2013-2014 Handleiding Stage Werktuigbouwkunde

2013-03-20 RvR

Stagehandleiding Werktuigbouwkunde Studiejaar 2013-2014

Handleiding Stage Werktuigbouwkunde 2013-2014

Haagse Hogeschool, Academie voor Technology, Innovation & Society Delft 2

INHOUDSOPGAVE 1 Algemeen 3

- Te verwerven competenties gedurende de stage .. - Voorbeeld ingevulde Competentieset 6 - Toelatingseisen 7 - Opsomming van Beroepsproducten en Beslismomenten .. - Stage lopen in Nederland door buitenlandse niet EU studenten 8 - Stageperiode omvang 9 - Bezoek eerstejaars studenten aan stagiair(e)s 2 Stageopdracht / Stage zoeken / Equibrowser 10

- Equibrowser .. - Zelf een stageplaats zoeken .. 3 Voorbereiding 11

- Voortgang .. - Goedkeuring stageopdracht .. - Stagepakket .. 4 Stageperiode 12

- Eerstedag gegevens .. - Stagewerkplan .. - Niveau en begeleiding 13

5 Verslaglegging 14

- Stage van 22 weken .. - Eindverslag .. 6 Afronding 15

- Eindgesprek / beoordeling .. - Studiepunten .. 7 Overzicht belangrijke data 16

8 Met wie krijgt de stagiair(e) te maken 17

9 Informatie contactpersonen 18



1. ALGEMEEN De praktijkgerichtheid van de opleiding tot Bachelor of Engineering van de Academie voor Technology, Innovation en Society van de Haagse Hogeschool, gevestigd te Delft komt o.a. tot uitdrukking in de stageperiode. Hierin maakt de student voor het eerst intensief kennis met de latere beroepssituatie. De organisatie van deze onderwijseenheid is neergelegd in het reglement stageperiode. Dit reglement is via de studentenportal te vinden in de Onderwijs- & Examenregeling 20112012. TE VERWERVEN COMPETENTIES GEDURENDE DE STAGE De opleiding Werktuigbouwkunde hanteert een competentieset waarin een zestal algemene HBO competenties en een negental specifieke Werktuigbouwkunde competenties zijn opgenomen. Ook zijn in de set een zestal taakrollen, ook wel beroepsrollen genoemd, opgenomen waarbinnen de Werktuigbouwkundig Bachelors of Engineering werkzaam zijn. Elke taakrol omvat een aantal van de Werktuigbouwkundige competenties en de algemene HBO competenties 10 t/m 14. De vijftiende competentie kan alleen verworven worden als het bedrijf of de organisatie daartoe specifiek de gelegenheid biedt.

Competentieset ten behoeve van de stage

Taakrollen

Ond

erzo

eker

Ont

wer

per

Adv

iseu

r

Beh

eerd

er

Proj

ectle

ider

Ond

erne

mer

Competentieset Werktuigbouwkunde & HBO Algemeen nr. Competenties Werktuigbouwkunde 1 Projectmanagement uitvoeren (organiseren, uitvoeren, verslag opstellen) 2 Een onderzoeksopdracht uitvoeren

3 Het kunnen opstellen van een productdefinitie, PVA en PVE voor een duurzaam product of proces

4 Het realiseren van een functioneel duurzaam product of voortbrengingsproces

5 Het realiseren van een detailontwerp voor een duurzaam product of voortbrengingsproces

6 Het realiseren van een prototype/model van een duurzaam product of voortbrengingsproces

7 Het voorbereiden van een voortbrengingsproces 8 Het produceren van een duurzaam product 9 Het beheren of onderhouden van een product of proces



nr. Algemene HBO competenties

10 Kritischhandelen(analytischenprobleemoplossendvermogenenhetonderbouwenvankeuzen,oordeelsvorming)

11 Systematischeenprobleemaanpakken(creatieve,planenprojectmatigewerkhouding)

12 Samenwerken(sociaalcommunicatievevaardigheden) 13 Persoonlijkeenprofessioneleontwikkeling 14 zelfverantwoordelijkwerken 15 Kunnenfunctionerenineeninternationaleen/ofmulticulturelecontext De algemene HBO Competenties 10 t/m 14 zijn een verplichting voor elke taakrol. De Competenties 1 t/m 9 zijn sterk afhankelijk van de taakrol en de uit te voeren stageopdracht. De opleiding heeft de competenties gegradeerd in vijf niveaus. Zie onderstaande tabel.

