Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de...

136
Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 Monitoringsrapport N2000 en SNL

Transcript of Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de...

Page 1: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

BroedvogelinventarisatieGroote Peel 2016

Monitoringsrapport N2000 en SNL

Page 2: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

Colofon

Uitgave:Provincie Limburg, cluster Natuur en WaterPostbus 57006202 MA Maastricht

E-mail: [email protected]: www.limburg.nl

Tekst:Boena van Noorden

Controle en digitaliseren velddata:Ruud van Dongen

Veldwerk:Theo BakkerRinus DilleropHuub DonRuud van DongenRoel ModdermanBoena van NoordenWillem SteengePiet van TilburgBart VeenstraJohn Vereijken

Figuren: Bèr Hollanders

Opmaak en lay-out:Grafisch centrum, Provincie Limburg

Omslag: Sprinkhaanzanger, Blauwborst, Slobeend. Foto’s O. Plantema.

Dit rapport is opgesteld in het kader van de monitoring Natura 2000 en de SNL-regeling. Men gelieve het rapport te citeren als: Noorden B. van, 2017. Broedvogelinventarisatie van de Groote Peel, 2016. Provincie Limburg, cluster Natuur en Water, Maastricht.

17-157

Page 3: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

Maastricht, februari 2017

Broedvogelinventarisatie van de Groote Peel 2016

Page 4: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

4

Page 5: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

5

Inhoudsopgave

Pagina

Samenvatting 6

Dankwoord 7

1. Inleiding 9

2. Beschrijving van het gebied 11

3. Hetweerinhetvoorjaarvan2016 19

4. Methode 23

5. Resultaten 27

Literatuur 93

Bijlagen 96-135

Page 6: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

6

Samenvatting

Ten behoeve van de beleidsmonitoring gekoppeld aan het Subsidiestelsel Natuur- en Landschapsbeheer (SNL) en voor de rapportageplicht in het kader van de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn (VHR) is in 2016 de Groote Peel vlakdekkend op broedvogels onderzocht. Daarnaast vormt het onderzoek een nulmeting voor de in het najaar van 2016 gestarte hydrologi-sche herstelmaatregelen in het kader van een LIFE+ project. In totaal 95 soorten broedvogels werden er in 2016 binnen de grenzen van het N2000 gebied vastgesteld. Hieronder bevinden zich 24 soorten die op de nationale Rode Lijst staan. Een kwart hiervan bezetten minder dan vijf territoria; Boomvalk (2), Ransuil (3), Roerdomp (1), Porseleinhoen (4), Veldleeuwerik (1), Zomertaling (4) en Zomertortel (2). Voor de regio zijn de aantallen van de Graspieper (116), Grauwe Klauwier (7), Grauwe Vliegenvanger (32), Koekoek (33), Kneu (118), Nachtzwaluw (53), Spotvogel (37), Watersnip (6) en Wielewaal (39) (bijzonder) hoog. Voor de Groote Peel gelden in het kader van de VHR voor een 5 tal broedvogelsoorten instand-houdingsdoelstellingen. Van de vijf soorten voldoen de Dodaars, Blauwborst en Roodborsttapuit zondermeer aan de criteria. De Geoorde Fuut blijft zeer sterk onder het aantal paren dat in de norm is vastgelegd en het Porseleinhoen haalt de norm net niet. Over het algemeen zijn de bossoorten in het gebied sedert 2000 in aantal toegenomen en hebben Appelvink en Boomklever zich nadien als nieuwe broedvogelsoort gevestigd. Zeer bijzonder was het territorium van de Dwerguil. Dit is het eerste territorium dat ooit in Nederland is vastgesteld. De toename van de bosvogelbevolking is te wijten aan het ouder en structuur-rijker worden van de loofbossen. Een aantal aan vochtige milieus gebonden soorten zijn afgenomen, zoals Blauwborst, Graspieper, Rietgors en Wintertaling . Daar staat echter een toename van andere moerassoorten als Dodaars, Sprinkhaanzanger en Waterral tegenover, waardoor er zonder aanvullend onderzoek moeilijk uitspraken over de oorzaak van deze aantals-veranderingen kunnen worden gedaan.

Page 7: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

7

Dankwoord

Het inventariseren van 1400 ha , vaak zeer ontoegankelijk moerasgebied, is geen sinecure. Er is dan ook alle lof voor de broedvogelkarteerders die voor dag en dauw in de weer waren om de kartering tot een goed eind te brengen. Na afloop werden de resultaten minutieus gecontroleerd en gedigitaliseerd door Ruud van Dongen, waardoor een degelijke dataset voorhanden was om tot een verantwoorde rapportage te komen. Er gaat ook veel dank uit naar de medewerkers van Staatsbosbeheer. Zo leverde Michel Nieuwelink aanvullende gebiedsinformatie aan, introduceerde Jap Smits ons in een gemeenschappelijke briefing in het gebied, nam John Vereijken een telgebied voor zijn rekening en leverde aanvullende informatie over de roofvogels aan, waakte Sjaak Smits over onze veiligheid in verband met de jacht, leverde Dennis Bennebroek informatie over de begrazing en leverden Piet van den Munckhof en Piet Zegers aanvullende informatie aan. Carlo van Seggelen en Jan Timmermans verstrekten ook extra informatie. De fotografen Otto Plantema, Huub Don, Theo Bakker, Rinus Dillerop en John Vereijken stelden geheel belangeloos hun foto’s beschikbaar. Tot slot is een woord van dank op zijn plaats voor Bér Hollanders die de figuren vervaardigde.

Page 8: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

8

De Groote Peel behoort tot de belangrijkste waterrijke natuurgebieden (wetlands) van ons land en is daardoor aangewezen als Europees beschermd Vogelrichtlijngebied. Berkenbruin, 11 april 2016. Foto Boena van Noorden.

Page 9: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

9

1 Inleiding

De Groote Peel is het zuidelijkste hoogveenrestant van enige omvang in ons land. Als gevolg van de grootschalige verveningen en ontginningen in de 19e en 20e eeuw resteren van het oorspronkelijke hoogveen resteren nog slechts enkele relicten. Na de Tweede Wereldoorlog groeide langzaam het besef dat zonder maatregelen het veengebied geheel zou verdwijnen en werd een begin gemaakt met de bescherming van het gebied. Toch werden tot 1966 nog delen van het gebied ontgonnen (van Seggelen, 1999). In 1951 werden de eerste grondaankopen gedaan en in 1957 had het reservaat van Staatbosbeheer een omvang van 306 ha. Daarna groeide dit door tot de huidige 1416 ha. Naast de grote regionale waarde, heeft het gebied ook natuurwaarden die van nationaal en internationaal belang zijn. Dit resulteerde achtereenvolgens tot het toekennen van de natuurbeschermingspredicaten: Internationaal beschermd Wetland (Ramsar Conventie, 1976), Vogelrichtlijngebied (1986), Staatsnatuurmonument (1990) en Habitatrichtlijngebied, Natura 2000 (2004). Vanwege het toeristisch-recreatieve belang werd de Groote Peel in 1993 uitgeroepen tot Nationaal Park. In het kader van de aanwijzing als Vogelrichtlijngebied zijn er voor vijf broedvogelsoorten, Dodaars, Geoorde Fuut, Porseleinhoen, Blauwborst en Roodborsttapuit, instandhouding-doelstellingen opgesteld. Deze doelstellingen houden in, dat er voor elk van deze soorten, de omvang en kwaliteit van het leefgebied met een draagkracht voor een vastgestelde populatieomvang behouden blijft. Een goede graadmeter of aan deze doelstelling wordt voldaan is het vaststellen van het aantal broedparen. EU-lidstaat Nederland is verplicht regelmatig aan de Europese Commissie te rapporteren over de mate waarin de instandhouding doelstellingen worden gehaald. Daarnaast valt de Groote Peel onder de Subsidieregeling Natuur- en Landschapsbeheer (SNL). Ook in dat kader wordt er regelmatig gemonitord hoe het met de kwaliteit van het gebied is gesteld. Voor beide monitoringsverplichtingen (N2000/VHR en SNL) is een monitoringsprotocol opgesteld (van Beek et al., 2014). In dat protocol is een inventarisatiefrequentie voor de broedvogels van eens in de zes jaar afgesproken. Deze rapportage is uitgevoerd volgens dit protocol en draagt daarmee bouwstenen aan voor de beoordeling van de natuurkwaliteit van de Groote Peel. In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese subsidieregeling voor natuurconservering) van start gegaan. Dit is een volgende fase in de hydrologische verbetering van het Natura 2000 gebied. Als zodanig is deze inventarisatie een nul-meting vóór de aanvang van de werkzaamheden.

Page 10: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

10

Overzichtskaart Groote Peel + toponiemen 3

Roerdompven

't Elfde

SteltlopersvenFilosche Peel

't Eeuwig leven

Eeuwelse Loop

Hoofdvaart

Meerbaansblaak

Klein Elfde

Geniepven

Kokmee

uwen

weg

Kokmeeuw

enweg

De Veldraai

Koehoort/KoeuierDe Pijp

Voormalige vuilstort

weg Asten Meijel

Heidelust

Vierkant

Mosplak

Moostdijk

Bezoekerscentrum De Pelen

3e baan

1e baan

2e baan

Nieuwe ba

an

4e baan5e

baan

6ebaan

5ezijbaan

7ebaan8e

baan

10e baan9e baan

11e baan

13ebaan

12ebaan

14ebaan

15ebaan

16ezijbaan

16ebaan

Aan den Berg

De polder

Lumme buske

Mee

rbaa

n

Geb

rand

eba

an

Uitzichttoren

Hei

neba

an

Gro

teO

alen

baan

Klei

neO

alen

baan

Mus

senb

aan

Mariahoeve

Mootscheiding

Kruisbaan

Vossenberg

Kalispeel

Beheercentrum

Berkenbruin

N279

van Lithbaan

van Deursendijk

Mosplakbaan

Veldraaibaan

Peel de Veluwe

Pijppad

Vaart

jesdij

k

Middenpeel

Amsloberg

15e vaartje14e vaartje

3e vaartje

4e vaartje

5e vaartje

6e vaartje

Esri Nederland, Kadaster

I1611_623 december 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

Limburg

Noord-Brabant

Asten

Peel en Maas

Leudal

Nederweert

Deurne

Someren

Horst aan de Maas

Weert Beesel

Figuur 1 Overzichtskaart van de Groote Peel en de begrenzingen van het geïnventariseerde gebied. Verder zijn de meest gebruikte toponiemen opgenomen.

Page 11: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

11

2 Beschrijving van het gebied

2.1 LiggingDe Groote Peel met een omvang van 1416 ha (inclusief de recent verworven natuurontwikkelingsgebieden) ligt op de grens van de provincies Noord-Brabant enLimburg in de gemeenten Asten (Noord-Brabant), Peel en Maas en Nederweert (Limburg). De oppervlakte van het Natura 2000-Vogelrichtlijn-gebied bedraagt 1348 ha en is dus minder groot dan het SBB-eigendom. Het is het meest zuidelijke van de grote Peelrestanten. Een klein gedeelte van het gebied wordt in het oosten doorsneden door de provinciale weg Asten – Meijel (N279), verder lopen er geen verharde wegen door het gebied. Grotere plaatsen in de omgeving zijn Weert, Helmond en Venlo (figuur 1). De Groote Peel ligt in een overwegend agrarisch gebruikte streek met veel melkvee- en intensieve veehouderijen. Aangrenzend aan de zuidzijde van het gebied is door de provincie Limburg (GS Limburg, 2015) een zoekgebied van ca. 500 ha aangewezen waarbinnen overeenkomsten voor agrarisch weidevogelbeheer kunnen worden gesloten. Momenteel liggen daar beheerovereenkomsten voor ca. 150 ha beheer. Het onderzoek van deze agrarische gebieden maakt geen deel uit van deze broedvogelkartering.

2.2 Landschap en habitatsEen uitvoerige beschrijving van de ontstaansgeschiedenis, de verveningen en ontginningen, de geologie, de hydrologie en de flora en fauna van de Groote Peel wordt gegeven door Joosten en Bakker (1987). Hieronder wordt alleen een korte beschrijving gegeven van de voor broedvogels meest relevante zaken.De Groote Peel is het restant van een immens hoogveengebied op de grens van de provincies Noord-Brabant en Limburg. De Peelhoogvenen rijkten van Oploo in het noorden tot aan Helden in het zuiden (50km). De breedte (oost-west) van het moerasgebied was ongeveer 6 kilometer waardoor het gebied een omvang van ca. 30.000 ha had. Door verveningen en ontginningen was er halverwege de 20e niet veel meer over dan enkele (verveende) Peelrestanten, waarvan de Groote Peel de zuidelijkste is met een behoorlijke omvang.Nadat de eerste delen werden aangekocht als natuurreservaat kwam het beheer op gang. In het begin stelde dat nog niet zo veel voor en werd er wat begrazing uitgevoerd. Later werd ook de hydrologie verbeterd. Hierbij werd met name de drainage van het gebied noodzakelijk voor de veenwinning ongedaan gemaakt. Hierdoor ontstonden in de periode 1958-1965 de plassen het Elfde en het Steltlopersven. Hierna vonden steeds weer nieuwe interne hydrologische maatregelen plaats om het water beter vast te houden en om de waterstandsfluctuaties zo klein mogelijk te houden. Dat gaat door tot op de dag van vandaag.

Page 12: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

12

Een van de meest karakteristieke soorten van de Groote Peel is de Blauwborst. Groote Peel, 19 april 2007. Foto Otto Plantema.

Het gebied is over het algemeen in het zuiden het hoogst gelegen (33,7 m NAP). Daar liggen zandkoppen die al geruime tijd boven het veen uitstaken en wellicht nooit door het hoogveen overgroeid zijn geweest. Her en der steken ook elders nog wat hogere zandige delen boven het moeras uit (figuur 2). De laagste delen zijn voormalige smeltwaterdalen ontstaan aan het einde van de laatste ijstijd (26,5 m NAP). De hogere delen zijn oeverwallen of opgestoven heuvels. De Groote Peel watert in noordoostelijke richting (in het dal van de Aa) af.

Met een aandeel van 72% overheersen de open vegetatietypen in het gebied (tabel 1). Hiervan is bijna de helft Pijpenstrootje en ruim een kwart heide. Pitrus en open water nemen ieder een oppervlakte van ruim 100 ha in. Het grootste ven, ’t Elfde, neemt alleen al van het open water ca. 50 ha in. Andere grote vennen zijn het Steltlopersven (ca. 25 ha), de Filosche Peel en ‘t Eeuwig leven met elk een omvang van ca 10 ha. In het zuiden liggen de graslanden op oude landbouwenclaves (51 ha). Van de half open vegetaties domineert de Adelaarsvaren (72 ha). Deze varen komt het talrijkst voor in het noorden (figuur 3). Aan de randen van de grotere vennen liggen moerasbossen die voornamelijk bestaan uit wilgenstruwelen. Riet komt beperkt voor en is geconcentreerd in het Roerdompven alwaar het grootste deel van de 8 ha wordt aangetroffen. Gesloten vegetaties (bos) bedekken 17% (229 ha) van het gebied en komen

Page 13: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

13

verspreid voor. De oudste bossen zijn 50-60 jaar oud en aangeplant in het zuidelijke deel van het gebied. Het gaat hierbij loof- (vrnl. zomereik) en een zeer klein deel naaldbos (vrnl. grove den). Vanaf de jaren zeventig is spontane bosopslag uit kunnen groeien tot 35-40 jaar oud berkenbos dat hier en daar gemengd is met ratelpopulier en grove den. Vooral op de hogere delen zijn in de open gebieden her en der solitaire en groepjes grove dennen gespaard tijdens het verwijderen van de bosopslag. Deze bomen bepalen voor een groot deel het karakter van deze drogere delen en vormen een aantrekkelijk broedbiotoop voor onder andere Boompiepers en Nachtzwaluwen. Hoogveenvegetaties komen zeer sporadisch en verspreid voor en bedekken in totaal amper 1 ha. In het zuidelijk deel van het gebied bevindt zich de enige bebouwing. Binnen de N2000 begrenzing zijn dat de voormalige boswachterswoning, die nu dienst doet als vakantiewoning en het voormalige bezoekerscentrum. Net buiten de N2000 begrenzing bevinden zich het beheercentrum van Staatsbosbeheer en het nieuwe bezoekerscentrum “De Pelen” (figuur 1).

Figuur 2. De hoogtekaart van de Groote Peel.

Page 14: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

14

Een belangrijke biotoopeis voor aan hoogveen gebonden vogelsoorten is de openheid. Aan den Berg, 22 juni 2016. Foto Huub Don.

Vegetatietype Oppervlakte in N2000 (ha) Oppervlakte in SBB (ha)Open waterGraslandVeenPitrusPijpestrootjeHeideTotaal openRietAdelaarsvarenStruweelMoerasbosTotaal half openLoofbosNaaldbosTotaal geslotenAkkerZandpad

Totaal

11354

1106419278

971 (72%) 8

725

25110 (8%)

2371,4

238 (18%)4

251348

114166

1106420278

1085 (73%)8

725

25110 (7%)

2351,4

236 (16%)2829

1488Tabel 1. Oppervlaktes van de hoofdvegetatietypen in de Groote Peel (binnen de N2000 grens) vereenvou-digd naar Daniels, 2007.

Page 15: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

15

Vereenvoudigde vegetatiekaart 2

I1611_623 december 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Adelaarsvaren

Akker

Grasland

Heide

Loofbos

Moerasbos

Naaldbos

Open water

Pijpestrootje

Pitrus

Riet

Struweel

Zandpad

Limburg

Noord-Brabant

Figuur 3. Vereenvoudigde vegetatiekaart van de Groote Peel, naar Daniels, 2007.

Page 16: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

16

2.3 BeheerHet natuurbeheer in de Groote Peel is op te splitsen in beïnvloeding van de abiotiek en van de biotiek. De abiotische beïnvloeding beperkt zich tot de hydrologie. In eerste instantie wordt door uitvoering van de LIFE+ maatregelen door middel van aanleg van kades en omleiding van de Eeuwelse Loop het water beter vastgehouden. Daarna wordt er een waterpeilbeheer gevoerd dat streeft naar een zo stabiel mogelijk peil gedurende het jaar. Een stabiel waterpeil is immers een hoofdvoorwaarde om op termijn hoogveenregeneratie te bewerkstelligen. De beïnvloeding van de biotiek is voornamelijk beperkt tot het terugdringen van de vegetatiesuccessie om te voorkomen dat het van nature open hoogveengebied dichtgroeit (verbost). Om dit te bewerkstellingen wordt het gebied deels jaarrond (vak E met de Shetlandpony’s) en deels alleen in het groeiseizoen (overige vakken) begraasd met runderen, pony’s en paarden. Hiertoe zijn verschillende begrazingseenheden (A tm M) omrasterd met prikkeldraad (figuur 4). In totaal wordt 498 ha begraasd. Dit betekent dat 37% van het N2000 gebied een vorm van begrazing kende. In tabel 2 zijn de oppervlaktes per begrazingsvorm en –intensiteit weergegeven. Daarnaast wordt in de meest kwetsbare delen van het gebied periodiek de boomopslag verwijderd. Het gaat hier om de meest vochtige delen met veenbodems die gemakkelijk vertrapt zouden kunnen worden door grazend vee. Heidevegetaties worden periodiek en kleinschalig geplagd.

Ruim een derde deel van het Natura 2000 gebied wordt begraasd, zoals hier waar de hogere zandkoppen in het zuidelijke deel extensief worden begraasd met Shetlandpony’s . Lumme Buske, 11 juli 2016. Foto Boena van Noorden.

Page 17: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

17

Begrazer vaknummer Oppervlakte (ha) Intensiteit (dieren/ ha)Blonde d ‘aquitaineBlonde d ‘aquitaineBlonde d ‘aquitaineBlonde d ‘aquitaineBlonde d ‘aquitaineBlonde d ‘aquitaineBlonde d ‘aquitaineBlonde d ‘aquitaineLimosinLimosinLimosinTotaal rundveePaardPaardShetlandponyTotaal paard

Totaal begraasd

ADFGHIJKCLM

BNE

629701044401122818516450363948

498 (37%)

0,420,780,110,400,160,180,40 *)0,360,560,240,670,310,670,501,281,15

0,39

Tabel 2. Begrazingsvorm en – intensiteit binnen de N2000 begrenzing van de Groote Peel in 2016. *) Alleen in vak J bevindt zich een aanzienlijk deel (ca. 25%) open water, indien hiervoor wordt gecorrigeerd wordt de intensiteit ca. 0,75 runderen per ha (bron: SBB).

Page 18: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

18

Begrazing Groote Peel 4

I 7

H 7

L 12

N 3

M 4

J 45

F 8

E 50

D 7

G 4

B 2

C 10

A 26

K 10

I1611_623 december 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

Limburg

Noord-Brabant

Blonde d'aquitaine

Limosin

Paarden

Shetlandponies (jaarrond)

A 26 Begrazingsperceel (letter) en aantal stuks vee (cijfer)

Figuur 4. Begrazingskaart van de Groote Peel in 2016 (bron: SBB).

Page 19: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

19

3 Het weer in het voorjaar van 2016

Het weer kan een negatieve invloed hebben op de resultaten van de broedvogelkartering. Langdurige perioden met regen en lage temperaturen hebben een negatieve invloed op de zang-activiteit. Voorts zijn de waarnemingsomstandigheden tijdens regen zeer beperkt. Indien de neer-slag langer dan een uur aanhield werd de kartering afgebroken en verplaatst naar een andere dag. In 2016 is dat slechts een enkele keer voorgekomen en waren de weersomstandigheden over het algemeen gunstig voor de zangactiviteit en om deze door de karteerders te registreren. Hieronder wordt per maand het beeld geschetst van het weer. De gegevens zijn ontleend aan de website van het KNNI (www.knmi.nl/nederland-nu/klimatologie/maand-en-seizoensoverzichten) en die van weerstation Asten (http://www.hetweeractueel.nl/weer/asten/historie) .

3.1 MaartVanaf 10 maart werd het weer bepaald door hoge druk boven Scandinavië en de Noordzee en werd het droog en zeer zonnig. De heldere nachten en de noordoostelijke wind zorgden echter vooral ’s nachts voor lage temperaturen. Vanaf 18 maart trok het hogedrukgebied richting de Britse Eilanden en zorgde boven onze omgeving voor een noordwestelijke stroming waarmee uitgebreide wolkenvelden vanaf de Noordzee werden aangevoerd. De laatste dagen van de maand kregen we weer te maken met een overheersend zuidwestelijke aanvoer. De temperatuur liep op tot iets boven normaal, het werd wisselvallig en de wind trok af en toe flink aan. De zaterdag voor Pasen werd het weer tijdelijk bepaald door een rug van hoge druk en was er ruimte voor veel zon en hoge temperaturen. De temperatuur liep in het zuiden en het midden van het land op tot ruim 15 graden.

