1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24...

34
2015 UITPANDIGE ELEMENTEN 1.6 1.6.0. Algemeen 1 0.1. Inleiding 1 0.2. Portalen en aanbouwen 2 0.3. Serres en veranda’s 3 0.4. Luifels, overkappingen en marquises 5 0.5. Balkons en erkers 8 0.6. Stoepen en trappartijen 13 0.7. Literatuur 15 1.6.1. Inspectie 16 1.1. Methode en aanwijzingen 16 1.2. Gebreken aan portalen en kleine aanbouwen 18 1.3. Gebreken aan serres en veranda’s 18 1.4. Gebreken aan luifels, overkappingen en marquises 19 1.5. Gebreken aan balkons en erkers 19 1.6. Gebreken aan stoepen en trappartijen 20 1.6.2. Rapportage 22 2.1. Algemeen 22 2.2. Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3. Herstel 32 3.1. Algemeen 32 3.2. Werkzaamheden 32 3.3. Nuttige adressen 32 i

Transcript of 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24...

Page 1: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

1.6.0. Algemeen 1 0.1. Inleiding 1 0.2. Portalen en aanbouwen 2 0.3. Serres en veranda’s 3 0.4. Luifels, overkappingen en marquises 5 0.5. Balkons en erkers 8 0.6. Stoepen en trappartijen 13 0.7. Literatuur 15

1.6.1. Inspectie 16 1.1. Methode en aanwijzingen 16 1.2. Gebreken aan portalen en kleine aanbouwen 18 1.3. Gebreken aan serres en veranda’s 18 1.4. Gebreken aan luifels, overkappingen en marquises 19 1.5. Gebreken aan balkons en erkers 19 1.6. Gebreken aan stoepen en trappartijen 20

1.6.2. Rapportage 22 2.1. Algemeen 22 2.2. Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3. Herstel 32 3.1. Algemeen 32 3.2. Werkzaamheden 32 3.3. Nuttige adressen 32

i

Page 2: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

1.6.0 Algemeen

0.1 Inleiding

Uitpandige elementen is een moeilijk te benoemen categorie bouwdelen. Als je rondkijkt ondek je een grote verscheidenheid aan elementen met zeer verschillende vormen, constructies en materialen. Het begint al met kerken waar men vanaf de 16e eeuw begonnen is met het plaatsen van portalen voor belangrijke ingangen. Een periode die bijzonder rijk is aan uitpandige elementen is de Jongere Bouwkunst van 1850 tot 1940. In deze moduul kan niet meer dan een zeer beknopte samenvatting worden gegeven van deze categorie bouwdelen. Een ander probleem is wat er precies onder het begrip uitpandig element valt. Waar begint een uitpandig element en waar houdt het op. In deze moduul zal dit aan de hand van voorbeelden zo nauwkeurig mogelijk worden aangegeven, maar er blijft een grijs gebied over, waardoor scherpe grenzen niet altijd te trekken zijn. Daarnaast zijn er altijd uitzonderingen die de regel bevestigen. Belangrijk is voldoende aandacht voor deze onderhoudsgevoelige en kwetsbare elementen.

1

Afbeelding 1Een veranda als

karakteristiek uitpandig element

van een 19e eeuwse villa in Assen. Door de combinatie van

materialen, decoratie en

schilderwerk een zeer onderhouds-

gevoelig en kwetsbaar element.

De materialen die toegepast zijn bij uitpandige elementen worden allemaal uitvoerig behandeld in de andere modulen van het Inspectiehandboek. De meest belangrijke zijn:- Moduul 1.1 Fundering voor de funderingen van serres en trappartijen.- Moduul 1.2.1 Gevels - baksteen en 1.2.2 Gevels - natuursteen voor metselwerk van erkers en de opbouw van trappartijen en stoepen. - Moduul 1.7.2 Schilderwerk voor het schilderen van hout, ijzer en staal bij serres en luifels. - Moduul 2.2.1 Kapconstructies - hout voor de aantasting van hout door schimmels en insecten.- Moduul 2.2.2 Dakbedekking - pannen en 2.2.3 Dakbedekking - leien voor dakbedekking op portalen.- Moduul 2.2.4 Dakbedekking - metalen voor de bekleding van lood bij erkers, zink van roeven- daken bij serres en veranda’s.- Moduul 2.3 Loodaansluitingen voor de aansluitingen van uitpandige elementen op het gebouw. Waar dit zinvol is zal per paragraaf naar de betreffende modulen worden verwezen.

Page 3: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

2

0.2 Portalen en kleine aanbouwen

AlgemeenVeel middeleeuwse kerken waren belangrijk als overdekte openbare gelegenheid waar mensen bij elkaar kwamen. Men liep de kerk in- en uit. Om de kerken te verfraaien en om tocht in de onverwarmde kerken zoveel mogelijk te weren, werden portalen tegen de kerk geplaatst. Portalen komen in allerlei vormen en groottes voor. Meestal is het een eenvoudige rechthoekige bouwmassa, die tussen steunberen tegen de oude ingang is geplaatst. Vooral bij dorpen en in kleine steden zijn naderhand tegen de toren of de kerk kleine aanbouwen geplaatst als baarhuisje of voor het onderbrengen van de brandspuit. Juist deze aanbouwen verdienen extra aandacht omdat ze het belang en gebruik van het gebouw illustreren. Veel van deze aanbouwen zijn helaas verdwenen bij eerdere restauraties omdat men deze aanbouwen als storend ervaarde. Hierdoor zijn oude kerken helaas steeds meer op een presenteerblaadje komen te staan.

MateriaalgebruikPortalen weerspiegelen de bouwtijd en het materiaalgebruik. In de 16e eeuw zien we prachtige voorbeelden van de Hollandse renaissance met het gebruik van baksteen afgewisseld met speklagen van zandsteen. Portalen uit het begin van de 16e eeuw vielen meestal samen met de herbouw of uitbreiding van de kerk en werden in hetzelfde materiaal opgetrokken. In de 17e eeuw en 18e eeuw werden bij portalen veel frontons toegepast als bekroning van de ingang. Waren de deuren oorspronkelijk samengesteld als ongeschilderde eiken strokendeuren, later worden het paneeldeuren, die in dekkende kleuren geschilderd werden. De vormgeving volgt de mode van de tijd, zie moduul 1.5 Deuren, poortjes en toegangen. Voor de daken werd in de 17e eeuw vaak gekozen voor leien, geglazuurde pannen met keper- en noklood. Bij bijzondere dakvormen werd lood verwerkt. In de 19e eeuw zien we ook bij portalen de toepassing van zinken losanges. Eenvoudige portalen en aanbouwen bij dorpskerken werden bijna altijd voorzien van een eenvoudig lessenaarsdak gedekt met dakpannen. Zie voor dakbedekkingen verder de modulen 2.2.2 t/m 2.2.4 voor de verdere bijzonderheden.

Afbeelding 2Het portaal in

Hollandse renaissance aan de oostkant van de Westerkerk in

Enkhuizen, toegevoegd

in 1603.

Afbeelding 3Een eenvoudig

portaal in de vroege 19e eeuw toegevoegd aan

de middeleeuwse dorpskerk van

Meeden in Groningerland.

Page 4: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

3

Een probleem bij veel portalen is de kapconstructie. De kleine kappen zijn aan de onderzijde afgetimmerd en niet bereikbaar. Er is geen zicht op gebreken en lekkages. Vooral de afvoer van hemelwater kan een probleem zijn bij zakgoten die zich achter en langs de kappen tegen de kerkmuren bevinden. Het plaatsen van een opliggende luikje op een onopvallende plaats is vaak mogelijk.

0.3 Serres en veranda’s

AlgemeenNa 1840 veranderde de wooncultuur sterk. Er ontstond een veel vrijere relatie tussen huizen, villa’s en buitenplaatsen met de tuin of het park, die sterk beïnvloed werd door de Engelse landschapsstijl. Gebouwen kregen behalve balkons, door invloeden uit de tropen, ook veranda’s, pergola’s, loggia’s en serres. Hierdoor had men beschut een ruim uitzicht op de tuin of het park. Veel renteniers uit Nederlands-Indië lieten villa’s bouwen met veranda’s en serres.

SerresHet woord “serre” is direct ontleend aan het Frans en betekent eigenlijk plantenkas. Het is een overdekte aanbouw die geheel voorzien is van glas en in die zin een verlengstuk van de salon of de kamer-en-suite.Evenals het gebouw zelf, zijn serres als uitpandig element gefundeerd en meestal voorzien van een balklaag met een vloer. Na 1900 werd dit vaak een betonnen vloer.Serres hebben houten puien voorzien van vaste ramen en in de as dubbele deuren die naar de tuin leiden. Tussen de kamer of salon en de serre bevinden zich eveneens dubbele glasdeuren of schuifdeuren. Serres hebben altijd een borstwering. Deze borstwering van smalle houten delen is opgenomen in het stijl- en regelwerk van de puien. De puien zijn bijna altijd voorzien van boven- en benedenramen met een wisseldorpel of een vast kalf. In de as van de pui zijn naar

Afbeelding 4Een vrij zeldzame

veelhoekig uitgebouwde serre

van een villa aan de Zutphense-

straatweg in Dieren (Gld). Deze serre is

ook voorzien van een balkon.

Afbeelding 5Een eenvoudig gedetailleerde

serre achter een woonhuis aan

de Koestraat in Zwolle. Deze serre

is voorzien van een houten vloer met een kruipruimte.

Voor de serre een open trap met

hardstenen treden.