Overzicht Competentie Niveaus Taakrol Geleid Zelfstandig sturend

Context simpel 1 2 3 lastig 2 3 4 complex 3 4 5

De student dient, in overleg met de bedrijfsmentor, in de competentieset in te vullen welke competenties hij gedurende de stage denkt te verwerven en in welke mate dat zal gebeuren. Deze competentieset dient in het stagewerkplan te worden opgenomen. Het zal in de praktijk weinig voorkomen dat gedurende de stage de stagiair alle, of zelfs meer dan een paar, specifieke Werktuigbouwkundige competenties zal verwerven. Dat is, zoals gezegd, sterk afhankelijk van de taakrol welke binnen het stagebedrijf uitgevoerd wordt en bovendien afhankelijk van de stageopdracht. Bij een stage wordt er van uitgegaan dat de competenties minimaal op niveau 2 worden verworven.



Dit houdt de volgende twee mogelijkheden in: Taakrol: geleid Context: lastig Voorbeeld: Je werkt in een projectgroep aan een duidelijk gekaderde opdracht. Het is duidelijk welke stappen je achtereenvolgens moet nemen om je taak correct uit te voeren, maar je hebt zoiets nog nooit gedaan. De resultaten van het project worden in het hele bedrijf ingevoerd, dus veel mensen zullen de gevolgen van je werk ondervinden. Omdat er dus ook veel afdelingen mee te maken krijgen, praten er ook veel mensen mee over dit project. Het is lastig om iedereen op n lijn te krijgen. Taakrol: zelfstandig Context: simpel Voorbeeld: Je bent medewerker in een projectgroep. Het is een tamelijk standaard project, zoals er wel meer zijn op de afdeling. Welke methoden en technieken je gebruikt om je taken uit te voeren mag je zelf bepalen zolang je dat maar goed documenteert. Aan het einde van de stage geeft de student in de stage-eindrapportage aan in hoeverre hij aan de verwachtingen heeft kunnen voldoen. De bedrijfsbegeleider geeft daar zijn mening over als hij of zij het document Bedrijfsbeoordeling invult.



VOORBEELD INGEVULDE COMPETENTIESET Het is onmogelijk alle Werktuigbouwkundige Competenties in n taakrol te verwerven. Hieronder staat een ingevuld voorbeeld van een competentie set waarbij de mogelijk te verwerven competenties per taak- of beroepsrol staan aangegeven. Mede van belang hierin is dat de inrichting van het bedrijf, de mogelijke functie van de stagiair in het bedrijf en de aard van de opdrachten of werkzaamheden het verwerven van een specifieke competentie mogelijk maakt.

Competentieset ten behoeve van de stage (VOORBEELD)

Taakrollen

Ond

erzo

eker

Ont

wer

per

Adv

iseu

r

Beh

eerd

er

Proj

ectle

ider

Ond

erne

mer

Competentieset Werktuigbouwkunde & HBO Algemeen nr. Competenties Werktuigbouwkunde 1 Projectmanagement uitvoeren (organiseren, uitvoeren, verslag opstellen) 2 Een onderzoeksopdracht uitvoeren

3 Het kunnen opstellen van een productdefinitie, PVA en PVE voor een duurzaam product of proces

4 Het realiseren van een functioneel duurzaam product of voortbrengingsproces

5 Het realiseren van een detailontwerp voor een duurzaam product of voortbrengingsproces

6 Het realiseren van een prototype/model van een duurzaam product of voortbrengingsproces

7 Het voorbereiden van een voortbrengingsproces 8 Het produceren van een duurzaam product 9 Het beheren of onderhouden van een product of proces nr. Algemene HBO competenties

