Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste...

34
Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en winkelinterieur

Transcript of Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste...

Page 1: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

Inrichten verkoopruimten 1

Transportmiddelen en winkelinterieur

Page 2: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de
Page 3: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR 3

Transportmiddelen en winkelinterieurTheorieboek

Jan van de BiggelaarFrans DemarteauCorrie van GestelMatheu LennaersEvert Oskam

eerste druk, 2001

Page 4: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

4 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

© 2001 Ontwikkelcentrum, Ede, NederlandAlle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, hetzij mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het Ontwikkelcentrum.

Artikelcode: 22034.2

Colofon

Auteursteam Jan van de Biggelaar, Frans Demarteau, Corrie van Gestel, Matheu Lennaers, Evert Oskam

Illustraties EduActief

Redactie EduActief en Studio Maan, Mieke Winnubst

Page 5: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ VOORWOORD 5

Voorwoord

Deze uitgave bevat de onderwijseenheid Transportmiddelen en winkelinterieur van de deelkwalificatie Inrichten verkoopruimten 1. Voor de onderwijseenheid is er een uitgave met opdrachten en een uitgave met theorie.

Opdrachten

Aan het begin van elke opdracht staat het opdrachtdoel. Daar staat wat je aan het einde van de opdracht moet kunnen. De opdrachten bevorderen de zelfwerkzaamheid. Met de opdrachten kun je je kennis in de praktijk toetsen of bepaalde vaardigheden trainen. Als je alle opdrachten met voldoende resultaat hebt uitgevoerd, beheers je de stof.

Theorie

Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de belangrijkste begrippen.

Wij wensen je veel succes bij het werken met deze uitgave.

Het auteursteam

Page 6: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

6 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

Inleiding

In hoofdstuk 1 komen verschillende soorten transportmiddelen aan de orde, die je kunt gebruiken voor het plaatsen van artikelen na ontvangst in de magazijnruimte en verkoopruimte. De steekwagen, de rolcontainer, de vorkheftruck, de pallettrekker, de plateauwagen en de etagewagen worden in het kort beschreven en op foto’s getoond.Voordat je de goederen in de verkoopruimte plaatst, kun je gebruik maken van een magazijn. Van het magazijn worden in hoofdstuk 2 de functies, opslagmethoden, de indeling en de daarin geplaatste stellingen beschreven. Bij de indeling van het magazijn moet je rekening houden met de kwaliteit en type goederen die worden opgeslagen. Tevens moet je bepaalde veiligheidsvoorwaarden in acht nemen. De manier waarop goederen in het magazijn worden opgeslagen is bepalend voor het overzicht over de voorraad. Daarbij mag je een snelle verplaatsing naar de verkoopruimte niet uit het oog verliezen. In de paragraaf over de indeling van de stelling vind je informatie over werk- en bulkvoorraad en de manier van het plaatsen van de verschillende soorten producten.Natuurlijk vindt de verkoop niet in het magazijn plaats en is de verkoopruimte het belangrijkste onderdeel van de winkel. In hoofdstuk 3 wordt aandacht besteed aan de winkellay-out van de totale bedrijfsvloeroppervlakte. Het belangrijkste onderdeel is de routing, de weg die we de klant willen laten volgen om zo veel mogelijk te verkopen. Daarbij rekening houdend met een goede indeling in verkoopsterke en verkoopzwakke zones en het toepassen van de juiste plaatsingsverbanden.

Page 7: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ INHOUD 7

Inhoud

Voorwoord 5

Inleiding 6

1 Interne transportmiddelen 91.1 Soorten transportmiddelen 91.2 Afsluiting 13

2 Het magazijn 142.1 De functies van het magazijn 142.2 Opslagmethoden in het magazijn 182.3 De indeling van het magazijn 202.4 De indeling van de stelling 222.5 Afsluiting 23

3 De verkoopruimte 243.1 Winkellay-out 243.2 Routing 263.3 De plattegrond 273.4 De plaatsingsverbanden 283.5 Verkoopzones 293.6 Het presenteren van artikelen 313.7 Afsluiting 32

Trefwoordenlijst 33

Page 8: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

8 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

Page 9: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ INTERNE TRANSPORTMIDDELEN 9

1 Interne transportmiddelen

Oriëntatie

Er wordt wat afgesjouwd in de handel. Niet alleen bij het externe transport tussen de diverse schakels in de bedrijfskolom. Ook intern transport in de winkel brengt veel werk met zich mee. Van de ontvangstruimte naar het magazijn, van het magazijn naar de winkel, van de winkel naar de consument. Hoe groter de winkel, hoe meer gesjouw. Niet af en toe een kilootje, maar over een hele dag genomen kan dat in de honderden kilo’s lopen. En maar tillen, bukken, trekken, duwen en schuiven. Bij meer dan de helft van de detaillisten komt zwaar til- en sjouwwerk voor. Gelukkig zijn er hulpmiddelen die rugklachten kunnen voorkomen. Hulpmiddelen die het interne transport in de winkel minder vermoeiend maken. Het kost een aardige duit om ze aan te schaffen, maar 90% van de detaillisten denkt dat het verminderen van lichamelijke belasting geld oplevert.

