Jihadpop, Pringles en martelaarschap

1
© Copyright 2013 Dagblad De Limburger / Limburgs Dagblad. Het auteursrecht, ook ten aanzien van artikel 15 AW, wordt uitdrukkelijk voorbehouden. Zaterdag, 06 december 2014 Jihadpop, PRINGLES EN MARTELAARSCHAP achtergrond door Johan vd Beek en Claire van Dyck E Met zijn uitspraak ‘Wil je naar Syrië? Ga, maar kom niet terug’ verwoordde burgemeester Ahmed Aboutaleb van Rotterdam onlangs een populair sentiment. Het is de ‘opgeruimd staat netjes’-gedachte- school die afleidt van de vraag hoe en waarom pubers radicaliseren. E en jaar of drie geleden speel- de je nog rechtsbuiten bij RKSV Ergens in Limburg. Redelijk goede dribbelaar, snel ook. Maar vaak niet op de training en daarom geen basisplaats. Op school ging het niet ge- weldig maar ook niet slecht. Je had vage plannen om iets te doen met toerisme. Probleem was wel dat je al een strafblad had. Kleine dingen. Scooters jatten. Een bewijs van goed gedrag, nodig voor een baan, kon je wel vergeten. Maar dat boei- de je toen niet. Je wilde ook rapper zijn. Je idool was Tupac Shakur. Als je met je vriendjes op straat of in het park aan het chillen was en de politie je wegstuurde, voelde je je een echte gangstah. Smart- phone aan, filmpje opnemen. Ik ben al zestien bitch, ik ben de shit, dope flow, je kan niet tippen aan ditEn nu, drie jaar later, zit je in Syrië. Met pluisbaard, gekleed in een shirt van Helly Hansen, een Palestijnenshawl om je hoofd, tassen uit de militaire dump op de borst en een AK-47 in je handen. Rap- pen doe je niet meer. Voetballen ook niet. Je hebt alle banden met de westerse cultuur doorgesneden. Hoewel. Je kunt maar moeilijk buiten Pringles, M&M’s, Snickers en Red Bull, het dieet dat je ook volgde toen je thuis in Limburg achter je laptop begon te radicaliseren. Je afkeren van de morele leegte en oppervlakkig- heid van de westerse cultuur, maar wel fastfood en snoep uit die cultuur gebrui- ken als brandstof voor je heilige oorlog, is dat niet ironisch? Op Twitter plaats je onder je nom de guerre, die - zoals bij bijna alle krijgers - begint met ‘Abu’ (va- der), om de paar dagen een citaat uit de Koran. Je laat weten hoe jij en je broe- ders uit België, Duitsland, Frankrijk, Canada, Tunesië of Rusland het leven in het kalifaat ervaren. Waarom je ging. De officiële reden, die je ook in een afscheidsbrief vermeldde, was de slacht- offers van het regime van Bashar Al-As- sad helpen. Assad, die genocide pleegde op zijn eigen volk. Na maandenlang sjeik Google te heb- ben geraadpleegd en na contact met een paar huiskamerpredikers in Limburg en België, wist je dat het de plicht van alle moslims was om de mujaheddeen in Syrië te steunen. Gelijktijdig streed je ook te- gen hypocrisie van het Westen dat weg- keek toen 100.000 Syrische doden vielen. Je ging naar Turkije, passeerde de grens met Syrië en sloot je aan bij een van de strijdende groepen. Je kreeg zes weken training voordat je het slagveld op mocht en het recht verwierf om een martelaarsdood te streven. Maar er zijn dagen dat de verwarring toeslaat. In plaats van een heroïsche strijd te voeren tegen Assads troepen, vecht je ook en vooral met rivaliserende groepen. Moslims vechten tegen mos- lims, die op hun beurt weer vechten te- gen moslims. Dat was niet wat je op in- ternet werd voorgespiegeld in de online glossy van IS, Dabiq. Je weet dat er broe- ders zijn die eigenlijk spijt hebben en te- rug willen. Maar ze kijken op tegen de jarenlange gevangenisstraffen die hen te wachten staan. En er zijn al broeders ge- fusilleerd die in chats met familie thuis hebben laten weten dat ze terug willen, desnoods met de radicaliseringprogram- ma’s en permanente surveillance. Maar hoe kom je weg uit het kalifaat? En als je blijft, wat is dan de toekomst? Het aanpakken en vroegtijdig herken- nen van radicalisering bij islamitische jongeren is een complexe opgave. Jonge- ren hebben allemaal een periode in hun leven waarin ze de behoefte voelen om ergens bij te horen. Als ze er niet in sla- gen een zogeheten meervoudige identi- teit te ontwikkelen, kunnen ze blijven hangen bij een als cult gestileerde ideolo- gie. Alles voor houvast en zelfvertrou- wen en Jihadpop biedt dat. De kans dat dit gebeurt, is extra groot als de ouders kampen met acute opvoedingsverlegen- heid. Marokkaanse en Turkse jongeren blijken steeds vaker orthodoxer in de leer dan pa en ma. Soms is dit ook een manier om in het reine te komen met een jeugd op straat die in het teken stond van kleine en grotere delicten, al- cohol drinken, achter de meisjes aanzit- ten en drugs(dealen). Vader, normaal de absolute baas in het gezin, ziet dat zijn gezag tanende is. Het verkeerde gedrag op straat ziet hij niet of ontkent hij. Slaan als instrument om gehoorzaam- heid af te dwingen, is bij wet verboden. En als hij het toch doet, loopt hij het risi- co een Nederlandse welzijnswerker op bezoek te krijgen die hem komt vertel- len hoe hij zijn kinderen moet opvoe- den. Vader en moeder hebben daar- naast, minder nog dan autochtone ouders, enig idee van wat hun kinderen op internet doen. En daar, op het web, begint de zoektocht van de puber naar een antwoord op de wie ben ik?