Ingreep Museum Jan Cunen 2010: Winnaars Schrijfwedstrijd

8
Ingreep 2010 Winnaars Verhalen- en gedichtenwedstrijd

description

De winnaars van de verhalen- en gedichtenwedstrijd met als onderwerp en inspiratiebron de tentoonstelling Wolkendeken van Paul de Reus.

Transcript of Ingreep Museum Jan Cunen 2010: Winnaars Schrijfwedstrijd

Ingreep2010

WinnaarsVerhalen­engedichtenwedstrijd

1e Prijs Een groen weiland waar af en toe een wolk in de vorm van een vlinder of een ander geluidloos dier passeert.

Iemand moest het doen en dit keer was het mijn beurt. Dat had mijn vader zo bepaald. Ik rechtte mijn rug, legde mijn grasgroene sjaal over de leuning van een ouderwets gebloemd zeteltje en draaide me om. Deed twee stappen, stopte toen. Over mijn schouder keek ik nog eens naar mijn pa, die zich ondertussen half achter de trap had weten te verschuilen. Hij draaide met zijn ogen en wuifde me met zijn grote hand naar mijn bestemming, zoals hij zeventien jaar geleden ook had gedaan toen hij me leerde fietsen. “Kom op, niet bang zijn, je kan het best. Maar ga nu snel.” Dat handje. Ik stapte op een cirkel rolwagens af en liet mijn ogen een vijftiental witgrijze kopjes monsteren. Allemaal vrouwen met ingelegde krullen, rokken tot onder de knie en bloesjes in de schreeuwerigste kleuren. Het maakte mijn job er niet gemakkelijker op. Where is Waldo voor gevorderden, iets van die aard leek het wel.

“Dat doet goed hé, madame Verbruggen,” riep een jonge verpleegster – ze moet ongeveer mijn leeftijd zijn geweest- naar een vrouw die zich half slapend een voetbadje liet welgevallen. De rest van het rolwagenpark zat te praten, te lachen of te wachten op vijf minuten in het plastic bakje. In de verste en meteen ook donkerste hoek van de kale polyvalente zaal vond ik mijn oma. Ze droeg een framboosroze gilet over een met paarse, witte en groene vlekjes bespikkelde blouse. Ze zag er goed uit,

maar lachtte niet, praatte niet en volgens mij had ze haar badje al lang gehad. Haar duim en wijsvinger streken over haar onderlip, een daad waar ik haar op betrapte wanneer ze plots mijn naam of verjaardag niet meer wist. “Vergeetachig”, noemde mijn vader het: “ons oma begint nu toch wel wat te vergeten hé. Maar gezien haar leeftijd valt het wel allemaal nogal mee.” Dan knikte ik verwoed. Zou mijn oma op dit moment de verjaardagen van haar kleinkinderen aan het opzeggen zijn, om haar geheugen te trainen? Ik vroeg het me af. Of zou het gewoon leeg zijn in haar hoofd: een groen weiland waar af en toe een wolk in de vorm van een vlinder of een ander geluidloos dier passeert? Ik wist het niet en zou het ook niet meer te weten komen. Zij behoorde tot de laatste generatie van zwijgers: ik had haar nooit op een radicale mening, een onbeleefde opmerking of een uiting van haar diepste gevoelens betrapt. Bovendien was het, op die eerste echte lentedag in maart (toen ik mijn oma uit die bejaardencirkel laveerde en hen intussen met een rood aangelopen hoofd toevertrouwde dat ik madame Moutons allerliefste kleinkind was) de laatste keer dat ik haar levend zag. Eva Mouton (Gent, België)

2e Prijs landloper een man die op het heetst van de dag een plein oversteekt, heeft hij een schaduw? halverwege kruist hij het pad van de vrouw met meisjesnagels en de vogel op haar mond. hij klautert niet op uit zijn gedachten, raakt niet verstrikt in de klem van haar blik, haar geur, gaat voorbij. later, als de nacht links en rechts tegen hem aanfladdert, zal hij bedroefd zijn en niet weten waarom. Frouke Arns (Malden)

3e Prijs Vrij spel (bij: Hallo Aarde, van Paul de Reus) In het oerwoud kun je fijn schommelen. De woestijn is geschikt voor diefje-met-verlos. Op de Noordpool bouw je een reuze sneeuwpop. Kopje-onder gaat goed in de oceaan. Bij haasje-over is een berg wel leuk. Je hebt er ook een gave glijbaan aan. Old Planet Earth: een beste speelplek, voor ons soort goden. Maar het zweet op ons voorhoofd is echt en na het vrijen zijn we soms besluiteloos. Mart van der Hiele (Ede)