Christelijke Hogeschool Windesheim - NVAO Windesheim hbo... · competentieontwikkeling op...

63
Christelijke Hogeschool Windesheim Executive Master of Business Administration © Netherlands Quality Agency (NQA) Oktober 2011

Transcript of Christelijke Hogeschool Windesheim - NVAO Windesheim hbo... · competentieontwikkeling op...

Christelijke Hogeschool Windesheim

Executive Master of Business Administration

© Netherlands Quality Agency (NQA)

Oktober 2011

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 2/63

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 3/63

Managementsamenvatting

Dit rapport is het verslag van het auditteam dat in opdracht van Netherlands Quality Agency

(NQA) een bestaande hbo-masteropleiding heeft beoordeeld. Het beschrijft de bevindingen,

overwegingen en conclusies. Het rapport is conform het NQA Protocol 2010

hbo-masteropleiding opgesteld.

De rapportage heeft betrekking op:

Instelling Christelijke Hogeschool Windesheim

Opleiding Executive Master of Business Administration

Variant Deeltijd, 2 jaar

Croho-nummer 70028

Locatie Zwolle

Auditdatum 31-8-2011

Auditteam Dhr. ing. J.C. de Jong (vakdeskundige, voorzitter)

Dhr. prof.dr. L.H.J. Verhoef (vakdeskundige)

Mevr. W.J. van Kats MBA (studentlid)

Mevr. M. Snel BHRM & BEd (NQA-auditor)

Mevr. C.A.J. van den Berg-Witsenboer BComn & BEd (NQA-auditor)

Door Christelijke Hogeschool Windesheim is een dossier ingediend bij NQA voor de

beoordeling van de bestaande hbo-masteropleiding Executive Master of Business

Administration. Bij de aanvraag werd door de instelling een kritische reflectie aangeboden

die naar vorm en inhoud voldeed aan de eisen die NQA in het NQA Protocol 2010

hbo-masteropleiding stelt.

Voor de beoordeling van de kwaliteit en het niveau van de bestaande opleiding heeft NQA

een auditteam samengesteld, dat voldoet aan de eisen van de NVAO. Het team heeft de

kritische reflectie bestudeerd en een bezoek aan de opleiding gebracht. De kritische reflectie

en alle overige (mondeling en schriftelijk) verstrekte informatie hebben het auditteam in staat

gesteld om tot een weloverwogen oordeel te komen.

Doelstellingen

De hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration van Hogeschool

Windesheim is een brede, multidisciplinaire opleiding met een internationale oriëntatie op het

gebied van bedrijfsprocessen en de besturing van organisaties. Met deze opleiding kunnen

managers en leidinggevenden doorgroeien naar meer strategische posities binnen

organisaties.

De opleiding hanteert relevante eindkwalificaties, die zijn gebaseerd op de internationale

AMBA-criteria, het domein weerspiegelen en aansluiten bij het niveau van een hbo-master.

De eindkwalificaties zijn opgesteld in samenspraak met de Raad van Advies en worden

periodiek geëvalueerd en aangescherpt. De opleiding profileert zich met een regionale focus.

De internationale oriëntatie kan meer aandacht krijgen. Met de Raad van Advies zorgt de

opleiding ervoor dat het programma een praktijkgerichte benadering houdt, met aandacht

voor toegepast onderzoek.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 4/63

Programma

De opleiding is in grote mate gericht op de actuele beroepspraktijk door het uitvoeren van

projecten in drie verschillende bedrijven/organisaties. De verplichte literatuur voor de

theoretische en praktisch kennis, bestaat uit standaardwerken. Het aandeel internationale

literatuur kan uitgebreid worden. Ook mist het auditteam literatuur over een aantal thema’s,

bijvoorbeeld leiderschap, inkoopmanagement en entrepeneurship. De cursisten komen in

voldoende mate in aanraking met toegepast onderzoek.

De inhoud van de opleiding sluit aan bij wat de cursist nodig heeft voor zijn

competentieontwikkeling op hbo-masterniveau. Het programma kent een logische opbouw.

Voor elke module zijn er leerdoelen geformuleerd, waarmee de cursisten de eindkwalificaties

kunnen bereiken. Het programma is samenhangend, met een duidelijke lijn. De drie modulen

in een semester sluiten aan bij het project dat de cursisten in groepen uitvoeren. Het gebruik

van vier leerlijnen draagt hier eveneens aan bij. Het programma is studeerbaar, gericht op

cursisten met een baan. Cursisten besteden gemiddeld vijftien tot twintig uur per week aan

de studie en voeren daarnaast opdrachten uit in hun eigen werk.

Bachelors en masters met een opleiding in Finance, Marketing of Management en

Organisatie worden toegelaten tot de MBA wanneer zij ten minste vijf jaar werkervaring

hebben, waarvan minimaal één jaar in een leidinggevende of managementpositie. Er is een

pre-MBA voor aspirant cursisten die geen economisch gerichte bacheloropleiding hebben

gevolgd. De opleiding voldoet met een programma van 67 EC aan de wettelijke eisen van 60

EC voor de studieduur.

De opleiding hanteert het principe van Double Loop Learning als didactisch uitgangspunt

voor het verwerven van de beoogde competenties. Via Double Loop Learning ontwikkelen

cursisten een creatief reflectief vermogen om problemen om te lossen. De structuur van

toetsing is duidelijk. Er zijn heldere antwoordmodellen en vaste beoordelingscriteria. De

feedback kan uitgebreider worden beschreven, zodat de beoordeling beter wordt

onderbouwd. De groepsopdrachten en de dissertatie worden door meer dan één docent

beoordeeld. Een extern gecommitteerde screent steekproefsgewijs de tentamens en de

beoordelingen van de dissertaties.

Personeel

De opleiding beschikt over gekwalificeerd personeel dat goed geschoold is om het

programma op het gewenste niveau te verzorgen. Alle docenten hebben een universitaire

opleiding afgerond en twee docenten zijn gepromoveerd. De docenten zijn op de hoogte van

de beroepspraktijk. Naast vaste docenten en externe docenten zet de opleiding structureel

gastsprekers in. Met de vaste docenten en externe docenten is er voldoende capaciteit. Er is

de afgelopen jaren geen lesuitval geweest. Studenten en alumni tonen zich erg positief over

de kennis van de docenten van de beroepspraktijk, de kwaliteit van de docenten en de

bereikbaarheid.

Voorzieningen

De huisvesting en de voorzieningen zijn toereikend om het programma voor deeltijdcursisten

te realiseren. Er zijn voldoende studieruimtes en de openingstijden zijn afgestemd op

deeltijdstudenten. Ook de digitale voorzieningen, waaronder de databases, zijn van goede

kwaliteit. De studiebegeleiding is afgestemd op volwassen deeltijdcursisten. Cursisten

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 5/63

reflecteren en hebben gesprekken met hun coach. Een kenmerk van de opleiding is de

sterke groepsbinding, wat de cursisten erg op prijs stellen. De cursisten zijn daarnaast

tevreden over de informatievoorziening, digitaal via Blackboard en op papier via het

handboek.

Kwaliteitszorg

De opleiding evalueert het onderwijs door middel van semesterevaluaties over diverse

onderwerpen en door overleg met studenten en docenten. Voor de evaluaties heeft de

opleiding een streefnorm vastgesteld. Er zijn verbeteringen doorgevoerd naar aanleiding van

semesterevaluaties en de opmerkingen van studenten daarin. Ook zijn er verbeteringen

geweest na de vorige visitatie. De kwaliteitszorg van de opleiding vindt voornamelijk

informeel plaats. Er kan meer worden gedocumenteerd.

De opleiding betrekt cursisten, docenten, alumni en het beroepenveld bij de kwaliteitszorg

van de opleiding. Het contact met de alumni vindt het auditteam een sterk punt.

Resultaten

De cursisten sluiten de opleiding af met een individueel onderzoek in de eigen organisatie.

De vijftien dissertaties die door het auditteam zijn geselecteerd en bestudeerd, getuigen van

hbo-masterniveau. De onderzoeken zijn goed uitgevoerd en de afgestudeerden gebruiken

relevante (internationale) literatuur. Het werkveld en de alumni zijn tevreden over het

bereikte niveau. Het onderwijsrendement is hoog. De doorstroom van eerste naar het

tweede jaar is gemiddeld 97 procent en de uitstroom met diploma, na maximaal vier jaar, is

zelfs honderd procent.

Alles overziend komt het auditteam van NQA tot de conclusie dat de kwaliteit en het niveau

van de bestaande hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration van

Christelijke Hogeschool Windesheim aan de vereiste basiskwaliteit voldoet. Een

onderbouwing van deze conclusie is opgenomen in hoofdstuk 2.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 6/63

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 7/63

1 Basisgegevens 9

2 Beoordeling 11

2.1 Doelstellingen van de opleiding 11

2.2 Programma 15

2.3 Inzet van personeel 26

2.4 Voorzieningen 30

2.5 Interne kwaliteitszorg 32

2.6 Resultaten 35

3 Bijlagen 39

Bijlage 1 Deskundigheden auditteam 41

Bijlage 2 Onafhankelijkheidsverklaring auditteam 47

Bijlage 3 Bezoekprogramma 51

Bijlage 4 Bijlagen zelfevaluatie en ter inzage gelegd materiaal 55

Bijlage 5 Domeinspecifieke referentiekader en opleidingscompetenties 61

Bijlage 6 Schema opleidingsprogramma 63

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 8/63

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 9/63

1 Basisgegevens

De basisgegevens van de bestaande hbo-masteropleiding Executive Master of Business

Administration zijn in onderstaande tabel weergeven.

1. Naam instelling Christelijke Hogeschool Windesheim

2. Status instelling Bekostigd (de MBA is niet bekostigd)

3. Naam opleiding in CROHO Executive Master of Business Administration (MBA)

4. Registratienummer in CROHO Brin: 01VU / Isat:70028

5. Oriëntatie en niveau Hbo-master

6. Aantal studiepunten 67 EC

7. Locatie Zwolle

8. Code of conduct Ja

9. Variant Deeltijd

10. Inhoudelijk profiel opleiding De MBA is een executive managementopleiding voor

mensen met werk- en leidinggevende ervaring die door

willen groeien naar een strategische management

positie. De opleiding wil door het leerprincipe van de

Double Loop Learning cursisten middels nieuwe en

onzekere situaties stimuleren tot creatieve nieuwe

oplossingen. De opleiding onderscheidt zich door een

sterke regionale focus, een rode draad van consultancy

opdrachten in het curriculum waaraan een persoonlijk

ontwikkeltraject en toegepast onderzoek zijn gekoppeld,

een brede instroom met maximaal twee cursisten per

branche en groepsprojecten in verschillende branches

om verschillende bedrijfsculturen te leren kennen.

Cursisten ronden de opleiding af door het uitvoeren van

een opdracht en een implementatietraject van een

verandervoorstel bij de eigen organisatie.

11. Beoogd werkveld alumni De MBA is een deeltijdopleiding voor managers uit een

(vak-) discipline die willen doorgroeien naar een

algemeen lijnmanagement positie (een leidinggevende).

De MBA opleiding richt zich op een mix van managers

uit profit, non-profit, overheid en zakelijke

dienstverlening.

12. Plaats opleiding in organisatie-

structuur hogeschool

School of Business & Economics

13. Jaar vorige visitatie en datum

besluit NVAO

Vorige visitatie: mei 2005

Besluit NVAO: november 2006

14. Belangrijkste wijzigingen in

opleiding sinds vorige visitatie

De opleiding is van 60 naar 67 EC gegaan, middels de

volgende modules, om nieuwe trends in management te

kunnen vertalen naar het programma:

Outdoor Training, Management game, Coaching,

Presentatie training, Research methods, Sustainability,

International Academic Management congres.

15. Schema opbouw programma Zie bijlage 6

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 10/63

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 11/63

2 Beoordeling

Het auditteam komt samenvattend tot het volgende oordeel over de opleiding:

Onderwerp Oordeel Facet Oordeel

1 Doelstellingen P 1.1 Domeinspecifieke eisen

1.2 Niveau

1.3 Oriëntatie hbo

Voldoende

Goed

Goed

2 Programma P 2.1 Eisen hbo

2.2 Relatie doelstellingen – programma

2.3 Samenhang programma

2.4 Studielast

2.5 Instroom

2.6 Duur

2.7 Afstemming vormgeving – inhoud

2.8 Beoordeling en toetsing

Voldoende

Goed

Goed

Goed

Goed

Voldaan

Goed

Goed

3 Inzet personeel P 3.1 Eisen hbo

3.2 Kwantiteit

3.3 Kwaliteit

Goed

Goed

Goed

4 Voorzieningen P 4.1 Materiële voorzieningen

4.2 Studiebegeleiding

Goed

Goed

5 Interne kwaliteitszorg P 5.1 Evaluatie resultaten

5.2 Maatregelen verbetering

5.3 Betrokkenheid

Goed

Voldoende

Goed

6 Resultaten P 6.1 Gerealiseerd niveau

6.2 Onderwijsrendement

Goed

Goed

Het auditteam stelt vast dat de kwaliteit en het niveau van de bestaande hbo-masteropleiding

Executive Master of Business Administration van Christelijke Hogeschool Windesheim

(verder: Windesheim) aan de vereiste basiskwaliteit voldoet en adviseert de NVAO positief

ten aanzien van de accreditatie van deze opleiding.

Het auditteam beschrijft in de volgende paragrafen per onderwerp en per facet van het

NVAO beoordelingskader de bevindingen, overwegingen en conclusies. Elke paragraaf sluit

af met een samenvattend oordeel op onderwerpniveau.

2.1 Doelstellingen van de opleiding

Domeinspecifieke eisen (facet 1.1)

De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse)

vakgenoten en de beroepspraktijk gesteld worden aan een opleiding in het betreffende

domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk).

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 12/63

Bevindingen

• De hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration van Windesheim is

een brede, multidisciplinaire opleiding met een internationale oriëntatie op het gebied van

bedrijfsprocessen en de besturing van organisaties. Met deze opleiding kunnen

managers en leidinggevenden doorgroeien naar meer strategische posities binnen

organisaties.

• De eindkwalificaties van de opleiding bestaan uit veertien eindkwalificaties zoals

bijvoorbeeld ‘Integraal kunnen denken betreffende algemeen en strategisch

management’, ‘Goed begrip van management en organisatie en impact van variabelen

op organisatie’ en ‘Goed kunnen presenteren en debatteren’ (zie bijlage 5). De MBA kent

geen landelijk beroeps- en opleidingsprofiel. De eindkwalificaties zijn in 2005 door de

MBA-coördinator opgesteld in overleg met de Raad van Advies (RvA) en vastgelegd in

het MBA Handbook. In het voorjaar van 2010 heeft de RvA de eindkwalificaties nogmaals

gevalideerd. In samenspraak met de RvA zijn de eindkwalificaties aangescherpt en is de

kwalificatie ‘Voldoende managementkennis rond duurzaamheid’ toegevoegd. Het

auditteam is positief over de inhoud van de eindkwalificaties, deze zijn passend voor het

domein. In de formulering kunnen de eindkwalificaties verder uitgewerkt worden, aldus

het auditteam.

• De eindkwalificaties zijn getoetst aan de internationale AMBA-eisen. De opleiding geeft

de eisen van de AMBA-criteria in vergelijking met de NVAO-criteria op een aantal

facetten weer in een tabel in het zelfevaluatierapport. Het auditteam constateert dat de

opleiding hiermee de doelstellingen en het programma vergelijkt met de internationale

AMBA-eisen en hieraan voldoet.

