Ad rem editie iii definitief

28
Het magazine voor studenten van de CHE | www.adremonline.nl | @AdRemOnline | editie 3 - Jaargang 19 FLEXWERKPLEK VOOR DOCENTEN >> 18 “We gooien goud overboord” Actie & Passie PORTRET VAN LEO BLOKHUIS >> 6 “Muziek is mee r dan een lekker deuntje” VAN EDE NAAR EEDE >> 16 Met je dui m om- hoog de grens over Hardlopen met een hersentumor “Ik wil dolgraag die marathon lopen”

description

Hoe vul jij je vrije uurtjes in? Wat drijft mensen om zich in te zetten voor een ander? En hoe kun je naast alle leuke activiteiten je studie nog bolwerken? Lees erover in het Ad Rem magazine dat in het teken staat van Actie & Passie. Hier vind je het magazine online.

Transcript of Ad rem editie iii definitief

Page 1: Ad rem editie iii definitief

Het magazine voor studenten van de CHE | www.adremonline.nl | @AdRemOnline | editie 3 - Jaargang 19

FLEXWERKPLEK VOOR DOCENTEN >> 18

“We gooien goud overboord”

Actie &

Passie

PORTRET VAN LEO BLOKHUIS >> 6

“Muziek is meer dan een lekker deuntje”

VAN EDE NAAR EEDE >> 16

Met je duim om-hoog de grens over

Hardlopen met een hersentumor “Ik wil dolgraag die marathon lopen”

Page 2: Ad rem editie iii definitief

2 Ad Rem

Rust vinden in actieWelkom terug. Welkom in de gewone wereld waar Nederland internationaal weinig voor-stelt. Welkom in de wereld waar we helaas

allemaal niet zo goed kunnen schaatsen. En waar de buren niet ieder kwartier van een 120

meters hoge skischans afspringen.

Het leek allemaal zo mooi, we konden het al-lemaal zo goed. Wat een actie, wat een passie. Voor diegene die het nog niet door heeft , ik heb het over de Olympische Spelen. Samen hebben we maar liefst 24 medailles binnen-gesleept. Ja, dat hebben wij toch maar mooi voor elkaar gekregen. Vanaf de bank voelden wij ons allemaal even Wüst, Kramer of Bergs-ma. Het leek alsof wij daar op het podium ge-huldigd werden. Ja, het waren twee sportieve, actieve weken voor ons allemaal. We zijn er nog moe van.

Ik geloof dat de Olympische Spelen de ultieme combinatie zijn van actie en passie. Bij het be-oefenen van een sport komt veel passie kijken. Dit is alleen al te zien aan de gezichtsuitdruk-kingen van de sporters. Maar ook wij ervaren die passie vanaf de bank wanneer we kijken naar Sven Kramer in actie. We juichen, lachen en huilen mee. Heerlijk toch. Ik vind dat dit twee weken in het jaar wel mag.

Natuurlijk is het wel een beetje hypocriet. We missen zoveel wanneer we de hele dag op de bank zitten. Zet een stap naar buiten en zie de schoonheid van de natuur. Onze fotograaf Dave is vroeg in de morgen eropuit gegaan

om de foto voor de hartpagina te maken. Wat heeft God een passie gehad toen Hij de natuur schiep. Gelukkig gaf Hij deze passie ook aan ons en mogen we in actie komen en genieten van de dingen die we kunnen doen. En het hoeven echt geen grote dingen te zijn, zoals goud halen op de Olympische Spelen, nee, kijk om je heen en geniet van de kleine din-gen die je kunt doen. Ik zou passie graag om-schrijven als: rust vinden in de actie. Je doet iets, maar je doet niet zomaar iets. Je doet iets met totale overgave. Soms word je tegenge-houden door lichamelijke of geestelijke be-perkingen. Toch is het ook dan mogelijk om met passie te leven, zo vertelt SPH-student Geert Wubs op pagina 5.

Welkom terug in de gewone wereld. Met een beetje passie én actie maak je je wereld net zo mooi als dat die twee weken waren. Het leven is veel te mooi om maar twee weken dit gevoel te ervaren. Geniet daarom van de verhalen in deze Ad Rem en van de vogels om je heen die alweer fl uiten. Geniet en wees dankbaar.

Enjoy!

LISA MIDDELKOOP

Redactioneel

Lisa Middelkoop issamen met Anne Vader hoofdredacteur van Ad Rem

Inhoud

RUBRIEKEN

9 ‘Beste Kenneth…’ Kenneth Watson geeft antwoord

10 Love is in the air Het verhaal van Hanke en Wouter

16 Studentikoos Liften van Ede naar Eede

20 Charlottes Creative Cooking Chique dineren met Tom

21 Grensverleggend Ervaringen uit Papua

24 Recensies Boek, fi lm & cd

28 De Galspuwer Ik ben mijn eigen passie

Page 3: Ad rem editie iii definitief

3Ad Rem

COLUMNS

7 Caissière maakt carrière Joanne Karkdijk

19 Leven door te beleven Bas Derks

22 Actie en passie Nico van der Voet

ColofonHoofdredactieLisa MiddelkoopAnne Vader

EindredactieSophie HolRuth van der KolkJoël Oosterhagen

RedactieSimon FousertCharlotte de GrootHendriëlle de GrootReinier HuismanLennart de JongNienke Leendertse

Hanneke van OlstGioia TolmeijerKenneth Watson

FotografenDave de HaanEline LieftinkXander de Rooij

OpmaakredactieSanna de BoerDebora Post

AcquisitieMartin Bal Dana Boot

Student en semitopsport

13

Hoe Wouter na twintig jaar Hankes hart verovert

20

VERHALEN

4 Geert Wubs herstelt van een hersentumor Toch wil hij dolgraag een marathon lopen

6 Leo Blokhuis Portret van een popprofessor

12 Student & sport Vier semitopsporters over hun passie

18 Flexwerkplekken Het doemscenario van docenten

23 Huurgeld in natura ‘Gratis’ op kamers: voor wat hoort wat

27 Verkiezingen in Ede Wie krijgt jouw stem?

Lift avontuur van Ede naar Eede

16

Page 4: Ad rem editie iii definitief

4 Ad Rem

Page 5: Ad rem editie iii definitief

5Ad Rem

Hardlopen met een hersentumor

Een marathon lopen is een hele inspanning. Helemaal in de hitte van Ethiopië. En wat als een jaar geleden ook nog ontdekt werd dat je een hersentumor hebt? Toch doet Geert Wubs (24) er alles aan om

zijn droom waar te maken.

Geert bezocht vorig jaar de mannendag van de 4e Musketier, waar werd verteld over de marathons. De stichting organiseert zogenaamde Muskath-lons in Ethiopië, Oeganda en Israël om geld in te zamelen voor Open Doors en Compassion. Open Doors steunt vervolgde christenen en Compas-sion zet zich in voor vrouwen en kinderen in Afri-ka. “Mijn hart klopt voor mensen in armoede, met name kinderen”, vertelt de SPH-student. “Ik geloof absoluut in gerechtigheid. Bij liefdadigheid geef je iets van jezelf aan anderen, maar bij gerechtigheid geef je juist iets van anderen terug en dat spreekt me heel erg aan. We delen deze wereld en kunnen niet zeggen: ‘Dit is van ons.’ God wil dat we ook voor de armen zorgen. Toen er op de mannendag over de marathons werd verteld, deed het me iets. Ik dacht: Dat wil ik ook, maar ik besefte tegelijk dat het een hele uitdaging zou zijn.”

BevestigingIn die dagen worstelt Geert erg met God. Hij durft de stap niet te zetten. “Ik was bang dat het me mis-schien niet ging lukken. Uiteindelijk heb ik toen aan God gevraagd om mijn hart aan te raken voor de mensen in Afrika.” Als Geert een dag later in gesprek raakt met een vrouw die in Brazilië een halve marathon voor vrouwen gaat lopen, krijgt hij duidelijkheid. “Toen zij naar mijn motivatie vroeg, barstte ik in huilen uit en dat was voor mij de bevestiging dat ik mocht gaan.” Als marathon-loper moet hij 10.000 euro sponsorgeld bij elkaar brengen.

‘Je hebt kanker’Twee weken later wordt Geert door een epilepti-sche aanval getroffen. Nader onderzoek wijst uit dat hij een hersentumor heeft. “De arts heeft let-terlijk gezegd: ‘Je hebt kanker, maar het is goed te behandelen. Als we het niet behandelen, zaait het uit en ga je dood.’ Toen drong tot me door wat er aan de hand was en besefte ik de ernst ervan. Juist op dat moment ervoer ik enorm veel rust van God. Ik heb echt ervaren dat God bij mij is en dat Hij mij wil gebruiken om anderen te inspireren. Daar ben ik heel dankbaar voor.” De tumor heeft

voor Geert zijn vertrouwen in God enorm ver-sterkt. “Mensen vinden het bijzonder hoe ik met de ziekte omga, maar dat is niet mijn verdienste, maar Gods verdienste. Ik heb altijd gemerkt dat God bij mij is. Dat maakt het zowel een bijzondere als een heftige periode.”

RevalidatieGeert loopt een jaar studievertraging op door de behandelingen. Hij heeft 2,5 maanden school ge-mist en loopt nu halve dagen stage. “Als ik hele dagen maak, vraag ik teveel van mezelf.” De ver-moeidheid die de bestralingen met zich meebren-gen maken het moeilijker om te functioneren en geconcentreerd te werken. De bestralingen heb-ben veel impact gehad. “Je hoofd krijgt een tik. Die klap moet je verwerken. Ik ben nu aan het revalideren als een geblesseerde voetballer na een operatie.”

