Link44

24
MAGAZINE VAN DE HAAGSE HOGESCHOOL JUNI 2014 44 Ondernemen is

description

In deze laatste Link aandacht voor ondernemende studenten. Wedstrijden worden te pas en te onpas georganiseerd. Wat verkopen studenten zoal? Beha's bijvoorbeeld. Verder aandacht voor het Delftse honoursprogramma. En je zal het maar zijn: de enige man op je opleiding.

Transcript of Link44

Page 1: Link44

MAGAZINE VAN DE HAAGSE HOGESCHOOL

juni 2014

44

Ondernemen is

Page 2: Link44

2 LINK • 44

Passie

Ivo Waardenburg hoort niets en niemand als hij met zijn beide benen in de lucht is. De derdejaarsstudent Industrieel Product Ontwerpen begon zes jaar geleden met freerunning en richt zich sinds drie jaar op een specifiek onderdeel ervan: tricking. tekst Esha Gowricharn • beeld Mieke Barendse

‘Tricking houdt in dat je zoveel mogelijk verschillende break-

dance-achtige moves in de lucht doet. Het leuke aan deze sport

is dat je er alleen een stuk grond voor nodig hebt. Dat is ook het

element wat me zo aantrok aan tricking: je hebt de vrijheid om

dit overal te doen waar je maar wilt. Toen freerunning een aantal

jaar geleden trending werd in Nederland, wist ik dan ook meteen

dat ik dit wilde doen. Omdat tricking relatief nieuw is - de sport

bestaat in Nederland ongeveer tien jaar - is het clubje trickers

heel hecht. Vaak trainen we samen en nu de sport ook competi-

tiever wordt, komen we vaker bij elkaar voor battles. Zelf wil ik

vooral nieuwe trickingtechnieken onder de knie krijgen, maar

wie weet doe ik ook wel een keer mee aan een battle. Ook geef

ik wekelijks les aan jongeren tussen de veertien en achttien jaar

oud. Dat is nu nog vrijwillig, maar ik zou daar graag mee door

willen gaan in de toekomst. Niets is leuker dan het delen van je

technieken met anderen.’ •

‘Je hebt alleen een stuk grond nodig’

Page 3: Link44

44 • LINK 3

Link wordt uitgegeven en geproduceerd door de dienst Communicatie & Marketing van De Haagse Hogeschool.

Redactieadres Ovaal 0.82/ Poseidon 6 Postadres Postbus 13336, 2501 EH Den Haag e: [email protected] f: 070 445 7554 i: http://link.hhs.nl Redactie Dieuwke de Boer (070 445 8851), Esha Gowricharn (stagiaire), René Rector (070 445 8813, hoofdredacteur), Martine Seijffert (070 445 8814), Youri van Vliet (070 445 8796) • Studentredacteuren Mariska van Andel, Ilse van Beest, Esther Bliek, Martin Cok, Patty Elbersen, Kerttu Henriksson, Tim de Jong, Stefan van Klink, Paul van Leeuwen, Danielle Peterson, Darren Power, Yvonne Rijff, Claire Schouten • Medewerkers Jacco van Uden • Strip Margreet de Heer • Beeld Mieke Barendse, Quintin van der Blonk, Thirjeet Gurwara, Margreet de Heer, Bas Kijzers, Raúl Neijhorst, Anke Nobel, Mireille Schaap • Vormgeving Mustafa Özbek, Josean de Pie Druk OBT bv, Den Haag Advertenties Bureau Nassau, Achterom 100c, Hoorn Postbus 4130, 1620 HC Hoorn e: [email protected] t: 020 623 0905 f: 020 639 0846 i: www.bureaunassau.nl ISSN 2210-7983 Copyright Het is verboden zonder toestemming van de redactie artikelen geheel of gedeeltelijk over te nemen. Aan de inhoud van deze uitgave kunnen geen rechten ontleend worden.

RedactioneelInhoud

OVER LINK

8 It is a (wo)men’s world Chantal praat mee over Mercedessen, Riyaz is de pineut bij lessen ontharen. Sommige HHs-opleidingen kennen een scheve man-vrouwverhouding. Hoe houd je je staande als enige man/vrouw?

12 Ondernemen is hot Wedstrijden en initiatieven om ondernemende studenten te stimuleren poppen als paddenstoelen uit de grond. Wat doen studenten zoal? Beha’s verkopen bijvoorbeeld.

16 Honours voor hoogvliegers Delft Je haalt al je studiepunten en wilt wel eens wat extra. Student Omar Jacobij ontwikkelde een honoursprogramma rondom big data, dat nu draait in Delft

6 Vrouwenvoetbaltoppers ADO

18 Nick Baas (Halo) wandelt in IJsland voor Diabetes

20 Scriptieprijs: studeren over de grens

Rubrieken

4 In beeld: me, myselfie and I

5 Column Jacco van Uden: Allemaal projectie

11 Onder de hamer

22 Juweeltjes: koude Coldplay, bewust Haagse tips van Denise, win een boek

24 Melting pot: Ierland

Het Sanomagevoel

Hoe belangrijk zijn gebeurtenissen? Als ze dichtbij je staan, zijn

ze belangrijker dan als ze verder weg plaatsvinden. Een milieu-

rampje in Indonesië? Ach, het mocht wat. En hoe goed allerlei

instanties ook hun best doen om de Tweede Wereldoorlog in

de herinnering te houden, de generatie die haar bewust heeft

meegemaakt sterft langzaam maar zeker uit. En dichtbij/verder

weg geldt ook in tijd: hoe verder iets weg is in tijd, hoe minder

belang we eraan hechten.

Journalistiek gezien is nabijheid een verradelijk ding. Natuur-

lijk: wij schrijven altijd over Haagse dingen, en rellen en ram-

pen bij bijvoorbeeld Avans of Saxion laten we passeren. Maar

soms komt het nieuws wel erg dichtbij. Zo ook deze maand.

Link magazine stopt ermee.

Dat vindt de redactie heel belangrijk – en treurig – nieuws.

Maar behalve dat het voor ons heel dichtbij is, is het natuur-

lijk niet groter dan het stoppen van Commercieel Ingenieur,

het stoppen van Culturele en Maatschappelijke Vorming, het

stoppen van academies. Maar wat moet je in je laatste num-

mer van je blad? Dramatisch doen, omdat het zo dichtbij is? Dat

deden we bij Commercieel Ingenieur ook niet, hoewel we daar

vier jaar geleden nog wel een mooie foto van een grafsteen bij

plaatsten. De wereld draait uiteraard gewoon door – op zich

een geruststellende gedachte. Uitleggen dan? Onmogelijk, om-

dat je geen afstand kunt nemen. Vooruitblikken? Onmogelijk,

want wat er na de zomer gebeurt, is nog onbekend.

Laatst liep ik rond bij Sanoma. Meer dan de helft van hun bla-

den staat in de uitverkoop, en dat is voor de redacties van die

bladen net zo beroerd. Ik bespeurde een rare atmosfeer daar:

er werd gelachen, hard gewerkt. Maar er werd ook schichtig

gekeken. Gefluisterd. In nisjes bij de koffie-automaat stonden

collega’s net iets te dicht op elkaar. Ik snap inmiddels wat die

mensen voelden.

Veel plezier met de laatste Link.•

René Rector

Hoofdredacteur Link

[email protected]

Page 4: Link44

Me, myselfie & I

4 LINK • 44

In beeld

Een vervormd hoofd, weggevallen

lichaamsdelen en een arm die richting

de camera reikt: zo herken je een

échte selfie. Er werd af en toe wat

gesmokkeld met deze opdracht,

maar ach, wij zijn ook de beroerdsten

niet. Zolang je er zelf maar opstaat.

Op de eerste foto [1] is dat student

European Studies Inese Karpovica die

met twee vriendinnen Koningsdag

vierde in het Vondelpark. Voeding

& Diëtetiek student Isabel de Groot

[2] heeft ook iets te vieren: namelijk

het vrije gevoel dat ze heeft nu ze

weer vrijgezel is. Ook de mannen van

de Halo [3] staan vrolijk in het leven

als het zonnetje schijnt tijdens hun

les atletiek, vertelt Joël Dubbeld.

Een serieuzere boodschap heeft

Pabostudent Sander Dekker [4] die

zichzelf fotografeert met de gepeste

Patrick uit Project P en in shock is

hoe de school met de jongen omgaat.

Informatiespecialist Niloufar Soekhai

[6] promoot op haar selfie gezond

eten en haar blog Tasty Nilou’s dat ze

hierover schrijft. Pedagogiekstudent

Romy van der Poel [7] fotografeert

zichzelf tijdens haar internationale

stage in India met kinderen uit een

sloppenwijk. Iets minder ver van huis

maar eveneens in het buitenland is

Bouwkundestudent Jasper van den

Berg [8] samen met zijn vriendin.

Ook ICM-studenten Iva Geneva en

Polina Petkova [9] genieten van hun

vrije tijd, maar dan in het zonnige

Zuiderpark. Nog twee vriendinnen op

de laatste foto, ingezonden door SPH-

student Ginger Westen [10]. De meest

spontane en daarmee winnende

selfie is van Pabostudent Wies Rebel

[5]. Samen met haar zus Bibi komt

ze terug van het ‘foutste concert van

heel Nederland’, Nacht van Oranje.

