Deelreglement Maintenance Engineer MTE - pbna.com · PDF fileN.v.t. DR-MTE-X 4 Toetsinhoud ......

10
DR-MTE-X Deelreglement Maintenance Engineer MTE Uitgave: maart 2011

Transcript of Deelreglement Maintenance Engineer MTE - pbna.com · PDF fileN.v.t. DR-MTE-X 4 Toetsinhoud ......

Page 1: Deelreglement Maintenance Engineer MTE - pbna.com · PDF fileN.v.t. DR-MTE-X 4 Toetsinhoud ... (TPM ) model (8 pillar model); ... ook voor het 1e echelons onderhoud van de machine

DR-MTE-X

Deelreglement Maintenance Engineer MTE

Uitgave: maart 2011

Page 2: Deelreglement Maintenance Engineer MTE - pbna.com · PDF fileN.v.t. DR-MTE-X 4 Toetsinhoud ... (TPM ) model (8 pillar model); ... ook voor het 1e echelons onderhoud van de machine

DR-MTE-X 2

1 Algemeen

Naam : Reed Business Opleidingen

Adres : Zwijndrecht

Aard : Deeltijd, mondeling onderwijs

Naast dit reglement is het Examenreglement Koninklijke PBNA (A2000) van toepassing.

2 Doelstellingen

De opleiding is gericht op personen die werkzaam zijn in een onderhoudsgerichte functie. Zij zijn

vakinhoudelijk bekwaam en zijn in staat om monteurs aan te sturen. Ze zijn in het bezit van VCA-VOL.

Doelstelling is deze personen beter in staat te stellen op zelfstandige wijze hun onderhoudstaak uit te voeren.

Na afloop van de opleiding begrijpt de deelnemer zijn rol en positie in het onderhoudsproces, kan actief

bijdragen aan verbetering van onderhoudsconcepten en is beter in staat om gestructureerd afwijkingen van

een installatie te analyseren en te verhelpen.

3 Opleiding

3.1 Inhoud De opleiding bestaat uit 10 bijeenkomsten. Het examen bestaat uit de toets "maintenance engineer". Het met

voldoende resultaat afgesloten hebben van de toets geeft recht op het PBNA-diploma. De deelnemer moet

daarnaast minimaal 80 % van de lessen bij Reed Business Opleidingen hebben gevolgd en deelgenomen

hebben aan de case en de bijbehorende Coaching-on-the-job. De opleiding is bij Reed Business opleidingen

bekend onder de code MTE.

3.2 Vooropleiding De deelnemers hebben een vakopleiding op MBO niveau.

3.3 Vrijstelling voor delen van de opleiding De examencommissie verleent geen vrijstelling voor delen van de opleiding.

Page 3: Deelreglement Maintenance Engineer MTE - pbna.com · PDF fileN.v.t. DR-MTE-X 4 Toetsinhoud ... (TPM ) model (8 pillar model); ... ook voor het 1e echelons onderhoud van de machine

DR-MTE-X 3

4 Toetsprotocollen

Toetsorganisatie Kandidaten kunnen deelnemen aan het centraal examen. Het centraal examen wordt viermaal per jaar in de

maanden januari, maart, juni en november georganiseerd.

Aanmelding

Kandidaten worden automatisch voor het eerstvolgende centraal examen na afloop van de opleiding

ingeschreven.

Examengeld

Voor kandidaten die aansluitend op de opleiding het examen afleggen, is het examengeld inbegrepen in de

opleidingsprijs. Aan kandidaten die niet aansluitend op de opleiding het examen of aan kandidaten die een

herexamen willen afleggen, wordt examengeld in rekening gebracht.

Toetsvorm

De toets wordt schriftelijk afgenomen.

Toetsduur

De toets heeft een duur van 90 minuten.

Vraagvorm en aantal vragen

De toets bestaat uit 40 meerkeuzevragen met drie antwoordmogelijkheden waarbij slechts één antwoord goed

is.

Spreiding

Onderwerp Totaal aantal vragen

MTE 1: Rol en competenties 1

MTE 2: Asset management 17

MTE 3: Communicatie 3

MTE 4: RCM 15

MTE 5: Wet- en regelgeving 1

MTE 6: Kwaliteitszorg 3

Totaal aantal vragen 40

Materialen tijdens de toets

N.v.t.

