Gegevens student en stage school. -...

2

Gegevens student en stage school. Student : Postema H.H.A. Roepnaam : Erik Adres : Voeghouten 7 Postcode woonplaats : 9621 AD Slochteren e-mail : [email protected] Telefoonnummer : 0598 423252 Mobiel nummer : 06 46324279 Student nummer : 1006851 Naam docent : Agnes Terwisscha van Scheltinga Naam stage docent : Herma Jonker School : PTH Groningen Klas : DLO1 Mechanisch techniek

Studie Jaar : 2006 – 2007 Stage school : Esdal College Adres : Weerdingerstraat 241 Postcode woonplaats : 7811 CH Emmen Telefoonnummer : 0591 612320 Afdelingen : Metaal – Motorvoertuigen - Wiskunde Periode : 4 oktober 2006 – Heden Begeleider : Albert-Jan Kort

3

Voorwoord. Toen ik de fijnmetaal-MTS afgerond had kreeg ik direct werk in een instrumentmakerij. Nadat ik dit 4½ jaar met veel plezier gedaan had vond ik het tijd worden om wat voor me zelf te gaan doen. Met een schat aan ervaring besloot ik samen met mijn schoonvader een V.O.F. op te zetten. Daar heb ik me bezig gehouden met de ontwikkeling van motordelen voor de motorsport. Iets dat voort gekomen is uit mijn hobby en waarvoor de fijnmetaal opleiding een goede insteek is om het hoe en wat te vervaardigen van onderdelen. Door de jaren heen heb ik altijd veel contacten gehad met vooral jonge mensen die ik altijd met raad en daad terzijde heb gestaan. Nadat er in de media veel aandacht kwam over een leraren tekort heb ik het idee opgevat om me eens te gaan verdiepen in eventuele studies voor het leraren schap. Nadat ik het één en ander kenbaar had gemaakt was iedereen zeer enthousiast over mijn ideeën. Onder hen een oud-leraar van me waar ik nog altijd goede herinneringen aan had. Na de hernieuwde kennismaking met hem op zijn school bood de directeur van die school mij tot grote verbazing direct een baantje aan als praktijk leraar in de metaal. Dit ter vervanging van een overspannen leraar. Inmiddels heb ik de indruk een zeer gewaardeerd collega te zijn daar en doen ze hun uiterste best om mij daar van werk te voorzien. Aan mij de taak dus om mijn studie met invullingen van stages, competenties en een portfolio af te maken.

4

Inhoudsopgave BLz. Voorblad.Voorblad.Voorblad.Voorblad. 1111 Gegevens studentGegevens studentGegevens studentGegevens student en stage school. en stage school. en stage school. en stage school. 2222 Voorwoord.Voorwoord.Voorwoord.Voorwoord. 3333 Inhoudsopgave.Inhoudsopgave.Inhoudsopgave.Inhoudsopgave. 4444 InleidingInleidingInleidingInleiding.... 5555

Opdracht 1Opdracht 1Opdracht 1Opdracht 1 ObserverenObserverenObserverenObserveren.... 6666 Gedragspatronen van individuele deelnemers observeren. 6666 Leerverschillen tussen deelnemers observeren. 6666 In één groep het sociale klimaat analyseren (I). 7777 In één groep het sociale klimaat analyseren (II). 7777 In één groep de regels en afspraken die er gelden analyseren. 8888 Beschrijving van de leerpunten. 8888

Opdracht 2 Ontwerpen en aanbieden van leerstoOpdracht 2 Ontwerpen en aanbieden van leerstoOpdracht 2 Ontwerpen en aanbieden van leerstoOpdracht 2 Ontwerpen en aanbieden van leerstoffff.... 9999 Lesvoorbereiding 1 10101010 Lesvoorbereiding 2 16161616 Lesvoorbereiding 3 23232323

Opdracht 3 Opdracht 3 Opdracht 3 Opdracht 3 Registreren van resultaten van leerlingen.Registreren van resultaten van leerlingen.Registreren van resultaten van leerlingen.Registreren van resultaten van leerlingen. 26262626 Metaal afdeling 26262626 Motorvoertuigen afdeling 26262626 Wiskunde 27272727 Examens 27272727

Opdracht 4Opdracht 4Opdracht 4Opdracht 4 SameSameSameSamenwerken ennwerken ennwerken ennwerken en actief zijn in de organisatie actief zijn in de organisatie actief zijn in de organisatie actief zijn in de organisatie.... 28282828 Stage 28282828 Opendagen 28282828 Excursies 29292929 Observatie verslag voor collega 30303030

Opdracht 5Opdracht 5Opdracht 5Opdracht 5 Ontwerp Ontwerp Ontwerp Ontwerp enenenen vernieuwen van leeractiviteiten. vernieuwen van leeractiviteiten. vernieuwen van leeractiviteiten. vernieuwen van leeractiviteiten. 32323232 Foto materiaal van opdracht 33333333

Beoordelings verslag geschreven door werkplek begeleider.Beoordelings verslag geschreven door werkplek begeleider.Beoordelings verslag geschreven door werkplek begeleider.Beoordelings verslag geschreven door werkplek begeleider. 35353535

5

Inleiding. Dit stage verslag is tot stand gekomen door middel van mijn werkzaamheden op het Esdal college te Emmen. Ik ben door, gelukkige omstandigheden, sinds oktober 2006 daar aan het werk gegaan als docent.

Van 4 oktober tot de voorjaarsvakantie heb ik 7uren lesgegeven aan een 4e klas mechanische technieken. Dit betrof 2 klassen nl.: de basis richting in combinatie met de kader klas.

Vanaf 5 maart heb ik 17 uren les mogen geven aan 3 verschillende klassen motorvoertuigen. Dit betrof 3e klas basis, 3e klas kader en 4e klas kader.

- Voor de 3e klas basis heb ik theoretisch technische en praktijk vakken verzorgd. (8 uur)

- Voor 3e klas kader theoretisch technische vakken. (5 uur) - Voor 4e klas kader heb ik wiskunde mogen geven. (4 uur)

Voor invulling van de opdrachten wil ik daarom ook zoveel mogelijk gebruik maken van de ervaringen en situaties die ik tijdens het leerjaar 2006 – 2007 op het VMBO in Emmen heb opgedaan. Bevindingen, leermomenten, conclusies etc. worden zoveel mogelijk in de opdracht verwerkt.

Opdrachten die voor dit verslag gemaakt moeten worden zullen daarom hier en daar ook een iets andere invulling krijgen omdat ik langer op school heb door gebracht dan alleen de uren die verplicht zijn voor het stage lopen.

Tijdens mijn werkzaamheden heb ik niet of nauwelijks gebruik gemaakt van mijn werkplek begeleider. Ik heb dit niet als een handicap ervaren en aangegeven dat ik hier geen problemen mee had. Ik ga graag mijn eigen gang. Dit komt omdat ik al 12 jaar een eigen onderneming run en van ondernemen hou. Bij problemen die zich hebben voorgedaan had ik een eigen visie die ik met mijn werkplek begeleider besprak in de pauze of in een vrij uur. Hij heeft me wel regelmatig bezocht tijdens de lessen om polshoogte te nemen. Opdrachten voor dit stage (werk) verslag zijn: Opdracht 1:Opdracht 1:Opdracht 1:Opdracht 1: Observeer vijf keer een klas of groep leerlingen. Opdracht 2:Opdracht 2:Opdracht 2:Opdracht 2: Ontwerpen & aanbieden van Leerstof

Opdracht 3:Opdracht 3:Opdracht 3:Opdracht 3: Registreren van resultaten van leerlingen.

Opdracht 4:Opdracht 4:Opdracht 4:Opdracht 4: Samenwerken en actief zijn in de organisatie.

Opdracht 5:Opdracht 5:Opdracht 5:Opdracht 5: Ontwerp en vernieuwen van leeractiviteiten.

6

LeervraagLeervraagLeervraagLeervraag 1: 1: 1: 1: Observeren Bij deze opdracht wil ik gebruik maken van situaties die ik zoal tijdens mijn werkzaamheden ben tegen gekomen.

Gedragspatronen van individuele deelnemers observeren.

Een leerling heeft geen grote levensverwachting meer dit i.v.m. een ziekte die nog niet goed te behandelen is. Hierdoor heeft de leerling geen grote eigen waarde meer met als gevolg dat hij het hele school reglement aan zijn laars lapt. Regelmatig test hij de docenten tot hoe ver hij gaan kan. Hierdoor is hij al eens van school verwijderd maar dit maakt maar even indruk op hem. Als hij i.v.m. de scholingsplicht weer toegelaten wordt begint het circus weer van voren af aan. Deze leerling veroorzaakte veel drukte tijdens mijn 1e praktijk lessen. Heb hem vervolgens over een bepaalde periode voortdurend geobserveerd en wanneer noodzakelijk hem op zijn gedrag geattendeerd. Dit had als effect dat hij er van baalde dat ik hem niet uit het oog veloor. Dit maakte hij mij uiteindelijk kenbaar. Heb toen zijn gedrag en zijn problemen met hem besproken. Uiteindelijk bleek dat hij gebaad was bij goede begeleiding in de praktijk. Begeleiding was iets dat hij van de andere docenten op school niet meer kreeg hetgeen dat veroorzaakt was door zijn gedrag. Nadien heb ik nooit meer problemen met hem gekend.

