Human Dynamics, Omgaan Met Verschillen In Het Onderwijs

7
Een handgreep voor het omgaan met verschillen Wat betekent Human Dynamics tm voor het onderwijs? Auteur: Carola Schoor Uit: Didaktief & School, nr. 1/2 januari/februari 1999

description

Artikel uit 1999 (maar nog steeds actueel) over de toepasbaarheid van Human Dynamics in het onderwijs (door Carola Schoor voor vakblad Didactief)

Transcript of Human Dynamics, Omgaan Met Verschillen In Het Onderwijs

Page 1: Human Dynamics, Omgaan Met Verschillen In Het Onderwijs

Een handgreep voor het omgaan met verschillen Wat betekent Human Dynamicstm voor het onderwijs? Auteur: Carola Schoor Uit: Didaktief & School, nr. 1/2 januari/februari 1999

Page 2: Human Dynamics, Omgaan Met Verschillen In Het Onderwijs

Een handgreep voor het omgaan met verschillen 1

Een handgreep voor het omgaan met verschillen: Wat betekent Human Dynamics™ voor het onderwijs? Human Dynamics, zo heet de nieuwste trend die is over komen waaien uit Amerika. Een methode om communicatie-problemen op te lossen en mensen in staat te stellen zichzelf en anderen beter te begrijpen. Een zweverige modegril of inderdaad een eye-opener, zoals insiders beweren? Didaktief & School nam de proef op de som. Intel, Volvo en Digital hebben het al jaren geleden ontdekt als de methode om hun organisatie en productiviteit te verbeteren. Ze zweren erbij. En in Zweden worden vanaf dit jaar alle 80.000 leraren nageschoold in de leer van de Human Dynamics. Men hoopt zo beter in te kunnen spelen op verschillen tussen leerlingen, maar ook de samenwerking tussen leraren te verbeteren, en het plezier in het lesgeven te vergroten. Ook in Nederland is Human Dynamics in opkomst. Sinds een jaar organiseert het Arnhemse organisatieadviesbureau Interstudie trainingen, die druk bezocht worden door managers uit het bedrijfsleven, maar ook door schoolleiders en andere onderwijsmensen. En de belangstelling is groot, wat gezien de hoge prijs van de trainingen voor het onderwijs opmerkelijk genoemd mag worden. Wat is dat toch voor methode? Aan de term Human Dynamics kleeft iets new-age-achtigs, zweverigs. Maar het enthousiasme van grote bedrijven, die toch alleen zakelijke motieven hebben, doet ook een aardse kant vermoeden. Bovendien lijkt de methode gedegen onderbouwd door wetenschappelijke observaties en experimenten, waaraan in totaal 50.000 proefpersonen deelnamen. En eigenlijk doet het er natuurlijk helemaal niet toe of de methode zweverig is of niet. Het gaat erom of het werkt. Kunnen mensen ermee uit de voeten? Wordt het onderwijs beter? Om daar achter te komen besloot ik eens een duik te nemen in de wereld van Human Dynamics. Ik pakte mijn koffer en toog voor twee dagen naar een conferentieoord in de bossen bij Zeddam. Voor de training en een interview met de Zweedse lerares Berit Bergström , die in 1983 Human Dynamics in het Zweedse onderwijs introduceerde. Een beetje sceptisch, maar wel nieuwsgierig. Hokjes? In een grote kring zitten ongeveer veertig deelnemers aan de training. Ik zit naast de Zweedse gast Berit Bergström. De trainers van Interstudie zetten in het kort de leer van de negen types van persoonlijkheden –dynamieken– neer (zie kaders), een video moet de types verhelderen. Daarna moeten we onszelf bij een van de types indelen. Dat is moeilijk, want bij mij is het kwartje nog altijd niet gevallen. Ik weet niet waar ik bij zou moeten horen, en Berit wil me niet helpen. ‘Je moet het zelf uitvinden’, zegt ze ‘al beweert ze wel te weten wat ‘mijn’ type is. De kern van de Human Dynamicsleer is echter, dat mensen door zelfidentificatie hun type vinden. Alleen dat vergroot het zelfbewustzijn van mensen, en daar is het uiteindelijk om te doen. Op zich prettig dat niemand je in een hokje probeert te duwen, maar jezelf in een hokje passen: is dat eigenlijk niet precies hetzelfde? IK besluit het uit te proberen en voeg me bij het groepje mensen dat de emotioneel-mentale ‘persoonlijkheidsdynamiek’ heeft. We moeten gezamenlijk enkele antwoorden op vragen geven en gauw blijkt dat ik goed zit. Vreemd om te merken dat mensen maar al te herkenbare trekjes hebben. ‘Mensen vinden mij altijd zo fel, ze durven vaak niets tegen mij in te brengen. Terwijl ik gewoon enthousiast ben’. Of ‘Als een discussie teveel over details gaat dan tune ik uit. Het is net of een radio in mijn hoofd buiten mijn wil om een andere zender opzoekt’. En ‘Ik werk altijd en overal met lijstjes’. Gelukkig wijk ik op bepaalde punten toch van het profiel af – maar het feit dat ik hier het woord ‘gelukkig’ gebruik, past ook weer in het plaatje. Dit type is namelijk individualistisch.

