D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t....

30
D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t Praktijkonderzoek NHL Jaar 3, 2015-2016 Jet Akkerman Studentnumer: 327034 [email protected]

Transcript of D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t....

Page 1: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

D i g i t a l e c r e a t i v i t e i tPraktijkonderzoek NHL

Jaar 3, 2015-2016

Jet Akkerman Studentnumer: 327034

[email protected]

Dulangi Thelmaduwe Studentnummer: 312835

[email protected]

Docent: Sophie Elkhuizen

Inhoudsopgave Pagina

Page 2: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

Inleiding 3H1: Praktijkprobleem 6

1.1: Resultatenverkenning vakliteratuur 61.2: Het praktijkprobleem 8

H2: Het onderzoeksdoel, de onderzoeksvraag en de literatuurstudie 92.1: Het onderzoeksdoel 92.2: Onderzoeksvraag met deelvragen 9

2.3: Methodiek 92.4: Literatuurstudie 10

H3: Onderzoeksaanpak 163.1: Onderzoeksactiviteit 163.2: Tijdsplanning 193.3: Randvoorwaarden 19

Literatuurlijst 20Bijlage 21

Inleiding

Vanuit onze opleiding ‘docent Beeldende Kunst & Vormgeving’ hebben wij de opdracht

2

Page 3: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

gekregen om een praktijkonderzoek binnen onze stage te verrichten. Voor dit onderzoek kunnen wij ieder 5 EC’s ontvangen. Bij het kiezen van een onderwerp zijn wij allereerst te rade gegaan wat wij interessante onderwerpen vinden binnen ons vakgebied. Per onderwerp zijn we vervolgens nagegaan of deze relevant is op onze stageplekken.

In dit proces werd duidelijk dat de inzet van digitale leermiddelen binnen de beeldende vakken een zeer actueel onderwerp is. De digitale relvolutie heeft anno 2015 een enorme impact op bijna alle facetten van het leven. Ook in het onderwijssysteem nemen de mogelijkheden van digitale media in sneltreinvaart toe. De onderwijsraad (2008) gaf in 2008 al aan dat scholen ICT redelijk intensief gebruiken. In de relatief korte periode dat wij niet meer op middelbare scholen of het MBO als leerlingen zitten, constateren wij een enorme toename van digitale leermiddelen in het lesprogramma van deze scholen. Zo wordt bijvoorbeeld op onze stagescholen ICT al veelvuldig toegepast tijdens deze vakken. In onze opleiding tot leraar missen wij echter een gedegen voorbereiding om straks als leraar met digitale leermiddelen aan de slag te gaan. Op dit gebied is er kennelijk sprake van een hiaat tussen hoe wij als leraar worden opgeleid en wat er in de praktijk van ons verwacht gaat worden.

Bovenstaande biedt ons voldoende aanleiding om dit onderwerp verder uit te diepen middels een onderzoek. Dit sluit aan op de uitdagingen en kansen die de intrede van deze middelen in het onderwijs, en specifiek de beeldende vakken, ons bieden. Binnen de twee betreffende stagescholen waar het onderzoek zal worden uitgevoerd hebben leraren, leerlingen en beleidsmakers te maken met dit onderwerp en daarmee met de uitkomsten van dit onderzoek.

Onderwijsraad. (2008). Onderwijs en openleermiddelen. Geraadpleegd op 13 oktober 2015, van https://www.onderwijsraad.nl/upload/publicaties/273/documenten/onderwijs_en_open_leermiddelen.pdf

Context

Het onderzoek zal plaatsvinden binnen het Alfa-college en het Hondsrugcollege

Het Alfa college is een MBO school met 12.000 leerlingen en het is een Christelijk Regionaal Opleidingscentrum in Noord- en Oost-Nederland, is partner in ontwikkeling in de regio en verzorgt beroepsopleidingen en Leven Lang Leren-trajecten voor jongeren en volwassenen die hen als persoon en als vakman opleiden voor de samenleving van nu en straks.

Hun visie hebben zij in vier koersuitspraken geformuleerd. Deze uitspraken zijn:

1. Wij dagen studenten uit in een verantwoorde leeromgeving het beste uit zichzelf te halen2. Wij bereiden onze studenten voor om blijvend maatschappelijk succesvol te zijn3. Wij werken in duurzame, regionale netwerken aan toonaangevend onderwijs4. Wij zijn rolmodel voor onze studenten

Deze waarden hebben zij vertaald naar gewenst gedrag. In deze vertaling hebben zij bewust geen onderscheid gemaakt tussen de medewerkers en de studenten. Dit onder het motto: ‘wat voor ons onderling geldt, moet ook gelden in onze relatie met onze studenten’. In de wijze waarop door medewerkers en studenten invulling wordt gegeven aan het gewenste gedrag, komt hun christelijke identiteit nadrukkelijk tot uiting.

3

Page 4: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

Alfa-college. (2015). Missie en visie. Geraadpleegd op 15 september 2015, vanhttp://www.alfa-college.nl/overons/paginas/missie-en-visie.aspx

De stage coach is Leo Lindeman, hij zal Dulangi gaan begeleiden tijdens haar stage.

Het Hondsrug college is een middelbare school te Emmen met 2534 leerlingen hebben als uitgangspunt en als grondslag de bijbel als Gods woord.

De christelijke uitgangspunten worden verwoord in de tien waarden die zij hebben opgesteld.

