Geopark Zuid Limburg

6

Transcript of Geopark Zuid Limburg

Een Geopark: een kans voor Zuid-Limburg In november 2015 neemt de Algemene Vergadering van de UNESCO in Parijs een besluit over de status van de geoparken die onderdeel uitmaken van het Global Geoparks Network (GGN). De Executive Board van deze VN organisatie heeft het voorstel gedaan om deze parken officieel de status UNESCO Global Geopark toe te kennen. In ons land maakt alleen Geopark de Hondsrug, gelegen in Drenthe, deel uit van het GGN. De verwachting is dat de nieuwe status het gebied een flinke toeristische en economische impuls zal geven. De vraag is of er niet meer regio’s zijn in Nederland, die tot geopark kunnen uitgroeien en daarmee van deze mondiale ontwikkeling kunnen profiteren. Het oog valt daarbij direct op Zuid-Limburg. Dit gebied heeft absoluut het potentieel om een vergelijkbare ontwikkeling als de Hondsrug door te maken. Het is aan de lokale en regionale gemeenschap om te bepalen of de behoefte er ook is. Een eerste aanzet zou het plan ‘Oerland’ Land van Kalk kunnen zijn, in de omgeving van Voerendaal. Mogelijk dat op dit plan kan worden voortgeborduurd bij het streven naar een geopark.

Een geopark Geotoerisme richt zich op het aardkundige karakter van een gebied en stimuleert de duurzame ontwikkeling ervan. Het aantal geotoeristen in de wereld neemt snel toe. Veel van deze toeristen begeven zich naar zogenaamde geoparken. Dit zijn gebieden met bijzonder geologisch of geomorfologisch erfgoed dat van internationale betekenis is. De meeste geoparken maken deel uit van het Global Geoparks Network, een door UNESCO ondersteunt netwerk gericht op de promotie en het behoud van het geologisch erfgoed van de aarde en op het stimuleren van duurzame ontwikkeling in deze gebieden. Het European Geoparks Network (EGN) verenigt alle geoparken in Europa en is onderdeel van het GGN. Behalve het stimuleren van duurzame ontwikkeling en het beschermen van de geodiversiteit heeft een geopark ook tot doel de geologische geschiedenis te vertellen in relatie tot de natuur en het culturele erfgoed. Het beoogde effect is een vergroting van de maatschappelijke bewustwording over: - door geologische processen veroorzaakte natuurrampen; - klimaatverandering;

- duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen, inclusief plattelandsontwikkeling en ‘groen toerisme’; en - respect voor de leefomgeving en behoud gaafheid van het landschap. Geopark de Hondsrug maakt sinds september 2013 onderdeel uit van het EGN. Het is ontstaan uit een regionaal streven om het eerste UNESCO geopark in Nederland te worden. Het benutten van het regionaal potentieel stond daarbij centraal.

Onderzoek Alterra Alterra, het onderzoeksbureau van de Wageningen Universiteit, onderzocht in 2014 in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken (EZ) de vraag wat de consequenties zijn van de aanwijzing van geoparken in Nederland. De conclusies luidden als volgt: - de kandidaatstelling van een geopark past als bottom-up proces bij decentralisatie en bij ‘natuur die midden in de samenleving staat’; - de aanwijzing als geopark hoeft geen nieuw beschermingsbeleid met zich mee te brengen; - er zijn uiteenlopende opties van betrokkenheid van EZ bij geoparken mogelijk; en - geoparken bieden kansen maar ook risico’s. De versterking van de regionale toeristische economie door in te spelen op de internationale groei van geotoerisme ziet Alterra als een belangrijke kans. Andere kansen zijn de versterking van de regionale samenwerking en identiteit, de vergroting van de internationale bekendheid van het gebied en de vergroting van de bewustwording over aardkundige, landschappelijke en culturele waarden bij de lokale bevolking en het brede toeristisch publiek. Als belangrijkste risico’s worden beschreven de financiële continuïteit van lokale Geopark-organisaties en de verwatering van de status van bestaande Werelderfgoed-sites door de ‘concurrentie’ met geoparken. De GGN wil het verhaal van het ontstaan van de aarde vertellen en een nieuw geopark moet iets toevoegen aan dat verhaal. Volgens Alterra is het daarom wenselijk dat er unieke ontstaansgeschiedenissen per land zijn, hetgeen het aantal mogelijke geoparken in Nederland beperkt. Geopark de Hondsrug heeft de ijstijd als onderliggend thema. Bij een eventueel nieuw geopark ligt een ander thema uit de aardgeschiedenis voor de hand. Voor Zuid-Limburg ligt hier een kans met het thema ‘het Krijt’.