Wie er nog meer op de foto staan?

‘Geen idee!’ Wies wint de 50 euro.•

[1]

[5]

[2]

[8][7]

Page 5: Link44

44 • LINK 5

Jacco

Allemaal projectie

Meer nog dan op hun honden lijken mensen op hun organisaties. Of beter:

organisaties lijken op mensen. Neem de bekendste weergave van organisa-

ties: het organogram. Knijp je ogen een beetje dicht en je ziet de contouren van

het menselijk lichaam. Bovenaan het hoofd waar naar verluidt het denkwerk

plaatsvindt, daaronder de organen die ideeën moeten verwerken en ten slotte

de handen en voeten die voor de uitvoering moeten zorgen.

Met de modellering van organisaties naar onze eigen fysieke verschijning ge-

ven we ook onze schoonheidsidealen bloot. We zijn dol op slank en fit. Als onze

organisaties traag en vadsig aanvoelen schakelen we de hulp in van heuse

bedrijvendoktoren die vitale onderdelen moeten redden. Verziekte bedrijfson-

derdelen of een te hoge corporate BMI? Diep het mes erin. Toch niet levens-

vatbaar? Laten versterven of afstoten. Managers moeten heel aardig kunnen

meepraten op chirurgenfeestjes.

Van onze organisaties verwachten we niet alleen dat ze de mens in lijflijk op-

zicht overtreffen. Ze moeten zich ook nog eens bovenmenselijk gedragen. La-

ten we eerlijk zijn: de meeste mensen rommelen maar wat aan. Grote idealen

spelen nauwelijks een rol in ons dagelijks leven, we laten prachtige talenten

en grote kansen onbenut, zeggen A maar doen B, leren niet van onze ervarin-

gen, enzovoorts. Nee, dan onze organisaties. Die moeten een doordachte visie

op de wereld kunnen overleggen. Een heldere missie hebben. Opereren vanuit

een strategie waarin consistentie, coherentie en congruentie heilig zijn. En dat

alles op basis van waarden waar iedereen het mee eens moet zijn.

Het lijkt me eerlijk gezegd wat veelgevraagd. Oneerlijk ook, beetje onze eigen

angsten en fantasieën projecteren op organisaties en dan verwachten dat die

organisaties wel deugen. Kunnen we niet wat liever zijn voor onze organisaties?

In het NRC van 25 april vertelt Peter van der Knaap, directeur van de Stichting

Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) over maatregelen om

het aantal verkeersdoden terug te brengen. Harde ingrepen in de infrastruc-

tuur horen daar natuurlijk bij, maar ook de ‘vergevingsgezindheid van wegen’.

Van der Knaap: ‘Bijna altijd speelt bij ongevallen een menselijke fout een rol.

Dus moeten we zorgen dat een fout niet meteen leidt tot een fataal ongeval,

door vergevingsgezinde infrastructuur: bijvoorbeeld wegbermen vrijmaken

van obstakels.’

Vergevingsgezinde wegen… pure poëzie. Als organisaties dan toch moeten

compenseren voor het menselijk tekort, dan moeten we misschien maar wer-

ken aan ‘vergevingsgezinde organisaties’. Maar hoe zou zo’n organisatie eruit

zien? En hoe deze te realiseren? Suggesties graag naar [email protected]

Jacco van Uden is Lector Change Management aan De Haagse Hogeschool

[10]

[3]

[9]

[4]

[6]

Page 6: Link44

6 LINK • 44

M aandagochtend: de zon wordt afgewis-

seld door flinke hoosbuien. Het lijkt de

ADO-dames op het trainingsveld niet te

deren. ‘Ik vind het juist lekker als het regent, dan

heb je het gevoel dat je bezig bent,’ vertelt Vesna

na de training. ‘Als kind woonde ik tussen alleen

maar buurjongens waarmee ik steeds voetbalde. M’n

hele familie voetbalde ook waardoor ik van jongs af

aan werd meegenomen naar het veld. Ik voetbalde

eerst bij Ajax, maar daar trainde ik alleen en kwam

ik niet aan spelen toe door de vele internationals die

daar zitten.’ Op Mandy’s middelbare ‘voetbalschool’

het Segbroek College geeft de man van haar coach

Sarina Wiegman trainingen en zo kwam ze met ADO

in aanraking.

‘Vrouwenvoetbal is een van de snelst groeiende team-

sporten en wereldwijd de grootste sport voor vrou-

wen,’ vertelt coach Sarina Wiegman. Vesna is blij met

die ontwikkeling: ‘De aandacht voor vrouwenvoetbal

is nog beperkt, maar pas was Nederland-België op tv

en was er een samenvatting op de NOS. Ik denk dat

mensen eraan moeten wennen.’

Topsport

Vrouwenvoetbal maakt een groei door maar is nog lang niet zo populair als de nummer één mannensport. HHs-studentes Mandy van Dijk (17) en Vesna Veltrop (20) vertellen in de aanloop naar het WK over hun internationale wedstrijdervaring, en en passant waarom het hun sport aan populariteit ontbreekt. tekst Paul van Leeuwen • beeld Bas Kijzers

VROUWENVOETBAL

Page 7: Link44

44 • LINK 7

Het vrouwenvoetbal kampt met een aantal voor-

oordelen, waar ook de studentes soms tegenop

moeten boksen. ‘Onbegrijpelijk dat soms nog wordt

gevraagd of meisjes kunnen en mogen voetballen. Je

vraagt je toch ook niet af of meisjes kunnen judoën

of schaatsen?’ Coach Sarina wordt soms tureluurs

van de parallel die getrokken wordt met mannen-

voetbal. ‘Ireen Wüst vergelijk je toch ook niet met

Sven Kramer?’ Mandy glimlacht en denkt aan haar

vakanties als kind: ‘Grappig als je de jongetjes op

het veld helemaal zoek speelde als meisje. Ik snap

wel dat mensen niet altijd wat van vrouwenvoetbal

weten: er is weinig aandacht voor. Maar mensen die

er bewust niks van willen weten terwijl ze nog nooit

een wedstrijd hebben gezien… dat slaat nergens op.

Ze vinden het soms “minder” en verbazen zich dan

ook als je zegt vijf keer in de week te trainen.’

Al dat trainen kost veel tijd. Op De HHs maken Vesna

en Mandy daarom gebruik van de topsportregeling.

Vesna: ‘De combinatie is zwaar maar goed te doen.

Lessen die verplicht zijn en samenvallen met een

training volg ik bij een andere klas.’ Mandy haakt in:

‘Voetbal is erg leuk om te doen en ik wil het ook zo

lang mogelijk blijven doen als het maar te combineren

is met mijn studie.’ Vesna wil graag in het A-elftal

spelen maar zegt dat dat een moeilijk te realiseren

droom is: ‘Je hebt niet net als bij de mannen een team

“onder 21” of “onder 23”, de stap in het vrouwenvoet-

bal is veel te groot. Je moet van “onder 19” meteen

naar het A-team waar alles tussen de 19 en 31 speelt.

Veel concurrentie dus.’ Mandy vult aan: ‘De meeste

speelsters stoppen tussen de 25 en 30 en als je dan

geen opleiding hebt, wordt het lastig.’

En om die reden trainen de dames zover hun studies

Accountancy (bij Mandy) en Sociaal Pedagogische

Hulpverlening (bij Vesna) dat toelaten. Verdient Lionel

Messi per jaar krap vijftig miljoen euro, van vrouwen-

voetbal word je nog niet rijk. De kansen voor vrouwen

in het Nederlandse voetbal worden wel steeds groter

omdat in 2012 de BeNeLeague vrouwenvoetbalcom-

petitie is gestart. Het team dat zich vanuit Nederland

en België het hoogste plaatst, kwalificeert zich voor

de UEFA Women’s Champions League. Sarina geeft

aan dat de ambities van topsportclubs hierdoor groter

zijn geworden. Vesna vult aan: ‘Het vrouwenteam van

ADO stond heel hoog maar doordat er speelsters naar

het buitenland of naar een andere club zijn gegaan,

staat er nu een ander team op het veld en staan we

vijfde in de competitie.’ Vesna moet er niet aan denken

om op haar 25ste al fulltime te werken op haar oplei-

dingsgebied: ‘Als mijn lichaam het volhoudt dan wil

ik wel tot mijn dertigste blijven voetballen en daarna

zou ik er niet zomaar mee kunnen stoppen. Fulltime

werken kan ik altijd nog.’ •

Nederlands vrouwenvoetbal in cijfers (2013)Aantal voetbalsters: 131.948

Aanbod: 86% van de verenigingen biedt meisjes- en vrouwenvoetbal aan.

Toename voetballers man versus vrouw 2002 – 2012 KNVB: + 12% man, + 84% vrouw.

