Klapstoel Piet Raes

1
kerk & leven 2 NOVEMBER 2011 klapstoel 9 – U komt uit een katholiek nest? Ik groeide op in een katholiek gezin in Kuurne. Mijn moeder is nog steeds actief als vormselcatechiste en mijn vader is diaken, al liet hij zich pas wijden nadat mijn zus en ik al het huis uit waren. Ik was misdienaar, maar zoals iedere jonge, kritische geest had ik het op mijn vijftiende wel gehad met de Kerk. Toch keerde ik er enkele jaren later in mijn eentje naar terug. Ik werd aangespro- ken door de rustige en ingetogen manier waarop een priester in een naburige paro- chie – intussen een vriend – liturgie vierde. Nog steeds wekken mensen die in staat zijn zich toegewijd aan iets te hechten wat hen vreugde geeft, mijn interesse. – Tijdens  zo’n  viering,  zo  beschrijft  u  in  uw  boek ‘De weg is naar u gekomen’, voelde u zich  persoonlijk aangesproken? Een zin uit de Schrift bleef hangen. En plotseling was daar een andere vraag, geen die ik aan mezelf stelde om die zin ratio- neel te begrijpen, ook geen mystieke erva- ring of vervoering. Wel een vraag naar wat mijn antwoord was op die zin. Of ik het aandurfde ‘ja’ te zeggen op Gods uitnodi- ging? Wat op dat moment niet zo spectacu- lair leek, bleek achteraf beslissend in mijn leven. Ik koos zelf voor het geloof dat ik van mijn ouders meekreeg. – U bent gehuwd en vader van drie zonen. Hoe  pakt u hun geloofsopvoeding aan? We laten onze jongens kennismaken met rituelen, brengen hen in contact met gelo- vigen. De oudste is acht. Ze zijn dus op een leeftijd waarop veel vanzelfsprekend is. De Bijbelverhalen die ik hen vertel, nemen ze op als sponsen. Ze zijn eenvoudig genoeg om die voor zichzelf toe te laten, een idee die ik bij Augustinus vind. Hun onbevan- genheid leert me veel. Als ouder zou ik het doodjammer vinden hen de vreugde te onthouden van hen te laten delen in wat ik mooi vind, in wat mij vreugde schenkt. Wat niet wil zeggen dat zij het ook mooi moeten vinden. Het is hun goed recht om er later afstand van te nemen. Maar dat kun je pas van iets, waar iemand anders jou eerst dichtbij bracht. – Afstand  en  nabijheid,  ervaringen  van  een  christen? Als christen probeer ik dicht bij Jezus te zijn. Angstig en onrustig van nature, drijf ik vaak weg van Hem. Ik gebruik graag het beeld van de redder aan zee, wiens toeter me terugroept, als ik me te ver verwijder. Het gebed en de eucharistieviering functi- oneren voor mij als die toeter. Het christen- dom is een bekeringsgodsdienst: ik moet me voortdurend toewenden naar Jezus en me van iets anders afkeren. Het geloof is ook een wilsuiting: ik hecht me aan Jezus en terzelfder tijd beaam ik die keuze. Daar hebben veel mensen het vandaag moeilijk mee, met het vermogen om zich te hechten aan één persoon. – Beïnvloedt het geloof uw kijk op de dingen? Absoluut. Wie zich aan Christus hecht, kijkt van binnenuit en kan veel relative- ren. Veel wordt plotseling onbelangrijk: de middelmatige preek waar je je aan ergert, de moeilijkheden die je als catechist on- dervindt, de crisis in de Kerk. De proble- men worden er niet minder door, je kijkt er alleen anders tegenaan. Dezelfde din- gen krijgen een andere glans, waardoor je ze gaat zien zoals ze echt zijn bedoeld. Die idee haal ik bij Augustinus. Het is de me- tafysische kant van het geloof, die we kwijt zijn. Precies omdat die glans het verdient om beschermd te worden, zet ik me in voor Gods schepping en tegen lijden en on- recht. In de generatie vóór ons werd vooral scherp gesteld op die inzet. Ik heb het meer over de blik die die inzet voor de mede- mens kleurt. Want als gelovige kijk je ook anders naar mensen. Je let meer op wat we delen, minder op fouten. Van daaruit tel ik ook mijn zegeningen, ben ik dankbaar om alles wat ik kreeg. – In  uw  boek  besteedt  u  veel  aandacht  aan  de  werking  van  de  Geest.  Hoe  belangrijk  is  die  voor u?  Ik vertel in dat boek dat ik, vóór ik aan een les of een vormingsopdracht begin, een schietgebedje richt tot de heilige Geest. Dat kan naïef overkomen, maar is het niet. Van nature heb ik niet de eenvoud om te erkennen dat Gods Geest nodig is, dat zonder de hulp van die Ander, die be- langrijker is dan jezelf, je niet ver geraakt in je poging om een goed mens te zijn. Dat ontdekte ook Augustinus: „Ik ben niet beter dan een ander.” Als gelovige mag ik me toevertrouwen aan die Ander, die me eerst liefheeft, zijn hulp vragen als het moeilijk gaat. De Bijbel noemt de Geest ook de Helper. Piet Raes, De weg is naar u toe gekomen. Brieven aan leerkrachten over geloof en onderwijs, Pelckmans, Kalmthout, 2011, 96 blz., 13,50 euro, ISBN 978 90 289 5710 7. Piet RAES Filosoof Een diploma filosofie zowel als sociaalculturele antropologie op zak, werkte Piet Raes vijf jaar op het Vlaams Secretariaat van het Katholiek onderwijs (VSKO). Vandaag is hij coördinator bij CCV, partner in christelijk vormingswerk, in het bisdom Gent. Recentelijk publiceerde hij zijn inzichten over geloof en onder- wijs in een bundel brieven aan leerkrachten. Op zoek naar wat nu juist het christelijke verschil maakt. ‘Wie zich aan Christus hecht, kijkt  van binnenuit naar de realiteit’ Nicole LEHOUCQ We ontmoeten Piet Raes op de dag waarop hij 38 wordt. Hij is bezig aan een ronde door het bisdom Gent, waar hij op streekstudie- dagen voor vrijgestelden spreekt over de vreugde van het christen- zijn. Vorming geven verdiept zijn geloof, zegt hij. Een gebedstekst aan de muur in zijn bureau herin- nert hem aan de verleiding van de hoogmoed die daarbij op de loer ligt, namelijk om meer te gaan geloven in eigen mooie woorden dan in God zelf. Piet Raes: „In hun onbevangenheid zijn mijn kinderen mijn leermeesters in het geloof.”  © Kristof Ghyselinck „Als christen probeer ik dicht bij Jezus te zijn. Van nature drijf ik vaak van Hem weg. Ik moet me voortdurend bekeren”

