Elektrokick
description
Transcript of Elektrokick
www.stroomopwaarts.be
© Stroom-Opwaarts 2010Concept en realisatie: Link Inc, www.linkinc.be© Illustraties: Sam De BuysscherGrafische vormgeving: Zeppo, www.zeppo.beISBN 9789081398206 NUR 231, 257
Stroom-Opwaarts is een campagne van Vormelek op initiatief van zijn sociale partners om jongeren de weg te laten vinden naar de elektrotechnische sector.
Verantwoordelijke uitgever: Hilde De Wandeler, vzw Vormelek, Marlylaan 15, 1120 Brussel
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Je hebt Elektrokick te pakken gekregen,
het geweldige elektrodoeboek voor elke jongere
tussen 9 en 14 die elektriciteit de màx vindt.
1
Elektrokick trakteert jou op toffe proefjes waar je heel wat van opsteekt
op mega-interessante info en keileuke weetjes over
alles wat met elektriciteit te maken heeft
Met Elektrokick doe je waar JIJ zin in hebt lees het van voren naar achteren of van achteren naar
voren
kijk alleen naar de prentjes, als je dat het fijnste vindt
doe de proefjes en anders niks
bekijk alleen de pagina’s waar iets roods op staat
draai de bladzijde om, altijd als je het woordje ‘moeten’
tegenkomt
...
Kortom, Elektrokick is een boek om in te grasduinen, om te
verslinden, om van te genieten en om plezier mee te maken.
2
Maxim lisa
Op jouw boeiende ontdekkingstocht tussen elektronen,
kerstboomlichtjes en ‘elektrische’ kippenmest krijg je het gezelschap
van het driekoppige elektroteam, Maxim, Lisa en Arthur.
3
Maxim, Lisa en Arthur
gaan samen met jou aan
het experimenteren
ontrafelen voor jou de
geheimen achter elektri-
citeit
stellen je voor aan coole
vrouwen en mannen die
van elektriciteit hun vak
gemaakt hebben
trekken speciaal voor
jou in hun tijdscapsule
naar het verleden op
zoek naar ontdekkingen
en uitvindingen
...
Waarschuwing!Lach nooit met Maxim. Hij bedoelt het écht goed.
lisa arthur
Kan een ballon licht maken ?
Ja! Dan moet die wel elektrisch
geladen zijn en contact ma-
ken met een andere geladen
ballon. Ga mee op ontdek-
kingsreis in de boeiende we-
reld van de statische elektri-
citeit en je zult het helemaal
begrijpen.
4
Tuurlijk niet, Maxim. Die zijn piepklein. Zo’n
duizend miljard elektronen op een rijtje zijn nog
korter dan de breedte van een speldenkop.
10 quadriljard* elektronen wegen samen 1 gram.
Al eens meegemaakt? Je raakt een auto aan en – au! – een schok. Of je kamt je haren en
plotseling staan die steil overeind. Dat zijn twee voorbeeldjes van statische elektriciteit.
Wat voor iets is dat nou? Wel, je haren, de kam en de auto bevatten atomen. Die bestaan
uit een kern waarrond energiedeeltjes, elektronen heten die, razendsnel vliegen. Als
twee voorwerpen tegen elkaar wrijven, verhuizen elektronen van het ene naar het andere
voorwerp. We zeggen dan dat ze elektrisch geladen worden. Als ze elektronen kwijt zijn,
hebben ze een positieve lading. Negatief zijn ze geladen als ze er elektronen hebben bij ge-
kregen. Positieve en negatieve
voorwerpen trekken elkaar
aan, gelijke ladingen stoten el-
kaar af. Dat verklaart waarom
je haren van elkaar ‘weglopen’,
en de kam je haren aantrekt.
Elektriciteit zit
zomaar in de natuur
(en dus niet alleen in stopcontacten)
Ik zie geen
elektronen?
* Wist je dat je 27 (!)
nullen nodig hebt
om 1 quadriljard te
schrijven? Voor 1
miljoen, toch ook
al een groot getal,
volstaan 6 nullen ...
5
Voer deze 4 stappen uit
Als de ballon het
waterstraaltje nadert,
loopt het water niet meer
verticaal naar beneden.
Het ‘stroomt’ de kant van
de ballon op en maakt dus
een boogje.
ballon trui of
wollen doek
een waterkraan
Zoek de volgende spullen bijeen:
Laat water bewegen
met een ballon
1 Blaas de ballon op. 2 Wrijf met
de ballon over je trui of over de wollen
doek. 3 Laat de kraan zachtjes lopen.
4 Breng de ballon langzaam naar het
waterstraaltje.
1
2
3
DOE HET ZELF
4
Je hebt de ballon langs je trui of met een
wollen doek opgewreven. Hierdoor is de
ballon statisch geladen. Het water voelt zich
door die lading aangetrokken en stroomt daarom niet
meer recht naar beneden.
6
De technicus bliksembeveiliging
BLIKSEM er hangt
elektriciteit
in de lucht
Donderwolken zitten tjokvol
ijskristallen en waterdrup-
pels, die hevig heen en weer
bewegen. Daardoor ontstaat
wrijving en ontwikkelt zich
statische elektriciteit. Als al
die opgebouwde elektrische
energie vrijkomt, krijg je
bliksem. Meestal volgt er nog
een stevige donderslag.
Grotere gebouwen, zoals bedrijven, fabrieken, ziekenhuizen,
bejaardentehuizen en hotels, worden goed beschermd tegen
blikseminslag. Dat gebeurt onder andere met systemen die de
bliksem te slim af zijn. De technicus bliksembeveiliging weet
perfect hoe hij die moet installeren en afstellen.
Bij onweer ga je snel door de knieën!
Je bent buiten en plotseling steekt
er een onweer op. Wat doe je? Zorg
ervoor dat de bliksem jou niet uit-
kiest als bliksemafleider. In een stad
loop je nauwelijks gevaar, maar in
een open vlakte of op een water-
plas is dat anders. Zoek een veilige
plaats op (dus zeker geen boom!).
Als die er niet is, ga je snel op je
hurken zitten, je legt je armen rond
je knieën, houdt je hoofd omlaag
en vermijdt zoveel mogelijk contact
met de grond.
7
Zin in een uitdaging?Ga na bij welke van je acti-
viteiten op een doorde-
weekse dag elektriciteit
nodig is. Hoe zou je leven
eruitzien zonder elektri-
citeit? Wat kun je blijven
doen, wat moet je anders
aanpakken en wat moet je
helemaal opgeven?