3.2 AprilMet in De Bilt een gemiddelde temperatuur van 8,7 °C tegen een langjarig gemiddelde van 9,2 °C was april vrij koud. De eerste helft van de maand was de stroming vaak zuidelijk tot westelijk en hoewel het wissel vallig weer was, lag de temperatuur meestal boven normaal. Op 3 april werd in de zuid-oostelijke helft van het land voor het eerst dit jaar een warme dag geregistreerd (maximum-temperatuur hoger dan 20,0 °C. Pas vanaf de 18e bleef het op de meeste plaatsen een dag of 5 achter elkaar droog, doordat we ons onder invloed van een hogedrukgebied bevonden dat vanaf de Britse Eilanden oostwaarts trok. In de tweede helft van de maand overheersten noordelijke of noordwestelijke stromingen en was het koel. Van de 24ste tot en met de 26ste kwam de temperatuur vrijwel nergens meer boven de 10 graden uit. Op de 26ste werd het in Beek (bij Maastricht) niet warmer dan 5,8 °C. De landelijk laagste temperatuur was -2,5 °C in Deelen op

Page 20: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

20

de 20ste. In het oosten vroor het op 5 tot 8 dagen. Aan de grond kwam het lokaal in het oosten op 19 dagen tot vorst. Met gemiddeld over het land 195 zonuren tegen normaal 178 was april zonniger dan normaal. Het minst zonnig was het in het zuidoosten met plaatselijk iets minder dan 160 uur zon. April was met gemiddeld 62 mm nat. Normaal valt 44 mm. De eerste helft van de maand viel regelmatig regen omdat we onder invloed verkeerden van storingen die met een zuidwestelij-ke of westelijke stroming over het Noordzeegebied trokken. Vanaf de 23ste was de stroming een week noordelijk en kregen we met talrijke buien te maken.

3.3 MeiMet een gemiddelde temperatuur van 14,5 tegen 13,1 normaal in De Bilt eindigt mei op de achtste plaats in de lijst met warmste meimaanden sinds 1901. Gemiddeld over het land scheen de zon 230 uur tegen 213 normaal. De neerslagsom is uitgekomen rond de normaal van 61 mm. In Brabant viel door stevige buien echter 100 tot lokaal 140 mm neerslag. Tot en met 21 mei verliep de maand nog kurkdroog. Daarna volgden een kletsnatte 22 en 23 mei waarbij evenveel neerslag viel als normaal in de gehele maand mei. In het zuiden en zuidoosten leidde tot wateroverlast. De eerste twintig dagen verliep de maand nog zonovergoten en leek mei op weg te gaan naar een topnotering qua zonuren. De eerste tien dagen van mei verliepen slechts één keer zonniger. Het slot was echter zeer somber met gemiddeld over het land slechts circa 40 zonuren. De laatste keer dat de zon eind mei zo weinig scheen was in 1998.

3.4 JuniIn het zuidoosten van ons land viel in juni op veel plaatsen meer dan 200 mm, in het Limburgse Ysselstein zelfs 277 mm. Sinds het begin van de metingen in 1906 is in juni nog nooit zoveel neerslag gemeten. In de Groote Peel steeg het waterpeil voor juni tot ongekende hoogte. Dit heeft voor veel bodembroedende soorten als Blauwborst, Boompieper en Fitis tot een slecht broedsucces geleid (med. C. van Seggelen). De rest van de maand bepaalden lagedrukgebieden het weer. Er viel in grote delen van het land dagelijks regen, soms in flinke hoeveelheden. Vanaf de 22ste werd het kortdurend zeer warm. De warmte resulteerde in zware onweersbuien. In de avond van de 23e ontstonden in het zuid-oosten zware onweerscomplexen met plaatselijk hagelstenen van 5-10 cm doorsnede die grote schade veroorzaakten. Hoewel de hagelbuien toen de Groote Peel nauwelijks troffen regende het er wel flink en viel er meer dan 50 mm neerslag. De gemiddelde temperatuur in De Bilt is uitgekomen op 16,8 °C, ruim een graad boven de nor-male waarde van 15,6 °C. Deze maand komt daarmee nipt in de top-10 van warmste juni-maanden sinds het begin van de waarnemingen. De eerste week verliep warm met landinwaarts maximumtemperaturen rond 25 graden. Daarna volgde een lange periode waarin de tempe-raturen rond normaal schommelden. De laagste temperatuur van 5,6 °C werd op de 10de in Woensdrecht gemeten. De hoogste temperatuur van 32,6 °C werd op de 23ste in Arcen bereikt. Het werd die dag voor het eerst dit jaar tropisch warm.

Page 21: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

21

Juni was een sombere maand met gemiddeld over het land 163 zonuren tegen 201 normaal. Het meest scheen de zon in de eerste 10 dagen van de maand. Het zuiden was het somberst, in Westdorpe en op het vliegveld Beek bij Maastricht scheen de zon niet meer dan 126 uur.

3.5 JuliJuli 2016 gaat de boeken in als een warme zomermaand met een gemiddelde temperatuur in De Bilt van 18,4 graden tegen 17,9 normaal. Zowel overdag als ’s nachts was het vaak warmer dan gebruikelijk. Het was aan de zonnige kant met gemiddeld over het land circa 225 zonuren tegen 212 normaal. Ondanks lokale wolkbreuken met wateroverlast was het landelijk bezien een droge maand met gemiddeld 52 mm neerslag tegen 78 normaal. De Limburgse plaatsen Ell en Arcen noteerden die week drie tropische dagen (maxima van 30 graden of meer) en voldeden aan de voorwaarden voor een hittegolf. De regionale hittegolf duurde van 17 juli t/m 25 juli. De hoogste temperatuur van juli werd op de 20e gemeten in Eindhoven met 35,2 graden. Op veel dagen ontstonden grote stapelwolken die soms ook uitgroeiden tot een stevige onweers-bui. Vaak bleven de buien lang boven een plaats hangen met lokale wateroverlast tot gevolg. De meeste neerslag, 60 tot 90 mm, viel in een strook van Midden-Brabant tot aan Groningen. In het Brabantse Dongen viel alleen op 22 juli al 98 mm en komt de maandsom uit op circa 130 mm. Er gold deze maand acht keer code geel voor onweer in delen van het land en op 20 juli in Gelderland, Noord-Brabant en Utrecht code oranje.

maart april mei juni julineerslag (mm) 42,2 58,9 45,2 232,3 57,7max temp (C) 15,9 21,7 28,7 32,6 36,3min temp (C) -3,7 0,9 2,4 10,7 9,5

Tabel 3. Enkele weercijfers van het weersstation Asten in 2016.

Page 22: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

22

Om de voor de voor de vogels noodzakelijke rust te garanderen zijn delen van het gebied in het broedseizoen en de kraanvogeltrektijd voor het publiek gesloten. Foto Rinus Dillerop.

Page 23: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

23

4 Methode

Gedurende de periode 15 maart - 10 juli 2016 zijn aan het gebied vijf vroege ochtend bezoeken en twee nachtbezoeken gebracht. Vanwege de omvang van het gebied is het opgedeeld in 15 telgebieden, zodanig dat één waarnemer het gebied in een ochtend kan doorkruisen (figuur 5). De bezoeken werden minimaal een half uur voor zonsopgang gestart. Voor de Nachtzwaluw, rallen en uilen werden avond- en nachtbezoeken gebracht. Bij de Nachtzwaluw bleek de periode vanaf 3 uur voor zonsopgang zeer effectief te zijn. Ten opzichte van avondbezoeken heeft deze periode het voordeel dat de vogels in het territorium blijven, terwijl ’s avonds de vogels vrij snel al zingend het territorium verlaten. Er werd alleen voor de rallen de zang afgespeeld om de territoriumhouders te verleiden om te antwoorden. Tijdens het veldbezoek werden alle territoriale vogels of andere op broeden wijzende waarnemingen op gedetailleerde kaarten ingetekend. In principe werden van alle soorten het aantal territoria bepaald. Echter van een 24-tal soorten werd alleen per kilometerhok vastgesteld of de soort een territorium had (tabel 5). Het gaat hierbij om zeer algemene of moeilijk te inventariseren soorten. In vier telgebieden is als proef gebruik gemaakt van een tablet (Samsung Galaxy Tab 4, 7 inch) om veldwaarnemingen in te voeren. Na afloop van elk bezoek werden de veldwaarnemingen overgezet op papieren soortkaarten. Aan het einde van het seizoen werden de waarnemingen op de grenzen tussen de verschillende telgebieden met elkaar vergeleken waarbij de grensoverschrijdende territoria aan één telgebied werden toegekend om dubbeltellingen te voorkomen. Daarna zijn de soortkaarten handmatig geclusterd tot territoria, waarbij de Sovon-criteria werden gehanteerd (van Dijk & Boele, 2011). Na de clustering is deze gecontroleerd waarna alle territoria zijn gedigitaliseerd in een geografisch informatiesysteem (ARC-GIS 10.2.2). De methode voldoet geheel aan de voorgeschreven standaardmethodiek voor de SNL-monitoring (van Beek et al., 2014). In tabel 4 is per telgebied de inventarisatieintensiteit vastgelegd. De gemiddelde intensiteit voor het gehele gebied bedraagt 20,6 min per ha voor de ochtendbezoeken. De intensiteit per gebied schommelde tussen de 15,7 en 31,3 min/ha. In de zeer open en structuurarme telgebieden ligt de intensiteit lager dan in de structuurrijke meer gesloten gebieden, omdat in de laatsten de vogeldichtheid een stuk hoger is.

Page 24: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

24

Telgebieden 1

842

844

845

118

114

850

116

843

115

848

847

849

117

851

846

I1611_623 december 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

Telgebieden

Limburg

Noord-Brabant

Figuur 5. Overzicht van de indeling van de gebruikte telgebieden tijdens de broedvogelkartering van de Groote Peel in 2016.

Page 25: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

25

Gebiednr. Oppervlakte Telduur ochtend intensiteit Telduur nacht Telduur totaal (ha) (min.) (min./ha) (min) (min) 114 97 2025 20,9 235 2260 15 87 1954 22,5 242 2196 116 95 1890 19,9 255 2145 117 73 1485 20,3 260 1745 118 100 1845 18,5 195 2040 842 113 2630 23,3 185 2815 843 94 2000 21,3 155 2155 844 109 2066 18,9 290 2356 845 104 1910 18,4 235 2145 846 60 1880 31,3 60 1940 847 86 1675 19,5 135 1810 848 90 1415 15,7 135 1550 849 84 1345 16,0 245 1590 850 100 2325 23,3 240 2565 851 61 1240 20,3 180 1420Totaal 1343 27685 20,6 3947 30732

Tabel 4. Bezoekduur en onderzoeksintensiteit per telgebied in de Groote Peel in 2016.

Page 26: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

26

Soort 1992-93 1994-1999 2000-2015 2016Dodaars Tachybaptus ruficollis VR 37 39 (1999) 57 (2004) 60Fuut Podiceps cristatus - 37 (1995) 42 (2003) 10Geoorde Fuut Podiceps nigricollis VR 9 42 (1999) 66 (2004) 1Roerdomp Botaurus stellaris RL 0 2 (1999) 5 (2004) 1Grauwe Gans Anser anser 0 8 (1999) 74 (2009) 61Canadese Gans Branta canadensis 0 0 2 (2011) 2Nijlgans Alopochen aegyptiacus 0 1 (1999) 2 **) (2003) 4Bergeend Tadorna tadorna 1 1 (1999) 1 (2009) 0Krakeend Mareca strepera 6 33 (1999) 58 (2001) 62Pijlstaart Anas accuta 0 0 1 (2007) 0Wintertaling Anas crecca RL 119 + + 52Wilde Eend Anas platyrhychos 143 + + 14 kmhZomertaling Anas querquedula RL 9 12 (1999) 8 (2000) 4Slobeend Anas clypeata RL 90 74 (1994) + 9Tafeleend Aythya ferina 18 29 (1999) + 7Kuifeend Aythya fuligula 17 24 (1999) + 29Wespendief Pernis apivorus 0 1 (1996) 2 (2002) 2Bruine Kiekendief Circus aeruginosus 1-2 1-2 (1999) 3 (2003) 1Havik Accipiter gentilis 7 7 (1996) 9 (2009) 9Sperwer Accipiter nisus 2 1 (1999) 5 (2002) 1Buizerd Buteo buteo 4 9 (1997) 10 (2002) 11Torenvalk Falco tinnunculus 2 3 (1998) 2 (2002) 0Boomvalk Falco subbuteo RL 2 1 (1998) 2 (2002) 2Patrijs Perdix perdix RL 1 0 1 (2003) 0Kwartel Coturnix coturnix 7 *) 4 *) ? 5Fazant Phasianus colchius 112 + + 8 kmhWaterral Rallus aquaticus 31 55 **) (1999) 113 **) (2001) 126Porseleinhoen Porzana porzana VR RL 13 7 (1999) 1 (2008) 4Kleinst Waterhoen Porzana pusilla RL 1 0 ? 0Waterhoen Gallinula chloropus 43 + + 45Meerkoet Fulica atra 101 + + 18Kievit Vanellus vanellus 0 9 (1996) ? 1Kleine Plevier Charadrius dubius 0 3 (1996) 1 (2007) 1Watersnip Gallinago gallinago RL 1 1 (1999) 4 (2010) 6Houtsnip Scolopax rusticola 1 0 ? 12Wulp Numenius arquata 17 3 (1999) 2 (2002) 0Tureluur Tringa totanus RL 1 1 (1995) ? 0Zwartkopmeeuw Larus melanocephalus 1 1 (1999) 4 (2004) 0Kokmeeuw Larus ridibundus 2800 3200 (1995) 5650 (2004) 245Zwarte Stern Chlidonias niger RL 9 4 (1997) 2 (2008) 0Holenduif Columba oenas 17 ? ? 8Houtduif Columba palumbus 136 + + 16 kmhTurkse Tortel Streptopelia decaocto 3 1 (1998) ? 1 kmh

Tabel 5

Page 27: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

27

5 Resultaten

5.1 AlgemeenIn tabel 5 is het aantal territoria van de in 2016 in het Natura 2000 gebied vastgesteld broed-vogels weergegeven. Voor de soorten waarvan alleen de aanwezigheid per kilometerhok is bepaald, is het aantal bezette kilometerhokken aangegeven. De Groote Peel telt binnen de N2000-begrenzing in totaal 20 kilometer hokken, waarvan er 14 voor meer dan de helft van de oppervlakte gevuld zijn met N2000 gebied. In totaal 95 soorten broedvogels werden er in 2016 binnen de grenzen van het N2000 gebied vastgesteld. Van de kwantitatief bepaalde soorten bin-nen dit gebied werden in totaal 3372 territoria geregistreerd. De Groote Peel is in 1986 aangewezen als speciale beschermingszone in het kader van de EG-Vogelrichtlijn (Ministerie LNV, 1986). In dit kader zijn later voor de vijf broedvogelsoorten Dodaars, Geoorde Fuut, Porseleinhoen, Blauwborst en Roodborsttapuit instandhoudingsdoelstel-lingen voor de Groote Peel geformuleerd. Deze richten zich op (minstens) het behoud van een voldoende groot, kwalitatief geschikt leefgebied voor een vastgestelde minimale populatieom-vang van deze doelsoorten. Dit zijn de zogenaamde kwalificerende broedvogelsoorten voor het N2000 gebied  1.

De Dodaars in een van de soort waarvoor een instandhoudingsdoelstelling in het kader van het Vogel- en Habitatrichtlijn is geformuleerd. Groote Peel, 10 juni 2008. Foto Otto Plantema.

1 DebegrenzingenvanhetVogelrichtlijngebiedendievanhetN2000-gebiedindeGrootePeelzijnaanelkaargelijk. Daarom wordt in het vervolg alleen nog gesproken over Natura 2000 grenzen.

Page 28: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

28

Soort 1992-93 1994-1999 2000-2015 2016Zomertortel Streptopelia turtur RL 44 + 3 **) (2004) 2Koekoek Cuculus canorus RL 50 + + 33Kerkuil Tyto Alba RL 0 1 (1999) 1 (2011) 0Steenuil Athene noctua RL 0 1 (1999) ? 0Bosuil Strix aluco 0 3 (1999) 1 (2009) 2Ransuil Asio otus RL 8 ? 1 **) (2002) 3Velduil Asio flammeus RL 0 1 (1999) ? 0Dwerguil Glaucidium passerinum 0 0 0 1Nachtzwaluw Caprimulgus europaeus RL 2 3 (1997) 31 (2010) 53Groene Specht Picus viridis RL 2 3 (1997) + 9Zwarte Specht Dryocopus martius 1 4 (1999) ? 3Grote Bonte Specht Dendrocopos major 27 + + 76Kleine Bonte Specht Dendrocopos minor 1 3 (1999) + 11Boomleeuwerik Lullula arborea 6 17 (1997) 1 (2003) 4Veldleeuwerik Alauda arvensis RL 3 4 (1997) ? 1Boompieper Anthus trivialis 250 + + 354Graspieper Anthus pratensis RL 218 + + 116Gele Kwikstaart Motacilla flava RL 5 9 (1997) + 5Witte Kwikstaart Motacilla alba 43 + ? 5 kmhWinterkoning Troglodytes troglodytes 275 + + 20 kmhHeggenmus Prunella modularis 104 + + 13 kmhRoodborst Erithacus rubecula 228 + + 20 kmhNachtegaal Luscinia megarhynchos RL 0 5 (1997) + 0Blauwborst Luscinia svecica VR 316 + + 212Gekraagde Roodstaart Phoenicurus phoenicurus 8 + + 90Roodborsttapuit Saxicola torquata VR 98 129 (1997) 159 (2010) 205Tapuit Oenathe oenathe 0 1 (1999) ? 0Merel Turdus merula 178 + + 20 kmhZanglijster Turdus philomelos 36 + + 19 kmhGrote Lijster Turdus viscivorus 13 + + 26Graszanger Cisticola juncidis 0 0 1 (2001) 0Sprinkhaanzanger Locustella naevia 22 45 (1999) + 114Snor Locustella luscinioides 1 2 (1996) 1 (2004) 0Rietzanger Acrocephalus schoenobaenus 0 1 (1997) 1 (2000) 0Bosrietzanger Acrocephalus palustris 23 + + 5Kleine Karekiet Acrocephalus scirpaceus 10 10 (1995) + 38Spotvogel Hippolais icterina RL 46 + + 37Braamsluiper Sylvia curruca 13 + + 6Grasmus Sylvia communis 205 + + 298Tuinfluiter Sylvia borin 157 + + 195Zwartkop Sylvia atricapilla 154 + + 20 kmhFluiter Phylloscopus sibilatrix 14 6 (1996) ? 0

Page 29: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

29

Soort 1992-93 1994-1999 2000-2015 2016Tjiftjaf Phylloscopus collybita 228 + + 20 kmhFitis Phylloscopus trochilus 861 + + 19 kmhGoudhaantje Regulus regulus 7 ? ? 6 kmhGrauwe Vliegenvanger Muscicapa striata RL 16 + + 32Bonte Vliegenvanger Ficedula hypoleuca 2 ? ? 7Staartmees Aegithalos caudatus 35 + + 15 kmhMatkop Parus montanus RL 50 + + 23Kuifmees Parus cristatus 21 + + 24Zwarte Mees Parus ater 7 ? ? 1Pimpelmees Parus caeruleus 71 + + 15 kmhKoolmees Parus major 179 + + 20 kmhBoomklever Sitta europaea 0 0 ? 17Boomkruiper Certhia brachydactyla 14 + + 81Wielewaal Oriolus oriolus RL 21 + + 39Grauwe Klauwier Lanius collurio RL 0 0 4 (2010) 7Vlaamse Gaai Garrulus glandarius 34 + + 18 kmhEkster Pica pica 1 1 (1996) ? 1Kauw Corvus monedula 0 0 ? 2 kmhZwarte Kraai Corvus corone corone 46 + + 36Spreeuw Sturnus vulgaris 19 + + 14 kmhHuismus Passer domesticus RL 6 ? ? 2 kmhRingmus Passer montanus RL 12 ? ? 1 kmhVink Fringilla coelebs 265 + + 20 kmhGroenling Chloris chloris 0 ? ? 1 kmhPutter Carduelis carduelis 0 1 (1997) + 2Kneu Carduelis cannabina RL 75 + + 118Goudvink Pyrrhula pyrrhula 1 0 ? 3Appelvink Coccothraustes coccothraustes 0 0 ? 7Kruisbek Loxia curvirostra 0 0 2 (2001) 0Geelgors Emberiza citrinella 69 + 23 (2010) 99Rietgors Emberiza schoeniclus 207 + + 177

? = onbekend+ = aanwezig als broedvogel**) minimum aantal*) inclusief omringend agrarisch gebiedkmh = aantal bezette kilometerhokken van de 20VR = kwalificerende VogelrichtlijnsoortRL = Rode Lijstsoort

Tabel 5. Het aantal territoria van de in 2016 vastgestelde broedvogels in de Groote Peel binnen de begrenzingen van het Natura 2000 gebied. Daarnaast zijn de aantallen vermeld van drie perioden die hieraan vooraf gingen te weten de perioden 1992/93, 1994-1999 en 200-2015. Als binnen een periode cijfers van meerdere jaren beschikbaar zijn is gekozen voor het hoogste aantal met daar achter het jaartal waarin dat maximum werd vastgesteld. De historische gegevens zijn ontleend aan van Seggelen, 1999, Timmermans 2010a, 2010b en 2011, Vereijken & Zegers, 2005 en Vereijken, 2009.

Page 30: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

30

Hiervoor is voor elke kwalificerende soort het aantal broedparen bepaald. In tabel 6 zijn deze instandhoudingsdoelen opgenomen als mede het aantal vastgestelde territoria. Van de vijf soorten voldoen de Dodaars, Blauwborst en Roodborsttapuit zondermeer aan de criteria. De Geoorde Fuut blijft zeer sterk onder het aantal paren dat in de norm is vastgelegd. Dit hoeft echter niet te betekenen dat het areaal geschikt leefgebied voor deze soort niet aanwezig zou zijn. Een aanwijzing dat er andere factoren dan de kwaliteit van beschikbare leefgebied, ten grondslag liggen aan het geringe aantal aanwezige territoria, is het feit dat de Dodaars het juist heel goed doet. Beide soorten hebben veel overlap in broedhabitat en voedselkeuze. Van de Geoorde Fuut is bekend dat de aantallen van jaar tot sterk kunnen fluctueren. De soort kent een invasief vestigingsgedrag (van Seggelen, 2002). In een bepaald jaar kan de soort zich soms in hoge aantallen ergens als broedvogel vestigen, om dan in een volgend jaar weer sterk in aantal af te nemen. Het achterliggende mechanisme hiervan is niet opgehelderd. De afname van de Kokmeeuw (figuur 19) in het gebied heeft mogelijk ook een relatie met de sterke daling van de Geoorde Fuut. De Kokmeeuw broedt in kolonies waartussen opvallend vaak de Geoorde Futen hun nest bouwen. Ze profiteren daarbij van het heftige anti-predator gedrag van de meeuwen. Verder heeft mogelijk de guanotrofie (vermesting door het in het water vallen van uitwerpselen) door de Kokmeeuwen tevens een positieve invloed op de prooidichtheid van de Geoorde Fuut. De kokmeeuwenpopulaties zijn overal in het binnenland gedecimeerd. Waarschijnlijk heeft dit te maken met een afname van het voedselaanbod in het broedseizoen. Door verdroging en omzetting van grasland in maïsakkers is met name het stapelvoedsel voor de jongen van Kokmeeuwen, regenwormen, niet meer in voldoende mate beschikbaar. Het Porseleinhoen voldoet net niet aan het criterium. Ook dit is net als de Geoorde Fuut een soort waarvan de broedvogelaantallen in een gebied van jaar tot jaar sterk kunnen fluctueren. Het is een soort van jonge verlandingsvegetaties van zeggen, biezen en in mindere mate riet, maar ook in ondergelopen graslanden. Cruciaal is de aanwezigheid van ondiep water in het voorjaar. In feite is het dus een pionierssoort. De soort is gevoelig voor verdroging en verbossing. De in uitvoering zijnde LIFE+ maatregelen dragen waarschijnlijk bij aan de verwezenlijking van het instandhoudingsdoel voor deze soort.

