Arbeidsmarkt in de klas

3
o 4 Onlangs maakte demissionair minister van Onderwijs Marja van Bijsterveldt bekend dat mbo-opleidingen die niet direct tot een baan leiden, worden opgeheven. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om kleinkunst- en dierverzor- gingsopleidingen. Deze houding typeert het onderwijsbeleid van de afgelopen jaren. De overheid ziet het liefst dat scholen opleiden voor werk of voor studies waarmee de kans op een baan groot is. De tijd dat leerlingen nauwelijks tegenwerking kregen als ze gingen doen wat ze ´leuk´ vonden is voorbij. Dat merkt ook Els van Osch-Claassens. Van Osch is bestuurslid van de Nederlandse Vereniging van Schooldecanen en Leerlingbegeleiders (NVS-NVL) en locatiedirecteur van scholengemeenschap De La Salle in Baarle Nassau. ´Er is nog altijd ruimte voor leerlingen om hun passie te volgen. Toch is de aan- dacht voor de beroepsperspectieven groter gewor- den. Als een leerling nog niet goed weet wat hij wil, krijgt hij eerder het advies om voor een profiel of een vervolgopleiding met goede toekomstmogelijkheden te kiezen. Pretpakketten bestaan niet meer. De over- heid wil dat leerlingen snel tot een goede beroeps- keuze komen. Als ze uitvallen of switchen kost dat te veel geld.´ Van Osch zit ruim dertig jaar in het onderwijs en heeft de sfeer zien veranderen. ‘Tegenwoordig zijn scholen veel meer bezig met loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB).’ De verandering is volgens haar ontstaan door het wegvallen van de grenzen in Eu- ropa en door de opkomst van de (computer)technolo- gie. Leerlingen van tegenwoordig leven in een wereld waarin de hoeveelheid nieuwe kennis iedere twee jaar verdubbelt. Ze worden opgeleid voor beroepen die nu nog niet eens bestaan. Dat besef maakt dat scholen meer zijn gaan nadenken over LOB. ‘Vooral het vmbo en het mbo maken meer werk van contacten met de arbeidsmarkt. Havo en vwo liggen Pretpakketten bestaan niet meer, leerlingen moeten leren ondernemen en het bedrijfsleven komt de klas in. Het onderwijs speelt steeds meer in op de wensen van de arbeidsmarkt. Zeven trends die het onderwijs van nu bepalen. ARBEIDSMARKT HEEFT STEEDS MEER INVLOED OP HET ONDERWIJS Als ik later groot ben, word ik… TREND 1 > Leren ondernemen Een steeds groter deel van de bevolking bestaat uit zzp’ers, levenslang een vaste baan zit er voor de meesten niet meer in. De verwachting is dat leerlingen die nu op school zitten in de loop van hun carrière te maken krijgen met meer dan tien werkkringen. Scholen maken leerlingen ervan bewust dat ze moeten leren ondernemen. Dat gebeurt om te beginnen heel letterlijk: leerlingen leren hoe het is om een bedrijf te leiden door stage te lopen of door zelf een handeltje op te zetten. De populaire Vakcolleges, maar ook andere vmbo-scholen besteden speciaal aandacht aan ondernemerschap. Maar leerlingen leren ook dat ze in hun eigen leven moeten ondernemen. Ze moeten nadenken waar ze naar toe willen en hun keuzes daarop afstemmen. Ondernemend zijn is een levenshouding geworden. (Lees meer over ‘Leren ondernemen’ op pagina 20.) Els van Osch

description

Pretpakketten bestaan niet meer, leerlingen moeten leren ondernemen en het bedrijfsleven komt de klas in. Het onderwijs speelt steeds meer in op de wensen van de arbeidsmarkt. Zeven trends die het onderwijs van nu bepalen.

Transcript of Arbeidsmarkt in de klas

Page 1: Arbeidsmarkt in de klas

oo

4

Onlangs maakte demissionair minister van Onderwij s Marja van Bij sterveldt bekend dat mbo-opleidingen die niet direct tot een baan leiden, worden opgeheven. Het gaat daarbij bij voorbeeld om kleinkunst- en dierverzor-

gingsopleidingen. Deze houding typeert het onderwij sbeleid van de afgelopen jaren. De overheid ziet het liefst dat scholen opleiden voor werk of voor studies waarmee de kans op een baan groot is. De tij d dat leerlingen nauwelij ks tegenwerking kregen als ze gingen doen wat ze ´leuk´ vonden is voorbij . Dat merkt ook Els van Osch-Claassens. Van Osch is bestuurslid van de Nederlandse Vereniging van Schooldecanen en Leerlingbegeleiders (NVS-NVL) en locatiedirecteur van scholengemeenschap De La Salle in Baarle Nassau. ´Er is nog altij d ruimte voor leerlingen om hun passie te volgen. Toch is de aan-dacht voor de beroepsperspectieven groter gewor-den. Als een leerling nog niet goed weet wat hij wil, krij gt hij eerder het advies om voor een profi el of een vervolgopleiding met goede toekomstmogelij kheden te kiezen. Pretpakketten bestaan niet meer. De over-heid wil dat leerlingen snel tot een goede beroeps-keuze komen. Als ze uitvallen of switchen kost dat te veel geld.́

