Nieuwsbrief Deltaplan Hoge Zandgronden juli 2014

4
Nieuwsbrief Deltaplan Hoge Zandgronden juli 2014 De hoger gelegen zandgronden in Noord-Brabant en Limburg kennen nu al regelmatig perioden van watertekort. Klimaatverandering zorgt voor meer neerslag in korte tijd (piekbuien), maar Nederland heeft ook steeds vaker te maken met warme, droge perioden die langer duren. Hierdoor staat de beschikbaarheid van voldoende schoon grond- en oppervlaktewater verder onder druk. Dat kan leiden tot grotere knelpunten voor landbouw, industrie, drinkwater, scheepvaart, natuur en recreatie en het stedelijk gebied. Het Deltaplan Hoge Zandgronden gaat deze ontwikkelingen tegen. Groot economisch belang De gezamenlijke intentieverklaring is een belangrijke mijlpaal. Hiermee onderstrepen we onze gezamenlijke strategie voor een klimaat- bestendige watervoorziening. We tekenen voor het behoud en de ontwikkeling van het economisch potentieel van Noord-Brabant en Limburg. Voldoende grond- en oppervlaktewater is hier essentieel voor het toekomstperspectief van de landbouw en industrie en voor het behoud van unieke natuurlijke en landschappelijke kwaliteiten. 106 miljoen Euro Met de intentieverklaring onderschrijven de deelnemende partijen de ambitie om, mits adequate cofinanciering vanuit het nationale Deltafonds beschikbaar komt, voor de eerste fase (2016-2021) 106 miljoen Euro te investeren in maatregelen. Door de komende jaren te investeren in effectieve maatregelen, voorkomen we de extra droogteschade door klimaatverandering die alleen al voor de land- bouw in Zuid-Nederland kan oplopen tot 75 miljoen Euro per jaar. Nationaal belang Noord-Brabant en Limburg zijn van oudsher provincies met veel landbouw en industrie en daarmee van nationaal belang. Vanuit een regionaal samenwerkingsproces hebben we met een brede maat- schappelijke coalitie de problematiek van de hoge zandgronden op de kaart gezet. Hierbij hebben we nauw samengewerkt met de regio Oost-Nederland. De reservering van 60 miljoen Euro in het nationale Deltaprogramma voor de watervoorziening op de hoge zandgronden (Zuid- en Oost-Nederland gezamenlijk) is een kroon op ons werk. Deze cofinanciering is een solide basis voor de regionale investeringen die alle partners de komende jaren opnemen in hun beleids- en beheerplannen. Doet u mee? De intentieverklaring van 12 juni is niet het eindpunt. Komend jaar werken we toe naar een gebiedsgerichte uitwerking van het uit- voeringsprogramma en een bestuursovereenkomst, waarin definitieve afspraken worden gemaakt over uitvoering en financiering van maatregelen. Partijen die hier een rol voor zichzelf weggelegd zien zijn van harte welkom hier mede invulling aan te geven. Lambert Verheijen, voorzitter stuurgroep Deltaplan Hoge Zandgronden en dijkgraaf waterschap Aa en Maas Mijlpaal watervoorziening hoge zandgronden Op 12 juni jongstleden ondertekenden 19 samenwerkende partijen in Zuid-Nederland een belangrijke intentie- verklaring. Doel: het realiseren van een uitvoeringsprogramma om de beschikbaarheid van voldoende schoon grond- en oppervlaktewater in een belangrijk deel van Nederland voor langere termijn veilig te stellen. Hiermee gaan de partners gezamenlijk en structureel de strijd aan met toenemende watertekorten.

Transcript of Nieuwsbrief Deltaplan Hoge Zandgronden juli 2014

Page 1: Nieuwsbrief Deltaplan Hoge Zandgronden juli 2014

NieuwsbriefDeltaplan Hoge Zandgronden

juli 2014

De hoger gelegen zandgronden in Noord-Brabant en Limburg kennen

nu al regelmatig perioden van watertekort. Klimaatverandering zorgt

voor meer neerslag in korte tijd (piekbuien), maar Nederland heeft ook

steeds vaker te maken met warme, droge perioden die langer duren.