Soort instandhoudingsdoel vastgestelde territoria in 2016 afwijkingDodaars 40 60 + 20Geoorde Fuut 40 1 - 39Porseleinhoen 5 4 - 1Blauwborst 200 212 + 12Roodborsttapuit 80 205 + 125

Tabel 6. Instandhoudingsdoelstellingen voor Vogelrichtlijngebied de Groote Peel en het aantal vastgestelde territoria in 2016. Het instandhoudingsdoel is geformuleerd als het minimale aanwezige areaal leefgebied dat nodig is om het genoemde aantal broedparen te kunnen herbergen.

Page 31: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

31

Van de kwantitatief gekarteerde soorten waren de volgende vijf soorten het meest talrijkst: Boompieper (354 terr.), Grasmus (298 terr.), Kokmeeuw (245 terr.), Blauwborst (212 terr.) en Roodborsttapuit (205 terr.). Het zijn allen bewoners van open tot half open habitats. Kenmerkende hoogveenvogels in de Groote Peel, die gebonden zijn aan een zeer open leefgebied zijn Graspieper, Kievit, Koekoek, Veldleeuwerik, Watersnip en Wintertaling (Stroud et al., 1988). Hiervan zijn de Graspieper en Wintertaling met respectievelijk 116 en 52 territoria het meest talrijk. De dichtheid van de Koekoek (33 territoria) is opvallend hoog, waarschijnlijk wordt dit veroorzaakt door het grote aanbod aan waardvogels (vrnl. Boom- en Graspieper).

De Wintertaling is een van de oorspronkelijke hoogveensoorten die nog steeds in het gebied broedt. Groote Peel , 13 april 2004. Foto Otto Plantema.

In de Groote Peel broeden momenteel 24 soorten die op de nationale Rode Lijst staan (van Beusekom et al., 2005) (tabel 5). Een kwart hiervan bezet minder dan vijf territoria; Boomvalk (2), Ransuil (3), Roerdomp (1), Porseleinhoen (4), Veldleeuwerik (1), Zomertaling (4) en Zomertortel (2). Voor de regio zijn de aantallen van de Graspieper (116), Grauwe Klauwier (7), Grauwe Vliegenvanger (32), Koekoek (33), Kneu (118), Nachtzwaluw (53), Spotvogel (37), Watersnip (6) en Wielewaal (39) (bijzonder) hoog. Helaas zijn er ook Rode Lijstsoorten sedert begin jaren negentig verdwenen uit het Natura 2000 gebied (tabel 5). Het gaat hierbij om Kerkuil, Kleinst Waterhoen, Patrijs, Steenuil, Tureluur en Zwarte Stern. Kerkuil, Steenuil en Patrijs zijn aan cultuurland gebonden soorten, die zo nu en dan in het gebied broeden.

Page 32: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

32

Zo vestigen de uilen zich soms in nestkasten die binnen de begrenzingen van het hoogveengebied zijn opgehangen. Kleinst Waterhoen en Tureluur zijn al decennia lang incidentele broedvogels en de Zwarte Stern is vermoedelijk verdwenen gebrek aan goede nestgelegenheid en door de verslechtering van de voedselomstandigheden buiten het reservaat, alwaar adulte Zwarte Sterns in het broedseizoen een deel van voedsel verzamelen. Er werd één zeer bijzondere soort vastgesteld, te weten een territorium van de Dwerguil. Dit is een primeur voor Nederland, nooit eerder werd een territoriaal actieve vogel vastgesteld (Slaterus et al., 2016)

5.2 Soortbesprekingen

Hieronder worden alle in 2016 vastgestelde broedvogelsoorten besproken in taxonomische volgorde. Van elke soort is in de bijlagen 1 tm 39 een verspreidingskaart opgenomen. Aan de hand van deze verspreiding wordt habitatkeuze beschreven. De vastgestelde aantallen worden vergeleken met die in drie voorgaande perioden (1992-93, 1994-1999 en 2000-15) voor zo ver er informatie beschikbaar is. Eventuele trends zullen worden gesignaleerd en zo mogelijk worden verklaard. Naast de aantallen worden ook de volgende aantalsklassen gebruikt:incidenteel = eens in de tien jaar of minder; zeer schaars = 1 - 2 territoria; schaars = 3 – 10 territoria; vrij schaars = 11 – 25; vrij algemeen = 26 – 50 territoria; algemeen = 51 – 100 territoria; zeer algemeen = meer dan 100 territoria. Indien er bijzonderheden zijn te melden worden die aan het eind van de soorttekst vermeld.

Page 33: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

33

Dodaars Tachybaptus ruficollis 60 territoriaDe Groote Peel herbergt een van de belangrijkste broedpopulaties van de Dodaars in Nederland. Hierdoor is deze soort opgenomen in de instandhoudingsdoelstellingen van de Groote Peel in het kader van de Europese Vogelrichtlijn. Specifiek voor de Dodaars is bepaald dat voor ten minste 40 broedparen geschikt leefgebied in het gebied aanwezig moet zijn. Het feit dat in 2016 60 territoria zijn vastgesteld wijst er op dat deze doelstelling ruimschoots is gehaald. Dit is het hoogste aantal ooit. Als soort van ondiepe wateren is het niet vreemd dat zij beperkt is tot de vennen in het gebied. Al het open water in het gebied is ontstaan door vervening (oude veenputten) of door het opzetten van het water na de afgraven van het veen. In het Noord-Brabantse deel is de vervening grootschalig en machinaal uitgevoerd waardoor hier de grootste vennen liggen. Een en ander in tegenstelling tot het Limburgse deel waar meer handmatig turf is gestoken. De kleinere plasjes zijn over het algemeen het meest geliefd bij de Dodaars. Zo is de soort relatief schaars in het grootste ven ‘t Elfde (bijlage 7). Concentraties worden aangetroffen tussen de 2e en 5e baan (9 territoria), tussen de 12e en 16e baan (5 territoria) en het vennetjescomplex ten oosten van de Mosplak (11 territoria). In het natuurontwikkelingsgebied aan de Mussenbaan heeft de soort zich soort na de herinrichting in ook gevestigd (3 territoria). De soort is gevoelig voor begrazing van de oevers. Door het wegvallen dekking en de vergrote kans op vertrapping vestigt de Dodaars zich niet op dergelijke locaties. Een stabiel waterpeil heeft het voordeel dat legsels in droge periodes slecht bereikbaar blijven voor grondpredatoren en het voorkomt dat in juist hele natte tijden de legsels wegspoelen. Verder is de soort gevoelig voor strenge winters. De soort is al geruime tijd als broedvogel in het gebied aanwezig, zij het tot de jaren tachtig in lage aantallen (4 tot 8 territoria). Daarna zien we een trendbreuk doordat het aantal in 1984 al boven de 30 uitkomt en vervolgens geleidelijk aan verder groeit (figuur 6). De toename is waarschijnlijk een gevolg van de verbeterde waterhuishouding.

Figuur 6. De aantalsontwikkeling van de Dodaars in de Groote Peel 1959-2016. Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Page 34: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

34

Fuut Podiceps cristatus 10 territoriaDe aanwezigheid van Futen in een hoogveen(achtig) gebied is niet van zelfsprekend omdat de zure wateren over het algemeen ongeschikt zijn als leefgebied voor vissen, het voornaamste voedsel van deze soort. Dankzij de aanwezigheid van de Amerikaanse hondsvis (Umbra pygmaea), een exoot die begin 20e eeuw in Zuidoost Nederland is geïntroduceerd, kan de Fuut in de Peel succesvol broeden. De Hondsvis kan onder zeer zure omstandigheden overleven, onder welke alle andere vissoorten niet kunnen overleven. De soort is beperkt tot de grotere vennen, ’t Elfde (7 territoria), Steltlopersven (1), het Meerbaansblaak (1) en het ven tussen de 3e en 4e baan (1) (bijlage 6). Na het ontstaan van de grotere vennen, zoals ’t Elfde in 1959, vestigde de Fuut zich in het gebied. Net als bij de Dodaars blijven de aantallen tot de tachtiger jaren laag (3 tot 7 territoria), om daarna flink toe te nemen met als hoogtepunt 1984 met 46 territoria. Vervolgens schommelen de aantallen ca. 15 jaar rond de 25, om daarna ruim te halveren tot het huidige aantal van 10 (figuur 7). Onduidelijk is waarom de soort is afgenomen. Het valt wel samen met het instorten van de Kokmeeuwenpopulatie. Mogelijk dat door verminderde input van meststoffen door de meeuwen de dichtheid aan Hondsvissen is afgenomen en dat daarmee een verslechterde voedselsituatie voor de Fuut is ontstaan.

Figuur 7. De aantalsontwikkeling van de Fuut in de Groote Peel 1959-2016. Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Page 35: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

35

Geoorde Fuut Podiceps nigricollis 1 territoriumNog niet zo heel lang geleden herbergde de Groote Peel een aanzienlijke broedpopulatie van de Geoorde Fuut. Met als absoluut topjaar 2004 waarin 66 territoria werden vastgesteld (Vereijken & Zegers, 2005). Deze grote populatie vormde een aanzienlijk deel van de Nederlandse hetgeen aanleiding was om de Groote Peel aan te wijzen als belangrijk gebied voor de Geoorde Fuut. In dat kader (Europese Vogelrichtlijn) werd een instandhoudingsdoelstelling bepaald voor het behoud van minimaal die oppervlakte geschikt leefgebied waarin 40 broedparen kunnen leven. Inmiddels is de populatie ingestort, met als triest dieptepunt één territorium in 2016. Ondanks dat resultaat wil dat niet zeggen dat het instandhoudingsdoel niet meer wordt gehaald. Waarschijnlijk is dat nog steeds wel het geval. Een aanwijzing hiervoor is de florerende populatie van de Dodaars, waarmee de Geoorde Fuut een groot deel van zijn broedbiotoop deelt. Van de Geoorde Fuut is bekend dat de aantallen van jaar tot sterk kunnen fluctueren. De soort kent een invasief vestigingsgedrag, gepaard gaande met grote jaarlijkse fluctuaties (van Seggelen, 2002). Het achterliggende mechanisme hiervan is niet opgehelderd. De afname van de Kokmeeuw (figuur 19) in het gebied heeft mogelijk ook een relatie met de sterke daling van de Geoorde Fuut. De Kokmeeuw broedt in kolonies waartussen opvallend vaak de Geoorde Futen hun nest bouwen. Ze profiteren daarbij van het heftige anti-predator gedrag van de meeuwen. Verder heeft mogelijk de guanotrofie (vermesting door het in het water vallen van uitwerpselen) door de Kokmeeuwen tevens een positieve invloed op de prooidichtheid van de Geoorde Fuut. Tot de jaren negentig was de soort een schaarse broedvogel met aantallen tussen de 0 en 4 territoria (figuur 8). Daarna schoten de aantallen omhoog met als hoogtepunt 2004 om daarmee weer in te zakken tot het ene territorium in 2016. In feite is hiermee weer de situatie van vóór 1993 aan de orde.

Figuur 8. De aantalsontwikkeling van de Geoorde Fuut in de Groote Peel 1959-2016. Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Page 36: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

36

Roerdomp Botaurus stellaris 1 territoriumDe Peelvenen vormen het belangrijkste broedgebied voor de Roerdomp in Limburg, waarbij de Groote Peel de meest consistentie broedplaats is (Hustings et al., 2006). De belangrijkste broedlocatie in het gebied is het enige rietveld van enige omvang, het Roerdompven (bijlage 27). Al meer dan 60 jaar worden er min of meer onafgebroken territoria in het gebied aangetroffen (van Seggelen, 1999). Echter in lang niet al die jaren wordt er ook daadwerkelijk (succesvol) gebroed. Ook in 2016 zijn er geen aanwijzingen voor broeden, zoals het opmerken van voedselvluchten, gevonden. Net als de Fuut is deze soort geen echte hoogveensoort. Zij wordt veel meer geassocieerd met de voedselrijkere laagveenmoerassen in laag Nederland. Dat de soort toch in de Peel voorkomt is danken aan het ontstaan van voedselrijkere omstandigheden na de vervening en ontwatering van het gebied, alsmede door de aanwezigheid van de Amerikaanse hondsvis (Umbra pygmaea) in het zure Peelwater (zie soorttekst van de Fuut). Deze vissoort maakt waarschijnlijk samen met de grote hoeveelheid kikkers (groene kikkercomplex en Heikikker) een belangrijkdeel van het menu uit. In figuur 9 is het aantalsverloop sedert 1959 weergegeven.

Figuur 9. De aantalsontwikkeling van de Roerdomp in de Groote Peel 1959-2016. Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Page 37: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

37

Grauwe Gans Anser anser 61 territoriaDe Grauwe Gans is een betrekkelijke nieuwkomer in de Groote Peel. De eerste aanwijzingen voor een territorium werden in 1994 gevonden (van Seggelen, 1999). Inmiddels is de soort een algemene broedvogel, waarbij in 2016 61 territoria werden vastgesteld. Het gevonden aantal moet echter als een minimum worden beschouwd, omdat de soort lastig is te inventariseren, worden er paren gemist. Vogels broeden vaak op de meest ontoegankelijke plekken , zoals dichte en uitgestrekte pitrusvelden. Voorts vliegen broedende en niet-broedende vogels voortdurend rond. Zodra de jongen uit het ei zijn trekken ze met de ouders naar de randen van het gebied om in de voedselrijkere graslanden te gaan foerageren. Dit heeft als gevolg dat daar grote aantallen families met jongen kunnen worden aangetroffen. Zo werden op 17 april 2016 112 kuikens vergezeld door hun ouders in het Mussenbaangebied waargenomen. Na de herinrichting van dit gebied is er een ideale combinatie ontstaan van mals gras (voedsel) en open water omzoomd met dicht wilgenstruweel (dekking). Door de broedlocatiekeuze is de soort beperkt tot de randen van vennen en rietmoeras. Een en ander komt mooi tot uitdrukking in de verspreidingskaart (bijlage 13). Figuur 10 suggereert dat de soort na 2009 zou zijn afgenomen. Door de lastige wijze van inventariseren en het ontbreken van de data uit 2011 is dat te voorbarig. Op basis van de overwinterende aantallen in de Peelvenen is eerder de indruk dat de broedpopulatie nog steeds toeneemt (van Noorden, 2012).

NB 2011 geen gegevens!

Figuur 10. De aantalsontwikkeling van de Grauwe Gans in de Groote Peel 1959-2016. Van het jaar 2011 zijn geen gegevens beschikbaar. Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Page 38: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

38

Canadese Gans Branta canadensis 2 territoriaNet als de Grauwe Gans is de Canadese Gans een nieuwkomer in de Groote Peel. In 1995 werden de eerste territoriale vogels in het gebied waargenomen (van Seggelen, 1999). Sindsdien worden er vrijwel jaarlijks één of twee territoria aangetroffen (figuur 11). In 2016 is er daadwerkelijk gebroed getuige het paar met vrij kleine pullen vlak bij het Meerbaansblaak. Een tweede territorium werd aan de rand van ’t Elfde vastgesteld (bijlage 6). Ook voor deze soort (zie Grauwe Gans) geldt dat zij lastig is te inventariseren, zodat het gevonden aantal als een minimum moet worden beschouwd .NB 2004 geen gegevens!

Figuur 11. De aantalsontwikkeling van de Canadese Gans in de Groote Peel 1959-2016. Uit 2004 zijn geen gegevens bekend. Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Nijlganzen kraken regelmatig roofvogelnesten om te broeden, zoals hier op een oud havikshorst bij de Koeuier op 27 maart 2016. Foto John Vereijken.

Page 39: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

39

Nijlgans Alopochen aegyptiacus 4 territoriaVanaf 1994 worden er territoria van de Nijlgans in de Groote Peel opgetekend (van Seggelen, 1999). Inmiddels broedt de soort met zekerheid in het gebied, waarbij zowel grondnesten als oude roofvogelhorsten worden bezet. De aantallen zijn vanaf de vestiging niet spectaculair gestegen en binnen het N2000 werden in 2016 vier territoria opgetekend (figuur 12). Daarbuiten, in het natuurontwikkelingsgebied aan de Mussenbaan, werd een vijfde territorium gevonden (bijlage 25). Dat laatste leverde ook daadwerkelijk jongen op. Van twee van de anderen paren die broedden op oude roofvogelhorsten , werd tijdens het roofvogelonderzoek op 27 maart de nestinhoud aan de hand van de spiegeltechniek bepaald. Dit leverde nesten met respectievelijk zes en acht eieren op (Vereijken, 2016). Het broedsel met de zes eieren mislukte door onbekende oorzaak van het andere legsel is het broedsucces onbekend gebleven.

NB 2004 tm 2011 geen gegevens!

Figuur 12. De aantalsontwikkeling van de Nijlgans in de Groote Peel 1959-2016. Uit de periode 2004 tm 2011 zijn geen vlakdekkende gegevens bekend. Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Page 40: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

40

Krakeend Mareca strepera 62 territoriaDe meeste eendensoorten laten sedert begin jaren negentig een dalende tendens zien, de Krakeend is hier echter een uitzondering op. Het is een soort die, ook landelijke gezien, al jaren lang in de lift zit. In 1958 werd het eerste broedgeval voor Limburg in de Groote Peel vastgesteld (van Seggelen, 1999). Daarna nam de soort eerst heel langzaam toe (6 territoria in 1992/93) om daarna spectaculair te stijgen met 33 territoria in 1999 en 58 in 2001. Daarna vlakt de groei af en bezet in 2016 62 territoria (figuur 13). Deze aantalsontwikkeling volgt mooi een S-vormige groeicurve, die optreedt als een soort een gebied koloniseert. De populatie in het ecosysteem kan groeien totdat de hulpbronnen van het ecosysteem niet meer toereikend zijn voor verdere groei . Anno 2016 is daarmee de maximale draagkracht voor de Krakeend in de Groote Peel waarschijnlijk bereikt. Als watervogel is het niet vreemd dat de soort steeds op of in de directe nabijheid van de vennen wordt aangetroffen (bijlage 21). Opvallend is dat het grootste ven ’t Elfde minder aantrekkelijk is dan de kleinere. Waarschijnlijk speelt hierbij de relatieve oeverlengte ten opzichte van de oppervlakte van het open water een rol. Kleinere vennen hebben relatief een grotere oeverlengte. De oevers zijn van groot belang omdat zij het meeste dekking en voedsel aan de Krakeend biedt.

Figuur 13. De aantalsontwikkeling van de Krakeend in de Groote Peel 1958-2016. De ontbrekende tussenliggende gegevens zijn geëxtrapoleerd. Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Page 41: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

41

Wintertaling Anas crecca 52 territoriaDe Wintertaling komt ook in goed ontwikkelde levende hoogvenen voor en is daarmee een kenmerkende hoogveensoort (Stroud et al., 1988). Helaas zien we in de Groote Peel een negatieve trend voor deze Rode Lijstsoort. In het jaar 1992-93 werden er nog 119 territoria vastgesteld, terwijl dat in 2016 meer dan gehalveerd is tot 52. Hoewel de soort gevoelig is voor strenge winters en droge zomers hebben we deze extreme omstandigheden de laatste 15 jaar vrijwel niet meer gehad. Het is dan ook waarschijnlijk dat andere factoren dan het weer verantwoordelijk zijn voor de afname. Zo is niet goed bekend hoe afhankelijk de soort van het agrarisch cultuurlandschap is voor de (winter) overleving. In de Groote Peel lijkt er sedert 1992/93 er niet iets wezenlijks te zijn veranderd. Belangrijke predatoren als Havik en Vos waren toen ook al goed vertegenwoordigd. Ondanks deze afname blijven de Peelvenen het belangrijkste broedgebied voor deze soort in Limburg (Hustings et al., 2006). Een lichtpuntje is de vestiging in het ingerichte natuurontwikkelingsgebied aan de Mussenbaan, waar in 2016 vier territoria werden gevonden (bijlage 36). Voorts komt de soort vrij egaal verspreid voor in het gebied. Alleen de drogere en verboste delen moeten het zonder Wintertalingen stellen, zoals het gebied ten oosten van de weg Meijel-Asten (N279).

Wilde Eend Anas platyrhychos 14 bezette km-hokkenDe Wilde eend is in 2016 niet kwantitatief onderzocht, alleen de aanwezigheid per kilometerhok is geregistreerd. In 14 van de 20 kilometerhokken (70%) waarin ten minste een deel van het gebeid ligt is de soort aangetroffen. De verspreiding zal in grote lijnen overeenkomen met die van de Krakeend (bijlage 21). De soort is gevoelig voor lage waterstanden in de broedtijd en herbergt in droge voorjaren dan ook minder territoria (van Seggelen, 1999). In 1992/93 werden er 143 territoria vastgesteld. Er is niets bekend over de aantalsontwikkeling.

Zomertaling Anas querquedula 4 territoriaDe Zomertaling is voor zo bekend nooit een talrijke broedvogel in de Groote Peel geweest (van Seggelen, 1999). De laatste 15 jaar is de soort evenwel in aantal afgenomen. In 1999 werden er nog 12 territoria geregistreerd en in 2016 is dat geslonken tot vier. Bekend is dat de soort gevoelig is voor droge winters in het Afrikaanse overwinteringsgebied de Sahelzone (Zwarts et al., 2009). Daarnaast blijkt dat in Nederland sedert 1975 geen herstel meer is opgetreden na het optreden van natte winters in het overwinteringsgebied. Voorheen was de soort een belangrijke weidevogel in laag Nederland. Door de voortdurende intensivering van de melkveeteelt is er geen ruimte meer voor deze soort en is daarmee de populatie ingestort en op de Rode Lijst belandt. De Peelvenen vormen net als bij de Wintertaling het belangrijkste broedgebied voor de soort in Limburg (Hustings et al., 2006). De verspreiding in de Groote Peel is egaal verdeeld. Een opsteker zijn de twee territoria buiten de N2000-begrenzing in het nieuw ingerichte Mussenbaan gebied (bijlage 37).

