KlasseApart, najaar 2011
description
Transcript of KlasseApart, najaar 2011
SPECIAL IEDER KIND IS SPECIAAL
Goed toegeruste leerkracht kan verschil maken
Daag het kind uit op een manier die bij hem past
Stap voor stap werken aan hanteren emoties
OKTOBER 2011JAARGANG 9
NUMMER 3
INFORMATIEBLAD RELATIES CED-GROEP
N I E U W S N I E U W S N I E U W S
2 3
De belangrijkste rol bij Passend onderwijs is weggelegd voor wie het onderwijs geeft: de
leerkrachten. De komende jaren zullen zij, meer dan nu, te maken hebben met veel leerlin-
gen die verschillende onderwijsbehoeften hebben. ‘Dergelijke klassen vragen het uiterste
van leerkrachten en hun vermogen om te gaan met verschillen tussen kinderen. Een goed
toegeruste leerkracht kan in zo’n geval het verschil maken’, aldus Marijke Erades op pa-
gina 3 in het openingsinterview van de special ’Ieder kind is speciaal’.
We vonden ze: leerkrachten die het verschil maken. Zoals Marjolein Hoobroeckx van de
Openluchtschool in Rotterdam, die een programma in werking zette om leerlingen zelf-
standiger te maken, zodat ze zich beter kunnen handhaven in het voortgezet onderwijs.
(pagina 8 en 9)
Lees ook hoe de ’moeilijk lerende’ Adil, met een zicht van 20% en een grote leergierigheid
op inventieve en uitdagende wijze door het team van Koninklijke Visio opgetild wordt naar
niveau kader/theoretische leerweg. Het staat op pagina 10 en 11.
Eef van der Most van Het Spectrum krijgt vaak te horen dat hij goed kan uitleggen. Maar
er zijn meer punten waarop hij voor leerlingen verschil maakt. Zeker voor leerlingen die
opvallen door hun talenten. ‘Een hoogbegaafd kind moet je leren te leren.’ Lees verder op
pagina 12 en 13.
R e D a c t i o n e e l
i n h o u D
c o l o F o n
Alles is te lerenPostbus 8639
3009 AP Rotterdam
010 4071599
www.cedgroep.nl
bezoekadres:
Dwerggras 30
3068 PC Rotterdam
Ieder kind is speciaal
klasseApart is een drie
keer per jaar verschijnend
informatieblad van de
CED-Groep over (nieuwe)
diensten, producten en
aspecten van educatieve
dienstverlening in de
praktijk; bestemd voor
scholen, onderwijsinstel-
lingen en overige relaties.
ISSN 1571-660
jaargang 9
nummer 3
oktober 2011
redactieWillem Bijl
Lot Hannik
Cees Hereijgens
Toni van Oortmerssen
Carolien Rebel
Elly van der Zel
redactie-adresCED-Groep
Postbus 8639
3009 AP Rotterdam
websitewww.cedgroep.nl
foto voorpaginaJan van der Meijde
vormgevingPressure Line, Rotterdam
drukGoos, Ouderkerk a/d IJssel
oplage 12000
KlasseApart gratis ontvangen?Mail uw adresgegevens naar:
SPECIAL IEDER KIND IS SPECIAAL
6 Marijke Erades en Els Rietveld ‘Een goed toegeruste leerkracht
kan het verschil maken’8 Openluchtschool ‘Ze maken een powerpoint over
hun ziekte’10 Koninklijke Visio ‘Daag het kind uit op een manier
die bij hem past’12 Het Spectrum Recht doen aan hoogbegaafde
kinderen14 Het Rotsblok Zelfredzaam met Sociaal op Stap16 De Piloot Stap voor stap werken aan hanteren emoties
3 NIEUWS
4 Krachtenbundeling CED-Groep en Eduniek
18 MAGiTO
18 SPOT
19 CED-dictee
20 De vreedzame school
21 Filosoferen met kinderen
22 Antoniusschool implementeert Nieuwsbegrip
23 AGENDA
24 De werkdag van Maryse Bolhuis
Gratis lessen zml
Nieuwsrekenen
TeleCoaching
Geeft u les aan zeer moeilijk lerenden (4-20
jaar) en bent u op zoek naar lesmateriaal voor
rekenen-wiskunde? Kijk dan eens op www.
rekenboog.nl en download gratis lessen die
makkelijk zijn aan te passen aan de school,
de groep en de leerlingen. In de lessen is veel
aandacht voor het vergroten van de redzaam-
heid en minder voor de formele kale reken-
sommen.
Goed nieuws voor scholen die werken met
Nieuwsbegrip: rekenvariant ’Nieuwsrekenen’!
U ontvangt wekelijks toepassingsopgaven op
zes verschillende niveaus, corresponderend
met het onderwerp van Nieuwsbegrip. De
actuele onderwerpen leveren levensechte
rekencontexten waarmee u ongeveer een half
uur rekenonderwijs kunt geven, als aanvul-
ling op de rekenmethode. Nieuwsrekenen is
beschikbaar als een aanvullend abonnement
op Nieuwsbegrip.
Kijk op www.nieuwsrekenen.nl voor meer
informatie.
Directe feedback op uw optreden voor de
klas? Dat kan met TeleCoaching, zeer onder-
steunend voor beginners en voor degenen
die zich een bepaalde didactische werkvorm
eigen willen maken. Buiten het lokaal volgt
de TeleCoach op zijn laptop de live-registratie
van de les. In zijn ’oortje’ krijgt de leraar feed-
back van hem in de vorm van korte instructies
en suggesties. Bekijk het filmpje op YouTube
of ga naar
www.cedgroep.nl/basisonderwijs/management
In groep nul van de basisschool krijgen peuters vijf dagdelen per week extra stimulansen
op het gebied van taal, rekenen, motorische ontwikkeling en sociaal-emotionele ontwikke-
ling. Daarmee moet hun schoolloopbaan een betere start krijgen. Heeft u ook plannen voor
een groep nul? CED-adviseurs kunnen helpen bij de opstart. Zij adviseren bijvoorbeeld over
subsidiemogelijkheden en ondersteunen de organisatie van een groep nul – op het niveau
van gemeente, school, kinderdagverblijf of peuterspeelzaal. Zij trainen schoolleiders, leer-
krachten en pedagogisch medewerkers en zetten intervisietrajecten op. Neem voor meer
informatie contact op met Anja de Rooij, unitmanager, [email protected].
Starten met groep nul
Met Kaliber Kompas brengt u snel in kaart
welke competenties u nodig heeft voor een be-
paalde taak. Nieuw is ’Kaliber Kompas QR’: een
boekje met op elke pagina een QR-code. Lees
deze code met uw telefoon en u wordt direct
doorgelinkt naar een website over het onder-
werp van die pagina. Zo komt u er razendsnel
achter hoe u een leraar van kaliber wordt en
blijft. Of, hoe u zelf een Kaliber Kompas maakt
dat precies bij u en uw school past. QR biedt ook
de ’interactieve Kaliber inspiratie’, wekelijks
nieuwe lessuggesties voor basisvaardigheden,
sociale competentie & burgerschap en ouder-
betrokkenheid. Deelnemers kunnen reageren
met aanvullingen en ideeën. Lees meer op
www.cedgroep.nl of www.mijnkaliber.nl.
KlasseApart oktober 2011 nummer 3 KlasseApart oktober 2011 nummer 3
Kaliber Kompas QR
N I E U W S N I E U W S N I E U W SN I E U W S N I E U W S N I E U W S
4 5
NIEUW IN WEBWINKEL
NIEUWSBEGRIP-KIT
ALLES IS DATA Opbrengstgericht in 4D:data, duiden, doelen, doen!
KLANT PROFITEERT VAN KRACHTENBUNDELING CED-GROEP EN EDUNIEK
‘Oude en nieuwe klanten nog beter binden en boeien’tekst Ronald Buitelaar
Met de fusie op 1 augustus van de CED-Groep en Eduniek is Nederland
een onderwijsadviesorganisatie rijker, die de grootste is en de beste wil
worden. KlasseApart sprak met de bestuurders van beide organisaties over
de aanleiding voor en de uitwerking van de fusie.
Ja, de concurrentie op de onderwijsadvies-
markt is toegenomen en nee, die is niet zo
bedreigend dat Eduniek en CED-Groep de
’veiligheid’ van een fusie hebben opgezocht.
Bestuurders Theo Magito van de CED-Groep
en Bas de Koning van Eduniek zijn stellig:
‘Dit is een fusie uit vrijheid, niet uit armoede.
Het gaat hierbij om het oprecht samenvallen
van ambities. Wij willen een toonaangevende,
op inhoud interessante organisatie wor-
den.’ Ronduit trots zijn ze dat de fusie niet
gepaard gaat met gedwongen ontslagen: ‘Het
laat zien dat er geen saneringsdoelstelling
achter deze fusie zit, maar de wens om onze
gezamenlijke ambities landelijk ten uitvoer te
brengen.’
Praktijk van alledagVolgens Theo Magito is er bij scholen en
andere organisaties – zeker in tijden van crisis
en bezuinigingen – sterke behoefte aan een
educatieve dienstverlener die niet alleen goede
producten en diensten levert, maar ook in staat
is te (blijven) innoveren: ‘Ons onderdeel Onder-
zoek & Ontwikkeling staat vanouds garant voor
een niet aflatende stroom ontwikkelde inno-
vaties, waarbij wetenschappelijke inzichten in
samenspraak met het onderwijsveld vertaald
worden naar de praktijk van alledag.’