10 Kritischhandelen(analytischenprobleemoplossendvermogenenhetonderbouwenvankeuzen,oordeelsvorming)

11 Systematischeenprobleemaanpakken(creatieve,planenprojectmatigewerkhouding)

12 Samenwerken(sociaalcommunicatievevaardigheden) 13 Persoonlijkeenprofessioneleontwikkeling 14 zelfverantwoordelijkwerken 15 Kunnenfunctionerenineeninternationaleen/ofmulticulturelecontext



TOELATINGSEISEN Om tot het stagesemester toegelaten te worden dient de student(e) te hebben behaald: 1- het propedeuse getuigschrift of een vergelijkbaar bewijs van toelating 2- alle studiepunten van beide blokken van semester WH1 en blok WH2.1 En bovendien dient de student(e): 3- van de K&V leerlijn H2.2: -twee van de vier toetsen (in wk.8) 5,5 te hebben behaald, -alle practica/opdrachten te hebben ingeleverd. 4- van de Competentie leerlijn H2.2: -de competentietoets (in wk.8) 4,5 te hebben behaald, -de opdracht / het verslag Themaproject te hebben ingeleverd. Indien de student(e) meent terecht niet aan n van bovenstaande eisen te kunnen voldoen kan om dispensatie verzocht worden bij de toetscommissie Werktuigbouw. OPSOMMING VAN BEROEPSPRODUCTEN EN BESLISMOMENTEN Het stage semester wordt gekenmerkt door een viertal momenten waar, in de terminologie van competentie gericht onderwijs, beroepsproducten moeten zijn gerealiseerd. Het op tijd en correct aanleveren van de beroepsproducten is essentieel voor de voortgang van de stage. Zij bepalen de uitkomst van de GO - NO GO beslismomenten van de stage. Ongemotiveerd niet voldoen aan n van de mijlpalen leidt tot een NO-GO beslissing en de stage wordt vanaf dat moment als gestaakt beschouwd. Een gestaakte stage kent nooit een eindbeoordeling. (In een democratisch bestel is tegen elke beslissing beroep mogelijk. Zo ook hier. Als de stagiair(e) meent dat dit het geval is dient hij/zij dit schriftelijk kenbaar te maken aan de Toetscommissie van de opleiding. Dit mag als bijlage aan een mail aan de [email protected] verzonden worden.) Voor een 11 weken stage zijn de beslismomenten en de aan te leveren beroepsproducten: 1- inlevering van de Stageaanmelding vr de geldende deadline (zie pagina 16) 2- inlevering van de Eerstedag gegevens de eerste stageweek en het Stagewerkplan voor het einde van de tweede stageweek. (Eerste daggegevens mailen, het stagewerkplan dient op papier opgestuurd te worden) 3- Presentatie tijdens het stagebezoek en het organiseren van het bezoek in week 5-7 van de stage. 4- Inlevering van het Stage-eindverslag (hardcopy) binnen drie werkdagen na het einde van de stage. De stage beoordeling vindt op school plaats op een door de student genitieerd moment.



Voor een 22 weken stage (meestal in het buitenland) zijn de beslismomenten en beroepsproducten: 1- inlevering van de Stageaanmelding vr de geldende deadline (zie pagina 16) 2- inlevering van de Eerstedag gegevens de eerste stageweek en het Stagewerkplan voor het einde van de tweede stageweek van de stage. (Bij een buitenland stage mogen deze beide gemaild worden.) 3- inlevering van het Stage-tussenverslag vr einde week 12 van de stage. (Ook dit mag bij een buitenland stage gemaild worden.) 4- Inlevering van het Stage-eindverslag in hardcopy vr of op het, met de stagecoach afgesproken tijdstip. De stage beoordeling vindt op school plaats op een door de student genitieerd moment. STAGE LOPEN IN NEDERLAND VOOR BUITENLANDSE NIET EU-STUDENTEN Met ingang van 1 november 2006 is er voor buitenlandse studenten, met een nationaliteit anders dan de EU, de nieuwe Oost-Europese landen en Zwitserland, die aan een Nederlandse onderwijsinstelling studeren en in het kader daarvan in Nederland stage lopen, geen tewerkstellingsvergunning (TWV) meer nodig. In plaats van de TWV moet het stagebedrijf vanaf 1 november 2006 wel over een stageovereenkomst beschikken. De stageovereenkomst moet worden ondertekend door de stagiair, het stagebedrijf en de Nederlandse onderwijsinstelling.