Page 5: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

4

binnendraaiende dubbele glasdeuren opgenomen. Was het niveauverschil tussen de vloer van de serre en de tuin te groot, dan werd een trapje of een bloktrede aangebracht.Serres zijn voorzien van een gesloten dak uitgevoerd als zinken plat en vaak later voorzien van teermastiek of een bitumineuze dakbedekking. Voor de flauwhellende daken zonder een balkon werden meestal zinken roevendaken toegepast, omdat hierbij een lichte kapconstructie volstaat. Veel serres werden benut voor een balkon, zie afbeelding 4. Soms had het balkon de oppervlak van de serre, maar in andere gevallen is het oppervlak van het balkon veel kleiner, vaak hoger geplaatst met schuine dakvlakken van het balkon naar de omtrek van de serre. De dakvlakjes zijn vaak bezet met zinken losanges of loden leien.

Veranda’sHet woord veranda, “overdekte aanbouw”, is ontleend aan het Engelse verandah, dat teruggaat op een oud woord varanda dat “balustrade” betekent. Dit komt overeen met de huidige betekenis als een open, maar overdekte aanbouw, afgezet met een balustrade. Behalve veranda’s heb je ook nog open aanbouwen onder de naam “pergola’s”, een begroeide aanbouw. De naam hiervan gaat terug op het Latijnse “pergula”, dat doorgangetje betekent.Kenmerkend voor een veranda is dat deze aan alle zijden, of in ieder geval aan de voorzijde open is. Ook is een veranda zo licht mogelijk geconstrueerd. Vaak zijn alleen de stijlen op een poer als fundering geplaatst. Er is meestal een niveauverschil tussen de vloer van de villa of buitenplaats en de veranda. Vloeren van een veranda werden belegd met tegels, die in de 19e en 20e eeuw in veel variaties te leveren waren, zie hiervoor moduul 3.2 Dragende constructies - vloeren.Een scherpe grens tussen veranda’s en serres is niet te trekken. Vaak zijn de open veranda’s later alsnog dichtgezet met glas en omgevormd tot een serre.Om zoveel mogelijk licht toe te laten werd de kap van glas voorzien. Op de houten ribben werden patentroeden aangebracht, waartussen de ruiten met draadglas werden geplaatst en vastgeklemd, zie hiervoor ook moduul 2.5 Dakopeningen paragraaf 0.3 Lantaarns, lichtkappen en legramen.

Afbeelding 6Een volledig

gefundeerde veranda in de oksel

van een grote villa uit 1927. Deze

veranda is voorzien van een gesloten

dak, omzoomd door een

gereduceerde kroonlijst. Het plat heeft een

bitumineuze dakbedekking. Op de neuslijst zinken

deklijsten.

TerrassenOnder terrassen verstaan we niet overdekte verhogingen tegen het gebouw, maar wel volledig gefundeerd en belegd met natuursteen of gebakken tegels, waarbij het niveauverschil met het maaiveld op één of meerdere plaatsen wordt overbrugd door treden. De naam terras is in de 17e eeuw ontleend aan het Franse woord “terrasse” dat weer teruggaat op het Latijnse woord

Page 6: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

5

“terra”, dat aarde betekent. Terrassen bij grote buitenplaatsen kunnen ook onderkelderd zijn. Deze kelders zijn dan toegankelijk vanuit het souterrain. Omdat terrassen niet overdekt zijn, is de waterhuishouding bijna altijd een probleem. De afdekking was vroeger niet goed waterdicht te krijgen. Ook zijn door achterstallig onderhoud de voegen tussen de afdekking weggesleten. Bij kelders onder terrassen is dit aan de binnenzijde hinderlijk zichtbaar in de vorm van loslatend of weggevallen pleisterwerk. Om de waterhuishouding op orde te krijgen, moet de gehele afdekking worden losgenomen. Bij kelders is een waterdichte bitumenlaag op afschot met afvoeren noodzakelijk. Bij niet onderkelderde terrassen volstaat in veel gevallen een waterafvoerende laag van geëxpandeerde kleikorrels en een afvoer van het regenwater uit deze laag.

0.4 Luifels, overkappingen en markiezen

LuifelsLuifels zijn niet zelfstandige bouwdelen voor de bescherming tegen het weer, bevestigd tegen de gevel van een gebouw. Een luifel is dus altijd verankerd aan het gebouw, maar kent geen aparte stijlen of kolommen ter ondersteuning. Dan wordt het een overkapping.

Afbeelding 7Terras bij een

historische buitenplaats,

waarbij de dekstenen zijn

verwijderd en een laag

geëxpandeerde kleikorrels is

aangebracht voor een betere afvoer

van het water.

Afbeelding 8Reconstructie van een luifel aan een

middeleeuws huis in het Archeon in

Alphen aan den Rijn. Op de klapluiken

konden de waren uitgesteld

worden die de ambachtsman vervaardigde.

Page 7: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

6

Luifels zijn al bekend uit de middeleeuwse steden. Omdat de luifels uitstaken boven de stoep die ook eigendom was van de ambachtsman, zien we op oude prenten van steden tot ver in de 17e eeuw dat aan de gevels luifels werden aangebracht. De luifels werden samengesteld uit eikenhout en beschermden de uitgestalde handelswaar van de ambachtsman. Met de verstening van de oude houten gevels verdwenen ook de meeste luifels. Luifels waren niet alleen onderhoudsgevoelig, maar in de smalle straten ook kwetsbaar voor beschadiging door langsrijdende hoog opgetaste wagens met goederen. Stoeppalen met schamppalen moesten dit verhinderen.

In de 17e en 18e eeuw werden in de steden bij waaggebouwen luifels toegepast boven de grote toegangsdeuren. Onder deze luifels konden de balken naar buiten geschoven worden waaraan de waag hing om goederen te wegen.Met de opkomst van de spoorwegen werd het veel gemakkelijker om goederen over land te vervoeren. Bijna elk station kreeg een kleine of grotere goederenloods. Ook veel fabrieken kregen een aansluiting op het spoor. Langs het losspoor lagen de loodsen voor de aan- en afvoer van goederen. De ruimte tussen de gesloten goederenwagons en de loods werd dan voorzien van een luifel voor het droog naar binnen brengen van de goederen. Bij goederenloodsen van de spoorwegen was meestal geen sprake van een aparte luifel maar stak het dak door middel van schoorspanten zover uit dat ook een luifelconstructie ontstond die één geheel vormde met de kap van de loods. Luifels kunnen naar de gevel toe of van de gevel af hellend zijn gemaakt. Bij naar de gevel hellende luifels is tegen de gevel een zakgoot aangebracht. Als deze in slechte staat verkeert of niet regelmatig wordt schoongemaakt, zorgt deze voor veel problemen.

Afbeelding 9Een lange luifel die

de hoofdingang van het station in

Haarlem markeert. In de luifel een knik

met een zakgoot die het water

afvoert.

Luifels werden in de 19e eeuw gemaakt uit samengestelde profielen die met schetsplaten aan elkaar werden geklonken. Om de constructie zo licht mogelijk te houden werden de luifels meestal voorzien van gegolfd plaatijzer. Zwaardere en ver uitstekende luifels werden aan de gevel verankerd met zware bouten die door de dikte van de muur liepen en aan de binnenzijde van de muur voorzien waren van een grote metalen plaat voor het verdelen van de krachten.

Page 8: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

7

OverkappingenOverkappingen vinden we in allerlei vormen. Er zijn overkappingen als zelfstandig bouwwerk, denk aan vishallen in steden en de soms zeer grote overkappingen van de perrons op stations. In verband met de ijzeren kapconstructies van deze perronoverkappingen, wordt hieraan aandacht besteed in moduul 2.1.2 Kapconstructies - ijzer. In deze moduul verstaan we onder overkappingen toegevoegde ondergeschikte elementen die tegen een gebouw zijn geplaatst, ondersteund door kolommen of stijlen. Ook galerijen tegen een hoger opgaand gebouw kunnen opgevat worden als een vorm van overkapping. Een bekend voorbeeld is de rondgaande galerij op de binnenplaats van het Pesthuis in Leiden, voorheen onderdeel van Museum Naturalis.

Veel overkappingen vinden we bij eenvoudige stations, meestal uitgevoerd in hout met schoorspanten, zie afbeelding 11.

Afbeeding 11Een perron-

overkapping uitgevoerd in hout op het station van

Lunteren (Gld) gebouwd in 1902.

Afbeelding 10Een kenmerkende

naar buiten aflopend

luifelspant, samengesteld uit

profielstaal en met schetsplaten aan

elkaar geklonken.

Page 9: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

8

MarkiezenMarkiezen zijn eigenlijk korte luifels. In de 19e eeuw werd de naam markies, ook wel benoemd als “marquise”, gebruikt voor afzonderlijke niet door stijlen ondersteunde kapjes boven deuren en balkons. Ze werden in of tegen de muur van het gebouw bevestigd. Markiezen waren bedoeld om droog te staan bij een deur. Het materiaalgebruik kan zeer verschillen, variërend van een houten kapje met leipannetjes, zie afbeelding 12 tot een fragile gietijzerconstructie met zoveel mogelijk glas zoals in afbeelding 13. Bij hellend glas in gietijzeren roeden, blijft bij niet goed onderhouden schilderwerk gemakkelijk water in de sponning hangen met roestvorming en het kapotspringen van de ruiten als gevolg.

0.5 Balkons en erkers

Balkons

AlgemeenOnder balkons verstaan we een uitgebouwd plateau op de verdieping van een gebouw. Balkons kunnen omsloten zijn door een borstwering, balustrade of een leuning. Balkons zijn alleen toegankelijk door een deur vanuit het gebouw.Meestal hebben balkons een geringe afmeting. Veel balkons bevinden zich op een in het oog lopend punt van het gebouw, in een zichtlijn, boven een ingang of in de as van het gebouw of een vooruitspringend bouwdeel, de zogenaamde risaliet.Balkons zijn kwetsbaar omdat ze van alle zijden blootgesteld zijn aan weer en wind. Ook is de afvoer van water een probleem, zeker bij balkons die omsloten zijn door een borstwering.Behalve uitpandige balkons zijn er ook inpandige balkons, de zogenaamde “loggia’s” een woord dat teruggaat op het Franse “loge” dat schuilplaats of zuilengang betekent. Deze loggia’s waren populair bij landhuizen uit het einde van de 19e en de eerste helft van de 20e eeuw. Balkons

Afbeelding 12Wat uitvoering en

materiaal betreft geheel andere

markies bij een woning in het

Snouck van Loosenpark in

Enkhuizen, aangelegd in

1895-’97.