Een leerling dwaalt tijdens de les steeds af. Nadat ik hem hier een aantal keren op gewezen hebt gebeurt het steeds weer. Als de klas aan het werk is gezet ga ik naar hem toe met de vraag wat er aan de hand is. De jongen verteld dat hij de aandacht er niet bij kan houden omdat hij gisteren onverwacht woorden en een vechtpartij met 1 van zijn beste vrienden heeft gehad. Aan het einde van de les heb ik hem gevraagd of ik iets voor hem kon betekenen. Heb hem gevraagd wat de aanleiding was en of het misschien verstandig was om het weer bij te leggen. Zijn antwoord was zeer oppervlakkig hij vertelde dat zijn vriend vond dat hij bedonderd was door hem. Hij zou proberen het bij te leggen. Na dit voorval kwam hij de volgende dag tijdens praktijkles bij mij om te vertellen dat alles weer een beetje bijgepraat was. Vervolgens heb ik hem nooit weer gezien. Bij navraag en door onderzoek van school bleek dat hij in het koffieshop circuit zat en dat personen hem hadden bedreigd ze zouden hem zelfs opzoeken op school. Deze gebeurtenis betreurt mij zeer omdat de school resultaten van deze jongen niet slecht waren. Dit is voor mij een groot voorbeeld geweest als een leerling in het verkeerde circuit terecht komt.

Leerverschillen tussen deelnemers observeren.

Klas 4Kader (wiskunde) had duidelijk te maken met de naweeën van de omgang met en naar elkaar toe van 2 voorgaande collega’s. Ik heb opgemerkt dat veel opgaven niet gemaakt waren, laat staan goed behandeld. Ik heb met de klas besproken naar welke wiskundige uitleg ze behoefte hadden. Deze moeilijkheden heb ik met de klas doorgenomen en waar mogelijk voorzien van voorbeelden. Daarnaast heb ik nog een aantal leerlingen apart uitleg gegeven. In de korte tijd dat ik deze klas had, heb ik met hun toch een relatief positief resultaat weten neer te leggen. Er zaten in deze klas bestaande uit 15 leerlingen 3 groepen.

7

1e Groep die weinig moeite had met zelf studie en wisten de opgaven aan de hand van de theorie redelijk tot goed te maken. 2e Groep zijden dat ze het werk goed gemaakt hadden bij controle hiervan bleek het tegendeel. Waarna ze de opgaven nog eens beter zijn gaan bekijken. 3e Groep wisten geen begin met de leerstof te maken en liepen ver achter deze heb ik d.m.v. extra lessen zoveel mogelijk na tevredenheid bijgeschoold.

In één groep het sociale klimaat analyseren (I).

Voorval 1. Door een nieuwe situatie in het praktijk lokaal die ontstaan is door lokalen bij elkaar te trekken is er een onoverzichtelijke situatie ontstaan. Om hier een oplossing voor te creëren is er door school een camera geplaatst op een dusdanige hoogte dat de leerlingen er niet bij kunnen. De leerlingen zijn goed gewaarschuwd als zij menen hier iets verkeerds mee te moeten doen. (Directie heeft zelfs gedreigd met school verwijdering.) Op een gegeven moment zie je dat er geen beeld meer op de monitor is. Bij controle blijkt dat leerlingen een jas over de camera gehangen hebben. Je herkent de jas. De jas is van een zitten blijver die wel altijd goed bezig is maar ook tot kattenkwaad in staat is. De mede leerlingen proberen de andere in dit geval een oor aan te naaien.

Voorval 2. Bij het demonstreren van een praktijk oefening aan een klein groepje leerlingen in een ander lokaal ontgaat je even de aandacht van de over gebleven groep. Bij terugkomst blijkt dat een groepje leerlingen zojuist een jas over een medeleerling zijn hoofd getrokken hebben. Op het moment dat je het lokaal binnen komt hebben ze hem net los gelaten. Je kunt niet zien wie hier mee direct betrokken zijn. Wel zie je dat er +/- 5 leerlingen om heen staan.

Wat mij bezighoud en tot denken heeft gezet met genoemde voorvallen is wat de leerlingen bezielt dit te moeten doen. Dit soort voorvallen doen zich naar mijns inzien voor als er verschillende soorten klimaten heersen in de klas. In deze gevallen had dit alles te maken met verschillende culturen (rassen) die er in de klas waren. Heb deze culturen na de les apart genomen en gevraagd waarom ze het 1 en ander meenden te moeten doen omdat dit de sfeer in de klas verziekte. Heb met de hele klas hier afspraken over gemaakt. Door extra toezicht met verschillende docenten is hier tenslotte een einde aan gekomen. Ook mijn collega docenten hadden dezelfde problemen tijdens de praktijk lessen. Ook bij hen heb ik extra toezicht gehouden. Hierdoor wisten de leerlingen dat het menens was.

In één groep het sociale klimaat analyseren (II).

Mijn enthousiasme in de metaal klas 4 Basis en 4 Kader heeft tot goede resultaten geleid. De opdracht die ik gemaakt heb voor de leerlingen die een stap verder wilden, is voor veel leerlingen een stimulans geweest om zich nog eens goed in te zetten voor de metaalopleiding. De leerlingen konden met deze oefening op een leuke manier zien wat de mogelijkheden zijn als je

8

verder wilt in de metaal. Het betreft hier het vervaardigen van speciale wielen voor een shovel. Om deze opdracht tot een goed resultaat te brengen heb ik in mijn werkplaats thuis de voorbereidingen getroffen. Deze opdracht word omschreven bij leervraag 5 ontwerpen en vernieuwen van leeractiviteiten. Tijdens het uitvoeren van deze opdracht was iedereen elkaar aan het helpen om de opdracht tot een zo goed mogelijk resultaat te krijgen. Hierdoor is er een prettig klimaat ontstaan tijdens de praktijk lessen.

In één groep de regels en afspraken die er gelden analyseren.

Vanaf 5 maart ben ik les gaan geven aan 3e en 4e klassen motorvoertuigen. In deze klassen was goed te merken wat voor invloed het heeft wanneer leerlingen niet via een vast patroon les krijgen. M.a.w. van één en de zelfde leraar les en die volgens een bepaalde structuur les geeft.

In de klassen motorvoertuigen 3Kader en 3Basis hebben veel leerlingen mij hun ongenoegen geuit over chaotische lessen wat betreft de theoretisch technische vakken. Het geven van antwoorden en het uitzoeken waar iedereen met de lesstof was viel niet mee. Iedereen had maar wat gedaan waarvan de leerling dacht hier een gemakkelijk antwoord op te vinden. Met het gevolg dat de makkelijke opgaven allemaal klaar waren en de moeilijke zijn blijven liggen. Vooral het uitzoeken en beoordelen van tekenopdrachten heeft mij enorm veel tijd gekost. Het lesboek 1A bezit 13 opdrachten en de 2 klassen samen bestaan uit 40 leerlingen dus 520 tekeningen als iedereen ze had gemaakt. Dit alles heb ik, bij mij thuis, op de computer in kaart gebracht. Hierdoor kon ik goed zien wie zijn best deed en wie de kantjes er af liep. Nadat dit alles uitgezocht was had ik met recht een reden om kritiek te hebben. Deze inzet heeft bij deze leerlingen geleid tot wederzijds respect. Waardoor de situatie op een enkeling na voor de meeste leerlingen verbeterd is.

Beschrijving van de leerpunten.

Leerpunten heb ik tot nu toe elke dag gehad heb vaak gedacht van heb ik dit wel goed aangepakt had ik niet beter sus of zo moeten doen. Door deze situatie en ideeën allemaal uit te proberen ben ik veel ervaringen rijker geworden. Een moeilijk punt vind ik ook tot hoe ver je moet gaan zonder je te veel te bemoeien met privé situaties van de leerlingen. Het is mij echter wel ten gehore gekomen dat bepaalde privé situaties wel bekend zijn. Als (nieuwe) docent wordt je hier nauwelijks van op de hoogte gebracht. Als dit bij bepaalde gevallen wel aan de orde zou zijn geweest dan had je op die momenten een andere kijk op de zaak gehad.