Thales van Milete was een wijze oude Griek
die rond 600 voor Christus leefde. Hij ontdekte
dat een bepaalde steen haren en andere lichte
voorwerpen aantrekt, als hij eerst is opgewreven.
De naam van deze steen: barnsteen, in het Grieks
elektron genoemd.
Vele eeuwen dachten de geleerden dat statische
elektriciteit alleen maar voorkwam bij enkele
steensoorten. Pas in de 16e eeuw groeide het in-
zicht dat bijna alle voorwerpen elektrisch kunnen
worden geladen.
Elektriciteit heeft
haar naam gekregen
van de oude Grieken
Stel je voor dat elektriciteit niet bestondJe maakt je huiswerk bij
kaarslicht. Gezellig. Maar
achteraf lekker ontspan-
nen tv kijken of wat chat-
ten, vergeet het maar. Geen
probleem, denk je, dan ga je
toch gewoon naar de voet-
baltraining. Leuk in de zomer,
maar vervelend in de winter,
wanneer het al vroeg donker
is. Probeer dan maar eens
een goede pas te geven.
– 5 7 65
8
In heel wat schoorstenen hangt een elektrisch geladen draad.
Als de rook door de schoorsteen omhoog stijgt, trekt de draad
de deeltjes naar zich toe, veroorzaakt polarisatie en kan zo
beletten dat ze de buitenlucht vervuilen.
Zin in een lekker potje polarisatie?
Door al dat gekam of gewrijf is de kam negatief geladen.
Wanneer de kam in de buurt komt van de papiersnip-
pers, duwen de negatieve ladingen (kam) de elektronen
(papier) weg. Gevolg: alle positieve
ladingen komen op een hoopje te zitten aan die kant
van het papier die het dichtst bij de kam zit. Het papier
is niét geladen, want de totale lading is niet veranderd.
Wel is er nu een scheiding van ladingen. Die noemen we
polarisatie. Het deel dat positief geladen is, voelt zich nu
onweerstaanbaar aangetrokken door de negatieve kam.
Ik vind polarisa-
tie een heel mooi
woord. Persoonlijk
gebruik ik het een
paar keer per dag.
Een leven zonder
polarisatie zou ik
me niet kunnen
voorstellen.
De fabrieksschoorsteen
schoon houden
Neem een kam, jouw haren (of
een wollen doek als je je kapsel
niet wilt verknoeien) en enkele
kleine stukjes papier.
Laad de kam elektrisch op door
hem door je haar te halen of er
met een wollen doek over te
wrijven. Ga met de kam langs de
stukjes papier.
Als het papier licht genoeg is,
wordt één kant van de snippers
aangetrokken door de kam.
Handig, want zo kun je met de
kam alle stukjes oprapen.
Je hebt net kennisgemaakt met
het verschijnsel polarisatie.
9
De verfspuit maakt gelijkmatig verven poepsimpel
In de verfspuit zit een pien-
ter mechanisme: het op-
pervlak dat je moet verven,
krijgt een elektrische lading
mee, en de verf net de tegen-
overgestelde lading. Positief
en negatief trekken elkaar
aan. Gevolg: de verfdrup-
peltjes worden mooi gelijk
verdeeld.
Lekker stoer, zo’n helm. Maar vooral
superveilig. Elektriciens werken vaak op
werven, dat zijn plekken waar er gebouwen
worden opgetrokken. En net daar komen al wel
eens stenen of andere zware voorwerpen naar
beneden gedonderd. Elektriciens zijn wijze
mensen en nemen geen onnodige risico’s.
Altijd helmpje op dus als ze op een werf aan
de slag gaan.
De veiligheidshelm
AI!
10
Dit kun je gemakkelijk
uittesten. In een donkere
kamer is dit eens zo leuk,
want dan kun je de vonkjes
goed zien.
Tip!
Blader eens terug naar pag. 5 (Elektriciteit zit
zomaar in de natuur) en neem er de uitleg over
de bliksem (pag. 7) nog eens bij. Dan vind je het
antwoord op deze vraag zeker. Zal ik je helpen?
Wel, een ballon die je over je trui wrijft, wordt
opgeladen. Hou die tegen een andere opgeladen
ballon. Dan ontstaan kleine vonkjes.
snap je het nu?
Hoe komt het dat een ballon licht kan maken?
11
Een bananenbatterij, bestaat dat?
Nee! Nogal wiedes dat een bana-
nenbatterij niet bestaat. Zink-,
lood-, cadmium- of kwikbat-
terijen, dié bestaan. En niet te
vergeten, de citroenbatterij.
12
Een flinke scheut chemie
zorgt voor elektriciteit
Elektronen die op stap gaan noemen we elektriciteit.. Wrijving is één manier
om elektronen in beweging te zetten. Chemie is een andere. Een chemische
reactie is niks anders dan stoffen die met elkaar in de clinch gaan. Hun elektro-
nen beginnen rond te toeren en we krijgen stroom. Anders gezegd: chemische energie wordt omgezet in elektrische energie. En dat is precies wat in een
batterij gebeurt. De metalen in een batterij, zoals kwik en cadmium, reageren
op elkaar. Daardoor komen aan de min-pool elektronen vrij, aan de plus-pool
worden elektronen gebonden. Dat het er wild aan toegaat in een batterij, merk
je pas als je ze in een apparaat steekt, een zaklamp bijvoorbeeld: de elektronen
kunnen nu naar hartelust van de min-pool naar de plus-pool stromen en laten
de lamp branden.
13
Ik heb net flink
gebakkeleid met een
kwikelektron. Cool!
Voer deze 3 stappen uit1 Steek de koperdraad en de ijzer-
draad in de citroen. 2 Zet de koptele-
foon op je hoofd. 3 Hou de plug van
de koptelefoon tegen de twee draden.
Je hoort nu gekraak.
Het zuur van de citroen en de
twee metalen, koper en ijzer,
werken op elkaar in en veroorza-
ken een chemische reactie. En er ontstaat
stroom! Vandaar dat gekraak.
Zoek de volgende spullen bijeen:1 citroen een stukje
koperdraad of een muntje
van 5 eurocent een
stukje ijzerdraad of
een paperclip een
koptelefoon (geen
draadloze!)
1
2
3
DOE HET ZELF
14
Ontdek zelf hoe je
elektriciteit uit
een citroen perst
Om een led-lampje te
laten branden, heb je
drie citroenen nodig.