Afbeelding 13Een fraaie markies

voor de toegang naar het

St. Servaasklooster in Maastricht.

Fragile gietijzeren constructie

voorzien van glas.

Page 10: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

9

kunnen ook voorzien worden van een overkapping, waardoor een veranda-achtige constructie ontstaat, zie afbeelding 15. Ook populair waren erkers op de eerste verdieping die op de tweede verdieping voorzien werden van een balkon. Er kunnen dus allerlei combinaties voorkomen van balkons en erkers.

ConstructieBalkons kunnen van zeer verschillende materialen zijn geconstrueerd. Tot ver in de 19e eeuw waren de buiten de gevel stekende balkonliggers van hout. In de tweede helft van de 19e eeuw werden dat ijzeren INP-balken, keurig gemaskeerd door een omtimmering of stucwerk. De houten vloer is meestal niet of nauwelijks afwaterend aangebracht en afgedekt met zink.

Balkons kunnen ook geschoord worden door driehoekige consoles van hout. Vooral rond 1900 werd deze constructie veel toegepast, zie afbeelding 15. De driehoekige consoles werden met ankerbouten verankerd in het metselwerk. Bij brede balkons werden twee of meer balken over de consoles gekeept voor een stevige vloer.Balkons konden ook worden ondersteund door voluten. Vooral deze voluten of consoles kennen een zeer verschillend materiaalgebruik. Dit varieert van massieve kunststeen tot holle terra-cotta zonder dragende functie, uitgekraagd metselwerk al dan niet voorzien van pleisterwerk of zinken voluten of consoles zonder dragende functie. Balkons hebben rondom een neuslijst om te zorgen dat het water er niet aan alle kanten vanaf loopt. Het afvoeren van regenwater is tevens het kwetsbare punt van veel balkons. De balkons hebben geen afschot waardoor gemakkelijk vervuiling optreedt en de vaak toch al te kleine afvoer verstopt raakt. Vlonders op de balkons verergeren meestal dit probleem. Een ander probleem is dat de opstand bij het deurkozijn naar het balkon vaak te laag is. Bijna altijd ontstaan daar lekkages met ernstige gevolgen voor de draagbalken door houtrot of het doorroesten van de liggers.In de 2e helft van de 19e eeuw werd algemeen zink toegepast voor het waterdicht afwerken van balkons. Grote zinken platten, groter dan 6 à 7 m2 moeten tegen opbollen en opwaaien

Afbeelding 15Een veranda-achtig balkon aan de vm.

Huishoudschool uit 1894-’95, naast het Vondelpark in

Amsterdam. Een rijk gedetailleerde

houtconstructie, maar wel heel onderhouds-

gevoelig.

Afbeelding 14Een fraai balkon,

voorzien van een volledige kroonlijst, ondersteund door

twee zuilen van de zogenaamde “composietorde”.

Op het balkon een gietijzeren hek. Let

op de afvoer met vergaarbaak rechts

die het water uit het pijpje opvangt.

Page 11: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

10

voorzien zijn van platte schuifklangen in het midden van het plat. Zie voor het aanbrengen van zinken platten afbeelding met de detaillering in moduul 2.2.4 Dakbedekking - metalen paragraaf 0.6 Dakbedekking in zink met aansluitingen. Na de Tweede Wereldoorlog werd versleten of beschadigd zink vervangen door teermastiek en later de bitumineuze dakbedekking. De opstanden zijn dan afgewerkt met zinken deklijsten of de minder duurzame aluminium daktrimmen. Veel van deze bedekking is inmiddels weer aan vervanging toe. Omdat zink duurzamer is, wordt bij onderhoud en restauratie weer opnieuw zink toegepast. Soms is het oude zink nog onder de bitumineuze dakbedekking aanwezig.Bij balkons met een kwetsbare detaillering bij de aansluiting wordt sinds enkele jaren ook gebruikt gemaakt van membramen van EPDM-rubber, rondom voorzien van zinken deklijsten. Een duurzame oplossing, mits zorgvuldig ingemeten en gelast.

Afbeelding 16Een balkon

uitgevoerd in Jugendstil aan de

Plantage in Kampen. Het balkon bestaat uit één grote hardstenen

plaat, ondersteund door fraai gedetail-leerde hardstenen

consoles. De stijlen van het smeedijzeren

hek zijn met lood vastgezet in de hard-

stenen balkonplaat.

Elk balkon is voorzien van een begrenzing in de vorm van een eenvoudig hek uitgevoerd in hout of giet- of smeedijzer of een zwaardere balustrade met een reling en gedraaide balusters. Op de hoeken staan bij deze balustrades als afsluiting postamenten met een afdekplaat, zie afbeelding 4. Houtwerk van balkonhekken is zeer gevoelig voor aantasting door houtrot. Zorg daarom dat houtwerk overal afwaterend gedetailleerd wordt bij onderhoud of restauratie. Vermijd zoveel mogelijk capillaire naden. Met een kleine aanpassing van detaillering zijn in veel situaties staande naden bij het samenstellen van houten onderdelen mogelijk. Voor een duurzamer resultaat wordt ook wel gekozen voor iroko of merbau. Merbau moet vooraf wel behandeld worden tegen bloeden!Giet- en smeedijzer moet goed in de verf gehouden worden. Slecht onderhoud van het schilderwerk zorgt voor vrije roest. Als deze bij regen afdruipt op het zink, wordt het zink versneld aangetast. Balkons kunnen ook voorzien zijn van een gemetselde borstwering. Bij villa’s uit de 20-er en 30-er jaren van de 20e eeuw komen deze regelmatig voor. Deze balkons hebben een zinken bak die aansluit op de borstwering. Een kwetsbaar en onderhoudsgevoelig element bij deze balkons is

Afbeelding 17Consoles van

crèmekleurige terra-cotta onder

een balkon van een woonhuis uit 1895

aan de Singelgracht in Amsterdam. De

consoles zijn hol en zijn feitelijk de bekleding van de

draagbalken.

Page 12: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

11

de aansluiting met muurlood op het metselwerk. Ook watert de bovenzijde gemakkelijk in. Door de bovenzijde iets bol af te werken met een gewapende mortel, wordt inwateren voor een groot deel voorkomen. Gevoelig voor verstoppingen bij deze balkons zijn ook de doorvoeren voor het regenwater.

Balkondeuren zijn meestal uitgevoerd als glasdeuren, zie hiervoor moduul 1.5 Deuren - poortjes - toegangen bladzijde 14. De onderdorpels zijn dan bekleed met lood. Juist onder deze onderdorpels ontstaat gemakkelijk houtrot door het capillair opzuigen van water. Een vast controlepunt bij inspecties. Zie ook afbeelding 30 en 31.

Erkers

AlgemeenNa 1880 ontstond een enorme bouwactiviteit door de uitbouw van alle grote steden. Na het algemeen verspreide eclecticisme, greep men terug naar allerlei elementen uit de Hollandse renaissance van de 16e en het begin van de 17e eeuw, bekend als neorenaissance. Neorenaissance gebouwen worden gekenmerkt door bakstenen gevels met speklagen, rijk bewerkte topgevels met klauwstukken en veel ornamenten met geboorte- en sluitstenen. Als nieuw element bij de rijkere stadshuizen was de erker populair, meestal een houten uitbouw, maar ook gemetselde erkers komen voor. Een erker verschafte de mogelijkheid om naar twee zijden een straat in te kijken. Veel erkers werden voorzien van een vaste vensterbank als zitje.Het woord erker is ontleend aan het Latijnse woord “arcuaria” met de betekenis van schietgat, “arcus” ofwel boog. In ons woord arcade vind je het ook terug.In de jaren ’30 van de twintigste eeuw werden erkers op de begane grond populair bij de wat grotere woonhuizen, vaak in een parkachtige omgeving of langs lanen gesitueerd.Een erker is geheel gesloten en uitgebouwd, tegen de gevel geplaatst of bij een uitvoering in metselwerk in de gevel opgenomen, inclusief doorlopende banden van pleisterwerk of natuursteen. Erkers dragen altijd de kenmerken van de bouwstijl van het gebouw zelf, met vensters, lijsten en consoles. Zoals gezegd kunnen erkers in plaats van een kap of plat ook voorzien zijn van een balkon dat vanaf de verdieping erboven toegankelijk is. geplaatst. Sommige erkers zijn zelfs uitgebouwd over meerdere verdiepingen, zie afbeelding 20. Afhankelijk van de plaats in de gevel kennen we gevelerkers en hoekerkers. De constructie en de ondersteuning wijkt meestal niet veel af van balkons. Veel erkers die uitgevoerd zijn in metselwerk worden ondersteund door een plateau van geprofileerde natuursteen, die voorzien is van een kolom.

Afbeelding 18Villa uit 1920 waarvan het

balkon voorzien is van een

gemetselde borstwering. Door

inwatering ontstaat vorstschade en

begroeiing.

Page 13: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

12

ConstructieEvenals balkons kunnen erkers van zeer verschillende materialen zijn geconstrueerd en opgebouwd. Het materiaalgebruik is geheel afgestemd op de gevel waartegen de erker is geplaatst. De ondersteuning is in veel gevallen identiek aan balkons, zie de behandeling bij balkons. Als erkers voorzien zijn van een kap, dan werden deze in de 19e en het begin van de 20e graag voorzien van een bijzondere dakbedekking zoals zinken losanges of fraai geglazuurde daktegels.

