Decreet tijdschrift 11 b

42
decreet decreet | MADE IN VLISSINGEN

description

Decreet tijdschrift 11 b

Transcript of Decreet tijdschrift 11 b

Page 1: Decreet tijdschrift 11 b

decreet

decreet

| M

ADE IN VLISSINGEN

Page 2: Decreet tijdschrift 11 b

MADEIN VLISSIN-

GEN

Page 3: Decreet tijdschrift 11 b

MADEIN VLISSIN-

GEN

| CuLtuurwErf | VLISSINGEN EN KuNSt, hEt IS wAt! | wtS-ArChItECtEN | 29 KuNStENAArS |

| AfSLuItING DubbELExpoSItIE “ MADE IN VLISSINGEN” | oVErzICht KuNStENAArS | VLISSINGEN & LEx MAES |

inhoud

Page 4: Decreet tijdschrift 11 b

De kunsten liggen afgelopen jaren zwaar onder vuur. Beeldende kunst organisaties in Zeeland staan voor de spannende

uitdaging met elkaar een nieuwe toekomst te visualiseren en realiseren. Oorspronkelijk uitgangspunt is een nieuwe

organisatievorm die in januari 2013 een start gaat maken, mogelijk in Vlissingen. Na de pensionering van Leon Riekwell,

zomer 2012, verwacht de Cultuurwerf dan ook eind van het jaar de laatste tentoonstellingen in de Willem3 te zullen maken.

Ter afsluiting van een tijdperk eindigen we met de fotoserie van Andre Smits, ‘Artist in the worlds/ never ending art trip’.

Hij portretteerde afgelopen jaren over de hele wereld ruim 1200 kunstenaars vanaf de rug gezien in hun eigen atelier.

Een hommage aan alle kunstenaars.

Nu blijkt dat het samengaan van SBKM, CBKZeeland en BuroBK minder vlot gaat dan verwacht, gaan we het nieuwe jaar

in de Willem3 van start met de groepstentoonstelling Made in Vlissingen 1 en 2. Een mooie gelegenheid om succesvolle

Vlissingse kunstenaars uit te lichten en jonge kunstenaars meer bekendheid te geven.

Meer dan driekwart van de aangeschreven kunstenaars reageerde enthousiast. Rondom de tentoonstellingen organiseerden

we open ateliers, twee rondleidingen door Nico Out en een kunstenaarstafel. Tijdens de ‘kunstenaarstafel’ gingen we informeel

in gesprek met kunstenaars over het kunstklimaat in Vlissingen. Wat boeiende inzichten opleverde. (Zie hiervoor het artikel

verderop in dit blad.)

Ter afsluiting van de tentoonstelling en als blijvend aandenken zijn we gekomen tot de unieke samenwerking met

het kunsttijdschrift DECREET. Geen catalogus maar een special over de in Vlissingen wonende en/of werkende kunstenaars.

We hebben alle deelnemers gevraagd: 'Wat betekent Vlissingen voor jou als kunstenaar?' en hopen u hiermee een nieuw beeld

op Vlissingen en haar kunstenaars te geven. Een tijdsdocument.

Namens Cultuurwerf

Bianca Runge

Programmacoördinator Beeldende Kunst

'r esultaat van een wandel ing op een windsti l le dag' EVA BONNEUR

Page 5: Decreet tijdschrift 11 b

die schouwburg, waar per slot van rekening net zo goed Vlissingers als Middelburgers naar toe gaan, maar in ruil daarvoor zou Middelburgmee gaan betalen aan een poppodium in Vlissingen. Nou, daar had ikwat gezegd! Het ging dus ook niet door.Op de tweede plaats ben ik tegenwoordig woonachtig in Rotterdam en Rotterdam vertoont om allerlei redenen veel overeenkomsten met Vlissingen. Vlissingen is, net als Rotterdam, een “blue collar” city; een stad vannoeste werkers. Al is er op dat gebied in beide steden de laatstedecennia veel veranderd. In Rotterdam is de haven naar het westenverplaatst en zijn de havenwerknemers niet meer afkomstig uit de stadzelf maar verhuisd naar de omliggende gemeenten. In Vlissingen is de Schelde als belangrijkste werkgever gedecimeerd en niet meer het bedrijf van vroeger. Al toont het verhaal rondom de Chileense fregatten aan dat de rol van Scheepswerf Damen (“Voor al uw oorlogsbodems”) op het internationale strijdtoneel nog lang niet uitgespeeld is.

Vlissingen heeft, net als Rotterdam, een beetje veel last van het “second city syndrome”. Altijd moet er opgebokst worden tegen degrotere broer; bij Rotterdam is dat “020”, het woord “Amsterdam” krijgt een rechtgeaarde Rotterdammer niet over de lippen. Voor Vlissingen is dat “het ambtenarenbolwerk aan de Arne”. Ook een Vlissinger spreekt ongaarne het woord Middelburg uit.Vlissingen is, net als Rotterdam, rauw, ongepolijst, recht voor zijn raap.In Rotterdam vind je dat terug bij de schrijver/dichter Jules Deelder, in Vlissingen in de vroege poëzie van Hans Verhagen.Die combinatie van lage self-esteem en aangeboren rauwheid leidt tot een zeer kritische houding naar de eigen stad: een Rotterdamsehoogleraar sprak onlangs liefdevol over zijn eigen stad als die “heerlijke klotenstad”. Vlissingen moet altijd met zichzelf aan de slag:bekend is het Vlissingse gezegde: “het was niks, het is niks en het zalnooit wat worden”.In dat geval zou ik bij wijze van hoop dan toch willen wijzen op hetvolgende: Vlissingen heeft in allerlei opzichten die te maken hebbenmet kunst en cultuur een voorsprong op Middelburg. In het stadsbeeldis de beeldende kunst prominenter aanwezig dan bijvoorbeeld inMiddelburg; zonder dat het misschien in dikke nota’s geformuleerd is, is er al jaren sprake een actief kunstbeleid. Dat begint al bij de entreevan de stad met het prominente IK-complex van Jan van Munster.Welke gemeente ontvangt zo zijn gasten? De gemeente Vlissingen is in 2008 op de tweede plaats geëindigd en in 2010 op de derde plaats

in de strijd om de titel “Kunststad van het jaar”, uitgeschreven door de Stichting Kunststad. Na Delft en Amersfoort deelt Vlissingen in 2010 de derde plaats met Haarlem. De Stichting Kunststad stelt dat “Vlissingen zich vooral onderscheidt door een mix van tentoon-stellingen van hedendaagse kunst, met nationale en internationaleexposanten, manifestaties en festivals en kunst in de openbare ruimte”. Nog wat karakteristieken:Middelburg mag dan het pak zijn, Vlissingen is de spijkerbroek. Die zitgewoon gemakkelijker en daardoor prettiger. Daarom heeft Middelburgde Vleeshal en Vlissingen de Willem3. Ik blijf altijd langer hangen in de Willem3 dan in de Vleeshal; er is gewoonweg meer te zien en te beleven. Middelburg mag zich jazzstad noemen, Vlissingen is pop en blues (en zelfs klassiek dankzij Muziekpodium Zeeland in de Sint Jacobskerk).Middelburg is gevestigd, Vlissingen is in verandering. Nieuwe dingengebeuren hier (zie de Kenniswerf, zie de herbouw van het stadhuis dat met veel respect voor de oorspronkelijke architectuur door de Rotterdamse bouwmeester Wytze Patijn opnieuw is ingericht(waarmee de fouten vanuit het verleden, zoals de sloop van het Van Dishoeckhuis en de karakteristieke reparatieloods op het Scheldeplein alsnog een beetje zijn goedgemaakt).Vlissingen is net als een kunstenaar, ideeën zijn er in overvloed, maar er is weinig geld. Zo’n karakteristiek moét aantrekkingskracht op kunstenaars uitoefenen.De Vlissingse leegte lijkt zo op het eerste gezicht een zwakte, maar iseen stimulans voor de creativiteit. In Rotterdam was de lage vierkantemeterprijs het argument om zich aldaar te vestigen. Kipvis heeft datbegrepen en ging van Middelburg naar Vlissingen.Vlissingen is een stad, permanent in wederopbouw, in Rotterdam bleekdat uiteindelijk een “asset” voor de kunst, die gedijt in een gebied inopbouw, waarom hier niet?Een leeg Scheldegebied is als een leeg tekenvel; alles kan, maar hoe te beginnen? Ongekende mogelijkheden doen zich voor als nieuwearchitectuur gekoppeld wordt aan de nog resterendeScheldegebouwen. Waar blijft de grote wedstrijd uitgeschreven door de gemeente Vlissingen onder kunstenaars om nieuwe vorm en inhoudte geven aan de invulling van het Scheldegebied als tegengeluid tegende opvattingen van projectontwikkelaars?Vlissingen had in het verleden een roemruchte naam. Het is tijd omdaar opnieuw vorm en inhoud aan te gaan geven. Laat de kunst daarbijvoorop gaan en de weg aangeven. Het was wat, het is wat en hetwordt wat.