Hierdoor staat de beschikbaarheid van voldoende schoon grond- en

oppervlaktewater verder onder druk. Dat kan leiden tot grotere

knelpunten voor landbouw, industrie, drinkwater, scheepvaart, natuur

en recreatie en het stedelijk gebied. Het Deltaplan Hoge Zandgronden

gaat deze ontwikkelingen tegen.

Groot economisch belang

De gezamenlijke intentieverklaring is een belangrijke mijlpaal. Hiermee

onderstrepen we onze gezamenlijke strategie voor een klimaat-

bestendige watervoorziening. We tekenen voor het behoud en de

ontwikkeling van het economisch potentieel van Noord-Brabant en

Limburg. Voldoende grond- en oppervlaktewater is hier essentieel

voor het toekomstperspectief van de landbouw en industrie en voor

het behoud van unieke natuurlijke en landschappelijke kwaliteiten.

106 miljoen Euro

Met de intentieverklaring onderschrijven de deelnemende partijen

de ambitie om, mits adequate cofinanciering vanuit het nationale

Deltafonds beschikbaar komt, voor de eerste fase (2016-2021)

106 miljoen Euro te investeren in maatregelen. Door de komende

jaren te investeren in effectieve maatregelen, voorkomen we de extra

droogteschade door klimaatverandering die alleen al voor de land-

bouw in Zuid-Nederland kan oplopen tot 75 miljoen Euro per jaar.

Nationaal belang

Noord-Brabant en Limburg zijn van oudsher provincies met veel

landbouw en industrie en daarmee van nationaal belang. Vanuit een

regionaal samenwerkingsproces hebben we met een brede maat-

schappelijke coalitie de problematiek van de hoge zandgronden op

de kaart gezet. Hierbij hebben we nauw samengewerkt met de regio

Oost-Nederland. De reservering van 60 miljoen Euro in het nationale

Deltaprogramma voor de watervoorziening op de hoge zandgronden

(Zuid- en Oost-Nederland gezamenlijk) is een kroon op ons werk.

Deze cofinanciering is een solide basis voor de regionale investeringen

die alle partners de komende jaren opnemen in hun beleids- en

beheerplannen.

Doet u mee?

De intentieverklaring van 12 juni is niet het eindpunt. Komend jaar

werken we toe naar een gebiedsgerichte uitwerking van het uit-

voeringsprogramma en een bestuursovereenkomst, waarin definitieve

afspraken worden gemaakt over uitvoering en financiering van

maatregelen. Partijen die hier een rol voor zichzelf weggelegd

zien zijn van harte welkom hier mede invulling aan te geven.

Lambert Verheijen,

voorzitter stuurgroep Deltaplan

Hoge Zandgronden en

dijkgraaf waterschap Aa en Maas

Mijlpaal watervoorziening hoge zandgrondenOp 12 juni jongstleden ondertekenden 19 samenwerkende partijen in Zuid-Nederland een belangrijke intentie-

verklaring. Doel: het realiseren van een uitvoeringsprogramma om de beschikbaarheid van voldoende schoon

grond- en oppervlaktewater in een belangrijk deel van Nederland voor langere termijn veilig te stellen.

Hiermee gaan de partners gezamenlijk en structureel de strijd aan met toenemende watertekorten.

Page 2: Nieuwsbrief Deltaplan Hoge Zandgronden juli 2014

Droog voorjaar: wat betekent dit voor gebruikers?

Veel stuwen vroeg op zomerpeil

Het voorjaar van 2014 is erg warm en droog geweest in vergelijking met andere

jaren. Beken, sloten en vennen vallen droog. Door het warme weer lopen boeren

met hun werkzaamheden een maand voor in vergelijking met vorig jaar. Hoe kijken

gebruikers aan tegen de gevolgen van het droge voorjaar en wat er tegen gedaan

worden?

2

Johan Elshof, waterspecialist bij de ZLTO, licht toe welke

maatregelen genomen worden om de negatieve gevolgen van

het droge voorjaar voor de land- en tuinbouw tegen te gaan.

