Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

132
M.H.J. van Zwieten E.M.M. de Vroome M.E.M.. Mol G.M.J. Mars L.L.J. Koppes S.N.J. van den Bossche Methodologie en globale resultaten 2013

Transcript of Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

Page 1: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

M.H.J. van Zwieten

E.M.M. de Vroome

M.E.M.. Mol

G.M.J. Mars

L.L.J. Koppes

S.N.J. van den Bossche

Methodologie en globale resultaten

Nat

ioN

aL

E E

Nq

tE

ar

BE

idS

oM

Sta

Nd

iGH

Ed

EN

20

12

2013

Page 2: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...
Page 3: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...
Page 4: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...
Page 5: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

tNo/CBS-rapport

Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2013Methodologie en globale resultaten

Page 6: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

4

NatioNaLE ENquêtE arBEidSoMStaNdiGHEdEN 2013

Methodologie en globale resultaten

TNOinnovatiegebied arbeid

088 866 61 00

www.tno.nl/arbeid

deze publicatie is gratis te downloaden via www.monitorarbeid.nl en via www.cbs.nl

ISBN 978-90-5986-444-3

© 2014 tNo/CBS, Hoofddorp/Heerlen

Auteursdrs. Marianne H.J. van Zwieten (tNo)

dr. Ernest M.M. de Vroome (tNo)

dr. Martine E.M. Mol (CBS)

dr. Godelief M.J. Mars (CBS)

dr. Lando L.J. Koppes (tNo)

drs. Seth N.J. van den Bossche (tNo)

Met dank aanMinisterie van SZW: annerieke Franssen, Hein Kroft, Siebe Schouten en Piet Venema.

tNS Nipo: Sabine Hooijmans.

Het CBS: Vincent de Heij, Hendrika Lautenbach, John Michiels.

tNo: Wendela Hooftman, Jolanda ter Laak, dick van Putten, anita Venema,

Marga van der Zwaan.

Vormgeving Coek design, Zaandam

alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande toestemming van tNo of CBS.

Page 7: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...
Page 8: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

6

Inhoudsopgave

1 Inleiding 91.1 doel en inhoud van dit rapport 9

1.2 openbaarmaking NEa-resultaten 9

1.3 Gebruik van de NEa door derden 10

2 Verantwoording van de vragen uit de NEA 2013 112.1 overzicht van NEa-onderwerpen 11

2.2 Herkomst onderwerpen in de NEa 11

2.2.1 Persoonsgegevens 11

2.2.2 Uw dienstverband 12

2.2.3 Uw beroep 14

2.2.4 Uw bedrijf 14

2.2.5 Uw werkomstandigheden 15

2.2.6 Klanten en collega’s 16

2.2.7 Computergebruik 17

2.2.8 Arbeidsongevallen 17

2.2.9 Arbo-maatregelen 18

2.2.10 Bedrijfsveiligheid 18

2.2.11 Uw gezondheid 18

2.2.12 Ziekteverzuim 19

2.2.13 De laatste keer dat u heeft verzuimd 20

2.2.14 Chronische ziekte of aandoening 20

2.2.15 Functioneren en inzetbaarheid 20

2.2.16 Arbeidsvoorwaarden 21

2.2.17 Opleiding en ontwikkeling 21

2.2.18 Werk en thuis 22

2.2.19 Uw verdere loopbaan 22

2.2.20 Tevredenheid 22

2.3 Verrijking van de NEa met registerdata 26

Page 9: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

7

3 Dataverzameling NEA 2013 293.1 Steekproef 29

3.1.1 Doelpopulatie 29

3.1.2 Steekproefkader 29

3.1.3 Steekproefomvang 39

3.1.4 Steekproeftrekking 30

3.2 Veldwerk 32

3.2.1 Wijze van dataverzameling 32

3.2.2 Responsperiode en verzenddata vragenlijst en reminders 32

3.2.3 Responsverhogende maatregelen 33

3.2.4 Dataverwerking 35

3.2.5 Bescherming persoonsgegevens 36

3.3 respons 37

3.3.1 Steekproefvervuiling 39

3.3.2 Netto respons 40

3.4 Non-responsanalyse 40

3.5 Weging 42

3.5.1 Het bepalen van de gewichten 42

3.5.2 De gebruikte stratificaties en achtergrondgegevens 43

3.5.3 De gewichten 44

4 Kwaliteit van de NEA 2013 534.1 item non-respons 53

4.2 Betrouwbaarheid van de vragen 56

4.3 Bruikbaarheid van de 2013-gegevens ten bate van NEa-trendbeschrijving 57

5 Resultaten NEA 2013 59 Literatuur 85A. Wijzigingenoverzicht NEA 2012 – NEA 2013 89B. NEA-vragenlijst, begeleidende folder, webenquête 93C. Reminderbrief 117D. Belprotocol non-responsonderzoek 119E. Screenshots NEA-website 121F. Vergelijking tussen respons en steekproefkader 123

Page 10: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...
Page 11: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

9

Methodologie en globale resultaten

1 Inleiding

de Nationale Enquête arbeidsomstandigheden (NEa) is een grootschalige enquête

onder werknemers in Nederland. in 2013 voerden tNo en CBS de tiende Nationale

Enquête arbeidsomstandigheden (NEa) uit, waarbij de dataverzameling is uitbesteed

aan tNS Nipo.

Evenals de NEa’s van 2007 tot en met 2012 (Van den Bossche e.a., 2008; Koppes

e.a., 2009; 2010; 2011a; 2012; 2013), heeft de NEa 2013 een brede focus op

arbeid. arbeidsomstandigheden, arbeidsinhoud, arbeidsverhoudingen en arbeidsvoor-

waarden zijn de vier hoofdelementen van de arbeidssituatie van werknemers die in

deze NEa worden bevraagd. Eerdere edities van de NEa (2003, 2005 en 2006; zie Van

den Bossche e.a., 2004, 2006 en 2007) waren primair bedoeld om arbeidsomstan-

digheden in Nederland te monitoren.

Vanaf 2011 maakt de NEa deel uit van het Meerjarenprogramma arbeid (2011-2014)

van tNo. dit overheidsgefinancierde programma richt zich op kennisontwikkeling op

middellange termijn. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) is

regievoerder van het programma. Het ministerie levert tevens een directe financiële

bijdrage aan het veldwerk van de NEa. de steekproeftrekking en onderzoeksprocedure

van de NEa 2013 zijn nagenoeg ongewijzigd ten opzichte van voorgaande jaren. de

bruto steekproefomvang bedroeg wederom 80.000 personen, wat heeft geleid tot een

netto respons van 23.303 werknemers.

1.1 Doel en inhoud van dit rapport

dit rapport is bedoeld als methodologische verantwoording van de NEa 2013. tevens

presenteren we de globale resultaten. in hoofdstuk 2 beschrijven we de herkomst van

de verschillende vragen. in hoofdstuk 3 wordt verslag gedaan van de dataverzameling.

Hoofdstuk 4 gaat in op de kwaliteit en betrouwbaarheid van de NEa 2013-gegevens.

Hoofdstuk 5 geeft ten slotte de globale resultaten van de NEa 2013 in tabelvorm. de

bijlagen bevatten onder meer de vragenlijst en een vergelijking tussen respons en

steekproefkader.

1.2 Openbaarmaking NEA-resultaten

de NEa-resultaten worden via verschillende media publiekelijk gemaakt. in de eerste

plaats via dit rapport dat te downloaden is via de tNo-website www.monitorarbeid.nl,

waar ook veel andere NEa-resultaten publiek toegankelijk zijn. ten tweede zal een aan-

tal belangrijke gegevens van de NEa worden geplaatst op StatLine (www.cbs.nl/

statline), de internet-databank van het Centraal Bureau voor de Statistiek. ten derde

zullen tNo en CBS diverse publicaties uitgeven op basis van de NEa, zoals weten-

Page 12: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

10

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

schappelijke artikelen, pers- en nieuwsberichten, rapporten naar aanleiding van

secundaire analyses, artikelen in het CBS webmagazine, etc. Een overzicht van publi-

caties op basis van de NEa is te vinden via www.monitorarbeid.nl.

1.3 Gebruik van de NEA door derden

Vanaf april 2015 zullen de NEa 2013-data -onder voorwaarden- aan derden toeganke-

lijk worden gemaakt via het Centrum voor Beleidsstatistiek van het CBS. Hierbij

bestaat de mogelijkheid om de NEa-gegevens te koppelen aan andere databronnen uit

het Sociaal Statistisch Bestand van het CBS. Meer informatie hierover is te vinden op

www.cbs.nl/cvb.

Page 13: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

11

Methodologie en globale resultaten

2 Verantwoording van de vragen uit de NEA 2013

Het doel van de NEa is om tegemoet te komen aan de informatiebehoefte op het

gebied van arbeid in Nederland van de overheid, werkgevers, vakbonden, brancheorga-

nisaties, etc. daartoe is het van belang om een aantal aspecten van arbeid periodiek

na te vragen bij werknemers om trends te kunnen volgen. daarnaast zijn er ontwikke-

lingen die de opname van nieuwe onderwerpen in de NEa rechtvaardigen. in dit hoofd-

stuk geven we een beknopt overzicht van de herkomst en operationalisatie van onder-

werpen die zijn opgenomen in de NEa 2013. de keuze van onderwerpen is gezamenlijk

bepaald door tNo, het CBS en het ministerie van SZW.

2.1 Overzicht van NEA-onderwerpen

in tabel 2.1 (op pagina 23-25) geven we een overzicht van de onderwerpen die in de

enquête aan bod komen. Per module laten we zien hoeveel vragen deze omvat en van

welke onderzoeken de vragen zijn afgeleid. in de tabel is te zien dat de schriftelijke

NEa 2013-vragenlijst uit 199 vragen bestaat. in de internetvariant van de 2013-vra-

genlijst zijn deze vragen ook opgenomen, met daarnaast nog 2 extra vragen, dus in

totaal 201 vragen. de 2013-vragenlijst bevat daarmee evenveel vragen als de

2012-vragenlijst. ten opzichte van de NEa 2012 zijn 48 vragen verwijderd en 48 vra-

gen nieuw toegevoegd aan zowel de schriftelijke vragenlijst als de internetvragenlijst.

Vier vragen in de internetvragenlijst hebben een extra vervolgvraag gekregen en aan

één vraag in de internetvragenlijst zijn twee vervolgvragen toegevoegd, bij drie vragen

is een extra internetcomponent verwijderd. Er zijn 151 vragen gelijk gebleven ten

opzichte van de NEa 2012. Het merendeel, namelijk 40, van de nieuw toegevoegde

vragen is afkomstig van de NEa 2011, en twee nieuw toegevoegde vragen zijn afgeleid

van vragen in de vervolgvragenlijsten van het NEa-cohortonderzoek (Koppes e.a.,

2011b). de overige zes nieuw toegevoegde vragen zijn geheel nieuw in de NEa. in

Bijlage a staan in een overzicht alle wijzigingen beschreven.

2.2 Herkomst onderwerpen in de NEA

in deze paragraaf bespreken we de herkomst van de vragen uit de NEa 2013 in detail.

2.2.1 Persoonsgegevens

de volgende sociale en demografische kenmerken van de respondenten komen aan bod:

– geslacht;

– geboortejaar;

– opleiding;

– samenstelling huishouden;

Page 14: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

12

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

– aantal betaalde banen;

– inkomen uit andere bron;

– inkomen partner.

informatie over geslacht, leeftijd en enkele andere achtergrondkenmerken van de res-

pondenten is ook beschikbaar via registraties van het CBS. Meer informatie hierover

is te vinden in paragraaf 2.3. de vraag naar opleiding is ontleend aan de Monitor

arboconvenanten (dijkstra e.a., 2004).

de vraag naar het aantal betaalde banen dat iemand heeft, is afkomstig uit de tNo

arbeidssituatie Survey (taS; Smulders e.a., 2001). de reden om deze vraag op te

nemen is tweeledig. ten eerste is de vraag bedoeld om personen die geen werknemer

zijn -en de lijst ten onrechte zouden invullen- te kunnen identificeren en te excluderen.

de doelgroep van de NEa bestaat immers alleen uit werknemers. Echter, omdat het

veldwerk van de NEa een klein jaar na de peildatum van het steekproefkader plaats-

vindt, is een deel van de aangeschrevenen geen werknemer meer op het moment van

ontvangst van de vragenlijst. de personen in de steekproef worden in de begeleidende

folder gewezen op de deelnamecriteria, maar dus ook via bovengenoemde vraag naar

het aantal betaalde banen. ten tweede is deze vraag opgenomen om werknemers met

één betaalde baan te kunnen vergelijken met werknemers die meer betaalde banen

hebben.

in de internetvariant wordt respondenten die het antwoord ‘ja, meerdere betaalde

banen’ hebben aangevinkt gevraagd wat de belangrijkste reden is van het hebben van

meerdere banen. de keuze van antwoordcategorieën voor deze vraag is mede geba-

seerd op Hipple (2010). de vraag naar inkomen uit andere bron naast het inkomen als

werknemer is in 2012 opgesteld voor de NEa. dit geldt ook voor de vraag naar het

inkomen van de eventuele partner.

2.2.2 Uw dienstverband

ten aanzien van de arbeidsmarktpositie van respondenten zijn de volgende aspecten

bevraagd:

– aard van het dienstverband;

– omvang dienstverband;

– gewenste omvang dienstverband;

– aantal dagen werkzaam in de week;

– afwijkende werktijden;

– overwerk;

– woon-werkverkeer;

– thuiswerk;

– duur werkzaam bij huidige werkgever;

– duur werkzaam in huidige functie;

– bedrijfsgrootte;

– leiding geven;

– veranderingen in het bedrijf.

Page 15: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

13

Methodologie en globale resultaten

de opbouw van de NEa staat het niet toe dat vragen over de arbeidssituatie betrek-

king hebben op meer dan één dienstverband. de respondenten zijn in het begin van de

enquête (na de module ‘Persoonsgegevens’) daarom gevraagd om alle verdere vragen

in de enquête alleen te beantwoorden met betrekking tot het dienstverband waaraan

men gemiddeld de meeste tijd besteedt.

de vraag naar de aard van het dienstverband is afgeleid van de taS. de opties ‘free-

lancer’, ‘zelfstandig ondernemer’ en ‘meewerkend in gezinsbedrijf’ zijn buiten

beschouwing gelaten aangezien de NEa zich uitsluitend richt op werknemers. ten

opzichte van de taS is tevens de categorie ‘Werkzaam via Wet Sociale Werkvoorziening’

toegevoegd. in de internetvariant wordt respondenten met een tijdelijk, uitzend- of

oproepdienstverband additioneel gevraagd naar de belangrijkste reden van het heb-

ben van een dergelijk dienstverband. deze vraag is in 2013 voor de NEa ontwikkeld.

de vragen rond de omvang van het dienstverband en het aantal dagen waarover men

de arbeidsuren verspreidt zijn ontleend aan de Monitor arboconvenanten. de gewenste

omvang van het dienstverband wordt gemeten met een vraag afkomstig uit de taS. de

drie vragen rond afwijkende werktijden zijn ontleend aan het Permanent onderzoek

Leefsituatie (PoLS) van het CBS (CBS, 2003). de formulering van de laatste twee van

deze drie vragen is enigszins anders dan in de PoLS. de originele PoLS vraagstelling

‘Heeft u het afgelopen jaar wel eens in het weekeinde gewerkt? (antwoordcategorieën

‘ja’ of ‘nee’) resulteert namelijk in hoge percentages bevestigende antwoorden, maar

geeft weinig inzicht in de mate waarin op afwijkende werktijden wordt gewerkt. de aan-

gepaste vraagstelling (zonder de toevoeging ‘wel eens’) geeft een preciezer beeld ten

aanzien van werk op afwijkende werktijden, door te vragen naar de mate waarin men

hiermee te maken heeft (antwoordcategorieën: ‘ja, regelmatig’, ‘ja, soms’, en ‘nee’).

de eerste twee vragen rond overwerk (structurele aard van overwerken en het aantal

overwerkuren) zijn afkomstig uit de Monitor arboconvenanten. de vraag naar uitbeta-

ling van overuren is afkomstig van het NEa cohortonderzoek.

de vragen over de tijd die men besteedt aan woon-werkverkeer is afgeleid van de taS.

anders dan in de taS is in de NEa expliciet gemaakt dat de tijd uitgedrukt dient te wor-

den per werkdag. tevens wordt in de NEa de tijd uitgedrukt in minuten, wat leidt tot

een grotere precisie dan de uitdrukking in uren zoals bij taS. de vragen over de afge-

legde afstand en de vervoermiddelen die meestal gebruikt worden voor woon-werkver-

keer zijn in 2013 ontwikkeld voor de NEa.

ook de vraag naar thuiswerk is afgeleid van en aangepast ten opzichte van de taS. in de

NEa wordt namelijk geëxpliciteerd dat overwerk niet meegerekend dient te worden door

de respondent. tevens wordt in de NEa gevraagd naar het gemiddelde aantal uren thuis-

werk per week, terwijl de taS gebruik maakt van een grovere driedeling (merendeel van

werkzaamheden thuis, minder dan de helft thuis, geen thuiswerk). aan de internetvari-

ant van de NEa 2013 zijn twee vervolgvragen over thuiswerk nieuw toegevoegd. Het

betreft een vraag naar het aantal dagen waarover de thuiswerkuren verdeeld zijn. deze

vraag wordt voorgelegd aan internetrespondenten die twee of meer uren per week thuis

werken. de andere vraag betreft de belangrijkste reden om thuis te werken, en wordt

Page 16: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

14

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

voorgelegd aan internetrespondenten die één of meer uren per week thuis werken. deze

twee nieuwe vragen zijn in 2013 ontwikkeld ten behoeve van de NEa.

anciënniteit wordt in de NEa in kaart gebracht met twee vragen. We meten hoe lang een

werknemer werkzaam is bij de huidige werkgever en hoe lang in zijn of haar huidige func-

tie. aangezien de NEa uitsluitend gericht is op werknemers terwijl de taS ook zelfstandi-

gen bevat is de taS-vraag ‘Hoe lang bent u reeds werkzaam in uw bedrijf?’ voor de NEa

vervangen door de vraag ‘Hoe lang bent u werkzaam bij uw huidige werkgever?’ de vraag

‘Hoe lang bent u werkzaam in uw huidige functie?’ is in 2007 nieuw toegevoegd.

de vraag over bedrijfsgrootte is ontleend aan de Monitor arboconvenanten.

de taS-vraag ‘Geeft u leiding aan personeel of heeft u personeel in dienst?’ is voor de

NEa vervangen door de vraag ‘Geeft u in uw huidige functie leiding?’. de afkappunten

van de hoogste drie antwoordcategorieën van de vraag naar leidinggeven zijn aange-

past zodat deze meer in overeenstemming zijn met de antwoordcategorieën van de

voorafgaande vraag.

de vraag naar veranderingen in het bedrijf die in de voorafgaande 12 maanden heb-

ben plaatsgevonden betreft een bewerking van internationaal veel gebruikte vragen,

zoals die in Nederland onder meer door de oSa zijn gehanteerd. dit zijn drie vragen uit

de telefonische ronde van het oSa-vraagpanel 2005-2006 waarin gevraagd werd of

organisatorische veranderingen hebben plaatsgevonden, wat de veranderingen inhiel-

den en waartoe ze hebben geleid.

2.2.3 Uw beroep

de open vraag naar beroep of functie is opgenomen in de NEa met als doel beroep in

meer detail uit te splitsen dan op basis van de gesloten vraag mogelijk was. de geslo-

ten vraag naar beroepsklasse is afgeleid van de Standaard Beroepen Classificatie

1992 van het CBS. op basis van tellingen afkomstig uit de Enquête Beroepsbevolking

(EBB) is deze indeling ingedikt tot de meest voorkomende groepen. deze ‘hoofdgroep-

indeling’ is ook gehanteerd in de taS.

2.2.4 Uw bedrijf

de NEa-vragenlijst bevat twee vragen over de bedrijfstak waarin respondenten werk-

zaam zijn. Met behulp van een open vraag wordt nagegaan bij welk type bedrijf of

instelling men op dit moment werkt. de antwoorden op deze open vraag zijn op 5-digit

niveau (SBi-2008) gecodeerd door tNo, waarbij zorg is gedragen voor consistentie

met de codering van open antwoorden in NEa’s 2005-2012 (zie ook dataverwerking,

paragraaf 3.2.4). Naast deze 5-digit-indeling worden enkele ingedikte versies van de

Standaard Bedrijfsindeling 2008 gebruikt, zoals een indeling in 40 sectoren voor de

weging (zie paragraaf 3.5) en een indeling in 13 sectoren in de resultatentabel van

hoofdstuk 5. Naast de 5-digit SBi-gegevens op basis van zelfrapportage zijn ook 5-digit

SBi-gegevens beschikbaar op basis van registratie in de Polisadministratie. de zelfge-

rapporteerde bedrijfstak en geregistreerde bedrijfstak komen vaak niet (exact) over-

een. in paragraaf 2.3 staat beschreven welke keuzes zijn gemaakt voor de bepaling

van de definitieve bedrijfstak van een respondent.

Page 17: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

15

Methodologie en globale resultaten

de tweede vraag over bedrijfstak (‘Kunt u aangeven in welke van onderstaande cate-

gorieën uw bedrijf of instelling het beste past?’), die ook werd gehanteerd in de NEa’s

van 2003-2012, is niet gebruikt bij de uiteindelijke vaststelling van de bedrijfstak van

respondenten. de vraag onderscheidt enkele sectoren, die niet als zodanig in de SBi-

indeling te vinden zijn (zoals provincies en gemeenten).

2.2.5 Uw werkomstandigheden

in deze module zijn vragen gesteld over de volgende fysieke en psychosociale werkom-

standigheden:

– gevaarlijk werk;

– kracht zetten;

– trillingen;

– ongemakkelijke werkhouding;

– herhalende bewegingen;

– geluid;

– gevaarlijke stoffen;

– autonomie;

– werkdruk;

– emotionele belasting;

– cognitieve belasting;

– innovatief vermogen;

– werkhouding.

Met één vraag wordt vastgesteld hoe vaak een werknemer, naar eigen zeggen, gevaar-

lijk werk dient te verrichten. deze vraag is overgenomen uit het Permanent onderzoek

LeefSituatie (PoLS) van het CBS. de vragen over kracht zetten en trillingen zijn ont-

leend aan de EBB. ook de vragen over werkhouding en herhalende bewegingen zijn

gebaseerd op de EBB. in de EBB zijn beide aspecten van fysieke belasting echter

gecombineerd in één vraag.

Blootstelling aan geluid wordt met twee vragen gemeten. Beide vragen zijn afgeleid

van PoLS en de EBB van het CBS. als eerste wordt gevraagd of de werknemer zijn

stem moet verheffen om zich verstaanbaar te maken op het werk, als indicatie voor

een kritiek geluidsniveau van 80dB(a). de tweede vraag gaat over het gebruik van

gehoorbeschermers tijdens het werk in lawaai. de toevoeging ‘wanneer u werkt in

lawaai’ bij deze tweede vraag maakt een preciezer beeld mogelijk van het gehoorbe-

schermende gedrag van respondenten. in 2013 is een nieuwe vraag toegevoegd voor

internetrespondenten die aangeven dat ze niet of soms gehoorbeschermers dragen

als ze werken in lawaai. dit betreft de vraag naar de redenen van het niet, respectieve-

lijk niet altijd, dragen van gehoorbeschermers. deze, aan de internetvariant van de

enquête toegevoegde vraag, is ontwikkeld voor de NEa.

Vier vragen zijn opgenomen over gevaarlijke stoffen. Het betreft een vraag naar het

werken met water of waterige oplossingen, vragen naar huidcontact en het inademen

van stoffen, en een vraag naar contact met mogelijk besmettelijke personen, dieren of

Page 18: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

16

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

materiaal. de vragen zijn afgeleid van de uitgebreide NEa 2006-module over gevaar-

lijke stoffen.

autonomie oftewel zelfstandigheid verwijst naar de mate waarin een werknemer in

staat is zijn eigen werk te reguleren. Het gaat om zowel de keuzevrijheid ten aanzien

van de manier van werken, als de planning en volgorde van werkzaamheden. de vijf

autonomie-indicatoren zijn ontleend aan PoLS en de Job Content questionnaire (JCq)

van Karasek (1985, 1998). Hieraan is in 2011 een nieuwe vraag toegevoegd die meer

inzicht geeft in de autonomie over werktijden. deze vraag is ontwikkeld voor de NEa.

Zes vragen zijn opgenomen in de NEa over werktempo en tijdsdruk. de eerste twee

vragen zijn afkomstig uit de EBB en PoLS van het CBS. de werktempo-vraag is sinds

1977 gehanteerd door het CBS, de vraag naar tijdsdruk is in 1996 voor het eerst

opgenomen in CBS-enquêtes. de laatste vier vragen zijn ontleend aan de JCq van

Karasek en zijn ook in de taS gebruikt om werkdruk te meten.

de drie items die emotionele belasting beogen te meten zijn een vertaling van vragen

afkomstig uit de Copenhagen Psychosocial questionnaire (Kristensen en Borg, 2000)

en zijn eveneens in de taS gebruikt.

de complexiteit van het werk (‘cognitieve belasting’) is gemeten met behulp van drie

vragen die zijn afgeleid van de Job Content questionnaire (JCq) van Karasek (1985,

1998). de vragen geven een indicatie van de kwalitatieve kant van werkdruk, i.c. het

beslag dat het werk geestelijk legt op de werknemer. ook deze vragen maakten deel

uit van de taS.

in deze module zijn vier vragen opgenomen rond het thema innovatief vermogen. deze

vragen waren niet opgenomen in NEa 2012, maar wel in NEa 2007, 2009 en 2011. de

vraag over de aanmoediging om na te denken over manieren om het werk beter te

doen is –met aanpassing– afkomstig van de General Nordic questionnaire for

Psychological and Social Factors at Work (Lindström e.a., 1997). de vraag over tijd

krijgen voor het ontwikkelen van nieuwe ideeën is afgeleid van een vraag die in

Vlaanderen in 2004 is gesteld in het Panel Survey of organisations, het

PaSowerkgeverspanel (Ku Leuven, 2004). de twee vragen over het bedenken en ver-

beteren van (nieuwe) producten/diensten zijn afgeleid van vragen uit de Erasmus

Concurrentie en innovatiemonitor 2006 voor werkgevers (Jansen e.a., 2006).

ten slotte wordt in deze module een vraag gesteld naar de relatieve tijdsbesteding aan

zitten, staan en bewegen. deze vraag is in 2013 ontwikkeld ten behoeve van de NEa.

2.2.6 Klanten en collega’s

ten aanzien van de omgang met klanten en collega’s worden de volgende aspecten in

kaart gebracht:

– sociale steun door leidinggevende;

– sociale steun door collega’s;

– conflicten;

– ongewenst gedrag;

Page 19: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

17

Methodologie en globale resultaten

– discriminatie;

– seksuele aantrekking.

Sociale steun door de leidinggevende is opgenomen in de NEa met vier vragen. de vier

vragen zijn ontleend aan het door Karasek ontwikkelde begrip ‘Supervisory support’, en

zijn door Houtman e.a. (1995) vertaald. de vragen waren ook opgenomen in de taS.

de vier vragen over sociale steun door collega’s zijn ontleend aan het door Karasek

ontwikkelde begrip ‘Co-worker support’, en zijn door Houtman e.a. (1995) vertaald en

tevens gebruikt in de taS.

Het optreden van conflicten in de voorgaande 12 maanden is in de NEa nagevraagd

met betrekking tot conflicten met collega’s, leidinggevende en werkgever. deze drie

vragen zijn ontwikkeld voor de NEa.

Vervolgens wordt een achttal vragen gesteld over de prevalentie van ongewenst gedrag

op het werk. Het gaat daarbij om ongewenste seksuele aandacht, intimidatie, lichame-

lijk geweld en pesten. Er wordt bij elke vorm een onderscheid gemaakt tussen interne

agressie (door leidinggevenden of collega’s) en externe agressie (door klanten, patiën-

ten, leerlingen, etc.). de eerste vragen zijn een bewerkte vertaling van vragen uit de

European Survey van de European Foundation for the improvement of Working and

Living Conditions (Paoli & Merllié, 2001) en zijn eerder gebruikt in de taS. de twee

vragen over pesten zijn in 2005 toegevoegd aan de NEa.

de vraag of men in het afgelopen jaar persoonlijk is gediscrimineerd op het werk is in

2011 ontwikkeld voor de NEa. deze module sluit af met een vraag naar seksuele aan-

trekking. deze is gebaseerd op een vraag uit de vragenlijst Welzijn en ervaringen op

het werk van het Sociaal en Cultureel Planbureau (Kuyper, 2013) en is in 2013 voor

het eerst in de NEa opgenomen.

2.2.7 Computergebruik

de eerste vraag in de module ‘Computergebruik’ betreft de gemiddelde duur van werk-

gerelateerd beeldschermwerk. deze vraag is afkomstig uit de Monitor arbo convenan-

ten. de tweede vraag gaat over het al dan niet uitvoeren van telewerk. deze vraag is

afkomstig uit de taS.

2.2.8 Arbeidsongevallen

de NEa bevat zes vragen over arbeidsongevallen. de eerste vraag heeft betrekking op

het aantal ongevallen waarbij een werknemer betrokken is geweest in het afgelopen

jaar. de overige vijf vragen worden uitsluitend beantwoord door werknemers die in het

afgelopen jaar een arbeidsongeval hebben gehad. deze vragen spitsen zich toe op het

meest recente ongeval. respectievelijk wordt nagegaan welk soort letsel is opgelopen,

of er sprake was van verzuim als gevolg van het ongeval, de duur van dit verzuim, of

men is behandeld voor het ongeval en wat de aanleiding van het ongeval was. de eer-

ste vier vragen uit de module zijn afgeleid van de EBB van het CBS. de formulering van

de vragen in de NEa wijkt af van de EBB, hetgeen tot verschillen in ongevallenpercenta-

ges leidt (zie ook Ybema, Van den Bossche & Venema, 2006 en Granzier, Kösters & Van

der Valk, 2008). tot afwijking van de EBB-formulering is besloten om de definitie van

Page 20: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

18

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

een arbeidsongeval in de NEa aan te laten sluiten bij de standaarddefinitie van een

arbeidsongeval, zoals deze is vastgesteld in de Monitor arbeidsongevallen (Jettinghoff

e.a., 2008). dit houdt in dat zowel lichamelijk letsel als geestelijke schade als gevolg

van een ongeval of voorval tijdens het werk in deze definitie betrokken wordt, terwijl het

in de CBS-definitie uitsluitend om lichamelijk letsel gaat. de specificatie ‘tijdens het

werk’ betekent: terwijl de betrokkene bezig was met arbeid gedurende op het werk

doorgebrachte tijd. dit omvat ook ongevallen in het wegverkeer tijdens het werk.

ongevallen tijdens het woon-werkverkeer vallen buiten de definitie. de antwoordcatego-

rieën bij de vraag naar de duur van het verzuim maken een operationalisatie van de

Eurostat-definitie van ongevallen mogelijk (Eurostat, 2001). de vraag over waar of door

wie een eventuele behandeling is uitgevoerd, betreft een bewerking van een vraag uit

het oBiN-onderzoek (ongevallen en Bewegen in Nederland) van Consument en

Veiligheid (Vriend e.a., 2005). de vraag over het ontstaansmechanisme is gebaseerd

op de ESao-classificatie (Europese Statistiek van arbeids ongevallen) van Eurostat

(2001) en een vraag uit oBiN. Bij de laatste vraag in de internetvariant wordt respon-

denten gevraagd middels een open antwoord nadere toelichting te geven over het ont-

staansmechanisme van het ongeval. dit wordt echter uitsluitend gevraagd aan de inter-

netrespondenten die het antwoord ‘anders’ hebben aangevinkt.

2.2.9 Arbo-maatregelen

de mate waarin werknemers het wenselijk achten dat hun werkgever maatregelen

treft, wordt nagevraagd ten aanzien van tien arbo-risico’s. deze vraag is in 2003 nieuw

geformuleerd ten behoeve van de NEa. Er is gekozen om die arbo-risico’s op te nemen

die volgens het ministerie van SZW de meeste beleidsrelevantie hebben. in 2008 is

besloten de vraagstelling iets aan te passen zodat deze eenduidiger geïnterpreteerd

zal worden. tevens is het aantal antwoordcategorieën uitgebreid van drie naar vier.

Hierdoor wordt niet alleen inzicht verkregen in de vraag of maatregelen zijn genomen,

maar ook in de vraag of maatregelen wenselijk zijn.

Sinds 2009 is in deze module een – voor de NEa geformuleerde – vraag opgenomen

naar de aanwezigheid van een preventiemedewerker of arbocoördinator.

2.2.10 Bedrijfsveiligheid

Met een vijftal vragen wordt een beeld verkregen van de veiligheidscultuur binnen

bedrijven. de vragen waren niet opgenomen in NEa 2012, maar wel in eerdere NEa’s.

de eerste vier vragen zijn ontleend (vertaald en ingekort) aan Zohar & Luria (2005).

de vijfde vraag, over het houden aan regels over veilig werken is opgesteld ten bate

van de NEa.

2.2.11 Uw gezondheid

om de effecten van werk op gezondheid te kunnen vaststellen zijn diverse gezond-

heidsindicatoren opgenomen. deze indicatoren zijn:

– algemene gezondheidstoestand;

– klachten aan het bewegingsapparaat;

Page 21: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

19

Methodologie en globale resultaten

– burnoutklachten;

– lichaamslengte en –gewicht;

– mogelijkheid raadplegen bedrijfsarts;

– contact gehad met bedrijfsarts;

– beroepsziekte.

de algemene gezondheidstoestand van werknemers wordt in kaart gebracht met één

vraag. deze vraag is ontleend aan PoLS van het CBS en is ook gebruikt in de taS.

de eerste vier vragen naar klachten aan het bewegingsapparaat geven inzicht in het

voorkomen van rSi-gerelateerde gezondheidsklachten in de voorafgaande 12 maan-

den. deze vragen zijn afkomstig uit taS en gebaseerd op werk van Blatter (2000). in

2008 zijn hier vragen naar klachten aan de rug en aan heupen/benen/knieën/voeten

aan toegevoegd. deze vragen naar klachten aan het bewegingsapparaat waren niet

opgenomen in NEa 2012, maar wel in eerdere NEa’s.

Burnoutklachten, oftewel emotionele uitputting door het werk, worden gemeten met

vijf vragen die grotendeels zijn overgenomen uit PoLS. de vragen uit PoLS zijn een

bewerking van items uit de utrechtse Burnout Schaal (de uBoS van Schaufeli & van

dierendonck, 2000).

Vragen naar lengte, gewicht en de mogelijkheid om een bedrijfsarts te raadplegen zijn

in 2008 nieuw geformuleerd voor de NEa. in 2012 is een nieuwe vraag voor de NEa

opgesteld of de werknemer ooit vanwege zijn gezondheid contact heeft gehad met een

bedrijfsarts. in 2013 is hier een vervolgvraag aan toegevoegd, namelijk of de bedrijfs-

arts toen een beroepsziekte heeft geconstateerd. deze vraag is afgeleid van de vraag

uit de NEa 2012 naar beroepsziekte. de specificering dat de bedrijfsarts de beroeps-

ziekte moet hebben geconstateerd maakt dat de vraag uit 2013 beter aansluit bij de

Nationale beroepsziektenregistratie van het Nederlands Centrum voor Beroepsziekten

dan de vraag uit 2012. ook geeft de nieuwe vraag inzicht of langer dan een jaar gele-

den een beroepsziekte is geconstateerd. de toelichting bij de vraag en de antwoordca-

tegorieën zijn overgenomen van de vraag naar beroepsziekten uit 2012.

2.2.12 Ziekteverzuim

Met een drietal vragen wordt het verzuimverleden van de werknemer in de 12 maan-

den voorafgaand aan de enquête nagegaan. Voorafgaand aan deze vragen geven we

een definitie van verzuim. in de eerste plaats gaan we na of er sprake was van ver-

zuim. indien sprake was van verzuim worden ook vragen gesteld over het aantal keren

verzuim (de verzuimfrequentie) en de totale verzuimduur (in werkdagen). de vragen

zijn een bewerking van vragen uit de taS en de Monitor arboconvenanten.

in 2013 zijn twee nieuwe vragen toegevoegd naar het ziekmelden terwijl men niet ziek

(genoeg) was en naar het werken terwijl men eigenlijk te ziek was. respondenten die

positief antwoorden, wordt tevens gevraagd het aantal dagen te specificeren. Beide

vragen zijn met aanpassing overgenomen van de vervolgvragenlijsten van het NEa-

cohortonderzoek (Koppes e.a. 2011b). aan beide vragen is in de internetvariant van

de vragenlijst een vervolgvraag toegevoegd voor de respondenten die positief antwoor-

Page 22: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

20

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

den, namelijk naar de belangrijkste reden van de ziekmelding terwijl men eigenlijk niet

ziek (genoeg) was, respectievelijk, het werken terwijl men eigenlijk te ziek was.

2.2.13 De laatste keer dat u heeft verzuimd

Vier vragen zijn opgenomen over het laatste verzuimgeval van werknemers. dit laatste

verzuimgeval kan eventueel langer dan 12 maanden geleden zijn, zodat ook een ant-

woord gegeven kan worden door werknemers die niet in de afgelopen 12 maanden,

maar wel daarvoor hebben verzuimd. als eerste vragen we naar de soort klachten

waarmee men de laatste keer heeft verzuimd. Vervolgens gaan we na wat de duur van

het verzuim was, of de klachten aan werk gerelateerd waren en welke aspecten van

het werk hebben bijgedragen aan het ontstaan van de klachten. de vraag naar de duur

van het laatste verzuim is door tNo opgesteld in 2003. de andere vragen over het

laatste verzuimgeval zijn een bewerking van vragen uit het onderdeel ‘verzuimgege-

vens’ van de module ‘Verzuim’ (Zwart e.a., 2002) van de Monitor arboconvenanten.

2.2.14 Chronische ziekte of aandoening

in deze module wordt ten eerste gevraagd of werknemers één of meer van de

genoemde langdurige ziekten, aandoeningen of handicaps hebben. ten tweede gaan

we na of men door deze gezondheidsproblemen belemmerd wordt bij het uitvoeren van

het werk. Vervolgens wordt gevraagd of de ziekte, aandoening of handicap het gevolg

is van het werk dat men deed. deze vraag is in 2012 nieuw toegevoegd ter vervanging

van de minder werkgerichte vraag ‘Waardoor is de ziekte of aandoening veroorzaakt?’.

ten slotte wordt gevraagd of er in verband met de gezondheidstoestand aanpassingen

zijn verricht op het werk en of verdere aanpassingen nodig zijn. de vragen uit deze

module zijn, met uitzondering van de derde vraag, afgeleid van de module ‘arbeids-

gehandicapten’ van de EBB.

2.2.15 Functioneren en inzetbaarheid

deze module bestaat uit acht vragen. ten eerste worden vier vragen gesteld over inzet-

baarheid. allereerst twee vragen over het werkvermogen, i.c. de fysieke en psychische

geschiktheid voor de huidige baan. Vervolgens twee vragen over ‘loopbaan self effi-

cacy’, namelijk het gemak waarmee een nieuwe baan/functie verkregen kan worden.

deze vragen zijn in 2010 nieuw ontwikkeld voor de NEa. in 2013 is een vijfde item

toegevoegd, namelijk naar de geneigdheid om bij de huidige werkgever te blijven wer-

ken. deze vraag is specifiek voor de NEa ontwikkeld.

ten slotte wordt bevlogenheid gemeten met drie vragen die zijn overgenomen uit de

utrechtse Bevlogenheidschaal (uBES; Schaufeli e.a., 2006). de vragen zijn de meest

kenmerkende items uit de drie uBES-subschalen, vitaliteit, toewijding en absorptie.

de formulering van de hoofdvraag en antwoordcategorieën is aangepast ten opzichte

van de originele uBES zodat de formulering meer in lijn is met die van de burnoutvra-

gen in de NEa.

Page 23: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

21

Methodologie en globale resultaten

2.2.16 Arbeidsvoorwaarden

de module ‘arbeidsvoorwaarden’ bestaat uit acht onderdelen met in totaal 26 vragen

die zijn opgesteld in nauw overleg met het ministerie van SZW. in de NEa 2012 waren

slechts twee van deze 26 vragen over arbeidsvoorwaarden opgenomen. deze vragen

waren wel allemaal opgenomen in de NEa van 2011, en op een vraag na, in de NEa’s

van 2007 en 2009.

allereerst wordt in deze module gevraagd een rapportcijfer te geven voor de tevreden-

heid met een veertiental arbeidsvoorwaarden. deze serie vragen betreft een bewerking

van vragen uit de aVoN-monitor (Monitor arbeidsvoorwaarden en arbeidsverhoudingen

op ondernemingsniveau; ten Have e.a., 2007) en de taS. Vervolgens wordt gevraagd

een rapportcijfer te geven voor het belang dat men acht aan het bestaan van vakbon-

den, personeelsvertegenwoordigingen en Cao’s. deze vragen zijn eveneens afgeleid

van de aVoN. daarna wordt gevraagd of de werknemer lid is van een vakbond (cf.

aVoN) en, indien ontkennend wordt geantwoord, naar de redenen om geen lid te zijn (in

2007 opgesteld ten behoeve van de NEa). ook wordt in deze module de vraag gesteld

naar de aanwezigheid van een vorm van personeelsvertegenwoordiging in het bedrijf

(cf. aVoN). de aanwezigheid van een Cao in het bedrijf wordt nagevraagd in combinatie

met de tevredenheid met die Cao (indien aanwezig). deze twee vragen zijn gebaseerd

op aVoN-vragen. ten slotte wordt in deze module gevraagd een rapportcijfer te geven

voor de tevredenheid over de vertegenwoordiging van de belangen van de werknemer

door personeelszaken, de leidinggevende, de personeelsvertegenwoordiging en de vak-

bond. deze tevredenheidvragen zijn in 2007 opgesteld ten behoeve van de NEa.

2.2.17 Opleiding en ontwikkeling

deze module richt zich op de ‘employability’ van werknemers en omvat allereerst twee

vragen over functieverandering, één vraag over promotie en één vraag over demotie.

Bij deze vragen wordt de voorafgaande twee jaar als referentieperiode genomen. de

vragen over functieverandering en promotie zijn afkomstig uit de taS en zijn oorspron-

kelijk ontleend aan Verboon e.a. (1999). de vraag naar demotie is in 2012 toege-

voegd aan de NEa en is afkomstig van het NEa-cohortonderzoek (Koppes e.a., 2011b).

Vervolgens is sinds 2010 een vraag opgenomen over de aansluiting van kennis en

vaardigheden bij het werk dat men doet. deze vraag is gebaseerd op dergelijke items

in de vragenlijst voor werkenden van het oSa-arbeidsaanbodpanel 2008. de reste-

rende vragen in deze module zijn in 2012 ontwikkeld voor de NEa. dit betreft aller-

eerst vragen naar de mate waarin de leidinggevende de ontwikkeling van kennis en

vaardigheden stimuleert en of een opleiding of cursus is gevolgd voor het werk.

Vervolgens zijn zes vragen opgenomen voor respondenten die in de afgelopen twee

jaar een opleiding of cursus hebben gevolgd. de eerste vijf vragen hebben betrekking

op de laatst gevolgde opleiding of cursus. Gevraagd wordt naar het moment waarop de

cursus of opleiding is gevolgd, de duur ervan, wie het initiatief nam, de financier en het

doel. de laatste vraag gaat in op de behoefte aan een opleiding of cursus.

Page 24: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

22

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

2.2.18 Werk en thuis

de module ‘Werk en thuis’ betreft een tweetal vragen over de wederzijdse beïnvloe-

ding van de werk- en thuissituatie en één vraag over de financiële situatie van het

huishouden. de thuis-werk-interferentie en werk-thuis-interferentie zijn ontleend aan

de taS, maar zijn oorspronkelijk opgesteld door Fox en dwyer (1999). de in 2010

nieuw opgenomen vraag over de financiële situatie van het huishouden is in aange-

paste vorm overgenomen uit de vragenlijst voor werkenden van het oSa-arbeids-

aanbodpanel 2008.

2.2.19 Uw verdere loopbaan

ten aanzien van de verdere loopbaan zijn vragen over de volgende onderwerpen opge-

nomen:

– werkzekerheid;

– vertrekwens;

– doorwerkleeftijd.

over werkzekerheid zijn twee vragen opgenomen naar het risico om de huidige baan te

verliezen en naar de bezorgdheid over het behoud van de huidige baan. over vertre-

kwens zijn drie vragen in de NEa opgenomen. de eerste twee hebben het afgelopen

jaar als referentieperiode en gaan na of de werknemer heeft nagedacht, respectieve-

lijk, iets heeft ondernomen om ander werk te zoeken dan het werk bij de huidige werk-

gever. de laatste vraag betreft een aspecifieke tevredenheidvraag, namelijk naar de

wenselijkheid om over vijf jaar nog bij hetzelfde bedrijf te werken.

de vragen over werkzekerheid en vertrekwens zijn afkomstig uit taS. de vragen over

werkzekerheid en de eerste twee vragen over vertrekwens zijn oorspronkelijk ontleend

aan Goudswaard e.a. (1998). de vraag over de wenselijkheid om over vijf jaar nog bij

hetzelfde bedrijf te werken is oorspronkelijk ontleend aan de Vragenlijst arbeid en

Gezondheid (Gründemann, e.a. 1993).

ten slotte zijn, sinds NEa 2011, twee vragen opgenomen over de leeftijd tot waarop

men wil doorwerken en de leeftijd tot waarop men denkt (lichamelijk en geestelijk) in

staat te zijn het huidige werk voort te zetten. de eerste vraag is afkomstig van het

NEa-cohortonderzoek (Koppes e.a., 2011b). de tweede vraag is nieuw geformuleerd

voor de NEa en afgeleid van een vraag uit het NEa-cohortonderzoek. Naast deze twee

vragen die aan alle respondenten zijn gesteld, worden in de internetvariant van de

vragenlijst, en uitsluitend bij werknemers van 45 jaar en ouder, twee vragen gesteld

over determinanten van willen en kunnen doorwerken (zie de schermafdrukken in

Bijlage B3). deze vragen zijn in 2010 nieuw ontwikkeld voor de NEa.

2.2.20 Tevredenheid

Het laatste onderdeel van de NEa betreft tevredenheid met arbeidsomstandigheden

en met het werk in het algemeen. Het gaat hierbij om een totaaloordeel over alle

aspecten van arbeidsomstandigheden, respectievelijk, van het werk. Beide vragen zijn

door tNo opgesteld ten behoeve van de NEa.

Page 25: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

23

Methodologie en globale resultaten

TAB

EL 2

.1

ove

rzic

ht o

nder

wer

pen

NEa

20

13

MO

Du

LE (

AA

NTA

L IT

EMS)

ITEM

S (

AA

NTA

L)H

ERK

OM

ST

01

Per

soon

sgeg

even

s (7

)G

esla

cht

(1)

Geb

oort

ejaa

r (1

)o

plei

ding

(1

)S

amen

stel

ling

huis

houd

en (

1)

aant

al b

etaa

lde

bane

n (1

)in

kom

en u

it an

dere

bro

n (1

)in

kom

en p

artn

er (

1)

Prov

inci

er

egio

Ste

delij

khei

dH

erko

mst

Gen

erat

ieB

urge

rlijk

e st

aat

NEa

taS

Ma

a

taS

a

taS

f

NEa

NEa

uit

CB

S-re

gist

ratie

s (z

ie p

ar.

2.3

)u

it C

BS

-regi

stra

ties

(zie

par

. 2

.3)

uit

CB

S-re

gist

ratie

s (z

ie p

ar.

2.3

)u

it C

BS

-regi

stra

ties

(zie

par

. 2

.3)

uit

CB

S-re

gist

ratie

s (z

ie p

ar.

2.3

)u

it C

BS

-regi

stra

ties

(zie

par

. 2

.3)

02

uw

die

nstv

erba

nd (

19

)aa

rd d

iens

tver

band

(1

)o

mva

ng d

iens

tver

band

(1

)G

ewen

ste

omva

ng d

iens

tver

band

(1

)d

agen

wer

k in

de

wee

k (1

) af

wijk

ende

wer

ktijd

en (

3)

ove

rwer

k (3

)W

oon-

wer

kver

keer

(3

)th

uisw

erk

(1)

duu

r bi

j hui

dige

wer

kgev

er (

1)

duu

r in

hui

dige

fun

ctie

(1

)B

edrij

fsgr

oott

e (1

)Le

idin

ggev

en (

1)

Vera

nder

inge

n in

het

bed

rijf

(1)

taS

a,e,

f

Ma

a

taS

Ma

a

PoLS

a

Ma

a (v

raag

1-2

); N

Ea (

vraa

g 3

)ta

S a

(Vra

ag 1

); N

Ea (

vraa

g 2

-3)

taS

a,e,

f (2

ver

volg

vrag

en)

taS

a

taS

a

Ma

a ta

S a

oS

a-vr

aagp

anel

20

05

-20

06

a

03

uw

ber

oep

(2)

Ber

oep

(1)

Ber

oeps

groe

p (1

)N

Eata

S a

04

uw

bed

rijf

(2)

Bed

rijfs

tak

(SB

i)S

oort

bed

rijf

(1)

Bed

rijfs

tak

(1)

uit

CB

S-re

gist

ratie

s (z

ie p

ar.

2.3

)N

Ea b

taS

a

Page 26: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

24

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

MO

Du

LE (

AA

NTA

L IT

EMS)

ITEM

S (

AA

NTA

L)H

ERK

OM

ST

05

uw

wer

kom

stan

digh

eden

(3

3)

Gev

aarl

ijk w

erk

(1)

Kra

cht

zett

en (

1)

trill

inge

n (1

)o

ngem

akke

lijke

wer

khou

ding

(1

)H

erha

lend

e be

weg

inge

n (1

)G

elui

d (1

)G

ebru

ik g

ehoo

rbes

cher

mer

s (1

)G

evaa

rlijk

e st

offe

n (3

)B

esm

ette

lijke

per

sone

n, d

iere

n of

mat

eria

al (

1)

auto

nom

ie (

6)

Wer

ktem

po e

n tij

dsdr

uk (

6)

Emot

ione

le b

elas

ting

(3)

Cog

nitie

ve b

elas

ting

(3)

inno

vatie

f ve

rmog

en (

4)

Lich

aam

shou

ding

(1

)

PoLS

PoLS

/EB

BEB

BEB

B a

EBB

a

PoLS

/EB

BPo

LS/E

BB

a,e,

f

NEa

arbe

idsi

nspe

ctie

: ar

bom

onito

r 2

00

2 a

PoLS

/EB

B (

vraa

g 1

-5);

NEa

(vr

aag

6)

PoLS

/EB

B (

vraa

g 1

-2);

taS

(vr

aag

3-6

)ta

Sta

Sq

PS N

ordi

c a,c (

vraa

g 1

); P

aSo

a,c

(vra

ag 2

); E

Ci a,

c (v

raag

3-4

)N

Ea d

06

Kla

nten

en

colle

ga’s

(2

1)

Soc

iale

ste

un d

oor

leid

ingg

even

de (

4)

Soc

iale

ste

un d

oor

colle

ga’s

(4

)C

onfli

ct (

3)

ong

ewen

st g

edra

g (8

)d

iscr

imin

atie

(1

)S

eksu

ele

aant

rekk

ing

(1)

taS

a

taS

NEa

taS

NEa

c

Wel

zijn

en

erva

ringe

n op

het

wer

k (S

ocia

al e

n C

ultu

reel

Pla

nbur

eau)

a,d

07

Com

pute

rgeb

ruik

(2

)B

eeld

sche

rmw

erk

(1)

tele

wer

k (1

)M

ata

S

08

arb

eids

onge

valle

n (6

)ar

beid

song

eval

(6

)EB

B a

(vra

ag 1

-4);

oB

iN a,

e (v

raag

5);

oB

iN a,

f (vr

aag

6)

09

arb

o-m

aatr

egel

en (

11

)B

enod

igde

arb

o-m

aatr

egel

en (

10

) Pr

even

tiem

edew

erke

r (1

)N

EaN

Ea

10

Bed

rijfs

veili

ghei

d (5

) B

edrij

fsve

iligh

eid

(5)

NEa

c

11

uw

gez

ondh

eid

(17

)al

gem

ene

gezo

ndhe

idst

oest

and

(1)

Kla

chte

n be

weg

ings

appa

raat

(6

)B

urno

utkl

acht

en (

5)

Leng

te e

n ge

wic

ht (

2)

Mog

elijk

heid

raa

dple

gen

bedr

ijfsa

rts

(1)

Con

tact

met

bed

rijfs

arts

(1

)B

eroe

pszi

ekte

(1

)

PoLS

/taS

taS

(vr

aag

1-4

); N

Ea (

vraa

g 5

-6)

PoLS

/uB

oS

a

NEa

N

EaN

EaN

Ea d

12

Zie

ktev

erzu

im (

5)

Ziek

teve

rzui

m (

3)

Nie

t zi

ek z

iekm

elde

n (1

)Zi

ek d

oorw

erke

n (1

)

NEa

NEa

-coh

orto

nder

zoek

a,d,

f N

Ea-c

ohor

tond

erzo

ek a,

d,f

13

Laa

tste

ver

zuim

geva

l (4

)S

oort

kla

cht

(1)

Verz

uim

duur

(1

)W

erkg

ebon

denh

eid

(2)

Ma

a,e

NEa

Ma

(vra

ag 1

); M

a a,

e (v

raag

2)

Page 27: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

25

Methodologie en globale resultaten

MO

Du

LE (

AA

NTA

L IT

EMS)

ITEM

S (

AA

NTA

L)H

ERK

OM

ST

14

Chr

onis

che

ziek

te o

f aa

ndoe

ning

(5

)C

hron

isch

e aa

ndoe

ning

(5

)EB

B a,

e (v

raag

1);

EB

B a

(vra

ag 2

), N

Ea (

vraa

g 3

); E

BB

a (v

raag

4, 5

)

15

Fun

ctio

nere

n en

inze

tbaa

rhei

d (8

)W

erkg

esch

ikth

eid

(2)

Loop

baan

sel

f ef

ficac

y (2

)B

lijfg

enei

gdhe

id (

1)

Bev

loge

nhei

d (3

)

NEa

NEa

NEa

d u

BES

16

arb

eids

voor

waa

rden

(2

6)

tevr

eden

heid

met

arb

eids

voor

waa

rden

(1

4)

Bel

ang

van

bond

en, P

Vt’s

en

Cao

’s (

3)

Lidm

aats

chap

vak

bond

(2

)aa

nwez

ighe

id P

Vt (

1)

aanw

ezig

heid

en

tevr

eden

heid

met

Cao

(2

)te

vred

enhe

id b

elan

genv

erte

genw

oord

igin

g (4

)

avon

a,c

(vra

ag 1

-13

); N

Ea c

(vra

ag 1

4)

avon

c

avon

c (v

raag

1);

NEa

c (v

raag

2)

avon

c

avon

c

NEa

c

17

opl

eidi

ng e

n on

twik

kelin

g (1

3)

Func

tieve

rand

erin

g (2

)Pr

omot

ie (

1)

dem

otie

(1

)aa

nslu

iting

ken

nis

en v

aard

ighe

den

bij w

erk

(1)

opl

eidi

ng (

8)

taS

taS

NEa

-coh

orto

nder

zoek

oS

a aa

nbod

pane

l 20

08

, wer

kend

en a

NEa

18

Wer

k en

thu

is (

3)

Wer

k-th

uisr

elat

ie (

2)

Fina

ncië

le s

ituat

ie h

uish

oude

n (1

)ta

S

oS

a aa

nbod

pane

l 20

08

, wer

kend

en a

19

uw

ver

dere

loop

baan

(7

+2

inte

rnet

vrag

en)

Wer

kzek

erhe

id (

2)

Vert

rekw

ens

(3)

doo

rwer

klee

ftijd

(2

)o

mst

andi

ghed

en la

nger

doo

rwer

ken

(2)

taS

taS

NEa

-coh

orto

nder

zoek

(vr

aag

1);

a (v

raag

2)

NEa

g

20

tev

rede

nhei

d (2

)te

vred

enhe

id a

rbei

dsom

stan

digh

eden

(1

)te

vred

enhe

id w

erk

(1)

NEa

taS

TOTA

AL

20

1

vrag

en (

waa

rvan

2 u

itsl

uite

nd v

ia I

nter

net)

*

* d

it is

exc

lusi

ef d

e ac

ht a

dditio

nele

vra

gen

die,

uitsl

uite

nd in

de

inte

rnet

varian

t, n

a de

keu

ze v

an b

epaa

lde

antw

oord

opties

zijn

ges

teld

a aa

ngep

ast

t.o.

v. o

rigi

nele

vra

agst

ellin

g;b

open

vra

ag, g

ecod

eerd

(S

Bi’2

00

8, 5

dig

it-n

ivea

u);

c vr

aag

niet

in N

Ea 2

01

2, w

el in

een

of m

eer

eerd

ere

NEa

-edi

ties

;d

nieu

w in

NEa

20

13

;e

inte

rnet

varian

t is

aan

gepa

st t

en o

pzic

hte

van

NEa

20

12

;f

inte

rnet

varian

t be

vat

addi

tion

ele

vraa

g na

één

van

de

an

twoo

rdop

ties

;g

uits

luiten

d vi

a in

tern

et

avon

: M

onitor

arb

eids

voor

waa

rden

en

arbe

ids v

erho

udin

gen

op o

nder

nem

ings

nive

au;

EBB

: En

quêt

e B

eroe

psbe

volk

ing;

ECi:

Eras

mus

Con

curr

entie

en in

nova

tiem

onitor

;M

a:

Mon

itor

arb

ocon

vena

nten

;N

Ea:

Nat

iona

le E

nquê

te a

rbei

dsom

stan

digh

eden

;o

BiN

: o

ngev

alle

n en

Bew

egen

in N

eder

land

oS

a:

org

anis

atie

voo

r S

trat

egis

ch a

rbei

dsm

arkt

onde

rzoe

k

PaS

o:

Pane

l Sur

vey

of o

rgan

isat

ions

;Po

LS:

Perm

anen

t o

nder

zoek

Lee

fsitua

tie;

PVt:

Pe

rson

eels

vert

egen

woo

rdig

ing;

qPS

Nor

dic:

Gen

eral

Nor

dic

que

stio

nnai

re for

Ps

ycho

logi

cal a

nd S

ocia

l Fac

tors

at

Wor

k;ta

S:

tNo

arb

eids

situ

atie

Sur

vey;

uB

ES:

utr

echt

se B

evlo

genh

eids

chaa

l.

Page 28: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

26

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

2.3 Verrijking van de NEA met registerdata

doordat het CBS bij de steekproeftrekking aan iedere respondent een uniek volgnum-

mer toekent, is het mogelijk om in een later stadium gegevens over deze responden-

ten uit andere CBS-registraties te koppelen aan data uit de NEa. Het databestand van

de NEa wordt bij oplevering bovendien standaard verrijkt met enkele variabelen die bij

de weging worden gebruikt (zie ook paragraaf 3.5). deze informatie is afkomstig uit de

Polisadministratie, die als steekproefkader dient voor de NEa, en de Gemeentelijke

Basis administratie (GBa; zie paragraaf 3.1). Het gaat daarbij om 1) geslacht, 2) leef-

tijd/geboortejaar, 3) bedrijfstak, 4) herkomst/generatie, 5) regio/provincie, en 6) ste-

delijkheid.

Na de verrijking zijn van elke respondent dus twee waarden voor geslacht, leeftijd/

geboortejaar en bedrijfstak bekend. ten eerste is bekend wat de respondent zelf in de

vragenlijst heeft ingevuld, en ten tweede is de informatie uit de Polisadministratie of

GBa bekend. de gegevens uit de enquête komen niet altijd overeen met die uit de

Polisadministratie of GBa. Mogelijk hebben sommige mensen aan wie de vragenlijst

was toegestuurd de vragenlijst door iemand anders in laten vullen. Het risico hierop is

vooral groot, wanneer op het aangeschreven adres twee of meer personen wonen met

dezelfde familienaam en/of voorletter(s). Het is ook denkbaar dat respondenten per

abuis of vanuit privacyoverwegingen onjuiste gegevens noteren. in het geval van

bedrijfstak is daarnaast een aantal oorzaken van een eventuele mismatch tussen de

Polisadministratie en de NEa denkbaar. ten eerste komt de informatie uit de

Polisadministratie met een vertraging beschikbaar. de peildatum voor de NEa 2013

ligt in 2012 (eind december). Er is dus een mismatch tussen de enquête en de infor-

matie uit de Polisadministratie wanneer een werknemer na die tijd van bedrijfstak is

gewisseld. ten tweede wordt in de Polisadministratie de primaire bedrijfstak van een

werknemer bepaald op basis van de grootste loonsom, terwijl in de enquête wordt

gevraagd de vragen in te vullen voor de baan waaraan de meeste tijd wordt gespen-

deerd. Wanneer een persoon meer dan één dienstverband heeft, kan het voorkomen

dat de baan met de meeste uren niet de baan is waarin ook het meeste wordt ver-

diend. ten derde wordt de bedrijfstak in de enquête in kaart gebracht middels een

open vraag, die vervolgens wordt gecodeerd. Bij het omschrijven van het soort bedrijf

of instelling door de respondent, en bij de codering daarvan door tNo kan uiteraard

ook misclassificatie optreden. ten vierde wordt bedrijfstak in de registraties bepaald

bij inschrijving van een bedrijf of instelling bij de Kamer van Koophandel. onjuistheid

kan ontstaan op het moment van inschrijving door onduidelijke of onjuiste omschrij-

ving van het bedrijf door de inschrijver, maar ook bij de codering door de medewerker

van de Kamer van Koophandel. ten vijfde kan mismatch ontstaan doordat de activitei-

ten van het bedrijf in de jaren na inschrijving zijn veranderd, zodat deze niet meer vol-

ledig passen bij de sector waartoe het bedrijf op het moment van inschrijving

behoorde. de Kamers van Koophandel controleren echter regelmatig of de beschrij-

ving van de hoofdactiviteit nog juist is, waardoor deze verandering van bedrijfsactiviteit

waarschijnlijk geen grote bron van discrepantie is tussen zelfrapportage en registra-

Page 29: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

27

Methodologie en globale resultaten

tie. ten slotte leveren veel bedrijven meer dan één type producten of diensten, waar-

door deze bedrijven tot meerdere bedrijfstakken gerekend kunnen worden. in een der-

gelijk geval kan in de registratie de ene (sub)sector staan, terwijl de respondent de

(sub)sector rapporteert behorend tot een andere bedrijfsactiviteit van hetzelfde

bedrijf.