Page 3: Human Dynamics, Omgaan Met Verschillen In Het Onderwijs

Een handgreep voor het omgaan met verschillen 2

Verhelderend In een groep mensen met dezelfde dynamiek vallen vaak meer de verschillen op dan de overeenkomsten. Iedereen blijft natuurlijk een individu. Iedereen combineert de drie principes, het mentale, emotionele en fysieke (zie kader), op zijn eigen manier. Maar er blijken ook veel overeenkomsten waar je van kan leren. De profielen geven je een handvat om met andere ogen naar jezelf en anderen te kijken. Je snapt opeens waarom iemand bijvoorbeeld altijd van die ellenlange anekdotes vertelt (fysiek-emotioneel), of waarom iemand zo weinig emoties toont (mentaal-fysiek). Dat is heel verhelderend. Je hoeft je er dan niet meer aan te ergeren, maar je kunt er rekening mee houden. In Nederland wordt Human Dynamics vooral gebruikt bij teambuilding, organisatie- en leiderschapsontwikkeling. Zo hebben alle medewerkers bij Interstudie een Human Dynamicstraining gevolgd. (Iedereen leert zijn sterke en zwakke kanten kennen. En er ontstaat meer begrip voor elkaars communicatiebehoeften. Eerst ergerden mensen zich misschien aan elkaar, omdat iemand te weinig inbreng had in een vergadering (fysiek-emotioneel), of omdat iemand kritiek altijd zo persoonlijk opvat (emotioneel-fysiek). Nu worden verschillen beter geaccepteerd, en er wordt rekening mee gehouden). En er zijn nog meer mogelijkheden, vertelt Berit Bergström die avond in de huiskamer van het hotel. ‘Human Dynamics geeft een heel goede structuur om in de klas met verschillen tussen kinderen om te gaan. In een klas met pakweg dertig kinderen, kun je als leraar gewoon niet op elk individueel verschil inspelen. Door de individuele verschillen terug te brengen tot vijf types, maak je het werkbaar. Bovendien herken je door de training bepaalde dingen van kinderen eerder, waardoor je er beter op kunt inspelen’. In de klas Bergström maakte vijftien jaar geleden kennis met Human Dynamics, dat toen nog pas vier jaar bestond. Zij werkte op een school waarvan tweederde van de kinderen van buitenlandse komaf was, gezamenlijk werden er 47 verschillende talen gesproken. ‘Vooral in de eerste twee klassen was het een chaos. Ik ging op zoek naar iets dat echt hielp, en heel toevallig hoorde ik via mijn man die bij Volvo werkt, van Human Dynamics. Sandra Seagal en David Horne (de grondleggers van Human Dynamics) waren voor een studiedag in Stockholm, en ik kreeg ze zover dat ze bij mij op school kwamen kijken’. Het probleem bleek volledig te verklaren door de omstandigheden en de samenstelling van de groep. Vier van de vijf kinderen uit deze klassen waren emotioneel-fysiek. Dat betekent dat ze heel gevoelig zijn voor allerlei emoties, ze pikten van alles op en wilden daar graag over praten. Maar ze hadden geen gezamenlijke taal, en dat leidde tot frustratie. Bergström kreeg het advies ontspanningsoefeningen te doen om de kinderen rustig te laten worden en concentratieoefeningen omdat ze zo snel waren afgeleid. En veel aandacht besteden aan het leren van Zweeds, zodat de kinderen met elkaar konden communiceren. Na twee maanden was er langzaam een verandering te merken. Voor Bergström was dat de aanleiding om zich verder in Human Dynamics te verdiepen. ‘Eindelijk iets dat hielp. Daar wilde ik meer van weten’. Ze geeft nu al jaren geen les meer op haar school, maar verzorgt trainingen voor docenten in Zweden. In Zweden zijn inmiddels zo’n duizend leraren nageschoold in de Human Dynamics en werken tien scholen geheel volgens de methode. Maar dat is nog maar het begin, want afgelopen zomer heeft de Zweedse lerarenvakbond besloten al haar leden in de methode te trainen, 80.000 in totaal.

