Elektrificeren van de recreatievaart in Noord Holland levert veel op.

45
1 E neemt een vlucht in de recreatievaart in de Provincie Noord-Holland. Vervanging en Elektrificering Recreatievaart Provincie Noord-Holland A.C. Pleysier namens SEFF Een bijdrage aan de groei, de energietransitie, de economie, het milieu en technische kennis van de watersport-industrie in de Provincie Noord-Holland. Augustus, 2016

Transcript of Elektrificeren van de recreatievaart in Noord Holland levert veel op.

1

E neemt een vlucht

in de recreatievaart

in de Provincie

Noord-Holland.

Vervanging en Elektrificering

Recreatievaart Provincie

Noord-Holland

A.C. Pleysier namens SEFF

Een bijdrage aan de groei, de energietransitie, de economie, het milieu en technische kennis van de watersport-industrie in de Provincie Noord-Holland.

Augustus, 2016

2

Inhoud Managementsamenvatting ............................................................................................................................. 4

Inleiding ........................................................................................................................................................... 6

Achtergrond .................................................................................................................................................... 7

Amsterdam ingezoomd ............................................................................................................................... 8

De Provincie ingezoomd ............................................................................................................................. 8

Economie ......................................................................................................................................................... 9

Werkgelegenheid ............................................................................................................................................ 9

Klimaat en Milieu .......................................................................................................................................... 10

NOx, PM, HC Uitstoot ................................................................................................................................ 10

CO2-emissie .............................................................................................................................................. 12

Gebiedsontwikkeling ..................................................................................................................................... 13

Scholing ......................................................................................................................................................... 17

MienSkip ........................................................................................................................................................ 18

Kunststofvariant: Van vol polyester naar organische variant. ...................................................................... 20

Uitwerking Operationele Zaken, Organisatie en Verantwoording ................................................................ 24

Planning ..................................................................................................................................................... 24

Organisatie ................................................................................................................................................ 25

Financiën ................................................................................................................................................... 26

Kwantitatieve doelstelling ......................................................................................................................... 28

Maatschappelijke opbrengsten ..................................................................................................................... 30

Verantwoording via P&C-cyclus .................................................................................................................... 31

Funding .......................................................................................................................................................... 31

BIJLAGE 1 Kerncijfers HISWA ......................................................................................................................... 34

BIJLAGE 2 Subsidieregelingen samengevat. .................................................................................................. 35

Horizon 2020 ............................................................................................................................................. 35

POP3 .......................................................................................................................................................... 35

RVO ........................................................................................................................................................... 35

De MIT-regeling. ........................................................................................................................................ 36

INTERREG NWE ......................................................................................................................................... 36

De WBSO-regeling ..................................................................................................................................... 36

Subsidie voor eenmalige initiatieven Gemeente Amsterdam .................................................................. 36

Subsidieregeling Projectvoorbereiding collectieve duurzame initiatieven in Amsterdam ....................... 37

Subsidieregeling praktijkleren ................................................................................................................... 37

3

Re-integratie dienstverlening van het UWV ............................................................................................. 37

Talent voor de Toekomst, Amsterdam Economic Board .......................................................................... 37

Brug onderwijs- arbeidsmarkt/ startersbeurs ........................................................................................... 37

Provinciale regelingen ............................................................................................................................... 37

BIJLAGE 3 Bronnen ........................................................................................................................................ 39

BIJLAGE 4 Toelichting op productiemethoden en recycling .......................................................................... 43

Productiemethoden .................................................................................................................................. 43

Recycling mogelijkheden van vol kunststof polyester rompen. ............................................................... 43

BIJLAGE 5: Welk rompmateriaal verdient de voorkeur. ................................................................................ 45

Elektrisch varen in Amsterdam

4

Managementsamenvatting Dit projectvoorstel is tot stand gekomen door het samenkomen van verschillende nieuwe beleidspunten van diverse organisaties waaronder de Provincie Noord-Holland en de Gemeente Amsterdam.

1. De Provincie Noord-Holland wil leidend zijn in de waterrecreatie in NL door:

Economische ontwikkeling te stimuleren.

Werkgelegenheid te stimuleren en kennis door opleidingen en reintegratietrajecten in te zetten.

Een betere spreiding, kwaliteit en gebruik van vaarwegen te bevorderen.

Wil de recreatieschappen voorzien van middelen, projecten en capaciteit om recreatieve doelstellingen te verwezenlijken.

2. De provincie, de gemeente en RVO1 hebben zeer diverse subsidieregelingen beschikbaar die niet een op een aansluiten op dit project. De provincie gaat haar Watervisie ter besluitvorming voorleggen waaruit diverse maatregelen zullen worden gegenereerd waaronder de in dit project genoemde onderdelen.

3. Amsterdam wil per 2017 de emissies in de grachten van kleine motorboten terugbrengen naar

nul in vier jaar om daarmee de lucht- en waterkwaliteit te verbeteren.

4. Het Recreatieschap Noord-Holland NV heeft behoefte aan een nieuwe bestemming voor

Industrieel Erfgoedpark De Hoop dat met dit project ingevuld kan worden.

5. De Stichting Elektrisch Varen Friesland heeft een concept voor elektrisch varen ontwikkeld,

“MienSkip”, dat aan al deze uitgangspunten kan voldoen, bij een uitrol in Noord-Holland.

6. Er is een groot probleem ontstaan van naar schatting 20.000 verlaten boten die het milieu zwaar

belasten doordat de energiebehoefte tijdens productie als ook bij de noodzakelijke vernietiging

van de boten aan het einde van hun gebruik groot is en de bouwstoffen voor alsnog nauwelijks

herbruikbaar zijn. Daarom is de ontwikkeling voor een meer circulaire variant van een boot

noodzakelijk. Een innovatieproject voor vervanging van polyester binnenkernen van boten en het

omzetten naar een positieve energieballans is onderdeel van het voorstel.

Een overzicht van kosten en opbrengsten leest u op de volgende pagina.

1 Rijksdienst voor ondernemend Nederlandst voor Ondernemend Nederland

Ondersteunt ondernemend Nederland.

Ondersteunt ondernemend Nederland.

5

Kosten van uitvoering van het project zijn geraamd op € 480.000 gedurende 2017-2021 voor de

exploitatie met een extra benodigde startimpuls van € 81.500. Binnen deze vijf jaar wordt voorzien in de

exploitatie van Erfgoed Park De Hoop. Het project heeft een duur van minimaal vijf jaar, met jaarlijkse go-

no go momenten beslist door de provincie en eindigt uiterlijk in 2025.

Opbrengsten:

Maatschappelijke Opbrengsten periode 2017-2025

Financieel Manuren Tonnen Emissies

COx uitstoot Amsterdam KLIMAAT € 67.752 3204 Verminderde uitstoot COx over de gehele looptijd

COx uitstoot Provincie KLIMAAT € 41.863 4434 Verminderde uitstoot COx over de gehele looptijd Opleidingsuren en omscholing KENNIS € 150.000

12.000

60% werf gebouwd met stageplaatsen die voor 25% worden ingevuld

Productie ECONOMIE € 7.362.500 Economische waarde schepen

Lokale economische groei ARBEID € 2.040.000 40.800 Behoud c.q. uitbreiding van arbeidsuren scheepsbouw

Vernieuwing markt ECONOMIE € Behoud aantal watersporters Fysieke verbindingen buitengebied ECOLOGIE

Meer ingezette vaargebieden met hogere natuurwaarde beleving

Uitstoot NOx, fijnstof en geluid MILIEU Verbeteren water en luchtkwaliteit Polyester omzetten in organisch materiaal INNOVATIE

€ 25.000,00

500

Gebruik van organisch materiaal voor bouw van een casco-variant wat een positieve energiebalans oplevert.

€ 9.687.115,50

53.300 7638

Rendement Inkomsten zijn voor 33 % verdeeld over 2017-2021

€ 3.196.748,12

Inkomsten zijn voor 66% verdeeld over 2021-2025

€ 6.393.496,23

De netto-opbrengsten voor de Provincie Noord-Holland, na vijf jaar, worden geraamd op € 2.600.000

De provincie wordt gevraagd dit project te accorderen en te ondersteunen. Navraag bij de ambtelijke

organisatie2 leert dat geen van de in de bijlagen genoemde subsidies een op een toepasbaar is op dit

initiatief en dat moet worden ingezet op één of meerder van onderstaande acties:

1. Alle stakeholders; provincie, gemeente, recreatieschappen, waterschappen en mogelijk

anderen, interesseren voor dit voorstel om daarmee te komen tot een kosten dekkende

funding.

2. Inhaken op toekomstige besluitvorming van bijvoorbeeld de Watervisie en RVO waaruit

middelen beschikbaar worden gesteld die op dat moment kunnen worden aangevraagd.

3. Budget beschikbaar te stellen uit de begroting 2017 op provinciaal niveau.

Omdat initiatiefnemers proactief willen handelen geniet variant 3 de voorkeur en wordt de provincie

gevraagd in de gevraagde funding te voorzien, binnen de middelen verstrekt uit de door haar te

ontwikkelen begroting en zo mogelijk de verschillende subsidieregelingen.

Uiteraard zullen de eerste twee opties niet worden verwaarloosd en ook vol op worden ingezet.

2 Helpdesk Subsidies en Beleidsadviseur Waterrecreatie.

6

Inleiding

Voor u ligt het projectvoorstel voor vervanging en elektrificering van de recreatievaart die gebruikmaakt

van hoog emitterende buitenboordmotoren, van openmotorboten tot 8 meter lengte, in de gehele

provincie Noord-Holland in samenwerking met, en speciale positie van, de Gemeente Amsterdam.

Een tweede spoor van het project behelst een innovatiedeel. De ontwikkeling van een uit voor een groot

deel organische materialen gebouwd casco waarmee afgedankte boten een positieve energiebalans

krijgen bij vernietiging.

In het Energieakkoord is een aantal afspraken gemaakt met als stip op de horizon het verminderen van de

vervoersemissies in 2050 met ten minste 60% ten opzichte van 1990. De energietransitie is een

economische kans. De energietransitie kost geld en vergt veel investeringen, maar biedt ook kansen voor

behoud en ontwikkeling van het Nederlandse verdienvermogen. Nederland pakt deze kansen voor de

structuurversterking van haar economie door te investeren in innovatie, door regionale en lokale

dynamiek te benutten. Met de huidige stand van de technologie kunnen we korte termijndoelen halen.

Maar innovatie is nodig om die technologieën te ontwikkelen die ons in staat stellen om daadwerkelijk de

doelen in 2050 te behalen. De transitie naar een CO2-arme economie met 80-95% broeikasgasemissie-

reductie in 2050 is een samenbindende koers binnen de Europese Unie3.