Van Osch zit ruim dertig jaar in het onderwij s en heeft de sfeer zien veranderen. ‘Tegenwoordig zij n scholen veel meer bezig met loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB).’ De verandering is volgens haar ontstaan door het wegvallen van de grenzen in Eu-ropa en door de opkomst van de (computer)technolo-gie. Leerlingen van tegenwoordig leven in een wereld waarin de hoeveelheid nieuwe kennis iedere twee jaar verdubbelt. Ze worden opgeleid voor beroepen die nu nog niet eens bestaan. Dat besef maakt dat scholen meer zij n gaan nadenken over LOB.‘Vooral het vmbo en het mbo maken meer werk van contacten met de arbeidsmarkt. Havo en vwo liggen

Pretpakketten bestaan niet meer, leerlingen moeten leren ondernemen en het

bedrijfsleven komt de klas in. Het onderwijs speelt steeds meer in op de

wensen van de arbeidsmarkt. Zeven trends die het onderwijs van nu bepalen.

ARBEIDSMARKT HEEFT STEEDS MEER INVLOED OP HET ONDERWIJS

Als ik later groot ben, word ik…

TREND 1 > Leren ondernemenEen steeds groter deel van de bevolking bestaat uit zzp’ers, levenslang een vaste baan zit er voor de meesten niet meer in. De verwachting is dat leerlingen die nu op school zitten in de loop van hun carrière te maken krij gen met meer dan tien werkkringen. Scholen maken leerlingen ervan bewust dat ze moeten leren ondernemen. Dat gebeurt om te beginnen heel letterlij k: leerlingen leren hoe het is om een bedrij f te leiden door stage te lopen of door zelf een handeltje op te zetten. De populaire Vakcolleges, maar ook andere vmbo-scholen besteden speciaal aandacht aan ondernemerschap. Maar leerlingen leren ook dat ze in hun eigen leven moeten ondernemen. Ze moeten nadenken waar ze naar toe willen en hun keuzes daarop afstemmen. Ondernemend zij n is een levenshouding geworden. (Lees meer over ‘Leren ondernemen’ op pagina 20.)

Els van OschEls van OschEls van Osch

04-07_Trends.indd 4 18-05-12 12:32

Page 2: Arbeidsmarkt in de klas

nog wat achter, maar ook daar komt steeds meer aandacht voor beroeps- en studiekeuze. Leerlingen moeten nadenken over de vraag waarom ze een bepaalde profi elkeuze maken en wat die betekent voor hun latere loopbaanmogelij kheden.

Weinig echt praktische stagesJammer genoeg hebben leerlingen op havo- en vwo-niveau nog weinig echt praktische stages. Ze krij gen wel snu� elstages van bij voorbeeld twee dagen, waarover ze een verslag moeten schrij ven, maar vaak doen ze daar niet erg hun best op. Ze gaan gewoon twee dagen rondkij ken in het bedrij f van hun ouders of bekenden. Ook ontbreekt dikwij ls de refl ec-tie achteraf. Ze zouden meer moeten nadenken over

TREND 2 > Bedrijfsleven komt de klas in Er dreigt een groot tekort aan personeel in de technische sectoren en in de zorg. Bedrij ven en instellingen gaan daarom steeds meer de klas in. Platform Bèta Techniek werkt bij voorbeeld in het programma Jet-Net samen met bedrij ven die gastlessen op havo- en vwo-scholen verzorgen om leerlingen te laten zien welke beroepsmogelij kheden ze hebben. Vmbo’ers kunnen op onderwij smarkten zoals vmbo On Stage vertegenwoordigers van bedrij ven ontmoeten en afspreken een keer een dag mee te lopen. En via maat-schappelij ke stages maken alle leerlingen in het voort-gezet onderwij s kennis met de gang van zaken in sociale instellingen als bejaarden-tehuizen, sportclubs en centra voor kinderopvang. (Lees hier meer over op pagina 12.)