-vraag. Als hij of zij zich plots als gelovig ont- popt, wordt dat aanvankelijk gezien als droom die uitkomt. Zowel bij Sultan Berzel als Aicha uit Maastricht speelde opluchting dat een verkeerde levensstijl werd ingeruild voor vroomheid een be- langrijke rol. Vooral omdat die gelovig- heid aanvankelijk verkeerd werd gele- zen door de omgeving. De jongere die eenmaal oversteekt, zal steeds meer zekerheden ontlenen aan die groep, ook geholpen door de ge- seculariseerde westerling die de neiging heeft om ‘de moslim’ sowieso al te zien als een iemand met vreemde idealen. Hoe meer ze tot een bepaalde groep wor- den gerekend, hoe sterker jongeren zich aangetrokken voelen om inderdaad tot die groep te gaan behoren. Eindelijk valt alles op zijn plaats. Van loser of kutmarokkaan zijn ze in enkele maanden tijd doorgestoten naar de posi- tie van morele overwinnaar. De rush die dat veroorzaakt, maakt een verplette- rende indruk. Eindelijk een doel. De mo- rele hoogvlakte die de jongere betreedt, gaat hand in hand met afkeer van wat ‘de gematigde moslim’ wordt genoemd. En een nog grotere afkeer van de ‘subsi- diemoslim’, die in de ogen van de geradi- caliseerde laffe praatjes verkoopt over de- mocratie (haram!) en integratie. Wie in de Limburgse moslimwereld op verkenning gaat, komt er al snel ach- ter dat niets of weinig is wat het lijkt. Er schijnt consensus te bestaan onder ‘de gematigden’ dat men een serieus pro- bleem heeft met de eigen jeugd. Het draait niet alleen om het handjevol Limburgse jongeren dat al vertrokken is. Limburg telt naar schatting 40.000 mos- lims (CBS) en heeft een dertigtal mos- keeën, ongeveer gelijk verdeeld tussen Marokkaans en Turks. Als 44 procent van de Nederlandse moslims er funda- mentalistische denkbeelden op nahoudt (zoals onderzoek, zie kader, van Koop- mans suggereert), zijn dat er omgere- kend 17.600 in Limburg. Als 11 procent (onderzoek justitie 2010) van de mos- lims in Nederland vindt dat er situaties zijn waarin het vanuit de religie accepta- bel is om geweld te gebruiken, zijn dat er omgerekend 4.400 in Limburg. Het relatief grote aantal moslims (een substantiële minderheid aldus Koopmans) in Nederland dat sympathiseert met jiha- di’s en hun denkbeelden is problema- tisch. Koopmans: „Een paar honderd ra- dicalen die verder geen enkele steun heb- ben kun je gemakkelijk oprollen, maar als er een netwerk omheen hangt van sympathisanten en potentiële ondersteu- ners, is het een stuk moeilijker.” Het hardop benoemen hiervan en het zoe- ken naar andere verklaringen dan de vaak aangehaalde ‘uitsluitingstheorie’ (Nederlandse maatschappij veroorzaakt kansloosheid) is ook problematisch. Er bestaat vrees om ‘de gek’ in de eigen ge- lederen wakker te schudden, onmacht te etaleren of een interne kloof te veroor- zaken. Ogen en oren in de wijken zijn prima. Radicaliseringsambtenaren in Maas- tricht, Roermond en Venray ook. Maar, zoals PvdA-politicus Ahmed Marcouch het vorige week omschreef, interventie- teams formeren die bestaan uit ex-radi- calen die achter de voordeur moeten ko- men om de broertjes en zusjes van Abu ‘Hollandi’ op het rechte pad te houden, vergt een omwenteling in denken die nu nog niet begonnen is. Onderzoek en bronnen Voor dit artikel werden diverse ge- sprekken gevoerd met bronnen bin- nen de Limburgse moslimwereld. Van- wege de beladenheid van het thema is hen anonimiteit beloofd. Voorts werd gebruikgemaakt van studies en artike- len waaronder: Marokkaan in Europa, crimineel in Nederland - Frank Boven- kerk; Idealen op drift - Marion van San, Stijn Sieckelink, Micha de Winter; Der Dschihad-Kult - Der Spiegel; Fundamen- talismus und Fremdenfeindlichkeit - Ruud Koopmans; Occidentalisme (Het Westen in de ogen van zijn vijanden) - Ian Buruma/Avishai Margalit. Contact: [email protected] [email protected] Je weet dat er broeders zijn die eigenlijk spijt hebben en terug willen naar hun geboorteland. foto uit IS-propagandablad Dabiq