Hangende keukensEen bijzondere aanbouw zijn de hangende keukens van ondiepe huizen. Deze kwamen voor in Dordrecht, Gorcum en Appingedam. Aan de Soldwerderstraat langs het Damsterdiep in

Afbeelding 20Een gemetselde erker over twee

verdiepingen die opgenomen is in

de architectuur van de gevel. Er

naast nog enkele fraaie balkonnetjes met smeedijzeren

hekken.

Afbeelding 19Een erker

op de rond gemetselde hoek

van een winkel-woonhuis in

Arnhem. Op de erker bevindt zich

een balkon met een balustrade. De erker draagt

alle kenmerken van het gebouw van

rond 1895.

Afbeelding 21Hangende

keukens boven het Damsterdiep

van ondiepe woonhuizen

langs de Soldwerderstraat in

Appingedam (Gr).

Page 14: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

13

Appingedam is een aantal bewaard gebleven en uniek voor Nederland.. Bij een aantal van deze woonhuizen ontstond in de 19e eeuw ruimtegebrek. Men loste dit op door boven het Damsterdiep de keuken als een soort erker uit te bouwen. De keukens hangen letterlijk aan de gevel. De constructies bestaat uit een balklaag ondersteund door houten schoren en houten wanden bekleed met verticale delen. Een lessenaarskapje gedekt met pannen sluit aan op de achtergevel.

0.6 Stoepen en trappartijen

Historische ontwikkelingIn heel veel steden stonden de huizen niet direct aan de weg. Er was een soort overgangsgebied tussen de huizen en de weg, bekend als stoep. De grens met de openbare weg was gemarkeerd door eenvoudige stoeppalen.. Bij voorname woonhuizen was de grootte van de stoep een teken van eer en aanzien. Langs de openbare weg stonden dan grote stoeppalen, verbonden door een smeedijzeren hek of afgezoomd met smeedijzeren kettingen of hakkelstangen. Toen steeds meer straten met keien of klinkers bestraat werden, werd ook de stoep voorzien van kleine gele of rode klinkertjes. Bij de rijkere woonhuizen werden dit tegels van hardsteen of zelfs grote platen hardsteen. Des te groter de platen hardsteen, des te meer status de stoep had. In verschillende steden vinden we stoepen belegd met keitjes in verschillende patronen en kleuren. Bekend is het stadje Elburg in Gelderland en het witte stadje Thorn in Limburg. Op de stoep verrezen kleine bankjes om voor het huis van de voorbijgangers te genieten. Kooplui of ambachtslieden stalden hun waren of producten graag op de stoep uit. Om de wildgroei tegen te gaan kwamen er in de 16e eeuw stedelijke keuren, een soort regle-menten, waarin vastgelegd werd hoe breed een stoep mocht zijn. In stoepen treffen we ook nog vaak een toegang aan naar de onder de huizen gelegen kelders of souterrains, zie voor de behandeling hiervan moduul 3.4 Kelders.Als de begane grond enkele treden hoger lag dan de straat, was de stoep ook nog voorzien van een eenvoudige houten trap. Later werden de houten trapjes vervangen door stenen stoeptreden. Niet alleen in Amsterdam, maar ook in andere steden en dorpen zie je dat de trap dan samenvalt met de stoep. Het onderscheid tussen een trap en een stoep is dan niet meer scherp te trekken, zie afbeelding 22. Ook trappen of trappartijen probeerden het aanzien te verhogen en de status te benadrukken van de eigenaar. Vandaar dat stadhuizen, raadhuizen en historische buitenplaatsen van trappen werden voorzien. Bij trappartijen voor een stadhuis was een royaal bordes aanwezig voor de afkondiging van belangrijke mededelingen van het stadsbestuur door de stadsbode.

Afbeelding 22Een trappartij

voor het raadhuis met een

onderdoorgang naar het kerkhof

aan het einde van de Voorstraat

in Middelharnis. Het raadhuis is

gebouwd in 1639-’40 naar

ontwerp van Arent van ’s Gravensande.

Page 15: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

14

Zowel eenvoudige stoepen als trappen bestaan uit een gemetselde fundering en opgaand werk. Bij monumentale stoepen en trappen werd de kern van baksteen bekleed met natuursteen, zie afbeelding 23. Vooral in de 18e eeuw was hardsteen heel gebruikelijk. Vaak was de aanlegdiepte van de fundering voor een eenvoudige stoep of trap minder dan van het huis. Je ziet dan vaak dat de stoep of trap van het huis scheurt en wegzakt. Trappen vangen veel water op. Als de treden gebroken zijn of het voegwerk tussen de bestrating of tegels uitgesleten is, komt er teveel water in het metselwerk dat oververzadigd raakt. Hierdoor ontstaat ernstige vorstschade tijdens de winter.

Materialen en afwerkingVeel trappen, stoepen en bordessen zijn bekleed met natuursteen. Natuursteen was in Nederland kostbaar. Dit hield in dat de kern in baksteen werd gemetseld en bekleed werd met dunne platen natuursteen. Deze platen werden verankerd door middel van krammen en doken in het metselwerk. In het verleden werden deze krammen en doken meestal van ijzer gemaakt. Smeedijzer roest betrekkelijk weinig, maar ijzer uit de 19e eeuw is berucht vanwege roestvorming. Door de roestvorming zet ijzer tot 7x uit, waardoor de platen van natuursteen scheuren. Scheurvorming kan ook optreden bij het inlaten van gietijzeren balusters op de rand van treden en bordes. Voor een uitvoerige behandeling van zandsteen en hardsteen wordt verwezen naar moduul 1.1.2 Gevels – natuursteen.

ConstructieStoepen en trappen zijn bedoeld om een hoogteverschil te overbruggen. Als sprake is van een kelder, kelderverdieping of souterrain met een bel-étage of mooie verdieping bij een landhuis, dan was een royale trappartij noodzakelijk. De trappartij was dan zo hoog dat eronder ruimte ontstond voor een ingang naar de kelderverdieping of souterrain, zie hiervoor ook moduul 3.4 Kelders. Een mooi voorbeeld is te zien bij Paleis Het Loo in Apeldoorn, zie afbeelding 24. Slot Zeist in de provincie Utrecht kent eenzelfde opzet.

Afbeelding 23Stoep met trap

uit het begin van de 18e eeuw van

een woonhuis aan de Herengracht

in Amsterdam. De kern van deze trap is gemetseld

van baksteen en bekleed met

hardsteen. De plaat hardsteen ter plaatse van de treden staat bekend als een

“harpstuk”.

Afbeelding 24De trappartij bij

Paleis Het Loo in Apeldoorn.

Achter de frontale trappartij kan aan

beide zijden het souterrain met

een trap worden bereikt.

Page 16: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

15

Hoge stoepen, vooral in Amsterdam, werden voorzien van gietijzeren balusters met leuningen. De leuningen werden op het uiteinde voorzien van een fraaie gesmede bol of knop. De leuningen staken door gaten in de balusters en werden dicht gegoten met lood. Vandaar dat je vaak kleine ontluchtingsgaatjes in de zijkant van de balusters ziet. Aan de onderzijde hebben balusters een vierkante of rechthoekige pen voor het inlaten in trede of bordes. Ook deze pen werd aangegoten met lood. Dit aangieten is een nauwkeurig werkje. Het lood moet voldoende heet zijn om het te laten vloeien. Ook mogen er geen luchtbellen ontstaan. Als het lood niet goed aansluit op het ijzer ontstaat met indringend vocht roestvorming met alle gevolgen van dien. Op de kwetsbare hoeken scheurt de natuursteen af. Vroeger werd al het ijzerwerk van balusters en leuningen in de lijvige loodmenie gezet en donkergroen of zwart geschilderd. Adviezen voor behoud en herstel, toegespitst op stoepen en trappartijen, zijn verder uitgewerkt onder hoofdstuk 2 Rapportage, paragraaf 2.3 Adviezen.

0.7 Literatuur

Er is geen specifieke en recente literatuur voorhanden. Verspreid in de literatuur komen de onderwerpen van deze moduul fragmentarisch aan de orde. Voor literatuur over materiaalgebruik wordt verwezen naar de betreffende modulen.

Afbeelding 25Een leuning die

vastgegoten is in de kop van een

gietijzeren baluster. Aan de zijkant

van de kop is het ontluchtingsgaatje

te zien. Als de balusters

overgeschilderd wordt, is hier niets

meer van te zien.

Afbeelding 26Monumentale trap met sterk

uitgesleten treden. Slijtage vertelt het

verhaal van het gebruik. Uitgangs-

punt is dat deze gehandhaafd

blijven, behalve als het gevaar oplevert of het functioneren

in het geding is.

Page 17: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

16

1.6.1 Inspectie

1.1 Methode en aanwijzingen

Algemeen Uitpandige elementen bezitten een grote verscheidenheid aan vormen en constructies. De grenzen tussen een gebouw en een uitpandig element zijn niet altijd scherp te trekken. Een sacristie of consistorie bij een kerk wordt niet als een uitpandig element beschouwd, een portaal of een biechtstoel weer wel. Hetzelfde geldt voor trappen en stoepen. Gebruik het gezond verstand om te bepalen onder welke rubriek het valt.Per soort uitpandig element komen de meest belangrijke zaken aan de orde waar tijdens een inspectie op gelet moet worden. Ga in ieder geval bij andere modulen te rade als het gaat om bijvoorbeeld de fundering, metselwerk met voegwerk, houten wanden met kozijnen, ramen en deuren en de afdekkingen met pannen, leien, lood, zink of koper en het schilderwerk op hout en staal.