• De doelstellingen en het beroepsprofiel worden jaarlijks getoetst tijdens de

bijeenkomsten van de Raad van Advies en bij docentenvergaderingen en

cursistenevaluaties. De RvA bestaat uit mensen uit het beroepenveld en de academische

wereld en de voorzitter van de alumnivereniging. Het auditteam is positief over de

samenstelling van de Raad van Advies en constateert dat de raad twee keer per jaar bij

elkaar komt. Het auditteam heeft notulen ingezien en stelt vast dat er onder meer is

gesproken over de positionering van de MBA, internationalisering, mogelijke hiaten in het

onderwijsprogramma en de eindkwalificaties.

• De hogeschool heeft de MBA in1994 als franchise overgenomen van de University of

Hertfordshire in Groot Brittannië. Daardoor heeft de MBA een internationaal

referentiekader. In 2002 is de samenwerking met Hertfordshire beëindigd. Er is geen

formeel contact meer met Hertfordshire en met Hogeschool Arnhem en Nijmegen

(waarmee de hogeschool aanvankelijk de MBA startte). Er zijn wel nieuwe contacten met

andere MBA opleidingen, zoals van TSM Business School, Nyenrode en de Vrije

Universiteit. Deze contacten zijn bedoeld voor overleg over de inhoud van de MBA en

voor het uitwisselen van gastsprekers.

• De MBA onderscheidt zich volgens de opleiding van andere MBA’s in Nederland door

een sterke regionale focus, een rode draad van consultancy-opdrachten in het

curriculum, een brede instroom met maximaal twee cursisten per branche,

groepsprojecten in verschillende branches om verschillende bedrijfsculturen te leren

kennen, Double Loop Learning (zie facet 2.7) en (groeps)coaching. Het auditteam stelt

vast dat de opleiding zich met de regionale focus en het gebruik van Double Loop

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 13/63

Learning profileert. Wel constateert het auditteam dat er tussen de internationale

oriëntatie en de sterke regionale focus een spanningsveld ontstaat, aangezien de

opleiding zich profileert met een regionale insteek, maar tevens een internationale

oriëntatie wil blijven behouden. Het auditteam constateert dat de samenwerking met

MBA’s in Engeland en Hongarije niet is gecontinueerd en dat er geen sprake is van een

programmavergelijking met buitenlandse programma’s. De opleiding is geleidelijk aan

overgestapt op meer Nederlandstalig onderwijs om te zorgen voor meer diepgang. De

internationale component, die nu voornamelijk is geconcentreerd in vakken in het derde

semester en in het Internationale Management Congres in Amerika, dat pas sinds dit jaar

verplicht is gesteld, zou naar mening van het auditteam versterkt moeten worden voor de

beoogde internationale focus, zonder af te doen aan de regionale insteek.

Overwegingen

Het auditteam stelt vast dat de opleiding relevante eindkwalificaties hanteert, die gebaseerd

zijn op de internationale AMBA-criteria en het domein weerspiegelen. De eindkwalificaties

zijn opgesteld in samenspraak met de Raad van Advies en worden periodiek geëvalueerd en

aangescherpt. Wel zouden de eindkwalificaties concreter geformuleerd kunnen worden.

De opleiding heeft een duidelijke profilering door te kiezen voor een regionale focus. Het

auditteam beoordeelt deze focus positief, maar is van mening dat de internationale oriëntatie

meer aandacht zou kunnen krijgen.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel voldoende.

Niveau master (facet 1.2)

De eindkwalificaties van de opleiding sluiten aan bij algemene, internationaal geaccepteerde

beschrijvingen van de kwalificaties van een master.

Bevindingen

• De opleiding toetst de eindkwalificaties aan de Dublin descriptoren en aan de

internationale AMBA-eisen. De opleiding heeft een vergelijking gemaakt met de relevante

kaders. Het auditteam stelt vast dat de eindkwalificaties van de opleiding aansluiten op

de internationale kaders van de AMBA.

• In het zelfevaluatierapport geeft de opleiding een vergelijking met het bachelorniveau.

Het gaat dan bijvoorbeeld om state of art kennis van en dieper inzicht in de vakgebieden

en beter onderzoek doen door case studies binnen een methodologische verankering.

• Afgestudeerden van de MBA moeten in staat zijn om binnen hun beroepspraktijk

complexe, multidisciplinaire problemen in onbekende, nieuwe omstandigheden te leiden

en op te lossen. De oplossingsstrategieën die hiervoor moeten worden gehanteerd

overtreffen het bachelorniveau. Afgestudeerden moeten methodisch en gedisciplineerd

kunnen werken.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 14/63

Overwegingen

Het auditteam stelt vast dat de eindkwalificaties van de opleiding aansluiten bij de eisen die

worden gesteld aan een hbo-masteropleiding. Daarnaast constateert het auditteam dat de

opleiding voldoet aan de internationale AMBA-eisen.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel goed.

Oriëntatie hbo master (facet 1.3)

De eindkwalificaties zijn mede ontleend aan de door (of in samenspraak met) het relevante

beroepenveld opgestelde beroepsprofielen en/of beroepscompetenties.

Een hbo-master heeft de kwalificaties voor het niveau van zelfstandig en/of leidinggevend

beroepsbeoefenaar in een beroep of spectrum van beroepen, dan wel het niveau van het

functioneren in een multidisciplinaire omgeving waarin een hbo-opleiding vereist of dienstig

is.

Bevindingen

• Het beroepenveld wordt bij het tot stand komen van de eindkwalificaties betrokken via de

Raad van Advies en door contacten van de opleiding met verschillende bedrijven. Tijdens

de bijeenkomsten van de Raad van Advies, de alumnibijeenkomsten en de

groepsprojecten bij bedrijven wordt het beroepsprofiel getoetst. De opleiding wil een

executive MBA zijn voor managers uit de praktijk, om zich te onderscheiden van een

WO-master waarbij geen bedrijfservaring en managementervaring nodig is.

• De MBA is er op gericht om afdelingsmanagers (in het MKB) voor te bereiden op een

algemeen management functie op (hoger) strategisch niveau. De opleiding is

brancheoverstijgend. De doelgroep en de praktijkgerichtheid zorgen ervoor dat het

programma bewust opleidt tot een professionele master. De opleiding is een executive

managementopleiding, waarbij werkervaring en leidinggevende ervaring nodig is, omdat

de beroepspraktijk centraal staat in de opleiding. De werkervaring is nodig om de

beroepssituaties te kunnen analyseren en de verbetervoorstellen te kunnen

implementeren. Het opleidingsmanagement geeft in het gesprek met het auditteam aan

dat het bedrijfsleven behoefte heeft aan een toegepaste MBA. Er is van binnen en buiten

de opleiding druk voor een meer wetenschappelijke benadering. In samenspraak met de

Raad van Advies, waarin ook leden uit de academische wereld zitten, bewaakt de

opleiding de grens tussen een hbo-master MBA, met toegepast onderzoek, en een

WO-master MBA. Het auditteam vindt dit positief.

• Het auditteam constateert dat de opleiding MBA’ers opleidt die een brede en integrale

kennis van strategie en bedrijfsprocessen hebben, zodat zij ook op interdisciplinair

niveau met collega's en ondergeschikten effectief kunnen communiceren (integraal

management). De afgestudeerde is in staat om op managementteamniveau te opereren

en is onderzoeksvaardig (een onderzoekend vermogen op MBA-niveau). Een MBA-

afgestudeerde is in staat om zelfstandig kennis te verwerven, strategisch inzicht te

ontwikkelen, op toepassing van kennis gericht onderzoek uit te voeren, complexe

problemen te analyseren en kan een strategische visie communiceren. Ten slotte weet

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 15/63

de afgestudeerde om te gaan met weerstanden om strategische oplossingen te kunnen

implementeren.

• Het werkveld is tevreden over de inhoud en het niveau van de opleiding en de aansluiting

van de opleiding op de praktijk, zo geeft zij aan in het gesprek met het auditteam.

Afgestudeerden zijn direct inzetbaar, omdat zij tijdens de studie in de praktijk werken. Het

werkveld vindt dat afgestudeerden snel nuttig zijn voor het bedrijf.

Overwegingen

Het auditteam stelt vast dat de opleiding de eindkwalificaties in samenspraak met de Raad

van Advies heeft opgesteld. De opleiding is een praktijkgerichte MBA, waarbij de

beroepspraktijk centraal staat. Met de Raad van Advies zorgt de opleiding ervoor dat het

programma een praktijkgerichte benadering houdt met aandacht voor toegepast onderzoek.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel goed.

Samenvattend oordeel Doelstellingen van de opleiding

Alle facetten zijn ten minste met een voldoende beoordeeld en daarmee is het onderwerp

‘Doelstellingen van de opleiding’ positief.

2.2 Programma

Eisen hbo (facet 2.1)

Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats via vakliteratuur, aan de beroepspraktijk

ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk en/of (toegepast)

onderzoek.

Het programma heeft aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het

vakgebied/de discipline.

Het programma waarborgt de ontwikkeling van beroepsvaardigheden en heeft aantoonbare

verbanden met de actuele beroepspraktijk.

Bevindingen

• Kennisontwikkeling vindt plaats via het zogenoemde Double Loop Learning. De opleiding

schrijft in het zelfevaluatierapport dat er bij Double Loop Learning een kritische

beschouwing is op de theoretische vooronderstellingen. Wanneer aan deze

vooronderstellingen van theorieën iets wijzigt, dan is de uitwerking van de theorie op de

praktijk anders. Dit in tegenstelling tot de Single Loop Learning, waarbij theorie

rechtstreeks wordt toegepast op de beroepspraktijk. Vanuit het leerprincipe van de

Double Loop Learning wordt de kennis ontwikkeld in vier leerlijnen (integrale,

conceptuele, vaardigheden en reflectieve leerlijn). Zie verder facet 2.7.

• De vakliteratuur zorgt voor diepgang van de conceptuele leerlijn. De docenten zijn

verantwoordelijk voor een goede afstemming van de vakliteratuur met de beroepspraktijk.

Zij actualiseren jaarlijks het lesmateriaal en maken tijdens colleges gebruik van recente

artikelen uit bijvoorbeeld vaktijdschriften. De literatuurlijst is opgenomen in het MBA

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 16/63

Windesheim Handbook Course 2010-2011. Het auditteam heeft de literatuur ingezien en

stelt vast dat de opleiding standaardwerken gebruikt en geen state of the art, zoals de

opleiding aangeeft. Het auditteam miste in de literatuurlijst literatuur over leiderschap,

inkoopmanagement en entrepeneurship. Ten opzichte van andere MBA-opleidingen is

het aandeel Nederlandstalige literatuur groot, aldus het auditteam. Ook in de literatuur

die de cursisten gebruiken zag het auditteam traditionele literatuur, veelal

Nederlandstalig. De docenten bevestigen dat het Nederlandse aandeel in de literatuur

groeit. Omdat Engelstalige literatuur lezen en opdrachten en scripties in het Engels

schrijven veel tijd kost, kiest de opleiding ervoor om een groot deel Nederlandstalig te

houden, zodat er meer ruimte voor diepgang is. Sinds dit jaar is deelname aan een

International Academic Management Congres in Amerika verplicht. Dit congres is jaarlijks

in de VS en biedt verschillende seminars, zodat cursisten in aanraking komen met de

state of the art management literatuur op hun vakgebied. De vaardigheid in het opzoeken

van literatuur kunnen zij gebruiken in hun dissertatie.

• Internationalisering vindt plaats door het deelnemen aan het internationale congres en

door de vakken in het derde semester, zoals International Business, Marketing en

Corporate Government. Daarnaast besteden de docenten in de overige vakken aandacht

aan de internationale oriëntatie van bedrijfsprocessen en besturing van organisaties door

voorbeelden aan te dragen en door het inbrengen van casuïstiek.

• De opleiding speelt in op veranderingen in de werkomgeving (internationaal opereren,

technologische ontwikkelingen, innovatieve informatiesystemen, veranderingen in

infrastructuur) door onderwijsvernieuwingen, verandermanagement, groepsprocessen,

projectwerk, gastlectoren en internationalisatie. Ook wordt door de inbreng van

werkervaring van cursisten het onderwijs beïnvloed. Elke zevende les van een module is

een gastcollege verzorgd door lectoren en gastsprekers. Daarmee komen

praktijkonderzoek en actuele theoretische ontwikkelingen aan de orde. De opleiding kiest

voor academische sprekers om te zorgen voor een academische borging. Het auditteam

herkent dit. Wel zijn deze gastcolleges praktisch gericht. Zo worden bijvoorbeeld de

wetenschappelijke theorieën van HRM-beleid behandeld en de toepassing van

beleid/theorie in praktijk en niet alléén de wetenschappelijke theorieën. Voorbeelden van

gastcolleges zijn ‘Environment of International Business/China Institute, Consumenten en

Innovatie, Inkoopmanagement, Financieel management en Teamwerk’. Actuele

ontwikkelingen komen verder in het programma door recente artikelen uit vaktijdschriften

en door de projectopdrachten van cursisten. Een voorbeeld van een actueel onderwerp

dat in de colleges aan bod komt, is de kredietcrisis en de rationaliteit van denken. De

kredietcrisis wordt beschouwd vanuit verschillende economische invalshoeken. Ook heeft

het auditteam in de tentamens actuele cases aangetroffen uit 2009, 2010 en 2011.

• Cursisten voeren elk semester projectopdrachten uit. Dit zijn praktijkopdrachten of

onderzoeksopdrachten. Alle potentiële projectopdrachten worden door de MBA-

coördinator bekeken op diepgang, haalbaarheid en begeleiding vanuit het bedrijf. De

opleiding stuurt een bevestigingsbrief naar de bedrijven, waarin staat wat er van het

bedrijf wordt verwacht.

• Bij de groepsprojecten worden cursisten uit diverse beroepsgroepen (profit, non-profit en

overheid) samengevoegd om een kruisbestuiving te krijgen tussen de bedrijfssituaties en

de werkervaring. De cursisten moeten in drie verschillende bedrijven/organisaties

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 17/63

groepsprojecten uitvoeren, die gericht zijn op een real-life bedrijfssituatie. De

samenstelling van de groep wisselt elk project, zo melden de cursisten. De projecten

worden uitgevoerd onder begeleiding van docenten en een praktijkbegeleider van het

betreffende bedrijf. In een projectopdracht wordt de theoretische en praktische kennis die

is opgedaan tijdens de lessen geïntegreerd. De projectvoering wordt geformuleerd aan

de hand van een projectopdracht waarin de doelstellingen en eisen beschreven staan.

• De cursist ontwikkelt beroepsvaardigheden door de opzet van de opleiding waarin de

cursist naast zijn baan in het werkveld de studie volgt en zo de verworven kennis weer

inbrengt in dit werkveld.

• De opleiding geeft voor het aanleren van leiderschapscompetenties een Outdoor

Training. Cursisten krijgen verschillende opdrachten om hun eigen leiderschapsstijl

verder te ontwikkelen. Bij het ontwikkelen van leiderschapscompetenties test de opleiding

de studenten ook aan de hand van een MBTI-test (persoonlijkheidstest) en een BELBIN

nulmeting (teamrollentest), waarna de student een persoonlijk ontwikkelingsplan schrijft.

Hierop volgt een coachingstraject.

• Onderzoek speelt een grote rol in de opleiding, omdat theoretische inzichten getoetst

moeten worden aan de praktijk. In de module Research Methods die gedurende de

gehele opleiding wordt gegeven, besteedt de opleiding aandacht aan de opbouw van de

projecten als voorbereiding op de dissertatie (het eindproduct). Het gaat bijvoorbeeld om:

de probleemstelling, logische redeneringen, kwantitatief en kwalitatief onderzoek en

literatuur onderzoek. Wat de cursisten leren in deze module kunnen zij toepassen in de

groepsprojecten en in het eindproduct, de dissertatie.

