GEWIKT & GEWOGEN...

27
16 oktober 2017, pag. 30 Het ene beeld van Mata Hari vult het andere aan GEWIKT & GEWOGEN Gebeurtenissen: Mata Hari (a) en Mata Hari, schuldig of naïef (b) Gezien: 15/10, De Harmonie Leeuwarden (a) Mata Hari Tekst en spel: Tet Rozendal Muziek: Erik de Reus Regie: Brigitte Odett Publiek: 170 ★★★★✩ (b) Mata Hari, schuldig of naïef Script en regie: Herman van Veen Spel: Marion Bosetti, Saskia Egtberts, Annerie van Loenen, Gaëtane Bouchez, Folkert Wesse- ling en Allard Medema Publiek: 300 ★★★✩✩ T wee reprises over hetzelfde fenomeen lijkt wat veel van het goede, maar bij nader inzien is het toch razend interes- sant om ze naast elkaar te zien. Al was het alleen maar omdat Marga- retha Zelle in de voorstelling van Tet Rozendal eigenlijk als enige aan het woord komt en in die van Her- man van Veen helemaal niet. Daar wordt ze opgevoerd ‘door een Parijse danseres’. Over Tet Rozendal schreef deze krant vier jaar geleden dat zij een sympathiek en liefdevol portret schetste van Mata Hari. Dat is het nog steeds. Begeleid door een subtiele musi- cus die onopvallend een keur aan registers beheerst, vertelt Rozendal het fictieve verhaal dat Zelle vanuit haar dodencel aan haar dochter Nonne meegeeft. De bijzondere band met haar vader, de handtaste- lijke schooldirecteur, de bezitterige echtgenoot, het gemis van haar dochtertje – alles passeert de revue. De chronologie van de gebeurte- nissen blijft levendig door de afwis- selende presentatie en de prachtige liedjes. Kleine autobiografische intermezzo’s hinten op overeen- komsten en verschillen tussen Rozendal en haar personage. Daarmee wordt haar Mata Hari er een die ze begrijpt en waarin ze zover als mogelijk is, is doorge- drongen. Heel anders is de aanpak van Van Veen. Voorafgaand aan de voorstelling citeert de maestro zelf nog even de lovende koppen uit deze en andere media van dertien jaar geleden. Nadat de lucht van eigen roem is opgetrokken, zien we vooral een heel móóie voorstelling, met een geschoolde danseres die vermoede- lijk beter was dan Mata Hari zelf, zij het minder ‘onthullend’. Het perspectief is hier heel an- ders. Terwijl je de niet-dansende Mata Hari voortdurend op de rug ziet voor haar boudoir-spiegel, reageren een vijftal figuren uit haar directe omgeving op de arrestatie en de veroordeling van de gevierde diva. De een is een jeugdvriendin, de ander een bewonderaarster, een derde de directeur van een theater en Folkert Wesseling speelt een krantenman uit Drachten. Uit hun uiteenlopende relaties en ervarin- gen met Margaretha Zelle rijst het beeld op van een fantaste, die moeilijk onderscheid kon maken tussen leugen en verbeelding. Ze hunkerde naar aandacht, bij voorkeur van mannen in uniform, maar ze kon mensen als een bak- steen laten vallen. En toch had ze een groot en warm hart. ‘Mata Hari is altijd het droombeeld van dege- ne die ze voor zich heeft’, zegt de jeugdvriendin. Over het antwoord op de titel laat Van Veen weinig twijfel be- staan: Mata Hari komt naar voren als politiek naïef en volstrekt on- schuldig. Dat ze het slachtoffer was van een afleidingsmanoeuvre van de Franse geheime dienst is aanne- melijk, maar het ‘bewijs’ van haar volledige onschuld is niet erg over- tuigend. Daarvoor is de voorstelling ook te associatief en te onsamenhan- gend. Maar het beeld van de ande- ren levert wel een boeiende aanvul- ling op het beeld van binnenuit. HANS BRANS

Transcript of GEWIKT & GEWOGEN...

  • 16 oktober 2017, pag. 30

    Het ene beeld van Mata Hari vult het andere aanGEWIKT & GEWOGEN

    Gebeurtenissen:Mata Hari (a) enMataHari, schuldig of naïef (b) Gezien: 15/10,De Harmonie Leeuwarden

    (a)Mata Hari Tekst en spel: Tet RozendalMuziek: Erik de Reus Regie: Brigitte OdettPubliek: 170★★★★✩

    (b) Mata Hari, schuldig of naïef Script enregie: Herman van Veen Spel:MarionBosetti, Saskia Egtberts, Annerie vanLoenen, Gaëtane Bouchez, Folkert Wesse-ling en Allard Medema Publiek: 300★★★✩✩

    T wee reprises over hetzelfdefenomeen lijkt wat veel vanhet goede, maar bij naderinzien is het toch razend interes-sant om ze naast elkaar te zien. Al

    was het alleen maar omdat Marga-retha Zelle in de voorstelling vanTet Rozendal eigenlijk als enige aanhet woord komt en in die van Her-man van Veen helemaal niet. Daarwordt ze opgevoerd ‘door eenParijse danseres’.

    Over Tet Rozendal schreef dezekrant vier jaar geleden dat zij eensympathiek en liefdevol portretschetste van Mata Hari. Dat is hetnog steeds.

    Begeleid door een subtiele musi-cus die onopvallend een keur aanregisters beheerst, vertelt Rozendalhet fictieve verhaal dat Zelle vanuithaar dodencel aan haar dochterNonne meegeeft. De bijzondereband met haar vader, de handtaste-lijke schooldirecteur, de bezitterigeechtgenoot, het gemis van haardochtertje – alles passeert de revue.

    De chronologie van de gebeurte-nissen blijft levendig door de afwis-selende presentatie en de prachtigeliedjes. Kleine autobiografischeintermezzo’s hinten op overeen-komsten en verschillen tussenRozendal en haar personage.

    Daarmee wordt haar Mata Harier een die ze begrijpt en waarin zezover als mogelijk is, is doorge-drongen.

    Heel anders is de aanpak vanVan Veen. Voorafgaand aan devoorstelling citeert de maestro zelfnog even de lovende koppen uitdeze en andere media van dertienjaar geleden.

    Nadat de lucht van eigen roem isopgetrokken, zien we vooral eenheel móóie voorstelling, met eengeschoolde danseres die vermoede-lijk beter was dan Mata Hari zelf, zij

    het minder ‘onthullend’.Het perspectief is hier heel an-

    ders. Terwijl je de niet-dansendeMata Hari voortdurend op de rugziet voor haar boudoir-spiegel,reageren een vijftal figuren uit haardirecte omgeving op de arrestatieen de veroordeling van de gevierdediva.

    De een is een jeugdvriendin, deander een bewonderaarster, eenderde de directeur van een theateren Folkert Wesseling speelt eenkrantenman uit Drachten. Uit hunuiteenlopende relaties en ervarin-gen met Margaretha Zelle rijst hetbeeld op van een fantaste, diemoeilijk onderscheid kon makentussen leugen en verbeelding.

    Ze hunkerde naar aandacht, bijvoorkeur van mannen in uniform,maar ze kon mensen als een bak-

    steen laten vallen. En toch had zeeen groot en warm hart. ‘Mata Hariis altijd het droombeeld van dege-ne die ze voor zich heeft’, zegt dejeugdvriendin.

    Over het antwoord op de titellaat Van Veen weinig twijfel be-staan: Mata Hari komt naar vorenals politiek naïef en volstrekt on-schuldig. Dat ze het slachtoffer wasvan een afleidingsmanoeuvre vande Franse geheime dienst is aanne-melijk, maar het ‘bewijs’ van haarvolledige onschuld is niet erg over-tuigend.

    Daarvoor is de voorstelling ookte associatief en te onsamenhan-gend. Maar het beeld van de ande-ren levert wel een boeiende aanvul-ling op het beeld van binnenuit.

    HANS BRANS

  • 07 oktober 2017, pag. 42

    GEWIKT & GEWOGEN

    Wereld achter GenuaGEWIKT & GEWOGEN

    Gebeurtenis: Brieven uit Genua doorToneelgroep Maastricht Gezien: 6oktober in De Lawei, Drachten Tekst:Ilja Leonard Pfeijffer Spel: Servé Her-mans, Michel Sluysmans Nog te zien:25 oktober in Leeuwarden Publiek: 60★★★★✩

    D e zwarte vloer ligt be-zaaid met witte A4’tjes.In het midden zit deschrijver op een terrasje metparasol. We bevinden ons in detweede boek dat de schrijver IljaLeonard Pfeijffer over de Neder-landse schutting heeft geworpenvanuit zijn woonplaats Genua.Dat eerste boek, zo leggen detwee Maastrichtse theaterma-kers vooraf uit, heette La Super-ba. Na een fietstocht naar Romemet zijn geliefde Gelya besloothet stel in Genua te blijven han-gen. Die stad is mooi en lelijk,intrigerende en alledaags. Maarna een tijd kreeg de vriendingenoeg van de stad (of van hem,dat blijft in het midden) en Pfei-jffer begint haar brieven teschrijven, wat dus leidde tot het

    tweede boek. Servé Hermans enMichel Sluysmans maken ersamen met pianiste Lies Verholleen sopraan Elisabeth de Loore,een eenvoudige, ingetogen voor-stelling van waarin ze de somsbarokke teksten van Pfeijffermaximaal tot hun recht latenkomen. Dat het lukt om de lite-raire taal van Pfeijffer over hetvoetlicht te krijgen komt niet inde laatste plaats door hun be-scheiden theatrale toevoegingen.Een serveerster die een voor eende glazen afruimt of de nieuwevriendin die verlegen met haarrode pumps wipt – het zijn netals de prachtige aria’s van DeLoore, subtiele markeringspun-ten voor de eenzame Kunstenaardie in het luchtledige vooral metzichzelf worstelt. ‘Ik wil nietmeedoen met de wereld’, zegt hijaan het begin. Het sympathiekeaan Pfeijffer en aan de voorstel-ling is evenwel dat beetje bijbeetje die wereld toch wordttoegelaten, zelfs in het dromeri-ge Genua.ge Genua.HANS BRANS

  • 25 november 2017, pag. 42

    GEWIKT & GEWOGEN

    Zoekgeraakte mannelijke identiteit nog niet gevondenGEWIKT & GEWOGEN

    Gebeurtenis: De man is lam, door Zuide-lijk Toneel Gezien: 24/11 in De Harmonie,Leeuwarden Spel en concept: Lucas DeMan Fotografie en interviews: AhmetPolat en Rashif El Kaoui Publiek: 110★★★★✩

    Lucas de Man komt onmisken-baar uit West-Vlaanderen, isblank en man. Dat is de bui-tenkant. In een documentaire-achtige one-man show, of talk-show, wil deze dertiger de diepte inmet de vraag: ‘Is de man lam’. Zijnnaam heeft hij natuurlijk al mee –

    of tegen, want het fenomeen ‘man’is vandaag de dag niet onomstre-den. Na de tweede feministischegolf in de jaren zestig en tachtigwaren er al mannengroepen diezich op hun nieuwe identiteit wil-den beraden. Die initiatieven zijnin softe praatsessies een zachtedood gestorven. Dat terwijl er ge-noeg statistieken en onderzoekenzijn die aangeven dat de zoekge-raakte mannelijke identiteit be-paald geen opgelost probleem is.