Page 42: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

42

Slobeend Anas clypeata 9 territoriaVan de eendensoorten is de Slobeend de soort die grootste aderlating in het gebied heeft ondergaan. Van Seggelen (1999) wist in 1992/93 nog maar liefst 90 territoria aan het papier toe te vertrouwen. In 1994 was dat al gedaald tot 74 om in 2016 uit te komen op negen territoria. Opvallend is dat de soort geheel weggevaagd is in het Limburgse deel van de Groote Peel (bijlage 27). In het Brabantse deel komt de soort vooral voor op de grotere vennen. Niet alleen in de Groote Peel gaat het slecht met de Slobeend, maar ook de landelijke broedvogeltrend laat vanaf 1990 een jaarlijkse significante afname zien van minder dan 5% per jaar (figuur 14) (bron: www.sovon.nl/nl/soort/1940). Het is dan ook niet vreemd dat deze soort op de nationale Rode Lijst staat. Net als de Zomertaling is de Slobeend in laag Nederland, een weidevogel. Bekend is dat deze groep vogels door de intensivering van de landbouw onder druk staat. Maar ook in hoog Nederland (heidevelden en venen) gaat het niet goed. Mogelijk als gevolg van de verdroging van veel van deze natuurgebieden. Onbekend is of de in de Groote Peel broedende vogels een relatie met omringende cultuurgebied hebben. Een opsteker is dat in het natuurontwikkelingsgebied aan de Mussenbaan in 2016 drie territoria werden vastgesteld (bijlage 27).

De populatie van de Slobeend heeft sedert 1992/93 een duizelingwekkende daling doorgemaakt. Groote Peel, 13 mei 2008. Foto Otto Plantema.

Page 43: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

43

Figuur 14. Landelijke broedvogeltrend van de Slobeend 1985-2014. In 1990 is index 100. Bron: www.sovon.nl/nl/soort/1940.

Tafeleend Aythya ferina 7 territoriaDe Tafeleend is in de Groote Peel beperkt tot de grootste vennen met drie territoria op ’t Elfde, twee op het Meerbaansblaak, één op het Steltlopersven en één op de Filosche Peel (bijlage 31). Waarschijnlijk houdt dit verband met het feit dat deze vogel al duikend zijn voedsel vergaart. Dit kan alleen in de wat diepere vennen die vaak qua omvang het grootst zijn. Deze soort heeft een flinke veer moeten laten en nu resteert nog minder dan een kwart van het aantal in 1999 (tabel 5). Vreemd genoeg doet de verwante Kuifeend het een stuk beter. De soort is gevoelig voor verdroging en laat het in extreme zomers zelfs compleet af weten (van Seggelen, 1999). Het is echter niet zo dat gebied veel droger is dan in de jaren negentig, zodat het gissen blijft wat de daling heeft veroorzaakt. Landelijk gezien zijn de broedvogelaantallen sedert 1985 stabiel, alleen de winter aantallen nemen af (bron: www.sovon.nl/nl/soort/1980).

Kuifeend Aythya fuligula 27 territoriaDe Kuifeend zit, in tegenstelling tot zijn naaste familielid de Tafeleend, nog steeds in de lift sedert de vestiging begin jaren zestig (van Seggelen, 1999). Dit past ook in het landelijke beeld, waarbij de soort als broedvogel sedert 1985 nog elk jaar met enkele procenten toeneemt (bron: www.sovon.nl/nl/soort/2030). Net als de Tafeleend prefereert deze duikeend de grotere (diepere) vennen, met het zwaartepunt op ’t Elfde (7 territoria) (bijlage 22).

Page 44: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

44

De Kuifeend gaat het nog steeds voor wind. Hier een wijfje met kuikens op de Eeuwelse Loop op 6 juli 2016. Foto Huub Don.

Wespendief Pernis apivorus 2 territoria Door de verborgen en onopvallende leefwijze is de Wespendief een lastig karteren soort. In 2016 werden er geen nesten gevonden. De territoria bevonden zich in de omgeving van het Lumme Buske en bij het Roerdompven (bijlage 35). Waarschijnlijk is er niet succesvol gebroed want voedselvluchten zijn niet waargenomen. Met het ouder worden van het bos in de loop der jaren is het gebied als broedbiotoop aantrekkelijker geworden, zodat aangenomen kan worden dat soort van een incidentele broedvogel (tot eind jaren negentig) geëvalueerd is naar een jaarlijkse maar zeer schaarse broedvogel.

Page 45: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

45

Bruine Kiekendief Circus aeruginosus 1 territoriumDe Bruine Kiekendief is altijd al een zeer schaarse broedvogel in het gebied geweest. Vanaf 1958 worden er vrijwel jaarlijks een of twee territoria bezet (van Seggelen, 1999). Ondanks dit schaarse voorkomen vormen de Peelvenen het belangrijkste broedgebied voor deze soort in Limburg (Hustings et al., 2006). In 2016 werden regelmatig vogels door het hele gebied heen waargenomen met een concentratie van in de driehoek Filosche Peel, Eeuwig Leven en ’t Elfde (bijlage 5). Naast onvolwassen vogels werd er ook regelmatig een adult paar gezien. Op 17 mei werd er een wijfje met een rood vleugelmerk gezien, waarvan jammer genoeg de code niet kon worden afgelezen. Dit was niet de vogel die deel uitmaakte van het territoriale paar. Hoewel in eerste instantie geen harde aanwijzing voor een broedgeval werd gevonden, werd echter op 6 juli een pas uitgevlogen jong gezien (Vereijken, 2016).

Havik Accipiter gentilis 9 territoriaDe Havik is absoluut geen soort die je in een hoogveengebied verwacht. Als bossoort heeft hij niets te zoeken in de open vrijwel boomloze hoogveengebieden. Pas met de ontwatering en de daaropvolgende verveningen kreeg de boomgroei grip op het gebied en werden er zelfs bossen aangeplant. Daarmee werd de kiem gelegd voor de vestiging van deze top predator in 1982 (van Seggelen, 1999). Geschikte bossen waren er al wel voor die tijd maar die werden niet gekoloniseerd door het ontbreken van voldoende Haviken in de regio. De soort ging in Nederland in de zestiger- en zeventiger jaren door een flessenhals als gevolg van het gebruik van slecht afbreekbare landbouwbestrijdingsmiddelen. Toen die werden verboden kon de stand zich herstellen en kon zo de Peel worden bereikt. Vanaf 1982 zat de groei er goed in en in 1988 werden er al zeven territoria gevonden (figuur 15). Daarna schommelden aantallen tussen vijf en acht, om in 2016 op negen uit te komen. De negen territoria waren niet allemaal succesvol. Zeven paren gingen over tot broeden, hiervan mislukten er twee in de eifase. Bij elk van de vijf overgebleven paren vlogen er in totaal 14 jongen uit (1,9 jong per territorium of 2,2 jong per gestart broedsel). In totaal werden de jongen van drie horsten geringd (Vereijken, 2016). De soort komt mooi verspreid in het gebied voor en neemt ook genoegen met kleine plukjes bos (bijlage 16). De meeste territoria zijn in het Brabantse deel (7) aangetroffen.

Page 46: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

46

In 2016 vlogen er in totaal 14 jonge Haviken uit in de Groote Peel. Een nest met 2 jongen aan de Mosplak op 21 juni 2009. Foto John Vereijken.

NB 2011 geen data!

Figuur 15. De aantalsontwikkeling van de Havik in de Groote Peel 1959-2016. Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Page 47: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

47

Sperwer Accipiter nisus 1 territoriumNet als de Havik is een Sperwer niet een echte hoogveensoort. Deze bosbewoner heeft zich dan ook pas in 1981 in het gebied gevestigd (van Seggelen, 1999). Al jaren schommelt het aantal territoria van deze bossoort tussen de één en twee paar (figuur 16). Een uitzondering is 2002 toen er vijf territoria werden gevonden (tabel 5). Op zich is het vreemd dat in zo’n vogelrijk gebied zich zo weinig Sperwers vestigen. Er is geen gebrek aan geschikte broedplaatsen, zodat dat niet de reden kan zijn. Een meer voor hand liggende verklaring is de enorme dichtheid aan Haviken. Een Sperwer, zeker het mannetje is, een gemakkelijke prooi voor de Havik. Het enige territorium en ook nest bevond zich in het zuiden van de Groote Peel in het Lumme Buske (bijlage 27). Het is niet bekend of bij dit horst ook daadwerkelijk jongen zijn uitgevlogen (Vereijken, 2016).

NB 2011 geen data!

Figuur 16. De aantalsontwikkeling van de Sperwer in de Groote Peel 1959-2016. Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Page 48: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

48

Buizerd Buteo buteo 11 territoriaIn een boomloos voedselarm hoogveen heeft de Buizerd weinig te zoeken. Pas toen de bossen in de Groote Peel van voldoende ouderdom waren vestigde deze roofvogel zich. Dat was in 1977 (van Seggelen, 1999). Nadien namen de aantallen geleidelijk toe, om in 2016 met elf territoria het hoogte aantal ooit te bereiken (figuur 17). Een ongekende dichtheid voor een gebied van ruim 1400 ha. Niet alle territoriumhouders zijn tot nestelen gekomen. Van 7 van de 11 territoria werd een horst gevonden. Uiteindelijk leverden zeker vijf nesten uitgevlogen jongen op. Eén nest mislukte in de jongenfase en van het andere is het broedsucces en de legselgrootte onbekend gebleven. De zes broedsels leverden 16 eieren op (3 x 2 ei, 2 x 3 ei en 1 x 4 ei), waarvan uiteindelijk 10 jongen uitvlogen (0,9 jong per territorium en 1,7 jong per gestart broedsel) (Vereijken, 2016). Op vijf horsten werden de jongen geringd (3 x 1 jong, 1 x 3 jong en 1 x 4 jong). Buizerds treffen we voornamelijk in de randen van het gebied aan (bijlage 6). Daar liggen de meeste bossen om te broeden en bovendien zijn daar de afstanden tot het cultuurgebied het kleinst. De soort foerageert voor een groot deel in het agrarisch cultuurlandschap. Dat territoria in het midden van het gebied toch ook succesvol kunnen zijn bewijst het paar dat in het bos bij ’t Elfde broedde. Dit paar wist drie jongen groot te brengen.

NB 2011 geen data!

Figuur 17. De aantalsontwikkeling van de Buizerd in de Groote Peel 1959-2016. Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Page 49: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

49

Boomvalk Falco subbuteo 2 territoriaDe Boomvalk is als luchtjager meer een typische soort van het open Peelgebied dan bijvoorbeeld de Havik en de Sperwer. In compleet boomloze gebieden laat deze soort het echter ook afweten omdat hij voor zijn nest afhankelijk is van oude kraaiennesten. Het eerst gedocumenteerde broedgeval dateert pas van 1970 (van Seggelen, 1999). Nadien schommelden de aantallen tussen de nul en drie territoria (figuur 18). De twee territoria van 2016 bevonden zich in het Brabantse gedeelte van het reservaat (bijlage 5). Waarschijnlijk is geen van beide koppels tot broeden gekomen. Het is sowieso opvallend dat soort nog steeds in het gebied voorkomt, ondanks de hoge dichtheid aan Haviken. Deze roofvogel wordt regelmatig in verband gebracht met de afname van de Boomvalk op de hogere zandgronden (Bijlsma et al., 2001). Menig boomvalkenjong verdwijnt in de maag van een Havik en zelfs adulte vogels moeten soms vrezen voor hun leven als er een Havik in de buurt is. De landelijke afname is de reden dat deze soort op de Rode Lijst is belandt.

NB 2011 geen data!

Figuur 18. De aantalsontwikkeling van de Boomvalk in de Groote Peel 1959-2016. Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Page 50: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

50

Kwartel Coturnix coturnix 5 territoriaDe Kwartel is in het hoogveenreservaat een onregelmatige broedvogel. De soort houdt zich op in de open en over het algemeen wat drogere delen (bijlage 23). Het daadwerkelijk vaststellen van broedsels is uitermate moeilijk. De vijf territoria in binnen de N2000 begrenzing werden dan ook allemaal op basis van roepende mannetjes vastgesteld. Het aantal van vijf is vrij hoog voor een matig kwarteljaar als 2016. Normaal zie de soort pas binnen de reservaatgrenzen verschijnen in een goed jaar (van Seggelen, 1999). In het Mussenbaangebied werden twee territoria gevonden, een locatie waarin in goede jaren, zoals in 2011, tot 13 territoria worden aangetroffen (van Noorden & van Tilburg, 2012).

Fazant Phasianus colchius 8 bezette km-hokkenSedert het uitzetten van Fazanten ten behoeve van de jacht in Nederland verboden is, zijn de dichtheden sterk afgenomen en is de verspreiding beperkter geworden . Dit geldt ook voor de Groote Peel in 1991/92 werden er maar liefst 112 territoria vastgesteld en kwam de soort in alle 20 kilometerhokken voor waarin het N2000 gebied ligt (van Seggelen, 1999). Hoewel in 2016 de soort niet kwantitatief is gekarteerd is er nog slechts een fractie hiervan over. Zo werd de soort in nog slechts 8 kilometerhokken gevonden (40%).

Waterral Rallus aquaticus 126 territoriaDe Waterral is sterk gebonden aan pitrusvegetaties (vergelijk bijlage 34 met figuur 3). Met 126 territoria gaat het de soort voor de wind, dat waarschijnlijk te danken is aan het ruime aanbod aan geschikt biotoop in combinatie met een reeks van zachte winters. In 1991/92 werden slechts 31 territoria gevonden, in 1999 al minimaal 55 en in 2001 minimaal 113. Er is dus sprake van een forse toename rond de millenniumwisseling waarna de groei er min of meer uit is. Mogelijk dat de getroffen waterconserveringsmaatregelen tot een gemiddeld nattere situatie hebben geleid en dat de soort in de kaart heeft gespeeld. Alleen in de drogere delen, zoals de zuidkant tussen het Lumme Buske en Aan den Berg, het gebied ten oosten van de N279 en het deel ten noordoosten van het Steltlopersven, ontbreekt de soort (bijlage 34).

Porseleinhoen Porzana porzana 4 territoriaHet Porseleinhoen is een onregelmatige broedvogel in de Groote Peel. Toen in Nederland de instandhoudingsdoelen voor de Vogelrichtlijngebieden werden geformuleerd had er in het gebied net een invasie plaatsgevonden. Dit resulteerde in 1992/93 in maar liefst 13 territoria van deze soort (van Seggelen, 1999). Hiermee behoorde de Groote Peel tot de beste gebied voor deze soort van het land en kreeg het gebied een instandhoudingsdoelstelling voor het Porseleinhoen. Dit doel is geformuleerd als het in stand houden van voldoende leefgebied voor ten minste 5

Page 51: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

51

broedparen van deze Rode Lijstsoort. Het Porseleinhoen voldoet met vier territoria in 2016 net niet aan het criterium. Het is een soort waarvan de broedvogelaantallen in een gebied van jaar tot jaar sterk kunnen fluctueren. Jonge verlandingsvegetaties van zeggen, biezen en in mindere mate riet, maar ook in ondergelopen graslanden worden geprefereerd. Cruciaal is de aanwezigheid van ondiep water in het voorjaar. In feite is het dus een pionierssoort. Hij is gevoelig voor verdroging en verbossing. De in uitvoering zijnde LIFE+ maatregelen dragen waarschijnlijk bij aan de verwezenlijking van het instandhoudingsdoel voor deze soort. Twee van de vier territoria bevonden zich in de directe omgeving van het Roerdompven, in een vennetje bij de 8e Baan en ten noordoosten van het Steltlopersven (bijlage 25).

Een van de verrassingen van dit onderzoek was het hoge aantal Waterrallen (126 territoria). De Groote Peel, 29 januari 2006.Foto Otto Plantema.

Page 52: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

52

Waterhoen Gallinula chloropus 45 territoriaHet Waterhoen is in de Peel gebonden aan voedselrijke moerasvegetaties waarbij Pitrus domineert. Toch volgt het verspreidingspatroon van de soort niet overal dat van de pitrusvegetaties (vergelijk figuur 3 met bijlage 33). Zo ontbreekt de soort in het gebied tussen de Eeuwelse loop en de N279. Mogelijk speelt daar de verbossing een rol. Het bos grenst daar pal aan de vennen. De beste plekken bevinden zich in de Astense Peel ten noordoosten van de Mosplak, aan de oevers van ’t Elfde en in de omgeving van het Meerbaansblaak (bijlage 33). Bij gebrek aan tussen liggende data lijkt de stand tussen 1992/93 (43 territoria) en 2016 (45 territoria) opvallend stabiel te zijn gebleven. Bekend is dat de soort gevoelig is voor strenge winters en droogte (van Seggelen, 1999).

Meerkoet Fulica atra 18 territoriaMeerkoeten prefereren een grotere oppervlakte open water in hun broedhabitat dan het Waterhoen. Hierdoor is de verspreiding iets beperkter dan bij het Waterhoen. De soort kan in geschikt habitat echter hogere dichtheden bereiken, al is daar in 2016 geen sprake meer van. Sedert 1992/93 is de populatie met ruim 80% afgenomen! Zo zijn vrijwel alle nummerbaanvennen nu verlaten (bijlage 23). Ook de vennen langs de N279 en het Steltloperven waren anno 2016 niet meer bezet. Daarnaast is de dichtheid sedert 1923/92 langs ’t Elfde drastisch teruggelopen van 15 naar 3 territoria. Alleen op het Meerbaansblaak is de stand nog vergelijkbaar (4 versus 5 territoria). Landelijk is de broedvogelstand sedert 2000 geleidelijk afgenomen echter niet bij lange na niet met 80%. Het is gissen waarom de Meerkoet zo’n veer heeft moeten laten. Wellicht is er een verband met de strekte afname van de Kokmeeuw waardoor er minder nutriënten in de vennen belanden. Daar staat echter de groei van de overwinterende aantallen ganzen tegenover, die tijdens hun overnachting op de vennen het water ook met hun uitwerpselen verrijken.

Kievit Vanellus vanellus 1 territoriumDe Kievit prefereert zeer korte open vegetaties om te broeden. Dit soort habitats zijn vrijwel niet aanwezig en komen alleen voor op overbegraasde heide en pijpenstro , na brand en na grootschalig plaggen. Op 11 mei 2016 werd een nest met 4 eieren gevonden op een vrij intensief met runderen begraasd stuk pal ten noordoosten van Aan den Berg (bijlage 17). In de natuurontwikkelingsgebieden op voormalige agrarisch gebied is de soort een stuk talrijker. Zo werden aan de Mussenbaan acht territoria en in de Kalispeel één territorium aangetroffen.

Page 53: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

53

Een verrassende vondst van een legsel van de Kievit. Aan den Berg, 11 mei 2016. Foto John Vereijken.

Kleine Plevier Charadrius dubius 1 territoriumNog meer dan de Kievit is de Kleine Plevier een soort van pioniersituaties . Dergelijke situaties ontstaan in de Peel na langdurige droogte, waardoor de venbodems droog vallen en het zeer open vrijwel onbegroeide broedbiotoop ontstaat (van Seggelen, 1999). Verder kan bij (grootschalig) plaggen tijdelijk een kale bodem van voldoende oppervlakte optreden. Dit laatste was het geval in 2016 ten oosten van het Meerbaanblaak. Hier werd op het geplagde stuk een vogel met afleidingsgedrag waargenomen hetgeen wijst op de aanwezigheid van een nest of uitgelopen kuikens (bijlage 17).

Watersnip Gallinago gallinago 6 territoriaEen van de verrassingen van de broedvogelkartering was het vrij hoge aantal vastgestelde territoria van de Watersnip. Nooit eerder werden er zo veel (6) territoria voor het gebied beschreven. In een ver verleden zullen de aantallen waarschijnlijk wel hoger zijn geweest, want de Watersnip is een kenmerkende hoogveensoort (Stroud et al., 1988). De soort komt voor ten westen van ´t Eeuwig Leven (2 territoria) en in het westen van de Groote Peel ter hoogte van het Meerbaansblaak (2 territoria) en ten oosten van het Roerdompven (2 territoria) (bijlage 35). Wellicht hebben de uitgevoerde vernattingsmaatregelen en het kappen van het bos bijgedragen aan dit mooie resultaat.

Page 54: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

54

Houtsnip Scolopax rusticola 12 territoriaDe Houtsnip is geen karakteristieke soort van levende hoogvenen en heeft zich daarom pas kunnen vestigen, nadat er zich bos begon te ontwikkelen als gevolg van de ontwatering voorafgaande aan de verveningen. Het eerste gedocumenteerde zekere broedgeval dateert van 1992, toen in het deel oostelijk van de N279 een nest met vier eieren werd gevonden (van Seggelen, 1999). Als gevolg van de verdere ontwikkeling van het bos en de groei van de regionale populatie is ook in de Groote Peel het aantal toegenomen (van Noorden & van der Weele, 2013). In 2016 werden maar liefst twaalf territoria gelokaliseerd. In één territorium werd op 25 mei een nest met vier eieren gevonden. De verspreiding is vrij homogeen over het gehele gebied (bijlage 16).

Op 25 mei 2016 werd dit legsel van de Houtsnip ontdekt. Groote Peel. Foto Huub Don

Page 55: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

55

Kokmeeuw Larus ridibundus 245 territoriaDe oudste opgave van het broeden van de Kokmeeuw in het gebied dateert uit 1933. Het ging toen over een kolonie van 20 paren. De kolonies waren waarschijnlijk toen nog klein omdat het veen en het omringende agrarische gebied een stuk voedselarmer waren dan nu het geval is. Begin jaren vijftig werd de grens van 1000 paren al overschreden en groeide de populatie tot een hoogtepunt van 8541 broedparen in 1983 (van Seggelen, 1999). Daarna zet een geleidelijke daling in en na 2004 raakt de soort in een vrije val om in 2016 op 245 paren uit te komen (figuur 19). De drastische afname geldt overigens voor alle kolonies in het binnenland (Boele et al., 2015). De afname heeft vermoedelijk te maken met de afname van het graslandareaal en een toenemende verdroging waardoor het stapelvoedsel, de regenworm, steeds moeilijker bereikbaar wordt. Kokmeeuwen gebruiken de Peel alleen als veilige broedplek en zijn voor hun voedsel aangewezen op het agrarisch gebied. Mogelijk is er ook een link met toegenomen vossenstand in combinatie met verdroging. Door de minder stabiele waterstand worden de nesten in de loop van het seizoen beter bereikbaar voor grondpredatoren. De grootste kolonie in de Peelregio is die bij de kalkzandsteenfabriek in Liessel, welke in 2013 1000 broedparen telde. Buiten de Natura 2000-begrenzing vestigde zich een kleine kolonie van 15 paren in het Mussenbaangebied, dat ten gevolge van de heftige regenval in het voorjaar veel langer nat bleef dan in de overige jaren. In het Limburgse deel van het N2000 gebied werd geen enkel paar gevonden. De kolonies concentreerden zich in de oosthoek van ’t Elfde, in de Filosche Peel en aan de rand van ’t Eeuwig leven (bijlage 20).

Figuur 19. De aantalsontwikkeling van de Kokmeeuw in de Groote Peel 1959-2016. Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Page 56: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

56

De huidige populatie van de Kokmeeuw is slechts een fractie van die in een recent verleden. Eeuwig Leven 6 juli 2016. Foto Huub Don.

