Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven...

24
Atriumfibrilleren 5.4 112

Transcript of Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven...

Page 1: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Atriumfibrilleren

5.4

112

Page 2: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

5.4 Atriumfibrilleren

Hiërarchiemodel Atriumfibrilleren

Hiërarchie Generieke uitkomstindicatoren

Overleving 30-daagse mortaliteit

Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven

Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten

Schade van de behandeling (bijwerkingen, complicaties of medische fouten)

BloedingscomplicatieCardiale tamponadePhrenicus paralyseTrombo-embolische complicatieVasculaire complicatie

Duurzaamheid van herstel of gezondheid

Herhaalde PVI binnen 1 jaarAangetoond recidief AFGebruik AAD

Gevolgen van de behandeling op de lange termijn

Initiële condities Generiekeinitiële condities

Relevante risicofactoren

BMICHA2DS2-VASc ScoreEerdere ablatie in linkeratriumLinkeratriumvolume indexLinkerventrikelfunctieMitralisklepinsufficiëntieType AF

Katheter PVI-specifieke indicatoren

Minimaal-invasieve chirurgische PVI-specifieke indicatoren

Herhaalde PVI binnen 3 jaar

Katheter PVI-specifiekeinitiële condities

Minimaal-invasieve chirurgische PVI-specifiekeinitiële condities

Atriumfibrilleren is binnen Meetbaar Beter gedefinieerd als een ritmestoornis die gekenmerkt wordt door een irregulair RR-interval (zonder de aanwezigheid van een repetitief patroon), de afwezigheid van P-golven op het oppervlakte ECG en een variabele atriale cycluslengte (indien zichtbaar).

Atriumfibrilleren kan worden behandeld middels een katheter pulmonaal venen isolatie (PVI) of een minimaal-invasieve chirurgische PVI of met medicatie. Binnen Meetbaar Beter worden patiënten geïncludeerd die een interventie hebben ondergaan. De uitkomsten worden gepresenteerd voor deze twee patiëntgroepen

met atriumfibrilleren onafhankelijk van de behandeling (geconsolideerd atriumfibrilleren), en voor de patiënt-groepen van de afzonderlijke behandelingen.

In onderstaande tabel worden de uitkomstindicatoren, ingedeeld in het hiërarchiemodel van Porter, en initiële condities voor patiënten met atriumfibrilleren weergegeven die binnen Meetbaar Beter zijn geselecteerd. Zowel de generieke als behandelingsspecifieke uitkomstindicatoren en initiële condities zijn weergegeven in deze tabel. De gehanteerde definities zijn terug te vinden op www.meetbaarbeter.com.

113Atriumfibrilleren |

5.4

Page 3: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

5.4.1 Geconsolideerd atriumfibrilleren

Weergave aangeleverde data en ongecorrigeerde percentages - Geconsolideerd atriumfibrilleren

Legenda gegevens compleet niet voldoende gegevens beschikbaar gegevens niet geleverd

AM

C

Am

phia

Ant

oniu

s

Cath

arin

a

Eras

mus

Hag

a

Isal

a

MCL

MST

MU

MC

OLV

G

Radb

oud

UM

CG

UM

CU

Tota

al

Interventiejaren '11-'15 '13-'15 '11-'15 '13-'15 '11-'15 2015 '14-'15 '11-'15 2015

Aantal patiënten 483 312 2205 987 849 226 594 807 180 6643

Uitkomstindicatoren

30-daagse mortaliteit 0,0% 0,0% 0,0% 0,1% 0,0% 0,0% 0,0% 0,1% 0,0%

Bloedingscomplicatie 2,9% 1,3% 0,9% 0,6% 1,5% 0,4% 0,8% 0,9% 0,6%

Cardiale tamponade 1,2% 0,0% 0,5% 0,5% 0,5% 0,9% 0,5% 0,3% 1,1%

Trombo-embolische complicatie 0,5% 0,4% 0,1% 0,9% 0,4% 0,1% 0,6%

Herhaalde PVI binnen 1 jaar 10,5% 17,5% 28,7% 23,0% 10,5% 13,0%

Aangetoond recidief AF 30,8% 25,0%

Gebruik AAD 29,5% 45,6% 33,2% 43,2% 37,2%

Aangetoond recidief AF en/of gebruik AAD na 1 jaar 43,7%

Initiële condities

BMI (≥ 30 kg/m²) 27,2% 22,7% 20,3% 23,1% 16,4% 26,6% 25,7% 21,6%

CHA₂DS₂-VASc score (≥ 2) 38,3% 45,1% 45,8% 35,5% 34,5% 50,8% 44,3% 31,7%

Eerdere ablatie in linkeratrium 14,1% 8,9% 20,9% 14,5% 11,8% 8,4% 18,2% 10,2% 16,1%

Linkeratriumvolume index (≥ 40 ml/m2) 23,6%

Linkerventrikelfunctie (EF < 30%) 0,9% 0,2% 0,0% 1,7% 0,6%

Procesindicatoren

Meting uitgevoerd

In dit hoofdstuk worden de uitkomsten voor patiënten die gediagnosticeerd zijn met atriumfibrilleren en tussen 2011 en 2015 een katheter PVI of minimaal-invasieve chirurgische PVI hebben ondergaan weergegeven.

In de onderstaande tabel worden de ongecorrigeerde uitkomsten per centrum voor geconsolideerd atrium-

fibrilleren gepresenteerd. Aangezien de uitkomsten niet gecorrigeerd zijn voor de zorgzwaarte van de patiënten, zijn deze uitkomsten niet geschikt voor vergelijking van de centra. In de onderstaande tabel wordt daarnaast een overzicht gegeven van de initiële condities per centrum. Hierbij wordt het percentage van de groep met het hoogste risicoprofiel binnen de totale populatie weergegeven.

