kwantumtheorievanvertrouwen
-
Upload
martijn-aslander -
Category
Documents
-
view
554 -
download
0
Transcript of kwantumtheorievanvertrouwen
5/12/2018 kwantumtheorievanvertrouwen - slidepdf.com
http://slidepdf.com/reader/full/kwantumtheorievanvertrouwen 1/13
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
Karen Stephenson
Kwantumtheorie van vertrouwen
5/12/2018 kwantumtheorievanvertrouwen - slidepdf.com
http://slidepdf.com/reader/full/kwantumtheorievanvertrouwen 2/13
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
Bedrijven kunnen analyseren, bewerkstelligen, en hun
eigen menselijke netwerk op een hoger plan brengen,
zegt de pionierende sociale wetenschapper.
Art Kleiner ([email protected]) is columnist voor ‘Culture
and Change’ en levert regelmatig bijdragen aan ‘The
Creative Mind’ voor strategy +business. Hij geeft les
aan het ‘Interactive Telecommunications Programme’
van de Universiteit van New York. Zijn website is
www.well.com/user/art. Kleiner is de auteur van The
Age of Heretics (Doubleday, 1996); zijn volgende boek,
The Core Group is in 2003 bij Doubleday verschenen.
Denk eens terug aan een gesprek dat je maanden geleden
voerde met iemand die je goed genoeg kent om hem/ haar
te vertrouwen, maar die je sindsdien niet weer gesproken
hebt. De kans is groot dat je je alleen vagelijk de grote lijnen
van het gesprek zult herinneren. Bel die persoon eens op en
breng hetzelfde onderwerp ter sprake, en het is hoogst-
waarschijnlijk dat jullie het gesprek op zullen pakken waar je
opgehouden bent, waarbij je je de belangrijke details herin-
nert, en nieuwe terreinen zult gaan verkennen.
Karen Stephenson, als theoreticus op het gebied van
sociale netwerken, een buitenbeentje, maar niet zonder
invloed, zegt dat de associatie tussen vertrouwen en leren
een instrument is met een grote, hoewel meestal ongebrui-
kte, macht binnen organisaties. De handeling van opnieuw
contact maken en spreken met een vertrouwde collega lokt
over het algemeen een opwelling van gemeenschappelijk
herinneren uit, en opent op die manier de mogelijkheden
voor leren en uitvinden. Dit fenomeen, zegt professor
Stephenson, is slechts één voorbeeld van de directe cogni-
tieve verbinding tussen de hoeveelheid vertrouwen in een
organisatie en het vermogen van zijn werkgevers om geza-
menlijk onbewuste en impliciete kennis te ontwikkelen en te
gebruiken. Omdat op vertrouwen gebaseerde netwerken zo
veel cognitief vermogen vrijmaken, kunnen en hebben ze
meestal meer invloed over slagen of falen van organisaties
op dagelijkse en jaarlijkse basis dan de officiële hiërarchie.
‘Mensen hebben de beschikking over enorme hoeveel-
heden onbewuste en impliciete kennis, die niet te vatten is
in computer systemen of op papier’, zegt professor
Stephenson. ‘Vertrouwen is de voorziening waardoor deze
kennis ter beschikking komt.’
Er is al veel geschreven over de waarde van vertrouwen.
Sociale wetenschappers als Francis Fukuyama, Mark
Granovetter en Robert Putnam hebben gesteld dat
gemeenschappen met een hoge mate van vertrouwen een
enorme concurrentie voorsprong hebben op bureaucra-
tische gemeenschappen, waarin wantrouwen tegenover
andere personen een culturele norm is, omdat het de
kosten van transacties drukt. In organisaties met een hoge
mate van vertrouwen zijn transactie kosten echter ook lager.
Bijvoorbeeld, als mensen van twee verschillende afdelingen
of gebieden (bijvoorbeeld marketing en sales, of Azië en
Europa) elkaar genoeg vertrouwen om openlijk met elkaar
te spreken over hun ideeën over de markt, de kwaliteit van
de werkprocessen, en manieren om deze te verbeteren,
dan hebben ze veel meer mogelijkheden voor innovatie en
meedenken. De kosten van nieuwe projecten zullen daar-
door lager worden. Of een hoge mate van vertrouwen speelt
in een land of in een organisatie, de uitkomst is hetzelfde: er
wordt meer waarde gecreëerd wanneer dure en onprak-
tische supervisie gereduceerd kan worden.
pagina 2 van 13
Karen Stephenson’s
Kwantum theorie van
vertrouwen
http://www.martijnaslander.nl
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
5/12/2018 kwantumtheorievanvertrouwen - slidepdf.com
http://slidepdf.com/reader/full/kwantumtheorievanvertrouwen 3/13
Professor Stephenson’s concept, dat ze zelf de ‘Kwantum
theorie van vertrouwen’ noemt, legt niet alleen uit hoe je het
collectieve cognitieve vermogen van organisaties kunt
herkennen, maar ook hoe je het kunt cultiveren en vergro-
ten. Professor Stephenson (50) is het meest zichtbare lid
(met name in de zakenwereld) van een klein maar groeiend
academisch terrein, namelijk sociale netwerk analyse.
Oorspronkelijk afgeleid van de complexe wiskunde die
gebruikt werd om subatomische natuurkunde uit te leggen,
wordt het nu gebruikt om de onbenoembare krachten van
menselijke interactie binnen de muren van een organisatie
te begrijpen en te beheren - met name die krachten die niet
te vatten zijn binnen formele structuren, zoals loonschalen
en hiërarchische kaders van verantwoording, maar die
impliciet het lot van iedere organisatie beheersen.
‘Het organogram toont je de formele regels. Maar de hand-
touwen van de organisatie, de manier waarop de organisa-tie eigenlijk werkt, dat is het menselijke netwerk, ‘ zegt futur-
oloog Thornton May, een van professor Stephenson’s
vroegere collega’s aan de John E. Anderson Graduate
School of Management aan de Universiteit van California in
Los Angeles, waar professor Stephenson in de jaren ’90 les
gaf. ‘Karen, meer dan wie dan ook, weet dit zichtbaar te
maken.’