Voor de provincie, de gemeente Amsterdam en andere stakeholders als de waterschappen HHNK, AVG en

Rijnland en het Recreatieschap4 geldt dat voor de recreatievaart een aantal hoofddoelstellingen zijn

gedefinieerd inzake klimaat, economische groei, werkgelegenheid, milieu, gebiedsontwikkeling, scholing

en innovatie.

In de loop van de jaren zijn door de verschillende organisaties en bestuurslagen doelstellingen en beleid

geformuleerd om knelpunten in, van, en op het water op te lossen. Ieder vanuit een verschillend

perspectief, gerelateerd aan de verantwoordelijkheden van de eigen organisatie.

Recente ontwikkelingen in de provincie Noord-Holland, de Gemeente Amsterdam, Ministeries,

Stichtingen, de industrie, Hoogheemraadschappen, Recreatieschappen en de EU maken dat de partijen

het ambitieniveau voor de recreatievaart in Noord-Holland voor een deel kunnen verwezenlijken.

3 Bron: Ministerie van Economische Zaken 4 Geen volledige opsomming.

7

Achtergrond Nederland; Waterland! Nederland kent niet alleen veel water zoals we allemaal weten, maar ook het intensieve gebruik ervan is een bekend gegeven. De beroepsvaart, havenfaciliteiten, etc. buiten beschouwing latend, is hét fenomeen op al dat water: de recreatievaart met daarvoor een door de jaren heen sterk ontwikkelde industrie.5 Zie ook Bijlage 1 voor meer details. De Provincie Noord-Holland neemt al met al een zeer prominente rol in de watersport-industrie in en dat

wordt verder bevestigd door een aantal kerncijfers.6

- Besteding watersporters in Noord-Holland +/- 1.5 miljard €

- Omzet nautische bedrijven in Noord-Holland 375-500 miljoen €

- Aantal directe en indirecte arbeidsplaatsen in Noord-Holland 6400-8500 Fte.

Het motorbootbezit, van boten kleiner dan 8 meter te water liggend, is als volgt verdeeld. Het totaalaantal vaartuigen in deze categorie in Nederland is 207.000 stuks waarvan er 33.500 open motorboten zijn. Een verhouding van 16%. Als de vaartuig/openmotorboot verhouding voor heel de provincie gelijk is aan die in Nederland (stelling), heeft de provincie buiten Amsterdam ongeveer 5400 open motorboten. In Amsterdam zijn 10.500 bootjes (en wat op een bootje lijkt) in de doelgroep geregistreerd, en daarnaast zijn er circa 3000 ”zwartvaarders”.7

Amsterdam op zijn mooist.

5 Bron: HISWA 6 Bron: HISWA Magazine April 2016 met een interview met Dhr. C. Loggen, Lid Gedeputeerde Staten Provincie Noord-Holland. 7 Bron: HISWA, Waterrecreatie Advies, Waternet.

8

Amsterdam ingezoomd “Schoon wordt gewoon” zou het thema kunnen zijn van het beleidskader voor het varen en afmeren door

en in Amsterdam. Dat geldt zeker voor de daar geregistreerde boten.

Aantallen In de jachthavens, grachten, aan woningen en woonboten in Amsterdam, zijn 12.500 boten geregistreerd door Waternet, die voor deze categorie een vignet verkoopt om daarmee gerechtigd te zijn in de stad permanent af te meren (Binnenhavengeld). Bijna 10.000 daarvan zijn onder de 8.00 meter lang. Van 8.00-12.00 meter slecht 750, en boten voorzien van een elektrische aandrijving slechts 500 boten. 1250 boten liggen met een abonnement in een jachthaven. Soorten aandrijving Er kan onder de 12.500 boten onderscheid worden gemaakt in boten met een binnenboordmotor of een buitenboordmotor, diesel of benzine. Er worden in Nederland geen nieuwe 2-takt buitenboordmotoren meer verkocht. Maar die zijn nog in groten getale in Amsterdam aanwezig. De schattingen lopen uiteen van 30-40 % (2500-3350 stuks) van alle buitenboordmotoren (8400). De 4-takt motoren zijn iets stiller en zuiniger maar niet schoner of milieuvriendelijker. Daar is het vermogen van de motoren domweg te klein voor wat een onvolledige verbranding oplevert. Moderne 4-takt motoren met extreme vermogens zijn wel veel schoner door zeer hoge toerentallen, maar die zijn voornamelijk bestemd en in gebruik voor buiten het IJ en de stad en slecht toegestaan op een enkele plaats in de Provincie. Er varen rond 4000 diesel aangedreven boten in Amsterdam. Volgens onderzoek van de gemeente Amsterdam, bewerkt door SEO Economisch Onderzoek zorgt “de pleziervaart” op “een gemiddeld drukke locatie” voor bijna 50% van de vaarbewegingen. Onderzocht is dat de recreatievaartuigen gemiddeld 20 uur per jaar in Amsterdam varen. Dat resulteert dan in ca. 300.000 vaaruren, onderzocht door Waterrecreatie Advies.

De Provincie ingezoomd De samenstelling van de ‘vloot’ van boten die in Amsterdam varen, is uiteraard heel anders dan in de rest

van de provincie. Uiteraard zijn er de diesel aangedreven inboard sloepen. In de provincie varen veel

meer open zeilboten al dan niet met een buitenboordmotor, onnoemelijk veel Ribs en Rubberboten met

buitenboordmotoren, opgeslagen in loodsen, op de wal en thuis. Zo kan je op het water ook

kajuitzeilboten, een enkele motorkruiser en platbodems met buitenboordmotor onderscheiden. In

verhouding tot inboard motoren is dit in de laatste categorie misschien 5-10 %, maar dan heb je het wel al

gauw over 10.000 eenheden.

Bij benadering zijn er in Noord-Holland 87.220 boten in gebruik8. De potentiële winst van elektrisch varen

voor de provincie is dus vele malen groter dan we met dit project en daaraan gekoppelde doelgroep

kunnen bereiken. Een apart onderzoeksproject naar de recreatief bootbezitter die elektrisch kan en wil

gaan varen lijkt daarom zeer nuttig.

8 Bron: Waterrecreatie advies.

9

Doelgroep bepaling provincie Noord-Holland binnen dit voorstel.

NL NH

Aantal vaartuigen in gebruik 407000 87214

In jachthavens 38% 154000 33000

In water overig 11% 43500 9321

In water totaal 49% 197500 42321

Amsterdam 10500

Rest NH 32821

Waarvan open motorboot ±17% 5400 In verhouding tot Amsterdam is dit fors minder maar zoals hiervoor beschreven verklaarbaar.

Economie Kerncijfers over de waterrecreatie van de HISWA, NBMS9, en andere organisaties geven aan dat een

toename wordt geconstateerd van kleinere boten zoals sloepen, boten steeds meer worden gedeeld, de

vergrijzing toeneemt van de waterrecreant, jongeren worden gestimuleerd kennis te maken met de

watersport, er een sterke toename van “verlaten” niet meer in gebruik zijnde achtergelaten boten is, en

op recreatie en/of techniek gerelateerde opleidingen een tekort dreigt. Landelijk groeit de toervaartvloot

met 1 procent. Wel signaleert de watersportsector dat de tweedehands handel in sloepen aanzet, omdat

meer mensen hun sloep willen verkopen. De sloep is voornamelijk populair onder ouderen. Veel ouderen

stappen namelijk over van een zeilboot naar een sloep. De sloep wordt voornamelijk in de eigen

woonomgeving gebruik.10 Dit projectvoorstel draagt bij uitvoering, € 10 miljoen bij aan de economie

zolang die overstap in een elektro uitvoering plaatsvindt. Zie: pagina Maatschappelijk Opbrengsten

Werkgelegenheid Regionaal vinden er wel hoopvolle ontwikkelingen plaats, zoals bijvoorbeeld de nieuwe werf van Royal

van Lent in Amsterdam. Een toonaangevend bedrijf dat custom build megajachten bouwt. De

kleinschalige bouw van boten had en heeft het echter nog steeds moeilijk. Daarnaast is herkenbaar dat de

markt van jachtenbouw vakmensen nodig heeft waar nu een tekort aan is. Voor Noord-Holland is dat

vastgesteld door Decisio en bepaald op MBO-3 niveau. Met dit project verwachten we minimaal 40.000

arbeidsuren in de markt te kunnen zetten, die gekoppeld worden aan scholing van nieuwe instroom. Zie

hier.

9 De NBMS is de vereniging van beëdigde en EMCI gecertificeerde Makelaars in schepen

10 Bron Decisio in opdracht van de Provincie Noord-Holland

10

Klimaat en Milieu Wanneer we kijken naar wat er uit de uitlaat komt van buitenboordmotoren (emissie), is een onderscheid te maken tussen luchtkwaliteit en klimaat. Als veroorzaker van de versnelde opwarming van de aarde (het klimaat) wordt met de vinger gewezen naar kooldioxide (CO2), maar CO2 heeft geen gevolgen voor de kwaliteit van de lucht en water (het milieu). Wel van invloed op de lucht- en waterkwaliteit zijn stoffen als koolmonoxide (CO), koolwaterstoffen (HC), stikstofoxiden (NOx) en fijnstof (PM). Deze vormen een direct gevaar voor de gezondheid van mens en dier.11 De Europese emissie-normering van kleine buitenboordmotoren staat in de onderstaande tabel. Huidige motoren voldoen allemaal aan deze norm en voldoen veelal aan Californische wetgeving die fors strenger is. Niets mis mee zou je denken. The relevant exhaust emission limits of Directive 2003/44/EC which amends Directive 94/25/EC.12

NOx, PM, HC Uitstoot In verhouding met automotoren leveren buitenboordmotoren echter enorme hoeveelheden emissies op. Dit komt door het feit (en daar is ook zo verslag van gelegd) dat de EU Commissie de industrie van buitenboordmotoren niet het loodje wilde laten leggen. De normeringen voor buitenboordmotoren zijn daarom extreem veel hoger dan voor auto’s (7 keer hoger dan de EU-norm voor auto’s). NOx-emissies van een gemiddelde 5 pk-buitenboordmotor levert evenveel emissie NOx/HC op als 38 auto’s van een Tier 2 normering (Amerikaanse normering). Een gemiddelde auto van 2014 in California produceerde 2,5 gram NOx+HC per uur. Een moderne 5 pk-buitenboormotor volgens EPA-marine 2010 (USA-)normen verbruikte 95,9 NOx/HC gram/uur. Deze stoffen komen in het oppervlaktewater terecht via de uitlaat en vervuilen daarmee het oppervlaktewater en de luchtkwaliteit. In één van de verslagen voor Amsterdam zeggen de geïnterviewden: “Het stinkt in de stad met al die bootjes en daarom doen we de ramen dicht op een drukke dag”.

11 Elke schone brandstof stoot ook CO2, NOx en PM10 uit.

Bij schone brandstoffen wordt de uitstoot of emissie van CO2, NOx en PM10 vergeleken met diezelfde emissies van benzine en diesel.