Zie: http://www.nuffic.nl/international-students/docs/immigration/traineeship.pdf voor meer informatie. Deze overeenkomst, die het stagebedrijf moet kunnen tonen als de Arbeidsinspectie daar om vraagt, staat op de website van de Nuffic. Voor de Nederlandse versie klik op: www.nuffic.nl/nederlandse-organisaties/docs/cospa/cospa-stageovereenkomst1.doc De Engelse versie: www.nuffic.nl/nederlandse-organisaties/docs/cospa/cospa-stageovereenkomst2.doc

Dit format voor de stageovereenkomst, dat door de VSNU, HBO-raad en de Nuffic is opgesteld, is GEEN vrijwillig hulpmiddel. Gebruik hiervan is verplicht.



STAGEPERIODE OMVANG De stageperiode omvat minimaal 2 x 11 weken in twee verschillende bedrijven. Indien de stage in het buitenland wordt doorgebracht wordt over het algemeen, na schriftelijk verzoek aan de toetscommissie, toestemming verleend de 22 weken aaneengesloten bij hetzelfde bedrijf te doorlopen. In dat geval is afstuderen bij dit bedrijf uitgesloten. Een student die zijn stage in het buitenland gaat lopen, kan in aanmerking komen voor een subsidie. Meer informatie is in eerste instantie te verkrijgen bij de stageadministratie of bij The International Office of via de Portal van de Haagse Hogeschool. [email protected] of telefoonnummer 070- 4458505. BEZOEK EERSTEJAARS STUDENTEN AAN STAGIAIRS Stagiairs en/of bedrijfsmentoren kunnen benaderd worden door propedeuse studenten, die in het kader van een P1-project een bezoek komen afleggen aan de stagiair op de werkplek. Voor de P-student is dit een verplicht onderdeel van de studie. Daarom verzoeken wij de nodige medewerking te verlenen. Dit geldt alleen voor het najaarssemester ofwel het eerste semester van het schooljaar. Eveneens geldt dit alleen voor stages binnen Nederland.



2. STAGEOPDRACHT / STAGE ZOEKEN / EQUIBROWSER Er zijn drie manieren om een stage te zoeken:

1. via de Equibrowser op de studentenportal of 2. je zoekt zelf een stagebedrijf of 3. via de BlackBoard Course Stage Werktuigbouwkunde onder de sneltoets

voor direct aan de stagecordinator W gestuurde opdrachten. EQUIBROWSER In de loop van het jaar komen aanvragen van bedrijven bij de studierichtingen binnen, al dan niet als continuering van een opdracht die is uitgevoerd door een andere stagiair. Wanneer een bedrijf een stageopdracht heeft aangemeld, wordt deze eerst beoordeeld door de stagecordinator. Als de opdrachten zijn goedgekeurd worden ze ingevoerd in Equibrowser. Ben je genteresseerd in een bedrijf dat voorkomt in Equibrowser (met eventueel daaraan gekoppeld een opdracht), noteer dan het aanbiedingsnummer. Met deze gegevens kun je inschrijven bij de Stageadministratie. De Stageadministratie reserveert gedurende twee weken de aanbieding. Gedurende deze twee weken kun je contact opnemen met het bedrijf (sollicitatiebrief en orinterend gesprek). Ben je genteresseerd in een bedrijf waarbij geen stage wordt aangeboden, noteer dan het instellingsnummer. De stageadministratie zal vervolgens nagaan of een bedrijf is benaderd voor mogelijke stageopdrachten. Is dit niet het geval dan kun je zelf het bedrijf gaan benaderen. ZELF EEN STAGEPLAATS ZOEKEN Studenten kunnen voorstellen doen voor stageplaatsen in binnen- of buitenland. Hiervoor dient altijd tijdig vooraf contact te worden opgenomen met de stagecordinator. Aan de zelf te regelen stages zijn drie eisen verbonden:

