PIT Magazine #1 - 2015

36
PIT MAGAZINE #1 2015 Voor ondernemende mensen in de regio ’s-Hertogenbosch Lucas de Man DURF TE TWIJFELEN Talent en steun in overvloed KANSEN VOOR CULTUUR Nieuw werkplekconcept DE REIS DIE ONDERNEMEN HEET Klinkend resultaat in Brabant DE IMPACT VAN LIFE SCIENCES

description

 

Transcript of PIT Magazine #1 - 2015

Page 1: PIT Magazine #1 - 2015

PIt MAGAZINE #1 — 2015voor ondernemende mensen in de regio ’s-Hertogenbosch

Lucas de Man

durf tetwijfelen

Talent en steun in overvloed

Kansen voorcultuur

Nieuw werkplekconcept

de reis dieondernemen heet

Klinkend resultaat in Brabant

de impact van life sciences

Page 2: PIT Magazine #1 - 2015

Het culturele klimaatin ’s-Hertogenbosch: kansloos of kansrijk?

Snellezenpagina 14

De één staat aan het begin van zijn carrière, de ander sluit hem af. Een mooi gesprek tussen starten en stoppen over drijf-veren, succesfactoren en een fl inke dosis eigenzinnigheid.

start &finish

DE HEUSDagdromen aan het water...

pagina 818

10

blsf-succesHet BLSF ondersteunt start-ups op het vlak van Life Sciences. Wat dat oplevert? Nieuwe geneesmiddelen bijvoorbeeld, en duurzaam voedsel. De eerste successen zijn inmiddels geboekt - en dat is slechts het begin. 4

p 2

– pit in dit nummer –

vastgeroest?Boek een buttkick-sessie25

de reis die ondernemen

heetWelkom in de Eerste Klasse

pagina 22

Page 3: PIT Magazine #1 - 2015

reGiomet Pit

Voor je ligt het eerste nummer van PIT, een nieuw magazine voor ondernemende mensen in ’s-Hertogenbosch. In dit maga-zine willen we laten zien wat er speelt op ondernemend gebied in de stad en in de regio. Het onder-nemersklimaat is namelijk stevig aan het veranderen. Het borrelt, het bruist, het beweegt. Nieuwe initiatieven krijgen volop kansen en er is ruimte voor groei. Hier wordt 24/7 gewerkt, ambitieus en geestdriftig, met passie en PIT, het vizier gericht op een glansrijke toekomst.

In onze ondernemende stad speelt de BIM een belangrijke rol. De BIM is met name bekend als verhuurder van kantoor- en bedrijfspanden. Maar ze doet veel meer: ze inspireert, verbindt, faciliteert, motiveert, innoveert. Ze brengt partijen bij elkaar en on-dersteunt waar mogelijk. Kortom: de BIM maakt ondernemen (en dit magazine) mogelijk.

In dit nummer lees je hoe het BLSF start-ups op het vlak van Life Sciences kansen biedt. Je krijgt tips van kenners over brainstormen en ontdekt waarom het nodig is je zelf af en toe te ‘buttkicken’. We peilen hoe onder-nemers kijken naar het culturele klimaat in de stad en laten zien hoe een nieuw huisvestingscon-cept aansluit op de nieuwe manier van werken.

Wij wensen je veel leesplezier!

De redactie

Concurrenten? Ja. Maar samen zijn ze sterker dan alleen

besteburen

Pagina 28

BRAINSTORMENVan de hoedjes van De Bono tot

uitwijken voor de beerpagina 32

pagina 24

15

Column Maurice Horsten pagina 9

Column Clemens Bolhaar pagina 35

BRAINSTORMENVan de hoedjes van De Bono tot

uitwijken voor de beerpagina 32pagina 32

Big shoesto fill

De 65-jarige heeft de toekomst

De JamfabriekKweekvijver voor innovatie-talent

p 3

– pit voorwoord –

in zijn atelier bedenkt, ontwerpt en produceert anton de groof van Masimo en Tonone meubels, lampen en interieurs. “ik ben gefascineerd door

technische oplossingen. alles moet kloppen tot in het laatste detail.”

ALLES MOETKLOPPEN

verder12 pit luncht13 pit tipt20 pit typeert34 pit ontspant

Page 4: PIT Magazine #1 - 2015

De voortvarende aanpak van BLSF levert mooie resultaten

Nieuwe en betere geneesmiddelen. Een duurzame voedselvoorziening en schonere industriële processen. Zie daar de toegevoegde waarde van het biologische onderzoek binnen Life Sciences. Met de BIM als een van de aandeelhouders draagt het Brabant Life Sciences Seed Fonds daar volop aan bij. Het fonds uit ’s-Hertogenbosch stimuleert en ondersteunt start-ups en laat ze groeien. Met nu al klinkend resultaat. TE

KST

ja

n b

ro

ek

s f

oTo

gra

fiE

fr

an

k v

an

de

lft

volopKansen voor life sciences

p 4

– pit groeit –

Page 5: PIT Magazine #1 - 2015

Miranda Janssen, fondsmanager BLSF

“Life Sciences is van invloed op vrijwel alles in ons dagelijkse leven.

De positieve impact reikt ver.”

p 5

– pit groeit –

Page 6: PIT Magazine #1 - 2015

en concrete oplossing? Miranda Janssen en Jan van der Hoeven vertellen er graag over, maar kunnen het net zo goed laten zien. Dus staat er even later een doos op tafel, voorzien van een groene iris als logo. In de doos bevinden zich veertien sachets met daarin

een poeder dat uit kippeneieren is verkregen en onder andere omega 3 en luteïne bevat. Puur natuur, bedoeld als voedingsproduct en in water oplosbaar. MacuView, zo heet het product. En het is een bijzónder product, vertelt Van der Hoeven. “Het is goed voor de oogge-zondheid en we werken aan het bewijs dat het helpt tegen ouderdomsblindheid. Een aandoening waarvoor tot voor kort nog geen goede oplossing bestond.”

Ondersteuning vanaf de OnderwijsboulevardMacuView komt uit de koker van Newtricious, dat als een van de zeven bedrijven kan rekenen op de onder-steuning van het Brabant Life Sciences Seed Fonds. Afgekort tot BLSF, gevestigd in het open en uitnodigen-de pand van ZLTO en deel uitmakend van de Agri Food Plaza aan de Onderwijsboulevard in ’s-Hertogenbosch. Van der Hoeven en Janssen maken allebei deel uit van het fondsmanagement. Hij is verantwoordelijk voor de acquisitie en exits, zij voor het algemeen management en de financiën. Samen met hun collega Wim Jongen, die zich richt op de beoordeling van de technologie en het intellectueel eigendom, geven Van der Hoeven en Janssen dagelijks uitvoering aan BLSF, dat initiatieven op het vlak van Life Sciences ondersteunt en stimu-leert. Gericht op de toegevoegde waarde van duurzame biotechnologie en met een leidende rol voor Brabant.

Het BLSF ging in 2009 van start met een te investeren bedrag van 12 miljoen euro. Voor een derde was dat be-drag afkomstig van de groep aandeelhouders, waaronder de BIM. Ook de provincie Noord-Brabant droeg voor een derde bij, net als het Ministerie van Economische Zaken. Behoorlijke bedragen, beseft Janssen. “En toch waren alle partijen snel bereid om het fonds te ondersteunen. Het zegt veel over hoeveel belang zij aan Life Sciences hechten. Niet zonder reden, wat mij betreft. Life Sciences is van invloed op vrijwel alles in ons dagelijkse leven. Neem nu MacuView: het beschermt tegen ouderdoms-blindheid en zorgt er zo voor dat mensen er nog gewoon op uit kunnen en niet in een isolement geraken. De positieve impact van Life Sciences reikt ver.”

Heal, feed & fuel the worldLife Sciences bestrijkt een breed spectrum. Heal, feed & fuel the world, dat is waar het om draait. Zelf zet BLSF vooral in op de gezondheidszorg, al sluit het fonds agro en food en industriële processen zeker niet uit. En waarom zou het ook, stelt Van der Hoeven. “Kijk bijvoorbeeld naar Protix Biosystems. Dat bedrijf zet af-valstromen via insecten om in hoogwaardige eiwitten, als alternatief voor vismeel. Die eiwitten hebben een hoge voedingswaarde en dragen bovendien bij aan het voorkomen van overbevissing. Zo snijdt het mes aan beide kanten. En wat te denken van de werkgelegen-heid: Protix begon als een plan van een paar mensen. Inmiddels telt het bedrijf zo’n vijftien tot twintig mede-werkers. Wat ook geldt voor Newtricious, trouwens.”

Zulke voortvarende ontwikkelingen: Van der Hoeven is er net als Janssen trots op. “We hebben met geen van de zeven bedrijven technical failures ondervonden. Naast Newtricious en Protix heeft ook Isobionics al een product op de markt gebracht: natuurlijke geur- en smaakstoffen. En dat nog maar vijf jaar na de start van het fonds.”

