Pop, wat levert het op?

36
Pop, wat levert het op? Onderzoek naar de inkomsten van popmusici in Nederland Teunis IJdens Saskia von der Fuhr Joris de Rooij

Transcript of Pop, wat levert het op?

Page 1: Pop, wat levert het op?

Pop,wat levert het op?

Onderzoek naar de inkomsten vanpopmusici in Nederland

Teunis IJdensSaskia von der FuhrJoris de Rooij

Page 2: Pop, wat levert het op?
Page 3: Pop, wat levert het op?

Pop,wat levert het op?Onderzoek naar de inkomsten van popmusici in Nederland

Samenvattend rapport

Teunis IJdensSaskia von der FuhrJoris de Rooij

Het onderzoek Pop, wat levert het op?werd uitgevoerd op initiatief van:Ntb, bv Pop/fnv-Kiem, norma en sena

Tilburg, januari 2009

iva beleidsonderzoek en advies

Page 4: Pop, wat levert het op?

2

Page 5: Pop, wat levert het op?

3

Voorwoord

‘Leuke hobby heb je!’ Dit soort enthousiaste reacties krijgt een professionele popmusicusregelmatig te horen als hij weer eens ergens optreedt. De grens tussen hobbyisme enprofessionaliteit is bij popmuziek blijkbaar moeilijk te trekken. Opmerkelijk genoeg con-trasteert dit populaire idee met een andere algemene perceptie over popmuzikanten: hetbeeld van de succesvolle ster die echt wel genoeg verdient met optreden en revenuen uitauteursrechten, thuiskopievergoedingen en naburige rechten gemakkelijk missen kan.

Deze contrasterende beelden hebben een negatieve uitwerking op de belangen-behartiging voor popmusici door de Ntb, BV Pop/fnv-Kiem en de rechtenorganisatiessena en norma. Maar vooral lijken zij een verlammende werking te hebben gehad op detotstandkoming van een modern popmuziekbeleid. Ook subsidiënten, politici enbeleidsmakers verschuilen zich maar al te vaak achter de denkbeelden die ze al jaren overpopmusici hebben, variërend van: ‘Het zijn (veredelde) amateurs’, tot: ‘Ze verdienen tochgenoeg? Kijk maar naar Marco Borsato’. Bovendien houdt het achterhaalde romantischeidee dat je alleen verantwoorde pop zou kunnen maken wanneer je financieel aan degrond zit in sommige kringen hardnekkig stand. De werkelijkheid is anders en op zijnminst genuanceerder.

Om de genoemde vooroordelen voorgoed te verwijzen naar de categorie ‘verhalen uit deoude doos’ zijn echter allereerst cijfers nodig. Cijfers waarop een verantwoord popmuziek-beleid kan worden gebouwd. Om die reden hebben bovengenoemde organisaties ditonderzoek naar de inkomenspositie van popmusici geïnitieerd.

Het is al weer decennia geleden dat de inkomenspositie van popmusici werd onderzochtterwijl de sector inmiddels drastisch is veranderd. Zo heeft de komst van internet grotegevolgen gehad voor de popindustrie en zijn sommige inkomstenbronnen opgedroogdterwijl andere rijkelijk vloeien. Bovendien zijn de professionele opleidingen voor pop-musici als paddenstoelen uit de grond geschoten. De popsector is bezig met eenprofessionele inhaalslag ten opzichte van andere muziekgenres maar de vraag is of dezeverregaande professionalisering zich ook vertaalt in een verbetering van de inkomens-positie van de musici. De onderzoeksresultaten geven voor een deel antwoord op dezeen vele andere vragen rond de financiële positie van professionele popmusici. Ze schetsenechter vooral een beeld dat een deugdelijk fundament zou kunnen vormen voor eenverbetering van het Nederlands Popmuziek Plan en andere rijkssubsidieregelingen voorpopmusici, een wettelijke bescherming van popmusici tegen wurgcontracten en wetgevingop het gebied van het naburig recht en auteursrecht.

Vooral politici en beleidsmakers uit de cultuursector zouden zich de onderzoeksresultatenmoeten aantrekken en zich moeten afvragen of de door hen geïntroduceerde wetgevingen subsidieregelingen het effect sorteren dat zij zich vooraf hebben gewenst.

Wij bedanken de rechtenorganisaties norma en sena voor de financiering van het onder-zoek en de medewerkers van het iva die het onderzoek op zeer deskundige wijze hebbenuitgevoerd. Dank vooral ook aan alle popmusici die de moeite hebben genomen om deinternet-enquête over hun inkomenssituatie in te vullen. Door deze inspanningenbeschikken we nu over de benodigde cijfers ommet kracht te pleiten voor betere wetgevingen een adequater beleid. De begeleidingscommissie van het onderzoek bestond uitHans Kosterman, Michiel Steenhuis, Rakendra Smit, Erwin Angad-Gaur en ondergetekende.

Anita Verheggen

Page 6: Pop, wat levert het op?

Inhoudsopgave

1 Waar hebben we het over?In het voorwoord is uiteengezet waarom het onderzoek gedaan is. Hier lichten we kort toeop welke doelgroep het onderzoek gericht was, hoe het onderzoek is opgezet en hoe ditsamenvattende rapport is opgebouwd.

2 Wie zijn het en wat doen ze?Wie zijn de musici die aan het onderzoek meewerkten? Hoe oud zijn ze en hoeveel mannen envrouwen zijn actief in de popmuziek? Wat doen ze in de muziek? Welk instrument bespelen ze?Wat voor muziek spelen ze en in welke taal zingen ze? Hoe oefenen ze hun vak uit?

3 Waar leven ze van?Wat is de inkomenssituatie van samenwonende en alleenstaande musici? Wat is hetpersoonlijk jaarinkomen van musici? Hoeveel inkomsten halen ze uit muziek, uit anderwerk en uit overige bronnen? Houden hoogte en samenstelling van het jaarinkomenverband met bepaalde achtergrondkenmerken, zoals leeftijd en opleiding? In hoeverrezijn musici tevreden over hun inkomenssituatie?

4 Wat verdienen ze met muziek?Inkomsten uit muziek vormen een belangrijk bestanddeel van het jaarinkomen van musici.Waar verdienen ze hun geld als musicus mee?Wat is het aandeel van optreden, van rechtenen royalties en van andere activiteiten? Varieert het gewicht van verschillende muzikaleinkomstenbronnen met de leeftijd van musici of met andere kenmerken? Waarin onder-scheidt de financiële top 10 van de popmusici in Nederland zich van andere musici?

5 Hoe vaak treden ze op, waar en voor welke gage?Optreden is de voornaamste bron van inkomsten uit muziek voor de meeste popmusici.Waar treden ze op? Hoe vaak op welke podia? Welk deel van de omzet per optreden komtten goede aan de musici zelf en hoeveel gaat er naar andere partijen? Wat is de gage peroptreden? Welke verschillen in gage zijn er tussen diverse soorten podia? Zijn musici tetyperen naar de soort podia waar ze vooral optreden? Houdt het type podia waar musicispelen verband met hun leeftijd? En variëren de hoogte en samenstelling van het totalejaarinkomen van musici en hun inkomsten uit muziek met de podia waar ze vooral optreden?

6 Wat vinden ze er zelf van?Wat zijn de opvattingen van musici over hun beroep en hun inkomenssituatie? Is popmuziekkunst of gewoon amusement? Moet je voor het vak van popmusicus geleerd hebben omsuccesvol te kunnen zijn? Moet de overheid popmuziek subsidiëren? Is een minimumgagevoor optredens op gesubsidieerde podia wenselijk?

7 Nog even de hoofdpuntenWat zijn de belangrijkste bevindingen van het onderzoek? Voor wie zijn de resultaten vanbelang? Wat kunnen zij ermee doen?

5

6

10

15

20

25

28

Page 7: Pop, wat levert het op?

5

Waar hebben we het over?

Volgens het begin 2008 verschenen onderzoeksrapport 395 minuten van Remko van Borkzijn er in Nederland naar schatting een half miljoen mensen van zes jaar en ouder die zichactief als amateur bezighouden met popmuziek. Gemiddeld doen ze dat ruim zes uur perweek: 395 minuten. Een amateurmusicus is volgens het rapport iemand die per week 50minuten of meer actief met muziek bezig is in zijn vrije tijd, geen ter zake doende kunst-vakopleiding heeft en niet substantieel met muziek in zijn levensonderhoud voorziet.

Pop, wat levert het op? gaat niet over amateurs in de popmuziek maar juist over musici dieberoepsmatig met muziek bezig (willen) zijn en voor wie muziek dus geen vrijetijds-besteding is. Volgens het cbs-rapport Kunstenaars in Nederland (2007) zijn er ongeveer13.000 beroepsmusici in Nederland werkzaam. Niet bekend is, hoeveel van hen zich hoofd-zakelijk of uitsluitend toeleggen op popmuziek en rock.

Voor Pop, wat levert het op? is een internet-enquête gehouden onder personen die alspopmusicus zijn aangesloten bij de vakbonden Ntb of fnv-Kiem (bv Pop) en/of die alspopmusicus in de administratie zitten van de rechtenorganisaties norma en sena. Datzijn er duizenden. Uit deze populatie is een steekproef getrokken voor de enquête. Ruim700 personen zijn met de enquête gestart. Daarvan gaven ongeveer 200 bij de ingangs-vragen te kennen dat ze muziek vooral als vrijetijdsbesteding zien of dat ze niet hoofd-zakelijk of uitsluitend popmuziek en rock maken. Zij horen dus niet bij de doelgroep.De resultaten van Pop, wat levert het op? hebben dus betrekking op ruim 500 personendie tenminste 12 uur per week actief zijn in de muziek, beroepsmatig met muziek bezig(willen) zijn en er hun brood mee (willen) verdienen en zich hoofdzakelijk of uitsluitendtoeleggen op pop en rock in ruime zin.

Het onderzoek naar de amateur-popmuziek en ons onderzoek hebben gemeen dat zezich op popmuziek in ruime zin richten. Van Bork constateert terecht dat er geen sluitendedefinitie van popmuziek bestaat en duidt popmuziek losjes aan als ‘muziek in de Anglo-Amerikaanse traditie die in de jaren 50 populair is geworden’. In dezelfde trant wordt inons onderzoek onder popmuziek en rock een breed scala van muziekgenres verstaan diein de muziekwereld gewoonlijk tot pop en rock worden gerekend, inclusief bijvoorbeeldcountry, dance, hiphop, R&B en wereldmuziek. Popmuziek en rock zijn vooral te onder-scheiden van klassieke muziek, jazz en amusementsmuziek.