Portalen, aanbouwen, serres en veranda’s Deze uitpandige elementen kunnen sterk verschillen in grootte, gekozen materialen en afwerking. Zie hiervoor de modulen die gaan over baksteen, natuursteen, houten wanden, schilderwerk etc waarin dit veel uitvoeriger aan de orde komt. Enkele zaken die specifiek aandacht verdienen:- Veel portalen en aanbouwen zijn ondieper gefundeerd en zakken van het gebouw af. Soms is het zinvol in overleg met de eigenaar of beheerder een gaatje te graven om te kijken hoe een en ander is gefundeerd.- Veel serres en veranda’s bestaan uit houtconstructies in chaletstijl met veel kwetsbare details. Besteed hieraan extra aandacht, denk aan borstweringen, pinakels, gesneden windveren etc.- Aansluiting op de gevel bij serres en veranda’s. Vaak zijn deze later tegen een gevel geplaatst en laat de aansluiting te wensen over.- Lekkages van flauwhellende daken van serres en veranda’s, vooral als sprake is van glas in leg- ramen waar water op blijft staan.

Luifels, overkappingen en markiezenDeze elementen kunnen zeer sterk in grootte en constructie variëren. Geef extra aandacht aan de volgende zaken:- De afwatering van luifels en overkappingen, zeker als de luifel naar de gevel afloopt. De zakgoot raakt snel verstopt. Bij kleine luifels is vaak maar één (te nauw) uitloopje aanwezig. Het is dan aan te raden een extra uitloopje of spuwertje aan te brengen om verstoppingen te voorkomen.- Veel van deze elementen hebben een ijzeren ondersteuning. Let hierbij vooral op spleetcorrosie bij samengestelde profielen en aansluitingen. - Probeer altijd te achterhalen hoe luifels tegen de gevel bevestigd zijn. Door de hefboomwerking van vrijhangende luifels kunnen gebreken aan het metselwerk ontstaan.

Balkons en erkersDe constructie van balkons kent een onwaarschijnlijk groot aantal varianten. Toch zijn er zaken die bij elke inspectie extra aandacht verdienen:- Achterhaal hoe de constructie van het balkon is opgebouwd. Zijn dat houten balken met een houten plateau en loze zinken voluten of hardstenen consoles met een hardstenen plaat als plateau, zie afbeelding 16.- De aansluitingen tegen de gevel en met name het deurkozijn. Vaak is de onderdorpel te laag en de aansluiting met lood gebrekkig. Als het lekt, worden de houten balken of ijzeren IPE- balken aangetast op een constructief gevoelige plaats.

Page 18: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

17

Stoepen en trappartijenDeze elementen zijn opgebouwd uit natuursteen of baksteen bekleed met natuursteen. De detaillering kan zeer sterk verschillen. Er zijn enkele zaken die extra aandacht vragen bij een inspectie:- Evenals bij serres en veranda’s zijn trappartijen vaak lichter gefundeerd. Let speciaal op trap- partijen die van de gevels afzakken. - De kwaliteit van de toegepaste hardsteen of zandsteen met aansluiting tegen de gevel. Hard- steen kan door steken in de dekplaten van het bordes forse lekkage veroorzaken.- Roestvorming waar balusters en andere ijzerwerk in dekplaten en tredes zijn ingelaten. De eerste symptomen zijn nauwelijks zichtbare stervormige haarscheuren.

Risico’s bij het inspecteren van uitpandige elementenVeel uitpandige elementen zijn gemakkelijk te inspecteren zonder grote risico’s zoals trappartijen, bordessen en lage aanbouwen. Andere uitpandige elementen zijn lastiger te inspecteren. Denk hierbij aan erkers en balkons op grote hoogte. Een aantal specifieke risico’s zijn:- Het niet goed kunnen plaatsen van een ladder om het goed te kunnen inspecteren. Markiezen zijn zo kwetsbaar dat er geen ladder tegen gezet kan worden- Bij het plaatsen van ladders voor deuren, zoals bij een balkon boven een ingang, de deuren blokkeren. - Bij inspectie van deze elementen langs de openbare weg het markeren of bewaken van het gedeelte waar men ladders heeft geplaatst.- Uitglijden op gladde ondergrond zoals bij hardsteen treden en dekplaten waar een filmpje regenwater op blijft staan.- Gevaar voor doorvallen bij serres en veranda’s die in de dakbedekking voorzien zijn van glas- platen. - Onvoldoende voorzieningen op de flauwhellende daken van serres en veranda’s om deze veilig te kunnen inspecteren.

Afbeelding 27Door voorzichtig

voelen, tikken en soms iets

krabben kan het materiaal van

voluten worden vastgesteld. Dit

varieert van loos zink tot massieve

kunststeen.

Afbeelding 28Dit soort serres

zijn bijzonder kwetsbaar en gevoelig voor

houtrot. Vooral het tijdig schilderen

is belangrijk. Geef hieraan speciale aandacht bij de

inspecties.

Page 19: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

18

1.2.Gebreken aan portalen en kleine aanbouwen

De meeste gebreken en problemen worden ook al genoemd in de eerder genoemde modulen, zie paragraaf 0.1 Inleiding. Enkele gebreken die speciale aandacht verdienen: - Dakvoeten van kleine houten kappen die door sluipende lekkages zijn aangetast omdat de kap niet toegankelijk is. Altijd aandringen om het toegankelijk maken van de kap. - Lekkende zakgoten achter een kap, op de scheiding van het portaal of aanbouwen en het hoofdgebouw. Vooral bij kerken komt dit regelmatig voor.- Gebrekkige loodaansluitingen tegen het opgaande muurwerk van het hoofdgebouw of net onder de rollaag van een topgevel.

1.3 Gebreken aan serres en veranda’s

Veel gebreken en problemen worden ook al genoemd in de eerder genoemde modulen, zie paragraaf 0.1 Inleiding. Specifieke gebreken die veel voorkomen zijn:- Verzakken van de fundering. Dit kan door uitspoelen van grond als de fundering te ondiep gefundeerd is. Ook ongelijke zetting van poeren komt regelmatig voor.- Ingerot houtwerk van de draagconstructies door kwetsbare detaillering, te vlakke liggende delen etc.- Zeer flauwe dakhellingen waarbij naderhand een dakbedekking is aangebracht die niet geschikt is zoals leien, singles of dakpannen. - Onjuiste detaillering van vooral zink en koper, te weinig overlap bij naden of een onjuiste naadconstructie waardoor water capillair naar binnen dringt.- Waar liggend glas in de dakbedekking is toegepast: glasbreuk en regenwater dat blijft staan in de naden en daar gaat lekken of andere problemen veroorzaakt.- Te krappe of te weinig hemelwaterafvoeren, waardoor water niet tijdig wordt afgevoerd en bij naden naar binnen dringt. Sommige pijpjes komen nog niet aan de 50 mm doorsnede.

Afbeelding 29Oostportaal van

de Grote Kerk in Alkmaar. De

zakgoot is gevoelig voor lekkages en

verstoppingen, vooral in de herfst

als het blad valt.

Page 20: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

19

1.4 Gebreken aan luifels, overkappingen en markiezen

Behoudens algemene gebreken die in andere modulen zijn beschreven zijn er enkele gebreken die bij dit soort elementen veel voorkomen:- Veel van deze constructies zijn samengesteld uit een samenstel van ijzeren profielen. Waar deze zijn geklonken treedt gemakkelijk spleetcorrosie op.- Bevestiging tegen de gevel, met roestende boutverbindingen, roestvorming waardoor stijlen van de gevel afgedrukt worden, onvoldoende verankering in het metselwerk.- Bij woonhuizen zijn luifels en markiezen met glasplaten gedekt. Glasbreuk en lekkages komen regelmatig voor.- Voor wat betreft de afvoer van regenwater geldt hetzelfde als onder paragraaf 1.2 is beschreven.

1.5 Gebreken aan balkons en erkers

Voor erkers met dakbedekking gelden voor een groot deel de gebreken die beschreven staan onder paragraaf 1.3 Serres en veranda’s. Naast gewone erkers komen ook bijzondere combinaties voor zoals van erkers met erboven een balkon. Hieronder de belangrijkste gebreken die zich voordoen bij balkons:- Sterk aangetaste balken bij de oplegging in de gevel door lekkages bij de aansluiting van vloer en deurkozijn, loslatend muurlood.- Smeedijzeren of gietijzeren ondersteuning die sterke roestvorming vertoont o.a. spleetcorrosie waardoor bevestiging aan de gevel gevaar loopt. Na 1880 zijn ook ijzeren IPE-balken toegepast tussen onderzijde en vloer van het balkon.- Loskomende loze zinken voluten of terracotta consoles die gescheurd zijn door roestende schroeven en dreigen weg te vallen.- Steken in het hardsteen van de balkonplaat waardoor lekkages ontstaan of steken in de consoles waardoor delen ervan afschuiven en naar beneden kunnen vallen. - Aansluitingen van houten balusters in de vloer van het balkon of in beton of hardsteen ingelaten ijzerwerk van de balustrade. - Afvoer van het water via afvoeren of spuwertjes. Bij voorkeur aan beide zijden een spuwertje toepassen.

Afbeelding 30Een markies in

Jugendstil boven de ingang van de

villa Rams Woerthe in Steenwijk (Ov).

Door verwaar-lozing van

schilderwerk treedt bij de

samengestelde profielen snel

spleetcorrosie op.

Page 21: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

Afbeelding 31Ontmantelde

aansluiting tussen balkonvloer en

deurkozijn. Lekkages kunnen

daar ernstige problemen

veroorzaken.

20

1.6 Gebreken aan stoepen en trappartijen

Enkele gebreken die je veel tegenkomt:- Verzakte natuurstenen stoeptreden. Door het verzakken ontstaat zoveel spanning in de natuur- steen, dat de treden breken.- Loslatende platen hardsteen, of hardsteen platen die in hoeken en op randen breuken vertonen. Meestal zijn deze breuken het gevolg van roestende ijzeren doken waarmee de platen hard- steen aan de bakstenen kern bevestigd zijn.- Weggevallen voegwerk tussen de platen of aan de onderzijde van bordessen. Vooral bordessen vangen veel water op. Dit water loopt van het bordes af en tast het voegwerk aan.- Stoepplaten die door “steken” in de hardsteen sterk inwateren. Ook bij hardsteen tegels kunnen de voegen geheel weggesleten zijn, waardoor veel water in het onderliggende metselwerk terecht komt en ernstige vorstschade veroorzaakt. - Roestvorming van de pennen waarmee balusters in stoepplaten en bordesplaten zijn ingelaten, als gevolg van onzorgvuldig dichtgieten met lood.