Kijkers oranjeleeuwinnen wedstrijden tijdens EK: Duitsland 770.000 Noorwegen 1.000.000 IJsland 540.000

Eerste uitverkochte vrouweninterland: Nederland – Griekenland 23 november 2013 Excelsior stadion Rotterdam.

speelt zich in de kijker

Page 8: Link44

8 LINK • 44

M / V

In Nederland is ongeveer de helft van de bevolking vrouw, maar op sommige opleidingen op De Haagse ligt de man-vrouwverhouding flink uit het lood. De HHs heeft één vrouwloze opleiding aan boord (Mechatronica) en een tiental studies waar het echt zoeken is naar iemand van het andere geslacht. Hoe zit het met de studenten die er wél voor kiezen om in een klas te zitten zonder seksegenoten? tekst Esha Gowricharn • beeld Mieke Barendse

This is a

‘D e technische opleidingen heb niet bepaald een goed

imago. Meisjes denken vaak aan viezigheid bij dit

soort studies,’ zegt Renee Prins, betrokken bij de

aansluiting tussen vooropleidingen en de technische studies

aan de Academie voor Technology, Innovation & Society Delft.

‘Bovendien willen ze niet in een klas belanden met alleen maar

jongens.’ Deze angst is niet helemaal onterecht. Hoewel het ene

promotieprogramma voor vrouwen in de techniek nog niet is af-

gerond of het andere alweer begint, zijn de dames in de techniek

nog altijd in de minderheid. In De HHs-vestiging in Delft lopen

dan ook vooral mannen. Vooral de ‘harde’ technische opleidingen

zoals Elektrotechniek en Werktuigbouwkunde trekken weinig

meisjes aan. Maar liefst 96 procent van de studenten op deze

opleiding is man. Renee Prins: ‘Als we ervoor zorgen dat het

aantal meisjes bij dit soort opleidingen stijgt naar dertig procent,

stromen de inschrijvingen vanzelf binnen. Maar dan moet je wel

eerst aan dat aantal meisjes komen. En dat is het moeilijkst.’

Terwijl techniek nog altijd niet kan rekenen op veel vrouwelijke

belangstelling, zijn er ook opleidingen die geen mannen aantrek-

ken. Hoewel er landelijk beleid is om meer mannen op de pabo

te krijgen, komt die er met zeventien procent mannen nog best

aardig af. Mannen lijken juist met een grote boog om de Acade-

mie voor Gezondheidszorg te lopen. Verpleegkunde ligt met 85

procent vrouwen nog dichtbij de pabo, maar Voeding en Diëtiek

komt met 96 procent dicht in de buurt van Mechatronica. Huid-

therapie spant de kroon met 98 procent vrouwen.

Link ging op zoek naar de minderheden bij de opleidingen Werk-

tuigbouwkunde en Huidtherapie en vroeg twee studenten hoe zij

zich staande houden in een mannen/vrouwenwereld.

Ondernemingsplan maken?

De bibliotheek. Waar anders?

Neem een kijkje in een van de databanken van de hogeschoolbibliotheek:• Company.Info• Business Source Elite • of MarketLine Advantage

hhs.nl/bibliotheek

Page 9: Link44

‘Soms hoor ik seksistische opmerkingen’Tweedejaarsstudent Chantal van Doorn wil door haar klasgenoten graag gezien worden als ‘one of the guys’, maar krijgt nog vaak te maken met vooroordelen. Als een van de weinige vrouwelijke Werktuigbouwkunde- studenten probeert ze stevig in haar schoenen te staan.

44 • LINK 9

(WO)MEN’S world

‘Als ik met mijn hakken over de gang loop, zie ik

jongens hun nek omdraaien om te kijken wie er loopt.

Zo vaak hoor je het geklik van de hakken namelijk niet

in Delft. Toen ik een opleiding moest kiezen, was een

ding zeker: het moest iets technisch zijn. Ik ging er

daarom vanuit dat het merendeel van mijn klasgenoten

man was. Al op mijn middelbare school was ik een van

de weinige meisjes in de klas, omdat ik koos voor het

profiel Natuur en Wetenschap. Dat zou in mijn vervolg-

opleiding niet anders zijn. Samen met een ander meisje

vertegenwoordigden we de vrouwelijke werktuig-

bouwkundestudenten in de klas.

Met een paar andere meiden van technische oplei-

dingen maakten we daarom een Facebook-pagina

en whatsappgroepje aan. Heb je het met de jongens

in je klas nog over de nieuwste Mercedes, in zo’n

meidengroepje gaat het vooral over de nieuwe

kledinglijn van een grote modeketen en de manier

waarop je je haar kan opsteken. Ik ben niet echt een

meisje-meisje, maar ook geen tomboy. Soms mis ik

de typische meidenpraat wel.’

Maar een grote meerderheid mannelijke klasgenoten

heeft ook voordelen. Zo heb ik mijn huidige vriend le-

ren kennen toen we vorig jaar samen in de klas zaten.

Ook ben je tijdens een project niet continu aan het

kibbelen over de kleine details, maar kom je vaker met

elkaar in overeenstemming. Ik voel me dan ook een

van hen. Des te harder komt het aan als ik een sek-

sistische opmerking naar mijn hoofd krijg geslingerd.

Zo kreeg ik tijdens een excursie van iemand te horen:

‘Wat doe jij hier? Moet je niet achter het aanrecht

staan?’ Of ze zuchten ‘vrouwen’ als ik iets niet begrijp

en om meer uitleg vraag. Zulke opmerkingen probeer

ik te negeren.

Toch ben ik vastberaden om deze opleiding af te

maken. Om over de typische meidendingen te praten

heb ik mijn vriendinnen nog en ik neem afstand van

de jongens die nare opmerkingen maken. Ik hou van

het vakgebied en zolang ik het zelf leuk vind, ga ik

ermee door.’

Page 10: Link44

Tweedejaarsstudent Riyaz van Wegberg wist niet wat hem te wachten stond toen hij begon met de opleiding Huidtherapie. Als enige man in zijn klas, én studiejaar, krijgt hij soms te maken met nogal ongemakkelijke situaties.

‘Aan elkaars borst voelen is ongemakkelijk’

10 LINK • 44

‘De schermen en handdoeken worden weer tevoor-

schijn gehaald als we onze practicumles hebben en

voor de zoveelste keer uit de kleren moeten. Mis-

schien een waar paradijs voor heterostudenten, als

homoseksuele man zie ik dit als niet meer dan een

oefening. Dat neemt niet weg dat het erg ongemak-

kelijk is als je tijdens het practicum aan elkaars borst

moet voelen. Dat is al helemaal het geval als ik merk

dat mijn medestudenten zich er echt niet prettig bij

voelen. Dan sta ik een beetje te wachten tot iemand

instemt om samen met mij de oefening te doen.

In een klas zitten met alleen maar meiden is soms

lastig omdat je niet mee kan praten over sommige

onderwerpen, en dat je een medische opleiding doet

en je eigen huid vaak als oefenmateriaal moet gebrui-

ken, maakt de situatie niet makkelijker. Zo zit ik vaak

op de ‘pijnbank’ bij lessen over ontharen. Omdat de

meiden allemaal gladgeschoren benen hebben en ik

vrijwel de enige ben die wel haar heeft. Terwijl ik het

uitschreeuw van de pijn, kijken medestudenten mij

vaak fronsend aan. ‘Stel je niet aan, joh!’ krijg ik dan

te horen.

Page 11: Link44

44 • LINK 11

Onder de hamer

Surveillant geeft niet de doorslag

Student J. van de opleiding Accountancy heeft tijdens de instaptoets Engels niet het verplichte onderdeel ‘vocabulaire’ gemaakt, waardoor hij de toets niet heeft gehaald. De student vindt het onterecht en vraagt de Examencommissie om een vrijstelling. Dit verzoek wordt afgewezen. Hierna stapt de student naar het College van Beroep. tekst Mariska van Andel

De feitenStudent J. zat in de hoofdfase van Accountancy toen hij de instaptoets Engels

maakte. Voor de huidige propedeusestudenten waren alle onderdelen van de

toets verplicht, tweedejaars zoals J. hadden voor een deel vrijstelling.

De argumentenVolgens de student is er voorafgaand aan het tentamen discussie ontstaan

over de verplichte onderdelen. Hij heeft aan een surveillant gevraagd welke

onderdelen verplicht waren en kreeg daarop te horen dat naast het onderdeel

‘grammatica’ ook het onderdeel ‘vocabulaire’ voor tweedejaars niet verplicht

was. Daarom heeft hij beide onderdelen overgeslagen. Pas achteraf bleek

alleen het onderdeel ‘grammatica’ niet verplicht te zijn. Verder heeft J. de toet-

sen Engels uit de hoofdfase wel gehaald. Dat zou volgens J. voldoende bewijs

van zijn kunnen zijn.

De tegenargumentenOp het tentamen stond duidelijk ‘Only for new propaedeutic students’ bij

het onderdeel dat hij niet hoefde te maken. Een surveillant is niet als docent

verbonden aan De Haagse Hogeschool en is dus ook niet in de positie om te

zeggen welke onderdelen verplicht zijn. Daarbij heeft de surveillant later

verklaard nooit iets anders te hebben gezegd dan wat er op het tentamen

stond vermeld.