Daarnaast heb ik geleerd dat er veel verschillende soorten leerlingen zijn. Je hebt leerlingen die in het bedrijfsleven nooit verder zullen komen als assistent. Er zijn leerlingen die het wel kunnen maar gewoon niet willen. Als deze iets ouder zijn zullen ze er ook echt spijt van krijgen dat ze niet iets beter hebben opgelet. Ook zijn er leerlingen die heel graag willen maar niet beter kunnen. Ten slotte zijn er leerlingen die echt veel meer in hun mars hebben en dat ook gaan bereiken.

9

Leervraag 2:Leervraag 2:Leervraag 2:Leervraag 2: Ontwerpen enOntwerpen enOntwerpen enOntwerpen en aanbieden van leerstof aanbieden van leerstof aanbieden van leerstof aanbieden van leerstof.... Tijdens mijn aanstelling als praktijk docent voor de metaalgroep viel mij een Tijdens mijn aanstelling als praktijk docent voor de metaalgroep viel mij een Tijdens mijn aanstelling als praktijk docent voor de metaalgroep viel mij een Tijdens mijn aanstelling als praktijk docent voor de metaalgroep viel mij een aantal dingen op als de leerlingen met draaiopdrachten bezig waren.aantal dingen op als de leerlingen met draaiopdrachten bezig waren.aantal dingen op als de leerlingen met draaiopdrachten bezig waren.aantal dingen op als de leerlingen met draaiopdrachten bezig waren. Leerlingen hadden bijna nooit hun snijgereedschap op centerhoogte staan.Leerlingen hadden bijna nooit hun snijgereedschap op centerhoogte staan.Leerlingen hadden bijna nooit hun snijgereedschap op centerhoogte staan.Leerlingen hadden bijna nooit hun snijgereedschap op centerhoogte staan. Dit is ietsDit is ietsDit is ietsDit is iets dat bij een draaibank van groot belang is. Als dit niet het geval is dat bij een draaibank van groot belang is. Als dit niet het geval is dat bij een draaibank van groot belang is. Als dit niet het geval is dat bij een draaibank van groot belang is. Als dit niet het geval is dan kan het snijgereedschap niet goed zijn werk doen.dan kan het snijgereedschap niet goed zijn werk doen.dan kan het snijgereedschap niet goed zijn werk doen.dan kan het snijgereedschap niet goed zijn werk doen. LLLLeerlingen gebruikten vaak een te laag toerental waardoor het bewerkte eerlingen gebruikten vaak een te laag toerental waardoor het bewerkte eerlingen gebruikten vaak een te laag toerental waardoor het bewerkte eerlingen gebruikten vaak een te laag toerental waardoor het bewerkte oppervlak vaak sleoppervlak vaak sleoppervlak vaak sleoppervlak vaak slecht van kwaliteit werdcht van kwaliteit werdcht van kwaliteit werdcht van kwaliteit werd.... Op zich hadden dezOp zich hadden dezOp zich hadden dezOp zich hadden deze leerlingen e leerlingen e leerlingen e leerlingen dit al moeten weten omdat hetdit al moeten weten omdat hetdit al moeten weten omdat hetdit al moeten weten omdat het een een een een 4444eeee klas klas klas klas betrofbetrofbetrofbetrof. Maar door het aantal uren dat deze groep in de 3. Maar door het aantal uren dat deze groep in de 3. Maar door het aantal uren dat deze groep in de 3. Maar door het aantal uren dat deze groep in de 3eeee klas te kort gekomen klas te kort gekomen klas te kort gekomen klas te kort gekomen isisisis,,,, door ziekte van hun docent is dit waarschijnlijk niet duide door ziekte van hun docent is dit waarschijnlijk niet duide door ziekte van hun docent is dit waarschijnlijk niet duide door ziekte van hun docent is dit waarschijnlijk niet duidelijk genoeg aan lijk genoeg aan lijk genoeg aan lijk genoeg aan de orde geweest of al weer vergeten.de orde geweest of al weer vergeten.de orde geweest of al weer vergeten.de orde geweest of al weer vergeten. VandaaVandaaVandaaVandaar dat het mij een goed plan leek om hier met hun mee aan de slag te r dat het mij een goed plan leek om hier met hun mee aan de slag te r dat het mij een goed plan leek om hier met hun mee aan de slag te r dat het mij een goed plan leek om hier met hun mee aan de slag te gaan. De afbeeldingen voor gaan. De afbeeldingen voor gaan. De afbeeldingen voor gaan. De afbeeldingen voor de lesmateriade lesmateriade lesmateriade lesmateriallllenenenen heb ik op internet gevondenheb ik op internet gevondenheb ik op internet gevondenheb ik op internet gevonden o o o op p p p een webeen webeen webeen web----side die verschillende soorten lesmaterialen side die verschillende soorten lesmaterialen side die verschillende soorten lesmaterialen side die verschillende soorten lesmaterialen aanbied voor het aanbied voor het aanbied voor het aanbied voor het VMBO.VMBO.VMBO.VMBO. (VMBO Platvorm Metaal & Metalektro)(VMBO Platvorm Metaal & Metalektro)(VMBO Platvorm Metaal & Metalektro)(VMBO Platvorm Metaal & Metalektro) HHHHeb dit vervolgens met mijn eigen praktijk ervaring eb dit vervolgens met mijn eigen praktijk ervaring eb dit vervolgens met mijn eigen praktijk ervaring eb dit vervolgens met mijn eigen praktijk ervaring en kennis en kennis en kennis en kennis samen gesteld.samen gesteld.samen gesteld.samen gesteld. Bij de motorvoertuigen afdeling viel mij op dat de leerlingen moeite hadden Bij de motorvoertuigen afdeling viel mij op dat de leerlingen moeite hadden Bij de motorvoertuigen afdeling viel mij op dat de leerlingen moeite hadden Bij de motorvoertuigen afdeling viel mij op dat de leerlingen moeite hadden om specifieke gereedschappen goed toe te passen. Omdat de motorsport tot om specifieke gereedschappen goed toe te passen. Omdat de motorsport tot om specifieke gereedschappen goed toe te passen. Omdat de motorsport tot om specifieke gereedschappen goed toe te passen. Omdat de motorsport tot mijn werk en hobby behoort lemijn werk en hobby behoort lemijn werk en hobby behoort lemijn werk en hobby behoort leek het mij goed om hier eens een leuke les mee ek het mij goed om hier eens een leuke les mee ek het mij goed om hier eens een leuke les mee ek het mij goed om hier eens een leuke les mee te maken. De materialen hiervoor komen uit eigen bezit. Foto’s zijn door mij te maken. De materialen hiervoor komen uit eigen bezit. Foto’s zijn door mij te maken. De materialen hiervoor komen uit eigen bezit. Foto’s zijn door mij te maken. De materialen hiervoor komen uit eigen bezit. Foto’s zijn door mij zelf gemaakt.zelf gemaakt.zelf gemaakt.zelf gemaakt.

10

1e Lesvoorbereiding

Duur van de les 45 min.Duur van de les 45 min.Duur van de les 45 min.Duur van de les 45 min.

PTH – Groningen

1.1 Lesopdracht Aan de orde kan komen: onderwerp, globale omschrijving van de

stof, methode, werkwijze, grootte van de klas.

Leerlingen gaan een draaiwerkstuk maken. Aan de hand van het meewerkformulier wordt uitgelegd wat de bedoeling is. De leerlingen moeten het gereedschap op de draaibank goed kunnen instellen. Met dit lesmateriaal moet duidelijk worden welke handelingen nodig zijn om een draaibeitel op centerhoogte te stellen .

1.2 Doelstellingen Concreet (in waarneembaar leerlinggedrag, b.v. opschrijven,

noemen, uitrekenen, tekenen, etc.) Beheersingsniveau’s (let op juist gebruik van werkwoorden: weten, inzien, toepassen, integreren)

Concreet: Leerlingen moeten de stappen op het meewerkformulier bestuderen. Ze moeten de docent de theorie duidelijk kunnen uitleggen voor ze aan de opdracht beginnen.

Beheersingsniveau: De leerlingen hebben al enige praktische en theoretische kennis van een draaibank. Ze weten de draaibank al te bedienen. Door de informatie op het meewerkformulier is duidelijker te zien hoe ze de handelingen moeten verrichten. Ze kunnen de theorie op het meewerkformulier toepassen op hun praktijk oefening.

1.3 Beginsituatie Klas, niveau, aantal leerlingen, apparatuur, etc.

Voorkennis/vaardigheden/houdingen

De groep (klas) kan bij de uitleg uit ± 20 personen bestaan. We gaan ervan uit dat de leerlingen voldoende voorkennis hebben om de theorie van de draaibank door te nemen op het meewerkformulier. Uiteindelijk kunnen 5 leerlingen de opdracht uitvoeren i.v.m. het aantal draaibanken dat beschikbaar is. Op het meewerkformulier staan de benodigde materialen vermeld die ze nodig zijn. De theoretische kennis van de benodigde gereedschappen zijn ook vermeld zodat ze met een goede start kunnen beginnen.

