OWE-beschrijvingen afstudeerfase ALPO HAN-Pabo 2019-2020 · √ schriftelijke toets of presentatie...

OWE-beschrijvingen afstudeerfase ALPO HAN-Pabo 2019-2020

Gegevens onderwijseenheden (OWEs) versneld traject (gericht op studenten met een vwo-diploma in het ALPO traject) afstudeerfase 2019-2020

In dit document zijn de OWEs, inclusief de (deel)tentamens van de afstudeerfase van het ALPO traject beschreven. Voor een aantal van de tentamens kan

de student vrijstelling verkrijgen op basis van competenties die zijn verworven via onderwijs en behaalde tentamens aan de ba cheloropleiding

Pedagogische Wetenschappen van de RU te Nijmegen. De betreffende tentamens zijn als aanwijzingsbesluit van de examencommissie opgenomen als

bijlage bij het reglement examencommissie HAN Pabo 2019-2020.

In onderstaand overzicht “curriculumopbouw afstudeerfase” zijn voor de overzichtelijkheid de titels van OWEs waarin de tentamens uit het

aanwijzingsbesluit zijn opgenomen zichtbaar onderscheiden doordat ze zijn voorzien van een gele achtergrond. De titels van de overige OWEs zijn voorzien

van een blauwe achtergrond.

Curriculumopbouw afstudeerfase ALPO

Periode 1

Periode 2

Slb-lijn

Periode 3

Periode 4

A3.01H Integraal junior collega A deel 1

(10)

A3.02H Integraal junior collega B deel 1

(10)

A3.05H Startbekwaam deel 1

(5)

A3.01R Integraal junior collega A deel 2

(5)

3.03 Praktijkonderzoek

(15)

A3.02R Integraal junior collega B deel 2

(5)

A3.05R Startbekwaam deel 2

(5)

3.04 Masterclasses IV

(5)

Algemene informatie

Naam OWE A3.01H Integraal junior collega A deel 1

Code OWE A3.01H

Onderwijsperiode Periode 1 en 2

Studiepunten 10

Studielast in uren 280

Onderwijstijd (contacturen) 10

Ingangseisen OWE Minimaal alle (deel)tentamens van de propedeuse en kernfase zijn behaald met uitzondering van de landelijke kennisbasistoets rekenen/wiskunde of de landelijke kennisbasistoets taal (beide uit de kernfase). De vrijstellingen voor OWE Ontwikkeling van kinderen in kaart brengen en de OWE Lesgeven aan kinderen met specifieke onderwijsbehoeften hoeft niet geregistreerd te zijn. Een goedkeuring van het afstudeerplan is een voorwaarde om aan de afstudeerstage te beginnen. Tijdens de opleiding loopt de student op minimaal drie verschillende scholen stage. Dat betekent dat de student voor de afstudeerstage rekening houdt met deze eis.

Inhoud en organisatie

Algemene omschrijving Tijdens de afstudeerstage ontwikkelt de student zich tot een startbekwame leerkracht. Tijdens de stage houdt de student zijn DPF bij en schrijft een zelfevaluatie 1). Een onderdeel van deze OWE is het schri jven van een afstudeerplan en deelname aan de simulatieschool.

Doelen OWE De student toont zijn ontwikkeling aan op de bekwaamheidseisen.

Tijdens de themadagen Simulatieschool: de student:

is professional in een groter geheel. Hij leert denken in systemen die verder reiken dan de eigen klas en samenhang zien in deze systemen in relatie tot de kwaliteit van het onderwijs.

kan aangeven op welke wijze diversiteit binnen teams voorwaardelijk is voor de kwaliteitsverbetering van onderwijs en wat dat vraagt van de taakverdeling en samenwerking binnen scholen.

kan aangeven op welke wijze de kwaliteit van leren in scholen verbeterd kan worden als teams gebruik maken van de meest recente opvattingen over ouderbetrokkenheid.

kan aangeven op welke wijze een meer wijkgerichte aanpak binnen scholen bij kan dragen aan het realiseren van passend onderwijs.

kan leeropbrengsten analyseren en voorstellen ontwikkelen die inzetten op het verbeteren van beheersingsniveaus vanuit vak integratie.

kan zijn pedagogisch handelen afstemmen met ouders en anderen die vanuit hun professionele verantwoordelijkheid bij de leerling betrokken zijn.

Eindkwalificaties /

bekwaamheidseisen

√ De brede professionele basis √ Vakinhoudelijk bekwaam √ Pedagogisch bekwaam √ Vakdidactisch bekwaam

Relatie met de kennisbases Alle kenniselementen uit de kennisbases behoren tot de parate receptieve kennis. De student laat daarmee zien dat hij de daarvoor relevante kenniselementen actief beheerst. Met betrekking tot de generieke kennisbasis heeft hij kennis van en een visie op:

Het lerende en ontwikkelende kind

Onderwijs en opvoeding

De leraar in de context van de school en maatschappij

Samenhang Deze OWE vormt samen met OWE 3.03, OWE 3.04 en OWE 3.05 het geheel waarbinnen de student werkt aan zijn doorgroei

naar startbekwaamheid.