“In het stroomgebied de Beerze-Reuzel is een beregenings-

verbod doorgevoerd. Dit betekent dat boeren en tuinders geen

water vanuit de beken kunnen gebruiken om de percelen mee

te besproeien. Agrariërs kunnen door dit verbod alleen nog met

grondwater hun teelt van water voorzien. De kwaliteit van dit

grondwater is goed. Grondwater moet in tegenstelling tot

oppervlaktewater wel opgepompt worden, waardoor het

duurder is om dit water te onttrekken. Tot slot is de temperatuur van het grondwater lager,

aangezien het water vanuit de bodem komt. De lage temperaturen kunnen een terugslag geven

op de groei van de gewassen. Daar komt bij dat niet alle ondernemers een toereikende vergunning

hebben om uit grondwater te beregenen.”

Beregeningsverbod

Het Deltaplan Hoge Zandgronden ontwikkelt een actieprogramma om de droogte tegen te gaan.

Een aantal maatregelen uit dit programma komt ook de boer ten goede. Een voorbeeld hiervan is de

technologie ‘peilgestuurd drainagesysteem’. Het doel is om water minder snel te laten afstromen

richting de sloot. Dit kan door het waterpeil van een sloot hoog te houden. Het water wordt dan

langer vastgehouden op de akkers en het grondwaterpeil in het perceel ligt daardoor hoger, al

gebeurt dat niet op het moment dat de ondernemer met zwaar materieel op het land moet zijn.

Een andere maatregel is hightech beregenen op maat. Dit initiatief bestaat uit een module die de

gewasgroei en -verdamping bijhoudt. Vervolgens wordt afgewogen hoeveel beregend moet worden

op basis van de weersvoorspellingen op korte termijn en de kosten om te beregenen. Tot slot ligt de

uitdaging bij het sluitend maken en verkleinen van waterkringlopen. Het doel is om zoveel mogelijk

vrijgekomen water in een bepaald gebied her te gebruiken voor natuur- en landbouwdoeleinden.

In de regio Tilburg-Dongen is het voorstel om het water dat vrijkomt bij enkele industrieën te

hergebruiken, waardoor de droogteschade wordt verminderd.

131 miljoen voor water in droge zomers Op 27 juni ondertekenden regionale

overheden en de maatschappelijke

belangenorganisatie, in de regio

Oost-Nederland, in bijzijn van

Deltacommissaris Wim Kuijken, de

intentieverklaring. De intentieverklaring

is gericht op het verder uitwerken

van het Uitvoeringsprogramma

Zoetwatervoorziening op de Hoge

Zandgronden in regio Oost.

De Deltacommissaris vindt het van

grote waarde dat naast de provincies,

gemeenten en waterschappen

in Oost- en Zuid-Nederland de

intentieverklaring hebben ondertekend,

ook de maatschappelijke organisaties

als gebruikers van zoetwater in dit

gebied. “Dit ondersteunt mijn voorstel

voor de deltabeslissing Zoetwater:

voldoende zoetwater is een gedeelde

verantwoordelijkheid”, aldus Wim

Kuijken tijdens de ondertekening op

27 juni.

Qua uitvoering van maatregelen gaat

het in regio Oost de eerste zes jaar

om een gewenste investering van 131

miljoen euro. De regionale overheden

en maatschappelijke organisaties bieden

aan om hiervan 2/3 (87 miljoen euro)

te bekostigen. Van het Rijk wordt de

resterende 1/3 gevraagd (Deltafonds).

Belangrijk is dat we blijven werken

aan de uitvoering van maatregelen en

tegelijkertijd goed in de gaten houden

hoe de samenleving en het klimaat

veranderen. We kennen in Nederland

gelukkig ook de rijkdom van voldoende

water, als we kijken op jaarbasis. Maar

die hoeveelheid moeten we goed

beheren voor droge tijden. Misschien

wel ánders dan we gewend zijn. Daar

spelen we adaptief op in. Mogelijke

maatregelen hebben we in beeld voor

het geval de veranderingen sneller

verlopen dan verwacht. We zorgen

ervoor dat daar voldoende ruimte voor

beschikbaar blijft.

