Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der...

52
MISBRUIK VAN BEVOEGDHEID De invloed van de omstandigheden van het geval op de werking van het leerstuk misbruik van bevoegdheid gecodificeerd in art. 3:13 BW voor de feitenrechter. Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson September 2018

Transcript of Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der...

Page 1: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

MISBRUIK VAN BEVOEGDHEID

De invloed van de omstandigheden van het geval op de werking van het

leerstuk misbruik van bevoegdheid gecodificeerd in art. 3:13 BW voor

de feitenrechter.

Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS

Faculteit der Rechtsgeleerdheid

UoC

Iverine J.C. Wilson

September 2018

Page 2: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

1

MISBRUIK VAN BEVOEGDHEID

De invloed van de omstandigheden van het geval op

de werking van het leerstuk misbruik van bevoegdheid

gecodificeerd in art. 3:13 BW voor de feitenrechter.

Student: Iverine J.C. Wilson

Begeleider: dr. mr. Marnix Snel

Scriptie: Bachelor Rechtsgeleerdheid 4 ECTS

Aantal woorden: 9717

Datum: September 2018

Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC

Page 3: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

2

Inhoudsopgave Inhoudsopgave .............................................................................................................................................. 2

1 Inleiding ................................................................................................................................................ 4

1.1 Probleembeschrijving en aanleiding ............................................................................................. 4

1.2 Vraag- en doelstelling ................................................................................................................... 6

1.3 Theoretisch Kader ......................................................................................................................... 7

1.3.1 Wet, Jurisprudentie, Literatuur ............................................................................................. 7

1.3.2 Bevoegdheden ....................................................................................................................... 7

1.3.3 Misbruik van bevoegdheid .................................................................................................... 8

1.4 Leeswijzer ................................................................................................................................... 10

2 Het model van Wolters: hoofdcategorieën en factoren. ...................................................................... 12

2.1 Inleiding ...................................................................................................................................... 12

2.2 Hoofdcategorieën ........................................................................................................................ 12

2.2.1 Belang van de indeling in categorieën ................................................................................ 13

2.2.2 „De beste‟ benadering: Duidelijk en direct. ........................................................................ 14

2.3 De factoren behorende bij de hoofdcategorieën .......................................................................... 14

2.3.1 Factoren behorende bij de hoofdcategorie normen ............................................................. 15

2.3.2 Factoren behorende bij de hoofdcategorie gedragingen en gebeurtenissen ........................ 16

2.3.3 Factoren behorende bij de hoofdcategorie „kenmerken van de partijen bij een

rechtsbetrekking‟ ................................................................................................................................. 17

2.3.4 Factoren behorende bij de hoofdcategorie „de verhouding tussen de partijen bij een

rechtsbetrekking‟ ................................................................................................................................. 17

2.3.5 Factoren behorende bij de hoofdcategorie „belangen‟ ........................................................ 17

2.3.6 Factoren behorende bij de hoofdcategorie „evenwicht‟ ...................................................... 18

2.4 Tussenconclusie .......................................................................................................................... 18

3 Jurisprudentieonderzoek en de analyse inzake de doorslaggevende omstandigheden van het geval op

een algemener niveau .................................................................................................................................. 20

3.1 Algemene Analyse ...................................................................................................................... 20

3.1.1 Algemeen ............................................................................................................................ 20

3.1.2 Rechtsgebieden ................................................................................................................... 21

3.1.3 Instantie ............................................................................................................................... 21

Page 4: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

3

3.2 De hoofdcategorieën van Wolters toegepast ............................................................................... 21

3.2.1 Normen ............................................................................................................................... 22

3.2.2 Gedragingen en gebeurtenissen .......................................................................................... 23

3.2.3 Kenmerken van de partijen bij een rechtsbetrekking .......................................................... 25

3.2.4 Verhouding tussen de partijen bij een rechtsbetrekking ..................................................... 26

3.2.5 Belangen ............................................................................................................................. 27

3.2.6 Evenwicht ........................................................................................................................... 28

3.2.7 Procestechnische fouten ...................................................................................................... 30

3.3 Tussenconclusie .......................................................................................................................... 31

4 Conclusie............................................................................................................................................. 33

Literatuurlijst............................................................................................................................................... 37

Jurisprudentielijst ........................................................................................................................................ 39

Bijlage 1. ..................................................................................................................................................... 42

Bijlage 2 ...................................................................................................................................................... 46

.................................................................................................................................................................... 50

.................................................................................................................................................................... 51

Page 5: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

4

1 Inleiding

1.1 Probleembeschrijving en aanleiding

Het boek, “The Power Paradox, How we gain and lose influence”, werd gepubliceerd in mei

2017 en is het resultaat van een onderzoek gedaan naar het paradoxaal gedrag van de mens die

vaak bij het verkrijgen van bevoegdheden of macht, deze bevoegdheden of macht misbruikt en

ten gevolge hiervan deze bevoegdheden of macht weer verliest.1 Dat de mens de neiging heeft

om de aan hen toekomende bevoegdheden te misbruiken is geen geheim. Ook filosofen van de

vroegere verlichting als Locke en Montesquieu hielden zich bezig met de verdeling van machten

ter oplossing van bovenvermeld gedrag. Hun visie resulteerde in wat we vandaag de dag als het

„sociaal contract‟ en de „Trias Politica‟ kennen. Deze worden als belangrijke elementen van onze

democratische rechtsstaat beschouwd.

De gedachten van Locke en Montesquieu waren gericht op staatshoofden, maar ook op

microniveau, in de privaatrechtelijke sfeer, kunnen rechtssubjecten tijdens het gebruik maken

van de grote vrijheden die hen toekomen, zoals de rechten en bevoegdheden die voortvloeien uit

de wet of uit contractsverhoudingen, handelingen verrichten die niet zouden stroken met de

principes van de rechtsstaat indien zij hun bevoegdheden misbruiken.2 Rechtsregels bieden een

oplossing voor ongewenst gedrag van de mens. Zij bieden immers een instrument om menselijk

gedrag te sturen (preventief) en beoordelen (repressief). Ook misbruik van bevoegdheid is een

voorbeeld van een dergelijk ongewenst gedrag, waarvoor de wetgever een oplossing in artikel

3:13 BW heeft bedacht.

Drie belangrijke Nederlandse privatisten, Scholten, Eggens en Meijers, beschouwen het leerstuk

van rechtsmisbruik (hierna: „het leerstuk‟) van primordiaal belang, juist omdat het de grens

aangeeft waar de rechtmatigheid van de uitoefening van bevoegdheden ophoudt en het

maatschappelijk evenwicht verstoort raakt indien een rechthebbende deze grens niet in acht

neemt.3 Foqué wees in overeenstemming met de drie privatisten erop dat subjectieve rechten op

een verantwoordelijke wijze uitgeoefend moeten worden ter preventie van rechtsmisbruik.4

1 Keltner 2017 2 Rijsdijk en Nijenhuis, Beslag in de rechtspraktijk 2013, afl. 6, p. 25. 3 Galenkamp, in: Liber Amicorum René Foqué 2011, p. 48.

4 Galenkamp, in: Liber Amicorum René Foqué 2011, p. 48.

Page 6: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

5

Aan de andere kant zijn in de literatuur ook kritische geluiden waar te nemen. Volgens

Wolfsbergen wordt het leerstuk te veel in een vals daglicht geplaatst. Het wekt de schijn dat er

middels het leerstuk nieuwe gezichtspunten geopend zijn, terwijl het leerstuk slechts als een

samenvatting van een zekere rubriek onzorgvuldigheden moet worden beschouwt.5 Misbruik van

recht lijkt volgens Vranken gemakkelijk door andere leerstukken zoals redelijkheid en billijkheid

en maatschappelijke zorgvuldigheid aan de kant gezet te kunnen worden, door de algemene

aanvaarde wijze van rechtsvinding in civiele zaken die in de tweede helft van de 20ste

eeuw was

uitgegroeid. Van Dunné achtte het leerstuk zelfs volledig overbodig, omdat hij misbruik van

bevoegdheid als een bedachte methode zag om onbillijkheden die zich bij de interpretatie naar de

letter kunnen voordoen te keren.6 Vanuit het perspectief van de door hem bepleite normatieve

uitlegmethode moet misbruik van bevoegdheid slechts als een contraditio in terminis worden

gezien; een tegenstrijdigheid. Tevens ervaren juristen het leerstuk als lastig te bewijzen in een

rechtszaak.7 Valks kaart aan dat tal van auteurs en ook de Hoge Raad ervan uitgaat dat een

beroep op misbruik van bevoegdheid een zwaardere stelplicht en bewijslast meebrengt dan een

beroep op de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid.8 Gezien voornoemde

omstandigheden is het de vraag of het leerstuk daarmee een dode letter is geworden. Betekent dit

dat het leerstuk wellicht geschrapt kan worden?

In ieder geval wordt wel gesteld dat uit de rechtspraak blijkt dat slechts één van de drie niet-

limitatieve misbruikgronden die opgenomen zijn in het artikel verreweg het belangrijkst is voor

de praktijk.9 Maar volgens Rijsdijk en Nijenhuis is het leerstuk een veiligheidsventiel van het

materiele civiele recht, dat soms verregaande bevoegdheden creëert voor een rechthebbende.

Door de constructie van de wetgever die de afbakening van het leerstuk heeft overgelaten aan de

rechtspraak en de doctrine ontwikkelt het leerstuk zich naar plaats en tijd. Het leerstuk kan

volgens Galenkamp nooit in abstracto worden vastgelegd. Eggens verwoord het bovenstaande als

volgt:

5 Vranken 1996. Zie ook, Wolfsbergen 1946 p. 88. 6 Vranken 1996. zie ook van Dunné 2004 p. 2 en p. 10. 7 Jongbloed, Tijdschrift voor de procespraktijk 2013-3, p.90.

8 Valk, boekbespreking Monografieën Nieuw BW

9 Rijsdijk en Nijenhuis, Beslag in de rechtspraktijk 2013, afl. 6, p. 25.

Page 7: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

6

“Wat op het eerste gezicht en abstract bezien als geoorloofde rechtsuitoefening verschijnt, kan

bij nadere beschouwing en in het licht van concrete omstandigheden onrecht blijken te zijn”.10

Gezien het belang om misbruik tegen te werken is het noodzakelijk om het bereikte plafond te

doorbreken en dieper inzicht te verschaffen in het leerstuk. Door het categoriseren van de

omstandigheden van het geval die invloed kunnen uitoefenen op het leerstuk en voor het leerstuk

doorslaggevend kunnen zijn kan er nader inzicht en diepgaandere verbanden gelegd worden

waardoor het leerstuk beter te begrijpen wordt. Door de keuze van de wetgever om nadere

vorming van het leerstuk over te laten aan rechters en rechtsgeleerden heerst er nu onzekerheid

omtrent de omvang van het leerstuk, terwijl de codificatie juist rechtszekerheid moest

bevorderen.11

Het leerstuk mag vaker en diepgaander worden onderzocht. Deze scriptie is een

aanzet tot het nader onderzoeken van dit leerstuk.

1.2 Vraag- en doelstelling

Het bovenstaande leidt tot de volgende vraagstelling:

In hoeverre beïnvloeden de omstandigheden van het geval de werking van het leerstuk

misbruik van bevoegdheid bij de feitenrechter in een civiele zaak tot een geslaagd beroep op

art. 3:13 BW?

Door het beantwoorden van de centrale vraag, wordt onderstaande doelstelling bereikt:

Het onderzoek is gericht op het creëren van duidelijkheid over de werking van het leerstuk in het

privaatrecht op Curaçao. Door middel van jurisprudentie-analyse worden de omstandigheden

van het geval in een gestandaardiseerd model geplaatst met als doel nader inzicht te creëren in

de werking en toepasbaarheid van het leerstuk. Hopelijk zullen de bevindingen een steentje

bijdragen aan de theorievorming van de rechtswetenschap en andere juristen motiveren om

nader en diepgaander onderzoek voort te zetten over deze -mijns inziens- zeer relevante leerstuk

voor de maatschappij.

10

Galenkamp, in: Liber Amicorum René Foqué 2011, p. 43.

Zie ook: Rijsdijk en Nijenhuis, Beslag in de rechtspraktijk 2013, afl. 6, p.25. 11

Stein, GS Vermogensrecht, art. 3:13 BW, aant. 9.

Page 8: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

7

1.3 Theoretisch Kader

1.3.1 Wet, Jurisprudentie, Literatuur

Door middel van een praktijkgericht en juridisch-dogmatisch onderzoek zal in kaart gebracht

worden hoe artikel 3:13 BW wordt toegepast in de praktijk. Het onderzoek zal grotendeels

bestaan uit jurisprudentie-analyse. De scriptie zal zoveel mogelijk gericht zijn op de

feitenrechtspraak van het Caribisch deel van het Koninkrijk, aangezien de scriptie een beeld van

de Curaçaose wetstoepassing zal weergeven. Gezien het feit dat de Curaçaose tekst van artikel

3:13 BW in overeenstemming is met de in 1992 in Nederland ingevoerde versie van het artikel,

kunnen (en worden) echter ook aanknopingspunten in de Nederlandse rechtsontwikkeling (op

grond van het concordantiebeginsel van wetgeving en rechtspraak) gezocht. Voor een

verantwoording van de keuze van de rechterlijke uitspraken kunt u hoofdstuk 3 van deze scriptie

raadplegen.

