GGZ in de eerste lijn:van rommelbeleid naar samenwerking

2
1 Nieuwsbericht 02 februari 2012 Investering dubbel en dwars waard Schippers zegt dit tijdens de GGZ Kennisdag 2012. De titel luidt: “De eerste lijn: klaar voor de toekomst?” Jan Walburg, voorzitter RvB Trimbosinstituut ziet een toename van psychische problematiek. ‘We moeten beseffen hoe indringend de eerste lijn geconfron- teerd wordt met psychische problemen’, betoogt hij. ‘Zo’n 70% van mensen met psy- chische problemen komt eerst bij de huisarts. Vaak betreft het complexe en verhulde problemen, gerelateerd aan somatische problematiek.’ Hij wijst op het belang van een adequate behandeling. ‘Naar schatting levert elke euro investering in de eerstelijns-ggz zo’n 2,5 tot 4 euro op aan minder somatische klachten en betere arbeidsparticipatie.’ Robuuste eerste lijn Dat het onderwerp leeft, blijkt uit het grote aantal deelnemers aan deze Kennisdag. Met 600 deelnemers is het compleet volgeboekt. En de minister vindt het zo belangrijk dat ze persoonlijk toelicht wat zij vindt van de “basis-ggz”, zoals “eerstelijns-ggz” steeds vaker wordt genoemd. ‘Een sterke, robuuste eerste lijn is cruciaal’, benadrukt ze. ‘De urgentie is groot. Kennis is nodig en tegelijk is het nodig dat je elkaar kent. Goed samenwerken in netwerken in de eerste lijn is van belang. Binnen de eerste lijn, met onderwijs, met de gemeente, met welzijn. Verwijs alleen naar de tweedelijns-ggz als dat nodig is.’ GGZ in de eerste lijn: van rommelbeleid naar samenwerking De eerste lijn krijgt vaak te maken met psy- chische problemen. Mensen komen met angst- stoornissen, somberheid of depressieve klachten. Vaker blijken lichamelijke klachten de uitingsvorm van psychische problemen. Het is van belang dat ze worden gesignaleerd, gediagnosticeerd en adequaat behandeld. Kan de eerste lijn dat aan? Minister Schippers vindt dat milde psyschische klachten in de eerstelijnszorg thuishoren. ‘Opval- lend is dat veel mensen met relatief milde klachten in de tweede lijn worden behandeld’, stelt ze vast. ‘Zo’n 30% kan beter naar de eerste lijn, in hun eigen omgeving. Dat vergt veel in- spanning voor de eerste lijn. Deze moet worden verstevigd. Organisatievermogen in de eerste lijn is cruciaal om integrale zorg te bieden.’

description

GGZ in de eerste lijn: van rommelbeleid naar samenwerkin

Transcript of GGZ in de eerste lijn:van rommelbeleid naar samenwerking

1

Nieuwsbericht02 februari 2012

Investering dubbel en dwars waard

Schippers zegt dit tijdens de GGZ Kennisdag 2012. De titel luidt: “De eerste lijn: klaar voor de toekomst?” Jan Walburg, voorzitter RvB Trimbosinstituut ziet een toename van psychische problematiek. ‘We moeten beseffen hoe indringend de eerste lijn geconfron-teerd wordt met psychische problemen’, betoogt hij. ‘Zo’n 70% van mensen met psy-chische problemen komt eerst bij de huisarts. Vaak betreft het complexe en verhulde problemen, gerelateerd aan somatische problematiek.’ Hij wijst op het belang van een adequate behandeling. ‘Naar schatting levert elke euro investering in de eerstelijns-ggz zo’n 2,5 tot 4 euro op aan minder somatische klachten en betere arbeidsparticipatie.’ Robuuste eerste lijn