    Dus begint Lucas bij zichzelf, bijzijn jeugd en zijn vaste voornemen

    als puber om een ‘goede man’ teworden. Zo stuit hij op het pro-bleem van de mannelijke paradox:mannen moeten hun zachte kanttonen, geen patriarchale verkrach-ters zijn, maar in bed ook weergeen mietjes. Het mooist wordt DeMans betoog als hij af en toe derustpunten vindt in autobiografi-sche verhalen over zijn contactenmet vriendinnen of vrienden.

    Die rust wordt nogal eens ge-mist. Met prachtige foto’s en slow-motion beelden op een aantalbewegende panelen wordt het

    publiek weliswaar ook getrakteerdop wat beeldtaal, maar de onstuit-bare woordenstroom wordt ernauwelijks mee afgeremd. Met deinterviewfragmenten op band enhet cijfermateriaal is de informatie-dichtheid soms lichtelijk ondoor-dringbaar. Aan de andere kantdrijven er zoveel pareltjes in dezeverbale soep dat De Man je nietloslaat. Zijn betoog is gedreven,herkenbaar, confronterend, al weetje niet altijd wat je ermee aan moet.Maar daarvoor is het dan tochtheater, ook al is de voorstelling

    theatraal gezien wat dunnetjes.Aan het slot houdt De Man een

    lang verhaal dat niet alleen interes-sant is, maar ook binnenkomt. Inde ik-vorm vertelt hij het verhaalvan een Marokkaanse vriend endiens vader, die als fotograaf moestvluchten en hier jammerlijk alsuitgekotste vreemdeling ten ondergaat. De vriend wordt man wan-neer hij zijn vader verliest en weerterugvindt. Het grote onderwerp‘man’ raakt je pas echt in dit aan-grijpende verhaal.grijpende verhaal.HANS BRANS

  • 28 januari 2017, pag. 42

    GEWIKT & GEWOGEN

    De werkelijkheid valt in schervenGEWIKT & GEWOGEN

    I n De Vader van de Franse schrij-ver Florian Zeller zien we eenoude man afglijden naar dekrochten van de onderwereld diewe gewoonlijk alzheimer noemen.Maar die medische term valt in ditstuk nergens. Daarvoor blijft het tedicht op de huid zitten van de mandie deze verwarring ondergaat. Hetstuk was een hit in Frankrijk

    André woont alweer jaren alleenin een appartementje waaraan hijzeer verknocht is, maar zijn doch-ter Anna maakt zich steeds meerzorgen over hem. De verzorgsterdie zij geregeld had heeft hij net

    Gebeurtenis: De Vader, van Florian Zeller.Gezien: 27 jan., Theater Sneek. Spel:Hans Croiset, Johanna ter Steege, WimBouwens, Christo van Klaveren, RianGerritsen en Emma Linssen. Regie: Gijs deLange. Nog te zien: 15 febr. In Drachten, 9maart in Leeuwarden. Publiek: 340.★★★★★

    met een gordijnroe verjaagd, maarzelf is hij zich van geen kwaadbewust. Anna vindt hij maar be-moeizuchtig. In de daaropvolgendescène ziet Anna er ineens uit alsheel iemand anders en ook haarman Pierre herkent André niet.

    Niet veel later zien we de ‘eerste’Anna, gespeeld door Johanna terSteege, weer terug en dan begintons langzaam te dagen dat we dewerkelijkheid zien door de ogenvan André. Zo zegt Anna eerst datze naar Londen zal verhuizen, zegtze later dat daar nooit sprake van isgeweest, terwijl ze weer later haarvertrek aankondigt. Welke werke-lijkheid moet André geloven?

    Niet alleen de ‘feiten’ en de per-sonages verschuiven en verwisse-len voortdurend, maar ook detijdsvolgorde ligt als het ware kris-kras door elkaar. Terwijl de werke-lijkheid in scherven valt, voelen we

    de verschrikkelijke onzekerheid ende toenemende angst van André.

    Gaandeweg herwinnen de toe-schouwers evenwel hun voor-sprong op André, omdat wij metterugwerkende kracht wèl de breu-ken in zijn werkelijkheidsbesefkunnen herstellen. Zo snappen wepas als een tweede Pierre in deherhaling zegt ‘Wanneer houd jijeens op met ons het leven zuur temaken?’ dat deze botte opmerkingnooit gemaakt is, maar een ‘verta-ling’ is van de vijandige bejegeningdie André, terecht, bij zijn schoon-zoon bespeurt. Dan krijgen we ookmeer oog voor de wanhoop vanAnna en de moeilijke, zoekendepositie van anderen rondom André– een eigentijdse King Lear, diedoor niemand zo mooi, zo broos,subtiel en innemend belichaamdkan worden als door Hans Croiset.HANS BRANS

  • 29 maart 2017, pag. 28

    De strijd der elementen volgensHelmert Woudenberg

    GEWIKT & GEWOGEN

    Gebeurtenis: Diep verscholen in hetwoud, met Helmert Woudenberg Gezien:28 maart, De Harmonie in LeeuwardenConcept, tekst en spel: Helmert Wouden-bergMuziek: Don Munzer (accordeon)Publiek: 30 ★★★★✩

    H elmert Woudenberg heefteen lange lijst met indruk-wekkende solovoorstellin-gen op zijn naam staan. Meestalgaan die over één bijzondere figuurof geschiedenis. Met Diep verscho-len in het woud behandelt hij inanderhalf uur maar liefst 64sprookjes in een wereldrecordpo-ging sprookjes vertellen. Althans,zo wil de programmagids. Op devloer blijkt Woudenberg in hetgeheel niet bezig met rare recordsen des te meer met zijn passie voorsprookjes, die volgens hem demeest elementaire vertellingen vanhet leven vormen.

    Al worden het er geen 64, hetpubliek wordt toch helemaal on-dergedompeld in de magischewereld van boerenzonen, slimmeprinsessen, wijze koninginnen,venijnige heksen, sprekende paar-den en betoverde vogels. Het zijnbeknopte, rechttoe-rechtaan-vertel-lingen, maar door die kale, sobereverteltrant werken de bizarre wen-dingen en de wonderbaarlijkemetamorfoses des te intrigerender.

    Wat betekenen al die wonderlijkeverhalen? Woudenberg laat het nietbij vertellen alleen, maar gaat ookop zoek naar een antwoord op dievraag. Hij begint met een sprookjeover vier soldaten die ieder huneigen kwaliteit hebben en samen-werken om een prinses te verove-ren. Iedere soldaat staat voor eenvan de vier elementen: aarde, wa-ter, vuur en licht. Het zijn nietalleen basale karaktereigenschap-

    pen, maar ook de natuurlijke krach-ten die een mens voortdrijven endie de beschaving dient te beteuge-len. Groot worden, mens worden,sociaal worden: het kan niet zonderde botsing van deze krachten.

    Het is een filosofie die Wouden-berg al eerder uiteenzette in eenboek over acteren en die zijn wor-tels heeft in de middeleeuwse leervan de ‘humores’ en bij de antiekenatuurfilosofen. Wetenschappelijkis het misschien niet zo sterk, maarhet is wel een productief model bijhet leren acteren en ook in deverklaring van sprookjes komtWoudenberg er een heel eind mee.Door de afwisseling met de accor-deonmuziek van Don Munzer ende bespiegelingen van Woudenbergvertellen de sprookjes nog meerover de krachten in het leven.

    HANS BRANS

  • 26 oktober 2017, pag. 32

    Feelgood show rondtwee downers

    ‘J

    twee downGebeurtenis: Drs. Down (familievoor-stelling) Gezien: 25 oktober in DeLawei, Drachten Tekst: Ivo Niehe Spel:Nando Liebregts, Rutger Messersch-midt, Anne-Mieke Ruyten, Hugo Hae-nen e.a. Dans: van groep Lucia MarthasRegie: Haye van der Heyden Publiek:400 ★★✩✩✩

    ‘Je moet niet uitgaan van jebeperkingen, maar van watje wèl kan’ horen we Nan-do Liebregts bij de opening vanDrs. Down zeggen, de theater-show die Ivo Niehe schreef naeen interview met de SpaansePablo Pineda Ferrer.

    Net als Liebregts en zijn to-neelkameraad Rutger Mes-serschmidt is ook Pineda Ferrerbehept met het syndroom vanDown. Desondanks wist hij eenacademische graad te behalen.Ook de moeder van Lucas, zoalsde jongen in de Nederlandseversie heet, hamert erop dat hijmeer kan dan iedereen denkt.

    Maar het lijkt wel alsof demakers van dit ‘filmische mu-ziektheater’ hun eigen moraalniet zo serieus hebben geno-men.

    We zien Lucas en zijn vriendjepas als de show een half uuronderweg is en daarna voorna-melijk op video. Je weet maar

    nooit, met een live voorstelling.Het gaat daardoor vooral òver

    de hoofdpersoon. En dan wreektzich dat Niehe als toneelschrij-ver minder gerijpt is: de tegen-stellingen tussen de moeder ende rest van de wereld zijn vanzo’n zo simplisme dat alle dra-ma doodslaat.

    De schoolklas van Lucas be-gint met een op tv gepresen-teerd ‘anti-mongolen’ lied omdan later 180 graden te draaien –maar hoe, dat zien we niet. Iederconflict wordt uit de weg ge-gaan: tussen man en vrouw, hetprobleem van de broer die zichniet gezien voelt, Lucas’ vrien-dinnetje dat moet vertellen datzij niet ‘zo’n’ vriendin is. Volgteen liedje en weg probleem.

    Het musical-grid van scène-liedje-dansje dat over het ver-haal wordt gelegd, redt tot opzekere hoogte de voorstelling.Want het swingt en klinkt alseen klok en een paar aandoenlij-ke momenten zijn er ook. Maardat Broadway-keurslijf knijpttegelijk ieder acteervermogen af,ook bij de twee jongens. Rakendoet het drama nergens. Behal-ve, heel even, als Lucas’ vriendeen dansje doet met een echtdansmeisje. Mooi was dat.HANS BRANS

    wners

  • 18 maart 2017, pag. 36

    Nieuw cabarettalentDreves was op dreef

    GEWIKT & GEWOGEN

    Nieuw cabarettalent

    Twee nieuwe Leeuwardercabarettalenten kregenvan de Harmonie hetpodium om hun vleugels uit teslaan, nadat ze vorig jaar respec-tievelijk de jury- en de publieks-prijs van het cabaretfestivalhadden gewonnen.

