Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en...

24
1 Neurochirurgie, neurologie,Vinrad (ingang 12 route 1392) Studentenbrochure

Transcript of Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en...

Page 1: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

1

Neurochirurgie, neurologie,Vinrad (ingang 12 route 1392)

Studentenbrochure

Page 2: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

2

01. Inleiding

Beste student, hartelijk welkom op onze dienst!

Deze brochure helpt je op weg om van je stage een aangename en leerrijke periode te maken.

Het biedt je een beeld van de werking van onze dienst en is tevens een eerste handleiding mbt

de verschillende pathologieën en behandelingen.

We hopen dat deze brochure je helpt om je leerdoelstellingen gemakkelijker te formuleren.

We wensen jou alvast een boeiende en leerrijke stage toe!

02. Voorstelling dienst

Architectonische voorstelling

De hospitalisatieafdeling neurochirurgie situeert zich in de K12 – 6de verdieping – kant B

(6K12B).

(Ingang 12, route 1392)

De verpleegeenheid beschikt over 6 één-persoonskamers en 12 twee- persoonskamers. Deze

situeren zich allemaal aan de ‘buitenzijde’ van de afdeling. Centraal liggen dienstruimtes

(afdelingskeuken, linnenkamer, spoelruimte, labo, doktersbureel & berging).

Onze afdeling is een ‘beveiligde’ eenheid. Dit wil zeggen dat de afdelingsdeuren steeds sluiten en op slot gaan. Bij het binnenkomen van de verpleegeenheid moet een knop ingedrukt worden om de deur te ontgrendelen. Bij het verlaten van de verpleegeenheid moet een cijfercode ingetikt worden vooraleer de deuren zich ontgrendelen. Onze deuren zijn steeds gesloten omdat er regelmatig gedesoriënteerde patiënten verblijven die op stap kunnen gaan maar de weg terug niet vinden.

Organisatorische voorstelling

De medische disciplines

In het UZGent zijn de medische disciplines onderverdeeld in sectoren. De diensten neurochirurgie en neurologie, evenals de respectievelijke hospitalisatiediensten behoren tot de sector hoofd, hals en zenuwstelsel. Onze afdeling beschikt over 30 hospitalisatiebedden, toegewezen aan 3 medische disciplines: neurochirurgie (24), neurologie (5) en vasculaire en interventionele radiologie (VINRAD) (1).

Page 3: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

3

Neurochirurgie Neurochirurgie is het medisch specialisme dat zich bezighoudt met de diagnosestelling en behandeling van afwijkingen aan : - het centraal zenuwstelsel (hersenen en ruggenmerg) met hun benige omhulsels (schedel en

wervelkolom); - Het perifere zenuwstelsel - De verzorgende bloedvaten van het zenuwstelsel

Diensthoofd: Prof. Dr. D. Van Roost

Neurologie

De dienst Neurologie biedt gespecialiseerde zorg, diagnostisch en therapeutisch, voor

patiënten met epilepsie, dementie, bewegingsstoornissen, neuromusculaire ziekten, hoofdpijn,

multiple sclerose, aandoeningen van de evenwichts- en gezichtsbanen en de hoofdzenuwen,

beroerte en slaapstoornissen.

Diensthoofd: Prof. dr. P. Boon

Vasculaire en Interventionele Radiologie (VINRAD)

De dienst VINRAD omvat vasculaire radiologie, interventionele radiologie en interventionele neuroradiologie. Naast diagnostiek doen de VINRAD artsen ook behandelingen & interventies. Deze behandelingen voeren ze meestal uit via endovasculaire weg (via de bloedvaten), gebruik makend van katheters en microkatheter technieken. Het gaat hierbij om allerlei niet-operatieve procedures die onder scopie gebeuren. vb: coiling van een cerebraal aneurysma, embolisatie van een AVM, chemo- embolisatie van een levertumor, galwegstenting, …

Diensthoofd: Prof. dr. L. Defreyne

Het verpleegkundig en paramedisch team

Een enthousiast team met flink wat ervaring binnen het domein neurochirurgie staat in voor de dagelijks zorg van onze patiënten. De hoofdverpleegkundige, Dhr Wim Coppens, staat in voor:

De organisatie van de afdelingswerking;

De organisatie, coördinatie en supervisie van het verpleegkundig team;

De communicatie en overleg met het medisch en verpleegkundig team, andere zorgverleners en medewerkers;

De communicatie met patiënten en familie;

Het bewaken en optimaliseren van kwaliteitszorg;

Het materiaalbeheer op de afdeling.

De verpleegkundigen staan in voor de patiëntenzorg volgens het “verpleegmodel patiëntentoewijzing”, d.w.z. dat één verpleegkundige verantwoordelijk is voor de integrale zorg van een aantal patiënten.

Page 4: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

4

Deze omvat:

Totaalzorg plannen, uitvoeren, evalueren en rapporteren;

Uitvoeren van verpleegtechnische handelingen;

Uitvoeren van medische opdrachten;

Assisteren bij medische handelingen;

Voedingsdistributie;

Medicatiedistributie;

Observatie en communicatie met patiënten en familie;

Informeren van patiënten en familie;

Zaalronde en overleg met de behandelende arts;

Mee aansturen van de multidisciplinaire zorg en nauw contact onderhouden met met

kine, ergo, sociaal verpleegkundige, logo;

Patiëntenadministratie bij opname, verblijf, transfer en ontslag;

Begeleiding studenten verpleegkunde volgens het mentoraatschap:

Samenwerken met studenten

De secretariaatmedewerkers staan in voor:

het onthaal van de patiënten op de afdeling

de administratie van bij de opname tot op ogenblik van ontslag

het afspreken en coördineren van onderzoeken en vervoer De logistieke medewerker staat in voor:

zowat alle taken m.b.t. voeding: bedeling van de voeding, installeren van de patiënt, hulp bieden aan de patiënt tijdens de maaltijd.

Logistieke ondersteuning aan verpleegkundigen: hulp bij opmaak bedden & op orde houden van de spoelruimte.