114 | Atriumfibrilleren | Geconsolideerd atriumfibrilleren

Page 4: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Uitkomsten per jaar - Geconsolideerd atriumfibrilleren

In de onderstaande figuren wordt per uitkomstindicator de uitkomst per jaar weergegeven. De figuren geven de trend in de tijd van de risico-gecorrigeerde uitkomsten voor alle deelnemende centra samen weer. In de analyse zijn alle centra meegenomen die voldoen aan de gestelde normen voor inclusie bij een regressie-analyse weergegeven in een funnelplot. Op de x-as staan de interventiejaren vermeld en op de y-as staat het risico-gecorrigeerde percentage.

De uitkomsten zijn risico-gecorrigeerd voor: BMI, eerdereablatie in linkeratrium en centrum. Bij alle analyses is het eerste interventiejaar (2011) als referentiejaar gebruikt. Voor de uitkomstindicator 30-daagse mortaliteit is geen analyse gemaakt over de tijd vanwege te kleine aantallen.Voor de uitkomstindicatoren aangetoond recidief AF en niet vrij van aangetoond recidief AF en/of gebruik AAD zijntevens geen analyses over de tijd gemaakt omdat te weinigcentra hiervoor complete data hebben aangeleverd.

Geconsolideerd atriumfibrilleren | bloedingscomplicatie

© Stichting Meetbaar Beter

0%

1%

2%

3%

4%

5%

2011(n=827)

2012(n=805)

2013(n=1283)

2014(n=1566)

2015(n=2162)

Geconsolideerd atriumfibrilleren | cardiale tamponade

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

0,5%

1,0%

1,5%

2,0%

2,5%

2011(n=827)

2012(n=805)

2013(n=1283)

2014(n=1566)

2015(n=2162)

Geconsolideerd atriumfibrilleren | trombo-embolische complicatie

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

0,5%

1,0%

1,5%

2,0%

2,5%

3,0%

2011(n=721)

2012(n=699)

2013(n=1086)

2014(n=1373)

2015(n=1969)

Geconsolideerd atriumfibrilleren | herhaalde PVI binnen 1 jaar

© Stichting Meetbaar Beter

0%

5%

10%

15%

20%

25%

2011(n=719)

2012(n=697)

2013(n=1078)

2014(n=1367)

115Atriumfibrilleren | Geconsolideerd atriumfibrilleren |

5.4

Page 5: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Bloedingscomplicatie

Geconsolideerd atriumfibrilleren | bloedingscomplicatie | CHA₂DS₂-VASc score

laag ≤ 1 middel 2-4 hoog ≥ 5© Stichting Meetbaar Beter

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

AMC(n=483)

Amphia(n=0)

Antonius(n=2204)

Catharina(n=915)

Erasmus(n=0)

Haga(n=0)

Isala(n=846)

MCL(n=0)

MST(n=226)

MUMC(n=594)

OLVG(n=806)

Radboud(n=0)

UMCG(n=180)

UMCU(n=0)

Geconsolideerd atriumfibrilleren | bloedingscomplicatie | BMI

© Stichting Meetbaar Beter

0%

1%

2%

3%

4%

5%

6%

AMC(n=0)

Amphia(n=312)

Antonius(n=2056)

Catharina(n=984)

Erasmus(n=0)

Haga(n=0)

Isala(n=825)

MCL(n=0)

MST(n=226)

MUMC(n=594)

OLVG(n=768)

Radboud(n=0)

UMCG(n=176)

UMCU(n=0)

BMI < 25 25 ≤ BMI < 30 BMI ≥ 30

- 1/87 5/637 2/283 - - 5/251 - 0/71 0/165 2/221 - 1/53 -

- 1/140 11/952 1/501 - - 5/383 - 1/118 3/271 1/350 - 0/85 -

- 2/85 3/467 3/200 - - 3/191 - 0/37 2/158 4/197 - 0/38 -

8/298 - 5/1210 2/496 - - 7/545 - 0/148 3/292 2/449 - 1/123 -

5/177 - 13/935 3/402 - - 4/288 - 1/78 2/283 3/341 - 0/55 -

1/8 - 1/59 0/17 - - 2/13 - - 0/19 2/16 - 0/2 -

116 | Atriumfibrilleren | Geconsolideerd atriumfibrilleren

Page 6: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Geconsolideerd atriumfibrilleren | bloedingscomplicatie | BMI

© Stichting Meetbaar Beter

Geconsolideerd atriumfibrilleren | bloedingscomplicatie | CHA₂DS₂-VASc score

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

0,2%

0,4%

0,6%

0,8%

1,0%

1,2%

1,4%

1,6%

1,8%

2,0%

BMI < 25(n=16/1768) (n=23/2800) (n=17/1373)

25 BMI < 30 BMI 300%

1%

2%

3%

4%

5%

6%

7%

8%

9%

laag 1(n=29/3678)

middel 2-4(n=32/2632)

hoog 5(n=6/137)

Cardiale tamponade

Geconsolideerd atriumfibrilleren | cardiale tamponade | BMI

© Stichting Meetbaar Beter

Geconsolideerd atriumfibrilleren | cardiale tamponade | eerdere ablatie in linkeratrium

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

0,2%

0,4%

0,6%

0,8%

1,0%

1,2%

1,4%

1,6%

BMI < 25(n=7/1756) (n=8/2784) (n=13/1361)

25 BMI < 30 BMI 300,0%

0,2%

0,4%

0,6%

0,8%

1,0%

1,2%

1,4%

1,6%

geen eerdere ablatie inlinkeratrium(n=27/5564)

eerdere ablatie in linkeratrium(n=9/1025)

117Atriumfibrilleren | Geconsolideerd atriumfibrilleren |

5.4

Page 7: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Trombo-embolische complicatie

Geconsolideerd atriumfibrilleren | trombo-embolische complicatie | CHA₂DS₂-VASc score