    Keven van Kalkeren beet despits af met een programmavoor de pauze, waarin hij nietmeer dan een gitaar, twee kruk-jes en zichzelf mee nam. Danmoet je wel wat in huis hebbenen misschien is dat ook wel zo,maar kwam het er nog niethelemaal uit. Uiterlijk oogt deheen en weer drentelende VanKalkeren relaxed heen en weer,maar zijn stem draait op DolfJansen achtige snelheid. Relati-

    Gebeurtenis: Finalistentour LeeuwarderCabaret Festival Gezien: 17 maart,Schouwburg de Harmonie, LeeuwardenCaberetiers: Kevin van Kalkeren enJerûn Dreves Publiek: 40 Nog te zien:tot en met 26 maart in Leeuwarden★★★★✩

    vering is zijn leidmotief, maar ja,daar kun je ook teveel van heb-ben. Zingen kan hij uitstekend,maar een duidelijke link met hetverhaal ontbrak.

    Jerûn Dreves is compleetandere koek. Een onnavolgbare,Monty Python-achtige omroe-per kondigt zijn komst in rol-stoel en berber gewaad aan.Dreves is tamelijk onnavolgbaaren zeer gedreven. Hij is meer hettype van de theatrale cabaretierdie houdt van absurde en visu-ele humor, maar ook van taal-grappen en spelletjes die metbehulp van plaatjes en attribu-ten tot een hilarisch uitersteworden doorgevoerd. Centraalstaat een ‘writersblock’, symboolvoor de impasse waar hij na zijnverkiezing in belandde, maarwaar toch een wonderbaarlijkebelofte voor de toekomst uit isvoortgekomen. Of moet diedruk toch wat gerelativeerdworden?worden?HANS BRANS

  • 11 april 2017, pag. 28

    Tragiek van levensdie elkaar misliepen

    GEWIKT & GEWOGEN

    Tragiek van levens

    Gebeurtenis: Gare de Lyon Gezien: 9april, Posthuis Theater, HeerenveenTekst: Wies Venmans Spel: BarthoBraat en Henriëtte van der Meij Regieen bewerking: Ad de Bont Nog te zien:21 april in Leeuwarden Publiek: 160★★★★✩

    Producente en schrijfsterWies Venmans hoorde ineen nachtelijke stations-restauratie het levensverhaalvan een gestrande medereizig-ster.

    In dat verhaal speelde even-eens een station, het Gare deLyon in Parijs, een cruciale rol.Het ging over twee levens dieelkaar misliepen en vormdeuiteindelijk de basis van eentoneelstuk dat regisseur Ad deBont verwerkte tot een indruk-wekkende voorstelling.

    Alleen al door die twee om-vattende, met elkaar verwevenlevenslijnen roept de voorstel-ling een ingehouden melancho-lie op, zonder overigens een telsentimenteel te worden. Jettevan der Meij en Bartho Braatspelen de verliefde ParijzenaarsRachel en Gérard, en her en dernog enkele kleinere rollen.

    Als Parijs bezet wordt door deDuitsers wordt hun romancewreed verstoord, want Gérardraakt bij het verzet betrokken enRachel moet als jodin de stadontvluchten.

    Op het Gare de Lyon sprekenze af elkaar daar na de oorlogweer te treffen. Uiteindelijkgebeurt dat ook, maar liefstdertig jaar later. Tussen afscheid

    en hereniging speelt zich devoorstelling af, die even gefrag-menteerd is als hun gebrokenlevens.

    Na het gedwongen, pijnlijkeafscheid volgen we beurtelingshun lotgevallen. De ontsnappingvan Rachel mislukt, ze duiktonder, wordt betrapt en in eenkamp misbruikt. Gérard ziet hoezijn strijdmakker wordt gedooden zijn groep gedecimeerd. Doorde chaos na de oorlog, geraaktRachel bij familie in de Verenig-de Staten en ook Gérard over-leeft beschadigd de jaren vanverschrikkingen. Na jaren ver-geefs wachten trouwen ze meteen ander, zonder elkaar even-wel te kunnen vergeten.

    De Bont heeft gezorgd vooreen voorstelling met vaart envariatie, waarbij het publiek aande lippen van de spelers hangt.Goed gekozen liederen wisselende scènes af, die soms gepaardgaan met stomme zwart-wit-filmbeelden, waarin de verteldegebeurtenissen bijna letterlijkeen plek krijgen.

    Ontroerend zijn de momen-ten waarop de echtgenote vanGérard hem probeert te bescher-men tegen zijn verleden en vande Amerikaanse echtgenoot vanRachel, die het gemis van haargrote liefde accepteert. Eenenkele keer zou je willen dat eenscène wat langer duurde en devertelling iets minder fragmen-tarisch was, maar desondanks isde tragiek voelbaar van begintot eind.HANS BRANS

  • 01 april 2017, pag. 36

    Vijftig dansers op de vluchtGEWIKT & GEWOGEN

    Gebeurtenis: Grenzeloos Gezien: 31/3, DeHarmonie Leeuwarden. Productie: Keunst-wurk Choreografie: Grietine MolenbuurNog te zien: 1/4 om 15:00 uur in Leeuwar-den Publiek: 550. ★★★★★

    B eelden van vluchtende men-sen op televisie laten je nietlos, maar blijven ook verweg. Het is erg, maar wat moet je ermee? Op die vraag hebben de vijftigdansers van Grietine Molenbuurnatuurlijk ook geen antwoord,maar ze halen wat zo ver weg lijktwel heel dichtbij en maken het eenstuk voelbaarder. Dat is zondermeer de grootste verdienste vandeze unieke dansvoorstelling overmigratie, waarin tien jonge, ge-schoolde dansers samenwerken

    met veertig ongeschoolde dansersvan tussen de vijftig en de tachtigjaar. Daarin schuilt dan meteen detweede verdienste, want hoe krijgje het voor elkaar om dat groteverschil zo organisch te overbrug-gen en te laten samensmelten toteen prachtig geheel?

    Het eerste deel, waarin de vluch-telingen vertrekken, wordt vooralaangedreven door de minimalmusic van Phillip Glass. Als rustelo-ze mieren, in lange slierten ofbrede zwermen waaieren de men-senmassa’s heen en weer en jeproeft de haast, de opgejaagdheid,de angst, de spanning. Dan zien weop de warme klanken van NynkeLaverman meer ingetogen momen-ten en blijkt de massa te bestaan

    uit individuen: een man troost eenman, een vrouw vindt haar rodeschoentjes terug.

    Door de lange jassen en jurkenen de ouderwetse koffers krijgen dekrachtige tableaus met opeenge-pakte of rennende of schuilendevluchtelingen iets universeels. Opuit Servië zien we tenslotte dat aande nachtmerrie ook een eind kankomen. Ook hier mengen de ex-pressieve bewegingen van de jongedansers zich vanzelfsprekend metde uitgelaten feestvreugde van deouderen. De toekomst kan weerbeginnen. Grenzeloos is een voor-stelling die je achterover in je stoeldrukt, ademloos laat toekijken enje weer even laat opveren.je weer even laat opveren.HANS BRANS

  • 05 oktober 2017, pag. 34

    Meesterlijkmuseumstuk

    GEWIKT & GEWOGEN

    Gebeurtenis: Het Grootste Zwanen-meer ter Wereld Gezien: 3/10, DeHarmonie, Leeuwarden Gezelschap:het Nationale Ballet van ShanghaiChoreografie: Derek Deane, naarMarius Petipa en Lev IvanovMuziek:Pjotr Tsjaikovski, Riccardo Drigo Libret-to: Vladimir Begitsjev, Vasili Geltser enModest Tsjaikovski Publiek: 888(gisteren herhaald, 910 dus uitverkocht)★★★★✩

    W at is er mooier dan eenviool? Twee violen,moet het NationaleBallet van Shanghai gedachthebben toen het het ‘corps deballet’ bijna verdubbelde totzo’n vijftig ballerina’s in HetGrootste Zwanenmeer ter Wereld.

    Nu is de superlatief in de titelvermoedelijk afkomstig vanproducent Henk van der Mei-jden, want Chinezen zijn debescheidenheid zelve. Zij moe-ten het meer hebben van dadendan van woorden. En dat is tezien. Want deze opvoering vandit klassiekste van alle ballet-stukken – om ook maar eens eensuperlatief te gebruiken – isgelukkig meer dan alleen maargroots. Het is met al zijn prachten praal en zijn fabelachtigedanstechniek ook een bijzonde-re belevenis om mee te maken.

    Het enige wat je mist is de mu-ziek van Tsjaikovski ‘live’.

    Natuurlijk, dit is museum-theater. Choreograaf Derek Deanzal hier en daar vast wel wathebben toegevoegd, maar destijl, de interpretatie, de grootsedecors en kostuums – ik ver-moed dat de uitvoering van hetBallet Russe uit 1911 modernerwas. In China hebben ze niet zoveel met vernieuwingsdrang enindividuele expressie. Wij wes-terlingen moeten misschienopnieuw door de mechanischeperfectie van klassiek balletheen kijken om de romantiekeronder opnieuw te ontdekken.In die zin is Shanghai de onver-moede bewaker van ons Euro-pees erfgoed.

    Want laat je je eenmaal mee-nemen, dan is dit Zwanenmeertoch wel van een grote schoon-heid. Die zit hem niet in deoriginaliteit, maar curieus ge-noeg onder meer in de massali-teit. Vijftig vibrerende benenonder evenzoveel horizontaletutu’s, eindeloze rijen witteballerina’s als een terracottasoldatenleger, en langsscheren-de patronen van zwanen invogelvlucht. Nee, meer is hiertoch ook wel groots.HANS BRANS

  • 28 oktober 2017, pag. 38

    Boek Claus tot op het bot gefileerdGEWIKT & GEWOGEN

    Boek Claus totGebeurtenis: Het jaar van de kreeft, naarde roman van Hugo Claus Gezien: 27oktober in de Harmonie, LeeuwardenGezelschap: Toneelgroep AmsterdamSpel: Maria Kraakman, Gijs Scholten VanAschat en Jeroen van Veen Regie: LukPerceval Bewerking: Peter van KraaijPubliek: 450 Nog te zien: 27 november inGroningen★★★★✩

    H ugo Claus schreef fantasti-sche toneelstukken. Waar-om dan een roman op hettoneel zetten? Het antwoord vanLuk Perceval is simpel: hij vondClaus’ toneelstukken over het alge-meen te Vlaams en juist als Vla-ming wilde hij bij ToneelgroepAmsterdam iets anders van demeester laten zien. Hij had hetmeest met Het jaar van de Kreeft,dus ging hij de uitdaging aan omdaar theater van te maken.

