Procesdossier - Politieacademie...1 Algemeen 1.1 Aanleiding Thans is het zo dat een proces-verbaal...

Procesdossier

Versie 2.0, 01 november 2003

penbaar

inisterie M O

INHOUDSOPGAVE

1 ALGEMEEN..................................................................................................................................1 1.1 AANLEIDING ............................................................................................................................1 1.2 DOELSTELLING ........................................................................................................................1 1.3 PROJECTGROEP ......................................................................................................................1 1.4 DEFINITIES ..............................................................................................................................2 1.5 AFBAKENING ...........................................................................................................................2 1.6 AFSTEMMING...........................................................................................................................3 1.7 DE ONDERHOUDSCYCLUS EN HET BEHEER VAN DE STANDAARD ..................................................3 1.8 SCHEMATISCHE VOORSTELLING VAN DE VORMING VAN HET PROCESDOSSIER ..............................4

2 HET ONDERZOEKSDOSSIER ....................................................................................................5 2.1 INLEIDING................................................................................................................................5 2.2 RUBRICERING..........................................................................................................................5 2.3 DOCUMENTCODE.....................................................................................................................6 2.4 DOCUMENTVERWERKING .........................................................................................................6 2.5 HET PROCES VAN ONDERZOEKSDOSSIER NAAR PROCESDOSSIER ...............................................7

2.5.1 Het “vullen” van het onderzoeksdossier ...........................................................................7 2.5.2 Van onderzoeksdossier naar procesdossier.....................................................................7

3 PROCESDOSSIER.....................................................................................................................10 3.1 INLEIDING..............................................................................................................................10 3.2 ALGEMEEN DOSSIER...............................................................................................................10

3.2.1 Hoofdstuk (bijzondere) opsporingsbevoegdheden, dwangmiddelen en overige opsporingshandelingen...............................................................................................................10 3.2.2 Hoofdstuk inbeslagneming..............................................................................................10

3.3 PERSOONSDOSSIER...............................................................................................................11 3.4 ZAAKSDOSSIER......................................................................................................................11

3.4.1 Relevante processen-verbaal voor de zaaksdossier kunnen zijn ..................................12 3.4.2 Inhoud van het zaaksdossier ontneming ........................................................................12 3.4.3 Inhoud van het zaaksdossier 140 (indien wordt gekozen voor een dergelijk zaaksdossier) 12 3.4.4 Opbouw...........................................................................................................................12

4 ALGEMENE OPMERKING ........................................................................................................13 4.1 DE VOORGELEIDING...............................................................................................................13 4.2 VEREISTEN............................................................................................................................13

5 PRODUCTEN EN HULPMIDDELEN UIT RWOV ......................................................................14 5.1 GEVALIDEERDE OPSPORINGSPRODUCTEN RWOV...................................................................14

5.1.1 Algemeen Dossier...........................................................................................................14 5.1.2 Persoonsdossier .............................................................................................................14 5.1.3 Zaaksdossier...................................................................................................................14

5.2 HULPMIDDELEN BIJ DE PRODUCTEN ........................................................................................14 6 AANBEVELINGEN.....................................................................................................................15

7 VERDERE PROCEDURE...........................................................................................................15

8 BIJLAGE.....................................................................................................................................15 8.1 MEDEWERKERS PROJECTGROEP PROCESDOSSIER..................................................................15 8.2 PRODUCTBESCHRIJVINGEN PROCESDOSSIER ..........................................................................16

1 Algemeen

1.1 Aanleiding Thans is het zo dat een proces-verbaal van een opsporingsdienst gemaakt is rondom een bepaalde zaak, het zogenaamde zaaksdossier. De zaak of zaken zijn bepalend voor de opbouw van het dossier. Aan justitiezijde worden persoonsgerichte dossiers rondom de verdachte opgebouwd. Dat betekent dat wanneer er sprake is van meer dan één verdachte de inhoud van een proces-verbaal in veel gevallen uit elkaar wordt gehaald en “verdeeld” over verschillende persoonsgerichte dossiers. Het zou efficiënter zijn de overdracht van het dossier te laten plaatsvinden op de manier dat het Openbaar Ministerie er verder mee kan gaan. De doorlooptijden zouden hierdoor bekort kunnen worden. Standaardisatie van het dossier zal ook het gebruiksgemak ten goede komen. Tevens ontbreekt op dit moment een standaardisatie in de opbouw van het dossier. Het gevolg daarvan is dat er naar relevante teksten gezocht moet worden. Ook wordt er in het dossier informatie opgenomen, die voor een rechter niet relevant is. Ook dit bemoeilijkt het zoeken. Het Referentiekader Werkprocessen Opsporing en Vervolging (RWOV) beschrijft het ketenproces en geeft aan dat het procesdossier als product van de processtap “afronden onderzoek en samenstellen procesdossier” wordt overgedragen aan het Openbaar Ministerie en input vormt voor het proces “ Justitiële afhandeling en Executie”. De ontwikkeling van het elektronisch uitwisselen van berichten (waaronder processenverbaal) tussen opsporingsdienst en OM/ZM is van invloed op de functionaliteiten van het procesdossier. De gegevensverzameling ten behoeve van het procesdossier moet in ieder geval kunnen aansluiten op de gegevensstructuur die op het koppelvlak tussen opsporingsdienst en OM is vastgelegd, om zodoende de overgang naar een elektronisch proces-verbaal mogelijk te maken.