Page 4: Deelreglement Maintenance Engineer MTE - pbna.com · PDF fileN.v.t. DR-MTE-X 4 Toetsinhoud ... (TPM ) model (8 pillar model); ... ook voor het 1e echelons onderhoud van de machine

DR-MTE-X 4

Toetsinhoud

De toets omvat de hoofdstukken 1 t/m 6.

Eindtermen De kandidaat moet met betrekking tot hoofdstuk 1: rol en competenties Maintenance Engineer:

– De key drivers in een groeiende vraag naar maintenance engineers/managers kunnen benoemen;

– Kunnen benoemen: op welke specifieke deelgebieden/competenties Maintenance Engineers vaak

onvoldoende geschoold zijn;

– Kunnen benoemen, welke drie hoofddoelstellingen bij een bedrijf een belangrijke rol spelen:

– Uit kunnen leggen dat de relatie directe kosten en opportuniteitskosten zich verhouden als een “ijsberg”

model.

– Uit kunnen leggen wat het begrip competentie betekent;

– Uit kunnen leggen wat het begrip “rol” bij “rol en competenties” van een ME betekent.

De kandidaat moet met betrekking tot hoofdstuk 2:Asset management en onderhoudsbeheersing,

Met betrekking tot 2.2 sociaal-economische ontwikkelingen:

– Inzicht hebben in het model van de: sociaal-economische ontwikkelingen. De relatie tussen

onderhoudsbeheersing, kapitaalintensiteit en schaalvergroting kunnen verklaren;

– De relatie in onderhoudsconcepten tussen complexiteit en betrouwbaarheid kunnen verklaren

Met betrekking tot 2.3 Life Cycle Costs (LCC):

– Aan kunnen geven uit welke drie kostenposten de levensduurkosten van een technische installatie(deel)

bestaan;

– Weten wat het doel van LCC is;

– Uit kunnen leggen waarom het nuttig is voor een bedrijf om de LCC toe te passen;

– Weten welke typische problemen/conflicten binnen afdelingen in een bedrijf spelen als LCC wordt

toegepast.

– Uit kunnen leggen waarom bij economische berekeningen gebruik wordt gemaakt van het begrip

“contante waarde of present Value”;

– Inzicht hebben in het 11 stappenplan LCC.

Met betrekking tot 2.4 Economische waarde van onderhoud:

– Het VDM model kunnen verklaren en toepassen;

– Kunnen verklaren wat sturen op waarde betekent en kunnen aangeven welk begrip men hiervoor

hanteert;

– De twee belangrijkste regelkringen van het VDM competentiemodel kunnen verklaren en toepassen;

– De vier waardebepalende factoren (waarde drijvers) van het competentiemodel kunnen benoemen en

toepassen;

– De functie van de gatekeeper kunnen verklaren;

– De Engelse en Nederlandse begrippen en afkortingen in dit model kunnen verklaren en toepassen;

– Verklaren op welke Key Performance Indicators (KPI’s) de Maintenance Engineer mede invloed kan

uitoefenen;

– Van het "onderhoudsdilemma" de 3 partijen die conflicterende belangen hebben kunnen aangeven en

verklaren.

– Kunnen aangeven waarvoor de sensiviteitsformule wordt gebruikt.

– Een eenvoudige sensitiviteitsberekening kunnen maken;

– Het 8 stappenplan ( stap 1 t/m 4 bepalen van de dominante waardedrijver) en (stap 5 t/m 8 ontwikkelen

van de Meest Waardevolle Onderhoudsorganisatie MWO) kunnen verklaren en toepassen;

– Aan kunnen geven met welke drie valkuilen men bij benchmarken rekening moet houden.