    Gelukkig maakte Perceval enbewerker van de roman geen Claus-achtig toneelstuk, want dat zou een

    pastiche geworden zijn, een verval-sing. Eerder is het een theatrale,bijna muzikale ode aan de roman,waarin de lezer Percival vormenheeft gevonden voor de beelden inzijn hoofd. ‘Het boek was beter’ ishier dus per definitie niet aan deorde.

    Van Kraaij selecteerde en her-schikte de teksten van Claus, zon-der ze op een toneelmatige manierte ‘dialogiseren’. Perceval van zijnkant lijkt zijn twee acteurs vooralfysiek te hebben afgemat om tot dekern van de twee geliefden en hunonmogelijke liefde te komen, zon-der die personages te spelen.

    Dat betekende ook dat vrijwelalles voor de rest geschrapt is: geendecor dat iets voorstelt, wel eenpeloton opblaaspoppen in de lucht,die vanzelf metaforisch gaan wer-ken. Geen andere acteurs: het kind,de ex, de andere hopeloze vriend-jes: Maria Kraakman en Gijs Schol-ten van Aschat duiden ze soms

    tot op het botsummier aan.

    Ook de context van het verhaalwordt teruggebracht tot de essen-tie: het voortdurende samenzijn enuit elkaar gaan van twee mensendie niet zonder en niet met elkaarkunnen. Ieder moment van dattreffen en weer verlaten zindert,schuurt en brandt – tot het scheurt.En al die bewegingen golven weer-galoos op de minimal music van devleugel in de hoek met daarachterJeroen van Veen.

    Daarmee is het boek in zekerezin gefileerd tot op het bot. Voor detoeschouwer is die ontleding nietmakkelijk om te zien. Twee mensendie elkaar zo intens verslinden enweer uitkotsen, je kijkt er ademloosnaar, maar wilt het ook beter be-grijpen. Is de reductie tot de harde,blote essentie misschien net te verdoorgeschoten? Toch maar deroman (her)lezen dan. Wedden datje deze twee daar terugziet?HANS BRANS

    bot gefileerd

  • 27 maart 2017, pag. 24

    Wieteke van Dort in Javaans sprookje van StravinskyGEWIKT & GEWOGEN

    Wieteke van DortGebeurtenis: Histoire du soldat. Regie enchoreografie: Gerard Mosterd. Verteller:Wieteke van Dort. Dans: Siko Setyanto,Rury Avianti en Hendro Yuliyanto.Muziek:New European Ensemble. Gezien: 25/3Leeuwarden. Publiek: 85. Nog te zien:26/4 Heerenveen.★★★★✩

    G erard Mosterd is danser,choreograaf en regisseurvan Nederlands-Indonesi-sche komaf. Hij heeft bovendien,naast moderne dans, wat metvolksdans en Aziatische culturen.Die herkomst speelde zeker een rolbij de keuze om het muziektheater-stuk Histoire du soldat van IgorStravinsky uit 1918 een speciale,

    Javaanse draai te geven. Een draaidie bijzonder goed uitpakt, metdrie Indonesische dansers en Wie-teke van Dort als een innemende,smeuïge vertelster. Plus het NewEuropan Ensemble met zeven jon-ge, uitermate gedreven musici.

    De avant-gardist Stravinkskyvroeg de Franstalige Zwitser Char-les-Ferdinand Ramuz op het eindvan de Eerste Wereldoorlog eenlibretto te maken dat geïnspireerdwas op verschillende Russischevolksverhalen. Ramuz was gewendom in de taal van de boeren teschrijven en schreef een sprookjes-achtig verhaal over een soldaat opweg naar huis, die zich door eenduivel liet verleiden om zijn viool

    te verkopen.Mosterd liet dit verhaal door de

    Indonesische schrijver GoenawanMohamad bewerken, waardoor hetin taal en toespelingen een Javaan-se kleur kreeg, terwijl de verhaallijngehandhaafd bleef. Vertelster Wie-teke van Dort – 73, maar still goingstrong – kent half Nederland vanjeugd- en kinder-tv, maar ook alsTante Lien. Een beetje in die trantspeelt ze het karakter van de verra-derlijk-verleidelijke duivelin.

    Helaas zijn de acteurs voor desoldaat en de duivel in de bewer-king gesneuveld. Dat verlies wordtgoedgemaakt door de toegevoegdedansers. Zij nemen de rollen van deacteurs niet een op een over, maar

    staan veel meer voor de sfeer en delading van de scènes, waardoor zegeheel gelijkwaardig worden aan demuziek.

    Zo zie je in het begin, als desoldaat moe en eenzaam naar huismarcheert drie paar benen in eenkader, met voeten, tenen en knieëndie ieder hun eigen leven leiden. Jeherkent er de hoekige speelsheidvan wajangpoppen in. Later zie jehet angstaanjagende van Javaansemaskers terug in hun verwrongenlichaamstaal. Dat ook Van Dort zichaf en toe door hen laat meenemen,maakt het nog mooier. Daarmeesluit de dans wonderwel aan bij dehoekige, springerige muziek vanStravinsky, waarin marsen en

    volksliedjes tot een schurende endan weer vrolijke potpourri samen-smelten. Het is de taal van eenpoppenspel waarin plezier in hetleven en angst voor de dood elkaarbruusk afwisselen.

    De wederwaardigheden van desoldaat die steeds opnieuw bedro-gen wordt door de duivel lopenuiteindelijk uit op een soort anti-moraal, waarbij de verteller zelfingrijpt. In plaats van de gebruike-lijke triomf van het goede over hetkwade, zal de soldaat steeds op-nieuw tegen de duivel aanlopen.Maar die wil eigenlijk zelf nietsliever dan mens worden.

    HANS BRANS

  • 27 oktober 2017, pag. 28

    GEWIKT & GEWOGEN

    Zelfonderzoek vanacteur als jonge hondGebeurtenis: Elkenien is in prutser /Iedereen is een prutser door TryaterGezien: 26 oktober, bij Douma Staal inSneek Concept en spel: Sjoerd Blom,Romke Gabe Draaijer, Raymond Muller,Eline de Vries, Brecht WassenaarRegie: Ira Judkovskaja Publiek: 70Nog te zien: in november en begindecember (zie tryater.nl voor data enlocaties), in Groningen: 1 december inGrand Theatre, Groningen★★★★✩

    E en uurtje navelstaren issoms echt niet verkeerd,vooral niet als je het eenbeetje riskant maakt. En datwordt het vanzelf als je op hettoneel staat zonder script, zon-der decor of zonder een perso-nage waar je je na lang repeterenachter kunt verschuilen. BrechtWassenaar, Eline de Vries, Ray-mond Muller, Romke GabeDraaijer en Sjoerd Blom zijn vijftwintigers die als jonge profes-sionals hun weg zoeken in hetFriese theater en her en der hunsporen al verdiend hebben. BijTryater horen ze bij de gardevan de jonge honden en krijgenze nu de kans om ‘zichzelf’ tespelen. Dat is eerder doodeng enbepaald niet zo egotripperig alshet misschien lijkt. Juist alsjonge theatermaker moet je erachter zien te komen wat jedrijft, waarvoor je bang bent enhoe je in het leven staat – voor-dat je met andermans verhalenen personages een publiek gaatvermaken of beleren.

    Dat die worsteling ook voorhet publiek heel interessant is,blijkt uit deze kleine, bescheidenlaboratoriumvoorstelling. Als jeals toeschouwer niet op de kant-en-klare illusie van een wellmade play getrakteerd wordt,wat maakt een acteur dan noginteressant? Is het zijn levens-verhaal, zijn kwetsbaarheid, zijneerlijkheid? Daar gaat het zekerover in de fragmentarische

    scènes waarin iedere acteur ietsover zichzelf vertelt of de ande-ren iets over hem of haar. Maaral die fragmenten zijn ook wor-stelingen, die meer of minderchaotisch verlopen.

    Als een speler nadrukkelijkbevestigt hoe geweldig hij welniet is in de ogen van de ande-ren, kan dat zomaar verkruime-len tot een zelfbeeld onder nul.Raymonds vertwijfelde vraagover de bijdrage van theater aaneen betere wereld krijgt ietspathetisch met een huilbui, tothij liefdevol door elkaar wordtgerammeld. Sjoerds hunkeringnaar beroemdheid krijgt van deanderen een Oscar-podium datze vervolgens veranderen in eenbadkamerspiegel.

    Hoewel de feitelijke invullingvan de voorstelling behoorlijkvrij is, is het ongetwijfeld deverdienste van regisseur IraJudkovskaja om met een kleinedraai aan iedere worsteling eentheatrale vorm te geven. Natuur-lijk is die vorm kunstmatig,maar de inhoud gaat er wel doorwerken. Zo krijgt ook het pu-bliek een röntgenfoto van wattheatermaken betekent.

    Wat opvalt is de grote rol vanhet Fries en het leven in Fries-land. Soms is dat een liefdesver-klaring aan hun roots, de taal ende schoonheid van het land,maar soms voel je ook de be-nauwdheid van glurende buren,van niet buiten de grenzendurven. Is een Cambuur fan weleen echte Fries? Die dubbelheidvan liefde en druk kenmerkt ookde manier waarop ze in hetleven staan: ze willen zo graag,maar je moet wel carrière ma-ken, kinderen krijgen, een hypo-theek aflossen. En ondertussenvliet dit enige, unieke momentzomaar voor eeuwig voorbij.Morgenavond is alles anders.HANS BRANSMorgenavond is alles anders.HANS BRANS

  • 09 november 2017, pag. 34

    Scherp gesnedenJulius Caesar

    GEWIKT & GEWOGEN

    Scherp gesneden

    Gebeurtenis: Julius Caesar van Willi-am Shakespeare door Orkater Gezien: 8november in De Lawei, Drachten Verta-ling en bewerking: Michiel de Regt enJip van den Dool Spel: Erik van derHorst, Tobias Nierop, Jip van den Dool,Mattias Van De Vijver en ReinoutScholten van AschatMuziek: K.O.Brass! Regie: Michiel de Regt Nog tezien: 23/11 in Leeuwarden, 25/11 inStadsschouwburg Groningen Publiek:200★★★★✩

    J ulius Caesar is net als Sha-kespeares Coriolanus eenmilitair mannenstuk en netals veel andere stukken van

    Shakespeare draait het ommacht en legitimiteit. In devoorstelling die het Amsterdam-se gezelschap Orkater samenmet het openluchttheater vanhet Amsterdamse Bos maakte, isdat direct al te zien in het sobe-re, monumentale decor. Eenwitte, Romeinse tempeltrapvoert naar een kolossale wandmet een hoge, smalle opening.De sfeer is duister en geladen enzo klinkt ook de kopermuziekvan zes half verborgen blazers.