1. De stageplaats en de te verrichtte werkzaamheden dienen op niveau te zijn; 2. Gedurende de stage moet er voldoende begeleiding in de vorm van een bedrijfsmentor

aanwezig zijn; 3. Vooraf moet een beschrijving van de stageopdracht ter goedkeuring naar de

stagecordinator gezonden worden. Aan het bedrijf worden geen eisen gesteld qua omvang, dus ook kleine bedrijven komen in aanmerking als stagebedrijf, mits goedgekeurd door de stagecordinator. Ter informatie Op de stageadministratie is een ordner aanwezig met evaluaties en adressen van bedrijven die door studenten zijn beschreven naar aanleiding van een eerdere stage. Gegevens over het beoogde niveau van de stage staan vermeld in de handleiding voor Bedrijfsmentoren welke te vinden is op de BlackBoard Cursus STAGE WERKTUIGBOUWKUNDE onder de sneltoets



3. VOORBEREIDING VOORTGANG Voor de voortgang en beoordeling van de uit te voeren stageopdracht dien je het formulier Definitieve aanmelding stage vr de uiterste inleverdata te hebben ingeleverd bij de stagecordinator. (zie SCHEMA VAN BEROEPSPRODUCTEN EN BESLISMOMENTEN) Met het zoeken van stageplaatsen moet dus tijdig worden begonnen. Houd hierbij rekening met de vakantieperiodes. GOEDKEURING STAGEOPDRACHT De stagecordinator beoordeelt aan de hand van de beschrijving van de student van het stagebedrijf en de verleende stageopdracht of beloofde stagewerkzaamheden en de al bekende historie met het bedrijf de opdracht op geschiktheid. De criteria daarvoor zijn in overeenkomst met de niveau bepaling van de competenties van de stage zoals beschreven in de voorbeelden op pagina 5 van deze stagehandleiding. De stagecordinator geeft toestemming voor de opdracht en het bedrijf, de studieadviseur geeft op een later moment toestemming of de student ook werkelijk op stage kan gaan. De studieadviseur zal beoordelen of de student(e) voldaan heeft aan de gestelde eisen. (Zie TOELATINGSEISEN STAGESEMESTER). Als de opdracht goedgekeurd is, krijgt het bedrijf daarvan schriftelijk bericht, waarbij een voorbehoud wordt gemaakt voor wat betreft de toestemming om op stage te mogen. Een kopie van deze brief krijgt de stagiair(e) ter informatie naar zijn/haar student-mailadres gemaild. STAGEPAKKET Vanwege de overgang naar het Competentie Gerichte Onderwijs zijn de diverse documenten en formulieren niet meer Academie breed maar specifiek voor de stage van Werktuigbouwkunde stagiair(e)s geschreven. Zij zijn allen te vinden op Blackboard in de course STAGE WERKTUIGBOUWKUNDE onder de toets Deze formulieren zijn:

Formulier eerstedag gegevens, Formulier bedrijfsbeoordeling, Omslag stagewerkplan/stageverslag / stage-tussenverslag, Formulier evaluatie stagebedrijf, Enquteformulier voor stage.