In dit samenvattende rapport presenteren we de belangrijkste resultaten en bevindingenvan het onderzoek. Hoofdstuk 2 is een beschrijving van de populatie aan de hand van eenaantal kenmerken. In hoofdstuk 3 wordt de inkomenssituatie van popmusici belicht.Hoofdstuk 4 zoomt vervolgens in op de inkomsten uit muziek. Hoofdstuk 5 gaat over deoptredens van musici: hoe vaak, waar en voor welke gage. Hoofdstuk 6 geeft een beeldvan de opvattingen van musici over diverse aspecten van hun beroepspraktijk. Tot slotworden in hoofdstuk 7 een aantal hoofdpunten naar voren gehaald.

1

Page 8: Pop, wat levert het op?

6

Wie zijn het en wat doen ze?

Leeftijd en geslacht

Mannen maken 84 procent uit van de bevraagde popmusici, vrouwen 16 procent. Degemiddelde leeftijd van de bevraagde popmusici ligt bij 40 jaar. Twintigers maken ruimeenvijfde van de musici uit, dertigers bijna eenderde, veertigers ruim een kwart envijftigplussers ruim eenvijfde. Vrouwen in de popmuziek zijn jonger (gemiddeld 37 jaar)dan hun mannelijke collega’s (41 jaar).

Opleiding

Bijna de helft van de musici heeft een beroepsopleiding in de muziek gedaan, waarvantweederde het diploma van deze opleiding heeft behaald, een kwart de opleidingvoortijdig heeft afgebroken en bijna eentiende nog studeert. In de meeste gevallen gaathet om een conservatoriumopleiding, in een klein aantal gevallen om de Rockacademie ofom andere beroepsopleidingen in de muziek. Jazz, popmuziek en klassieke muziek zijn demeest voorkomende studierichtingen. Van degenen die geen beroepsopleiding in demuziek hebben gedaan heeft ongeveer 40 procent een diploma van een (andere) hogereopleiding.

Misschien zou men verwachten dat opleidingsniveau en soort opleiding samenhangenmet de leeftijd van musici, maar dat is (nog) niet zo. Onder de twintigers zijn wel relatiefveel musici die nog studeren aan een muziekopleiding. Als zij afstuderen en het beroepvan popmusicus gaan uitoefenen, zullen er onder de twintigers en (straks) dertigers wel

2

figuur 2/1Leeftijd en geslacht

twintigers dertigers veertigers vijftig+

man

vrouw

totaal

0%5%

10%15%

20%25%30%35%40%

figuur 2/2Soort opleiding

muziek diploma, hoger onderwijs 25%muziek diploma, geen hoger onderwijs 6%muziek (nog) geen dipl, hoger onderwijs 4%muziek (nog) geen dipl, geen hoger onderwijs 12%geen muziek, wel hoger onderwijs 22%geen muziek, geen hoger onderwijs 32%

Page 9: Pop, wat levert het op?

7

meer musici met een afgeronde beroepsopleiding in de muziek zijn dan onder deveertigers en vijftigplussers.

Overigens heeft bijna iedereen, ook degenen met een muzikale beroepsopleiding, zich(ook) langs andere weg in de muziek bekwaamd, via zelfstudie (81 procent), door inbandjes te spelen (77 procent) of door privéles (58 procent).

Hoofdberoep en tijdsbesteding

Bijna 60 procent van de ondervraagden noemt zich musicus of muzikant van beroep ofzanger/zangeres, gitarist, pianist, artiest en dergelijke. Naast deze grote groep ‘uitvoerende’musici is er een kleinere groep (10 procent) die zich producer, componist, singer-songwriterof in sommige gevallen arrangeur noemt, en een nog kleinere groep die zich muziek-docent noemt (4 procent) of een ander beroep vermeldt dat iets met muziek te makenheeft (5 procent, van manager tot geluidstechnicus en werken in een muziekwinkel).Voor verreweg de meeste respondenten (80 procent) is het hoofdberoep de activiteitwaar ze de meeste tijd aan besteden en hun brood mee verdienen. Anderen noemenmuziek hun hoofdberoep omdat ze er de meeste tijd aan besteden en hun brood meewillen verdienen, ook als dat nog niet kan. Een kwart van de bevraagde musici noemt eenberoep dat niets met muziek te maken heeft omdat ze daar hun brood mee verdienen.Zij behoren desondanks wel tot de doelgroep van het onderzoek.

De bevraagde musici besteden gemiddeld 20 uur per week aan betaalde activiteiten inde muziek, 13 uur per week aan onbetaalde activiteiten in de muziek en 11 uur aan overigebetaalde werkzaamheden (buiten de muziek). Tussen ‘uitvoerende’ musici, producers/componisten en docenten bestaat niet veel verschil voor wat betreft het aantal uren datze aan deze activiteiten besteden. Wie een hoofdberoep vermeldt dat nietmet muziek temaken heeft, besteedt relatief weinig uren aan betaalde activiteiten in de muziek en veeluren aan betaalde activiteiten buiten de muziek, maar gemiddeld even veel aanonbetaalde activiteiten in de muziek als de eerste drie groepen.

Activiteiten in de muziek

Optreden is de meest genoemde activiteit in de muziek (92 procent). Bijna driekwart vande musici componeert (ook). Promotie en publiciteit, produceren, teksten schrijven,arrangeren en sessiewerk worden eveneens vaak genoemd, elk door 50 tot 60 procent vande musici. Bijna 40 procent van de musici noemt (tevens) management of boekingendoen. Eenderde van de musici noemt lesgeven.

Optreden levert 80 procent van de ondervraagde musici direct inkomsten op. Sessiewerk,componeren, lesgeven en produceren leveren respectievelijk 38, 35, 31 en 29 procent vande musici inkomsten op en teksten schrijven 25 procent. Optreden, sessiewerk en lesgevenzijn de enige activiteiten die vaker als betaalde activiteit dan als niet direct betaaldeactiviteit genoemd worden. Vooral promotie en publiciteit horen volgens de meeste musiciwel bij activiteiten in de muziek maar leveren slechts eentiende van hen ook inkomstenop. Ruim eenvijfde van de musici noemt naast de hierboven vermelde activiteiten ookandere activiteiten in de muziek, waaronder bijvoorbeeld repeteren, administratie enboekhouden. Ook dat zijn vooral onbetaalde activiteiten.

Page 10: Pop, wat levert het op?

8

Mannen hebben vaker inkomsten uit componeren, arrangeren en vooral produceren danvrouwen. Opmerkelijk is, dat relatief veel vrouwen teksten schrijven zonder daar directinkomsten mee te verwerven. Qua overige betaalde en onbetaalde activiteiten in demuziek is er geen of weinig verschil tussen mannen en vrouwen.

In hoofdstuk 4 wordt verder ingegaan op de inkomsten uit muziek.

Instrument

De meeste popmusici (44 procent) zingen én bespelen een instrument, 42 procent isalleen instrumentalist en 14 procent is alléén zangeres of zanger1. Op de vraag naar hunhoofdinstrument noemt echter ruim eenvijfde van de musici (21 procent) zang of stem.Op grond van het eerstgenoemde instrument zijn musici in zeven groepen ingedeeld2:• 25 procent speelt gitaar (elektrisch of akoestisch);• 21 procent is zanger of zangeres;• 17 procent speelt keyboards, piano en dergelijke (toetsen);• 13 procent speelt slagwerk (drums, percussie, et cetera);• 11 procent speelt basgitaar (of contrabas);• 8 procent speelt een ander akoestisch instrument;• 4 procent speelt een ander niet-akoestisch instrument.

Tussen mannen en vrouwen in de popmuziek bestaat nog altijd een scherpe arbeidsdeling:bijna driekwart van de vrouwen is zangeres, tegen ruim eentiende van de mannen. Gitaar,

figuur 2/3Betaalde enonbetaalde activiteitenin de muziek

figuur 2/4Hoofdinstrumenten geslacht

promotie, publiciteitmanagement

boekingen doenarrangeren

teksten schrijvenproduceren

lesgevencomponeren

sessiewerkoptreden

0% 20% 40% 60% 80% 100%

ja, directe inkomstenja, maar geen directeinkomsten

manvrouw

gitaar, bas,slagwerk

toetsen overigeinstrumenten

zang0

1020304050607080

1 13 procent heeft deze vraag niet ingevuld.2 Van 73 respondenten is niet bekend of ze een instrument bespelen of welk instrument. Deze zijn hier niet

meegeteld.

Page 11: Pop, wat levert het op?

9

bas en slagwerk, maar ook piano, keyboards en dergelijke worden in de popmuziek relatiefweinig door vrouwen bespeeld.

Soort muziek

Bij de open vraag naar het genre muziek waar men zich op toelegt noemt 70 procent vande musici meer dan één genre. De volgende genres worden als eerste genoemd:• 32 procent pop (popmuziek);• 15 procent rock (diverse varianten);• 7 procent pop/rock (diverse varianten);• 5 procent dance of house;• 5 procent jazz;• 3 procent Nederlandstalige (pop)muziek;• 3 procent wereldmuziek;• 2 procent hiphop of rap;• 2 procent noemt singer-songwriter als genre.

Diverse andere genres worden telkens door minder dan twee procent van de overigemusici (samen 26 procent) genoemd.

Het aandeel van de hoofdgenres pop, pop/rock en rock varieert maar weinig met deleeftijd van musici. Bij de speciale genres zijn er wel leeftijdsverschillen. Zo spelentwintigers en dertigers vaker hiphop, rap, dance, house en alternative dan vijftigplussers,en de laatste vaker Nederlandstalige pop, country en folk en soul en wereldmuziek.

Ruim een kwart van de musici zegt dat de muziek die ze maken veel (8 procent) of weliets (19 procent) met hun culturele roots te maken heeft. Dat aandeel is onder degenendie (vooral) wereldmuziek spelen een stuk hoger (een kwart) dan onder alle musici samen(minder dan eentiende).