Voor een iPod
33 000 citroenen. En
voor een laptop moet
je 650 000 citroenen in
huis halen.
Er zit een batterij in je horloge, in je gsm, in de afstandsbediening,
in het hoorapparaat van je opa, in laptops, in iPods, ... kortom,
in alle apparaten en toestellen die stroom nodig hebben en niet
(voortdurend) met een stopcontact verbonden zijn. Batterijen heb
je in alle soorten en gewichten. Zo zijn er platte knoopbatterijtjes
voor je horloge. Met stevige, zware exemplaren kun je dan weer je
draagbare radio laten spelen.
Gooi lege batterijen nooit in de vuilbak!
Ondertussen heb je wel begre-
pen dat een batterij tjokvol
metalen zit, zoals cadmium en
kwik. Van een chemische reactie
zou anders geen sprake zijn.
Lege batterijen horen dus niet
bij het gewone afval maar bij
het klein chemisch (of gevaar-
lijk) afval.
15
Batterijen steken overal hun neus in
Zeg niet zomaar
batterij tegen
een accu.
Een batterij en een accu doen
net hetzelfde: chemische energie
omzetten in elektriciteit. Maar ze zijn
samengesteld uit andere materialen.
1 8 010
1 8 010
AI!
Luigi Galvani (1737-1798) was een Italiaan die
kikkers bestudeerde. En zo kwam het dat hij op
een dag het zenuwstelsel van een dode kikvors in
contact bracht met twee verschillende metalen.
Warempel! De poten bewogen. Zijn verklaring
hiervoor: dode dieren bevatten elektriciteit. “On-
zin”, zei Alessandro Volta (1745-1827), ook al een
Italiaan. Dat die poten bewogen, had alles te ma-
ken met de twee metalen die elkaar aanraakten.
De kikker deed er verder niet toe. Hij begon lustig
te experimenteren om zijn hypothese te bewijzen.
Maar algauw merkte hij dat de kikker toch niet
onbelangrijk was. Dode kikkers vond hij maar vies
en daarom verving hij ze door een vochtig schijfje
watten. Met succes! Het principe van de batterij
was ontdekt. We schrijven 1800.
Wat dode kikkers
met batterijen te
maken hebben
16
In 1800 wist signor Volta
al hoe hij elektriciteit
kon opwekken. Maar
eigenlijk snapte hij niet
zo goed waar hij mee
bezig was.
Pas in 1916
bewijst ene
mister Tolman
dat elektrische
stroom is
samengesteld
uit elektronen.
Hersteller van elektrische en elektronische apparatuur
Oh nee! Het beeld van de tv valt
weg. Net op het spannendste
moment van de film. Wat nu? Roep
hulp in, maar niet zomaar van om
het even wie. Het is de hersteller
voor elektrische en elektronische
apparatuur die je moet hebben.
Dat is de elektrotechnische su-
perman die defecten opspoort
én herstelt in alle mogelijke
elektrische en elektronische
apparaten die je bij je thuis
aantreft: tv’s, wasmachines,
vaatwassers, radio’s, kof-
fiezetmachines, gsm’s, iPods,
dvd-spelers, noem maar op. Elek-
tronicasystemen kunnen onder-
ling soms erg verschillen. Daarom
specialiseert deze vakman zich
vaak in bepaalde merken of in spe-
cifieke toestellen.
De elektronen gaan weer naar huis
Herlaadbare
batterijen
17
ALA
KA
LINE B
ATTER
Y
AA
MN1500
LR6
ALA
KA
LINE B
ATTER
Y
AA
MN1500
LR6
ALA
KA
LINE B
ATTER
Y
AA
MN1500
LR6
ALA
KA
LINE B
ATTER
Y
AA
MN1500
LR6
Ik heb een fantàstisch
plan. Ik ga een
wegwerpbatterij
opladen.
Da’s een fantastisch slécht
plan! Want grote kans dat
je wegwerpbatterij dan
explodeert.
Als de chemische reacties in een batterij stoppen, zeggen we dat de
batterij leeg is. Natuurlijk zitten alle chemische componenten er nog
in, maar ze reageren onderling niet meer. In een herlaadbare batterij
kun je weer leven krijgen: plaats ze in een batterijlader en steek die
in het stopcontact. De elektrische spanning forceert de elektronen-
stroom nu in omgekeerde richting en de batterij geeft weer stroom.
Bij de proef op pag. 14 heeft het gekraak in de koptelefoon ‘verraden’ dat er
stroom door de citroen loopt. Je had het ook anders kunnen aanpakken. Met
een multimeter bijvoorbeeld. Hou elk meetsnoer tegen één van de metalen
elementen die in de citroen steken. Dan kun je meteen aflezen hoeveel
stroom er vloeit.
De multimeter
In Oxford laten twee batterijen een bel
al bijna 170 jaarrinkelen
In de hal van een laboratorium
van de universiteit van Oxford
staat een bel. Die rinkelt al
bijna 170 jaar. Onafgebroken.
In 1840 is de bel aangesloten
op twee krachtige zink-zwa-
velbatterijen. En die doen het
nog altijd.
18
Ik gebruik mijn multimeter
ook altijd om spanning en
weerstand te meten. Dat
vind ik toch zó gemakkelijk!
Al 170 jaar lijkt in Oxford
de speeltijd nog maar nét
te beginnen. Cool.
Proef je iets zuurs? Nee. Daarom kun je met
een banaan geen batterij ineensteken. De
zure smaak van citroenen, sinaasappels en
sommige appelen komt van een stof die stevig
reageert als ze in aanraking komt met meta-
len. De elektronen zetten zich in beweging én
we krijgen elektriciteit.
snap je het nu?
Bijt es in een banaan
19
Chemie doet de auto starten Je stapt in de auto, draait de contactsleutel
om en de motor slaat aan. Tenminste, als de
accu opgeladen is. Maar hoe gebeurt dat ei-
genlijk, een auto-accu opladen? Simpel, door
te rijden. Een accu loopt leeg van lichten die
branden, een radio die speelt of de gps die
de weg wijst. Maar wat als de accu van de
auto leeg is? Dan kun je toch niet opladen
door te gaan rijden, want de auto start dan
zelfs helemaal niet. Geen paniek, pomp
gewoon de energie over uit een andere
auto-accu. Daarvoor gebruik je startkabels.
Komt er elektriciteit uit kippenmest?
JaNatuurlijk denk je nu dat
die stroom erg stinkt. Maar
dat heb je lekker mis.