4. STAGEPERIODE EERSTEDAGGEGEVENS Het is voor de stagecoach van belang dat hij de meest recente gegevens over de bereikbaarheid van de stagiair(e) krijgt vr het stage bezoek. Daarom dient de stagiair het formulier eerstedag -gegevens' de eerste stageweek (per mail) in te dienen bij de stagecordinator. (zie SCHEMA VAN BEROEPSPRODUCTEN EN BESLISMOMENTEN) ( het gebeurt regelmatig dat de werkplek/het telefoonnummer en/of de bedrijfsbegeleider wijzigen. Dan kloppen de gegevens van het aanmeldingformulier niet meer. Vandaar het formulier eerstedag gegevens) STAGEWERKPLAN Het stagewerkplan is om vast te leggen wat de uitgangssituatie bij de stage is en hoe de opdracht is afgebakend: In welk kader wordt het werk gedaan; wat behoort wl en niet tot de opdracht? Het stagewerkplan moet opgevat worden als een voorverslag. Het bevat de volgende aspecten:

Een korte beschrijving van het bedrijf en de afdeling waarvoor de opdracht uitgevoerd wordt,

De globale opdracht (globale probleemstelling), De methode van aanpak van de opdracht, Een voorlopige hoofdstukindeling van het eindverslag, Een planning van de werkzaamheden met tijdschema, De verwachtingen over de resultaten van de opdracht, De ingevulde competentieset, Afwijkende afspraken dienen te worden vermeld. Dit is bijvoorbeeld het geval als het

uitgevoerde werk of de resultaten vertrouwelijk zijn en het stageverslag daarom op aangepaste wijze dient te worden behandeld.

Het stagewerkplan dient (als hardcopy) binnen twee weken na aanvang van de stage in het bezit te zijn van de stagecordinator. (zie SCHEMA VAN BEROEPSPRODUCTEN EN BESLISMOMENTEN) Het dient voorzien te zijn van de omslag Stagewerkplan (te vinden onder de map formulieren van de Blackboard course `Stage Werktuigbouwkunde`) en voor akkoord getekend te zijn door de bedrijfsmentor. Bij een buitenland stage mag het stagewerkplan gemaild worden. Mail een scan van het omslagblad mee! De stagecordinator verdeelt, na ontvangst van alle stage eerstedag gegevens en alle werkplannen, de stagebegeleidingen onder de docent-stagecoaches.



NIVEAU EN BEGELEIDING Het is de bedoeling dat je n (of meer) stageopdracht(en) krijgt van voldoende niveau (het niveau is ter beoordeling van de stagecordinator). Tijdelijke inzet bij standaardwerk kan hierbij soms nuttig zijn. Hoewel een ruime mate van zelfstandigheid bij de uitvoering verwacht mag worden is regelmatige begeleiding door een bedrijfsmentor onontbeerlijk. Er bestaat altijd een mogelijkheid dat er problemen ontstaan, bijvoorbeeld: - je vindt het niveau van het werk te laag voor iemand met propedeuse en middenfase; - de begeleiding door de mentor is onvoldoende. Probeer hier eerst zelf een oplossing voor te vinden. Wacht niet te lang, maar handel ook niet te overhaast. De juiste volgorde is: - praat eerst met je mentor, daarna eventueel met de afdelingschef of degene die de stages

binnen het bedrijf regelt; - leidt dit niet tot een bevredigende oplossing, neem dan contact op met je stagecoach.

BEZOEK STAGECOACH De stagiair(e) initieert en organiseert het stagebezoek, bij voorkeur, in de vijfde tot zevende week van de stage. (zie SCHEMA VAN BEROEPSPRODUCTEN EN BESLISMOMENTEN) Hij informeert bij zowel de bedrijfsbegeleider als de stagecoach naar hun beschikbaarheid. Voorwaarde is dat de stagecoach zowel als de bedrijfsbegeleider het stagewerkplan heeft kunnen doornemen. Tijdens het bezoek verzorgt de stagiair(e) een beknopte presentatie met betrekking tot:

het stagewerkplan zijn/haar ervaringen in het bedrijf de tussentijdse stand van zaken en voortgang in relatie tot het stagewerkplan en het werk de competentieset en competentie ontwikkelingen.

Bereid je presentatie voor m.b.v. meetresultaten, een korte demonstratie, enz. Eventuele knelpunten, zowel van de kant van het bedrijf als van de student, komen eveneens tijdens het gesprek aan de orde. Het stagebezoek heeft verder tot doel het contact tussen instelling, bedrijf en student te onderhouden en te informeren naar toekomstige mogelijkheden voor stage- en afstudeeropdrachten. Studenten die een buitenlandse stage volgen worden niet bezocht door de stagecoach. De stagecoach maakt via de mail afspraken met de student over de voortgang.