    Een catwalk loopt een eind dezaal in, want het publiek speelthier een passieve, maar crucialerol. Julius Caesar staat immersbekend om de twee politiekelijkredes na zijn dood: die vanzijn moordenaar Brutus en dievan vriend Marcus Antonius.Het zijn speeches die de ‘heartsand minds’ van het volk moetenveroveren. Vooral die van Mar-cus Antonius staat bekend alseen retorisch huzarenstukje diede meningen 180 graden wisttedraaien. Ten koste van deaanslagplegers.

    Julius Caesar zelf is niet veelmeer dan de titelheld om wie dekwestie draait. Door Orkaterwordt hij neergezet als eenschlemielige deegsliert. Watmoeilijk te rijmen is met hoeanderen hem zien: als een bere-kenende politicus die het aan-bod van de kroon voor de vormafwijst om te zien of het volkzijn stap naar het dictatorschapwel slikt.

    Uit heel ander hout is Brutusgesneden: ingehouden, koel,maar van binnen een Hamlet,verscheurd door twijfel. Zijngeloof in de kracht van redelijkeargumenten getuigt echter vanpolitieke naïviteit, waardoorMarcus Antonius zijn rechtscha-penheid onderuit kan trekkenmet zijn eigen innige vriend-schap voor het arme slachtoffer.Hij is de populist pur sang.

    Shakespeares sympathie ligtniet bij coupplegers, maar even-min bij degenen die ervan profi-teren. De gerechtvaardigdepolitieke moord maakt vooralde weg vrij voor de volgendeusorpator.

    Die politieke relevantie zie jein de voorstelling niet zo heelerg terug, hoe sterk die ookgespeeld wordt. De bewerkingheeft er een scherp gesnedenvoorstelling van gemaakt, diedicht in de buurt van Shakespea-re blijft, maar die vooral drijft opde imposante muziek. Diemaakt de onderliggende span-ning voelbaar, de dreiging, deangst, de kreten van het gepeu-pel. Lawaaïig als het moet, maarnooit te dominant stuwt demuziek de spelers op om op hetscherpst van de snede te spelen.HANS BRANS

  • 31 maart 2017, pag. 34

    Trygve Wakenshaw laat zien wat er niet isGEWIKT & GEWOGEN

    Trygve Wakenshaw laat zien wat er niet isGebeurtenis: Kraken, comedy van TrygveWakenshaw Gezien: 30 maart, De Lawei,Drachten Spel: Trygve Wakenshaw Pu-bliek: 100★★★★✩

    T rygve Wakenshaw is eenelastische bonenstaak van 2meter uit Nieuw-Zeeland, dieeen naïeve blik kan combinerenmet lepe twinkeloogjes. In deNieuw-Zeelandse week van DeLawei is hij tussen de dansers,klassieke musici en beeldend kun-stenaars vast een wat vreemdeeend in de bijt.

    Voor het zaallicht dempt staat hijons wat onnozel aan te kijken, zichkennelijk niet bewust van het feitdat zijn slungelige lijf met touwenvastzit aan iets in de coulissen. Danbegint hij te lopen in de richtingvan een kartonnen doos met eenvraagteken en één voor één trek-ken die touwen zijn kledingstukkenuit, zonder dat er een hand aan tepas komt: muts, T-shirt, broek,onderbroek. Als hij dan eindelijk dedoos bereikt heeft, vindt hij daarprecies dezelfde kleren weer terug.Het is een hilarisch en wat afwij-kend begin van een solovoorstel-

    ling waarin verder clowneske pan-tomime de boventoon voert.

    Wel een beetje jammer dat dezeabsurdistische, niet-nabootsendemime verder niet terugkomt, wanthet is toch het meest origineleonderdeel. Wat niet wil zeggen datde rest niet bijzonder vermakelijkis, want Wakenshaw kan met zijninnemende onschuldigheid zonderwoorden een kralenketting vangrappige en bizarre verhalen aan-eenrijgen.

    Een wat ouder publiek herkent inzijn lichaamstaal misschien deklassieke pantomimespeler Marcel

    Marceau, maar Wakenshaw heefthet vak geleerd in de Franse schoolvan Philippe Gaulier, die persoon-lijker en fysiek veelzijdiger is. Daarvoegt de Nieuw-Zeelander dan zijneigen fantasie aan toe, waaringebeurtenissen van lief en tederplotsklaps wreed en bloederigworden.

    Schijnbaar moeiteloos neemtWakenshaw zijn publiek mee in hetzien van dingen die er niet zijn.Van eenhoorns die de hoorn wordtafgezaagd tot appels die van hoof-den van toeschouwers wordenafgeschoten of lippen die moeten

    worden dichtgenaaid. Kleine ge-luidjes versterken de effecten enhet volwassen publiek kijkt gebio-logeerd toe als kinderen bij depoppenkast. ‘Een paard’, fluistertiemand tegen de buurman.

    Het meest hilarisch wordt Wa-kenshaw als hij het publiek in zijnspel betrekt. Hij bestookt het metpijlen en eten, krijgt het aan hetzoenen en zelfs aan het zingen –zonder stem of muziek – en mani-puleert dan ongegeneerd de volu-meknop. Heerlijke mensen hebbenze daar down under.HANS BRANS

  • 06 november 2017, pag. 28

    Shockeffect hangt in luchtledigeGEWIKT & GEWOGEN

    Gebeurtenis:Majakovski / Oktober doorDe Warme Winkel Concept en spel: DikBoutkan, Lois Brochez, Annelinde Bruijs,Sara Lâm, Martijn Nieuwerf, VincentRietveld, Mara van Vlijmen Eindregie:Marien Jongewaard Gezien: 4/11, deHarmonie Leeuwarden Publiek: 40 Nog tezien: 19/12, Groningen★★★✩✩

    O ktober 2017 is niet alleen demaand van vijfhonderd jaarReformatie, maar ook vanhonderd jaar Russische revolutie.Die heeft weliswaar het eeuwfeestniet gehaald, maar de impact wordtnog steeds gevoeld. De WarmeWinkel heeft het aangegrepen omeen van de voormannen van dierevolutie tot onderwerp te kiezen,te weten de futuristische dichterMajakovski. Wie ooit iets van DeWarme Winkel heeft gezien, weetdat ze een voorkeur hebben voorbaanbrekende literaire figuren uithet verleden, waar ze een heeleigen en eigenzinnige theatraleverwerking van geven.

    Geen historisch verantwoordportret dus. Maar een paar aankno-

    pingspunten wil je toch wel heb-ben. Het futurisme van Majakovskigaat als bij zoveel revolutionairengepaard met een heftig verlangennaar een radicale breuk met hetverleden. Zoals jihadisten pre-islamitische kunst vernielen, zomoest in het Rusland van na 1917een totaal nieuwe orde geschapenworden, met een nieuwe taal, nieu-we waarden en nieuwe levensvor-men. De optredens van de boom-lange bruut Majakovski moeteneen soort Jules Deelder-performan-ces in het kwadraat zijn geweest.

    Des te opmerkelijker is het dathier de dichter al bij aanvang naeen indrukwekkende, ‘revolutionai-re’ drumsolo overlijdt, zonder eenwoord te hebben gesproken. Hijwordt op een tafel gelegd en ver-volgens het grootste deel van devoorstelling vereerd als een Jezusdie vers van het kruis is gehaald.Daarbij zijn enkele prachtige tek-sten te horen van zijn woeste,associatieve woordenstromen. Metde beginwoorden ‘Ik herinner me’halen de nabestaanden een einde-loze reeks anekdotes op, die vooral

    hun eigen ijdelheid en annexatie-drift etaleren. Geleidelijk schroevenze de heiligenverering voor hunoverleden held op tot grotesk gesolmet een lijk. Op de tonen van eensmartlap wordt ten slotte een ne-crofiele séance ten beste gegeven.De ergernis over al die zoetsappigeidolatrie slaat dan om in afschuw.

    Dat het de makers uiteindelijktoch minder om de dichter of zijnwerk gaat, maar meer over hoe hijkennelijk postuum werd ingelijfden misbruikt, word je nog welgewaar. Maar voor een satire opdergelijke lijkenpikkerij ontbreektde humor en, zoals gezegd, vooralde context. Het ‘shock and awe’-effect blijft zodoende in de luchthangen. Desalniettemin is hetsamensmelten van soundscape,theatrale beelden en teksten ook indeze voorstelling van het gezel-schap intrigerend. Het maakt dat jebijna in trance zit te kijken. Maarwaarnaar? Ergens is men het doelvoorbij geschoten en heeft menmet de dichter ook de toeschouwerlinks laten liggen. Jammer.HANS BRANS

    Een scène uitMajakovski / Oktober van De Warme Winkel.

  • 25 september 2017, pag. 24

    Een ambivalente zoektochtGEWIKT & GEWOGEN

    M

    Een ambivalenteGebeurtenis:Met andere oogen Gezien:24 september, Posthuis Theater in Heeren-veen Verteller: Bram van der VlugtMu-ziek: Floris van der Vlugt, Hester van derVlugt en Lucas Dols Regie: Ger Thijs Nogte zien: 17/11 in Franeker Publiek: 80★★★★✩

    M et het ouderwetsegezegde ‘Aller oogenzijn gericht op Kwatta’vestigt acteur Bramvan der Vlugt ironisch de aandachtop zichzelf, maar ook op de zoek-tocht in zijn familieverleden aanmoederskant.

    De kreet was oorspronkelijk eenreclamespreuk die zijn overgroot-vader rond 1930 lanceerde voor deeerste chocoladereep van Neder-land. Hij overleed jong, maar vande jonge, welgestelde weduwetoont Van der Vlugt een prachtigportret, geschilderd door een des-tijds bekende schilder van Frieseafkomst, Piet van der Hem.

    Met een ander impressionistischschilderij van deze Van der Hembegint de zoektocht ‘met andere

    oogen’. Het toont een groepje uit-gelaten Volendammers. Na de doodvan zijn vader deden Van der Vlugten zijn broer dit meer anekdotischewerkje de deur uit – tot hij hetjaren later tegenkwam in een cata-logus en via het Volendamse muse-um-hotel Spaanders meer te wetenkwam over de schilder en diensmogelijke relatie met de jongeweduwe.

    Toch waren het minder de onge-wisse historische feiten, als wel deontwikkeling van Van der Vlugtzelf, die hem dwongen ommetandere ogen naar het verleden tekijken. Zowel die grootmoeder alszijn moeder zijn omgekomen invernietigingskampen van nazi-Duitsland. Lange tijd was het on-mogelijk om voorbij die tragischegebeurtenissen te kijken en zich afte vragen wat voor levens er voorafgingen aan hun vreselijke dood.Door de herontdekking van datoude familiebezit drong die vraagzich uiteindelijk toch op.

