Issuu JSW Jaargang 98 nr. 05 2014

8
Nummer 5, jaargang 98, januari 2014 www.jsw-online.nl Jeugd in School en Wereld Vakblad voor het basisonderwijs, speciaal onderwijs en opleiding Vragen over HGW Kansen en risico’s van beeldbegeleiding Werken aan leesmotivatie en -strategieën Veranderingen: niet moeten, maar willen

description

 

Transcript of Issuu JSW Jaargang 98 nr. 05 2014

Nummer 5, jaargang 98, januari 2014

www.jsw-online.nlJeugd in School en WereldVakblad voor het basisonderwijs, speciaal onderwijs en opleiding

Vragen over HGW

Kansen en risico’s van beeldbegeleidingWerken aan leesmotivatie en -strategieënVeranderingen: niet moeten, maar willen

colofon

RubriekenLezersactie 10www.jsw 16Uitgelicht 22Praktijk 25Schoolweek 30Open boek 36Van de stapel 39Science in de basisschool 44Gereedschap 46

126 Stagebegeleiding met

foto en filmMarijke Bouwhuis en Vincent KlabbersLeerkrachten en pabodocenten die stagiaires bege-leiden, kunnen gebruik maken van beeldmateriaal (foto en film). Hoe benut je beeld in dienst van de ontwikkeling van vakmanschap?

Vragen over HGWSimone van Dijk en Noëlle Pameijer‘Handelingsgericht werken is theoretisch best leuk, maar hoe haalbaar is het?’ In dit artikel worden praktische vragen over HGW bespro-ken, met name over de uitgangspunten ‘doelge-richt werken’, ‘wisselwerking/afstemming’, ‘on-derwijsbehoeften’ en ‘de leerkracht doet ertoe’.

JSW Jeugd in School en WereldOnafhankelijk vakblad voor het basisonderwijs, speciaal onderwijs en opleidingJaargang 98, nummer 5/2014ISSN 0165 – 6260© ThiemeMeulenhoff, Amersfoort, 2014

RedactieadresJSWPostbus 4003800 AK Amersfoort[T] (033) 448 34 54[F] (033) 448 39 99[E] [email protected][I] www.jsw-online.nl

Persberichten naar:[email protected]

HoofdredacteurIris van den Berg

Bureau- en webredactieAnne Firet

RedactieTjalling Brouwer (redactievoorzitter), Martin Bootsma, Michelle Clement, Karen van Kooten, Mark van der Pol, Magda van der Wulp

MedewerkersGerard Dümmer, Vincent Klabbers, Marieke Baselmans, Bianca Pannekoek, Joop Stoeldraijer

AbonnementenadministratieJSW AbonneeservicePostbus 22385600 CE Eindhoven[T] 088 2265 243[E] [email protected]

AbonnementsprijzenRegulier abonnement: € 67,95Studentenabonnement: € 36,50Proefabonnement (3 nummers): € 13,50Los nummer: € 10,-Digitaal nummer: € 6,-Digitaal proefabonnement: € 10,-Digitaal abonnement: € 39,-Extra thuisabonnement: € 50,-Combi-abonnement JSW en HJK: € 105,-Alle prijzen zijn incl. BTW en porti binnen Nederland. Woont u in het buitenland? Neem dan contact op met abonnementenbeheer. Abonnementen kunnen op elk gewenst moment ingaan. Opzeggingen uiterlijk 1 maand voor het aflopen van het abonnements jaar. Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch verlengd.

AdvertentiesRecent BVJoop Slor ([email protected]) Ray Aronds ([email protected])Postbus 172291001 JE Amsterdam[T] 020 3308998

Ontwerp lay-out en vormgevingFIZZ reclame + communicatie – Meppel

Foto omslagVincent van den Hoogen Fotografie DrukTen Brink – Meppel

Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gege-vensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912 j° het Besluit van 23 augus-tus 1985, Stbl. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie (PRO), Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp (www.stichting-pro.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compila-tiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de uitgever te wenden. Voor meer informatie over het gebruik van muziek, film en het maken van kopieën in het onder-wijs zie www.auteursrechtenonderwijs.nl.

Inhoudsopgave

5JSW 5 januari 2014

Voordeel voor abonnees 11

Cadeau bij een abonnement 29

Verwacht in JSW 50

40Het oudervertel­gesprekLieneke Rietsema-de JongOuders kennen hun kind vanaf de eer-ste dag. Ze weten wat wel en niet werkt en hebben jarenlange ervaring met het ondersteunen en begeleiden van hun kind. Hoe maak je nu als school nuttig gebruik van de kennis die ouders hebben?