5. VERSLAGLEGGING STAGE VAN 22 WEKEN

Bij een stage van 22 weken wordt van de student binnen 12 weken na aanvang van de stage een tussentijds verslag verwacht. (zie SCHEMA VAN BEROEPSPRODUCTEN EN BESLISMOMENTEN) Het tussentijds verslag bevat rapportage over de eerste opdracht c.q. eerste deel van de opdracht, dat min of meer is afgerond. Ook de ervaringen van de stagiair in het bedrijf en de tussentijdse stand van zaken en voortgang in relatie tot het stagewerkplan en het werk dienen te worden beschreven.

Ook het tussenverslag wordt omvat door de omslag, en wordt door de bedrijfsmentor getekend. In geval van een buitenlandstage mag de tussenrapportage gemaild worden. Verstandig is het omslagblad met de handtekening van de bedrijfsbegeleider te scannen en mee te mailen. Zo geeft de stagiair(e) aan dat de tussenrapportage door het bedrijf is gelezen en goedgekeurd. EINDVERSLAG Het verslag moet voldoen aan de indeling volgens de richtlijnen die verstrekt zijn door de opleiding. In het eindverslag is naast de gebruikelijke onderdelen in ieder geval opgenomen: een beschrijving van de opdracht of toegewezen werkzaamheden welke zijn uitgevoerd

gedurende de stage. De beschrijving en resultaten van onderzoek, ontwerpen, berekeningen en de context waarin

zij gedurende de stage zijn uitgevoerd. Evaluatie van de in het stagewerkplan beschreven aspecten. De competentieset en de competentie ontwikkeling gedurende de stage. Bij het eindverslag moet ook het door de bedrijfsmentor ingevulde en ondertekende formulier bedrijfsbeoordeling gevoegd worden. Het eindverslag dient, voorzien van de omslag Stageverslag en voor akkoord getekend door de bedrijfsmentor, binnen drie werkdagen na beindiging van de stage in het bezit te zijn van de stagecoach (zie SCHEMA VAN BEROEPSPRODUCTEN EN BESLISMOMENTEN) De coach beoordeelt het rapport in principe binnen twee werk weken na ontvangst. (de vakantieperiodes niet meegerekend). Stageverslagen zonder (ondertekende) omslag worden niet in behandeling genomen. Bij te late inlevering kan de stage door de stagecordinator ongeldig verklaard worden. Wanneer een verslag door de stagecoach wordt afgekeurd, beoordeelt hij/zij of het verslag eventueel aangevuld of verbeterd kan worden. Daarbij wordt een nieuwe inleverdatum vastgesteld. Indien aanvulling of verbetering niet mogelijk is of als deze wordt afgekeurd, wordt de stage als onvoldoende gehonoreerd. Dat betekent dat de stage moet worden overgedaan.



6. AFRONDING EINDGESPREK / BEOORDELING Na de beoordeling van de rapportage van de stage dient tussen de stagecoach en de stagiair ter evaluatie van de gelopen stage een afspraak gemaakt te worden. Het initiatief voor het maken van deze afspraak ligt bij de student. De eindbeoordeling is gebaseerd op een aantal aspecten en vindt pas plaats als alle beroepsproducten zijn ingeleverd en alle beslismomenten zijn gepasseerd. De beoordelingsaspecten met daarachter hun weegfactor zijn:

het stagewerkplan, 15% de presentatie tijdens het stagebezoek of het tussenverslag, 15% het stage eindverslag, 40% de bedrijfsbeoordeling, 15% De competentieset en de verantwoording daarvan. 15%

De totale beoordeling van een stageperiode wordt uitgedrukt in een cijfer met maximaal n decimaal. Uiterlijk ten tijde van het eindgesprek levert de student het stage-evaluatieformulier en de stage-enquete in bij de stagecoach. STUDIEPUNTEN Voor beide stages worden 15 studiepunten toegekend. En stage van 22 weken levert 30 studiepunten op.