1.1 Soorten transportmiddelen

Voor het transport vanuit de ontvangstruimte naar het magazijn en voor het plaatsen van de artikelen in het magazijn worden verschillende hulpmiddelen gebruikt. Hieronder lees je welke dat zijn.

Steekwagen

Een steekwagen bestaat uit een frame met daaraan een steekplaat. In verticale stand kan de verpakking op de steekplaat worden geschept. Door de steekwagen op zijn twee wielen te kantelen, worden de artikelen opgetild en kunnen deze worden verplaatst.Dit transportmiddel heeft een aantal voordelen. Een steekwagen is vrij goedkoop in aanschaf, is makkelijk te manoeuvreren en in elkaar geschoven neemt hij weinig plaats in. Nadelen zijn dat de artikelen niet te groot en te zwaar mogen zijn. Ook artikelen met een afwijkende vorm geven problemen.

Page 10: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

10 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

Rolcontainer

In een rolcontainer kan een grote hoeveelheid artikelen in één keer worden verplaatst. De wanden kunnen worden weggeklapt waardoor de goederen er in het magazijn makkelijk uit te halen zijn. Ingeklapt neemt de rolcontainer vrijwel geen plaats in.Dozen, zakken, maar ook kledingrekken zijn op deze manier makkelijk te vervoeren. Door de panelen aan elkaar te koppelen en de kooi op slot te doen, wordt diefstal van goederen moeilijker. Het valt nou eenmaal op om met een complete rolcontainer de deur uit te gaan en het maakt ook veel herrie.Een variant op de rolcontainer is de zogenaamde roll-in. Deze wordt met name in supermarkten gebruikt voor het plaatsen van melk-, vla- en yoghurtpakken in de koelruimte.

Fig. 1.1 De moderne steekwagen

Page 11: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ SOORTEN TRANSPORTMIDDELEN 11

Vorkheftruck en pallettrekker

Pallets worden verplaatst met behulp van een vorkheftruck of een pallettrekker. Deze hebben twee vorken die passen tussen de balken onder de pallet. De pallet wordt met goederen en al opgetild en verreden naar de plaats van bestemming. Daar worden de goederen weer neergelaten zonder noemenswaardige lichamelijke inspanning. De vorkheftruck wordt gebruikt als de artikelen over een langere weg of in de hoogte moeten worden geplaatst. De pallettrekker of handpallettruck wordt gebruikt als de artikelen handmatig in de schappen kunnen worden gezet.

Fig. 1.2 De roll-in

Page 12: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

12 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

Plateauwagen

Dozen die in maat verschillen en niet op een pallet staan, kunnen op een plateauwagenworden verplaatst. Dit is in feite een grote plank op wieltjes waaraan een trek- of duwstang is aangebracht. Het nadeel is dat hij veel ruimte inneemt en moeilijk te besturen is.

Etagewagen

Kleinere en lichtere artikelen worden verplaatst met een etagewagen.Deze bestaat uit een aantal verdiepingen waarop artikelen van verschillende formaten en vormen kunnen worden geplaatst. Hij is kleiner dan een plateauwagen en daardoor makkelijker te besturen. Hij kan zelfs als tijdelijke opslagplaats dienen.

Fig. 1.3 De pallettrekker

Fig. 1.4 De plateauwagen

Page 13: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ AFSLUITING 13

Er zijn nog meer interne transportmiddelen, maar die kom je vrijwel nooit in een winkel tegen. Zo worden in fabrieken en bij groothandels flexibele wieltjesbanen of bandrollers gebruikt als goederen over steeds veranderende afstanden worden verplaatst.

Buizenpost

Bij winkels met meerdere verdiepingen kan gebruik worden gemaakt van buizenpost. Als de kassier op een hogere of lagere verdieping zit, worden de rekening en het geld via een buizenstelsel verstuurd en komt het wisselgeld via diezelfde weg weer retour.

1.2 Afsluiting

Begrippenlijst

Fig. 1.5 De etagewagen

etagewagen Transportwagen met verschillende verdiepingen.interntransport

Goederenvervoer binnen het bedrijf.

pallettrekker Transportwagen om pallets te vervoeren.plateauwagen Een plank op wieltjes waaraan een trek- of duwstang is aange-

bracht.rolcontainer Op wieltjes geplaatste kooi met losse panelen van hekwerk.steekwagen Transportwagen voor het verplaatsen van niet te zware of te grote

artikelen.vorkheftruck Transportwagen om pallets over een langere weg of in de hoogte

te verplaatsen.

Page 14: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

14 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

2 Het magazijn

Oriëntatie

Een magazijn is een afsluitbare ruimte van een bedrijf. Het is zo ingericht dat goederen er tijdelijk kunnen worden opgeslagen. We noemen een magazijn dan ook wel de opslagruimte. In het magazijn is ook ruimte ingericht voor de ontvangst, de verwerking en voor eventuele verzending van goederen. Vanuit het magazijn zullen de goederen naar de winkel gaan van waaruit de goederen worden verkocht.