Met betrekking tot 2.5 Total Productive Maintenance:

– De filosofie (de kerngedachte) van TPM kunnen aangeven;

– De vijf belangrijkste goals (doelen) van TPM (classic) aan kunnen geven;

– Kunnen aangeven wat het doel is van het industriële Total Productive Maintenance (TPM ) model (8

pillar model);

– Kunnen verklaren waarom (bij TPM) de operator niet alleen verantwoordelijk is voor de productie, maar

ook voor het 1e echelons onderhoud van de machine of installatie;

Page 5: Deelreglement Maintenance Engineer MTE - pbna.com · PDF fileN.v.t. DR-MTE-X 4 Toetsinhoud ... (TPM ) model (8 pillar model); ... ook voor het 1e echelons onderhoud van de machine

DR-MTE-X 5

– De indeling van “5S” kunnen aangeven en toepassen;

– Kunnen aangeven wat de nadelen zijn van de TPM-filosofie. Tevens aan kunnen geven en verklaren op

welke wijze VDM deze nadelen oplost;

– Inzicht hebben in de OEE formule en in staat zijn om eenvoudige berekeningen te kunnen maken.

Met betrekking tot 2.6 Onderhoudsbeheersing:

– De definitie van onderhoud (Maintenance) kunnen weergeven en verklaren;

– Kunnen aangeven wat het doel is van het opstellen van een onderhoudsconcept;

– Kunnen aangeven waaruit een onderhoudsconcept bestaat;

– Het schema “onderhoudsvormen en hun onderlinge relaties” kunnen verklaren;

– Weten dat er drie onderhoudsactiviteiten zijn waarop gestuurd kan worden;

– De beslissing op de keuze tussen preventief en correctief (proactief en reactief) onderhoud kunnen

verklaren en toepassen;

– Weten uit welke twee essentiële functies het primaire proces onderhoud bestaat. Tevens kunnen

verklaren dat het onderhoudsconcept een belangrijk element van beheer vormt;

– Weten welke drie partijen (de beleidsdriehoek) een belangrijke rol spelen bij het vaststellen van de

onderhoudsdoelstellingen;

– De vijf fasen (OVUAE) van het onderhoudwerkproces kunnen benoemen.

– De betekenis van het acroniem "SMART" (formulering doelstellingen) kunnen benoemen;

– De begrippen: algemene doelstelling, meetbare doelstelling, indicatoren en streefwaarden kunnen

verklaren en toepassen;

– Kunnen aangeven welke 3 aspecten van belang zijn om bij preventief onderhoud te kiezen voor een TAO

taak;

– Kunnen aangeven welke 3 aspecten van belang zijn om bij preventief onderhoud te kiezen voor een

GAO taak;

– Kunnen aangeven welke aspecten van belang zijn om voor een SAO taak te kiezen;

– Het beslissingsschema voor het kiezen van de onderhoudsvorm kunnen toepassen;

– Weten welke drie overwegingen een rol spelen bij het doorvoeren van wijzigingen in een productie

installaties;

– Kunnen verklaren waarom een HAZOP analyse wordt uitgevoerd als in een productie installaties

wijzigingen zijn doorgevoerd;

– In het schema van de totale onderhoudskosten; de indeling van de verschillende onderhoudsposten

kunnen benoemen.

– De relatie: kosten en hoeveelheid preventief /correctief onderhoud in een grafiek uit kunnen zetten;

– Het regelschema beheer, werkvoorbereiding en planning, uitvoering, analyse opdrachtstelling en

werkvoorbereiding kunnen verklaren en toepassen;

– De FMEA methodiek kunnen verklaren;

– Het schema van de Maintenance Steering Group (MSG) uit kunnen leggen.

Met betrekking tot 2.7 Storingen:

– De definitie van een storing kunnen weergeven;

– Een functie (functieprestatie) kunnen beschrijven;

– Kunnen aangeven waarom we beter van een functionele storing (functional failure) kunnen spreken dan

van een storing;

– Het verschil tussen een symptoom en een storingsvorm (failure mode) bij een technische storing kunnen

verklaren;

– Enkele symptomen en storingsvormen (failure modes) kunnen benoemen;

– De verklaring van het acroniem “SORA”kunnen benoemen.

Met betrekking tot 2.8 Methodisch storingzoeken

– Weten dat methodisch Storingzoeken een systematisch proces is, waarbij men door het volgen van

logische stappen de oorzaak van de storing vaststelt. Deze logische stappen kunnen herleidt worden door

de simpele uitspraak: "... verwijder de oorzaak en je hebt de storing opgelost ..."