• De opleiding wordt afgesloten met de dissertatie, gebaseerd op een onderzoek in de

eigen organisatie. Doel is om te komen tot een originele, innovatieve en haalbare

oplossing voor een praktijkgericht probleem (zie facet 2.8 en 6.1). Vanuit het

Kenniscentrum onderzoek met de lectoraten Strategisch Inkoopmanagement,

Familiebedrijven en Duurzaam ondernemen komt onderzoek terug in de opleiding. Dit

gebeurt door de lectoren die als gastdocenten optreden en via de literatuur.

• De cursisten zijn in semesterevaluaties tevreden over de mate waarin de literatuur

aansluit bij de module en waarderen dit met een 7,6.

Overwegingen

Op grond van de bestudeerde documentatie en de gevoerde gesprekken stelt het auditteam

vast dat de opleiding in grote mate gericht is op de beroepspraktijk door het uitvoeren van de

projecten in drie verschillende bedrijven/organisaties van medecursisten en door het

verrichten van opdrachten in de eigen beroepspraktijk van de cursist. Voor de uitvoering van

de opdrachten heeft de cursist de theoretische en praktische kennis uit de lessen nodig. De

literatuur die de opleiding hiervoor hanteert, bestaat uit standaardwerken. Het aandeel

internationale literatuur kan naar mening van het auditteam worden uitgebreid. Ook mist het

auditteam in de literatuurlijst literatuur over een aantal thema’s, bijvoorbeeld leiderschap,

inkoopmanagement en entrepeneurship. De cursisten komen in voldoende mate in

aanraking met toegepast onderzoek. Het auditteam heeft voorbeelden van actuele

ontwikkelingen teruggezien in het programma en de toetsen. Dat het internationale congres

dit jaar verplicht is gesteld, vindt het auditteam een goede ontwikkeling.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 18/63

Conclusie

Het auditteam komt op basis van bovenstaande overwegingen met daarin kanttekeningen

over de literatuur tot het oordeel voldoende.

Relatie doelstellingen en inhoud programma (facet 2.2)

Het programma is een adequate concretisering van de eindkwalificaties, qua niveau,

oriëntatie en domeinspecifieke eisen.

De eindkwalificaties van de doelstellingen zijn adequaat vertaald in leerdoelen van

(onderdelen van) het programma.

De inhoud van het programma biedt studenten de mogelijkheden om de geformuleerde

eindkwalificaties te bereiken op master niveau.

Bevindingen

• In het MBA Windesheim Handbook Course 2010-2011 heeft de opleiding de

eindkwalificaties per module uitgewerkt in course information forms. Hierin zijn de

vakinhoud, leerdoelen en literatuur per module opgenomen. In de Project instructions

komen de eindkwalificaties per groepsproject aan de orde. Het auditteam heeft gezien

dat de leerdoelen voor elke module zijn geformuleerd als learning outcomes. Deze zijn

niet direct gerelateerd aan één of meer eindkwalificaties, maar inhoudelijk wel zichtbaar

verwant aan de gestelde eindkwalificaties.

• De vier semesters binnen de opleiding hebben een inhoudelijke opbouw. In het eerste

semester zijn er modulen met een groepsproject rond de analyse van de huidige situatie,

daarna rond verandervoorstellen. Vervolgens is er een zomerprogramma met een

internationaal management congres en Outdoor Training. In het derde semester zijn er

drie modulen met een groepsproject rond groei en internationalisering. De opleiding sluit

af met een vierde semester met drie modulen rond de implementatie van de

verandervoorstellen in de eigen organisatie.

• In een tabel in het zelfevaluatierapport toont de opleiding aan dat iedere eindkwalificatie

wordt ontwikkeld in minimaal twee, maar vaker in negen of meer modulen.

• De opleiding heeft het MBA-programma getoetst aan de AMBA-eisen en heeft dit

weergegeven in een tabel in het zelfevaluatierapport. Hieruit blijkt dat de modulen uit het

programma de inhoudelijke eisen die de AMBA stelt aan het programma dekt.

• De opleiding werkt aan uitstroomprofielen voor Health, Education en Technique om meer

domeinspecifieke eisen mee te kunnen nemen in de eindkwalificaties. Het

opleidingsmanagement geeft aan dat de opleiding een integrale managementopleiding

blijft, maar dat het programma dan dertig procent ruimte heeft voor de invulling van een

vakgebied. De keuze voor een uitstroomprofiel zal voornamelijk in de dissertatie tot uiting

komen.

Overwegingen

Het auditteam stelt vast dat de inhoud van de opleiding aansluit bij wat de cursisten nodig

hebben voor hun competentieontwikkeling op hbo-masterniveau. Het programma kent een

logische opbouw. Voor elke module zijn er leerdoelen geformuleerd, waarmee de cursisten

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 19/63

de eindkwalificaties kunnen bereiken. De inhoud van het programma voldoet daarnaast aan

de AMBA-eisen.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel goed.

Samenhang in opleidingsprogramma (facet 2.3)

Studenten volgen een inhoudelijk samenhangend opleidingsprogramma.

Bevindingen

• De opleiding biedt een inhoudelijk samenhangend programma aan door inhoudelijke

afstemming binnen de semesters. Dit gebeurt door de groepering van modulen en de

directe koppeling van theorie aan praktijk. Tijdens de modulen staan de achterliggende

theorie en methodes centraal. Groepsprojecten lopen als rode draad door de opleiding

en langs de theorie. In de groepsprojecten worden de eindkwalificaties geleerd en

gedemonstreerd. Er is afstemming tussen de semesters onderling door de projecten in

moeilijkheidsgraad op elkaar aan te laten sluiten.

• In elk semester is er een project geprogrammeerd. De drie modulen staan thematisch in

verband met het project. In het eerste jaar hebben de modulen een extern gericht vak,

een intern gericht vak en een mensgericht vak.

• De semesters sluiten op elkaar aan (van de analyse van de huidige situatie, via

verandervoorstellen en groeiscenario’s naar implementatie).

• De modulen Research Methods, Personal Development Plan en Presentation

Techniques lopen door de hele opleiding heen.

• Samenhang wordt ook gerealiseerd door het gebruik van de vier leerlijnen (zie facet 2.7).

Cursisten ontwikkelen de eindkwalificaties a tot en met c in de integrale leerlijn, in de

conceptuele leerlijn eindkwalificaties d tot en met k, l en m in de vaardigheden leerlijn en

n in de reflectieve leerlijn. De eindkwalificaties zijn opgenomen in bijlage 5.

• De borging van de samenhang gebeurt door docenten, die een gezamenlijke

verantwoordelijkheid hebben voor de modulen en het project binnen elk semester. De

MBA-coördinator is de verbindende schakel.

• Uit evaluaties blijkt dat cursisten vinden dat de MBA een samenhangend programma

aanbiedt. Cursisten zijn tevreden over de samenhang tussen theorie en project (7,4

Semesterevaluaties). De cursisten waarderen de integratie van de vakken in een project

met een 7,3. De opleiding geeft aan dat cursisten het eerste semester lastig vinden,

vanwege onzekerheidsfactoren (die de opleiding er bewust heeft ingebouwd om Double

Loop Learning te oefenen).

Overwegingen

Het auditteam stelt vast dat de opleiding een samenhangend programma aanbiedt met een

duidelijke lijn. De cursisten ontwikkelen zich in stappen, van een analyse van de huidige

situatie tot en met de implementatie. De drie modulen in een semester sluiten aan bij het

project dat de cursisten in groepen uitvoeren. Het gebruik van de vier leerlijnen draagt

eveneens bij aan de samenhang binnen het programma. Afgezien van het eerste semester

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 20/63

waarin de cursisten moeten wennen aan de manier van leren, zijn de cursisten positief over

de samenhang in de opleiding.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel goed.

Studielast (facet 2.4)

Het programma is studeerbaar doordat factoren, die betrekking hebben op dat programma

en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen.

Bevindingen

• De opleiding bestaat uit vier semesters (15 EC) van elk drie modulen en een project.

Daarnaast lopen er drie modulen (research methods, presentation techniques en

Personal Development Plan/coaching) door de hele opleiding.

• In een tabel in het zelfevaluatierapport toont de opleiding de studiepunten, de

studiebelastinguren, de contacturen en de zelfstudie-uren per module of per project.

Contacturen zijn de uren die cursisten besteden in de onderwijsmodules, in

groepsprojecten die direct worden aangestuurd door docenten of aan bedrijfsbezoeken.

Het aantal contacturen varieert van12 tot 29 uur per module en 53 uur voor een project

(per semester). Per week heeft de student acht contacturen.

• De programmaplanning is afgestemd op cursisten die de opleiding naast hun baan

volgen. De wekelijkse bijeenkomsten zorgen voor continuïteit. De afwisseling van

colleges (drie disciplines per semester en twee disciplines per lesdag) en de afwisseling

in werkvormen (colleges, gastcolleges, projectondersteuning, groepswerk en individueel

werk aan de projecten) bevorderen de studeerbaarheid van het programma.

• De cursisten met wie het auditteam sprak, vinden het moeilijk om aan te geven hoeveel

uur zij per week aan de studie besteden. Het hangt af van de periode en daarnaast zijn

studie en werk vaak met elkaar verweven, zo melden de cursisten. Zij komen op een

gemiddelde gerealiseerde studielast van vijftien à twintig uur per week en daarnaast zijn

cursisten vaak tijdens hun werk bezig met de uitvoering van opdrachten. Door

onderwijsevaluaties en tussentijdse evaluatiegesprekken vindt meting plaats van de

gerealiseerde studielast. Waar nodig wordt dit aangepast.

• De opleiding zorgt voor een goede studievoortgang door begeleiding, een

coachingstraject met een docent en voortgangsgesprekken met de MBA-coördinator.

Daarnaast zorgen de projectopdrachten in groepsverband voor studievoortgang. De

cursisten en de alumni menen dat de sterke groepsbinding ervoor zorgt dat de cursisten

minder problemen ondervinden met de studievoortgang. Cursisten steunen elkaar tijdens

het uitvoeren van projecten en bij eventuele moeilijke momenten. De cursisten geven ook

aan dat iedereen bij alle bijeenkomsten aanwezig is. Dit samen zorgt ervoor dat er bijna

geen afvallers zijn.

• De tentamens zijn na de groepsopdrachten geplaatst in een tentamenperiode. Jaarlijks

kunnen tentamens twee maal afgelegd worden. Er zijn herkansingen voor tentamens,

projecten, trainingen. Cursisten kunnen elk tentamen één keer herkansen. Het hoogste

cijfer wat de cursist dan kan halen is een 6. De opleiding kiest hiervoor om te stimuleren

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 21/63

dat cursisten aan het eerste tentamen deelnemen en deze niet overslaan. Een studente

met wie het auditteam sprak, vindt het terecht dat een herkansing niet hoger wordt

beloond. Cursisten krijgen wel hun eigenlijke resultaat/cijfer te zien.

• De opleiding geeft aan dat er sinds 2007 geen enkele lesuitval is geweest.

• Cursisten zijn positief over de organisatie van de modulen (7,3 in semesterevaluaties).

Overwegingen

Het auditteam stelt op basis van de documentatie en de gesprekken vast dat de opleiding

een studeerbaar programma aanbiedt dat is gericht op cursisten met een baan. Cursisten

besteden gemiddeld vijftien tot twintig uur per week aan de studie, maar omdat de opleiding

en het werk met elkaar verweven zijn, is het niet eenvoudig om het exacte aantal bestede

uren te noemen. Het auditteam concludeert dat de cursisten door de sterke groepsband het

zware programma kunnen uitvoeren. Niet alleen de opleiding bevordert de studievoortgang,

maar ook de cursisten onderling.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel goed.

Instroom (facet 2.5)

Het programma sluit qua vorm en inhoud aan bij de kwalificaties van de instromende

studenten: bacheloropleiding en eventueel (inhoudelijke) selectie.

Bevindingen

• Aspirant-cursisten zijn toelaatbaar tot de opleiding met een hbo-bachelor of WO-diploma

of als zij door vervolgonderwijs en aantoonbare werkervaring in het werkveld dit niveau

hebben bereikt. Daarnaast moeten aankomende cursisten minimaal vijf jaar werkervaring

hebben, waarvan één jaar in een leidinggevende- of managementpositie. Cursisten

kunnen instromen in de opleiding als zij beschikken over een relevante vooropleiding met

Finance, Marketing en Management en Organisatie op bachelorniveau. Cursisten die

geen economisch gerichte bachelor-vooropleiding hebben, zijn verplicht een pre-MBA te

volgen om te voldoen aan de voorkennis van Management en Organisatie, Finance en

Marketing.

• Toetsing van bovenstaande eisen gebeurt op basis van een inschrijfformulier, kopieën

van diploma’s en het cv van de cursist. Daarnaast vindt er een toelatingsgesprek plaats

met de kandidaat om motivatie, leerdoelen en de juiste keuze van de opleiding te

achterhalen. Ook is er een gesprek met de direct leidinggevende uit het bedrijf om onder

andere vast te stellen dat er begeleiding is voor de projectopdrachten. Het

opleidingsmanagement geeft aan dat er ongeveer zeventig intake gesprekken worden

gevoerd en dat er daarvan vijftien cursisten zijn toegelaten. Het management meldt

daarnaast dat het over het algemeen geen probleem is om aan de eis van maximaal

twee cursisten per branche te voldoen.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 22/63

• Alle cv’s van potentiële cursisten worden voorgelegd aan de examencommissie, die

besluit over definitieve toelating tot de MBA-opleiding. Het auditteam heeft in de notulen

van de examencommissie (zeer summier) gezien dat de examencommissie inderdaad

besluit tot toelating tot de opleiding.

• Tijdens het eerste semester worden cursisten vertrouwd gemaakt met het principe van

Double Loop Learning. Cursisten oordelen hierover positief in het gesprek met het

auditteam.

Overwegingen

Het auditteam stelt vast dat bachelors en masters met een opleiding in Finance, Marketing of

Management en Organisatie worden toegelaten tot de MBA wanneer zij ten minste vijf jaar

werkervaring hebben, waarvan minimaal één jaar in een leidinggevende of

managementpositie. Dat is een iets zwaardere eis dan de AMBA-eis die aangeeft dat

cursisten minimaal drie jaar werkervaring moeten hebben en de groep als geheel gemiddeld

ongeveer vijf jaar. Aspirant cursisten die geen economisch gerichte bacheloropleiding

hebben gevolgd moeten eerst een pre-MBA volgen.

Conclusie

Op basis van bovenstaande bevindingen en overwegingen komt het auditteam tot het

oordeel goed.

Duur (facet 2.6)

De opleiding voldoet aan formele eisen met betrekking tot de omvang van het curriculum:

hbo- master: minimaal 60 studiepunten/European credit points.

Bevindingen

• De opleiding heeft een totale studiebelasting van 67 EC en 1876 studie-uren. Hiermee

voldoet de opleiding tevens aan de AMBA-eis van minimaal 1800 studie-uren.

• De opleiding is opgedeeld in vier semesters verdeeld over 24 maanden, van 1 oktober tot

1 oktober, twee jaar later.

• De dissertatie heeft een uitloop over de zomervakantie heen.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 23/63

Overweging en conclusie

Het auditteam stelt vast dat de masteropleiding een programma heeft van 67 EC en 1876

studiebelastingsuren. Hiermee heeft de opleiding aan de eis van minimaal 60 EC (en de

AMBA-eis van minimaal 1800 studie-uren) voldaan.