Deelnameplicht onderwijs n.v.t.

Maximum aantal deelnemers n.v.t.

Activiteiten en/of werkvormen √ leren op de werkplek (praktijkdeel) √ hoorcolleges √ werkcolleges √ Individuele begeleiding

Verplichte literatuur / Beschrijving ‘leerstof’

n.v.t.

Eigen financiële bijdrage n.v.t.

Tentaminering

Naam en code tentamen of

deeltentamen

Deeltentamen 1: Afstudeerplan, AL-SP-plan

Beoordelingscriteria Leerdoelen vloeien voort uit sterkte-/zwakteanalyse.

Leerdoelen vloeien voort uit de eindkwalificaties ICT

Stageactiviteiten zijn gerelateerd aan de landelijke bekwaamheidseisen.

Vorm(en) tentamen en

deeltentamens

√ individueel

0 groep

√ schriftelijke toets of presentatie 0 mondeling(e) presentatie) 0 performance assessment

Weging deeltentamen -

Minimaal oordeel Voldaan = V

Tentamenmomenten Meerdere momenten per studiejaar, zie digitale leeromgeving.

Aantal examinatoren bij

individuele tentamenvorm

1

Wijze van aanmelden voor

tentamen / aanmeldingstermijn

Door middel van een e-mail naar de studiecoach. Aanmeldingstermijnen te vinden op digitale leeromgeving #OO.

Nabespreking en inzage Student kan binnen 10 werkdagen na de uitslag van een (deel)tentamen een gesprek aanvragen bij de examinator. Indien de

examinator besluit om de inzage groepsgewijs te organiseren, dan maakt de student gebruik van het moment dat daarvoor

wordt ingeroosterd.

Tentaminering


deeltentamen

Deeltentamen 2: Afstudeerstage tussenbeoordeling, AL-ST-TUS01

Beoordelingscriteria Voor dit schriftelijk verslag zijn ontvankelijkheidseisen en knock-out criteria van toepassing die nader omschreven zijn in het toetsboek De student:

geeft zelfstandig leiding aan een groep leerlingen en draagt bij aan een veilig leerklimaat en efficiënte lesorganisatie;

ontwerpt en voert onderwijsactiviteiten uit waarin leerlingen op een gestructureerde wijze leren en uitgedaagd worden in hun brede ontwikkeling;

heeft zich verdiept in de specifieke doelgroep en kan daar zijn onderwijs op afstemmen;

scherpt op basis van de feedback n.a.v. de tussenbeoordeling zijn afstudeerplan aan.


deeltentamens

√ individueel

0 groep

√ schriftelijke toets of presentatie √ mondeling(e presentatie) 0 performance assessment

Gesprek o.b.v. schriftelijke presentatie

Weging deeltentamen 100%

Minimaal oordeel 6

Tentamenmomenten Meerdere momenten per studiejaar, zie digitale leeromgeving. Bij een onvoldoende wordt deze herkanst bij de toets integrale junior collega-B, bij een onvoldoende bij die herkansing dient de student integraal junior collega A opnieuw te doen.



1



niet van toepassing

Nabespreking en inzage Student kan binnen 10 werkdagen na de uitslag van een (deel)tentamen een gesprek aanvragen bij de examinator. Indien de examinator besluit om de inzage groepsgewijs te organiseren, dan maakt de student gebrui k van het moment dat daarvoor wordt ingeroosterd.

Algemene informatie

Naam OWE A3.01R Integraal junior collega A deel 2

Code OWE A3.01R


Studiepunten 5



Ingangseisen OWE Minimaal alle (deel)tentamens van de propedeuse en kernfase zijn behaald met uitzondering van de landelijke kennisbasistoets rekenen/wiskunde of de landelijke kennisbasistoets taal (beide uit de kernfase). Een goedkeuring van het afstudeerplan is een voorwaarde om aan de afstudeerstage te beginnen. Tijdens de opleiding loopt de student op minimaal drie verschillende scholen stage. Dat betekent dat de student voor de afstudeerstage rekening houdt met deze eis.


Algemene omschrijving Tijdens de afstudeerstage ontwikkelt de student zich tot een startbekwame leerkracht. Tijdens de stage houdt de student zijn/haar ontwikkeling bij op het digitaal portfolio, schrijft de zelfevaluatie 1 en vult deze aan tot zelfevalua tie 2.

Doelen OWE De student toont zijn ontwikkeling aan op de bekwaamheidseisen.