Hieronder staat beschreven welke keuzes zijn gemaakt in het geval van een mismatch

tussen de zelfgerapporteerde gegevens en die uit de Polisadministratie of GBa. Bij het

maken van deze keuzes is gebruik gemaakt van de registratiegegevens van leeftijd/

geboortejaar, geslacht en bedrijfstak, de door de respondenten zelf ingevoerde gege-

vens, en de scans van de schriftelijk ingevulde vragenlijsten.

Keuze van leeftijd/geboortejaar & geslacht

indien de leeftijd, het geboortejaar of het geslacht van de respondent niet genoteerd

staat in de zelfrapportage dan wel de registratie, dan is gekozen voor de waarde die

wel beschikbaar is. in geval van discrepantie op leeftijd/geboortejaar of geslacht

wordt een iets andere procedure gevolgd voor schriftelijke respondenten dan voor

internetrespondenten.

alle schriftelijk ingevulde vragenlijsten zijn gescand en als pdf-bestand beschikbaar.

allereerst zijn alle 221 pdf-bestanden van respondenten met discrepantie tussen zelf-

rapportage en registratie op het oog beoordeeld. in 114 gevallen bleek uit deze visu-

ele inspectie dat de discrepantie is ontstaan door een scanfout. in deze gevallen is de

discrepantie uiteraard opgeheven door correctie van de zelfrapportage. in de reste-

rende 107 gevallen van discrepantie heeft inspectie van de pdf-bestanden niet geleid

tot het opheffen van de discrepantie.

Vervolgens is voor schriftelijke en internetrespondenten eenzelfde procedure gevolgd.

Namelijk, indien er discrepantie was op geslacht, dan is de zelfrapportage gekozen als

bron voor het definitieve geslacht en geboortejaar. indien er uitsluitend discrepantie

was op geboortejaar èn een type of schrijffout bij de zelfrapportage van geboortejaar

was waarschijnlijk, dan is gekozen voor het geboortejaar dat in de registratie staat.

indien er uitsluitend discrepantie was op geboortejaar èn een type of schrijffout bij de

zelfrapportage van geboortejaar was niet waarschijnlijk, dan is gekozen voor het

geboortejaar dat in de zelfrapportage staat. Een type of schrijffout achtten we waar-

schijnlijk in de volgende drie gevallen: 1) wanneer leeftijd was ingevuld in plaats van

geboortejaar (althans, de laatste twee digits daarvan); 2) wanneer slechts één van de

twee digits verschilde (bijvoorbeeld 54 in plaats van 51, of 60 in plaats van 90); en

3) wanneer de twee digits waren verwisseld (bijvoorbeeld 78 in plaats van 87).

de leeftijd van respondenten is vervolgens afgeleid van het geboortejaar, en in geval

van registratie ook de geboortemaand. indien is gekozen voor het geboortejaar uit de

registratie (dat is in het merendeel van de gevallen, 99,8%; slechts in 53 van de

23.303 cases niet), is 30 september 2013 gekozen als peildatum voor de bepaling

van de leeftijd van de respondent, aangezien deze datum ongeveer overeenkomt met

de start van het veldwerk. aangezien alleen het geboortejaar en niet de maand bekend

Page 30: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

28

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

is bij respondenten waarvoor de keuze is gevallen op de zelfrapportage, is bij hen 31

december 2013 gebruikt als peildatum voor de bepaling van de leeftijd.

Keuze van bedrijfstak

Van alle respondenten is de geregistreerde bedrijfstak bekend, aangezien dit een

selectiecriterium was bij de steekproeftrekking. Bij respondenten van wie de zelfge-

rapporteerde gegevens ontbreken of niet eenduidig tot een SBi-sector waren te herlei-

den, is de geregistreerde bedrijfstak hun definitieve bedrijfstak geworden (N = 618 /

23.303; 2,7%). daarnaast was er in ruim een derde van de gevallen geen discrepantie

tussen de zelfgerapporteerde en de geregistreerde bedrijfstak, en hoefde geen keuze

te worden gemaakt (N = 8.017 / 23.303; 34,4%). Bij de overige respondenten was er

wel discrepantie tussen de zelfgerapporteerde en de geregistreerde bedrijfstak. als er

discrepantie was op bedrijfstak én geslacht, dan is gekozen voor de zelfgerappor-

teerde bedrijfstak (N = 52 / 23.303; 0,2%). Was er geen discrepantie op geslacht,

maar wel op bedrijfstak en geboortejaar (en was het bovendien niet waarschijnlijk dat

er door de respondent een type- of schrijffout was gemaakt bij het geboortejaar), dan

is eveneens gekozen voor de zelfgerapporteerde bedrijfstak (N = 18 / 23.303; 0,1%).

Voor de overblijvende 14.598 respondenten is in 1.313 gevallen gekozen voor de zelf-

gerapporteerde bedrijfstak omdat men aangaf 11 maanden of korter bij de huidige

werkgever in dienst te zijn geweest (N = 1.313 / 23.303; 5,6%). Bij deze korte dienst-

duur weerspiegelt de zelfgerapporteerde bedrijfstak zeer waarschijnlijk het beste de

bedrijfstak ten tijde van het invullen van de NEa-vragenlijst. in enkele gevallen ontbrak

het gegeven omtrent de anciënniteit bij de huidige werkgever, en is de tijdsduur die

men werkzaam was in de huidige functie als proxy gebruikt. Bij de rest van de respon-

denten met discrepantie tussen zelfgerapporteerde en geregistreerde bedrijfstak is

gekozen voor de geregistreerde bedrijfstak (N = 13.285 / 23.303; 57,0%). dit zijn dus

de respondenten die aangaven al een jaar of langer in dienst te zijn bij de huidige

werkgever, of waarbij de diensttijd en de functieduur onbekend waren.

Page 31: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

29

Methodologie en globale resultaten

3 Dataverzameling NEA 2013

3.1 Steekproef

3.1.1 Doelpopulatie

de doelpopulatie van de NEa 2013 zijn werknemers die in Nederland wonen en wer-

ken. Feitelijk gaat het om alle personen van 15 tot en met 64 jaar die, op het moment

van uitvoering van de NEa 2013, betaald werk verrichtten in loondienst. Hiertoe beho-

ren ook personen die een dienstverband hadden, maar op dat moment geen arbeids-

prestaties leverden wegens ziekte, zwangerschapsverlof, zorgverlof of een andere tij-

delijke loopbaanonderbreking.

3.1.2 Steekproefkader

aan de basis van het steekproefkader voor de steekproef van de NEa 2013 staat de

Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBa). door de GBa te koppelen

aan de Polisadministratie, eigendom van het uWV, Belastingdienst en het CBS, kan

een selectie worden gemaakt van de personen in de GBa die betaald werk in loon-

dienst verrichten. de Polisadministratie bevat gegevens over alle banen van werkne-

mers die verzekerd zijn voor de werknemersverzekeringen en voor wie loonbelasting

verschuldigd is. Net als voor de NEa 2012 is voor de NEa 2013 de Polisadministratie

van december van het voorafgaande jaar gebruikt als steekproefkader. dit bestand van

de Polisadministratie heeft 31 december 2012 als peildatum. Een nadeel van het

gebruik van een bestand met een peildatum die vóór het eigenlijke veldwerk ligt, is dat

mensen die na deze peildatum zijn begonnen met werken in dit bestand ontbreken.

deze instroom van werknemers betreft jaarlijks ongeveer 8 procent van alle werkne-

mers en bestaat voornamelijk uit jongeren die hun opleiding net hebben afgerond (CBS,

2014a, 2014b). Jongeren die op de peildatum naast hun studie een vakantie- of bij-

baantje hadden, zijn overigens wèl vertegenwoordigd in de Polisadministratie.

anderzijds bevat de Polisadministratie personen die na december 2012 zijn uitge-

stroomd uit een werknemersbaan. daardoor is een deel niet langer werknemer ten

tijde van de enquêtering en zal ten onrechte in de steekproef terecht komen. rond 8

procent van alle werknemers verlaat jaarlijks het werknemerschap. dit betreft perso-

nen die de overstap van werknemer naar zelfstandige hebben gemaakt, ouderen die

met (vervroegd) pensioen zijn gegaan, mensen die werkloos of arbeidsongeschikt zijn

geworden en personen die om een andere reden met werken zijn gestopt (CBS, 2014a,

2014b). ondanks deze beperkingen vormt de Polisadministratie van 2012 een goede

benadering van de populatie werknemers in 2013. de meeste werknemers van 2012

hebben één jaar later nog steeds een baan als werknemer. omgekeerd geldt ook dat de

meeste werknemers in 2013 één jaar eerder ook al als werknemer te boek stonden.

uit de Polisadministratie zijn alle werknemers geselecteerd die bij aanvang van de

veldwerkfase, 1 oktober 2013, minimaal 15 jaar en maximaal 64 jaar oud zijn.

Werknemers die tevens als zelfstandige werkzaam zijn, komen ook in het steekproef-

Page 32: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

30

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

kader terecht. Personen die uitsluitend als zelfstandige werkzaam zijn behoren niet

tot het steekproefkader. de omvang van het steekproefkader was bijna 7.1 miljoen

personen. aan het steekproefkader is een aantal achtergrondvariabelen toegevoegd

(zie tabel 3.1). op basis van de leeftijd op 1 oktober 2013 is de variabele leeftijds-

klasse gemaakt. Van de indeling naar bedrijfsklasse, volgens de standaardbedrijfsin-

deling (SBi’08), zijn het sectienummer en de sectieletter vastgelegd. Werknemers die

meer dan één baan hebben, zijn ingedeeld op basis van hun hoofdbaan. dit is de baan

op 31 december 2012 met het hoogste maandloon. Verder is het CoroP-gebied (een

regionale indeling in 40 gebieden) afgeleid uit de gemeentecode.

3.1.3 Steekproefomvang

Het gewenste aantal respondenten van de NEa 2013 bedroeg 25.000. in 2011

bedroeg de respons 32,4% en in 2012 was de respons 35,2%. op basis hiervan was

de verwachting dat de respons in 2013 tussen de 30% en de 35% zou liggen. de bruto

steekproefomvang zou dan, gezien deze verwachting, tussen de 71.500 en de 83.500

moeten liggen. om te compenseren voor eventuele ruis in de steekproeftrekking en

vervuiling van het steekproefkader werd de uiteindelijke bruto steekproefomvang, net

als in 2012, vastgesteld op 80.000.

Het is uit eerdere peilingen van de NEa bekend dat het responspercentage onder jon-

geren en niet-westerse allochtonen lager ligt dan bij anderen. om te zorgen dat er toch

voldoende jongeren en niet-westerse allochtonen aan het onderzoek meedoen, is de

trekkingskans van deze twee groepen met 50% verhoogd. Jongeren en niet-westerse

allochtonen zijn dus oververtegenwoordigd in de steekproef van 80.000 personen. de

leeftijdsafbakening van jongeren die oververtegenwoordigd worden in de steekproef,

is niet in alle jaren gelijk. Bij de NEa 2005, 2006, 2007 en 2008 is de trekkingskans

verhoogd van personen die op 1 oktober van het veldwerkjaar 15 tot en met 24 jaar

waren. Bij de NEa 2009 en 2010 is dit gedaan voor personen die op 1 januari van het

veldwerkjaar 15 tot en met 22 jaar waren. Bij de steekproeftrekking van de NEa 2011,

2012 en 2013 zijn jongeren die op 1 oktober van het veldwerkjaar 15 tot en met 22

jaar waren, oververtegenwoordigd. doordat leeftijdscategorieën (10-jaarsklassen) als

weegfactor zijn opgenomen in het weegmodel van de NEa heeft deze verandering geen

consequenties voor de verdeling van respondenten over deze leeftijdscategorieën.

3.1.4 Steekproeftrekking

de steekproef is een systematische Probability Proportional to Size-steekproef. alle

personen in het steekproefkader hebben dezelfde trekkingskans, behalve de jongeren

(de personen die bij aanvang van het veldwerk 15 tot en met 22 jaar zijn) en de niet-

westerse allochtonen. deze personen hebben een trekkingskans die 50% hoger is.

Page 33: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

31

Methodologie en globale resultaten

Het steekproefkader is eerst gesorteerd op geslacht, leeftijdsklasse, CoroP-gebied1

en bedrijfsklasse. daarna zijn de personen binnen een groep van hetzelfde geslacht,

dezelfde leeftijdsklasse, hetzelfde CoroP-gebied en dezelfde bedrijfsklasse, in wille-

keurige volgorde geplaatst. door het steekproefkader op deze manier te ‘schudden’

laten de personen in de steekproef vrijwel dezelfde verdeling zien naar geslacht, leef-

tijdsklasse, CoroP-gebied en economische activiteit van het bedrijf waar zij werken,

als de personen in het steekproefkader.

uit dit kader is een steekproef getrokken van 100.000 personen. Vervolgens zijn via

de GBa de namen en adressen van de getrokken personen opgevraagd. Van de perso-

nen die zijn uitgeschreven uit de GBa, krijgt het CBS geen namen en adressen. Een

aantal personen heeft bij de gemeente te kennen gegeven dat zij niet willen dat de

gemeente hun persoonsgegevens aan derden levert. deze personen worden verwij-

derd uit de steekproef, net zoals personen die wonen in een institutioneel huishouden

of een asielzoekerscentrum. ook worden personen verwijderd uit de steekproef, die

op een adres wonen dat het afgelopen jaar al is benaderd voor een CBS-steek-

proefonderzoek. ten slotte worden personen uit de steekproef verwijderd die in de

steekproef van de NEa 2012 zaten. Na het verwijderen van deze personen blijft er een

steekproef over van ruim 80.000 personen. uit deze steekproef wordt volledig wille-

keurig de definitieve steekproef van 80.000 personen getrokken. in tabel 3.1 staat

een overzicht van de gegevens die van iedere persoon bij de steekproeftrekking zijn

vastgelegd.

TABEL 3.1

Vastgelegde gegevens bij steekproeftrekking

BRON VARIABELEN

Polisadministratie Bedrijfsklasse volgens de standaardbedrijfsindeling uit 2008 (SBi)

Maandloon van december 2012

Gemeentelijke Basis administratie (GBa)

Geslacht

Leeftijd op 1 oktober 2013

Gemeentecode

Herkomstgroepering en -generatie

1 Een CoroP-gebied is een regionaal gebied binnen Nederland dat deel uitmaakt van de CoroP-indeling. CoroP staat voor Coördinatie Commissie regionaal onderzoeksProgramma.

Page 34: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

32

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

3.2 Veldwerk

3.2.1 Wijze van dataverzameling

Bij de NEa wordt gebruik gemaakt van twee methoden van dataverzameling, namelijk

met een schriftelijke vragenlijst (Paper and Pencil interviewing, PaPi) en met een inter-

netvragenlijst (Computer assisted Web interviewing, CaWi). Bovendien bestaat de

mogelijkheid tot telefonische afname. dit is van toepassing op de personen die op

eigen initiatief naar de helpdesk belden of mailden en aangaven problemen te hebben

met het invullen van de vragenlijst. Van deze mogelijkheid is echter geen gebruik

gemaakt.

alle personen uit de steekproef zijn door tNS Nipo schriftelijk benaderd op hun woon-

adres. Het adressenbestand van 80.000 personen is eind week 36 door het CBS aan

tNS Nipo geleverd. iedere persoon uit het bestand ontving een vragenlijst met daarbij

een folder waarin het onderzoek werd toegelicht en men werd uitgenodigd om deel te

nemen (zie bijlage B). de ingevulde schriftelijke vragenlijst kon kosteloos worden

teruggezonden naar tNS Nipo. op de voor- en achterzijde van de vragenlijst stond een

inlogcode vermeld, waarmee men de enquête via internet kon invullen.

3.2.2 Responsperiode en verzenddata vragenlijst en reminders

de beoogde netto respons van de NEa bedraagt 25.000 werknemers. om deze res-

pons te halen is een bruto steekproef van 80.000 personen getrokken (zie ook para-

graaf 3.1). de 80.000 vragenlijsten voor deze personen zijn op 3 oktober 2013 ver-

zonden.

de remindervragenlijsten zijn verstuurd op 4 november aan in totaal 65.000 perso-

nen. dit betrof nagenoeg alle personen van wie op 23 oktober nog geen reactie was

ontvangen. Verondersteld werd, op basis van het voorgaande jaar, dat maximaal

65.000 respondenten op het moment van de uitstuur van de remindervragenlijst niet

gereageerd zouden hebben. dit bleken uiteindelijk ongeveer 66.200 respondenten te

zijn. Zo’n 1.200 respondenten hebben de remindervragenlijst dan ook niet ontvangen,

maar zij hebben indien zij nog niet hadden gereageerd op 21 november wel de remin-

derbrief gekregen. op 25 november zijn reminderbrieven verstuurd aan 30.000 van de

56.233 personen die op 21 november nog niet hadden gereageerd. Verondersteld

werd dat 30.000 reminderbrieven zouden moeten worden verstuurd om de respons te

halen. omdat de respons de eerste weken van het veldwerk echter achterbleef, is op

27 november alsnog ook aan de overige 26.233 personen een reminderbrief gestuurd.

de responsperiode is afgesloten op 16 december 2013.

Page 35: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

33

Methodologie en globale resultaten

3.2.3 Responsverhogende maatregelen

de volgende maatregelen zijn getroffen om een zo hoog mogelijke respons te realiseren:

1. Waarborging privacy

Het onderzoek voldoet volledig aan de Wet bescherming persoonsgegevens (zie para-

graaf 3.2.5). Er zijn diverse maatregelen getroffen om respondenten maximaal te

beschermen tegen schendingen van de privacy. Via de begeleidende folder (bijlage

B.2) zijn de respondenten hierover geïnformeerd.

2. Lengte, inhoud en lay-out van de vragenlijst en informatiefolder

om de aantrekkelijkheid van het invullen zo groot mogelijk te maken, is veel aandacht

besteed aan de inhoud en lay-out van de vragenlijst en folder. Een professioneel dtP-

bureau ontwikkelde in 2005 een herkenbare NEa-huisstijl die ook in de jaren daarna is

toegepast. deze huisstijl is ook gebruikt voor de lay-out van de internetvragenlijst. de

verwachte invultijd (circa 20 minuten) is op de begeleidende folder en in de vragenlijst

vermeld.

Hiernaast zijn interviewtechnische controles uitgevoerd op de vragenlijst (zowel de

schriftelijke als de internetvariant) en op de folder door medewerkers van tNo, tNS

Nipo, CBS, en in voorgaande jaren door intomart. Hierbij is gelet op duidelijkheid,

begrijpelijkheid, formulering, spelling, grammatica, lay-out en volgorde van de vragen

en antwoordcategorieën.

de vragen in de enquête zijn helder en eenduidig geformuleerd en er is gebruik

gemaakt van elkaar uitsluitende antwoordcategorieën. Het aantal doorverwijzingen is

zoveel mogelijk beperkt. in de enquête komen slechts drie open vragen voor die aan

alle respondenten worden gesteld, naast zes open vragen die uitsluitend zijn gesteld

aan kleine selecties van (internet)respondenten die bij bepaalde vragen een specifiek

antwoord hebben gegeven.

3. Mixed-mode aanpak

Zoals reeds in paragraaf 3.2.1 is toegelicht, heeft iedere respondent de keuze uit een

schriftelijke- en internetvariant (via desktop, mobiel of tablet) van de enquête.

Bovendien kon de enquête, indien noodzakelijk, telefonisch worden afgenomen. Van

deze laatste mogelijkheid is geen gebruik gemaakt. Het invullen van de internetvragen-

lijst kon tussentijds worden afgesloten en op een later moment worden voortgezet.

4. Helpdesk

Gedurende de volledige periode van dataverzameling konden respondenten bellen

met een helpdesk, als zij vragen hadden over het onderzoek. in de brochure die men

ontving bij de vragenlijst, stond het gratis telefoonnummer van de helpdesk vermeld.

de helpdesk was op werkdagen bereikbaar van 9.00 tot 17.00 uur. in totaal maakten

458 personen gebruik van de telefonische helpdesk. de overgrote meerderheid gaf

aan niet te willen deelnemen aan de enquête, omdat men geen baan had of geen zin

had. respondenten konden ook mailen naar het speciale mailadres nea2013@tns-

nipo.com. in totaal zijn 149 e-mails binnengekomen en beantwoord. Er zijn ook enkele

Page 36: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

34

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

vragen binnengekomen via de website van tNo die voor beantwoording zijn doorge-

stuurd naar tNS Nipo. Naast de telefonische en email-helpdesk was een internethelp-

desk beschikbaar (zie bijlage E). deze helpdesk bestond uit diverse webpagina’s.

onder meer was er een pagina met informatie over privacy en anonimiteit, een pagina

met informatie over de uitvoerders van de NEa en een pagina met antwoorden op veel-

gestelde vragen. Voor deze laatste pagina is gebruik gemaakt van veel voorkomende

vragen in voorgaande NEa’s.

5. Periode van aanschrijving

Het veldwerk is in oktober gestart. Volgens het CBS is de respons in deze periode van

het jaar doorgaans het hoogst.

6. Reminders

Er zijn op twee momenten gedurende de enquêteperiode schriftelijke reminders inge-

zet. Na ongeveer 5 weken is de volledige vragenlijst als reminder gestuurd (met op de

voorzijde aangegeven dat het een herinnering betreft), en na 8 weken is een schrifte-

lijke reminder gestuurd in de vorm van een brief, voorzien van de inlogcode voor de

internetvragenlijst. de reminders zijn alleen naar die personen verstuurd, waarvan op

het moment van het drukken van de betreffende reminder nog geen respons was ont-

vangen. de herinneringsbrief is te vinden in bijlage C.

7. Beloning

als tegemoetkoming voor deelname zijn 250 Staatsloten van € 26,– en 250 VVV

cadeaubonnen ter waarde van € 25,– verloot. in de vragenlijst konden de deelnemers

aangeven waar hun keuze naar uitging. in plaats van deelname aan de verloting kon-

den de respondenten ook kiezen voor het steunen van een goed doel. Voor iedere

ingevulde vragenlijst werd in dat geval € 2,50 overgemaakt naar het goede doel van de

keuze van de respondent. Er kon gekozen worden uit vier goede doelen, namelijk:

amnesty international, KWF Kankerbestrijding, War Child en Wereld Natuur Fonds. op

22 december 2013 zijn de 500 prijzen verloot. de prijswinnaars hebben hun prijs in

januari thuisgestuurd gekregen en de winnende codes zijn op de website bekendge-

maakt. de volgende bedragen zijn overgemaakt naar de goede doelen: KWF

Kankerbestrijding: € 10.027,50, amnesty international: € 1.807,50, War Child: €

3.452,50, en Wereld Natuur Fonds: € 3.250,–.

8. Terugkoppeling resultaten

op de website www.monitorarbeid.nl/nea wordt een overzicht gegeven van publicaties

die zijn verschenen op basis van de NEa. Via de internethelpdesk en via de internet-

vragenlijst worden respondenten op het bestaan van deze site geattendeerd. in de

informatiefolder wordt aangegeven dat de resultaten van de NEa 2013 vanaf mei

2014 publiekelijk worden gemaakt middels rapporten en persberichten.

Page 37: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

35

Methodologie en globale resultaten

3.2.4 Dataverwerking

alle schriftelijk ontvangen vragenlijsten zijn optisch ingelezen (gescand). Getallen zijn

daarbij door zogenoemde optical Character recognition (oCr) software gedigitali-

seerd, vervolgens gecontroleerd, en zo nodig gecorrigeerd door datatypisten. op basis

van frequentie-uitdraaien zijn uitbijters opgespoord die vervolgens handmatig zijn

bekeken en indien nodig zijn gecorrigeerd. de schriftelijke antwoorden op open vragen

zoals naar bedrijfstak, zijn volledig handmatig ingevoerd. daarnaast zijn door tNS Nipo

ter controle 5% van de ingescande schriftelijke vragenlijsten vergeleken met de data

die door het scanbureau zijn geleverd. ten slotte heeft tNo tien random geselecteerde

pdf-bestanden van gescande schriftelijk ingevulde vragenlijsten vergeleken met het

(geanonimiseerde) SPSS-databestand dat zij van tNS Nipo ontving. Hierbij heeft tNo

geen systematische scanfouten gevonden.

de schriftelijke en internetrespons zijn vastgelegd in SPSS-bestanden. deze zijn

samengevoegd en door tNS Nipo globaal opgeschoond. deze opschoning bestond uit

het verwijderen van dubbele respondenten en het verwijderen van respondenten die

minder dan 75% van de items hadden ingevuld (exclusief items die vanwege doorver-

wijzing niet voor elke respondent van toepassing zijn). ook zijn de respondenten uit

het databestand verwijderd die de vraag ‘Heeft u een betaalde baan?’ niet hadden

ingevuld.

Het coderen van de open antwoorden op de vraag naar het soort bedrijf of instelling is

tot en met de NEa 2010 door het betrokken veldwerkbureau uitgevoerd. daarna heeft

tNo echter alle inconsistenties in de codering van de open antwoorden op deze vraag

in de NEa’s van 2005 tot en met 2010 opgeheven. Hiermee kregen twee dezelfde

omschrijvingen consequent dezelfde SBi-bedrijfstakcode, dus los van de voorkeuren

en/of de nauwgezetheid van de specifieke codeurs in de verschillende NEa-

jaargangen. Voor de NEa’s 2011, 2012, en 2013 heeft tNo zelf de codering uitge-

voerd. de combinatie van open antwoorden van de NEa’s van 2005 tot en met 2012

met bijbehorende gesynchroniseerde codes, zijn gebruikt om de 22.749 NEa-

respondenten een SBi-code te geven, die in 2013 een antwoord hadden gegeven op

de open vraag naar het soort bedrijf of instelling. Het merendeel (17.137 / 23.303 =

73,5%) van de open bedrijfstak-antwoorden in 2013 betrof een bedrijfstakomschrij-

ving die al door één of meer van de 187.060 respondenten in de NEa’s van 2005 tot

en met 2012 was gegeven. deze omschrijvingen hebben in NEa 2013 automatisch

dezelfde SBi-bedrijfstakcode gekregen als alle eerdere respondenten met die

omschrijving. Echter, 26,5% procent van de NEa 2013-respondenten (6.166 / 23.303)

gaf een open antwoord dat nog niet in eerdere NEa’s was gegeven. deze open ant-

woorden zijn door tNo handmatig voorzien van een gesynchroniseerde SBi93-

bedrijfstakcode. deze codering vond plaats met behulp van ontwikkelde software,

waarbij eenvoudig een keuze kon worden gemaakt op basis van de omschrijvingen en

de bijbehorende codes die in alle voorgaande jaren waren gegeven. in 64 gevallen was

het open antwoord van de respondent echter zodanig onduidelijk (bijvoorbeeld ‘Van

alles’), dat er geen bedrijfstakcode kon worden bepaald. Vanwege de overgang van

SBi93 naar SBi2008 zijn de SBi93-codes van de zelfrapportage van de NEa respon-

Page 38: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

36

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

denten in alle jaargangen (inclusief 2013) met door tNo ontwikkelde software omge-

zet in SBi2008-codes.

Vervolgens heeft tNo het zelfrapportagebestand gekoppeld aan het CBS-bestand met

geregistreerd geboortejaar, geslacht en SBi2008 bedrijfstakgegevens van alle 80.000

personen in de oorspronkelijke steekproef. uit dit gekoppelde bestand zijn allereerst

de respondenten verwijderd die uiteindelijk niet hebben gerespondeerd. Bij een aantal

respondenten was er een verschil tussen de zelfrapportage van geboortejaar, geslacht

en/of bedrijfstak en het geregistreerde geboortejaar, geslacht en/of bedrijfstak.

Voordat tNo dit bestand terugstuurde naar het CBS ten behoeve van de weging en

verdere verrijking, heeft tNo deze discrepanties opgeheven met behulp van de in para-

graaf 2.3 beschreven beslisregels.

Het CBS heeft de data vervolgens verder verrijkt met gegevens uit de Polisadministratie

en de Gemeentelijke Basis administratie (GBa; zie paragraaf 2.3), en voorzien van

weegfactoren (zie paragraaf 3.5). in de meeste gevallen is de start van het veldwerk

gekozen als peildatum voor de bepaling van de definitieve leeftijd (i.c. 1 oktober

2013). respondenten waarvoor de zelfrapportage is gekozen ter bepaling van de defi-

nitieve leeftijd, hebben echter 31 december 2013 als peildatum gekregen voor de

bepaling van de definitieve leeftijd, omdat in de zelfrapportage de geboortedag en

geboortemaand niet werden gevraagd.

Vervolgens zijn door tNo een aantal afgeleide variabelen toegevoegd, zoals het ziekte-

verzuimpercentage en schaalscores e.d., en hebben tNo en CBS onafhankelijk van

elkaar diverse plausibiliteitschecks uitgevoerd op het (geanonimiseerde) eindbe-

stand. tNo heeft de bevindingen van alle controles gelogd in een centrale SPSS-

opschoningssyntax. Met behulp van deze syntax is het databestand tevens voorzien

van labels bij alle vragen en antwoorden, en ten slotte vrijgemaakt van alle resterende

inconsistenties, resulterend in een eenvoudig toegankelijke, consistente en opge-

schoonde SPSS-datafile.

3.2.5 Bescherming persoonsgegevens

de gegevens die uit de NEa voortvloeien, worden volstrekt vertrouwelijk behandeld

door zowel tNo, CBS als tNS Nipo. Het onderzoek voldoet volledig aan de voorschrif-

ten uit de Wet Bescherming Persoonsgegevens.

de dataverzameling vindt plaats door tNS Nipo. tNS Nipo ontvangt daartoe een adres-

senbestand van het CBS. alle personen in het adressenbestand zijn door tNS Nipo

voorzien van een unieke, random aangemaakte, code. deze code is op de voor- en

achterzijde van iedere vragenlijst geprint in de vorm van een inlogcode voor de inter-

netvragenlijst en een barcode. Het werken met de code dient drie doelen. ten eerste

is de code nodig om de beloning te kunnen versturen (zie paragraaf 3.2.3). Zonder

code is de link tussen de adressen en ingevulde vragenlijsten immers niet te leggen.

ten tweede maakt de code het mogelijk om gerichte herinneringen te versturen.

Zodoende hoeven niet alle personen uit de steekproef opnieuw benaderd te worden,

maar alleen zij die op een bepaald moment nog niet hebben gereageerd. ten slotte is

Page 39: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

37

Methodologie en globale resultaten

de code nodig om respondenten in een later stadium aan het Sociaal Statistisch

Bestand (zie www.cbs.nl/cvb) te kunnen koppelen. Na afronding van het veldwerk

heeft tNS Nipo het NEa 2013-databestand aan tNo geleverd. dit bestand dat tNo

van tNS Nipo ontvangt bevat geen naam-, adres- of woonplaatsgegevens. Na de ver-

zending van de beloningen aan de respondenten is het adressenbestand door tNS

Nipo vernietigd.

Na de vernietiging van het adressenbestand kan uitsluitend het CBS de link leggen

tussen de gegevens uit de enquête en andere informatiebronnen (Sociaal Statistisch

Bestand). dit gebeurt met behulp van een speciaal koppelnummer (het zogenaamde

riN-nummer). Het CBS voert dergelijke koppelingen alleen uit met goed beveiligde

computersystemen waartoe onbevoegden geen toegang hebben. Naast het CBS

beschikken alleen tNo en SZW over het databestand. de bestanden zijn volledig

geanonimiseerd. Via het Centrum voor Beleidsstatistiek van het CBS is het voor

onderzoeksinstituten mogelijk om – onder voorwaarden – analyses uit te voeren op

het geanonimiseerde NEa-bestand. de informatie die op basis van de NEa, al dan niet

in combinatie met andere bronnen, naar buiten wordt gebracht is nooit herleidbaar

naar individuele personen.

in de begeleidende folder bij de NEa (zie bijlage B.2) zijn potentiële respondenten uit-

gebreid geïnformeerd over de waarborging van hun privacy.

3.3 Respons

Een overzicht van de totale respons is weergegeven in tabel 3.2 en figuur 3.1. Van de

80.000 personen die een uitnodiging tot deelname aan de enquête hebben ontvan-

gen, zijn 24.480 vragenlijsten retour ontvangen (inclusief dubbelen). Het merendeel

van de respondenten (62,2%) vulde de vragenlijst schriftelijk in, terwijl 37,8% de inter-

netvariant verkoos. de redenen waarom de meeste respondenten voor de schriftelijke

variant hebben gekozen, zijn niet bekend. Mogelijk ervaren de meeste werknemers het

invullen van een schriftelijke vragenlijst als minder omslachtig. Een andere reden kan

zijn dat men het ook makkelijker vindt om tussentijds te stoppen en later weer verder

te gaan met de schriftelijke vragenlijst, dan met de internetvragenlijst.

Page 40: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

38

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

TABEL 3.2

responsoverzicht NEa 2013

N

Bruto steekproef 80.000

Geschatte steekproefvervuiling 8.415

Geschatte netto steekproef 71.585

Totale respons 24.480

Niet bruikbare respons 1.177

te weinig ingevulde antwoorden (eis: >75%) 1.020

Vraag over betaalde baan niet ingevuld 48

dubbel 107

Niet scanbaar 2

Bruikbare respons 23.303

Schriftelijk 14.487

internet 8.816

RESpONSpERCENTAGE

Bruto (totale respons/Bruto steekproef) 30,6%

Netto (Bruikbare respons/Netto steekproef) 32,6%

FIGuuR 3.1

responsverloop NEa 2013

Page 41: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

39

Methodologie en globale resultaten

3.3.1 Steekproefvervuiling

Een deel van de aangeschreven personen behoorde niet tot het steekproefkader. dit

hangt onder meer samen met het feit dat de peildatum voor het steekproefkader

(Polisadministratie) van de NEa 2013 in december 2012 ligt. Een aantal personen

heeft na die datum het arbeidsproces verlaten of is volledig als zelfstandige gaan wer-

ken.

Non-respondenten

Hoe groot de steekproefvervuiling is, wordt voor de non-respondenten geschat op

basis van een telefonische non-responsenquête. tNS Nipo heeft van 18 t/m 20

december 2013 een telefonische non-responsenquête uitgevoerd. Het belprotocol

voor de telefonisten van het callcenter van tNS Nipo, is te vinden in bijlage d. in totaal

heeft met 558 personen uit de steekproef een gesprek plaatsgevonden over de reden

waarom zij niet hebben deelgenomen aan de NEa. tabel 3.3 toont het overzicht van de

antwoorden die de ondervraagden gaven.

TABEL 3.3

resultaten non-responsenquête

  AANTAL %

Heeft de vragenlijst niet ingevuld, want:

- niet werkzaam: (pre)pensioen/VUT/FPU 10 2

- niet werkzaam: student 25 4

- niet werkzaam: WAO/WIA 1 0

- niet werkzaam: WW 29 5

- werkzaam als zelfstandige 5 1

- niet werkzaam, anders 6 1

- geen interesse 144 26

- geen tijd/te druk 187 34

- anders, namelijk 140 25

- weet niet/geen opgave 11 2

TOTAAL 558 100

Cursief in tabel 3.3 staan de personen die onterecht in de NEa-steekproef zaten.

Naast deze 76 personen wordt op basis van het open antwoord van één persoon uit

de categorie ‘anders namelijk’ verwacht dat ook deze onterecht in de NEa-steekproef

zat. deze 77 van de 558 is de geschatte steekproefvervuiling van de Polisadministratie

onder non-respondenten (13,8%). Van het totale aantal non-respondenten (80.000 -

23.303 respondenten - 1.177 respondenten met afgekeurde data = 55.520) schatten

we dat er (0,138 * 55.520 =) 7.684 onterecht in de steekproef zaten.

Page 42: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

40

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

Respondenten

Voor de respondenten wordt de steekproefvervuiling bepaald op basis van het ant-

woord op de vraag: “Heeft u momenteel een betaalde baan?”. indien deze vraag nega-

tief wordt beantwoord behoort de betreffende respondent niet tot het steekproefka-

der. Van de 23.303 respondenten met goedgekeurde data hebben er geen de

antwoordcategorie “Nee, géén betaalde baan” aangekruist. Van de 1.177 (unieke)

respondenten met afgekeurde data hebben 961 een antwoord gegeven op de vraag

“Heeft u momenteel een betaalde baan?”. Van deze 961 hebben 724 de antwoordca-

tegorie “Nee, géén betaalde baan” aangekruist. dat betekent dat zij onterecht in de

steekproef zaten. Voor de 216 respondenten met missing data op deze vraag werd

verwacht dat het percentage dat ten onrechte in de steekproef zit hetzelfde zal zijn als

onder non-respondenten (0,138 * 216 = 30 respondenten). Van de 1.177 responden-

ten met afgekeurde data zaten (724 + 30 =) 754 personen onterecht en (1.177 – 754

=) 423 personen terecht in het steekproefkader.

Totaal

Het totale aantal personen dat onterecht in de steekproef zat is daarmee (7.684 van

de non-respondenten + 754 van de respondenten =) 8.438. de totale steekproefver-

vuiling in 2013 onder respondenten en non-respondenten samen wordt geschat op

(8.438 / 80.000 =) 10,5%. Het percentage personen dat onterecht in de steekproef

van de NEa 2013 zat, is daarmee vergelijkbaar met vorige jaren.

3.3.2 Netto respons

op basis van de berekeningen onder respondenten en onder non-respondenten is de

steekproefvervuiling geschat op 10,5%, waardoor de netto steekproef feitelijk bestond

uit 71.562 personen. Na correctie voor deze geschatte steekproefvervuiling komt de

netto respons uit op 32,6%.

3.4 Vergelijking respons met steekproefkader

Vormen de personen die aan de NEa hebben meegedaan een goede afspiegeling van

het steekproefkader? om deze vraag te beantwoorden, vergelijken we de verdeling van

een aantal achtergrondkenmerken -geslacht, leeftijd, herkomst, opleiding, bedrijfstak,

stedelijkheid en regio- tussen de respondenten van de NEa en het steekproefkader.

Hieronder staan de conclusies van al deze vergelijkingen beschreven. de bijbeho-

rende tabellen staan weergegeven in Bijlage F.

de verdeling van mannen en vrouwen in de NEa-respons en in de Polisadministratie

laat zien dat in verhouding minder mannen en meer vrouwen aan de NEa hebben mee-

gedaan, ten opzichte van de populatie (de Polisadministratie).

Page 43: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

41

Methodologie en globale resultaten

Vergelijking van de procentuele omvang van leeftijdscategorieën tussen de respons

en het steekproefkader laat zien dat mannen van 55 tot en met 64 jaar zijn oververte-

genwoordigd in de respons. Het verschil bedraagt 8 procentpunt. ook de mannen in

de leeftijdscategorie van 45 tot en met 54 jaar zijn met 3 procentpunten oververtegen-

woordigd in de respons. Mannen in de leeftijdscategorie van 15- tot en met 44 jaar zijn

in de NEa juist iets minder goed vertegenwoordigd dan in de Polisadministratie. Net

als bij mannen blijkt ook bij de vrouwen de leeftijdscategorie van 45 tot en met 64 jaar

oververtegenwoordigd te zijn. de 15- tot en met 24- jarigen zijn, zowel bij mannen als

bij vrouwen, ondervertegenwoordigd ondanks de oververtegenwoordiging van 15 tot

en met 22-jarigen in de steekproef (zie paragraaf 3.1.3).

uit de samenstelling van de NEa en de Polisadministratie naar herkomst en geslacht

blijkt dat zowel bij de mannen als bij de vrouwen de autochtonen met 5 procentpunt

zijn oververtegenwoordigd. ondanks de oververtegenwoordiging van niet-westerse

allochtonen in de steekproef, zijn de niet-westerse allochtonen in de NEa iets onder-

vertegenwoordigd.

Verder wordt de verdeling van de NEa naar opleidingsniveau vergeleken met de

Polisadministratie waarop de verdeling naar opleidingsniveau van de Enquête

Beroepsbevolking (EBB) 2012 is toegepast, omdat de Polisadministratie geen infor-

matie over opleiding bevat. deze vergelijking wijst uit dat ruim 1 op de 4 NEa-

respondenten een hogere beroepsopleiding heeft genoten, terwijl volgens de EBB

ongeveer 1 op de 5 werknemers een hogere beroepsopleiding heeft gehad. Mensen

met een hogere beroepsopleiding zijn dus oververtegenwoordigd in de NEa ten

opzichte van de EBB. Werknemers die een opleiding op mavo of vmboniveau hebben

afgemaakt, zijn in de NEa ondervertegenwoordigd. Het aandeel werknemers in de NEa

met een ander opleidingsniveau is vergelijkbaar met de EBB.

tot slot is gekeken naar de samenstelling van de NEa en de Polisadministratie naar

bedrijfstak, stedelijkheid en regio. de samenstelling van de NEa naar bedrijfstak laat

zien dat vrijwel alle 40 bedrijfstakken goed zijn vertegenwoordigd. alleen werknemers

in 1) verhuur en lease van auto’s, consumentenartikelen, machines en overige goede-

ren, arbeidsbemiddeling, uitzendbureaus, 2) detailhandel en 3) logiesverstrekking,

eet- en drinkgelegenheden zijn in de NEa meer dan een procentpunt ondervertegen-

woordigd. respondenten werkzaam in 1) openbaar bestuur, overheidsdiensten en ver-

plichte sociale verzekeringen, 2) onderwijs, 3) gezondheids- en welzijnszorg en 4) ver-

pleging en verzorging zijn juist iets oververtegenwoordigd in de NEa. Wat betreft

stedelijkheid en regio vormt de NEa een goede afspiegeling van het steekproefkader.

alleen werknemers in zeer sterk stedelijke regio’s zijn met 2 procentpunt onderverte-

genwoordigd.

Page 44: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

42

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

3.5 Weging

Verschillen tussen de doelpopulatie en de NEa-respons – bijvoorbeeld in de verdeling

van mannen en vrouwen en van jonge en oudere werknemers – kunnen de representa-

tiviteit van NEa-bevindingen verminderen. om de vertekening door selectiviteit van de

respons tot een minimum te beperken, wordt de respons gewogen. Zo blijkt de res-

pons bij de mannen lager te zijn dan bij de vrouwen. daarom krijgen mannen gemid-

deld een hoger gewicht toegekend en vrouwen gemiddeld een lager gewicht. Bij de

steekproeftrekking werd al rekening gehouden met een lagere respons onder jongeren

en onder niet-westerse allochtonen en werd de steekproeffractie voor deze bevol-

kingsgroepen verhoogd (oversampling). indien er ondanks deze oversampling toch

een ongelijke verdeling tussen respons en doelpopulatie bestaat wordt hiervoor door

de weging alsnog gecorrigeerd. Het toepassen van gewichten wordt ophogen genoemd

als de gewichten optellen tot de populatieomvang (het steekproefkader). deze gewich-

ten worden ophooggewichten genoemd. Bij analyses wordt ook vaak gewerkt met

gewichten die zodanig genormeerd zijn dat het gemiddelde van de gewichten 1 is. in

dat geval komt de som van de gewichten overeen met het aantal respondenten. Voor

de NEa 2013 is hetzelfde weegmodel gebruikt als voor de NEa 2012. de volgende

paragraaf beschrijft kort de toegepaste methode voor het bepalen van gewichten. de

publicatie Nationale Enquête arbeidsomstandigheden 2005 (van den Bossche et al.,

2006) bevat een uitgebreidere beschrijving van de weging.

3.5.1 Het bepalen van de gewichten

Bij de NEa is er met ongelijke kansen getrokken én is er sprake van responsverschil-

len. Hierdoor zal de samenstelling van zowel de steekproef als de respons verschillen

van de samenstelling van de populatie. de basistechniek die dit kan verhelpen, is

poststratificatie. Bij poststratificatie wordt de populatie opgesplitst in strata, bijvoor-

beeld leeftijdscategorieën. aan elke persoon binnen een stratum wordt een gewicht

toegekend, zodanig dat de som van de gewichten binnen het stratum gelijk is aan het

populatietotaal binnen hetzelfde stratum. Bij de NEa wordt een aantal stratificaties

achtereenvolgens toegepast. Eerst wordt het gewicht voor het eerste stratum bepaald.

dit gewicht dient als uitgangspunt voor het volgende stratum. de gewichten worden

indien nodig aangepast om uit te komen op het populatietotaal voor het volgende stra-

tum. deze procedure wordt herhaald totdat alle stratificaties zijn doorlopen. dit is het

einde van de eerste iteratieslag. daarna begint een tweede iteratieslag waarbij weer

alle stratificaties worden doorlopen.

in het algemeen convergeren de gewichten naar eindgewichten waarbij de geschatte

stratumtotalen voor alle stratificaties overeenkomen met het vooraf vastgestelde

populatietotaal. deze methode staat bekend onder de naam iPF (iterative Proportional

Fitting) en rr-estimation (ranking ratio estimation). deze methode kan worden toe-

gepast met behulp van het weegprogramma BaSCuLa, een onderdeel van BLaiSE, dat

is ontwikkeld door het CBS.

Page 45: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

43

Methodologie en globale resultaten

3.5.2 De gebruikte stratificaties en achtergrondgegevens

de NEa-respons wordt gewogen naar de volgende variabelen:

1. geslacht

2. leeftijd in vijf 10-jaarsklassen

3. bedrijfstak in 40 secties en subsecties van de standaardbedrijfsindeling (SBi2008)

4. herkomst in vijf klassen: autochtoon, westers allochtoon en niet-westers alloch-

toon, waarbij de allochtonen zijn ingedeeld in eerste en tweede generatie

5. regio: de provincies en de vier grootste gemeenten apart

6. stedelijkheid in vijf klassen

7. opleiding in vijf klassen

Voor de bepaling van de weegcoëfficiënten zijn de volgende stratificaties toegepast:

1. geslacht x leeftijdsklasse x herkomst

2. bedrijfstak

3. regio x stedelijkheid

4. geslacht x leeftijdsklasse x opleiding

Het x-teken geeft aan dat de strata worden gevormd door de combinaties van de weer-

gegeven variabelen.

de eerste zes variabelen zijn afkomstig uit het steekproefkader (de Polisadministratie).

de stratumindeling komt dus rechtstreeks uit het steekproefkader2. Voor de variabele

opleiding geldt dit niet. de Polisadministratie bevat namelijk geen informatie over

opleiding. de stratumverdeling van de variabele opleiding is gebaseerd op de uitkom-

sten van de Enquête Beroepsbevolking (EBB) van 2012. Een beperking hiervan is dat

zowel bij de NEa als bij de EBB de opleiding niet van alle respondenten bekend is.

deze personen worden voor de weging toegevoegd aan de categorie Basisonderwijs.

NEa-respondenten die aangeven dat ze geen opleiding hebben gevolgd, worden ook

aan deze categorie toegevoegd. daar komt bij dat de EBB is gebaseerd op een steek-

proef uit de gehele bevolking en er een schatting wordt gemaakt van de verdeling over

opleidingscategorieën van werknemers van 15 tot en met 64 jaar. daarentegen is de

NEa gebaseerd op een steekproef van werknemers die geregistreerd staan in de

Polisadministratie. door deze verschillen kan met de weging naar de opleidingsverde-

ling uit de EBB een kleine afwijking geïntroduceerd worden.

2 de variabelen geslacht, leeftijd en SBi2008 zijn voorafgaand aan de weging gecorrigeerd met zelfrapportage, zoals beschreven in paragraaf 2.3.

Page 46: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

44

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

3.5.3 De gewichten

tabel 3.4 toont de eindgewichten van de vijf leeftijdsklassen van mannen en vrouwen.

Voor alle mannen samen geldt dat zij in de NEa zijn ondervertegenwoordigd. Ze heb-

ben dus een weegcoëfficiënt groter dan 1. Mannen van 45 tot en met 64 jaar zijn daar-

entegen oververtegenwoordigd en hebben daarom een gemiddeld gewicht kleiner dan

1. Vrouwen zijn in de NEa oververtegenwoordigd en hebben dus een weegcoëfficiënt

kleiner dan 1. Vrouwen van 15 tot en met 24 jaar zijn echter ondervertegenwoordigd

waardoor hun gemiddelde groter is dan 1.

TABEL 3.4

Leeftijd naar geslacht: aantallen in de respons (NEa) en het steekproefkader

(Polisadministratie), gemiddelden en standaarddeviaties van de weegcoëfficiënten

  

n (NEA)

 N (polis-administratie,

x 1000)

WEEGCOëFFICIëNTEN

  gem. st.dev.

Mannen        

15-24 jaar 915 521 1,88 1,39

25-34 jaar 1.787 750 1,39 0,52

35-44 jaar 2.411 828 1,14 0,40

45-54 jaar 3.120 918 0,97 0,26

55-64 jaar 2.861 661 0,76 0,22

TOTAAL MANNEN 11.094 3.678 1,10 0,60

Vrouwen        

15-24 jaar 1.469 537 1,21 0,83

25-34 jaar 2.593 735 0,94 0,43

35-44 jaar 2.668 776 0,96 0,31

45-54 jaar 3.187 828 0,86 0,25

55-64 jaar 2.292 497 0,72 0,25

TOTAAL VROuWEN 12.209 3.372 0,91 0,44

TOTAAL MANNEN EN VROuWEN 23.303 7.051 1,00 0,53

Page 47: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

45

Methodologie en globale resultaten

de eindgewichten van de indeling naar herkomst en geslacht staan in tabel 3.5. Bij de

mannen hebben de niet-westerse allochtonen van de 2e generatie de hoogste gemid-

delde weegcoëfficiënt. ook bij de vrouwen zijn de niet-westerse allochtonen van de 2e

generatie het sterkst ondervertegenwoordigd. de autochtonen hebben de laagste

weegcoëfficiënt.

TABEL 3.5

Herkomst naar geslacht: aantallen in de respons (NEa) en het steekproefkader

(Polisadministratie), gemiddelden en standaarddeviaties van de weegcoëfficiënten

  

n (NEA)

 N (polis-administratie,

x 1000)

WEEGCOëFFICIëNTEN

  gem. st.dev.

Mannen        

autochtoon 9.704 3.015 1,03 0,53

Westers allochtoon, 1e generatie 204 131 2,12 0,97

Westers allochtoon, 2e generatie 486 182 1,24 0,61

Niet-westers allochtoon, 1e generatie 521 236 1,48 0,51

Niet-westers allochtoon, 2e generatie 179 114 2,16 1,24

TOTAAL MANNEN 11.094 3.678 1,10 0,60

Vrouwen        

autochtoon 10.520 2.746 0,86 0,39

Westers allochtoon, 1e generatie 378 143 1,25 0,62

Westers allochtoon, 2e generatie 536 168 1,04 0,38

Niet-westers allochtoon, 1e generatie 506 196 1,26 0,43

Niet-westers allochtoon, 2e generatie 269 120 1,51 0,72

TOTAAL VROuWEN 12.209 3.372 0,91 0,44

TOTAAL MANNEN EN VROuWEN 23.303 7.051 1,00 0,53

Page 48: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

46

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

ten opzichte van de EBB zijn werknemers met basisonderwijs ondervertegenwoordigd

in de NEa, evenals werknemers met een mavo/vmbo diploma (tabel 3.6). Zij hebben

een weegcoëfficiënt die groter is dan 1. onder de NEa-respondenten zijn werknemers

met een hbo diploma en academici oververtegenwoordigd.

TABEL 3.6

opleiding naar geslacht: aantallen in de respons (NEa) en het steekproefkader

(Polisadministratie met verdeling naar opleidingsniveau van de Enquête Beroepsbevolking

(EBB 2012)), gemiddelden en standaarddeviaties van de weegcoëfficiënten*

  

n (NEA)

 N (polis-administratie,

x 1000)

WEEGCOëFFICIëNTEN

  gem. st.dev.

Mannen        

Basisonderwijs 634 248 1,29 0,57

Mavo/vmbo 1.641 745 1,50 1,17

Havo/vwo/mbo 4.480 1.519 1,12 0,37

Hbo 2.871 746 0,86 0,33

Wo 1.468 420 0,95 0,34

TOTAAL MANNEN 11.094 3.678 1,10 0,60

Vrouwen        

Basisonderwijs 487 191 1,30 0,47

Mavo/vmbo 1.627 617 1,25 0,78

Havo/vwo/mbo 5.079 1.460 0,95 0,30

Hbo 3.554 762 0,71 0,26

Wo 1.462 342 0,77 0,26

TOTAAL VROuWEN 12.209 3.372 0,91 0,44

TOTAAL MANNEN EN VROuWEN 23.303 7.051 1,00 0,53

* De verdeling naar opleidingsniveau naar leeftijd en geslacht is bepaald op basis van de EBB. De verdeling van opleidingsniveau is vervolgens toegepast op de verdeling van leeftijd en geslacht uit de Polisadministratie.

in verreweg de meeste bedrijfsklassen liggen de gemiddelde weegcoëfficiënten tus-

sen de 0,8 en 1,2 (tabel 3.7). Bij de bedrijfsklasse “Huishoudens met huishoudelijk

personeel (zoals dienstmeisjes, koks, tuinlieden)” blijkt de weegcoëfficiënt relatief

groot te zijn. Echter, over deze bedrijfsklasse wordt vanwege de kleine aantallen niet

afzonderlijk gepubliceerd.

Page 49: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

47

Methodologie en globale resultaten

TABEL 3.7

Bedrijfstak: aantallen in de respons (NEa) en het steekproefkader (Polisadministratie),

gemiddelden en standaarddeviaties van de weegcoëfficiënten

  

n (NEA)

 N (polis-administratie,

x 1000)

WEEGCOëFFICIëNTEN

  gem. st.dev.

a Landbouw, bosbouw en visserij 204 78 1,26 0,84

B Winning van delfstoffen 31 8 0,83 0,42

Ca Vervaardiging van voedingsmiddelen, vervaardiging van dranken en vervaardiging van tabaksproducten

393 116 0,97 0,45

CB Vervaardiging van kleding, vervaardiging van leer, lederwaren en schoenen

48 14 0,94 0,28

CC Primaire houtbewerking en vervaardiging van artikelen van hout, kurk, riet en vlechtwerk (geen meubels) Vervaardiging van papier, karton en papier- en karton-waren en vervaardiging van drukkerijen, reproductie van opgenomen media

175 51 0,96 0,46

Cd Vervaardiging van cokesovenproducten en aardolieverwerking

17 5 0,99 0,33

CE Vervaardiging van chemische producten 176 43 0,80 0,49

CF Vervaardiging van farmaceutische grondstoffen en producten

49 12 0,83 0,32

CG Vervaardiging van producten van rubber en kunststof en vervaardiging van overige niet-metaalhoudende minerale product

181 50 0,91 0,34

CH Vervaardiging van metalen in primaire vorm en vervaardiging van producten van metaal (geen machines en apparaten)

295 95 1,06 0,52

Ci Vervaardiging van computers en elektronische en optische apparatuur

95 25 0,86 0,39

CJ Vervaardiging van elektrische apparatuur 76 19 0,83 0,30

CK Vervaardiging van overige machines en apparaten

277 73 0,87 0,43

CL Vervaardiging van auto’s, aanhangwagens en opleggers en vervaardiging van overige transportmiddelen

118 33 0,93 0,44

CM Vervaardiging van meubels, vervaardiging van overige goederen, reparatie en installatie van machines en apparaten

509 170 1,11 0,44

d Productie in distributie van en handel in elektriciteit, aardgas, stoom en gekoelde lucht

98 25 0,84 0,51

E Winning en distributie van water, afvalwaterinzameling en -behandeling, voorbereiding tot recycling

127 36 0,93 0,26

Page 50: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

48

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

  

n (NEA)

 N (polis-administratie,

x 1000)

WEEGCOëFFICIëNTEN

  gem. st.dev.

F algemene burgerlijke en utiliteitsbouw en projectontwikkeling, grond-, water- en wegenbouw (geen grondverzet), gespeciali-seerde werkzaamheden in de bouw

921 316 1,13 0,62

G1 Handel in en reparatie van auto’s, motorfietsen en aanhangers

282 107 1,26 0,61

G2 Groothandel en handelsbemiddeling (niet in auto’s en motorfietsen)

1.238 424 1,13 0,44

G3 detailhandel (niet in auto’s) 1.811 669 1,22 0,84

H Vervoer- over land, water, luchtvaart, opslag en dienstverlening, post en koeriers

1.110 332 0,99 0,44

i Logiesverstrekking, eet- en drinkgelegenheden

643 292 1,50 0,90

Ja uitgeverijen, productie en distributie van films en televisieprogramma’s, maken en uitgeven van geluidsopnamen, verzorgen en uitzenden van radio- en televisieprogramma’s

143 47 1,09 0,39

JB telecommunicatie 90 30 1,12 0,43

JC dienstverlenende activiteiten op het gebied van informatietechnologie en op het gebied van informatie

416 139 1,11 0,34

K Financiële instellingen (geen verzekeringen en pensioenfondsen), verzekeringen en pensioenfondsen (geen verplichte sociale verzekeringen), overige financiële dienstverlening

886 278 1,04 0,26

L Verhuur van en handel in onroerend goed 203 60 0,98 0,52

Ma rechtskundige dienstverlening, accountancy, belastingadvisering en administratie, holdings (geen financiële), concerndiensten binnen eigen concern en managementadvisering, architecten, ingenieurs en technisch ontwerp en advies, keuring en controle

1.132 338 0,99 0,27

MB Speur- en ontwikkelingswerk 162 33 0,66 0,27

MC reclame en marktonderzoek, industrieel ontwerp en vormgeving, fotografie, ver-taling en overige consultancy, veterinaire dienstverlening personeelsbeheer, reis-bemiddeling, reisorganisatie, toeristische informatie en reserveringsbureaus, beveiliging en opsporing

185 67 1,20 0,36

N Verhuur en lease van auto’s, consumentenartikelen, machines en overige goederen, arbeidsbemiddeling, uitzendbureaus en

1.257 640 1,68 0,53

Page 51: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

49

Methodologie en globale resultaten

  

n (NEA)

 N (polis-administratie,

x 1000)

WEEGCOëFFICIëNTEN

  gem. st.dev.

o en u openbaar bestuur, overheidsdiensten en verplichte sociale verzekeringen, Extraterritoriale organisaties en lichamen

1.959 474 0,80 0,32

P onderwijs 2.003 471 0,78 0,25

qa Gezondheidszorg 2192 488 0,74 0,26

QB1 Verpleging, verzorging en begeleiding met overnachting

1.786 426 0,79 0,33

QB2 Maatschappelijke dienstverlening zonder overnachting

1.243 321 0,85 0,34

r Kunst, culturele uitleencentra, openbare archieven, musea, dieren- en plantentuinen, natuurbehoud, loterijen en kansspelen, sport en recreatie

308 102 1,09 0,61

S Levensbeschouwelijke en politieke organi-saties, belangen- en ideële organisaties, hobbyclubs, reparatie van computers en consumentenartikelen, Wellness en overige dienstverlening, uitvaartbranche

446 125 0,93 0,40

t Huishoudens als werkgever van huis-houdelijk personeel, Niet-gespecificeerde productie van goederen en diensten door particuliere huishoudens voor eigen gebruik

18 19 3,47 0,28

TOTAAL 23.303 7.051 1,00 0,53

* Onbekenden uit de polisadministratie (N=19) zijn naar rato verdeeld over andere categorieën voor het bepalen van de randtotalen

de landelijke dekking van de NEa blijkt goed te zijn. de weegcoëfficiënten van de inde-

ling naar stedelijkheid (tabel 3.8) en regio (tabel 3.9) liggen dicht bij de 1. Het feit dat

de vier grootste gemeenten (uitgezonderd utrecht) gewichten groter dan 1 hebben,

hangt samen met het feit dat jongeren en niet-westerse allochtonen zijn onderverte-

genwoordigd in de respons. deze twee groepen wonen namelijk vaker dan anderen in

de grote steden.

Page 52: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

50

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

TABEL 3.8

Stedelijkheid: aantallen in de respons (NEa) en het steekproefkader (Polisadministratie),

gemiddelden en standaarddeviaties van de weegcoëfficiënten

  

n (NEA)

 N (polis-administratie,

x 1000)

WEEGCOëFFICIëNTEN

  gem. st.dev.

Zeer sterk stedelijk 4.072 1.390 1,13 0,56

Sterk stedelijk 6.523 2.006 1,02 0,53

Matig stedelijk 4.901 1.415 0,95 0,51

Weinig stedelijk 5.291 1.531 0,96 0,51

Niet stedelijk 2.516 708 0,93 0,54

TOTAAL 23.303 7.051 1,00 0,53

TABEL 3.9

regio: aantallen in de respons (NEa) en het steekproefkader (Polisadministratie),

gemiddelden en standaarddeviaties van de weegcoëfficiënten

  

n (NEA)

 N (polis-administratie,

x 1000)

WEEGCOëFFICIëNTEN

  gem. st.dev.

amsterdam 888 335 1,25 0,61

rotterdam 644 240 1,23 0,61

den Haag 512 195 1,26 0,57

utrecht (stad) 504 151 0,99 0,44

Groningen 782 234 0,99 0,43

Friesland 829 252 1,01 0,53

drenthe 688 193 0,93 0,46

overijssel 1.586 481 1,00 0,55

Flevoland 548 172 1,04 0,60

Gelderland 2.983 849 0,94 0,48

utrecht 1.363 399 0,97 0,53

Noord-Holland 2.592 817 1,04 0,52

Zuid-Holland 3.560 1.060 0,98 0,53

Zeeland 490 151 1,02 0,54

Noord-Brabant 3.690 1.068 0,96 0,53

Limburg 1.644 452 0,91 0,51

TOTAAL 23.303 7.051 1,00 0,53

Page 53: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

51

Methodologie en globale resultaten

Geconcludeerd wordt dat de NEa-respons wat betreft geslacht, leeftijd, herkomst en

bedrijfstak een redelijk goede afspiegeling vormt van het steekproefkader. qua stede-

lijkheid en regio komt de NEa-respons goed overeen met het steekproefkader.

in het weegmodel van de NEa zijn demografische, sociaal-economische en regionale

kenmerken opgenomen. deze kenmerken hangen samen met zowel de respons als de

arbeidsomstandigheden in brede zin (het hoofdonderwerp van de NEa). de weging

zorgt ervoor dat de verdeling van de variabelen in de respons overeenkomt met de

verdeling van diezelfde variabelen in het steekproefkader.