Karen Stephenson is een goed verzorgde vrouw, klein van
statuur, met grote ogen en kort, steil grijs haar. Ze geeft les
in een behoorlijk tempo, met scherpe, bijna ironische open-hartigheid. Ze heeft geen boek geschreven om haar werk te
(ze geeft er de voorkeur aan haar algoritmen te patenteren),
en je zult haar naam niet aan treffen op de lijst van manage-
ment goeroes. Haar academische reputatie is er een van
tegendraadsheid; ze verliet een vaste aanstelling aan UCLA
omdat ze het niet eens was met de richting die de school uit
ging.
Professor Stephenson richtte zich op de management theo-
rie nadat ze kunst had gestudeerd, en antropologie, en
scheikunde; ze spreekt over organisaties alsof het stillevens
zijn, onderzoekt organisaties alsof het stammen zijn, en
brengt hun beslissingen in kaart alsof het chemische reac-
ties zijn. Zij is tegelijkertijd een management academicus
(ze geeft les aan de Harvard School of Design en aan de
Imperial College’s School of Management aan de Universit-
eit van Londen), een computer software ondernemer (haar
Het netwerk van deskundige kennis.uder voor een set
software algoritmen voor het analyseren van menselijke
netwerken), en een consultant op het gebied van netwerken
in grote organisaties, met name als middel tot verandering.
Ze hielp J.P. Morgan & Company te fuseren met de Chase
Manhattan Corporation, ze hielp Steelcase Inc bij het
ontwerpen van een consultancy op het gebied van meubi-
lair, ze hielp IBM zichzelf renoveren, en ze hielp Hewlett
Packard bij het cultiveren van innovatie. Sinds 11 septem-
ber 2001 is zij een militaire onderzoekster. Onder auspiciën
van een nieuwe, door de regering ingestelde organisatie,
helpt zij het U.S. Defense Advanced Research Projects
Agency’s Information Awareness Office (gericht op contra-
terrorisme, maar een onderdeel van hetzelfde onderzoeks-
bureau dat het oorspronkelijke ontwerp van Internet
creëerde) om conclusies te trekken m.b.t. de zwakke
schakels in het netwerk van Al Qaeda.
Bij al deze werkzaamheden tonen haar onderzoeksdocu-menten aan wat slimme managers intuitief altijd al geweten
hebben: vorm en inhoud van gesprekken in een organisatie
is van even grote invloed op de prestaties als een magne-
tisch veld op een hoopje ijzerschaafsel. Organisaties, zegt
zij, kunnen een veel grotere invloed uitoefenen op hun
eigen concurrentievermogen en hun toekomst dan de
meeste onderzoekers ooit voor mogelijk hielden, door
simpelweg de juiste mensen op de juiste plaats te zetten, en
door het cultiveren van nieuwe mogelijkheden voor hen om
met elkaar te praten.
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
http://www.martijnaslander.nl pagina 3 van 13
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
5/12/2018 kwantumtheorievanvertrouwen - slidepdf.com
http://slidepdf.com/reader/full/kwantumtheorievanvertrouwen 4/13
Om het werk van professor Stephenson te kunnen begri-
jpen, moet je beginnen met het conventionele beeld van
een organisatie: de hiërarchie, zoals die te vinden is in ieder
organogram. Stel je nu voor dat je dit organogram bedekt
met een aantal transparante velletjes, waarop in diagram dediverse andere, menselijke netwerken die in de organisatie
invloed uitoefenen worden weergegeven. Eén nieuw vel
stelt bijvoorbeeld voor de dagelijkse contacten m.b.t. het
uitvoeren van opdrachten, wat professor Stephenson het
‘werk netwerk’ noemt. Een ander nieuw vel zou het sociale
netwerk kunnen laten zien – mensen die buiten het werk tijd
met elkaar doorbrengen. Ook zou er een vel kunnen zijn
met de mensen naar wie medewerkers gaan als ze advies
nodig hebben op het gebied van hun carrière (het carrière
advies netwerk).
Net als de transparante vellen in een medisch tekstboek
laten de diverse netwerk diagrammen binnen een organisa-
tie verschillende systemen van ‘bloedsomloop’ zien, maar in
plaats van het stromen van het bloed tonen ze de stromen
van informatie. De gegevens in deze diagrammen kunnen
op verschillende manieren verzameld worden (directe
observatie, nagaan van e-mail, verslagen van vergaderin-
gen lezen) maar in de praktijk vertrouwen netwerk onder-
zoekers voornamelijk op enquêtes. In de organisaties die zij
analyseert heeft Karen Stephenson ten minste een respons
nodig van 80% van de medewerkers, middels een vertrou-
welijke vragenlijst die onder andere vraagt naar de namen
van diegenen met wie mensen persoonlijk samenwerken,
diegenen naar wie ze gaan voor carrière advies, diegenen
naar wie ze gaan voor nieuwe ideeën of creatieve samen-
werking, en degenen met wie ze sociale contacten hebben.
De resultaten kunnen helpen bij het uitleggen van zelfs de
meest ingewikkelde successen en mislukkingen. Als voor-
beeld een geval dat professor Stephenson onderzocht: de
opvolging van een CEO in een Research & Development
onderdeel van een groot telecommunicatie bedrijf; de opvol-
ging verliep niet zonder problemen, en de winst van het
bedrijf had hieronder te lijden. Het verhaal, gebaseerd op
onderzoeken gedaan door professor Stephenson, is te zien
in bewijsstukken 1 t/m 3.
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
Anatomie van een netwerk
http://www.martijnaslander.nl pagina 4 van 13
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
5/12/2018 kwantumtheorievanvertrouwen - slidepdf.com
http://slidepdf.com/reader/full/kwantumtheorievanvertrouwen 5/13
Deze schema’s laten de relaties zien tussen de vier
sleutelfiguren: de CEO, bijna aan zijn pensioen toe, en drie
van de medewerkers die direct aan hem verantwoording af
moesten leggen: Joe, Diane en Stan. Deze drie, net als de
meeste senior executives, waren rijkelijk verbonden aan
anderen binnen het bedrijf, maar de kwaliteit van de verbin-tenissen waren onderling nogal verschillend. Diane bijvoor-
beeld was van groot belang m.b.t. het dagelijks werk binnen
het bedrijf. Bewijsstuk 1, het diagram van het werk netwerk,
laat dit zien: Van de 15 andere medewerkers in het diagram
werken er 7 op dagelijkse basis met Diane. Ze had
uitzonderlijk veel contacten, vanwege haar superieure
kennis van de sleutel technologieën van het bedrijf.