Eindkwalificaties /

bekwaamheidseisen

√ De brede professionele basis

√ Vakinhoudelijk bekwaam

√ Pedagogisch bekwaam

√ Vakdidactisch bekwaam





Samenhang Deze OWE vormt samen met OWE 3. 3, OWE 3.4 en OWE 3.5 het geheel waarbinnen de student werkt aan zijn doorgroei naar

startbekwaamheid.





n.v.t.


Tentaminering


deeltentamen

Afstudeerstage tussenbeoordeling, ALR-ST-TUS01

Beoordelingscriteria Voor dit schriftelijk verslag zijn ontvankelijkheidseisen en knock-out criteria van toepassing die nader omschreven zijn in het toetsboek De student:

geeft zelfstandig leiding aan een groep leerlingen en draagt bij aan een veilig leerklimaat en efficiënte lesorganisatie;

ontwerpt en voert onderwijsactiviteiten uit waarin leerlingen op een gestructureerde wijze leren en uitgedaagd worden in hun brede ontwikkeling;

heeft zich verdiept in de specifieke doelgroep en kan daar zijn onderwijs op afstemmen;

scherpt op basis van de feedback n.a.v. de tussenbeoordeling zijn afstudeerplan aan.


deeltentamens

√ individueel

0 groep




Minimaal oordeel 6

Tentamenmomenten Meerdere momenten per studiejaar, zie digitale leeromgeving. Bij een onvoldoende wordt deze herkanst bij de toets integrale junior collega -B, bij een onvoldoende bij die herkansing dient de student integraal junior collega A opnieuw te doen.



1

Wijze van aanmelden voor tentamen / aanmeldingstermijn

niet van toepassing

Nabespreking en inzage Student kan binnen 10 werkdagen na de uitslag van een (deel)tentamen een gesprek aanvragen bij de examinator. Indien de examinator besluit om de inzage groepsgewijs te organiseren, dan maakt de student gebruik van het moment dat daarvoor wordt ingeroosterd.

Algemene informatie

Naam OWE A3.02H Integraal junior collega B deel 1

Code OWE A3.02H


Studiepunten 10



Ingangseisen OWE Minimaal alle (deel)tentamens van de propedeuse en kernfase zijn behaald met uitzondering van de landelijke kennisbasistoets rekenen/wiskunde of de landelijke kennisbasistoets taal (beide uit de kernfase). De vrijstellingen voor OWE Ontwikkeling van kinderen in kaart brengen en de OWE Lesgeven aan kinderen met specifieke onderwijsbehoeften hoeft niet geregistreerd te zijn. Een goedkeuring van het afstudeerplan is een voorwaarde om aan de afstudeerstage te beginnen. Tijdens de opleiding loopt de student op minimaal drie verschillende scholen stage. Dat betekent dat de student voor de afstudeerstage rekening houdt met deze eis.


Algemene omschrijving Tijdens de afstudeerstage ontwikkelt de student zich tot een startbekwame leerkracht. Tijdens de stage houdt de student

zijn/haar ontwikkeling bij op het digitaal portfolio, schrijft de zelfevaluatie 1 en vult deze aan tot zelfevaluatie 2.

Doelen OWE De student laat zien dat hij voldoet aan de bekwaamheidseisen

Eindkwalificaties /

bekwaamheidseisen













Activiteiten en/of werkvormen √ De brede professionele basis √ Vakinhoudelijk bekwaam √ Pedagogisch bekwaam



n.v.t.


Tentaminering


deeltentamen

Afstudeerstage eindbeoordeling, AL-ST-EIND01

Beoordelingscriteria Voor dit schriftelijk verslag zijn ontvankelijkheidseisen en knock-out criteria van toepassing die nader omschreven zijn in het toetsboek. De student beheerst de volgende bekwaamheidseisen:

De brede professionele basis

De pedagogische bekwaamheid

De vakdidactische bekwaamheid

De vakinhoudelijke bekwaamheid


deeltentamens

√ individueel




Minimaal oordeel 6




1



niet van toepassing

Nabespreking en inzage Student kan binnen 10 werkdagen na de uitslag van een (deel)tentamen een gesprek aanvragen bij de examinator. Indien de examinator besluit om de inzage groepsgewijs te organiseren, dan maakt de student gebruik van het moment dat daar voor wordt ingeroosterd.

Algemene informatie

Naam OWE A3.02R Integraal junior collega B deel 2

Code OWE A3.02R


Studiepunten 5



Ingangseisen OWE Minimaal alle (deel)tentamens van de propedeuse en kernfase zijn behaald met uitzondering van de landelijke kennisbasistoets rekenen/wiskunde of de landelijke kennisbasistoets taal (beide uit de kernfase). Een goedkeuring van het afstudeerplan is een voorwaarde om aan de afstudeerstage te beginnen. Tijdens de opleiding loopt de student op minimaal drie verschillende scholen stage. Dat betekent dat de student voor de afstudeerstage rekening houdt met deze eis.