BloedheetDoor de bestralingen is het maar de vraag of Geert de marathon kan lopen. Ook het herstel heeft veel tijd nodig. “Veel mensen, die ook veel met God bezig zijn, zeiden tegen me: ‘Denk ook aan je ge-zondheid.’ Fysiek is een marathon lopen een be-hoorlijke inspanning.” De marathon in Ethiopië vindt plaats op 2000 meter. Een hoogte die wiel-renners in de Tour de France bereiken op hoge bergtoppen. Omdat Ethiopië vlak boven de eve-naar ligt, is het ook nog eens bloedheet. De Mus-kathlon is voor mensen met een goede gezondheid dus al een hele inspanning. Geert heeft besloten om af te wachten en zijn vertrouwen op God te stellen. “Als God wil dat ik ga, geloof ik ook dat Hij deuren zal openen. Als God zegt dat het niet goed is, dan is het ook goed. Maar dat wil niet zeggen dat mijn droom over is. Ik houd volgend jaar ook nog als een optie.”

tekst NathaN vaN Jaarsveld foto dave de haaN

Portret

Als God wil dat ik ga,geloof ik dat Hij

deuren zal openen

Page 6: Ad rem editie iii definitief

6 Ad Rem

Portret

“Als er geen verschrikkelijk was, bestond er ook geen mooi”

Domineeszoon, theaterma-

ker en schrijver, maar vooral

bekend als ‘popprofessor’ en

steun en toeverlaat van Mat-

thijs van Nieuwkerk bij de

‘Top 2000 á gogo’ op televi-

sie. Muziek is zijn grootste

passie en het christelijke ge-

loof zijn werkelijkheid. Een

gesprek met Leo Blokhuis.

tekst simoN fousert foto fraNs blokhuis

“Kunst, maar voornamelijk muziek, is onnoem-lijk belangrijk voor mij in het leven. Zeker in een rationeel georiënteerde maatschappij als de onze. Het is zo belangrijk dat je je laat raken door mu-ziek of kunst! Je emoties laten gaan en dingen bin-nen durven laten komen. Ik kom veel mensen tegen met het schild op slot. Er komt niets uit en er gaat niets in. Een open houding vind ik daarom te gek. Uiteindelijk gaat het om ontroering. Je gaat van een liedje niet zeg-gen hoe het technisch in elkaar steekt… Nee! Je wordt van je sokken geblazen!” aldus een bevlo-gen Blokhuis.

VierkantBlokhuis is zoon van een predikant en groeit daarom overal en nergens op. Na wat omzwervin-gen wil hij journalistiek studeren in Amersfoort, ondanks zijn technische vakkenpakket. Via een noodregeling en goede contacten – zijn vader zat in de raad van bestuur – begint hij op de Evangeli-sche School voor Journalistiek. Hoe kijkt hij terug op zijn studietijd? “Het was toen wel behoorlijk ‘vierkant’, heel chris-telijk. Erg evangelisch met grappig genoeg een vrijgemaakte directeur. Wij hadden een ‘outcast-groepje’, een groepje dat in alles iets losser stond. Het was wel de plek waar ik eigenlijk voor het eerst

dacht: ‘Goh, ik weet eigenlijk niet of ik het wel zo goed weet qua geloof ’. Het was niet zozeer dat ik twijfelde, maar meer de vraag hoe met het geloof om te gaan. Maar daar zat ik verder niet erg mee. Waar ik meer last van had is dat ik meteen een uitgesproken voorkeur had voor omroepjourna-listiek, zoals dat toen heette. De school had alleen geen faciliteiten. Geen studio of iets dergelijks. We

kregen twee middagen les van een verslaggever van een actualiteitenprogramma van de EO. En dan kwam die man daar met een oud bandrecor-dertje aanzetten. Daar mocht je dan een middagje mee spelen. Samen met nog twintig man. Verder was er nog een excursie naar Hilversum en dat was het wel zo’n beetje. Maar ach, ik denk er met veel plezier aan terug.”

Page 7: Ad rem editie iii definitief

7Ad Rem

Top 2000Via radioprogramma’s bij de EO, VARA en VPRO kwam Leo terecht bij de Top 2000. “Sinds mensen mij kennen kan ik van de muziek leven. Ik ben boeken gaan schrijven die goed verkopen, meer televi-siewerk gaan doen en het theater in gegaan.”

‘Buitenstaanders’ is alweer het derde theaterprogramma dat hij sa-men met Ricky Koole, zijn vrouw, maakt. “Het is ontzettend leuk om de diepere laag van muziek te laten zien. Muziek is meer dan ‘een lek-ker deuntje in de auto’ of iets dergelijks. Dat je iemand in drie á vier minuten totaal kunt ontroeren, actief, lui of kwaad kunt krijgen… Ik kan het niet uitleggen, maar dat vind ik er juist zo mooi aan. Uit-eindelijk heeft het te maken met hoe muziek je drijft en wat het met je doet. In die zin is theater ook te vergelijken met een kerkdienst.”Lange tijd is Blokhuis naar de kerk geweest waar zijn vader voorging. Ondanks dat vader en zoon soms wat uit elkaar groeiden. “Op een gegeven moment deel je je diepste vragen niet meer. Dan snapt hij het niet meer. Hij heeft zijn eigen waarheid. Bijvoorbeeld over kleine dingetjes als vrouwen in het ambt. ‘Waarom doen ze daar zo moeilijk over?’ dacht ik op een gegeven moment. Dan blijkt het voor hem nog een groot probleem te zijn.”

Mysterie Terwijl wij het geloofsleven van ‘Don Leo’ verder uitpluizen, vraagt Marco Borsato zich op de achtergrond af wat zijn bestemming is. ‘Laat me zien waar ik voor leef!’ Blokhuis: “Ik ben getrouwd met een vrouw die niet gelovig is. Dat is ingewikkeld, net als elke relatie ingewikkeld is. Maar aan de vrucht herken je de boom. Daar vinden Ricky en ik elkaar. Toch raken we elkaar kwijt op het grote punt van de dood.”

Bij Blokhuis is er geen behoeft e meer om alles te weten en al hele-maal niet om zich te verdedigen. “Daar ben ik mee gestopt. Ik leer steeds meer te leven vanuit de beperkingen die ikzelf fysiek en als wezen heb. Dat klinkt heel banaal, maar dat kan ik alleen uit rust en overgave, een besef dat ik klein ben en dat er iets groters is dan ik. Dat is fi jn. Dát is mijn eredienst.”

“Ik accepteer het mysterie en dingen die groter zijn. Geloof is voor mij niet het antwoord op alle vragen. Ik kan al het verschrikkelijke niet uitleggen, het prachtige kan ik ook niet uitleggen. Het mysterie is mooi, maar ook verschrikkelijk.” “Als er geen verschrikkelijk was, bestond er ook geen mooi. Als er geen lelijke muziek was, bestond er ook geen mooie muziek.”

Muziek is meer dan alleen een lekker deuntje in de auto

CAISSIÈRE MAAKT CARRIÈRE

‘Kijk, David.’ Een priemende vinger in mijn richting. ‘Als jij niet je best doet op school, kom je hier terecht.’ Verbijsterd kijk ik op. Daar zit ik dan. Achter de kassa. Als een soort waarschuwing: wie niks met zijn leven doet, zal hier zijn dagen slijten. Scherpe antwoorden gonzen door mijn hoofd. Ik zou de man kunnen vertellen dat het gemiddelde cijfer op mijn havodiploma een acht was. Dat ik bezig ben met een hbo-opleiding en dat ik in het weekend achter de kassa zit om die studie te betalen. Maar dat zeg ik niet.

Want ik zou net zo goed een ‘gewone’ caissière kunnen zijn. Een meisje dat er plezier aan beleeft om de hele dag klanten te woord te staan. Die aan het eind van de dag kramp in haar wangen heeft van de geforceerde glimlachjes naar zeurende klanten. Zou ik dan minder waard zijn? Heb-ben mensen die wél gestudeerd hebben dan het recht om mij weg te zet-ten als iemand die zijn leven vergooit? Ben ik dan inderdaad een alarme-rende wake-up call voor kinderen? Dacht het niet. Niemand heeft het recht om te bepalen of de passie van een ander volwaardig is. Het is voor jou misschien onvoorstelbaar dat iemand plezier beleeft aan werk waarbij zijn handen belangrijker zijn dan zijn hersenen. Maar dat betekent niet dat het niet kán.

Het jongetje grinnikt om de opmerking van zijn vader. Beiden kijken ze me aan, benieuwd naar mijn reactie. Met een glimlach kijk ik terug. Klantvriendelijk blijven en tegelijk een statement maken. Het kan. ‘Na-tuurlijk is het belangrijk om je best te doen op school. Maar het is nóg belangrijker om te doen wat je blij maakt´, zeg ik tegen het jongetje. En met een strakke blik naar zijn vader spreek ik mijn laatste woorden: ‘En een ander kan nooit voor ons beslissen wat dat is.’ Het is belangrijk om te beseff en dat iedereen zijn eigen passies heeft . De een geniet van het oplossen van moeilijke vraagstukken, de ander haalt zijn voldoening uit het snoeien van een heg. Passie is dus iets heel persoonlijks. Iemand is niet minder omdat hij zijn leven anders inricht dan jij. Ik zie hem slikken, maar hij zegt niets. Het maakt niet uit. Als ik over een paar jaar die droombaan als journalist heb, leef ik mijn passie. Wat ik achter de kassa geleerd heb over gepassioneerd in actie zijn, neem ik mee. Lessen voor het leven. Kijk, David, zo zit dat.

Joanne Karkdijk ziet schrijven als haar manier van leven.

Column

CAISSIÈRE

Column

Joanne Karkdijk is winnaar van de Ad Rem Columnwedstrijd en wordt daarmee de opvolger van onze vorige columnist, Jeroen Schalk. Van alle inzendingen kreeg deze column de meeste stem-men op www.adremonline.nl. Joanne, van harte gefeliciteerd en welkom als columnist bij Ad Rem!

Page 8: Ad rem editie iii definitief

8 Ad Rem

“Ik voel me meer leerslaafje dan student”

Page 9: Ad rem editie iii definitief

9Ad Rem

‘Beste Kenneth…’

“Ik voel me meer leerslaafje dan student”

Beste Kenneth,

De afgelopen maanden lag mijn so-ciale leven helemaal stil. Ik moest zo veel studeren dat ik amper tijd over hield voor andere activiteiten. Echt niet normaal. Baal als een stekker, want studeren moet ook leuk zijn! Er is meer in het leven dan alleen maar school. Nu kom ik zelfs niet toe aan een leuk feest of aan sporten. Ik voel me eerder leerslaafj e dan student. Wat raadt u mij aan om te doen?

CHE-STUDENT

Hoeveel vrije tijd je als student ook hebt om ‘leuke’ dingen te doen, er is altijd behoeft e aan (nog) meer. Het is in je studietijd een uitdaging en kunst tegelijk om op het juiste moment te pieken, en je toetsen met zo min mogelijk inspanning en een zo hoog mogelijk cijfer te halen. De creativiteit van studenten om dat doel te bereiken is nog altijd schier eindeloos; ook op de CHE. Het initiatief om goed gecoördineerd en met persoonlijke inzet van diverse studenten bij Sociale Studies een eigen database met (oude) toetsvragen op te bouwen, getuigt wat mij betreft van groot vakmanschap; ‘samen voor ons eigen’ om een bekend cabaretduo uit de jaren tachtig te citeren. Als je zo een toets kunt halen, waarom zou je het dan als student riskeren om in je eigen studiezweet te verdrinken? Zelfs Prediker 12:12 houdt ons voor, ‘dat er geen einde is aan het maken van veel boeken en dat veel studeren het lichaam vermoeit’. Als je de moeite zou nemen – en dat kan ik je van harte aanbevelen – om dit ‘eigen-wijze’ bijbelboek te lezen, kom je echter tot het inzicht dat deze uitspraak vooral het vergaren van (menselijke) kennis wil relativeren, maar aan de waarde daarvan op zich niets afdoet.