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

0,5%

1,0%

1,5%

2,0%

2,5%

3,0%

3,5%

4,0%

4,5%

(n=10/3200)middel 2-4(n=9/2343) (n=2/124)

laag 1 hoog 5

Waarom neemt uw centrum deel aan Meetbaar Beter?In het Hartcentrum van het OLVG zetten medewerkers van specialist tot schoonmaker zich dagelijks in om de beste zorg te leveren aan onze patiënten. We zijn trots op de resultaten die dat oplevert. Het is goed om die resultaten onderling te delen en te vergelijken zodat we weten dat we geen mogelijkheden voor verdere verbetering missen. Wat zijn volgens u/uw centrum de zwakke punten van Meetbaar Beter?Het sterkste punt van Meetbaar Beter is dat het gelukt is om alle hartcentra om de tafel te krijgen om zinvolle uitkomstdata te delen. Het verzamelen van data kost veel resources in het ziekenhuis hetgeen ten koste gaat van andere projecten. Het zou ideaal zijn als er meer gebruik gemaakt zou kunnen worden van het (op patiëntenniveau geanonimiseerd) koppelen van nationale databases. Deelname aan Meetbaar Beter is voor ons een succes als we met de inzet van onze middelen om

deel te nemen aan Meetbaar Beter onze patiëntenzorg meer verbeteren dan wanneer we die middelen op een andere manier hadden ingezet. Dat is value-based healthcare.

Op welke wijze heeft Meetbaar Beter bijgedragen aan verdere verbetering van kwaliteit van zorg binnen uw centrum?Als er opvallende verschillen zijn in uitkomstmaten wordt dit geanalyseerd. Eerder scoorden wij slechter dan gemiddeld op uitkomstmaten bij patiënten die een PCI ondergingen met een verminderde nierfunctie. Na aanpassingen in ons proces scoorden we de jaren daarna als ‘best practice’. De uitkomsten van de ablatiebehandelingen hebben ervoor gezorgd dat we een nieuwe beslisboom gemaakt hebben, waarbij de keuze nog beter afgestemd is op de patiënt. Dat betekent ook dat we terughoudender zijn geworden met het aanbieden van behandelingen die op de langere termijn een heel lage succeskans hebben.

OLVG

Dr. J.S.S.G. de Jong, cardioloog

118 | Atriumfibrilleren | Geconsolideerd atriumfibrilleren118

Page 8: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Herhaalde PVI binnen 1 jaar

© Stichting Meetbaar Beter

Geconsolideerd atriumfibrilleren| herhaalde PVI binnen 1 jaar

Legenda 95% BI bovengrens gemiddelde (=100) 95% BI ondergrens

AMC Amphia Antonius

Catharina Erasmus Haga

Isala MCL MST

MUMC OLVG Radboud

UMCG UMCU

100 50 100 150 200 250 300 350 400 450

30

50

70

90

110

130

150

170

190

210

Ge

sta

nda

ard

ise

erd

e u

itko

mst

ratio

s

Voorspeld aantal events500

Geconsolideerd atriumfibrilleren | herhaalde PVI binnen 1 jaar | BMI

© Stichting Meetbaar Beter

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

45%

AMC(n=0)

Amphia(n=0)

Antonius(n=1472)

Catharina(n=614)

Erasmus(n=0)

Haga(n=0)

Isala(n=597)

MCL(n=0)

MST(n=0)

MUMC(n=257)

OLVG(n=565)

Radboud(n=0)

UMCG(n=0)

UMCU(n=0)

BMI < 25 25 ≤ BMI < 30 BMI ≥ 30

- - 79/461 53/174 - - 44/181 - - 3/66 32/166 - - -

- - 126/671 85/316 - - 65/284 - - 17/119 27/265 - - -

- - 60/340 39/124 - - 31/132 - - 7/72 16/134 - - -

C-statistic = 0,58 (matig); geïncludeerde jaren = 2011-2014.Risico-gecorrigeerd voor: BMI, eerdere ablatie in linkeratrium en interventiejaar.

119Atriumfibrilleren | Geconsolideerd atriumfibrilleren | 119

5.4

Page 9: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

29/241 - 154/876 94/314 - - 98/410 - - 10/127 43/322 - - -

12/146 - 119/673 64/227 - - 39/196 - - 14/121 35/265 - - -

0/4 - 4/36 2/5 - - 5/11 - - 3/9 0/13 - - -

Geconsolideerd atriumfibrilleren | herhaalde PVI binnen 1 jaar | CHA₂DS₂-VASc score

© Stichting Meetbaar Beter

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

90%

AMC(n=391)

Amphia(n=0)

Antonius(n=1585)

Catharina(n=546)

Erasmus(n=0)

Haga(n=0)

Isala(n=617)

MCL(n=0)

MST(n=0)

MUMC(n=257)

OLVG(n=600)

Radboud(n=0)

UMCG(n=0)

UMCU(n=0)

laag ≤ 1 middel 2-4 hoog ≥ 5

Geconsolideerd atriumfibrilleren | herhaalde PVI binnen 1 jaar | BMI

© Stichting Meetbaar Beter

0%

5%

10%

15%

20%

25%

BMI < 25(n=211/1051) (n=320/1658) (n=153/805)

BMI 3025 BMI < 30

Geconsolideerd atriumfibrilleren | herhaalde PVI binnen 1 jaar | CHA₂DS₂-VASc score

© Stichting Meetbaar Beter

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

(n=428/2293)middel 2-4

(n=283/1635) (n=14/79)laag 1 hoog 5

120 | Atriumfibrilleren | Geconsolideerd atriumfibrilleren120

Page 10: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Aangetoond recidief AF

© Stichting Meetbaar Beter

Geconsolideerd atriumfibrilleren| aangetoond recidief AF

Legenda 95% BI bovengrens gemiddelde (=100) 95% BI ondergrens

AMC Amphia Antonius

Catharina Erasmus Haga

Isala MCL MST

MUMC OLVG Radboud

UMCG UMCU

10

30

50

70

90

110

130

150

170

190

210

0 50 100 150 200 250 300 350 400 450 500

Ge

sta

nda

ard

ise

erd

e u

itko

mst

ratio

s

Voorspeld aantal events

C-statistic = 0,53 (matig); geïncludeerde jaren = 2011-2014.Risico-gecorrigeerd voor: BMI, eerdere ablatie in linkeratrium, type meting en interventiejaar.