Algemene omschrijving Tijdens de afstudeerstage ontwikkelt de student zich tot een startbekwame leerkracht. Tijdens de stage houdt de student

zijn/haar ontwikkeling bij op het digitaal portfolio, schrijft de zelfevaluatie 1 en vult deze aan tot zelfevaluatie 2.

Doelen OWE De student laat zien dat hij voldoet aan de bekwaamheidseisen

Eindkwalificaties /

bekwaamheidseisen

√ De brede professionele basis √ Vakinhoudelijk bekwaam √ Pedagogisch bekwaam √ Vakdidactisch bekwaam











n.v.t.


Tentaminering


deeltentamen

Afstudeerstage eindbeoordeling, ALR-ST-EIND01

Beoordelingscriteria Voor dit schriftelijk verslag zijn ontvankelijkheidseisen en knock-out criteria van toepassing die nader omschreven zijn in het toetsboek. De student beheerst de volgende bekwaamheidseisen:

De brede professionele basis

De pedagogische bekwaamheid

De vakdidactische bekwaamheid

De vakinhoudelijke bekwaamheid


deeltentamens

√ individueel

0 groep

√ schriftelijke toets of presentatie

√ mondeling(e presentatie)

0 performance assessment



Minimaal oordeel 6




1


niet van toepassing

Nabespreking en inzage Student kan binnen 10 werkdagen na de uitslag van een (deel)tentamen een gesprek aanvragen bij de examinator. Indien de examinator besluit om de inzage groepsgewijs te organiseren, dan maakt de student gebruik van het moment dat daar voor wordt ingeroosterd.

Algemene informatie

Naam OWE 3.03 Praktijkonderzoek

Code OWE PAB-VD3.03

Onderwijsperiode Het onderzoek wordt uitgevoerd tijdens de afstudeerstage. De voorbereiding, uitvoering en verslaglegging vinden plaats

gedurende periode 1, 2 , 3 en 4 , F-stroom periode 3, 4, 1 en 2.

Studiepunten 15


Onderwijstijd (contacturen) 29,5

Ingangseisen OWE Propedeuse en kernfase zijn afgerond. De vrijstellingen voor OWE Ontwikkeling van kinderen in kaart brengen en de OWE Lesgeven aan kinderen met specifieke onderwijsbehoeften hoeft niet geregistreerd te zijn.


Algemene omschrijving De student voert individueel een praktijkonderzoek uit, in en ten behoeve van de stageschool. Het onderzoek omvat alle stappen van een onderzoekscyclus tot en met de onderzoeksrapportage. De rapportage voldoet aan eisen van een HBO -afgestudeerde.

Doelen OWE De student toont aan dat hij:

een praktijkrelevant vraagstuk kan beantwoorden met behulp van onderzoek;

data kan verzamelen en gebruiken in zijn werk als professional;

een praktijkrelevant vraagstuk kan plaatsen in een bredere context;

zowel bestaande als eigen inzichten en werkwijzen ter discussie stelt;

kan beargumenteren hoe zijn keuzen in het onderzoekproces tot stand komen;

alle belanghebbenden betrekt bij het onderzoeksproces;

zich aan de beroepsethische gedragsregels voor onderzoek kan houden;

onderzoekresultaten kan vertalen naar toepassingen in de praktijk;

een consistente en navolgbare werkwijze hanteert.

Eindkwalificaties /

bekwaamheidseisen

√ De brede professionele basis 0 Vakinhoudelijk bekwaam 0 Pedagogisch bekwaam 0 Vakdidactisch bekwaam

Relatie met de kennisbases Alle kenniselementen uit de kennisbases behoren tot de parate receptieve kennis en de student laat daarmee zien dat hij de daarvoor relevante kenniselementen actief beheerst. Met betrekking tot de generieke kennisbasis heeft hij kennis van en een visie op:

het lerende en ontwikkelende kind;

onderwijs en opvoeding;

de leraar in de context van de school en maatschappij.

Samenhang Deze OWE vormt samen met OWE 3.1, OWE 3.2 en OWE 3.5 het geheel waarbinnen de student werkt aan zijn doorgroei naar

startbekwaamheid.





n.v.t.


Tentaminering

Naam en code tentamen of deeltentamen

onderzoeksverslag, A-SP-ONZ

Beoordelingscriteria De werkwijze van de student is systematisch en transparant zonder spelfouten en andere taalfouten. De student heeft het onderzoek individueel uitgevoerd. Voor dit schriftelijk verslag zijn ontvankelijkheidseisen en knock-out criteria van toepassing die nader omschreven zijn in het toetsboek.