description

Backgroundarticle on the motivations of islamic youth in Limburg (The Netherlands) to become a jihadi

Transcript of Jihadpop, Pringles en martelaarschap

Page 1: Jihadpop, Pringles en martelaarschap

© Copyright 2013 Dagblad De Limburger / Limburgs Dagblad. Het auteursrecht, ook ten aanzien van artikel 15 AW, wordt uitdrukkelijk voorbehouden. Zaterdag, 06 december 2014

Jihadpop, P R I N G L E S E N M A R T E L A A R S C H A P

achtergrond

door Johan vd Beek en Claire van Dyck

EMet zijn uitspraak‘Wil je naar Syrië?

Ga, maar kom nietterug’ verwoordde

burgemeesterAhmed Aboutaleb

van Rotterdamonlangs een populairsentiment. Het is de

‘opgeruimd staatnetjes’-gedachte-

school die afleidt vande vraag hoe enwaarom pubers

radicaliseren.

Een jaar of drie geleden speel-de je nog rechtsbuiten bijRKSV Ergens in Limburg.Redelijk goede dribbelaar,snel ook. Maar vaak niet opde training en daarom geen

basisplaats. Op school ging het niet ge-weldig maar ook niet slecht. Je had vageplannen om iets te doen met toerisme.Probleem was wel dat je al een strafbladhad. Kleine dingen. Scooters jatten. Eenbewijs van goed gedrag, nodig voor eenbaan, kon je wel vergeten. Maar dat boei-de je toen niet. Je wilde ook rapper zijn.Je idool was Tupac Shakur. Als je met jevriendjes op straat of in het park aan hetchillen was en de politie je wegstuurde,voelde je je een echte gangstah. Smart-phone aan, filmpje opnemen. Ik ben alzestien bitch, ik ben de shit, dope flow, jekan niet tippen aan dit…En nu, drie jaar later, zit je in Syrië. Metpluisbaard, gekleed in een shirt vanHelly Hansen, een Palestijnenshawl omje hoofd, tassen uit de militaire dump opde borst en een AK-47 in je handen. Rap-pen doe je niet meer. Voetballen ookniet. Je hebt alle banden met de westersecultuur doorgesneden. Hoewel. Je kuntmaar moeilijk buiten Pringles, M&M’s,Snickers en Red Bull, het dieet dat je ookvolgde toen je thuis in Limburg achter je