Holenduif Columba oenas 8 territoriaMet het ouder worden van de bossen en daarmee een hoger aanbod aan broedlocaties in vorm van boomholten zou je verwachten dat dit de Holenduif in de kaart zou hebben gespeeld. Vreemd genoeg blijkt de populatie in het reservaat te zijn gehalveerd van 17 territoria in 1992/93 naar 8 in 2016. Het is onduidelijk waar deze afname aan te wijten is. De meeste Holenduiven werden in het zuiden rond het oude bezoekerscentrum aangetroffen (bijlage 16).

Houtduif Columba palumbus 16 bezette km-hokken Van de Houtduif is in 2016 alleen de presentie per kilometerhok vastgesteld. In 16 van de 20 kilometerhokken werden territoria vastgesteld. Hoewel het met het ouder worden van de bossen kan worden verondersteld dat de populatie ten opzichte van 1992/93 (136 territoria) is gegroeid, is het onmogelijk omdat aan de hand van de gegevens van 2016 te staven.

Page 57: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

57

Turkse Tortel Streptopelia decaocto 1 bezet km-hokDe Turkse Tortel is een soort van de urbane omgeving en is daardoor zeer schaars in de Groote Peel. In 1992 werden drie territoria vastgesteld rond de oude boswachterswoning aan de zuidrand van het gebied (van Seggelen, 1999). Ook in 2016 werd in deze regio (kilometerhok) de soort als territoriumhouder vastgesteld.

Zomertortel Streptopelia turtur 2 territoriaVan de weleer florerende populatie van 44 territoria (1992/93) is anno 2016 vrijwel niets meer over. Er konden slechts twee territoria van deze Rode Lijstsoort worden vastgesteld. Beide territoria werden aan de zuidzijde van het reservaat in het Limburgse deel gelokaliseerd bijlage (37). Helaas vormt de Groote Peel geen uitzondering op dat beeld, hetgeen ook blijkt uit de sterk negatieve landelijke trend (figuur 20). De afname treedt ook elders in West-Europa op. In de broedgebieden kampt de soort met voedselproblemen door het verdwijnen van onkruiden, in de West-Afrikaanse overwinteringsgebieden worden slaapbossen gekapt en treedt periodiek grote droogte op. Bovendien sneuvelen forse aantallen Zomertortels door intensieve jacht in Zuidwest-Europa en Afrika.

Figuur 20. Landelijke broedvogeltrend van de Zomertortel. 1985-2014. In 1990 is index 100. Bron: www.sovon.nl/nl/soort/6870.

Page 58: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

58

Koekoek Cuculus canorus 33 territoriaOndanks de dalende landelijke trend van de Koekoek, floreert de soort in de Groote Peel. In 2016 werden 33 territoria gelokaliseerd. In 1992/93 kwam de stand uit op 50 territoria (van Seggelen, 1999). Het blijft echter heel lastig om een betrouwbaar beeld van het werkelijke aantal territoria vast te stellen. De mannetjes hebben grote territoria, die ook nog elkaar voor een groot deel kunnen overlappen. Bij de clustering van de basisgegevens is dan ook heel streng gekeken om zo veel mogelijk dubbeltellingen uit het materiaal te filteren. Toch is dat nooit voor 100% mogelijk. Onbetwist is echter dat de dichtheid hoog is, hetgeen onder meer blijkt uit het feit dat verschillende karteerders vanuit hun waarnemingspositie tot wel zes uitsluitende roepende mannen konden noteren. De hoge dichtheid heeft ongetwijfeld te maken met de hoge dichtheid aan waardvogels (gras- en boompieper) en vermoedelijk is er ook genoeg voedsel voor de volwassen vogels aanwezig. De soort is homogeen over de Groote Peel verspreid (bijlage 19).

De stand van de Koekoek in de Groote Peel is bijzonder goed. Groote Peel , 16 juli 2016. Foto Huub Don

Page 59: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

59

Bosuil Strix aluco 2 territoriaEen betrekkelijke nieuwkomer in het gebied is de Bosuil. In 1995 werden de eerste territoria (2) geconstateerd (van Seggelen, 1999). De vestiging houdt verband met de ontwikkeling van de bossen tot goed broedbiotoop en het geleidelijk groeien van de regionale populatie. Na de vestiging schommelde de stand steeds tussen de één en drie. De soort maakt dus vanaf zijn komst weinig progressie, hetgeen mogelijk een gevolg is van de hoge havikenstand. In 2016 werden twee territoria gevonden, één bij het voormalige bezoekerscentrum en één in het bos ten westen van ’t Elfde (bijlage 5).

Ransuil Asio otus 3 territoriaDe Ransuil is al veel langer broedvogel in het nationale park dan de Bosuil. Reeds in 1938 werd een bezet nest gevonden in een solitaire Grove Den (van Seggelen, 1999). De soort is dan ook veel minder strikt aan bos gebonden dan dat bij de Bosuil het geval is. Jarenlang werden er globaal tussen de drie en vijf territoria opgetekend. Hier en daar met uitschieters van 1 (1961) en 14 (1988) paren. De laatste jaren worden er geen hogere aantallen dan drie meer gevonden, hetgeen waarschijnlijk te maken heeft met de hoge dichtheid aan Haviken. De drie territoria in 2016 werden allemaal in het Limburgse opgetekend en wel één ten zuiden van het Roerdompven, één in het Lumme Buske en één Aan den Berg (bijlage 25). Van het territorium Aan den Berg werd een nest gevonden, waar op 8 mei twee jongen in goede conditie werden geringd. Op 5 juni werden de uitgevlogen jongen in het nestbos waargenomen (Vereijken, 2016).

Op 8 mei 2016 werden deze 2 jongen geringd bij Aan de Berg. Foto John Vereijken.

Page 60: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

60

Dwerguil Glaucidium passerinum 1 territoriumDe meeste spectaculaire ontdekking in 2016 was de vondst van een territorium van de zeer zeldzame Dwerguil. Het betreft hier bovendien het eerste geval van een territoriale vogel in Nederland. Op 2 april werd tijdens een ochtendbezoek een vogel ontdekt doordat een groepje scheldende mezen de vogel belaagde. De vogel kon uitgebreid worden bekeken en worden gefotografeerd. Daarna bleef het een tijdje stil en werd op 25 en 26 mei en op 6 juni op dezelfde locatie een roepende vogel aangetroffen (bijlage 6). Het is onduidelijk of de vogel gepaard was en voor broeden zijn geen aanwijzingen gevonden. Het is spannend wat het volgende broedseizoen zal opleveren!

Voor het eerst in de Nederlandse geschiedenis werd een territorium van de Dwerguil gevonden. Groote Peel, 2 april 2016. Foto Theo Bakker

Page 61: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

61

Nachtzwaluw Caprimulgus europaeus 53 territoriaIn het verleden was de Nachtzwaluw een uitermate schaarse broedvogel in de Groote Peel. Het eerst bekende territorium werd in 1962 opgetekend, waarna er tot 1987 geen meldingen bekend waren voor het gebied (van Seggelen, 1999). Vanaf 1987 tot en met 2004 werden er jaarlijks tussen de 0 en 3 territoria gevonden. Daarna maakte de soort een spectaculaire groei door (figuur 21). In 2009 stond de teller al op 20, in 2011 op 32 en in 2016 werden maar liefst 53 territoria gelokaliseerd! Onduidelijk is waar deze opvallende aantalstoename van deze op de Rode Lijst geplaatste soort aan te danken is. Gedacht kan worden aan een toename van het insectenaanbod als gevolg van het warmer worden van het klimaat en verbeterde omstandigheden in het Afrikaanse overwinteringsgebied. De soort is homogeen over het reservaat verspreid, zelfs in de natte delen (bijlage 24). Vermoed wordt dat daar op de drogere delen, in de vorm van niet meer gebruikte Peelbanen wordt gebroed. Op 8 september 2016 werd nog een laat nest met 2 jongen ontdekt, die op punt van uitvliegen stonden. Het nest lag in een vergrast stukje heide met in de nabijheid van enkele vliegdennen pal ten noordoosten van de Filosche Peel (med. M. Feenstra).

Het biotoop van de Nachtzwaluw bestaat uit structuurrijke heide met Pijnestro en verspreid staande vliegdennen. Noordzijde Grote Oalenbaan, 14 april 2016. Foto Boena van Noorden.

Page 62: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

62

NB 1999 geen data!

Figuur 21. De aantalsontwikkeling van de Nachtzwaluw in de Groote Peel 1959-2016. Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Groene Specht Picus viridis 9 territoriaDe Groene Specht maakt al weer geruime tijd deel uit van de avifauna in de Groote Peel. In 1959 werd al een territorium aan de Vossenberg geconstateerd (van Seggelen, 1999). Bij gebrek aan een voldoende areaal geschikt broedbiotoop bleef de stand decennia lang op één hangen. Pas in 1993 kon een tweede en in 1997 een derde territorium worden bijgeschreven. Inmiddels is het bos zo oud, en daarmee het aanbod aan geschikte nestbomen , dat in 2016 er negen territoria werden gelokaliseerd. Het oudste bos bevindt zich veelal aan de randen van het gebied en dat komt heel mooi tot uitdrukking in het verspreidingspatroon (bijlage 14).

Zwarte Specht Dryocopus martius 3 territoriaPas vanaf 1990 krijgt de Zwarte Specht vaste voet in het gebied. Daarvoor werd onregelmatig één territorium gevonden met opvallender wijze al in 1958 het eerste (van Seggelen, 1999). Dat is voor een echte bossoort behoorlijk vroeg gezien de leeftijd van het bos in dat jaar. In 1997 worden er voor het eerst meerdere territoria (4) opgetekend en in 2016 werden er drie gevonden. Deze territoria bevonden zich in de randen van het gebied, al waar het bos het verst ontwikkeld is. De onderlinge afstand bedroeg meer dan drie kilometer (bijlage 39).

Page 63: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

63

Grote Bonte Specht Dendrocopos major 76 territoriaOpvallend is dat de Grote Bonte Specht relatief laat (1976) het gebied heeft gekoloniseerd (van Seggelen, 1999). Zeker in vergelijking met de vroege vestiging van de Zwarte Specht (1958) en de Groene Specht (1959). Met het ouder worden van het bos groeide de populatie tot 27 in 1992/93 om in 2016 uit te komen op het respectabele aantal van 76. Overal waar bos van 2 ha en groter voorkomt is de soort present (bijlage 15). De dichtheid komt uit op 31,8 territoria per 100 ha bos.

Dankzij het ouder worden van de bossen hebben veel bossoorten zich de laatste jaren gevestigd of zijn in aantal toegenomen. Berkenbruin, 28 april 2016. Foto Boena van Noorden.

Kleine Bonte Specht Dendrocopos minor 11 territoriaVanaf 1981 kreeg de Kleine Bonte Specht vaste voet in de Groote Peel (van Seggelen, 1999). Daarna varieerde het jaarlijkse aantal tussen de nul en drie (1999). Net als bij de andere spechtensoorten heeft het ouder worden van het bos de soort in de kaart gespeeld en in 2016 werden daarom al elf territoria in het N2000 gebied opgetekend. De soort is vooral aan de randen van het reservaat te vinden maar ook het oude berkenbos ten zuiden van ’t Elfde is in trek (bijlage 17).

Page 64: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

64

Boomleeuwerik Lullula arborea 4 territoriaTot 1980 was de Boomleeuwerik een onregelmatige broedvogel in het reservaat. De vroegste melding is van 1958 toen er twee territoria werden gevonden (van Seggelen, 1999). Begin jaren negentig begint de broedpopulatie zich uit te breiden, om in 1997 een maximum van 17 territoria te bereiken. Daarna zakt de populatie weer in met slechts één territorium in 2003. Het is dan ook bemoedigend dat in 2016 er binnen de N2000 grenzen vier en binnen het SBB gebied vijf werden opgetekend. De territoria zijn beperkt tot het Limburgse en daarbinnen op de hoogste delen in het zuidoosten (bijlage 1).

Veldleeuwerik Alauda arvensis 1 territoriumHoogveengebieden behoren tot het natuurlijke habitat van de Veldleeuwerik (Stroud et al., 1988). In het verleden was het een talrijke broedvogel in het Peelgebied. Zo durfde een waarnemer in 1941 geen schatting te maken van het aantal zingende vogels in de Groote Peel. “De hele lucht had zich gevuld met zeer veel zingende Veldleeuweriken” (van Seggelen, 1999). In de jaren tachtig (1985) was de stand al gedecimeerd tot drie territoria en in 1997 bleef de teller steken bij vier. Naast de verbossing, vernatting en de verdichting van de vegetatie (Pijpenstro) speelt wellicht ook de teruggang van de kwaliteit van het omringende agrarisch gebied een rol. Met de opmars van maïs en de intensivering van het graslandgebruik is er daar voor die soort weinig te halen. Dit heeft er toe geleid dat ook hier de populatie is ingestort. Aanvulling van uit het agrarisch gebied is daarmee verleden tijd en bovendien kunnen eventuele broedparen aan de rand van het hoogveengebied niet foerageren in het sterk verarmde agrarisch gebied. In 2016 is in het N2200 gebied nog slechts één territorium vastgesteld. En in het aangrenzende weidevogelreservaat aan de Mussenbaan nog twee (bijlage 31).

Boompieper Anthus trivialis 354 territoriaVan de kwantitatief gekarteerde soorten is de Boompieper met 354 territoria de meest talrijke soort. Als soort van halfopen habitats en bosranden wordt de soort in het gebied ruimschoots bediend. Omgerekend over het totale gebied komt de dichtheid uit op 26,3 territoria per 100 ha. Dat is een stuk hoger dan in 1992/92 toen die op 18,6 uitkwam en de huidige dichtheid benadert die van de Mariapeel (30,7). Onduidelijk is waar de groei van de populatie aan te danken is. Feit is echter dat de landelijke broedpopulatie al jaren geleidelijk aan toeneemt (figuur 22). De verspreiding is slechts op enkele plaatsen toegenomen, zoals tussen de Meerbaan en de 10e baan en ten oosten van ’t Elfde. Voor het overige lijkt de verspreiding heel sterk op die in 1992/93 (van Seggelen, 1999) (bijlage 4). Schaars is de soort rond het centrum van de 4e baan, tussen de 10e en de 16e zijbaan en ten noordoosten van het Steltlopersven. Het is hier waarschijnlijk te open en te nat.

Page 65: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

65

Een enkele solitaire vliegden is voldoende voor de vestiging van een territorium van de Boompieper. Omgeving 10e baan, mei 2016. Foto Rinus Dillerop.

Figuur 22. Landelijke broedvogeltrend van de Boompieper 1985-2014. In 1990 is de index 100. Bron: www.sovon.nl/nl/soort/10090.

Page 66: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

66

Graspieper Anthus pratensis 116 territoriaDe Groote Peel herbergt met 116 territoria, ten opzichte van het agrarisch cultuurlandschap, een ongekend hoge dichtheid van de Graspieper. Desondanks heeft deze Rode Lijstsoort een stevige veer moeten laten ten opzichte van 1992/93 toen bijna het dubbele aantal (218 territoria) werd vastgesteld (van Seggelen, 1999). Hoe de situatie nog langer geleden was is niet precies gekwantificeerd. Voor de periode 1941-1954 werd de soort aangeduid als ‘overal’, ’veel’, ‘zeer talrijk’ en ‘algemeen ‘. Dat is niet vreemd voor een typische hoogveensoort als de Graspieper (Stroud et al., 1988).Ten gevolge van de vervening en de daarmee gepaard gaande ontwatering is het areaal geschikt broedbiotoop geslonken en daarmee de populatie. De soort houdt van korte vegetaties en profiteert daarbij van een (extensieve) begrazing (vergelijk bijlage 12 met figuur 4). Ten opzichte van 1992/93 is de soort vooral afgenomen rond het begin van de 2e en 5e baan, tussen de 10e baan en de 16e zijbaan en ten noorden van de van Deursenbaan. Wellicht is dit een gevolg van verbossing en verdichting van de vegetatie. De soort is waarschijnlijk de belangrijkste waardvogel van de Koekoek in het gebied. Dus ook voor de bescherming van deze bedreigde soort is de instandhouding van de Graspieper van belang.

Open grazige vlaktes vormen een geschikt broedbiotoop voor de Graspieper. Groote Peel 22 juni 2016. Foto Huub Don.

Page 67: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

67

Gele Kwikstaart Motacilla flava 5 territoriaDe Gele Kwikstaart prefereert kortgrazige vegetaties of recent afgebrande terreindelen (van Seggelen, 1999). In 2016 was de verspreiding beperkt tot het begraasde deel tussen ’t Elfde en ’t Eeuwig Leven in (vergelijk bijlage 10 met figuur 4). Zodra de vegetatie zich sluit of te hoog wordt verdwijnt de soort. De Gele Kwikstaart staat op de nationale Rode Lijst.

Witte Kwikstaart Motacilla alba 5 bezette km-hokkenDe Witte Kwikstaart is momenteel een schaarse broedvogel in de Groote Peel. Hoewel de soort niet kwantitatief is gekarteerd kan op basis van de kilometerhokfrequentie hier wel een uitspraak over worden gedaan. In 2016 werd in 5 van de 20 kilometerhokken (25%) een territorium vastgesteld. In 1992/93 werden nog 43 territoria in 16 kilometerhokken (80%) gevonden. Hieruit kan worden afgeleid dat de soort in aantal is afgenomen. Het aantal in 1992/93 was opvallend hoog door een brand in 1991 waarbij in het zuidoosten 200 ha heide- en pijpenstrovegetatie afbrandde (van Seggelen, 1999). In 1999 was deze hoge stand al weer met 50-60% gedaald.

Winterkoning Troglodytes troglodytes 20 bezette km-hokkenDe Winterkoning is in 2016 niet vlakdekkend gekarteerd, hij is evenwel in alle 20 kilometer hokken aangetroffen. In 1992/93 werden 275 territoria geconstateerd, waarbij ook alle kilometerhokken bezet waren (van Seggelen, 1999). Er zijn geen aanwijzingen dat de soort in de tussentijd sterk in aantal is afgenomen, zodat er ook anno 2016 zeker meer dan 200 territoria aanwezig moeten zijn geweest. De soort is gevoelig voor strenge winters en de stand kan dan behoorlijk inklappen. Aangezien er de laatste 10 jaar geen strenge winter meer is geweest kan dat geen negatieve invloed hebben gehad.

Heggenmus Prunella modularis 13 bezette km-hokkenVan de Heggenmus weten we voor 2016 alleen dat hij in 13 van de 20 kilometerhokken (65%) werd aangetroffen, omdat hij kwalitatief is gekarteerd. Er kunnen dan ook geen uitspraken over de aantalsontwikkeling worden gedaan. In 1992/93 werden 104 territoria verspreid over alle 20 kilometerhokken gevonden (van Seggelen, 1999).

Roodborst Erithacus rubecula 20 bezette km-hokkenDe Roodborst is een bossoort en zal daarom zijn optimum dichtheid hebben gehaald in de oudere bossen in het gebied. Helaas is dat niet te staven omdat van de soort alleen aanwezigheid per kilometerhok is geregistreerd. Hieruit blijkt dat in alle 20 kilometerhokken in 2016 Roodborsten werden gelokaliseerd. Dat was ook het geval in 1992/93 toen in deze 20 hokken in totaal 228 territoria werden gevonden (van Seggelen, 1999).

Page 68: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

68

Blauwborst Luscinia svecica 212 territoriaEen van de boegbeelden voor de avifauna van de Groote Peel is de Blauwborst. Menigeen zal dit hoogveenrestant in een adem noemen met deze soort. Daarvoor, begin 20e eeuw, kwam de Blauwborst al in het gebied voor, maar over aantallen uit die tijd is niets bekend (van Seggelen, 1999). Als broedvogel van half open habitats zal het echter in het ongerepte hoogveengebied om zeer lage dichtheden zijn gegaan. Waarschijnlijk was de soort beperkt tot de wat voedselrijkere randzone van het veen (laggzone). De soort prefereert de vochtige terreindelen, waarin verspreid staande opslag van berken en of wilgen aanwezig is. Als bodemfoerageerder en oogjager dienen er onbegroeide bodems (slijkige plekjes) aanwezig te zijn. Vaak gaat het hierbij om droogvallende randen van poelen en plasjes, die bij het voortschrijden van het voorjaar en de zomer bloot komen te liggen. Blijft het gebied geheel geïnundeerd dan is het ongeschikt als broedbiotoop. De Peelvenen vormen het belangrijkste broedgebied voor de Blauwborst in Zuidoost Nederland. Zelfs op nationale schaal zijn deze gebieden van groot belang voor de instandhouding van deze soort. Daarom is er voor de Groote Peel en ook voor de Verheven Peel (Deurnese Peel en Mariapeel) in het kader van de Europese Vogelrichtlijn een instandhoudingsdoel geformuleerd. Concreet betekent dit voor de Groote Peel dat er voor ten minste 200 broedparen geschikt broedhabitat aanwezig dient te zijn. Gezien het feit dat er in 2016 in totaal 212 territoria zijn vastgesteld, is aan de doelstelling voldaan.

De Blauwborst prefereert vochtige gebieden met enig struweel . Plassen ten westen van N279, 11 april 2016. Foto Boena van Noorden.

Page 69: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

69

In 1992/93 is het gebied voor het laatst integraal op deze soort onderzocht en daarbij werden 316 territoria vastgesteld (van Seggelen, 1999). Dat bekent een afname van één derde. Vergelijking van de verspreidingskaart van 1992/93 (van Seggelen, 1999) en die van 2016 (bijlage 2) laat zien dat de verspreiding vrijwel gelijk is gebleven, met uitzondering het gedeelte ten oosten van de N279, waar de soort in 2016 niet meer is aangetroffen. Wellicht dat in deze oosthoek, de verdroging en verdere gaande verbossing, daar de oorzaak van is. Elders is op bepaalde plekken de dichtheid afgenomen. Dat speelt vooral ten noordwesten en te westen van het Roerdompven, ten noorden van de uitkijktoren, rond het Eeuwig Leven en tussen de 10e baan en de 16e zijbaan. Mogelijk dat hier het gebied lokaal te nat is geworden, als gevolg van de doorgevoerde vernattingsmaatregelen. Zaak blijft om de stand goed te blijven volgen, zeker in het licht van de waterconserveringsmaatregelen die nu in het kader van de LIFE+ regeling worden uitgevoerd. Dankzij de aanwezigheid van vier meetnetplots (BMP-Sovon) is de trend van de soort over een langere periode (1995-2016) bekend (figuur 23). Hierin wordt de dalende tendens die ook naar voren komt uit de vergelijking met de twee vlakdekkende karteringen bevestigd. Opvallend de aanzienlijke opleving in 2016. Als de plots representatief zijn voor het gehele gebied zou dat betekenen dat er zich in 2016 een herstel is opgetreden en dat de stand in 2015 waarschijnlijk onder de instandhoudingsdoelstelling is gezakt. Verder valt het hoge aantal in 1992/93 op. Deze gegevens zijn echter op een andere wijze verkregen zodat ze niet zondermeer te vergelijken zijn met de data uit de rest van de figuur.