Page 4: Human Dynamics, Omgaan Met Verschillen In Het Onderwijs

Een handgreep voor het omgaan met verschillen 3

Uit de boot ‘Vooral de fysiek-emotionele kinderen dreigen in ons onderwijs uit de boot te vallen. Opvallend veel fysiek-emotionele kinderen zitten in het speciaal onderwijs’, signaleert Bergström. ‘Deze kinderen hebben iets meer tijd nodig dan andere kinderen, omdat ze eerst alle, maar dan ook alle informatie over een onderwerp op een rij willen hebben, voor ze er iets mee doen. Dat wordt vaak verkeerd geïnterpreteerd door de leraar, als ‘hij kan het niet’. Maar je hoeft zo’n kind alleen maar te helpen een keuze te maken en hem verder de ruimte geven. Dan krijg je de prachtigste resultaten’. Als voorbeeld noemt Bergström een van haar leerlingen, Matthias. ‘Hij moest een werkstuk maken over de zee. Uren zat hij te denken wat hij moest gaan doen. Op zo’n moment moet je hem helpen, want voor fysiek-emotionele mensen is het gewoon heel moeilijk om een keuze te maken. ‘Wil je het in de zee of op de zee?’ vroeg ik hem. Hij wilde erin. ‘Een speciale vis of iets anders?’. Hij koos een vis. Daar heeft hij drie dagen allerlei boeken over gelezen, en toen wist hij meer van die vis dan wie dan ook. En hij maakte echt een prachtig werkstuk. Hij maakte maar één ding terwijl sommige klasgenoten er wel drie hadden gemaakt. Maar hij deed dat wel heel erg goed, en dat versterkte zijn zelfvertrouwen enorm’. ‘Onze scholen zijn eigenlijk ingericht op mentaal-fysieke kinderen, terwijl slechts vijf procent van de mensen hier in het Westen van deze dynamiek is. Dan geef je geen onderwijs dat aansluit bij de kinderen’. Hoe moet het dan wel? Volgens Bergström draait het onderwijs om drie doelen. Ten eerste: geef kinderen zelfvertrouwen. ‘Dat doe je door ze te accepteren zoals ze zijn. Een fysiek-emotioneel kind geef je de tijd, met een emotioneel-fysiek kind moet je gewoon af en toe het persoonlijk contact bevestigen. Dat heeft zo’n kind nodig, anders is het alleen maar bezig met de vraag of de juffrouw hem nog wel aardig vindt. Aan leren komt hij dan helemaal niet toe’. Tweede doel is de kinderen leren zelf te leren, en (het derde doel) ze plezier te laten hebben in het leren. ‘Daarvoor is het belangrijk iedereen geïnteresseerd te krijgen. Dat betekent dat je bijvoorbeeld voor de emotioneel-mentale kinderen voor genoeg spannende, nieuwe dingen moet zorgen. Van deze kinderen moet je ook niet eisen dat alles tot in de puntjes is afgewerkt. Tachtig procent is goed voor hen’. Hoeken Hoe herken je de dynamiek van kinderen in je klas? Hier kan toch geen ‘zelfidentificatie’ worden toegepast? Bergström: ‘Begin gewoon volgens de drie principes te werken. Dat is voor iedereen goed. Presenteer de stof op verschillende manieren, kinderen maken dan een keuze. Aan hun voorkeur kun je al veel afleiden, je observeert ze, en opeens weet je het. Sommigen heel snel, soms duurt het jaren’. Om in al die verschillende behoeftes van kinderen te voorzien, en zo voor iedereen een ideaal leerklimaat te creëren, werkte Bergström in haar klas met hoeken. Een ‘mentale hoek’, met veel boeken, een ‘emotionele hoek’, met een bank en een tafel om over dingen te praten, en een werkkast als ‘stiltekamertje’, als kinderen zich even willen terugtrekken. Voor de fysieke kinderen is geen speciale hoek, omdat zij het liefst in de omgeving zijn waar al het werkmateriaal ligt. Juist daar leren ze van. Een voorbeeld: een aardrijkskundeles aan een vierde klas. Na tien minuten instructie gaat ieder op zijn favoriete manier aan de slag. De mentale kinderen duiken in de boeken, de emotioneel-gerichte kinderen krijgen een telefoon nummer en gaan ‘deskundigen’ bellen, en Bergström zit op de sofa en vertelt de emotioneel-fysieke kinderen over haar eigen bezoek aan het noorden van Zweden. Als de fysieke kinderen eenmaal op gang zijn, heeft ze er geen omkijken meer naar. Dan is er tijd voor de emotioneel-mentale kinderen, die hun werkstuk te snel hebben afgeraffeld. En voor de mentaal-fysieke kinderen, die gestimuleerd moeten worden ook eens aan een ander kind te laten zien wat ze hebben ontdekt.

