Download de rekenoefening

1
Hoe jong is de leerkracht? - groep 4 Hoe jong is de leerkracht? groep 4 Doel Inzicht krijgen in de decimale opbouw van getallen Materiaal • Leeftijden luikjes met leeftijdenkaartjes • Voor ieder kind een wisbordje met stift • Kralenketting met 10-structuur, zie didactische aanwijzingen Voorbereiding Verstop uw leeftijd achter de leeftijdenluikjes. Open alleen het rechterluikje. Beschrijving Toon de leeftijdenluikjes. Vertel de kinderen dat achter de luikjes uw leeftijd staat. ‘Alleen het rechter cijfer van mijn leeftijd is te zien. Noteer op je wisbordje hoe oud ik zou kunnen zijn.’ Verraad vervolgens uw leeftijd door er naartoe te springen in sprongen van 10 en huppen van 1. Hoe gaat dit? Ga vanuit het gezichtspunt van de kinderen uiterst links op de denkbeeldige getallenlijn staan. U staat op 0. In het geval uw leeftijd 43 jaar is, springt u vanaf hier met vier sprongen van 10 en drie huppen van 1 naar uw leeftijd. Een sprong van 10 laat u zien met een eenbenige afzet en een hup van 1 met een tweebenige afzet. Wie wil mag op grond van het springen naar uw leeftijd de leeftijd op zijn wisbordje verbeteren. Open ter controle het linker luikje van het leeftijdenluikje. Klopt het? Herhaal de oefening met andere leeftijden. ‘Wie er weet hoe oud zijn vader, moeder, oma of opa is?’ Verstop deze leeftijden achter de leeftijdenluikjes. Onthul de leeftijden door er in sprongen en huppen naartoe te laten springen. Leeftijdenluikjes Springen naar getallen Hoe jong is onze juf? Didactische aanwijzingen • Een voorwaarde voor deze oefening is dat kinderen de kleine (1, 2, 3, ..) en grote telrij (10, 20, 30, ..) kunnen opzeggen. • Geef hulp door de sprongen en huppen mee te tekenen op een lege getallenlijn. Stap als dat ook nog te lastig is terug naar een kralenketting met 10-structuur. • Geef hulp bij de uitspraak en notatie van leeftijden. Wordt ‘34’ gezegd, maar ‘43’ bedoeld, leg dan bijvoorbeeld de relatie met de Engelse taal. ‘Zij spreken getallen uit in de schrijfrichting, maar wij doen dat precies tegenovergesteld.’ Wordt ‘34’ op het wisbordje geschreven terwijl achter het rechter luikje een en ‘3’ is te zien, houd het wisbordje dan onder de leeftijdenluikjes. Nu zien ze dadelijk dat dit de leeftijd niet kan zijn.

Transcript of Download de rekenoefening

Page 1: Download de rekenoefening

Hoe jong is de leerkracht? - groep 4

Hoe jong is de leerkracht? groep 4

DoelInzicht krijgen in de decimale opbouw van getallen

Materiaal• Leeftijden luikjes met leeftijdenkaartjes• Voor ieder kind een wisbordje met stift• Kralenketting met 10-structuur, zie didactische aanwijzingen

VoorbereidingVerstop uw leeftijd achter de leeftijdenluikjes. Open alleen het rechterluikje.

BeschrijvingToon de leeftijdenluikjes. Vertel de kinderen dat achter de luikjes uw leeftijd staat. ‘Alleen het rechter cijfer van mijn leeftijd is te zien. Noteer op je wisbordje hoe oud ik zou kunnen zijn.’ Verraad vervolgens uw leeftijd door er naartoe te springen in sprongen van 10 en huppen van 1. Hoe gaat dit? Ga vanuit het gezichtspunt van de kinderen uiterst links op de denkbeeldige getallenlijn staan. U staat op 0. In het geval uw leeftijd 43 jaar is, springt u vanaf hier met vier sprongen van 10 en drie huppen van 1 naar uw leeftijd.Een sprong van 10 laat u zien met een eenbenige afzet en een hup van 1 met een tweebenige afzet. Wie wil mag op grond van het springen naar uw leeftijd de leeftijd op zijn wisbordje verbeteren. Open ter controle het linker luikje van het leeftijdenluikje. Klopt het?

Herhaal de oefening met andere leeftijden. ‘Wie er weet hoe oud zijn vader, moeder, oma of opa is?’ Verstop deze leeftijden achter de leeftijdenluikjes. Onthul de leeftijden door er in sprongen en huppen naartoe te laten springen.

Leeftijdenluikjes

Springen naar getallen

Hoe jong is onze juf?

Didactische aanwijzingen• Een voorwaarde voor deze oefening is dat kinderen de kleine

(1, 2, 3, ..) en grote telrij (10, 20, 30, ..) kunnen opzeggen. • Geef hulp door de sprongen en huppen mee te tekenen op een

lege getallenlijn. Stap als dat ook nog te lastig is terug naar een kralenketting met 10-structuur.

• Geef hulp bij de uitspraak en notatie van leeftijden. Wordt ‘34’ gezegd, maar ‘43’ bedoeld, leg dan bijvoorbeeld de relatie met de Engelse taal. ‘Zij spreken getallen uit in de schrijfrichting, maar wij doen dat precies tegenovergesteld.’ Wordt ‘34’ op het wisbordje geschreven terwijl achter het rechter luikje een en ‘3’ is te zien, houd het wisbordje dan onder de leeftijdenluikjes. Nu zien ze dadelijk dat dit de leeftijd niet kan zijn.