Aandacht voor begrijpend lezenWilly van Elsäcker, Maud van Druenen en Mienke DroopDoor het inzetten van spannende of grappi-ge kinderboeken kun je op een motiverende en strategische manier werken aan begrij-pend lezen. Koppel strategieën aan de ver-halen en laat kinderen deze bij het individu-eel lezen en de zaakvaklessen toepassen.

Niet moeten, maar willenMichiel SantegoedsKBS De Zandberg werkt sinds twee jaar met zelfsturende werkgroepen rondom centrale schoolthema’s. De werkgroepen hebben als doel concrete, schoolbrede veranderingen te implementeren. Hoe zoek je gezamenlijk naar richting?

3218

6 JSW 5 januari 2014

Vraag tien leerkrachten handelingsgericht werken (HGW) te omschrijven en je krijgt

tien verschillende antwoorden (Van Meersber-gen & De Vries, 2013). Voor de één betekent HGW denken in mogelijkheden, voor de ander staat het voor een tijdrovende aanpak die alleen maar gericht zou zijn op het invullen van formu-lieren. Wij hanteren als omschrijving (Pameijer e.a., 2009):

HGW is een werkwijze waarbij het schoolteam werkt volgens zeven uitgangspunten. Het con-cretiseert passend onderwijs en doeltreffende leerlingbegeleiding, zodat je beter kunt omgaan met de overeenkomsten en verschillen in je groep. HGW beoogt de kwaliteit van het onderwijs en de begeleiding voor alle leerlin-gen te verbeteren.

In dit artikel bespreken we enkele vragen over HGW, met de zeven uitgangspunten als kap-stok. Deze zijn niet geheel nieuw en in die zin ‘oude wijn in nieuwe zakken’, maar het zijn wel geselecteerde en beproefde kwaliteitswijnen die met elkaar in verband zijn gebracht in recente stevige zakken.

Doelgericht en systematisch HGW is doelgericht: zonder doelen geen rich-ting, geen effectieve feedback en geen moge-lijkheid om je werk te evalueren.

‘We willen als team door met HGW, maar moeten van ons bestuur opbrengstgericht gaan werken. Gaat dat samen?’Door ambitieuze doelen te stellen en effectieve feedback te geven, zijn opbrengsten te verhogen (Marzano, 2007). Twee zeer effectieve interven-

ties hebben hiermee te maken: doelen samen met leerlingen opstellen en hen hierop feedback geven, zodat ze inzicht krijgen in hun eigen leer-ontwikkeling (Hattie, 2009). Effectieve feedback geeft leerlingen antwoord op drie vragen:1. Feed up: waar werk ik naartoe? Wat wil ik

bereiken? Wat is het doel?2. Feed back: hoe doe ik het tot nu toe? Ben

ik dichtbij of ver van het doel af?3. Feed forward: hoe nu verder? Wat moet

ik nog doen om dichter bij het doel te komen?

HGW is sterk doelgericht; opbrengstgericht werken (OGW) past hier goed bij. Daarom hebben we de volgorde van de uitgangspunten veranderd en doelgericht werken nu op de eer-ste plaats gezet. Door de krachten van HGW en OGW te bundelen, gaat een team ‘puzze-len’ (hoe kunnen we handelingsgericht aan opbrengsten werken?) in plaats van ‘stapelen’ (eerst HGW en nu ook OGW, wat veel …). Het is maar hoe je de opbrengsten waar jij waarde aan hecht omschrijft (Clijsen e.a., 2011): smal – alleen leeropbrengsten taal en rekenen, of breed – naast deze leeropbrengsten ook welbevinden van leerlingen, zicht op hun eigen leerontwikkeling, werkplezier van leer-krachten en ouderbetrokkenheid. En vanuit welk kader (en met wie) je doelen formuleert en opbrengsten analyseert: smal, – alleen vanuit de kwaliteit van de instructie, of breed – naast de instructiekwaliteit ook vanuit andere effectieve leerkrachtvaardigheden, leerling- en ouderbe-trokkenheid. De brede opvatting van OGW past uitstekend bij de HGW-cyclus (groepsoverzicht, groeps-plannen, lesobservaties en groepsbespreking).

HGW? Dat doe ik allang! ‘Handelingsgericht werken is theoretisch best leuk, maar hoe haalbaar is het?’ In dit artikel worden praktische vragen over handelingsgericht werken besproken, met name over de uitgangspunten ‘doelgericht werken’, ‘wisselwerking/afstemming’, ‘onderwijs-behoeften’ en ‘de leerkracht doet ertoe’.