Afbeelding 32Herstel van de

aansluiting door de loodaansluiting over de dorpel

door te trekken en het lood diep

in kozijnhout in te krozen.

Page 22: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

Afbeelding 33Een stoepplaat van een grote

stoep is aan de onderzijde tijdelijk gestut om verder

uit elkaar vallen te voorkomen.

Afbeelding 34Karakteristiek

uiterlijk van een plaat hardsteen

met een sterk brokkelend oppervlak. Dit wordt

veroorzaakt door de zogenaamde

“brandlaag”.

21

Page 23: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

1.6.2 Rapportage

2.1 Algemeen

AlgemeenZoals gezegd betreft deze moduul een grote verscheidenheid aan elementen die zich tegen een gebouw bevinden. Kleine elementen die zich aan een gevel bevinden horen thuis in moduul 1.8 Diversen.

Voor alle duidelijkheid nog enkele onderwerpen die soms in deze rubriek worden vermeld, maar hier niet thuishoren:- Dakruiters of kleine vieringtorens Deze worden vermeld in het rapport vermeld onder rubriek 2.8 Diversen. - Stoepen met hardsteenplaten en een enkele trede met stoeppalen, bankjes etc. worden vermeld in rubriek 4.3 Bestratingen en terrein.- Sacristieën en consistories worden meegenomen in het rapport zelf en niet bij uitpandige elementen, al is de grens niet altijd te trekken als ook nog sprake is van er aan verbonden portalen.

Enkele aanwijzingen

Portalen en aanbouwenEnkele zaken die de aandacht verdienen:- Globaal de opzet aanhouden met de constructie en de meest belangrijke materialen zoals baksteen, vensters en deuren, schilderwerk, dakbedekking etc.- Geef duidelijk aan wat voor uitpandig element het betreft, zoals portaal, veranda, serre etc.- Als het meerdere elementen betreft zoals bij portalen of een kapel aan een kerk, dan duidelijk de windrichting / oriëntatie vermelden zoals portaal noordzijde, of doopkapel zuidzijde.

Luifels, overkappingen en markiezen- Als spanten in één vlak doorlopen (schoorspanten) dan benoemen bij rubriek 2.1.1 Kap- constructies - hout. Zijn overkappingen apart tegen het opgaande metselwerk geplaatst dan benoemen bij rubriek 1.6 Uitpandige elementen.- Het gaat bij overkappingen om ondergeschikte elementen tegen het gebouw. Zelfstandige losstaande overkappingen zoals bij stations worden apart beschreven.- Geef een korte typering van de constructie zoals spanten uit samengestelde ijzeren profielen, gietijzeren kolommen met houten balklaag- Altijd het schilderwerk omschrijven en de kwaliteit van aanwezig glas. Geef extra aandacht aan lekkages rond de aansluiting van het glas.

Balkon en erkers- Waar dit mogelijk is, de dragende constructies van het balkon vermelden, zoals houten balklaag met houten vloer, plateau van hardsteen.- Materiaal waarmee de vloer van het balkon is afgewerkt, bijvoorbeeld: bitumineuze dak- bedekking, zink of lood.- Balustrades en leuningen apart benoemen met vermelding van de toegepaste materialen, zoals metselwerk balustrade. - Veel balkons worden ondersteund door consoles. Het materiaal vermelden zoals zink, terra- cotta etc.- Waterafvoer en aanwezigheid van roosters opnemen in het rapport.- Bij erkers geldt wat al is vermeld onder portalen en aanbouwen.

22

Page 24: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

23

Stoepen en trappartijen- Constructie met extra aandacht voor verzakking en gebreken aan de fundering.- Waterdichte aansluiting op de gevel. Openstaande naden zorgen voor veel overlast door een te hoge vochtbelasting. - Altijd de natuursteensoort vermelden zoals hardsteen of zandsteen. Geef ook aan als er sprake is van slijtage van treden of breuken in het natuursteen. Altijd beoordelen of een en ander nog voldoende functioneel is en direct herstel niet noodzakelijk is.- Neem in het rapport nauwkeurig de soort materiaal van balusters en leuningen op, zoals gietijzeren balusters, smeedijzeren leuningen.- Besteed extra aandacht aan het tijdig signaleren van gebreken aan het schilderwerk.

Afbeelding 37Als balustrades

of leuningen geschilderd zijn is het lastig om

te bepalen welke materialen zijn

toegepast. In dit geval zijn de

balusters van gietijzer en het ornament van houtsnijwerk.

Afbeelding 36Een karakteristieke

combinatie van entree met

veranda die vervolgens weer

een balkon draagt. Bij rapportage

nauwkeurig de elementen

beschrijven.

Afbeelding 35Een balkonachtig

baldakijn boven een ingang van

de Markiezenhof in Bergen op

Zoom. Belangrijk is om ook de juiste

materialen te benoemen.

Page 25: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

24

2.2 Kwaliteitsomschrijving

AlgemeenHet geven van goede kwaliteitsomschrijvingen voor alle elementen die in deze moduul worden besproken is niet goed mogelijk. Daarom is ervan afgezien om voor deze elementen een aparte kwaliteitsomschrijving te maken, behalve voor stoepen, bordessen en trappartijen. In de kwaliteitsomschrijving van de volgende modulen zijn voldoende aanknopingspunten aanwezig voor een kwalificatie:- Moduul 1.2.1 Gevels - baksteen onder andere voegwerk- Moduul 1.2.2 Gevels - natuursteen, gebreken diverse soorten natuursteen- Moduul 1.7.2 Schilderwerk op hout en staal, kwalificatie onderhoudsbeurten - Moduul 2.1.1 Kapconstructies - hout voor aantasting door insecten en zwammen- Moduul 2.2.3 Dakbedekking - leien voor gebreken van diverse soorten leien- Moduul 2.2.4 Dakbedekking - metalen voor kwalificaties van lood, zink en koper

Stoepen, bordessen en trappartijenHieronder worden verstaan alle stoepen met een aantal treden, de leuningen met toebehoren en trappartijen al dan niet voorzien van onderdoorgangen. De omschrijving van de kwaliteiten geldt steeds stoep of trappartij. Voor sommige zaken geldt: voor zover aanwezig en/of zichtbaar.

BeoordelingVoor een goede beoordeling zijn de volgende factoren van belang:

Algemeen A. Stabiliteit van de fundering en de kern van eventueel toegepast metselwerk

B. Kwaliteit van zichtbaar metselwerk met het voegwerk

C. Kwaliteit van natuursteen treden, dekplaten en bekleding van metselwerk, inclusief voegwerk

Specifiek D. Balusters met leuningen; balustrades met dekplaten

E. Schilderwerk

KwaliteitsbeeldenGoed: Geen maatregelen behoudens zeer beperkt herstel

Kenmerken: - Stabiliteit van de fundering is goed, er is geen zetting of zakking waar te nemen. Metselwerk van de kern (voor zover zichtbaar), vertoont geen gebreken. - Metselwerk en voegwerk vertoont geen gebreken, incidenteel wat uitgesleten voegwerk en een loslatend voegje bij de aansluiting op aanwezige natuursteen. - Geen gebreken aan toegepaste natuursteen. Bij de treden is lichte slijtage aanwezig. Voegwerk is niet gekrompen, incidenteel licht uitgesleten. - Balusters met leuningen zijn voldoende stabiel, op de juiste wijze gesteld en bevestigd; balustrades zijn voldoende stabiel. Dekplaten vertonen geen gebreken, inclusief voegwerk. Geen afschuiving en gebreken aan de verankering waar te nemen. - Aanwezig schilderwerk vertoont geen gebreken. Plaatselijk is groei van algen aanwezig.

Redelijk: Herstel/onderhoud bij gelegenheid noodzakelijk, onder andere schilderwerk

Kenmerken: - Stabiliteit van de fundering is goed. Er is lichte zetting en zakking uit het verleden aanwezig. Metselwerk (voor zover zichtbaar), vertoont geen duidelijke gebreken.

Page 26: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

25

- Metselwerk laat incidenteel een aangetaste steen zien. Plaatselijk is uitgesleten voegwerk aanwezig met loslatende voegjes bij de aansluiting op aanwezige natuursteen. - Natuursteen vertoont plaatselijk het licht afzanden bij zandsteen of beginnende steken in hardsteen. Goed opgesloten komen ook breuken in treden en stoep- platen voor. Bij treden is duidelijke slijtage aanwezig, maar de treden zijn nog voldoende functioneel. - Balusters met leuningen zijn stabiel. Leuningen zijn niet overal juist bevestigd, inwatering is mogelijk; balustrades zijn voldoende stabiel. Dekplaten kunnen af- schuiven. Plaatselijk zijn losgekrompen voegen tussen de dekplaten aanwezig. - Door roestvorming is schilderwerk plaatselijk aangetast.

Matig: Uitgebreid herstel noodzakelijk Duidelijke vervolgschade, herstel binnen 5-10 jaar.