1.2 Doelstelling Te bereiken dat een landelijk gestandaardiseerd procesdossier (zie figuur 1), zoals bedoeld in het Referentiekader Werkprocessen Opsporing en Vervolging (RWOV) 2.0, ontwikkeld is en is goedgekeurd. Dit op een zodanige wijze dat de gegevensverzamelingen ten behoeve van het procesdossier corresponderen met wat er op het koppelvlak tussen opsporingsdienst en OM is vastgelegd qua gegevensstructuur of er in ieder geval op kunnen aansluiten, om zodoende de overgang naar een elektronisch proces-verbaal mogelijk te maken.

1.3 Projectgroep Momenteel ontbreekt een standaardisatie in de opbouw van het dossier, dat als resultaat van het opsporingsproces input vormt voor het proces “ Justitiële afhandeling en executie”. Dit was voor het programmabureau ABRIO aanleiding om in opdracht van het OGO (opdrachtgeversoverleg) een projectgroep Procesdossier te formeren. Deze projectgroep stond onder leiding van J.J. Schipper van de regiopolitie Amsterdam-Amstelland, gedetacheerd bij het Arrondissementsparket te Amsterdam. Voor de projectgroep is het Referentiekader Werkprocessen Opsporing en Vervolging (RWOV) uitgangspunt voor haar werkzaamheden geweest.

Basisstructuur procesdossier, versie 2.0

2

1.4 Definities Onderzoeksdossier Het samenstel van documenten dat door de opsporingsdienst wordt opgemaakt naar aanleiding van een strafrechtelijk onderzoek. Hieruit wordt het procesdossier gedestilleerd. Procesdossier Het samenstel van documenten dat onder regie van het Openbaar Ministerie door de opsporingsdienst en OM in gezamenlijk overleg wordt samengesteld uit het door de opsporingsdienst vervaardigde onderzoeksdossier. Het procesdossier wordt aangeboden aan het Openbaar Ministerie en vormt de basis voor de strafrechtelijke vervolging.

Algemeen dossier Het algemeen dossier is een onderdeel van het procesdossier. Het is een samenstel van documenten, dat een algemeen overzicht geeft van het gehele complex van verdachten en de door hen gepleegde strafbare feiten, alsmede de aanleiding, de start en het verloop van het gehele strafrechtelijke onderzoek. Verder bevat het hoofdstukken met betrekking tot “(bijzondere) opsporingsbevoegdheden, dwangmiddelen en overige opsporingshandelingen” en “inbeslagneming”. Het algemeen dossier verwijst naar het (de) persoonsdossier(s) en het (de) zaakdossier(s).

Persoonsdossier Het persoonsdossier is een onderdeel van het procesdossier. Het is een samenstel van documenten, die alle betrekking hebben op de persoon van de verdachte. In dit dossier zitten alle (originele) documenten, die te maken hebben met de persoon van de verdachte waarbij een relatie wordt gelegd tot de strafbare feiten.

Zaaksdossier Het zaaksdossier is onderdeel van het procesdossier. Het is een samenstel van documenten, die alle betrekking hebben op een criminele activiteit. In dit dossier zitten alle documenten, die te maken hebben met het strafbare feit waarbij een relatie wordt gelegd tot de hierbij betrokken verdachte(n). Onderzoek De opsporingshandelingen die in één of meerdere zaken worden verricht. Zaak Een gepleegde criminele activiteit. Methodiekenproces-verbaal Proces-verbaal, waarin per verdachte een opsomming is gemaakt van alle dwangmiddelen die in het onderzoek zijn toegepast, waarbij de privacy van de verdachte is geschonden.

BOB-bevoegdheden Activiteiten, toegepast in een strafrechtelijk opsporingsonderzoek, vallend onder de wettelijke “Bijzondere OpsporingsBevoegdheden”.

1.5 Afbakening De projectgroep heeft zich gericht op de samenstelling van het procesdossier vanuit het onderzoeksdossier. Het procesdossier is het dossier dat door de opsporingsdienst bij het openbaar ministerie wordt aangeleverd.


3

1.6 Afstemming Bij de totstandkoming van de structuur van het procesdossier is nadrukkelijk gekeken naar hetgeen reeds in het land was ontwikkeld en hier is gebruik van gemaakt. Een conceptversie van de beschrijving van de structuur van het procesdossier is ter toetsing gezonden aan een aantal personen uit politieregio´s, van kernteams, van een Bijzondere Opsporingsdienst, van het Openbaar Ministerie, de Advocatuur en de Zittende Magistratuur. Zowel de opmerkingen die hieruit terugkwamen als ook de opmerkingen die in de workshop tijdens het ABRIO-congres op 3 december 2002 werden gemaakt, zijn in het stuk verwerkt.

1.7 De onderhoudscyclus en het beheer van de standaard Voor de structuur van het Procesdossier geldt in principe een onderhoudscyclus van drie jaar, met uitzondering van acuut noodzakelijke wijzigingen als gevolg van zwaarwegende belangen. Het onderhoud en het beheer wordt uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van het Abrio-programma.