1.4

Lesfasering

Leeractiviteiten Leerkracht-

activiteiten (zie doelformulering en wat doet de leerling tijdens de les) (Didactische werkvormen)

Introductie: (± 10 min) - onderwerp - lijn van de les - doelen - nut

Vertel wat het onderwerp van de les is door hun het meewerkformulier te tonen en deze kort toe te lichten. Op het meewerkformulier staat in grote lijnen weergegeven wat ze moeten doen. Vertel hun dat het doel van deze opdracht is om het snij- gereedschappen op een goed centerhoogte af te stellen. Anders kan het snijgereedschap niet goed zijn werk doen. Om een optimaal resultaat te bereiken is het nuttig om de informatie eerst even goed door te nemen.

Peilen en niveau leerlingen in schatten.

Verkenning: (± 5 min) Beginsituatie peilen door middel van vragen stellen

De meewerkformulieren worden uitgedeeld en toegelicht. Vraag of de bedoeling van de theorie duidelijk is. En of de kennis die ze al hebben voldoende is om aan de slag te gaan.

Voorkennis en houding toetsen.

Verwerving: (± 15 min) Aanbrengen van kennis en vaardigheden d.m.v. bepaalde didactische werkvormen, b.v. uitleggen, demonstreren, onderwijsleergesprek

Leerlingen moeten door het lezen van de theorie duidelijkheid krijgen over de opdracht. Voordat ze verder kunnen gaan met de praktijk opdracht moeten ze eerst kenbaar maken of de theorie duidelijk is.

Verschillen bij de deelnemers waarnemen.

11

1.5 Werkanalyse Alleen in te vullen bij een praktijkles

WatWatWatWat HoeHoeHoeHoe WaaromWaaromWaaromWaarom

Ze kunnen door middel van de theorie die op het meewerkformulier staat de opdracht uitvoeren in de praktijk.

Op het meewerkformulier staat precies vermeld hoe ze de gereedschappen moeten instellen en moeten behandelen.

Om een goed eind resultaat te krijgen is het belangrijk het gereedschap op het goede centerhoogte te zetten. Hierdoor leren ze efficiënt en goed met de draaibank en het gereedschap om te gaan.

1.6 Beoordelingscriteria Aan welke eisen moet het werkstuk c.q. de uitvoerende handelingen voldoen ?

De opdracht wordt beoordeeld op uitvoering. (controle) Op de bediening en behandeling van de gereedschappen wordt ook toegekeken om te zien of de theorie goed toegepast is.

Verwerking: (± 15 min) Leerlingen gaan oefenen met de verworven kennis en vaardigheden

Met de eventuele antwoorden op hun vragen en de theorie op het meewerkformulier mogen ze vervolgens aan de slag met de praktijk opdracht.

Realiseren en verwerken van de leerstof.

Evaluatie: (± 10 min) Controle of doelen bereikt zijn, eventueel samenvatten van de les en peilen wat de leerlingen er van vonden

-Door opdracht na te bespreken kun je goed peilen of iedereen de opdracht goed begrepen heeft. -Controleren of iedereen het onderwerp over beginsituatie heeft begrepen. (van draaigereedschap) -Samenvatten van de opdrachten om na te gaan of het voor iedereen duidelijk is. -Controleren of de presentatie voldeed aan hun verwachtingen.

Controleren of doel bereikt is. Controleren of tijdschema gehaald is.

12

Begrip Centerhoogte

Stap 1 Pak een ruwbeitel Stap 2 Maak met een poetslap de beitelhouder schoon

Leg de beitel in de beitelhouder en draai de schroeven vast.

.

De beitel vastzetten doe je met een sleutel.

13

Stap 3 Draai de moer boven op het

beitel blok los met een ringsleutel.

Stap 4 Draai het beitelblok naar het center

.

Let op: De beitelpunt mag het

center niet raken Draai de moer weer vast

Stap 5 Draai met het sleuteltje de stelschroef los.

14

Stap 6 Draai met de sleutel het Boutje een klein stukje los.

Stap 7 Draai aan de stelmoer zodat de beitelpunt op centerhoogte komt.

Stap 8 Draai met de sleutel het boutje weer vast

15

Stap 9 Draai met het sleuteltje de stelschroef weer vast.

Stap 10 Draai met de ringsleutel de moer weer los en zet het beitelblok weer terug in zijn beginpositie. Draai de moer weer vast.

16

2e Lesvoorbereiding


PTH – Groningen



Leerlingen gaan een draaiwerkstuk maken. Aan de hand van het meewerkformulier wordt uitgelegd wat de bedoeling is. De leerlingen moeten vervolgens nog eens de vragen, antwoorden en stappen op het meewerk formulier doornemen. Met dit lesmateriaal moet duidelijk worden welke gereedschappen en methodes ze nodig zijn om een werkstuk efficiënt te maken.



Concreet: Leerlingen moeten de stappen op het meewerkformulier bestuderen. En voor hun zelf vragen opschrijven waar ze denken een probleem mee te krijgen. Met die vragen komen ze bij de leraar. Als alle vragen doorgenomen zijn mag de leerling beginnen met zijn werkstuk.

Beheersingsniveau: De leerlingen hebben al enige praktische en theoretische kennis van een draaibank. Ze weten de draaibank al te bedienen. Door de extra informatie op het meewerkformulier is duidelijker in te zien wat en hoe ze het werkstuk moeten maken. Ze kunnen de theorie op het meewerkformulier toepassen op hun praktijk oefening.



De groep (klas) kan uit ± 20 personen bestaan. We gaan ervan uit dat de leerlingen voldoende voorkennis hebben om de theorie van het draaiwerkstuk door te nemen op het meewerkformulier. Op het meewerkformulier staan de benodigde materialen vermeld die ze nodig zijn. De theoretische kennis van de benodigde gereedschappen zijn ook vermeld zodat ze met een goede start kunnen beginnen.

2.4

Lesfasering




Vertel wat het onderwerp van de les is door hun het meewerkformulier te tonen en deze kort toe te lichten. Op het meewerkformulier staat in grote lijnen weergegeven wat ze moeten doen. Vertel hun dat het doel van deze opdracht is om aan te tonen dat je met de juiste materialen en gereedschappen een optimaal resultaat kunt bereiken en dat het nuttig is om de informatie eerst even goed door te nemen.






Leerlingen moeten door het lezen van de theorie vragen noteren en deze bij de leraar voorleggen voordat ze verder kunnen gaan met de praktijk opdracht.


17




Op het meewerkformulier staat precies vermeld hoe ze de machines moeten instellen en hoe ze de gereedschappen moeten behandelen.

Om een goed eind resultaat te bereiken is het van belang het goede toerental te kiezen. Door de juiste gereedschappen te nemen zal de kwaliteit van het werkstuk ook toenemen. Hierdoor leren ze efficiënt met de draaibank en het gereedschap om gaan.


Het werkstuk wordt beoordeeld op maatvoering en oppervlakruwheid. Op de bediening en behandeling van de gereedschappen wordt ook toegekeken om te zien of de theorie goed toegepast is. De factor tijd zal ook een rol spelen immers dit geeft aan of ze efficiënt bezig zijn geweest.


Door het noteren van vragen wordt duidelijk welke kennis ze al bezitten de leraar behandeld die vragen met de leerlingen. Met de antwoorden op hun vragen en de theorie op het meewerkformulier mogen ze vervolgens aan de slag met de praktijk opdracht.



-Door opdracht 4 na te bespreken kun je goed peilen of iedereen het hoofdstuk goed gevolgd heeft. -Controleren of iedereen het onderwerp over beginsituatie in de klas goed begrepen heeft. -Samenvatten van de opdrachten om na te gaan of iedereen het eens is met de antwoorden. -Controleren of de presentatie voldeed aan hun verwachtingen.


18

MeewerkformulierMeewerkformulierMeewerkformulierMeewerkformulier

Werkvolgorde –

Draaioefening

Metaaltechniek

19

Dit is de werkvolgorde van een draaioefening. We maken deze van een aluminium staaf van Ø 25mm.

Het staafje heeft een lengte van 50 mm

Wat heb je nodig?

O Draaimachine O Ruwbeitel O werkstuk O Mesbeitel

Stuklijst

1 1 Draaioefening 3 Aluminium

Ø25 x 50

STUK- NR AANT. BENAMING

MATERIAAL EN/OF

HALFFABRIKAAT

NORMAANDUIDING OF AFMETING

OPMERKING

Je gaat dit onderdeel op de draaibank fabriceren (maken).

Als er bepaalde begrippen of namen niet duidelijk zijn, kun je vragen stellen aan je leraar.

� Stap 1 Haal een stukje aluminium bij het magazijn. De tekening staat hierboven.