1.3.2 Bevoegdheden

Voordat het leerstuk toegelicht wordt, is het verstandig om eerst aan te geven wat onder

„bevoegdheden‟ wordt verstaan. Helderheid hieromtrent verschaft zelfs duidelijkheid in de

opbouw van artikel 3:13 BW. Subjectieve rechten en subjectieve bevoegdheden kennen beiden

een zekere macht aan de rechthebbende toe, terwijl bij eigenlijke subjectieve rechten deze

gegeven macht de rechthebbende een aanspraak op een goed of op een gedraging van een ander

verleent. Bevoegdheid omvat niet alleen de eigenlijke subjectieve rechten, maar ook de overige

privaatrechtelijke bevoegdheden die geen subjectieve rechten zijn.12

Deze bevoegdheden

omschrijft Schrage in beginsel als elke bevoegdheid of macht van burgerlijk recht. Op grond

hiervan onderscheidt het artikel drie typen bevoegdheden. Ten eerste omvat het de doelgebonden

bevoegdheden. Sommige bevoegdheden worden slechts toegekend voor een specifiek doel. Een

voorbeeld hiervan vloeit voort uit artikel 1:35 BW, omvattend de bevoegdheid van de ouders om

huwelijkstoestemming te geven zodat hun minderjarige dochter kan trouwen. Het doel hierbij is

de mogelijkheid om hun dochter te beschermen. Mocht het zo zijn dat de ouders een schenking

geldsom verzoeken aan de schoonzoon in spe, wat niet het doel van de bevoegdheid is, zou dit

misbruik van bevoegdheid opleveren. Ten tweede zijn er functionele bevoegdheden die voor een

specifieke functie verleend zijn zoals de bevoegdheden die politieagenten toekomen om te

12

Rodenburg, 1985/A-4.

Page 9: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

8

kunnen handhaven. Tot slot zijn er discretionaire bevoegdheden die in het algemeen naar vrij

goedvinden kunnen worden uitgeoefend zoals eigendomsrechten.13

Kort gezegd zal er in deze

scriptie met de term bevoegdheid, de relatieve en absolute rechten en de bevoegdheden die

daaruit voortvloeien worden bedoeld.

1.3.3 Misbruik van bevoegdheid

Vanouds werd de beperking, die bij iedere door het recht toegekende bevoegdheid moet worden

aangenomen, met de term rechtsmisbruik aangeduid.14

Bij de codificatie van het artikel in het

Nederlands Burgerlijk Wetboek in 1992 en later, in het jaar 2001, ook in het Curaçaos Burgerlijk

Wetboek, heeft de wetgever gekozen voor de uitdrukking „misbruik van bevoegdheid‟.15

Tijdens

mijn onderzoek heb ik alle mogelijke termen gebruikt om informatie te vergaren, maar in deze

scriptie zal ik de wetgever volgen en dat laatste begrip hanteren, namelijk: „misbruik van

bevoegdheid‟.

Het leerstuk had in de Nederlandse context uiteenlopende wortels. Rechtswetenschappers zoals

Scholten, Eggens en Meijers hadden elk een eigen visie ontwikkeld en zo een fundering

gebouwd waarop andere rechtswetenschappers hebben voortgebouwd. De wetgever heeft de

visie van Meijers gehanteerd bij de codificatie.16

Deze visie zal ook in de scriptie toegepast

worden, aangezien er aan de hand van de theorie van Meijers, die in wetgeving resulteerde,

uitspraken in de rechtspraak wordt gedaan.

Door de plaatsing van het artikel in Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek in combinatie met de

schakelbepaling van artikel 3:15 BW geldt het leerstuk voor zowel het vermogensrecht als

andere rechtsgebieden in het privaatrecht. Misbruik van bevoegdheid is een species van het in

het BW neergelegde redelijkheid en billijkheidsbeginsel, maar fungeert zelf ook als een genus

ten opzichte van andere species, zoals misbruik van beslagrecht of misbruik van

executiebevoegdheid.17

De discussie hoe het leerstuk zich verhoudt ten opzichte van andere

leerstukken zoals onrechtmatige daad en redelijkheid en billijkheid is interessant maar zal hier

buiten beschouwing worden gelaten.

13

Rodenburg, 1985/A-4. 14

Meijer, Parl gesch. p. 1038. 15

Schrage, 2012/A4. 16

Meijers, Parl. Geschiedenis. 17

Rijsdijk en Nijenhuis, Beslag in de rechtspraktijk 2013, afl. 6, p.25.

Page 10: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

9

Artikel 3:13 BW geeft geen antwoord op de vraag wanneer er sprake is van misbruik van

bevoegdheid, maar kaart slechts in lid 1 aan dat een bevoegdheid eindigt waar misbruik begint.

In lid 2 is er een niet-limitatieve opsomming te vinden van drie situaties waarin er in ieder geval

sprake is van misbruik van bevoegdheid. Ten eerste door een bevoegdheid uit te oefenen

uitsluitend om een ander te schaden, ten tweede voor een ander doel dan waarvoor zij is

verleend; het verbod van détournement de pouvoir en als laatste het evenredigheidscriterium.

Schrage gaf aan in zijn deel van de Monografieën BW-reeks dat dat laatste het meest gebruikte

criterium in de praktijk is. Dit gaf hij aan in de volgende bewoordingen:

“De eerste twee daarvan, de uitsluitende bedoeling om de ander te schaden, respectievelijk de

detournement de pouvoir, hebben althans voor het privaatrecht, hun praktische betekenis vrijwel

verloren. Zij worden in het huidige tijdsgewricht overschaduwd door het derde, het

evenredigheidscriterium, dat - zeker op het eerste gezicht- aanzienlijk ruimer lijkt dan de eerste

twee.”18

Het derde lid geeft aan dat bepaalde bevoegdheden zich niet lenen om te worden misbruikt. Ter

afbakening van de scriptie en relevantie zal lid 3 niet verder behandeld worden.

Wat wel nader belicht dient te worden, is het feit dat de wetgever gekozen heeft een nadere

afbakening van het leerstuk over te laten aan de rechter en rechtsleer. Volgens de memorie van

toelichting veronderstelt het leerstuk een op zichzelf geoorloofde en rechtmatige

rechtsuitoefening die echter door de bijzondere omstandigheden van het geval ongeoorloofd

wordt en daardoor tot misbruik van bevoegdheden kan leiden.19

Met andere woorden; de

omstandigheden van het geval in een specifieke casus zijn doorslaggevend voor de rechter.

Om de omstandigheden in kaart te brengen die een rol spelen bij het leerstuk misbruik van

bevoegdheid, zal gebruik gemaakt worden van het door Wolters ontwikkelde model. Wolters

heeft uitputtende beschrijvingen van alle mogelijke relevante omstandigheden van het geval, aan

de hand van de wet, de literatuur of jurisprudentie, teruggebracht naar een algemeen niveau met

18

Schrage, 2012/A4, p. 88. Zie ook Rijsdijk en Nijenhuis, Beslag in de rechtspraktijk 2013, afl. 6, p.25. 19

PB 2000, 108.

Page 11: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

10

zes hoofdcategorieën. Zijn doel was om rechtsonzekerheid te verminderen en om duidelijkheid te

verschaffen omtrent de omstandigheden die open normen kunnen beïnvloeden.20

Voordat ik die factoren weergeef, verdient opmerking dat Bakker zich niet verenigt met

sommige opvattingen van Wolters. Volgens Bakker kunnen de omstandigheden van het geval de

werking van redelijkheid en billijkheid niet sturen. De omstandigheden van het geval krijgen

slechts betekenis, relevantie en kleur in het licht van genoemde, in de eisen van redelijkheid en

billijkheid verankerde verplichting tot „sozial angemessenes Verhalten‟; sociaal gepast gedrag.

Tevens bepleit Bakker dat het leerstuk van redelijkheid en billijkheid de rechtszekerheid niet

aantast, maar juist een normaal in de maatschappij geldende regel is waarop men steeds mag

vertrouwen en daarop mag afgaan. Tot slot kaart Bakker zijn twijfels aan over het feit dat

Wolters begrippen uit artikel 3:12 BW, zoals rechtsbeginselen en de hier te lande levende

rechtsovertuigingen, onder de factor schaart, terwijl deze volgens hem juist niet tot de

omstandigheden van het geval behoren.

Mijns inziens is het wel duidelijk dat contextgebonden factoren de richting van een rechterlijke

uitspraak kunnen bepalen. Het is een feit van algemene bekendheid dat open normen vaag zijn en

de rechtszekerheid aantasten. Wolters tracht in kaart te brengen wat deze factoren zijn om van

tevoren een verwachting te kunnen creëren. Voor wat betreft artikel 3:12 BW heeft Wolters

aangegeven omstandigheden uit de wet te halen die van betekenis kunnen zijn. Het aanhalen van

het verband tussen de termen in artikel 3:12 BW en de omstandigheden van het geval door

Bakker, heeft de intentie van Wolters juist versterkt.

Voor het doel van deze scriptie, namelijk om inzicht te verschaffen en rechterlijke uitspraken te

categoriseren, zal ik de zes hoofdcategorieën van Wolters hanteren.21

Waar staan deze zes

hoofdcategorieën voor? Het model van Wolters zal ter verduidelijking nader uitgelegd worden in

hoofdstuk 2.

1.4 Leeswijzer

Ter beantwoording van de hoofdvraag zal er in hoofdstuk 2 het model van Wolters besproken

worden. Vervolgens zal er in hoofdstuk 3 de geraadpleegde jurisprudentie onder het model van

20

Wolters 2013. 21

Bakker, RmT 2014-3.

Page 12: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

11

Wolters worden gebracht Per hoofdcategorie zullen de omstandigheden die voor de beoordeling

van de rechter doorslaggevend waren in het kader van een beroep op misbruik van bevoegdheid

onder een factor worden gebracht. Hierbij zal er inhoudelijk worden ingegaan op de meest

opvallende uitspraken en oordeel van de rechters ter illustratie van de werking van de factoren.

Verder zal er getracht worden om het verband tussen de resultaten van de jurisprudentie analyse

en de criteria van artikel 3:13 lid 2 BW te achterhalen. Tot slot zullen de bevindingen van de

analyse in hoofdstuk 4 worden weergegeven, waarna er een antwoord gegeven zal worden op de

onderzoeksvraag.

Page 13: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

12

2 Het model van Wolters: hoofdcategorieën en factoren.

2.1 Inleiding

Zoals aangekaart in het inleidend hoofdstuk behandelt Wolters de omstandigheden van het geval

op een algemener niveau. Hij brengt het onbeperkt aantal concrete omstandigheden terug tot 51

abstractere „factoren‟. Ieder concrete relevante omstandigheid kan gecategoriseerd worden onder

een dergelijke factor. De verschillende factoren zijn in te delen in zes elkaar overlappende

hoofdcategorieën of benaderingswijzen. Er bestaat wel steeds een „beste‟ benadering op grond

waarvan rechters hun uitspraken over de werking van een leerstuk zoals misbruik van

bevoegdheid duidelijker kunnen motiveren door slechts een beroep te doen op de factoren die in

deze „beste‟ benadering passen.22

In dit hoofdstuk zal er nader ingegaan worden op de definities van en de verbanden tussen

hoofdcategorieën en factoren. Tevens zal ook duidelijk worden welke factoren de zelfstandige

factoren zijn. Deze tussenstap dient ter vergemakkelijking en begrip van de analyse en

toepassing van de factoren op de geraadpleegde jurisprudentie in hoofdstuk 3.

2.2 Hoofdcategorieën

De verschillende factoren zijn onderverdeeld in zes hoofdcategorieën: „normen‟, „gedragingen en

gebeurtenissen‟, „kenmerken van de partijen bij een rechtsbetrekking‟, „de verhouding tussen de

partijen bij een rechtsbetrekking‟, „belangen‟ en „evenwicht‟. Deze hoofdcategorieën staan

tevens voor de mogelijke benaderingswijzen.23

De verschillende factoren volgen ieder één van

deze benaderingen. Een concrete omstandigheid of een complex van concrete omstandigheden

kan op meerdere manieren benaderd worden. Dit is de reden waarom verschillende factoren van

belang kunnen zijn in één casus. Bijvoorbeeld:

22

Wolters 2013, p. 44. 23

Wolters 2013, p. 70

Page 14: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

13

In bovenstaande tabel is te zien dat verschillende abstracte factoren, de invloed van hetzelfde

concrete feitencomplex verklaart. Tussen de verschillende factoren en hoofdcategorieën bestaat

er dus ook een overlap.24

2.2.1 Belang van de indeling in categorieën

De hoofdcategorieën stellen betrokkenen in staat om elkaar te begrijpen. De ene partij kan een

beroep doen op het „verschil in professionaliteit‟ en de ander op de „kenmerken van de

rechtsbetrekking‟ terwijl de rechter zijn oordeel motiveert door aandacht te besteden aan het

beginsel van maatschappelijke rechtvaardigheid. Door de benaderingswijzen te raadplegen wordt

het duidelijk waarom verschillende betrokkenen andere relevante omstandigheden noemen op

grond van hetzelfde feitencomplex.

24

Wolters artikel AA. p. 972

FEITENCOMPLEX

Een Particulier koopt een

product van een professionele

partij

HOOFDCATEGORIEËN / BENADERINGSWIJZEN

‘De verhouding

tussen de partijen

bij een

rechtsbetrekking’

‘Kenmerken van de

partijen bij een

rechtsbetrekking’

‘Evenwicht’ ‘normen’

Factoren Factoren Factoren factoren

„Kenmerken van de

rechtsbetrekking‟

„Professionele partij‟ „Het verschil in de

professionaliteit‟

„rechtsbeginsel‟

Consumentenovereenkomst Verkoper is professionele

partij

Verkoper is professioneler

dan particulier

Maatschappelijke

rechtvaardigheid

Tabel 1

Feitelijke invulling

Feitelijke toepassing

Page 15: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

14

2.2.2 ‘De beste’ benadering: Duidelijk en direct.

Ondanks dat de verschillende factoren en hoofdcategorieën elkaar „overlappen‟ zal een keuze

tussen de verschillende benaderingswijzen wel relevant zijn. Volgens Wolters bestaat er steeds

een „beste‟ benadering.25

De beste benadering kan bereikt worden door een beroep te doen op de

factor die de werking van het leerstuk „het beste‟ verklaard. Dergelijke factor is een duidelijke

factor die de werking van het leerstuk direct beïnvloedt. Een combinatie van een factor die

duidelijk is met een factor die het leerstuk direct beïnvloedt is ook mogelijk.26

Aan de hand

hiervan moet het duidelijk worden waarom en hoe de factor de werking van het leerstuk

beïnvloedt. De invloed van de factor mag tevens niet afhankelijk zijn van een andere factor, het

moet dus een zelfstandige factor zijn. Bijvoorbeeld, een consumentenovereenkomst is

afhankelijk van de factor dat er verschil tussen professionaliteit bestaat tussen partijen. Een

beroep op het verschil in professionaliteit is dus duidelijker en directer dan een beroep op het

kenmerk van de rechtsbetrekking tussen partijen. Het maakt duidelijk waarom en in welke

opzichten de ene partij sterker is dan haar wederpartij.27

Aan de hand hiervan kunnen partijen in een gerechtelijke procedure duidelijke en directe

factoren kiezen. Ook de rechter zou bijvoorbeeld zijn oordeel kunnen motiveren met een beroep

op de factoren die in het concrete geval de voorkeur verdienen door deze op de beste manier te

benaderen en slechts een beroep te doen op duidelijke en directe factoren.