Page 5: Human Dynamics, Omgaan Met Verschillen In Het Onderwijs

Een handgreep voor het omgaan met verschillen 4

En het resultaat? Bergström: ‘Mijn kinderen weten misschien niet alle plaatsen in Zweden. Maar ze hebben zoveel andere dingen geleerd die ik veel belangrijker vind”. Naslagwerken: Sandra Seagal en David Horne, ‘Human Dynamics: samen leven, samen werken’ van Scriptum Publishers, Schiedam 1998, ISBN 9055941182. Prijs: € 32,-. Meer informatie over Human Dynamics? Neem contact op met Interstudie NDO, Adviesbureau voor onderwijsmanagement en –ontwikkeling te Arnhem, tel.: (026) 35 37300. Drie bouwstenen Volgens Human Dynamics liggen aan de basis van elke persoonlijkheid drie bouwstenen: het mentale principe (het verstand, ideeën), het emotionele principe (het gevoel, het rationele) en het fysieke principe (het lichamelijke, praktische). In een mens neemt één van deze drie een centrale plek in. Dat is de manier hoe iemand de wereld om zich heen ervaart. Een mentaal gecentreerde persoon benadert bijvoorbeeld een probleem via een lineaire weg, al denkend in een logische volgorde wordt het probleem opgelost. Dit is voornamelijk een intern proces, waardoor mentaal gecentreerde mensen vaak ten onrechte als koel en afstandelijk worden ervaren. Een emotioneel gecentreerde persoon benadert een probleem op een relationele manier, er wordt meer associatief naar een oplossing toegewerkt. De emotionele betrokkenheid bij het probleem is vaak groot. Deze mensen denken het liefst hardop om samen ordening aan te brengen (interactief proces). Een fysiek gecentreerde persoon benadert een probleem zogeheten ‘systemisch’. Op basis van veel en op diverse manieren verkregen informatie wordt systemisch samenhang aangebracht. Dit gebeurt intern en heeft een geheel eigen tijd nodig. Fysiek gecentreerde kinderen hebben vaak het gevoel dat er ‘door hun leerproces heen wordt gepraat’. Naast dit centrale principe dat de manier van informatieverwerken bepaalt, is er altijd een tweede principe dat dominant is. Dit is het wat, het onderwerp waar men vooral in geïnteresseerd is. Zo is een emotioneel-mentale persoon sterk emotioneel betrokken bij (nieuwe) ideeën, dus bij mentale zaken. Door de koppeling van twee principes zijn er negen combinaties mogelijk.Hiervan komen er vrij veel voor in het westen (waar 60 % emotioneel-fysiek en 25 % emotioneel-mentaal is), en twee hiervan in het verre oosten (hier komen vooral de fysiek gecentreerde mensen voor). Een zesde type (het mentaal-emotionele) is overigens het afgelopen jaar met enige regelmaat in Nederland opgedoken.Hiervan heeft men nu de eerste conceptbeschrijving gemaakt. Alleen de combinaties fysiek-fysiek, mentaal-mentaal en emotioneel-emotioneel komen uiterst zelden voor. Bijna altijd gaat het om een combinatie van twee verschillende principes. Er is ook altijd nog een derde principe in ieder mens aanwezig, maar dat is vaak onderontwikkeld. Dit kan de richting aangeven waarin mensen zich verder ontwikkelen. Mentaal-fysiek Eigenschappen: Afstandelijk, kalm, objectief, consequent, betrouwbaar, onafhankelijk. Leerstijl: Visueel (aanvankelijk) in eenzaamheid, selectief-opname afhankelijk van waarden en doelstellingen. Manier van communiceren: Nauwkeurig in woordkeus, communiceert weloverwogen, doelgericht en objectief. Heeft daarom een voorkeur voor geschreven taal. Uit gevoelens niet gemakkelijk en voelt zich ongemakkelijk in sociale situaties. Heeft behoefte aan duidelijkheid en logica. Manier van werken: Taakgericht, houdt onderliggende principes en waarden in het oog, brengt structuur aan. Raakt gestresst door: Teveel onder de mensen en te weinig alleen zijn. Te weinig tijd om nauwgezet te kunnen werken.