Overleg met de leraar of je dit werkstuk alleen op de draaibank mag maken.

20

� Stap 2 Zet het werkstuk in de klauwplaat.

� Stap 3 Stel eerst het toeren tal in.

Voor aluminium met een diameter van 25 mm is dat ongeveer 2000 omw/min

Het werkstuk draait dan in een minuut 2000 keer rond.

� Stap 4 Pak een ruwbeitel uit het gereedschapskastje en zet deze in de beitelhouder. Stel de beitel af op centerhoogte.

Als je het niet meer zo goed weet vraag je de leraar nog eens.

� Stap 5 Pak een mesbeitel uit het gereedschapskastje en zet deze in de beitelhouder. Stel de beitel af op centerhoogte.

� Stap 6 Vlak met de ruwbeitel de voorkant van het werkstuk.

� Stap 7 Zet de beitelhouder met de mesbeitel in het beitelblok. Draai het werkstuk af zoals in draaioefening 2

� Stap 8 Zet de beitel voor het werkstuk. Zet de machine aan en laat de mesbeitel het werkstuk aan de voorkant raken.

Zet de meettrommel van de langsslede op 0

� Stap 9 Zet de mesbeitel met draaiende machine tegen de zijkant van het werkstuk.

Zet de maattrommel van de dwarsslede op 0

Draai altijd eerst de grootste diameters af. � Stap 10 Draai het eerste gedeelte van het werkstuk af. De tekening staat boven aan deze bladzijde.

21

Bij twijfel vraag je de leraar nog eens

� Stap 11 Draai nu de kleine diameter.

De diameter is 12 mm De lengte is 8 mm

� Stap 12 Zorg dat de beitel voor het werkstuk staat Zet de machine aan. Zet de meettrommel op “6 mm”

Dat betekent dat je nu één keer rond hebt gedraaid.

De maattrommel staat in werkelijkheid weer op 0

� Stap 13

Draai de langsslede naar 7,5 mm.

Draai met de dwarsslede de beitel weer naar je toe.

� Stap 14 Herhaal dit net zo lang totdat de diameter 13 mm is.

� Stap 15 Zet de machine stil. Meet de diameter op. Deze moet 12 mm worden. Reken uit hoeveel er nog afgedraaid moet worden.

22

Stel de dwarsslede in.

� Stap 16 Draai nu met de langsslede naar 8 mm. Haal met de dwarsslede de beitel weer naar je toe.

� Stap 17 Draai het werkstuk om en maak het op lengte. Dus eerst afvlakken, opmeten en dan op lengte draaien.

� Stap 18 Zet de machine uit. Controleer het hele werkstuk.

� Stap 19 Verwissel de mesbeitel voor de ruwbeitel.

Breek alle scherpe kantjes.

� Stap 20 Zet je nummer in het werkstuk.

Laat de opdracht beoordelen door je leraar.

23

3e Lesvoorbereiding


PTH – Groningen



Leerlingen gaan een onderdeel demonteren. Aan de hand van het meewerkformulier wordt uitgelegd wat de bedoeling is. De leerlingen moeten de stappen op het meewerk formulier doornemen. Met dit lesmateriaal moet duidelijk worden op welke manier ze de gereedschappen moeten hanteren.



Concreet: Leerlingen moeten de stappen op het meewerkformulier bestuderen. En voor hun zelf bedenken wat ze een probleem vinden. Met die vragen komen ze bij de leraar. Als alle moeilijkheden doorgenomen zijn mag de leerling beginnen met zijn opdracht.

Beheersingsniveau: De leerlingen hebben al enige praktische en theoretische kennis van een motor. Ze weten de gereedschappen te herkennen. Door de extra informatie op het meewerkformulier is duidelijker in te zien wat en hoe ze het onderdeel moeten demonteren. Ze kunnen aan de hand van de theorie en de afbeeldingen de oefening in de praktijk toepassen.



De uitleg kan aan een groep (klas) van ± 20 personen gegeven worden. Uiteindelijk zal de opdracht per leerling moeten worden uitgevoerd. We gaan ervan uit dat de leerlingen voldoende voorkennis hebben om de in de theorie toegepaste materialen te herkennen en die in het magazijn op te zoeken. Op het meewerkformulier staan de benodigde materialen vermeld die ze nodig zijn. De theoretische kennis van de benodigde gereedschappen zijn ook vermeld zodat ze met een goede start kunnen beginnen.

3.4

Lesfasering




Vertel wat het onderwerp van de les is door hun het meewerkformulier te tonen en deze kort toe te lichten. Op het meewerkformulier staat in grote lijnen weergegeven wat ze moeten doen. De afbeeldingen (foto’s) geven extra duidelijkheid. Vertel hun dat het doel van deze opdracht is om aan te tonen dat je met de juiste gereedschappen snel iets kunt uitvoeren. Het is nuttig om de informatie eerst even goed door te nemen.





24




Op het meewerkformulier staat precies vermeld hoe ze de gereedschappen en de materialen moeten gebruiken.

Om een goed eind resultaat te bereiken is het van belang de gereedschappen goed te gebruiken. Hierdoor leren ze efficiënt om te gaan met het gereedschap.


Het werkstuk wordt beoordeeld op uitvoering. Op de bediening en behandeling van de gereedschappen wordt toegekeken om te zien of de theorie goed toegepast is. De factor tijd zal ook een rol spelen immers dit geeft aan of ze efficiënt bezig zijn geweest. Als ze met deze opdracht klaar zijn wordt deze afgetekend en wordt de opdracht meegenomen in het aantal opdrachten dat ze in die periode afmoeten hebben.


Leerlingen moeten door het lezen van de theorie mij duidelijk maken of de lesstof duidelijk is. Ik zal de leerling vragen de gereedschappen op te zoeken.



Door het behandelen van vragen wordt duidelijk welke kennis ze al bezitten de leraar behandeld die vragen met de leerlingen. Met de antwoorden op hun vragen en de theorie op het meewerkformulier mogen ze vervolgens aan de slag met de praktijk opdracht.



-Door bij de leerlingen toe te zien kun je goed peilen of iedereen de opdracht goed doorgenomen heeft. -Samenvatten van de opdrachten om na te gaan of iedereen het goed begrepen heeft. -Controleren of de opdracht voldeed aan hun verwachtingen.


25

Klep demontage

Deze lesstof gaat over het demonteren van een klep uit een cilinderkop van een motor.

Om de klep te kunnen demonteren moeten eerst de tuimelaars verwijderd worden. Op de foto’s links zie je deze in gemonteerde toestand.

Op de foto links zie je de tuimelaars Gedemonteerd.

Foto rechts is wat gedemonteerd moet worden met van links naar rechts de klepspieën, klepschotel, klepveer en de klep zelf. Om de klep te kunnen demonteren is speciaal gereedschap nodig. Op de foto rechts zie je deze met de te demonteren delen. Om de klep te kunnen demonteren plaats je het gereedschap over de klep en de klepschotel. Daarna draai je de schroefspindel aan om de klepveer in te drukken. Zo kun je de klepspieën verwijderen. Vervolgens draai je de spindel terug om de klepschotel te verwijder daarna kun je de klep uit de cilinderkop nemen. Zie de 3 foto’s hieronder.

26

Leervraag 3:Leervraag 3:Leervraag 3:Leervraag 3: Registreren van resultaten van leerlingen. Registreren van resultaten van leerlingen. Registreren van resultaten van leerlingen. Registreren van resultaten van leerlingen.

Tijdens mijn periode op school heb ik met verschillende manieren van resultaten registraties te maken gehad.

Metaal afdeling:Metaal afdeling:Metaal afdeling:Metaal afdeling: Deze afdeling werkt met modules de cijfers worden verzameld vanaf het moment dat ze in de 3e klas komen. Ze moeten aan het einde van de 4e klas 8 modules afhebben. (per jaar 4) Deze modules bestaan uit zowel theorie als praktijk oefeningen.

De theorie oefeningen kunnen ze doen in het theorie gedeelte dat in het praktijk lokaal aanwezig is. De leerstof hiervoor staat in de bijbehorende theorieboeken die in het praktijk lokaal aanwezig zijn. (8 boeken voor iedere moduul 1). De leerlingen moeten dan inloggen op de computer om de bijbehorende opdrachten te maken. De cijfers hiervan worden verzameld in een centrale computer die alleen voor docenten toegankelijk is. Als er iets verkeerd gaat tijdens het maken van de opdrachten op de computer dan kan de leerling dit kenbaar maken aan de leraar. Die kan dan bekijken of het terecht is of niet. Dit kan dan door de docent gecorrigeerd worden in de hoofdcomputer.