Figuur 23. Aantalsverloop van de Blauwborst in vier BMP-plots in de Groote Peel tussen 1995 en 2016 (bron: med. P. Zegers). De waarden van één plot in de jaren 2006 en 2010 zijn geschat. De waarde voor 1992/93 is ontleend aan de vlakdekkende kartering (van Seggelen, 1999).

Vanwege de ringactiviteiten in het gebied zijn gegevens over het broedsucces van de soort van jaar op jaar beschikbaar (figuur 24). Dit wordt bepaald aan de hand van de verhouding volwassen en jonge vogels. De jaren zijn vergelijkbaar omdat elk jaar onder dezelfde omstandigheden wordt gevangen (Constant Effort Site (CES-project)). Het blijkt dat het

Page 70: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

70

broedsucces onderhevig is aan schommelingen, waarbij na een slecht jaar vrijwel enkele goede jaren volgen. Het jaar 2015 was een gemiddeld jaar en 2014 boven gemiddeld, zodat het broedsucces van de twee voorgaande jaren geen negatieve invloed kan hebben gehad op de aantallen in 2016. Het jaar 2016 kende een zeer slecht broedsucces als gevolg van het extreem natte voorjaar (med. C. van Seggelen).

Figuur 24. Het broedsucces van de Blauwborst in de Groote Peel (2002-2015) uitgedrukt in het aantal gevangen jongen per gevangen adulte vogel (elk individu wordt slechts eenmaal in een jaar meegeteld) (bron: med. C. van Seggelen).

Gekraagde Roodstaart Phoenicurus phoenicurus 90 territoriaEen van de verassingen van deze broedvogelkartering is het hoge aantal territoria van de Gekraagde Roodstaart. Sedert 1992/93 blijkt de stand meer dan vertienvoudigd te zijn (van 8 naar 90 territoria). De soort werd in 1970 voor het eerst vastgesteld, maar pas vanaf medio jaren tachtig is het een jaarlijkse broedvogel (van Seggelen, 1999). De reden voor de spectaculaire toename is ongetwijfeld het ouder worden van het bos en daarmee ook het aanbod aan geschikte broedholten. De verspreiding volgt dan ook de ligging van de (oudere) bossen, die voornamelijk langs de randen van het reservaat en rond ’t Elfde zijn gelegen (bijlage 9).

Roodborsttapuit Saxicola torquata 205 territoriaNaast de Blauwborst hoort de Roodborsttapuit tot de karakteristieke broedvogels van de Peelvenen. Deze positie heeft deze soort zich echter pas in de loop van de 20e eeuw verworven toen het oorspronkelijk hoogveengebied werd drooggelegd en verveend. In een boomloos open landschap komt hij niet voor omdat er altijd wat struweel of jonge bosopslag aanwezig moet zijn in het broedhabitat. De hogere zandkoppen met heide waren aanvankelijk ook te open omdat deze waarschijnlijk te intensief werden begraasd en regelmatig werden afgebrand. Met de ontwatering en het stoppen van de schapenbegrazing van de hogere delen nam het struweel toe en kreeg de soort vaste voet aan de grond.

Page 71: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

71

De Roodborsttapuit is een van de kwalificerende N2000-soorten die het bijzonder goed doet. Groote Peel, 18 mei 2011. Foto Otto Plantema.

Het oudst bekende broedgeval dateert uit 1939 (van Seggelen, 1999). In 1958 wordt de stand in het reservaat op 20 geschat en deze is vervolgens in 1984 toegenomen tot minimaal 34 territoria. Daarna zet de soort een groeispurt in waardoor in 1993 er 98 en in 1997 128 territoria worden vastgesteld. Een vlakdekkende inventarisatie in 2010 levert 159 territoria op (Timmermans, 2010b). Met een totaal van 205 territoria in 2016 blijkt dat soort wederom fors is toegenomen (figuur 25). Sedert 1997 is de verspreiding niet wezenlijk veranderd, alleen de dichtheid is vrijwel overal toegenomen (vergelijk van Seggelen (1999) met bijlage 28). Een oorzaak van de spectaculaire toename is moeilijk te geven. Feit is dat de populatie in heel Nederland de laatste 20 jaar eveneens een sterke groei heeft doorgemaakt. Daarmee lijkt het of niet alleen lokaal gunstige factoren een rol spelen maar dat ook zaken die op grotere schaal een invloed hebben een rol spelen. Hierbij kan gedacht worden aan het warmer worden van het klimaat waardoor de omstandigheden in de broed- en overwinteringsgebieden zijn verbeterd. Verder zal het plaatselijk terugdringen van de verbossing hebben bijgedragen aan het succes, want zodra er bos ontstaat verdwijnt de soort.Vanaf 1995 worden er in het kader van het broedvogelmonitoringproject (BMP) van Sovon jaar-lijks vier deelgebieden in de Groote Peel op broedvogels geïnventariseerd. Hiermee kan het aan-talsverloop in deze steekproefgebieden van jaar tot jaar worden gevolgd (figuur 26). Dit beeld

Page 72: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

72

bevestigd de geconstateerde toename op basis van enkele vlakdekkende karteringen. Heel mooi komt het ‘rampjaar’ 2013 terug in de figuur. Toen werden de net uit de overwinteringsgebieden gearriveerde vogels overvallen door een behoorlijke periode van koud weer, waardoor een flink aantal volwassen vogels het niet redde. Het was de koudste maartmaand sedert de strenge win-ter van 1963! In 2016 lijkt de soort zich al weer bijna te hebben hersteld van deze klap.

Figuur 25. De aantalsontwikkeling van de Roodborsttapuit in de Groote Peel 1958-2016. Naar van Seggelen, 1999 en Timmermans, 2010a.

Met de hoge dichtheid die de Roodborsttapuit in het gebied bereikt, behoort de Groote Peel tot een van de topgebieden voor deze soort in Nederland. Dit was onder andere aanleiding om het gebied aan te melden als Vogelrichtlijngebied, waarmee het een Europese natuurbeschermingsstatus kreeg. Bij aanwijzing hiervoor werd een instandhoudingsdoelstelling voor deze soort geformuleerd. Deze komt er op neer dat er in de Groote Peel een areaal geschikt broedhabitat aanwezig dient te zijn dat ruimte biedt voor ten minste 80 broedparen. De aantallen in 2016 geven aan dat aan deze norm ruim driemaal gehaald wordt!

Figuur 26. Aantalsverloop van de Roodborsttapuit in vier BMP-plots in de Groote Peel tussen 1995 en 2016 (bron: med. P. Zegers). De waarden van één plot in de jaren 2006 en 2010 zijn geschat. De waarde voor 1992/93 is ontleend aan de vlakdekkende kartering (van Seggelen, 1999).

Page 73: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

73

Merel Turdus merula 20 bezette km-hokkenDe Merel behoort tot de zeer algemene broedvogels. In 2016 werden in alle 20 kilometerhokken territoria vastgesteld. Alleen de zeer open vegetaties worden gemeden. Een schatting van het totaal aantal is moeilijk te maken. In 1992/93 werden 178 territoria opgetekend (van Seggelen, 1993). Aangezien de bossen ouder zijn geworden wordt verwacht dat dit aantal minimaal nog aanwezig is of zelfs nog is toegenomen.

Zanglijster Turdus philomelos 19 bezette km-hokkenDe Zanglijster was in 1992/93 met 36 territoria ongeveer vijf keer zo schaars als de Merel. Er zijn geen redenen om aan te nemen dat deze verhouding in 2016 anders zou zijn. Waarschijnlijk is de soort wel in aantal toegenomen sedert begin jaren negentig. Een aanwijzing hiervoor is de toegenomen kilometerhokbezetting van 16 (80%) naar 19 (95%) in 2016. Waarschijnlijk hangt dit samen met het ouder worden van het bos, waarvan tal van bossoorten (zie bijvoorbeeld, Boomklever, Gekraagde Roodstaart en Grote Bonte Specht) ook hebben geprofiteerd.

Grote Lijster Turdus viscivorus 26 territoriaHet eerste broedgeval van de Grote Lijster werd in 1962 vastgesteld. Vanaf dat jaar werd er jaarlijks gebroed en nam de stand geleidelijk toe met het ouder worden van het bos (van Seggelen, 1999). In 1992/93 werd een stand van 13 territoria bereikt. Daarmee was deze soort van bosranden en open parkbossen nog niet aan zijn maximum, getuige de 26 territoria in 2016. Waarschijnlijk heeft de verdere ontwikkeling van het bosbiotoop hier een belangrijke invloed op gehad. Deze toename is gezien de landelijke ontwikkeling, een afname vanaf 1999, niet vanzelfsprekend. Zelfs in de regio (gemeente Nederweert) neemt de soort vooral in open cultuurland en in stedelijk en agrarisch bebouwd gebied sterk af. Opvallend genoeg zien we in deze gemeente een groei of een stabilisatie in bos en in boomrijke delen van het cultuurland (Loven, 2016). De Grote Lijster is vrij gelijkmatig over het gebied verspreid, waarbij steeds duidelijk de binding met bos naar voren komt (bijlage 16).

Sprinkhaanzanger Locustella naevia 114 territoriaEen van de verassingen van deze kartering was het grote aantal Sprinkhaanzangers (114 territoria) dat werd aangetroffen. Deze soort is een bewoner van open vochtige pijpenstrovegetaties met hier en daar een klein struikje, dat als zangpost dient. Ofschoon de soort al in 1938 als broedvogel bekend was, is vóór 1960 niets bekend over de omvang van de populatie (van Seggelen, 1999). Feit is dat de populatie vanaf de jaren zestig in de lift zat. In 1992/93 werden 36, in 1997 33 en in 1999 45 territoria geconstateerd. Daarna is tot de kartering van 2016 geen vlakdekkend beeld meer verkregen. De stand is dus sedert 1999 meer dan

Page 74: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

74

verdubbeld. Ook landelijk gaat het de Sprinkhaanzanger voor de wind (figuur 27), zodat naast lokale omstandigheden ook factoren die over een groot gebied, zoals klimaat, een positieve invloed moeten hebben gehad. De soort overwintert in wetlands in de Sahel en is daardoor gevoelig voor droge winters. Na een periode van droogte tussen 1982 en 1993 zijn de winters er vanaf 1994 een stuk natter (Zwarts et al., 2009). De soort haakt af bij een te intensieve begrazing. Deze situatie deed zich vooral voor tussen 1988 en 1999 toen er vooral in de Astense Peel een te hoge graasdruk van schapen werd toegepast (van Seggelen, 1999). De huidige graasdruk met runderen lijkt de soort niet te schaden (vergelijk figuur 4 met bijlage 30). De soort bereikt hoge dichtheden in het Limburgse deel en ten oosten van ’t Elfde. Rond en in het Roerdompven, ten noordwesten van de Filosche Peel en in de bosgebieden is de soort een stuk schaarser of ontbreekt er (bijlage 30). Sedert 1997 heeft vooral ten oosten van ’t Elfde en het Steltlopersven en tussen de Mussenbaan en de 10e baan een behoorlijke expansie plaats gevonden (vergelijk van Seggelen (1999) met bijlage 30).

De stand van de Sprinkhaanzanger is sedert 1992/93 bijna verdrievoudigd. Groote Peel, 21 april 2006. Foto Otto Plantema.

Page 75: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

75

Figuur 27. Landelijke broedvogeltrend van de Sprinkhaanzanger 1985-2014. In 1990 is de index 100. Bron: www.sovon.nl/nl/soort/12360.

Bosrietzanger Acrocephalus palustris 5 territoriaDe Bosrietzanger is een pioniersoort van voedselrijke ruigtes waarin vaak brandnetel domineert. Er moeten voldoende overjarige of andere stengels van voldoende stevigheid aanwezig zijn om het nest te verankeren. Soms wordt ook in vaak smalle rietrandjes op wat drogere plekken gebroed. Het aanbod van dit habitat is in het gebied beperkt en vaak kortstondig aanwezig zodat de soort er weinig talrijk is getuige de vijf territoria die zijn aangetroffen. Buiten de grenzen van het N2000 gebied, bijvoorbeeld in het natuurontwikkelingsgebied de Mussenbaan is soort wat talrijker (bijlage 5).

Kleine Karekiet Acrocephalus scirpaceus 38 territoriaDe Kleine Karekiet is voor zijn broedbiotoop geheel aangewezen op de aanwezigheid van Riet. De verspreidingskaart geeft dan ook zeer goed aan waar in het reservaat deze moerasplant wordt aangetroffen (bijlage 17). Ondanks het feit dat het Roerdompven uit ongeveer 8 ha aaneengesloten Riet bestaat is de dichtheid er relatief laag (18 territoria). Dit komt omdat hierbij het gaat om overjarig Riet waarin slechts hier en daar open water aanwezig is. Het overgrote deel staat ingebed in een laag veenmos. Bovendien is het randeffect relatief klein. Rietranden die slechts deels uit overjarige planten bestaan en in open water van ca. 30 cm diepte zijn gelegen vormen het optimale habitat (Leisler & Schulze-Hagen, 2011). De soort ontbreekt dan ook in het centrum van het Roerdompven. Ook in verleden was de soort al schaars in het gebied. Zo werden in 1992-93 in totaal tien territoria vastgesteld, die toen allen in het Roerdompven waren gelegen. In 2016 was de soort met 38 territoria duidelijk talrijker.

Page 76: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

76

Alleen de plekken waar zich open water tussen de rietvegetatie bevindt, is geliefd bij de Kleine Karekiet. Roerdompven, 2 mei 2016. Foto Boena van Noorden.

Spotvogel Hippolais icterina 37 territoriaDe Spotvogel is een bewoner van dichte lage (doorn)struwelen, waarin hij zijn nest goed kan verbergen. Bij toenemende successie worden de struwelen overschaduwd en worden daardoor te ijl. Dit soort lage struwelen komen vooral voor in de randen van het gebied, waarbij een duidelijke voorkeur uitgaat naar braamstruiken (bijlage 29). Aan de Mussenbaan, waar periodiek het struweel wordt teruggesnoeid, blijft daardoor constant een hoog aanbod broedbiotoop voor deze Rode Lijstsoort voorhanden (bijlage 29). Daar worden dichtheden behaald die landelijk tot de hoogste gerekend kunnen worden. Ondanks het relatief hoge aantal van 37 territoria lijkt de soort binnen het N2000 gebied in aantal te zijn afgenomen getuige de 46 territoria, die in 1992/93 werden vastgesteld (van Seggelen, 1999). Een en ander correspondeert met de landelijke trend, waarbij vanaf 1998 een zekere stabilisatie is opgetreden (figuur 28).

Page 77: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

77

Figuur 28. Landelijke broedvogeltrend van de Spotvogel 1985-2014. In 1990 is de index 100. Bron: www.sovon.nl/nl/soort/12590.

Een pas uitgevlogen Spotvogel in de Groote Peel op 22 juni 2016. Foto Huub Don.

Alleen de plekken waar zich open water tussen de rietvegetatie bevindt, is geliefd bij de Kleine Karekiet. Roerdompven, 2 mei 2016. Foto Boena van Noorden.

Spotvogel Hippolais icterina 37 territoriaDe Spotvogel is een bewoner van dichte lage (doorn)struwelen, waarin hij zijn nest goed kan verbergen. Bij toenemende successie worden de struwelen overschaduwd en worden daardoor te ijl. Dit soort lage struwelen komen vooral voor in de randen van het gebied, waarbij een duidelijke voorkeur uitgaat naar braamstruiken (bijlage 29). Aan de Mussenbaan, waar periodiek het struweel wordt teruggesnoeid, blijft daardoor constant een hoog aanbod broedbiotoop voor deze Rode Lijstsoort voorhanden (bijlage 29). Daar worden dichtheden behaald die landelijk tot de hoogste gerekend kunnen worden. Ondanks het relatief hoge aantal van 37 territoria lijkt de soort binnen het N2000 gebied in aantal te zijn afgenomen getuige de 46 territoria, die in 1992/93 werden vastgesteld (van Seggelen, 1999). Een en ander correspondeert met de landelijke trend, waarbij vanaf 1998 een zekere stabilisatie is opgetreden (figuur 28).

Page 78: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

78

Braamsluiper Sylvia curruca 6 territoriaDe Braamsluiper is een vogel die zeer sterk gebonden is aan doornstuwelen. Meidoorn- en sleedoornhagen in een halfopen cultuurgebied met onverharde wegen en graslandjes kennen de hoogste dichtheden. Mei- en Sleedoorn ontbreken vrijwel geheel in de Groote Peel waardoor de soort slechts lage dichtheden behaalt De weinige territoria bevinden zich dan ook in de omgeving van braamstruweel. Opvallend en waarschijnlijk op toeval berustend is, dat de zes territoria paarsgewijs over het gebied zijn verdeeld (bijlage 5). Analoog aan de landelijke afname is ook de Braamsluiper in aantal gedaald, getuige de 13 territoria die nog in 1992/93 werden gevonden (van Seggelen, 1999).

Grasmus Sylvia communis 298 territoriaNa de Boompieper is de Grasmus de talrijkste broedvogelsoort in het gebied, van de soorten die kwantitatief werden gekarteerd. Maar liefst 298 territoria werden aan het papier toevertrouwd. De soort ontbreekt alleen in de bossen, de rietvegetaties en in de zeer open struweelloze terreindelen (bijlage 11). De soort is niet erg kieskeurig , een solitaire struik kan al voldoende zijn voor de vestiging. Lijnvormige structuren langs paden en waterlopen zijn vaak favoriet. De soort overwintert in de Sahelzone en is daardoor gevoelig voor droge winters. Na een periode van droogte tussen 1982 en 1993 zijn de winters er vanaf 1994 een stuk natter (Zwarts et al., 2009). Dit verklaart wellicht het feit dat tijdens de laatste vlakdekkende kartering van 1992/93 de populatie met 205 territoria bijna een derde kleiner was dan nu (van Seggelen, 1999).

Struweelrijke plekken vormen een favoriet broedbiotoop voor de Grasmus. Eeuwelse Loop, 6 juli 2016. Foto Huub Don.

Page 79: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

79

Tuinfluiter Sylvia borin 195 territoriaTuinfluiters moeten het hebben van dichte struwelen en dit verklaart dat de soort in de bossen met een gesloten kroonlaag weinig voorkomt (bijlage 32). De open gebieden zonder hoge struiken worden ook gemeden. Bosranden daarentegen ontvangen vaak nog wel voldoende licht voor een goed ontwikkelde struiklaag en hier vinden we dan ook vaak Tuinfluiters. Langs de grenzen met het cultuurland en rond ’t Elfde zijn de meeste territoria aangetroffen. Met de 195 territoria is het een zeer algemene soort. In vergelijking met de kartering uit 1992/93 is de soort met bijna een kwart toegenomen.

Zwartkop Sylvia atricapilla 20 bezette km-hokkenIn 2016 is de Zwartkop alleen op de aanwezigheid per kilometerhok geïnventariseerd. Hieruit blijkt dat de soort in alle 20 km-hokken voorkomt en daarom ruim verspreid is. In 1992/93 werden er 154 territoria geconstateerd en was daarmee ongeveer even talrijk als de Tuinfluiter (van Seggelen, 1999). Aangenomen mag worden dat aantal nog steeds wordt bereikt en wellicht nog wat hoger ligt door het ouder worden van de bossen.

Tjiftjaf Phylloscopus collybita 20 bezette km-hokkenDe Tjiftjaf is een van de algemenere soorten die alleen op aanwezigheid per kilometerhok is gekarteerd. Overal waar maar een plukje bos voorkomt is de soort present en het is dan ook niet verwonderlijk dat alle 20 kilometerhokken bezet zijn. Dat was ook in 1992/93 het geval . In dat jaar werden er 228 territoria gevonden (van Seggelen, 1999). Met het ouder worden van het bos zal de huidige stand minstens even hoog, zo niet hoger liggen dan toen.

Fitis Phylloscopus trochilus 20 bezette km-hokkenEen van de karakteristieke Peelsoorten is de Fitis. Het was in 1992/93 met 861 territoria, op de Kokmeeuw na, de meest talrijke vogelsoort in het gebied (van Seggelen, 1999). Vermoedelijk is de soort nog steeds de talrijkste soort maar het is aannemelijk dat de stand anno 2016 lager is, gezien de landelijke afname (figuur 29). Tussen 1992 en 2013 laat deze een daling van ongeveer 25% zien. Als dat vertaald wordt naar de situatie in de Groote Peel dan zou betekenen dat de huidige stand ongeveer 650 territoria zou bedragen. De dalende landelijke populatietrend wijst op een invloed op grote schaal zoals een verandering in het klimaat in het broed- en of overwinteringsgebied. Verder is door het ouder worden van het bos, het areaal geschikt broedbiotoop in de Groote Peel afgenomen. Indien de kroonlaag gesloten wordt is de Fitis verdwenen. Met de aanwezigheid in alle kilometerhokken is de presentie evenwel gelijk gebleven met die in 1992/93.

Braamsluiper Sylvia curruca 6 territoriaDe Braamsluiper is een vogel die zeer sterk gebonden is aan doornstuwelen. Meidoorn- en sleedoornhagen in een halfopen cultuurgebied met onverharde wegen en graslandjes kennen de hoogste dichtheden. Mei- en Sleedoorn ontbreken vrijwel geheel in de Groote Peel waardoor de soort slechts lage dichtheden behaalt De weinige territoria bevinden zich dan ook in de omgeving van braamstruweel. Opvallend en waarschijnlijk op toeval berustend is, dat de zes territoria paarsgewijs over het gebied zijn verdeeld (bijlage 5). Analoog aan de landelijke afname is ook de Braamsluiper in aantal gedaald, getuige de 13 territoria die nog in 1992/93 werden gevonden (van Seggelen, 1999).

Grasmus Sylvia communis 298 territoriaNa de Boompieper is de Grasmus de talrijkste broedvogelsoort in het gebied, van de soorten die kwantitatief werden gekarteerd. Maar liefst 298 territoria werden aan het papier toevertrouwd. De soort ontbreekt alleen in de bossen, de rietvegetaties en in de zeer open struweelloze terreindelen (bijlage 11). De soort is niet erg kieskeurig , een solitaire struik kan al voldoende zijn voor de vestiging. Lijnvormige structuren langs paden en waterlopen zijn vaak favoriet. De soort overwintert in de Sahelzone en is daardoor gevoelig voor droge winters. Na een periode van droogte tussen 1982 en 1993 zijn de winters er vanaf 1994 een stuk natter (Zwarts et al., 2009). Dit verklaart wellicht het feit dat tijdens de laatste vlakdekkende kartering van 1992/93 de populatie met 205 territoria bijna een derde kleiner was dan nu (van Seggelen, 1999).

Struweelrijke plekken vormen een favoriet broedbiotoop voor de Grasmus. Eeuwelse Loop, 6 juli 2016. Foto Huub Don.

Page 80: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

80

De Fitis is vermoedelijk nog steeds de talrijkste broedvogel in de Groote Peel. Groote Peel, 19 mei 2011. Foto Otto Plantema.

Figuur 29. Landelijke broedvogeltrend van de Fitis 1985-2014. In 1990 is de index 100. Bron: www.sovon.nl/nl/soort/13120.