De uitspraakHet College van Beroep vindt de argumenten van student J. ongegrond.

Tijdens een tentamen behoor je alle verplichte onderdelen te maken en deze

stonden duidelijk op het tentamen vermeld.

Niet eens met een beslissing van de examencommissie? Je hoeft je er niet zonder meer bij neer te leggen. Kijk voor regels en procedures op studentennet.hhs.nl/loketrechtsbescherming

Ik ben de eerste mannelijke student Huidtherapie die

doorgestroomd is naar het tweede jaar. Mannen die

kiezen voor deze opleiding, haken meestal snel af. Er

zitten nog twee jongens in het eerste jaar, maar verder

dan dat, komt het testosterongehalte niet bij deze

opleiding. Dit betekent onder andere dat er tijdens de

projecten een hoop gekletst wordt over de nieuwste

nagellakjes of trouwen met de man van hun dromen.

Toch hou ik niet van de machocultuur die er heerst

bij opleidingen waar jongens juist in de meerderheid

zijn. Vrouwen zijn veel zorgzamer en houden vaker

rekening met je. Ik ben dan ook heel blij dat ik bij mijn

klasgenoten terecht kan als ik ergens mee zit. Boven-

dien kan je je situatie ook ombuigen naar iets positiefs.

Ik word sneller herkend door te docenten en vaak

uitgenodigd om mee te praten over de opleiding.’•

Page 12: Link44

12 LINK • 44

Wil de NIEUWE STEVE JOBS

zich melden?

O p woensdag 21 mei werd de prijs voor de

beste hybride student-ondernemer voor

de tweede keer uitgereikt. De beste... wát?

‘De term hybride student-ondernemer staat voor het

kunnen combineren van werk, je eigen bedrijf en je

studie,’ verklaart kenniskringlid en Bedrijfskunde

MER-docent Albert Kraaij de term, die volgens hem

uit de koker komt van het lectoraat Financial Inclu-

sion and New Entrepreneurship dat de verkiezing

samen met het Haags Center of Entrepreneurship

organiseert. Een paar dagen voor de sluitdatum voor

de aanmeldingen zat Kraaij nog flink in de zenuwen.

Twee aanmeldingen zaten er in zijn mailbox, terwijl

hij voor ogen had dat hij bij vijftien aanmeldingen

tevreden zou zijn. Uiteindelijk leverden 25 studenten

hun ondernemingsplan vlak voor of op de deadline

in. Een succes, toch nog, vindt Kraaij, al geeft hij toe

dat het op 25.000 studenten een klein aandeel is. Hij

heeft er verschillende verklaringen voor. ‘Met het

lectoraat onderzoeken we hoeveel hybride student-

ondernemers er op de hogeschool zijn. Al blijkt uit

de eerste resultaten dat het om veel studenten gaat,

dan nog is het moeilijk om studenten aan te zetten om

mee te doen aan wedstrijden die niet aan hun oplei-

ding gekoppeld zijn. Daarnaast is de concurrentie van

wedstrijden buiten de hogeschool groot. Studenten

hebben steeds meer druk om studiepunten te halen

én, de belangrijkste reden, als je student-ondernemer

bent, dan ben je hartstikke druk. Te druk om mee te

doen.’ En misschien ook wel te druk om te studeren.

Daar ligt ook precies de afweging waar de hogeschool

voor staat. Bij een studie als Small Business & Retail

Management (SBRM) krijgen de Small Business stu-

denten de tools aangereikt om met een eigen bedrijfje

de school te verlaten of om vlak na hun afstuderen

een eigen bedrijf te beginnen. ‘We zijn ons opleidings-

kader aan het herdefiniëren,’ vertelt coördinator prak-

tijkbureau Heleen Geerts. ‘Entrepreneurship vormt

de rode draad. Dat het aantal studenten dat Small

Business kiest de laatste jaren is gegroeid, vind ik ze-

ker een positieve ontwikkeling. Ondernemendheid is

ons onderscheidend vermogen. En wat ik vooral mooi

vind om te zien, is dat studenten elkaar steeds meer

opzoeken en gaan samenwerken bij het opzetten van

hun bedrijf. Dat zie je ook binnen de hogeschool.’

Geerts doelt onder meer op de stichting Eye on Entre-

preneurs, die is ontstaan door een samenwerkings-

verband tussen de Academie voor Marketing & Com-

merce en TIS Delft. Ondernemer Iwan Blokker stond

samen met academiedirecteuren Simone Fredriksz

en Sander van Ipenburg Grijpma aan de wieg van dit

idee waarin toptalenten de mogelijkheid krijgen zich

in korte tijd te ontwikkelen tot internationaal onder-

nemer. Blokker vertelt: ‘We hebben de overtuiging

dat er in Nederland genoeg innovatieve technieken

worden bedacht, maar dat er een schaarste is aan

Ondernemend

Ondernemen lijkt populairder dan ooit. De wedstrijden (studentbedrijf van het jaar, dé hybride student-ondernemer, de studenten ondernemersprijs) schieten als paddenstoelen uit de grond. Ook trekt de hogeschool ondernemers aan die studenten onder hun hoede nemen. Toch staat niet zozeer het stimuleren van ondernemerschap hoog op de HHs-agenda, maar vooral het opleiden tot ondernemende student. Tekst Martine Seijffert • Beeld Raúl Neijhorst en Quintin van der Blonk

Page 13: Link44

44 • LINK 13

goede ondernemers. Ik ben op zoek naar een geniaal

idee en naar zeer succesvolle ondernemers.’ Als idee

en ondernemersgeest niet in één persoon huizen,

dan matcht Blokker de twee. Vervolgens krijgt de

ondernemende student een jaar lang coaching van de

stichting met als doel om in dat jaar een forse groei

te bewerkstellingen. ‘Dat kan gaan om groei van de

omzet, maar het gaat ons allereerst om de groei van

de ondernemer.’ Blokker beseft dat de kans bestaat

dat een student dan minder tijd heeft om te studeren,

maar zijn prioriteit is duidelijk: ‘Ik raad een studie niet

af, maar ik stimuleer ondernemerschap.’

Heel groot pakt de hogeschool die stimulering niet

aan. Dat is niet voor niets. Yardena Shitrit is directeur

van het zwaartepunt ‘Ondernemerschap en innovatie

in een tijdperk van globalisering’ dat het Haags Cen-

ter of Entrepreneurship oprichtte. Zij geeft aan: ‘De

hogeschool is geen kweekvijver voor ondernemers.

De ervaring leert dat als je een student stimuleert om

zijn bedrijf op te starten, de kans dat hij zijn studie

afmaakt niet erg groot is. Zijn we als hogeschool een

‘Ons product past door de brievenbus’

Vierdejaars SBRM-student Ivar van der Lugt (21) en oud-stu-dent Technische Bedrijfskunde Peter van Leeuwen (28) (op de foto van links naar rechts tussen alle dames in)Product: Playfull, de bedrijfsnaam voor diverse body fashion-webshops als www.mijnondergoed.nl In deze webshop heeft Ivar een aandeel van vijftig procent.Deelnemer aan de verkiezing ‘Dé hybride student-ondernemer van 2014’

‘Het mooie van dit systeem is dat we alleen een domeinnaam hoeven te kopen en zo weer een webshop live hebben. Onze web-shop www.grotecupmaten.nl (zie foto’s) is best groot en draait een omzet van tienduizend euro per maand. We verwachten dat www.mijnondergoed.nl nog groter kan worden, al verdien ik daar nu nog niks mee. Deze webshop focust op kwalitatieve lingerie, voor zowel dames als heren, voor een betaalbare prijs. Het voordeel van ons product is dat iedereen het nodig heeft en dat het supermakkelijk door de brievenbus kan.Wat voor affiniteit we met het product hebben? Peter ondervond tij-dens zijn studie dat het een product is dat je makkelijk kunt inkopen. Hij merkte dat er met name grote maten beha’s werden besteld en is zich toen daar op gaan richten. We kregen soms commentaar van onze klanten op de plaatjes van onze website. De borsten op de foto’s waren te klein. Toen hebben we de dames opgeroepen om vrijwil-lig mee te doen aan een fotoshoot. De negen geselecteerde dames waren blij dat ze zichzelf konden laten zien omdat ze de foto’s van al die slanke modellen zat waren. Er is helemaal niks aan de foto’s be-werkt. Het zou mooi zijn als we op deze manier een beetje bij kunnen dragen aan een beter zelfbeeld van de vrouwen in Nederland.’

Page 14: Link44

14 LINK • 44

instituut voor ondernemerschap of ondernemend-

heid? Dat is een discussie die momenteel plaatsvindt,

maar naar mijn mening zijn we er voor het laatste.

We zijn een kennisinstelling en moeten studenten

faciliteren om van ondernemerschap en innovatie te

proeven en dit inbedden in het onderwijs.’