In een band of solo, met eigen nummers of covers

Musici treden op met een vaste band (37 procent), in verschillende losse bands (26 procent)of als soloartiest (20 procent). Soloartiesten treden in 29 procent van de gevallen op meteen orkestband en in 15 procent van de gevallen met een live begeleidingsorkest; de restvan hen treedt alleen op, bijvoorbeeld als singer-songwriter of als DJ.

Van de musici die vooral in een vaste band spelen en de soloartiesten speelt ruim de helftvooral eigen nummers, 15 procent vooral covers en nog eens 15 procent ongeveer evenveel

figuur 2/5Muziekgenre

poppop/rockrocknederlandstalige(pop)muziek

hiphop, rap

dance, housejazzwereldmuzieksinger-songwriterdiverse andere genres

Page 12: Pop, wat levert het op?

10

eigen nummers als covers. De taal waarin gezongen wordt is bij 47 procent van dezelfdegroep musici Engels, bij 14 procent Nederlands en nog eens 13 procent Nederlands enEngels. Een kleine groep (6 procent) zingt vooral in een Nederlands dialect of in het Fries.

Resumé

De modale popmusicus anno 2008 is een man van tussen de 35 en 40 jaar die zich toelegtop popmuziek of rock, vooral geld verdient met optreden en waarschijnlijk gitaar speelten zingt. De modale vrouwelijke popmusicus is zangeres, legt zich vooral toe op pop ofpop/rock en is jonger dan haar mannelijke collega’s. Naast optreden zijn componeren,produceren of arrangeren en teksten schrijven veel genoemde activiteiten. Mannen in depopmuziek verdienen vaker geld met componeren en produceren dan vrouwen, terwijlvrouwen dikwijls teksten schrijven zonder daar direct iets mee te verdienen.

Waar leven ze van?

De inkomenssituatie van samenwonende en alleenstaande musici

Tweederde van de bevraagde musici woont samen met een partner en eenderde isalleenstaand. Hierin is geen verschil tussen mannen en vrouwen. De leefsituatie houdt welverband met de leeftijd: van de twintigers woont ruim 40 procent samen, van de dertigersen veertigers ongeveer 70 procent en van de vijftigplussers ruim 80 procent.

Ruim eenvijfde van de samenwonende musici zegt dat hij/zij met zijn/haar gezin kan rond-komen van zijn eigen inkomsten uit muziek en bijna eenvijfde verdient genoeg met muzieken ander werk ommet zijn gezin rond te komen. De meeste musici die samenwonen hebbenechter inkomsten van beide partners nodig om met hun gezin rond te kunnen komen.

Alleenstaande musici kunnen vaker rondkomen van uitsluitend inkomsten uit muziek(39 procent) of inkomsten uit muziek en ander werk (46 procent). Bijna eenvijfde vande alleenstaande musici is aangewezen op een uitkering (of studiebeurs) of heeft overigeinkomsten nodig om rond te kunnen komen.

3

figuur 3/1Inkomenssituatievan samenwonendemusici

kan met gezin rondkomen vaneigen inkomsten uit muziek 22%

kan met gezin rondkomen van eigeninkomsten uit muziek en ander werk 18%

is met gezin aangewezen op inkomstenbeide partners 56%

anders 4%

Page 13: Pop, wat levert het op?

11

Tussen samenwonende vrouwelijke en mannelijke musici bestaat een groot verschil ininkomenssituatie, niet tussen de alleenstaande mannen en vrouwen. Vrouwelijke musicidie samenwonen zijn veel vaker (mede) aangewezen op inkomsten van hun partner danmannen die samenwonen.

Partners van samenwonende musici hebben meestal een parttime inkomen (51 procent)of een volledig inkomen (39 procent). Ook hierin verschillen vrouwelijke musici diesamenwonen weer sterk van hun samenwonende mannelijke collega’s. Terwijl 62 procentvan de partners van vrouwelijke musici een volledig inkomen heeft, geldt dit voor 35procent van de partners van de mannen die samenwonen.

Persoonlijk jaarinkomen

Musici is gevraagd om aan te geven wat hun persoonlijk jaarinkomen ongeveer is, dooreen bedrag aan te kruisen wat daar het dichtst bij in de buurt komt, in zeven gradatiesoplopend van A 0 tot A 90.000 of meer bruto en A 60.000 en meer netto. Dit geeft duseen ruwe indicatie van de inkomsten van musici. Gemiddelde bedragen worden in hetvolgende afgerond op 500 of 1.000 om een valse schijn van exactheid te vermijden.De hoogte van het bruto en netto jaarinkomen hangt sterk samen: het netto bedrag isruwweg tweederde van het bruto bedrag. In het volgende wordt onder het jaarinkomenalleen het netto jaarinkomen verstaan.

Het persoonlijk jaarinkomen van de modale popmusicus ligt rond de A 12.000 netto.Dat geldt voor eenderde van de musici. Bijna eenderde heeft een jaarinkomen dat dichterbij de A 24.000 netto ligt. De onderkant van de inkomensverdeling bestaat uit eenzesdetot bijna eenvijfde van de musici met een jaarinkomen rond de A 6.000 netto. De boven-kant bestaat eveneens uit eenzesde tot eenvijfde van de musici met een inkomen vanrond de A 36.000 netto of (veel) meer.

Er zitten verhoudingsgewijs meer vrouwen dan mannen in de laagste twee inkomens-klassen (dichtbij A 0 en rond A 6.000) en in de modale klasse (A 12.000), minder vrouwen

figuur 3/2Inkomenssituatie vanalleenstaande musici

kan rondkomen van inkomsten uitmuziek 36%

kan rondkomen van inkomsten uitmuziek en ander werk 46%

is (mede) aangewezen op een uitkeringof studiebeurs 10%

anders 8%

figuur 3/3Persoonlijk nettojaarinkomenen geslacht

manvrouwtotaal

0 6 12 24 36 48 6005

1015

2025303540

in duizenden euro’s

Page 14: Pop, wat levert het op?

12

in de drie inkomensklassen boven modaal (rond A 24.000 tot rond A 48.000) maar welweer iets meer in de hoogste inkomensklasse. De inkomensverdeling onder vrouwelijkemusici is dus nog iets schever dan onder de mannen.

Samenstelling van het jaarinkomen

Inkomsten uit muziek maken over het geheel genomen en gemiddeld bijna 60 procentuit van het persoonlijke netto jaarinkomen van de bevraagde musici, inkomsten uit anderwerk ongeveer eenderde en uitkeringen of een studiebeurs ongeveer 6 procent. Bij delaatste categorie gaat het vooral om studiebeurzen en in mindere mate om eenwerkloosheidsuitkering of om de Wwik.

De hierboven beschreven inkomenssituatie van samenwonende en alleenstaande musicikomt duidelijk tot uitdrukking in de hoogte van hun jaarinkomen en in het aandeel vanverschillende bronnen in dat inkomen. Samenwonende musici die met hun gezin kunnenrondkomen van hun inkomsten uit muziek hebben een veel hoger jaarinkomen (A 37.000)dan de samenwonende musici die hun gezin kunnen onderhouden van hun inkomstenuit muziek en uit ander werk (A 26.500) of wier gezin ook afhankelijk is van inkomsten vanhun partner (A 16.000).

De musici die tamelijk veel verdienen met muziek hebben absoluut en ook relatief veelminder inkomsten uit andere bronnen. Inkomsten uit muziek maken (ruim) 95 procentuit van het totale jaarinkomen van de musici die (met of zonder gezin) kunnen rondkomenvan hun (eigen) inkomsten uit muziek. Bij degenen die ook op inkomsten uit ander werkof op inkomsten van hun partner zijn aangewezen varieert het aandeel van inkomsten uitmuziek met de leefsituatie van eenvijfde tot bijna de helft.

leef- en inkomenssituatie persoonlijk aandeelnetto inkomsten

jaarinkomen uit muziek

gem. A %samenwonend, kan met gezin rondkomen van eigen inkomstenuit muziek 37.000 96

samenwonend, kan met gezin rondkomen van eigen inkomstenuit muziek en ander werk 26.500 21

alleenstaand, kan rondkomen van inkomsten uit muziek 22.000 95samenwonend, is met gezin aangewezen op inkomsten vanbeide partners 16.000 47

alleenstaand, kan rondkomen van inkomsten uit muziek en ander werk 15.500 26

tabel 3aPersoonlijk inkomenen aandeel vaninkomsten uit muziek,naar situatie

figuur 3/4Samenstelling vanhet jaarinkomen

inkomsten uit muziek 59%

inkomsten uit ander werk 33%

uitkering of studiebeurs 6%

overige inkomsten 2%

Page 15: Pop, wat levert het op?

13

Inkomenssituatie naar leeftijd

Hoe ouder, des te hoger het jaarinkomen van musici. Dit verband berust uitsluitend op deinkomsten uit muziek die toenemen naarmate musici ouder zijn. Het is verleidelijk omhieruit de conclusie te trekken dat een musicus meer gaat verdienen (met muziek)naarmate hij of zij langer actief is en dus meer ervaring opdoet. Deze redenering kloptechter niet zonder meer. Waarschijnlijk zijn de oudere musici de betrekkelijk succesvollesurvivors die doorgingen met muziek waar andere, minder succesvolle popmusici op eenbepaald moment gestopt zijn. Met andere woorden: een onbekend aantal jongere musicizal in de loop der jaren bij gebrek aan succes ophouden met popmuziek en maakt dangeen deel meer uit van de populatie. Degenen die wel doorgaan en overblijven zijn debetrekkelijk succesvolle musici. Hun inkomen is dus hoger dan dat van de jongere musicidie nog weinig te verliezen en alles te winnen hebben.

inkomen uit twintigers dertigers veertigers 50+ totaalgem. A gem. A gem. A gem. A gem. A

muziek* 6.500 10.000 15.500 16.500 12.000ander werk 6.000 8.500 6.500 7.000 7.000uitkering 1.000 500 500 1.000 1.000overig ~0 500 ~0 500 500totaal* 13.500 19.500 22.500 25.000 20.500n (74) (118) (91) (78) (361)

* Het verschil in hoogte van inkomsten uit deze bron (muziek) en in totaal inkomen tussen de leeftijdsklassenis significant en berust dus niet op toeval (p<0,01).~0 betekent hoger dan 0 maar lager dan A 500.