Op weg naar het juiste medicijnDat de overige vier bedrijven zich nog niet op de markt

e‘We hebben met veel bedrijven te maken en kijken in veel keukens. Razend interessant én heel motiverend’

p 6

– pit groeit –

Page 7: PIT Magazine #1 - 2015

hebben gemeld, is niet zo verwonderlijk. Alle vier rich-ten ze zich op de gezondheidszorg en meer specifiek op de genezing van kanker. Zo ook Amphera, dat net als het fonds zelf is gevestigd in het Agri Food Plaza. Het bedrijf ontwikkelt samen met het Amphia Ziekenhuis uit Breda en de Erasmus Universiteit een nieuw pro-duct tegen asbestkanker. Vanwege de strenge regel- en wetgeving een lang traject, weet Janssen. “Maar van de andere kant: als het gaat om nieuwe wetgeving, pakt een bedrijf als Protix de handschoen wél mee op. Dat biedt het bedrijf nu veel nieuwe kennis en later een voorsprong.”

Van der Hoeven en Janssen hebben er alle vertrouwen in dat ook de vier bedrijven binnen de health-sector de komende jaren van zich laten horen. Al is het maar vanwege de strenge selectieprocedure waaraan alle inschrijvingen eerder moesten voldoen. Van de meer dan 250 plannen bood het fonds er slechts zeven door-gang. “De plannen moesten technisch haalbaar zijn,” vertelt Van der Hoeven. “Ook hebben we gekeken naar de wetenschappelijke onderbouwing en behoefte uit de markt. En last but not least moest er sprake zijn van ondernemersgeest.”

Meer dan een fonds met geldMet alleen een mooi plan red je het niet, zo wil Van der Hoeven maar aangeven. Zeker niet bij BLSF. Hoewel 12 miljoen euro veel kansen biedt, is BLSF meer dan alleen een investeringsfonds. “Wie zich alleen voor het geld meldt, is bij ons echt aan het verkeerde adres. We helpen de bedrijven mee, denken en praten mee over de voortgang en gaan geregeld met ze in overleg. Op ba-sis daarvan brengen wij verslag uit aan onze Raad van Commissarissen. Die overigens net zo kritisch met ons meekijkt als onze Wetenschappelijke Adviesraad. Een goede wisselwerking, die er mede voor heeft gezorgd dat we nu vooral te maken hebben met plannen die realistisch én haalbaar zijn.”

Innovatief en creatiefIn de waan en sores van alledag kunnen ambities en drijfveren wat vervagen. Zo niet bij de leden van het fondsmanagement. De combinatie van innovatie, crea-tiviteit en ondernemersgeest: Janssen zou zich in geen ander werkveld willen begeven. “We zijn hier voort-durend bezig met nieuwe ontwikkelingen. We hebben met veel bedrijven te maken en kijken daardoor in veel keukens. Razend interessant en erg motiverend na weer een mooi resultaat. Nee, het is niet zo moeilijk om enthousiast te zijn over de wereld van Life Sciences.”

Nog vijf jaar, en dan eindigt de looptijd van het fonds. In het meest ideale scenario staan alle zeven bedrijven dan geheel op eigen benen en is ondersteuning door BLSF niet meer nodig. Dat vraagt van de bedrijven om volharding, al is de doelstelling er ook naar. Vergelijk het volgens Janssen maar met een atleet op weg naar de Olympische Spelen. “Die legt een traject af waarbij het ongelooflijk hard werken is. Maar wel met zicht op de eindstreep. Eenmaal daaroverheen, maken alle eerdere hordes de voldoening des te groter.”

Miranda JanssenMiranda Janssen studeerde public relations en behaalde haar Master in Business Admi-nistration. Ze deed meer dan 20 jaar ervaring op bij internationale bedrijven, veelal in de wereld van Life Sciences. Als lid van het fondsmanagement van BLSF is ze verant-woordelijk voor het algemeen management en de financiën.

Jan van der HoevenDe relatie tussen voeding en kanker: zie daar de specialiteit van Jan van der Hoeven. Hij studeerde cum laude af aan Wageningen University, werkte er als wetenschapper en zette later een internationaal opererende Contract Research Organisatie op rondom milieu en veiligheidsonderzoek. Ook richtte hij vanaf 1988 meerdere Life Sciences bedrijven op.

p 7

– pit groeit –

Page 8: PIT Magazine #1 - 2015

DE HEUS

Wanneer je vroeger door de binnenstad liep en de wind even verkeerd stond, drong de penetrante lucht van mengvoederfabriek De Heus (voorheen Koudijs/Wouda) als een ongewenste gast je neusgaten binnen. Deze herkenbare geur, die in het collectieve geheugen van de Bosschenaren staat gegrift, is vervlogen sinds de fabriek vorig jaar april haar deuren sloot. Maar het industriële en monumentale gebouw uit 1909 blijft - tot het geluk van velen - voor de stad behouden.

Op de plek waar jaarlijks ruim 300 kiloton veevoeder werd geproduceerd, wordt de komende jaren gewerkt aan een culturele, sociale en economische hotspot met internationale uitstraling. Het dagdromen over een nieuwe bestemming voor de agrarische fabriek is in volle gang; wordt het een innovatief centrum voor agrofood en cul-tuur? Een sociaal werkwarenhuis in samenwerking met topontwerpers? Een hotelboot? Een leer- en werkhotel met aan de overkant een stadsstrand? Hoe dan ook: er waait weer een frisse wind door de stad!

Dagdromen aan het water...

TEK

ST l

ind

a G

ro

oth

uij

se

foTo

gra

fiE

ru

ud

Pe

ijn

en

bur

G

p 8

– pit mijmert –

Page 9: PIT Magazine #1 - 2015

Drie maanden duurde het selectieproces. En in die maanden werd het mij steeds duidelijker welke footprints mijn voor-ganger Clemens Bolhaar samen met de medewerkers van de BIM heeft achtergelaten. Het aanvaarden van de functie van directeur is een grote eer – maar de lat ligt hoog. Big shoes to fill dus.

Sinds haar oprichting in 1950 is de BIM trouw gebleven aan haar missie: het stimuleren van ondernemerschap en werkgelegenheid in ’s-Hertogenbosch. Steeds is zij met haar tijd meegegaan in de manier waarop hieraan invulling werd gegeven. In de jaren ’50 zat de BIM voornamelijk in pure industriegebouwen. Anno nu is ze de drijvende kracht achter gethematiseerde bedrijfsverzamelgebouwen en participeert ze in het Brabant Life Sciences Seed Fonds en OndernemersLift+. En in de toekomst? Ook dan zal de BIM meegaan met de tijd. Het bieden van passende huisvestingsconcepten, het actief ondersteunen van ondernemers, het verbinden van onderne-mers, overheden en onderwijsinstellingen, het participeren in ondernemingen: er zijn talloze manieren waarop invulling kan worden gegeven aan deze missie. ’s-Hertogenbosch is sinds haar ontstaan een stad geweest die openstond voor mensen en invloeden van buiten. Daarmee haalde zij kennis, kunde, inspiratie, dynamiek en welvaart binnen haar stadsmuren. De ambities waren groot en enor-me werken werden verzet om de handel binnen te halen. De aanleg van de Zuid-Willemsvaart door de stad is hier een mooi voorbeeld van.

Het stimuleren van lokaal ondernemerschap en het naar onze contreien halen van ondernemerschap van buiten zal ook in de toekomst bijdragen aan een samenleving die floreert. Ik kijk ernaar uit hier mijn steentje aan te mogen bijdragen. Clemens Bolhaar mag in ieder geval meer dan tevreden terug kijken op zijn vele steentjes, waarvan De Gruyter Fabriek zonder twijfel een parel in de kroon van ’s-Hertogenbosch mag worden genoemd.

Big shoesto fill

Maurice Horstendirecteur BiM

illu

STra

TiE

ze

nk

on

e

p 9

– pit column –

Page 10: PIT Magazine #1 - 2015

de wethouderJeroen Weyers, wethouder Cultuur gemeente ’s-Hertogenbosch: “Het Bossche culturele klimaat is zeer kansrijk. Er is volop talent aanwezig: neem de theatergezelschappen MATZER en Artemis, de onlangs gerenoveerde Willem II Fabriek en de Kunst-academie. Ook valt er op het gebied van culturele evenementen weinig te klagen. Wel is er meer winst te behalen in het aantrekken en behouden van jongeren. Door subsidie te verstrekken aan evenementen zoals B-There en Festival Cement bieden we jong talent een podium en studenten een aantrekkelijk cultureel aanbod. Ook het terrein van De Heus heeft de gemeen-te voor tien jaar aan de stad geschonken. Dit levert kansen op voor jonge makers, experiment en groei.”