Quality time‘Hoe meer ik leer, hoe meer ik weet dat ik eigenlijk niks weet’, zou de beroemde natuurkundige en Nobelprijswinnaar Albert Einstein gezegd hebben. De

waarheid van vandaag blijkt maar al te vaak de leugen van morgen. Kennis is waardevol en tegelijk

uiterst betrekkelijk. Op de keper beschouwd gaat het daarom niet om hoeveel of wat je weet, maar vooral om wat je

daarmee doet. Volgens Prediker 3:1 ‘heeft alles

zijn uur en ieder

ding onder de hemel zijn tijd’. In de loop van het leven leert ieder mens zijn tijd dienovereenkomstig te verdelen over de activiteiten die passen bij zijn levensstijl. Het gaat sommigen makkelijker af dan anderen om een rijk, uitgebalanceerd leven op te bouwen met ruimte voor werk, studie, gezin, vrien-den, kerk en sociale activiteiten. Als je die mensen observeert, valt op dat zij hun prioriteiten scherp stellen én beschikken over grote discipline. Zij beschermen en koesteren hun vrije tijd; reserveren in hun volle agenda’s ook quality time voor zichzelf om de batterij weer op te laden. Uit jouw mail maak ik op dat jij je daarin nog moet ontwikkelen.

Cool studerenHet gaat er niet om hoe lang je met je neus in de studieboeken zit maar om hoe effi ciënt én eff ectief je je nieuwe kennis weet eigen te maken. Het is tegenwoordig ‘cool’ om tijdens het studeren je net-werk te onderhouden via sociale media én muziek te luisteren (met veel decibels en met oordopjes in) én het nieuws te volgen. Enne… als je hippe ringtone klinkt, is dat een welkom excuus om ‘even pauze te nemen’. Op die manier kun je je natuurlijk niet concentreren. Als ik vroeger tegen mijn vader zei dat ik keihard studeerde, grapte hij direct dat ik inderdaad lang op mijn kamer had gezeten. Voor hem was dat echter niet hetzelfde als hard stude-ren. Nu ik zelf zijn leeft ijd heb, begrijp ik wat hij bedoelt. Op internet kun je lezen dat een student zich maar 45 minuten aaneen goed kan concen-treren. Het leerrendement neemt daarna snel af. Het is beter gedisciplineerd, kort en gefocust te studeren en daarna leuke dingen te gaan doen dan ‘cool te studeren’… Blok tijd voor studie, maar reserveer óók tijd voor andere activiteiten. Stel jezelf haalbare leerdoelen. Leerslaafj es willen we niet aan de CHE, ook studieverslaafden begeleiden we graag naar een rijker leven. Je kunt niet vroeg genoeg de wijsheid van Prediker aanleren: ‘alles heeft zijn uur en ieder ding onder de hemel zijn tijd.’ En in je omgeving zijn er vast studenten die je het kunstje willen aanleren… Er lopen er veel rond op de CHE!

KENNETH WATSON

Beste student

Heb jij ook een vraag over liefde, studie of geloof aan Kenneth? Mail dan naar [email protected]. Je blijft anoniem.

“Als schrijver wil Kenneth Watson scheppen met woorden, zijn kennis aan de vergetelheid onttrekken en studenten tonen dat jeugd niet leeftijdsgebonden is, maar levens-wijsheid wel”

Page 10: Ad rem editie iii definitief

10 Ad Rem

Hanke & WouterEr staan twee datums in de trouwringen van Hanke en Wouter. De datum van het eerste aanzoek en de datum van de bruiloft (twintig jaar later)!

Hanke en Wouter hebben drie auto’s omdat ze geen van beiden afscheid willen nemen van hun eigen auto en ze eigenlijk ook een gezamenlijke auto nodig hebben.

Het huis van Hanke en Wouter is in twee delen opgedeeld met in het midden de keuken. Zo heeft ieder zijn eigen plekje in het huis.

Het stel deelt hobby’s, waarvan gamen wel een heel bijzondere is!

Page 11: Ad rem editie iii definitief

11Ad Rem

4Na twintig jaar verovert hij eindelijk haar hart

Relaties tussen docenten en docenten? Ja, die zijn er op de CHE! En bijzondere ook. Neem het verhaal van de aanvankelijk afwijzende

Hanke en haar dolverliefde, eindeloos geduldige Wouter. Hanke ver-telt over hun liefde, die tot stand kwam op de CHE.

tekst evita bloemheuvel foto eliNe lieftiNk

Hanke Helms - misschien heb je die hippe do-cent van journalistiek wel eens voorbij zien lo-pen. Toen zij op de CHE kwam werken, had ze het gehad met mannen. “Ik was er helemaal klaar mee, maar achteraf ben ik er toch ingestonken.” Inmiddels is ze getrouwd met Wouter van Groot-heest, docent van de opleiding communicatie. Hoe kwam het zover? En hoe is het om getrouwd te zijn met iemand die op dezelfde school werkt?

De liftDe twee leren elkaar kennen via de kerk. In een korte tijd slaat Wouters hoofd op hol. Hij is he-lemaal hoteldebotel op Hanke en doet niet lang daarna een aanzoek. Nu lijkt dit een clichéverhaal te worden, maar het gaat verder. Want Hanke geeft geen antwoord op zijn aanzoek! Daarna verliezen de twee elkaar uit het oog. Twintig jaar later, in 2004, komen Hanke en Wouter elkaar weer tegen op de CHE. Hanke geeft daar les en Wouter komt er als invaldocent werken. Hoe hij uiteindelijk haar hart verovert? Hanke vertelt la-chend hoe Wouter een poging doet om haar naar huis te brengen met de auto, omdat haar trein niet rijdt. De perfecte manier om een heerlijk gefor-ceerd gesprek in de auto te voeren. Hanke stapt in en maakt gebruik van de lift. Toch is ze niet met-een om. “Ik heb toen tegen Wouter gezegd dat het niks kon worden tussen ons en dat ik het wilde laten rusten.”

De briefEen gemiddelde man had de moed opgegeven. Eerst een hoop aandacht besteden aan de droom-vrouw van je leven, een aanzoek doen, twintig jaar wachten voor je haar weer tegenkomt, mevrouw een lift aanbieden en dan de keiharde boodschap ‘het gaat niks worden’. Toch geeft Wouter niet op. “Hij stuurde mij een brief waarin hij zijn gevoe-lens vertelde. Toen was ik om’” vertelt Hanke. “De brief is eigenlijk niet met woorden te omschrij-ven. Hij beschreef het leven, hoe wij samen zou-den zijn.”

RoddelstelHanke vindt het best leuk om met iemand ge-trouwd te zijn die ook op de CHE werkt. “Je komt veel te weten over leerlingen en je kunt leuke en grappige situaties met elkaar delen.” De twee ge-ven op een andere opleiding les, maar hebben soms met dezelfde studenten te maken. Genoeg gesprekstof dus. Of ze het roddelstel van de CHE zijn? Volgens Hanke gaat het vooral om positie-ve verhalen. “Met name over jonge stelletjes die stiekem staan te kussen op het dakterras of leuke blunders die in de les voorkomen.”

KoffieHanke en Wouter leven ieder een eigen leventje op school. “We reizen zelfs apart, ook als we het eerste uur moeten beginnen. Ondanks dat we

maar een sigaret roken bij school vandaan wo-nen.” Ieder heeft zijn eigen baan, ritme en taken. Dat is een bewuste keuze. “De één haalt wel eens koffie voor de ander en maakt dan vaak een grap-je als ‘heb je iets in de koffie?’ Iedereen weet dat we getrouwd zijn, maar dat betekent niet dat onze relatie moet opvallen. Zelfs tijdens vergaderingen zitten we niet naast elkaar.” Hanke heeft ook be-sloten haar eigen achternaam te houden om ver-warring te voorkomen en zo deels gescheiden te leven op de CHE.

BetraptNadelen aan hun relatie zijn er weinig, vindt Hanke. “Wel is het soms moeilijk als hij gekwetst wordt. Dan komt het wat dichterbij.” Gelukkig komt dit weinig voor. Een geheim kon de relatie in ieder geval niet meer blijven. Zeker niet nadat twee CHE-studenten het stel zoenend betrap-ten tijdens een bioscoopavondje. Maar daar kan Hanke alleen maar hard om lachen.

Love is in the air

Ik zei tegen Wouter dat het niks kon worden tussen ons

Page 12: Ad rem editie iii definitief

12 Ad Rem

Interview

“Sport blijft in mijn leven, hoe dan ook”

Ben en Jolande volleyballen, Rowan is gek van voetbal en Meine rijdt paard. Eén ding hebben deze vier studenten gemeen: sport is hun passie. Vier semi-

topsporters vertellen over hun sportliefde, over hoogte- en dieptepunten.

TeamverbandBen Verboom (23), student bedrijfskunde, begon met volleybal toen hij acht was. “Ik wil met mensen in verbinding staan. Individueel sporten vind ik fi jn omdat ik dan mijn eigen lichaam stuur om gezond te worden. Ik ben op volleybal gegaan omdat het een vriendschappelijke sport is. Vol-leybal is vriendelijk, persoonlijk en veilig. Een team zijn is een belangrijk onderdeel van deze sport. Je leert met andere mensen om te gaan en elkaar - zwaar gezegd - te verdragen. Als ik door een ander niet goed kan aanval-len, zal ik dat moeten accepteren en de fout zo goed mogelijk oplossen.”

Meine Wijnstra (23) volgt de pabo en rijdt van jongs af aan paard. “De band met het paard is de basis om goed te kunnen paardrijden. Je kunt An-kie van Grunsven wel op een willekeurig paard zetten, maar ik denk niet dat ze met elk paard overweg kan. Ik heb zelf op een paard gereden waar ik niks mee had. Daar ben ik mee gestopt, omdat dat niet werkt. Paarden zijn echte gevoelsdieren. Met het paard waarop ik nu rijd heb ik vanaf het eerste moment een klik. Je moet vertrouwen hebben in je paard en je paard in jou. Je oefent de sport samen uit. Samen ben je een ‘team’. Ik vind het echt gaaf om samen te rijden.”