Op het Hondsrug college hechten zij waarde aan dat de leerlingen leren daadwerkelijk samen te leven. Het is een onderdeel van diverse vakken en activiteiten die zij aanbieden. Zo komen bij vakken als geschiedenis, maatschappijleer, aardrijkskunde en religie, thema’s als vrijheid en democratie, vrijheid van meningsuiting en persvrijheid en ( positieve ) discriminatie aan bod.

1. We dienen respect te tonen voor álle christelijke waarden. We leven en werken vanuit de waardevolle inspiratiebron de Bijbel en de levenswijze zoals Christus ons heeft voorgeleefd. Dat is de richtlijn voor ons handelen.

2. We dienen veiligheid in leef- en werkomgeving te creëren en te bevorderen. Veiligheid is een belangrijke voorwaarde, die wij zelf ook moeten waarborgen. We dienen zelf de veiligheid als waarde met ons mee te dragen.

3. Leerlingen en medewerkers moeten zich geborgen weten binnen de school. Er is aandacht voor de belevingswereld zowel in als buiten de school.

4. Voor al onze taken en bezigheden nemen we onze verantwoordelijkheid. We zijn verantwoordelijk voor ons handelen en voelen ons loyaal ten opzichte van de school. Ieder kan op zijn/haar verantwoordelijkheid worden aangesproken.

5. Openheid, vrijheid en respect. We creëren voldoende ruimte om met leerlingen, collega’s en ouders in gesprek te gaan over het geloof en het geloof in relatie tot onderwijs. We trachten open en eerlijk te zijn naar anderen toe. We willen leerlingen ruimte geven om voor hun geloof uit te komen. We dienen de leerlingen te ondersteunen in geloofszaken en ze te beschermen tegen onverschilligheid.

6. Elk mens is uniek. Ieder mag er zijn zoals hij/zij is. Op basis van dit gegeven gaan wij met elkaar om. Wij willen het beste uit onze leerlingen halen.

7. We voelen ons betrokken bij elkaar. We tonen interesse in elkaars visie en handelen, maar ook in de persoon zelf.

8. We bieden elkaar, maar zeker ook de leerlingen, kansen om zichzelf te leren kennen en te ontwikkelen. We zijn vergevingsgezind. We plaatsen elkaar niet in hokjes en we geven elkaar de ruimte om elke keer weer opnieuw te beginnen.

9. We bieden de leerlingen de zorg aan die zij nodig hebben. We streven naar een goed pedagogisch klimaat, waarin iedereen zo veel mogelijk tot zijn recht komt.

10. In ons gedrag zijn we duidelijk en rechtvaardig ten opzichte van elkaar en de leerlingen. We vinden het belangrijk dat al deze waarden en visies te herkennen zijn in ons handelen.

Hondsrugcollege. (z.d.). Missie, uitgangspungten en doelstellingen. Geraadpleegd op 15 september 2015, van http://www.hondsrugcollege.nl/ouders/doelstellingen/

De stagecoach is Bouwien Bonkes , zij zal Jet gaan begeleiden tijdens haar stage.

Relevantie

4

Page 5: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

Het onderzoek dat wij zullen uitvoeren is vooral relevant voor onszelf als nieuwe docenten. Dit onderzoek biedt ons de mogelijkheid om beter inzicht te krijgen in wat er op dit moment al aan digitale leermiddelen beschikbaar is, hoe deze worden ingezet en de eventuele problemen die hierbij ontstaan. Deze inzichten kunnen wij vervolgens als toekomstige leraren in onze lesprogramma’s toepassen. Naast dat dit onderzoek vooral voor onszelf relevant is, zijn er andere groepen en partijen die baat kunnen hebben bij dit onderzoek. Op de stagescholen zullen leraren, leerlingen en beleidsmedewerkers een verhoogd inzicht kunnen krijgen in de problematiek van digitale leermiddelen. Ook de NHL kan dit onderzoek gebruiken om haar lesprogramma te verbeteren.

De aansluiting van het onderzoek bij de stagescholen

Uit eigen ervaring lijkt dat op beide stagescholen inmiddels ICT wordt toegepast als leermiddel. Ook worden leraren bijgeschoold om met deze nieuwe ontwikkelingen om te kunnen gaan. Hiermee is de inzet van ICT in de lessen een belangrijk en actueel item. In vergaderingen en in de wandelgangen zijn digitale leermiddelen een terugkerend gespreksonderwerp. Dit geldt voor leerlingen, leraren en beleidsmakers. Hierdoor is de uitkomst van dit onderzoek zeer relevant voor meerdere partijen binnen de stagescholen.

5

Page 6: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

1 Het praktijkprobleem

In dit hoofdstuk word het praktijkprobleem geschetst. Dit hebben wij gedaan op basis van een verkenning van vakliteratuur en eigen ervaringen.

1.1 Resultaten verkenning vakliteratuur

Kernbegrip Deelaspect Bronnen Toelichting

Digitaal didactiek

Vraagstukken die bij leraren naar boven komen bij het digitaal les geven

Stichting Kennisnet ICT op school. (2007). De school op digitale ontdekkingsreis: 150 ict-vraagstukken uit het basis- en voortgezet onderwijs. Zoetermeer: Kennisnet Ict op school.

In dit boek word besproken welke vragen er naar boven komen bij docenten tijdens het les geven in een digitale leeromgeving. Het is een kennisrotonde.

Meerwaarde van e-learning

Geloven, M. P. ., & Smulders, P. (2006). Meerwaarde van e-learning in de praktijk: Student, docent en manager aan het woord. Groningen

Meerwaarde van e-learning in de praktijk brengt dertien geslaagde onderzoeken van onderwijsvernieuwing in beeld. Dit vanuit het gezichtspunt van studenten, docenten en managers.

Leren met social media.