Onderhoud en aanvullen van de diverse zorgkarren en materiaalruimtes De poetsvrouw staat in voor het dagelijks onderhoud van de kamers en dienstruimtes. De sociaal verpleegkundige geeft bijstand bij het regelen van heel wat persoonlijke en praktische zaken:

Vervoer naar huis of thuisvervangend milieu

Bijkomende hulpmiddelen die kunnen helpen bij de dagelijkse activiteiten

Aanvragen thuisverpleging en kinesitherapie

Verblijf in een hersteloord of revalidatiecentrum

Inschakelen van professionele diensten voor huishoudelijke hulp, maaltijden, boodschappen

De kinesisten staan in voor:

Postoperatief mobiliseren van patiënten

Rugversterkende oefeningen en goede rughygiëne aanleren en oefenen

Begeleiding van de studenten kinesitherapie. Logopedie en ergotherapie Waar nodig wordt het team van de logopedie en/of ergotherapie ingeschakeld.

Logopedie staat in voor de behandeling van communicatiestoornissen met betrekking tot taal, spraak, de stem, gehoor en/of slikken. Logopedie biedt de cliënt preventie, zorg, training en advies ten aanzien van communicatie, mondfuncties, het gehoor, slikken en stem.

De ergotherapeut geeft individuele training en begeleidt de patiënt naar een optimale zelfstandigheid door dagelijkse activiteiten te trainen en hulpmiddelen te leren gebruiken.

Page 5: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

5

De psychologe in de oncologie is er om de patiënt en de naasten te ondersteunen doorheen het hele ziekte – en behandelingstraject.

03. Dienstgebonden verpleegkundige zorgen Het zorgprofiel van onze patiënten kan heel sterk verschillen. Algemeen hebben onze patiënten een grote zorgvraag m.b.t. basiszorgen & detailzorg (hygiënische zorgen ( inclusief mondtoilet !), zorgen m.b.t. mobiliteit, zorgen m.b.t. uitscheiding en zorgen m.b.t. voeding). Mbt verpleegtechnische vaardigheden worden volgende technieken vaak uitgevoerd:

Zorgen m.b.t. maagsonde

Zorgen m.b.t. PEG- sonde

Zorgen m.b.t. geven van sondevoeding

Infuustherapie

Intermittente blaassondage

Zorg m.b.t. verblijfsonde

Zorg aan tracheacanule

Zuurstoftherapie

Aspireren van de bovenste luchtwegen

(eenvoudige) wondzorg

Verwijderen redondrain

Verwijderen hechtingen

Assistentie bij lumbale punctie

Specifieke leerpunten van de afdeling

We onderscheiden ons van andere verpleegafdelingen o.b.v. de specifieke neuro- observaties bij

onze patiënten: glascow coma schaal, pupilcontrole, mobiliteit, sensibiliteit,…

Belangrijk hierbij is dat je niet alleen leert hoe je deze parameters correct afneemt, maar tevens

goed weet waarom deze parameters worden geregistreerd. En indien de waargenomen parameter

niet binnen de normale waarde valt, wat kan er aan de hand zijn? Welke stappen moeten dan

genomen worden, …

Graag bijzondere aandacht voor:

Mobiliteitsproblemen owv cervicale of lumbale wervelzuilpathologie of op basis van

cerebraal lijden. Begrippen zoals parese, paraplegie, hemiplegie, tetraplegie,

sensibiliteitsstoornissen moeten gekend zijn.

Kijk in het patiëntendossier goed na of bevraag je bij de verpleegkundige of de patiënt

mag opstaan, of hij/zij een korset of halskraag moet dragen, of de patiënt een helm

moet dragen,

Valincidenten: onze afdeling kent een hoge incidentie m.b.t. valincidenten. Een

voortdurende aandacht m.b.t. valpreventie is dan ook steeds aan de orde!!

Stagedoelstelling: werk aan het thema valincidenten & valpreventie: hoe wordt aandacht

besteed aan valpreventie? Welke zijn de voorhanden procedures en standaarden? Hoe

preventief werken? En wat te doen indien een valaccident zich voordoet?

Page 6: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

6

Fixeren: Owv medische toestand, gecombineerd met beperkt ziekte-inzicht of desoriëntatie,

wordt op onze afdeling vaak een patiënt gefixeerd. Zowel voor de patiënt en zijn familie als

voor de verpleegkundigen is dit een zware emotionele belasting.

Stagedoelstelling: werk rond het thema fixatie: Waarom worden patiënten gefixeerd? Hoe

wordt er correct en op een veilige manier gefixeerd ? Welke zijn de richtlijnen? Hoe wordt

hierover gecommuniceerd? Observaties?

Communicatieproblemen Stagedoelstelling: werk rond het thema communicatiebeperkingen en problemen: Wat

betekent afasie (sensorisch en motorisch)? Dysfasie? Hoe ga je om met patiënten met

fatische stoornissen?

Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen

Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden van de

zorgvrager, is een basiskennis van de anatomie van de schedel, hersenen en wervelzuil

onontbeerlijk. Wij verwachten van elk van de studenten een actieve inzet om deze kennis te

vergaren en eigen te maken. Dit kan aan de hand van literatuur dat ter beschikking is op de

afdeling. Maar ook het internet is een rijke bron aan informatie. Om operaties goed te kunnen

begrijpen, kan je op Youtube heel degelijke informatieve animatiefilmpjes terugvinden. En

natuurlijk kan je ook elk van de verpleegkundigen aanspreken!

In de bijlage van deze brochure wordt alvast ook een basisoverzicht gegeven mbt anatomie,

pathologie en ingrepen mbt de schedel, hersenen en wervelzuil. Dit overzicht omvat al een

groot aandeel van de pathologieën en ingrepen waarvoor de patïenten op onze afdeling worden

opgenomen.

Van een tweede en derdejaarsstudent verwachten we dat hij/zij in eenvoudige bewoording

gestructureerd een voorstelling kan geven van de patiënt die wordt verzorgd.