121Atriumfibrilleren | Katheter Pulmonaal Venen Isolatie | 121

5.4

Page 11: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

5.4.2 Katheter Pulmonaal Venen Isolatie

Weergave aangeleverde data en ongecorrigeerde percentages- Atriumfibrilleren | Katheter PVI

Legenda gegevens compleet niet voldoende gegevens beschikbaar gegevens niet geleverd

AM

C

Am

phia

Ant

oniu

s

Cath

arin

a

Eras

mus

Hag

a

Isal

a

MCL

MST

MU

MC

OLV

G

Radb

oud

UM

CG

UM

CU

Tota

al

Interventiejaren '11-'15 '11-'15 '11-'15 '11-'15 2014 '11-'15 '11-'15 '11-'15 '13-'15 '11-'15 '13-'15 '11-'15 '11-'15

Aantal patiënten 180 277 1783 1646 161 823 425 838 673 665 346 539 704 9060

Uitkomstindicatoren

30-daagse mortaliteit 0,0% 0,0% 0,0% 0,1% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,6% 0,0% 0,0%

Bloedingscomplicatie 0,6% 0,8% 0,4% 0,9% 1,2% 1,6% 0,0% 0,5% 0,9% 0,6% 0,6% 1,5% 0,9%

Cardiale tamponade 1,1% 0,0% 0,3% 1,3% 1,2% 0,5% 0,7% 0,8% 0,5% 0,3% 0,0% 1,1% 0,6%

Trombo-embolische complicatie 1,1% 0,5% 0,5% 0,0% 0,0% 0,5% 0,4% 0,3% 0,2% 0,9% 0,9% 0,0%

Herhaalde PVI binnen 1 jaar 27,9% 20,3% 26,7% 23,9% 15,7% 21,3% 10,3% 16,8% 7,6% 24,8% 23,1%

Aangetoond recidief AF 32,6% 17,7% 18,8% 32,2% 17,6% 33,7%

Gebruik AAD 51,9% 35,1% 41,7% 34,5% 15,3% 45,0% 26,5% 32,5%

Aangetoond recidief AF en/of gebruik AAD na 1 jaar 46,6% 44,1% 24,4% 34,9% 42,0%

Initiële condities

BMI (≥ 30 kg/m²) 17,5% 17,1% 21,2% 19,6% 26,1% 22,8% 23,9% 17,8% 25,3% 25,6% 23,0% 25,7% 21,9%

CHA₂DS₂-VASc score (≥ 2) 27,8% 38,6% 44,3% 45,6% 46,6% 35,5% 49,2% 34,2% 52,2% 45,3% 38,9% 29,3% 41,4%

Eerdere ablatie in linkeratrium 14,4% 5,8% 12,5% 20,9% 30,4% 11,2% 1,6% 7,8% 14,4% 11,7% 6,4% 10,9% 12,8%

Linkeratriumvolume index (≥ 40 ml/m2) 23,8%

Linkerventrikelfunctie (EF < 30%) 0,0% 1,0% 2,3% 2,5% 0,3% 0,5% 0,5% 1,7% 0,3% 0,8% 2,0%

Procesindicatoren

Ablatie methode

Meting uitgevoerd

Aangetoond recidief AF, meting uitgevoerd, gebruik AAD - Catharina bekend voor 2014 | Aangetoond recidief AF, meting uitgevoerd, gebruik AAD - Antonius bekend voor 2014

Patiënten waarbij, in de jaren 2011 tot en met 2015, een instrument in het veneuze systeem werd ingebracht met de intentie om een geïsoleerde endocardiale katheter PVI te verrichten, worden binnen de analyse van Meetbaar Beter geïncludeerd in het katheter PVI-cohort. Patiënten die een katheter PVI kregen ter behandeling van een typische flutter (cavotricuspidale isthmus afhankelijke flutter) en patiënten bij wie een geïsoleerde sluiting van de linker atriale appendage (LAA) werd verricht, worden niet geïncludeerd in het katheter PVI-cohort. Als procesindicator is opgenomen de methode die gehanteerd is tijdens de ablatie.

In de onderstaande tabel worden de ongecorrigeerde uitkomsten per centrum voor katheter PVI gepresenteerd. Aangezien de uitkomsten niet gecorrigeerd zijn voor de zorgzwaarte van de patiënten, zijn deze uitkomsten niet geschikt voor vergelijking van de centra. In de onderstaande tabel wordt daarnaast een overzicht gegeven van de initiële condities per centrum. Hierbij wordt het percentage van de groep met het

hoogste risicoprofiel binnen de totale populatie weergegeven. De gegevens met betrekking tot mitralisklepinsufficiëntie als initiële conditie ontbreken in de onderstaande tabel, omdat de aangeleverde data van de deelnemende centra duiden op verschillen in interpretatie van de definitie. In de onderhoudscyclus zal hier aandacht aan worden besteed. In verband met de wijziging van de definitie van type AF op internationaal niveau is deze typering niet meegenomen in de dataverzameling 2016. De gepresenteerde resultaten bij de uitkomstindicator aangetoond recidief AF kunnen enkel correct geïnterpreteerd worden indien er rekening wordt gehouden met het type meting wat is uitgevoerd. Doordat er verschillen bestaan in de logistiek zoals die binnen deelnemende centra is vormgegeven worden verschillende meetmethodes toegepast. Deze meetmethodes kennen verschillende niveaus van sensitiviteit. Bij de interpretatie van de ruwe uitkomsten van aangetoond recidief AF dient hier rekening mee gehouden te worden. In de risico-gecorrigeerde analyses is om deze reden ook gecorrigeerd voor type meting.