VLISSINGEN EN KUNST,

Tjeu Strous

Guillermo Ibieta, zo onthulde onlangs de Volkskrant, was de vertegenwoordiger van De Koninklijke Maatschappij De Schelde die enkele jaren geleden minsten 800.000 euro aan steekpenningendoorsluisde naar twee Chileense generaals, in ruil waarvoor De Schelde een order kreeg van acht miljoen euro om oude fregattenop te poetsen voor de Chileense marine. Zeg maar eens dat Vlissingenop het internationale toneel geen rol speelt. En dat is niet sinds vandaag of gisteren. Karel de V, in wiens rijk de zonnooit onder ging, noemde Vlissingen “de poort tot de Nederlanden”. En op internationale spoorkaarten werd de naam van Vlissingen in éénnaam genoemd met bijvoorbeeld Wladiwostok en Sjanghai, om maareens twee andere stations te noemen aan een uiteinde van het Eur-Azische continent.

Vlissingen, dat blijkt al uit het verhaal van Guillermo Ibieta, komt er in de geschiedenis vaak niet met onbevlekt blazoen van af. Michiel de Ruyter, de koene admiraal die de Engelsen tot in de monding van de Thames achterna zat, maakte zich in de loop der jaren, al dan niet in opdracht van de verre Republiek der Nederlanden, schuldig aanonvervalste zeeroverij. Vlissingen stond te boek als een kapersnestwaar onverschrokken zeerovers vandaan kwamen. Niet voor niets luidt het Spaanse woord voor zeerover: “Pitselingo”; Vlissinger!Kees Slager vertelt in zijn boek “Mijn Zeeland” dat talloze zeerovers uit de zestiende eeuw na een succesvolle carrière als zeeschuimer een plaats kregen in het eerbiedwaardige vroedschap van de gemeenteVlissingen en werden geëerd met een sabel met zilveren handvest ofeen met zilver ingelegd pistool. De prins van Oranje gaf kapersbrievenuit en streek in ruil voor deze legalisatie van de zeeroverij tien procentvan de buit op, aldus Kees. Zo leren we dus hoe de Oranjes hunrijkdom mede aan Vlissingse zeerovers te danken hebben. En begrijpenwe ook weer waarom dat Guillermo Ibieta eveneens tien procent vande order van de Schelde bedong als smeergeld.

Het kostte mij geen moeite om gehoor te geven aan het verzoek van Biance Runge ter gelegenheid van de opening van de expositie“Made in Vlissingen” bijgaande woorden te spreken. En wel om tweeredenen. In de eerste plaats werd mij als wethouder van Middelburg al eens door collega-wethouders op bijtende toon toegevoegd dat ik “wel een wethouder van Vlissingen” leek. Dat was in de tijd van de discussie over de bouw van een nieuwe schouwburg. Ik geloof 1999.(Er is veertien jaar later nauwelijks iets veranderd!). Ik had destijds het idee opgevat om aan Vlissingen te vragen mee te betalen aan

het is wat!

Page 6: Decreet tijdschrift 11 b

Steen KustIn 1946 vestigden twee Friezen, Steen en Tuinhof, een architectenbureau in Vlissingen.

Het begin van een stroom gebouwen die, soms bescheiden en soms wars van de stad, hun plek opeisten.

Page 7: Decreet tijdschrift 11 b

Ger

rit S

teen

| G

errit

Tui

nhof

| Pi

et W

isse

Han

s Slem

mer

| G

lenn

de G

root

D

on M

on�l

s | K

aren

Nije

arch

itect

en te

Vlis

singe

n

Hard Het WaterOm uiteindelijk op te lossen

in de winderige wereld tussen Schelde en scheepswerf.

Foto’s Sardijntoren en Strandveste Ruben Oreel Overige foto’s Glenn de Groot, WTS architecten

Page 8: Decreet tijdschrift 11 b

29 kunstenaars

Page 9: Decreet tijdschrift 11 b

Vlissingen is voor mij de plaats gewor den waar ik gr ond vond voor mij n kunstzinnige

aspir aties, de stad de zee en de mensen met hun pij n, ver dr iet en ongemakken.Ria Ruedisueli

Page 10: Decreet tijdschrift 11 b

Marcel Robbe

Page 11: Decreet tijdschrift 11 b

In eerste instantie betekent Vlissingen een plek om rustig te kunnen werken. Verder heb ik hier de kans gekregen mij, vroeger als jonge kunstenaar, te ontwikkelen en heb ik mee kunnen werken aan een beeldend kunst beleid, straatfestivals en kunsteducatie. En dan de aanwezigheid van de zee, die ruimte geeft in je hoofd.

“Nu begin ik het te leren”.Los geweekt van de waan van de dag, weloverwogen, werken aan beelden die mijn verwondering weergeven. Kijkend naar de kosmos en de ontdekkingstochten daarin. Naar de micro- en macrokosmos en hun verwantschappen. Het belang van de mens, de mensen waar je om geeft en hun totale onbe-langrijkheid in het grote geheel van de kosmos. De grote ver-wondering daaromtrent.

En dan het porcelein, het prachtige transparante witte porselein, met een licht stralende, glanzende huid.Ik houd ervan, ik zou me er mee willen omringen. Als de doorschijnende witte huid van roodharige vrouwen.

Page 12: Decreet tijdschrift 11 b

Ideeën

Ideeën komen en gaan. Ze hebben natuurlijk ergens hun oorsprong,al heeft het dikwijls niet veel zin om te weten waar ze vandaankomen. De meeste ideeën lijken me ook verre van belangrijk en het isgoed dat ze verdwijnen. Een enkel idee geeft de indruk betekenis tehebben, al weet je soms niet of niet onmiddellijk welke. Veel van watin je hoofd gebeurt, lijkt nogal willekeurig.

Hoe je smaak gevormd is, valt niet precies meer na te gaan. Zo zullende vroege jaren van mijn jeugd die ik in Vlissingen heb door-gebracht, wel van invloed zijn geweest op mijn kijk op de wereld. Erbestaat nog wel een sepia foto waar ik op sta met mijn broer en mijnmoeder. Ze draagt een jurk waarvan ik me de felkleurige bloemen welherinner, omdat ze de jurk ook in andere zomers nog droeg. De fotodateert uit de zomer van 1942. Hij is gemaakt door fotograafScherpenzeel uit de Kerkstraat en hij is waarschijnlijk genomenomdat mijn vader met een paar honderd andere arbeiders van deSchelde in Duitsland te werk werd gesteld. Van die tijd weet ik nietsmeer. Ik heb vooral herinneringen aan Vlissingen van vlak na de oor-log. We woonden toen in de Spuistraat en later in de Molenstraat.Vlissingen was zwaar gehavend. Zeker in die buurt. Veel huizen lagenin puin of waren geheel verdwenen. De bewoners gebruiktensloophout om hun glasloze ramen te dichten, als schutting of omvloeren mee te repareren. Het was een grauwe troosteloze stad methobbelkeien, gevels met granaatscherven of kogelgaten erin. Anderestukken stad hadden onder water gestaan. Daar lag bruinachtig slib,aan muren zaten zeepokken. De meeste bomen waren dood. Dat er opden duur hier en daar vrolijk kamille en paarse distels gingengroeien, leek een wonder. Ook op de boulevard was veel kapot. Jekon, omdat je klein en dun was, bunkers inklimmen en ik herinnerme hoe we door tunnels kropen en de Bomvrije inslopen. Er lag daarveel puin en gruis, maar je kon langs een wenteltrap tot bovenin ophet platte dak komen. Je kon vanaf daar mooi de hele boulevard zienmet zijn bunkers, de glooiing van basaltblokken en paalhoofden,soms met dwarspalen, de stranden vol keien en stukken ijzer en puin.Op het Nollestrand zag je bij laag water bossen prikkeldraad die dekleur hadden van geraspte wortel en er stonden boomstompenwaaraan felgroen zeegras groeide. Soms lag er een dode zeehond testinken. Er was niet veel kleur in Vlissingen. Ik bedoel daarmee fellekleuren. Het viel dan ook op toen men op het nieuwe Britannia-hoteleen kleurig mozaïek aanbracht.

Veel kunst was er niet in Vlissingen. In 1952 werd er een nieuwbronzen beeld van Naerebout onthuld. Het was gemaakt door Ten Klooster. Het was een realistisch beeld. Wij scholieren, die bij de onthulling aanwezig moesten zijn om het Zeeuwse volkslied tezingen, vonden dat Naerebout op een cowboy met een lasso leek.