Ook Albert Kraaij wil graag die volgende stap

zetten door de wedstrijd van de hybride student-

ondernemer bij opleidingen onder te brengen waar

het helemaal niet zo vanzelfsprekend is om met

ondernemen bezig te zijn. Hij plaatst wel een kant-

tekening: ‘Er zijn dikke muren tussen academies en

opleidingen en er is een verschrikkelijke behoefte

aan dat samenbrengen van kennis en kunde. Dit

soort dingen moet je erg ver van tevoren organise-

ren, want je hebt te maken met het opzetten van

onderwijsprogramma’s.’ Ook Heleen Geerts ziet daar

de uitdaging: ‘Het onderwijs loopt meestal achter

en de ondernemerswereld ontwikkelt juist heel snel,

dus onze taak is om actief te zijn.’

‘ ‘Wij willen een wereld zonder wratten’

Leonard Oirbans (21), Ruchika Kalpoe (20), Kim Markwat (20)

(op de foto van links naar rechts)

Eerstejaars Technische Bedrijfskunde

Product: Swockgear, een sok voor in het zwembad waardoor je

niet uitglijdt en die voor hygiëne zorgt.

Prijs: 24,95In alle maten verkrijgbaar, ook verkrijgbaar met eigen opdruk.

Finalisten van de wedstrijd Jong Ondernemen en deelnemers

aan de verkiezing ‘Dé hybride student-ondernemer van 2014’.

‘We kwamen erachter dat de helft van de ongelukken in het zwembad

ontstaat door uitglijden. Later hebben we onze focus verlegd van grip

naar hygiëne, want vallen kan je toch nooit helemaal tegengaan.

Onze sok voelt als een second skin. Het is een heel dun latexlaagje

dat om je voeten zit en dat net voelt als een normale sok.

Dat we in de finale staan van de wedstrijd Jong Ondernemen voelt

als een waardering voor wat we heel het jaar hebben gedaan. We

zijn inmiddels in onderhandeling met grote leveranciers, zoals een

fabrikant in Frankrijk die automaten levert waar je zwemartikelen

uit kunt trekken. Ook maken we een promotiefilmpje en mogelijk

willen zwemmers Pieter van den Hoogeband, Inge de Bruin en

Maarten van der Weijden hieraan meewerken. We hebben de con-

tacten hiervoor gelegd op het hoofdkantoor van ABN Amro, waar de

halve finale van Jong Ondernemen plaatsvond. Daar kregen we ook

te horen dat we op 12 juni mogen lunchen met Gerrit Zalm.

Onze droom is om vaste afnemers te hebben en dat het over vijf jaar

heel normaal is om een sok te dragen in een zwembad. Dat het net

zo’n hype wordt als Crocs. En een wereld zonder wratten natuurlijk.’

Page 15: Link44

44 • LINK 15

Het Haags Center of Entrepreneurship pakt hierin

een voortrekkersrol door samen te werken met

stakeholders binnen en buiten de hogeschool,

door onderzoek te stimuleren en partijen samen te

brengen. Hieronder valt bijvoorbeeld het faciliteren

van wedstrijden, een project als Eye on Entrepre-

neurs en ‘De Haagse Open’, bijeenkomsten waarbij

studenten aan kunnen schuiven bij lezingen van

topondernemers.

‘We willen de student met andere ideeën en

gedachten in aanraking brengen,’ vertelt Shitrit.

‘Er is geen gouden ei, zeker niet als je praat over

25.000 studenten. Je probeert een palet te creëren

en ervoor te zorgen dat de termen ondernemen en

innovatie in elk nieuw curriculum voorkomen. Dat is

niet iets wat je meet in het aantal ondernemingen.

Het gaat erom dat onze student als accountant later

niet alleen de jaarrekening maakt en goedkeurt,

maar ook advies geeft aan zijn opdrachtgever om

dingen anders te doen.’ •

‘We hoeven er niet rijk van te worden’

Jet van Boven (19), Santos Bhola (21), Louise van Velzen (20), Rick te Pas (24), Nirouk Hiensch (24) (op de foto van links naar rechts)Tweedejaars Management in de Zorg-studenten (duaal)Product: Young Care, klittenbandkleding voor mensen die moeite hebben zich aan te kledenPrijs: 17,50 per blouse of 45 euro per drie stuks Winnaars van de wedstrijd ‘Mijn eerste onderneming in de zorg’ en deelnemers aan de wedstrijd ‘Jong Ondernemen’.

‘Het kwam door de oma van Nirouk dat we op dit idee kwamen. Zij is opgenomen in een verzorgingshuis en ze wilde er graag leuk uitzien, maar werd altijd in joggingkleding gehesen. Wij denken dat mensen zich waardiger voelen als ze hun eigen kleding aan kunnen blijven doen. Daarom bedachten we de dienst om blouses met lastige sluiting te vervangen door klittenband. Het gaat dan niet alleen om kleding van ouderen, maar ook van mensen met een handicap. Zo willen we aansturen op zelfredzaamheid en mensen het gevoel geven dat ze zelf nog dingen kunnen.We vinden het prettig dat ons idee zowel commercieel als sociaal is. We hoeven er niet rijk van te worden. Daarop hebben we de prijzen aangepast en we hebben besloten dat we de kleding willen laten ver-maken in een sociale werkplaats. Dit scheelt ons in de winstmarge, maar dat vinden we niet erg. Het is fijn dat De Haagse Hogeschool ons de kans biedt om aan wedstrijden mee te doen. We leren zo wat entrepreneurship inhoudt en talenten worden zichtbaar waarvan je zelf soms niet eens wist dat je ze had.’

Page 16: Link44

16 LINK • 44

Delft geeft HOOGVLIEGERS vrijheid

‘Jammer dat de hogeschool voor studenten die alles halen niets speciaals organiseert,’ vond Omar Jacobij, eerstejaars Technische Bedrijfskunde. Teamleider Jeroen Visser hoorde deze verzuchting en zette hem aan het werk: ontwikkel een honoursprogramma. Sinds 28 april test hij met elf studenten nieuwe werkvormen en onderwijstools. Inzet: een stage in San Francisco. tekst Dieuwke de Boer • beeld Mireille Schaap

O orspronkelijk meldden veertig studenten

zich aan voor het honoursprogramma, het

ereprogramma voor studenten die goed

presteren: in dit geval studenten die al hun punten

hebben gehaald. Uiteindelijk startten elf Delftse bol-

lebozen met het programma dat gedurende blok vier

loopt naast het reguliere lesprogramma. Niet voor

studiepunten, maar voor de ervaring – en bij goed

presteren – een aantekening op het diploma.

Laten we iets anders doen dan de huidige manier

van lesgeven, bracht Omar in bij de brainstorm over

het programma. ‘Een student leert nu voor de manier

van toetsen in plaats van echt de stof. En de traditio-

nele docent die informatie zendt, inspireert niet. Het

is ver van de werkelijkheid en niet up-to-date. En

wat kan een docent nou meer vertellen dan inter-

net? Ik ben met Jeroen op zoek gegaan naar nieuwe

onderwijsvormen: we willen het onderwijs digitaler

en specialer maken.’

Over nieuwe onderwijsvormen dadelijk meer. Nu

eerst het digitale gedeelte. Daarvoor koos Omar, in-

middels projectmanager van het programma, na een

aantal pitches drie digitale studietools. In het traject

testen de studenten planningstool Studygrasp, eva-

luatietool Eva en Feedback Fruits (een tool waarin

de deelnemers informatie kunnen delen) kunnen dis-

cussiëren en interactieve presentaties mee kunnen

maken. Studygrasp en FeedbackFruits zijn startups,

vertelt Omar. ‘Die bedrijven willen graag dat wij hun

tools testen. En de tools die het goed doen, worden

volgend jaar bij Technische Bedrijfskunde geïmple-

menteerd.’

Mooi luchtkasteelMaar die tools maken nog geen onderwijspro-

gramma. En toen big data als onderwerp voor het

programma gekozen was, liep Omar vast. ‘Ik had een

mooi luchtkasteel gecreëerd,’ zegt hij nu over alle

ideeën die hij had verzameld, maar hoe hij die moest

omzetten naar een onderwijsprogramma was hem

een raadsel. Uiteindelijk is hij gewoon aan de slag

gegaan. ‘Ik heb gastsprekers geboekt die ik inspire-

rend vond, ook al had ik nog geen concreet verzoek

voor een onderwerp of insteek. En ik reserveerde

plaatsen bij een big data-symposium. Zo ontstond

langzaam een programma. Via Jeroen kreeg ik

contact met een bedrijf uit San Francisco dat een big

data-set heeft, waar we mee mogen werken. Toen

was de opdracht bekend en kon ik de gastsprekers

hieraan koppelen.’

Het ‘speciale’ van dit honoursprogramma zit vooral

in hoe die opdracht geformuleerd is: heel open.

Studenten krijgen de dataset van een Amerikaans

Gezondheidscentrum voor arme, oude mensen, die

vaak overgewicht hebben. Hogere doel van het cen-

trum is die ouderen gezonder maken door ze te laten

afvallen. De Delftse studenten mogen zelf bepalen

Lofzang

Page 17: Link44

44 • LINK 17

wat ze met de data gaan doen, gebaseerd op hun

eigen interesse. ‘Wij stellen van tevoren geen

doelen en competenties vast. Dat moeten de

deelnemers zelf doen,’ vertelt Omar. ‘Ze

moeten zichzelf afvragen: wat is mijn doel?