4

1.8 Schematische voorstelling van de vorming van het procesdossier Figuur 1

Onderzoeksdossier * rechtshulpverzoeken * persoonlijke documenten verdachten * div. processen-verbaal van verhoor en onderzoek * p.v.´s m.b.t. inzet van opsporingsmiddelen * p.v.´s m.b.t. inzet van dwangmiddelen * stukken van overtuiging * CIE-p.v.´s * start p.v. projectvoorbe- reiding * overdrachtp.v´s met gegevens uit afgeronde onderzoeken

* Voorbereiden onderzoeksactiviteit * Uitvoeren onderzoeksactiviteit

documenten

informatie

afronden onderzoek en samenstellen procesdossier

* selectie zaken a.h.v. een analyse * selectie verdachten a.h.v. een analyse * selectie processen- verbaal/docum. * bepalen tijdstip toevoeging aan procesdossier

MONITOREN VOORTGANG ONDERZOEK

Beslissing O.M. in samenspraak met opsporende dienst

Procesdossier

Algemeen dossier

Persoons- dossiers

Zaaks- dossiers


5

2 Het onderzoeksdossier

2.1 Inleiding Tijdens een opsporingsonderzoek wordt een verzameling aan documenten vergaard. Een verzameling met de naam “onderzoeksdossier”. Al deze documenten moeten van een unieke codering worden voorzien. Maar welke codering passen we nu toe en hoe komen al die documenten in het onderzoeksdossier en uiteindelijk in het procesdossier (hoofdstuk 3 van deze nota). In deze paragraaf zal ingegaan worden op de codering van de documenten en het proces rondom deze “dossiers".

2.2 Rubricering Het onderzoeksdossier kent een modulaire opbouw en kenmerkt zich door het éénmalig en uniek coderen van een document, bijv. een proces-verbaal. Bij de start of gedurende het onderzoek worden meerdere rubrieken benoemd, waarin de vervaardigde documenten worden ondergebracht. Ieder document krijgt een unieke code, die verbonden is aan de rubriek, waarin het wordt ondergebracht. Wanneer echter wordt overgegaan naar een elektronisch proces-verbaal zal het programma een unieke nummering aan het document moeten geven. Standaardrubrieken zijn: Omschrijving: Codering: Verklaringen verdachten .V01 etc. Verklaringen getuigen .G01 etc. Afluisteren telecommunicatie .TAP Vorderen inlichtingen .VIL Opnemen vertrouwelijke communicatie .OVC CIE .CIE Pseudokoop/dienstverlening .PSD Infiltratie .INF Observatie .OBS Technische hulpmiddelen .THM Opnemen besloten plaats .OBP Ambtshandeling .AMB Financiële onderzoeken .FIN Aanvraag GVO .GVO Stukken m.b.t. CTC .CTC Bevelen bijzondere opsporingsbevoegdheden. .BOB KvK-onderzoek .KVK Documenten doorzoekingen .DZK Onderzoek inbeslaggenomen goederen .OIG Inbeslagnemingen .IBN Aangiften .A01 etc. Correspondentie .COR


6

2.3 Documentcode De documentcode bestaat uit 2 delen, te weten: Een cijferreeks opgebouwd uit de datum en het tijdstip waarop de activiteit heeft plaatsgevonden, gevolgd door de rubriekscodering, voorafgegaan door een . (‘n punt). Voorbeeld: 0006041100.V01. Dit betekent dat de activiteit plaatsvond op 4 juni 2000 om 11.00 uur en het betreft de verklaring van verdachte 1. Wanneer een verdachte in het onderzoek als zodanig is benoemd en hij als getuige wordt gehoord, houdt hij zijn verdachtennummer met toevoeging ”als getuige gehoord”. De persoon houdt namelijk zijn verdachtenstatus en daarmee het verdachtennummer Indien een getuige later verdachte wordt, krijgt deze getuige ook een verdachtennummer met toevoeging achter getuige ”wordt verdachte”. De getuige blijft namelijk geen getuige, maar krijgt de verdachtenstatus. De verschillende processen-verbaal kunnen aan de hand van de unieke documentcode in ieder te vormen zaakdossier worden aangehaald. In de index van het onderzoeksdossier dient te worden aangegeven in welke zaken het betreffende document is gebruikt, door toevoeging van de zaakbenaming.

2.4 Documentverwerking Figuur 2

Document(datumcode)

jaar-maand-dag-uur.