122 | Atriumfibrilleren | Katheter Pulmonaal Venen Isolatie122

Page 12: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Uitkomsten per jaar - Atriumfibrilleren | Katheter PVI

In de onderstaande figuren wordt per uitkomstindicator de uitkomst per jaar weergegeven. De figuren geven de trend in de tijd van de risico-gecorrigeerde uitkomsten voor alle deelnemende centra samen weer. In de analyse zijn alle centra meegenomen die voldoen aan de gestelde normen voor inclusie bij een regressie-analyse weergegeven in een funnelplot. Op de x-as staan de interventiejaren vermeld en op de y-as staat het risico-gecorrigeerde percentage.

De uitkomsten zijn risico-gecorrigeerd voor: BMI, eerdere ablatie in linkeratrium en centrum. Bij alle analyses is het eerste interventiejaar (2011) als referentiejaar gebruikt. De uitkomstindicatoren aangetoond recidief AF en niet vrij van aangetoond recidief AF en/of gebruik AAD zijn tevens risico-gecorrigeerd voor type meting. Voor de uitkomstindicatoren 30-daagse mortaliteit en tromboembolische complicatie zijn geen analyses over de tijd gemaakt vanwege te kleine aantallen.

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |aangetoond recidief AF

© Stichting Meetbaar Beter

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

45%

2011(n=450)

2012(n=553)

2013(n=623)

2014(n=983)

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |bloedingscomplicatie

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

0,5%

1,0%

1,5%

2,0%

2,5%

2011(n=1450)

2012(n=1471)

2013(n=1768)

2014(n=2076)

2015(n=2294)

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |aangetoond recidief AF en/of gebruik AAD na 1 jaar

© Stichting Meetbaar Beter

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

2011(n=699)

2012(n=819)

2013(n=818)

2014(n=809)

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |herhaalde PVI binnen 1 jaar

© Stichting Meetbaar Beter

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

2011(n=1356)

2012(n=1428)

2013(n=1707)

2014(n=1850)

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |cardiale tamponade

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

0,5%

1,0%

1,5%

2,0%

2011(n=1450)

2012(n=1471)

2013(n=1768)

2014(n=2076)

2015(n=2294)

123Atriumfibrilleren | Katheter Pulmonaal Venen Isolatie | 123

5.4

Page 13: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Bloedingscomplicatie

Atriumfibrilleren | Katheter PVI | bloedingscomplicatie | CHA₂DS₂-VASc score

laag ≤ 1 middel 2-4 hoog ≥ 5© Stichting Meetbaar Beter

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

45%

AMC(n=180)

Amphia(n=254)

Antonius(n=1782)

Catharina(n=1551)

Erasmus(n=161)

Haga(n=0)

Isala(n=820)

MCL(n=425)

MST(n=838)

MUMC(n=673)

OLVG(n=664)

Radboud(n=324)

UMCG(n=536)

UMCU(n=703)

Atriumfibrilleren | Katheter PVI | bloedingscomplicatie | BMI

© Stichting Meetbaar Beter

0%

1%

2%

3%

4%

5%

6%

7%

8%

AMC(n=177)

Amphia(n=248)

Antonius(n=1636)

Catharina(n=1608)

Erasmus(n=161)

Haga(n=0)

Isala(n=799)

MCL(n=397)

MST(n=791)

MUMC(n=673)

OLVG(n=626)

Radboud(n=330)

UMCG(n=521)

UMCU(n=704)

BMI < 25 25 ≤ BMI < 30 BMI ≥ 30

1/67 1/80 2/530 4/476 0/43 - 5/243 0/119 1/247 1/186 1/186 1/108 1/143 2/230

0/79 1/125 5/759 3/817 1/76 - 5/373 0/183 3/403 4/317 1/280 0/146 4/244 3/320

0/31 0/43 1/347 6/315 1/42 - 3/183 0/95 0/141 1/170 2/160 1/76 3/134 1/154

0/130 1/156 1/993 5/843 0/86 - 7/528 0/216 0/551 3/322 0/363 2/198 3/379 3/412

1/49 1/91 7/752 7/672 2/70 - 4/279 0/201 4/281 3/328 2/285 0/123 4/150 3/266

0/1 0/7 0/37 1/36 0/5 - 2/13 0/8 0/6 0/23 2/16 0/3 1/7 0/25

124 | Atriumfibrilleren | Katheter Pulmonaal Venen Isolatie124

Page 14: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |bloedingscomplicatie | BMI

© Stichting Meetbaar Beter

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |bloedingscomplicatie | CHA₂DS₂-VASc score

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

0,2%

0,4%

0,6%

0,8%

1,0%

1,2%

1,4%

1,6%

BMI < 25(n=20/2658)

25 BMI < 30(n=30/4122)

BMI 30(n=19/1891)

0%

1%

2%

3%

4%

5%

6%

7%

laag 1(n=25/5177)

middel 2-4(n=38/3547)

hoog 5(n=6/187)

Cardiale tamponade

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |cardiale tamponade | BMI

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

0,2%

0,4%

0,6%

0,8%

1,0%

1,2%

1,4%

BMI < 25(n=15/2652)

25 BMI < 30(n=26/4105)

BMI 30(n=15/1881)

Trombo-embolische complicatie

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |trombo-embolische complicatie | CHA₂DS₂-VASc score

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

0,5%

1,0%

1,5%

2,0%

2,5%

3,0%

3,5%

4,0%

laag 1(n=15/4926)

middel 2-4(n=16/3400)

hoog 5(n=3/176)

125Atriumfibrilleren | Katheter Pulmonaal Venen Isolatie | 125

5.4

Page 15: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Herhaalde PVI binnen 1 jaar

© Stichting Meetbaar Beter

Atriumfibrilleren| Katheter PVI| herhaalde PVI binnen 1 jaar

Legenda 95% BI bovengrens gemiddelde (=100) 95% BI ondergrens

AMC Amphia Antonius

Catharina Erasmus Haga

Isala MCL MST

MUMC OLVG Radboud

UMCG UMCU

10

30

50

70

90

110

130

150

170

190

210

0 50 100 150 200 250 300 350 400 450 500

Ge

sta

nda

ard

ise

erd

e u

itko

mst

ratio

s

Voorspeld aantal events

C-statistic = 0,56 (matig); geïncludeerde jaren = 2011-2014.Risico-gecorrigeerd voor: BMI, eerdere ablatie in linkeratrium, linkerventrikelfunctie en interventiejaar.