Inkomenssituatie naar soort opleiding

Volgens de human capital benadering in de arbeidseconomie nemen inkomsten toe methet niveau van de opleiding. Als popmusici naast of in plaats van een beroepsopleiding inde muziek ook een andere (hogere) opleiding hebben gedaan, zouden ze volgens dezelfdebenadering meer inkomsten uit nevenactiviteiten kunnen verwerven.

inkomen uit muziek muziek muziek geen geen totaaldiploma diploma (nog) geen muziek muziek

ho geen ho diploma wel ho geen hogem. A gem. A gem. A gem. A gem. A gem. A

muziek* 16.000 10.000 11.000 9.500 11.500 12.000ander werk ‡ 2.000 6.000 6.000 12.500 8.000 7.000uitkering 500 2.000 1.000 1.000 500 1.000overig ~0 1.000 500 ~0 500 500totaal 18.500 19.000 18.500 23.500 20.500 20.500n (90) (17) (54) (89) (111) (361)

* Het verschil in hoogte van inkomsten uit deze bron (muziek) tussen de soorten opleiding is significant enberust dus niet op toeval (p<0,01). Bij ‡ is het verschil marginaal significant (p<0,05).~0 betekent hoger dan 0 maar lager dan E 500.

tabel 3bHoogte en samen-stelling jaarinkomennaar leeftijdsklasse

tabel 3cHoogte en samen-stelling jaarinkomennaar soort opleiding

Page 16: Pop, wat levert het op?

14

Tabel 3c laat zien dat musici met het diploma van een hogere muziekopleiding meer metmuziek verdienen dan andere musici met of zonder muziekopleiding en dat inkomsten uitander werk het hoogst zijn onder degenen die geen muziekopleiding hebben gedaan maarwel (ander) hoger onderwijs volgden. De laatste groep heeft door die inkomsten uit anderwerk ook een hoger jaarinkomen dan de andere groepen. De verschillen in jaarinkomentussen de verschillende groepen, ingedeeld naar soort opleiding, zijn echter niet groot enook niet significant. Kortom: een diploma van een hogere muziekopleiding gaat gepaardmet hogere inkomsten uit muziek maar niet per se met een hoger totaalinkomen, en eenhogere opleiding buiten de muziek levert hogere inkomsten naast de muziek op endaardoor (mogelijk) ook een hoger totaalinkomen. Beide bevindingen zijn in overeen-stemming met de human capital theorie.

Tevreden over de inkomenssituatie?

Bijna 80 procent van de bevraagde musici is niet tevreden over zijn of haar huidigeinkomenssituatie en wil graag meer verdienen met muziek in het algemeen (45 procent),met pop/rockmuziek (23 procent) of met muziek en ander werk (10 procent). Of musicitevreden zijn met hun inkomenssituatie hangt vooral af van de hoogte van hun inkomstenuit muziek en van het aandeel van dat inkomen in hun totale jaarinkomen. Musici dietevreden zijn over hun inkomenssituatie hebben een veel hoger jaarinkomen en verdienenverhoudingsgewijs ook meer met muziek dan hun collega’s die graag meer zoudenverdienen met pop/rockmuziek, met muziek in het algemeen of met muziek en ander werk.

inkomen uit ja, niet tevr., niet tevr., niet tevr., totaaltevreden graag meer graag meer graag meer

inkomen uit inkomen uit inkomen uitpop/rock muziek muziek en/of

ander werk

gemiddeld A gem. A gem. A gem. A gem. A

muziek* 22.500 8.000 10.000 8.000 12.000ander werk 8.500 7.500 5.500 11.500 7.000uitkering/beurs ~0 500 1.000 1.000 1.000overig 500 ~0 500 ~0 500totaal* 31.500 16.000 17.000 22.500 20.500n (80) (82) (165) (34) (361)

* Het verschil in hoogte van inkomsten uit deze bron (muziek) en in totaal inkomen tussen de groepen issignificant en berust dus niet op toeval (p<0,01).~0 betekent hoger dan 0 maar lager dan A 500.

Resumé

Het netto jaarinkomen van de modale popmusicus ligt rond de A 12.000. De modalesamenwonende popmusicus kan met zijn partner of gezin niet rondkomen van zijn eigeninkomsten en is daarvoor dus mede aangewezen op inkomsten uit ander werk of opinkomsten van zijn partner. De modale alleenstaande popmusicus kan evenmin rondkomenvan uitsluitend inkomsten uit muziek en heeft ook inkomsten nodig uit ander werk of eenuitkering. Vrouwelijke musici die samenwonen zijn betrekkelijk vaak (mede) aangewezenop inkomsten van hun partner.

tabel 3dHoogte en samen-stelling jaarinkomenen tevredenheid overinkomenssituatie

Page 17: Pop, wat levert het op?

15

Oudere musici hebben een hoger jaarinkomen dan jongere musici, wat uitsluitend berustop het verschil in inkomsten uit muziek. Een diploma van een hogere muziekopleidinggaat eveneens gepaard met hogere inkomsten uit muziek, maar niet met een hoger totaal-inkomen. Het totale jaarinkomen van musici zonder muziekopleiding maar met eenandere hogere opleiding is juist betrekkelijk hoog omdat zij tamelijk veel verdienen metander werk naast de muziek.

Inkomsten uit muziek vormen gemiddeld bijna 60 procent van het persoonlijk jaarinkomenvan de bevraagde musici. Ruim driekwart van de popmusici is niet tevreden over zijn ofhaar huidige inkomenssituatie. Zij zouden graag meer verdienen met muziek of in hetbijzonder met pop- en rockmuziek. Als ze daarin slagen, zullen ze andere betaaldeactiviteiten om den brode waarschijnlijk staken. Ongeveer eenvijfde van de musici is weltevreden. Zij hebben relatief hoge inkomsten uit muziek en hun jaarinkomen is daardoorbijna twee keer zo hoog als dat van musici die niet tevreden zijn over hun inkomenssituatie.

Wat verdienen ze met muziek?

Hoogte van inkomsten uit muziek

Popmusici verdienen gemiddeld ruim A 12.000 netto per jaar met muziek. Ruim de helftvan de musici verdient er echter niet meer dan A 6.000 mee. De verdeling van inkomstenuit muziek is veel schever dan de verdeling van het totale jaarinkomen. Het gemiddeldewordt ‘omhoog getrokken’ door een betrekkelijk kleine groep musici die meer danA 30.000 met muziek verdient. Tussen mannen en vrouwen in de popmuziek bestaatweinig verschil qua inkomsten uit muziek.

Samenstelling van inkomsten uit muziek

De respondenten die geen inkomsten uit muziek hebben buiten beschouwing gelaten,maken inkomsten uit optredens gemiddeld ruim de helft (55 procent) uit van het muziek-inkomen. Rechten en royalties komen op de tweede plaats (17 procent) en daarna volgtlesgeven (14 procent).

4

figuur 4/1Netto inkomenuit muziek

A 0A 1-6.000

A 6.001-12.000A 12.001-18.000

A 18.001-24.000A 24-001-30.000A 30.001-36.000

> A 36.0000% 10% 20% 30% 40% 50%

Page 18: Pop, wat levert het op?

16

Hoe meer inkomsten uit optreden en uit rechten en royalties, des te hoger de totaleinkomsten uit muziek. Het muziekinkomen houdt ook, maar niet zo sterk, verband metinkomsten uit compositieopdrachten, uit merchandising, uit sessiewerk en uit diverseoverige activiteiten. Het houdt geen verband met inkomsten uit lesgeven en uit sponsoring.Lesgeven zorgt gemiddeld dus wel voor ruim eentiende van de inkomsten uit muziek,maar het is niet zo dat men meer met muziek verdient naarmate men meer inkomstenheeft uit lesgeven.

Het muziekinkomen neemt ook toe naarmate de gemiddelde gage per optreden hoger is.Dat effect doet zich voor vanaf een gage van meer dan A 100 maar het wordt vooralbepaald door musici met een gemiddelde gage van A 1.000 of (veel) meer die tenminstetwee keer zoveel met muziek verdienen als degenen met een gage die gemiddeld nietboven de A 1.000 uitkomt.

Muziekinkomen en andere kenmerken

Het muziekinkomen hangt uiteraard direct samen met inkomsten uit optredens en andereactiviteiten in de muziek. De inkomsten uit muziek variëren echter ook met een aantalachtergrondkenmerken van musici en met kenmerken van hun beroepspraktijk. Deze

figuur 4/2Bestanddelen vanhet muziekinkomen

optreden 55%

sessiewerk 4%

componeren (honoraria) 5%

lesgeven 12%

rechten en royaties 17%

overige 7%

A 0

A 5.000

A 10.000

A 15.000

A 20.000

A 25.000

o 1-10 11-20 21-30 31-50 51-90 meerdan 90

0A 5.000

A 10.000A 15.000

A 20.000A 25.000A 30.000A 35.000A 40.000

A 1tot 50

A 51tot 100

A 101tot 250

A 251tot 500

A 501tot 1.000

A > 1.000

figuur 4/3Gemiddeld inkomenuit muziek naaraantal optredens

figuur 4/4Gemiddeld inkomenuit muziek naargemiddelde gageper optreden

Page 19: Pop, wat levert het op?

17

zullen van invloed zijn op verschillende bestanddelen van het muziekinkomen:• hoe langer in het vak, des te hoger het muziekinkomen; oudere musici verdienengemiddeld meer met optreden en met rechten en royalties dan jongere musici;

• mannen in de popmuziek verdienen vaker geld met componeren en produceren danvrouwen, terwijl vrouwen dikwijls teksten schrijven zonder daar direct iets mee teverdienen;

• musici met een eigen bedrijf met personeel verdienen veel meer met muziek, in hetbijzonder met optreden en uit rechten en royalties, dan musici die in fictieve dienst-betrekkingen of als zelfstandige zonder personeel werken;

• musici in een vaste band en soloartiesten die vooral covers spelen verdienen gemiddeldmeer met optreden en daardoor meer met muziek dan leden van bands en soloartiestendie vooral eigen nummers spelen, ondanks het feit dat de laatste gemiddeld meerinkomsten uit rechten en royalties hebben;

• musici die uitsluitend in Nederland optreden verdienen minder met muziek dan degenendie ook buiten Nederland spelen;

• een contract met een platenmaatschappij, een managementcontract of een 360 gradendeal gaan gepaard met hogere inkomsten uit muziek.