Geopark en toerisme ontwikkeling Volgens NBTC Holland Marketing kan Nederland in 2025 rekenen op bijna 16 miljoen buitenlandse verblijfgasten. In 2012 bedroeg dit nog ruim 12 miljoen. Voorwaarde voor deze groei is wel dat er voldoende invulling wordt gegeven aan de 5 B’s van destination marketing: bereikbaar, beschikbaar, betaalbaar, beleving en bekend. Geoparken kunnen een belangrijk bijdrage leveren wat betreft de items beleving en bekend. Een geopark draagt bij aan een rijkere beleving door verhalen fysiek en communicatief te verbinden en te koppelen aan de verhalen van ‘Holland’. Als lid van het EGN en GGN vergroot een geopark de internationale bekendheid van de regio. Mocht het daadwerkelijk tot een officiële UNESCO Global Geopark status komen, zoals aangegeven in de inleiding, dan zal dat de regio nog meer bekendheid en aanzien geven over de gehele wereld.

Geologie van Zuid-Limburg Geologisch gezien vormt Zuid-Limburg een uniek stukje Nederland (zie de geologische kaart hieronder).

Afzettingen uit het Carboon (360-286 mln. jaar geleden) en het Krijt (144-65 mln. jaar geleden) bevinden zich hier aan of dicht onder het oppervlak. Carboonafzettingen bestaan uit steenkool-, zand- en kleilagen, die zich zichtbaar zijn geworden in mijnen en voor een klein deel dagzomen in het Geuldal bij Epen als gevolg van opheffing en erosie. Direct op het Carboon bevinden zich krijtafzettingen van zanden en kalken van maximaal 140 meter dik. Het kalk is afkomstig van de skeletten van zeedieren uit de Krijtzee. De krijtrotsformaties bevatten vuursteenknollen en zijn rijk aan fossielen. Een deel van de krijtafzettingen zijn bedekt door rivierafzettingen uit het Pleistoceen en Holoceen.

De krijtafzettingen stammen uit het Laat-Krijt van 70 tot 65,5 mln. jaar geleden. Zuid-Limburg was toen een ondiepe tropische zee, vergelijkbaar met de huidige Atlantische Oceaan rond de Bahama’s.

Bron: Naturalis

De Krijtzee was rijk aan planten en dieren zoals koralen, zee-egels, zeegrassen, ammonieten, Mosasauriërs (maashagedissen), vissen (o.a. haaien) en schildpadden.

Het Geopark Voor het ontwerp van het geopark ligt de focus op het zuidelijke deel van Zuid-Limburg. Hier bevinden de krijtafzettingen zich aan het oppervlak of zijn deze bedekt door rivierafzettingen uit het Pleistoceen en Holoceen. Als deze rivierafzettingen even buiten beschouwing worden gelaten, blijft in Zuid-Limburg het volgende krijtgebied over:

Als krijtafzettingen worden onderscheiden het Maastrichtse Krijt, Kunrader Krijt, Gulpense Krijt en het Vaalser Groenzand en Akens Zand. Zij vormen het grondgebied van het Geopark, dat er daamee als volgt uit zou komen te zien:

En wie goed kijkt, ziet de zeedieren van de Krijtzee terugkomen in de geologische vormen: één tropische vis bij Vaals en één bij Epen, een haai tussen Slenaken en Gulpen en een Mosasaurus van Simpelveld, via Eijs en Wijlre tot Oud-Valkenburg. Ziet u ze ook? (zie tekening kaart op laatste pagina).

De uitwerking Voor de totstandkoming van het geopark is een brede samenwerking nodig tussen stakeholders (eigenaren, beheerders, overheden) en partners uit verschillende werkvelden als geologie, natuur, cultuur, onderwijs,

toerisme en de agrarische sector. Het bereiken van de status Europees Geopark , en eventueel straks de status UNESCO Global Geopark, moet worden verdiend door als regio zelf het initiatief te nemen. De EGN kiest voor een ‘bottom-up’ benadering bij de totstandkoming van geoparken. Een succesvolle geopark-opzet kent de volgende stappen: - het identificeren van interessante geologische,

archeologische, biologische, historische en culturele locaties, en het creëren van netwerken ervan;

- doen van interdisciplinair onderzoek naar kansen voor verbeteringen inzake

o het faciliteren van geotoerisme o de bescherming van geologisch erfgoed;

- het bedenken van innovatieve activiteiten op het gebied van educatie, marketing en maatschappelijke bewustwording; en

- het vertalen van kansen en ideeën in sociale, economische en culturele projecten m.b.v. actieve participatie en betrokkenheid lokale gemeenschap;

De netwerken van locaties worden gebruikt om verhaallijnen te creëren. Een voorbeeld van mogelijke verhaallijnen van het Geopark: 1. Het leven voor het kalk

(over het Carboon) 2. Het leven van het kalk

(van het leven in de Krijtzee tot de fossiel- en sedimentvorming)