Iedere praktijk module is een groot werkstuk waarin +/- 6 kleinere opdrachten verwerkt zitten. Deze kleinere opdrachten bestaan uit verschillende bewerkingen van metalen of andere materialen zoals kunstoffen. Bewerkingen kunnen zijn: draaien, frezen, lassen, solderen. Andere opdrachten hebben te maken met pneumatiek (luchtdruk systemen), schoonmaak en verschillende de- en montage opdrachten. Deze moeten dan beoordeeld worden als de leerling met 1 van de handelingen klaar is. Cijfers voor de praktijk moeten de leerling in de 3e klas eerst zelf beoordelen. Aan de hand van een nakijkformulier die in de boeken staan die verplicht door de leerlingen moeten worden aangeschaft kunnen ze eerst hun eigen kunnen beoordelen. De 2e rij op dit formulier is voor de docent. De cijfers voor praktijk worden in het zelfde computer programma ingevoerd als de theorie opdrachten.

De cijfers voor iedere praktijkperiode wordt dan als volgt samen gestel: Praktijk telt 2x en theorie 1x het gemiddelde hiervan is dan het cijfer voor een periode.

Voor de metaal opdrachten heb ik altijd de cijfers voor mijn leerlingen van de 4e klas moeten verwerken. Ik heb me op de hoogte gesteld hoe ik toegang en omgang kreeg tot en met deze gegevens. Motorvoertuigen afdelingMotorvoertuigen afdelingMotorvoertuigen afdelingMotorvoertuigen afdeling:::: Deze afdeling werkt met een aantal praktijk opdrachten die de leerlingen af moeten hebben. Dit aantal is of wordt bepaald naar de gemiddelde inzet van de klas. Dit was in mijn geval voor de 3e klas leerlingen 70 kleine opdrachten die met autotechnieken te maken hadden. Deze opdrachten kunnen zowel theoretisch als praktisch zijn en hebben te maken met: elektro, motoren, pneumatiek en voertuigentechniek.

27

Als er 70 opdrachten klaar zijn heb je een 6 iedere opdracht meer of minder wordt verrekkend met 0,1 punt. Gezien de korte periode dat ik op deze afdeling werk heb ik me alleen bezig gehouden met het afvinken en invoeren van cijfers in een eenvoudig goed werkend exel bestand. Wiskunde:Wiskunde:Wiskunde:Wiskunde: De 4e klas die ik voor wiskunde had moest ik nog 2 proefwerken afnemen. Eigenlijk moesten dit er nog meer zijn maar gezien het moeizame jaar met wiskunde docenten ben ik met de directeur overeen gekomen dat het beter was om met de leerlingen herhalings stof te gaan oefenen en door te nemen. De cijfers moesten worden ingevuld in een systeem dat door de hele school gehanteerd word genoemd MY@VO. Als docent krijg je hier een inlogcode voor. Als je dan hebt ingelogd kun je zien welke vakken je geeft en wat de leerlingen tot dan toe hebben gepresteerd. Als er een cijfer mist dan moet de bewuste leerling dit proefwerk nog maken. Het computer systeem is zo geprogrammeerd dat hij voor iedere periode het gemiddelde cijfer berekend. Als een leerling dan bijvoorbeeld geen proefwerk heeft ingehaald zal zijn gemiddelde zeer slecht zijn ondanks dat zijn reeds behaalde cijfers voldoende zijn. Door mijn verzoek om de laatste proefwerken te laten vervallen met het oog op de aankomende examens moest dit programma worden aangepast. ExamensExamensExamensExamens:::: Elk jaar verzameld Cito afnamegegevens van de examens. Mede op basis van die gegevens bepaalt CEVO de definitieve normering. Dit verzamelen en via internet opsturen naar Cito gebeurt met het computerprogramma WOLF. Als docent heeft het werken met WOLF het voordeel dat de in WOLF ingevoerde gegevens ook een scoreoverzicht opleveren dat geschikt is om naar de 2e corrector te sturen. Het uitgangspunt is 1x invoeren voor zowel het eigen gebruik als voor het gebruik door Cito en CEVO. Als je de scores in dit internetprogramma invoert dan kun je de groeps gegevens vergelijken met het landelijk gemiddelde. Voor de 15 4e klas leerlingen die ik wiskunde heb gegeven heb ik (verplicht) gebruik moeten maken van dit programma. Het score overzicht van de leerlingen moet je dan 3x uitprinten 1x voor 2e corrector, 1x voor school en 1x voor jezelf. Ik heb zelf ook examens nagekeken als 2e corrector. Scoreverschillen moet je dan bespreken met de docent van de andere school en als je het bent overeen gekomen de correcties invullen met potlood op de meegestuurde scorelijst.

28

LeeLeeLeeLeervraag 4rvraag 4rvraag 4rvraag 4:::: Samenwerken en actief zijn in de organisatie.Samenwerken en actief zijn in de organisatie.Samenwerken en actief zijn in de organisatie.Samenwerken en actief zijn in de organisatie. Tijdens mijn werkzaam heden op het Esdal college zijn er verschillende activiteiten geweest waar ik mijn steentje aan heb bij gedragen. De activiteiten waaraan ik heb deelgenomen zijn: 2x stage bezoeken van leerlingen, 3 open dagen en 2 excursies.

SSSStagetagetagetage 1111eeee keer op 14 & 15november 2006 stage leerlingen bezoeken voor de 4e klas metaal afdeling. Door de werkzaamheden en het rooster dat er toen was zagen de 2 ander praktijk docenten nauwelijks kans om de leerlingen te bezoeken. Omdat ik de leerlingen geen les gaf kon ik tijd vrij maken om de leerlingen te bezoeken. De leerlingen moesten 2 weken stage lopen. Om te kijken over geen problemen waren op de werkvloer heb ik 14 van de 19 leerlingen in de 2e week van hun stage bezocht.

2222eeee keer op 11 juni 2007 stage leerlingen bezoeken voor de 3e klas autotechniek afdeling. Dit waren in totaal 38 leerlingen die ik niet allen kon bezoeken. De afdeling had nu beschikking over 3 leerkrachten omdat de 4e klassen de examens al achter de rug hadden. Hier had ik de zelfde opdracht als bij de metaal groep nl. kijken of alles naar wens verliep.

OOOOpendagpendagpendagpendagenenenen De 1111eeee opendag op 13 februari 2007 heb ik meegeholpen op de metaal afdeling. Hiervoor hebben we alle werkstukken klaar gezet die op de metaal afdeling gemaakt worden. Als de geïnteresseerden een kijkje kwamen nemen heb ik ze voorlichting gegeven over de afdeling en waneer mogelijk demonstraties gegeven.

De 2222eeee opendag op 25 april 2007 heb ik meegeholpen op de metaal & motorvoertuigen afdeling. Heb op beide afdelingen geholpen om materialen voor demonstraties klaar te zetten. Door afwezigheid van een docent op de metaal afdeling heeft die afdeling mij gevraagd om hen te helpen. Op de motorvoertuigen waren voldoende docenten aanwezig zodat dit geen probleem op leverde. Het doel van deze dag was om nieuwe instroom voor 3e klas leerlingen eens te laten proeven aan verschillende vakrichtingen op het Esdal College. Heb deze leerling begeleid met het maken van eenvoudige werkstukjes en het bedienen van machines voor eenvoudige bewerkingen. Tevens moest ik er op toezien dat er geen gevaarlijke situaties ontstaan bij de machines. Als het weer wat rustiger werd op de metaal afdeling dan ging ik weer terug naar de motorvoertuigen afdeling. Ik zou voor mijn collega een observatie verslag maken en daarvoor was ik wel observatie gegevens nodig.

Dit verslag zal ik als bijlage toevoegen aan het einde van deze opdracht. In dit verslag is te lezen wat er zoal op deze dag heeft afgespeeld en voegt op deze manier extra informatie toe. En geeft ook mijn bereidheid aan tot het helpen van collega’s.

De 3333eeee opendag op 4 & 5 juni 2007 was een doedag voor leerlingen van de basis scholen uit Emmen en omstreken. Op deze dag heb ik meegeholpen klassen rond te leiden over verschillende afdelingen binnen het Esdal college Het doel van deze dag was om leerlingen op een afdeling 18 minuten lang kennis te laten maken met een vakrichting. Op het Esdal College zijn er meerdere afdelingen en op deze manier konden de leerlingen een leuke

29

indruk krijgen van alle afdelingen die er zijn. We hadden deze dagen een morgen en een middag programma. Zodat er meerdere scholen rondgeleid konden worden.