In vergelijking met diesel en benzine zijn de hier beschreven brandstoffen 'schoon'.

Per brandstof wordt gekeken naar de uitstoot per kilometer of uur.

Om een objectieve vergelijking te kunnen maken tussen de uitstoot van benzine en diesel en schone brandstoffen, wordt gekeken

naar de uitstoot die wordt geproduceerd bij zowel de productie, de distributie als het gebruik van de brandstoffen.

12 “The European regulations which cover recreational craft and PWCs define a recreational craft as having a hull length of between 2.5 metres and 24 metres and a PWC, a length of 4 metres or less. In June 2003 the European Parliament passed an amendment to its Directive 94/25/EC concerning the regulation of recreational boats. Under the European framework Member States are required to introduce national legislation to give effect to directives.”

11

Het beleid van de Gemeente Amsterdam inzake de beroeps- en recreatievaart is opnieuw vastgelegd na:

Onderzoek watersport Amsterdam, opdracht DRO Amsterdam door Waterrecreatie Advies

‘Het Roer moet om’, in opdracht van de gemeente Amsterdam/ Waternet, SEO Economisch

Onderzoek

Doelstellingen opgesteld op advies van het Programmabureau Luchtkwaliteit en vastgelegd in de

Nota Varen in Amsterdam door Waternet en vastgesteld door het College.

Doelstellingen uitstoot van vaartuigen op het Amsterdamse binnenwater:

Segment Doelstelling 2015 Doelstelling 2020 Doelstelling 2025

Bemand/groot tot en met 20 meter

Óf: Voor 1 januari 2015 voldoen aan Fase IIIB-norm. Nieuwbouw of nieuwe toetreders: minimaal fase IIIB-norm

Óf: weging op emissie in 2020, met groot wegingsvoordeel voor verschoonde vaartuigen

Zero emissie

Bemand/gesloten tot en met 14meter

Nieuwbouw of nieuwe toetreders: Zero emissie

Zero emissie

Bemand/open tot en met 10 meter

Zero emissie Zero emissie

Onbemand Zero emissie Zero emissie

Pleziervaart Verbod op tweetakt buitenboordmotoren op 1 januari 2017

Nader te bepalen

Dit projectvoorstel richt zich zoals gezegd op de laatste categorie: “Pleziervaart”.

12

CO2-emissie CO2-emissies vormen een belangrijk deel in verbetering van het klimaat én een belangrijk financiële

component voor de provincie.

In perspectief voor Amsterdam13;

Aantal vaaruren per jaar 300.000 Maximumsnelheid km/h (voorstel Stadsdeel Centrum) 6 Aantal afgelegde km ’s 1.800.000 Uitstoot CO2 320.400 Kg per jaar

In perspectief voor rest van de provincie;

Aantal te verwachten vaaruren per jaar 2.250.000

De emissiewaarden van de open motorboten waarvan er ongeveer 5.400 in NH zijn berekend: 443.500 kg CO2 kg uitstoot per jaar; hiervan diesel 171.500 kg en benzine 272.000 kg.

Al met al komt er per jaar in de totale provincie Noord-Holland 760.000 kg CO2 vrij in het open

motorboten-segment. 440.000 Kg in de provincie en 320.000 Kg in Amsterdam.

De CO2-compensatieregeling zoals die nu geldt en na 2018 zal gelden, levert dan het volgende financiële plaatje op. Prijs CO2 per Kg tot 2019: € 0,01 Prijs CO2 per Kg na 2019 minimaal gestabiliseerd op14 € 0,03

COx-uistoot Amsterdam KlIMAAT € 67.752,00 3204 Verminderde uitstoot COx in Tonnen

Cox-uitstoot Provincie KlIMAAT € 41.863,50 4434 Verminderde uitstoot COx in Tonnen

Al met al dus een maatschappelijke opbrengst van minimaal € 100.000 tijdens dit project.

13 Bron: Waternet, Waterrecreatie Advies, Fairclimatfund, EU.

14 In juli 2015 bereikte de Raad een akkoord met het EU Parlement over de markt-stabiliteitsreserve: zodra er een bepaald overschot aan

emissierechten is, worden er emissierechten uit de markt gehaald en in reserve gehouden. Dit moet het overschot aan emissierechten

verminderen en de prijs daarvan verhogen. Doordat de uitstoot van CO2 duurder wordt, zouden bedrijven eerder kiezen voor

energiebesparende maatregelen. In oktober 2015 stemde de Raad in met het akkoord; het nieuwe systeem gaat op 1 januari 2019 van

start.

13

Gebiedsontwikkeling De Watervisie 2021 Provincie Noord-Holland geeft een integrale aanpak van alle opgaven, met een sterke

verbondenheid met doelstellingen van HHNK, AVG en Recreatie Noord-Holland N.V. Binnen dit project

zijn de belangrijkste raakvlakken: schoon water, beschikbaarheid vaarwegen, landschapsgebruik,

luchtkwaliteit, economische importantie van de sector en -groei.

De Woude langs het Kogerpolderkanaal: een mooi voorbeeld waar het allemaal samenkomt.

Uit de Watervisie blijkt dat de waterkwaliteit in Noord-Holland, met uitzondering van de Noordzeestranden en aan het IJsselmeer, slechts aanvaardbaar tot slecht is. (Rood, oranje segmenten in de kaarten.) De toestand in 2015 van de biologie; vis, plankton, overige waterfauna en macrofauna is over het algemeen slecht tot matig terwijl de ambitie is alles op een matig tot goed niveau te brengen in 2021. (Groene en gele elementen in de kaarten.) Met name in het gebied begrensd door Amsterdam-Haarlem-Alkmaar-Volendam moet nog erg veel werk worden verzet. Schoon water gaat om een goede waterkwaliteit, zowel chemisch (verontreinigingen, voedingsstoffen) als ecologisch (planten en dieren). De Europese regels zijn hierbij leidend (Europese Kaderrichtlijn Water, KRW). Op dit moment is de kwaliteit in veel wateren nog ontoereikend. De kwaliteit mag in ieder geval nergens achteruitgaan. Elektrisch varen draagt overduidelijk aan bij aan verbetering.

14

Er zijn duidelijke verschillen tussen de stand van zaken in 2015 en doelstellingen voor 2021: Stand van zaken Watervisie NH 2015

Doelstellingen Watervisie NH 2021

15

De Provincie is aandeelhouder van Recreatie Noord-Holland NV die op zijn beurt een aantal recreatieschappen beheert.

Recreatieschap Alkmaarder- en Uitgeestermeer. Het recreatieschap is een samenwerkingsverband tussen de provincie Noord-Holland, de gemeenten Alkmaar, Beverwijk, Castricum, Heemskerk, Heiloo, Uitgeest en Zaanstad.

Recreatieschap Twiske-Waterland. Het recreatieschap is een samenwerkingsverband van de provincie Noord-Holland en de gemeenten Alkmaar, Amsterdam, Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan, Purmerend, Waterland, Wormerland, Zaanstad en Zeevang.

Het groengebied Amstelland. Het groengebied is een samenwerkingsverband tussen de provincie Noord-Holland, de gemeenten Amstelveen, Amsterdam, Ouder-Amstel en Diemen.

Dit zijn de drie belangrijkste organisaties als het gaat om recreatief varen in de provincie.

Zij zetten zich in voor; - het verzekeren van een evenwichtige ontwikkeling van de recreatie en de watersport op en rondom meren, vaarwegen en aangrenzende gebieden. - het tot stand brengen, bewaren en onderhouden van het landschap en een evenwichtig natuurlijk milieu. De recreatieschappen willen recreanten laten genieten van het mooie landschap. De schappen leggen recreatieve voorzieningen aan zoals fiets-, wandel- en vaarroutes en willen het landschap met zijn karakteristieke bebouwing, openheid en bijzondere planten en dieren zo goed mogelijk in stand houden. Daarnaast richten zij zich in het bijzonder op educatie van de jeugd, stimuleren economische activiteiten, vergroten fysieke verbindingen in het buitengebied, stimuleren watertoerisme en bewegen en sport. Elektrisch aangedreven boten worden nog niet op grote schaal door particulieren bevaren. Daarvoor zou er een uitgebreide infrastructuur nodig zijn van oplaadpunten. De markt voor fluistervaren lijkt wel toe te nemen, mede ingegeven door de toegenomen aandacht voor duurzaamheid. In de markt wordt een tendens richting luxere fluisterboten gesignaleerd.15 De recreatieschappen hebben ook een interactieve kaart met de naam Sloepennetwerk. Deze kaart heeft een duidelijk noordelijk én een zuidelijk deel.

15 Bron Decisio

16

Intensivering van het gebruik hiervan en verdere elektrificering van de netwerken zouden Amsterdam kunnen ontlasten, zeker als door het elektrisch varen op bijvoorbeeld het Twiske, Waterland en Amstelland het meer toegankelijk is en gebruikt wordt als nieuw vaargebied.

17

Scholing De jachtbouw in de MRA16 heeft voornamelijk te maken met de nationale trends zoals hiervoor

beschreven, waarbij het personeelstekort een lange termijntrend is. In Noord-Holland worden vooral

tekorten verwacht in personeel op MBO-3 niveau in de technische beroepen.

In dit plan zijn verschillende techniekmaatregelen opgenomen in samenwerking met bijvoorbeeld het

Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied en ROC ’s die jongeren en werkzoekenden

ondersteunen en trainen bij de keuze voor techniek, hospitality en logistiek. Ook zullen verschillende

bedrijven en het UWV worden benaderd voor het beschikbaar stellen van stageplekken en

omscholingsmogelijkheden. Op die manier kunnen naar verwachting 12.000 opleidings- en

omscholingsuren worden gecreëerd.

De spanten van een nieuwe boot worden gelast door studenten Techniek

Dit project is bij aanvang te klein en niet commercieel om een garantstelling of een participatiefonds voor te ontwerpen, terwijl er juist op de langere termijn voor de regionale economie belangrijke stappen gezet kunnen worden op het gebied van innovatie en kennisontwikkeling en op het gebied van samenwerking tussen bedrijven en onderwijsinstellingen. Bij de toekenning van ondersteuning aan dit project geeft de provincie voorrang aan een project dat vernieuwend is en waarbij meerdere onderwijs- of onderzoeksinstellingen en andere bedrijven bij betrokken zullen zijn. Hiervoor zijn inmiddels kontakten met ROC’ s gemaakt.

16 Metropool Regio Amsterdam

18

MienSkip Het MienSkip-concept, elektrisch varen voor iedereen, is ontstaan bij SEFF, de Stichting Elektrisch Varen

Friesland, in samenwerking met de provincie Friesland en VripackDesign. Het had en heeft als doel

elektrisch varen te stimuleren en een herkenbaar “gezicht” te geven op het water. Daarbij is gekozen voor

een concept dat sociale verbondenheid tussen individuen en groepen versterkt. Een boot bovendien die

voor iedereen bereikbaar is.

