Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format...

37
Hogeschool de Kempel Kempelcompetenties Versie 4.2 Studiejaar 2009-2010

Transcript of Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format...

Page 1: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

Hogeschool de Kempel

Kempelcompetenties Versie 4.2

Studiejaar 2009-2010

Page 2: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

INHOUDSGAVE

VOORAF 3

1. KEMPELCOMPETENTIES 4 1.1 Drie dimensies 4 1.2 Sturing professionele ontwikkeling 4 1.3 Kernen 5 1.4 Toetsing van competenties 6

2. BIJZONDERE ASPECTEN VAN DE COMPETENTIEBESCHRIJVINGEN 8 2.1 Gekozen format 8 2.2 Contextvariabelen 8

3. COMPETENTIEBESCHRIJVINGEN VOOR ALLE FASEN VAN DE OPLEIDING 10 3.1 Interpersoonlijk competent 10 3.2 Pedagogisch competent 14 3.3 Vakinhoudelijk en didactisch competent 18 3.4 Organisatorisch competent 24 3.5 Competent in samenwerken met collega’s 28 3.6 Competent in samenwerken met de omgeving 32

2

Page 3: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

Vooraf Een competentiegerichte opleiding kan niet zonder helder geformuleerde, herkenbare competentieomschrijvingen. Immers: deze competenties zijn de handvatten die de student, de mentor op de basisschool en de tutor op de opleiding houvast bieden. In versie 4.1 van de Kempelcompetenties is de toelichting op het werken aan de competenties (hoofdstuk 1) aangepast en zijn taalkundige aanpassingen gerealiseerd. In dit document zijn achtereenvolgens beschreven:

de oorsprong van de Kempelcompetenties en de relatie met de SBL-competenties (hfst. 1); de vorm waarin de competenties zijn beschreven (§ 2.1); context en reflectie: centrale begrippen bij de Kempelcompetenties (§2.2 en 2.3); de Kempelcompetenties voor de P-fase (opleidingsbekwaam); de Kempelcompetenties voor de K1-fase (beroepstakenbekwaam); de Kempelcompetenties voor de K2-fase (werkplekbekwaam); de Kempelcompetenties voor de K3-fase (startbekwaam).

In dit document zijn niet opgenomen:

een gedetailleerde beschrijving van alle handelingen die studenten geacht worden te verrichten en/of van de theoretische onderbouwing daarvan;

een leerplan waarin taken en de volgorde daarvan is vastgelegd. Immers: in een competentiegerichte opleiding zullen studenten meer en meer, in samenspraak met medestudenten, begeleidende tutor, mentor op de basisschool en docenten op de opleiding, zelf hun leerdoelen formuleren en zo hun eigen leerweg (mee) ontwerpen. We hopen en verwachten met deze herziening van de Kempelcompetenties de verdere ontwikkeling van competentiegericht leren op onze opleiding en –niet in de laatste plaats– op de stagescholen een stevige steun in de rug te geven. Juli 2009 Hogeschool de Kempel

3

Page 4: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

1. Kempelcompetenties Uitgangspunt voor het werken met competenties vormen de Kempelcompetenties. De Kempelcompetenties zijn direct afgeleid van de competenties zoals die in 2003 geformuleerd zijn door de Stichting Beroepskwaliteit Leraren (SBL). Het SBL formuleerde zeven competenties: vier ten aanzien van direct onderwijs in de klas (pedagogisch, didactisch, organisatorisch en interpersoonlijk), twee ten aanzien van samenwerking (in het team en met de omgeving) en een ten aanzien van de eigen persoonlijke ontwikkeling (sturing). De Kempel heeft (in overleg met de andere Interactum Pabo’s) er voor gekozen de competentie ‘sturing van de eigen ontwikkeling’ te vervlechten met de overige zes competenties. 1.1 Drie dimensies Binnen iedere competentie onderscheidt de Kempel drie dimensies:

het effectief handelen in beroepssituaties;

de conceptuele reflectie; de reflectie vanuit de persoonlijke

beroepsidentiteit. In figuur 1 zijn deze drie dimensies grafisch weergegeven voor een willekeurige competentie. Ontwikkeling binnen de drie dimensies wordt gevoed vanuit de sturing van de professionele ontwikkeling. De dimensie effectief handelen is zichtbaar in de authentieke beroepspraktijk, maar ook in geconstrueerde beroepssituaties, bijvoorbeeld in de vorm van simulaties. Het effectief handelen is vertrekpunt voor de beide reflectiedimensies, te weten conceptuele reflectie en reflectie vanuit de persoonlijke beroepsidentiteit. In de loop van de opleiding kan dit vertrekpunt wisselen.

Figuur 1: Grafische weergave van de dimensies in het Kempelcompetentiemodel

In het Kempel-competentiemodel heeft reflectie een centrale rol. Reflecteren is een specifieke vorm van nadenken. Het object van het nadenken is de onderwijspraktijk. In die onderwijspraktijk denkt de (toekomstige) leraar na over zichzelf, zijn onderwijs, zijn leerlingen en dat alles in relatie tot de maatschappelijke context. Een professionele leraar moet in staat zijn te reflecteren op concepten achter vakinhouden, dat wil zeggen dat hij kennis heeft van vakinhouden en dat hij in staat is de keuzes die hij in verschillende beroepssituaties maakt, te verantwoorden vanuit die kennis. Maar een leraar handelt in beroepssituaties niet alleen vanuit vakconcepten. Zijn beroepsmatig handelen wordt ook gekleurd door zijn maatschappelijke opvattingen en zijn persoonlijkheid. Om verantwoord zijn beroep te kunnen uitoefenen en zich daarin te ontwikkelen dient de student zich dus enerzijds bewust te zijn van zijn vakconceptuele opvattingen, anderzijds van zijn opvattingen over mens en maatschappij, die inkleuring geven aan zijn beroepsuitoefening. Dit is de reden waarom de student in het Kempel-competentiemodel naast reflecteren op (vak)concepten ook leert reflecteren vanuit zijn beroepsidentiteit. 1.2 Sturing professionele ontwikkeling In het competentiemodel vormt de sturing het hart (figuur 2). De student moet ten aanzien van alle competenties kunnen laten zien dat hij sturing kan geven aan zijn eigen leerproces. Het zou heel goed kunnen dat een student in staat is om sturing te geven aan zijn leerproces ten aanzien van bijvoorbeeld de vakdidactische competentie, maar dat hij dat niet kan als het gaat om zijn interpersoonlijk handelen. Binnen De Kempel willen we dat onderscheid wel in beeld kunnen brengen en op die wijze de relatie tussen sturing en de competenties versterken.

4

Page 5: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

Figuur 2. Het Kempelcompetentiemodel 1.3 Kernen De competenties zijn in feite containerbegrippen. Om deze competenties nader te concretiseren onderscheiden we binnen elke competentie enkele kerntaken/kernopgaven die we voortaan kernen noemen (tabel 1). Vanzelfsprekend bestaat er een nauwe samenhang tussen de kernen. De drie dimensies die we per competentie onderscheiden, komen terug in elke kern. Voor alle opleidingsfasen gelden per competentie dezelfde kernen. De mate van diepgang, complexiteit en de reikwijdte van de kernen nemen per opleidingsfase toe. Vanuit deze kernen met de bijbehorende drie dimensies vindt vervolgens de verdere concretisering in de vorm van prestatie-indicatoren plaats, die zowel ontwikkelingsgericht (formatief) als selectief (summatief) ingezet kunnen worden.