Page 6: Human Dynamics, Omgaan Met Verschillen In Het Onderwijs

Een handgreep voor het omgaan met verschillen 5

Emotioneel-fysiek Eigenschappen: Empatisch, intuïtief, individualistisch, communicatief, creatief. Stemming is belangrijk. Leerstijl: Auditief (aanvankelijk), via dialoog en in interactie met andere personen, hierbij is bevestiging van de leraar belangrijk. Neemt vooral goed op wat persoonlijk van belang is/betekenis heeft. Manier van communiceren: Contactgericht, kan zich goed verbaal uitdrukken, heeft neiging zaken persoonlijk op te vatten, praat veel over gevoelens, is zich bewust van eigen gevoelens en die van anderen: heeft daarvoor een soort ‘antenne’. Manier van werken: Werkt goed samen en legt veel contacten. Sterk in communicatie. Heeft moeite met delegeren. Is meer gericht op de mensen waarmee samengewerkt wordt dan op de taak. Zoekt vaak creatieve uiting van gevoelens. Raakt gestresst door: Een sfeer met te weinig of teveel emoties. Gebrek aan mogelijkheden om gevoelens te verwerken. Emotioneel-mentaal Eigenschappen: Gericht op nieuwe ideeën, individualistisch, communicatief, heftig, creatief, betrekkelijk stabiel. Leerstijl: Auditief (aanvankelijk), in interactie met anderen. Heeft behoefte tot actie over te gaan, al doende leert men. Interesse valt weg als grote lijn duidelijk is. Heeft daarom moeite met details en afronden van dingen. Manier van communiceren: Contactgericht, kan zich goed verbaal uitdrukken, praat veel over ideeën. Is zich niet zo bewust van eigen gevoelens of die van anderen. Manier van werken: Is erg gericht op het werk. Werkt vaak als aanjager van vernieuwingen. Structureert. Heeft soms moeite met delegeren, maar laat uitwerking van details wel graag aan anderen over. Verandert vaak van plan. Raakt gestresst door: Gebrek aan vernieuwingen. Zijn of haar neiging om lichamelijke behoeften te verwaarlozen. Fysiek-mentaal Eigenschappen: Kalm, nuchter, geduldig, praktisch, identificeert zich met de groep. Leerstijl: Leert door te doen, praktijkgericht. Neemt veel details in zich op, maar begint tijdens leerproces wel meteen al te selecteren. Wil graag doel/nut weten van dingen die geleerd moeten worden. Manier van communiceren: Communiceert liefst met doel. Haat small-talk. Gebruikt weinig woorden: vooral over praktische zaken. Manier van werken: is graag praktisch bezig. Werkt graag met schema’s en structuren. Is sterk in strategisch plannen. Heeft relatief veel tijd nodig voor voorbereiding (hoewel iets minder dan FE-mensen). Heeft soms hulp nodig bij communiceren. Verwerkt informatie intern, gaat daarna pas communiceren: Raakt gestresst door: Onvoldoende tijd om gegevens te verwerken en erop te reageren. Onvoldoende tijd om alleen te zijn. Opstapeling van gegevens in het lichaam kan leiden tot fysieke kwalen.

Page 7: Human Dynamics, Omgaan Met Verschillen In Het Onderwijs

Een handgreep voor het omgaan met verschillen 6

Fysiek-emotioneel Eigenschappen: Kalm, nuchter, geduldig, praktisch, identificeert zich met groep. Bewust van eigen gevoelens. Leerstijl: Leert door te doen, praktijkgericht. Neemt veel details in zich op, en heeft daarbij moeite met selecteren. Manier van communiceren: Gebruikt weinig woorden, vooral over praktische zaken. Maakt dingen duidelijk aan de hand van anekdotes, is volledig in de informatieverschaffing. Geen small-talker. Manier van werken: Doet graag gedetailleerd, praktisch werk. Zorgt ervoor dat plannen omgezet worden in daden Is gericht op onderlinge verbanden. Heeft door zeer uitgebreide informatieverzameling veel tijd nodig voor voorbereiding. Heeft moeite met selecteren. Kan goed delegeren. Kan goed dingen tegelijk doen. Raakt gestresst door: Onvoldoende tijd om gegevens te verwerken en erop te reageren. Onvoldoende tijd om alleen te zijn. Opstapeling van gegevens in het lichaam kan leiden tot fysieke kwalen.