Optredens, gages en rechten en royalties naar leeftijd

Inkomsten uit muziek bestaan voor de meeste popmusici primair uit wat ze verdienenmet optreden en voor een deel van de musici (ook) uit rechten en royalties. Inkomsten uitoptreden worden door twee factoren bepaald: het aantal optredens en de hoogte van degage per optreden.

Het gewicht van deze bestanddelen van het inkomen uit muziek varieert met de leeftijdvan musici. We rekenen directe inkomsten uit sessiewerk, uit lesgeven en uit (ander) werkin opdracht hier niet mee. In figuur 4/5 staan geen absolute gemiddelde aantallenoptredens, gages en inkomsten uit rechten en royalties maar gestandaardiseerde gegevens.Om het verband tussen deze drie elementen en leeftijd vergelijkbaar te maken, is degemiddelde waarde bij alle drie de elementen op 1 gezet en zijn waarden boven en onderhet gemiddelde daartegen afgezet.

Jonge musici (twintigers) treden iets vaker dan gemiddeld op maar tegen een betrekkelijklage gage en ze hebben nog maar heel weinig inkomsten uit royalties en rechten. Hetaantal optredens daalt daarna heel licht met de leeftijd maar blijft rond het gemiddelde.Dertigers gaan er qua gage per optreden een stuk op vooruit vergeleken met de twintigersen hun inkomsten uit rechten en royalties zijn eveneens hoger, maar blijven nog onder hetgemiddelde. De gage per optreden en de inkomsten uit rechten en royalties nemen daar-na niet verder toe onder de veertigers en de gage blijft ook onder de vijftigplussers

inkomsten uit royaltiesen rechtengemiddelde gageper optredenaantal optredens

0,0

0,5

1,0

1,5

2,0

2,5

twintigers dertigers veertigers vijftig+

figuur 4/5Aantal optredens,gemiddelde gage peroptreden en inkomstenuit royalties en rechtennaar leeftijd

Page 20: Pop, wat levert het op?

18

gemiddeld op hetzelfde niveau. Inkomsten uit rechten en royalties liggen onder de vijftig-plussers echter aanzienlijk hoger dan onder de andere leeftijdsgroepen en ruim twee keerhoger dan het gemiddelde. Oudere musici verdienen dus vooral meer met muziek danjongeren doordat ze betrekkelijk hoge inkomsten hebben uit rechten en royalties.

Tabel 4a laat nog eens zien dat totale inkomsten uit muziek toenemen met de leeftijd engeeft tevens weer wat musici in de vier leeftijdsklassen verdienen met diverse activiteitenin de muziek. Het betreft net als bij het jaarinkomen een indicatie van verschillen in desamenstelling van het muziekinkomen op basis van ruwe en afgeronde bedragen. Overhet geheel genomen (de totalen in de laatste kolom) zijn optreden (gemiddeld A 6.500),rechten en royalties (A 2.500) en lesgeven (A 1.500) de belangrijkste inkomstenbronnen.Twintigers verdienen ondanks het feit dat ze vaker dan gemiddeld optreden toch mindermet optreden dan hun oudere collega’s omdat hun gage per optreden lager is.Vijftigplussers hebben gemiddeld veel meer inkomsten uit rechten en royalties (A 5.000)dan hun jongere collega’s (A 1.000 tot A 2.000) maar ook meer inkomsten uit optreden,hoewel ze niet vaker optreden.

inkomsten uit muziek 20-ers 30-ers 40-ers 50+ totaalgem. A gem. A gem. A gem. A gem. A

optreden ‡ 4.000 6.500 6.500 9.000 6.500sessiewerk 500 500 1.000 5.00 500componeren (honoraria) 500 500 1.000 1.000 1.000lesgeven ‡ 1.500 1.000 3.000 1.500 1.500rechten/royalties* 1.000 2.000 2.000 5.000 2.500overige ‡ 500 1.000 2.500 1.500 1.500totaal muziekinkomen* 8.000 11.500 16.000 18.500 13.500N** (59) (103) (78) (67) (307)

* Het verschil in inkomsten uit deze bron tussen de leeftijdsgroepen is significant en berust dus niet op toeval(p<0,001). Bij ‡ is het verschil marginaal significant (p<0,05).** Musici die het afgelopen jaar tenminste één keer in Nederland optraden en bij alle vragen naar bestand-delen van hun muziekinkomen een geldig antwoord gaven.

Terugblik en vooruitblik

Inkomsten uit popmuziek zijn de laatste vier jaar volgens ruim 40 procent van de musicigestegen, volgens bijna 30 procent gedaald en volgens ruim 30 procent hetzelfde gebleven.De stijging van inkomsten uit popmuziek komt vooral door de toegenomen inkomsten uitoptredens en lesgeven. De ontwikkeling van inkomsten uit rechten (auteurs- en naburigerechten) en uit royalties (verkoop van cd’s) laat echter een negatieve balans zien.

Musici zijn tamelijk optimistisch gestemd over de ontwikkeling van hun muziekinkomstenin de komende twee jaar. Ruim de helft van hen (54 procent) verwacht dat hun inkomstenuit popmuziek de komende twee jaar zullen stijgen, minder dan eenvijfde (17 procent)verwacht dat ze zullen dalen en de rest (bijna 30 procent) denkt dat ze hetzelfde zullenblijven. De verwachte toename van inkomsten geldt voor alle genoemde bronnen maarhet sterkst voor inkomsten uit optreden, auteursrechtelijke inkomsten, royalties enoverige muziekexploitatierechten.

tabel 4aHoogte en samen-stelling muziek-inkomen naarleeftijdsklasse

Page 21: Pop, wat levert het op?

19

De financiële top 10

Eentiende van de bevraagde musici verdiende het afgelopen jaar netto A 36.000 of meermet muziek. Waarin onderscheiden ze zich van de musici die het met minder moeten doen?• Musici in de financiële top 10 zijn gemiddeld de oudste groep musici.• Musici in de financiële top 10 hebben vaker een contract met een platenmaatschappij ofeen managementcontract dan de andere musici.

• De financiële top 10 telt relatief veel producers en musici die componeren en/of tekstenschrijven.

• Quamuziekgenre richt de top 10 zich vaker op pop enminder op rock dan de andere musici.

Musici in de financiële top 10 onderscheiden zich qua samenstelling van hun inkomen uitmuziek van de andere musici door een betrekkelijk laag aandeel van inkomsten uitoptredens en lesgeven. Ze verdienen daarentegen relatief veel met rechten en royalties enuit diverse overige, niet nader aangeduide activiteiten, waaronder produceren en tekstenschrijven. Musici in de financiële top tien kunnen (met hun gezin) bijna allemaal rond-komen van hun eigen inkomsten uit muziek en hebben zelden ander werk naast de muziek.

Resumé

Ruim de helft van de popmusici verdient niet meer dan A 6.000 met muziek. Het gemid-delde inkomen uit muziek ligt een stuk hoger, bij A 12.000, doordat het omhoog getrokkenwordt door een betrekkelijk kleine groep die tamelijk veel met muziek verdient. Musici inde financiële top 10 onderscheiden zich qua samenstelling van hun inkomen uit muziekvan de andere musici door een betrekkelijk laag aandeel van inkomsten uit optredens enlesgeven en door relatief hoge inkomsten uit rechten en royalties en uit diverse overige,niet nader aangeduide activiteiten, waaronder produceren en teksten schrijven.

Het inkomen uit muziek wordt vooral bepaald door de inkomsten uit optredens, gevolgddoor inkomsten uit rechten en royalties. Inkomsten uit muziek zijn hoger naarmate menlanger in het vak zit. Qua inkomsten uit muziek bestaat er een duidelijk contrast tussen detwintigers en de vijftigplussers, terwijl de dertigers en de veertigers daar tussenin zittenen meer op elkaar lijken. De twintigers hebben de laagste inkomsten uit muziek. Ondankshet feit dat ze tamelijk veel optreden, verdienen ze daar nog niet zo veel mee omdat hungage per optreden laag is. Ze hebben ook nog maar weinig inkomsten uit rechten enroyalties. De vijftigplussers onderscheiden zich van de twintigers door een hogere gageper optreden en veel meer inkomsten uit rechten en royalties. Ze onderscheiden zich vande dertigers en veertigers alleen door die laatste bron van inkomsten.

Musici in vaste bands en soloartiesten die vooral covers spelen, verdienen door de bankgenomen meer met optreden en dáárdoor meer met muziek dan leden van bands ensoloartiesten die vooral eigen nummers spelen, ondanks het feit dat de laatste meerinkomsten hebben uit rechten en royalties.

Inkomsten uit muziek zijn volgens musici zelf de afgelopen vier jaar gestegen, vooraldoordat er meer verdiend werd met optreden en lesgeven. Daar staan dalende inkomstenuit royalties en uit auteurs- en andere rechten tegenover. Musici zijn opvallend optimistischgestemd over de ontwikkeling van hun muziekinkomsten in de komende jaren. Dat geldtvoor alle inkomstenbronnen maar het sterkst voor inkomsten uit optredens en uit rechtenen royalties.

Page 22: Pop, wat levert het op?

20

Hoe vaak treden ze op, waar en voor welke gage?

Hoe vaak treden musici op?

Bijna eentiende (8 procent) van de musici trad het afgelopen jaar niet op, de rest tussenéén en 380 keer, met een gemiddelde van 54 optredens. Onder de musici die tenminsteéén keer optraden is het aantal optredens scheef verdeeld: precies de helft van de musicitrad niet vaker dan 40 keer op, de andere helft vaker. Ruim een kwart trad niet vaker dan20 keer op, ongeveer een kwart tussen de 40 en 80 keer en bijna een kwart 80 keer ofvaker. Mannen treden vaker op dan vrouwen (gemiddeld 56 tegen 44 keer).

Optredens in Nederland

Ruim 90 procent van de musici trad het afgelopen jaar op in Nederland, 47 procent (ook)elders in Europa en 16 procent (ook) buiten Europa. Het aantal optredens in Nederlandvarieert van één tot 377 keer, gemiddeld 37 keer. Precies de helft trad niet vaker dan 35keer in Nederland op, de andere helft vaker.