De ervaringen met MienSkip in Friesland zijn positief. Verschillende gemeenten hebben een boot

aangekocht, om het elektrisch varen onder de aandacht te brengen én omdat ze er zelf de voordelen van

zien.

Het bouwen van een MienSkip, wat overigens uit het Fries vertaald ook “mijn sociale omgeving” betekent, kan alleen, in groepen van studenten, mensen uit de straat, een groep collega’s, etc. Dit bevordert de deeleconomie, kennisoverdracht en natuurlijk de sociale cohesie. Iedereen kan een MienSkip bouwen door gebruik te maken van eigen en andermans handen en talent. Zie je dat niet zitten, dan kan hij ook kant en klaar worden afgeleverd in elk uitrustingsniveau dat wordt gewenst. Het is dus een concept dat voor een breed publiek aantrekkelijk is en daardoor kansen biedt om het elektrisch varen een stimulans te geven. Een Mien Skip

De romp krijg je als kant-en-klaar bouwpakket, denk aan de bouwpakketten en -tekeningen van een Ikea

meubel. De afwerking en inrichting is vrij. En het ontwerp is vrij beschikbaar en iedere werf of leverancier

mag onderdelen van de boot aanbieden. Er kunnen door het ontwerp drie soorten elektrische

aandrijvingen in de boot worden toegepast: een buitenboordmotor, een zgn. pod onder de romp of een

binnenboordmotor met een schroefas. Dus duurzaam en stil, want dat is waar we naartoe willen.

19

De MienSkip 22 is een motorboot van 6,5 meter lengte en 2,25 m. breedte met heel veel binnenruimte.

Het ontwerp wordt gekenmerkt door een karakteristieke rondlopende kim bij de boeg, die het water

mooi scherp aansnijdt en tegelijk boven de waterlijn veel ruimte in de boot creëert. Daardoor is het

mogelijk de kuip tot helemaal voorin te laten doorlopen, al zijn er ook indelingen denkbaar met een kajuit

voorin. Aan de achterzijde valt de bijzondere aflopende ronde spiegel op, die doet denken aan de

klassieke runabouts en tenders.

Uitvoeringsvarianten zijn:

Variant AGM accu's E-Motoren

HOUT 24v 2 Kw

STAAL 24v-48v 4 kw

ALUMINIUM 24v 2-4 Kw

KUNSTSTOFVARIANT In ontwikkeling In ontwikkeling

Om een extra boost aan het milieu te geven wordt een kunststofvariant ontwikkeld waarbij organische

stoffen de basis vormen.

Voorbeelden van het VripackDesign qua afbouw

In de basis is de MienSkip 22 een open boot met een grote, vlakke kuipvloer die tevens zelflozend is. Dus

al het overkomende- en regenwater loopt gewoon weg door de loosgaten. Heel veilig, heel makkelijk.

Vervolgens kun je de MienSkip inrichten zoals ieder dat wil. Van heel basic en eenvoudig tot zeer luxe. Als

sloep, als consoleboot of zelfs kajuitkruiser.

20

Kunststofvariant: Van vol polyester naar organische variant.

Vanuit de lineaire economie van de late 20ste eeuw waarin producten werden gemaakt, gebruikt en

afgedankt, leverde dat milieuschade op, een groot energiegebruik en uitputting van grondstoffen.

We zijn anno nu beland in de keteneconomie waarin we in toenemende mate deze schadelijke effecten

kunnen beperken. Dat doen we door lean productie, efficiënt gebruik en energiebeperking, een zo

mogelijk hergebruik van onderdelen van het afgedankte product. Maar dat is niet genoeg en binnen de

huidige technologie en haar ontwikkeling is een volgende stap mogelijk en nodig.

Waar we naar toe moeten is de Circulaire Economie waarbij nagenoeg alle gebruikte materialen in

producten een zo gering mogelijke “print” achterlaten zowel bij productie, het gebruik, als na de

levenscyclus. Het product wordt gekenmerkt door de energiehuishouding, gaat de ecologie voorbij, levert

meer plezier op door uitbreiding van gebruiksmogelijkheden, maakt de gebruikte technologie voor de

gebruikers inzichtelijk en in control. Tot slot is er een transitie van regelgeving voor het gebruik van het

product door overheden, naar verantwoordelijkheid van de gebruiker.

21

Dat vertaald naar dit project betekent dat een volgende stap in de productie van (kleinere open motor-)

boten mogelijk is, en ook moet worden gemaakt. Wat we willen is dat we in de hele keten van productie,

gebruik en “after life”, de “print”, van de pleziervaart zo klein mogelijk maken en voor de toekomst geen

problemen creëren zoals nu wel het geval is.

De productie, het gebruik en het uiteindelijk verwerken van het afgedankte bootje moet een meest laag

mogelijke “print” achterlaten.17

De markt van kleinere open boten wordt gedomineerd door de volgende rompmaterialen. (Gebaseerd op

verkoopcijfers van Botentekoop.nl en andere sites en informatiebronnen.)

Uitgaande van het huidige gebruikte rompmateriaal versus de hiervoor beschreven parameters die het

waard maken om de volgende ontwikkeling van scheepsrompen waar te maken, laat het volgende beeld

ontstaan als je je gedachten daarover loslaat.

Op de horizontale as zetten we de drie parameters: wat doet de productie, wat doet het gebruik, wat

doet het afgedankte product, en hoe verhoudt zich dat ten opzichte van onze kunststof-organische

variant.

Op de verticale as benoemen we Energieverbruik, Ecologische belasting, Grondstofgebruik,

Recyclebaarheid, Portfolio van gebruiksmogelijkheden, en tot slot de ontwikkeling van technologie en

controle door de gebruiker. Zie voor de details Bijlage 5.

17 Voor de 20-25 duizend slooprijpe en verlaten boten van nú, die nog moeten worden opgeruimd; wordt al een oplossing

gezocht. Zie bijlage 4.

74%

10%

9%

7%

15%

Polyester

Staal

Hout

Aluminium

Overig (en onbekend)

0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80%

Aandeel materiaalgebruik rompen

Aandeel

22

De conclusie voor de weging welk materiaal voor een romp het beste is in relatie tot het achterlaten van

een zo klein mogelijke “print” is als volgt:

NR. 1

Kunststof- organische variant

Blijvend gebruik polyester grootste nadeel. Publiekslieveling, juist door polyester gebruik (weinig onderhoud). Positieve energiebalans.

NR. 2 Hout

Heeft één nadeel; productie van de grondstof moet wel gegarandeerd duurzaam zijn en relatief zwaar wat verbruik bij varen verhoogd.

NR. 3 Aluminium

Alleen de energiebehoefte voor productie en onderhoud is een nadeel. Duurzaam, goed recyclebaar, moeilijk product qua bewerking.

NR. 4 Staal Robuust, maar scoort op vrijwel alle punten gemiddeld. NR. 5

Vol polyester Slechtste prestatie door productie en after live parameters18

Een uitgebreide weging vindt u in bijlage 5.

Het voorstel is om in volgorde van belang de kunststof-organische variant met een vulmateriaal van natuurlijke gewassen te ontwikkelen en als eerste te promoten. Gevolgd door hout, aluminium en staal. Een vol polyester variant wordt niet aangeraden. De overweging ter vervanging van het huidig veel gebruikte vol polyester voor rompen en diesel of benzine aangedreven motoren laat zich in de volgende tabel samenvatten.

18 Houten rompen worden verbrand, stalen schepen gaan naar de oud-ijzerhandel. Maar polyester is een probleem. Polyester is een kunsthars, welke hard wordt na toevoegen van een verharder. Dit proces is onomkeerbaar. Polyester kan dus niet meer gesmolten worden.

Polyester, waar boten van gemaakt zijn, is moeilijk te recyclen. Er zijn bedrijven die experimenteren om onder hoge temperatuur en

hogedruk het polyester te scheiden van de vezels. Het eindproduct wordt gebruikt om melkpakken aan de binnenkant te coaten. Dit is

echter nog veel te duur. Het polyester inclusief vezels die überhaubt niet kunnen worden verbrand, wordt in kleine stukjes geplet. Dit gaat

naar verbrandingsovens of wordt gebruikt als bewapening in beton in Duitse snelwegen.”

23

Soort economie Lineaire Economie

We maken dingen omdat

het kan!

Keteneconomie

We maken dingen zó,

omdat het beter is.

Circulaire Economie

We maken dingen met

een neutrale of

positieve “print”19

Rompsamenstelling Vol polyester rompen in

combinatie met glasvezel.

Romp van polyester

schillen gevuld met

gerecyclede kunststoffen

Romp van polyester

buitenschil met

organisch vulmateriaal

en polyethene

binnenschaal

Productiemethode Glasvezel lay-up methode Open vul/giet methode

tussen schillen met v.b.

gerecyclede PET

kunststoffen20

Gesloten

vul/gietmethode met

gewassen en harsen

Energiebehoefte bij

productie

Hoog energieverbruik bij

productie zowel polyester

als glasvezel.

Lager energieverbruik bij

productie polyester en

hergebruikte kunststoffen

Laagste energieverbruik

Recyclebaarheid Niet recyclebaar

eindproduct

Gedeeltelijk recyclebaar en

gebruikmakend van.

Thermoplast dus ook

recyclebaar.

Emissies Hoge emissiewaarden

gebruikte oplosmiddelen en

harsen (er komt schadelijk

styreen vrij)

Lagere emissiewaarden

door gebruik van minder en

andere bindingsmiddelen

Minimale emissie door

productiemethode. Bij

verbranding komen geen

schadelijke stoffen vrij.

Energiebehoefte na

lifecycle

Hoog energieverbruik bij

afvalverwerking polyester.

Glasvezel blijft restproduct

en is niet te verbranden.

Lager energieverbruik door

minder polyester.

Gerecyclede kunststoffen

kunnen worden hergebruikt

met toevoeging van veel

energie.

Positieve energiebalans

bij verbranding door

hoge energieafgifte van

natuurlijke gewassen.

19 Dit zijn de randvoorwaarden van het projectvoorstel voor een kunststofvariant. 20 De Gemeente Amsterdam heeft met Plastic Whale een dergelijke sloep in gebruik.

24

Voor de ontwikkeling van de kunststof-organische variant gaan we als volgt te werk. Er wordt een origineel houten exemplaar gebouwd die dienst gaat doen als ondergrond voor het maken van contramallen. Deze mallen worden op hun beurt gebruikt voor het dupliceerbaar maken van de boten van de kunststof-organische variant. De kosten van het maken van een origineel houten basis voor de mallen zijn € 10.000. De contramallen ontwikkelen kosten €15.000. Het vacuüm-pakket voor het reproduceren van de rompen € 10.000. Het benodigde bouwmateriaal is hierbij inbegrepen.