– De voordelen van methodisch werken (Storingszoeken) kunnen aangeven;

– Een methodische storingsanalyse bij complexe storingen kunnen toepassen en daarbij uit verschillende

oplossingsmaatregelen tevens een passende vorm van communicatie met de klant kunnen kiezen;

Page 6: Deelreglement Maintenance Engineer MTE - pbna.com · PDF fileN.v.t. DR-MTE-X 4 Toetsinhoud ... (TPM ) model (8 pillar model); ... ook voor het 1e echelons onderhoud van de machine

DR-MTE-X 6

– Weten dat de methodische aanpak van storingbehandeling verloopt als een proces, waarin de volgende

twee denkactiviteiten elkaar voortdurend afwisselen: 1. aannames doen. 2. aannames toetsen.

– De hoofdvaardigheden van methodisch werken kunnen benoemen:

– Het schema methodisch Storingzoeken kunnen verklaren en toepassen;

– De cyclus van informatieverwerking bij storingzoeken (de drie denkkleuren (rood, blauw en groen)

kunnen verklaren en toepassen;

– het overzichtsschema “methodisch oplossen van storingen” kunnen verklaren en toepassen; In dit

schema zijn de drie denkkleuren (rood, blauw en groen), te herkennen.;

– De aanpak volgens de methode (vragen) Kepner – Tregoe kunnen toepassen.

Met betrekking tot 2.9 ConditionBased Maintenance CBM:

– Geef een andere naam voor Condition Based Maintenance;

– Een belangrijk kenmerk van CBM is dat het onderhoud op conditie monitoring is gebaseerd;

– De drie belangrijkste redenen aan kunnen geven, waarom CBM de laatste decennia zo’n grote vlucht

heeft genomen;

– Kunnen verklaren waarom CBM vooral bij kritische installaties(delen) wordt toegepast;

– Weten wat wordt verstaan onder conditie monitoring;

– Aan kunnen geven welke voordelen on-line conditie monitoring heeft;

– Kunnen verklaren waarom conditie monitoring niet het zelfde is als het bewaken van de conditie;

– Kunnen verklaren waarom het PF-interval bij conditie monitoring een belangrijke rol speelt;

– Bij de CBM analyse onderscheidt men twee basisprincipes. Deze twee basisprincipes kunnen verklaren;

– Een aantal verschillende conditie monitoring technieken/methodieken en hun toepassingen kunnen

benoemen;

– Een aantal valkuilen bij de toepassing van conditie monitoring kunnen benoemen;

– De indeling van de zogenaamde “Kritische Index” (die wordt gebruikt voor het bepalen van de mate

conditie monitoring) kunnen verklaren.

Met betrekking tot 2.10 Uitbesteding:

– Weten wat de risico’s (kunnen) zijn van uitbesteding;

– De verschillende uitbestedingvormen kunnen verklaren;

– Weten welke belangrijke vragen bij uitbesteden aan de orde moeten worden gesteld;

– Weten aan welke zaken, bij de evaluatie van een geschikte partner (die het onderhoud uit gaat voeren),

aandacht geschonken moet worden;

– De essentiële succesfactor voor uitbesteding kunnen benoemen en verklaren;

– De uitbestedingsketen kunnen verklaren.

Met betrekking tot 2.11 Voorraadbeheer reservedelen:

– Kunnen verklaren; welke twee aspecten, bij de economisch toegevoegde waarde van reservedelen, een

belangrijke rol spelen;

– De logistieke keten van reservedelen kunnen verklaren;

– De relatie tussen criticaliteit en marktbeschikbaarheid van reservedelen kunnen verklaren;

– Weten wat het essentiële verschil is tussen 1. Non-critical items, 2. consumables, 3. critical items en 4.

strategic items.

Met betrekking tot 2.12 IT / EAM Enterprise Asset Management:

– De ontwikkeling (1ste

, 2de

en 3de

generaties) en de functionaliteit van asset management en

onderhoudsprocessen kunnen verklaren;

– De professionalisering van de huidige (4de

generatie) kunnen benoemen;

– Een aantal EAM/CMMS functionaliteiten kunnen benoemen;

– Kunnen verklaren waarom bij dataverwerking geldt: “Rubbish in = Rubbish out”.