KrachtenbundelingHij verwoordt impliciet waarom de CED-Groep
zo’n aantrekkelijke partner voor het, iets
kleinere, Eduniek is. Bas de Koning: ‘Ik weet
dat tevreden klanten alleen omzien naar een
andere dienstverlener als die levert waarvoor
ze bij jou minder goed terecht kunnen. En
het moet gezegd, Onderzoek & Ontwikkeling
maakt de CED-Groep uniek.’ Eduniek heeft
ook programma’s ontwikkeld, zoals De Vreed-
zame School, die naadloos aansluiten bij het
aanbod en de ambitie van de CED-Groep.
Door de krachtenbundeling is het nieuwe
bedrijf nog beter in staat huidige en nieuwe
klanten te binden en boeien.
Elkaars taal sprekenToch beseffen beiden dat zakelijke overeen-
komsten niet garant hoeven te staan voor een
succesvol samengaan. Theo Magito: ‘Min-
stens zo belangrijk is of we ook na de fusie
nog door één deur kunnen. Dat Bas en ik
goed met elkaar kunnen opschieten is prettig,
maar belangrijker is dat de mensen op de
werkvloer elkaars taal spreken.’
Bas de Koning: ‘Als ik afga op wat ik de
laatste maanden zie en hoor, denk ik dat die
klik er zeker is. Mensen beleven echt lol aan
de samenwerking en maken over en weer
afspraken om van gedachten te wisselen
over bepaalde ontwikkelingen.’ Theo: ’Men
herkent elkaar op professioneel niveau en
trekt in veel gevallen al samen op. Zo zijn er
al verschillende conferenties gezamenlijk
ter hand genomen, trekken we één lijn in het
benaderen van de onderwijsmarkt en vindt er
veel en regelmatig (kennis)uitwisseling plaats
op het niveau van middenmanagement.
Innovatie en continuïteitMisschien wel het belangrijkste dat beide or-
ganisaties delen, wordt door Theo omschre-
ven als het ’gezamenlijke DNA’: ‘Onze idealen
hebben nooit bij geld en winstmaximalisatie
gelegen en zullen daar ook in de toekomst
Theo Magito: ‘Wij gaan voor kinderen en voor goed onderwijs. ’
Bas de Koning: ‘Mensen beleven echt lol aan de samenwerking en maken over en weer afspraken om van gedachten te wisselen over bepaalde ontwikkelingen. ’
De nieuwe ’Nieuwsbegrip-kit voor in de klas’
maakt werken met Nieuwsbegrip nog leuker!
Naast een A2-poster met het stappenplan lezen,
opbergmappen voor werk van leerlingen en een
bewaarmultomap bevat de kit ook een poster
om iedere week het Nieuwsbegrip-onderwerp
op te schrijven en zes stoere key-cords om wer-
ken met rollen te visualiseren. Een handige set
voor iedere Nieuwsbegripschool.
Deze uitgave helpt u bij het werken met data in
de klas: het verzamelen en analyseren van toets-
resultaten en observaties. Uw lessen worden
effectiever en de leeropbrengsten gaan omhoog
– qua leren én qua sociale vorming. Aan de hand
van voorbeelden en oefeningen doet u veel ken-
nis en vaardigheden op – ook ten bate van een
datateam waarin u met uw collega’s streeft naar
hogere leeropbrengsten voor alle leerlingen van
de school. ’Alles is Data’ sluit aan op de eerdere
uitgaven ’Resultaten Tellen’ (de praktijk van het
opbrengstgericht werken) en ’Focus op Feiten’
(grondbeginselen voor datagestuurd opbrengst-
gericht passend onderwijs volgens het Onder-
wijscontinuüm CED-Groep®).
Deze producten kunt u bestellen via www.cedgroep.nl/webwinkel
niet liggen. Wij gaan voor kinderen en voor
goed onderwijs.’ Bas: ‘Het geld dat we ver-
dienen gaat naar twee zaken – innovatie van
onze producten en diensten en continuïteit van
het bedrijf. Dat is waar onze maatschappelijke
aandeelhouders ons op af mogen rekenen.’
ToekomstWat de toekomst betreft, is het de bedoeling
dat beide organisaties op ’organische’ wijze
met elkaar vervlochten raken. Zo wordt de
naam CED-Groep gehandhaafd, maar zal
Eduniek op een voor haar klanten herkenbare
wijze werkzaam blijven. Het einddoel? Beide
bestuurders zijn er helder over: ‘Wij willen
een vaste, betrouwbare, interessante en in-
novatief spannende partner zijn voor iedereen
die gebruik wil maken van onze bestaande en
nieuw te ontwikkelen expertise.’
‘De contacten tussen beide locaties zullen steeds meer op gaan leveren’
Van regionaal naar nationaalDe CED-Groep komt voort uit de fusie
van een aantal onderwijsadviesdien-
sten uit de Rotterdamse regio. Hoewel
ontstaan en gevestigd in Rotterdam
heeft de CED-Groep zich in de loop
der jaren ontwikkeld tot een landelijk
opererende educatieve dienstverlener
en gekend gesprekspartner van, onder
meer, onderwijsraden en ministerie
van Onderwijs. Eduniek is het resul-
taat van een fusie tussen vijf, in de
provincie Utrecht, actieve onderwijsbe-
geleidingsdiensten. Ook Eduniek heeft
de afgelopen jaren een ontwikkeling
doorgemaakt van regionaal naar
nationaal. De nieuwe organisatie telt
ongeveer vijfhonderd medewerkers.
KlasseApart oktober 2011 nummer 3 KlasseApart oktober 2011 nummer 3
SPECIAL IEDER KIND IS SPECIAAL
6 7
tekst Ronald Buitelaar
Marijke Erades en Els Rietveld van de CED-Groep zijn respectievelijk
directeur Landelijke markt en unitmanager Leerlingarrangementen.
Beiden hebben een lange staat van dienst waar het leerlingenzorg
betreft en zijn daarom de aangewezen personen om aan te vragen hoe
het onderwijs met minder geld dezelfde of liever nog, betere onder-
wijszorg kan leveren.
Meer weten?
www.taakspel.nl
www.wijzeronderwijs.nl
OMGAAN MET VERSCHILLEN TUSSEN KINDEREN
‘Een goed toegeruste leerkracht kan het verschil maken’
Laten we ons een denkbeeldige klas voor-stellen die bestaat uit vijf zwakke lezers, waarvan er waarschijnlijk twee dyslectisch zijn, een adhd’er, een leerling met pdd-nos*, een muzikaal begaafd kind, vier anders-taligen, acht kinderen uit lage sociaal-economische milieus, vier die liever de hele dag buiten spelen, een die waanzinnig goed kan tekenen, twee onderpresteerders, twee kinderen met ouders die net aan het schei-den zijn, één met een ouder met psychische problemen en drie met ernstige rekenpro-blemen.
Marijke: ‘Laat ik voorop stellen dat een
dergelijke klas minder denkbeeldig is dan
misschien gedacht wordt. In het huidige
onderwijs komen veel van dit soort klassen
voor. De vraag hoe wij zoveel leerlingen met
verschillende onderwijsbehoeften optimaal
kunnen bedienen is dus een zeer realistische.
Voor de beantwoording ervan zou ik willen
verwijzen naar het standpunt van minister
Van Bijsterveldt, die zegt meer geld te willen
besteden aan de toerusting van leraren. Het
geld moet naar de klas. Een opvatting die
hout snijdt. Dergelijke klassen vragen het
uiterste van leerkrachten en hun vermogen
om te gaan met verschillen tussen kinderen.
Een goed toegeruste leerkracht kan in zo’n
geval het verschil maken.’
Waarbij het speciaal onderwijs het nakijken heeft?
Els: ‘Nee, dat is niet waar. Wel is het zo dat er
bij het speciaal (basis)onderwijs een verdere
verdichting zal ontstaan, maar dat is een
proces dat al ten tijde van Weer Samen Naar
School ingezet is. Die verdichting in het so en
Els Rietveld: ‘Belangrijk dat leerkrachten ge-coacht worden op het hebben van een posit ieve grondhouding. ’foto Jan van der Meijde
Marijke Erades: ‘Er zal nog meer aandacht moeten komen voor her- en bijscholing. ’foto Jan van der Meijde
Leeskliniek’De Leeskliniek naar school’ van de CED-
Groep is een goed voorbeeld van een zeer
intensief arrangement waarbij kinderen
met (ernstige) leesproblemen zo lang
mogelijk op school ondersteund worden,
maar in geval van ernstige enkelvoudige
dyslexie zo snel mogelijk (vaak al binnen
drie weken) met een behandeling bij de
Leeskliniek kunnen starten.
Lees de negendelige serie over ’bijzon-
dere kinderen’ in de Praxisbulletins van
2010/2011, geschreven door CED-mede-
werkers. Een aanrader!
KlasseApart oktober 2011 nummer 3 KlasseApart oktober 2011 nummer 3
de toename van ’moeilijker’ leerlingen in het
reguliere onderwijs zullen in de, nieuw in te
richten, samenwerkingsverbanden tot afspra-
ken moeten leiden over de inzet van mensen
en middelen.’
Maar met die herschikking van mensen en middelen zijn we er toch nog niet?