20
Wist je dat je elektriciteit kunt opwekken met een magneet? Nee? Da’s
vreemd, want je hebt het zeker al eens gedaan. Door te fietsen. Hoog tijd
om de dynamo van je fiets aan een onderzoekje te onderwerpen. Als je
die uit elkaar haalt, merk je dat daar een magneetje in zit. Dat magneetje
komt in beweging wanneer jij trapt en de wielen laat draaien. In de kope-
ren spoel rond het magneetje ontstaat nu elektriciteit. Want het draai-
ende magneetje zet de elektronen in de koperen spoel nu in beweging.
En wat is elektriciteit anders dan elektronen die bewegen? *
* Op pag.29 lees je daar alles over.
magneet
koperen spoel
Elektriciteit en magnetisme,
twee dikke vrienden
Dit heet elektro-
magnetische
inductie.
Elektromagnetische
inductie is niet het-
zelfde als een inge-
wikkelde liposuctie.
21
De paperclips worden – pats! –
aangetrokken en blijven hangen!
Koppel de draad nu los van de
batterij. Wat merk je? Inderdaad, de
paperclips komen direct los.
DOE HET ZELF
Voer deze 5 stappen uit1 Wikkel het papier rond de spijker en kleef het
vast met plakband. 2 Strip de elektrische draad
aan de uiteinden (op 5 à 10 cm). 3 Wikkel de draad
rond de spijker (eerst van boven naar beneden, dan
van beneden naar boven en nog eens van boven naar
beneden). Begin bij 15 à 20 cm. Opgelet! Er mogen
geen openingen zijn. 4 Met de krokodillenklemmen
verbind je de uiteinden van de draad met de batterij.
5 Hou de paperclips nu vlak bij de spijker.
Jij hebt een
echte elek-
tromagneet
gebouwd!
Proficiat! Als de draad
rond de spijker met de
batterij verbonden is,
loopt er stroom door.
Die stroom richt alle
deeltjes in het metaal
van de spijker op de-
zelfde manier. En dan
krijg je magnetisme.
Het magnetisch effect
valt weg wanneer de
stroom wegvalt.
Maak een magneet
op elektriciteit
Zoek de volgende spullen bijeen
1 stalen nagel elektrische
draad (4 m) 1 batterij
1 striptang 2 krokodil-
lenklemmen 1 schroe-
vendraaier een
stukje papier
plakband enkele
paperclips
1
2
3
4
5
22
1
2
3
4
5
8
7
Het geheim van de klassieke elektriciteitscentrale helemaal ontrafeld1 De aangevoerde brandstof wordt verbrand. Zo ontstaat
in de verwarmingsketel 2 grote hitte, die water omzet in
stoom. Door de druk van de stoom begint de turbine 3 te
draaien en wordt de generator 4 in gang gezet. De bewe-
ging van de generator wekt elektriciteit op. Die gaat door de
transformator 5 en vindt via de elektriciteitsdraden
de weg naar fabrieken, bedrijven, scholen en huizen. Om
de afvalstoffen van het verbrandingsproces af te voeren
heeft elke elektriciteitscentrale een schoorsteen 7 . Langs
de koeltoren 8 verdwijnt de hitte van de stoom.
Elektriciteitscentrales zijn fabrieken waar
stroom wordt opgewekt. Niet om één simpel
fietslampje te laten branden, maar om àlle
bedrijven, huizen, scholen en ziekenhuizen in de
buurt van elektriciteit te voorzien. Toch werkt de
centrale net zoals het fietslicht: met een dy-namo. Deze dynamo is wel oneindig veel groter
en heet ook anders: alternator of generator.
En nee, er zitten geen duizenden mensen zich in
het zweet te trappen om die reuzendynamo’s te
laten ronddraaien. De bewegingsenergie is hier
afkomstig van brandstof, zoals gas en aardolie.
Maak een magneet
op elektriciteitElektriciteitscentrales doen het met reuzendynamo’s
23
Op een zonnige lentedag in 1831 (al kan het even-
goed een miezerige herfstdag geweest zijn) bracht
de Engelsman Michaël Faraday een magneet in
een spoel en bewoog die magneet heen en weer.
“Jeetje, er ontstaat elektriciteit!”, riep Michaël uit.
Hij had ontdekt dat
beweging + magneet = elektriciteit !
Zijn ontdekking heeft geleid tot een heuse revo-
lutie. Want nu was duidelijk hoe op grote schaal
elektriciteit kon worden geproduceerd. Interessant
voor de industrie, maar ook voor huisgezinnen. Al
duurde het nog tot ongeveer 1920 voor de Belgische
gezinnen thuis elektriciteit hadden. Eerst werd die
alleen gebruikt voor de verlichting. Stilletjes aan
begonnen elektrische toestellen, zoals naaimachi-
nes en strijkijzers, hun intrede te doen.
Magneten
ontketenen
een revolutie!
Draai 60 minuten licht bij elkaar
Ken je de dynamo-led-zaklamp? Da’s een zak-
lamp die licht geeft als jij er stevig in knijpt.
De lamp werkt dus zoals je fietslicht: jij zorgt
voor beweging (trappen op de fiets of knijpen
in de lamp), daardoor gaat de magneet draai-
en en wordt elektriciteit opgewekt. Er bestaan
ook zaklampen die licht geven als je aan een
hendeltje draait. Eén minuutje draaien is goed
voor één uur licht. Draaien maar!
24
1 8 3 101 8 3
101 8 3 1
0
Residentieel elektrotechnisch installateur
Residentieel komt van het Franse woord résidentiel. Et dat wil
dire: ‘wat betrekking heeft op een woning’. Alors, een resi-
dentieel elektrotechnisch installateur is een elektricien die
elektrische installaties legt in huizen en appartementen. De
vakman dus die bij jou over de vloer komt, als nieuwe stopcon-
tacten nodig zijn, als de installatie moet worden vernieuwd of
als de zekeringkast beschadigd is. Het is een echte creatieve-
ling die goed logisch kan nadenken. Want elk elektrisch pro-
bleem gaat hij eerst te lijf met zijn grijze hersencellen. Pas dan
haalt hij zijn gereedschap boven om het defect te herstellen.
Over gelijkstroom en ongelijk... euh ... wisselstroomOp pag. 13 heb je geleerd dat er zoiets bestaat als een positieve en een
negatieve lading en dat tegengestelde ladingen elkaar aantrekken.