Ben Verboom Jolande Bras

WedstrijdenBen: “Sporten is heel leuk omdat het competitief is. Vaak zijn mannen competitiever dan een vrouwen. Voor vrouwen is de sociale bezigheid meestal belangrijker. Ik heb bij wedstrijden en trainingen altijd geleerd om te winnen en in elke situatie door te zetten en vol te houden. Daar heb ik tijdens mijn studie profi jt van. Willen winnen is vaak waar sporten om gaat. Als je een echte sporter bent, wil je winnen en de beste zijn! Dat lijkt mij de essentie.”

Jolande Bras (18) studeert journalistiek en speelt vanaf haar vijfde volleybal. “Ik speel geen wedstrijden omdat ik er jammer genoeg geen tijd voor heb. Ik begon met volleybal omdat mijn broer en zus ook op volleybal zaten. Het is een sport die nu bij mijn leven hoort. Toen ik wedstrijden speelde, was ik wel fanatiek. Ik vind het leuk om ervoor te gaan. Elke wedstrijd is weer anders. Je traint natuurlijk wel ergens voor; je traint om te winnen. Maar ook zonder wedstrijden blijft het leuk. Blauwe plekken en een beetje scheve vingers heb je altijd wel. Daar doe ik het mee. Je went er aan.”

tekst gioia tolmeiJer foto’s XaNder de rooiJ

Page 13: Ad rem editie iii definitief

13Ad Rem

“Sport blijft in mijn leven, hoe dan ook”

Geloof en sportRowen: “Ik was rond de vijft ien jaar toen een jongen uit mijn kerk vroeg of ik mee wilde met een project van Athletes in Action in Zuid-Afrika. Voor die orga-nisatie sporten we in een wijk met probleemjongeren en -kinderen. Daardoor ontstaat er vriendschap tussen de sporters en de kinderen uit de wijk. Zo kun je elkaar steeds meer vertellen en kunnen zij hun problemen bij je kwijt. Wij vertellen hen ook over Jezus’ liefde.

Voordat ik naar Zuid-Afrika ging, kwamen we tijdens een conferentie met een grote groep bij elkaar. Daar hoorde ik dat Iemand onvoorwaardelijk van mij houdt en mij erkent zoals ik ben. Ik wilde altijd zoveel mogelijk erkenning krijgen door op een zo hoog mogelijk niveau te voetballen. Maar toen heb ik geleerd dat mijn identiteit niet ligt in wat ik doe, maar in Christus en wat Hij voor mij heeft gedaan. Vanaf dat moment speel ik vanuit een heel ander per-spectief: eerst deed ik het voor mezelf, nu voor Hem. God is nu mijn toeschouwer voor wie ik speel.”

Moeilijke en leuke kantenGPW-student Rowen Lok (20) begon op zijn zesde met voetbal en op zijn veertiende met zaalvoetbal. “Ik was zestien en speelde op het één-na-hoogste niveau zaalvoetbal toen ik de achterste kruisband van mijn rechterknie scheurde. Daardoor kon ik een tijd niet meer voetballen. Gelukkig kon ik na een operatie weer spelen en dat waardeerde ik enorm. Zo zie ik achteraf ook de positieve kanten die de gescheurde kruisband mij heeft gebracht. God heeft die gebeurtenis aangegrepen om er iets goeds van te maken: ik leerde het voetballen meer dan ooit waarderen.”

Meine: “School en paardrijden zijn soms moeilijk te combineren. Soms gaat het paard voor mijn studie. Als ruiter moet je ook fi t en in conditie zijn. Deze sport kost best veel energie en inspanning, wat veel mensen niet weten. Ik heb een heel betrouwbaar paard, maar toch kan hij ineens opzij springen. Het is een dier, dus er kan alles gebeuren. Dat onverwachte maakt het wel leuk en spannend.”

Ben: “Problemen in de sport wil ik het niet noemen, maar er zijn wel dingen waarvan ik geleerd heb in mijn jeugd. Als je ongelukkig bent, heb je vaak heel veel adrenaline. Met sporten maak je die adrenaline helemaal op. Daardoor voel je je daadwerkelijk beter. Daarnaast heb ik een chronische ontsteking, maar ik moest altijd doorgaan met volleybal omdat ik de beste wilde zijn. Ik zat in Jeugd Oranje met als doel om met het achtlandentoernooi mee te gaan. Kort daarna kwam ik niet door de selectie voor het achtlandentoernooi. Wel werd ik kampioen met een nieuwe club in de competitie en de landelijke beker. Op dat hoogtepunt en tegelijker-tijd dieptepunt ben ik gestopt.

Ik ervaar vaak dat individuele sporten niet zo leuk zijn. Ik vind ze wel goed, omdat ik weet dat ik mij daadwerkelijk beter en gezonder voel. Nu doe ik een onderzoek naar sporten en psyche. Vooral die combinatie vind ik erg interessant.”

Rowen Lok Meine Wijstra

Page 14: Ad rem editie iii definitief

14 Ad Rem

”Actief op zoek gaan naar schoonheid in de natuur is niet meer zo’n drempel als je eenmaal hebt gezien hoe mooi zij kan zijn”

Fotograaf: Dave de Haan

Page 15: Ad rem editie iii definitief

15Ad RemFotograaf: Dave de Haan

Page 16: Ad rem editie iii definitief

16 Ad Rem

Zaterdagmorgen, daar staan we dan. Het plan: liften van

het Veluwse Ede naar het Zeeuwse Eede. De ochtend-gloren breken door, het ver-trouwde Ede in de rug. De

snelwegoprit richting Utrecht heeft tussen de drie en vijf

auto’s per minuut. Terwijl we ons rustig installeren stopt de

eerste auto. tekst reiNier huismaN foto’s marit vaN deN berg eliNe lieftiNk reiNier huismaN

Het liftavontuur van Marit, een vriendin, en mij kan beginnen. We rennen snel naar de auto toe, maar slaan ‘m toch af. Wij moeten de andere kant op. Het is fijn als je merkt dat de automobilisten er ook zin in hebben. Er hangt toch altijd nog een span-nend sfeertje om dat liften heen.

In alle wijsheid besluiten we om eerst de grote wegen te volgen. Via Utrecht, naar Breda, door Antwerpen en dan ergens vóór Gent terug naar de Nederlandse grens, bestemming Eede. Een dorpje in het zuidwestelijke puntje van Nederland, tegen de Belgische grens aan. Als je gaat liften pak je meestal de grotere wegen, want daar rijden gewoon meer auto’s. Je weet nooit wie je meeneemt, dus meer au-to’s betekenen meer kansen. En hop, daar stopt onze tweede auto. “Naar Breda, zegt u? Wij moeten ook die kant op.”

Terwijl we in de auto zitten stellen we ons voor aan Frans en Jos. We leggen het doel van de reis uit en zij vertellen dat ze onder-weg zijn naar een zoon die gaat verhuizen. Al snel komt het laatste tankstation voor Breda in de zicht. “Hier moeten we er weer uit. Dan kunnen we onze volgende lift zoe-ken”, zeg ik. Vijf minuten later nemen we zwaaiend afscheid.

Mee met Jurgen en JacquesVoordat we verder zoeken naar vervoer lo-pen we even de bossen in aan de rand van Breda. Dertig minuten later zitten we in de auto bij Jurgen en Katja. Zij geven ons een lift naar Antwerpen. Terwijl Katja vertelt dat ze yogalessen geeft, denk ik verder na over de route. Antwerpen is niet per defi-nitie de beste plek om te zijn. Het is net als in het Ruhrgebied in Duitsland waar auto’s alle kanten opgaan, behalve de richting die jij moet hebben. Gelukkig weet Jurgen

Studentikoos

Met je duim omhoog de grens over

Page 17: Ad rem editie iii definitief

17Ad Rem

Met je duim omhoog de grens over

meer van de weg en zet ons op een goede plek af. Op de plaats van bestemming is inderdaad een goede oprit, die onze kant opgaat. Eerst een siga-retje en dan de duim weer in de lucht.

Op de oprit stopt een auto. Meestal ben ik gewend dat mensen stoppen op de vluchtstrook, om dan even te overleggen. Maar sommige mensen zijn wat abrupter. Jacques pikt ons op in Antwerpen. Hij heeft ons bordje ‘Gent’ gezien en moet ook die kant op. In de auto vertellen wij over onze op-dracht en hij over zijn licht dementerende moe-der, die hij iedere zaterdag in Gent ophaalt om te gaan lunchen en wandelen. Hij stelt voor dat we met hem verder rijden naar Eeklo, in de buurt van Eede. Daar zeggen we geen ‘nee’ tegen en moe-ders blijkt het ook een heel leuk idee te vinden. Jacques rijdt rustig verder en voor ik het door heb, stoppen we bij een bord: ‘Welkom in Eede’. We zijn er! Van Ede naar Eede in minder dan vijf uur. Dat hebben we best netjes gedaan.

Stap alleen in de auto als het ‘goed voelt’. Niet alles is te beoordelen, maar in de eerste vijf seconden kun je een beeld vormen. Beter is het als je met zijn tweeën bent (jongen en meisje). Niet alleen om snel een lift te krijgen, maar ook om soms te kunnen overleggen.

Vraag altijd even waar de automobilist naar toe rijdt. Je hebt vaak niet dezelfde bestem-ming, maar er zijn altijd wel een paar kilo-meters te overbruggen. Van tevoren kun je jezelf al verdiepen in de route, afritten en

tankstations. De gratis ANWB-kaarten (voor leden, lidmaatschap van ouders is ook goed) zijn daar ideale kaarten voor.

Houd het avontuur vast. Dikke kans dat er een situatie ontstaat die je niet wilde. Zet geen druk op de gastheer of -vrouw, maar kijk wat er mogelijk is. Het mooie van lift en is dat je de tijd kunt verliezen.

Gebruik bordjes om je richting aan te geven. Zeker bij een oprit geeft het mensen meer

duidelijkheid, waardoor je sneller een lift kunt vinden. Ook zijn sommige mensen ver-baasd dat jij bij de oprit staat. Op deze ma-nier weten ze dat je aan het lift en bent.

Mensen zijn om verschillende reden onder-weg. Zo kan halverwege de rit blijken dat iemand nog een andere plek gaat bezoeken en dan jouw richting oprijdt. Soms moet ie-mand even de situatie aft asten, maar willen ze je dan wel een tankstation verder brengen. Laat je verrassen, dan word je vaak verrast.