Vranken heeft zijn kanttekeningen geplaatst bij dit idee van Wolters. Volgens Vranken is het niet

duidelijk wanneer de ene factor duidelijker en directer is dan de andere.28

Ik sluit me aan bij de

opmerking van Vranken, maar moet ook gelijk erbij aangeven dat naar mijn waarnemingen er

inderdaad een beste benadering bestaat die juristen in de praktijk ervoor moeten gaan. Deze

poging van Wolters geeft richting hierbij.

2.3 De factoren behorende bij de hoofdcategorieën

De omstandigheden van het geval werken als factoren die vóór of tegen een bepaalde werking

van het leerstuk pleiten. Tussen de verschillende factoren, ieder behorende bij een

benaderingswijze of hoofdcategorie, bestaat er geen vaste rangorde. Buiten de wettelijke

25

Wolters 2013, p.44 26

Wolters 2013, p.45 27

Wolters artikel AA. p. 973 28

Vranken, MvV 2015-1, p. 26.

Page 16: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

15

verbijzonderingen om, bestaan geen factoren die als voorwaarde vóór een bepaalde werking van

het leerstuk functioneren of combinaties van factoren die altijd tot een bepaalde werking van het

leerstuk leiden. Hoe belangrijk een factor is wordt per concreet geval bepaald.29

Deze paragraaf

zal op grond van tabel 2 (§2.4) de factoren behorende bij elke hoofdcategorie afzonderlijk

behandelen. In de tabel zijn de hoofdcategorieën te zien met daaronder de bijbehorende

subcategorieën. Niet alle subcategorieën zijn factoren, en niet alle factoren zijn zelfstandige

factoren. Factoren die geen zelfstandige rol spelen kunnen altijd vervangen worden door een

duidelijker en directer beroep op een ander factor, terwijl de verklaring van zelfstandige factoren

niet door een beroep op andere factoren vervangen kan worden.30

Als volgt de uitwerking

hiervan.

2.3.1 Factoren behorende bij de hoofdcategorie normen

De hoofdcategorie „normen‟ omvat alle regels die invloed uitoefenen op de werking van een

leerstuk. Deze invloed kan op twee manieren worden benaderd. Ten eerste door iedere werking

van het leerstuk vanuit deze categorie te verklaren en ten tweede door deze categorie slechts een

rol te laten spelen indien zij op enige wijze bij het geval betrokken is. Hierbij verdient de tweede

benaderingswijze de voorkeur. Het is dan een beroep op de omstandigheden die tot de relevantie

van de norm zal leiden. Een beroep op deze factoren kan ook het gewicht van andere factoren uit

andere hoofdcategorieën beïnvloeden. Tot de factoren die in deze categorie een zelfstandige rol

hebben beschouwd Wolters „moraal‟, de „te lande levende rechtsovertuigingen‟,

„verkeersopvattingen‟, „rechtsnormen‟ en „internationaal, Europees en buitenlands recht‟.

„Gewoonten‟, „rechtsbeginselen‟ en „grondrechten‟ spelen volgens Wolters geen zelfstandige rol

en raadt aan om de achterliggende factor te gebruiken. Bijvoorbeeld in plaats van een beroep te

doen op een rechtsnorm zal het beschermde belang in verband met deze norm zelfstandiger zijn.

Zoals aangegeven in de inleiding rekent Bakker wetsteksten niet tot factoren die invulling kunne

geven aan omstandigheden van het geval.31

Wolters heeft bewust gekozen om ook voorbeelden

die de wet aankaart tot mogelijke invulling van de omstandigheden van het geval, zoals

verkeersopvattingen in zijn model op te nemen.

29

Wolters 2013, p. 38 en 39 30

Wolters 2013, p. 101-102 31

Bakker, RmT 2014-3

Page 17: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

16

Een beroep uit de factoren van de hoofdcategorie normen is niet direct, maar heeft toch wel een

zelfstandige invloed gezien de mogelijkheid dat het creëert om werking van leerstukken te

verklaren die de factoren uit andere hoofdcategorieën niet kunnen verklaren. Het is aan te raden

deze factoren in combinatie met andere factoren te gebruiken om tevens het gewicht van andere

factoren te beïnvloeden.32

2.3.2 Factoren behorende bij de hoofdcategorie gedragingen en gebeurtenissen

Deze hoofdcategorie omvat feitelijke, fysiek waarneembare omstandigheden. Gedragingen en

gebeurtenissen kunnen de feitelijke omstandigheden veranderen. Ook het leerstuk van misbruik

van bevoegdheid eist dat er rekening wordt gehouden met deze nieuwe feitelijke of veranderende

omstandigheden.33

Dit geldt vooral in executiegeschillen waarbij relevante nieuwe of

veranderende omstandigheden en feiten de grondslag voor het aannemen van misbruik van recht

gelden.34

Het feit dat deze categorie bestaat zonder enige vorm van (juridische) kwalificatie of

analyse onderscheidt deze categorie zich van andere categorieën. Deze benadering verdient niet

de voorkeur als zowel „verantwoordelijkheid‟ als de „verandering‟ niet van belang is. De factoren

kunnen wel een zelfstandige rol spelen.35

Ook hier had Vranken de gedachte dat Wolters zich

niet op het huidige Nederlandse recht baseert, maar meer een algemeen geldend beslismodel wil

aanrijken.36

Factoren behorende bij deze hoofdcategorie zijn „gedragingen van de partijen bij een

rechtsbetrekking‟, „verwijtbare gedragingen‟, „eerdere gedragingen die niet in overeenstemming

zijn met later gedrag‟, gedragingen die de rechten en plichten beïnvloeden‟, „verrijkende

gedragingen‟, gedragingen van derden‟ en „gebeurtenissen die onafhankelijk van de betrokken

partijen optreden‟.

32

Wolters 2013, p. 103 33

Wolters 2013, p. 105, 138 34

ECLI:NL:OGEAA:2011:BV5645 r.o. 4.3 35

Wolters 2013, p. 140 36

Vranken, MvV 2015-1, p. 26.

Page 18: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

17

2.3.3 Factoren behorende bij de hoofdcategorie ‘kenmerken van de partijen bij een

rechtsbetrekking’

Deze hoofdcategorie behandelt de invloed van de kenmerken van een partij en oefenen

zelfstandig invloed uit op de werking van een leerstuk.37

Tot deze categorie behoren de volgende

factoren: „maatschappelijke positie of professionaliteit‟, „overheid, deskundigheid‟, „kennis van

een concreet feit‟, „vertrouwen‟, „mogelijkheden tot belangenbehartiging‟, „financiële positie‟,

„beperking en afstand tot de oorspronkelijke schuldeiser‟.38

Maar de kenmerken van de partijen

oefenen vaak geen directe invloed op het leerstuk. De werking is afhankelijk van de invloed als

deze kenmerken van de partijen in vergelijking tot de kenmerken van de wederpartij in

beschouwing worden genomen. Deze categorie werkt dus het beste in combinatie met de

categorie „evenwicht‟.39

2.3.4 Factoren behorende bij de hoofdcategorie ‘de verhouding tussen de partijen

bij een rechtsbetrekking’

Deze hoofdcategorie is afhankelijk van twee typen verhoudingen. De feitelijke verhouding en de

rechtsbetrekking. Deze twee soorten verhoudingen zijn afhankelijk van elkaar. De factoren

behorende bij deze categorie zijn „afhankelijkheid‟, „vertrouwensrelatie‟, „samenwerking‟,

„totstandkoming van de rechtsbetrekking‟, kenmerken van de rechtsbetrekking‟ en „kenmerken

van de individuele onderdelen van de rechtsbetrekking‟. Uit deze factoren is slechts

„afhankelijkheid‟ geen zelfstandige factor.40

2.3.5 Factoren behorende bij de hoofdcategorie ‘belangen’

Deze categorie gaat over de betrokken belangen. De relevante gevolgen van voorgenoemde

factoren uit de andere categorieën hebben geen invloed op de werking van het leerstuk indien het

geen belangen aantast. De niet- limitatieve situaties waarin er in ieder geval sprake is van

misbruik van bevoegdheid in artikel 3:13 lid 2 BW gaan voornamelijk over de belangen van

partijen. De factoren die bij deze categorie behoren zijn: „omvang belang‟, „soort belang‟,

„alternatief‟, „kenbaarheid‟, „belangen van derden‟, algemeen belang‟, „rechtszekerheid in de zin

van rechtsduidelijkheid‟, „rechtszekerheid in de zin van rechtsbescherming‟, „publiekrechtelijke

37

Wolters 2013, p.190 38

Wolters 2013, p. 141 39

Wolters 2013, p.190 40

Wolters 2013, p. 191 en 228

Page 19: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

18

belangen‟, „gedragsprikkels‟ en „handelsverkeer‟. Er zijn aspecten die de factoren uit deze

hoofdcategorie een zelfstandige rol kan geven, bijvoorbeeld een bijzonder groot of een bijzonder

klein belang. Ook de zelfstandige rol van de factoren „algemene belang‟, „rechtszekerheid in de

zin van rechtsbescherming‟ en „gedragsprikkels‟ hebben zijn beperkt.41

2.3.6 Factoren behorende bij de hoofdcategorie ‘evenwicht’

De invloed van de voornoemde factoren is vaak niet relevant zonder dat een vergelijking verricht

wordt. Deze hoofdcategorie behandelt het relatieve aspect van de factoren uit de andere

hoofdcategorieën.42

De invloed van een belang of kenmerk is bijvoorbeeld toch anders dan de

invloed van de verschillen tussen belangen of kenmerken.43

Met andere woorden beïnvloedt het

evenwicht tussen twee omstandigheden onder dezelfde factor ook de werking van het leerstuk.

Hierbij behoren factoren zoals: „verschil in maatschappelijke positie of professionaliteit‟,

„verschil in deskundigheid‟, „verschil in de mogelijkheid tot belangenbehartiging‟, „verschil in

financiële positie‟, „verschil in de omvang van de belangen van de partijen bij de

rechtsbetrekking‟, „verschil in de soort van de belangen van de partijen bij de rechtsbetrekking‟,

„evenwicht tussen de belangen van de partijen, de belangen van derden en het algemene belang,

„proportionaliteit‟ en „subsidiariteit‟.44

2.4 Tussenconclusie

Wat houdt het model van Wolters in? Wolters behandelt de omstandigheden van het geval op een

algemener niveau. Het model brengt het onbeperkt aantal concrete omstandigheden terug tot 51

abstractere „factoren‟. De verschillende factoren zijn in te delen in zes elkaar overlappende

hoofdcategorieën of benaderingswijzen. Deze hoofdcategorieën staan tevens voor de mogelijke

benaderingswijzen. In onderstaand Tabel 2 is een overzicht te vinden van de hoofdcategorieën en de

bijbehorende factoren.

41

Wolters 2013, p.180 42

Wolters 2013, p. 300 43

Wolters 2013, p. 300 44

Wolters 2013, p. 303

Page 20: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

19

Normen Gedragingen en

gebeurtenissen

Kenmerken van de

partijen bij een

rechtsbetrekking

De verhouding

tussen de partijen

bij een

rechtsbetrekking

Belangen Evenwicht

Moraal Gedragingen

van de partijen

bij een

rechtsbetrekking

Maatschappelijke

positie of

professionaliteit

Feitelijke

verhoudingen

Belangen van de

partijen bij een

rechtsbetrekking

Evenwicht tussen de

kenmerken van de partijen

bij een rechtsbetrekking

Algemeen gedeelde

opvattingen

*verwijtbare

gedragingen

Overheid *Afhankelijkheid *Omvang Belang *Verschil in

maatschappelijke positie of

professionaliteit

*In Curaçao levende

rechtsovertuigingen

*Eerdere

gedragingen die

niet in

overeenstemming

zijn met later

gedrag

Deskundigheid *Vertrouwensrelatie *Soort belang *Verschil in de

mogelijkheden tot

belangenbehartiging

Verkeersopvattingen *Gedragingen die

rechten en

plichten

beïnvloeden

Kennis van een

concreet feit

*Samenwerking *Alternatief *Verschil in financiële

positie

Gewoonten *Verrijkende

gedragingen

Vertrouwen Rechtsbetrekkingen *Kenbaarheid Evenwicht tussen de

betrokken belangen

Gezaghebbende

oordelen

Gedragingen van

derden

Mogelijkheid tot

belangenbehartiging

*Totstandkoming

van de

rechtsbetrekking

Belangen van derden *Verschil in de omvang

van de belangen van de

partijen bij de

rechtsbetrekking

Rechtsnormen Gebeurtenissen

die onafhankelijk

van de betrokken

partijen optreden

Financiële positie *Kenmerken van de

rechtsbetrekking

Algemene belangen *Verschil in de soort van

belangen van de partijen,

van derden en de algemene

belangen

*Rechtsbeginselen Beperking *Kenmerken van de

individuele

onderdelen van de

rechtsbetrekking

*Twee vormen van

rechtszekerheid

Evenwicht tussen een

gedraging en een belang

*Grondrechten Afstand tot de

oorspronkelijke

schuldeiser

**Rechtszekerheid in

de zin van

rechtsduidelijkheid

*Proportionaliteit

*Internationaal,

Europees en

buitenlands recht

**Rechtszekerheid in

de zin van

rechtsbescherming

*Subsidiariteit

*Publiekrechtelijke

belangen

*Gedragsprikkels

*Handelsverkeer

Tabel 2. De zes hoofdcategorieën met de daaronder vallende factoren. Een factor met een (*) valt onder de subcategorie die hier het dichts boven

staat. Een vetgedrukte tekst verwijst naar een subcategorie die ook een zelfstandige factor is. Een cursieve tekst verwijst naar een subcategorie

die niet tevens een factor is.