Nu gaan we nog een stapje verder: in een elektrische installatie met
een vaste positieve en een vaste negatieve pool loopt de stroom altijd
in dezelfde richting en ontstaat gelijkstroom. Als in de installatie de
positieve en de negatieve pool variëren, krijgen we wisselstroom: de
stroom verandert aldoor van richting. In een stopcontact is er wissel-
stroom: de polen veranderen wel 50 keer per seconde.
Sufferd!
Wisselstroom!Ongelijkstroom,
natuurlijk!
Wat is het
tegengestelde van
gelijkstroom?
25
De striptangHeb je de proef op pag. 22
uitgevoerd? Dan heb je de
striptang al vastgehad.
Met deze tang verwijder
je het omhulsel van een
draad.
Gebruik water en wind
Om elektriciteit te maken hebben we beweging nodig. In de klassieke
elektriciteitscentrales komt die van verhit water, stoom dus, die opgewekt
is door de verbranding van grote hoeveelheden gas of aardolie. Maar
deze brandstoffen raken langzaam uitgeput. Gelukkig zijn er ook andere
stoffen die bij verbranding hitte veroorzaken en die onuitputtelijk zijn.
Huishoudafval bijvoorbeeld of suikerbieten. Dit zijn biobrandstoffen.
En waarom zou alleen stoom beweging kunnen veroorzaken? De wind
kan dat even goed. Water
trouwens ook. Je moet het
dan wel eerst opslaan
met een dam.
Zonder striptang
kan ik écht niet
leven.
Red onze
planeet!
26
KrokodillenklemWil je iets voor even vastklemmen,
dan is dit precies wat je nodig hebt.
Geïnspireerd op het niet zo elegan-
te, maar erg praktische gebit van
onze vriend de krokodil.
Lees pagina 26 er nog eens op na. Ook kippen-
mest is biobrandstof. Zo komt het dus dat kippen
het milieu een handje helpen telkens als ze gaan
waar de keizer te voet gaat. *
* Da’s een elegante manier om te
zeggen dat ze naar het wc gaan.
Waarom komt er stroom uit kippenmest?
27
Is elektriciteit krék hetzelfde als stroom? Nee
Stroom is elektriciteit die
rondjes draait. Er bestaat ook
elektriciteit die stilstaat. Die
noemen we statisch. Je hebt
er al kennis mee gemaakt (van
pag. 4 tot 11). Het is een leuk
natuurverschijnsel, maar doet
geen lampen branden of laadt
geen gsm’s op. Elektriciteit
waar beweging in zit, kan dat
allemaal wel.
28
Je weet ondertussen al dat er positieve en negatieve ladingen bestaan. Nu
gaan we een stapje verder: elk voorwerp bestaat uit minuscuul kleine deeltjes,
atomen. In zo’n atoom zit een kern waarrond een pak elektronen rondjes
draaien. De kern is positief geladen, de elektronen hebben een negatieve
lading. Tegengestelden trekken elkaar aan en dus blijven de atoomkern en de
elektronen altijd gezellig samen. Behalve de elektronen die in de buitenste cir-
kel draaien: door de grotere afstand voelen ze zich net iets minder aangetrok-
ken tot ‘hun’ atoomkern en zoeken ze al eens het gezelschap op van een ander
atoom. Deze avontuurlijke elektronen noemen we vrije elektronen en zo’n
troep rondreizende elektronen heet gewoonweg elektrische stroom. Begrijp je
nu wat nodig is voor stroom? Inderdaad, een installatie die de vrije elektronen
lustig laat rondtoeren: een stroomkring of circuit.
Stroom is niets anders dan
avontuurlijke elektronen
Yeah! Wat is het fijn om
een vrije elektron te
zijn. Ik ga en sta waar ik
wil maar kijk wel uit
voor de bananenschil.
29
ON
OFF
ON OFF
ON
ON
OFF
OFF
ON
OFF
ON
OFF
De lamp brandt! Als je de paperclip
weghaalt van de splitpen, gaat de
lamp weer uit.
DOE HET ZELF
Voer deze 5 stappen uit1 Strip ongeveer 2,5 cm van de elektriciteitsdraad.
2 Verbind batterij, lampenhouder en draden
zoals op de tekening. Voor de verbinding tussen
draden en batterij gebruik je de krokodillenklem-
men. 3 Duw de eerste splitpen door het karton.
Maak een paperclip vast aan de tweede splitpen en
duw die pen door het karton. 4 Draai het karton
om en wikkel een elektriciteitsdraad rond elke split-
pen. Buig de splitpennen open en kleef ze met plak-
band tegen het karton. 5 Duw het losse uiteinde
van de paperclip op de kop van de andere splitpen.
Je hebt een
circuit gebouwd
met een stroom-
bron (de batterij)
en een stroomverbruiker
(de lamp). Als de paperclip
de splitpen aanraakt, kan
de elektriciteit helemaal
rondstromen via de draad.
We zeggen dan dat het
circuit gesloten is. Haal
je de paperclip weg, dan
is het circuit open en is
er geen stroom meer. De
paperclip is eigenlijk een
aan-uitknop, of schakelaar.
Bouw een écht
elektrisch circuit en
laat de lamp branden
Zoek de volgende spullen bijeen
1 paperclip 1 stukje karton
plakband 1 schroeven-
draaier 1 striptang
1 lampenhouder 3 geïso-
leerde elektriciteitsdra-
den (ca. 25 cm)
2 splitpennen
2 krokodillenklemmen
1 batterij van 4,5 V
1
2
3
4
5
30
ON
OFF
ON OFF
ON
ON
OFF
OFF
ON
OFF
ON
OFF
Een elektrisch circuit zit vol symbolenStroomkringen worden altijd uitgetekend. Anders raakt de
elektricien algauw de weg kwijt in de wirwar van draden
en stroomverbruikers. Bij deze uitgetekende circuits horen
vaste symbolen. Dat maakt het tekenen en lezen van zo’n
stroomschema veel eenvoudiger.
Aan of uit: schakelaars in alle maten en gewichtenIn het proefje was onze schakelaar een pa-
perclip. Een beetje een gekke vorm, niet? Ga
in je omgeving eens op zoek naar de verschil-
lende soorten schakelaars. Er zijn de typische
lichtschakelaars. Je haardroger heeft een
schuifschakelaar, waarmee je de tempera-
tuur kunt regelen. Wasmachines zet je aan
met een draaischakelaar. En de richting-
aanwijzer in een auto is een mooi voorbeeld
van een tuimelschakelaar.