De kandidaat moet met betrekking tot hoofdstuk 3: communicatieve vaardigheden:

– Factoren van interne,- en externe ruis kunnen benoemen;

– Voorbeelden kunnen benoemen bij de volgende drie vormen van communicatie: 1. verbaal (met

woorden) 2. non-verbaal (zonder woorden/ lichaamstaal) 3. verbaal en non-verbaal;

– Enkele verschillen tussen mondelinge en schriftelijke boodschappen kunnen benoemen;

– Het nut van vragen stellen, kunnen benoemen en toepassen;

– Kunnen aangeven uit welke 2 niveaus een boodschap bestaat;

Page 7: Deelreglement Maintenance Engineer MTE - pbna.com · PDF fileN.v.t. DR-MTE-X 4 Toetsinhoud ... (TPM ) model (8 pillar model); ... ook voor het 1e echelons onderhoud van de machine

DR-MTE-X 7

– De vier soorten vragen kunnen benoemen en toepassen;

– Het verschil tussen directe,- en indirecte communicatie kunnen verklaren;

– Het begrip pseudovragen kunnen verklaren en tevens aan kunnen geven wat de mogelijke gevolgen zijn

bij dit soort vragen;

– Vier soorten pseudo(nep)vragen kunnen benoemen;

– Uit kunnen leggen wat de voordelen van een ik-boodschap zijn;

– Actief luisteren betekent dat we naast de inhoud ook de emotie van de boodschap aanvoelen. Kunnen

aangeven wat de voordelen van actief luisteren zijn;

– Een drietal niet-effectieve luistergewoonten kunnen benoemen;

– Noem een drietal beginnersfouten bij actief (proberen) luisteren;

– De belangrijkste uitgangspunten bij feedback (FB) kunnen benoemen:

– Aan kunnen geven welke aspecten / uitgangspunten belangrijk zijn bij het geven van waardering;

– Aan kunnen geven welke aspecten / uitgangspunten belangrijk zijn bij het geven van kritiek.

De kandidaat moet met betrekking tot hoofdstuk 4: Reliability Centered Maintenance,

Met betrekking tot 4.2 Reliability, Availability en Maintainability:

– De definitie van Reliability kunnen weergeven en verklaren;

– De drie fasen van de badkuipkromme kunnen verklaren;

– Een aantal oorzaken van de early failures (fase 1) van de badkuipkromme kunnen benoemen;

– Bij (fase 2) random failures of constante failure rate lambda (λ) de grafiek van de betrouwbaarheid of

reliability R(t) kunnen weergeven;

– Bij fase 3 van de badkuipkromme (wear out failures) de MTBF grafiek (inclusief Safe,- en Useful life)

kunnen verklaren;

– De PF grafiek kunnen verklaren en tevens het netto PF-interval van een voorbeeld kunnen berekenen;

– Met behulp van een storingsoverzicht, MTBF, MTTR berekeningen kunnen maken ;

– Aan kunnen geven hoe de beschikbaarheid (Availability) kan worden verbeterd;

– Aan kunnen geven welke factoren een rol spelen bij de Down Time DT en Time to Repair TTR;

– De gemiddelde down time (MDT) kunnen berekenen;

– Aan kunnen geven, door welke invloedsfactoren de onderhoudbaarheid (Maintainability) kan worden

verbeterd.

Met betrekking tot 4.3 Redundantie:

– Aan kunnen geven wat de betekenis /doel van “redundantie” bij fysieke systemen is;

– Aan kunnen geven op welke drie manieren fysieke componenten geschakeld kunnen worden;

– In staat zijn om de betrouwbaarheid R(t), MTTF en lambda (λ) van eenvoudig in serie geschakeld

systeem te berekenen;

– In staat zijn om de betrouwbaarheid R(t), MTTF en lambda (λ) van eenvoudig parallel geschakeld

systeem te berekenen.