AMBAMB

GVOGVO

RAPRAP

V01V01

TAPTAP

G01G01

OBSOBS

FINFIN

CIECIE

A01A01enzenz

ONDERZOEKSDOSSIERONDERZOEKSDOSSIER


7

2.5 Het proces van onderzoeksdossier naar procesdossier

2.5.1 Het “vullen” van het onderzoeksdossier De aanvang van een opsporingsonderzoek kan op velerlei manieren geschieden. Per saldo zal het (veelal) gaan om een beslissing van het Openbaar Ministerie, in samenspraak met de betreffende opsporingsdienst. Aan de hand van geprioriteerde zaken en ingediende projectvoorstellen wordt bij het “kiezen en vaststellen zaak”1 besloten om een bepaalde groepering aan te pakken of om een bepaald misdrijf op te lossen. Daarbij is niet alleen de beschikbare opsporingscapaciteit bepalend, maar wordt ook gelet op de capaciteit bij het OM en op de zittingscapaciteit ZM. De beslissingen van O.M. zijn met name strafvorderlijke beslissingen (wie gaan we aanhouden, wat nemen we in beslag e.d.). Al die beslissingen en resultaten van onderzoek leveren documenten op, die opgenomen worden in de verzameling “onderzoeksdossier”. Maar er zijn nog meer documenten. Bijvoorbeeld die voortkomen uit informatie(stromen): processen-verbaal van de CIE, ambtsberichten van de dNRI, het projectplan. Maar ook rechtshulpverzoeken uit het buitenland en resultaten van onderzoek in buitenland (gedaan op basis van een rechtshulpverzoek uit Nederland). Al deze documenten worden gegenereerd binnen de processtappen “voorbereiden van onderzoeksactiviteiten”2 en “uitvoeren van onderzoeksactiviteiten”. De voortgang van het onderzoek wordt gemonitord aan de hand van het projectplan, waarna uiteindelijk de “opdracht afronden onderzoek” wordt verstrekt. Op grond van de “opdracht afronden onderzoek” wordt een start gemaakt met het afronden van het onderzoek. Het Onderzoeksdossier wordt als product aangeboden om het Procesdossier samen te kunnen stellen. Hoewel hier de suggestie wordt gewekt, dat aan het einde van het onderzoek het Procesdossier wordt samengesteld, is dit niet juist, Hierna wordt aangegeven hoe men van onderzoeksdossier naar procesdossier komt. Het complete onderzoeksdossier wordt gebundeld en geïndexeerd ter archivering aangeboden aan het archief van de opsporingsdienst.

2.5.2 Van onderzoeksdossier naar procesdossier Hiervoor is al aangegeven dat het onderzoeksdossier een verzameling is van alle documenten binnen een opsporingsonderzoek. Maar niet alle documenten zijn noodzakelijk voor een succesvolle vervolging van verdachten of voor het oplossen van een misdrijf. Het procesdossier behoeft slechts die stukken (incl. de ontlastende documenten) te bevatten die noodzakelijk zijn voor een succesvolle vervolging. Het procesdossier wordt onder regie van het Openbaar Ministerie door de opsporingsdienst en het OM gezamenlijk samengesteld. Het gehele onderzoeksdossier staat hiervoor ter beschikking. Gezamenlijk wordt bepaald welke stukken en gegevens tot het procesdossier gaan behoren3. Het methodieken proces-verbaal, waarin een opsomming is gemaakt per verdachte van alle dwangmiddelen die in het onderzoek zijn toegepast, waarbij de privacy van de verdachte is geschonden, is een belangrijk onderdeel van het procesdossier. Welke criteria zijn nu van belang bij het samenstellen van het procesdossier:

1 Inmiddels is bij de totstandkoming van RWOV 2.0 deze processtap opgenomen in het procesmodel Tactisch Besturen Opsporing 2 Zie figuur 3 3 Strafvordering Tekst en Commentaar, C,P.M. Cleiren, vierde druk, tweede noot bij artikel 30 WvSv.


8

Allereerst alle stukken die nodig zijn voor enige door de rechter in het proces te nemen beslissingen • selectie verdachten en • selectie zaken. Aan de hand van een operationele analyse of een overzicht van het verzamelde bewijsmateriaal (per zaak), zowel belastend als ontlastend voor de verdachte, zal de officier van justitie met de betreffende opsporingsdienst een keuze maken welke zaken voorgelegd zullen worden aan de rechter. Veelal zullen dat de zaken zijn, die bewezen kunnen worden. Bij de keuze welke verdachten zullen worden vervolgd wordt een vergelijkbaar criterium gehanteerd. Als zaak A bewezen kan worden, kan dan ook de rol van verdachte X binnen zaak A bewezen worden? Deze keuzes worden gaande het onderzoek gemaakt. Op dat moment worden de betreffende stukken al aan het Procesdossier toegevoegd en wordt het Procesdossier tijdens het onderzoek opgebouwd. In kleine zaken, met één verdachte en één delict, zal het proces van het maken van keuzes aangaande zaken en verdachten niet voorkomen, maar daarentegen wel de hieronder vermelde activiteiten. • selectie processen-verbaal/documenten • bepalen tijdstip toevoeging aan het procesdossier Het samenstellen van procesdossier is niet alleen het benoemen van de zaaksdossiers en persoondossiers. Nee, het gaat zelfs verder. De samenstellers bepalen per proces-verbaal/document of deze deel gaat uitmaken van het procesdossier en wanneer. “Relevantie” is hierin de leidraad. De “wanneer”-vraag speelt o.a. een rol bij een voorgeleiding (in hoofdstuk 4 wordt het begrip voorgeleidings proces-verbaal nader uitgelegd). Bij een voorgeleiding bestaat het voorgeleidings proces-verbaal uit de tot op dat moment bijgewerkte zaaksdossiers, zoals vermeld op de vordering inbewaringstelling en het persoonsdossier. Overigens als het belang van het onderzoek dit vordert, kan de officier van justitie zelfs kennisname van bepaalde processtukken tijdelijk onthouden4. De overgang van een onderzoeksdossier naar een procesdossier is een proces van keuzes maken:

