Download het whitepaper Belangrijkste wijzigingen van DSM-IV ...
Het Alternatief DSM-5 model voor persoonlijkheidsstoornissen. Han... · 2016. 12. 15. ·...
Transcript of Het Alternatief DSM-5 model voor persoonlijkheidsstoornissen. Han... · 2016. 12. 15. ·...
Het Alternatief DSM-5 model voor persoonlijkheidsstoornissen
Han Berghuis - klinisch psycholoog
Centrum voor PsychotherapieLunteren
Studiedag RCSW– 25 november 2016
Persoonlijkheidsdiagnostiek =Integratieve persoonlijkheidsdiagnostiek
Structurele modelKernberg
DSM-IVCategoriaal
Persoonlijkheidsdisfunctioneren
CognitieveSchema’s
Persoonlijkheidstrekken
Neuropsychologisch Interpersoonlijk
Hechting
Integratieve persoonlijkheidsdiagnostiek
2
Integratieve persoonlijkheidsdiagnostiek en dsm-5……
Integratieve persoonlijkheidsdiagnostiek
3
DSM-5
Persoonlijkheidstrekken
Structurele modelKernberg
DSM-IVCategoriaal
Persoonlijkheidsdisfunctioneren
Kritiek op DSM-IV Persoonlijkheidsstoornissen
• Alles of niets – categoriale classificatie
• Te algemene Algemene definitie
• Geen ernstmaat
4
Cluster A• Paranoïde-persoonlijkheidsstoornis• Schizoïde-persoonlijkheidsstoornis• Schizotypische-persoonlijkheidsstoornisCluster B• Antisociale-persoonlijkheidsstoornis• Borderline-persoonlijkheidsstoornis• Histrionische-persoonlijkheidsstoornis (i.p.v. Theatrale)• Narcistische-persoonlijkheidsstoornisCluster C• Vermijdende-persoonlijkheidsstoornis (i.p.v. Ontwijkende)• Afhankelijke-persoonlijkheidsstoornis• Dwangmatige-persoonlijkheidsstoornis (i.p.v. Obsessief-compulsieve) Andere persoonlijkheidsstoornissen• Persoonlijkheidsverandering door een somatische aandoening• Andere gespecificeerde persoonlijkheidsstoornis• Ongespecificeerde persoonlijkheidsstoornis
Persoonlijkheidsstoornissen in DSM-5: Deel-II
Theo Ingenhoven
Deel II
DSM-5 Persoonlijkheidsstoornissen - Deel III
1. Nieuwe algemene definitie van persoonlijkheidsstoornis + niveau’s van persoonlijkheidsfunctioneren? (score 0 t/m 4)
2. Zes persoonlijkheidsstoornis typen
3. 25 persoonlijkheidstraits, verdeeld over vijf domeinen, t.b.v.:– Trek-gespecificeerde persoonlijkheidsstoornis– Gedetailleerd trekkenprofiel indien wenselijk voor casus
conceptualisatie
6
Deel III
7
Algemene criteria voor een persoonlijkheidsstoornis – 1
De essentiële kenmerken voor een persoonlijkheidsstoornis zijn:
A. Matige of meer ernstige beperkingen in het persoonlijkheidsfunctioneren: functioneren van het zelf, en het interpersoonlijk functioneren.
B. Een of meer pathologische persoonlijkheidstrekken.
7
Deel III
8
Algemene criteria voor een persoonlijkheidsstoornis - 2
De beperkingen in het persoonlijkheidsfunctioneren en de uitingen van de persoonlijkheidstrekken van het individu:
• zijn relatief inflexibel en aanwezig in een breed scala van persoonlijke en sociale situaties.
• zijn relatief stabiel in de tijd, met een aanvang die teruggevoerd kan worden tot ten minste de adolescentie of vroege volwassenheid.
• zijn niet beter toe te schrijven aan een andere psychische stoornis.• zijn niet enkel toe te schrijven aan het fysiologische effect van een middel of
aan andere medische conditie (b.v. een ernstig schedelletsel)• zijn niet beter te begrijpen als passend bij de normale ontwikkelingsfase
van het individu of bij diens sociaal-culturele achtergrond.