‘Er is volop talent aanwezig. Nee, op het gebied van culturele evenementen valt er weinig te klagen’

de kunstenaarMargriet Kemper, beeldend kunstenaar, publicist en docent aan de AKV|St. Joost: “Voor jonge beeldend kunstenaars heeft de stad zeker meer potentie ge-kregen: er is het Makershuis, de Kunsthal Boschveld, er zijn meer atelierruimtes gekomen en de Willem II Fabriek heeft een goed oog voor deze jonge generatie. Broedplaatsen kun je alleen niet organiseren; die ont-staan. Daarom pleit ik voor meer flexibiliteit en ruimte om initiatieven te laten groeien, naast de bestaande, grote instituten. Door als stad gehoor te geven aan verschillende ambities van individuele kunstenaars

en cultuurmakers verhoog je de levendigheid van het culturele klimaat aanzienlijk.”

de museumdirecteurRené Pingen, directeur Stedelijk Museum ’s-Hertogenbosch: “Den Bosch heeft een gunstig cultureel klimaat, dat blijkt ook uit onderzoek. Onze stad behoort tot de zes grootste Nederlandse steden in culturele aanbodomvang en -diversiteit. Zo zijn hier onder meer goede musea en galeries aanwezig. De investeringen in een goede culturele infrastruc-tuur betalen zich terug: volgens de Cultuurkaart Den Bosch uit 2012 leveren podiumkunsten en kunst-musea jaarlijks zo’n 14 miljoen euro aan welvaarts-winst op. Dit getal zal sinds de opening van het nieuwe Museumkwartier ongetwijfeld zijn gestegen. Samen met Het Noordbrabants Museum hebben we inmiddels ruim 500.000 bezoekers mogen verwelkomen.”

de muzikantJeroen Straatman, gitarist van de Bossche funk- en soulband Straight from the Fridge: “In potentie vind ik het culturele klimaat kansrijk, het moet er alleen nog meer uitkomen. Jonge creatievelingen vertrek-ken na hun studie vaak richting de Randstad. Zonde, want hierdoor gaat hun bruisende energie verloren. Om te repeteren met onze achtkoppige band wijk ik uit naar Tilburg, aangezien het hier aan een goed bandklimaat, voldoende podia en geschikte voor-zieningen ontbreekt. Wat Den Bosch kan doen om aantrekkelijker te worden voor muzikanten? Fijne repetitieruimtes creëren met een naastgelegen café. Dat lijkt me een eerste goede stap om muzikaal talent en kruisbestuiving te stimuleren.”

Hoe scoort onze stad op cultureel gebied? Is er voldoende potentie? Waar valt nog winst te behalen? We peilen de

mening van zes spelers in het culturele veld.

Het culturele klimaat in ’s-Hertogenbosch:

kansloos of kansrijk?

TEK

ST l

ind

a G

ro

oth

uij

se

illu

STra

TiE

he

do

f

p 10

– pit peilt –

Page 11: PIT Magazine #1 - 2015

‘Meer podia en meer repetitie-ruimtes: daarmee zou Den Bosch aantrekkelijker worden voor muzikanten’

de ondernemerPatrick Kloth, eigenaar van grafi sch bedrijf Kleefkracht: “Soms vind ik dat er te veel wordt geklaagd. We mogen ons best gelukkig prijzen met wat hier allemaal te zien en te beleven is. Niet alleen als inwoner, maar ook als ondernemer draag ik cultuur een warm hart toe. Zo is Kleefkracht onder meer betrokken bij Jheronimus Bosch 500 en Theaterfestival Boulevard. Door je als bedrijf te committeren aan kunstprojecten en cultu-rele evenementen creëer je een kansrijker cultureel klimaat. Dit brengt ondernemers ook iets: cultuur draagt bij aan een aantrekkelijk woon- en leefklimaat. Daarnaast verbindt en inspireert het enorm. Jaarlijks neem ik zakelijke relaties mee naar de Boulevard. Ik vind het veel leuker om een culturele beleving met

relaties te delen, dan hen aan het eind van het jaar een fl es wijn cadeau te doen.”

de artistiek leiderMadeleine Matzer, artistiek leider van MATZER Theaterproducties: “Den Bosch heeft een goede culturele infrastructuur; één van de redenen om mij als theatermaker aan deze stad te verbinden. Er is een rijke voedingsbodem en de gemeente staat open voor culturele initiatieven zoals Bosch Parade en het stads-project OOG. Wel mis ik voldoende mogelijkheden voor nieuw theatertalent. Vanwege overheidsbezuinigingen is Productiehuis Brabant gestopt, een groot verlies voor onze podiumkunststad. Gelukkig bieden Festival Cement en Fabrikaat jonge makers kansen, maar er zou meer structurele ondersteuning voor hen mogen komen. Door de bezuinigingen zijn culturele organisa-ties afhankelijker van steun vanuit het bedrijfsleven geworden. Deze ontwikkeling kan voor een positieve wisselwerking zorgen. Ik ben ervan overtuigd dat wij vanuit onze expertise ondernemers een frisse en waardevolle blik op hun bedrijf kunnen bieden.”

p 11

– pit peilt –

Page 12: PIT Magazine #1 - 2015

lekkerbek vS. salade niçoise

wie Chelsea Bosters (20) beroeP online en social media marketeer wat lekkerbek, hard broodje, cola lightwaar viskraam Hulskes, Markt ’s-Hertogenbosch waarom “Een lekker visje op de Bossche Markt, wat wil je nog meer?” kosten € 4,90

wie Hans van der Putten (39)beroeP eigenaar ‘Hans van der Putten, totaalconcept op woongebied’wat salade Niçoise, verse jus d’orange, water, espressowaar Silva Ducis, Parade ’s-Hertogenboschwaarom “Zo’n salade is gezond, lekker en goed verzorgd. En het personeel is hier prettig.”kosten € 16,05

– pit luncht – fo

Tog

rafi

E f

ra

nk

va

n d

elf

t

p 12

Page 13: PIT Magazine #1 - 2015

boterhammet

inspiratieOntbijten moet je toch. Dus als je bij die boterham-

metjes meteen je kennis kunt aanscherpen, dan is dat mooi meegenomen. Partner in Marketing organiseert meerdere malen per jaar een InspiratieOntbijt in De Gruyter Fabriek, waarbij steeds andere sprekers hun visie loslaten op een theorie of topic. Thema’s die al

voorbijkwamen: hoe je van je medewerkers ambassa-deurs kunt maken, wat we kunnen leren van familiebe-

drijven en hoe je team en je merk elkaar versterken. Aanschuiven leidt tot inspiratie, discussie en inzicht en

is bovendien gratis – waar vind je dat tegenwoordig nog?www.partnerinmarketing.nl

DIGI-TEST Altijd leuk om tijdens een verloren moment te doen: de testjes op www.quest.nl. Probeer reclameslogans of dierengeluiden te herken-nen, herken de boeven of ontdek hoeveel (of hoe weinig) je van mannelijke en vrouwelijke genitaliën weet. Je kunt de scores vergelijken met die van Nederland, maar ook je collega’s uitdagen. Heb je daarna weer voldoende gespreksstof voor bij de lunch.

op volle toeren Noordoost Brabant wil in 2020 de topregio in agrifood zijn. Daarom is AgriFood Capital in het leven geroepen: een netwerk waar ondernemers, onderwijs en over-heid samenwerken aan een sterke agrifoodsector. Voor ondernemers met innovatievragen wordt nu de Agri-food Innovatie Motor ontwikkeld. Dit project gaat een infrastructuur bieden waarbij ondernemers hun plan kunnen pitchen voor een ervaren ondernemerspanel, vervolgens deskundige begeleiding en coaching krijgen en geholpen worden bij de implementatie van hun innovatie. Het idee is de krachtige agrifoodmotor harder te laten draaien. Mooi initiatief voor onderne-mers met een briljant innovatieidee!

Stop met ja-marenDenken in termen van kansen en niet van problemen: dat noem je omdenken. Voor wie er weleens van gehoord heeft, maar het fi jne niet weet: op www.omdenken.nl vind je naast de theorie ook fi lmpjes en plaatjes over omden-ken. En om die theorie meteen te toetsen kun je ook zelf ‘omdenkend meedenken’ over nieuwe oplossingen voor alledaagse vraagstukken. Wie de smaak te pakken heeft, kan zich aanmelden voor een cursus, workshop of theatershow.

Red de salestijger

Wist je dat salestijgers tot een uitstervend ras behoren? Verkopers die echt willen jagen op hun

business, ze schijnen er nauwelijks nog te zijn. Daarom vond Marc Dijk het nodig er een boek

over te schrijven. Hij deelt zijn grensverleggende oplossingen om meer omzet en winst te realise-ren, om bestaande klanten groter te maken en nieuwe klanten te winnen. Een tikje confron-terend is hij wel. Maar als je overtuigend wilt

verkopen, moet je daar even doorheen. Het is aanvallen of uitsterven!

door Marc Dijk, ISBN: 9789402600247, € 19,95

Naar het caféIn 2016 is het 500 jaar geleden dat Jheronimus Bosch

zijn laatste adem uitblies. Om dat te herdenken is een groots programma opgezet vol sociaal-culturele, wetenschappelijke en artistieke activiteiten. In aan-loop naar het evenement wordt tweemaandelijks het Bosch 500 Café georganiseerd. Geïnteresseerden en

betrokkenen worden dan bijgepraat over de stand van zaken en nieuwe ontwikkelingen. Behalve ruimte voor

presentaties is er tijd om ideeën uit te wisselen en elkaar te inspireren. Iedereen is welkom, de entree is

gratis. Kijk voor data op www.bosch500.nl

– pit tipt –

p 13

Page 14: PIT Magazine #1 - 2015

Wat is snellezen?Simpel gezegd: in een snel tempo lezen en het ook nog onthouden. Wie ‘normaal’ leest, leest 150-250 woorden per minuut (w/pm). Wie snel leest, leest zo’n 1000 w/pm.

Wat schiet ik ermee op?Reken maar even mee. Wie een rapport moet lezen van 40.000 woorden, doet daar gemiddeld genomen twee uur en veertig minuten over. Kun je snellezen, dan jas je zo’n rapport er in veertig minuten doorheen. Tel uit je tijdwinst! Enthousiastelingen claimen daarnaast dat je met snellezen de tekst ook beter onthoudt (zie vraag 4).