description

Interview in het weekblad 'Kerk en leven' van 2 november 2011

Transcript of Klapstoel Piet Raes

Page 1: Klapstoel Piet Raes

kerk & leven 2november2011 klapstoel 9

– U komt uit een katholiek nest?Ik groeide op in een katholiek gezin inKuurne.Mijnmoederisnogsteedsactiefalsvormselcatechisteenmijnvaderisdiaken,alliethijzichpaswijdennadatmijnzusenikalhethuisuitwaren.Ikwasmisdienaar,maarzoalsiederejonge,kritischegeesthadikhetopmijnvijftiendewelgehadmetdeKerk.Tochkeerdeikerenkelejarenlaterinmijneentjenaarterug.Ikwerdaangespro-ken door de rustige en ingetogen manierwaarop een priester in een naburige paro-chie–intusseneenvriend–liturgievierde.Nogsteedswekkenmensendieinstaatzijnzichtoegewijdaanietstehechtenwathenvreugdegeeft,mijninteresse.

– Tijdens  zo’n  viering,  zo  beschrijft  u  in  uw boek ‘De weg is naar u gekomen’, voelde u zich persoonlijk aangesproken?Een zin uit de Schrift bleef hangen. Enplotselingwasdaareenanderevraag,geendie ik aan mezelf stelde om die zin ratio-neeltebegrijpen,ookgeenmystiekeerva-ringofvervoering.Weleenvraagnaarwatmijn antwoord was op die zin. Of ik hetaandurfde‘ja’ te zeggen op Gods uitnodi-ging?Watopdatmomentnietzospectacu-lairleek,bleekachterafbeslissendinmijnleven. Ik koos zelf voor het geloof dat ikvanmijnoudersmeekreeg.

– U bent gehuwd en vader van drie zonen. Hoe pakt u hun geloofsopvoeding aan?We laten onze jongens kennismaken metrituelen,brengenhenincontactmetgelo-vigen.Deoudsteisacht.Zezijndusopeenleeftijdwaaropveelvanzelfsprekendis.DeBijbelverhalendieikhenvertel,nemenzeop als sponsen. Ze zijn eenvoudig genoegomdievoorzichzelftoetelaten,eenideedie ikbijAugustinusvind.Hunonbevan-genheidleertmeveel.Alsouderzouikhetdoodjammer vinden hen de vreugde teonthouden van hen te laten delen in wat

ikmooivind,inwatmijvreugdeschenkt.Wat niet wil zeggen dat zij het ook mooimoetenvinden.Hetishungoedrechtomer later afstand van te nemen. Maar datkunjepasvaniets,waariemandandersjoueerstdichtbijbracht.