Page 18: Ad rem editie iii definitief

18 Ad Rem

Flexwerkplek: het doemscenario van docenten

Het is maandagochtend, half acht. Het gebouw van de CHE is nog in scheme-ring gehuld. Als gedreven docent, die

zijn werk met passie doet, ben je natuur-lijk voor dag en dauw opgestaan. Maar

ben je wel op tijd om een flexwerkplek te veroveren?

tekst heNdriëlle de groot foto eliNe lieftiNk

Met een licht gevoel van spanning open je de deur van enorme werkruimte waar zo’n vijftig pc’s in rijen staan opgesteld. De bureaus zijn onpersoonlijk en steriel ingericht. Het fotolijstje van je vrouw en kinderen moest je weghalen, net als je waardevolle collectie studieboeken. Je zoekt naar een rustig plekje om tentamens na te kijken. Een secuur werkje, dat uiterste concentratie vraagt. Je hoopt dat de plek achterin nog vrij is, maar die heeft een andere collega al ingepikt. En wat een chaos! Je kunt maar beter thuis werken, dan word je ook niet afgeleid.

Flexwerken Dit is het doemscenario dat sommige docenten van de CHE voor zich zien. De verbouwing draait op volle toeren. Graafmachines, hopen zand en een kale vlakte tegenover de CHE. Maar het toekomstbestendige gebouw dat uit de puinhopen zal verrijzen, vraagt wel om offers. Zo krijgen docenten flexibele werkplekken en daar zijn kritische geluiden over te horen. Flexwerkplekken: met vijftig man op een grote kamer, maximaal één meter boe-kenplankruimte en elke dag een ander bureau, afhankelijk van waar nog plek is. Wordt dit realiteit op de CHE, de gezellige, kleinschalige hogeschool waar studen-ten en docenten elkaar altijd weten te vinden?

Achtergrond

Page 19: Ad rem editie iii definitief

19Ad Rem

Column

De levenloosheid van drommen mensen valt mij op en staat mij tegen, telkens weer als ik aandachtig over station, perron of stadstegels loop. Natuurlijk weet ik niet waarom ze zo dof uit hun beeldvormers staren. Wellicht is hen - net voor onze vluchtige ontmoeting - het allerergste overkomen, of is - na ons passeren - het defi nitieve ontslaggesprek hun einddoel. Daar heb ik geen idee van, zou ik ook niet van elk individu willen weten. Kan mijn twintigjarige, naïeve hersenpannetje helemaal niet aan. Verder wijt ik de levenloosheid van het sleurvolk totaal aan hun eigen instelling. We doen het wel, maar beleven het niet.

‘Hij schreef een nummer, wist niet goed hoe of ‘ie moest beginnen.Hij had nog nooit een lied gemaakt, alleen maar losse zinnen.Steeds meer zat hij zichzelf dwars, bang voor z’n eigen lied.Dus zette hij z’n gitaar opzij, en schreef het liedje niet.’

Een vers uit een raak liedje van JURK!, genaamd ‘als je weet wat je wilt’. Het draait om mensen die eigenlijk iets anders willen, maar genoegen nemen met wat al in hun handen is. Leven, zonder te beleven. Precies die van het station, perron of stadstegels. Ook in mijn omgeving zijn er genoeg. Personen die een boek willen schrijven, maar er niet aan beginnen. Die naar Spanje willen, maar toch weer richting een Franse camping tuff en. Die een andere studie willen, maar bij de huidige vol-doendes halen. Die in de stad willen wonen, maar ook niet van plan zijn Ede te verlaten.

En bij al die personen is het niet eens een kwestie van geld, tijd of ta-lent, dat ze geen verandering aan de huidige situatie brengen. Ze onder-gaan hun bestaan domweg als onveranderlijk vaststaand. Vinden het zo wel ‘prima’. Jakkes. God gaf mij ooit het prachtige recht om Jip Keijzer te leren kennen. De jongen met uitgezaaide botkanker, die plots nog maximaal één aards jaar te gaan had. En dat allemaal op een stervens-waardige leeft ijd van 24 jaar. Hij leerde mij te danken voor elk voor-bij zoemend zomerbijtje, maar vooral doelen te stellen die binnen de grenzen van het mogelijke liggen en die doelen vervolgens - zonder een enkele vorm van excuus - linea recta na te streven.

En ik kan jou vertellen, Ad Rem-lezer: dat is potverdriedikkie zalig! Deze Jip-levensinstelling bezorgt mij een chronisch gelukzalig lachje op mijn smoelie. Echt, het is heerlijk om het leeuwendeel van de tijd te doen wat je wilt. Geeft een bepaalde zin aan het bestaan van mijn geest en lichaam. Natuurlijk zijn er maatschappelijke verplichtingen, zoals een studie en baan ritselen. Maar, als je ze beide met je volledige overgave kiest en uitvoert, is het burgerlijk bestaan alles behalve een reden tot doff e levenloosheid. Zegt de knul, die momenteel in de volle Surinaamse zon geniet van het - naar zijn mening - allermooiste beroep op deze aardkloot: journalistiek, schrijvend voor Ad Rem en fi lmend voor het Jeugdjournaal.

Dat laatste is niet bedoeld als gelikte ‘kijk mij shinen en gelukkig zijn’-afsluiter. Of nou ja, eigenlijk wel. Maar met de bedoeling om je aan te sporen tot actie: het vinden en uitvoeren van je passie. Leven door te beleven.

LEVEN DOOR TE BELEVEN

Bas Derks ziet zichzelf als een schrijvende Tarzan.

Column

TE BELEVEN

Flexwerkplek: het doemscenario van docenten

Goud overboordArend ten Brinke, docent Metho-diek van Sociale Studies, en Hilco van Stuyvenberg, docent Weten-schap en Techniek, plaatsen kriti-sche kanttekeningen. Persoonlijke aandacht voor studenten en korte lijntjes tussen docenten en studen-ten, dat is het visitekaartje van de CHE. Maar als docenten steeds op een andere fl exwerkplek zitten, dan gaat dat ten koste van het persoon-lijk contact, vinden zij. “We gooien goud overboord”, zegt Hilco. “De kracht van de CHE is juist het persoonlijk contact. Als je als student terugkomt van een toets, moet je toch kunnen aankloppen bij een docent. Het fl exwerken is een visie, bijna een geloof. Een archi-tectengeloof. Terwijl we als school in vierkante meters groeien, is een luchtledige grote hal belangrijker dan het contact tussen student en docent.”

Spelen met vuur Het personeel van de afdeling Ver-pleegkunde werkt inmiddels al op een grote werkruimte. (zie foto) Hilco: “Grootschalige modellen, zoals kantoortuinen, moeten het nieuwe concept worden.” Beide do-centen vrezen dat ze daardoor min-der plezier hebben in het uitoefenen van hun beroep. Arend: “Ik haal voldoening uit lesgeven, contacten met studenten en met collega’s op de kamer. Je haalt mijn werkplezier eruit als fl exwerken in een verre-gaande vorm wordt doorgevoerd. Dat is spelen met vuur. De vraag is ook: wil iedereen wel bij iedereen op de kamer zitten? De ene afdeling wil rustig werken, terwijl andere col-lega’s grappen en grollen maken. Je stoort je, er is kleurverschil.”Arend voert nog een ander bezwaar tegen deze ‘ver doorgevoerde vorm’ van fl exibel werken. “Een eigen werkplek geeft welbevinden. Je zet er je eigen spullen neer en kunt je onderwijsmateriaal kwijt.” Maar de nieuwe werkplekken zijn ontdaan van dat ‘eigene’.

Daar sluit Hilco zich bij aan. “Boe-ken zijn niet meer nodig, het kan ook digitaal. Je hebt maar één meter boekenplank. Maar als een student een vraag heeft over de lesstof, kun je het beter uitleggen aan de hand van een boek of concreet materiaal.”

Kantoortuin Hoe reageert het management op deze kritiek? Joop Korteland, direc-teur facilitair: “Ik begrijp de onrust. Mensen zijn gehecht aan hun plek, maar de wereld verandert. We wil-len het gebouw zo effi ciënt mogelijk gebruiken en extra ruimte creëren voor studenten.” De 25 procent aan werkruimte die docenten moeten inleveren, komt volgens hem ten goede aan studenten. Korteland denkt niet dat docenten minder bereikbaar zullen zijn. “We moeten het karakter van vindbaar-heid niet verliezen. Er komt een systeem dat in kaart brengt waar docenten werken. Docenten hebben zelf ook een verantwoordelijkheid. Zij moeten zich bereikbaar maken.” Het doemscenario van een ‘kan-toortuin’ waar zestig man zit en waar het een kippenhok is, nuan-ceert hij. “Het beeld van kantoortui-nen klopt niet. De academies heb-ben een eigen inbreng en krijgen de gelegenheid om afspraken te maken over de bezetting.”

Aanlandplek “We gaan van een persoonlijke naar een activiteit gerelateerde werk-plek”, zegt Korteland. Zo kunnen docenten op een ‘aanlandplek’ hun mail checken, maar ze kunnen ook kiezen voor een stiltewerkplek om geconcentreerd te werken of voor een ontmoetingsplek om met een student, collega of iemand uit het werkveld te praten. En, gaat het management zelf ook meedoen aan fl exwerkfl ow? Of blijven zij achter hun bureau zitten? “Ik doe het al, ik heb geen eigen bureau”, aldus Kor-teland. De docenten op de foto zijn niet de geïnter-viewde docenten.

Page 20: Ad rem editie iii definitief

20 Ad Rem

Chique dineren met TomPassie en actie. Die twee gaan vaak samen, bewijst derdejaars MWD-student Tom van Schilpenoord. Hij gaat zo’n vier keer per jaar op vakantie en doet aan kitesurfen, snow-boarden, skiën, fi tness, tennis, squash, boksen, wielrennen, zwemmen, zeilen en meer. Genoeg passie en actie voor sport dus. Laten we eens kijken hoe het zit met koken.

tekst charlotte de groot foto’s eline lieftink

Ik zet mijn fi ets op het slot en ik gluur stiekem naar binnen. Kaarsjes verlichten de kamer en ook staat de wijn al op tafel. De gedachte dat ik een chique jurkje met pumps had moeten aandoen schiet door mijn hoofd als ik door de gang loop en een restaurantgeur tegemoet komt. Als Eline - fotograaf - en ik aan tafel zitten, serveert Tom ons een goedgevuld bord met eten.