    Het bijzondere aan de zoektochtvan Van der Vlugt is de ambivalen-

    ambivalente zoektochttie ervan. Iedere ontdekking levertiets verbazingwekkends op datweer naar andere vondsten leidt.Aan de andere kant is er het besefdat hij te laat is begonnen, datzoveel mensen die hemmeer had-den kunnen vertellen er niet meerzijn en dat zijn nieuwsgierigheid telaat kwam. Dat maakt deze speur-tocht herkenbaar en tot meer daneen ego-document.

    In de boeiende en uitgekiendemanier waarop het verteld wordt,met terloopse herinneringen enpoëtische fragmenten, is de bekwa-me hand van regisseur Ger Thijs teherkennen. Maar de extra dimensiekomt van de muziek van een triomet twee kinderen van Van derVlugt.

    De interactie tussen de jongemusici en de verteller is weliswaarwat houterig – je zou willen dat zehun boekje wat meer te buitengingen – maar hun spel is voortref-felijk en hun muziek drukt prachtigde verschillende stemmingen uitdie het verhaal oproept.HANS BRANS

    zoektocht

    die het verhaal oproept.HANS BRANS

    Bram van der Vlugt inMet andere oogen.

  • 30 oktober 2017, pag. 24

    Veelkantige carrièredrangvan Nikkelen Neelie

    GEWIKT & GEWOGEN

    Gebeurtenis: Neelie!, door theatergroepSuburbia Gezien: 28 oktober in het Post-huis Theater, Heerenveen Tekst: Léon vander Sanden Spel: Carine Crutzen, Dic vanDuin, Thomas de Bres e.a. Regie: JuliaBless Publiek: 60 Nog te zien: 22 novem-ber in Leeuwarden ★★★✩✩

    E en theaterprogramma makenover een nog levende politi-cus, dat komt niet zo vaakvoor. Theatergroep Suburbia doethet wel en pakte de levensloop vanNeelie Kroes bij de lurven, met eenscript van Léon van der Sanden enCarine Crutzen in de titelrol. Die ishelemaal geknipt voor die rol, nietomdat ze haar zo perfect kan na-doen (‘Het is geen cabaret’, zegt zedaar zelf over), maar omdat zegeweldig een stevige tante kanneerzetten, die ook nog iets vaneen binnenkant heeft en die boven-dien moeiteloos kan switchen enschakelen.

    Dat laatste is in deze voorstellinghard nodig, want in krap twee uurrazen we door de complete levens-loop van mevrouw Kroes, vanmiddelbare school tot pensioen.Voor de omstanders in dat levenzorgen zes heren, die een veelvoudvan rollen op zich nemen, waaron-der ook paar vrouwelijke, zoals demoeder of het meisjesdispuut.Maar de politiek is a man’s world.De keus van louter mannen dientdan ook vooral om het perspectiefte laten zien van een vrouw die welvan ijzer moet zijn om door hetglazen plafond heen te kunnenstoten.

    Wie al wat ouder is en de politiekvanaf de jaren zeventig gevolgdheeft, beleeft een aaneenschakelingvan o-ja’s. Een stoet van bekendefiguren, heikele kwesties en spraak-makende rellen trekt voorbij. Daardoorheen spelen persoonlijke za-ken als een huwelijk en opvoeding

    die ten prooi vallen aan carrière-drang en affaires met andere groot-heden, van wie Bram Peper nog hetmooist wordt neergezet. De scèni-sche vondsten die regisseur JuliaBless heeft bedacht voor dit snel-treinverteltheater zijn eindeloos.

    Uit dat alles rijst het beeld opvan een vrouw die niet zozeer doormacht of ambitie werd gedrevenals wel door dadendrang. Er wordtzeker geprobeerd om een genuan-ceerd en evenwichtig portret neerte zetten, met lichte en donkerekanten. In hoeverre dat correct isvalt voor de doorsnee toeschouwerniet na te gaan.

    Belangrijker is de vraag of datstreven om recht te doen aan ditstukje persoonlijke geschiedenis devrijheid van de makers om huneigen punt te maken niet te veelheeft ingeperkt. Ik ben bang vanwel.wel.HANS BRANS

    Theatergroep Suburbia in de op het leven van Neelie Kroes geïnspireerde voorstelling.

  • 05 april 2017, pag. 34

    Lol van vier meiden op leeftijdGEWIKT & GEWOGEN

    Lol van vier meiden op leeftijd

    A ls je succes hebt, heb je eenformule. Als je een formulehebt, moet je hem gebrui-ken. Die overweging zal zeker eenrol gespeeld hebben bij het makenvan deze tweede vier-vriendinnen-op-vakantie komedie. En na Opvlie-gers 1 Op Bali scoort ook Opvliegers2 In de Sneeuw hoog op het lach-of-ik-schiet scorebord. De vier vrou-wen knallen dan ook in een vrijwelonafgebroken tempo als champag-nekurken over het toneel en dia-logen vol kwinkslagen stromen alseen overlopend bubbelbad de zaalin. De grootste gemene deler van

    A

    Gebeurtenis: Opvliegers in de Sneeuw.Spel: Antje Monteiro, Anne-Mieke Ruyten,Hymke de Vries en Anousha Nzume. Tekst:Allard Blom. Regie:Martin Michel. Gezien:4 april, De Harmonie in Leeuwarden. Nogte zien: 14 april, Emmeloord. Publiek:450.★★★★✩

    de vier is de strijd tegen de over-gang, maar verder zijn ze flinkdivers. Lydia is een glamourdivadie niet van de mannen af kanblijven. Sas een partybeest dat zicheeuwig jong waant. Ellen heeft zichna haar scheiding op een goeroegestort en Keet is een galeriehoud-ster die opziet tegen oma worden.Veel diepgang hebben de karaktersniet en waarom die vier vriendin-nen zijn is een vraag die je hier nietmoet stellen. Er zijn in ieder gevalgenoeg aanknopingspunten omeen keur aan herkenbare vrouwen-problemen en (on)hebbelijkhedenaan op te hangen, vooral overvriendinnengedrag. Dat gebeurtvoornamelijk in korte scènetjes diedan worden afgelost met vlotteliedjes.

    Is het niet wat oppervlakkig?Zeker, maar wat zou dat? Er zit nietalleen veel humor, maar ook veel

    lol in de voorstelling en dat werktontegenzeggelijk. De actrices zijndan ook doorgewinterde vakvrou-wen, die een perfecte timing en eenleuk type combineren met heerlijkfysiek spel, zoals dronken van eenski-helling aftuimelen. Het meesteruit springt Hymke de Vries alsKeet, die haar wanhoop als falendeonderneemster en oma-in-spe echtvoelbaar maakt. En de momentenwaarop zij en Anousha Nzumeineens andere figuren spelen, zoalsde vriend van Ellen of de moedervan Lydia. Het zijn speelse uitschie-ters die de formule prettig doorbre-ken. Want met het showdecor inzuurstokkleuren en het harde,overgeprogrammeerde geluidwordt de korte baanformule netwat te gelikt. Uiteindelijk is hetvooral de onbedwingbare lol vanvier meiden op leeftijd die het doet.HANS BRANS

  • 04 februari 2017, pag. 36

    ‘Roodhapje’ – eenserieuze Opera

    GEWIKT & GEWOGEN

    B

    Gebeurtenis: Roodhapje, door HollandOpera Gezien: 3 feb, Posthuis Theaterin Heerenveen Spel en zang:MadiekeMarjon, Jolentha Zaat en Niek Idelen-burgMuziek: Christiaan Saris, JurgenBurdorf Regie en libretto: Joke Hool-boom (naar een tekst van Imme Dros)Publiek: 45 Nog te zien: 2 april inLeeuwarden★✩✩✩✩

    B ehalve met de grappigewoordspeling in de titelvalt er in Roodhapje vanHolland Opera niet veel te la-chen. Dit is het serieuze werk,een echte, ouderwetse operamet hoofdletter O. Het jeugdigezes-pluspubliek, waar de voor-stelling vooral voor bedoeld is,bekijkt het met open mond.

    Het begint best wel swingend,met twee scheurende gitaren,een elektrisch orgeltje en eenstevige drumpartij. Maar dankomt de dialoog, in een stijl dietussen klassiek, modern en jazzheen en weer beweegt, maarzelden makkelijk in het gehoor

    ligt. In eerste instantie komt hetover als een persiflage op deklassieke opera, maar dat is hettoch allerminst, want, zoalsgezegd, het sprookje moet hetzonder veel humor doen. Of hetzouden de twee keer moetenzijn dat Roodkapjes mobieltjegaat en de actrice de voorstel-ling laat voor wat het is. Maarhelaas werken ze niet komisch,omdat niet duidelijk wordt wathet stukje meta-toneel eigenlijktoevoegt aan het verhaal.

    De belangrijkste toevoegingvan Imme Dros aan het sprookjeis ‘de waterwolf’, een spiegel-beeld dat de eenzame wolf con-fronteert met zichzelf. Een inte-ressant gegeven, maar wie hetorigineel van Dros niet kent,haalt die diepere laag er nietgemakkelijk uit. Net als de mu-ziek en het mooie, maar te ab-stracte decor is er zo teveel datover de hoofden van de toe-schouwer heen gaat.HANS BRANS

  • 09 januari 2017, pag. 22

    Nog niet kunnenmaar wel willenmaar wel wGebeurtenis: Sterrenwachter, van Tg.Winterberg Gezien: 8 januari in DeLawei, Drachten Concept, spel enpoppen: Marlyn Coetsier Tekst: MarkHaayema Regie: Job RaaijmakersDecor en kostuum: Marlies SchotMuziek: Joeri de Graaf Publiek: 50★★★★✩

    O m peuters van twee pluseen voorstelling lang teboeien moet je wel watin huis hebben, want dat iskritisch publiek dat meteenvertrokken is als het niet naar dezin is. Marlyn Coetsier heeft datin haar vingers. Meteen bij hetbegin brengt ze de dreumesenop een ongedwongen manier deeerste theaterbeginselen bij overblijven zitten en niet teveelgillen. Niet dat de kinderen niksmogen zeggen, integendeel. Alshaar pop Muk verdrietig wordt,roept een klein meisje dat hetniet langer kan aanzien naarachter: ‘Mem, it is net leuk me-ar’. Meteen vraagt Coetsier aanhaar toehoorders wat zij doenals ze verdrietig zijn. Daar zittennuttige en komische suggestiesbij.

    De eigen yurt-tent midden ophet podium, waar iedereen metkousenvoeten op zachte kussenskan plaatsnemen, nodigt ook uit

    om helemaal in het verhaal tekruipen. Het heeft de sfeer vaneen spannende vertelling onderde dekens.