Later kon je voor kunst wel terecht bij Boek- en Kunsthandel Bikkerin de Badhuisstraat, maar toen was ik al weg uit Vlissingen: ikvertrok in 1953. Bij Bikker zag ik werk van Phil en Jacobs en later vanGoetheer en je kon er pocketboekjes kopen. Ik kocht er onder andere:Mei van Gorter. Opvallende figuur in Vlissingen was Jurcka. Hij waseen schilder en zette zijn abstracte werkjes voor zijn raam. Hij kwamwel eens bij ons eten. Mijn moeder kookte goed. Als dank kreeg ikvan hem een schildersezel van hout. Als stutstang aan de achterkanthad hij een roodmetalen elektriciteitsbuis gebruikt. Hij had het overaankomende kunstenaars in Vlissingen en noemde Jan Haas en hijzag ook wel wat in Johan Goetheer, maar ja, toen was ik inmiddels al17. Mijn ezel ging mee Vlissingen uit, met de trein.

Ooit las ik in de Scheldebode een advertentie van de Kunstkring hetZuiden. Je kon voor één gulden meedoen aan een tekenactiviteit. In een lokaaltje van de Nutskleuterschool aan de Paul Krugerstraat kwamen een paar mensen samen. Twee kunstenaars gaven ons eenstuk hardboard waarop met wasknijpers een stuk papier was bevestigd. Een van de kunstenaars zette een streep en een cirkel ophet papier en daar moesten we dan iets van maken. Ik maakte er eenvis van, de cirkel het oog en de streep de kieuw. Ik teken nog steedswel vissen.

Later was er af en toe wel wat te doen op kunstgebied. Ik herinner meeen De Ruytertentoonstelling met schilderijen en pentekeningen opdoek van zeeslagen en nog later een tentoonstelling met werk van demede door Baudelaire bekend geworden en uit Vlissingen afkomstigeConstantin Guys.

Belangrijk voor mij was de Oostindische inkt die ik ooit kreeg vooreen verjaardag. Het potje werd gekocht bij Timmerman in deNoordstraat. Lang geleden dus. Maar met inkt heb ik veel gewerkt. In mijn eerste boek, gepubliceerd in 1969, stonden pentekeningen De omslagillustratie was echter in waterverf en oogt nog steedsbuitenissig. Het boek kreeg wel een prijs voor de vormgeving, maarverkocht niet erg goed.

Deze herinneringen schrijf ik in een notitieboekje terwijl ik in WestAustralië ben. Notitieboekjes zijn nuttig om ideeën die van belanglijken, zie boven, voorlopig vast te leggen. Het kunnen teksten zijn,maar ook schetsjes. Zo tekende ik wat planten na, een boom, eenstrand en wat andere dingen. In een bos schreef ik: In dit stille bos/ ishet vallen van een blad/ een gebeurtenis. Dat lijkt wel een haiku. Ikvond ook stukjes schors van de karri-boom die okerkleurig waren endie me daardoor deden denken aan het Australische landschap. Of iker nog ooit iets mee ga doen weet ik niet. Mijn ervaring is dat hetgeen kwaad kan om een en ander te laten bezinken.

WIM HOFMAN

Vis en bord, gemaakt in 2013.

Page 13: Decreet tijdschrift 11 b

FOTO’S: FRANK VIERGEVER

Page 14: Decreet tijdschrift 11 b

Kom je uit Middelburg of ben je een Vlissinger?

Een vraag die me al een levenlang achtervolgt. Ook bij de organisatie van Made in Vlissingen leverde dat weer een probleem op.

Eigen schuld. Ik ben er altijd te onduidelijk over. Ik woon nu in Vlissingen, maar ik blijf mijn post in Middelburg ontvangen, postbus

7082, 4330 GD Middelburg.

Misschien zijn mijn vroege kinderjaren wel de oorzaak van deze wat schizofrene houding. Ik werd geboren op nog geen 50 meter

afstand van de gehalveerde Lange Jan tijdens de hoogste waterstand op het geïnundeerde Walcheren. Maar als Vlissingse blaag

stond ik aan de Koopmanshaven toen het water in 1953 het Bellamypark op stroomde. Weer werden essentiële grenzen

overschreden.

Veel later (1965) uit Vlissingen vertrokken maar in 1971 in Middelburg teruggekeerd. Ik was geen Middelburger, geen Vlissinger.

De binding was er met Walcheren. Met de St.Jacobstoren, de Boulevard, de duinen tot Westkapelle, de vuurtoren, het Oostkapelse

bos met kasteel Westhove, de kade van Veere en de Campveerse toren, de toren van de Grote Kerk, de Middelburgse façades

die zich al presenteerden voordat er een manifestatie met die naam was. De kapel van Hoogelande waar ik mijn vroegste werk

exposeerde en er goede herinneringen koesterde aan de oude ruïne. Het jaagpad langs het kanaal, de boot naar Breskens.

Daar kun je op de mooiste manier Walcheren verlaten. Op de grens van land en water. Je verlaat er “thuis”. Op zoek naar

nieuwe grenzen. De vertrouwde torens achter je vervagen en nieuwe komen in het vizier. Daar gaat het om: torens en grenzen.

Zeker in de kunst.

In vele verschijningsvormen komen ze al bijna 40 jaar in mijn Middelburgse postbus en sinds een aantal jaren zijn er aan

de wALLofsmALLart in kunstwerkplaats KipVis in Vlissingen regelmatig fragmenten van te zien.

KO DE JONGE

grenzen......

Page 15: Decreet tijdschrift 11 b

Stuck inside of Mobile with the Memphis Blues again 170 x 190 cm

Vlissingen Havendorp 1951

Million Dollar Painting (goud + dollars) 100x120 cm The easy way to die 100x120 cm

The Book of Pain 30x40 cm

de Gedroomde Reis 45x70 cm

Ik werd geboren op het Havendorp, een al lang verdwenen verzameling ‘Noodwoningen’ aan de Buitenhaven van In de jaren ’60 werd door verkeerde inzichten het hart van de stad met de grond gelijk gemaakt. Voor mij bestaat Vlissingen dan ook voor een groot deel als in de jaren ’50.

Ik werd geboren op het Havendorp, een al lang verdwenen verzameling ‘Noodwoningen’ aan de Buitenhaven van In de jaren ’60 werd door verkeerde inzichten het hart van de stad met de grond gelijk gemaakt. Voor mij bestaat Vlissingen dan ook voor een groot deel als het verdwenen beeldin de jaren ’50.

Ik werd geboren op het Havendorp, een al lang verdwenen Vlissingen. verzameling ‘Noodwoningen’ aan de Buitenhaven van

In de jaren ’60 werd door verkeerde inzichten het hart van de stad met de grond gelijk gemaakt. Voor mij bestaat Vlissingen

het verdwenen beeld van de stad

De basis van mijn werk is altijd aandient. Voor mij zijn ook de titels van het kunstwerk een bepalend onderdeel. Ze geven er een grotere spanning aan. Ik werk graag met uitersten die ogenschijnlijk niet te combineren zijn: Old Dirt Road…….’

gedachten te brengen. andere

De basis van mijn werk is altijd een idee, een beeld dat zich Voor mij zijn ook de titels van het kunstwerk een

bepalend onderdeel. Ze geven er een grotere spanning aan. Ik werk graag met uitersten die ogenschijnlijk niet te combineren zijn: ‘try to shovel smoke with a pitchfork in the wind, Old Dirt Road…….’ Misschien probeer ik constant de wereld op

gedachten te brengen.

een idee, een beeld dat zich Voor mij zijn ook de titels van het kunstwerk een

bepalend onderdeel. Ze geven er een grotere spanning aan. Ik werk graag met uitersten die ogenschijnlijk niet te

‘try to shovel smoke with a pitchfork in the wind, Misschien probeer ik constant de wereld op

endorp 1951 vlissingen HaV

endorp 1951

ook of Phe BT

ain 30x40 cmook of P

tuck inside of MS

emphis Blues againobile with the Mtuck inside of M 170 x 190 cm

170 x 190 cm

ting (goud + dollars) 100x120 cmainillion Dollar PM

ting (goud + dollars) 100x120 cm

ahe easy wT

o die 100x120 cmy ta

Page 16: Decreet tijdschrift 11 b

kosmopolitisch abstract

Page 17: Decreet tijdschrift 11 b

werkplaats/atelier

Begin ‘70, “de magie van het penseel “.... Eddy Quite, samen met Jan Haas en Albert Mastenbroek,.... naast het werk de dagelijkse gang naar het café (de Hoppit) tussen 17:00 - 19:00, bepaalde de zorg voor twee varkentjes op de achterplaats van hun atelier Groenewoud het ritme. Varkentjes gekregen van Jo van Ham. “We waren er gek op”... Eddy maakte in deze periode kleine werken (ongeveer 30 x 30) met olieverf: “jnmalerij”, waarin zijn eigen gestalte centraal stond. Daarna volgde de periode dat Eddy zijn atelier op de zolderverdieping van het Rode kruis gebouw had (grenzend aan het park, aan de Julianalaan).