Marijke: ‘Dat klopt. Er zal nog meer aan-
dacht moeten komen voor her- en bijscho-
ling. De ervaring heeft geleerd dat alleen
een cursus hier en een bijeenkomst daar
niet helpt. Echte professionalisering van
leerkrachten is pas effectief als het zo dicht
mogelijk bij de praktijk plaatsvindt. Dat kan
door ondersteuning en begeleiding in de
groep, door ’meer handen voor de klas’ en
door modeling, het ter plekke voordoen en
navolgen. Maar ook met bewezen effectieve
methodieken en hanteerbare modellen voor
klassenmanagement. De CED-Groep ontwik-
kelt voortdurend van dergelijke ’evidence
based’ producten en diensten, die een
bijdrage aan dat professionaliseringsproces
kunnen leveren. Een voorbeeld is het door
ons ontwikkelde Taakspel – een effectieve
aanpak om de sfeer in de klas en de werk-
houding van kinderen te verbeteren. Met de
verschillende Wijzer Onderwijs-mappen heb-
ben leerkrachten goede praktische hulpmid-
delen in huis voor klassen zoals hierboven
beschreven.’
Els: ‘Daarnaast is het belangrijk dat leer-
krachten gecoacht worden op bijvoorbeeld
het hebben van een positieve grondhouding
en het op orde hebben van hun klassenor-
ganisatie. Een klas moet hanteerbaar zijn
om opbrengstgericht te kunnen werken. De
uitgangspunten van ons Onderwijscontinuüm
CED-Groep® helpen daarbij. Bij deze ziens-
wijze gaan we niet uit van dertig verschil-
lende handelingsplannen, maar van een
basisarrangement, een talentarrangement
en een intensief en zeer intensief arran-
gement. De indeling van kinderen gebeurt
datagestuurd, waardoor basisvoorwaarden
ontstaan voor effectief onderwijs. Als het
daaraan schort roep je de problemen als het
ware over jezelf af.’
Vragen we niet teveel van leerkrachten?
Marijke: ‘Veel hangt af van de wijze waarop
schooldirecties en schoolbesturen hiermee
omgaan. Zijn directies bereid dichtbij de on-
dersteuningsbehoeften van leerkrachten en in
open communicatie met het team aan de slag
te gaan? En benutten (grotere) besturen de
mogelijkheden tot specialisatie en het schep-
pen van voorwaarden die direct aansluiten bij
het werken in de klas? Als die vragen positief
beantwoord worden, hoeft het voor leerkrach-
ten niet zwaarder te worden.’
En ouders, hebben zij hier nog een rol in?
Els: ‘Ouderbetrokkenheid is van wezenlijk
belang. Als er sprake is van een gelijkwaar-
dige relatie kunnen ouders en school over en
weer leren wat voor het kind werkt. Goede
communicatie tussen school en ouders is
essentieel en zal deel moeten uitmaken van
het instrumentarium van een professionele
leerkracht. Marijke: ‘Het huisbezoek zoals dat
vroeger door leerkrachten werd afgelegd was
zo gek nog niet. Misschien dat we dat weer
gewoon in ere moeten herstellen? En als het
even kan niet alleen in het basisonderwijs,
maar ook in het voortgezet onderwijs.’
* Pdd-nos is de afkorting van Pervasive Deve-
lopmental Disorder, Not Otherwise Specified.
In het Nederlands spreken we over een aan
autisme verwante stoornis.
SPECIAL IEDER KIND IS SPECIAAL
8 9
tekst Marijke Nijboer
De meeste kinderen vinden de overstap van de basisschool naar
het voortgezet onderwijs spannend. Ze stappen een andere we-
reld in die nieuwe vaardigheden van hen vraagt. Voor kinderen
in het speciaal onderwijs is die overgang nog veel groter. Het
nieuwe lespakket Next Level helpt hen om zich stap voor stap
voor te bereiden op deze nieuwe fase.
Weerbaar naar de nieuwe school
Meer weten?
Marieke Tjallema
010 4071 495
Kinderen noteren hun eigen sterke punten en zetten die in om verder te komen. foto Jan van der Meijde
OPENLUCHTSCHOOL BLIJ MET PROGRAMMA ZELFSTANDIGHEID
’Ze maken een Powerpoint over hun ziekte’
De Openluchtschool Rotterdam verzorgt
speciaal onderwijs voor langdurig chronisch
zieke kinderen. De school dankt haar naam
aan de tijd dat er uitsluitend werd lesgegeven
aan kinderen met tbc, die veel buitenlucht
nodig hadden. De huidige leerlingen hebben
allerlei chronische ziekten. Dat kan bijvoor-
beeld een longaandoening zijn, diabetes,
epilepsie, een nier- of hartafwijking of een
stofwisselingsziekte.
Zo’n aandoening gaat vaak gepaard met
ontwikkelings- en leerproblemen. Dankzij
de kleine klassen en speciale aanpak van de
Openluchtschool kan worden tegemoetgeko-
men aan de behoeften van individuele leer-
lingen. De school creëert bewust een veilig
klimaat, waarin ook de meest kwetsbare leer-
lingen kunnen gedijen. Ook thuis worden deze
kinderen extra beschermd. Ouders sturen
een kind met diabetes, dat onverwacht last
kan krijgen van te lage bloedsuikers, niet snel
voor een boodschap naar het winkelcentrum.
Maar al die zorg heeft wel een keerzijde:
vergeleken met gezonde leeftijdgenoten
zijn deze kinderen minder zelfstandig. ‘Wij
kwamen erachter dat veel van onze leerlingen
die naar het voortgezet onderwijs gingen, nog
nooit alleen met het openbaar vervoer hadden
gereisd,’ vertelt intern begeleider Marjolein
Hoobroeckx. ‘Ze komen meestal met de taxi
naar school en fietsen doorgaans ook niet.’
Nieuwe groepOf haar leerlingen nu vertrekken naar het
voortgezet speciaal onderwijs of het reguliere
vo; ze moeten zich leren handhaven in een
nieuwe omgeving en nieuwe groep, en liefst
ook leren om zich zelfstandig op straat te
bewegen en zonder hulp met het openbaar
vervoer te reizen.
De Openluchtschool werkte al met de
methode Leefstijl die de sociaal-emotionele
vaardigheden versterkt, maar daarin kwam
zelfstandigheid minder aan bod. De school
benaderde de CED-Groep, die besloot om bij
wijze van pilot een programma te ontwikke-
len dat de zelfstandigheid bevordert. De klas
die deze zomer vertrok naar het vo, was de
eerste die ermee werkte.
Marieke Tjallema ontwikkelde in overleg met
het team een serie lessen, en kwam deze zelf
op de school geven. Dat gebeurde in de uren
die zijn ingeroosterd voor Leefstijl. De klas
bespreekt wat je moet kunnen voordat je naar
de nieuwe school gaat. Elk kind verdeelt deze
vaardigheden over vier verschillende vakken:
dit kan ik al, dit kan ik nog niet maar wil ik
leren, dit hoef ik nog niet te kunnen, en: dit
mag ik nog niet. Iedereen maakt een stappen-
plan voor wat hij wil en moet leren, en oefent
vanuit huis. Een doel kan zijn: alleen naar
de stad gaan met de tram. De eerste keer
reist er iemand met hem mee,
of wordt hij na een paar haltes
opgewacht.
Kinderen noteren hun eigen
sterke punten en zetten die in
om verder te komen. Een paar
weken later vullen ze de vakken weer in. Mar-
jolein: ‘Als het goed is, zie je dan verbetering.’
OudersDe school betrekt ouders zoveel mogelijk
bij dit programma. Dat is wel eens lastig.
Mensen wonen vaak ver van school, en niet
alle allochtone ouders spreken Nederlands.
De Openluchtschool heeft echter geleerd
van het afgelopen jaar. Zij wil met de nieuwe
groep schoolverlaters eerder in het jaar
aan de lessen beginnen, zodat deze beter
kunnen worden gespreid over het jaar. De
ouders krijgen op de eerste
ouderavond van het jaar al
voorlichting over de zelf-
standigheidsbevordering.
‘Wij dringen er bij hen op
aan om hier ook thuis aan
te gaan werken.’
Marjolein: ‘Het kan voor ouders angstig zijn
om hun kind los te laten, maar ook deze
kinderen zijn pubers. Op een gegeven mo-
ment gaat die bescherming knellen. Som-
mige ouders zijn zich er niet van bewust hoe
beschermend ze hun kind hebben opgevoed
ten opzichte van leeftijdgenoten. Anderen
beseffen wel dat ze moeten loslaten, maar
weten niet hoe dat moet.’ Het programma
biedt ouders op dat punt houvast.
Elke leerling moet in z’n laatste jaar een
Powerpoint presentatie geven over z’n eigen
ziekte. Diezelfde presentatie kan hij later
geven aan z’n nieuwe klas. ‘Het is belangrijk
dat kinderen ervoor uit durven komen dat ze
een ziekte hebben. Als je aan de klas uitlegt
waarom je met een pompje rondloopt, is de
kans veel groter dat je wordt geaccepteerd.’
KlasseApart oktober 2011 nummer 3 KlasseApart oktober 2011 nummer 3
SPECIAL IEDER KIND IS SPECIAAL
10 11
tekst Marijke Nijboer
Koninklijke Visio, dat speciaal onderwijs verzorgt voor leerlingen met een visuele beperking, houdt vanzelf-
sprekend rekening met de verschillen tussen leerlingen. Maar soms lukt het leerkrachten om nog een stap
extra te zetten. Zoals bij Adil, die dankzij z’n leergierigheid verder kwam dan aanvankelijk werd verwacht.