2.1 De functies van het magazijn

De functies van een magazijn zijn:– ontvangst van goederen– verwerking van goederen– opslag van goederen– verzending van goederen.

Page 15: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ DE FUNCTIES VAN HET MAGAZIJN 15

Het doel van een magazijn is het uitoefenen van controle op voorraden in natura. Middelen die hiervoor ter beschikking staan zijn:– interne distributie– voorraadadministratie– voorraadbeheer– voorraadbeheersing.

In dit hoofdstuk worden de functies van een winkelmagazijn behandeld. Andere soorten magazijnen zijn het doorvoermagazijn, van waaruit de goederen verder worden gedistribueerd en de distributiecentra voor de bevoorrading van meerdere winkelvestigingen. Een verkoopmedewerker krijgt het meest met een winkelmagazijnte maken.

Fig. 2.1 Het magazijn van een

supermarkt

Page 16: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

16 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

Redenen waarom goederen worden opgeslagen zijn:– onregelmatige aanvoer– de vraag van de klanten– de beschikbare winkelruimte– de grootte van de artikelen.

Niet alle winkels hebben genoeg ruimte om een magazijn in te richten. Uiteraard is het oppervlak van de verkoopruimte belangrijker dan de opslagruimte, maar toch is die opslagruimte nodig. Daarom zal iedere detaillist die een nieuwe winkelvestiging wil openen, goed op moeten letten of er in het winkelpand een juiste verdeling te maken is tussen de verkoop- en de opslagruimte.Sommige winkels zijn zo klein dat de keuken, de tuin, de meterkast of het toilet als opslagplaats moet worden gebruikt. Sommige van die opslagruimtes staan zo vol dat alleen de zeer magere verkoopmedewerkers de taak krijgen om de artikelen uit het magazijn te halen.

Afhankelijk van het type magazijn en de branche worden aan het magazijn bepaalde voorwaarden gesteld.

Functionele voorwaarden

Functionele voorwaarden hebben betrekking op de lay-out van het magazijn:– ligging van het magazijn ten opzichte van andere ruimten, zoals het kantoor en

de winkel– de ingang en de uitgang moeten zich op een logische plaats bevinden– de nooduitgang moet goed te bereiken zijn– mogelijkheden van koel- en vriesruimten– voldoende ruimte beschikbaar voor:

• de opslag van goederen• de ontvangst, verwerking en verzending van goederen• emballageopslag• het opslaan van hulp- en transportmiddelen.

Kwaliteitsbewakende voorwaarden

Voorwaarden ten aanzien van de kwaliteitsbewaking zijn sterk afhankelijk van de branche en de bijzondere kenmerken van de opgeslagen goederen. Zo zullen aan de kwaliteitsbewaking in de foodbranche andere voorwaarden worden gesteld dan in de dierverzorgingsbranche.

Veiligheidsvoorwaarden

Het magazijn moet voldoen aan de wettelijke bepalingen omtrent veiligheid, arbeidsomstandigheden en milieu. In de detailhandel heb je daarnaast veel te maken met de Warenwet.Diefstalgevoelige artikelen moeten extra beveiligd worden opgeslagen en een ruimte met giftige en ontvlambare goederen kun je maar beter goed afsluiten.In menig magazijn heeft men vanwege ruimtegebrek een stelling voor de nooduitgang of de brandslang geplaatst. Dit brengt de veiligheid in gevaar.

Page 17: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ DE FUNCTIES VAN HET MAGAZIJN 17

Je zult begrijpen dat de hier genoemde voorwaarden ook eisen stellen aan de verkoopmedewerker die regelmatig met het magazijn in aanraking komt. Werken in het magazijn vraagt om:– geconcentreerde aandacht– handvaardigheid– zorgvuldigheid.

Je botten mogen het natuurlijk niet bij een kleine lichamelijke inspanning begeven.Hieruit blijkt maar weer dat niet iedereen geschikt is om in iedere willekeurige branche te werken.

Een magazijn is al snel te klein. Vaak komt dit doordat men te veel voorraad in huis heeft, maar het kan ook gewoon ruimtegebrek zijn. Een mogelijke oplossing bij gebrek

extern magazijn aan voldoende opslagruimte is het gebruik van een extern magazijn. Dit is een magazijn dat niet direct aan de winkelvestiging is gebouwd. Winkelbedrijven kunnen zelfstandig externe ruimte huren, maar vaak maakt men met meerdere bedrijven van zo’n ruimte gebruik.

Voorbeelden van een extern magazijn zijn:– een centraal magazijn

Dit is een magazijn waar de filialen van een grootbedrijf gebruik van maken.– een magazijn aan de rand van de stad

Dit is vaak goedkopere grond op een industrieterrein.– een gezamenlijk magazijn

Hierbij maken twee of meerdere detaillisten gebruik van dezelfde ruimte, eventueel verhuurd door een van die detaillisten.