Afstemming tussen vormgeving en inhoud (facet 2.7)

Het didactisch concept is in lijn met de doelstellingen.

De werkvormen sluiten aan bij het didactisch concept.

Bevindingen

• De opleiding gebruikt het leerprincipe van de Double Loop Learning, dat gebaseerd is op

de theorie van Argyris en Schön. Cursisten worden in onzekere situaties gebracht,

waarmee hun creatieve vermogens worden benut om nieuwe management oplossingen

aan te dragen voor beroepssituaties. De Double Loop Learning legt de nadruk op de

vooronderstellingen van theorieën en stimuleert het out of the box denken. Dit didactisch

concept van Double Loop Learning is beschreven in de kritische reflectie. Docenten

leggen uit dat dit in de praktijk betekent dat zij met de cursisten vanuit de beroepspraktijk

starten, in plaats van vanuit de theorie. Cursisten moeten kritisch naar theorieën kijken.

Daarbij bieden docenten verschillende theorieën aan als invalshoeken die consequenties

kunnen hebben hoe een situatie beoordeeld kan worden. Het is de bedoeling dat

cursisten vanuit verschillende standaardtheorieën/ invalshoeken kijken en leren vanuit

een ander perspectief te denken.

• Cursisten en alumni vertellen in het gesprek met het auditteam dat zij vanaf het begin af

aan zijn geïnstrueerd om te denken vanuit het principe van Double Loop Learning. Zij

geven aan dat zij hierdoor verder kunnen kijken dan de theorie en een extra kritische

houding hebben aangeleerd. Wel vinden sommigen dat ervoor gewaakt moet worden dat

er niet te lang door wordt gegaan met het zoeken van theorieën, om de vraag uit de

praktijk niet te verliezen. Het auditteam is het daarmee eens en vindt het belangrijk dat er

in de vooronderstellingen grenzen worden gesteld. Double Loop Learning is naar mening

van het auditteam zeker geschikt als instrument, maar er moet wel rekening worden

gehouden met de randvoorwaarden die een bedrijf stelt aan veranderingen in een

organisatie. Niet iedere optie is geschikt.

• Het programma is erop gericht om de cursist zoveel mogelijk integraal kennis en

vaardigheden te laten ontwikkelen. De afgestudeerde moet complexe problemen in een

multidisciplinaire context op kunnen lossen. Hij moet daarvoor in staat zijn relevante

informatie te ontsluiten en te benutten en een originele bijdrage te leveren aan het

ontwikkelen en/of toepassen van ideeën. Daarnaast moet hij tot een onafhankelijke

oordeelsvorming komen voor de gewenste ontwikkelingen. Door de nadruk op de

groepsprojecten en de inrichting van het curriculum rond deze projecten is er sprake van

competentiegericht leren, waarbij reflectie, zelfsturing en beroepsrelevantie centraal

staan.

• De opleiding hanteert vier leerlijnen: de conceptuele leerlijn, de integrale leerlijn, de

vaardigheden leerlijn en de reflectieve leerlijn. Aan elke leerlijn zijn verschillende

werkvormen verbonden. Bijvoorbeeld groepsprojecten, een managementgame,

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 24/63

deelnemen aan een congres en het uitvoeren van een eigen praktijkgericht onderzoek

(integrale leerlijn). Of kennisoverdracht door colleges en discussies, zelfstudie van

literatuur (conceptuele leerlijn). Trainen en reflecteren (vaardigheden leerlijn). Het

opstellen, uitwerken en reflecteren op eigen ontwikkelingsdoelstellingen (reflectieve

leerlijn).

• Cursisten vinden dat de colleges stimuleren tot het bestuderen van de literatuur (7,4), de

colleges en begeleiding stimuleren tot actieve participatie (7,7), het niveau van het

onderwijs vinden zij goed (7,8). Wel geven cursisten aan dat zij meer individuele

coaching willen. Het auditteam heeft dit in de gesprekken met cursisten en alumni niet

bevestigd gekregen en meent dat er voldoende begeleiding voor handen is.

Overwegingen

De opleiding heeft met het principe van Double Loop Learning een eigen didactisch concept

dat onderscheidend is en dat het auditteam passend vindt voor een hbo-masteropleiding.

Cursisten ontwikkelen een creatief reflectief vermogen om problemen om te lossen. Het

leerprincipe wordt in de gehele opleiding toegepast en is daarmee goed doorgevoerd. Ook

geeft Double Loop Learning een eigen kleur/identiteit aan de Zwolse MBA. Wel vindt het

auditteam dat er soms grenzen gesteld moeten worden in de vooronderstellingen. Dat neemt

niet weg dat het auditteam positief is over het gebruikte leerprincipe door de opleiding.

Daarnaast constateert het auditteam dat de opleiding verschillende werkvormen gebruikt,

afhankelijk van de leerlijn.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel goed.

Beoordeling en toetsing (facet 2.8)

Door de beoordelingen, toetsingen en examens wordt adequaat getoetst of de studenten de

leerdoelen van (onderdelen van) het programma hebben gerealiseerd.

Bevindingen

• Het toetsbeleid van de MBA-opleiding is uitgewerkt in het document Toetsbeleid binnen

het MBA. Een nadere uitwerking van het SBE toetsbeleid (Christelijke Hogeschool

Windesheim, 2011). Het toetsbeleid is met de Raad van Advies besproken.

• De opleiding heeft toetsingskaders per leerlijn vastgesteld. In totaal heeft de opleiding

zeventien modules (12 in de conceptuele leerlijn). Deze zijn gegroepeerd in vier

semesters met een groepsproject (integrale leerlijn). De Outdoor Training is met name

bedoeld voor de vaardigheden leerlijn. Na afloop van ieder semester reflecteert de cursist

op zijn leerervaringen in de reflectieve leerlijn.

• De cursist wordt beoordeeld op kennis, vaardigheden, competenties, inzicht en houding.

Beoordelingscriteria staan beschreven in het MBA Handbook en liggen vast in de Course

Information Forms en in de projectomschrijvingen. Desgevraagd vertellen de docenten

dat het gebruik van Double Loop Learning geen expliciet beoordelingscriterium is.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 25/63

• Toetsing in de integrale leerlijn vindt plaats door het uitwerken van opdrachten

(waaronder met name de projecten die in groepsverband uitgevoerd worden). De

groepsleden verdelen zelf de taken binnen het project. Naast de inhoudelijke beoordeling

vindt er ook een presentatie plaats. Daarbij is een bedrijfsbegeleider aanwezig. Deze

geeft aan welke toegevoegde waarde het project voor de organisatie heeft. De

beoordeling van de groepsprojecten gebeurt gezamenlijk door drie semesterdocenten,

middels een vastgesteld aantal items. Ieder facet van de beoordeling dient voldoende te

zijn. De beoordeling is een groepscijfer. Cursisten vertellen dat het groepsproces wel

wordt beoordeeld tijdens de bijeenkomsten, maar dat dit niet formeel gebeurt. Ieder

groepslid heeft een eigen taak, die wordt beschreven in een procesverslag. Cursisten

vinden dat er daardoor geen sprake is van meeliften. Mocht het nodig zijn dan spreken

cursisten elkaar erop aan.

• De modulen in de conceptuele leerlijn worden met een schriftelijk tentamen met open

vragen getoetst. De tijdsduur voor tentamens is 180 minuten. Eén van de tentamens is

een take home tentamen, met vragen over het bestudeerde vakgebied in de eigen

bedrijfsomgeving. Andere toetsvormen zijn presentaties, trainingen met feedback,

management game (bedrijfssimulatie) en het maken van verslagen voor reflectie. Het

auditteam heeft tentamens en projectverslagen ingezien en concludeert dat de opleiding

een divers aanbod aan toetsen kent. Voor elk tentamen zijn duidelijk geformuleerde

antwoorden beschikbaar. De beoordeling vindt het auditteam goed, maar de feedback

kan schriftelijk vaak beter worden onderbouwd. Cursisten zijn hier wel tevreden over,

mede door het intensieve contact. De opleiding geeft in een reactie aan dat er twee

weken na de tentamens een inzagemoment is voor de studenten. Zij krijgen dan een

mondelinge toelichting op de beoordeling en feedback op de gemaakte fouten.

• De examencommissie toetst de tentamens op haalbaarheid, theoretische diepgang en

praktische toepasbaarheid. De MBA-coördinator screent alle tentamens voor afname

ervan op haalbaarheid, niveau en integratie met andere modulen. Daarnaast beoordeelt

een gecommitteerde (hoogleraar van de VU) de tentamens steekproefsgewijs.

• De dissertatie vormt het sluitstuk van de opleiding. Dit bestaat uit een onderzoek dat de

cursist zelfstandig uitvoert. Het gaat om een complex probleem uit de eigen organisatie,

waarbij minimaal drie vakgebieden een rol spelen. De cursist wordt begeleid door een

eerste en tweede begeleider. De mijlpalen zijn: plan van aanpak, eerste concept, tweede

concept en definitief paper. De twee beoordelaars bepalen gezamenlijk het cijfer aan de

hand van een vastgesteld aantal onderwerpen, waarbij ieder onderdeel van de

beoordeling voldoende moet zijn. De werkveldvertegenwoordiger geeft advies over de

beoordeling. De MBA-coördinator leest alle dissertaties voordat deze worden beoordeeld.

• Nadat de beoordelaars een cijfer hebben gegeven, wordt (steekproefsgewijs) door de

gecommitteerde een vierde van de opdrachten aanvullend beoordeeld. Bij verschillen is

er overleg tussen de gecommitteerde en de eerste beoordelaar. De opleiding geeft aan

dat het oordeel van de gecommitteerde veelal niet afwijkt van de eerste beoordelaars.

• De beoordelingen worden in een docentenoverleg doorgesproken. Daarna vindt de

presentatie en de verdediging plaats. Hierna kan het cijfer nog met een half punt naar

beneden of omhoog gaan. De presentatie wordt gegeven voor een comité bestaande uit

een werkveldvertegenwoordiger (direct leidinggevende en eventueel directieleden), de

eerste en tweede begeleider, de MBA-coördinator en een aantal medecursisten.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 26/63

Sinds 2011 zijn cursisten verplicht om de dissertatie te presenteren op het MBA congres

op Windesheim.

• De opleiding schrijft in de zelfevaluatie dat de examencommissie van de MBA tweemaal

per jaar bijeenkomt om de resultaten van de cursisten te bespreken en aan de hand van

de beoordeling van de ‘external examiner’ de cijfers te beoordelen. De

examencommissie ziet er op toe dat alle cursisten voldoen aan de ingangseisen en dat

alle cursisten de onderwijsmodules hebben behaald. Daarnaast screent de

examencommissie steekproefsgewijs toetsen en beoordeelt de commissie het niveau

van de dissertaties. Het auditteam maakt uit de notulen echter op dat de

examencommissie één keer per jaar bij elkaar komt, waarbij er overleg is over de

toelating, doorstroming en de beoordeling van de dissertatie.

• De cursisten vinden de tentamens representatief voor de onderwijsmodules (7,7).

Overwegingen

Het auditteam stelt vast dat de opleiding een duidelijke structuur van toetsing kent. Voor de

tentamens zijn er heldere antwoordmodellen, de projectopdrachten hebben vaste

beoordelingscriteria. Het auditteam vindt dat in de beoordeling de feedback uitgebreider kan

worden beschreven, zodat de beoordeling schriftelijk beter wordt onderbouwd. Het auditteam

is positief over het feit dat de groepsopdrachten en de dissertatie door meer dan één docent

wordt beoordeeld en dat een extern gecommitteerde steekproefsgewijs de tentamens en de

beoordelingen van de dissertaties screent.

Conclusie

Het auditteam komt op basis van bovenstaande overwegingen tot het oordeel goed.

Samenvattend oordeel Programma

Alle facetten zijn ten minste met een voldoende beoordeeld en daarmee is het onderwerp

‘Programma’ positief.

2.3 Inzet van personeel

Eisen hbo (facet 3.1)

Het onderwijs wordt voor een belangrijk deel verzorgd door personeel dat een verbinding legt

tussen de opleiding en de beroepspraktijk.

Bevindingen

• De helft van de docenten beschikt over actuele kennis van de beroepspraktijk door het

combineren van een baan in de beroepspraktijk met de onderwijsaanstelling of door

recente werkervaring. Van de zeven vaste docenten hebben twee docenten recente

werkervaring (tot drie jaar geleden). Van de elf externe docenten zijn zes docenten

werkzaam in de relevante beroepspraktijk, zo blijkt uit de cv’s. Het auditteam heeft de

cv’s van de docenten bekeken en stelt vast dat de spreiding van de docenten over de

werkvelden goed is. Docenten hebben bijvoorbeeld een achtergrond als

organisatieadviseur, organisatiepsycholoog of onderzoeker.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 27/63

• De projecten van de cursisten worden uitgevoerd onder begeleiding van docenten en een

praktijkbegeleider van het betreffende bedrijf. Zo hebben de docenten direct contact met

het werkveld en kunnen zij praktijksituaties in het onderwijs inbrengen. Bovendien zijn

alle cursisten werkzaam in de beroepspraktijk en komen de docenten ook via die weg in

contact met de beroepspraktijk.

• Daarnaast zet de opleiding lectoren in als gastspreker voor verdieping met de

beroepspraktijk en zijn er ook gastsprekers uit de academische wereld om actuele

theoretische inzichten aan te dragen.

• Cursisten en alumni zijn in de gesprekken met het auditteam positief over de praktische

inslag van docenten. Zij kunnen bijvoorbeeld merken dat sommige docenten een eigen

onderneming hebben.

Overwegingen

Op basis van de gevoerde gesprekken en de bestudering van de cv’s van de docenten stelt

het auditteam vast dat de opleiding docenten inzet die op de hoogte zijn van de

beroepspraktijk. Naast vaste docenten en externe docenten zet de opleiding structureel

gastsprekers in. Cursisten en alumni tonen zich erg positief over de kennis van de docenten

van de beroepspraktijk.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel goed.

Kwantiteit personeel (facet 3.2)

Er wordt voldoende personeel ingezet om de opleiding met de gewenste kwaliteit te

verzorgen.

Bevindingen

• In het organisatieontwikkelingsplan van de SBE is vastgelegd hoe de samenstelling van

het personeelsbestand eruit moet zien.

• De opleiding wordt geleid door de coördinator (0,4 fte) die verantwoordelijk is voor de

dagelijkse gang van zaken. Hij wordt ondersteund door een Office Manager (0,2 fte). De

Hogeschoolhoofddocent van de opleiding Bedrijfseconomie heeft de verantwoordelijkheid

voor de kwaliteit van de opleiding. De eindverantwoordelijkheid ligt bij de directeur van de

SBE.

• De inzet van docenten is beschreven in Inzet personeel bij MBA-modulen. De totale inzet

van docenten en gastsprekers is 1761 uur voor de gehele opleiding. Het aantal

contacturen voor de hele opleiding bedraagt 501 uur. Gemiddeld zijn er per cursusjaar

zestien cursisten, de docent-studentratio is 1 op 29. Per module zijn er zeven

contactmomenten. Zes daarvan verzorgt de docent en de zevende wordt ingevuld door

een gastspreker.

• Er is een mix van docenten vanuit de hogeschool, externe docenten en gastdocenten. De

opleiding heeft veertien vaste docenten en elf gastdocenten. De totale omvang is 2 fte.

De docenten die het onderwijs verzorgen doen dit parttime en hebben daarnaast ook

andere werkzaamheden bij de School of Business & Economics en/of op Windesheim.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 28/63

• Docenten besteden een gering percentage van hun totaal beschikbare tijd aan de MBA-

opleiding, daardoor zijn er weinig problemen met beschikbaarheid. De opleiding geeft

aan dat het als regel in staat is om voldoende personeel aan te trekken. Vacatures

worden snel opgevuld.