De probleemstelling geeft aan vanuit welk(e) handelingsverlegenheid/praktijkprobleem en context het onderzoek tot st and is gekomen.

Er is gebruik gemaakt van relevante en actuele bronnen. Op basis van theorie en de praktijksituatie is een onderbouwde keuze gemaakt voor één van de perspectieven of een combinatie daarvan, die leidt tot de onderzoeksvraag.

De onderzoeksvraag wordt onderbouwd door de probleemverkenning en staat in relatie tot het doel van het onderzoek.

De keuze voor een onderzoeksmethode is vanuit de probleemverkenning verantwoord en is passend om de onderzoeksvraag te beantwoorden.

De samenstelling en selectie van de onderzoeksgroep is beschreven en beargumenteerd.

De keuze en opbouw van de/het onderzoeksinstrument(en) zijn verantwoord vanuit de onderzoeksvraag en de gekozen onderzoeksmethode.

De wijze waarop data zijn verzameld is beschreven. De data-analyse heeft systematisch plaatsgevonden en is navolgbaar beschreven.

De resultaten zijn overzichtelijk weergegeven op een manier die past bij de verzamelde gegevens.

De conclusies vloeien logisch voort uit de resultaten en geven een antwoord op de onderzoeksvraag en koppelen terug naar de probleemverkenning.

De geldigheid van de conclusie is besproken door uitspraken te doen over de kwaliteit van het onderzoek. Op basis van de conclusie en discussie doet de student aanbevelingen aan de praktijk. De aanbevelingen sluiten aan bij de probleemstelling.

De student houdt zich aan de HBO gedragscode voor praktijkonderzoek, waaronder de eisen vanuit de wet op persoonsgegevens.


deeltentamens

√ individueel

0 groep

√ schriftelijke toets of presentatie 0 mondeling(e presentatie) 0 performance assessment


Minimaal oordeel 5,5

Tentamenmomenten Meerdere momenten per studiejaar (zie digitale leeromgeving) met maximaal 2 kansen per studiejaar .

Aantal examinatoren bij individuele tentamenvorm

2


In Alluris, voor aanmeldingstermijnen zie de digitale leeromgeving #OO.


Algemene informatie

Naam OWE 3.04 Masterclasses IV

Code OWE PAB-V3.04/1

Onderwijsperiode Periode 1, 2, 3 en 4

Studiepunten 5



Ingangseisen OWE Onderwijs: De student neemt deel aan drie masterclasses die aangeboden worden vanuit de opleiding. Hij mag daar enkel aan deelnemen als hij zich hiervoor heeft ingeschreven. Voor deze masterclasses kan de student alleen beoordeeld worden als hij alle bijeenkomsten heeft bijgewoond. Daarnaast stelt hij vanuit zijn eigen leervragen in de stage een vrije masterclass samen waarvoor hij met drie formele leeractiviteiten laat zien dat hij actief gebruik maakt van lezingen, conferenties, congressen en studiedagen. Hij legt zijn plan voor aan zijn studiecoach. De reflectie op de vrije masterclass wordt in de digitale stagemap geplaatst en beoordeeld door zijn studiecoach.


Algemene omschrijving In deze onderwijseenheid verdiept de student zich in actuele thema’s waar leraren in de beroepspraktijk mee te maken krijgen. Dat betekent dat de student 4 masterclasses kiest waarvan maximaal 2 vrije masterclasses die relevant zijn voor de context waarin hij wordt opgeleid of waarin hij zich wil profileren. Met deze keuzeruimte krijgt de student mogelijkheden om zich te profileren. Een deel van de thema’s is verankerd in het vaste aanbod waarvoor de student zich in moet schrijven. Masterclasses dragen bij aan het just-in-time leren binnen de beroepspraktijk. Dit betekent dat de inhouden bij voorkeur actueel zijn, relevante kennis bieden en aansluiten bij de leervragen en beroepspraktijk waarin de studenten worden opgeleid. De masterclasses uit het vaste aanbod van de HAN Pabo bestaan uit drie bijeenkomsten van 90 minuten. Een vrije masterclass stelt de student samen vanuit zijn eigen leervragen in de stage. Met drie formele leeractiviteiten laat hij zien dat hij actief gebruik maakt van lezingen, conferenties, congressen en studiedagen. Hij legt zijn plan voor aan zijn studiecoach. De reflectie op de vrije masterclass wordt in de digitale stagemap geplaatst en beoordeeld door zijn studiecoach .

Doelen OWE De student is in staat om zichzelf te blijven ontwikkelen en is in staat daarvoor gebruik te maken van masterclasses, lezingen, conferenties etc.

De student is op de hoogte van de actuele theoretische inzichten omtrent het thema.

De student kan vanuit theorie en praktijk onderzoeken wat de toegevoegde waarde is van een nieuw inzicht voor leerlingen.