7. OVERZICHT BELANGRIJKE DATA Najaarssemester: Stagiairs shift 1 Inleveren Definitieve Aanmelding : vrijdag 24 mei 2013 (week 6 blok H2.2) Data stageperiode : maandag 2 september 2013 t/m vrijdag 15 november 2013 Inleverdatum eindverslag : uiterlijk woensdag 20 november 2013 Stagiairs shift 2 Inleveren Definitieve Aanmelding : vrijdag 11 oktober 2013 (week 6 blok HS.1) Aanvang stage : maandag 18 november 2013 t/m vrijdag 7 februari 2014 Inleverdatum eindverslag : uiterlijk woensdag 12 februari 2013 Voorjaarssemester: Stagiairs shift 3 Inleveren Definitieve Aanmelding : vrijdag 10 januari 2014 (week 6 blok H2.2) Aanvang stage : maandag 10 februari 2014 t/m vrijdag 25 april 2014 Inleverdatum eindverslag : uiterlijk woensdag 30 april 2014 Stagiairs shift 4 Inleveren Definitieve Aanmelding : vrijdag 21 maart 2014 (week 6 blok HS.1) Aanvang stage : maandag 28 april 2014 t/m vrijdag 11 juli 2014 Inleverdatum eindverslag : uiterlijk woensdag 16 juli 2014 Alle informatie voor de Werktuigbouw stagiairs is terug te vinden in de BlackBoard Course Stage Werktuigbouwkunde



8. MET WIE KRIJGT DE STAGIAIR(E) TE MAKEN DE STAGECORDINATOR De stagecordinator is het aanspreekpunt voor bedrijven die een stageopdracht aanbieden. Hij/zij geeft in het semester voorafgaand aan de stage van de stageadministratie voorlichting over het stagesemester. Ook wijst hij/zij per student een stagecoach toe (de coaches worden via de stageadministratie, maar ook via een mail van de cordinator bekend gemaakt). De stagecordinator controleert vooraf het niveau van de stageopdracht. DE STAGECOACH De stagecoach begeleidt de stagiair gedurende de stageperiode. De stagecoach is het aanspreekpunt voor de student gedurende de stage. Gedurende de stage brengt de stagecoach een bezoek aan het bedrijf. DE BEDRIJFSMENTOR Deze treedt namens het bedrijf op als begeleider van de student. De bedrijfsmentor adviseert, stuurt bij en geeft introducties voor de in het kader van de opdracht benodigde contacten binnen en eventueel buiten het bedrijf. Bij problemen neemt de bedrijfsmentor contact op met de stagecoach. STAGE- EN AFSTUDEERADMINISTRATIE Bij de stageadministratie kun je terecht voor informatie over stage en afstuderen. Stageadministratie : kamer 1.113 vestiging Delft Telefoonnummer : 015 - 260 63 80 Faxnummer : 015 - 260 62 01 E-mail-adres : [email protected] Openingstijden : maandag, dinsdag, donderdag, vrijdag 10.00 14.00 uur TOETSCOMMISSIE Deze commissie is ingesteld voor het afnemen van examens en de organisatie en de cordinatie van de tentamens als bedoeld in art. 7.12 van de WHW. De samenstelling van de toetscommissie is te vinden op de studentenportal. Haar e-mail adres is [email protected]



9. INFORMATIE CONTACTPERSONEN De stagecordinator is: ing. R.N. van Rest 015 260 62 56 [email protected] De stageadministratie mevr. ?????? 015 260 63 80 wordt beheerd door: [email protected] De studieadviseurs zijn: ing. R.T.A. van der Lans 015 260 62 48 [email protected] en: ing. G. Docters van Leeuwen 015 260 62 45 [email protected] De teamleider: drs. ing. A. Bostelaar 015 260 62 67 [email protected]

2013-2014 Handleiding Stage Werktuigbouwkunde

Documents

Transcript of 2013-2014 Handleiding Stage Werktuigbouwkunde