5

Page 6: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

Competentie Kern Inhoud kern

1 het scheppen van een vriendelijke en coöperatieve sfeer die leidt tot samenwerken.

Interpersoonlijk competent

2 het stimuleren van communicatie

Pedagogisch competent 1 het creëren van een veilig en stimulerende pedagogisch klimaat voor alle leerlingen in de groep.

2 planmatig sociaal-emotionele ondersteuning bieden aan een leerling (handelingsplan).

1 het adaptief omgaan met verschillen in de groep.

2 het creëren van een krachtige leeromgeving.

Didactisch competent

3 het leren leren.

Organisatorisch competent

1 klassenmanagement op groepsniveau.

2 het organiseren van een activiteit en rekening houden met de organisatie op schoolniveau.

1 formeel en informeel overleg met collega’s. Omgaan met collega’s

2 een constructieve bijdrage aan schoolontwikkeling (actieonderzoek).

Omgaan met de omgeving

1 omgaan met opvoeders.

2 omgaan met zorginstellingen.

3 omgaan met (sociaal) culturele en levensbeschouwelijke instellingen.

Tabel 1. Overzicht competenties en competentiekernen 1.4 Toetsing van competenties Binnen elke opleidingsfase van Hogeschool de Kempel werkt de student aan de ontwikkeling van zijn competenties. In de P-fase werkt de student aan de competenties op opleidingsbekwaam niveau, in de K1-fase aan de competenties op beroepstakenbekwaam niveau, in de K2-fase aan de competenties op werkplekbekwaamniveau en in de K3-fase tenslotte aan de competenties op startbekwaamniveau. In de eerste fase van de opleiding ligt het accent op toetsing van afzonderlijke kernen van competenties (de zogenaamde ‘kritische kernen’), in de K2-fase ligt het accent op toetsing van afzonderlijke competenties en in de K3-fase bewijst de student de competenties geïntegreerd. Voor toetsing van de competenties, ongeacht de opleidingsfase, wordt gebruik gemaakt van een drietal toetscriteria met bijbehorende toetsdoelen (tabel 2). Per opleidingsfase worden de toetsdoelen voorzien van normering en weging.

6

Page 7: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

Criterium Toetsdoel

De student beschikt over bewijzen van handelen De student beschikt over kennis van theorieën/concepten

Fundering (de student fundeert zijn competent zijn) De student is zich bewust van aspecten van zijn

beroepsidentiteit Samenhang De student laat samenhang zien m.b.t. competenties De student verantwoordt samenhang tussen handelen,

theorieën / concepten en beroepsidentiteit De student verantwoordt de samenhang binnen of tussen de

uitgevoerde activiteiten (planmatig handelen) Sturing professionele ontwikkleing

De student stuurt de eigen ontwikkeling

Tabel 2. Toetscriteria en toetsdoelen

7

Page 8: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren. Iedere kern is zo beschreven, dat een student in staat is om zijn handelen en de verantwoording daarvan op het vereiste niveau te brengen. Van iedere kern zijn steeds de volgende onderdelen beschreven:

Wat kun je als je opleidingsbekwaam beroepstakenbekwaam werkplekbekwaam startbekwaam bent?

Hier staat het effect beschreven dat bereikt wordt als het bovenstaande beheerst wordt. Dit effect omvat het resultaat van het handelen van de student en de verantwoording daarvan.

In de context. .. Hier zijn de omstandigheden en voorwaarden genoemd waarbinnen de student het bovenstaande moet aantonen (zie § 2.2).

T.a.v. het handelen gaat het erom dat je…

Hier zijn activiteiten opgenomen, die de student nodig heeft om de competentie te bewijzen.

T.a.v. de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je…

Hier is beschreven op welk niveau verantwoording afgelegd moet worden t.a.v. theorieën/(vak)concepten en beroepsidentiteit.

2.2 Contextvariabelen Bij de beschrijving van de kernen van de eerste vier competenties, die rechtstreeks gericht zijn op de onderwijspraktijk in de klas, wordt uitgegaan van 5 contextvariabelen (tabel 3). De contextvariabelen geven de omstandigheden en voorwaarden aan, waarin de student moet aantonen over de betreffende competenties te beschikken. De contextvariabelen nemen toe in moeilijkheidsgraad gedurende de opleiding. Deze contextvariabelen zijn:

1. mate van verantwoordelijkheid van de student, respectievelijk de mentor; 2. duur tijdens welke de beschreven competentie getoond moet worden; 3. complexiteit van processen (de diversiteit en diepgang van de rol van de student als leraar); 4. sturingsregime in de onderwijspraktijk (weinig inbreng van kinderen, dan wel passende

inbreng); 5. mate van aandacht voor individuele leerlingen.

Voor de competenties ‘samenwerken met collega’s’ en ‘samenwerken met de omgeving’ zijn enkele aanpassingen verricht binnen de contextvariabelen, omdat de student daar opereert buiten de reguliere klassenpraktijk. De beschrijving van die context is steeds, net als bij de overige competenties, opgenomen in de hierna volgende competentiebeschrijvingen.

8

Page 9: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

9

opleidingsbekwaam beroepstakenbekwaam werkplekbekwaam startbekwaam

1 Onder verantwoordelijkheid van de mentor

Onder gedeelde verantwoordelijkheid met de mentor

Gecoacht door de mentor

De student is verantwoordelijk

2 Twee aaneengesloten activiteiten

Een dagdeel Enkele aaneengesloten dagen

De complete week

3 Stimulerend en leidend

Stimulerend en (bege)leidend

Stimulerend, leidend en begeleidend

Stimulerend, leidend en begeleidend

4 Voornamelijk op basis van leerkracht- sturing

Op basis van leerkrachtsturing en gedeelde sturing

Op basis van een passende vorm van sturing

Op basis van een passende vorm van sturing

5 Zijn leeractiviteiten richt op (delen van) de groep

Zijn leeractiviteiten richt op de groep.

Binnen de groep aandacht heeft voor verschillen en extra zorg kan bieden aan een kleine groep leerlingen

Zijn leeractiviteiten richt op de groep als heterogene groep. Zich profileert op een gekozen leeftijdspecialisatie

Tabel 3. Contextvariabelen per fase van de opleiding

Page 10: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

3. Competentiebeschrijvingen voor alle fasen van de opleiding 3.1 Interpersoonlijk competent Competentie Interpersoonlijk competent

Omschrijving De student geeft op een goede manier leiding, schept een vriendelijke en coöperatieve sfeer, brengt een open communicatie tot stand en kan dit beargumenteren.