Page 21: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

20

3 Jurisprudentieonderzoek en de analyse inzake de

doorslaggevende omstandigheden van het geval op een

algemener niveau

Zoals uit hoofdstuk 1 is gebleken wordt in dit onderzoek rechtspraak geanalyseerd om inzicht te

krijgen in de invloed die de omstandigheden van het geval hebben op een geslaagd beroep op

misbruik van bevoegdheid bij de rechtbanken (hierna: GEA) en het Gerechtshof (GHvJ) van het

Caribisch deel van het Koninkrijk, en de abstracte factoren waaronder deze omstandigheden

geschaard kunnen worden. Uiteindelijk zijn er 64 uitspraken geanalyseerd.45

De Selectiecriteria

en bevindingen zijn samengevat in bijlage 1 en schematisch uitgewerkt in bijlage 2. In dit

hoofdstuk worden de belangrijkste bevindingen besproken. Hiertoe wordt allereerst een

algemene analyse uiteengezet in paragraaf 3.1, vervolgens worden de hoofdcategorieën en

factoren uit het model van Wolters toegepast op de geraadpleegde jurisprudentie in paragraaf

3.2.

3.1 Algemene Analyse

3.1.1 Algemeen

Op basis van de selectiecriteria omschreven in bijlage 2 werden 64 bruikbare uitspraken

gevonden. In 16 uitspraken werd een beroep gedaan op omstandigheden van het geval die

geschaard kunnen worden onder de hoofdcategorie „normen‟, in 16 uitspraken werd een beroep

gedaan op de hoofdcategorie „gedragingen en gebeurtenissen‟, in 5 uitspraken waarin een beroep

werd gedaan op de hoofdcategorie „kenmerken van de partijen bij een rechtsbetrekking, in 7

uitspraken werd een beroep gedaan op de hoofdcategorie „de verhouding van de partijen in een

rechtsbetrekking, in 24 uitspraken werd een beroep gedaan op de hoofdcategorie „belangen‟ en

tot slot werd in 22 uitspraken waarin een beroep gedaan op de hoofdcategorie „evenwicht‟.

Slechts 18% van de procedures met een beroep op het leerstuk misbruik van bevoegdheid

werden door de rechter gehonoreerd. Dit betekent dat meer dan drie kwart van de procedures met

een beroep op misbruik van bevoegdheid faal. Van de afgewezen beroepen op het leerstuk,

werden 42% afgewezen door procestechnische redenen. Tot door de rechter gehonoreerde

45

De gevonden jurisprudentie is opgenomen in bijlage 2.

Page 22: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

21

beroepen op het leerstuk waren de hoofdcategorieën „evenwicht‟ al dan niet in combinatie met

„gedragingen en gebeurtenissen‟ de meest gebruikte hoofdcategorieën, gevold door „belangen‟

en „normen‟.

3.1.2 Rechtsgebieden

De procedures beslaan verschillende deelgebieden van het civiele recht, waaronder het

arbeidsrecht, beslag- en executierecht, eigendomsrecht, ondernemingsrecht en huurrecht. Veruit

het grootste deel (47%), beslaat het beslag- en executierecht. 64% van de door de rechter

gehonoreerde beroepen op het leerstuk behoren tot dit rechtsgebied. Dat is 14% van het totaal

door de rechter gehonoreerde uitspraken. Een mogelijke verklaring hiervoor kan te maken

hebben met de rechtsgevolgen die een aangenomen beroep op dit leerstuk met zich meebrengt in

het executierecht. In een executiegeschil kunnen inhoudelijke bezwaren tegen een uitspraak niet

aangevoerd worden, behalve als die bezwaren moeten leiden tot het oordeel dat er sprake is van

misbruik van bevoegdheid. Met andere woorden: alleen een beroep op artikel 3:13 BW kan het

gesloten stelsel in een executiegeschil doorbreken.46

3.1.3 Instantie

Van de 64 uitspraken die gevonden werden, was het merendeel (42 uitspraken) afkomstig van de

rechtbanken en 38 afkomstig van het Gerechtshof. Van dit aantal werden 8 uitspraken afkomstig

van de rechtbanken en 6 uitspraken afkomstig van het Gerechtshof met een beroep op 3:13BW

gehonoreerd door de rechter. 28 uitspraken afkomstig van de rechtbanken en 22 uitspraken

afkomstig van het Gerechtshof met een beroep op het leerstuk waren afgewezen. In 16

uitspraken werd een beroep gedaan op het leerstuk, maar deze werd niet door de rechters in de

beoordeling meegenomen.

3.2 De hoofdcategorieën van Wolters toegepast

Hoewel in het merendeel van de geanalyseerde uitspraken een beroep op art. 3:13 BW niet is

geslaagd, kan uit het jurisprudentieonderzoek toch bepaald worden welke omstandigheden van

het geval, geraadpleegd op een algemener niveau, de werking van dit leerstuk beïnvloeden. Zelfs

wanneer een beroep op art. 3:13 BW niet slaagde, werd in de uitspraak namelijk (soms te kort)

gemotiveerd waarom een beroep hierop verworpen werd. In deze paragraaf worden de

46

ECLI:OGEAA:2017:653:r.o. 4.1

Page 23: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

22

hoofdcategorieën uit het model van Wolters toegepast op de geraadpleegde jurisprudentie. Bij

elke hoofdcategorie zal een uitspraak met een gehonoreerd beroep op misbruik van bevoegdheid,

indien aanwezig, behandeld worden, en de doorslaggevende factoren aangekaart. Ook zal er,

indien beschikbaar, een vergelijkbare uitspraak met een afgewezen beroep op het leerstuk

misbruik van bevoegdheid behandeld worden ter vergelijking van de invloed van de factoren.

Verder zal in een afzonderlijke paragraaf de invloed van procestechnische fouten behandeld

worden.

3.2.1 Normen

Een beroep op deze hoofdcategorie kwam in 14 uitspraken naar voren. In 4 van deze 14

uitspraken werd een beroep op deze hoofdcategorie gehonoreerd. Tot deze hoofdcategorie

behoren volgens het model van Wolters onder anderen de factoren „gezaghebbende oordelen‟,

„rechtsnormen‟, „rechtsbeginselen‟, „grondrechten‟ en „Internationaal, Europees en buitenlands

recht‟.47

In de jurisprudentie viel op dat partijen een beroep het leerstuk voornamelijk invullen met de

factor, „Internationaal, Europees en buitenlands recht‟ en met name door zich te beroepen op

artikel 6 EVRM vaak met succes wordt aangedragen.48

Deze factor wordt inderdaad door

Wolters aangekaart als een zelfstandige factor die duidelijk en direct is. Het gaat om regels die

direct uit het recht voortvloeien en afkomstig zijn van een hoog orgaan. In de uitspraak van GEA

Aruba bijvoorbeeld, heeft het gerecht een vonnis vernietigd en terugverwezen naar de rechtbank.

De vraag was of de rechtbank de zaak opnieuw inhoudelijk kon behandelen. Volgens eiseres

levert het verweer van gedaagde dat de rechtbank niet bevoegd is de zaak weer inhoudelijk te

behandelen misbruik van bevoegdheid op. Eiseres kleurde het beroep op misbruik van

bevoegdheid in met een verwijzing naar art. 6 EVRM, wat inhoudt dat eiseres recht heeft op een

zaak dat in principale wordt afgedaan.49

De rechter heeft dit beroep ook gehonoreerd.50

In executiegeschillen brengt het gesloten stelsel van rechtsmiddelen met zich mee dat geen

inhoudelijke bezwaren tegen een uitspraak aangevoerd kunnen worden, behoudens die welke

47

Wolters artikel AA. p. 973 48

ECLI:OGEAM:2016:91, ECLI:NL:OGEAA:2016:665 49

Zie ook uitspraak onder §3.2.3: ECLI:NL:OGHACMB:2013:1: een andere voorbeeld van de invloed van

„normen‟ in een uitspraak. 50

ECLI:NL:OGEAA:2016:665

Page 24: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

23

nopen tot het oordeel dat sprake is van misbruik van bevoegdheid. Van dat laatste kan er onder

andere sprake zijn als het te executeren vonnis klaarblijkelijk op een juridische of feitelijke

misslag berust51

. Gezien dat een vonnis afkomstig is van een instantie of persoon met gezag op

het gebied van de kwestie waarop het oordeel ziet, behoort het tot de factor „gezaghebbende

oordeel‟ dat op executiegeschillen van invloed kan zijn op de vraag of er sprake is van misbruik

van bevoegdheid.52

Wolters kaart zelfs aan dat de uitspraken van rechters de belangrijkste

gezaghebbende oordelen zijn, wat dan met zich meebrengt dat het moeilijk is om een

„gezaghebbende oordeel‟ aan de kant te schuiven zoals hierboven vereist. Hierdoor faalt het

merendeel van de beroepen op deze factor indien de partij stelt dat het „gezaghebbend oordeel‟

fout is, en juist slaagt als partijen aankaarten dat er een „gezaghebbende oordeel‟ is die hun

standpunt bekrachtigd.53

Toch wordt deze categorie vaak door partijen aangewend. Ondanks mijn waarnemingen heeft de

rechter in één uitspraak anders geoordeeld. Zo stond in een zaak van het GHvJ de vraag centraal

of het afwijzende vonnis en het herstelvonnis van het Hof zich lenen voor een executiegeschil en

of hetgeen het GEA daaromtrent heeft geoordeeld, blijk geeft van een kennelijke juridische

misslag, waardoor executie van dat vonnis als misbruik van bevoegdheid kan worden

aangemerkt. Wat doorslaggevend was voor de rechter was het feit dat er een herstelvonnis was

op een vernietigd vonnis, zonder dat deze tot een inhoudelijk andersluidend oordeel heeft geleid.

Van een feitelijk misslag was er dus weldegelijk sprake, wat zonder een herstelvonnis moeilijk

aan te tonen is.54

De rest van de factoren zijn in de uitspraken niet naar voren gekomen. Wat ook begrijpelijk is

gezien dat ze geen duidelijke of directe factoren zijn.

3.2.2 Gedragingen en gebeurtenissen

Het aantal beroepen op deze hoofdcategorie viel op. Volgens Wolters verdient een beroep op een

factor uit deze hoofdcategorie niet de voorkeur, indien het geen inzicht verschaft in wie

verantwoordelijk was voor de veranderde omstandigheid.55

Ondanks het bovengenoemde,

51

ECLI:NL:OGEAA:2016:919 r.o. 4.1 52

Wolters 2013, p. 77 53

ECLI:NL:OGHNAA:2010:BO4980, ECLI:NL:OGHNAA:2008:BD9802 54

ECLI:NL:OGHACMB:2011:BU8446 r.o. 2.5. 55

Wolters 2013, p. 139 en140

Page 25: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

24

bestond 20% van de aangewende beroepen op misbruik van bevoegdheid uit factoren uit deze

categorie. In 43% van de aangenomen uitspraken hadden factoren uit deze hoofdcategorie een

doorslaggevende rol. Dit betekent dat een beroep op misbruik van bevoegdheid door partijen

veelal ingekleed wordt met verwijzingen naar factoren uit de categorie „gedragingen en

gebeurtenissen‟.

Vooral verwijzingen naar de factor „verwijtbaar gedrag‟ van de partij die een bevoegdheid wenst

te gebruiken, zag ik in de rechtspraak veel terug. In de uitspraak van het GEA Aruba,

bijvoorbeeld, werd tegen het verzoek tot beslaglegging op rekeningen van verweerster bij de

bank waar ze werkt afgewezen, door het feit dat de beslagleggende partij stalk-activiteiten heeft

verricht jegens verweerster en kennelijk middels beslaglegging verweerster wil dwingen tot een

hervatting van hun affectieve relatie. De rechter accepteert dit beroep op misbruik van

bevoegdheid, door te stellen dat de last die verweerster kennelijk reeds van verzoeker heeft

ondervonden van diens bovenmatige belangstelling als misbruik van bevoegdheid moet worden

aangemerkt.

Behalve de verwijtbaarheid van een gedraging, zijn ook de financiële gevolgen van de

beslaglegging aan het beroep op misbruik ten grondslag gelegd. Wolters gaf aan dat combinaties

van factoren mogelijk was om het beroep duidelijker en directer te maken, wat de kans van

slagen ook verhoogt.”56

Maar in een procesrechtelijk zaak heeft de rechter slechts op grond van de factor „verwijtbare

gedraging‟ een beroep op misbruik van bevoegdheid aangenomen. In casu heeft de president van

het Hof aangegeven dat de gemachtigde van verzoeker hem in de procedure niet mocht

vertegenwoordigen. Verzoeker heeft alle rechters van het Gerecht gewraakt. Een dag vóór de

behandeling van het wrakingsverzoek heeft hij weer alle rechters gewraakt en behandeling

middels de Gouverneur gevorderd. Hierbij heeft verzoeker dezelfde grond gebruikt als tijdens

zijn eerste wraking, wat geen grond was voor de tweede wraking. In dit geval heeft de rechter op

grond van deze feiten en omstandigheden, zonder nadere motivering, misbruik van bevoegdheid

aangenomen.57

56

ECLI:NL:OGEAA:2012:BW0440 57

ECLI:NL:OGHACMB:2013:1

Page 26: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

25

In minder mate kwam ook „gedragingen die de rechten en plichten beïnvloeden‟ naar voren.

Deze kwamen voor in uitspraken aangaande het beslag en executie- en het goederenrecht bij

vorderingen tot amotie.