Simone van Dijk

is als trainer, coach en

onderwijsadviseur ver-

bonden aan Inschool

en OOG onderwijs en

jeugd, en als docent

aan de post-HBO-oplei-

ding tot Intern Begelei-

der van de Inschool

Academie

Noëlle Pameijer

is als school- en kin-

derpsycholoog werk-

zaam in samenwer-

kingsverband Annie

M.G. Schmidt

Passend onderwijs

Vragen over Handelingsgericht werken

12 JSW 5 januari 2014

Vincent Klabbers

KantelpuntenBeeldbegeleiding vraagt om afwegingen, zowel over de vorm als over de inhoud van je begeleiding. Het is meer dan het tonen van beelden en het wijzen op alternatieven. Beeld-begeleiding houdt in dat je als begeleider voortdurend afwegingen maakt. Kies je voor foto of film? Welke momenten verdienen aan-dacht? Focus je op totaaloverzicht of op close-up? Wie kiest de beelden bij het gesprek? In welke volgorde komen de beelden aan bod? De afwegingen die je maakt, noemen we kan-

‘Kon ik het haar maar laten zien!’ en ‘Ik heb hem al vaker gezegd wat hij anders zou

moeten doen, maar het lijkt niet binnen te komen.’ Dit zijn enkele opmerkingen van stage-begeleiders van studenten van de lerarenoplei-ding. Met de digitale middelen van dit moment lijkt niets meer in de weg te staan om foto en film in te zetten bij de begeleiding van studen-ten. Dit artikel is bedoeld om leerkrachten en pabodocenten die stagiaires begeleiden, een handreiking te geven bij het gebruik van beeld-materiaal bij stagebegeleiding.

Leerkrachten en pabodocenten die stagiaires begeleiden, kunnen gebruikmaken van beeldmateriaal (foto en film). Hoe benut je beeld in dienst van de ontwikkeling van vakmanschap? En hoe voorkom je dat door het gebruik van beeld het zelfvertrouwen van de aanstaande leerkracht juist afneemt?

Marijke Bouwhuis

is hogeschooldocent Neder-

lands en beeldbegeleider op

de HAN Pabo in Nijmegen

Vincent Klabbers

werkt als hogeschooldocent

Rekenen & Wiskunde en als

beeldbegeleider op Hoge-

school De Kempel in Helmond

Stagebegeleiding met foto en film

Kansen en risico’s van beeldbegeleiding

Professionalisering

1

18 JSW 5 januari 2014

Taal

Recent zijn in de pers nogal wat artikelen ver-schenen van mensen die zich zorgen maken

over de geringe aandacht van pabo’s en basis-scholen voor kinderboeken. Jacques Vriens, de kersverse ambassadeur van het kinderboek, ver-zucht in zijn artikel in NRC van 28 mei 2013 dat het zo jammer is dat studenten op pabo’s geen kinderboeken meer hoeven te lezen. Ook betoogt hij: ‘(…) lezen en voorlezen zijn essenti-ele activiteiten die zonder al te veel moeite geïn-tegreerd kunnen worden in het onderwijs.’ Wij sluiten ons van harte bij dit pleidooi aan. Met name bij begrijpend lezen en de zaakvaklessen is hier een wereld te winnen.

Als we de huidige begrijpend leesmethoden bekijken, zien we nauwelijks aandacht voor kin-derboeken en verhalen. Observaties in de prak-tijk laten zien dat de betrokkenheid van de kin-deren vaak minimaal is; door de korte teksten krijgen ze niet de gelegenheid echt in het ver-haal te komen. Omdat begrijpend lezen als apart vak gegeven wordt, passen kinderen de opgedane vaardigheden veelal niet toe bij andere vakken of als ze zelf een boek lezen, horen we van leerkrachten. Dat moet anders kunnen, maar hoe? Eerst moeten we ons afvra-gen wat eigenlijk de essentie is van begrijpend lezen en wat er bekend is uit onderzoek naar begrijpend leesinstructie.

Factoren bij begrijpend lezenAls leerlingen problemen hebben met begrij-pend lezen, zeggen deskundigen in de Ver-enigde Staten vaak: ‘There is no quick fix’, een snelle oplossing is er niet! Er moet op vele fron-ten tegelijk gewerkt worden: aan woordenschat, kennis van de wereld, technische leesvaardig-

heid en leesmotivatie. Bij tekstbegrip heb je bovendien cognitieve vaardigheden nodig; je moet logisch kunnen redeneren. Ook metacog-nitieve vaardigheden zijn belangrijk, zoals in de gaten hebben wanneer je de tekst of een woord niet begrijpt, weten welke strategie je dan kunt inzetten en nadenken over de vraag of je strate-gie succesvol was.