Dat het onderwerp leeft, blijkt uit het grote aantal deelnemers aan deze Kennisdag. Met 600 deelnemers is het compleet volgeboekt. En de minister vindt het zo belangrijk dat ze persoonlijk toelicht wat zij vindt van de “basis-ggz”, zoals “eerstelijns-ggz” steeds vaker wordt genoemd. ‘Een sterke, robuuste eerste lijn is cruciaal’, benadrukt ze. ‘De urgentie is groot. Kennis is nodig en tegelijk is het nodig dat je elkaar kent. Goed samenwerken in netwerken in de eerste lijn is van belang. Binnen de eerste lijn, met onderwijs, met de gemeente, met welzijn. Verwijs alleen naar de tweedelijns-ggz als dat nodig is.’

GGZ in de eerste lijn:van rommelbeleid naar samenwerking

De eerste lijn krijgt vaak te maken met psy-chische problemen. Mensen komen met angst-stoornissen, somberheid of depressieve klachten. Vaker blijken lichamelijke klachten de uitingsvorm van psychische problemen. Het is van belang dat ze worden gesignaleerd, gediagnosticeerd en adequaat behandeld. Kan de eerste lijn dat aan?

Minister Schippers vindt dat milde psyschische klachten in de eerstelijnszorg thuishoren. ‘Opval-lend is dat veel mensen met relatief milde klachten in de tweede lijn worden behandeld’, stelt ze vast. ‘Zo’n 30% kan beter naar de eerste lijn, in hun eigen omgeving. Dat vergt veel in-spanning voor de eerste lijn. Deze moet worden verstevigd. Organisatievermogen in de eerste lijn is cruciaal om integrale zorg te bieden.’

2

Eerstelijnspsycholoog of poh-ggz: that’s the question

Ook professor en huisarts Niek de Wit ziet een sleutelrol voor de eerste lijn. ‘Juist vanwe-ge de grotere groep patiënten die een beroep doet op de ggz, moeten we de zorg doel-matig inrichten. In samenwerking met psychologen, maatschappelijk werk en tweede lijn. Met zorgstandaarden en zorg die is afgestemd op de regio. Daarbij moeten we het zelf-oplossend vermogen van de patiënt versterken. Een goede aanpak van psychische pro-blemen vergt een integrale benadering. Met de huisarts als eerste aanspreekpunt en meer praktijkondersteuners-ggz in de huisartsenpraktijk.’ Professor Jan Derksen is het met de laatste uitspraak niet eens. ‘De huisarts moet zijn rol niet overschatten’, merkt hij op. ‘Adequate psychologische ondersteuning kan goed hel-pen. Zet daarvoor een eerstelijns-gezondheidpsycholoog aan de poort. Psychische proble-men zijn complex. Een eerstelijnspsycholoog is hoog opgeleid en kan beslissen hoe ern-stig de problemen zijn. Bezuinig niet op het kwalificatieniveau. Een goede samenwerking tussen eerstelijnspsycholoog en huisarts voorkomt een verkeerde verwijzing. De patiënten zijn gebaat bij korte lijnen.’

De Wit sputtert tegen. Hij wijst op de langdurige relatie patiënt / huisarts en vindt dat de triage daarom bij de huisarts moet liggen. ‘De mensen zijn kwetsbaar, ze hebben behoefte aan duidelijkheid.’ Derksen brengt daartegenin: ‘Er is nu sprake van “rommelbeleid”. In-vesteer in adequate hoogopgeleide psychologische zorg in de eerste lijn.’

Beste zorg

Merkwaardig: dit verschil van mening, dat veel weg heeft van een competentiestrijd. De waarheid zal in het midden liggen. Een aantal huisartsen heeft weinig affiniteit met ggz. Dan is inzet van een eerstelijnspsycholoog zeer op z’n plaats. Andere huisartsen heb-ben zich verdiept in de psychische problematiek en kunnen met de poh-ggz zelf de triage doen. Zoals altijd: kijk naar de specifieke situatie en vooral: naar de beste zorg voor de patiënt!

Gerda van Beek fotografie: Roy Borghouts