EEEExcursiesxcursiesxcursiesxcursies Deze excursies waren op 24 & 25 januari 2007. Tijdens deze dagen ben ik meegegaan om groepen leerlingen te begeleiden. De organisatie eiste dat er minimaal 2 personen meekwamen om op de leerlingen te letten. Deze excursie vond plaats bij businesspark EMMTEC industries. Om toegang te krijgen tot dit industrie park moest er eerst een kleine veiligheids cursus gevolgd worden. Het bedrijf liet ons een filmpje zien met veiligheids regels. Vervolgens kreeg je een formulier waarop je vragen moest beantwoorden. De antwoorden op deze vragen waren onderwerp van dit filmpje. Op het industrie terrein zijn verschillende grote bedrijven gevestigd. De bedrijven die wij hebben bezichtigd waren een waterzuiverings bedrijf en een bedrijf die glasvezels maakt in combinatie met 1 die het verwerkte. (Diolen Industrial Fibers en Teijin Twaron) De excursies zijn goed verlopen het bood de leerlingen zoveel informatie dat er geen aanleiding was om kattenkwaad uit te halen. Voor info www.emmtec.nl

30

Observatie verslagObservatie verslagObservatie verslagObservatie verslag (door Erik Postema)

Stageschool: Esdal College Emmen Weerdingerstraat

Student : Henri Venema

Situatie:Situatie:Situatie:Situatie: De situatie voor dit observatieverslag is een opendag voor instroom van nieuwe 3e klas leerlingen op woensdag 25 april 2007. De opendag was bedoeld voor school locaties in en rondom Emmen en werd verzorgd door Henri Venema.

Doel van de dag:Doel van de dag:Doel van de dag:Doel van de dag: Het doel van deze dag was om nieuwe instroom voor 3e klas leerlingen eens te laten proeven aan verschillende vakrichtingen op het Esdal College waaronder o.a. ook motorvoertuigen waarvan Henri Venema één van de docenten is.

Voorbereiding:Voorbereiding:Voorbereiding:Voorbereiding: Om een goede voorbereiding te kunnen maken voor de open dag. Moest Henri een begin situatie inschatten waarmee hij een goed lesplan kon maken om de nieuwe leerlingen enthousiast te krijgen. De ervaring die Henri al heeft met wat de jeugd zoal bezig houdt op het gebied van auto’s had hij al snel een leuk lesdoel voor ogen. Nadat de potentiële leerlingen zich in het praktijk lokaal hebben verzameld wil Henri uitleggen wat de bedoeling van de open dag is en in welk tijdsbestek alles gaat plaatsvinden. Hij heeft o.a. lesmaterialen verzorgd en klaar gelegd om de leerlingen te laten zien hoe en op welke manier er les gegeven gaat worden. Bij het gebruiken van de media wil Henri een educatie film van de auto fabrikant Ford tonen. In deze Film kun je o.a. zien:

- Uit welke componenten de motor bestaat. - Wat de samenhang van deze componenten zijn. - Hoe deze componenten worden samengevoegd tot een motorblok. - Hoe het motorblok met al zijn onderdelen functioneert.

Als de film geweest is moet er nog een ronde gemaakt worden bij de demonstratie motoren die gebruikt worden tijdens de praktijklessen. Tot slot zou er nog iets te drinken worden aangeboden en moet er ruimte zijn tot het beantwoorden van eventuele vragen van de toekomstige 3e klas leerlingen.

De introductie: De introductie: De introductie: De introductie: De nieuwe instroom 3e klas leerlingen hebben zich verzameld in het praktijk lokaal. Henri heet de leerlingen welkom en vraagt of ze zich willen verzamelen bij de tafels die midden in het praktijk lokaal staan. Hij vraagt ze tussentijds wat hun belangstelling is en of ze enige kennis en of verbintenis hebben met de autobranche. Als de groep uit ± 8 personen bestaat begint Henri zijn introductie. Hij verwelkomt de leerlingen op een leuke manier om ze op hun gemak te stellen. Henri legt duidelijk uit wat de bedoeling is en wat er zich binnen een bepaald tijdsbestek gaat afspelen. Dit tijdschema hanteert Henri goed omdat er zich later op de open dag ook nog andere activiteiten gaan afspelen.

31

Leerstof:Leerstof:Leerstof:Leerstof: Door Henri zijn goede en concrete praktijkervaring kan hij de lesstof duidelijk en helder overbrengen. Hij laat de leerlingen op een speelse manier zelf de lesstof nog eens herhalen en vraagt ze ook om de uitleg op hun eigen manier duidelijk te maken zodat de andere leerlingen hierin mee gaan. Zo motiveert Henri de leerlingen om goed mee te doen en mee te denken. Een belangrijk onderdeel voor de motorvoertuigen techniek is ook de veiligheid. Ook dit onderdeel wordt door Henri niet vergeten dit wordt nog eens extra onder de aandacht gebracht door een aantal incidenten uit de praktijk. Tot slot van dit onderwerp verteld Henri dat iedereen zich goed aan de veiligheids eisen dient te houden dit ten behoeve van hun eigen veiligheid.

InteraInteraInteraInteractie:ctie:ctie:ctie: Tijdens de uitleg heeft Henri goed oogcontact met de nieuwe groep leerlingen. Hierdoor wekt hij interesse bij de eventuele nieuwe leerlingen. Om de beginsituatie en de voorkennis van de leerlingen goed in te schatten vraagt Henri regelmatig of ze de besproken materie duidelijk begrepen hebben. Op deze manier spoort hij de leerlingen aan tot het stellen van vragen. Wanneer mogelijk vraagt hij andere leerlingen ook of die het antwoord weten.

Media en leermiddelen:Media en leermiddelen:Media en leermiddelen:Media en leermiddelen: Als alle vraagtekens zijn opgelost vraagt Henri of er behoefte is voor de educatieve film waarvoor hij zelf heeft gezorgd. Als deze film is gestart wordt deze met duidelijke en heldere taal van commentaar voorzien. Op deze manier laat Henri zien dat hij de materie goed beheerst. Als de film ten einde is stelt Henri enige vragen aan de groep om vast te stellen of alles duidelijk is geweest. Om na te gaan of dit echt het geval is stelt Henri zelf nog een aantal vragen aan de groep. Op het moment dat er toch nog onduidelijkheden zijn verduidelijkt Henri die door voorbeelden te tonen die in het praktijk lokaal aanwezig zijn. Als laatste onderdeel van de open dag geeft Henri nog een demonstratie met motoren die voor de praktijk lessen gebruikt worden. Hij laat dan ook de verschillen in motoren zien. Om aan te tonen dat de motoren ook het ook daadwerkelijk doen zoekt Henri de personen in de groep uit die in staat zijn een auto motor te starten.

Afsluiting/conclusie:Afsluiting/conclusie:Afsluiting/conclusie:Afsluiting/conclusie: De open dag is voor de motorvoertuigen succesvol verlopen. Voor de leerlingen en een aantal ouders die aanwezig waren is alles duidelijk en positief verlopen. Henri zijn inzet is voor deze dag zeker van groot belang geweest temeer omdat andere docenten op de plotseling georganiseerde open dag helaas verhinderd waren. Henri komt op een rustige en soms een beetje verlegen manier over. Ik vind hem op deze manier zeer menselijk over komen iets dat hem zeker siert. Ik vind Henri daarom ook een loyaal en integer persoon. Verslag geschreven door:Verslag geschreven door:Verslag geschreven door:Verslag geschreven door: Erik Postema collega Esdal College Emmen d.d. 06-05-2007

32

Leervraag 5Leervraag 5Leervraag 5Leervraag 5:::: Ontwerp en vernieuwen van leeractiviteiten.Ontwerp en vernieuwen van leeractiviteiten.Ontwerp en vernieuwen van leeractiviteiten.Ontwerp en vernieuwen van leeractiviteiten.

Mijn vakmanschap en ervaringen in de metaal hebben in de klassen 4 Basis en Kader tot goede resultaten geleid. De vernieuwde opdracht die ik gemaakt heb voor de leerlingen die een stap verder wilden, is voor veel leerlingen een stimulans geweest om zich nog eens goed in te zetten voor de metaalopleiding. De leerlingen konden met deze oefening op een leuke manier ervaren wat de mogelijkheden zijn als je verder wilt in de metaal. Het betreft hier het vervaardigen van speciale wielen voor een shovel. Dit was een bestaande opdracht voor de laatste module van de metaal opleiding. De oorspronkelijke opdracht was om de wielen van PVC (kunststof) te maken met een massief uiterlijk.

Het gene dat ik veranderd heb aan de opdracht is, dat de leerlingen de wielen van aluminium moesten maken en de wielen van een speciale contour moesten voorzien om de wielen echter te laten lijken. Door aluminium als basismateriaal te gebruiken heb je meer en makkelijke bewerkings mogelijkheden. PVC heeft de eigenschap snel te vervormen als je het extreem wilt bewerken waardoor het eindresultaat niet mooi zal worden. Aluminium is een solider materiaal en dus beter geschikt voor mijn opdracht.