Page 81: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

81

Goudhaantje Regulus regulus 6 bezette km-hokkenAls typische naaldhoutsoort is het Goudhaantje een schaarse broedvogel. In 2016 werd de soort in 6 van de 20 kilometerhokken aangetroffen. Kleine naaldbosjes kunnen al een territorium opleveren. In het verleden ontbrak de soort en pas geruime tijd na de aanplant van dennenbos kon de soort zich vestigen. Het eerste territorium werd dan ook pas in 1983 geconstateerd (van Seggelen, 1999). In 1992/93 werden zeven territoria gevonden. De huidige stand is waarschijnlijk vergelijkbaar met een maximum van hooguit 10 territoria.

Grauwe Vliegenvanger Muscicapa striata 32 territoriaEen van de verrassende ontdekkingen van het onderzoek is de behoorlijk hoge stand van de Grauwe Vliegenvanger. Met 32 territoria heeft er ten opzichte van 1992/93 een verdubbeling plaats gevonden (van Seggelen, 1999). Dit is opmerkelijk omdat de landelijke populatie van deze Rode Lijstsoort al geruime tijd een dalende tendens laat zien (figuur 30). Sedert 1985 bedraagt deze afname ruim 50%. Kennelijk treft de soort in de ouder geworden bossen een optimaal broedbiotoop aan waardoor een hoge reproductie kan plaats vinden. De oudste bossen zijn langs de randen van het reservaat en ronde de Veldraai gesitueerd en daar wordt de soort dan ook het meest aangetroffen (bijlage 14).

Figuur 30. Landelijke broedvogeltrend van de Grauwe Vliegenvanger 1985-2014. In 1990 is de index 100. Bron: www.sovon.nl/nl/soort/13350 .

De Fitis is vermoedelijk nog steeds de talrijkste broedvogel in de Groote Peel. Groote Peel, 19 mei 2011. Foto Otto Plantema.

Figuur 29. Landelijke broedvogeltrend van de Fitis 1985-2014. In 1990 is de index 100. Bron: www.sovon.nl/nl/soort/13120.

Page 82: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

82

Bonte Vliegenvanger Ficedula hypoleuca 7 territoriaNet als de Grauwe Vliegenvanger heeft de Bonte Vliegenvanger geprofiteerd van het ouder worden van de bossen. Als holenbroeder is de soort afhankelijk van natuurlijke holten of nestkasten. Alleen rond het oude bezoekerscentrum hangen enkele nestkasten maar dezen waren niet door deze soort bezet. Dit betekent dat er in de Groote Peel alleen in natuurlijke holen wordt gebroed. Het eerste territorium werd pas in 1984 geconstateerd en in 1992/93 bleef de teller op twee steken (van Seggelen, 1999). Dit betekent met de huidige zeven territoria, een ruime verdrievoudiging ten opzichte van begin jaren negentig. Gezien het feit dat de oudere bossen voornamelijk langs de randen van het nationale park zijn gesitueerd worden hier ook de territoria gevonden (bijlage 1).

Staartmees Aegithalos caudatus 15 bezette km-hokkenDe Staartmees is niet vlakdekkend gekarteerd, zodat alleen de aanwezigheid per kilometerhok is geregistreerd. In totaal 15 van de 20 kilometerhokken werd de soort aangetroffen. Alleen in de open gebieden zonder struweel en boomopslag en in de dichte bossen laat de soort verstek gaan. Onduidelijk is hoe de soort zich sedert 1992/93 heeft ontwikkeld. Tijdens die kartering werden er 35 territoria verdeeld over 14 kilometerhokken gevonden (van Seggelen, 1999). Gezien de vrijwel gelijkblijvende verspreiding kan worden aangenomen dat de huidige stand ook rond de 35 zal zijn.

Matkop Parus montanus 23 territoriaDe Matkop is een meer dan de Glanskop een bewoner van de wat jongere en vochtigere bossen. Dit heeft te maken met het feit dat de soort zijn eigen nesthol uithakt, wat alleen kan in de zachtere houtsoorten als berk en wilg of in rotte stammen. Sedert begin jaren negentig heeft deze mezensoort een aardige veer moeten laten en is meer dan gehalveerd (van 50 naar 23 territoria) (van Seggelen, 1999). Mogelijk heeft het ouder worden van het bos te maken met de afname. De verspreiding komt sterk overeen met die in 1992/93, zij het dat de dichtheid ijler is geworden (vergelijk bijlage 23 met van Seggelen, 1999). De halvering heeft zich overigens niet alleen in heel Nederland, maar ook in de rest van Europa voltrokken (figuur 31). Dit wordt in verband gebracht met de verdroging van de bossen. Of dit ook geldt voor de Groote Peel is maar de vraag. Van een verdroging van het bos lijkt geen sprake, wel is het ouder geworden.

Page 83: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

83

Figuur 31. Landelijke broedvogeltrend van de Matkop 1985-2014. In 1990 is de index 100. Bron: www.sovon.nl/nl/soort/14420.

Kuifmees Parus cristatus 24 territoriaOfschoon de hoeveelheid naaldhout beperkt is werden er in 2016 nog 24 territoria van de Kuifmees genoteerd. Deze soort neemt al genoegen met groepjes van enkele vliegdennen die regelmatig verspreid in het gebied voorkomen. Dit verklaart de stippen in ogenschijnlijk open gebied in bijlage 22. Naaldhoutsoorten als de Zwarte Mees en Goudhaantje zijn kritischer qua habitatkeuze en komen minder verspreid en talrijk voor. Ten opzichte van 1992/93 lijkt de stand stabiel gebleven te zijn, gezien het feit dat er toen 21 territoria werden aangetroffen (van Seggelen, 1999). Dit ondanks het feit dat na 1993 nog enkele dennenbossen zijn gekapt.

Zwarte Mees Parus ater 1 territoriumDe Zwarte Mees is als gevolg van de kap tussen 1992-98 van het naaldbos bij de Koeuier en ten noorden van de Fliosche Peel langs de Eeuwelse Loop sterk teruggedrongen. Werden er in 1992/93 nog zeven territoria opgetekend in 2016 is dat gereduceerd tot één, gelegen op de Amsloberg (bijlage 39). Dit is een wel heel smalle basis voor een duurzame populatie. De kans dat de soort verdwijnt uit het gebied is dan ook heel reëel.

Pimpelmees Parus caeruleus 15 bezette km-hokkenDe Pimpelmees lijkt wat kieskeuriger qua biotoopkeuze dan de Koolmees. Zo werd deze mees in 15 van de 20 kilometerhokken aangetroffen en de Koolmees in allemaal. De verspreiding is sedert 1992/93 afgenomen omdat toen de soort nog in 19 hokken te vinden was (van Seggelen,

Page 84: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

84

1999). Mogelijk is dit het gevolg van de kap van (naald)bos in de periode 1993-98. Desondanks ligt de stand van 71 territoria in 1992/93 waarschijnlijk momenteel wat hoger door het ouder worden van het resterende bos.

Koolmees Parus major 20 bezette km-hokkenMet 20 bezette kilometerhokken zijn alle hokken die zich in het gebied bevinden bezet. In 1992/93 was deze soort met 179 territoria de meest algemene mezensoort en dat is zeer waarschijnlijk nog steeds het geval. Vermoed wordt dat de stand anno 2016 hoger ligt dan in 1992/93 als gevolg van het ouder worden van het bos.

Boomklever Sitta europaea 17 territoriaTijdens de vorige vlakdekkende kartering in 1992/93 ontbrak de Boomklever als broedvogel. Het eerste territorium werd in 2003 vastgesteld en pas vanaf 2009 is de soort jaarlijks present. Intussen heeft de soort zich stevig gevestigd getuige de 17 territoria die zijn aangetroffen. Dit betekent dat het bos zich inmiddels goed heeft ontwikkeld, want de Boomklever is een soort van oude structuurrijke bossen. Dit type bos is beperkt tot de randen van het gebied. De grootste concentratie wordt rond Aan den Berg aangetroffen (bijlage 1). De ontwikkeling staat niet op zich zelf, in de gehele regio is de soort de laatste 25 jaar spectaculair toegenomen. Onderzoek in de gemeente Nederweert liet tussen en 1994 en 2015 een toename zien van 6 naar 101 territoria (Loven, 2015).

De Boomklever is pas sedert 2009 een vaste broedvogel in de Groote Peel. Nederweert, 25 december 2010. Foto Otto Plantema.

Page 85: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

85

Boomkruiper Certhia brachydactyla 81 territoriaDe Boomkruiper stelt minder hoge eisen aan het boshabitat dan de Boomklever, met als gevolg dat deze soort talrijker is en het gebied al eerder heeft gekoloniseerd. Vanaf 1984 wordt de vestiging als broedvogel vermoed en in 1988 werd het eerste nest gevonden (van Seggelen, 1999). Daarna steeg het aantal tot 14 in 1992/93. Daarna is de populatie flink doorgegroeid naar 81 territoria in 2016. De oudste en grootste bossen bevinden zich aan de randen van het nationale park, zodat daar de meeste territoria zijn te vinden (bijlage 3).

Wielewaal Oriolus oriolus 39 territoriaEen voor veel mensen tot de verbeelding sprekende soort is de Wielewaal. Naast een exotisch uiterlijk heeft deze soort een melodieuze zang. De populatie is sedert begin jaren negentig landelijk in aantal flink afgenomen en heeft daardoor de twijfelachtige eer van Rode Lijstsoort (figuur 32). Ook de Limburgse populatie is de laatste 15 jaar afgenomen en laat een krimp van 34% zien (van Noorden & van der Weele, 2013). Voor Limburg spelen de Peelvenen een zeer belangrijke rol. Momenteel bevindt zich minimaal een kwart van de populatie in de bossen van deze hoogveenrestanten. Dat betekent dat bij eventuele kap van bos ter verbetering van de hydrologie en de openheid een zorgvuldige afweging moet worden gemaakt en gekeken moet worden of de soort daarbij ontzien kan worden. Dat dit blijkt te kunnen is aangetoond in de Mariapeel. Hier blijft bij de uitvoering van een LIFE+ project ter verbetering van de hydrologie, een groot deel van wielenwalenhabitat gespaard. Ondanks de landelijke afname is er in de Groote Peel sprake van een toename. In 1992/93 werden 21 territoria en in 2016 is dat gestegen tot 39. Waarschijnlijk is de ouder worden van het bos verantwoordelijk voor deze toename. De soort komt voor in de randen van het reservaat en in het bos rond ’t Elfde (bijlage 35).

Figuur 32. Landelijke broedvogeltrend van de Wielewaal 1985-2014. In 1990 is de index 100. Bron: www.sovon.nl/nl/soort/15080.

1999). Mogelijk is dit het gevolg van de kap van (naald)bos in de periode 1993-98. Desondanks ligt de stand van 71 territoria in 1992/93 waarschijnlijk momenteel wat hoger door het ouder worden van het resterende bos.

Koolmees Parus major 20 bezette km-hokkenMet 20 bezette kilometerhokken zijn alle hokken die zich in het gebied bevinden bezet. In 1992/93 was deze soort met 179 territoria de meest algemene mezensoort en dat is zeer waarschijnlijk nog steeds het geval. Vermoed wordt dat de stand anno 2016 hoger ligt dan in 1992/93 als gevolg van het ouder worden van het bos.

Boomklever Sitta europaea 17 territoriaTijdens de vorige vlakdekkende kartering in 1992/93 ontbrak de Boomklever als broedvogel. Het eerste territorium werd in 2003 vastgesteld en pas vanaf 2009 is de soort jaarlijks present. Intussen heeft de soort zich stevig gevestigd getuige de 17 territoria die zijn aangetroffen. Dit betekent dat het bos zich inmiddels goed heeft ontwikkeld, want de Boomklever is een soort van oude structuurrijke bossen. Dit type bos is beperkt tot de randen van het gebied. De grootste concentratie wordt rond Aan den Berg aangetroffen (bijlage 1). De ontwikkeling staat niet op zich zelf, in de gehele regio is de soort de laatste 25 jaar spectaculair toegenomen. Onderzoek in de gemeente Nederweert liet tussen en 1994 en 2015 een toename zien van 6 naar 101 territoria (Loven, 2015).

De Boomklever is pas sedert 2009 een vaste broedvogel in de Groote Peel. Nederweert, 25 december 2010. Foto Otto Plantema.

Page 86: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

86

Grauwe Klauwier Lanius collurio 7 territoriaNa een afwezigheid van 45 jaar als broedvogel werd in 2009 voor het eerst weer een broedgeval van de Grauwe Klauwier in de Groote Peel vastgesteld (Pahlplatz & Meeuwissen, 2010). Een jaar later was de populatie van deze Rode Lijstsoort al gegroeid tot drie territoria en anno 2016 is de stand binnen het N2000 gebied uitgekomen op zeven . Daarnaast heeft er nog een paar gebroed in het natuurontwikkelingsgebied aan de Mussenbaan (figuur 33). Vrijwel alle territoria op één na bevonden zich in de rand van het Limburgse deel (bijlage 10). Van het Brabantse paar bleek het mannetje een kleurring te dragen. Deze vogel bleek op 21 juni 2014 als nestjong in het natuurontwikkelingsgebied aan de Mussenbaan, op ca. 4 km van het huidige territorium, geringd te zijn.

Deze op 21 juni 2014 als nestjong aan de Mussenbaan gekleurringde Grauwe Klauwier had op 4 kilometer afstand van de ringplek in de Astense Peel in 2016 een territorium. Omgeving van Lithbaan, 25 mei 2016. Foto Theo Bakker

Page 87: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

87

Figuur 33. De aantalsontwikkeling van de Grauwe Klauwier in de Groote Peel 1959-2016 (binnen eigendommen van SBB). Naar van Seggelen, 1999, Timmermans, 2010a en 2011 en Vereijken & Zegers, 2005.

Vlaamse Gaai Garrulus glandarius 18 bezette km-hokkenDe Vlaamse Gaai is in 2016 niet vlakdekkend geïnventariseerd, alleen de aanwezigheid per kilometerhok is bepaald. In totaal 18 van de 20 kilometerhokken is de soort aangetroffen en dat is een even hoge presentie als in 1992/93 (van Seggelen, 1999). In 1992/93 werden er 34 territoria opgespoord. Het is aannemelijk dat dat aantal ook nu nog aanwezig is en wellicht nog wat hoger ligt door het ouder worden van het bos.

Ekster Pica pica 1 territoriumDe Ekster is altijd al een zeer schaarse broedvogel in de Groote Peel geweest. In het van oorsprong boomloze gebied ontbrak de soort. Het oudst bekende broedgeval dateert uit 1954 (één paar) (van Seggelen, 1999). Daarna broedde de soort er onregelmatig. Tussen 1986 en 1997 werden er jaarlijks 1-3 territoria opgetekend en van 1997 tot en met 1999 ontbrak de Ekster als broedvogel. Vanaf 2000 zijn er weinig tot geen gegevens bekend. In 2016 werd één territorium ten zuiden van Aan den Berg op de grens met het agrarisch gebied vastgesteld (bijlage 6).

Kauw Corvus monedula 2 bezette km-hokkenAls bewoner van het urbane gebied is de Kauw als broedvogel zeer schaars. Alleen in nestkasten en in de schoorstenen van de spaarzame bebouwing vindt de soort geschikte nestgelegenheid. In 2016 is alleen de aanwezigheid per kilometerhok vastgesteld. Daarbij werd de soort in twee kilometerhokken in het zuiden vastgesteld. Dat zijn de hokken met daarin het

Grauwe Klauwier Lanius collurio 7 territoriaNa een afwezigheid van 45 jaar als broedvogel werd in 2009 voor het eerst weer een broedgeval van de Grauwe Klauwier in de Groote Peel vastgesteld (Pahlplatz & Meeuwissen, 2010). Een jaar later was de populatie van deze Rode Lijstsoort al gegroeid tot drie territoria en anno 2016 is de stand binnen het N2000 gebied uitgekomen op zeven . Daarnaast heeft er nog een paar gebroed in het natuurontwikkelingsgebied aan de Mussenbaan (figuur 33). Vrijwel alle territoria op één na bevonden zich in de rand van het Limburgse deel (bijlage 10). Van het Brabantse paar bleek het mannetje een kleurring te dragen. Deze vogel bleek op 21 juni 2014 als nestjong in het natuurontwikkelingsgebied aan de Mussenbaan, op ca. 4 km van het huidige territorium, geringd te zijn.

Deze op 21 juni 2014 als nestjong aan de Mussenbaan gekleurringde Grauwe Klauwier had op 4 kilometer afstand van de ringplek in de Astense Peel in 2016 een territorium. Omgeving van Lithbaan, 25 mei 2016. Foto Theo Bakker

Page 88: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

88

oude bezoekerscentrum en de oude boswachterswoning. In de schoorsteen van deze woning werden de enige bekende broedgevallen uit het verleden (gedurende vier jaar in de jaren zestig één paar) gevonden (van Seggelen, 1999).

Zwarte Kraai Corvus corone corone 36 territoriaHet oudst bekende broedgeval van de Zwarte Kraai dateert al uit 1939 al was de soort toen gezien het gebrek aan goede nestbomen nog heel schaars (van Seggelen, 1999). Zo omstreeks de zestiger jaren werd er jaarlijks gebroed met een populatie van rond de vijf territoria en dit groeide tot maximaal tien paren aan het begin van de jaren zeventig. Daarna groeide de populatie verder door een afname van de vervolging en een toename aan broedgelegenheid door het ouder worden van het bos. In 1992/93 werden er 46 territoria gevonden. In 2016 blijkt dit aantal niet meer te worden bereikt en komt de stand uit op 39 territoria. De verspreiding is even wel vrijwel hetzelfde als in 1992/93 met een lichte concentratie in de randen van het reservaat (bijlage 38).

Spreeuw Sturnus vulgaris 14 bezette km-hokkenDe Spreeuw is in 2016 niet vlakdekkend geïnventariseerd, alleen de aanwezigheid per kilometerhok is in kaart gebracht. Hierbij werd de soort in 14 van de 20 kilometerhokken aangetroffen. Dit is een aanzienlijke toename van de presentie sedert 1992/93 toen slechts 7 hokken bezet waren (van Seggelen, 1999). Met een toename van de presentie is de populatie ook toegenomen door het ouder worden van het bos, waardoor er meer geschikte broedholen beschikbaar zijn gekomen. In 1992/93 werden er 19 territoria gevonden en rekening houdend met de toegenomen presentie wordt de huidige populatie geschat op 40-50 territoria.

Huismus Passer domesticus 2 bezette km-hokkenDe Huismus is de meest aan bebouwing gebonden soort die in het reservaat voorkomt en het is dan ook niet verbazend dat hij alleen is gevonden in de twee kilometerhokken binnen het N2000 gebied waarin bebouwing ligt (het oude bezoekerscentrum en de oude boswachterswoning). Dit zijn ook de plekken waar de soort sedert de jaren zestig is aangetroffen (van Seggelen, 1999).

Page 89: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

89

Ringmus Passer montanus 1 bezet km-hokDe op de Rode Lijst geplaatste Ringmus werd in één kilometerhok vastgesteld en is daarmee een zeer schaarse broedvogel. Alleen rond de oude boswachterswoning in het zuiden van het reservaat werd hij opgetekend. In het verleden was hij talrijker. Zo werden er in 1992/93 12 territoria verdeeld over meerdere kilometerhokken gevonden (van Seggelen, 1999). In 1971 broedden alleen al rond het oude bezoekerscentrum zes paren in nestkasten. In 2016 werd geen enkel broedgeval geconstateerd in de hier nog steeds aanwezige kasten.

Vink Fringilla coelebs 20 bezette km-hokkenDe Vink is in 2016 niet vlakdekkend gekarteerd, alleen de presentie per kilometerhok is genoteerd. Hierbij werd een presentie van 100% geconstateerd. Deze bos- en tuinsoort is niet erg kritisch qua biotoopkeuze. Alleen jong berkenbos tot een jaar of zes is nog te jong. In 1992/93 had deze soort dezelfde hoge presentie en daarbij werden 265 territoria opgetekend (van Seggelen, 1999). Door het ouder worden van het bos, is de dichtheid waarschijnlijk toegenomen, zodat een schatting van minimaal 300 paren anno 2016 reëel lijkt.

Putter Carduelis carduelis 2 territoriaDe Putter is een betrekkelijk nieuwe broedvogel voor het gebied. In 1997 werd het eerste territorium gevonden (van Seggelen, 1999). Binnen de begrenzingen van het N2000 gebied werden in 2016 twee territoria en daarbuiten in het natuurontwikkelingsgebied van Staatsbosbeheer nog eens drie (bijlage 25). De toename past geheel in de landelijke trend die ook sterk positief is (figuur 34).

Figuur 34. Landelijke broedvogeltrend van de Putter 1985-2014. In 1990 is de index 100. Bron: www.sovon.nl/nl/soort/16530 .

Page 90: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

90

Kneu Carduelis cannabina 118 territoriaEen van de verrassingen van het onderzoek in 2016 was het hoge aantal Kneuen. Ondanks de forse landelijke afname (figuur 35) werden er nog 118 territoria geconstateerd. Dit des te opzienbarender omdat van deze Rode Lijssoort in 1992/93 maar 75 territoria werden gelokaliseerd (van Seggelen, 1999). In de Groote Peel is de soort sedert de jaren zestig toegenomen. In 1962 werden minimaal 15 territoria vastgesteld. Daarvoor was de soort waarschijnlijk schaarser door het nog opener karakter van het gebied waarin nog minder struweel aanwezig was om in te broeden. Opvallend is dat het geclusterde voorkomen van 1992/93 in 2016 nog steeds op dezelfde plaatsen is geconstateerd. Zo vinden we clusters ten noorden van de uitkijktoren, ten oosten van het 6e vaartje en rond het oostelijke deel van de van Deursendijk (bijlage 18). In 2016 is daar nog een concentratie aan weerszijden van de Eeuwelse Loop bijgekomen. De clusters worden gekenmerkt door hun structuurrijkdom, waarbij braamstruwelen, heide, Adelaarsvaren en Pijpenstro een mozaïek vormen.

Figuur 35. Landelijke broedvogeltrend van de Kneu 1985-2014. In 1990 is de index 100. Bron: www.sovon.nl/nl/soort/16600.

Goudvink Pyrrhula pyrrhula 3 territoriaAls bosbewoner maakt de Goudvink nog niet zo lang deel uit van de broedvogelbevolking in de Groote Peel. Het eerst beschreven territorium stamt uit 1988 (van Seggelen, 1999). Daarna is er in 1993 het tweede geval opgetekend. Tussen 1999 en 2016 is weinig bekend over het voorkomen van deze soort. Afgaande op het toegenomen aantal losse waarnemingen in de broedtijd is het waarschijnlijk dat de soort momenteel een jaarlijkse schaarse broedvogel is. In 2016 werden drie territoria ontdekt (bijlage 10).

Page 91: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

91

Appelvink Coccothraustes coccothraustes 7 territoriaAls bewoner van goed ontwikkelde oude loofbossen is de Appelvink een recente kolonist. Tot en met 1999 werden er geen territoria opgetekend (van Seggelen, 1999). Afgaande op de meldingen in Waarneming.nl is er een waarschijnlijk territorium in 2000 en pas vanaf 2009 is de soort jaarlijks als broedvogel present. In 2016 konden in totaal zeven territoria worden gelokaliseerd. Deze bevonden zich allen aan de randen van het reservaat op de plekken met het oudste loofbos (bijlage 1).