3.2.3 Kenmerken van de partijen bij een rechtsbetrekking

Slechts 7% van beroepen op het leerstuk besloeg deze categorie. Gezien de factoren die bij deze

categorie behoren, waaronder „overheid‟, „deskundigheid‟, „kennis van een concreet feit‟ en

„vertrouwen‟, zou je denken dat er vaker beroep op deze categorie gemaakt wordt. Wolters geeft

een toelichting op deze bevinding: “… zij is dikwijls afhankelijk van de kenmerken van deze

partij in vergelijking met de kenmerken van haar wederpartij”.58

Gezien het vorenstaande zou

een beroep op de hoofdcategorie „evenwicht‟ dan de voorkeur verdient op deze hoofdcategorie.

Deze factoren worden vaak in combinatie ingeroepen met andere hoofdcategorieën. Ondanks

deze waarneming kwamen factoren zoals „overheid‟ en „vertrouwen‟ toch voor en in minder

mate ook „financiële positie‟ en „kennis van een concreet feit‟ terwijl de rest van de categorieën

geen doorslaggevende rol hadden in de geraadpleegde jurisprudentie.

Zo stond in de zaak van een postkantoor (hierna: „PSS‟) en haar voormalige bestuurder de vraag

centraal of de hoge drempels (art. 436 Rv: dat geen beslag gelegd kan worden op goederen die

daarvoor niet vatbaar zijn, te weten goederen bestemd voor openbare diensten) bij verhaal van

civielrechtelijk aanspraken van een burger op een (semi) overheid in gedrang komt met de

beschermde rechten van de burger en zo misbruik van bevoegdheid oplevert. Het GEA Sint

Maarten achtte voor een antwoord op die vraag onder andere van belang dat het verhaal een

overheidsinstelling en overheidsgoederen betrof, maar dat de rechten van een burger ook in casu

in gedrang kan komen. Het overweegt te dien aanzien dat een onverkort beroep op art.436 Rv en

gezien de rechten van de burger dat voortvloeien uit artikel 6 EVRM, misbruik van bevoegdheid

zal opleveren.59

In een andere zaak speelde dit factor ook een rol, maar werd misbruik van bevoegdheid aan de

kant van het Land juist niet aangenomen. In de uitspraak van GEA Curaçao stond de vraag

centraal of het Land misbruik van zijn opzeggingsbevoegdheid heeft gemaakt. De overheid heeft

met eiser een civielrechtelijke arbeidsovereenkomst aangegaan met een opzeggingstermijn van 3

58

Wolters 2013, p. 190 59

ECLI:NL:OGEAM:204:6 r.o. 4.10

Page 27: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

26

maanden. Nadat de Raad van Ministers deze overeenkomst heeft afgewezen op grond dat het in

dienst nemen van een Korpschef middels een civielrechtelijke arbeidsovereenkomst juridisch

onmogelijk is werd de arbeidsovereenkomst ook met inachtneming van de opzegtermijn

opgezegd. Het gerecht oordeelt met het oog op artikel 13 van de toen geldende Politieregeling

waarin is opgenomen dat de korpschef bij Landsbesluit wordt benoemd, geschorst en ontslagen,

dat het Land geen misbruik van bevoegdheid heeft gemaakt door de overeenkomst om deze

valide reden op een termijn van drie maanden op te zeggen.

3.2.4 Verhouding tussen de partijen bij een rechtsbetrekking

8% van de uitspraken aangaande het leerstuk besloeg deze hoofdcategorie, en alle beroepen

werden door de rechter afgewezen. In deze categorie maken partijen vaak gebruik van de factor

‟kenmerken van de individuele onderdelen bij een rechtsbetrekking‟ om tegen een beroep op

misbruik van bevoegdheid verweer te doen.60

De verwerende partij maakt dan een beroep op de

individuele bedingen, rechten en plichten die uit een rechtsbetrekking voortvloeien.61

Misbruik

op grond van rechten, plichten en bedingen worden moeilijk aangenomen door de rechter. Vaak

zal deze niet aangenomen worden juist door het aangetoonde respect van de rechter voor deze

factoren.

Dit was vooral te zien in een uitspraak van het GHvJ waarin een partij gebruiksbeperkende

voorwaarden opgenomen in de akte van levering heeft overschreden. De vraag die hier centraal

stond was of het vorderen van staking van de bouwwerkzaamheden misbruik van recht oplevert.

De rechter wijst dit beroep op misbruik van bevoegdheid af door te stellen dat het partij geschaad

wordt in zijn belang door ingrijpende aanpassingen te moeten doen maar dat dit aan zichzelf te

wijten is door de gebruiksbeperkende bepalingen te overtreden. 62

Ook in reeds vermelde uitspraak in paragraaf 3.2.3 van „PSS‟ tegen het Land werd geen misbruik

van bevoegdheid aan de kant van de overheid genomen juist omdat de overheid rekening heeft

gehouden met een opgenomen opzegtermijn.”63

60

Wolters, AA 2013, p. 973 61

Wolters 2013, p.220 62

ECLI:NL:OGHACMB:2014:14 r.o. 2.12 63

ECLI:NL:OGEAC:2011:BQ4464

Page 28: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

27

In een andere zaak afkomstig van het GEA Aruba was het antwoord op de vraag of een der

partijen als garantsteller een betaling wel of niet moest verrichten, afhankelijk was van de

vastgelegde bedingen in een „purchase agreement‟ tussen de garantlener en de schuldeiser. De

schuldeiser stelde dat er sprake was van misbruik van bevoegdheid omdat de garantsteller geen

partij was bij de „purchase agreement‟. De rechter heeft dit beroep afgewezen door te stellen dat

ook derden belang kunnen hebben bij de uitleg van een of meerdere bepalingen van een

overeenkomst. Met andere woorden, de factor „kenmerken van de individuele onderdelen tussen

partijen‟ was hier doorslaggevend waardoor het beroep op misbruik van bevoegdheid werd

afgewezen.64

3.2.5 Belangen

De factoren uit deze hoofdcategorie zijn het meest gebruikte door partijen in een gerechtelijke

procedure, met een percentage van 27%. Het wordt ook vaak in combinatie met andere factoren

uit de andere hoofdcategorieën gebruikt. Niet ongebruikelijk, gezien dat rechters bij een beroep

op art. 3:13 lid 2 BW, criteria 1 dienen na te gaan of er sprake is van een redelijk belang bij de

uitoefening van de bevoegdheid (art. 3:13 lid 2 BW; criteria 1).65

Tijdens de analyse bleek dat

een beroep op misbruik van bevoegdheid vaak ingekleed werd met verwijzingen naar de factor

„omvang belang‟. Voor het aannemen van misbruik van bevoegdheid is de aanwezigheid van

redelijk belang een teken dat er geen sprake was van oogmerk om te schaden bij het uitoefenen

van een bevoegdheid.

Bijvoorbeeld in de uitspraak van het GHvJ werd gewezen op het feit dat de verkoper wist dat hij

door overdracht aan een door hem bestuurde vennootschap niet beschikkingsbevoegd meer was

waardoor hij slechts het doel had om de wederpartij te schaden bij overdracht van de

huissleutels. De rechter wijst het beroep op misbruik van bevoegdheid toe door te stellen dat, de

hele constructie opgezet was door een en dezelfde persoon om te ontkomen aan de verplichting

om het appartement over te dragen. Er was geen sprake van redelijk belang en dus wel sprake

van misbruik van bevoegdheid. 66

64

ECLI:NL:OGEAA:2016:147 r.o. 3.3. 65

Rodenburg, 1985/A-4.p.44 66

ECLI:NL:OGHACMB:2011:BP7468 r.o. 4.3

Page 29: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

28

Behalve „omvang belang‟, zijn ook „alternatieven‟ aan een beroep op misbruik van bevoegdheid

ten grondslag gelegd. Indien een partij andere minder ingrijpende alternatieven had om in haar

belangen voorzien te worden zou de rechter dit meenemen in zijn overweging. De factor

„alternatieven‟ speelde bijvoorbeeld in een eigendomszaak een rol. Daar maakte appellant

gebruik van een reststrook grond behorende aan een stichting om van en naar de waterkavels te

gaan, terwijl het openbaar vaarwater zijn eigen waterkavels heeft. De stichting wilde dat niet

hebben. De rechter heeft het beroep op misbruik van bevoegdheid door appellante afgewezen

met het oog op het feit dat appellante een ander alternatief kon gebruiken waardoor de stichting

gebruik van hun grond door derden niet hoefde te dulden. 67

Opmerkelijk was dat derden belang slechts één keer, en met succes, was aangewend tijdens de

verdeling van een onverdeeld boedel te Rancho. Belanghebbenden zijn eigenaar geworden van

het door hun gebruikte kavels door verjaring. De meetbrieven komen niet meer overeen met de

oorspronkelijke grootte. De rechter oordeelt dat voor zover voor wat betreft de grenzen, indien

beroep op de meetbrieven zou worden gedaan, dit geen redelijk doel zal dienen en het algemeen

belang zal schaden. Het zou in de gegeven omstandigheden misbruik van recht opleveren.68

3.2.6 Evenwicht

Een beroep op misbruik van bevoegdheid wordt door partijen in een gerechtelijke procedure

veelal ingevuld met verwijzingen naar de hoofdcategorie „evenwicht‟. Dit is niet onbegrijpelijk

gezien dat het derde criterium van art. 3:13 lid 2 BW een belangenafweging behelst. Dit luidt:

“Indien een rechthebbende, in aanmerking nemende de onevenredigheid tussen het belang bij de

uitoefening en het belang dat daarbij wordt geschaad, naar redelijkheid niet tot de uitoefening

had kunnen komen, levert dit misbruik van bevoegdheid op”.

Vooral verwijzingen naar de subcategorie „evenwicht tussen de betrokken belangen‟ bij het

gebruiken van een bevoegdheid door een van de partijen zag ik in de rechtspraak veel terug. Zo

was er een interessante uitspraak van het GHvJ bijvoorbeeld. Daar speelde een geschil af tussen

een rechtspersoon en een bank. De bank wou de bankrelatie opzeggen in verband met

berichtgeving in het nieuws dat de rechtspersoon banden heeft met Italiaanse maffia. Het gerecht

67

ECLI:NL:OGHACMB:2015:55 r.o. 12 68

ECLI:NL:OGHACMB:2018:46

Page 30: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

29

heeft op grond van bovenvermeld criteria geoordeeld dat in casu een dergelijke onevenredigheid

met betrekking tot de opzeggingsbevoegdheid van de bank niet aanwezig was. Zelfs niet indien

de opzegging van de bankrelaties inhoudt dat de rechtspersoon zijn activiteiten niet kan

voortzetten. 69

In een andere uitspraak speelde de vraag of de bank bij gebruikmaking van haar toekomende

bevoegdheid tot executie misbruik van recht maakt. Het GEA Sint Maarten achtte voor het

antwoord op die vraag onder andere van belang dat eiser arbeidsongeschikt was waardoor de

betalingsachterstand ontstond en na de arbeidsongeschiktheid de betalingen weer heeft hervat.

Het overweegt te dien aanzien dat eiser door executie door de bank onevenredig geschaad zal

worden in haar belangen door dakloos te worden terwijl er toch na executie een restschuld zal

blijven.70

Een soortgelijk geval speelde ook af in de uitspraak van GEA Curaçao. Daar wilde de bank ook

overgaan tot executie terwijl zij de rechtspersoon net de ruimte heeft gegeven om een half jaar te

gaan incasseren. Ook zijn zij overeengekomen met de directeur, dat hij uit eigen middelen een

bedrag per maand zal aflossen. Ook hier heeft de rechtbank het beroep op misbruik van

executierecht aangenomen door te stellen dat de bank door beide onroerende zaken tegelijk te

veilen en niet de afloop van het debiteurenincasso af te wachten zich schuldig maakt aan

misbruik van bevoegdheid.71

In een eigendomszaak heeft de rechter ook geoordeeld dat er geen sprake van misbruik van

bevoegdheid was op grond van een belangenafweging. Zo speelde in een zaak de vraag of het

gebruik van een generator misbruik van bevoegdheid oplevert tegenover de buren. De rechter

wijst dit beroep af door te stellen dat er in casu geen sprake is van onevenredigheid en dat

geïntimeerde belang bij heeft van de gevolgen van stroomuitval verschoond te blijven.72

Ook toen de buren in een andere zaak amotie hebben gevorderd van de rechthebbende heeft de

rechter dit wel aangemerkt als misbruik van bevoegdheid gezien dat ten tijde van de vordering de

69

ECLI:NL:OGHACMB:2017:135 r.o. 2.10 en 2.11. 70

Wolters AA p. 973 71

ECLI:NL:OGEAC:2017:202 72

ECLI:NL:OGHACMB:2016:85

Page 31: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

30

hinder niet meer aanwezig was zodat het vorderen van volledige afbraak van de zwembad

onevenredig is.73

3.2.7 Procestechnische fouten

In 21 van de 64 geraadpleegde zaken (32%) werd een beroep op art. 3:13 BW afgewezen wegens

procestechnische redenen. Om maar een paar op te noemen in de bewoordingen van de rechter:

“niet gesteld noch gebleken”, “onvoldoende aangevoerd”, “onvoldoende aannemelijk”, “mist

feitelijk grondslag”, stelling niet in voldoende mate onderbouwd”74

.

Hieruit volgt het volgende procestechnische gezichtspunt die het model van Wolters niet

aankaart: de omstandigheden van het geval moeten in voldoende mate gesteld, onderbouwd en

bewezen worden om aangenomen door de rechter te worden. Er is een zware stelplicht bij het

aanwenden van dit leerstuk en door summierlijk te stellen en te onderbouwen wordt het beroep

afgewezen zoals dat het geval in iets minder dan de helft van de afgewezen geraadpleegde

jurisprudentie.