Kern 1.1 Werken aan groepsvorming en begeleiden van groepsprocessen

In opleidingsfase In de context Ten aanzien van het handelen gaat het erom dat je:

Ten aanzien van de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je de aanpak en ondersteuning:

P-fase: Opleidingbekwaam Je creëert een sfeer waarin leerlingen rekening leren houden met elkaar. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; voor twee aaneengesloten

activiteiten; zowel stimulerend als

leidend optreedt; voornamelijk werkt op basis

van leerkrachtsturing; leeractiviteiten richt op

(delen van) de groep.

indicatoren aanwijst die bepalend zijn voor de sfeer van de groep;

actuele samenwerkingsvaardigheden van enkele leerlingen in kaart brengt;

werkvormen inzet die sfeerbevorderend werken. werkvormen inzet waarbij leerlingen met elkaar

moeten samenwerken.

incidenteel verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K1-fase: Beroepstakenbekwaam Je creëert een sfeer waarin de leerlingen rekening leren houden met elkaar. Je begeleidt leerlingen bij samenwerking in verschillende onderwijssituaties. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder gedeelde

verantwoordelijkheid van de mentor;

een dagdeel; stimulerend en

(bege)leidend; werkt op basis van

leerkrachtsturing en gedeelde sturing;

leeractiviteiten richt op de groep.

relaties en sfeer van de groep beschrijft; actuele samenwerkingsvaardigheden van de

groep in kaart brengt; de groepsvorming bevordert door leerlingen aan

te zetten tot samenwerken; een plan opstelt, uitvoert en evalueert, gericht

op het mogelijk maken en/of verbeteren van de samenwerking tussen enkele leerlingen in de groep en de begeleiding daarvan.

in toenemende mate systematisch verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

10

Page 11: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

K2-fase: Werkplekbekwaam Je creëert samen met de leerlingen een sfeer waarin de leerlingen rekening leren houden met elkaar. Je brengt een goede samenwerking tot stand met de leerlingen en tussen de leerlingen onderling. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: gecoacht door de mentor; enkele aaneengesloten

dagen; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; binnen de groep aandacht

heeft voor verschillen en extra zorg kan bieden aan een kleine groep leerlingen.

de relaties binnen en de sfeer van de groep beschrijft;

de samenwerkingsvaardigheden van enkele leerlingen in kaart brengt;

een plan opstelt, uitvoert en evalueert, gericht op het in overleg met de leerlingen mogelijk maken en/of verbeteren van de samenwerking binnen en met de groep, bijvoorbeeld door het doelgericht inzetten van coöperatieve werkvormen.

door systematische oordeelsvorming verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K3 -fase: Startbekwaam Je creëert samen met de leerlingen een sfeer waarin de leerlingen rekening houden met elkaar. Je brengt een goede samenwerking tot stand met de leerlingen en tussen de leerlingen onderling. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: zelf verantwoordelijk; de complete week; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; zijn leeractiviteiten richt op

de groep als heterogene groep en zich profileert op een gekozen leeftijdsspecialisatie.

met transfer verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

11

Page 12: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

Competentie Interpersoonlijk competent

Omschrijving De student geeft op een goede manier leiding, schept een vriendelijke en coöperatieve sfeer, brengt een open communicatie tot stand en kan dit beargumenteren.

Kern 1.2 Communiceren in de groep

In opleidingsfase In de context Ten aanzien van het handelen gaat het erom dat je:

Ten aanzien van de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je de aanpak en ondersteuning:

P-fase: Opleidingbekwaam Je hebt zicht op je eigen communicatief gedrag en dat van de leerlingen onderling in jouw groep. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder

verantwoordelijkheid van de mentor;

voor twee aaneengesloten activiteiten;

zowel stimulerend als leidend optreedt;

voornamelijk werkt op basis van leerkrachtsturing;

leeractiviteiten richt op (delen van) de groep.

jouw communicatief gedrag in de groep beschrijft;

werkvormen hanteert die de communicatie tussen leerlingen onderling en tussen leerlingen en leraar bevorderen.

incidenteel verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K1-fase: Beroepstakenbekwaam Je brengt een open communicatie tot stand met de leerlingen en tussen de leerlingen onderling. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder gedeelde

verantwoordelijkheid van de mentor;

een dagdeel; stimulerend en

(bege)leidend; werkt op basis van

leerkrachtsturing en gedeelde sturing;

leeractiviteiten richt op de groep.

jouw communicatief gedrag beschrijft en afstemt op de groep;

een plan opstelt, uitvoert en evalueert, gericht op het, in overleg met de leerlingen, mogelijk maken en/of verbeteren van de interactie tussen leerlingen onderling en tussen leerlingen en leraar.

in toenemende mate systematisch verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

12

Page 13: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

K2-fase: Werkplekbekwaam Je brengt in overleg met de leerlingen een open communicatie tot stand tussen jezelf en de leerlingen en tussen de leerlingen onderling. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: gecoacht door de mentor; enkele aaneengesloten

dagen; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing;

binnen de groep aandacht heeft voor verschillen en extra zorg kan bieden aan een kleine groep leerlingen.

de communicatieve mogelijkheden van enkele leerlingen in kaart brengt;

jouw communicatief gedrag beschrijft en afstemt op actuele situaties in de groep;

een plan opstelt, uitvoert en evalueert, gericht op het, in overleg met de leerlingen, mogelijk maken en/of verbeteren van de interactie tussen leerlingen onderling en tussen leerlingen en leraar.

door systematische oordeelsvorming verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K3 -fase: Startbekwaam Je brengt in overleg met de leerlingen een open communicatie tot stand tussen jezelf en de leerlingen en tussen de leerlingen onderling. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: zelf verantwoordelijk; de complete week; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing;

zijn leeractiviteiten richt op de groep als heterogene groep en zich profileert op een gekozen leeftijdsspecialisatie.

met transfer verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

13

Page 14: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

3.2 Pedagogisch competent

Competentie Pedagogisch competent

Omschrijving De student creëert een veilige leeromgeving in zijn groep en zijn lessen en kan dit beargumenteren.

Kern 2.1 Pedagogisch handelen

In opleidingsfase In de context Ten aanzien van het handelen gaat het erom dat je:

Ten aanzien van de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je de aanpak en ondersteuning:

P-fase: Opleidingsbekwaam Je (her)kent de kenmerken van een veilige leef- en leeromgeving in de groep. Je stemt opvoedingsmiddelen en vaardigheden af op behoeften van de groep. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; voor twee aaneengesloten

activiteiten; zowel stimulerend als

leidend optreedt; voornamelijk werkt op basis

van leerkrachtsturing; leeractiviteiten richt op

(delen van) de groep.

basisbehoeften (relatie, competentie, autonomie) van kinderen herkent en beschrijft;

met behulp van enkele opvoedingsmiddelen en vaardigheden, adequaat reageert op kinderen en de effecten evalueert;

sensitief en responsief handelt.

incidenteel verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K1-fase: Beroepstakenbekwaam Je realiseert een veilige leef- en leeromgeving passend bij de groep. Je biedt sociaal-emotionele ondersteuning. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder gedeelde

verantwoordelijkheid van de mentor;

een dagdeel; stimulerend en

(bege)leidend; werkt op basis van

leerkrachtsturing en gedeelde sturing;

leeractiviteiten richt op de groep.

het pedagogisch klimaat in kaart brengt; een actieve bijdrage levert aan het realiseren

van een prettige leef- en leeromgeving passend bij jouw groep;

passende opvoedingsmiddelen en -vaardigheden inzet;

sensitief en responsief handelt.

in toenemende mate systematisch verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

14

Page 15: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

K2-fase: Werkplekbekwaam Je realiseert een veilige leef- en leeromgeving tegemoetkomend aan de basisbehoeften van leerlingen. Je biedt sociaal-emotionele en morele ondersteuning. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: gecoacht door de mentor; enkele aaneengesloten

dagen; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; binnen de groep aandacht

heeft voor verschillen en extra zorg kan bieden aan een kleine groep leerlingen.