ADIL BEREIKTE MEER DAN OOIT WERD VERWACHT
‘Daag het kind uit op een manier die bij hem past’
Op het eerste gezicht zit het Adil* (13) behoor-
lijk tegen. Hij kreeg als kleuter de indicatie
zeer moeilijk lerend en heeft maar voor 20%
zicht. Hij heeft aangeboren staar en last van
nystagmus (afwijkende oogbewegingen).
Daardoor gaan zijn ogen snel heen en weer,
wat het lezen en de concentratie bemoeilijkt.
Nederlands is Adils tweede taal; thuis spre-
ken ze alleen een thuistaal uit Afghanistan.
Ondanks al die drempels heeft hij de afge-
lopen jaren goede vooruitgang geboekt. Wat
hielp, was dat de leerkrachten en intern
begeleiders oog hadden voor zijn sterke
punten en interesses. ‘Toen hij in groep 3 bij
ons kwam, viel zijn leergierigheid ons meteen
op,’ vertelt intern begeleider Gyntha Goertz.
‘Hij vond auto’s geweldig. Daar haakten we bij
het leren op in. We leerden hem bijvoorbeeld
begrippen als naast, achter en onder met
behulp van autootjes in een speelgoedgarage.
Op een gegeven moment kreeg hij ook inte-
resse in letters, en konden
we daarmee verder.’
Door Adil te observeren
ontdekte het team dat hij
heel visueel georiënteerd
is. Gyntha: ‘Dat is bijzonder
voor iemand die slecht ziet.
Onze meeste leerlingen zijn meer auditief ge-
richt. Ondanks zijn beperking geven wij hem
dus ook veel visuele uitleg.’
Geen diepte zienAdil was al snel door de leeswerkjes van de
zml-kleutergroep heen en mocht meedoen
aan de leeslessen in groep 3. Het jaar daarop
startte hij met rekenen. Dat ligt hem min-
der. Gyntha: ‘Adil en veel andere leerlingen
zien geen diepte, waardoor het moeilijk is
om illustraties bij sommen te begrijpen.
Slechtziendheid leidt ook vaak tot motori-
sche problemen. Dat heeft nadelige gevolgen
voor onder andere het ruimtelijk inzicht.’ Hij
kreeg extra rekenuitleg en materialen, zoals
een reken-kralensnoer, om meer inzicht te
krijgen in de getallenlijn.
Adil is dol op computers. Al in groep 3 raakte
hij vertrouwd met ’Klankie, het sprekende
toetsenbord’. Met behulp van typelessen
raakte hij snel bedreven in het computeren.
Hij verwerkt inmiddels al z’n lessen op de
computer. Dat is extra handig aangezien hij
z’n eigen handschrift nauwelijks kan zien.
Gyntha: ‘Het leuke van Adil is dat hij zo geïn-
teresseerd is. Hij wil de logica achter dingen
snappen en daar kan je mooi op inspelen. Hij
ontdekte bijvoorbeeld een regel voor de spel-
ling van voltooide deelwoorden en riep: moet
dat altijd zo?’
GroeicurveGyntha besprak met Adil regelmatig zijn leer-
proces. ‘Hij zag zelf aan zijn groeicurve dat
lezen nog niet goed ging, en vond dat hij daar
harder aan moest werken. ‘Door zijn doorzet-
tingsvermogen, zegt Gyntha, is Adil verder
gekomen dan de school aanvankelijk ver-
wachtte. ‘We hebben hem na de kleuterpe-
riode in het reguliere so geplaatst, in plaats
van op de afdeling voor zeer moeilijk leren-
den, waar het plafond ongeveer het eindni-
veau van groep 4 is. Maar we
evalueerden wel jaarlijks of
hij daar op de goede plek zat.’
Afgelopen augustus is Adil
onder hetzelfde dak begon-
nen aan het voortgezet spe-
ciaal onderwijs. ‘Op basis van
zijn leeftijd had dat vorig jaar al gekund, en
dan was het basisberoeps geworden. Maar
Adil wilde zelf nog graag een jaar werken
aan zijn basisvaardigheden; hij vond dat hij
meer uitleg en tijd nodig had. Zijn ouders en
wij waren het daarmee eens. Hij zit nu op het
niveau kader/theoretische leerweg en we
denken dat hij het gaat redden.’
Terugkijkend concludeert ze dat tests
belangrijk zijn, maar dat je je daar zeker
niet op moet blindstaren. ‘Het was jammer
geweest als het stempel ”moeilijk lerend”
bepalend was geworden voor Adils school-
carrière. Je moet kinderen goed blijven
observeren en uitdagen op een manier die bij
hen past. Dan raken ze echt geïnteresseerd.’
*Adil heet in werkelijkheid anders.
Rekenkist voor brailleleerlingenSlechtziende kinderen hebben extra
tijd nodig om inzicht te krijgen in
de getallenlijn. Een werkgroep van
Koninklijke Visio bekeek samen met
rekendeskundige Jan de Wit van de
CED-Groep welke vaardigheden extra
moesten worden getraind. Zo ontstond
er een opbouw in de getallenlijn. Deze
is opgenomen in een rekenkist voor
brailleleerlingen, die zal worden uitge-
geven door Visio.
Dol op computers
KlasseApart oktober 2011 nummer 3 KlasseApart oktober 2011 nummer 3
Meer weten?
Adil kijkt naar zi jn eigen prestatiecurve. foto Jan van der Meijde
SPECIAL IEDER KIND IS SPECIAAL
12 13
tekst Renate Mamber
Eef van der Most krijgt vaak te horen dat hij goed kan uitleggen. Maar er
zijn meer punten waarop hij voor leerlingen verschil maakt. Zeker voor
leerlingen die opvallen door hun talenten. ‘Een hoogbegaafd kind moet je
leren te leren.’
Meer weten?
Karin Snoodijk
06 22052444
Recht doen aan hoogbegaafde kinderen
‘Als een dirigent moet je je klas kunnen managen’
Eef van der Most: ‘Je moet ze leren om stapsgewijs naar het antwoord te gaan. ’ foto Jan van der Meijde
Eef zit al ruim dertig jaar in het basison-
derwijs, als groepsleerkracht en als intern
begeleider. Ook schreef hij mee aan een
lees- en spellingsmethode en heeft hij een
eigen bedrijf dat kinderen en jongeren met
een PGB-indicatie ondersteunt. Hij is een dui-
zendpoot. Gemakkelijk schakelt hij van een
visie op ’hoe om te gaan met hoogbegaafden’
naar een visie op ’hoe onderwijzers opgeleid
zouden moeten worden’.
Bijzonder hoogBij brede school Het Spectrum zette Eef zich
de afgelopen jaren in om recht te doen aan de
talenten van kinderen. Hij was in 2008 bij de
conferentie Bijzonder Hoog. Met de bagage
die hij daar opdeed en de inhoud van de bijbe-
horende map gaf hij mede vorm aan passend
onderwijs voor hoogbegaafde kinderen.
‘Het is belangrijk dat deze kinderen al heel
vroeg worden herkend’, zegt hij, ‘bij de kleu-
ters al. Maar het is ook belangrijk dat je een
goede overdracht hebt tussen de leerkrach-
ten. Dat je de kinderen goed in het vizier hebt
en weet wat hun mogelijkheden zijn. Dat je
genoeg materialen voor ze hebt en dat er in
de klas ruimte is om te versnellen. Maar ook
dat de kinderen het sociaal-emotioneel naar
hun zin hebben.’
KlassenmanagementHij kent het werken met hoogbegaafde
kinderen van dichtbij. Zo was hij mentor van
twee jongens met een hoog IQ en met pdd-
nos. Eef: ‘Hoogbegaafden gaan snel naar de
oplossing en kijken in mindere mate naar
het proces. Daardoor slaan ze soms cruciale
informatie over. Je moet ze leren om staps-
gewijs naar het antwoord te gaan. Je moet ze
leren te leren.’
Als intern begeleider coacht hij leerkrachten.
Hij noemt klassenmanagement cruciaal als
het gaat om het geven van passend onderwijs
aan elk kind. Zo vertelt hij van een beginnen-
de leerkracht die voor een moeilijke opgave
werd gesteld. Hij kreeg een klas met veel kin-
deren met een speciale onderwijsbehoefte. ‘In
de eerste videobeelden zie je een chaotische
klassensituatie waarin de leerkracht alleen
maar probeert klassikaal les te geven. In de
laatste beelden zie je een totaal veranderde
leerkracht.’
De klas ’lezen’Eef schetst hoe de leerkracht in de laatste
beelden de snelle leerlingen als eerste aan
het werk zet. Hoe hij de rest van de klas in
groepjes verdeelt en hoe hij zelf bij één van
de groepjes op een strategische plek gaat
zitten waardoor hij de hele klas kan overzien.
‘Als een dirigent moet je zo je klas kunnen
managen’, zegt Eef.
Volgens Eef spelen de vaardigheden van de
leerkracht een doorslaggevende rol. Als kind
merkte hij al dat het uitmaakt hoe je iets
uitlegt. ‘Als mijn leerkracht iets uitlegde,
snapte ik het niet, terwijl als mijn oom het
uitlegde, ik het wel snapte.’ Hij vindt dan ook
dat leerkrachten niet stil mogen blijven zitten.
‘Elk half jaar verdubbelt de kennis in de we-
reld, daarom moet je je als leerkracht blijven
ontwikkelen om recht te kunnen doen aan de
kwaliteiten van elk kind. Een leerkracht moet
een klas kunnen ’lezen’ op klassenniveau en
tegelijkertijd ook elk kind individueel kunnen
inschatten. Elke keer moet je je afvragen: Wat
kan ik verder uit deze groep halen?’