• welke verdachten (persoonsdossiers)?; • welke zaken (zaaksdossier)?; • welke processen-verbaal e.d. (maken deel uit van die zaaks- en

persoonsdossiers)?; • wanneer gaan die processen-verbaal/documenten deel uitmaken van het

procesdossier? Het gehele proces rondom het maken van keuzes is in het RWOV benoemd als het proces van afronden onderzoek en samenstellen van het procesdossier. Vandaar dat in figuur 1 deze omschrijving terugkomt. Wanneer het Procesdossier aan het OM wordt aangeboden vormt het input voor het proces Justitiële afhandeling en executie van het RWOV.5

4 Artikel 30 van het Wetboek van Strafvordering 5 Zie hiervoor figuur 4.


9

Figuur 3

Figuur 4

Capacite itsoverzich t

M ode l : U itvoeren opsporingsonderzoekVersie : 1.0Datum : 16-10-2003Auteurs : Abrio - W erkgroep Bestu ren opsporingS tatus : De fin itie f

1. P lannenonderzoek

2.Voorbere idenonderzoeks-

activ ite it

4. M onitorenvoortgangonderzoek

Uitvoeren opsporingsonderzoek

O pdrachtbehande len

zaak

3. U itvoerenonderzoeks-

activ ite it

O nderzoeksdossier

P lan van aanpakuitvoeren ond. act.

P ro jectp lan

W erkjournaal

M idde len-m anagem ent

Toestem m ing Co llege /CTCCTC

Verzoek/advies CTC

CTC

Rechte rlijke m achtig ingonderzoeksactivite it

RC , ZM

Vordering rechte rlijke m achtig ing onderz. act. RC , ZM

Beve l m edewerking opsporing

Derde partij

A fsprakenjournaa l

O vereenkom st m et burger

O verzich tbew ijsm idde len

Vervolg ing 2

Burger

A fsprakenjournaal

Vervolg ing 2

O pdracht b ijste llen pro jectp lan

Verzoekaanvu llend PV

Vervolg ing 2

O pdracht totevalueren

Verbeter-m ngt

P ro jectp lanVervolg ing

2, 6

O pdr. afronden onderzoek

5. A frondenonderzoek ensam enste llen

procesdossier

Procesdossie r Vervolg ing 2

TBO 4

In form atie/ in te lligenceproductIn fo/in te lproces

In form atie-opdrachtTBO 3

In form atie-opdrach t

In fo/in te lproces

In form atie-opdracht

In fo/in te lproces

O nderzoeksdossier

Restinfo rm atieIn fo/in te l

proces, UO 4

Restinfo rm atieIn fo/in te l

proces, UO 4

PVIn foproces,Handhaving,O psporing ,Noodhulp

TBO 3

Restinfo rm atieTBO 3, UO 4

Voortgangsverslag

TBO 5

In form atie/ in te lligenceproduct

In fo/in te lproces

W erkopdrachtTBO 5

Capacite itsoverzich t

M idde len-m anagem ent

Bestuurlijkerapportage

Vervolg ing 2


10

3 Procesdossier

3.1 Inleiding In dit hoofdstuk zal worden aangegeven uit welke onderdelen het procesdossier zal bestaan, wat de inhoud van de onderscheiden onderdelen en de reikwijdte en ordening van het procesdossier is.

3.2 algemeen dossier • Inhoudsopgave • Voorblad • Een leeswijzer. Dit is een introductie hoe het dossier is ingericht, opbouw,

coderingen etc.; • Een relaasprocesverbaal. Hierin staat de aanleiding en verloop van het onderzoek. • overzicht verdachten in relatie tot zaken; • overzicht zaken in relatie tot verdachte • overzicht getuigen in relatie tot zaken; • eventueel restverklaringen die niet in een zaakdossier passen. • het methodieken proces-verbaal

3.2.1 Hoofdstuk (bijzondere) opsporingsbevoegdheden, dwangmiddelen en overige opsporingshandelingen

• overzichten ingezette BOB-bevoegdheden; • opsomming van de aanhoudingen, inverzekeringstellingen, toetsingen /

voorgeleidingen en inbewaringstelling, voor zover van toepassing; • toegepaste vormen van confrontatie; (gebruikte fotomap als bijlage bijvoegen) • ingenomen informatie uit een ander tijdelijk register met toestemming van OVJ. • opsomming doorzoekingen, per pand en per verdachte; (PV doorzoekingen als

bijlagen bijvoegen) • deskundigen rapportages, bijvoorbeeld NFI, accountants etc; • overzicht uitgaande rechtshulpverzoeken; • vermeldingen inkomende rechtshulpverzoeken indien het vervolg heeft geleid tot

bewijs in de zaak; • vermelding van dubbele strafbaarheid, indien de strafbare feiten in het buitenland

zijn gepleegd; (toevoeging van relevante buitenlandse wetgeving) • vermelding van stukken die op basis van rechtshulp zijn binnen gekomen; • overzicht van openstaande signaleringen; • Indien voorwerpen of stukken als bewijs worden gebruikt, wordt het tevens verwerkt

in het betreffende zaaksdossier.

3.2.2 Hoofdstuk inbeslagneming

3.2.2.1 94 Sv beslag

• opsomming inbeslagnames, per pand, per beslagene en per verdachte; (PV inbeslagnemingen als bijlagen bijvoegen)

• afhandeling inbeslaggenomen goederen (gedeponeerd/teruggegeven/vernietigd).