Page 54: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...
Page 55: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

53

Methodologie en globale resultaten

4 Kwaliteit van de NEA 2013

in dit hoofdstuk gaan we in op de non-respons per item, die mogelijk veroorzaakt wordt

door onduidelijke formulering, onduidelijkheden in de lay-out, niet-optimale doorverwij-

zing (routing), of andere redenen. daarnaast staan we stil bij de betrouwbaarheid van

de gebruikte schalen die uit meerdere items bestaan. daarmee krijgen we tevens een

indicatie van mogelijke verbeterpunten in de enquête.

4.1 Item non-respons

Evenals in vorige jaargangen konden de respondenten items onbeantwoord laten, zowel

in de schriftelijke als in de internetvragenlijst. Beantwoorden van een item was niet ver-

plicht, ook niet bij het invullen via internet. Verplicht antwoorden zou tot ongewenste

verschillen kunnen leiden tussen de schriftelijke en de internetversie van de vragenlijst.

de hoofdtabel in hoofdstuk 5 geeft de bruikbare respons per item in absolute aantal-

len weer [N]. in die hoofdtabel zijn alle percentages en gemiddelden uitsluitend bere-

kend op basis van de bij elk item behorende bruikbare respons.

de respons op items kan lager zijn dan de totale respons op de enquête (23.303) om

drie redenen. ten eerste zijn sommige (vervolg)vragen slechts aan een deel van de

respondenten gesteld, namelijk als uit antwoorden op eerdere vragen bleek dat de

vervolgvragen alleen op hen van toepassing waren. de overige respondenten zijn mid-

dels doorverwijzing (routing) om die vervolgvragen heen geleid. ten tweede is bij een

aantal vragen de antwoordcategorie ‘Niet van toepassing’ aangeboden. dit betreft de

items 5f (‘Wanneer u werkt in lawaai, gebruikt u dan gehoorbeschermers, zoals oor-

kappen of oordopjes?’), 6a (4 items over de sociale steun van de leidinggevende), en

6b (4 items over de sociale steun van collega’s). Hetzelfde geldt voor de vragen in de

module ‘arbeidsvoorwaarden’: ‘16a. Kunt u met een rapportcijfer aangeven hoe tevre-

den u bent over de volgende [14] zaken’, ‘16b. Kunt u met een rapportcijfer aangeven

hoe belangrijk u de volgende [3] zaken vindt?’, ‘16g. Kunt u met een rapportcijfer aan-

geven hoe tevreden u bent over deze Cao?’, en ‘16h. ‘Kunt u met een rapportcijfer

aangeven hoe tevreden u bent over de vertegenwoordiging van uw belangen door de

onderstaande [4] personen of partijen?’. de antwoordcategorie ‘Niet van toepassing’

is bij deze items niet meegeteld bij het berekenen van het non-responspercentage.

ten derde kan een antwoord ontbreken, terwijl de respondent dit wel ‘had moeten

invullen’. alleen in dit laatste geval spreken we van item non-respons.

Bij vraag ‘6h. tot wie voelt u zich seksueel aangetrokken?’ gaf 0,4% het antwoord:

‘Weet ik niet/anders’, en 11,5% gaf expliciet aan geen antwoord te willen geven.

anders dan bij de andere items, was ‘Geen antwoord’ bij deze vraag naar seksuele

voorkeur een expliciete antwoordcategorie. Het antwoord ‘Weet ik niet/anders’ zien

we in dit kader als een ‘legitiem’ antwoord en niet als non-respons; maar het antwoord

‘Geen antwoord’ zien we in dit kader wel als non-respons. daarnaast vinkten of kruis-

Page 56: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

54

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

ten 200 respondenten (0,9%) helemaal niets aan. Zowel het antwoord ‘Geen ant-

woord’ als ‘niets aanvinken of –kruisen’ zien we bij dit item als ‘non-respons’.

over het algemeen is de item non-respons bij de NEa laag. op enkele items is echter

sprake van een relatief grote mate van non-respons. in tabel 4.1 zijn de 10 items met

het hoogste non-responspercentage te zien. Het gaat daarbij dus om de non-respons

van degenen die betrokken item ‘hadden moeten invullen’, gegeven hun voorgaande

antwoorden. Zo hadden er 375 personen een specificatie moeten geven van het aan-

tal arbeidsongevallen als dat er twee of meer waren, maar van die subgroep heeft

13,7% die specificatie niet gegeven; een item non-respons dus van 13,7%.

TABEL 4.1

Non-responspercentage van de 10 items met de hoogste non-respons in 2013

TOTAAL MAN VROuW 15-24 jr 25-54 jr 55-64 jr

8a. Aantal ongevallen tijdens het werk in de afgelopen 12 maanden [N=375]

13,7% 11,8% 16,7% 6,3%▼ 15,5% 15,2%

6f. Tot wie voelt u zich seksueel aangetrokken? [N=23.303]

12,4% 9,3%▼ 15,8%▲ 8,2%▼ 11,8%▼ 18,7%▲

2l. Hoeveel van uw normale betaalde arbeid ver-richt u gemiddeld thuis? [N=23.303]

7,5% 5,8%▼ 9,3%▲ 4,6%▼ 6,9%▼ 12,5%▲

18b. Mist of verwaarloost u uw werkzaamheden door familie- en gezins-verantwoordelijk heden? [N=23.303]

6,2% 5,7%▼ 6,9%▲ 4,7%▼ 5,7%▼ 10,0%▲

17i. Hoeveel dagen heeft u aan deze opleiding of cursus besteed? [N=12.403]

5,4% 4,4%▼ 6,5%▲ 10,8%▲ 4,5%▼ 6,0%

16h.d. Tevredenheid belangen-behartiging: De vakbond [N=10.555]

4,8% 4,0%▼ 5,9%▲ 10,6%▲ 4,3%▼ 4,2%

2k. Hoeveel tijd besteedt u op een gemiddelde werkdag aan woon-werkverkeer? [N=23.303]

4,3% 3,7%▼ 5,0%▲ 5,7%▲ 3,7%▼ 5,9%▲

11b.d. Heeft u de afgelopen 12 maanden last (pijn, onge-mak) gehad van uw polsen/handen? [N=23.303]

4,2% 3,8%▼ 4,5%▲ 2,1%▼ 3,7%▼ 7,9%▲

16d. Waarom bent u geen lid van een vakbond? [N=17.920]

4,1% 3,8%▼ 4,5%▲ 5,8%▲ 3,6%▼ 4,8%

17l. Wat was het belangrijkste doel van deze opleiding of cursus? [N=12.403]

4,1% 3,7% 4,4% 7,7%▲ 3,3%▼ 5,0%▲

/: p<0,05. tussen rechte haakjes het aantal respondenten dat op de betrokken vraag een antwoord ‘had moeten geven’.

Page 57: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

55

Methodologie en globale resultaten

de non-respons was evenals in 2012 relatief hoog op de items omtrent het aantal

arbeidsongevallen (13,7%) en het aantal uur thuiswerken (7,5%, tabel 4.1). Bij enkele

vragen met een relatief hoge non-respons, zoals het item over het aantal uur thuiswer-

ken, speelt vermoedelijk een rol dat de betreffende vraag niet van toepassing was op

de respondent, maar dat de respondent heeft verzuimd om ‘0’, ‘Nee’, of ‘Niet van

toepassing’ ook daadwerkelijk in te vullen. ‘Missing’ op aantal uur thuiswerken komt

in dat geval eigenlijk neer op ‘Nooit thuis werken’. Een andere reden voor non-respons

is waarschijnlijk dat sommige respondenten het moeilijk vonden om een exact aantal

in te vullen, bijvoorbeeld het precieze aantal ongevallen.

als we de non-respons uitsplitsen naar geslacht en leeftijd, dan komt er een zeer con-

sistent (en vrijwel altijd significant) verschilpatroon naar voren, en dat is dat de item

non-respons onder vrouwen beduidend hoger is dan onder mannen, en dat de item

non-respons meestal hoger is bij werknemers van 55-64 jaar.

tabel 4.2 laat zien dat de non-respons van alle nieuw (nooit eerder) opgenomen vra-

gen in de NEa 2013 over het algemeen acceptabel was. de non-respons op de vraag

naar seksuele voorkeur bleek echter relatief hoog (12,4%). ook de non-respons op de

vraag naar het exacte aantal dagen ziek doorwerken was relatief hoog (3,5%).

Page 58: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

56

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

TABEL 4.2

Non-responspercentage van nooit eerder in de NEa opgenomen items

IN 2013 NIEuW OpGENOMEN VRAGEN

AANTAL RESpON DENTEN AAN WIE DEzEVRAAG IS GESTELD

NON-RESpONSpERCENTAGE

2a.2. Wat is de belangrijkste reden waarom u een tijdelijk-, uitzend-, oproep-, of inval-dienstverband heeft? [WEB-only]

1.969 0,1%

2k.2. Welke afstand legt u af aan woon-werkverkeer? 23.303 2,7%

2k.3. Welke vervoermiddelen gebruikt u meestal voor woon-werkverkeer?

23.303 0,6%

2l.2. over hoeveel dagen zijn deze thuiswerkuren verdeeld? [WEB-only; werkt ten minste 2 uur thuis]

2.164 0,6%

2l.3. Wat is voor u de belangrijkste reden om thuis te werken? [WEB-only; werkt ten minste 1 uur thuis]

2.609 0,6%

5e.2. Waarom gebruikt u geen gehoorbeschermers wanneer u werkt in lawaai?

765 *) 0,0%

5m. Welk deel van uw werktijd bent u aan het [zitten; staan; bewegen]?

23.303 0,8%

6f. tot wie voelt u zich seksueel aangetrokken? 23.303 12,4% **)

11g. Heeft de bedrijfsarts toen een beroepsziekte bij u geconstateerd?

7.751 2,1%

12d. Heeft u zich ziek gemeld terwijl u eigenlijk niet ziek (genoeg) was?

23.303 0,8%

12d. Hoeveel dagen heeft u zich ziek gemeld terwijl u eigenlijk niet ziek (genoeg) was?

23.303 0,9%

12e. Heeft u gewerkt terwijl u eigenlijk te ziek was? 23.303 2,3%

12e. Hoeveel dagen heeft u gewerkt terwijl u eigenlijk te ziek was? 23.303 3,5%

15a.e. ik zou bij mijn huidige werkgever blijven werken, ook als ik ergens anders hetzelfde werk voor hetzelfde salaris zou kunnen gaan doen

23.303 1,3%

*) De vraag ‘Waarom gebruikt u geen gehoorbeschermers wanneer u werkt in lawaai?’ is alléén gevraagd aan degenen die ‘Nee’ antwoordden op de vraag: ‘Wanneer u werkt in lawaai, gebruikt u dan gehoorbescher-mers?’.

**) ‘Weet ik niet/anders’ is als valide antwoord gerekend.

4.2 Betrouwbaarheid van de vragen

de NEa-vragenlijst bevat diverse items die zijn beoogd om samengevoegd te worden

tot een schaal. dit geldt onder meer voor de items over autonomie, tijdsdruk, emotio-

nele belasting, en burn-out. op deze schalen zijn betrouwbaarheidsanalyses uitge-

voerd, waarbij gekeken is of alle items voldoende onderdeel zijn van het concept dat

de schaal pretendeert te meten. indien een item binnen een schaal duidelijk afwijkend

is van de overige items, dan haalt het de interne consistentie of betrouwbaarheid van

Page 59: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

57

Methodologie en globale resultaten

de schaal omlaag. Een vuistregel (de Heus e.a., 1995) is dat een schaal met een

betrouwbaarheidscoëfficiënt of Cronbach’s alfa van ten minste 0,80 in het algemeen

als ‘goed’ wordt betiteld. Ligt de alfa tussen 0,60 en 0,80 dan is de betrouwbaarheid

‘redelijk’, en ligt de alfa onder 0,60, dan kan de schaal niet als betrouwbaar door de

beugel.

de betrouwbaarheid van de schalen ‘Zelfstandigheid/autonomie’, en ‘Employability’

is redelijk tot goed, en de betrouwbaarheid van de overige schalen is goed (tabel 4.3).

TABEL 4.3

Betrouwbaarheid van de NEa-concepten in 2013

CONCEpT VRAAGITEMSAANTAL ITEMS

CRONBACH’S

α

Zelfstandigheid/autonomie 5g.a t/m 5g.e 5 0,77

Zelfstandigheid/autonomie *) 5g.a t/m 5g.f 6 0,78

tijdsdruk 5h.a en 5h.b 2 0,82

taakeisen 5i.a t/m 5i.d 4 0,86

Emotionele belasting 5j.a t/m 5j.c 3 0,83

Cognitieve belasting (moeilijkheidsgraad) 5k.a t/m 5k.c 3 0,83

innovatief vermogen 5l.a t/m 5l.d 4 0,83

Sociale steun leidinggevende 6a.a t/m 6a.d 4 0,86

Sociale steun collega’s 6b.a t/m 6b.d 4 0,83

Veiligheidscultuur 10a.a t/m 10a.d 4 0,91

Veiligheidscultuur **) 10a.a t/m 10a.e 5 0,93

Burn-outklachten 11c.a t/m 11c.e 5 0,87

Employability 15a.a t/m 15a.d 4 0,69

Bevlogenheid 15b.a t/m 15b.c 3 0,83

*) Inclusief: ‘Kunt u zelf bepalen op welke tijden u werkt?’ [toegevoegd in 2011].**) Inclusief: ‘Op mijn werk houdt men zich aan de regels over veilig werk’ [toegevoegd in 2008].

4.3 NEA-trendbeschrijving bij wijziging vraagcontext

de vragenlijst NEa 2013 is op een aantal punten aangepast ten opzichte van de NEa-

vragenlijst van 2012 (zie eventueel Hoofdstuk 2 en bijlage a). door deze veranderin-

gen kan het zijn dat de resultaten van vragen die in 2012 en 2013 op dezelfde wijze

waren geformuleerd, toch niet goed vergelijkbaar zijn. dat kan bijvoorbeeld het geval

zijn als de context waarin de vraag wordt gesteld gewijzigd is tussen 2012 en 2013,

waardoor respondenten de vraag anders interpreteren.

Bij de NEa 2013 zijn er in een aantal gevallen aanwijzingen dat er sprake kan zijn van

een contexteffect. deze worden hieronder beschreven. in NEa 2012 is na vraag 5a

Page 60: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

58

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

(Moet u gevaarlijk werk doen?) een vervolgvraag (5b) gesteld naar het belangrijkste

gevaar dan men in het werk loopt. de prevalenties van de antwoordcategorieën van

vraag 5a in NEa 2013 zijn niet vergelijkbaar met de prevalenties in NEa 2012 door het

achterwege blijven van deze vervolgvraag. de context van deze vraag in NEa 2013 is

echter identiek aan de context van deze vraag in NEa 2011, NEa 2009 en NEa 2007,

en trendbeschrijving ten opzichte van die NEa’s is daardoor wel mogelijk.

in 2013 volgt in de internetvariant na de vraag naar gebruik van gehoorbescherming

een vervolgvraag naar de reden van het niet dragen van gehoorbescherming. ondanks

dat de vervolgvraag verschijnt op een aparte pagina, heeft deze verandering van con-

text mogelijk de resultaten beïnvloed.

de vragen naar burn-outklachten worden in 2007 t/m 2009, 2011 en 2013 voorafge-

gaan door vragen over klachten aan nek, schouders, armen/ellebogen en/of polsen/

handen. in 2010 en 2012 zijn deze vragen niet opgenomen. Mogelijk dat deze context-

wijziging (mede) de lichte schommeling veroorzaakt die is te zien in de jaar op jaar

resultaten.

Page 61: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

59

Methodologie en globale resultaten

5 Resultaten NEA 2013

in dit hoofdstuk presenteren we de (gewogen) frequentieverdeling van alle vragen in

de NEa, uitgesplitst naar geslacht, leeftijd (3 klassen) en bedrijfstak (13 klassen).

tevens geven we de gemiddelde schaalscores en de scores op enkele afgeleide varia-

belen en indicatoren, zoals het verzuim- en ongevallenpercentage. de NEa-gegevens

kunnen ook naar andere en meer gedetailleerde leeftijdscategorieën en SBi-indelingen

worden uitgesplitst, of naar geheel andere factoren, zoals bijvoorbeeld bedrijfsgrootte

of geografische regio. Vanwege de ruimte die additionele uitsplitsing op papier

inneemt is daarvoor in dit rapport niet gekozen.

in de grote resultatentabel op de volgende pagina’s is elk verschil tussen een onder-

scheiden groep enerzijds (bijvoorbeeld ‘mannen’ of de leeftijdscategorie ‘55-64 jaar’)

en alle andere cases anderzijds, getoetst op significantie. Een gemarkeerde groep is

op het betrokken gegeven significant verschillend van alle andere cases op dezelfde

regel. We gebruiken het teken ‘’ (of ‘r’) wanneer een groep significant hoger scoort

dan het totaal, en het teken ‘’ (of ‘s’) voor een significant lager scorende groep

(p<0,05). Percentages zijn getoetst met de Pearson χ² toets; gemiddelden met de

t-test.

of er een gesloten (‘’) of een open (of ‘r’) symbool wordt gebruikt, hangt af van de

grootte van het corresponderende verschil, herberekend naar Cohen’s d (Cohen,

1977). Bij verhoudingsgewijs grote verschillen tussen groepen (Cohen’s d ≥ 0,20)

gebruiken we een gesloten symbool (‘’); bij verhoudingsgewijs kleine verschillen

(Cohen’s d< 0,20) gebruiken we een open symbool (‘r’). Er is daarmee náást het

significantiecriterium ook een grootte-criterium in acht genomen (Cohen’s d is de

grootte van het verschil tussen groepen in verhouding tot de standaarddeviatie in de

gemeten variabele). de reden voor de opname van dit extra criterium is het feit dat

door het grote aantal respondenten in de NEa ook relatief kleine verschillen al snel

een p-waarde hebben die kleiner is dan 0,05. door naast de p-waarde ook naar de

effectgrootte te kijken, en dat weer te geven in het al dan niet gesloten zijn van het

significantiesymbool, ontstaat een gedifferentieerder beeld.

Page 62: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

N:

23.3

0312

.157

11.1

463.

495

15.9

843.

824

257

2.55

91.

045

3.97

01.

096

964

718

918

3.76

11.

562

1.55

64.

079

817

%:

52%

48%

15%

69%

16%

1,1%

11%

4,5%

17%

4,7%

4,1%

3,1%

3,9%

16%

6,7%

6,7%

18%

3,5%

1 p

ERSO

ON

SG

EGEV

ENS

Ges

lach

t [N

=23.3

03]

· 1 M

an52

,2%

100%

0%49

,3%s

51,6

%s

57,1

%r

74,6

%

78,9

%

89,8

%

53,0

%76

,2%

49,7

%69

,6%

56,1

%r

56,8

%r

61,6

%

35,5

%

15,8

%

34,2

%

· 2 V

rouw

47,8

%0%

100%

50,7

%r

48,4

%r

42,9

%s

25,4

%

21,1

%

10,2

%

47,0

%23

,8%

50,3

%30

,4%

43,9

%s

43,2

%s

38,4

%

64,5

%

84,2

%

65,8

%

Leef

tijd

[N=23.3

03]

· 1 1

5-2

415

,0%

14,2

%s

15,9

%r

100%

0%

0%

37,9

%

7,8%

11

,9%s

32,7

%

8,9%

s51

,6%

5,7%

2,

5%

11,4

%s

3,7%

4,

5%

10,1

%s

17,7

%r

· 2 2

5-3

421

,1%

20,4

%s

21,8

%r

0%

30,7

%

0%

14,5

%s

16,6

%s

23,6

%r

18,5

%s

20,5

%16

,6%s

29,3

%

21,5

%27

,5%r

15,1

%s

22,8

%21

,6%

20,4

%· 3 3

5-4

422

,8%

22,5

%23

,0%

0%

33,2

%

0%

13,2

%

25,9

%r

26,3

%r

19,8

%s

23,2

%13

,0%

27,1

%r

30,7

%r

25,1

%r

26,4

%r

19,2

%s

21,1

%s

20,7

%· 4 4

5-5

424

,8%

25,0

%24

,6%

0%

36,1

%

0%

22,1

%30

,6%r

23,8

%18

,6%s

27,5

%r

12,0

%

26,3

%29

,4%r

22,0

%s

31,8

%r

25,8

%28

,2%r

23,5

%· 5 5

5-6

416

,4%

18,0

%r

14,7

%s

0%

0%

100%

12,3

%19

,0%r

14,4

%10

,4%s

19,8

%r

6,9%

11

,7%s

15,9

%13

,9%s

23,0

%r

27,7

%

18,9

%r

17,7

%- G

emid

deld

e40

,340

,9r

39,6s

20,0

40,3

58,7

35,0

43,4

40,4

34,8

42,7r

30,1

40,7

43,3

39,6s

45,2

44,5

42,1r

40,0

- Min

imum

1515

1515

2555

1515

1615

1616

1920

1618

1616

15- M

axim

um64

6464

2454

6463

6464

6464

6464

6464

6464

6464

Prov

inci

e (b

ron:

CB

S-re

gist

ratie

) [N

=23.3

03

]· 1 G

roni

ngen

3,3%

3,5%

3,2%

2,9%

3,4%

3,4%

3,2%

3,5%

3,1%

2,9%

2,1%

s2,

1%s

2,9%

2,6%

3,5%

3,3%

4,1%

4,2%

r2,

8%· 2 F

riesl

and

3,6%

3,4%

3,8%

3,9%

3,6%

3,4%

1,3%

3,0%

3,8%

3,6%

3,4%

4,0%

1,9%

s3,

2%3,

0%s

4,3%

4,3%

4,2%

r4,

4%· 3 d

rent

he2,

7%2,

7%2,

7%2,

1%s

2,8%

3,2%

0,6%

s3,

7%r

2,4%

2,6%

2,1%

2,1%

3,1%

1,7%

2,5%

2,9%

2,3%

3,5%

r1,

8%· 4 o

verij

ssel

6,8%

7,0%

6,7%

7,4%

6,8%

6,4%

4,5%

9,0%

r8,

0%6,

9%5,

7%6,

0%5,

6%5,

6%6,

5%6,

0%6,

9%6,

9%6,

1%· 5 G

elde

rland

12,0

%12

,4%

11,7

%12

,2%

12,1

%11

,7%

8,3%

13,2

%15

,0%r

12,0

%12

,5%

10,4

%8,

8%s

10,5

%10

,7%s

11,1

%13

,5%

13,4

%r

10,4

%· 6 u

trec

ht7,

8%7,

7%7,

9%7,

7%8,

0%7,

1%2,

1%

5,4%

s7,

0%7,

1%7,

1%6,

5%14

,2%

12,6

%r

8,4%

8,1%

8,1%

7,5%

10,7

%r

· 7 N

oord

-Hol

land

16,3

%15

,7%s

17,1

%r

14,9

%s

16,6

%16

,5%

11,4

%s

10,8

%s

11,7

%s

15,8

%17

,4%

20,4

%r

21,3

%r

23,6

%

19,1

%r

15,8

%15

,5%

15,2

%s

20,6

%r

· 8 Z

uid-

Hol

land

21,2

%21

,4%

21,0

%21

,7%

21,1

%21

,5%

29,1

%r

17,4

%s

23,3

%20

,7%

24,2

%r

17,6

%s

21,3

%18

,8%

22,1

%26

,5%r

21,2

%20

,6%

22,4

%· 9 Z

eela

nd2,

1%2,

1%2,

2%2,

3%2,

0%s

2,6%

r1,

6%2,

9%r

3,1%

r2,

4%3,

0%2,

7%0,

6%s

1,1%

s1,

5%s

1,7%

2,1%

2,3%

1,8%

· 10 N

oord

-Bra

bant

15,1

%15

,2%

15,0

%15

,5%

15,2

%14

,8%

20,0

%r

21,1

%r

14,4

%16

,6%r

14,0

%15

,3%

12,0

%s

13,5

%14

,5%

11,8

%s

15,1

%13

,6%s

11,7

%s

· 11 L

imbu

rg6,

4%6,

5%6,

4%6,

4%6,

2%7,

3%r

16,5

%

8,3%

r5,

7%6,

3%5,

8%9,

1%r

4,2%

s3,

9%s

5,6%

s6,

0%5,

1%s

6,8%

6,0%

· 12 F

levo

land

2,4%

2,5%

2,4%

2,8%

2,4%

2,2%

1,5%

1,7%

s2,

5%3,

0%r

2,7%

3,8%

r4,

1%r

2,9%

2,6%

2,5%

1,8%

1,9%

s1,

3%s

Ste

delij

khei

d (b

ron:

CB

S-re

gist

ratie

) [N

=23.3

03]

· 1 Z

eer

ster

k st

edel

ijk19

,7%

19,5

%20

,0%

17,5

%s

20,6

%r

18,0

%s

8,9%

12

,8%s

9,9%

16

,0%s

18,2

%19

,9%

32,5

%

23,3

%r

25,0

%r

23,5

%r

25,4

%r

18,6

%s

25,5

%r

· 2 S

terk

ste

delij

k28

,4%

28,1

%28

,9%

28,6

%28

,4%

28,5

%6,

2%

26,9

%26

,3%

28,5

%28

,7%

27,7

%31

,0%

30,4

%28

,8%

31,5

%r

29,8

%28

,7%

27,6

%· 3 M

atig

ste

delij

k20

,1%

20,1

%20

,0%

20,7

%19

,8%

20,6

%26

,1%r

21,9

%r

20,7

%22

,3%r

21,3

%20

,3%

18,3

%19

,3%

18,5

%s

18,2

%18

,6%

19,4

%18

,1%

· 4 W

eini

g st

edel

ijk21

,7%

22,0

%21

,4%

22,2

%21

,5%

22,3

%40

,5%

27,3

%r

27,7

%r

23,1

%r

21,0

%21

,9%

13,2

%

19,5

%19

,4%s

17,1

%s

18,7

%s

21,8

%19

,8%

· 5 N

iet

sted

elijk

10,0

%10

,3%

9,7%

11,0

%r

9,7%

s10

,6%

18,4

%

11,0

%15

,4%r

10,2

%10

,8%

10,1

%5,

0%s

7,4%

s8,

2%s

9,7%

7,5%

s11

,6%r

9,0%

- Gem

idde

lde

2,74

2,76r

2,72s

2,81r

2,71s

2,79r

3,53

2,97

3,12

2,83r

2,78

2,75

2,27

2,57s

2,57s

2,58s

2,53s

2,79r

2,59s

Her

kom

stgr

oep

(bro

n: C

BS

-regi

stra

tie) [N

=2

3.3

03]

· 1 a

utoc

htoo

n81

,7%

82,0

%81

,4%

81,3

%80

,6%s

86,6

%r

86,9

%r

81,6

%88

,3%r

81,6

%82

,7%

75,6

%s

77,2

%s

80,9

%76

,1%s

83,4

%85

,5%r

85,0

%r

81,9

%· 2 W

este

rse

allo

chto

on8,

8%8,

5%9,

2%6,

3%s

9,4%

r8,

9%8,

4%9,

3%5,

9%s

8,0%

s9,

1%8,

7%11

,4%r

10,6

%11

,5%r

8,0%

8,9%

7,5%

s7,

5%· 3 N

iet-w

este

rse

allo

chto

on9,

4%9,

5%9,

4%12

,4%r

10,0

%r

4,4%

4,

6%s

9,2%

5,8%

s10

,4%r

8,2%

15,7

%

11,4

%8,

5%12

,4%r

8,6%

5,6%

s7,

5%s

10,6

%M

etho

de [N

=23.3

03]

· 1 S

chrif

telij

k61

,9%

55,0

%

69,5

%

59,9

%s

61,0

%s

67,9

%r

63,2

%61

,8%

62,6

%61

,8%

63,5

%63

,3%

37,6

%

51,9

%

61,1

%57

,9%s

58,1

%s

70,9

%

64,6

%· 2 in

tern

et38

,1%

45,0

%

30,5

%

40,1

%r

39,0

%r

32,1

%s

36,8

%38

,2%

37,4

%38

,2%

36,5

%36

,7%

62,4

%

48,1

%

38,9

%42

,1%r

41,9

%r

29,1

%

35,4

%B

urge

rlijk

e st

aat

(bro

n: C

BS

-regi

stra

tie) [N

=23.3

03]

· 1 o

ngeh

uwd

41,5

%41

,6%

41,3

%97

,7%

36,8

%

9,5%

59

,9%

34,9

%s

34,8

%s

54,2

%

34,0

%s

70,2

%

41,9

%34

,5%s

45,3

%r

31,3

%

31,3

%

34,1

%s

43,9

%· 2 G

ehuw

d50

,0%

51,6

%r

48,3

%s

2,3%

54

,8%

73,5

%

36,3

%

56,6

%r

58,6

%r

39,3

%

54,9

%r

24,4

%

50,0

%57

,8%r

46,8

%s

58,3

%r

60,2

%

54,2

%r

47,4

%· 3 V

erw

eduw

d 0,

9%0,

6%s

1,2%

r0%

s0,

5%s

3,4%

0%

0,8%

0,8%

0,8%

0,7%

1,0%

0,9%

1,0%

0,6%

0,8%

0,9%

1,4%

r0,

8%· 4 G

esch

eide

n 7,

7%6,

2%s

9,2%

r0,

0%

7,9%

13,7

%

3,8%

s7,

7%5,

8%s

5,8%

s10

,3%r

4,3%

s7,

2%6,

8%7,

3%9,

5%r

7,5%

10,3

%r

7,9%

60

Page 63: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

1c.

Wat

is d

e ho

ogst

e op

leid

ing

die

u he

eft

afge

maa

kt?

[N=23.1

94]

· 1 G

een

ople

idin

g ge

volg

d/af

gem

aakt

1,7%

1,8%

1,6%

1,2%

s1,

6%2,

4%r

1,3%

2,8%

r1,

5%2,

2%r

2,6%

r3,

3%r

0,8%

0,2%

s2,

3%r

0,8%

s0,

1%s

1,0%

s1,

3%· 2 B

asis

onde

rwijs

4,1%

4,6%

r3,

6%s

5,9%

r3,

0%s

7,1%

r11

,1%

7,3%

r5,

5%r

5,5%

r5,

6%r

7,4%

r1,

2%s

0,8%

s4,

3%0,

9%s

0,7%

s2,

6%s

2,8%

· 3 M

aVo

10,7

%9,

0%s

12,4

%r

21,8

%

8,0%

11

,6%r

13,7

%9,

2%s

10,7

%18

,4%

15,4

%r

19,1

%

6,7%

s6,

4%s

8,1%

s9,

7%2,

1%

8,1%

s11

,6%

· 4 V

oorb

erei

dend

ber

oeps

onde

rwijs

8,7%

11,3

%r

5,9%

s13

,1%r

7,1%

s11

,8%r

21,4

%

14,4

%

21,2

%

11,5

%r

15,1

%

9,6%

1,9%

2,

2%

6,7%

s3,

8%s

2,2%

5,

7%s

8,5%

· 5 H

aVo

/VW

o9,

0%8,

3%s

9,8%

r21

,8%

6,6%

7,

7%s

11,7

%5,

2%s

3,3%

13

,1%r

9,5%

20,9

%

12,1

%r

11,5

%r

9,6%

10,5

%r

3,8%

s5,

5%s

10,1

%· 6 M

idde

lbaa

r be

roep

sond

erw

ijs33

,4%

33,1

%33

,7%

25,0

%

36,5

%

28,2

%s

31,8

%38

,0%r

44,2

%

35,0

%r

35,5

%29

,5%s

21,5

%

26,8

%s

30,9

%s

30,4

%s

10,7

%

42,7

%

31,5

%· 7 H

oger

ber

oeps

onde

rwijs

21,5

%20

,4%s

22,7

%r

9,3%

24

,3%

20,9

%7,

0%

16,3

%s

11,1

%

11,1

%

11,9

%

8,3%

33

,0%

30,6

%

22,5

%24

,7%r

55,1

%

25,0

%r

21,1

%· 8 W

eten

scha

ppel

ijk o

nder

wijs

10,9

%11

,5%r

10,2

%s

1,9%

13

,0%

10,3

%2,

1%

6,9%

s2,

7%

3,2%

4,

4%

2,0%

22

,8%

21,3

%

15,5

%r

19,2

%

25,3

%

9,3%

s13

,1%r

1c.

Hoo

gst

volto

oide

opl

eidi

ng [N

=23.1

94]

· 1 L

aag

(≤VB

o)

25,2

%26

,7%r

23,5

%s

42,0

%

19,7

%

32,9

%

47,4

%

33,6

%

38,8

%

37,6

%

38,6

%

39,3

%

10,6

%

9,7%

21

,4%s

15,2

%

5,2%

17

,4%

24,2

%· 2 M

idde

n (H

aVo

-MB

o)

42,4

%41

,5%s

43,5

%r

46,8

%r

43,1

%r

35,9

%s

43,5

%43

,2%

47,5

%r

48,1

%r

45,0

%50

,4%r

33,6

%s

38,4

%s

40,6

%s

40,9

%14

,5%

48,3

%r

41,6

%· 3 H

oog

(HB

o-W

o)

32,4

%31

,8%

32,9

%11

,2%

37,3

%

31,2

%9,

1%

23,2

%

13,7

%

14,3

%

16,3

%

10,3

%

55,8

%

51,9

%

38,0

%r

43,9

%

80,4

%

34,3

%r

34,2

%1d.

Hoe

is u

w h

uish

oude

n sa

men

gest

eld?

[N

=23.2

60]

· 1 G

ehuw

d of

sam

enw

onen

d zo

nder

thu

isw

onen

de k

inde

ren

27,0

%27

,1%

27,0

%10

,5%

23,2

%

58,2

%

21,7

%28

,0%

24,8

%21

,1%s

30,3

%r

17,5

%

29,1

%28

,7%

27,7

%33

,7%r

32,3

%r

28,6

%r

26,4

%· 2 G

ehuw

d of

sam

enw

onen

d m

et t

huis

won

ende

kin

dere

n41

,8%

42,5

%r

41,1

%s

5,2%

54

,4%

22,2

%

35,3

%s

45,3

%r

51,6

%

36,3

%s

42,2

%22

,0%

43,6

%50

,3%r

40,6

%45

,2%r

45,3

%r

44,1

%r

40,5

%· 3 E

énou

der-h

uish

oude

n4,

0%2,

5%s

5,7%

r3,

6%4,

3%r

2,8%

s2,

2%2,

3%s

2,3%

s4,

2%2,

3%s

6,1%

r4,

2%4,

0%3,

0%s

4,8%

4,8%

5,5%

r4,

4%· 4 a

lleen

staa

nd16

,3%

16,9

%r

15,7

%s

20,4

%r

15,6

%s

15,6

%13

,6%

17,4

%13

,3%s

14,3

%s

18,5

%r

21,5

%r

20,1

%r

15,8

%19

,3%r

13,7

%s

13,8

%s

15,3

%16

,6%

· 5 a

nder

s10

,9%

11,1

%10

,7%

60,4

%

2,4%

1,

2%

27,2

%

7,0%

s8,

0%s

24,2

%

6,8%

s32

,9%

2,9%

1,

1%

9,4%

s2,

6%

3,9%

6,

6%s

12,1

%1e.

Hee

ft u

mom

ente

el e

en b

etaa

lde

baan

? [N

=23.3

03]

· 2 J

a, é

én b

etaa

lde

baan

94,6

%95

,8%r

93,3

%s

87,9

%

95,6

%r

96,6

%r

93,5

%98

,1%r

96,2

%r

95,1

%97

,0%r

90,1

%

95,8

%97

,6%r

94,3

%96

,3%r

92,4

%s

92,3

%s

91,0

%s

· 3 J

a, m

eerd

ere

beta

alde

ban

en5,

4%4,

2%s

6,7%

r12

,1%

4,4%

s3,

4%s

6,5%

1,9%

s3,

8%s

4,9%

3,0%

s9,

9%

4,2%

2,4%

s5,

7%3,

7%s

7,6%

r7,

7%r

9,0%

r

1f2

. H

eeft

u n

aast

uw

inko

men

als

wer

knem

er n

og in

kom

en u

it an

dere

bro

n?

[N=23.2

11]

· a.

Nee

, gee

n in

kom

en u

it an

dere

bro

nnen

86,3

%86

,8%r

85,8

%s

70,1

%

90,8

%

82,1

%s

84,8

%90

,1%r

92,3

%r

81,7

%s

89,4

%r

78,4

%

84,4

%87

,3%

86,0

%91

,6%r

86,5

%87

,2%

81,7

%s

· b.

Ja,

uit

eige

n on

dern

emin

g3,

5%4,

2%r

2,8%

s1,

9%s

3,8%

r3,

7%5,

5%3,

2%3,

2%2,

5%s

2,7%

1,1%

s8,

0%

6,7%

r4,

0%3,

0%5,

2%r

2,7%

s5,

4%r

· c.

Ja,

(pr

e)pe

nsio

en1,

0%1,

0%1,

0%0,

2%s

0,3%

4,

4%

1,4%

0,8%

0,3%

s0,

8%1,

1%0,

1%s

0,8%

1,5%

1,2%

0,7%

0,9%

1,3%

r1,

3%· d.

Ja,

uitk

erin

g (a

nder

s da

n (p

re)p

ensi

oen)

2,7%

2,4%

s3,

0%r

2,9%

2,0%

s5,

5%

2,3%

2,6%

1,6%

s2,

7%3,

9%r

3,7%

1,4%

s1,

7%s

3,4%

r1,

3%s

2,7%

2,8%

2,7%

· e.

Ja,

and

ers

6,8%

6,0%

s7,

8%r

25,2

%

3,3%

5,

1%s

6,5%

3,4%

s3,

0%s

12,7

%

3,4%

s16

,7%

5,7%

3,4%

s5,

9%s

3,5%

s5,

0%s

6,2%

9,6%

r

1g.

Hee

ft u

w p

artn

er in

kom

en?

[N=18.3

56]

· a.

ik h

eb g

een

part

ner

11,3

%11

,4%

11,2

%70

,6%

2,0%

0,

8%

28,9

%

6,2%

s7,

9%s

26,8

%

6,3%

s39

,2%

2,9%

0,

9%

9,6%

s2,

1%

3,1%

6,

4%s

13,2

%· b.

Nee

, mijn

par

tner

hee

ft g

een

inko

men

8,5%

14,4

%

1,9%

4,

4%s

7,7%

s15

,4%

6,8%

16,5

%

13,0

%r

7,5%

s11

,3%r

4,5%

s11

,4%r

10,0

%10

,1%r

9,2%

5,8%

s2,

4%

6,3%

s

· c.

Ja,

uit

baan

als

wer

knem

er65

,0%

62,9

%s

67,3

%r

21,6

%

75,7

%

56,7

%

52,7

%

64,8

%66

,2%

54,4

%

68,2

%r

45,4

%

68,6

%71

,5%r

64,8

%74

,5%

72,3

%r

71,4

%r

61,5

%· d.

Ja,

uit

eige

n on

dern

emin

g8,

6%5,

5%

12,1

%

1,8%

10

,3%r

7,5%

s7,

3%5,

6%s

5,7%

s6,

8%s

6,0%

s6,

0%s

11,6

%r

12,0

%r

9,3%

7,1%

s11

,8%r

11,5

%r

11,3

%r

· e.

Ja,

(pr

e)pe

nsio

en2,

2%0,

9%s

3,7%

r0,

1%s

0,6%

10

,7%

1,2%

1,2%

s0,

3%s

1,4%

s1,

8%1,

8%2,

1%1,

5%2,

0%2,

3%4,

7%r

3,7%

r2,

7%· f. J

a, u

itker

ing

(and

ers

dan

(pre

)pen

sioe

n)5,

1%5,

2%5,

1%1,

3%

4,7%

s10

,1%

5,6%

5,6%

5,6%

4,0%

s5,

8%4,

8%4,

3%4,

8%4,

7%6,

4%r

4,1%

6,1%

r5,

6%· g.

Ja,

uit

ande

re b

ron

1,4%

1,6%

r1,

1%s

1,3%

1,1%

s2,

5%r

0,8%

1,8%

2,0%

1,1%

2,2%

r1,

3%1,

2%1,

1%1,

7%1,

4%1,

0%1,

0%0,

9%

2 u

W D

IEN

STV

ERB

AN

D

2a.

Wat

is d

e aa

rd v

an u

w d

iens

tver

band

? [N

=23.0

95]

· 1 W

erkn

emer

met

vas

t di

enst

verb

and

(voo

r on

bepa

alde

tijd

)76

,9%

77,8

%r

75,9

%s

30,7

%

83,5

%

91,2

%

74,9

%80

,9%r

84,8

%r

70,8

%s

81,4

%r

44,1

%

82,9

%r

90,1

%

67,8

%

91,9

%

84,9

%

81,6

%r

70,6

%s

· 2 W

erkn

emer

met

tijd

elijk

die

nstv

erba

nd m

et u

itzic

ht o

p va

st6,

4%7,

0%r

5,8%

s12

,5%

6,3%

1,2%

8,

0%6,

4%6,

0%6,

7%5,

7%10

,4%r

9,5%

r3,

9%s

8,5%

r3,

2%s

5,2%

4,9%

s7,

8%· 3 W

erkn

emer

met

tijd

elijk

die

nstv

erba

nd v

oor

bepa

alde

tijd

9,5%

8,3%

s10

,8%r

33,2

%

5,8%

3,

2%

7,9%

3,3%

5,

3%s

16,6

%

8,9%

25,8

%

5,6%

s3,

4%

9,3%

3,7%

7,

5%s

8,1%

s14

,2%r

· 4 u

itzen

dkra

cht

2,6%

3,0%

r2,

2%s

4,7%

r2,

4%s

1,6%

s0,

5%s

1,8%

s1,

3%s

0,6%

s2,

3%2,

0%0,

8%s

1,8%

11,1

%

0,8%

s0,

2%s

0,5%

s0,

9%s

· 5 o

proe

pkra

cht/

inva

lkra

cht

3,9%

3,1%

s4,

7%r

18,8

%

1,2%

1,

5%s

8,8%

1,

4%s

2,6%

s5,

2%r

1,6%

s17

,5%

1,1%

s0,

8%s

3,3%

s0,

2%

2,1%

s4,

8%r

6,5%

r

· 6 W

erkz

aam

via

Wet

Soc

iale

Wer

kvoo

rzie

ning

0,

7%0,

9%r

0,6%

s0,

0%s

0,7%

1,3%

r0%

6,2%

0%

s0%

s0%

s0,

1%s

0%s

0%s

0,1%

s0,

2%s

0,0%

s0,

1%s

0,1%

s

2b.

Wat

is d

e om

vang

van

uw

die

nstv

erba

nd?

[N=23.0

41] [G

emid

deld

e]

29,7

34,4

24,6

16,7

32,2

30,9r

26,8

35,3

37,1

26,1

33,4

19,9

35,8

33,9

31,1r

34,2

30,1

24,9

25,5

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um99

9999

7599

9960

9984

9998

5860

7099

6099

9950

Page 64: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

2c.

Hoe

veel

uur

per

wee

k zo

u u

will

en w

erke

n? [N

=22.5

13] [G

emid

deld

e]

30,6

34,7

26,2

22,3

32,5

30,3s

29,6

34,5

36,7

27,5

34,9

24,7

34,6

33,1

32,4r

33,6

30,0s

26,7

28,4

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um99

9999

6599

9960

8484

6084

6560

8099

7299

9960

2d.

op

hoev

eel d

agen

per

wee

k w

erkt

u d

oorg

aans

? [N

=23.0

59]

· 0

0,1%

0,1%

0,1%

0,4%

r0,

1%s

0,2%

0,3%

0,1%

0,2%

0,0%

0,2%

0,4%

r0%

0,2%

0,2%

0,0%

0,1%

0,1%

0%· 1

3,4%

2,7%

s4,

1%r

17,9

%

0,8%

1,

1%s

15,3

%

1,7%

s0,

9%s

6,9%

3,

1%12

,0%

0,7%

s0,

1%s

3,0%

0,3%

s1,

6%s

2,4%

s4,

4%· 2

7,2%

3,9%

10

,8%

24,9

%

3,9%

4,

9%s

8,4%

2,2%

3,

3%s

15,2

%

2,0%

22

,4%

1,3%

1,

9%

4,8%

s1,

5%

5,3%

s8,

5%r

8,5%

· 3

13,7

%3,

6%

24,7

%

14,5

%13

,4%

13,9

%10

,0%

4,8%

3,

3%

16,0

%r

7,2%

s12

,0%

6,8%

11

,8%

10,0

%s

8,2%

s22

,7%

25,2

%

16,6

%r

· 4

21,7

%14

,5%

29,5

%

12,3

%

22,3

%r

27,4

%r

9,8%

11

,6%

7,0%

13

,9%

14,0

%s

13,2

%

17,4

%s

36,0

%

16,8

%s

35,9

%

29,3

%r

36,3

%

28,6

%r

· 5

49,8

%69

,8%

27,9

%

25,3

%

55,3

%

48,7

%49

,5%

75,1

%

80,9

%

45,6

%s

64,3

%

34,1

%

70,3

%

45,8

%s

61,4

%

51,9

%38

,3%

22,8

%

34,1

%

· 6

2,4%

3,4%

r1,

2%s

2,9%

r2,

4%1,

9%6,

2%

3,1%

r2,

6%2,

0%5,

5%

4,1%

r2,

0%3,

2%2,

2%0,

7%s

1,7%

1,5%

s2,

7%· 7

1,8%

2,0%

1,6%

1,8%

1,8%

2,0%

0,4%

1,4%

1,8%

0,4%

s3,

7%r

1,7%

1,6%

1,0%

1,6%

1,4%

1,1%

s3,

2%r

5,2%

- Gem

idde

lde

4,21

4,62

3,76

3,17

4,41

4,31r

3,89

4,71

4,78

3,83

4,65

3,53

4,68

4,38r

4,42

4,45

4,07s

3,86

4,08s

2e.

Wer

kt u

in p

loeg

endi

enst

? [N

=22.7

32]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig14

,2%

14,0

%14

,4%

24,1

%

12,8

%s

10,7

%s

3,2%

15

,6%r

2,4%

12

,6%s

27,7

%

26,5

%

4,2%

2,

0%

10,7

%s

12,8

%0,

5%

26,6

%

9,6%

s

· 2 J

a, s

oms

3,1%

3,5%

r2,

7%s

6,5%

2,

8%s

1,7%

s4,

2%2,

9%3,

0%3,

5%4,

1%8,

7%

1,3%

s1,

2%s

2,6%

s3,

7%0,

7%s

3,3%

3,3%

· 3 N

ee82

,7%

82,5

%82

,9%

69,4

%

84,5

%r

87,6

%r

92,6

%

81,5

%94

,6%

83,9

%r

68,2

%

64,9

%

94,5

%

96,8

%

86,7

%r

83,4

%98

,8%

70,2

%

87,2

%r

2f. H

eeft

u h

et a

fgel

open

jaar

’s a

vond

s of

’s n

acht

s ge

wer

kt?

[N=22.6

72]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig26

,0%

26,1

%25

,9%

44,3

%

23,8

%s

18,1

%

8,5%

19

,7%s

10,6

%

26,5

%42

,4%

61,8

%

15,6

%

13,0

%

19,8

%s

21,7

%s

11,2

%

38,8

%

29,9

%r

· 2 J

a, s

oms

26,4

%31

,3%

21,1

%

24,2

%s

28,0

%r

21,8

%s

29,9

%26

,4%

31,1

%r

26,9

%21

,4%s

20,5

%s

42,7

%

33,1

%r

28,8

%r

28,2

%34

,6%r

17,4

%

23,3

%s

· 3 N

ee47

,6%

42,6

%

53,0

%

31,5

%

48,2

%r

60,2

%

61,6

%

53,9

%r

58,3

%

46,6

%36

,2%

17,7

%

41,7

%s

53,9

%r

51,4

%r

50,1

%r

54,3

%r

43,8

%s

46,8

%2g.

Hee

ft u

het

afg

elop

en ja

ar in

het

wee

kend

gew

erkt

? [N

=22.7

20]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig32

,0%

29,9

%s

34,2

%r

68,1

%

26,5

%

21,3

%

40,1

%r

18,2

%

14,1

%

44,2

%

47,3

%

80,6

%

15,0

%

10,7

%

21,0

%

20,8

%

11,4

%

44,5

%

45,7

%

· 2 J

a, s

oms

25,6

%32

,2%

18,4

%

15,5

%

28,4

%

22,9

%s

29,7

%29

,0%r

31,8

%r

26,2

%23

,3%

9,6%

44

,3%

35,8

%

29,8

%r

28,7

%r

27,5

%13

,9%

25,2

%· 3 N

ee42

,4%

38,0

%s

47,4

%r

16,4

%

45,1

%r

55,7

%

30,2

%

52,8

%

54,1

%

29,6

%

29,4

%

9,8%

40

,7%

53,5

%

49,2

%r

50,5

%r

61,0

%

41,6

%29

,2%

2h.

Wer

kt u

ove

r, da

t w

il ze

ggen

mee

r ur

en d

an c

ontr

actu

eel i

s va

stge

legd

? [N

=23.0

17]

· 1 J

a, s

truc

ture

el26

,1%

30,0

%r

21,8

%s

24,6

%s

27,3

%r

22,1

%s

26,2

%24

,4%s

27,1

%26

,5%

42,4

%

27,0

%28

,2%

25,8

%24

,2%s

15,8

%

37,3

%

23,0

%s

26,0

%· 2 J

a, in

cide

ntee

l45

,0%

44,5

%45

,5%

34,4

%

47,8

%r

43,0

%s

36,2

%s

46,7

%43

,6%

41,8

%s

34,1

%

34,4

%

49,8

%r

48,6

%r

46,6

%r

52,6

%r

39,3

%s

49,7

%r

43,7

%· 3 N

ee, n

ooit

28,9

%25

,5%s

32,7

%r

40,9

%

24,9

%

34,9

%r

37,6

%r

28,8

%29

,3%

31,7

%r

23,5

%s

38,6

%

22,1

%s

25,6

%s

29,2

%31

,5%r

23,4

%s

27,2

%s

30,4

%2i.

Hoe

veel

ove

rure

n m

aakt

u g

emid

deld

per

wee

k?

(Zow

el b

etaa

ld a

ls o

nbet

aald

ove

rwer

k; W

erkt

noo

it ov

er =

0 u

ur)

Gec

orrig

eerd

voo

r ex

trem

e w

aard

es [N

=22.5

91] [G

emid

deld

e]

3,40

4,02

2,72

2,86s

3,58r

3,15s

3,65

3,28

3,81r

3,17s

6,03

3,33

3,96r

3,39

3,39

2,59s

3,94r

2,93s

3,29

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um70

7045

4045

7040

3630

4070

3636

3440

3637

3345

2j.

Wor

den

uw o

veru

ren

uitb

etaa

ld?

[N=16.3

50]

· 1 J

a, v

olle

dig

36,4

%37

,7%r

34,7

%s

63,5

%

32,4

%

32,7

%s

60,5

%

45,7

%

46,3

%

42,6

%r

58,6

%

50,7

%

17,5

%

22,6

%

36,9

%23

,1%

6,0%

36

,7%

29,5

%s

· 2 J

a, d

eels

13,7

%13

,7%

13,8

%15

,0%

13,8

%12

,2%s

14,4

%14

,6%

14,3

%13

,3%

14,4

%14

,5%

14,9

%10

,7%s

10,4

%s

16,6

%r

5,8%

19

,1%r

12,8

%· 3 N

ee49

,9%

48,5

%s

51,5

%r

21,5

%

53,7

%

55,0

%r

25,1

%

39,8

%

39,4

%

44,1

%s

27,1

%

34,8

%

67,6

%

66,7

%

52,8

%r

60,3

%

88,1

%

44,2

%s

57,7

%r

2k.

Hoe

veel

tijd

bes

teed

t u

op e

en g

emid

deld

e w

erkd

ag a

an

woo

n-w

erkv

erke

er?

(Min

uten

, s.v

.p. he

en- e

n te

rugr

eis

opte

llen)

[N

=22.2

92] [G

emid

deld

e]

52,4

57,5

46,7

38,6

54,6r

55,3r

36,1

52,3

66,1

41,0

50,3

40,5

77,2

68,4

58,9r

64,7

51,3

45,7s

52,3

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um24

024

024

024

024

024

024

024

024

024

024

024

024

024

024

024

024

024

024

02k2

. W

elke

afs

tand

legt

u a

f aa

n w

oon-

wer

kver

keer

? (K

ilom

eter

per

dag

, s.v

.p.

heen

- en

teru

grei

s va

n ee

n ge

mid

deld

e w

erkd

ag o

ptel

len)

[N

=22.6

74] [G

emid

deld

e]

37,0

45,6

27,4

21,1

40,6

36,4

22,1

39,2r

65,1

27,2

38,5

21,1

67,9

51,4

43,5r

46,7

31,2s

26,4

33,2s

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um80

080

050

050

060

080

025

050

080

060

055

639

042

033

043

046

040

050

036

0

62

Page 65: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

2k3

. W

elke

ver

voer

mid

dele

n ge

brui

kt u

mee

stal

voo

r w

oon-

wer

kver

keer

? [N

=23.1

68]

· a.

Wer

k m

eest

al t

huis

0,8%

0,9%

0,7%

0,4%

s0,

8%1,

3%r

2,6%

r0,

3%s

0,4%

0,6%

0,6%

0,5%

2,9%

2,

7%

1,1%

r0,

3%s

0,4%

s0,

5%s

2,6%

· b.

te

voet

5,0%

4,5%

s5,

6%r

10,4

%

4,0%

s4,

1%s

6,9%

2,6%

s1,

9%s

8,0%

r2,

9%s

13,3

%

3,9%

5,0%

4,0%

s4,

7%6,

0%3,

6%s

5,8%

· c.

Met

de

fiets

39,2

%34

,0%

44,9

%

56,7

%

34,9

%

41,0

%r

52,0

%

34,7

%s

15,0

%

44,5

%r

30,7

%s

51,9

%

28,4

%

29,4

%

32,0

%s

39,3

%51

,8%

46,9

%r

41,4

%· d.

Met

de

auto

, mot

or, b

rom

mer

of sc

oote

r62

,7%

66,5

%r

58,6

%s

40,9

%

68,2

%

60,0

%s

53,8

%s

71,7

%

85,7

%

57,8

%s

71,2

%r

41,3

%

64,9

%60

,5%

66,8

%r

56,0

%s

54,6

%s

63,0

%54

,9%s

· e.

Met

het

ope

nbaa

r ve

rvoe

r13

,3%

12,3

%s

14,5

%r

16,1

%r

12,8

%s

13,1

%1,

3%

7,7%

s3,

1%

9,5%

s13

,2%

20,0

%

21,9

%

27,7

%

15,0

%r

24,7

%

13,4

%10

,8%s

18,5

%r

2l.

Hoe

veel

van

uw

nor

mal

e be

taal

de a

rbei

d ve

rric

ht u

gem

idde

ld t

huis

?

[uur

/wee

k, o

verw

erk

niet

mee

telle

n] [N

=2

1.5

62] [G

emid

deld

e]

1,74

2,06r

1,38s

0,49

1,95r

2,09r

1,89

1,07s

1,03s

1,08s

1,08s

0,67

4,93

3,69

2,26r

1,87

3,25

1,09s

2,48r

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um60

6040

5060

5060

4040

4540

4040

6046

3640

4250

2l.

thui

swer

ker

(wer

kt t

en m

inst

e 1 u

ur p

er w

eek

thui

s) [N

=21.5

62] [%

ja]

26,9

%28

,8%r

24,9

%s

8,7%

30

,0%

31,5

%r

15,7

%

18,4

%

17,1

%

14,7

%

15,6

%

10,4

%

56,3

%

46,9

%

28,7

%r

34,9

%r

60,3

%

24,9

%s

33,2

%r

2l.

aant

al u

ur d

at t

huis

wer

kers

thu

is w

erke

n [N

=5.8

09] [G

emid

deld

e]

6,48

7,18

5,56

5,68

6,49

6,65

12,0

5,82s

6,03

7,34r

6,89

6,48

8,75

7,86

7,88

5,35s

5,40s

4,38

7,47r

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um60

6040

5060

5060

4040

4540

4040

6046

3640

4250

2m

.j. H

oe la

ng b

ent

u w

erkz

aam

bij

uw h

uidi

ge w

erkg

ever

(ja

ar+m

aand

en/1

2)?

[N

=23.1

29] [G

emid

deld

e]10

,211

,0r

9,25s

2,15

9,68s

19,6

8,33s

13,4

11,4r

8,14

11,7r

5,03

9,33s

13,3

7,46

15,7

12,0

10,3

8,48s

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um52

5251

1140

5246

4946

5248

3742

4846

4546

5145

2n.

j Hoe

lang

ben

t u

wer

kzaa

m in

uw

hui

dige

fun

ctie

(ja

ar+m

aand

en/1

2)?

[N

=23.0

15] [G

emid

deld

e]

7,56

7,81r

7,29s

1,90

7,18s

14,3

7,78

8,76r

10,2

6,36s

9,49

4,27

5,35

6,61s

6,26s

7,20

10,7

8,46r

6,75s

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um50

5050

1040

5044

4946

5050

3140

4049

4548

4645

2o.

Hoe

veel

per

sone

n w

erke

n er

ong

evee

r in

uw

bed

rijf of

inst

ellin

g? (Va

n de

ve

stig

ing

waa

r u

wer

kt) [N

=23.0

54]

· 1 1

tot

en

met

45,

2%4,

8%s

5,8%

r6,

1%r

5,0%

s5,

4%13

,9%

2,9%

s6,

4%7,

6%r

1,9%

s7,

8%r

4,4%

6,5%

8,4%

r0,

7%

0,8%

2,

4%s

14,8

%

· 2 5

tot

en

met

99,

4%8,

5%s

10,5

%r

15,4

%

8,7%

s7,

3%s

19,3

%

5,7%

s10

,0%

16,8

%

3,9%

s18

,0%

5,4%

s7,

0%s

11,7

%r

1,2%

4,

1%s

6,7%

s14

,9%r

· 3 1

0 t

ot e

n m

et 4

926

,8%

26,0

%s

27,6

%r

36,1

%

25,6

%s

23,0

%s

46,8

%

22,6

%s

36,2

%

34,0

%r

23,3

%s

46,5

%

24,5

%11

,1%

27,3

%7,

0%

36,3

%

21,7

%s

29,7

%· 4 5

0 t

ot e

n m

et 9

914

,3%

15,0

%r

13,5

%s

17,6

%r

13,6

%s

14,1

%7,

4%s

17,2

%r

15,9

%17

,9%r

15,8

%13

,5%

13,9

%6,

1%

13,5

%9,

5%s

16,4

%r

11,8

%s

16,5

%· 5 1

00 t

ot e

n m

et 4

99

22,2

%23

,3%r

20,9

%s

15,8

%s

23,3

%r

23,3

%8,

0%

30,0

%

18,9

%s

17,4

%s

27,4

%r

10,5

%

21,9

%26

,1%r

20,9

%s

34,1

%

24,2

%r

20,7

%s

18,0

%s

· 6 5

00 t

ot e

n m

et 9

99

6,7%

6,3%

s7,

1%r

3,0%

s7,

1%r

8,3%

r2,

3%s

8,3%

r3,

8%s

2,4%

6,

1%1,

3%

7,1%

9,2%

r6,

8%13

,5%

4,5%

s10

,6%r

1,9%

s

· 7 1

.000 o

f m

eer

15,5

%16

,1%r

14,7

%s

6,0%

16

,8%r

18,6

%r

2,3%

13

,3%s

8,8%

s3,

8%

21,6

%r

2,5%

22

,7%

34,0

%

11,5

%s

34,1

%

13,7

%26

,1%

4,1%

- Gem

idde

lde

4,20

4,27r

4,13s

3,55

4,30r

4,42r

2,93

4,44r

3,77

3,43

4,67

3,15

4,55

5,02

3,93s

5,52

4,28

4,78

3,30

2p.

Gee

ft u

in u

w h

uidi

ge fun

ctie

leid

ing?