Leeuwe, M. ., &Rubens, W. (2015).Social learning enleren met socialemedia. Groningen: Noordhoff Uitgevers.

Social learning en leren met sociale media gaat in op de veranderende wereld van leren, waarin sociale media een belangrijke rol speelt. Het boek geeft richting aan de rol die social learning en leren met sociale media spelen binnen leerprocessen in het onderwijs en in organisaties.

Leren en lesgeven met technologie

Bolhuis, E., Hoeff, A. ., & Ast, M. . (2013). OnderWijs met ICT: Leren en lesgeven met technologie. Bussum: Coutinho.

De manieren om technologie en ICT inzetten als hulpmiddel bij het leren en het lesgeven en het organiseren van je onderwijs.

6

Page 7: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

Trends en ontwikkelingen binnen het e-learning

Rubens, W. (2013). E-learning: Trends en ontwikkelingen. Middelbeers: InnoDoks Uitgeverij

Wilfred Rubens analyseert in dit boek de actuele trends en ontwikkelingen van e-learning en de effectiviteit en efficiëntie van e-learning.

De mogelijkheden van digitale leermiddelen

http://www.cultuurprofielschool.nl/sites/default/files/cultuurprofelscholen/digitaledidactiek.pdf

Het leerproces van leerlingen. Het gaat over het kunnen beantwoorden van onder meer devolgende vragen.• Het leren met behulp van digitale middelen; wat is de meerwaarde en hoe ziet de leeromgeving eruit?• Het lesgeven met behulp van digitale leermiddelen; wat is het leerrendement? Hoe formuleer je doelstellingen en welke soorten werkvormen zijn er?• De rol van de docent; wat is er anders dan in de traditionele les? Waarin is bijscholing nodig?Zij beantwoorden hier vragen als:• Met welk doel zet ik digitale middelen effectief in?• Op welke manier kan ik digitale middelen evalueren en uitkiezen?• Verandert mijn rol als docent en hoe?• Hoe implementeer ik digitale didactiek structureel in mijn onderwijs?

Wat zijn digitale

https://www.onderwijsraad.nl/upload/ Het voorliggende onderzoek is in opdracht van de Onderwijsraad

7

Page 8: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

leermiddelen documents/publicaties/volledig/

leermiddelen_voor_de_21e_eeuw.pdf

uitgevoerd door TNOInformatie en Communicatietechnologie. Het onderzoek is opgezet met alsdoelstelling om te komen tot een beschrijving van inzichten en trends in deontwikkeling van digitale leermiddelen. Daarnaast biedt het een analyse van de rol van deleraar bij de invoering en het gebruik van digitale leermiddelen in het onderwijs.

1.2 Het praktijkprobleem

Het probleem is dat wij als leraren in opleiding regelmatig moeten lesgeven met nieuwe digitale leermiddelen terwijl wij hiermee niet of onvoldoende bekent zijn. Dit heeft zich met name voorgedaan tijdens stages. Het probleem treedt op, op het moment dat wij in het werkveld aan de slag gaan en, voor ons, onbekende digitale technieken moeten toepassen in het lesprogramma. Dit gebeurt tijdens onze stages en kan voorkomen wanneer wij als volwaardig leraar werkzaam zijn. Wij hebben ervaren dat er in de praktijk collega-leraren en zelfs leerlingen ons moeten bijpraten op het moment dat digitale middelen gebruikt gaan worden. Hierdoor gaat niet alleen de leskwaliteit omlaag maar ook het zelfvertrouwen van ons als docent en onze geloofwaardigheid bij de klas.

8

Page 9: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

2 Het onderzoeksdoel, de onderzoeksvraag en de literatuurstudie

2.1 Onderzoeksdoel

Uit bovenstaande praktijkprobleem is naar voren gekomen dat wij als leraren in opleiding onvoldoende kennis bezitten over het gebruik van digitale leermiddelen in beeldende vakken. Het primaire doel van dit onderzoek is om voor onszelf een inventarisatie te maken van de digitale leermiddelen die op dit moment worden gebruikt in hel algemeen en specifiek bij beeldende vakken en om inzicht te krijgen in hoe deze worden gebruikt. Deze informatie zal ons helpen om sterker en met meer zelfvertrouwen voor de klas te staan in de toekomst. Als nieuwe leraren zullen wij dan meer in de pas lopen met de nieuwste digitale leermiddelen. Dit heeft als bijkomend voordeel dat scholen minder tijd en geld hoeven te besteden aan het inwerken van ons als nieuwe leraren. Dit onderzoek zal worden uitgevoerd in de tweede periode van onze stage.

Om bovenstaande doelen te bereiken, nemen wij in ons onderzoek twee deelaspecten van deze problematiek onder de loep. Ten eerste willen wij onderzoek doen naar welke digitale leermiddelen er in het algemeen al bestaan en wat de mogelijkheden hiervan zijn. Dit deelaspect zal met name in de hoofdvraag naar voren komen. En ten tweede willen wij in kaart brengen welke digitale leermiddelen er op dit moment specifiek worden ingezet op onze stage scholen bij beeldende vakken en wat de ervaringen van leerkrachten zijn met het gebruik van digitale leermiddelen tijdens beeldende vakken . Dit deelaspect zal meer in de deelvragen worden belicht.

2.2 Onderzoeksvraag en deelvragen

Hoofdvraag

Welke vormen van digitale leermiddelen bestaan er en hoe worden deze door de docenten op onze stage school toegepast?