– het magazijn van de leverancierVanuit dit magazijn kan de detaillist zelf, vaak dagelijks, zijn winkelvoorraad aanvullen.

intern magazijn De meeste detaillisten geven de voorkeur aan een intern magazijn. Dit magazijn bevindt zich binnen de winkelvestiging. De voordelen die een intern magazijn biedt, hebben met name te maken met controle en bevoorrading.

Inkomende goederen moeten bij ontvangst worden geregistreerd. Dit moet bij voorkeur in een speciaal daarvoor ingerichte ruimte gebeuren.Bedrijven die een beetje ruim in de vierkante meters zitten maken daarom gebruik van een aankomstmagazijn. Hier worden de goederen aan het eind van hun externe route ontvangen, geregistreerd en verwerkt voor verdere opslag. Hier begint de interne route van de goederenstroom.

Fig. 2.2

Page 18: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

18 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

De manier waarop de goederen in het magazijn worden opgeslagen, is bepalend voor het overzicht over de voorraad. Hierdoor kan er doelmatig worden gewerkt. De goederen moeten gemakkelijk terug te vinden zijn, makkelijk bereikbaar zijn en snel naar de winkel kunnen worden verplaatst. Dit geldt zeker voor artikelen waar veel vraag naar is.

2.2 Opslagmethoden in het magazijn

Als je thuiskomt met een lading boodschappen voor de hele week, zul je deze zo opbergen dat deze op de juiste manier worden bewaard, terug te vinden zijn en zo weinig mogelijk plaats innemen.

Ook bij het plaatsen van de goederen in het magazijn houd je met zulke factoren rekening. Je kunt niet zomaar alle artikelen in het magazijn dumpen. De manier waarop je goederen opslaat, kan per soort artikel verschillen. Dozen kun je opstapelen, kleding kun je ophangen en beschermen met plastic hoezen en diepvriesproducten worden gekoeld opgeslagen. Artikelen moeten ook zo worden opgeslagen dat de kwaliteit van de artikelen tijdens de opslag niet wordt aangetast.Voor verschillende goederen zijn er verschillende manieren waarop deze kunnen worden opgeslagen. Hierbij moet steeds een keuze worden gemaakt uit de volgende opslagmethoden:– de vloer

Omdat de vloer vaak vochtig is, zal men niet snel goederen op de vloer plaatsen. Alleen als er geen enkel risico aan verbonden is, kun je dit doen.

– vlondersHiermee wordt voorkomen dat de goederen contact met de vloer maken.

– palletsHierbij is het makkelijk om meerdere goederen in een keer, met behulp van een heftruck of pallettrekker, te verplaatsen.

– stellingenDaarin kan zowel in horizontale als verticale richting een overzichtelijke verdeling van de goederen worden gemaakt.

– rolcontainersHet voordeel hiervan is dat de goederen direct naar de winkel kunnen worden gereden.

– buitenVoor grote ruwe goederen die onnodig veel plaats in het magazijn zouden innemen en tegen weer en wind bestand zijn, kiest men vaak voor opslag buiten het magazijn.

– speciale opslagSommige goederen vereisen een speciale opslagmethode:• kleding aan rekken• zuivelproducten in koelcellen• diepvriesproducten in een diepvriescel• kostbare artikelen in een kluis• chemicaliën in vaten.

De manier waarop goederen in een magazijn worden opgeslagen, wordt door meerdere factoren bepaald. De methode die voor de opslag van goederen wordt

Page 19: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ OPSLAGMETHODEN IN HET MAGAZIJN 19

toegepast, is afhankelijk van verschillende factoren.

De totale bedrijfsoppervlakte

Hoe groter het oppervlak hoe meer ruimte er, na aftrek van de verkoopruimte, overblijft.

De branche van de winkel

Een winkel in huishoudelijke artikelen hoeft niet alle twaalf strijkijzers van hetzelfde type in de winkel te zetten. Eén kan in de winkel en de rest komt in het magazijn.Een tuincentrum heeft meestal zo veel plaats dat het grootste deel van de voorraad in de verkoopruimtes staat.

Het verkoopsysteem

Bij het zelfbedieningssysteem zal een groot deel van de voorraad in de winkel moeten staan.Een speciaalzaak volgens het bedieningssysteem zal zijn artikelen in enkele stuks mooi presenteren. De rest van de voorraad staat in het magazijn.

De omverpakking

Hierbij kun je denken aan:– losse dozen of pallets– flessen of kratten– lange buizen– opgevouwen of opgehangen in plastic hoezen– retouren en emballage.

De artikelsoorten

Als het gaat om artikelsoorten, kun je denken aan het volgende:– de grootte van de artikelen– groot neemt meer plaats in dan klein– de vorm van de artikelen– vierkant is makkelijker op te slaan dan rond.

De benodigde hulpmiddelen

Een vorkheftruck heeft een grotere draaicirkel dan een rolcontainer en dus moeten de paden breder zijn.