(P

erso

neel

waa

raan

u v

ia a

nder

en le

idin

ggee

ft o

ok m

eete

llen)

[N

=23.1

94]

· 1 N

ee74

,9%

66,5

%

84,0

%

83,8

%

72,6

%s

76,2

%r

70,8

%69

,1%s

59,6

%

72,1

%s

79,2

%r

65,8

%

70,4

%s

74,7

%73

,6%s

76,7

%79

,5%r

86,4

%

72,3

%· 2 J

a, a

an 1

- 4 m

edew

erke

rs11

,3%

14,8

%

7,4%

9,

5%s

11,9

%r

10,2

%s

13,5

%14

,2%r

23,1

%

14,0

%r

5,9%

s16

,2%r

12,6

%9,

3%13

,5%r

6,9%

s7,

7%s

4,4%

14

,7%r

· 3 J

a, a

an 5

- 9 m

edew

erke

rs5,

7%7,

7%r

3,5%

s3,

9%s

6,2%

r5,

1%7,

8%7,

3%r

7,2%

r7,

0%r

4,9%

8,0%

r7,

2%5,

7%5,

0%s

6,0%

4,5%

s3,

3%s

6,1%

· 4 J

a, a

an 1

0 -

49 m

edew

erke

rs6,

6%8,

8%r

4,2%

s2,

3%

7,5%

r6,

5%7,

5%8,

2%r

8,7%

r5,

8%s

6,7%

7,9%

8,0%

8,5%

r6,

0%8,

1%r

6,9%

4,7%

s5,

6%· 5 J

a, a

an 5

0 -

99 m

edew

erke

rs0,

8%1,

1%r

0,5%

s0,

3%s

1,0%

r0,

9%0,

5%0,

8%0,

7%0,

6%s

1,4%

r1,

5%r

0,5%

0,9%

1,1%

0,8%

0,7%

0,8%

0,8%

· 6 J

a, a

an 1

00 o

f m

eer

med

ewer

kers

0,7%

1,1%

r0,

3%s

0,2%

s0,

8%1,

1%r

0%0,

5%0,

7%0,

5%s

1,9%

r0,

6%1,

3%0,

9%0,

8%1,

5%r

0,6%

0,5%

0,5%

- Gem

idde

lde

1,50

1,67

1,31

1,26

1,55r

1,49

1,53

1,59r

1,70

1,50

1,51

1,65r

1,60r

1,54

1,50

1,54

1,43s

1,31

1,50

Page 66: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

2q.

Von

den

in d

e af

gelo

pen

12 m

aand

en é

én o

f m

eer

van

de v

olge

nde

vera

nder

inge

n pl

aats

in u

w b

edrij

f (v

estig

ing/

loca

tie)?

[N

=22.7

67]

· a.

Een

gro

te r

eorg

anis

atie

19,7

%20

,7%r

18,6

%s

9,5%

21

,2%r

22,6

%r

2,7%

18

,6%

13,6

%s

10,4

%

20,1

%5,

3%

28,2

%

36,0

%

16,5

%s

55,8

%

13,5

%s

22,3

%r

15,2

%s

· b.

ove

rnam

e do

or e

en a

nder

e or

gani

satie

4,0%

4,5%

r3,

4%s

3,1%

s4,

1%4,

3%1,

1%s

6,0%

r3,

6%5,

4%r

2,9%

4,3%

8,2%

4,

1%4,

6%r

1,5%

s1,

1%s

2,8%

s2,

5%s

· c.

ove

rnam

e va

n ee

n an

dere

org

anis

atie

4,1%

5,1%

r3,

1%s

2,7%

s4,

6%r

3,2%

s4,

1%4,

3%6,

9%r

5,5%

r5,

4%r

1,1%

s8,

7%

5,1%

5,7%

r0,

6%s

1,2%

s2,

7%s

2,5%

s

· d.

inkr

impi

ng z

onde

r ge

dwon

gen

onts

lage

n15

,2%

14,0

%s

16,5

%r

7,0%

16

,4%r

17,4

%r

4,3%

12

,2%s

8,8%

s9,

4%s

14,0

%8,

6%s

11,5

%s

16,2

%12

,5%s

27,6

%

20,4

%r

23,5

%

12,2

%s

· e.

inkr

impi

ng m

et g

edw

onge

n on

tsla

gen

16,0

%16

,8%r

15,0

%s

8,0%

17

,6%r

16,5

%3,

3%

16,5

%25

,6%

12,8

%s

11,3

%s

7,7%

25

,1%

31,7

%

16,3

%14

,5%

14,1

%s

16,1

%14

,9%

· f. F

usie

met

een

and

er b

edrij

f4,

6%4,

1%s

5,0%

r2,

7%s

4,8%

r5,

2%r

1,6%

s4,

1%3,

7%2,

0%s

2,1%

s1,

1%s

5,4%

5,7%

4,5%

4,5%

5,2%

9,0%

2,

5%s

· g.

uitb

este

ding

van

ond

erst

eune

nde

dien

sten

7,3%

8,2%

r6,

3%s

2,6%

8,

1%r

8,5%

r2,

5%s

9,4%

r5,

6%s

4,3%

s7,

5%3,

1%s

16,9

%

12,8

%

6,1%

s13

,1%

5,2%

s7,

9%4,

9%s

· h.

Ver

plaa

tsin

g va

n be

drijf

sact

ivite

iten

naar

het

bui

tenl

and

2,6%

3,6%

r1,

6%s

0,6%

s3,

1%r

2,5%

2,1%

5,8%

1,

4%s

2,4%

3,4%

0,2%

s18

,6%

3,8%

r3,

3%r

0,5%

s0%

s0,

1%s

0,6%

s

· i.

auto

mat

iser

ing

van

bedr

ijfsa

ctiv

iteite

n8,

4%9,

5%r

7,2%

s4,

0%s

9,4%

r8,

2%10

,1%

10,0

%r

4,7%

s6,

4%s

8,7%

2,0%

13

,5%r

21,2

%

8,5%

13,2

%r

5,4%

s7,

8%3,

9%s

· j.

Gee

n va

n bo

vens

taan

de v

eran

derin

gen

49,2

%48

,6%

49,8

%71

,4%

45,8

%

42,9

%s

76,1

%

48,3

%48

,9%

62,5

%

52,0

%75

,4%

43,7

%s

29,3

%

50,9

%r

20,6

%

54,0

%r

39,6

%

58,3

%r

3 u

W B

ERO

Ep

3b.

Kun

t u

aang

even

in w

elke

cat

egor

ie u

w b

eroe

p of

fun

ctie

het

bes

te p

ast?

[N

=23.1

36]

· 1 S

child

ers

0,3%

0,5%

r0,

1%s

0,1%

s0,

3%0,

5%r

0%0,

2%4,

2%

0,2%

0,2%

0%0%

0%0,

2%0,

1%0,

1%0,

0%s

0,1%

· 2 L

oodg

iete

rs, fi

tter

s, la

sser

s, p

laat

- en

cons

truc

tiew

erke

rs, e

.d.

1,2%

2,2%

r0,

1%s

0,9%

1,2%

1,3%

0%4,

0%

10,1

%

0,6%

s0,

1%s

0%s

0%s

0%s

0,7%

s0,

1%s

0,2%

s0,

1%s

0,3%

s

· 3 M

etse

laar

s, t

imm

erlie

den

en a

nder

e bo

uwva

kker

s1,

5%2,

8%

0,1%

1,

5%1,

5%1,

4%0,

3%2,

4%r

21,5

%

0,3%

s0%

s0,

1%s

0%s

0,4%

s0,

9%s

0,1%

s0,

2%s

0,0%

s0,

9%· 4 d

rukk

ers

en v

erw

ante

fun

ctie

s0,

5%0,

8%r

0,2%

s0,

5%0,

5%0,

5%0%

2,9%

0,

1%s

0,3%

s0,

1%0,

9%0,

3%0%

s0,

4%0,

2%s

0%s

0%s

0,2%

· 5 V

oedi

ngsm

idde

len-

en

dran

kenb

erei

ders

1,7%

2,0%

r1,

5%s

3,1%

r1,

5%s

1,7%

1,4%

5,9%

0%

s2,

8%r

0,1%

s7,

6%

0%s

0,3%

s1,

2%s

0,1%

s0,

2%s

0,3%

s0,

5%s

· 6 K

leer

mak

ers,

kos

tuum

naai

ers,

sto

ffee

rder

s, c

onfe

ctie

med

ewer

kers

, e.d

.0,

2%0,

2%0,

3%0,

2%0,

2%0,

3%0%

0,6%

r0,

5%0,

5%r

0%0%

0%0,

1%0,

3%0%

s0%

s0,

0%s

0,2%

· 7 E

lekt

rom

onte

urs,

rep

arat

eurs

van

ele

ktris

che

appa

rate

n1,

3%2,

5%

0,1%

1,

4%1,

3%1,

2%0%

3,1%

r12

,2%

1,1%

0,2%

s0,

4%s

0,7%

0%s

0,7%

s0,

4%s

0,0%

s0,

1%s

1,2%

· 8 M

achi

neba

nkw

erke

rs, m

onte

urs,

inst

rum

entm

aker

s, r

epar

ateu

rs v

an

mac

hine

s, e

.d.

2,3%

4,3%

0,

1%

2,0%

2,2%

2,9%

r2,

0%9,

8%

2,6%

4,3%

r1,

0%s

0%s

0,1%

s0,

6%s

1,3%

s0,

6%s

0,1%

s0,

1%s

0,4%

s

· 9 o

verig

e am

bach

telij

ke e

n in

dust

riële

ber

oepe

n3,

2%5,

0%

1,1%

1,

9%s

3,2%

4,0%

r0,

9%s

12,6

%

6,4%

r4,

0%r

2,0%

s0,

6%s

0,3%

s0,

4%s

3,0%

0,8%

s0,

4%s

0,1%

2,

1%· 10 B

usch

auffeu

rs, t

rein

best

uurd

ers,

zee

liede

n, e

.d.

0,6%

1,0%

r0,

2%s

0,2%

s0,

6%1,

3%r

0%0%

s0,

2%0,

0%s

11,1

%

0%s

0,1%

0%s

0,5%

0,1%

s0%

s0,

0%s

0%s

· 11 V

rach

twag

ench

auffeu

rs1,

8%3,

3%

0,1%

0,

8%s

1,8%

2,4%

r1,

7%1,

2%s

1,5%

1,7%

20,4

%

0,4%

s0%

s0,

2%s

1,3%

s0,

7%s

0%s

0,0%

s0,

5%s

· 12 L

ader

s, lo

sser

s, in

pakk

ers,

gro

ndw

erk-

en

kraa

nmac

hini

sten

, e.d

.1,

3%2,

3%r

0,2%

s1,

8%r

1,3%

0,8%

s1,

4%2,

4%r

3,1%

r2,

0%r

5,0%

0,

1%s

0,2%

s0%

s1,

7%r

0,2%

s0%

s0%

s0,

3%s

· 13 o

verig

e tr

ansp

ortb

eroe

pen

1,4%

2,1%

r0,

6%s

1,0%

1,4%

1,5%

1,4%

1,2%

0,4%

s1,

0%s

16,5

%

0,5%

s0,

6%0,

3%s

1,2%

0,2%

s0,

1%s

0,1%

s0,

1%s

· 14 S

ecre

tare

ssen

, typ

iste

n, e

.d.

2,5%

0,1%

5,

1%

0,7%

s2,

9%r

2,6%

1,2%

1,6%

s2,

4%0,

9%s

0,9%

s1,

6%3,

1%3,

3%4,

2%r

3,2%

2,8%

3,0%

r2,

8%· 15 B

oekh

oude

rs, k

assi

ers,

e.d

.2,

1%1,

6%s

2,7%

r1,

0%s

2,5%

r1,

7%s

2,3%

2,1%

3,7%

r2,

6%r

1,3%

0,7%

s1,

5%2,

5%4,

3%r

1,3%

s0,

7%s

0,7%

s1,

7%· 16 P

ostd

istr

ibut

iepe

rson

eel

0,3%

0,3%

0,4%

0,4%

0,3%

0,4%

0%0,

1%0%

0,1%

s5,

0%

0%0%

0,2%

0,2%

0,3%

0%s

0%s

0,4%

· 17 o

verig

e ad

min

istr

atie

ve b

eroe

pen

5,6%

3,6%

s7,

9%r

2,2%

s6,

1%r

6,8%

r3,

4%5,

4%3,

2%s

4,8%

s4,

9%2,

0%s

5,9%

16,6

%

7,6%

r11

,8%

3,8%

s2,

6%s

5,2%

· 18 V

erte

genw

oord

iger

s, h

ande

lsag

ente

n1,

1%1,

8%r

0,4%

s0,

5%s

1,4%

r0,

6%s

1,1%

1,8%

r0,

2%s

3,3%

0,

5%0,

2%s

2,2%

r1,

1%1,

0%0%

s0,

0%s

0,0%

s0,

6%· 19 W

inke

liers

, win

kelb

edie

nden

en

ande

re v

erko

pers

7,6%

5,0%

10

,4%

26,9

%

4,4%

3,

4%s

0,8%

2,

0%

0,9%

39

,9%

0,5%

2,

3%

0,8%

0,

3%

1,6%

0%

0,

2%

0,3%

1,

4%

· 20 V

erze

kerin

gsag

ente

n, m

akel

aars

, tus

senp

erso

nen,

e.d

.0,

7%0,

7%0,

8%0,

2%s

0,9%

r0,

5%0%

0%s

0,1%

s0,

0%s

0%s

0%s

0,2%

13,5

%

1,0%

r0,

0%s

0,1%

s0,

0%s

0,3%

· 21 o

verig

e co

mm

erci

ële

bero

epen

3,5%

3,8%

r3,

1%s

1,9%

s4,

1%r

2,3%

s0%

s3,

0%1,

0%s

6,3%

r1,

2%s

1,2%

s9,

7%

13,2

%

5,9%

r0,

3%s

0,5%

s0,

1%

2,3%

· 22 K

oks,

kel

ners

, buf

fetb

edie

nden

3,1%

2,8%

s3,

3%r

11,2

%

1,7%

1,

2%s

0,4%

s0,

3%s

0,7%

s0,

3%s

0,1%

s50

,0%

0%s

0,7%

s3,

1%0,

3%s

0,3%

s1,

1%s

4,1%

· 23 H

uisb

ewaa

rder

s, s

choo

nmaa

kper

sone

el (in

geb

ouw

en, e

.d.)

1,7%

0,8%

s2,

8%r

1,2%

s1,

6%s

2,7%

r2,

6%0,

7%s

0,3%

s0,

4%s

0,5%

s4,

2%r

0,2%

s0,

5%s

5,9%

0,

4%s

0,9%

s1,

1%s

2,3%

· 24 P

oliti

eper

sone

el, b

rand

wee

r, be

wak

ers,

e.d

.2,

0%2,

8%r

1,0%

s1,

0%s

2,2%

r2,

0%0%

s0,

3%s

0%s

0,0%

s1,

2%0,

2%s

0%s

0,2%

s2,

8%r

19,8

%

0,0%

s0,

2%s

0,7%

s

· 25 K

appe

rs, s

choo

nhei

dssp

ecia

liste

n0,

4%0,

0%s

0,8%

r1,

1%r

0,3%

s0,

0%s

0%0%

s0%

s0,

2%s

0%s

0,1%

0%0%

0,1%

s0%

s0%

s0,

0%s

9,9%

· 26 o

verig

e di

enst

verle

nend

e fu

nctie

s5,

0%5,

0%5,

0%4,

9%4,

9%5,

3%0,

8%s

2,1%

s1,

0%s

1,9%

s7,

7%r

11,8

%

3,3%

s7,

4%r

7,2%

r14

,4%

1,6%

s2,

6%s

11,6

%

· 27 G

enee

skun

dige

n, t

anda

rtse

n, d

iere

nart

sen

1,2%

0,7%

s1,

7%r

0,3%

s1,

4%r

1,1%

0%0,

3%s

0%s

0,2%

s0%

s0%

s0%

s0,

3%s

0,6%

s0,

5%s

0,3%

s5,

3%

0,2%

s

· 28 V

erpl

eegk

undi

gen,

zie

kenv

erzo

rgen

den

4,7%

1,0%

8,

8%

4,0%

s4,

8%5,

4%r

0%

0%

0%

0,1%

0%

0,

3%

0%

0,2%

0,

3%

0,2%

0,

1%

25,8

%

2,6%

s

· 29 B

ejaa

rden

verz

orge

rs, k

inde

rver

zorg

ers,

gez

insh

ulpe

n, a

lpha

hulp

en, e

.d.

3,8%

0,4%

7,

6%

4,3%

3,6%

s4,

5%r

1,0%

s0,

1%

0%

0,3%

0%

0,

1%

0%

0,2%

s1,

2%s

0,0%

0,

1%

19,2

%

4,7%

· 30 o

verig

e ge

zond

heid

szor

gber

oepe

n6,

0%2,

1%

10,3

%

3,6%

s6,

4%r

6,5%

0%

0,4%

0,

1%

2,4%

s0,

4%

0,3%

0,

2%

1,0%

1,

0%

1,0%

1,

2%

28,6

%

3,7%

s

· 31 d

ocen

ten

basi

sond

erw

ijs2,

0%0,

6%

3,6%

0,

8%s

2,1%

3,0%

r0%

s0,

0%s

0%s

0,0%

s0,

0%s

0%s

0%s

0,1%

s0,

2%s

0,1%

s28

,4%

0,2%

s0,

6%s

· 32 d

ocen

ten

voor

tgez

et o

nder

wijs

1,3%

1,3%

1,2%

0,4%

s1,

2%2,

2%r

0%0%

s0%

s0,

0%s

0%s

0,0%

s0%

s0,

1%s

0,0%

s0,

1%s

17,9

%

0,1%

s0,

3%s

· 33 d

ocen

ten

hoge

r on

derw

ijs0,

7%0,

7%0,

7%0,

2%s

0,7%

1,2%

r0%

0,0%

s0%

s0,

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0,1%

s0%

s9,

8%

0,0%

s0,

2%· 34 o

verig

e on

derw

ijsbe

roep

en1,

7%1,

2%s

2,2%

r0,

6%s

1,6%

2,8%

r0%

s0,

2%s

0%s

0,2%

s0,

0%s

0%s

0,2%

s0,

2%s

0,7%

s0,

3%s

18,2

%

0,7%

s2,

7%r

64

Page 67: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

· 35 a

rchi

tect

en, i

ngen

ieur

s en

ver

wan

te t

echn

ici,

teke

naar

s, e

.d.

2,5%

4,4%

0,

5%

0,9%

s2,

9%r

2,3%

0,4%

s6,

1%

6,3%

0,

4%s

0,8%

s0,

3%s

2,6%

1,2%

s6,

3%

3,1%

0,2%

s0,

2%s

1,0%

s

· 36 S

tatis

tici,

wis

kund

igen

, sys

teem

anal

iste

n, iC

t-fu

nctie

s en

ver

wan

te

vaks

peci

alis

ten

3,4%

5,7%

0,

9%

1,0%

s4,

1%r

2,7%

s0,

4%s

2,3%

s0,

8%s

1,7%

s1,

6%s

0%s

38,7

%

8,7%

3,

8%4,

7%r

1,9%

s0,

6%s

1,8%

s

· 37 K

unst

enaa

rs0,

1%0,

1%0,

2%0,

1%0,

1%0,

2%0%

0,1%

0%0,

1%0%

0%0,

3%0%

0,1%

0,1%

0,4%

r0,

0%s

1,0%

· 38 o

verig

e va

kspe

cial

iste

n2,

8%3,

6%r

1,9%

s0,

4%s

3,2%

r3,

0%0,

9%3,

5%r

1,9%

1,1%

s1,

9%0,

2%s

5,5%

r6,

1%

4,8%

r6,

7%

1,4%

s0,

6%s

4,2%

r

· 39 a

kker

bouw

ers

0,1%

0,2%

r0,

0%s

0,5%

r0,

0%s

0,0%

4,5%

0,

2%0,

1%0,

0%0%

0%0%

0%0,

2%0%

0%0%

s0%

· 40 V

eeho

uder

s, p

luim

veeh

oude

rs0,

1%0,

2%r

0,1%

s0,

3%0,

1%0,

2%6,

4%

0,1%

0,1%

0%s

0%0%

0%0%

0,3%

r0,

0%0%

0%s

0,1%

· 41 t

uinb

ouw

ers,

bol

lenk

wek

ers,

boo

mkw

eker

s, h

oven

iers

, e.d

.1,

2%2,

1%r

0,2%

s2,

4%r

1,0%

s0,

9%40

,8%

1,2%

0,7%

0,5%

s0%

s0,

1%s

0%s

0,1%

s2,

7%r

0,5%

s0%

s0,

0%s

0,4%

s

· 42 V

isse

rs, v

iskw

eker

s, ja

gers

, e.d

.0,

0%0,

1%r

0%s

0,0%

0,0%

0,1%

0,4%

r0,

1%r

0%0,

0%0,

1%0%

0%0%

0,0%

0,2%

r0%

0%0%

· 43 o

verig

e ag

raris

che

bero

epen

0,5%

0,7%

r0,

3%s

0,7%

0,5%

0,5%

15,2

%

0,4%

0,3%

0,5%

0%s

0,9%

0%0,

2%0,

6%0,

2%0%

s0%

s1,

1%r

· 44 L

eidi

ngge

vend

e fu

nctie

s5,

6%7,

9%

3,1%

1,

9%s

6,5%

r5,

6%2,

3%s

7,9%

r7,

2%r

5,5%

6,3%

6,3%

8,7%

r9,

8%r

5,4%

6,4%

4,6%

2,8%

s5,

3%· 45 o

verig

e be

roep

en9,

2%9,

7%r

8,6%

s8,

9%9,

4%8,

6%6,

1%11

,0%r

6,3%

s7,

1%s

8,4%

6,4%

s14

,6%r

10,2

%13

,1%r

20,2

%

3,3%

3,

0%

19,8

%

3b.

Ber

oep

of fun

ctie

(in

gedi

kt) [N

=23.1

36]

· 1 a

mba

chte

lijk,

indu

strie

el12

,2%

20,3

%

3,4%

11

,7%

12,0

%13

,9%r

4,5%

41

,5%

57,6

%

14,1

%r

3,7%

9,

7%s

1,4%

1,

8%

8,7%

s2,

5%

1,2%

0,

7%

5,9%

s

· 2 t

rans

port

5,1%

8,7%

1,

0%

3,9%

s5,

1%6,

0%r

4,5%

4,8%

5,2%

4,7%

52,9

%

1,0%

s0,

9%s

0,5%

4,

7%1,

1%s

0,1%

0,

1%

0,8%

· 3 a

dmin

istr

atie

f10

,6%

5,6%

16

,0%

4,3%

11

,8%r

11,5

%6,

8%s

9,2%

s9,

3%8,

4%s

12,2

%4,

3%

10,6

%22

,6%

16,4

%

16,6

%

7,3%

s6,

3%s

10,1

%· 4 C

omm

erci

eel

12,9

%11

,3%s

14,7

%r

29,5

%

10,8

%

6,7%

1,

9%

6,9%

2,

3%

49,6

%

2,2%

3,

7%

13,0

%28

,0%

9,6%

s0,

3%

0,8%

0,

5%

4,6%

· 5 d

iens

tver

lene

nd12

,1%

11,4

%s

12,9

%r

19,4

%

10,7

%s

11,3

%3,

7%

3,4%

2,

0%

2,8%

9,

5%s

66,3

%

3,5%

8,

8%s

19,1

%

35,0

%

2,7%

5,

1%

28,6

%

· 6 G

ezon

dhei

dszo

rg, h

ulpv

erle

ning

15,8

%4,

1%

28,4

%

12,2

%s

16,1

%r

17,5

%r

1,0%

0,

8%

0,1%

3,

1%

0,4%

0,

7%

0,2%

1,

6%

3,2%

1,

7%

1,8%

79

,0%

11,2

%s

· 7 L

eerk

rach

t, do

cent

5,6%

3,8%

s7,

7%r

2,0%

s5,

6%9,

0%r

0%

0,3%

0%

0,

3%

0,1%

0,

0%

0,2%

0,

4%

1,1%

0,

6%

74,3

%

1,0%

3,

9%s

· 8 (Va

k-)s

peci

alis

t8,

8%13

,8%

3,4%

2,

4%

10,4

%r

8,2%

1,7%

12

,0%r

8,9%

3,4%

4,

3%s

0,6%

47

,1%

16,0

%

15,0

%

14,7

%

3,9%

s1,

5%

8,0%

· 9 a

grar

isch

2,0%

3,3%

r0,

6%s

3,9%

r1,

7%s

1,7%

67,3

%

2,1%

1,2%

1,0%

s0,

1%s

1,0%

s0%

s0,

3%s

3,8%

r0,

9%s

0%s

0,0%

s1,

6%· 10 L

eidi

ngge

vend

5,6%

7,9%

3,

1%

1,9%

s6,

5%r

5,6%

2,3%

s7,

9%r

7,2%

r5,

5%6,

3%6,

3%8,

7%r

9,8%

r5,

4%6,

4%4,

6%2,

8%s

5,3%

· 11 o

verig

e be

roep

en9,

2%9,

7%r

8,6%

s8,

9%9,

4%8,

6%6,

1%11

,0%r

6,3%

s7,

1%s

8,4%

6,4%

s14

,6%r

10,2

%13

,1%r

20,2

%

3,3%

3,

0%

19,8

%

4 u

W B

EDR

IjF

4b.

Kun

t u

aang

even

in w

elke

van

ond

erst

aand

e ca

tego

rieën

uw

bed

rijf of

in

stel

ling

het

best

e pa

st?

[N=22.9

17]

· 1 V

oedi

ngs-

en

geno

tmid

dele

nind

ustr

ie4,

0%4,

8%r

3,1%

s7,

0%r

3,5%

s3,

3%s

7,0%

r14

,5%

0,6%

s7,

7%

0,9%

s7,

7%r

0,2%

s0,

3%s

3,4%

0,0%

0,

1%

0,2%

0,

3%s

· 2 a

ardo

lie- e

n ch

emis

che

indu

strie

1,5%

2,4%

r0,

5%s

0,5%

s1,

7%r

1,8%

0%s

6,6%

1,

8%1,

1%s

1,0%

0,2%

s0,

4%s

0%s

2,7%

r0,

1%s

0,1%

s0,

0%s

0,1%

s

· 3 M

etaa

lpro

duct

enin

dust

rie1,

8%3,

1%r

0,5%

s1,

1%s

1,9%

2,3%

r0%

s12

,1%

0,8%

s1,

2%s

0,3%

s0%

s0,

2%s

0%s

1,6%

0%s

0%s

0%s

0,2%

s

· 4 M

etaa

l- en

ele

ktro

nisc

he in

dust

rie2,

5%4,

2%

0,6%

1,

1%s

2,8%

r2,

6%1,

9%11

,0%

10,3

%

2,7%

0,7%

s0%

s0,

4%s

0,3%

s1,

6%s

0,2%

s0,

0%s

0%s

1,0%

s

· 5 M

achi

ne-in

dust

rie1,

2%2,

2%r

0,2%

s0,

9%s

1,3%

1,3%

0,5%

6,2%

1,

3%1,

4%0,

2%s

0%s

0,3%

s0,

6%1,

3%0%

s0,

1%s

0,0%

s0%

s

· 6 a

nder

typ

e in

dust

rie2,

7%3,

9%r

1,3%

s0,

8%s

3,0%

r2,

9%0,

9%14

,1%

2,3%

2,5%

2,0%

0%s

0,9%

s0,

4%s

2,5%

0%s

0,0%

s0,

1%s

0,4%

s

· 7 B

ouw

bedr

ijven

2,0%

3,3%

0,

5%

1,0%

s2,

2%r

2,0%

0%s

1,6%

31,8

%

0,4%

s0,

3%s

0%s

0%s

0,2%

s1,

5%s

0,1%

s0,

1%s

0,1%

s0,

1%s

· 8 B

ouw

inst

alla

tiebe

drijv

en0,

9%1,

5%r

0,1%

s0,

7%1,

0%r

0,4%

s0%

0,6%

15,8

%

0,2%

s0%

s0,

1%s

0,4%

0%s

0,3%

s0,

1%s

0,1%

s0%

s0,

1%s

· 9 a

fwer

king

van

geb

ouw

en0,

6%1,

1%r

0,1%

s0,

7%0,

6%0,

5%0%

1,1%

r7,

7%

0,3%

s0,

3%0%

s0%

s0,

5%0,

5%0%

s0,

1%s

0%s

0%s

· 10 a

nder

typ

e bo

uwbe

drijf

1,0%

1,7%

r0,

3%s

1,2%

1,0%

0,9%

2,6%

r1,

8%r

8,9%

0,

4%s

0,2%

s0%

s0,

3%0,

2%s

1,4%

r0%

s0,

3%s

0%s

0,9%

· 11 a

utoh

ande

l en

-repa

ratie

1,1%

1,8%

r0,

3%s

1,2%

1,1%

1,1%

0%0,

3%s

0%s

5,6%

0%

s0%

s0%

s0,

6%0,

4%s

0%s

0%s

0,0%

s0,

1%s

· 12 G

root

hand

el m

achi

nes

en a

ppar

aten

0,5%

0,8%

r0,

2%s

0,5%

0,5%

0,6%

0%0,

4%0,

7%2,

4%

0,1%

0%s

0,2%

0,1%

0,3%

s0,

1%s

0%s

0%s

0,1%

· 13 W

aren

huiz

en e

n su

perm

arkt

en4,

4%3,

3%s

5,5%

r17

,5%

2,1%

1,

9%s

0%

0,6%

0%

23

,8%

0,9%

s1,

2%s

0%

0,1%

0,

7%

0%

0,1%

0,

2%

0,1%

· 14 a

nder

typ

e gr

oot-

en d

etai

lhan

del

5,9%

5,5%

s6,

3%r

10,0

%

5,6%

s3,

5%s

3,5%

2,5%

s0,

5%

29,7

%

1,9%

s0,

6%

1,1%

1,

2%

1,5%

0,

1%

0,0%

0,

2%

1,0%

· 15 W

egve

rvoe

r (e

xclu

sief

ope

nbaa

r ve

rvoe

r)1,

9%3,

2%r

0,5%

s0,

8%s

2,0%

r2,

4%r

0%s

0,7%

s0,

2%s

0,7%

s30

,8%

0,1%

s0,

2%s

0,3%

s1,

3%s

0,1%

s0,

1%s

0,0%

s0,

1%s

· 16 P

ost

en t

elec

omm

unic

atie

1,2%

1,3%

r1,

0%s

1,4%

1,1%

1,2%

0%0,

3%s

0,8%

0,3%

s13

,9%

0%s

7,6%

0,

1%s

0,8%

s0,

1%s

0%s

0,0%

s0,

5%· 17 a

nder

typ

e ve

rvoe

r en

com

mun

icat

ie1,

6%2,

2%r

1,0%

s0,

6%s

1,7%

r1,

9%0%

s0,

7%s

0,6%

s0,

2%s

23,6

%

0,2%

s2,

7%r

0,4%

s1,

3%0,

1%s

0%s

0,0%

s0,

4%s

· 18 B

ankw

ezen

1,9%

2,1%

r1,

6%s

0,4%

s2,

3%r

1,6%

0%s

0,1%

s0%

s0,

1%s

0%s

0%s

1,1%

42,1

%

0,8%

s0%

s0,

0%s

0%s

0,1%

s

· 19 a

nder

typ

e fin

anci

ële

inst

ellin

gen

1,8%

1,8%

1,9%

0,4%

s2,

2%r

1,6%

0%s

0,0%

s0%

s0,

2%s

0,1%

s0%

s0,

5%s

27,8

%

3,7%

r0,

6%s

0,1%

s0,

0%s

0,9%

s

· 20 C

ompu

ters

ervi

ce e

n in

form

atie

tech

nolo

gie

2,3%

3,7%

r0,

9%s

0,7%

s2,

9%r

1,4%

s0%

s0,

3%s

0,2%

s1,

7%s

0,1%

s0%

s48

,6%

1,3%

s2,

5%0,

3%s

0,2%

s0%

s0,

5%s

· 21 J

urid

isch

e en

eco

nom

isch

e di

enst

verle

ning

1,2%

1,0%

s1,

4%r

0,7%

s1,

4%r

0,9%

0%0%

s0%

s0,

1%s

0%s

0%s

0,2%

s1,

7%6,

5%

0,4%

s0,

1%s

0,0%

s0,

8%· 22 a

rchi

tect

en- e

n in

geni

eurs

bure

aus

0,8%

1,3%

r0,

3%s

0,2%

s0,

9%r

0,9%

0%0,

4%s

0,9%

0,1%

s0%

s0%

s0,

8%0,

5%4,

1%

0,2%

s0%

s0%

s0,

4%· 23 a

nder

typ

e za

kelij

ke d

iens

tver

leni

ng3,

7%3,

8%3,

7%1,

2%s

4,5%

r2,

8%s

0%s

0,8%

s0,

9%s

0,7%

s1,

8%s

1,0%

s6,

1%r

8,0%

15

,7%

0,6%

s1,

1%s

0,3%

4,

5%

Page 68: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

· 24 B

asis

- en

spec

iaal

ond

erw

ijs2,

7%0,

9%

4,6%

1,

1%s

2,7%

4,3%

r0%

s0,

3%s

0%s

0,0%

s0,

1%s

0,5%

s0,

1%s

0,2%

s0,

5%s

0,1%

s36

,2%

0,4%

s0,

6%s

· 25 V

oort

geze

t on

derw

ijs1,

8%1,

7%2,

0%0,

5%s

1,8%

3,4%

r0%

s0,

2%s

0%s

0,1%

s0%

s0,

2%s

0%s

0%s

0,2%

s0,

2%s

25,5

%

0,1%

s0,

4%s

· 26 H

oger

ond

erw

ijs1,

5%1,

4%1,

6%0,

7%s

1,5%

2,1%

r0%

s0%

s0%

s0,

0%s

0%s

0%s

0,1%

s0%

s0,

6%s

0,2%

s19

,7%

0,1%

s0,

8%· 27 a

nder

typ

e on

derw

ijs1,

1%0,

8%s

1,5%

r0,

3%s

1,1%

1,7%

r0%

0,1%

s0%

s0,

1%s

0,1%

s0%

s0,

5%0,

2%s

0,5%

s0,

2%s

11,7

%

0,7%

s1,

5%· 28 Z

ieke

nhui

zen

4,1%

1,9%

6,

4%

1,9%

s4,

4%r

4,7%

r0%

0,

2%

0,1%

0,

3%

0,1%

0,

5%s

0,2%

0,

1%

0,5%

0,

1%

0,6%

s21

,8%

0,1%

· 29 a

nder

typ

e ge

zond

heid

szor

g5,

3%1,

7%

9,2%

2,

6%s

5,7%

r6,

0%r

0%

0,5%

0%

2,

1%s

0,2%

0,

2%

0,5%

2,

1%s

1,2%

0,

7%

0,3%

24

,4%

5,8%

· 30 V

erpl

eeg-

en

verz

orgi

ngsh

uize

n4,

3%0,

8%

8,1%

4,

4%4,

0%s

5,8%

r0%

0,

2%

0%

0,1%

0%

0%

0,

1%

0,1%

0,

5%

0,0%

0,

1%

23,3

%

2,3%

s

· 31 a

nder

typ

e w

elzi

jnsz

org

4,9%

1,3%

8,

7%

4,0%

s5,

0%5,

4%0,

8%s

0,3%

0%

0,

7%

0,1%

0,

1%

0%

0,5%

1,

8%s

0,4%

0,

3%

23,3

%

7,1%

r

· 32 G

emee

nten

, pro

vinc

ies

3,0%

3,1%

2,8%

0,2%

s3,

3%r

4,3%

r0,

5%s

2,5%

0,2%

s0,

0%

0,3%

s0%

s0,

3%s

0,2%

s1,

1%s

34,8

%

0%s

0,5%

s0,

6%s

· 33 M

inis

terie

s1,

4%1,

7%r

1,0%

s0,

4%s

1,4%

2,4%

r0%

0%s

0%s

0,0%

s0,

1%s

0%s

0,3%

s0%

s0,

5%s

18,3

%

0,1%

s0,

2%s

0,4%

s

· 34 J

ustit

ie (ex

clus

ief he

t m

inis

terie

zel

f)0,

5%0,

5%0,

5%0,

1%s

0,6%

0,6%

0%0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

0%s

0,3%

s6,

7%

0%s

0,1%

s0,

2%· 35 P

oliti

e1,

1%1,

4%r

0,8%

s0,

7%s

1,1%

1,3%

0%0,

0%s

0%s

0%s

0,4%

s0%

s0%

s0%

s0,

3%s

14,8

%

0,2%

s0,

1%s

0%s

· 36 a

nder

typ

e op

enba

ar b

estu

ur\o

verh

eid

1,7%

2,1%

r1,

3%s

0,6%

s2,

0%r

1,7%

0%s

0,5%

s0%

s0,

0%s

0,9%

s0,

1%s

0,4%

s0,

6%s

1,9%

16,0

%

0,3%

s0,

4%s

2,6%

r

· 37 C

ultu

ur, s

port

en

recr

eatie

1,5%

1,2%

s1,

8%r

1,9%

r1,

4%1,

5%0,

9%0,

2%s

0,1%

s0,

2%s

0,7%

s4,

1%

1,3%

0,5%

s1,

6%0,

8%s

0,6%

s0,

3%s

21,8

%

· 38 a

nder

typ

e cu

ltuur

en

over

ige

dien

stve

rleni

ng0,

9%0,

8%s

1,1%

r0,

5%s

1,0%

r0,

9%0,

7%0,

5%s

0%s

0,0%

s0,

5%0,

4%1,

8%r

0,1%

s1,

9%r

0,4%

s0,

2%s

0,4%

s9,

5%

· 39 L

andb

ouw, b

osbo

uw e

n vi

sser

ij1,

8%2,

8%r

0,8%

s2,

8%r

1,7%

s1,

6%62

,0%

1,3%

s0,

9%s

1,3%

s0,

6%s

0,1%

s0%

s0,

5%s

3,5%

r0,

4%s

0,2%

s0,

0%s

2,2%

· 40 E

nerg

ie- e

n w

ater

leid

ingb

edrij

ven

0,7%

1,1%

r0,

3%s

0,3%

s0,

7%1,

1%r

0%3,

6%

2,5%

0%

s0,

2%s

0%s

0,5%

0,1%

s0,

9%0%

s0,

1%s

0%s

0,1%

s

· 41 H

orec

a4,

6%4,

3%s

5,0%

r16

,4%

2,7%

1,

8%s

0,8%

s0,

6%

0,5%

1,

3%s

0,5%

80

,7%

0,7%

s1,

4%s

3,9%

s0,

1%

0,1%

0,

3%

4,6%

· 42 o

verig

e be

drijv

en10

,6%

10,4

%10

,8%

10,1

%11

,0%r

9,7%

s18

,0%

12,6

%r

9,3%

10,2

%16

,1%r

2,0%

20

,9%

6,4%

s22

,0%

2,7%

1,

3%

2,5%

26

,5%

4b.

Bed

rijfs

tak

(zel

fger

appo

rtee

rd; in

gedi

kt) [N

=22.9

17]

· 1 in

dust

rie13

,7%

20,6

%

6,2%

11

,5%s

14,1

%r

14,2

%10

,2%

64,4

%

17,2

%r

16,6

%r

5,2%

7,

9%s

2,4%

1,

6%

13,1

%0,

3%

0,3%

0,

4%

2,0%

· 2 B

ouw

nijv

erhe

id4,

5%7,

6%

1,0%

3,

5%s

4,8%

r3,

9%2,

6%5,

0%64

,2%

1,3%

s0,

7%s

0,1%

0,

7%s

1,0%

s3,

7%s

0,1%

0,

6%

0,1%

1,

2%s

· 3 H

ande

l11

,9%

11,4

%s

12,4

%r

29,2

%

9,3%

7,

0%s

3,5%

3,

8%

1,3%

61

,5%

3,0%

1,

8%

1,3%

2,

0%

2,9%

0,

1%

0,1%

0,

4%

1,4%

· 4 V

ervo

er e

n co

mm

unic

atie

4,6%

6,7%

2,

4%

2,8%

s4,

9%r

5,5%

r0%

1,

7%s

1,6%

s1,

2%

68,3

%

0,3%

10

,5%

0,8%

s3,

4%s

0,3%

0,

1%

0,1%

1,

0%s

· 5 F

inan

ciël

e in

stel

linge

n3,

7%3,

9%r

3,4%

s0,

7%s

4,5%

r3,

2%0%

s0,

1%

0%

0,2%

0,

1%

0%

1,6%

s70

,0%

4,5%

r0,

6%s

0,1%

0,

0%

1,0%

s

· 6 Z

akel

ijke

dien

stve

rleni

ng8,

1%9,

7%r

6,3%

s2,

8%

9,7%

r6,

0%s

0%

1,5%

2,

1%

2,5%

1,

9%

1,0%

55

,8%

11,5

%r

28,8

%

1,5%

1,

4%

0,3%

6,

2%· 7 o

nder

wijs

7,1%

4,8%

s9,

6%r

2,6%

7,

1%11

,5%

0%

0,6%

0%

0,

2%

0,2%

0,

7%

0,8%

0,

4%

1,8%

0,

7%

93,1

%

1,3%

3,

3%s

· 8 G

ezon

dhei

ds- e

n w

elzi

jnsz

org

18,6

%5,

8%

32,5

%

12,9

%s

19,0

%r

21,9

%r

0,8%

1,

2%

0,1%

3,

3%

0,4%

0,

8%

0,8%

2,

9%

4,0%

1,

2%

1,3%

92

,8%

15,3

%s

· 9 o

penb

aar

best

uur,

over

heid

7,7%

8,9%

r6,

4%s

2,0%

8,

3%r

10,2

%r

0,5%

3,

1%s

0,2%

0,

1%

1,7%

0,

1%

0,9%

0,

7%

4,1%

s90

,7%

0,6%

1,

2%

3,9%

s

· 10 o

verig

e di

enst

verle

ning

2,4%

1,9%

s2,

9%r

2,4%

2,4%

2,4%

1,6%

0,7%

s0,

1%s

0,2%

s1,

2%s

4,5%

r3,

1%0,

6%s

3,5%

r1,

2%s

0,7%

s0,

7%s

31,3

%

· 11 L

andb

ouw, b

osbo

uw e

n vi

sser

ij1,

8%2,

8%r

0,8%

s2,

8%r

1,7%

s1,

6%62

,0%

1,3%

s0,

9%s

1,3%

s0,

6%s

0,1%

s0%

s0,

5%s

3,5%

r0,

4%s

0,2%

s0,

0%s

2,2%

· 12 E

nerg

ie- e

n w

ater

leid

ingb

edrij

ven

0,7%

1,1%

r0,

3%s

0,3%

s0,

7%1,

1%r

0%3,

6%

2,5%

0%

s0,

2%s

0%s

0,5%

0,1%

s0,

9%0%

s0,

1%s

0%s

0,1%

s

· 13 H

orec

a4,

6%4,

3%s

5,0%

r16

,4%

2,7%

1,

8%s

0,8%

s0,

6%

0,5%

1,

3%s

0,5%

80

,7%

0,7%

s1,

4%s

3,9%

s0,

1%

0,1%

0,

3%

4,6%

· 14 o

verig

e be

drijv

en10

,6%

10,4

%10

,8%

10,1

%11

,0%r

9,7%

s18

,0%

12,6

%r

9,3%

10,2

%16

,1%r

2,0%

20

,9%

6,4%

s22

,0%

2,7%

1,

3%

2,5%

26

,5%

SB

i2008 (br

on: C

BS

-regi

stra

tie -

geco

rrig

eerd

met

zel

frap

port

age)

[N

=23.3

03]

· 1 L

andb

ouw, b

osbo

uw e

n vi

sser

ij (a

: 01-0

3)

1,1%

1,6%

r0,

6%s

2,8%

r0,

8%s

0,8%

100%

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

· 2 W

inni

ng v

an d

elfs

toffen

(B

: 06-0

9)

0,1%

0,2%

r0,

0%s

0,0%

0,1%

0,1%

0%1,

0%

0%0%

s0%

0%0%

0%0%

s0%

0%0%

s0%

· 3 V

erva

ardi

ging

van

voe

ding

smid

dele

n (C

a: 1

0-1

2)

1,6%

2,1%

r1,

2%s

1,6%

1,6%

1,7%

0%s

14,9

%

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

· 4 V

erva

ardi

ging

van

tex

tiel,

kled

ing

en le

er (C

B: 13-1

5)

0,2%

0,2%

0,2%

0%s

0,2%

r0,

2%0%

1,8%

0%

0%s

0%0%

0%0%

0%s

0%0%

0%s

0%· 5 P

rimai

re h

outb

ewer

king

en

verv

aard

igin

g va

n ar

tikel

en v

an h

out

en p

apie

r;

druk

kerij

en (

CC

: 16-1

8)

0,7%

1,1%

r0,

3%s

0,4%

s0,

8%0,

7%0%

6,6%

0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s

· 6 V

erva

ardi

ging

van

cok

esov

enpr

oduc

ten

en a

ardo

lieve

rwer

king

(C

d: 19)

0,1%

0,1%

r0,

0%s

0%0,

1%0,

1%0%

0,7%

0%

0%0%

0%0%

0%0%

0%0%

0%0%

· 7 V

erva

ardi

ging

van

che

mis

che

prod

ucte

n (C

E: 2

0)

0,6%

1,0%

r0,

2%s

0,3%

s0,

7%r

0,6%

0%5,

5%

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

· 8 V

erva

ardi

ging

van

far

mac

eutis

che

gron

dsto

ffen

en

prod

ucte

n (C

F: 2

1)

0,2%

0,2%

0,2%

0,1%

0,2%

r0,

0%s

0%1,

6%

0%0%

s0%

0%0%

0%0%

s0%

0%0%

s0%

· 9 V

erva

ardi

ging

van

pro

duct

en v

an r

ubbe

r, ku

nsts

tof en

ove

rige

niet

-m

etaa

lhou

dend

e m

iner

ale

prod

ucte

n (C

G: 22-2

3)

0,7%

1,2%

r0,

2%s

0,0%

s0,

8%r

0,8%

0%6,

4%

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

· 10 V

erva

ardi

ging

van

met

alen

in p

rimai

re v

orm

en

prod

ucte

n va

n m

etaa

l (g

een

mac

hine

s en

app

arat

en) (C

H: 24-2

5)

1,3%

2,3%

r0,

3%s

0,9%

s1,

4%1,

6%0%

12,3

%

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

· 11 V

erva

ardi

ging

van

com

pute

rs e

n el

ektr

onis

che

en o

ptis

che

appa

ratu

ur

(Ci:

26)

0,3%

0,6%

r0,

1%s

0,1%

s0,

4%0,

4%0%

3,2%

0%

0%s

0%s

0%0%

0%0%

s0%

s0%

s0%

s0%

· 12 V

erva

ardi

ging

van

ele

ktris

che

appa

ratu

ur (C

J: 2

7)

0,3%

0,4%

r0,

1%s

0,1%

s0,

3%r

0,2%

0%2,

5%

0%0%

s0%

0%0%

0%0%

s0%

s0%

s0%

s0%

66

Page 69: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

· 13 V

erva

ardi

ging

van

ove

rige

mac

hine

s en

app

arat

en (C

K: 28)

1,0%

1,7%

r0,

3%s

0,5%

s1,

1%1,

2%0%

9,4%

0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s

· 14 V

erva

ardi

ging

van

aut

o’s,

aan

hang

wag

ens,

opl

egge

rs e

n ov

erig

e tr

ansp

ortm

idde

len

(CL:

29-3

0)

0,5%

0,8%

r0,

1%s

0,4%

0,5%

0,4%

0%4,

3%

0%s

0%s

0%s

0%s

0%0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s

· 15 V

erva

ardi

ging

van

meu

bels

en

over

ige

goed

eren

; re

para

tie e

n in

stal

latie

va

n m

achi

nes

en a

ppar

aten

(C

M: 31-3

3)

2,4%

3,3%

r1,

4%s

1,1%

s2,

5%3,

4%r

0%s

22,0

%

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

· 16 P

rodu

ctie

en

dist

ribut

ie v

an e

n ha

ndel

in e

lekt

ricite

it, a

ardg

as, s

toom

en

geko

elde

luch

t (d

: 35)

0,4%

0,6%

r0,

1%s

0,2%

s0,

4%0,

5%0%

3,2%

0%

s0%

s0%

s0%

0%0%

0%s

0%s

0%s

0%s

0%

· 17 W

inni

ng e

n di

strib

utie

van

wat

er; af

val-

en a

fval

wat

erbe

heer

en

sane

ring

(E: 36-3

9)

0,5%

0,8%

r0,

2%s

0,1%

s0,

6%r

0,6%

0%4,

6%

0%s

0%s

0%s

0%s

0%0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s

· 18 B

ouw

nijv

erhe

id (F:

41-4

3)

4,5%

7,7%

1,

0%

3,6%

s4,

8%r

3,9%

0%

0%

100%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

· 19 H

ande

l in

en r

epar

atie

van

aut

o’s,

mot

orfie

tsen

en

aanh

ange

rs (G

a: 4

5)

1,5%

2,6%

r0,

3%s

1,5%

1,6%

1,3%

0%s

0%s

0%s

8,9%

0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s

· 20 G

root

hand

el e

n ha

ndel

sbem

idde

ling

(GB

: 46)

6,0%

7,9%

r3,

9%s

2,6%

s6,

9%r

5,5%

0%

0%

0%

35,3

%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

· 21 d

etai

lhan

del (

niet

in a

uto’

s) (G

C: 47)

9,5%

6,8%

s12

,4%r

33,0

%

5,7%

4,

0%

0%

0%

0%

55,7

%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

· 22 V

ervo

er e

n op

slag

(H

: 49-5

3)

4,7%

6,9%

2,

3%

2,8%

s4,

9%5,

7%r

0%

0%

0%

0%

100%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

· 23 L

ogie

sver

stre

kkin

g en

eet

- en

drin

kgel

egen

hede

n (i:

55-5

6)

4,1%

3,9%

4,3%

14,2

%

2,5%

1,

7%s

0%

0%

0%

0%

0%

100%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

· 24 u

itgev

erije

n; p

rodu

ctie

, dis

trib

utie

, ver

zorg

en e

n ui

tzen

den

van

film

s en

ra

dio-

en

tele

visi

epro

gram

ma’

s (J

a: 5

8-6

0)

0,7%

0,6%

0,7%

0,5%

0,7%

0,7%

0%0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s21

,8%

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

· 25 t

elec

omm

unic

atie

(JB

: 61)

0,4%

0,5%

0,3%

0,1%

s0,

5%r

0,4%

0%0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s14

,0%

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%· 26 d

iens

tver

lene

nde

activ

iteite

n op

het

geb

ied

van

info

rmat

ie e

n in

form

atie

tech

nolo

gie

(JC

: 62-6

3)

2,0%

3,0%

r0,

9%s

0,6%

s2,

5%r

1,1%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s64

,2%

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

· 27 F

inan

ciël

e in

stel

linge

n (K

: 64-6

6)

3,9%

4,2%

r3,

6%s

0,7%

s4,

7%r

3,8%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

100%

0%

0%

0%

0%

0%

· 28 V

erhu

ur v

an e

n ha

ndel

in o

nroe

rend

goe

d (L

: 68)

0,9%

0,9%

0,8%

0,5%

s0,

9%1,

1%r

0%0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s5,

3%

0%s

0%s

0%s

0%s

· 29 r

echt

skun

dige

die

nstv

erle

ning

en

acco

unta

ncy;

hol

ding

s (g

een

finan

ciël

e);

arch

itect

en e

n in

geni

eurs

(M

a: 6

9-7

1)

4,8%

5,5%

r4,

0%s

1,7%

s5,

6%r

4,2%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

29,7

%

0%

0%

0%

0%

· 30 S

peur

- en

ontw

ikke

lings

wer

k (M

B: 72)

0,5%

0,6%

r0,

3%s

0,1%

s0,

6%r

0,4%

0%0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

0%s

2,9%

0%

s0%

s0%

s0%

s

· 31 r

ecla

me

en m

arkt

onde

rzoe

k; in

dust

rieel

ont

wer

p en

vor

mge

ving

; ve

terin

aire

die

nstv

erle

ning

(M

C: 73-7

5)

1,0%

0,9%

1,0%

0,7%

s1,

1%r

0,6%

s0%

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

5,9%

0%

s0%

s0%

s0%

s

· 32 V

erhu

ur v

an r

oere

nde

goed

eren

en

over

ige

zake

lijke

die

nstv

erle

ning

(N

: 77-8

2)

9,1%

9,6%

r8,

5%s

9,5%

9,4%

r7,

4%s

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

56,2

%

0%

0%

0%

0%

· 33 o

penb

aar

best

uur,

over

heid

sdie

nste

n en

ver

plic

hte

soci

ale

verz

eker

inge

n;

extr

ater

ritor

iale

org

anis

atie

s (o

&u

: 84; 9

9)

6,7%

7,9%

r5,

4%s

1,7%

7,

2%r

9,4%

r0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

10

0%

0%

0%

0,6%

· 34 o

nder

wijs

(P:

85)

6,7%

4,5%

s9,

0%r

2,0%

6,

6%11

,3%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

100%

0%

0%

· 35 G

ezon

dhei

dszo

rg (q

a: 8

6)

6,9%

2,9%

11

,3%

2,9%

s7,

6%r

7,6%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

39,5

%

0%

· 36 V

erpl

egin

g, v

erzo

rgin

g en

beg

elei

ding

met

ove

rnac

htin

g (q

B1: 87)

6,0%

1,6%

10

,9%

5,5%

5,9%

7,1%

r0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

34

,5%

0%

· 37 M

aats

chap

pelij

ke d

iens

tver

leni

ng z

onde

r ov

erna

chtin

g (q

B2: 88)

4,6%

0,8%

8,

6%

3,4%

s4,

6%5,

5%r

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

26,0

%

0%

· 38 C

ultu

ur, s

port

en

recr

eatie

(r

: 90-9

3)

1,4%

1,1%

s1,

8%r

2,4%

r1,

2%s

1,4%

0%0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s41

,1%

· 39 o

verig

e di

enst

verle

ning

(S

: 94-9

6)

1,8%

1,1%

s2,

5%r

1,6%

1,8%

1,9%

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

0%s

50,7

%

· 40 H

uish

oude

ns a

ls w

erkg

ever

(t:

97)

0,3%

0,1%

s0,

5%r

0,1%

s0,

3%0,

4%r

0%0%

s0%

0%s

0%0%

0%0%

0%s

0%s

0%s

0%s

7,6%

SB

i2008 (br

on: C

BS

-regi

stra

tie -

geco

rrig

eerd

met

zel

frap

port

age)

[N

=23.3

03]

· 1 a

(01-0

3). L

andb

ouw, b

osbo

uw e

n vi

sser

ij1,

1%1,

6%r

0,6%

s2,

8%r

0,8%

s0,

8%10

0%0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s0%

s

· 2 B

-E (06-3

9). in

dust

rie (in

cl. de

lfsto

ffen

/nut

s/af

val)

11,0

%16

,6%

4,8%

5,

7%s

11,7

%r

12,7

%r

0%

100%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

· 3 F

(41-4

3). B

ouw

nijv

erhe

id4,

5%7,

7%

1,0%

3,

6%s

4,8%

r3,

9%0%

0%

10

0%0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

· 4 G

(45-4

7).

Gro

ot- e

n de

tailh

ande

l17

,0%

17,3

%16

,7%

37,2

%

14,1

%

10,8

%

0%

0%

0%

100%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

· 5 H

(49-5

3).

Ver

voer

en

opsl

ag4,

7%6,

9%

2,3%

2,

8%s

4,9%

5,7%

r0%

0%

0%

0%

10

0%0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

· 6 i

(55-5

6). H

orec

a4,

1%3,

9%4,

3%14

,2%

2,5%

1,

7%s

0%

0%

0%

0%

0%

100%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

· 7 J

(58-6

3). in

form

atie

en

com

mun

icat

ie3,

1%4,

1%r

2,0%

s1,

2%s

3,7%

r2,

2%s

0%s

0%

0%s

0%

0%s

0%s

100%

0%s

0%

0%s

0%s

0%

0%s

· 8 K

(64-6

6). F

inan

ciël

e in

stel

linge

n3,

9%4,

2%r

3,6%

s0,

7%s

4,7%

r3,

8%0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

10

0%0%

0%

0%

0%

0%

· 9 L

-N (68-8

2). Z

akel

ijke

dien

stve

rleni

ng/o

nroe

rend

goe

d16

,1%

17,6

%r

14,6

%s

12,3

%s

17,6

%r

13,7

%s

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

100%

0%

0%

0%

0%

· 10 o

(84). o

penb

aar

best

uur

6,7%

7,9%

r5,

4%s

1,7%

7,

2%r

9,4%

r0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

10

0%0%

0%

0%

· 11 P

(85). o

nder

wijs

6,7%

4,5%

s9,

0%r

2,0%

6,

6%11

,3%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

100%

0%

0%

· 12 q

(86-8

8). G

ezon

dhei

ds- e

n w

elzi

jnsz

org

17,5

%5,

3%

30,8

%

11,8

%s

18,1

%r

20,2

%r

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

0%

100%

0%

· 13 r

-u (90-9

9). C

ultu

ur, s

port

en

recr

eatie

/ove

rige

dien

stve

rleni

ng3,

5%2,

3%s

4,8%

r4,

1%r

3,3%

s3,

8%0%

s0%

0%

s0%

0%

0%

s0%

s0%

s0%

0%

0%

0%

10

0%

Page 70: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

5 u

W W

ERK

OM

STA

ND

IGH

EDEN

5a.

Moe

t u

geva

arlij

k w

erk

doen

? [N

=23.1

42]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig3,

7%5,

8%

1,4%

3,

1%s

4,1%

r2,

8%s

1,1%

s5,

3%r

8,5%

2,

0%s

6,7%

r1,

9%s

0,2%

s0,

3%s

4,2%

10,4

%

0,5%

s2,

8%s

2,7%

· 2 J

a, s

oms

16,1

%20

,9%

10,7

%

18,0

%r

16,1

%14

,2%s

35,2

%

21,5

%r

36,3

%

11,1

%s

21,7

%r

16,3

%2,

1%

2,0%

13

,4%s

19,9

%r

5,6%

21

,1%r

10,9

%s

· 3 N

ee80

,2%

73,2

%

87,9

%

78,9

%s

79,9

%s

82,9

%r

63,7

%

73,2

%s

55,3

%

86,9

%

71,6

%

81,8

%97

,7%

97,8

%

82,3

%r

69,7

%

93,9

%

76,1

%s

86,5

%r

5b.

doe

t u

wer

k w

aarb

ij u

veel

kra

cht

moe

t ze

tten

? [N

=23.1

38]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig19

,1%

21,2

%r

16,9

%s

31,0

%

17,7

%s

14,1

%s

33,9

%

21,2

%r

31,1

%

26,3

%

24,8

%r

28,1

%

1,6%

1,

3%

14,1

%s

8,3%

3,

5%

26,0

%

13,2

%s

· 2 J

a, s

oms

23,6

%24

,1%r

23,0

%s

38,0

%

20,7

%

22,1

%s

39,1

%

28,1

%r

29,7

%r

31,6

%

24,5

%36

,8%

3,9%

5,

2%

17,0

%s

13,9

%

14,5

%

27,3

%r

26,0

%· 3 N

ee57

,3%

54,7

%s

60,2

%r

31,0

%

61,6

%

63,8

%r

26,9

%

50,7

%s

39,3

%

42,1

%

50,6

%s

35,0

%

94,5

%

93,5

%

68,9

%

77,8

%

82,1

%

46,6

%

60,8

%r

5c1

. M

aakt

u b

ij uw

wer

k ge

brui

k va

n ee

n ge

reed

scha

p, a

ppar

aat

of v

oert

uig

dat

trill

inge

n of

sch

udde

n ve

roor

zaak

t? [N

=23.0

48]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig9,

2%15

,1%

2,7%

10

,2%r

9,2%

8,2%

s22

,5%

17,4

%

28,1

%

9,7%

20,5

%

6,3%

s1,

1%

0,7%

8,

9%6,

9%s

1,6%

3,

4%

5,6%

s

· 2 J

a, s

oms

9,5%

14,3

%

4,2%

12

,8%r

8,9%

s8,

8%29

,1%

18,0

%

28,4

%

10,1

%11

,8%r

8,2%

0,7%

1,

6%

8,5%

s7,

5%s

2,5%

5,

3%s

6,1%

s

· 3 N

ee81

,3%

70,6

%

93,0

%

77,0

%s

81,9

%r

83,0

%r

48,4

%

64,6

%

43,5

%

80,1

%s

67,7

%

85,5

%r

98,1

%

97,7

%

82,5

%r

85,6

%r

95,8

%

91,2

%

88,3

%r

5c2

. d

oet

u w

erk

in e

en o

ngem

akke

lijke

wer

khou

ding

? [N

=23.0

63]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig10

,2%

11,3

%r

9,0%

s11

,8%r

10,2

%8,

9%s

15,8

%r

11,2

%22

,1%

9,9%

10,0

%12

,0%

2,6%

0,

7%

9,4%

6,0%

s4,

1%

14,2

%r

10,7

%· 2 J

a, s

oms

27,9

%27

,2%s

28,7

%r

34,9

%r

26,8

%s

26,4

%s

43,1

%

30,3

%r

35,2

%r

30,4

%r

27,4

%30

,6%

9,6%

11

,5%

20,8

%s

18,2

%

22,6

%s

40,7

%

24,9

%· 3 N

ee61

,8%

61,5

%62

,3%

53,3

%

63,0

%r

64,8

%r

41,1

%

58,6

%s

42,7

%

59,7

%s

62,7

%57

,4%s

87,7

%

87,8

%

69,8

%r

75,8

%

73,4

%

45,0

%

64,4

%5c3

. d

oet

u w

erk

waa

rbij

u he

rhal

ende

bew

egin

gen

moe

t m

aken

? [N

=23.0

71]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig34

,9%

33,9

%s

36,0

%r

47,6

%

33,0

%s

31,5

%s

55,1

%

36,3

%37

,0%

45,0

%

45,1

%

45,0

%

29,9

%s

27,5

%s

36,0

%25

,7%

12,7

%

31,1

%s

34,0

%· 2 J

a, s

oms

22,9

%24

,4%r

21,3

%s

28,6

%r

22,2

%s

20,7

%s

21,9

%25

,6%r

32,7

%

23,6

%22

,4%

31,7

%

15,5

%s

15,7

%s

19,3

%s

20,5

%s

18,7

%s

25,2

%r

22,2

%· 3 N

ee42

,1%

41,6

%42

,7%

23,9

%

44,8

%r

47,8

%r

23,1

%

38,1

%s

30,2

%

31,4

%

32,5

%

23,3

%

54,6

%

56,8

%

44,7

%r

53,8

%

68,6

%

43,7

%r

43,8

%5d.

is e

r op

uw

wer

kple

k zo

veel

law

aai,

dat

u ha

rd m

oet

prat

en

om u

ver

staa

nbaa

r te

mak

en?