Professor Stephenson noemt Diane een ‘hub’, een middel-
punt in het werk netwerk: een individu die zo met anderen isverbonden dat zij een onmisbare rol in de informatievoorz-
iening speelt. ‘Hubs’ worden gekenmerkt, volgens professor
Stephenson, door een uitzonderlijk hoog niveau van
vertrouwen: mensen weten wat ze kunnen verwachten. Hun
telefoontjes worden beantwoord. Ze zijn bij alle sleutelver-
gaderingen aanwezig. Ze vertellen nieuws door aan
anderen. Diegenen die nauw met Diane samenwerkten
bijvoorbeeld, hoefden amper met elkaar te praten; zij was
hun belangrijkste communicatiekanaal.
Diane’s sociale netwerk (bewijsstuk 2) en haar carriere
advies netwerk (bewijsstuk 3) zijn echter minimaal. Het
komt er op neer dat Diane een workaholic is van wie ieder-
een afhankelijk is, maar met wie niemand zich nauw
verbonden voelt. Professor Stephenson zegt: ‘Aan het eind
van de dag had ze genoeg van haar collega’s, en wilde zealleen maar naar huis om bij te komen.’
Diane was ook en tijdbom. Ze wilde wanhopig graag bevor-
derd worden naar een hogere positie, vond ook dat ze dat
verdiende, en voelde zich bijna gedesillusioneerd genoeg
om het bedrijf te verlaten. ‘Denk er aan, kennis in dit bedrijf
werd gegenereerd op basis van wederzijds vertrouwen en
uitwisseling,’ zegt professor Stephenson. ‘Als Diane, God
verhoede het, door een vliegtuigongeluk om het leven zou
komen, zou een groot deel van de vaardigheden in het
bedrijf weg zijn.’Diane’s tegenpool was Joe, ook een medewerker die direct
verantwoording af moest leggen aan de CEO. In bewijsstuk
1 is er slechts een dunne relatie tussen Joe en Diane, een
minimum aan samenwerking waar ze absolute niet aan
konden ontkomen. ‘Deze beide stafmedewerkers konden
absoluut niet met elkaar overweg,’ zegt professor Stephen-
son.
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
Bewijsstuk 1: Werk netwerk
http://www.martijnaslander.nl
Legenda
Kader / Staf
Administratie
Managers
Professionals
pagina 5 van 13
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
5/12/2018 kwantumtheorievanvertrouwen - slidepdf.com
http://slidepdf.com/reader/full/kwantumtheorievanvertrouwen 6/13
Joe wist niet veel van de technologie en de zakelijke kant
van het bedrijf, en kreeg ook niet veel vertrouwen of respect
van anderen uit de organisatie. Maar hij had één groot voor-
deel: een sterke sociale band met de CEO, vertegenwoor-
digd door de dikke lijn in bewijsstuk 2. Joe en de CEO
speelden regelmatig golf, en na afloop spraken zij over detoekomst van het bedrijf, ‘op de 19e hole’, zoals professor
Stephenson het noemt. Voor deze CEO was het sociale
contact met Joe een substituut voor alle andere belangrijke
leercontacten. Dat had natuurlijk een nadelig effect op de
organisatie, en maakte het ook moeilijker voor de CEO om
een opvolger te kiezen. Omdat dit allemaal plaatsvond in
een turbulente en hoogst concurrerende zakelijke omgeving
met personeel dat het veel te druk had, was er niemand die
nadacht of sprak over het gebrek aan evenwicht in het
netwerk van de CEO.Toen ging de CEO met pensioen en gaf het roer over aan
Joe. Diane vertrok bij het bedrijf. Joe probeerde zijn relaties
met anderen te gebruiken om zijn gebrek aan kennis te
verdoezelen – en opzettelijk of niet, ze maakten het hem erg
moeilijk. Joe werd al snel ontslagen door het bestuur, na
drie maanden van wanprestaties die mogelijk het bedrijf
voorgoed geschaadt hebben. ‘Iemand als Joe, die zelf niet
over de kennis beschikt, noch over een netwerk van
vertrouwen, loopt een groot risico door anderen of door
falen ondermijnd te worden,’ zegt professor Stephenson.
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
Bewijsstuk 2: Sociaal netwerk
http://www.martijnaslander.nl
Legenda
Kader / Staf
Administratie
Managers
Professionals
pagina 6 van 13
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
5/12/2018 kwantumtheorievanvertrouwen - slidepdf.com
http://slidepdf.com/reader/full/kwantumtheorievanvertrouwen 7/13
Nu zowel Diane en Joe verdwenen waren, kwam er ruimte
voor een derde persoon, Stan, om de positie van de CEO
over te nemen. Stan’s werkrelatie met de CEO was redelijk
zwak, en hij was slechts middelmatig verbonden in het
sociale netwerk. Stan stond echter sterk in het carrière
advies netwerk; hij had regelmatig contact met drie anderemedewerkers om de organisatie te begrijpen en richting te
geven aan de toekomst, en om de gemeenschappelijke
koers uit te zetten. Dit was genoeg om andere medewerkers
in de hele organisatie het gevoel te geven dat ze Stan
konden vertrouwen, en dat was weer genoeg voor het
bestuur om zijn waarde in te zien, en hem CEO te maken.
Stan was altijd op de achtergrond gebleven, maar hij bleek
kundig en vaardig. In de volgende paar jaar kon het bedrijf
een deel van het resultaat en winst terugpakken, hoewel het
bedrijf nooit terugkeerde naar het niveau dat niet gehand-haafd kon worden na het vertrek van Diane.
De effectiviteit en macht van een individu heeft niet slechts
te maken met zijn of haar positie in de hiërarchie, maar ook
met de plaats ven de persoon in diverse netwerken.