3. Het leven met het kalk (over de Neolithische (r)evolutie)

4. Het leven in het kalk (over het leven in mergelkerken, -hoeven, -huizen en –kastelen)

5. Het leven onder het kalk (over de mijnbouw)

6. Het leven op het kalk: (over de duurzame toekomst van Zuid-Limburg)

‘Oerland’ Land van Kalk IBA Parkstad is een organisatie die zoekt naar innovatieve, toekomstgerichte projecten die duurzaam van betekenis zijn voor de ontwikkeling van een stad of gebied. IBA legt de basis voor een nieuwe oriëntatie op de toekomst waarin maatschappelijke veranderingen worden gestimuleerd. In 2020 eindigt de IBA-periode met een tentoonstelling van de gerealiseerde projecten. Projecten worden door de verschillende stadia van rijpheid begeleid. Een IBA Kandidaat is concreet genoeg om verder te gaan ontwikkelen als uitvoerbaar project. Het project ‘Oerland’ Land van Kalk heeft inmiddels de status van Kandidaat project. Het plan creëert een volwaardig verblijfsgebied waar ‘stad & land’ elkaar ontmoeten, waar ‘cultuur & natuur’ samen worden beleefd, met nieuwe economieën door duurzame bedrijvigheid, natuurversterking en landbouwhervorming te verbinden. Recreatieverblijven worden letterlijk ‘in de randen’ van het Plateau van Ubachsberg geschoven zodat je op het Plateau van adembenemende vergezichten blijft genieten. Samenwerking van lokale ondernemers resulteert in een integrale gebiedsontwikkeling met concrete projectinitiatieven. Het stimuleren van duurzame ontwikkeling, het beschermen van de geodiversiteit en het vertellen van de geologische geschiedenis in relatie tot de natuur en het culturele erfgoed; het zijn allemaal aspecten die terugkomen in dit project. Daarmee ligt een verbinding van dit project met het geopark-concept voor de hand. Het Land van Kalk rond Voerendaal wordt begrensd door de Geleenbeek, de Eyserbeek, de Geul en in het noorden door de A79:

In het gebied zijn hellingen met een unieke kalkvegetatie, graften, groeven en kalkovens te vinden. Hier werd vroeger en wordt nu opnieuw de zeer kalkrijke Kunradersteen gewonnen. In de dorpen Colmont, Mingersborg, Winthagen, Ubachsberg en Kunrade vindt men nog talrijke -soms monumentale- gebouwen die zijn opgetrokken in Kunradersteen. Met zijn ligging binnen het beoogde geopark van dit

document, zou het huidige Land van Kalk een perfect vertrekpunt kunnen zijn. Het gebied zou langzaam uitgebreid kunnen worden met aanvullende lokale en regionale initiatieven uit andere delen van het Krijtgebied. Mocht de vormgeving van het geopark haalbaar blijken, dan zou een laatste overweging kunnen zijn om het aansluitende krijtgebied in Duitsland, de Aachener Kreide, en het aansluitende krijtgebied in België, gevormd door de Voerstreek en een deel van de provincie Luik, bij het project te betrekken. Een mogelijk voordeel is dat daarmee het eerste European Geopark wordt opgericht dat is gevestigd in 3 landen. Dat zou voor het EGN een interessante ontwikkeling kunnen zijn. Nu zijn 3 van de 65 geoparken van het EGN gevestigd in 2 landen en de rest in 1 land. Verder kan er een positieve impuls van uitgaan op de samenwerking in de Euregio Maas-Rijn en worden de financieringsmogelijkheden via de EU (Interreg V) mogelijk vergroot.

Tot slot Geopark de Hondsrug meldt op haar site de volgende algemene uitgangspunten: “Een geopark heeft zijn eigen unieke geologische geschiedenis. Geologisch erfgoed is bepalend voor de natuur en de cultuur van het gebied. Samen geven deze elementen een geopark een identiteit die het onderscheidt van andere gebieden. Inwoners, bedrijven, organisaties, overheid en onderwijs maken samen een geopark. Wie meer van zijn verleden afweet, gaat zorgvuldiger en duurzamer met zijn omgeving om. Een geopark wil mensen inspireren om samen de toekomst van hun streek met vertrouwen en op een duurzame manier tegemoet te gaan.” Het is de vraag of voor het aangeduide deel van Zuid-Limburg vergelijkbare uitgangspunten van toepassing zijn. Het is een vraag die medewerkers van de provincie, betrokken gemeenten en bedrijven, studenten en docenten van de hoge school en universiteit, ondernemers en bewoners zichzelf kunnen stellen. Een positief begin is er met het project ‘Oerland’ Land van Kalk. Een volgende stap zou kunnen zijn het toewerken naar een succesvol en waardevol Geopark. Jaap Spee