Bert Boerman, voorzitter van het

Regionaal Bestuurlijk Overleg (RBO)

Rijn-Oost

De lente van 2014 was nog maar een paar

dagen oud of droogte en droogtebestrijding

stonden al op de agenda van Waterschap De

Dommel. Na half december was er weinig

regen gevallen. Het grondwater was hierdoor

maar weinig aangevuld. Op de Brabantse

zandgronden was de grondwaterstand eind

maart op het niveau dat normaal bij het

einde van het voorjaar hoort. Om het tekort

aan grondwater aan te vullen en verdroging

tegen te gaan, hield Waterschap De Dommel

de waterpeilen in de beken hoog. Stuwen

stonden hoog om water vast te houden. Het water in de sloten en beken kreeg zo meer tijd om de

grond in te zakken en het grondwater aan te vullen. Zo zorgt het waterschap voor voldoende water.

Tijdelijk kan het waterschap juist lagere peilen instellen, om zo rekening te houden met agrariërs die

hun land willen bewerken. Het waterschap houdt op die manier rekening met verschillende

belangen.

Page 3: Nieuwsbrief Deltaplan Hoge Zandgronden juli 2014

Boswachter Lex Querelle van Natuurmonumenten vertelt over

de mogelijke oorzaken en gevolgen van de bosbrand en welke

preventiemaatregelen hiervoor worden genomen. “Bosbranden

komen het meeste voor in de maand februari, aangezien de natuur

dan minder groen is. Groene planten dragen namelijk veel

plantsappen met zich mee, waardoor het vochtiger blijft in het

gebied. Daarnaast was begin maart sprake van een langdurige

oostenwind. Hierdoor werd het gebied kurkdroog en was sprake

van een lage luchtvochtigheid. Toch is moedernatuur vaak niet de

veroorzaker van de brand in Nederland. Branden worden namelijk

vaak aangestoken. Natuurmonumenten neemt brandpreventie-

maatregelen: een rookverbod, toezicht en voorlichting. Verder wordt

in samenwerking met de regionale brandweer een plan uitgewerkt

en worden oefeningen gedaan om een brand zo snel mogelijk te

bedwingen. Natuurmonumenten adviseert daarbij voornamelijk

vanuit haar kennis van het terrein en de toegangswegen. De

bereikbaarheid van het natuurgebied is namelijk een van de grootste

knelpunten om een brand zo snel mogelijk te blussen.”

De vraag is natuurlijk of het droge voorjaar verband houdt met de

bosbrand. Volgens Theo Quekel, bos- en natuurbeheerder bij het

Brabants Landschap is er zeker sprake van een watertekort. “Het

blijft altijd een lastige opgave om aan te geven wat de oorzaak van

een brand is. Eén ding is zeker: droogte vergroot de kans op brand.

Een oorzaak van de droogte is dat sinds de jaren vijftig van de

vorige eeuw erg gefocust is op de behoeften vanuit de landbouw.

Men wilde voorkomen dat water op de akkers bleef staan. Om deze

reden is er flink geïnvesteerd in de afwatering van regenwater door

middel van drainage en sloten. Neerslag wordt nu relatief snel

Door aanleg van robuuste beekdalzones krijgt de (beek)ecologie

meer ontwikkelkansen. De aanleg van natuurlijke verbindingen leidt

ertoe dat natuurgebieden beter bestand zijn tegen de verwachte

klimaatsverandering.

Omslag in denken

Nieuw Limburgs Peil is een omslag in denken. Waar in het verleden

water zo snel mogelijk werd afgevoerd, is het nu de kunst het zo

lang mogelijk vast te houden om een evenwichtige waterhuis-

houding te laten ontstaan. “Slimmer omgaan met water,” noemt

afgevoerd. In het geval van de Loonse en Drunense duinen stroomt

het kwalitatief goede kwelwater snel af richting de rivieren. Om

water langer vast te houden zijn sinds begin 2000 maatregelen

genomen om binnen het gebied poelen aan te leggen en sloten te

dempen. Daarnaast is de waterloop de Zandleij gedempt en vindt

er een omlegging plaats naar een droger gebied voor extra

watertoevoer. Door deze initiatieven blijft het waterpeil in de

bodem hoger en verdroogt het gebied minder snel.