Als je alle gegevens van professor Stephenson’s vragenli-
jsten in netwerk model software zou stoppen, zoals zij doet,
zou je uitkomen bij een serie diagrammen die oneindig veel
complexer zijn dan de bewijsstukken 1 t/m 3, met een groot
aantal mogelijke netwerken. Professor Stephenson neigt er
naar zich te richten op zes netwerken: de drie bovengeno-
aangevuld met het vernieuwers netwerk, het netwerk van
gevestigde deskundigen en het netwerk van proces
verbeteraars. (Zie ook de zes varianten van kennis
netwerken op blz. 9.)
Een karakteristieke analyse van een sociaal netwerkontdekt en volgt het aantal verbindingen tussen individuen
in ieder van deze netwerken, het aantal keren dat mensen
met elkaar communiceren, het relatieve belang van de com-
municatie, en het aantal mensen waar een boodschap
langs gaat. Als je naar deze diagrammen van informele
netwerken kijkt leer je zien ‘hoe het netwerk zelf een intelli-
gentie bevat, meer dan de som van haar delen, en ver voor-
bij de cognitie van elk van de individuen,’ volgens professor
Stephenson.
Je ziet ook hoe je je er effectiever in kunt mengen. Hoewel
het telecommunicatie bedrijf de crisis te boven kwam, zou
een netwerk analyse vooraf de verborgen problemen en
mogelijkheden aan het licht hebben kunnen brengen. Dit
zou duidelijk gemaakt hebben dat Diane te veel werk moest
verzetten, en het zou een slimme manager geholpen
hebben haar effectiever in te zetten – door het heroriënteren
van haar baan, door tijd vrij te maken om har kennis aan
anderen door te geven. Het zou Stan herkend hebben als
een rustige maar belangrijke potentiële leider, waardoor hij
eerder onderdeel van het management team had kunnen
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
Bewijsstuk 3: Carrière Advies netwerk
http://www.martijnaslander.nl
Legenda
Kader / Staf
Administratie
Managers
Professionals
pagina 7 van 13
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
5/12/2018 kwantumtheorievanvertrouwen - slidepdf.com
http://slidepdf.com/reader/full/kwantumtheorievanvertrouwen 8/13
worden. Het zou ook duidelijk gemaakt hebben dat Joe
leiderschapsontwikkeling nodig had. Het zou verder de
potentiële talenten lager op de ladder geïdentificeerd
hebben.
En, mogelijk wel het allerbelangrijkste, een analyse zou
iemand (een vertrouwd hoofd P&O o.i.d.) de mogelijkheid
gegeven hebben om eens bij de CEO binnen te lopen en te
zeggen: ‘Luister eens, er gebeurd hier nogal wat waar u
niets van af weet, en het beïnvloed uw vermogens en dat
van het hele bedrijf.’
Het is niet zo dat professor Stephenson voorstelt om hiërar-
chische structuren te vervangen door netwerken. Veel
eerder ziet zij organisaties als een dubbele helix systeem,
waarin hiërarchische structuren en netwerken elkaar
continu beïnvloeden, en idealiter gezamenlijk evolueren om
effectiever te werken.
Maar als een CEO een hiërarchie wil versterken, dan kan hij
of zij daar de netwerken voor gebruiken door nieuwe relat-
ies te creëren gebaseerd op drie soorten netwerk ‘knoop-
punten’ (‘nodes’) – categorieën van mensen wiens persoon-
lijkheid en relatie patronen telkens weer in de software
analyses naar voren komen. De eerste is de ‘hub’, het
middelpunt, de soort persoon die een verzamel- en med-
edeelpunt wordt voor belangrijke informatie. Hubs zie in je
netwerk diagrammen als een centrum van groepen, waar
soms wel dozijnen lijntjes uit voortvloeien. Diane, de gefrus-
treerde medewerker in de bovengenoemde case, was een
sleutel hub omdat ze had wat professor Stephenson
‘centraliteit’ noemt: ze scoorde hoog als een verbinder
tussen mensen; de kortste we naar informatie die nodig wasvoor eht dagelijks werk was via Diane.
Stan, die uiteindelijk CEO zou worden, was een ander soort
netwerk archetype, een ‘polsslag-opnemer’ (‘pulse-taker’).
Polsslag-opnemers, zegt professor Stephenson, bouwen
en onderhouden zeer zorgvuldig relaties die hen in staat
stellen om door te hebben hoe het met de gezondheid en de
koers van het bedrijf staat. Het is niet altijd makkelijk vast te
stellen wie de polsslag-opnemers zijn. ‘Zelfs na 30 jaar
onderzoek kan ik hen niet vinden door enkel in het diagramte kijken,’ zegt professor Stephenson. ‘Je kunt ze alleen
vinden door de rekensommetjes te doen’ – waarmee ze de
algoritmische analyse van de gegevens bedoelt. Het
verbindingspatroon van een polsslag-opnemer vertoont een
duidelijk mathematisch patroon, met relatief weinig verbind-
ingen die vaak worden gebruikt en divers zijn. Met enige
regelmaat wordt iemand door de collega’s herkend als
degene die als eerste veranderingen aan voelt komen, en
op subtiele maar krachtige wijze in weet te grijpen. Profes-
sor Stephenson vergelijkt hen met ‘prairiehonden, die hun
hoofd boven de schuttinkjes uitsteken om te zien wat er aan
de hand is.’ In tijden van crisis zijn het goede CEO’s,
volgens professor Stephenson.
Het derde soort sleutelfiguur is de ‘portier’ (‘gatekeeper’).
Portiers zijn informatieknelpunten, die de stroom naar een
bepaald punt in de organisatie beheersen, en daardoor
onmisbaar worden. In veel productiebedrijven zijn manag-
ers van sleuteldivisies nogal eens portiers, die de integriteit
van hun afdeling (en hun eigen positie) veilig stellen door
een strakke teugel te handhaven m.b.t. informatie die van
de afdeling naar het bedrijf stroomt en vice versa.
Hoewel middelpunten, polsslag-opnemers en portiers als
woorden bedacht zijn door professor Stephenson, is de
theorie niet nieuw. Het concept van de hub, het middelpunt,
is een bekend onderdeel van het sociaal netwerk onder-
zoek; portiers werden bedacht door professor Thomas J.