04. Stage-informatie

Dienstgebonden stage-informatie

Om je stage zo optimaal mogelijk te laten verlopen vragen we dat je bij de start van de stage:

• beschikt over een geldige, actieve badge

• beschikt over een actieve LDAP-code

• beschikt over de nodige stagedocumenten

• deze afdelingsgebonden brochure volledig hebt gelezen

Verdere informatie mbt badge en/of LDAP code kan je op de website van UZGent terugvinden

onder rubriek : opleiding/Studenten-Verpleegkunde-Vroedkunde/praktische-info

Page 7: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

7

Verschillende soorten shiften

Er zijn drie verschillende soorten shiften op de afdeling

Vroege: 6.45u - 14.45u

Late: 14.15u – 22.15u

Nacht: 22.00u – 7.00u

Aanvang van de stageperiode

De eerste stagedag word je om 8u aan het Studentenloket (ingang 12 route 1513) verwacht en ten

laatste om 9u, in werkkledij UZG, op de afdeling. Je meldt je aan op het secretariaat.

De stage start met een onthaal door de hoofdverpleegkundige. Tijdens het eerste aanvangsuur

geeft de hoofdverpleegkundige een voorstelling van de dienst en van de medische disciplines.

Specifieke afspraken en verwachtingen worden hier ook besproken. Hij zal kort de afdeling

voorstellen en een rondleiding geven. Nadien wordt je voorgesteld aan de verantwoordelijke

verpleegkundige van de zone waar je aan toevertrouwd bent. De verpleegkundige zal bijkomende

informatie geven over de patiënten en de werking van de afdeling.

Stagerooster

De eerste stagedag start om 08u en eindigt om 16u. Op de eerste stagedag ontvang je ook je

werkrooster voor de verdere stageperiode. Er wordt een verhouding nagestreefd van 2/3

vroegdiensten en 1/3 laatdiensten. Er wordt ook minstens één werkend weekend ingeroosterd.

3de jaarsstudenten kunnen ook nachtdiensten werken. Dit enkel op vraag van de student.

Algemene richtlijnen

Aandacht voor persoonlijke hygiëne (propere schort, verzorgd kapsel, naamplaatje dragen en

reglementaire voorzorgen betreffende uniform respecteren, geen festivalbandjes aan de pols)

Aandacht voor handhygiëne + ontsmetting na elke verzorging

Op een beloproep wordt zo snel mogelijk gereageerd

Koffiepauze neem je samen met de verpleegkundige waarmee men werkt

Aan stageverslagen kan worden gewerkt tijdens kalme perioden

Dagelijks raadpleeg je de werkverdeling die in de verpleegpost hangt

Verpleegdossier raadplegen en per patiënt de zorgen noteren.

Voor derdejaars is het werken in patiëntentoewijzing toegestaan na overleg

Niet afdrukken van patiëntgebonden informatie

Geen GSM gebruik tijdens diensturen

Page 8: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

8

05. Contactgegevens

Voor algemene informatie over je stage kan je terecht bij het S-loket:

Bij ziekte moet je steeds de afdeling verwittigen op het nr 09/332 31 56

Page 9: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

9

06. Bijlage

6.1 De wervelzuil

Anatomie van de wervelzuil

De wervelzuil bestaat uit 7 nekwervels, 12 borstwervels , 5 lendewervels en het heiligbeen.

Een wervel bestaat uit een wervellichaam (corpus vertebrae) waaraan de wervelboog (arcus

vertebrae) vastzit. Aan de wervelboog zitten verschillende uitsteeksels;

Doornuitsteeksel (processus spinosus) wijst vanaf de wervelboog recht naar achteren. Deze

dienst als aanhechtingspunten voor banden en spieren.

Dwarsuitsteeksels (processus transversi) zitten aan weerszijde van de wervelboog. 1 aan de

linker en 1 aan de rechter zijde. Ook de dwarsuitsteeksels dienen als aanhechtingspunten

voor banden en spieren.

Gewrichtsuitsteeksels (processus articulares) zitten aan weerszijde van de wervelboog. De

gewrichtsuitsteeksels zijn zowel naar boven als naar beneden gericht en verbinden de

wervels met elkaar.

Tussen de wervellichamen en de wervelboog zit een opening. Deze opening wordt foramen

vertebrale genoemd. Doordat de wervels boven elkaar zijn gepositioneerd ontstaat een hol

kanaal, dit wordt het wervelkanaal genoemd. In het wervelkanaal ligt het ruggenmerg.

Tussen elke twee wervellichamen liggen tussenwervelschijven (discus). Tussenwervelschijven

bestaan uit bindweefselvezels (annulus fibrosus) met een geleiachtige kern (nucleus pulposus).

De tussenwervels fungeren als schokdempers tijdens het lopen, springen en draaien.

Page 10: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

10

Pathologieën

Cervicale hernia

Een cervicale hernia is een uitpuiling van de discus ter hoogte van de nekwervels. Wanneer er

een scheur ontstaat in de vezelring van de discus, kan het binnenste gedeelte, de zogenaamde

kern (nucleus), gaan uitpuilen en deze uitpuiling kan een druk veroorzaken op één van de

zenuwen of het ruggenmerg. De verschijnselen van een cervicale hernia bestaan oa uit pijn in de

nek (cervicalgie) die uitstraalt in de arm, dit kan zijn in de bovenarm, de onderarm en zelfs tot in

de hand (brachialgie). Indien de zenuw in belangrijke mate verdrukt wordt, kan dit zelfs

aanleiding geven tot een verlamming en krachtsverlies in de arm.

Cervicale spinale kanaalstenose

Cervicale spinale kanaalstenose is een vernauwing van het halswervelkanaal (ter hoogte van de

nek). In het wervelkanaal bevindt zich het ruggenmerg en de zenuwwortels. Dit halswervelkanaal

kan voornamelijk bij oudere patiënten ernstige tekens van slijtage vertonen. Op zich is slijtage

een normaal verouderingsverschijnsel, maar wanneer dit extreme vormen aanneemt, kan dit

leiden tot een vermindering van de diameter van het wervelkanaal. Op deze manier kan er een

belangrijke druk ontstaan op het ruggenmerg dat op zijn beurt tot ernstige symptomen kan

aanleiding geven. Wanneer het ruggenmerg in belangrijke mate gecomprimeerd wordt, zal door

de druk een zuurstofgebrek in het ruggenmerg ontstaan en vervolgens zullen zenuwcellen op die

plaats afsterven. Dit kan aanleiding geven tot tintelingen in de beide armen, krachtsverlies in de 4

ledematen en ernstige gangstoornissen. Meestal treden dergelijke symptomen langzaam op en

duurt het een hele tijd voor deze worden opgemerkt en de diagnose wordt gesteld.