[N=23.0

98

]· 1 J

a, r

egel

mat

ig7,

3%10

,8%

3,5%

8,

3%r

7,2%

6,7%

12,4

%r

20,3

%

17,8

%

4,6%

s10

,7%r

8,7%

1,3%

1,

1%

7,5%

3,3%

s4,

4%s

2,3%

7,

9%· 2 J

a, s

oms

17,4

%22

,2%

12,2

%

18,7

%r

17,3

%16

,8%

31,5

%

26,1

%

36,6

%

15,7

%s

22,4

%r

22,9

%r

7,3%

6,

2%

14,7

%s

16,7

%20

,5%r

11,2

%s

16,9

%· 3 N

ee75

,3%

67,0

%

84,3

%

73,0

%s

75,5

%76

,5%

56,1

%

53,7

%

45,6

%

79,6

%r

66,8

%

68,4

%s

91,5

%

92,7

%

77,7

%r

80,0

%r

75,2

%86

,5%

75,2

%5e.

Wan

neer

u w

erkt

in la

waa

i, ge

brui

kt u

dan

geh

oorb

esch

erm

ers,

zo

als

oork

appe

n of

oor

dopj

es?

[N=7.2

56]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig41

,3%

52,6

%

9,3%

37

,6%s

42,6

%r

38,9

%41

,9%

63,2

%

74,3

%

30,4

%

28,1

%

9,1%

27

,4%

20,7

%

44,6

%r

40,8

%11

,4%

8,1%

25

,5%

· 2 J

a, s

oms

18,3

%21

,4%

9,6%

14

,2%s

19,1

%r

18,6

%28

,3%

19,6

%21

,4%r

21,2

%r

20,8

%10

,9%s

20,7

%12

,9%

18,2

%25

,9%

7,8%

7,

8%

15,9

%· 3 N

ee40

,4%

26,0

%

81,1

%

48,2

%r

38,3

%s

42,5

%29

,9%

17,2

%

4,3%

48

,3%r

51,1

%

80,0

%

51,8

%

66,5

%

37,2

%s

33,3

%s

80,8

%

84,1

%

58,6

%

5fa

. W

erkt

u m

et w

ater

of w

ater

ige

oplo

ssin

gen?

[N

=23.0

46] [%

vaa

k-al

tijd]

17,1

%13

,4%

21,1

%

22,0

%r

16,1

%s

16,4

%22

,6%r

15,4

%s

18,5

%9,

7%

6,0%

48

,0%

2,8%

1,

7%

16,3

%6,

7%

5,4%

33

,6%

26,6

%

5fb

. K

rijgt

u t

ijden

s uw

wer

k st

offe

n op

uw

hui

d? (Zo

als

lijm

, ver

f, sc

hoon

maa

kmid

dele

n, g

enee

smid

dele

n, b

estr

ijdin

gsm

idde

len)

[N

=23.0

60] [%

vaa

k-al

tijd]

9,9%

8,4%

s11

,6%r

14,2

%r

9,5%

s8,

0%s

10,8

%10

,4%

11,9

%r

8,2%

s4,

2%

26,0

%

2,0%

1,

4%

10,1

%2,

9%

4,1%

16

,2%

12,4

%r

5fc

. ad

emt

u tij

dens

het

wer

k st

offe

n in

? (Z

oals

dam

p va

n op

losm

idde

l, ui

tlaat

gas,

lasr

ook,

gra

anst

of, s

tof va

n st

een

en b

eton

) [N

=23.0

82] [%

vaa

k-al

tijd]

8,8%

10,6

%r

6,9%

s8,

6%9,

1%r

7,8%

s13

,7%r

14,4

%

18,5

%

8,1%

10,8

%r

8,5%

1,7%

1,

6%

8,7%

5,2%

s3,

7%s

8,8%

10,0

%

5fd

. Kom

t u

in c

onta

ct m

et m

ogel

ijk b

esm

ette

lijke

per

sone

n,

dier

en o

f m

ater

iaal

? [N

=23.0

05] [%

vaa

k-al

tijd]

8,4%

7,9%

s9,

0%r

9,7%

r8,

2%8,

3%15

,3%

8,9%

12,3

%r

7,7%

7,8%

8,4%

1,2%

1,

6%

6,8%

s4,

8%s

5,3%

s14

,7%

7,7%

• 5

g. Z

elfs

tand

ighe

id/a

uton

omie

(sc

haal

: 1=ne

e - 3

=ja

, reg

elm

atig

; 5 it

ems)

[N

=23.2

09] [G

emid

deld

e]

2,45

2,52

2,38

2,17

2,50

2,50r

2,33

2,52r

2,60

2,38s

2,27

2,25

2,73

2,64

2,51r

2,63

2,36s

2,36

2,49r

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um3

33

33

33

33

33

33

33

33

33

• 5

g. Z

elfs

tand

ighe

id/a

uton

omie

(sc

haal

: 1=ne

e - 3

=ja

, reg

elm

atig

; 6 it

ems;

in

cl. 'z

elf tij

den

bepa

len'

) [N

=23.2

02] [G

emid

deld

e]

2,32

2,39

2,26

2,07

2,37

2,36r

2,22

2,37r

2,42r

2,25s

2,14

2,13

2,64

2,56

2,39r

2,54

2,22

2,22

2,36r

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um3

33

33

33

33

33

33

33

33

33

5ga

. K

unt

u ze

lf be

slis

sen

hoe

u uw

wer

k ui

tvoe

rt?

[N=23.1

71]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig59

,6%

63,8

%r

55,0

%s

33,9

%

63,8

%

65,8

%r

51,1

%s

63,4

%r

69,0

%r

53,6

%s

49,3

%

41,6

%

78,9

%

70,2

%

62,2

%r

68,8

%

66,8

%r

52,7

%s

66,0

%r

· 2 J

a, s

oms

27,3

%26

,4%s

28,4

%r

45,8

%

24,9

%s

20,7

%s

28,1

%24

,8%s

27,4

%30

,3%r

28,6

%40

,9%

16,8

%

19,7

%s

24,8

%s

23,4

%s

24,4

%s

31,7

%r

24,1

%s

68

Page 71: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

· 3 N

ee13

,0%

9,8%

16

,6%

20,3

%

11,3

%s

13,6

%20

,7%

11,8

%3,

7%

16,1

%r

22,1

%

17,5

%r

4,3%

10

,1%s

13,0

%7,

8%s

8,8%

s15

,6%r

9,9%

s

5gb

. B

epaa

lt u

zelf

de v

olgo

rde

van

uw w

erkz

aam

hede

n? [N

=23.1

75]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig61

,4%

63,4

%r

59,2

%s

34,3

%

66,1

%

66,7

%r

39,6

%

64,2

%r

68,8

%r

55,2

%s

44,2

%

48,3

%

81,8

%

78,7

%

65,2

%r

73,0

%

63,9

%r

56,5

%s

62,0

%· 2 J

a, s

oms

23,8

%23

,6%

23,9

%38

,4%

21,6

%s

19,2

%s

29,7

%r

21,5

%s

24,7

%26

,4%r

24,1

%30

,5%r

14,0

%

14,8

%

21,1

%s

18,9

%s

23,3

%28

,5%r

23,4

%· 3 N

ee14

,8%

13,0

%s

16,9

%r

27,3

%

12,3

%

14,1

%30

,7%

14,3

%6,

6%

18,4

%r

31,7

%

21,2

%r

4,2%

6,

6%

13,7

%s

8,0%

12

,9%s

15,0

%14

,6%

5gc

. K

unt

u ze

lf uw

wer

ktem

po r

egel

en?

[N=23.1

49]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig56

,8%

60,4

%r

53,0

%s

36,7

%

59,7

%r

63,1

%r

53,8

%64

,0%r

63,8

%r

54,5

%s

48,7

%s

38,6

%

73,6

%

69,4

%

61,7

%r

66,9

%

51,8

%s

46,5

%

60,6

%r

· 2 J

a, s

oms

27,9

%27

,2%s

28,5

%r

39,5

%

26,5

%s

22,7

%s

32,9

%25

,1%s

27,2

%29

,3%r

29,4

%33

,4%r

19,4

%s

23,0

%s

25,5

%s

24,5

%s

26,7

%33

,4%r

25,0

%· 3 N

ee15

,3%

12,4

%s

18,5

%r

23,7

%

13,7

%s

14,2

%s

13,3

%11

,0%s

8,9%

s16

,2%

21,9

%r

28,0

%

7,0%

7,

6%

12,7

%s

8,6%

21

,5%r

20,2

%r

14,4

%5gd

. M

oet

u in

uw

wer

k ze

lf op

loss

inge

n be

denk

en

om b

epaa

lde

ding

en t

e do

en?

[N=23.1

42

]· 1 J

a, r

egel

mat

ig67

,0%

71,7

%

61,9

%

43,0

%

72,0

%

68,5

%r

45,9

%

66,6

%76

,2%

58,5

%

56,9

%

50,0

%

87,9

%

77,2

%

67,4

%78

,6%

80,1

%

65,6

%s

66,8

%· 2 J

a, s

oms

28,4

%24

,7%s

32,4

%r

47,0

%

24,7

%

26,8

%s

40,3

%

26,7

%s

22,9

%s

34,4

%r

36,1

%r

43,1

%

11,0

%

20,9

%s

27,2

%19

,5%

18,9

%

31,4

%r

29,3

%· 3 N

ee4,

6%3,

5%s

5,7%

r10

,1%

3,4%

s4,

6%13

,7%

6,7%

r0,

9%s

7,1%

r7,

0%r

6,8%

r1,

1%s

1,9%

s5,

4%r

1,9%

s1,

0%s

3,0%

s3,

9%5ge

. K

unt

u ve

rlof op

nem

en w

anne

er u

dat

wilt

? [N

=23.1

57]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig48

,8%

54,1

%

43,0

%

40,6

%s

49,8

%r

52,4

%r

64,5

%

58,2

%

54,5

%r

46,5

%s

41,5

%s

39,7

%s

67,8

%

61,9

%

57,0

%r

64,8

%

20,4

%

37,1

%

51,6

%· 2 J

a, s

oms

32,8

%31

,9%s

33,7

%r

39,5

%r

32,4

%28

,1%s

25,8

%s

31,9

%35

,7%r

35,1

%r

37,2

%r

42,1

%

25,6

%s

29,4

%s

30,6

%s

26,5

%s

21,7

%

38,6

%r

30,0

%· 3 N

ee18

,4%

14,0

%

23,3

%

19,9

%r

17,8

%s

19,5

%9,

7%

9,9%

9,

8%

18,4

%21

,3%r

18,2

%6,

7%

8,7%

12

,3%s

8,7%

57

,9%

24,3

%r

18,4

%5gf

. K

unt

u ze

lf be

pale

n op

wel

ke t

ijden

u w

erkt

? [N

=23.1

60]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig22

,0%

24,2

%r

19,5

%s

14,9

%

22,9

%r

24,6

%r

21,0

%18

,9%s

15,4

%s

15,5

%s

15,3

%s

14,1

%s

43,7

%

42,4

%

28,2

%r

40,6

%

15,5

%s

16,0

%s

24,9

%r

· 2 J

a, s

oms

23,3

%22

,9%

23,9

%27

,2%r

23,4

%19

,7%s

25,0

%21

,2%s

18,4

%s

25,7

%r

19,8

%s

25,2

%31

,9%

27,9

%r

22,7

%26

,9%r

19,1

%s

22,4

%23

,3%

· 3 N

ee54

,7%

52,9

%s

56,7

%r

57,9

%r

53,8

%s

55,7

%54

,0%

60,0

%r

66,2

%

58,8

%r

64,9

%

60,7

%r

24,4

%

29,7

%

49,1

%s

32,5

%

65,4

%

61,6

%r

51,8

%5h.

tijd

sdru

k: h

oog

tem

po, h

oge

tijds

druk

(sc

haal

: 1=ne

e - 3

=ja

, reg

elm

atig

; 2

item

s) [N

=22.9

94] [G

emid

deld

e]

2,16

2,17r

2,14s

2,00

2,20

2,09s

1,99

2,07s

2,17

2,06s

2,12

2,24r

2,32

2,32

2,17

2,17

2,30

2,18r

2,03

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um3

33

33

33

33

33

33

33

33

33

5ha

. M

oet

u in

een

hoo

g te

mpo

wer

ken?

[N

=23.0

48]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig36

,4%

35,0

%s

37,9

%r

28,6

%s

38,9

%r

33,1

%s

28,1

%s

29,9

%s

34,9

%32

,3%s

31,6

%s

44,1

%r

44,5

%r

47,3

%

37,2

%33

,6%s

46,0

%

38,9

%r

29,6

%s

· 2 J

a, s

oms

49,8

%51

,3%r

48,2

%s

58,1

%r

48,5

%s

47,7

%s

56,9

%r

51,7

%r

53,7

%r

52,9

%r

50,3

%50

,1%

46,3

%42

,6%s

48,5

%52

,9%r

42,5

%s

48,4

%s

53,3

%r

· 3 N

ee13

,8%

13,7

%13

,9%

13,3

%12

,6%s

19,2

%r

15,0

%18

,4%r

11,4

%s

14,8

%r

18,0

%r

5,7%

9,

2%s

10,1

%s

14,3

%13

,5%

11,5

%s

12,7

%s

17,1

%r

5hb

. M

oet

u on

der

hoge

tijd

sdru

k w

erke

n? [

N=23.0

18]

· 1 J

a, r

egel

mat

ig30

,4%

31,2

%r

29,4

%s

18,8

%

33,2

%r

29,0

%s

18,4

%

26,2

%s

29,6

%24

,6%s

33,7

%r

29,7

%40

,0%

39,1

%r

31,5

%30

,5%

39,6

%

32,0

%r

22,2

%s

· 2 J

a, s

oms

47,8

%49

,5%r

45,9

%s

46,2

%s

48,3

%r

47,0

%47

,3%

49,5

%51

,2%r

45,0

%s

44,1

%s

50,1

%48

,6%

48,3

%48

,1%

53,1

%r

45,9

%46

,7%

49,4

%· 3 N

ee21

,9%

19,3

%s

24,7

%r

35,0

%

18,5

%

24,0

%r

34,3

%

24,3

%r

19,2

%s

30,4

%

22,1

%20

,2%

11,4

%

12,6

%

20,3

%s

16,4

%s

14,5

%s

21,3

%28

,5%r

5i.

taak

eise

n (s

chaa

l: 1=no

oit

- 4=al

tijd;

4 it

ems)

[N

=23.2

09] [G

emid

deld

e]

2,31

2,31

2,31

2,15

2,36

2,26s

2,10

2,24s

2,31

2,25s

2,25s

2,42r

2,45

2,47

2,33r

2,30

2,47

2,31

2,16

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um4

44

44

44

44

44

44

44

44

44

5ia

. M

oet

u er

g sn

el w

erke

n? [N

=23.2

12] [%

vaa

k-al

tijd]

32,3

%31

,8%

32,8

%30

,5%s

33,3

%r

29,8

%s

29,3

%27

,5%s

31,7

%32

,1%

31,6

%48

,1%

42,1

%

42,6

%

34,5

%r

27,4

%s

31,6

%30

,3%s

23,0

%

5ib

. M

oet

u he

el v

eel w

erk

doen

? [N

=23.2

02] [%

vaa

k-al

tijd]

41,6

%41

,3%

41,9

%29

,0%

44,7

%r

40,2

%32

,7%s

37,8

%s

42,3

%37

,1%s

35,0

%s

41,1

%45

,5%r

52,0

%

44,1

%r

41,7

%56

,3%

41,5

%32

,0%

5ic

. M

oet

u ex

tra

hard

wer

ken

[N=23.1

88] [%

vaa

k-al

tijd]

27,4

%27

,1%

27,7

%21

,2%s

29,4

%r

24,9

%s

17,5

%

22,9

%s

27,5

%25

,0%s

23,2

%s

34,7

%r

33,3

%r

36,4

%

28,1

%23

,8%s

38,8

%

27,3

%21

,0%s

5id

. is

uw

wer

k he

ctis

ch?

[N=23.1

67] [%

vaa

k-al

tijd]

36,2

%36

,5%

36,0

%21

,2%

39,9

%

34,6

%s

14,2

%

32,2

%s

33,9

%28

,7%s

35,0

%39

,0%

49,7

%

46,8

%

35,4

%37

,5%

51,4

%

38,9

%r

28,7

%s

5j.

Emot

ione

el z

waa

r w

erk

(sch

aal:

1=no

oit

- 4=al

tijd;

3 it

ems)

[N

=23.1

93] [G

emid

deld

e]

1,67

1,61s

1,73r

1,37

1,72

1,74r

1,42

1,53

1,51

1,46

1,57s

1,43

1,63

1,67

1,58s

1,78r

2,01

2,01

1,69

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um4

44

44

43

44

44

44

44

44

44

5ja

. B

reng

t uw

wer

k u

in e

mot

ione

el m

oeili

jke

situ

atie

s?

[N=23.1

91] [%

vaa

k-al

tijd]

7,7%

6,6%

s8,

9%r

3,9%

s8,

3%r

8,6%

r1,

5%

5,0%

s3,

2%s

3,5%

s6,

2%3,

8%s

5,3%

s5,

0%s

6,3%

s11

,2%r

10,9

%r

16,1

%

8,4%

5jb

. is

uw

wer

k em

otio

neel

vee

leis

end?

[N

=23.1

75] [%

vaa

k-al

tijd]

11,9

%10

,5%s

13,5

%r

6,5%

s12

,6%r

13,8

%r

3,9%

7,

1%s

5,3%

5,

0%

9,4%

s5,

1%

7,2%

s9,

4%s

8,4%

s14

,7%r

22,6

%

25,8

%

11,3

%5jc

. r

aakt

u e

mot

ione

el b

etro

kken

bij

uw w

erk?

[N

=23.1

68] [%

vaa

k-al

tijd]

12,7

%12

,4%

13,0

%8,

8%s

13,2

%r

14,2

%r

11,5

%11

,4%s

9,8%

s9,

6%s

10,5

%s

10,3

%s

12,5

%13

,9%

10,4

%s

11,0

%s

24,2

%

16,3

%r

14,3

%

Page 72: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

5k.

Moe

ilijk

heid

sgra

ad (sc

haal

: 1=no

oit

- 4=

altij

d; 3

item

s)

[N=23.1

93] [G

emid

deld

e]

2,90

2,95r

2,83s

2,51

2,97

2,95r

2,46

2,89

2,98r

2,64

2,96r

2,59

3,17

3,12

2,89

3,04r

3,21

2,96r

2,78s

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um4

44

44

44

44

44

44

44

44

44

5ka

. Ve

reis

t uw

wer

k in

tens

ief na

denk

en?

[N=23.1

90] [%

vaa

k-al

tijd]

53,9

%58

,6%r

48,7

%s

27,1

%

59,2

%

56,1

%r

29,7

%

53,9

%58

,2%r

37,1

%

46,2

%s

28,0

%

77,4

%

75,4

%

57,0

%r

67,7

%

73,0

%

56,2

%r

44,2

%

5kb

. Ve

rgt

uw w

erk

dat

u er

uw

ged

acht

en b

ij ho

udt?

[N

=23.1

74] [%

vaa

k-al

tijd]

80,0

%81

,5%r

78,4

%s

68,7

%

82,4

%r

80,5

%59

,7%

80,6

%85

,1%r

71,6

%

82,8

%r

70,4

%

87,0

%r

88,0

%

78,8

%s

86,0

%r

89,7

%

82,2

%r

76,4

%s

5kc

. Ve

rgt

uw w

erk

veel

aan

dach

t va

n u?

[N

=23.1

79] [%

vaa

k-al

tijd]

71,9

%74

,3%r

69,2

%s

52,3

%

75,3

%

75,4

%r

51,3

%

71,6

%76

,9%r

59,7

%

72,4

%59

,8%

82,3

%

81,5

%

70,0

%s

79,2

%r

87,8

%

76,0

%r

68,7

%s

5l.

inno

vatie

f ve

rmog

en (sc

haal

: 1=no

oit

- 4=al

tijd;

4 it

ems)

[N

=23.1

36] [G

emid

deld

e]

2,25

2,30r

2,19s

2,03

2,30

2,23

2,06

2,28r

2,24

2,10

2,06

2,10

2,57

2,46

2,26

2,30r

2,46

2,26

2,26

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um4

44

44

44

44

44

44

44

44

44

5la

. o

p m

ijn w

erk

wor

den

wer

knem

ers

aang

emoe

digd

om

na

te d

enke

n

over

man

iere

n om

het

wer

k be

ter

te d

oen

[N=23.1

52] [%

vaa

k-al

tijd]

51,8

%52

,0%

51,6

%46

,5%s

53,8

%r

48,1

%s

37,4

%

52,3

%52

,8%

43,8

%s

40,8

%

45,8

%s

65,3

%

67,2

%

51,5

%52

,2%

59,7

%r

56,5

%r

46,4

%s

5lb

. in

mijn

wer

k kr

ijg ik

tijd

om

nie

uwe

idee

ën t

e on

twik

kele

n

[N=23.1

43] [%

vaa

k-al

tijd]

35,1

%37

,1%r

32,9

%s

29,7

%s

36,8

%r

32,8

%s

33,0

%36

,4%

31,4

%s

28,4

%s

26,4

%s

28,7

%s

50,0

%

45,9

%

36,8

%r

37,6

%r

42,9

%r

34,3

%40

,1%r

5lc

. in

mijn

wer

k le

ver

ik e

en d

uide

lijke

bijd

rage

aan

het

bed

enke

n va

n

nieu

we

prod

ucte

n/di

enst

en v

an m

ijn b

edrij

f [N

=23.1

24] [%

vaa

k-al

tijd]

26,7

%30

,4%r

22,7

%s

17,5

%

28,6

%r

26,9

%23

,2%

27,9

%24

,9%

21,5

%s

20,4

%s

21,2

%s

40,3

%

31,6

%r

27,8

%27

,6%

37,7

%

24,3

%s

32,3

%r

5ld

. in

mijn

wer

k le

ver

ik e

en d

uide

lijke

bijd

rage

aan

het

ver

bete

ren

van

prod

ucte

n/di

enst

en v

an m

ijn b

edrij

f [N

=23.0

83] [%

vaa

k-al

tijd]

32,4

%36

,6%r

27,8

%s

21,7

%

34,9

%r

31,5

%30

,3%

36,0

%r

29,1

%s

26,5

%s

25,9

%s

25,6

%s

50,0

%

41,0

%r

33,3

%32

,8%

44,2

%

28,9

%s

35,2

%

5m

a. Z

itten

[%

van

de

wer

ktijd

] [N

=23.1

28] [G

emid

deld

e]

45,4

46,6r

44,1s

21,5

50,0

48,1r

26,9

43,8s

36,9

33,7

55,3

11,6

81,1

77,9

54,9

66,5

46,3

36,5

41,2s

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um10

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

05m

b. S

taan

[%

van

de

wer

ktijd

] [N

=23.1

28] [G

emid

deld

e]

21,7

21,9

21,4

29,9

20,1

20,6s

27,6

24,5r

24,2r

27,7

16,4

35,1

7,97

9,11

17,6

12,8

25,6

21,3

25,7

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um10

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

099

100

100

100

100

100

5m

c. B

eweg

en [%

van

de

wer

ktijd

] [N

=23.1

28] [G

emid

deld

e]

32,9

31,5s

34,4r

48,6

29,9

31,3s

45,5

31,7s

38,9

38,6

28,3s

53,3

10,9

13,0

27,5

20,7

28,0

42,2

33,1

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um10

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

0

6 K

LAN

TEN

EN

CO

LLEG

A’S

6a.

Soc

iale

ste

un le

idin

ggev

ende

(sc

haal

: 1=w

eini

g - 4

=ve

el s

teun

; 4 it

ems)

[N

=22.0

50] [G

emid

deld

e]

2,87

2,87

2,87

3,03

2,85s

2,80s

3,03

2,85

2,86

2,89

2,77s

2,96r

2,97r

2,92r

2,89

2,83s

2,86

2,83s

2,91

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um4

44

44

44

44

44

44

44

44

44

6aa

. M

ijn le

idin

ggev

ende

hee

ft o

og v

oor

het

wel

zijn

van

de

med

ewer

kers

[N

=22.3

71] [%

(he

lem

aal)

mee

een

s]80

,5%

80,2

%80

,9%

86,1

%r

79,6

%s

79,4

%84

,2%

79,8

%80

,1%

79,8

%75

,6%s

80,5

%83

,2%

84,2

%r

79,0

%s

82,6

%r

81,1

%82

,2%r

79,6

%

6ab

. M

ijn le

idin

ggev

ende

bes

teed

t aa

ndac

ht a

an w

at ik

zeg

[N

=22.4

76] [%

(he

lem

aal)

mee

een

s]82

,1%

81,7

%82

,6%

84,0

%r

82,0

%81

,1%

86,6

%80

,5%s

83,2

%80

,4%s

77,2

%s

79,9

%86

,4%r

86,9

%r

80,9

%s

84,6

%r

84,2

%r

83,4

%r

83,5

%

6ac

. M

ijn le

idin

ggev

ende

hel

pt h

et w

erk

geda

an t

e kr

ijgen

[N

=21.5

03] [%

(he

lem

aal)

mee

een

s]66

,5%

68,1

%r

64,7

%s

78,6

%

65,3

%s

59,8

%s

79,3

%

67,7

%73

,0%r

72,0

%r

64,0

%75

,9%

71,2

%r

63,3

%s

69,1

%r

60,3

%s

61,0

%s

57,4

%

68,4

%

6ad

. M

ijn le

idin

ggev

ende

kan

men

sen

goed

late

n sa

men

wer

ken

[N

=21.4

09] [%

(he

lem

aal)

mee

een

s]69

,5%

68,8

%s

70,3

%r

79,7

%

68,0

%s

66,2

%s

78,1

%r

68,3

%71

,7%

69,1

%64

,9%s

73,0

%r

72,9

%69

,2%

70,0

%67

,1%s

68,6

%70

,4%

68,4

%

6b.

Soc

iale

ste

un c

olle

ga’s

(sc

haal

: 1=w

eini

g - 4

=ve

el s

teun

; 4 it

ems)

[N

=22.5

44] [G

emid

deld

e]

3,25

3,21s

3,29r

3,34

3,25

3,17s

3,24

3,17s

3,17s

3,23s

3,14

3,30r

3,29r

3,31r

3,23s

3,23

3,28r

3,34

3,29r

- Min

imum

11

11

11

21

11

11

11

11

11

1- M

axim

um4

44

44

44

44

44

44

44

44

44

6ba

. M

ijn c

olle

ga’s

hel

pen

om h

et w

erk

geda

an t

e kr

ijgen

[N

=22.1

86] [%

(he

lem

aal)

mee

een

s]91

,0%

90,9

%91

,2%

94,3

%r

91,0

%88

,2%s

92,8

%90

,5%

92,3

%91

,5%

88,6

%s

93,6

%r

92,1

%92

,0%

90,3

%91

,3%

87,0

%s

92,5

%r

89,6

%

6bb

. M

ijn c

olle

ga’s

heb

ben

pers

oonl

ijke

bela

ngst

ellin

g vo

or m

e

[N=22.4

01] [%

(he

lem

aal)

mee

een

s]90

,7%

89,2

%s

92,3

%r

91,6

%r

90,8

%89

,4%s

87,6

%87

,3%s

88,2

%s

90,3

%86

,7%s

90,8

%91

,2%

92,2

%89

,6%s

92,0

%93

,9%r

93,7

%r

92,6

%

6bc

. M

ijn c

olle

ga’s

zijn

vrie

ndel

ijk

[N=22.6

78] [%

(he

lem

aal)

mee

een

s]97

,0%

96,7

%s

97,4

%r

97,5

%97

,0%

96,4

%s

97,8

%95

,2%s

96,7

%96

,6%

96,1

%96

,4%

97,8

%98

,0%

96,7

%97

,4%

98,6

%r

98,0

%r

97,9

%

6bd

. M

ijn c

olle

ga’s

zijn

goe

d in

hun

wer

k

[N=22.5

79] [%

(he

lem

aal)

mee

een

s]92

,5%

91,4

%s

93,6

%r

93,1

%92

,3%

92,6

%94

,4%

90,7

%s

94,0

%91

,1%s

90,4

%s

90,9

%95

,3%r

94,8

%r

91,5

%s

92,7

%94

,4%r

94,5

%r

91,8

%

70

Page 73: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

6c.

a. a

fgel

open

12 m

aand

en c

onfli

ct g

ehad

met

één

of m

eer

dire

cte

colle

ga’s

? [N

=23.1

60]

· 1 N

ee76

,8%

74,2

%s

79,6

%r

80,8

%r

74,8

%s

81,2

%r

81,1

%73

,6%s

74,5

%75

,7%

76,9

%72

,0%s

76,7

%78

,6%

77,1

%76

,2%

79,9

%r

79,3

%r

78,1

%· 2 J

a, k

ortd

uren

d21

,1%

23,6

%r

18,5

%s

16,7

%s

23,1

%r

17,0

%s

16,4

%24

,0%r

24,7

%r

22,0

%21

,9%

24,4

%r

21,3

%19

,4%

20,9

%21

,8%

17,9

%s

19,0

%s

18,7

%· 3 J

a, la

ngdu

rig2,

1%2,

2%1,

9%2,

5%2,

0%1,

8%2,

5%2,

4%0,

8%s

2,3%

1,3%

3,6%

r1,

9%2,

0%2,

0%2,

0%2,

3%1,

7%s

3,2%

r

6c.

b. a

fgel

open

12 m

aand

en c

onfli

ct g

ehad

met

uw

dire

ct le

idin

ggev

ende

? [N

=23.1

53]

· 1 N

ee83

,9%

81,2

%s

86,8

%r

87,4

%r

83,2

%s

83,5

%83

,8%

81,9

%s

80,4

%s

80,7

%s

81,2

%s

81,9

%83

,4%

87,0

%r

84,6

%85

,7%r

85,8

%r

87,2

%r

86,3

%· 2 J

a, k

ortd

uren

d14

,1%

16,3

%r

11,6

%s

11,1

%s

14,6

%r

14,4

%15

,6%

15,8

%r

18,3

%r

16,6

%r

16,6

%r

15,5

%14

,1%

11,4

%s

13,9

%12

,0%s

11,5

%s

11,2

%s

12,1

%· 3 J

a, la

ngdu

rig2,

0%2,

5%r

1,5%

s1,

5%s

2,1%

2,2%

0,6%

2,3%

1,2%

2,7%

r2,

3%2,

6%2,

5%1,

6%1,

5%s

2,3%

2,7%

r1,

5%s

1,6%

6c.

c. a

fgel

open

12 m

aand

en c

onfli

ct g

ehad

met

uw

wer

kgev

er?

[N=23.1

22]

· 1 N

ee90

,3%

88,1

%s

92,7

%r

92,3

%r

89,9

%s

90,3

%84

,2%

90,2

%86

,6%s

86,9

%s

88,5

%s

86,0

%s

90,7

%93

,4%r

89,3

%s

94,0

%r

93,2

%r

94,3

%r

89,9

%· 2 J

a, k

ortd

uren

d7,

8%9,

6%r

5,9%

s6,

5%s

8,2%

r7,

6%14

,5%

8,2%

11,9

%r

10,7

%r

9,6%

r10

,8%r

7,4%

5,2%

s8,

5%4,

5%s

5,1%

s4,

6%s

7,7%

· 3 J

a, la

ngdu

rig1,

8%2,

3%r

1,3%

s1,

2%s

1,9%

2,1%

1,3%

1,6%

1,5%

2,4%

r1,

9%3,

2%r

2,0%

1,4%

2,2%

1,6%

1,7%

1,1%

s2,

4%6d.

b/d/

f/h.

inte

rn o

ngew

enst

ged

rag

(incl

. pe

sten

)

[N=23.2

20] [%

enk

ele

keer

t/m

zee

r va

ak]

15,2

%16

,2%r

14,0

%s

11,1

%s

16,0

%r

15,3

%15

,1%

18,1

%r

16,7

%16

,0%

17,4

%r

16,3

%13

,1%

15,2

%14

,3%

17,6

%r

14,1

%12

,8%s

11,5

%s

6d.

a/c/

e/g.

Ext

ern

onge

wen

st g

edra

g (in

cl. pe

sten

)

[N=23.2

09] [%

enk

ele

keer

t/m

zee

r va

ak]

24,0

%18

,9%

29,5

%

28,3

%r

23,4

%s

22,3

%s

3,9%

9,

1%

11,2

%

24,3

%25

,1%

30,8

%r

10,4

%

17,2

%s

17,8

%s

27,7

%r

26,9

%r

43,0

%

21,8

%

6da

. o

ngew

enst

e se

ksue

le a

anda

cht

van

klan

ten

(of pa

tiënt

en, l

eerli

ngen

of

pas

sagi

ers,

e.d

.)?

[N=23.1

92] [%

ja, e

nkel

e ke

er-z

eer

vaak

]5,

3%1,

8%

9,0%

9,

3%

4,9%

s3,

2%s

0%

1,5%

s1,

4%s

5,4%

2,9%

s8,

0%r

1,2%

s1,

8%s

2,9%

s3,

0%s

3,0%

s14

,1%

5,9%

6db

. o

ngew

enst

e se

ksue

le a

anda

cht

van

leid

ingg

even

den

of c

olle

ga’s

? [N

=23.1

98] [%

ja, e

nkel

e ke

er-z

eer

vaak

]1,

8%0,

8%s

3,0%

r2,

3%r

2,0%

r0,

9%s

3,4%

2,1%

0,7%

s2,

0%1,

8%3,

0%r

1,6%

2,0%

2,1%

2,3%

1,6%

1,2%

s1,

8%

6dc

. in

timid

atie

doo

r kl

ante

n (o

f pa

tiënt

en, l

eerli

ngen

of pa

ssag

iers

, e.d

.)?

[N=23.1

82] [%

ja, e

nkel

e ke

er-z

eer

vaak

]19

,4%

16,2

%s

22,9

%r

22,1

%r

19,1

%s

18,5

%2,

4%

6,7%

9,

8%

20,7

%r

21,8

%r

24,4

%r

8,9%

15

,9%s

15,2

%s

24,8

%r

21,8

%r

31,5

%

18,5

%

6dd

. in

timid

atie

doo

r le

idin

ggev

ende

n of

col

lega

’s?

[N

=23.1

94] [%

ja, e

nkel

e ke

er-z

eer

vaak

]10

,7%

12,1

%r

9,1%

s6,

2%s

11,3

%r

12,1

%r

9,3%

12,1

%r

12,3

%10

,6%

13,2

%r

10,0

%9,

2%11

,7%

9,2%

s12

,8%r

11,2

%9,

8%8,

4%s

6de

. Li

cham

elijk

gew

eld

door

kla

nten

(of

pat

iënt

en, l

eerli

ngen

of pa

ssag

iers

, e.

d.)?

[N

=23.1

68] [%

ja, e

nkel

e ke

er-z

eer

vaak

]6,

1%4,

2%s

8,1%

r6,

0%6,

2%5,

6%1,

0%

1,0%

1,

0%

1,8%

4,

5%s

4,2%

s0,

4%

0,5%

2,

0%

10,1

%r

6,4%

20,9

%

2,4%

s

6df

. Li

cham

elijk

gew

eld

door

leid

ingg

even

den

of c

olle

ga’s

?

[N=23.1

94] [%

ja, e

nkel

e ke

er-z

eer

vaak

]0,

6%0,

8%r

0,4%

s1,

2%r

0,5%

0,3%

s1,

9%r

0,8%

0,5%

0,9%

r0,

3%2,

8%

0%s

0,3%

0,3%

s0,

5%0,

2%s

0,2%

s0,

1%

6dg

. Pe

sten

doo

r kl

ante

n (o

f pa

tiënt

en, l

eerli

ngen

of pa

ssag

iers

, e.d

.)?

[N=23.1

71] [%

ja, e

nkel

e ke

er-z

eer

vaak

]5,

8%5,

9%5,

6%6,

5%5,

5%s

6,3%

1,5%

s2,

4%s

2,6%

s5,

7%9,

9%r

8,8%

r3,

8%s

2,6%

s4,

3%s

8,2%

r8,

6%r

7,9%

r4,

3%

6dh

. Pe

sten

doo

r le

idin

ggev

ende

n of

col

lega

’s?

[N

=23.1

56] [%

ja, e

nkel

e ke

er-z

eer

vaak

]7,

1%8,

0%r

6,1%

s5,

6%s

7,6%

r6,

4%4,

9%9,

6%r

7,1%

8,5%

r9,

3%r

7,7%

5,0%

s7,

3%7,

6%7,

7%4,

8%s

4,7%

s4,

9%s

6e.

Ben

t u

in d

e af

gelo

pen

12 m

aand

en p

erso

onlij

k ge

disc

rimin

eerd

op

uw

wer

k? [N

=23.2

01]

· a.

Nee

94,9

%95

,0%

94,9

%94

,5%

94,9

%95

,2%

95,8

%95

,2%

96,9

%r

94,9

%95

,0%

94,7

%95

,5%

94,8

%93

,7%s

94,0

%95

,8%

95,1

%95

,9%

· b.

Ja,

van

weg

e m

ijn g

esla

cht

0,6%

0,3%

s1,

0%r

0,7%

0,7%

0,4%

0,3%

0,6%

0,4%

0,4%

s0,

6%0,

9%1,

2%r

0,5%

1,0%

r0,

3%0,

8%0,

6%0,

5%· c.

Ja,

van

weg

e m

ijn h

uids

kleu

r1,

0%1,

2%r

0,7%

s1,

0%1,

0%0,

7%s

0,5%

1,0%

0,5%

0,9%

1,0%

1,3%

1,0%

0,9%

1,3%

r1,

4%0,

4%s

0,9%

0,9%

· d.

Ja,

van

weg

e m

ijn g

eloo

fsov

ertu

igin

g0,

7%0,

8%r

0,5%

s0,

8%0,

7%0,

3%s

0,5%

0,8%

1,1%

0,9%

r0,

6%0,

1%s

0,4%

1,0%

0,5%

0,7%

0,7%

0,6%

0,4%

· e.

Ja,

van

weg

e m

ijn s

eksu

ele

geaa

rdhe

id/v

oork

eur

0,3%

0,5%

r0,

2%s

0,3%

0,4%

r0,

2%0%

0,6%

r0,

3%0,

4%0,

8%r

0,5%

0,1%

0,4%

0,1%

s0,

5%0,

3%0,

3%0,

1%· f. J

a, v

anw

ege

mijn

leef

tijd

1,3%

1,2%

1,3%

1,7%

r0,

8%s

2,9%

r1,

4%1,

3%0,

7%1,

3%0,

9%0,

8%1,

4%1,

4%1,

5%1,

3%1,

1%1,

4%1,

0%· g.

Ja,

van

weg

e ee

n an

dere

red

en2,

3%2,

4%2,

3%1,

9%2,

6%r

1,7%

s2,

4%2,

3%1,

3%s

2,3%

2,4%

2,3%

1,5%

2,1%

3,0%

r3,

1%r

2,3%

2,2%

1,6%

6f. t

ot w

ie v

oelt

u zi

ch s

eksu

eel a

ange

trok

ken?

[N

=23.1

03]

· 1 a

lleen

tot

vro

uwen

45,0

%85

,0%

1,4%

44

,0%

44,7

%47

,4%r

63,9

%

67,9

%

78,5

%

45,3

%65

,9%

40,4

%s

59,6

%

48,4

%r

49,5

%r

54,0

%r

30,7

%

13,8

%

29,8

%

· 2 V

oora

l tot

vro

uwen

1,7%

2,7%

r0,

5%s

1,2%

s1,

6%2,

1%r

0,5%

2,0%

1,9%

1,3%

2,3%

1,8%

2,6%

r1,

5%1,

7%2,

2%1,

7%1,

3%s

1,1%

· 3 E

venv

eel t

ot v

rouw

en a

ls t

ot m

anne

n0,

7%0,

5%s

0,9%

r1,

1%r

0,6%

s0,

9%0,

7%0,

6%0,

4%0,

8%0,

9%0,

8%0,

3%1,

0%0,

5%0,

5%0,

6%0,

9%1,

5%r

· 4 V

oora

l tot

man

nen

3,5%

0,6%

6,

7%

3,3%

3,6%

3,4%

0,8%

s1,

6%s

0,6%

s3,

2%0,

8%s

3,6%

2,6%

3,1%

2,9%

s3,

4%6,

0%r

6,3%

r5,

0%r

· 5 a

lleen

tot

man

nen

37,0

%2,

2%

75,0

%

42,9

%r

37,9

%r

27,6

%

19,0

%

14,5

%

8,1%

38

,0%

19,3

%

42,8

%r

26,0

%

36,6

%33

,6%s

30,4

%s

49,6

%

63,1

%

46,1

%r

· 6 W

eet

ik n

iet

/ an

ders

0,4%

0,4%

0,5%

0,4%

0,4%

0,7%

r0,

7%0,

7%0%

s0,

4%0,

6%0,

4%0,

5%0%

s0,

8%r

0,3%

0,1%

s0,

4%0,

6%· 7 G

een

antw

oord

11,6

%8,

6%s

15,0

%r

7,3%

s11

,1%s

17,8

%

14,3

%12

,8%

10,4

%11

,0%

10,1

%10

,2%

8,4%

s9,

4%s

11,1

%9,

2%s

11,3

%14

,2%r

16,0

%r

Page 74: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

6f. t

ot w

ie v

oelt

u zi

ch s

eksu

eel a

ange

trok

ken?

[N

=23.1

03]

· 1 u

itslu

itend

tot

het

and

ere

gesl

acht

80,2

%85

,0%

75,0

%

85,0

%r

80,7

%r

73,5

%

81,6

%81

,2%

86,3

%r

81,7

%r

83,3

%r

79,7

%82

,9%

82,8

%r

81,6

%r

82,1

%78

,1%s

74,5

%s

73,9

%s

· 2 V

oora

l tot

het

and

ere

gesl

acht

4,6%

2,7%

s6,

7%r

3,8%

s4,

6%5,

1%1,

3%s

3,3%

s2,

5%s

3,9%

s2,

7%s

4,1%

4,6%

4,2%

3,9%

s4,

7%7,

1%r

6,9%

r5,

6%· 3 E

venv

eel/

wee

t ni

et/

ande

rs1,

2%0,

9%s

1,4%

r1,

4%1,

0%s

1,6%

r1,

4%1,

2%0,

4%s

1,1%

1,6%

1,2%

0,8%

1,0%

1,2%

0,9%

0,7%

1,3%

2,0%

r

· 4 V

oora

l tot

het

eig

en g

esla

cht

0,6%

0,6%

0,5%

0,7%

0,6%

0,4%

0%0,

3%0,

1%s

0,6%

0,5%

1,3%

r0,

6%0,

3%0,

6%0,

8%0,

5%0,

7%0,

5%· 5 u

itslu

itend

tot

het

eig

en g

esla

cht

1,8%

2,2%

r1,

4%s

1,8%

1,9%

1,5%

1,3%

1,1%

s0,

3%s

1,6%

1,9%

3,5%

r2,

7%2,

2%1,

5%2,

4%2,

2%2,

3%r

1,9%

· 6 G

een

antw

oord

11,6

%8,

6%s

15,0

%r

7,3%

s11

,1%s

17,8

%

14,3

%12

,8%

10,4

%11

,0%

10,1

%10

,2%

8,4%

s9,

4%s

11,1

%9,

2%s

11,3

%14

,2%r

16,0

%r

7 C

OM

pu

TER

GEB

Ru

IK

7a.

Hoe

veel

uur

per

dag

wer

kt u

gem

idde

ld a

an e

en b

eeld

sche

rm v

oor

uw

wer

k? (u

ur/d

ag, i

nclu

sief

lapt

op, n

oteb

ook

en t

huis

wer

k)

[N=22.6

77] [G

emid

deld

e]

3,77

3,73

3,81

1,65

4,23

3,76

1,40

3,60s

2,80

3,07

2,98

1,20

7,00

6,60

4,62

5,42

4,07r

3,01

3,52s

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um13

1313

1313

139

1312

1313

913

1313

1313

1313

7b.

Ben

t u

tele

wer

ker?

[N

=22.9

49] [%

ja]

17,1

%19

,3%r

14,7

%s

8,1%

19

,4%r

15,5

%s

4,3%

11

,7%s

13,9

%s

11,3

%s

11,5

%s

4,1%

47

,6%

35,2

%

21,1

%r

26,4

%

24,7

%

12,9

%s

15,8

%

8 A

RB

EID

SO

NG

EVA

LLEN

8a.

Ben

t u

in d

e af

gelo

pen

12 m

aand

en t

ijden

s he

t w

erk

betr

okke

n ge

wee

st b

ij ee

n on

geva

l of vo

orva

l, w

aard

oor

u lic

ham

elijk

lets

el o

f ge

este

lijke

sch

ade

heef

t op

gelo

pen?

[N

=23.2

38]

· 1 J

a, é

én k

eer

5,0%

5,8%

r4,

2%s

6,3%

r4,

9%4,

4%s

9,6%

6,

6%r

6,4%

r4,

6%6,

7%r

9,9%

0,

9%s

1,2%

s4,

6%4,

7%2,

8%s

5,6%

3,3%

s

· 2 J

a, m

eerd

ere

kere

n1,

6%1,

9%r

1,3%

s2,

1%r

1,5%

1,5%

2,6%

1,7%

2,0%

1,3%

1,3%

2,9%

r0,

7%0,

6%s

1,6%

1,8%

0,7%

s2,

1%r

1,6%

· 3 N

ee93

,3%

92,3

%s

94,5

%r

91,6

%s

93,5

%94

,1%r

87,8

%

91,7

%s

91,5

%s

94,1

%r

92,1

%87

,2%

98,4

%

98,2

%

93,8

%93

,4%

96,5

%r

92,3

%s

95,1

%r

8a.

aan

tal o

ngev

alle

n tij

dens

het

wer

k in

de

afge

lope

n 12 m

aand

en

[N=324] [G

emid

deld

e]

4,87

4,46

5,58

4,09

5,15

4,80

6,79

3,72

4,48

5,47

6,58

5,07

2,51

4,65

5,11

3,43

4,58

5,26

3,22

- Min

imum

22

22

22

22

22

23

23

22

22

2- M

axim

um50

5050

1050

1220

1012

5050

123

815

1012

508

8b.

Wel

k so

ort

lets

el h

eeft

u h

ierb

ij op

gelo

pen?

[N

=1.5

15]

· 1 L

icha

mel

ijk le

tsel

70,3

%74

,7%

63,3

%

85,0

%

67,4

%s

63,9

%s

89,4

%

73,9

%86

,2%

77,6

%r

68,2

%80

,1%

45,0

%55

,8%

71,5

%63

,8%

44,2

%

59,9

%

73,1

%· 2 G

eest

elijk

e sc

hade

20,2

%16

,0%

26,8

%

7,9%

22

,1%r

27,7

%

3,2%

18

,1%

9,0%

15

,7%

23,3

%8,

2%

43,5

%44

,2%

16,4

%27

,5%

48,5

%

26,6

%

22,3

%· 3 B

eide

9,5%

9,3%

9,9%

7,1%

10,4

%8,

5%7,

4%8,

1%4,

8%6,

7%8,

4%11

,7%

11,5

%0%

12,1

%8,

6%7,

3%13

,5%r

4,7%

8c.

Hee

ft u

ver

zuim

d al

s ge

volg

van

dit

onge

val/

voor

val?

[N

=1.5

20]

· 1 J

a, e

n ik

ben

nog

ste

eds

niet

aan

het

wer

k5,

8%6,

0%5,

5%1,

5%

7,0%

r5,

9%11

,3%

6,7%

5,6%

6,0%

6,4%

0%

9,1%

18,1

%

8,3%

4,4%

9,9%

4,3%

0%· 2 J

a, m

aar

ik b

en in

mid

dels

wee

r aa

n he

t w

erk

39,6

%43

,2%r

34,0

%s

35,3

%39

,5%

45,7

%r

49,9

%40

,4%

49,9

%

43,2

%48

,3%

37,9

%45

,3%

50,5

%46

,3%r

35,0

%29

,3%

27,1

%

50,3

%· 3 N

ee54

,6%

50,8

%s

60,5

%r

63,2

%

53,5

%48

,5%s

38,8

%52

,8%

44,5

%50

,8%

45,4

%62

,1%

45,6

%31

,4%

45,5

%

60,6

%60

,8%

68,6

%

49,7

%8d.

Hoe

lang

hee

ft u

ver

zuim

d al

s ge

volg

van

dit

onge

val/

voor

val?

(t

el a

lle d

agen

van

beg

in t

ot e

ind

van

het

verz

uim

: oo

k tu

ssen

ligge

nde

vrije

da

gen

en w

eeke

ndda

gen)

[N

=687]

· 1 0

dag

en (m

inde

r da

n 1 v

olle

dige

dag

)5,

2%5,

5%4,

7%9,

2%

4,5%

4,4%

0%6,

8%4,

4%9,

2%

5,2%

10,9

%0%

0%4,

9%0%

4,0%

2,6%

0%· 2 1

, 2 o

f 3 d

agen

19,6

%18

,7%

21,2

%39

,3%

15,7

%

17,2

%43

,5%

14,6

%21

,5%

23,6

%11

,3%

21,0

%0%

9,2%

28,0

%

10,1

%9,

3%18

,2%

5,0%

· 3 4

, 5 o

f 6 d

agen

13,2

%16

,0%

7,6%

17

,8%

12,2

%12

,7%

12,3

%14

,3%

6,3%

12,6

%13

,4%

18,5

%0%

7,5%

14,8

%15

,0%

3,4%

9,5%

37,2

%

· 4 1

tot

2 w

eken

12,5

%11

,2%

15,0

%14

,6%

12,8

%9,

4%0%

22,3

%

18,3

%9,

0%12

,9%

20,1

%0%

8,1%

3,8%

8,

3%23

,7%

14,5

%11

,6%

· 5 2

wek

en t

ot 1

maa

nd16

,2%

16,2

%16

,2%

15,0

%17

,3%

12,7

%33

,8%

10,3

%19

,3%

18,0

%6,

1%17

,6%

42,6

%0%

21,6

%14

,6%

3,3%

15,3

%19

,4%

· 6 1

maa

nd t

ot 6

maa

nden

26,0

%25

,0%

27,8

%4,

0%

30,2

%

28,7

%10

,3%

25,9

%25

,6%

18,8

%43

,0%

11,9

%

19,6

%61

,9%

21,4

%35

,9%

44,3

%

29,8

%26

,8%

· 7 L

ange

r da

n 6 m

aand

en7,

4%7,

4%7,

6%0%

7,

3%15

,0%

0%6,

0%4,

6%8,

8%8,

1%0%

37

,8%

13,3

%5,

6%16

,1%

12,0

%10

,0%

0%- G

emid

deld

e 4,

234,

184,

312,

99

4,42

4,55

3,55

4,16

4,22

3,95

4,65

3,48

5,95

5,38

3,96

5,00

4,94

4,51

4,26

8. ar

beid

song

eval

met

lich

amel

ijk le

tsel

en/

of g

eest

elijk

e sc

hade

met

ve

rzui

m (de

finiti

e m

onito

r ar

beid

song

eval

len)

[Ex

clus

ief w

oon-

wer

kver

keer

] [N

=23.2

10] [%

ja]

2,7%

3,5%

r2,

0%s

2,7%

2,7%

2,8%

7,3%

3,

5%r

4,3%

r2,

6%4,

0%r

4,2%

r0,

8%s

1,2%

s2,

9%2,

5%1,

3%s

2,2%

s2,

4%

8. ar

beid

song

eval

met

lich

amel

ijk le

tsel

en/

of g

eest

elijk

e sc

hade

, én

min

imaa

l 4 d

agen

ver

zuim

(de

finiti

e Eu

rost

at) [E

xclu

sief

woo

n-w

erkv

erke

er]

[N=23.2

10] [%

ja]

2,2%

2,8%

r1,

5%s

1,5%

s2,

3%2,

2%4,

1%r

3,0%

r3,

3%r

1,9%

3,5%

r3,

2%r

0,8%

s1,

1%s

2,0%

2,2%

1,2%

s1,

8%2,

3%

72

Page 75: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

8e.

Waa

r of

doo

r w

ie b

ent

u vo

or d

it on

geva

l/vo

orva

l beh

ande

ld?

[N=1.5

04]

· a.

Nie

t be

hand

eld

29,9

%26

,6%s

34,9

%r

36,0

%r

29,3

%24

,2%

23,2

%26

,2%

23,9

%35

,4%r

26,0

%30

,1%

0%

17,9

%22

,1%s

20,6

%

38,0

%42

,9%

10,7

%

· b.

Bed

rijfs

hulp

verle

ner,

EHB

o'e

r op

het

wer

k11

,5%

14,3

%

7,2%

20

,4%

8,9%

12

,3%

0%

22,3

%

10,6

%9,

0%7,

6%25

,1%

13,0

%4,

9%11

,8%

9,9%

5,7%

4,8%

15

,2%

· c.

Bed

rijfs

arts

12,0

%11

,5%

12,6

%4,

1%

13,3

%r

16,5

%r

3,9%

11,4

%6,

5%9,

2%15

,1%

2,2%

34

,2%

42,4

%

10,5

%27

,2%

19,0

%12

,7%

7,2%

· d.

Hui

sart

s/hu

isar

tsen

post

33,7

%35

,2%

31,4

%26

,3%s

34,5

%39

,7%r

34,2

%33

,6%

40,5

%33

,7%

39,8

%25

,9%

50,3

%38

,0%

47,5

%

33,4

%29

,5%

23,9

%

25,8

%· e.

op

de (sp

oede

isen

de) ee

rste

hulp

afde

ling

van

een

ziek

enhu

is15

,7%

19,2

%

10,4

%

11,8

%s

16,3

%18

,2%

25,6

%14

,9%

21,0

%12

,9%

14,2

%19

,1%

0%22

,6%

18,9

%20

,1%

5,4%

11

,0%s

33,1

%

· f. in

een

zie

kenh

uis

opge

nom

en3,

9%5,

2%r

1,9%

s0,

6%

4,0%

7,9%

3,

5%6,

3%r

7,0%

4,2%

5,3%

1,0%

0%9,

7%4,

4%2,

9%6,

4%1,

4%s

2,0%

· g.

Spe

cial

ist,

verb

onde

n aa

n ee

n zi

eken

huis

(af

spra

ak o

p de

pol

iklin

iek)

12,0

%14

,0%r

8,9%

s4,

1%

13,4

%r

15,7

%9,

8%12

,9%

9,0%

12,5

%12

,5%

5,5%

21

,0%

13,6

%14

,5%

20,3

%

13,1

%8,

5%s

17,0

%· h.

and

ers

16,1

%13

,9%s

19,5

%r

9,6%

18

,3%r

14,5

%3,

7%11

,5%

15,7

%11

,0%s

16,4

%6,

4%

39,2

%

42,2

%

13,5

%23

,6%

20,7

%24

,3%

18,8

%8f. H

oe o

ntst

ond

het

lets

el?

[N=1.5

00]

· 1 E

rgen

s aa

n ge

sned

en, g

esto

ten

18,2

%22

,2%

12,0

%

40,5

%

13,6

%

10,1

%

42,7

%

25,1

%

16,3

%28

,0%

10,3

%43

,1%

0%5,

9%15

,8%

5,7%

5,

7%

7,2%

9,

1%· 2 d

oor

een

voor

wer

p ge

raak

t7,

4%9,

1%r

4,8%

s10

,6%r

6,3%

s8,

0%6,

9%6,

3%10

,8%

9,7%

10,6

%6,

1%13

,0%

10,3

%11

,4%r

1,9%

8,

0%3,

4%s

7,3%

· 3 E

en b

ekne

lling

4,6%

5,9%

r2,

5%s

4,6%

4,2%

6,4%

6,3%

9,9%

4,

3%4,

7%7,

8%1,

9%0%

0%5,

6%2,

3%0%

2,5%

3,4%

· 4 V

al v

an h

oogt

e (t

rap,

ladd

er, s

teig

er, e

.d.)

4,4%

5,6%

r2,

6%s

4,1%

4,0%

6,8%

10,0

%1,

9%22

,4%

4,8%

0%

2,1%

12,0

%4,

4%6,

4%0%

0%

1,4%

s15

,3%

· 5 u

itglij

den,

str

uike

len

of a

nder

e va

l11

,1%

9,6%

s13

,5%r

6,1%

s11

,7%

15,1

%r

12,0

%15

,4%r

10,7

%8,

4%15

,1%

9,2%

8,8%

10,0

%12

,8%

13,8

%12

,2%

6,9%

s19

,1%

· 6 d

oor

iem

and

bedr

eigd

, geb

eten

, ges

chop

t13

,1%

8,1%

20

,9%

5,5%

15

,5%

12,5

%4,

7%2,

6%

0,9%

5,

8%

7,8%

1,8%

0%

0%5,

6%

24,5

%

20,0

%38

,9%

4,1%

· 7 C

onta

ct m

et s

troo

m, h

itte,

kou

, gev

aarli

jke

stof

fen,

law

aai

3,9%

4,3%

3,2%

7,0%

3,

1%s

3,1%

3,9%

3,8%

3,1%

2,7%

0%19

,3%

0%0%

3,4%

3,5%

0%1,

6%s

2,5%

· 8 V

erke

erso

ngev

al o

p de

ope

nbar

e w

eg, t

ijden

s w

erkt

ijd2,

8%4,

1%

0,8%

2,

1%3,

1%2,

6%6,

0%0%

s3,

7%0,

8%s

12,8

%

1,2%

0%0%

4,8%

5,7%

6,0%

1,1%

s0%

· 9 V

erke

erso

ngev

al o

p de

ope

nbar

e w

eg, t

ijden

s w

oon-

wer

kver

keer

1,2%

0,9%

1,6%

0,4%

1,4%

1,5%

0%0,

8%1,

1%0,

3%0%

0%0%

0%4,

1%

1,5%

0%1,

4%0%

· 10 a

nder

s33

,3%

30,2

%s

38,1

%r

19,1

%

37,2

%

33,9

%7,

6%

34,3

%26

,7%

34,8

%35

,6%

15,3

%

66,2

%

69,3

%

30,2

%41

,2%

48,0

%

35,4

%39

,1%

9 A

RB

O-M

AAT

REG

ELEN

9a.

Wer

kdru

k, w

erks

tres

s [N

=23.0

61]

· 1 N

iet

nodi

g, w

ant

het

spee

lt hi

er n

iet

20,2

%20

,5%

19,9

%33

,4%

16,8

%

22,1

%r

37,7

%

19,1

%22

,2%

30,4

%

20,9

%27

,9%

16,2

%s

15,7

%s

23,4

%r

10,4

%

8,8%

12

,1%

30,4

%

· 2 N

iet

nodi

g, e

r zi

jn a

l vol

doen

de m

aatr

egel

en39

,5%

41,6

%r

37,3

%s

42,2

%r

39,3

%38

,1%

40,2

%43

,5%r

43,5

%r

36,2

%s

40,7

%40

,3%

45,9

%r

41,8

%38

,5%

46,2

%r

27,3

%

40,8

%36

,5%

· 3 W

el n

odig

, gen

omen

maa

treg

elen

zijn

onv

oldo

ende

29,3

%27

,5%s

31,4

%r

18,3

%

31,8

%r

29,2

%18

,9%

27,9

%24

,8%s

22,6

%s

27,6

%19

,0%

27,1

%32

,8%r

26,8

%s

33,7

%r

46,1

%

36,2

%r

24,8

%s

· 4 W

el n

odig

, er

zijn

nog

gee

n m

aatr

egel

en10

,9%

10,5

%s

11,4

%r

6,1%

s12

,1%r

10,6

%3,

2%

9,5%

s9,

5%10

,8%

10,7

%12

,7%

10,8

%9,

8%11

,2%

9,7%

17,8

%

10,8

%8,

3%s

9b.

Em

otio

neel

zw

aar

wer

k [N

=22.9

86]

· 1 N

iet

nodi

g, w

ant

het

spee

lt hi

er n

iet

48,2

%49

,7%r

46,5

%s

65,6

%

45,3

%s

44,3

%s

72,2

%

52,6

%r

53,1

%r

66,8

%

51,0

%65

,9%

54,5

%r

50,6

%56

,3%r

32,4

%

29,0

%

22,2

%

56,7

%r

· 2 N

iet

nodi

g, e

r zi

jn a

l vol

doen

de m

aatr

egel

en36

,8%

36,1

%s

37,6

%r

28,0

%

38,5

%r

37,6

%21

,6%

34,9

%s

35,8

%24

,6%

34,9

%24

,2%

32,2

%s

38,1

%31

,0%s

49,5

%

42,4

%r

54,4

%

32,3

%s

· 3 W

el n

odig

, gen

omen

maa

treg

elen

zijn

onv

oldo

ende

11,5

%10

,9%s

12,2

%r

5,2%

12

,3%r

14,1

%r

4,9%

10

,1%s

9,0%

s6,

1%

10,6

%6,

6%s

10,0

%8,

7%s

9,3%

s14

,8%r

21,0

%

18,9

%

8,3%

s

· 4 W

el n

odig

, er

zijn

nog

gee

n m

aatr

egel

en3,

5%3,

3%3,

7%1,

2%s

3,8%

r4,

0%r

1,4%

2,4%

s2,

2%s

2,5%

s3,

5%3,

3%3,

3%2,

7%3,

4%3,

4%7,

6%

4,5%

r2,

7%9c.

rS

i [N

=22.6

10]

· 1 N

iet

nodi

g, w

ant

het

spee

lt hi

er n

iet

44,0

%42

,3%s

45,9

%r

68,0

%

39,0

%

43,1

%63

,7%

41,2

%s

51,0

%r

59,5

%

52,3

%r

69,6

%

19,2

%

18,2

%

38,8

%s

18,7

%

42,2

%44

,5%

47,8

%r

· 2 N

iet

nodi

g, e

r zi

jn a

l vol

doen

de m

aatr

egel

en38

,8%

40,9

%r

36,5

%s

23,8

%

41,4

%r

41,2

%r

23,8

%

42,8

%r

36,7

%26

,6%

32,9

%s

21,3

%

52,7

%

56,8

%

39,0

%58

,4%

38,6

%41

,1%r

37,0

%· 3 W

el n

odig

, gen

omen

maa

treg

elen

zijn

onv

oldo

ende

12,5

%12

,4%

12,7

%5,

8%

14,1

%r

12,0

%8,

5%12

,4%

9,7%

s9,

5%s

11,4

%6,

6%s

19,9

%

19,0

%

15,2

%r

18,2

%r

13,2

%10

,7%s

12,3

%· 4 W

el n

odig

, er

zijn

nog

gee

n m

aatr

egel

en4,

7%4,

4%s

5,0%

r2,

4%s

5,4%

r3,

8%s

4,0%

3,6%

s2,

7%s

4,4%

3,3%

s2,

6%s

8,2%

r6,

0%r

7,0%

r4,

7%6,

1%r

3,8%

s3,

0%s

9d.