Krijg je een uitbrander
omdat je het licht wéér
eens hebt laten bran-
den? Zeg dan: “Sorry
dat ik vergeten ben het
elektrische circuit te
openen.”
gelijkstroom
contactdoos
wasmachine
kookfornuis
wisselstroom
lichtpunt
koelkast
ventilator
schakelaar
bel
diepvriezer
vaatwasmachine
31
Bij verkeerslichten helpen computers een handjeSchakelaars doen ook verkeerslichten aan-
en uitspringen. Nee, niet met een knopje
waarop iemand moet drukken. De onge-
lukkige met die job zou snel vingerkram-
pen krijgen en compleet tureluurs raken.
Goddank bestaan er schakelingen waarbij
computers het werk doen.
1 8 4 43
In 1844 kwam de Amerikaan Samuel Morse (1797-
1872) met een handig toestelletje op de proppen:
de telegraaf. Net zoals met de gsm nu, kon je er een
boodschap mee versturen. De verzender had een
schakelaartje om afwisselend stroom door te stu-
ren of tegen te houden. Als er stroom door de kring
liep, drukte aan de andere kant een elektromag-
neet een streepje of een puntje in een rol papier.
Een lange stroomstoot maakte een lange streep,
een korte stroomimpuls liet maar een klein puntje
achter. Morse had voor zijn telegraaf een alfabet
bedacht waarbij alle letters werden uitgedrukt met
puntjes en streepjes. Op die manier konden men-
sen op grote afstand boodschappen versturen. Al
snel werden de papieren berichten vervangen door
radioberichten: de elektrische signalen werden
omgezet naar radiosignalen (kortere en langere
biepjes) die de ontvanger noteerde en vertaalde.
Schrijven met stroom:
de telegraaf
Als je weet dat O in het
morsealfabet wordt
voorgesteld met ---
en S met . . .
1 8 4 43
... sein dan met
je zaklamp de
noodkreet SOS
uit
32
De technicus domotica/immotica
Verlichting die elke avond automatisch aanspringt, rol-
luiken die op een vast uur naar beneden gaan of verwar-
ming die uitvalt als je naar buiten gaat: het is allemaal
domotica. De specialist die al deze snufjes installeert, is
de technicus domotica. Niet te verwonderen dat hij ook
kaas moet hebben gegeten van informatica. Want alleen
via computerprogrammaatjes ‘weten’ de verschillende
toestellen wanneer ze in actie moeten schieten of net
moeten stoppen met werken.
In kantoorgebouwen of ziekenhuizen
heten dit soort geautomatiseerde
systemen immotica.
HI HI
33
– over serie- en parallelschakelingen
Achter elkaar
of naast elkaar
Heb je je al ooit afgevraagd waarom de héle kerstboomver-
lichting naar de maan is, als één lichtje stuk is, terwijl de
lampen van de kroonluchter in hetzelfde geval dapper licht
blijven geven? Het antwoord vind je in de manier waarop de
stroomkring geschakeld is: serie of parallel. We zeggen dat
toestellen in serie gescha-
keld zijn, als ze allemaal in
een en dezelfde kring zit-
ten. Toestellen die op ver-
schillende kringen zitten,
zijn parallel geschakeld.
Vergelijk de tekeningen
hiernaast en probeer uit
te vissen of de lampjes in
parallel of in serie gescha-
keld zijn. Het antwoord
staat op zijn kop.
Antwoord
De lampjes van de kerstboomverlichting zijn in serie (figuur A) geschakeld. Als eentje de geest
geeft, kan de stroom niet door en geeft geen enkel lampje nog licht. De lampen in de kroon-
luchter zijn parallel (figuur B) geschakeld: ze krijgen elk elektriciteit via een ander kring.
Schroevendraaiers en tangen
Een beetje elektricien heeft al-
tijd een pak schroevendraaiers
en tangen op zak. Bij elke klus
haalt hij het meest geschikte
exemplaar boven. Want met
een minischroevendraaiertje
een grote schroef te lijf gaan,
begin er maar eens aan. Ook
op het vlak van tangen is hij
kieskeurig. Zo wil hij alleen
met de striptang het omhulsel
van een elektriciteitsdraad
verwijderen, hij zweert bij de
nijp- of trektang om spijkers
uit hout te trekken en met de
kniptang snijdt hij elektrische
draden in stukken.
Als je voor elk
karweitje het juiste
materiaal gebruikt,
wordt het werk een
pak eenvoudiger.
A
B
34
De computer: diep vanbinnen een simpele jongen
Met een computer kun je ingewikkelde din-
gen doen. Maar wist je dat onder dat stoere
uiterlijk een simpele elektrische machine
schuilgaat? De computer bestaat uit miljoe-
nen schakelaars die korte stroomstootjes
geven. Allemaal samen vormen ze een
programma dat moeilijke berekeningen kan
maken of jou meeneemt in een opwindend
computerspel.
Om iets met elektriciteit te kunnen aanvangen,
moet er beweging in zitten. De elektriciteit die
zomaar voorhanden is in de natuur, heet niet voor
niets statische elektriciteit: die staat helemaal stil.
Toch heeft ze ook haar nut, want ze heeft uitvin-
ders en wetenschappers geïnspireerd om op zoek
te gaan naar manieren om elektriciteit op te wek-
ken en nuttig te gebruiken.
Elektriciteit ≠ stroom
35
Kan zout een lamp doen branden?
Absoluut! Zout is niet alleen lekker (op frietjes bijvoorbeeld), het
is ook handig spul. Om ijs en sneeuw te laten smelten,
maar ook om elektrische stroom door te geven. Maak
in dit hoofdstuk kennis met geleiders en isolatoren en
het wordt je allemaal duidelijk.
36
Isolatoren
geleiden slecht
en hebben
dus een hoge
weerstand.
Heb je nog een stuk elektriciteitsdraad over van een van je proefjes? Trek er eens
het plastic af. Wat krijg je te zien? Inderdaad, koperdraad. Koper is het ideale transportmiddel voor elektriciteit, want het is een goede geleider. Je herin-
nert je allicht nog dat stroom bestaat uit elektronen die zich los van hun atomen
bewegen. Bij sommige stoffen lukt dat al beter dan bij andere. Bij koper, alumi-
nium en zilver bijvoorbeeld gaat dat erg goed. Daarom zeggen we dat ze geleiders
zijn: ze laten de elektriciteit gemakkelijk doorstromen. Stoffen waarbij in de elek-
tronen nauwelijks ‘schwung’ te krijgen is, laten geen stroom door en noemen we
isolatoren. Plastic is zo’n isolator. Vandaar de plastic omhulling bij een elektrici-
teitsdraad: die belet dat je wordt blootgesteld aan de elektrische stroom.