Lange tijd dacht men dat het niet zoveel zin heeft om cognitieve en metacognitieve vaardig-heden aan kinderen te onderwijzen, omdat die vaardigheden nauw samenhangen met IQ. Dat klopt maar ten dele. Van der Stel (2011) toont in haar proefschrift aan dat metacognitieve vaardigheden zich wel degelijk kunnen ontwik-kelen, onafhankelijk van IQ. Het onderwijs moet dan wel aan de volgende drie voorwaar-den voldoen: 1. De kinderen oefenen met stra-tegieën in een betekenisvolle taak; 2. De leer-kracht legt het nut van de strategieën uit en 3. De metacognitieve instructie wordt over langere tijd gegeven.

Strategieën zijn een middelWe maken onderscheid tussen leesstrategieën en leesvaardigheden. Een strategie wordt door de lezer bewust ingezet om moeilijkheden in de tekst op te lossen. Strategieën zijn dus een mid-del, geen doel. Soms zeggen goede lezers dat ze geen strategieën gebruiken. Dat kan komen doordat ze alleen teksten op of onder hun niveau lezen, maar ook doordat strategieën zo geautomatiseerd zijn dat het vaardigheden zijn geworden die lezers onbewust uitvoeren. Als een goede lezer bijvoorbeeld een moeilijk woord tegenkomt, leest hij veelal automatisch een stukje verder, tot het woord uitgelegd wordt.

Aandacht voor begrijpend lezenDoor het inzetten van spannende of grappige kinderboeken kun je op een motiverende en strategische manier werken aan begrijpend lezen. Koppel strategieën aan de verha-len en laat kinderen deze bij het individueel lezen en de zaakvaklessen toepassen.

Willy van Elsäcker

is werkzaam bij het HCO

([email protected])

Maud van Druenen

is werkzaam bij het

Expertisecentrum

Nederlands

(m.van.druenen@experti-

secentrumnederlands.nl)

Mienke Droop

werkt aan de Radboud

Universiteit

([email protected])

Kinderen moeten

gemotiveerd zijn

om strategieën te

gebruiken

Leesmotivatie en -strategieën

32 JSW 5 januari 2014

Het voorbeeld van de banaan en de apen als animatie bekij-

ken? (www.youtube.com/watch?v=KZeiSKnhOBc)

Human Touch Photography

Zelfverantwoordelijk leren: het is een belangrijk thema voor KBS De Zandberg. Zo belangrijk dat we in 2011 een zelfsturende werkgroep rondom dit thema hebben gevormd. De doelstelling? Concrete, schoolbrede veranderingen implemen-teren op het gebied van de zelfverantwoordelijk-heid van de leerlingen. Tijdens het eerste jaar van dit traject orïenteerden we ons op het thema en zochten we met het gehele team naar een schoolbrede visie (zie het artikel ‘Doelgericht ver-anderen’, Santegoeds, JSW februari 2013). Inmiddels zitten we met de werkgroep in de implementatiefase en is het tijd om concrete en tastbare verbeteringen te realiseren. Dit blijkt een moeizaam, maar interessant en leerzaam proces.

De banaan op de ladder In het boek Competing for the future (Hamel & Prahalad, 1996) beschrijven de auteurs een experiment waarbij een ladder met bovenop een banaan wordt geplaatst in een kooi met vijf apen. Wanneer een aap de ladder beklimt, springt de sprinklerinstallatie in de kooi echter aan en krijgen alle apen een koude douche. Omdat apen niet van water houden, leren ze snel om weg te blijven bij de ladder met de banaan.Na enkele dagen vervangt men een van de apen door een andere aap. Natuurlijk valt het oog van de nieuwe aap al snel op de banaan. Maar wanneer hij deze probeert te bereiken, wordt hij tegengehouden door de andere apen. De nieuwe aap staakt al snel zijn pogingen de banaan te bereiken.Een aapwissel later wordt het experiment pas echt interessant. Zonder de gevolgen van het beklimmen van de ladder te kennen, helpt de eerste ‘nieuwe aap’ namelijk actief mee met het

verdedigen van de ladder. Dit proces herhaalt zich een aantal keer, totdat na een tijdje alle oorspronkelijke apen in de kooi vervangen zijn. En hoewel geen van deze apen ooit een koude douche heeft gehad, blijft de banaan onaange-roerd op de ladder liggen ...Naar schatting faalt ongeveer 70 procent (!) van alle verandertrajecten. In veel gevallen speelt het mechanisme uit bovenstaand experi-ment een rol: gedragingen, afspraken en regels ontstaan en zijn bijna niet meer te veranderen, zelfs wanneer de aanleiding verdwijnt of wan-

Niet moeten, maar willenKBS De Zandberg werkt sinds twee jaar met zelfsturende werkgroepen rondom centrale schoolthema’s. De werkgroepen hebben als doel concrete, schoolbrede veranderingen te implementeren. In dit artikel worden de ervaringen van een van deze werkgroepen vertaald naar concrete verandertips.