Lic

ham

elijk

zw

aar

wer

k [N

=23.0

14]

· 1 N

iet

nodi

g, w

ant

het

spee

lt hi

er n

iet

49,1

%45

,4%s

53,2

%r

40,2

%

50,3

%r

51,9

%r

26,3

%

31,4

%

26,0

%

46,1

%s

40,1

%s

40,6

%s

83,4

%

83,1

%

61,4

%

61,4

%

73,5

%

35,3

%

50,6

%· 2 N

iet

nodi

g, e

r zi

jn a

l vol

doen

de m

aatr

egel

en34

,9%

37,6

%r

32,1

%s

40,6

%r

34,0

%s

33,6

%49

,7%

48,2

%

48,9

%

35,5

%40

,0%r

34,6

%14

,4%

14,5

%

24,8

%

32,4

%s

21,7

%

44,2

%

33,4

%· 3 W

el n

odig

, gen

omen

maa

treg

elen

zijn

onv

oldo

ende

12,8

%13

,6%r

12,0

%s

15,3

%r

12,5

%s

11,7

%s

22,3

%

17,0

%r

20,6

%

14,2

%r

16,5

%r

16,6

%r

2,0%

1,

4%

10,0

%s

5,5%

4,

0%

17,5

%r

13,7

%· 4 W

el n

odig

, er

zijn

nog

gee

n m

aatr

egel

en3,

1%3,

4%r

2,8%

s3,

8%r

3,1%

2,7%

1,7%

3,3%

4,5%

r4,

2%r

3,3%

8,2%

0,

2%s

1,0%

s3,

7%r

0,6%

s0,

9%s

2,9%

2,2%

9e.

Gel

uid

[N=22.9

83]

· 1 N

iet

nodi

g, w

ant

het

spee

lt hi

er n

iet

58,9

%48

,6%

70,2

%

63,7

%r

58,2

%s

57,6

%44

,1%

27,8

%

25,9

%

65,7

%r

49,2

%

63,1

%r

74,5

%

74,7

%

64,8

%r

56,2

%s

68,0

%r

67,9

%

62,9

%r

· 2 N

iet

nodi

g, e

r zi

jn a

l vol

doen

de m

aatr

egel

en31

,5%

39,6

%

22,7

%

29,0

%s

31,9

%32

,4%

41,0

%

55,0

%

62,6

%

26,5

%s

37,6

%r

27,0

%s

18,5

%

18,8

%

26,0

%s

33,8

%r

22,0

%

26,2

%s

28,5

%

· 3 W

el n

odig

, gen

omen

maa

treg

elen

zijn

onv

oldo

ende

7,7%

9,6%

r5,

6%s

5,6%

s8,

0%r

8,1%

11,7

%r

14,4

%

9,4%

r5,

9%s

11,2

%r

7,3%

5,9%

4,7%

s7,

0%8,

3%7,

8%4,

8%s

7,1%

· 4 W

el n

odig

, er

zijn

nog

gee

n m

aatr

egel

en1,

9%2,

2%r

1,6%

s1,

7%1,

9%2,

0%3,

2%2,

8%r

2,1%

1,9%

1,9%

2,7%

1,1%

1,9%

2,2%

1,7%

2,2%

1,0%

s1,

4%

Page 76: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

9g.

intim

idat

ie, a

gres

sie

of g

ewel

d do

or k

lant

en

(of pa

tiënt

en, l

eerli

ngen

of pa

ssag

iers

, e.d

.) [N

=22.9

87]

· 1 N

iet

nodi

g, w

ant

het

spee

lt hi

er n

iet

58,9

%63

,3%r

54,1

%s

61,7

%r

58,4

%s

58,7

%86

,2%

69,6

%

71,2

%

66,4

%r

58,5

%62

,8%r

78,7

%

66,1

%r

70,5

%

39,6

%

47,2

%

33,5

%

67,8

%r

· 2 N

iet

nodi

g, e

r zi

jn a

l vol

doen

de m

aatr

egel

en33

,1%

30,2

%s

36,3

%r

30,6

%s

33,5

%33

,9%

12,8

%

26,9

%s

26,9

%s

27,1

%s

31,3

%30

,0%s

18,0

%

30,6

%24

,1%

48,9

%

41,0

%r

51,1

%

26,0

%s

· 3 W

el n

odig

, gen

omen

maa

treg

elen

zijn

onv

oldo

ende

6,7%

5,4%

s8,

0%r

6,5%

6,7%

6,5%

1,0%

2,

7%s

1,5%

5,

0%s

8,8%

r5,

3%2,

2%s

2,5%

s4,

2%s

10,2

%r

10,4

%r

13,6

%

5,3%

· 4 W

el n

odig

, er

zijn

nog

gee

n m

aatr

egel

en1,

3%1,

0%s

1,5%

r1,

3%1,

4%0,

9%s

0%0,

8%s

0,4%

s1,

5%1,

4%1,

9%1,

1%0,

7%1,

1%1,

3%1,

5%1,

8%r

0,9%

9h.

intim

idat

ie, a

gres

sie

of g

ewel

d do

or le

idin

ggev

ende

(n) of

col

lega

’s

[N=23.0

25]

· 1 N

iet

nodi

g, w

ant

het

spee

lt hi

er n

iet

69,2

%67

,8%s

70,7

%r

76,1

%r

68,3

%s

66,8

%s

82,6

%

64,7

%s

70,2

%75

,5%r

66,4

%s

75,3

%r

78,0

%r

68,5

%75

,1%r

51,8

%

67,6

%62

,9%s

77,0

%r

· 2 N

iet

nodi

g, e

r zi

jn a

l vol

doen

de m

aatr

egel

en25

,2%

26,4

%r

23,8

%s

20,1

%s

25,8

%r

27,4

%r

12,3

%

28,9

%r

25,5

%19

,1%s

27,5

%18

,7%s

17,5

%s

27,4

%19

,7%s

40,4

%

27,2

%31

,6%r

16,2

%

· 3 W

el n

odig

, gen

omen

maa

treg

elen

zijn

onv

oldo

ende

4,2%

4,3%

4,0%

3,1%

s4,

3%4,

6%4,

4%4,

8%3,

2%3,

7%4,

3%4,

2%3,

1%2,

8%s

3,7%

6,3%

r4,

6%4,

1%5,

6%r

· 4 W

el n

odig

, er

zijn

nog

gee

n m

aatr

egel

en1,

4%1,

4%1,

4%0,

7%s

1,6%

r1,

2%0,

7%1,

6%1,

1%1,

7%1,

9%1,

8%1,

4%1,

3%1,

4%1,

5%0,

7%s

1,3%

1,2%

9i.

Gev

aarli

jke

stof

fen

[N=23.0

42]

· 1 N

iet

nodi

g, w

ant

het

spee

lt hi

er n

iet

68,1

%59

,8%

77,2

%

74,0

%r

66,9

%s

67,6

%45

,0%

42,2

%

42,1

%

74,5

%r

60,6

%s

75,4

%r

92,3

%

91,3

%

72,2

%r

68,5

%83

,4%

66,2

%s

73,7

%r

· 2 N

iet

nodi

g, e

r zi

jn a

l vol

doen

de m

aatr

egel

en27

,1%

33,2

%

20,4

%

22,2

%s

28,0

%r

27,7

%45

,6%

47,8

%

47,1

%

21,4

%s

33,6

%r

21,3

%s

7,2%

8,

1%

22,1

%s

27,1

%14

,8%

30,9

%r

22,8

%s

· 3 W

el n

odig

, gen

omen

maa

treg

elen

zijn

onv

oldo

ende

4,0%

5,9%

r2,

0%s

3,3%

s4,

1%4,

1%8,

6%

8,9%

9,

4%

3,2%

s4,

6%2,

0%s

0%

0,5%

s4,

6%r

3,8%

1,5%

s2,

6%s

2,3%

s

· 4 W

el n

odig

, er

zijn

nog

gee

n m

aatr

egel

en0,

8%1,

1%r

0,4%

s0,

5%s

0,9%

r0,

6%0,

8%1,

1%1,

5%r

0,9%

1,2%

1,3%

0,5%

0,1%

s1,

1%r

0,6%

0,3%

s0,

2%s

1,1%

9j.

Veili

ghei

d, b

edrij

fson

geva

llen

[N=22.9

99]

· 1 N

iet

nodi

g, w

ant

het

spee

lt hi

er n

iet

46,1

%39

,8%

53,1

%

45,9

%45

,5%s

48,8

%r

27,7

%

26,1

%

22,7

%

47,2

%36

,1%

44,3

%76

,0%

69,9

%

54,6

%

47,4

%61

,9%

41,0

%s

55,2

%r

· 2 N

iet

nodi

g, e

r zi

jn a

l vol

doen

de m

aatr

egel

en45

,5%

50,1

%r

40,4

%s

45,2

%45

,9%

44,1

%56

,0%

61,7

%

64,8

%

42,9

%s

52,8

%r

45,8

%22

,4%

27,8

%

37,5

%s

45,9

%32

,9%

51,7

%r

38,3

%s

· 3 W

el n

odig

, gen

omen

maa

treg

elen

zijn

onv

oldo

ende

7,1%

8,5%

r5,

4%s

7,2%

7,2%

6,4%

15,1

%

11,3

%r

10,8

%r

7,6%

8,8%

r7,

6%0,

9%

1,6%

6,

2%s

6,1%

4,7%

s6,

5%5,

2%s

· 4 W

el n

odig

, er

zijn

nog

gee

n m

aatr

egel

en1,

4%1,

6%r

1,1%

s1,

7%1,

4%0,

8%s

1,2%

0,9%

s1,

7%2,

3%r

2,2%

r2,

3%r

0,7%

0,6%

1,7%

0,6%

s0,

5%s

0,8%

s1,

3%9k.

Viru

ssen

, bac

terië

n, s

chim

mel

s [N

=22.9

82]

· 1 N

iet

nodi

g, w

ant

het

spee

lt hi

er n

iet

58,4

%61

,9%r

54,6

%s

57,8

%58

,9%r

57,1

%45

,5%

58,0

%64

,4%r

69,5

%

65,5

%r

51,3

%s

84,8

%

79,1

%

68,9

%

55,8

%s

62,2

%r

26,6

%

62,5

%r

· 2 N

iet

nodi

g, e

r zi

jn a

l vol

doen

de m

aatr

egel

en33

,5%

31,1

%s

36,1

%r

35,1

%r

33,0

%s

34,1

%48

,1%

35,1

%30

,7%

24,6

%

27,7

%s

40,4

%r

11,8

%

16,4

%

23,8

%

34,7

%27

,3%s

60,2

%

31,1

%· 3 W

el n

odig

, gen

omen

maa

treg

elen

zijn

onv

oldo

ende

6,4%

5,4%

s7,

5%r

5,9%

6,4%

6,8%

5,8%

5,6%

3,2%

s4,

6%s

5,0%

6,0%

2,0%

s3,

7%s

5,1%

s7,

4%8,

4%r

11,8

%

4,7%

s

· 4 W

el n

odig

, er

zijn

nog

gee

n m

aatr

egel

en1,

6%1,

5%1,

8%1,

2%s

1,7%

2,0%

0,6%

1,3%

1,7%

1,2%

s1,

9%2,

2%1,

4%0,

7%s

2,2%

r2,

1%2,

1%1,

5%1,

6%9l.

is e

r in

uw

bed

rijf of

inst

ellin

g ee

n pr

even

tiem

edew

erke

r of

ar

bo-c

oörd

inat

or?

[N=22.8

81]

· 1 J

a50

,0%

52,1

%r

47,7

%s

23,5

%

53,6

%

58,9

%

29,6

%

60,3

%

57,1

%r

30,8

%

48,8

%20

,3%

45,8

%s

65,3

%

42,3

%s

79,3

%

56,0

%r

62,7

%

35,4

%

· 2 N

ee16

,9%

18,2

%r

15,4

%s

14,8

%s

17,4

%r

16,4

%27

,6%

14,5

%s

20,7

%r

23,7

%

14,9

%26

,2%

19,4

%13

,0%s

22,6

%r

2,9%

13

,3%s

7,2%

31

,5%

· 3 W

eet

ik n

iet

33,2

%29

,8%s

36,9

%r

61,7

%

28,9

%

24,7

%

42,8

%

25,2

%s

22,2

%

45,5

%

36,3

%r

53,5

%

34,8

%21

,6%

35,1

%r

17,8

%

30,7

%s

30,2

%s

33,1

%

10 B

EDR

IjFS

VEI

LIG

HEI

D

10. Ve

iligh

eids

cultu

ur (sc

haal

: 1=w

eini

g-5=

veel

aan

dach

t vo

or v

eilig

heid

;

4 it

ems)

[N

=23.1

05] [G

emid

deld

e]

3,79

3,83r

3,74s

3,76

3,78s

3,88r

3,80

4,05

4,14

3,68s

3,83

3,68s

3,60

3,78

3,77

3,71s

3,52

3,84r

3,80

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um5

55

55

55

55

55

55

55

55

55

10. Ve

iligh

eids

cultu

ur (sc

haal

: 1=w

eini

g-5=

veel

aan

dach

t vo

or v

eilig

heid

;

5 it

ems;

incl

. ‘n

alev

ing

rege

ls’) [N

=23.1

16] [G

emid

deld

e]

3,80

3,84r

3,75s

3,78

3,78s

3,88r

3,82

4,04

4,11

3,70s

3,84

3,70s

3,62

3,79

3,78

3,71s

3,54

3,84r

3,82

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um5

55

55

55

55

55

55

55

55

55

10a.

op

mijn

wer

k w

ordt

er

goed

gel

uist

erd

naar

sug

gest

ies

va

n m

edew

erke

rs o

m d

e ve

iligh

eid

te v

erbe

tere

n

[N=23.1

21] [%

gro

tend

eels

/hel

emaa

l mee

een

s]67

,0%

68,9

%r

65,0

%s

64,2

%s

66,8

%70

,5%r

69,4

%76

,2%

78,9

%

63,0

%s

64,4

%64

,2%

57,5

%

64,6

%63

,9%s

63,1

%s

62,4

%s

71,2

%r

69,5

%

10b.

op

mijn

wer

k kr

ijgen

de

med

ewer

kers

vee

l inf

orm

atie

ove

r ve

ilig

wer

ken

[N=23.1

21] [%

gro

tend

eels

/hel

emaa

l mee

een

s]61

,0%

63,7

%r

58,1

%s

58,3

%s

60,6

%s

65,5

%r

59,3

%74

,9%

81,8

%

55,7

%s

67,1

%r

56,4

%s

45,2

%

57,1

%s

57,8

%s

59,0

%41

,6%

67,6

%r

56,1

%s

10c.

op

mijn

wer

k w

orde

n ve

iligh

eids

prob

lem

en s

nel a

ange

pakt

[N

=23.0

92] [%

gro

tend

eels

/hel

emaa

l mee

een

s]62

,0%

64,3

%r

59,5

%s

63,4

%60

,8%s

65,8

%r

64,9

%72

,6%

76,0

%

60,3

%s

65,0

%r

61,7

%47

,9%

61,9

%60

,7%

58,9

%s

49,6

%

62,2

%62

,1%

10d.

op

mijn

wer

k w

ordt

vei

lig w

erke

n ge

stim

ulee

rd

[N=23.0

88] [%

gro

tend

eels

/hel

emaa

l mee

een

s]70

,2%

72,4

%r

67,8

%s

72,1

%r

69,2

%s

72,4

%r

71,4

%81

,8%

87,0

%

67,7

%s

74,6

%r

66,3

%s

50,8

%

63,9

%s

66,6

%s

67,1

%s

53,7

%

77,2

%r

65,1

%s

10e.

op

mijn

wer

k ho

udt

men

zic

h aa

n de

reg

els

over

vei

lig w

erke

n [N

=23.0

74] [%

gro

tend

eels

/hel

emaa

l mee

een

s]67

,0%

68,8

%r

65,0

%s

68,1

%66

,0%s

70,4

%r

71,9

%74

,5%r

77,5

%

65,7

%70

,2%r

67,3

%54

,2%

65,6

%65

,3%s

62,4

%s

55,8

%

70,1

%r

66,3

%

74

Page 77: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

11 u

W G

EzO

ND

HEI

D

11a.

Wat

vin

dt u

, ove

r he

t al

gem

een

geno

men

, van

uw

gez

ondh

eid?

[1

=S

lech

t-5=u

itste

kend

] [N

=23.1

66]

· 1 S

lech

t0,

7%0,

8%0,

7%0,

4%s

0,7%

1,2%

r0,

5%1,

2%r

0,3%

0,4%

s1,

2%r

0,2%

0,7%

0,9%

1,2%

r0,

6%0,

7%0,

4%s

0,5%

· 2 M

atig

8,2%

7,8%

s8,

7%r

5,3%

s8,

1%11

,7%r

5,9%

10,5

%r

7,5%

7,7%

9,5%

7,6%

6,2%

s7,

1%8,

8%7,

3%8,

9%7,

9%7,

7%· 3 G

oed

47,1

%45

,0%s

49,4

%r

34,6

%

48,0

%r

54,8

%r

44,4

%49

,0%r

50,4

%r

44,3

%s

48,1

%43

,7%s

42,4

%s

43,6

%s

45,0

%s

50,0

%r

49,0

%50

,4%r

46,1

%· 4 Z

eer

goed

29,0

%29

,8%r

28,1

%s

36,0

%r

29,0

%22

,5%s

25,0

%26

,0%s

29,8

%30

,4%r

28,5

%30

,0%

34,3

%r

32,5

%r

28,8

%28

,4%

29,0

%28

,0%

30,0

%· 5 u

itste

kend

14,9

%16

,6%r

13,1

%s

23,6

%

14,3

%s

9,8%

s24

,1%

13,3

%s

12,0

%s

17,3

%r

12,8

%s

18,4

%r

16,5

%16

,0%

16,2

%r

13,6

%12

,4%s

13,2

%s

15,7

%- G

emid

deld

e 3,

493,

54r

3,44s

3,77

3,48s

3,28

3,66r

3,40s

3,46

3,56r

3,42s

3,59r

3,60r

3,56r

3,50

3,47

3,44s

3,46s

3,53

11ba

. N

ek [N

=22.6

26]

· 1 N

ee, n

ooit

44,0

%51

,5%

35,9

%

48,6

%r

42,7

%s

45,3

%49

,2%

50,7

%r

51,0

%r

44,7

%49

,9%r

48,2

%r

40,1

%s

41,3

%43

,6%

41,1

%s

39,4

%s

39,6

%s

40,8

%· 2 E

en e

nkel

e ke

er, m

aar

van

kort

e du

ur31

,4%

30,4

%s

32,6

%r

30,1

%32

,1%r

29,9

%s

33,3

%29

,3%s

32,3

%31

,3%

30,2

%25

,6%s

33,8

%31

,8%

31,6

%31

,9%

31,9

%33

,5%r

30,0

%· 3 E

en e

nkel

e ke

er, l

angd

urig

3,4%

2,8%

s4,

1%r

2,7%

s3,

4%3,

9%0,

8%s

3,1%

2,3%

3,9%

3,0%

3,3%

4,4%

3,0%

3,4%

3,0%

4,1%

3,6%

2,9%

· 4 M

eerd

ere

kere

n, m

aar

stee

ds v

an k

orte

duu

r13

,1%

10,1

%s

16,4

%r

12,1

%13

,6%r

12,3

%13

,2%

10,1

%s

9,1%

s12

,7%

11,2

%13

,1%

14,3

%15

,1%

13,5

%15

,6%r

13,6

%14

,5%r

15,6

%r

· 5 M

eerd

ere

kere

n, la

ngdu

rig8,

0%5,

3%

11,0

%

6,4%

s8,

3%8,

6%3,

5%s

6,8%

s5,

2%s

7,4%

5,8%

s9,

7%7,

4%8,

7%7,

9%8,

4%10

,9%r

8,8%

r10

,7%r

11bb

. S

chou

ders

[N

=22.6

25]

· 1 N

ee, n

ooit

45,5

%52

,4%

37,8

%

55,4

%

43,6

%s

43,9

%s

49,2

%48

,8%r

49,8

%r

48,4

%r

49,5

%r

50,2

%r

45,3

%43

,2%

45,1

%44

,2%

42,5

%s

40,2

%s

41,5

%s

· 2 E

en e

nkel

e ke

er, m

aar

van

kort

e du

ur28

,4%

27,7

%s

29,1

%r

24,7

%s

29,2

%r

28,2

%29

,7%

27,6

%29

,3%

27,2

%29

,5%

23,0

%s

28,0

%28

,9%

28,4

%28

,5%

28,3

%30

,4%r

28,6

%· 3 E

en e

nkel

e ke

er, l

angd

urig

4,7%

4,4%

s5,

1%r

3,9%

s4,

7%5,

6%r

3,9%

5,2%

4,9%

4,3%

3,3%

s5,

2%5,

7%4,

6%5,

1%4,

3%5,

0%5,

0%3,

8%· 4 M

eerd

ere

kere

n, m

aar

stee

ds v

an k

orte

duu

r12

,4%

9,5%

s15

,5%r

9,3%

s13

,1%r

12,2

%10

,0%

10,8

%s

9,3%

s11

,4%s

10,7

%11

,3%

14,2

%13

,9%

12,2

%14

,0%

13,5

%14

,2%r

13,5

%· 5 M

eerd

ere

kere

n, la

ngdu

rig9,

0%5,

9%

12,4

%

6,7%

s9,

3%r

10,1

%r

7,2%

7,6%

s6,

7%s

8,7%

7,0%

s10

,3%

6,8%

s9,

4%9,

1%9,

1%10

,8%r

10,1

%r

12,6

%r

11bc

. ar

men

/elle

boge

n [N

=22.3

72]

· 1 N

ee, n

ooit

69,5

%70

,7%r

68,3

%s

77,0

%r

69,4

%62

,8%s

68,8

%67

,1%s

67,4

%70

,1%

68,2

%70

,8%

71,7

%72

,1%

68,0

%s

69,3

%74

,9%r

70,4

%65

,7%s

· 2 E

en e

nkel

e ke

er, m

aar

van

kort

e du

ur16

,8%

17,5

%r

16,1

%s

15,8

%16

,4%s

19,6

%r

21,5

%r

18,3

%r

18,6

%17

,1%

19,6

%r

16,7

%16

,7%

14,8

%17

,8%

16,4

%13

,3%s

15,3

%s

16,9

%· 3 E

en e

nkel

e ke

er, l

angd

urig

3,6%

3,6%

3,7%

1,9%

s3,

8%r

4,3%

r2,

4%4,

7%r

5,3%

r3,

3%2,

2%s

2,4%

s3,

0%3,

5%3,

8%4,

3%2,

6%s

3,5%

4,3%

· 4 M

eerd

ere

kere

n, m

aar

stee

ds v

an k

orte

duu

r6,

0%5,

3%s

6,8%

r4,

0%s

6,0%

7,7%

r5,

4%5,

5%5,

5%5,

9%6,

3%6,

8%6,

9%5,

7%6,

1%5,

9%4,

7%s

5,9%

8,7%

r

· 5 M

eerd

ere

kere

n, la

ngdu

rig4,

0%3,

0%s

5,2%

r1,

3%s

4,3%

r5,

6%r

1,9%

4,3%

3,2%

3,6%

3,6%

3,3%

1,8%

s4,

0%4,

3%4,

2%4,

4%4,

9%r

4,5%

11bd

. Po

lsen

/han

den

[N=22.3

32]

· 1 N

ee, n

ooit

65,6

%68

,7%r

62,1

%s

69,0

%r

65,5

%62

,6%s

69,7

%65

,4%

63,9

%65

,0%

68,6

%r

60,7

%s

66,4

%68

,2%

64,3

%67

,5%

71,5

%r

64,6

%63

,3%

· 2 E

en e

nkel

e ke

er, m

aar

van

kort

e du

ur19

,4%

19,2

%19

,6%

18,2

%19

,8%r

18,7

%19

,4%

19,1

%24

,0%r

19,3

%19

,6%

21,7

%18

,8%

19,8

%19

,9%

18,5

%15

,3%s

19,2

%19

,2%

· 3 E

en e

nkel

e ke

er, l

angd

urig

3,4%

3,2%

s3,

7%r

4,0%

r3,

3%3,

3%3,

8%3,

7%4,

1%4,

1%r

2,3%

s4,

0%3,

1%2,

1%s

3,4%

3,6%

2,8%

3,1%

3,5%

· 4 M

eerd

ere

kere

n, m

aar

stee

ds v

an k

orte

duu

r7,

3%6,

2%s

8,6%

r6,

3%s

7,2%

8,8%

r4,

2%7,

3%5,

4%s

7,8%

6,5%

9,3%

r9,

6%r

6,5%

7,8%

6,2%

5,8%

s7,

6%8,

4%· 5 M

eerd

ere

kere

n, la

ngdu

rig4,

3%2,

8%s

6,0%

r2,

4%s

4,2%

6,6%

r2,

8%4,

5%2,

7%s

3,8%

2,9%

s4,

3%2,

1%s

3,5%

4,6%

4,1%

4,6%

5,6%

r5,

7%11be

. r

ug [N

=22.8

28]

· 1 N

ee, n

ooit

31,9

%34

,2%r

29,3

%s

31,0

%31

,6%

33,8

%r

32,1

%34

,3%r

27,9

%s

30,5

%32

,4%

26,6

%s

34,9

%37

,8%r

33,3

%r

34,5

%r

35,0

%r

28,2

%s

32,6

%· 2 E

en e

nkel

e ke

er, m

aar

van

kort

e du

ur34

,9%

35,7

%r

34,0

%s

32,8

%s

35,5

%r

34,4

%33

,9%

33,9

%38

,8%r

33,8

%36

,5%

32,9

%34

,0%

34,1

%34

,9%

34,6

%34

,3%

36,6

%r

33,9

%· 3 E

en e

nkel

e ke

er, l

angd

urig

6,2%

6,2%

6,1%

6,2%

6,2%

6,0%

7,5%

6,2%

8,2%

r5,

6%6,

1%7,

1%6,

5%4,

8%6,

6%5,

9%6,

2%6,

2%4,

8%· 4 M

eerd

ere

kere

n, m

aar

stee

ds v

an k

orte

duu

r16

,7%

15,5

%s

18,1

%r

19,5

%r

16,5

%15

,1%s

18,2

%14

,9%s

16,9

%19

,3%r

14,4

%s

19,7

%r

18,0

%13

,8%s

15,4

%s

14,7

%s

14,6

%s

18,2

%r

18,1

%· 5 M

eerd

ere

kere

n, la

ngdu

rig10

,3%

8,4%

s12

,5%r

10,5

%10

,2%

10,6

%8,

3%10

,6%

8,3%

s10

,8%

10,6

%13

,8%r

6,6%

s9,

5%9,

9%10

,3%

10,0

%10

,8%

10,6

%11bf

. H

eupe

n/be

nen/

knie

ën/v

oete

n [N

=22.8

04]

· 1 N

ee, n

ooit

48,7

%50

,3%r

47,0

%s

48,0

%50

,6%r

41,5

%s

46,4

%48

,3%

43,2

%s

45,8

%s

46,7

%40

,4%s

62,1

%

58,7

%

51,9

%r

51,5

%r

51,6

%r

47,0

%s

44,8

%s

· 2 E

en e

nkel

e ke

er, m

aar

van

kort

e du

ur25

,7%

25,9

%25

,4%

26,4

%25

,4%

26,4

%28

,1%

25,9

%27

,5%

26,4

%28

,5%r

27,2

%20

,1%s

22,9

%24

,8%

24,2

%23

,6%

26,8

%26

,1%

· 3 E

en e

nkel

e ke

er, l

angd

urig

5,4%

5,5%

5,2%

6,0%

5,0%

s6,

5%r

7,0%

5,3%

6,9%

r5,

8%5,

6%5,

5%4,

4%3,

4%s

5,6%

5,4%

5,3%

4,8%

6,6%

· 4 M

eerd

ere

kere

n, m

aar

stee

ds v

an k

orte

duu

r11

,1%

10,3

%s

12,0

%r

13,0

%r

10,5

%s

12,3

%r

9,1%

10,7

%12

,6%

12,9

%r

10,1

%16

,9%r

8,0%

s6,

9%s

9,0%

s10

,1%

10,3

%11

,7%

15,2

%r

· 5 M

eerd

ere

kere

n, la

ngdu

rig9,

1%7,

9%s

10,3

%r

6,6%

s8,

6%s

13,4

%r

9,4%

9,8%

9,7%

9,0%

9,1%

9,9%

5,4%

s8,

1%8,

7%8,

7%9,

3%9,

8%7,

3%11c.

Bur

nout

(sc

haal

: 1=no

oit

- 7=el

ke d

ag; 5 it

ems)

[N

=23.2

15] [G

emid

deld

e]

1,98

2,01r

1,95s

1,73

2,03r

2,01

1,85

2,04r

1,91s

1,87s

1,92

1,94

2,06

2,02

1,99

2,00

2,32

1,98

1,83s

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um7

77

77

76

77

77

77

77

77

77

Page 78: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

11c.

Bur

nout

(tw

ee c

ateg

orie

ën) [N

=23.2

15]

· 1 N

ee (sc

ore

3.2

0 o

f la

ger

op s

chaa

l 1 t

/m 7

)87

,6%

87,0

%s

88,4

%r

92,0

%r

87,0

%s

86,5

%s

89,4

%85

,8%s

89,6

%r

88,8

%r

89,1

%88

,3%

87,5

%87

,5%

87,3

%87

,7%

81,5

%

88,4

%91

,6%r

· 2 J

a (s

core

bóv

en 3

.20 o

p sc

haal

1 t

/m 7

)12

,4%

13,0

%r

11,6

%s

8,0%

s13

,0%r

13,5

%r

10,6

%14

,2%r

10,4

%s

11,2

%s

10,9

%11

,7%

12,5

%12

,5%

12,7

%12

,3%

18,5

%

11,6

%8,

4%s

11ca

. ik

voe

l me

emot

ione

el u

itgep

ut d

oor

mijn

wer

k

[N=23.1

65] [%

enk

ele

kere

n pe

r m

aand

-elk

e da

g]12

,5%

12,3

%12

,7%

6,9%

13

,4%r

13,9

%r

7,0%

s12

,6%

8,5%

s10

,1%s

10,3

%s

10,9

%13

,2%

13,9

%12

,9%

13,4

%20

,6%

13,4

%9,

3%s

11cb

. aa

n he

t ei

nde

van

een

wer

kdag

voe

l ik

me

leeg

[N

=23.1

78] [%

enk

ele

kere

n pe

r m

aand

-elk

e da

g]26

,9%

28,8

%r

24,8

%s

18,1

%

28,2

%r

29,7

%r

23,6

%29

,1%r

27,1

%23

,4%s

26,8

%25

,1%

28,7

%26

,7%

26,5

%27

,7%

37,5

%

26,3

%22

,4%s

11cc

. ik

voe

l me

moe

als

ik ’s

mor

gens

ops

ta e

n ge

conf

ront

eerd

wor

d m

et

mijn

wer

k [N

=23.1

94] [%

enk

ele

kere

n pe

r m

aand

-elk

e da

g]15

,5%

16,5

%r

14,4

%s

13,0

%s

16,4

%r

14,1

%s

16,1

%17

,6%r

14,3

%15

,1%

15,4

%15

,7%

16,9

%16

,4%

16,5

%15

,3%

18,5

%r

13,0

%s

12,2

%s

11cd

. H

et v

ergt

hee

l vee

l van

mij

om d

e he

le d

ag m

et m

ense

n te

wer

ken

[N=23.1

64] [%

enk

ele

kere

n pe

r m

aand

-elk

e da

g]8,

9%9,

1%8,

7%5,

7%s

9,3%

r10

,3%r

5,0%

s8,

7%4,

8%s

7,1%

s8,

8%8,

1%9,

4%8,

5%8,

4%9,

5%17

,3%

9,9%

r5,

6%s

11ce

. ik

voe

l me

com

plee

t ui

tgep

ut d

oor

mijn

wer

k

N=23.1

68] [%

enk

ele

kere

n pe

r m

aand

-elk

e da

g]12

,1%

12,9

%r

11,2

%s

11,1

%s

12,1

%13

,0%

11,4

%14

,5%r

12,5

%12

,3%

12,2

%12

,8%

11,1

%11

,1%

12,3

%10

,5%

13,8

%r

10,4

%s

11,0

%

11d.

l. W

at is

uw

leng

te?

[cm

] [N

=23.1

60] [G

emid

deld

e]

176,

018

2,2

169,

217

6,1

176,

3r17

4,7s

179,

017

8,7

181,

417

6,1

179,

017

5,3s

178,

517

7,2r

176,

5r17

7,5r

174,

3s17

1,3

173,

6- M

inim

um14

314

614

314

514

314

515

014

315

014

615

015

015

214

614

515

014

914

814

8- M

axim

um21

421

419

720

521

420

720

020

720

720

820

620

020

320

121

420

520

720

420

211d.

g. W

at is

uw

gew

icht

? [k

g] [N

=23.0

72] [G

emid

deld

e]

77,6

84,3

70,2

70,6

78,6

79,8r

76,2

82,4

84,0

76,1s

83,2

73,0

79,2r

79,5r

78,4r

80,6

75,0s

73,2

73,9

- Min

imum

4042

4042

4044

4245

4642

4345

4547

4044

4440

43- M

axim

um19

319

318

619

318

518

612

518

014

019

318

613

514

317

918

014

518

617

512

911d.

Bod

y M

ass

inde

x (k

g/m

2) [N

=23.0

44

] [G

emid

deld

e]

25,0

25,4

24,5

22,7

25,2r

26,1

23,7

25,8

25,5r

24,5s

25,9

23,7

24,8

25,2

25,1

25,5r

24,6s

24,9

24,5s

- Min

imum

1616

1616

1616

1616

1716

1716

1917

1617

1616

16- M

axim

um65

6365

5665

6036

6345

5853

4345

6057

4565

6142

11d.

Bod

y M

ass

inde

x (k

g/m

2) [N

=23.0

44

]· 1 B

Mi <

18.5

- on

derg

ewic

ht1,

7%1,

2%s

2,3%

r6,

4%

0,9%

s0,

6%s

4,8%

1,

0%s

0,4%

s3,

8%r

0,5%

s3,

1%r

0%s

0,6%

s1,

2%s

0,8%

s1,

6%1,

6%2,

3%· 2 B

Mi 1

8.5

-25 -

norm

aal g

ewic

ht54

,7%

49,4

%

60,7

%

74,2

%

53,3

%s

43,0

%

63,3

%r

45,8

%

47,5

%s

57,2

%r

45,5

%s

68,2

%

57,9

%54

,1%

55,3

%47

,1%s

60,6

%r

57,6

%r

59,1

%r

· 3 B

Mi 2

5-3

0 -

over

gew

icht

33,3

%39

,7%

26,2

%

15,3

%

35,1

%r

42,1

%

25,9

%s

40,7

%r

41,9

%r

30,4

%s

39,4

%r

21,6

%

35,4

%36

,2%

32,5

%41

,9%r

29,5

%s

29,6

%s

29,0

%s

· 4 B

Mi >

=30 -

obes

itas

10,2

%9,

8%s

10,8

%r

4,1%

10

,6%r

14,3

%r

6,0%

s12

,6%r

10,3

%8,

6%s

14,6

%r

7,0%

s6,

7%s

9,1%

11,0

%10

,2%

8,4%

s11

,2%r

9,6%

11e.

Hee

ft u

de

mog

elijk

heid

om

een

bed

rijfs

arts

te

raad

pleg

en?

[N=23.2

04]

· 1 J

a62

,4%

61,1

%s

63,8

%r

30,9

%

67,1

%

71,4

%

37,0

%

69,3

%r

65,0

%40

,8%

65,1

%29

,9%

57,1

%s

75,9

%

52,8

%

93,9

%

76,8

%

78,5

%

49,1

%

· 2 N

ee12

,5%

14,8

%r

9,9%

s19

,5%

10,8

%s

13,0

%29

,8%

11,4

%14

,8%r

20,0

%

10,5

%s

23,3

%

13,8

%10

,3%s

16,8

%r

0,9%

4,

8%

4,2%

19

,6%

· 3 W

eet

ik n

iet

25,2

%24

,1%s

26,3

%r

49,6

%

22,1

%

15,6

%

33,1

%r

19,3

%s

20,2

%s

39,2

%

24,4

%46

,8%

29,1

%r

13,8

%

30,4

%r

5,2%

18

,4%s

17,2

%

31,3

%r

11f. H

eeft

u o

oit

vanw

ege

uw g

ezon

dhei

d co

ntac

t ge

had

met

een

bed

rijfs

arts

? [N

=23.2

16]

· 1 J

a, in

het

afg

elop

en ja

ar11

,0%

10,9

%11

,1%

3,8%

11

,3%r

15,9

%r

6,6%

s14

,7%r

9,9%

8,3%

s13

,9%r

5,2%

s9,

8%13

,1%r

9,4%

s18

,2%

11,3

%11

,5%

6,6%

s

· 2 J

a, la

nger

dan

een

jaar

gel

eden

22,1

%20

,1%s

24,2

%r

3,1%

23

,6%r

32,8

%

14,4

%s

25,0

%r

22,6

%14

,6%

23,4

%10

,7%

19,8

%23

,2%

18,1

%s

31,2

%

28,5

%r

28,5

%r

19,1

%s

· 3 N

ee67

,0%

69,0

%r

64,7

%s

93,1

%

65,0

%s

51,3

%

79,0

%

60,3

%s

67,4

%77

,1%

62,7

%s

84,1

%

70,4

%r

63,7

%s

72,5

%r

50,6

%

60,2

%s

60,1

%s

74,3

%r

11g.

Hee

ft d

e be

drijf

sart

s to

en e

en b

eroe

pszi

ekte

bij

u ge

cons

tate

erd?

[N

=7.5

89] [%

ja]

16,5

%16

,5%

16,4

%13

,3%

16,9

%15

,6%

20,4

%17

,3%

20,4

%r

16,5

%15

,4%

19,5

%18

,8%

16,2

%16

,7%

13,2

%s

15,1

%16

,9%

14,9

%

12 z

IEK

TEVER

zu

IM

12a.

Hee

ft u

de

afge

lope

n 12 m

aand

en w

el e

ens

verz

uim

d? [N

=23.1

99] [%

ja]

47,7

%45

,6%s

50,0

%r

41,2

%s

49,6

%r

45,8

%s

45,3

%47

,9%

39,9

%s

45,1

%s

46,2

%39

,3%s

49,2

%48

,2%

47,3

%55

,1%r

51,1

%r

52,1

%r

40,2

%s

12b.

Hoe

vaa

k he

eft

u ge

dure

nde

de a

fgel

open

12 m

aand

en v

erzu

imd?

(N

iet

verz

uim

d is

0 k

eer.)

[N

=22.9

32] [G

emid

deld

e]

1,05

0,94s

1,18r

0,99

1,04

1,16r

1,06

0,99

0,83s

1,01

0,95

1,09

1,12

1,08

1,00

1,11

1,33r

1,14r

0,95

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um40

4040

4040

4020

4040

4040

4040

4040

4040

4040

12c.

Hoe

veel

wer

kdag

en h

eeft

u d

e af

gelo

pen

12 m

aand

en v

erzu

imd

(alle

en

dage

n w

aaro

p u

norm

aal g

espr

oken

zou

wer

ken)

(N

iet

verz

uim

d is

0 d

agen

.)

[N=22.9

81] [G

emid

deld

e]6,

996,

947,

042,

84

7,02

10,7r

3,77s

8,65r

6,26

5,82s

9,18r

4,56s

6,34

6,21

6,31s

9,69r

7,04

7,62r

5,45s

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um21

521

521

517

221

521

517

221

521

521

521

521

521

521

521

521

521

521

521

5

76

Page 79: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

• A

anta

l te

wer

ken

dage

n in

kal

ende

rjaar

(de

eltij

dgec

orrig

eerd

; fu

lltim

e = 2

15

dage

n) [N

=23.1

85] [G

emid

deld

e]

178,

419

5,6

159,

613

3,3

187,

218

2,7r

164,

419

9,9

203,

016

3,5

194,

614

8,8

198,

818

6,4r

187,

619

0,0

173,

0s16

1,9

170,

0s

- Min

imum

4343

4343

4343

4343

4343

4343

4343

4343

4343

43- M

axim

um21

521

521

521

521

521

521

521

521

521

521

521

521

521

521

521

521

521

521

5• In

divi

duee

l zie

ktev

erzu

impe

rcen

tage

(de

eltij

dgec

orrig

eerd

) [N

=22.9

31]

[Gem

idde

lde]

3,

973,

56s

4,43r

2,27s

3,90

5,83r

2,78

4,41

3,23s

3,60s

4,65

2,84s

3,21

3,37

3,46s

5,25r

4,29

4,71r

3,19

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um10

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

010

012d.

Hee

ft u

zic

h zi

ek g

emel

d te

rwijl

u e

igen

lijk

niet

zie

k (g

enoe

g) w

as?

[afg

elop

en 1

2 m

aand

en] [N

=23.1

05] [%

ja]

2,5%

2,3%

s2,

7%r

4,5%

r2,

3%s

1,5%

s1,

7%2,

4%0,

8%s

3,0%

r1,

3%s

3,6%

r2,

7%2,

4%2,

7%2,

3%3,

8%r

2,2%

1,5%

12d.

Hoe

veel

dag

en h

eeft

u z

ich

ziek

gem

eld

terw

ijl u

eig

enlij

k ni

et z

iek

(gen

oeg)

was

? [N

ooit

= 0

dag

en] [N

=23.0

94] [G

emid

deld

e]

0,11

0,10

0,11

0,09

0,11

0,12

0,01

0,10

0,02

0,09

0,04

0,07

0,32r

0,19

0,10

0,11

0,10

0,12

0,17

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um21

518

021

511

215

172

126

630

510

180

9035

4020

215

172

12e.

Hee

ft u

gew

erkt

ter

wijl

u e

igen

lijk

te z

iek

was

? [a

fgel

open

12 m

aand

en]

[N=22.7

61] [%

ja]

42,0

%39

,7%s

44,6

%r

42,6

%44

,1%r

32,9

%

32,2

%

37,3

%s

38,5

%s

42,9

%38

,4%s

44,1

%41

,9%

39,4

%41

,1%

40,1

%50

,7%r

45,5

%r

39,8

%

12e.

Hoe

veel

dag

en h

eeft

u g

ewer

kt t

erw

ijl u

eig

enlij

k te

zie

k w

as?

[N

ooit

= 0

dag

en] [N

=22.4

86] [G

emid

deld

e]

3,02

3,12

2,92

1,80s

3,27r

3,12

2,22

3,42

3,08

2,70s

3,34

3,12

2,84

3,09

2,86

2,98

3,64r

3,13

2,18s

- Min

imum

00

00

00

00

00

00

00

00

00

0- M

axim

um21

521

521

518

021

521

560

215

215

215

215

160

130

215

215

150

215

215

50

13 D

E LA

ATSTE

KEE

R D

AT u

HEE

FT V

ERz

uIM

D

13a.

Met

wat

voo

r so

ort

klac

hten

hee

ft u

de

laat

ste

keer

ver

zuim

d?

[N=23.0

23]

· 1 r

ugkl

acht

en6,

4%7,

6%r

5,0%

s3,

4%s

6,5%

8,6%

r5,

7%9,

3%r

9,0%

r6,

1%9,

2%r

6,2%

4,4%

s5,

2%5,

7%6,

4%4,

8%s

5,8%

4,6%

s

· 2 K

lach

ten

nek,

sch

oude

rs, a

rmen

, pol

sen,

han

den

4,7%

4,9%

4,4%

3,5%

s4,

5%6,

6%r

10,5

%

5,5%

r7,

1%r

4,7%

4,2%

5,0%

1,8%

s3,

4%4,

4%5,

1%3,

3%s

4,8%

4,3%

· 3 K

lach

ten

heup

, ben

en, k

nieë

n, v

oete

n4,

5%5,

4%r

3,6%

s3,

8%s

4,2%

s6,

6%r

5,8%

5,6%

r6,

3%r

4,4%

7,2%

r5,

4%2,

2%s

2,3%

s4,

5%4,

0%3,

4%s

4,2%

4,2%

· 4 K

lach

ten

hart

- en

vaat

stel

sel

1,1%

1,5%

r0,

6%s

0,1%

s0,

7%s

3,6%

0,

3%2,

0%r

1,4%

0,9%

2,1%

r0,

4%s

1,1%

0,7%

0,8%

1,7%

r1,

2%0,

7%s

1,1%

· 5 P

sych

isch

e kl

acht

en, o

vers

pann

enhe

id, b

urn-

out

3,7%

3,2%

s4,

3%r

1,3%

s4,

1%r

4,0%

0,5%

s4,

1%2,

1%s

3,1%

s3,

4%2,

4%s

4,4%

3,5%

3,5%

4,1%

5,4%

r4,

3%r

3,1%

· 6 V

erm

oeid

heid

of co

ncen

trat

iepr

oble

men

1,8%

1,8%

1,8%

1,7%

1,8%

1,8%

1,6%

1,7%

1,3%

1,4%

1,8%

2,0%

1,5%

2,2%

1,7%

2,6%

r2,

1%1,

9%2,

0%· 7 C

onfli

ct o

p he

t w

erk

0,4%

0,4%

0,4%

0,1%

s0,

4%0,

7%r

0%0,

7%r

0,1%

0,4%

0,1%

0,7%

0,4%

0,4%

0,4%

0,4%

0,5%

0,3%

0,4%

· 8 K

lach

ten

luch

tweg

en2,

5%2,

2%s

2,9%

r1,

8%s

2,5%

3,1%

r1,

6%2,

8%3,

1%1,

9%s

2,9%

1,4%

s1,

9%2,

3%2,

0%s

2,5%

3,3%

r3,

3%r

2,7%

· 9 K

lach

ten

buik

, maa

g of

dar

men

7,6%

6,6%

s8,

8%r

7,6%

8,0%

r6,

3%s

9,5%

5,9%

s4,

9%s

8,1%

5,9%

s3,

4%s

10,0

%r

8,7%

7,1%

6,7%

8,0%

10,2

%r

8,3%

· 10 H

uidk

lach

ten

0,5%

0,5%

0,5%

0,5%

0,4%

s0,

8%r

0%0,

6%0,

2%0,

5%0,

8%0,

2%0,

6%0,

4%0,

4%0,

1%s

0,6%

0,6%

0,8%

· 11 K

lach

ten

oren

of og

en0,

9%1,

0%0,

9%0,

7%0,

9%1,

3%r

0,7%

1,2%

0,5%

0,9%

1,6%

r0,

3%0,

6%0,

6%0,

9%1,

3%1,

1%0,

9%0,

8%· 12 G

riep

of v

erko

udhe

id34

,8%

36,2

%r

33,1

%s

29,6

%s

37,7

%

26,9

%s

30,2

%35

,1%

35,5

%33

,0%s

30,5

%s

28,5

%s

44,4

%

42,0

%r

35,0

%40

,3%r

36,5

%33

,1%s

32,0

%· 13 H

oofd

pijn

4,6%

3,5%

s5,

9%r

5,4%

r4,

8%3,

4%s

1,3%

s3,

5%s

3,4%

4,4%

3,1%

s5,

0%5,

3%4,

8%5,

2%5,

4%6,

7%r

4,8%

4,4%

· 14 K

lach

ten

in v

erba

nd m

et z

wan

gers

chap

1,2%

0,1%

2,

5%

0,5%

s1,

7%r

0,1%

s0,

8%0,

3%s

0,1%

s1,

5%0,

8%0,

9%0,

2%s

0,8%

1,1%

0,7%

s2,

4%r

2,1%

r1,

8%· 15 o

verig

e kl

acht

en7,

5%6,

5%s

8,6%

r6,

0%s

7,5%

9,1%

r7,

7%8,

0%5,

5%s

6,5%

s8,

2%8,

1%7,

3%7,

5%7,

3%8,

0%7,

2%8,

6%r

7,8%

· 16 N

.v.t

., no

g no

oit

verz

uim

d17

,7%

18,7

%r

16,7

%s

34,1

%

14,3

%

17,2

%23

,7%r

13,9

%s

19,5

%22

,3%r

18,2

%30

,0%

14,2

%s

15,1

%s

19,9

%r

10,7

%s

13,5

%s

14,6

%s

21,6

%r

13b.

Hoe

veel

wer

kdag

en h

eeft

u d

eze

laat

ste

keer

ver

zuim

d?

[N=18.5

27] [G

emid

deld

e]

13,4

14,0

12,8

4,15

12,9s

22,7

13,0

16,1r

15,6

11,3s

17,7r

9,57s

11,4

14,6

14,2

13,3

13,5

12,6

11,9

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um99

999

999

936

599

999

973

072

048

099

973

036

536

599

999

950

060

070

040

013c.

Hee

ft u

de

indr

uk d

at d

eze

klac

hten

het

gev

olg

war

en

van

het

wer

k da

t u

deed

? [N

=18.8

09]

· 1 J

a, h

oofd

zake

lijk

gevo

lg v

an m

ijn w

erk

7,7%

8,9%

r6,

5%s

4,2%

s7,

9%9,

5%r

9,8%

9,4%

r12

,3%r

6,0%

s10

,4%r

8,9%

5,8%

4,8%

s8,

8%r

5,8%

s8,

2%7,

2%5,

1%s

· 2 J

a, v

oor

een

deel

gev

olg

van

mijn

wer

k13

,1%

13,4

%12

,9%

11,3

%s

13,3

%13

,8%

12,1

%13

,5%

14,3

%12

,9%

11,6

%15

,2%

11,3

%9,

5%s

13,3

%11

,8%

15,2

%r

13,5

%13

,4%

· 3 N

ee, g

een

gevo

lg v

an m

ijn w

erk

73,2

%71

,7%s

74,9

%r

77,7

%r

73,4

%69

,2%s

69,0

%71

,1%s

66,6

%s

74,3

%70

,5%

68,6

%s

78,5

%r

83,2

%

72,1

%77

,8%r

70,8

%s

73,4

%76

,4%

· 4 W

eet

niet

5,9%

6,1%

5,7%

6,9%

r5,

4%s

7,5%

r9,

1%6,

0%6,

8%6,

8%r

7,5%

r7,

4%4,

4%2,

5%s

5,8%

4,6%

s5,

8%5,

9%5,

0%

Page 80: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

13d.

Zo

ja, w

at w

as n

aar

uw m

enin

g de

bel

angr

ijkst

e re

den

in h

et w

erk

die

(geh

eel o

f vo

or e

en d

eel)

leid

de t

ot h

et o

ntst

aan

van

deze

kla

chte

n?

[N=3.9

42]

· 1 W

erkd

ruk,

wer

kstr

ess

31,0

%29

,7%s

32,7

%r

16,2

%

33,3

%r

29,1

%18

,7%

25,3

%s

22,2

%

23,8

%s

18,3

%

28,3

%42

,4%

55,1

%

32,2

%37

,2%r

55,8

%

29,2

%28

,9%

· 2 E

mot

ione

el t

e zw

aar

3,6%

2,9%

s4,

5%r

3,3%

3,6%

3,9%

2,8%

1,9%

s0,

5%s

2,1%

s2,

5%4,

2%4,

5%6,

4%3,

9%4,

8%7,

1%

4,4%

2,9%

· 3 L

icha

mel

ijk t

e zw

aar

21,3

%23

,7%r

18,4

%s

27,2

%r

20,0

%s

23,9

%40

,6%

26,1

%r

38,1

%

26,4

%r

23,2

%32

,4%

3,5%

1,

8%

19,8

%8,

7%

4,8%

23

,8%

19,8

%· 4 L

angd

urig

dez

elfd

e ha

ndel

inge

n ve

rric

hten

, la

ngdu

rig a

chte

r co

mpu

ter

wer

ken

11,0

%10

,1%s

12,1

%r

12,4

%10

,9%

10,7

%23

,2%

12,4

%10

,0%

12,8

%14

,6%

7,4%

16,0

%11

,7%

12,3

%13

,7%

5,5%

s6,

7%s

16,9

%r

· 5 t

e m

oeili

jk w

erk

0,2%

0,3%

0,1%

0%0,

2%0,

2%0%

0,4%

0%0%

0%0%

0%0%

0,4%

0%0%

0,3%

0%· 6 P

robl

emen

met

leid

ing,

wer

kgev

er6,

0%5,

6%6,

5%2,

2%s

6,1%

7,6%

r1,

8%7,

9%4,

1%7,

9%r

3,9%

5,7%

10,0

%7,

1%5,

6%5,

8%6,

7%4,

3%s

4,7%

· 7 P

robl

emen

met

col

lega

’s o

f on

derg

esch

ikte

n1,

6%1,

1%s

2,1%

r0,

8%1,

7%1,

5%0%

1,4%

0,4%

1,7%

0,8%

0,6%

1,5%

3,9%

r1,

8%2,

6%1,

1%1,

9%1,

1%· 8 P

robl

emen

met

kla

nten

(of

pat

iënt

en, l

eerli

ngen

, of pa

ssag

iers

, e.d

.)0,

9%0,

9%0,

9%1,

5%0,

8%1,

0%0%

0,2%

0%0,

7%1,

5%0%

0%0%

0,3%

1,6%

1,1%

2,2%

r1,

7%· 9 G

evaa

rlijk

wer

k/be

drijf

song

eval

2,5%

3,8%

r0,

9%s

2,4%

2,6%

2,0%

4,6%

3,8%

r4,

5%r

3,4%

3,8%

2,0%

1,0%

1,7%

2,4%

3,8%

0%s

0,5%

s3,

7%· 10 G

evaa

rlijk

e st

offe

n0,

6%0,

7%0,

5%0,

3%0,

6%0,

7%3,

2%1,

2%0,

8%0,

2%0,

5%0,

7%0%

0%1,

5%r

0,3%

0%0,

2%0,

9%· 11 a

nder

s21

,2%

21,2

%21

,2%

33,7

%

20,2

%s

19,3

%5,

1%

19,4

%19

,4%

21,1

%30

,7%

18,6

%21

,0%

12,2

%

19,7

%21

,5%

17,9

%26

,4%r

19,5

%

14 C

HR

ON

ISC

HE

zIE

KTE

OF

AA

ND

OEN

ING

14. ar

beid

sgeh

andi

capt

[la

ngdu

rige

ziek

te, a

ando

enin

g of

han

dica

p en

da

ardo

or li

cht

of s

terk

bel

emm

erd

in z

ijn w

erk]

[N

=22.7

96] [%

ja]

19,5

%17

,5%s

21,7

%r

13,4

%s

18,8

%s

28,3

%

16,5

%21

,7%r

17,2

%17

,4%s

19,1

%20

,5%

13,8

%s

14,5

%s

18,6

%22

,0%r

21,2

%22

,1%r

19,4

%

14a.

Hee

ft u

één

of m

eer

van

de v

olge

nde

lang

durig

e zi

ekte

n,

aand

oeni

ngen

of ha

ndic

aps?

[N

=22.9

01]

· a.

Gee

n ch

roni

sche

zie

kte/

aand

oeni

ng62

,3%

64,4

%r

59,9

%s

72,6

%

63,6

%r

47,2

%

68,8

%r

58,7

%s

68,0

%r

65,2

%r

63,1

%64

,1%

62,3

%67

,6%r

63,5

%57

,3%s

59,7

%s

59,8

%s

61,4

%· b.

Pro

blem

en m

et a

rmen

of ha

nden

(oo

k ar

triti

s, r

eum

a, r

Si)

5,7%

4,4%

s7,

2%r

2,0%

s5,

4%s

10,3

%

5,2%

6,6%

3,9%

s4,

8%s

5,5%

3,4%

s4,

5%4,

5%5,

8%6,

7%5,

9%7,

1%r

5,9%

· c.

Pro

blem

en m

et b

enen

of vo

eten

(oo

k ar

triti

s, r

eum

a)5,

8%5,

7%6,

1%3,

2%s

5,2%

s11

,2%

3,3%

7,4%

r6,

4%5,

5%7,

4%r

5,9%

3,6%

s4,

6%5,

1%s

5,7%

6,0%

6,2%

5,6%

· d.

Pro

blem

en m

et r

ug e

n ne

k (o

ok a

rtrit

is, r

eum

a, r

Si)

10,3

%9,

3%s

11,3

%r

4,8%

10

,3%

15,5

%

7,4%

10,9

%8,

3%s

8,9%

s11

,0%

8,9%

8,9%

8,9%

10,6

%12

,0%r

10,7

%11

,3%r

11,3

%· e.

Mig

rain

e of

ern

stig

e ho

ofdp

ijn5,

8%3,

5%

8,3%

4,

8%s

6,4%

r4,

2%s

3,6%

5,1%

3,3%

s5,

1%s

3,6%

s6,

5%5,

2%5,

4%5,

8%5,

6%6,

8%7,

9%r

6,6%

· f. H

art-

of v

aatz

iekt

en3,

0%3,

9%r

2,1%

s0,

4%s

2,1%

s9,

1%

1,4%

4,4%

r2,

4%2,

4%s

4,8%

r0,

7%s

4,3%

r2,

3%3,

0%4,

2%r

3,8%

2,5%

s1,

9%· g.

ast

ma,

bro

nchi

tis, e

mfy

seem

5,3%

4,4%

s6,

3%r

6,7%

r4,

9%s

5,6%

6,6%

5,4%

4,5%

5,6%

4,4%

4,7%

3,9%

4,0%

5,4%

4,4%

5,4%

5,9%

6,6%

· h.

Maa

g- o

f da

rmst

oorn

isse

n3,

7%3,

2%s

4,3%

r2,

2%s

3,9%

4,5%

r3,

8%2,

9%s

2,4%

s3,

5%3,

3%3,

1%4,

7%2,

8%3,

8%4,

4%4,

5%4,

3%r

4,4%

· i.

Sui

kerz

iekt

e2,

4%2,

9%r

1,8%

s0,

5%s

1,9%

s6,

1%

0,9%

3,5%

r2,

5%1,

5%s

3,0%

1,8%

2,7%

2,5%

2,5%

3,4%

r2,

3%2,

1%2,

2%· j.

Erns

tige

huid

ziek

ten

0,8%

0,8%

0,8%

0,6%

0,8%

1,0%

0,4%

0,9%

0,8%

0,8%

0,7%

0,3%

0,6%

0,5%

0,8%

0,9%

1,2%

0,9%

0,8%

· k.

Psy

chis

che

klac

hten

/aan

doen

inge

n3,

1%2,

7%s

3,4%

r2,

4%s

3,1%

3,6%

r2,

0%4,

5%r

0,7%

s2,

4%s

2,2%

2,8%

2,9%

3,1%

3,2%

4,2%

r3,

0%3,

3%2,

3%· l.

Geh

oorp

robl

emen

2,1%

2,6%

r1,

6%s

0,7%

s1,

8%s

4,9%

1,

5%3,

4%r

2,7%

1,3%

s1,

5%1,

2%s

1,4%

1,4%

2,0%

3,0%

r3,

4%r

2,0%

2,4%

· m

. Ep

ileps

ie0,

4%0,

4%0,

4%0,

3%0,

4%0,

4%0,

8%0,

7%r

0%s

0,2%

0%s

0,4%

0,4%

0,5%

0,5%

0,5%

0,3%

0,4%

0%· n.

Lev

ensb

edre

igen

de z

iekt

en (bi

jv. ka

nker

, aid

s)0,

9%0,

9%0,

9%0,

1%s

0,7%

s2,

5%

0%1,

1%1,

0%0,

5%s

0,9%

1,7%

r1,

2%0,

7%0,

7%1,

1%1,

1%0,

9%1,

0%· o.

Pro

blem

en m

et z

ien

1,9%

2,1%

r1,

7%s

1,1%

s1,

8%2,

9%r

1,2%

2,8%

r1,

4%1,

5%s

1,7%

2,3%

3,9%

r1,

8%1,

9%2,

3%2,

1%1,

5%s

1,6%

· p.

and

ers

6,2%

5,5%

s6,

9%r

5,4%

s6,

0%7,

7%r

6,7%

6,9%

4,2%

s6,

2%7,

1%5,

9%5,

6%4,

7%4,

9%s

7,0%

6,4%

7,2%

r6,

4%14b.