Allen jr. van het Massachusetts Institute of Technology.
Professor Stephenson heeft echter het onderzoek verder
gevoerd dan alleen een beschrijving, en is overgegaan op
voorschrijven, stelt manieren voor om in te grijpen, de
organisatie te verbeteren, letterlijk door mensen verschil-
lende rollen te geven, gebaseerd op hun vermogens als
netwerkers.
‘Als ik in een bedrijf het leren zou willen stimuleren, dan zou
ik een portier uit een innovatie netwerk halen en hem (of haar) met een polsslag-opnemer in een deskundigen
netwerk plaatsen. Dat is een algoritme voor het vergemak-
kelijken van de verspreiding van kennis.’
Het werk van professor Stephenson lijkt de laatste twee jaar
minder contra-intuïtief te zijn , met name omdat een organi-
satie als El Qaeda heeft aangetoond hoe krachtig informele
verbindingen kunnen zijn.
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
Dubbele helix management
http://www.martijnaslander.nl pagina 8 van 13
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
5/12/2018 kwantumtheorievanvertrouwen - slidepdf.com
http://slidepdf.com/reader/full/kwantumtheorievanvertrouwen 9/13
En dan is er het groeiende bewustzijn dat ideeën en trends,
net als epidemieën, op een niet-lineaire verspreid worden,
waarbij de manier van het menselijk contact de meest
belangrijke factor is. Malcolm Gladwell van de New Yorker
beschrijft dit concept in zijn bestseller The Tipping Pont:
How Little Things Can Make a Big Difference (Little, Brown
& Company, 2000). Hij werd later voorgesteld aan professor
Stephenson tijdens een diner samengesteld door een Saat-
chi & Saatchi meewerker – een ‘hub’ in de termen van
professor Stephenson, een ‘connector’ in de termen van
Gladwell – die hen beide kende. Gladwell herkende
Stephenson meteen, niet alleen als een gelijkgestemde ziel,
maar ook als iemand die onderzoek had toegepast op het
fenomeen dat hij had gepopulariseerd.
‘Mijn stelling is dat bepaalde mensen belangrijke netwerk
rollen vervullen,’ zegt Gladwell.
‘Karen kan daadwerkelijk een bedrijf binnen gaan en ze
aanwijzen. En toch is haar werk nogal subversief, op een
bepaalde manier. Het is moeilijk te accepteren dat er
mensen zijn die belangrijke rollen vervullen, maar niet in het
organogram vermeld worden. Ik heb nog nooit iemand
horen zeggen: “Deze persoon is van groot belang voor ons
netwerk, en verdient dus opslag.” Maar Karen geeft ons een
instrument om de bijdrage van dit soort mensen te meten.’
De theorie van het sociale netwerk komt voort uit studies
buiten bedrijven, bijvoorbeeld onderzoeken naar inheemse
gemeenschappen in Nieuw Guinea die nieuwe ideeën
aannamen, of de verspreiding van HIV door seksuele
contacten. Het veld is gebaseerd op het idee dat de model-leer technieken die bestudeerd worden door theoretische
wetenschappers m.b.t. de studie naar subatomische
onderdelen ook toegepast kan worden in het bouwen van
complexe computer simulaties van vergelijkbare complexit-
eit: de patronen van contacten en conversatie tussen
mensen.
De conclusies die netwerk onderzoekers getrokken hebben
werpen licht op de anders onverklaarbare mysteriën van
succes en falen van organisaties. Traditionele systeem
analyse methoden zoals econometrie ‘gaan er van uit datiedereen onafhankelijk van elkaar handelt,’ zegt professor
David Krackhardt van Carnegie Mellon Universiteit,
redacteur van het Journal of Social Structure, een van de
meest toonaangevende wetenschappelijke publicaties op
dit gebied. ‘Netwerk analyse,’ zegt hij, ‘doet het tegenoverg-
esteld. Het gaat er van uit dat iedereen van elkaar afhan-
kelijk is. Het geeft een patroon herkenning die duidelijkheid
schept in het complexe relatie patroon tussen mensen: hier
zitten de knelpunten, hier zitten de punten die onmisbaar
zijn in het systeem, dus als je dit punt verwijdert, valt het
hele netwerk uiteen.’
Maria Leo, een senior human resources executive bij Merrill
Lynch & Company tijdens de late jaren ’90, die professor
Stephenson vroeg een onderzoek te doen naar de functie
van human resources in het bedrijf, noemt sociale netwerk
analyse ‘een hoogwaardige MRI van de organisatie.’‘Van daar uit kun je diep naar binnen graven, en de
gegevens gebruiken om effect te hebben op mensen,’ zegt
ze. Bij Merrill Lynch ontdekte ze dat de meest effectieve
wervingsmanagers the hubs waren: zij bleven in nauw
contact met de meeste veldmedewerkers, en dit leidde
rechtstreeks ot een hogere ‘hit ratio,’ het aandeel interviews
dat leidde tot daadwerkelijk aannemen van mensen. Zij
voerde een-op-een advies sessies met andere human
resource managers, waarbij ze hen liet zien hoe ze meer als
‘hub’ konden opereren, en hoe dit ten goede kon komen aanhun afdelingen.
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
Het analyseren van onderlinge
afhankelijkheid
http://www.martijnaslander.nl pagina 9 van 13
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
5/12/2018 kwantumtheorievanvertrouwen - slidepdf.com
http://slidepdf.com/reader/full/kwantumtheorievanvertrouwen 10/13
In iedere cultuur, zegt Karen Stephenson, zijn tenminste zes
kernlagen van kennis, ieder met zijn eigen informele
netwerk van mensen die met elkaar praten. Iedereen
begeeft zich in alle netwerken, maar verschillende mensen
spelen verschillende rollen in ieder van de netwerken; een
hub in een netwerk kan in een ander netwerk een gate-
keeper zijn, De vragen hieronder zijn niet de exacte vragen
die in de onderzoeken gesteld worden. Deze variëren op
basis van de behoefte in de verschillende werkomgevingen,
en andere onderzoeksoverwegingen (‘Don’try this at home!’
zegt professor Stephenson), maar ze geven weer wat de
verschillende bouwstenen in de culturele make-up van een
organisatie zijn.