Over zijn woning aan de Nieuwendijk: “...mijn basis. Je ging op reis en kwam daar weer terug”. Mastenbroek verbleef regelmatig in Vlissingen aan de Nieuwendijk. Eddy trof eens de volgende tekst op een muur aan: “Albert, 85 kilo ; weggedragen door de vlooien”. Vlooien overgebracht vanuit het Vestzak-theater (Bellamypark). Hier werkte Eddy in een zijkamertje, Jan Haas in de hoofdzaal. “Het was er een vlooientheater en daar tussen schilderend”... dankzij de hond van Sjaak Minderhoud. Ook in deze periode maakte Eddy grote donkere tekeningen (minimal-art)...

Eddy maakte reizen: veelal naar Spanje, omgeving Alpugaras. Geïnspireerd door het boek South from Granada (van Gerald Brenan die er in de jaren ‘30 schilderde) en maakte schilderijen in verschillende formaten. Vanuit zijn verbeelding herschiep hij land en licht...

Enkele jaren terug heeft Eddy samen met zijn broer Bert in een studio nabij het station Vlissingen gewerkt. Diverse werken in wisselende stijlen: vazen en landschappen.

inspiratiebronnen

Impressionisten: “erg mooi”...”puur, alleen maar licht!”Maar ook bv Lucian Freud en David Hockney....

Werkte (op ongeveer 18 jarige leeftijd..) in Hotel Brittania Vlissingen ... “interessant, had ik nooit willen missen”..... Op ieder terrein een leerzame tijd. Je stapte in een andere wereld die je niet kende.Op ongeveer 19 jarige leeftijd volgden 4 jaar studie aan de academie in Brugge ... “nabij het Minnewater ....waar de Engelse dames in de zomer nog prachtige aquarellen maakten. Het was een eer om iedere ochtend naar zo’n prachtige plek te trekken. Dan stapte je uit die bus op de grote markt ...en als je dan een verkeerde deur nam, dan kon je ‘s ochtends al in het café terecht”. Tussen de middag was hun favoriete café het mooiste en oudste café: café Vlissinghe!

Over die tijd toen Eddy naar Amerika vloog en per schip terug ging: ...”dan zie je zo mooi dat die aarde bolt...”.1 jaar pedagogisch technische hogeschool (pdd) Alexanderpolder Rotterdam en een jaar stage voor de klas: hier heeft hij goede herinneringen aan.Over zijn twee kinderen: “mijn mooiste kunstwerk”.

eigen werk

Eddy begon met tekenen en schilderen van gebruiks-voorwerpen, interieurs, portretten......Aansluitend architectonische sculpturen op groot formaat getekend en o.a. Spaanse landschappen en Moorse steden; ambachtelijk: maritieme aquarellen.

Vlissingen

Mooi: ....al van kinds af aan kwam hij in de oude grote haven, waar hij met zijn opa ging wan-delen. Zijn opa vertelde dan mooie, sterke verhalen. Hij kon die verhalen verder zelf invullen.“De drukte van de boulevard bijvoorbeeld, verstoorde die sfeer. Bij de haven had je dat niet, daar was het rustig”.Over deze havenstreek kon hij wegdromen ...”hier startte het avontuur, dan zat je op die zee”.

Niet mooi: ... “als je na een reis via de Paul Krugerstraat, die buurt met de van Dishoeckstraat, Vlissingen binnen kwam. We donderden dan bijna om van ellende ... zo naargeestig”!

Vlissingen/beeldend kunstenaar

“De openheid... de kracht van de zee....de plaats waar je geboren bent... de enige plek die dan opzien baart...de ruimte, de luchten, de toegang tot ver-eindig....”.

Page 18: Decreet tijdschrift 11 b

Peter SteutelRotterdam 1948Atelier bij Kunstwerkplaats KipVis in [email protected]

... is er niets gebeurd. Er zeurt alleen een donker gevoel in het linker-onderbeen. Pijn heeft veel gezichten. De chaos in de ruimte dwingt zijn ogen naar de directe omgeving. Via het glas en de �es, het tafelblad en een stapel tekeningen blijft zijn blik hangen bij het donkere gat van het raam. Stippen licht van straatlantaarns pulseren in dat zwart. Door een zware wind lijkt het alsof ze trillen. Ramen van de �ats aan de overkant zijn een patroon van blokjes di�uus licht. Patrijspoorten waarachter zich levens afspelen.

Haper laat de geur van het gras tot zich doordringen. Er is maar één plek waar het zo krult en ruist: midden in het weiland voorbij de kapel, aan de overkant van de kruising. Eigenlijk is de ingang naar het labyrint gemak-kelijk te vinden. Vanaf de stad komend passeer je de kapel. Daar zijn drie afslagen, alle drie naar dorpen. Het weiland links voorbij de kapel -vanaf de stad gezien- is de plaats waar de weg naar de benedenwereld begint. In zekere zin dus een vierde afslag. Voor Haper is de plaats duidelijk aangezien het weiland exact een verhou-ding van drie staat tot vier heeft. Daarmee hebben de diagonalen de factor vijf. Precies in dat snijpunt trilt de lucht, je ruikt het gras en de grond, je voelt dat de bodem krioelt van het leven. Er hangt een lichte damp die intens doortrokken is van de geur. ‘s Nachts, als de toegang open is, is de overheersende kleur diep blauw. Dan �uisteren de mensen die hier al eeuwen wonen tegen je over hun zaaien en oogsten, over hun liefdes en verdriet en de weg die ze gaan. Over hoe ze hun goden vereren en hun doden begraven. Eb en vloed, slechts op een steenworp afstand, dringen zich ondertussen eeuwig op en trekken zich eeuwig terug met hun geur van zilte zee.

Het is nacht, de trap is steil en donker. Boven schijnt het �auwe licht van de sterren tussen de jagende wolken door. Beneden stroomt lauw onzekerheid, paars, indigo, de diepte, kille en hete geuren, de onwetendheid. En daardoorheen spinnen lichte draden van kennis en inzicht. Een dwarse plek is dit, niets is wat het lijkt en niets lijkt wat het is. Haper zet een voet op de eerste tree... H

aper

® is

een

per

sona

ge v

an H

ans

Ove

rvlie

t en

Pete

r Ste

utel

een gedeelte van een manuscript, aangetro�en tijdens de ontruiming van een atelier in Vlissingen

Page 19: Decreet tijdschrift 11 b
Page 20: Decreet tijdschrift 11 b

READYMADE FAROUT FLUSHING

SUNDAY, 17-02-2013 AT 14.00 P.M. NICO OUT, THE LOCAL ART GUIDE FROM SEALAND, CALLS FORA 3 MINUTE EXPLANATION ON MY CONTRIBUTION TO A FLUSHING ARTSHOW, AT THE WILLIAM3 BUILDING NEAR THE ORANGE MILL AT THE OCEAN WATERFRONT. WHAT DOES FLUSHING MEANTO ME?, HE ASKS. AS AN ARTIST FAROUT FLUSHING MEANS A LOT TO ME. I SPENT THE FIRSTDECADE OF THIS MILLENIUM IN THE OLD PIRATE TOWN. MY FAVORITE SPOT BECAME THE MER-MAID PLATFORM WAY OUT AT ROWERS HEAD PIER, WHERE THE RIVER MEETS THE OCEAN. HERETHE TIDE IS MOST TURBULENT. IN FAIR WEATHER I GO THERE TO MEDITATE AND WAIT FOR THEMERMAIDS TO POP UP FROM RAPID TORRENTS AT MY FEET AND FLOAT, SHOWING OF THEIRBREASTS ON TOP OF THE FRESH SALTY WATER. SINCE NOVEMBER 2008 I PAINT RECLINING NUDESBATHING IN A SOMEWHAT NAÏVE FASHION VAGUELY REMINISCENT OF BONNARD. THESE NUDESREMIND ME OF THE SPANISH ART ACADEMY IN MADRID 1989, WHERE I TOOK A COURSE IN AFTERNATURE PAINTING BY JIRI DOKOUPIL. OTHER MEMBERS OF THE MASTER CLASS WERE THE DUTCHPAINTERS KLASHORST, DOMBURG AND VOSS. ROB SCHOLTE, IN HIS ARMANI SUIT, WAS THE COM-ING STAR AT THE MADRID ART FAIR. HE HAD PAINTED HIS NUDES MUCH EARLIER AFTER MANET,MATISSE AND PICASSO.