Wor

dt u

doo

r uw

zie

kte,

aan

doen

ing

of h

andi

cap

be

lem

mer

d bi

j het

uitv

oere

n va

n uw

wer

k? [N

=8.5

39]

· 1 N

iet

bele

mm

erd

48,0

%50

,4%r

45,6

%s

50,4

%48

,2%

46,1

%46

,0%

46,8

%45

,8%

49,5

%48

,1%

42,5

%s

63,1

%

55,2

%r

48,7

%48

,1%

47,1

%44

,6%s

49,3

%· 2 L

icht

bel

emm

erd

44,6

%42

,3%s

46,8

%r

44,3

%44

,4%

45,4

%49

,5%

44,4

%47

,7%

43,2

%43

,0%

50,0

%r

31,7

%

38,5

%s

43,4

%43

,7%

46,3

%48

,1%r

46,1

%· 3 S

terk

bel

emm

erd

7,4%

7,3%

7,6%

5,2%

s7,

4%8,

5%r

4,5%

8,8%

6,5%

7,4%

8,8%

7,5%

5,2%

6,3%

7,9%

8,3%

6,7%

7,3%

4,6%

14c.

is u

w z

iekt

e, a

ando

enin

g of

han

dica

p he

t ge

volg

van

het

wer

k da

t u

deed

? [N

=8.5

34]

· 1 J

a, h

oofd

zake

lijk

gevo

lg v

an m

ijn w

erk

6,5%

7,5%

r5,

5%s

2,1%

s7,

0%r

7,1%

7,3%

8,3%

r11

,0%r

5,4%

8,4%

5,8%

2,9%

s6,

1%7,

9%r

7,0%

4,2%

s5,

3%s

5,4%

· 2 J

a, v

oor

een

deel

gev

olg

van

mijn

wer

k15

,4%

17,5

%r

13,4

%s

8,6%

15

,6%

18,1

%r

17,1

%16

,7%

18,6

%15

,9%

15,6

%11

,7%

16,0

%15

,1%

15,7

%16

,1%

13,0

%15

,5%

10,3

%s

· 3 N

ee, g

een

gevo

lg v

an m

ijn w

erk

68,7

%64

,6%s

72,6

%r

83,9

%

68,1

%63

,1%s

58,7

%65

,4%s

58,8

%

68,3

%65

,2%

75,0

%r

74,6

%r

72,7

%66

,0%s

68,7

%74

,6%r

70,7

%71

,9%

· 4 W

eet

niet

9,4%

10,4

%r

8,5%

s5,

4%s

9,3%

11,6

%r

16,8

%

9,7%

11,6

%10

,4%

10,8

%7,

5%6,

5%6,

1%s

10,4

%8,

2%8,

1%8,

5%12

,4%

78

Page 81: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

14d.

Zijn

er

- in

verb

and

met

uw

gez

ondh

eid

- de

afge

lope

n 12 m

aand

en

aanp

assi

ngen

ver

richt

in u

w w

erkp

lek

of u

w w

erkz

aam

hede

n? [N

=22.8

80]

· a.

Nee

87,8

%89

,5%r

85,9

%s

91,5

%r

87,5

%s

85,7

%s

87,7

%86

,3%s

91,3

%r

88,8

%r

87,8

%92

,9%r

89,1

%87

,7%

87,8

%84

,9%s

88,3

%86

,2%s

87,9

%· b.

Ja,

in h

ulpm

idde

len

of m

eubi

lair

5,3%

4,4%

s6,

3%r

2,5%

s5,

9%r

5,6%

4,4%

5,8%

2,3%

s4,

5%s

5,4%

1,6%

s5,

9%7,

6%r

5,9%

8,1%

r4,

9%5,

3%6,

1%· c.

Ja,

in w

erkt

ijden

3,1%

2,2%

s4,

1%r

2,8%

3,1%

3,6%

2,2%

2,6%

1,8%

s3,

2%3,

6%3,

1%2,

8%1,

9%s

2,9%

2,9%

3,0%

4,2%

r2,

8%· d.

Ja,

in h

oeve

elhe

id w

erk

2,4%

2,1%

s2,

7%r

2,3%

2,3%

2,8%

1,5%

2,4%

2,3%

2,7%

2,4%

2,1%

2,2%

1,6%

2,4%

2,2%

2,4%

2,6%

1,8%

· e.

Ja,

in fun

ctie

of ta

kenp

akke

t2,

6%2,

6%2,

6%1,

5%s

2,6%

3,7%

r4,

4%3,

4%r

2,3%

2,4%

2,0%

1,5%

s1,

6%1,

8%2,

1%s

3,1%

3,2%

3,1%

r2,

7%· f. J

a, in

opl

eidi

ng o

f om

scho

ling

0,5%

0,5%

0,5%

0,6%

0,6%

0,2%

s0%

0,6%

0,2%

0,3%

0,6%

0,2%

0,5%

0,6%

0,4%

0,9%

r0,

5%0,

9%r

0,2%

· g.

Ja,

in t

oega

nkel

ijkhe

id t

ot h

et g

ebou

w0,

2%0,

1%0,

2%0,

3%0,

2%0,

2%0%

0,1%

0,3%

0,3%

0,3%

0%0,

3%0,

4%0,

1%0,

2%0,

1%0,

1%0,

5%r

· h.

Ja,

and

ere

aanp

assi

ngen

1,6%

1,5%

1,7%

1,4%

1,6%

1,8%

3,2%

2,5%

r2,

0%1,

4%1,

6%1,

1%0,

6%s

0,8%

s1,

5%1,

9%1,

0%1,

9%1,

2%14e.

Zijn

er

volg

ens

u (v

erde

re) aa

npas

sing

en n

odig

in u

w w

erkp

lek

of u

w

wer

kzaa

mhe

den

in v

erba

nd m

et u

w g

ezon

dhei

d? [N

=22.7

59]

· a.

Nee

81,4

%81

,8%

81,0

%88

,3%

80,4

%s

79,0

%s

83,6

%78

,9%s

82,4

%82

,3%

76,8

%s

85,8

%r

86,3

%r

85,8

%r

82,0

%81

,3%

75,2

%s

81,1

%84

,7%r

· b.

Ja,

in h

ulpm

idde

len

of m

eubi

lair

7,1%

6,5%

s7,

7%r

5,6%

s7,

6%r

6,3%

s6,

0%7,

3%4,

2%s

7,9%

r7,

8%4,

1%s

6,0%

7,1%

7,5%

7,3%

7,7%

7,1%

6,6%

· c.

Ja,

in w

erkt

ijden

3,4%

3,5%

3,3%

2,7%

s3,

4%4,

2%r

3,9%

3,6%

4,0%

3,4%

6,0%

r6,

5%r

2,7%

1,6%

s2,

8%s

2,6%

3,3%

3,5%

1,9%

s

· d.

Ja,

in h

oeve

elhe

id w

erk

5,5%

5,3%

5,7%

2,6%

s5,

8%r

6,8%

r1,

4%s

5,6%

5,8%

4,8%

s5,

9%4,

9%4,

4%3,

9%s

5,3%

5,5%

10,2

%

5,9%

2,3%

s

· e.

Ja,

in fun

ctie

of ta

kenp

akke

t3,

0%3,

3%r

2,7%

s1,

2%s

3,1%

4,0%

r3,

5%3,

8%r

2,4%

2,7%

3,1%

2,6%

2,2%

1,9%

2,5%

3,4%

5,7%

r2,

6%2,

8%· f. J

a, in

opl

eidi

ng o

f om

scho

ling

1,2%

1,3%

1,2%

0,5%

s1,

5%r

0,7%

s0,

4%1,

3%1,

0%1,

1%1,

5%0,

1%s

1,0%

0,8%

1,3%

1,2%

1,5%

1,7%

r1,

0%· g.

Ja,

in t

oega

nkel

ijkhe

id t

ot h

et g

ebou

w0,

3%0,

3%0,

3%0,

3%0,

3%0,

3%0%

0,6%

r0,

8%r

0,3%

0,2%

0,1%

0%0,

1%0,

1%s

0,3%

0,2%

0,4%

0,2%

· h.

Ja,

and

ere

aanp

assi

ngen

3,8%

4,0%

3,7%

2,1%

s4,

2%r

4,0%

4,0%

5,3%

r3,

8%3,

3%s

5,4%

r2,

8%2,

3%s

3,1%

3,8%

4,1%

4,9%

r3,

4%3,

2%

15 F

uN

CTI

ON

EREN

EN

IN

zET

BA

AR

HEI

D

• 1

5a.

Em

ploy

abili

ty (sc

haal

: 1=m

inim

aal -

4=op

timaa

l; 4 it

ems)

[N

=22.9

92]

[Gem

idde

lde]

2,

872,

91r

2,82s

3,02

2,89r

2,61

2,96r

2,83s

2,83s

2,90r

2,81s

2,96r

3,11

2,96r

2,91r

2,88

2,79s

2,77s

2,83

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um4

44

44

44

44

44

44

44

44

44

15aa

. ik

kan

gem

akke

lijk

vold

oen

aan

de fys

ieke

eis

en d

ie m

ijn w

erk

aa

n m

ij st

elt

[N=23.0

82] [%

(he

lem

aal)

mee

een

s]90

,1%

90,8

%r

89,3

%s

92,5

%r

90,7

%r

85,4

%s

88,5

%88

,0%s

87,8

%s

90,7

%89

,7%

87,0

%s

96,1

%

94,3

%r

90,5

%92

,6%r

90,2

%88

,9%s

90,1

%

15ab

. ik

kan

gem

akke

lijk

vold

oen

aan

de p

sych

isch

e ei

sen

die

mijn

wer

k

aan

mij

stel

t [N

=23.0

66] [%

(he

lem

aal)

mee

een

s]91

,3%

91,2

%91

,4%

95,0

%r

91,1

%88

,4%s

93,5

%89

,6%s

91,8

%93

,1%r

91,0

%92

,9%

93,1

%91

,0%

91,0

%92

,7%r

86,4

%s

91,3

%90

,9%

15ac

. ik

zou

gem

akke

lijk

een

nieu

we

baan

/fun

ctie

kun

nen

krijg

en b

ij m

ijn

huid

ige

wer

kgev

er [N

=22.8

58] [%

(he

lem

aal)

mee

een

s]44

,4%

46,7

%r

41,8

%s

51,4

%r

45,6

%r

32,7

%

46,5

%44

,8%

41,7

%46

,0%r

42,6

%52

,5%r

54,7

%

48,4

%r

45,1

%48

,9%r

40,0

%s

38,0

%s

44,4

%

15ad

. ik

zou

gem

akke

lijk

een

nieu

we

baan

/fun

ctie

kun

nen

krijg

en b

ij ee

n an

dere

wer

kgev

er [N

=22.8

23] [%

(he

lem

aal)

mee

een

s]49

,5%

52,7

%r

46,0

%s

64,8

%

52,9

%

21,3

%

61,2

%

48,1

%50

,4%

55,7

%r

46,4

%s

60,7

%

63,2

%

49,1

%55

,5%r

36,4

%

40,3

%s

43,4

%s

44,7

%s

15ae

. ik

zou

bij

mijn

hui

dige

wer

kgev

er b

lijve

n w

erke

n, o

ok a

ls ik

erg

ens

ande

rs h

etze

lfde

wer

k vo

or h

etze

lfde

sala

ris z

ou k

unne

n ga

an d

oen

[N=23.0

07] [%

(he

lem

aal)

mee

een

s]77

,8%

78,3

%77

,3%

78,5

%77

,1%s

80,1

%r

77,3

%78

,4%

83,1

%r

77,7

%77

,8%

73,4

%s

78,9

%77

,4%

75,0

%s

78,1

%77

,8%

80,0

%r

76,8

%

15b.

Bev

loge

nhei

d (s

chaa

l: 1=no

oit

- 7=el

ke d

ag; 3 it

ems)

[N

=23.0

26] [G

emid

deld

e]

5,64

5,63

5,65

5,36

5,65

5,84r

5,49

5,58s

5,78r

5,46s

5,64

5,53s

5,64

5,61

5,52s

5,66

5,84r

5,84r

5,75r

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um7

77

77

77

77

77

77

77

77

77

15ba

. al

s ik

wer

k vo

el ik

me

fit e

n st

erk

[N

=23.0

13] [%

enk

ele

kere

n pe

r w

eek

of e

lke

dag]

64,6

%66

,1%r

62,9

%s

58,7

%s

64,9

%68

,8%r

68,3

%64

,2%

67,3

%62

,3%s

65,1

%62

,7%

66,2

%67

,4%

61,7

%s

66,8

%65

,6%

66,9

%r

64,9

%

15bb

. ik

ben

ent

hous

iast

ove

r m

ijn b

aan

[N

=23.0

21] [%

enk

ele

kere

n pe

r w

eek

of e

lke

dag]

65,0

%64

,7%

65,3

%57

,7%s

65,1

%71

,4%r

62,5

%64

,5%

67,9

%r

59,4

%s

65,1

%59

,7%s

65,1

%65

,0%

61,5

%s

67,6

%r

69,2

%r

71,5

%r

67,8

%

15bc

. ik

ga

hele

maa

l op

in m

ijn w

erk

[N

=23.0

02] [%

enk

ele

kere

n pe

r w

eek

of e

lke

dag]

63,2

%62

,8%

63,7

%52

,7%

63,6

%71

,4%

60,6

%63

,2%

67,9

%r

57,0

%s

64,7

%61

,1%

65,3

%62

,1%

61,3

%s

62,2

%70

,6%r

67,8

%r

62,2

%

16 A

RB

EID

SVO

OR

WA

AR

DEN

16aa

. S

alar

is [te

vred

enhe

id] [N

=22.9

25] [G

emid

deld

e]

6,61

6,66r

6,54s

6,50s

6,60

6,74r

7,00

6,83r

6,65

6,42s

6,55

6,01

7,05

7,50

6,55s

6,74r

6,37s

6,57

6,63

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

Page 82: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

16ab

. r

esul

taat

geric

hte

belo

ning

/pre

stat

iebe

loni

ng [te

vred

enhe

id]

[N=18.1

12] [G

emid

deld

e]

5,47

5,53r

5,39s

5,47

5,41s

5,72r

5,82r

5,75r

5,57

5,37s

5,42

5,08s

6,12

6,54

5,45

5,28s

4,79

5,34s

5,59

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16ac

. Pe

nsio

enre

gelin

g [t

evre

denh

eid]

[N

=18.7

35] [G

emid

deld

e]

6,42

6,40

6,44

6,08s

6,41

6,59r

6,68

6,54r

6,33

6,32s

6,53

5,56

6,36

7,34

6,09s

6,72r

6,38

6,55r

6,14s

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16ad

. r

eisk

oste

nver

goed

ing

[tev

rede

nhei

d] [N

=16.8

54] [G

emid

deld

e]

6,14

6,20r

6,07s

5,44

6,22r

6,24r

5,93

6,28r

5,91s

5,93s

5,85s

4,76

7,21

7,46

6,36r

6,53r

5,79s

5,79s

6,31

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16ae

. M

ogel

ijkhe

den

om z

elf ar

beid

svoo

rwaa

rden

sam

en t

e st

elle

n [t

evre

denh

eid]

[N

=15.1

88] [G

emid

deld

e]

5,18

5,23r

5,11s

4,94s

5,18

5,33r

5,94

5,19

5,17

4,85s

4,74s

4,52

5,90

6,10

5,13

5,49r

4,98s

5,20

5,40r

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16af

. Fu

nctio

nerin

gsge

spre

kken

[te

vred

enhe

id] [N

=20.0

79] [G

emid

deld

e]

5,89

5,76s

6,04r

6,05r

5,85s

5,95

6,19

5,71s

5,54s

5,67s

5,52s

5,63s

6,19r

6,44

5,80s

6,25r

5,97

6,13r

5,87

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16ag

. Pr

omot

ie- e

n lo

opba

anm

ogel

ijkhe

den

[tev

rede

nhei

d]

[N=18.5

97] [G

emid

deld

e]

5,37

5,40

5,34

5,70r

5,36

5,15s

5,75r

5,38

5,50

5,20s

4,96s

5,14s

5,87

6,08

5,33

5,55r

5,17s

5,41

5,13s

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16ah

. S

chol

ings

- en

ople

idin

gsm

ogel

ijkhe

den

[tev

rede

nhei

d]

[N=19.7

34] [G

emid

deld

e]

6,23

6,24

6,22

6,41r

6,17s

6,36r

6,48

6,15

6,27

5,93s

5,94s

5,40

6,27

7,18

5,94s

6,63r

6,70

6,38r

6,06

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16ai

. M

ogel

ijkhe

den

om in

dee

ltijd

te

wer

ken

[tev

rede

nhei

d]

[N=17.5

35] [G

emid

deld

e]

6,69

6,10

7,26

7,15

6,58s

6,86r

6,92

5,67

5,42

6,25

6,14

6,84

6,68

7,06r

6,42s

7,32

7,57

7,35

7,29

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16aj

. Fl

exib

ele

wer

ktijd

en [te

vred

enhe

id] [N

=18.7

89] [G

emid

deld

e]

6,61

6,51s

6,71r

7,20

6,48s

6,60

7,17

6,22s

5,76

6,45s

6,10

7,15

7,49

7,25

6,65

7,26

5,89

6,59

7,25

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16ak

. th

uisw

erkr

egel

ing

[tev

rede

nhei

d] [N

=11.8

98] [G

emid

deld

e]

5,44

5,49r

5,38s

4,83

5,47

5,60r

5,40

4,98s

4,92s

4,71

4,42

4,04

7,05

6,69

5,61r

6,16

5,34

5,22s

6,08

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16al

. Ve

rlof-

en v

akan

tiem

ogel

ijkhe

den

[tev

rede

nhei

d]

[N=22.2

43] [G

emid

deld

e]

7,29

7,37r

7,20s

7,47r

7,22s

7,42r

8,13

7,45r

7,29

7,24

6,86

7,22

7,61r

7,74

7,35r

7,72

6,69

7,08s

7,57r

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16am

. o

verle

gmog

elijk

hede

n [t

evre

denh

eid]

[N

=21.9

48] [G

emid

deld

e]

7,13

7,11

7,15

7,36r

7,10s

7,06s

7,68

7,09

7,10

7,06s

6,64

7,01

7,40r

7,57

7,10

7,36r

7,08

7,13

7,28r

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16an

. ty

pe d

iens

tver

band

/ c

ontr

actv

orm

(va

st, t

ijdel

ijk, u

itzen

dkra

cht

e.d.

) [t

evre

denh

eid]

[N

=21.0

58] [G

emid

deld

e]

7,67

7,72r

7,61s

6,97

7,75r

7,95r

7,87

7,91r

7,71

7,59s

7,68

7,03

8,08

8,15

7,27

8,10

7,89r

7,63

7,73

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16ba

. H

oe b

elan

grijk

vin

dt u

het

dat

er

vakb

onde

n be

staa

n?

[N=20.3

47]

[Gem

idde

lde]

7,

066,

82

7,33

7,21r

6,95s

7,38r

6,45

6,97s

7,07

7,08

7,15

7,30r

6,36

6,52

6,64

7,24r

7,29r

7,46

7,16

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

80

Page 83: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

16bb

. H

oe b

elan

grijk

vin

dt u

het

dat

er

pers

onee

lsve

rteg

enw

oord

igin

gen

(z

oals

een

or

) be

staa

n? [N

=20.0

17] [G

emid

deld

e]

7,32

7,13

7,53

7,22s

7,25s

7,67

6,69

7,32

7,10s

7,16s

7,29

6,99s

7,08s

7,23

7,07s

7,52r

7,61r

7,67

7,34

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16bc

. H

oe b

elan

grijk

vin

dt u

het

dat

er

Cao

’s (co

llect

ieve

ar

beid

sove

reen

kom

sten

) be

staa

n? [G

emid

deld

e] [N

=21.5

46]

8,04

7,87s

8,22r

8,20r

7,95s

8,29r

7,83

8,05

8,11

8,10r

8,21r

8,33r

7,13

7,65

7,61

8,13r

8,21r

8,36

8,06

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16c.

Ben

t u

lid v

an e

en v

akbo

nd?

[N=22.9

32] [%

ja]

21,9

%25

,0%r

18,4

%s

5,8%

21

,8%

36,8

%

8,0%

26

,0%r

29,2

%r

11,3

%

35,4

%

10,0

%

13,0

%

16,5

%s

14,0

%

43,2

%

36,0

%

24,4

%r

20,0

%16d.

Waa

rom

ben

t u

geen

lid

van

een

vakb

ond?

[N

=17.1

97]

· 1 ik

vin

d he

t lid

maa

tsch

ap t

e du

ur12

,5%

10,7

%s

14,4

%r

6,5%

13

,2%r

17,0

%r

10,3

%14

,3%r

12,9

%9,

7%s

15,7

%r

10,8

%4,

7%

8,0%

s8,

6%s

12,7

%21

,8%

18,7

%

10,9

%· 2 ik

heb

er

nooi

t se

rieus

ove

r na

geda

cht

om li

d te

wor

den

45,7

%41

,0%s

50,6

%r

63,2

%

44,4

%s

29,4

%

53,4

%r

40,9

%s

44,8

%50

,5%r

36,9

%s

52,6

%r

36,1

%

44,5

%42

,4%s

44,4

%41

,8%s

51,6

%r

41,2

%s

· 3 V

akbo

nden

gee

n in

vloe

d (m

eer)

op

mijn

arb

eids

voor

waa

rden

14,6

%18

,4%

10,8

%

6,0%

15

,9%r

19,5

%r

12,0

%15

,1%

12,6

%13

,4%s

13,1

%8,

3%s

37,0

%

19,4

%r

21,9

%

8,8%

s9,

3%s

7,7%

18

,4%r

· 4 V

akbo

nden

kom

en n

iet

goed

op

voor

mijn

bel

ange

n8,

0%11

,8%

4,3%

1,

0%

8,9%

r13

,0%

3,7%

s12

,6%r

10,7

%r

4,5%

s14

,8%

4,3%

s7,

0%12

,1%r

7,8%

17,5

%

9,1%

4,9%

s7,

1%· 5 a

nder

s19

,0%

18,1

%s

20,0

%r

23,3

%r

17,6

%s

21,0

%r

20,7

%17

,1%s

18,9

%21

,8%r

19,5

%24

,0%r

15,3

%s

16,0

%s

19,3

%16

,5%

17,9

%17

,2%s

22,5

%r

16e.

Hee

ft u

w b

edrij

f ee

n o

r (on

dern

emin

gsra

ad),

Mr

(m

edez

egge

nsch

aps-

raad

), of

and

ere

pers

onee

lsve

rteg

enw

oord

igin

g? [N

=22.9

00]

· 1 J

a61

,4%

59,4

%s

63,5

%r

28,2

%

65,2

%

75,4

%

18,6

%

66,3

%r

51,2

%

36,1

%

67,0

%r

20,8

%

60,4

%75

,8%

47,6

%

97,2

%

91,1

%

84,1

%

43,7

%

· 2 N

ee24

,0%

27,3

%r

20,4

%s

23,5

%25

,2%r

19,3

%s

58,9

%

23,3

%36

,9%

35,8

%

22,1

%43

,6%

30,1

%r

21,5

%32

,8%

1,1%

4,

3%

8,3%

38

,2%

· 3 W

eet

ik n

iet

14,6

%13

,3%s

16,1

%r

48,3

%

9,6%

5,

3%

22,5

%

10,4

%s

11,9

%s

28,2

%

10,9

%s

35,5

%

9,5%

s2,

7%

19,6

%r

1,7%

4,

6%

7,6%

18

,1%r

16f. H

eeft

uw

bed

rijf ee

n C

ao (co

llect

ieve

arb

eids

over

eenk

omst

)? [N

=22.8

96]

· 1 J

a75

,6%

74,8

%s

76,3

%r

63,1

%

76,2

%r

84,1

%

65,5

%

85,5

%

84,7

%

67,5

%

82,4

%r

60,5

%

38,1

%

76,8

%56

,9%

93,3

%

91,2

%

89,9

%

66,1

%

· 2 N

ee13

,3%

15,4

%r

11,1

%s

4,7%

15

,9%

10,5

%s

8,4%

s7,

9%s

7,6%

s15

,0%r

11,2

%s

5,3%

49

,6%

19,5

%r

28,4

%

2,2%

3,

6%

4,0%

20

,3%

· 3 W

eet

ik n

iet

11,1

%9,

8%s

12,6

%r

32,2

%

7,9%

5,

5%

26,1

%

6,6%

s7,

7%s

17,5

%

6,4%

s34

,1%

12,4

%3,

7%

14,7

%r

4,5%

5,

2%

6,1%

s13

,6%r

16g.

Kun

t u

met

een

rap

port

cijfe

r aa

ngev

en h

oe t

evre

den

u be

nt

over

dez

e C

ao?

[N=15.9

18] [G

emid

deld

e]

6,79

6,70s

6,88r

7,06

6,75s

6,77

7,07r

6,82

6,74

6,78

6,74

6,21

7,08

7,16

6,54s

6,67s

6,76

6,96r

6,89

- Min

imum

11

11

11

31

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16ha

. Pe

rson

eels

zake

n (P

&o

) [t

evre

denh

eid

bela

ngen

beha

rtig

ing]

[N

=17.1

20] [G

emid

deld

e]

6,26

6,11s

6,43r

6,75

6,19s

6,23

6,59

6,19

6,33

6,33r

6,27

6,17

6,15

6,01s

6,12s

5,88

6,30

6,55r

6,29

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16hb

. u

w d

irect

leid

ingg

even

de [te

vred

enhe

id b

elan

genb

ehar

tigin

g]

[N=21.2

91] [G

emid

deld

e]

6,80

6,73s

6,89r

7,27

6,72s

6,74s

7,17r

6,75

6,80

6,84

6,63s

6,80

6,82

6,88

6,74s

6,70s

6,77

6,90r

6,89

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16hc

. o

r, M

r, o

f an

dere

per

sone

elsv

erte

genw

oord

igin

g

[tev

rede

nhei

d be

lang

enbe

hart

igin

g] [N

=13.8

92] [G

emid

deld

e]

6,40

6,20

6,62

6,74

6,33s

6,49r

6,48

6,27s

6,37

6,21s

6,18s

5,91

6,29

6,57r

6,14s

6,36

6,63r

6,74

6,36

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

16hd

. d

e va

kbon

d [t

evre

denh

eid

bela

ngen

beha

rtig

ing]

[N

=10.0

44] [G

emid

deld

e]

6,14

5,89

6,48

6,67

6,02

6,35r

6,06

6,00s

6,31r

6,14

6,12

5,77s

5,49

5,83s

5,74

6,03

6,32r

6,62

6,01

- Min

imum

11

11

11

11

11

11

11

11

11

1- M

axim

um10

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

1010

17 O

pLE

IDIN

G E

N O

NTW

IKK

ELIN

G

17a.

Ben

t u

in u

w b

edrij

f de

laat

ste

2 ja

ar v

an fun

ctie

ver

ande

rd?

[N

=22.9

47]

[% ja

]18

,0%

19,3

%r

16,6

%s

21,1

%r

18,8

%r

11,8

%s

7,6%

20

,2%r

14,2

%s

15,9

%s

12,9

%s

19,4

%26

,1%

22,2

%r

18,2

%25

,4%

16,3

%16

,7%s

17,8

%

17b.

is u

w fun

ctie

de

laat

ste

2 ja

ar u

itgeb

reid

? [N

=22.9

28] [%

ja]

42,5

%44

,9%r

40,0

%s

37,9

%s

45,7

%

33,6

%

38,6

%45

,3%r

40,0

%42

,4%

33,8

%s

38,1

%s

53,7

%

47,5

%r

43,5

%48

,5%r

38,4

%s

40,3

%s

43,8

%17c.

Hee

ft u

in u

w b

edrij

f de

laat

ste

2 ja

ar p

rom

otie

gem

aakt

?

[N=22.8

08]

[% ja

]14

,1%

16,0

%r

12,1

%s

20,5

%

15,0

%r

5,0%

15

,5%

14,2

%13

,6%

13,6

%11

,3%s

19,0

%r

23,7

%

17,7

%r

16,3

%r

15,6

%13

,3%

9,7%

s13

,5%

17d.

Ben

t u

in d

e la

atst

e tw

ee ja

ar t

erug

gega

an v

an e

en h

oger

e fu

nctie

na

ar e

en la

gere

? [N

=22.8

73] [%

ja]

4,1%

4,3%

r3,

8%s

1,7%

s4,

2%5,

7%r

1,5%

s4,

4%3,

1%3,

5%s

4,7%

4,0%

4,8%

7,4%

r4,

2%4,

3%3,

2%4,

1%3,

2%

Page 84: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

17e.

Hoe

slu

iten

uw k

enni

s en

vaa

rdig

hede

n aa

n bi

j uw

hui

dige

wer

k?

[N=22.9

08]

· 1 ik

heb

min

der

kenn

is e

n va

ardi

ghed

en d

an ik

nod

ig h

eb v

oor

mijn

wer

k5,

0%5,

0%4,

9%6,

0%r

4,9%

4,2%

s7,

4%6,

1%r

3,8%

5,0%

3,6%

s6,

3%5,

8%5,

6%5,

3%5,

3%3,

7%s

4,2%

s5,

0%· 2 H

et s

luit

goed

aan

59,5

%58

,9%s

60,3

%r

43,2

%

61,8

%r

64,9

%r

54,2

%63

,5%r

68,6

%r

52,3

%s

50,5

%s

44,3

%

64,1

%r

63,5

%r

56,3

%s

60,3

%67

,5%r

66,4

%r

58,1

%· 3 ik

heb

mee

r ke

nnis

en

vaar

digh

eden

dan

ik n

odig

heb

voo

r m

ijn w

erk

35,5

%36

,1%r

34,8

%s

50,8

%

33,2

%s

31,0

%s

38,4

%30

,4%s

27,7

%s

42,7

%r

45,8

%

49,5

%

30,1

%s

30,9

%s

38,4

%r

34,4

%28

,8%s

29,4

%s

36,9

%17f. S

timul

eert

uw

leid

ingg

even

de d

e on

twik

kelin

g va

n uw

ken

nis

en

vaar

digh

eden

? [N

=22.8

32]

· 1 N

ee26

,0%

26,0

%26

,0%

31,5

%r

24,2

%s

28,5

%r

29,3

%25

,8%

24,5

%33

,4%

37,5

%

37,5

%

19,8

%s

16,9

%

30,6

%r

17,2

%

15,3

%

19,6

%s

27,1

%· 2 J

a, in

bep

erkt

e m

ate

51,1

%52

,3%r

49,9

%s

42,8

%s

52,7

%r

52,1

%47

,0%

53,4

%r

56,0

%r

49,6

%s

46,4

%s

41,7

%s

53,2

%51

,1%

45,9

%s

59,0

%r

55,3

%r

54,1

%r

48,7

%· 3 J

a, in

gro

te m

ate

22,8

%21

,7%s

24,1

%r

25,7

%r

23,0

%19

,4%s

23,8

%20

,9%s

19,5

%s

17,0

%s

16,1

%s

20,8

%27

,0%r

32,1

%

23,5

%23

,9%

29,3

%r

26,2

%r

24,2

%17g.

Hee

ft u

in d

e af

gelo

pen

2 ja

ar e

en o

plei

ding

of cu

rsus

gev

olgd

voo

r uw

w

erk?

[N

=22.9

08] [%

ja]

52,4

%53

,4%r

51,4

%s

37,9

%

56,6

%

47,9

%s

35,1

%

46,5

%s

52,1

%37

,4%

52,9

%26

,9%

51,4

%70

,8%

47,7

%s

68,8

%

69,7

%

66,0

%

48,5

%s

17h.

Wan

neer

vol

gde

u de

ze o

plei

ding

of cu

rsus

? [N

=11.9

75]

· 1 in

wer

ktijd

51,6

%55

,0%r

47,6

%s

38,9

%

52,0

%58

,6%r

57,8

%62

,6%

55,9

%r

49,7

%50

,9%

42,7

%s

48,2

%43

,6%s

51,7

%72

,3%

32,6

%

51,0

%39

,9%

· 2 in

mijn

vrij

e tij

d18

,1%

14,5

%s

22,2

%r

30,8

%

17,0

%s

14,2

%s

17,9

%11

,6%s

17,5

%21

,9%r

25,5

%

36,6

%

16,0

%16

,3%

17,3

%4,

4%

25,2

%

17,3

%32

,3%

· 3 d

eels

in w

erkt

ijd, d

eels

in v

rije

tijd

30,4

%30

,5%

30,2

%30

,4%

31,0

%r

27,1

%s

24,3

%25

,8%s

26,6

%28

,4%

23,5

%s

20,6

%

35,9

%r

40,1

%

31,0

%23

,2%s

42,2

%

31,7

%27

,9%

17i.

Hoe

veel

dag

en h

eeft

u a

an d

eze

ople

idin

g of

cur

sus

best

eed?

[N

=11.7

34] [G

emid

deld

e]

23,0

23,7

22,1

52,2

21,4s

10,2s

9,85

28,2r

16,4s

19,3

18,8

21,4

11,6s

21,6

17,6s

35,0r

23,9

24,8

30,1

- Min

imum

00

01

00

11

00

11

11

11

10

1- M

axim

um99

999

999

999

999

999

980

999

800

999

999

500

700

500

999

999

999

999

900

17j.

Wie

nam

het

initi

atie

f vo

or d

e op

leid

ing

of c

ursu

s? [N

=11.9

61]

· 1 ik

zelf

29,2

%27

,7%s

30,9

%r

32,2

%r

29,5

%25

,6%s

22,3

%22

,5%s

23,7

%s

21,1

%

18,4

%

24,7

%39

,9%

37,7

%r

27,3

%s

34,7

%r

44,4

%

29,4

%34

,7%r

· 2 M

ijn w

erkg

ever

32,6

%32

,5%

32,7

%31

,0%

31,3

%s

40,5

%r

29,1

%38

,4%r

39,2

%r

39,0

%r

52,1

%

43,3

%

18,5

%

19,1

%

33,1

%23

,4%

17,9

%

35,5

%r

26,6

%s

· 3 M

ijn w

erkg

ever

en

ikze

lf sa

men

36,3

%37

,8%r

34,6

%s

34,2

%37

,6%r

31,7

%s

45,1

%37

,6%

36,1

%36

,9%

25,2

%

31,6

%41

,4%r

42,2

%r

37,2

%40

,5%r

36,1

%33

,9%s

35,8

%· 4 a

nder

s1,

8%1,

9%1,

8%2,

6%r

1,6%

s2,

2%3,

6%1,

4%1,

1%3,

0%r

4,3%

r0,

5%0,

2%s

0,9%

2,4%

r1,

4%1,

5%1,

2%s

2,9%

17k.

Wie

hee

ft d

e ko

sten

van

de

ople

idin

g of

cur

sus

beta

ald?

[N

=11.9

73]

· 1 ik

zelf

4,6%

4,5%

4,8%

15,9

%

3,4%

2,

7%s

1,1%

1,8%

s5,

5%4,

2%4,

7%14

,7%

7,4%

r3,

1%s

4,7%

0,8%

5,

6%5,

0%12

,6%

· 2 M

ijn w

erkg

ever

87,6

%88

,9%r

86,1

%s

69,4

%

89,4

%

91,8

%r

89,7

%94

,6%

89,6

%86

,1%

90,0

%73

,8%

85,3

%90

,6%r

87,8

%94

,5%

82,2

%s

86,1

%s

76,3

%

· 3 M

ijn w

erkg

ever

en

ikze

lf sa

men

4,8%

4,4%

s5,

2%r

5,9%

r4,

9%3,

5%s

6,5%

2,3%

s3,

6%2,

7%s

3,6%

5,5%

5,9%

5,3%

4,7%

3,9%

5,4%

6,7%

r8,

3%r

· 4 a

nder

s3,

0%2,

2%s

3,9%

r8,

8%

2,4%

s1,

9%s

2,6%

1,2%

s1,

4%s

7,0%

1,

7%6,

0%r

1,4%

1,1%

s2,

8%0,

7%s

6,8%

2,

1%s

2,9%

17l.

Wat

was

het

bel

angr

ijkst

e do

el v

an d

eze

ople

idin

g of

cur

sus?

[N

=11.8

98]

· 1 M

ijn h

uidi

ge w

erk

bete

r ku

nnen

doe

n61

,2%

58,8

%s

63,9

%r

51,5

%

62,1

%r

63,5

%r

50,9

%

59,6

%55

,8%s

63,1

%60

,6%

61,7

%52

,0%s

54,7

%s

60,4

%57

,3%s

63,4

%65

,7%r

66,3

%r

· 2 o

m k

unne

n ga

an m

et t

oeko

mst

ige

vera

nder

inge

n in

mijn

hui

dige

baa

n23

,7%

25,5

%r

21,6

%s

13,6

%

23,8

%29

,9%r

30,8

%26

,5%r

25,7

%22

,3%

26,6

%11

,7%

25,5

%25

,5%

21,4

%s

26,1

%25

,5%

22,6

%19

,9%

· 3 M

ijn k

anse

n op

wer

k in

de

toek

omst

ver

grot

en15

,2%

15,7

%14

,5%

34,8

%

14,0

%s

6,6%

18

,3%

13,9

%18

,5%r

14,6

%12

,7%

26,7

%

22,5

%

19,8

%r

18,2

%r

16,6

%11

,0%s

11,7

%s

13,8

%17m

. H

eeft

u o

p di

t m

omen

t be

hoef

te a

an e

en o

plei

ding

of cu

rsus

? [N

=22.6

21]

· a.

Nee

, gee

n be

hoef

te a

an e

en o

plei

ding

of cu

rsus

51,3

%49

,9%s

52,8

%r

60,4

%

45,1

%

69,2

%

63,0

%

54,4

%r

52,2

%58

,8%r

60,3

%r

63,7

%

40,1

%

43,8

%s

48,2

%s

43,5

%s

44,3

%s

47,2

%s

54,6

%· b.

Ja,

om

mijn

hui

dige

wer

k be

ter

te k

unne

n do

en17

,7%

17,9

%17

,5%

11,4

%s

20,0

%r

13,8

%s

11,8

%s

16,2

%s

16,3

%13

,8%s

11,1

%s

11,0

%s

24,1

%r

18,9

%17

,5%

19,2

%26

,0%

22,1

%r

15,4

%· c.

Ja,

om

toe

kom

stig

e ve

rand

erin

gen

in m

ijn h

uidi

ge b

aan

aan

te k

unne

n18

,0%

20,0

%r

15,8

%s

9,6%

20

,8%

13,6

%s

15,0

%17

,1%

19,8

%13

,0%s

13,5

%s

8,1%

26

,2%

22,0

%r

18,6

%22

,5%r

22,8

%r

19,9

%r

17,5

%· d.

Ja,

om

mijn

kan

sen

op w

erk

in d

e to

ekom

st t

e ve

rgro

ten

25,9

%26

,7%r

25,0

%s

28,4

%r

29,3

%

9,2%

20

,4%s

24,0

%s

24,2

%24

,1%s

23,5

%26

,5%

34,5

%

30,7

%r

28,8

%r

29,6

%r

22,2

%s

25,0

%25

,3%

18 W

ERK

EN

TH

uIS

18a.

Mis

t of

ver

waa

rloos

t u

fam

ilie-

of ge

zins

activ

iteite

n do

or u

w w

erk?

[N

=22.9

03]

· 1 N

ee, n

ooit

50,7

%48

,9%s

52,7

%r

68,7

%

46,1

%

53,8

%r

64,1

%

53,3

%r

53,8

%r

59,8

%

42,6

%s

52,7

%42

,1%s

44,4

%s

52,2

%46

,6%s

36,8

%

49,3

%s

49,2

%· 2 J

a, e

en e

nkel

e ke

er40

,0%

40,9

%r

39,0

%s

26,2

%

43,4

%

38,2

%s

29,8

%

38,6

%37

,8%

32,8

%s

39,5

%33

,8%s

49,6

%

45,7

%r

38,4

%s

42,6

%r

51,8

%

42,7

%r

43,4

%r

· 3 J

a, v

aak

7,7%

8,4%

r6,

8%s

4,1%

s8,

6%r

6,8%

s5,

4%6,

7%7,

0%6,

1%s

14,0

%

9,5%

r5,

8%8,

8%7,

6%9,

4%r

9,8%

r7,

0%6,

3%· 4 J

a, z

eer

vaak

1,6%

1,8%

1,5%

1,0%

s1,

9%r

1,2%

s0,

7%1,

4%1,

3%1,

3%3,

8%r

4,0%

r2,

6%r

1,1%

1,9%

1,4%

1,6%

1,1%

s1,

0%- G

emid

deld

e 1,

601,

63r

1,57s

1,37

1,66

1,55s

1,43

1,56s

1,56s

1,49s

1,79

1,65r

1,69r

1,67r

1,59

1,66r

1,76

1,60

1,59

82

Page 85: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

GES

LAC

HT

LEEF

TIjD

BED

RIj

FSTA

K (

SB

I2008)

Totaal

Man

Vrouw

15-24 jaar

25-54 jaar

55-64 jaar

Landbouw en visserij

Industrie

Bouwnijverheid

Handel

Vervoer en opslag

Horeca

Informatie en communicatie

Financiële instellingen

zakelijke dienstverlening

Openbaar bestuur

Onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg

Cultuur en overige dienstverlening

18b.

Mis

t of

ver

waa

rloos

t u

uw w

erkz

aam

hede

n do

or fam

ilie-

en

gezi

nsve

rant

woo

rdel

ijkhe

den?

[N

=21.8

48]

· 1 N

ee, n

ooit

72,2

%69

,9%s

74,7

%r

83,6

%

68,7

%

76,6

%r

81,6

%

71,0

%70

,4%

76,9

%r

72,8

%75

,0%

60,9

%

63,8

%s

71,4

%68

,0%s

65,7

%s

75,4

%r

75,8

%r

· 2 J

a, e

en e

nkel

e ke

er25

,7%

27,7

%r

23,6

%s

15,1

%

29,0

%

22,0

%s

17,6

%s

27,3

%27

,5%

21,1

%s

22,6

%s

20,3

%s

36,2

%

33,8

%r

26,8

%29

,9%r

31,9

%r

23,3

%s

23,1

%· 3 J

a, v

aak

1,7%

1,9%

r1,

4%s

1,0%

s1,

9%r

1,3%

0,8%

1,2%

1,8%

1,6%

3,6%

r3,

0%r

2,1%

2,4%

1,5%

1,8%

2,1%

1,1%

s0,

5%s

· 4 J

a, z

eer

vaak

0,4%

0,5%

0,4%

0,4%

0,5%

r0,

2%s

0%0,

6%0,

4%0,

4%0,

9%r

1,7%

0,

8%0%

s0,

3%0,

3%0,

2%0,

2%s

0,5%

- Gem

idde

lde

1,30

1,33r

1,27s

1,18

1,34

1,25s

1,19

1,31

1,32

1,26s

1,33

1,31

1,43

1,39r

1,31

1,34r

1,37r

1,26s

1,26s

18c.

Hoe

is o

p di

t m

omen

t de

fina

ncië

le s

ituat

ie v

an u

w h

uish

oude

n?

[N=22.8

30]

· 1 K

omt

veel

gel

d te

kort

5,5%

5,4%

5,6%

6,7%

r5,

5%4,

1%s

5,0%

5,2%

3,4%

s5,

7%6,

7%9,

3%r

3,3%

s2,

9%s

8,1%

r3,

3%s

4,2%

s4,

9%4,

0%· 2 K

omt

een

beet

je g

eld

teko

rt15

,4%

15,4

%15

,4%

15,6

%15

,9%r

13,1

%s

11,6

%15

,6%

17,2

%16

,4%

17,5

%r

17,0

%14

,0%

9,2%

s16

,4%

12,5

%s

14,1

%15

,2%

17,0

%· 3 K

omt

prec

ies

rond

27,0

%25

,8%s

28,2

%r

29,2

%r

26,5

%s

27,1

%30

,2%

25,4

%30

,9%r

29,7

%r

27,2

%32

,5%r

17,4

%

18,5

%s

24,4

%s

26,9

%24

,7%s

29,3

%r

29,2

%· 4 H

oudt

een

bee

tje g

eld

over

42,0

%42

,3%

41,8

%36

,8%s

42,0

%46

,9%r

40,7

%43

,3%

42,1

%39

,2%s

40,5

%34

,3%s

46,8

%r

50,5

%r

39,2

%s

45,9

%r

46,2

%r

42,9

%42

,5%

· 5 H

oudt

vee

l gel

d ov

er10

,1%

11,1

%r

8,9%

s11

,8%r

10,1

%8,

8%s

12,5

%10

,6%

6,4%

s8,

9%s

8,1%

s6,

8%s

18,5

%

18,8

%

11,8

%r

11,4

%10

,8%

7,7%

s7,

3%s

- Gem

idde

lde

3,36

3,38r

3,33s

3,31s

3,35

3,43r

3,44

3,39

3,31

3,29s

3,26s

3,12

3,63

3,73

3,30s

3,50r

3,45r

3,33

3,32

19 u

W V

ERD

ERE

LOO

pB

AA

N

19a.

Loo

pt u

het

ris

ico

om u

w b

aan

te v

erlie

zen?

[N

=23.0

93] [%

ja]

30,1

%30

,0%

30,2

%27

,4%s

30,4

%31

,2%

15,5

%

24,8

%s

36,7

%r

26,7

%s

29,1

%25

,4%s

33,3

%47

,8%

33,5

%r

27,4

%s

21,3

%

33,6

%r

33,0

%19b.

Maa

kt u

zic

h zo

rgen

ove

r he

t be

houd

van

uw

baa

n? [N

=23.1

78] [%

ja]

33,6

%32

,1%s

35,2

%r

27,3

%s

35,0

%r

33,5

%18

,3%

30,6

%s

38,5

%r

30,3

%s

35,6

%27

,2%s

33,2

%42

,6%r

36,3

%r

30,7

%s

24,0

%

39,6

%r

34,5

%19c.

Hee

ft u

er

in h

et a

fgel

open

jaar

ove

r na

geda

cht

om a

nder

wer

k te

zoe

ken

dan

het

wer

k bi

j uw

hui

dige

wer

kgev

er?

[N=23.2

02] [%

ja]

44,8

%45

,0%

44,5

%51

,3%r

48,6

%

22,8

%

38,3

%s

36,6

%s

42,1

%47

,8%r

41,7

%s

52,0

%r

52,0

%r

50,0

%r

51,2

%r

43,6

%41

,9%s

40,8

%s

42,4

%

19d.

Hee

ft u

in h

et a

fgel

open

jaar

ook

daa

dwer

kelij

k ie

ts o

nder

nom

en o

m

ande

r w

erk

te v

inde

n? [N

=23.1

97] [%

ja]

22,9

%22

,6%

23,2

%28

,6%r

24,2

%r

12,0

%

17,6

%s

17,6

%s

18,1

%s

22,5

%21

,3%

28,9

%r

27,5

%r

26,0

%r

29,3

%r

21,3

%21

,6%

20,9

%s

22,3

%

19e.

Zou

u, a

ls h

et a

an u

lag,

ove

r 5 ja

ar n

og b

ij di

t be

drijf

wer

ken?

[N

=22.9

64] [%

ja]

64,8

%65

,5%r

63,9

%s

41,9

%

69,7

%

64,9

%62

,4%

73,9

%

72,4

%r

57,0

%s

69,5

%r

41,5

%

63,0

%70

,7%r

59,6

%s

70,4

%r

66,7

%70

,4%r

61,7

%

19f.a.

tot

wel

ke le

eftij

d w

ilt u

doo

rgaa

n m

et w

erke

n? [N

=16.5

55] [G

emid

deld

e]

63,0

63,3r

62,5s

59,5

63,2r

64,6

63,8

63,3r

62,9

61,2

63,5r

60,9

63,3

63,3

63,2r

63,3

64,0r

63,6r

64,0r

- Min

imum

1717

1717

2535

1818

1817

2318

2940

1833

2121

19- M

axim

um99

9999

9999

9990

9999

9099

9999

9999

9998

9986

Wee

t ni

et [N

=23.2

99] [%

aan

gekr

uist

]28

,9%

20,4

%

38,2

%

35,1

%r

30,1

%r

18,5

%

30,7

%25

,6%s

23,4

%s

31,8

%r

26,7

%35

,5%r

20,2

%s

21,5

%s

28,0

%20

,5%s

27,2

%35

,4%r

34,6

%r

19g.

a. t

ot w

elke

leef

tijd

denk

t u

- lic

ham

elijk

en

gees

telij

k - i

n st

aat

te z

ijn o

m

uw h

uidi

ge w

erk

voor

t te

zet

ten?

[N

=15.8

16] [G

emid

deld

e]

62,1

62,7r

61,2s

56,6

62,4r

65,1

62,2

63,0r

61,9

60,9s

62,8r

55,1

64,6

64,1

62,5r

63,1r

63,3r

61,6s

61,6

- Min

imum

1818

1818

2040

3520

2518

2618

2530

1825

2120

23- M

axim

um99

9999

9999

9982

9999

9999

9099

9999

9999

9995

Wee

t ni

et [N

=23.2

98] [%

aan

gekr

uist

]32

,1%

24,7

%

40,2

%

38,4

%r

31,4

%s

29,4

%s

30,4

%31

,2%

27,4

%s

36,1

%r

32,5

%41

,1%

22,8

%

21,9

%

30,1

%s

24,7

%s

29,6

%s

36,9

%r

34,6

%

20 T

EVR

EDEN

HEI

D

20a.

in h

oeve

rre

bent

u, a

lles

bij e

lkaa

r ge

nom

en,

tevr

eden

met

uw

arb

eids

omst

andi

ghed

en?

[N=23.2

57]

· 1 Z

eer

onte

vred

en2,

5%2,

6%2,

4%2,

6%2,

5%2,

6%1,

7%2,

5%1,

2%s

2,2%

2,1%

5,0%

r1,

9%2,

9%3,

7%r

1,4%

s1,

7%s

2,0%

s3,

6%r

· 2 o

ntev

rede

n5,

4%5,

5%5,

3%4,

5%s

5,9%

r4,

1%s

3,6%

4,8%

3,5%

s6,

0%6,

1%4,

3%6,

0%4,

6%7,

1%r

4,3%

6,4%

4,9%

3,1%

s

· 3 N

iet

onte

vred

en/n

iet

tevr

eden

19,1

%19

,6%r

18,6

%s

17,8

%s

19,3

%19

,1%

22,2

%18

,1%

23,1

%r

19,9

%22

,7%r

25,0

%r

14,3

%s

12,7

%s

18,9

%15

,9%s

19,9

%18

,6%

19,6

%· 4 t

evre

den

61,0

%60

,2%s

62,0

%r

62,7

%r

60,6

%s

61,5

%56

,3%

62,0

%63

,8%

61,5

%60

,0%

54,9

%s

59,2

%61

,2%

55,8

%s

67,0

%r

60,0

%65

,0%r

58,9

%· 5 Z

eer

tevr

eden

12,0

%12

,1%

11,8

%12

,5%

11,7

%s

12,8

%16

,2%r

12,6

%8,

5%s

10,5

%s

9,1%

s10

,9%

18,6

%

18,5

%

14,4

%r

11,4

%12

,0%

9,5%

s14

,9%r

- Gem

idde

lde

3,75

3,74

3,76

3,78r

3,73s

3,78r

3,82

3,77

3,75

3,72s

3,68s

3,63s

3,87r

3,88r

3,70s

3,83r

3,74

3,75

3,78

20b.

in h

oeve

rre

bent

u, a

lles

bij e

lkaa

r ge

nom

en, t

evre

den

met

uw

wer

k?

[N=23.2

55]

· 1 Z

eer

onte

vred

en2,

2%2,

1%2,

3%2,

4%2,

2%1,

8%1,

0%2,

6%1,

2%s

2,0%

1,9%

4,0%

r2,

0%2,

6%2,

9%r

1,3%

s1,

0%s

1,9%

2,5%

· 2 o

ntev

rede

n4,

3%4,

6%r

4,0%

s4,

0%4,

7%r

3,0%

s4,

2%4,

1%3,

2%4,

3%4,

6%5,

9%r

6,6%

r4,

6%5,

8%r

4,1%

3,4%

3,2%

s2,

6%s

· 3 N

iet

onte

vred

en/n

iet

tevr

eden

16,0

%16

,7%r

15,3

%s

16,1

%16

,2%

15,2

%24

,5%

15,3

%15

,2%

18,4

%r

19,8

%r

19,9

%r

11,9

%s

13,8

%18

,0%r

14,5

%14

,6%

12,9

%s

14,3

%· 4 t

evre

den

61,0

%60

,7%

61,4

%60

,0%

60,9

%62

,7%r

51,0

%

63,0

%r

67,6

%r

61,4

%59

,2%

54,3

%s

57,8

%60

,9%

56,4

%s

63,3

%61

,2%

64,6

%r

60,4

%· 5 Z

eer

tevr

eden

16,4

%15

,9%s

17,0

%r

17,4

%16

,0%s

17,3

%19

,4%

15,0

%s

12,7

%s

13,9

%s

14,5

%15

,9%

21,6

%r

18,1

%16

,9%

16,8

%19

,7%r

17,4

%20

,3%r

- Gem

idde

lde

3,85

3,84s

3,87r

3,86

3,84s

3,91r

3,84

3,84

3,87

3,81s

3,80s

3,72s

3,90

3,87

3,78s

3,90r

3,95r

3,92r

3,94r

Page 86: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...
Page 87: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

85

Methodologie en globale resultaten

Literatuur

Blatter, B.M., Bongers, P.M., Kraan, K.o., & S. dhondt (2000). rSi-klachten in de wer-

kende populatie. de mate van vóórkomen en de relatie met beeldschermwerk, muis-

gebruik en andere iCt gerelateerde factoren. Hoofddorp: tNo.

Bossche, S.N.J. van den & P.G.W. Smulders (2004). de Nationale Enquête

arbeidsomstandigheden 2003: Methodologie en globale resultaten. Hoofddorp: tNo.

Bossche, S.N.J. van den, Hupkens, C.L.H., ree, S.J.M. de & P.G.W. Smulders (2006).

Nationale Enquête arbeidsomstandigheden 2005: Methodologie en globale resulta-

ten. Hoofddorp: tNo.

Bossche, S.N.J. van den, Hupkens, C.L.H., ree, S.J.M. de & P.G.W. Smulders (2007).

Nationale Enquête arbeidsomstandigheden 2006: Methodologie en globale resulta-

ten. Hoofddorp: tNo.

Bossche, S.N.J. van den, Koppes L.L.J., Granzier J.J.M., Vroome E.E.M. de & P.G.W.

Smulders (2008). Nationale Enquête arbeidsomstandigheden 2007: Methodologie en

globale resultaten. Hoofddorp: tNo.

Centraal Bureau voor de Statistiek (2003). Permanent onderzoek Leefsituatie (PoLS);

Gezondheid 2004. Heerlen: Centraal Bureau voor de Statistiek.

CBS (2014a). Werknemers; inkomstenbron vóór instroom of na uitstroom uit arbeid.

Benaderbaar via: http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?dM=SLNL&Pa=81571

NEd&d1=a&d2=0&d3=0&d4=0&d5=a&d6=a&Hdr=t,G3,G2,G1&StB=G4,G5&V

W=t.

CBS (2014b). Werknemers; arbeidsstromen blijvers naar economische activiteit

2000-2008. Benaderbaar via: http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=

t&dM=SLNL&Pa=71020NEd&d1=0&d2=0&d3=20&d4=0&d5=0&d6=0&d7=a

&Hd=130227-1451&Hdr=t,G4&StB=G6,G1,G2,G3,G5.

Cohen, J. Statistical power analysis for the behavioral sciences. New York: academic

Press, 1977.

dijkstra, L., Kroft, H. & K.J. oomkes (2004). Handleiding Monitor arboconvenanten:

toelichting, gebruiksaanwijzing en technische specificaties. den Haag: Ministerie van

Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Page 88: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

86

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

Eurostat (2001). Europese statistiek van arbeidsongevallen (ESao). Methodiek.

uitgave 2001. Luxemburg: Europese Commissie – directoraat Generaal

Werkgelegenheid en Sociale Zaken.

Fox, M.L. & d.J. dwyer (1999). an investigation of the effects of time and involvement

in the relationship between stressors and work-family conflict. Journal of occupational

Health Psychology, 4, 164-174.

Goudswaard, a., dhondt S. & K. Kraan (1998). Flexibilisering en arbeid in de

informatie-maatschappij; werknemersvragenlijst, bestemd voor werknemers van orga-

nisaties die deelnemen aan het SZW-Werkgeverspanel 1998. Hoofddorp: tNo.

Granzier, J.J.M., Kösters, L. & J. Valk van der (2008). Vergelijking meting arbeidsonge-

vallen NEa versus EBB. Voorburg: CBS.

Gründemann, r.W.M., Smulders P.G.W. & C.r. de Winter (1993). VaG-Vragenlijst arbeid

en Gezondheid; Handleiding. Lisse: Swets test Services.

Have, C.J.M. ten, oeij, P.r.a. & K.o. Kraan (2007). arbeidsvoorwaarden en arbeidsver-

houdingen op ondernemingsniveau. Hoofddorp: tNo.

Heus, P. de, Leeden, r. van den & B. Gazendam (1995). toegepaste data-analyse;

technieken voor niet-experimenteel onderzoek in de sociale wetenschappen.

Maarssen: Elsevier/de tijdstroom.

Hipple, S.F. (2010). Multiple jobholding during the 2000s. Monthly Labor review, 7,

21-32.

Houtman, i.L.d., Goudswaard, a., dhondt, S., Grinten, M. van der, Hildebrandt, V. & M.

Kompier (1995). Evaluatie van de monitorstudie naar stress en lichamelijke belasting.

den Haag: VuGa.

Jansen, J.J.P., Bosch, F.a.J. van den & H.W. Volberda (2006). Erasmus Concurrentie- en

innovatieMonitor. Vragenlijst. rotterdam: Erasmus universiteit/rotterdam School of

Management (rSM).

Jettinghoff K, Stam C, Venema a, Bloemhoff a, Ybema JF & Schoots W (2008). Monitor

arbeidsongevallen in Nederland 2006. Hoofddorp: tNo.

Karasek, r.a. (1985). Job Content questionnaire and user’s Guide. Lowell, university

of Massachusetts, department of Work Environment.

Page 89: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

87

Methodologie en globale resultaten

Karasek, r.a., Brisson Ch., Kawakami N., Houtman i.L.d., P. Bongers, & B. amick

(1998). the Job Content questionnaire (JCq): an instrument for inter-nationally

Comparative assessments of Psychosocial Job Characteristics. Journal of

occupational Health Psychology, 3, 322-355.

Koppes L.L.J., Vroome, E.E.M. de, Mol, M.E.M., Janssen, B.J.M., & Bossche, S.N.J.

van den (2009). Nationale Enquête arbeidsomstandigheden 2008: Methodologie en

globale resultaten. Hoofddorp: tNo.

Koppes L.L.J., Vroome, E.E.M. de, Mol, M.E.M., Janssen, B.J.M., & Bossche, S.N.J.

van den (2010). Nationale Enquête arbeidsomstandigheden 2009: Methodologie en

globale resultaten. Hoofddorp: tNo.

Koppes L.L.J., Vroome, E.E.M. de, Mol, M.E.M., Janssen, B.J.M., & Bossche, S.N.J.

van den (2011a). Nationale Enquête arbeidsomstandigheden 2010: Methodologie en

globale resultaten. Hoofddorp: tNo.

Koppes, L.L.J., de Vroome, E.M.M. & Van den Bossche, S.N.J. (2011b). NEa

Cohortonderzoek 2007-2009; Methoden en eerste resultaten. Hoofddorp: tNo.

Koppes L.L.J., Vroome, E.E.M. de, Mol, M.E.M., Janssen, B.J.M., Zwieten, M.H.J. van,

& Bossche, S.N.J. van den (2012). Nationale Enquête arbeidsomstandigheden 2011:

Methodologie en globale resultaten. Hoofddorp: tNo.

Koppes, L.L.J., Vroome, E.E.M. de, Mars, G.M.J., Janssen, B.J.M., Zwieten, M.H.J. van,

& Bossche, S.N.J. van den (2013). Nationale Enquête arbeidsomstandigheden 2012:

Methodologie en globale resultaten. Hoofddorp: tNo.

Kristensen, t. & V. Borg. (2000). Copenhagen Psychosocial questionnaire (CoPSoq),

Copenhagen: National institute of occupational Health.

Ku Leuven (2004). PaSo (Panel Survey of organisations). Vragenlijst. Leuven:

Katholieke universiteit Leuven.

Kuyper L. (2013). Seksuele oriëntatie en werk; Ervaringen van lesbische, homoseksu-

ele, biseksuele en heteroseksuele werknemers. den Haag: Sociaal en Cultureel

Planbureau.

Lindström, K., dallner, M., Elo, a.L., Gamberale, F., Knardahl, S., Skogstad, a. & E.

orhade (1997). review of Psychological and social factors at work and suggestions

for the General Nordic questionnaire (qPS Nordic). Copenhagen: Nordic Council of

Ministers.

Page 90: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

88

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

Paoli, P. & d. Merllié (2001). third European survey on working conditions 2000.

dublin: European Foundation for the improvement of living and working conditions.

Schaufeli, W.B. & d. van dierendonck (2000). Handleiding van de utrechtse Burnout

Schaal (ubos). Lisse: Swets & Zeitlinger.

Schaufeli, W.B., Bakker, a.B., & M. Salanova (2006). the Measurement of Work

Engagement With a Short questionnaire. a Cross-National Study. Educational and

Psychological Measurement, 66, 701-716.

Smulders, P.G.W., andries, F. & F. otten (2001). Hoe denken Nederlanders over hun

werk? opzet, kwaliteit en eerste resultaten van de tNo arbeidssituatie Survey.

Hoofddorp: tNo.

Verboon, F.C, Feyter, M.G. de & P.G.W. Smulders (1999). arbeid en zorg, inzetbaarheid

en beloning: het werknemersperspectief. Hoofddorp: tNo.

Vriend, i., Kampen, B. van, Schmikli, S., Eckhardt, J., Schoots, W. & P. den Hertog

(2005). ongevallen en Bewegen in Nederland 2000-2003: ongevalsletsels en sport-

blessures in kaart gebracht. amsterdam: Consument en Veiligheid.

Ybema, J.F., van den Bossche, S. van den & a. Venema (2006). Monitor

arbeidsongevallen: de overgang van EBB naar NEa. Hoofddorp: tNo.

Zohar, d. & Luria, G. a multilevel model of safety climate: Cross-level relationships

between organization and group-levelclimates. Journal of applied Psychology, 90,

616–628, 2005.

Zwart, B.C.H. de, Heijdel, W.M. & t.J. Veerman (2002). ontwikkeling vragenlijstmodule

ziekteverzuim en reïntegratiebeleid: in het kader van uniformering monitoring arbocon-

venanten (uMa). Leiden: aStri.