Vaak wijst de rechter een beroep op het leerstuk af op grond van het feit dat de verzoekende

partij tegen een door het recht toegekende recht of bevoegdheid in gaat, terwijl de rechthebbende

in principe het recht heeft om te besluiten of en hoe hij gebruik maakt van zijn recht of

bevoegdheid. Daar dat in 21 van de 50 afgewezen uitspraken de rechters dit recht in principe ook

respecteren, omdat die een beroep doet op het leerstuk niet voldoende stelt of onderbouwt.75

Een voorbeeld waar het bovenstaande duidelijk heeft plaatsgenomen is in een uitspraak de

uitspraak van het GEA Sint Maarten, tussen de PSS en haar voormalige bestuurder; reeds

behandeld in deze scriptie. De voormalige bestuurder wou verhalen op PSS. Daar richtte het

gerecht zich op het recht die uit de wet voortvloeit ten gunste van de voormalige bestuurder in de

volgende bewoordingen: “Het wettelijk uitgangspunt is dat de schuldeiser er recht op heeft dat

73

ECLI:NL:OGHACMB:2010:BP2881 74

ECLI:NL:OGHNAA:2010:BK9755, ECLI:NL:OGHNAA:2010:BL2074, ECLI:NL:OGHNAA:2010:BO4980,

ECLI:NL:OGHNAA:2008:BH623, ECLI:NL:OGHACMB:2011:BQ6329, ECLI:NL:OGHNAA:2009:BK3871,

ECLI:NL:OGHACMB:2018:79, ECLI:NL:OGHACMB:2016:116, ECLI:NL:OGEAA:2016:245,

ECLI:NL:OGEAM:2010:BY1351, ECLI:NL:OGEAA:2011:BV5645, ECLI:NL:OGEAA:2015:491,

ECLI:NL:OGEAC:2016:130, ECLI:NL:OGEAC:2016:133, ECLI:NL:OGEAA:2016:663, ECLI:NL:OGEAA:2016:919,

ECLI:NL:OGEAM:2017:27, ECLI:NL:OGEAC:2017:29, ECLI:NL:OGEAC:2017:80, ECLI:NL:OGEAC:2017:244,

ECLI:NL:OGEAA:2017:653, ECLI:NL:OGEAA:2018:174 75

Zie bijlage 2

Page 32: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

31

de hem toekomende prestatie daadwerkelijk wordt verricht. De schuldenaar moet deze prestatie

dus kunnen afdwingen. Het afdwingen van de verschuldigde prestatie kan onder meer

plaatsvinden door verhaalsexecutie. Ter voorbereiding van dat verhaal dient het onderhavige

beslag.”.76

Deze formuleringen kaarten aan dat rechters een zware stelplicht eisen om een recht of

bevoegdheid aan de kant te zetten.77

3.3 Tussenconclusie

De toepassing van het systeem van Wolters op jurisprudentie aangaande het leerstuk misbruik

van bevoegdheid heeft geleid naar de volgende bevindingen.

Van de 80 gevonden uitspraken op rechtspraak.nl waren 64 bruikbaar. Slechts 18% van de

bruikbare jurisprudentie waarin een beroep op misbruik van bevoegdheid werd aangewend door

een der partijen was aangenomen door de rechter. De hoofdcategorieën „evenwicht‟,

„gedragingen en gebeurtenissen‟, en „belangen‟ al dan niet in combinatie met elkaar geleidt tot

een gehonoreerd beroep op het leerstuk.

De factoren internationaal, Europees en buitenlands recht en met name art. 6 EVRM, en

gezaghebbende oordelen zijn vaak voorkomende factoren die tot de categorie „normen‟ behoren.

Deze categorieën worden door de rechter zeer gerespecteerd waardoor ze niet snel aan de kant

geschoven worden wegens een beroep op misbruik van bevoegdheid, en snel gehonoreerd

worden indien als verweer tegen een vermoedelijk misbruik van bevoegdheid.

De tweede hoofdcategorie van Wolters omvat de „gedragingen en gebeurtenissen‟ waarin de

factoren „verwijtbare gedraging‟ en in minder mate „gedragingen die de rechten en plichten

beïnvloeden‟ aangewend worden. Vaak in combinatie met andere de factor „evenwicht tussen

een belang en een gedraging‟ die proportionaliteit en subsidiariteit ook inhoudt.

De hoofdcategorie „kenmerken van de partijen bij een rechtsbetrekking‟ zal sneller onder de

hoofdcategorie „evenwicht‟ aangewend worden om de verschillen tegen elkaar af te wegen.

76

ECLI:NL:OGEAM:2014:6 r.o. 4.9, 77

ECLI:NL:OGEAA:2015:216 r.o. 3.2 , ECLI:NL:OGHNAA:2010:BO4980 r.o. 4.2.2.,

ECLI:NL:OGEAA:2015:491 r.o. 4.1

Page 33: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

32

De vierde categorie inhoudende de „verhouding tussen de partijen bij een rechtsbetrekking‟

wordt niet vaak aangewend en werd geen 1 keer door de rechter aangenomen in het verrichte

onderzoek. Het wordt wel sneller gebruikt als verweer tegen een beroep op misbruik van

bevoegdheid gezien de factor „kenmerken van de individuele kenmerken bij een

rechtsbetrekking‟ zoals rechten plichten en bedingen door de rechter gerespecteerd worden.

De hoofdcategorie „belangen‟ wordt vaak gebruikt en met name „omvang belang‟ en

„alternatieven‟. Indien enige redelijk belang aanwezig wordt geacht zal er geen sprake zijn van

oogmerk om te schaden oftewel misbruik van bevoegdheid.

De laatste categorie “evenwicht” wordt door Wolters als een restcategorie beschouwd die ook tot

de meest gebruikte hoofdcategorieën behoort. Criteria 3 van art. 3:13 lid 2 BW omvat een

belangenafweging waar deze categorie de ruimte voor geeft. De factoren verschil tussen

„omvang belang‟ en verschil tussen „gedraging en belang‟ worden hierbij vaak gebruikt.

Ook opvallend was dat 42% van de afgewezen uitspraken wegens een procestechnische reden

was afgewezen. Gezien de zware stelplicht in het kader van 3:13 BW zal door slechts te stellen

en vaag te onderbouwen niet voldaan worden aan deze zware stelplicht.

Page 34: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

33

4 Conclusie

Dat de mens de neiging heeft om de aan hen toekomende bevoegdheden te misbruiken is geen

geheim. Gelukkig bieden rechtsregels instrumenten om menselijk gedrag te sturen en

beoordelen. Ook ter preventie of repressie voor het misbruiken van bevoegdheden heeft de

wetgever een grondslag neergelegd in art. 3:13 BW.

Over dit leerstuk bestond gedeelde opvattingen onder rechtsgeleerden. Belangrijke Nederlandse

Privatisten zoals Scholten, Eggens en Meijers achtten het leerstuk als primordiaal belang zodat

rechthebbenden hun bevoegdheden op een verantwoordelijke wijze weten uit te oefenen. Ook

waren er kritische geluiden waar te nemen waaronder Wolfsbergen en van Dunne die het leerstuk

overbodig achtten. Naar hun opvatting was het leerstuk een samenvatting van een zekere rubriek

onzorgvuldigheden die al in de wet bestonden.

Ik sluit me aan bij de gedachtegang van Rijsdijk en Nijenhuis die het leerstuk als een

veiligheidsventiel van het materiele civiele recht beschouwen, dat soms verregaande

bevoegdheden creëer voor rechthebbenden. Het leerstuk is naar mijn mening niet weg te denken

uit een gezonde rechtsstaat. Tijdens mijn vooronderzoek was ik onder de indruk dat het leerstuk,

ondanks zijn belang, niet zo zeer onder de loep genomen wordt in vergelijking met andere

leerstukken.

Art.3:13 BW kent 3 niet-limitatieve gevallen waaronder er in ieder geval sprake zal zijn van

misbruik van bevoegdheid. Ten eerste door een bevoegdheid uit te oefenen uitsluitend om een

ander te schaden, ten tweede voor een ander doel dan waarvoor zij is verleend; het verbod van

détournement de pouvoir en als laatste het evenredigheidscriterium. Behalve dat er meerdere

gevallen kunnen zijn dan het bovenvermelde, heeft de wetgever tevens gekozen om nadere

afbakening van het leerstuk over te laten aan de rechter en rechtsleer. Volgens de Memorie van

toelichting veronderstelt het leerstuk een op zichzelf geoorloofde en rechtmatige

rechtsuitoefening die echter door de bijzondere omstandigheden van het geval ongeoorloofd

wordt en daardoor tot misbruik van bevoegdheden kan leiden.

Gezien het belang om misbruik tegen te werken is het noodzakelijk om het bereikte plafond te

doorbreken en dieper inzicht te verschaffen in het leerstuk, en met name de werking van deze

Page 35: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

34

bijzondere omstandigheden van het geval op het leerstuk. Het leerstuk mag vaker en diepgaander

worden onderzocht. Deze scriptie is een aanzet tot het nader onderzoeken van dit leerstuk.

Het bovenstaande heeft geleidt tot de vraagstelling van deze scriptie om nader inzicht te

verschaffen in de werking daarvan:

In hoeverre beïnvloeden de omstandigheden van het geval de werking van het leerstuk

misbruik van bevoegdheid bij de feitenrechter in een civiele zaak tot een geslaagd beroep

op art. 3:13 BW?

Om de omstandigheden die van invloed zijn op het leerstuk misbruik van bevoegdheid werden in

kaart gebracht door het door Wolters ontwikkelde model. Wolters heeft uitputtende

beschrijvingen van alle mogelijke relevante omstandigheden van het geval, aan de hand van de

wet, de literatuur of jurisprudentie, teruggebracht naar een algemeen niveau met zes

hoofdcategorieën namelijk, „normen‟, „gedragingen en gebeurtenissen‟, kenmerken van de

partijen bij een rechtsbetrekking‟, „verhouding tussen partijen bij een rechtsbetrekking‟, „belang‟

en „evenwicht‟.78

Tot iedere hoofdcategorie behoren een aantal abstracte factoren waaronder een

omstandigheid te scharen is. Deze hoofdcategorieën staan tevens voor de mogelijke

benaderingswijzen. Volgens Wolters bestaat er steeds een „beste‟ benadering. De beste

benadering kan bereikt worden door een beroep te doen op de factor die de werking van het

leerstuk „het beste‟ verklaard. Dergelijke factor is een duidelijke factor die de werking van het

leerstuk direct beïnvloedt. Een combinatie van een factor die duidelijk is met een factor die het

leerstuk direct beïnvloedt is ook mogelijk.

Het model van Wolters werd toegepast op 64 uitspraken. De selectiecriteria en verwerking

daarvan zijn opgenomen in Bijlage 1 en 2. Van de 64 uitspraken waarop een beroep op misbruik

van bevoegdheid werd aangewend heeft de rechter slechts 14 gehonoreerd. Een beroep op

misbruik van bevoegdheid werd het meest door partijen ingekleed met verwijzingen naar

factoren uit de hoofdcategorie „normen‟, „belang‟ en „evenwicht‟. Ook in mindere mate waren

verwijzingen naar factoren uit „gedragingen en gebeurtenissen‟ en „verhouding tussen partijen‟;

met name de „individuele kenmerken van de rechtsbetrekkingen tussen partijen‟.

78

Zie table 2 voor nadere uitwerking van de factoren.

Page 36: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

35

Factoren zoals „gezaghebbende oordelen‟ (rechterlijke uitspraken) en „Internationaal, Europees

en buitenlands recht‟ (artikel 6 EVRM), zijn factoren die de positie van degene die een beroep

maakt op het leerstuk versterkt. In het geval dat een partij deze factoren juist als verweer door de

wederpartij worden aangewend wordt de kans van slagen van de wederpartij hoger. Niet

onbegrijpelijk gezien het feit dat rechterlijke uitspraken en mensenrechten zeer gerespecteerd

worden door rechters, en niet gemakkelijk aan de kant worden gezet.

Het was geen verassing dat de hoofdcategorie „belang‟ ook een vaak aangewend beroep was

door partijen. Een verwijzing naar de factor „omvang belang‟ geeft naast de invulling van de

omstandigheden van het geval tegelijkertijd invulling van de eerste criteria van art. 3:13BW;

namelijk oogmerk om te schaden / afwezigheid van redelijk belang. Indien een partij kan

aantonen dat er sprake is van redelijk belang wordt het moeilijk voor de wederpartij om de

uitoefening van de bevoegdheid van een rechthebbende aan de kant te schuiven. Tevens maakten

partijen vaak gebruik van de factor „alternatief‟ dat ook tot deze hoofdcategorie behoorde. Indien

er een andere minder ingrijpende alternatief was voor het uitoefenen van een bevoegdheid, zou

dit misbruik van bevoegdheid opleveren. Ook indien een partij de wederpartij beticht van

misbruik van bevoegdheid bij het gebruik maken van zijn bevoegdheid terwijl er een ander

alternatief beschikbaar was zal hun beroep afgewezen worden.

De invulling van een beroep op misbruik van bevoegdheid met de factoren behorende bij

„evenwicht‟ sluit aan bij criteria 3 van art. 3:13 lid 2 BW. Hier gaat de rechter kijken of er sprake

is van enige onevenredigheid tussen het belang bij het uitoefenen van de bevoegdheid en het

geschaad belang. Bijna alle factoren uit de andere categorieën kunnen in deze categorie tegen

elkaar afgewogen worden. De meeste uitspraken bevatten een belangenafweging.

Ook geven partijen invulling aan het leerstuk door op een „verwijtbare gedraging‟ behorende tot

de categorie „gedragingen en gebeurtenissen‟ te beroepen. Dit wordt vaak in combinatie met

andere factoren aangewend. Bijvoorbeeld overschrijdend bouwen in combinatie met de

aanwezigheid van een geschaad belang.

Tot slot maken partijen ook gebruik van „de kenmerken van de individuele onderdelen bij een

rechtsbetrekking‟. Dit zijn de individuele bedingen, rechten en plichten die uit een

rechtsbetrekking voortvloeien. Dergelijke factoren worden niet vaak door de rechter aan de kant

Page 37: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

36

gezet. Indien men tegen deze onderdelen indruist is er sprake van misbruik van bevoegdheid, en

indien een partij beroept dat iemand door misbruik maakt door een van deze onderdelen uit te

oefenen wordt het beroep vaak afgewezen.

Naast de invloed die de factoren hebben op de werking van het leerstuk, zijn ook

procestechnische fouten van invloed op afwijzingen van een beroep op het leerstuk. Van de 50

afgewezen beroepen waren 21 uitspraken door van procestechnische redenen afgewezen. Met

andere woorden; tegen een recht of bevoegdheid ingaan om misbruik aan te tonen is niet

gemakkelijk. Er is een zware stelplicht bij het aanwenden van dit leerstuk en door summierlijk te

stellen en te onderbouwen wordt het beroep afgewezen.