Deelvragen

1. Wat word er verstaan onder digitale leermiddelen en wat zijn de mogelijkheden hiervan?

2. Welke digitale leermiddelen worden er aangeboden binnen de beeldende vakken op de stage school?

3. Wat zijn volgens de leraren voor-en nadelen van het gebruik van digitale leermiddelen tijdens de beeldende vakken?

9

Page 10: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

2.3 Literatuurstudie

In deze paragraaf beginnen we met een eerste verkenning van de literatuur. Hierdoor krijgen wij een overzicht van relevante en gangbare theorieën, achtergronden en uitgangspunten die ons in staat stellen het praktijkprobleem te analyseren en te definiëren. Deze literatuurstudie zal als basis dienen van het theoretische kader in de uiteindelijke onderzoeksrapport ge. Met dit literatuuronderzoek komen we erachter welke digitale leermiddelen op dit moment gebruikt worden en wat de mogelijkheden hiervan zijn. Het gaat hier om het verhelderen van de begrippen en de concepten die centraal staan in ons onderzoek.

Volgens Pennings. et. al. (2008 ) zijn digitale leermiddelen, leermiddelen waarvoor een PC of een ander soort instrument nodig is om er gebruik van te kunnen maken. Deze leermiddelen kunnen op een fysieke drager zijn opgeslagen, zoals een CD-ROM of DVD. In de huidige praktijk spreken we van een USB-stick, een cloud en een externe hardeschijf, en kunnen digitale leermiddelen opgeroepen worden met behulp van een instrument zoals een tablet, een smartphone of een digibord. Hierop draaien besturingssystemen, browsers en programma’s, die, als ze verbonden zijn met een database of het internet, toegang bieden tot informatiebronnen in de vorm van teksten, beelden en geluiden. Ook kunnen digitale leermaterialen de vorm aannemen van games, en web applicaties. Er is sprake van een grote diversiteit in aard en vorm van digitale leermiddelen. Doordat de leermiddelen verbonden zijn met een netwerk komen deze leermiddelen tijd- en locatieonafhankelijk beschikbaar. Dit gebeurt in allerlei situaties: thuis, in de buurt en ook op school. Digitaal leermateriaal kan de vorm aannemen van informatie die bestemd is voor educatie, zoals les- en toets materiaal, maar ook van software die bijvoorbeeld communicatievormen ondersteunt of simulaties uit kan voeren. Afhankelijk van de leerdoelen die bereikt moeten worden, kunnen digitale leermiddelen gericht zijn kennisontwikkeling of op de ontwikkeling van vaardigheden, competenties etc.

Volgens Pennings. et. al. (2008 ) bestaat er voor digitaal leermateriaal nog geen eenduidige term. (p.8 ) De termen zoals educatieve content, webbased content, educatieve software, leerobjecten, leermateriaal, sharable content objects, reusable learning objects worden vaak toepast. Als het om games gaat, worden de games die geschikt zijn voor het onderwijs vaak serious games of educational games genoemd. Hierin worden de algemene termen als digitaal leermateriaal of digitale leermiddelen gebruikt. Dat digitaal leermateriaal tegenwoordig vaak in een webomgeving beschikbaar is biedt vele voordelen. Het is niet meer afhankelijk van een fysieke drager waarvan de opslagcapaciteit beperkt is en het gebruikte besturingssysteem.

Pennings. et. al. (2008) stellen dat digitale leermiddelen anders zijn ingericht dan de gangbare vormgeving van schoolboeken of CD- ROM’s . Ook is het mogelijk om hoogwaardige multimedia content (geluid en bewegende beelden) op te nemen. Er zijn arrangeermogelijkheden aanwezig voor de docent of de leerling. Informatie-eenheden of leerobjecten kunnen continu worden toegevoegd of worden geactualiseerd. Het is vaak mogelijk om het digitale leermateriaal in verschillende delen te splitsen en modulair en gepersonaliseerd aan te bieden. Digitaal leermateriaal heeft in potentie een hoge toegevoegde waarde ten opzichte van gedrukte schoolboeken. Vooral omdat het via het internet wordt aangeboden is de toegankelijkheid beter, kan de communicatie naar een multimediaal niveau worden gebracht, zal er toegang tot uitgebreide informatievoorzieningen mogelijk zijn en zullen leerrouters beter ondersteund worden.

10

Page 11: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

Volgens Pennings. et. al. (2008 ) lijken digitale leermiddelen voor de leerlingen aantrekkelijker te zijn dan gedrukte leerboeken omdat het meer (bewegend) beeld en geluid bevat, flexibeler is te gebruiken, dynamisch van vorm is en meer mogelijkheden biedt tot personalisatie. (p.9)

Onderwijsraad. (2008). Leermiddelen voor de 21e eeuw. Geraadpleegd op 13 oktober 2015, vanhttps://www.onderwijsraad.nl/upload/documents/publicaties/volledig/leermiddelen_voor_de_21e_eeuw.pdf

Mogelijkheden van digitale leermiddelenOp welke manier en in welke mate gebruiken onderwijsinstellingen ICT voor het leren van leerlingen en het geven van onderwijs? Volgens de onderwijsraad (2008) bestaan er grote verschillen: sommige scholen gebruiken ICT veelvuldig en vernieuwend, terwijl op andere scholen ICT een kleine rol speelt in het onderwijs. (p.33)

De onderwijsraad., (2008, p. 42) stelt dat de wijze waarop digitale leermiddelen worden gebruikt, wordt verdeeld in drie belangrijke begrippen. Substitutie (digitale leermiddelen vervangen (deels) de onderwijsleermiddelen en/of methodes, zonder dat wordt ingegrepen in de structuur van het onderwijsproces), transitie (digitale leermiddelen vervangen niet alleen de onderwijsleermiddelen en/of methodes, maar hebben ook een deel van de structuur van het onderwijsproces veranderd) en transformatie(digitale leermiddelen hebben een compleet nieuw onderwijsproces mogelijk gemaakt, een manier van vormgeven van het onderwijs die zonder ICT niet mogelijk zou zijn).