De student kan bijdragen aan de professionele dialoog met medestudenten en afhankelijk van de masterclass ook met junior-collega’s, specialisten en onderzoekers over onderwijsontwikkeling.

De student maakt actief gebruik van de ( vrije) masterclass om binnen de stageschool vanuit actuele inzichten bij te kunnen dragen aan de ontwikkeling van leerlingen en/ of verbeterprocessen en onderwijsvernieuwing.

Eindkwalificaties /

bekwaamheidseisen





Relatie met de kennisbases De masterclasses zijn een onderdeel van het profileringskader van de kennisbases lerarenopleiding basisonderwijs (2018).

Samenhang De masterclasses zijn een onderdeel van het profileringskader van de kennisbases lerarenopleiding basisonderwijs (2018).

Deelnameplicht onderwijs Student kan alleen beoordeeld worden als hij alle drie de bijeenkomsten van elke masterclass heeft bijgewoond, zie

beoordelingscriteria.

De vrije masterclass wordt beoordeeld door de studiecoach volgens de richtlijnen die daarvoor zijn te vinden in het

toetsboek./opleidingswijzer.

Maximum aantal deelnemers Mocht er een maximum aantal deelnemers zijn, dan wordt dat vermeld bij de aanmeldingsinformatie.

Activiteiten en/of werkvormen √ leren op de werkplek (praktijkdeel) √ hoorcolleges √ werkcolleges 0 Individuele begeleiding √ overig: verschillende werkvormen zijn mogelijk


n.v.t.


Tentaminering


deeltentamen

Masterclass 6, A-MP-MAS06




Beoordelingscriteria De student krijgt voor elke masterclass een beoordeling gebaseerd op vier beoordelingscriteria:

De student maakt gebruik van actuele kennis en inzichten over het betreffende thema voor zijn ontwikkeling in de beroepspraktijk.

De student kan als junior-collega op respectvolle wijze feedback geven en ontvangen en bijdragen aan de professionele dialoog over het thema van de masterclass.

De student kan voorwaarden benoemen waaronder deze nieuwe inzichten door hem als persoon of het team in een basisschool succesvol toegepast kunnen worden.

Extra voor de masterclasses aanbod HAN Pabo: De student is actief participerend aanwezig bij elk van de drie bijeenkomsten.


deeltentamens

√ individueel

√ groep

√ schriftelijke toets of presentatie √ mondeling(e presentatie) √ performance assessment

Verschillende toetsvormen zijn mogelijk

Weging deeltentamen Elke masterclass 25%

Minimaal oordeel 5.5. onvoldoende resultaat zal de student een nieuwe masterclass moeten volgen.

Tentamenmomenten Derde bijeenkomst van de masterclass. Bij de vrije masterclass pas na afronding van alle activite iten en het aanleveren van de

gevraagde bewijslast. Herkansing is in de vorm van het volgen van een nieuwe masterclass.


1


Inschrijven voor de masterclasses op de activiteitenkalender.


Algemene informatie

Naam OWE A3.05H Integrale toets Startbekwaam deel 1

Code OWE A3.05H

Onderwijsperiode Periode 2, 3 en 4

Studiepunten 5



Ingangseisen OWE Alle overige onderdelen uit het toetsingsprogramma van de HAN Pabo zijn behaald (dus de (deel)tentamens van het aanwijzingsbesluit hoeven nog niet behaald te zijn, uit de kernfase zijn dat de OWE Ontwikkeling van kinderen in kaart brengen, de OWE Lesgeven aan kinderen met specifieke onderwijsbehoeften .) Ontvankelijkheidseisen Startbekwaam leraar zijn: eindgesprek: - Beoordeling ICT voldaan - Het PWC visiedocument is op het DPF aangeboden. Studenten die een extracurriculaire variant levensbeschouwing hebben gekozen, maken bij de levensbeschouwelijke dimensie een koppeling met de kernwaarden van de variant.


Algemene omschrijving De student weet theorie en praktijk met elkaar te verbinden en toont (mede daardoor) aan op metaniveau startbekwaam te zijn e n daarmee ook aan de eisen van de professionele standaard/ Dublindescriptoren te voldoen. Het metaniveau betreft het praten over professionalisme en zijn rol daarbinnen. Voor het schrijven van een visiestuk gebruikt de student zowel het onderwijs dat is aangeboden door de Pabo als door de RU.

Doelen OWE De student:

Heeft de eindkwalificaties leren en lesgeven met ICT aantoonbaar verworven.

Legt zinvolle verbanden tussen stage, onderzoek, masterclasses en zijn eigen ontwikkeling en geeft aan welke meerwaarde dit oplevert in de praktijk.

Vertaalt visies en beleid naar concreet handelen in de praktijk en andersom. Daarbij onderbouwt hij gemaakte keuzes, relateert deze aan zijn opvatting op goed onderwijs en betrekt hierbij zijn eigen kennisbasis.

