‘Waar blijft de rode wijn?’ hoor ik mijn vader uit de woonkamer roepen.

Haastig komt mijn moeder eraan met een groot dienblad met glazen erop.

‘Alsjeblieft’ zegt ze en ze geeft een glas aan mijn vader.

‘De laatste glas rode wijn van dit jaar en het laatste glas als arme mensen’ .

Ze proosten. Ik begin hard te lachen. ‘Ben je er zo zeker van dat je de loterij

wint?’ zeg ik met een grote grijns op mijn mond. Mijn vader knikt. ‘Het staat

geschreven in de sterren’ zegt hij.

‘Waar is ons winnende lot eigenlijk?’ zegt mijn vader en hij kijkt mijn

moeder aan. ‘In het keukenkastje, lieve dochter van mij pak jij hem even?’.

Ik sta op en doe het keukenkastje open en pak er een map uit.

‘Hier mam’ en ik geef de map aan mijn moeder.

‘Ik snap niet dat je zo enthousiast kan zijn over een lot van de

Staatsloterij’ mompel ik zachtjes. ‘Sst, het begint!’ zegt mijn vader en hij

drukt op de volumetoets van de afstandbediening.

‘En dan nu gaan de allergrootste prijzen uitdelen! Laten we beginnen met

de 10 miljoen. De winnende cijfers zijn: AE-BD-FC-8’. ‘Die hebben we niet’

zegt mijn vader teleurgesteld. ‘En dan nu de 25 miljoen! Het winnende

lotnummer is: AP-LK-NB-3.’ Een hard gegil luidt. ‘Dat is het lot van ons!’

‘We zijn miljonair!’ roepen ze allebei in koor en mijn moeder springt bij mijn

vader in de armen. ‘Ben je niet hartstikke blij?’ roept mijn moeder naar mij. Ik

schud mijn hoofd. ‘Nu kunnen we eindelijk in een villa wonen’ zeg ik sarcastisch.

‘Hier moet champagne op worden gedronken!’ en mijn moeder loopt snel

naar de keuken en neemt twee glazen mee. ‘Proost’ en de glazen klinken

tegen elkaar. Ondertussen slaat de klok 12 uur. ‘Gelukkig Nieuwjaar!’

‘Gelukkig Nieuwjaar’ mompel ik.