• De opleiding geeft aan dat er geen enkele uitval van lessen is geweest sinds 2007 en dat

er vrijwel geen ziekteverzuim is van docenten. Uit de gesprekken met de docenten en het

management krijgt het auditteam de indruk dat er sprake is van een gezonde werkdruk

en dat deze niet te hoog is.

• Cursisten zijn van mening dat de docenten goed te bereiken zijn (7,8 in

semesterevaluaties).

Overwegingen

De opleiding zet voldoende docenten in om de masteropleiding te verzorgen, zo stelt het

auditteam vast. Het docententeam bestaat uit vaste docenten en externe docenten en

daarnaast zijn er gastsprekers. Daardoor en doordat docenten een klein deel van de totaal

beschikbare tijd aan de MBA besteden, is de opleiding in staat om voldoende docenten in te

zetten. Daarnaast constateert het auditteam dat er de afgelopen jaren geen lesuitval is

geweest. Cursisten zijn heel tevreden over de bereikbaarheid van docenten.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel goed.

Kwaliteit personeel (facet 3.3)

Het personeel is gekwalificeerd voor de inhoudelijke, onderwijskundige en organisatorische

realisatie van het programma.

Bevindingen

• De opleiding heeft in Kwaliteitszorg MBA opleiding (Christelijke Hogeschool Windesheim,

2011) de docentkwalificaties en de docentverantwoordelijkheden vastgelegd. Deze zijn

ook weergegeven in het zelfevaluatierapport. Het gaat bijvoorbeeld om eisen ten aanzien

van werkervaring en onderwijskundige en didactische kwaliteiten.

• Het docententeam bestaat uit mensen die in hun onderwijstaak de verbinding met de

beroepspraktijk leggen door eigen werkervaring en uit vakdocenten die de theorie

onderwijzen en daarnaast een onderzoeks- en/of adviestaak vervullen. In de huidige

samenstelling is er een balans gevonden tussen wetenschappers, adviseurs en didactici.

• Alle zeven vaste docenten zijn academisch geschoold. Twee docenten zijn

gepromoveerd, nog eens twee docenten zijn bezig met een promotie en drie docenten

hebben zich enige jaren bezig gehouden met onderzoek. De elf externe docenten zijn op

universitair/master niveau geschoold. Vijf van hen zijn gepromoveerd. Het auditteam

heeft de cv’s bestudeerd en stelt vast dat de kwaliteit van de docenten goed is qua

inhoudelijke expertise en niveau. De vaste docenten hebben een achtergrond in

algemene economie, bedrijfseconomie, filosofie, educational management en

onderwijskunde. Bij de externe docenten is er een achtergrond in bijvoorbeeld sociologie

en arbeid en bedrijfsleven, rechten, bedrijfskunde en (bedrijfs)economie. Alle vaste

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 29/63

docenten met een aanstelling op de hogeschool hebben een onderwijsbevoegdheid.

Voor externe docenten is dit niet vereist.

• Er is verbinding met onderzoek door het Kennis Centrum Ondernemen, dat een aantal

lectoraten heeft (duurzaamheid, familiebedrijven en inkoop). Elk lectoraat heeft een

kenniskring waar docenten kunnen promoveren.

• Er zijn de afgelopen jaren wisselingen in het docentenbestand geweest om beter aan de

eisen te voldoen. Hogeschooldocenten worden gestimuleerd om meer onderzoek te doen

en de verbinding met het werkveld te onderhouden.

• Door gastsprekers worden nieuwe ontwikkelingen en academische diepgang ingebracht.

Van de gastsprekers is negentig procent gepromoveerd. Vaste docenten stemmen af met

de externe docenten en de gastsprekers. Ook is er door de MBA-coördinator uitleg over

Double Loop Learning.

• De opleiding heeft een jaarlijkse personeelscyclus met een voortgangsgesprek en een

waarderingsgesprek. Medewerkers hebben een persoonlijk ontwikkelingsplan dat wordt

besproken. In het voortgangsgesprek worden resultaatafspraken voor de korte termijn en

een ontwikkelingsperspectief voor de langere termijn vastgelegd. Er wordt ook aandacht

besteed aan de verbinding tussen beroepspraktijk en opleiding. Hiervoor kunnen

docenten docentstages volgen. Daarnaast kunnen docenten studiedagen en conferenties

bijwonen. Voor scholing en het bijhouden van het vakgebied is 60 uur per jaar

beschikbaar.

• Cursisten, alumni en het werkveld zijn erg positief over de kwaliteit van de docenten. Zij

vinden hen van hoog niveau. Cursisten die vanuit hun werk veel kennis over een bepaald

onderwerp hebben, geven aan nog meer bij te leren van de docenten. Voor meerdere

cursisten zijn de docenten een reden om door te stromen naar de MBA vanuit de post-

hbo-opleiding Bedrijfskunde. Cursisten vinden het goed dat docenten kritisch zijn op

producten. Docenten letten bijvoorbeeld niet alleen op de juiste uitvoering van de

opdrachten, maar zijn ook benieuwd naar de meerwaarde van de uitvoering van de

opdracht in het werk van de cursist. Ten slotte wordt genoemd dat docenten erg

betrokken zijn en ook meedenken bij problemen in het bedrijf van de cursist.

Overwegingen

Het auditteam stelt vast dat de opleiding beschikt over gekwalificeerd personeel dat goed

geschoold is om het programma op het gewenste niveau te kunnen verzorgen. Alle docenten

hebben een universitaire opleiding afgerond en twee docenten zijn gepromoveerd. Op basis

van de gesprekken stelt het auditteam vast dat cursisten, alumni en het werkveld zeer te

spreken zijn over de kwaliteit van de docenten.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel goed.

Samenvattend oordeel Inzet van personeel

Alle facetten zijn ten minste met een voldoende beoordeeld en daarmee is het onderwerp

‘Inzet van personeel’ positief.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 30/63

2.4 Voorzieningen

Materiële voorzieningen (facet 4.1)

De huisvesting en materiële voorzieningen zijn toereikend om het programma te realiseren.

Bevindingen

• De MBA maakt gebruik van accommodaties en gebouwen van Windesheim. In 2010

heeft de opleiding het nieuwe gebouw van de hogeschool betrokken. Een nieuwe, lichte

en transparante omgeving. Hier heeft de opleiding de beschikking over werkruimten voor

docenten, voor het bedrijfsbureau en voor de staf. Deze ruimten bevinden zich vlakbij de

college- en studielokalen van cursisten. Er zijn ruimten voor colleges in grote en kleine

groepen. Voor projectwerk kunnen cursisten kleine lokalen of open studieruimten

gebruiken. Daarnaast zijn er aparte kleine ruimtes voor coachgesprekken. Er zijn ruime

openingstijden: van 7 uur tot 22.30 uur (op werkdagen).

• De opleiding gebruikt Blackboard als medium in het leerproces. Op Blackboard worden

modulen (leerplannen, stofplanningen, oefentoetsen), de studieplanning, studievoortgang

en overige studiedocumenten gepubliceerd. Via Blackboard heeft de cursist toegang tot

de studieresultaten. De coach kan het Personal Development Plan van de cursist inzien,

voor bewaking van de studievoortgang.

• Er is een wireless netwerk aanwezig in de hogeschool. Daarnaast zijn er verschillende

ruimten met desktops.

• In het hoofdgebouw van de campus is de mediatheek gevestigd, waardoor cursisten

toegang hebben tot standaard literatuur voor diverse vakgebieden, wetenschappelijke

publicaties en tijdschriften. Daarnaast kunnen cursisten via internetverbindingen

universiteitsbibliotheken en literatuurbestanden raadplegen. Het auditteam heeft tijdens

de visitatie uitleg gekregen over de aangeboden databases en is positief over de

beschikbaarheid van diverse bronnen.

Overwegingen

Het auditteam stelt na een rondleiding vast dat de huisvesting en de voorzieningen van de

opleiding ruim voldoende toereikend zijn om het programma van de deeltijdcursisten te

realiseren. Het gebouw is nieuw en licht en er zijn voldoende studieruimtes en de

openingstijden zijn afgestemd op deeltijdstudenten. Ook de digitale voorzieningen,

waaronder de databases, zijn van goede kwaliteit.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel goed.

Studiebegeleiding (facet 4.2)

De studiebegeleiding en informatievoorziening aan studenten zijn adequaat met het oog op

de studievoortgang.

De studiebegeleiding en informatievoorziening aan studenten sluiten aan bij de behoefte van

studenten.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 31/63

Bevindingen

• Studiebegeleiding is aangepast op het MBA-programma. Cursisten ontvangen

begeleiding door een coach bij het persoonlijk ontwikkelingstraject. Er is

studievoortgangbegeleiding door de MBA-coördinator. Docenten bieden ondersteuning

tijdens de semesters. Voor de dissertatie is er begeleiding van twee docenten.

• Na ieder semester heeft de cursist een individueel coachingsgesprek aan de hand van

het reflectieverslag van de cursist. Daarnaast bespreken de cursisten ieder semester de

studievoortgang met de MBA-coördinator. Reflectie op de competentieontwikkeling

begint bij aanvang van de studie in het plan van aanpak. Daarin kiezen cursisten de

competenties die zij willen aanscherpen. Ook zijn de beheersing van de competenties

leidend bij de coachingsgesprekken en in de Outdoor Training die na het tweede

semester plaatsvindt.

• De opleiding geeft aan dat zij hecht aan een goede sfeer. De docenten en cursisten

onderhouden bijvoorbeeld contact door de gezamenlijke maaltijd. Persoonlijke

benadering vindt de opleiding belangrijk. Dat kan doordat de MBA een kleine opleiding is,

waar persoonlijk contact centraal staat. Er is veel aandacht voor persoonlijke begeleiding.

Cursisten zijn het daarmee eens. Docenten zijn betrokken en de cursisten vormen met

elkaar een hechte groep. De meerwaarde van het groepsproces wordt als positief punt

van de opleiding genoemd.

• De studieresultaten en het studieproces worden vastgelegd in Blackboard (onder andere

gebruikt als cijferregistratiesysteem van de opleiding). Hierdoor is het studieproces

inzichtelijk voor de cursisten, voor de docenten en voor de medewerkers van het

bedrijfsbureau. Alle studieresultaten worden door de MBA-coördinator bekeken en waar

nodig met de cursisten besproken.

• Voor de informatievoorziening maakt de opleiding voornamelijk gebruik van Blackboard.

Bovendien ontvangen de cursisten bij het begin van de studie het MBA Handbook met

daarin het opleidingsreglement, de beoordelingscriteria, het examenreglement, regels

over studievoortgang en het afstudeerproject.

• Cursisten zijn tevreden over de informatievoorziening. Wel blijkt uit semesterevaluaties

dat cursisten behoefte hebben aan meer coaching in het programma. Het auditteam

heeft dit niet herkend in de gesprekken met cursisten en alumni. Docenten zijn volgens

hen zeer toegankelijk en bovendien coachen cursisten elkaar.

Overwegingen

Het auditteam is positief over de studiebegeleiding, die is afgestemd op volwassen

deeltijdcursisten. De cursisten reflecteren na elk semester op hun competentieontwikkeling

en hebben daarover gesprekken met hun coach. Daarnaast houdt de MBA-coördinator de

studievoortgang in de gaten. Een kenmerk van de opleiding is de sterke groepsbinding, iets

wat de cursisten op prijs stellen. De cursisten zijn daarnaast tevreden over de

informatievoorziening, digitaal via Blackboard en op papier via het handboek.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel goed.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 32/63

Samenvattend oordeel Voorzieningen

Alle facetten zijn ten minste met een voldoende beoordeeld en daarmee is het onderwerp

‘Voorzieningen’ positief.

2.5 Interne kwaliteitszorg

Evaluatie resultaten (facet 5.1)

De opleiding wordt periodiek geëvalueerd, mede aan de hand van toetsbare streefdoelen.

Bevindingen

• De opleiding volgt het kwaliteitszorgbeleid van SBE. De uitgangspunten van de

kwaliteitszorg zijn beschreven in de notitie Kwaliteitszorg School of Business &

Economics (SBE, december 2009). Daarvan afgeleid is het document Kwaliteitszorg

MBA opleiding (Christelijke hogeschool Windesheim, 2011).

• De opleiding schrijft in het zelfevaluatierapport dat zij aansluit bij het beleidsplan en het

activiteitenplan van SBE. Het activiteitenplan is volgens het EFQM/INK-

managementmodel opgezet. Iedere opleiding kent een eigen overlegstructuur. In de

taakomschrijving van de docent en de modulebeheerder zijn de verantwoordelijkheden

voor kwaliteit opgenomen.

• In het managementsysteem van de opleiding is de organisatie en uitvoering van het

cyclische proces van kwaliteitsbepaling, -bewaking en -verbetering vastgelegd.

• De inhoudelijke kwaliteit van het onderwijs wordt bewaakt door de MBA-coördinator en

het team van opleidingsdocenten. De verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van een

module wordt gedeeld door twee of meer docenten. In 2007 en 2008 heeft de coördinator

alle colleges gevolgd om te kijken waar er nog dubbelingen of hiaten zaten. Vanaf 2007

hebben de docenten onderling een peer review om van elkaar te leren en om

groepsprojecten gezamenlijk te kunnen dragen.

• De opleiding heeft diverse manieren om het onderwijs te evalueren, zoals module-

evaluaties, evaluaties van gastcolleges, evaluatie van groepsbijeenkomsten, peer review,

evaluatiegesprekken met docenten, evaluatie van een semesterproject met cursisten en

met docenten en evaluatie van het gehele programma in de docentenvergadering. In het

zelfevaluatierapport heeft de opleiding de evaluaties in een schema opgenomen met

het(/de) onderwerp(en) van de evaluatie, wanneer deze plaatsvindt, de verantwoordelijke,

naar wie de uitkomsten gaan en met wie de bespreking/terugkoppeling is. De evaluaties

onder studenten worden in één keer afgenomen onder de naam ‘semesterevaluatie’. Het

opleidingsmanagement vertelt dat er ook drie keer per jaar een studentenoverleg is met

één of twee vertegenwoordigers van de groep. Tijdens de visitatie heeft het auditteam

resultaten van semesterevaluaties en tussenevaluaties ingezien.

• Tijdens module- en semesterevaluaties wordt ook de cursisttevredenheid over roosters,

toegankelijkheid van docenten en informatieverstrekking door docenten, en het ervaren

van een prettig onderwijs klimaat geëvalueerd. Deze evaluaties koppelt de opleiding naar

de docenten terug en de MBA-coördinator gebruikt de uitkomsten als input voor

verbeteringen.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 33/63

• De opleiding hanteert voor de tevredenheidscore een streefnorm van 6,5, waarbij de

opleiding aangeeft dat het verbeterbeleid een continu proces is waarbij een score die

lager uitvalt dan 6,5 meer aandacht krijgt dan een score daarboven.

Overwegingen

Het auditteam stelt vast dat de opleiding het onderwijs evalueert door middel van evaluaties

over diverse onderwerpen en door overleg met studenten en docenten. Voor de evaluaties

heeft de opleiding een streefnorm vastgesteld.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel goed.

Maatregelen tot verbetering (facet 5.2)

De uitkomsten van deze evaluatie vormen de basis voor aantoonbare verbetermaatregelen

die bijdragen aan de realisatie van de streefdoelen.