SIX YEARS LATER I WAS BACK IN MADRID AT THE ARCO ART FAIR WITH SCHOLTE AND HIS NEW WIFE MICKYHOOGENDIJK. THEY HAD BEEN CARBOMBED IN THEIR BMW A FEW MONTHS EARLIER IN THE CENTER OF AMSTER-DAM. SCHOLTE LOST HIS LEGS AND MICKY LOST HER BABY. LEAVING FROM SCHIPHOL AIRPORT SCHOLTE GAVEHIS WELL-KNOWN PRESSCONFERENCE ON VIOLENCE AND HOW TO COUNTER IT. MICKY AND ME WERE SEAT-ED BACKWARDS AGAINST THE CONFERENCE ROOM WALL. SCHOLTE WAS IN FRONT OF US, PERFORMING ON ATABLE. CAMERAS RAN, LIGHTS FLASHED, QUESTIONS WERE FIRED. I WORE BLACK SOCKS WITH WHITE PRINTREADING: B.V.D., DUTCH FOR ‘’SOLDIERS UNION’’ BUT ALSO ‘’FBI’’. IT WAS VISUAL PUN AND MEANT: DON’T FUCKWITH US! WHERE I GOT THIS PAIR OF SOCKS? AN AMERICAN GIRL FRIEND BOUGHT THEM WAY BACK IN THE SEV-ENTIES IN SOME DUMPSTORE AT THE DUTCH TOWN OF PELLA, IOWA IN THE MIDWEST. IT WAS A BIRTHDAY PRES-ENT.

KOOS DALSTRA

Page 21: Decreet tijdschrift 11 b

HANS OVERVLIET

Page 22: Decreet tijdschrift 11 b

Carla K

esteloo

Als geboren en getogen inwoonster van Vlissingenheeft de zee een speciale plek in mijn leven gekregen.Vanuit mijn werkkamer kijk ik iedere dag uit over dezee. Zie prachtige wolkenpartijen, heldere luchten,water dan weer zacht ruisend en soms zwaar aanrol-lend. Op het strand kom ik tot rust en bezinning endaar ontmoet ik de “juwelen van de zee”: kwallen. Ikben gefascineerd door hun bijzondere structuur, huntekening, hun kleur en de gelaagdheid van deze zee-dieren. In mijn werk staat het thema “juwelen van dezee”centraal. Het gaat mij om kwallen en vissen, maarook om de structuur van water. Kwallen vind ik de juwelen van de zee. Door hen cen-traal te stellen in mijn werk wil ik de aandacht vesti-gen op het bijzondere van het gewone. De schoon-heid van de kwal, gewoonlijk als vies, lelijk en gevaar-lijk ervaren, naar boven halen, als een mooie bloemop het strand. Ik wil de kijker nieuwsgierig makendoor belangstelling te wekken voor het ongewone inhet gewone, mensen met andere ogen laten kijkennaar de wereld om ons heen. Elke kwal is uniek in zijnsoort. Ik beeld ze uit als schitterende juwelen, meta-foren van leven en van dood. Mijn foto's van water, de keramieken kwallen en vis-sen weerspiegelen de schoonheid van de zee, maarzijn tevens een ode aan de diversiteit van leven in hetalgemeen.

Afgelopen oktober en november heb ik een werkpe-riode doorgebracht in China, in de stad Jingdezhenwaar eeuwenlang het Chinese keizerlijk porseleinwerd vervaardigd. Het was voor mij een grote uitda-ging om mijn thema nu in keramiek te verwezenlijken.In Jingdezhen heb ik kennis gemaakt met traditionelemanieren om met porselein te werken.Met deze Chinese kennis en vakmanschap heb ik mijninstallatie “Juwelen uit de Zee” gerealiseerd. Deinstallatie omvat een serie witte en matgouden vissenop een houten kar, zij verbeelden innerlijke rijkdom,verbinding en plezier. De kwallen zoals je ze aange-spoeld aan het strand vindt, komen weer tot leven,vergezeld met een grote foto van water. Het is deweergave van mijn liefde voor mijn woonplek aan zeein Vlissingen.Begin november is mijn werk in Jingdezhen tentoon-gesteld op de expositie “Dutch Dreams”. Een exposi-tie gezamenlijk met 3 andere Nederlandse vrouwelij-ke kunstenaars. Ik heb ervoor kozen mijn werk op dehouten kar te exposeren die Chinese ambachtsliedengebruiken om porselein mee te vervoeren. Als odeaan hun vakmanschap waarvan zij een klein gedeelteaan mij hebben overgedragen. Tevens herinnert de karmij aan mijn jeugd toen vissersvrouwen met hun vis-karren door de straten van Vlissingen trokken omhun vis te verkopen. Een klein stukje China inVlissingen.

Page 23: Decreet tijdschrift 11 b

Inspiratiebronnen:Stad en land, industriëel erfgoed en het verhaalerachter. Het menselijk leven en het verschilmet de ‘gevestigde’ opvattingen. Het verval van dingen.Vlissingen is daarmee een inspiratiebronomdat juist daar alles wordt gesloopt. Maar ook ‘de rest van de wereld’ is een inspiratiebron, omdat er soms een enorm verschil is tussen wat bij ‘ons’ gewoon is, maar ergens anders dan ook volstrekt anders.

Mijn atelier/werkplaats is daarmee ‘buiten’,omdat juist daar de wereld aan je voorbij komt.

Het werk wordt alleen met de computer bewerkt en daarna geprint.

Frank Viergever

Page 24: Decreet tijdschrift 11 b

Loek Grootjans

Foundation For The Benefit Of The Aspiration And The Understanding Of Context

(Formerly Known As The Institute For Immediate Knowledge, Real Perception And Logic Features According To The Most Contemporary Monochrome Paintings)

The Remembering Department (In Other Words Dust)

Installed 2010 S.M.A.K. (Not Visable On This Image)

Rechts: Storage for Distorted Matter (Obj. 0009)

(The 21th century sculpture masterpiece that could not be made)

Page 25: Decreet tijdschrift 11 b

Hans BommeljéNiet zozeer de stad, maar het water is bepalend!

Page 26: Decreet tijdschrift 11 b

Sebastiaan Spit

Het inspirerende van Vlissingen is dat je er kan aankomen met de wetenschap dat je ook weer weg kan gaan en dat, 9 van de 10 keer, via dezelfde weg als dat je gekomen bent. Dag en nacht gaat dit zo door via land en water, met één doel voor ogen; “Blijf nooit te lang.”

Page 27: Decreet tijdschrift 11 b

Jeanny GolembiewskiOver mij n kleur stel l ingen het volgende: geel en violet zi j n de kleur en die het meeste contr ast tot elkaar ver tonen,

het meeste en het minste l icht weer kaatsen en daar door extr eem ster k de r uimte kunnen beï nvloeden.

Want l icht en r uimte zi j n eigenl i j k mij n “ hoofdthema’s” .

In Zeeland er vaar ik dit op een over weldigende manier . De ontzagwekkende r uimte die hier over al voelbaar aanwezig is

pr obeer ik nu ook in kleine wer ken te ver talen, die op hun beur t weer onder deel zi j n van r uimte die ik zelf vor mgeef.

De laatste j ar en is het schi lder kunstige onder zoek, het wer ken met ver f als mater ie ook een “ thema” op zich

gewor den.

for your eyes only

streams

solid sun

lighthouse

a.l.

Page 28: Decreet tijdschrift 11 b

Aanvankelijk fotografeerde ik voornamelijk landschappen op een traditionele en voornamelijk eenduidige wijze. Ik wilde dat mijn foto’sevocatief waren, in staat om een indringende sfeer op te roepen. Eenfoto als expressie van mijn belevingswereld.Hoewel het evocatieve niet minder van belang is, zijn mijn onderwerpen van nu anders. De beelden zijn meer gecompliceerd door meer lagen vande werkelijkheid door elkaar heen te presenteren. Oorspronkelijkebetekenissen worden geabstraheerd en samengevoegd in een nieuwewerkelijkheid met nieuwe samenhang en betekenis. Ik richt mij veel meerop schoonheid in het tijdelijke en het voorbijgaande.

De beelden kunnen vervreemding oproepen en naast schoonheid ook dreiging laten ervaren. Het kijken naar de foto’s is bedoeld als een ervaring van het leven zelf. Niet alleen kijken naar maar beleven vaniets of het beleven van. Mijn foto’s willen een verhaal vertellen, enontroering of een verwarring oproepen. Soms zijn het kleine verhalen,grote lijnen of associaties, die mijn innerlijke wereld reflecteren en waarvan ik de kijker deelgenoot maak.

Het zijn mijn landschappen, mijn buiten- en mijn binnenlandschappen.

Inspiratie vind ik in de natuur, liefst aan zee, en verder in eigenlijk alleswat zich in mijn leefomgeving bevindt, op macro- of microniveau.

Enige tijd geleden ben ik begonnen met tekenen. Voor mij is dit langzamefotografie. Het tekenwerk en de onderwerpkeuze geven mijn fotografieeen nieuwe impuls.