Stroom stuit soms op weerstand:
over geleiders en isolatoren
Van een stof die goed
geleidt, zeggen we
dat haar weerstand
laag is.
37
Zoek de volgende spullen bijeen
een glas met water een
batterij van 4,5 V 2 stripjes
metaal of paperclips
2 krokodillenklemmen
3 stukjes elektrici-
teitsdraad een
lampenhouder
zout een roerstaafje
Het lampje begint nu te branden.
Niet zo bij jou? Voeg dan nog wat
zout toe en roer goed.
VaardersVaarders
1 kg
1 kg
DOE HET ZELF
Voer deze 4 stappen uit1 Gebruik het 1e stukje elektriciteitsdraad
om lampenhouder en batterij met elkaar te
verbinden; zet de draad vast aan de batterij
met de krokodillenklem. Met het 2e stukje draad
verbind je de lampenhouder met 1 stripje metaal
(of paperclip). Het 3e stukje draad wikkel je rond
het 2e stripje metaal (of paperclip). 2 Plaats de
2 metalen plaatjes (of paperclips) in een glas water
ZONDER zout en verbind het 2e stripje metaal (of
paperclip) met de batterij. Gebruik opnieuw een kro-
kodillenklem. 3 Check of de lamp begint te branden.
4 Giet nu zout in het water.
Water is geen goede
geleider. Daarom
brandt het lampje
eerst niet. Maar met zout krijg
je een ander verhaal: zout laat
elektriciteit vlot doorstromen.
Het lampje krijgt nu volop elek-
triciteit en begint te branden.
Laat met een snuifje
zout de lamp branden
1
2
3
4
Gevaar in de badkamer!
Dit proefje is safe zolang je het met een simpel glas wa-ter uitvoert. Ga vooral niet experimenteren met water in een badkuip of andere grote reservoirs.
38
Industrieel elektrotechnisch installateur
Dat de lopende band in de fabriek blijft rollen, heb-
ben we te danken aan de industrieel elektrotechnisch
installateur. Het woord ‘industrieel’ geeft het
meteen aan: deze elektrotechnische specialist
is van de partij als er in industriële gebouwen,
fabrieken dus, aan elektrische installaties
moet worden gewerkt. Dat zijn niet alleen
rolbanden en andere machines, maar ook
bijvoorbeeld poorten, verwarmings-
toestellen en natuurlijk alle verlich-
tingsapparaten.
Let buiten eens op de hoogspanningskabels aan
elektriciteitsmasten. Die zijn een pak dikker dan
dat flinterdunne draadje waarmee jij je proefjes
uitvoert. Niet toevallig, want niet alleen de stof
bepaalt hoe goed de stroom geleid wordt, ook de
afmetingen zijn van tel. Hoe dikker de draad,
hoe meer stroom kan vloeien. Die kanjers
van draden beschermen met plastic lukt
dan ook niet. Porselein en glas zijn voor
deze topgeleiders wel prima isolatoren.
Dik laatlekker stromen
39
Georg Simon Ohm (1787-1854) is een Duitse wis- en
natuurkundige naar wie een wet genoemd is. Die
heet – je raadt het nooit – de wet van Ohm. Bij zijn
onderzoek naar geleiders stelde mijnheer Ohm
vast dat de weerstand van een stof invloed heeft
op de stroomspanning en -sterkte. Aanvankelijk
werd op zijn ontdekkingen zeer lauw gerea-
geerd. Maar toen op een grote wetenschappelij-
ke conferentie in 1881 de elektrische eenheden
werden vastgelegd, viel hij in de prijzen:
de eenheid voor weerstand werd Ohm (Ω)
gedoopt.
Ohm breekt
de weerstand
Wist je dat water
meer dan de helft van
jouw lichaamsgewicht
uitmaakt?
En dat er in dat
lichaamsvocht
allerhande
zouten zitten?
Anders gezegd: het menselijk lichaam is een
goede geleider en daarom moeten we goed
uit onze doppen kijken als er elektriciteit
in de buurt is. Raak bijvoorbeeld nooit een
elektrotoestel aan met natte handen en kijk uit
voor prikkeldraad die onder stroom staat.
1 8 810
40
Leg eens een diamant op je tongStoffen die goed elektriciteit geleiden, ge-
leiden – meestal – ook de warmte goed. Dat
verklaart waarom een stoel van aluminium
op een zomers terras al snel veel te heet is
en ijskoud aanvoelt in de winter. Diamant is
de uitzondering op de regel. Het is een goede
isolator maar geleidt wel goed warmte. Snode
vervalsers gebruiken al eens glas om er een
mooie ‘diamant’ mee te maken. Maar een
diamantair nemen ze niet in het ootje. Om de
echtheid van een steentje te checken, legt hij
het op zijn tong. Voelt het koud aan, dan is het
echte diamant, in het andere geval is het een
mooi stukje glas.
Na de superman, nu de supergeleider!Hoe hoger de temperatuur van een geleider, hoe
meer de atomen trillen, en hoe moeilijker de elektro-
nen het krijgen om te gaan rondtrekken. Hoe hoger
de weerstand dus. Draai die redenering om en je
begrijpt meteen dat sommige metalen bij extreme
vrieskou heel goed gaan geleiden. Titanium bijvoor-
beeld heeft bij een temperatuur van -272,8 °C niks,
noppes weerstand. 0 Ohm dus. Wetenschappers
zoeken uit alle macht naar nog meer supergeleiders.
Die kunnen ervoor zorgen dat bij het stroomtran-
sport over het kabelnetwerk veel minder elektrici-
teit verloren gaat.
41
De lusterklem, lasdop en steekklem
Tijd om wat materiaal boven te halen
waarmee je draden kunt verbinden. De
lusterklem bijvoorbeeld. In de volksmond
wordt die ook wel ‘suikertje’ genoemd.
Andere handige spullen om draden mee
te verbinden, zijn de lasdop en steek-
klem. De vorm van al deze verbindings-
stukken is verschillend, maar ze hebben
één ding gemeen: hun stevig geïsoleerde
buitenkant. Veiligheid
voor alles!
lasdop
steekklem
TANG
TANG
TA
NG
TA
NG
DOE HET ZELF
5euro
DOE HET ZELF
Trek eens op onderzoek in de doe-het-
zelfwinkel. Bestudeer er de gereedschappen in
de tuinafdeling en dan in de elektroafdeling.