Uitwerking Operationele Zaken, Organisatie en Verantwoording

Planning Voor dit voorstel is de planning als onderstaand.

PLANDEEL UITVOERINGSDEEL

FASERING mei-16 jun-16 okt-16 dec-16 mrt-17 mei-17 aug-17

jun-16 sep-16 dec-16 feb-17 mei-17 jul-17 nov-17

Planvorming Initiatiefnemers

Subsidieaanvraag Provincie NH

Besluitvorming Bestuurders NH

Benadering UWV

Benadering ROC ‘s

Benadering leveranciers NH

Uitvoering project in NH-Amsterdam

Start bouw mal prototype

Ontwikkeling prototype

Bouw prototype

In het plandeel komt dit projectvoorstel tot stand, wordt het voorgelegd aan betrokken besturen en

worden stakeholders geïnformeerd en geïnteresseerd.

In de uitvoeringsfase worden na accordering door de provincie overeenkomsten gesloten en wordt

overgegaan tot uitvoering.

Project loopt tot en met 2020 en verder

25

Organisatie

is eigenaar van het concept MienSkip. .

SEFF heeft samen met de provincie Friesland, VripackDesign, en een aantal toeleveranciers en scholen

goede resultaten behaald in het Friese. Zo zullen als voorbeeld naar verwachting alle gemeenten in de

provincie overgaan tot de aanschaf van een boot om daarmee hun binnenwateren schoon te houden. In

Leeuwarden zal tijdens het “Culture Hoofdstad Jaar 2018” het type MienSkip dienstdoen als

rondvaartboot.

Het voorstel is om met SEFF, de Provincie Noord-Holland en het Recreatieschap de stichting SEVANHA,

Stichting Elektrisch Varen Noord-Holland Amsterdam, op te richten waarin één natuurlijke persoon van

dit initiatiefvoorstel als uitvoerend projectcoördinator wordt aangesteld.

De oprichting van de stichting Sevanha wordt overwogen omdat:

A. De uitrol van MienSkip in het begin geen tot nauwelijks commerciële opbrengsten genereert voor

initiatiefnemers en ook niet als zodanig is bedoeld21.

B. Maatregelen en middelen die door de provincie worden verstrekt het buitengewoon ingewikkeld

maken om verbindingen/verloning aan te gaan met natuurlijke personen.

C. Door een verbinding met de Provincie en het Recreatieschap invulling kan worden gegeven aan

plannen voor de doorontwikkeling van voormalig Erfgoedpark De Hoop met de Gemeente

Uitgeest. Dat plan is geïnitialiseerd en moet medio 2016-2017 operationeel zijn, maar loopt

achter in tijd en ontwikkeling.

D. Deze constructie de financiële lasten van dit project aanzienlijk drukken.

De Hoop aan het Uitgeestermeer.

21 In de periode 2017-2021 zal per jaar een marge op de verkoop van het concept worden verbonden zodat na 2020 het project zonder

subsidies operationeel kan zijn. Zie hoofdstuk Subsidieaanvraag.

26

Financiën

Voor de uitvoering van dit project wordt gedacht aan een mogelijkheid in een (kleine) kantoorvoorziening

en een werkplaatsinrichting voor begeleid bouwen van de boten te voorzien.

Invulling van dit project kan via twee varianten: A. Een private uitvoering in opdracht van de Provincie B. Een samenwerkingsverband tussen de Stakeholders

In variant privaat (A) wordt de uitvoering van het project volledig zelfstandig uitgevoerd door een

natuurlijke rechtspersoon binnen een stichting en is op afstand onder controle van de Provincie. Dat

betekent operationeel het opzetten van een volledige bedrijfsmatige organisatie die in hoofdlijnen de

volgende kosten met zich mee brengt. In de tabel is het financiële deel voor deze variant weergegeven.

Kostensoort Versie A Investering22 Exploitatiekosten23 Totaal 4 jaar24

Transport en Vervoerskosten 9.000 18.625 74.500 Huisvestingskosten Huur Pand 24.000 96.000 Inventaris en werkplaatsinrichting 35.000 8.750 35.000 Energie en verzekeringen 16.500 66.000 Doelgroep benadering en -communicatie 2.500 26.825 77.300 Organisatie Projectcoördinatie 47.450 189.800 Administratieve ondersteuning P.M 71.175 Lidmaatschappen vakverenigingen 4.750 19.000 Verantwoording 5.000 20.000 Ontwikkelingskosten kuststof variant 35.000 8.750 35.000

Totaal 81.500 160.650 683.775

22 Bij aanvang van het project vrij te maken middelen (€’s) 23 Eerste jaar 24 Administratieve ondersteuning stijgt 25% per jaar. Marketingkosten dalen € 5.000 per jaar

27

In de variant Samenwerkingsverband tussen Stakeholders (Variant B) is gebruik van bij de partijen al

bestaande faciliteiten zoals huisvesting in De Hoop, beschikbare capaciteiten in personele bezetting

(administratief op termijn) ondergebracht maar nog niet de verdere operationele invulling. Uitgegaan

wordt van gebruikmaking van Erfgoed Park De Hoop aan het Uitgeestermeer en op termijn

administratieve ondersteuning binnen bestaande organisaties van de stakeholders, bijvoorbeeld het

Recreatieschap.

Kostensoort Variant B Investering25 Exploitatiekosten26 Totaal 4 jaar

Transport en Vervoerskosten 9.000 18.625 74.500 Huisvestingskosten Huur Pand 0 0 Inventaris en werkplaatsinrichting 35.000 8.750 35.000 Energie en verzekeringen 6.500 26.000 Doelgroep benadering en -communicatie 2.500 26.825 77.300 Organisatie Projectcoördinatie 47.450 189.800 Administratieve ondersteuning 0 0 Lidmaatschappen vakverenigingen 4.750 19.000 Verantwoording 5.000 20.000 Ontwikkelingskosten kuststof variant 35.000 8.750 35.000

Totaal 81.500 117.900 476.600

Al met al kan door de samenwerking in variant B naar schatting € 200.000 op de operationele kosten

worden bespaard gebaseerd op de kostenraming van het eerste jaar gedurende de looptijd. In de loop

van de jaren lopen de personele kosten in variant A verder op. Reden waarom initiatiefnemers inzetten

op Variant B.

25 Bij aanvang van het project vrij te maken middelen (€’s) 26 Eerste jaar vervallen huur, verzekering pand en administratieve ondersteuning over de gehele looptijd

28

Kwantitatieve doelstelling Elektrisch varen is, zo bleek uit tellingen in Amsterdam, nog in een pril stadium. Dat het een grote vlucht

zal nemen, daar is iedereen het wel over eens. Realistisch denken wij dat een aandeel van 85% elektrisch

varen in Amsterdam in een termijn van 10 jaar mogelijk is, mits voldoende handhaving voorhanden is.

Deze middelen worden op dit moment ontwikkeld door Waternet. In de rest van de provincie zijn die

middelen er nog niet, reden waarom wij het aandeel elektrisch varen in de provincie hebben

gemaximaliseerd op 65%.

Verder is dit project uiteraard niet de enige mogelijkheid elektrisch te gaan varen. Reden waarom we de

marktaandelen erg klein hebben gehouden.

In de curve van het marktaandeel is rekening gehouden met andere aanbieders, zie onderstaande grafiek,

waarin de belangrijkste marktverhoudingen staan aangegeven. Op kortere termijn zullen zij immers aan

een inhaalslag kunnen beginnen. Tot nu zijn hun nieuwe producten echter allemaal diesel aangedreven

vaartuigen.

Reden waarom in de tabellen een langzame groei is te zien met een maximum in 2022 om daarna weer af

te nemen. Dit bepaald ook de maximale looptijd van het project.

Al met al is de verwachting tot en met 2020 bijna 400 eenheden te elektrificeren en daarna tot 2026 nog

540 eenheden. Hiermee dragen initiatiefnemers bij aan € 10.000.000 economische groei aan de lokale

economie.

29

Gemeente Amsterdam

Aantal motorvaartuigen A'dam

10150

Jaar % vd markt % markt- Restant Potentieel

E-drive aandeel Markt A'dam

2015 5 0 10150 0

2016 7,5 0 9896 0

2017 12,5 2 9401 24

2018 17,5 3 8931 47

2019 30 4 7815 94

2020 40 5 7033 141

2021 50 4 6330 127

2022 60 2,5 5697 85

2023 70 2 5127 72

2024 80 1,5 4615 55

2025 85 1 4384 37

2,3 681

Rest provincie Noord-Holland

Aantal open motorvaartuigen indicatief

5341

% vd markt % markt- Restant Potentieel

E-drive aandeel markt Provincie

2015 1 0 5000 0

2016 2 0 4950 0

2017 4 2 4851 4

2018 8 3 4657 11

2019 16 4 4284 27

2020 25 5 3899 49

2021 40 4 3314 53

2022 50 2,5 2983 37

2023 55 2 2833 31

2024 60 1,5 2692 24

2025 65 1 2557 17

2,3 254

Daarmee komt het aantal geëlektrificeerde eenheden tussen 2017 en 2021 op bijna 400 en in de vijf jaar

daarna op 540 stuks.

30

Maatschappelijke opbrengsten Door emissievermindering van COx, inbreng van uren door de industrie voor opleidingen, omscholing en

stages, ontstaan maatschappelijke opbrengsten voor de provincie. Uiteraard brengt het de lokale

industrieën geld in het laatje en worden extra manuren gerealiseerd door de bouw van de boten. Andere

inkomsten liggen meer op het kwalitatieve vlak zoals beleving van de natuurwaarden, gebruik kunnen

gaan maken van meer vaarwegen in beschermde gebieden en ontlasting van de grachten van Amsterdam.

Er wordt invulling gegeven aan de vraag naar een herbestemming voor Erfpachtpark De Hoop.

Maatschappelijk Opbrengsten periode 2017-2025

Financieel Manuren Tonnen CO2

COx uitstoot Amsterdam KLIMAAT € 67.752 3204 Verminderde uitstoot COx over de gehele looptijd

COx uitstoot Provincie KLIMAAT € 41.863 4434 Verminderde uitstoot COx over de gehele looptijd Opleidingsuren en omscholing KENNIS € 150.000

12.000

60% werf gebouwd met stageplaatsen die voor 25% worden ingevuld

Productie ECONOMIE € 7.362.500 Economische waarde schepen

Lokale economische groei ARBEID € 2.040.000 40.800 Behoud c.q. uitbreiding van arbeidsuren scheepsbouw

Vernieuwing markt ECONOMIE € Behoud aantal watersporters Fysieke verbindingen buitengebied ECOLOGIE

Meer ingezette vaargebieden met hogere natuurwaarde beleving

Uitstoot NOx, fijnstof en geluid MILIEU Verbeteren water en luchtkwaliteit

Opruimen kunststofafval INNOVATIE € 25.000,00

500

Gebruik van natuurlijke bronnen voor bouw van een nieuwe casco-variant ter vervanging van polyesters.