Page 20: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

20 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

Het aantal artikelen

Wat het aantal artikelen betreft gaat het om:– minimale afname bij de leverancier– minimale voorraad in verband met de gewenste servicegraad– seizoensvoorraden– actievoorraden.

De aard van de artikelen

Er zijn verschillende soorten artikelen:– kleding– zuivelproducten– diepvriesproducten– ontvlambare artikelen– kostbare artikelen.

De omzetsnelheid van de artikelen

Er zijn fastsellers en slowsellers. Bij fastsellers gaat het om artikelen waar een grote vraag naar is en die snel worden verkocht. Bij slowsellers gaat het om artikelen waar weinig vraag naar is en die weinig worden verkocht.

De benodigde werkruimte

Bij een doe-het-zelfzaak zal meer werkruimte nodig zijn dan in een parfumerie.

De technische mogelijkheden

Niet elk bedrijf heeft dezelfde technische mogelijkheden:– een betonnen vloer kan meer dragen dan een houten vloer– de hoogte van de ruimte– brand- en inbraakbeveiliging– bereikbaarheid van buitenaf– bereikbaarheid van en naar de winkel– beschikbare elektrische voorzieningen– milieuaspecten.

2.3 De indeling van het magazijn

Het magazijn mag het doelmatig werken in een winkel niet in de weg staan. Dat betekent dat er een praktische indeling van de ruimte moet worden ontworpen waardoor met een zo klein mogelijke inspanning een zo groot mogelijk resultaat wordt

magazijnindeling geboekt. Bij de magazijnindeling moet met de volgende punten rekening worden gehouden:

– Hoeveel ruimte nemen de artikelen afzonderlijk in? Tubes tandpasta nemen minder plek in dan wasmachines.

Page 21: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ DE INDELING VAN HET MAGAZIJN 21

– Hoeveel artikelen worden in het magazijn opgeslagen?Er is een minimumaantal artikelen dat altijd aanwezig moet zijn maar een maximumaantal dat in de ruimte kan worden opgeslagen.

– Hoe kun je de diverse artikelen het best bewaren? Hangend, gestapeld, op elkaar, naast elkaar, droog, koel, in containers, in vaten?

– Hoe snel worden de artikelen verkocht?Artikelen die vaak worden verkocht, zet je voor in het magazijn en goederen die langer worden opgeslagen, zet je meer naar achteren.

Voordat het magazijn wordt ingedeeld, wordt eerst een plattegrond gemaakt. Dit noemt men een lay-out. Hierop wordt aangegeven hoe de ruimte wordt verdeeld. Bij een groot magazijn zou de ruimte kunnen worden verdeeld in:– goederenontvangstruimte– kantoor– opslagruimte– verwerkingsruimte– opslag retourgoederen– emballageruimte– afvalruimte.

Tussen de stellingen moet voldoende ruimte zijn om met hulpmiddelen, zoals rolcontainers en pallettrekkers, te kunnen werken. Om dit efficiënt te laten verlopen

magazijnrouting en geen botsingen in het magazijn te krijgen, wordt een magazijnrouting gemaakt. Dit betekent dat je niet zomaar dwars door het magazijn kunt rennen, maar dat je een vast aangegeven weg moet volgen. In grote magazijnen werkt men ook wel met gele zones. Net als op de openbare weg mag hier niet worden geparkeerd.

Fig. 2.3 Drie mogelijke

indelingen van eenmagazijnruimte

Fig. 2.4 De zwaardere artikelen

onder en de lichtereboven

Page 22: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

22 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

Aan de hand van de lay-out moet nu worden bepaald waar welke goederen worden opgeslagen. Hierbij moet, afhankelijk van de branche, met de volgende zaken rekening worden gehouden:– elk artikel moet altijd terug te vinden zijn– lichte en grote artikelen worden hoog geplaatst– kleine en zware artikelen worden laag geplaatst– fastsellers (vaak verkocht) dicht bij de winkelingang– slowsellers (niet vaak verkocht) achter in het magazijn– artikelen die in de winkel bij elkaar staan, staan ook in het magazijn bij elkaar– alle artikelen voor in het schap– waar nodig voldoende ruimte voor de interne transportmiddelen– de manier van opslag mag geen gevaar opleveren– geen geurgevoelige goederen naast elkaar plaatsen– er moet een goede doorstroming kunnen plaatsvinden.

2.4 De indeling van de stelling

Met het opzetten van de lay-out is gekeken waar de goederen worden opgeslagen. Nu moet nog worden bekeken hoe de goederen in de stellingen worden neergezet.Hierbij moet je rekening houden met het volgende:Er moet een bepaald systeem in de stellingopslag zitten:– horizontaal of verticaal– van groot naar klein– van lichte naar donkere kleur.

Aangebroken dozen moeten herkenbaar worden gemerkt of geheel worden uitgepakt:– eerst de aangebroken dozen leegmaken.

fifo Voor sommige goederen moet het fifo-systeem worden toegepast:– de goederen die het eerst in het magazijn binnen zijn gekomen, moeten als eerste

het magazijn verlaten. Hierdoor voorkom je dat goederen te lang in het magazijn blijven liggen.