het pedagogisch klimaat en gedragingen van leerlingen beschrijft;

een groepsplan opstelt, uitvoert en evalueert, gericht op sociaal-emotionele en morele ondersteuning;

passende opvoedingsmiddelen en -vaardigheden inzet.

rekening houdt met de specifieke behoeften van enkele leerlingen;

sensitief en responsief handelt.

door systematische oordeelsvorming verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K3 -fase: Startbekwaam Je realiseert een veilige leef- en leeromgeving, tegemoetkomend aan de basisbehoeften van de leerlingen. Je biedt sociaal-emotionele en morele ondersteuning en zet passende opvoedingsmiddelen en -vaardigheden in. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: zelf verantwoordelijk; de complete week; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; zijn leeractiviteiten richt op

de groep als heterogene groep en zich profileert op een gekozen leeftijdsspecialisatie.

met transfer verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

15

Page 16: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

Competentie Pedagogisch competent

Omschrijving De student creëert een veilige leeromgeving in zijn groep en zijn lessen en kan dit beargumenteren.

Kern 2.2 Individuele pedagogische zorg

In opleidingsfase In de context Ten aanzien van het handelen gaat het erom dat je:

Ten aanzien van de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je de aanpak en ondersteuning:

P-fase: Opleidingsbekwaam Je brengt het gedrag van leerlingen in kaart. Je vergelijkt dit met informatie van de mentor. Je signaleert verschillen in ontwikkelingsniveaus. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid van

de mentor; voor twee aaneengesloten

activiteiten; zowel stimulerend als leidend

optreedt; voornamelijk werkt op basis van

leerkrachtsturing; leeractiviteiten richt op (delen

van) de groep.

verschillen in gedrag tussen leerlingen signaleert;

door middel van gerichte observaties en gesprekken met de mentor het gedrag/ontwikkelingsniveau kan beschrijven.

incidenteel verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K1-fase: Beroepstakenbekwaam Je signaleert verschillen in diverse ontwikkelingsniveaus en speelt daarop in vanuit een sensitieve en responsieve basishouding. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder gedeelde

verantwoordelijkheid van de mentor;

een dagdeel; stimulerend en (bege)leidend; werkt op basis van

leerkrachtsturing en gedeelde sturing;

leeractiviteiten richt op de groep.

het gedrag van een leerling systematisch beschrijvend observeert en dit vergelijkt met informatie van andere betrokkenen;

voor deze leerling een individueel plan opstelt, uitvoert en evalueert, gericht op het bemoedigen, motiveren en activeren.

in toenemende mate systematisch verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

16

Page 17: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

K2-fase: Werkplekbekwaam Je signaleert verschillen tussen leerlingen en handelt ontwikkelingsgericht. Je maakt een handelingsplan voor een individuele leerling op sociaal-emotioneel gebied en voert dit uit. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: gecoacht door de mentor; enkele aaneengesloten dagen; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; binnen de groep aandacht heeft

voor verschillen en extra zorg kan bieden aan een kleine groep leerlingen.

met passende middelen (bijv. gegevens vanuit het leerlingvolgsysteem) verschillen in gedrag tussen leerlingen ontwikkelingsgericht en/of handelingsgericht observeert en analyseert;

het gedrag van een leerling beschrijft in termen van basisbehoeften, ontwikkelingsprocessen en (sociaal-) culturele achtergronden;

een handelingsplan opstelt, uitvoert en evalueert voor deze leerling op sociaal-emotioneel gebied, waarin hij gepaste ondersteuning biedt.

door systematische oordeelsvorming verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K3 -fase: Startbekwaam Je kunt gedrag van individuele leerlingen duiden vanuit kennis van de basisbehoeften, ontwikkelingsprocessen en (sociaal-) culturele achtergronden van leerlingen. Op basis daarvan werk je handelingsgericht en draag je bij aan dossiervorming. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: zelf verantwoordelijk; de complete week; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; zijn leeractiviteiten richt op de

groep als heterogene groep en zich profileert op een gekozen leeftijdsspecialisatie.

met transfer verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

17

Page 18: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

3.3 Vakinhoudelijk en didactisch competent Competentie Vakinhoudelijk en didactisch competent

Omschrijving De student ontwerpt een krachtige leeromgeving in zijn groep en zijn lessen en kan dit beargumenteren.

Kern 3.1 Adaptief werken met leerlijnen

In opleidingsfase In de context Ten aanzien van het handelen gaat het erom dat je:

Ten aanzien van de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je de aanpak en ondersteuning:

P-fase: Opleidingsbekwaam Je bereidt systematisch lessen/leeractiviteiten voor, voert deze uit en evalueert ze. Je maakt hierbij gebruik van uitgangspunten van de schoolvakken en van methodes. Je houdt rekening met de beginsituatie van de groep en het lesdoel. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; voor twee aaneengesloten

activiteiten; zowel stimulerend als

leidend optreedt; voornamelijk werkt op basis

van leerkrachtsturing; leeractiviteiten richt op

(delen van) de groep.

rekening houdt met de door de mentor gegeven beginsituatie van leerlingen;

lessen/leeractiviteiten ontwerpt, gebruikmakend van het lesschemaformulier (LSF);

beschikt over de vakinhoudelijke kennis die nodig is om leerlingen te begeleiden tot het bereiken van het lesdoel;

binnen de uitvoering van de les/leeractiviteit bewaakt dat het doel bereikt wordt;

de evaluatie gebruikt om vervolgactiviteiten te plannen en uit te voeren.

incidenteel verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K1-fase: Beroepstakenbekwaam Je (her)ontwerpt met behulp van methodisch materiaal activiteiten en voert deze uit. Je houdt hierbij rekening met het vakconcept, de leerlijnen en de beginsituatie van de groep. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder gedeelde

verantwoordelijkheid van de mentor;

een dagdeel; stimulerend en

(bege)leidend; werkt op basis van

leerkrachtsturing en gedeelde sturing;

leeractiviteiten richt op de groep.

lessen/leeractiviteiten (her)ontwerpt, voorbereidt, uitvoert en evalueert, al dan niet met behulp van methodisch materiaal;

bij de lessen/leeractiviteiten rekening houdt met de beginsituatie van leerlingen en de doorgaande leerlijn;

rekening houdt met de planning van de mentor; de evaluatie gebruikt om vervolgactiviteiten te

plannen en te (her)ontwerpen; flexibel omgaat met leerinhouden en instructie

gericht op het te behalen lesdoel.

in toenemende mate systematisch verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

18

Page 19: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

K2-fase: Werkplekbekwaam Je plant en ontwerpt*, al dan niet met behulp van methodisch materiaal leeractiviteiten en voert deze uit. Je houdt hierbij rekening met het vakconcept, de leerlijnen afgeleid uit de kerndoelen en het actuele niveau van de leerlingen. Je kunt leeractiviteiten ontwikkelen voor enkele leerlingen, rekening houdend met hun specifieke cognitieve behoeften. Je kunt het bovenstaande verantwoorden. *voor (een vak uit) elk van de volgende vakkenclusters Rekenen/Wiskunde, Taal, OMW en Expressie.