Drukt zich mondeling, helder, correct, zorgvuldig en gestructureerd uit en hanteert hierbij vaktaal.

Geeft in een gedetailleerde en gestructureerde sterkte-/zwakteanalyse aan waar de grenzen en uitdagingen van zijn handelingsbekwaamheid liggen. Daarbij betrekt hij hierin nadrukkelijk zichzelf als lerende, onderzoekende professional en z et deze analyse om in concrete doelen en een plan van aanpak.

Maakt van vrijwel elke ervaring een leerervaring door er - als gewoonte - op te reflecteren en erover te communiceren met anderen en koppelt informatie vanuit andere bronnen hieraan waardoor verdieping van de ervaring optreedt.

Eindkwalificaties /

bekwaamheidseisen





Relatie met de kennisbases Met betrekking tot de generieke kennisbasis heeft hij kennis van en een visie op:




Samenhang In deze OWE rondt de student de doorgroei naar startbekwaamheid af door de integratie van theorie en p raktijk. Deze OWE bouwt

voort op OWE 3.01, 3.02, OWE 3.03 en OWE 3.04 Masterclasses.



Activiteiten en/of werkvormen 0 leren op de werkplek (praktijkdeel) 0 hoorcolleges √ Werkcolleges √ Individuele begeleiding √ Overig (feedback medestudenten)


n.v.t.


Tentaminering


deeltentamen

Deeltentamen 1: Eindkwalificaties leren en lesgeven met ICT, AL-SM-ICT

Beoordelingscriteria Beoordeling Eindkwalificaties leren lesgeven met ICT

De student heeft de eindkwalificaties leren en lesgeven met ICT aantoonbaar verworven.


deeltentamens

√ individueel

0 groep

√ schriftelijke toets of presentatie 0 mondeling(e presentatie) 0 performance assessment

Weging deeltentamen -

Minimaal oordeel Voldaan = V

Tentamenmomenten Meerdere momenten per studiejaar (zie digitale leeromgeving) met maximaal 2 kansen per studiejaar.


1




Tentaminering


deeltentamen

Deeltentamen 2: Startbekwaam leraar zijn: eindgesprek, AL-SM-IT

Beoordelingscriteria Professionele standaard/dublindescriptoren:

Kennis verwerven en kennis toepassen: begripsverheldering

De student biedt verheldering van begrippen en benaderingen die in zijn visie centraal staan en belicht deze vanuit de 4 dimensies van het PWC. Er is voldoende variatie aan gezaghebbende bronnen.

Leer- en onderzoeksvaardigheid: relatie denken-handelen

De student maakt de relatie tussen zijn handelen en onderliggende gedachten, opvattingen en waarden expliciet en legt hierbij een relatie met de eigen praktijk (stage, onderzoek, masterclasses, themadagen, schoolontwikkeling).

Oordeelsvorming: de eigen ontwikkeling

De student benoemt aspecten uit de ontwikkeling van zijn ervaringen, kennis en beelden over leraarschap en onderwijs. Laat hierbij af en toe constructief kritische distantie zien en weegt perspectieven af. De student koppelt dit aan doorgroeiperspectief en is zich bewust van de mogelijke discrepantie tussen eigen visie en (weerbarstige) praktijk.

Communiceren en

presenteren: mondelinge

vaardigheid

De student kan zich mondeling, helder, correct, zorgvuldig en gestructureerd uitdrukken.


deeltentamens

√ individueel

0 groep

√ schriftelijke toets of presentatie

√ mondeling(e presentatie)

0 performance assessment

Mondeling o.b.v. schriftelijk verslag


Minimaal oordeel 6



2

Eerste beoordelaar (B1) van de pabo, B2 van de RU.


De student kan voor ICT op elk moment de toets ter beoordeling aanbieden. Hij plaatst daartoe het bewijsmateriaal op het dpf bij ‘toetsen ingeleverd’, machtigt alle (ICT-)docenten (genoemd op #OO) op het dpf en schrijft zich voor beoordeling in via Alluris. De beoordelingstermijn van 15 werkdagen start vervolgens altijd op de daarop volgende maandag, tenzij dat een vakantiedag of vrije dag is. In zo'n geval verschuift de start van de beoordelingstermijn naar de eerstvolgende werkdag na die maandag. Mocht het aangeboden werk niet voldoen aan de norm, dan ontvangt de student feedforward en kan hij gebruik maken van een tweede kans. Daarvoor geldt weer dezelfde procedure (bewijsmateriaal op dpf plaatsen, docenten machtigen, inschrijven in Allu ris). Student kan zich niet meer dan twee keer per studiejaar inschrijven voor de toets.