Tot slot ligt boswachter Lex Querelle toe dat de droogte nog andere

gevolgen met zich meebrengt, zoals vegetatieveranderingen.

“Door de klimaatsveranderingen hebben bepaalde insecten hun

optimum op andere momenten in vergelijking tot een aantal jaren

terug. Door deze verschuiving in de tijd lopen bepaalde vogel-

soorten, zoals de Bonte Vliegenvanger en het Korhoen voedsel voor

hun jongen mis en nemen de populaties af. Anderzijds zijn er weer

soorten die juist profiteren. Zo heeft de nachtzwaluw de afgelopen

twintig jaar het aantal broedplaatsen uitgebreid van 1 naar 73.

Dit komt mogelijk door de hogere temperaturen.”

Jan Classens deze omslag in denken. Classens is lid van de

Stuurgroep Deltaplan Hoge Zandgronden en lid van het Dagelijks

Bestuur van waterschap Peel en Maasvallei. “Driehonderd dagen

lang water vasthouden, zodat er geen droogteschade kan ontstaan.

Het grondwaterpeil bereikt op die manier de juiste hoogte, zowel in

landbouw- als natuurgebieden. En in de periode dat het land

bewerkt moet worden of er wordt geoogst, mag het water rustig

wat zakken. Op het moment dat de boeren klaar zijn met hun werk,

gaan de stuwen weer dicht. Op die manier wordt beregening tot

een minimum beperkt.”

Nieuw Limburgs Peil

Brand Loonse en Drunense duinen

Het droge voorjaar heeft ook gevolgen op de natuurgebieden. Zo woedde op 10 maart 2014 een bosbrand op de

Loonse en Drunense duinen. Daarbij zijn 50 hectares natuur verwoest. Het natuurgebied is ruim 5.000 hectare groot

en ligt in Midden Brabant. Het gebied bestaat uit een afwisseling van droge zandverstuivingen en naaldbos en uit een

uitgestrekte beekdalzone Zandleij.

Om beter bestand te zijn tegen langdurige perioden van droogte zet Waterschap Peel en Maasvallei in op herstel van

het watersysteem in Noord- en Midden Limburg. Dit gebeurt binnen het project Nieuw Limburgs Peil, waarin met de

verschillende belanghebbenden maatregelen zijn bedacht om het watersysteem robuuster te maken en water langer

vast te houden. Kernwoorden hierbij zijn: 1) waterconservering, 2) oog voor grondgebruik en 3) ruimte voor water.

Het is de bedoeling om ook extreem natte perioden het hoofd te kunnen bieden. Dit kan door overstromingen

gereguleerd toe te staan en dit vooraf te regelen met grondgebruikers.

Page 4: Nieuwsbrief Deltaplan Hoge Zandgronden juli 2014

Het project Het project Deltaplan Hoge Zandgronden richt zich op onderzoek naar

de toekomstige droogteproblematiek en mogelijke oplossingen daarvoor.

Het project levert bovendien de regionale inbreng in het deelprogramma

Zoetwater van het Deltaprogramma. Met deze nieuwsbrief brengen wij u

op de hoogte van de laatste stand van zaken van het project.

De Stuurgroep DHZ is een samenwerkingsverband tussen de

waterschappen Aa en Maas, Brabantse Delta, De Dommel, Peel en

Maasvallei en Roer en Overmaas, de provincies Noord-Brabant en

Limburg, Rijkswaterstaat Zuid, drinkwaterbedrijven Brabant Water

en Waterleidingmaatschappij Limburg (WML), de Zuidelijke Land- en

Tuinbouworganisatie (ZLTO) en de Limburgse Land- en Tuinbouwbond

(LLTB) en Staatsbosbeheer.