Page 91: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

89

Methodologie en globale resultaten

A Wijzigingenoverzicht NEA 2012 – NEA 2013

in deze bijlage geven we een overzicht van de wijzigingen in de NEa 2013-vragenlijst

ten opzichte van de 2012-vragenlijst. Van de 2012-vragenlijst komen 19 modules

terug in de 2013-vragenlijst. de module Beroepsziekten is verwijderd. de 2013-vra-

genlijst bevat daarnaast één nieuwe module (Bedrijfsveiligheid). in deze bijlage volgen

we de 20 modules van de 2012-vragenlijst en geven aan welke vragen daarvan zijn

veranderd.

2012-module 1. persoonsgegevensde vraag naar de tijd die wordt besteed aan huishoudelijke taken en zorgtaken is ver-

wijderd.

2012-module 2. uw dienstverbandtoegevoegd zijn twee vragen over woon-werkverkeer (afstand en vervoermiddel).

daarnaast zijn nog drie vragen toegevoegd aan de internetversie van de vragenlijst,

namelijk een vervolgvraag naar de reden van het hebben van een flexibel dienstver-

band en twee vervolgvragen over thuiswerken.

2012-module 3. uw beroepongewijzigd.

2012-module 4. uw bedrijfongewijzigd.

2012-module 5. uw werkomstandighedende vraag naar het belangrijkste gevaar dat men tijdens het werk loopt, is verwijderd. de

vier vragen naar innovatief vermogen die in 2011 in de NEa zaten, maar niet in 2012,

zijn in NEa 2013 weer opgenomen. Nieuw toegevoegd aan de internetversie van de

vragenlijst is een vervolgvraag naar de reden van het niet of niet altijd gebruiken van

gehoorbeschermers als in lawaai wordt gewerkt. aan het eind van de module is een

vraag toegevoegd naar de relatieve tijdsbesteding aan zitten, staan en bewegen.

2012-module 6. Klanten en collega’stoegevoegd zijn een vraag uit NEa 2011 of men in het afgelopen jaar persoonlijk is

gediscrimineerd op het werk en een nieuwe vraag naar seksuele aantrekking.

2012-module 7. Computergebruikongewijzigd.

2012-module 8. Arbeidsongevallenongewijzigd.

Page 92: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

90

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

2012-module 9. Beroepsziektendeze module, die uit één vraag bestond, is verwijderd. in plaats daarvan wordt in de

module ‘uw gezondheid’ gevraagd naar beroepsziekte.

2012-module 10. Arbo-maatregelenuit de eerste vraag naar arbomaatregelen is het item over roken verwijderd. ook de

vragen over de arbocatalogus en risico-inventarisatie en -Evaluatie zijn verwijderd.

2012-module 11. uw gezondheidde zes items over klachten aan het bewegingsapparaat uit NEa 2011 zijn weer toege-

voegd in 2013. ook is in deze module een vervolgvraag toegevoegd aan de vraag of er

contact is geweest met een bedrijfsarts, namelijk of de bedrijfsarts toen een beroeps-

ziekte heeft geconstateerd.

2012-module 12. ziekteverzuim in 2013 zijn twee nieuwe vragen toegevoegd naar het ziekmelden terwijl men niet ziek

(genoeg) was en naar het werken terwijl men eigenlijk te ziek was. respondenten die

positief antwoorden, wordt tevens gevraagd het aantal dagen te specificeren. in de

internetvariant volgt verder na beide vragen een vervolgvraag voor de respondenten

die positief antwoorden. in de vervolgvraag wordt gevraagd naar de belangrijkste

reden van de ziekmelding terwijl men eigenlijk niet ziek (genoeg) was, respectievelijk,

het werken terwijl men eigenlijk te ziek was.

2012-module 13. De laatste keer dat u heeft verzuimd respondenten die in de internetvragenlijst bij de eerste vraag het antwoord ‘overige

klachten’ hebben aangevinkt worden in NEa 2013 niet meer gevraagd om een nadere

toelichting te geven over de klacht. ook bij de vierde vraag, naar de oorzaak in het

werk van de klachten, is de vervolgvraag om toelichting te geven op het antwoord

‘anders’ uit de internetvariant verwijderd. daarnaast is de vraag over verzuimcontrole

verwijderd, alsmede de twee vragen over contacten met zorgverleners.

2012-module 14. Chronische ziekte of aandoening respondenten die bij de eerste vraag het antwoord ‘anders’ hebben aangevinkt in de

internetvariant worden in NEa 2013 niet meer gevraagd om nadere toelichting te

geven over de klacht.

2012-module 15. Functioneren en inzetbaarheid de drie items over in-role performance zijn verwijderd, wat ook geldt voor de 10 items

over belemmeringen bij de uitvoering van het werk. aan de vier items in deze module

over inzetbaarheid is een vijfde item toegevoegd, namelijk over de geneigdheid om bij

de huidige werkgever te blijven werken.

Page 93: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

91

Methodologie en globale resultaten

2012-module 16. Arbeidsvoorwaarden de twee vragen naar de aanwezigheid van een Cao en Personeelsvertegenwoordiging

zijn behouden gebleven. alle overige vragen zijn verwijderd en vervangen door 24 vra-

gen over arbeidsvoorwaarden die ook in de NEa 2011 zijn gesteld.

2012-module 17. Opleiding en ontwikkeling ongewijzigd.

2012-module 18. Werk en thuis ongewijzigd.

2012-module 19. uw verdere loopbaan ongewijzigd.

2012-module 20. Tevredenheidongewijzigd.

Page 94: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...
Page 95: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

93

Methodologie en globale resultaten

B NEA-vragenlijst, begeleidende folder, webenquête B.1 NEA-vragenlijst

Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden VOOR WERKNEMERS

Geachte ...,

TNO, CBS en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid voeren dit jaar de tiende Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden uit. De enquête gaat over uw werk en wat u daarvan vindt. Graag vraag ik uw medewerking voor dit belangrijke onderzoek.

In een steekproef van het CBS bent u ... (geboortedatum: ...) geselecteerd voor deze enquête. Het is dan ook belangrijk dat u de enquête zelf invult.

Invullen van de enquête kan gemakkelijk via het internet. Ga naar de website en vul uw unieke inlogcode in:

Website: www.nea2013.tno.nl

Uw unieke inlogcode:

Ook kunt u er voor kiezen om deze enquête op papier in te vullen. Voor het terugsturen gebruikt u dan bijgevoegde antwoordenvelop.

Door mee te doen ondersteunt u een goed doel of maakt u kans op een Staatslot of VVV cadeaubon ter waarde van € 25,–. Voor meer informatie over het onderzoek, uw beloning en de waarborging van uw privacy verwijs ik u naar de bijgevoegde flyer.

Alvast hartelijk dank voor uw medewerking.Namens TNO, CBS en het ministerie van SZW,

Met vriendelijke groet,

dr. Lando Koppes (TNO)Onderzoeksleider Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden

Page 96: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

94

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

N A T I O N A L E E N Q U Ê T E A R B E I D S O M S T A N D I G H E D E N ����

pagina 2

Algemene informatie

Invullen via internet?

Schriftelijk invullen?

x

x

Page 97: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

95

Methodologie en globale resultaten

1 Persoonsgegevens

Wat is uw geslacht? Man

Vrouw

Wat is uw geboortejaar? 19

Wat is de hoogste opleiding die u heeft afgemaakt? Geen opleiding gevolgd/afgemaakt

Basisonderwijs

MAVO

Voorbereidend beroepsonderwijs

HAVO/VWO

Middelbaar beroepsonderwijs

Hoger beroepsonderwijs

Wetenschappelijk onderwijs

Hoe is uw huishouden samengesteld? Gehuwd of samenwonend zonder thuiswonende kinderen

Gehuwd of samenwonend met thuiswonende kinderen

Eénouder-huishouden

Alleenstaand

Anders

Heeft u momenteel een betaalde baan?

Zo ja, heeft u één of meerdere betaalde banen? Nee, géén betaalde baan U hoeft deze vragenlijst niet in te vullen en op

te sturen.

Ja, één betaalde baan

Ja, meerdere betaalde banen

Heeft u naast uw inkomen als werknemer nog inkomen uit andere

bron?

(meer antwoorden mogelijk)

Nee

Ja, uit eigen onderneming

Ja, (pre)pensioen

Ja, uitkering (anders dan (pre)pensioen)

Ja, anders

Heeft uw partner inkomen?

(meer antwoorden mogelijk)

Ik heb geen partner

Nee, mijn partner heeft geen inkomen

Ja, uit baan als werknemer

Ja, uit eigen onderneming

Ja, (pre)pensioen

Ja, uitkering (anders dan (pre)pensioen)

Ja, uit andere bron

Heeft u meer dan één betaalde baan als werknemer?

Vul dan de vragenlijst in voor de baan waaraan u gemiddeld de meeste tijd besteedt!

2 Uw dienstverband

a) Wat is de aard van uw dienstverband? Werknemer met vast dienstverband (voor onbepaalde tijd)

Werknemer met tijdelijk dienstverband met uitzicht op een vaste aanstelling

Werknemer met tijdelijk dienstverband voor bepaalde tijd

Uitzendkracht

Oproepkracht/invalkracht

Werkzaam via Wet Sociale Werkvoorziening (bijv. in sociale werkplaats)

Page 98: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

96

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

pagina 4

N A T I O N A L E E N Q U Ê T E A R B E I D S O M S T A N D I G H E D E N ����

b) Wat is de omvang van uw dienstverband? uur per week (volgens contract)

c) Hoeveel uur per week zou u willen werken? uur per week (volgens contract)

d) Op hoeveel dagen per week werkt u doorgaans?

(dus: over hoeveel dagen worden de gewerkte uren per week verspreid?) dagen per week

e) Werkt u in ploegendienst?

f ) Heeft u het afgelopen jaar ’s avonds of ’s nachts gewerkt?

g) Heeft u het afgelopen jaar in het weekend gewerkt?

Ja, regelmatig Ja, soms Nee

h) Werkt u over, dat wil zeggen meer uren dan contractueel is

vastgelegd? Ja, structureel

Ja, incidenteel

Nee, nooit Ga naar 2k

i) Hoeveel overuren maakt u gemiddeld per week?

(het gaat zowel om betaald als onbetaald overwerk.

Reistijd niet meetellen, overwerk thuis wel meetellen)

uur per week

j) Worden uw overuren uitbetaald? Ja, volledig

Ja, deels

Nee

k) Hoeveel tijd besteedt u op een gemiddelde werkdag aan

woon-werkverkeer?

(s.v.p. heen- en terugreis optellen)

minuten per dag

k2) Welke afstand legt u af aan woon-werkverkeer?

(s.v.p. heen- en terugreis van een gemiddelde werkdag optellen) kilometer per dag

k3) Welke vervoermiddelen gebruikt u meestal voor woon-

werkverkeer?

(meer antwoorden mogelijk)

Geen, ik werk meestal thuis

Ik ga te voet

Fiets

Auto, motor, brommer/scooter

Openbaar vervoer

l) Hoeveel van uw normale betaalde arbeid verricht u gemiddeld

thuis?

(overwerk niet meetellen)

uur per week

m) Hoelang bent u werkzaam bij uw huidige werkgever? jaar maanden

n) Hoelang bent u werkzaam in uw huidige functie? jaar maanden

0) Hoeveel personen werken er ongeveer in uw bedrijf of instelling?

(als uw bedrijf meer dan één vestiging heeft, geef dan alleen het aantal

werknemers aan van de vestiging waar u werkt)

1 tot en met 4 100 tot en met 499

5 tot en met 9 500 tot en met 999

10 tot en met 49 1.000 of meer

50 tot en met 99

p) Geeft u in uw huidige functie leiding?

(personeel waaraan u via anderen leidinggeeft ook meetellen)

Nee Ja, aan 10-49 medewerkers

Ja, aan 1-4 medewerkers Ja, aan 50-99 medewerkers

Ja, aan 5-9 medewerkers Ja, aan 100 of meer medewerkers

Page 99: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

97

Methodologie en globale resultaten

q) Vonden in de afgelopen 12 maanden één of meer van de volgende veranderingen plaats in uw bedrijf (vestiging/locatie)?

(meerdere antwoorden mogelijk)

Een grote reorganisatie Fusie met een ander bedrijf

Overname door een andere organisatie Uitbesteding van ondersteunende diensten

Overname van een andere organisatie Verplaatsing van bedrijfsactiviteiten naar het buitenland

Inkrimping zonder gedwongen ontslagen Automatisering van bedrijfsactiviteiten

Inkrimping met gedwongen ontslagen Geen van bovenstaande veranderingen

Uw beroep

Wat is uw beroep of functie?

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Kunt u aangeven in welke categorie uw beroep of functie het beste past?

Ambachtelijke en industriële beroepen, namelijk:

Schilders

Loodgieters, fitters, lassers, plaat- en constructiewerkers, e.d.

Metselaars, timmerlieden en andere bouwvakkers

Drukkers en verwante functies

Voedingsmiddelen- en drankenbereiders

Kleermakers, kostuumnaaiers, stoffeerders, confectie- medewerkers, e.d.

Elektromonteurs, reparateurs van elektrische apparaten

Machinebankwerkers, monteurs, instrumentmakers, reparateurs van machines, e.d.

Overige ambachtelijke en industriële beroepen

Transportberoepen, namelijk:

Buschauffeurs, treinbestuurders, zeelieden, e.d.

Vrachtwagenchauffeurs

Laders, lossers, inpakkers, grondwerk- en kraanmachinisten, e.d.

Overige transportberoepen

Administratieve beroepen, namelijk:

Secretaressen, typisten, e.d.

Boekhouders, kassiers, e.d.

Postdistributiepersoneel

Overige administratieve beroepen

Commerciële beroepen, namelijk:

Vertegenwoordigers, handelsagenten

Winkeliers, winkelbedienden en andere verkopers

Verzekeringsagenten, makelaars, tussenpersonen, e.d.

Overige commerciële beroepen

Dienstverlenende beroepen, namelijk:

Koks, kelners, buffetbedienden

Huisbewaarders, schoonmaakpersoneel (in gebouwen, e.d.)

Politiepersoneel, brandweer, bewakers, e.d.

Kappers, schoonheidsspecialisten

Overige dienstverlenende functies

Gezondheidszorg- en hulpverleningsberoepen, namelijk:

Geneeskundigen, tandartsen, dierenartsen

Verpleegkundigen, ziekenverzorgenden

Bejaardenverzorgers, kinderverzorgers, gezinshulpen, alphahulpen, e.d.

Overige gezondheidszorgberoepen

Leerkrachten/docenten, namelijk:

Docenten basisonderwijs

Docenten voortgezet onderwijs

Docenten hoger onderwijs

Overige onderwijsberoepen

(Vak)specialisten, namelijk:

Architecten, ingenieurs en verwante technici, tekenaars, e.d.

Statistici, wiskundigen, systeemanalisten, ICT-functies en verwante vakspecialisten

Kunstenaars

Overige vakspecialisten

Agrarische beroepen, namelijk:

Akkerbouwers

Veehouders, pluimveehouders

Tuinbouwers, bollenkwekers, boomkwekers, hoveniers, e.d.

Vissers, viskwekers, jagers, e.d.

Overige agrarische beroepen

Leidinggevende functies

Overige beroepen

Page 100: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

98

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

pagina 6

N A T I O N A L E E N Q U Ê T E A R B E I D S O M S T A N D I G H E D E N ����

4 Uw bedrijf

Bij wat voor soort bedrijf of instelling bent u werkzaam?

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Kunt u aangeven in welke van onderstaande categorieën uw bedrijf of instelling het beste past?

Industrie, namelijk:

Voedings- en genotmiddelenindustrie

Aardolie- en chemische industrie

Metaalproductenindustrie

Metaal- en elektronische industrie

Machine-industrie

Ander type industrie

Bouwnijverheid, namelijk:

Bouwbedrijven

Bouwinstallatiebedrijven

Afwerking van gebouwen

Ander type bouwbedrijf

Handel, namelijk:

Autohandel en -reparatie

Groothandel machines en apparaten

Warenhuizen en supermarkten

Ander type groot- en detailhandel

Vervoer en communicatie, namelijk:

Wegvervoer (exclusief openbaar vervoer)

Post en telecommunicatie

Ander type vervoer en communicatie

Financiële instellingen, namelijk:

Bankwezen

Ander type financiële instellingen

Zakelijke dienstverlening, namelijk:

Computerservice en informatietechnologie

Juridische en economische dienstverlening

Architecten- en ingenieursbureaus

Ander type zakelijke dienstverlening

Onderwijs, namelijk:

Basis- en speciaal onderwijs

Voortgezet onderwijs

Hoger onderwijs

Ander type onderwijs

Gezondheids- en welzijnszorg, namelijk:

Ziekenhuizen

Ander type gezondheidszorg

Verpleeg- en verzorgingshuizen

Ander type welzijnszorg

Openbaar bestuur/overheid, namelijk:

Gemeenten, provincies

Ministeries

Justitie (exclusief het ministerie zelf )

Politie

Ander type openbaar bestuur/overheid

Overige dienstverlening, namelijk:

Cultuur, sport en recreatie

Ander type cultuur en overige dienstverlening

Landbouw, bosbouw en visserij

Energie- en waterleidingbedrijven

Horeca

Overige bedrijven

Uw werkomstandigheden

Moet u gevaarlijk werk doen?

Ja, regelmatig Ja, soms Nee

Doet u werk waarbij u veel kracht moet zetten, bijvoorbeeld bij

tillen, duwen, trekken, sjouwen, of gebruikt u in uw werk gereed-

schappen en apparaten waarbij u veel kracht moet zetten?

Maakt u bij uw werk gebruik van een gereedschap, apparaat of

voertuig dat trillingen of schudden veroorzaakt?

Doet u werk in een ongemakkelijke werkhouding?

Doet u werk waarbij u herhalende bewegingen moet maken?

Is er op uw werkplek zoveel lawaai, dat u hard moet praten om u

verstaanbaar te maken?

Page 101: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

99

Methodologie en globale resultaten

pagina 7

Wanneer u werkt in lawaai, gebruikt u dan gehoorbeschermers,

zoals oorkappen of oordopjes?

Ja, regelmatig Ja, soms Nee N.v.t.

Werkt u met water of waterige oplossingen?

Krijgt u tijdens uw werk stoffen op uw huid? (zoals lijm, verf,

schoonmaakmiddelen, geneesmiddelen, bestrijdingsmiddelen)

Ademt u tijdens het werk stoffen in? (zoals damp van oplosmiddel,

uitlaatgas, lasrook, graanstof, stof van steen en beton)

Komt u in contact met mogelijk besmettelijke personen, dieren of

materiaal?

Nooit Soms Vaak Altijd

Kunt u zelf beslissen hoe u uw werk uitvoert?

Bepaalt u zelf de volgorde van uw werkzaamheden?

Kunt u zelf uw werktempo regelen?

Moet u in uw werk zelf oplossingen bedenken om bepaalde

dingen te doen?

Kunt u verlof opnemen wanneer u dat wilt?

Kunt u zelf bepalen op welke tijden u werkt?

Ja, regelmatig Ja, soms Nee

Moet u in een hoog tempo werken?

Moet u onder hoge tijdsdruk werken?

Moet u erg snel werken?

Moet u heel veel werk doen?

Moet u extra hard werken?

Is uw werk hectisch?

Nooit Soms Vaak Altijd

Brengt uw werk u in emotioneel moeilijke situaties?

Is uw werk emotioneel veeleisend?

Raakt u emotioneel betrokken bij uw werk?

Vereist uw werk intensief nadenken?

Vergt uw werk dat u er uw gedachten bij houdt?

Vergt uw werk veel aandacht van u?

Op mijn werk worden werknemers aangemoedigd om na te

denken over manieren om het werk beter te doen

In mijn werk krijg ik tijd om nieuwe ideeën te ontwikkelen

In mijn werk lever ik een duidelijke bijdrage aan het bedenken van

nieuwe producten/diensten van mijn bedrijf

In mijn werk lever ik een duidelijke bijdrage aan het verbeteren van

producten/diensten van mijn bedrijf

Welk deel van uw werktijd bent u aan het: zitten

staan

bewegen

(s.v.p. samen 100%) %

%

%

100%

Page 102: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

100

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

pagina 8

N A T I O N A L E E N Q U Ê T E A R B E I D S O M S T A N D I G H E D E N ����

6 Klanten en collega’s

Kunt u aangeven in hoeverre u het eens bent met de

onderstaande uitspraken?

Helemaal mee

oneensMee

oneens Mee eensHelemaal mee eens N.v.t.

Mijn leidinggevende heeft oog voor het welzijn van de

medewerkers

Mijn leidinggevende besteedt aandacht aan wat ik zeg

Mijn leidinggevende helpt het werk gedaan te krijgen

Mijn leidinggevende kan mensen goed laten samenwerken

Mijn collega’s helpen om het werk gedaan te krijgen

Mijn collega’s hebben persoonlijke belangstelling voor me

Mijn collega’s zijn vriendelijk

Mijn collega’s zijn goed in hun werk

Heeft u in de afgelopen 12 maanden een conflict gehad met: Nee Ja, kortdurend Ja, langdurig

Een of meer directe collega’s?

Uw direct leidinggevende?

Uw werkgever?

Kunt u aangeven in welke mate u de afgelopen 12 maanden persoonlijk

te maken heeft gehad met:Nee,

nooitJa,

een enkele keerJa,

vaakJa,

zeer vaak

Ongewenste seksuele aandacht van klanten (of patiënten,

leerlingen of passagiers, e.d.)?

Ongewenste seksuele aandacht van leidinggevenden of

collega’s?

Intimidatie door klanten (of patiënten, leerlingen of

passagiers, e.d.)?

Intimidatie door leidinggevenden of collega’s?

Lichamelijk geweld door klanten (of patiënten, leerlingen of

passagiers, e.d.)?

Lichamelijk geweld door leidinggevenden of collega’s?

Pesten door klanten (of patiënten, leerlingen of passagiers, e.d.)?

Pesten door leidinggevenden of collega’s?

Bent u in de afgelopen 12 maanden persoonlijk gediscrimineerd

op uw werk?

(meer antwoorden mogelijk)

Nee

Ja, vanwege mijn geslacht

Ja, vanwege mijn huidskleur

Ja, vanwege mijn geloofsovertuiging

Ja, vanwege mijn seksuele geaardheid/voorkeur

Ja, vanwege mijn leeftijd

Ja, vanwege een andere reden, namelijk:

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Tot wie voelt u zich seksueel aangetrokken? Alleen tot vrouwen

Vooral tot vrouwen

Evenveel tot vrouwen als tot mannen

Vooral tot mannen

Alleen tot mannen

Weet ik niet / anders

Geen antwoord

Page 103: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

101

Methodologie en globale resultaten

pagina 9

7 Computergebruik

Hoeveel uur per dag werkt u gemiddeld aan een beeldscherm voor

uw werk? (inclusief laptop, notebook en thuiswerk) uur per dag

Bent u telewerker? (dat wil zeggen: doet u, met behulp van een computer,

thuis of elders werk dat u ook op uw bedrijf of bij uw opdrachtgever uitvoert) Ja

Nee

8 Arbeidsongevallen

a) Bent u in de afgelopen 12 maanden tijdens het werk betrokken

geweest bij een ongeval of voorval, waardoor u lichamelijk letsel

of geestelijke schade heeft opgelopen?

Ja, één keer

Ja, meerdere keren, namelijk: keer

Nee Ga naar 9

Onderstaande vragen hebben betrekking op uw meest recente arbeidsongeval/voorval in de afgelopen 12 maanden.

b) Welk soort letsel heeft u hierbij opgelopen? Lichamelijk letsel

Geestelijke schade

Beide

c) Heeft u verzuimd als gevolg van dit ongeval/voorval? Ja, en ik ben nog steeds niet aan het werk

Ja, maar ik ben inmiddels weer aan het werk

Nee Ga naar 8e

d) Hoelang heeft u verzuimd als gevolg van dit ongeval/voorval?

(tel alle dagen van begin tot eind van het verzuim: ook tussenliggende

vrije dagen en weekenddagen)

0 dagen (minder dan 1 volledige dag)

1, 2 of 3 dagen 2 weken tot 1 maand

4, 5 of 6 dagen 1 maand tot 6 maanden

1 tot 2 weken Langer dan 6 maanden

e) Waar of door wie bent u voor dit ongeval/voorval behandeld?

(meerdere antwoorden mogelijk)

Niet behandeld Op de (spoedeisende) eerstehulpafdeling van een ziekenhuis

Bedrijfshulpverlener, EHBO’er op het werk In een ziekenhuis opgenomen

Bedrijfsarts Specialist, verbonden aan een ziekenhuis (afspraak op de polikliniek)

Huisarts/huisartsenpost Anders

f ) Hoe ontstond het letsel?

(kruis alléén de belangrijkste oorzaak aan)

Ergens aan gesneden, gestoten Door iemand bedreigd, gebeten, geschopt

Door een voorwerp geraakt Contact met stroom, hitte, kou, gevaarlijke stoffen, lawaai

Een beknelling Verkeersongeval op de openbare weg, tijdens werktijd

Val van hoogte (trap, ladder, steiger, e.d.) Verkeersongeval op de openbare weg, tijdens woon-werkverkeer

Uitglijden, struikelen of andere val Anders

Page 104: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

102

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

N A T I O N A L E E N Q U Ê T E A R B E I D S O M S T A N D I G H E D E N ����

9 Arbo-maatregelen

Vindt u het nodig dat uw bedrijf of instelling (aanvullende)

maatregelen neemt ten aanzien van de volgende zaken:

Niet nodig, want het speelt

hier niet

Niet nodig, er zijn al

voldoende maatregelen

Wel nodig, genomen maat-

regelen zijn onvoldoende

Wel nodig, er zijn

nog geen maatregelen

Werkdruk, werkstress

Emotioneel zwaar werk

RSI

Lichamelijk zwaar werk

Geluid

Intimidatie, agressie of geweld door klanten (of patiënten,

leerlingen of passagiers, e.d.)

Intimidatie, agressie of geweld door leidinggevende(n) of

collega's

Gevaarlijke stoffen

Veiligheid, bedrijfsongevallen

Virussen, bacteriën, schimmels

Is er in uw bedrijf of instelling een preventiemedewerker of

arbo-coördinator?Ja Nee Weet ik niet

Bedrijfsveiligheid

Wilt u s.v.p. aangeven of u het eens of oneens bent met de

onderstaande stellingen?Helemaal mee eens

Grotendeels mee eens

Niet mee eens, niet

mee oneensNiet

mee eens

Helemaal niet

mee eens

Op mijn werk wordt er goed geluisterd naar suggesties van

medewerkers om de veiligheid te verbeteren

Op mijn werk krijgen de medewerkers veel informatie over veilig

werken

Op mijn werk worden veiligheidsproblemen snel aangepakt

Op mijn werk wordt veilig werken gestimuleerd

Op mijn werk houdt men zich aan de regels over veilig werken

11 Uw gezondheid

Wat vindt u, over het algemeen genomen, van uw gezondheid? Uitstekend

Zeer goed

Goed

Matig

Slecht

Heeft u in de afgelopen 12 maanden last (pijn, ongemak) gehad van uw:Nee,

nooit

Een enkele keer,

maar van korte duur

Een enkele keer,

langdurig

Meerdere keren, maar steeds van korte duur

Meerdere keren,

langdurig

Nek

Schouders

Armen/ellebogen

Polsen/handen

Rug

Heupen/benen/knieën/voeten

Page 105: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

103

Methodologie en globale resultaten

pagina 11

Wilt u aangeven hoe vaak iedere uitspraak op u van toepassing is?

Nooit

Enkele keren

per jaarMaan-delijks

Enkele keren

per maand

Elke week

Enkele keren

per weekElke dag

Ik voel me emotioneel uitgeput door mijn werk

Aan het einde van een werkdag voel ik me leeg

Ik voel me moe als ik ’s morgens opsta en geconfronteerd word

met mijn werk

Het vergt heel veel van mij om de hele dag met mensen te

werken

Ik voel me compleet uitgeput door mijn werk

Wat is uw lengte?

Wat is uw gewicht?

cm

kg

Heeft u de mogelijkheid om een bedrijfsarts te raadplegen? Ja

Nee

Weet ik niet

Heeft u ooit vanwege uw gezondheid contact gehad met een

bedrijfsarts? Ja, in de afgelopen 12 maanden

Ja, langer dan een jaar geleden

Nee Ga naar 12

Heeft de bedrijfsarts toen een beroepsziekte bij u geconstateerd?

(een ziekte die volgens de bedrijfsarts (grotendeels) is ontstaan door uw

werk, bijvoorbeeld een hernia door zwaar tillen, gehoorverlies door lawaai,

of eczeem door het dragen van latex-handschoenen)

Nee

Ja, namelijk: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

12 Ziekteverzuim

Onder verzuim wordt verstaan: minder uren of dagen werken dan normaal vanwege ziekte, ongeval of een andere gezondheidsreden.

Normaal zwangerschapsverlof wordt niet als ziekteverzuim opgevat.

a) Heeft u de afgelopen 12 maanden wel eens verzuimd? Ja

Nee Ga naar 12e

b) Hoe vaak heeft u gedurende de afgelopen 12 maanden verzuimd? keer

c) Hoeveel werkdagen heeft u, alles bij elkaar, de afgelopen 12 maanden

naar schatting verzuimd?

(tel alleen de dagen waarop u normaal gesproken zou werken. Ook

gedeeltelijk ziekteverzuim en therapeutisch werken tellen als verzuim)

dagen

d) Heeft u zich in de afgelopen 12 maanden ooit ziek gemeld terwijl u

eigenlijk niet ziek was, of niet ziek genoeg? Nee

Ja, namelijk: dagen

e) Heeft u in de afgelopen 12 maanden ooit gewerkt terwijl u eigenlijk

te ziek was? Nee

Ja, namelijk: dagen

Page 106: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

104

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

pagina 12

N A T I O N A L E E N Q U Ê T E A R B E I D S O M S T A N D I G H E D E N ����

De laatste keer dat u heeft verzuimd (eventueel langer dan een jaar geleden)

a) Met wat voor soort klachten heeft u de laatste keer verzuimd?

(kruis alléén de belangrijkste klacht aan)

Rugklachten Klachten buik, maag of darmen

Klachten nek, schouders, armen, polsen, handen Huidklachten

Klachten heup, benen, knieën, voeten Klachten oren of ogen

Klachten hart- en vaatstelsel Griep of verkoudheid

Psychische klachten, overspannenheid, burn-out Hoofdpijn

Vermoeidheid of concentratieproblemen Klachten in verband met zwangerschap

Conflict op het werk Overige klachten

Klachten luchtwegen N.v.t., nog nooit verzuimd Ga naar 14

b) Hoeveel werkdagen heeft u deze laatste keer verzuimd?

(tel alleen de dagen waarop u normaal gesproken zou werken, ook

gedeeltelijk ziekteverzuim en therapeutisch werken tellen als verzuim)

dagen

c) Heeft u de indruk dat deze klachten het gevolg waren van het

werk dat u deed? Ja, hoofdzakelijk gevolg van mijn werk

Ja, voor een deel gevolg van mijn werk

Nee, geen gevolg van mijn werk Ga naar 14

Weet niet Ga naar 14

d) Zo ja, wat was naar uw mening de belangrijkste reden in het werk die (geheel of voor een deel) leidde tot het ontstaan van deze klachten?

(kruis alléén de belangrijkste reden aan)

Werkdruk, werkstress Problemen met leiding, werkgever

Emotioneel te zwaar Problemen met collega’s of ondergeschikten

Lichamelijk te zwaar Problemen met klanten (of patiënten, leerlingen of passagiers, e.d.)

Langdurig dezelfde handelingen verrichten, langdurig achter computer werken

Te moeilijk werk

Gevaarlijk werk/bedrijfsongeval

Gevaarlijke stoffen

Anders

14 Chronische ziekte of aandoening

a) Heeft u één of meer van de volgende langdurige ziekten, aandoeningen of handicaps, en zo ja kunt u aangeven welke?

(meerdere antwoorden mogelijk)

Nee Ga naar 14d Suikerziekte

Problemen met armen of handen (ook artritis, reuma, RSI) Ernstige huidziekten

Problemen met benen of voeten (ook artritis, reuma) Psychische klachten/aandoeningen

Problemen met rug en nek (ook artritis, reuma, RSI) Gehoorproblemen

Migraine of ernstige hoofdpijn Epilepsie

Hart- of vaatziekten Levensbedreigende ziekten (bijv. kanker, aids)

Astma, bronchitis, emfyseem Problemen met zien

Maag- of darmstoornissen Anders

b) Wordt u door uw ziekte, aandoening of handicap belemmerd bij

het uitvoeren van uw werk? Niet belemmerd

Licht belemmerd

Sterk belemmerd

c) Is uw ziekte, aandoening of handicap het gevolg van het werk dat

u deed? Ja, hoofdzakelijk gevolg van mijn werk

Ja, voor een deel gevolg van mijn werk

Nee, geen gevolg van mijn werk

Weet niet

Page 107: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

105

Methodologie en globale resultaten

d) Zijn er – in verband met uw gezondheid – de afgelopen 12 maanden aanpassingen verricht in uw werkplek of uw werkzaamheden?

(meerdere antwoorden mogelijk)

Nee Ja, in functie of takenpakket

Ja, in hulpmiddelen of meubilair Ja, in opleiding of omscholing

Ja, in werktijden Ja, in toegankelijkheid tot het gebouw

Ja, in hoeveelheid werk Ja, andere aanpassingen

e) Zijn er volgens u (verdere) aanpassingen nodig in uw werkplek of uw werkzaamheden in verband met uw gezondheid?

(meerdere antwoorden mogelijk)

Nee Ja, in functie of takenpakket

Ja, in hulpmiddelen of meubilair Ja, in opleiding of omscholing

Ja, in werktijden Ja, in toegankelijkheid tot het gebouw

Ja, in hoeveelheid werk Ja, andere aanpassingen

Functioneren en inzetbaarheid

In hoeverre bent u het eens met de volgende uitspraken?Helemaal niet

mee eensNiet

mee eens Mee eensHelemaal mee eens

Ik kan gemakkelijk voldoen aan de fysieke eisen die mijn werk aan

mij steltIk kan gemakkelijk voldoen aan de psychische eisen die mijn werk

aan mij stelt Ik zou gemakkelijk een nieuwe baan/functie kunnen krijgen bij

mijn huidige werkgeverIk zou gemakkelijk een nieuwe baan/functie kunnen krijgen bij

een andere werkgever

Ik zou bij mijn huidige werkgever blijven werken, ook als ik

ergens anders hetzelfde werk voor hetzelfde salaris zou kunnen

gaan doen

Wilt u aangeven hoe vaak iedere uitspraak op u van toepassing is?

Nooit

Enkele keren

per jaarMaan-delijks

Enkele keren per

maandElke week

Enkele keren

per weekElke dag

Als ik werk voel ik me fit en sterk

Ik ben enthousiast over mijn baan

Ik ga helemaal op in mijn werk

16 Arbeidsvoorwaarden

a) Kunt u met een rapportcijfer aangeven hoe tevreden u bent

over de volgende zaken?1=zeer ontevreden 10=zeer tevreden

Weet niet/ N.v.t.1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

Salaris

Resultaatgerichte beloning/prestatiebeloning

Pensioenregeling

Reiskostenvergoeding

Mogelijkheden om zelf arbeidsvoorwaarden samen te stellen

Functioneringsgesprekken

Promotie- en loopbaanmogelijkheden

Scholings- en opleidingsmogelijkheden

Mogelijkheden om in deeltijd te werken

Flexibele werktijden

Thuiswerkregeling

Verlof- en vakantiemogelijkheden

Overlegmogelijkheden

Type dienstverband/contractvorm (vast, tijdelijk, uitzendkracht, e.d.)

Page 108: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

106

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

pagina 14

N A T I O N A L E E N Q U Ê T E A R B E I D S O M S T A N D I G H E D E N ����

b) Kunt u met een rapportcijfer aangeven hoe belangrijk u

de volgende zaken vindt?1=zeer onbelangrijk 10=zeer belangrijk Weet niet/

N.v.t.1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

Hoe belangrijk vindt u het dat er vakbonden bestaan?

Hoe belangrijk vindt u het dat er personeels-

vertegenwoordigingen (zoals een OR) bestaan?

Hoe belangrijk vindt u het dat er CAO's (collectieve arbeids-

overeenkomsten) bestaan?

c) Bent u lid van een vakbond? Ja Ga naar 16e

Nee

d) Waarom bent u geen lid van een vakbond? Ik vind het lidmaatschap te duur

Ik heb er nooit serieus over nagedacht om lid te worden

Vakbonden hebben geen invloed (meer) op mijn arbeidsvoorwaarden

Vakbonden komen niet goed op voor mijn belangen

Anders

e) Heeft uw bedrijf een OR (ondernemingsraad), MR (medezeggen-

schapsraad), of andere personeelsvertegenwoordiging? Ja

Nee

Weet ik niet

f ) Heeft uw bedrijf een CAO (collectieve arbeidsovereenkomst)? Ja

Nee Ga naar 16h

Weet ik niet Ga naar 16h

g) Kunt u met een rapportcijfer aangeven hoe tevreden u bent over

deze CAO?

1=zeer ontevreden 10=zeer tevreden Weet niet/ N.v.t.1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

h) Kunt u met een rapportcijfer aangeven hoe tevreden u bent

over de vertegenwoordiging van uw belangen

door de onderstaande personen of partijen?1=zeer ontevreden 10=zeer tevreden Weet niet/

N.v.t.1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

Personeelszaken (P&O)

Uw direct leidinggevende

Ondernemingsraad (OR), medezeggenschapsraad (MR), of andere

personeelsvertegenwoordiging

De vakbond

17 Opleiding en ontwikkeling

a) Bent u in uw bedrijf de laatste 2 jaar van functie veranderd?

b) Is uw functie de laatste 2 jaar uitgebreid?

c) Heeft u in uw bedrijf de laatste 2 jaar promotie gemaakt?

d) Bent u in de laatste twee jaar teruggegaan van een hogere functie

naar een lagere?

Ja Nee

e) Hoe sluiten uw kennis en vaardigheden aan bij uw huidige werk? Ik heb minder kennis en vaardigheden dan ik nodig heb voor mijn werk

Het sluit goed aan

Ik heb meer kennis en vaardigheden dan ik nodig heb voor mijn werk

Page 109: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

107

Methodologie en globale resultaten

f ) Stimuleert uw leidinggevende de ontwikkeling van uw kennis en

vaardigheden? Nee

Ja, in beperkte mate

Ja, in grote mate

g) Heeft u in de afgelopen 2 jaar een opleiding of cursus gevolgd voor

uw werk? Nee Ga naar 17m

Ja

Heeft u meer dan één opleiding of cursus gevolgd? Vul dan de volgende vragen in voor de laatste opleiding of cursus die u heeft gevolgd.

h) Wanneer volgde u deze opleiding of cursus? In werktijd

In mijn vrije tijd

Deels in werktijd, deels in vrije tijd

i) Hoeveel dagen heeft u aan deze opleiding of cursus besteed? dagen

j) Wie nam het initiatief voor de opleiding of cursus? Ikzelf

Mijn werkgever

Mijn werkgever en ikzelf samen

Anders

k) Wie heeft de kosten van de opleiding of cursus betaald? Ikzelf

Mijn werkgever

Mijn werkgever en ikzelf samen

Anders

l) Wat was het belangrijkste doel van deze opleiding of cursus? Mijn huidige werk beter kunnen doen

Om kunnen gaan met toekomstige veranderingen in mijn huidige baan

Mijn kansen op werk in de toekomst vergroten

m) Heeft u op dit moment behoefte aan een opleiding of cursus?

(meer antwoorden mogelijk)

Nee

Ja, om mijn huidige werk beter te kunnen doen

Ja, om toekomstige veranderingen in mijn huidige baan aan te kunnen

Ja, om mijn kansen op werk in de toekomst te vergroten

18 Werk en thuis

Nee, nooitJa,

een enkele keerJa,

vaakJa,

zeer vaak

Mist of verwaarloost u familie- of gezinsactiviteiten door uw werk?

Mist of verwaarloost u uw werkzaamheden door familie- en gezins-

verantwoordelijkheden?

Hoe is op dit moment de financiële situatie van uw huishouden? Komt veel geld tekort

Komt een beetje geld tekort

Komt precies rond

Houdt een beetje geld over

Houdt veel geld over

Page 110: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

108

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

pagina 16

N A T I O N A L E E N Q U Ê T E A R B E I D S O M S T A N D I G H E D E N ����

19 Uw verdere loopbaan

Ja Nee

Loopt u het risico om uw baan te verliezen?

Maakt u zich zorgen over het behoud van uw baan?

Heeft u er in het afgelopen jaar over nagedacht om ander werk te

zoeken dan het werk bij uw huidige werkgever?

Heeft u in het afgelopen jaar ook daadwerkelijk iets ondernomen om

ander werk te vinden?

Zou u, als het aan u lag, over 5 jaar nog bij dit bedrijf werken?

Tot welke leeftijd wilt u doorgaan met werken? Tot mijn ste jaar Weet ik niet

Tot welke leeftijd denkt u – lichamelijk en geestelijk – in staat te

zijn om uw huidige werk voort te zetten? Tot mijn ste jaar Weet ik niet

Tevredenheid

In hoeverre bent u, alles bij elkaar genomen, tevreden met uw

arbeidsomstandigheden? Zeer ontevreden

Ontevreden

Niet ontevreden/niet tevreden

Tevreden

Zeer tevreden

In hoeverre bent u, alles bij elkaar genomen, tevreden met uw

werk? Zeer ontevreden

Ontevreden

Niet ontevreden/niet tevreden

Tevreden

Zeer tevreden

Mogen TNO en CBS u in de toekomst nog eens benaderen voor

vergelijkbaar onderzoek? Ja

Nee

Onder de deelnemers aan de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2013 worden 500 prijzen verloot.

In plaats van deelname aan de verloting kunt u er ook voor kiezen om ons een bijdrage te laten doen aan een goed doel.

Wilt u meedoen aan de verloting?

(kruis maximaal één hokje aan)

Ja, ik wil kans maken op 1 van de 250 Staatsloten van € 26,-

Ja, ik wil kans maken op 1 van de 250 VVV cadeaubonnen van € 25,-

Nee, maak € 2,50 over naar Amnesty International

Nee, maak € 2,50 over naar KWF Kankerbestrijding

Nee, maak € 2,50 over naar War Child

Nee, maak € 2,50 over naar het Wereld Natuur Fonds

Hartelijk dank voor uw medewerking!

Copyright TNO/CBS

Page 111: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

109

Methodologie en globale resultaten

Vul de vragenlijst in over ‘Arbeidsomstandigheden in Nederland’

Invullen kan ook via internetwww.nea2013.tno.nl

Beloning voor deelname€

Hartelijk dank voor uw deelname!

Waarom is dit onderzoek nodig?

Voor wie is de enquête bedoeld?

TNO, CBS en het ministerie van Sociale Zaken en

Werkgelegenheid voeren dit jaar de tiende

Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden uit.

Graag vragen wij uw medewerking voor dit

belangrijke onderzoek.

De beloning voor het invullen

250250

www.tns-nipo.com/nea2013.

Doe mee aan de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden

2013

B.2 Begeleidende folder

Page 112: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

110

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

Welke vragen willen we beantwoorden?

>

>

>

>

>

Uw privacy is gewaarborgd

De enquête insturen of meedoen via internet

www.nea2013.tno.nl.

Wanneer worden de resultaten bekendgemaakt?

Meer informatie?

www.tns-nipo.com/nea2013

[email protected]

Wat is de rol van TNO, CBS, TNS NIPO en

het ministerie van SZW bij dit onderzoek?

Onderzoeksinstituut TNO coördineert het

onderzoek. Het Centraal Bureau voor de

Statistiek (CBS) selecteert de adressen van

werknemers. De inhoud van de enquête

wordt gezamenlijk bepaald door TNO,

CBS en het ministerie van SZW.

Marktonderzoeker TNS NIPO organiseert

de verzending van enquêtes, de verloting

en de verzending van de prijzen. TNO en

CBS ontvangen de anoniem gemaakte

enquêtegegevens van TNS NIPO en zullen

de resultaten van de enquête publiceren.

Page 113: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

111

Methodologie en globale resultaten

B.3 Screenshots webenquête

Page 114: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

112

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

Page 115: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

113

Methodologie en globale resultaten

Page 116: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

114

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

Page 117: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

115

Methodologie en globale resultaten

Page 118: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

116

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

Page 119: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

117

Methodologie en globale resultaten

C Reminderbrief

Datum November 2013

E-mail [email protected]

Telefoon 0800 – 0200 978

Betreft Herinnering Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2013 – Geef uw mening

Geachte ….,

Enige tijd geleden ontving u van ons de vragenlijst Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2013.Heeft u de vragenlijst al ingevuld en opgestuurd? Hartelijk dank! U hoeft geen actie te ondernemen. Heeft u de vragenlijst nog niet ingevuld? Dan vragen wij u vriendelijk om dit alsnog te doen. U kunt de vragenlijst insturen tot en met maandag 16 december 2013.

Met behulp van uw antwoorden worden de werkomstandigheden in Nederland onderzocht en verbeterd. Uw mening is dus van belang.

Invullen kan ook via internetGa naar de website en vul uw unieke inlogcode in.Website: www.nea2013.tno.nlUw unieke inlogcode:

Beloning voor uw deelnameU kunt met uw deelname een goed doel ondersteunen. Daarnaast verloten wij 500 waardebonnen van 25 euro onder de deelnemers. Doe mee en maak kans!

Scholier of student met bijbaan?Heeft u een bijbaantje, bijvoorbeeld naast school of studie? Dan behoort ook u tot de doelgroep. Zou u de vragenlijst willen invullen en opsturen? Heeft u momenteel geen betaalde baan, dan hoeft u de vragenlijst niet in te vullen en terug te sturen.

Heeft u nog vragen?Meer informatie over dit onderzoek vindt u op www.tns-nipo.com/nea2013.U kunt ook bellen naar het gratis informatienummer van TNS NIPO (0800 0200 978), of mailen naar [email protected].

Alvast hartelijk dank voor uw medewerking.

Namens TNO, CBS en het ministerie van SZW,

Met vriendelijke groet,

Dr. Lando Koppes (TNO)Onderzoeksleider Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden

Page 120: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...
Page 121: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

119

Methodologie en globale resultaten

D Belprotocol non-responsonderzoek

non-respons vragenlijst NEA 2013 | version 1 | © TNS 1

Q1 : introductie Single coded

Goede..., u spreekt met .... van TNS NIPO. Kan ik spreken met <naam>?

1 Er kan nu met het vraaggesprek begonnen worden2 Er kan een afspraak gemaakt worden met de respondent3 Gesprek kan geen doorgang vinden

ASK ONLY IF Q1=3

Q2 : weigering Single coded

(ENQ. noteer soort weigering)

1 Weigering (te druk etc.)2 Weigering (principeel/geen toestemming)3 Weigering (ziek\afwezig)4 Weigering (respondent is op dit nummer niet bekend)5 Andere reden, namelijk *Open6 Reeds ondervraagd

ASK ONLY IF Q1=1

Q3 : vragenlijst ontvangen Single coded

Wij hebben u ongeveer 2 maanden geleden de vragenlijst 'Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2013' gestuurd. Heeft u deze vragenlijst ontvangen?

Enq: Als iemand aarzelt met antwoorden of twijfelt, dan uitleggen hoe de vragenlijst eruit ziet: De vragenlijst is blauw met rood en op de voorkant staat een foto van een drie personen die in overleg zijn.

De vragenlijst bevat allerlei vragen over uw werk en werkomstandigheden.

1 Ja2 Nee3 weet niet *Position fixed

Page 122: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...
Page 123: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

121

Methodologie en globale resultaten

E Screenshots NEA-website

Page 124: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

122

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

Page 125: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

123

Methodologie en globale resultaten

F Vergelijking tussen respons en steekproefkader

TABEL F.1

Samenstelling van de respons (NEa) en het steekproefkader (Polisadministratie): geslacht

  NEA pOLISADMINISTRATIE Verschil

  N % N (x 1000) % %-punt*

Mannen 11.094 48 3.678 52 -5

Vrouwen 12.209 52 3.372 48 5

TOTAAL MANNEN EN VROuWEN 23.303 100 7.051 100

* door afronding kunnen deze verschillen maximaal 1 procentpunt afwijken van de verschillen tussen eerdergenoemde percentages.

TABEL F.2

Samenstelling van de respons (NEa) en het steekproefkader (Polisadministratie):

leeftijd naar geslacht

  NEA pOLISADMINISTRATIE Verschil

  N % N (x 1000) % %-punt*

Mannen          

15-24 jaar 915 8 521 14 -6

25-34 jaar 1.787 16 750 20 -4

35-44 jaar 2.411 22 828 23 -1

45-54 jaar 3.120 28 918 25 3

55-64 jaar 2.861 26 661 18 8

TOTAAL MANNEN 11.094 100 3.678 100

Vrouwen          

15-24 jaar 1.469 12 537 16 -4

25-34 jaar 2.593 21 735 22 -1

35-44 jaar 2.668 22 776 23 -1

45-54 jaar 3.187 26 828 25 2

55-64 jaar 2.292 19 497 15 4

TOTAAL VROuWEN 12.209 100 3.372 100

* door afronding kunnen deze verschillen maximaal 1 procentpunt afwijken van de verschillen tussen eerdergenoemde percentages.

Page 126: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

124

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

TABEL F.3

Samenstelling van de respons (NEa) en het steekproefkader (Polisadministratie):

herkomst naar geslacht

  NEA pOLISADMINISTRATIE Verschil

  N % N (x 1000) % %-punt*

Mannen          

autochtoon 9.704 87 3.015 82 5

Westers allochtoon, 1e generatie 204 2 131 4 -2

Westers allochtoon, 2e generatie 486 4 182 5 -1

Niet Westers allochtoon, 1e generatie 521 5 236 6 -2

Niet Westers allochtoon, 2e generatie 179 2 114 3 -1

TOTAAL MANNEN 11.094 100 3.678 100

Vrouwen          

autochtoon 10.520 86 2.746 81 5

Westers allochtoon, 1e generatie 378 3 143 4 -1

Westers allochtoon, 2e generatie 536 4 168 5 -1

Niet Westers allochtoon, 1e generatie 506 4 196 6 -2

Niet Westers allochtoon, 2e generatie 269 2 120 4 -1

TOTAAL VROuWEN 12.209 100 3.372 100

* door afronding kunnen deze verschillen maximaal 1 procentpunt afwijken van de verschillen tussen eerdergenoemde percentages.

Page 127: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

125

Methodologie en globale resultaten

TABEL F.4

Samenstelling van de respons (NEa) en het steekproefkader (Polisadministratie):

herkomst naar geslacht

  NEA pOLISADMINISTRATIE* Verschil

  N % N (x 1000) % %-punt**

Mannen          

Basisonderwijs 634 6 248 7 -1

Mavo/vmbo 1.641 15 745 20 -5

Havo/vwo/mbo 4.480 40 1.519 41 -1

Hbo 2.871 26 746 20 6

Wo 1.468 13 420 11 2

TOTAAL MANNEN 11.094 100 3.678 100

Vrouwen          

Basisonderwijs 487 4 191 6 -2

Mavo/vmbo 1.627 13 617 18 -5

Havo/vwo/mbo 5.079 42 1.460 43 -2

Hbo 3.554 29 762 23 7

Wo 1.462 12 342 10 2

TOTAAL VROuWEN 12.209 100 3.372 100

* de verdeling naar opleidingsniveau naar geslacht is bepaald op basis van de EBB. de verdeling van opleidingsniveau is vervolgens toegepast op de verdeling van geslacht uit de Polisadministratie.

** Procentpunten. door afrondingsverschillen kunnen deze verschillen maximaal 1 procentpunt afwijken van het verschil tussen de eerdergenoemde percentages.

Page 128: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

126

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

TABEL F.5

Samenstelling van de respons (NEa) en het steekproefkader (Polisadministratie): bedrijfstak

  NEA Polisadministratie* Verschil

  N % N (x1000) % %**

A Landbouw, bosbouw en visserij 204 0,9 78 1,1 -0,2

B Winning van delfstoffen 31 0,1 8 0,1 0,0

CA Vervaardiging van voedingsmiddelen, vervaardiging van

dranken en vervaardiging van tabaksproducten 393 1,7 116 1,6 0,0

CB Vervaardiging van kleding, vervaardiging van leer, lederwaren

en schoenen 48 0,2 14 0,2 0,0

CC Primaire houtbewerking en vervaardiging van artikelen van

hout, kurk, riet en vlechtwerk (geen meubels) Vervaardiging van

papier, karton en papier- en kartonwaren en vervaardiging van

drukkerijen, reproductie van opgenomen media

175 0,8 51 0,7 0,0

CD Vervaardiging van cokesovenproducten en aardolieverwerking 17 0,1 5 0,1 0,0

CE Vervaardiging van chemische producten 176 0,8 43 0,6 0,2

CF Vervaardiging van farmaceutische grondstoffen en producten 49 0,2 12 0,2 0,0

CG Vervaardiging van producten van rubber en kunststof en

vervaardiging van overige niet-metaalhoudende minerale

product

181 0,8 50 0,7 0,1

CH Vervaardiging van metalen in primaire vorm en vervaardiging

van producten van metaal (geen machines en apparaten) 295 1,3 95 1,3 -0,1

CI Vervaardiging van computers en elektronische en optische

apparatuur 95 0,4 25 0,3 0,1

CJ Vervaardiging van elektrische apparatuur 76 0,3 19 0,3 0,1

CK Vervaardiging van overige machines en apparaten 277 1,2 73 1,0 0,2

CL Vervaardiging van auto’s, aanhangwagens en opleggers en

vervaardiging van overige transportmiddelen

118 0,5

33 0,5 0,0

CM Vervaardiging van meubels, vervaardiging van overige

goederen, reparatie en installatie van machines en apparaten 509 2,2 170 2,4 -0,2

D Productie in distributie van en handel in elektriciteit, aardgas,

stoom en gekoelde lucht 98 0,4 25 0,4 0,1

E Winning en distributie van water, afvalwaterinzameling en

-behandeling, voorbereiding tot recycling 127 0,5 36 0,5 0,0

F Algemene burgerlijke en utiliteitsbouw en projectontwikkeling,

grond-, water- en wegenbouw (geen grondverzet),

gespecialiseerde werkzaamheden in de bouw

921 4,0 316 4,5 -0,5

G1 Handel in en reparatie van auto’s, motorfietsen en aanhangers 282 1,2 107 1,5 -0,3

G2 Groothandel en handelsbemiddeling (niet in auto’s en

motorfietsen)1.238 5,3 424 6,0 -0,7

G3 Detailhandel (niet in auto’s) 1.811 7,8 669 9,5 -1,7

H Vervoer- over land, water, luchtvaart, opslag en dienstverlening,

post en koeriers1.110 4,8 332 4,7 0,1

I Logiesverstrekking, eet- en drinkgelegenheden 643 2,8 292 4,1 -1,4

JA Uitgeverijen, productie en distributie van films en

televisieprogramma’s, maken en uitgeven van geluidsopnamen,

verzorgen en uitzenden van radio- en televisieprogramma’s

143 0,6 47 0,7 -0,1

Page 129: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

127

Methodologie en globale resultaten

  NEA Polisadministratie* Verschil

  N % N (x1000) % %**

JB Telecommunicatie 90 0,4 30 0,4 0,0

JC Dienstverlenende activiteiten op het gebied van

informatietechnologie en op het gebied van informatie

416 1,8

139 2,0 -0,2

K Financiële instellingen (geen verzekeringen en pensioen-

fondsen), verzekeringen en pensioenfondsen (geen verplichte

sociale verzekeringen), overige financiële dienstverlening

886 3,8 278 3,9 -0,1

L Verhuur van en handel in onroerend goed 203 0,9 60 0,9 0,0

MA Rechtskundige dienstverlening, accountancy,

belastingadvisering en administratie, holdings (geen

financiële), concerndiensten binnen eigen concern en

managementadvisering, architecten, ingenieurs en technisch

ontwerp en advies, keuring en controle

1.132 4,9 338 4,8 0,1

MB Speur- en ontwikkelingswerk 162 0,7 33 0,5 0,2

MC Reclame en marktonderzoek, Industrieel ontwerp en

vormgeving, fotografie, vertaling en overige consultancy,

veterinaire dienstverlening personeelsbeheer, reisbemiddeling,

reisorganisatie, toeristische informatie en reserveringsbureaus,

beveiliging en opsporing

185 0,8 67 1,0 -0,2

N Verhuur en lease van auto’s, consumentenartikelen, machines

en overige goederen, arbeidsbemiddeling, uitzendbureaus en1.257 5,4 640 9,1 -3,7

O en U Openbaar bestuur, overheidsdiensten en verplichte sociale

verzekeringen, Extraterritoriale organisaties en lichamen1.959 8,4 474 6,7 1,7

P Onderwijs 2.003 8,6 471 6,7 1,9

QA Gezondheidszorg 2.192 9,4 488 6,9 2,5

QB1 Verpleging, verzorging en begeleiding met overnachting 1.786 7,7 426 6,0 1,6

QB2 Maatschappelijke dienstverlening zonder overnachting 1.243 5,3 321 4,6 0,8

R Kunst, culturele uitleencentra, openbare archieven, musea,

dieren- en plantentuinen, natuurbehoud, loterijen en

kansspelen, sport en recreatie

308 1,3 102 1,4 -0,1

S Levensbeschouwelijke en politieke organisaties, belangen- en

ideële organisaties, hobbyclubs, reparatie van computers en

consumentenartikelen, Wellness en overige dienstverlening,

uitvaartbranche

446 1,9 125 1,8 0,1

Huishoudens als werkgever van huishoudelijk personeel, Niet-

gespecificeerde productie van goederen en diensten door

particuliere huishoudens voor eigen gebruik

18 0,1 19 0,3 -0,2

ToTAAl 23.303 100,0 7.051 100,0 0,0

* Werknemers waarvan de sector onbekend is in de Polisadministratie (N = 19) zijn voor de weging naar rato verdeeld over de andere categorieën (bijgeschaald);

** Verschil tussen NEa en Polisadministratie in procentpunten. door afrondingsverschillen kunnen deze verschillen maximaal 0,1 procentpunt afwijken van het verschil tussen de eerdergenoemde percentages.

Page 130: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

128

NatioNale eNquête arbeidsomstaNdighedeN 2013

TABEL F.6

Samenstelling van de respons (NEa) en het steekproefkader (Polisadministratie): stedelijkheid

  NEA polisadministratie Verschil

  N % N (x1000) % %*

Zeer sterk stedelijk 4.072 17 1.390 20 -2

Sterk stedelijk 6.523 28 2.006 28 0

Matig stedelijk 4.901 21 1.415 20 1

Weinig stedelijk 5.291 23 1.531 22 1

Niet stedelijk 2.516 11 708 10 1

TOTAAL 23.303 100 7.051 100 0

* Procentpunten. door afrondingsverschillen kunnen deze verschillen maximaal 1 procentpunt afwijken van het verschil tussen de eerdergenoemde percentages.

TABEL F.7

Samenstelling van de respons (NEa) en het steekproefkader (Polisadministratie):

de 4 grote steden en de 12 provincies (exclusief de 4 grote steden)

  NEA polisadministratie Verschil

  N % N (x1000) % %*

amsterdam 888 4 335 5 -1

rotterdam 644 3 240 3 -1

den Haag 512 2 195 3 -1

utrecht (stad) 504 2 151 2 0

Groningen 782 3 234 3 0

Friesland 829 4 252 4 0

drenthe 688 3 193 3 0

overijssel 1.586 7 481 7 0

Flevoland 548 2 172 2 0

Gelderland 2.983 13 849 12 1

utrecht 1.363 6 399 6 0

Noord-Holland 2.592 11 817 12 0

Zuid-Holland 3.560 15 1.060 15 0

Zeeland 490 2 151 2 0

Noord-Brabant 3.690 16 1.068 15 1

Limburg 1.644 7 452 6 1

TOTAAL 23.303 100 7.051 100 0

* Procentpunten. door afrondingsverschillen kunnen deze verschillen maximaal 1 procentpunt afwijken van het verschil tussen de eerdergenoemde percentages.

Page 131: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...
Page 132: Nationale enquête arbeidsomstandigheden 2013: methodologie en ...

Eind 2013 voerden tNo en CBS de tiende Nationale Enquête arbeids-

omstandigheden (NEa) uit. ruim 23.000 werknemers deden mee aan het

onderzoek, dat deel uitmaakt van het kennisinvesteringsprogramma van tNo

en financieel wordt ondersteund door het ministerie van Sociale Zaken en

Werkgelegenheid.

in de NEa staat ‘kwaliteit van de arbeid’ in brede zin centraal. dat betekent

dat naast de arbeidsomstandigheden, substantiële aandacht wordt

geschonken aan de organisatie en inhoud van arbeid, arbeidsverhoudingen

en arbeidsvoorwaarden. tevens komen enkele andere thema’s aan bod zoals

functioneren en inzetbaarheid, opleiding en ontwikkeling, gezondheid en de

balans tussen werk en privé.

de omvang en representativiteit van de NEa maken het mogelijk om diverse

branches te profileren op uiteenlopende arbeidsrisico’s, zoals werkdruk,

agressie en fysieke belasting. ook bevat de NEa informatie over maatregelen

die werkgevers treffen en over mogelijke effecten van arbeid, zoals

werkstress, verzuim en ongevallen.

de NEa signaleert trends, brengt risicogroepen in kaart en vormt een

nationaal referentiebestand voor onderzoek op bedrijfs- en sectorniveau.

de data zijn – onder voorwaarden – toegankelijk via het Centrum voor

Beleidsstatistiek van het CBS en zijn koppelbaar aan statistieken uit het

Sociaal Statistisch Bestand van het CBS. de resultaten worden gebruikt

door beleidsmakers binnen overheid en bedrijfsleven, alsmede door

onderzoekers, HrM- en arboprofessionals.

deze publicatie vormt de methodologische verantwoording bij de tiende

meting van de NEa en biedt een overzicht van de eerste resultaten.

Nat

ioN

aL

E E

Nq

tE

ar

BE

idS

oM

Sta

Nd

iGH

Ed

EN

20

12