8
Deel III
9
Ernstdimensie: Vijf niveau’s van Persoonlijkheidsfunctioneren
Zelf: Identiteit:• Eigen uniek zelf ervaren, en duidelijk begrensd zijn van de ander • Eigenwaarde is stabiel met gepaste zelfwaardering• Vermogen om een palet aan emoties te ervaren en te reguleren
Zelfsturing:• Nastreven van samenhangende en betekenisvolle doelen op korte en langere termijn• Het gebruik van constructieve persoonlijke maatstaven voor gedrag• Vermogen tot productieve zelfreflectie
Interpersoonlijk:Empathie:• Begrip en waardering voor andermans ervaringen en drijfveren• Vermogen om uiteenlopende gezichtspunten te tolereren• Inzicht in het effect van het eigen gedrag op anderen
Intimiteit:• Diepe en duurzame positieve verbondenheid met anderen• Wens en vermogen tot nabijheid• Wederkerig en respectvol interpersoonlijk gedrag
9
Deel III
10
Vijf niveaus van persoonlijkheidsfunctioneren
0 = Geen beperkingen/tekortkomingenZelf:
Identiteit: - Aanhoudend bewustzijn van eigenheid; handhaven rol-adequate grenzen- Consistent en zelf gereguleerd positieve eigenwaarde, gepaste zelf-waardering- In staat breed palet aan emoties te ervaren, te verdragen en te reguleren
Zelfsturing: - Redelijke doelen stellen; realistische inschatting eigen capaciteiten- Reële wijze van werken, verwezelijking van uiteenlopende doelen- Reflecteren op innerlijke ervaringen, betekenisverlening
Interpersoonlijk:Empathie: - Passend begrip van andermans ervaringen en motieven in uiteenlopende situaties
- Begrijpt en waardeert andersmans gezichtspunt, zelfs indien dat verschilt- Bewust van effect van eigen gedrag op anderen
Intimiteit: - Meerdere bevredigende langdurige relaties in persoonlijk en maatschappelijk leven- Verlangt naar, en realiseert zorgzame, intieme en wederkerige relaties- Streeft naar samenwerking en wederzijds voordeel en reageert flexibel op
een scale van andermans ideeën, gevoelens en gedragingen
Vijf niveau’s van Persoonlijkheidsfunctioneren Deel III
11
Vijf niveaus van persoonlijkheidsfunctioneren
4 = Ernstige beperkingen/tekortkomingenZelf:
Identiteit: - Eigenheid/autonomie/zelfdeterminatie nagenoeg afwezig; begrenzing ontbreekt- Zwak/verwrongen zelfbeeld, negatieve/verwarrende zelfwaardering- Inadequate emoties; haat en agressie
Zelfsturing: - Onvermogen doelen te stellen; onrealistische of onhaalbare plannen- Ontbreken van normen; onrealistische strevingen- Onvermogen te reflecteren, geen persoonlijke motieven
Inter-persoonlijk:Empathie: - Onvermogen andermans ervaringen te doorgronden
- Geen perspectief vanuit de ander- Sociale interacties verwarrend; gedesoriënteerd
Intimiteit: - Desinteresse in verbondenheid; achterdochtig en afstandelijk; negatief- Gericht op eigen behoeftebevrediging of afstraffing ander- Geen wederkerigheid in relaties
Vijf niveau’s van Persoonlijkheidsfunctioneren Deel III
12
Vijf niveau’s van Persoonlijkheidsfunctioneren
12
Persoonlijkheids stoornis
Niveau 0: Geen of minimaal disfunctioneren
Niveau1: Gering disfunctioneren
Niveau 2: Matig disfunctioneren
Niveau 3: Ernstig disfunctioneren
Niveau 4: Extreem disfunctioneren
Deel III
13
DSM-5 Persoonlijkheidsstoornissen: Traits
Vijf domeinen: 25 persoonlijkheidstrekken
Negatieve affectiviteit: frequente en intense belevingen van emotiesEmotionele labiliteit, ongerustheid, separatieangst, perseveratie, submissiviteit, vijandigheid, depressiviteit, achterdocht, (afwezigheid van) ingeperkt affect
Afstandelijkheid: teruggetrokken van mensen en sociale situatiesIngeperkte affectitviteit, depressiviteit, achterdocht, teruggetrokkenheid, anhedonie, vermijding van intimiteit
Antagonisme: gedrag in conflict met anderenOngevoeligheid, manipulatief gedrag, grandiositeit, aandacht zoeken, vijandigheid, onbetrouwbaarheid
Ongeremdheid: impulsief zonder reflectie (afwezigheid van dwangmatigheid)Impulsiviteit, afleidbaarheid, riskant gedrag, onverantwoordelijk gedrag, (afwezigheid van) rigide perfectionisme.