Bevindingen

• De MBA-coördinator analyseert de informatie uit de evaluaties en legt deze vast in de

jaarlijkse voortgangsrapportage. Daarin worden resultaten uit evaluaties opgenomen, de

voorgenomen verbeterpunten voor het aankomende studiejaar en de voortgang van

verbeterpunten uit het voorgaande studiejaar. De voortgangsrapportage is toegankelijk

voor alle betrokkenen. Het auditteam heeft tijdens de visitatie geen voortgangsrapportage

aangetroffen. Wel heeft het auditteam twee schema’s bekeken met thema’s en

actiepunten, die afkomstig zijn van de opmerkingen van cursisten bij semesterevaluaties.

Uit het schema blijkt niet welke prioriteiten er zijn gesteld en wat het tijdsplan is.

Daarnaast is uit de documentatie niet duidelijk of een verbetering ook daadwerkelijk een

verbetering is gebleken. Het opleidingsmanagement geeft in het gesprek met het

auditteam aan dat de kwaliteitszorg voornamelijk informeel plaatsvindt en dat er meer

gedocumenteerd kan worden. De MBA heeft een kleine groep cursisten en de MBA-

coördinator spreekt de cursisten elke week. Vanwege de kleinschaligheid kunnen

cursisten snel bij de juiste personen terecht en er is veel persoonlijke aandacht, zo geven

cursisten ook aan bij het auditteam.

• Verbeteringen die naar aanleiding van evaluaties zijn doorgevoerd, zijn bijvoorbeeld dat

er nu per discipline een gastlezing wordt gegeven over een specialistisch onderwerp,

nieuwe visie of verdieping door een lector (van Windesheim) of professor. Daarnaast

toetsen docenten de literatuurstudie en besteden zij in hun lessen ook aandacht aan

kleinere bedrijven en aan de non-profit sector. Verder is de betrokkenheid van het eigen

bedrijf van de cursist verhoogd door meer contact en terugkoppeling. Een ander

voorbeeld van een verbetering naar aanleiding van evaluaties onder cursisten is de

invoering van een nulmeting in het begin van de studie. Er was een Outdoor Training aan

het begin van het tweede jaar geprogrammeerd met een nulmeting, maar de cursisten

wilden die meting graag eerder in de studie uitvoeren.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 34/63

• De opleiding heeft aanpassingen gedaan naar aanleiding van de vorige visitatie in 2006.

Zo betrekt de opleiding de examencommissie nu bij de toelating van cursisten en bij de

richtlijnen voor toetsing en beoordeling, is de studielast van 60 naar 67 EC verhoogd om

nieuwe trends in management in het programma te kunnen aanbieden en om aan de

AMBA-eisen te voldoen en is Blackboard geïntroduceerd als het ondersteunende ICT-

systeem voor de opleiding. Daarnaast betrekt de opleiding de Raad van Advies bij de

visie en de doelstellingen van de opleiding.

• De opleiding heeft een totaaloverzicht van alle veranderingen in 2005 en 2006 tot en met

2010 als bijlage opgenomen in het zelfevaluatierapport.

Overwegingen

Het auditteam constateert op basis van de documentatie en de gesprekken dat de opleiding

verbeteringen doorvoert naar aanleiding van semesterevaluaties en de opmerkingen van

cursisten daarin. Ook zijn er verschillende verbeteringen geweest na de vorige visitatie. Het

auditteam realiseert zich dat, vanwege de kleinschaligheid van de opleiding en de

persoonlijke benadering, problemen snel opgelost kunnen worden en cursusten daarover

tevreden zijn. De kwaliteitszorg van de opleiding vindt echter voornamelijk informeel plaats

en er wordt minimaal gedocumenteerd op het niveau van de opleiding. Er is daardoor weinig

zicht op de follow-up van verbeteracties.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel voldoende.

Betrekken van medewerkers, studenten, alumni en het beroepenveld (facet 5.3)

Bij de interne kwaliteitszorg zijn medewerkers, studenten, alumni en het afnemend

beroepenveld van de opleiding actief betrokken.

Bevindingen

• De opleiding heeft in de notitie kwaliteitszorg beschreven hoe belanghebbenden in de

kwaliteitsbewaking een rol spelen. Er is beschreven welke evaluaties plaatsvinden en

wanneer deze gedurende het studiejaar worden uitgevoerd. Resultaten worden in

verschillende overlegorganen besproken en er is een terugkoppeling aan de

belanghebbenden.

• De cursisten zijn door college-, module- en semesterevaluaties betrokken bij de

kwaliteitszorg. Daarnaast vindt er ieder semester een open gesprek plaats tussen de

cursisten en de MBA-coördinator. In dit gesprek over de vorderingen tijdens de studie

wordt de cursist ook gevraagd naar de kwaliteit, de organisatie, praktijkrelevantie en

studeerbaarheid van het programma. Een delegatie van de cursisten is aanwezig bij de

(tussentijdse) semester evaluaties.

• De betrokkenheid van docenten bij de kwaliteitszorg is vastgelegd in het

managementsysteem. Evaluatie van de didactische en inhoudelijke kwaliteiten van

docenten vinden tijdens elke module plaats. Eén maal per jaar is er een

functioneringsgesprek. Een vertegenwoordiging van docenten is aanwezig bij de

jaarlijkse klankbordbijeenkomsten.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 35/63

• De opleiding heeft een alumnivereniging. Het bestuur van de alumnivereniging bespreekt

met de opleiding de ontwikkelingen in het beroepenveld en de relevantie hiervan voor de

opleiding. De MBA-coördinator is lid van het bestuur en brengt vraagstukken in die

voortkomen uit evaluaties, of discussiepunten die relevant zijn voor de opleiding. Bij de

jaarlijkse klankbordbijeenkomsten is een afvaardiging van de alumni aanwezig. De

voorzitter van de alumnivereniging heeft zitting in de Raad van Advies. Daarnaast

worden alumni uitgenodigd om gastlezingen bij te wonen.

• Het beroepenveld wordt via de Raad van Advies bij de kwaliteitszorg betrokken. Tijdens

de vergaderingen van de Raad van Advies wordt de opleiding in zijn geheel geëvalueerd.

Daarnaast bespreken de leden de vraag in hoeverre de feitelijk gerealiseerde

eindkwalificaties voldoen aan de eisen die de beroepspraktijk aan de MBA-opleiding stelt.

Ook komen nieuwe ontwikkelingen, praktijkrelevantie, niveau, studeerbaarheid en

verbeterpunten aan de orde. De leden van de Raad van Advies met wie het auditteam

sprak, zijn tevreden over de betrokkenheid bij de opleiding. Zij geven aan dat zij het

zinvol vinden om energie in de opleiding te steken, omdat zij opmerkingen en

aanbevelingen terugzien in het programma.

• De opleiding onderhoudt contacten met andere MBA-opleidingen in Nederland voor

samenwerking en uitwisseling van gastdocenten.

Overwegingen

De opleiding betrekt cursisten, docenten, alumni en het beroepenveld bij de kwaliteitszorg

van de opleiding, zo stelt het auditteam vast op basis van de documentatie en de

gesprekken. Het contact met de alumni vindt het auditteam een sterk punt van de opleiding.

Er is een actieve alumnivereniging en via de Raad van Advies hebben de alumni inspraak in

de opleiding.

Conclusie

Op basis van bovenstaande bevindingen en overwegingen komt het auditteam tot het

oordeel goed.

Samenvattend oordeel Interne kwaliteitszorg

Alle facetten zijn ten minste met een voldoende beoordeeld en daarmee is het onderwerp

‘Interne kwaliteitszorg’ positief.

2.6 Resultaten

Gerealiseerd niveau (facet 6.1)

De gerealiseerde eindkwalificaties zijn in overeenstemming met de nagestreefde

eindkwalificaties qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen.

Bevindingen

• De cursisten sluiten de opleiding af met een individuele dissertatie, die is gebaseerd op

een onderzoek in de eigen organisatie. Aan dit onderzoek zijn diepgang en praktische

oriëntatie gekoppeld. Het doel is om een originele, innovatieve en haalbare oplossing

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 36/63

voor een praktijkgericht probleem te vinden. De eisen voor de dissertatie zijn opgenomen

in het MBA Handbook course 2010-2011, in het hoofdstuk Disseration Guidelines.

• Tijdens het afstuderen beoordelen de eerste en tweede begeleider en de MBA-

coördinator het plan van aanpak, het eerste concept, het tweede concept en de

definitieve versie. Daarnaast beoordeelt de bedrijfsbegeleider het afstudeerwerkstuk. Een

extern gecommitteerde controleert de dissertatie steekproefsgewijs om de beoordeling te

vergelijken met die van de docenten.

• De criteria waarop de opleiding de dissertatie beoordeelt, zijn: probleemstelling,

methodologie, originaliteit, theorie, praktische toepasbaarheid, presentatie en reflectie.

De opleiding gebruikt voor de beoordeling een vast format. De criteria tellen alle even

zwaar mee en ieder criterium moet voldoende zijn. De examencommissie gaat na of alle

cursisten de onderwijsmodules hebben behaald en beoordeelt het niveau van de

dissertaties.

• Het auditteam heeft voorafgaand aan de visitatie vijftien eindproducten (dissertaties)

geselecteerd in een spreiding van beoordelingen (van 6 tot 8,5). Deze werkstukken heeft

het auditteam beoordeeld volgens een aantal criteria zoals probleemstelling,

onderzoeksmethodes, conclusies en literatuur. Het auditteam constateert dat de

eindwerkstukken voldoen aan de eisen die in de Guidelines worden gesteld. De

bestudeerde dissertaties hebben een grote verscheidenheid aan onderwerpen die alle

actueel zijn en aansluiten bij de vraagstukken die in het bedrijf van de cursist, maar ook

in het totale bedrijfsleven spelen. Voorbeelden hiervan zijn bedrijfsopvolging,

herstructurering en omgaan met crisissituaties. De probleemstellingen zijn van voldoende

niveau, goed geformuleerd en voldoende uitgewerkt. De onderzoeksmethodes die de

cursisten hebben gebruikt zijn onder andere interviews, literatuurstudie, participerende

observatie, het INK-model of een combinatie van voorgaande methodes. De keuze voor

een onderzoeksmethode wordt in de meeste gevallen verantwoord en de getrokken

conclusies zijn redelijk tot goed onderbouwd. De afgestudeerden maken gebruik van

relevante en actuele literatuur, waaronder ook internationale literatuur. Alle dissertaties

die het auditteam heeft bestudeerd voldoen aan het hbo-masterniveau. Het auditteam

kon zich vinden in de beoordeling van de dissertaties door de opleiding, deze ligt in lijn

met de beoordeling van het auditteam. Wel kan de feedback op het

beoordelingsformulier meer onderbouwd worden.

• Double Loop Learning vormt de kern van de opleiding. Het auditteam vindt dat dit meer

terug zou kunnen komen in de dissertatie, gelet op de nadruk van de opleiding op Double

Loop Learning. Bijvoorbeeld in de afweging rond de gemaakte keuzes van de student.

Het gebruik van Double Loop Learning zou naar mening van het auditteam opgenomen

kunnen worden in de handleiding voor de dissertatie en zou een apart

beoordelingscriterium kunnen worden.

• Om het beroepenveld meer te betrekken bij de eindproducten van de opleiding

organiseert de opleiding een MBA congres in 2011.

• Uit contacten met de alumnivereniging blijkt volgens de opleiding dat zij de opleiding zeer

waarderen om de vorming en de ontwikkeling die de afgestudeerden hebben

doorgemaakt. Dat bevestigen de alumni tijdens de visitatie.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 37/63

• Uit contacten met werkgevers en uit onderzoek onder het werkveld blijkt volgens de

opleiding dat zij graag afgestudeerden in dienst nemen of in dienst houden. Ook merkt de

opleiding dat collega’s van eerdere cursisten zich aanmelden. Dit beeld komt overeen

met wat vertegenwoordigers van het werkveld vertellen in het gesprek met het auditteam.

Het werkveld vindt dat de studie goed aansluit op de praktijk. Afgestudeerden zijn direct

inzetbaar en zijn snel nuttig voor het bedrijf.

• De cursisten zijn van mening dat het onderwijs voldoet aan hun verwachtingen (7,5,

semesterevaluaties). De cursisten zijn tevreden over de gehele opleiding (7,6).

Overwegingen

Op basis van de bestudeerde dissertaties en de gevoerde gesprekken is het auditteam

overtuigd van het gewenste hbo-masterniveau van de afgestudeerden. Alle dissertaties die

door het auditteam zijn bestudeerd, getuigen naar mening van het auditteam van hbo-

masterniveau. De gekozen onderwerpen zijn relevant voor de opleiding en voor het

werkveld. De onderzoeken zijn goed uitgevoerd en de afgestudeerden gebruiken relevante

(internationale) literatuur. Het auditteam kon zich vinden in de beoordeling van de

dissertaties. Het auditteam vindt het positief dat de afstudeeropdrachten individueel worden

uitgevoerd. Daarnaast constateert het auditteam dat het werkveld en de alumni tevreden zijn

over het bereikte niveau.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel goed.

Onderwijsrendement (facet 6.2)

Voor het onderwijsrendement zijn streefcijfers geformuleerd in vergelijking met relevante

andere opleidingen.

Het onderwijsrendement voldoet aan deze streefcijfers.

Bevindingen

• De instroom ligt gemiddeld op zestien cursisten per jaar. Om een gelijkmatige instroom

per cohort te krijgen, wordt de opleiding één maal per jaar aangeboden. Bij vertraging

kunnen cursisten her-instromen in een volgend cohort.

• Het minimale aantal cursisten is twaalf en het maximale voor een groep is twintig. De

opleiding heeft deze ondergrens bepaald omdat er minimaal drie projectgroepen per

semester gevormd moeten kunnen worden.

• Het streefcijfer voor de doorstroom is de totale instroom min tien procent. Deze

streefcijfers worden gehaald. Vanaf 2007 is de doorstroom van het eerste naar het

tweede jaar gemiddeld 97 procent.

• Het streefdoel voor de uitstroom is: 90 procent rondt de opleiding af binnen 2 jaar en 95

procent binnen 3 jaar. De uitstroom na twee jaar bedraagt gemiddeld 87 procent en na

drie jaar gemiddeld 97 procent (van het totale aantal ingestroomde cursisten). Alle

cursisten van het cohort 2007 en 2008 hebben na maximaal vier jaar het diploma

behaald.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 38/63

• Door intensivering van de begeleiding, speciale financiële maatregelen (zoals opnieuw

moeten betalen voor begeleiding van het afstudeerproject bij vertraging) en strenge eisen

bij herkansen wordt gestreefd de uitstroom te versnellen en terug te brengen tot

maximaal drie jaar studieduur.

Overwegingen

Het auditteam stelt vast dat de opleiding ambitieuze streefcijfers heeft geformuleerd voor het

onderwijsrendement en dat deze streefcijfers voor een groot deel worden gehaald. De

doorstroom van eerste naar het tweede jaar is gemiddeld 97 procent en de uitstroom, na

maximaal vier jaar, is zelfs honderd procent. Door speciale maatregelen probeert de

opleiding de studieduur nog terug te brengen naar maximaal drie jaar.

Conclusie

Op basis van bovenstaande overwegingen komt het auditteam tot het oordeel goed.