    Dat verhaal is van Coetsierzelf en het is naast de voorstel-ling ook terug te vinden in eenmooi voorleesboek van MarkHaayema. Muk, die wel wat vanElmo uit Sesamstraat heeft,verheugt zich verschrikkelijk opzijn verjaardag, want dan krijgthij een steen waarmee je eenster kunt maken. Net als zijnvader dat kan. Als het eindelijkzover is, mag die hem natuurlijkniet helpen, want ‘zelf doen’ ishet parool. Maar wat Muk ookprobeert, het wil niet lukken.Een wijze, maar duistere uilvindt dat hij eerst na moet den-ken en vrindje vleermuis dat hijgewoon moet ‘doen’.

    Sterrenwachter gaat overomgaan met onvermogen enoverwinnen van tegenslagen –iets waar ook post-peuters veellast van kunnen hebben. AlsMuk de moed al bijna heeftopgegeven lukt het met eenklein handje hulp van papauiteindelijk toch nog om zijnster te laten stralen.

    ‘Makkie’ zegt Muk.

    willen

    HANS BRANS

  • 16 maart 2017, pag. 32

    Dans tussen mechanieken spiritualiteit

    GEWIKT & GEWOGEN

    Er wordt ver-schrik-ke-lijk hardgewerkt in True Colors, watmisschien toch wel een wat telieve titel is voor deze harde dans-voorstelling van choreografe AlidaDors. Het begint erg rustig met zesspelers die achter een gazen gor-dijn ieder voor zich door elkaarheen slenteren. Ondertussenspreekt de eenarmige de woord-kunstenaar Guus van der Steen eenrapachtige tekst uit, die – als ik megoed herinner – te maken heeftmet de vraag hoe je te handhaven

    Gebeurtenis: True Colors, dansvoorstellingGezien: 15 maart, De Lawei, DrachtenChoreografie: Alida Dors Dans: PomArnold, Bilal Bachir, Donna hittick, LizaPanjoel, Delano Spenrath Stem/tekst:Guus van der Steen Zang: Maciej Strabur-zynski Muziek: Silbersee en DJLovesupre-me Publiek: 85★★★★✩

    in deze tijd van permanente zelf-representatie. Maar na die epiloogbarsten de dansers los in een mee-dogenloze hiphop, waarbij de zelf-representatie letterlijk in beeldwordt gebracht door een smartpho-ne op een microfoonstandaard dievoortdurend heen en weer wordtgeschoven en dan een van de dan-sers tegen een doorzichtig gordijnprojecteert. Voortdurend vallen erdansers uit de groepsdynamiek dieer later dan weer in worden opge-nomen. De hiphop gaat eventjesover in een soort breakdance, enlater voor korte tijd in een moder-ne dansstijl met veel vloerwerk.Maar wat overheerst zijn toch dezwoegende lijven met gespannengraaibewegingen die de dansers alseen trance lijken in te kapselen. Desnelle, korte ritmes nodigen uit totmeebewegen, maar het heeft tochmeer weg van de dwang van een

    onontkoombaar mechaniek danvan lekker swingen.

    Haaks daarop staat het sonorebaritongeluid van een jongeman inplooirokje, die ook heel ijl en hoogkan. De meestal woordeloze klan-ken doen vaak Russisch-orthodoxof bijna Gregoriaans aan, als eenspiritueel, maar ongrijpbaar tegen-wicht tegen al het mechanischegeweld.

    True Colors is dans die weinigwarmte en nog minder zelfrelative-ring uitstraalt. Maar het is welmeeslepende en indrukwekkendetheaterdans over het tijdperk vanbestaan is gezien worden. Met alshoogtepunt de frenetieke solo vanLiza Panjoel aan het slot die uit-mondt in een uitputtingsslag sur-place. Overleven in het onlinetijdperk is leven en geleefd wordentot je er bij neervalt.HANS BRANS

    Er wordt ver-schrik-ke-lijk hard gewerkt in True Colors, wat misschien toch wel een wat te lieve titel is voor deze hardedansvoorstelling van choreografe Alida Dors.

  • 21 oktober 2017, pag. 40

    Snakkerburen debeste, Spannumde mooiste

    Debutant Spannum is de meest ver-rassende winnaar dit jaar: het krijgt deGouden Gurbe voor de beste vormge-ving. De overige beeldjes gingen naarde meer gevestigde iepenloftspullen.

    SIETSE DE VRIES

    T wee dubbelaars waren ergisteravond in De Harmo-nie in Leeuwarden bij de elf-de uitreiking van de Gou-den Gurbes. Beide iepenloftspullendie Hans Brans had geschreven, vie-len in de prijzen, aan de goed gevul-de prijzenkast van Jorwert werdentwee Gurbes toegevoegd.

    Wat de jury – Cilla Geurtsen, Fol-kert Wesseling en Eline de Vries – inpositieve zin was opgevallen, is dater in elk iepenloftspul jeugd mee-speelde en dat elk iepenloftspuldaarmee eenbasis voor de toekomstlegt. ,,It iepenloftspul is nammentlikfoar elkenien, ha wy dit jier sjoen.’’

    Om het belang daarvan te onder-strepen gaat de extra Gouden Gurbe– door de jury geheel naar eigen in-zicht te besteden – naar Marius DelGrosso. Hij maakt op een boerenerfbij Jorwert jaarlijks een iepenloft-spul met jongeren van tussen detwaalf en achttien jaar. Dit jaar wasdat ’t Beest, een studentenversie vanBelle en het Beest. Del Grosso geeft,aldus de jury, ruimte aan talent enzorgt ervoor dat de jeugd wordt op-genomen in de wereld van de iepen-loftspullen.

    Deprijs voor de beste vormgevingis voor het doorHans Brans geschre-ven It kistke fan Sybrand Roorda. Bij-naheel Spannumdeedmee, dat goldniet alleen voor de inwoners, maarook voor de huizen en de straten. ,,Ithiele doarp oanklaaid yn styl, insoad each foar detail.’’

    De prijs voor de beste bijrol heeftde jury volgens FolkertWesseling demeeste hoofdbrekens gekost. Naveel wikken en wegen viel de keuze

    op Hyltsje Smedes voor zijn rol vandorpeling in Manon in Dronryp. Eenbescheiden rol. ,,Mar Hyltsje spiledizze foartreflik mei syn Wâldsketaal ennukken.Dêrtroch seach it pu-blyk út nei syn opkomst op it toa-niel. Dan sette jo een byrol (hoe lytsek) goed del.’’

    Velen hadden voorspeld dat deGurbe voor beste hoofdrol naar Bau-ke Haanstra zou gaan voor zijn rolvan Kristian in It bjusterbaarlikefoarfal fan de hûn yn de nacht in Jor-wert. Ze kregen gelijk. ,,Hy naam itpublyk folsleinmei yn ’ewrâld fan inautistysk persoan. Baukehat derwatmoais fan makke. Tagelyk droech ermei syn rol ek it hiel stik.’’

    Net als twee jaar geleden magSnakkerburen zich erop voorstaandat het in de ogenvande jury de bes-te voorstelling heeft gemaakt. Hetkrijgt de prijs voor het door HansBrans geschreven en door WouterDaane geregisseerde In see fan lân.,,In foarstelling dy’t kloppet. In stikmei in ynteressante tematyk dat yn-giet opwatno spilet. It dekor spegelede tematyk fan derby hearre en bû-tenslute prachtich. In foarstellingdy’t jo rekket.’’

    De publieksprijs, waarvoor 17.140stembriefjes waren ingeleverd, wasvoor Jorwert.

    Zie voor het volledige juryrapport: lc.nl

    Positief: in elkiepenloftspulspeelde jeugd mee

    Bêste foarstellingWouter Daane regissearre In seefan Lân. It is nei De krintekakkeryn Burgum syn twadde Gurbe. Hoekrijt er dat foar elkoar? ,,Allereerstmoet je een goed stuk hebben. Hetsterke van dit stuk was dat hetgebaseerd is op echte gebeurtenis-sen en dat het daardoor dicht bijde beleving van de mensen staat.En het gaat over problemen vannu. Al die laagjes, en de poëzie vande tekst, maken het tot een goedstuk. Samen met de spelers pro-beer je zo’n tekst naar een noghoger plan te tillen.’’

    Bêste foarstelling

    Bêste foarmjouwingFoarsitter Alie de Haan (links):,,Der hie wat reboelje west ynSpannum, wy woene wat dwaandat ferbynt. Dat is It Kistke fanSybrand Roorda wurden. Wyhiene it yn 2018 pas dwaan wol-len, mar Immie Jonkman fanKulturele Haadstêd sei: doch datnet, dan bart der al safolle.’’Siktaris Ytsje Hijma (rechts): ,,Ithiele doarp die mei, de naaiploechhat oardel jier oan it wurk west. Dygiet no fierder as kreatyf kafee, datSpannum hat der ek wer in ferie-ning by.’’

    Bêste haadrolBauke Haanstra is krekt úteinsetmei syn stúdzje ta toanielspileroan de Hogeschool Utrecht. Nef-fens him moat in akteur in rolsafolle mooglik út himsels helje.,,Ik ha net in stoarnis yn it autis-tysk spektrum, lykas Kristian, marik ha wol add. Dat der wiene woldingen yn mysels dêr't ik wat meikoe. In oantal spilers wurket yn itspesjaal ûnderwiis, dy ha my goedholpen. Wy hawwe in hiel soadmei elkoar praat. Eins wiene allespilers ek regisseur.’’

    Bêste byrolTwa kear hat akteur en regisseurTheo Smedes (foto) sels in GoudenGurbe wûn, diskear foel syn heitHyltsje yn ’e prizen. ,,Ik miendedat er komme soe, mar ús heit isnet sa fan ’e prizen. It wie wolapart om myn eigen heit te regis-searjen. Ik sprek elkenien mei defoarnamme oan, en dan is it ynie-nen: ‘Kin heit ek fan de oare kantopkomme?’ Hy kin wolris koartfoar de kop wêze, mar no woe erecht wol nei my harkje.’’

    Bêste byrol

    Ekstra GurbeMarius Del Grosso hat it berneie-penloftspul tsien kear regissearre,mei Waar en Wyn hat er no fjou-wer kear in foarstelling mei pubersmakke. ,,De bern hawwe har eigeniepenloftspul, foar jongeren wieder hast neat. As je fjirtjin binne,bin je sa ûnwis en kwetsber, sok-ken moat je gjin audysje dwaanlitte. Dêrom hat it myn útgongs-punt altyd west: elkenien kinmeidwaan. Der binne trouwens alhiel wat bern dy’t it sa leuk fûnen,dat se nei in beropsoplieding gienbinne.’’

    PublykspriisIt is net foar it earst dat Jorwert depublykpriis wint, mar Tjerk Kooi-stra (rechts) en Ekko de Bakkerbinne der alle kearen like bliid mei.Kooistra: ,,Wy binne altyd dwaan-de om nije foarmen te finen, datslagget de iene kear better as deoare kear. Foarich jier wie it watminder, ditkear wie alles útfer-kocht en ha wy twa ekstra foarstel-lingen spile. Dat bliuwt sa yn 'etakomst. De minsken meie net dekâns krije om te tinken: o, dat isJorwert. Se moatte ferrast wurde,alle jierren wer.’’