(Met wie wissel je informatie uit als onderdeel van je dage-
lijkse routine?) De dagelijkse contacten m.b.t. routinematige
handelingen vertegenwoordigen de gewoonlijke , wereldse
‘polsslag in ruste’ van een cultuur. ‘De functies en disfunc-
ties, de gunsten en tekortkomingen komen hier aan het
licht,’ zegt professor Stephenson.
(met wie neem je contact op zowel op het werk als buiten
het werk, om te weten wat er speelt?) Dit is in eerste instan-
tie belangrijk om aan te geven wat de mate van vertrouwen
binnen het bedrijf is. Gezonde organisaties zijn die waarvan
de getallen binnen een normatieve schaal vallen, met
genoeg sociale ‘spankracht’ om tegen stress en onzeker-
heid te kunnen, maar niet zo veel dat ze te veel vragen van
medewerkers op het gebied van privé tijd en geïnvesteerdsociaal kapitaal.
(met wie werk je samen of praat je als het gaat om nieuwe
ideeën?)
Er is een mate van onschuld en kinderlijke verwondering in
gesprekken binnen dit netwerk, omdat mensen openlijk
praten over hun indrukken, ideeën, en experimenten.
Bijvoorbeeld: ‘waarom gebruiken we vier aparte lopendebanden als drie ook genoeg is?’, of ‘hé, laten we het
proberen, we zien wel wat er gebeurd!’. Sleutelfiguren
binnen dit netwerk houden niet van tradities en kunnen
soms ruzie krijgen met de mensen die vasthouden aan
bedrijfsgeschiedenis en deskundigheid, die ze al snel als
ouderwets van de hand wijzen.
(Naar wie ga je toe voor deskundigheid of advies?)
Organisaties beschikken over kernnetwerken waarvan de
sleutelfiguren beschikken over de belangrijkste, gevestigde,
impliciete kennis van het bedrijf . Zoals het recept van Coca
Cola wordt dit soort informatie vaak geheim gehouden.
Sleutelfiguren in dit netwerk voelen zich vaak bedreigd door
vernieuwing; ze kunnen ruzie krijgen met vernieuwers en
zijn geneigd hen te bestempelen als ‘ongedisciplineerd’.
(naar wie ga je voor advies over de toekomst?)
Als mensen binnen een bedrijf op anderen vertrouwen voor
coaching of carrière advies, dan geeft dat op zich al aan dat
er veel vertrouwen is. Dit netwerk heeft vaak rechtstreeks
invloed op de strategie van een bedrijf; beslissingen over
carrières en strategie houden zich beide bezig met de
toekomst
(Met wie werk je samen om bestaande processen of meth-
odes te verbeteren?)
Sleutelfiguren in dit netwerk worden vaak overbruggingentussen hubs in het deskundigen netwerk en het vernieuwers
netwerk, waar zij een vertaalslag maken tussen de behoud-
ers en de vernieuwers. Omdat de meeste mensen bang zijn
voor echte veranderingen, heeft dit netwerk de neiging
slapend te zijn tot de verandering een nieuwe gevoel van
vertrouwen heeft gewekt. ‘Dit heeft “harde liefde” nodig,’
zegt professor Stephenson, ‘om mensen het vertrouwen te
geven jouw te vertellen wat zij weten van gevestigde
gewoontes, regels en gebruiken in jouw bedrijf.’
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
Schema: zes soorten
kennisnetwerken
1: het werk netwerk
2: het sociale netwerk
3: het vernieuwers netwerk
4: Het netwerk van deskundige kennis
6: Het lerende netwerk
5: Het carrière advies / strategisch netwerk
http://www.martijnaslander.nl pagina 10 van 13
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
5/12/2018 kwantumtheorievanvertrouwen - slidepdf.com
http://slidepdf.com/reader/full/kwantumtheorievanvertrouwen 11/13
Professor Stephenson werkt ook regelmatig met een zestal
architectuur en ontwerp studios, waaronder the pioneers-
firma op het gebied van kantoor meubilair, Steelcase.
Gedeeltelijk op basis van haar netwerk theorieën heeft
Steelcase een concept ontwikkeld dat ze gemeenschap
gebaseerde planning noemen. Als ze een kantoor ontwerp
voor een klant ontwikkelen, doen ze eerst een netwerk anal-
yse in de stijl van Stephenson m.b.t. de communicatiestro-
men, gecombineerd met een meer traditionele video anal-
yse van de ambiance in de huidige werkruimtes. De ontwer-
pers geven de resultaten door aan de werknemers die in de
nieuwe kantooromgeving gaan werken, en nodigen ieder-
een uit om de nieuwe inrichting samen vorm te geven. Een
van hun eerste tests met deze nieuwe benadering was een
ontwerp afdeling van NCR corporation in Dundee, Schot-
land; de medewerkers verzamelden zich rond enorme
diagrammen van ‘werk netwerken’ en ‘beslissing nemende
netwerken’ die op wandvullende schermen geprojecteerd
waren, en probeerden uit te vogelen wie waar zou moeten
zitten, en in de buurt van wie om informele contacten te
stimuleren.
‘Er zijn meerdere factoren die van invloed zijn op het leggen
van een vloer,’ zegt Jim Prendergast van perkins & Will, een
internationaal bedrijf voor het ontwerpen van kantoorinricht-
ingen, waar professor Stephenson regelmatig mee werkt.
‘Zo heb je te maken met de geometrie van het gebouw, de
functies in de hiërarchie, het ritme van het opengaan van
deuren, en de circulatie-as. Maar in essentie zijn dat
allemaal abstracties. Karen’s werk herinnert ons aan de
sleutel relaties tussen mensen die te ver uitgerekt of zelfs
vernietigd kunnen worden als het ontwerp alleen op deze
abstracties gebaseerd is.’