In de onderstaande afbeelding zijn verschillende digitale mogelijkheden en leermiddelen weergegeven.

Onderwijsraad. (2008). Onderwijs en openleermiddelen. Geraadpleegd op 13 oktober 2015, van https://www.onderwijsraad.nl/upload/publicaties/273/documenten/onderwijs_en_open_leermiddelen.pdf

11

Page 12: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

Cultuurprofielschool. (2011). Digitale didactiek: Mogelijkheden van digitaal leren[online afbeelding]. Gedownload op 13 oktober 2015, van http://www.cultuurprofielschool.nl/sites/default/files/cultuurprofelscholen/digitaledidactiek.pdf Volgens de verenging van cultuur profielscholen., (2011, p. 3) zijn er zes mogelijkheden van digitaal leren : relaties leggen, creëren, uitdragen, transparant maken, leren leren, competenties centraal stellen, flexibilisering. Bij relaties leggen kan ICT leiden tot versterking van het leggen van relaties. Je kunt bijvoorbeeld makkelijker contact leggen, een groot aantal bronnen en experts raadplegen. Verder kan sociale interactie worden ondersteund, die belangrijk is voor het realisteren van betekenisvolle leerprocessen. Bij creëren kan je actief nieuwe kennis creëren. Bijvoorbeeld problemen leren oplossen door het gebruik maken van simulaties, onderzoek doen, producten ontwerpen, betekenis construeren. Bij uitdragen kan je met behulp van ICT datgene wat je geleerd hebt naar buiten brengen, publiceren zodat het publiek verbreed wordt. Lerenden raken meer gemotiveerd wanneer zij niet alleen voor zichzelf leren, maar hun leeropbrengst ook met anderen kunnen delen. Het kan vervolgens ook weer gebruikt worden als leerstof voor andere lerenden. Bij transparant maken kan je denken aan het zichtbaar maken van denkprocessen in online discussies, visualiseren en schematiseren, processen achter het leren verhelderen of het zichtbaar maken van samenwerkingspatronen. Bij ‘leren leren’ kan de inzet van ICT de metacognitieve ontwikkeling bevorderen, onder andere doordat leerprocessen zichtbaar worden, de mogelijkheid onderlinge feedback te geven op het leren en u dankzij online redeneren reflectie kunt bevorderen. Het centraal stellen van competenties is de zesde pijler van digitale didactiek. ICT kan hierbij op verschillende manieren worden ingezet, bijvoorbeeld via online assessments van competenties (360 graden feedback). Een ander voorbeeld is het gebruiken van digitale portfolio's om de ontwikkeling van competenties zichtbaar te maken. Tot slot flexibilisering, dankzij ICT zijn lerenden beter in staat te leren waar zij willen, wanneer zij willen, wat zij willen, hoe zij willen, hoe snel zij willen en op het moment dat zij willen.

Cultuurprofielschool. (2011). Digitale didactiek. Geraadpleegd op 13 oktober 2015, van http://www.cultuurprofielschool.nl/sites/default/files/cultuurprofelscholen/digitaledidactiek.pdf

De Vier in balans monitor., (2013, p. 34) stellen dat leraren en managers er bijna allemaal van zijn overtuigd dat ICT veel meerwaarde heeft voor het onderwijs. Vooral op het gebied van verbetering en verandering van het onderwijs, de professionele ontwikkeling van leraren en inzicht in de prestaties van leerlingen heeft ICT een meerwaarde. Er is echter ook gebleken dat managers enthousiaster zijn dan leraren. Volgens managers kan een instelling geen efficiënte organisatie zijn zonder ICT. De meeste leraren en managers zijn ervan overtuigd dat de inzet van ICT een zeer positieve impact heeft op het geven van onderwijs. Uit onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat ze digitaal lesmateriaal beschouwen als motiverender voor leerlingen dan de traditionele leermiddelen. Digitaal lesmateriaal is vaak prikkelend, bevat soms spelelementen, sluit aan bij de leefwereld van de huidige generatie en stimuleert hierdoor meer tot leren. Daarnaast is digitaal leermateriaal makkelijker actueel te houden en te verspreiden onder leerlingen. Bovendien maakt de inzet van ICT het mogelijk om differentiatiemogelijkheden voor leerlingen te creëren. De meerderheid van de managers is positief over de tijdsbesparing van leraren door de inzet van ICT, vooral in het primair onderwijs.

Kennisnet (2013). Vier in balans monitor 2013. Geraadpleegd op 19 oktober 2015, van https://www.kennisnet.nl/fileadmin/kennisnet/publicatie/vierinbalans/Vier_in_Balans_monitor_2013.pdf

12

Page 13: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

ConclusieIn bovenstaande literatuurbespreking is helder geworden wat onder enkele kernbegrippen binnen dit onderzoek verstaan zal worden. Wij kunnen stellen dat digitale leermiddelen, middelen zijn waarvoor een PC of een ander soort instrument nodig is om er gebruik van te kunnen maken. In de huidige praktijk spreken we van een USB-stick, een cloud en een externe hardeschijf, en kunnen digitale leermiddelen opgeroepen worden met behulp van een instrument zoals een tablet, een smartphone of een digibord. Hierop draaien besturingssystemen, browsers en programma’s, die, als ze verbonden zijn met een database of het internet, toegang bieden tot informatiebronnen in de vorm van teksten, beelden en geluiden. Ook kunnen digitale leermaterialen de vorm aannemen van games, en web applicaties. De mogelijkheden van digitale leermiddelen zijn erg breed bijna ontelbaar. Zij zijn goed voor de professionele ontwikkeling van leraren en in het inzicht in de prestaties van leerlingen. Leerlingen kunnen makkelijk contact kunnen leggen en een groot aantal bronnen en experts raadplegen. Sociale interacties worden ondersteund waardoor betekenisvolle leerprocessen worden gerealiseerd. Tot slot kunnen leerlingen producten ontwerpen, produceren, publiceren en hun opbrengst met anderen delen.