Psychoticisme: ongebruikelijke en bizarre ervaringenOngewone overtuigingen en ervaringen, excentriciteit, cognitieve en perceptuele disregulatie
13
Deel III
14
DSM-5 Persoonlijkheidsstoornissen: Typen
Zes persoonlijkheidsstoornis - typen
• Antisociale • Vermijdende• Borderline• Dwangmatige• Schizotypische• Narcistische
Elk type is omschreven in kern-componenten (zelf en inter-persoonlijk functioneren)en met bijbehorende persoonlijkheidstrekken.
• Trek-gespecificeerde persoonlijkheidsstoornisPersoonlijkheidsstoornis omschreven op basis van persoonlijkheidstrekken
14
Deel III
Borderline PS - A
A. Matige of ernstigere beperkingen in persoonlijkheidssfunctioneren, tot uiting komend in karakteristieke problemen in twee of meer van de volgende vier gebieden:
• Identiteit: Uitgesproken zwak of slecht ontwikkeld instabiel zelfbeeld, vaak gepaard gaande met uitgesproken zelfkritiek; aanhoudende gevoelens van leegte; dissociatieveverschijnselen onder stress.
• Zelfsturing: Instabiliteit in doelen, aspiraties, waarden of carrièreplanning.
• Empathie: Beperkt vermogen om de gevoelens en behoeftes van anderen te herkennen, gepaard gaande met een interpersoonlijke overgevoeligheid (b.v. gevoeligheid om gekleineerd of gekwetst te worden); de beeldvorming van de ander raakt selectief gebiased met negatieve kenmerken of zwaktepunten.
• Intimiteit: Intense, instabiele en conflictueuze nabije relaties, gekenmerkt door wantrouwen, een grote behoefte aan contact, en de angstige preoccupaties om daadwerkelijk of vermeend in de steek te worden gelaten; nabije relaties worden vaak beleefd in extremen van idealisaties en devaluaties, en afwisselingen van overbetrokkenheid en terugtrekken.
15
Deel III
Borderline PS - B
B. Vier of meer van de volgende zeven pathologische persoonlijkheidstrekken, waarvan tenminste één moet zijn van (5) Impulsiviteit, (6) Risico nemen of (7) Vijandigheid:
• Emotionele labiliteit: Instabiliteit van emotionele ervaringen… (NA)• Zorgelijkheid: Nerveus, gespannen of paniekerig… (NA)• Gevoeligheid voor verlating : Angst om alleen te zijn ten gevolge een afwijzing door
– en/of separatie van – belangrijke anderen… (NA)• Depressiviteit: Gevoel neerslachtig te zijn, miserabel en/of hopeloos; suïcidale
gedachten of suïcidaal gedrag…. (NA)
• Impulsiviteit: (een facet van Ongeremdheid): Onmiddellijk handelend in reactie …. zelf-beschadigend gedrag onder emotionele stress….. (O)
• Risico nemen: Overgeven aan gevaarlijke, risicovolle en potentieel zelfdestructieve activiteiten…. (O)
• Vijandigheid: Aanhoudende of frequente gevoelens van boosheid; boosheid of prikkelbaarheid in reactie op kleine geringschattingen en beledigingen…. (A)
16
Deel III
Trekgespecificeerde persoonlijkheidsstoornis:
Negatieve affectiviteit:Emotionele labiliteit, ongerustheid, separatieangst, submissiviteit, vijandigheid, perseveratie, depressiviteit, achterdocht, (ontbreken van) ingeperkt affectiviteit
Afstandelijkheid:Sociale teruggetrokkenheid, vermijding van intimiteit, anhedonie, depressiviteit, ingeperkte affectiviteit, achterdocht
Antagonisme:Manipulatief gedrag, onbetrouwbaarheid, grandiositeit, aandacht zoeken, ongevoeligheid, vijandigheid
Ongeremdheid:Onverantwoordelijk gedrag, impulsiviteit, afleidbaarheid, riskant gedrag, (ontbreken van) rigide perfectionisme