Lumbale hernia

Een lumbale hernia is een uitpuiling van de discus ter hoogte van de lendewervels. Meestal wordt

het ontstaan van een discushernia voorafgegaan door belangrijke rugpijnklachten. Deze

rugpijnklachten ontstaan wanneer de vezelring scheurt. Als dan vervolgens de inhoud van de

tussenwervelschijf uitpuilt in het zenuwkanaal en de zenuw gaat verdrukken, ontstaan de

uitstralende pijnklachten. Op dat moment staan de beenpijnklachten vaak op de voorgrond veel

eerder dan de rugpijnklachten. Daarenboven kan een discushernia leiden tot sensibele

uitvalsverschijnselen (gevoel-uitvalsverschijnselen) zoals tintelingen en een verdoofd gevoel in

het traject van de zenuw. Ook motorische uitvalsverschijnselen (krachtsverlies) kunnen

ontstaan. Dit uit zich dan in een krachtsverlies van een bepaalde spiergroep die door de

aangetaste zenuw wordt bezenuwd

Page 11: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

11

Lumbale spinale kanaalstenose

Lumbale spinale kanaalstenose is een vernauwing van het wervelkanaal. Het zenuwkanaal heeft

een bepaalde diameter maar sommige patiënten hebben van nature een nauwer wervelkanaal

dan andere. Tijdens het slijtageproces van de wervelkolom vindt er een verdikking plaats van de

gewrichtsbandjes (ligamenten) alsook arthrose van de facetgewrichten (een aanwas van bot ter

hoogte van de tussenwervelgewrichtjes). Deze twee fenomenen kunnen leiden tot een

vernauwing van de diameter van het zenuwkanaal. Daardoor ontstaat er een belangrijke druk op

de zenuwwortels die door dit zenuwkanaal lopen. De typische klacht van een patiënt met een

lumbale spinale kanaalstenose is de zogenaamde neurogene claudicatioklacht. De patiënt

ervaart uitstralende pijnklachten, in 1 of meestal 2 benen, die typisch ontstaan bij het stappen. Dit

kan ontstaan na 10 of 20 meter stappen of na een paar honderd meter stappen. Meestal moet de

patiënt dan ergens gaan zitten of een voorovergebogen houding aannemen om de klachten te

doen verminderen.

Indeukingsfracturen (tgv osteoporose)

Osteoporose of botontkalking is een veel voorkomend ziektebeeld dat meestal ontstaat na de

leeftijd van 50 jaar en meer voorkomt bij vrouwen dan bij mannen. Dit kan aanleiding geven tot

breuken thv de wervels, de zogenaamde indeukingsfracturen of ingezakte wervels. Deze

breuken kunnen ontstaan na een banaal accident bijv. een lichte val of het heffen van een zwaar

voorwerp of zelfs spontaan.

Deze breuken geven meestal belangrijke pijnklachten thv de rug en kunnen zo aanleiding geven

tot verminderde beweging, oppervlakkige ademhaling en zelfs longontsteking.

Tumoren van de wervelkolom en het ruggenmerg

Tumoren van de wervelkolom en het ruggenmerg kunnen aanleiding geven tot een beknelling of

afsnoering van het ruggenmerg en zenuwen waardoor dat er een ernstige neurologische uitval

kan ontstaan: tintelingen of doofheid in de onderste en/of bovenste ledematen, bemoeilijkte gang

en zelfs belangrijke uitval tot volledige verlamming van de onderste en/of bovenste ledematen.

Daarenboven kunnen ze aanleiding geven tot ingezakte wervels waardoor de wervelzuil instabiel

wordt.

Wervelzuiltraumata

De symptomen van patiënten met een wervelfractuur zijn afhankelijk van de uitgebreidheid van de

fractuur (stabiele versus instabiele fractuur). Wanneer een instabiele fractuur druk uitoefent op het

ruggenmerg of de zenuwen gaat dit meestal gepaard met ernstige pijnklachten. Wanneer de

instabiele fractuur een vernauwing van het wervelkanaal tot gevolg heeft, kan er een belangrijke

Page 12: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

12

druk ontstaan op ruggenmerg en zenuwwortels. In milde gevallen kan dit aanleiding geven tot

lichte neurologische symptomen maar bij ernstige gevallen kan dit leiden tot een volledige

dwarslaesie. Dit wil zeggen dat er een volledige verlamming en gevoelsuitval is onder het niveau

van de instabiele breuk.

Ingrepen aan de wervelzuil

Anterieure cervicale disectomie en fusie (ACDF)

Deze techniek wordt gebruikt ter behandeling van nekhernia's en bij wervelkanaalvernauwingen

waarbij de vernauwing zich situeert aan de voorzijde van het wervelkanaal.

Via een kleine incisie van een 4-tal centimeters ter hoogte van de rechterhals wordt de wervelzuil

aan de voorzijde benaderd. De neurochirurg bereikt de tussenwervelschijf door plaats te maken

tussen de grote bloedvaten van de hals (arteria carotis en vena jugularis) en de halsorganen

(slokdarm, luchtpijp en schildklier). Vervolgens wordt de discus en de hernia verwijderd. Naar

opzij toe worden de vervoegingsgaten (neuroforamina) opengemaakt, zodat de zenuwwortels

(radices) opnieuw plaats krijgen. Op die manier kan de druk op de zenuw en het ruggenmerg

worden opgeheven. Nadat de discus is uitgeruimd , wordt een kooitje (cage) geplaatst. Soms

wordt daarbij ook een plaatje vastgemaakt vooraan op de wervels voor extra fixatie.

Cervicale laminectomie

Dit type van ingreep wordt verricht bij patiënten met een vernauwing van het wervelkanaal ter

hoogte van de nekwervels. De bedoeling van deze ingreep is om het wervelkanaal te verbreden

door arthrose en de sterk ontwikkelde gewrichtsbandjes te verwijderen. Via een insnede ter

hoogte van de nek wordt bij een cervicale laminectomie het doornuitsteeksel verwijderd alsook de

wervelbogen. Op die manier wordt het wervelkanaal in diameter vergroot.