GelukkigerWat is het effect van beter passend onder-
wijs aan hoogbegaafde kinderen? Worden ze
er nog slimmer van? Eef weet dat niet met
zekerheid te stellen. ‘Ik zie wel dat kinderen
het leuk vinden. Het effect is dat de kinderen
gelukkiger zijn en je meer recht doet aan hun
cognitieve mogelijkheden. Eigenlijk vind ik dat
je niet alleen recht moet doen aan hun cogni-
tieve, maar ook aan hun creatieve, emotionele
en fysieke mogelijkheden.’
Een hoogbegaafde jongen met pdd-nos die
Eef destijds op de basisschool begeleidde, zit
nu in 3 gym. ‘Hij komt nog wel eens langs op
school.’
Bijzonder HoogDe map Bijzonder Hoog geeft infor-
matie, tips en voorbeelden uit de
praktijk over onderwijs aan kinderen
die meer kunnen. De aanleiding voor
de map was de CED-conferentie in
2008 over hoogbegaafdheid.
KlasseApart oktober 2011 nummer 3 KlasseApart oktober 2011 nummer 3
SPECIAL IEDER KIND IS SPECIAAL
Meer weten?
Esther van Efferen
010 4071508
tekst Ineke Westbroek
Groeten en jezelf voorstellen als je ergens binnenkomt, iemand troosten, de weg vragen: voor
velen automatische handelingen, maar voor autistische jongeren een hele toer. Met onwennige
en onverwachte sociale situaties weten zij zich vaak geen raad. Ze raken in paniek. Voor hen is er
nu Sociaal op Stap, een sociaal stappenplan voor elke situatie.
14 15
ZELFREDZAAM MET SOCIAAL OP STAP
Geen taxibus, maar scooter
Ze hadden het vooral leuk in het archeolo-
gische park in het Duitse Xanten, de bo-
venbouwleerlingen van vso Het Rotsoord
in Utrecht. Geen stress of paniek tijdens de
excursie. Op hun smartphone konden ze op-
zoeken welke bezienswaardigheden ze gingen
bezichtigen, hoeveel tijd ze voor zichzelf had-
den en hoe laat ze bij de bus moesten zijn.
Van tevoren hadden de leerlingen de trip
voorbereid door klassikaal alle stappen die
hen in verwarring zouden kunnen brengen
door te nemen: op tijd vertrekken, de plaats in
de bus, wachten op elkaar, bij elkaar blijven,
wat te doen als je elkaar toch kwijtraakt of als
je verdwaalt. De stappen noteerden ze in hun
individuele stappenplan dat ze zelf op de web-
site hadden aangemaakt. Met de app zetten
ze het in hun onafscheidelijke smartphone.
‘Die voorbereiding steunt leerlingen tijdens
de uitvoering van de activiteit’, constateert
Ben Ridderhof, decaan en intern begeleider
aan Het Rotsoord, ‘zo’n gestructureerd stap-
penplan geeft houvast zodat leerlingen zich
redden in lastige en onverwachte situaties.
Voorheen maakten we bij excursies papieren
draaiboeken maar die papieren raken zoek.’
YouTubeBevordering van zelfredzaamheid was voor
Het Rotsoord een voorname reden om in
maart van dit jaar mee te doen aan de pilot
Sociaal op Stap. Vrijwilligers van KPN leerden
leerlingen om te gaan met de app op de gratis
geleverde smartphone. Docenten maken
gebruik van het gratis bijgeleverde lespakket,
waarbij het werken met de website en de app
een blijvend onderdeel binnen het lespro-
gramma vormen. De website, ontwikkeld
voor autistische jongeren, bestaat uit sociale
verhalen en stappenplannen die duidelijkheid
creëren in sociale situaties op school, stage,
werk en in de vrije tijd. Ze kunnen worden
aangepast voor eigen gebruik op een eigen
deel van de website.
Het lespakket bestaat uit vijftig lessen voor
onderbouw en bovenbouw, rondom thema’s
als ’de gang van zaken op school’, ’emoties’
en ’omgaan met ongeschreven regels’.
Tot verbazing van Ben Ridderhof riep het
lesprogramma – verzorgd door de mentor en
de docent Leefstijl – in het begin weerstand
op bij leerlingen. ‘Waarom moet dat nou,
dat kan ik toch al?’, kreeg hij te horen. ‘Het
blijven pubers’, zegt hij berustend, ‘met die
smartphone waren ze blij, maar voor de rest...
Gelukkig werden ze uiteindelijk aangestoken
door de leuke lessen met het hippe instruc-
tiefilmpje op YouTube.’
Toen de school een wedstrijd voor het beste
stappenplan uitschreef, was uiteindelijk
iedereen om. Winnaar was de Praktijkroute-
afdeling met het stappenplan voor excursies,
dat met het uitstapje naar Duitsland werd
beproefd. En met succes, benadrukt Ben:
‘Je zag dat ze zich zeker voelden.’
Waardevolle aanvullingMarjon Stolwerk en Jenny Coufreur, respec-
tievelijk afdelingsdirecteur en onderwijsma-
nager van de vso-afdeling van De Piloot in
Rotterdam, hopen dat Sociaal op Stap ook
voor hun leerlingen op die manier uitpakt.
‘We zitten nog in een startfase’, verklaart
Marjan, ‘maar we merken dat veel kinderen
het meteen interessant vinden, vooral met
die telefoon en die digitale hulpmiddelen. Ze
hebben die telefoon altijd bij zich en hebben
al stappenplannen gemaakt, gericht op hun
eigen persoon.’
‘Dat kan gaan over feesten, begrafenissen,
vriendschap, ruzie’, legt Jenny uit, ‘maar ook
hoe je een ei bakt als je alleen thuis bent en
honger hebt. Zodat je niet voor alles op je
ouders terug hoeft te vallen.’
Zowel ouders als leerlingen zijn blij met Soci-
aal op Stap, weet Marjan: ‘Ouders vinden het
een waardevolle aanvulling op de zelfstandig-
heidtraining die leerlingen op school krijgen.
En leerlingen zien het als een mogelijkheid
om net zo te worden als anderen. Zij willen
niet apart en zielig zijn tegenover hun leef-
tijdgenoten. Geen taxibus, maar ook met de
scooter naar school.’
Lancering van het Begeleidersdraaiboek Sociaal op Stap op 16 septem-
ber – (vlnr) Esther van Efferen, projectleider Sociaal op Stap vanuit de
CED-Groep, Sylvia Hasper, projectleider vanuit het Landelijk Netwerk
Autisme, Gerrit Philips, arbeidsdeskundige UWV.
foto Jan van der Meijde
Leerlingen zetten hun persoonlijke stappenplan in hun smartphone.foto KPN
www.sociaalopstap.nlMet de website sociaalopstap.nl, in
samenhang met een applicatie voor de
smartphone kunnen de leerlingen zelf
de volgorde van de stappen bepalen.
Acht Nederlandse vso-scholen werken
sinds vorig jaar met Sociaal op Stap,
ontwikkeld door de CED-Groep, het
Landelijk Netwerk Autisme en het KPN
Mooiste Contact Fonds.
KlasseApart oktober 2011 nummer 3 KlasseApart oktober 2011 nummer 3
16 17
SPECIAL IEDER KIND IS SPECIAAL
PROGRAMMA ‘DE 4 G’S: JE KUNT HET’
Stap voor stap werken aan hanteren angsten
tekst Connie van der Zel
Op basis van alledaagse gebeurtenissen leren kinderen stap voor stap te reflecteren op hun gedrag,
zodat ze hun emoties beter leren hanteren. Dat wil de CED-Groep bereiken met ’De 4 G’s, je kunt het’.
Het programma over de relatie tussen gedrag, gebeurtenis, gedachten en gevoel verkeert in de pilot-
fase en komt volgend jaar op de markt.
Stel je bent je gymtas vergeten; een ver-
velende gebeurtenis. Wat denk je als dat
gebeurt? Nu wordt de juf boos. Of: nu kan ik
niet meedoen met gym. Wat voel je daarbij?
Word je bang? Of verdrietig? Waar voel je dat?
In je hoofd of in je buik? Wijs eens aan waar
je dat voelt? Wat doe je als je dat voelt? Ga je
huilen? Of schreeuwen? Of word je heel stil
en durf je niets te zeggen? Als je nu niet pro-
beert te denken dat de juf boos wordt, maar
bijvoorbeeld ‘ik ga het aan de juf vertellen en
vragen wat ik nu moet doen’. Zou je je dan
minder bang voelen?
In soortgelijke gesprekjes bespreek je de vier
g’s met de kinderen en leg je de relatie tussen
gebeurtenis, gedachten, gevoel en gedrag.
Het doel is ondermeer om kinderen te leren
hun angstgedachten om te buigen naar ge-
dachten die beter te hanteren zijn of in ieder
geval een beter gevoel opleveren.