Ik ben benieuwd hoe studenten hierop gaan

reageren: wat doet het met creativiteit,

motivatie en tevredenheid? Gaan ze dieper

leren? Ik vind het belangrijk dat je focust op

competenties waar je goed in bent. Dat levert

meer op. Ik heb onduidelijkheid gecreëerd met

deze open opdracht. Nu begint het de studenten te

dagen dat zij daar iets aan moeten doen.’

Groot beestStudenten Technische Informatica Tim Visser en

Bas Verhoog doen mee met het programma en

vinden die vrijheid niet meteen makkelijk.

‘Niemand heeft echt een idee wat er gaat

gebeuren, maar iedereen is enthousiast,’

vertelt Tim, die op het moment van het

gesprek nog niet weet wat hij wil met

de opdracht. ‘Je gaat nadenken: waar sta

ik nu en waar wil ik heen? Hoe wil ik dat

bedrijf helpen? Ik wil altijd de wereld, maar het

is nu voor een echt bedrijf dus moet ik goed kijken wat

mijn plan wordt. Wat laat ik los? Ik merk dat ik nu ook

bewustere keuzes maak bij het reguliere onderwijspro-

gramma. In plaats van ‘hier moet ik zijn aan het einde’,

vraag ik me af waar ik wil zijn aan het einde.’

Bas is er evenmin uit wat hij met

de opdracht gaat doen. Toch

zegt ook hij de vruchten van zijn

deelname al te plukken. ‘Ik werk

hard voor honours, dus laat ik dat

ook in het reguliere programma

doortrekken. Ook al betekent dat niet

dat ik sommige vakken opeens leuker ga vinden. De

zelfstandigheid bij het project spreekt me aan en de

vakkennis die je krijgt. Er liggen zoveel kennis en

contacten voor ons klaar deze weken. Door de

bedrijvenbezoeken (o.a. bij de Rabobank en Bol.

com, red.) zien we hoe bedrijven in elkaar zit-

ten.’ Tim: De multinational is nu niet meer dat

“grote beest”.’ Bas: ‘Er is altijd wel iemand

die kennis heeft en dat wil delen.’ En uitein-

delijk hopen de jongens een mooie stage

bij de opdrachtgever in San Francisco aan

het programma over te houden.

Projectleider Omar is erg tevreden met

de eerste feedback. ‘Ik vind het belangrijk

om te horen dat ze zo nadenken over hun

doelen in plaats van klakkeloos bezig gaan.

Dat vind ik echt al een meerwaarde.’ •

Page 18: Link44

18 LINK • 44

‘Dit wordt geen gemakkelijke tocht’

Op vrijdag 4 juli vertrekt Halo-student Nick Baas naar IJsland voor de Iceland Diabetes Challenge. Hier zal hij een week lang door het land lopen om zich sterk te maken voor diabetes. ‘Ik wil laten zien dat je nog steeds heel veel aankan met diabetes.’ Tekst Stefan van Klink • Beeld Ronald Hoogendoorn

Nick Baas (links) tijdens het trainings-weekend met rechts initiatiefnemer en oud-volleyballer Bas van de Goor.

Diabetes

Page 19: Link44

44 • LINK 19

‘D e Iceland Diabetes Challenge is een

tocht waarbij we een ronde door IJsland

lopen,’ vertelt Nick drie maanden voor

de start van de tocht. De 24-jarige laatstejaars Halo-

student straalt enthousiasme uit wanneer hij over de

tocht vertelt, en dat terwijl het bepaald geen makkie

wordt. ‘Een week lang slapen we in tenten, eten we

uit zakjes en lopen we uren over allerlei verschil-

lende ondergronden. Het zal een zware tocht worden

waarbij we iedere dag weer een flinke inspanning

moeten leveren. Het is een grote uitdaging om onder

deze omstandigheden je lichaam in balans te houden,

zeker voor ons.’ Wat de tocht voor de dertien deel-

nemers namelijk extra lastig maakt, is dat iedereen

diabetes heeft.

Na de Kilimanjaro Challenge in 2008 en de Atlas

Diabetes Challenge in 2010, organiseert de Bas van

de Goor Foundation nu een challenge naar IJsland. De

Laugavegur Trekking voert zes dagen door verlaten

bergachtige gebieden. Oud-volleyballer Bas van de

Goor richtte de stichting op in 2006, nadat bij hem

een paar jaar eerder diabetes was geconstateerd. Zijn

doel is om met de stichting mensen bewust te maken

van de positieve effecten van sport op een leven

met diabetes. Nick kan zich hier helemaal in vinden:

‘Mede door de Bas van der Goor Foundation ben ik

door blijven gaan met sporten. Mensen hebben vaak

vooroordelen: ze denken dat diabeten dik zijn en geen

suiker mogen. Van die vooroordelen willen we af.’

Onder de blarenMet de derde challenge daagt de stichting twaalf

mensen met diabetes in de leeftijd van 18 tot 65 jaar

uit om onder alle omstandigheden de regie over hun

gezondheid in eigen hand te nemen. Nick vertelt

dat de tocht niet bedoeld is om geld in te zamelen

voor een goed doel. ‘We willen laten zien dat je ook

met diabetes nog heel veel dingen wel gewoon kan

doen.’ Dat Nick diabeet is, belemmert hem niet om

zeer actief te zijn, al moet hij wel rekening houden

met zijn ziekte. ‘Op school moet ik erg veel sporten

en daarnaast speel ik voetbal en tennis en ben ik ook

nog eens trainer. Diabetes maakt dat soms wel lastig,

doordat ik meer rust nodig heb dan een gemiddeld

persoon. Voornamelijk op school merk ik dat. Ik mis in

de ochtend vaak lessen doordat ik nog niet voldoende

uitgerust ben van de dag daarvoor. Ik heb gewoon

de energie niet om de lessen goed uit te voeren. Dat

is dan ook de reden dat ik een jaar langer over mijn

opleiding doe.’

Om de tocht te kunnen voltooien is Nick samen met

de rest van de deelnemers op trainingskamp gegaan.

Tijdens het kamp, nu nog in Nederland, konden ze

een heel weekend lang trainen ter voorbereiding op

de echte tocht. Meer hulp dan dat krijgen de deelne-

mers niet. Nick licht toe: ‘De tocht staat heel erg in

het teken van zelfmanagement. We moeten zelf een

trainingsschema schrijven, eten verzorgen en zorgen

dat we gereed zijn om naar IJsland te vertrekken.’

De tocht is voor Nick een grote uitdaging, zo bleek

al tijdens het trainingsweekend. ‘Na het trainings-

kamp zaten mijn voeten onder de blaren. Ik ben niet

gewend om zo veel dagen achter elkaar te lopen. Het

is een heel andere sport dan bijvoorbeeld voetbal of

volleybal. Het is voor mij dus nog erg lastig om te ont-

dekken hoe mijn lichaam reageert op deze manier van

inspannen. Hier moet ik dan ook weer de hoeveelheid

insuline op afstemmen.’

Prachtige afsluiting De datum van de start van de Iceland Diabetes Chal-

lenge maakt de tocht extra bijzonder. ‘We vertrekken

op de dag van mijn diploma-uitreiking. Deze tocht is

daarom ook direct het afscheid van mijn studenten-

tijd. Het is een prachtige afsluiting van mijn leven als

student en een mooi begin van alles wat daarna nog

moet gaan komen. Daarna hoop ik, naast het lesge-

ven, de Bas van de Goor Foundation te kunnen helpen

met het organiseren van evenementen als deze. Ik

moet met veel dingen rekening houden, maar uitein-

delijk kan ik net zoveel als ieder ander.’ •

Wat is diabetes?Als iemand diabetes (suikerziekte) heeft, kan zijn lichaam het suikergehalte in het bloed niet goed regelen. Dat komt omdat het lichaam hiervoor normaal gesproken insuline gebruikt, maar het nu niet zelf aanmaakt (type 1) of niet goed reageert op insuline (type 2). Dit is voor de meeste diabeten goed te behandelen door zelf – goed werkende – insuline toe te voegen aan het lichaam om de bloedsuikerspiegel stabiel te houden. Dat vraagt vaak om heel afgewogen omgaan met eten en bewegen.

Page 20: Link44

20 LINK • 44

Scriptieprijs

Eerlijk oversteken?

J aarlijks vertrekken duizenden Noorse studen-

ten over de grens naar Denemarken om daar te

gaan studeren. Het aantal Deense studenten dat

de omgekeerde route aflegt, beperkt zich tot enkele

honderden. Dat is een forse aanslag op het onder-

wijsbudget van de Deense regering. Want, volgens

de verdragen die in de Europese Unie zijn afgesloten,

heeft elke burger het recht om te studeren in een ander

Europees land zonder dat de eigen regering de kosten

hoeft te betalen. De Noren en Denen bedachten een

oplossing: ze tekenden een pact waarin is vastgelegd

dat het thuisland van de student vierduizend euro

meebetaalt voor de student die in een van de Scandina-

vische buurlanden studeert. Nina de Korte gebruikte

het voorbeeld in haar afstudeerscriptie. Klinkt als een

goed recept voor landen die met hetzelfde probleem

kampen. Maar zo makkelijk is het niet, want de belan-

gen van overheden, onderwijsinstellingen en landen

onderling verschillen enorm.