11

3.2.2.2 94a Sv beslag

• opsomming inbeslagnames, per pand, per beslagene en per verdachte; (PV inbeslagnemingen als bijlagen bijvoegen)

• afhandeling inbeslaggenomen goederen (gedeponeerd/teruggegeven/vernietigd). • Rapportages voor verkrijging schriftelijk machtiging RC voor het leggen of

handhaven van conservatoir beslag

3.3 Persoonsdossier • Het persoonsdossier wordt voorafgegaan door een inhoudsopgave, waarin de

inhoud van dat dossier staat vermeld. Deze inhoudsopgave is een deel van de inhoudsopgave uit het Algemeen dossier.

• De inhoudsopgave wordt direct gevolgd door een gegevensblad verdachte, waarin de NAW-gegevens van de verdachte of van de verdachte rechtspersoon worden vermeld.

• Hierna volgt een overzicht, waarin vermeld staat van welke zaak (zaken) de persoon wordt verdacht. In dit overzicht wordt verwezen naar vermeldingen en stukken in het persoonsdossier, per zaak gerubriceerd.

Documenten die onderdeel van het persoonsdossier kunnen zijn:

• machtiging binnentreden woning ter aanhouding (OvJ) • pv aanhouding en voorgeleiding HOvJ • pv verhoor voor inverzekeringstelling • bevel tot inverzekeringstelling • bevel tot verlenging inverzekeringstelling • formulier Gemeentelijke BasisAdministratie (GBA) • bericht optreden raadsman • bericht optreden reclasseringsambtenaar • verklaringen van de verdachte

3.4 Zaaksdossier • het zaaksdossier wordt voorafgegaan door een inhoudsopgave, waarin de inhoud

van dat dossier staat vermeld. Deze inhoudsopgave is een deel van de inhoudsopgave uit het Algemeen dossier.

• De inhoudsopgave wordt direct gevolgd door gegevensblad zaak, waarin onder andere een omschrijving van de zaak wordt gegeven en plaats, datum, tijd worden vermeld.

• Hierna volgt een overzicht, waarin vermeld staat welke verdachte(n) bij deze zaak betrokken is (zijn). In dit overzicht wordt verwezen naar de vermeldingen en stukken in het zaaksdossier, per verdachte gerubriceerd;

• een algemeen chronologisch beschrijvend proces-verbaal van de desbetreffende zaak met een doorlopende paginanummering. Bepalend voor de plaats in het dossier is het moment waarop de waarneming is gedaan en niet het moment waarop het proces-verbaal is gemaakt;

• in een korte kernachtige samenvatting wordt een overzicht gegeven van het verzamelde bewijsmateriaal, dat is gedestilleerd uit de processen-verbaal die als bijlagen zijn gevoegd. Daarnaar wordt met vermelding van documentcode en paginanummer verwezen (dit laatste vooralsnog voor de periode tot de volledige digitalisering van het procesdossier)

• alle voor deze zaak relevante processen-verbaal, zowel in de voor de verdachte(n) belastende als ontlastende zin, worden in chronologie van het beschrijvend deel,


12

afzonderlijk doorlopend genummerd, als bijlagen bijgevoegd; • de bijlagen worden voorafgegaan door een inhoudsopgave, per extensie van het

onderzoeksdossier; • het ontnemingdeel wordt opgebouwd als een zaaksdossier; op basis van artikel 36e

1e lid W.v.Str. en/of op basis van artikel 36e 3e lid W.v.Str.

3.4.1 Relevante processen-verbaal voor de zaaksdossier kunnen zijn • resultaat van de inzet van opsporingsmiddelen; • resultaat van inzet dwangmiddelen; • verklaringen van verdachten6, getuigen en deskundigen; • alle overige onderzoeksresultaten die bewijs leveren, zowel belastend als ontlastend; • alle stukken die kunnen dienen als bouwstenen voor een processuele beslissing.

3.4.2 Inhoud van het zaaksdossier ontneming • aanleiding en start strafrechtelijk financieel onderzoek; • eventueel vonnis rechtbank in de strafzaak; • berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel; • verwijzingen naar de relevante zaaksdossiers • beschrijving en onderbouwing van de aannemelijkheidsdelicten (36e, lid 3 WvSr) • eigen vermogen / draagkracht / verhaalscomponenten / vermogencomponenten en

vermogensvergelijking; • rechtshulpverzoeken.

3.4.3 Inhoud van het zaaksdossier 140 (indien wordt gekozen voor een dergelijk zaaksdossier)

• Het 140 proces-verbaal bevat een beschrijving van de criminele organisatie aan de hand van de criteria die daarvoor gelden. De criteria worden per hoofdstuk behandeld en met bewijs onderbouwd;

3.4.4 Opbouw Ontneming en 140 hebben een andere opbouw dan een standaard zaaksdossier. Een zaaksdossier wordt in chronologische volgorde van de gebeurtenissen opgebouwd, terwijl dit bij ontnemingen en 140 niet zo hoeft te zijn.