“Vaak kook ik één keer per week uitgebreid. Dan ga ik naar de groenteboer en vraag ik of hij nog een lekkere of nieuwe groente heeft ”, aldus Tom. Bij de slager vraagt hij dan welk vlees daar lekker bij is en welke bereiding erbij past. Hij noemt het ook wel de ‘kracht van de kwetsbaarheid’, als we het over MWD-termen heb-ben. Verder vertelt hij dat het vlees en de groente bij een slager en groenteboer v e e l verser en gezonder zijn dan die in de su-

permarkt. Ook let hij er op waar groente en fruit vandaan komen. “Als het een

lange tocht heeft moeten maken van het land van herkomst

naar Nederland, is het min-der vers.”

Als Tom niet uitgebreid kookt, haalt hij zo’n kant-en-klaar-maaltijdzakje waar-bij je na tien minuten opwarmen kunt eten. In dat opzicht is hij heel zwart-wit. Hij kookt of uitgebreid of niet. “Veel studenten koken wat ze geleerd hebben en proberen af en toe een standaard recept, maar ik wil iedereen uitdagen om je blik wat te verbreden. Ga eens naar de groenteboer of kies een gerecht wat je echt niet kent.”

Pindakaas‘Wat de boer niet kent, dat eet ie juist wel’ is typisch Tom. Als ik hem vraag hoe het komt dat hij zo goed kan koken, vertelt hij over vrienden die kok zijn. Ook begeleidt hij een kookclub op zijn werk voor jongeren en haalt hij veel recepten van internet. YouTube is daarnaast een inspiratiebron. “Maar, de basis leerde ik natuurlijk van mijn moeder. Dus bij dezen, bedankt mam!” zegt hij met een knip-oog.

Als Eline per ongeluk de deur van de kelder opent in plaats van de wc-deur, zien we een stuk of tien lege pindakaaspotten staan. “Ik eet denk ik één potje per maand of zoiets. Wist je trouwens dat pindakaas het gezondste zoete broodbeleg is?” Passie voor koken of niet, voor het opruimen van pindakaaspotten komt Tom niet in actie.

Charlottes Creative Cooking

verser en gezonder zijn dan die in de su-permarkt. Ook let hij er op waar groente

en fruit vandaan komen. “Als het een lange tocht heeft moeten maken

van het land van herkomst naar Nederland, is het min-der vers.”

Voor 3 personen heb je nodig:

AVG’tje500 gram koolrabi (te koop bij de groenteboer)450 gram roseval aardappeltjes3 gemarineerde runderschnitzels (slager)Grof zeezout1 bosje lente-uitjes1 pakje (groente)roomsaus3 teentjes knofl ookOlijfolie

En zo maak je het:Verwarm de oven voor op 180 tot 220 graden. Doe de roseval aardappeltjes met de geperste teen-tjes knofl ook en de gesneden lente-uitjes in een ovenschaal. Giet er twee eetlepels olijfolie over. Strooi er als laatst een handjevol grof zeezout overheen. Daarna moeten de aardappels 45 minuten gaar worden in de oven.Schil de koolrabi en snijd deze in plakjes. Kook deze 15 minuten en doe een klein beetje zout in het water. De schnitzels zijn binnen enkele minuten klaar als je deze met een beetje boter in een koekenpan op hoog vuur zet. Maak als laatst het sausje aan met 250 milliliter water en besprenkel de koolrabi ermee.

Tip: Kook de aardappels eerst 5 minuten als je de oventijd wilt halveren.

Page 21: Ad rem editie iii definitief

21Ad Rem

Grensverleggend

Chique dineren met Tom Van de hei naar het oerwoud in Papua

tekst hanneke van olst foto theo en wiljanne vreugdenhil

Na twee jaar in Ede gewoond te hebben, waren Theo (GPW-student) en Wiljanne Vreugdenhil-Boon (ex-PA-BO-student) klaar voor een groter avontuur. In novem-ber vetrokken zij voor acht maanden naar Papua, een provincie van Indonesië. Na de Himalaya en de Andes is dit het ruigste gebied op aarde. Veel plekken zijn alleen bereikbaar per vliegtuig, vertellen de twee aan Ad Rem.

Wat doen jullie precies in Papua?“We werken daar voor de organisatie Lentera Pa-pua, die lokale mensen per vliegtuig vervoert en tegelijkertijd Papua’s tot piloten traint. Met het geld dat ze daarmee binnenhalen worden mooie projecten ondersteund, zoals een basisschool. Th eo combineert ons verblijf in Papua met zijn afstudeeronderzoek, waarmee hij een onderwijs-curriculum schrijft voor de studentpiloten, met de focus op praktisch Bijbelonderwijs. Verder houdt hij zich in de organisatie bezig met discipelschap. Wiljanne werkt op Sekolah Sinar Baliem, de ba-sisschool die vanuit Lentera gestart is. Twee avon-den in de week krijgen we Indonesische les.”

Hoe kwamen jullie in Papua terecht?“Th eo’s ouders hebben bijna twintig jaar als zen-deling in dit gebied gewerkt. Geerten, een oudere broer van Th eo, woont hier nog steeds, samen met zijn vrouw Jessica en hun vier kinderen. Als piloot heeft hij eerst gewerkt bij de MAF, maar nu heeft hij samen met Jessica Lentera Papua opge-zet.”

Hoe is het eten daar?“Heerlijk! Papua-eten is eenvoudig, maar lekker: rijst, zoete aardappels, bladgroente van allerlei planten (zoals zoete aardappelblad), maïs, pom-poen, boontjes. En veel fruit: markiza (een soort passiefruit), ananas, mandarijnen, avocado en ui-teraard bananen.Eén of twee keer per week eten we bij een Indone-sisch ‘rumah makan’ (restaurant) in de stad; heel goedkoop (twee tot drie euro voor een maaltijd). Verder koken en bakken we ontzettend veel thuis. Th eo maakt bijna iedere dag avocado juice, hm-mmm! Veel maken we hier zelf: brood, yoghurt en cruesli. Ook alle sausjes maken we zelf door te experimenteren met kruiden.”

Wat vinden jullie het meest bijzondere aan de Papua’s?“Het zijn mensen die in de jungle kunnen overle-ven, want dat hebben ze van jongs af aan geleerd. En het zijn harde werkers. Sommigen kunnen een drum vliegtuigbrandstof van 200 kilo optil-len! Reggae is enorm populair; Bob Marley klinkt

overal. En sinds kort is er op Papua ook een chris-telijke reggae variant die ik meenam: Christafari. Prachtig vinden ze het! Ook Israël is hier enorm in beeld: overal Davidssterren en kreten over Israël op auto’s. Verder dragen de mannen hier peniskokers. Rieten rokjes zie je hier nog amper. Als blanke vrouw is Wiljanne hier bijna een mu-seumstuk.”

Wat is jullie spannendste belevenis tot nu toe?“Vanuit een dorp waren we, op de motor, onder-weg naar huis; drie uur rijden. Het werd al don-ker, en toen moesten we met de motor over een hangbrug boven een enorme, snelstromende ri-vier. De brug wiebelde en het ergste was dat er regelmatig planken ontbraken op de brug, soms bijna zo groot als de band van motor. In het mid-den lag er dan dwars een smal plankje waar je overheen moest rijden. Vrienden van ons reden voorop, en die hadden het ook overleefd, dus pro-beerden wij het ook maar.”

Meer lezen over het avontuur van Theo en Wiljanne? Lees hun blog op www.theowiljanne.blogspot.com.Meer lezen over het avontuur van Theo en Wiljanne? Lees hun blog op www.theowiljanne.blogspot.com.

Page 22: Ad rem editie iii definitief

Actie en passie horen bij elkaar. Wie een passie heeft voor voetballen, kan geen bal passeren zonder er een trap tegen te geven. Hij wil geen voetbalwedstrijd missen op tv en be-zoekt af en toe een wedstrijd live. Wie een passie heeft voor God, kan het niet laten om in de Bijbel te lezen, te bidden, te zingen en de samenkomsten van de gemeente te bezoe-ken. Je kunt het ook omdraaien. Wie niet actief is voor iets, heeft er blijkbaar geen passie voor. Er zijn van die mensen die zeggen dat ze hun studie leuk vinden. Toch doen ze er geen fl uit voor. Geen actie? Dan is er ook geen passie, al worden er nog zulke mooie woorden gezegd. Een jongen die zich nauwelijks inspant voor zijn vriendin, heeft geen passie voor haar. Het vuur van de hartstocht is afwezig. Waar geen passie is, neemt de actie af.

Voeg nu aan beide woorden één letter toe, de letter ‘f ’. Dan maak je van de zelfstandig naamwoorden bijvoeglijk naam-woorden, namelijk ‘actief ’ en ‘passief ’. ‘Actie’ en ‘passie’ lig-gen in elkaars verlengde. ‘Actief ’ en ‘passief ’ zijn wonder-lijk genoeg elkaars tegenstelling. Iemand met passie komt in actie. Een actieve student is echter het omgekeerde van een passieve student.

Ik heb een ethiekboek in mijn kast staan van de Vlaamse fi losoof Roger Burggraeve. Het heet ‘Ethiek en passie, over de radicaliteit van christelijk engagement’. Burggraeve wil christenen in de benen krijgen voor een moraal die veran-deringen brengt. Om in actie te komen moet je een passie hebben, een passie voor de radicaliteit van het evangelie. Een gelovige mag niet passief aan de kant blijven staan en hoogstens wat mopperen dat er zoveel verkeerd gaat. Pas-sie kan echter gevaar opleveren. Wie een bewogen, actieve criticus is van de samenleving, kan wel eens tegenstand ontmoeten. En tegenstand kan lijden teweegbrengen. Laat ‘passie’ nou ook het woord voor ‘lijden’ zijn. Kijk dus uit. Sommige acties kun je soms duur moeten betalen. Jezus waarschuwt daar al voor. Zijn volgelingen zullen soms een kruis moeten dragen, zoals Hij zelf zou doen. Bijzonder: op Goede Vrijdag hangt Hij lijdend, passief, aan het kruis. Dát was zijn grootste actie. Passief en actief zijn dus niet altijd een tegenstelling.

ACTIEEN PASSIE

Nico van der Voet is theoloog en docent ethiek aan de opleiding Pastoraal Werk.

Gastcolumn

Page 23: Ad rem editie iii definitief

23Ad Rem

ACTIEEN PASSIE

Huur in natura?!Wil je op kamers maar houdt een chronisch lege portemonnee je tegen? Dan ben je niet de enige. Verschillende studentensteden bedachten hier iets op: je huur in natura betalen. Dacht je meteen aan studentes die diverse hand- en spandiensten inzetten om een kamer te bemachtigen? Fout! Natura kan op veel meer verschillende manie-

ren. Maar kan het ook in Ede?tekst hanneke van olst foto dave de haan

Een voorbeeld van studenten die hun huur in na-tura betalen? Een middelbare school in Den Haag is namelijk heeft plannen om een studentenfl at te bouwen. Een gedeelte van de huur in die fl at kun-nen studenten ‘betalen’ met lesgeven op de school in bijvoorbeeld technologie en ontwerpen, rech-ten, taal en cultuur. Het kost hen gemiddeld acht uur per week. Omdat een kamer in het westen van het land vaak nogal prijzig is, zijn studenten hier wel voor te porren. De fl at zit al bijna vol, vooral met studenten van de TU Delft .