Nina’s interesse voor studentenmobiliteit begon al

in haar eerste jaar van European Studies. ‘Na school

zat ik met Spanjaarden, Duitsers en Bulgaren in de

kroeg en kon ik uren praten over hun motivatie om in

Nederland te studeren. Er liggen hier voor sommigen

meer kansen dan in hun eigen land.’ Tijdens haar

stage bij Nuffic kwam ze erachter dat studenten-

mobiliteit een markt is. ‘Neem je als land niet actief

deel aan internationalisering, dan speel je straks

niet meer mee op het wereldtoneel. De belangen van

onderwijsinstellingen en regeringen zijn echter niet

altijd gelijk. In een tijd van financiële crisis hoor je

soms – met name aan het begin van een collegejaar

– kritische geluiden over de instroom van internati-

onale studenten omdat het de overheid te veel geld

zou kosten.’

Niet voortrekkenOm de belangen beter in kaart te brengen, maakte

Nina eerst een legal framework. ‘Ik begon met een re-

constructie om antwoord te krijgen op de vraag “Hoe

is de vrijheid van studentenmobiliteit tot stand geko-

men?” Daarvoor dook Nina in de verdragen van Rome

(1957) en Maastricht (1993) en de Bolognaverklaring

(1999). ‘Op deze afspraken is de vrijheid van verkeer

binnen Europese lidstaten gebaseerd. Door uitspra-

ken van het Hof door de jaren heen, is de positie van

studenten steeds verder verbeterd.’ Zo mogen landen

hun eigen burgers niet voortrekken door ze bijvoor-

beeld een lager collegegeld te laten betalen, want dan

is het discriminatie.

Van ruilen komt huilen. Dat gold als kind al, maar ook Euro-pese landen hebben er last van. European Studies-studente Nina de Korte analyseerde de studentenmobiliteit binnen Europa en ondervond dat de waarde van internationalisering eigenlijk niet in geld is uit te drukken. Is onbalans dan wel een probleem? tekst Martine Seijffert • beeld Bas Kijzers / Anke Nobel

Nina de Korte

Studie: European Studies

Scriptie: The free movement

principle and imbalance in intra-

European student mobility

Cijfer: 9

Page 21: Link44

De Scandinavische landen bedachten een oplossing voor de scheve verhouding in studentenmobiliteit: Noorwegen draagt bij aan de onderwijskosten voor een Noorse student in Denemarken.

Studentenmobiliteit tussenNoorwegen en Denemarken

Engeland

België

USA Spanje

China

Duitsland

863

2.6291.838

3.505

3.196

4.875

7.010

32.716

1.598

2.188Nederlandse studenten dienaar het buitenland vertrekken(2008-2009)*

Buitenlandse studenten dienaar Nederland komen(2011-2012)*

* CPB 2012

In Nederland komen jaarlijks meer buitenlandse studenten dan dat er Nederlandse studenten naar het buitenland vertrekken. Waar komen de meeste buitenlandse studenten vandaan en waar gaan de meeste Nederlanders naartoe? De top 4 voor beide richtingen.

Trends studentenmobiliteit in Nederland

44 • LINK 21

Link scriptieprijsLink nomineert iedere maand een afstudeerder die uitmuntend pres-teerde met een relevante scriptie. Jaarlijks in maart wint de beste scriptie 1500 euro. Ben je (bijna) afgestudeerd en wil je ook kans maken op de hoofdprijs? Kijk op www.hhs.nl/linkscriptieprijs hoe je mee kunt doen. Scripties zijn terug te vinden op www.hbo-kennisbank.nl

Een tweede voorbeeld van onbalans dat Nina in haar

scriptie uitlicht, is die tussen Nederland en Duitsland.

Zo krijgt Nederland veel meer Duitse studenten over

de vloer dan dat er Nederlandse studenten bij de oos-

terburen gaan studeren. Met name in de grensstreken

vielen de scheve verhoudingen op bij het Ministerie

van Onderwijs. ‘Er waren Nederlandse onderwijs-

instellingen die opleidingen compleet in het Duits

aanboden. Daar kan ik me kwaad over maken: dat is

geen internationalisering, dat is geld verdienen.’ Het

verzoek van de staatssecretaris van Onderwijs aan

Duitsland om de Nederlandse staat te compenseren

zoals bij Noorwegen en Denemarken, werd afgewe-

zen. In plaats daarvan werd de hoger onderwijsinstel-

lingen aan de grens opgedragen om minder agressief

te werven. Een later verzoek van de Belgen aan de

Nederlandse regering om te betalen voor Nederland-

se studenten werd overigens net zo goed afgewezen.

Inmiddels ziet de Nederlandse regering naar aanlei-

ding van een rapport van de Sociaal Economische

Raad en een berekening van het Centraal Planbureau

(CPB) het meest in ‘binding’, het aantrekkelijk maken

voor de student om ook na de studie in Nederland te

blijven. Nina: ‘Er gaan steeds meer stemmen op dat de

instroom van buitenlandse studenten zich terugbetaalt

en dat het alleen maar mooi is dat er steeds

meer studenten hun weg weten te vinden

naar een buitenlandse hoger onderwijsin-

stelling.’ Het CPB rekende uit dat wanneer

één op de vijf buitenlandse studenten na

zijn of haar studie in Nederland gaat wer-

ken, dit de staat jaarlijks 740 miljoen euro

oplevert tegen de 257 miljoen euro die

het nu kost. Daarbij halen buitenlandse

studenten gemiddeld betere cijfers dan

thuisstudeerders en kunnen zij zorgen

voor een opwaardering van onze ken-

niseconomie.

Nina concludeert dan ook: ‘De voorde-

len van internationalisering zijn niet in

geld uit te drukken. Dat heb ik zelf al

ervaren door in een klas te zitten met zoveel verschil-

lende culturen. Je leert verdraagzaam te zijn en dat is

een verrijking van het onderwijs én de arbeidsmarkt.’

Verder is voor Nina ook duidelijk geworden dat je wel

in zekere mate kan streven naar balans, maar je die

nooit helemaal kan bereiken. En of dat een probleem

is? ‘Misschien wel niet meer als de crisis voorbij is.’•

Page 22: Link44

22 LINK • 44

Moordcasus blijft onderbelicht

Als drie achtjarige jongens worden vermoord en achtergelaten in een bos, is het stadje West Memphis in rep en roer. Al snel worden de vingers gewezen naar drie tieners die de moord, volgens de politie, hebben toegewijd aan de Satan.

De vrolijke Stevie Branch wil dolgraag zijn nieuwe fiets laten zien aan zijn twee beste vriendjes en vraagt zijn moeder of hij er even met hen tussenuit mag. Zijn moeder, gespeeld door Reese Witherspoon, stemt in op voorwaarde dat hij op tijd terug is. De jongens worden die avond niet meer gezien en de vol-gende dag vindt de politie drie lijken in een meer vlakbij de stad.

Devil’s Knot vertelt het waar-gebeurde verhaal van de West Memphis Three: drie tienerjongens die in 1993 werden beschuldigd van de drie moorden op de kinderen. Damien Echols, Jason Baldwin en Jessie Misskelley werden na achttien jaar gevangenschap en een nieuw proces vrijgelaten in 2011. De echte dader van de moorden is nog steeds niet gevonden.

Tijdens de biografische crime-thriller word je meegesleurd in het proces dat leidde tot de veroordeling van de tienerjongens. Colin Firth neemt de rol van onderzoeker Ron Lax op zich, die er koste wat het kost voor wilt zorgen dat de jongens niet de doodstraf krijgen. Hoewel de cast een knap stukje acteertalent laat zien – Witherspoons’ southern accent is met de paplepel ingegoten – schiet de film alle kanten uit. Lijkt de rode lijn van de film op het begin nog helder (Ron Lax gaat op zoek naar de waarheid), hoe verder je in

het verhaal komt, hoe troebeler het wordt. Zo moet een tiental mogelijke daders voor de rechtbank verschij-nen, wat het proces alleen maar stroperig maakt zonder dat het iets oplevert.

Regisseur Atom Egoyan neemt een paar vraagtekens weg door aan het eind het een en ander tekstueel toe te lichten, maar juist dat had hij beter kunnen laten zien in de film. Devil’s Knot lijkt slechts een fragment van de West Memphis Three-casus te belichten, waarbij je je afvraagt waarom juist dit deel getoond wordt. • EG

JuweeltjesLEZERSACTIE

lllllDevil’s KnotGenre: Biografische

thriller

In zijn nieuwe

misdaadroman

richt Robert

Harris de

schijnwerpers

op de Dreyfus-

affaire. Deze

wereldberoemde

spionagezaak en doofpotaffaire

zorgde in de negentiende eeuw

voor de nodige opschudding

in Frankrijk. Harris vertelt in

‘De officier’ het verhaal van George Picquart, die per se de

waarheid wilde achterhalen. Link geeft drie exemplaren van

het boek weg.