Samenvattend oordeel Resultaten

Alle facetten zijn ten minste met een voldoende beoordeeld en daarmee is het onderwerp

‘Resultaten’ positief.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 39/63

3 Bijlagen

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 40/63

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 41/63

Bijlage 1 Deskundigheden panelleden

Opleiding Executive master of Business Administration, Hogeschool Windesheim

Deskundigheid cf. Protocol VBI’s

Panellid:

De heer ing. J.C. de Jong

Panellid:

De heer prof.dr. L.H.J. Verhoef

Studentpanellid:

Mevrouw W.J. van Kats MBA

Auditor NQA:

Mevrouw M. Snel B HRM & B Ed

Auditor NQA:

Mevrouw C.A.J. van den Berg-

Witsenboer BComn & BEd

Relevante werkvelddeskundigheid

X X

Vakdeskundigheid:

Vertrouwd met meest recente ontwikkelingen

X X

Vakdeskundigheid:

Vertrouwd met lesgeven en beoordeling en toetsing

minstens op niveau/oriëntatie te beoordelen opleiding

X X

Onderwijsdeskundigheid

X X X

Studentgebonden deskundigheid

X

Visitatie- of auditdeskundigheid

X X X X X

Nadere informatie over de achtergronden van de leden van het auditteam:

De heer ing. J.C. de Jong

De heer De Jong is ingezet vanwege zijn ervaring in verschillende technische en business domeinen

en in meerdere visitatietrajecten. Hij heeft de 2-daagse NQA/Lloyd’s auditortraining hoger onderwijs

gevolgd en inmiddels aan meer dan 25 visitaties deelgenomen, waarvan in 2008 vier keer als

voorzitter van het panel. Ook in het bedrijfsleven is de heer De Jong regelmatig voorzitter. Van 1978

tot 1984 werkte hij voor de Directie Landbouwonderwijs (Centrale School voor Tuinbouwtechniek).

Tevens heeft hij in die periode voor het CITO in de commissie Techniek gezeten en gewerkt aan

diverse uitgaven op het vlak van techniek.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 42/63

Van 2000 tot 2005 was de heer De Jong voorzitter van het ECDL- bestuur (European Computer

Drivers Licence). Tevens was hij lid van de EU onderwijs denktank Technology Enhanced Learning.

De heer De Jong is deskundig op het vlak van (business) management, marketing, sales, strength

based change management, kunst en techniek, agrarische sector, informatica (ICT) en scheepvaart

(algemeen). Hij wordt verder regelmatig gevraagd te spreken op internationale congressen en

bijeenkomsten over management en leiderschaps issues in de hedendaagse business praktijk.

Daarnaast heeft hij vanuit eerdere visitaties kennis van de accreditatiesystematiek. De heer De Jong

heeft vanuit opleiding en werkervaring ruime (internationale) kennis van het domein en van

onderwijsprocessen.

Opleiding:

1970 – 1976 Rijks Hogere Tuinbouwschool Utrecht

1978 – 1982 MBO-A Engels (geen diploma)

1984 Pascal programmeren – Wageningen

Positive Negotiation – Castle Consultants

1985 Problem solving & decision Making – Kepner Tregoe

1986 Situational Leadership – Centre for Leadership Studies

1987 Sales & Marketing Institute – London Business School

1988 Advanced Marketing – Apple University Europe

1989 Financial Management – Apple Computer & MCE

1992 – 1993 Communicating & Influencing for Results – Castle Consultants

1997 – 1998 GEM Certificate Class on Appreciative Inquiry - Case Western University

2006 – 2007 BT Executive Management Programme - NCOI

Werkervaring:

1978 – 1984 Centrale school voor Tuinbouwtechniek, Ede, hoofdinstructeur

1984 – 1991 Apple Computer, BU manager education

1991 – heden JLS International BV, DGA

1998 – 2004 Syntegra, Directeur Learning Solutions

2004 – 2009 BT (Global Services), Director Learning Solutions

2009 – heden Van Harte & Lingsma, Algemeen Directeur

Overige werkzaamheden:

1999 – heden Chair of the Global Council of Appreciative Inquiry Inc.

2000 – 2005 Voorzitter Bestuur Stichting ECDL

2005 – 2009 Lid van de EU denktank Technology Enhanced Learning (TEL)

2007 – heden Gastdocent aan oa. TU Twente en de VU rondom Appreciative Inquiry (AI)

2007 – heden Associate of the TAOS Institute (USA)

2009 – heden AI Associate of the NTL Institute (USA)

Recente publicaties:

2008 Waarderend Organiseren (samen met A. van Iren, R. vd Nieuwenhof & R. Masselink)

2009 A New Business Model (artikel in de AI Practioner)

2011 Daily Practices and Disciplines of an Appreciative Leader (artikel in de AI Practioner van 2/2011)

2011 Appreciative Leadership (bijdrage aan Positive Psychology at Work van Sarah Lewis)

2011 Kan het ook anders, met een beetje Liefde (Kluwer uitgave HRWorld)

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 43/63

De heer prof.dr. L.H.J. Verhoef

De heer Verhoef is ingezet als panellid vanwege zijn expertise in het werkveld. Hij is deskundig op het

gebied van ondernemerschapstudies, handel en financiën, door zijn ervaring als docent beschikt de

heer Verhoef tevens over onderwijsdeskundigheid. Ook is de heer Verhoef internationaal deskundig

door zijn werkzaamheden voor de Europese Unie en voor Hewlett Packard. Voor deze visitatie is hij

individueel geïnstrueerd over het proces van accreditatie in het hoger onderwijs en over de werkwijze

van NQA.

Opleiding:

1972 – 1978 Stedelijke Economie, Rijksuniversiteit Utrecht

1982 – 1986 Doctor in de Economie, Universiteit Tilburg

Werkervaring:

1964 – 1974 Diverse commerciële functies in de private sector

1974 – 1978 Groen van Prinsterer mavo Bodegraven, docent aardrijkskunde en maatschappijleer

1977 – 1987 Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders, Lelystad, stadseconomisch planner

1982 – 1986 Universiteit van Tilburg, Faculteit Economie, assistent professor stedelijke economie

1986 – 1994 European Young Business, Liverpool, Bestuurslid

1987 – 1998 ING Bank hoofdkantoor, Amsterdam, hoofd ondersteuning kleinbedrijf

1992 – 2007 Europese Unie Brussel, rapporteur bij de tweede, derde en vijfde Europese ronde

tafel van banken en midden- en kleinbedrijf en lid bij de eerste en vierde ronde tafel.

2001 – 2005 Innovatieve acties programma Brabant, Tilburg, lid van de adviescommissie

2001 – 2005 Hewlett Packard Ondernemerschap in Technologie, Zwitserland, Forumlid

2001 – 2006 !Go BV uitzendbureau voor gehandicapten, adviseur en lid van de RvC

2004 – 2005 Europese Commissie Directoraat Generaal Interne Markt initiatieven, Forumlid FIN-

USE

1998 – 2009 Mazars Rotterdam, lid van de Nederlandse adviescommissie

2003 – 2009 NIVRA Amsterdam, lid van de Adviescommissie voor midden- en kleinbedrijf

2003 – 2010 Stichting Connect i.o.v. MKB Limburg, Cursus Innovatief Ondernemerschap voor

midden- en kleinbedrijf en agrariërs, projectleider

1987 – heden NVM-SOM Nieuwegein, docent Strategisch Management voor aspirant makelaars

1994 – heden Technische Universiteit Eindhoven, faculteit IEIS; professor in ondernemerschap

1996 – heden NIBE-SVV Amsterdam, opleidingsinstituut voor de financiële dienstverlening, training

van bankaccountmanagers in risicobepaling in midden- en kleinbedrijf

2001 – heden Rabobank Eindhoven, voorzitter van het lokale Rabobankfonds voor het MKB

2010 – heden Gastdocent in de MBA opleiding van de American College University in

Skopje/Macedonië.

2010 – heden Gastdocent in de MBA opleiding van de Universiteit van de Nederlandse Antillen in

Willemstad/Curaçao

2010 – heden Europese Commissie, DG Education and Culture Lid Adviescommissie Grundtvig

"Lifelong Learning"

2011 – heden Lector in ondernemerschap aan Hogeschool Zuyd (per 1 mei 2011)

Overige werkzaamheden:

2002 Zakenprijs Uden Noord-Brabant, jurylid

2005 Zakenprijs Kleve Duitsland, juryvoorzitter

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 44/63

Mevrouw W.J. van Kats MBA

Mevrouw Van Kats is ingezet als studentlid. In 2010 is zij afgestudeerd in de Master Business

Administration Management of Innovation aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, na de studie

Facility Management aan de Hogeschool Rotterdam te hebben afgerond. Zij was als junior docent

(0,2 fte) werkzaam bij de Hogeschool Rotterdam. Per 2010 is zij werkzaam bij Unilever Food

Solutions. Unilever Food Solutions richt zich tot de foodservice markt (horeca, catering &

zorginstellingen). Als category marketeer is Wieteke verantwoordelijk voor de innovaties en

marketing activiteiten van de producten die lokaal sterk zijn voor de landen België, Nederland en

Frankrijk. Aangezien Wieteke recentelijk nog student was, beschikt zij over studentgebonden

deskundigheden met betrekking tot de studielast, de onderwijsaanpak, de voorzieningen en de

kwaliteitszorg bij opleidingen met een management-karakter. Mevrouw Van Kats heeft aan meerdere

visitaties van NQA deelgenomen, daarnaast heeft zij ook veel ervaring met kwaliteitscontroles in het

werkveld. Voor deze visitatie is mevrouw Kats aanvullend individueel geïnstrueerd.

Opleiding:

1998 – 2004 VWO, Het Schoonhovens College te Schoonhoven

2004 – 2008 Facility Management, Hogeschool Rotterdam

2008 – 2009 Premaster Business Administration, Erasmus Universiteit

2009 – 2010 Master Business Administration, specialisatie Management of Innovation, Erasmus

Universiteit

Werkervaring:

05/’01 - 10/’08 Restaurant Lekzicht te Schoonhoven, bediening

09/’06 – 01/’07 Zuwe Hofpoort Ziekenhuis te Woerden; Onderzoek naar haalbaarheid standaard

menukaart en digitaliseren van menukaart in het ziekenhuis

11/’08 – 03/’10 Hogeschool Rotterdam opleiding facility management, junior docent

Begeleiden van eerste en tweedejaars studenten bij projecten en stages. Training

geven met betrekking tot onderzoeksvaardigheden.

04/’10 – 09/’10 Unilever Food Solutions te Rotterdam; Onderzoek naar hoe klanten betrokken kunnen

worden in een business model innovation. Daarnaast groot marketing evenement

georganiseerd en ondersteuning gegeven aan verscheidene marketingactiviteiten,

zoals marktanalyse naar on-the-go concepten.

10/’10 – heden Unilever Food Solutions te Rotterdam, Category Marketeer; Verantwoordelijk voor

innovaties en marketing activaties van een groep producten die lokaal sterk zijn (b.v.

rookworsten) in de foodservice markt van België, Nederland en Frankrijk.

Nevenfunctie:

2008 – 2009 Bestuurslid van IFMA-Young, een internationale vakverenging voor ambitieuze Young

professionals in het vakgebied real estates en facilities.

Mevrouw M. Snel B HRM & B Ed

Mevrouw Snel is ingezet als NQA-auditor. Zij heeft sinds 2005 als NQA-auditor ervaring met visiteren

van bestaande en nieuwe opleidingen in verschillende sectoren binnen het hbo. Daarnaast verzorgt zij

trainingen over het visitatie- en accreditatiestelsel en voert zij adviestrajecten uit. Door haar ervaring

heeft zij tevens deskundigheid in het beoordelen van afstandsonderwijs. Verder is zij betrokken bij

advisering over en beoordeling van EVC-procedures (Erkennen van Verworven Competenties) van

aanbieders in het mbo en hbo.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 45/63

Zij heeft als junior personeelsadviseur gewerkt bij een grote zorginstelling voor verstandelijk

gehandicapte mensen waar zij de personele zaken behartigde van ongeveer 200 medewerkers.

Zij is getraind als auditor Hoger Onderwijs NQA in samenwerking met Lloyd’s Register en heeft in het

najaar van 2010 deelgenomen aan de training van de NVAO en is gecertificeerd secretaris.

Ook is Merijn Snel erkend assessor voor Investors in People.

Opleiding:

2000 – 2004 Personeel & Arbeid (Bachelor Human Resource Management), Saxion

Hogeschool Enschede

2008 – 2010 Opleidingskunde (Bachelor of Education: Training and Human Development),

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Training:

Maart 2004 Training Auditor Hoger Onderwijs, NQA i.s.m. Lloyd’s Register

November 2008 Training Assessor Investors in People, IiP UK (Kortrijk, België)

November 2010 Training secretaris beoordelen opleidingen in het hoger onderwijs, NVAO

December 2010 Training Expert Investors in People, IiP International (Apeldoorn, Nederland)

Werkervaring:

2004 – 2005 junior personeelsadviseur, de Twentse zorgcentra

2005 – 2009 auditor, Netherlands Quality Agency

2008 – heden erkend assessor Investors in People, Netherlands Quality Agency

2010 – heden senior auditor, Netherlands Quality Agency

Mevrouw C.A.J. van den Berg-Witsenboer BComn & BEd

Mevrouw Van den Berg-Witsenboer is ingezet als NQA-auditor en heeft ervaring in meerdere

visitaties. Zij heeft de opleiding Journalistiek, specialisatie geschreven pers en de Pedagogische

Academie voor Basisonderwijs afgerond. Zij is bekend met het proces van accreditatie in het hoger

onderwijs en is verder ingewerkt binnen de werkwijze van NQA. Vanuit haar opleiding en ervaring

heeft mevrouw Van den Berg-Witsenboer kennis van organisatorische, didactische en

onderwijskundige processen.

Mevrouw Van den Berg-Witsenboer heeft in het najaar van 2010 deelgenomen aan de training van de

NVAO en is gecertificeerd secretaris.

Opleiding:

2005 – 2007 Pedagogische Academie voor Basisonderwijs, Saxion Hogescholen te

Deventer

2000 – 2004 Opleiding Journalistiek, specialisatie Geschreven Pers, Chr. Hogeschool

Windesheim te Zwolle

Training:

September 2010 Training secretaris beoordelen opleidingen in het hoger onderwijs, NVAO

Werkervaring:

2004 – 2006 Redacteur/freelance journalist voor diverse media

2005 – 2009 Leerkracht basisonderwijs

2009 – 2011 Freelance journalist voor een regionale krant en andere media

2009 – heden Junior-auditor, Netherlands Quality Agency

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 46/63

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 47/63

Bijlage 2 Onafhankelijkheidsverklaring auditteam

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 48/63

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 49/63

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 50/63

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 51/63

Bijlage 3 Bezoekprogramma

Tijdstip Programma Deelnemers Locatie

onderdeel

08.45 – 09.00 Ontvangst Accreditatiecommissie X10.06

Accreditatiecommissie Dhr. prof. dr. L.H.J. Verhoef panellid

Dhr. Ing. J.C. de Jong panellid

Mevr. W.J. van Kats panellid student

Mevr. M. Snel BHRM & BEd panellid NQA

Mevr. C.A.J. Witsenboer BComn & BEd panellid NQA

Management

Dhr. drs. J. van Iersel directeur Business School

Dhr. drs. B. Veldhuizen hogeschoolhoofddocent Bedrijfseconomie

Dhr. drs. ing. J. Keegstra coursedirector MBA

Dhr. J.G.A. van den Berg adviseur kwaliteitszorg School of Business & Economics

09.00 – 11.00 Materiaalbestudering X10.10

11.00 – 12.00 Gesprek met X10.06

het management Dhr. drs. J. van Iersel directeur Business School

Dhr. drs. B. Veldhuizen hogeschoolhoofddocent Bedrijfseconomie

Dhr. drs. ing. J. Keegstra coursedirector MBA

12.00 – 12.45 Lunchpauze Accreditatiecommissie X10.10

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 52/63

12.45 – 13.45 Gesprek met X10.06

docenten en Lector Dhr. drs. W. Hulleman docent International Business, Dissertation

Dhr. drs. P. van Bommel docent HRM, Outdoortraining, Dissertation en lid examencommissie

Dhr. drs. A. Weynschenk docent Finance, Management Game, Dissertation

Dhr. W. Toeter MBA docent Kwaliteit en Logistiek, Dissertation en lid examencommissie

Dhr. dr. P. Paffen docent Org. Behaviour, Outdoor training

Dhr. dr. J.L.F. Hagelaar Lector Supply Management

13.45 - 14.45 Gesprek met X10.06

cursisten Dhr. H. Herstenberg cursist - directeur Aboma te Ede

Dhr. R. de Kreek cursist - manager MCFE B.V.