Atriumfibrilleren | Katheter PVI | herhaalde PVI binnen 1 jaar | BMI

© Stichting Meetbaar Beter

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

45%

50%

AMC(n=145)

Amphia(n=0)

Antonius(n=1147)

Catharina(n=1260)

Erasmus(n=0)

Haga(n=0)

Isala(n=571)

MCL(n=253)

MST(n=581)

MUMC(n=358)

OLVG(n=441)

Radboud(n=194)

UMCG(n=377)

UMCU(n=537)

BMI < 25 25 ≤ BMI < 30 BMI ≥ 30

16/53 - 75/379 111/369 - - 44/173 10/77 37/180 4/95 33/136 8/66 27/98 38/171

22/63 - 116/524 156/639 - - 65/274 14/109 65/292 24/175 28/203 5/93 35/176 54/250

3/29 - 54/244 77/252 - - 30/124 13/67 26/109 9/88 16/102 3/35 30/103 32/116

126 | Atriumfibrilleren | Katheter Pulmonaal Venen Isolatie126

Page 16: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Atriumfibrilleren | Katheter PVI | herhaalde PVI binnen 1 jaar | CHA₂DS₂-VASc score

© Stichting Meetbaar Beter

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

AMC(n=147)

Amphia(n=0)

Antonius(n=1258)

Catharina(n=1203)

Erasmus(n=0)

Haga(n=0)

Isala(n=591)

MCL(n=281)

MST(n=628)

MUMC(n=358)

OLVG(n=476)

Radboud(n=193)

UMCG(n=388)

UMCU(n=536)

laag ≤ 1 middel 2-4 hoog ≥ 5

29/104 - 142/712 181/669 - - 97/393 21/147 91/411 15/170 45/249 11/120 68/282 64/324

12/43 - 111/527 132/509 - - 39/187 23/130 42/211 19/175 35/215 3/72 27/101 54/195

- - 3/19 11/25 - - 5/11 0/4 1/6 3/13 0/12 0/1 1/5 5/17

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |herhaalde PVI binnen 1 jaar | BMI

© Stichting Meetbaar Beter

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

BMI < 25(n=403/1802)

25 BMI < 30(n=584/2808)

BMI 30(n=293/1273)

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |herhaalde PVI binnen 1 jaar | CHA₂DS₂-VASc score

© Stichting Meetbaar Beter

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

laag 1(n=764/3587)

middel 2-4(n=497/2377)

hoog 5(n=29/113)

127Atriumfibrilleren | Katheter Pulmonaal Venen Isolatie | 127

5.4

Page 17: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Aangetoond recidief AF

© Stichting Meetbaar Beter

Atriumfibrilleren| Katheter PVI | aangetoond recidief AF

Legenda 95% BI bovengrens gemiddelde (=100) 95% BI ondergrens

AMC Amphia Antonius

Catharina Erasmus Haga

Isala MCL MST

MUMC OLVG Radboud

UMCG UMCU

10

30

50

70

90

110

130

150

170

190

210

0 50 100 150 200 250 300 350 400 450 500

Ge

sta

nda

ard

ise

erd

e u

itko

mst

ratio

s

Voorspeld aantal events

C-statistic = 0,64 (matig); geïncludeerde jaren = 2011-2014.Risico-gecorrigeerd voor: BMI, eerdere ablatie in linkeratrium, linkerventrikelfunctie, type meting en interventiejaar.

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |aangetoond recidief AF | CHA₂DS₂-VASc score

© Stichting Meetbaar Beter

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

laag 1(n=323/1456)

middel 2-4(n=258/889)

hoog 5(n=21/46)

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |aangetoond recidief AF | BMI

© Stichting Meetbaar Beter

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

BMI < 25(n=184/702)

25 BMI < 30(n=261/1126)

BMI 30(n=154/512)

128 | Atriumfibrilleren | Katheter Pulmonaal Venen Isolatie128

Page 18: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Aangetoond recidief AF en/of gebruik AAD na 1 jaar

© Stichting Meetbaar Beter

Atriumfibrilleren| Katheter PVI | aangetoond recidief AF en/of gebruik AAD na 1 jaar

Legenda 95% BI bovengrens gemiddelde (=100) 95% BI ondergrens

AMC Amphia Antonius

Catharina Erasmus Haga

Isala MCL MST

MUMC OLVG Radboud

UMCG UMCU

10

30

50

70

90

110

130

150

170

190

210

0 50 100 150 200 250 300 350 400 450 500

Ge

sta

nda

ard

ise

erd

e u

itko

mst

ratio

s

Voorspeld aantal events

C-statistic = 0,63 (matig); geïncludeerde jaren = 2011-2014.Risico-gecorrigeerd voor: BMI, eerdere ablatie in linkeratrium, linkerventrikelfunctie, type meting en interventiejaar.