In de rol van (aankomend) leraar: gecoacht door de mentor; enkele aaneengesloten

dagen; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; binnen de groep aandacht

heeft voor verschillen en extra zorg kan bieden aan een kleine groep leerlingen.

passende lessen ontwerpt en verzorgt voor de hele groep (gedurende een periode van ongeveer vier weken), al dan niet gebruik makend van methodisch materiaal;

leerresultaten van enkele leerlingen in kaart brengt en deze beargumenteerd plaatst op de leer- en ontwikkelingslijnen;

een plan opstelt gericht op de cognitieve ontwikkeling van één leerling op het naastgelegen niveau gedurende een periode en dit plan uitvoert binnen de context van de groep en dit plan evalueert;

bij Rekenen-Wiskunde en Taal gebruik maakt van de diagnostische cyclus.

door systematische oordeelsvorming verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K3 -fase: Startbekwaam Je plant en ontwerpt, al dan niet met behulp van methodisch materiaal leeractiviteiten en voert deze uit. Je houdt hierbij rekening met het vakconcept, de leerlijnen afgeleid uit de kerndoelen en het actuele niveau van de leerlingen. Je kunt leerroutes ontwikkelen voor individuele leerlingen. Bij Rekenen/Wiskunde en Taal maak je hierbij gebruik van de diagnostische cyclus. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: zelf verantwoordelijk; de complete week; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; zijn leeractiviteiten richt op

de groep als heterogene groep en zich profileert op een gekozen leeftijdsspecialisatie.

met transfer verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

19

Page 20: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

Competentie Vakinhoudelijk en didactisch competent

Omschrijving De student ontwerpt een krachtige leeromgeving in zijn groep en zijn lessen en kan dit beargumenteren.

Kern 3.2 Creëren van een leeromgeving die tot leren uitlokt

In opleidingsfase In de context Ten aanzien van het handelen gaat het erom dat je:

Ten aanzien van de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je de aanpak en ondersteuning:

P-fase: Opleidingsbekwaam Je creëert betrokkenheid in een les/leeractiviteit. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; voor twee aaneengesloten

activiteiten; zowel stimulerend als

leidend optreedt; voornamelijk werkt op basis

van leerkrachtsturing; leeractiviteiten richt op

(delen van) de groep.

didactische middelen inventariseert die de betrokkenheid bij leeractiviteiten en - inhouden vergroot;

jouw (non)verbale communicatie afstemt op de groep;

ter bevordering van de betrokkenheid van leerlingen, gebruik maakt van verschillende didactische werkvormen en leermiddelen waaronder ICT tijdens je lessen/leeractiviteiten;

bij de inrichting van de leeromgeving en de uitvoering van lessen/leeractiviteiten gebruik maakt van de belevingswereld en de leefomgeving van de leerlingen en de actualiteit.

incidenteel verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K1-fase: Beroepstakenbekwaam Je creëert een krachtige leeromgeving voor de groep die aansluit bij de didactische behoeften en de (les)doelen op korte termijn. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder gedeelde

verantwoordelijkheid van de mentor;

een dagdeel; stimulerend en

(bege)leidend; werkt op basis van

leerkrachtsturing en gedeelde sturing;

leeractiviteiten richt op de groep.

voor het bereiken van lesdoelen en het bevorderen van de betrokkenheid van leerlingen, gebruik maakt van verschillende didactische werkvormen en leermiddelen, waaronder ICT;

bij de inrichting van de leeromgeving rekening houdt met en gebruik maakt van de belevingswereld, de leefomgeving van de leerlingen en de actualiteit.

in toenemende mate systematisch verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

20

Page 21: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

K2-fase: Werkplekbekwaam Je creëert* een krachtige leeromgeving voor de groep die aansluit bij de didactische behoeften en de (les)doelen op korte en lange termijn. Je brengt samenhang aan in lesactiviteiten en leergebieden. Je kunt het bovenstaande verantwoorden. *voor (een vak uit) elk van de volgende vakkenclusters Rekenen/Wiskunde, Taal, OMW en Expressie.

In de rol van (aankomend) leraar: gecoacht door de mentor; enkele aaneengesloten

dagen; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; binnen de groep aandacht

heeft voor verschillen en extra zorg kan bieden aan een kleine groep leerlingen.

voor het bereiken van lesdoelen en het bevorderen van de betrokkenheid van leerlingen, verschillende didactische werkvormen en leermiddelen inzet, waaronder ICT;

de leerstof betekenis geeft door aan te sluiten bij de belevingswereld, de leefomgeving en de actualiteit;

betekenisvolle activiteiten ontwerpt door vanuit verschillende vakken en leergebieden leerinhouden te kiezen en deze in samenhang te laten verwerken;

aansluit bij specifieke didactische behoeften van leerlingen

door systematische oordeelsvorming verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K3 -fase: Startbekwaam Je creëert een krachtige leeromgeving voor de groep die aansluit bij de didactische behoeften en de (les)doelen op korte en lange termijn. Je brengt samenhang aan in lesactiviteiten en leergebieden. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: zelf verantwoordelijk; de complete week; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; zijn leeractiviteiten richt op

de groep als heterogene groep en zich profileert op een gekozen leeftijdsspecialisatie.

met transfer verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

21

Page 22: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

Competentie Vakinhoudelijk en didactisch competent

Omschrijving De student ontwerpt een krachtige leeromgeving in zijn groep en zijn lessen en kan dit beargumenteren.

Kern 3.3 Leerlingen leren leren

In opleidingsfase In de context Ten aanzien van het handelen gaat het erom dat je:

Ten aanzien van de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je de aanpak en ondersteuning:

P-fase: Opleidingsbekwaam Je instrueert en begeleidt de groep zodat deze in staat is om leeractiviteiten zelfstandig uit te voeren. Je herkent verschillende oplossingsmethoden en kan deze inzetten in de leeractiviteit. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; voor twee aaneengesloten

activiteiten; zowel stimulerend als

leidend optreedt; voornamelijk werkt op basis

van leerkrachtsturing; leeractiviteiten richt op

(delen van) de groep.

instructies zo formuleert dat de groep leeractiviteiten kan uitvoeren;

leerlingen ondersteunt bij de stappen die ze binnen de leeractiviteit moeten zetten;

enkele verschillende oplossingsmethoden van kinderen herkent en inzet in de les.

incidenteel verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K1-fase: Beroepstakenbekwaam Je begeleidt de groep bij het zelfstandig uitvoeren van activiteiten (individueel of in groepen). Je stemt de begeleiding af op het leerproces van de leerlingen. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder gedeelde

verantwoordelijkheid van de mentor;

een dagdeel; stimulerend en

(bege)leidend; werkt op basis van

leerkrachtsturing en gedeelde sturing;

leeractiviteiten richt op de groep.

leerlingen begeleidt bij het zelfstandig uitvoeren van activiteiten door ze te ondersteunen bij de stappen die ze in hun taak moeten zetten en hen helpt om deze met succes af te ronden;

verschillende oplossingsmethoden met en van leerlingen bespreekt.

in toenemende mate systematisch verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

22

Page 23: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

K2-fase: Werkplekbekwaam Je begeleidt leerlingen bij het zelfstandig leren (individueel en in groepen). Je stemt de begeleiding af op leerprocessen van de leerlingen. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: gecoacht door de mentor; enkele aaneengesloten

dagen; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; binnen de groep aandacht

heeft voor verschillen en extra zorg kan bieden aan een kleine groep leerlingen.