laptop begon te radicaliseren. Je afkerenvan de morele leegte en oppervlakkig-heid van de westerse cultuur, maar welfastfood en snoep uit die cultuur gebrui-ken als brandstof voor je heilige oorlog,is dat niet ironisch? Op Twitter plaats jeonder je nom de guerre, die - zoals bijbijna alle krijgers - begint met ‘Abu’ (va-der), om de paar dagen een citaat uit deKoran. Je laat weten hoe jij en je broe-ders uit België, Duitsland, Frankrijk,Canada, Tunesië of Rusland het leven inhet kalifaat ervaren. Waarom je ging.De officiële reden, die je ook in eenafscheidsbrief vermeldde, was de slacht-offers van het regime van Bashar Al-As-sad helpen. Assad, die genocide pleegdeop zijn eigen volk.

Na maandenlang sjeik Google te heb-ben geraadpleegd en na contact met een

paar huiskamerpredikers in Limburg enBelgië, wist je dat het de plicht van allemoslims was om de mujaheddeen in Syriëte steunen. Gelijktijdig streed je ook te-gen hypocrisie van het Westen dat weg-keek toen 100.000 Syrische doden vielen.Je ging naar Turkije, passeerde de grensmet Syrië en sloot je aan bij een van destrijdende groepen. Je kreeg zes wekentraining voordat je het slagveld opmocht en het recht verwierf om eenmartelaarsdood te streven.

Maar er zijn dagen dat de verwarringtoeslaat. In plaats van een heroïschestrijd te voeren tegen Assads troepen,vecht je ook en vooral met rivaliserendegroepen. Moslims vechten tegen mos-lims, die op hun beurt weer vechten te-gen moslims. Dat was niet wat je op in-ternet werd voorgespiegeld in de onlineglossy van IS, Dabiq. Je weet dat er broe-ders zijn die eigenlijk spijt hebben en te-rug willen. Maar ze kijken op tegen dejarenlange gevangenisstraffen die hen tewachten staan. En er zijn al broeders ge-fusilleerd die in chats met familie thuishebben laten weten dat ze terug willen,desnoods met de radicaliseringprogram-ma’s en permanente surveillance. Maarhoe kom je weg uit het kalifaat? En als jeblijft, wat is dan de toekomst?

Het aanpakken en vroegtijdig herken-nen van radicalisering bij islamitische

jongeren is een complexe opgave. Jonge-ren hebben allemaal een periode in hunleven waarin ze de behoefte voelen omergens bij te horen. Als ze er niet in sla-gen een zogeheten meervoudige identi-teit te ontwikkelen, kunnen ze blijvenhangen bij een als cult gestileerde ideolo-gie. Alles voor houvast en zelfvertrou-wen en Jihadpop biedt dat. De kans datdit gebeurt, is extra groot als de ouderskampen met acute opvoedingsverlegen-heid. Marokkaanse en Turkse jongerenblijken steeds vaker orthodoxer in deleer dan pa en ma. Soms is dit ook eenmanier om in het reine te komen meteen jeugd op straat die in het tekenstond van kleine en grotere delicten, al-cohol drinken, achter de meisjes aanzit-ten en drugs(dealen). Vader, normaal deabsolute baas in het gezin, ziet dat zijngezag tanende is. Het verkeerde gedragop straat ziet hij niet of ontkent hij.Slaan als instrument om gehoorzaam-heid af te dwingen, is bij wet verboden.En als hij het toch doet, loopt hij het risi-co een Nederlandse welzijnswerker opbezoek te krijgen die hem komt vertel-len hoe hij zijn kinderen moet opvoe-den. Vader en moeder hebben daar-naast, minder nog dan autochtoneouders, enig idee van wat hun kinderenop internet doen. En daar, op het web,begint de zoektocht van de puber naareen antwoord op de wie ben ik?-vraag.

Als hij of zij zich plots als gelovig ont-popt, wordt dat aanvankelijk gezien alsdroom die uitkomt. Zowel bij SultanBerzel als Aicha uit Maastricht speeldeopluchting dat een verkeerde levensstijlwerd ingeruild voor vroomheid een be-langrijke rol. Vooral omdat die gelovig-heid aanvankelijk verkeerd werd gele-zen door de omgeving.