Cervicale foraminotomie

Deze operatie wordt verricht bij sommige patiënten met een nekhernia. Bij dit type ingreep wordt

enkel de herniaprop, die tegen de zenuw drukt, verwijderd. De rest van de tussenwervelschijf

wordt intact gelaten. Er wordt geen gebruik gemaakt van een implantaat.

Page 13: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

13

Lumbale microdisectomie

Dit type ingreep wordt gebruikt voor patiënten met een lumbale discushernia.

Via een kleine insnede van een 3-tal centimeter wordt via een microchirurgische techniek met

behulp van de operatiemicroscoop de hernia verwijderd. Tevens worden nog een aantal

aanwezige losse fragmenten uit de tussenwervelschijf verwijderd.

Lumbale laminectomie

Dit type ingreep wordt verricht bij patiënten met een lumbale spinale kanaalstenose of vernauwing

van het wervelkanaal. Via een insnede ter hoogte van de lage rug, waarvan de grootte afhankelijk

is van het aantal te behandelen niveaus, wordt het doornuitsteeksel alsook de wervelboog

verwijderd. Daarenboven wordt de arthrose en te groot geworden gewrichtsbandjes verwijderd.

Aldus wordt het wervelkanaal geopend en wordt de druk van de zenuwen ontlast.

Intercorporele fusie (ALIF – PLIF)

Een fusie is een rugoperatie waarbij wervels aan elkaar worden vastgezet met de bedoeling dat

deze wervels nadien aan elkaar vastgroeien. Hierbij kan het gaan om het vastzetten van twee of

meerdere wervels.

Het vastzetten van de wervels aan elkaar is bedoeld om symptomen zoals pijn te bestrijden en in

sommige gevallen ook om de chirurg is staat te stellen het ruggenmerg en de zenuwwortels te

kunnen vrijmaken zonder de stevigheid van de wervelzuil te verminderen. Uiteraard betekent het

vastmaken van wervels in eerste instantie een verlies aan beweeglijkheid. Wanneer het slechts

om één of twee segmenten gaat, wordt dit verlies echter meestal ruimschoots gecompenseerd

door de winst aan bewegelijkheid van de rug in zijn geheel door het wegvallen van de pijn na de

operatie. Het is inderdaad zo dat de meeste van deze zieke schakels al lang niet meer normaal

bewegen door de aantasting van discus en of facetgewrichten

Page 14: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

14

Anterieure lumbale intercorporele fusie (ALIF)

Wanneer een fusie van de lumbale wervels dient te gebeuren zal in eerste instantie ook gekeken

en beoordeeld worden of dergelijke fusie via de buik of de rugzijde kan worden uitgevoerd.

Wanneer een fusie ter hoogte van het onderste segment L5/S1 dient te gebeuren zal de voorkeur

uitgaan naar een ALIF-procedure. Hierbij wordt de wervelzuil benaderd via de buik.

Er wordt een insnede gemaakt tussen navel en schaambeen. Vervolgens wordt onder de

buikspier en achter het buikvlies door de voorzijde van de wervelzuil bereikt. Daarna wordt de

tussenwervelschijf volledig verwijderd, de hoogte van de tussenwervelschijf wordt hersteld en in

de tussenwervelruimte wordt een kooi of cage ingebracht. Deze cage is gevuld met een product

dat de botaanmaak stimuleert. Vervolgens wordt een plaatje aan de voorzijde van de wervelzuil.

Posterieure lumbale intercorporele fusie (PLIF)

Er wordt een insnede gemaakt in het midden van de rug, ter hoogte van de wervels die men wil

benaderen. De wervelbogen en wervelgewrichtjes worden vrij gelegd. Vervolgens worden

“pedikel schroeven” geplaatst als fixatie voor de wervels. Dank zij deze fixatie kunnen correcties

worden bekomen en gehandhaafd tot dat de wervels effectief met elkaar zijn versmolten tot één

geheel. De tussenwervelschijf die vooraan tussen de wervels zit wordt benaderd en uitgeruimd.

Vervolgens zal de leeggemaakte werveltussenruimte worden opgevuld door een kooi (cage) dat

gevuld is met een product dat de botaanmaak stimuleert. Om de wervels de kans te geven na de

operatie aan elkaar te groeien, worden ze vastgemaakt met de vooraf geplaatste pedikel

schroeven die worden verbonden met staven.

Page 15: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

15

6.2 De schedel en de hersenen

Anatomie van de schedel

Beenderen van de hersenschedel:

Os frontale (voorhoofdsbeen)

Os parietale (wandbeen)

Os occipitale (achterhoofdsbeen)

Os temporale (slaapbeen)

Os ethmoidale (zeefbeen)

Os sphenoidale (wiggenbeen)

Page 16: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

16

Anatomie van de hersenen

De illustratie laat de buitenkant van de hersenen zien, bekeken vanaf de zijkant. Getoond worden de grootste hersenkwabben (frontaal, pariëtaal, occipitaal en temporaalkwab) en de structuren/samenstelling van de hersenstam (brug, hersenstam en kleine hersenen).

Hersenstam of verlengde merg

hier liggen alle functies die letterlijk van vitaal belang zijn voor het in stand houden van het lichaam, zoals de bloedstroom, ademhaling en temperatuurregulatie. Verder draagt hij zorg voor de regulatie van de lichaamshouding en het slaap-waakritme (=inwendige klok). De hersenstam verbindt vezels uit het lichaam met de rest van de hersenen. In de hersenstam vinden reflexen plaats die betrekking hebben op: de speekselklieren, de ogen, de luchtwegen en slikken (en braken en kokhalzen).

Kleine hersenen / cerebellum

hier wordt de coördinatie van de motoriek geregeld. Die coördinatie (evenwicht en spierspanning) vindt plaats in nauwe samenwerking met de grote hersenen, de hersenstam en het ruggenmerg.

Brug bevat centra die controle houden over vitale processen, inclusief ademhaling en hartfuncties. Het is tevens betrokken bij de coördinatie van de oogbewegingen en evenwicht.

Temporaal of slaapkwab

verwerkt het gehoor, geheugen en taalfuncties.