leerlingen actief begeleidt bij het zelfstandig leren en ze ondersteunt bij de stappen die ze in hun taak moeten zetten en hen helpt om deze met succes af te ronden;

binnen lessen/leeractiviteiten aandacht besteedt aan het leerproces door het bespreken van leer- en oplossingsstrategieën;

door systematische oordeelsvorming verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K3 -fase: Startbekwaam Je begeleidt leerlingen bij het zelfstandig leren (individueel en in groepen). Je stemt de begeleiding af op leerprocessen van de leerlingen. Je maakt leerlingen bewust van hun leer- en oplossingsstrategie en begeleidt hen om van daaruit adequater te handelen. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: zelf verantwoordelijk; de complete week; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; zijn leeractiviteiten richt op

de groep als heterogene groep en zich profileert op een gekozen leeftijdsspecialisatie.

met transfer verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

23

Page 24: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

3.4 Organisatorisch competent Competentie Organisatorisch competent

Omschrijving Zorgdragen voor een overzichtelijke, ordelijke, taakgerichte sfeer in de groep en de lessen en dit beargumenteren.

Kern 4.1 Zorgdragen voor alle aspecten van klassenmanagement in de groep

In opleidingsfase In de context Ten aanzien van het handelen gaat het erom dat je:

Ten aanzien van de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je de aanpak en ondersteuning:

P-fase: Opleidingsbekwaam Je zorgt voor een overzichtelijke en ordelijke sfeer in je lessen met speciale aandacht voor helderheid en continuïteit bij de activiteiten voor de kinderen en jezelf. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; voor twee aaneengesloten

activiteiten; zowel stimulerend als

leidend optreedt; voornamelijk werkt op basis

van leerkrachtsturing; leeractiviteiten richt op

(delen van) de groep.

overzichtelijkheid creëert door: - duidelijke afspraken te maken; - regels op een consequente en positieve wijze te

hanteren; - een adequate tijdsplanning op te stellen en te

volgen. ordelijkheid creëert door:

- afspraken te maken met leerlingen over het gebruik van leermiddelen en materialen;

- tijdig de leermiddelen en materialen die aansluiten bij de activiteit overzichtelijk klaar te zetten.

incidenteel verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K1-fase: Beroepstakenbekwaam Je zorgt voor een overzichtelijke, ordelijke en taakgerichte sfeer in de lessen. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder gedeelde

verantwoordelijkheid van de mentor;

een dagdeel; stimulerend en

(bege)leidend; werkt op basis van

leerkrachtsturing en gedeelde sturing;

leeractiviteiten richt op de groep.

overzichtelijkheid creëert door: - deels in overleg met de leerlingen afspraken te

maken; - regels op een consequente en positieve wijze te

hanteren; - een adequate tijdsplanning op te stellen en te

volgen. ordelijkheid creëert door:

- afspraken te maken met leerlingen over het gebruik van leermiddelen en materialen;

- gebruik te maken van een voor leerlingen heldere systematiek.

taakgerichtheid creëert door: - procedures en organisatievormen te kiezen die een

positief effect hebben op de leeractiviteiten en effectieve leertijd van minstens een deel van de leerlingen.

in toenemende mate systematisch verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

24

Page 25: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

K2-fase: Werkplekbekwaam Je zorgt voor een overzichtelijke, ordelijke en taakgerichte sfeer in de groep en lessen. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: gecoacht door de mentor; enkele aaneengesloten

dagen; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; binnen de groep aandacht

heeft voor verschillen en extra zorg kan bieden aan een kleine groep leerlingen.

aspecten van klassenmanagement binnen de groep beschrijft;

jouw klassenmanagementvaardigheden beschrijft en afstemt op actuele situaties in de groep;

planmatig werkt aan het optimaliseren van de overzichtelijkheid, ordelijkheid en taakgerichtheid door aandacht te besteden aan het klassenmanagement binnen activiteiten die je uitvoert.

door systematische oordeelsvorming verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K3 -fase: Startbekwaam Je draagt mede verantwoordelijkheid voor een overzichtelijke, ordelijke en taakgerichte sfeer in de groep en lessen. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: zelf verantwoordelijk; de complete week; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; zijn leeractiviteiten richt op

de groep als heterogene groep en zich profileert op een gekozen leeftijdsspecialisatie.

met transfer verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

25

Page 26: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

Competentie Organisatorisch competent

Omschrijving Zorgdragen voor een overzichtelijke, ordelijke, taakgerichte sfeer in de klas en de lessen en dit beargumenteren.

Kern 4.2 Zorgdragen voor organisatorische aspecten op schoolniveau

In opleidingsfase In de context Ten aanzien van het handelen gaat het erom dat je:

Ten aanzien van de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je de aanpak en ondersteuning:

P-fase: Opleidingsbekwaam Je handelt naar de door de school gemaakte afspraken over een overzichtelijke, ordelijke sfeer op schoolniveau. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; voor twee aaneengesloten

activiteiten; zowel stimulerend als

leidend optreedt; voornamelijk werkt op basis

van leerkrachtsturing; leeractiviteiten richt op

(delen van) de groep.

modelgedrag toont en waar nodig leerlingen wijst op geldende regels en afspraken;

deelneemt aan activiteiten die buiten de les plaatsvinden.

incidenteel verantwoordt op basis van: zijn beroepsidentiteit.

K1-fase: Beroepstakenbekwaam Je werkt tijdens en buiten de les mee aan een overzichtelijke, ordelijke sfeer op schoolniveau. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder gedeelde

verantwoordelijkheid van de mentor;

een dagdeel; stimulerend en

(bege)leidend; werkt op basis van

leerkrachtsturing en gedeelde sturing;

leeractiviteiten richt op de groep.

gemaakte regels en afspraken hanteert tijdens activiteiten op bouw- of schoolniveau;

deelneemt aan een activiteit die buiten de les plaatsvindt en deze evalueert.

in toenemende mate systematisch verantwoordt op basis van: zijn beroepsidentiteit.

26

Page 27: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

K2-fase: Werkplekbekwaam Je levert een bijdrage aan een overzichtelijke, ordelijke en taakgerichte sfeer op schoolniveau. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: gecoacht door de mentor; enkele aaneengesloten

dagen; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; binnen de groep aandacht

heeft voor verschillen en extra zorg kan bieden aan een kleine groep leerlingen.

bekend bent met schoolregels en –afspraken en deze hanteert;

deelneemt aan en verantwoordelijkheid neemt voor (reguliere) activiteiten die buiten de les plaatsvinden en deze evalueert op organisatorische aspecten.

door systematische oordeelsvorming verantwoordt op basis van: zijn beroepsidentiteit.

K3 -fase: Startbekwaam Je draagt mede verantwoordelijkheid voor een overzichtelijke, ordelijke en taakgerichte sfeer op schoolniveau. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: zelf verantwoordelijk; de complete week; stimulerend, leidend en

begeleidend; werkt op basis van een

passende vorm van sturing; zijn leeractiviteiten richt op

de groep als heterogene groep en zich profileert op een gekozen leeftijdsspecialisatie.

met transfer verantwoordt op basis van: zijn beroepsidentiteit.