De ontwerp initiatieven, en een behoorlijk aantal zakelijke
artikelen, hebben professor Stephenson bekender gemaakt
dan andere onderzoekers van sociale netwerken, maar ze
is verre van een hub in management nog academische
kringen. Ze gaat vrijwel nooit naar conferenties, en doet
vrijwel nooit mee aan het lezingen circuit. Hoewel ze aan
drie verschillende instellingen lesgeeft (Harvard, de Univer-
siteit van Londen en het Stevens Institute of Technology in
Hoboken) is haar hoofdkantoor een suite van drie kamers ineen gebouw met meerdere creatieve studio’s boven de
Strand boekwinkel in Greenwich Village, New York.
Professor Stephenson’s interesse in sociale netwerken
begon tijdens de eerste jaren van haar studie in kunst en
scheikunde aan Austin College in Texas, waar zijn ontdekte
dat zij een voorliefde had voor het herkennen van patronen.
In de lessen kunstgeschiedenis kon zij niet alleen het werk
van een kunstenaar herkennen, maar ook de datering, door
het herkennen van de kenmerken van de penseel streken.
Ze begon haar eigen schilderijen te verkopen aan galeries
in New York, maar raakte gedesillusioneerd door de kunst
en vertrok naar de Universiteit van Utah om kwantum schei-
kunde te studeren.
Maar in plaats van submoleculaire deeltjes raakte ze geïn-
teresseerd in mensen. Toen ze de eliding had over een
laboratorium met 200 medewerkers, zag ze dat de radioac-
tieve degradaties in macromoleculaire scheikunde niet veel
afweken van de patronen die verantwoordelijk waren voor
gebrekkige communicatie, en patronen van concurrentie die
zij in het laboratorium tegenkwam. ‘Rekenen heeft met
meer te maken dan alleen met het ontwerpen van formules
voor het beschrijven van ruimte,’ zegt ze. ‘Er is ook het
rekenen van de menselijke uitwisseling.’ Dit leidde haar tot
belangstelling voor de archeologische neerslag van oude
handelspatronen, de oudste gegevens over de wortels van
de menselijke uitwisseling. En dat leidde op zijn beurt naar
een ander wetenschappelijk veld, dat van de antropologie;
ze begon archeologisch veldonderzoek te doen in het
Midden Oosten. Ze schreef een artikel over het gebruik van
algoritmes om handelsnetwerken te analyseren; dit werd
gelezen door Carl Lamberg-Karlovsky, de directeur van het
Peabody Museum, die haar introduceerde bij het instituut
voor antropologie op Harvard, die haar aannamen voor een
promotieonderzoek. Terwijl ze parttime in laboratoria
werkte, en later in technologie bedrijven, om haar studie te
betalen, begon ze hedendaagse organisaties te zien als het
moderne equivalent van de antieke handelsnetwerken.
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
Moleculaire studies
http://www.martijnaslander.nl pagina 11 van 13
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
5/12/2018 kwantumtheorievanvertrouwen - slidepdf.com
http://slidepdf.com/reader/full/kwantumtheorievanvertrouwen 12/13
In haar proefschrift over het technologisch bedrijf Bolt,
Beranek and Newman (BBN) ontwierp professor Stephen-
son (samen met Marvin Zelen, Statisch wetenschapper aan
Harvard) een formule om het belang van individuen als
kennis overdragers in kaart te brengen. Informatieweten-
schappers bij BBN, dat gesticht was door MIT professoren
als een akoestisch ontwerp bedrijf, hadden onder andere de
packet-swithiing technologie uitgevonden, de technologie
achter het internet, en hadden de @ gekozen als symbool in
e-mail adressen. Het is interessant te weten dat Harvard
onderzoekers van de afdeling bedrijfskunde al 25 jaar lang,
tevergeefs, toestemming hadden gevraagd om bij dit hoogst
vernieuwende bedrijf onderzoek te mogen doen. Mevrouw
Stephenson was echter de eerste onderzoeker uit de antro-
pologische hoek. Het bleek dat een van de medeoprichters
van BBN, Richard Bolt, op dat moment nog actief binnen het
bedrijf, goed bevriend was geweest met Margaret Mead.
Toen hij mevrouw Stephenson interviewde voor haar onder-
zoek zei hij: ‘Nou, als iemand ons kan begrijpen, dan moet
het een antropoloog zijn.’
Ze begon de formule uit haar proefschrift te gebruiken om te
berekenen hoe netwerken in de loop der tijd veranderen,
eerst vanuit Harvard, later als medewerker van UCLA, en
tegenwoordig vanuit haar kantoor in New York.
Ondanks professor Stephenson’s waarnemingen over de
waarde van vertrouwen blijft er een spionageachtige kwalit-
eit hangen over haar manier van doen, met name als ze
nadenkt over het wel of niet aannemen van een opdracht.
Ze lijkt heen en weer te slingeren tussen enthousiasme en
wantrouwen; het is alsof haar eigen theorieën haar gevoelig
hebben gemaakt voor de keerzijde van vertrouwen:
verraad. Maar als ze zich committeert, graaft ze diep in hethart van een organisatie, en voert ze gedurende een jaar of
twee haar onderzoeken uit. Omdat ze zoveel mensen moet
interviewen en zo veel enquêtes af moet nemen om tot een
analyse te komen, zegt ze de grootste databank op het
gebied netwerk onderzoeksgegevens in de wereld te
hebben.
Vaak komt professor Stephenson een bedrijf binnen via de
human resources afdeling om iets op te lossen wat gezien
wordt als een personeelsprobleem. Ze kwam bij Merrill
Lynch om te helpen onderzoeken waarom sommige humanresources managers effectiever waren dan anderen. Maar
uiteindelijk komt ze terecht bij strategische kwesties, omdat
het vermogen van een organisatie om nieuwe strategieën te
adopteren primair afhankelijk is van de manier waarop
kennis door de netwerken wordt verspreid. Als de CEO een
hub is, dan maakt dat verschil; als een gatekeeper een
bepaald strategisch product of gebied domineert, dan
maakt dat een ander verschil. En als in de relatie tussen de
topmanagers en anderen iedere vorm van vertrouwen
ontbreekt, of als de belangrijkste bronnen van informatie in
de informele netwerken niet formeel erkend of beloond
worden, dan kan een organisatie verlamd raken.