Page 38: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

37

Literatuurlijst

Bakker 2014.

P.S. Bakker, „Boekbeschouwing P.T.J. Wolters, Alle omstandigheden va het geval. Een onderzoek

naar de omstandigheden die de werking van de redelijkheid en billijkheid beïnvloeden, Rechtsgeleerd

magazijn Themis, 2014 (3), p. 149-152.

Galenkamp 2011

M.Galenkamp, „Misbruik van recht volgens Scholten, Eggens en Meijers‟, Liber Amicorum René

Foqué, Larcier 2011, p.43.

Jongbloed 2013.

A.W. Jongbloed, „Misbruik van bevoegdheid‟, TvPP 2013, p. 90.

Keltner 2017

D. Keltner, The Power Paradox, How we Gain and Lose Influence, Penguin Publishing Group 2017.

Meijers 1991

Meijers, Parlementaire geschiedenis misbruik van bevoegdheid. Invoering van Boek 3 van het

Burgerlijk Wetboek per1991, Deventer: Kluwer 1991.

Rijsdijk en Nijenhuis 2013

J. Rijsdijk & J. Nijenhuis, „Misbruik van bevoegdheid in crisistijd?‟, Beslag in de rechtspraktijk, SDU

uitgevers 2013, afl. 6, p.25

Rodenburg 1985.

Rodenburg, Misbruik van bevoegdheid (Mon. Nieuw BW) 1985/A-4, p. 21

Schrage 2012.

E.J.H. Schrage, Misbruik van bevoegdheid (Mon. BW nr. A4), Deventer: Kluwer 2012, p. IX.

J.B.M. Vranken, „Misbuik van recht als overgangsfiguur‟, in: M. E. Franke, J.P. Jordaans, W. L. Valk

& M.H. Wissink (Eds.), Onrechtmatige daad. Deventer 1996: Gouda Quint, p. 2 en 8.

Stein 2017.

P.A. Stein, Groene Serie, Vermogensrecht, commentaar op artikel 13 Boek 3 BW, aant. 9.

Vranken 1996.

J.B.M. Vranken, „Misbuik van recht als overgangsfiguur‟, in: M. E. Franke, J.P. Jordaans, W. L. Valk

& M.H. Wissink (Eds.), Onrechtmatige daad. Deventer 1996: Gouda Quint, p. 1

Vranken 2015.

J.B.M. Vranken, „Alle omstandigheden van het geval. Een onderzoek naar de omstandigheden die de

werking van de redelijkheid en billijkheid beïnvloeden‟, Maandblad voor Vermogensrecht, 2015 (1),

p. 24 – 27.

Page 39: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

38

Wolfsbergen 1946

A.Wolfsbergen, Onrechtmatige daad, Universitaire Pers Leiden 1946

Wolters 2013.

P.T.J. Wolters, Alle omstandigheden van het geval. Een onderzoek naar de omstandigheden die de

werking van de redelijkheid en billijkheid beïnvloeden, Deventer: Wolters Kluwer 2013.

Wolters 2013.

P.T.J. Wolters, „Een onderzoek naar de omstandigheden van die de werking van de redelijkheid en

billijkheid beïnvloeden.‟, Ars Aequi 2013, p. 974.

Page 40: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

39

Jurisprudentielijst

Gerechtshoven

1. GHvJ 11 augustus 2008, ECLI:NL:OGHNAA:2008:BD9802

2. GHvJ 16 februari 2009, OGHNAA:2009:BH2925

3. GHvJ 17 maart 2009, ECLI:NL:OGHNAA:2008:BH6232

4. GHvJ 08 oktober 2009, ECLI:NL:OGHNNA:2009:BJ9606

5. GHvJ 30 december 2009, ECLI:NL:OGHNAA:1009:BK3871

6. GHvJ 19 januari 2010, ECLI:NL:OGHNAA:2010:BK9755

7. GHvJ 04 februari 2010, ECLI:NL:OGHNAA:2010:BL2074

8. GHvJ 18 juni 2010, ECLI:NL:OGHNAA:2010:BM8217

9. GHvJ 25 november 2010, ECLI:NL:OGHNAA:2010:BO4980

10. GHvJ 19 november 2010, ECLI:NL:OGHNAA:2010:BO4456

11. GHvJ 02 februari 2011, ECLI:NL:OGHACMB:2010:BP2881

12. GHvJ 11 maart 2011, OGHACMB:2011:BP7468

13. GHvJ 11 maart 2011, ECLI:OGHACMB:2011:BP7470

14. GHvJ 8 april 2011, ECLI:OGHNAA:2003:BQ0649

15. GHvJ 27 mei 2011, ECLI:NL:OGHACMB:2011:BQ6350

16. GHvJ 27 mei 2011, ECLI:NL:OGHACMB:2011:BQ6329

17. GHvJ 04 oktober 2011, OGHACMB:2011:BT6499

18. GHvJ 16 december 2011, ECLI:NL:OGHACMB:2011:BU8446

19. GHvJ 16 december 2011, OGHACMB:2011:BU8423

20. GHvJ 02 april 2012, ECLI:NL:OGHACMB:2012:BW0535

21. GHvJ 28 september 2012, ECLI:NL:OGHACMB:2012:BX8689

22. GHvJ 11 juli 2013, OGHACMB:2013:1

23. GHvJ 4 november 2013, ECLI:NL:OGHACMB:2013:37

24. GHvJ 4 juni 2014, ECLI:NL:OGHACMB:2014:14

25. GHvJ 04 maart 2014, ECLI:NL:OGHACMB:2012:5

26. GHvJ 4 juni 2014, ECLI:OGHACMB:2014:14

27. GHvJ 16 juni 2014, ECLI:NL:OGHACMB:2014:25

28. GHvJ 11 januari 2016, OGHACMB:2015:55

29. GHvJ 31 augustus 2016, ECLI:OGHACMB:2016:82

Page 41: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

40

30. GHvJ 31 augustus 2016, ECLI:NL:OGHACMB:2016:85

31. GHvJ 02 december 2016, ECLI:OGHACMB:2016:116

32. GHvJ 5 september 2017, ECLI:OGHACMB:2017:85

33. GHvJ 9 januari 2018, ECLI:NL:OGHACMB:2017:135

34. GHvJ 14 maart 2018, ECLI:NL:OGHNAA:2018:46

35. GHvJ 7 mei 2010, ECLI:OGHNAA:2010:BM3678

36. GHvJ 7 juni 2018, ECLI:NL:OGHACMB:2016:199

37. GHvJ 7 juni 2018, ECLI:NL:OGHACMB:2018:79

38. GHvJ 29 juni 2018, ECLI:NL:OGHACMB:2018:91

Rechtbank

1. Rechtbank NA zittingsplaats Curaçao 21 januari 2008, ECLI:NL:OGEANA:2008:BH0554

2. Rechtbank Aruba 29 december 2008, ECLI:NL:OGEAA:2008:BG8460

3. Rechtbank NA zittingsplaats Bonaire 3 december 2009, ECLI:NL:OGEANA:2009:BK:5200

4. Rechtbank Curaçao 13 mei 2011, ECLI:NL:OGEAC:2011:BQ4464

5. Rechtbank Aruba 16 februari 2012, ECLI:NL:2011:BV5645

6. Rechtbank Aruba 30 maart 2012, ECLI:NL:OGEAA:2012:BW0440

7. Rechtbank Sint Maarten 26 oktober 2012, ECLI:NL:OGEAM:2010:BY1251

8. Rechtbank Aruba 13 november 2013, ECLI:NL:OGEAA:2013:27

9. Rechtbank Aruba 10 maart 2014, ECLI:NL:OGEAA:2013:37

10. Rechtbank Aruba 24 augustus 2015, ECLI:NL:OGEAA:2015:216

11. Rechtbank Aruba 05 oktober 2015, ECLI:NL:OGEAA:2015:380

12. Rechtbank Aruba 16 november 2015, ECLI:NL:OGEAA:2015:491

13. Rechtbank Sint Maarten 24 februari 2016, ECLI:NL:OGEAM:2014:6

14. Rechtbank Aruba 16 maart 2016, ECLI:NL:OGEAA:2016:147

15. Rechtbank Aruba 13 april 2016, ECLI:NL:OGEAA:2016:245

16. Rechtbank Aruba 3 juni 2016, ECLI:NL:OGEAA:2016:344

17. Rechtbank Sint Maarten 7 juli 2016, ECLI:NL:OGEAM:2016:34

18. Rechtbank Sint Maarten 7 juli 2016, ECLI:NL:OGEAM:2016:34

19. Rechtbank Curaçao 3 augustus 2016, ECLI:NL:OGEAC:2016:60

20. Rechtbank Aruba 22 september 2016, ECLI:NL:OGEAA:2016:605

Page 42: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

41

21. Rechtbank Aruba 3 oktober 2016, ECLI:NL:OGEAA:2016:658

22. Rechtbank Aruba 10 oktober 2016, ECLI:NL:OGEAA:2016:663

23. Rechtbank Aruba 10 oktober 2016, ECLI:NL:OGEAA:2016:665

24. Rechtbank Sint Maarten 26 oktober 2016, ECLI:NL:OGEAM:2016:73

25. Rechtbank Curaçao 13 december 2016, ECLI:NL:OGEAC:2016:113

26. Rechtbank Sint Maarten 13 januari 2017, ECLI:NL:OGEAM:2016:91

27. Rechtbank Curaçao 09 januari 2017, ECLI:NL:OGEAC:2016:130

28. Rechtbank Curaçao 11 januari 2017, ECLI:NL:OGEAC:2016:133

29. Rechtbank Aruba 12 januari 2017, ECLI:NL:OGEAA:2016:919

30. Rechtbank Curaçao 20 maart 2017, ECLI:NL:OGEAC:2017:27

31. Rechtbank Curaçao 21 maart 2017, ECLI:NL:OGEAC:2017:29

32. Rechtbank BES 4 april 2017, ECLI:NL:OGEABES:2017:3

33. Rechtbank Sint Maarten 20 juni 2017, ECLI:NL:OGEAM:2017:27

34. Rechtbank Curaçao 21 juli 2017, ECLI:NL:OGEAC:2017:80

35. Rechtbank Aruba 28 augustus 2017, ECLI:NL:OGEAA:2017:653

36. Rechtbank Curaçao 28 december 2017, ECLI:OGEAC:2017:187

37. Rechtbank Curaçao 8 januari 2018, ECLI:NL:OGEAC:2017:202

38. Rechtbank Curaçao 15 januari 2018, ECLI:NL:OGEAC:2018:1

39. Rechtbank Curaçao 13 maart 2018, ECLI:NL:OGEAC:2018:34

40. Rechtbank Curaçao 26 maart 2018, ECLI:NL:2017:244

41. Rechtbank Aruba 9 april 2018, ECLI:NL:OGEAA:2018:174

42. Rechtbank Curaçao 9 april 2018, ECLI:NL:OGEAC:2018:49

43. Rechtbank Curaçao 28 mei 2018, ECLI:NL:OGEAC:2018:100

Page 43: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

42

Bijlage 1.

In de database van www.rechtspraak.nl werd eerst via de optie “uitgebreid uitspraken zoeken” de

zoektocht toegespitst op instanties van het Caribisch gedeelte van het Koninkrijk. Ook voor wat

betreft de rechtsgebieden werd gefilterd op “civiel recht” voor de eerste ronde en “geen

subrechtsgebied” voor de tweede zoektocht. Tegen deze achtergrond werd eerst gezocht op de

zoekterm “misbruik van bevoegdheid” en daarna op “misbruik van recht” bij het Gerecht in

Eerste Aanleg van de eilanden. Deze zoekactie resulteerde in 43 uitspraken van de rechtbanken.

Bij dezelfde filter, maar gericht op het Gerechtshof van Justitie heeft de zoekactie 38 uitspraken

opgeleverd. Van deze 81 uitspraken heeft de rechter uiteindelijk in 64 uitspraken het beroep op

misbruik van bevoegdheid daadwerkelijk behandeld.

Tref als volgt een overzicht van de uitspraken. Groene uitspraken zijn uitspraken waarin de

rechter een beroep op het leerstuk heeft gehonoreerd. Rode uitspraken zijn uitspraken waarin de

rechter een beroep op het leerstuk heeft afgewezen en de rest van de uitspraken zijn uitspraken

waarin de rechter een beroep op het leerstuk niet behandelt.