Dozen niet stapelen maar ‘vlakken’:– Als dozen recht op elkaar worden gestapeld zal de stapel wankel worden en snel

in elkaar storten. Door in een vlechtsysteem te stapelen wordt de stapel stabieler.

De voorraad per artikelsoort splitsen in een werkvoorraad en een bulkvoorraad.– Vanuit de werkvoorraad zal men de voorraad in de winkel aanvullen. De

bulkvoorraad dient om de werkvoorraad aan te vullen. De werkvoorraad moet makkelijk bereikbaar zijn en wordt daarom in kleine eenheden op ooghoogte opgeslagen. De bulkvoorraad wordt in grote eenheden boven de werkvoorraad of elders in het magazijn opgeslagen.

Page 23: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ AFSLUITING 23

2.5 Afsluiting

Begrippenlijst

aankomstmaga-zijn

Hier worden goederen ontvangen, gecontroleerd en geregi-streerd.

bulkvoorraad Het grootste deel van de voorraad van waaruit de werkvoor-raad wordt aangevuld.

distributiecentrum Centraal magazijn voor meerdere winkelfilialen.doorvoermagazijn Hiervandaan worden goederen verder gedistribueerd.extern magazijn Magazijn buiten de winkelvestiging.fastsellers Goederen die vaak worden verkocht.fifo Wat als eerste binnenkomt gaat er als eerste uit (first in first

out).intern magazijn Magazijn binnen de winkelvestiging.lay-out Plattegrond van het magazijn.magazijn Tijdelijke opslagplaats.magazijnrouting De verplicht te volgen weg door het magazijn.slowsellers Goederen die niet vaak worden verkocht.vlakken Stapelen in een vlechtsysteem.werkvoorraad De voorraad van waaruit de winkelvoorraad wordt aangevuld.winkelmagazijn Magazijn van de winkel.

Page 24: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

24 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

3 De verkoopruimte

Oriëntatie

In dit hoofdstuk staan we stil bij wat er allemaal komt kijken bij het inrichten van een winkel. We maken kennis met het begrip winkellay-out en we volgen de weg (routing) die de klant aflegt door de winkel. De winkellay-out leg je vast op een plattegrond. Bij het maken van de winkellay-out houd je rekening met de plaatsing van artikelen in het schap en sterke en zwakke verkoopzones. Dit alles bepaalt de presentatie van de artikelen in de winkel. En door een goede artikelenpresentatie wordt de verkoop bevorderd.

3.1 Winkellay-out

De winkellay-out is het ontwerp, meestal op basis van een plattegrond, van de inrichting van de totale winkeloppervlakte. Bij nieuwbouw of herbouw wordt ook nogal eens een maquette gemaakt. Op het maken van een plattegrond komen we verderop in dit hoofdstuk nog terug.

Page 25: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ WINKELLAY-OUT 25

Fig. 3.1 De lay-out van een nieuwe supermarkt

In de winkellay-out wordt een indeling gemaakt van de totale bedrijfsvloeroppervlakte (bvo). Dat betekent dat niet alleen de verkoopvloeroppervlakte (vvo) wordt ingedeeld, maar ook de overige ruimtes. We kunnen een aantal van die ruimtes onderscheiden:– de verkoopruimte

Hier worden de artikelen aangeboden, vinden de presentaties van de verschillende artikelgroepen plaats en is er ruimte vrijgemaakt voor etalages. Afhankelijk van de distributievorm is deze ruimte in verhouding tot de andere ruimtes het grootst.

– de kassaruimteDeze ruimte is niet alleen bestemd voor het aantal kassa’s, dat afhankelijk van het aantal klanten kan variëren, maar wordt ook verder doelmatig gebruikt. De line-upruimtes dienen om rijen te kunnen vormen voor de kassa’s en de ruimte achter de kassa wordt gebruikt om de artikelen weg te nemen en in te pakken. Denk ook aan de ruimte voor inpaktafels na de kassazone in een supermarkt.

Page 26: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

26 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

– bedrijfsruimteHiermee wordt de ruimte bedoeld die normaal gesproken niet toegankelijk is voor de klant, zoals personeelskantine, toiletten, schoonmaakruimte, kantoren, voorraadruimtes en emballageruimtes.

– klantgerichte of serviceruimteDe resterende ruimte is de serviceruimte. Onder deze ruimte verstaan we onder andere de gangpaden, de ruimte rond displays, koelruimtes en toonbanken. Ook extra faciliteiten als inforuimtes, kinderoppasruimte en klantentoiletten vallen hieronder. Afhankelijk van de distributievorm kan de serviceruimte groot dan wel klein zijn in verhouding tot de verkoopruimte. Ook de huisstijl is medebepalend. Vergelijk de ruime opstelling in een filiaal van Albert Heijn en de vaak wat krap bemeten ruimtes van de low-pricesupermarkten, waar meer omzet per vierkante meter moet worden gehaald.