27

Page 28: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

3.5 Competent in samenwerken met collega’s

Competentie Competent in samenwerken met collega’s

Omschrijving De student levert zijn bijdrage aan een goed pedagogisch en vakinhoudelijk/didactisch klimaat op zijn school, aan goede onderlinge samenwerking en aan een goede schoolorganisatie en kan dit beargumenteren.

Kern 5.1 Open communiceren met collega’s in de school

In opleidingsfase In de context Ten aanzien van het handelen gaat het erom dat je:

Ten aanzien van de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je de aanpak en ondersteuning:

P-fase: Opleidingsbekwaam Je stelt je bij de samenwerking met collega’s open, coöperatief en leerbaar op. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; tijdens de stagedagen; binnen de visie van de

school.

iitiatieven neemt tot het in gesprek komen met collega’s;

interesse en respect toont in de communicatie met collega’s;

afspraken na komt; collega’s laat merken dat hij actief luistert; inhoudelijke boodschap in gesprekken met

collega’s op een heldere duidelijke manier overbrengt;

overleg met de mentor voert, gericht op het realiseren van een goed pedagogisch en didactisch klimaat;

overleg met de mentor voert, gericht op een goede onderlinge samenwerking.

incidenteel verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K1-fase: Beroepstakenbekwaam Je woont vormen van overleg binnen de school bij die een bijdrage leveren aan een goed pedagogisch en vakinhoudelijk/ didactisch klimaat in de school en een goede schoolorganisatie. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; tijdens de stagedagen; binnen de visie van de

school.

enkele vormen van collegiaal overleg in kaart brengt;

overleg bijwoont dat gericht is op het realiseren van een goed pedagogisch en vakinhoudelijk/didactisch klimaat;

overleg bijwoont dat gericht is op een goede onderlinge samenwerking en schoolorganisatie;

de betekenis beschrijft van dit overleg voor jouw handelen in de groep.

in toenemende mate systematisch verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

28

Page 29: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

K2-fase: Werkplekbekwaam Je neemt op constructieve wijze deel aan vormen van overleg binnen de school die een bijdrage leveren aan een goed pedagogisch en vakinhoudelijk/didactisch klimaat en de schoolorganisatie. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: gecoacht door de mentor; enkele aaneengesloten

dagen; als lid van het schoolteam binnen de visie van de

school.

enkele vormen van collegiaal overleg en hun doelstelling in kaart brengt;

deelneemt aan formele vormen van overleg binnen de school, gericht op het realiseren van een goed pedagogisch en didactisch klimaat;

deelneemt aan overleg, gericht op een goede onderlinge samenwerking en schoolorganisatie;

perspectieven uitwisselt met collega’s, met als doel de wederzijdse standpunten verder te onderbouwen, dan wel te nuanceren.

door systematische oordeelsvorming verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K3 -fase: Startbekwaam Je voert overleg met collega’s in de school en op de opleiding. Dit overleg levert een positieve bijdrage aan jouw professionele ontwikkeling en die van je gesprekspartners. Daarnaast levert het overleg een positieve bijdrage aan de samenwerking met collega’s, de schoolorganisatie en aan een goed pedagogisch en (vak)didactisch klimaat. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: zelf verantwoordelijk; de complete week; als lid van het schoolteam binnen de visie van de

school.

met transfer verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

29

Page 30: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

Competentie Competent in samenwerken met collega’s

Omschrijving De student levert zijn bijdrage aan een goed pedagogisch en vakinhoudelijk/didactisch klimaat op zijn school, aan goede onderlinge samenwerking en aan een goede schoolorganisatie en kan dit beargumenteren.

Kern 5.2 Leveren van een constructieve bijdrage aan de schoolontwikkeling

In opleidingsfase In de context Ten aanzien van het handelen gaat het erom dat je:

Ten aanzien van de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je de aanpak en ondersteuning:

P-fase: Opleidingsbekwaam Je toont door middel van je gedrag een lerende houding t.a.v. de communicatie met collega’s m.b.t. de onderlinge samenwerking en visie van de school. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; tijdens de stagedagen; binnen de visie van de

school.

interesse toont in de onderlinge samenwerking en de visie van de school;

in overleg gaat met je mentor over de onderlinge samenwerking en de visie van de school en verwoordt welke invloed dat heeft op jouw beroepsbeeld.

incidenteel verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K1-fase: Beroepstakenbekwaam Je toont door middel van je gedrag aan dat je mede vormgeeft aan schoolontwikkeling. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; tijdens de stagedagen; binnen de visie van de

school.

in beeld brengt op welke wijze de school werkt aan schoolontwikkeling;

in overleg met je mentor mede vormgeeft aan het in praktijk brengen van een schoolontwikkeling.

in toenemende mate systematisch verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K2-fase: Werkplekbekwaam Je levert door middel van praktijkonderzoek en collegiaal overleg een constructieve en productieve bijdrage aan de verbetering van het pedagogisch en vakinhoudelijk/didactisch klimaat van de school. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: gecoacht door de mentor; enkele aaneengesloten

dagen; als lid van het schoolteam binnen de visie van de

school.

in overleg met collega’s een actieonderzoek plant, gericht op het leveren van een constructieve, productieve bijdrage aan (overlegsituaties over) schoolontwikkeling;

dit onderzoek uitvoert in overleg met collega’s en evalueert.

dit onderzoek presenteert aan collega’s en mogelijke vervolgacties in beeld brengt.

door systematische oordeelsvorming verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

30

Page 31: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

K3 -fase: Startbekwaam Je levert een constructieve en productieve bijdrage, door middel van praktijkonderzoek, aan vormen van collegiaal overleg en werkzaamheden die gericht zijn op de ontwikkeling en de verbetering van het pedagogisch en vakinhoudelijk/didactisch klimaat van de school. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: zelf verantwoordelijk; de complete week; als lid van het schoolteam binnen de visie van de

school.

met transfer verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

31

Page 32: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

3.6 Competent in samenwerken met de omgeving

Competentie Competent in samenwerken met de omgeving

Omschrijving De student levert in het belang van de leerlingen zijn bijdrage aan een goede samenwerking met mensen en instellingen in de omgeving van de school en kan zijn bijdrage beargumenteren.

Kern 6.1 Professionele contacten onderhouden met opvoeders

In opleidingsfase In de context Ten aanzien van het handelen gaat het erom dat je:

Ten aanzien van de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je de aanpak en ondersteuning:

P-fase: Opleidingsbekwaam Je gaat professioneel om met opvoeders en gaat zorgvuldig om met gegevens uit informatie-uitwisseling met opvoeders. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; tijdens de stagedagen; binnen de visie van de

school.

open staat voor de informatie vanuit opvoeders en je in het contact met opvoeders positief en beschaafd opstelt;

de opvattingen van de stageschool op het gebied van samenwerken met opvoeders kan weergeven;

activiteiten bijwoont waar ouders bij betrokken zijn.

incidenteel verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K1-fase: Beroepstakenbekwaam Je bent in staat om gegevens, indirect of direct verkregen van opvoeders, in te zetten voor de cognitieve ontwikkeling en het welbevinden van de leerling. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; tijdens de stagedagen; binnen de visie van de

school.

informatie van de kant van opvoeders verzamelt over leerlingen en deze informatie inzet bij lesactiviteiten;

verschillende opvattingen en werkwijzen op het gebied van samenwerken met opvoeders in kaart brengt;

participeert in activiteiten waar opvoeders bij betrokken zijn.