Hoe werkt het?Bij gewoon lezen gebruik je het gedeelte van je hersens waar ook spraak en geluid verwerkt wordt. Je praat als het ware in stilte tegen jezelf. En een spreektempo ligt nou eenmaal niet hoger dan 250 w/pm. Bij snellezen ga je een ander gedeelte van je hersens gebruiken: het gedeelte waarmee je ook beeld bekijkt. Zo kun je een groter plaatje overzien, in plaats van woord voor woord. Dat gaat sneller.

Maar… dat kun je toch niet allemaal onthouden?Het spreektempo mag dan niet hoger liggen dan die 250 w/pm, een gemiddeld denktempo ligt wel veel hoger: 1400 w/pm. Het verklaart voor een deel ook waarom je afgeleid kunt zijn als je leest: je hersens hebben het gewoon niet druk genoeg. Dat los je mooi op als je snelleest. Voorstanders beweren daarom dat je met snellezen zo’n 80% van een tekst onthoudt. Met gewoon lezen is dat 50%-60%.Als je gewoon leest, gebeurt het wel dat je af en toe

een stukje teruggaat in de tekst: wat stond daar nou ook alweer? Je was even afgeleid. Bij snellezen is dat niet de bedoeling, vertrouw er maar op dat die verge-ten tekst wel weer tot je komt.

Hoe leer ik het?Door veel te oefenen.• Pak een potlood en wijs de tekst in een vloeiend

tempo aan, net even sneller dan je leest. Zo trek je je ogen mee, want die zijn gewend om objecten te volgen. Doe het steeds een beetje sneller. Op een gegeven moment, als de snelheid er lekker inzit, ga je heen van links naar rechts. Vervolgens ga je op de volgende regel terug van rechts naar links. Dan lees je dus een regel achterstevoren. Het is verba-zingwekkend hoe snel je hersens uitvogelen wat er staat. De volgende stap is dat je twee regels tegelijk leest (en weer twee regels terug achterstevoren). Je verruimt dus je blikveld.

• Zorg voor een metronoom en lees met het tempo mee: 1 tik is 1 regel. Vanzelfsprekend voer je dat tempo steeds een beetje meer op.

• Er zijn ook allerlei cursussen snellezen te volgen. Kwestie van even Googlen. Prijzen lopen sterk uiteen van een paar tientjes tot wel duizend euro.

SnellezenAls je voor je lol leest, is het prima om daar de tijd voor uit te trekken.

Maar wie verslagen, rapporten en onderzoeken moet doorspitten, wil dat het liefst zo snel mogelijk doen.

1

2

3

4

5

Sean Adam is een van de grond-leggers van het snellezen. Hij leest 3850 w/pm. Wetenschap-

pers stellen echter dat dat niet kan. Je oogbol is gewoonweg fysiek niet in staat om zo snel te bewegen. Voorstanders beargumenteren op hun beurt dat als je maar lang genoeg oefent, je niet meer zo vaak heen en weer gaat met je ogen als bij gewoon lezen.

P.S.

TEK

ST k

ar

en

kr

oo

nst

uiv

er

– pit leert –

p 14

Page 15: PIT Magazine #1 - 2015

In zijn atelier bedenkt, ontwerpt en produceert Anton de Groof van Masimo en Tonone meubels, lampen en interieurs.

“Ik ben gefascineerd door technische oplossingen. Alles moet kloppen tot in het laatste detail.”

TEKS

T m

ar

iell

e s

ee

Ge

rs

fo

Tog

rafi

E f

ra

nk

va

n d

elf

t

p 15

– pit kijkt binnen –

alles moetkloppen

Page 16: PIT Magazine #1 - 2015

Made in Holland“Ik probeer alles in Nederland te laten maken, wij zijn heel innovatief als het om productie gaat. Hoe ingewikkeld een probleem ook is, er komt altijd een oplossing. Gewoon, door een stapje extra te zetten. Een deel van de productie doen we hier, in onze eigen werkplaats. Zo kunnen we zelf uitvin-den hoe een product het beste in elkaar gezet kan worden. Eigenlijk hebben we te weinig ruimte, dus wordt het al snel een rommeltje. Maar ik wil graag alles in eigen hand houden, zeker in de beginfase.”

Schetsbonnetjes“Elk ontwerp begint met schetsen. Ik ga daar niet echt voor zitten, de eerste ideeën borrelen spontaan op. Het kan gebeuren wan-neer ik door de stad loop of in een museum ben. Ik moet dan snel gaan zitten om die gedachtes uit te werken. De eerste schetsjes staan daarom vaak op de achterkant van bonnetjes.”

“Vroeger werden er prachtige kleuren op auto’s gezet. Zulke plaatjes vormen een bron van inspiratie.”

p 16

– pit kijkt binnen –

Page 17: PIT Magazine #1 - 2015

Vogelkooi“Ik werd gevraagd om het winkelinterieur voor Scotch & Soda in Haarlem te ontwer-pen. Ze hadden een prachtig oud pand helemaal gerenoveerd. Ik vond het zonde om de muren, die allemaal waren opge-knapt, weer aan te tasten en te verbergen achter rekken. Zo ontstond deze vogelkooi- constructie. Hij is los in de ruimte ge-plaatst zodat je het oorspronkelijke gebouw erachter blijft zien.”

Vleugelmoer“Ik heb een fascinatie voor mechanische constructies, ben altijd bezig geweest met technische oplossingen. Zo’n bewegend poppetje: ik vind het prachtig hoe dat werkt. Zo is ook de serie lampen Bolt van Tonone ontstaan. De lamp heeft een scharnier met kleine kogellagers dat je met behulp van een vleugelmoer kunt ver-stellen. Die moer vormt vervol-gens ook weer een onderdeel van de lamp zelf.

Mijn ontwerpen zijn niet ver-zonnen of bedacht want dat soort ontwerpen doorstaan de tand des tijds niet. Ik maak dingen die mensen begrijpen. Ik hou niet van one-day-toys: iets wat je vandaag koopt en morgen weer lelijk vindt. De zorgvuldige manier waarop iets gemaakt is, de aandacht die aan elk detail besteed is, dat maakt dingen mooi.”

p 17

– pit kijkt binnen –

Page 18: PIT Magazine #1 - 2015

start &finish

Clemens Bolhaar (65)Voormalig directeur BIMGetrouwd, 2 dochters, 2 kleinzoons “De sollicitatierondes voor mijn opvolger hebben we net afgerond. Ik moet natuurlijk niet over mijn graf heen regeren, maar je wilt alles op een goede manier achterlaten.”

StARt

FINISH

Mark Goossens (29)Eigenaar webshop dehorecabazaar.nlRelatie“Ik ben net naar de Kantonfair geweest, de grootste exportbeurs ter wereld. Dat was overweldigend, abnormaal groot. Je leert er veel mensen kennen. Contacten met goede leveranciers zijn belangrijk.”

TEKS

T k

laz

ien

la

an

sma

fo

Tog

rafi

E f

ra

nk

va

n d

elf

t

p 18

– pit inspireert –

Page 19: PIT Magazine #1 - 2015

Stoppen of starten – het is allebei een proces. Mark Goossens is al een jaar geleden begonnen met dehorecabazaar.nl, zijn webshop vol eigentijdse feest-artikelen. Pas recent heeft hij zijn topbaan als vermo-gensbeheerder opgezegd om fulltime ondernemer te worden: “Het bleef kriebelen!” Clemens Bolhaar weet ook al geruime tijd dat hij gaat stoppen als BIM-direc-teur: “Mensen beginnen me te vragen: ben je al weg of ga je nog weg? Als dat maar vaak genoeg gebeurt, dan ben je er vanzelf aan toe…”

AmbitiesAmbities, die hebben ze allebei genoeg. Marks eerste doel is het assortiment van dehorecabazaar.nl uit te breiden. Daarna wil hij de sprong naar de Duitse markt wagen: “Daar wonen vijf keer zoveel mensen als in Nederland. Misschien wil ik later ook andere handels- activiteiten opzetten die niet per se met horeca te maken hebben.”Clemens ziet ondanks zijn naderend pensioen zijn activiteiten voorlopig niet afnemen. Als netwerker pur sang blijft hij meedraaien in diverse besturen: “Bij twee gezondheidsorganisaties, bij stichting ’s-Hertogenbosch Vestingwerken waar ik voorzitter ben en als ambassadeur van de Weener XL-groep. En na-tuurlijk ga ik mij ontplooien in mijn nieuwe rol van opa: afgelopen zomer zijn onze twee kleinzoons geboren.”

Clemens: ‘laat je niet beperKen door eerdere Keuzes – je Kunt zoveel meer!’