Occipitaal of achterhoofdskwab

helpt bij het verwerken van visuele informatie. In het achterste deel van deze kwab zit een gebied dat de primaire visuele cortex wordt genoemd. Hier eindigen de vezels die de prikkels uit de netvliezen van de ogen vervoeren.

Pariëtaal of wandkwab

ontvangt en verwerkt informatie betreffende temperatuur, tast, gevoel en beweging die vanuit de rest van het lichaam afkomstig is. In dit gebied worden tevens het lezen en rekenen verwerkt.

Frontaal of voorhoofdskwab

helpt controle te houden over aangeleerde spierbewegingen, stemming, plannen maken voor de toekomst, doelen en prioriteiten stellen.

Page 17: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

17

Hersenvliezen of

meninges

Vliezen die het centrale zenuwstelsel (hersenen en ruggenmerg) omsluiten.

Dit zijn er drie, van binnen naar buiten: het zachte hersenvlies (pia mater), het

spinnenwebvlies (arachnoidea) en het harde hersenvlies (dura mater). Deze

hersenvliezen dienen ter bescherming van de hersenen.

Ventrikels of

hersenkamers

Vier met hersenvocht gevulde holten in de hersenen. Men onderscheidt twee

laterale of zijventrikels, die in de grote hersenen liggen; het derde ventrikel ligt

in de tussenhersenen en het vierde ventrikel in de hersenstam. De ventrikels

zijn onderling verbonden en staan in open verbinding met de subarachnoïdale

ruimte (ruimte tussen het binnenste en middelste hersenvlies).

Hersenvocht of

liquor

Kleurloze heldere vloeistof in de ventrikels en de subarachnoïdale ruimte (de

ruimte tussen het binnenste en middelste hersenvlies). De liquor wordt

geproduceerd door weefselslierten met een vlokachtig uiterlijk (de plexus

choreoïdeus) in de ventrikels. De dagelijkse produktie bedraagt tussen de 400

en 500 ml. Dit gaat ook door als de druk verhoogd is. Het totale volume van de

liquor in en rondom de hersenen bedraagt ca. 150 ml. Dit houdt in dat de

liquor drie keer op een dag geheel wordt vervangen. De liquor heeft vooral

een functie als stootkussen voor de hersenen en verder om een goede

biochemische omgeving van de zenuwcellen te waarborgen. De normale druk

van de liquor is bij volwassenen ongeveer 15 cm waterdruk (in liggende

positie).

Page 18: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

18

Gebied van

broca

Ook (spraak)centrum van Broca genoemd. Een deel van de hersenschors dat,

naast het gebied van Wernicke, betrokken is bij taal. Het centrum van Broca

zorgt in het bijzonder voor de spraak en ook voor het in stilte tegen zichzelf

praten. Ook is het gebied actief bij het denken aan, en uitvoeren van

lichaamsbewegingen. Het spraakcentrum van Broca is een onderdeel van de

frontaalkwab, en bij rechtshandigen ligt het vrijwel altijd op de

linkerhersenhelft. Bij linkshandigen ligt het in een minderheid van de gevallen

op de rechterhersenhelft.

Een beschadiging van het spraakcentrum van Broca en de gebieden

daaromheen leidt tot afasie van Broca of motorische afasie. Deze mensen

hebben moeite met het begrijpen van grammatica en spontaan iets

(na)zeggen.

Gebied van

wernicke

Het gebied van Wernicke of het centrum van Wernicke is, naast het gebied

van Broca, betrokken bij taal. Het gebied van Wernicke is belangrijk om taal te

begrijpen. Als er beschadigingen optreden in dit gebied, kan de patiënt last

hebben van dyslexie of sensorische afasie. Sensorische afasie (of afasie van

Wernicke) betekent dat er een verstoord taalbegrip is; de patiënt begrijpt niet

wat er wordt verteld en gebruikt zelf vaak lange zinnen zonder inhoud. Het

centrum van Wernicke ligt in de meeste gevallen in de linker temporaalkwab.

Page 19: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

19

Pathologieën en behandeling

Hersentumoren

Over hoe en waardoor hersentumoren ontstaan is vrijwel niets bekend. Wel is duidelijk dat

erfelijke factoren mede een rol spelen, alhoewel het niet duidelijk is in welke mate. Het gaat in elk

geval niet om een erfelijke ziekte. Veel meer is het waarschijnlijk zo, dat de aanleg om een

hersentumor te krijgen al bij de geboorte aanwezig is. Van geen enkele omgevingsfactor is een

relatie met het ontstaan van hersentumoren aangetoond (voeding, roken, alcohol, straling, en

dergelijke). Ook voor een verband met het gebruik van de mobiele telefoon is er geen bewijs. De

tumoren ontstaan meestal rond het 50e tot 60e levensjaar, maar kunnen ook veel eerder of later

optreden. Wat dat betreft is er een grote spreiding. Mannen en vrouwen lopen min of meer in

gelijke mate het risico een hersentumor te krijgen.

Er bestaan verschillende soorten hersentumoren. Tumoren kunnen uitgaan van het

hersenweefsel zelf (bv. Glioblastoom, astrocytoom, oligodendroglioom, …), uitgaan van de

hersenvliezen (meningeomen), uitgaan vanuit de hypofyse (hypofyse adenoom) en er zijn de

metastasen (uitzaaiingen van een kanker die ergens anders in het lichaam is ontstaan)

Evenals elders in het lichaam kan een tumor van het centraal zenuwstelsel maligne

(kwaadaardig) of benigne (goedaardig) zijn. Een tumor wordt maligne genoemd als tumorweefsel

ingroeit in het gezonde omringende weefsel. Hierdoor is geen duidelijk scheidsvlak meer

aanwezig tussen gezond en ziek weefsel. Een primaire maligne hersentumor (ontstaan in de

hersenen) groeit niet door bestaande barrières en zaait ook vrijwel nooit uit naar andere organen.

De mate van maligniteit van tumoren wordt vastgesteld aan de hand van vastgelegde kenmerken,

ontwikkeld door de WHO. De gradering heeft een schaal van 1 tot 4: graad I (= tumor die zich

vrijwel zo gedraagt als normaal hersenweefsel) tot graad IV (= duidelijk ongeremd groeiende

tumor met weefselverval).