ObservatieTamara Bosmans en Conny Dekkers zijn op
cluster 4-school De Piloot betrokken bij een
pilot van De 4 G’s. Intern begeleider Tamara:
‘Als een leerling aan angst gerelateerd
gedrag vertoont, melden we hem of haar aan
bij het behandelteam van De 4 G’s. Het kind
mag niet te jong zijn, want het moet kun-
nen reflecteren op het eigen gedrag. Vanaf
groep 5 lukt dat goed. Vervolgens komt er een
gesprek met de ouders. Die moeten toestem-
ming geven, want zonder medewerking van
het thuisfront bereik je niets. Daarna komt
iemand van het behandelteam het kind obser-
veren in de klas: welk gedrag vertoont het en
bij welke gebeurtenissen? Vervolgens gaat de
behandelaar acht weken lang in sessies van
45 minuten aan de slag. Soms met één kind,
soms in een kleine groep. Na afloop volgt
een afsluitend gesprek met de ouders; twee
maanden later een herhalingsbijeenkomst.’
Emoties herkennenGroepsleerkracht Conny bereidt de kinderen
voor op het behandelprogramma en geeft
gerichte begeleiding in de klas. ‘Zodra een
kind in behandeling gaat, let ik extra op ge-
voelsuitingen en het bijbehorende gedrag en
probeer ik dit te benoemen. Bijvoorbeeld: “Ik
zie dat je het moeilijk hebt. Wat zou je kunnen
doen om dat gevoel weg te krijgen?” Verder
doe ik met het kind huiswerkopdrachten in
de klas. Dat vereist speciale aandacht. Een
voorbeeld: knip uit een tijdschrift gezichten
met verschillende emoties. Dan blijkt ten
eerste dat het voor deze leerlingen moeilijk is
om een relatie te leggen tussen wat er in de
behandelkamer gebeurt en wat er in de klas
gebeurt, dat zijn twee verschillende leefwe-
relden. Ten tweede herkennen ze uit zichzelf
moeilijk emoties. Als ik ze zonder begeleiding
zou laten knippen vinden ze niets. Als ik er bij
ga zitten en per plaatje vraag welke emotie
zichtbaar is, lukt het wel.’
Rood hoofd‘Gelukkig biedt het programma De 4 G’s
zowel de kinderen als mij voldoende concrete
handreikingen om stap voor stap te werken
aan het beter hanteren van de emoties’,
vervolgt Conny. ‘Het is intensief, maar je ziet
dat de onrust van de kinderen vermindert
en dat de grootste paniek afneemt. Ze leren
ook bij elkaar en bij anderen herkennen wat
gedachten en emoties doen. Daar heb ik nog
een mooi voorbeeld van. Laatst had ik het erg
warm en dan word ik soms rood. Een leerling
riep: “Juf Conny, vindt u het nu ook moeilijk,
want u krijgt een rood hoofd”. Dat kind begint
het te begrijpen…’
Leerlingmateriaal van ’De 4 G’s, je kunt het ’ . foto Jan van der Meijde
Meer weten?
Marjolein Straasheijm
010 4071640
Ad Oskam
Oorzaak en gevolg-relatiesDe Piloot is een cluster 4-school voor
kinderen met psychiatrische stoornis-
sen zoals pervasieve ontwikkelings-
stoornissen en ADHD. Deze leerlingen
hebben soms moeite met oorzaak
en gevolg-relaties: zij interpreteren
gebeurtenissen verkeerd. Hierdoor
kunnen zij zo overspoeld worden door
hun emoties dat zij in de problemen
komen. De kinderen begrijpen niet
waar hun gedrag vandaan komt doordat
ze hun gedrag onvoldoende koppelen
aan een gebeurtenis, hun gedachten en
hun gevoel.
KlasseApart oktober 2011 nummer 3 KlasseApart oktober 2011 nummer 3
18 19
MAGiTO
Iedere tijdgeest heeft zo zijn eigen cen-
trale conclusies. Conclusies die niet meer
genuanceerd kunnen of mogen worden. Zo
publiceerde het Centraal Planbureau in mei
jl. een beleidsbrief ’Nederlandse onderwijs-
prestaties in perspectief’*. Vergelijkingen
van onderwijsprestaties van Nederlandse
leerlingen met die van veel andere lan-
den. De centrale conclusie werd de titel:
’Niveau onderwijs daalt’. En om blijkbaar
geen misverstand te laten bestaan, werd er
zelfs nog een derde titel aan toegevoegd:
’Vooral beste leerlingen blijven achter’. De
conclusies in de kranten en andere media
waren dan ook te voorspellen. ’Onderwijs
verwaarloost getalenteerde leerlingen’ en
alle daarop denkbare varianten. En daarmee
werd zeker een belangrijk punt geduid. Ieder
kind is speciaal, dus ook de getalenteerden.
En die hebben een speciale impuls nodig om
hun talenten te kunnen ontplooien. Dat zou
dus beter moeten in het onderwijs.
Maar wie het CPB-rapport helemaal leest,
komt niet alleen de conclusie tegen dat de
beste Nederlandse leerlingen internatio-
naal achter blijven. Direct daarna wordt
geconcludeerd, dat ’de goede prestaties van
de zwakkere Nederlandse leerlingen ten
opzichte van de zwakkere leerlingen in de
meeste andere landen de Nederlandse posi-
tie gemiddeld op peil houdt’. Had de titel van
het rapport dus ook kunnen zijn ’Onderwijs
presteert uitstekend voor zwakkere leerlin-
gen’! of ’Achterstandsbeleid toch geslaagd!’
Ik heb die koppen in het CPB-rapport en de
kranten niet gevonden. Wel staat erin dat er
relatief veel aandacht is voor zwak pres-
terende leerlingen, welk budget daarmee
gemoeid is en dat er geen extra geld voor
onderwijs is. De centrale conclusie van het
CPB lijkt dan wel duidelijk: er moet geld van
de zwakkeren naar de getalenteerden.
Is dat nog wetenschap of is dat politiek?
* zie www.cpb.nl
Sameer en Jia Jia winnen samen CED-dictee
SPOT
Wie ben je?Ronald Wittenberg
vakleerkracht verkeer en innovatie & organisatie adviseur
010 4071848
Waar ga je naar toe?Nu nog nergens maar morgenochtend om 7 uur moet ik op de Christelijke Scholen-
gemeenschap Calvijn Groene Hart in Barendrecht zijn en ik ben mijn auto alvast aan
het inladen.
Wat ga je daar doen?De vakleerkrachten verkeer van de CED-Groep verzorgen naast praktische verkeers-
educatie in het primair onderwijs ook verkeerslessen voor het voortgezet onderwijs.
De thema’s op het Calvijn worden ’fietsen met een mobieltje’, ’fietsen in een groep’
en ’haastige spoed’. Door de leerlingen de gevolgen hiervan te laten ervaren en te la-
ten reflecteren op hun eigen gedrag in het verkeer hopen we ze bewustere verkeers-
deelnemers te maken. Wanneer de lessen door het slechte weer geen doorgang
vinden, gaan we met de leerlingen in debat over deze onderwerpen.
Waar ben je nu?Nu nog in mijn woonplaats Delft. Voor het uitzetten van de diverse parcoursen is
veel materiaal nodig. Het parcours gaan we al vroeg opbouwen dus ik laad mijn auto
liever vanavond al in zodat ik morgen om 6 uur gelijk kan wegrijden.
Je motto?Leerlingen leren het meest door zelf doen en uitleg te geven aan anderen.
Meer informatie over verkeerseducatie op het voortgezet onderwijs vindt u op www.
totallytraffic.nl en voor het primair onderwijs op www.schoolopseef.nl. Natuurlijk
kunt u ook terecht op www.cedgroep.nl.
tekst Ineke Westbroek
Een wisselbeker? Een gedeelde
eerste plaats bij het CED-dictee? Zij
hadden het nooit durven dromen.
De winnaars, Sameer Tariq (groep 8,
basisschool De Singel, Schiedam)
en Jia Jia Zhou (groep 8 basis-
school De Toermalijn, Zwijndrecht),
verwachtten hooguit met een klein
bekertje en een boekenbon naar
huis te gaan: ‘Zoveel andere kinde-
ren kunnen goed spellen.’
Veertig basisschoolleerlingen uit de regio
Rotterdam deden 18 mei mee aan de dictee-
wedstrijd die dit jaar voor de twaalfde keer
georganiseerd werd. Nadat zij de voorrondes
op hun eigen school hadden gewonnen, bogen
zij zich over het CED-dictee, met het Eras-
musjaar als onderwerp. Een ’eitje’ was het
niet, met instinkers als tiranniseren, appreci-
eren en twee-euromunt.
Winnaar Sameer zat fout met de titel: ‘Ik
dacht aan jaar van Erasmus en schreef Eras-
mus met een apostrof.’
Winnares Jia Jia, die evenals Sameer vier
fouten maakte, schreef ’tiranniseren’ met één
n, maar had verder niet veel moeite met het
dictee: ‘Over sommige woorden moest je even
nadenken, maar voor de rest was het gewoon
makkelijk.’
VerrassingDe eerste plaats kwam voor beide scholieren
als verrassing.
‘Ik ben goed in spelling’, weet Sameer van
zichzelf, ‘maar natuurlijk zijn ook heel veel
andere kinderen daar goed in.’
‘Ik dacht dat anderen wel slimmer waren’,
zegt Jia Jia, die op school toch uitblinkt in
spelling: ‘Voor mij is dat het leukste vak.
Bedenken of je iets met dt of met een d aan
het eind van een woord schrijft en als ik het
nakijk is het goed.’
Ook Sameer vindt spellen een boeiend leson-
derdeel, waarin hij ‘een beetje de beste van
de klas’ is. Bij het jaarlijkse tv-programma
‘Het Groot Dictee der Nederlandse Taal’
schrijft hij thuis mee: ‘Ik had de laatste keer
één of twee foutjes...’