Algemene informatie

Naam OWE A3.05R Integrale toets Startbekwaam deel 2

Code OWE A3.05R

Onderwijsperiode Periode 2, 3 en 4

Studiepunten 5



Ingangseisen OWE Alle overige onderdelen uit het toetsingsprogramma van de HAN Pabo zijn behaald (dus de (deel)tentamens van het aanwijzingsbesluit hoeven nog niet behaald te zijn). Ontvankelijkheidseisen Startbekwaam leraar zijn: eindgesprek: - Beoordeling ICT voldaan - Het PWC visiedocument is op het DPF aangeboden. Studenten die een extracurriculaire variant levensbeschouwing hebben gekozen, maken bij de levensbeschouwelijke dimensie een koppeling met de kernwaarden van de variant.


Algemene omschrijving De student weet theorie en praktijk met elkaar te verbinden en toont (mede daardoor) aan op metaniveau startbekwaam te zijn e n daarmee ook aan de eisen van de professionele standaard/ Dublindescriptoren te voldoen. Het metaniveau betreft het praten over professionalisme en zijn rol daarbinnen. Voor het schrijven van een visiestuk gebruikt de student zowel het onderwijs dat is aangeboden door de Pabo als door de RU.

Doelen OWE De student:

Heeft de eindkwalificaties leren en lesgeven met ICT aantoonbaar verworven.

Legt zinvolle verbanden tussen stage, onderzoek, masterclasses en zijn eigen ontwikkeling en geeft aan welke meerwaarde dit oplevert in de praktijk.

Vertaalt visies en beleid naar concreet handelen in de praktijk en andersom. Daarbij onderbouwt hij gemaakte keuzes, relateert deze aan zijn opvatting op goed onderwijs en betrekt hierbij zijn eigen kennisbasis.

Drukt zich mondeling, helder, correct, zorgvuldig en gestructureerd uit en hanteert hierbij vaktaal.

Geeft in een gedetailleerde en gestructureerde sterkte-/zwakteanalyse aan waar de grenzen en uitdagingen van zijn handelingsbekwaamheid liggen. Daarbij betrekt hij hierin nadrukkelijk zichzelf als lerende, onderzoekende professional en z et deze analyse om in concrete doelen en een plan van aanpak.

Maakt van vrijwel elke ervaring een leerervaring door er - als gewoonte - op te reflecteren en erover te communiceren met anderen en koppelt informatie vanuit andere bronnen hieraan waardoor verdieping van de ervaring optreedt.

Eindkwalificaties /

bekwaamheidseisen





Relatie met de kennisbases Met betrekking tot de generieke kennisbasis heeft hij kennis van en een visie op:




Samenhang In deze OWE rondt de student de doorgroei naar startbekwaamheid af door de integratie van theorie en p raktijk. Deze OWE bouwt

voort op OWE 3.01, 3.02, OWE 3.03 en OWE 3.04 Masterclasses.



Activiteiten en/of werkvormen 0 leren op de werkplek (praktijkdeel) 0 hoorcolleges √ Werkcolleges √ Individuele begeleiding √ Overig (feedback medestudenten)


n.v.t.


Tentaminering


deeltentamen

Startbekwaam leraar zijn: eindgesprek, AL-SM-IT

Beoordelingscriteria Professionele standaard/dublindescriptoren:

Kennis verwerven en kennis toepassen: begripsverheldering

De student biedt verheldering van begrippen en benaderingen die in zijn visie centraal staan en belicht deze vanuit de 4 dimensies van het PWC. Er is voldoende variatie aan gezaghebbende bronnen.

Leer- en onderzoeksvaardigheid: relatie denken-handelen

De student maakt de relatie tussen zijn handelen en onderliggende gedachten, opvattingen en waarden expliciet en legt hierbij een relatie met de eigen praktijk (stage, onderzoek, masterclasses, themadagen, schoolontwikkeling).

Oordeelsvorming: de eigen ontwikkeling

De student benoemt aspecten uit de ontwikkeling van zijn ervaringen, kennis en beelden over leraarschap en onderwijs. Laat hierbij af en toe constructief kritische distantie zien en weegt perspectieven af. De student koppelt dit aan doorgroeiperspectief en is zich bewust van de mogelijke discrepantie tussen eigen visie en (weerbarstige) praktijk.

Communiceren en presenteren:

mondelinge vaardigheid

De student kan zich mondeling, helder, correct, zorgvuldig en gestructureerd uitdrukken.


deeltentamens

√ individueel

0 groep


Mondeling o.b.v. schriftelijk verslag


Minimaal oordeel 6




1




OWE-beschrijvingen afstudeerfase ALPO HAN-Pabo 2019-2020 · √ schriftelijke toets of presentatie...

Documents

Transcript of OWE-beschrijvingen afstudeerfase ALPO HAN-Pabo 2019-2020 · √ schriftelijke toets of presentatie...