6 Verklaring verdachte wordt in kopie toegevoegd. Het origineel blijft in het persoonsdossier.


13

4 Algemene opmerking

4.1 De voorgeleiding Het proces-verbaal bij voorgeleiding bestaat uit de tot op dat moment bijgewerkte zaaksdossiers, zoals vermeld op de vordering inbewaringstelling en het persoonsdossier. De zaaksdossiers worden daarna telkens bijgevuld en pas afgesloten als het procesdossier compleet is. De nummering is dan bijvoorbeeld voor het Algemene deel 1-100 en voor de bijlagen 1-200. Worden er stukken toegevoegd aan het Algemene deel dan wordt dit 101 etc. en bij de bijlagen 201 etc

4.2 Vereisten De momenten waarop aanvullende stukken moeten worden aangeleverd zijn: Artikel 152-153 Wetboek van Strafvordering (inlevertermijnen)


14

5 Producten en hulpmiddelen uit RWOV

5.1 Gevalideerde opsporingsproducten RWOV De reeds beschikbare opsporingsproducten uit het RWOV komen voor in het procesdossier, Dit zijn o.a.:

5.1.1 Algemeen Dossier - Bevel tot inzet dwangmiddelen - Bevel/machtiging niet-BOB onderzoeksactiviteiten - Het methodieken proces-verbaal - Afstandsverklaringen - Kennisgevingen - Processen verbaal - Rapporten - Verslagen

5.1.2 Persoonsdossier - Processen verbaal - Rapporten - Verslagen

5.1.3 Zaaksdossier - Verzoek tot rechtshulp - Bevel BOB - Overeenkomst met burger - Processen verbaal - Rapporten - Verslagen

Het betreft hier geen limitatieve opsomming.

5.2 Hulpmiddelen bij de producten Bij ieder product dient aangegeven te worden welke hulpmiddelen van toepassing zijn. Bij de hierboven vermelde producten zijn gestandaardiseerde hulpmiddelen vervaardigd, die gevalideerd aan het land zullen worden aangeboden. Bij de oplevering van het RWOV 2.0 zullen honderdenveertig gevalideerde hulpmiddelen beschikbaar zijn. Deze hulpmiddelen moeten in het procesdossier worden gebruikt.


15

6 Aanbevelingen De projectgroep beveelt aan: • Het originele procesdossier altijd bijeen te laten en op één plek te archiveren. Werk naar

voorgeleiding en raadkamerzitting met kopieën. • Het bewijsmiddelenoverzicht géén onderdeel van het procesdossier te laten zijn

7 Verdere procedure Voor consultatie is deze nota worden verzonden aan: • Het OM-Politieberaad • De Raad voor de Rechtspraak Beide gremia hebben ingestemd met de voorgestelde ordening van het Procesdossier zoals hiervoor is aangegeven.

8 Bijlage

8.1 Medewerkers projectgroep Procesdossier Naam Organisatie H.P. Bloemen Arrondissementsparket Arnhem P.F. Ruissen Arrondissementsparket Rotterdam L. van Delft Arrondissementsparket ´s Hertogenbosch J.J. Schipper Regiopolitie Amsterdam/Amstelland,

gedetacheerd bij het Arrondissementsparket Amsterdam

A.A. Kinnaer Nationale Recherche M.A.H. Verlinden Sociale Inlichtingen en OpsporingsDienst S.M.M. van Aalst Regiopolitie Utrecht K. Jonker Regiopolitie Kennemerland A.J. ten Nijenhuis Regiopolitie Noord-Holland-Noord; R.S. van Dalen Interregionaal Fraudeteam West Nederland A. Veltman Programmabureau ABRIO H.J.J. Rensen Programmabureau ABRIO


16

8.2 Productbeschrijvingen procesdossier Het procesdossier wordt gevuld met documenten, die tijdens het onderzoek worden opgemaakt en waarvoor de formats in de onderscheiden bedrijfsprocessensystemen zoals BPS, RBS, X-pol e.d. beschikbaar zijn. Ook de door het programmabureau Abrio vervaardigde en gevalideerde hulpmiddelen zijn daarvoor in een WORD-omgeving beschikbaar. Voor de specifiek voor het procesdossier benodigde documenten zijn productbeschrijvingen gemaakt die als bijlage gevoegd worden. ONDERZOEKSDOSSIER Doel Te bereiken dat alle documenten die in het strafrechterlijk onderzoek worden opgemaakt, logisch zijn opgeslagen teneinde het procesdossier samen te kunnen stellen.. Minimale inhoud − Gecodeerde documenten − Gerubriceerde documenten Opmerkingen De inhoud van de documenten bevat informatie die rechtmatig is verkregen. Actoren a. Producent Opsporingsambtenaar / rechercheur b. Controleur Recherche-coördinator d. Afnemer Recherche-coördinator /Zaaksofficier van Justitie e. Archiveerder Medewerker applicatiebeheer f. Kritisch Nee g. Hulpmiddel Nee PROCESDOSSIER Doel Te bereiken dat de voor de vervolging benodigde bewijsmiddelen in een dossier beschikbaar zijn. Minimale inhoud − Algemeen dossier − Persoonsdossier − Zaaksdossier Opmerkingen Bij de toedeling van de actoren aan de productbeschrijvingen is er rekening gehouden met het feit dat procesdossiers op alle niveaus binnen de Nederlandse politie gemaakt worden.