Om deze opdracht tot een goed resultaat te brengen heb ik in mijn werkplaats thuis de voorbereidingen getroffen. Dit betrof het maken van voorbeelden, hulpgereedschappen enzovoort. De benodigde speciale gereedschappen zoals een verdeeltoestel met toebehoren e.d. heb ik toen tijdelijk privé uitgeleend aan de school, deze gereedschappen waren in school niet aanwezig.

Als voorbeeld heb ik 1 wiel gemaakt die door de leerlingen eenvoudig na te maken is en ik heb 1 extreem voorbeeld gemaakt. Bij dit voorbeeld moet je een goede werkvolgorde kunnen hanteren om deze contour te maken. Dit zou voor de leerlingen echter te veel tijd gekost hebben en het risico van fouten maken hierbij is te groot. Maar dit voorbeeld zet leerlingen wel aan tot denken.

Bij deze opdracht heb ik geen tekeningen of iets dergelijks gemaakt. De enige houvast die de leerlingen hadden waren mijn voorbeelden. De maatvoeringen moesten ze met meetgereedschap overnemen hetgeen dat voor hun een mooie leeractiviteit is. Ze mochten ook mijn ontwerp naar eigen inzicht veranderen maar dit moesten ze eerst met mij behandelen i.v.m. de haalbaarheid van het ontwerp binnen de beschikbare tijd. Aan de hand van foto materiaal zal ik deze opdracht duidelijk maken.

33

Voorbereidingen in de werkplaats bij mij thuis. (links en rechts boven + links onder)

Extreem voorbeeld links voorbeeld voor leerlingen rechts

Leerling met laatste bewerking op de draaibank. (foto boven)

Leerling bezig met boor en freeswerk. (foto links en rechts boven)

34

Laatste controle door mij en de leerling. (foto rechts)

Het einde resultaat van het mooiste ontwerp onder de leerlingen. Foto,s gemaakt door (trotse) adjunct directeur (dhr. H. Eerenstein)

35

Beoordelings verslag geschreven door werkplek begeleider. Beoordelingsverslag, mei 2007. Beoordelaar: Albert Jan Kort Functie: teamleider. Beoordeelde: Erik Postema. Onderwijs instelling; Esdal College. Aard: VMBO. Openbaar onderwijs. Plaats: Emmen. Lokatie: Weerdingerstraat. Dit verslag is een weergave van lesobservatie gemaakt tijdens praktijk- en theorielessen mechanische- en voertuigentechnieken. Ook vond de observatie plaats tijdens de lessen wiskunde. Erik heeft deze lessen aan 3e en 4e klassen gegeven. De beoordeling beslaat, op aanreiking van Fontys de opleidende school, 7 competenties. Deze competenties zijn als leidraad gehanteerd bij het tot stand komen van dit verslag. Deze competenties zullen conform het door Fontys verstrekte informatie materiaal waarin deze zijn weergegeven worden behandeld.

1. Het interpersoonlijk competent. In het begin was het voor Erik vanzelfsprekend wennen aan het lesgebeuren en al zijn facetten.Het dient echter te worden gezegd dat hij de plankenkoorts zeer snel meester is geworden! Erik is tijdens zijn lessen en daarbij maakte het niet uit of het nu een praktijk- of theorieles betrof. Hij communiceert, met leerlingen als groep en als individu op voldoende wijze. Hij beheerst en hanteert de vaardigheden, is enthousiast en maakt gemakkelijk contact. Hij observeert en kan gedrag interpreteren zoals in de gedragsindicatoren A1.1 t/m A1.7 is omschreven. 2. Het pedagogisch competent. Erik handelt in en met zijn omgeving op basis van wederzijds respect waarbij hij zijn leidende positie niet uit het oog verliest. Hij laat leerlingen in hun waarde schept vertrouwen en daagt ze uit om in interactie met elkaar en de leerkracht te gaan. Draagt daarbij zorg om zijn normen en waarden en die van anderen in onze samenleving in voldoende mate aandacht en zorg hebben. Hij inspireert en motiveert leerlingen door zijn eigen enthousiasme. Hij heeft hierbij in voldoende mate met de onderlinge verschillen tussen individuen en de daarbij heersende sociale klimaat binnen de groep. 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent. Erik gebruikt veel voorbeelden bij de leeractiviteiten. Hij gebruikt veel door hem zelf gekozen en min of meer ontworpen leeractiviteiten, dit zowel individueel als inde groep. Hij maakt hierbij tevens in ruime mate gebruik van de ter beschikking staan leermiddelen. Opgemerkt hierbij dient te worden dat Erik, indien hij deze nodig acht, zelf zorg draagt leermiddelen aan te dragen die in eerste instantie niet direct voor handen zijn of waren. Hij ordent de leerstof hierbij in voldoende mate voor en tijdens de lessen. Is daarbij goed op de hoogte van de aanwezige voorkennis en kent door getoonde interesse de

belevingswereld van de leerlingen. De gehanteerde werkvormen zijn hierop afgestemd. Leerlingen zijn onder zijn begeleiding instaat om zowel samen als individueel in voldoende mate zelfstandig binnen het leerproces aan de slag. Dit wordt vervolgens goed geëvalueerd en waarnodig opnieuw behandeld.Hij verliest de verschillen in de beginsituatie hierbij niet uit het oog 3. Vervolg. Tijdens de observatie is duidelijk gebleken dat Erik wat betreft zijn vakkennis reeds in ruim voldoende mate bekwaam is. Dit geldt voor wat betreft het praktische en het

36

theoretische gedeelte. Zijn pedagogische kwaliteiten waarover hij reeds beschikt zijn hierbij een waardevolle aanvulling gebleken. Hij is goed in staat gebleken een en ander te evalueren en kan de gebruikte didactische werkvormen goed verwoorden. 4. Het organisatorisch competent. Erik bereidt zijn lessen in voldoende mate voor zowel op schrift als met betrekking tot de andere noodzakelijke leermiddelen. Hij hanteert de noodzakelijke regels en houdt zich goed aan afspraken. Hij is duidelijk in woord en geschrift en leerlingen weten wat ze van hem kunnen verwachten. Hij deelt de beschikbare tijd goed en efficiënt in. Plant eigen en leerlingen werk op goede wijze. Hierbij viel op dat hij zijn eigen stijl blijft hanteren. 5. Samenwerking competent met collega’s. Erik is heel goed instaat gebleken zijn collega’s te benaderen bij het organiseren en voorbereiden van zijn lessen. Hij is zeer bereidt willig om, ook spontaan, de helpende om hand te bieden. Het maakt hierbij niet uit of het om collega’s of om leerlingen gaat. Hij schroomt niet hierbij grenzen aan te geven. Maakt noodzakelijke afspraken en houdt zich hieraan. Indien anderen afspraken niet na komen spreekt Erik diegene daarop aan. 6. Samenwerking competent met de omgeving. Erik houdt voortgang en evaluatie gesprekken en legt ze, waarnodig, in verslagen vast. Hij brengt zich goed op de hoogte van achtergronden van deelnemers en gebruikt deze waarnodig. Het is ook gebleken dat Erik op deze wijze in staat is deze gegevens in voldoende mate te kunnen interpreteren en toe te passen als dit nodig en / of wenselijk blijkt te zijn. 7. Reflectie en ontwikkeling competent. Erik is goed in staat gebleken zijn eigen competenties op de juiste wijze in te schatten. Hij is niet angstig om zijn eigen kunnen en kennen te gen het licht te houden en hierin noodzakelijke veranderingen door te voeren. Dit al of niet in reflectie met zijn omgeving. Hij is hierbij voldoende kritisch naar zichzelf. Verliest hierbij zijn eigen visie niet uit het oog. Hij bewaakt de vorderingen hieromtrent volgens een duidelijke tijd -en beleidslijn. Als er zich hierbij onverwachte situaties voordeden is hij daar op zeer adequate wijze mee omgesprongen. Blijft hierbij de nodige rust bewaren, reageert alert, bedenkt waar nodig alternatieven. Houdt daarbij in ruime mate rekening met de mening, visie en inbreng van anderen, zowel van leerlingen als collega’s. Hij is goed instaat gebleken ontwikkelingen op juiste wijze in te kunnen schatten. Erik kan dit goed verwoorden en is daarbij voldoende assertief. Hij heeft heel duidelijk gekozen voor het docentenschap en is zich zeer bewust van de daarmee gepaard gaande verantwoordelijkheden. Hij heeft goed oog voor het beroepsperspectief zowel in de richting van het onderwijs al of niet in combinatie met het bedrijfsleven. Noot: aangezien ik door Erik benadert ben als raadgever alvorens hij zijn keuze om voor dit beroep te kiezen heeft gemaakt ben ik onder de indruk over datgene wat hij tot nu toe heeft laten zien. Ik ben er dan ook van overtuigd geraakt dat hij een grote aanwinst is voor (beroeps) onderwijsland. Albert Jan kort.

Gegevens student en stage school. -...

Documents

Transcript of Gegevens student en stage school. -...