Jia Jia blijft er niet voor thuis: ‘Ik kijk liever
naar Nickelodeon. Op school hebben we wel
teruggekeken en meegeschreven.’
Veel lezenBuiten school doen beide prijswinnaars taal-
kennis op door veel te lezen. Als kleuter wer-
Sameer: ‘ Ik ben een beetje de beste van de klas met spellen.
Jia Jia: ‘Over sommige woorden moest je even nadenken, maar voor de rest was het gewoon makkelijk. ’
den zij weleens voorgelezen, maar zij hebben
daaraan niet veel herinnering. ‘Soms las mijn
moeder sprookjesboeken voor’, vertelt Jia Jia,
die tegenwoordig graag leest over tieners met
verhalen over hun leven.
Sameer leest voornamelijk boeken over wis-
en natuurkunde: ‘Rekenen en wiskunde zijn
mijn lievelingsvakken.’
Kijk voor het regionale CED-dictee en het landelijke Groot Kinderdictee der Nederlandse Taal op www.cedgroep.nl/dictee.
Wie heeft er op het CPB gestemd?
KlasseApart oktober 2011 nummer 3 KlasseApart oktober 2011 nummer 3
20 21
Bouwen aan positief klimaat
‘Kunnen dieren denken?’DE VREEDZAME SCHOOL
CURSUS FILOSOFEREN MET KINDEREN
Kinderen zelf ruzies leren oplossen
tekst Marijke Nijboer
Het programma De Vreedzame School stimuleert kinderen om verant-
woordelijk heid te nemen voor zichzelf en hun omgeving. Het wordt al
op 450 scholen gebruikt en is één van de belangrijkste producten van
het op 1 augustus met de CED-Groep gefuseerde Eduniek.
tekst Renate Mamber
‘Filosoferen is een verrijking’, vindt een deelnemer van de cursus
Filosoferen met kinderen. ‘Buiten het filosoferen op zich, komen er zo
veel kerndoelen aan de orde.’ En wat docent Renate de Jong ook heel
belangrijk vindt: ‘Het is leuk.’
Het idee voor De Vreedzame School ontstond
vanuit het besef dat veel scholen ordepro-
blemen hadden in de bovenbouw, vertelt
projectleider Ger Roos. ‘Ouders zijn anders
gaan opvoeden; kinderen mogen meer. Maar
daar was de school nog niet op ingesteld.
Die verwachtte nog vanzelfsprekend gezag.’
Eduniek ontwikkelde een programma dat
een positief klimaat in de klas stimuleert en
kinderen leert om conflicten zelf op te lossen.
‘We wilden hen verantwoordelijkheid laten
nemen voor zichzelf, de ander, de groep, de
school en de samenleving.’
Kinderen krijgen lessen in sociale vaardig-
heden, zoals opkomen voor elkaar, omgaan
met de eigen gevoelens, je inleven in anderen,
dingen zeggen op een acceptabele manier,
respect tonen voor elkaar. Al oefenend leert
de klas om ruzies op te lossen zonder hulp
van de leerkracht. Bepaalde kinderen leren
om te mediëren bij conflicten.
Vreedzame WijkInmiddels is ook De Vreedzame Wijk ont-
wikkeld. Dit programma stimuleert dat alle
organisaties in de wijk die met kinderen
werken, een eenduidige pedagogische aanpak
gebruiken. Er zijn al Vreedzame Wijken in
Hoorn, Amsterdam-Noord, Amersfoort en
Utrecht.
Leerkrachten die meedoen aan De Vreedza-
me School krijgen daarvoor speciale trai-
ningen. Ger: ‘Je hoort hen daarna niet meer
gauw roepen: monden dicht! Het is eerder:
volgens mij hebben jullie geleerd hoe je een
conflict moet oplossen. Ga dat maar eens
gauw doen.’
De Vreedzame School startte in 1998 op een
aantal Utrechtse scholen. Inmiddels doen
er 450 basisscholen in heel Nederland mee.
Ger en zijn mede-projectleider Leo Pauw zijn
bezig om het programma ook geschikt te
maken voor andere onderwijsvormen. Er heb-
ben zich al diverse vmbo-scholen aangesloten
en er gaan ook sbo-scholen, zml-scholen en
voorscholen meedoen.
Goed inbeddenOp De Vreedzame School wordt op autorita-
tieve* of democratische wijze met kinderen
omgegaan. Slaat die benadering aan wan-
neer kinderen thuis meer autoritair worden
opgevoed? Ger: ‘Het kan dat democratisch
gedrag dan minder goed wortel schiet. Maar
een volledig democratische opvoeding be-
staat niet; er is altijd een zeker pedagogisch
speelveld. Een autoritaire opvoedstijl is vaak
een teken van onmacht. Wij proberen ouders
bij het programma te betrekken. Verder blijkt
dat kinderen vaak goed in staat zijn om zich in
beide situaties passend te gedragen.’
Het geleerde beklijft het beste, ontdekten Ger
en Leo, wanneer het goed wordt ingebed. ‘We
leggen leerkrachten uit dat je in feite de hele
week moet werken aan sociaal-emotionele
ontwikkeling. Je kunt onze werkvormen ook
bij allerlei vakken toepassen.’
Leo Pauw is aan het promoveren op de resul-
taten van De Vreedzame School. Eind van dit
schooljaar zijn zijn bevindingen beschikbaar.
* Autoritatief is een opvoedingsstijl waarbij
redelijke grenzen worden gesteld, wordt
uitgelegd en dat met gezag en liefde wordt
gedaan. De aanduiding staat tegenover lais-
sez faire en permissief (toegevend) aan de
ene kant en autoritair aan de andere kant.
Door veel pedagogen wordt het als de best
mogelijke opvoedingsstijl betiteld
Meer weten?
Ger Roos
www.devreedzameschool.nl
Meer weten?
Renate de Jong
06 13276836
Al oefenend leert de klas om ruzies op te lossen zonder hulp van de leerkracht.
Leraren van de groepen 1 tot en met 8 doen
mee aan de cursus en ook een pabo-docent.
Een van hen had vooraf haar twijfels. ‘Ik
dacht: filosoferen, kan dat wel met groep 3,
is dat niet meer iets voor grotere kinderen?’
Na de eerste filosofieles in de klas aarzelt ze
niet meer. ‘Je merkt dat de kinderen nog dat
onbevangene hebben, dat ze heel makkelijk
hun mening geven. Ik kon tijdens de les meer
achterover leunen. Ze luisterden en reageer-
den veel beter op elkaar.’
GelijkwaardigHet is de tweede bijeenkomst van de cursus.
De deelnemers wisselen ervaringen uit. Er
heerst enige onzekerheid of de eerste filoso-
fielessen wel een echt filosofisch gesprek in
de klas hebben opgeleverd. Maar dan somt
docent Renate de Jong alle vragen op die
de leerkrachten samen met hun leerlingen
hebben besproken en waarmee leerlingen
vaak zelf zijn gekomen: “Wat is niks?” “Kun-
nen dieren denken?” “Is een appel dood of
levend?”. ‘Dat is voor kinderen al heel filoso-
fisch’, zegt Renate. ‘Het gaat om denken over
zaken die de kinderen raken en waarop niet
direct een antwoord te bedenken is.’
De reden om met de cursus mee te doen is
voor veel leerkrachten dezelfde. Interesse
in filosofie en de wil om eens op een andere
manier met kinderen te werken. ‘Je doet eens
wat anders’, zegt een leerkracht van groep
5. ‘Je bent zo gewend te zeggen: “Zo is het
en wij weten het allemaal”. Je gaat op een
andere manier met kinderen praten over za-
ken waar ze echt wel over nadenken. Je stelt
je gelijkwaardig op: iets is niet goed of fout.
Ze leren zelf hun gedachten onder woorden
brengen.’
Taal stimulerenVeel leerkrachten verbaasden zich over de
uitspraken van hun leerlingen. Ze hoorden
zinnen als: ‘Eigenlijk kun je niet “niks” doen,
want je doet altijd wat. Zelfs als je dood bent,
want dan lig je.’ Of: ‘Dieren kunnen niet den-
ken, ze doen gewoon.’
Renate is enthousiast. ‘We hebben het steeds
over taal stimuleren, moet je horen wat eruit
komt.’ De cursisten zijn het met haar eens.
‘Er zijn zoveel dingen die je bereikt’, zegt
de leerkracht van groep 3. ‘Je bent op een
leuke manier met taal bezig, met woorden-
schat, inleven in anderen, respect hebben
voor elkaars mening, begrijpend luisteren en
burgerschap.’
Filosoferen met kinderen is een cursus
van twee dagdelen. Vervolgens kun je
zelf aan de slag, eventueel met hulp van
bestaande materialen. Een cursist: ‘Het
is erg praktijkgericht, niet vaag. Je krijgt
veel tips en voorbeelden en je kunt alles
direct in de praktijk brengen.’