Met betrekking tot 4.4 Verborgen storingen en failure Finding Interval FFI:

– Voor de analyse van “verborgen storingen (Hidden Failures)” kunnen aangeven welke 2 categorieën

worden onderkend en wat het specifieke kenmerk van dit onderscheid is;

– De 5 categorieën van een Protective Device kunnen benoemen;

– Kunnen verklaren wat het specifieke kenmerk is van een Fail-safe protective device;

– Kunnen verklaren wat het specifieke kenmerk is van een Non-fail-safe protective device;

– Kunnen aangeven welke 2 parameters worden gebruikt voor het bepalen van een functiecontrole interval

(Failure Finding Interval of FFI);

– Een eenvoudige berekening van een FFI, aan de hand van gegeven voorbeeld, kunnen uitvoeren.

Met betrekking tot 4.5 en 4.6 Reliability Centered maintenance RCM:

– Kunnen aangeven welke 6 soorten faalpatronen bij het oorspronkelijke RCM onderzoek werden

gevonden;

– Kunnen verklaren wat de conclusies van de oorspronkelijke RCM analyse methode waren;

– Kunnen verklaren hoe een typische RCM werkgroep is samengesteld;

– Aan kunnen geven wat RCM concreet kan opleveren;

– Het verschil tussen de definitie "Maintenance"en "Reliability Centered Maintenance (RCM)" kunnen

uitleggen;

Page 8: Deelreglement Maintenance Engineer MTE - pbna.com · PDF fileN.v.t. DR-MTE-X 4 Toetsinhoud ... (TPM ) model (8 pillar model); ... ook voor het 1e echelons onderhoud van de machine

DR-MTE-X 8

– Kunnen aangeven wat het grote nadeel is van het uitvoeren van een klassieke RCM-analyse.;

– Uit kunnen leggen wat verstaan wordt onder het begrip “criticaliteit analyse”;

– Kunnen verklaren dat de RCM II-methode (kan) worden toegepast om: 1. de bedrijfszekerheid van de

installatie te vergroten, 2. de kosten van onderhoud te reduceren, 3. de SHE factor onder controle te

houden en 4. de middelen efficiënt en effectief in te zetten;

– Kunnen aangeven wat het grote voordeel van de RCM II analyse is ten opzicht van de klassieke

methode;

– Begrip “Cost Drivers” kunnen verklaren;

– Begrip “Availability Killers” kunnen verklaren;

– Begrip “Stock Fillers” kunnen verklaren;

– De 6 basisstappen van de RCM II-analyse kunnen verklaren;

– Stap 1. RCM II –analyse: kunnen aangeven welke soorten technische schema’s toegepast kunnen

worden om de functies en prestaties van een installatie inzichtelijk te maken;

– Een blokschema kunnen opstellen en prestatiedoelstellingen van een installatie - aan de hand van een

gegeven voorbeeld - kunnen uitvoeren;

– Stap 2 RCM II analyse: kunnen aangeven welke 2 selectiemogelijkheden toegepast kunnen worden om

vast te stellen welke installatiedelen als kritisch mogen worden beschouwd;

– Uit kunnen leggen wat het kenmerk is van een Pareto analyse;

– Een Pareto-analyse (de 20/80-regel) kunnen toepassen;

– Toepassingen van een Pareto-analyse kunnen geven;

– Stap 2. RCM II-analyse: .kunnen bepalen welke (sub) systemen van een installatie - aan de hand van een

gegeven voorbeeld - kritisch zijn in relatie tot de prestatiedoelstellingen;

– Een Root Cause Analyse (RCA): aan de hand van een gegeven voorbeeld (met behulp van een RCA (of

Ishikawa/ visgraat-model)) kunnen uitvoeren;

– De RCA categorieën die met de 6 P’s worden aangegeven, kunnen benoemen;

– Stap 3 RCM-analyse:welke 2 soorten/typen functies onderscheidt men;

– Stap 3 RCM-analyse: bij secundaire functies, het acroniem “ESCAPES” kunnen verklaren;

– Stap 3 RCM-analyse: uit kunnen leggen wat verstaan wordt onder een Functional Failure;

– Stap 3 RCM-analyse: uit kunnen leggen wat verstaan wordt onder een Failure Mode;

– Stap 3. en 4. RCM II-analyse: een Failure Mode Effect Analysis (FMEA) - aan de hand van een gegeven

voorbeeld – kunnen uitvoeren;

– Kunnen aangeven wat het kenmerkende verschil is tussen Failure effects en Failure effect consequenties;

– Welke 4 categorieën effecten/gevolgen kunnen bij een failure effect onderscheiden worden;

– Kunnen aangeven met welke formule de Critical effect analyse wordt uitgedrukt, om uiteindelijk niet-

acceptabele storingsvormen vast te stellen.

