenschappe-lijke ontwikkelingen in relatie tot technologie in de zorg.

elekTroNIsCHe NIeUwsBrIeVeN eN weBsITeIn de elektronische nieuwsbrieven en op de website wordt naast bovengenoemde onderwerpen ook aandacht besteed aan wetenschap en onderzoek van de vele universiteiten en hogescholen. Met veel wetenschappelijke instellingen werkt FMT Gezond-heidszorg nauw samen.

soCIal meDIaVia Twitter en Linkedin wordt uitgebreid aandacht besteed aan de onderwerpen die op de website, de nieuwsbrief en in het magazine aan de orde komen.

lezersProFIelFMT Gezondheidszorg wordt gelezen, gevolgd en bezocht door beslissingnemers en professionals in de zorg in Nederland en Vlaanderen.

Veel bestuurders van zorginstellingen hebben een abonnement op het magazine. Dat geldt ook voor de technisch professionals in de zorg. Daarnaast kent het magazine ook veel abonnees bij onderwijs- en wetenschappelijke instellingen en personen en bedrijven die voor de zorg actief zijn op het gebied van technologie, wetenschap en huisvesting.

De elektronische nieuwsbrief wordt behalve door bovenstaande doelgroepen ook gelezen door lokale en landelijke politici, regionale en landelijke media en diverse vertegenwoordigers van uiteenlopende brancheorganisaties in de cure en care.

Meer informatie?Neem vrijblijvend contact met ons op.

T: 06 53310657E: [email protected]

Fmt GezondheidszorG: een unieke inFormAtiebron

www.FmtGezondheidszorG.nl

fmt gezondheidszorg - info

ALHO Systeembouw Nederland 64

Berko Kompressoren 64

Boge Kompressoren BV 64

Brecon International 65

Bussman Medical & Research 64

BWT Nederland B.V. 65

Cadolto Benelux BV 63

Carrier Airconditioning Benelux BV 63

Cleanroom Management Intern. 65

D2 Ontwikkeling 45

DiiP 64

Dräger 67

EGM adviseurs 63

EGM architecten 63

Elinex Power Solutions 65

Geveke Besturingstechniek 64

Hogeschool Rotterdam 65

IFB Filtertechniek bv. 64

Interflow 64

Jan Snel Group BV 68

Linde Healthcare Benelux 64

MANN+HUMMEL Vokes Air BV 65

Metaflex Doors Europe B.V. 63

Miele Professional Nederland B.V 65

Miele Professional Nederland B.V. 13, 17

MMEK’ 36

M-projectservice B.V. 65

MTD Landschapsarchitecten 64

M-Wall BV 65

Modderkolk Projects & Maintenance B.V. 25

Nora flooring systems B.V. 65

OK Consultancy Nederland 62

Ooperon 65

Record Automatische Deuren BV 63

Ropa Systems BV 63

Salto Systems BV 39

Sweegers en de Bruijn 63

Technische Unie B.V. 64

Tinnemans Medical Design BV 65

Thyssenkrupp 2

TPS Technology Benelux BV 64

ULC Installatietechniek b.v. 64

Ultimo Software Solutions bv 64

Valstar Simonis 63

Van Looy Group 63

Vanguard Healthcare Solutions Ltd. 62

Vanguard Healthcare Solutions Ltd. 63

Vescom Nederland B.V. 65

Vetrotech Saint-Gobain Benelux 63

Page 67: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

Dräger

De nieuwe

NEN-EN-ISO 7396 is er!

Wat houdt dit in voor u? Wij

ondersteunen u graag bij deze vraag

met consulatie en training.

Dräger Gas Management Systems uw

partner voor de nieuwe NEN-EN-ISO

7396.

Ook Ook voor gecertificeerde

gassendistributiesystemen in laboratoria

is Dräger uw partner!

MEER INFO: WWW.DRAEGER.COM

Dräger. Technology for Life®

Page 68: renovatieslag bij mmc Doekle TerpsTra: geld is niet de oplossing...professionele zorg en de thuisomgeving, zijn robotisering en Internet of Things (IoT, het verbonden zijn van apparaten

Efficiënte bouwModulair bouwen is de meest efficiënte, moderne én groene bouwmethode. Snel te realiseren, tegen aanzienlijk lagere kosten en volgens het huidig geldende Bouwbesluit. Zo blijft er meer budget over voor de zorg. Een ander voordeel is dat u onze modules zowel kunt huren, leasen als kopen.

In samenwerking met Siemens Healthineers realiseerden we het centrum voor nucleaire geneeskunde voor het Admiraal de Ruyter Ziekenhuis in Goes. Voor meer informatie bel 0348 - 47 90 90 of kijk op jansnel.com.

18579 Adv. FMT-Adm.De Ruyter Zkh-Jan Snel.indd 1 02-05-17 13:28