OntplooiingsdriftWelke tip heeft Clemens als oude rot in de Bossche ondernemerswereld? “Volg je ontplooiingsdrift! Laat je niet beperken door eerdere keuzes in je leven. Je kunt

Mark staat aan het begin van zijn carrière, Clemens sluit hem af. Een mooi gesprek tussen starten en stoppen over drijfveren, succesfactoren en een flinke dosis eigenzinnigheid.

zoveel meer! Mensen die zich breed blijven ontwik-kelen, zijn het gelukkigst.” Mark heeft al veel onder-nemersverhalen gehoord: “Hoe ze gestart zijn, waar het tegen zat , hoe ze doorgingen. De succesfactoren zijn altijd anders, je kunt moeilijk vergelijken.” Behalve dat ene: “Sterke drijfveren, die heb je nodig.” Ook een beetje eigenwijs zijn en tegen de stroom in durven zwemmen, vult Clemens aan. “De Gruyter Fabriek zou anders nooit gerealiseerd zijn…”

Mark: ‘de stap naar onder- nemen werd steeds moeilijKer. iK dacht: nú moet het gebeuren’

De StapZowel Mark als Clemens hebben de veiligheid van een zeer solide loopbaan vaarwel gezegd. Clemens: “Ik ben keurig opgeleid tot fiscaal jurist. Zo startte ik bij het Ministerie van Financiën.” Later werd hij belastingadviseur en partner bij KPMG: “Je mocht alleen adviseren op je eigen specialisatie. Die koker werd voor mij steeds nauwer.” Clemens stapte uit de fiscale praktijk en werd bestuurder-adviseur in onder meer de gezondheidszorg. “Ik had heel sterk behoefte aan die verbreding.”Mark herkent dit: “Na mijn studie rolde ik in het vermogensbeheer.” Hij bleek er talent voor te hebben. In een moeilijke tijd behaalde Mark goede resultaten op de financiële markten en maakte hij snel carrière. “Intussen had ik wel steeds ideeën en plannen voor een eigen zaak. Vorig jaar dacht ik: nu moet ik het wel gaan doen! De stap wordt steeds moeilijker, want je raakt gewend aan een bepaalde levensstijl. Nu heb ik nog geen kinderen, alleen een hypotheek.”

p 19

– pit inspireert –

Page 20: PIT Magazine #1 - 2015

illu

STra

TiE

ev

a v

an

de

n d

un

Ge

n

p 20

– pit typeert –

Page 21: PIT Magazine #1 - 2015

PIT babbelde met een gedreven doener en tekende een schatkaart van zijn ondernemende geest. Benieuwd wie dit is? Twitter m ee met #PItmag. In het volgende nummer een interview! p 21

– pit typeert –

Page 22: PIT Magazine #1 - 2015

de reis die ondernemen heet

Ruimte voor een nieuwe manier van werken

TEK

ST m

ar

iell

e s

ee

Ge

rs

fo

Tog

rafi

E f

ra

nk

va

n d

elf

t

p 22

– pit ontwikkelt –

Page 23: PIT Magazine #1 - 2015

Het leger van zelfstandige professionals groeit. Hoewel ze vaak al-leen werken, willen ze niet altijd alleen zitten. Ze hebben behoefte aan een werkplek – maar hoeven niet per se een eigen kantoor-ruimte. Ze zoeken een plek waar ze andere zelfstandigen kunnen ontmoeten. Een plek die samenwerken, kennis delen en ervaring uitwisselen mogelijk maakt. Een plek die bruisend en dynamisch is, maar waar je ook lekker op jezelf kunt zijn en gewoon je eigen ding kunt doen.

Dit is niet de plek waar je moet werken, maar de plek waar je wilt werken Werkplek 2.0Daar moeten we wat mee, dacht de BIM. En zo ontstond ‘Eerste Klasse’, een nieuw huisvestingsconcept. Jeroen Carels, manager commerciële zaken: “Het klinkt misschien wat filosofisch maar er is een omslag zichtbaar in hoe we in onze samenleving denken over bezit. Een cd koop je niet meer, die luister je via Spotify. Je huis leen je uit via Airbnb. En steeds meer mensen delen maaltij-den met buurtgenoten. Die trend van ‘bezit’ naar ‘gebruik’ wordt ook wel ‘collaborative consumption’ genoemd. We gaan naar een deeleconomie, een netwerkeconomie. Met die gedachte in ons achterhoofd hebben we nagedacht over hoe ondernemers nu en in de toekomst willen werken. We hebben de werkplek een nieuwe definitie gegeven: werkplek 2.0 is niet de plek waar je moet werken, maar de plek waar je wilt werken. Zo is Eerste Klasse ontstaan.”

OntdekkingsreisEerste Klasse, dat doet denken aan reizen – en dat is niet toevallig. “Ondernemen is in feite een reis die je maakt,” zegt Jeroen Carels. “Je begint eraan, maar weet niet waar je zult eindigen. Soms neem je een onverwachte afslag en verander je van koers. Soms reis je alleen, soms samen. Soms kies je voor luxe, soms reis je sober. Ondernemen is één grote ontdekkingsreis en tijdens die reis kunnen je behoeftes veranderen. Dat is precies de gedachte achter het Eerste Klasse concept.”Eerste Klasse biedt kwalitatief goede werkplekken met alle be-nodigde voorzieningen en kent daarin twee niveaus: Premium en Scout. “Premium is de luxere versie, waarin bijvoorbeeld het meu-bilair echt top of the bill is. Scout richt zich meer op de starter die zichzelf en zijn bedrijf nog moet ontdekken. De inrichting zal wat meer low profile zijn en de huurders hebben minder vierkante me-ters tot hun beschikking. Prima voor starters die nog zoekende zijn.

Ons land telt steeds meer zelfstandige professionals. Zij hebben behoefte aan een fijne werkplek – maar hoeven niet per se een eigen kantoor.

Gat in de markt, dacht de BIM. En zo ontstond Eerste Klasse, een gloednieuw werkplekconcept.

Zij huren tegen een lager tarief en daarmee hopen wij een steentje bij te kunnen dragen aan het succes van zo’n jonge onderneming.”

Sociale interactie of gewoon je eigen ding doen: hier kan het allebeiDynamisch werkenBegin 2015 is de eerste locatie van Eerste Klasse een feit. In De Gruyter Fabriek kunnen zelfstandigen dan aan de slag op zo’n werkplek nieuwe stijl. Ze huren een vaste plek aan een van de twintig bureaus of een van de acht flexplekken aan de grote tafel en betalen daarvoor maandelijks een vast bedrag. Daarbij is alles inbegrepen: gebruik van je eigen bureau met stoel, een printer en kopieermachine, draadloos internet, een eetkeuken waar je kunt lunchen, een goede koffieautomaat, een afgesloten vergaderruimte en een relaxte loungeplek. Je hoeft alleen je laptop nog maar mee te nemen. Eerste Klasse heeft een eigen smoel: de inrichting is eigenwijs en hip, met een mix van nieuw en vintage, van industriële elementen en oosterse tapijten. Carels: “We wilden beslist geen standaard kantoorinrichting of het gevoel van een meubelshowroom hebben. En dat is prima gelukt! De vormgeving is van Marloes van Dijk van Studio Daad, Misha Breuer en Job Conen tekenden voor het interieur. Het resultaat is een dynamisch geheel met een duide-lijke eigen uitstraling. Je bent hier niet te gast – dit is jouw eigen werkplek.”Meer weten over Eerste Klasse? Kijk op www.eersteklasse.com of www.nvbim.nl

p 23

– pit ontwikkelt –

Page 24: PIT Magazine #1 - 2015

Concurrenten? Ja. Maar samen zijn ze sterker dan alleen

beste buren

‘Met kop en kont’ liggen ze tegen elkaar aan: A.M.I. Complete Project Interieurs en Van Schijndel Interieurbouw. Twee concurrenten die samenwerken. Zo kan het ook! Ondernemers René van den Hout (55) en Rien van Schijndel (53) delen veel, als het zo uitkomt. Werk, personeel, materiaal. Maar vooral geschiedenis…

Andere visieWie in de jaren ’70 een zeven scoor-de voor zijn praktijkvakken op school mocht solliciteren bij Peter van den Akker. Rien: “Destijds was Peter dé toonaangevende interieurbouwer in Zuid-Nederland.” René werkte er al, als vakantiekracht.In 1980 stapten Rien en René naar

de Kamer van Koophandel om samen een bedrijf te beginnen. René: “Toen kwamen we erachter dat we een andere visie hadden op bedrijfsvoering.” Het was crisis, dus de bank gaf geen lening.Einde verhaal? Nee. Rien begon voor zichzelf in de interieurbouw en kreeg een bloeiend bedrijf. René werd ma-nager in een cultureel centrum, maar vond daar geen uitdaging meer in. Toen zijn oude baas Peter van den Akker hem belde, hoefde hij niet lang na te denken. René nam Peters zaak over en zette het ‘gas erop’. Rien had de pech dat een order van 3,6 miljoen niet doorging. “Het vet was van het bot af. Ik moest terug naar kleinschalig en kon tijdelijk bij A.M.I. terecht.” René had ruimte

genoeg voor onderhuur en had juist veel werk: “Ik was blij dat Rien overeind bleef en werk kon overnemen.” Zo werden ze samenwerkende buren.

Open kaartWat delen ze eigenlijk niet? Als echte Bossche bollen zijn Rien en René ieder voorzitter van een carnavalsvereniging. Ze spelen zelfs hetzelfde instrument: de kleine trom. René: “We lijken soms wel een eeneiige tweeling.” Toch blijven ze bewust twee bedrijven voeren. René: “Ieder trekt z’n eigen kar. We spelen open kaart naar onze klanten. Iedereen snapt dat in deze tijden samenwerking een sterk punt is.” Rien: “En samen heb-ben wij ruim 70 jaar ervaring.”TE

KST

kla

zie

n l

aa

nsm

a

foTo

gra

fiE

ev

ita

co

Pie

r

– pit verbindt –

p 24

Page 25: PIT Magazine #1 - 2015

Vastgeroest? Ingekakt? tijd voor een buttkickJe moet het allemaal uit jezelf halen als ondernemer. En omdat je ook maar een mens bent, lukt dat bij vlagen ook weleens wat minder. Dan is het handig als je eens een schop onder je kont krijgt. Van Jan Dijkgraaf bijvoorbeeld, een professionele buttkicker.