Psychoticisme: Ongewone overtuigingen en ervaringen, excentriciteit, cognitieve en perceptuele disregulatie
Schizoide persoonlijkheidsstoornis in Alternatief DSM-5 model wordt
Deel III
Meetinstrumenten DSM-5, Alternatief model
• Interview – criterium A: – STiP 5.1; – Amerikaanse (en andere talen) interviews zijn in
ontwikkeling
• Vragenlijsten – criterium B:– Criterium A: GAPD; LPFS-BF; SIPP-118; LoPF-Q (ch)– Criterium B: PID-5; (DAPP-BQ, NEO-PI-R)
18
STiP-5.1
Semi-gestuctureerd Interview voor persoonlijkheidsfunctioneren(Semi structured Interview for Personality functioning DSM 5)
Joost Hutsebaut, Han Berghuis, Ad Kaasenbrood, Hilde de Saeger, Theo Ingenhoven
Podium DSM-5
19
www.kenniscentrumps.nl
STiP-5
• Niveau van persoonlijkheidsfunctioneren (DSM-5)• Semi-gestructureerd interview• Niet te lang (drie kwartier)• Niet te moeilijk (voor brede groep klinici)• Eenvoudig trainbaar (korte cursus)• Onderzoekbaar (betrouwbaarheid en validiteit)• Voor klinische diagnostiek• Voor wetenschappelijk onderzoek
20
Beschrijven eigen persoon, consistentie in tijdBegrenzing, emoties, emotieregulatieGevoel van eigenwaardePassende doelen, realisatie
Belang van relaties, intimiteit en conflictenReguleren van afstand en nabijheidWijze van samenwerkenInlevingsvermogen
Stip 5.1 DSM-5 niveau van persoonlijkheidsfunctioneren
Identiteiten
zelfsturing
Empathieen
intimiteit
21
Interview vragen
Scoring DSM-5:Niveau van Persoonlijkheidsfunctioneren4x3 aspectenScore: 0, 1, 2, 3, 4
Stip 5.1 DSM-5 niveau van persoonlijkheidsfunctioneren
22
General Assessment of Personality Disorder: GAPD(Livesley, 2006; Berghuis, 2007)
23
GAPD:
24
25
Personality Inventory DSM-5 / Vragenlijst voor DSM-5 persoonlijkheid: PID-5(Krueger et al., 2012; vdHeijden, Ingenhoven, Berghuis & Rossi, 2014)
Vijf domeinen: 25 persoonlijkheidstrekken
Negatieve affectiviteit: frequente en intense belevingen van emotiesEmotionele labiliteit, ongerustheid, separatieangst, perseveratie, submissiviteit, vijandigheid, depressiviteit, achterdocht, (afwezigheid van) ingeperkt affect
Afstandelijkheid: teruggetrokken van mensen en sociale situatiesIngeperkte affectitviteit, depressiviteit, achterdocht, teruggetrokkenheid, anhedonie, vermijding van intimiteit
Antagonisme: gedrag in conflict met anderenOngevoeligheid, manipulatief gedrag, grandiositeit, aandacht zoeken, vijandigheid, onbetrouwbaarheid
Ongeremdheid: impulsief zonder reflectie (afwezigheid van dwangmatigheid)Impulsiviteit, afleidbaarheid, riskant gedrag, onverantwoordelijk gedrag, (afwezigheid van) rigide perfectionisme.
Psychoticisme: ongebruikelijke en bizarre ervaringenOngewone overtuigingen en ervaringen, excentriciteit, cognitieve en perceptuele disregulatie
25
Vragenlijst Interview Anders
Symptomen SCL-90, en vele andere lijsten …
SCID-I, MINI
PersoonlijkheidsDisfunctioneren
GAPD, SIPP-118 STiP 5.1
Traits PID-5, NEO-PI, DAPP-BQ/screening, MMPI-2, NPV-2, NKPV
Amerikaanse NEO-interviews
Structureel, psychodynamisch
IPO, NVM, OPV SI, STIPO, OP Rorschach, TAT, ZAT, HTP
Categoriaal, DSM ADP-IV, VKP, PDQ, SCID-screener
IPDE, SIDP-IV, SCID-II /SCID-5 PDBPDSI
Cognitief model SMI, YSQ
Anders… UCL, SWAP WAIS-IV, dossier
27
Integratieve persoonlijkheidsdiagnostiek -Instrumenten