17

Op een team waarbij de opsporingsambtenaar een procesdossier samenstelt en zijn chef hem controleert maar ook het regionale niveau waar de recherche coördinator samen met de Parketsecretaris een procesdossier samenstelt. Voor het samenstellen van het Procesdossier in een word-omgeving zijn vele hulpmiddelen beschikbaar. Actoren a. Producent Opsporingsambtenaar / rechercheur / recherche-coördinator /

parketsecretaris b. Controleur Functionele chef van de producent c. Goedkeurder Zaaksofficier van justitie d. Afnemer Zaaksofficier van Justitie e. Archiveerder Producent f. Kritisch Ja g. Hulpmiddel Procesdossier

VOORBLAD Doel Te bereiken dat wordt aangegeven wat de inhoud, reikwijdte en ordening van het procesdossier is. Minimale inhoud • Delictomschrijving • De verdachte(n) • De za(a)k(en) • Sluitingsdatum • Beslag • Datum binnenkomst Parket Opmerkingen - Actoren a. Producent Opsporingsambtenaar / rechercheur b. Controleur Recherche-coördinator c. Goedkeurder Officier van Justitie d. Afnemer Officier van Justitie e. Archiveerder OM f. Kritisch Nee g. Hulpmiddel Format Voorblad


18

INHOUDSOPGAVE Doel Te bereiken dat de inhoudsopgave een volledig beeld geeft van alle stukken die in het procesdossier zijn opgenomen en het procesdossier inzichtelijk wordt voor de lezer Minimale inhoud

• Aanduiding van alle onderdelen die in het procesdossier zijn opgenomen. Opmerkingen - Actoren a. Producent Opsporingsambtenaar / rechercheur b. Controleur Recherche-coördinator c. Goedkeurder Officier van Justitie d. Afnemer Officier van Justitie e. Archiveerder OM f. Kritisch Ja g. Hulpmiddel Format Inhoudsopgave LEESWIJZER Doel Te bereiken dat inzicht wordt verkregen in de wijze waarop het procesdossier is geordend en welke nummering en codering is toegepast op de documenten die zich in het procesdossier bevinden. Minimale inhoud

- Naam onderzoek - opbouw van het procesdossier - uitleg over de gekozen nummering en codering

Opmerkingen - Actoren a. Producent Opsporingsambtenaar / rechercheur b. Controleur Recherche-coördinator c. Goedkeurder Officier van Justitie d. Afnemer Officier van Justitie e. Archiveerder OM f. Kritisch Nee g. Hulpmiddel Format Leeswijzer


19

RELAAS PROCESVERBAAL Doel Te bereiken dat doormiddel van korte bondige chronologische samenvattingen inzicht wordt verkregen in het gehele verloop van het onderzoek. Minimale inhoud • Aanleiding onderzoek • Verloop onderzoek • Vastgestelde strafbare gedragingen • Betrokkenheid verdachte(n) • Strategische en tactische keuzen Opmerkingen - Actoren a. Producent Opsporingsambtenaar / rechercheur b. Controleur Recherche-coördinator c. Goedkeurder Officier van Justitie d. Afnemer Officier van Justitie e. Archiveerder OM f. Kritisch Ja g. Hulpmiddel Format Relaas procesverbaal MATRIX Doel Te bereiken dat door middel van een kruistabel de relatie tussen twee of meer items wordt weergegeven. Minimale inhoud • Opsomming van items in relatie tot elkaar Opmerkingen - Actoren a. Producent Opsporingsambtenaar / rechercheur b. Controleur Recherche-coördinator c. Goedkeurder Officier van Justitie d. Afnemer Officier van Justitie e. Archiveerder OM f. Kritisch Nee g. Hulpmiddel Format Matrix


20

OVERZICHT Doel Te bereiken dat een opsomming wordt gegeven. Minimale inhoud • Omschrijving soort opsomming Opmerkingen - De minimale inhoud zal per activiteit verschillen: aanhoudingen, naam verdachte; doorzoekingen, adres pand etc. Actoren a. Producent Opsporingsambtenaar / rechercheur b. Controleur Recherche-coördinator c. Goedkeurder Officier van Justitie d. Afnemer Officier van Justitie e. Archiveerder OM f. Kritisch Nee g. Hulpmiddel Format Overzicht

GEGEVENSBLAD VERDACHTE Doel Te bereiken dat detailgegevens per verdachte op een overzichtelijk manier gegroepeerd zijn.

Minimale inhoud • NAW-gegevens van de verdachte • Of de verdachte minderjarig is • Of de verdachte militair is • Of de verdachte een rechtspersoon is Opmerkingen - Actoren a. Producent Opsporingsambtenaar / rechercheur b. Controleur Recherche-coördinator c. Goedkeurder Officier van Justitie d. Afnemer Officier van Justitie e. Archiveerder OM f. Kritisch Nee g. Hulpmiddel Format Leeswijzer


21

GEGEVENSBLAD ZAAK Doel Te bereiken dat detailgegevens per zaak op een overzichtelijk manier gegroepeerd zijn ten behoeve van de (elektronische) registratie in systemen.

Minimale inhoud • omschrijving zaak • de aangever • datum c.q. periode plegen • plaats van plegen Opmerkingen - Actoren a. Producent Opsporingsambtenaar / rechercheur b. Controleur Recherche-coördinator c. Goedkeurder Officier van Justitie d. Afnemer Officier van Justitie e. Archiveerder OM f. Kritisch Nee g. Hulpmiddel Format Leeswijzer

Procesdossier - Politieacademie...1 Algemeen 1.1 Aanleiding Thans is het zo dat een proces-verbaal...

Documents

Transcript of Procesdossier - Politieacademie...1 Algemeen 1.1 Aanleiding Thans is het zo dat een proces-verbaal...