3 Onderzoeksaanpak

3.1 Onderzoeksactiviteiten

De belangrijkste activiteiten voor het uitvoeren van dit onderzoek, zijn de volgende:

- Literatuur bronnen onderzoeken voor het leggen van een theoretische kader.- Bevragen van docenten om informatie te krijgen over hoe de docenten digitale

leermiddelen integreren in de beeldende vakken.- Observeren van lessen waarin digitale leermiddelen worden toegepast tijdens de

beeldende vakken.

Wij zullen per deelvraag uitleggen wat we willen onderzoeken en hoe wij dit gaat doen.

Deelvragen

1. Wat word er verstaan onder digitale leermiddelen en wat zijn de mogelijkheden hiervan?

Het doel: Het gaat om kennis te vergaren over het onderwerp digitale leermiddelen. Op basis van bestaande literatuur over dit onderwerp wordt een theoretisch kader gelegd voor ons onderzoek. Dit doen we zodat we een beter beeld krijgen van het praktijkprobleem en aspecten die hierbij een rol spelen.

Actie: Literatuurstudie. We hebben relevante literatuur gezocht die ons zal helpen met het beantwoorden van deze deelvraag. We hebben gaan een boek gebruikt uit 2013 van W. Rubens E-learning: Trends en ontwikkelingen. Daarnaast hebben we ook onderzoeken gebruikt van de cultuurprofielschool uit 2011 ‘Digitale didactiek’.

13

Page 14: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

De onderwijsraad uit 2008 ‘ ‘Leermiddelen voor de 21e eeuw’ en van het kennisnet uit 2013 ‘ Vier in balans monitor 2013’.

2. Welke digitale leermiddelen worden er aangeboden binnen de beeldende vakken op de stageschool?

Het doel: Wij willen onderzoeken wat er al wordt aangeboden binnen onze stageschool, zodat wij hier kennis van kunnen opdoen en inzicht krijgen in de wijze waarop in de praktijk gebruik gemaakt wordt van digitale leermiddelen.

Actie: Leraren interviewen. Bij het bedenken van de interviewvragen gebruiken we het boek ‘praktijkonderzoek in de school ’ om de stappenplan van het interviewen te hanteren. We zullen ook literatuur gebruiken om inhoudelijk vragen op te kunnen stellen. We gaan eerst bedenken wat we willen weten, welke vragen we moeten stellen, wie willen we bevragen en op welke wijze we ze gaan bevragen.We willen het onderwerp digitale leermiddelen in de beeldende vakken in kaart brengen. We gaan onze stage coaches die ook les geven in de beeldende vakken interviewen en ook een van de directieleden. We gaan dit doen aan de hand van de reputatiemethode. Daarbij proberen we uit te zoeken wie er op de hoogte zijn van de digitale leermiddelen binnen de beeldende vakken, hoe ze gebruikt worden en wat volgens hen de voor en nadelen er van zijn.De wijze van bevragen word een eenmalig individueel interview. We zullen het interview op gaan nemen zodat we het altijd weer terug kunnen luisteren. Gestructureerd interviewen vergemakkelijkt de data analyse.In het volgende stappenplan wordt dit beschreven.

Het doel van het interview

Kernbegrip Deelaspecten Vragen

Na afloop van het interview zijn we er achter gekomen welke digitale leermiddelen er worden aangeboden binnen de beeldende vakken op de stage school.

Digitale leermiddelen binnen de beeldende vakken

Effectiviteit

Inzetbaarheid

Went men er snel aan?

De verscheidenheid

Hoe effectief zijn deze middelen naar uw mening en waarom?

Waar en wanneer worden deze middelen ingezet in de les?

Wat is uw ervaring met nieuwe middelen? Went het bijvoorbeeld snel?

Welke verschillende digitale middelen worden toegepast?

14

Page 15: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

Nieuwe ontwikkelingen digitale leermiddelen.

Verantwoordelijk-heid

Kwaliteitscontrole

Kunnen deze middelen in verschillende categorieën worden geplaatst?

Wat wordt er gedaan binnen de school om op de hoogte te blijven van de ontwikkelingen van de digitale leermiddelen ?

Wie beslist welke digitale leermiddelen worden toegepast binnen de opleiding en binnen de verschillende vakken?

Hoe wordt er bepaald welke digitale leermiddelen voldoen aan jullie visie/ eisen?

3. Wat zijn volgens de leraren de voor-en nadelen van het gebruik van digitale leermiddelen tijdens de beeldende vakken?

Het doel: Het verzamelen van praktische informatie met betrekking tot de voor- en nadelen.