TEK

ST k

ar

en

kr

oo

nst

uiv

er

il

luST

raTi

E r

ov

er

s d

e r

idd

er

– pit motiveert –

p 25

Page 26: PIT Magazine #1 - 2015

Er is er maar één verantwoordelijk voor jouw werkgeluk: en dat ben jij!

‘Mensen willen gewoon steeds meer voor minder geld.’ ‘De klant beslist steeds later, maar heeft wel steeds meer haast.’‘Mijn concurrentie werkt onder de prijs, het is haast niet meer te doen.’‘De buren hebben een veel lagere huur dan ik.’‘Mensen zijn gewoon niet meer bereid om voor mijn product/dienst bij mij te komen.’Hebben wij ondernemers reden tot klagen? Nou ja, klagen kan altijd. Is het niet over de crisis dan is het wel over het veranderende gedrag van onze klanten. Even lekker zeuren, dat kan op zijn tijd best lekker zijn en ontspannend werken. Maar wie bij zichzelf kan constateren dat hij meer beren op de weg ziet dan allerlei kansen waar hij zin van krijgt, die moet zich eens even achter de oren krabben. Je werk doe je omdat je het leuk vindt – je besteedt er immers nogal wat uren per week aan!

Ware koeienNiet op tijd je koers bijstellen of iets nieuws (erbij) ondernemen. Dat is waar veel ondernemers volgens Jan Dijkgraaf (1962) de mist ingaan. Jan Dijkgraaf is van alles: columnist, schrijver en professional buttkicker (Buttkicken.nl). Iemand dus die je uiterst vakkundig een schop onder je achterste geeft, zodat je weer vooruitkomt in je professionele leven. Hij spreekt tot iedereen in een werkend leven die het dak niet heeft gerepareerd toen de zon nog scheen,

maar die – nu het regent – toch iets aan de lekkages wil doen, of die zich ‘gewoon’ afvraagt of het niet tijd wordt voor iets anders. Jan Dijkgraaf stelt in zijn boek ‘Buttkick jezelf!’ (€ 16,95 uitgeverij BBNC) dat er maar één verantwoordelijk is voor jouw werkge-luk en dat ben je zelf. Dat klinkt als een makkelijke oneliner uit een Amerikaans help-jezelf-boek. En, toegegeven, er staan in dit boek nogal wat koeien van waarheden. Maar Jan is geen overdreven enthou-siaste Amerikaan: hij is een nuchtere Rotterdammer die in Friesland woont, zelf succesvol ondernemer is en zijn sporen in de mediawereld heeft verdiend. Wie het leest, krijgt een spiegel voorgehouden: streng doch rechtvaardig. Daarnaast staan er nogal wat eyeopeners in zijn boek. Allemaal heel vlot leesbaar en zo simpel dat je af en toe denkt: toch raar dat ik dit niet al doe. Of: dat ik dit niet nog beter doe. Een voorbeeld: besteed vier uur per week aan nieuwe business. En voor wie roept dat ‘ie daar te druk voor is: je hoeft in die vier uur niet per se nieuwe klanten proberen binnen te halen, je kunt ook nadenken over nieuwe producten of over nieuwe manieren om je business te voeren. Wanneer dan? Dijkgraaf: “Je zit toch weleens in de auto? Staat toch weleens onder de douche? Er komt een dag dat je business mis-schien niet meer zo booming is en ze jou niet meer bellen of producten van je willen. Dat moment moet je vóór zijn als succesvolle ondernemer.”

Goedkoop is een relatief begripEen andere tip: besteed uit wat je uit kunt besteden. Het lijkt slim: om zelf te doen wat je zelf kunt doen. Maar daar denkt Dijkgraaf anders over. “Bij sommige activiteiten is het de vraag of jij dat zelf echt beter en goedkoper kunt dan een ander. Is het antwoord op die vraag (met in het achterhoofd: schoenmaker blijf bij je leest) ’nee’ en heb je de centen, besteed dan taken uit. Dat bespaart je heel veel tijd. Deskun-digen doen het sneller, mooier, beter en uiteindelijk goedkoper. Goedkoop is een relatief begrip. Als jij per uur 80 euro kunt declareren, is iedereen die minder dan 80 euro per uur kost goedkoper. Maar als jij er twee keer zo lang over doet, dan is iedereen die minder dan 160 euro per uur kost goedkoper. Da’s helder toch? En dan ga jij natuurlijk zeggen: ja, maar

p 26

– pit motiveert –

Page 27: PIT Magazine #1 - 2015

die uren heb ik toch niets te doen! Dus dan levert het me geen geld op. Zorg er dus voor dat je die uren gaat vullen met dingen waar je wel goed in bent (betaald) óf je gaat die uren vullen met dingen die je wel leuk vindt (desnoods onbetaald, als het iets met vrije tijd is). Bottom line: wie het zich kan veroorloven, koopt tijd voor zichzelf door werk te outsourcen.”

Focus op je doelGeen ondernemer kan langdurig succesvol zijn als hij of zij geen doel stelt. Het is belangrijk om te focus-sen. Dijkgraaf: “Sinds het WK-voetbal in Zuid-Afrika hebben zelfs de haringboer op de hoek en de portier van het ziekenhuis het erover: focus. En aan focussen gaat iets heel belangrijks vooraf: een missie formu-leren. Zeggen wat je doel is. Dat geldt als je leiding geeft, dat geldt als je eenpitter bent. Je moet weten én zeggen: dit is mijn doel. En zo gaan we het berei-ken. Alles wat daarbij in de weg staat of gaat staan, vernietigen we. Het klinkt kinderlijk eenvoudig. En dat blijkt het in de praktijk dus niet te zijn. We laten ons allemaal, telkens weer, constant, afleiden. Door zaken die totaal irrelevant zijn voor het bereiken van het heilige doel.Focus op heel meetbare doelen. Een x procent stijging van verkoop, x euro omzet per jaar. Daar kun je commitment voor vragen, krijgen of eisen. Van anderen en van jezelf. Vervolgens leer je ze (of jezelf) dat zij verantwoordelijk zijn voor het bereiken van dat doel. Dat doel heiligt de middelen. Het dondert echt niet hoe, maar het doel moet worden gehaald. En dat moet elke dag op het netvlies staan.” Wie in zijn hoofd blijft ‘ja maren’ op de vragen die je gesteld worden? Die wil de zaken niet echt verande-ren, stelt Dijkgraaf. Dan heb je blijkbaar redenen om vast te houden aan wat je hebt of hoe je dingen aan-pakt. Het waarom daarvan is ook interessant om uit te zoeken – maar dan kom je wel in de therapeutische afdeling van de zelfhulpboekenplank terecht.

Au! Vijf kontschoppen die je wel even voeltGoedkoper zijn dan je concurrentie werkt nietOm een lang verhaal kort te maken: op den duur komt er een concurrent die weer goedkoper zal zijn dan jij. Zie hier de negatieve spiraal waarin concurrenten el-kaar kapot maken omdat ze met te velen in dezelfde vijver vissen. Dus? Lever iets wat de concurrentie niet heeft.

Verzin geen oplossingen voor jezelf, verzin een oplossing voor je klantAls dat lukt, ga je meer verdienen. Want jouw prijs zorgt voor een oplossing waar jouw klant op zit te wachten. Klinkt simpel, maar doe je het ook echt in je dagelijkse bestaan?

Géén tijd? Dan maak je maar tijd!‘Ik zou wel willen, maar ik weet niet of ik de tijd kan vinden.’ Smoesjes, vindt Dijkgraaf. Kom gewoon één uur eerder per dag je bed uit. Dat is 7 uur per week, 30 uur per maand en 360 uur per jaar. Dat zijn 9 (!) fulltime werkweken. Als het je in die tijd niet lukt om een nieuw project van de grond te krijgen, dan had je gewoon geen zin.

Aan jaknikkers om je heen heb je niksTenminste, niet als je een nieuw plan hebt. Nieuwe plannen hebben behoefte aan een advocaat van de duivel. Liefst een paar. Dat zijn niet jouw werknemers of je geliefde, die zijn óf te afhankelijk óf te liefdevol.

Alles kan 10% minderDat geldt voor de prijs van een product dat je inkoopt, voor het aantal werknemers, voor het geld dat je uit-geeft aan huisvesting. Zelf kun je natuurlijk ook altijd voor 10% minder leveren (omdat je sowieso al 20% meer had gevraagd).

Aanbieding

Buttkicken in Den BoschHeb je een concrete vraag en ben je benieuwd wat het advies van Jan Dijkgraaf zal zijn? Op dinsdag 19 mei 2015 komt de buttkicker speciaal voor PIT-lezers naar ’s-Hertogenbosch. Voor € 99 (excl. BTW) koop jij een uur van zijn tijd en krijg je een zinnig advies. Meld je voor 5 mei aan op [email protected] met je vraag. Wees er snel bij, want vol = vol.

p 27

– pit motiveert –

Page 28: PIT Magazine #1 - 2015

De JamfabriekKweekvijver voor innovatie-talent

Studenten lopen in en uit, gaan met elkaar in discussie en werken op de muren van hun zelf ingerichte ruim-tes. De Jamfabriek is een studio vol creatieve denkers en doeners van 17 tot 25 jaar die innovatieve oplossingen bedenken voor het MKB. De spin in het web is Benjo van den Boogaard. Hij spreidt zijn armen uit: “Ondernemer! Kom met je vernieuwings-vraag hierheen.” In de Jamfabriek verzamelt Van den Boogaard talenten uit allerlei disciplines: “We hebben op dit moment twaalf studenten, van bedrijfskunde en commerciële economie tot communicatie en multi-media design. Zet ze in een team en ze bedenken voor de ondernemer een echte oplossing. Die ze vervolgens ook in de praktijk helpen realiseren.”