– Kunnen aangeven wie ( functionaris, of organisatieniveau) bepaalt welke risico voor een storingsvorm

wel acceptabel en welk risico niet acceptabel is;

– Stap 5. RCM II-analyse: een critical effect analysis - aan de hand van een gegeven voorbeeld – kunnen

uitvoeren;

– Stap 6. RCM II-analyse: een onderhoudsmaatregel, aan de hand van een gegeven voorbeeld, kunnen

ontwikkelen;

– Het doel van het uitvoeren van een RCA-analyse kunnen uitleggen;

– Uit kunnen leggen dat de RCA-analyse niet verder gaat dan het niveau waarbij men een adequate

Maintenance Taak heeft vastgesteld;

– Uit kunnen leggen wat de vervolgstap is, als men de meest waarschijnlijke storingsvormen m.b.v. een

RCA-analyse heeft vastgesteld;

– Een RCA analyse (op een niet-acceptabele storingsvorm) m.b.v. Excel uit kunnen voeren;

– Kunnen aangeven wat we bij een storing, onder Operationele gevolgen voor een technische

installatie/component verstaan.;

– Kunnen aangeven wat we bij een storing, onder Non-Operationele gevolgen voor een technische

installatie/component verstaan.

– Een werkblad van een onderhoudconcept, aan de hand van een gegeven voorbeeld en met behulp van

schema onderhoudsvormen en het beslissingsmodel onderhoudspolitieken, kunnen ontwikkelen;

– Het RCM decision diagram kunnen verklaren en toepassen;

Page 9: Deelreglement Maintenance Engineer MTE - pbna.com · PDF fileN.v.t. DR-MTE-X 4 Toetsinhoud ... (TPM ) model (8 pillar model); ... ook voor het 1e echelons onderhoud van de machine

DR-MTE-X 9

– Met behulp van de RCM II methode: stap 1 t/m 6, aan de hand van de casus uit de eigen praktijk van de

deelnemers kunnen uitvoeren.

– Een overzichtswerkblad van een onderhoudconcept, aan de hand van de casus uit de praktijk van de

deelnemers, met behulp van 1. het schema onderhoudsvormen en 2. Het RCM decision diagram, kunnen

ontwikkelen;

– Een presentatie (van max. 10 min.) over de eigen praktijkcasus kunnen verzorgen (waarbij concrete

conclusies en aanbevelingen zijn opgenomen).

Met betrekking tot 4.7 Risk Based Inspection RBI:

– Uit kunnen leggen wat kenmerkend is voor de Risk Based Inspection methodiek;

– Uit kunnen leggen wat het grote verschil tussen de RBI,- en de RCM, methodiek is;

– Uit kunnen leggen wat het belangrijkste doel van de toepassing van RBI is;

– Een aantal voordelen van de RBI methode kunnen benoemen;

– Een aantal voorbeelden kunnen noemen waar RBI (verplicht) wordt toegepast;

– Welke 2 testmethoden, wordt bij onderzoek naar fysieke afwijkingen toegepast;

– Een aantal voorbeelden van Non Destructive Testing (NDT) methoden kunnen benoemen;

– Uit kunnen leggen waarom RBI (als tool) voor het management belangrijk is.