TREND 3 > Bètavakken en techniekTe weinig jongeren kiezen voor een toekomst in de techniek. In 2016 komt Nederland 170.000 technici als dakdekkers, storingsmonteurs en bankwerkers tekort. Het tekort aan hbo- en wo-afgestudeerden in technische richtingen is ruim 20.000. Leerlingen die voor techniek kiezen zij n vrij wel verzekerd van een baan en een goed salaris. De overheid trekt meer dan 90 miljoen euro uit om meer leerlingen een bètakant uit te sturen: techniekonderwij s moet aantrekkelij ker worden, leerlingen van mavo en havo krij gen de kans praktij klessen te volgen en scholen die technische vakken stimuleren krij gen daar extra geld voor. Zelfs op de basisschool wordt extra aandacht voor techniek gestimuleerd. (Lees hier meer over op pagina 8.)

De tij d dat leerlingen nauwelij ks tegenwerking

kregen als ze gingen doen wat ze ´leuk´ vonden is voorbij

arbeidsmarkt in de klas 5

04-07_Trends.indd 5 18-05-12 12:32

Page 3: Arbeidsmarkt in de klas

de conclusies die ze uit zo’n stage kunnen trekken.’ Van Osch merkt dat het bedrijfsleven vaker toe-nadering zoekt tot scholen omdat het om vaklui zit te springen. Meestal steken de bedrijven niet direct geld in het onderwijs, maar leveren ze mensen om les te geven of om stagiaires te begeleiden. Omgerekend in geld gaat het wel om grote investeringen.

Teks

t: M

irja

m J

anss

en |

Bee

ld: H

uman

Tou

ch P

hot

ogra

phy

Bee

ld: i

Sto

ckph

oto

InformatieOp www.primaonderwijs.nl staat een filmpje dat de veranderingen in het onderwijs goed weergeeft: Shift Happens. Scholen die willen nagaan of ze genoeg werk maken van loopbaanoriëntatie en -begeleiding kunnen op de website van de VO-Raad een LOB-scan doen: www.voraad.nl Op de website van het Europees Platform www.europeesplatform.nl staat meer informatie over internationalisering.

TREnd 4 > InternationaliseringDe grenzen zijn weggevallen. Om met andere landen te kunnen concurreren moet Nederland internationaliseren. Dat betekent voor leerlingen dat hun loopbaan zich ge-heel of gedeeltelijk in het buitenland kan gaan afspelen. Scholen internationaliseren dus ook. Een toenemend aan-tal middelbare scholen biedt tweetalig onderwijs aan, ook op het vmbo. En zelfs enkele scholen voor basisonderwijs geven hun leerlingen al extra Engels. Een uitstapje met school naar een ander Europees land is geen uitzonde-ring meer. Scholen organiseren uitwisselingsprojecten met landen over de hele wereld. De zogenaamde Elos-scholen kennen uitwisselingsprogramma’s met andere Europese landen en in het mbo is het Leonardo da Vinci-programma opgezet voor leerlingen die stage willen lopen in het buitenland.

TREnd 5 > Meten is wetenDe overheid wil dat het onderwijs de taal van het bedrijfsleven spreekt. Daar is het gebruikelijk dat resultaten meetbaar zijn en dat toekomst-plannen in cijfers worden uitgedrukt. De over-heid past bedrijfsmatige meetinstrumenten toe op de scholen om de opbrengsten te verhogen. Alles wordt daarom gemeten: van het aantal geslaagden en het aantal zittenblijvers tot het aantal doorstromers. Als de cijfers niet bevredi-gend zijn, heeft een school iets uit te leggen en kan zij op een lijst met zwakke scholen worden geplaatst. Daarbij richt de overheid het vizier ook op de docenten. Goede docenten halen goede resultaten is het motto. Daarom is er steeds meer aandacht voor de kwaliteit van docenten.

TREnd 7 > Nerds zijn inDe zesjescultuur moet worden doorbroken. De overheid wil dat heel goede leerlingen ook de kans krijgen uit te blinken en wil excellentie sti-muleren. Deze leerlingen moeten niet meer worden weggezet als ‘stuudjes’ en ‘nerds’. Er is geld voor speciale lessen voor hoogbegaafden. Het is de bedoeling dat de twee procent echte slimmeriken uiteindelijk doorstroomt naar twee procent van de topbanen. (lees hier meer over op pagina 46.)

TREnd 6 > Iedereen doet meeDe overheid zet vol in op passend onderwijs: leerlingen met een beper-king of met leerproblemen moeten zo veel mogelijk naar gewone scholen. Dat sluit aan bij de trend dat ook men-sen met een beperking aan de slag moeten op de reguliere arbeidsmarkt. Iedereen moet meedoen naar vermo-gen, zowel op school als op het werk.

arbeidsmarkt in de klas 7

04-07_Trends.indd 7 18-05-12 11:22