Een benigne tumor groeit niet in het omringende weefsel en metastaseert niet. Ondanks dat kan

een dergelijke tumor destructief zijn doordat deze op ander weefsel gaat drukken. Een bijkomend

probleem kan nog zijn dat de tumor omgeven is door zeer kwetsbare structuren of zich op een

moeilijk bereikbare plek bevindt.

De verschijnselen van een hersentumor hangen enerzijds samen met de groei van de tumor

waardoor verhoging van de druk in het hoofd ontstaat, anderzijds met de plaats waar de tumor

groeit. Verschijnselen van drukverhoging kunnen zijn: hoofdpijn, vooral bij activiteiten die zelf nog

eens de druk laten toenemen (b.v. bukken, niezen, persen), eventueel gepaard gaande met

misselijkheid en braken. Wanneer de tumor groeit in een neurologisch “stil” gebied, d.w.z. een

deel van de hersenen waar uitval van functie minder snel opvalt, kan deze enige tijd onopgemerkt

groeien. Behalve uit verhoging van de druk bestaan de verschijnselen dan vaak uit psychische

veranderingen zoals trager worden of juist minder geremd zijn. Bij groei in een deel van de

hersenen waar b.v. de bewegingen gelegen zijn kunnen verlammingsverschijnselen optreden, die

zich dan aan de andere lichaamshelft manifesteren, of spraakstoornissen. Tenslotte kunnen ook

nog epileptische toevallen het gevolg zijn van een hersentumor. In een heel enkel geval kan een

bloeding in een tumor optreden.

De drie meest voorkomende behandelingsmogelijkheden zijn chirurgische excisie (via craniotomie

of trepanatie = openmaken van de schedel door middel van botluik), radiotherapie en

Page 20: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

20

chemotherapie. Afhankelijk van de tumor (oa. grootte, agressiviteit, ligging) wordt voor een van

deze of voor een gecombineerde therapie gekozen.

Bij chirurgische excisie wordt ernaar gestreefd de tumor totaal te verwijderen. Dit is echter niet

altijd mogelijk. Een goedaardige tumor kan zodanig ongunstig liggen dat bij een totale

verwijdering grote kans bestaat dat essentieel weefsel onherstelbaar wordt beschadigd. Een deel

van de tumor wordt dan niet verwijderd. Bij een maligne tumor is vanwege ingroei in omringend

weefsel geen duidelijke grens aanwezig tussen normaal weefsel en tumorweefsel. Tumorweefsel

zal maximaal verwijderd worden zonder essentiële structuren te beschadigen. Chirurgische

excisie van een maligne tumor gaat meestal gepaard met een andere vorm van therapie.

Hersenbloedingen

Hersenbloedingen kan je onderverdelen in bloedingen buiten de dura (extradurale bloedingen) en

bloedingen binnen de dura (intradurale bloedingen).

Epiduraal hematoom

Bij een trauma, vooral bij een schedelfractuur, kan de arteria meningea media afscheuren. Deze

bloeding bevindt zich extraduraal. Het hematoom kan echter niet naar buiten uitzetten wegens het

schedelbot en geeft daardoor druk op de hersenen. De heftige (arteriële) bloeding kan op korte

termijn een levensbedreigende situatie doen ontstaan, waardoor acuut chirurgisch ingrijpen

noodzakelijk is. Via een spoedcraniotomie wordt het gestolde hematoom verwijderd en wordt de

bloeding gestopt.

Acuut subduraal hematoom

Een acuut subduraal hematoom bevindt zich onder de dura maar boven de arachnoïdea. De

bloeding ontstaat door het scheuren van een of meerdere brug- of ankervenen en andere

bloedvaten aan het hersenoppervlak. Chirurgische interventie bestaat uit een spoedcraniotomie

met evacuatie van het hematoom en hemostase.

Chronisch subduraal hematoom

Een chronisch subduraal hematoom komt het meest voor bij oudere mensen. Bij deze

bevolkingsgroep nemen de hersenen altijd wat in volume af: de schedel is te groot geworden.

Tussen het hersenoppervlak en de dura ontstaat daardoor meer ruimte. Door een vaak futiel

hoofdtrauma (het stoten van het hoofd kan al genoeg zijn) kan een brugvene scheuren. Het

hematoom ontstaat heel geleidelijk vanwege de veneuze bloeding. Processen binnen het

hematoom zorgen ervoor dat plaatselijk het bloed niet meer stolt. Doordat het niet- gestolde

hematoom water aantrekt, neemt het volume langzaam maar zeker toe en na verloop van tijd

krijgt de patiënt toenemende neurologische klachten (bv verminderd bewustzijn). Via een of

meerdere boorgaten wordt het hematoom geëvacueerd, waarna een normale bloedstolling weer

mogelijk is.

Subarachnoïdale bloeding

In de subarachnoïdale ruimte, tussen arachnoïdea en pia mater, lopen bloedvaten die vertakken

naar het hersenweefsel. Een trauma is de meest voorkomende oorzaak van een letsel van een

van deze bloedvaatjes en leidt tot een subarachnoïdale bloeding.

Page 21: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

21

Intracerebrale bloeding

Intracerebrale bloedingen kunnen veroorzaakt worden door een arterio-veneuze malformatie

(AVM) (dit is een aangeboren misvorming, een kluwen van bloedvaten bestaande uit aders en

slagaders) of een aneurisma.Tevens bestaan er intracerebrale bloedingen waarvoor er ook na

onderzoek (angiografie) geen duidelijke oorzaak wordt gevonden. Het betreft vaak oudere

patiënten met een voorgeschiedenis van hoge bloeddruk, suikerziekte, aderverkalking of een

combinatie hiervan.

Hersenaneurisma

Een aneurysma is een zwakke plek in een bloedvatwand die aanleiding geeft tot een uitstulping in

het bloedvat. Meestal is deze zwakke plek aangeboren en groeit ze na verloop van tijd uit tot een

bloedvatuitstulping (aneurysma). Een aneurisma geeft een verhoogd risico op hersenbloeding als

deze zwakke plek barst. De klachten kunnen dan divers zijn: plotse hevige hoofdpijn met

misselijkheid en braken tot zelfs overlijden. Het aneurysma kan ook zo groot worden dat er druk

ontstaat op nabij gelegen hersen- of zenuwweefsel met neurologische klachten tot gevolg

(bijvoorbeeld spraakproblemen, dubbel zien, verlammingen…).