Bijna 90 procent van de musici trad (in Nederland) in het openbaar voor publiek op, 41procent had (ook) besloten optreden op particuliere feesten en partijen en 45 procent(ook) op overige besloten optredens (bedrijfsfeesten en dergelijke). Openbare optredensmaken ook verreweg het grootste deel uit (70 procent) van alle optredens van de bevraagdemusici in Nederland, besloten optredens op particuliere feesten en partijen 14 procent enoverige besloten optredens (bedrijfsevenementen, personeelsfeesten en dergelijke) 16procent.

5

figuur 5/1Aantal optredensen geslacht

manvrouwtotaal

1-20 21-40 41-60 61-80 81-100 meerdan 100

0%5%

10%15%

20%25%30%35%

figuur 5/2Openbare optredensin Nederland

gesubsidieerde podia 10%

theaters 21%

overige professionele muziekpodia 8%

festivals 10%

radio en tv 6%

cafés / horeca 25%

feesttenten, braderieën e.d 11%

overige locaties 8%

Page 23: Pop, wat levert het op?

21

De openbare optredens in Nederland zijn verder verdeeld naar soort podium, vangesubsidieerde poppodia, theaters en andere professionele podia tot cafés en feesttenten,braderieën en dergelijke. Cafés en andere horecagelegenheden (25 procent) en theaters(21 procent) hebben het grootste aandeel in het totale aantal optredens van de bevraagdemusici. Het aandeel van andere podia varieert van 6 procent (live optredens voor radio entv) tot 11 procent (feesttenten, braderieën en dergelijke). Eentiende van de optredensvindt plaats op gesubsidieerde poppodia.

Verdeling omzet per optreden

Musici zijn niet de enigen die verdienen aan optredens. Aan leden van vaste bands en aansoloartiesten is gevraagd of zij weten hoeveel de omzet per optreden bedraagt en hoedeze verdeeld wordt onder verschillende partijen. Ruim de helft van deze musici weethoeveel de omzet per optreden bedraagt en dáárvan weet bijna de helft ook hoe de omzetverdeeld wordt onder diverse betrokken partijen. Gemiddeld gaat bijna 60 procent van deomzet naar de musici zelf, de rest naar andere partijen.

Gages

Musici konden per soort optreden aankruisen wat hun gemiddelde gage is, oplopend vanA 50 tot A 6.000. De gage voor openbare optredens ligt voor ruim eenderde van de musicirond de A 100, maar eveneens eenderde verdient per optreden A 250. De gage voor beslotenoptredens, particulier of bedrijfsevenementen, ligt voor circa 55 procent van de musici bijA 250. Voor optredens op besloten bedrijfsevenementen en dergelijke wordt relatief vaakeen nog hogere gage betaald. Lage gages komen betrekkelijk veel voor bij openbareoptredens.

soort optreden hoogte van de gage (bedrag dat er het dichtst bij komt) totaal*A 50 A 100 A 250 A 500 A 750

en hoger% % % % % n (=100%)

openbaar 18 35 33 6 6 (329)besloten particulier 3 29 55 7 6 (121)besloten evenementen - 14 57 19 10 (132)

* Gegevens van musici die het afgelopen jaar in totaal tenminste tien keer optraden en per soort podiumtenminste vijf keer.

figuur 5/3Verdeling van deomzet per optreden

musici 59%

geluid en licht 11%

management 6%

boekingsbureau 8%

logistiek 8%

overige 4%

tabel 5aGages voor optredensin Nederland persoort optreden

Page 24: Pop, wat levert het op?

22

Bij vergelijking van gages voor openbare optredens op diverse podia blijkt het volgende:• gages liggen in de meeste gevallen (over het geheel genomen) rond de A 100 of A 250;• musici die optreden op gesubsidieerde poppodia krijgen betrekkelijk vaak een lage gagevan rond de A 50, evenals musici die optreden in cafés en andere horecagelegenheden;

• voor optredens in theaters en in feesttenten en op braderieën en dergelijke wordenzelden lage gages betaald en juist vaak modale gages van rond de A 100 of A 250;

• voor optredens op festivals en op diverse overige locaties (niet nader aangeduid)worden betrekkelijk vaak bovenmodale gages betaald.

soort podium gemiddelde gage (bedrag dat er het dichtst bij komt) totaal*A 50 A 100 A 250 A 500 A 750

en hoger% % % % % n (=100%)

feesttenten, braderieën e.d. 4 33 48 4 10 (69)theaters 5 29 52 7 8 (87)festivals (muziek en theater) 15 28 37 10 10 (100)overige profes. muziekpodia 21 26 38 3 12 (81)cafés en andere horeca 30 39 23 3 5 (155)gesubsidieerde poppodia 34 28 26 5 6 (95)overige locaties, n.e.g. 15 21 40 11 13 (53)

* Gegevens van musici die het afgelopen jaar in totaal tenminste tien keer optraden en per soort podiumtenminste vijf keer.

Podiumprofielen

De meeste musici spelen op meerdere soorten podia. Ze zijn te profileren op grond vanhet aandeel van bepaalde podia in hun totale aantal optredens. Deze analyse levert zes‘podiumprofielen’ op:1. musici die vooral spelen in cafés;2. musici die vooral spelen in feesttenten, op braderieën en dergelijke maar daarnaast ookregelmatig in cafés en andere horecagelegenheden;

3. musici die vaak in theaters optreden;4. musici die vaak op festivals en ook geregeld op andere professionele muziekpodia spelen;5. musici die vooral op gesubsidieerde poppodia spelen; en musici die vooral spelen opoverige, niet eerder genoemde podia.

De eerste groep (vooral cafés) en de vierde groep (vooral festivals en andere professionelepodia) zijn het grootst, gevolgd door de musici die vooral in theaters optreden en degenendie vooral op gesubsidieerde poppodia spelen.

figuur 5/4Podiumprofielenvan musici

vooral cafés 27%

vooral feesttenten e.d. 11%

vooral theaters 16%

vooral festivals en andere prof. podia 22%

vooral gesubsidieerde poppodia 16%

vooral overige podia 9%

tabel 5bGemiddelde gagesvoor openbare optre-dens in Nederland,per soort podium

Page 25: Pop, wat levert het op?

23

Op gesubsidieerde podia wordt relatief vaak rock gespeeld en in het Engels gezongen enis heel weinig Nederlandstalig repertoire te horen. In feesttenten wordt daarentegen juistveel Nederlandstalige muziek gespeeld. In de theaters wordt betrekkelijk vaak popgespeeld en minder rock dan op de gesubsidieerde poppodia.

Podiumprofiel en leeftijd

Er zijn een paar duidelijke leeftijdsverschillen tussen bepaalde podiumprofielen. Degrootste verschillen doen zich voor tussen de theaters waar relatief veel vijftigplussers enweinig twintigers en dertigers te vinden zijn en de gesubsidieerde poppodia waar juist hetomgekeerde het geval is. De vier leeftijdsgroepen zijn daarentegen ongeveer evenredigvertegenwoordigd in het circuit van feesttenten, braderieën en dergelijke.

Jaarinkomen naar podiumprofiel

In de hoogste inkomensklassen zitten relatief veel musici die vooral in feesttenten endergelijke en in theaters spelen en zij hebben dan ook het hoogste jaarinkomen. Musicidie vooral op gesubsidieerde poppodia spelen hebben gemiddeld het laagste jaarinkomen.

bron van vooral vooral vooral vooral vooral vooral totaalinkomsten cafés feest- theaters festivals gesubsi- diverse

tenten en prof. dieerde overigepodia poppodia

% % % % % % %muziek* 53 82 77 50 34 57 57ander werk* 37 12 19 43 50 37 35uitkering/beurs ‡ 9 4 2 3 14 4 7overig ~0 2 2 4 ~0 1 2gem. jaarinkomen(A)‡ (18.500) (25.000) (25.000) (20.500) (16.000) (22.000) (20.500)n (83) (32) (52) (59) (56) (24) (299)

Het gemiddeld jaarinkomen (A) is telkens 100 procent: de som van het aandeel van de vier afzonderlijkeinkomstenbronnen.* Het verschil in procentueel aandeel van inkomsten uit deze bron tussen de zes profielen is significant enberust dus niet op toeval (p<0,001). Bij ‡ is het verschil marginaal significant (p<0,01).~0 betekent hoger dan 0 maar lager dan A 500.

figuur 5/5Leeftijd enpodiumprofiel

tabel 5cSamenstelling vanhet jaarinkomennaar podiumprofiel

twintigers dertigers veertigers vijftig +0%

20%

40%

60%

80%

100% vooral overige podia

vooral gesubsidieerde poppodia

vooral festivals en andere prof. podia

vooral theaters

vooral feesttenten

vooral cafés

Page 26: Pop, wat levert het op?

24

Er zijn ook opvallende verschillen in de samenstelling van het jaarinkomen tussen de zesprofielen, in het bijzonder tussen musici die vooral optreden in feesttenten en dergelijke ofin theaters enerzijds en de musici die vooral op gesubsidieerde poppodia spelen anderzijds.De eerste en tweede groep halen rond de 80 procent van hun inkomen uit muziek en delaatste niet meer dan eenderde. De laatste groep is veel sterker aangewezen op inkomstenuit ander werk en telt ook betrekkelijk veel musici die zijn aangewezen op een uitkering ofstudiebeurs.

Muziekinkomen naar podiumprofiel

De hoogte van het muziekinkomen verschilt sterk tussen musici die vooral opgesubsidieerde poppodia spelen enerzijds en de musici die vooral optreden in feesttentenen dergelijke of in theaters anderzijds. De laatste zijn sterk vertegenwoordigd in de top 10van de financieel meest succesvolle musici. Qua aandeel aan afzonderlijke muzikaleinkomstenbronnen lopen de zes podiumprofielen niet zo sterk uiteen.

bron van vooral vooral vooral vooral vooral vooral totaalinkomsten cafés feest- theaters festivals gesubsi- diverse

tenten en prof. dieerde overigepodia poppodia

% % % % % % %optreden 58 63 58 57 49 64 57sessiewerk 3 4 3 4 4 6 4componeren (honoraria) 2 1 7 5 6 2 4lesgeven 17 14 12 10 11 5 12rechten/royalties 12 10 15 18 21 20 15overige 8 8 6 5 9 3 7gem.muziekinkomen A *(10.000) (22.000) (20.500) (10.000) (5.500) (12.500) (12.500)n (83) (32) (52) (59) (56) (24) (299)

Het gemiddeld muziekinkomen (A) is telkens 100 procent: de som van het aandeel van de afzonderlijkemuzikale inkomstenbronnen.* Het verschil in netto muziekinkomsten tussen de zes profielen is significant en berust dus niet op toeval(p<0,001). Verschillen in procentueel aandeel van afzonderlijke bronnen zijn niet significant.