Actie: Leraren interviewen. Net als bij deelvraag 2 zullen wij de aanpak van het interviewen op dezelfde manier hanteren. Bij het bedenken van de interviewvragen gebruiken we het boek ‘praktijkonderzoek in de school ’ om de stappenplan van het interviewen te hanteren. We gaan eerst bedenken wat we willen weten, welke vragen we moeten stellen, wie willen we bevragen en op welke wijze we ze gaan bevragen.We willen het onderwerp digitale leermiddelen in de beeldende vakken in kaart brengen. We gaan onze stage coaches die ook lesgeven in de beeldende vakken

15

Page 16: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

interviewen en ook een van de directieleden. Net als bij deelvraag 2 doen we dit aan de hand van de reputatiemethode. Daarbij proberen we uit te zoeken wie er op de hoogte zijn van de digitale leermiddelen binnen de beeldende vakken hoe ze gebruikt worden en wat de voor- en nadelen ervan zijn. De wijze van bevragen word een eenmalige individueel interview. We zullen het interview ook gaan opnemen zodat we het altijd weer terug kunnen luisteren. Gestructureerd interviewen maakt de analyse van de data gemakkelijker.

Het doel van het interview

Kernbegrip Deelaspecten Vragen

Na afloop van het interview zijn we erachter gekomen wat volgens de leraren de voor-en nadelen van het gebruik van digitale leermiddelen tijdens de beeldende vakken zijn.

Voor en nadelen bij het gebruik van digitale leermiddelen binnen de beeldende vakken

Voordelen

Nadelen

Mening

Mening

Wat zijn in uw ogen voordelen van digitale middelen?

Geef hier eens een voorbeeld van.

Wat zijn volgens u de nadelen en geef eens een aantal voorbeelden?

Bent u het altijd eens met de nieuwe ontwikkelingen van de digitale leermiddelen? Waarom wel? Waarom niet?

Als u zou mogen kiezen tussen ambachtelijk werken of digitaal werken, welke heeft u voorkeur? Licht dit toe.

16

Page 17: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

3.2 Methodiek

De formulering van onze hoofdvraag geeft aanleiding tot een beschrijvend onderzoek. Deze vorm sluit goed aan bij onze praktijksituatie. Een beschrijvend onderzoek is namelijk onderzoek naar hoe een praktijksituatie in elkaar zit en hoe bepaalde concrete processen verlopen. Aangezien wij het onderzoek op ons zelf en dus op het niveau van de docent betrekken, spreken we hier van een beschrijvend onderzoek op microniveau.

Wij zijn dit onderzoek begonnen met een oriëntatie waarbij verschillende belangrijke begrippen en deelaspecten van het onderzoek zijn verwoord en uiteengezet. Denk hierbij aan het verwoorden van het praktijkprobleem, de aanleiding, binnen welke context dit onderzoek zich afspeelt en de relevantie ervan voor verschillende partijen. Bij de oriëntatie is tevens gebruik gemaakt van een literatuurstudie. Deze studie heeft sterk bijgedragen aan een heldere formulering van de hoofd- en deelvragen en aan het aanleggen van een relevante begrippenlijst. Daarnaast heeft de literatuurverkenning geholpen met het deels beantwoorden van bepaalde deelvragen. Het doel van de oriëntatie was om tot een goede onderzoeksvraag te komen en deze onder te verdelen in relevante deelvragen. De resultaten van de literatuurverkenning zijn te vinden in hoofdstuk 2 van dit schrijven. De hoofdvraag en de deelvragen zijn omschreven in hoofdstuk 2.2.

Voor ons praktijkonderzoek hebben wij ervoor gekozen om de methode bevragen toe te passen. Mensen die wij willen bevragen zijn onder andere onze stage coaches en afdelingsdirecteuren en leraren van de beeldende vakken op onze stagescholen.

Als alle bovenstaande methodes zijn toegepast en uitgevoerd moeten wij voldoende informatie hebben om onze deelvragen en hoofdvraag te kunnen beantwoorden.

3.3 Tijdsplanning

Datum WatDonderdag12.11.2015

Voorbereiden interviewDeelvraag 2, 3

Deze week gebruiken we om onze interviews uit te zetten, voor te bereiden en uit te zoeken wie wij gaan interviewen.Handelingen:

- literatuur zoeken om inhoudelijk vragen op te kunnen stellen.

- Infomeren bij stage coaches over wie er op de hoogte zijn van dit onderwerp, zodat we deze medewerkers kunnen interviewen.

17

Page 18: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

- Deze medewerkers benaderen door middel van email en waar mogelijk persoonlijk contact voor een afspraak.

Donderdag19.11.2015

InterviewenDeelvraag 2, 3

Hier nemen we contact met de medewerkers die we gaan interviewen en we zullen afspraken met ze maken wanneer het interview word afgenomen.Handeling:

- afspraken bevestigen- interview vragen

aanscherpen, hierop eventueel feedback vragen doormiddel van mail met Sophie Elkhuizen.

Donderdag26.11.2015

Interviewen van de medewerkersDeelvraag 2, 3

Deze week willen we de interviews afnemenHandeling:

- Interview (s) afnemen eventueel rekening houden met verzuim.

- Back-up van opgenomen interview

Donderdag3.12.2015

Interviewen van de medewerkersDeelvraag 2, 3

Deze week willen we de interviews afnemen en afronden.

- Interview(s) afnemen- Check, zijn alle

interviews afgenomen en hebben we ons doel bereikt?

- Back-up van opgenomen interview

- Feedback punten bedenken

Donderdag10.12.2015

Feedback docenten op stage, en deze week ook op school.

Handeling:- Feedback krijgen- Uitkomsten

uitwerkenDonderdag17.12.2015

Uitwerken van uitkomsten Handeling:- Uitkomsten uitwerken en delen met samenwerkingspartner.