Meestal wordt een hersenaneurysma ontdekt omdat de patiënt een hersenbloeding

krijgt.(ook subarchnoïdale bloeding (SAB) genoemd). De bloeding zit dan niet alleen op de

plaats van het aneurysma, maar verspreidt zich in het hoofd rond de hersenen en naar de nek.

Deze bloeding is zeer ernstig met een hoge sterfte en invaliditeit als gevolg. Bij de mensen die de

bloeding overleven en naar het ziekenhuis worden gebracht, moet de oorzaak van de bloeding

(het aneurysma) snel behandeld worden omdat de kans op een 2e bloeding uit het aneurysma de

eerste periode erg hoog is en meestal fatale gevolgen kent.

De interventioneel neuroradioloog (Vinrad) en de neurochirurg bepalen in overleg een

behandeling. Dat is meestal een embolisatie van het aneurysma met coils (coiling). Om te zorgen

dat er geen bloed meer in het aneurysma kan komen, wordt het aneurysma dan opgevuld met

heel fijne metaaldraadjes, zogenaamde veertjes of spiraaltjes (coils). Hierbij wordt een vaatkatheter

in de liesslagader ingebracht en naar de monding van het aneurysma gedirigeerd. Via deze

geleidekatheter worden dan spiraaltjes van platina in het aneurysma gebracht, die daarin opkrullen en

de holte van het aneurysma geheel opvullen waardoor deze afgesloten is van de bloedaanvoer en niet

meer opnieuw kan gaan bloeden.

Soms wordt er gekozen voor een schedeloperatie met het plaatsen van een clip (clipping van een

hersenaneurysma). Een dergelijke clip lijkt op een kleine wasknijper die op de overgang wordt

geplaatst tussen het aneurysma en het normale bloedvat waar het aneurysma op ontstaan is

(aneurysmahals). De clip zorgt dan dat het aneurysma wordt afgesloten van de bloedcirculatie.

A: coiling aneurysma

B: clipping aneurysma

Page 22: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

22

Hydrocephalie

Er is een voortdurende productie, circulatie en heropname van liquor. Onder normale

omstandigheden is er een evenwicht tussen productie en afvoer. Wanneer de liquor niet uit de

hersenkamers kan ontsnappen of niet door de bloedbaan kan worden opgenomen ontstaat er

stuwing van liquor in de ventrikels, waardoor deze gaan verwijden (hydrocefalie).

De chirurgische behandeling van hydrocephalie berust op het omzeilen van de belemmering, door

het maken van een rechtstreekse verbinding (een shunt) van de hersenkamers met een andere

lichaamsholte. De afleiding naar de hartkamer noemt VAS (ventriculo –atriale shunt), de afleiding

naar de buikholte noemt VPS (ventriculo – peritoneale shunt).

Zo’n shunt bestaat uit een slangetje dat ingebracht wordt in de hersenkamer, een ‘pompje’ met een

reservoir en een afvoerend slangetje naar buikholte of hart. Het “pompje” is een drukventiel. Enkel

wanneer een vooraf bepaalde druk in de hersenen wordt overschreden , gaat het ventiel open en

gaat liquor stromen naar de hartkamer of buikholte.

Page 23: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

23

Diepe hersenstimulatie bij bewegingsstoornissen

Diepe hersenstimulatie kan klachten als spierverstijving, traagheid, beven, over-beweeglijkheid en

andere vormen van onwillekeurige bewegingen verhelpen. Deze klachten komen onder andere

voor bij de ziekte van Parkinson, essentiële tremor en dystonie. Diepe hersenstimulatie bestrijdt

de symptomen van de ziekte. De ziekte wordt zelf niet genezen en kan ondanks het positieve

effect van de behandeling nieuwe klachten geven in de toekomst.

De stimulatie- elektroden worden ingebracht in specifieke hersenkernen (thalamus). Om tijdens

de operatie nauwkeurig te bepalen waar de blijvende elektrode moet worden geplaatst, wordt de

operatie onder plaatselijke verdoving uitgevoerd. Hierdoor is het mogelijk om tijdens de operatie

spraak, spierstijfheid en gevoel te controleren.

Tijdens een tweede ingreep enkele dagen later wordt de elektrische stimulator (een soort

pacemaker met batterij) onder het sleutelbeen geplaatst en verbonden met de stimulatie-

electroden.

Page 24: Neurochirurgie, neurologie,Vinrad Opleiding/Neurologie... · Kennis van anatomie, pathologie en ingrepen Om zich een goed beeld te kunnen vormen van de aandachtspunten en zorgnoden

24

Bronnen

http://www.neurochirurgie4u.be/ziektebeelden

http://www.learningsupport.nl/operatie-inzicht/axiale-skelet/anatomie-wervelkolom/anatomie-

wervel.html

Afbeelding lumbale hernia: http://lagerugpijnfysio.nl/wp-content/uploads/2015/02/Hernia-

Behandeling.jpg

Afbeelding Wervelkanaalstenose: http://www.isala.nl/patienten/folders/5578-hernia-of-een-

wervelkanaalvernauwing

Patiëntenbrochure neurochirurgie UZGent: Anterieure cervicale disectomie en fusie, 2016

Afbeelding cervicale laminectomie:

http://www.mayoclinic.org/~/media/kcms/gbs/patient%20consumer/images/2015/08/03/14/31/mcdc7

_cervical_laminectomy-6col.jpg

Afbeelding lumbale laminectomie: https://o.quizlet.com/8I.BhZE9xenmc.2us2TrEg_m.jpg

Afbeelding PLIF: http://www.mayfieldclinic.com/Images/PE-Stenosis_Fig3.jpg

Anatomie van de schedel: http://www.learningsupport.nl/operatie-inzicht/axiale-skelet/anatomie-

schedel/beenderen-schedel-hersenschedel.html

http://www.neurochirurgie-zwolle.nl/patienteninformatie/schedel-en-hersenen/meningeomen/