Michiel Santegoeds

is adviseur bij Vita

Onderwijsadvies

(www.vita-onderwijsad-

vies.nl) en werkt part-

time als leerkracht op

KBS De Zandberg

Professionalisering

Structureel veranderen

40 JSW 5 januari 2014

Vaak vinden ouders dat ze ‘niets horen’ van de school. De ouders denken dat de leer-

kracht hen benadert en de leerkracht denkt dat de ouders komen informeren. Om zulke misverstan-den te voorkomen, is het goed om verwachtingen vanaf het begin, over en weer, uit te spreken.Dit artikel is een aanbeveling voor het voeren van het oudervertelgesprek, waarbij de leerkracht gebruik maakt van de expertise van ouders, in het belang van het kind. Ook bevat het artikel hand-vatten voor het voeren van zo’n gesprek. Het betreft een verslag van een praktijkgericht onder-zoek dat geleid heeft tot het opstellen van een for-mat voor het voeren van een oudervertelgesprek.

Betrokken oudersUit onderzoek van Marzano (2007) blijkt dat kinderen met meer plezier naar school gaan en dat schoolprestaties verbeteren wanneer hun ouders zich betrokken voelen bij school. Betrok-ken ouders stralen dat uit op hun kinderen. Onderwijsondersteunende activiteiten thuis wor-den gemakkelijker uitgevoerd. Ook het sociaal-emotioneel functioneren wordt gunstig beïnvloed, wanneer ouders en leerkrachten, vanuit geza-menlijke verantwoordelijkheid, hun aanpak op elkaar afstemmen.

Peters moeder vertelt me dat hij thuis heeft gezegd dat hij graag knuffels aan me uit-deelt en zij wil van mij weten of ik dat wel goed vind. We hebben het er samen over en dan blijkt dat ze Peter aan het leren zijn dat je niet zomaar iedereen kan gaan knuffelen. Door dit te weten, houd ik daar rekening mee en kan ik de ouders ondersteunen in hun opvoeding.

Communiceren met oudersCommuniceren met ouders wordt gemakkelijker en laagdrempeliger als leerkrachten en ouders vanaf het begin gewend zijn om met elkaar in gesprek te gaan. Wanneer ouders zich ‘welkom voelen’ en zich als gesprekspartner serieus genomen voelen, ontstaat communicatie op basis van gelijkwaardigheid. Door hen écht seri-eus te nemen en écht naar hen te luisteren, doe je terecht recht aan de ouders op je school.Door het voeren van oudervertelgesprekken ont-wikkelt de school ouderbetrokkenheid op basis van partnerschap. Vanuit gezamenlijkheid wordt gezocht naar een juiste aanpak voor zowel thuis als op school. Partnerschap ontstaat echter niet vanzelf, het vraagt investering: ‘Een partner ben je niet, maar word je’ (De Wit, 2008).

Het oudervertelgesprekEenbes basisschool Sint Jozef in Geldrop heeft in oktober 2012 het oudervertelgesprek inge-voerd. Als leerkracht van die school en student Master SEN, domein gedrag, neem ik de imple-mentatie hiervan tot onderwerp van mijn prak-tijkgericht onderzoek (Rietsema, 2013). Ik ver-diep me in literatuur, zoek naar ‘good practices’ en stel daarna, in afstemming met collega’s een format samen dat als handvat gebruikt wordt bij het voeren van de oudervertelgesprekken. Na afloop evalueer ik de gesprekken bij alle col-lega’s en een aantal ouders, waarna aanpassin-gen volgen en een definitief format ontstaat.

In het oudervertelgesprek staat de afstemming tussen ouders en leerkrachten over de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind centraal. De schoolresultaten komen niet ter sprake.

Het oudervertel­ gesprekOuders kennen hun kind vanaf de eerste dag. Ze hebben hun kind zien opgroeien, we-ten wat wel en niet werkt en hebben jarenlange ervaring met het ondersteunen en be-geleiden van hun kind. Hoe maak je nu als school nuttig gebruik van de kennis die ou-ders hebben over hun kind?

Lieneke Rietsema-

de Jong is leerkracht en

begeleidt scholen bij

de invoering van

oudervertel¬gesprekken

([email protected])

‘Een partner ben

je niet, maar

word je’

Gebruikmaken van de kennis van ouders