De verdeling van de omzet is op grond van de beschikbare gegevens niet goed perpodiumtype vast te stellen. Het lijkt er echter op dat bij optredens op gesubsidieerdepoppodia een betrekkelijk groot deel van de omzet naar logistiek gaat, ten koste van hetaandeel van de musici zelf.

Resumé

Optreden is de belangrijkste inkomstenbron voor de meeste musici. Het aantal optredensis scheef verdeeld: verreweg de meeste musici traden het afgelopen jaar niet vaker dan 60keer op, een kleine groep 100 keer of (veel) vaker. Openbare optredens maken ruimeenderde van alle optredens in Nederland uit, besloten optredens minder dan eenderde.Cafés en theaters zijn de belangrijkste podia qua aantal openbare optredens, op afstandgevolgd door feesttenten en dergelijke, gesubsidieerde poppodia en festivals. Gagesliggen meestal rond de A 100 of A 250 maar variëren per soort podium (en natuurlijk per

tabel 5dSamenstellingmuziekinkomen naarpodiumprofiel

Page 27: Pop, wat levert het op?

25

artiest): ze zijn bij optredens op gesubsidieerde poppodia en in cafés vaak veel lager en bijbesloten bedrijfsevenementen en op festivals dikwijls hoger. Er zijn zes podiumprofielenvan musici te onderscheiden: vooral cafés, vooral feesttenten en dergelijke, vooral theaters,vooral festivals en andere professionele muziekpodia, vooral gesubsidieerde poppodia envooral diverse andere podia. Het grootste verschil in hoogte en samenstelling van hetinkomen doet zich voor tussen musici die vooral spelen in feesttenten en dergelijke of intheaters enerzijds en degenen die vooral op gesubsidieerde poppodia spelen anderzijds.De laatste groep bestaat vooral uit jonge musici die (nog) veel minder met muziekverdienen dan de veelal oudere musici die vooral in theaters optreden en de musici dievooral in feesttenten en dergelijke optreden.

Wat vinden ze er zelf van?

Opinievragen

Het laatste deel van de internet-enquête bestond uit een reeks van uitspraken waarbij demusici konden aangeven in welke mate ze het er mee eens of oneens zijn.

We geven hierna eerst de resultaten bij alle uitspraken weer, ingedeeld in vier groepen:• uitspraken waar musici het overwegend tot sterk mee eens zijn;• uitspraken waar ze het overwegend mee oneens zijn;• uitspraken waar musici het noch mee eens, noch mee oneens zijn;• en uitspraken waarover ze het onderling het minst met elkaar eens zijn.

Daarna kijken we of meningsverschillen bij de laatste groep uitspraken verband houdenmet leeftijd, geslacht, opleiding, muziekinkomen en podiumprofiel van de musici.

Consensus en controverse

Musici zijn het overwegend tot sterk eensmet de volgende uitspraken:• de overheid moet popmuziek erkennen als volwaardige kunstvorm;• het is goed voor een popmuzikant om zich zo nu en dan bij te scholen in de zakelijkeaspecten van het vak;

• in de subsidieregeling Nederlands Popmuziek Plan moet een minimum gagenorm alssubsidiecriterium worden opgenomen zodat er een fatsoenlijk garantiebedrag voorpopmusici overblijft;

• zonder een goede boeker maakt een beginnende band weinig kans op optredens opbelangrijke poppodia.

Musici zijn het overwegend oneensmet de uitspraken:• popmusici willen geen subsidie van de overheid;• de mogelijkheden voor popmusici om op te treden zijn de afgelopen jaren toegenomen.

6

Page 28: Pop, wat levert het op?

26

Uitspraken waar de meeste musici het noch mee eens, noch mee oneens zijn en ook niet veelover van mening verschillen:• managers en boekingkantoren zijn een noodzakelijk kwaad;• het gratis downloaden van popmuziek heeft een positieve invloed op de carrière vanpopmusici;

• het 360 graden contract zorgt ervoor dat de muziekindustrie meer geld in eenpopmuzikant investeert dan vroeger;

• door het 360 graden contract profiteert een popmuzikant van veel meerinkomstenbronnen dan vroeger.

Over deze uitspraken zijn musici het onderling het minst met elkaar eens:• er zijn teveel amateurs en hobbyisten die popmuziek maken. Ze verpesten de marktvoor professionele popmusici;

• je kiest niet echt voor het beroep van popmuzikant. Je ‘rolt’ erin;• iedereen die een paar akkoorden kent kan zichzelf popmuzikant noemen. En dat isprima;

• iemand die een conservatoriumopleiding of andere muzikale beroepsopleiding heeftgevolgd, heeft meer kans om een succesvol popmuzikant te worden dan iemand zondereen dergelijke opleiding.

Controversiële uitspraken nader bekeken

Opinies van popmusici over diverse aspecten van hun beroepspraktijk, over de muziek-wereld en over het beleid van de overheid hebben dikwijls te maken met meer algemeneopvattingen over het beroep. Die beroepsopvattingen worden gevormd door opleiding enervaring en hebben te maken met de omgeving waarin musici werken. Vooral controversiëleuitspraken kunnen verwijzen naar verschillen in beroepsopvatting. We hebben daaromgekeken of het antwoord van musici op die vragen verband houdt met hun leeftijd,geslacht, opleiding, muziekinkomen en podiumprofiel. Dat levert de volgende resultaten op.

Er zijn teveel amateurs en hobbyisten die popmuziek maken. Ze verpesten de markt voorprofessionele popmusici.

Er zijn even veel musici die het met deze uitspraak eens en oneens zijn (beide 40 procent)en een kleine groep (20 procent) die het er noch mee eens, noch mee oneens is. Demeningen hierover houden duidelijk verband met de opleiding van musici. Wie een muziek-opleiding heeft gedaan maar (nog) niet met een diploma afgesloten of een muziekopleidingmet diploma maar geen hoger onderwijs (dus geen conservatorium of Rockacademiemaar wellicht een Mbo-opleiding) is het hier eerder mee eens en minder mee oneens.Musici die geen muziekopleiding hebben gedaan maar wel hoger onderwijs zijn het erdaarentegen eerder mee oneens. Kennelijk hebben vooral musici met een andere muziek-opleiding dan conservatorium (of Rockacademie) en degenen die hun muziekopleiding(nog) niet hebben afgemaakt de behoefte om zich te onderscheiden van amateurs enhobbyisten.

Je kiest niet echt voor het beroep van popmuzikant. Je ‘rolt’ erin.

Bijna de helft van de musici is het hiermee oneens, ruim eenderde eens. Ook hier varieertde mening van musici met hun opleiding. Wie een (hogere) muziekopleiding met diplomaheeft of de muziekopleiding (nog) niet heeft afgemaakt is het hier sterker mee oneens,terwijl musici die geen muziekopleiding hebben gedaan én geen hoger onderwijs hebben

Page 29: Pop, wat levert het op?

27

het er juist eerder mee eens zijn. Wie gekozen heeft voor een muzikale beroepsopleidingis minder geneigd om te relativeren dat men bewust kiest voor het beroep van popmuzikant.Verder lopen de meningen op dit punt nogal sterk uiteen tussen musici die vooral in feest-tenten en dergelijke spelen en degenen die vooral in theaters, op festivals en andereprofessionele podia optreden: de eerste zijn het hier tegen de stroom in eerder mee eens,de laatste sterker mee oneens. Dit verschil zal samenhangen met het relatieve hogeaandeel van musici zonder beroepsopleiding onder degenen die vooral in feesttenten endergelijke optreden.

Iedereen die een paar akkoorden kent kan zichzelf popmuzikant noemen. En dat is prima.

Ruim eenvijfde van de musici is het met deze uitspraak eens, bijna tweederde oneens.Deze verdeling varieert met leeftijd en podiumtype. Vooral twintigers maar ook vijftig-plussers zijn het hier in veel groter getal mee oneens dan andere leeftijdsgroepen.Hebben jonge popmusici (met een muziekopleiding of in opleiding) de neiging om zichaf te zetten tegen leeftijdsgenoten die de popmuzikant uithangen zonder dat ze daar devaardigheden en de kennis voor hebben? En denken oudere, ervaren beroepsmusici datvan jonge, onervaren musici? Die oudere musici zouden degenen kunnen zijn die vooralin theaters optreden of op diverse andere, niet nader aangeduide locaties en kritischer opdeze uitspraak reageren dan de andere podiumprofielen.

Iemand die een conservatoriumopleiding of andere muzikale beroepsopleiding heeft gevolgd,heeft meer kans om een succesvol popmuzikant te worden dan iemand zonder zo’n opleiding.

Deze uitspraak levert reacties op die alleen duidelijk verschillen naar leeftijd en opmerkelijkgenoeg maar weinig naar opleiding. In totaal is eenvijfde het ermee eens en ruim 60 procentoneens. Veertigers en dertigers zijn het hier vaker mee oneens dan twintigers en vijftig-plussers. Dit verschil is lastig te duiden. Spreken hier de ervaringen van redelijk succes-volle dertigers en veertigers zonder muziekopleiding en de verwachtingen van twintigersmet en in opleiding? Maar waarom lijken de vijftigplussers dan net als de twintigers mindersceptisch over het effect van een opleiding aan conservatorium of Rockacademie?Stemmen de studenten hier overeen met hun docenten?

Resumé

Als het aan de musici ligt, moet de overheid popmuziek erkennen als volwaardige kunst-vorm, moet een minimum gagenorm in de subsidieregeling Nederlands Popmuziek Planals subsidiecriterium worden opgenomen en doen popmuzikanten er goed aan om zichzo nu en dan bij te scholen in de zakelijke aspecten van het vak. Het is volgens de meestemusici niet zo dat popmusici geen subsidie van de overheid willen. En de mogelijkhedenvoor popmusici om op te treden zijn de afgelopen jaren volgens de meeste van hen niettoegenomen.