Het is januari 1985 en de nederlaag van de Frans-Duitse oorlog

staat nog gegrift in het geheugen van de Franse burgers. Als

dan bekend wordt dat een spion geheime informatie doorspeelt

naar Duitsland, sleurt de politie de joods-Franse officier Alfred

Dreyfus voor een woedende menigte burgers en veroordeelt

hem tot levenslang. Officier George Picquart komt er echter

achter dat het anders zit dan iedereen aanneemt. Tijdens zijn

onderzoek komt hij terecht in een web van leugens en corruptie.

De Dreyfus-affaire zorgde ervoor dat Frankrijk aan het eind van

de negentiende eeuw op z’n kop stond en hoewel de uitkomst

van deze affaire bekend is, houdt Robert Harris je in zijn greep

tot aan de laatste bladzijde van het boek. Harris staat bekend

om zijn succesvolle misdaadromans die meestal gebaseerd zijn

op waargebeurde historische feiten en figuren.

Emile Zola schreef een bekende open brief aan de president van Frankrijk omtrent de Dreyfus-affaire. Wat was de titel van deze brief?

Wil jij een van de exemplaren van ‘De officier’ krijgen? Beant-

woord de vraag en mail je antwoord voor 3 juli naar [email protected].

Vergeet niet je voornaam, achternaam en opleiding/dienst te

vermelden in de mail.

Welcome to O’Casey’s Irish Pub

Noordeinde 140 The Haque Holland • www.ocaseys.nl

O’Casey’s is the biggest international bar of The Hague Come in and enjoy a pint of

tm and

some of our traditional Irish food. We offer daily entertainment on 2 floors and in Sarah’s Garden

wich used to be part of our Queen’s Royal Gardens

Come in and enjoy a pint of some of our traditional Irish food. We offer daily

Win3x boek De officier

van Robert Harris

Page 23: Link44

44 • LINK 23

Coldplay maakt koude plaat

Met zijn lekkere easy ritme was single ‘Magic’ een belofte voor de rest van Coldplays nieuwe album Ghost Stories. Na het bombastische album Mylo Xyloto wilde de Britse rockband weer minder toeters en bellen.

Helaas is hun nieuwe album vooral zweverig, heeft het veel gitaareffec-ten, weinig melodie en geeft het je een allesbehalve warm gevoel.

De niet zo diepgaande teksten zoals ‘I’ve lost you now’ en ’You’re always in my head’ verwijzen naar de scheiding die zanger Chris Martin doormaakte. Waar op eerdere albums de teksten raakten, blijft het gevoel dit keer op de oppervlakte.

De prijs van slechtste num-mer van het album gaat met volle overtuiging naar ‘A sky full of stars’,

onder leiding van dj Avicii. De Zweedse muziekproducent lijkt gedacht te hebben: ‘Met een simpel trancedeuntje er overheen, wordt het vast een stadion-hit.’ Jammer.

Omdat de melodieën en teksten niet heel erg om je aandacht vragen, is het een prima plaat voor op de achtergrond. • MvA

lllllColdplayGenre: Alternatieve Rock

‘Bewust eten en leven is voor mij niet meer dan normaal,’ zegt Denise Bindels, medewerker servicepunt bij het

Facilitair Bedrijf. Haar favoriete én bewuste hotspots

zet ze voor je op een rij. tekst Patty

Elbersen • beeld Mieke Barendse

ETEN > Burgerz (Prinsestraat 23, Den Haag & Oude Delft 113-115, Delft)Burgerz is een soort Burger King, maar dan met

eerlijke, biologische producten. Uniek is dat je zelf

je hamburger kunt samenstellen: van het soort

broodje tot de saus. En ook de verse friet met uit-

geperste knoflook is om te smullen. Alleen moet je

daarna geen date hebben.

KUNST > Yubi KirindongoDeze kunstenaar uit Curaçao maakt van oude au-

to-onderdelen blote dames en grappige gezichten.

Knap is dat er ondanks het grove materiaal veel

humor in zijn werk zit. Ook zit er een eigenwijze,

maar optimistische draai aan: hij heeft een duide-

lijke mening, maar laat met een lach ook andere

opvattingen in zijn waarde.

FESTIVAL > De Parade (Westbroekpark, Den Haag, 4 t/m 13 juli)Dit theaterfestival reist van stad naar stad. Zowel

bekende als minder bekende cabaretiers geven

hilarische shows voor een klein prijsje. Dankzij de

vele feesttenten, terrassen en restaurants kun je

ook erg lekker eten en drinken. Wat er erg humoris-

tisch is: de silent disco.

ETEN > Theesalon Lapsang (Oude Molstraat 11A, Den Haag)In deze theesalon kun je lekker en bewust eten en

allerlei soorten thee drinken. En het personeel is

ook nog eens erg vriendelijk. Vlak voor sluitings-

tijd wilde ik hier eens wat eten; de keuken kwam

zonder morren weer op gang en de bediening ser-

veerde met enthousiasme allerlei lekkere hapjes.

UITGAAN > La Bodeguita (Oude Molstraat 32D, Den Haag)Ik ben gek op salsadansen. Dat doe ik graag in La

Bodeguita, een sfeervolle locatie met een typische

Latijns-Amerikaanse uitstraling. Omdat je van al

dat dansen honger krijgt, is het extra leuk dat je er

heerlijk Zuid-Amerikaans kunt eten.

Do you love hiphop?

Deinst jouw hoofd de hele dag op de beats van Tupac of Kraantje Pappie? Of is jouw dag niet compleet zonder een headspin? Dan hoef jij je geen zorgen te maken over wat je 22 tot en met 29 juni kan doen. Tij-dens de I Love Hiphop-week staat het centrum van Den Haag helemaal in het teken van dit genre. Leer kunst maken met een spuitbus tijdens de graffitidemonstatie op Parkpop, schud je heupen bij een van de vele dance battles of bekijk de ingrijpende documentaire over de Cubaanse underground rapduo The Villagers. Natuurlijk kun je ook gewoon los gaan op de feesten deze week. Weekopener is het I Love HipHop-festi-val waarbij onder andere Krampfhaft, Boeboe, Doop en dj Summit in de line-up staan. Kaarten voor het festival zijn verkrijgbaar vanaf € 7,50. Hou de website van Link in de gaten voor een weggeefactie. Andere activiteiten zijn gratis of minder dan €15,00. www.ilovehiphop.nl • EG

TIPS VAN... ... Denise Bindels

Page 24: Link44

24 LINK • 44

Het anti-katergerecht uit Ierland

Tweedejaars Law-student Patrick Prendergast uit Ierland maakt zijn lievelingsgerecht van thuis: Irish fry. Het makkelijke gerecht heeft geen vastomlijnd recept: alles wat je nodig hebt zijn je favoriete ingrediënten, veel boter en een koekenpan. tekst Kerttu Henriksson • beeld Quintin van der Blonk

Wat eten we vandaag?Irish fry, een gerecht dat je zowel

als ontbijt, lunch als diner kan

eten, maar wat het best smaakt

op een zondagmorgen. Het is

zeer studentvriendelijk: je gooit

de ingrediënten die je hebt in

een koekenpan en bakt ze in

boter. Ik gebruik worstjes, Ierse

bacon, bloedworst en eieren. Je

kan groenten toevoegen zoals

champignons en uien of een

beetje creatief zijn door het restje

aardappelen van de vorige avond

er doorheen te bakken. De truc

is om het vet dat vrijkomt bij het

bakken van de bacon te gebrui-

ken voor het bakken van de

rest van je ingrediënten. Het is

wetenschappelijk bewezen dat

dit gerecht het beste medicijn is

tegen je kater vanwege het hoge

gehalte aan vet en zout in het

gerecht.

Eet je Irish fry meestal eens per week?Mijn oma maakte dit gerecht

vroeger elke dag van de week

voor mijn hele familie. Ik kwam

thuis uit school en iedereen

kwam bij elkaar om te praten

over hun drukke dag en at deze

maaltijd bij een kop thee. Uitein-

delijk wilde niemand het meer

elke dag eten omdat het nogal

ongezond is, maar ik vond het

alleen al heerlijk om de geur van

het gerecht dagelijks te ruiken.

Als ik gebakken boter of olie ruik,

denk ik meteen aan thuis.

Wat zorgt er nog meer voor dat je aan thuis denkt hier in Den Haag?De St. Patrick’s Day-viering in

Den Haag is echt geweldig.

Thuis vieren we deze dag door

naar een parade van marching

bands en lokale clubs in unifor-

men te kijken. Het publiek staat

aan de kant en klapt voor de

optocht. Toch was mijn allerleuk-

ste St. Patrick’s Day hier in Den

Haag afgelopen jaar. Er is hier

een hechte Ierse gemeenschap

en doordat je niet thuis bent op

zo’n moment, voel je je juist nog

meer Iers.•

Wil jij Link uitnodigen in jouw keuken en vertellen over je culinaire roots? Stuur dan een mailtje naar [email protected].

Melting pot

RECEPT OP LINK ONLINEBekijk het recept van Irish fry en een filmpje over hoe het te

bereiden op link.hhs.nl