Kamers met KansenMaar ook in ons eigen Ede zijn er studenten die hun huur in natura betalen. Neem de kernbe-woners van het project Kamers met Kansen. Zij wonen op de campus met vier jongeren die pro-blemen hebben. Als kernbewoner hoef je niet voortdurend op ze te passen. Het enige waar je je

mee bezig moet houden is de sfeer in huis en de organisatie van de huishouding. Je hoeft de jon-geren niet te begeleiden, daar zijn coaches voor.

Jorien van der Pol is sinds dit schooljaar kernbe-woner en binnenkort komen de eerste jongeren op de campus wonen. Het is tevens het eerste jaar dat ze niet meer bij haar ouders thuis woont. Het leven als kernbewoner kan ze dan ook niet vergelijken met het leven als student in een stu-dentenhuis. “Misschien is de gezelligheid en het lekker-doen-wat-je-zelf-wilt wel iets wat je mist als kernbewoner. Dan moet je de verantwoorde-lijkste zijn in je huis. Tegelijk word je gevraagd om je eigen leven te leiden, dus je hebt wel vrijheid.” Voor Jorien is het een manier om in het dagelijks leven iets te betekenen voor de medemens. “Dat geeft voldoening. Daarnaast heb je ook leuke ge-sprekken met mensen die je normaal gesproken

niet zo snel tegen zou komen. Kernbewoner wor-den raad ik aan voor mensen die stevig in hun schoenen staan en bereid zijn hun leven hiernaar in te richten. Het wordt een deel van je leven.”

NadelenZijn er nadelen aan huur in natura betalen? Ui-teraard. Stages en tripjes naar het buitenland zijn bijna onmogelijk omdat je altijd aanwezig moet zijn. Naar het buitenland gaan betekent dat je plek is vergeven. Andere mogelijkheden dan Kamers met Kansen kent Ede nog niet en staan ook nog niet op de planning, volgens Idealis en Woonste-de. Het is ook nog niet nodig hier. In Ede zijn de huren niet zo hoog dat op kamers gaan onbetaal-baar is. Volgens het CBS stijgt het aantal vrijwil-ligers in Ede al, zonder dat er projecten zoals deze zijn.

Lees het hele verhaal over huur in natura op www.adremonline.nl.

Interview

Page 24: Ad rem editie iii definitief

24 Ad Rem

Jerry B. Jenkins - Verscheurd

Een oude man die zit te wachten op een avontuur, en dus uit het raam van zijn bejaardenhuis klimt en op reis gaat. Geloofwaar-dig? Welnee, eerder een loflied op de fantasie.

Het voelt een beetje vreemd om je eigen opa voor te stellen als de 100-jarige Allan Karlsson, hoofdpersoon in het boek van Jo-nas Jonasson. In flashbacks wordt Allans leven verteld. Hij ont-moet belangrijke figuren uit de Koude Oorlog, zoals Mao, Stalin en president Johnson.

Maar Allen trekt zich niets aan van de status van deze mensen, als ze maar van een goed glas brandewijn houden. Jonasson maakt ze stiekem belachelijk in hun politieke machtsstrijd en onmenselijkheid. De verwikkelingen in het boek zijn absurd, waardoor je steeds verder het verhaal in wordt gezogen.

Het lijkt of Jonasson de wereld een lesje wil leren met zijn boek. Of hij tegen alle mensen op aarde wil zeggen dat ze te moeilijk denken. Een citaat: “Mensen mochten zich gedragen zoals ze wilden, maar Allan vond dat het over het algemeen onnodig was om chagrijnig te zijn als je de mogelijkheid had om dat niet te zijn.”

De honderdjarige man die uit het raam klom en verdween is een absolute aanrader voor mensen die even in de bizarre fantasie-wereld van Jonasson willen duiken. Dan lees je een hilarische feelgoodroman met bizarre plotwendingen. Houd je echter niet van vergezochte verhalen en te veel satire, sla dit boek dan over.

Switchfoot – Fading West

Elk album van Switchfoot staat als een huis. Bizar, maar waar. Bij deze negende parel Fading West deden de mannen er nog een schep-je boven op, door er een gelijknamige documentaire bij te maken. Luister je eerst het album, dan is ‘ie top. Kijk je de documentaire en luister je daarna het album, dan gaat je repeatknop nooit meer uit.

De heren van Switchfoot staan bijna elke dag gepassioneerd op de planken. Is het niet op een podium, dan is het wel op een surfboard. Het lijken misschien uiteenlopende dingen, maar voor hen heeft het alles met elkaar te maken. In de documentaire zie je de energie en inspiratie die ze halen uit surfen en uit de mensen die ze ontmoeten op hun wereldreis.

Het nieuwste album Fading West heeft deze reis vertaald in elf prach-tige liedjes. Zanger Jon Foreman zou Jon Foreman niet zijn als hij niet in ieder nummer een diepere laag legt. Foreman is een denker, een inspirator en muzikant in hart en nieren. Tijdens de eerste track Love Alone Is Worth The Fight krijg je meteen een kijkje in de ge-dachtewereld van de frontman. Hij wil de wereld verbeteren en dat laat hij onder andere blijken in het fantastische The World You Want.

De band zet met Fading West een nieuw en breed geluid neer. De mannen hebben geëxperimenteerd met geluiden die ze tijdens de wereldreis opnamen en dat resulteert in een frisse wind door de band die al bijna twintig jaar bestaat. Switchfoot fantaseert, creëert en inspireert. Nog steeds.

Recensies

Hanneke van Olst Schrijft wat, twij-felt graag, koestert een fascinatie voor doedelzakspelers en droomt, durft, denkt en doet met liefde.

Martine ten Klooster Dol op muziek en radio DJ bij BEAM. Houdt van rock/pop met inhoud.

Page 25: Ad rem editie iii definitief

25Ad Rem

Switchfoot – Fading West

Met tien Oscarnominaties is David O. Russel’s American Hustle de grote kanshebber voor de prestigieuze fi lmprijzen. De 70’s misdaadfi lm is onder meer genomineerd voor beste mannelijke en vrouwelijke hoofdrol en bijrol.

Irving Rosenfeld (Christian Bale, met bierbuik en Ivo Niehe-kapsel) en Sidney Prosser (Amy Adams) hebben een lucratieve zwendelpraktijk en een relatie, ondanks dat Irving is getrouwd met de hysterische Rosalyn (heerlijk irritante rol van Jennifer Lawrence). Het tweetal loopt echter in een val van de ambitieu-ze FBI-agent Richie DiMaso (Bradley Cooper met krulperma-nentje). DiMaso wil de oplichterijtalenten van de twee gebrui-ken om witteboordencriminelen aan te pakken. Te beginnen met de corrupte, doch sympathieke burgemeester Carmine Polito (Jeremy Renner).

O. Russel staat er om bekend het maximale uit zijn cast te kun-nen halen. Dat liet hij al zien met Th e Fighter en Silver Linings Playbook. Dat trucje fl ikt hij hier opnieuw. Alle hoofdrollen zijn fantastisch. Bale, Adams, Lawrence en Cooper verdienen hun nominaties. Met name de eerste drie zijn op hun allerbest en O. Russel tovert leuke bijrollen uit zijn hoed. De jaren zeventig zijn aantrekkelijk tot leven gewekt in decors, kostuums en muziek.Het is daarom jammer dat O. Russel het plot van deze fi lm af en toe laat versloff en. Er worden verhaallijntjes bijgehaald die later niet meer toegepast worden en bij vlagen vervalt de fi lm in lol-lige uitspattingen die wel heel kluchtig aan doen.Desondanks blijft American Hustle door het acteerwerk fi er overeind staan als komische misdaadfi lm, al zijn tien Oscarno-minaties misschien wat overdreven.

American Hustle – David O. Russel

Uitagenda

Martine ten Klooster

Dol op muziek en radio DJ bij BEAM.Houdt van rock/pop met inhoud.

Robin Hazeleger

Kijkt met de pen. Van geweld tot liefde, van bloed tot seks. Westersn het liefst met spaghetti.

Uitagenda

Elke woensdagavond wordt er ‘s avonds in de gymzaal van de CHE gevoetbald. Kijk voor meer informatie op de Facebookpagina ‘Voetballen in Ede’.

Ideeënfair. De ideeënfair is er voor iedereen die creatief is. Maar vooral voor mensen die ondernemer zijn en een wending aan hun hobby willen geven. Zaterdag 1 maart 2014 van 12.00 tot 18.00 uur, Waterstraat 11 in Torenzicht. Toegang is gratis.

Survivalteam Ede heeft verschillende activiteiten. Bijvoorbeeld de survivalrun: een crossloop met obstakels. Ook kun je lasergamen op het survivalveld. Langekampweg 22 Ede. Minimaal acht perso-nen, één uur kost 15 euro per persoon.

Ben je benieuwd naar welke clubs en sporten er in de omgeving zijn? Google naar ‘folder sport cultuur en recreatieactiviteiten’. Daar vind je in PDF de informatiefolder over sport-, cultuur- en recre-atieactiviteiten. Een online document met een overzicht van alle sportaanbieders.

Mega rommelmarkt in het Geldredome voor wie wil shoppen. Er staan rond de vijfh onderd stands. Op 8 en 9 maart van 09.00 tot 16.30 uur in het Gelredome te Arnhem.

Zumba. Zumba is voor de dansliefh ebbers met passie! In de Peppe-lensteeg 1A (Gebouw Turnstede) in Ede, op dinsdag, donderdag en vrijdag van 19.30 tot 20.30 uur voor 25 euro per maand. Het nadeel is dat er geen opzegtermijn is, maar het is mogelijk om het abonnement door te verkopen als je wilt stoppen.

Goossens Achterhoek Wielertoertochten. Voor deze toertochten zijn zowel

routes in het veld (ATB) als routes op de weg (racefi ets) uitgezet. Voor de

veldtoertocht kun je kiezen uit de afstanden van 30 en 50 kilometer. Voor de

routes op de weg kun je kiezen tussen 80, 100 en 120 kilometer. Op 30 maart

vanaf 08.30 uur aan de Ruurloseweg 51 in Borculo. Inschrijving kost 5 euro.