– Afstand  en  nabijheid,  ervaringen  van  een christen?Als christen probeer ik dicht bij Jezus tezijn.Angstigenonrustigvannature,drijfikvaakwegvanHem.Ikgebruikgraaghetbeeld van de redder aan zee, wiens toeterme terugroept, als ik me te ver verwijder.Hetgebedendeeucharistievieringfuncti-onerenvoormijalsdietoeter.Hetchristen-dom is een bekeringsgodsdienst: ik moet

mevoortdurendtoewendennaarJezusenme van iets anders afkeren. Het geloof isookeenwilsuiting:ikhechtmeaanJezusenterzelfdertijdbeaamikdiekeuze.Daarhebbenveelmensenhetvandaagmoeilijkmee,methetvermogenomzichtehechtenaanéénpersoon.

– Beïnvloedt het geloof uw kijk op de dingen?Absoluut. Wie zich aan Christus hecht,kijkt van binnenuit en kan veel relative-ren.Veelwordtplotselingonbelangrijk:demiddelmatigepreekwaarje jeaanergert,de moeilijkheden die je als catechist on-dervindt, de crisis in de Kerk. De proble-men worden er niet minder door, je kijkter alleen anders tegenaan. Dezelfde din-genkrijgeneenandereglans,waardoorjezegaatzienzoalszeechtzijnbedoeld.Dieidee haal ik bijAugustinus. Het is de me-tafysischekantvanhetgeloof,diewekwijtzijn. Precies omdat die glans het verdientombeschermdteworden,zetikmeinvoorGods schepping en tegen lijden en on-recht.Indegeneratievóóronswerdvooralscherpgesteldopdieinzet.Ikhebhetmeerover de blik die die inzet voor de mede-menskleurt.Wantalsgelovigekijkjeook

andersnaarmensen.Jeletmeeropwatwedelen,minderopfouten.Vandaaruittelikookmijnzegeningen,benikdankbaaromalleswatikkreeg.

– In uw boek besteedt u veel aandacht aan de werking  van  de  Geest.  Hoe  belangrijk  is  die voor u? Ikvertelindatboekdatik,vóórikaaneenles of een vormingsopdracht begin, eenschietgebedje richt tot de heilige Geest.Dat kan naïef overkomen, maar is hetniet. Van nature heb ik niet de eenvoudomteerkennendatGodsGeestnodigis,datzonderdehulpvandieAnder,diebe-langrijkerisdanjezelf,jenietvergeraaktin je poging om een goed mens te zijn.Dat ontdekte ook Augustinus: „Ik benniet beter dan een ander.” Als gelovigemagikmetoevertrouwenaandieAnder,die me eerst liefheeft, zijn hulp vragenalshetmoeilijkgaat.DeBijbelnoemtdeGeestookdeHelper.

Piet Raes, De weg is naar u toe gekomen. Brieven aan leerkrachten over geloof en onderwijs, Pelckmans, Kalmthout, 2011, 96 blz., 13,50 euro, ISBN 978 90 289 5710 7.

Piet RaesFilosoof

Eendiplomafilosofiezowelalssociaalcultureleantropologieopzak,werktePietRaesvijfjaarophetVlaamsSecretariaatvanhetKatholiekonderwijs(VSKO).VandaagishijcoördinatorbijCCV,partnerinchristelijkvormingswerk,inhetbisdomGent.Recentelijkpubliceerdehijzijninzichtenovergeloofenonder-wijsineenbundelbrievenaanleerkrachten.Opzoeknaarwatnujuisthetchristelijkeverschilmaakt.

‘Wie zich aan Christus hecht, kijkt van binnenuit naar de realiteit’Nicole LehoucqWeontmoetenPietRaesopdedagwaarophij38wordt.HijisbezigaaneenrondedoorhetbisdomGent,waarhijopstreekstudie-dagenvoorvrijgesteldenspreektoverdevreugdevanhetchristen-zijn.Vorminggevenverdieptzijngeloof,zegthij.Eengebedstekstaandemuurinzijnbureauherin-nerthemaandeverleidingvandehoogmoeddiedaarbijopdeloerligt,namelijkommeertegaangelovenineigenmooiewoordendaninGodzelf.

Piet Raes: „In hun onbevangenheid zijn mijn kinderen mijn leermeesters in het geloof.” ©KristofGhyselinck

„als christen probeer ik dicht bij Jezus te zijn. Van nature drijf ik vaak van Hem weg. Ik moet me voortdurend bekeren”