Musici verschillen betrekkelijk sterk met elkaar van mening over een aantal anderekwesties die vooral met de status van het beroep van popmusicus en met de beroeps-toetreding te maken hebben. Of er teveel amateurs en hobbyisten zijn die de marktverpesten, of je bewust kunt kiezen voor het vak van popmuzikant, wat je moet kunnenom je popmuzikant van je vak te mogen noemen en of een hogere beroepsopleiding in demuziek nu wel of niet meer kans biedt op een succesvol bestaan als popmusicus. Dat zijnomstreden vragen. Opvattingen over amateurs en over bewust kiezen voor de muziekhangen vooral samen met de opleiding van musici, maar die samenhang is niet eenduidig.

Page 30: Pop, wat levert het op?

28

Opvattingen over wat je moet kunnen en kennen als popmusicus en over het effect vanhogere muziekopleiding op de loopbaan variëren vooral met de leeftijd van musici:twintigers en vijftigplussers blijken in beide opzichten meer eisen te stellen aan muzikalekennis en vaardigheden (die via opleiding te verwerven zijn) dan dertigers en veertigers.Deze resultaten vragen om nader onderzoek.

Nog even de hoofdpunten

Het onderzoek Pop, wat levert het op? geeft een duidelijk beeld van de inkomenspositievan een dwarsdoorsnede van musici die in Nederland beroepsmatig met hun vak bezig(willen) zijn en die hoofdzakelijk of uitsluitend popmuziek of rock (in ruime zin) maken.Diverse partijen, waaronder de vakbonden van musici en de rechtenorganisaties dieopdrachtgever van het onderzoek waren, zullen de resultaten van dit beschrijvendeonderzoek ieder vanuit hun eigen perspectief bekijken. De feiten worden gewogen in hetpublieke debat over de bevindingen. Een onderzoek als dit kan geen regelrechteaanbevelingen opleveren.

Uit de presentatie van bevindingen in dit samenvattende rapport zijn wel de volgendehoofdpunten naar voren te halen.

• De modale popmusicus heeft een netto jaarinkomen van rond de A 12.000 (muziek plusandere inkomsten) en ruim de helft van de musici verdiende het afgelopen jaar nietmeer dan A 6.000 netto met muziek. De modale samenwonende popmusicus kan metzijn partner of gezin niet rondkomen van zijn eigen inkomsten uit muziek en is daarvoordus mede aangewezen op inkomsten uit ander werk of op inkomsten van zijn partner.Vrouwelijke musici die samenwonen zijn veel vaker (mede) aangewezen op inkomstenvan hun partner dan mannen die samenwonen. De modale alleenstaande popmusicuskan evenmin rondkomen van uitsluitend inkomsten uit muziek. Het is dus geen wonderdat ruim driekwart van de popmusici niet tevreden is over zijn of haar huidige inkomens-situatie. Zij zouden graag meer verdienen met muziek of in het bijzonder met pop- enrockmuziek. Als ze daarin slagen, zullen ze andere betaalde activiteiten om den brodewaarschijnlijk staken.

• Optreden is de voornaamste bron van inkomsten van de modale popmusicus. Ook au-teurs- en naburige rechten en royalties (verkoop van cd’s) vormen een belangrijk bestand-deel van het muziekinkomen. Inkomsten uit rechten en royalties vormen een steedsbelangrijker bestanddeel van het muziekinkomen naarmate musici ouder en financieelsuccesvoller worden. Dat geldt ook voor een deel van de (oudere) musici die niet (veel)meer optreden maar zich toeleggen op produceren en/of componeren of die devruchten van hun vroegere creatieve werk oogsten. Lesgeven is eveneens eeninkomstenbron, maar dan vooral naast en zeker niet als vervanging van inkomsten uitoptreden en uit rechten en royalties.

7

Page 31: Pop, wat levert het op?

29

• Inkomsten uit optredens zijn afhankelijk van het aantal optredens en van de gage peroptreden. Jonge musici moeten hun plaats in de muziek verwerven door veel op tetreden voor een betrekkelijk lage gage. De meeste oudere musici verdienen gemiddeldmeer per optreden en treden niet veel minder op dan hun jongere collega’s. Gagesliggen meestal rond de A 100 of A 250 maar variëren per soort podium (en natuurlijk perartiest). Bij gesubsidieerde poppodia en in cafés is de gage vaak heel laag, bij beslotenbedrijfsevenementen en op festivals dikwijls tamelijk hoog.

• Er bestaan verschillende deelmarkten voor live optredens en musici zijn te profilerennaar de deelmarkt waar ze zich voornamelijk op richten. Ze spelen vooral in cafés,vooral in feesttenten en dergelijke, vooral in theaters, vooral op festivals en andereprofessionele muziekpodia, vooral op gesubsidieerde poppodia of vooral op diverseandere locaties. Deelmarkten verschillen van elkaar qua soort muziek die er gevraagdwordt (in het bijzonder feesttenten versus gesubsidieerde poppodia) en de gages diebetaald worden. Op gesubsidieerde poppodia spelen vooral jongere musici die veelminder per optreden en met muziek verdienen dan de veelal oudere musici die vooralin theaters optreden en de musici van verschillende leeftijden die vooral in feesttentenen dergelijke spelen.

• Musici verschillen behoorlijk met elkaar van mening over het onderscheid tussenamateurs en beroepsmusici, over de beroepstoetreding en over de betekenis van eenhogere beroepsopleiding in de muziek voor het succes van popmusici. Ze zijn het echtergrotendeels met elkaar eens dat de overheid popmuziek moet erkennen als volwaardigekunstvorm en dat voor optredens op gesubsidieerde poppodia tenminste een bepaaldeminimumgage betaald moet worden. Het is volgens de meeste musici niet zo datpopmusici geen subsidie van de overheid willen.

Page 32: Pop, wat levert het op?
Page 33: Pop, wat levert het op?

NtbIn 2009 bestaat de Ntb 90 jaar; de Ntb is daarmee de oudste (en grootste) vakbond voor musici.Naast onder meer zijn betrokkenheid bij de cao’s voor de orkesten en het kunstonderwijs envertegenwoordigingen in de besturen van onder meer rechtenstichtingen als sena, Stichtingnorma, Stichting Leenrecht en Stichting de Thuiskopie, verleent de Ntb waar nodig juridischebijstand aan zijn leden, bijvoorbeeld bij incasso-zaken of (arbeids)conflicten met opdrachtgeversof werkgevers. Ook kunnen de leden bij de bond terecht voor informatie over alles wat met dezakelijke kant van de podiumkunsten te maken heeft. Daarnaast biedt de Ntb zijn leden eenvoordelig verzekeringspakket afgestemd op de podiumkunsten. De Ntb geeft onder meer hetblad Muziekwereld en publicaties zoals de Ntb Studiosterrengids en de Ntb Boekingsgids uit enorganiseert cursussen en workshops rond de zakelijke kanten van het beroep.

BV Pop/FNV Kiemfnv Kunst Informatie Entertainment Media heeft als grootste kunst- en entertainment bondhaar inbreng in alle nationale platforms, en is betrokken bij de totstandkoming van alle cao’s diein de kunstwereld worden afgesloten. De expertise van de bv Pop (die onder fnv Kiem valt) metals voorzitter Jerney Kaagman, wordt door grote TV producties als Idols en X Factor ingehuurdom de kandidaten te beschermen tegen wurgcontracten. bv Pop kaderleden hebben zitting in debesturen van Buma/Stemra, sena en alle andere rechtenorganisaties. sena, norma, Thuiskopieen Leenrecht zijn mede opgericht door fnv Kiem. bv Pop/ fnv Kiem-leden hebben toegang totinformatie en advies over de beroepspraktijk van de popmuzikant. Het lidmaatschap houdt ookjuridische bijstand in en het voeren van juridische procedures. Het screenen van entertainment-contracten en het, zo nodig ontbinden daarvan, is de meest gevraagde dienst. Er is een uitgebreidcursus- en verzekeringsaanbod voor leden beschikbaar.

SENAOp aanwijzing van het Ministerie van Justitie, en met uitsluiting van ieder ander, is sena belastmet de uitvoering van (een deel) van de Wet op de naburige rechten. In de praktijk betekent ditformeel dat sena namens haar rechthebbenden toestemming verleent aan ‘Gebruikers’ van muziekvoor ‘het openbaarmaken van voor commerciële doeleinden uitgebrachte fonogrammen’. senaincasseert hiervoor een vergoeding en betaalt deze op basis van haar reglementen door aan deuitvoerende musici en platenproducenten, ofwel de ‘Makers’ van muziek.sena richt haar aandacht volledig op het zo goed mogelijk behartigen van de belangen van haarrechthebbenden.

NORMAnorma heeft als doelstelling om – zonder winstoogmerk voor zichzelf – de collectieve belangenvan uitvoerende kunstenaars op het gebied van het naburig recht te behartigen. norma trachthaar doel te bereiken door onder meer: het uitoefenen en handhaven van de aan normatoevertrouwde of overgedragen rechten en aanspraken; het innen en verdelen van onder andereThuiskopie-, Leenrecht- en Kabelgelden; het financieren of anderszins ondersteunen van socialeen culturele activiteiten die gericht zijn op de verbetering van de maatschappelijke positie vanuitvoerend kunstenaars; het handhaven en waar nodig verbeteren van (inter)nationale wetgevingop het gebied van naburige rechten. norma verdeelt, met een minimum aan kosten, de naburigerechten-gelden onder de uitvoerend kunstenaars.

Page 34: Pop, wat levert het op?

UitgeverIVA Beleidsonderzoek en AdviesPostbus 901535000 LE TilburgTelefoon 013 466 8466Telefax 013 466 8477www.iva.nl

VormgevingComma-S ontwerpers, Den Bosch

DrukwerkDrukkerij Hooiberg Salland

© 2009 iva

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of worden openbaar gemaakt door middel van druk,fotokopie, microfilm, of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming vanhet iva. Het gebruik van cijfers en/of tekst als toelichting of ondersteuning bij artikelen, boeken en scriptiesis toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld.

Page 35: Pop, wat levert het op?
Page 36: Pop, wat levert het op?

Pop,wat levert het op?

Onderzoek naar de inkomsten vanpopmusici in Nederland

Teunis IJdensSaskia von der FuhrJoris de Rooij