€ 9.687.115,50

53.300 7638

Rendement Inkomsten zijn voor 33 % verdeeld over 2017-2020

€ 3.196.748,12

Inkomsten zijn voor 66% verdeeld over 2021-2025

€ 6.393.496,23

31

Verantwoording via P&C-cyclus Voorgesteld wordt te rapporteren volgens de regels van Doelmatigheid, Rechtmatigheid en Effectiviteit. Naast de jaarlijkse accountantsverklaring vindt een rapportage plaats over stand van de elektrificering van de doelgroep, economie en werkgelegenheid, klimaat en milieueffecten, gebiedsontwikkeling, scholing en innovatie. Monitoring door HHNK, AGV en Rijnland in de verschillende gebieden zal zo mogelijk onderdeel vormen van de rapportages. Waternet zal worden gevraagd naar het gebruik van het Binnenhavengeld-register en mutaties daarin. ROC ’s, het UWV en bedrijfsleven zullen worden gevraagd naar ingezette scholingsuren. De Provincie, de Gemeente Amsterdam en uitvoeringsorganisaties, krijgen deze rapportages. De jaarlijkse rapportages worden aangeleverd voor 1 september van jaar x+1 zodat ze kunnen worden opgenomen in de P&C-cyclus. In 2017 vindt een eerste halfjaar rapportage plaats. Voorgesteld wordt op basis van de resultaten, weergegeven in de rapportages, een go/no-go beslissingsmoment in te bouwen voor de provincie voor het volgende jaar.

Funding

Navraag bij de ambtelijke organisatie27 leert dat geen van de in de bijlagen genoemde subsidies een

op een toepasbaar is op dit initiatief en dat moet worden ingezet op één of meerder van

onderstaande acties:

1. Alle stakeholders; provincie, gemeente, recreatieschappen, waterschappen en mogelijk

anderen, interesseren voor dit voorstel om daarmee te komen tot een kosten dekkende

funding.

2. Inhaken op toekomstige besluitvorming van bijvoorbeeld de Watervisie en RVO waaruit

middelen beschikbaar worden gesteld die op dat moment kunnen worden aangevraagd.

3. Budget beschikbaar te stellen uit de begroting 2017 op provinciaal niveau.

Omdat initiatiefnemers proactief willen handelen geniet variant 3 de voorkeur en wordt de provincie

gevraagd in de gevraagde funding te voorzien, binnen de middelen verstrekt uit de door haar te

ontwikkelen begroting en zo mogelijk de verschillende subsidieregelingen.

Uiteraard zullen de eerste twee opties niet worden verwaarloosd en ook vol op worden ingezet.

Ieder jaar vindt een evaluatie naar aanleiding van de verantwoording met een go/no go mogelijkheid voor

het volgende jaar plaats.

27 Helpdesk Subsidies en Beleidsadviseur Waterrecreatie.

32

Initiatiefnemers zetten om kosten onder meer kostenoverwegingen in op de operationele uitvoering van

variant B;

A. Een private uitvoering in opdracht van de Provincie B. Een samenwerkingsverband tussen de Stakeholders

Kostensoort Variant A per jaar Variant B per jaar (variabele kosten wisselen)

Totaal in 4 jaar variant A

Totaal in 4 jaar variant B

Transport 18.625 18.625 74.500 74.500

Huisvesting 49.250 15.250 197.000 61.000

Communicatie 26.825 26.825 77.300 77.300

Personele kosten 80.925 57.200 323.700 228.800

Afschrijvingen 8.750 8.750 35.000 35.000

184.375 126.650 707.500 476.600

In de tabel is uitgegaan van de looptijd van vier jaar, reden waarom de personele kosten hier door gebruik van gemiddelde kosten iets hoger uitkomen dan in voorgaande tekst (+ € 20.000 over de eerste vier jaar in variant A).

33

Als de prognoses worden gehaald in aantal verkochte eenheden én in de eerste vier jaar een marge per eenheid kan worden opgebouwd van € 1.000, is het project, uitgevoerd in Variant B financieel zelfstandig in 2021. Wij achten een hogere marge niet haalbaar gezien de doelgroep.

De in de tabel genoemde bedragen dekken de exploitatie van het betreffende jaar. In het eerste jaar is een aanvullende start bedrag nodig in de investeringssfeer ad € 81.500, waarvan € 35.000 is bedoeld voor de ontwikkeling van de kunststofvariant uit recyclebare basismaterialen, en de rest voor duurzame productiemiddelen.

Het voorstel is revenuen in de eerste vijjf jaar voor een belangrijk deel terug te laten vloeien in het beheer en onderhoud van Industrieel Erfgoed Park De Hoop, waar dringend behoefte aan is. Daarnaast is de exploitatie nu niet ingevuld en de financiële resultaten drukken zwaar op de begroting van het recreatieschap.

1 2 3 4

Subsidibedrag per jaar €160.650,00 €167.512,50 €174.375,00 €181.237,50

Opbrengsten bij marge € 500 €12.500,00 €30.000,00 €62.500,00 €95.000,00

Opbrensten bij marge € 1.000 €25.000,00 €60.000,00 €125.000,00 €190.000,00

Opbrengsten bij marge € 1.500 €37.500,00 €90.000,00 €187.500,00 €285.000,00

€-

€50.000,00

€100.000,00

€150.000,00

€200.000,00

€250.000,00

€300.000,00

Bedragen per jaar

INK

OM

STEN

PER

JA

AR

Breakevenpoint bij een gehanteerde marge en realisatie prognose verkochte eenheden.

Subsidibedrag per jaar Opbrengsten bij marge € 500

Opbrensten bij marge € 1.000 Opbrengsten bij marge € 1.500

34

BIJLAGE 1 Kerncijfers HISWA INDUSTRIE

• 2,6 miljoen watersporters in Nederland (18 jaar en ouder)

• 4.200 watersportbedrijven in Nederland (jachtwerven, jachthavens, verhuurbedrijven, zeil-

en vaarscholen, architecten, importeurs motoren, importeurs jachten, experts, makelaars,

reparatie- en onderhoudsbedrijven)

• 1.900 bedrijven hebben watersport als hoofdactiviteit

• 2.300 bedrijven hebben watersport als nevenactiviteit

• 2,1 miljard bruto-omzet per jaar

• 1,25 miljard is daarvan export

• 20.300 werknemers in de branche

• 1.160 jachthavens (20 ligplaatsen of meer)

VAARTUIGEN

Er zijn naar schatting 507.800 recreatieve vaartuigen in Nederland.28

Per locatie:

• 154.000 vaartuigen in het water bij havens en bedrijven

- 33.000 in Noord-Holland

- 28.000 in Zuid-Holland

- 27.000 in Friesland

- 11.000 in Zeeland

- 11.000 in Gelderland

- 10.500 in Noord-Brabant

- 8.000 in Limburg

- 8.000 in Flevoland

- 6.500 in Overijssel

- 6.500 in Utrecht

- 4.000 in Groningen

- 500 in Drenthe

• 310.300 vaartuigen op de wal:

- 210.300 in gebruik

- 100.000 niet in gebruik

• 43.500 vaartuigen in het water op overige

plaatsen

NAAR VAARTUIGTYPEN (voor zover te water)29

197.500 vaartuigen:

• 78.000 kajuitzeiljachten

• 21.500 open zeilboten

• 5.000 platbodems

• 59.500 kajuitmotorjachten

• 33.500 open motorboten

• 7.000 overige

28 Bron: HISWA; Factsheet Watersport-industrie, 2015-2016 29 Bron: Water Recreatie Advies

35

BIJLAGE 2 Subsidieregelingen samengevat.

Horizon 2020 Horizon 2020, het programma van de Europese Commissie om Europees onderzoek en innovatie te

stimuleren, loopt sinds 1 januari 2014 en is de opvolger van het Zevende Kaderprogramma (KP7). Horizon

2020 krijgt een totaalbudget van ongeveer €80 miljard voor de periode 2014-2020. Ook voor de Topsector

Water bestaan subsidiemogelijkheden. De provincies beheren de deelbudgetten.

POP3 De verbetering van de waterkwaliteit is een van de thema’s in het Europese

plattelandsontwikkelingsprogramma (POP). De derde ronde daarvan, POP3, is in 2014 gestart. Europa

heeft de grote lijnen vastgesteld. Daarbinnen krijgen alle lidstaten ruimte voor een eigen beleidsagenda

en bepalen zij zelf de verdeling van het budget. Het POP3-programma richt zich op vijf thema’s,

waaronder het versterken van innovatie, verduurzaming en concurrentiekracht. De vertaling van deze

thema’s naar regelingen is gemaakt onder leiding van het ministerie van Economische Zaken in

samenwerking met de provincies.

RVO Naast Europese programma’s spelen op lokaal niveau RVO (Rijksdienst Voor Ondernemend Nederland) en MIT een belangrijke rol. Zij ondersteunen of geven invulling aan:

Versterken van de innovatiecapaciteit van regio's en organisaties - Het verschil tussen innovatiecapaciteit van regio's verkleinen en de invoering van 'smart specialisation strategies' versnellen. - Naast technische innovatie ook sociale- en procesinnovatie.

Versnellen van de overgang naar een koolstofarme economie

- De uitvoeringscapaciteit vergroten om bestaande CO2-reductiestrategieën van publieke

organisaties succesvol te implementeren.

- Het gecombineerde adaptatie- en mitigatiepotentieel vergroten.

- Broeikasgasemissies terugdringen (ook in het transportsysteem).

- Het aandeel duurzame energie in onze energiemix vergroten, inclusief daarmee

samenhangende invoeringsvraagstukken oplossen.

- Duurzame energietechnieken, processen of diensten succesvol invoeren.

Efficiënt gebruik van materialen en grondstoffen

- Activiteiten en projecten die onze ecologische voetafdruk verkleinen en die zich specifiek

richten op materiaal(her)gebruik in alle sectoren (middels technieken, diensten, processen en

producten).

36

De MIT-regeling. De MIT-regeling kent de volgende instrumenten: adviesprojecten, haalbaarheidsprojecten, R&D-samenwerkingsprojecten, kennisvouchers, TKI-Innovatiemakelaars en -netwerkactiviteiten. De MIT-regeling is vanaf 10 mei 2016 open voor alle instrumenten met uitzondering van de R&D-samenwerkingsprojecten. Deze zijn vanaf 5 juli 2016 aan te vragen. De sluiting van alle instrumenten is 1 september 2016. De afhandeling van de aanvragen gebeurt op volgorde van binnenkomst, met uitzondering van de R&D-samenwerkingsprojecten: dit is een tender. Het kabinet en de regio's stelden in 2015 voor het eerst gezamenlijk ruim € 50 miljoen beschikbaar voor MIT. Voor het jaar 2016 is het budget verhoogd naar € 55 miljoen. Doel van de MIT-regeling is innovatie bij het midden- en kleinbedrijf over regiogrenzen heen te stimuleren.