Ik heb een erg mooi atelier in Vlissingen, maar ik werk vooral ‘op locatie’.Dit is misschien anders dan bij de meeste kunstenaars. Mijn atelier is mijninspiratieplek, een rustpunt, maar ook mijn studio. Hier ontstaan de verhalen en doe ik het afrondende werk. Mijn werk krijgt er volop deruimte. De ruimte zelf, de lichtinval zorgen vaak al voor een positieveimpuls.

Petra Rouwendal

Vl iss ingen is ruimte: ruimte om te werken, ruimte aan de horizon, de zee! , ruimte in het hoofd: De kleine reis van woon- naar werkplek is precies genoeg om met gemoed en al van het al ledaagse in de inspiratie te kunnen geraken.

Page 29: Decreet tijdschrift 11 b

Monique

Jasperse

Als kind kw

am ik zeer regelm

atig inVlissingen. M

ijn ouders zijn hier allebei opgegroeid en ik ging regelm

atig op bezoekbij m

ijn grootouders, onder andere in de wijk

Pauwenburg, vlak bij het atelier w

aar ik nuwerk aan de D

reesstraat. Als werkonderbreking w

andel ik vaak met m

ijn hond op het Nollenstrand.

Even het hoofd leeglopen, ruimte m

aken voor nieuw

e ideeën en beelden.

Page 30: Decreet tijdschrift 11 b

barbara voit

Mijn inspiratie voor mijn sieraden is breed te vatten - het kan een impressie, herinnering, ervaring, een stuk tekst,

een woord.......zijn. Je kan mijn objecten als vormgegeven ervaringen beschouwen.

Schets- of ontwerptekeningen heb ik niet. Ik vertrek vanuit een idee dat zich meestal tijdens het werkproces

verzelfstandigt. Het vertrekpunt is daarbij ondergeschikt aan het werkproces, net zoals de functionaliteit van

het sieraad. Of het een draagbaar sieraad wordt of meer een object is niet van belang.

Het boeiende aan sieraden of sieraadobjecten of het moderne sieraad -hoe je het ook wil noemen- voor mij is,

dat de drager ook een actieve rol daarbij inneemt. Een sieraad wordt over het algemeen op de huid gedragen.

Daardoor gaat de drager een relatie met het object aan. Hij bepaalt hoe hij met het object wil omgaan - of hij

daarmee een statement wil maken, het als statussymbool wil benaderen, als versiering, als draagbaar object,

als object in een vitirine plaatst......

Uiteindelijk ontstaat er een wisselwerking van sieraad/drager maar ook sieraad/beschouwer. Een proces

dat heel boeiend kan zijn: kijken wat dingen met elkaar doen, hoe ze op elkaar reageren.

De stad Vlissingen heeft op mijn werk alleen indirect invloed. De wandeling langs het water, onderaan de boulevard,

bij de visserhaven, de groene boulevard laten mij tot rust komen, wat voor mij noodzakelijk is om te kunnen werken.

FOTO: IVO WENNEKES

FOTO’S: IVO WENNEKES

FOTO: DECREET

Page 31: Decreet tijdschrift 11 b

mischa de muynck

Mijn Vlissingen

Ik ben in 1971 geboren in Vlissingen, op de Hogeweg waar mijn

ouders een viswinkel hadden. De hele familie zat in de vis, maar

helaas ging de winkel van mijn ouders failliet toen ik 5 jaar was.

Mijn vader bleef echter in de vis werken en zelf heb ik ook wat

vakantiebaantjes gehad in de vis. En dus lag het voor de hand dat

ik ruim 30 jaar later, tijdens mijn academietijd, een beeldverhaal

maakte over mijn vader en zijn tijd in de vis.

De vismijn in Vlissingen was destijds mijn atelier, de schepen, de

bedrijvigheid, de mensen en vooral de verhalen over de roerige

jaren 80.

Wat is mijn band met Vlissingen nu? Ik woon er, ik werk er, maar

verder is mijn focus breder. Ik voel me niet echt een Vlissinger, ik

voel me wel echt een Zeelander! Ik geniet van de aanwezigheid van

het water in de buurt. Ik hoef de zee of de Schelde niet iedere dag

te zien, het in de buurt zijn is genoeg.

Mijn atelier is nu overal en nergens en als fotograaf kan dat goed.

Ik werk zelden of nooit in een studio en als dat nodig is, dan regel

ik wat op locatie. Mijn werkgebied is meer en meer de straat, de

kust, de mensen, dat wat gebeurt. Dat kan dus in Vlissingen zijn,

maar net zo goed in Antwerpen, Rotterdam of New York. Wat ik wel

merk is dat ik mij meer op mijn gemak voel in steden waar het

water een belangrijke rol speelt, is dat dan de erfenis die ik van

Vlissingen mee heb gekregen?

De onrust die je vaak in een grote stad hebt, vind ik plezierig, maar

altijd maar voor een korte tijd. Dat is dan ook de reden waarom ik

graag weer in Zeeland ben. Terug naar de rust, lopen op plekken

waar de zee je voetstappen weer uitwist.

Page 32: Decreet tijdschrift 11 b
Page 33: Decreet tijdschrift 11 b

Nicole Bianchet

Page 34: Decreet tijdschrift 11 b

Eva Bonneur

Wat Vl i ssi ngen i s

De weer bar stige geboor tegr ond / van zi ltig metaal / waar naar ik ter ug kwam /

met wind om onver wachte hoekj es / en misthoor ns vanuit ons bed / van str andbi l len in bad /

meeuwenkr i j sen / en een schipper sman die steeds weer huiswaar ts keer t /

van zand in al mij n zakken / en zonnestr alen vangen /

een niet bedacht thuis

Page 35: Decreet tijdschrift 11 b

Vlissingen betekent voor mij voor al:

...een goed atel ier om elke dag te kunnen wer ken.

Page 36: Decreet tijdschrift 11 b

Tjeerd Vrielink

Page 37: Decreet tijdschrift 11 b

zonder titel | grafiet op papier | 150-400 cm, 2012

foto: Mechteld Jansen | SPRING, Grote Kerk Veere, 2012Femke Gerestein

VLISSINGEN

Vorig jaar (2012) maakte ik elke dag een

tekening op en van het bunkerpad waar ik

overheen fiets op weg naar mijn atelier in

Vlissingen. Ik kan vanuit mijn werkplek de

scheepsmasten over de horizon voorbij zien

varen en ik hoor de misthoorns wanneer het

uitzicht wit is. Ik werk in Vlissingen aan

tekeningen waarin Vlissingen geen rol speelt.

Page 38: Decreet tijdschrift 11 b

MADEIN VLISSIN-

GEN

Page 39: Decreet tijdschrift 11 b

Zet een aantal Vlissingse kunstenaars bij elkaar; en ze hebben het al

gauw over Middelburg. Wat dat betreft lijkt Vlissingen op Rotterdam.

Daar hebben ze het ook altijd over Amsterdam, waarom die stad niet

deugt, waarom dat daar alles verkalkt is, waarom daar nieuwe ideeën

nauwelijks van de grond komen, waarom dat alleen gevestigde belangen

daar tellen enz., enz., enz. Slotsom is altijd dat het leven, het klimaat,

de omstandigheden in de eigen stad toch heel veel beter zijn dan in

die andere, vermaledijde gemeente. Dit noemt men dus het “second

city syndrome”. De stad die zich net niet of helemaal niet de eerste

stad voelt zet zich enorm af. Bij de “first” city bestaat die behoefte

helemaal niet. In Amsterdam praten ze nooit over Rotterdam, zelfs

niet over Amsterdam zelf. In Middelburg gaat het ook nooit over

Vlissingen. Maar goed, de gespreksronde aan het eind van de twee

maanden durende manifestatie “Made in Vlissingen” ís in Vlissingen en

gaat dus deels over Middelburg. Hans Overvliet, filosoof zonder graad,

kunstenaar, galerist, vat het heel compact samen: “In Middelburg gaat

het altijd over kunst, in Vlissingen ook over de kunstenaar. Middelburg

is reproductiegericht, Vlissingen probeert vooral gunstige productie-

voorwaarden te ontwikkelen”.

“Het is toch opvallend”, aldus de onlangs met emeritaat gegane

directeur van het Buro Beeldende Kunst Leon Riekwell, “dat wij met

één tiende van het budget van Middelburg hier tien keer zo veel voor

elkaar kregen”. “Toen we met de Watertoren begonnen, zat daar een

suppoost te kleumen onder een paardendeken en moesten mensen

buitenom een plasje doen. Moet je er nu eens gaan kijken. Nu ligt er

het fantastische IK-eiland van Jan van Munster. En er is nauwelijks

overheidsgeld naar toe gegaan. Zoiets gaat natuurlijk niet van de een

op de andere dag. Daar zit een geschiedenis van fanatiek werken van

20/30 jaar tussen”.