Veel leerkrachten verbaasden zich over de uitspraken van hun leerlingen. foto Jan van der Meijde
KlasseApart oktober 2011 nummer 3 KlasseApart oktober 2011 nummer 3
AGENDA
22 23
CURSUSSEN KINDEROPVANG
31 oktober RotterdamNCKO module 2: Interactievaardigheden
8 november RotterdamNCKO module 1: Kwaliteitsmonitor
1 december Amsterdam13 januari RotterdamIntern begeleider voor kov en psz
CURSUSSEN PRIMAIR EN SPECIAAL ONDERWIJS
4 november RotterdamTaalcoördinator (2e reeks)
9 november RotterdamBrein en bewegen
9 november RotterdamErnstige rekenproblemen en dyscalculie in de bovenbouw
29 november Arnhem12 januari RotterdamOnderwijsassistent, gedragscompetent
30 november RotterdamAutomatiseren is te leren po/so
10 januari RotterdamWerken met ontwikkelingsperspectieven
CURSUSSEN VOORTGEZET ONDERWIJS
17 november RotterdamZorgleerlingen in het vo
11 januari RotterdamMotiveren is te leren
11 januari Zwolle15 februari Amsterdam21 maart RoermondWerken met Nieuwsbegrip
Kijk voor het complete aanbod opwww.cedgroep.nl/cursussen
StuDieDaGen en WoRKShoPS cuRSuSSen (startdatum)
BinnenKoRt
23 oktober studiemiddag Passend omgaan met verschillen in de klas24 november workshop Kenniscentrum Begrijpend Lezen Wat zegt de wetenschap over begrijpend lezen, en wat kun je ermee in je les?7 december workshop Gesprekken voeren met ouders over (vermoeden van) misbruik 11 januari studiemiddag Autisme in het po11 januari studiemiddag Werken met Nieuwsbegrip18 januari studieochtend Meldcode huiselijk geweld en zorgstructuur po18 januari workshop (H)erkennen van kindermishandeling12 januari studiemiddag Aandachts- en gedragsstoornissen vo19 januari studiedag Leren leren in het vso25 januari workshop Nieuwsrekenen: Een vaste aanpak voor contextopgaven 26 januari intervisiebijeenkomst Taakspelbegeleiders8 februari studiemiddag Depressie bij leerlingen in het vo
26 oktober conferentie Begrijpend Lezen - Groningen
Hoe wetenschap en onderwijspraktijk van elkaar kunnen leren bij verbetering
begrijpend leesonderwijs. www.cedgroep.nl/conferentiebegrijpendlezen
3,4,5 november Kindvak Brabanthallen - Den Bosch
Vakbeurs voor professionals kinderopvang, buitenschoolse opvang en brede
scholen. Met stand CED-Groep. www.kindvak.nl
11 november conferentie Passend Presteren - Rotterdam
Mogelijkheden en ervaringen Passend onderwijs & opbrengstgericht werken.
Inleiding door Pierre Wind. www.cedgroep.nl/passendpresteren
16 november MOD: Rekenmethodes - Rotterdam
Methode Oriëntatiedag door educatieve uitgeverijen. www.komnaardemod.nl
2 december conferentie Uitgerekend? - Rotterdam
Over protocol Ernstige RekenWiskunde-problemen en Dyscalculie (ERWD).
www.cedgroep.nl/conferentiedyscalculie
10 december Het Groot Kinderdictee der Nederlandse taal - Ned 3 19.00 uur
Zestig kinderen (basisschool groep 8) nemen het tegen elkaar op.
www.cedgroep.nl/grootkinderdictee
18 januari conferentie Teach Like a Champion - STC Rotterdam
Lancering nl. versie ’Teach like a champion’. [email protected]
30 januari-13 februari seminar IKC: Alles onder één dak - diverse locaties
Verkenning van kansen, mogelijkheden en ervaringen integraal kindcentrum
(IKC). www.cedgroep.nl/ikcseminars
16 februari jaarlijkse conferentie Rekenen in vo - Rotterdam
Met extra aandacht voor protocol ERWD, dyscalculie.
www.cedgroep.nl/rekenconferentievo
‘Je wordt heel compleet in je lesgeven’ANTONIUSSCHOOL VOERT NIEUWSBEGRIP IN
tekst Renate Mamber
De Antoniusschool in Montferland,
Gelderland, voerde vorig jaar de
methode Nieuwsbegrip in. Het team
stelde hierbij een goede begeleiding
als eis. Dit schooljaar zijn leerkrachten
en leerlingen nog steeds enthousiast.
Bovendien laten de toetsresultaten al
een lichte verbetering zien.
Directeur Mirjam Ribbers vond in Nieuws-
begrip een methode voor begrijpend lezen
die voldoet aan alle kerndoelen en waarbij
de teksten actueel zijn. Het team zei wel van
meet af aan: ‘We willen begeleiding bij de
implementatie.’
Leerkracht Mindy Jordens vertelt waarom.
‘We wilden de methode op een goede manier
gebruiken, vooral de differentiatie ervan, dus
hoe je kunt inspelen op kinderen die extra
hulp nodig hebben of kinderen die juist heel
goed zijn. Je leest de handleiding, maar toch
vraag je je soms af of je het wel goed doet. Of
soms heb je de instructie verkeerd geïnter-
preteerd. Het is dan nuttig als je bij iemand
terecht kunt die je vertelt hoe de methode is
bedoeld en dat ook weet te onderbouwen.’
OpbrengstgerichtErnst Keijsers van de CED-Groep bege-
leidde de implementatie vorig jaar met twee
studiemiddagen en een observatiedag. ‘De
intern begeleider en ik keken met Ernst mee
tijdens de klasse-observaties’, vertelt Mirjam.
‘Daarna namen wij de klas over zodat Ernst
samen met de leerkracht direct de les kon
nabespreken. Uiteindelijk heeft hij alle tips
van die dag verzameld op een lijst. De leer-
krachten herkenden zich erin en leerden zo
ook van de anderen.’
Mirjam vond de begeleiding heel breed en op-
brengstgericht. ‘Deze gaat onder andere in op
coöperatieve werkvormen, omgaan met ver-
schillen en leerkrachtvaardigheden. Daardoor
word je heel compleet in je lesgeven.’ Mindy
kreeg door de begeleiding nog meer inzicht in
het leerlingvolgsysteem. ‘Hoe je kinderen nog
beter les kunt geven op hun eigen niveau.’
Aankomend schooljaar krijgt het team nog
eens twee studiemiddagen en een observa-
tiedag. Mirjam hoopt dat de teamleden zich
daardoor nog verder ontwikkelen.
WinstpuntDe eerste resultaten van de invoering van
Nieuwsbegrip zijn al te zien. De toetsgege-
vens tonen in alle groepen een lichte verbe-
tering. Mirjam: ‘We hopen dat het doorzet en
dat we over drie jaar van een trend kunnen
spreken.’
Een belangrijk winstpunt is verder dat ieder-
een het leuk vindt. Mindy: ‘De kinderen waren
eigenlijk wel klaar met begrijpend lezen,
maar nu doen ze het weer met plezier en dan
leren ze ook meer.’ Mirjam: ‘Ze leggen de
verbinding met het (jeugd)journaal, de krant
en met wat ze van hun ouders horen. Daaraan
merk je dat het verband houdt met hun leven.’
Tot nu toe zien Mirjam en Mindy maar één
minpuntje: de file bij het kopieerapparaat als
alle leerkrachten de actuele teksten moeten
uitprinten.
Nieuwsbegrip MasterclassesWilt u het begrijpend leesonderwijs
op uw school verbeteren? Volg dan de
Nieuwsbegrip Masterclasses. Dat is een
serie van vier trainingsbijeenkomsten en
klassenconsultaties op de schoolloca-
tie. Na het volgen van de instapmodule
Nieuwsbegrip (XL) maakt het team een
keuze uit de Masterclasses. Bijvoorbeeld
‘Omgaan met verschillen in de groep’ of
‘Modelen; de leerkracht als rolmodel’.
Deelnemers ontvangen na afloop een
certificaat en voor de school is er een
gevelbordje.
Meer weten? Mail naar nieuwsbegrip-
[email protected] of kijk op
www.cedgroep.nl/masterclasses.
Meer weten?
Ernst Keijsers
010 4017599
‘Nu doen ze begrijpend lezen weer met plezier. ’ foto Mirjam Edward
KlasseApart oktober 2011 nummer 3 KlasseApart oktober 2011 nummer 3
Mijn dag begint vandaag met het naar school brengen van mijn
kinderen. Een leuk moment!
Werkoverleg met het team waarmee we trainingen
ontwikkelen en geven. We hebben het over een
training voor kinder- en jongerenwerkers die op
pleinen in Rotterdam actief zijn. Wat kunnen we
doen met de vragen die zij hebben over respectvol
taalgebruik?
Op kantoor ontvang ik onze nieuwe stagiaire Anne. Ze gaat
wetenschappelijke publicaties over het thema ‘taalstimulering’
bestuderen, samenvatten en interpreteren vanuit Taaloffensief-
perspectief. Maar voordat ze daarmee aan de slag gaat: eerst een
rondje kennismaken bij collega’s.
Mails en telefoontjes afhandelen hoort ook bij mijn werk. Zojuist heb ik een
intakegesprek gehouden voor een training voor vakleerkrachten die kunst-
zinnige vakken geven op scholen.
foto’s Jan van der Meijde
Maryse Bolhuisis projectleider Taal in de Wijk, een onderdeel van Taaloffensief [email protected] 010 4071514
DE WERKDAG VAN MARYSE BOLHUIS
Daarna naar een bijeenkomst van het Rotterdamse Bondgenootschap
tegen laaggeletterdheid. Die bezoek ik vanwege mijn betrokkenheid bij
de uitvoering van het Taaloffensief: een gemeentelijk programma om
ouders en professionals in de stad actiever te betrekken bij de ontwik-
keling van taalvaardigheid van Rotterdamse kinderen.