‘Eigenlijk en ik altijd al impliciet bezig geweest met het
bestuderen van vertrouwen,’ zet Stephenson. ‘Maar pas in
de afgelopen jaren heb ik me dit ten volle gerealiseerd.’
Professor Stephenson’s kwantum theorie van vertrouwen
heeft een groot potentieel als diagnostische methode voor
de onkwantificeerbare aspecten van een bedrijf. Stel je voor
dat je op ieder moment de gezondheid van de netwerken
binnen een organisatie kunt onderzoeken. Een bedrijf kan
bijvoorbeeld een gezond werk netwerk hebben (met veel
open informatiestromen over processen, en weinig worka-
holisme), een middelmatig sociaal netwerk (met weinig echt
contact, maar ook weinig druk) en een kwalitatief laag
netwerk voor wat professor Stephenson noemt ‘de continue
verbetering’ – het vermogen snel processen te vernieuwen.
Iedere organisatie kan in een van deze terreinen slecht
functioneren, en toch vruchtbaar zijn op andere gebieden.
Professor Stephenson stelt dat de meeste organisaties niet
statisch zijn. De gezondheid van hun netwerken verandert
continu. De weg van een netwerk profiel naar een ander
binnen een bedrijf kan niet alleen voorspeld worden, het kan
ook beïnvloed worden. Er zijn archetypische patronen die
zich herhalen, telkens weer, en, afhankelijk van het dan
heersende patroon, het mogelijk maken voor een bedrijf om
te bloeien waar anderen falen. Een startend bedrijf in tech-nologie kan bijvoorbeeld beginnen met een laag werk / hoog
sociaal / middelmatig verbeteringsprofiel, omdat mensen
elkaar eerst moeten leren kennen. Daarna, als bedrijfskapi-
taal en deadlines een rol beginnen te spelen, verschuift het
profiel naar hoog sociaal / hoog werk / middelmatig
verbeterend. En dan is er mogelijk sprake van verraad door
een van de senior executives. Op dat moment hangt het lot
van de netwerken binnen het bedrijf aan een dun lijntje.
Gaat het verbeteringsprofiel omhoog? Daalt het sociale
profiel dermate dat mensen overwegen het bedrijf te verla-ten? Of kan de kracht van de netwerken, gesterkt door het
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
Vertrouwen en transacties
http://www.martijnaslander.nl pagina 12 van 13
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
5/12/2018 kwantumtheorievanvertrouwen - slidepdf.com
http://slidepdf.com/reader/full/kwantumtheorievanvertrouwen 13/13
vertrouwen dat mensen in elkaar hebben, de crisis overwin-
nen?
Onderdeel van het huidige onderzoek van professor
Stephenson is gewijd aan het opsporen van bewegingspa-
tronen, van een netwerk profiel naar een ander, patronen
die in organisaties zich blijven herhalen. ‘Het is net Rubik’s
cube’ zegt ze, ‘je draait in drie dimensies, waarbij de organi-
saties door de verschillende vierkantjes draait als een
helixachtige beweging door de tijd.’ Ook benoemt ze de
factoren die het meeste verschil maken bij het bewegen van
netwerken in meer gezonde richtingen – factoren waarbij
vertrouwen altijd een cruciale rol speelt. Een gemakkelijke
manier om het vertrouwensniveau te verhogen, overal en
altijd, is bijvoorbeeld het versnellen van reacties op commu-
nicatie. Als mensen snel reageren op onze telefoontjes of
mailtjes, dan geeft ons dat een teken dat we op hen kunnen
vertrouwen omdat onze verbinding, hoe afstandelijk ook,
belangrijk genoeg is om hun aandacht te claimen. ‘Mensen
houden altijd een intern scorebord bij: wie heeft wat van wie
tegoed,’ zegt Steve Haeckel, directeur strategische studies
aan IBM’s Advanced Business Institute, die tien jaar lang
samenwerkte met professor Stephenson bij onderzoek dat
gerelateerd was aan vertrouwen. ‘Reactietijd is een aanwi-
jzing van de mate van betrouwbaarheid van de ander.’
Je kunt het vertrouwen in netwerken ook verminderen door
sleutelfiguren weg te halen. Deze benadering van het
veranderen van netwerken is van bijzonder belang in het
huidige werk van professor Stephenson met het onder-
zoeksbureau van het Defense Department. Ze werkt met
het bureau aan de identificatie van sleutel nodes in Al
Qaeda en andere terroristische netwerken; het ondermijnen
van vertrouwen in deze netwerken kan een effectieve vorm
van verdediging zijn, net zo effectief wellicht als het aanval-
len van hun verblijfplaatsen.
Het kan verontrustend zijn om te denken aan netwerken alsiets wat je kunt ondermijnen of manipuleren; ze bestaan
immers bij gratie van menselijke vriendschappen en
gedrag. Maar politici en leiders (net als roman- en toneel-
schrijvers) weten al lang, misschien alleen maar intuïtief,
dat een enkel woord van verraad o vertrouwen, of de verp-
laatsing van een sleutelfiguur van de ene plaats naar de
andere, de uitkomst sterk kan bepalen. Professor
Stephenson’s theorieën, als ze correct blijken te zijn, zullen
simpelweg een wetenschappelijke onderbouwing bieden
voor dit bewustzijn – en een veel krachtiger en betrouwbaar vermogen voor diegenen die er gebruik van wensen te
En daar zit voor de meesten van ons nou net het probleem.
Willen we wel leven in een wereld waar mensen, ook
mensen met de beste bedoelingen, dit soort macht hebben
om netwerk overhoop te halen, opnieuw vorm te geven? Of
leven we misschien al in zo’n wereld, en is het aan ons om
het soort vertrouwen te creëren dat het uiteindelijk mogelijk
zal maken om hier te blijven.
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en
http://www.martijnaslander.nl
Text: Art Kleiner
Vertaling: Grace Westendorp
Verbindingen: Annedien Hoen
Illustraties: Danja Schaap
Network charts: Charles Blow
Coverfoto: David Yellen
Layout: Patrick van Aalst
pagina 13 van 13
K ar e n S t e p h e n s o n’ s
K w
an t um t h e or i ev anv er t r o uw en