De aanwezigen zijn het er roerend over eens, Leon heeft de afgelopen

decennia niet alleen visie getoond, maar liet ook zijn handen regelmatig

wapperen. “Kijk, Leon hanteerde de drilboor net zo gemakkelijk als de

balpen of de schilderskwast. Dat zie je elders niet”, merkt iemand op.

Leon: “Toen ik voorstelde om voor de reparatie van het windorgel,

een initiatief van de Stichting Nieuwe Muziek van Middelburger

Ad van ‘t Veer om voor sponsoring de braderie op te gaan, merkte

Ad wanhopig op: “We zijn toch geen fanfare zeker?”. Maar ik heb

doorgezet en kreeg een aantal Vlissingse bedrijven mee. Toen volgden

anderen en was het zo gepiept. Ja, daar stond Ad wel even van te

kijken. Dat kunst toch wel leeft bij het gewone volk”.

Sommigen van de aanwezigen onderkennen wel het gevaar van één

centrale figuur die overal achter ging en alles in beweging heeft gezet.

Daarmee wordt het proces wel erg kwetsbaar.

Er wordt echter geopperd dat het echt niet alleen aan Leon heeft

gelegen. Het is gewoon Vlissings om dingen kordaat, zonder poespas

aan te pakken. Met rechtstreekse betrokkenheid van kunstenaars en

burgerij. In tegenstelling tot Middelburg heeft Vlissingen altijd een

lokale cultuurraad gehad. Wim Hofman heeft daar jarenlang deel

Afsluiting dubbelexpositie “Made in Vlissingen”

“Als je me niet

besodemietert

kan hier alles”Door: Tjeu Strous

kunstenaarstafel

donderdagavond

15 maart 2013

Page 40: Decreet tijdschrift 11 b

Betrokkenen zijn het er over eens dat hier een taak voor het CBK

Zeeland ligt, maar dat daar te weinig van terecht is gekomen in de

afgelopen tijd.

Hans Overvliet ziet het allemaal niet zo somber en wijst op de kracht

van kunstenaars zelf . “Kijk naar presentatieruimte Caesuur, dat er

wel degelijk in slaagt om kunstkopers en intendanten te interesseren

voor jonge kunstenaars. Onlangs heeft de grootste kunstkoper van

Nederland, Joop van Caldenborgh, nog zaken met Ceasuur gedaan

en werk aangekocht. Als je maar voldoende aan de weg timmert met

goed talent word je heus wel gesignaleerd”.

“En” voegt Decreet-redacteur Ramon de Nennie daar veelbetekenend

aan toe: “vlak ook de betekenis van decreet niet uit. We zijn nu in staat

om actief aan geïnteresseerde buitenstaanders te laten zien wat er in

de Zeeuwse dreven allemaal speelt; dat is niet niks, zo bewijzen de

laatste twee kleurige dubbelnummers”.

Tot slot kunnen de aanwezigen er niet om heen; er moet ook nog

gesproken worden over de voorgenomen fusie van de drie grote

kunstinstellingen op Walcheren (Stichting Beeldende Kunst Middelburg,

Centrum voor Beeldende Kunst Zeeland en Buro Beeldende Kunst

Vlissingen). Iedereen vindt het ontzettend traag gaan en kunstenaars

wordt door politieke bestuurders niet om hun mening of betrokken-

heid gevraagd. Menigeen is in de discussie afgehaakt en gelooft het

verder allemaal wel. Gevraagd naar wat de aanwezigen vinden van

de beoogde vestigingsplaats voor zo’n gefuseerd gezelschap,

de Timmerfabriek op het Schelde terrein, lopen de meningen uiteen.

Leon steekt andermaal een gepassioneerd betoog af over de

combinatie van functies in dat gebouw, waarbij je ook moet denken

aan een ecologisch restaurant en galerieën (“er is al belangstelling

getoond door zulke partijen”) én een activiteitenbudget van 6 ton

per jaar ( De Vleeshal die in Middelburg blijft bestaan niet mee-

gerekend); een ander snapt niet waarom helemaal aan het eind van

de wereld zo’n centrum moet verrijzen in het niets.

Leon riposteert: “dit is een staaltje van Calimerodenken. Niemand zou

het voorheen voor mogelijk gehouden hebben om in een stad als

Vlissingen twee centra voor beeldende kunst te hebben: én de

Watertoren én deWillem3. Je moet in je eigen kracht blijven geloven!”

Uiteindelijk is een lichte meerderheid voorstander; het gebouw als

zodanig prikkelt de fantasie en biedt vanwege zijn afmetingen

ongekende mogelijkheden tot onorthodoxe exposities. Museum

Boijmans van Beuningen is ook niet voor niets uitgeweken naar

het dok van de RDSM voor haar zomertentoonstellingen, die steevast

goed bezocht worden, ook al moet je daarvoor speciaal het voetveer

nemen vanaf de Erasmusbrug naar het geïsoleerde Heijplaat.

“Als je kwaliteit biedt komen mensen wel”.

Hans Overvliet vindt het denken in termen van fysieke ruimten en

instituties wat achterhaald, alles krijgt steeds meer virtueel gestalte,

mengvormen worden steeds interessanter. Die opvatting wordt van

vrijwel alle kanten gekritiseerd. Bianca Runge vat samen: “er blijft wel

degelijk veel behoefte aan fysieke ruimtes en échte ontmoetingsplek-

ken. De virtuele wereld is daar hooguit aanvullend op”.

In roerende eensgezindheid over dat laatste wordt naar de fles

gegrepen en geeft men zich over aan fysieke ontmoeting in een

reële ruimte.

van uit gemaakt. “Wethouder Bruinooge liet zich door de adviezen

van deze adviesraad wel degelijk leiden. Hij wilde zelf niet de alles

bestierende autoriteit uithangen. “Als je me niet besodemieterd, mag je

wat mij betreft je gang gaan” was zijn motto”.

“Daar herkende ik me sterk in”, zegt Leon, “dat was ook mijn taal.

Toen ik in het Bellamy 19 de vrije hand wilde om exposities in te

richten in de wintermaanden, zag Wilbert Weber, directeur van het

museum, met netjes opgehangen doeken aan raills, helemaal niks in

spijkers in de muur. Maar van Bruinooge mocht ik mijn gang gaan,

als ik achteraf alles maar weer netjes dicht plamuurde. Er kon ineens

van alles. De wethouders na hem hebben die mentaliteit overgenomen.

“Tot op de dag van vandaag werkt dat zo”. Peter Steutel verwijst naar

de box bij de ingang van het stadhuis, waarin kunstenaars permanent

kunnen exposeren. “Zoiets kom je in het stadhuis van Middelburg

echt niet tegen!”.

Wim Hofman: “Het is toch merkwaardig dat Middelburg, dat het

Zeeuws Museum binnen haar grenzen heeft, er nimmer op heeft

aangedrongen om daarin ook werk van Middelburgse of Zeeuwse

kunstenaars te exposeren. Het komt eenvoudig weg niet in ze op”.

“Al is natuurlijk voortdurend zo’n provinciaal bestuur in je nek ook

niet alles” relativeert hij zijn eigen kritiek onmiddellijk daarna.

Machteld van der Wijst noemt het weigeren van het bestuur van

de Stichting Beeldende Kunst Middelburg om dit jaar een prijs uit

te reiken aan een Middelburgse kunstenaar “een toonbeeld van

arrogantie”. “Blijkbaar kan niemand aan de hoogverheven eisen van

de SBKM beantwoorden; dit is kwetsend, ja, zelfs vernederend voor

de beroepsgroep”. Schrijver/dichter F. van Dixhoorn wordt tot ver

buiten de landsgrenzen gekend, maar in Middelburg is er nog nooit

moeite gedaan om hem groots te presenteren, zo merkt iemand op.

Het is hoog tijd om het gesprek te gaan verleggen, iedereen moet

ook nog naar huis terug vanavond, waaronder een aantal terug naar

Middelburg. Zij hebben Vlissingen als werkstad gekozen, bijvoorbeeld

in kunstwerkplaats Kipvis.

De gang van Kipvis naar Vlissingen toont aan dat de randvoorwaarden

voor kunstenaars hier best goed zijn. Denk aan expositieruimtes,

vierkante meterprijzen en bereidheid van partijen om risico’s te

nemen. In sterkte/zwakte analyses wordt wat Vlissingen betreft

leegstand vaak als zwakte genoemd. De Rotterdamse praktijk leert

dat juist voor jonge kunstenaars leegstand een gunstige vestigings-

voorwaarde is. En als kunstenaars eenmaal de weg naar een stad

hebben gevonden is dat vaak een voorbode voor andere positieve

ontwikkelingen. Daarom zou kunst op het Scheldeterrein een

prominente rol moeten gaan vervullen, Leon heeft daar allerlei ideeën

voor.