Bij het ontwerpen van de winkellay-out moet bovendien worden gekeken naar de doelgroep, de grootte van de artikelen, het daarbij behorende winkelinrichtingssysteem en naar de weg die de klant door de winkel moet afleggen, de zogenaamde routing.

3.2 Routing

Onder routing verstaan we de weg die de klant volgt of bij voorkeur zou moeten volgen om zo veel mogelijk te kopen voor hij uiteindelijk bij de kassa of check-out uitkomt om af te rekenen.Uit onderzoek is gebleken dat een klant het liefst linksom, dus tegen de klok in, door een winkel loopt, waarbij hij zich met name rechts oriënteert. Dat betekent voor een zaak van normale omvang dat eerst de rechterwand, dan de achterwand en pas daarna de linkerwand wordt bekeken. Vooral in supermarkten wordt met dit fenomeen

Fig. 3.2 De kassaruimte

Page 27: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ DE PLATTEGROND 27

rekening gehouden en worden de moetgroepen (artikelen die iedereen nodig heeft) aan de rechterkant van de paden gepositioneerd.Je kunt hieruit twee dingen concluderen:– De kassa moet aan het eind van de route worden geplaatst.– Het middengedeelte wordt vaak overgeslagen. Om daar toch de aandacht

naartoe te leiden is dat een geschikte plaats om aanbiedingen, acties en displays te plaatsen.

In een winkel die breder is dan lang, is de wand tegenover de ingangspartij de belangrijkste wand. De klant zal daar het eerst naartoe lopen; pas daarna volgen beide zijwanden.Een winkel met een extra lang interieur zorgt ervoor dat eerst de beide zijwanden en pas als laatste de achterwand wordt bezocht.De routing wordt afgezien van de vorm en het vloeroppervlak van de winkel ook bepaald door de plaatsing van de schappen, de rekken, de displays, de paskamers en de kassa’s.De plaatsing van bovenstaande zaken is nogal van invloed op het koopgedrag van de klant. Zo mag de klant niet door een al te lange gang lopen. Hij zal naarmate hij verder komt, zijn tempo gaan verhogen. Lange gangen kun je onderbreken door displays te plaatsen om zo opnieuw de aandacht van de klant te vragen. Aan het eind van de gang zien klanten graag wat bijzonders. Daar zijn displays of aanbiedingen op hun plaats.

100%-paden In grote winkels zijn de buitenste paden het meest gewild. Dit zijn de 100%-paden.De binnenste paden worden minder bezocht. Daar moet dus iets extra’s gebeuren om toch de aandacht van de klant te trekken.Daar waar klanten moeten wachten, bijvoorbeeld bij paskamers en kassa’s, moet voldoende ruimte zijn.Sommige winkels creëren als ze daarvoor de ruimte hebben, aparte kinderhoekjes met speelgoed en videofilms om de kinderen aangenaam bezig te houden. De ouders kunnen ondertussen rustig winkelen.

3.3 De plattegrond

Het ontwerpen van een winkellay-out kun je het eenvoudigst doen met een plattegrond. Daarbij moet je op schaal werken. Je kent het principe vast wel. Schaal 1 : 25 wil zeggen dat iedere centimeter op de plattegrond in werkelijkheid 25 centimeter is. Op zo’n plattegrond wordt het winkeloppervlak op schaal getekend. Binnen dat winkeloppervlak kunnen dan de verschillende onderdelen worden ingetekend. Vaak wordt gewerkt met een basisvel, waarover doorschijnend overtrekpapier, een zogenaamde overlay, wordt gelegd zodat je over de basis verschillende ontwerpen kunt tekenen. Je kunt ook op een andere manier een indeling maken. Je moet dan van alle onderdelen die binnen de muren van het pand moeten worden geplaatst, op de bijbehorende schaal vormen snijden uit karton. Die vormen kun je al schuivend en beoordelend een plaats geven op het basisvel.

Page 28: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

28 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

3.4 De plaatsingsverbanden

Artikelen kunnen op verschillende manieren bij elkaar worden gepresenteerd:– nabuurplaatsing

Bij nabuurplaatsing presenteer je artikelen die met elkaar te maken hebben, in hetzelfde of het nabij geplaatste schap.

– contraplaatsingEr is sprake van contraplaatsing wanneer de artikelen tegenover elkaar aan weerszijden van het looppad zijn geplaatst.

– rug-aan-rugplaatsingBij rug-aan-rugplaatsing presenteer je de artikelen aan weerszijden van de stelling.

– gescheiden plaatsingArtikelen die beter niet in de buurt van elkaar geplaatst kunnen worden, presenteer je volgens gescheiden plaatsing op verschillende plaatsen in de winkel. Artikelen die regelmatig gedurende de dag moeten worden aangevuld, kun je beter niet te dicht bij elkaar zetten. Artikelen die een bepaalde reuk verspreiden, kun je ook niet met zomaar met andere artikelen combineren.