    Publykspriis

    In elk iepenloftspul speelde wel jeugd mee. Een positieve ontwikkeling volgens de jury. De kinderen van Easterwierrum sprongen tussen de bedrijven door een gat in de lucht.

  • 13 oktober 2017, pag. 34

    Shakespeare alsdol psychodrama

    GEWIKT & GEWOGEN

    Shakespeare als

    Gebeurtenis: Het verzamelde werkvan William Shakespeare (ingekort)door Het Nationale Theater Gezien: 12oktober in de Harmonie, LeeuwardenTekst: Shakespeare, Adam Long,Daniel Singer en Jess Winfield Spel:Jappe Claes, Vincent Linthorst en BramSuijker Regie: Theu Boermans Verta-ling: Rezy Schumacher Publiek: 250★★★✩✩

    E en gesjeesde acteur meteen drankprobleem van destichting Kurkdroog eneen wegbezuinigde collega metADHD – zo omschrijft JappeClaes zijn zojuist vertrokkenmedespelers halverwege hunVerzamelde werk van WilliamShakespeare (ingekort)’. Veel vande grote bard komt dan welis-waar niet woordelijk over hetvoetlicht, maar voor de rest kanalles, mag alles en gebeurt erook van alles, om eens heerlijkde draak te steken met het bo-venmenselijke genie WilliamShakespeare. Het NationaleTheater heeft het concept ont-leend aan een Brits-Amerikaansekluchtencollectief dat hun su-per-samenvatting alleen al ne-gen jaar op West End speelde.

    Regisseur Theu Boermans is

    er de man niet naar om van diedoldwaze hit alleen een reprisete geven. Het studentikoze isgebleven en zeker de eerste helftheeft hetzelfde ultrasonischelach-of-ik- schiet tempo als hetorigineel. Maar aan het beginwordt duidelijk dat de drie ac-teurs het eigenlijk als een bijnaonmogelijke opdracht zien en deworsteling van de doorsneescholier die de heilige berg ‘Sha-kespeare’ beklimmen moet,maar al te goed kennen. Allekomedies uit tijdnood samen-persen tot een mini slapstickwerkt dan weer wat minder.

    De tweede helft biedt meerruimte om de eigen worstelingvan de acteurs te laten zien. MetHamlet nog op het menu, bre-ken de acteurs hun tanden stukop het klassieke erfgoed enstorten in een diepe persoonlij-ke crisis. Een klucht op zich. Dezaal wordt en masse te hulpgeroepen om de ‘innerlijkelagen’ van Ophelia bloot te leg-gen. Shakespeare ligt dan evenvoor pampus in de coulissen,maar die zal geen bezwaar heb-ben tegen dit dolgedraaide psy-chodrama.chodrama.HANS BRANS

  • 13 februari 2017, pag. 24

    Veel humor, maar weinig inhoud

    M artine Sandifort en Rem-ko Vrijdag zijn bij hetgrote publiek vooral be-kend van tv-programma’s als Kop-spijkers, Koefnoen en Klokhuis,waarin ze veel imitaties en prettiggestoorde typetjes doen. Daarnaasttimmerden ze in andere samenstel-lingen aan de weg in cabaretland.Nu zijn ze alweer aan hun derdeduo-programma toe.

    Met hun grote ervaring in hilari-sche sketches zijn het geen cabare-tiers van de standup-comedy-soortof van de uitgesponnen conferen-ces. Daarvoor hebben ze theatraal

    Gebeurtenis: Vrijdag vs. Sandifort, cabaretGezien: 11 februari, De Harmonie, Leeu-warden Spel:Martine Sandifort en RemkoVrijdag Publiek: 350 Nog te zien: 12/5,Lawei Drachten, 13/5 Oosterpoort, Gronin-gen★★★✩✩

    te veel in hun mars en die fysiekeen stemtechnische talenten pope-len om er uit te springen. Wantgedreven zijn ze zeker. In anderhalfuur tijd rauzen ze door een mes-scherp versneden collage van ty-petjes en maffe situaties, gelar-deerd met een enkel lied. Daarbijgebruiken ze niets anders dan tweestoeltjes, een uitgekiende belich-ting en een uitmuntend ‘geluidsde-cor’. Visueel is het dus wel watmager, maar daar staat een perma-nente stroom van maffe figuren enfysiek sterk spel tegenover.

    Zo is er een intens verknochtvriendenpaar dat voornamelijk inclichés praat, maar waarbij devriendschap uiteindelijk niet zodiep gaat. Of twee jubilerendeechtelieden die schitterend valskunnen zingen. De imitaties ko-men nog even aan bod in een reeksberoemde collega’s met wie Sandi-

    fort zogenaamd het bed gedeeldzou hebben. Hun muzikale talentkomt naar voren in wat misschienwel de sterkste scène is: een bloed-serieuze, moderne opera over eenordinaire ruzie van een Hollandsstel, maar dan gezongen door tweeEngelstalige vedetten die niet goedsnappen wat ze eigenlijk zingen.

    Met hoeveel flair en humor al dietypetjes ook de revue passeren,inhoudelijk is het allemaal wel watdunnetjes. De enige uitzondering iseen aardige sketch over een tumordie alleen met ‘positief denken’ uitte bannen is. Natuurlijk hoeft hetniet allemaal even maatschappijkri-tisch te zijn, maar het zou metzoveel talent toch ook wel mooizijn als je, eenmaal buiten, hetgevoel had dat het ergens overging.

    HANS BRANS

  • 10 maart 2017, pag. 28

    Wie is Leeuwarderwijkbewoner?

    GEWIKT & GEWOGEN

    Gebeurtenis: Work Work Work WorkWork, door Skoft&Skiep Gezien: 9maart, Tryater-gebouw, LeeuwardenSpel: inwoners van Leeuwarden Con-cept en regie: Karel Hermans, TatianaPratley en Aukje Schaafsma Publiek:200 Nog te zien: tot en met 26 maartin Leeuwarden ★★★★★

    Heechterp-Schieringen stondonlangs weer eens bovenaan –of moet je zeggen onderaan –zo’n lijstje waaruit blijkt hoeslecht het wel niet gaat met deNederlandse achterstandswij-ken. Wijkbewoners zelf wordenvan zo’n etiket niet blij. In devoorstelling Work Work WorkWork Work krijgen ze een unie-ke gelegenheid om te laten zienwie en wat ze werkelijk zijn.

    Veel van de ruim veertigacteurs hebben vermoedelijkzelden een theater van binnengezien, laat staan enige podi-umervaring. Dat wordt ruim-schoots goedgemaakt door deruimte die ze van de bedenkerskrijgen om zichzelf te zijn. Daar-toe hebben ze een vlot lopendeopzet bedacht waarin allerleikanten van het verschijnsel‘werk’ aan bod komen. Zoals:hoe kom je aan werk, wie ben jezonder werk, wat is werk danwel? De schakeling tussen de

    scènes ligt bij de radio-dj vanHeechterp, die zoiets in hetechte leven ook doet. Een mooimoment is er als ze met radio-hokje en al de lucht in gaat omte proberen een onbereikbaardiploma grijpen.

    Want kritisch is de voorstel-ling ook. Met behulp van debrandtrap legt een dame uit hoede ‘participatieladder’ in elkaarzit. Die begint onderaan metuitsluiting, maar geeft bovenaanhetzelfde resultaat als je daaraangekomen nog geen betaaldebaan te pakken krijgt.

    Het makerstrio van Skoft&-Skiep zorgt daarnaast ook voormooie, grappige en ontroerendemomenten. Zoals de kinderendie strak in het pak vijf zelfinge-nomen kantoorklerken spelen.Of een seniorenkoortje dat metQue sera, sera de betrekkelijk-heid van het streven naar succesbezingt. Je hart gaat ervan smel-ten.

    Het is verbazingwekkend watmen in een voorstelling van eenuur allemaal weet aan te snijdenover dit onderwerp, maar hetmooiste is toch wel dat Heech-terp-Schieringers – los van werkof geen werk – hele bijzonderemensen zijn.HANS BRANSmensen zijn.HANS BRANS

  • 13 mei 2017, pag. 36

    Inburgering, vanaf het dak bezienGEWIKT & GEWOGEN

    Gebeurtenis: Zohre, een Afghaans Neder-landse soap Gezien: 12 mei, PosthuisTheater in Heerenveen Tekst en regie:Marjolein van Heemstra Spel: Zohre No-rouzi en Marjolein van Heemstra Publiek:55 ★★★★★

    S oms zijn voorstellingen be-drieglijk eenvoudig, maarzitten ze toch knap in elkaaren snijden ze tot op het bod. Zohreis zo’n voorstelling. Zohre Norouziis de naam van een Afghaansevluchteling die sinds een paar jaarin Nederland probeert ‘in te burge-ren’. Ze werd daarbij geholpen doortheatermaakster Marjolein van

    Heemstra, die in de tijd dat ze nogbij het Ro werkte een oppas zocht.Na de eerste avond kwam Zohreterug en vroeg onverwacht of zemocht blijven slapen. Aanvankelijkmet enige reserve besloot VanHeemstra haar te helpen, maar dathelpen inburgeren was zo mogelijknog frustrerender dan het inburge-ren zelf.

    Een verhaal dat zo dicht op dewerkelijkheid zit vertelt zichzelf,zou je denken maar schijn bedriegt.Van Heemstra’s kracht is de eerlijk-heid en kwetsbaarheid, waarmee zehaar ervaringen naast die vanZohre legt en ons dan stapje voor

    stapje binnenvoert in een inburge-ringsproces dat aan alle kantenrampzalig verloopt. Bekrompeninstanties, absurde examens, blin-de regelzucht en goede bedoelin-gen die totaal verkeerd uitpakken –dat is de ene kant van de medaille.De andere kant zit meer van bin-nen: ‘Maar Zohre, wat wil je nueigenlijk? Wat is het doel in jeleven?’ Zo doelgericht zit een Af-ghaanse niet in elkaar. Zohre’sgelukkigste momenten speeldenzich af op het platte dak van haarhuis. Daar kon je jezelf zijn. Daardroomde ze over de enige Afghaan-se soap, die door Taliban-moorden

    plotseling ophield, met de laatstewoorden van haar heldin: ‘ik wil....’Voor Zohre is het leven geen pro-ject, maar meer een soap, die altijdmaar doorgaat – tot het ophoudt,zoals het leven zelf. Het dak is deuitgelezen plek om van bovenaf deeindeloze soap van geploeter voor-bij te zien trekken.

    In de voorstelling staan en zittende twee vrouwen dan ook op eendakrandje van 2 meter hoog. Maareen smal randje is het wel en zestaan letterlijk met de rug tegen demuur.

    HANS BRANS