Overzicht jurisprudentie ten behoeve van analyse

Gerechtshoven

39. GHvJ 11 augustus 2008, ECLI:NL:OGHNAA:2008:BD9802

40. GHvJ 16 februari 2009, OGHNAA:2009:BH2925

41. GHvJ 17 maart 2009, ECLI:NL:OGHNAA:2008:BH6232

42. GHvJ 08 oktober 2009, ECLI:NL:OGHNNA:2009:BJ9606

43. GHvJ 30 december 2009, ECLI:NL:OGHNAA:1009:BK3871

44. GHvJ 19 januari 2010, ECLI:NL:OGHNAA:2010:BK9755

45. GHvJ 04 februari 2010, ECLI:NL:OGHNAA:2010:BL2074

46. GHvJ 18 juni 2010, ECLI:NL:OGHNAA:2010:BM8217

47. GHvJ 25 november 2010, ECLI:NL:OGHNAA:2010:BO4980

48. GHvJ 19 november 2010, ECLI:NL:OGHNAA:2010:BO4456

49. GHvJ 02 februari 2011, ECLI:NL:OGHACMB:2010:BP2881

50. GHvJ 11 maart 2011, OGHACMB:2011:BP7468

51. GHvJ 11 maart 2011, ECLI:OGHACMB:2011:BP7470

Page 44: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

43

52. GHvJ 8 april 2011, ECLI:OGHNAA:2003:BQ0649

53. GHvJ 27 mei 2011, ECLI:NL:OGHACMB:2011:BQ6350

54. GHvJ 27 mei 2011, ECLI:NL:OGHACMB:2011:BQ6329

55. GHvJ 04 oktober 2011, OGHACMB:2011:BT6499

56. GHvJ 16 december 2011, ECLI:NL:OGHACMB:2011:BU8446

57. GHvJ 16 december 2011, OGHACMB:2011:BU8423

58. GHvJ 02 april 2012, ECLI:NL:OGHACMB:2012:BW0535

59. GHvJ 28 september 2012, ECLI:NL:OGHACMB:2012:BX8689

60. GHvJ 11 juli 2013, OGHACMB:2013:1

61. GHvJ 4 november 2013, ECLI:NL:OGHACMB:2013:37

62. GHvJ 4 juni 2014, ECLI:NL:OGHACMB:2014:14

63. GHvJ 04 maart 2014, ECLI:NL:OGHACMB:2012:5

64. GHvJ 4 juni 2014, ECLI:OGHACMB:2014:14

65. GHvJ 16 juni 2014, ECLI:NL:OGHACMB:2014:25

66. GHvJ 11 januari 2016, OGHACMB:2015:55

67. GHvJ 31 augustus 2016, ECLI:OGHACMB:2016:82

68. GHvJ 31 augustus 2016, ECLI:NL:OGHACMB:2016:85

69. GHvJ 02 december 2016, ECLI:OGHACMB:2016:116

70. GHvJ 5 september 2017, ECLI:OGHACMB:2017:85

71. GHvJ 9 januari 2018, ECLI:NL:OGHACMB:2017:135

72. GHvJ 14 maart 2018, ECLI:NL:OGHNAA:2018:46

73. GHvJ 7 mei 2010, ECLI:OGHNAA:2010:BM3678

74. GHvJ 7 juni 2018, ECLI:NL:OGHACMB:2016:199

75. GHvJ 7 juni 2018, ECLI:NL:OGHACMB:2018:79

76. GHvJ 29 juni 2018, ECLI:NL:OGHACMB:2018:91

Rechtsbank

44. Rechtbank NA zittingsplaats Curaçao 21 januari 2008, ECLI:NL:OGEANA:2008:BH0554

45. Rechtbank Aruba 29 december 2008, ECLI:NL:OGEAA:2008:BG8460

46. Rechtbank NA zittingsplaats Bonaire 3 december 2009, ECLI:NL:OGEANA:2009:BK:5200

47. Rechtbank Curaçao 13 mei 2011, ECLI:NL:OGEAC:2011:BQ4464

Page 45: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

44

48. Rechtbank Aruba 16 februari 2012, ECLI:NL:2011:BV5645

49. Rechtbank Aruba 30 maart 2012, ECLI:NL:OGEAA:2012:BW0440

50. Rechtbank Sint Maarten 26 oktober 2012, ECLI:NL:OGEAM:2010:BY1251

51. Rechtbank Aruba 13 november 2013, ECLI:NL:OGEAA:2013:27

52. Rechtbank Aruba 10 maart 2014, ECLI:NL:OGEAA:2013:37

53. Rechtbank Aruba 24 augustus 2015, ECLI:NL:OGEAA:2015:216

54. Rechtbank Aruba 05 oktober 2015, ECLI:NL:OGEAA:2015:380

55. Rechtbank Aruba 16 november 2015, ECLI:NL:OGEAA:2015:491

56. Rechtbank Sint Maarten 24 februari 2016, ECLI:NL:OGEAM:2014:6

57. Rechtbank Aruba 16 maart 2016, ECLI:NL:OGEAA:2016:147

58. Rechtbank Aruba 13 april 2016, ECLI:NL:OGEAA:2016:245

59. Rechtbank Aruba 3 juni 2016, ECLI:NL:OGEAA:2016:344

60. Rechtbank Sint Maarten 7 juli 2016, ECLI:NL:OGEAM:2016:34

61. Rechtbank Sint Maarten 7 juli 2016, ECLI:NL:OGEAM:2016:34

62. Rechtbank Curaçao 3 augustus 2016, ECLI:NL:OGEAC:2016:60

63. Rechtbank Aruba 22 september 2016, ECLI:NL:OGEAA:2016:605

64. Rechtbank Aruba 3 oktober 2016, ECLI:NL:OGEAA:2016:658

65. Rechtbank Aruba 10 oktober 2016, ECLI:NL:OGEAA:2016:663

66. Rechtbank Aruba 10 oktober 2016, ECLI:NL:OGEAA:2016:665

67. Rechtbank Sint Maarten 26 oktober 2016, ECLI:NL:OGEAM:2016:73

68. Rechtbank Curaçao 13 december 2016, ECLI:NL:OGEAC:2016:113

69. Rechtbank Sint Maarten 13 januari 2017, ECLI:NL:OGEAM:2016:91

70. Rechtbank Curaçao 09 januari 2017, ECLI:NL:OGEAC:2016:130

71. Rechtbank Curaçao 11 januari 2017, ECLI:NL:OGEAC:2016:133

72. Rechtbank Aruba 12 januari 2017, ECLI:NL:OGEAA:2016:919

73. Rechtbank Curaçao 20 maart 2017, ECLI:NL:OGEAC:2017:27

74. Rechtbank Curaçao 21 maart 2017, ECLI:NL:OGEAC:2017:29

75. Rechtbank BES 4 april 2017, ECLI:NL:OGEABES:2017:3

76. Rechtbank Sint Maarten 20 juni 2017, ECLI:NL:OGEAM:2017:27

77. Rechtbank Curaçao 21 juli 2017, ECLI:NL:OGEAC:2017:80

78. Rechtbank Aruba 28 augustus 2017, ECLI:NL:OGEAA:2017:653

79. Rechtbank Curaçao 28 december 2017, ECLI:OGEAC:2017:187

80. Rechtbank Curaçao 8 januari 2018, ECLI:NL:OGEAC:2017:202

81. Rechtbank Curaçao 15 januari 2018, ECLI:NL:OGEAC:2018:1

Page 46: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

45

82. Rechtbank Curaçao 13 maart 2018, ECLI:NL:OGEAC:2018:34

83. Rechtbank Curaçao 26 maart 2018, ECLI:NL:2017:244

84. Rechtbank Aruba 9 april 2018, ECLI:NL:OGEAA:2018:174

85. Rechtbank Curaçao 9 april 2018, ECLI:NL:OGEAC:2018:49

86. Rechtbank Curaçao 28 mei 2018, ECLI:NL:OGEAC:2018:100

Page 47: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

46

Bijlage 2

Beroep op 3:13 BW

aangenomen door

de rechter

Beroep op 3:13 BW

niet aangenomen

door de rechter

Beroep op 3:13

BW gemaakt maar

niet behandeld

door de rechter

Totaal

Rechtbank 8 28 6 42

Gerechtshof 6 22 10 38

Totaal 14 50 16 80

percentages Beroep op 3:13 BW

aangenomen door

de rechter

Beroep op 3:13 BW

niet aangenomen

door de rechter

Beroep op 3:13

BW gemaakt maar

niet behandeld

door de rechter

Totaal

Rechtbank 57% 56% 38% 53%

Gerechtshof 43% 44% 62% 47%

Totaal 100% 100% 100% 100%

Beroep op 3:13 BW

aangenomen door

de rechter

Beroep op 3:13 BW

niet aangenomen

door de rechter

Beroep op 3:13

BW gemaakt maar

niet behandeld

door de rechter

Totaal

Rechtbank 19% 67% 14% 100%

Gerechtshof 16% 58% 26% 100%

Totaal 18% 62% 20% 100%

Beroep op 3:13 BW

aangenomen door

de rechter

Beroep op 3:13 BW

niet aangenomen

door de rechter

Beroep op 3:13

BW gemaakt maar

niet behandeld

door de rechter

Totaal

Rechtbank 10% 35% 8% 53%

Gerechtshof 8% 27% 12% 47%

Totaal 18% 62% 20% 100%

Page 48: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

47

Beroep op 3:13

BW aangenomen

door de rechter

Beroep op 3:13

BW niet

aangenomen door

de rechter

Beroep op 3:13

BW gemaakt

maar niet

behandeld door

de rechter

Totaal

Beslag- en

executierecht

9 21 (28)

Goederenrecht/

amotie/ burenrecht

3 12

Algemeen civiel recht/

verbintenissenrecht

- 5

Procesrecht 2 3

Huurrecht - 2

Arbeidsrecht - 5

Ondernemingsrecht /

rechtspersonenrecht

- 1

Pensioenrecht - 1

TOTAAL 14 50 16 (64)

Beroep op 3:13

BW aangenomen

door de rechter

Beroep op 3:13

BW niet

aangenomen door

de rechter

Normen 4 12

Gedragingen en

gebeurtenissen

6 10

Kenmerken van de

partijen bij een

rechtsbetrekking

2 3

De verhouding

tussen de partijen bij

een rechtsbetrekking

7

Belangen 4 20

Evenwicht 6 16

Page 49: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

48

Wel Normen Gedragingen en

gebeurtenissen

Kenmerken van

de partijen bij

een

rechtsbetrekking

belangen Evenwicht

Beslag- en

executierecht

4 4 2 4 4

Goederenrecht/

amotie/

burenrecht

1 1 2

Procesrecht 1 1

TOTAAL 4 6 2 5 6

Uit 14 uitspraken waarbij de rechter een beroep op art. 3:13 BW heeft gehonoreerd.

Wel Normen Gedragingen en

gebeurtenissen

Kenmerken van de

partijen bij een

rechtsbetrekking

belangen Evenwicht

Beslag- en

executierecht

44% 44% 22% 44% 44%

Goederenrecht/

amotie/

burenrecht

- 33% - 33% 66%

Procesrecht - 50% - 50% -

TOTAAL 28% 43% 14% 36% 42%

niet Normen Gedragingen

en

gebeurtenissen

Kenmerken van

de partijen bij

een

rechtsbetrekking

Verhouding van

de partijen bij

een

rechtsbetrekking

Belangen Evenwicht

Beslag- en

executierecht

8 2 6 3

Goederenrecht/

amotie/ burenrecht

10 1 2 8 9

Algemeen civiel

recht/

verbintenissenrecht

1 1 1 4 3

Procesrecht 1 2 2

Huurrecht 1 1 2

Arbeidsrecht 2 2 2 2 1

Ondernemingsrecht

/

rechtspersonenrecht

2

Pensioenrecht 1

TOTAAL 14 15 5 8 23 15

Page 50: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

49

niet Normen Gedragingen en

gebeurtenissen

Kenmerken van de

partijen bij een

rechtsbetrekking

Verhouding van de

partijen bij een

rechtsbetrekking

Belangen Evenwicht

Beslag- en

executierecht

40% 10% 30% 15%

Goederenrecht/ amotie/

burenrecht

83% 8% 16% 66% 75%

Algemeen civiel recht/

verbintenissenrecht

20% 20% 20% 80% 60%

Procesrecht 33% 66% 66%

Huurrecht 50% 50% 100%

Arbeidsrecht 40% 40% 40% 40% 20%

Ondernemingsrecht /

rechtspersonenrecht

100%

Pensioenrecht 100%

TOTAAL 28% 30% 10% 16% 28% 18%

Van de 50 niet door de rechter gehonoreerde beroepen op het leerstuk

niet Procestechnische aandachtspunt waardoor beroep niet werd

aangenomen

Aantal

zaken

Vd totaal

afgewezen

Vd totaal

aantal zaken

Beslag- en executierecht Onvoldoende aangevoerd (1)

Niet gesteld. (1)

Bevoegdheid / rechtmatigheid v

Onvoldoende gemotiveerd (1) wederpartij niet betwist (1)

Onvoldoende aannemelijk (3)

De stelling is te vaag (1)

Niet voldoende toegelicht (1)

Mist feitelijk grondslag (1)

Stellingen niet in voldoende mate onderbouwd (2)

Impliciete verweer gevoerd (1)

Niet gemotiveerd (1)

Onduidelijk (1)

Aanvoering was onweersproken (1)

11 52% 17%

Goederenrecht/ amotie/ burenrecht Niet gesteld noch gebleken van criteria / bewezen (2)

Wel gesteld maar niet genoeg onderbouwd (2)

Niet voldaan aan stelplicht (1)

3 25% 5%

Algemeen civiel recht/ verbintenissenrecht

Onvoldoende feiten en omstandigheden aangevoerd 1 20% 2%

Procesrecht Onvoldoende toegelicht; niet gesteld noch gebleken 1 33% 2%

Huurrecht

Arbeidsrecht Niet gemotiveerd (1) Onvoldoende aangevoerd (1)

Onvoldoende gesteld (1)

3 60% 5%

Ondernemingsrecht /

rechtspersonenrecht

Niet voldoende gesteld 1 100% 2%

Pensioenrecht Niet voldaan aan zware stelplicht(1) 1 100% 2%

TOTAAL 21 42% 32%

Page 51: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

50

Beroep op artikel 3:13 BW

behandeld door de rechter

Gehonoreerd Afgewezen

0

2

4

6

8

10

12

14

16

18

20

B&E Recht Goederenrecht Procesrecht

De doorslaggevende hoofdcategorieen bij een gehonoreerd

beroep op artikel 3:13 BW

Normen Gedragingen en Gebeurtenissen Kenmerken van partijen Belangen Evenwicht

Invloed van procestechnische

gezichtspunten bij een beroep

op art. 3:13 BW

Procestechnische gezichtspunten

Restant afgewezen door andere factoren

Page 52: Misbruik van bevoegdheid - AJV · Scriptie Bachelor Rechtsgeleerdheid 4ECTS Faculteit der Rechtsgeleerdheid UoC Iverine J.C. Wilson ... 2017 en is het resultaat van een onderzoek

51

Normen 18%

Gedragingen en Gebeurtenissen

20%

Kenmerken van de partijen

7%

verhouding tussen de partijen

8%

Belang 27%

Evenwicht 20%

DE MATE VAN BEROEPEN OP DE

HOODSCATEGORIEEN

05

101520253035

De doorslaggevende hoofdcategorie in de verschillende rechtsgebieden

bij afwijzing door de rechter

Normen Gedragingen & Gebeurtenissen Kenmerken v partijen Verhouding tussen partijen Belang Evenwicht