Fig. 3.3 Nabuurplaatsing

Fig. 3.4 Contraplaatsing

Fig. 3.5 Rug-aan-rugplaatsing

Fig. 3.6 Gescheiden plaatsing

Page 29: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ VERKOOPZONES 29

3.5 Verkoopzones

In de winkel kun je plekken aanwijzen waar de klant minder geneigd is artikelen te kopen en ook plekken waar veel omzet wordt gedraaid. We spreken dan van verkoopzwakke en verkoopsterke zones.

verkoopzwakke zones Verkoopzwakke zones zijn die plekken waar klanten de gelegenheid krijgen wat sneller te lopen doordat de paden ruim zijn en er geen obstakels zijn gevormd om die snelheid af te remmen. Verder is de linkerkant van een gangpad minder in het oog vallend. We zijn immers in een linkse routing geneigd meer naar rechts te kijken dan naar links. Verder zijn middenzones in een winkel de plaatsen waar de klant relatief minder komt.

Fig. 3.7 Een verkoopzwakke zone

wordt versterkt

Page 30: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

30 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

verkoopsterke zones Verkoopsterke zones zijn die plaatsen in de winkel waar de klant even stilstaat of stil moet staan. Bijvoorbeeld in de rij voor de verswaren in een supermarkt, of bij de kassa’s et cetera.

Fig. 3.8 En bij de vaste

binnenplanten vind je ...

Fig. 3.9 ... de bloempotten

Page 31: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ HET PRESENTEREN VAN ARTIKELEN 31

3.6 Het presenteren van artikelen

Wanneer je de hele winkel hebt aangepast aan je eigen wensen ten aanzien van vormgeving, routing en meubilair, is het tijd de artikelen op een verantwoorde en aantrekkelijke manier te presenteren. Een juiste manier van etaleren kan de verkoop aanzienlijk bevorderen. Daarbij is een goede samenwerking tussen producent en detaillist van belang. De detaillist moet een bepaald product zien zitten voor zijn klanten; dat is dan weer in het voordeel van de producent. Het is voor de producenten daarom bijzonder belangrijk de gunst van de detailhandel te verwerven.In Noord-Amerika gaat men daarin wel erg ver. Daar kopen producenten bijvoorbeeld bepaalde schapposities voor hun producten om er zeker van te zijn dat hun product in het oog zal springen. Het lijkt erop dat ook in Nederland de producenten steeds nadrukkelijker de gunst van de middenstander proberen te winnen.Een goede artikelenpresentatie is in eerste instantie van groot belang voor de winkelier, maar ook de klant voelt zich meer op zijn gemak in een overzichtelijke winkel.

Tijdens het winkelen wordt hij bij een juiste artikelenpresentatie op ideeën gebracht en koopt dan vaak meer dan eigenlijk de bedoeling was.Er zijn klanten die de indeling en artikelenpresentatie als een soort boodschappenlijst hanteren. Die lopen dan elke week een vaste route door de winkel om zo overal langs te komen en niets te vergeten. Dat is vooral in zelfbedieningszaken zoals bijvoorbeeld supermarkten het geval.

Fig. 3.10 Het flexibel presenteren

van artikelen is ookmogelijk

Page 32: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

32 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR

3.7 Afsluiting

Begrippenlijst

bvo Bedrijfsvloeroppervlakte.maquette Een ruimtelijke weergave op schaal van in dit geval de winkel.plattegrond Een bovenaanzicht van in dit geval een winkel.routing De weg die de klant, al dan niet gestuurd door de presentatie

van artikelen, door de winkel kan afleggen.verkoopsterke zone Plaatsen in de winkel die sterk de aandacht krijgen van de

klant.verkoopzwakkezone

Plaatsen in de winkel die door de klant slecht worden bezocht.

vvo Verkoopvloeroppervlakte.winkellay-out Ontwerp, op basis van een plattegrond, van de inrichting van

de totale winkeloppervlakte.

Page 33: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

❑ TREFWOORDENLIJST 33

Trefwoordenlijst

A

aankomstmagazijn 17

B

bulkvoorraad 22

bvo 25

C

contraplaatsing 28

D

distributiecentra 15

doorvoermagazijn 15

E

etagewagen 12

extern magazijn 17

F

fastsellers 20

fifo 22

G

gescheiden plaatsing 28

I

intern magazijn 17

intern transport 9

L

lay-out 21

M

magazijn 14

magazijnindeling 20

magazijnrouting 21

maquette 24

N

nabuurplaatsing 28

P

pallettrekker 11

plateauwagen 12

plattegrond 27

R

rolcontainer 10

roll-in 10

routing 26

rug-aan-rugplaatsing 28

S

slowsellers 20

steekwagen 9

V

verkoopsterke zones 30

verkoopzwakke zones 29

vlakken 22

vorkheftruck 11

vvo 25

W

werkvoorraad 22

winkellay-out 24

winkelmagazijn 15

Page 34: Inrichten verkoopruimten 1 Transportmiddelen en …...Theorie Het theorieboek bevat de belangrijkste theorie. In de laatste paragraaf van elk hoofdstuk vind je een overzicht van de

34 ❑ TRANSPORTMIDDELEN EN WINKELINTERIEUR