Sebastiaan Spit is wel bereid om in de lofzang op Vlissingen enkele

schrille dissonanten te laten horen. “Ik ben hier in Vlissingen uiteindelijk

in een zwart gat terecht gekomen. In Duitsland werd je als internatio-

naal aan de weg timmerende kunstenaar erkend, hier zien ze je nog

niet staan! Wat hier structureel fout is in Zeeland, is dat instellingen

zoals deWillem3 en De Vleeshal wel veel kunstenaars van buitenaf naar

binnen halen, maar nauwelijks bezig zijn kunstenaars te helpen elders

gezicht te krijgen”.

Wim en Onno, met op de achtergrond de schilderijen van Marcel Robbe.

Page 41: Decreet tijdschrift 11 b

Ria Ruedisueli | Breda 1938 | woont en werkt in Vlissingen

Marcel Robbe | Lisieux (Fr) 1940 | woont en werkt in Vlissingen en Frankrijk

Jan Haas | Djakarta 1941 | woont en werkt in Vlissingen | janhaas.nl

Wim Hofman | Oostkapelle 1941 | woont en werkt in Vlissingen en Australië | blog.wimhofman.net

Kees Roovers | Breda 1943 | woont en werkt in Vlissingen | Schuitvaartgracht 161, tel.: 0118 418439

Ko de Jonge | 1945 Middelburg | woont en werkt in Vlissingen, postbus in Middelburg | [email protected]

Bert Quite | Vlissingen 1946 | woont en werkt in Vlissingen | [email protected]

Rob Meijer | Amsterdam 1946 | woont en werkt in Vlissingen

Eddy Quite | Vlissingen 1947 | woont en werkt in Vlissingen

Peter Steutel | Rotterdam 1948 | woont in Middelburg, werkt in Kunstwerkplaats KipVis Vlissingen | comform.info

Leon Riekwell | Haarlem 1949 | woont en werkt in Vlissingen | underdogburo.nl

Koos Dalstra | Leeuwarden 1950 | woont en werkt in Vlissingen

Hans Overvliet | Leiden 1952 | woont in Middelburg, werkt in Kunstwerkplaats KipVis Vlissingen | curiositas.nl

Carla Kesteloo | Vlissingen 1953 | woont en werkt nog steeds in Vlissingen | carlakesteloo.nl

Frank Viergever | Willemstad, Curaçao 1954 | woont en werkt in Vlissingen | frankviergever.nl

Loek Grootjans | Arnemuiden 1955 | woont en werkt in Breda en Vlissingen | loekgrootjans.com

Hans Bommeljé | Vlissingen 1957 | woont in Vlissingen, werkt in Middelburg | [email protected]

Sebastiaan Spit | Oranjestad, Aruba 1958 | woont en werkt in Vlissingen | sebastiaanspit.com

Jeanny Golembiewski | Kerkrade 1961 | woont in Zoutelande en werkt in Vlissingen | jeannygolembiewski.nl

Petra Rouwendal | Middelburg 1964 | woont in Middelburg, werkt in Kunstwerkplaats KipVis Vlissingen | [email protected]

Monique Jasperse | Terneuzen 1966 | woont in Middelburg, werkt inKunstwerkplaats KipVis Vlissingen | moniquejasperse.kunstinzicht.nl

Barbara Voit | Bonn (DE) 1968 | woont in Middelburg, werkt inKunstwerkplaats KipVis Vlissingen | [email protected]

Mischa de Muynck | Vlissingen 1971 | woont en werkt in Oost-Souburg | magnek.nl

Rem van den Bosch | Rotterdam 1974 | woont in Ellewoutsdijk, werkt in Vlissingen | remvandenbosch.com

Nicole Bianchet | Los Angeles 1975 | werkplaats de Willem3 Vlissingen| bianchet.net

Eva Bonneur | Vlissingen 1976 | woont en werkt in Vlissingen | evabonneur.nl

Michiel Paalvast | Waarde 1976 | woont in Veere, werkt in Kunstwerk-plaats KipVis Vlissingen | michielpaalvast.nl

Tjeerd Vrielink | Middelburg 1980 | woont in Vlissingen en werkt in Kunstwerkplaats KipVis Vlissingen | tjeerdvrielink.nl

Femke Gerestein | Middelburg 1982 | woont in Middelburg, werkt in Kunstwerkplaats KipVis Vlissingen | femkegerestein.nl

foto

’s Frank V

iergever

Vlissingen & Lex Maes

Het straatbeeld van Vlissingen is ingrijpend veranderd sinds 2002.Natuurlijk, kapconstructies kwamen en verdwenen, een fonteynekwam en bleef, de Walstraat was en is nooit helemaal gevuld metwinkels, Bestevaer verrees, de Scheldewerf brokkelde steeds verderaf, maar het dokje van Perry herstelde zich en zelfs de authentiekekraan richtte zich weer op, in de buurt van de imposante Machine-fabriek en de charmante aan de weg timmerende timmer-fabriekgelegen aan de rand van een kaalgeslagen Scheldeterrein...

Vlissingen is een gatenstad, een lelijke stad om toch stiekemeen beetje van te houden, soms verrassend en uitbundig, soms meedogenloos somber en triest, maar altijd met de branding op de achtergrond, die je dat gevoel van vrijheid geeft als je erlangsschuiffelt. Een piratenstad volgens Bob en uiterst crimineel.

In Vlissingen moet je zijn om die bont gekleurde piraten en vreemdesujetten tegen te komen, naar ze te kijken en je je er ook door te latenvervoeren. Een man staat op een hoekje luidkeels in zijn gsm te oreren en alles recht te praten wat krom is. Een andere man probeertzijn kind te troosten die brullend in de kinderwagen ligt. Ja, mama iser vandoor, vriendje in Frankrijk, zij de inboedel hij het kind, het ishartverscheurend.

Zit je eindelijk op het terras en probeer je een drankje te scoren, tref je nu net die ober die slechts in zijn eigen verdriet en drank geïnteresseerd is. Naar je drankje kun je fluiten, maar je bent wel even geraakt door een bizar personage uit de koker van Lex Maes.Of bizar? Misschien is het juist een gigantische spiegel die deze kleine man je voorhoudt: wees gelukkig, het kan ook anders met je aflopen: als een dronken ober, als een eeuwige vrijgezel op zoek naar een vrouw, omdat je haar al teveel hebt ingevuld. Of als een eenmansorkest, oefenend op straat, nooit een prijs, weggestuurd.

Vlissingen is zeker wel de stad waar je je het eenzaamst kunt voelenen waar de goten het breedst zijn. Maar het is ook de stad waar je de relativerende humor op straat tegen kunt komen. Het jaarlijksestraatfestival was, zeker voor 2002, daar de uitbundige getuige van.Grote acts passeerden de revue, zeker, maar die kleine man die zichdaarbinnen in verschillende gedaanten doorheen bewoog, maaktevoor mij het verschil. Tot een klein stofje daar een vroegtijdig eindeaan maakte. Het straatbeeld van Vlissingen is ingrijpend veranderdsindsdien.

Ramon de Nennie, maart 2013 | i.m. Lex Maes 1946-2002

De kunstenaars

Page 42: Decreet tijdschrift 11 b

decreet is een uitgave van stichting decr eet- concr eet

ISSN 1878- 982X | © Middelbur g, apr i l 2013

Redactie en vor mgeving:

Machteld van der Wij st, Hans Bommelj é, Ramon de Nennie & Robber t J an Swier s

in nauwe samenwer king met de betr okken kunstenaar s en de CULTUURWERF

Dr uk: via media58, vl issingen | Oplage: 600

Niets uit dit ti j dschr ift mag zomaar wor den over genomen, in welke vor m dan

ook zonder de nadr ukkel i j ke toestemming van de uitgever of r echthebbende,

behalve wanneer u daar in het ti j dschr ift nadr ukkel i j k voor wor dt uitgenodigd.

De r edactie heeft haar uiter ste best gedaan om r echthebbenden van het

gepubl iceer de beeldmater iaal te achter halen en hun namen bij dit mater iaal

te ver melden.

Mocht u van mening zi j n dat u uw r echten kunt laten gelden op afgebeeld

beeldmater iaal, dan kunt u zich melden bij het bestuur van de stichting

decr eet/concr eet.

Ver schenen nummer s kunt u bestel len via info@decr eet.nl.

decreet no. 12 ver schij nt eventueel in 2013.

met dank aan al le belangeloos medewer kende kunstenaar s, schr i j ver s,

geinter viewden, inter viewer s, kunstenaar sinitiatieven, tussenper sonen,

l iefhebber s en cur ator en,abonnees, Hapj esman Hein Ver wer , Cultuur wer f

Vl issingen en het Van de Velde Publ icatiefonds

no | elf | made in Vlissingen