129Atriumfibrilleren | Katheter Pulmonaal Venen Isolatie | 129

5.4

Page 19: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Procesindicator type meting

© Stichting Meetbaar Beter

Atriumfibrilleren | Katheter PVI | type meting

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

90%

100%

AMC(n=136)

Amphia(n=0)

Antonius(n=307)

Catharina(n=264)

Erasmus(n=0)

Haga(n=0)

Isala(n=549)

MCL(n=273)

MST(n=608)

MUMC(n=331)

OLVG(n=460)

Radboud(n=37)

UMCG(n=393)

UMCU(n=534)

Aa

nta

l pa

tiën

ten

geen meting uitgevoerd ECG 24 uurs holter event-recorder reveal/pacemaker/ICD

Procesindicator ablatiemethode

© Stichting Meetbaar Beter

Atriumfibrilleren | Katheter PVI | ablatiemethode

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

90%

100%

AMC(n=180)

Amphia(n=277)

Antonius(n=1782)

Catharina(n=1643)

Erasmus(n=161)

Haga(n=0)

Isala(n=823)

MCL (n=422)

MST(n=838)

MUMC(n=673)

OLVG(n=665)

Radboud(n=346)

UMCG(n=539)

UMCU(n=704)

Aa

nta

l pa

tiën

ten

conventioneel point-by-point RF-ablatie cryo-ablatie nMARQ PVAC RF-ablatie laser ballon PVAC + MASC/MAAC

130 | Atriumfibrilleren | Katheter Pulmonaal Venen Isolatie

Page 20: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |cardiale tamponade | ablatiemethode

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

0,2%

0,4%

0,6%

0,8%

1,0%

1,2%

1,4%

1,6%

conventioneelpoint-by-point RF-

ablatie(n=46/3888)

PVAC RF-ablatie(n=7/2492)

cryo-ablatie(n=6/2272)

overige(n=0/358)

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |trombo-embolische complicatie | ablatiemethode

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

0,1%

0,2%

0,3%

0,4%

0,5%

0,6%

0,7%

0,8%

0,9%

1,0%

conventioneelpoint-by-point RF-

ablatie(n=11/3795)

PVAC RF-ablatie(n=9/2220)

cryo-ablatie(n=13/2268)

overige(n=1/322)

Atriumfibrilleren | Katheter PVI |aangetoond recidief AF | ablatiemethode

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

5,0%

10,0%

15,0%

20,0%

25,0%

30,0%

35,0%

conventioneelpoint-by-point RF-

ablatie(n=423/1504)

PVAC RF-ablatie(n=84/310)

cryo-ablatie(n=117/638)

overige(n=0)

5.4

131

Page 21: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

5.4.3 Minimaal-invasieve chirurgische Pulmonaal Venen Isolatie

Weergave aangeleverde data en ongecorrigeerde percentages - Atriumfibrilleren | Minimaal-invasieve chirurgische PVI

Legenda gegevens compleet niet voldoende gegevens beschikbaar gegevens niet geleverd

AM

C

Am

phia

Ant

oniu

s

Cath

arin

a

Eras

mus

Hag

a

Isal

a

MCL

MST

MU

MC

OLV

G

Radb

oud

UM

CG

UM

CU

Tota

al

Interventiejaren '11-'15 '13-'15 '11-'15 '13-'15 '13-'15 '11-'15 2015 '14-'15 '11-'15 2015

Aantal patiënten 331 181 422 64 54 26 19 78 157 34 1366

Uitkomstindicatoren

30-daagse mortaliteit 0,3% 0,0% 0,2% 0,0% 1,9% 0,0% 0,0% 0,0% 0,6% 0,0%

Bloedingscomplicatie 3,9% 1,7% 2,6% 0,0% 0,0% 0,0% 2,6% 1,9% 2,9%

Cardiale tamponade 1,2% 0,0% 1,4% 0,0% 0,0% 0,0% 1,4% 0,6% 2,9%

Trombo-embolische complicatie 0,0% 0,5% 0,0% 3,8% 5,3% 0,0% 0,0% 0,0%

Herhaalde PVI binnen 1 jaar 0,4% 6,4% 23,3% 3,8% 10,0% 0,0%

Aangetoond recidief AF 5,2% 16,7% 1,5%

Gebruik AAD 16,1% 20,3% 13,3% 76,0% 11,2%

Aangetoond recidief AF en/of gebruik AAD na 1 jaar 18,6% 26,7% 12,2%

Initiële condities

BMI (>= 30 kg/m²) 34,3% 28,6% 43,8% 24,1% 30,8% 26,3% 30,8% 26,8% 23,5%

CHA₂DS₂-VASc score (>= 2) 43,2% 48,6% 59,4% 34,6% 47,4% 41,0% 40,8% 20,6%

Eerdere ablatie in linkeratrium 17,8% 24,7% 56,2% 35,9% 46,3% 30,8% 47,4% 56,4% 11,5% 50,0%

Linkeratriumvolume index (>= 40 ml/m²) 56,3% 74,5% 44,4% 38,2%

Linkerventrikelfunctie (EF < 30%) 5,2% 0,5% 1,6% 1,9% 0,0% 0,0% 1,9% 0,0%

Procesindicatoren

meting uitgevoerd

Patiënten waarbij, in de jaren 2011 tot en met 2015, het de intentie was om een minimaal-invasieve chirurgische PVI te verrichten door middel van een thoracoscopische benadering worden geïncludeerd in dit cohort. Ook patiënten die een minimaal-invasieve chirurgische PVI met gelijktijdige linkerhartoorsluiting hebben ondergaan en patiënten die een hybride behandeling (gelijktijdige katheter PVI en minimaal-invasieve chirurgische PVI tijdens één sessie) hebben ondergaan worden geïncludeerd in dit

In de onderstaande tabel worden de ongecorrigeerde uitkomsten per centrum voor minimaal-invasieve chirurgische PVI gepresenteerd. Aangezien de uitkomsten niet gecorrigeerd zijn voor de zorgzwaarte van de patiënten, zijn deze uitkomsten niet geschikt voor vergelijking van de centra. In de onderstaande tabel wordt daarnaast een overzicht gegeven van de initiële condities per centrum. Hierbij wordt het percentage van de groep met het hoogste risicoprofiel binnen de totale populatie weergegeven.