Dhr. M. Steffens cursist - commericeel manager Reaal, Alkmaar

Mevr. M. Brüll cursist - sales manager WICS Solutions, Werkendam

Dhr. J. Bekkema cursist - manager HITT, Apeldoorn

Mevr. M. Damman-Timmerman cursist - coördinator AgentschapNL, Zwolle

Dhr. E. Scherpenkate cursist - afdelingsmanager WEZO, Zwolle

Dhr. A. Smeenk cursist - projectcoördinator Nieuwe Watergeulen, Waterschap Veluwe,

Apeldoorn

14.45 – 15.00 Korte pauze Accreditatiecommissie X10.10

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 53/63

15.00 – 15.45 Gesprek met X10.06

werkveld en Dhr. M. Hemmink MBA directeur Hemmink BV; lid Raad van Advies MBA

afgestudeerden Dhr. ir. A. Groothedde lid Raad van Bestuur Kadaster Apeldoorn; lid Raad van Advies MBA

Dhr. Prof. dr. J. de Vries hoogleraar Operations Management, Programma Directeut BSc

Bedrijfskunde, Rijksuniversiteit Groningen; lid Raad van Advies MBA

Dhr. T. Marskamp MBA voorzitter MBA-alumni; lid Raad van Advies MBA

Dhr. prof. dr. H. Ebbers Nijenrode Business universiteit, China Institute; lid Raad van Advies MBA

Mevr. M. de Jong MBA afgestudeerd - adjunct-bedrijfsdirecteur Omrin Inzameling & Reiniging

Dhr. S. Scholte MBA afgestudeerd - directeur Bedrijven Rabobank Zuidwest-Drenthe

Dhr. A. Hempenius MBA afgestudeerd - manager B.O.V. Almelo

15.45 – 17.15 Rondleiding; Accreditatiecommissie Gebouw X (rondleiding max 20 min. tussen 15.45 en 16.15 uur) Geb. X

Materiaalbestudering & X10.10

paneloverleg

17.15 – 17.45 Tweede gesprek met X10.06

het management Dhr. drs. J. van Iersel directeur Business School

Dhr. drs. B. Veldhuizen hogeschoolhoofddocent Bedrijfseconomie

Dhr. drs. ing. J. Keegstra coursedirector MBA

17.45 – 18.00 Afronding Accreditatiecommissie X10.10

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 54/63

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 55/63

Bijlage 4 Bijlagen zelfevaluatie en ter inzage gelegd materiaal

Bron

Facet nummer Document

Pos.doc 1 Windesheim Organisatie Ontwikkelingsplan (WOOP), 28 april 2004; Instellingsplan Windesheim, 2007-2012

2

Contouren van het nieuwe onderwijs, februari 2005, een uitgave in het kader van WOOP.

1.1 1 MBA handbook

2 Notulen Raad van advies vergaderingen, 16/3/2009, 31/3/2011

3 Notulen Alumni bijeenkomsten

4 De AMBA eisen en NVAO facetten

1.2 1 MBA handbook

2 Vergelijking eindkwalificaties met relevante kaders

3 Groepsprojecten en Dissertations

4 Overzicht deelnemende bedrijven en organisaties

1.3 1 MBA handbook

2 Overzicht deelnemende bedrijven en organisaties

3 Notulen Raad van Advies vergaderingen

4 Beoordelingen groepsprojecten en Dissertations (ter inzage)

5 Semesterevaluaties

2.1 1 MBA handbook, §7 en § 9

2 Bevestigingsbrief MBA projecten bij bedrijven

3 MBA handboek, §5 'Dissertation Guidelines'

4 Semesterevaluaties

2.2 1 MBA handbook §3

2 Semesterevaluaties

3 Groepsprojecten en Dissertations

4 Opdracht vernieuwing MBA, 24 maart 2011

2.3 1 MBA handbook

2 Semesterevaluaties

2.4 1 MBA handbook

2 Semesterevaluaties

2.5 1 MBA handbook

2 Curriculum Vitae’s van cursisten (ter inzage)

2.6 1 MBA handbook

2.7 1 MBA handbook

2 Semesterevaluaties

2.8 1 Toetsbeleid binnen het MBA. Een nadere uitwerking van het SBE toetsbeleid

2 Beoordelingen externen

3 Beoordelingsformulier Dissertations

4 Feedback formulier Teampresentaties Docenten

5 Semesterevaluaties

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 56/63

3.1 1 Curriculum Vitae docenten

2 Inzet personeel bij MBA modules, overzicht gastsprekers.

3.2 1 Organisatieontwikkelingsplan – SBE versie 4.0, 18 november 2008

2 Functiekarakteristiek docent, als onderdeel van het functiegebouw van Windesheim.

3 Inzet personeel bij MBA modules

4 Verzuimbeleidsplan, visie op verzuim, van Windesheim

3.3 1 Kwaliteitszorg MBA opleiding

2 Organisatieontwikkelingsplan – SBE, versie 4.0, 18 nov. 2008

3 Documentatie afdeling P&O, competentieprofielen medewerkers, Functiehandboek

4 Inzet personeel bij MBA modules

5 Planning met POP, procedure en voorbeeld

6 Semesterevaluaties

7 Promotiebeleid Windesheim, versie juni 2010

4.1 1 Blackboard, http://blackboard.windesheim.nl

2 Semesterevaluatie (opmerkingen cursisten)

3 https://infosite.windesheim.nl/organisatie/diensten/sos/mediacentrum

4 https://infosite.windesheim.nl/medewerkers/faciliteiten

4.2 1 MBA handbook, §4 en §5

2 Semesterevaluaties (opmerkingen cursisten)

5.1 1 Notitie kwaliteitszorg SBE, december 2009

2 Kwaliteitszorg MBA opleiding

3 Instellingsplan en Kadernota Windesheim

4 Activiteitenplan SBE 2010 en 2011, in de context van ondernemingsplan 2012

5 Interne Audit op Windesheim

6 W-INK kwaliteitskaarten SBE, 26 augustus 2009

7 Bevindingen INK-audit m.b.v. kwaliteitskaarten Windesheim – SBE, oktober 2009

8 Evaluatie interne Audit SBE, 18 januari 2010

5.2 1 MBA handbook 2007, 2008, 2009, 2010

2 Opdracht vernieuwing MBA, 24 maart 2011

5.3 1 Kwaliteitszorg MBA opleiding

2 Bevestigingsbrief MBA projecten bij bedrijven

3 Notulen Raad van Advies vergaderingen

4 Ledenlijst Raad van Advies

5 Notulen Agnietenbergconferentie

6.1 1 MBA handbook §5, Dissertation guidelines

2 Format Beoordeling Dissertations

3 Notulen examencommissie

4 Notulen Alumni vereniging

5 Semesterevaluaties

6.2 1 Notulen examencommissie

2 Notulen docentenvergadering

3 Kwaliteitszorg MBA opleiding

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 57/63

Sleuteldocumenten Onderwerp 1, Doelstelling van de opleiding

1. MBA Handbook

2. Criteria for the Accreditation of MBA Programmes AMBA (Association of MBAs)

Sleuteldocumenten Onderwerp 2, Programma

1. MBA Handbook, §3, 4, 5 en 6

2. Toetsbeleid binnen het MBA. Een nadere uitwerking van het SBE toetsbeleid

Sleuteldocumenten Onderwerp 3, Personeel

1. Curriculum Vitae docenten

2. Organisatieontwikkelingsplan – SBE versie 4.0, 18 november 2008

Sleuteldocument Onderwerp 4, Voorzieningen

1. MBA Handbook, §4 en §5

Sleuteldocumenten Onderwerp 5, Interne Kwaliteitszorg

1. Activiteitenplan SBE 2011

2. Kwaliteitszorg MBA opleiding

Sleuteldocumenten Onderwerp 6, Resultaten

1. MBA Handbook, §5 en §6

2. Semesterevaluaties

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 58/63

AANVULLENDE DOCUMENTEN TER INZAGE:

Accreditatiebezoek e-MBA op woensdag 31 aug. 2011

DOCUMENTEN GENOEMD IN DE ZELFEVALUATIE:

• Alle bijlagen zoals deze in de zelfevaluatie zijn genoemd en zijn opgestuurd aan de

NQA, per facet en op volgorde, genummerd in ordners.

AANVULLENDE DOCUMENTATIE:

1. DOCUMENTEN PROGRAMMA

Windesheim Onderwijs

• Het nieuwe onderwijsconcept van Windesheim, februari 2006.

• Onderwijsontwikkelingen op Windesheim, september 2006

Windesheim Organisatie

• Instellingsplan Windesheim 2007/2012 “Verrijkt en verrijkend”.

• Windesheim jaarverslag 2007 en 2008 (cd-rom).

• De vele gezichten van Windesheim, van Hogeschool naar kenniscentrum.

School of Business & Economics

• Een representatieve selectie van cursusboeken die bij de opleiding worden gebruikt.

• Onderwijsaanbod, beschikbaar via Blackboard, d.m.v. een laptop (Mark Heupink)

• Een selectie van tentamens/toetsen en antwoordmodellen.

• Brochures School of Business & Economics & MBA

• Beleidsplan onderzoek, SBE.

• Notitie Relatiebeheer, SBE, voorjaar 2008.

• Praktijkgericht onderzoek in de SBE

2. DOCUMENTEN PERSONEEL

Windesheim

• Leeractiviteiten voor medewerkers, Corporate Academy van Windesheim.

• En wat wil jij nog leren?, Leren op 1, Corporate Academy van Windesheim.

• Didactische professionalisering voor docenten in het hbo, Corporate Academy van

Windesheim.

• Projectmatig werken op Windesheim, Corporate Academy van Windesheim.

• Leren op 1, Congres professionalisren op Windesheim, 6 februari 2008.

• Zichtbare ontwikkelingen, Professionaliseringsbeleid 2007-2012, P&O.

• Flyer ‘Hoe gezond ben jij?’

• Het Mediacentrum, wegwijzer voor medewerkers.

• Functiereglement Windesheim, functiehandboek, vs. 4, april 2003.

• Procedure Afsprakenformulier (planning en POP), incl. toelichting en voorbereiding.

• Competentieset van Windesheim, febr. 2005.

• Functieprofiel Hogeschooldocent

• Ontwikkelen bij Windesheim, september 2003.

• Advies uitvoering KWOA-scan, Voorbeeldfoto scan en de Notitie KWOA-scan.

• KWOA-scan rapportage SBE, november 2009, inclusief de subanalyse.

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 59/63

• Re-integratiebeleid bij verzuim, Windesheim maart 2009

• Uitvoeringsreglement Werving & Selectie en Mobiliteit, Windesheim mei 2008

• Dataset 2008,huidig personeelsbestand Windesheim, P. & O., maart 2009

School of Business & Economics

• Scholingsbeleid CHW – SBE - Opleiding

• Personeelszorgbeleid SBE

• Verkort C.V.-overzicht docenten van de opleiding.

• Document Promotiebeleid (Windesheim)

3. DOCUMENTEN VOORZIENINGEN

Studentbegeleiding

• Brochure Masteropleidingen na een economische HBO-opleiding

Overige

• Survival Guide ICT & Windersheimwijzer, brochure over alles wat met ICT te maken

heeft in Windesheim & Vind je weg op Windesheim.

• Zoekboek, handleiding voor het snel en efficiënt zoeken van informatie, Het

mediacentrum.

• Windesheim Ruimteboek 2008-2009.

4. DOCUMENTEN KWALITEITSZORG

• Methode voor kwaliteitsverbetering van het hoger onderwijs naar het EFQM-model,

De Expertgroep HBO, juni 2004.

• Presteren in het onderwijs, van ambitie naar realisatie, speciale uitgave INK - 2006.

• Introductie, filosofie, inhoud en toepassing van het INK-managementmodel, speciale

uitgave INK februari 2007.

• INK voor organisaties in conditie, beschrijving van de vernieuwing in het INK-

managementmodel, INK 2007.

• Draaiboek interne audits Windesheim.

• Kwaliteitskaarten Interne Audit SBE incl. consensus rapport auditteam en evaluatie

SBE.

• Overzicht onderwijsevaluaties per cursusjaar (ordner).

5. DIGITAAL (toegankelijk door middel van een laptop)

• Blackboard: http://blackboard.windesheim.nl (Mark Heupink)

• Internet Windesheim: http://www.windesheim.nl

• Intranet Windesheim: http://infosite.windesheim.nl

van hieruit is informatie te raadplegen met betrekking tot:

- Informatie voor medewerkers, voor studenten, Windesheim nieuws en

Organisatie.

- Het mediacentrum (via infosite / organisaties / diensten / Student en

Onderwijsservices)

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 60/63

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 61/63

Bijlage 5 Domeinspecifieke referentiekader en opleidingscompetenties

Eindkwalificaties MBA:

a. Integraal kunnen denken betreffende algemeen en strategisch management

b. Integrale managementvaardigheden bezitten op algemeen bedrijfsniveau en afdelingsniveau

c. Complexe multidisciplinaire problemen analyseren, oplossen, implementeren

d. Goed begrip van management en organisatie en impact van variabelen op de organisatie

e. Sterktes en zwaktes van organisaties kennen

f. Kansen en bedreigingen van organisaties kennen

g. Goed begrip van moderne management en marketing technieken

h. Goed begrip van management accounting, finance, treasury management

i. Goed begrip van kwaliteitsmanagement

j. Goed begrip van logistieke processen en informatiemanagement

k. Goed begrip van duurzaamheid

l. Goed kunnen presenteren en debatteren

m. Goed begrip van problemen en vaardigheden in managen van personeel

n. Goed kunnen reflecteren op (werk-)ervaringen

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 62/63

© NQA – Chr. Hs. Windesheim: hbo-masteropleiding Executive Master of Business Administration 63/63

Bijlage 6 Schema opleidingsprogramma

Two-year part-time programme: ECTS: 67,0

Introduction: Overall courses

• Research methods/ Methodology

• Personal Development Plan/Coaching

• Presentation techniques

ECTS 0,5 0,5 0,5

1st semester: - Project: Client centred processes in strategic perspective - Courses:

• Quality Management and Logistics

• Human Resource Management

• Market Driven Management - Research Methods - Coaching - Presentation Techniques

3 3 3 3

0,5 0,5 0,5

2nd semester: - Project: Strategic Innovation or Transformation - Courses:

• Strategic Management Perspectives

• Organisational Behaviour

• Financial Management of the Organisation

• International Management Congress - Research Methods - Coaching - Presentation Techniques

3 3 3 3 1 1

0,5 0,5

3rd semester: - Project: Environment and International Expansion - Courses:

• Outdoor training

• Corporate Governance

• Managing International Markets

• Economic Environment of International Business - Research Methods - Coaching - Presentation Techniques

3 1 3 3 3 1

0,5 0,5

4th semester: - Project: Management Game - Courses:

• Managing ICT in Business

• Managing Sustainability

• Dissertation

2 3 2 15