De kandidaat moet met betrekking tot hoofdstuk 5: Wet- en regelgeving:

– Uit kunnen leggen waar de afkorting “V&G” voor staat;

– Uit kunnen leggen waar de afkorting “ARBO” voor staat;

– Uit kunnen leggen waar de afkorting “VGW” voor staat;

– Uit kunnen leggen waar de afkorting “RI&E” voor staat;

– Uit kunnen leggen waar de afkorting “TRA” voor staat;

– Uit kunnen leggen waarneer vergunningen worden toegepast;

– De ARBO-wet is in 2007 gewijzigd. De belangrijkste wijzigingen aan kunnen geven;

– Uit kunnen leggen wat het doel van de arbeidstijdenwet is;

– Uit kunnen leggen wat het doel van milieu wetgeving is;

– Kunnen benoemen wat de drie belangrijkste normen en richtlijnen voor een arbomanagementsysteem

zijn;

– De formule voor het bepalen van risico’s kennen;

– Aan kunnen geven waarvoor de afkorting “AMOOL” staat;

– Aan kunnen geven waarvoor de afkorting “MOOT”staat;

– De driedeling (prioritering) kunnen benoemen bij de aanpak van maatregelen;

– Kunnen benoemen aan welke eisen nieuwe en bestaande machines, in een bedrijf, moeten voldoen;

– De drie hoofdcategorien voor “gevaarlijk” van gevaarlijke stoffen kunnen benoemen;

– Kunnen benoemen welke handhavinginstanties toezicht houden op de naleving van gevaarlijke stoffen;

– Kunnen benoemen waar de R-zinnen op een chemiekaart voor staan;

– Kunnen benoemen waar de S-zinnen op een chemiekaart voor staan;

– Kunnen benoemen waar de afkorting “REACH” voor staat;

– Kunnen benoemen waar de afkortingen “NEN, EN en ISO” voor staan.

De kandidaat moet met betrekking tot hoofdstuk 6: Kwaliteitszorg:

– De vier essentiële aspecten van het begrip kwaliteitszorg kunnen benoemen;

– De drie 3 aspecten van de bedrijfsvoering in het stappenplan van het TNO kwaliteitssysteem kunnen

benoemen;

– Weten welke vier verschillende typen veranderingstrategieën bestaan en weten wat het kenmerk is van

de verschillende typen;

– De vijf stappen van het TNO-kwaliteitszorgsysteem kunnen benoemen;

– De zeven kenmerken van kwaliteitsbeleid kunnen benoemen;

– Weten waarom aan doelstellingen prioriteiten moeten worden toegekend;

– Weten welke elementen er in een actieplan moeten worden opgenomen;

– Weten waarom bij het vastleggen van de bevoegdhedenregeling overlappende bevoegdheden

(beslissingsbevoegd of advies bevoegd) vermeden moeten worden;

Page 10: Deelreglement Maintenance Engineer MTE - pbna.com · PDF fileN.v.t. DR-MTE-X 4 Toetsinhoud ... (TPM ) model (8 pillar model); ... ook voor het 1e echelons onderhoud van de machine

DR-MTE-X 10

– De hoofdgroepen (verantwoordelijkheidsgebieden), voor het bepalen van TVB binnen een bedrijf,

kunnen benoemen;

– Weten dat een procedure een middel is om de coördinatie van het werk tussen verschillende afdelingen

vast te leggen;

– Weten dat een instructie een middel is om de meest efficiënte methode van werkzaamheden op een

werkplek vast te leggen. (ook wel werkvoorschriften of protocollen genoemd);

– De belangrijkste vijf functies van procedures kunnen benoemen;

– De belangrijkste drie aspecten van procesbeheersing kunnen benoemen;

– Weten welke twee belangrijke doelen een procesbeschrijving of processchema nastreeft;

– In staat zijn een (aan de hand van een voorbeeld) processchema op te stellen;

– Weten welke informatie (4 aspecten) een keuringsplan moet bevatten;

– De drie verschillende soorten instructies kunnen benoemen;

– De vier verschillende soorten specificaties kunnen benoemen;

– De opeenvolgende activiteiten van het Demming-stuurprogramma kunnen benoemen en dit

stuurprogramma kunnen toepassen bij kwaliteitsvraagstukken;

– De directe en indirecte onderhoudskosten kunnen benoemen;

– De uitgangspunten van Return Of Investment (ROI) kunnen benoemen;

– In staat zijn om aan de hand van een voorbeeld de ROI te kunnen bepalen en te presenteren.

Eerste toetsafname

De toets voor deze module wordt voor het eerst afgenomen tijdens het centraal examen in januari 2009.

Laatste toetsafname

De toets voor deze module wordt voor het laatst afgenomen [nog niet vastgesteld].

0712/10