INTERREG NWE Deze regeling ondersteunt activiteiten en pilots op het gebied van: Versterken van de innovatiecapaciteit van regio's en organisaties - Het verschil tussen innovatiecapaciteit van regio's verkleinen en de invoering van 'smart specialisation strategies' versnellen. - Naast technische innovatie ook sociale- en procesinnovatie. Versnellen van de overgang naar een koolstofarme economie - De uitvoeringscapaciteit vergroten om bestaande CO2-reductiestrategieën van publieke organisaties succesvol te implementeren. - Het gecombineerde adaptatie- en mitigatiepotentieel vergroten. - Broeikasgasemissies terugdringen (ook in het transportsysteem). - Het aandeel duurzame energie in onze energiemix vergroten, inclusief daarmee samenhangende invoeringsvraagstukken oplossen. - Duurzame energietechnieken, processen of diensten succesvol invoeren. Efficiënt gebruik van materialen en grondstoffen - Activiteiten en projecten die onze ecologische voetafdruk verkleinen en die zich specifiek richten op materiaal(her)gebruik in alle sectoren (middels technieken, diensten, processen en producten).

De WBSO-regeling Bedrijven kunnen de financiële lasten van research en development (R&D)-projecten verlagen via de

WBSO. De WBSO verlaagt de loonkosten en andere kosten en uitgaven voor uw R&D-project.

Bijvoorbeeld voor prototypes of onderzoeksapparatuur. De WBSO is bestemd voor Nederlandse bedrijven die onderzoeks- of ontwikkelingsprojecten uitvoeren. Van starters, kleine zelfstandigen (ZZP) en mkb-bedrijven tot multinationals in elke bedrijfssector.

Subsidie voor eenmalige initiatieven Gemeente Amsterdam De gemeenteraad bepaalt in november welke resultaten de gemeente het komende jaar wil behalen. Als er een initiatief wordt opgezet voor het behalen van de beleidsdoelstellingen van de Gemeente dan komt het project mogelijk in aanmerking voor subsidie. Zowel bewoners als rechtspersonen kunnen subsidie aanvragen bij de gemeente.

Het initiatief moet aan de volgende voorwaarden voldoen: De activiteit waarvoor je subsidie aanvraagt sluit aan bij een van de doelen van de beleidsterreinen

uit de begroting De activiteiten waarvoor je subsidie aanvraagt komen ten goede aan de stad of haar bewoners De activiteiten staan open voor alle groeperingen. Je maakt geen onderscheid naar:

ras, nationaliteit, godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, leeftijd, geslacht, seksuele gerichtheid, handicap of burgerlijke staat. Deze voorwaarde geldt niet als men zich met de activiteit richt op een specifieke doelgroep, bijvoorbeeld jongeren.

37

Subsidieregeling Projectvoorbereiding collectieve duurzame initiatieven in Amsterdam Grote projecten moeten aan alle voorwaarden voldoen.

Een plan voor kennisdeling.

Er is sprake van een nieuwe of innovatieve aanpak of er is sprake van meetbare duurzaamheidswinst bij de realisatie van het project. Dit moet overtuigend onderbouwd worden.

Een participatieplan waarin beschreven is hoe andere organisaties en/of burgers aan het project kunnen deelnemen.

Bij de uitvoering van het project participeren tenminste drie organisaties.

Subsidieregeling praktijkleren Met de Subsidieregeling praktijkleren stimuleert het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap werkgevers om praktijkleerplaatsen en werkleerplaatsen aan te bieden. Dankzij de regeling kunnen leerlingen, deelnemers, studenten of werknemers die een beroepsopleiding volgen, zich beter voorbereiden op de arbeidsmarkt en kunnen werkgevers beschikken over beter opgeleid personeel.

Re-integratie dienstverlening van het UWV Je kunt 3 soorten re-integratiedienstverlening aanbieden aan het UWV: re-integratietrajecten, re-integratiediensten of scholing. Je moet hierbij altijd voldoen aan hun eisen voor re-integratiedienstverlening. Zodra zij een overeenkomst met iemand hebben, kunnen zij deze dienstverlening bij je inkopen. Op dit moment kopen zij alleen re-integratiedienstverlening in voor personen met een arbeidsongeschiktheids- of Ziektewetuitkering.

Talent voor de Toekomst, Amsterdam Economic Board Technisch profiel op de regionale arbeidsmarkt: Dit project draait om het promoten van techniekonderwijs en het opzetten van praktijktrainingen voor de bouw- en infrasector, de installatie- en elektrotechniek, de metaaltechniek, de procestechniek en ICT.

Brug onderwijs- arbeidsmarkt/ startersbeurs Het doel van dit project is om voor jongeren een soepele overgang naar de arbeidsmarkt te creëren, voornamelijk naar sectoren en bedrijven waar kansen zijn op werk. De Startersbeurs richt zich op jongeren die in het bezit zijn van een startkwalificatie (minimaal mbo 2) of deze in de komende 6 maanden gaan behalen en die moeite (gaan) hebben om passend werk te vinden. Door middel van korte stages, om- en bijscholingsmogelijkheden en een startersbeurs doen de jongeren relevante werkervaring op en neemt hun kans op werk toe.

Provinciale regelingen De provincie Noord-Holland stelde begin 2014 een subsidieregeling open van € 550.000 om innovatie bij MKB-bedrijven en onderwijsinstellingen in Noord-Holland Noord te stimuleren. Met de regeling heeft de provincie als doel om innovatieve projecten van de grond te krijgen. Daarnaast hoopt de provincie op een bredere en structurele regionaal-economische samenwerking van MKB-bedrijven en onderwijsinstellingen op de langere termijn. Het Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied, gericht binnen dit kader in het bijzonder op leefomgeving en kennisopbouw, kan een rol spelen. De Amsterdam Economic Board heeft in het kader van de cofinanciering sectorplannen van het ministerie van SZW een subsidie ontvangen voor het Regioplan Werk maken van Talent. De subsidie is bedoeld voor bedrijven in Noord-Holland Noord die werkzaam zijn in de voor deze regio benoemde vijf clusters uit de Economische Agenda van de provincie. Dit zijn voor Noord-Holland Agribusiness, Duurzame Energie, Medisch, de

38

vrijetijdseconomie en de sector Maritiem en Offshore. Omdat de provincie veel verwacht van samenwerking met de creatieve industrie is het ook mogelijk een samenwerking aan te gaan met bedrijven uit die sector in het zuiden van de provincie. Hiervoor is bij de provincie vanuit de portefeuille Cultuur extra geld vrijgemaakt. De regeling kan gebruikt worden om kansrijke projecten in de oriënterende fase te ondersteunen waarbij de samenwerking verbeterd kan worden of waarbij men nog moeilijk financiering ontvangt.

39

BIJLAGE 3 Bronnen UITVOERINGSPROGRAMMA NOORDZEEKANAALGEBIED 2016 https://www.noordzeekanaalgebied.nl/wp-

content/uploads/2016/04/Uitvoeringsprogramma-NZKG-16-Web.pdf

Rondvaart en recreatievaart in Amsterdam http://www.waterrecreatieadvies.nl/assets/files/Rondvaart%20en%20recreatievaart%20i

n%20Amsterdam-compressed.pdf

Kennisnetwerk schoner varen

http://www.waterrecreatieadvies.nl/assets/files/Kennisdelingsbijeenkomst-26-november-2013.compressed.pdf Stimulating electric boating http://eharbours.eu/wp-content/uploads/showcase_flyer_amsterdam_120503.pdf DE WATERSPORTINDUSTRIE http://www.hiswa.nl/hiswa.nl/up1/ZonqtkkJaB_Leaflet_Factsheet_watersportindustrie_2015-2016.pdf Elektrisch varen in Amsterdam http://www.waterrecreatieadvies.nl/nl/projecten/elektrisch-varen-amsterdam.html Kerncijfers Gastvrijheidseconomie http://www.hiswa.nl/hiswa.nl/up1/ZetasibJcC_kerncijfers_2013_def.pdf Rekentool voor elektrisch varen http://akmaritimeservice.nl/rekentool-elektrisch-varen/ MKB Innoveert http://www.rvo.nl/sites/default/files/2016/02/MKB%20Innoveert.pdf Clean mobility http://www.destilleboot.nl/resources/pdf/torqeedo/Torqeedo-brochure-2016.pdf Recreatie Noord-Holland, Beleid, realisatie en exploitatie van recreatie http://www.recreatienoordholland.nl/?menu=00200007_000000 Nota Varen in Amsterdam 2.1 https://www.waternet.nl/media/634002/1._nota_varen_in_amsterdam_2.1_correctie_22-11.pdf Provincie start met innovatieregeling MKB en Onderwijs https://www.noord-holland.nl/web/Actueel/Nieuws/Artikel/Provincie-start-met-innovatieregeling-MKB-en-Onderwijs.htm Streekplan provincie Noord-Holland https://maps.noord-holland.nl/kaarten/kaartpublicaties/Kaart%20Streekplan%20Noord-Holland%20Zuid.pdf Watervisie Provincie Noord-Holland https://maps.noord-holland.nl/GeoWebHTML5/Index.html?configBase=https://maps.noord-holland.nl/Geocortex/Essentials/GeoWeb50/REST/sites/Watervisie/viewers/Watervisie/virtualdirectory/Resources/Config/Default

40

MienSkip http://www.mien-skip.nl/mien-skip Provincie Noord-Holland zoekt pop-up activiteiten https://www.noord-holland.nl/web/Actueel/Nieuws/Artikel/Provincie-NoordHolland-zoekt-popup-activiteiten.htm Ondernemer gezocht voor Uitgeestermeer http://www.kampeerzaken.nl/ondernemer-gezocht-voor-uitgeestermeer/ Herontwikkeling Erfgoedpark de Hoop http://www.parkoudgeest.com/

Voormalig Erfgoedpark De Hoop wordt dorpse plek om te recreëren, werken, leren en ondernemen http://www.alkmaarder-enuitgeestermeer.nl/content/nieuws_detail.asp?menu=00000000_001964 Herontwikkeling terrein en opstallen voormalig Erfgoedpark De Hoop http://www.recreatienoordholland.nl/documents/recreatienoordholland/doc/2013_raum_de_hoop_informatie_over_werving_en_selectie_procedure_(3).pdf Actualisatie aantal recreatievaartuigen in Nederland 2005 – 2014 http://www.waterrecreatieadvies.nl/assets/files/Actualisatie%20aantal%20recreatievaartuigen%20in%20Nederland%202005%20-%202014.pdf Made in Holland! http://www.interboat.com/algemeen/de-werf/ Aanvragen voor MIT-subsidie Provincie Noord-Holland https://www.noord-holland.nl/web/Actueel/Nieuws/Artikel/Aanvragen-voor-MITsubsidie-vanaf-10-mei.htm Maritieme Academie Holland, dé partner voor maritieme opleidingen, cursussen en onderzoek. http://www.maritiemeacademieholland.nl/ FUELSWITCH http://www.fuelswitch.nl/index.php Re-integratiedienstverlening UWV Zakelijk http://www.uwv.nl/zakelijk/leveranciers/re-integratiedienstverlening/ik-wil-dienstverlening-voor-re-integratie-aanbieden/detail/scholing-aanbieden/scholing Opleidingsbedrijven HISWA http://www.hiswa.nl/hiswa.nl/up1/ZaujaclII_Opleidingsbedrijven_30032011.pdf Regionale-ambitiekaarten Noord-Holland http://waterrecreatienederland.nl/regionale-ambitiekaarten/ Luchtverontreiniging, emissies door mobiele bronnen 1990–2009 CBS https://www.cbs.nl/NR/rdonlyres/4ABCFACE-1251-4136-B5AD-BA861160C5CB/0/2011c175pub.pdf Emissies naar lucht door verkeer en vervoer, 2014. Compendium voor de leefomgeving. http://www.clo.nl/indicatoren/nl0129-emissies-naar-lucht-door-verkeer-en-vervoer?i=23-69 Motoremissies uit de recreatievaart, In opdracht van RIJKSWATERSTAAT – WVL Uitgevoerd door DELTARES en TNO.