ColofonMeer informatie kunt u verkrijgen bij:

Sara de Boer (Waterschap Aa en Maas), Projectleider

Telefoon 073 615 83 45

Rolf Koops (Waterschap Aa en Maas), Projectsecretaris

Telefoon 06 50902679

Wilt u zich aanmelden, afmelden of wijzigingen doorgeven met betrekking tot deze

nieuwsbrief? Neem dan contact op met: Susan Spanjers (Waterschap Aa en Maas)

Telefoon 073 615 68 23

Email [email protected]

Zie ook www.deltaplanhogezandgronden.nl

• Gebiedsproces Vereniging Markdal – Waterschap en agrarisch

ondernemers ontwikkelen gezamenlijke toekomstvisie voor een

duurzaam en vitaal Markdal om water-, natuur- en landbouw-

doelen te realiseren.

• Gebiedsprocessen Pepinusbeek en Haelensche beek

– Toekomstbestendige inrichting van beekdalen met het doel de

waterkwaliteit te verbeteren en water beter vast te houden en

benutten in kritische droge tijden.

• Eiland van Weert – De regio brengt de kansen in beeld voor

het beter vasthouden en benutten van het stedelijk water.

• Wijffelterbroek – Natuur- en landbouworganisaties werken

samen aan functiewijziging van gronden, herinrichting van beken

en natuurgebieden en optimalisatie van de landbouw door

waterbesparing.

• Gebiedsproces ‘Nieuw Limburgs Peil-next’ – Vervolg op

Nieuw Limburgs Peil (NLP) dat zich richt op een verdere

verbetering van het grond- en oppervlaktewaterbeheer,

mede in het licht van klimaatverandering.

• Gebiedsproces Groene Woud – Proeftuin voor innovatieve en

duurzame pilotprojecten die natuur- en wateropgaven voor stad

en platteland met elkaar verbinden.

• Vasthouden aan de bron – Samenwerkingsproject van

waterschappen, agrariërs en natuurorganisaties gericht op

het vasthouden van water in hoger gelegen landbouw- en

natuurgebieden.

• Stedelijke waterretentie Parkstad – In de groenzones van

de stedelijke gebieden in Zuid-Limburg zoeken partijen naar

mogelijkheden om buffers in te richten voor opslag van

(afgekoppeld) regenwater.

• Boer, Bier, Water – Initiatief van ZLTO en Bavaria waarin wordt

onderzocht of het proceswater van Bavaria benut kan worden

voor de watervoorziening van de landbouw in de regio rondom

Lieshout.

Parels Deltaplan Hoge Zandgronden 2015-2021

Provincies, waterschappen, land- en tuinbouworganisaties, drinkwaterbedrijven, terreinbeheerders en Rijkswaterstaat

hebben een strategie en uitvoeringsprogramma uitgewerkt voor de periode 2015 tot 2021, met een doorkijk naar de

periode tot 2027. Rode draad is het streven naar een robuuste inrichting van het watersysteem, dat minder gericht is op

water afvoeren en meer op water vasthouden. In gebiedsprocessen vullen de DHZ partners samen met andere partijen de

komende jaren verder in waar welke maatregelen effectief en haalbaar zijn. Onderstaande DHZ parels illustreren het type

projecten en maatregelen waar het om gaat.

• Klimaatadaptieve watermaatregelen in natuurgebieden

– Maatregelen om de effecten van droogte tegen te gaan,

verdamping te beperken en water te conserveren.

• Deltaplan Agrarisch Waterbeheer De Agger, Asten-Someren

en Reusel-De Mierden – Gebiedsprocessen gericht op een

duurzamer waterbeheer in agrarische gebieden.

• Beregeningssignaal – Instrument dat agrariërs per perceel

adviseert over aanbevolen hoeveelheid beregening en het

rendement hiervan.

• Aanvoer Beekloop – Zelfvoorzienendheid staat hier centraal,

vanwege de zeer beperkte wateraanvoermogelijkheden. Daarbij

streeft het waterschap naar goede afspraken met België om de

(beperkte) wateraanvoer te garanderen.

Parels Deltaplan Hoge Zandgronden 2015-2021

2014-236