18

Page 19: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

KerstvakantieDonderdag7.01.2016

Samenvoegen

Donderdag14.01.2016

Inleveren Klaar maken zodat het onderzoek op tijd ingeleverd kan worden in de tentamenweek.

3.3 Randvoorwaarden

- Er is mogelijkheid om interviews voor te bereiden en af te nemen.- Er is mogelijkheid om met de medewerkers contact op te nemen en afspraken mee

te maken wanneer de interviews kunnen worden afgenomen.- Er is tijd voor feedback.- Er is mogelijkheid om de interviews uit te werken en er conclusies uit te trekken. - Er is mogelijkheid om de uitkomsten te verwerken.

Literatuurlijst

Alfa-college. (2015). Missie en visie. Geraadpleegd op 15 september 2015, vanhttp://www.alfa-college.nl/overons/paginas/missie-en-visie.aspx

Cultuurprofielschool. (2011). Digitale didactiek. Geraadpleegd op 13 oktober 2015, van http://www.cultuurprofielschool.nl/sites/default/files/cultuurprofelscholen/digitaledidactiek.pdf

Gemert van, J, Tuinen van, S en Gerrits, A. (2011) Digitaal cultuurportfolio. Geraadpleegd op 15 september 2015, van http://www.cultuur profielscholen.nl/sites /default/files/Digitaal %20 Cultuurportfolio_publ.pdf

Hondsrugcollege. (z.d.). Missie, uitgangspungten en doelstellingen. Geraadpleegd op 15 september 2015, van http://www.hondsrugcollege.nl/ouders/doelstellingen/

Onderwijsraad. (2008). Onderwijs en openleermiddelen. Geraadpleegd op 13 oktober 2015, van https://www.onderwijsraad.nl/upload/publicaties/273/documenten/onderwijs_en_open_leermiddelen.pdf

Onderwijsraad. (2008). Leermiddelen voor de 21e eeuw. Geraadpleegd op 13 oktober 2015, vanhttps://www.onderwijsraad.nl/upload/documents/publicaties/volledig/leermiddelen_voor_de_21e_eeuw.pdf

Rubens, W. (2013). E-learning: Trends en ontwikkelingen. Middelbeers: InnoDoks Uitgeverij

Stichting Kennisnet ICT op school. (2007). De school op digitale ontdekkingsreis: 150 ict-vraagstukken uit het basis- en voortgezet onderwijs. Zoetermeer: Kennisnet Ict op school.

19

Page 20: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

tvGeerts, W., & Kralingen, R. . (2011). Handboek voor leraren. Bussum: Coutinho.

Bijlage

Begrippenlijst

Cloud computingBewaar je bestanden niet langer op je persoonlijke computer maar op het internet zoals: mp3 bestanden, foto’s, teksten of video’s.

LaptopsVolwaardig alternatief voor de niet mobiele desktop.

TabletsEen laptop met beperkte software en touchscreen.

SmartphonesMobiele telefoon met meerdere functies dan alleen bellen of sms’en.

WeblogsPersoonlijke website waarmee de auteur een dagboek bijhoud.

PodcastingBij podcasting worden geluidbestanden gemaakt en via het internet bestrijd.

WikiHet is een online encyclopedie

RSSStaat voor Rich Site Summary en is een technologie die gebruikers helpt te voorkomen dat zij overspoeld worden met onrelevante informatie

Social bookmarkingJe kan bronnen opslaan op een openbare site zodat het kan delen.

Sociale netwerkenEen web based, platform om te communiceren met vrienden en vrienden van vrienden.

Online videoVideo dat online staat op publieke platform zoals youtube of vimeo.

QR-codesEen soort streepjescode die je met een mobiele apparaat kan scannen en je vervolgens verwijst naar het desbetreffende site zonder dat je het internet adres hoeft in te voeren.

Augmented realityBetekend eigenlijk toegevoegde realiteit.

Back channel

20

Page 21: D i g i t a l e c r e a t i v i t e i t - Web viewD i g i t a l e c r e a t i v i t e i t. Praktijkonderzoek NHL . Jaar 3, 2015-2016. Jet Akkerman . Studentnumer: 327034 . akke1304@student.nhl.nl.

Het een medium waarmee je de grenzen van fysieke leeractiviteiten kunt doorbreken zo kunnen mensen die niet in staat zijn om fysiek aanwezig te zijn toch aanwezig kunnen zijn via een back channel ( online aanwezig zijn ).

TwitterHet is een microblog.

ScreencastingMet behulp van screencast kun je de werking van een applicaties demonsteren, maar ook leerstof uitleggen.

Student response systemIs een applicatie waarmee je, net als met een back channel, de interactiviteit van klassikale instructies of hoorcolleges kunt vergroten.

WeblecturesHoorcolleges, lezingen en presentaties via internet kunnen uitzenden en of kunnen opnemen, om deze vervolgens in een besloten op vrij toegankelijke omgeving beschikbaar te stellen.

SkypeSkype is een populaire internettoepassing waarmee je kunt ( video ) bellen, chatten en documenten kunt delen.

Gesture-based computing en sensortechnologieBij gesture-based computing word sensortechnologie gebruikt om met behulp van je lichaam je computer te bedienen.

Serious gaming en simulatiesDit zijn games die speciaal voor educatieve doelen zijn ontwikkeld.

TelepresenceWord technologie gebruikt waarbij het lijkt of een persoon zich op een bepaalde plaats bevindt, terwijl deze in werkelijkheid op een andere plek fysiek aanwezig is.

Rubens, W. (2013). E-learning: Trends en ontwikkelingen. Middelbeers: InnoDoks Uitgeverij

21