Geelgors Emberiza citrinella 99 territoriaVan de Geelgors als bewoner van de wat drogere habitats zou je in het gebied niet meteen een populatie van 99 territoria verwachten. De zeer natte delen zoals tussen de nummerbanen, de omgeving van de Filosche Peel en het Eeuwig leven worden weliswaar gemeden, maar delen met vochtige Pijpenstro en wat solitaire bomen kunnen al worden bezet. Concentraties worden aangetroffen rond de Mosplak, ten oosten van het 6e vaartje en bij Berkenbruin (bijlage 8). De soort is sedert 1992/93 met 43% (van 69 naar 99 territoria) toegenomen, hetgeen op een verdrogingseffect zou kunnen wijzen, maar dit is speculatief en zou nader moeten worden uitgezocht. De uitbreiding heeft zich in deze periode het sterkst gemanifesteerd ten oosten van het 6e vaartje. In het verleden toen het gebied nog veel natter en vooral opener was de stand van de Geelgors vermoedelijk veel lager. In 1949 wordt de soort in elk geval al als broedvogel genoemd met name aan de randen van het reservaat (van Seggelen, 1999). Uit 1952 is een opgave van minimaal acht territoria, waarna de soort geleidelijk verder in aantal is toegenomen.

Rietgors Emberiza schoeniclus 177 territoriaIn tegenstelling tot de Geelgors is de Rietgors juist meer gebonden aan de natte delen van het gebied. Opvallend is dat deze soort juist in aantal is afgenomen sedert 1992/93. De afname bedraagt 14% (van 207 naar 177 territoria). Ook dit is een aanwijzing voor een verdrogingseffect. Een ander voorbeeld van een duo waarvan de vochtminnende soort is afgenomen en degene met een voorkeur voor drogere habitats is de Blauwborst en de Roodborsttapuit. Ten opzichte van 1992/93 is verspreiding grotendeels vergelijkbaar. Alleen in het restant ten oosten van de N279 is de soort verdwenen en in het gebied tussen de Meerbaan en 5e baan is dichtheid flink gekrompen (vergelijk bijlage 26 met van Seggelen, 1999). Rietgorzen komen vrij homogeen verspreid voor, alleen de bossen, de zandkoppen en droge vegetaties van Adelaarsvaren en Pijpenstro worden niet geprefereerd. Ook zeer open gebied wordt gemeden en er is dan altijd enige opslag van struweel nodig voor de vestiging van een territorium. In het overjarige Riet gecombineerd met weinig open water van het Roerdompven komen relatief weinig territoria (5 stuks) voor. Kennelijk is habitat te voedselarm voor deze soort. Een zelfde beeld zien we bij de Kleine Karekiet.

Page 92: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

92

De Rietgors is sedert 1992/93 met 14% afgenomen. Groote Peel, 25 april 2007.Foto Otto Plantema.

Page 93: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

93

Literatuur

Beek J. van, R. van Rosmalen, B. van Tooren en P. van der Molen, 2014. Werkwijze Monitoring en Beoordeling Natuurnetwerk en Natura 2000/PAS. BIJ12, Utrecht.

Beusekom R. van, P. Huigen, F. Hustings, K. de Pater & J. Thissen., 2005. Rode Lijst van de Nederlandse broedvogels. Uitgave Tirion Uitgevers B.V. , Baarn, i.s.m. Vogelbescherming Nederland, en Sovon Vogelonderzoek Nederland.

Bijlsma R.G., F. Hustings & C.J. Camphuysen, 2001. Algemene en schaarse vogels van Nederland (Avifauna van Nederland 2). GMB Uitgeverij/KNNV Uitgeverij, Haarlem/Utrecht.

Boele A., J. van Bruggen, F. Hustings, K. Koffijberg , J.W. Vergeer & T. van der Meij, 2015. Broedvogels in Nederland in 2013. Sovon-rapport 2015/04. Sovon Vogelonderzoek Nederland, Nijmegen.

Daniels P., 2007. Vegetatiekartering Molenbeekdal en Groote Peel 2006. Buro Bakker, Assen.

Dijk A.J. van & Boele A, 2011. Handleiding SOVON Broedvogelonderzoek. SOVON Vogelonderzoek Nederland, Nijmegen.

Gedeputeerde Staten van de provincie Limburg, 2015. Provinciaal Natuurbeheerplan Limburg 2016, Provincie Limburg Maastricht.

Hustings F., J. van der Coelen, B. van Noorden, R. Schols & P. Voskamp, 2006. Avifauna van Limburg, Stichting Natuurpublicaties Limburg, Maastricht.

Joosten J.H.J. & T.W.M. Bakker, 1987. De Groote Peel in verleden, heden en toekomst. Staatsbosbeheer, Utrecht.

Leisler B. & K. Schulze-Hagen, 2011. The Reed Warblers. Diversity in a uniform bird family. KNNV Publishing, Zeist.

Loven T. 2016. Zeldzame en schaarse broedvogels van Nederweert in 2015. Uitgave Vogelwerkgroep Nederweert.

De Rietgors is sedert 1992/93 met 14% afgenomen. Groote Peel, 25 april 2007.Foto Otto Plantema.

Page 94: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

94

Ministerie LNV, 1986. Besluit tot aanwijzing van Vogelrichtlijngebieden, 29 oktober 1986. Directie Juridische en Bedrijfsorganisatorische Zaken, Den Haag. Besluitnr. J.4755.

Noorden B. van, 2012. Overwinterende ganzen in de Peelvenen aan het begin van de 21e eeuw, 2001-2011. Limburgse Vogels 22: 22-38.

Noorden B. van & P. van Tilburg, 2012. Rapportage weidevogelkartering Groote Peel 2011. Rapport in eigen beheer, Deurne/Asten.

Noorden B. van & J. van der Weele, 2013. Trends van Limburgse broedvogels, 1990-2011. Een balans, na 22 jaar broedvogelmonitoring. Limburgse Vogels 23: 1-12.

Pahlplatz R. & F. Meeuwissen, 2010. De Grauwe Klauwier herontdekt de Peelregio. Limburgse Vogels 20: 34-38.

Seggelen C. van, 1999. Vogels van de Groote Peel. Een eeuw avifauna in een veranderend hoogveenlandschap. Stichting Natuurpublicaties Limburg, Maastricht.

Seggelen, C. van, 2002. Geoorde Fuut Podiceps nigricollis. pp. 66-67 in: SOVON Vogelonderzoek Nederland 2002, Atlas van de Nederlandse Broedvogels 1998-2000. Nederlandse Fauna 5. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij & European Invertebrate Survey-Nederland, Leiden.

Slaterus R., V. van der Spek & M. Renders, 2016. Recente meldingen. Dutch Birding 38: 309-416.

Stroud, D.A., T.M. Reed, M.W. Pienkowski & R.A. Lindsay, 1988. Birds, bogs and forestry. The peatlands of Caihtness and Sutherland. Nature Conservancy Counsil, Peterborough.

Timmermans J., 2010a. Broedvogels van Nationaal Park de Groote Peel in 2007-2009. Rapport Staatsbosbeheer, Ospel.

Timmermans J., 2010b. Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2010. Rapport in eigen beheer, Asten.

Timmermans J., 2011. Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2011. Rapport in eigen beheer, Asten.

Verbeeten M., 2003. Roofvogelonderzoek in Nationaal Park de Groote Peel in 2002. Rapport in eigen beheer, Aarle-Rixtel.

Page 95: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

95

Verbeeten M., J. Vereijken & C. van Seggelen, 2002. Broedvogels van Nationaal Park de Groote Peel in 1998-2001. Staatsbosbeheer, Roermond en Vogelwerkgroep de Peel, Asten.

Vereijken J. & P. Zegers, 2005. Broedvogels Nationaal Park de Groote Peel in 2002-2004. Staatsbosbeheer, Tilburg.

Vereijken J., 2009. Roofvogelonderzoek in Nationaal Park de Groote Peel in 2009. Rapport in eigen beheer, Beek en Donk.

Vereijken J., 2016. Roofvogelinventarisatie Nationaal Park de Groote Peel, 2016. Rapport in eigen beheer, Beek en Donk.

Zwarts L., R.G. Bijlsma, J. van der Kamp & E. Wymenga, 2009. Living on the edge. Wetlands and birds in a changing Sahel. KNNV Publishing, Zeist.

Page 96: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

96

BijlagenBijlage 1-39. Verspreidingskaarten 2016 van de broedvogels (alleen de kwantitatief gekarteerde soorten) in de Groote Peel.

Page 97: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

97

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 1

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

! !!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Appelvink

! Bergeend

! Bonte Vliegenvanger

! Boomklever

! Boomleeuwerik

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

7

1

7

7

0

7

17 17

5 4

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 98: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

98

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 2

! !

!!

!!

!!

!

!!

!

!

!!!!

!!

!!!

!

!

!!

!!

!!!

!

! !

! !

!

!!

!

!

!

!!

!

!

!

!!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!!!

!

!

!

!!

!

!

!!!!

!!

!!

! !

!!

!

!!

!

!!

!

!

!

!!

!!

!!!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!!

!!

!

!

!

!!!!!

!

!!

!!!

!

!!!

!

!!

!

!

!

!

! !

!!

!!

!!

!

! !

!!!

!! ! !

!

!

!

!!

!

!!

!!

!!

!

!

!

!

!!

!

!

!!

!!

!!!

!!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!!

!

!

! !!

!!

!

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Blauwborst

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

213 212

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 99: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

99

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 3

!

!

!!

!! !

!

!

!

!!

!

!!

!!!

!

!

!

!

!!

!

!

!!

!

!

!!

!!!

!

!

!!!

!

!

!

! !

!

!

!!

!!!

!

!

!

!

!

!!!!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!!

!

!!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Boomkruiper

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

81 81

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 100: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

100

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 4

! !!!

! !

! !

!!

!

!

!

!!

!

!!

!

!!

!

!

!!

!!

!

!

!!

!!

!

!!!

!

!!

!!

!!

!

!!!

!

!

!!

!

!

!

!!

!

!!

!

!

!

!!!

!

!!!!

!!

!

!

!

! !

!

!

!!

!

!

! !

!

!! !!

!

!!

!

!!

! !

!!

!

!

!

!

!

!

!

! !

!

!!

!!

!

!!

!!

!!

!

!

!!

!

!!

!

!

!

!!!

!!!

!

!

!!

!! !

!

!!

!

!

!

!!

!!

!!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!!

!!!

!!

!!!

!!

!

!!

!!

!

!!

!!!

!

!! !

!

!!

!

!

!!

!

!!

!

!!

!!

!!

!

!!

!

!!

!!

!!

!!!

! !!!!

! !!!

!!

!

!

!

! !

!

!!!!

!!

!

!!

! !

!!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!!!

!

!!

!

!

!

!

!

!!

!!

!

!!

!!!

!

!!

!!

!

!!!

!

!

!

! !

!

!

!

!!

!

!!

!

!!

!

!!

!

!!!

!

!!

!!

!

!

!

!!

!!

! !!

!

!!

!!

!!

!

!

!

!

!!!

!

!!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Boompieper

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

357 354

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 101: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

101

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 5

!

!

!

!

!!

!

!!!

! !

!

!!

!

!!

!!

!

!

!!

!!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Boomvalk

! Bosrietzanger

! Bosuil

! Braamsluiper

! Bruine Kiekendief

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

2

15

2

2

5

2

6 6

1 1

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 102: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

102

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 6

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Buizerd

! Canadese Gans

! Dwerguil

! Ekster

! Fuut

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

11

2

1

11

2

1

1 1

10 10

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 103: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

103

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 7

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!! !

!

!

!

! !

!!

!

!

!

!

!!

!

! !!!!!

!

!!

! !

!

!!

!

!

!!

!

!!

!!!

!

!

!!!

!

!!

!!!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Dodaars

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

63 60

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 104: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

104

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 8

!

!

!

!

! !

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!! !

!

!

!

!!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!! !

!!

!

!

!

! !

!

!!

!

! !

!

!! !

!

!!

!!!

!

!

!

!!! !

!

!

!

!!

!

!

!

!!

!

!!

!

!!

!

!!

!

!!

!

!

! !

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Geelgors

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

104 99

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 105: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

105

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 9

!!

!!!

!

!

!

!!

!

!

!!

!

!

!

!!

!!

!

!!

!!

!! !

! !!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!!

!!

!

!

!!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

! !!

!!

!!

!

!

!!

!

!

!

!

!!

!

!

!

! !!

!

!!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Gekraagde Roodstaart

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

90 90

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 106: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

106

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 10

!

!

!

!

!

!!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Grauwe Klauwier

! Gele Kwikstaart

! Goudvink

! Geoorde Fuut

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

8 7

in SBB in N2000Aantal territoria

7 5

3 3

1 1

Page 107: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

107

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 11

!

!!

!!

!

!

!

!!

!

!

!! !

!

!

!

!!!

!!

!!!

!!

!!

!

!!

!

!

!!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!!

!!

!

!!!

!

!!!

!

!!

!

!!

!

!!

!

!!!!

!

!!!!!

!

! !

!

!!!

!

!!!

!

!!

!!!

!

!!

!

!!

!

!!

!

!!!!

!

!

!

!!!!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

! !!

!!

!!

!

!

!

!!

!!

!!

!!

! ! !

!

!

!

!!

!

!

!!!

!

!!

!!

!!!

!!!

!

! !!!

!!

! !

!

!!

!!!

!!

!!

! !!

!!!

!!

!!

!

!!

!!

!!

!

!!

! !!! !

!

!!

!!

!!

!!

!

!

! !

!!

!

!

!

!

!

!

!!

!!!

!!!

! !!

!!!

!

!

!!

!!!! !

!

!

!!!

!

!

!!!

!

!!!

!

!!

!!!

!

!!!

!

!!

!

!!

!!

!

! !!

!!

!!

!

!!

!!!

! ! !

!

!! !

!!

!

!

!

!

!!

!! !

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Grasmus

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

321 298

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 108: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

108

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 12

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

! ! !!

!

!

!!

!!

!

!

!

!

!

!

! ! !!

!!

!!!

!

!

!

! ! !

!

!

! ! !!

!!

!!

!!!

!

!!!

! ! !!

!

!

!! !

! ! !!

!!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!!

!!

!

!!

!!!!

!

!

!

!

!

!!

!!!!

!

!!

!!

!

!

!

!!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Graspieper

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

133 116

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 109: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

109

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 13

!

!!

!

!

!

!!

!

!

!!

!

!!

!

!

!

!!!!

!

!

!

!

!!

!

!!

!

!!!!

!!

!

!

!!!

!

!

!

!

!

!

!!!

!!

! !

! !!!

! !!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Grauwe Gans

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

63 61

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 110: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

110

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 14

!!

!

!!

!

! !

!

!

!!

!!

!

!!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Grauwe Vliegenvanger

! Groene Specht

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

32 32

in SBB in N2000Aantal territoria

9 9

Page 111: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

111

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 15

!!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!!

!

!

!!

!

!

!!!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

! !

!

!!

!

!!

!

!

!

!

! !

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Grote Bonte Specht

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

77 76

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 112: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

112

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 16

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

! !

!! !

!

!

!

!

!!

!

! !!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!! !!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Grote Lijster

! Holenduif

! Houtsnip

! Havik

! Grutto

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

25

12

11

26

8

12

9 9

1 0

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 113: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

113

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 17

!

!

!

!!

!

!

!

!!

!

!!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!!!!!!

!!!!!!!!!

!!!!!

!

!!

!

!

!

!

!

!!

!!

!!!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Kleine Karekiet

! Kleine Bonte Specht

! Kievit

! Kleine Plevier

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

38 38

in SBB in N2000Aantal territoria

10 11

10 1

2 1

Page 114: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

114

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 18

!!!

!

!!!

!

!!

!

!!!! !!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!!

!

!!

!!

!

!

!

!

! !

!!!

!

!

! !!

!

!

!

! !

!

!

!

!

!

!

!!

!!

!!! !!!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!!

! !

!!!

!

!!

! !!!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!!

!!

!

!!

!!!!

!!

!

!

!

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Kneu

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

125 118

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 115: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

115

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 19

!

!

!

!

! !

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Koekoek

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

33 33

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 116: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

116

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 20

!! !

!

!

!

!!

!!

!

8

6

1

3

6

15

33

10

133

12

33

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Kokmeeuw

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

260 245

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 117: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

117

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 21

!

!

!

!

!

!

!!!

!

!!!

!

!

!

!

!

!

!

! !

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

! !

!

!!

!!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!!!!!!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Krakeend

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

67 62

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 118: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

118

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 22

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

! !

!

!

!

!

!

!

!

!

!! !

!

!

!! !

!

!

!

!

!

!!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

! !

!

!!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Kuifeend

! Kuifmees

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

30 29

in SBB in N2000Aantal territoria

24 24

Page 119: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

119

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 23

!!

!

!

!!!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!! !

!

!

!

!

!!

!

!

!

!!

!

!

!

!

! !

!!

!

!!

!

!

!!!

!

!

!

!

!

!!!!!! !

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Meerkoet

! Matkop

! Kwartel

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

28 18

in SBB in N2000Aantal territoria

23 23

7 5

Page 120: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

120

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 24

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!!

!

!

! !

!

!!

!!

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Nachtzwaluw

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

53 53

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 121: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

121

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 25

!!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Nijlgans

! Porseleinhoen

! Putter

! Ransuil

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

0

5

4

0

4

4

5 2

3 3

in SBB in N2000Aantal territoria

Patrijs

Page 122: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

122

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 26

!!

!

!! !

!!

!!

! !

!

!

!

!

!

!!

!

!!

!

!!

!!!!

!!!

! !

!

!

!

!

!!!

!!

!!

!!

!

!

!

!!

!

!!

!

! !!

!!

!!!!!

!

!!!

!

!

!

!

!!!

!

!

!

!

! !

! !

! !

! !

!

!!

! !

!

!

!

!

!!

! !

!

!!

!!

! !

!!

!!!! !!

!

! ! !

!

!!!!!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!!! !

!

!

!!

!

!!

!

!!

!

!!!

!!

!!

!

! !

!!

!

!

!

! !

!!

!

!!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Rietgors

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

178 177

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 123: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

123

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 27

!

!

!!

!

!

!

!

!

!!

!!

!!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Slobeend

! Roerdomp

! Scholekster

! Sperwer

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

12 9

in SBB in N2000Aantal territoria

1 1

1 0

1 1

Page 124: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

124

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 28

!!

!

!

!

!!

!!

!

!!

!!

!

!

!!!!

!!

!!

!! !

!

!!

!

!!

!!

!

!

!!

!!

!!

!

!!

!

!!

!!

!

!!

!

!

!

!

!!

!

!!!

!!

!

!

! !

!!!

!

!!

!!

!!

! !

!!

!

!!!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!!

!!

! !!

!!!

!!

!

!

!

!!

!

!

!!

!!

!

! !

!!

!!

!!

!

!!!!

!!

!!

!!!!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!!

!

!

!

!!

!! !!

!

!!

!

!

!!

!!

! !

!!

!

!

!!!

!!

!

!!

!!

!

!

!

!!!

!

!

!

! !

!!

!!!

!! !

!

!

!

!!

! !

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Roodborsttapuit

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

226 205

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 125: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

125

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 29

!!

!! !

!!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!!

!!!

!

!

!! !

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

! !

!

!

!! !!!!!!

! !

!!

!!!!

!!!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Spotvogel

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

65 37

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 126: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

126

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 30

!!!

!

!

!

!

!!

!!

! !!

!

!

!!!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!!

!!

!

!

! !

!

!

!

!

!!

!

!!

! !

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

! !

!!

!!

!

!

!

!

!

!

!

! !

!

!!

!

!

!!

!

!

!!

!

!

!

!!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!!

!

! !

!!

!

!

!!

!

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Sprinkhaanzanger

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

114 114

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 127: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

127

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 31

!!

!

!

!!

!

!

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

Limburg

Noord-Brabant

8 7

in SBB in N2000Aantal territoria

3 1

0 0

0 0

! Tafeleend

! Veldleeuwerik

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Steenuil

Torenvalk

Page 128: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

128

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 32

!!

!

!

!

!!

!!!

!!

!!

!

!

!!

!

!

! !

!

!!

!

!

!

!

!

!!!

!

!

!

!

!!

!!

!!

!

! ! !

!

!!

!!!

!!!

!

!

!

!

!

!!!

!

!

!

!

!!

!

!

! !!!!!

! !!

!!

!

!

!!

!

! !

!

!!!

!!!

!!!

!! !

!!

!

!

!

!! !

! !

!!!

!!!

!

!

!

!

!

!

!

!!!!

!!

!!!!!

!

!

!

!!

!!!!!

!!!

!!

!

!

! !!

!!!

!

!! !

!!!!!

!!

!

!!

!

!

!!

!

!!!!!

!!! !

!!!!

!!

!!

!

!!!

!! !

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Tuinfluiter

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

209 195

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 129: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

129

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 33

!

!

!

! !

!

!

!

!

! !

!

!!

!

!

!

!

!

!!

!

! ! !

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Waterhoen

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

47 45

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 130: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

130

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 34

!

!

!

!

!!! !!

! !!

!!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

! !

!

!

! !!

!!!

!!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

!!

!!

!

!

!!

!!

!!

!

! !!!

!

!

!

!

!!!

!!

!

!!

!

! !

!

!

!

!!!!!

!!

!!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Waterral

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

126 126

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 131: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

131

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 35

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

! !

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

! !

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

! !

! !

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Wielewaal

! Watersnip

! Wespendief

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

38 39

in SBB in N2000Aantal territoria

6 6

2 2

Page 132: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

132

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 36

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!!

!

!

!!

!

!

!!

!

!

!

!

!

! !

!

!

! !

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Wintertaling

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

56 52

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 133: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

133

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 37

!

!

!

!

!

!

!!

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Zomertaling

! Wulp

! Zomertortel

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

6 4

in SBB in N2000Aantal territoria

3 0

2 2

Page 134: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

134

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 38

!

!!

!

!

!!

!

!

!

!

!!

!

! !

!

!

!

! !

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

!

! !

!! !

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Zwarte Kraai

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

40 36

in SBB in N2000Aantal territoria

Page 135: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

135

Verspreidingskaart broedvogels Groote Peel 2016 Bijlage 39

!

!

!

!

!

I 1609-1461 november 2016

© Provincie Limburg© 2016 dienst Kadaster, © Cyclomedia, © Geodan, © RWS

1.000Meters

/

Cluster Organisatie en Informatie | Gegevensmanagement

! Zwarte Specht

! Zwarte Mees

! Zwarte Roodstaart

Natura 2000 gebied Groote Peel

Eigendommen Staatsbosbeheer

Limburg

Noord-Brabant

3 3

in SBB in N2000Aantal territoria

1 1

1 0

Page 136: Broedvogelinventarisatie Groote Peel 2016 · In de tweede helft van 2016 is in de Groote Peel de uitvoering van een LIFE+ -project (Europese ... Ka lisp e Beheercentrum Berkenbruin

www.l imburg.n l