Nationale sportweek rondom het thema ‘Ik neem je mee’. De sport-week heeft als doel om gezamenlijk sporten te stimuleren. De nadruk ligt op wandelen. De week is van 19 tot en met 26 april door heel Nederland.

Page 26: Ad rem editie iii definitief

26 Ad Rem

• • • •

Page 27: Ad rem editie iii definitief

27Ad Rem

Verkiezingen

Op 19 maart is het zover. Wat? De tentamenweken? Het begin van de lente? Nee. Weinig studenten lopen er warm voor, maar dan zijn de gemeenteraadsverkiezingen. Een ver-van-je-bedshow voor veel

jongeren, maar niet voor deze vier aanstormende politieke talenten uit Ede.

Remco van de Pol (24), ChristenUnie

Remco van de Pol, student commu-nicatie aan de CHE, is één van de vijf jongeren op de kandidatenlijst van de ChristenUnie in Ede. Als ‘praeses’ of voorzitter van studentenvereniging NSEde staat hij met één been nog volop in het studentenleven, terwijl hij met het andere in de politieke wereld staat. Wat is zijn motivatie om zich bezig te houden met politiek, een belangstel-ling die de meeste jongeren niet zullen delen? “Het is niet eens de politiek zelf, maar de maatschappelijke betrokken-heid. Politiek is relevant voor hoe we ons

land inrichten en waar we mee bezig zijn.”Wat moet er vandaag de dag veranderen in Ede? En wat gaan stu-denten ervan merken als de ChristenUnie als grootste partij uit de bus komt? “Studenten en jongeren hebben mijn hart. Onze ambitie is om Ede meer een studentenstad te laten worden. We vinden het belangrijk dat studentenvereniging een vaste plek hebben voor hun activiteiten. De CU neemt initiatieven in het realiseren van een stu-dentensociëteit.”

Dirjanne van Drongelen (27) , ChristenUnie “Ik roep al jaren dat ik politieke ambities heb, maar ik heb daar nooit wat mee gedaan. Ik heb zelfs gezegd dat ik de eerste vrouwelijke minister-president wil zijn”, zegt Dirjanne van Drongelen, die drie jaar geleden de opleiding Theologie aan de CHE afrondde. “Maar dit voorjaar heeft iemand mij een spreekwoor-delijke schop onder de kont gegeven en mij opgegeven voor de kandidatenlijst. Daarna is het in sneltreinvaart gegaan.” En zo staat ze nummer acht op de CU-lijst, die in totaal vijf jongeren telt. Wat moet er volgens haar veranderen in Ede? “Ede mag als studentenstad worden uitgebreid en de verbinding tussen het onderwijs en het werkveld moet worden verbeterd. Zo kunnen jongeren makkelijker een stageplek of baan vinden na hun studie.” Het is alweer even geleden, maar Dirjanne was in 2006 een van de oprichters van studentenvereniging NSEde, die inmiddels sterk gegroeid is. “Studentiko-ziteit is meer onder de aandacht gebracht, het studentenwereldje is opgebloeid. Studenten merken dat ook: als ik wat zeg, wordt daar iets mee gedaan. Als ChristenUnie organiseren we borrels en bijeenkomsten, zodat we in gesprek kunnen blijven met jongeren.”

Jan van ’t Land (23), SGP “Ik kom uit een politiek nest. Als kind was ik al in politiek geïnteresseerd en nauw betrokken bij wat er in de samenleving omgaat”, zegt Jan van ’t Land, student Culturele Antropologie en Ontwikkelingssociologie in Amster-dam. Hij staat als enige jongere op de lijst van de SGP, maar voelt zich geen roepende in de woestijn. “Drie jaar geleden ben ik gevraagd voor het SGP-jongerenbestuur. De focus is: hoe kun je jongeren binden aan de politiek?”

“Ede groeit hard, dat is een ontwikkeling die je in goede banen moet leiden. Hoe moet je die ontwikkeling coachen? En hoe kun je Ede als stad op de kaart zetten? Studenten sneeuwen nu onder, maar dat gaat veranderen. Ik zie een grote rol weggelegd voor de kenniscampus.”Wat merken jongeren ervan als zijn partij het voor het zeggen krijgt? “In de toekomst moeten gemeenten meer zorg en maatschappelijke hulp voor hun rekening nemen. Op de CHE zijn veel sociale studies. Als kennis en bedrijvigheid worden gekoppeld, is dat de mooiste oplossing. Studenten kunnen dan bijvoorbeeld makkelijk aan een stageplek komen.”

• • • •

Wie krijgt jouw stem?

Jan Pieter van de Schans (22), CDA De 22-jarige Jan Pieter van de Schans, twee jaar geleden afgestudeerd van de CHE (MER), be-zet een hoge plek in de kandidatelijst van het CDA: hij staat op nummer twee. “Vlak voor ik een gastcollege moest geven op de CHE, werd ik gebeld. Ik reageerde eigenlijk nogal nuchter”, blikt hij terug. Zijn plaats komt niet zomaar uit de lucht vallen. “Sinds 2010 ben ik lid van het CDA en het CDJA, de jeugdafdeling van het CDA. Ook heb ik stage gelopen bij de Tweede Kamerfractie.”“De gemiddelde leeftijd van een raadslid loopt tegen de zestig. Ik wil daar verandering in bren-gen door als jongere deel te nemen aan de politiek. Er zijn veel onderwerpen die studenten aangaan, van de busverbinding rond de CHE tot het Museumplein.”Wat er moet veranderen in Ede? “We moeten eerst kijken naar wat we hebben. We hebben al veel, maar het kan nog veel beter.” Volgens Jan Pieter valt er nog veel verbetering te behalen op het gebied van studentenhuisvesting. “We willen meer grip krijgen op studenten- en jongerenhuisvesting. Het is erg moeilijk om een betaalbare woning te vinden als je klaar bent met studeren en je in Ede wilt vestigen.”“Studentensociëteiten komen in Ede maar niet van de grond. Het CDA wil kij-ken of zoiets hier toch kan komen: een plek met een bar, waar studenten debat-teren en feestjes houden.”

tekst hendriëlle de groot foto’s eline lieftink en dave de haan

Page 28: Ad rem editie iii definitief

28 Ad Rem

Ik ben mijn eigen passieDe galspuwer

tekst lennart de jong foto’s eline lieftink

Zo nu en dan help ik in een daklozen-opvang in Amsterdam. Ik doe graag iets voor een ander, zoals het een echte MWD’er betaamt. Ik vind dat meer men-sen dat moeten doen. Het levert veel op, want zeg nu zelf, dankbare blikken krijg je niet iedere dag. Ik vind het ook gewoon lekker om dagje uit de schoolse sleur te zijn. In de daklozenopvang is het gezellig en het eten is gratis. Misschien klinkt het alsof ik het doe om mezelf te aaien, maar dat lijkt maar zo. Naas-tenliefde staat op de eerste plaats. Daar barst ik van.

Er zijn mensen die zeggen dat hulpver-leners aan de verkeerde kant van het bu-reau zitten. Ze hebben gelijk. Het geeft mij een goed gevoel als ik een ander geholpen heb. Ik kick erop. Niemand zal erachter komen wat het zwaarst weegt: mijn naastenliefde of mijn alom gepre-zen manier van zelfbevrediging, waarbij de naaste slechts het object vormt. Er zijn onderzoeken geweest waaruit blijkt dat mensen eerder geneigd zijn om een

ander te helpen wanneer zij zich gemakkelijk in de ander kunnen

verplaatsen. Als de ander op mij lijkt, dan help ik hem eerder, omdat het mijn ego raakt. Reclamecampagnes voor het werven van giften of vrijwil-ligers oogsten daarom pas succes als zij veel zielige plaatjes laten zien. Anders

raakt het ons ego niet. Stiekem helpen we vooral wanneer het onszelf wat oplevert: iets zoals een voldaan gevoel ofzo.

Ten diepste doe ik alles in mijn leven om er zelf beter van te worden. Dit

is een biecht. En door deze biecht hoop ik dat ik explosief in jullie waardering stijg. Ik word namelijk graag bewon-derd. Ik ben mijn eigen afgod. Ik sport omdat ik me fi tter wil voelen en omdat ik er beter uit wil zien. Ik eet gezond omdat ik dan de meeste kans heb om gezond oud te worden. Ik sleutel aan mijn auto omdat ik er zo gelukkig van word. Ik ga op vakantie omdat ik er energie van krijg. Ik ga naar de kerk om-dat ik na mijn dood graag gelukkig ver-der wil leven (genade levert veel op). Ik blèr hard mee met de opwekkingslied-jes, want daar ga ik me weer een goede christen door voelen. Hoe sentimenteler ze zijn, hoe beter. En zo nu en dan doe ik wat voor de ander. Dat behoort nu een-maal tot de taken van een christen, maar ik doe het vooral omdat ik dan het idee heb dat ik goed bezig ben. Dat voelt zo lekker.

Als het aan mij ligt doe ik vanaf nu al-leen nog maar dingen die mezelf een goed gevoel geven. Dat zijn mijn passies. Al het andere is me tot last. Niet datge-ne wat ik doe is mijn passie, maar het gevoel dat het mij wat oplevert. Ik ben mijn eigen passie. Ik ben verslaafd aan mezelf. En niet zo’n klein beetje ook. Ik ben mijn eigen obsessie geworden en ik weet niet of ik daar ooit nog vanaf kom. Misschien wil ik het ook wel helemaal niet. Trouwens, er is toch nog geen the-rapie voor uitgevonden. Laat mij maar met rust. Ik wil lekker doe-het-zelven, terwijl ik in mijn achter-hoofd de Passie aan een kruis zie han-gen. Nee, ik hoef het niet gratis. Ik ver-dien het liever zelf. Ongelofelijk!

“Ik ben mijn eigen afgod”

Lennart de Jong bekijkt de werke-lijkheid met argusogen en voegt zo hier en daar wat gal en humor toe.

zen manier van zelfbevrediging, waarbij de naaste slechts het object vormt. Er zijn onderzoeken geweest waaruit blijkt dat mensen eerder geneigd zijn om een

ander te helpen wanneer zij zich gemakkelijk in de ander kunnen

verplaatsen. Als de ander op mij

raakt het ons ego niet. Stiekem helpen we vooral wanneer het onszelf wat oplevert: iets zoals een voldaan gevoel ofzo.

Ten diepste doe ik alles in mijn leven om er zelf beter van te worden. Dit

Lennart de Jong bekijkt de werke-lijkheid met argusogen en voegt zo hier en daar wat gal en humor toe.