‘in het MKB kan vernieuwing in de knel komen. Wij willen de accelerator voor innovatie zijn’

talentontwikkelingDe Jamfabriek is oorspronkelijk een initiatief van de ICT-community in ’s-Hertogenbosch, met name van Jan Beekwilder (oprichter Tribal). Het idee achter de stichting was om onderwijs, ondernemers en over-heid samen in beweging te krijgen voor innovatieve

projecten. In 2013 werd Benjo van den Boogaard programmamanager van De Jamfabriek. Als drijven-de kracht brengt hij partijen bij elkaar en coacht de projectteams.De studententeams uit De Jamfabriek bruisen van energie en creativiteit. Voor hen is het werken aan de ondernemersvragen een belangrijke stap in hun talentontwikkeling. Benjo: “Met name ondernemer-schap wordt steeds belangrijker. Ook gewoon in een baan heb je steeds meer ondernemersvaardigheden nodig: je moet je toegevoegde waarde kunnen aanto-nen. Onze projecten katapulteren jonge mensen het werkende leven in.”

VernieuwingsdrangVernieuwing hoeft niet altijd innovatie te zijn, vindt Benjo van den Boogaard. “Het gaat erom dat een be-drijf zich steeds aanpast om mee te blijven tellen. Dat hoeft echt niet alleen door technologische verande-ringen. Ook verandering van businessmodel kan nodig zijn of hoe je met je klanten omgaat, hoe je die weer centraal zet.” Vooral in het MKB kan vernieuwing in de knel komen, erkent hij. “In een bedrijf waar twintig mensen werken is het lastig om drie, vier mensen een half jaar vrij te maken voor vernieuwing.” Niettemin ziet Van den Boogaard in het MKB een grote vernieu-wingsdrang.

Ooit maakte grootgrutter De Gruyter zijn eigen jam in De Gruyter Fabriek. “Het was een groot bedrijf dat niet met z’n tijd meeging,” vat Benjo van den Boogaard de geschiedenis genadeloos samen. “De Jamfabriek van nu helpt bedrijven juist om wél met hun tijd mee te gaan.”

TEKS

T k

laz

ien

la

an

sma

fo

Tog

rafi

E f

ra

nk

va

n d

elf

t

p 28

– pit vernieuwt –

Page 29: PIT Magazine #1 - 2015

p 29

– pit vernieuwt –

Page 30: PIT Magazine #1 - 2015

p 30

– pit vernieuwt –

Page 31: PIT Magazine #1 - 2015

Innovatie is iets wat je kunt managen, weet de pro-grammamanager als geen ander. In grote bedrijven was zijn job jarenlang het oppakken en managen van vernieuwingsvragen. Ook was hij betrokken bij diverse start-ups van kleine innovatieve bedrijven. “Ik ken dus beide uitersten.” De Jamfabriek wil Benjo van de Boogaard opbouwen tot ‘lokale accelerator’ voor inno-vatie in het MKB. “Nieuwe werkgelegenheid komt voor een belangrijk deel uit het MKB. Grote bedrijven zijn juist steeds bezig om werkgelegenheid af te bouwen door meer te robotiseren en te automatiseren.”

‘ondernemerschap is belangrijk; onze projecten katapulteren jonge mensen het werkende leven in’

Start-ups & uitvallersBenjo van den Boogaard wil nog veel meer werk-leer-vormen opzetten in en rond De Jamfabriek. Zo zijn er plannen om een groep studenten een week lang op een vraagstuk te zetten. Ook wil hij jongeren begelei-den met start-ups en uitvallers weer laten meedoen: “Het komt vaak voor dat jongeren uit het onderwijs vallen omdat ze kampen met bijvoorbeeld ADHD of dyslexie, en niet omdat ze niet gemotiveerd zijn. In deze leerwerkomgeving komen ze beter tot hun recht.” Benjo legt de lat hoog: “Ik ga door totdat we in elke grote stad in Nederland zo’n plek hebben.”

aGro & food

De regio ’s-Hertogenbosch heeft een uitda-ging: vernieuwing vormgeven in de agro- en foodwereld. Specifiek vraagstuk is welke ICT-innovaties ingezet kunnen worden voor het MKB in deze sector. De eerste projecten van De Jamfabriek zijn daarop geworven. Ze geven een voorproefje van wat de teams van De Jamfabriek het bedrijfsleven concreet kunnen opleveren.

• ‘Hoe breng je verse landbouwproducten online rechtstreeks bij de consument?’ was de vraag van een ondernemer. Consumen-ten willen weten waar hun voedsel vandaan komt. Een team studenten van De Jamfabriek is nu bezig met dit fresh-food e-commerce project. Het gaat hierbij niet alleen om de logistiek van land naar consument, maar ook om de beleving van het verse product en het volledige verhaal erachter: van welk varken komt dit speklapje? En waar lopen de kippen die deze eieren hebben gelegd?

• Een ander team zoekt uit hoe een melkvee-houderij meer rendement uit zijn data kan halen. Koeien zijn al uitgerust met stappen-tellers, de melkrobot levert allerlei informatie. Die informatie is nuttig in de communicatie naar de consument: zo is het bijvoorbeeld mogelijk om aan te tonen dat de koeien in de wei hebben gelopen.

• Hutten Catering laat onderzoeken hoe het bedrijf samen met studenten een gezonde schoolkantine kan opzetten. Uitgangspunt is niet het ‘heilig moeten’ van buitenaf, maar de studenten zélf een gezonde schoolkantine laten ontwikkelen - waar ze vervolgens ook écht gaan eten.

Benjo van den Boogaard, programmamanager

p 31

– pit vernieuwt –

Page 32: PIT Magazine #1 - 2015

BRAINSTORMENBrainstormen. De één doet het dagelijks, de ander is er naar eigen zeggen ‘niet zo goed in’. Wat is er onontbeerlijk voor een goede, eff ectieve brainstorm? We vroegen het acht ondernemende mensen.

oit gehoord van de denkhoeden van De Bono? Door letterlijk een andere hoed op te zetten, bekijk je zaken van een andere kant. “Of we

nu met de staf of met studenten brainstormen: wij brainstormen met de gekleurde hoeden van De Bono,” vertelt Jeanette Noordijk, voorzitter College van Bestuur Koning Willem 1 College. “Iedereen zet tijdens een sessie in principe alle hoeden op, en elke kleur staat ergens voor. Eerst gaan we divergeren: roepen – alles mag! En daarna convergeren om tot handzame en werkbare conclusies en oplossingen komen. Het werkt echt, mits goed begeleid. Een topmethodiek en wat mij betreft zeer effectief.”

oudt de één vast aan een gedegen methodiek, de ander laat liever alle gedachten los – want juist dán borrelen de ideeën op. “Wat je moet

proberen is even nergens aan denken als je gaat brain-stormen. En dat is nog niet eenvoudig,” zegt cabaretier Hans Tervoort. “Ik doe dat door een eindje te gaan fi etsen. Wat ik dan allemaal zie en meemaak, hoe alle-daags ook, leidt tot de meest wonderlijke en komische associaties. En dat is precies wat ik nodig heb.”

ietsen werkt dus, maar lopen ook, vertelt sportschoolhouder Youri Wladimirov. “Al twee keer zijn we tot beste fi tnessclub van

Den Bosch verkozen en die erkenning legt druk. Ik moet dus wel bezig zijn met mijn kwaliteit, maar tijd om te brainstormen heb ik niet – of neem ik niet. Nee, ik ga rennen met een lekker muziekje op, veertig tot vijftig kilometer per week. Dan overweeg ik alles en ontstaan er nieuwe ideeën.”

rainstormen in je eentje, dat kan prima. Maar vaker zul je zo’n ideeënvergadering in een groep doen. En hoe krijg je iedereen dan in dezelfde

creatieve fl ow? “Belangrijk is dat iedereen écht open-minded aan een brainstorm begint, en dat is maar zelden het geval,” zegt Tjeerd Saatrube, initiatiefnemer Isabella Groep in Vught. “Dus moet je die sfeer creëren. Dat doe ik door te luisteren en te voelen en door mezelf te ‘openen’. Als je je kwetsbaar opstelt help je een ander zijn reserves te laten varen. Met ‘open’ mensen kun je het beste brainstormen, weg met de blokkades!”

O

HF

B

TEKS

T r

ob

va

n e

rP

ill

uST

raTi

E r

ov

er

s d

e r

idd

er

p 32

– pit vraagt –

Page 33: PIT Magazine #1 - 2015

BRAINSTORMENezelf openen, dat is wellicht niet voor iedereen weggelegd. Want wat nou als je helemaal niet in die ‘softe’ hoek zit maar bijvoorbeeld advocaat bent: hoe creatief verloopt een brainstorm dan?