in toenemende mate systematisch verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

32

Page 33: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

K2-fase: Werkplekbekwaam Je levert een bijdrage aan een goede samenwerking met opvoeders om vanuit gezamenlijke verantwoordelijkheid vorm te geven aan de cognitieve ontwikkeling en het welbevinden van de leerling. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: gecoacht door de mentor; enkele aaneengesloten

dagen; als lid van het schoolteam binnen de visie van de

school.

professioneel handelt in informatie-uitwisseling en een constructieve bijdrage levert aan gesprekken met opvoeders over de cognitieve ontwikkeling en het welbevinden van hun kind in de groep en maakt in jouw handelen gebruik van relevante informatie die je van hen krijgt;

verschillende opvattingen en werkwijzen op het gebied van samenwerken met opvoeders in kaart brengt en vergelijkt;

je eigen opvattingen en werkwijzen op het gebied van samenwerken met opvoeders formuleert en met de actuele situatie op de stageschool vergelijkt;

actief deelneemt aan contacten die de school met ouders onderhoudt.

door systematische oordeelsvorming verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K3 -fase: Startbekwaam Je werkt samen met opvoeders om vanuit gezamenlijke verantwoordelijkheid vorm te geven aan de cognitieve ontwikkeling en het welbevinden van de leerling. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: zelf verantwoordelijk; de complete week; als lid van het schoolteam binnen de visie van de

school.

met transfer verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

33

Page 34: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

Competentie Competent in samenwerken met de omgeving

Omschrijving De student levert in het belang van de leerlingen zijn bijdrage aan een goede samenwerking met mensen en instellingen in de omgeving van de school en kan zijn bijdrage beargumenteren.

Kern 6.2 Professionele contacten onderhouden met zorginstellingen

In opleidingsfase In de context Ten aanzien van het handelen gaat het erom dat de student

Ten aanzien van de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je de aanpak en ondersteuning:

P-fase: Opleidingsbekwaam Je legt contact met de interne begeleider om je te laten informeren over de interne en externe zorgstructuur van de school. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; tijdens de stagedagen; binnen de visie van de

school.

de contacten die de school onderhoudt met zorginstellingen in kaart brengt;

op school in gesprek gaat met de interne begeleider over de zorgstructuur op school.

incidenteel verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K1-fase: Beroepstakenbekwaam Je benoemt de voorwaarden om contacten met zorginstellingen effectief te laten zijn ten behoeve van de cognitieve ontwikkeling en het welbevinden van de leerling. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; tijdens de stagedagen; binnen de visie van de

school.

de zorgstructuur van de school in kaart brengt en weet welke informatie en kennis waar te halen is;

deelneemt aan een of meerdere gesprekken tussen de vertegenwoordiger van de school en een vertegenwoordiger van zorginstellingen;

in kaart brengt welke vaardigheden nodig zijn om contact met een zorginstelling effectief te laten verlopen.

in toenemende mate systematisch verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K2-fase: Werkplekbekwaam Je werkt samen met zorginstellingen die betrokken zijn bij de school en geeft in gezamenlijke verantwoordelijkheid vorm aan de cognitieve ontwikkeling en het welbevinden van de leerling. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: gecoacht door de mentor; enkele aaneengesloten

dagen; als lid van het schoolteam binnen de visie van de

school.

kennis van en inzicht hebt in de professionele infrastructuur waar de school onderdeel van is en dit integreert in je handelen;

na overeenstemming met de verantwoordelijke(n) binnen de school, op een professionele manier informatie geeft over leerlingen aan zorginstellingen;

gebruik maakt van informatie die je van zorginstellingen krijgt in je handelen.

door systematische oordeelsvorming verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

34

Page 35: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

K3 -fase: Startbekwaam Je werkt samen met medewerkers van zorginstellingen die betrokken zijn bij de school en geeft in gezamenlijke verantwoordelijkheid vorm aan de cognitieve ontwikkeling en het welbevinden van de leerling. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: zelf verantwoordelijk; de complete week; als lid van het schoolteam binnen de visie van de

school.

met transfer verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

35

Page 36: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

Competentie Competent in samenwerken met de omgeving

Omschrijving De student levert in het belang van de leerlingen zijn bijdrage aan een goede samenwerking met mensen en instellingen in de omgeving van de school en kan zijn bijdrage beargumenteren.

Kern 6.3 Participeren binnen de sociaal-culturele en levensbeschouwelijke context van de school

In opleidingsfase In de context Ten aanzien van het handelen gaat het erom dat je:

Ten aanzien van de reflectie op dat handelen gaat het erom dat je de aanpak en ondersteuning:

P-fase: Opleidingsbekwaam Je brengt in kaart welke samenwerking de school heeft met sociaal-culturele en levensbeschouwelijke instellingen. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; tijdens de stagedagen; binnen de visie van de

school.

de contacten die de school onderhoudt met sociaal- culturele instellingen in kaart brengt;

op de hoogte bent van de sociaal – culturele en levensbeschouwelijke context van de school.

incidenteel verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K1-fase: Beroepstakenbekwaam Je benoemt de betekenis van de sociaal-culturele en levensbeschouwelijke context van je school voor het onderwijs op je school. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van student: onder verantwoordelijkheid

van de mentor; tijdens de stagedagen; binnen de visie van de

school.

de culturele instellingen waarmee de school contacten onderhoudt in kaart brengt en weet welke informatie waar te halen is;

sociaal – culturele en levensbeschouwelijke contexten van scholen met elkaar vergelijkt;

de betekenis benoemt van de verkregen gegevens voor de inrichting van je onderwijs.

in toenemende mate systematisch verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

36

Page 37: Hogeschool de Kempel...7 2. Bijzondere aspecten van de competentiebeschrijvingen 2.1 Gekozen format Binnen de competenties zijn kernen onderscheiden, die de competentie verder concretiseren.

37

K2-fase: Werkplekbekwaam Je werkt samen met medewerkers van sociaal-culturele en levensbeschouwelijke instellingen die direct of indirect betrokken zijn of kunnen worden bij het onderwijs aan de school. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: gecoacht door de mentor; enkele aaneengesloten

dagen; als lid van het schoolteam binnen de visie van de

school.

samen met de verantwoordelijke(n) binnen de school, contacten onderhoudt met de sociaal-culturele en/of levensbeschouwelijke instellingen;

professioneel handelt in de informatie-uitwisseling met sociaal-culturele instellingen en/of levensbeschouwelijke instellingen en in je handelen gebruik maakt van de verkregen informatie;

inzicht hebt in de sociaal – culturele en levensbeschouwelijke context van de school en je bewust bent van de consequenties voor de inrichting van je onderwijs;

actief deelneemt aan sociaal-culturele en levensbeschouwelijke samenwerkingsactiviteiten.

door systematische oordeelsvorming verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.

K3 -fase: Startbekwaam Je werkt samen met medewerkers van sociaal-culturele en levensbeschouwelijke instellingen die direct of indirect betrokken zijn of kunnen worden bij het onderwijs aan de school. Je kunt het bovenstaande verantwoorden.

In de rol van (aankomend) leraar: zelf verantwoordelijk; de complete week; als lid van het schoolteam binnen de visie van de

school.

met transfer verantwoordt op basis van: theorieën en/of concepten; zijn beroepsidentiteit.