De jongere die eenmaal oversteekt,zal steeds meer zekerheden ontlenenaan die groep, ook geholpen door de ge-seculariseerde westerling die de neigingheeft om ‘de moslim’ sowieso al te zienals een iemand met vreemde idealen.Hoe meer ze tot een bepaalde groep wor-den gerekend, hoe sterker jongeren zichaangetrokken voelen om inderdaad totdie groep te gaan behoren.

Eindelijk valt alles op zijn plaats. Vanloser of kutmarokkaan zijn ze in enkelemaanden tijd doorgestoten naar de posi-tie van morele overwinnaar. De rush diedat veroorzaakt, maakt een verplette-rende indruk. Eindelijk een doel. De mo-

rele hoogvlakte die de jongere betreedt,gaat hand in hand met afkeer van wat‘de gematigde moslim’ wordt genoemd.En een nog grotere afkeer van de ‘subsi-diemoslim’, die in de ogen van de geradi-caliseerde laffe praatjes verkoopt over de-mocratie (haram!) en integratie.

Wie in de Limburgse moslimwereldop verkenning gaat, komt er al snel ach-ter dat niets of weinig is wat het lijkt. Erschijnt consensus te bestaan onder ‘degematigden’ dat men een serieus pro-bleem heeft met de eigen jeugd. Hetdraait niet alleen om het handjevolLimburgse jongeren dat al vertrokken is.Limburg telt naar schatting 40.000 mos-lims (CBS) en heeft een dertigtal mos-keeën, ongeveer gelijk verdeeld tussenMarokkaans en Turks. Als 44 procentvan de Nederlandse moslims er funda-mentalistische denkbeelden op nahoudt(zoals onderzoek, zie kader, van Koop-mans suggereert), zijn dat er omgere-kend 17.600 in Limburg. Als 11 procent(onderzoek justitie 2010) van de mos-

lims in Nederland vindt dat er situatieszijn waarin het vanuit de religie accepta-bel is om geweld te gebruiken, zijn dater omgerekend 4.400 in Limburg.

Het relatief grote aantal moslims (eensubstantiële minderheid aldus Koopmans)in Nederland dat sympathiseert met jiha-di’s en hun denkbeelden is problema-tisch. Koopmans: „Een paar honderd ra-dicalen die verder geen enkele steun heb-ben kun je gemakkelijk oprollen, maarals er een netwerk omheen hangt vansympathisanten en potentiële ondersteu-ners, is het een stuk moeilijker.” Hethardop benoemen hiervan en het zoe-ken naar andere verklaringen dan devaak aangehaalde ‘uitsluitingstheorie’(Nederlandse maatschappij veroorzaaktkansloosheid) is ook problematisch. Erbestaat vrees om ‘de gek’ in de eigen ge-lederen wakker te schudden, onmachtte etaleren of een interne kloof te veroor-zaken.

Ogen en oren in de wijken zijn prima.Radicaliseringsambtenaren in Maas-tricht, Roermond en Venray ook. Maar,zoals PvdA-politicus Ahmed Marcouchhet vorige week omschreef, interventie-teams formeren die bestaan uit ex-radi-calen die achter de voordeur moeten ko-men om de broertjes en zusjes van Abu‘Hollandi’ op het rechte pad te houden,vergt een omwenteling in denken dienu nog niet begonnen is.

Onderzoek en bronnenVoor dit artikel werden diverse ge-sprekken gevoerd met bronnen bin-nen de Limburgse moslimwereld. Van-wege de beladenheid van het thema ishen anonimiteit beloofd. Voorts werdgebruikgemaakt van studies en artike-len waaronder: Marokkaan in Europa,crimineel in Nederland - Frank Boven-kerk; Idealen op drift - Marion van San,

Stijn Sieckelink, Micha de Winter; DerDschihad-Kult - Der Spiegel; Fundamen-talismus und Fremdenfeindlichkeit -Ruud Koopmans; Occidentalisme (HetWesten in de ogen van zijn vijanden) -Ian Buruma/Avishai Margalit.

Contact: [email protected]@mgl.nl

Je weet dat er broederszijn die eigenlijk spijthebben en terug willennaar hun geboorteland.

foto uit IS-propagandablad Dabiq