Wat valt op? Inderdaad, je ziet veel meer plastic
handgrepen bij het elektrische gerief. Want een
elektricien gaat alleen maar aan de slag met
geïsoleerde materialen.
lusterklem
42
Hoe kan het dat zout lampen laat schijnen?
Heb je het proefje op pag. 38 gedaan? Dan heb je ge-
merkt dat zout een prima geleider is. Zuiver water
is een isolator, een soort muur dus die elektriciteit
tegenhoudt. Maar los wat zout op in water, en de
elektronen kunnen hun tocht weer vrolijk voortzet-
ten. De stroomkring wordt gesloten en de lamp ...
die gaat branden.
43
51
44
Kan elektriciteit smelten?
NeeDat is onmogelijk. Maar
door elektriciteit gaan soms
wel andere dingen smelten.
En dat kan gevaarlijk zijn.
Verdiep je in de spannende
wereld van kortsluitingen en
zekeringen.
51
Elektriciteit in een circuit kun je vergelijken met water in een rivier: er
kunnen veel of weinig elektronen door het circuit lopen, ze kunnen veel of
weinig hindernissen tegenkomen op hun rondrit. En net zoals een kolkend
bergriviertje veel gevaarlijker is dan een rustige beek, is een elektrisch cir-
cuit waar op korte tijd massa’s elektronen worden doorgejaagd veel linker
dan een circuit waar de stroom kalmpjes doorvloeit. Loopt de hoeveelheid
stroom te hoog op, dan spreken we van overstroom. Er ontstaat dan heel
veel warmte waardoor de isolatie stuk raakt. Nu wordt het pas echt riskant:
elektriciteitsdraden komen met elkaar in contact en er ontstaat kortslui-ting. Gevolg: enorme hitte en brandgevaar. Gelukkig hebben slimme koppen
systemen uitgedokterd om elektrische installaties te beschermen tegen
overstroom en kortsluiting. Al blijven ongelukken nooit uitgesloten.
Te veel stroom
kan brokken maken
De hoeveelheid elek-
tronen die bewegen,
noemen we stroom-
sterkte.
Eenheid: Ampère (A)
De kracht waarmee
de elektronen worden
rondgezwierd, heet
spanning.
Eenheid: Volt (V)
De tegenstand die
elektronen onderweg
tegenkomen, krijgt de
naam weerstand.
Eenheid: Ohm (Ω)
De kracht van de elektronenstroom
(V) en de hoeveelheid elektronen (A)
samen vormen het vermogen.
Eenheid: Watt (W),
met 1 W = 1 V x 1 A
45
Kortsluiting laat de kerstboom-verlichting schitteren
De lampjes van de kerstboomverlichting zijn in
serie geschakeld. Als één lampje het begeven
heeft, krijgen de andere dus geen stroom meer.
Stom, hè. Gelukkig is er het kortsluitdraadje. Als
het gloeidraadje de geest gegeven heeft, treedt
in het lampje het kortsluitdraadje in actie. Die
neemt de geleiding over en de andere lampjes
kunnen branden.
De Amerikaan Benjamin Franklin (1706-1790)
leefde in een tijd dat de mensen nog niet wisten
dat bliksem ontstaat door kortsluiting in de lucht.
Zelf vermoedde hij dat in elk geval elektriciteit
in het spel was. Waaghals Benjamin liet in 1752
tijdens een onweersbui een vlieger op, waar hij met
een touw een sleutel aan had vastgebonden. Hij
hield zijn vinger vlak bij de sleutel. Ja! De bliksem
sloeg in op de vlieger en uit de sleutel sprong een
enorme vonk over naar zijn vinger. Reken maar
dat die vinger pijn deed. Toch was Benjamin blij:
bliksem was dus écht elektriciteit. Al een jaar na
dit experiment stelde hij trots zijn uitvinding voor:
de bliksemafleider. Die vangt de inslaande bliksem
op en geleidt die naar de aarde. Zo wordt een boel
schade vermeden.
De bliksemafleider en
de pijnlijke vinger van
Benjamin Franklin
46
1 7 5 21
Als er te veel elektriciteit stroomt, loopt de
temperatuur op. Stoffen die niet tegen warm-
te kunnen, beginnen te smelten. Dat kan knap
gevaarlijk zijn, zeker als isolatiemateriaal
beschadigd raakt.
Waarom doet elektriciteit draden en andere dingen smelten?
47
Maakt stroom lawaai?
En dan nog een allerlaatste knettergekke
vraag om het af te leren ...
“Natuurlijk!”, roep jij nu. Want jouw stereo maakt lekker veel geluid. Tenminste, als hij elektriciteit kan tappen uit verse batterijen of, via de stekker, uit het stopcontact.Toch is elektriciteit diep in zijn hart een erg stille jongen.
Hoe kan elektriciteit dan toch muziek maken?
Eerst moet je weten dat geluid eigenlijk uit tril-
lingen bestaat. Een hoge toon zijn een heleboel
trillingen op korte tijd, bij een lage toon ligt de
frequentie van de trilling lager. De geluidsfre-
quentie wordt uitgedrukt in hertz (Hz), naar de
Duitse fysicus Heinrich Rudolf Hertz (1857-1894).
Dat wij nu radio, telefoon en andere ‘lawaaima-
kers’ hebben, is te danken aan de ontdekking dat
geluidsgolven kunnen worden omgezet in elektri-
sche signalen en omgekeerd.
48
Ontdek nog meer avonturen van het elektroteam op
www.stroomopwaarts.be > elektroclub.
Mis er zeker de beroepenfilmpjes niet. Daarin volg
je professionele elektriciens terwijl ze volop in actie
zijn. Nog op de website: alle info over de studies en de
toekomstmogelijkheden.
Stroom-Opwaarts is een campagne van Vormelek op initiatief van zijn sociale partners
om jongeren de weg te laten vinden naar de elektrotechnische sector.
Verantwoordelijke uitgever: Hilde De Wandeler, vzw Vormelek, Marlylaan 15, 1120 Brussel ESF investeert in jouw toekomst.
9 7 8 9 0 8 1 3 9 8 2 1 3 9 7 8 9 0 8 1 3 9 8 2 0 6
Word lid via