41

http://www.emissieregistratie.nl/erpubliek/documenten/Water/Factsheets/Nederlands/Motoremissies%20uit%20de%20recreatievaart.pdf Handboek EU-milieubeleid en Nederland, Uitvoering en effecten in de praktijk http://www.infomil.nl/onderwerpen/integrale/handboek-eu/lucht-industriele/emissies/uitvoering-effecten/ Goederensoorten naar EU, niet-EU; apparaten, vervoermaterieel en overig http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?DM=SLNL&PA=81263ned&D1=a&D2=30-32&D3=a&D4=(l-14)-l&VW=T INTERREG North West Europe (NWE) http://www.rvo.nl/subsidies-regelingen/interreg/programmas/interreg-north-west-europe-nwe Projectstimuleringsregeling INTERREG V https://mijn.rvo.nl/projectstimuleringsregeling-interreg-v Rijkscofinancieringsregeling INTERREG V (CETSI) https://mijn.rvo.nl/rijkscofinancieringsregeling-interreg-v MKB-innovatiestimulering Regio en Topsectoren (MIT) http://www.rvo.nl/subsidies-regelingen/mkb-innovatiestimulering-regio-en-topsectoren-mit Subsidieregeling praktijkleren http://www.rvo.nl/subsidies-regelingen/subsidieregeling-praktijkleren WBSO: fiscale regeling voor research en development http://www.rvo.nl/subsidies-regelingen/wbso NBMS is de vereniging van beëdigde en EMCI gecertificeerde Makelaars in schepen http://www.nbms.nl/pleziervaartuigen-makelaars/ Inventarisatie watersportsector Noord- Inventarisatie door Desicio in opdracht van de Provincie Noord-Holland http://decisio.nl/projecten-ruimte-regio/2014/economische-inventarisatie-van-waterrecreatie-en-toerisme-in-de-provincie-noord-holland/ Economische inventarisatie van waterrecreatie en -toerisme in de provincie Noord-Holland http://decisio.nl/wp-content/uploads/2014/11/economische-inventarisatie-waterrecreatie-en-watertoerisme.pdf Rechtmatigheid, doelmatigheid en verklaringen http://www.politiekcompendium.nl/9353000/1/j9vvjvgivn417wd/vh4vamoawgp9 Comparative Assessment of the Environmental Performance of Small Engines Marine Outboards and Personal Watercraft https://www.environment.gov.au/system/files/resources/7303ce2f-4243-4c75-8efd-c3fcabc10a24/files/marine-outboard-engine.pdf HISWA Magazine April 2016 http://content.yudu.com/Library/A3zj4k/2016HISWAMagazineedi/resources/index.htm?referrerUrl=http%3A%2F%2Ffree.yudu.com%2Fitem%2Fdetails%2F3736926%2F2016---HISWA-Magazine---editie-2---april-2016

42

NZKG Nieuwsflits nr. 1 – 2016 http://us11.campaign-archive2.com/?u=7c356d910efacd3fa35b04941&id=5377d79a61&e=08e77e0281 Mix&Match: Hergebruik van materialen en producten Amsterdam Economic Board https://www.amsterdameconomicboard.com/agenda/mixmatch-hergebruik-materialen-en-producten Energierapport - Transitie naar Duurzaam https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2016/01/18/energierapport-transitie-naar-duurzaam THE OCEAN CLEANUP SECURES FULL FUNDING FOR PROTOTYPE Boskalis and the Government of the Netherlands main sponsors of €1.5 million test https://twitter.com/TheOceanCleanup http://www.theoceancleanup.com/press/show/item/the-ocean-cleanup-secures-full-funding-for-prototype.html Presentatie beleidsagenda Energietransitie, gedeputeerde Jack van der Hoek, Provincie Noord-Holland http://noord-holland.daroo.nl/magazine/beleidsagenda-energietransitie

43

BIJLAGE 4 Toelichting op productiemethoden en recycling

Productiemethoden Thermohardende polyester wordt meestal verstevigd met behulp van glasvezel. Dit heet glasvezelversterkt polyester, maar wordt ook vaak simpelweg "polyester" genoemd. Bekende toepassingen zijn boten gebruikt in de recreatieve sectoren. Het verwerken van glasvezelversterkte polyester kan op velerlei manieren. De meest bekende techniek is het hand lamineren of in het Engels hand lay-up. Bij deze techniek worden matten of weefsels op een open mal geïmpregneerd met hars. Dit gebeurt met een kwast of roller. Vervolgens wordt met een ontluchtingsroller alle lucht uit het laminaat gerold. De gewenste dikte van het laminaat wordt bereikt door het aantal lagen glasmat of glasweefsel. Op deze wijze worden nog steeds vele polyester producten gemaakt zoals boten, wildwaterbanen, kano's, allerlei beschermkappen voor machines en dergelijke. Een andere manier om de hars aan te brengen is met een spuitmachine. Deze machine heeft een grote en een kleine pomp waarmee respectievelijk de hars en de verharder naar een spuitpistool worden gepompt. Op het spuitpistool zit een "cutter" die een continu aangevoerde glasvezel in kleine stukjes hakt en deze glassnippers met de harsstraal meespuit. Nadat het glas/polyester mengsel op de mal is gespoten moet dit met een ontluchtingsroller worden ontlucht. Bekende voorbeelden van deze techniek zijn polyester tuinvijvers, het 50 meter lange busstation te Hoofddorp en de versterkingslaag op de achterkant van kunststof ligbaden. Bij bovenstaande technieken komt tijdens de verwerking styreen vrij. Styreendamp van polyester is schadelijk voor gezondheid en milieu. Om de styreenemissie te voorkomen zijn er een aantal verwerkingstechnieken ontwikkeld waarbij een gesloten mal gebruikt wordt. Voorbeelden zijn vacuüminjectie, vacuüminjectie onder folie, light-resin transfer moulding (RTM) of drukinjectie. Bij deze technieken wordt vooraf de glasmat en/of het glasweefsels op een mal gelegd, waarna de mal wordt gesloten met een contramal. Door middel van vacuüm (vacuüminjectie) of druk (drukinjectie) of een combinatie van druk en vacuüm wordt vervolgens de hars in de mal, dus tussen de glasvezels door, gezogen of geperst. Op deze wijze worden tegenwoordig zelfs complete scheepsrompen van enige tientallen meters lengte in één keer gemaakt.

Bij polyesterhars gebruikt men meestal een glasmat. Dit is een mat, gemaakt van vezels van ca. 5 cm lengte, welke kriskras door elkaar liggen. Deze glasvezels worden bij elkaar gehouden door een lijm welke oplost in de polyesterhars. Door polyesterhars op de mat te smeren, zal de mat soepel worden, en de onderliggende vorm aannemen. Als de hars eenmaal uitgehard is, hebben we dus een product welke zijn sterkte uit de glasvezel haalt, en door de hars in zijn vorm blijft.

Recycling mogelijkheden van vol kunststof polyester rompen. De Noorse onderzoeksorganisatie SINTEF heeft een chemisch proces ontwikkeld waarmee het mogelijk is om glasvezel en polyester te scheiden. Daardoor kan het composietmateriaal van plezierboten worden hergebruikt.

Jachten bestaan uit een composietmateriaal van glasvezel en een speciaal soort polyester, omdat deze de boot zowel licht als sterk maken. Tot nog toe bleek het echter onmogelijk de stoffen te scheiden. Eigenaren van plezierboten verbranden hun boot daarom, brengen deze naar de schroothoop of laten het schip zinken.

44

SINTEF ontwikkelde het chemische proces in samenwerking met het Noorse recyclingbedrijf Veolia, Nordboat en een Noorse belangenbehartiger van de composietindustrie. Het scheidingsproces zou in tachtig procent van de gevallen leiden tot materiaal dat hergebruikt wordt.

Voordat er daadwerkelijk composietmateriaal van boten wordt hergebruikt, zullen mogelijk geïnteresseerde partijen eerst een transportsysteem voor oude schepen moeten opzetten. Verder moet nog even afgewacht worden of er geen complicaties optreden tijdens het recyclen: eerder zijn wetenschappers na een ander type scheidingsproces gestuit op de aanwezigheid van andere soorten stoffen, die het recycleproces belemmeren.

Bron: http://www.nu.nl/duurzaam/2537022/composiet-van-oude-boten-voortaan-recyclebaar.html

45

BIJLAGE 5: Welk rompmateriaal verdient de voorkeur. Parameters bij productie, tijdens gebruik en na levenscyclus per materiaalsoort van de romp. Betekenis van de kleuren in de tabel: Buitengewone slechte prestatie Niet meer dan een gemiddelde prestatie, soms ook controversieel Zondermeer een positieve prestatie of bijdrage

Parameters Productie Gebruik/ Toepasbaarheid

Na levenscyclus Kunststofvariant

Energieverbruik Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester+gewassen

Ecologische belasting

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester+gewassen

Grondstofgebruik Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester+gewassen

Recyclebaarheid Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester+gewassen

Portfolio van gebruik

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester+gewassen

Technologie en controle

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester

Aluminium Hout Staal Polyester+gewassen

Kunststofvariant Hout Vol Polyester Aluminium Staal

Score per segment

12 22 9 5 3 51

12 1 2 18 20 53

0 1 13 1 1 16

24 24 24 24 24 120