Kenmerken: - Stabiliteit fundering is niet voldoende. Er is duidelijke zetting en zakking aanwe- zig. Metselwerk (voor zover zichtbaar), vertoont gebreken zoals scheurvorming en aantasting door overmatige vochtbelasting. - Metselwerk laat op diverse plaatsen aangetaste steen zien. Veel uitgesleten voegwerk en overal loslatende voegjes bij de aansluiting op aanwezige natuur- steen. - Natuursteen vertoont duidelijk afzanden bij zandsteen of diverse steken in hardsteen. Er komen breuken voor in treden en stoepplaten voor. Bij treden is behoorlijke slijtage aanwezig en de treden zijn niet meer voldoende functioneel. - Balusters met leuningen staan niet meer overal stabiel. Leuningen zijn niet juist bevestigd, ernstige inwatering is mogelijk; balustrades zijn niet meer overal stabiel. Dekplaten kunnen afschuiven door onvoldoende verankering. Veel voegen tussen de dekplaten zijn losgekrompen. - Door roestvorming is schilderwerk op veel plaatsen aangetast. Ook is duidelijke verkrijting zichtbaar.

Slecht: Restauratie noodzakelijk Ernstige vervolgschade, algeheel herstel binnen 2-5 jaar.

Afbeelding 38Kwaliteitsbeeld

slecht: de trappartij is geheel verzakt,

gescheurde treden, veel gebreken aan de natuursteen en

opgesloten door trottoirbanden.

Een complete ontmanteling is

noodzakelijk voor een grondige

restauratie.

Page 27: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

26

Kenmerken: - Stabiliteit van de fundering onvoldoende. Er is ernstige zetting of verzakking aanwezig. Metselwerk (voor zover zichtbaar), vertoont duidelijke gebreken zoals forse scheurvorming en sterke aantasting door overmatige vochtbelasting. - Metselwerk laat op veel plaatsen aangetaste steen zien. Ook is sterk aangetast en uitgesleten voegwerk aanwezig met overal weggevallen voegjes bij de aan- sluiting op aanwezige natuursteen. - Zandsteen vertoont ernstige vorm van afzanden. Veel steken bij hardsteen waar- door de samenhang verloren is gegaan. Er komen forse breuken voor in treden en stoepplaten. Bij treden is ernstige slijtage aanwezig. Door ongelijke ligging en verzakking is een en ander niet meer functioneel en levert gevaarlijke situaties op. - Balusters met leuningen staan op meerdere plaatsen los. Leuningen laten los en zijn onjuist bevestigd. Overal treedt ernstige inwatering op; balustrades zijn in- stabiel, delen kunnen wegvallen. Dekplaten zijn door gebrekkige verankering afgeschoven. Bijna al het voegwerk tussen de dekplaten is weggevallen. - Door roestvorming is schilderwerk op grote schaal aangetast. Ook is ernstige verkrijting zichtbaar.

2.3 Adviezen voor onderhoud en herstel

AlgemeenVoor adviezen inzake behoud en herstel van veel uitpandige elementen is in andere modulen voldoende informatie te vinden. In deze paragraaf wordt daarom alleen aandacht besteed aan adviezen voor herstel van hardsteen stoepen en trappen.De onderstaande informatie kan ook als apart informatieblad worden toegevoegd aan het inspectierapport om de eigenaar/beheerder te informeren over behoud en herstel.

NatuursteenBij stoepen en trappen is bijna altijd natuursteen toegepast voor de bekleding van een baksteen kern en voor de stoepplaten en treden. De meest voorkomende soorten natuursteen zijn zandsteen en hardsteen.

ZandsteenVoor trappartijen en treden is ook wel Bentheimer zandsteen toegepast. Deze zandsteen is zeer weervast en duurzaam, maar slijt bij intensief gebruik van treden wel sterk uit. Bij te sterk uitgesleten treden kan een nieuw stukje zandsteen ingeschoten worden op de uitgesleten plek. Zandsteen komt bij stoepen en trappen minder vaak voor; we zien ze soms nog wel eens bij monumenten uit de 16e en 17e eeuw.

Hardsteen Hardsteen was in het verleden afkomstig uit België. Brandlagen komen regelmatig voor. Liggend en opgesloten vormen deze brandlagen niet direct een probleem. Liggen de brandlagen echter evenwijdig aan het voorvlak zoals bij plintplaten, dan ontstaat door inwatering vorstschade. De buitenlaag schilfert en brokkelt dan af. Een ander typerend gebrek zijn steken. Door sterke temperatuurwisselingen zoals deze veroorzaakt worden door zonbestraling en regen, ontstaan er spanningen, die de steen doen splijten in rechte breuklijnen. De bovenzijde van stoepplaten en dorpels waren gefrijnd met de zogenaamde Belgische frijnslag. Ze waren dus nooit geschuurd, maar zijn door intensief gebruik inmiddels glad gesleten! Rond balusters zijn de frijnsporen vaak nog zichtbaar. Geschuurde bovenkanten zijn a-historisch en bovendien gevaarlijk voor uitglijden door de waterfilm die er op blijft staan. Omdat de goede

Page 28: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

27

kwaliteit Belgische hardsteen moeilijker te verkrijgen is, wordt ook wel Ierse hardsteen gebruikt. Deze is iets witter en voegt zich meestal goed tussen de al wat verweerde hardsteen.Veel schade en aantasting wordt door mensen veroorzaakt, zoals:- Het verankeren van de natuursteen met ijzeren doken die later gaan roesten met het scheuren van de natuursteen als gevolg.- Stervormige scheuren en afgescheurde natuursteen waar de pennen van balusters ingelaten zijn in de natuursteen.- Afstoten van het oppervlak doordat het vaak in het verleden met agressieve chemische midde- len is gereinigd.

DocumenterenVeel stoepen en trappartijen zijn niet of maar beperkt op tekening gezet. Maak vooraf een goede maatschets met alle maten. Voorzie op deze maatschets alle onderdelen van treden en platen van een unieke codering.Maak als aanvulling een aantal scherpe foto’s van de aanwezige gebreken, vooral van steken in de hardsteen en gescheurde delen van de hardsteen. Kijk ook of het gevaar bestaat dat hardstenen platen wegvallen of dat treden of stoepplaten verder wegzakken of breken. Zet de platen tijdelijk vast of zorg voor het onderstoppen van de stoepplaten en treden.

Ontmantelen of verwijderenVoorzie alle onderdelen van de hardsteen van de codering die op de maatschets is gezet op een niet uit te wissen wijze op een niet zichtbare zijde. Ook de onderdelen die vervangen zullen worden. Alle te vervangen onderdelen bewaren totdat de nieuwe delen natuursteen geleverd en gesteld zijn.Bij transport en opslag zorgen voor voldoende maatregelen tegen beschadiging. Vooral hoeken en profileringen zijn kwetsbaar. Beschermend materiaal mag geen verkleuringen veroorzaken in de natuursteen. Plintplaten en hardsteen tegels worden rechtstandig opgeslagen tegen een jukje die de platen en tegels over de volle hoogte ondersteunt.Verankeringen door doken en krammen zijn soms moeilijk te verwijderen. Als dit het geval is, bekijken of een verankering kan worden doorgezaagd of -doorgeslepen. Als dit niet mogelijk is dan de verankering altijd eerst uit het metselwerk loshakken. Het uit de natuursteen weghalen van de doken uit laten voeren door een ervaren steenhouwer.

Afbeelding 39Een geheel uit elkaar gezakte

stoep met hardstenen treden.

Door zetting en vervorming zijn

treden gebroken. Alleen door

ontmantelen en opnieuw stellen,

repareren en verlijmen kan

de stoep weer in goede staat

worden teruggebracht.

Page 29: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

28

Herstel metselwerkAls de stoep of trappartij van de gevel losgescheurd en weggezakt is, moet eerst de fundering gestabiliseerd worden. Probeer zoveel mogelijk afkomende baksteen schoon te maken en weer her te gebruiken. Omdat het vuil werk is, kan veel steen weer opnieuw worden gebruikt. Nieuwe steen moet zich qua maat en hardheid voegen naar het bestaande metselwerk. Een te harde steen verstoort de vochthuishouding en zorgt op termijn voor nieuwe problemen. Al het beschadigde metselwerk goed uittanden met een vallende of staande tand. Belangrijk is dat weer een hecht in verband gemetseld stuk werk ontstaat. Een aandachtspunt bij massief metselwerk onder is het vol en zat metselen. Omdat het een blijvend vochtig milieu betreft, wordt het metselwerk bij voorkeur met een kalktrasmortel (basterdmortel) of een mortel op basis van hydraulische kalk uitgevoerd.

Reparatie en vernieuwing van natuursteenAfhankelijk van de situatie worden onderdelen van de hardsteen vervangen, gerepareerd of gelijmd. Dit is werk voor een restauratie-steenhouwer. Hardsteen platen en treden die gebroken zijn, kunnen in veel gevallen goed gelijmd worden. Dit gebeurt met lijm op basis van polyurethaan of epoxy. Lijmen op basis van polyester krimpen en verouderen sterk. Deze mogen niet gebruikt worden. Ook steken in hardsteen kunnen verlijmd worden. Wel zetten steken zich vaak in de loop van de tijd verder door. Beschadigingen kunnen met een aangepaste mortel worden gerepareerd. Het moet dan gaan om het wegwerken van kleine oneffenheden of beschadigingen aan een profiel.Voor het opnieuw gebruiken van de stoep of trap moet minstens 20 werkdagen worden gerekend. Dan pas heeft de kalkmortel voldoende sterkte verkregen.

Afbeelding 41Deze lijm uit Italië of een

gelijkwaardige lijm, wordt gebruikt om doken, pennen en

krammen te verlijmen in platen

en blokken natuursteen.

Afbeelding 40Het verwijderen van hele dunne voegen tussen

natuurstenen onderdelen

vereist speciaal gereedschap en

veel ervaring.

Page 30: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

29

Aanbrengen van hardsteenSpeciale aandacht verdient het aanbrengen van doken en krammen voor de bevestiging van de hardsteen. Behoudens een enkele uitzondering, worden ijzeren doken en krammen vervangen in brons. Voor pennen worden ook wel glasfiberstaven toegepast. Vroeger werden de verankeringen met lood vast gegoten in het hardsteen. Tegenwoordig worden alle bevestigingsmiddelen verlijmd in het metselwerk en de hardsteen.