132 | Atriumfibrilleren | Minimaal-invasieve chirurgische Pulmonaal Venen Isolatie132

Page 22: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Uitkomsten per jaar minimaal-invasieve chirurgische PVI

In de onderstaande figuren wordt per uitkomstindicator de uitkomst per jaar weergegeven. De figuren geven de trend in de tijd van de risico-gecorrigeerde uitkomsten voor alle deelnemende centra samen weer. In de analyse zijn alle centra meegenomen die voldoen aan de gestelde normen voor inclusie bij een regressie-analyse weergegeven in een funnelplot. Op de x-as staan de interventiejaren vermeld en op de y-as staat het risico-gecorrigeerde percentage.

De uitkomsten zijn risico-gecorrigeerd voor: BMI, eerdere ablatie in linkeratrium en centrum. Bij alle analyses is het eerste interventiejaar (2011) als referentiejaar gebruikt.Voor de uitkomstindicatoren 30-daagse mortaliteit, tromboembolische complicatie en cardiale tamponade zijn geen analyses over de tijd gemaakt vanwege te kleine aantallen. Voor de uitkomstindicatoren aangetoond recidief AF en niet vrij van aangetoond recidief AF en/of gebruik AAD zijn tevens geen analyses over de tijd gemaakt omdat te weinig centra hiervoor complete data hebben aangeleverd.

Atriumfibrilleren | Minimaal-invasieve chirurgische PVI | bloedingscomplicatie

© Stichting Meetbaar Beter

0%

2%

4%

6%

8%

10%

12%

14%

2011(n=102)

2012(n=123)

2013(n=212)

2014(n=269)

2015(n=275)

Atriumfibrilleren | Minimaal-invasieve chirurgische PVI | herhaalde PVI binnen 1 jaar

© Stichting Meetbaar Beter

0%

2%

4%

6%

8%

10%

12%

14%

2011(n=102)

2012(n=122)

2013(n=164)

2014(n=201)

5.4

133Atriumfibrilleren | Minimaal-invasieve chirurgische Pulmonaal Venen Isolatie | 133

Page 23: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Bloedingscomplicatie

Atriumfibrilleren | Minimaal-invasieve chirurgische PVI | bloedingscomplicatie | CHA₂DS₂-VASc score

laag ≤ 1 middel 2-4 hoog ≥ 5© Stichting Meetbaar Beter

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

45%

AMC(n=331)

Amphia(n=0)

Antonius(n=422)

Catharina(n=64)

Erasmus(n=0)

Haga(n=0)

Isala(n=26)

MCL(n=0)

MST(n=19)

MUMC(n=78)

OLVG(n=157)

Radboud(n=0)

UMCG(n=34)

UMCU(n=0)

Atriumfibrilleren | Minimaal-invasieve chirurgische PVI | bloedingscomplicatie | BMI

© Stichting Meetbaar Beter

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

AMC(n=0)

Amphia(n=181)

Antonius(n=420)

Catharina(n=64)

Erasmus(n=0)

Haga(n=0)

Isala(n=26)

MCL(n=0)

MST(n=19)

MUMC(n=78)

OLVG(n=157)

Radboud(n=0)

UMCG(n=34)

UMCU(n=0)

BMI < 25 25 ≤ BMI < 30 BMI ≥ 30

- 1/44 3/107 0/8 - - 0/8 - 0/4 0/18 1/41 - 1/8 -

- 0/75 6/193 0/28 - - 0/10 - 0/10 1/36 0/74 - 0/18 -

- 2/62 2/120 0/28 - - 0/8 - 0/5 1/24 2/42 - 0/8 -

8/188 - 4/217 0/26 - - 0/17 - 0/10 2/46 2/93 - 1/27 -

4/136 - 6/183 0/37 - - 0/9 - 0/9 0/30 1/63 - 0/7 -

1/7 - 1/22 0/1 - - - - - 0/2 0/1 - - -

134 | Atriumfibrilleren | Minimaal-invasieve chirurgische Pulmonaal Venen Isolatie134

Page 24: Meetbaar Beter | Wetenschappelijk programma · Mate van herstel / gezondheid Kwaliteit van leven Duur van herstel / hervatting van alledaagse activiteiten Schade van de behandeling

Cardiale tamponade

Atriumfibrilleren | Minimaal-invasieve chirurgische PVI | cardiale tamponade | BMI

© Stichting Meetbaar Beter

Atriumfibrilleren | Minimaal-invasieve chirurgische PVI | cardiale tamponade | eerdere ablatie in linkeratrium

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

0,5%

1,0%

1,5%

2,0%

2,5%

3,0%

3,5%

4,0%

BMI < 25(n=1/235)

25 BMI < 30(n=2/443)

BMI 30(n=6/294)

0,0%

0,5%

1,0%

1,5%

2,0%

2,5%

geen eerdere ablatie inlinkeratrium

(n=7/841)

eerdere ablatie in linkeratrium(n=6/455)

Atriumfibrilleren | Minimaal-invasieve chirurgische PVI | bloedingscomplicatie | BMI

© Stichting Meetbaar Beter

Atriumfibrilleren | Minimaal-invasieve chirurgische PVI | bloedingscomplicatie | CHA₂DS₂-VASc score

© Stichting Meetbaar Beter

0,0%

0,5%

1,0%

1,5%

2,0%

2,5%

3,0%

3,5%

4,0%

4,5%

5,0%

BMI < 25(n=6/238)

25 BMI < 30(n=7/444)

BMI 30(n=7/297)

0%

2%

4%

6%

8%

10%

12%

14%

16%

laag 1(n=17/624)

middel 2-4(n=11/474)

hoog 5(n=2/33)

5.4

135Atriumfibrilleren | Minimaal-invasieve chirurgische Pulmonaal Venen Isolatie | 135