Willem Berendsen, curator en advocaat: “Brainstormen gaat in mijn vak altijd over een specifi ek vraagstuk. Ook om die reden probeer ik me in te leven in de per-soon aan de andere kant, of dat nu mijn klant of mijn opponent is. Iedereen gaat vanuit zijn eigen oplossing en positie een brainstorm in. Het is de kunst die te gebruiken, te geven en te nemen, te overtuigen en zo tot de beste oplossing komen. Niet één manier is de beste.”

e inleven in de ander, dat is iets wat straatpastor Julia Hoppenbrouwers–Nagornyak als de beste kan. “Ik brainstorm veel met mensen op straat, dak- en thuislozen. Zij hebben problemen, soms

heel ernstige. Ik help ze antwoorden te vinden. Zij moeten daarvoor open staan, of die antwoorden nu leuk zijn of niet. Mijn brainstormtip? Goed luisteren, écht luisteren. En vragen durven stellen, diepgang zoeken.”

ij brainstormen denk je als eerste aan onge-breideld en ongeremd om je heen denken. Maar dat hoeft niet altijd tot de beste oplossingen te

leiden weet Kitty Wilgers, partner bij Arthur & Brent, marketing en communicatie strategen. “Omdat bij ons een brainstorm bijna altijd een zakelijk doel dient – iets oplossen samen met een klant – is mijn tip: stel grenzen. Dat klinkt belemmerend, maar juist het tegenovergestelde gebeurt: mensen weten tot hoe ver ze kunnen gaan. Het levert werkbare en maakbare oplossingen, die toch heel creatief zijn.”

renzen stellen kan dus werken. Maar wanneer Harry van der Krabben, voorzitter Koninklijke Harmonie ’s-Hertogenbosch, aan het brain-

stormen slaat, worden juist alle ja-maren overboord gegooid: “In oktober vierden we ons 120-jarig jubileum, daar hebben we veel over gebrainstormd. Meestal in klein comité, met enthousiaste mensen die ervoor gaan. Geen ge-ja-maar. Ik hou van lekker vrij associëren: er valt een woord of een gedachte en hup, daar ga je weer. Zo maken en houden we elkaar enthousiast. En als de beer op de weg écht te groot is, wijken we alsnog uit.”

J

JB

G

Van de hoedjes van De Bono tot uitwijken

voor de beer

p 33

– pit vraagt –

Page 34: PIT Magazine #1 - 2015

‘het voelt als mijn achtertuin’Meggy Althuizen (29)Projectcoördinator en zangeres

“Rust, ruimte en relax-tijd: daar staat Het Bossche Broek voor mij voor. Ik kom hier soms twee keer per week en soms ook weken niet. Het voelt een beetje als een achtertuin waarin ik me graag even terugtrek, maar waar ik ook regelmatig vrienden uitnodig voor een hapje, een drankje of een wandeling. In de zomer ga ik hier lekker picknicken met vrienden. Of ik repeteer al wandelend mijn teksten voor een optreden. Het allerfi jnst is het hier wanneer ik de wind door m’n haar voel en zon op m’n snoet, zoals vandaag. Even wat vitamine D opdoen.”fo

Tog

rafi

E f

ra

nk

va

n d

elf

t

p 34

– pit ontspant –

Page 35: PIT Magazine #1 - 2015

Ik heb onlangs mijn 65ste verjaardag gevierd. Een leeftijd die je best een mijlpaal mag noemen. Je hebt het antwoord gevonden op een aantal vragen en gaat je heroriënteren. Het is ook een moment om terug te kijken op een voorbije periode en om nieuwe afwegingen te maken. Maar nog belangrijker is dit moment te benutten om de uitdagin-gen voor de toekomst te zoeken en die met grote energie aan te gaan. Als vertrekkend directeur van de BIM zie ik in al die zaken die de afgelopen jaren goed of minder goed zijn gegaan de bouwstenen voor diverse uitdagingen. In de komende jaren hoop ik op eigen wijze in de stad en de regio mijn bijdrage te kunnen blijven leveren.

Toeval of niet: ook de BIM viert dit jaar haar 65-jarig bestaan. En ze is volop bezig om zich klaar te maken voor de toekomst. Welvaart komt nergens meer aanwaaien. Willen we vooruit, dan zullen we steeds opnieuw impulsen moeten geven aan nieuwe initiatieven en vernieuwend ondernemerschap. In deze tijd, waarin nieuwe economieën opkomen, neemt juist het belang van de herkenbaarheid en identiteit van de regio toe. Waar gebeurt het? Hier gebeurt het! De BIM begrijpt het belang van een eigen lokale en re-gionale agenda – we spelen al sinds 1950 een duidelijke rol op die agenda door actief op zoek te zijn naar jong onderne-merschap. De BIM participeert zelfb ewust in initiatieven die de economische structuur in onze stad en regio kunnen versterken. Dat doen we niet alleen: samen met de drie O’s - ondernemers, onderwijs en overheid – zorgen we voor een vitaal en dynamisch vestigingsklimaat.

Door de verbondenheid met haar aandeelhouders is de BIM een belangrijk instrument van economisch beleid voor stad en regio. De BIM lokt jong ondernemerschap uit en geeft

deze de kans uit te groeien. Zo geven we in 2015 ruimte aan zo’n 450 starters, gevestigde ondernemers en maatschappe-lijke instellingen. Door onze betrokkenheid bij Brabant Life Science Seed Fonds en Ondernemerslift+ maken we op dit moment vele tientallen economische initiatieven mogelijk. Gewoon: door het beschikbaar stellen van geldmiddelen. De inzet van de BIM zal de regionale werkgelegenheid de komende jaren nog meer ten goede komen, met een primai-re aandacht voor starters en doorstarters. De BIM zal zich profi leren door het stimuleren van innovaties en cross-overs. Er worden thematische broedplaatsen ontwikkeld en er zal geparticipeerd worden in bedrijven die actief zijn in de lokale en regionale economische speerpuntsectoren. Met de mogelijke inzet van innovatiefondsen wil de BIM een motorfunctie vervullen.

Voor mij is 65 het moment om even pas op de plaats te ma-ken, voor de BIM is het een reden om in volle vaart vooruit te gaan. De BIM kan haar doelstellingen alleen realiseren door een goede samenwerking met veel partijen in stad en regio. Maar nog belangrijker is de enthousiaste inzet van al haar medewerkers. Dankzij hen kan de BIM terugblikken op goede resultaten en de toekomst met veel vertrouwen tegemoetzien. Met een ambitieuze nieuwe directeur en dit fantastische team gaat dat zeker lukken. En ik wens iedereen daarbij veel succes!

COLOFON PiT Magazine is een blad over ontwik-kelingen en visies op het vernieuwend ondernemersklimaat in ’s-Hertogenbosch en in de regio. Het magazine verschijnt twee keer per jaar.

PIt MAGAZINE IS EEN INItIAtIEF VAN N.v. Bossche investerings MaatschappijPostbus 700015201 Da ’s-HertogenboschT (073) 690 42 [email protected] / www.nvbim.nl

UItGEVERN.v. BiM

REDACtIEfrank van Delftirina flierfrank de ridderrené roversMariëlle Seegers

CONCEPt EN ONtWERP rovers de ridder,rené rovers

BEELDREDACtIEfrank van DelftEINDREDACtIEMariëlle Seegers

AAN DIt NUMMER WERKtEN MEEJan BroeksJeroen CarelsEvita CopierEva van den Dungenrob van Erplinda groothuijse

HedofKaren KroonstuiverKlazien laansmaruud PeijnenburgZenk one

DRUKWERKDrukkerij Wihabooplage 3000

VRAGEN? tIPS? De redactie is er blij mee. Mail naar [email protected]

ABONNEMENtPiT Magazine verschijnt twee keer per jaar. Wil je geen nummer missen? Mail je naam en adres naar [email protected]

voor het overnemen van artikelen uit dit magazine is vooraf toestemming nodig van de uitgever.

De 65-jarige heeft de toekomst

Clemens Bolhaarvoormalig directeur BiM

illu

STra

TiE

ze

nk

on

e

p 35

– pit column –

Page 36: PIT Magazine #1 - 2015

TEKS

T l

ind

a G

ro

oth

uij

se

Co

vE

rfo

Tog

rafi

E f

ra

nk

va

n d

elf

t

Lucas de Man is stadskunstenaar, presentator, acteur, regis-seur, creatieve aanjager en verbinder. “Ondernemen is een uiting van een innerlijke drang om iets te creëren of te ver-oorzaken. Het ondernemerschap vormt dan ook een wezenlijk onderdeel van de inhoud van mijn projecten, die altijd een verbindend karakter hebben. Om mijn ideeën te realiseren ga ik op zoek naar partners met wie ik een verhaal kan delen. Ik ben niet bang om op bedrijven af te stappen. Je moet accepteren dat je, net als de ander, niet altijd alles weet. Als de twijfel mag bestaan, kan er pas echt sprake zijn van daadkracht. Twijfel

voedt immers de noodzaak om te ondernemen. Zelf kan ik vrij weinig; ik creëer concepten en verbind. Maar ik weet mij met goede mensen te omringen en de juiste omstan-digheden te creëren, waardoor plannen tot uitvoering komen. Samen met een klein kernteam heb ik vorig jaar ruim 50 creatieve professionals ingezet voor OOG Den Bosch en tal van andere projecten. Daarmee hebben we een omzet van 1 miljoen euro gerealiseerd. Maar enkel met een goed idee red je het niet. Het is een kwestie van hard werken, een zeer goede voorbereiding, het volgen van je intuïtie en zeker ook het nodige portie geluk.”

‘twijfel voedt de noodzaaK om te ondernemen’