Hardsteen kan op bepaalde plaatsen storend vervuild zijn, denk bijvoorbeeld aan algen en mossen. Als dit het geval is, wordt eerst door monsters bepaald in welke mate de hardsteen gereinigd moet worden. Zorg dat deze monsters steeds als referentie bewaard blijven om te controleren of de gewenste reinigingsgraad bereikt is. Als natuursteen geschuurd wordt, mogen de schuursporen niet zichtbaar zijn.Het stellen van de hardsteen behoort tot de taak van een vakbekwame metselaar in de restauratie. Voor het stellen van de natuursteen wordt algemeen een speciale stelmortel op basis van hydraulische kalk toegepast. Deze krijgt vrij snel een behoorlijke sterkte, is wat taai en verhardt ook onder vochtige omstandigheden.

Afbeelding 42Een tweetal

monsters op traptreden van een historische

buitenplaats om te bepalen welke

reinigingsgraad voldoende is.

Aanbrengen balustersBij veel stoepen en trappartijen zijn op de treden en het bordes gietijzeren balusters ingelaten met een pen. Bij het stellen van treden en platen zorgen dat ook de gaten voor deze pennen geheel gezuiverd zijn van vuil en resten oud lood. Meestal zorgt de smid voor het stellen van de balusters met het leuningwerk. Zoals gezegd worden balusters nog steeds op de klassieke methode ingegoten met lood. Ook de doorvoer van de leuningen door de balusters worden dichtgezet met lood. Het gieten van het lood vereist veel inzicht en ervaring. Om te zorgen dat het lood niet te snel stolt, kan het zinvol zijn om het gietijzer ter plaatse van de pen en de doorvoeren van de leuningen voor te verwarmen.

Als smeedijzer en gietijzer ontmanteld moeten worden, kan het gereinigd, hersteld en daarna “geschopeerd” worden en vervolgens afgeschilderd met een primer en een twee-componenten epoxy-coating.Na handmatig ontroesten zonder dat een en ander ontmanteld wordt, kan een Brantho-Korrux worden toegepast. Dit is een coating die actief roestwerend is, met een zeer goede hechting en elasticiteit. Bij voorkeur te verwerken tussen de 10 0C en de 20 0C.

Page 31: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

2.4 Voorbeeldomschrijvingen

AlgemeenHieronder volgen een aantal voorbeelden van omschrijvingen zoals die - per situatie aangepast -gebruikt kunnen worden in de rapporten:Zie voor algemene aanwijzingen moduul 0.7 Rapportage.

De omschrijvingen zijn volgens de algemene aanwijzingen als volgt opgebouwd:

1. Algemene kwalificatie in de kolommen G/R/M/S; deze komen globaal overeen met de conditiescores 2 t/m 5 van de Conditiemeting van bouw- en installatiedelen

2. Nadere bijzonderheden, oorzaak en gevolg van gebreken etc.

3. Eventuele vervangingstermijn, samenhang met andere werkzaamheden en prioriteit

4. Nadere adviezen en oplossingen. Voor zover van toepassing ook hoeveelheden met eenheden ten behoeve van herstel of vernieuwing voor het maken van een Periodiek InstandhoudingsPlan (PIP).

Tussen [ ] geplaatste cijfers in de onderstaande omschrijvingen verwijzen naar de hierboven genoemde opbouw.Tussen ( ) in de 6e kolom geven het jaartal aan waarin onderdelen zijn hersteld of vernieuwd.

Voorbeelden

30

Rubriek Kwalificatie Toelichting

1.6 Uitpandige elementen

Balkon voorgevel

- constructief algemeen G [2] Houten balklaag met hout dekvloer.

- lijstwerk van linkerkolom M [2] Onderhelft zwaar ingerot. [4] Rekenen op 50% vernieuwen.

- overig lijstwerk en houtwerk G

- bitumenbedekking plat G

Afbeelding 43Een keurig ingegoten

baluster op een Amsterdamse stoep. Door er

een blokje lood van te maken,

watert het minder gemakkelijk in. Op

het blokje staan de initialen van de

smid / gieter.

Page 32: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

31

Rubriek Kwalificatie Toelichting

- loodaansluitingen rondom R [2] Slordig aangebracht, niet goed ingekroosd, gescheurde kitranden die inwateren. [4] Rondom nalopen, vastzetten en afkitten.

- zinkafdekking opstand rondom

R [2] Bij vernieuwen op diverse plaatsen vastgezet met nagels i.p.v. met klangen.

- gietijzeren balustrade R [2] Diverse rozetten zijn licht geroest.

- schilderwerk, zie rubriek 1.7.2

Open veranda rechterzijgevel

- constructief houtwerk G [2] Geheel opgebouwd uit houten liggers met stijl en regelwerk.

- houtwerk balustrade algemeen

R [2] Diverse opengetrokken naden, waardoor inwatering ontstaat.

- linkerhekje balustrade M [2] Onderregel behoorlijk ingerot. [4] Vervangen is noodzakelijk om verdere schade te voorkomen.

- schilderwerk, zie rubriek 1.7.2

- zinken roevendak G (Vernieuwd in 1998)

- loodaansluitingen rondom G (Vernieuwd in 1998)

- vloer, tegels overhoeks 15/15 R [2] Plaatselijk zijn voegen licht uitgespoeld. [4] Bij gelegenheid inwassen met een hydraulische kalk.

Balkon (zuidzijde)

- constructie algemeen G [2] IJzeren liggers opgelegd in het metselwerk met houten vloer

- zinken plat met deklijsten R [2] Aantasting zichtbaar bij soldeerwerk van uitlopen. De afvoeren zijn te krap. [4] Bij gelegenheid verruimen.

- houtwerk t.p.v. afvoer R [2] Licht aangetast houtwerk van plafond rond de afvoer.

- zinken consoles G [2] Inclusief bevestiging en schilderwerk

- muurlood G (Vernieuwd in 2005)

- loodbeklede onderdorpel G (Vernieuwd in 2005)

- zinken afvoer onder balkon G (Vernieuwd in 2005)

- ijzeren balkonhek G [2] Enkele ondersteunende pootjes zijn licht opgeroest.

- schilderwerk balkonhek R [2] Veel beschadigingen, waardoor roestvorming ontstaat. [3] Behandeling binnen 1-3 jaar noodzakelijk.

Page 33: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

32

1.6.3 Herstel

3.1 Algemeen

Herstel van uitpandige elementen is vaak gecompliceerd. Vooral het timmerwerk is vaak heel bewerkelijk. In de loop van de tijd zijn de meest bewerkelijke onderdelen al eens verwijderd. Reconstructie in de oorspronkelijke staat is soms een (te) kostbare keuze. Het werk alleen uit te voeren met een vakman met gevoel voor details en affiniteit voor fijn timmerwerk. Al dit timmerwerk dient te voldoen aan de Uitvoeringsrichtlijn Restauratie Historisch timmerwerk (URL 4001). Voor het op de juiste wijzen uitvoeren van steenhouwwerk kan verwezen worden naar de Uitvoeringsrichtlijn Restauratie Steenhouwwerk (URL 4005).

Werkomschrijvingen Voor het herstellen of vernieuwen van houtwerk en de verschillende schilderbeurten zijn binnen de Monumentenwacht werkomschrijvingen beschikbaar, die gekoppeld zijn deze moduul. Als extra service en aangepast op de situatie kunnen eigenaren of beheerders hiermee op weg geholpen worden bij het aanvragen van offertes voor herstel. De volgende werkomschrijvingen zijn beschikbaar: - Code 1.2.2 Natuursteen algemene uitvoeringsvoorschriften- Code 1.2.2 Natuursteen, hardsteen stoep herstellen- Code 1.2.3 Houten wanden algemene uitvoeringsvoorschriften- Code 1.2.3 Houten wanden herstellen- Code 1.7.2 Schilderwerk algemene uitvoeringsvoorschriften. - Code 1.7.2 Schilderwerk aan kozijnen, ramen en deuren.

3.2 Werkzaamheden

Aan uitpandige elementen is vaak dankbaar klein herstelwerk te verrichten. Veel hiervan is genoemd bij dakbedekkingen. Enkele zaken die verholpen kunnen worden:- Het verhelpen van verstoppingen. Vaak is de afwatering te krap, waardoor deze snel verstopt raakt.- Kleine sluipende lekkages, vooral bij de aansluiting op onderdorpels van kozijnen met balkon- deuren.- Losrakend muurlood bij balkons met borstweringen, weer vastzetten en aanvoegen.

3.3 Nuttige adressen

Voor nuttige adressen wordt verwezen naar modules die een nauwe samenhang hebben met deze moduul onder andere:- Moduul 1.2.1 Gevels - baksteen - Moduul 1.2.2 Gevels – natuursteen- Moduul 1.2.3 Houten wanden- Moduul 1.4 Vensters- Moduul 1.5 Deuren, poortjes en toegangen- Moduul 1.7.2 Schilderwerk op hout en staal - Moduul 2.2.4 Dakbedekking – metalen lood en zink- Moduul 3.2 Dragende constructies - vloeren

Page 34: 1.6 UITPANDIGE ELEMENTEN - monumentenhandboek.nl · Kwaliteitsomschrijving uitpandige elementen 24 2.3. Adviezen voor onderhoud en herstel 26 2.4. Voorbeeldomschrijvingen 30 1.6.3.

2015

UITPANDIGE ELEMENTEN1.6

Verantwoording afbeeldingenK. Boeder: afbeelding 1 t/m 9, 11 t/m 43.J.G. Wattjes, Constructie gebouwen: afbeelding 10Behalve door de redactieraad, is de tekst ook gelezen door mevrouw Anita van Breugel, Alkmaar, architectuurhistorica.Alle aanvullingen en waardevolle opmerkingen zijn voor zover mogelijk verwerkt in de definitieve tekst.

33